03.01.2015 Views

Pedagogische civil society voor beginners - Thuis Op Straat

Pedagogische civil society voor beginners - Thuis Op Straat

Pedagogische civil society voor beginners - Thuis Op Straat

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

<strong>Pedagogische</strong> <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

<strong>voor</strong> <strong>beginners</strong><br />

Hoe professionals en vrijwilligers goed kunnen<br />

samenwerken rond jeugd en gezin<br />

Marian van der Klein<br />

Diane Bulsink<br />

Renske van der Gaag


<strong>Pedagogische</strong> <strong>civil</strong> <strong>society</strong> <strong>voor</strong> <strong>beginners</strong><br />

Hoe professionals en vrijwilligers goed kunnen samenwerken rond<br />

jeugd en gezin<br />

Marian van der Klein<br />

Diane Bulsink<br />

Renske van der Gaag<br />

2012


Inhoud<br />

1 <strong>Pedagogische</strong> <strong>civil</strong> <strong>society</strong> for <strong>beginners</strong>4<br />

Over deze handreiking: professionals aan zet 4<br />

2 Wat is dat een pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>7<br />

Versterking van de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> via professionals 9<br />

3 Professionals, werkgebieden en soorten vrijwilligers10<br />

De rol van Centra <strong>voor</strong> Jeugd en Gezin 10<br />

4 Do’s en don’ts in elk werkgebied13<br />

5 Tips <strong>voor</strong> een goede interne samenwerking15<br />

6 Tips <strong>voor</strong> samenwerking in de keten17<br />

7 Professional in jeugdzorg 19<br />

Tips 20<br />

8 Welzijnswerker of vrijwilligerscoördinator 22<br />

Tips 23<br />

9 Professional bij de gemeente25<br />

Tips 26<br />

10 In het onderwijs of de kinderopvang28<br />

Tips 29<br />

11 Samen werken: ga zo door!31<br />

Literatuur32<br />

Bijlage Onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut34<br />

3


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

1 <strong>Pedagogische</strong> <strong>civil</strong> <strong>society</strong> for <strong>beginners</strong><br />

In 2011 deed het Verwey-Jonker Instituut onderzoek<br />

naar de samenwerking tussen professionals en vrijwilligers<br />

rond jeugd en gezin. Wat gaat er goed en<br />

op welke punten kan die samenwerking verbeterd<br />

worden<br />

ZonMw financierde dit onderzoek binnen het<br />

programma Vrijwillige inzet <strong>voor</strong> en door jeugd en<br />

gezin. Het programma stimuleerde meerdere onderzoeken<br />

en meer dan enkel onderzoek: ook vele<br />

praktijkprojecten werden gefinancierd. 1 ZonMw had<br />

bovendien oog <strong>voor</strong> toegankelijke communicatie<br />

over de zogeheten pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> (De<br />

Winter, 2011), op getuige de website van het programma<br />

2 en in het gratis verspreide tijdschrift<br />

Vrijwillige INZET verschenen enthousiaste verhalen<br />

over praktijk en onderzoek.<br />

Door het programma werd duidelijk dat vrijwilligers<br />

een grote rol spelen in jeugdzorg en jeugdwelzijn.<br />

Overal zijn zij in touw om ouders en kinderen<br />

te ondersteunen, hun leven op de rails te<br />

houden of aangenamer te maken. Zij brengen<br />

bezoeken aan gevangenissen, begeleiden bij spelen<br />

op straat, passen op, verzorgen voetbaltraining<br />

1 Ook DSP, BMC, de Erasmus Universiteit en de Universiteit<br />

Utrecht voerden onderzoeken uit binnen dit programma. In<br />

totaal finanicerde ZonMw meer dan 90 projecten, waaronder 57<br />

praktijkprojecten.<br />

2 Zie verder: http://www.zonmw.nl/nl/programmas/programmadetail/vrijwillige-inzet-<strong>voor</strong>-en-door-jeugd-en-gezin/algemeen/<br />

begeleiden jonge ouders, helpen kinderen bij hun<br />

huiswerk, begeleiden vakantieweken en coachen<br />

kinderen uit multi-probleemgezinnen.. Zij zien zichzelf<br />

misschien niet altijd als vrijwilliger en zijn ook<br />

niet altijd aangesloten bij een organisatie, maar ze<br />

zijn onmisbaar <strong>voor</strong> wat wij het sociaal kapitaal van<br />

de maatschappij zijn gaan noemen (Putnam, 2000).<br />

Sociaal kapitaal ontstaat in verenigingen en clubs, in<br />

de familie, bij opa’s en oma’s, kerk- en moskeegangers<br />

en buren (Van der Klein, 2012; zie ook Davelaar<br />

e.a., 2012).<br />

Het Verwey-Jonker Instituut maakte vier publicaties<br />

naar aanleiding van het onderzoek (zie bijlage<br />

1). Deze handreiking <strong>Pedagogische</strong> <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

<strong>voor</strong> <strong>beginners</strong> is het slotstuk. De handreiking is<br />

bedoeld <strong>voor</strong> iedereen die een grotere burgerbetrokkenheid<br />

bij opvoeden en opvoeden toejuicht,<br />

maar <strong>voor</strong>al <strong>voor</strong> professionals die dat willen<br />

bewerkstelligen.<br />

Over deze handreiking: professionals aan zet<br />

Deze handreiking is <strong>voor</strong> alle professionals die meer<br />

of beter met vrijwilligers, buurtbewoners en ouders<br />

willen samenwerken. Ze wordt verspreid onder<br />

beroepskrachten die betrokken zijn bij Centra <strong>voor</strong><br />

Jeugd en Gezin. Maar deze handreiking is bedoeld<br />

<strong>voor</strong> een bredere groep, namelijk <strong>voor</strong> iedereen die<br />

4


de versterking van de pedagogische <strong>civil</strong><br />

<strong>society</strong> hoog in het vaandel heeft, waar hij<br />

of zij ook werkt. Met de beoogde transitie<br />

van de jeugdzorg naar de gemeenten komen<br />

steeds meer beroepskrachten in aanraking<br />

met vrijwillige inzet rond jeugd en gezin. 3<br />

Het georganiseerde en ongeorganiseerde<br />

vrijwilligerswerk is <strong>voor</strong> de professionals<br />

vaak een nieuwe wereld die parallel aan<br />

hun professionele activiteiten blijkt te<br />

bestaan. Samenwerking met leken en vrijwilligers<br />

is <strong>voor</strong> sommigen een grote stap.<br />

Anderen beginnen <strong>voor</strong>zichtig contact te<br />

leggen. Het verschilt per individu, per organisatie<br />

en per werkgebied hoever de samenwerking<br />

tussen professionals en ‘gewone<br />

burgers’ is gevorderd.<br />

We onderscheiden in deze handreiking vier<br />

werkgebieden waar professionals vrijwillige<br />

inzet meer of beter zouden kunnen<br />

benutten: jeugdzorg, welzijn, onderwijs (en<br />

kinderopvang) en overheid (hoofdstuk 3).<br />

Daarna volgt een aantal tips <strong>voor</strong> elk van<br />

deze werkgebieden (hoofdstuk 4). In hoofdstuk<br />

5 concentreren we ons op tips <strong>voor</strong><br />

interne samenwerking tussen beroepkrachten<br />

en vrijwilligers; in hoofdstuk 6 zetten we de do’s<br />

en don’ts <strong>voor</strong> ketensamenwerking in de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> op een rij. In hoofdstuk 7 geven we<br />

specifieke tips <strong>voor</strong> professionals in de jeugdzorg; in<br />

hoofdstuk 8 staat de versterking van de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> door welzijnswerkers en vrijwilligerscoördinatoren<br />

centraal.<br />

3 http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/jeugdzorg/<br />

nieuw-stelsel-zorg-<strong>voor</strong>-de-jeugd<br />

Cover van Vrijwillige INZET, oktober 2011<br />

In hoofdstuk 9 en 10 geven we suggesties waar<br />

gemeenteambtenaren en professionals in het onderwijs<br />

mee aan de slag kunnen. In hoofdstuk 11 doen<br />

we een oproep om door te gaan met samenwerking,<br />

hoe ingewikkeld dat soms ook is in de praktijk. De<br />

wil tot samenwerking tussen professionals en vrijwilligers<br />

moet van twee kanten komen. Het gaat het<br />

best als er een duidelijk gemeenschappelijk doel is.<br />

Hoewel we er in deze handreiking van uitgaan dat<br />

5


professionals als eerste aan zet zijn om de samenwerking<br />

te zoeken met alle initiatieven en organisaties<br />

waar actieve burgers bij betrokken zijn<br />

(Boutellier 2011), sluiten we initiatief van vrijwilligers<br />

en vrijwilligersorganisaties niet uit. Een vrijwilligersorganisatie<br />

als Humanitas bij<strong>voor</strong>beeld heeft<br />

veel ervaring met goede samenwerking tussen professionals<br />

en vrijwilligers. In deze handreiking<br />

zetten we de wijze lessen die we in de praktijk<br />

tegenkwamen <strong>voor</strong> u op papier. <strong>Op</strong> verschillende<br />

manieren hebben we deze lessen verzameld: via<br />

interviews, een internetenquête, expertbijeenkomsten<br />

en literatuur. Ook deden we onderzoek op tien<br />

plaatsen waar goed wordt samengewerkt (Van der<br />

Gaag e.a. 2012) . Uit de goede praktijken van bij<strong>voor</strong>beeld<br />

<strong>Thuis</strong> op <strong>Straat</strong>, Humanitas, de<br />

Kindertelefoon en Moeders informeren Moeders<br />

bleek eens te meer dat professionals en vrijwilligers<br />

elkaar nodig hebben, maar dat een goede samenwerking<br />

niet zonder slag of stoot tot stand komt.<br />

Wij danken iedereen die aan de deelonderzoeken<br />

heeft meegewerkt en ons de mogelijkheid<br />

heeft gegeven de conclusies te presenteren. Samen<br />

heeft u deze handreiking <strong>Pedagogische</strong> <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

