Autogeen lassen (PDF) - BeSWIC

Veiligheidsinstructiekaart ME76
Autogeen lassen
Plaats:
Versie 1.0_2008
pag.
plaats instructies/onderhoudsboekje:
bureel domeinchef
opgesteld door: Yves Zwartjes
opgesteld op: 03-10-08
gewijzigd op:
visum interne dienst PBW:
1/2
1 ALGEMEEN
Lees aandachtig de handleiding om de mogelijkheden, maar ook de beperkingen te kennen. Let vooral
op de veiligheidsvoorschriften! Het gebruik van de machine is enkel voorbehouden aan opgeleid
personeel dat de handleiding en veiligheidsinstructies heeft doorgenomen. Het toestel mag in geen geval
gebruikt worden als verfafbrander of heteluchtverwarmer voor bijv. het ontdooien van buizen.
Er moeten steeds aangepaste persoonlijke beschermingsmiddelen gedragen worden: laskap of
-bril, lasschort, lashandschoenen en veiligheidschoenen.
2 TRANSPORT
Schakel het toestel uit, koppel alle aansluitingen van het toestel af en schroef de beschermkap op de
gasfles. Plaats lege flessen rechtopstaand in een vaste kooi of leg deze plat op de grond. Maak de
flessen steeds vast met een beugel of ketting en behandel de flessen steeds met zachtheid. Vervoer de
flessen altijd met een flessenwagen en nooit al slepend of rollend.
3 VÓÓR DE WERKEN
1. zijn alle ontvlambare/explosieve bronnen uit de nabije omgeving verwijderd of afgeschermd
2. is afzuiging of voldoende ruimtelijke ventilatie voorzien om de lasrook af te voeren
3. staat de machine en het werkstuk voldoende vast en stabiel opgesteld
4. wordt de nabije omgeving voldoende afgeschermd door reflecterende gordijnen of schermen
In het werkgebied is men verantwoordelijk ten opzichte van derden. Men dient deze te waarschuwen
voor de gevaren van laslicht en lasrook.
Verwijder alle ontvlambare, explosieve producten uit de
omgeving en scherm de werkzone af voor onbevoegden.
Controleer:
de staat van de lasbril/lasscherm en als iedereen die toekijkt hiermee wordt uitgerust
als gelast wordt op een minimumafstand van 3 meter van de gasflessen
de gasslangen en afsluitkranen regelmatig op beschadigingen en lekken
als de gasflessen voldoende beschermd zijn tegen warmtebronnen; aangezien de druk in de fles
met 0,6bar verhoogt per graad Celsius, mogen deze nooit in de zon geplaatst worden!
als in de open lucht gelast wordt, steeds met de rug naar de windzijde gewerkt wordt
als de gasflessen goed vastgemaakt zijn, zodat deze niet kunnen omvallen
als de gasslang voldoende functioneel aan het gasaansluitstuk gesloten is
als een drukontspanner gebruikt wordt, bij het lassen met gasflessen
als geen samengeperste zuurstof als perslucht gebruikt wordt
als de afzuigmond van de afzuiginstallatie zo dicht mogelijk bij het te lassen punt geplaatst is
als geen lasdampen achter uw lasscherm of laskap terecht kunnen komen
als roestvrij staal gelast wordt, alle dampen afgezogen worden, want deze zijn kankerverwekkend
als —met een bankschroef gewerkt wordt— de spanplaten in lood of aluminium beschermd zijn
tegen de hitte van de vlam
als het verlengsnoer volledig uitgerold en beschermd is tegen hitte en beschadigingen
Controleer op voorhand de staat van het toestel en de
flessen, de beveiligingen, gasslangen en aansluitingen.
