19.04.2015 Views

Jaarverslag 2010 - Deel 1 - Lokale Politie

Jaarverslag 2010 - Deel 1 - Lokale Politie

Jaarverslag 2010 - Deel 1 - Lokale Politie

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

INLEIDING<br />

De rode draad doorheen dit jaarverslag is het CAF-managementmodel (Common<br />

Assessment Framework). Het CAF-model is een instrument voor totale<br />

kwaliteitszorg in de publieke sector. Het is een eenvoudig model waarmee<br />

overheidsdiensten op een gestructureerde wijze een zelfevaluatie kunnen<br />

uitvoeren.<br />

Het model bestaat uit negen aspecten/criteria van een organisatie die bij de<br />

zelfevaluatie in overweging genomen moeten worden. Het betreft: leiderschap,<br />

strategie en planning, management van medewerkers, partnerschap en middelen,<br />

management van processen, resultaten bij de medewerkers, resultaten bij de<br />

burger/klant, resultaten in de samenleving en resultaten op het vlak van de<br />

sleutelactiviteiten.<br />

Criteria één tot vijf (de zogenaamde factoren) hebben betrekking op de werking<br />

van de organisatie. Zij geven weer wat een organisatie onderneemt en hoe ze haar<br />

opdrachten uitvoert om de gewenste resultaten te behalen. Deze criteria worden<br />

niet gepubliceerd in het jaarverslag, maar worden opgenomen in een afzonderlijk<br />

document: de “Basisnota inzake de organisatie van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst”. Deze<br />

basisnota kan u terugvinden op onze website (www.lokalepolitieaalst.be).<br />

Criteria zes tot negen (de zogenaamde resultaatgebieden) gaan over de resultaten<br />

die de organisatie behaald heeft en nastreeft:<br />

• Criterium 6: de resultaten bij de burger/klant geven aan in welke mate de<br />

burgers/klanten tevreden zijn over de organisatie en de producten en de<br />

diensten die zij verstrekt;<br />

• Criterium 7: de resultaten die de organisatie behaalt inzake de competentie,<br />

motivatie, tevredenheid en prestaties van haar medewerkers;<br />

• Criterium 8: de resultaten in de samenleving geven aan in welke mate de<br />

organisatie beantwoordt aan de behoeften en verwachtingen van de lokale,<br />

nationale en internationale gemeenschap;<br />

• Criterium 9: de resultaten op het vlak van de sleutelactiviteiten geven aan in<br />

welke mate de strategie en planning van de organisatie ten opzichte van de<br />

noden en verwachtingen van de verschillende belanghebbenden<br />

gerealiseerd is (externe resultaten). Ze geven ook aan welke resultaten de<br />

organisatie bereikt op het vlak van het management en de verbetering van<br />

haar werking (interne resultaten);<br />

• In een laatste hoofdstuk wordt weergegeven in welke mate de organisatie<br />

de ontwikkeling en doorvoering van aanpassingen of verbeteringen plant.<br />

De resultaten die de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst in <strong>2010</strong> heeft behaald, vormen de basis<br />

voor dit jaarverslag.<br />

Het redactieteam<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | Inleiding 1


1. LEIDERSCHAP<br />

De manier waarop de leiding betekenis geeft aan de organisatie,<br />

de koers bepaalt en deze vertaalt in een missie, visie en expliciete<br />

normen en waarden.<br />

Alle leidinggevende niveaus zorgen voor een cultuur van continue<br />

verbetering, door persoonlijke betrokkenheid, inspanning en<br />

voorbeeldgedrag.<br />

1.1. Missie, visie en waarden van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst<br />

Missie<br />

Veiligheid en leefbaarheid in Aalst: uw en onze zorg<br />

Actief optreden en efficiënte dienstverlening: onze taak<br />

Burgers en politie samen sterk!<br />

Visie<br />

Vanuit de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst willen we, als één groep,<br />

in voortdurende en open communicatie, zowel intern als extern,<br />

onze missie realiseren door het respecteren van onze waarden.<br />

Waarden<br />

• Collegialiteit is de beste basis voor een goede werksfeer;<br />

• Professionaliteit is de fundering voor een doeltreffende aanpak;<br />

• Respect voor mensen en middelen tonen en verdienen;<br />

• Dienstverlening is de hoeksteen van ons korps;<br />

• Integriteit staat borg voor het vertrouwen tussen burger en politie.<br />

Onze baseline<br />

Burgers en politie: samen sterk!<br />

1.2. Het denkkader<br />

verbetering van de relaties met de bevolking, onze partners en overheden en<br />

kenmerkt zich door vijf fundamentele pijlers:<br />

De externe oriëntering.<br />

De politie staat niet tegenover de samenleving, maar er middenin, ze is in de<br />

maatschappij geïntegreerd. Door die inbedding is ze zich snel en volledig bewust<br />

van wat leeft en speelt qua veiligheid en leefbaarheid in de samenleving.<br />

Het probleemoplossend werken.<br />

Deze pijler verwijst naar de identificatie en analyse van de mogelijke oorzaken van<br />

criminaliteit en van conflicten in de gemeenschap(pen). De politie reageert niet<br />

enkel op problemen nadat ze zich hebben voorgedaan maar probeert de<br />

veroorzakende factoren te identificeren en daarop (tijdig) in te werken.<br />

Het partnerschap.<br />

Dit verwijst naar het bewustzijn van de politie dat zij niet alleen verantwoordelijk<br />

is, en ook niet wil zijn, voor de zorg voor veiligheid en leefbaarheid. De<br />

veiligheidszorg is een ketenbenadering waarin diverse partners de schakels vormen<br />

in een globale en geïntegreerde benadering.<br />

Het afleggen van verantwoording.<br />

De pijler verantwoording vereist het opzetten van mechanismen waardoor de<br />

politie verantwoording kan afleggen over de antwoorden die ze formuleerde op de<br />

vragen en noden van de gemeenschappen die ze dient.<br />

De bekwame betrokkenheid.<br />

Het betekent dat er zowel voor de politiemensen als voor de diverse<br />

bevolkingsgroepen mogelijkheden moeten worden gecreëerd om gezamenlijk<br />

problemen van veiligheid en leefbaarheid aan te pakken, diensten te verlenen en<br />

veiligheid en zekerheid te creëren.<br />

1.2.1. Het cultureel kader<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst voert haar opdrachten uit volgens een geïntegreerde aanpak<br />

gebaseerd op de principes van de Belgische interpretatie van het begrip<br />

‘Community Policing’ waarvoor de wetgever, bij de politiehervorming, een<br />

duidelijke keuze gemaakt heeft. Dit cultureel kader is primair gericht op de<br />

2 1. Leiderschap | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


1.2.3. Het besturings- en kwaliteitskader EFQM<br />

1.2.2. Managementinstrumenten<br />

Het korps wordt geleid met het oog op het realiseren van optimale kwaliteit in de<br />

interne en externe dienstverlening met als finaal doel: een verbetering van het<br />

veiligheids- en kwaliteitsniveau van de bewoners én de gebruikers van de stad<br />

Aalst.<br />

De leiding baseert zich hiervoor op essentiële managementtools en –principes, die<br />

samen de ‘identiteit’ van het politiekorps uitmaken. Deze zijn:<br />

• De missie: de reden van ons bestaan, onze collectieve opdracht en<br />

corebusiness.<br />

• De visie: onze collectieve ambitie, gericht op de toekomst.<br />

• De waarden: ons ideologisch en ethisch kader.<br />

• Community policing: ons cultureel kader.<br />

• Het zonaal veiligheidsplan: onze hefboom ter realisering van onze missie.<br />

• EFQM: ons diagnose-, ordenings-, besturings en kwaliteitsmodel.<br />

• De Balanced ScoreCard: ons opvolgings- en rapporteringsmodel.<br />

In 2004 werd het Common Assessment Framework (CAF) als instrument voor<br />

totale kwaliteitszorg, geïnspireerd op het Excellence Model van de European<br />

Foundation for Quality Management (EFQM) geïntroduceerd. Via het CAF werd<br />

overgestapt naar het eigenlijke EFQM-model omdat dit model meer mogelijkheden<br />

biedt in de domeinen diagnose, scoring en benchmarking.<br />

Het model is beschrijvend en wordt op maat van het korps gemodelleerd en<br />

ingevuld, rekening houdende met de specifieke in- en externe omgevingsfactoren.<br />

Dit model gebruiken we verder als ‘ordeningsmodel’ met het oog op<br />

benchmarking, als ‘diagnosemodel’ met het oog op ‘verbetering’ en nu ook meer<br />

en meer als besturingsmodel waarin we vanaf 2011 consequent de Balanced<br />

ScoreCard als opvolgings- en rapporteringsmodel willen integreren. Alle<br />

initiatieven die op managementniveau ontplooid worden, zijn gestructureerd op<br />

EFQM.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 1. Leiderschap 3


Hoe organiseert het<br />

korps de dialoog met<br />

alle stakeholders om<br />

de externe en interne<br />

kansen en uitdagingen<br />

te vertalen in een<br />

gedeelde en inspirende<br />

visie en missie?<br />

Hoe ontwikkelt LP Aalst<br />

een passend managementsysteem<br />

dat is<br />

afgestemd op de visie,<br />

missie, waarden en<br />

ambities?<br />

Hoe blijft de leiding<br />

persoonlijk b etrokken<br />

en weet ze h aar medewerkers,<br />

(keten)-<br />

partners, opdrachtgevers<br />

, wettelijke<br />

organen te inspireren<br />

en te motiveren?<br />

LLEIIDERSCHAP<br />

Hoe organiseert,<br />

in vesteert en<br />

respecteert de<br />

organisatie de<br />

medewerkers met de<br />

strategische- en<br />

beleidsdoelstellingen?<br />

MENSEN<br />

Hoe veretalen wij op<br />

basis van interne en<br />

externe informatie,<br />

de missie in een heldere<br />

strategie,<br />

beleidsopties en<br />

plannen? (ZVP, wijk,<br />

…)<br />

STRATEGIIE<br />

Hoe zorgt de organisatie<br />

ervoor dat de<br />

benodigde (financiële)<br />

middelen, de kennis,<br />

ICT en mater iaal.<br />

beschikbaar zijn voor<br />

de bedrijfsvo ering?<br />

MIIDDELEN<br />

Hoe identificeren en<br />

o ntwerpen wij<br />

effectieve primaire,<br />

o ndersteunende en<br />

besturingsprocessen<br />

o m de geformuleerde<br />

doelstellingen te realiseren?<br />

Hoe zorgen wij ervoor<br />

dat de processen<br />

effectief worden<br />

uitgevoerd en dat<br />

hiervoor medewerkers<br />

worden ingezet met de<br />

juiste competenties?<br />

Hoe zorgen wij ervoor<br />

dat de effectiviteit van<br />

alle processen continu<br />

wordt geëvalueerd en<br />

verbeterd?<br />

PROCESSEN<br />

PRODUCTEN<br />

DIIENSTEN<br />

Wie beschouwen wij als<br />

onze medewerkers en<br />

wanneer leveren de<br />

medewerkers, maar ook<br />

de organisatie een<br />

toegevoegde waarde?<br />

Waar moeten we op<br />

sturen en wanneer zijn<br />

we voor elkaar succesvol?<br />

MEDEWERKER<br />

Wie zijn de klanten en<br />

(keten)partners en wat<br />

verwachten zij? Waar<br />

gaan we op sturen om<br />

hun verwachtingen<br />

waar te maken en<br />

wanneer zijn we dan<br />

succesvol?<br />

KLANTEN<br />

Wat is voor ons de<br />

maatschappij?<br />

Waarover nemen wij<br />

(gedeelde)<br />

verantwoordelijkheid<br />

en waarop zijn we<br />

afrekenbaar?<br />

MAATSCHAPPIIJ<br />

Hoe geven wij continu en integraal vorm aan verbeteren en vernieuwen (innoveren)? Hoe wordt hier actief richting aan gegeven met de juiste<br />

mensen. Hoe wordt gewerkt aan veranderbereidheid en aan het verandervermogen van de organisatie? LEREN, CREATIVITEIT, INNOVATIE<br />

Wie zijn de bestuurders<br />

en de financiers? Wat<br />

beschouwen zij als<br />

kritisch voor de<br />

continuïteit van de<br />

organisatie en waarover<br />

dienen wij<br />

verantwoording af te<br />

leggen? (ZVP, CBS, Mgt<br />

team, …)<br />

SLEUTEL<br />

RESULTATEN<br />

1.2.4. Het model en de fundamentele kwaliteitsconcepten<br />

van EFQM<br />

Behalen van evenwichtige resultaten<br />

De organisatie realiseert haar missie en ambities door planning en het<br />

bereiken van een evenwichtig geheel van resultaten. Resultaten die<br />

voldoen aan zowel de korte- als de langetermijnbehoeften van onze<br />

belanghebbenden.<br />

Het toevoegen van duurzame waarde<br />

Wij weten dat de burgers, overheden en partners, waarvoor wij<br />

werken, onze voornaamste reden van bestaan zijn en streven ernaar<br />

om te innoveren en duurzame waarde voor hen te creëren, door hun<br />

behoeften en verwachtingen te begrijpen en daarop te anticiperen.<br />

Leiding geven met visie, inspiratie en integriteit<br />

Het management geeft vorm aan de toekomst en is een rolmodel voor<br />

waarden en ethiek.<br />

Beheren van processen<br />

De organisatie creëert evenwichtige en duurzame resultaten door<br />

middel van gestructureerde en strategisch afgestemde processen.<br />

Successen behalen door en met mensen<br />

Wij waarderen onze mensen en creëren een cultuur van empowerment voor de evenwichtige<br />

verwezenlijking van organisatorische en persoonlijke doelen.<br />

Het voeden van creativiteit en innovatie<br />

Het korps genereert meerwaarde voor de burger en een hoger prestatieniveau door continu en<br />

systematisch te innoveren en door gebruik te maken van de creativiteit van onze belanghebbenden.<br />

Opbouwen van partnerschappen<br />

Wij zoeken, ontwikkelen en onderhouden trouwe relaties met verschillende partners om te zorgen voor<br />

wederzijds succes.<br />

Verantwoordelijkheid nemen voor een duurzame toekomst<br />

Wij brengen binnen onze bedrijfscultuur een ethische manier van denken, duidelijke waarden en de<br />

hoogste normen voor organisatorisch gedrag. Zij stellen ons in staat om te streven naar economische, sociale en ecologische duurzaamheid.<br />

4 1. Leiderschap | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


1.2.5. Aanpassen van de koers in functie van de maatschappelijke<br />

ontwikkelingen<br />

De bestaansreden van het korps is voldoen aan de gerechtvaardigde noden van<br />

haar belanghebbenden en veiligheid te bieden, in het bijzonder de burger, haar<br />

medewerkers, partners en het professioneel en sociaal netwerk, waarbinnen het<br />

korps opereert. In de zoektocht naar kwaliteit, succes en uitmuntendheid hebben<br />

wij de plicht om onze strategieën continu in vraag te stellen en te verbeteren.<br />

Onderstaande illustratie toont de consequente en consistente aanpak van de<br />

leiding om het korps in de richting van haar doelstellingen te sturen met als finaal<br />

Aalsterse bevolking én de gebruikers van deze stad. Wij opereren echter in een<br />

sterk veranderende omgeving. Het maatschappelijk proces van modernisering en<br />

globalisering heeft de rol van de politie bij het bevorderen van veiligheid van<br />

burgers veranderd. In het voorbije decennium werden we met de veruitwendiging<br />

van de globalisering geconfronteerd waardoor het veiligheidsvraagstuk complexer<br />

geworden is. Het aanzuigeffect van de welvaartstaat op asielzoekers en illegalen<br />

en nieuwe criminaliteitsvormen zijn hier voorbeelden van.<br />

De visie, missie en waarden vormen dé basis voor het uitwerken van<br />

langetermijndoelstellingen.<br />

De impact van de innovaties en de procedures die gedurende het voorbije<br />

decennium aangewend werden om onze missie te<br />

realiseren, werd in de loop van <strong>2010</strong> geëvalueerd,<br />

zowel op sociaal, maatschappelijk, veiligheids- en<br />

wettelijk vlak.<br />

Het resultaat van deze evaluatie zal, na een<br />

strategisch seminarie in januari 2011, leiden tot de<br />

‘Visie 2015’ waarin de strategische architectuur<br />

bijgestuurd wordt in functie van de relevantie, de<br />

steeds wijzigende sociale, economische en<br />

maatschappelijke context, de concepten van<br />

uitmuntendheid en de risico’s.<br />

De beleefde of subjectieve onveiligheid en de<br />

complexiteit ervan hebben onder andere geleid tot<br />

steeds sterker uiteenlopende en hogere eisen aan de<br />

politie. Opdat de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst haar rol in deze<br />

complexe maatschappij goed zou kunnen vervullen<br />

hebben we bewust gekozen voor de evolutie naar ‘een<br />

lerende organisatie’ om het functioneren voortdurend<br />

te verbeteren en te anticiperen op de uitdagingen van<br />

morgen.<br />

doel: het bevorderen van een harmonieus, rustig en geordend samenleven van de<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 1. Leiderschap 5


1.3. Organisatie<br />

1.3.1. Organogram<br />

Wijkdienst<br />

0/2/3/25/4/2<br />

1ste lijns<br />

politiezorg<br />

0/4/18/83/1/5<br />

<strong>Lokale</strong> recherche<br />

0/2/5/16/0/0<br />

Verkeersdienst<br />

0/0/4/3/12/3<br />

Detacheringen<br />

1/0/1/0/0/0<br />

W ijkwerking<br />

0/1/2/22/2/2<br />

Onthaal<br />

0/0/1/1/1/2<br />

Administratie<br />

0/0/0/1/0/0<br />

Verkeerstoezicht<br />

0/0/2/2/12/0<br />

Federale <strong>Politie</strong><br />

1/0/0/0/0/0<br />

Hoofdgebouw<br />

0/1/2/12/2/2<br />

Transmissiecentrum<br />

0/0/7/7/0/0<br />

Cellen<br />

0/1/5/15/0/0<br />

Verkeersadvies<br />

0/0/2/1/0/3<br />

CICOV GENT<br />

0/0/1/0/0/0<br />

Wijkposten<br />

0/0/0/10/0/0<br />

Interventiebrigades<br />

0/2/7/74/0/0<br />

Diefstallen/Geweld<br />

0/0/2/4/0/0<br />

Administratie<br />

0/0/0/0/0/2<br />

AIK Dendermonde<br />

0/0/0/0/0/0<br />

Leefmilieu<br />

0/0/1/2/1/0<br />

Wapenregistratie<br />

0/0/0/1/1/0<br />

Sociaal-maatschappelijke Dienst<br />

0/0/3/1/0/3<br />

Drugs/Openbare orde<br />

0/1/0/4/0/0<br />

Financieel/Oplichting<br />

0/0/1/4/0/0<br />

Zeden/Verdwijningen<br />

0/0/2/3/0/0<br />

Tekendienst<br />

0/0/0/0/0/1<br />

Vervangend Korpschef<br />

0/1/0/0/0/0<br />

Korpschef<br />

1/0/0/0/0/0<br />

Directie<br />

0/1/3/0/0/9<br />

Telematica en Logistiek<br />

0/1/1/3/0/8<br />

Dienstplanning<br />

0/1/2/0/0/5<br />

Gerechtelijke briefwisseling<br />

0/3/0/12/0/0<br />

Politionele Preventie<br />

0/1/1/3/0/7<br />

HRM/IKZ/Intern Toezicht<br />

0/2/1/0/0/1<br />

Telematica<br />

0/0/1/3/0/3<br />

Coördinatie dienstplanning<br />

0/0/1/0/0/0<br />

Autonome Politionele Opdrachten<br />

0/1/0/2/0/0<br />

Preventie - Projectwerking<br />

0/0/1/2/0/0<br />

Advies/Zonesecretariaat<br />

0/0/0/0/0/9<br />

Telematica<br />

0/0/0/0/0/3<br />

Handhaving Openbare Orde<br />

0/0/1/0/0/2<br />

Kantschriften<br />

0/1/1/10/0/0<br />

PV-registratie<br />

0/0/0/1/0/7<br />

Beleid/Communicatie<br />

0/0/0/0/0/2<br />

Juridisch advies<br />

0/0/0/0/0/1<br />

Boekhouding<br />

0/0/0/0/0/1<br />

Facilitair Management<br />

0/0/0/0/0/1<br />

Onderhoud<br />

0/0/0/0/0/4<br />

Functioneel beheer<br />

0/0/1/3/0/0<br />

Logistiek<br />

0/0/0/0/0/5<br />

Logistiek<br />

0/0/0/0/0/3<br />

Garage<br />

0/0/0/0/0/2<br />

Personeel<br />

0/0/0/0/0/3<br />

Legende :<br />

Hogere Officieren/Officieren/Middenkader/Basiskader/Agenten/Calog<br />

01 oktober <strong>2010</strong><br />

Totaal effectief: 2/17/36/145/17/40<br />

Calog :<br />

Niveau A : 3<br />

klasse1: 2<br />

klasse2: 1<br />

Niveau B : 7<br />

Niveau C : 9<br />

Niveau D : 21<br />

Totaal organiek: 1/12/42/159/18/41<br />

Calog : Niveau A : 4<br />

klasse1: 3<br />

klasse2: 1<br />

Niveau B : 8<br />

Niveau C : 9<br />

Niveau D : 20<br />

6 1. Leiderschap | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


1.3.2. Wijzigingen in <strong>2010</strong><br />

De detachering van een hoofdcommissaris van politie naar het Vast Comité van<br />

Toezicht op de politiediensten – sedert 2001 - werd beëindigd op 31 oktober <strong>2010</strong>.<br />

Betrokken personeelslid keerde terug naar de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst.<br />

1.4. Korpsleiding<br />

De korpsleiding bestaat uit de korpschef, bijgestaan door het managementteam en<br />

het strategieteam.<br />

1.4.1. Leiderschapstijl<br />

Een politiebedrijf is voortdurend in ontwikkeling en moet kunnen inspelen op de<br />

maatschappelijke evolutie om haar werkwijze en contacten met het publiek te<br />

optimaliseren. Voor onze organisatie is het hanteren van een soepele<br />

leiderschapstijl nodig.<br />

In hoofdstuk 2 van de deontologische code van de politiediensten, nl. werking van<br />

de geïntegreerde politie, wordt in punt 5 verwezen naar de leiderschapstijl van de<br />

chef. “De chef hanteert een leiderschapstijl die aangepast is aan de taak, aan de<br />

omstandigheden van de uitvoering van deze taak en aan de professionele<br />

bekwaamheid, de persoonlijke maturiteit en de motivatie van de medewerkers”.<br />

Om dit te kunnen realiseren werden voor de leidinggevende operationele en<br />

CALog-personeelsleden de nodige opleidingen voorzien. Omdat alles evolueert<br />

worden diverse stappen voorzien in het opleidingsparcours van alle<br />

leidinggevenden. Op die manier wordt aan de leidinggevenden de mogelijkheden<br />

geboden om zich te ontplooien.<br />

Eenheid van leiding is belangrijk, iedere leidinggevende moet dezelfde<br />

leiderschapstijl aanhouden. Zoniet gaan personeelsleden shoppen en wat ze bij de<br />

ene niet krijgen, vinden ze bij de ander wel. In 2004 werd via Syntra Midden-<br />

Vlaanderen een opleiding “ motiveren, delegeren en coachen” voorzien. In 2006<br />

verzorgde de Coördinatie- en SteunDirectie Dendermonde een opleiding<br />

“leiderschap is VISS” waarin het situationeel leidinggeven centraal stond. Dit is een<br />

flexibele managementstijl waarbij het leidinggeven wordt aangepast aan de<br />

persoon en de situatie waarmee men te maken heeft waarbij een variatie van<br />

directief handelen, coachen, ondersteunen en delegeren in een mengvorm wordt<br />

toegepast. In “leiderschap is VISS” staat VISS voor “Voorbeeld geven”, “Initiatief<br />

nemen”, “Sturen” en “Steunen” van het beleid en de medewerkers. De<br />

leidinggevenden volgden vanaf het najaar 2008 een vierdaagse opleiding coachen<br />

die door docenten verbonden aan de federale politieschool DSEF gegeven werd. De<br />

opleiding werd in april <strong>2010</strong> afgerond. Volgende definitie staat centraal: coachen is<br />

iemands potentiële kwaliteiten vrijmaken, zodat hij zo goed mogelijk presteert.<br />

Het is geen onderwijzen maar het leren bevorderen. Bij het coachen ga je uit van de<br />

goede wil van de medewerker om medewerking te verlenen. Hierin zijn volgende<br />

elementen van essentieel belang: evenwaardigheid, vertrouwen in mensen, de<br />

kunst van het vragen stellen, resultaatgerichtheid, voorbeeldfunctie en zelfsturing.<br />

Alle bemerkingen en verbetervoorstellen i.v.m. de werking van de organisatie<br />

werden verzameld en gerangschikt volgens het CAF-model. Een overzicht werd<br />

gepresenteerd aan en besproken met alle leidinggevenden. Hieruit ontstond het<br />

plan om een strategisch seminarie uit te werken waarin de missie, visie en<br />

waarden van de organisatie herbekeken worden en waarbij haar strategische<br />

doelstellingen bepaald worden.<br />

1.4.2. Korpschef<br />

Het politiekorps staat onder leiding van de korpschef. Hij is verantwoordelijk voor<br />

de uitvoering van het lokaal politiebeleid, en meer bepaald, voor de uitvoering van<br />

het zonaal veiligheidsplan. Hij staat ook in voor de leiding, de organisatie en de<br />

verdeling van de taken binnen het lokaal politiekorps en de uitvoering van het<br />

beheer van dit korps. Hiertoe kunnen de burgemeester en/of het college van<br />

burgemeester en schepenen hem sommige van hun bevoegdheden delegeren. Hij<br />

is verantwoordelijk voor de uitvoering door het politiekorps van de lokale<br />

opdrachten, van de richtlijnen met betrekking tot de opdrachten met een federaal<br />

karakter en van de opvorderingen evenals van de toepassing van de normen<br />

bedoeld in de artikelen 141 en 142 WGP. Voor de uitoefening van zijn functie, kan<br />

de korpschef de in art. 104, 1° WGP, bedoelde hulp inroepen (art. 44 WGP). De<br />

korpschef is tevens belast met de voorbereiding van de zaken die aan de<br />

gemeenteraad of aan het college van burgemeester en schepenen worden<br />

voorgelegd en woont de vergaderingen van de gemeenteraad en het college bij (art<br />

29, 2de lid WGP).<br />

1.4.3. Managementteam<br />

De korpschef wordt in de leiding van het korps bijgestaan door een strategisch<br />

comité.<br />

De opdrachten van het strategisch comité zijn:<br />

• Het in lijn brengen van plannen, doelstellingen en streefwaarden en daarbij<br />

prioriteiten stellen door het ontwikkelen van beleids- en strategische opties;<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 1. Leiderschap 7


• Het beleid en de strategie uitdragen en communiceren;<br />

• De werking van het korps bespreken;<br />

• De coördinatie van de werking die de normale dagdagelijkse samenwerking<br />

tussen de verschillende directies overstijgt;<br />

• De belangrijke evenementen en activiteiten plannen;<br />

• Het bespreken van de onderwerpen die door een lid van het<br />

managementteam aangebracht worden;<br />

• Het uitwisselen van informatie en kennis.<br />

De korpschef leidt het managementteam. Het managementteam wordt gevormd<br />

door de commissarissen en de adviseurs niveau A.<br />

Het managementteam vergadert om de twee weken, in principe op<br />

donderdagnamiddag.<br />

1.4.4. Strategieteam<br />

Naar aanleiding van het onderzoek “klantgerichtheid” werd in september 2008 een<br />

strategieteam opgericht. Dit team dient o.a. de concrete uitwerking van de<br />

geformuleerde voorstellen in de werkgroepen klantgerichtheid te garanderen. Het<br />

strategieteam is samengesteld uit vaste leden: de plaatsvervangend korpschef, de<br />

beleidsmedewerker, twee medewerkers interne kwaliteitszorg, een personeelslid<br />

van de sociale dienst en de coördinator procesbegeleiders. In principe vergadert het<br />

strategieteam elke eerste dinsdagvoormiddag van de maand. De plaatsvervangend<br />

korpschef geeft nadien feedback aan de korpschef.<br />

8 1. Leiderschap | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


2. STRATEGIE EN BELEID<br />

De manier waarop de organisatie haar missie en visie<br />

implementeert door een heldere, voor alle groepen<br />

belanghebbenden uitgewerkte strategie, en hoe deze wordt<br />

vertaald in een concreet beleid, plannen en budgetten.<br />

Het gaat ook over informatiebronnen die aan de strategie ten<br />

grondslag liggen en de wijze waarop intern en extern wordt<br />

gecommuniceerd.<br />

2.1. Socio-economische en demografische beschrijving van de zone<br />

Sinds 1 januari 2007 is Ilse Uyttersprot burgemeester van de stad Aalst. De CD&V,<br />

die de burgemeester leverde, bestuurt de stad in een coalitie met sp.a en Open Vld.<br />

Het Vlaams Belang werd bij de gemeenteraadsverkiezing van 8 oktober 2006 de<br />

grootste partij in Aalst en vormt samen met Blauw en Groen! de oppositie.<br />

2.1.1. Geografie<br />

Aalst is gelegen in de provincie Oost-Vlaanderen, binnen de Vlaamse ruit, die het<br />

gebied tussen Antwerpen, Brussel, Gent en Leuven beslaat. Sinds 1 januari 1977<br />

bestaat de stad uit volgende gemeenten: Aalst, Erembodegem, Nieuwerkerken,<br />

Meldert, Baardegem, Moorsel, Herdersem, Hofstade en Gijzegem. Sindsdien is het<br />

de tweede grootste stad van Oost-Vlaanderen en één van de 13 centrumsteden.<br />

Op 1 januari 2011 telde Aalst 81.009 inwoners, wat overeenstemt met een<br />

bevolkingsdichtheid van 1.037 inwoners/km². Aalst beslaat een oppervlakte van<br />

7.812 ha waardoor zij voor dit criterium op de 8e plaats staat in de ranglijst van de<br />

65 gemeenten van de provincie Oost-Vlaanderen.<br />

Het grondoppervlak van Aalst bestaat voor 55% uit landbouwgrond en voor 6,2%<br />

uit bossen (Kravaalbos in Meldert, Kluisbos in Erembodegem, …) en parken<br />

(stadspark, Park Terlinden, …). 37,2% van het grondoppervlak betreft bebouwde<br />

gronden.<br />

Het Aalsterse landschap wordt doorsneden door het alluvium van de Dender, de<br />

enige bevaarbare waterloop in Aalst met een lengte van 10.390 meter. Deze rivier<br />

was in het verleden een belangrijke transportweg en verantwoordelijk voor<br />

verschillende economische bloeiperiodes. Vandaag heeft de Dender in de eerste<br />

plaats een toeristisch recreatieve functie.<br />

2.1.2. Demografie<br />

Algemeen<br />

Zoals hierboven reeds vermeld telde Aalst op 1 januari 2011 81.009 inwoners. De<br />

Aalsterse bevolking ziet er naar leeftijd als volgt uit: 18% is jonger dan 20 jaar, 63%<br />

is tussen 18 en 64 jaar (beroepsactieve bevolking) en 19% is ouder dan 65 jaar. De<br />

gemiddelde leeftijd van de Aalstenaars bedraagt 42 jaar.<br />

Tussen 1995 en 2005 lag het aantal geboorten lager dan het aantal sterfgevallen.<br />

Sinds 2006 is er op dit vlak een kentering merkbaar en zijn er weer meer geboorten<br />

dan sterfgevallen in Aalst. Zo werden in <strong>2010</strong> 2.129 geboorten geregistreerd<br />

tegenover 1.617 overlijdens 1 .<br />

De bevolking van allochtone afkomst<br />

Sinds 2004 merken we een stijging van het aantal inwoners van allochtone<br />

afkomst in Aalst. Voorheen bleef hun aantal vrij stabiel, maar sinds 2004 is het met<br />

meer dan 20% toegenomen. Dit maakt dat er op 1 januari 2008 officieel 2.676<br />

vreemdelingen verbleven in Aalst, wat inhoudt dat deze bevolkingsgroep 3% van<br />

de totale populatie uitmaakt 2 . In vergelijking met andere regionale steden, waar er<br />

gemiddeld 65,9 vreemdelingen zijn per 1.000 inwoners, is dit slechts een beperkt<br />

aandeel (34,2 per 1.000 inwoners) 3 . Ongeveer de helft van de allochtone<br />

inwijkelingen zijn Europeanen, 15% is afkomstig van het Afrikaans continent.<br />

