Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
<strong>79</strong>maart 2005VERENIGINGSBLAD VAN ‘DE DETECTOR AMATEUR’<strong><strong>De</strong>tector</strong>magazineIN DIT NUMMER:- Paardentuig- <strong>De</strong> slang van Slappeterp- Varia
Inhoud<strong>79</strong>M A A R T 2 0 0 5BestuursledenVoorzitterRoy HuttersKerkstraat 52-18194 LX VeessenTel. (057) 86 31 125wcr.hutters@detectoramateur.nlExterne betrekkingen/archeologieWouter van den BrandhofDorpsstraat 26672 LC HemmenTel. 06 48 812 352w.vd.brandhof@detectoramateur.nlEindredactie magazineMart HoffmannVan Beresteynstraat 852614 EB <strong>De</strong>lftTel. (015) 21 36 298m.hoffmann@detectoramateur.nl<strong>De</strong>terminatie/redactieJohan KoningRoodborststraat 208916 AG LeeuwardenTel. (058) 21 65 573j.koning@detectoramateur.nlPaardentuigPAGINA 35• Van het bestuur 5• Vondst van het Jaar 7• Vondstberichten 13• Varia 14• Bronzen gewicht uit Scandinavië 20• Raad de foto 22• <strong>De</strong> noordelijke Rijnarm 26• Interview met D.J. Laan 29• Pelgrimsinsigne ’s-Gravensande 33• Paardentuig 35• Vraagbaak 42Penningmeester/secretariaatNatasja VerburghBanckertstraat 43814 SZ AmersfoortTel. (033) 45 63 739n.d.verburgh@detectoramateur.nlAlgemeen/externe betrekkingen(onder voorbehoud, in afwachting vangoedkeuring jaarvergadering)Martin de WitteKapelweg 573818 BE AmersfoortTel. 06 26 694 987m.de.witte@detectoramateur.nlInternet:www.detectoramateur.nlVan het BestuurBeste ledenUiteraard wensen wij u als bestuur nog eengezond en vondstenvol 2005 toe. Een nieuw jaareen nieuw bestuur, een bestuur met vragen enideeën. Maar daar hebben we jullie bij nodig. Wezijn dan ook van plan om een enquête te lateninvullen door de leden zodat we weten wat julliewillen. En we zullen er dan ook wat mee doen.<strong>De</strong> voorbereiding voor deze actie is in volle gang, en in éénvan de volgende magazines zullen jullie deze enquête danook aantreffen. Ik ga er dan ook vanuit dat de brievenbusoverloopt. Zo kunnen we kijken wat er onder onze ledenleeft. Samen kunnen we deze vereniging staande houden,maar dat vraagt van ons allen een beetje inzet.Tevens is er besloten dat we in september/oktober eenzoekdag of -weekend zullen gaan houden. “Waarom nieteerder?”, vraagt u zich misschien af. Helaas kon dit niet,voor een actie in het voorjaar zijn we te laat en met de wisselingvan het bestuur wilden we eerst alles op een rijtje hebbenvoordat we tot actie overgingen. Meer hierover in devolgende magazines.Tot slot, nog één van de vaker gedane opmerkingen. Latenwe de landeigenaren te vriend houden. Vraag of je het landmag betreden, en gooi de gaten dicht. Er zijn altijd nogmensen die denken: “Het is mijn land niet, ik kom hier tochnooit weer.” Nee, maar de volgende zoeker kan het vergeten,en als we de hobby levend willen houden, zullen we ons metzijn allen aan de regels moeten houden.Meld het bij ons als je iemand aantreft die er een zooitje vanmaakt. Is hij lid, dan wordt hij er zeker op aangesproken. Kijknaar de landen om ons heen, als we niet dezelfde kant opwillen, dan zullen we er met zijn allen iets aan moeten doen.Met vriendelijke groet,Roy Hutters,voorzitterJohn Dijkema afgetreden als bestuurslidJohn Dijkema heeft te kennen gegeven dat hij een anderebaan gekregen heeft. Dit geeft zoveel veranderingen in zijnprivéleven dat hij de combinatie met bestuurslid niet langerkan maken. Dit betreurt ons natuurlijk, het is voor hemechter een nieuwe uitdaging en we wensen hem dan ook veelsucces in zijn nieuwe job.Dit houdt echter in dat er ook weer een vacature vacant is.We zullen dan ook weer een beroep moeten doen op u allen.We hopen dat we één dezer dagen een nieuwe aanmeldingmogen verwelkomen.5
6LidmaatschapVan de redactieNummer <strong>79</strong> van het detectormagazine is een feit. Zoals uhebt gemerkt is de omslag vernieuwd. Gelukkig gaat dat nietop voor het blad zelf. Daarin staan buiten de vaste rubrieken,zoals Raad de foto en de Vraagbaak en andere interessanteartikelen. We hebben een fraai artikel over een slangenfibulauit het hoge noorden, en een groot artikel over paardentuigin de Romeinse tijd. Een interview van Klaas Bot en JohanBosma met Dirk Jan Laan, een detectordealer uit Hippolytushoefdie dit jaar zijn 25 jarig jubileum als dealer viert. Ookzijn er twee pagina’s met Varia. Een boekrecensie van LeonMijderwijk waarin één van de archeologen van Time Teamschrijft over archeologie. Van de heer van Beuningen hebbeneen verhaal over een Maria-insigne uit ’s-Gravenzandeontvangen. Zoals ieder jaar hebben we de rubriek ‘Vondstvan het Jaar’ en ditmaal staan er 6 inzendingen in het bladover een aantal pagina’s. Uiteraard vind u dit keer ook weerde kaart bij uw blad om mee te kunnen doen om de winnaarte bepalen. En mocht u in de afgelopen periode nog leukevondsten hebben gedaan met een leuk verhaal erbij, en diewilt u met anderen delen, twijfel dan niet en laat het onsweten. Hebt u misschien in de dagen dat u niet kon zoekenuw verzameling weer eens nagekeken en nog bijzonderedingen teruggevonden die leuk voor het blad kunnen zijn….?Doe eens gek en schrijf er eens een artikeltje erover, leukvoor u, maar zeker ook voor anderen.Het lidmaatschap van deze vereniging loopt altijd per kalenderjaar en wordtzonder opzegging altijd stilzwijgend verlengd met een jaar. <strong>De</strong>genen die inde loop van het jaar toetreden, ontvangen alle reeds eerder verschenen nummersvan het lopende jaar. Opzegging dient uiterlijk op 1 november schriftelijk binnente zijn. <strong>De</strong> contributie bedraagt € 26,—. Prijs steunleden € 8,— enbuitenlandse leden € 33,—.Postbank 1675000 t.n.v. <strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>, LeeuwardenBelangrijke adressenVeel brieven, vragen enz. komennogal eens bij de verkeerde personenvan de vereniging terecht. Vandaardat we de adressen weer eens op eenrijtje zetten. Wilt u zoveel mogelijkschrijven/mailen in plaats vanbellen?!!ActiviteitencommissieVoor vragen, suggesties enz. overzoekdagen, determinatiedagenkunt u terecht bij: G. Lukassen,Meerpaal 218, 9732 AM Groningen,Tel. (050) 5413396.zoekdag@detectoramateur.nlKopij magazineOpgave uitsluitend schriftelijk aan:C.B. Leenheer, Hanebalken 153,9205 CL Drachten.Fax (0512) 545117.redactie@detectoramateur.nl<strong>De</strong>terminatie/vraagbaakVoor determinatie van door ugevonden voorwerpen dient u eenfoto of duidelijke zwart-wittekening op te sturen naar:Johan KoningRoodborststraat 208916 AGLeeuwardenvraagbaak@detectoramateur.nlLedenadministratieOpgave van leden, adreswijzigingen,vragen over de contributie:Natasja VerburghBanckertstraat 43814 SZ Amersfoortadministratie@detectoramateur.nlMart Hoffmann, redactieC olofonZoekdag september/oktoberHelaas was het niet mogelijk om in het voorjaar een zoekdagte organiseren. <strong>De</strong> activiteitencommissie is nu bezig met hetorganiseren van een zoekdag in september/oktober.<strong>De</strong>ze zoekdag zal plaats vinden in het zuiden van het land.Bestuur/activiteitencommissieHuishoudelijk reglement■ Vraag altijd toestemming tot zoeken aan delandeigenaar of beheerder van de grond.■ Legitimeer je met je lidmaatschapskaart(ledenpas).■ Wees voor onze vereniging ‘de <strong><strong>De</strong>tector</strong><strong>Amateur</strong>’ een detectorambassadeur.■ Laat munitie liggen; indien nodig de plaatsmarkeren en de politie waarschuwen.■ Zoek nooit op archeologische terreinen,tenzij je toestemming hebt verkregen vande bevoegde instanties om mee te helpenbij een archeologische opgraving.■ Neem zoveel mogelijk het metalen afval,zoals lood en koper mee. <strong>De</strong>nk om hetmilieu.■ Maak alle gaten weer netjes dicht en welzo, dat er geen schade zichtbaar is(bijvoorbeeld aan een eventuele grasmat).■ Vondsten, waarvan men redelijkerwijs kanaannemen of vermoeden dat deze vanwetenschappelijke cultuurhistorischewaarde zijn, moeten binnen drie dagengemeld worden bij de burgemeester van deplaats waartoe het gebied behoort.■ Bovengenoemde vondsten moeten eveneensworden aangemeld bij de desbetreffendearcheologische instanties, zoals deprovinciaal archeologen en het KPK.■ Het ’s nachts zoeken zonder toestemmingvan de landeigenaar is verboden. Iemanddie ’s nachts zoekt is verdacht bezig.<strong><strong>De</strong>tector</strong> magazine is het verenigingsblad van‘<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>’ en verschijnt 6 keer per jaar.Sluitingsdatum kopij en advertenties: 1 april 2005RedactieC.B. Leenheer (hoofdredacteur),M. Hoffmann, (eindredacteur)J. Koning, N. Leenheer, W. van den Brandhof, K. Bot,Adviseurs en medewerkers redactie:J. Zijlstra, H.J.E. van Beuningen, M.A. HoltmanRedactieadres<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>, Hanebalken 153,9205 CL Drachten, Fax (0512) 54 51 17,e-mail: redactie@detectoramateur.nlAdvertentiesTarieven op aanvraag bij de redactie. Het bestuurbehoudt zich het recht voor advertenties zonderopgave van redenen te weigeren.Vormgeving en layoutGrafisch buro Creatype, DrachtenDruk:<strong>De</strong> Marne, LeensISSN: 1386-5935© Copyright: Niets uit deze uitgave magworden verveelvuldigd en/of openbaar gemaaktdoor middel van druk, fotografie, microfilm,internet of op welke wijze dan ook, zondervoorafgaande, schriftelijke toestemming van deredactie.
