10.07.2015 Views

binnenwerk anesthesie:brochure A5 anesthesie - Bronovo Ziekenhuis

binnenwerk anesthesie:brochure A5 anesthesie - Bronovo Ziekenhuis

binnenwerk anesthesie:brochure A5 anesthesie - Bronovo Ziekenhuis

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Informatie over <strong>anesthesie</strong>Belangrijke zaken rondom uw operatie


Uitgave: Stichting <strong>Bronovo</strong>-NeboOplage: 10.000 ex., juni 2008Ontwerp: Mediaresponse - Gorinchem<strong>Bronovo</strong> heeft een strategische alliantie met het LUMC<strong>Bronovo</strong> maakt deel uit van de Stichting <strong>Bronovo</strong>-NeboStichting <strong>Bronovo</strong>-Nebo participeert in een coöperatie met het Groene Hart <strong>Ziekenhuis</strong>,‘t Lange Land <strong>Ziekenhuis</strong> en Medisch Centrum Haaglanden.


In deze <strong>brochure</strong> leest u over de gang van zaken rondomde <strong>anesthesie</strong> die u tijdens de operatie of het onderzoek krijgt.De informatie in deze <strong>brochure</strong> is bedoeld als aanvulling op het gesprek metde anesthesioloog. Wanneer u vragen heeft,kunt u telefonisch contact opnemen met depre-operatieve polikliniek, via tel. nr. 070 - 312 44 56op werkdagen van 09.00 - 17.00 uur.3


INHOUDSOPGAVE4Anesthesie 5Vormen van <strong>anesthesie</strong> 5Algehele <strong>anesthesie</strong> 5Regionale <strong>anesthesie</strong> 6De anesthesioloog 6De pre-operatieve polikliniek 6Veranderingen in uw gezondheid 9Voorbereiding op de operatie of het onderzoek 10Een goede nachtrust 10Voorbereiding thuis 10Opnametijd 10Nuchter zijn 10Medicijngebruik 11Sieraden, make-up en dergelijke 11Opname op de verpleegafdeling 12De patiëntenkamer 12Wat neemt u mee 12Contactpersoon 12Bezoektijden 13Scheren en kleding 13Pre-medicatie 13Het operatiecomplex 13De holding 13De operatiekamer 14De verkoeverkamer 14Na de <strong>anesthesie</strong> 14Bijwerkingen 14Pijn 15Het voordeel van goede pijnstilling 16Pijnmeting 16Pijnstilling 16Wisseling in pijn 16Terug op de afdeling 17Complicaties 17Informatie voor patiënten die in dagbehandeling worden geopereerd 18Ontslag 18Weer thuis 18Tot slot 19Afspraken voor de dag van de operatie 20Vragenlijst. Deze lijst vult u in en neemt u bij uw opname mee 21


ANESTHESIEAnesthesie is de verzamelnaam van alle soorten verdoving voor operaties ofonderzoeken. Het betekent ‘gevoelloosheid’. In de praktijk is <strong>anesthesie</strong> echtermeer dan alleen de verdoving. Het doel van de <strong>anesthesie</strong> is om u in de bestmogelijke conditie te houden tijdens de operatie.Een anesthesioloog is een medisch specialist die zich heeft toegelegd op deverschillende vormen van <strong>anesthesie</strong>, pijnbestrijding en andere medischezorg rondom de operatie.VORMEN VAN ANESTHESIEEr zijn twee vormen van <strong>anesthesie</strong> die bij een operatie worden gebruikt,namelijk:• Algehele <strong>anesthesie</strong> (narcose)• Regionale <strong>anesthesie</strong> (uitgebreide plaatselijke verdoving).Een combinatie van beide vormen van <strong>anesthesie</strong> wordt ook vaak toegepast,met name bij grotere operaties. Welke vorm van <strong>anesthesie</strong> voor u het meestgeschikt is, wordt in overleg met u door de anesthesioloog bepaald. Dit isafhankelijk van verschillende factoren, zoals uw leeftijd, uw lichamelijke conditieen het soort operatie dat u krijgt.Algehele <strong>anesthesie</strong>Bij algehele <strong>anesthesie</strong> wordt uw hele lichaam verdoofd. Doordat u tijdelijk buitenbewustzijn bent, merkt u niets van de operatie en zult u zich ook na die tijdniets van de operatie kunnen herinneren.De medicamenten worden in de meeste gevallen via een infuus toegediend.In sommige gevallen krijgt u de medicatie via een kapje met zuurstof over uwneus en mond. Voornamelijk bij kinderen is dit het geval.Als het nodig is wordt er, zodra u onder algehele <strong>anesthesie</strong> bent, een buisje inuw keel gebracht voor de beademing.5