In Aalst zijn dan ook een aantal initiatieven voor allochtonen werkzaam, zoals<br />

Onthaal Nieuwkomers Oost-Vlaanderen regio Aalst, Het Huis van het Nederlands<br />

en Mozaïek.<br />

Wonen<br />

Op basis van het aantal brievenbussen kan men stellen dat er in Aalst, met inbegrip<br />

van de deelgemeenten, ongeveer 40.000 wooneenheden of huishoudens zijn. Het<br />

merendeel daarvan situeert zich in Aalst zelf 4 . Huishoudens bestaande uit twee<br />

personen komen het vaakst voor in het Aalsterse, gevolgd door alleenstaanden.<br />

Deze laatste groep is sinds 2000 gestaag gegroeid en bestaat uit iets meer<br />

1 Stad Aalst, dienst Burgerlijke Stand<br />

2<br />

FOD ECONOMIE, KMO, MIDDENSTAND EN ENERGIE – ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK<br />

EN ECONOMISCHE INFORMATIE, Ecodata, de vreemde bevolking, URL:<br />

www.ecodata.mineco.fgov.be<br />

3<br />

DESCHAMPS, L. en BRAL, L., Gemeentelijke profielschets Aalst, URL:<br />

www.aps.vlaanderen.be/lokaal/pdf/Gemeente_2009/oost-vlaanderen/Aalst.pdf<br />

4 De Post Aalst<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 9


ongeveer 300 ha dat ruimte biedt aan 250 bedrijven. Bovendien zijn er nog vier<br />

vrouwen dan mannen. Huishoudens van vijf of meer personen of collectieve<br />

8 DEXIA, Het socio-demografisch profiel Aalst, uiteenzetting 17 november <strong>2010</strong> <strong>2010</strong>, URL: www.arvastat.vdab.be/nwwz<br />

huishoudens komen weinig voor binnen onze stad 5 .<br />

Net zoals in de rest van Vlaanderen zijn in Aalst de vastgoedprijzen de voorbije<br />

terreinen in ontwikkeling, waaronder drie gemengd regionale bedrijventerreinen<br />

(Siesegemkouter, Sterrenhoek en Erembodegem Zuid IV) en één terrein voor<br />

jaren fors de hoogte in gegaan. Vooral woonhuizen, appartementen en kantoren en bedrijven van lokaal belang (Keppekouter) 9 . Daarnaast bevinden zich<br />

bouwgronden zijn aan deze trend onderhevig, maar voor een villa betaalt men niet<br />

opmerkelijk meer dan in het jaar 2000. Het is bovendien zo dat de grond- en<br />

vastgoedprijzen (uitgezonderd voor villa’s) in Aalst niet zo hoog liggen als in de<br />

respectievelijk in en aan de rand van de stad twee bedrijven die voor een grote<br />

tewerkstelling zorgen. Aalst heeft ook twee ziekenhuizen met internationale faam<br />

op haar grondgebied.<br />

andere centrumsteden en het Vlaams Gewest 6 .<br />

Toch is het aantal kandidaten op de wachtlijsten voor een sociale huurwoning de<br />

voorbije jaren toegenomen. De stad beschikt dan ook over een woonwinkel, die<br />

fungeert als een openbaar en laagdrempelig aanspreekpunt waar men terecht kan<br />

Werkloosheid<br />

Eind december <strong>2010</strong> bedroeg de werkloosheidsgraad in Aalst 8,01%. Dit is een<br />

daling van 0,91% ten opzichte van december 2009. De kloof tussen de geslachten<br />

met problemen in verband met wonen. In Aalst zijn er vier sociale lijkt kleiner te worden, maar toch hebben vrouwen nog steeds een hogere<br />

huisvestingsmaatschappijen die zowel woningen als appartementen in beheer werkloosheidsgraad dan mannen (8,12% versus 7,92%). Eind december <strong>2010</strong> telde<br />

hebben. Ook de stad heeft verschillende sociale woningen in eigen beheer. De Aalst 3.061 niet-werkende werkzoekenden. Dit maakt dat hun aantal in<br />

sociale woningmarkt maakt ongeveer 4% uit van het totale aantal woningen. De<br />

spreidingscoëfficiënt van de sociale huurwoningen bedroeg in de periode 1998-<br />

2007 telkens 0,9, wat inhoudt dat er een quasi optimale spreiding is van sociale<br />

huurwoningen in de stad ten opzichte van de stadsrand 7 .<br />

Welzijn<br />

Op basis van de belastingaangiften van 2007 kan men stellen dat het gemiddeld<br />

inkomen per inwoner € 15.662 bedroeg, wat 7% meer is dan in andere regionale<br />

steden 8.<br />

In 2009 telde Aalst 5,8 leefloontrekkers per 1.000 inwoners.<br />

vergelijking met een jaar eerder met 9,3% gedaald is. Ondanks deze positieve<br />

tendens is er echter een stijging merkbaar van het aantal langdurig werklozen 10 .<br />

De VDAB Aalst ging reeds in 1999 met de steden Ronse en Geraardsbergen een<br />

samenwerkingsverband aan voor de tewerkstelling van kansengroepen. De<br />

doelstelling was dat in elk van deze drie steden jaarlijks minstens 15<br />

laaggeschoolde langdurig werkzoekenden via een Individuele Beroepsopleiding<br />

(IBO) aan een vaste job raken. In 2006 konden in Aalst via dit project 60<br />

werkzoekenden aan de slag met een vast contract. Gezien het succes van dit<br />

project – 85% van deze personen was een jaar later nog steeds aan het werk – werd<br />

het verder gezet in 2007. Toch bestond de groep werklozen in september 2007 nog<br />

steeds voor 57% uit laaggeschoolden. Daarom werd er een nieuw convenant<br />

2.1.3. Economie<br />

Industrie<br />

Aalst telt acht bestaande bedrijventerreinen: Noord I (Gijzegem), Noord II<br />

(Hofstade), Noord III (Tragel), Noord IV (Lion d’Or), Noord V (Wijngaardveld), Zuid I<br />

en II (Erembodegem) en Zuid III (Erembodegem). Samen beslaan ze een gebied van<br />

opgesteld voor de periode 2008-2013. Ook voor het naar de arbeidsmarkt leiden<br />

van oudere en langdurig werklozen werkte de VDAB initiatieven uit. Eind december<br />

<strong>2010</strong> was namelijk bijna een kwart van de niet-werkende werkzoekenden 50 jaar<br />

of ouder 11 . Voor de oudere werkzoekenden werden in 2007 ervaringsclubs<br />

opgericht die deze personen via groeps- en individuele begeleiding dienen te<br />

begeleiden naar de arbeidsmarkt. In Aalst nemen gespecialiseerde consulenten<br />

5<br />

VLAANDEREN – LOKALE STATISTIEKEN, Statistieken over huishoudens, URL:<br />

www.vobip-publiek.vlaanderen.be<br />

6 DESCHAMPS, L. en BRAL, L., Gemeentelijke profielschets Aalst 2007, URL:<br />

www.aps.vlaanderen.be/lokaal/pdf/Gemeente_2007/oost-vlaanderen/Aalst.pdf<br />

7 BRAL, L., DOYEN, G., SCHELFAUT, H., TUBEX, S. en VANDERHASSELT, A., Stadsmonitor<br />

2008, Een monitor voor leefbare en duurzame Vlaamse steden, Brussel, Agentschap<br />

voor Binnenlands Bestuur, 2008, p. 299<br />

9 Stad Aalst, dienst Economische Zaken – sectie Middenstand, Markten en Regionale<br />

Economie<br />

10 VDAB – BASISSTATISTIEKEN WERKLOOSHEID, Werkloosheidsgraden Aalst 2009-<strong>2010</strong>,<br />

URL: www.arvastat.vdab.be/werkloosheidsgraad<br />

11 VDAB – BASISSTATISTIEKEN WERKLOOSHEID, Niet-werkende werkzoekenden Aalst<br />

10 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


deze taak op zich. Langdurig werklozen krijgen extra begeleiding op maat via<br />

oriëntatiecentra 12 .<br />

2.1.4. Onderwijs<br />

Scholen<br />

In 2009 telde Aalst 41 vestigingen voor kleuteronderwijs, waarvan twee voor<br />

buitengewoon kleuteronderwijs. Voor lager onderwijs kan men terecht op 35<br />

vestigingsplaatsen, voor voltijds secundair onderwijs (algemeen, technisch,<br />

beroeps en kunst) op 17 plaatsen. <strong>Deel</strong>tijds secundair onderwijs kan men volgen in<br />

vijf vestigingsplaatsen van drie scholen. Er zijn drie scholen die buitengewoon lager<br />

en secundair onderwijs aanbieden. Aalst telt bovendien nog twee vestigingen voor<br />

hoger onderwijs: het Departement Bedrijfskunde van de Hogeschool Gent en een<br />

campus van de Katholieke Hogeschool Gent 13 .<br />

Spijbelgedrag<br />

In het schooljaar 2007-2008 telde het voltijds secundair onderwijs 0,7%<br />

regelmatige spijbelaars of leerlingen die minstens 30 halve dagen ongewettigd<br />

afwezig waren. Hiermee scoort Aalst iets beter dan het gemiddelde van de<br />

Vlaamse centrumsteden. In het deeltijds secundair onderwijs daarentegen zien we<br />

sterke stijging van het aantal spijbelaars (minstens 20 halve dagen ongewettigd<br />

afwezig): 41,7% in het schooljaar 2007-2008 tegenover 19,9% in het schooljaar<br />

2006-2007. Uit de cijfers blijkt dat het spijbelgedrag in dit type onderwijs over een<br />

periode van 10 jaar bijna verdrievoudigd is.<br />

Schoolse vertraging<br />

In Aalst heeft in het schooljaar 2007-2008 18,7% van de leerlingen van het vijfde<br />

jaar basisonderwijs een schoolse vertraging opgelopen. In het eerste jaar van de<br />

tweede graad van het algemeen secundair onderwijs (ASO) heeft 11% van de<br />

leerlingen te kampen met een schoolse achterstand. In vergelijking met het<br />

schooljaar 2006-2007 betekent dit een stijging van 3,5%. In het technisch<br />

secundair onderwijs (TSO) heeft 35,7% van de 14-15 jarigen een achterstand<br />

opgelopen. Het aandeel leerlingen met schoolse vertraging in het eerste leerjaar<br />

12 VDAB Competentiecentrum Aalst<br />

13 ONDERWIJS VLAANDEREN, URL: www.ond.vlaanderen.be/onderwijsaanbod<br />

van de tweede graad van het beroepssecundair onderwijs (BSO) bedroeg 64,4% in<br />

het schooljaar 2007-2008 14 .<br />

2.1.5. Cultuur<br />

Verenigings- en uitgaansleven<br />

In 2008 was bijna de helft (46%) van de Aalsterse bevolking actief lid of bestuurslid<br />

van één of meerdere verenigingen (sportclub, jeugdbeweging, politieke of socioculturele<br />

vereniging, …). Aalst heeft een cultureel centrum categorie A met een<br />

opdracht op het vlak van cultuurspreiding en –participatie en<br />

gemeenschapsvorming. Toch geeft slechts 64% van de Aalstenaars aan tevreden te<br />

zijn over het culturele aanbod in hun stad. De meeste Aalstenaars (81%) zijn<br />

behoorlijk tevreden over het aanbod aan eetgelegenheden – restaurants en<br />

eetcafés – in hun stad. Over het aanbod aan uitgaansgelegenheden zijn heel wat<br />

minder mensen tevreden (63%).<br />

Sportfaciliteiten<br />

In 2008 deed slechts 40,7% van de Aalstenaars regelmatig en actief aan sport. De<br />

stad Aalst beschikt nochtans over 18 openlucht sportterreinen, waarvan er vier<br />

door de stad kunnen verhuurd worden. Er zijn zes overdekte sportaccomodaties.<br />

Bovendien kunnen sportclubs ook gebruik maken van een aantal turnzalen van<br />

stedelijke scholen. Over dit aanbod aan sportvoorzieningen is 58% van de<br />

Aalstenaars tevreden 15 . Het stadsbestuur zorgt jaarlijks voor verschillende<br />

sportinitiatieven. Een groot aantal sportverenigingen, verdeeld over 50<br />

sportdisciplines, is aangesloten bij de stedelijke sportraad, die hun belangen<br />

verdedigt.<br />

Toerisme<br />

De stad Aalst beschikt over verschillende toeristische trekpleisters, waaronder<br />

historische gebouwen en monumenten. In het stedelijk museum met permanente<br />

tentoonstellingen over Louis Paul Boon, priester Daens en carnaval worden<br />

regelmatig tijdelijke tentoonstellingen georganiseerd. Er worden bovendien allerlei<br />

14 BRAL, L., DOYEN, G., SCHELFAUT, H., TUBEX, S. en VANDERHASSELT, A., Stadsmonitor<br />

2008 – Een monitor voor leefbare en duurzame Vlaamse steden, Brussel, Agentschap<br />

voor Binnenlands Bestuur, 2008, p. 62-73<br />

15 BRAL, L., DOYEN, G., SCHELFAUT, H., TUBEX, S. en VANDERHASSELT, A., Stadsmonitor<br />

2008 – Een monitor voor leefbare en duurzame Vlaamse steden, Brussel, Agentschap<br />

voor Binnenlands Bestuur, 2008, p. 42-57<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 11


evenementen georganiseerd zoals een kerstmarkt, de Pikkeling, Parkconcerten, de<br />

Week van de Smaak, het belforten- en stadhuizenweekend en jaar- en<br />

avondmarkten. Ter hoogte van de Zwarte Hoekbrug bevindt zich een kleine<br />

jachthaven. Verschillende fraaie parken en plantsoenen zorgen voor groene<br />

accenten in de stad. Er zijn dan ook uitgebreide mogelijkheden tot het maken van<br />

fiets- en wandeltochten. Overnachten kan in vier hotels, twee bed & breakfasts en<br />

twee gastenkamers 16 .<br />

Religieuze infrastructuur<br />

Naast verscheidene rooms-katholieke kerken, vindt men in Aalst ook protestantse<br />

en evangelische geloofsgemeenschappen en een Turkse en Marokkaanse moskee.<br />

2.1.6. Mobiliteit<br />

Wegennet<br />

Aalst wordt verbonden met het internationale wegennet in Vlaanderen en met<br />

Brussel en Gent via de E40. De stad heeft twee aansluitingen op deze autosnelweg<br />

die samenkomen in één knooppunt. Het stedelijk gebied wordt omsloten door een<br />

ringweg, waarop een radiaal net van N-wegen is aangesloten (N41 en N406 naar<br />

Dendermonde, N45 naar Ninove, N9 naar Asse en Gent en N411 naar Vilvoorde).<br />

De oude stadskern van Aalst wordt omsloten door de Wallenring. Over het<br />

grondgebied lopen 49,8 km gewestwegen en 587,3 km gemeentewegen. Op 1<br />

januari 2009 bestond het Aalsterse voertuigenpark uit ongeveer 46.000 voertuigen,<br />

waarvan 36.318 personenwagens. Dit houdt in dat bijna één op twee Aalstenaars<br />

over een wagen beschikt 17 .<br />

Openbaar vervoer<br />

Aalst heeft twee stations, namelijk dat van Aalst Centrum en van Erembodegem.<br />

Vanuit het station van Aalst kan men vijf keer per uur naar Brussel sporen en twee<br />

keer per uur naar Gent. Bovendien zijn er extra verbindingen tijdens de ochtend- en<br />

avondspits 18 . Ook met de bussen van De Lijn kan men meermaals per dag naar<br />

Brussel of Gent reizen. Ook de verbinding met de deelgemeenten van Aalst is<br />

meermaals per dag, of meermaals per uur tijdens de spitsuren, verzekerd. Voor<br />

moeilijk te bereiken gebieden kan steeds beroep worden gedaan op twee<br />

16 Stad Aalst, dienst Toerisme<br />

17<br />

VLAANDEREN – LOKALE STATISTIEKEN, Het voertuigenpark, URL:<br />

www.lokalestatistieken.vlaanderen.be<br />

18 NMBS<br />

belbussen. In het voorjaar van 2007 werd de dienstregeling van een aantal lijnen<br />

zodanig gewijzigd dat er meer bussen rijden tijdens de spitsuren en de<br />

bereikbaarheid van het stadscentrum geoptimaliseerd werd in het weekend 19 .<br />

Fietsen<br />

Om de bereikbaarheid en leefbaarheid van de stad te verbeteren, wordt het<br />

gebruik van de fiets door verschillende stadsdiensten en de lokale politie<br />

gepromoot. Een belangrijk aspect hierbij is het verkleinen van het risico op<br />

fietsdiefstal. Dit gebeurt onder andere door het inrichten van een bewaakte<br />

fietsenstalling (bv. tijdens de zomermaanden) in combinatie met<br />

fietsregistreeracties. In een maximum aantal straten met éénrichtingsverkeer<br />

worden de fietsers in tegenrichting toegelaten.<br />

2.2. Beleids- en adviesorganen<br />

2.2.1. Zonale veiligheidsraad<br />

Samenstelling<br />

In elke politiezone is een zonale veiligheidsraad actief (art. 35 tot 37 WGP). Binnen<br />

deze zonale veiligheidsraad wordt een systematisch overleg georganiseerd tussen<br />

de burgemeester, de procureur des Konings, de korpschef van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong><br />

Aalst en de bestuurlijk directeur–coördinator van de federale politie of zijn<br />

afgevaardigde.<br />

De opdrachten van de zonale veiligheidsraad zijn de volgende:<br />

• De bespreking en voorbereiding van het zonaal veiligheidsplan;<br />

• Het bevorderen van de optimale coördinatie van de uitvoering van de<br />

opdrachten van bestuurlijke en gerechtelijke politie;<br />

• Het evalueren van de uitvoering van het zonaal veiligheidsplan.<br />

De leden van de zonale veiligheidsraad zijn:<br />

De vaste leden:<br />

• Mevrouw Ilse Uyttersprot, burgemeester te Aalst en tevens voorzitter;<br />

• De heer Christian Dufour, procureur des Konings te Dendermonde;<br />

• De heer Denis Bergmans, korpschef van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst;<br />

• De heer Rudi Vervaet, bestuurlijk directeur-coördinator van de<br />

Coördinatie- en SteunDirectie Dendermonde.<br />

De toegevoegde leden:<br />

19<br />

De Lijn<br />

12 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


• De heer Luc Boterberg, gerechtelijk directeur van de Federale Gerechtelijke<br />

<strong>Politie</strong> Dendermonde.<br />

Er kunnen steeds deskundigen worden uitgenodigd om deel te nemen aan de<br />

vergaderingen van de zonale veiligheidsraad.<br />

De zonale veiligheidsraad wordt tenminste twee maal per jaar bijeengeroepen op<br />

initiatief van de voorzitter. De vergaderingen hebben plaats in de briefingzaal van<br />

het politiehuis, Beekveldstraat 29 te 9300 Aalst. Een vaste secretaris woont de<br />

zittingen van de zonale veiligheidsraad bij. De leden van de zonale veiligheidsraad<br />

van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst hebben de adviseur directie – beleid en communicatie<br />

aangesteld als secretaris. Het secretariaat is eveneens gevestigd in het politiehuis.<br />

Vergaderingen<br />

In <strong>2010</strong> kwam de zonale veiligheidsraad driemaal samen.<br />

Op 20 januari <strong>2010</strong> werden volgende agendapunten behandeld:<br />

• Feedback zonaal veiligheidsplan 2009-2012 (2009);<br />

• Handhavingsbeleid inzake snelheid van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst;<br />

• Voorstelling website <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst.<br />

Op 22 september <strong>2010</strong> werden volgende agendapunten behandeld:<br />

• Feedback zonaal veiligheidsplan 2009-2012 (1ste<br />

semester <strong>2010</strong>);<br />

• Ondertekening convenant partnergeweld.<br />

Op 2 december <strong>2010</strong> werden volgende agendapunten behandeld:<br />

• Dossier cameratoezicht;<br />

• Balanced ScoreCard <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst.<br />

2.2.2. College van burgemeester en schepenen<br />

Samenstelling<br />

Het college van burgemeester en schepenen bestaat uit de burgemeester,<br />

mevrouw Ilse Uyttersprot en de schepenen. De korpschef is belast met de<br />

voorbereiding van de zaken die aan het college worden voorgelegd en woont de<br />

vergaderingen bij (art 29bis WGP). Het college komt in principe elke maandag om<br />

12 uur samen in het stadhuis. De zittingen van het college zijn niet openbaar. De<br />

besluiten worden bij meerderheid van stemmen genomen. Het college voert de<br />

bevoegdheden inzake de organisatie en het beheer van het politiekorps uit. De<br />

agendapunten voor politie worden vooraf besproken. Dit gebeurt tijdens een<br />

wekelijks overleg tussen de korpschef en de burgemeester. Dit overleg gaat door<br />

op donderdagvoormiddag (tussen 8.30 en 10 uur) in het bureel van de korpschef.<br />

Vergaderingen<br />

In <strong>2010</strong> werden voor politie 245 agendapunten besproken.<br />

Onderwerp <strong>2010</strong><br />

Aanrekening van uitgaven en kosten 38<br />

Aanvraagbons 36<br />

Agendapunten gemeenteraad 2<br />

Begroting 6<br />

Bezwaarschrift 9<br />

<strong>Jaarverslag</strong> 1<br />

Arbeidsongeval 99<br />

Schadegeval 18<br />

Stage 2<br />

Tucht 3<br />

Andere 31<br />

TOTAAL 245<br />

1% 1% 13%<br />

7%<br />

40%<br />

Verdeling Vergaderingen<br />

16%<br />

4%<br />

15%<br />

0%<br />

1%<br />

2%<br />

Uitgaven en kosten<br />

Aanvraagbons<br />

Gemeenteraad<br />

Begroting<br />

Bezwaarschrift<br />

<strong>Jaarverslag</strong><br />

Arbeidsongeval<br />

Schadegeval<br />

Stage<br />

Tucht<br />

Andere<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 13


2.2.3. Gemeenteraadscommissie veiligheid<br />

Samenstelling<br />

De dossiers die aan de gemeenteraad worden voorgelegd, worden toegelicht in de<br />

gemeenteraadscommissie “Veiligheid”. Nadien worden de agendapunten aan de<br />

gemeenteraad ter goedkeuring voorgelegd. Deze commissie vergadert naargelang<br />

de noodzaak. De commissievergaderingen zijn openbaar.<br />

Vergaderingen<br />

In <strong>2010</strong> vergaderde de gemeenteraadscommissie veiligheid 5 maal.<br />

2.2.4. Gemeenteraad<br />

Samenstelling<br />

Vergaderingen<br />

In <strong>2010</strong> werden voor politie 61 agendapunten besproken.<br />

Onderwerp <strong>2010</strong><br />

Personeel 34<br />

Logistiek 18<br />

Begroting 4<br />

Andere 5<br />

TOTAAL 61<br />

Verdeling Vergaderingen<br />

De korpschef woont de vergaderingen van de gemeenteraad bij. Er gaan jaarlijks<br />

elf zittingen van de gemeenteraad door. De zittingen hebben telkens plaats de<br />

laatste dinsdag van de maand in de gemeenteraadszaal te Aalst om 20 uur. De<br />

gemeenteraad wordt voorafgegaan door een vragenuur dat aanvangt om 19 uur.<br />

De vergaderingen zijn openbaar, met uitzondering van de besloten zitting.<br />

7%<br />

8%<br />

Iedereen is welkom. De voorzitter van de gemeenteraad zit de vergaderingen voor.<br />

In Aalst is dit de heer Christoph D’Haese. De gemeenteraad oefent de<br />

bevoegdheden uit inzake de organisatie en het beheer van het lokaal politiekorps.<br />

Dit behelst vooral de vaststelling van de begroting en de rekeningen, belangrijke<br />

investeringsdossiers en de aanwerving, bevordering en ontslag van de<br />

personeelsleden. De gemeenteraad is eveneens bevoegd voor het uitvaardigen van<br />

politieverordeningen.<br />

Aan de gemeenteraad gaat een vragenuur van de gemeenteraadsleden vooraf.<br />

Zij kunnen verduidelijking en bijkomende informatie vragen over bepaalde<br />

gebeurtenissen. De politie beantwoordt de vragen die verband houden met haar<br />

werking en taakuitvoering.<br />

29%<br />

56%<br />

Personeel<br />

Logistiek<br />

Begroting<br />

Andere<br />

14 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


2.2.5. Zonesecretaris<br />

In een ééngemeentezone wordt de functie van zonesecretaris vervuld door de<br />

gemeentesecretaris. In onze zone werd de adjunct-stadssecretaris, de heer<br />

Reginald Van Hecke, aangeduid als zonesecretaris. De Wet van 7 december 1998<br />

heeft de rol van de zonesecretaris strikt afgebakend. De zonesecretaris wordt<br />

belast met het opstellen, overschrijven en ondertekenen van de notulen van de<br />

raad en van het college. De agendapunten voor politie worden vooraf besproken.<br />

Dit gebeurt tijdens een wekelijks overleg tussen de korpschef en de zonesecretaris.<br />

Dit overleg gaat door op woensdagnamiddag (tussen 13.30 en 14 uur) in het bureel<br />

van de korpschef.<br />

2.2.6. Bijzondere rekenplichtige<br />

Een politiezone heeft een eigen begroting en eigen rekeningen. De ontvangsten en<br />

uitgaven in een politiezone worden gedaan door een bijzondere rekenplichtige (art.<br />

30 WGP). In een ééngemeentezone treedt de gemeenteontvanger op als bijzondere<br />

rekenplichtige. De heer Piet Persoons werd aangeduid als bijzondere rekenplichtige<br />

van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst. Hij is tevens financieel beheerder van de stad Aalst. De<br />

bijzondere rekenplichtige oefent zijn functie uit onder het gezag van het college<br />

van burgemeester en schepenen.<br />

De taken van de bijzondere rekenplichtige zijn:<br />

• Alleen en onder zijn verantwoordelijkheid, de ontvangsten van de<br />

politieoverheid te innen;<br />

• Tegen regelmatige bevelschriften de betaalbaar gestelde uitgaven te<br />

doen;<br />

• Het beheer van de ontvangsten en de uitgaven en het nauwkeurig<br />

toezicht erop;<br />

• Financieel adviseur te zijn voor het college van burgemeester en<br />

schepenen en de gemeenteraad.<br />

De bijzondere rekenplichtige staat de korpschef bij als financieel manager.<br />

2.3. Zonaal veiligheidsplan 2009-2012<br />

De rode draad doorheen het zonaal veiligheidsplan is het streven naar een<br />

“Excellente politiezorg”. Zowel de filosofie van de gemeenschapsgerichte<br />

politiezorg met zijn vijf pijlers (externe oriëntering – oorzaakgericht<br />

probleemoplossend werken – partnerschap – afleggen van verantwoording –<br />

bekwame betrokkenheid), als de werkwijze van de informatiegestuurde politiezorg<br />

met zijn vijf kenmerken (doelbepalend – pro- en reactief – meerwaarde biedend –<br />

uitwisseling – doelgericht) en de optimale bedrijfsvoering met zijn vijf principes<br />

(resultaatgericht – transparant – samenwerking – continu verbeteren – leiderschap<br />

met lef) lopen door dit plan, als bijdrage van de politie tot veiligheid en<br />

leefbaarheid, onder regie van de bevoegde overheid. Optimale bedrijfsvoering<br />

betekent ook de keuze voor een managementmodel. De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst koos<br />

voor het CAF-managementmodel.<br />

2.3.1. Strategische doelstellingen 2009-2012<br />

2.3.1.1. Veiligheid en leefbaarheid<br />

Prioriteit: Inbraak in woningen of andere gebouwen<br />

Definitie<br />

Diefstallen met braak, inklimming en valse sleutels in gebouwen.<br />

Strategische doelstelling<br />

Een bijdrage leveren aan het beheersen van dit fenomeen en de<br />

onveiligheidsgevoelens die ermee gepaard gaan door een integrale en<br />

geïntegreerde aanpak.<br />

Prioriteit: Diefstal met geweld/bedreiging (inclusief gewapenderhand)<br />

Definitie<br />

Diefstallen en/of afpersing (inclusief gewapenderhand) op een openbare plaats<br />

waarbij het slachtoffer bedreigd wordt of geweld ondergaat.<br />

Strategische doelstelling<br />

Een bijdrage leveren aan het beheersen van dit fenomeen en het<br />

onveiligheidsgevoel dat hiermee gepaard gaat door een integrale en<br />

geïntegreerde aanpak.<br />

Prioriteit: Drugs<br />

Definitie<br />

Het druggebruik en de drughandel en de daarmee gepaard gaande overlast en<br />

criminaliteit.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 15


Strategische doelstelling<br />

Een bijdrage leveren aan het beheersen van het druggebruik en de drughandel<br />

door een integrale en geïntegreerde aanpak.<br />

Prioriteit: Verkeer<br />

Definitie<br />

“Verkeersveiligheid is een basisrecht en een belangrijke maatschappelijke<br />

doelstelling. Iedereen heeft recht op mobiliteit in een intrinsiek veilige<br />

verkeersomgeving. Elk verkeersongeval is er één te veel, en alles moet in het<br />

werk worden gesteld om slachtoffers te voorkomen” (Staten-Generaal van de<br />

verkeersveiligheid 2007). De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst wenst hier een bijdrage te<br />

leveren door:<br />

1. Sensibilisering;<br />

2. Uitvoeren van gericht verkeerstoezicht;<br />

3. Exploitatie van de verkeersongevallengegevens d.m.v. een<br />

doorgedreven analyse.<br />

Strategische doelstelling<br />

Te bereiken globale doelen: snelheid, alcohol en onaangepast rijgedrag zijn<br />

belangrijke oorzaken van verkeersonveiligheid en ongevallen. Ook het<br />

druggebruik in het verkeer neemt toe. Er wordt gestreefd om de controles zo<br />

efficiënt en effectief mogelijk uit te voeren en de objectieve en subjectieve<br />

pakkans te vergroten en zo een bijdrage te leveren aan het doen dalen van een<br />

aantal letselongevallen.<br />

Prioriteit: Overlast<br />

Definitie<br />

Overlast, in de meest diverse vormen, op kwetsbare plaatsen en op de meest<br />

adequate tijdstippen.<br />

Strategische doelstelling<br />

Een bijdrage leveren aan het beheersen van de diverse vormen van overlast<br />

door een integrale en geïntegreerde aanpak, met aandacht voor rondhangende<br />

jongeren.<br />

Prioriteit: Jeugdcriminaliteit<br />

Definitie<br />

Het versterken en verder structureren van de inspanningen die de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong><br />

Aalst levert in het kader van de jeugdcriminaliteit. De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst werkt<br />

reeds verschillende jaren intensief aan de problematiek van de<br />

jeugdcriminaliteit en dit op verschillende vlakken. Gevolggevend aan de vraag<br />

van de minister, zal de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst deze inspanningen versterken en<br />

verder structureren door de toevoeging van een aandachtspunt aan het ZVP en<br />

het uitwerken van een actieplan terzake.<br />

Strategische doelstelling<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst ontwikkelde in samenwerking met andere partners op<br />

verschillende vlakken al heel wat initiatieven om de problematiek van<br />

jeugdcriminaliteit aan te pakken. Die initiatieven worden geïnventariseerd.<br />