8 VONDST VAN HET JAARToch maar eensheenlopen, oppakkenen na enkele kerenom en om gedraaidte hebben, zei iktegen een voorbijlopendezoeker “Volgensmij heb ik eenvuistbijl gevonden”. Zo’n20 meter verderop stond iemand van de organisatie, “Heb jijeen vuistbijl gevonden?!”, riep hij. Hem scheelde niets aan hetgehoor want zo hard had ik niet gesproken dat het over 20meter hoorbaar had moeten zijn. Na een tijdje gezamenlijk devondst te hebben bestudeerd kwamen we tot de conclusie dathet gewoon een vreemde steen moest zijn, maar in mijn achtermijde munt deskundig schoongemaakt.Het blijkt om een zilveren driestedenmuntuit 1578 te gaan.<strong>De</strong> wapenschilden zijn van <strong>De</strong>venter,Kampen en Zwolle. Na wat boeken tehebben nagesnuffeld denk ik dat hetom een Adelaarsrijksdaalder gaat, dieuiterst zeldzaam schijnen te zijn.Als iemand mij meer kanvertellen over deze munt,dan hoor ik dat graag.Ik wil best toegeven eenbeetje trots te zijn op zo'nvondst, en wil met dezevondst meedingen naar devondst van het jaar. Alvastbedankt voor jullie moeite entoelichting.Rienk van der Sluis,ZwolleNaschrift redactie(Arie van Herwijnen): <strong>De</strong> munt is een normale uitvoering, kijkmaar in het Jaaroverzicht Munten en Penningen 1988, het blauweboek. Het wapen van Zwolle wordt vrijwel altijd met arcering ofstipjes afgebeeld. <strong>De</strong> naam van de munt is gewoon Rijksdaalder, ikkan het jaartal onder de wapentjes niet lezen op de scan, maar als devinder het zegt zal het 1578 zijn. Literatuur: Verkade 146.1Een gewone steenof…..?Dit keer een verhaal van een zoeker (onderhand alweer 26jaar) die niet gaat vertellen met wat voor detector hij zoekten hoe goed deze wel niet is. Nee, dit verhaal gaat overeen steen die heel wat opschudding veroorzaakte!(<strong>De</strong> detector speelde hierbij wel een kleine rol, maargeen hoofdrol).Het was 30 oktober2004, de zoekdagin Ootmarsum.Samen met mijnzoon Rick vroeg open er heen, het konhem niet snelgenoeg gaan wanthet is een fanatiekkereltje! Na demorgen watrondgekekente hebben en net in een interessant gesprek met wat anderezoekers komt Rick bij me, de tweede ronde begon. Ik zei tegen’m, ga jij dit keer maar alleen, ik blijf hier. Na wat overtuigendeargumenten, dat het zonder mij op het veld niet leuk was en datik mee moest en dat hij samen met mij wilde zoeken naar demuntjes en dat twee meer kans hadden om ze te vinden danéén, zei ik “Vooruit, haal mijn detector dan ook maar uit deauto”.En zoals verwacht, de starthoorn had nog maar net geklonkenof Junior was met de noorderzon vertrokken om - fanatiek als ieis - zoveel mogelijk muntjes te vinden! (Ik zag hem pas terugnadat het eindsignaal had geklonken). Zoals gezegd iedereenwas uit de startblokken en terwijl ik dit eens rustig aanschouwde(m’n detector stond nog uit) en bedacht dat ik dan maar eenrichting op zou gaan die in eerste instantie door de meestenwerd overgeslagen. Zo gedacht zo gedaan, en zo’n anderhalfuur, drie gesprekken met zoekers en een afstand afgelegd tehebben van zo’n 100 meter later, bedacht ik me dat het eens tijdwas om er één te gaan roken. (Voorniet-rokers, begin er niet aan!)Terwijl ik daar in het veld dusmijn shagje stond tedraaien viel mijn oogplotseling op een merkwaardigesteen rechtsvan mij, zo’n 8 meterverderop.