Regionale <strong>anesthesie</strong>Bij een regionale <strong>anesthesie</strong> maakt de anesthesioloog alleen dát gedeelte vanhet lichaam waaraan u geopereerd wordt gevoelloos voor pijnprikkels. Zolanghet medicijn werkt kunt u dit lichaamsgedeelte niet bewegen. Voor een operatieaan bijvoorbeeld de knie, kan alleen het onderlichaam verdoofd worden. Somsis het ook mogelijk alleen het been waaraan u wordt geopereerd te verdoven.Dit wordt in overleg met u bepaald door de anesthesioloog die op de dag vande operatie uw <strong>anesthesie</strong> verzorgt.Bij deze vorm van <strong>anesthesie</strong> blijft u dus in principe wakker. Het operatiegebiedwordt overigens afgeschermd waardoor u niets van de operatie ziet. Mocht u ertegenop zien om de operatie bewust mee te maken, dan is het mogelijk omeen kortwerkend slaapmiddel te krijgen waardoor u weinig tot niets merkt vanwat er gebeurt. U kunt dit ook tijdens de ingreep nog aan de anesthesist vragen.Sommige vormen van regionale <strong>anesthesie</strong> hebben als voordeel dat er naafloop van de operatie een goede pijnstilling gegeven kan worden met plaatselijkverdovende medicijnen. Dit wordt toegediend via een katheter (slangetje).DE ANESTHESIOLOOGUw lichaam moet goed blijven functioneren tijdens de operatie. De anesthesioloogzorgt ervoor dat de lichaamsfuncties stabiel blijven, zodat u de operatie zogoed mogelijk kunt doorstaan. Met behulp van speciale apparatuur bewaakt enregelt de anesthesioloog onder andere uw bloeddruk, hartslag en ademhaling.Zonodig kan hij* op ieder moment de <strong>anesthesie</strong> bijsturen.De pre-operatieve polikliniekVan de specialist die u gaat opereren krijgt u een vragenlijst die u moet invullenvóór uw bezoek aan de pre-operatieve polikliniek. Op de pre-operatieve polikliniekvan de afdeling Anesthesiologie krijgt u eerst een gesprek met een verpleegkundige.Tijdens dit gesprek zal hij de bloeddruk bij u meten, lengte en gewicht bepalenen afhankelijk van uw leeftijd en gezondheidstoestand een ECG (hartfilmpje)maken. Verder krijgt u van de verpleegkundige informatie over de gang vanzaken voor en tijdens uw opname.* lees hij of zij6