Verder zullen de bestaande activiteiten rond jeugdcriminaliteit verder<br />

gestructureerd en op elkaar afgestemd worden. Met de nodige partners zal het<br />

door de minister gevraagde protocol opgesteld worden. Tot slot zal een vast<br />

politioneel aanspreekpunt aangeduid worden.<br />

Prioriteit: Terrorisme<br />

(vertrouwelijk)<br />

2.3.1.2. Dienstverlening en werking<br />

Strategie<br />

• We willen het draagvlak en het commitment, voor de principes van de<br />

gemeenschapsgerichte politiezorg, bij relevante partners op stadsniveau<br />

verhogen;<br />

• We willen de visie, en in samenspraak met de hoofdaandeelhouders, de<br />

missie en waarden toetsen aan de actualiteit en eventueel aanpassen. We<br />

willen de eventueel bijgestelde missie, visie en waarden verduidelijken naar<br />

alle medewerkers;<br />

• We willen de verwachtingen en de behoeften van de belanghebbenden<br />

systematisch verzamelen, analyseren en operationeel en beleidsmatig<br />

aanwenden;<br />

• We willen een integraal klachtenmanagement ontwikkelen en<br />

implementeren.<br />

16 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Kennis en Kunde<br />

• We willen de kennis van de gemeenschapsgerichte politiezorg verruimen bij<br />

het personeel van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst;<br />

• We willen het klantgericht onthaal verhogen/verbeteren;<br />

• We willen de communicatieve vaardigheden van het personeel verbeteren;<br />

• We willen het aanbod van OPAC optimaliseren;<br />

• We willen de niet-politionele taken van de politie kenbaar maken aan de<br />

bevolking, samen met de wel-politionele taken.<br />

Cultuur<br />

• We willen de pijlers “externe oriëntering” en “bevolkingsgericht” vanuit de<br />

drie invalshoeken een praktische toepassing laten kennen:<br />

Door de noden van de burger te (h)erkennen;<br />

Door de bevolking te verduidelijken voor wat we staan (missie, visie,<br />

waarden);<br />

Door de initiatieven van probleemoplossend handelen door de burger<br />

te integreren in onze productenmix.<br />

• We willen elkaar ondersteunen in ons streven naar gemeenschapsgerichte<br />

politiezorg door een actieve corrigerende houding aan te nemen ten<br />

overstaan van verkeerd gedrag bij onze naaste medewerker, waardoor<br />

hierbij een goede invloed uitgeoefend wordt op de veranderingszin;<br />

• We willen het groepsgevoel merkbaar verhogen.<br />

Structuur<br />

• We willen een permanent beleidsuitvoerend team opzetten om alle<br />

doelstellingen en maatregelen uit te werken;<br />

• We willen taakintegratie systematisch toepassen in het reguliere werk;<br />

• We willen een klantgericht onthaal realiseren dat bijdraagt tot een<br />

optimalisering van de kwaliteit van de dienstverlening en van het imago.<br />

2.4. Actieplan inzake verkeersveiligheid<br />

De regering wil met een krachtdadig verkeersveiligheidsbeleid het aantal doden en<br />

zwaargewonden op onze wegen verminderen.<br />

Sedert de start van het “actieplan verkeersveiligheid” op 1 oktober 2002 kunnen de<br />

lokale en federale politie rekenen op een som uit het verkeersveiligheidsfonds.<br />

Dit fonds wordt gespijsd met de ontvangsten van de verkeersboetes, namelijk<br />

geldboetes, minnelijke schikkingen en onmiddellijke inningen. Om aanspraak te<br />

kunnen maken op de steun van het fonds moesten de federale en de lokale politie<br />

tot en met 2007 een actieplan verkeersveiligheid opstellen dat werd goedgekeurd<br />

door de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Mobiliteit.<br />

Voor de opmaak van de actieplannen kon een keuze gemaakt worden uit volgende<br />

thema’s:<br />

• Overdreven en onaangepaste snelheid;<br />

• Rijden onder invloed van alcohol;<br />

• Rijden onder invloed van drugs of andere stoffen;<br />

• Gordeldracht en andere beveiligingsmiddelen;<br />

• Goederen-en personenvervoer;<br />

• Onveilig en hinderlijk parkeren;<br />

• Verkeersagressie;<br />

• Weekendongevallen;<br />

• Varia.<br />

De politie was verplicht deze actieplannen tegen uiterlijk 1 april voor goedkeuring<br />

toe te zenden, samen met het evaluatieverslag.<br />

Dit verslag geeft aan welke acties en aankopen die werden voorzien in het<br />

actieplan inzake verkeersveiligheid daadwerkelijk werden uitgevoerd en het<br />

verduidelijkt de inspanningen die werden geleverd.<br />

Ingevolge de programmawet van 8 juni 2008 werd de wet van 6 december 2005<br />

betreffende de opmaak en de financiëring van de actieplannen inzake<br />

verkeersveiligheid grondig gewijzigd.<br />

De politiediensten krijgen jaarlijks een dotatie en het is niet langer noodzakelijk de<br />

actieplannen inzake verkeersveiligheid onder de vertrouwde vorm op te stellen.<br />

Jaarlijks wordt aan de lokale en federale politie een evaluatieformulier opgestuurd<br />

waarop de inspanningen die werden geleverd voor een aantal<br />

verkeersveiligheidsthema’s moeten geregistreerd worden.<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst ontving voor het jaar <strong>2010</strong> een bedrag van 463.918 euro.<br />

2.5. Externe communicatie<br />

In het raam van de omzendbrieven inzake “Community Policing” en het streven<br />

naar meer klantgerichtheid en meer betrokkenheid van de bevolking, heeft de<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst gekozen voor meer openheid naar de media. Om een uniforme<br />

en objectieve berichtgeving te kunnen waarborgen werd bijgevolg een<br />

perswoordvoerder aangesteld. De functie van perswoordvoerder wordt<br />

waargenomen door de adviseur directie – beleid en communicatie. Bij<br />

gespecialiseerde berichtgeving zal die bijgestaan worden door de betrokken<br />

dossierbeheerder of, wanneer dit wenselijk is, zal de dossierbeheerder de pers zelf<br />

te woord staan.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 17


Buiten de normale diensturen en op weekend- en feestdagen wordt de functie van<br />

perswoordvoerder waargenomen door de officier met wachtdienst (Officier van<br />

Bestuurlijke <strong>Politie</strong>: OBP). De OBP brieft de perswoordvoerder over de<br />

gebeurtenissen die zich voorgedaan hebben tijdens zijn/haar afwezigheid. De<br />

perswoordvoerder fungeert als spreekbuis van het korps en zal door de OBP en de<br />

verschillende diensthoofden/projectleiders systematisch op de hoogte gehouden<br />

worden van belangrijke gebeurtenissen en acties binnen de politiezone. Derhalve<br />

zal dagelijks een korte ochtendbriefing voorzien worden tussen de<br />

perswoordvoerder en de OBP.<br />

2.5.1. Dagelijks persoverzicht<br />

Dagelijks wordt een persoverzicht opgemaakt waarin de volgende informatie<br />

wordt gegeven:<br />

• Verkeerszaken;<br />

• Kleine diefstallen;<br />

• Inbraken in woningen en andere gebouwen;<br />

• Het aantreffen van personen zonder wettelijke verblijfsvergunning;<br />

• Recente ontwikkelingen met betrekking tot projecten;<br />

• Resultaten van acties.<br />

Het persoverzicht wordt online gezet om 10 uur. Iedereen kan dit persoverzicht<br />

consulteren via de website van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst, www.lokalepolitieaalst.be.<br />

Indien er geen relevante berichtgeving is, wordt geen persoverzicht verspreid.<br />

2.5.2. Tussentijdse persmededelingen en persconferenties<br />

De invoering van een systeem van persoverzichten betekent niet dat er geen<br />

andere persmededelingen meer verstuurd worden, of dat er geen persconferenties<br />

meer georganiseerd worden door de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst.<br />

2.5.3. Informatie betreffende feiten die net gebeurd zijn<br />

De perswoordvoerder mag de pers nooit uit eigen beweging waarschuwen. Hij/zij<br />

kan evenwel geconfronteerd worden met vragen van de pers omtrent de feiten,<br />

hun oorzaak, de eventuele bewijzen, daders of betrokkenen. Gegevens van<br />

gerechtelijk belang die niet algemeen kunnen vastgesteld worden door het publiek<br />

mogen niet meegedeeld worden aan de pers. Deze regel doet geen afbreuk aan de<br />

informatieverstrekking over feitelijke gegevens die behoren tot de bestuurlijke<br />

politie, zoals plaats, datum, uur van een ongeval of een brand, de uitgestrektheid<br />

van de schade zoals zij door het publiek kan vastgesteld worden, de identiteit van<br />

de eigenaar van het gebouw. Manifest foutieve insinuaties kunnen ontkend<br />

worden.<br />

2.5.4. Persteksten<br />

De perswoordvoerder van de politie neemt bijkomend vaak zelf het initiatief om<br />

informatie te verstrekken aan de pers door het verspreiden van persteksten over<br />

onder andere:<br />

• Feiten die inherent zijn aan het functioneren van de politieorganisatie:<br />

o Organisatie van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst;<br />

o Voorstelling van het zonaal veiligheidsplan/jaarverslag;<br />

o Afsluiten van protocolakkoorden met andere politiezones;<br />

o …<br />

• Feiten die te maken hebben met de uitvoering van de politionele taken op<br />

het terrein:<br />

o Aankondigingen van politieacties;<br />

o Communiceren van de resultaten van deze acties;<br />

o Opheldering misdrijven;<br />

o Plaatsen van opsporingsberichten;<br />

o Oproepen tot getuigen;<br />

o …<br />

De persteksten worden eveneens online gezet.<br />

2.5.5. Basisregels<br />

De actieve informatieverstrekking zal – gezien het geheim van het onderzoek en de<br />

wet op de bescherming van het privé-leven – met de nodige discretie en reserve<br />

gebeuren:<br />

• Betreffende het slachtoffer en zijn verwanten mogen geen details<br />

prijsgegeven worden die hen secundair kunnen victimiseren. In dezelfde<br />

geest moet hun recht op eerbied voor het privé-leven verzekerd worden;<br />

• In de mate van het mogelijke moet erover gewaakt worden dat ze hen<br />

aanbelangende, gevoelige feiten of elementen niet eerst via de pers<br />

dienen te vernemen. Indien de pers kennis blijkt te hebben van de<br />

identiteit van het slachtoffer kan gevraagd worden om deze in te houden<br />

tot de rechtstreekse familieleden op de hoogte zijn gebracht door de<br />

gerechtelijke of administratieve overheid;<br />

• Van de in het dossier betrokken personen kunnen enkel het geslacht, de<br />

leeftijd en eventueel de woonplaats uit eigen beweging meegedeeld<br />

18 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


worden, er rekening mee houdend dat het meedelen van gegevens die<br />

hen kunnen identificeren moet vermeden worden;<br />

• Persoonsgegevens zoals etnische afkomst, nationaliteit en seksuele<br />

geaardheid kunnen slechts vermeld worden indien ze relevant zijn voor<br />

een correcte berichtgeving.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 19


2.6. <strong>Deel</strong>name aan externe netwerken en werkgroepen<br />

2.6.1. Samenwerking<br />

Dienst Aard van de samenwerking Partners<br />

Sociale dienst - Laterale steun in het kader van het audiovisueel verhoor van<br />

minderjarige slachtoffers of getuigen van misdrijven: gebruik<br />

van de infrastructuur voor audiovisueel verhoor van de <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst, inzet van verhoorders/specialisten van de <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst ten voordele van bepaalde protocolpartners tegen<br />

betaling.<br />

- In het kader van het intern drugbeleid staat de sociale dienst<br />

in voor de doorverwijzing van minder- en meerderjarige<br />

druggebruikers naar de hulpverleningsdiensten. Voor de<br />

minderjarige gebruikers wordt tevens controle uitgeoefend op<br />

de te volgen hulpverlening.<br />

- In samenwerking met de preventiedienst staat de sociale<br />

dienst in voor de contacten met de minderjarige spijbelaars<br />

die tijdens de lesuren betrapt worden op schoolverzuim. De<br />

dienst neemt contact op met de ouders en met de school.<br />

De sociale dienst is tevens aanspreekpunt in kader van het<br />

spijbelactieplan in samenwerking met de scholen en het<br />

parket. Op basis van een meldingsfiche van een spijbelende<br />

minderjarige, opgesteld door de school, neemt de sociale<br />

dienst contact op met het parket. In samenspraak met het<br />

parket wordt een spijbelcontract of een proces-verbaal<br />

wegens spijbelen opgesteld door de sociale dienst.<br />

De cijfers die resulteren uit deze samenwerkingsverbanden<br />

zijn echter maar een deel van het totaal aantal tussenkomsten<br />

inzake spijbelen en drugproblematiek bij de sociale dienst.<br />

Interventiedienst - Laterale steun bij dringende interventies: (uitzonderlijke en<br />

kortstondige) inzet van interventiepersoneel en middelen ter<br />

beschikking van de aangrenzende zones.<br />

- Fietsbrigade: opleiding.<br />

- Dringende tussenkomst bij agressies tegen treinbegeleiders<br />

op problematische treinlijnen.<br />

- Overeenkomst afgesloten in de regio Dender tussen de<br />

politiezones Aalst, Ninove, Denderleeuw/Haaltert en Erpe-<br />

Mere/Lede.<br />

- Sociale dienst en dienst Politionele Preventie <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong><br />

Aalst.<br />

- Sociale dienst, parket Dendermonde en scholen.<br />

- Overeenkomst afgesloten in de regio Dender tussen de<br />

politiezones Aalst, Ninove, Denderleeuw/Haaltert en Erpe-<br />

Mere/Lede.<br />

- Samenwerking met politie Zeeland.<br />

- Samenwerkingsakkoorden afgesloten met SPC en NMBS.<br />

20 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Dienst Aard van de samenwerking Partners<br />

Recherchedienst - Goliath: minstens 2 anti-inbraakacties per jaar. Alle - Coördinatie- en SteunDirectie Dendermonde.<br />

politiezones van het arrondissement, in samenwerking met<br />

federale politiediensten, houden patrouilles en statische<br />

controles. Zo worden op alle grote invals- en doorgangswegen<br />

van het arrondissement inbrekers (en andere misdrijfplegers)<br />

opgespoord.<br />

- Acties Col 1/2007: 3 acties per jaar in het kader van de - Sociale en economische inspectiediensten, Arbeidsauditeur.<br />

omzendbrief Col 1/2007 over opsporing van mensenhandel.<br />

Deze acties worden uitgevoerd door de politiezones, elk in hun<br />

omschrijving. Bij de acties worden ondernemingen<br />

gecontroleerd waar vaak vreemdelingen tewerkgesteld<br />

worden: horeca, massagesalons, lompenbedrijven, ...<br />

- Pilootproject “Verbetering en samenwerking tussen DVZ en de - Stadsbestuur en Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ).<br />

gemeentebesturen”.<br />

Verkeersdienst - Medewerking aan de “Verkeersveilige nacht” in december. - Provincie Oost-Vlaanderen, alle politiezones binnen de<br />

- Medewerking aan de “Verkeersveilige dag” in februari.<br />

provincie Oost-Vlaanderen.<br />

Politionele preventiedienst - Veiligheid in de stationsomgeving: afspraken naar toezicht op - Cel Preventie en Sociale Veiligheid van de NMBS-Holding<br />

risicovolle tijdstippen, wisselwerking met SOC-nmbs en het Corporate Security Service als coördinator van het<br />

cameratoezicht in het station te Aalst, aanwezigheid securail samenwerkingsakkoord. Andere partners: stad Aalst<br />

tijdens carnaval.<br />

(stadsbestuur, jeugddienst, preventiedienst,<br />

gemeenschapswachten), parket Dendermonde, Federale<br />

<strong>Politie</strong> (DIRCO en strategisch analist CSD), De Lijn Oost-<br />

Vlaanderen.<br />

Dienst Logistiek - Cellencomplex ter beschikking stellen tegen betaling. - Andere politiediensten en douane.<br />

- Schietstand verhuren.<br />

- Verhuur DOJO.<br />

Wijkdienst - Cel Woonbeleid.<br />

- Integrale en geïntegreerde aanpak wijk Molendries + St-<br />

Elisabeth.<br />

- Projectgroep Parktuin Schelfhout.<br />

- Project Prorela.<br />

- De stadsdiensten huisvesting en woonwinkel, patrimonium,<br />

senioren, jeugd, mobiliteit, financiën, huisvesting, de<br />

stadsarchitecte, coördinator stedenbeleid.<br />

- De stadsdiensten woonbeleid, integratie, bevolking,<br />

vreemdelingenzaken, jeugd, de preventiedienst, coördinator<br />

ontmoetingshuis De Brug, straathoekwerker, buurtsport, CAW<br />

regio Aalst, Jac, Uit de marge, Dewaco, VZW Parol, Platdivers.<br />

- VZW De Toekomst, buurtbewoners, CLB, adjunct<br />

stadssecretaris, de groendienst van de stad Aalst,<br />

gemeenschapswachten.<br />

- Samenwerking politie, met de vrederechter van het kanton<br />

Aalst en het parket Dendermonde ivm de aanpak van<br />

problemen tussen o.a. buren.<br />

Opleidingen GGPZ - Opleidingen gemeenschapsgerichte politiezorg. - Samenwerking met de politiezones Denderleeuw/Haaltert,<br />

Erpe-Mere/Lede, Geraardsbergen/Lierde; Op vlak van<br />

opleiding integrale en geïntegreerde veiligheid en<br />

leefbaarheid wordt samengewerkt met de diensten van de<br />

stad Aalst, het OCMW en de brandweer Aalst.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 21


2.6.2. Overleg<br />

Dienst<br />

Aard van het extern overleg<br />

Korpschef - Advies aan de burgemeester, het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissie Veiligheid;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan het korpsoverleg binnen het gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan het arrondissementeel recherche-overleg binnen het gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst maakt deel uit van een intersectoraal ervaringsuitwisselingsplatform dat trimestrieel samenkomt. Het forum bestaat uit<br />

korpschefs en procesbegeleiders van politiezones van de arrondissementen Mechelen, Dendermonde, Oudenaarde, Leuven, Brussel, het<br />

diensthoofd Integrale Veiligheid van de FOD Binnenlandse Zaken en een vertegenwoordiger van de dienst Veiligheid van de VVSG;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan de begeleidingscommissie van de Oost- Vlaamse <strong>Politie</strong>academie ( OPAC);<br />

- Expert voor de Raad van Europa.<br />

Sociale dienst - Werkgroep “opleiding GGPZ”;<br />

- Centrumraad CLB;<br />

- Beleidsorgaan sociaal huis;<br />

- Werkgroep scholen/spijbelen (RWO-ARA);<br />

- Netoverschrijdend scholenoverleg (RWO-ARA);<br />

- Raad van bestuur RWO-ARA;<br />

- Stuurgroep Aalsters Sociaal Overleg (ASO);<br />

- Netwerkvorming voor psychosociale preventieadviseurs;<br />

- Welzijnsteam slachtofferbejegening gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- Arrondissementele raad voor slachtofferbejegening Dendermonde;<br />

- Terugkomdagen voor audiovisuele verhoorders van minderjarigen;<br />

- Werkgroep intrafamiliaal geweld gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- Stuurgroep partnergeweld gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- Werkgroep kindermishandeling gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- Alle personeelsleden nemen in de mate van het mogelijke deel aan de werking van het “Regioteam Dender” inzake slachtofferzorg. De<br />

bijeenkomsten hebben tot doel informatie uit te wisselen rond items inzake slachtofferbejegening en te voorzien in opleiding. In 2007<br />

organiseerde het regioteam vorming inzake stalking en partnergeweld voor slachtofferbejegenaars van de regio Dender;<br />

- Welzijnsforum te Aalst en werkgroepen armoede, communicatie en preventie.<br />

Interventie en<br />

algemeen toezicht<br />

- Werkgroep gerechtelijk luik “kennisnet” van het gerechtelijke arrondissement Dendermonde;<br />

- Core-groep trainers HYCAP binnen de provincie Oost-Vlaanderen. Zij nemen in die hoedanigheid meermaals per jaar deel aan de trainingen als<br />

trainer/lesgever;<br />

- Diensthoofd interventie is luchtwaarnemer voor wat betreft eventuele operaties binnen onze politiezone en kan, indien nodig, tevens ingezet<br />

worden voor naburige zones.<br />

Recherche - <strong>Deel</strong>name aan het regio-recherche-overleg (RRO) binnen het gerechtelijk arrondissement Dendermonde regio Dender;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan begeleidingscomité van AIK Dendermonde;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan projecten van FGP Dendermonde uit het Nationaal Veiligheidsplan (NVP).<br />

22 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Dienst<br />

Aard van het extern overleg<br />

Handhaving - <strong>Deel</strong>name aan de vergaderingen van de veiligheidscel;<br />

openbare orde - <strong>Deel</strong>name aan de vergaderingen “bestuurlijke politie” binnen de Coördinatie- en SteunDirectie Dendermonde;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan de coördinatievergaderingen “nood- en interventieplanning” binnen het arrondissement Dendermonde;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan de jaarlijkse vergadering uitgaande van de voetbalcel;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan alle vergaderingen naar aanleiding van aanvragen tot organisatie van activiteiten;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan de vergaderingen in verband met inzet en verdeling van de leden van het interventiekorps Oost-Vlaanderen.<br />

Verkeersdienst - Punctueel overleg met de dienst Mobiliteit, Openbare Werken, Financiën, feestelijkheden van de stad Aalst;<br />

- Punctueel overleg met Administratie Wegen en Verkeer (AWV);<br />

- Werfvergaderingen n.a.v. wegenwerken;<br />

- Hoorzittingen n.a.v. wegenwerken;<br />

- Werkgroep actieplan verkeer zonaal veiligheidsplan 2009 – 2012;<br />

- Commissie Leefmilieu, Mobiliteit, Patrimonium en Landbouw;<br />

- Stedelijk Overleg Publieke Ruimte (OPR);<br />

- Doorstromingsoverleg van De Lijn;<br />

- Provinciale Commissie voor Verkeersveiligheid (PCV);<br />

- Provinciale Verkeerscommissie;<br />

- Vergaderingen Onderwijsraad;<br />

- Kennisnetwerk Verkeerscoördinatoren;<br />

- Kennisnet Verkeer van het gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- Vergadering verkeersverantwoordelijken parket Dendermonde – Afdeling <strong>Politie</strong>zaken gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- Rapporteringen zonale veiligheidsraad (ZVR);<br />

- Rapporteringen gemeenteraadscommissie Veiligheid;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan de besprekingen van de resultaten van de wijkbabbels.<br />

Directie-advies - <strong>Deel</strong>name aan het arrondissementeel overleg niveau A binnen het gerechtelijk arrondissement Dendermonde;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan het federaal netwerk communicatoren.<br />

Politionele preventie - De dienst Politionele Preventie werkt nauw samen met de FOD Binnenlandse Zaken – Directie Private Veiligheid en de FOD Binnenlandse Zaken –<br />

Directie Veiligheid en Preventie, met diverse stadsdiensten, met de plaatselijke horeca, met de veiligheidsdiensten van de twee ziekenhuizen;<br />

- Prevnet Binnenlandse Zaken;<br />

- Polnet Private en Bijzondere Veiligheid Binnenlandse Zaken;<br />

- Stedelijk Overleg Publieke Ruimte;<br />

- Provinciale werkgroep technopreventieve adviseurs;<br />

- Lokaal multicultureel overlegplatform;<br />

- Provinciaal Netwerk Ziekenhuiscriminaliteit.<br />

GGPZ - Bij de opleidingen GGPZ wordt samengewerkt met de politiezones Denderleeuw/Haaltert, Erpe-Mere/Lede, Geraardsbergen/Lierde.<br />

Wijkdienst - Platdivers ( platform diversiteit) bestaat uit welzijnsactoren, verenigingen en (stads)diensten die door hun reguliere werking betrokken zijn bij het<br />

integratiebeleid, het buurtbeheer en het jeugdwerk. Doel mensen sensibiliseren en activeren om het intercultureel samenleven te verbeteren;<br />

- Wijkbabbels;<br />

- Informatievergaderingen georganiseerd door de dienst Openbare Werken in het kader van heraanleg wegen en pleinen.<br />

Gerechtelijke<br />

Briefwisseling<br />

- <strong>Deel</strong>name aan werkgroep binnen het gerechtelijk arrondissement Dendermonde inzake verlichting en vereenvoudiging van sommige<br />

administratieve taken van de politie;<br />

- <strong>Deel</strong>name aan alle apo-vergaderingen georganiseerd door de apo-magistraat van Dendermonde;<br />

- Op eigen initiatief deelname met verantwoordelijke Stadsarchief inzake opvolging tot vernietiging van de te bewaren documenten van de lokale<br />

politie.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 23


2.7. Protocols of samenwerkingsakkoorden met niet-politionele<br />

partners en derden<br />

2.7.1. Protocol jeugdcriminaliteit afgesloten met alle secundaire en<br />

lagere scholen op het grondgebied Aalst in de loop van 2007 en 2008<br />

In het protocol wordt een partnerschap met de schoolgemeenschappen aangegaan<br />

waarbij de procedures van doorverwijzing en samenwerking rond geweldsdelicten<br />

gepleegd door minderjarigen en spijbelgedrag worden vastgelegd. De sociale<br />

dienst is aangeduid als het aanspreekpunt. Het protocol werd eerst goedgekeurd in<br />

het gemeenschapsonderwijs, later in het vrije onderwijs. Op uitdrukkelijke vraag<br />

van de scholen werden ook de lagere scholen betrokken. Doordat het gemeentelijk<br />

onderwijs, naast een kunstacademie, enkel lagere scholen heeft, is het overleg later<br />

opgestart. Er werd met het departement onderwijs van de stad Aalst<br />

overeengekomen het overleg rond een veilige schoolomgeving te koppelen aan het<br />

lokaal overleg rond het flankerend onderwijsbeleid. Het overleg wordt bij de<br />

aanvang van het nieuwe schooljaar opgestart.<br />

2.7.2. Convenant partnergeweld<br />

Intrafamiliaal geweld is een groot maatschappelijk probleem dat de nodige zorg<br />

behoeft. Partnergeweld, als onderdeel van het fenomeen intrafamiliaal geweld,<br />

verdient specifieke en prioritaire aandacht. In heel wat gezinnen komt fysiek of<br />

seksueel geweld tussen partners voor. Dit laat zijn sporen na, zowel voor de plegers<br />

als voor degenen die het partnergeweld ondergaan. De politiemensen doen in dit<br />

verband aan crisisopvang, maar hun mogelijkheden om het geweld op langere<br />

termijn te doen stoppen of te voorkomen zijn beperkt. In navolging van de<br />

pilootprojecten ‘partnergeweld’ in de politiezones Dendermonde,<br />

Hamme/Waasmunster en Berlare/Zele, is op 1 januari 2008 het project<br />

‘partnergeweld’ in de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst van start gegaan.<br />

De provincie Oost-Vlaanderen voorziet middelen, zodat in samenwerking met het<br />

Centrum Algemeen Welzijnswerk regio Aalst, vrijwillige hulpverlening aan de<br />

betrokkenen van partnergeweld aangeboden wordt. De algemene doelstelling is<br />

het tegemoetkomen aan de maatschappelijke nood inzake de bestrijding van<br />

partnergeweld, en dit specifiek door vrijwillige hulpverlening aan de betrokkenen<br />

bij partnergeweld in een zo vroeg mogelijk stadium en in de mate van het<br />

mogelijke buitenjustitieel aan te bieden en door de praktijk en het beleid van de<br />

verschillende betrokken actoren structureel hierop af te stemmen. De focus wordt<br />

gelegd op volwassenen die onder één dak samenleven en de intentie hebben om<br />

hun relatie, ondanks het geweld, verder te zetten. De lokale politiezones selecteren<br />

zo snel mogelijk de politie-interventies die vallen onder de noemer ‘opzettelijke<br />

slagen en verwondingen tussen partners en ex-partners’. De politie contacteert de<br />

partners. Indien de partners op het aanbod ingaan, wordt een<br />

hulpverleningsaanbod gedaan. De politie geeft de identiteit van de partners, die<br />

hun toestemming hiertoe verlenen, door aan het Centrum Algemeen Welzijnswerk<br />

regio Aalst (CAWRA). De aanmelding gebeurt met een doorverwijzingsformulier.<br />

In 2008 werd één convenant opgesteld voor de politiezones Aalst, Erpe-Mere/Lede<br />

en Denderleeuw/Haaltert samen. In <strong>2010</strong> werd een apart convenant opgesteld<br />

voor politiezone Aalst. Het convenant werd in september <strong>2010</strong> ondertekend door:<br />

• De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst;<br />

• Parket van de procureur des Konings te Dendermonde;<br />

• Het justitiehuis te Dendermonde;<br />

• Het centrum algemeen welzijnswerk regio Aalst;<br />

• Het centrum algemeen welzijnswerk ’t Dak-Teledienst-slachtofferhulp;<br />

• Het centrum geestelijke gezondheidszorg Zuid-Oost-Vlaanderen;<br />

• Slachtofferhulp;<br />

• De provincie Oost-Vlaanderen.<br />

De uitvoering van het protocol kende een zeer groot succes. De uitbreiding van de<br />

hulpverleningscapaciteit met één medewerker voor de ganse provincie was<br />

noodzakelijk voor de verdere efficiënte aanpak van partnergeweld. Aan het<br />

stadsbestuur werd daarom een co-financiering van het project gevraagd. Wie cofinanciert<br />

krijgt voorrang op de gemeenten die niet meebetalen. Het stadsbestuur<br />

betaalde een extra bijdrage van 4 046,73 EUR.<br />

2.7.3. Samenwerkingsprotocol PRORELA (project relatieproblemen)<br />

Het project beoogt de inschakeling van de vrederechter als bemiddelaar wanneer<br />

meerderjarige personen een geschil hebben dat aanleiding gaf tot of het gevolg is<br />

van een misdrijf. Hierbij wordt vooral gedacht aan misdrijven van relationele aard<br />

(bv. binnen het gezin, buurt, appartementsgebouw of op het werk) en misdrijven<br />

met beperkte maatschappelijke impact waarvan het slachtoffer enkel herstel<br />

nastreeft van de veroorzaakte schade of het leed. De door de vrederechter<br />

georganiseerde verzoening streeft een definitieve en integrale regeling na van o.m.<br />

het geschil dat oorzaak is van het misdrijf of van de door het misdrijf aangerichte<br />

schade. Deze regeling wordt vastgesteld in een proces-verbaal van minnelijke<br />

24 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


schikking met kracht van dading en waarvan de uitgifte wordt voorzien van het<br />

formulier van tenuitvoerlegging (inschakeling deurwaarder).<br />

De politiedienst stelt de klager in kennis van de mogelijkheid het geschil te<br />

onderwerpen aan de bemiddeling van de vrederechter. Na akkoord vult de klager<br />

een standaardformulier in waarin hij zijn toestemming uitdrukt. Dit formulier<br />

wordt overgemaakt aan het vredegerecht, waarna de griffier betrokkenen<br />

uitnodigt. De vrederechter ontvangt de partijen en gaat over tot bemiddeling en/of<br />

verzoening. Het akkoord tussen partijen wordt neergeschreven door de griffier in<br />

een proces-verbaal. De politiedienst wordt vervolgens ingelicht of al dan niet een<br />

regeling is getroffen, waarna ze haar dossier afsluit en overmaakt aan het parket.<br />

Het parket behoudt haar discretionaire bevoegdheid inzake vervolging. De <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst heeft deze goede praktijk overgenomen van de politiezone HEKLA,<br />

mits een paar kleine aanpassingen. Project Prorela ging op 1 mei 2008 van start in<br />

Aalst. Het samenwerkingsprotocol werd op 24 april 2008 ondertekend tussen:<br />

• Het parket van de procureur des Konings te Dendermonde,<br />

vertegenwoordigd door de heer Christian Du Four, procureur des Konings;<br />

• Het vredegerecht van het 1 ste kanton van Aalst vertegenwoordigd door<br />

mevrouw Rita Van Malderen, vrederechter;<br />

• Het vredegerecht van het 2 de kanton van Aalst, vertegenwoordigd door de<br />

heer Lieven Schotsaert, vrederechter;<br />

• De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst, vertegenwoordigd door de heer Denis Bergmans,<br />

korpschef.<br />

2.7.4. Protocol inzake de samenwerking tussen de politie en de<br />

gerechtsdeurwaarders werkzaam binnen het gerechtelijk<br />

arrondissement Dendermonde<br />

Naar aanleiding van de inwerkingtreding van de richtlijn van 1 december 2006 tot<br />

het verlichten en vereenvoudigen van sommige administratieve taken van de<br />

lokale politie (B.S. 29-12-2006) en het kaderprotocol dat door de minister van<br />

Binnenlandse Zaken, de minister van Justitie en de voorzitter van de Nationale<br />

Kamer van Gerechtsdeurwaarders op 4 april 2007 werd ondertekend, heeft de<br />

procureur des Konings te Dendermonde het initiatief genomen om de werkgroep<br />

oneigenlijke en efficiënte politietaken een protocol te laten voorbereiden over de<br />

samenwerking tussen de politiediensten en de gerechtsdeurwaarders in het<br />

gerechtelijk arrondissement Dendermonde. Dit protocol is voornamelijk opgesteld<br />

om de werkafspraken tussen de lokale politie en de gerechtsdeurwaarders te<br />

optimaliseren maar is eveneens van toepassing op de federale politie. Er werd<br />

gestreefd naar een win-win situatie en een goed doordachte samenwerking, met<br />

wederzijds respect voor het parket, de gerechtsdeurwaarders en de politie.<br />

Dit protocol werd ondertekend door:<br />

• De heer procureur des Konings van het gerechtelijk arrondissement<br />

Dendermonde;<br />

• De bestuurlijk directeur-coördinator van de Coördinatie- en SteunDirectie<br />