hoofd ging het mij bekende alarm af; toch maar meenemen dierare steen, mijn motto is trouwens bij twijfel meenemen weggooienkan altijd nog! En ergens kwam de vorm van de steenme toch bekend voor.VONDST VAN HET JAAR<strong>De</strong> aanhouderwint9Terug in de Molenberg waar we die dag te gast waren de steenonder de kraan schoon gemaakt, en toen voor de neus van deheer Kramer neergelegd (directeur van het Fries Museum).Voordat ik ook maar iets kon vragen riep hij verrukt uit: “Eenvuistbijl van helleflint”. En toen riep hij Kees: “Kees waar benje…. kom gauw”. En zich tot mij richtend: “Mag ik ’m hier eveneen tijdje houden?” Met nog steeds dat vuur in de ogen vanverrukking. (Later dacht ik: ja, dat vuur heb je zelf ook als je ietsvind uit de tijd die je bezighoudt). Maar op dat moment zei ikheel nuchter, “Natuurlijk ik kom straks wel even weer”, nietbeseffend wat ik nu eigenlijk gevonden had en mezelf afvragendwaarom iemand zo blij met een steen kon zijn.Later begreep ik natuurlijk hoe bijzonder mijn vondst was ennog steeds is! Maar wat ik nog niet wist was dat de grootstegekte nog moest beginnen (in de goede zin van het woord).Na drie weken, toen de resultaten van het onderzoek bekendgemaakt werden en ik mijn nu officiële Neanderthaler-vuistbijlvan helleflint van 40.000 tot 90.000 jaar (dit was de derdegevonden in Nederland) terug had, ging de telefoon drie wekenlang. Journalisten die je het hemd van het lijf vroegen,mensen van wie mij nog steeds niet helemaal duidelijk iswie zij nu precies waren maar die een grote interessein mijn steen hadden. Musea die even lieten weten datze zeer geïnteresseerd zijn, twee keer op tv-oost, tweekeer op radio-oost, talloze foto’s voor in de krant(zover ik heb kunnen nagaan negen kranten), e-mailsvan Jan en alleman, echt een gekkenhuis dat was het!Op dit moment ligt de vuistbijl in museum Natura-Docetin <strong>De</strong>nekamp en is daar in ieder geval tot 1 juli 2005 te zien,wat ik er daarna mee ga doen is nog niet duidelijk maar met detijd komt raad! Hier in het hoge noorden is de rust weergekeerd,en kan ik weer rustig alleen of met mijn zoon de akkersafstrunen wat me toch het beste bevalt (die rust).Of ik nog eens een steen op zal pakken? Ik weet het niet, dit eenkeer mee te maken was in ieder geval een fantastisch leukeervaring en een leerzame op vele vlakken! Oh ja, intussen benik er achter waarom de steen me op een of andere manier tochbekend voorkwam, 16 jaar geleden had ik de twee anderehelleflint vuistbijlen in het Asser museum gezien. Tja ….., wel,misschien schrijf ik nog eens een stukje over een van mijnandere bijzondere vondsten, wie weet. Maar vooreerst de groetjesvan, de zoeker ut grunnen!Marcel JulsingP.S.: Ik wilde dan ook maar meteen meedoen met de vondstvan het jaar.In 2004 werd er een groot weiland van zo’n twee hectareontdaan van de bovenste laag. <strong>De</strong> bovenste laag werd eerst ophopen gegooid, omdat deze grond niet geschikt is voor debaksteenindustrie. <strong>De</strong> rest werd later afgegraven tot op hetzand, en vervoerd naar de steenoven. In die tussentijd kon erdus flink gezocht worden. <strong>De</strong> verwachtingen van dit terreinwaren zeer hoog, dus was ik er als de kippen bij. Eerst toestemminggevraagd aan de opzichter, en er kon begonnen worden.Het bleek al gauw dat het terrein niet was wat ik gedacht had,op wat granaatkoppen na was het muisstil in de koptelefoon.Inmiddels waren er al een paar bekenden van mij ook aan hetzoeken, maar ook bij hen bleef het stil. <strong>De</strong>ze jongens haddenhet de eerste dag al gezien, en kwamen niet meer terug. Welontdekte ik een oude veldoven, met nog eeuwenoude stenen eromheen, verder was en bleef het stil. Na er zo’n drie weken elkedag even gezocht te hebben, en zegge en schrijven één lodenkogel (Ø 4,5 cm), gevonden te hebben, vond ik het ook welletjes.<strong>De</strong> loden kogel (links) lag op een oeverwal op een diepte vanongeveer 1.5 m. onder het maaiveld. Maanden later zag ik dat zenaast het weiland een nieuwe sloot hadden gegraven, normaalwas ik daar meteen gaan zoeken, maar omdat hethele terrein zwaar was tegengevallen ben ikgewoon doorgereden.Op een mooie dag laadde ik de detector inom een plekje te vinden om te gaan zoeken,en na een poosje rond gereden te hebbenkwam ik weer langs de nieuw gegraven sloot,en besloot om er toch maar eens doorheen telopen. Iedereen heeft blijkbaar gedacht dat erniets zou liggen, want er was nog geenvoetstap in te bekennen. Nou toch maar beginnendan, de detector zo afgesteld, dat ik hetkleinste stukje ijzer nog zou pakken, als erwat zou liggen.Na een klein kwartiertje het eerste piepje,en na een schep grond uit de bodemgehaald te hebben was verdorie hetgeluidje weg, en kon ik het niet terugvinden.Toch maar even anders doen dan, endoor telkens een klein beetje grond op deschotel te gooien, vond ik dan eindelijkmijn eerste vondst daar.Een holpenning (rechts) van vermoedelijkongeveer 1300. Dat was dus tochwel aardig en - gek is dat - je krijgtmeteen weer frisse moed. Ongeveer 25meter verder weer een piep in de bodemvan de sloot, deze was wat luidruchtiger, engaf ijzer aan. Uitgraven dus, (de grond in de sloot was nogalijzerhoudend, en op zo’n oerbank wil de White’s ook nog weleens piepen) maar deze keer was het bingo.>>
10 VONDST VAN HET JAAREen oude dolk (links) kwam te voorschijn, een klotendolk,of netjes gezegd: een nierdolk. Er zat eenhardhouten heft aan, dat wel zwaar beschadigd was.Een mooie vondst dus. ’s Avonds op de werkavond vande Historische Kring de dolk laten zien en meegegevenaan Cor Neijenhuis, de sectieleider van de Kring, enmanusje van alles. Cor heeft de dolk gerestaureerd,waarna we hem meegenomen hebben naar de schervenavondvan de AWN om hem daar ook te laten zien.(Staat op de site van de AWN Nijmegen). Ook de dolkis van ongeveer 1300.Het weekend hierop volgend, met drie man van deKring weer gaan zoeken in de sloot, met als resultaat nulkomma nul. Alleen nog een oude veldoven gevondenmet een enkele kloostermop.Een hele tijd hierna, (er waren weinig zoekplekken) benik toch nog een keer door de sloot gelopen, met als resultaatéén piepje, maar wat voor één. Een prachtig pelgrimsinsigne(onder) kwam naar boven, die vind je ook nietiedere dag. Dus voor mij kon de dag niet meer stuk.En wat doe je dan, eerst H. Van Beuningen maar eensmailen. Na een paar dagen een mailtje terug met de mededelingdat het een insigne van Josse was, een onbekendtype. En of het mogelijk was om langs te komen om hetinsigne te fotograferen bij daglicht. Van Beuningen doet dathet liefste zelf. Nou, dat is altijd leuk en je kunt er altijd ietsvan leren.Dus op een mooie zonnige dag samen met Theo Gerritsenvan de Historische Kring Huissen naar de heer H. VanBeuningen in Cothen geweest, meteen ook maar twee insignesmeegenomen van de Kring om te determineren. Geweldiggastvrij ontvangen, en na het fotograferen,onder het genot van een bakje koffie noglekker een poosje gebabbeld over ditjes endatjes, en over onze mooie hobby. <strong>De</strong> drieinsignes die we bij ons hadden warenalle onbekende types, dat is voor ons dusleuk, maar ook voor dhr. Van Beuningen.<strong>De</strong> volledige determinaties krijgenwe nog van dhr. Van Beuningen.Met deze vondst van de dolk en hetinsigne wil ik weer eens mee doenmet de vondst van het jaar.Groetjes,Ton van BonHa zoekerzzz,Ten eerste wil ik iedereen bedanken die op mij gestemd heeftmet de vondst van het jaar 2003, waardoor ik de 1e prijs hadgewonnen met mijn kokerbijl: superrrrr bedankt.2004 is voor mij een supergoed jaar geweest:Ik heb dit jaar maar liefst acht Romeinen gevonden, allemaal opplekken waar ik ze niet had verwacht, er zat een zilveren denariusvan Trajanus bij, welke superr mooi is en waar ik nog steedstrots op ben. Dit jaar heb ik m’n eerste fibel gevonden, het iseen gewone fibula, in niet echt goede staat maar het is wel mijneerste fibel en die blijft altijd bijzonder. Dit jaar heb ik ook veelzilveren munten gevonden: zilveren gulden Willem II 1847,zilveren dukaat 1780, een schelling uit 1623, en natuurlijk ookeen aantal zilveren dubbeltjes en kwartjes. Ook heb ik dit jaarmijn eerste goud gevonden, een gouden trouwring uit 1967, dieik bij de oorspronkelijke eigenaar probeer te bezorgen. Maarook heb ik dit jaar met onze hobby in ons plaatselijk krantjegestaan, waar ik veel zeer leuke reacties op heb gehad op school.Maar twee vondsten sprongen er bij mij toch echt uit, mijn tweebeste vondsten van het jaar 2004.Vondst 1, 14-02-’04.Het was nog best wel frisjes maar heerlijk zoekweer. Ik ging diedag maar eens een keertje terug naar één van mijn oude vertrouwdeakkertjes. Op dit akkertje had ik nog geen spectaculairedingen gevonden maar toch wel een redelijk aantal munten eneen groot mooi spinlood. Het is maar een klein akkertje dus dekans dat er veel ligt is ook niet zo erg groot. Na een half uurtjehad ik drie munten en had ik het grootste gedeelte van de akkergehad. Ik dacht, ik loop nog maar even langs de rand en daarnafiets ik maar ergens anders naartoe.Toen ik bij de rand van het veld was kreeg ik al snel een piep,een lang stuk aluminium buis. Na een halve minuut “PIEP!”;een knal van een piep. Na één keer spitten lag het al op m’nschep: “Hmm, het bovenste gedeelte van een blikje”. Nadat ikhet gat had dichtgemaakt pakte ik het voorwerp van m’n schep“Hè ik zie geen gat voor het treklipje, hmm dan zal het wel zo’noverdreven grote koeienmedaille zijn” snel schoonmaken.Nadat ik het had schoongemaakt in en slootje dat naast het veldlag: “ Hè, er staat een leeuw op, EEN LEEUWENDAALDER UIT1576!!! ” Ik herkende hem meteen.
