Kaderweekend Gymnastiek - GymFed
Kaderweekend Gymnastiek - GymFed
Kaderweekend Gymnastiek - GymFed
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Kaderweekend</strong><br />
<strong>Gymnastiek</strong><br />
TRAMPOLINE<br />
Joeri De Jonghe<br />
Opbouw tot rudi ball out.<br />
Bewegingsbeschrijving:<br />
De rudi ball out (ook wel baby rudi genoemd) is een voorwaartse beweging van op de rug. Deze sprong<br />
bestaat uit een 1 ¼ salto gecombineerd met 1 ½ schroef. Deze sprong wordt uitgevoerd na een landing op<br />
de rug, dus een ¾ salto voorwaarts (zweef) of een 1 ¾ salto voorwaarts.<br />
Numerieke code: 53/<br />
Moeilijkheidswaarde: 0,9 ptn<br />
Nodige technieken:<br />
zweef (eventueel 1 ¾ salto voorwaarts)<br />
voorwaartse salto (drie houdingen)<br />
barani (drie houdingen)<br />
rudolf<br />
salto ball out (drie houdingen)<br />
barani ball out (drie houdingen)<br />
Algemeen:<br />
De "ball out"-bewegingen zijn een familie van bewegingen die specifiek zijn voor trampolinespringen, ze<br />
komen in geen enkele andere gymnastiekdiscipline voor.<br />
De salto ball out op zich is een belangrijke basisbeweging voor verdere progressie naar moeilijkere<br />
vormen. Als wedstrijdsprong is het echter niet aan te raden aangezien men dan een blinde landing krijgt<br />
die moeilijker te controleren is. Wanneer deze sprong goed gekend is kan de progressie naar barani ball<br />
out (baby fliffis) gemaakt worden. Deze sprong behoort tot de "klassiekers" in opgelegde oefeningen. Ze is<br />
optioneel bij de miniemen, verplicht bij de beloften, gewenst bij de junioren en vaak uitgevoerd bij de<br />
senioren (allen A-niveau). In het B-niveau komt de sprong vaak voor als "extra salto".<br />
Verdere vormen zijn dan:<br />
- barani ball out gehoekt en gestrekt<br />
- rudi ball out<br />
- randi ball out (= rudi + 1 extra schroef)<br />
- fliffis ball out (2 ¼ salto voorwaarts + ½ schroef)<br />
Technisch:<br />
De ball out beweging kan aangeleerd worden vanuit een gewone rugval, maar zal makkelijker aangeleerd<br />
worden vanuit een ¾ salto vw.<br />
Uiteraard is hiervoor een perfecte ruglanding noodzakelijk. De gymnast moet een stabiele ruglanding<br />
kunnen bekomen na de ¾ salto vw. De rug is licht gekromd en in contact met het bed. De benen zijn een<br />
beetje voorbij de verticale lijn, weg van het lichaam (hoek romp-benen ongeveer 100°). De armen zijn<br />
gestrekt en ter hoogte van de kaak (hoek romp-armen ongeveer 140-150°). Vroeger raadde men aan het<br />
hoofd tegen de romp te houden, nu neigen de technieken meer naar een volledig contact met het bed van<br />
hoofd en schouders (hoofd in neutrale positie).<br />
Om de continuïteit van de voorwaartse rotatie te garanderen ligt het bekken, bij maximale uitrekking van<br />
het trampolinebed (dus op laagste punt) iets lager in het trampolinebed dan de schouders. De reactie van<br />
het bed zal dan meehelpen de voorwaartse rotatie in te zetten. Tijdens het volledige contact met het<br />
trampolinebed is het belangrijk dat er voldoende lichaamsspanning is. Zo niet zullen de armen en/of<br />
benen "vallen" waardoor de gymnast onvoldoende hoogte zal kunnen ontwikkelen. Aangezien we een<br />
gestrekte salto van op de rug beogen, zullen we dus nood hebben aan voldoende hoogte en voldoende<br />
rotatiesnelheid.<br />