<strong>voor</strong> <strong>beginners</strong> mogelijk gemaakt, vaak zonder te<br />

weten wat u nu eigenlijk onder een pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> moest verstaan. Daarom beginnen we<br />

in het volgende hoofdstuk (hoofdstuk 2) met een<br />

korte uitleg van wat dat is: een pedagogische <strong>civil</strong><br />

<strong>society</strong>.<br />

6


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

2 Wat is dat een pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

Volgens het Nederlands Jeugdinstituut<br />

Volgens de site van het Nederlands Jeugdinstituut<br />

(NJi) wordt onder de ‘pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>’<br />

verstaan: ‘gemeenschappelijke activiteiten van burgers<br />

rondom het grootbrengen van kinderen’. In een<br />

‘goed functionerende pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>’,<br />

zo stelt het NJi, ‘bestaat er bij burgers de bereidheid<br />

om in de eigen sociale netwerken en in het<br />

publieke domein de verantwoordelijkheid rond het<br />

opgroeien en opvoeden van kinderen te delen.<br />

Ouders, jongeren en buurtbewoners, maar ook<br />

familieleden, leraren, sportcoaches, kortom: burgers,<br />

zijn op zo’n manier onderling betrokken dat<br />

het bevorderend is <strong>voor</strong> het opvoeden en opgroeien<br />

van kinderen en jeugdigen.’ 4<br />

Daarmee formuleert het gezaghebbende instituut<br />

<strong>voor</strong> professionals rond jeugd en gezin een<br />

brede definitie. Het gaat om formele én informele<br />

netwerken, om het privé- én het publieke domein<br />

en om opvóéden en opgróéien. Voor het NJi is de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> er ‘<strong>voor</strong> en door iedereen<br />

die direct of indirect betrokken is bij opvoeden,<br />

opgroeien en gezondheid van de jeugd':<br />

4 www.nji.nl<br />

●●<br />

gezin, familie en vriendenkring;<br />

●●<br />

andere betrokkenen zoals buren, leerkrachten<br />

of andere ouders;<br />

●●<br />

vrijwilligers, professionals en diverse<br />

organisaties.<br />

Horen de professionals erbij<br />

Terwijl het NJi een rol ziet weggelegd <strong>voor</strong> professionals<br />

en hun organisaties in de pedagogische <strong>civil</strong><br />

<strong>society</strong>, zoals leraren en sportcoaches, neemt de<br />

bedenker van het concept, hoogleraar en pedagoog<br />

Micha de Winter, nadrukkelijk afstand van de professionele<br />

invulling. Met collega-hoogleraar en vrijwilliger-expert<br />

Lucas Meijs omschreef hij in 2011 de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> zo: ‘Dat deel van de<br />

samenleving waar burgers (kinderen, jongeren,<br />

ouders en andere volwassenen) in vrijwillige verbanden<br />

verantwoordelijkheid nemen <strong>voor</strong> een pedagogisch<br />

klimaat waarin het goed opvoeden en<br />

opgroeien is, in samenwerking of juist als tegenkracht<br />

tot overheden (gemeenten, de jeugdsector,<br />

het welzijnswerk), bedrijven en andere <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

organisaties (bij<strong>voor</strong>beeld sportverenigingen)’<br />

(Vrijwillige INZET, oktober 2011)<br />

De vrijwillige verbanden tussen individuele burgers<br />

vormen volgens hen de kern van de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong>. Vanuit die verbanden kunnen er<br />

7


8<br />

Interventiepiramide met <strong>voor</strong>beelden van actoren/instituties per interventielaag, gericht op gezin, jeugd of ouder/opvoeder<br />

(Van der Klein, e.a., 2011). In de kadertjes de tien cases die het Verwey-Jonker Instituut nader bestudeerde.


elaties gelegd worden met overheden en organisaties,<br />

maar dat is niet per se noodzakelijk.<br />

Integendeel, volgens De Winter hebben <strong>voor</strong>al professionals<br />

in het welzijnswerk, de jeugdsector en de<br />

overheid het vrijwillige initiatief bij burgers vaak<br />

(onbedoeld) lamgelegd. Burgers zijn zich volgens<br />

hem de afgelopen jaren onthand gaan voelen zonder<br />

deskundige leiding van pedagogen. En dat vindt hij<br />

volslagen onterecht. Het concept van de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> zet de burgers zelf (ouders, jongeren,<br />

buurtbewoners en familieleden) weer in hun<br />

pedagogische kracht (De Winter 2011).<br />

Individuele of georganiseerde<br />

betrokkenheid<br />

De Winter concentreert zich in zijn pleidooi <strong>voor</strong><br />

een pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> op versterking van<br />

‘informele verbanden van individuen’ die zich letterlijk<br />

en figuurlijk dicht in de buurt van jeugd en<br />

gezin bevinden. Uit het onderzoek van het Verwey-<br />

Jonker Instituut <strong>voor</strong> het programma Vrijwillige<br />

Inzet <strong>voor</strong> en door jeugd en gezin blijkt dat er ook<br />

heel veel georganiseerde vrijwilligers actief zijn<br />

rond opgroeien en opvoeden. Individuele burgers én<br />

georganiseerde vrijwilligers vormen ons inziens<br />

samen het potentieel in de pedagogische <strong>civil</strong><br />

<strong>society</strong>.<br />

De georganiseerde vrijwilligers zijn actief bij<br />

allerlei soorten organisaties: vrijwilligersorganisaties,<br />

verenigingen, scholen, welzijnsinstellingen en<br />

ook in de reguliere jeugdzorg. In de keten rond<br />

jeugd en gezin die wordt geïllustreerd in de zogeheten<br />

interventiepiramide, bevinden vrijwilligers<br />

zich in alle lagen (Steketee e.a., 2010; Van der Klein<br />

e.a., 2011 (zie p.8).<br />

Of het nu gaat om de onderste laag - de zorg <strong>voor</strong><br />

een positief opvoed- en opgroeiklimaat -, preventieve<br />

interventies of het niveau van probleemaanpak<br />

en klinische en juridische interventies, in alle lagen<br />

is er sprake van individuele en georganiseerde<br />

betrokkenheid van burgers. Hun vrijwillige inzet is<br />

gericht op de opvoeding, maar ook op de omgeving<br />

en het klimaat waarin jongeren opgroeien.<br />

Versterking van de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

via professionals<br />

De pleitbezorgers van de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

richten zich over het algemeen op versterking van<br />

informele, vrijwillig tot stand gekomen verbanden<br />

in de buurt van jeugd en gezinnen (zie bij<strong>voor</strong>beeld<br />

www.allemaalopvoeders.nl; www.vrijwillige-inzet.<br />

nl; WRR, 2003 en 2005; RMO, 2009). Dat neemt<br />

natuurlijk niet weg dat er professionals zijn die<br />

binnen hun werk juist die verbanden willen versterken.<br />

Het klinkt misschien paradoxaal, maar de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> zou juist via professionals<br />

een enorme stimulans kunnen krijgen.<br />

Bij<strong>voor</strong>beeld doordat de professionals meer gewone<br />

burgers in hun werkgebied toelaten. De professionals<br />

zouden ook de relatie met het georganiseerde<br />

vrijwilligerswerk meer kunnen uitbouwen (Van der<br />

Klein, 2012).<br />

9


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

3 Professionals, werkgebieden en soorten vrijwilligers<br />

Vier werkgebieden<br />

In deze handreiking onderscheiden we vier werkgebieden<br />

waar professionals meer of beter met<br />

buurtbewoners, ouders en vrijwilligersorganisaties<br />

kunnen samenwerken: jeugdzorg, welzijn, onderwijs<br />

(en kinderopvang) en overheid, gemeenteambtenaren,<br />

wethouders, meesters en juffen,<br />

schooldirecteuren, buurtcoaches, jongerenwerkers,<br />

maatschappelijk werkers, vrijwilligerscoördinatoren,<br />

verpleegkundigen en artsen van consultatiebureaus,<br />

medewerkers van Bureau Jeugdzorg,<br />

managers van Centra van Jeugd en Gezin, behandelaars<br />

en begeleiders, kleuterleidsters en crèchemedewerkers…<br />

allemaal kunnen zij in hun eigen<br />

werkgebied vrijwilligers(organisaties) uitnodigen,<br />

verwelkomen en mobiliseren.<br />

Allemaal kunnen zij de betrokkenheid van vrijwilligers,<br />

buurtbewoners, ouders en jongeren stimuleren.<br />

Zij kunnen dat doen binnen hun eigen<br />

organisatie, maar zij zouden de versterking van de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> ook gezamenlijk kunnen<br />

aanpakken. Een mooi aanknopingspunt daar<strong>voor</strong><br />

ligt bij de Centra <strong>voor</strong> Jeugd en Gezin (CJG’s). Het<br />

is namelijk de bedoeling dat deze centra als netwerkorganisaties<br />

gaan zorgen <strong>voor</strong> laagdrempelige<br />

en samenwerkende ondersteuning, hulpverlening<br />

en zorg aan ouders en kinderen. Zij zouden via de<br />

professionals dus heel goed de pedagogische <strong>civil</strong><br />

<strong>society</strong> in hun werkgebied kunnen versterken (zie<br />

ook Kesselring e.a., 2010).<br />

De rol van Centra <strong>voor</strong> Jeugd en Gezin<br />

De opzet van deze Centra is een van de speerpunten<br />

geweest van het ministerie <strong>voor</strong> Jeugd en<br />

Gezin onder leiding van Andre Rouvoet<br />

(ChristenUnie) in het kabinet Balkenende IV (2007-<br />

2010). In 2008 werden de eerste CJG’s gerealiseerd.<br />

Sinds 2011 is er een redelijk dekkend netwerk<br />

van CJG’s in het land. Idealiter zijn de CJG’s<br />

een ontmoetingsplek <strong>voor</strong> ouders, kinderen, jongeren,<br />

professionals en vrijwilligers. De CJG’s zijn<br />

ook spil in het lokale jeugdbeleid; ze richten zich<br />

op alle kinderen en jongeren tot 23 jaar en hun<br />

ouders.<br />

Zij kunnen de sociale netwerken en verbondenheid<br />

van jeugd, ouders en andere partijen rond<br />

kind en gezin faciliteren en stimuleren. Andere<br />

<strong>voor</strong>zieningen en organisaties, zoals brede scholen,<br />

kinderopvang, welzijnsinstellingen, woningbouwcorporaties<br />

en zelforganisaties kunnen hier uiteraard<br />

ook een rol in spelen, maar de CJG’s zijn dé<br />

netwerkorganisaties die alle reguliere en spontane<br />

initiatieven rond opvoeden en opgroeien zou<br />

moeten verbinden. In deze centra bundelen nu al<br />

10


veel professionals en professionele organisaties hun<br />

taken: consultatiebureaus, schoolmaatschappelijk<br />

werk, leerplichtambtenaren, GGD, peuterspeelzalen,<br />

jeugdartsen en jeugdwerk bij<strong>voor</strong>beeld.<br />

Volgens het NJi kunnen de CJG’s ‘behoeften<br />

onderzoeken, kansen verkennen, activiteiten initiëren,<br />

bestaande activiteiten ondersteunen en<br />

bovenal naar alle samenwerkingspartners, ouders<br />

en jeugd uitdragen dat de sociale opvoed- en<br />

opgroeiomgeving van ouders en jeugd ertoe doet.<br />

Zo kunnen vanuit verschillende kanten initiatieven<br />

ontstaan die elkaar versterken.’ (NJi, 2011) ‘De<br />

centra vormen met [hun] veelvoudige rol een<br />

belangrijk kristallisatiepunt <strong>voor</strong> de eerste stappen<br />

richting het versterken van de pedagogische netwerken<br />

<strong>voor</strong> en door gezinnen.’ (NJi, 2012)<br />

Het is niet <strong>voor</strong> niets dat het NJi spreekt over ‘de<br />

eerste stappen’ van de CJG’s. Volgens de deskundigen<br />

die wij spraken, spelen CJG’s op dit moment<br />

nog geen grote rol in de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

(Van der Klein, e.a. 2011). ‘Er zijn zoveel verschillen<br />

tussen de CJG’s. Veel hangt af van de visie op wat<br />

het CJG zou moeten doen en de manier waarop het<br />

CJG is ingericht’, aldus een van de geïnterviewde<br />

experts. CJG’s trekken in de praktijk weinig bezoekers<br />

en hun imago staat laagdrempeligheid in de<br />

weg (NRC Handelsblad, 28 september 2012;<br />

Algemene Rekenkamer, 2012). De beoogde laagdrempeligheid<br />

wordt niet in elk CJG vertaald naar<br />

directe burgerbetrokkenheid en de meeste CJG’s<br />

zijn zo druk met de onderlinge verbinding van professionals<br />

en professionele organisaties dat ze nauwelijks<br />

toekomen aan contacten met de vrijwilligerswereld<br />

(Bulsink e.a., 2012).<br />

De gemeenten geven het lokale Centrum <strong>voor</strong> Jeugd<br />

en gezin zijn opdracht. De lokale overheid heeft op<br />

basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning<br />

(Wmo) en de Wet publieke gezondheid de plicht om<br />

een CJG in te richten <strong>voor</strong> iedereen met vragen en<br />

problemen over opvoeden en opgroeien. In de<br />

gemeentelijke opdrachten aan de CJG’s moet de<br />

verbinding met pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> ons<br />

inziens dus nadrukkelijker genoemd worden. We<br />

komen hier in hoofdstuk 9 op terug. Professionals bij<br />

de CJG’s moeten wat betreft het Verwey-Jonker<br />

Instituut meer de opdracht krijgen om die verbinding<br />

met vrijwilligers, ouders, buurtbewoners en<br />

jongeren te leggen. De uitvoerende professionals<br />

dienen er op hun beurt rekening mee te houden dat<br />

er veel soorten actieve burgers zijn, en ook heel<br />

veel soorten georganiseerde vrijwilligers.<br />

Soorten vrijwilligers: georganiseerd en<br />

ongeorganiseerd<br />

Een goede match tussen een vrijwilliger en zijn<br />

werkgebied is cruciaal <strong>voor</strong> functioneren en welbevinden<br />

van de vrijwilliger, net zoals dat <strong>voor</strong><br />

beroepskrachten geldt. Incidenteel actieve burgers<br />

vragen om een heel andere benadering dan mensen<br />

die week in week uit bij dezelfde vrijwilligersorganisatie,<br />

sportvereniging of welzijnsinstelling actief<br />

zijn.<br />

Wie als professional vanuit een professionele<br />

setting de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> wil versterken,<br />