VONDST VAN HET JAAR11Na van de schok te zijn bekomen, ik wist helemaal niet dat erzulke grote munten bestonden, heb ik maar even naar huisgebeld “Pa, ik heb een gigantische zilveren munt gevonden hijheeft wel een diameter van meer dan 4 cm”, “Kom maar snelnaar huis”. Toen ik binnen een recordtijd thuis was heb ik hemlaten zien. Mijn ouders schrokken zich helemaal lam. Maar nukwam het moeilijke werk, nu moest ie nog schoon, er zat eenzwart met bruine koek op. Eerst maar in de citroensap metzilverdip, na een dag was de aanslag er al af, er zaten alleen nogstukjes bruine smurrie op welke ik met een kroontjespen erzonder schade af kon halen. Om een lang verhaal kort te makenhij is nu keimooi geworden, hij is in zeer goede staat. Het ismijn mooiste en grootste munt, hij heeft een diameter van 42mm! Een sieraad in m’n vitrine.Vondst 2, 11-09-’04.Na te hebben gewerkt bij m’n tante fietste ik via een omweggetjenaar huis om te kijken of de mais er al ergens af was. Na tienminuutjes fietsen zag ik één van m’n favo-akkers, en de maïswas er af, yes!! Snel even een boterham naar binnnengewerktthuis en meteen naar het veld, het akkerseizoen kon beginnen!!Op dit veldje had ik al veel leuke dingen gevonden, waarondereen groot aantal bronzen en koperen muntjes en één zilverenduppie. Eerst zocht ik aan de linkerkant van het veld, maar ikweek toch na 10 minuutjes af naar de rechterkant omdat ik daarvorig jaar bijna niet gezocht had. Ik zette vijf stappen op derechterkant van het veld en kreeg een piepje. Na een paar keerspaaien was ie uit het gat, en al snel had ik het in m’n handen.In eerste instantie had ikniet door wat het was, “eenhedendaags speldje?”,maar na een een paarseconden begon hetkwartje toch wel te vallen:“EEN SCHIJFFIBULA”. Ikkon het niet geloven, dekleuren van het emaille warennog zo mooi, dat kon toch niet meer dan duizend jaar oud zijn!!Maar het stond voor mij vast, dit is een fibel. Na een paar uur tehebben gezocht, ging ik maar naar huis toe, ik had toch nog watmuntjes gevonden, maar verder niks speciaals. <strong>De</strong> volgende dagkwamen Jelle en Lies van het Fryske Walden forum langs, wezouden samen gaan zoeken, en Jelle bevestigde mijn gedachtedat het een fibula was.Het is een schijffibula, ook wel “kussenfibula” genoemd, omdatie zo’n vorm heeft. Hij dateert uit de Karolingische periode. <strong>De</strong>fibula is ingelegd met groen en rode emaille, welke er nogallemaal inzit, maar de naald is er (zoals gewoonlijk) af, het iszeldzaam dat al het emaille er nog inzit. Ik heb hem nog nietaangemeld bij Nico Arts maar hij is wel op de hoogte van defibula. Ik wil dus met de vondst van het jaar 2004 meedoen metm’n Leeuwendaalder en de schijffibula. Hopelijk wordt 2005ook weer een goed jaar voor iedereen.GroetjesZoekze, RafaëlZegelstempelHallo, wij zijn twee halfbroers en zijn helemaal verzotop het zoeken met onze metaaldetectors. Mijn naam isJan Faber en ik ben sinds kort lid van jullie geweldigevereniging. Het begon allemaal 15 jaar terug. Toenik nog mijn Toltec 110 had. Ik heb hem toenweggedaan vanwege een andere hobby. Totdatmijn halfbroer mij weer wakker schuddemet zijn Tandy pieper.Hij heeft allang een beteremetaaldetector. Ik heb hem toenverteld over mijn vroegere vondsten.Sinds kort (augustus) zijn wij weer metzijn tweeën erop uit getrokken. Mijn halfbroerhad een boekje van Gert Gesink,Succesvol Schatzoeken uit de jaren’80. We zijn toen op een akkerwezen zoeken die wel interessantleek. Na en paar maanden zoekenwaren we 150 duiten rijker, velein slechte staat. Tot we zochten opeen akker in Gaasterland en er eenzegelstempel vonden met een soortrode marmeren steen met en leeuwerin. Het handvat is een beetje bronskleurigmet volgens mij koper.Daarna vonden we een schelling van Kampenmet klop. Helaas wist ik niet wat dit voormateriaal was, want het was krom. Bennievond ook daar een zilveren muntje van 18 mm.groot. Ik denk zelf dat het een stadsmuntje is.Het jaartal staat er niet op en het heeft slijtsporenen schrammen. Wij dateren hem op 1500ongeveer. Er staat een ridder (?) op met in zijnrechterhand een speer en in zijn linkerhandeen schild of iets dergelijks. Op de andere kanteen U-vormig gebouw wat ons een soortstadspoort lijkt. Graag horen wij van jullie watvoor muntje dit is en willen graag mee doen aande vondst van het jaar 2004.Met vriendelijke groet,J. Faber en B. PoieszRedactie: Het zegelstempel is te dateren 1700 – 1750 en uit de rodesteen is een lopende leeuw naar links gesneden. <strong>De</strong> leeuw is duidelijkte herkennen aan zijn staart. Het zegelstempel is vermoedelijkverguld geweest. <strong>De</strong> zilveren munt is van Keulen. Hij is van Philipvan Heinsberg, 1167-1191, penning zonder jaartal.Literatuur: Hävernick 573.>>
12 VONDST VAN HET JAARGroene plaatjesHet was op een zaterdag dat ik besloot om maar even te gaanzoeken, het was geen mooie dag: regen en harde wind. Maarmijn ervaring is dat ik dan de mooiste vondsten doe, dus metgoede moed en volle bepakking er op uit. Een zoeklocatie had ikniet, maar na een half uurtje wat rondrijden kwam ik in debuurt van een paar weilanden waar ik vroeger ook wel eens hadgezocht. <strong>De</strong> boer kende ik inmiddels en al snel kon ik met zijntoestemming het weiland op, detector in de aanslag en go!Na 15 minuten had ik al een mooie 17 cm tapkraan (1500-1600)en niet veel later kwamen er ook een vingerhoed en enkeleduiten te voorschijn. Daarna kreeg ik een goed signaal, meteenna de eerste schep viel er een munt op de grond, totaal groenvan kleur. Bij de tweede zwaai over het gat kwamen er nog tweegroene plaatjes uit de grond. Met een lekker gevoel stopte ik demunten in een houder met water, en een half uurtje later liep ikal zwaaiend weer richting de auto.Thuis aangekomen gelijk de munten bekeken en tot mijnverbazing bleken twee van de drie munten zilver, een flabbe vanvier stuivers uit Groningen en een Groot, Karel V, 1506-1555.Een mooie dag.Zo’n vier maanden later dacht ik nog eens terug aan dat weilanden aangezien ik niet veel te doen had op dat momentbesloot ik nog een keer terug te gaan. Geen slecht besluit zoalszou blijken! Ik was nog maar net bezig of ik had m’n eerstezuivere signaal. Schep de grond in, en jawel, weer een groenemunt. Na voorzichtig er over te wrijven zag ik gelijk dat hetzilver was. Na nog een zwaai met de detector over het gat had ikweer een mooi geluid, de schep voor de tweede keer in degrond….Uit het gat kwamen nog vijf zilveren munten en een koperenmunt, bij het schoonmaken is een van de munten uit elkaargevallen doordat hij erg dun was, maar dat mocht de pret zekerniet drukken. <strong>De</strong> munten dateren allemaal uit 16e eeuw enkomen uit verschillende provincies, waaronder een mooiesnaphaan uit Friesland. Met deze vondst, die eigenlijk toch eenschatvondst is wil ik graag meedoen met de vondst van het jaar.Met vriendelijke groet,Johan Bosma
