Bijlagen1. <strong>Eliëzer</strong> <strong>Kropveld</strong> en <strong>zijn</strong> traktaten voor het Traktaatgenootschap ‘Filippus’ 602. <strong>Eliëzer</strong> <strong>Kropveld</strong> en <strong>zijn</strong> overige geschriften voor het Traktaatgenootschap ‘Filippus’ 763. <strong>Eliëzer</strong> <strong>Kropveld</strong> en <strong>zijn</strong> geschriften voor de Commissie voor zendingonder Israël / het <strong>De</strong>putaatschap voor de zending onder de Joden 894. Voorbeeld van de beknoptheid van de kerkenraadnotulen vande Christelijk Afgescheiden gemeente in Schoonebeek. 945. Berichten rondom het beroepingswerk in kerkelijke periodieken 9560
BIJLAGE 1<strong>Eliëzer</strong> <strong>Kropveld</strong> en <strong>zijn</strong> traktaten voor het Traktaatgenootschap ‘Filippus’In deze bijlage beschrijf ik de traktaten die <strong>Kropveld</strong> schreef voor Traktaatgenootschap ‘Filippus’ enwel in chronologische volgorde.‘Het gebed van den vloeker, eene gruwelijke verwensching’ 191Dit traktaatje laat zich het best samenvatten als een ernstige waarschuwing tegen het vloeken en welin het bijzonder tegen het ‘God verdoeme mij!’. ‘O, mijn medereiziger naar de gewichtvolleeeuwigheid, sta, wat ik u bidden mag, toch een oogenblik stil, en overweeg met al den ernst, diendeze zaak vereischt, wat gij in dat drietal woorden al niet hebt gezegd!’.<strong>De</strong> vloekers beseffen niet wat zij doen als zij vloeken, namelijk het onheil over zichzelf afroepen.Verander het ‘>>God verdoeme mij enz. enz.’ liever in ’ >>O, God, red en zalig mij!’’ en overweeg hetten ernstigste, hoe lankmoedig de Heere zich ook jegens u heeft betoond’. <strong>De</strong> lezer moet nietvergeten, dat het bloed van Jezus Christus, de Zoon van God, reinigt van alle zonden.<strong>Kropveld</strong> wijst op al die goddelozen, die in de voorbije eeuwen vergeving ontvingen. ‘Manasse,Juda’s Koning, die <strong>zijn</strong> eerste regeeringsjaren in de gruwelijkste misdaden heeft doorgebracht;Paulus, die de Gemeente des Heeren heeft vervolgd en daarom den grootste der zondaren zichnoemt; Heidensche afgodendienaars en Joodsche Messiasverwerpers, deze allen en duizendenanderen hebben op belijdenis hunner zonden vergeving ontvangen; en hebben niet alleen de zondegelaten, maar <strong>zijn</strong> ook toonbeelden van genade geworden’.Na een aantal afschrikwekkende voorbeelden van vloekers, die door God onmiddellijk werdengestraft te hebben gegeven, besluit <strong>Kropveld</strong> met: ‘Toont de Heere nu en dan op onweerlegbare wijze,dat Hij niet onschuldig houdt dengene, die Zijn Naam ijdellijk gebruikt, laten wij dien Naam nooitanders op onze lippen nemen, dan met het diepst ontzag en met den heiligsten ernst; en laat het onzekeuze en bede <strong>zijn</strong>, om dien Naam te leeren kennen, te beminnen en te aanbidden.Misbruik geenzins den Naam des Heeren,Zweert nimmer eenen valschen eed!Want hun die Zijnen Naam onteeren,Is <strong>zijn</strong> getergde wraak gereed! 192Leest dit en laat het anderen lezen’.“God laat zich niet bespotten!”, of: Het schildersfeest te München 193Dit traktaatje kan als een voortzetting van ‘Het gebed van den vloeker’ worden gezien. Het gaat hierechter niet zozeer over het onteren van Gods naam, maar om het misbruiken van het Woord desHeren.