Dendermonde die een kopie van het protocol zal overmaken aan de andere<br />

eerstelijnspolitiediensten van de federale politie die werkzaam kunnen zijn<br />

binnen het gerechtelijk arrondissement Dendermonde (o.a. AIK, SPN, SPC,<br />

DAH);<br />

• De gerechtelijk directeur van de Federale Gerechtelijke <strong>Politie</strong><br />

Dendermonde;<br />

• De korpschefs van de lokale politie van het gerechtelijk arrondissement<br />

Dendermonde die dit protocol voor uitvoering verspreiden aan alle<br />

bevoegde diensten binnen hun politiezone;<br />

• De syndicus van de gerechtsdeurwaarders binnen de arrondissementskamer<br />

van Dendermonde, die dit protocol ter kennis brengt aan alle<br />

gerechtsdeurwaarders binnen zijn ambtsgebied;<br />

• De heer Lode Haspeslagh, secretaris van de gerechtsdeurwaarders.<br />

Dit protocol is vanaf 1 april 2008 in werking. Er zal door het parket en de werkgroep<br />

aandacht blijven besteed worden aan de samenwerking tussen de<br />

gerechtsdeurwaarders en de politie binnen het gerechtelijk arrondissement<br />

Dendermonde. Dit protocol zal dan ook regelmatig worden geëvalueerd en<br />

aangepast.<br />

2.7.5. Provinciaal samenwerkingsakkoord tussen De Lijn Oost-<br />

Vlaanderen en de geïntegreerde politie gestructureerd op twee<br />

niveaus in Oost-Vlaanderen betreffende het project “Veilig op weg”<br />

in het openbaar vervoer<br />

Deze provinciale overeenkomst wordt opgesteld in navolging van het protocol van<br />

17 juli 2006 tussen de federale minister van Binnenlandse Zaken en de Vlaamse<br />

minister voor Mobiliteit, Sociale Economie en Gelijke Kansen betreffende het<br />

project “Veilig op weg” in het openbaar vervoer. Dit provinciaal<br />

samenwerkingsakkoord beoogt het overleg en de samenwerking met betrekking<br />

tot de domeinen veiligheid en verkeer tussen De Lijn Oost-Vlaanderen en de<br />

politiediensten in de provincie Oost-Vlaanderen. Het Nationaal Veiligheidsplan<br />

2004 – 2007, goedgekeurd door de ministerraad op 30 maart 2004, bepaalt in deel<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 25


I punt 4.2.4 het principe van partnerschap ten aanzien van de veiligheid in het<br />

domein van het openbaar vervoer.<br />

Naast de overlast, heeft ook de veiligheid in het domein van het openbaar vervoer<br />

een sterke invloed op het onveiligheidsgevoel. Potentiële gebruikers van het<br />

openbaar vervoer mogen niet afgeschrikt worden door onveiligheid in dit domein.<br />

Alle betrokken actoren zullen daarvoor moeten samenwerken en hun bijdrage<br />

afstemmen op basis van het principe van het partnerschap.<br />

De Lijn Oost-Vlaanderen en de politiediensten van de provincie Oost-Vlaanderen<br />

werken op basis van het hoger vermelde principe van partnerschap aan de<br />

uitvoering van de diverse bepalingen van dit provinciaal samenwerkingsakkoord.<br />

De samenwerking heeft tot doel:<br />

• De veiligheid van zowel de reizigers als het personeel te verzekeren;<br />

• De kwaliteit en efficiëntie van de dienstverlening van het openbaar vervoer<br />

te verhogen;<br />

• Een betere informatie-uitwisseling te organiseren;<br />

• Bij probleemmomenten gezamenlijke acties te coördineren.<br />

Deze samenwerking wordt in overleg met de lokale politiezones<br />

geconcretiseerd.<br />

Dit protocol werd ondertekend door:<br />

• De Lijn Oost-Vlaanderen, vertegenwoordigd door Juliaan Bellekens,<br />

waarnemend directeur De Lijn Oost-Vlaanderen;<br />

• De geïntegreerde politie gestructureerd op twee niveaus in de Provincie<br />

Oost-Vlaanderen, vertegenwoordigd door Peter De Wolf, directeurcoördinator<br />

voor het gerechtelijk arrondissement Gent;<br />

• Rudi Vervaet, directeur-coördinator voor het gerechtelijk arrondissement<br />

Dendermonde;<br />

• Christiaan Drieskens, directeur-coördinator voor het gerechtelijk<br />

arrondissement Oudenaarde.<br />

Dit samenwerkingsakkoord kent uitvoering vanaf 1 oktober 2007 en wordt<br />

namens het Provinciaal Veiligheidsoverleg bekrachtigd door de heer André Denys,<br />

gouverneur van de Provincie Oost-Vlaanderen.<br />

2.7.6. Convenant integrale veiligheid (DEWACO)<br />

In de site “Ten Rozen” in Aalst wordt een gemeenschapsgericht project uitgewerkt<br />

voor de aanpak van criminaliteit, overlast en onveiligheid. De site betreft een<br />

sociale woonwijk, type middelhoogbouw, die de maatschappelijke complexiteit<br />

van vandaag weerspiegelt. De aanpak is gestoeld op een hechte samenhang tussen<br />

de concrete behoeften van wijkbewoners aan veiligheid en de aanpak van de<br />

meest acute problemen, door alle partijen die bij de beheersing en/of de oplossing<br />

ervan een meerwaarde kunnen bieden.<br />

Het gaat eigenlijk over een integrale en geïntegreerde aanpak van veiligheids- en<br />

leefbaarheidsproblemen. Om de uitvoering van het geïntegreerde actieplan te<br />

garanderen werd een samenwerkingsconvenant opgesteld tussen het college van<br />

burgemeester en schepenen, de huisvestingsmaatschappij DEWACO en de <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst.<br />

2.7.7. Protocol rond “Excellente <strong>Politie</strong>zorg”<br />

De politiezones Aalst, Erpe-Mere/Lede en Denderleeuw/Haaltert hebben in 2009<br />

een protocol ondertekend rond “Excellente <strong>Politie</strong>zorg”. Dit gebeurde door de<br />

burgemeesters van de vijf gemeenten en de drie korpschefs. Het protocol maakt<br />

werk van een doorgedreven gemeenschapsgerichte politiezorg en is gebaseerd op<br />

de pijlers van community policing, informatiegestuurde politiezorg (goede<br />

samenwerking tussen alle partners) en een optimale bedrijfsvoering. Binnen dit<br />

protocol werken de trainers gemeenschapsgerichte politiezorg van de drie<br />

politiezones nauw samen in de voorbereiding en uitvoering van de<br />

opleidingsmodules: “teamwork” en “omgaan met mensen”. De trainers geven ook<br />

de opleidingsdagen in de drie politiezones.<br />

2.7.8. Intentieverklaring stationsomgeving Aalst<br />

De sociale veiligheidsproblematiek in en rond het station te Aalst is een<br />

bekommernis van verschillende partners. Om via een samenwerkingsverband aan<br />

de veiligheid en de veiligheidsgevoelens te kunnen werken, werd in september<br />

2009 een intentieverklaring ondertekend door de burgemeester van de Stad Aalst,<br />

de procureur des Konings te Dendermonde, de korpschef van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong><br />

Aalst, de directeur-coördinator van de Coördinatie- en SteunDirectie<br />

Dendermonde, de dienstchef van de NMBS-Holding en de directeur van de De Lijn<br />

Oost-Vlaanderen. Er zal gestreefd worden de criminaliteit en overlast op een<br />

geïntegreerde en integrale wijze aan te pakken.<br />

De voorbereidende stap was het ondertekenen van de intentieverklaring door alle<br />

partners. De verdere procedure kent meerdere fases. De eerste fase omvat de<br />

informatie-uitwisseling. De volgende fase behelst de analyse van de gegevens.<br />

Naast de bestaande objectieve cijfers zal voor het bekomen van subjectieve<br />

gegevens, een bevraging worden georganiseerd (april <strong>2010</strong>) in de stationsbuurt in<br />

Aalst. Op deze wijze worden naast de pendelaars ook omwonenden en handelaars<br />

bij de beeldvorming betrokken. Na de analyse volgt in de derde fase (najaar <strong>2010</strong>)<br />

een actieplan met een aantal concrete maatregelen.De intentieverklaring loopt tot<br />

26 2. Strategie en beleid | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


2012 waarop een globale evaluatie volgt met mogelijkheid tot verderzetting van<br />

de samenwerking.<br />

Het spreekt voor zich dat een samenwerking waarbij de verschillende partners elk<br />

hun inbreng hebben, zal bijdragen tot een duurzamere veiligheid in en rond de<br />

stationsbuurt.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 2. Strategie en beleid 27


3. MANAGEMENT VAN MEDEWERKERS<br />

De manier waarop de organisatie haar medewerkers inzet,<br />

stimuleert en waardeert om haar strategie en<br />

beleidsdoelstellingen te realiseren en bij te stellen.<br />

Medewerkers zijn er voor de organisatie, maar de organisatie is er<br />

ook voor de medewerkers.<br />

3.1. Human resources management<br />

3.1.1. Inventariseren kennis en vaardigheden personeel:<br />

kennismanagement<br />

De maatschappelijke context verandert voortdurend. Nieuwe technologieën doen<br />

hun intrede, de maatschappelijke complexiteit evolueert, mensen worden<br />

mondiger,... Deze factoren hebben een impact op de veiligheidsbeleving van de<br />

modale burger in onze stad. Om hierop te kunnen inspelen, is het noodzakelijk dat<br />

een eigentijds politiekorps nieuwe strategieën en middelen inzet.<br />

Kennismanagement maakt deel uit van deze aanpassing. Het is een<br />

managementfunctie binnen het korps waarbij het doelbewust ontwikkelen van<br />

competenties centraal staat. Dit betreft niet louter theoretische kennisoverdracht,<br />

maar vooral de overdracht van vaardigheden en attitudes conform de<br />

bedrijfsfilosofie van de politie.<br />

Kennis wordt een steeds belangrijkere factor die het kunnen omgaan met de snel<br />

veranderende context mogelijk moet maken. Het gebeurt via leerprocessen. De<br />

essentie van het geheel ligt in het organiseren van processen waarin:<br />

• Nieuwe kennis wordt ontwikkeld vertrekkende vanuit de evaluatie van de<br />

beschikbare kennis;<br />

• Kennis wordt gedeeld zodat ze terecht komt bij diegenen die erover<br />

moeten beschikken;<br />

• Kennis wordt toegankelijk gemaakt voor iedereen binnen het korps;<br />

• Evaluatie van de resultaten wordt uitgevoerd.<br />

Het korps heeft geïnvesteerd in een opleidingsverantwoordelijke die vanaf 2008<br />

kennismanagement zal ontwikkelen en inbedden in een Vorming, Training en<br />

Opleidingsbeleid en -reglement (VTO).<br />

3.1.2. Klachtenmanagement<br />

Klachten zijn kansen die zich aandienen om de relaties met de bevolking te<br />

verbeteren, te versterken en om de prestaties over de gehele lijn te verbeteren.<br />

Klachten moeten gezien worden als opportuniteiten om het politiepersoneel<br />

steeds weer te confronteren met de doelstellingen en de waarden die het<br />

politiekorps bepaald heeft. Een klacht raakt niet alleen de individuele politiemens<br />

die rechtstreeks bij het probleem betrokken is, ze raakt eveneens aan het imago<br />

van de organisatie, dus aan iedereen!<br />

Onze bedrijfscultuur is er één van continu willen verbeteren, open staan voor<br />

kritiek en transparantie. Hiervoor is een performancecultuur nodig waarbij burgers<br />

en medewerkers permanent aangesproken worden om de prestaties op het gebied<br />

van klachtenmanagement te optimaliseren. Omdat klachten verbeterkansen zijn,<br />

proberen we de processen rond klachtenmanagement als verbeterprocessen in te<br />

richten. De cyclus luisteren, registreren, oplossen, analyseren en verbeteren stellen<br />

we hierin centraal.<br />

3.1.3. Onthaal nieuwe medewerkers<br />

Onze organisatie vindt het zeer belangrijk om de nieuwe medewerkers op een<br />

gepaste manier te onthalen op hun nieuwe werkplek. De eerste indruk is zeer<br />

belangrijk en die moet ook goed zijn.<br />

Per referentieperiode wordt een vierdaags onthaal georganiseerd. Tijdens deze<br />

introductiedagen komen alle aspecten, nodig om op korte tijd goed geïnformeerd<br />

te zijn over de organisatie en de werking van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst, aan bod. De<br />

dienst HRM verwittigt via de mailgroep “nieuwpersoneel” een vast groepje<br />

personeelsleden dat binnen vier weken nieuwe collega’s bij de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst<br />

tewerkgesteld zullen worden. Drie weken voor de aankomst van de nieuwe<br />

medewerkers wordt de definitieve agenda van de onthaal-vierdaagse vastgelegd.<br />

Er moet immers rekening gehouden worden met de beschikbaarheid van de<br />

schietstand en de briefingzaal én met de afwezigheid van bepaalde lesgevers. Zo<br />

kan het gebeuren dat dag 1, 2 en 4 van plaats wisselen. De planning van de<br />

tijdstippen waarop iemand een uiteenzetting geeft, blijft echter behouden. De<br />

nieuwe onthaalprocedure is van start gegaan op 1 januari 2009.<br />

28 3. Management van medewerkers | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Dag<br />

Dag 1<br />

Voormiddag<br />

Dag 1<br />

Namiddag<br />

Inhoud<br />

- Formaliteiten vervullen bij HRM, Telematica, Dienstplanning;<br />

- Presentatie van het korps via een powerpoint presentatie;<br />

- Overlopen onthaal brochure.<br />

- Ophalen van materiaal, o.a. operationeel materiaal bij de<br />

diensten Facilitair Management en Logistiek;<br />

- Rondleiding in het gebouw met bezoek verschillende<br />

diensten, cellencomplex, schietstand, …<br />

Dag 2 - Schietonderricht.<br />

Dag 3<br />

Voormiddag<br />

Dag 3<br />

Namiddag<br />

Dag 4<br />

Voormiddag<br />

Dag 4<br />

Namiddag<br />

- Presentatie van het jaarverslag en het lopend zonaal<br />

veiligheidsplan;<br />

- De werking van de wijkdienst en de lopende projecten.<br />

- Het heropfrissen van de vijf pijlers van de<br />

gemeenschapsgerichte politiezorg en de werkwijze waarop ze<br />

bij de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst geïntroduceerd worden;<br />

- Het gebruik van de Astrid-radioposten en de toepassingen van<br />

het personeelsregistratiesysteem GET;<br />

- Het intranetsysteem, Info5440 en de korpskrant 5440 wordt<br />

toegelicht.<br />

- De dienst APO en de diensten Gerechtelijke Briefwisseling en<br />

Functioneel Beheer geven informatie;<br />

- Aan de nieuwe collega’s wordt de werking van de fototheek<br />

en livescan uitgelegd.<br />

- De preventieadviseur geeft alle nuttige informatie i.v.m het<br />

welzijn op het werk.<br />

Dag 5 - Eigen dienst.<br />

3.2. Organisatie van de recrutering en aanwerving<br />

3.2.1. Aanwerving van personeelsleden<br />

Om de getalsterkte op peil te houden, wordt voortdurend gewaakt over en<br />

geanticipeerd op het vertrek van personeelsleden. Voor het aanwerven van nieuwe<br />

operationele personeelsleden wordt beroep gedaan op het systeem van de<br />

mobiliteit. Voor de aanwerving van CALog-personeelsleden wordt de wettelijk<br />

voorziene procedure gevolgd: er wordt beroep gedaan op respectievelijk de<br />

mobiliteit, de statutaire reserve en de contractuele aanwerving.<br />

3.2.2. Publicatie van vacatures<br />

Voor elke vacature wordt een functiebeschrijving opgemaakt waarin zo<br />

nauwkeurig mogelijk de inhoud van de functie wordt uitgeschreven. Deze<br />

functiebeschrijving wordt dan gepubliceerd in de mobiliteitscyclus.<br />

In 2008 werden binnen de geïntegreerde politie drie mobiliteitscycli gepubliceerd.<br />

Een mobiliteitscyclus bevat alle betrekkingen die op dat ogenblik binnen de<br />

geïntegreerde politie vacant zijn. <strong>Politie</strong>personeelsleden kunnen zich, voor zover zij<br />

voldoen aan de gestelde voorwaarden en slagen in een selectieprocedure,<br />

kandidaat stellen voor de gepubliceerde vacatures en zo mobiliteit maken naar een<br />

andere politiezone, directie of dienst. Voor CALog-vacatures wordt, bij ontstentenis<br />

van kandidaten via de mobiliteit, een publicatie voorzien op de website<br />

www.jobpol.be.<br />

3.2.3. Plaatselijke selectiecommissies<br />

Binnen de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst worden alle kandidaten voor een vacature<br />

geïnterviewd door een selectiecommissie ad hoc. Op basis van het verslag van de<br />

selectiecommissie wijst de gemeenteraad de nieuwe personeelsleden aan voor het<br />

opvullen van de vacatures. Het principe van de selectiecommissies wordt ook<br />

toegepast bij kandidaten voor een interne verschuiving.<br />

3.2.4. Calogisering<br />

Overeenkomstig artikel 1 van de wet op het politieambt, vervult een<br />

politieambtenaar elke juridische of materiële uitvoerbare handeling van bestuurlijk<br />

of gerechtelijke politie. Artikel 25, eerste lid, van voormelde wet bepaalt verder dat<br />

de politieambtenaren en agenten van politie niet kunnen belast worden met<br />

andere administratieve taken dan die, die hen uitdrukkelijk worden opgedragen<br />

door of krachtens de wet. Het tweede lid van voornoemd artikel stelt dat, in<br />

afwijking van het eerste lid, het aan de ministers van Binnenlandse Zaken en van<br />

Justitie toekomt om de administratieve taken vast te leggen ten aanzien waarvan<br />

de uitoefening vereist is voor het volbrengen ervan. Aan de uitvoering hiervan<br />

werd reeds voldaan door de omzendbrief van 16 februari 1999, gepubliceerd in het<br />

Belgisch Staatsblad op 14 april 1999. Deze omzendbrief zorgde op bepaalde<br />

punten voor interpretatieproblemen en de WGP (Wet tot organisatie van een<br />

geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus) noopte actualisering<br />

van deze omzendbrief. Als overgangsmaatregel werden akkoorden tussen<br />

korpschefs en burgemeesters afgesloten.<br />

In de richtlijn van 1 december 2006 tot het verlichten en vereenvoudigen van<br />

sommige administratieve taken van de lokale politie, uitgevaardigd door de<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 3. Management van medewerkers 29


Federale Overheidsdienst Binnenlandse zaken en de Federale Overheidsdienst<br />

Justitie (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 29 december 2006) worden vier<br />

mogelijkheden (cfr. Infra) voorgesteld voor een grotere beschikbaarheid van de<br />

politiecapaciteit door onder andere het verminderen van het aantal<br />

administratieve taken.<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst werkte in 2007 een concreet stappenplan uit, waarin de<br />

huidige situatie werd geanalyseerd en doelstellingen werden geformuleerd in de<br />

geest van de voornoemde richtlijn.<br />

1. Doorgedreven CALogisering<br />

De operationele personeelsleden die administratieve taken uitvoeren<br />

(secretariaatstaken inherent aan de organisatie van de politie, ICT en logistiek<br />

beheer, personeelsbeheer, budget en financiën) en tussen 1 januari 2007 en 31<br />

december <strong>2010</strong> met pensioen gaan, zullen systematisch vervangen worden door<br />

een CALog-personeelslid tenzij er redenen voor zijn om dit niet te doen. De<br />

operationele personeelsleden die in die periode niet met pensioen gaan, zullen<br />

aangespoord worden ‘mobiliteit’ aan te vragen naar een andere operationele<br />

functie binnen de politiezone.<br />

In het korps worden acht operationele personeelsleden in de toekomst<br />

operationele taken toevertrouwd, meer bepaald gemeenschapsgerichte<br />

politietaken. Hun vroegere taken zullen uitgevoerd worden door CALogpersoneelsleden.<br />

Concreet wil dit zeggen dat het contingent CALogpersoneelsleden<br />

41 zal bedragen tegenover een maximale aanwezigheid van 232<br />

operationele personeelsleden in het voorziene kader. Dit is een percentage van<br />

17,2 %.<br />

2. Rationalisering wettelijke opdrachten<br />

(overgeheveld naar de gemeentelijke overheid)<br />

• Verloren en gevonden voorwerpen;<br />

• Bezetting van de openbare weg en het opmaken van bestuurlijke<br />

reglementen, verordeningen en besluiten. De politie zal zich in de<br />

toekomst beperken tot:<br />

o Het geven van technisch advies in het kader van evenementen<br />

gepland op de openbare weg;<br />

o Het geven van technisch advies en toezicht op de naleving van de<br />

politieverordeningen, reglementen en besluiten inzake private<br />

bezetting van de openbare weg.<br />

• Gemeentelijk strafregister, enkel in geval van een getuigschrift model 2<br />

zal de politie een gemotiveerd advies toevoegen.<br />

3. Afspraken met andere actoren<br />

Binnen de gerechtelijke en bestuurlijke zuilen in ons land, zoals de magistratuur,<br />

gerechtsdeurwaarders en administratieve overheden;<br />

• Het afgesproken kaderprotocol inzake samenwerking met<br />

gerechtsdeurwaarders zal integraal worden toegepast;<br />

• De gerechtelijke overheden ontlasten, indien mogelijk, de politiediensten<br />

door:<br />

o Systematisch zelf gebruik te maken van informaticamiddelen;<br />

o Vragen tot inlichtingen rechtstreeks aan betrokkenen te richten;<br />

o Buiten bijzondere omstandigheden wordt de kennisgeving van de<br />

gerechtelijke stukken per post gedaan, in het kader van controle<br />

van adressen zullen de gerechtelijke overheden eerst zelf het<br />

rijksregister raadplegen.<br />

Hiervoor werd in november 2007 een protocol afgesloten met het parket<br />

Dendermonde. In maart <strong>2010</strong> werd de werkgroep “ oneigenlijke en inefficiënte<br />

politietaken” opnieuw opgestart. Intussen werden de uitvoerende<br />

politieambtenaren steeds meer geconfronteerd met administratieve<br />

ambtsplichten inzake verkeer en gerechtelijke feiten. Het aangepaste protocol<br />

werd in december <strong>2010</strong> ondertekend.<br />

4. Oneigenlijke politietaken uitbesteden aan externe partners<br />

(overgeheveld naar gemeentelijke overheid).<br />

• Planton op het stadhuis;<br />

• Wettiging van de handtekening, eensluidend verklaring van een kopie<br />

(met uitzondering van processen-verbaal), het afleveren van<br />

bewonerskaarten, parkeerkaarten, doorgangsbewijzen en magnetische<br />

kaarten;<br />

• Reactie op het vrij rondlopen van verwaarloosde of gevaarlijke dieren<br />

(behalve wanneer de politie met het oog op grotere efficiëntie beslist om<br />

zelf dieren op te vangen);<br />

• Administratie met betrekking tot het openen van een slijterij;<br />

• Betekenen van onbewoonbaarverklaringen; akten inzake de uitvoering<br />

van werken aan eigendommen.<br />

In de toekomst zullen een aantal taken moeten uitgevoerd worden door de<br />

gemeentelijke overheid; dit ten belope van 9.388 mensuren.<br />

30 3. Management van medewerkers | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


3.3. Organisatie van de vorming, training en opleiding (VTO)<br />

3.3.1. Strategisch inbedding van VTO in ons korps<br />

Een “lerende organisatie” kenmerkt zich door voortdurende inspanningen om<br />

voorbereid te zijn op de uitdagingen van morgen. In die context speelt VTO een<br />

onophoudelijke en constante rol in de begeleiding van het personeel bij het<br />

ontwikkelen van competenties die nuttig zijn voor de ontwikkeling van de<br />

organisatie en de realisering van onze missie.<br />

Het Nationaal VeiligheidsPlan 2008-2011 speelt hierop in door de nadruk te leggen<br />

op het proces “opleiding en competentiemanagement”. Om de kwaliteit van de<br />

opleiding te verhogen, wordt er niet langer in termen van activiteiten, maar in<br />

termen van processen gesproken. Het geïntegreerde opleidingsplan van de<br />

federale politie is logischerwijze gebaseerd op dit referentiekader.<br />

Ook in het zonaal veiligheidsplan van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst is vorming, training en<br />

opleiding een prioriteit. We willen ons beleid consequent afstemmen op deze<br />

evolutie en VTO in een ruimere context van een excellente politiezorg zien.<br />

Wij beschouwen het VTO-beleid, afgestemd op de strategie en het<br />

personeelsbeleid, als de hefboom voor de organisatieontwikkeling. Als ambitieuze<br />

politiedienst willen we groeien van een hoofdzakelijk ‘administratief’ VTO-beleid<br />

naar een meer reactief én proactief VTO-beleid waarin VTO gehanteerd wordt als<br />

een tool om de huidige en te verwachten veranderprocessen te ondersteunen. Dus<br />

niet alleen reageren op gesignaleerde VTO-noden of ervaren competentietekorten<br />

van medewerkers (reactief), ook diepgaand en toekomstgericht kijken naar<br />

competenties waarover medewerkers en de organisatie als geheel moeten<br />

beschikken (pro-actief).<br />

Dit houdt in dat we het VTO-beleid integreren in de andere beleidsdomeinen: We<br />

vragen ons steeds af wat bepaalde beslissingen, veranderingen, doelstellingen van<br />

het zonaal veiligheidsplan, personeelsbeleid, strategie, financieel beleid,<br />

kwaliteitsbeleid en indicaties uit klachtenmanagement kunnen betekenen voor het<br />

geheel van vorming, training en opleiding en hanteren dit als instrument om deze<br />

voorstellen, beslissingen, veranderingen,… te ondersteunen.<br />

Hoe dan ook moet er ruimte blijven voor ad hoc inspelen op een bepaald aanbod.<br />

Studiedagen, cursussen, seminaries… kunnen ook stimuli zijn voor vernieuwing. In<br />

bepaalde gevallen zullen ze zelfs noodzakelijk zijn voor het opvolgen van nieuwe<br />

(onvoorziene) ontwikkelingen.<br />

• zowel het individuele imago als het imago van de organisatie verhogen,<br />

• zo efficiënt en effectief mogelijk omgaan met de financiële middelen en<br />

tijdsinvesteringen die de VTO-activiteiten vergen,<br />

• succesvolle VTO-processen borgen in de organisatie.<br />

3.3.3. Doelstellingen<br />

• individuele competenties ontwikkelen met het oog op een hoger<br />

motivatie – en tevredenheidsniveau van de medewerkers;<br />

• de principes van de excellente politiezorg in de reguliere politietaken<br />

integreren in functie van het leveren van een optimale kwalitatieve<br />

dienstverlening;<br />

• klachtenmanagement en ‘beloningsmanagement’ inbedden in het<br />

kwaliteitsdenken: klachten worden gezien als de reactie van de burger<br />

over een mogelijk kwaliteitsprobleem en als een indicatie om<br />

kwaliteitsverbetering te realiseren. Een passende VTO-activiteit kan<br />

tegemoet komen aan het probleem. Initiatieven, die door de burger of de<br />

organisatie gewaardeerd worden (felicitaties), omzetten in good practices<br />

en in de functionaliteit of breder – de organisatie – borgen;<br />

• de bestaande afspraken rond vorming, training en opleiding<br />

verduidelijken en inzichtelijk maken voor alle medewerkers;<br />

• VTO resultaatgericht uitbouwen en efficiënt organiseren: het beleidsplan<br />

moet de directie in staat stellen om na te gaan of het budget en de<br />

capaciteit die aan VTO worden gespendeerd, rendabel zijn. Wij moeten<br />

kunnen nagaan of de beoogde effecten bereikt zijn en tegen welke prijs;<br />

• VTO-beleid te integreren binnen het algemene beleid.<br />

3.3.2. Het belang en de doelstellingen van VTO<br />

• de kwaliteit van de interne en externe dienstverlening verhogen,<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 3. Management van medewerkers 31


• Opvolging van cursisten: geven van informatie over de inhoud van de<br />

cursus, afnemen van een test, het evaluatieformulier en het afgeleverde<br />

attest;<br />

• De geïntegreerde werking tussen federaal en lokaal niveau: doorstroming<br />

nieuwe regelgeving , procedures, …;<br />

• Transparantie: werking van OPAC , Raad van Bestuur, Begeleidingsgroep;<br />

• Infrastructuur;<br />

• De financiële bijdrage van de zones aan de werking van OPAC.<br />

3.3.5. Opleidingen geweldbeheersing<br />

Inleiding<br />

3.3.4. Aanbod vormingen en opleidingen<br />

Masterplan Oost-Vlaamse <strong>Politie</strong>academie (OPAC)<br />

Er werd een afsprakencharter gemaakt tussen OPAC en de politiezones van Oost-<br />

Vlaanderen voor de periode 2007-2012. Het plan is opgemaakt door de<br />

begeleidingsgroep OPAC waarin de arrondissementscommissaris, de directeur<br />

OPAC, tien korpschefs en drie DirCo’s zetelen, en heeft als doel het bevorderen van<br />

de band tussen de politieacademie en de politiezones en het optimaliseren van het<br />

functioneren van OPAC.<br />

Het charter bepaalt de strategische keuzes en de financiële bijdrage en gaat over:<br />

• Het afstemmen van het opleidingsaanbod aan de behoeftes van de zones<br />

(bevraging en navorming);<br />

• Kwaliteitsvolle opleidingen en competente docenten (vaste docenten en<br />

gastdocenten) en kwaliteitsbewaking;<br />

• Decentralisatie; voortgezette opleidingen in de zone en een aanbod op de<br />

campus zelf;<br />

• De problematiek van de interne werking van OPAC: nood aan<br />

systeembeheer, kwaliteitsbewaking en communicatie;<br />

De omzendbrief GPI 48 van 17 maart 2006 legt aan de operationele politieleden<br />

een aantal normen op inzake de vorming en training in geweldsbeheersing.<br />

De geweldsbeheersing werd onderverdeeld in vier domeinen:<br />

• Wetgeving, deontologie en psychosociale vaardigheden;<br />

• De fysieke vaardigheden inzake dwang zonder vuurwapen;<br />

• De fysieke vaardigheden inzake dwang met vuurwapen;<br />

• De politionele interventietactieken.<br />

Deze domeinen komen terug in zowel de opleiding als de trainingen van het<br />

personeel.<br />

De opleiding laat het verwerven van vaardigheden toe. De trainingen onderhouden<br />

en verbeteren deze.<br />

Organisatie<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst beschikt over vier monitoren voor geweldsbeheersing<br />

zonder vuurwapen en elf monitoren voor geweldsbeheersing met vuurwapen.<br />

Twee monitoren zijn voor beide domeinen gebrevetteerd. Alle monitoren geven<br />

ook onderricht in de politionele interventietactieken. Gelet op de specificiteit van<br />

deze job werd gekozen voor vrijwilligers. Zij maken deel uit van verschillende<br />

diensten.<br />

Alle operationele personeelsleden moeten jaarlijks vijf trainingen in deze<br />

domeinen uitvoeren. In onze zone wordt dit per referentieperiode georganiseerd,<br />

met uitzondering van de zomerperiode.<br />

Er wordt een volledige dag uitgetrokken om deze training te geven waarbij twee<br />

uur beschikbaar blijven waarin aan het personeel onderricht en bijscholing over<br />

allerhande andere zaken wordt gegeven (bv. zonaal veiligheidsplan, gebruik<br />

informatica, wetswijzigingen, werking andere diensten, ...).<br />

32 3. Management van medewerkers | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


De omzendbrief GPI 48 voorziet in een jaarlijkse evaluatie van het personeel op het<br />

vlak van geweldsbeheersing. Wie niet voldoet, kan een kwalificatie verliezen (bv.<br />

collectief wapen mag niet gebruikt worden).<br />

Gebruik van geweld<br />

In de omzendbrief GPI 48 wordt ook voorzien dat de politiediensten melding<br />

maken van een aantal vormen van geweld die tegen of door politieambtenaren<br />

gebruikt worden. Het gebruik van een vuurwapen of pepperspray moet gemeld<br />

worden aan het pedagogisch comité. Dit heeft tot doel deze feiten te analyseren en<br />

de opleidingen en trainingen permanent bij te sturen.<br />

Welke soort bewapening door de politiediensten mag gebruikt worden, werd ook<br />

bepaald. Hiervoor werden de nodige normen opgesteld. De basisuitrusting van elke<br />

operationele politieambtenaar omvat een paar handboeien, een neutraliserende<br />

spray, een telescopische wapenstok en een pistool van het kaliber 9 x 19 mm.<br />