Vondstberichten 813DOOR JAN ZIJLSTRA<strong>De</strong> slang van Slappeterpen diens “voorouder” [prototype]<strong>De</strong> zogeheten Germaanse dierstijlis een vorm van decoratieve kunstdie ca. 400 na Chr. bij de Noordgermanenontstond onder invloedvan o.a. laat-Romeinse ornamentieken waarschijnlijk direct ofindirect ook van Slavische enByzantijnse kunst.Men onderscheidt twee [hoofd]stijlen welke zich min of meer uitelkaar ontwikkelden maar dieelkaar ook deels overlappen.Uiteindelijk werden ze opgevolgddoor een hele groep Vikingstijlenen de zgn. Anglo-Karolingischedierstijl. In Engeland, maar vooralin Ierland zien we een zekerevermenging met de Keltischekunst. Tot in de volle middeleeuwenbeïnvloedt de oude Germaansedierstijl de versieringen endecoraties in vele toepassingen.Het is al weer enkele jaren geledendat Chr. Noordhuis bij Slappeterpeen verguld zilveren met almandijngecloisoneerde zgn. S-fibulavond. Dit prachtstuk dat zeker totde prestigegoederen behoort,stelt een slangachtig dier voormet een S-vormig lichaamwaarvan de twee uiteinden devorm hebben van een gestyleerdevogelkop. Dit type in dezevorm was vooral populair bij deLangobarden in Noord-Italië maarkomt ook elders voor. <strong>De</strong> dateringenvan de luxe exemplaren diewaarschijnlijk zijn ontstaan uitmeer eenvoudige, worden gesteldop ca. 550-625 na Chr. [in hoofdzaak1e dierstijl]. Er zijn ook S-fibulae die weliswaar dierkoppenhebben maar geen specifieke“vogelkoppen”en tenslotte zijn erexemplaren met maar één dierkop.Het andere uiteinde van hetlichaam is in die gevallen eenstaart. Het beest lijkt daardoormeer op een echte slang en is inbeginsel meer naturalistisch danhet fabeldier met twee koppen.Op kunsthistorische gronden ishet aannemelijk dat, in dit gevalmeer naturalistische exemplarenouder zijn.In 2003 vond Piet Dijkstra uitDronrijp bij Hatsum een asymmetrischeS-fibula [dus met kop enstaart i.p.v. twee koppen] diezonder twijfel een echte slangvoorstelt. Het dier is weliswaarenigszins gestyleerd weergegevenmaar is duidelijk herkenbaar. Uitde wijdgeopende bek zien we een“gevorkte” tong steken, [langgerekttulpvormig] die doet denken aanGermaanse dierstijlen maar daartoch van afwijkt, d.w.z. eenvoudiger,duidelijker en meer naturalistischis.Het lijkt hier te gaan om eenprototype of in ieder geval eenvroeg voorbeeld van een S-fibuladie een nog herkenbare slang inagressieve houding voorstelt.Een stuk ook dat wezenlijkvroeger te dateren is; het zouzelfs nog Romeins kunnen zijn.Romeinse importen uit de 4eeeuw ontbreken vrijwel in hetterpengebied en die er zijn, zijnwellicht pas in de 5e eeuw binnengekomen.<strong>De</strong> Hatsumer fibula diemijns inziens als een prototype ofvoorouder” van de rijkere en meer“futuristische” types zoals die uitSlappeterp, is te beschouwen, zouik onder voorbehoud willen daterentussen 450-550 na Chr.Het is wellicht een Frankisch stuken behoort in dat geval tot dezelfdecontext als de kleine Frankischevogelfibulae. Van die laatste groepwerd in de omgeving eveneenseen exemplaar gedetecteerd. <strong>De</strong>sieraden kunnen echter ook beidein Friesland zijn vervaardigd;maar er is nog te weinig vergelijkingsmateriaalen onvoldoendeonderzoek gedaan om daar veelmeer over te zeggen.
15▲Oorijzerknopgod1600-1800▲Sceatta, type SaroaldoZilver680 - 710▲MuntsieraadZilver1282 – 1296Sieraad is in die tijdvervaardigd▲ScharnierfibulaBrons, vertint0 – 200Werd paarsgewijs gedragenSchijffibulaBrons600 – 800▲▲HielbijlBrons1300 v. Chr.
16Leon MijderwijkMick’s ArchaeologyEen autobiografie van eenarcheoloog. Krijg in Nederlandmaar eens een uitgever zo verom die uit te geven. En aan wiedat ligt… de uitgever of dearcheoloog? Ach, ik wil geenvan beiden beledigen; niet alleuitgevers zijn geldwolven enniet alle archeologen zijn saaieonderzoekers. Maar eenarcheoloog zo kleurrijk als deEngelsman Mick Aston, al washet alleen al om zijn veelkleurigetruien, zijn er echter weinigte vinden. Dat een uitgever methem in zee ging, was ook nietverbazingwekkend, want Astonis leidinggevende in ‘TimeTeam’ dat in Nederland viaDiscovery Channel tot in hetoneindige herhaald wordt.Aston kreeg de ruimte omverhaal te doen over zijnlevensloop. Dit echter in engezin, want in Mick’s archeologyspitst hij zich volledig toe opzijn archeologische loopbaan.Hij doet dat in een ‘folksystyle’ zoals een Engelse recensentopmerkte. <strong>De</strong> spreektaaldie hij aan het papier toevertrouwt,verraadt twee belangrijkeaspecten. Ten eerste zegthet dat Aston als professor inlandschapsarcheologie aan deUniversiteit van Bristol zijnenthousiasme voor het vakgeenszins heeft verloren. Tentweede heeft hij de capaciteitenom anderen, buiten deacademische wereld, te interesserenvoor de archeologie.<strong>De</strong> manier waarop hij dat doet,wekt overigens wel wrevelbinnen die wereld, want demanier waarop in Time Teamarcheologie wordt bedreven,vraagt immers om problemen.In een tijdsbestek van driedagen moet een site onderzochtworden. Maar ja, wat iser anders dan bij de velenoodopgravingen die onderdwang van de wachtendeaannemer plaatsvinden.Uiteraard kan men zijn vraagtekenszetten bij de conclusiesdie worden getrokken terwijlde vondsten nog half in degrond rusten. Onderzoeksresultatenjaren na een opgravinguitgeven, is echter ookniet de beste methode om hetpubliek blijvend te betrekkenbij het belang van het bodemarchief.<strong>De</strong> ruimte die wordtgeboden aan nieuwe techniekenzoals metaaldetectie,weerstandmeting, experimentelearcheologie en de snelheidwaarmee reconstructies wordengemaakt, zowel digitaal alsmet de hand, tonen dat Astoneen progressieve kijk heeft opde archeologieals tak vanwetenschap.‘Mick’s archeology’ is echtergeen beschrijving van TimeTeam. Andere stokpaardjeskomen eveneens ter sprake.Als we op zijn vakgebied,landschapsarcheologie enkloosters, komen, wordt deinformatiedichtheid verhoogdvoor geïnteresseerden in deEngelse archeologie.LezersreactieDat artikelen gelezen en gewaardeerdworden blijkt wel uit onderstaandereactie:Geachte <strong><strong>De</strong>tector</strong>amateur. Inmagazine 76 staat een verhaalvan Jan Zijlstra over een Anglo-Karolingische riemtong. Hettoeval wil dat ik een week voordathet blad in de bus viel, ookeen zeer mooie riemtong uit dieperiode (of Merovingisch) hebgevonden.Het is een bokkenkop en zoals jekunt zien zitten er nog veelresten van goud, en enkeleresten zilver op. <strong>De</strong>ze riemtongis gevonden in Nistelrode, dichtbijde bronsschat, alwaar ik hebgezocht op verzoek van de heemkundekringuit Nistelrode. Hij is3 cm lang en 1 cm breed.Met vriendelijke groeten,Marcel Janssen
17Zo onderzocht hij jarenlangverlaten nederzettingen in hetzuidwesten van Engeland.Echter het westen van Somerseten Exmoor bleven legeplekken op de kaart. Totdat hijtot de conclusie kwam dat hijniet slecht zocht, maar dat ergeen verlaten nederzettingenwaren. Er waren immers geennederzettingen geweest, alleenboerenhoeves. Nu ging hij opzoek naar die hoeves. <strong>De</strong>aanwijzing dat mensen werdenvernoemd naar de hoevewaar zij woonden, zorgde vooreen stroomversnelling in hetonderzoek. In anderhalf jaarlokaliseerde hij tientallenboerenhoeves. Mick Astonswoorden zijn zeer rijkelijkvoorzien van foto’s waarvanvele van zijn eigen hand.<strong>De</strong> hoge graad van illustratiesdoet recht aan de archeologie,immers een visuele wetenschapc.q. hobby pur sang.Het boek hoeft niet wordenaangeschaft voor de literaire ofwetenschappelijke waarde,maar als Time Team-kijker of(amateur-)archeoloog zal jemeegenomen worden in hetenthousiasme van Mick Aston.Mick’s archeology(Stroud 2000), Mick Aston.Uitgeverij: Tempus Publishing Ltd.