Opgesteld door Visum preventieadviseur Visum arbeidsgeneesheer
Yves Zwartjes
Pia Blommaert
03-10-08
Wim De Jonghe

Veiligheidsinstructiekaart ME76
Autogeen lassen
Plaats:
Versie 1.0_2008
pag.
plaats instructies/onderhoudsboekje:
bureel domeinchef
opgesteld door: Yves Zwartjes
opgesteld op: 03-10-08
gewijzigd op:
visum interne dienst PBW:
2/2
4 TIJDENS DE WERKEN
vermijd roken, open vuur of vonken want de gassen kunnen hierop explosief kunnen reageren
vermijd contact met sterk verwarmde werkstukken
pas lichaamshouding, -positionering en de duur van de werken aan om de blootstelling aan de
lasrook zo minimaal mogelijk te houden
blaas bij het aansluiten van de onbrandbare gassen de afsluiter schoon door deze even te openen
richt de vlam nooit op gasflessen of op de gasleiding, gebruik zo nodig een hitteschild
controleer tijdens de werken regelmatig op zichtbare mankementen, geluid en trillingen
indien de flessen te warm worden moeten de werken stilgelegd worden en de fleswand
gedurende 1u gecontroleerd worden; indien deze verder opwarmt moet de brandweer worden
verwittigd, de omgeving ontruimd en de flessen met een waterstraal van op afstand gekoeld
worden
gebruik nooit een vlam om naar een lek te zoeken, wel zeepsop of de lekspray van de leverancier
indien flessen vuur vatten moet eerst getracht worden de afsluitkraan dicht te draaien en de vlam
te blussen alvorens de brandweer te verwittigen; controleer hierna de fleswand als deze niet
verder opwarmt
laat acetyleenflessen die te warm geweest zijn onmiddellijk afvoeren door de leverancier
verwijder geen onderdelen of beschermingen van het toestel
Pas op wanneer met de vlam gewerkt of vuur gemaakt wordt
in de nabijheid van mensen, gasflessen en –leidingen.
Minimaliseer de blootstelling aan de lasrook; zorg steeds
voor voldoende afzuiging van schadelijke dampen.
5 NÁ DE WERKEN
Schakel de machine uit en sluit de flessen goed af na gebruik. Berg het materiaal op in een koele, droge
ruimte die afgeschermd wordt voor onbevoegden. Hou het apparaat schoon, droog en vrij van olie of
smeervet. Smeer nooit de kraan van de zuurstoffles met olie of vet in.
OPSLAG VAN DE GASFLESSEN:
Draai de cilinderafsluiter van de gasflessen steeds goed dicht. Sla de acetyleenflessen op in een goed
geventileerde ruimte (bij voorkeur in open lucht, maar nooit in de zon), waar geen vuur gemaakt kan
worden en die geen brandbare materialen bevat. Minimaal moeten de acetyleenflessen 3m gescheiden
worden van de zuurstofflessen. Plaats geen volle en lege flessen door elkaar. Enkel gasflessen die om
de 5 jaar gekeurd zijn door een erkend organisme, mogen gebruikt worden. Een kopie van de meest
recente keuring is steeds bij het hulpmiddel aanwezig.
Sla de acetyleenflessen (gescheiden van de zuurstofflessen)
in een koele, droge, geventileerde en afgesloten ruimte op.
6 ONDERHOUD EN HERSTELLING
Herstellings- en onderhoudswerkzaamheden mogen alleen uitgevoerd worden als het toestel
uitgeschakeld is en alle onderdelen afgekoppeld zijn. Gebruik nooit benzine of licht ontvlambare
producten voor de schoonmaak. Vervang veiligheidsstickers als deze onleesbaar zijn geworden. Reinig
de brander alleen met geschikt onderhoudsmateriaal. Bij vervanging van de acetyleenfles moet steeds
de pakkingsring gecontroleerd worden indien deze niet beschadigd is; vervang deze indien nodig.
Opgesteld door Visum preventieadviseur Visum arbeidsgeneesheer
Yves Zwartjes
Pia Blommaert
03-10-08
Wim De Jonghe