De soorten bijkomende wapens die mogen gebruikt worden, werd ook bepaald.<br />

Een politiedienst kan niet zomaar een type wapen aanschaffen. Behoudens de<br />

collectieve wapens dient hiervoor een vergunning door de minister van<br />

Binnenlandse Zaken afgeleverd te worden. Deze vergunningen worden individueel<br />

afgeleverd aan het personeel dat het nodige onderricht heeft gekregen.<br />

3.3.6. Mentorschap<br />

Vanaf 1 februari 2007 is de nieuwe basisopleiding in de politiescholen van start<br />

gegaan. De grootste verandering bestaat erin dat de opleiding “agent van politie”<br />

geïntegreerd wordt in de opleiding “inspecteur van politie”. Dit wil zeggen dat<br />

eerst de opleiding en leerstof “agent van politie” wordt gegeven en dat die ook<br />

wordt gevolgd door de aspirant-inspecteur.<br />

Dit bracht ook wijzigingen met zich mee wat betreft de stageperiodes. De<br />

observatiestage (vroeger halverwege de opleiding inspecteur) wordt nu vervangen<br />

door een eindstage van veertien dagen als agent van politie. De aspirant mag<br />

binnen deze periode enkel stage lopen binnen de dienst Wijkwerking en de dienst<br />

Verkeer. De grote stage op het einde van de vroegere opleiding inspecteur wordt<br />

vervangen door een eindstage inspecteur van minimum acht weken binnen de<br />

dienst Interventie en de <strong>Lokale</strong> Recherchedienst. Dit betekent dat voor de aspirantinspecteur<br />

nood is aan twee mentoren: één die werkzaam is op de dienst Wijk of<br />

Verkeer en één die werkzaam is op de dienst Interventie of <strong>Lokale</strong> Recherche.<br />

3.4. Evaluatie van de medewerkers<br />

De evaluatie van de personeelsleden gebeurt zoals bepaald in het<br />

evaluatiesysteem zoals dat werd uitgeschreven voor de geïntegreerde politie. Een<br />

tweejaarlijkse cyclus start met een planningsgesprek en eindigt met een<br />

evaluatieverslag waarbij het personeelslid op drie domeinen wordt geëvalueerd:<br />

• overeenstemming met het competentieprofiel van de uitgeoefende<br />

functie;<br />

• houding ten aanzien van de waarden van de politiediensten;<br />

• realiseren van de doelstellingen;<br />

met één eindevaluatie als resultaat : goed, bevredigend of onvoldoende.<br />

Tussen planningsgesprek en evaluatieverslag kunnen functioneringsgesprekken<br />

worden gevoerd tussen het personeelslid en de evaluator.<br />

3.5. Interne Dienst Preventie en Bescherming op het werk.<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst beschikt over een Interne Dienst Preventie en Bescherming<br />

op het werk (IDPB). Een hoofdinspecteur besteedt 30 % van zijn diensttijd aan de<br />

job van interne preventieadviseur niveau 2. Hij heeft een controlerende en<br />

adviserende taak naar de korpsleiding toe in het domein van arbeidsveiligheid.<br />

Zijn verantwoordelijkheid strekt zich uit op volgende welzijnsdomeinen:<br />

• Arbeidsveiligheid;<br />

• Arbeidshygiëne;<br />

• Arbeidsgeneeskunde;<br />

• Verfraaiing van de lokalen en werkruimten;<br />

• Ergonomie;<br />

• Psychosociale belasting;<br />

• De impact van de activiteiten van de politie op het milieu.<br />

Voor het psychosociale luik wordt de interne preventieadviseur bijgestaan door het<br />

diensthoofd van de Sociale Dienst. Zij is coördinator van de vertrouwenspersonen.<br />

Het IDPB is samengesteld uit de representatieve vakbondsafgevaardigden die deel<br />

uitmaken van het Basis Overleg Comité, de preventieadviseur, de coördinator van<br />

de vertrouwenspersonen en een vertegenwoordiger van de directie. Aangezien het<br />

IDPB moet toezien op de werking van de preventieadviseur en de coördinator van<br />

het psychosociale luik en adviezen kan uitbrengen en voorstellen kan doen inzake<br />

het welzijnsbeleid, werd beslist op regelmatige tijdstippen overleg te plegen.<br />

Tijdens dit interne basisoverleg wordt verslag uitgebracht van de dagelijkse<br />

werking van de preventieadviseur en de psychosociale coördinator.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 3. Management van medewerkers 33


3.5.1. Arbeidsveiligheid<br />

• Keuze/ gebruik van collectieve en persoonlijke beschermingsmiddelen en<br />

werkkledij;<br />

• Coördinatie op de arbeidsplaats;<br />

• Toepassing van veiligheids- en gezondheidssignalering;<br />

• Bekwaamheid, vorming en informatie van de werknemers met inbegrip<br />

van werkkledij.<br />

3.5.2. Arbeidshygiëne<br />

• Controle op netheid van de arbeidsplaats;<br />

• Netheid individu qua kledij en lichaamshygiëne.<br />

3.5.3. Arbeidsgeneeskunde<br />

• Informatie gezondheidstoezicht;<br />

• Lijst van risicoposten;<br />

• Fysische conditie;<br />

• Biologische agentia en vaccinatie;<br />

• Besmettingsrisico’s bij bv. het reinigen van de cellen.<br />

3.5.4. Verfraaiing van de lokalen en werkruimten<br />

• Het aangenamer en gemakkelijker maken van het werk;<br />

• Inrichten van arbeidslokalen.<br />

3.5.5. Ergonomie<br />

• Beeldschermwerk;<br />

• Blootstelling aan mechanische trillingen;<br />

• Heffen en tillen;<br />

• Werk- en rustzitplaatsen.<br />

3.5.6. Psychosociale belasting<br />

Psychosociale preventieadviseur en vertrouwenspersonen<br />

Intern wordt de vertrouwensdienst gecoördineerd door het diensthoofd van de<br />

sociale dienst die kennis neemt van de informele meldingen, informele klachten en<br />

formele klachten inzake geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het<br />

werk, stress en andere risicosituaties inzake welzijn. Alle leden van de<br />

vertrouwensdienst kunnen meldingen van psychosociale belasting en informele<br />

klachten inzake geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk<br />

34 3. Management van medewerkers | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong><br />

behartigen. Formele klachten worden behandeld door de externe psychosociale<br />

preventieadviseur die verbonden is aan de Externe Dienst voor Preventie en<br />

Bescherming op het Werk.<br />

Personeelszorg<br />

Elk korpslid kan op eigen initiatief een hulpvraag stellen aan één van de<br />

personeelsleden van de sociale dienst wanneer zij privé-problemen hebben. Er<br />

wordt getracht correcte informatie te geven, opvang te bieden en door te verwijzen<br />

naar de geschikte externe hulpverlening indien er intern geen oplossing kan<br />

geboden worden. Bij de geboorte van een zoon/dochter van een korpslid en bij<br />

langdurige afwezigheid wegens ziekte of ongeval (langer dan één maand) voorziet<br />

het korps een attentie.<br />

Psychosociale belasting<br />

Personeelsleden met werkgerelateerde klachten zoals stress, burn-out, relationele<br />

conflicten of een andere vorm van psychosociale belasting kunnen hiervoor terecht<br />

bij een lid van de sociale dienst en/of vertrouwenspersoon.<br />

Overleg met leidinggevenden<br />

Met de leidinggevenden (korpschef, zijn vervanger, diensthoofden) werd, indien dit<br />

wenselijk was, overlegd en adviezen gegeven om het welzijn op het werk of de<br />

psychosociale stress op de werkvloer in bepaalde situaties te verminderen.<br />

Informatie<br />

De korpsleden worden via het intranetsysteem geïnformeerd over de nieuwe<br />

bepalingen in de wetgeving inzake welzijn op het werk.<br />

Onthaal nieuwe medewerkers<br />

Nieuwkomers doorlopen bij hun aankomst een traject van 4 dagen waarbij ze<br />

kunnen kennis maken met de structuur van het korps en met de interne werking<br />

van de verschillende diensten.<br />

3.6.7. De impact van de activiteiten van de politie op het milieu<br />

Voor wat betreft hun invloed op de punten 1 tot 6 hiervoor.


3.7. Interne communicatie<br />

3.7.1. Intern overleg<br />

In 2008 werden de bestaande interne overlegmomenten van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst geïnventariseerd en jaarlijks geactualiseerd. Hieronder volgt een overzicht:<br />

Vergadering <strong>Deel</strong>nemers Frequentie en inhoud<br />

Ochtendvergadering<br />

korpschef<br />

Overleg korpschef en<br />

plaatsvervanger<br />

- Korpschef;<br />

- OBP;<br />

- Diensthoofden van:<br />

APO;<br />

Recherche;<br />

Interventie;<br />

Wijkdienst;<br />

Politionele preventie.<br />

- Korpschef;<br />

- Plaatsvervanger;<br />

- Indien nodig een<br />

dienstverantwoordelijke.<br />

Managementteam - Korpschef;<br />

- Commissarissen;<br />

- Adviseur beleid en communicatie;<br />

- Adviseur jurist;<br />

- Preventie-ambtenaar.<br />

Dienstvergaderingen van<br />

de primaire en de<br />

ondersteunende processen<br />

- Dienstverantwoordelijke;<br />

- Medewerkers.<br />

Overleg logistiek - Logistiek;<br />

- Boekhouding;<br />

- Facilitair management;<br />

- Telematica.<br />

- Elke werkdag om 9 uur;<br />

- Overzicht van de belangrijkste gebeurtenissen van de voorbije 24u (OBP);<br />

- Externe en interne problemen die opduiken.<br />

- Elke werkdag om 9.30 uur en om 14.30 uur;<br />

- Overlopen feiten OBP;<br />

- Doornemen dagelijkse briefwisseling;<br />

- Agenda en beslissingen CBS/gemeenteraad;<br />

- Bespreking en opvolging dagelijkse werking korps;<br />

- Op te lossen en opgeloste problemen;<br />

- Opvolging jaarplanning en toekomstig beleid.<br />

- Om de 14 dagen op donderdagnamiddag;<br />

- Bespreking van algemene beleids- en beheersmatige informatie;<br />

- Algemene korpsaangelegenheden;<br />

- Afspraken i.v.m. uniforme operationele werkwijze van de medewerkers;<br />

- Informatie-uitwisseling over o.a. gevolgde studiedagen;<br />

- Elke deelnemer heeft de mogelijkheid om agendapunten aan te brengen.<br />

- Elke dienstverantwoordelijke organiseert op regelmatige basis vergadermomenten met de<br />

medewerkers.<br />

- Elke dinsdag;<br />

- Punten voor gemeenteraad en CBS;<br />

- Geplande aankopen;<br />

- Op te stellen aanvraagbons.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 3. Management van medewerkers 35


Vergadering <strong>Deel</strong>nemers Frequentie en inhoud<br />

Briefing sociale dienst - Medewerkers sociale dienst - Elke ochtend;<br />

- Doornemen dagelijkse briefwisseling;<br />

- Verdelen opdrachten;<br />

- Bespreken dossiers van vorige dag.<br />

Teamvergadering sociale<br />

dienst<br />

- Medewerkers sociale dienst - Dinsdag om de twee weken;<br />

- Verdelen opdrachten;<br />

- Bespreken dossiers;<br />

- Voorstellen van opleidingen en studiedagen;<br />

- Bespreken interne materie.<br />

Overleg preventiedienst - Alle personeelsleden van de dienst<br />

Preventie;<br />

- Verantwoordelijke voor<br />

drugpreventie;<br />

- Coördinator gemeenschapswachten;<br />

- Straathoekwerker;<br />

- Leden van de dienst Politionele<br />

Preventie.<br />

Vergaderingen speciale<br />

functies<br />

Vergaderingen projecten<br />

zonaal veiligheidsplan<br />

- Motorrijders;<br />

- Hondengeleiders;<br />

- Adelaars.<br />

- De werkgroepen die in het kader van<br />

de aspecten “Veiligheid en<br />

leefbaarheid” en “Dienstverlening en<br />

werking” werden opgericht.<br />

Strategieteam - Plaatsvervangend korpschef;<br />

- Coördinator procesbegeleiders;<br />

- Beleidsmedewerker;<br />

- 2 medewerkers interne kwaliteitszorg;<br />

- 1 medewerker sociale dienst.<br />

- Maandelijks;<br />

- Toelichten en maken van afspraken in het kader van acties, projecten, …;<br />

- Weergave van beleidsbeslissingen en –informatie;<br />

- Bespreken problemen.<br />

- Motorrijders: met officier verkeer 2 x per jaar;<br />

- Hondengeleiders: wekelijkse trainingen op maandag vormen een overlegmoment;<br />

- Adelaars: geen vaste overlegmomenten.<br />

- Werkgroepen “Veiligheid en leefbaarheid” bepalen zelf de vergaderfrequentie;<br />

- Agenda:<br />

Ontwikkelen en uitwerken van doelstellingen;<br />

Acties, meetplannen;<br />

Opvolging en bijsturing.<br />

- Werkgroepen “Dienstverlening en werking”:<br />

Elke 1ste dinsdag van de maand met het strategieteam;<br />

Stand van zaken en voorstellen van de werkgroepen;<br />

Opvolging uit te voeren maatregelen;<br />

Voorstellen waarvoor de korpschef fiat moet geven.<br />

- Minimaal 1 x per maand;<br />

- Frequentie afhankelijk van de opdracht waaraan gewerkt wordt;<br />

- Opvolgen uit te voeren maatregelen van de werkgroepen klantgerichtheid;<br />

- Opmaak van:<br />

<strong>Jaarverslag</strong>;Zonaal veiligheidsplan;Jaarplanning;<br />

Specifieke opdrachten (bv. de conferentie “Samenwerken maakt sterk”).<br />

- Aansluitend wordt verslag uitgebracht bij de korpschef.<br />

Korpsoverleg - Alle korpsleden. - 1 x per jaar, gekoppeld aan de nieuwjaarsreceptie;<br />

- Toespraak korpschef over de werking en de belangrijkste gebeurtenissen van het voorbije jaar<br />

en toekomstplannen.<br />

36 3. Management van medewerkers | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


3.7.2. Kanalen<br />

Geschreven kanalen<br />

• Nota’s:<br />

- Richtlijnen omtrent de werking van de diensten en/of de uitvoering<br />

van de opdrachten;<br />

- Beschikbaar via intranet;<br />

- Wordt dagelijks geactualiseerd.<br />

• 5440Krantje:<br />

- Krantje bestemd voor een intern publiek;<br />

- Doel: het personeel te waarderen en bijdragen tot hun motivatie;<br />

- Verschijnt twee keer per jaar.<br />

• Elektronische mailboxen (ISLP):<br />

- Via deze communicatiekanalen wordt berichtgeving verspreid tussen<br />

personeelsleden en/of diensten;<br />

- Dit kanaal is toegankelijk voor alle personeelsleden.<br />

• Intranet:<br />

- Website ontwikkeld ten behoeve van de personeelsleden die<br />

informatie willen op het gebied van personeelszaken, dienstplanning,<br />

…;<br />

- Dit kanaal is toegankelijk voor alle personeelsleden.<br />

Mondelinge kanalen<br />

• Mondelinge richtlijnen.<br />

3.7.3. 5440Krantje<br />

5440 is het personeelsblad van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst dat door vrijwilligers uit<br />

verschillende diensten 2 keer per jaar wordt gepubliceerd. Enkele vaste rubrieken<br />

worden elke editie in het blad opgenomen, met name de rubrieken:<br />

• Dienst in de kijker (achtergrondinfo inzake de werking en medewerkers<br />

van een dienst);<br />

• Hobby in de kijker (uitzonderlijke hobby van een personeelslid die wordt<br />

toegelicht aan de hand van fotomateriaal en tekst);<br />

• Een verslag over een GGPZ-activiteit;<br />

• In ’t Oilsjters (Aalsterse woorden die verduidelijkt worden);<br />

• Personeelsnieuws;<br />

• Interessante weetjes/nieuwtjes i.v.m. korpsactiviteiten;<br />

• Verslag van korpsactiviteiten zoals daguitstap, sportactiviteit, …<br />

De redactieraad gaat steeds op zoek naar interessante onderwerpen om de<br />

personeelsleden te boeien, ook personeelsleden kunnen ideeën en suggesties doen<br />

om in het krantje op te nemen.<br />

De krant verschijnt digitaal en wordt ook doorgemaild of opgestuurd naar<br />

gepensioneerde personeelsleden.<br />

3.7.4. Info5440<br />

Bijkomend wordt een digitale nieuwsbrief, Info5440, dagelijks bijgewerkt door de<br />

dienst Telematica met informatie van de korpsleden (via interne mails). De<br />

nieuwsbrief bestaat uit tien rubrieken gaande van richtlijnen over interne<br />

communicatie tot koopjes. In mei <strong>2010</strong> werden alle rubrieken uit Info5440<br />

geïntegreerd in het intranet.<br />

3.7.5. Intranet<br />

Informatie of documenten die het hele jaar (of permanent) opvraagbaar moeten<br />

zijn, vindt men terug op het intranet. De ingebouwde zoekmodule zorgt ervoor dat<br />

de korpsleden zeer snel hun gewenste informatie terugvinden.<br />

3.8. Basisoverlegcomité <strong>Politie</strong> (BOC POL113)<br />

Het basisoverlegcomité BOC POL113 is het wettelijk orgaan waarmee de overheid<br />

overleg pleegt vooraleer te beslissen in de materies die aan overleg met de<br />

representatieve vakorganisaties onderworpen zijn.<br />

Het BOC POL113 is opgericht in uitvoering van:<br />

• De Wet van 24 maart 1999 tot regeling van de betrekkingen tussen de<br />

overheid en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten<br />

(syndicale wet), gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 8 mei 1999;<br />

• Het Koninklijk Besluit van 8 februari 2001 tot uitvoering van de<br />

voornoemde wet van 24 maart 1999, gepubliceerd in het Belgisch<br />

Staatsblad op 17 februari 2001. Het basisoverlegcomité voor de <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst werd bij hetzelfde besluit het nummer 113 toegekend.<br />

De secretaris van de zonale veiligheidsraad is door de voorzitter tevens aangesteld<br />

als secretaris van het BOC POL113.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 3. Management van medewerkers 37


3.9. Benchlearning<br />

“We hebben al heel wat bereikt maar zijn er nog niet!”<br />

Dit is het uitgangspunt van waaruit elke moderne organisatie werkt. Ook de <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst profileert zich als een bedrijf dat vooruit wil en continu waakt over het<br />

invoeren van verbetering. De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst is samen met partners<br />

verantwoordelijk voor de veiligheid en leefbaarheid in de samenleving. Samen met<br />

de lokale overheid werkt zij aan het lokale veiligheidsbeleid.<br />

De realisatie van de gemeenschapsgerichte politiezorg sluit hier perfect bij aan. In<br />

deze taakuitvoering wil zij voortdurend verbeteren en vernieuwen. Om te<br />

evolueren naar een excellente politiezorg moet de politie voortdurend evalueren,<br />

lessen trekken uit de opgedane ervaring en kennis, opnieuw plannen, uitvoeren,<br />

verbeteren en vernieuwen.<br />

Je kan de kennis om te verbeteren vergaren via vakliteratuur, studiedagen,<br />

colloquia, opleidingen. Je kan ook het principe van benchlearning toepassen of het<br />

leren van een ander… Dat werkt als volgt. Je brengt een bezoek aan andere<br />

entiteiten van de geïntegreerde politie, aan buitenlandse collega’s, partners die<br />

een bijdrage leveren aan de realisatie van de veiligheidsketen, bedrijven… Je<br />

informeert bij hen rechtstreeks hoe zij een bepaald probleem aanpakken en welke<br />

moeilijkheden zij ervaren in de uitwerking van de vooropgestelde actieplannen.<br />

Je gaat na wat de kritieke succesfactoren zijn en of de vooropgestelde<br />

doelstellingen gerealiseerd worden. Op die manier leer je uit de reële<br />

praktijkervaring en krijg je meteen mee wat mogelijke valkuilen zijn. Je start als het<br />

ware met een voorbereid dossier dat aan de lokale behoeften kan aangepast<br />

worden. Via benchlearning leer je van een ander omdat het geen zin heeft om alles<br />

zelf opnieuw te proberen. Dit betekent tijdwinst die je kan investeren in de<br />

uitvoering van andere taken.<br />

3.10. Aandacht voor collega’s<br />

Item<br />

Langdurige zieken<br />

Geboortes<br />

Huwelijken<br />

Pensioneringen<br />

Nieuwjaarsontbijt<br />

Nieuwjaarsreceptie<br />

Cadeau<br />

3.11. <strong>Politie</strong>sportverbond<br />

Wanneer een lid van het korps langer dan één maand ziek<br />

is, krijgt hij of zij bezoek van de sociale dienst. De zieke<br />

krijgt een boekenbon cadeau.<br />

Wanneer er een geboorte is binnen het korps wordt vanuit<br />

de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst een cadeaucheque afgegeven.<br />

Wanneer een korpslid in het huwelijksbootje stapt, wordt<br />

een magnum fles champagne aangeboden.<br />

Iedereen die binnen het korps met pensioen gaat, wordt<br />

uitgenodigd om met de partner deel te nemen aan een<br />

gastronomisch etentje. Aansluitend wordt hen in het<br />

politiehuis een receptie aangeboden waarop alle<br />

korpsleden uitgenodigd worden. Zij krijgen een fles<br />

champagne, de partners een doos pralines.<br />

Traditiegetrouw wordt op de eerste werkdag aan de actieve<br />

korpsleden een ontbijt aangeboden. Daarnaast ontvangt<br />

elk personeelslid een cadeautje.<br />

Jaarlijks wordt een receptie ter gelegenheid van het nieuwe<br />

jaar georganiseerd. Hierop worden alle korpsleden, het<br />

college van burgemeester en schepenen, de voorzitter van<br />

de gemeenteraad, de directeurs van de verschillende<br />

stadsafdelingen en de gepensioneerde collega’s<br />

uitgenodigd.<br />

38 3. Management van medewerkers | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong><br />

In de schoot van de gemeentepolitie Aalst werd op 8 februari 1946 een vereniging<br />

opgericht onder de benaming <strong>Politie</strong> Sportverbond Aalst (P.S.A.). Het gaat hier om<br />

een feitelijke vereniging die buiten elke politieke of filosofische overtuiging staat.<br />

Bij de oprichting van de vereniging werd volgend doel geformuleerd: het<br />

aanmoedigen van sport en ontspanning onder de leden, het aanbieden van<br />

ondersteuning bij het beoefenen van sport (hetzij individueel of in teamverband)<br />

en het deelnemen aan wedstrijden. Dit doel is nog steeds actueel. Het<br />

politiesportverbond Aalst is toegankelijk voor alle categorieën van het<br />

politiepersoneel, zowel actieven als gepensioneerden. De gepensioneerde leden<br />

dienen geen lidgeld te betalen maar blijven gratis lid van onze vereniging. Het


estuur van het P.S.A. staat steeds open voor voorstellen en initiatieven van haar<br />

leden. Ook werden tal van realisaties verwezenlijkt, dit met wisselend succes.<br />

In <strong>2010</strong> bedroeg het aantal leden 75. De leden van het sportverbond kunnen gratis<br />

gebruik maken van de sportaccomodatie van de zone (dojo) waar enkele<br />

fitnesstoestellen ter beschikking worden gesteld. Het lidgeld werd behouden op<br />

12,50 Euro. Het bestuur van het PSA is samengesteld uit een voorzitter (J.P.VAN<br />

EECKHAUT), een secretaris (thans vakant wegens opruststelling van R.Solemé) en<br />

een penningmeester (Luc MOENS).Tevens bestuurslid : Guido Van Geert en Ludwig<br />

Van der Burght. De taak van secretaris wordt inmiddels waargenomen door de<br />

voorzitter.<br />

Voor de dames en masters bedraagt de afstand ongeveer 6 km, voor de heren<br />

seniors is deze 8 km. Onze zone neemt regelmatig deel aan deze winteractiviteit.<br />

De geplande activiteiten en uitslagen kan je terug vinden op internet via<br />

www.bpsb.be.<br />

3.12. Loopverbond van politiemensen<br />

Een goede fysieke conditie is bij de politie zeer belangrijk. Investeren in de<br />

politiesport komt ten goede aan de:<br />

• Bevordering van de samenhorigheid;<br />

• Integratie van de politie in de samenleving;<br />

• Strijd tegen het ziekteverzuim;<br />

• Stress en het welzijn op het werk.<br />

Zelfs de deontologische code van de politiediensten verplicht ons om zich in te<br />

spannen om de lichamelijke fitheid - voor de uitoefening van hun functies - te<br />

behouden (art. 38). Uit het actieplan van de federale politie en de Vaste Commissie<br />

van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> blijkt dat men het absenteïsme wil aanpakken door onder<br />

andere de fysieke conditie te evalueren. Door affiches als “gezond sporten om fit<br />

en fris aan de slag te gaan” wil men het personeel van de geïntegreerde politie<br />

hierin motiveren. Atletiek omhelst stratenlopen, pistewerk en voornamelijk<br />

crossen. Deze laatste activiteit heeft plaats tussen september en april. Hiervan<br />

wordt een globaal klassement gemaakt. Om in aanmerking te komen voor deze<br />

crosscup moet je minstens 8 wedstrijden hebben meegelopen. De deelnemers<br />

worden ingedeeld in zeven categorieën. Vooreerst zijn er de damesreeksen:<br />

• Dames: -35 jaar;<br />

• Masters A: 35-45 jaar;<br />

• Masters B: +45 jaar.<br />

De heren zijn ingedeeld in 4 categorieën:<br />

• Seniors: -40 jaar;<br />

• Masters A: 40-50 jaar;<br />

• Masters B: 50-60 jaar;<br />

• Masters C: +60 jaar.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 3. Management van medewerkers 39


4. MANAGEMENT VAN MIDDELEN<br />

De manier waarop vanuit strategie en beleid de beschikbare<br />

middelen worden aangewend om de activiteiten van de<br />

organisatie effectief en efficiënt uit te voeren. Hieronder valt ook<br />

de manier waarop samengewerkt wordt met leveranciers en<br />

partners, om de toegevoegde waarde in de keten te vergroten.<br />

4.1. Begroting<br />

4.1.1. Begroting<br />

De begroting is een precieze raming van alle ontvangsten en uitgaven die in de<br />

loop van het financieel dienstjaar kunnen worden gedaan, met uitzondering van de<br />

geldverrichtingen voor rekening van derden of die slechts de thesaurie treffen.<br />

Binnen de begroting wordt een onderscheid gemaakt tussen de gewone en<br />

buitengewone dienst en, binnen elk van die diensten, tussen het eigenlijk<br />

financieel dienstjaar en de vorige dienstjaren.<br />

4.1.2. Gewone en buitengewone dienst<br />

De gewone dienst zijn alle ontvangsten en uitgaven die ten minste één maal per<br />

financieel dienstjaar voorkomen en die de politiezone regelmatige inkomsten en<br />

een regelmatige werking waarborgen, met inbegrip van de periodieke aflossing<br />

van de schuld. De buitengewone dienst zijn alle ontvangsten en uitgaven die<br />

rechtstreeks en op een duurzame wijze invloed hebben op de omvang, de waarde<br />

of de instandhouding van het patrimonium van de politiezone, uitgezonderd de<br />

normale onderhoudswerken. De term omvat eveneens de voor hetzelfde doel<br />

toegestane toelagen en leningen, deelnemingen en beleggingen op meer dan één<br />

jaar, alsmede de vervroegde terugbetaling van de schuld.<br />

4.1.3. Vijf principes van de begroting<br />

De vijf principes van de begroting:<br />

• Principe van de openbaarheid: de vergadering van de gemeenteraad is<br />

steeds openbaar indien er een besluit over de begroting wordt genomen.<br />

Deze vergadering wordt tenminste zeven dagen op voorhand aan het<br />

publiek bekendgemaakt door aanplakking;<br />

• Principe van de analiteit: alleen de rechten verkregen door de politiezone<br />

en de verplichtingen aangegaan ten opzichte van de schuldeisers behoren<br />

tot een dienstjaar, ongeacht het dienstjaar waarin zij worden vereffend;<br />

• Principe van specialiteit: geen betaling mag geschieden dan op grond van<br />

een op de begroting voorkomende post of op grond van een voorlopig<br />

krediet. De leden van het college van burgemeester en schepenen zijn<br />

persoonlijk aansprakelijk voor de uitgaven die zij in strijd met het<br />

voorgaande toch hebben gedaan of bevolen;<br />

• Principe van evenwicht: de begroting van de uitgaven en de ontvangsten<br />

van de politiezone mag in geen geval een deficitair saldo op de gewone of<br />

de buitengewone dienst, noch een fictief evenwicht of een fictief batig<br />

saldo vertonen;<br />

• Principe van de universaliteit: er mag niet aan schuldvergelijking worden<br />

gedaan, tenzij op het vlak van de geldverhandeling.<br />

4.1.4. Begrotingswijzigingen<br />

De begrotingswijzigingen zijn onderworpen aan dezelfde procedures als deze die<br />

toepasbaar zijn op de begroting. Zij worden per krediet behoorlijk gerechtvaardigd.<br />

4.1.5. Meerjarenplanning<br />

Een meerjarenplanning werd de voorgaande jaren reeds geadviseerd, maar wordt<br />

nog niet opgelegd. Zo’n meerjarenplanning is duidelijk gerelateerd aan het zonaal<br />

veiligheidsplan. De meerjarenplanning zou bv. kunnen bestaan uit het zonaal<br />

veiligheidsplan, waarin de objectieven worden vastgelegd over de verschillende<br />

jaren heen en uit een begeleidende, financiële nota die minimaal bestaat uit het<br />

exploitatiebudget, het investeringsbudget en de liquiditeitsplanning. In de <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst wordt nog geen meerjarenplanning opgesteld.<br />

4.1.6. Raamcontracten<br />

Raamcontracten afgesloten door de federale politie worden soms opengesteld voor<br />

de lokale politiezones waardoor een lokale aanbestedingsprocedure niet vereist is.<br />

De overheidsopdrachten opengesteld voor de lokale politiezones situeren zich<br />

binnen de volgende categorieën: bewapening en beschermingsmaterieel,<br />

bureelbenodigdheden, individuele uitrusting en informatica. Indien het materieel<br />

opgenomen in de opdracht aan de noden van onze zone beantwoordt, maken we<br />

gebruik van de mogelijkheid in te tekenen op een raamcontract.<br />

40 4. MANAGEMENT VAN middelen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


4.2. Infrastructuur<br />

4.2.1. <strong>Politie</strong>huis<br />

Het hoofdgebouw van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst is gelegen te 9300 Aalst in de<br />

Beekveldstraat 29. Het politiehuis is telefonisch bereikbaar op het nummer<br />

053/73.27.27 en digitaal via het e-mailadres politie.aalst@telenet.be.<br />

4.2.2. <strong>Deel</strong>commissariaten<br />

Om zo goed mogelijk op de verwachtingen van de lokale bevolking in te spelen,<br />

werden in de verschillende deelgemeenten wijkposten of deelcommissariaten<br />

geopend. Ze worden gerund door één of meerdere wijkinspecteurs die ten dienste<br />

staan van de bevolking.<br />

Wijkpost Adres Telefoon Wijkinspecteur<br />

Baardegem Baardegem-Dorp 48 052/35.52.51 Werner Schuddinck<br />

Erembodegem<br />

Erembodegem-Dorp<br />

125<br />

053/73.27.91 Jean-Marc De Nil<br />

Marc Van Oudenhove<br />

Gijzegem Gijzegem-Dorp 16 053/73.27.92 Marc Roelandt<br />

Herdersem Kouterbaan 11 053/73.27.93 Geert Roelandt<br />

Hofstade Zijpstraat 49 053/73.27.94 Guido Lefevre<br />

Meldert Meldert-Dorp 17 052/35.53.17 Dirk Vijverman<br />

Moorsel Pachting 4 053/73.27.96 Koen Van Hamme<br />

Nieuwerkerken Schoolstraat 2 053/73.27.97 Davy Van Den Berghe<br />

Andy Ottoy<br />

4.2.3. Cellencomplex<br />

Cellencomplex<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst beschikt over acht zeer verzorgde individuele<br />

doorgangscellen. Hier staan de “rechten van de mens” centraal. Bij een<br />

administratieve of gerechtelijke opsluiting wordt steeds voorzien in een nieuw<br />

gewassen stel dekens. Dagelijks worden deze cellen grondig gereinigd en verlucht.<br />