18NUMISWat is NUMIS?Het numismatisch informatiesysteem (NUMIS)is een database waarin informatie over in Nederlandgevonden munten wordt opgenomen.Kennis over deze vondsten is van wetenschappelijkbelang voor numismatisch, archeologisch,historisch en economisch onderzoek. NUMISis een onmisbaar stuk gereedschap waarmeevragen op alle hierboven genoemde gebiedenkunnen worden beantwoord en daarmee eenmiddel om kennis te bewaren, te gebruiken enop te bouwen.NUMIS is een gegevensbestand datwordt beheerd door het Kenniscentrumvan Het Geld-+Bankmuseumin Utrecht. <strong>De</strong> munten waarvaninformatie is opgenomen, zijn geeneigendom van Het Geld-+Bankmuseum.NUMIS wordt aangebodenvia het Internet en is daarmee eenservice die 24 uur per dag en 7dagen per week actief is en dooriedereen kan worden gebruikt engeraadpleegd. Door het invoerenvan muntvondstgegevens van meervindplaatsen zal de betekenis enwaarde van NUMIS toenemen.Voor wie is NUMIS?Er is een grove splitsing te maken intwee gebruikersgroepen:• Iedereen die een munt heeftgevonden in Nederlandse bodem endeze wil aanmelden, bijvoorbeeldarcheologen en detectoramateurs.Meer weten overmuntvondstenen vondstmunten?• Iedereen die gebruik wil makenvan de gegevens die in NUMISzijn opgeslagen, bijvoorbeeldvoor historisch of archeologischonderzoek.Wat kunt u met NUMIS?Aanbrengers van vondstmuntenkrijgen snel een deskundigebeschrijving van de betreffendemunten. Voor de andere doelgroepis NUMIS een bron van informatieover de verspreiding van munten inNederland. Een antwoord op devraag: ‘Welke munten zijn waargevonden?’, is uitermate belangrijkals het gaat om archeologisch en[economisch-] historisch onderzoeken voor een juiste beeldvormingover muntgebruik in vroeger tijden.Hoe werkt NUMIS?Munten die in Nederland zijngevonden kunnen in NUMIS via hetInternet worden aangemeld doorhet invullen van een standaardformulier.Onze deskundigen beoordelenof de munten opgenomenworden in NUMIS en sturen u daneen beschrijving van uw muntenterug. Met behulp van een eenvoudigte bedienen zoekscherm kunnende gegevens die in NUMIS zijnopgeslagen on-line worden opgezochten geraadpleegd. Door zelf uwzoekcriteria te bepalen kunt ubijvoorbeeld zoeken op vindplaatsof bepaalde munttypes.Waar kunt u NUMIS vinden?NUMIS is een service van hetKenniscentrum van Het Geld-+Bankmuseum in Utrecht. NUMISis dan ook te benaderen via dewebsite: www.geldmuseum.nlWat kunt u bij NUMIS aanmelden?Alleen munten, of objecten die ietsmet munten hebben te maken, endie in Nederland zijn gevonden,komen in aanmerking om in NUMISte worden opgenomen.Wat wel?• Alle schatvondsten uit Nederlanden alle in Nederland los gevondenmunten van vóór 1600.• Objecten die iets met munten temaken hebben zoals muntgewichten,muntsieraden, broches metmuntvoorstelling en [reken]penningen.Wat niet?• Los gevonden munten van na1600.NUMIS en uw privacyGedetailleerde informatie over devindplaats en over vinder of melder(naam, adres etc.) is niet toegankelijkvoor het algemene publiek. Voorpuur wetenschappelijke doeleindenkunnen meer gedetailleerde gegevensover vindplaatsen eventueelbeschikbaar worden gesteld aan(door Het Geld-+Bankmuseumgeautoriseerde) professionelearcheologen en historici.Het Geld-+Bankmuseum hanteertbij het beheer van deze database derichtlijnen zoals die omschrevenstaan in de Wet Bescherming Persoonsgegevens.www.geldmuseum.nl
Ingezonden voor devondstjaarV A N H E T2004Aan u de keuze om de winnaars te kiezen. D.m.v. het invullenvan de antwoordkaart kunt u uw keuze aan ons duidelijk maken.Graag inzenden voor 1 april a.s. Onder de inzenders van dekaarten wordt een ‘DDA-bodywarmer’ verloot. In het volgendemagazine worden de prijswinnaars van de ‘Vondst van het jaar2004’ en de winnaar van de kaartenactie bekend gemaakt.Metaalvondsten:70Robin Dijkstra• Zilveren gesp, 1780(Vorig jaar niet vermeld op de antwoordkaart)74Elly van Santen• Vroeg-Middeleeuwsefibula• Zwaantje (zwaardbeslag)75Henk van Hoek• Dubbele Spaanse escudo,goud, 1596Th. Heinsbergen• Diverse Romeinse vondstenM.A. Ouwehand• Hoofdnaald, zilver, 1711Gérard Buhr• Halve gouden rijder(zeven guldenstuk),Utrecht, 175076Corné van Krieken• Chinese munt uit de QingLong periode (1736-1<strong>79</strong>5)Frederik Draaijer• 30 stuiverstuk, <strong>De</strong>venter,168677Marcel Janssen• Gouden triensTjibbe Noppert• Drie klootkernenJ. Karsten• Goudschat van 31 muntenVondst van het Jaar 2005Om mee te doen met de ‘Vondst van het jaar’ dient u een verhaalvan tenminste 150 woorden te schrijven over het door u gevondenobject. Natuurlijk stuurt u duidelijke foto’s van het objectmee. Inzending één object per keer. Voorwerpen van archeologischewaarde (alles van voor 1500) dienen te worden aangemeld.Natuurlijk kunt u uw inzendingen ook per e-mail versturen naar:redactie@detectoramateur.nlVoor de categorie ‘Metaalvondsten’ zijn er 5 prijzen beschikbaar.<strong>De</strong> hoofdprijs van 90 euro wordt dit jaar ter beschikking gestelddoor de firma Creatype. Daarnaast stelt de vereniging nog 3boekenpakketten ter waarde van 50 euro beschikbaar.Voor de mooiste ‘Bijvondsten’ is er een boekenpakket ter waardevan 50 euro en een boekenpakket ter waarde van 35 euro.78Johan Postma• Gouden filigrain broche<strong>79</strong>Piet van Schuppen• Bronzen hielbijlRienk van der Sluis• Rijksdaalder, 1578Johan Bosma• Vijf zilveren + één koperenmunt, 16e eeuwTon van Bon• Pelgrimsinsigne• Dolk, ± 1300Rafaël van der Sanden• Leeuwendaalder, 1576• SchijffibulaJ. Faber en B. Poiesz• Zegelstempel• Zilveren muntje, KeulenBijvondsten:<strong>79</strong>Marcel Julsing• Vuistbijl van helleflint19Internet<strong>De</strong> meeste zoekers raadplegentegenwoordig regelmatig hetinternet om iets over hun hobbyte weten te komen. Er komenconstant nieuwe sites bij die ookvoor onze lezers interessant zijn.<strong>De</strong> redactie van het <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong>zoekt een enthousiast internetbezoeker die voor het magazine eenregelmatig terugkerende internetrubriekwil verzorgen.Het is de bedoeling om in dezerubriek in het kort allerlei leukesites op metaaldetectie gebied tebespreken.Reacties kunt u mailen naar:redactie@detectoramateur.nl