moet zich realiseren welk type burger, vrijwilliger,<br />

buurtbewoner hij of zij wil aanspreken, en waarom.<br />

Wil hij mensen aantrekken met een pedagogische<br />

belangstelling of niet Heeft hij genoeg aan mensen<br />

die af en toe iets willen doen of behoefte aan regelmaat<br />

Zoekt hij vrijwilligers die precies willen weten<br />

11


wat ze moeten doen of juist mensen die inhoudelijke<br />

vrijheid in hun werkzaamheden waarderen<br />

De volgende typologie van actieve burgers kan<br />

helpen om als professional te bepalen (bij wat<br />

<strong>voor</strong> type organisatie u) wat <strong>voor</strong> burgers wilt<br />

mobiliseren:<br />

●●<br />

●●<br />

●●<br />

●●<br />

●●<br />

●●<br />

●●<br />

●●<br />

●●<br />

Individuele burgers die geen verbondenheid<br />

tonen met de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>.<br />

Individuele burgers die op eigen initiatief<br />

incidenteel informele sociale steun aan jeugd,<br />

ouders of gezin geven.<br />

Individuele burgers die op uitnodiging van een<br />

organisatie incidenteel (informele) sociale<br />

steun geven aan jeugd, ouders of gezin.<br />

Individuele burgers (ouders, buurtbewoners,<br />

jongeren) die op eigen initiatief regelmatig<br />

actief zijn op dit terrein.<br />

Individuele burgers die op uitnodiging van een<br />

organisatie regelmatig actief zijn op dit<br />

terrein.<br />

Georganiseerde vrijwilligers van een vrijwilligersorganisatie,<br />

met een vrije rol bij de<br />

ondersteuning van jeugd, ouders en gezin.<br />

Georganiseerde vrijwilligers van een beroepsorganisatie,<br />

met een vrije rol bij de ondersteuning<br />

van jeugd, ouders en gezin.<br />

Georganiseerde vrijwilligers met een vaste<br />

taakomschrijving bij een vrijwilligersorganisatie.<br />

Georganiseerde vrijwilligers met een vaste<br />

taakomschrijving bij een professionele<br />

instelling.<br />

Het Verwey-Jonker Instituut heeft een enquête<br />

gehouden onder de belangrijkste spelers op het<br />

gebied van jeugd en gezin: vrijwilligersorganisaties,<br />

projecten en professionele instellingen. Van<br />

de professionele instellingen die aangeven wel<br />

eens of regelmatig met vrijwilligers werken, blijkt<br />

ongeveer eenvijfde zowel georganiseerde vrijwilligers<br />

als individuele burgers te mobiliseren. De<br />

meeste organisaties in de jeugdzorg (consultatiebureaus<br />

en Bureaus Jeugdzorg) werken binnenshuis<br />

met georganiseerde vrijwilligers met een vaste<br />

taakomschrijving.<br />

Een nieuw project begint met keuzes: waarom<br />

zoekt u contact met betrokken burger Voor welke<br />

werkzaamheden zoekt u hen Wat motiveert deze<br />

burgers Wilt u samenwerken met een bestaand<br />

initiatief of wilt u zelf iets opzetten Professionals<br />

lijken meestal een <strong>voor</strong>keur te hebben <strong>voor</strong> vrijwilligers<br />

die zij zelf kunnen aansturen. Bij CJG’s komt<br />

samenwerking met individuele ouders en buurtbewoners<br />

langzaam op gang. Maar heel weinig professionals<br />

in onderwijs en jeugdzorg echter, zoeken<br />

de verbinding met vrijwilligersorganisaties, terwijl<br />

juist de vrijwilligers bij die vrijwilligersorganisaties<br />

het meeste werk in de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> doen. Denk aan scouting, de<br />

Kindertelefoon en kindervakantiekampen (jeugd);<br />

Humanitas, de Voorleesexpres, Home-Start en<br />

Moeders Informeren Moeders (opvoed- en opgroeiondersteuning)<br />

en aan al die verenigingen en initiatieven<br />

die zich inzetten <strong>voor</strong> de vrijetijdsbesteding<br />

van kinderen en hun ouders (sport-, dans- en<br />

knutselclubs bij<strong>voor</strong>beeld). Professionele organisaties<br />

als Centra <strong>voor</strong> Jeugd en gezin zouden veel<br />

meer gebruik kunnen maken van wat er al is aan<br />

infrastructuur in de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>.<br />

12


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

4 Do’s en don’ts in elk werkgebied<br />

Waar u ook vrijwilligers organiseert, in welk werkgebied<br />

u ook actief bent, bij de samenwerking<br />

tussen professionals en vrijwilligers zijn er een<br />

aantal eenvoudige do’s en do’nts waar u zich aan<br />

moet houden. De do’s en don’ts gelden <strong>voor</strong> samenwerking<br />

tussen professionals en vrijwilligers van<br />

dezelfde organisatie, maar ook tussen professionals<br />

en vrijwilligers(organisaties) die op verschillende<br />

plaatsen in de keten van jeugdzorg en jeugdwelzijn<br />

actief zijn. Bij beide soorten samenwerking geldt<br />

dat er – liefst van te voren- wat oriëntatiewerk<br />

plaatsvindt: zicht op de informele partners in het<br />

werkgebied is noodzakelijk en het is handig als u<br />

nadenkt over de ideale match die u <strong>voor</strong> ogen hebt.<br />

Tip 1<br />

Zorg <strong>voor</strong> zicht op de informele partners<br />

in uw werkgebied<br />

Wie als professional de burgerbetrokkenheid in zijn<br />

werkgebied wil vergroten, doet er goed aan te<br />

weten welke organisaties in zijn regio of gemeente<br />

daar al aan bijdragen. Zoek uit welke groepen, initiatieven<br />

en organisaties op uw werkgebied actief zijn<br />

op vrijwillige basis. Verdiep u in de werkzaamheden<br />

van die organisaties. Misschien dienen deze verenigingen,<br />

religieuze verbanden of vrijwilligersorganisaties<br />

hetzelfde doel als u, maar dan onbetaald.<br />

Wellicht werken zij met precies dezelfde groep vrijwilligers,<br />

buurtbewoners, ouders of jongeren die u<br />

wilt mobiliseren. Misschien kunt u samen optrekken<br />

omdat u elkaar zo prachtig aanvult Wellicht vormt<br />

een informele organisatie de perfecte brug naar de<br />

mensen die u zoekt, bij<strong>voor</strong>beeld de bewoners van<br />

een bepaalde wijk, de kinderen van migrantenouders<br />

of de ouders van kinderen met ADHD.<br />

Tip 2<br />

Denk van tevoren na over match en<br />

selectie<br />

Een ideale match tussen professionals en vrijwilligers-<br />

(organisaties) levert een win-winsituatie op. Kies<br />

dus partners uit de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> die<br />

iets te winnen hebben in de samenwerking met u.<br />

Een open uitnodiging werkt dan vaak beter dan een<br />

dwingende vraag, een wanhopige oproep of betweterig<br />

advies. Als professional is het verstandig om<br />

aan te sluiten bij de kernkwaliteiten en kernactiviteiten<br />

van potentiële informele partners: individuen<br />

en organisaties. Van (de vrijwilligers bij) een sportvereniging<br />

kan men niet verwachten dat zij een rol<br />

willen spelen bij een debat over de opvoedstijl van<br />

ouders. <strong>Op</strong> scholen is daar bij de actieve ouders<br />

13


meer kans op. In een sportvereniging draait het om<br />

sport, hoe ruim die vereniging de maatschappelijke<br />

opdracht van sport ook opvat. Aansluiten bij de<br />

bezigheden en leefwereld van buurtbewoners,<br />

ouders, kinderen en/of vrijwilligers is vaak productiever<br />

dan instrumenteel zoeken naar de ideale vrijwilliger<br />

die aan al uw wensen voldoet.<br />

Beeldbank<br />

Tip 3<br />

Onderschat vrijwilligers niet; zet<br />

alleen deskundigheidsbevordering in<br />

als dat echt nodig is<br />

Onderschat vrijwilligers niet. Uit ons onderzoek is<br />

gebleken dat veel vrijwilligers rond jeugd en gezin<br />

vrijwilligerswerk doen naast een beroep in welzijn,<br />

opvang of zorg. De medewerkers van de CJG’s die<br />

wij spraken, gaven vaak aan zelf ook vrijwilligerswerk<br />

te doen. Een goede afbakening van taken<br />

tussen vrijwilligers en professionals is in een pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> vaak belangrijker dan precies<br />

vastgestelde beroeps- en vrijwilligersidentiteit.<br />

Meer burgerbetrokkenheid rond opvoeden en<br />

opgroeien vraagt niet per se om meer gediplomeerde<br />

menskracht. Ook ongediplomeerd kan men<br />

van waarde en betekenis zijn in de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong>.<br />

