verslag nr. 137 - vergadering van 4 oktober 2012 - Provincie West ...

verslag nr. 137 - vergadering van 4 oktober 2012 - Provincie West ... verslag nr. 137 - vergadering van 4 oktober 2012 - Provincie West ...

west.vlaanderen.be
from west.vlaanderen.be More from this publisher
23.01.2015 Views

ezwaarindiener aanhaalt. C. DEELRUP MENEN-OOST Menen-Oost moet eerst ingevuld worden vooraleer een nieuwe industriezone te ontwikkelen. Verder geen bezwaren omtrent het deelRUP Menen-Oost. Advies PROCORO met éénparigheid van stemmen Gelet op het feit dat er geen inhoudelijke bezwaren zijn omtrent het deelRUP Menen-Oost adviseert de PROCORO om het deelRUP als dusdanig te behouden mits in acht name van de opmerkingen geformuleerd bij de behandeling van de adviezen van de adviesinstanties. Het bezwaar dat Menen-Oost eerst moet ingevuld worden is ongegrond. Menen-Oost heeft specifieke voorschriften naar kantoorachtige bedrijven terwijl Menen-West ruimer gaat. De heer André Sonneville vervoegt opnieuw de vergadering. 6. Behandelen van de bewaren en adviezen ingediend nav het openbaar onderzoek voor het planologisch attest Exportslachthuis Tielt – Debrameat-Debra-freeze (Tielt) openbaar onderzoek 30/07/2012 - 29/08/2012 De vaste secretaris licht de aanvraag tot planologisch attest toe van het slachthuis. Een lid stelt vast dat er heel wat slachthuizen de deuren sluiten omdat ze niet kunnen voldoen aan de milieuwetgeving. Dit betekent dat er een schaalvergroting optreedt. De vraag naar een grotere capaciteit van dit slachthuis is dan ook logisch. Het lid zegt dat er twee knelpunten zijn: 1. De relatie met de woonomgeving: Daarom heeft het bedrijf ook de oefening gemaakt en de uitbreiding voorzien in noordwestelijke richting, zo ver mogelijk van de woningen. Hiermee wordt open ruimte ingenomen maar de afweging moet gemaakt worden wat het belangrijkste is. 2. De ontsluiting: De vrachtwagens rijden aan via de Hondstraat en dit zorgt voor overlast. Ook hier zorgt het bedrijf voor een oplossing door een nieuwe ontsluitingsweg te voorzien naar de Wingensesteenweg. De bestaande verbinding naar de Wingensesteenweg is niet goed daar deze uitweg in een bocht van de Wingensesteenweg komt. Voorts is het voor het lid belangrijk om ook rekening te houden met de milieuhygiënische aspecten. Zo is het niet evident dat aanvoer van varkens en uitvoer van de produkten langs één en dezelfde ontsluitingsweg mogen. Het verkeer moet gescheiden zijn. Herlokalisatie van het bedrijf is voor het lid niet aan de orde. Er wordt immers vastgesteld dat bij nieuwe regionale bedrijventerreinen slachthuizen niet welkom zijn. Ook enkel de uitbreiding voorzien op het regionaal bedrijventerrein zal meer mobiliteit met zich meebrengen en is niet wenselijk zowel om economische redenen als omwille van de federale regelgeving inzake voedselveiligheid. 90

De vaste secretaris overloopt het voorstel van advies over het planologisch attest. De vaste secretaris deelt mee dat slachterijen op regionaal bedrijventerrein Tielt in het voorontwerp –PRUP wel degelijk zijn toegelaten. De voorzitter gaat over tot de bespreking. Een ander lid is enerzijds principieel tegen omdat er herbevestigd agrarisch gebied wordt ingenomen. Anderzijds is het een niet onbelangrijk bedrijf in het agro-complex. Dit is een keuze die dient gemaakt te worden. Het lid zegt ook dat de PROCORO er zich van bewust moet zijn dat een herlokalisatie vermoedelijk niet in Tielt zal gebeuren. Een ander lid wil weten wat de capaciteit is van Westvlees in Westrozebeke Een lid antwoordt dat Westvlees en Debramaet de grootste slachthuizen zijn in West-Vlaanderen. Daarnaast zijn er nog kleinere in Torhout, Heuvelland en Ruiselede. Een ander lid zegt dat het opslitsen van het bedrijf met enerzijds het slachten en versnijden, en anderzijds de afgewerkte produkten niet realistisch is. Dit moet in één voedingsketen gebeuren. Een lid zegt dat het College ook verwijst naar die wetgeving en dus eigenlijk toelaat dat het bedrijf ter plaatse kan uitbreiden. Een ander lid leest die conclusie helemaal niet in het advies van de stad; het advies maakt vooral duidelijk dat het stadsbestuur niet goed weet wat te doen met dit dossier. In de discussie wordt ook verwezen naar het feit dat de ruimtelijke draagkracht is overschreden. De vraag wordt gesteld hoe strikt de BPA-voorschriften moeten geïnterpreteerd worden. Hierbij wordt opgemerkt dat er wel reeds stedenbouwkundige vergunningen zijn afgeleverd voor het slachten en voor het versnijden van het vlees. Het is dus wellicht te kort door de bocht door te stellen dat alle huidige activiteiten strijdig zijn met het huidige BPA. Er wordt ook nog meegedeeld dat het probleem ondertussen verholpen zou zijn van een eerder vastgestelde overtreding inzake aanleg bufferzone. Een ander lid zegt dat het voorstel van de lange termijnvisie geen voldoende oplossing biedt. Met de voorgestelde nieuwe ontsluiting via de Wingensesteenweg worden de bewoners van die weg belast. De eigenaar ontziet daarbij mooi zijn eigen eigendom. Een ander lid zegt dat het niet aangewezen is om de ontsluiting te voorzien via de Hondstraat. De Wingensesteenweg is hiervoor geschikt en is geselecteerd als secundaire weg. Nog een ander lid meent dat met de verdere ontwikkeling van het slachthuis open ruimte wordt ingenomen en de hinder naar omwonenden blijft. Daarom pleit het lid om het bedrijf te herlokaliseren. In het andere geval wordt het probleem alleen maar bestendigd. Een ander lid zegt dat de ontsluiting naar de Wingensesteenweg een verbetering zou inhouden maar dit zou pas in een tweede fase gebeuren. Voor het lid is dit een knelpunt. De voorzitter stelt vast dat het moeilijk is om tot een consensus komt en gaat over tot het behandelen van het advies met stemming. Een lid wenst het minderheidsstandpunt te horen. Het lid verwijst naar het dossier van Waregem waar het minderheidsstandpunt ruimer was dat het meerderheidsstandpunt. Dit werd door de deputatie aangehaald als één van de argumenten om te kiezen voor het minderheidsstandpunt. 6.1. SITUERING VAN HET BEDRIJF EN VOORWERP VAN DE AANVRAAG Geert De Brauwer heeft een aanvraag ingediend om het bedrijf Exportslachtshuis Tielt - Debrameat_Debra-freeze verder uit te breiden. Op korte termijn vraagt het bedrijf uitbreidingsmogelijkheden van de bedrijfssite met ca. 8000m². Deze eerste fase wordt uitgewerkt in functie van - aanbouw van een nieuwe inpandige losplaats voor varkens; - aanleg wasplaats voor veewagens; 91