20 20H. HendrikseBronzen gewichten uit ScandinavieUit de omgeving van<strong>De</strong>nemarken, Zwedenen Noorwegen - met eenconcentratie rond Oslo -zijn talrijke vondsten vankleine dierfiguren bekend.Het merendeel van dezeuit een bronslegeringgegoten voorwerpen isvervaardigd in de vormvan een paard.Bronzen gewicht in de vorm vaneen paard, circa 100 gram.Herkomst: Noorwegen.Vindplaats: Sluis.Het formaat van deze paardjesvarieert tussen een lengte van 3,9 cmen 7,0 cm en een hoogte van 2,5 cmen 6,3 cm. Met het formaat verandertuiteraard ook de massa van dezevoorwerpen. Het kleinste weegt 25,7gram terwijl het zwaarst bekendeexemplaar 206.8 gram weegt. <strong>De</strong>massa is belangrijk omdat al dezediervormen behoren tot een groepvan gewichten. Ze zijn te relaterenaan de Noorse mark (214,32 gr.) meteen onderverdeling in een halve,kwart, en een achtste mark, respectievelijkcirca 100, 50 en 25 gr. Gewichtenin de vorm van dierfiguren warentenminste van de twaalfde tot deveertiende eeuw in gebruik in deScandinavische landen.Zoals al gezegd bestaat het merendeeluit paarden - gezadeld en ongezadeld- maar daarnaast komen,sporadisch, eveneens runderen voor.Bij de paardjes valt wel steeds despecifieke vorm op: de achterbenenzijn belangrijk korter dan de voorbenenzodat er een sterk aflopenderuglijn ontstaat. <strong>De</strong> manen zijn vaakd.m.v. korte streepjes aangegeven.<strong>De</strong> afbeelding toont een dergelijkpaardje. In tegenstelling tot dehierboven genoemde voorwerpen isdit exemplaar gevonden in Sluis(West Zeeuws-Vlaanderen). Het heeftde duidelijk herkenbare aflopenderuglijn van een ‘fjordenpaard’.<strong>De</strong> massa bedraagt circa 100 gr. enis dus een gewicht van een halvemark. Dat een dergelijk gewicht uitSluisse bodem komt is niet verwonderlijkgezien de intensieve handelscontactendie er bestonden. Vanaf detwaalfde eeuw voeren <strong>De</strong>ense enNoorse handelaren naar Vlaanderen,waar ze gedroogde vis, koper, ijzer,bont en hout verkochten en o.a. lakenmee terug namen. Sedert het middenvan de dertiende eeuw liep dezehandel via de leidende HanzestadLübeck langs tal van andere stedenzoals <strong>De</strong>venter, Kampen en Zwolleom vervolgens via Sluis en DammeBrugge te bereiken.Te verwachten is dat dergelijkegewichten juist in de genoemdeplaatsen wel als bodemvondsttevoorschijn zullen komen, maarzover ik het heb kunnen nagaan, zijner geen andere exemplaren bekend.Op zich is dat vreemd, ook gezien hetfeit dat dergelijke voorwerpen in deScandinavische landen niet zeldzaamzijn. Er zijn er daar inmiddels velehonderden bekend, in publicatieswordt zelfs van een aantal van 1800stuks gesproken. Nu komen kleinepaardjes als bodemvondst in Nederlanden België wel voor, maar hetgaat dan altijd om kinderspeelgoeddat gegoten is in een tin/lood legering.Ik wil hierbij dan ook eenoproep doen aan iedereen om vondstenvan bronzen paardjes via deredactie van dit blad aan mij door tegeven. Men moet hierbij bedenkendat het dus altijd om middeleeuwsevoorwerpen gaat met ongeveer hetuiterlijk van het hierbij afgebeeldevoorwerp. <strong>De</strong> uitvoering is eigenlijkaltijd stereotiep, iets uitstaandebenen, de achterste benen beduidendkorter. Uiteraard speelt hierbij ook demassa een belangrijke rol. Ik zie metspanning uw reactie tegemoet.Literatuur:• Grieg, S. 1933. Middelalderske byvund fra Bergenog Oslo. Oslo• Holmboe C.A. 1863: Norske vaegtlodder frafjortende Aarhundrede. Christiania.• Koldeweij, Jos, Een aan het Zwin verdwaaldfjordenpaard, een middeleeuws Noords gewichtjein: Antiek, Eenentwintigste jaargang no.7, 1987,p.388 – 391.• Margrete 1. Nordens Frue og Husbond Kalmarunionen600 ar.
22Raad de foto <strong>79</strong>?<strong>De</strong> nieuwe Raad de Foto is een ijzeren voorwerp waarvan we natuurlijk weten wat het is,en waarvoor het werd gebruikt. Door middel van een e-mail of brief(kaartje) kan hieropworden gereageerd door leden van onze vereniging. Onder de goede inzenders zal eenboek worden verloot. Reacties kunnen naar: j.koning@detectoramateur.nl of J. Koning,Roodborststraat 20, 8916 AG Leeuwarden. We vragen wel een zo duidelijk mogelijkebeschrijving inclusief datering. Dit vergemakkelijkt de keuze voor de winnaar.<strong>De</strong> inzendtermijn sluit op 24 maart 2005.J. Koning78In Raad de Foto 78 lieten we een voorwerp zien van vuursteen waarop twee verschillendeantwoorden binnen kwamen. Het grootste deel der antwoorden kwam per mail maar ookverschillende per brief. Doordat er ditmaal voldoende respons kwam van de leden (17)heeft de redactie besloten om met ‘Raad de foto’ door te gaan.<strong>De</strong> antwoorden die binnen kwamen waren: vuursteenschrapertje voor het afschrapen vanleer en vuursteenkets/geweerkei voor het ontsteken van een pistool of “musket” geweer.Van Tjibbe Noppert de volgende inbreng:A: Wat is vuursteen? Vuursteen is een amorf gesteente welke onder specifieke omstandighedenkon ontstaan als “neerslag” uit een verzadigde oplossing van kiezelzuur in een kalkrijke zeebodem.Het wordt dan ook gevonden in de vorm van knollen en plaatvormige structuren in kalksteengebergten, maar tevens ook als “erosie” product in de glaciale afzettingen hier in Nederland.Vuursteen heeft een aantal bijzondere eigenschappen, waarvan er in dit geval één ergbelangrijk is, namelijk “vuursteen slaan tegen ijzer geeft vonken” en dit brengt ons dan bij hetantwoord op de volgende vraag:B: Waarvoor wordt het stukje vuursteen gebruikt? Het stukje vuursteen is zodanig bewerkt(bekapt) dat het direct of verpakt in lood, in de snaphaan van een Dubbelhaak (groot zwaargeweer), Musket of Pistolet werd gebruikt. <strong>De</strong>ze zogenaamde vuurkets werd als onderdeel vanhet afvuur mechaniek gebruikt. Na het aanbrengen van kruit en kogel via de voorkant van deloop (voorlader) kon men richten en na het overhalen van de trekker sloeg de snaphaan metvuurkets tegen ijzer en de vonk die dan ontstond zorgde er voor dat via een kleine opening in deachterkant van de loop het kruid tot ontbranding kwam. Het schot werd dan gelost. Dit typeafvuurmechaniek werd zo tussen 1550 en 1810 gebruikt.Van Jan Claesen plaatsen we het volgende:Het werd het eerst gebruikt bij een radslotgeweer alhoewel dit ook ijzerpyriet kon zijn. Dit wasde opvolger van het lontslotgeweer. Voor een meer betrouwbaarder concept werd het steenslotmechanismeontworpen dat uitgevonden werd in Frankrijk door Martin Le Bourgeoys. Ditconcept van wapen ging alles domineren, daarom worden deze vuurstenen zo dikwijls teruggevonden.Telkens als de vuursteen versleten is moet een nieuwe gebruikt worden. Het werd in eenstukje lood ofwel een leertje gevat. Soms wordt er met een detector nog één aangetroffen als hetin het loodje zit zoals enkele in mijn collectie.Dit waren twee voorbeelden van de in totaal 11 goede antwoorden, dus moest er ook ditmaal weer worden geloot. <strong>De</strong> winnaar na loting is geworden: Johan Godeschalk uit<strong>De</strong>demsvaart. Het boek, <strong>De</strong> Tempel van Empel, is ondertussen toegestuurd.