Om veiligheidsredenen werd elke cel uitgerust met digitale camerabewaking en<br />

een verfijnd digitaal intercomsysteem. In 2007 werd het slotenmechanisme van de<br />

celdeuren aangepast conform de richtlijnen van de minister van Binnenlandse<br />

Zaken.<br />

Aantal gerechtelijke opsluitingen<br />

Aantal bestuurlijke opsluitingen<br />

<strong>2010</strong> 440 769<br />

Collectieve cel<br />

Naast de individuele cellen beschikt de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst tevens over een<br />

collectieve cel. Deze werd ondergebracht op de kelderverdieping ter hoogte van de<br />

draaikom. De cel biedt plaats aan 30 personen en is voorzien van een afgezonderd<br />

toilet. Ook hier werd camerabewaking en intercom geplaatst om<br />

veiligheidsredenen. De cel kan met een voertuig benaderd worden, zodat de<br />

overbrenging steeds vlot en veilig kan gebeuren.<br />

4.2.4. Schietstand<br />

Het korps beschikt over een schietstand waar het politiepersoneel de vaardigheden<br />

met betrekking tot het vuurwapengebruik kan aanleren en bijsturen in het raam<br />

van de voortgezette opleiding geweldsbeheersing. De schietstand wordt eveneens<br />

verhuurd aan andere eenheden zoals de Douane en de federale politie.<br />

<strong>2010</strong> Aantal dagen gebruikt Aantal verbruikte<br />

munitie<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst 65 97 200<br />

Anderen 34 Niet gekend<br />

4.2.5. Polyvalente trainingszaal DOJO<br />

Volgens de omzendbrief GPI 48 van 17 maart 2006 moeten operationele<br />

politiemensen op jaarbasis aan aantal verplichte trainingen geweldsbeheersing<br />

volgen. De trainingen geweldsbeheersing met vuurwapen gaan door in de<br />

schietstand. Voor de trainingen geweldsbeheersing zonder vuurwapen was een<br />

oefenlokaal voorzien in het stedelijk zwembad. Dat betekende per<br />

referentieperiode ongeveer 20 ritten van en naar het zwembad waardoor veel tijd<br />

verloren ging. Daarom werd eind 2008 de polyvalente trainingszaal die in de loods<br />

van het politiehuis gebouwd werd in gebruik genomen. De bouw van deze<br />

polyvalente zaal maakt de transporten overbodig. Volgend materiaal is voorzien:<br />

2<br />

110 m matten, grote en kleine stootkussens, oefenwapenstokken en -handboeien,<br />

trainingspepperspray, bokszakken en –handschoenen, een oefenpak voor<br />

monitoren, sportklimrek en springtouwen.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 4. MANAGEMENT VAN middelen 41


<strong>2010</strong> Aantal dagen gebruikt<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst 67<br />

Anderen 2<br />

4.2.6. Fitnessruimte<br />

Toen de gemeentepolitie in 1999 naar de Beekveldstraat verhuisde, bevond zich op<br />

de tweede verdieping van het nieuwe gebouw een fitnessruimte. Na de<br />

politiehervorming in 2001 verhuisden de fitnesstoestellen naar een lokaal aan het<br />

stedelijk zwembad; in het politiehuis moest immers plaats vrij komen om extra<br />

personeel te huisvesten. Die toestellen kostten 11 jaar geleden 500.000 Belgische<br />

frank en werden in het lokaal in het zwembad niet of nauwelijks gebruikt. Met de<br />

aanbouw in de loods naast het politiegebouw kwam een locatie vrij waar de<br />

fitnesstoestellen een nieuwe bestemming konden krijgen. Alle personeelsleden<br />

kunnen hier buiten de diensturen sporten. Voor het gebruik van de accommodatie<br />

werd een reglement opgesteld.<br />

<strong>2010</strong> Aantal gebruikers<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst Aalst 105<br />

Anderen -<br />

4.3. Informatie- en communicatietechnologie<br />

4.3.1. Informatica<br />

Beheer softwareprogramma’s<br />

De informaticacel beschikt over een aantal aangekochte software programma’s.<br />

Deze programma’s worden gebruikt als installatieprogramma’s en als<br />

hulpprogramma’s voor het personeel (omzetten van video naar CD,<br />

bewakingsbeelden capteren, omzetten van pdf naar doc, …).<br />

Opvolging en ontwikkelingen ICT<br />

De dienst Telematica bestaat uit twee CALog-personeelsleden niveau B en één<br />

CALog personeelslid niveau C, deeltijds aangevuld met 1 CP (in cumul met<br />

logistiek). Deze dienst zorgt voor een constante opvolging van nieuwe<br />

technologieën. Er wordt geprobeerd om alle personeelsleden te voorzien van<br />

duurzaam en modern materiaal voor de uitvoering van hun taken, rekening<br />

houdende met de prijs-kwaliteitverhouding. Om dit materiaal zo goed als mogelijk<br />

aan te wenden voorziet de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst op geregelde tijdstippen in de<br />

nodige theoretische- en praktische opleidingen naar elk personeelslid toe. De<br />

overdracht van de kennis van middelen gebeurt door middel van het “train-thetrainer”-systeem.<br />

Een aantal technisch onderlegde medewerkers worden opgeleid<br />

om hun kennis door te geven aan de overige personeelsleden. De dienst Telematica<br />

is in de eerste plaats een ondersteuningsdienst. Zij staat enerzijds in voor de<br />

aankoop van alle ICT-materiaal via overheidsopdrachten en dit in samenwerking<br />

met de stad Aalst. Anderzijds zorgt zij ervoor dat al dit ICT-materiaal optimaal<br />

wordt beheerd (bv. herstellingen, updates …). Alle ICT-materiaal wordt<br />

geïnventariseerd. Naast deze dagelijkse opdrachten, bekwaamt het personeel zich<br />

regelmatig in nieuwe technieken en programma’s. Momenteel wordt druk gewerkt<br />

aan een internetsite.<br />

4.3.2. Radiocommunicatie<br />

Naar aanleiding van de politiehervorming in 2001 werd door de federale regering<br />

een netwerk opgestart onder de naam ASTRID. ASTRID (Allround Semi Trunked<br />

Radio Integrated Dispatching) zorgde ervoor dat elke lokale en federale<br />

politiedienst kon beschikken over éénzelfde radiocommunicatiesysteem. De<br />

ASTRID N.V. werd opgericht. Zij staat in voor de gehele technische installaties en<br />

infrastructuur (bv. zendmasten, abonnementen …).<br />

Naast het ASTRID netwerk werden met de omzendbrief GPI 50, de<br />

inplaatsstellingen bepaald van de provinciale CIC’s (Communicatie en<br />

InformatieCentra). Deze CIC’s staan in voor de calltaking van de 101 oproepen en<br />

de dispatching van de ploegen op het terrein. Voor de provincie Oost-Vlaanderen<br />

betreft dit het CICOV (Communicatie en InformatieCentrum Oost-Vlaanderen).<br />

Aangezien de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst beschikt over een eigen dispatching, hangen we<br />

niet rechtstreeks af van het CICOV. Alle 101 oproepen voor de politiezone Aalst<br />

worden wel op het CICOV aanvaard en overgemaakt naar onze meldkamer, die op<br />

hun beurt instaat voor de dispatching van haar ploegen.<br />

De lokale politie beschikt vanaf heden over een dispatch/s module. Deze module<br />

laat toe onze ploegen rechtstreeks te dispatchen in onmiddellijke verbinding met<br />

de gebeurtenissendatabank van het CIC Oost-Vlaanderen. Het beheer van de<br />

ploegen blijft in eigen zone.<br />

Tijdens <strong>2010</strong> werd een bijzonder samenwerkingsprotocol afgesloten met het<br />

CICOV. Dit protocol wordt als bijlage beschouwd aan het algemeen luik GPI 49. Dit<br />

protocol behelst de specifieke overeenkomsten tussen politiediensten en het<br />

CICOV. De laterale steun wordt hierbij niet opgenomen.<br />

De afgesloten samenwerkingsovereenkomst met onze zone is een primeur binnen<br />

de provincie Oost-Vlaanderen.<br />

42 4. MANAGEMENT VAN middelen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Type radio Aantal in <strong>2010</strong> Aantal herstellingen<br />

in <strong>2010</strong><br />

Nokia TMR880 vaste post 2 -<br />

Nokia TMR880 in voertuigen 15 2<br />

Nokia THR880 draagbare posten 102 41<br />

Nokia THR880i draagbare posten 47 5<br />

4.3.3. Arbeidstijdregistratie en toegangscontrole<br />

Het arbeidstijdregistratiesysteem (GET) werd binnen de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst<br />

opgestart op 1 juli 2007. Initieel verliep deze tijdregistratie en toegangscontrole<br />

met een op maat gemaakt pakket. Gedurende 2008 en 2009 werden bijkomende<br />

modules aangekocht om een nog performanter en duidelijker beeld te krijgen<br />

inzake capaciteitsmeting en toegangscontrole.<br />

Zo werden in de omgeving van het onthaal en aan de collectieve cel vier extra<br />

toegangscontroles toegevoegd. Tevens werd de tijdregistratie aangevuld met de<br />

modules: verticale telling, overurenverantwoording en “getrapte”<br />

verantwoordelijkheidsprocedure inzake verlof- en recupaanvragen. De licenties van<br />

de diensthoofden werden opgetrokken van 5 naar 10. De licenties van de<br />

“supervisors” werden verhoogd van 2 naar 4 simultane gebruikers. Dit geeft het<br />

voordeel dat de diensthoofden zelf in eerste instantie de aanvragen van hun<br />

medewerkers kunnen behandelen en niet langer via mail de dienstplanning<br />

moeten inlichten over het goed- of afkeuren van de aanvraag.<br />

Badge of toegang<br />

Aantal X gebruikt<br />

Tijdsbadge aan lift 38 528<br />

Tijdsbadge aan personeelsingang 96 519<br />

Deur ingang personeel 69 402<br />

Deur ingang loods 47 590<br />

Sportzaal 519<br />

Poort garage 21 818<br />

Parking 12 817<br />

Fototheek 402<br />

Deur meldkamer 19 762<br />

Onthaal hoofdingang 71 049<br />

Onthaal hoofdingang drukknop 103 299<br />

Onthaal deur bureel 15 897<br />

Onthaal deur wijkdienst 10 609<br />

Onthaal deur wijkdienst drukknop 14 110<br />

Collectieve cel 60<br />

Sociale dienst hoofdingang 1 503<br />

Sociale dienst deur personeel 10 763<br />

Wapenkamer 36 269<br />

4.3.4. Elektronisch archiveringsyteem<br />

Op 3 juni 2008 werd de elektronische archivering in gebruik genomen. Dankzij dit<br />

multifunctioneel scansysteem worden alle processen-verbaal (pv) aan hoge<br />

snelheid ingescand. Het toestel lijkt op een fotokopieerapparaat maar heeft meer<br />

mogelijkheden.<br />

Nadat de processen-verbaal gescand zijn, wordt de informatie omgezet in TIFF<br />

bestanden. Na de kantooruren worden de bestanden omgezet naar herkenbare<br />

tekst via OCR ( optical character recognition) software en naar PDF bestanden. Om<br />

de papieren documenten in het digitale archiveringssysteem te krijgen zijn alle pv’s<br />

voorzien van een barcode die het archiveringsproces in goede banen leidt. Dit<br />

systeem zorgt ervoor dat het personeel van de reïnfo niet meer moet sleuren met<br />

mappen die daarna moeten gearchiveerd worden in de archiefruimtes van het<br />

politiehuis en het stadsarchief. De opstellers hoeven niet langer het proces-verbaal<br />

te nieten of te kopiëren. Zij stoppen de afgewerkte stukken in plastiek mapjes.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 4. MANAGEMENT VAN middelen 43


Dankzij dit systeem wordt bespaard op het gebruik van nietjes, papier, fardes en<br />

vele vierkante meters opbergruimte.<br />

4.3.5. Livescan<br />

Sedert 1 mei 2008 beschikt de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst over een digitaal vingerafdruk<br />

systeem, LiveScan genoemd. De tijd van het bevuilend afnemen van tenprint<br />

kaarten met inktplaten is voorgoed voorbij. De LiveScan console bestaat uit twee<br />

belangrijke elementen: een computer en een scanner. De scanner biedt twee<br />

glasplaten, één voor de vlakke controleafdrukken, palmprints en writerpalms en<br />

één voor de gerolde vingerafdrukken. Verder voorziet de LiveScan nog in een<br />

bijkomende flatbed scanner waarmee foto’s en/of afdrukken van sporen of met<br />

inkt genomen tenprintkaarten kunnen opgenomen worden. Het komt er in feite op<br />

neer dat van de vinger- en handafdrukken een digitale foto wordt gemaakt. Deze<br />

foto’s, verzameld op één blad worden dan in digitale vorm overgemaakt naar het<br />

centrale AFIS systeem van de federale politie (centrale databank van<br />

vingerafdrukken) via het politienetwerk. Het systeem bevestigt ook of een afdruk<br />

correct werd afgenomen. Slecht gerolde vingerafdrukken maken verdere<br />

opzoekingen waardeloos. Een geautomatiseerd systeem binnen AFIS gaat<br />

ogenblikkelijk na of de overgemaakte vingerafdruk(ken) gekend zijn in de<br />

databank. Binnen de 2 minuten wordt een antwoord hiervan doorgestuurd naar de<br />

politiezone. Indien de afdruk gekend is, zal een operator in Brussel de sporen verder<br />

vergelijken en een volledig antwoord nopens de identiteit verstrekken aan de<br />

politiezone. Tevens kunnen de afdrukken ook digitaal naar de Dienst<br />

Vreemdelingenzaken overgemaakt worden in het kader van de<br />

vreemdelingenwetgeving. Het heen en weer rijden naar Brussel voor het afleveren<br />

van de papieren afdrukken behoort vanaf nu tot het verleden. De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong><br />

Aalst is hiermee één van de 20 politiezones waar men op digitale wijze<br />

vingerafdrukken neemt.<br />

4.4. Voertuigenpark<br />

Het korps beschikt in <strong>2010</strong> over een modern en eigentijds voertuigenpark dat<br />

volledig aangepast is aan de normen van de geïntegreerde politie. Dit betekent dat<br />

de voertuigen voorzien zijn van nieuwe striping en logo’s. Ook inzake milieupolitiek<br />

doet de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst grote inspanningen om binnen de eco-normen te<br />

blijven.<br />

Voertuigenpark Merk en type Aantal<br />

Herkenbare autovoertuigen - Mercedes Vito<br />

- VW Jetta<br />

- Mercedes Sprinter<br />

- VW Passat<br />

- Toyota 4x4<br />

- VW Touran<br />

- VW Transporter<br />

Anonieme autovoertuigen - VW Golf<br />

- VW Polo<br />

- Mercedes Vito<br />

- Mercedes Sprinter<br />

- Toyota Avencis<br />

- Toyota Verso<br />

- Toyota Prius (hybride)<br />

- VW Bora<br />

- VW Passat<br />

- VW Jetta<br />

Motorfietsen - Honda Pan ST1300A 9<br />

Fietsen - Mountainbikes<br />

- Gewone fietsen<br />

Type voertuig<br />

Totaal onderhoudskosten<br />

<strong>2010</strong><br />

Totaal herstellingskosten<br />

<strong>2010</strong><br />

8<br />

2<br />

2<br />

2<br />

2<br />

2<br />

1<br />

4<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

1<br />

16<br />

22<br />

Aantal<br />

ongevallen <strong>2010</strong><br />

Wagens 8 940,51 € 7 982,64 € 31<br />

Motorfietsen 4 097,20 € 2 943,73 € 2<br />

Fietsen 3 226,61 € - 1<br />

Type voertuig<br />

Totale kosten vergoed door verzekering<br />

Wagens 13 856,10 €<br />

Motorfietsen 4 198,63 €<br />

44 4. MANAGEMENT VAN middelen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Omschrijving<br />

Aantal<br />

schadegevallen<br />

Zaakschade 6<br />

Buitendienstongeval 1<br />

Bevuilen en/of beschadigingen van cellen 11<br />

Ongeval met diensthond 1<br />

Nutteloze oproep 1<br />

Burgerlijke aansprakelijkheid (zone aansprakelijk) 7<br />

Dossiers weerspannigheid (kosteloze rechtshulp, patronale<br />

lasten)<br />

Dossiers allerlei (beschadiging aan infrastructuur) 7<br />

4.5. Divers materieel en uitrusting<br />

Overzicht operationele<br />

Aantal Overzicht operationele<br />

Aantal<br />

uitrusting eind 2009<br />

uitrusting eind 2009<br />

Collectieve cel 1 Voertuigen 4x4 2<br />

Individuele cellen 8 Mobilhome 1<br />

ISLP PC 181 Personenwagen eigendom 14<br />

Laptops 17 Personenwagen leasing 3<br />

Internet PC 13 Bestelwagen/combi eigendom 7<br />

Draagbare ASTRID radio 149 Bestelwagen/combi leasing 6<br />

Mobiele ASTRID radio 15 Motorfietsen 9<br />

Vaste ASTRID werkposten 2 Bromfietsen 1<br />

Schietstand 1 Fietsen 38<br />

Pepperspray kleine bus 500 Aanhangwagens 3<br />

Pepperspray grote bus 40 Vaste snelheidspalen 26<br />

Pistolen 317 Mobiele snelheidsmeter 1<br />

Machinegeweer 48 Snelheidsaanduidingsbord 6<br />

Analoog fototoestel 0 Weegbrug 1<br />

Digitaal fototoestel 4 Curvometer 3<br />

Scanner 1 Sonometer 2<br />

Videorecorder<br />

2 Combinatie ademtest/<br />

26<br />

ademanalyse toestellen<br />

Videocamera 4 Spijkereggen 15<br />

SIM kaart lezer 2 Kogelwerende vesten 80<br />

Mobiele GPS 21 Bewakingscamera’s 14<br />

Honden 4<br />

15<br />

4.6. 7 onmisbare partners<br />

Het partnerschap, zoals de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst het ziet, verwijst naar het besef van<br />

de politie dat zij niet alleen verantwoordelijk is, en ook niet wil zijn, voor de zorg<br />

voor veiligheid en leefbaarheid. In het bijzonder waar het gaat om preventie en om<br />

het zoeken naar meer duurzame oplossingen van problemen is samenwerking<br />

noodzakelijk. Veiligheid en leefbaarheid zijn een zaak van iedereen, van gedeeld<br />

belang en van gedeelde verantwoordelijkheid. Veiligheid is een aangelegenheid<br />

waarmee in ‘co-eigenaarschap’ dient omgegaan. Dit is een zeer belangrijk principe<br />

dat we in vorige criteria reeds beklemtoonden.<br />

Vandaar dat de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst, bij de uitwerking van haar projecten alle<br />

actoren, in de eerste plaats de bevolking zelf, bij die zorg voor veiligheid en<br />

leefbaarheid betrekt. 20 Met het oog op duurzame resultaten worden met andere<br />

partners in de veiligheidsketen netwerken en samenwerkingsverbanden gevormd,<br />

van waaruit de veiligheid en de leefbaarheid in de buurt integraal kan worden<br />

aangepakt. In het bijzonder de burgers worden (voor zover dat nodig is)<br />

gestimuleerd tot zelfredzaamheid bij het gezamenlijk aanpakken van<br />

leefbaarheids- en veiligheidsproblemen in hun eigen woonomgeving.<br />

De veiligheidszorg wordt daardoor een ketenbenadering, waarin elk een schakel<br />

vormt in een globale en geïntegreerde benadering. In het kader van een<br />

geïntegreerd veiligheidsbeleid is de lokale politie trouwens maar één van de<br />

actoren die, onder de regie van de verantwoordelijke overheden, een eigen<br />

specifieke bijdrage levert in de gezamenlijke, geïntegreerde aanpak van de<br />

onveiligheid in onze stad.<br />

Samenwerking 21 biedt veel mogelijkheden, maar vergt ook goede afspraken.<br />

Daarom zien we erop toe dat elke vorm van samenwerking steeds gebeurt op basis<br />

van drie belangrijke principes, namelijk:<br />

• Het behoud van de eigen verantwoordelijkheid;<br />

• Het aanwenden van ieders eigenheid (de specifieke bijdrage);<br />

• De gelijkwaardigheid (emancipatie).<br />

Samenwerkingsakkoorden , - afspraken en – convenanten<br />

Door samen te werken met partners genereren we een maximale meerwaarde<br />

voor de burger. Om garanties te krijgen voor een duurzame en consequente<br />

20 Ik verwijs naar de wijkgerichte projecten Ten Rozen, St-Joris, Parktuin Schelfhout, veiligheids- en<br />

functioneringsprojecten<br />

21 Voor een doorgedreven analyse van de (on)mogelijkheden van het (lokale) partnerschap zie:<br />

Crawford, A. (1997) The Local Governance of Crime: Appeals to Community and Partnerships.<br />

Clarendon Press – Oxford.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 4. MANAGEMENT VAN middelen 45


samenwerking tussen partners is het vaak aangewezen om de samenwerking in<br />

een convenant op te nemen. Dit geldt zeker en vast voor projecten waar de<br />

problematiek vrij complex is. Gedurende de laatste vijf jaar werden volgende<br />

convenanten of samenwerkingsafspraken (niet neergeschreven)opgesteld:<br />

• De gerechtelijke overheden, de rechtbank van Eerste Aanleg, de<br />

Vredegerechten en de politie. Het convenant is gevat in het project<br />

PRORELA 22 ;<br />

• De politiezones Denderleeuw-Haaltert/Aalst/Erpe-mere – Lede in het<br />

kader van Vormings, Trainings en Opleidingsinitiatieven inzake de<br />

gemeenschapsgerichte politiezorg;<br />

• Met de NMBS voor de onveiligheid in de stationsbuurt;<br />

• Intrafamiliaal geweld met relevante actoren en organisaties in de sociale<br />

sector en justitie;<br />

• Samenwerking met de deurwaarders;<br />

• Sociale huisvestingsmaatschappij met betrekking tot integrale en<br />

geïntegreerde veiligheidsprojecten in (sociale) risicobuurten;<br />

• De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Lier voor wederzijdse toetsing en bijstand bij strategische<br />

trajecten;<br />

• De directie van de Relaties met de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> bij de federale politie.<br />

Identificatie van sleutelpartners<br />

We hebben de sleutelpartners en de strategische partnerschappen, die in lijn<br />

liggen met het beleid en de strategie die we voeren, geïdentificeerd.<br />

Hierbij een schema dat de partnerschappen verduidelijkt.<br />

22<br />

PRORELA betreft een project waarbij buurtbewoners, die overlast veroorzaken automatisch bij<br />

de Vrederechter in een verzoeningsprocedure betrokken geraken.<br />

46 4. MANAGEMENT VAN middelen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 4. MANAGEMENT VAN middelen 47


4.7. Strategisch veiligheids-en preventieplan<br />

In het politiehuis zijn 6 personeelsleden van de stedelijke dienst Preventie<br />

gehuisvest, namelijk 1 preventieambtenaar, 2 preventiewerkers, 1 strategisch<br />

analiste en 2 administratief medewerkers, waarvan 1 ook technopreventief<br />

adviseur is. Vanuit andere locaties zijn ook nog een preventiewerker drugs, 1<br />

straathoekwerker, 1 buurtsportanimator, 14 gemeenschapswachten en de<br />

personeelsleden van Traject werkzaam in het kader van het Strategisch veiligheidsen<br />

preventieplan.<br />

Het plan werd afgesloten met de FOD Binnenlandse Zaken, directie <strong>Lokale</strong><br />

Integrale Veiligheid. Het voldoet aan een ministerieel besluit dat bepaalt welke<br />

fenomenen in aanmerking kunnen komen en is samengesteld uit strategische en<br />

operationele doelstellingen, verwachte resultaten en indicatoren.<br />

Volgende fenomenen werden via het plan in <strong>2010</strong> aangepakt:<br />

• Inbraak;<br />

• Diefstal van en in auto’s;<br />

• Gauwdiefstal;<br />

• Diefstal door middel van list;<br />

• Fietsdiefstal;<br />

• Winkeldiefstal;<br />

• Geweld in schoolmilieu;<br />

• Druggerelateerde maatschappelijke overlast (drugpreventie en –<br />

hulpverlening);<br />

• Sociale overlast (recreatieoverlast, straathoekwerk, buurtbeheer en<br />

Buurtsport).<br />

Ten aanzien van 2009 werden er in <strong>2010</strong> een aantal wijzigingen in het plan<br />

doorgevoerd. De belangrijkste zijn:<br />

• Schrappen van het fenomeen jeugdcriminaliteit. Aanvankelijk zou het<br />

fenomeen jeugdcriminaliteit projectmatig aangepakt worden via de<br />

oprichting van een projectgroep binnen de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst. In 2009<br />

werd echter geopteerd om te starten met het project peter/meterschap<br />

dat gecoördineerd en uitgevoerd wordt door de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst;<br />

• Toevoeging van doelstellingen in het kader van het uitbouwen en<br />

ondersteunen van een intergemeentelijke aanpak van het drugfenomeen<br />

in Aalst, Lede, Erpe-Mere, Denderleeuw en Haaltert (INDRA);<br />

• Toevoeging van doelstellingen in het kader van Buurtsport, een project<br />

opgestart begin <strong>2010</strong> dat aan rondhangjongeren sport- en<br />

vrijetijdsactiviteiten in de eigen buurt aanbiedt.<br />

48 4. MANAGEMENT VAN middelen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong><br />

Naast een beschrijving van fenomenen bevat het plan ook een lokale<br />

veiligheidsdiagnostiek, een administratieve, financiële en logistieke invulling, de<br />

noodzakelijke samenwerkingsverbanden, het evaluatieproces en de<br />

informatiedoorstroming naar de bevolking. Via de FOD Binnenlandse Zaken<br />

beschikt de stad over een jaarlijks budget van 638.971 euro dat aan te wenden is<br />

voor personeel, werkingsmiddelen en investeringen. Elke uitgave dient echter wel<br />

gemotiveerd te worden voor de FOD Binnenlandse Zaken en de stad Aalst.<br />

Straathoekwerker<br />

Binnen het fenomeen sociale overlast van het plan werd straathoekwerk als<br />

methodiek ingeschreven om een vollediger aanbod te bieden aan<br />

rondhangjongeren. Het straathoekwerk is een laagdrempelige, professionele<br />

werkvorm met aanwezigheid in de leefwereld van de doelgroep, namelijk sociaal<br />

uitgesloten mensen en groepen. Het is complementair aan andere<br />

welzijnsvoorzieningen. Door middel van begeleiding, advies, doorverwijzing en<br />

signaalfunctie tracht men de gasten weer de nodige vaardigheden aan te brengen<br />

om goed te kunnen functioneren en dit op hun eigen tempo. Het stimuleren en<br />

ondersteunen van zelfinitiatieven is van groot belang, alsook het opbouwen van<br />

een onvoorwaardelijke relatie met de gasten. De straathoekwerker heeft als<br />

uitvalsbasis ontmoetingshuis De Brug, maar minstens 60% van zijn werktijd brengt<br />

hij door bij de doelgroep of in het straatbeeld.<br />

4.8. Traject<br />

Stedelijk Onthaalcentrum voor alcohol -, medicatie - en druggebruik.<br />

4.8.1. Doelstelling<br />

De voornaamste doelstelling van onze hulpverlening is erop gericht om het<br />

algemeen functioneren van cliënten te bevorderen die al dan niet bewust<br />

moeilijkheden ondervinden op één of ander levensterrein in combinatie met het<br />

gebruik van middelen (wij denken vooral aan: alcohol, medicatie en illegale drugs,<br />

…).<br />

4.8.2. Multidisciplinair begeleidingsteam<br />

Het multidisciplinair begeleidingsteam van Traject bestaat uit:<br />

• Een voltijds maatschappelijk werkster/coördinator;<br />

• Een deeltijds verpleegkundige;<br />

• Twee voltijds maatschappelijk werksters;<br />

• Een deeltijds sociaal verpleegkundige/criminologe;


• Een consulterend huisarts op Traject;<br />

• Een deeltijds klinisch psychologe;<br />

• Een administratief medewerkster.<br />

4.8.3. Doelgroepen<br />

We onderscheiden vier doelgroepen binnen onze werking:<br />

• Adolescenten of jongeren die experimenteren met middelen zoals bv.<br />

cannabis, speed, …;<br />

• De gebruiker met een korte of middellange gebruikersgeschiedenis;<br />

• De gebruiker met een lange tot ernstige verslavingsgeschiedenis;<br />

• De ouders, partner, vrienden, … van de gebruiker.<br />

De naaste omgeving is ook welkom als de gebruiker om wie het in principe gaat,<br />

nog niet gemotiveerd is om mee te komen.<br />

4.8.4. Behandeling<br />

De aangeboden begeleiding is steeds multidisciplinair gekaderd (ook al krijg je<br />

vaak slechts één persoonlijke begeleider toegewezen) en bestaat uit:<br />

• Individuele gespreksvoering op het centrum;<br />

• Medische opvang bij illegaal druggebruik (voor niet-druggerelateerde<br />

problemen wordt er via onze teamarts terug naar de eigen huisarts<br />

verwezen);<br />

• Overleg met andere diensten of organisaties (case management, overleg<br />

met intermediairen, …).<br />

Indien nodig én mogelijk:<br />

• Wordt de omgeving van de gebruiker betrokken bij het<br />

hulpverleningsproces;<br />

• Wordt er een gerichte doorverwijzing gerealiseerd (doorverwijzing<br />

beschouwen wij als aanvullend op onze begeleidingen).<br />

Elke begeleiding is gepersonaliseerd en dus verschillend. Traject regelt vlot een<br />

snelle afspraak voor een eerste gesprek waar vooral de wederzijdse verwachtingen<br />

worden verduidelijkt. De frequentie van de begeleidingen wordt met de cliënt<br />

besproken én heeft doorgaans de vorm van wekelijkse contacten op het centrum.<br />

Specifiek naar heroïnegebruikers is er een methadonbegeleiding. Deze begeleiding<br />

houdt in dat de cliënt 2 maal in de week bij Traject langskomt (1 maal<br />

psychosociale begeleiding en 1 maal bij de dokter). Uiteindelijk streven wij altijd<br />

naar stoppen met gebruik .<br />

4.10. Externe stagiairs<br />

4.10.1. Stageaanvraag<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst gaat jaarlijks in op verschillende aanvragen voor<br />

stageplaatsen van universiteiten en hogescholen. Bij elke sollicitatie voor een<br />

stageplaats bij de politie vindt eerst een briefselectie plaats. Afhankelijk van de<br />

stageaanvraag, wordt de brief en het cv besproken met de dienst waar de stage zal<br />

doorgaan. Door middel van een persoonlijk gesprek wordt een selectie gemaakt.<br />

Aansluitend wordt een werkpostfiche en risicoanalyse van de werkpost<br />

opgemaakt. Dit kan een aantal weken duren.<br />

4.10.2. Stage-activiteiten<br />

De stage is een meewerkstage waarbij verwacht wordt van de stagiair dat hij/zij<br />

actief participeert en meedraait in het werkproces. De werkzaamheden zijn zeer<br />

uiteenlopend. Daarnaast is er alle ruimte om te voldoen aan de stageopdracht van<br />

de school. De stagiair leert een actieve en veelzijdige organisatie kennen en doet<br />

praktische kennis op.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 4. MANAGEMENT VAN middelen 49


5. MANAGEMENT VAN PROCESSEN<br />

De manier waarop de organisatie vanuit strategie en beleid haar<br />

processen definieert, ontwerpt, beheerst en waar nodig verbetert<br />

of vernieuwt, teneinde haar doelen te realiseren.<br />

Aandacht is nodig voor de specifieke eisen en mogelijkheden van<br />

de professional: het type medewerker dat met kennis van zaken en<br />

ervaring vaak autonoom moet (kunnen) handelen.<br />

5.1. Organisatie van de basisfunctionaliteiten<br />

Conform het Koninklijk Besluit van 17 september 2001, dient de lokale politie een<br />

gelijkwaardige minimale dienstverlening ten gunste van de bevolking te<br />

verzekeren. Deze dienstverlening vertaalt zich in het bijzonder in de volgende<br />

functies: wijkwerking, onthaal, interventie, politionele slachtofferbejegening,<br />

lokale opsporing en lokaal onderzoek en handhaving van de openbare orde. Deze<br />

zes functies worden de ‘basisfunctionaliteiten’ genoemd. Ook ‘verkeer’ zal in dit<br />

kader besproken worden, aangezien er heel wat stemmen opgaan om deze functie<br />

op te nemen in het voorvermelde Koninklijk Besluit als zevende<br />

basisfunctionaliteit.<br />

Elk jaar wordt één basisfunctionaliteit nader toegelicht. Vorig jaar betrof dit de<br />

wijkwerking. Dit jaar komt de basisfunctionaliteit onthaal uitgebreider aan bod.<br />