Ga om met vrijwilligers als gelijkwaardige partners.<br />

Overweeg hoe u het best ten dienste kan staan van<br />

de vrijwilligers. Wees niet te snel met deskundigheidsbevordering.<br />

Deskundigheidsbevordering en<br />

strenge selectie lijken <strong>voor</strong>al van belang wanneer er<br />

vanuit een bepaald pedagogisch gedachtegoed moet<br />

worden gewerkt. De ‘neuzen staan dan dezelfde<br />

kant op’, maar deskundigheidsbevordering wordt<br />

ook vaak ingezet om gemotiveerde vrijwilligers wat<br />

extra’s te bieden of te laten leren. Deskundigheidsbevordering<br />

van buurtbewoners, ouders, jongeren<br />

of vrijwilligers is niet altijd nodig. In sommige<br />

gevallen werkt dat zelfs averechts: het is te dwingend,<br />

het proces , duurt te lang of verstoort de<br />

onbevangen relatie van de vrijwilliger met degene<br />

die hij of zij ondersteunt. Ook kan te veel deskundigheidsbevordering<br />

er<strong>voor</strong> zorgen dat de verwachtingen<br />

van vrijwilligers te hoog worden en dat ze als<br />

paraprofessional een vergoeding gaan verwachten.<br />

14


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

5 Tips <strong>voor</strong> een goede interne samenwerking<br />

Tip 1<br />

Waardeer vrijwilligers in woord en<br />

daad<br />

Alle professionals kunnen incidenteel en structureel<br />

actieve burgers en regelmatige vrijwilligers-<br />

(organisaties) complimenteren. Vrijwilligers vinden<br />

het ontzettend leuk om te merken dat ze gewaardeerd<br />

worden. Complimenten en positieve feedback<br />

op het vrijwilligerswerk zijn onmisbaar in de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong>. Wees scheutig met dit soort<br />

opmerkingen, maar ook met kleine attenties: een<br />

verjaarskaart of een kerstpakket bij<strong>voor</strong>beeld. Ook<br />

vrijwilligers kunnen een druk leven hebben waarin<br />

tijd <strong>voor</strong> vrijwilligerswerk zorgvuldig gepland wordt.<br />

Wie op de hoogte is van de beweegredenen van een<br />

vrijwilliger, kan daar op aansluiten.<br />

Tip 2<br />

Geef vrijwilligers ouders, buurtbewoners<br />

en actieve jongeren vertrouwen<br />

en communiceer open met elkaar<br />

Vertrouwen tussen professional en vrijwilliger is een<br />

succesfactor in de samenwerking. Het gaat om<br />

elkaar kennen, weten wat je van elkaar kunt verwachten<br />

en wat je aan elkaar hebt. Laagdrempelig<br />

contact blijkt in veel gevallen een belangrijke <strong>voor</strong>waarde<br />

<strong>voor</strong> vertrouwen, openheid en veiligheid<br />

tussen professionals en vrijwilligers.<br />

Veel vrijwilligers vinden het prettig om te<br />

merken dat wat zij aankaarten, gehoord wordt en<br />

wordt opgepakt. Als professional openstaan <strong>voor</strong><br />

suggesties of kritiek en daar werk van maken levert<br />

veel goodwill op. ‘Hoe kan ik rekening houden met<br />

jullie wensen’ en ‘Hoe kunnen we samen het werkproces<br />

of het resultaat verbeteren’ zijn vragen die<br />

je als professional geregeld moet stellen. Een duidelijk<br />

aanspreekpunt (of moment) geeft duidelijkheid<br />

in de samenwerking en zorgt er<strong>voor</strong> dat iedereen<br />

weet wie hij of zij kan benaderen bij vragen of<br />

problemen.<br />

15


Tip 3<br />

Bied vrijwilligers een veilige<br />

werkomgeving<br />

<strong>Op</strong> plekken waar vrijwilligers geconfronteerd kunnen<br />

worden met veel problemen of heftige situaties<br />

wordt, vaak ook met het oog op de veiligheid van de<br />

vrijwilliger, gewerkt met duidelijke regels. Dit geldt<br />

bij<strong>voor</strong>beeld <strong>voor</strong> de Kindertelefoon, Humanitas<br />

BOR en Exodus (Van der Gaag & Van der Klein 2012).<br />

De regels beschermen de vrijwilliger; ze zorgen<br />

er<strong>voor</strong> dat de vrijwilligers beter grenzen kunnen<br />

stellen, geen grenzen overschrijden en vanuit een<br />

gedeelde (pedagogische) visie werken. Vrijwilligers<br />

die met regels werken, hebben binnen die regels<br />

vaak wel veel vrijheid om hun werkzaamheden vorm<br />

te geven.<br />

Tip 5<br />

Zorg <strong>voor</strong> gezelligheid, binding en<br />

groepsgevoel<br />

Tot slot, maar daarom niet minder belangrijk: gezelligheid<br />

en groepsgevoel blijken belangrijke motiverende<br />

factoren <strong>voor</strong> een goede samenwerking en<br />

<strong>voor</strong> duurzame binding van vrijwilligers. Bij sommige<br />

goedlopende praktijken komt de binding <strong>voor</strong>t<br />

uit gedeelde opvattingen: een gedeeld geloof, lid<br />

zijn van dezelfde sportvereniging, een buurtgevoel<br />

of een gedeelde betrokkenheid bij de doelgroep.<br />

Groepsgevoel en binding zijn niet alleen bij vrijwilligers<br />

onderling van belang. Ze betekenen ook: als<br />

vrijwilliger het gevoel krijgen bij de organisatie<br />

horen en daar gezien worden.<br />

Tip 4<br />

Toon je als professional betrokken en<br />

deskundig<br />

Betrokkenheid van professionals bij hun werk is <strong>voor</strong><br />

vrijwilligers essentieel. Vrijwilligers eisen meestal<br />

evenveel hart <strong>voor</strong> de zaak van professionals als van<br />

zichzelf. Professionals die enkel werken <strong>voor</strong> hun<br />

inkomen, worden door vrijwilligers minder gewaardeerd.<br />

Laat als professional uw deskundigheid zien<br />

zonder u daarop <strong>voor</strong> te laten staan. Geef raad als<br />

daar om gevraagd wordt.<br />

16


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

6 Tips <strong>voor</strong> samenwerking in de keten<br />

Ook het contact tussen professionele organisaties en<br />

vrijwilligersorganisaties is gebaat bij waardering,<br />

vertrouwen, veiligheid, open communicatie, afbakening<br />

van taken, gezelligheid en betrokkenheid van<br />

iedereen bij hetzelfde probleem. Ketensamenwerking<br />

wint bij een goede samenwerking van professionals<br />

en vrijwilligers.<br />

Tip 1<br />

Bepaal een gezamenlijk doel en<br />

<strong>voor</strong>kom concurrentie<br />

Een gezamenlijk doel heeft een positief effect op de<br />

samenwerking tussen professionals en vrijwilligers.<br />

Dat gaat hand in hand met het <strong>voor</strong>komen van<br />

onderlinge concurrentie. Het gaat om elkaar ondersteunen<br />

en elkaar versterken. De professional die<br />

vrijwilligers, buurtbewoners en ouders als concurrent<br />

ziet komt niet veel verder in de versterking van<br />

de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>. Beroepskrachten en<br />

vrijwilligers kunnen en doen in de praktijk vaak<br />

andere dingen. Voor de doelgroep is dat meestal<br />

heel duidelijk: zij ervaren vrijwilligers meer als<br />

gelijken.<br />

Neem als professionals en coördinatoren van<br />

vrijwilligersinitiatieven voldoende tijd om elkaars<br />

sterke kanten te verkennen en de werkzaamheden<br />

goed af te bakenen. Afspraken over rolverdeling en<br />

verwachtingen zijn noodzakelijk bij samenwerking.<br />

Beide organisaties moeten weten wat zij aan elkaar<br />

en aan de samenwerking hebben. Vier gezamenlijke<br />

successen gezamenlijk.<br />

Tip 2<br />

Betoon culturele sensitiviteit in de<br />

samenwerking met andere<br />

organisaties<br />

Culturele sensitiviteit is niet alleen in de samenwerking<br />

met zelforganisaties van migranten belangrijk;<br />

ook in de samenwerking met andere organisaties<br />

speelt cultureel bewustzijn een grote rol. De cultuur<br />

op de werkvloer is in elke organisatie anders. Wie<br />

wil samenwerken kan daar beter respect <strong>voor</strong><br />

hebben. Professionals die de pedagogische <strong>civil</strong><br />

<strong>society</strong> willen versterken dienen zich te verdiepen<br />

in de werkcultuur bij initiatieven van vrijwilligers,<br />

buurtbewoners en ouders. Alleen als ze daarop aansluiten,<br />

heeft samenwerken zin.<br />

17


Tip 3<br />

Houd korte lijnen en duidelijke<br />

contactpersonen<br />

Als professionals en vrijwilligersorganisaties samenwerken,<br />

is het belangrijk dat er korte lijnen zijn en<br />

een zeer beperkt aantal duidelijke contactpersonen.<br />

De contactpersonen zijn intern en extern het<br />

gezicht van de samenwerking: zij moeten zich aan<br />

twee kanten laten zien en inhoudelijke betrokkenheid<br />

met het werk uitstralen. De ervaringen in het<br />

sportzorgtraject dat wij bestudeerden waren wat<br />

dat betreft niet erg positief: een van de partijen liet<br />

zichzelf nooit zien in de praktijk van het samenwerkingstraject<br />

(Van der Gaag, 2012). De contactpersonen<br />

zorgen <strong>voor</strong> draagvlak binnen de organisaties<br />

die samenwerken. Zij hebben vaak wel steun nodig<br />

vanuit het management om te zorgen dat er breder<br />

draagvlak ontstaat.<br />

Tip 4<br />

Maak duidelijke afspraken over de<br />

omgang met vrijwilligers<br />

Duidelijke afspraken zijn essentieel bij samenwerking<br />

tussen formele en informele organisaties en<br />

initiatieven in de keten. Vrijwilligers krijgen vaak te<br />

maken met professionals of vrijwilligers van een<br />

andere organisatie in de keten. In veel gevallen<br />

werken de vrijwilligers niet direct samen met de<br />

professionals van deze organisatie, maar is de houding<br />

van deze professionals wel bepalend <strong>voor</strong> hun<br />

beleving van het vrijwilligerswerk. Bij het ouderbezoek<br />

van Exodus krijgen vrijwilligers bij de ene<br />

Penitentiaire Inrichting (PI) een warm onthaal, terwijl<br />

zij bij de andere PI niet eens binnen mogen<br />

komen. Dat maakt het vrijwilligerswerk bij de ene<br />

gevangenis plezierig en bij de andere minder leuk.<br />

Bij gastlessen op scholen, zoals van Sport op School<br />

en de Kindertelefoon, kan de houding van scholen<br />

en individuele docenten de beleving bepalen (Van<br />

der Gaag &Van der Klein, 2012). Zeker als de samenwerking<br />

wat vastere vormen aanneemt, is het goed<br />

om afspraken te maken over de omgang met vrijwilligers<br />

van een andere organisatie.<br />

Tip 5<br />

Maak terugkoppeling naar vrijwilligers<br />

en buurtbewoners<br />

Professionals moeten goed (blijven) terugkoppelen<br />

naar vrijwilligers, zeker als deze opereren op de<br />

grens tussen het informele en formele hulpverleningscircuit.<br />

Als professionals in de keten besluiten<br />

om een cliënt anders of elders te gaan behandelen,<br />

dan is het handig als de vrijwilligerscoördinator de<br />

relevante vrijwilligers op de hoogte stelt. Soms<br />

spelen de vrijwilligers of buurtbewoners een rol in<br />

de doorverwijzing naar professionele hulpverlening.<br />

Ook zij willen horen hoe het verder is gelopen.<br />

Vrijwilligers en buurtbewoners hebben een functie<br />

in <strong>voor</strong>zorg en nazorg. Goede communicatie en<br />

terugkoppeling is bij samenwerking tussen verschillende<br />

organisaties in de keten dus essentieel, ook<br />

om vrijwilligers betrokken te houden. De professionals<br />

dienen <strong>voor</strong> deze terugkoppeling te zorgen.<br />

18


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

7 Professional in jeugdzorg<br />

Bent u een professional op een consultatiebureau,<br />

bij Bureau Jeugdzorg, in een Centrum <strong>voor</strong> Jeugd en<br />

Gezin, in de pleegzorg, bij een Algemeen Meldpunt<br />

Kindermishandeling (AMK), bij de jeugdbescherming,<br />

in een jeugdinrichting of bij jeugdreclassering<br />

Dan kunt ook u burgerbetrokkenheid stimuleren<br />

en zo de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> versterken.<br />

Dat kan door georganiseerde en ongeorganiseerde<br />

vrijwilligers bij uw werk te betrekken.<br />

Bij Bureaus Jeugdzorg zijn nu al veel vrijwilligers<br />

actief: bij de Kindertelefoon of als maatje van een<br />

jongere die behandeld wordt. Bij AMK’s komen meer<br />

dan eens meldingen binnen via vrijwilligers, buren<br />

en familieleden die kindermishandeling vermoeden.<br />

En bij Humanitas doet bij<strong>voor</strong>beeld bezoekgroep de<br />

Hartelborgt maandelijks spelletjes met jongeren in<br />

een jeugdgevangenis. Interkerkelijke vrijwilligersorganisatie<br />

Exodus zorgt <strong>voor</strong> contact tussen kinderen<br />

en gedetineerde ouders.<br />

Er zijn vele manieren om vanuit (de sector)<br />

jeugdzorg een betere connectie met de <strong>civil</strong> <strong>society</strong><br />