De wachtkamer van de pre-operatieve polikiniek7


Hierna heeft u een gesprek met een anesthesioloog. Hij beoordeelt uw lichamelijketoestand en maakt een risico-inschatting voor de operatie. Naar aanleidingvan uw antwoorden in de vragenlijst kan de anesthesioloog u om meer informatievragen. Afhankelijk van uw persoonlijke situatie kan de anesthesioloogbesluiten aanvullend onderzoek aan te vragen, zoals een röntgenfoto of bloedonderzoek.Als het nodig is zal hij u doorverwijzen naar een internist, cardioloog of longarts.Dit alles om ervoor te zorgen dat u in een zo’n goed mogelijke conditiebent voor de operatie. Met deze anesthesioloog maakt u afspraken over desoort <strong>anesthesie</strong> (algeheel, regionaal of een combinatie) die u krijgt.Op de afdeling Anesthesiologie werken acht artsen. De kans dat u daadwerkelijk<strong>anesthesie</strong> krijgt van degene die u op de polikliniek heeft gesproken is klein.U maakt op de operatiedag kennis met de anesthesioloog die verantwoordelijkis voor uw <strong>anesthesie</strong>. Aan gemaakte afspraken over de te volgen <strong>anesthesie</strong>techniekzal de anesthesioloog die u <strong>anesthesie</strong> geeft zich houden. Tenzij erveranderingen in uw gezondheid zijn opgetreden, de voorgenomen operatieveranderd is of de anesthesioloog ervan overtuigd is dat een andere <strong>anesthesie</strong>techniekvoor u veiliger is. De behandelend anesthesioloog zal dit eerst met ubespreken.In principe is het bezoek aan de pre-operatieve polikliniek zes maanden geldig.Is de wachtlijst van uw specialist langer, dan wordt u voor de opname gebelddoor de pre-operatieve polikliniek. Afhankelijk van uw lichamelijke conditiewordt er dan bekeken of u de polikliniek nogmaals moet bezoeken of dat enkelevragen via de telefoon voldoende zijn.VERANDERINGEN IN UW GEZONDHEIDWaarschijnlijk zit er enige tijd tussen het moment dat u op de polikliniek bentgeweest en het moment van opname. Indien er in deze tijd iets veranderd is inuw gezondheidstoestand moet u dit doorgeven aan de behandelend anesthesioloogop de pre-operatieve polikliniek, zodat hier rekening mee kan wordengehouden (tel: 070 - 312 44 56).9


Hierbij kunt u denken aan de volgende zaken:• Als u onder behandeling bent gekomen van een andere medisch specialist;• Als er wijzigingen zijn opgetreden in uw medicijngebruik;• Als er een verhoogde bloeddruk is geconstateerd;• Als u beschadigingen of infecties aan uw huid in het te opereren gebied heeftopgelopen;• Voor vrouwen: als u zwanger bent of denkt te zijn.Als u op de opnamedag of de dag ervoor koorts heeft of last van ernstige verkoudheidis het belangrijk dit direct telefonisch door te geven aan de specialistdie u gaat opereren. In dat geval zal er in overleg met de anesthesioloogworden overlegd of de operatie door kan gaan.VOORBEREIDING OP DE OPERATIE OF HET ONDERZOEKEen goede nachtrustHet is van belang dat u op de dag van de operatie goed uitgerust bent.Misschien bent u zenuwachtig of houdt de vreemde ziekenhuisomgeving (als ual opgenomen bent) u wakker. U kunt in dat geval om een slaaptablet vragenaan de verpleegkundige.VOORBEREIDING THUISOpnametijdAls u op de dag van de operatie in het ziekenhuis wordt opgenomen moet uéén werkdag vóór de geplande operatie tussen 14.00 en 16.00 uur bij BureauOpname (telefoonnummer 070 - 312 46 82) informeren hoe laat u in hetziekenhuis wordt verwacht. Het tijdstip van de operatie zelf kan vooraf nietprecies aangegeven worden. U hoort dit als u opgenomen bent.Patiënten die één of meerdere dagen voor de operatie worden opgenomen,krijgen hierover telefonisch bericht van de betreffende polikliniek of via BureauOpname.Nuchter zijnDe operatie kan alleen plaatsvinden als u de uren ervóór nuchter bent gebleven.Dit om complicaties te voorkomen.10