5.1.1. De wijkwerking<br />

Visie<br />

Veiligheid en leefbaarheid in de directe leefomgeving zijn een zorg voor de<br />

wijkwerking en de burger. De wijkwerking streeft naar een optimale integratie in<br />

de maatschappij. De filosofie van de gemeenschapsgerichte politiezorg moet in de<br />

praktijk gerealiseerd worden. Samenwerking met interne en externe partners moet<br />

verstevigd worden.<br />

Doelstellingen<br />

De filosofie van de gemeenschapsgerichte politiezorg concretiseren en in de<br />

praktijk brengen door samenwerking met en betrekken van interne en externe<br />

partners, vooral de burgers, bij de zorg voor een veilige leefomgeving.<br />

Strategie<br />

De idee van de gemeenschapsgerichte politiezorg in de praktijk uitvoeren in<br />

samenwerking met diverse partners en deze voortdurend evalueren, toetsen in de<br />

praktijk en bijsturen waar nodig.<br />

Datum<br />

Aantal Aantal<br />

registratie inwoners wijkINP<br />

volgens de<br />

norm<br />

5.1.2. Het onthaal<br />

Visie<br />

Iedere burger, die in contact komt met de dienst Onthaal, moet het politiehuis<br />

tevreden verlaten.<br />

Missie<br />

Als onthaalteam van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst vormen wij een professioneel<br />

aanspreekpunt voor de bevolking en de gebruikers van de stad Aalst. Op een<br />

vriendelijke, behulpzame en empathische manier dragen we bij tot een<br />

probleemoplossende aanpak met het oog op een goede vertrouwensrelatie met de<br />

bevolking en een excellent imago van onze organisatie.<br />

Strategische doelstelling<br />

Reëel<br />

aantal<br />

wijkINP<br />

Aantal<br />

politieposten<br />

Capaciteit<br />

op<br />

jaarbasis<br />

1/1/<strong>2010</strong> 80 035 19,5 23 9 35 680<br />

mensuren<br />

NORM: 1 wijkinspecteur op 4.000 inwoners.<br />

De norm werd gehaald.<br />

De wijkdienst wordt geleid door 2 commissarissen, bijgestaan door 2<br />

hoofdinspecteurs. De wijkdienst wordt ondersteund door 2 agenten van politie<br />

en 2 administratieve medewerkers (CALog niveau D).<br />

Wij willen de burger, die een beroep doet op de onthaalfunctie van de <strong>Lokale</strong><br />

<strong>Politie</strong> Aalst op een professionele, vriendelijke en aangename manier bejegenen bij<br />

de oplossing van zijn probleem en de terugdringing van het onveiligheidsgevoel.<br />

50 5. Management van processen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Datum<br />

registratie<br />

Aantal<br />

gemeenten<br />

in de zone<br />

1/1/<strong>2010</strong> 1<br />

Aantal<br />

politieposten<br />

- 1 centraal<br />

punt;<br />

- 8 onthaalpunten<br />

in<br />

de deelgemeenten<br />

Aantal uren daadwerkelijk<br />

fysiek onthaal in het<br />

centraal onthaalpunt<br />

Weekdagen<br />

Weekend/<br />

feest-dagen<br />

24 24<br />

Capaciteit<br />

op<br />

jaarbasis<br />

20 000<br />

mensure<br />

n<br />

NORM: per dag 12 uur fysiek onthaal in het centraal onthaalpunt + contacteerbaar<br />

d.m.v. technische, infrastructurele maatregelen.<br />

De norm werd gehaald.<br />

5.1.3. De politionele slachtofferbejegening<br />

Visie<br />

Elke burger en/of zijn verwanten, welke binnen of buiten de zone, een<br />

traumatische gebeurtenis meemaken ten gevolge van een ongeval, een crimineel<br />

feit, een accidentele calamiteit of ramp dienen in het kader van de politionele hulp<br />

aan slachtoffers op een zo menswaardige en deskundige wijze te worden<br />

opgevangen door ELKE politiefunctionaris. Voor de slachtoffers van ernstige feiten<br />

of van feiten die door hen als ernstig ervaren worden of arbeidsintensiever zijn<br />

wordt voorzien in gespecialiseerde politiële slachtofferbejegening.<br />

Strategie<br />

Slachtofferbejegening is een prioritaire opdracht die 24u/24u wordt gegarandeerd<br />

en dit zowel op het niveau van elke politieambtenaar als op het niveau van de<br />

gespecialiseerde dienst Slachtofferbejegening.<br />

Niveau politiefunctionarissen:<br />

• Via jaarlijkse vorming alle personeelsleden bewust blijven maken van een<br />

correcte slachtoffergerichte aanpak;<br />

• Actuele informatie (wetgeving, verwijsmogelijkheden, thema’s) omtrent<br />

slachtofferzorg toegankelijk maken voor eigen personeelsleden ten behoeve<br />

van de slachtoffers.<br />

Niveau politionele dienst Slachtofferbejegening:<br />

• Door de inschakeling van hoger geschoold personeel (menswetenschappen<br />

A1 of universitair niveau) en blijvende gespecialiseerde vorming en<br />

intervisie, kritisch het eigen handelen inzake slachtofferbejegening te<br />

analyseren en bij te sturen om een zo kwalitatief mogelijke bejegening te<br />

kunnen garanderen;<br />

• Door samenwerking met andere partners inzake slachtofferzorg vlot en<br />

doelgericht te kunnen verwijzen;<br />

• Samenstelling en hanteren van draaiboek voor het verlenen van<br />

psychosociale hulp bij opvang van groepen slachtoffers o.a. psychosociaal<br />

luik (PSL) rampenplan;<br />

• Optimaliseren van de organisatie van debriefings bij ernstige feiten zowel<br />

naar derden als naar de eigen collega’s;<br />

• Blijvend inspelen op nieuwe tendensen inzake slachtofferzorg en deze<br />

implementeren in de eigen slachtofferzorg.<br />

Doelstelling<br />

Zorgen voor opvang van slachtoffers en nabestaanden zowel binnen het<br />

politiehuis als daarbuiten. Geven van praktische bijstand zodat de basisbehoeften<br />

van slachtoffers niet in het gedrang komen. Geven van psychosociale<br />

ondersteuning bij de mededeling, eerste opvang en verwerking van de gebeurtenis.<br />

Verstrekken van alle nodige juridische en praktische informatie die het slachtoffer<br />

nodig heeft om zijn rechten als slachtoffer te doen gelden. Doorverwijzing naar<br />

hulpverleningsdiensten indien het slachtoffer daar nood aan heeft.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 5. Management van processen 51


Datum<br />

registratie<br />

Gespecialiseerd<br />

medewerker<br />

beschikbaar<br />

Wijze waarop de permanente<br />

beschikbaarheid geregeld is<br />

Intern de zone<br />

geregeld<br />

Samenwerking<br />

met andere<br />

PZ/Fedpol<br />

Capaciteit op<br />

jaarbasis<br />

Datum<br />

registratie<br />

Aantal<br />

interventieploegen<br />

Aantal<br />

Voorziene<br />

uurvorken<br />

Aantal piekploegen<br />

Aantal<br />

Voorziene<br />

uurvorken<br />

Capaciteit op<br />

jaarbasis<br />

1/1/<strong>2010</strong> Ja Ja Neen<br />

10 032<br />

mensuren<br />

1/1/<strong>2010</strong> 5 24/24 2<br />

8 uur per<br />

weekendnacht<br />

262 000<br />

mensuren<br />

NORM: 1 gespecialiseerd medewerker continu terugroepbaar.<br />

De norm werd gehaald.<br />

5.1.4. De interventie en algemeen toezicht<br />

Visie<br />

De functionaliteit interventie zal in een geest van openheid en communicatie met<br />

andere diensten instaan voor het uitvoeren van de eerstelijns dringende<br />

interventies over het gehele grondgebied van de stad Aalst, met respect voor de<br />

fundamentele rechten en vrijheden van onze medeburgers en dit in een geest van<br />

integriteit en volstrekte onpartijdigheid.<br />

Doelstellingen<br />

Elke interventie binnen het grondgebied van de zone het hoofd bieden binnen een<br />

realistische, gedifferentieerde termijn en deze door een professionele aanpak tot<br />

een goed einde brengen met eventuele gepaste doorverwijzing naar<br />

gespecialiseerde diensten en opvang van alle betrokken partijen.<br />

Strategie<br />

Gedifferentieerd reageren bij elke vraag tot tussenkomst, dit zeven dagen op<br />

zeven, 24 uur op 24 met minimum 5 ploegen bij normale periodes en 2 bijkomende<br />

piekploegen tijdens de drukke weekendnachten.<br />

NORM: 1 continuploeg + 1 piekploeg 84 uur/week.<br />

De norm werd gehaald.<br />

5.1.5. <strong>Lokale</strong> opsporing en lokaal onderzoek<br />

Visie<br />

De lokale recherche zal essentieel bijdragen tot het beheersen en zo mogelijk<br />

terugdringen van de omvang van prioritaire criminaliteitsfenomenen. Dit zal<br />

gebeuren door een kwalitatieve opsporing en onderzoek, zowel pro-actief als reactief,<br />

binnen respectabele termijnen, met geëngageerde, flexibele en goed<br />

opgeleide rechercheurs.<br />

Doelstellingen<br />

Uitbouwen van een functionele lokale recherche die oog heeft voor de kwaliteit<br />

van de processen, producten, houding, kennis en vaardigheden van het personeel<br />

en de informatiedoorstroming. Streven naar de opheldering van feiten, de<br />

opsporing van dader(s) en de recuperatie van het geleden nadeel.<br />

Strategie<br />

• Het maximaal benutten en gebruik maken van opsporings- en<br />

onderzoekstechnieken;<br />

• Het verzamelen van alle mogelijke bewijsmateriaal;<br />

• Maximale uitwisseling van informatie met het AIK en de FGP;<br />

• Geregeld contacten onderhouden met de opsporings- en<br />

onderzoeksmagistraten en andere relevante partners;<br />

• Participeren in overlegplatformen;<br />

• Volgen van informatiesessies, vormingen en opleidingen om ons verder te<br />

bekwamen;<br />

52 5. Management van processen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


• Afleggen van rekenschap over de aangewende technieken, ingezette<br />

capaciteit en behaalde resultaten door eind- en tussentijdse rapporteringen.<br />

Datum<br />

registratie<br />

Globaal<br />

effectief<br />

zone<br />

Effectief<br />

operationeel<br />

kader<br />

Organisatievorm<br />

<strong>Lokale</strong><br />

recherchedienst<br />

(met<br />

vaste medewerkers)<br />

Aantal FTE<br />

Polyvalente of<br />

flexibele<br />

opsporings- en<br />

onderzoekscapaciteit<br />

Aantal FTE of<br />

uren<br />

Capaciteit op<br />

jaarbasis<br />

32 819<br />

31/12/<strong>2010</strong> 273 232 22 0<br />

mensuren<br />

NORM: 10% van het operationeel effectief voor zones met globaal effectief ≥ 230.<br />

De norm werd niet gehaald.<br />

5.1.6. De handhaving van de openbare orde<br />

Visie<br />

Het beheersen van de fenomenen die een weerslag hebben op de openbare orde,<br />

rust en veiligheid, rekening houdend met de fundamentele rechten, vrijheden en<br />

plichten van de mens.<br />

Doelstellingen<br />

Gedifferentieerde politionele aanwezigheid tijdens evenementen, sport- en andere<br />

activiteiten en evenementen die een grote volkstoeloop met zich meebrengen,<br />

waarvan het karakter van die aard is dat de openbare orde zou kunnen verstoord<br />

worden.<br />

Strategie<br />

Handhaving openbare orde maakt deel uit van de reguliere werking en bij de<br />

organisatie van evenementen zullen hiervoor extra manschappen ingezet worden<br />

waarbij het aantal en de inzetmodaliteiten zullen bepaald worden volgens de aard<br />

van het evenement, doch waarbij het principe van gastheerschap prioritair zal<br />

worden toegepast.<br />

OBP OGP Interzonale<br />

samenwerking<br />

Ja Ja Nee<br />

NORM: 1 OBP permanent bereikbaar en terugroepbaar.<br />

De norm werd gehaald: 24u/24u OGP aanwezig en 24u/24u OBP bereikbaar en<br />

oproepbaar (via een beurtrol bij de officieren met OBP bevoegdheid).<br />

5.1.7. Verkeer en verkeershandhaving<br />

Sedert 16 oktober 2009 wijzigde het KB van 17 september 2001 dat de organisatieen<br />

werkingsnormen bepaalt voor de lokale politie. Vanaf nu is verkeer de 7de<br />

basisfunctionaliteit van de lokale politie en bestaat er ook voor verkeer een<br />

minimale werkingsnorm. Het korps moet minstens 8% van de totale<br />

werkcapaciteit besteden aan verkeersopdrachten. Concreet zijn dit:<br />

• Verkeershandhaving door middel van preventieve en repressieve acties op<br />

naleving van de verkeersregels;<br />

• Verkeersregeling bij ernstige en onverwachte verstoring van de mobiliteit;<br />

• Vaststellen van verkeersongevallen;<br />

• Adviseren van bevoegde overheden over mobiliteit en verkeersveiligheid.<br />

De doelstelling is om het aantal slachtoffers in het verkeer te verminderen.<br />

De minimale normen betreffende enkel strategische thema’s zijn:<br />

• Bemande snelheidscontroles – aantal gecontroleerde voertuigen: 122.736;<br />

• Rijden onder invloed van alcohol – aantal opgelegde ademtesten: 3.068;<br />

• Gordeldracht – aantal gecontroleerde voertuigen: 11.762 (gelijkgesteld met<br />

2.352 OI).<br />

Binnen de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst is de verkeersdienst als volgt georganiseerd:<br />

• Verkeersadvies;<br />

• Verkeersadministratie/tekendienst;<br />

• Verkeerstoezicht.<br />

Datum<br />

registratie<br />

1/1/2011 7<br />

Theoretisch beschikbare capaciteit op jaarbasis<br />

Verkeersadvies, –administratie<br />

en tekendienst<br />

Verkeerstoezicht<br />

FTE Capaciteit FTE Capaciteit<br />

- 10 640 uren<br />

- 9 576 uren<br />

16 24 320 uren<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 5. Management van processen 53


5.1.8 Proces Verkeer gemeenschapsgericht georganiseerd<br />

Op 16 oktober 2009 wijzigde het KB van 17 september 2001 dat de organisatie van<br />

de werkingsnormen bepaalt voor de lokale politie. Dat heeft voor gevolg dat<br />

verkeer als een afzonderlijke basisfunctionaliteit beschouwd wordt.<br />

Dit houdt in dat minstens 8 % van de totale werkcapaciteit van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong><br />

Aalst moet besteed worden aan verkeersopdrachten. Deze capaciteit bestaat zowel<br />

uit leden uit het operationeel als administratief en logistiek kader. Door het<br />

vaststellen van deze organisatie- en werkingsnorm voor deze functie wil het KB<br />

een minimale dienstverlening aan de bevolking verzekeren. Deze dienstverlening<br />

omvat de verkeerstaken die nodig zijn voor het beheren van de lokale<br />

verkeersveiligheid, de strijd tegen de verkeersinbreuken en de bijdrage tot het vlot<br />

verkeer op het grondgebied van de politiezone met uitzondering van de<br />

autosnelwegen.<br />

Externe oriëntering<br />

De verkeersdienst is duidelijk, extern georiënteerd. In de scanningsmatrix voor de<br />

opbouw van het zonaal veiligheidsplan zijn naast de criminaliteits- en overlast- ook<br />

de verkeersfenomenen opgenomen.<br />

In de wijkscans die werden uitgevoerd in 2008 blijkt dat verkeer gerelateerde<br />

fenomenen belangrijke thema’s zijn waarover de bevolking bezorgd is.<br />

De georganiseerde wijkbabbels in Nieuwerkerken en Moorsel tonen hetzelfde aan.<br />

Daarnaast ontvangt de verkeersdienst hetzij via het stadsbestuur, de dienst<br />

Mobiliteit van de stad Aalst of rechtsreeks vanuit de bevolking meldingen over<br />

verkeersproblemen. De telefoon, een bezoek aan de verkeersdienst, een brief of<br />

een e-mail zijn de meeste gebruikte communicatiekanalen.<br />

Het personeel van de verkeersdienst is dagelijks aanwezig in het straatbeeld en<br />

daardoor vlot aanspreekbaar.<br />

De wijkinspecteurs die dagelijks in contact staan met de bewoners van de stad<br />

brengen regelmatig informatie over hun verwachtingen op vlak van verkeer over.<br />

In de gemeenteraadscommissie mobiliteit worden ook regelmatig<br />

verkeersproblemen gemeld.<br />

Ook de lokale en gerechtelijke autoriteiten hebben bepaalde verwachtingen op het<br />

vlak van de verkeersveiligheid waarmee rekening gehouden wordt.<br />

Alle gemelde problemen worden onderzocht en het advies wordt overgemaakt aan<br />

het stadsbestuur.<br />

Probleemoplossend werken<br />

De problematiek van de verkeersonveiligheid is zo pertinent aanwezig dat<br />

“Verkeer” één van de prioriteiten vormt in het Zonaal Veiligheidsplan 2009-2012.<br />

Hier wordt de verkeersonveiligheid projectmatig aangepakt.<br />

Daarnaast worden tal van verkeersproblemen gemeld die binnen de reguliere<br />

werking moeten gekaderd worden. Die zaken worden in overleg met partners<br />

onderzocht en besproken. Steeds meer partners worden er zich van bewust dat ook<br />

de problemen op vlak van verkeersonveiligheid integraal en geïntegreerd moeten<br />

benaderd worden, wil men tot een optimaal resultaat komen.<br />

We stellen vast dat klachten over overlast in buurten steeds een<br />

verkeersgerelateerd element hebben. Wanneer die projectmatig aangepakt<br />

worden, is hier steeds een taak op vlak van verkeer weggelegd.<br />

Partnerschap<br />

De politie kan de verkeersproblemen niet alleen aanpakken. De realisatie van<br />

verkeersveiligheid is zeer complex. Dat blijkt uit de talrijke instanties die opgericht<br />

worden om de verkeersonveiligheid aan te pakken. Cfr. De Staten Generaal van de<br />

verkeersveiligheid, de Vlaamse stichting Verkeerskunde, het Belgisch Instituut voor<br />

de Verkeersveiligheid... Wetgeving, infrastructuur, het gedrag van de weggebruiker<br />

moeten elkaar aanvullen om verkeersveiligheid te realiseren.<br />

Op lokaal niveau houdt de politie contact met haar partners. Er is overleg met de<br />

dienst Mobiliteit en Openbare Werken van de stad Aalst.<br />

De politie wordt dagelijks gecontacteerd voor het geven van verkeerstechnisch<br />

veiligheidsadvies bij innames openbaar domein, geplande omleidingen bij werken<br />

of grote evenementen.<br />

In de vergadering overleg publieke ruimte worden de plannen van heraanleg van<br />

de infrastructuur in de ontwerpfase besproken. Op die manier kan in een zeer<br />

vroege fase reeds opgemerkt worden dat bepaalde infrastructurele maatregelen al<br />

dan niet tot problemen kunnen leiden. De politie kan erop wijzen dat bij de<br />

heraanleg rekening moet gehouden worden met de lokale onveiligheidsgegevens.<br />

Op het grondgebied van Aalst loopt een 50-tal kilometer gewestwegen. Wanneer<br />

zich daar problemen voordoen, wordt overleg gepleegd met de wegbeheerder om<br />

tot een oplossing te komen. De contacten met de gerechtelijke overheden zijn<br />

optimaal. Een paar jaar terug werd in het gerechtelijk arrondissement<br />

Dendermonde een kennisnet verkeer opgericht waarin de lokale politiediensten de<br />

problemen die zijn ervaren in de praktische toepassing van de verkeerswetgeving<br />

bespreken met de parketmagistraten.<br />

54 5. Management van processen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


De verkeersdienst moet ook samenwerken met interne partners zoals het onthaal,<br />

wijkdienst, interventiedienst, recherche, politionele preventie, openbare orde.<br />

De functionaliteit slachtofferbejegening wordt ingeschakeld voor de slechte<br />

nieuwsmelding bij verkeersongevallen met dodelijke afloop of wanneer het<br />

slachtoffer zich in levensgevaar bevindt.<br />

De partners waarmee de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst samenwerkt zijn zich bewust van de<br />

noodzaak van deze samenwerking.<br />

De moeilijkste partner in het verhaal is de individuele weggebruiker. Wetgeving,<br />

infrastructuur, handhaving en vervolging mogen naadloos op elkaar aansluiten,<br />

toch blijven de meningen verdeeld: de politie voert te weinig of teveel controles<br />

uit.<br />

Vandaar dat sensibiliseren en informeren een belangrijke rol spelen in de aanpak<br />

van de verkeersonveiligheid.<br />

Verschillende communicatiekanalen waaronder de stadskrant Denderend Aalst en<br />

de website van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst vormen ideale fora voor het sensibiliseren<br />

van de gebruikers van de stad.<br />

Meer informatie over de samenwerking met partners is terug te vinden in veld 2<br />

van dit jaarverslag.<br />

Verantwoording<br />

De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst legt t.a.v de gerechtelijke en bestuurlijke opdrachtgevers<br />

verantwoording af over haar optreden.<br />

Jaarlijks worden tal van aanvankelijke en navolgende processen-verbaal inzake<br />

verkeer overgemaakt aan het parket te Dendermonde.<br />

De gemelde verkeersproblemen worden onderzocht en de bestuurlijke overheid<br />

ontvangt een verslag met het resultaat en het voorstel tot aanpak. Bepaalde<br />

dossiers worden besproken op de gemeenteraadscommissie mobiliteit waar<br />

verantwoording afgelegd wordt over de opbouw van het dossier en het<br />

geformuleerde voorstel.<br />

In de zonale veiligheidsraad wordt feedback gegeven over de behaalde resultaten<br />

in het project verkeer.<br />

De dienst Verkeer geeft in dit jaarverslag informatie over de werking van de<br />

verkeersdienst.<br />

Elke politiezone ontvangt uit het Verkeersveiligheidsfonds een jaarlijkse dotatie die<br />

besteed wordt aan verkeersmaatregelen. Het gebruik van deze middelen moet<br />

verantwoord worden.<br />

Resultaten van de weekendacties snelheid en alcohol, drugs in het verkeer, de BOBcampagne<br />

worden punctueel gecommuniceerd aan de pers en op de website.<br />

Klachten over verkeersonveiligheid scoren hoog op de wijkbabbels en in de<br />

wijkscans. De deelnemers worden op de hoogte gebracht van de bereikte<br />

resultaten.<br />

In bepaalde omstandigheden moet ook gecommuniceerd worden waarom de<br />

politie een bepaalde verwachte taakuitvoering niet realiseert. Bijvoorbeeld op elke<br />

wijkbabbel scoort onaangepaste snelheid hoog als klacht. De <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst<br />

kan echter niet ingaan op elk verzoek om snelheidscontroles te organiseren. Dat<br />

wordt op een verantwoorde wijze gecommuniceerd aan de aanwezigen.<br />

Bekwame betrokkenheid<br />

De verkeerswetgeving is geen statische materie en evolueert constant. Dat<br />

betekent dat de politiemedewerkers en in het bijzonder de medewerkers van de<br />

verkeersdienst op de hoogte moeten blijven van deze wijzigingen. Iedereen krijgt<br />

de gelegenheid om de nodige opleidingen te volgen.<br />

Richtlijnen van het parket en de standpunten van de bestuurlijke overheid op<br />

verkeersvlak worden gecommuniceerd.<br />

De gerichte verkeersacties en de werkwijzen bij verkeerscontroles worden met het<br />

personeel geëvalueerd en bijgestuurd indien dat nodig is.<br />

Voor de communicatie over verkeer op de website is een medewerker van de<br />

verkeersdienst verantwoordelijk.<br />

In het vormings-, trainings- en opleidingsbeleid van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst wordt<br />

een aanbod op vlak van verkeer voorzien zodat de medewerkers hun competentie<br />

kunnen uitbreiden en bijsturen.<br />

5.2. Organisatie van de beleids- en ondersteunende diensten<br />

De beleids- en ondersteunende processen worden besproken aan de hand van het<br />

PIOFAM-model. ‘PIOFAM’ is een acroniem voor personeel, informatisering,<br />

organisatie, financiën, administratie en materiële middelen. De diensten die hier<br />

aan bod komen, zijn gericht op het scheppen van voorwaarden om de primaire<br />

processen (met name de basisfunctionaliteiten) effectief en efficiënt te<br />

vergemakkelijken en te ondersteunen.<br />

5.2.1. Directie<br />

Human Recourses Management - Intern toezicht - Interne Kwaliteitszorg<br />

Mensen maken de organisatie. Zij vormen de belangrijkste activa van de<br />

organisatie. De manier waarop het operationeel en het burgerpersoneel met elkaar<br />

omgaat en de beschikbare middelen beheert, bepaalt uiteindelijk het succes van<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 5. Management van processen 55


onze politie-organisatie. Respect, dialoog, empowerment en een veilige en gezonde<br />

omgeving zijn fundamenteel om het engagement en de participatie van de<br />

medewerkers te verzekeren op weg naar een uitmuntende organisatie.<br />

De dienst HRM beheert en ontwikkelt de competenties en mogelijkheden van de<br />

medewerkers, zowel op individueel als op een breder organisatorisch niveau en<br />

schept er de ruimte voor, met het oog op de ondersteuning van de strategie en de<br />

planning èn de effectiviteit van de processen.<br />

Bij de ontwikkeling van het HR- beleid houden we rekening met drie factoren:<br />

• We denken en werken in termen van de hoofdprocessen;<br />

• Het beleid en de strategie van de organisatie;<br />

• De organisatorische structuur.<br />

HR-beleid heeft als belangrijke doelstelling het aanwezige, menselijke potentieel af<br />

te stemmen op de strategische doelstellingen en de bedrijfsfilosofie van het korps<br />

door de (menselijke) middelen:<br />

• Te identificeren;<br />

• Te ontwikkelen;<br />

• En optimaal aan te wenden zodat ze leiden tot succes.<br />

Als de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst een omgeving creëert waarbinnen de medewerkers hun<br />

competenties continu kunnen ontplooien, een grotere verantwoordelijkheid<br />

kunnen opnemen en meer initiatief mogen tonen, dragen ze bij tot de<br />

ontwikkeling van de werkplek.<br />

Directiesecretariaat: advies – zonesecretariaat<br />

De dienst Directiesecretariaat bestaat uit vier personen: een adviseur-beleid en<br />

communicatie (niveau A), een adviseur-jurist (niveau A), een boekhouder (niveau B)<br />

en een administratief medewerker (niveau C). Hun taken zijn heel uiteenlopend:<br />

• De adviseur-beleid en communicatie verzorgt de interne en externe<br />

communicatie. Zij bereidt de tweewekelijkse officierenvergadering voor<br />

en leest het verslag van deze vergadering na. Zij bereidt ook enkele grote<br />

projecten voor zoals het jaarverslag, het zonaal veiligheidsplan, de<br />

opendeurdag … Zij geeft de korpschef advies met betrekking tot<br />

communicatie en is lid van het strategieteam.<br />

• De adviseur-jurist stelt maandelijks een overzicht op van de regelgeving<br />

gepubliceerd met betrekking tot politie, analyseert deze regelgeving en<br />

adviseert de korpschef betreffende de toepassing ervan. Zij adviseert de<br />

korpschef eveneens omtrent de legaliteit en de weerslag van specifieke<br />

opdrachten van bestuurlijke en gerechtelijke politie. Zij superviseert het<br />

beheer van de verzekeringspolissen en de behandeling van<br />

schadegevallen en arbeidsongevallen.<br />

• De boekhouder staat in voor de boekhouding van het korps. De hoofdtaak<br />

van de financiële dienst is het opstellen van de begroting en de eventueel<br />

noodzakelijke begrotingswijzigingen (max.2/jaar). De begroting vormt het<br />

basisdocument i.v.m. de werking van de politiezone op financieel gebied.<br />

Daarnaast dient er elk jaar een resultatenrekening opgesteld te worden bij<br />

het afsluiten van de rekeningen.<br />

Het dagelijkse financiële beheer van de politiezone bestaat uit de<br />

verwerking van de inkomende en uitgaande facturen en het opmaken van<br />

de bestelaanvragen naar het CBS toe. De inkomende facturen zijn deze<br />

afkomstig van onze leveranciers voor geleverde aankopen of diensten. De<br />

uitgaande facturen zijn deze die opgesteld worden n.a.v. het plaatsen van<br />

de verkeersborden E1, de valse alarmen, de detacheringen van personeel,<br />

de onderwijsopdrachten, het gebruik van de schietstand door externe<br />

diensten, het opsluiten van personen in de doorgangscellen in opdracht<br />

van andere politiediensten, enz…<br />

Verder is er de maandelijkse importering van de loonbestanden zodat een<br />

controle kan uitgevoerd worden of de gegevens correct zijn. De<br />

loonberekening op zich gebeurt voor het laatste jaar door een centraal<br />

organisme (CDVU).<br />

• De administratief medewerker niveau C stelt het dagelijkse persoverzicht<br />

op, boekt de inkomende facturen in, zorgt voor de opmaak en opvolging<br />

van de uitgaande facturen m.b.t. de verkeersborden E1, de valse alarmen,<br />

het gebruik van de schietstand door externe diensten, … maakt het verslag<br />

op van de tweewekelijkse officierenvergadering en voert voorts algemene<br />

ondersteunende administratieve taken uit.<br />

56 5. Management van processen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


De dienst Directiesecretariaat ontfermt zich over verschillende taken met<br />

betrekking tot het zonesecretariaat. Deze taken worden verdeeld over het<br />

directiesecretariaat.<br />

• De adviseur-beleid en communicatie bereidt de vergaderingen voor van<br />

het BOC, de zonale veiligheidsraad en de commissie Veiligheid van de<br />

gemeenteraad en verzorgt het verslag van deze vergaderingen.<br />

• De adviseur-jurist en de boekhouder brengen de punten van de politie op<br />

de agenda van het college van burgemeester en schepenen en op de<br />

agenda van de gemeenteraad en zorgen voor de verdere afhandeling.<br />

• De medewerker niveau C verzorgt de administratieve ondersteuning van<br />

de adviseurs met betrekking tot het zonesecretariaat.<br />

De adviseurs beantwoorden ook geregeld briefwisseling voor de korpschef.<br />

Elk personeelslid kan, mits toestemming van zijn diensthoofd, door de dienst<br />

Boekhouding bepaalde boeken of tijdschriften laten bestellen die van nut zijn voor<br />

de uitoefening van zijn functie. De aangekochte werken bevinden zich op<br />

verschillende diensten binnen de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst. Vandaar dat alle werken bij<br />

de levering door de dienst Boekhouding worden ingegeven in een centrale<br />

databank met vermelding van de locatie. Deze databank is door alle<br />

personeelsleden consulteerbaar op het intranet van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst.<br />

Er is tevens een bescheiden centrale juridische bibliotheek die zich op de juridische<br />

dienst bevindt. Deze werken worden eveneens ingegeven in de voornoemde<br />

centrale databank. Ook de documentatie (boeken of cursussen) die wordt<br />

meegebracht door personeelsleden na het volgen van een opleiding, studiedag of<br />

seminarie wordt ingegeven in deze databank. Deze databank wordt permanent<br />

aangevuld en actueel gehouden.<br />

Facilitair Management<br />

De dienst Facilitair Management is verantwoordelijk voor de aankoop van de<br />

uitrusting van de politieambtenaren en de specifieke opdrachten welke hiermee<br />

verband houden:<br />

• Opmaken van de begrotingsvoorstellen voor de aankoop van de kledij;<br />

• Ontwerp van bestek opmaken voor de uitrusting;<br />

• Bijhouden van de individuele puntenenveloppes;<br />

• Centraliseren van de bestellingen per personeelslid;<br />

• Bestellingen overmaken aan de firma’s;<br />

• Bedelen van de kledij;<br />

• Controle op de facturatie;<br />

• Secretaris van de kledijcommissie.<br />

Deze dienst is eveneens verantwoordelijk voor het onderhoudspersoneel en de<br />

opvolging en evaluatie van de personeelsleden van deze afdeling.<br />

Daarnaast beheert de dienst de provisiekas en is verantwoordelijk voor de aankoop<br />

van kantoorbenodigdheden en onderhoudsproducten.<br />

Deze dienst organiseert tenslotte de sociale activiteiten van de organisatie en<br />

coördineert het gebruik van de verschillende vergaderzalen.<br />

5.2.2. Telematica en logistiek<br />

Telematica<br />

De dienst Telematica is een steundienst voor het personeel. Zij zorgt in de eerste<br />

plaats voor de goede werking van het informaticamaterieel en de randapparatuur.<br />

