verslag nr. 137 - vergadering van 4 oktober 2012 - Provincie West ...
verslag nr. 137 - vergadering van 4 oktober 2012 - Provincie West ...
verslag nr. 137 - vergadering van 4 oktober 2012 - Provincie West ...
- No tags were found...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
gebeurt is er planschade die moet vergoed worden.<br />
De verantwoordelijkheid/financiering wordt steeds doorgeschoven (oa naar Vlaamse<br />
administraties die niet enthousiast zijn en voor voldongen feiten worden geplaatst).<br />
Wie wenst het PRUP eigenlijk te realiseren en zijn de vragende partijen ook voldoende<br />
bereid de financiële gevolgen te dragen<br />
De financiële vergoeding voor onteigening wordt als een zakelijk en niet menselijk<br />
argument beschouwd.<br />
B3-11,B14-B18,B20-B22,B25,B26,B28,B32,B34,B40,B41,B55,B56,B63,B64,B66-<br />
,B89 B69,B71-B87-B97,B99-B112,B227,B230,B261,B279-B293,B297,B298,B300-<br />
B303,B309,B310, B312,B314,B316,B318,B340,B343,B345,B346,B350-B353,B359-<br />
B366,B368,B371,B375,B406; B29; B36,B37; B47; B373,B374; B380,B381;<br />
Advies PROCORO met éénparigheid <strong>van</strong> stemmen<br />
De bezwaren omtrent de financiële haalbaarheid, afspraken rond onderhoud nadien<br />
en dergelijke zijn belangrijke aandachtspunten bij de realisatie <strong>van</strong> projecten, maar in<br />
deze fase <strong>van</strong> het openbaar onderzoek voor een PRUP ongegrond aangezien deze niet<br />
ruimtelijk zijn.<br />
De percelen F/0112/A en F/0113/B dienen inderdaad opgenomen te worden in het<br />
register <strong>van</strong> planschade. De bestemmingswijziging naar een groene bestemming<br />
kadert evenwel in een algemene visie voor de i<strong>nr</strong>ichting <strong>van</strong> het plangebied en de<br />
afwerking er<strong>van</strong> naar de woongebieden. Er wordt dus niet ingegaan op de vraag om<br />
deze bestemmingswijziging niet te voorzien.<br />
Voorschriften<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
Het plan is weinig concreet en blijft op veel domeinen richtinggevend (grootte<br />
percelen, wegenis, oppervlakte daken,…) waardoor men moeilijk inschatting kan<br />
maken <strong>van</strong> mogelijke hinder.<br />
De vage en voor interpretatie vatbare manier waarop verschillende verordenende en<br />
richtinggevende stedenbouwkundige voorschriften zijn geformuleerd, laten echter<br />
verschillende inconsequenties en tekortkomingen vermoeden.<br />
artikel 1 voorschriften voor de zone voor regionale bedrijven is onvolledig en strookt<br />
niet met de info op de voorlichtings<strong>vergadering</strong>en<br />
Bij de niet toegelaten activiteiten omtrent afvalverwerking is afvalverwerking binnen<br />
de gebouwen (bv. plasticverwerking) niet expliciet uitgesloten. Bezwaarindiener stelt<br />
dat telkenmale werd meegegeven dat dit niet de bedoeling was <strong>van</strong> het bedrijf<br />
Vanheede om op deze site aan afvalverwerking te doen, maar dat dit nu niet<br />
uitgesloten wordt en vraagt of formeel kan bevestigd en vastgelegd worden dat dit<br />
niet zo zal zijn.<br />
artikel 1 voorschrift in verband met ontsluiting is totaal onvoldoende en de inplanting<br />
<strong>van</strong> de bedrijven is niet logisch t.o.v. de geplande ontsluitingen<br />
Bezwaarindiener stelt dat dit voorschrift niet strookt met de resultaten uit de plan-<br />
MER die reeds stelde dat de rotonde N58-N8 oververzadigd is. Bovendien wordt<br />
verwezen naar de enige firma die op <strong>van</strong>daag reeds bedrijfsgrond gekocht heeft en<br />
de facto uiterst verkeersintensief is. Tenslotte wordt er op gewezen dat de gronden<br />
die deze firma gekocht heeft aan de andere zijde <strong>van</strong> het industrieterrein zitten dan<br />
waar de ontsluiting moet voorzien worden (N338). Bezwaarindiener vraagt dan ook<br />
of formeel kan bevestigd worden dat de bewuste firma pas kan starten met haar<br />
activiteiten op Menen-<strong>West</strong> als de ontsluitingen via de N338 gerealiseerd zijn en alle<br />
verkeersbewegingen <strong>van</strong> de firma zullen gebeuren via deze ontsluitingen.<br />
Bezwaarindiener verwacht sowieso veel sluipverkeer door het centrum <strong>van</strong> Menen en<br />
de wijk Keizer Karel.<br />
artikel 15 de voorschriften voor de fiets en voetgangersverbinding zijn uiterst vaag en<br />
de bestemming staat niet in verhouding tot de afmetingen op het plan (kaart bij<br />
bezwaar)<br />
Bezwaarindiener leidt hieruit af dat met eerst ruim voldoende onteigend om dan pas<br />
achteraf te zien wat men werkelijk nodig heeft.<br />
artikel 1 voorschrift 1.6 ivm i<strong>nr</strong>ichting is onduidelijk en leidt tot rechtsonzekerheid<br />
Bezwaarindiener stelt dat noch op het grafisch plan, noch in de legende wordt<br />
aangegeven waar de historische grachten en KLE’s gelegen zijn. Als ruimtelijke<br />
structuren niet (kunnen) worden vastgelegd (omdat niet duidelijk is waar ze zijn, ze<br />
niet belangrijk genoeg zijn, of een andere reden) dan mag het RUP er ook geen<br />
verordenende voorschriften aan koppelen.<br />
81