Over het algemeen betekent dit dat u de avond voor de operatie vanaf12 uur ‘s nachts niet meer mag eten. Tenzij anders met u is afgesproken,mag u tot 2 uur voor de afgesproken opnametijd alleen heldere vloeistoffendrinken, zoals:• water;• thee zonder melk;• limonade van water met een beetje siroop;• appelsap.Deze dranken mogen onbeperkt worden gedronken.MedicijngebruikIn de meeste gevallen dient u uw eigen medicijnen te blijven gebruiken tot deoperatie. De anesthesioloog bepaalt wat u nog wel en wat u niet meer maggebruiken. Als u plaspillen gebruikt, mag u deze de ochtend van de operatieniet innemen.Gebruik van aspirinesoorten en bloedverdunnende medicijnen (Sintrommitis,Fenprocoumon, Acenocoumarol, Marcoumar, Ascal, Plavix of Persantin) moetminimaal 5, meestal 10 dagen voor de operatie gestopt worden, tenzij de anesthesioloogof uw behandelend specialist anders met u heeft afgesproken. Dit inverband met het effect van deze medicijnen op de stolling van het bloed.Het gebruik van pijnstillers als Brufen, Voltaren en andere moet 1 dag vantevoren gestaakt worden. Bij pijn kunt u paracetamol gebruiken tot de dag vande ingreep. Ook de pijnstillers Arcoxia, Celebrex en COX-II remmers kunt udoorgebruiken.Vrouwen die de anticonceptiepil slikken, kunnen deze blijven gebruiken.Na de operatie kan echter gedurende de rest van de cyclus niet meer gerekendworden op volledige bescherming.Sieraden, make-up en dergelijkeVóór de operatie dient u alles wat u aan sieraden draagt af te doen. Dit geldtook voor piercings in alle lichaamsdelen.Make-up dient verwijderd te worden. Dit geldt ook voor nagellak: de anesthesioloogwil namelijk de natuurlijke kleur van uw huid en nagels kunnen zien.11


Als u onder algehele <strong>anesthesie</strong> geholpen gaat worden, moet u ook uw eventuelebril, contactlenzen en gebitsprothese achterlaten op de afdeling. Bij regionale<strong>anesthesie</strong> is dit niet nodig.Een gehoorapparaat kan meestal wel meegenomen worden naar het operatiecomplex,bijvoorbeeld als u zonder gehoorapparaat de anesthesioloog niet kunthoren en hij niet met u kan communiceren.OPNAME OP DE VERPLEEGAFDELINGOp de dag van uw behandeling moet u zich melden op het afgesproken tijdstipop de verpleegafdeling. Dit is over het algemeen twee uur vóór de ingreep ennooit voor 7.00 uur ’s ochtends.De patiëntenkamerOp de afdeling krijgt u een bed met een nachtkastje. Tevens is er een afsluitbarekledingkast beschikbaar voor het opbergen van uw eigendommen. Deze kastkunt u afsluiten na inworp van een muntstuk van 2 euro. Bij inlevering van desleutel krijgt u de munt weer retour.In ons ziekenhuis komt het voor dat dames en heren op één kamer liggen en‘gemengd verpleegd’ worden. Als u principiële bezwaren heeft tegen gemengdverplegen, kunt u dit bij Bureau Opname kenbaar maken.Vergeet niet de volgende zaken mee te brengen:- Deze <strong>brochure</strong> met ingevulde vragenlijst;- Uw inschrijfkaart met streepjescode en afsprakenkaart;- De medicijnen die u thuis gebruikt en/of een lijstje met de medicijnen endoseringen die u gebruikt;- Toiletgerei, nachtkleding, een kamerjas en pantoffels;- Eventueel dieetvoorschriften;- Desgewenst een tijdschrift, boek of iets dergelijks;- Daarnaast is het handig wat kleingeld bij u te hebben.Wij raden u aan sieraden en waardevolle spullen thuis te laten!ContactpersoonZorg voor een contactpersoon die telefonisch bereikbaar is gedurende de tijd12