ezwaarindiener aanhaalt.<br />

C. DEELRUP MENEN-OOST<br />

Menen-Oost moet eerst ingevuld worden vooraleer een nieuwe industriezone te<br />

ontwikkelen.<br />

Verder geen bezwaren omtrent het deelRUP Menen-Oost.<br />

Advies PROCORO met éénparigheid <strong>van</strong> stemmen<br />

Gelet op het feit dat er geen inhoudelijke bezwaren zijn omtrent het deelRUP Menen-Oost<br />

adviseert de PROCORO om het deelRUP als dusdanig te behouden mits in acht name <strong>van</strong> de<br />

opmerkingen geformuleerd bij de behandeling <strong>van</strong> de adviezen <strong>van</strong> de adviesinstanties.<br />

Het bezwaar dat Menen-Oost eerst moet ingevuld worden is ongegrond. Menen-Oost heeft<br />

specifieke voorschriften naar kantoorachtige bedrijven terwijl Menen-<strong>West</strong> ruimer gaat.<br />

De heer André Sonneville vervoegt opnieuw de <strong>vergadering</strong>.<br />

6. Behandelen <strong>van</strong> de bewaren en adviezen ingediend nav het openbaar<br />

onderzoek voor het planologisch attest Exportslachthuis Tielt –<br />

Debrameat-Debra-freeze (Tielt)<br />

openbaar onderzoek 30/07/<strong>2012</strong> - 29/08/<strong>2012</strong><br />

De vaste secretaris licht de aanvraag tot planologisch attest toe <strong>van</strong> het slachthuis.<br />

Een lid stelt vast dat er heel wat slachthuizen de deuren sluiten omdat ze niet kunnen voldoen aan<br />

de milieuwetgeving. Dit betekent dat er een schaalvergroting optreedt. De vraag naar een grotere<br />

capaciteit <strong>van</strong> dit slachthuis is dan ook logisch. Het lid zegt dat er twee knelpunten zijn:<br />

1. De relatie met de woonomgeving:<br />

Daarom heeft het bedrijf ook de oefening gemaakt en de uitbreiding voorzien in<br />

noordwestelijke richting, zo ver mogelijk <strong>van</strong> de woningen. Hiermee wordt open ruimte<br />

ingenomen maar de afweging moet gemaakt worden wat het belangrijkste is.<br />

2. De ontsluiting:<br />

De vrachtwagens rijden aan via de Hondstraat en dit zorgt voor overlast. Ook hier zorgt het<br />

bedrijf voor een oplossing door een nieuwe ontsluitingsweg te voorzien naar de<br />

Wingensesteenweg. De bestaande verbinding naar de Wingensesteenweg is niet goed daar<br />

deze uitweg in een bocht <strong>van</strong> de Wingensesteenweg komt.<br />

Voorts is het voor het lid belangrijk om ook rekening te houden met de milieuhygiënische<br />

aspecten. Zo is het niet evident dat aanvoer <strong>van</strong> varkens en uitvoer <strong>van</strong> de produkten langs één<br />

en dezelfde ontsluitingsweg mogen. Het verkeer moet gescheiden zijn.<br />

Herlokalisatie <strong>van</strong> het bedrijf is voor het lid niet aan de orde. Er wordt immers vastgesteld dat bij<br />

nieuwe regionale bedrijventerreinen slachthuizen niet welkom zijn.<br />

Ook enkel de uitbreiding voorzien op het regionaal bedrijventerrein zal meer mobiliteit met zich<br />

meebrengen en is niet wenselijk zowel om economische redenen als omwille <strong>van</strong> de federale<br />

regelgeving inzake voedselveiligheid.<br />

90

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!