<strong>Kropveld</strong> beschrijft een feest dat de schildersacademie op 19 februari 1881 gaf te München, waarmensen die ‘tot de fijnste en meest beschaafde klasse der menschheid behoorden’ ‘het heilig Woordvan God op de schandelijkste wijze durfden misbruiken en zelfs met den dood op het lichtzinnigstespotten’. Ook deze spotters worden de lezer tot vreselijk voorbeeld voorgehouden. Negenfeestgangers kwamen om bij de brand die de feestzaal trof, terwijl vele anderen ernstige brandwondenhadden opgelopen. Hoe anders is het de martelaren vergaan! ‘Zij werden verbrand in het vollebewust<strong>zijn</strong>, dat God hun ter zijde stond, dat hun assche door God werd bewaard en, zoodra denlaatsten adem was uitgeblazen, hunne ziele in zalige gewesten zou worden overgebracht’. InMünchen was daarvan in de verste verte geen sprake.Het traktaatje eindigt met een krachtige oproep om nooit lichtzinnig over het Woord des Heren tespreken en zich niet op plaatsen te begeven waar de zonde openlijk wordt gediend. ‘Want de Heerekent den weg der oprechten, maar de weg der goddeloozen zal vergaan!’Uit de komedie naar de eeuwigheid 194Ook in dit traktaatje gebruikt <strong>Kropveld</strong> een aantal voorbeelden van verschrikkelijke gebeurtenissen omde lezers af te houden van wereldse vermakelijkheden. Zo wijst hij op schouwburgbranden in191Breukelen 1881 – Traktaat nr. 7.192Couplet 4 van ‘<strong>De</strong> tien geboden des Heren’, Enige gezangen, gezang 1.193Breukelen 1881 – Traktaat nr. 8.194Breukelen 1887 – Traktaat nr. 83.61
- Page 1 and 2:
Leven en werkvanEliëzer Kropveld18
- Page 3 and 4:
Woord voorafMet deze scriptie komt
- Page 5 and 6:
Hoofdstuk IEliëzer Kropveld: zijn
- Page 7 and 8:
etrekking kreeg bij de familie Denn
- Page 9 and 10: Tussen 1855 en 1860 kwam Eliëzer v
- Page 11 and 12: dwaasheid, opdat hij in zijn ogen n
- Page 13 and 14: Eliëzer liet zich niet voor de der
- Page 15 and 16: De doopdienst werd druk bezocht. Ds
- Page 17 and 18: Friese Bergum in het huwelijk met G
- Page 19 and 20: ‘Ds. Kropveld was een bezield en
- Page 21 and 22: oeken en wetenschappelijke werken
- Page 23 and 24: ubriek benoemd’. 106 Deze benoemi
- Page 25 and 26: Vanaf eind 1906 komt het steeds vak
- Page 27 and 28: is. Professor Noordtzij is het daar
- Page 29 and 30: Hoofdstuk IIIKropveld en de zending
- Page 31 and 32: Doen wij maar steeds, hetgeen de He
- Page 33 and 34: In een bericht van de commissie, ge
- Page 36 and 37: teleurstellende ervaring voor hem g
- Page 38 and 39: de Joden is aangesteld. Smit doet z
- Page 40 and 41: Israël en de kerkdienstIn De Bazui
- Page 42 and 43: Och dat Israël geloofde,Dat Hij re
- Page 44 and 45: Terugkeer van de Joden naar Israël
- Page 46 and 47: Hoofdstuk IVKropvelds theologische
- Page 48 and 49: antiquiteit, maar het levende Woord
- Page 50 and 51: plaats als Christus wederkomt. Uit
- Page 52 and 53: Protestantse Kerk in Nederland (200
- Page 54 and 55: overgave, en om alle verantwoording
- Page 56 and 57: Palestina zal terugkeren en er zelf
- Page 58 and 59: Molochsdienst, Breukelen 1902, nr.
- Page 62 and 63: Duitsland, Rusland, Engeland en Ame
- Page 64 and 65: orst van zoo menig jongeling en jon
- Page 66 and 67: komen, want bij Hem wordt de ware r
- Page 68 and 69: ongelukkige gevangene, of krankzinn
- Page 70 and 71: weer hebben ingevoerd?’ Kropveld
- Page 72 and 73: niet aan, anderen vonden in dit woo
- Page 74 and 75: wij op onze braafheid niet kunnen s
- Page 76 and 77: ‘antichristelijke ongeloofsbegins
- Page 78 and 79: Hoe het Doekele ging op het feest v
- Page 80 and 81: egraven vandaag onzen Herder en Lee
- Page 82 and 83: De bijbel vermaant ons in allerlei
- Page 84 and 85: Kropveld ziet in zijn tijd veel ‘
- Page 86 and 87: Iets uit de Geschiedenis van den Bi
- Page 88 and 89: maar zijn vrouw hield het op de woo
- Page 90 and 91: BIJLAGE 3Eliëzer Kropveld en zijn
- Page 92 and 93: maar dat het er hem om te doen is,
- Page 94 and 95: zone Abrahams onder de aandacht bre
- Page 96 and 97: BIJLAGE 5Berichten rondom het beroe
- Page 98 and 99: XL no. 44 (28 oktober 1892):Driesum
- Page 100 and 101: LVI no. 6 (7 februari 1908):Zondag,
- Page 102 and 103: R.B. Evenhuis, Ook dat was Amsterda
- Page 104 and 105: B. Wentsel, De Heilige Geest, de ke