dat u in ons ziekenhuis verblijft. Met de verpleegkundige wordt een afspraakgemaakt wanneer de contactpersoon kan informeren naar uw toestand en wanneeru opgehaald kunt worden. Het is voor uw contactpersoon/begeleider nietmogelijk om gedurende uw opname op de verpleegafdeling te blijven.BezoektijdenDe bezoektijden zijn dagelijks van 15.30 - 16.30 uur en van 18.30 - 19.30 uur.Op zaterdag is er een extra bezoekuur van 11.00 - 12.00 uur. Voor de kinderafdelingen Intensive Care afdeling gelden afwijkende bezoektijden.Scheren en kledingSoms is het nodig de plek waar u geopereerd wordt, te scheren. Afhankelijk vande operatie die u ondergaat, gebeurt dit op de verpleegafdeling of op hetoperatiecomplex. In plaats van uw pyjama en uw ondergoed krijgt u eenoperatiehemd aan.Pré-medicatieVoordat u naar de operatiekamer gebracht wordt, krijgt u veelal van de verpleegkundigeop voorschrift van de anesthesioloog, de pre-medicatie. Dit ismedicatie waarvan u rustiger wordt en waarvan u een slaperig gevoel kuntkrijgen. Ook krijgt op de afdeling al één of twee pijnstillende tabletten zodat umeteen pijnstilling heeft na de ingreep.HET OPERATIECOMPLEXHet operatiecomplex bestaat uit drie centra: de holding waar u wordt ontvangen,de operatiekamer waar u wordt geopereerd en de verkoeverkamerwaar u na de operatie intensief wordt bewaakt.De holdingU wordt in bed naar het operatiecomplex gebracht. Hier wordt u ontvangen opde holding door een <strong>anesthesie</strong>-assistent of een verpleegkundige. In deze ruimtebevinden zich meerdere patiënten die een operatie zullen ondergaan.Meestal brengt één van de medewerkers van de holding alvast een infuus in uwhand of arm aan en wordt er apparatuur aangesloten om onder andere uw13


hartslag en uw bloeddruk te meten. Indien met u is afgesproken dat u regionale<strong>anesthesie</strong> krijgt, wordt deze gegeven op de holding.Hierna stapt u van uw bed over op een operatiebrancard, waarmee u naar deoperatiekamer wordt gebracht door de <strong>anesthesie</strong>-assistent.De operatiekamerWanneer u een algehele <strong>anesthesie</strong> (narcose) krijgt, wordt u in slaap gemaakt ineen kamer vóór de operatiekamer of soms in de operatiekamer zelf. Omdat hetop de operatiekamer koud is, krijgt u een warme moltondeken over u heen. Inde operatiekamer ziet u diverse soorten apparatuur staan. Boven u hangt eengrote operatielamp. In de operatiekamer wordt u weer op de bewakingsapparatuuraangesloten. Na afloop van de operatie wordt u wakker gemaakt op deoperatiekamer. U wordt op de operatiebrancard naar de verkoeverkamergebracht en daar weer in uw bed geholpen.De verkoeverkamerHier wordt u opnieuw aangesloten op de bewakingsapparatuur. U blijft op deverkoeverkamer totdat u voldoende bent bijgekomen van de <strong>anesthesie</strong> enveilig naar de afdeling terugkunt. Na een operatie uitgevoerd onder regionale<strong>anesthesie</strong> gaat u ook naar de verkoeverkamer.NA DE ANESTHESIEBijwerkingenNadat u bent bijgekomen uit de algehele <strong>anesthesie</strong> kunt u zich nog wat slaperigvoelen en af en toe wegdommelen. Door de <strong>anesthesie</strong> of als gevolg van deoperatie kunt u misselijk zijn en moet u misschien braken. De verpleegkundigenweten precies wat ze u hiertegen mogen geven.U kunt een scherp of kriebelig gevoel achter in de keel hebben. Dit kan hetgeval zijn als er tijdens de operatie een buisje in de keel heeft gezeten voor debeademing. Deze irritatie verdwijnt vanzelf binnen enkele dagen. Veel mensenhebben dorst na een operatie. Als u wat mag drinken, doe dan voorzichtig aanom misselijkheid te voorkomen. Mag u niet drinken, dan kan de verpleegkundigeuw lippen nat maken om de ergste dorst weg te nemen.Wanneer u regionale <strong>anesthesie</strong> heeft gekregen door middel van een ruggenprik,kan het urineren de eerste keer na de operatie moeilijk zijn. Een enkele14