te maken. Hieronder zetten we vier tips <strong>voor</strong><br />

beroepskrachten in de jeugdzorg op een rij.<br />

Tip 1<br />

Maak meer contact met<br />

vrijwilligersorganisaties<br />

Als u meer met vrijwilligers wilt werken, hoeft u<br />

niet altijd zelf het wiel uit te vinden. Het georganiseerde<br />

vrijwilligerswerk kan u namelijk helpen.<br />

Zoek contact met dat georganiseerde vrijwilligerswerk.<br />

<strong>Op</strong> uw werkgebied vervullen vrijwilligersorganisaties<br />

een functie. Daarbij kunt u denken aan<br />

organisaties als Humanitas en Exodus, die we hierboven<br />

al noemden, maar ook aan zelforganisaties<br />

van migranten en aan patiënten- en familieverenigingen.<br />

Bij u in de buurt zijn er meer mogelijkheden<br />

dan u verwacht. Misschien kunt u een alliantie aangaan,<br />

kunnen zij u helpen met het bereiken van uw<br />

doelgroep of met het vinden van de juiste vrijwilligers.<br />

Of misschien kunt u leren van hun ervaring<br />

met de combinatie van professionele aansturing en<br />

uitvoering van werk door onbetaalde krachten.<br />

19


Tip 2<br />

Maak werk van preventie: maak contact<br />

met gewone ouders en kinderenver<br />

outreachend<br />

Als u niet wilt wachten tot de probleemgevallen zich<br />

aandienen, maar actiever wilt zijn in preventie en<br />

een positief opvoed- en opgroeiklimaat – de twee<br />

onderste lagen in de interventiepiramide (zie hoofdstuk<br />

2) - probeer dan zelf of via intermediairs contact<br />

te leggen met ‘gewone ouders en kinderen’ , op<br />

plaatsen waar zij vaak komen. U kunt ook contact<br />

leggen met professionals of vrijwilligers die actief<br />

zijn op deze plaatsen. Vooral in de onderste laag<br />

van de piramide zijn veel mogelijkheden om samen<br />

te zorgen <strong>voor</strong> een positief opvoed- en opgroeiklimaat.<br />

In behandelkamers, maar ook op scholen, in<br />

buurthuizen, sportverenigingen en religieuze verbanden<br />

kunt u meedoen om ouderbetrokkenheid<br />

stimuleren.<br />

Tip 3<br />

Stimuleer eigen kracht en<br />

netwerkbetrokkenheid<br />

Als professional in de jeugdzorg heeft u geregeld<br />

contact met ouders en bent u gewend om ouders bij<br />

de behandeling te betrekken. Sommigen van u stimuleren<br />

daarbij uitdrukkelijk de eigen kracht van<br />

ouders en cliënten. Eigen kracht is een van de elementen<br />

die een positieve rol speelt in de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong>. Uw cliënten hebben naast eigen<br />

kracht vaak ook een netwerk om zich heen dat uit<br />

meer dan ouders alleen bestaat: buren, familie-<br />

20


leden, leraren, ouders van vrienden en vriendinnen<br />

en soms ook een maatje dat (of een mentor die) de<br />

cliënt op vrijwillige basis wekelijks ziet en aanmoedigt.<br />

Betrek die vrijwilligers bij de behandeling of<br />

benadering van de jongere of het gezin in kwestie.<br />

In de tegenwoordig vaak gehanteerde samenhangende<br />

of integrale zorg is de wrap around care<br />

benadering populair (Hermanns 5 ) Wrap around gaat<br />

uit van vraaggestuurde en thuisnabije hulpverlening<br />

met behulp van het gezin zelf en de sleutelfiguren<br />

er om heen. Buren, vrienden en opa’s en oma’s<br />

worden in wrap around (De Waard, 2011) meestal al<br />

als waardevolle informele partners in zorg<br />

beschouwd. Maar maatjes, mentoren en vrijwillige<br />

coaches worden minder vaak als sleutelfiguren<br />

gezien. Ook zij horen bij het informele netwerk van<br />

het gezin of de cliënt. Door ook hen te betrekken bij<br />

de wrap around care, draagt u bij aan de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong>.<br />

Tip 4<br />

Beleidsoriëntatie door de koepelorganisaties<br />

van de CJG’s<br />

Niet alleen individuele professionals, ook de sector<br />

jeugdzorg als geheel kan de pedagogische <strong>civil</strong><br />

<strong>society</strong> versterken, zeker nu de transitie van jeugdzorg<br />

naar de gemeenten <strong>voor</strong> de deur staat. Het ligt<br />

<strong>voor</strong> de hand dat de koepels die betrokken zijn bij<br />

de CJG’s hierin het <strong>voor</strong>touw nemen. Denk aan<br />

Actiz, GGD-Nederland, de MO-groep Jeugdzorg<br />

Nederland en de Vereniging van Nederlandse<br />

Gemeenten (VNG). Tot op heden gebeurt dat veel te<br />

weinig.<br />

De gezamenlijke website van deze organisaties<br />

over de CJG’s concentreren zich - sinds invoeringcjg.<br />

nl - op het perspectief van gemeenten en professionals.<br />

Verwijzingen naar vrijwillige inzet, vrijwilligerswerk,<br />

vrijwilligersorganisaties en de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> zijn op de landelijke site over het<br />

CJG nauwelijks te vinden. Dat is een teken aan de<br />

wand. De koepelorganisaties hebben het (te) druk<br />

met hun professionals en noemen hooguit het belang<br />

van eigen kracht en ouderbetrokkenheid.<br />

Individuele CJG’s en de koepelorganisaties<br />

moeten meer werk gaan maken van beleid dat de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> versterkt. De transitie<br />

van de jeugdzorg naar de gemeenten biedt wat dat<br />

betreft een kans, omdat de hulpverlening dichterbij<br />

huis komt. Misschien kan een blik op de sportzorgtrajecten<br />

(een samenwerking van KNVB en Bureau<br />

Jeugdzorg), de werkzaamheden van Vice Versa en<br />

Ouders in actie van <strong>voor</strong>malig Stichting de Meeuw<br />

inspirerend werken (Van der Gaag e.a., 2012; Buijsse<br />

e.a. 2011). Dit zijn drie <strong>voor</strong>beelden van georganiseerde<br />

en vrijere inzet van vrijwilligers bij de<br />

aanpak van problemen rond jeugd en gezin.<br />

5 http://www.onderzoek.hu.nl<br />

21


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

8 Welzijnswerker of vrijwilligerscoördinator<br />

Bent u een professional bij een welzijnsinstelling Of<br />

bent u beroepskracht bij een vrijwilligerscentrale<br />

Iedereen die zich inzet <strong>voor</strong> een beter leefklimaat<br />

<strong>voor</strong> buurten of groepen mensen, kan de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> helpen versterken. Zo kunt u in uw<br />

werk met buurtbewoners en vrijwilligers speciaal<br />

aandacht besteden aan kinderwelzijn, de positie<br />

van ouders en het nut van een positief opvoed- en<br />

opgroeiklimaat.<br />

In de regel weten welzijnswerkers en vrijwilligerscoördinatoren<br />

die in welzijn werken, de verbinding<br />

met de <strong>civil</strong> <strong>society</strong> goed te maken. Zij gaan meestal<br />

uit van de eigen kracht van hun doelgroep, staan<br />

open <strong>voor</strong> de rol van vrijwilligers bij de uitvoering<br />

van het werk. Ze werven vaak actief vrijwilligers of<br />

activeren buurtbewoners en proberen die actieve<br />

burgers mee te nemen in het werken met de eigen<br />

kracht van de doelgroep. Nu al zorgen via <strong>Thuis</strong> op<br />

<strong>Straat</strong> (TOS) veel buurtbewoners in meerdere grote<br />

steden <strong>voor</strong> een veilig speelklimaat. En passant<br />

voeren zij gesprekken over opvoeding met buurtgenoten.<br />

Nu al zorgen leden van migrantengemeenschappen<br />

via welzijnsorganisaties <strong>voor</strong> een betere<br />

connectie tussen minderheden en de reguliere<br />

jeugdzorg. Stichting Vice Versa organiseert die<br />

relatie bij<strong>voor</strong>beeld in de Bijlmer; en Ouders in<br />

actie (van <strong>voor</strong>heen Stichting De Meeuw) doet dat in<br />

Rotterdam. Niet alleen professionele welzijnsorganisaties<br />

zijn actief bij het mobiliseren van burgerbetrokkenheid<br />

rond opvoeden en opgroeien. Ook vrijwilligersorganisaties<br />

(Humanitas) en sportverenigingen<br />

ontplooien initiatieven op dit gebied. Zij<br />

geven een flinke stimulans aan begrippen als leefbaarheid<br />

en welzijn. Vaak gebeurt dat met één<br />

beroepskracht die heel veel vrijwilligers aanstuurt.<br />

Zo kwam uit een initiatief van Studentensportvereniging<br />

Orca de Stichting Move <strong>voor</strong>t. Met een<br />

beperkt aantal coördinatoren maken ze contact<br />

tussen studenten en scholen. Via Stichting Move<br />

geven studenten nu in enkele gemeenten samen<br />

met schoolkinderen vorm aan leefbaarheids-initiatieven<br />

in achterstandswijken (Van der Gaag, 2012).<br />

Er zijn heel wat manieren om vanuit (de sector) welzijn<br />

bij te dragen aan de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>,<br />