Bij het vertrek uit de trampoline (dus tijdens het stijgen) moeten de hielen krachtig naar achter gebracht<br />
worden, hetgeen zal resulteren in een snelle voorwaartse saltorotatie. Let er in deze fase op dat de<br />
armen nog niet zakken. Ze blijven hoog en licht zijwaarts om straks voldoende schroefrotatie te kunnen<br />
ontwikkelen. Tijdens de stijgfase wordt dan ook de schroefrotatie ingezet. Dit gebeurt met de armen en<br />
© 2008 www.Gymfed.be Pagina: 1 van 3 18-19.10.2008
<strong>Kaderweekend</strong><br />
<strong>Gymnastiek</strong><br />
TRAMPOLINE<br />
Joeri De Jonghe<br />
schouders. In totaliteit mag er een maximale voorwaartse verplaatsing van 50 à 80 cm zijn, afhankelijk<br />
van de spronghoogte en de grootte van de gymnast.<br />
Didactisch:<br />
We kunnen dan volgende stappen doorlopen:<br />
1. voorwaartse salto gehurkt, gehoekt en gestrekt (voet - voet)<br />
2. salto vw gestrekt tot ruglanding (voet - rug)<br />
3. salto vw met halve schroef tot buikval, gestrekt<br />
oppassen dat gymnast niet over schouder draait<br />
4. salto vw met volledige schroef tot rugval, gestrekt<br />
dit is niet gemakkelijk, dit zal niet elke gymnast lukken<br />
5. zweef -> ¼ salto tot stand met voldoende hoogte uitvoeren<br />
6. zweef -> ½ salto vw tot buiklig, gestrekt<br />
7. zweef -> salto vw tot ruglig, gehurkt<br />
8. zweef -> salto vw tot ruglig, gehoekt<br />
9. zweef -> salto vw tot ruglig, gestrekt<br />
10. zweef -> 1 ¼ salto vw tot voeten, gehurkt<br />
11. zweef -> 1 ¼ salto vw tot voeten, gehoekt<br />
12. zweef -> 1 ¼ salto vw tot voeten, gestrekt<br />
13. zweef -> salto vw met halve schroef tot buikval, gestrekt<br />
14. zweef -> salto vw met volledige schroef tot rugval<br />
15. zweef -> salto vw met 1 ½ schroef tot voeten<br />
Voorbereidende constructieve oefeningen:<br />
- reeksje veren op de rug (zweef - rug - rug - rug - …)<br />
o<br />
let hierbij op een goede houding bij de landing, op de lichaamsspanning en op het correcte<br />
vertrek uit de trampoline. Er mag geen voorwaartse of achterwaartse verplaatsing zijn<br />
- rugval -> buikval -> vw doordraaien naar rug<br />
- rugval -> vw doordraaien naar rug<br />
- zweef -> 1 of 1 ½ schroef tot stand<br />
o zonder veel voorwaartse verplaatsing proberen uit te voeren<br />
- rugval -> ½ schroef tot rugval<br />
- rugval -> volledige schroef tot buikval<br />
- rugval -> 1 ½ schroef tot rugval<br />
- rugval -> 2 x volledige schroef tot rugval<br />
- …<br />
© 2008 www.Gymfed.be Pagina: 2 van 3 18-19.10.2008
<strong>Kaderweekend</strong><br />
<strong>Gymnastiek</strong><br />
TRAMPOLINE<br />
Joeri De Jonghe<br />
Let op volgende zaken:<br />
- schroefbeweging inzetten met armen en schouders. bij schroef linksom creëert de rechterarm de<br />
schroefrotatie, terwijl de linkerarm even het evenwicht in de salto bewaart om vervolgens snel<br />
bijgebracht te worden om de schroefrotatie te versnellen<br />
- schroefbeweging niet te snel inzetten, dit heeft een negatieve invloed op de saltorotatie<br />
- het hoofd mag niet constant oogcontact zoeken met het bed. de nek komt zo in overdreven<br />
extensie en zal de schroefsnelheid negatief beïnvloeden<br />
- na ongeveer 265° saltorotatie is er opnieuw oogcontact met het bed en mogen de armen geopend<br />
worden om de rotatie te stoppen en de landing voor te bereiden<br />
© 2008 www.Gymfed.be Pagina: 3 van 3 18-19.10.2008