De verkoeverkamerkeer kunnen er na de operatie hoofdpijnklachten optreden. Deze hoofdpijnklachtentreden in het algemeen op als u gaat staan en verdwijnen weer bij hetgaan liggen. De klachten herstellen meestal vanzelf binnen enkele dagen.Echter, als de hoofdpijnklachten zeer heftig zijn of langer aanhouden, kunt u viade verpleegkundige contact opnemen met de afdeling Anesthesiologie.De behandelend anesthesioloog zal dan maatregelen treffen om uw pijn tebestrijden. Als u deze klachten krijgt wanneer u alweer thuis bent, kunt u opwerkdagen van 9.00 - 17.00 uur contact opnemen met de polikliniekAnesthesiologie op telefoonnummer: 070 - 312 44 56.Buiten deze uren kunt u met de dienstdoende anesthesioloog contact opnemenvia het centrale ziekenhuisnummer: 070 - 312 41 41.PijnAls de <strong>anesthesie</strong> is uitgewerkt, kan er pijn ontstaan in het operatiegebied. Deanesthesioloog zal daarom pijnstilling voorschrijven. De verpleegkundigen opde verkoeverkamer en in een later stadium op de verpleegafdeling controlerenof de pijnbehandeling effectief is. Dit gebeurt door middel van een pijnscoringsmethode.15


Het voordeel van goede pijnstillingGoede pijnstilling heeft veel voordelen. Als u minder pijn heeft na de operatie,kunt u beter slapen, eten en drinken. Ook uw hart en longen werken beter, ubent minder moe en u heeft meer energie. Dit helpt u sneller te herstellen.PijnmetingVeel mensen vinden het moeilijk om aan anderen te vertellen hoeveel pijn zehebben. Dat is begrijpelijk, een ander kan uw pijn niet voelen. Daarom wordthiervoor een pijnmeetlatje (pijnlineaal) gebruikt. Hierop kunt u zelf aangevenhoeveel pijn u heeft. De verpleegkundige zal u een paar keer per dag vragen ophet pijnmeetlatje aan te geven hoeveel pijn u heeft.Hoe gebruikt u dit pijnmeetlatje?Op het pijnmeetlatje staat een roodstreepje. Dat kunt u verschuiven.Helemaal links betekent: geen pijn;helemaal rechts betekent: de ergstmogelijke pijn. De verpleegkundige kan op de achterzijde van het pijnmeetlatjede pijnscore aflezen. Zo kan de verpleeg-kundige zien of u pijnmedicatie nodigheeft.PijnstillingU krijgt op vaste tijden paracetamol en meestal ook Diclofenac (Voltaren). Dit isde basis pijnmedicatie. Wij raden u aan deze medicijnen in te nemen, ook als uop dat moment niet veel pijn heeft. In veel gevallen wordt bij inname vanDiclofenac ook een middel gegeven om de maagwand te beschermen.De anesthesioloog kijkt of u daarnaast nog andere pijnstilling nodig heeft. Dat isdan meestal een injectie met morfine. Morfine is een sterke pijnstiller. Daar kuntu wat duizelig of misselijk van worden. U hoeft niet bang te zijn dat deze pijnstillersslecht zijn voor uw gezondheid, want u krijgt niet te veel pijnstillers.De verpleegkundige zal een uur nadat u de injectie gekregen heeft, opnieuwvragen hoeveel pijn u heeft. U geeft dat weer aan op het pijnmeetlatje.Wisseling in pijnAls u op meerdere plaatsen pijn heeft, moet u op het meetlatje aangeven welkepijn het ergst is. Dat is meestal de pijn die ontstaan is na de operatie. Als u alleen16