of u nu werkt bij een professionele instelling, een<br />

vrijwilligersorganisatie, of een vereniging. Hieronder<br />

staan vijf handige tips <strong>voor</strong> professionalsin welzijn.<br />

22


Tip 1<br />

Ga na of uw vrijwilligers in hun werk<br />

te maken hebben met pedagogische<br />

dilemma’s<br />

Misschien is het niet altijd even dringend, maar wie<br />

als vrijwilliger met kinderen en ouders activiteiten<br />

onderneemt, kan soms met pedagogische dilemma’s<br />

geconfronteerd worden. Uw vrijwilligers willen misschien<br />

weten hoe ze kinderen beter kunnen motiveren<br />

<strong>voor</strong> spelactiviteiten. Ze kunnen twijfelen<br />

over hoe ze op bepaald gedrag van jongeren moeten<br />

reageren. Of ze vragen zich af of ze ouders in de<br />

wijk een keer ergens op aan mogen spreken.<br />

Misschien hebben ze bij een bepaald gezin zelfs een<br />

vermoeden van mishandeling. Vraag als professional<br />

aan uw actieve vrijwilligers, studenten en buurtbewoners<br />

op een ongedwongen manier waar zij zoal<br />

tegenaan lopen in hun contact met kinderen en/of<br />

ouders. Daarmee stimuleert u een gesprek over de<br />

pedagogische aanpak en de rol van de actieve<br />

burger daarin.<br />

Tip 2<br />

Check regelmatig of uw vrijwilligers<br />

behoefte hebben aan pedagogische<br />

ondersteuning<br />

Als professional moet u regelmatig checken of vrijwilligers<br />

en actieve buurtbewoners behoefte hebben<br />

aan pedagogische ondersteuning. Dit doet u bij<strong>voor</strong>beeld<br />

door een groepsgesprek te beleggen over<br />

mogelijke pedagogische dilemma’s. Een andere<br />

manier is om de mensen hier een-op-een naar te<br />

vragen. Blijkt er behoefte te zijn aan pedagogische<br />

ondersteuning in het informele welzijnswerk, dan is<br />

het aan u als beroepskracht om dat te organiseren.<br />

Het beste kunt u een workshop <strong>voor</strong> geïnteresseerden<br />

opzetten. Het is misschien verstandig om<br />

een leerkracht, een jeugdwerker uit uw eigen organisatie<br />

of een professional van het Centrum <strong>voor</strong><br />

Jeugd en Gezin uit te nodigen. Maak het niet te<br />

lang. Uit ons onderzoek bleek dat vrijwilligers-<br />

(organisaties) deskundige input rond opvoeden en<br />

opgroeien meestal zeer waarderen, maar een eenmalige<br />

bijscholing is doorgaans voldoende.<br />

Tip 3<br />

Bevorder ketensamenwerking: maak<br />

behoefte aan pedagogische ondersteuning<br />

kenbaar<br />

Stel dat u merkt dat er behoefte is aan pedagogische<br />

ondersteuning bij uw vrijwilligers, laat dat dan<br />

weten aan de netwerkorganisatie van professionals<br />

in de buurt. Het Centrum <strong>voor</strong> Jeugd en Gezin (CJG)<br />

ligt natuurlijk <strong>voor</strong> de hand. Samen kunt u bedenken<br />

welk aanbod geschikt is <strong>voor</strong> uw vrijwilligers.<br />

Wellicht komt u op het idee om een leerkracht van<br />

een school uit de buurt een avond <strong>voor</strong>lichting te<br />

laten geven. Zo krijgt de keten rond jeugd en gezin<br />

vorm. De gedachte is dat de verschillende organisaties<br />

die een positief opgroei en opvoedklimaat<br />

bevorderen, op een praktische manier met elkaar in<br />

contact komen.<br />

23


Tip 4<br />

Bewaak de grenzen van vrijwilligers<br />

in multiprobleemgezinnen<br />

Multiprobleemgezinnen kampen met meer en vaak<br />

ernstige problemen. Daarom zijn er vaak professionals<br />

bij die gezinnen betrokken: beroepskrachten<br />

van jeugdzorg, maatschappelijk werk, onderwijs en<br />

sociale huisvesting. Uw vrijwilligers zijn mogelijk<br />

ook bij zo’n gezin betrokken: als buren, ouders van<br />

vriendjes en vriendinnetjes, of als vrijwilligers die<br />

activiteiten ondernemen met de kinderen. Formele<br />

en informele zorg lopen dan door elkaar in één<br />

gezin, zonder dat ze elkaar daadwerkelijk ontmoeten.<br />

Dat is <strong>voor</strong> alle partijen niet altijd even<br />

makkelijk. De vrijwilliger kan er een andere visie op<br />

nahouden dan de professionals, en dat kan botsen.<br />

Soms leidt dat tot vragen en spanningen bij uw vrijwilliger.<br />

Het is dan belangrijk dat u de grenzen van<br />

uw vrijwilliger bewaakt. Leg uit waar de vrijwilliger<br />

wel en <strong>voor</strong>al geen verantwoordelijkheid <strong>voor</strong> heeft.<br />

Voorkom frustratie en conflicten bij uw mensen. Als<br />

professioneel welzijnswerker of vrijwilligerscoördinator<br />

moet u uw vrijwilligers goed instrueren en<br />

goed ondersteunen. Soms kan het verstandig zijn<br />

een vrijwilliger terug te trekken uit het desbetreffende<br />

gezin, of het een ander over te laten nemen.<br />

Hoe onbevredigend dat soms ook is <strong>voor</strong> de persoon<br />

in kwestie.<br />

Tip 5<br />

Bezuinig niet op aandacht en tijd<br />

<strong>voor</strong> de coördinatie en coaching van<br />

vrijwilligers<br />

Sommige financiers zetten nog wel eens vraagtekens<br />

bij het nut van vrijwilligerscoördinatoren. Zij<br />

willen dat ‘gewone burgers’ zelf het initiatief<br />

nemen, hebben en houden. Laat u door hen niet van<br />

de wijs brengen: houd te allen tijde voldoende aandacht<br />

en tijd <strong>voor</strong> de coördinatie en coaching van<br />

‘gewone burgers’en vrijwilligers. Ook als dat geld<br />

kost.<br />

Als professional faciliteert u mensen die actief<br />

willen worden in het opvoed- en opgroeiklimaat. U<br />

geeft hen tijd en plaats van handeling, matcht ze<br />

aan het juiste werk, en u bent bereikbaar als de<br />

vrijwilliger even niet meer weet hoe het verder<br />

moet. Coördinatie en coaching zijn nodig <strong>voor</strong> het<br />

<strong>voor</strong>tbestaan van vrijwilligerswerk én <strong>voor</strong> de<br />

sector welzijn. Zonder vrijwilligerswerk, spontaan<br />

of georganiseerd, is welzijn per slot van rekening<br />

nergens.<br />

24


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

9 Professional bij de gemeente<br />

Bent u als ambtenaar of wethouder verantwoordelijk<br />

<strong>voor</strong> de vorming of <strong>voor</strong> de uitvoering van lokaal<br />

beleid Dan kunt ook u in uw functie de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> versterken. In uw werk komt u<br />

informele initiatieven tegen van burgers. Geef speciale<br />

aandacht aan vrijwilligersorganisaties die werk<br />

doen rond jeugd en gezin en aan informele activiteiten<br />

die met opgroeien en opvoeden te maken<br />

hebben. Als regievoerder, samenwerkingspartner,<br />

gastheer, financier en opdrachtgever kunt u zulke<br />

vrijwillige inzet bevorderen en de samenwerking<br />

tussen professionals en vrijwilligers rond jeugd en<br />

gezin beter op gang te brengen<br />

Ook door mee te doen aan de opzet van ‘positief<br />

jeugdbeleid’ kunt u een bijdrage leveren. Veel<br />

gemeenten proberen ‘het gewone opvoeden van<br />

gewone kinderen’ (Oenen e.a., 2010) met positief<br />

jeugdbeleid in de schrijnwerpers te zetten. Positief<br />

jeugdbeleid gaat over het bieden van kansen aan de<br />

jeugd, talentontwikkeling en burgerschapsvorming.<br />

Er bestaat inmiddels een kennisnetwerk ‘Voorlopers<br />

positief jeugdbeleid’. 6 Na 2008 werd de zogeheten<br />

Bende van Bart <strong>voor</strong> veel wethouders een inspirerend<br />

netwerk om te werken aan een lokaal, positief<br />

pedagogisch klimaat.<br />

6 www.nji.nl<br />

Er zijn tal van manieren om als gemeente de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> te stimuleren. Niet alleen door<br />

jeugdbeleid, maar ook met sportbeleid, participatiebeleid,<br />

en huisvestingsbeleid kunt u direct en<br />

indirect de betrokkenheid van burgers bij elkaar en<br />

bij elkaars kinderen versterken. Hieronder vindt u<br />

vier tips <strong>voor</strong> professionals bij de lokale overheid.<br />

Tip 1<br />

Geef het lokale Centrum <strong>voor</strong> Jeugd<br />

en Gezin expliciet de opdracht om de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> te versterken<br />

De lokale overheid is de opdrachtgever van het CJG.<br />

Zorg als professional bij de gemeente <strong>voor</strong> duidelijkheid<br />

over de gewenste relatie van het CJG met de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>. Wilt u dat het CJG de<br />

relatie met het bestaande vrijwilligerswerk uitbouwt<br />

Of wilt u eerder dat het CJG ouders laat<br />

meedenken over een laagdrempelig aanbod van<br />

opvoedondersteuning. Of wilt u dit allebei En wilt u<br />

dat het CJG bepaalde groepen bereikt of bepaalde<br />

wijken Wees er duidelijk over. Spreek ook samen<br />

(met het CJG) af wat u binnen een bepaalde termijn<br />

aan resultaat wilt zien. Gemeenten geven tot op<br />

heden nog weinig sturing aan de beoogde resultaten<br />

van de CJG’s: vaak hebben ze niet omschreven<br />

25


welke maatschappelijke doelen de CJG’s nu precies<br />

moeten nastreven (Algemene Rekenkamer, 2012).<br />

Over sturenop lokale dynamiek hebben Pels &<br />

Boutellier een verhelderend essay geschreven.<br />

Volgens hen gaat het <strong>voor</strong>al om het creëren van een<br />

‘vruchtbare bodem’ <strong>voor</strong> het ontstaan van samenwerkingsverbanden<br />

(Pels & Boutellier, 2012). Als<br />

gemeente moet u als een voetbalcoach de tactiek<br />

bepalen én de spelers (lees: gezinnen, informele<br />

netwerken én organisaties) laten spelen. Raadpleeg<br />

<strong>voor</strong> inspirerende <strong>voor</strong>beelden van de connectie<br />

tussen het CJG en individuele burgers eens het project<br />

Allemaal opvoeders (allemaal opvoeders.nl).<br />

opgroeien tegemoet wil treden. De uitvoering van<br />

het spel dient u aan de spelers over te laten (Pels &<br />

Boutellier, 2012).<br />

Tip 2<br />

Stimuleer lokale dynamiek via welzijnsinstellingen,<br />

zelforganisaties en<br />

vrijwilligersorganisaties<br />

Als professional bij de gemeente heeft u regelmatig<br />

contact met welzijnsinstellingen, zelforganisaties en<br />

vrijwilligersorganisaties. Soms is er zelfs een subsidierelatie.<br />

Vraag deze contacten eens om rond<br />

jeugd en gezin sleutelfiguren te benaderen, vrijwilligers<br />

te werven en buurtbewoners te activeren.<br />

Ook kunt u ze vragen om samen aan hetzelfde lokale<br />

probleem te werken. Organiseer een themabijeenkomst<br />

waar veldpartijen elkaar ontmoeten.<br />

Overweeg van tevoren welke rol bij welke organisatie<br />

past. En bedenk ook: vragen staat vrij, en weigeren<br />

ook. Het is niet gezegd dat de organisaties uw<br />

verzoek (direct) zullen inwilligen. Om weer in voetbaltermen<br />

te spreken: u bepaalt de ideale opstelling<br />

waarmee de gemeente/gemeenschap als geheel<br />

lokale problemen en kansen rond opvoeden en<br />

<strong>Thuis</strong> <strong>Op</strong> <strong>Straat</strong><br />

26


Tip 3<br />

Zorg <strong>voor</strong> samenwerking binnen het<br />

gemeentelijk apparaat: Wmo prestatieveld<br />

2 en 4<br />

Als professional binnen de gemeente kunt u er<strong>voor</strong><br />

zorgen dat de afdelingen jeugdbeleid en vrijwilligersbeleid<br />

meer met elkaar samenwerken. Breng<br />

Wmo prestatieveld 2 (jeugd) en Wmo prestatieveld<br />

4 (vrijwillige inzet) met elkaar in verband. Dat zal<br />

de vrijwillige inzet rond jeugd en gezin ten goede<br />

komen. Intern overleg zal ook het rendement van<br />

het lokale jeugd- en Wmo-beleid vergroten. In het<br />

overleg koerst u op ontmoeting tussen de verantwoordelijke<br />

ambtenaren, een gemeenschappelijke<br />

visie en gezamenlijk of complementair beleid op de<br />

lokale problemen rond jeugd en gezin. . Met gezamenlijk<br />

beleid kan de gemeente zorgen dat relevante<br />

spelers elkaar ontmoeten. Organiseer een<br />

bijeenkomst waarin deze ‘VIP-spelers’ en relevante<br />

ambtenaren met elkaar kunnen brainstormen over<br />

raakvlakken en gezamenlijke activiteiten. Een ontmoeting<br />

tussen het CJG en de vrijwilligerscentrale<br />

bij<strong>voor</strong>beeld ligt <strong>voor</strong> de hand: de kans op een<br />