Gezien de enorme snelle evolutie van de informaticamarkt zorgt zij tevens voor het<br />

up-to-date houden van dit materiaal door uitvoerige marktprospecties en<br />

aankopen. Verder staat de dienst Telematica ook in voor alle bewerkingen die<br />

nodig zijn om een goede werking binnen het korps te garanderen, zoals afdrukken<br />

en bewerken van foto’s, opmaken van lay-outs voor processen-verbaal, brieven,<br />

documenten. Buiten het informaticagedeelte zorgt telematica voor alle Astrid- en<br />

telecomapparatuur. Van hieruit worden alle statistieken en capaciteitsmetingen<br />

aangemaakt die later als meetinstrumenten kunnen gebruikt worden.<br />

Funtioneel beheer<br />

De dienst Functioneel Beheer zorgt voor de kwaliteitscontrole van de koppelingen<br />

van de gerechtelijke processen-verbaal in ISLP om een zo correcte en volledig<br />

mogelijke doorstroming van gegevens naar de ANG (algemene nationale<br />

gegevensbank) te garanderen. Functioneel beheer is binnen de zone de enige<br />

dienst die rechtstreekse aanpassingen in de ANG kan uitvoeren. Dit houdt het<br />

verbeteren, aanvullen en toevoegen van gegevens in. De dienst verzorgt intern de<br />

opleidingen ISLP, ANG, fototheek, … en stelt de benodigde handleidingen en<br />

informatie ter beschikking van de korpsleden. De dienst staat ook in voor de<br />

seiningen en ontseiningen in samenwerking met de dispatching en beheert het<br />

archief van de gerechtelijke processen-verbaal in samenwerking met de reïnfo. Op<br />

regelmatige basis wordt overleg gepleegd met de diensten van de federale politie,<br />

AIK (arrondissementeel informatiekruispunt), andere lokale politiezones, parket, …<br />

De fototheek valt ook onder het beheer en de exploitatie van de functioneel<br />

beheerder. Hierdoor kunnen de foto’s rechtstreeks gevat worden in de ANG,<br />

waardoor ze onmiddellijk raadpleegbaar zijn bij alle Belgische politiediensten.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 5. Management van processen 57


Logistiek<br />

De dienst Logistiek is eveneens een zuivere steundienst. Deze dienst zorgt voor de<br />

aankoop van alle materiaal (bv. meubilair, voertuigen, ...). Elke aankoop wordt<br />

zorgvuldig voorbereid. Met inspraak van de betreffende diensten wordt getracht<br />

middelen aan te kopen die optimaal benut kunnen worden, rekening houdend met<br />

de prijs/kwaliteit. De dienst Logistiek volgt verder ook alle materiaal op en zorgt<br />

voor de herstellingen en vervangingen daar waar nodig.<br />

Er wordt steeds gestreefd om alle medewerkers te voorzien van hoogwaardig<br />

materiaal. Dit komt niet alleen in eerste plaats de veiligheid van ons personeel ten<br />

goede, maar geeft ook naar de burger toe een correct signaal.<br />

5.2.3. Dienstplanning<br />

De dienstplanning staat in voor het plannen en aanpassen van de dagelijkse<br />

interventiepermanentie, het onthaal, de dispatching en het agentenkader dat<br />

tewerkgesteld is bij de dienst Verkeer. Deze dienst duidt eveneens het personeel<br />

aan dat buiten de reguliere werking ingeschakeld wordt, naar aanleiding van:<br />

• Georganiseerde acties van bepaalde diensten of in het kader van lopende<br />

projecten;<br />

• Georganiseerde activiteiten zoals kermissen, braderijen, optochten,<br />

markten, wielerwedstrijden, …;<br />

• Ordediensten in het raam van voetbalwedstrijden, betogingen, carnaval,<br />

...;<br />

• Gehypothekeerde capaciteit (HYCAP) en arrondissementele solidariteit<br />

(steun geleverd aan andere politiezones naar aanleiding van een<br />

gebeurtenis met een bepaalde risicograad).<br />

De dienstplanning staat ook in voor de opvolging en controle van de registratie van<br />

de werkelijk gepresteerde uren. Deze registratie is essentieel voor het uittrekken en<br />

opvragen van statistieken, voor het uitbetalen van nacht-, weekend- en overuren<br />

en andere vergoedingen zoals maaltijdvergoedingen en fietsvergoedingen.<br />

Binnen de dienstplanning, in de functionaliteit personeel worden:<br />

• Alle meldingen inzake ziekte, sociaal verlof en baaldagen verwerkt;<br />

• Alle arbeidsongevallen volledig administratief afgehandeld;<br />

• De jaarlijkse medische controle georganiseerd;<br />

• Alle administratieve procedures inzake niet-automatische vergoedingen<br />

verwerkt en doorgestuurd ter uitbetaling.<br />

5.2.4. Gerechtelijke briefwisseling<br />

Dienst Kantschriften<br />

De dienst Kantschriften voert hoofdzakelijk bijkomende onderzoeksverrichtingen<br />

uit in opdracht van de procureur des Konings, de onderzoeksrechter en de APOpolitiediensten.<br />

Daarnaast zorgt deze dienst ook voor de algemene verdeling van<br />

deze kantschriften naar de andere diensten binnen het korps en houdt ze toezicht<br />

op de afwerkingstermijn.<br />

Dienst Ambtshalve Politioneel Onderzoek (APO)<br />

De dienst APO van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst zorgt ervoor dat welbepaalde strafbare<br />

feiten op volledig zelfstandige wijze worden afgewerkt binnen een vastgelegde<br />

termijn zodat de parketmagistraten in deze dossiers een eindbeslissing kunnen<br />

nemen.<br />

In 2005 werd door het college van procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep de<br />

omzendbrief COL8/2005 gecreëerd. Deze circulaire regelt voor het eerst een<br />

nationale APO werkwijze. Inmiddels werd deze omzendbrief aangepast via de<br />

COL8bis.<br />

5.2.5. Politionele preventie<br />

De dienst Politionele Preventie heeft als opdracht preventieve, ontradende en<br />

regulerende acties op touw te zetten naar overlast, criminaliteit en veiligheid,<br />

waarbij naar de burger of andere externen actief en dienstverlenend gewerkt<br />

wordt. Enkele voorbeelden: de hercontactname met slachtoffers van een inbraak,<br />

het verstrekken van technopreventieve adviezen naar inbraakbeveiliging, het<br />

inrichten van infosessies ter voorkoming van winkeldiefstallen, organiseren en<br />

opvolgen van het afwezigheidstoezicht.<br />

De burger kan met vragen rond diefstalpreventie, beveiliging van gebouwen en<br />

voor het inrichten van infomomenten steeds terecht bij de preventiedienst.<br />

Naar de bestrijding van gauwdiefstallen worden tijdens de shoppingdagen en de<br />

eindejaarsperiode anonieme observaties en controles in het winkelcentrum<br />

uitgevoerd. Deze politionele initiatieven zijn een aanvulling op de sensibiliserende<br />

en preventieve acties verricht door de medewerkers in het strategisch veiligheidsen<br />

preventiecontract.<br />

Regelmatig worden aan het korps verduidelijkingen verstrekt rond een aantal<br />

specifieke wetgevingen zoals het gebruik van alarminstallaties en de wetgeving<br />

rond private en bijzondere veiligheid en het gebruik van camera’s.<br />

58 5. Management van processen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


Bij de verschillende initiatieven wordt nauw samengewerkt met een aantal interne<br />

en externe partners zoals de Sociale Dienst voor alcoholgebruik en spijbelen door<br />

minderjarigen, de dienst Recherche inzake druggebruik en de dienst Preventie van<br />

de stad Aalst voor vermogensdelicten en recreatieoverlast.<br />

In samenwerking met de federale dienst Private en Bijzondere Veiligheid zorgen de<br />

controles naar het lokaal portiersmilieu voor sanering van het plaatselijke<br />

portiersmilieu.<br />

De projectbegeleiding vormt een ondersteunende functie naar lopende of nieuwe<br />

projecten, naar andere diensten binnen het korps of naar het uitwerken van<br />

beleidsinitiatieven. Dit is het geval voor de gekozen prioriteiten in het zonaal<br />

veiligheidsplan 2009-2012, de diverse projecten rond klantgerichtheid en de<br />

implementatie van het gemeenschapsgericht werken.<br />

Naar de preventie van criminaliteit in verzorgingsinstellingen zijn er contacten met<br />

de veiligheidsverantwoordelijken van de twee ziekenhuizen in onze politiezone.<br />

Dossiers storend lawaai lastens horecazaken die initieel worden vastgesteld door<br />

interventieploegen, worden in samenspraak met de milieudienst van de politie en<br />

de wijkdienst opgevolgd.<br />

Sinds november 2008 neemt de preventieofficier deel aan de vergaderingen<br />

Overleg Publieke Ruimte. Tijdens dit maandelijks overleg worden in de<br />

ontwerpfase van dossiers openbare werken risicopunten benoemd met het oog op<br />

het voorkomen van criminaliteit, overlast en vandalisme. Daarnaast wordt de<br />

subjectieve en objectieve onveiligheid besproken. De politie vervult hier een<br />

adviserende rol. Desgevallend volgt een omstandig schriftelijk technopreventief<br />

advies.<br />

De hoofdinspecteur van de preventiedienst vervult tevens de functie van intern<br />

preventieadviseur voor wat betreft de arbeidsveiligheid binnen het korps. Deze<br />

functie houdt een werkbelasting in van minimum 30 % van zijn beschikbare tijd.<br />

5.2.6. PV-registratie<br />

De dienst PV-registratie is bemand door 7 CALog-personeelsleden en 1 inspecteur<br />

met aan het hoofd 1 hoofdinspecteur, en vormt de centrale administratieve dienst<br />

van het korps voor de gerechtelijke en bestuurlijke administratie. De dienst is<br />

opgebouwd uit verschillende afdelingen die complementair werken:<br />

• Registratie en gerichte verdeling van alle binnenkomende stukken, juiste<br />

afhandeling en versturen van alle uitgaande stukken;<br />

• Behandelen van processen-verbaal, briefwisseling deurwaardersexploten,<br />

bezwaarschriften als gevolg van een verkeersovertreding;<br />

• Inlichtingen verstrekken op vraag van het openbaar ministerie, andere<br />

componenten van de geïntegreerde politie, de bevolking of bedrijven;<br />

• Administratieve ondersteuning aan andere diensten zoals aan human<br />

resources, verkeersdienst en het directiesecretariaat.<br />

5.2.7. Leefmilieu<br />

De milieupolitie heeft een preventieve, controlerende en repressieve taak.<br />

Wanneer een controle plaatsvindt met de bedoeling het plegen van inbreuken te<br />

voorkomen en dus preventief wordt opgetreden, kan men spreken van toezicht.<br />

Wordt de controle uitgevoerd om misdrijven op te sporen en bewijsmateriaal te<br />

verzamelen, dan gaat het over opsporing of repressieve politie.<br />

Controle en toezicht worden uitgeoefend door één hoofdinspecteur die mee het<br />

terrein opgaat, bijgestaan door twee inspecteurs en één agent.<br />

Hun takenpakket omvat een veelvoud aan thema’s:<br />

• Afvalstoffen (waarvan sluikstorten een onderdeel is);<br />

• Bodemvervuiling;<br />

• Geluidshinder;<br />

• Gevaarlijke stoffen;<br />

• Grondwater;<br />

• Luchtverontreiniging;<br />

• Mest;<br />

• Oppervlaktewater;<br />

• Straling;<br />

• Bouwovertredingen;<br />

• Reclamepanelen;<br />

• Kamerwoningendecreet;<br />

• Ongezonde en onbewoonbare woningen;<br />

• Dierenwelzijn;<br />

• Jachtovertredingen;<br />

• Bos en groen;<br />

• Controle op de Voedselhygiëne in de horeca;<br />

• Toezicht bij rituele slachtingen en ambulante handel.<br />

De taak bestaat erin de overtreders op te sporen en zonodig te verbaliseren. Een<br />

niet zo geringe taak, de milieuwetgeving is een sterk groeiende materie die naar de<br />

toekomst toe steeds belangrijker wordt. Willen we de kwaliteit van het menselijke<br />

leven verbeteren of minstens handhaven dan is een goed milieubeleid meer dan<br />

noodzakelijk.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 5. Management van processen 59


5.2.8. Wapenbeheer<br />

Vanaf 8 juni 2006 is de nieuwe wapenwet van kracht. Dit komt er op neer dat de<br />

gouverneur van de woonplaats van de aanvrager voortaan de vergunningen<br />

uitreikt met een geldigheidsduur van 5 jaar. De lokale politie heeft hierin een<br />

adviserende en controlerende functie.<br />

De wapenwet spreekt nog slechts over 3 soorten wapens:<br />

• De verboden wapens;<br />

• De vrij verkrijgbare wapens;<br />

• De vergunningsplichtige wapens.<br />

De nieuwe wapenwet voorzag een amnestieperiode tot 30/06/2007. Hierbij<br />

konden wapenbezitters kosteloos afstand doen van hun wapens of een vergunning<br />

aanvragen voor een wapen dat voordien wel vergunningsplichtig was. Door de<br />

enorme aanvraag van vergunningen, de administratieve werklast en de<br />

onvolmaaktheden in de wapenwet, werd de amnestieperiode destijds verlengd tot<br />

31 oktober 2008. Tot dan konden wapens en munitie binnengebracht worden voor<br />

kosteloze vernietiging.<br />

Ook in <strong>2010</strong> is nogmaals gebleken dat heel wat wapenbezitters geen gebruik<br />

hadden gemaakt van de amnestieperiode om hetzij de vergunningsplichtige<br />

wapens spontaan af te staan of er een vergunning voor aan te vragen.<br />

In de door onze dienst wapenbeheer terzake ingestelde onderzoeken werden dan<br />

ook enkele tientallen illegale wapenbezitters hieromtrent geverbaliseerd en de<br />

desbetreffende wapens in beslag genomen en neergelegd ter griffie van de<br />

rechtbank eerste aanleg te Dendermonde.<br />

De dienst wapenbeheer doet daarenboven de opvolging van erfenissen van<br />

wapens nagelaten door overleden personen. Hierbij worden het rijksregister en het<br />

centraal wapenregister geconsulteerd. De erfgenamen-nabestaanden worden<br />

opgespoord en bezocht met de bedoeling de vergunningsplichtige wapens die door<br />

erfenis werden verkregen, te lokaliseren en er de juiste bestemming aan te geven.<br />

In de meeste gevallen worden die wapens in beslag genomen in opdracht van de<br />

officier van gerechtelijke politie en neergelegd bij<br />

de griffie parket . Verdwenen wapens worden geseind aan de hand van het<br />

serienummer in de algemene nationale gegevensbank van de politie (ANG).<br />

De dienst wapenbeheer wordt bemand door inspecteur Sam Van der Haegen die<br />

tevens referentieambtenaar wapens is voor onze politiezone. Hij wordt hierin<br />

ondersteund door agent van politie Dirk De Bisschop.<br />

Beiden zijn bovendien fervente wapenliefhebbers en beschikken terzake over heel<br />

wat know-how.<br />

5.2.9. Sociale Dienst<br />

De Sociale Dienst is een gespecialiseerde dienst met politie- en burgerpersoneel,<br />

belast met sociale materies die al dan niet behoren tot het initiële takenpakket van<br />

de politie. De dienst tracht door zijn tussenkomst de mogelijkheden van de burger<br />

en zijn of haar bekwaamheid tot handelen te herstellen, te verruimen of te<br />

bevorderen en wil zo een brug vormen tussen mensen, voorzieningen en<br />

instituties.<br />

Preventieve tussenkomsten: praktische en informatieve tussenkomsten en<br />

psychosociale hulpverlening<br />

De tussenkomsten in het kader van individuele en familiale problemen zijn gericht<br />

op situaties waarbij blijkt dat de nodige competenties of mogelijkheden tot correct<br />

handelen bij mensen ontbreken. Om daadwerkelijk hulp te kunnen verlenen, moet<br />

informatie verzameld worden. Wanneer men over voldoende informatie omtrent<br />

de hulpvraag beschikt, kan de medewerker van de sociale dienst adviseren,<br />

onderhandelen of bemiddelen ten behoeve van de persoon, het gezin of de groep.<br />

De psychosociale hulpverlening richt zich op moeilijkheden die voorkomen tussen<br />

de persoon en zijn omgeving. Deze vorm van hulpverlening is gericht op het<br />

instandhouden, ondersteunen, herstructureren, verbeteren, herstellen of<br />

ontwikkelen van de interacties tussen de persoon en zijn of haar omgeving. De<br />

tussenkomsten kunnen rechtstreeks gebeuren of via doorverwijzing naar de<br />

gepaste hulpverleningsdienst.<br />

Politionele tussenkomsten: onderzoeksopdrachten<br />

De dienst heeft als opdracht om andere politionele diensten en gerechtelijke<br />

instanties aan de hand van onderzoek en sociale rapportage voor te lichten over<br />

het functioneren van personen, gezinnen en groepen in het kader van problemen<br />

van bijzondere jeugdbijstand, intrafamiliaal geweld, zedenzaken,<br />

burgerrechterlijke onderzoeken, ...<br />

Audiovisuele verhoren van minderjarigen<br />

Binnen het korps wordt de sociale dienst belast met het uitvoeren van de<br />

audiovisuele verhoren van minderjarige slachtoffers en getuigen van misdrijven.<br />

Per audiovisueel verhoor zijn steeds twee personeelsleden nodig: één verhoorder<br />

en één personeelslid die de regie van het verhoor verzorgt. De opvang en de<br />

doorverwijzing van de slachtoffers en verwanten gebeurt tevens door<br />

personeelsleden van de sociale dienst.<br />

60 5. Management van processen | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


De aanpak van zedenfeiten binnen het korps werd bij protocol vastgelegd en regelt<br />

de taakverdeling van de verschillende diensten.<br />

De dienst beschikte in <strong>2010</strong> over twee gebrevetteerde hoofdinspecteurs<br />

audiovisueel verhoorder minderjarige slachtoffers van misdrijven. Door de<br />

gebrevetteerde personeelsleden worden niet alleen de audiovisuele verhoren voor<br />

de eigen zone uitgevoerd maar ook deze voor politiezones uit de regio die niet over<br />

gebrevetteerde verhoorders beschikken.<br />

Psychosociale hulpverlening bij rampen<br />

Bij crisissituaties binnen de stad Aalst wordt de opvang van niet gewonde<br />

slachtoffers en verwanten toevertrouwd aan een psychosociaal netwerk, waarvan<br />

de slachtofferbejegenaars van de sociale dienst deel uitmaken. Deze oefenen op<br />

dat moment geen politionele functie uit maar fungeren enkel als hulpverlener. Zij<br />

volgden hiervoor een gespecialiseerde opleiding bij het Rode Kruis. Samenwerking<br />

met andere diensten is hierbij zeer belangrijk.<br />

Participatie aan externe netwerken en werkgroepen<br />

(zie hoofdstuk 2.6)<br />

Vorming<br />

Diverse opleidingen en informatiesessies inzake intrafamiliaal geweld, integrale<br />

jeugdhulp, psychosociale hulpverlening bij noodsituaties, …<br />

Begeleiding stagiairs<br />

Begeleiding van stagiair(e)s maatschappelijk assistent.<br />

Samenwerkingsverbanden<br />

De sociale dienst participeert aan interdisciplinaire teams, case-managements en<br />

andere overlegvormen waarbij de diverse participanten elk vanuit hun eigen<br />

invalshoek onderlinge verbanden, verschillende levenssferen en klachtenpatronen<br />

bestuderen om in gezamenlijk overleg een degelijk handelingsplan op te stellen<br />

dat kan leiden tot een totaalaanpak van de problematiek.<br />

In het kader van het intern drugbeleid staat de sociale dienst in voor de<br />

doorverwijzing van minder- en meerderjarige druggebruikers naar de<br />

hulpverleningsdiensten. Voor de minderjarige gebruikers wordt er tevens controle<br />

uitgeoefend op de te volgen hulpverlening.<br />

In samenwerking met de preventiedienst staat de sociale dienst in voor de<br />

contacten met de minderjarige spijbelaars die tijdens de lesuren betrapt worden<br />

op schoolverzuim. De dienst neemt contact op met de ouders en met de school.<br />

Participatie aan interne werkgroepen<br />

Binnen het korps participeren personeelsleden aan projectgroepen:<br />

• Projectgroep “inbraak in gebouwen”;<br />

• Projectgroep “drugs”;<br />

• Projectgroep “onthaal”;<br />

• Communicatiecel;<br />

• Interne redactieraad;<br />

• Comité voor welzijn en preventie.<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | 5. Management van processen 61


INHOUDSTAFEL<br />

Inleiding ........................................................................................................................................................... 1<br />

1. Leiderschap................................................................................................................................................ 2<br />

1.1. Missie, visie en waarden van de <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst.................................................... 2<br />

1.2. Het denkkader................................................................................................................................. 2<br />

1.2.1. Het cultureel kader .............................................................................................................. 2<br />

1.2.2. Managementinstrumenten............................................................................................. 3<br />

1.2.3. Het besturings- en kwaliteitskader EFQM................................................................ 3<br />

1.2.4. Het model en de fundamentele kwaliteitsconcepten van EFQM ................. 4<br />

1.2.5. Aanpassen van de koers in functie van de maatschappelijke<br />

ontwikkelingen .................................................................................................................................. 5<br />

1.3. Organisatie ....................................................................................................................................... 6<br />

1.3.1. Organogram ............................................................................................................................ 6<br />

1.3.2. Wijzigingen in <strong>2010</strong> ............................................................................................................ 7<br />

1.4. Korpsleiding ..................................................................................................................................... 7<br />

1.4.1. Leiderschapstijl ...................................................................................................................... 7<br />

1.4.2. Korpschef .................................................................................................................................. 7<br />

1.4.3. Managementteam ............................................................................................................... 7<br />

1.4.4. Strategieteam ........................................................................................................................ 8<br />

2. Strategie en beleid ................................................................................................................................. 9<br />

2.1. Socio-economische en demografische beschrijving van de zone .......................... 9<br />

2.1.1. Geografie .................................................................................................................................. 9<br />

2.1.2. Demografie .............................................................................................................................. 9<br />

2.1.3. Economie ................................................................................................................................10<br />

2.1.4. Onderwijs ...............................................................................................................................11<br />

2.1.5. Cultuur .....................................................................................................................................11<br />

2.1.6. Mobiliteit ................................................................................................................................12<br />

2.2. Beleids- en adviesorganen ..................................................................................................... 12<br />

2.2.1. Zonale veiligheidsraad .................................................................................................... 12<br />

2.2.2. College van burgemeester en schepenen .............................................................. 13<br />

2.2.3. Gemeenteraadscommissie veiligheid ..................................................................... 14<br />

2.2.4. Gemeenteraad .................................................................................................................... 14<br />

2.2.5. Zonesecretaris ..................................................................................................................... 15<br />

2.2.6. Bijzondere rekenplichtige .............................................................................................. 15<br />

2.3. Zonaal veiligheidsplan 2009-2012..................................................................................... 15<br />

2.3.1. Strategische doelstellingen 2009-2012 .................................................................. 15<br />

2.4. Actieplan inzake verkeersveiligheid .................................................................................. 17<br />

2.5. Externe communicatie ............................................................................................................. 17<br />

2.5.1. Dagelijks persoverzicht ................................................................................................... 18<br />

2.5.2. Tussentijdse persmededelingen en persconferenties ..................................... 18<br />

2.5.3. Informatie betreffende feiten die net gebeurd zijn.......................................... 18<br />

2.5.4. Persteksten ........................................................................................................................... 18<br />

2.5.5. Basisregels............................................................................................................................. 18<br />

2.6. <strong>Deel</strong>name aan externe netwerken en werkgroepen ................................................ 20<br />

2.6.1. Samenwerking .................................................................................................................... 20<br />

2.6.2. Overleg .................................................................................................................................... 22<br />

2.7. Protocols of samenwerkingsakkoorden met niet-politionele partners en<br />

derden ....................................................................................................................................................... 24<br />

2.7.1. Protocol jeugdcriminaliteit afgesloten met alle secundaire en lagere<br />

scholen op het grondgebied Aalst in de loop van 2007 en 2008 ............................ 24<br />

2.7.2. Convenant partnergeweld ............................................................................................ 24<br />

2.7.3. Samenwerkingsprotocol PRORELA (project relatieproblemen)................... 24<br />

2.7.4. Protocol inzake de samenwerking tussen de politie en de<br />

gerechtsdeurwaarders werkzaam binnen het gerechtelijk arrondissement<br />

Dendermonde .................................................................................................................................. 25<br />

62 Inhoudstafel | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>


2.7.5. Provinciaal samenwerkingsakkoord tussen De Lijn Oost-Vlaanderen en<br />

de geïntegreerde politie gestructureerd op twee niveaus in Oost-Vlaanderen<br />

betreffende het project “Veilig op weg” in het openbaar vervoer..........................25<br />

2.7.6. Convenant integrale veiligheid (DEWACO) ...........................................................26<br />

2.7.7. Protocol rond “Excellente <strong>Politie</strong>zorg” .....................................................................26<br />

2.7.8. Intentieverklaring stationsomgeving Aalst ...........................................................26<br />

3. Management van medewerkers...................................................................................................28<br />

3.1. Human resources management ..........................................................................................28<br />

3.1.1. Inventariseren kennis en vaardigheden personeel: kennismanagement<br />

..................................................................................................................................................................28<br />

3.1.2. Klachtenmanagement .....................................................................................................28<br />

3.1.3. Onthaal nieuwe medewerkers.....................................................................................28<br />

3.2. Organisatie van de recrutering en aanwerving ............................................................29<br />

3.2.1. Aanwerving van personeelsleden ..............................................................................29<br />

3.2.2. Publicatie van vacatures .................................................................................................29<br />

3.2.3. Plaatselijke selectiecommissies...................................................................................29<br />

3.2.4. Calogisering...........................................................................................................................29<br />

3.3. Organisatie van de vorming, training en opleiding (VTO).......................................31<br />

3.3.1. Strategisch inbedding van VTO in ons korps ........................................................31<br />

3.3.2. Het belang en de doelstellingen van VTO ..............................................................31<br />

3.3.3. Doelstellingen ......................................................................................................................31<br />

3.3.4. Aanbod vormingen en opleidingen ...........................................................................32<br />

3.3.5. Opleidingen geweldbeheersing ..................................................................................32<br />

3.3.6. Mentorschap .........................................................................................................................33<br />

3.4. Evaluatie van de medewerkers .............................................................................................33<br />

3.5. Interne Dienst Preventie en Bescherming op het werk. ...........................................33<br />

3.5.1. Arbeidsveiligheid ................................................................................................................34<br />

3.5.2. Arbeidshygiëne ....................................................................................................................34<br />

3.5.3. Arbeidsgeneeskunde ........................................................................................................34<br />

3.5.4. Verfraaiing van de lokalen en werkruimten ......................................................... 34<br />

3.5.5. Ergonomie ............................................................................................................................. 34<br />

3.5.6. Psychosociale belasting .................................................................................................. 34<br />

3.6.7. De impact van de activiteiten van de politie op het milieu .......................... 34<br />

3.7. Interne communicatie .............................................................................................................. 35<br />

3.7.1. Intern overleg ...................................................................................................................... 35<br />

3.7.2. Kanalen ................................................................................................................................... 37<br />

3.7.3. 5440Krantje .......................................................................................................................... 37<br />

3.7.4. Info5440 ................................................................................................................................. 37<br />

3.7.5. Intranet ................................................................................................................................... 37<br />

3.8. Basisoverlegcomité <strong>Politie</strong> (BOC POL113) ...................................................................... 37<br />

3.9. Benchlearning .............................................................................................................................. 38<br />

3.10. Aandacht voor collega’s ........................................................................................................ 38<br />

3.11. <strong>Politie</strong>sportverbond ................................................................................................................ 38<br />

3.12. Loopverbond van politiemensen ...................................................................................... 39<br />

4. MANAGEMENT VAN middelen ..................................................................................................... 40<br />

4.1. Begroting ........................................................................................................................................ 40<br />

4.1.1. Begroting ............................................................................................................................... 40<br />

4.1.2. Gewone en buitengewone dienst ............................................................................. 40<br />

4.1.3. Vijf principes van de begroting ................................................................................... 40<br />

4.1.4. Begrotingswijzigingen .................................................................................................... 40<br />

4.1.5. Meerjarenplanning ........................................................................................................... 40<br />

4.1.6. Raamcontracten ................................................................................................................. 40<br />

4.2. Infrastructuur ............................................................................................................................... 41<br />

4.2.1. <strong>Politie</strong>huis .............................................................................................................................. 41<br />

4.2.2. <strong>Deel</strong>commissariaten ........................................................................................................ 41<br />

4.2.3. Cellencomplex ..................................................................................................................... 41<br />

4.2.4. Schietstand ........................................................................................................................... 41<br />

<strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong> | Inhoudstafel 63


4.2.5. Polyvalente trainingszaal DOJO ..................................................................................41<br />

4.2.6. Fitnessruimte........................................................................................................................42<br />

4.3. Informatie- en communicatietechnologie ......................................................................42<br />

4.3.1. Informatica ............................................................................................................................42<br />

4.3.2. Radiocommunicatie ..........................................................................................................42<br />

4.3.3. Arbeidstijdregistratie en toegangscontrole ..........................................................43<br />

4.3.4. Elektronisch archiveringsyteem ..................................................................................43<br />

4.3.5. Livescan ...................................................................................................................................44<br />

4.4. Voertuigenpark.............................................................................................................................44<br />

4.5. Divers materieel en uitrusting ..............................................................................................45<br />

4.6. 7 onmisbare partners ................................................................................................................45<br />

4.7. Strategisch veiligheids-en preventieplan ........................................................................48<br />

4.8. Traject ...............................................................................................................................................48<br />

4.8.1. Doelstelling............................................................................................................................48<br />

4.8.2. Multidisciplinair begeleidingsteam...........................................................................48<br />

4.8.3. Doelgroepen..........................................................................................................................49<br />

Doelstellingen .................................................................................................................................. 52<br />

Strategie.............................................................................................................................................. 52<br />

5.1.6. De handhaving van de openbare orde .................................................................... 53<br />

5.1.7. Verkeer en verkeershandhaving................................................................................. 53<br />

5.1.8 Proces Verkeer gemeenschapsgericht georganiseerd ...................................... 54<br />

5.2. Organisatie van de beleids- en ondersteunende diensten..................................... 55<br />

5.2.1. Directie .................................................................................................................................... 55<br />

5.2.2. Telematica en logistiek ................................................................................................... 57<br />

5.2.3. Dienstplanning ................................................................................................................... 58<br />

5.2.4. Gerechtelijke briefwisseling ......................................................................................... 58<br />

5.2.5. Politionele preventie ........................................................................................................ 58<br />

5.2.6. PV-registratie ....................................................................................................................... 59<br />

5.2.7. Leefmilieu .............................................................................................................................. 59<br />

5.2.8. Wapenbeheer ...................................................................................................................... 60<br />

5.2.9. Sociale Dienst ...................................................................................................................... 60<br />

Inhoudstafel ................................................................................................................................................ 62<br />

4.8.4. Behandeling ..........................................................................................................................49<br />

4.10. Externe stagiairs........................................................................................................................49<br />

4.10.1. Stageaanvraag ..................................................................................................................49<br />

4.10.2. Stage-activiteiten ............................................................................................................49<br />

5. Management van processen ..........................................................................................................50<br />

5.1. Organisatie van de basisfunctionaliteiten......................................................................50<br />

5.1.1. De wijkwerking ....................................................................................................................50<br />

5.1.2. Het onthaal............................................................................................................................50<br />

5.1.3. De politionele slachtofferbejegening .......................................................................51<br />

5.1.4. De interventie en algemeen toezicht .......................................................................52<br />

Strategie ..............................................................................................................................................52<br />

5.1.5. <strong>Lokale</strong> opsporing en lokaal onderzoek .....................................................................52<br />

64 Inhoudstafel | <strong>Lokale</strong> <strong>Politie</strong> Aalst – JAARVERSLAG <strong>2010</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!