pijn heeft op bepaalde momenten, bijvoorbeeld bij het bewegen, diep ademhalen,hoesten of bij de verzorging kunt u dat aan de verpleegkundige vertellen.BelangrijkBij pijn hoeft u niet te wachten tot de verpleegkundige bij u aan bed komt voor depijnmeting. Als u pijn heeft, kunt u het beste meteen om pijnstilling vragen.Hoe langer u wacht, hoe moeilijker het is de pijn te bestrijden. Ook is het belangrijkdat u meldt of de pijnstilling goed of juist niet goed helpt. Dan kan zo nodigde dosering of het soort pijnstilling veranderd worden. Tenslotte is het belangrijkdat u eventuele allergieën duidelijk heeft vermeld bij het opnamegesprek.TERUG OP DE AFDELINGOp het moment dat u voldoende hersteld bent van de <strong>anesthesie</strong>, wordt uteruggebracht naar de verpleegafdeling. Als u na de operatie extra bewakingen/of behandeling nodig heeft, wordt u opgenomen op de Intensive Careafdeling. Hierover wordt u door de anesthesioloog of de specialist van tevorengeïnformeerd.Het is heel gewoon dat u zich nog een tijdlang niet fit voelt na de operatie.Dat ligt meestal niet aan de <strong>anesthesie</strong>: de verdoving is na een dag helemaaluitgewerkt. Maar een operatie is voor uw lichaam erg ingrijpend. U heeft dustijd nodig om ervan te herstellen.ComplicatiesDoor verbetering van de bewakingsapparatuur en het beschikbaar komen vanmoderne geneesmiddelen is <strong>anesthesie</strong> tegenwoordig bijzonder veilig.Ondanks alle voorzorgen en zorgvuldigheid zijn complicaties niet altijd tevoorkomen. De belangrijkste risico’s bij <strong>anesthesie</strong> zijn:• Overgevoeligheidsreacties op de toegediende medicijnen;• Beschadiging van het gebit bij het inbrengen van het beademingsbuisje;• Zenuwbeschadigingen door een ongelukkige houding tijdens de operatie,waardoor tintelingen en krachtverlies in een arm of been kunnen optreden.Ernstige complicaties komen gelukkig slechts zeer zelden voor. Deze zijn vrijwelaltijd te wijten aan een zeer zeldzame calamiteit of hangen samen met uwgezondheidstoestand van voor de operatie. Vraag uw anesthesioloog gerust ofde <strong>anesthesie</strong> voor u persoonlijk bijzondere risico’s met zich meebrengt.17


INFORMATIE VOOR PATIËNTEN DIE IN DAGBEHANDELINGGEOPEREERD WORDENEen dagopname houdt in dat u op één en dezelfde dag wordt opgenomen,geopereerd en weer naar huis gaat.Naast de eerder in deze <strong>brochure</strong> beschreven informatie, gelden voor u devolgende zaken:OntslagIn de loop van de dag wordt beoordeeld of u voldoende hersteld bent van deingreep. Nadat uw behandelend arts of de zaalarts bij u langs is geweest, wordtin overleg met de verpleegkundige bepaald hoe laat u kunt worden opgehaald.Met de verpleegkundige maakt u een afspraak voor de eerstvolgende controleop de polikliniek. Van de specialist krijgt u een brief mee voor de huisarts eneventueel een recept voor medicijnen.U mag niet vertrekken zonder begeleider, noch zelf aan het verkeerdeelnemen.Weer thuis• Na de operatie mag u de eerste 24 uur geen voertuigen besturen en ook nietfietsen. Dit betekent dat u vervoer moet regelen om van het ziekenhuis naarhuis te komen.• Wij adviseren u ervoor te zorgen dat er thuis de eerste 24 uur opvang aanwezigis.• Ook het werken met machines (boor-, zaagmachines etc.) is gedurende deeerste 24 uur niet toegestaan.• Wij raden u af om in die periode belangrijke beslissingen te nemen dan wel(zakelijke) transacties te doen.• U mag geen alcohol of drugs gebruiken gedurende de eerste 24 uur na deoperatie.Indien u de operatie met behulp van een ruggenprik heeft ondergaan en u nathuiskomst merkt dat u weer spierzwakte in de benen krijgt of dat gedeeltenvan de benen opnieuw gevoelloos worden, moet u direct contact opnemenmet de anesthesioloog.18