vruchtbare wisselwerking is groot. Beide organisaties<br />

bevorderen deskundigheid, maar ze kunnen van<br />

elkaar leren: de CJG’s in de omgang met vrijwilligers,<br />

de vrijwilligerscentrales op het pedagogisch<br />

vlak.<br />

Tip 4<br />

Creëer als organisator van de fysieke<br />

woonomgeving ontmoetingsplaatsen<br />

<strong>voor</strong> ouders en kinderen of probeer ze<br />

in stand te houden<br />

Als professional bij de gemeente kunt u betrokken<br />

zijn bij wijkinrichting. Ook door de inrichting van de<br />

fysieke woonomgeving kunt u gewone mensen uitnodigen<br />

om deel te nemen aan elkaars leven.<br />

Pleinen, gezamenlijke veldjes, speeltoestellen… het<br />

zijn allemaal <strong>voor</strong>zieningen waar ouders en kinderen<br />

andere ouders en kinderen kunnen treffen.<br />

Probeer te zorgen <strong>voor</strong> genoeg van dit soort publieke<br />

ruimte als u de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> wilt<br />

versterken.<br />

De meeste grotere gemeenten kennen een leefbaarheidsbudget.<br />

De gemeente gebruikt dat budget om<br />

initiatieven van bewoners te ondersteunen <strong>voor</strong> het<br />

beter, leuker, leefbaarder en veiliger maken van hun<br />

straat, buurt of wijk. Iedereen met een goed idee<br />

om zijn of haar buurt te verbeteren, kan een aanvraag<br />

doen. Er mag ook een deel van het leefbaarheidsbudget<br />

worden ingezet om de pedagogische<br />

<strong>civil</strong> <strong>society</strong> te versterken.<br />

27


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

10 In het onderwijs of de kinderopvang<br />

Werkt u in het onderwijs of in de kinderopvang Dan<br />

kunt ook u de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> versterken.<br />

Bij<strong>voor</strong>beeld door de ouders en kinderen die u toch<br />

al regelmatig ziet, regelmatig tijd en ruimte te<br />

bieden om met elkaar over opvoeding en opgroeien<br />

te praten. Bij de crèches zijn dit soort bijeenkomsten<br />

de laatste jaren al populair. Jong ouderschap<br />

zorgt <strong>voor</strong> danig wat onzekerheid. Een meeting met<br />

een expert en andere ouders is daarop een antwoord,<br />

zo is gebleken. Veel jonge ouders gaan er<br />

naartoe. Basisscholen en buitenschoolse opvanglocaties<br />

organiseren dit soort informatie- en zelfhulpbijeenkomsten<br />

veel minder. Naarmate kinderen<br />

ouder worden lijkt het spreken over opvoeding<br />

minder vanzelfsprekend. Het gebeurt meer in huiskamers<br />

of men spoedt zich eerder naar de spreekkamer<br />

van jeugdzorg. Als professional in onderwijs<br />

of kinderopvang kunt u zich oriënteren op de mogelijkheden<br />

tússen huiskamer en jeugdzorg.<br />

Er zijn diverse manieren om vanuit het onderwijs en<br />

de kinderopvang de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> te<br />

stimuleren. Dat kan als directeur, leerkracht, leidster,<br />

door op uw locaties ouderbetrokkenheid en<br />

ouderparticipatie te vergroten. Maar het kan ook<br />

door themabijeenkomsten <strong>voor</strong> ouders te organiseren<br />

of door een alliantie met georganiseerd vrijwilligerswerk<br />

aan te gaan. Hieronder leest u vier<br />

tips <strong>voor</strong> professionals in onderwijs en kinderopvang.<br />

Tip 1<br />

Maak reclame <strong>voor</strong> ouderbetrokkenheid,<br />

ook buiten school<br />

Veel scholen maken zich sterk <strong>voor</strong> ouderbetrokkenheid<br />

en zijn teleurgesteld als ouders bij<strong>voor</strong>beeld<br />

niet naar tienminutengesprekken komen. Als professional<br />

kunt u reclame maken <strong>voor</strong> ouderenbetrokkenheid.<br />

Vertel bij<strong>voor</strong>beeld dat ouderbetrokkenheid<br />

de leerprestaties van kinderen verbetert, of<br />

laat een aansprekend filmpje zien (zie onder meer<br />

op www.verwey-jonker.nl de film O uder b etrok kenheid<br />

in het <strong>voor</strong>tgezet onderwijs in Almere ). Een andere<br />

manier is om ook bij positief nieuws contact te<br />

zoeken met ouders, en niet alleen bij negatieve<br />

berichten.<br />

Heeft u moeite om bepaalde groepen ouders<br />

betrokken te krijgen Benader dan organisaties die<br />

al wel contact hebben met deze groepen, op andere<br />

plaatsen. Vraag of sleutelfiguren in die organisaties<br />

eens <strong>voor</strong>lichting kunnen geven over ouderbetrok-<br />

28


kenheid. Zij kunnen het belang ervan op een andere<br />

manier dan u uitleggen. In jeugdzorg wordt deze<br />

strategie ook wel eens gebruikt om ouders en kinderen<br />

in migrantengemeenschappen te bereiken.<br />

Zelforganisaties van migranten vervullen dan een<br />

belangrijke brugfunctie tussen hun gemeenschap en<br />

jeugdzorg<strong>voor</strong>zieningen (Distelbrink e.a. 2012).<br />

van het schoolseizoen een bedankkaart mee te<br />

geven. Het zijn de kleine attenties die het hem<br />

doen. Als professional in onderwijs en kinderopvang<br />

kunt u wat dat betreft leren van vrijwilligersorganisaties:<br />

die hebben veel manieren ontwikkeld om<br />

waardering uit te spreken (Oudenampsen, 2011).<br />

Tip 2<br />

Beloon betrokken en participerende<br />

ouders<br />

Sommige scholen vragen vrijwilligerswerk van<br />

ouders als tegenprestatie <strong>voor</strong> het onderwijs dat<br />

hun kinderen op die school krijgen:<br />

een vorm van verplichte ouderparticipatie.<br />

Andere scholen verplichten<br />

ouderbetrokkenheid: zij vragen ouders<br />

om een contract te tekenen dat<br />

er<strong>voor</strong> moet zorgen dat de ouders<br />

betrokken blijven bij het wel en wee<br />

van hun kinderen op school.<br />

Verplicht vrijwilligerwerk en verplichte<br />

ouderbetrokkenheid roepen<br />

veel weerstand op.<br />

Verstandiger lijkt het om als professionals<br />

niet te verplichten, maar<br />

om uit te nodigen en te belonen.<br />

Beloon betrokken en participerende<br />

ouders door ze bij<strong>voor</strong>beeld <strong>voor</strong>rang<br />

te geven (als begeleider) bij<br />

leuke schoolreisjes. Of door de contactouders<br />

op een informatieavond<br />

in het zonnetje te zetten. Het is ook<br />

leuk om deze ouders aan het eind<br />

Beeldbank<br />

29


Tip 3<br />

Organiseer themabijeenkomsten <strong>voor</strong><br />

ouders in het <strong>voor</strong>tgezet en<br />

basisonderwijs<br />

Veel ouders zitten ermee… internetgedrag van hun<br />

kind, seksuele ontwikkeling, pesten en discriminatie.<br />

Dit zijn heikele kwesties. Als professional<br />

kunt u een themabijeenkomst aanbieden, in de kinderopvang<br />

of op school. Ook in het basis- en <strong>voor</strong>tgezet<br />

onderwijs kunnen deze themabijeenkomsten<br />

veel mensen trekken. Zo biedt u een platform aan<br />

ouders die met elkaar over opvoeding willen praten.<br />

De opkomst bij dit soort bijeenkomsten is afhankelijk<br />

van de toon en de boodschap die u als professional<br />

kiest. Maak duidelijk dat de bijeenkomst van<br />

direct belang is <strong>voor</strong> de individuele relatie tussen de<br />

ouder en zijn eigen kind. Maak er geen algemeen<br />

verhaal van in de uitnodiging. Ouders moeten zich<br />

direct aangesproken voelen en zin hebben om naar<br />

de bijeenkomst toe te komen. Misschien is er wel<br />

een actieve ouder in uw school die goed is in het<br />

schrijven van wervende teksten<br />

Tip 4<br />

Maak contact met de georganiseerde<br />

vrijwilligerswereld: sportverenigingen,<br />

amateurkunst en<br />

vrijwilligersorganisaties<br />

Er zijn sportverenigingen, (amateur)kunstenaars en<br />

muziekverenigingen die scholen opzoeken, maar het<br />

kan natuurlijk ook andersom. U kunt een project als<br />

de VoorleesExpress ook bij u op school of op de<br />

crèche uitnodigen. 7 Vaak is er bij thematisch onderwijs<br />

alle aanleiding om contact te zoeken met de<br />

georganiseerde vrijwilligerswereld. Wie als professional<br />

georganiseerde vrijwilligers uitnodigt in het<br />

onderwijs, maakt de band tussen school en de<br />

wereld daarbuiten hechter. U creëert als het ware<br />

een bredere school. Bovendien kunnen kinderen,<br />

jongeren en ouders zo kennismaken met delen van<br />

de (pedagogische) <strong>civil</strong> <strong>society</strong> waar ze meer van<br />

willen weten. Als professional in kinderopvang of<br />

onderwijs bent u op die manier een belangrijke in<br />

between.<br />

7 http://www.<strong>voor</strong>leesexpress.nl<br />

30


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

11 Samen werken: ga zo door!<br />

Samenwerking tussen professionals, vrijwilligers,<br />

buurtbewoners, ouders en jongeren gaat niet altijd<br />

even gemakkelijk. In onze literatuurstudie uit 2011<br />

Professionals en vrijwilligers(organisaties) rond<br />

jeugd en gezin. Literatuur over samenwerken in de<br />

pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> kwamen we behalve een<br />

bloeiende praktijk ook vele problemen tegen.<br />

Samenwerking loopt vaak spaak als de taken niet<br />

goed zijn afgebakend of als een van de partijen<br />

minder belang heeft bij de samenwerking dan de<br />

anderen. Ook als er verschillende visies zijn op het<br />

bereiken van de doelgroep of als er veel te weinig<br />

tijd wordt genomen om de vrijwilligers te coördineren,<br />

loopt het vaak mis (Van der Klein e.a., 2011).<br />

Verder spelen er wel eens belemmerende factoren<br />

op in de relatie tussen professionals en vrijwilligers:<br />

vrijwilligers worden soms over- en soms onderschat,<br />

het contact loopt niet altijd even soepel, de werkculturen<br />

verschillen - wat soms zelfs leidt tot spraakverwarring<br />

(Van der Klein e.a., 2011).<br />

Gelukkig gaat het heel vaak wél goed tussen professionals<br />

en vrijwilligers. In onze verdiepende studie<br />

Tien cases uit de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>: professionals<br />