Dit kan door op werkdagen van 9.00 -17.00 uur de polikliniek Anesthesiologiete bellen op telefoonnummer: 070 - 312 44 56.Buiten deze uren kunt u met de dienstdoende anesthesioloog contact opnemenvia het centrale ziekenhuisnummer: 070 - 312 41 41.Als u met behulp van regionale <strong>anesthesie</strong> aan uw arm bent geopereerd, moetu de eerste dag extra voorzichtig zijn met die arm, omdat het gevoel soms nogniet helemaal is teruggekeerd. Draag uw arm bij voorkeur in een draagdoek.Voor eventuele pijn is het aan te bevelen om paracetamol tabletten of zetpillenin huis te hebben. De behandelend arts zal u vertellen hoeveel en hoe vaak udeze mag gebruiken.TOT SLOTAls u na de operatie of het onderzoek thuis problemen of vragen heeft die de<strong>anesthesie</strong> betreffen, waaronder ook de pijnbestrijding en het optreden enbestrijden van misselijkheid en braken, dan kunt u op werkdagen van 9.00 -17.00 uur contact opnemen met de polikliniek Anesthesiologie op telefoonnummer070 - 312 44 56.Wij hopen dat u na afloop tevreden bent over de behandeling door de artsenvan de afdeling Anesthesiologie. Als u suggesties heeft ter verbetering van dezorg die aan u werd besteed en/of de inhoud van deze <strong>brochure</strong>, dan vernemenwij dit graag van u.<strong>Bronovo</strong><strong>Bronovo</strong>laan 52597 AX Den HaagTel. 070 - 312 41 41www.bronovo.nl19


AFSPRAKEN VOOR DE DAG VAN DE OPERATIEWilt u de medicijnen die u gebruikt meenemen bij de opname.Op de dag van de operatie dient u alleen onderstaande medicatie in te nemen:_______________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________Alle overige medicatie neemt u niet in.U gebruikt als antistolling:Marcoumar (Fenprocoumon)Sintrom(itis) (Acenocoumarol)Ascalanders ………….……………U dient hiermee te stoppen ….. dagen voor de operatie.Tenzij uw specialist iets anders met u heeft afgesproken, dient u één week vóórde geplande operatie te stoppen met bloedverdunnende medicijnen zoalsMarcoumar (Fenprocoumon), Sintrom(itis) (Acenocoumarol), Ascal, Asprobruis,Aspirine, Diclofenac, Naprosyne, Brufen en Voltaren.20


AANTEKENINGEN21


22AANTEKENINGEN


VRAGENLIJST1) Is er een verandering opgetreden in uw gezondheid sinds uw bezoekaan de pre-operatieve polikliniek?Ja, namelijk: __________________________________________________Nee2) Is uw medicijngebruik veranderd sinds uw bezoek aan depre-operatieve polikliniek?Ja, namelijk: __________________________________________________Nee3) Bent u gestopt met bloedverdunnende medicijnen?(Sintrommitis/Acenocoumarol/Marcoumar/Fenprocoumon/Ascal/Persantin)?JaNeeNee, in overleg met de arts niet gestopt4) Heeft u de informatie in deze <strong>brochure</strong> gelezen?Ja Nee5) Is de informatie duidelijk geweest?Ja Nee6) Wat heeft u gemist?Wij verzoeken u vriendelijk deze vragenlijst in te vullen en bij opname af te geven aan de verpleegkundige.23


24Wij verzoeken u vriendelijk de vragenlijstaan de ommezijde in te vullenen bij opname af te gevenaan de verpleegkundige.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!