en vrijwilligers werken samen hebben we<br />

tien goede <strong>voor</strong>beelden uitgebreid beschreven (Van<br />

der Gaag e.a., 2012). Áls het goed gaat dan vullen<br />

professionals en vrijwilligers elkaar mooi aan.<br />

Wel is het zo dat de professional wordt vaak ervaren<br />

als een officiële bezoeker en de vrijwilliger als een<br />

behulpzame vriend. Vrijwilligers zorgen in jeugdzorg<br />

en jeugdwelzijn onder andere <strong>voor</strong> een betere<br />

verbinding tussen vraag en aanbod. Dat is <strong>voor</strong>al zo<br />

als het gaat om de vragen van migrantengroepen, en<br />

het aanbod aan deze groepen. Bovendien kunnen<br />

professionals en instellingen door te luisteren naar<br />

informele krachten (en klachten) de kwaliteit van<br />

hun hulpverlening en ondersteuning verbeteren.<br />

Niet alleen <strong>voor</strong> kwetsbare gezinnen heeft de<br />

samenwerking tussen professionals en vrijwilligers<br />

een meerwaarde. Ook in het vormgeven van een<br />

algemener positief opvoed- en opgroeiklimaat is die<br />

samenwerking onmisbaar. In deze handreiking<br />

hebben we u op basis van onderzoek zo’n dertig tips<br />

<strong>voor</strong> professionals aangereikt: algemene tips en per<br />

werkgebied. Wij gaan er natuurlijk van uit dat u<br />

deze tips in uw werk kunt gebruiken. Maar het<br />

belangrijkste advies hebben we nog niet gegeven:<br />

blijf als professional de samenwerking met buurtbewoners,<br />

ouders, jongeren en vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties<br />

zoeken. En ga <strong>voor</strong>al door met<br />

samenwerken, ook als het even niet zo lekker loopt.<br />

Bij bouwen aan het sociaal kapitaal van de toekomst<br />

hebben professionals en vrijwilligers elkaar hard<br />

nodig.<br />

31


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

Literatuur<br />

Algemene Rekenkamer (2012). Centra <strong>voor</strong> Jeugd en Gezin in gemeenten. Een samenwerkingsproject met<br />

gemeentelijke rekenkamers . Den Haag: Algemene Rekenkamer.<br />

Boutellier, J.C.J. (2011). De improvisatiemaatschappij: Over de sociale ordening van een onbegrensde wereld.<br />

Den Haag: Boom Lemma uitgevers.<br />

Bulsink, D. & Klein, M. van der (2012). Samen werken. Een enquête onder professionals en vrijwilligers rond<br />

jeugd en gezin. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Davelaar, M., Veen, R. van & Toorn, J. van den (2010). Buitengewoon alledaags. De rol van levensbeschouwelijke<br />

organisaties bij het bestrijden van sociale uitsluiting in Tilburg. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Distelbrink, M. Pels, T, Jansma, A. & Gaag, R.S. van der (2012). Ouderschap versterken. Literatuurstudie over<br />

opvoeding in migrantengezinnen en de relatie met preventieve <strong>voor</strong>zieningen. Utrecht: Verwey-Jonker<br />

Instituut.<br />

Dijk, M. van, & Gemmeke, M. (2010). De kracht van de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>: Versterking van een positieve<br />

sociale opvoedomgeving. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut.<br />

Gaag, R.S. van der, & Klein, M. van der, (2012). Tien casestudies uit de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>: professionals<br />

en vrijwilligers werken samen. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Gruijter, M. de , Gaag, R.S. van der. Ouderbetrokkenheid in het <strong>voor</strong>tgezet onderwijs in Almere (film).<br />

Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Kesselring, M., Gemmeke, M., & Geschiere, M. (2010). CJG kan opvoedkundige kracht van de omgeving versterken:<br />

De pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> en het CJG. Jeugd en Co Kennis, 4(3), 19-28.<br />

Klein, M. van der (2012). ‘Genoeg geflirt met de burger, nu werken aan de relatie met<br />

vrijwilligersorganisaties!’In: Heleen Jumelet & Jolien Wenink (smst. en red.), Zorg <strong>voor</strong> onszelf Eigen kracht<br />

van jeugdigen, opvoeders en omgeving. Grenzen en mogelijkheden <strong>voor</strong> beleid en praktijk. Amsterdam: SWP.<br />

32


Klein, M. van der, Mak, J. & Gaag, R.S. van der (2011). Professionals en vrijwilligers(organisaties) rond jeugd<br />

en gezin. Literatuur over samenwerken in de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Klein, M. van der, & Oudenampsen, D. (2010). Lokale coördinatie: de onmisbare schakel: Adviezen aan vrijwilligersorganisaties<br />

in zorg en welzijn. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Oenen, van, S. & Y. van Westering (2010). Een solide basis <strong>voor</strong> positief jeugdbeleid Visiedocument 1.0.<br />

Utrecht: NJi.<br />

Oudenampsen, D. & Klein, M. van der (2011). Leren van elkaar in sport, welzijn en zorg. Kennisuitwisseling<br />

over werving en behoud van (nieuwe groepen) vrijwilligers. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Pels, T. & Boutellier, J.C.J (2012). ‘Pedagogisch beleid met ruimte <strong>voor</strong> zelfsturing’ in: Heleen Jumelet &<br />

Jolien Wenink (smst. en red.), Zorg <strong>voor</strong> onszelf Eigen kracht van jeugdigen, opvoeders en omgeving.<br />

Grenzen en mogelijkheden <strong>voor</strong> beleid en praktijk. Amsterdam: SWP.<br />

Putnam. R. (2000). Bowling Alone: The Collapse and Revival of American Community. New York: Simon and<br />

Schuster.<br />

Raad <strong>voor</strong> Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) & Raad <strong>voor</strong> de Volksgezondheid & Zorg (RVS) (2009).<br />

Investeren rondom kinderen. Den Haag: RMO/RVZVrijwillige INZET (2011 en 2012). Magazine van het ZonMwprogramma<br />

Vrijwillige inzet <strong>voor</strong> en door jeugd en gezin.<br />

Steketee, M., Mak, J., & Boutellier, H. (2010). Richting geven aan jeugdbeleid: De rol van de gemeente in een<br />

complex veld. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Wetenschappelijke Raad <strong>voor</strong> het Regeringsbeleid. (2003). Waarden, normen en de last van het gedrag. Den<br />

Haag: Wetenschappelijke Raad <strong>voor</strong> het Regeringsbeleid.<br />

Wetenschappelijke Raad <strong>voor</strong> het Regeringsbeleid. (2005). Vertrouwen in de buurt. Amsterdam: Amsterdam<br />

University Press.<br />

Winter, M. de. (2011). Verbeter de wereld, begin bij de opvoeding: Vanachter de <strong>voor</strong>deur naar democratie en<br />

verbinding. Amsterdam: SWP.<br />

Websites<br />

Allemaal <strong>Op</strong>voeders, www.allemaalopvoeders.nl<br />

Nederlands Jeugdinstituut: www.nji.nl<br />

<strong>Thuis</strong> op <strong>Straat</strong>, www.thuisopstraat.nl<br />

VoorleesExpress: www.<strong>voor</strong>leesexpress.nl<br />

ZonMw-programma: www.vrijwillige-inzet.nl<br />

33


VVerwey<br />

Jonker<br />

Instituut<br />

Bijlage Onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut<br />

Het onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut dat ZonMw financiert binnen het Programma Vrijwillige inzet<br />

<strong>voor</strong> en door jeugd en gezin heeft geleid tot vier publicaties:<br />

Literatuurstudie<br />

Klein, M. van der, Mak, D.J., & Gaag, R.S. van der (2011). Professionals en vrijwilligers(organisaties) rond<br />

jeugd en gezin. Literatuur over samenwerken in de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>. Utrecht: Verwey-Jonker<br />

Instituut. Met medewerking van M. Steketee.<br />

Analyse respons digitale vragenlijst<br />

Bulsink, D., & Klein, M. van der (2012) Samen werken. Een enquête onder professionals en vrijwilligers rond<br />

jeugd en gezin. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.<br />

Casestudieonderzoek<br />

Gaag, R.S. van der, & Klein, M. van der (2012). Tien cases uit de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong>: professionals en<br />

vrijwilligers werken samen. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut. Met medewerking van D. Bulsink, F. Hermens<br />

en W. Kroes.<br />

Handreiking<br />

Klein, M. van der, & Bulsink, D., Gaag, R. S. van der (2012), <strong>Pedagogische</strong> <strong>civil</strong> <strong>society</strong> <strong>voor</strong> <strong>beginners</strong>. Hoe<br />

professionals en vrijwilligers goed kunnen samenwerken rond jeugd en gezin. Utrecht: Verwey-Jonker<br />

Instituut.<br />

34


Colofon<br />

<strong>Op</strong>drachtgever/financier<br />

Omslag<br />

Foto omslag<br />

Foto’s binnenwerk<br />

Uitgave<br />

Dr. M. van der Klein<br />

Drs. D. Bulsink<br />

Drs. R.S. van der Gaag<br />

Ontwerppartners, Breda<br />

Beeldbank<br />

Beeldbank, <strong>Thuis</strong> op <strong>Straat</strong>, ZonMw<br />

Verwey-Jonker Instituut<br />

Kromme Nieuwegracht 6<br />

3512 HG Utrecht<br />

T (030) 230 07 99<br />

E secr@verwey-jonker.nl<br />

I www.verwey-jonker.nl<br />

De publicatie kan gedownload en/of besteld worden via onze website: www verwey-jonker.nl<br />

ISBN 978-90-5830-535-0<br />

© Verwey-Jonker Instituut, Utrecht 2012.<br />

Het auteursrecht van deze publicatie berust bij het Verwey-Jonker Instituut.<br />

Gedeeltelijke overname van teksten is toegestaan, mits daarbij de bron wordt vermeld.<br />

The copyright of this publication rests with the Verwey-Jonker Institute.<br />

Partial reproduction of the text is allowed, on condition that the source is mentioned.<br />

35


Deze handreiking is <strong>voor</strong> alle professionals die actief zijn rond jeugd en<br />

gezin: managers van Centra van Jeugd en Gezin, schooldirecteuren, juffen<br />

en meesters, beleidsmakers, buurtcoaches, maatschappelijk werkers,<br />

verpleegkundigen en crèchemedewerkers, behandelaars en begeleiders.<br />

In deze handreiking geeft het Verwey-Jonker Instituut tips <strong>voor</strong> een betere<br />

samenwerking met vrijwilligers, buurtbewoners, ouders en jongeren.<br />

Of u nu in jeugdzorg, welzijn, onderwijs werkt of bij de gemeente,<br />

iedereen kan via z’n werk gewone mensen meer betrekken bij opvoeden<br />

en opgroeien. Zo versterkt u de pedagogische <strong>civil</strong> <strong>society</strong> en draagt<br />

u bij aan een positief opvoed- en opgroeiklimaat. Het georganiseerde<br />

vrijwilligerswerk rond jeugd en gezin is <strong>voor</strong> veel beroepskrachten een<br />

nieuwe wereld. Zoek die nieuwe wereld op en zorg samen <strong>voor</strong> het sociaal<br />

kapitaal van de toekomst.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!