COLUMN 23Museum AgendaBron: www.sna.nlHoogstraten (België) - 15 januari t/m 20 maart 2005VERLOREN VOORWERPENInlichtingen: Stedelijk Museum Hoogstraten, Begijnhof9-11, Hoogstraten, België, 0032-3-314 65 88Utrecht - 20 november 2004 t/m 10 april 2005HET VUUR VAN DE VIKINGENInlichtingen: Centraal Museum, Nicolaaskerkhof 10,Utrecht, 030-236 23 62, www.centraalmuseum.nlHaarlem - 15 oktober 2004 t/m 17 april 2005GRAVEN NAAR DE SCHATIn deze tentoonstelling wordt aan de hand van eenspannend verhaal aan jeugdige bezoekers uitleg overstadsarcheologie gegeven.Inlichtingen: Archeologisch Museum Haarlem, GroteMarkt 18k, HaarlemNamen - 21 februari 2004 t/m 29 mei 2005DE VILLA ET VILLAE. LA CAMPAGNE GALLO-ROMAINE DU 1ERAU 4E SIÈCLESamen met het archeologisch museum in Ath organiseerthet museum in Namen een tentoonstelling overhet leven op het platteland en in het bijzonder in enrond de Gallo-Romeinse villa.Inlichtingen: Espace archéologique Saint-Pierre, 23Route Merveilleuse, Namen, 0032-81-25 02 83,espacestpierre@mrw.wallonie.beLeiden - 12 september 2003 t/m zomer 2005HET MOOISTE UIT DE ARCHEOLOGIE VAN NEDERLAND<strong>De</strong> vaste presentaties 'Nederland in de prehistorie' en'Nederland in de Middeleeuwen' worden vernieuwd.Tijdens de voorbereidingsperiode hiervan zijn demooiste stukken uit beide collecties te zien in eentijdelijke opstelling.Inlichtingen: Rijksmuseum van Oudheden, Rapenburg28, Leiden, 071-516 31 63, www.rmo.nlLandelijk - t/m oktober 2005ONZE OUDE BUREN, VONDSTEN EN VERHALEN UIT DEBODEM VAN DE STADInlichtingen: Convent van Gemeentelijke Archeologen,www.gemeente-archeologen.nlAmsterdam - 18 mei 2004 t/m eind 2005DE ONTDEKKING VAN DE WERELD<strong>De</strong>ze tentoonstelling richt zich op de belevenissen vande Nederlandse ontdekkingsreizigers tussen 1590 en1650.Inlichtingen: Nationaal Scheepvaart Museum, Kattenburgerplein1, Amsterdam, 020-523 22 22, www.scheepvaartmuseum.nl<strong>De</strong> boer is zoekDaar gaan we weer. Lekker zoeken. Vroeg uit de veren. Eerst metsoepogen een sloot koffie achterover slaan. Spullen pakken en wegwezen.Meestal gaan we met zijn tweeën, maar dit keer gaan we metzijn vieren op pad.Als volleerde carpoolers pikken we de een na de ander op. Als hetcombo eindelijk compleet is gaan we er op uit. We hebben niet echteen zoekplek, maar wel een idee in welke hoek we ons geluk moetenzoeken. Eenmaal op de eenzame vlakte aangekomen,kijken we over de velden naar een geschiktezoeklocatie. “Aardappelveldje of maïsakker waarben je nou?” Na enige tijd te hebben rondgedooldis er eindelijk een prachtige maïsakker in zicht.<strong>De</strong> stoppeltjes wuiven ons vriendelijk toe. Evenop het land gekeken, naar scherfmateriaal;“Hmmm vol met pijpenkopjes en scherven.”O.k. dit is het. Hier gaan we het eens proberen.Eerst de boer maar eens opzoeken.Tja, leuk is dat, als niemand echt weet van wie wat is. We hebben intotaal wel 15 mensen bezocht en gesproken, voordat we eindelijk ophet goede spoor zaten. Als we dan eindelijk het erf van de landeigenaaroprijden komt Fikkie, nou ja, zeg maar Fik ons al blaffend begroeten.“Wie was er ook al weer aan de beurt om te vragen?”, klinkt het alsnel in de auto. Gevolgd door een lachsalvo. Allemaal waren we onderde indruk van de afmeting van het “gevaarte”. Maar ja, je bent eenheld of niet. Dus u begrijpt het al, ondergetekende bood zich al snelaan als slachtoffer. Mijn maatje ging ook al snel mee. Waarna er nogtwee achterbleven in de auto. Maar Klaas zou Klaas niet zijn als hijniet de deur van de wagen open had laten staan. Gevolgd door deaanmoedigende woorden “Toe maar, Fikkie”. <strong>De</strong> hond trok zijn neuseens op, maar sprong er niet in. Eenmaal bij de voordeur aangekomenkeken we achterom. Hij stond nog steeds naast de auto, maar had welzijn poot omhoog en zijn “sprinklerinstallatie” aan staan. Met deslappe lach stonden we aan te bellen. Maar hoe lang we ook aanbelden,er kwam niemand. Tja daar sta je dan. “Het zal toch niet waarzijn...” zeiden we tegen elkaar. Met lood in de schoenen weer terugnaar de auto.We waren de wanhoop al nabij. Leuk zo’n site-seeing trip, maar daarkomen we niet voor. Even overleggen en we besloten om het eensallemaal andersom te doen. We vragen niet van wie een bepaald stukland is, maar of ze een stukje land hebben waar we mogen zoeken.We zijn verder gereden en bij de eerstvolgende boerderij gestopt.Ik zag de boer al lopen en ik sprong uit de wagen. Ik legde uit dat weeen stukje land zochten om te zoeken. <strong>De</strong> boer vertelde ons dat wewel op een stuk maïsland van hem mochten zoeken. Hij legde uitwaar het was. En toen zakte mijn broek bijna af. U raadt het al, hijwees ons datzelfde landje aan waar we al de halve ochtend mee bezigwaren. Met een strakke kop ging ik in de auto zitten: “En?” “Jullieraden nooit waar ik toestemming voor gekregen heb.” Uiteindelijkeind goed al goed, en lekker gezocht.Klaas Bot
26M. A. HoltmanDE NOORDELIJKE RIJNARMWe hebben altijd geleerd datde Rijn reeds aanwezig was inde tijd dat de Romeinen hethier voor het zeggen hadden.Zeg maar uit de tijd van 56v. Chr. tot in de 4e eeuw naChr. Plinius beweerde dat deRijn over een lengte van 100mijlen rechtuit loopt naar hetnoorden, waar ze in die strekenovervloedig uitstroomt inde zee. Door een smalle beddingloosde ze enig water inde Maas. <strong>De</strong> Rijn kreeg eennieuwe uitloop naar hetwesten doordat Corbulo metzijn leger in het jaar 47 eendam in de Rijn opwierp,waardoor ze eveneens naarhet westen ging lopen.<strong>De</strong> nieuwe uitloop, deelsgegraven, werd de rivier vande Britten genoemd. <strong>De</strong> noordelijkearm verlandde in devolgende eeuwen. Dat is nunog te zien bij Stroobos,Surhuizumermieden en meerzuidelijk waar ze eveneens degrens vormt van Friesland enGroningen. Aan de zee (Katwijk)bij de rivier van de Brittenwerd de Brittenburg gebouwd(door Caligula ofwel Gaius, de‘gekke’ keizer) en bij Zoutkampop het Oldörp, Vidrus,een tufsteen uitkijktoren, diein de late Middeleeuwenafgebroken werd. <strong>De</strong> tufsteenhiervan werd gebruikt voor debouw van de toren van het‘nieuwe’ dorp Vierhuizen.<strong>De</strong>ze toren is in 1839 afgebroken.Zoutkamper vissersmeden het Oldörp, want“’t is een gevoarlijk stee”.<strong>De</strong> Romein Mela vermeldt inde ‘Chorographia III’ bij hetjaar 44, als hij door de Lauwers(de noordelijke Rijnarm)naar de wadden vaart bijZoutkamp en daarna door derivier Visurgis langs Saaksumen Ezinge zeilt, dat de Rijnzich niet ver van zee in tweetakken verdeelt. <strong>De</strong> linkertakbehoudt de naam Rijn. <strong>De</strong>rivier aan de rechterzijde iseerst smal; daarna wijken zijnoevers wijd en zijd terug en ishet geen rivier meer, maar eenzeer groot meer dat bij overstromingder landen MareFlevo (meer van Fivelgo)genoemd wordt. Nadat hij eeneiland van dezelfde naam(Fivelingo) omvat heeft wordthij opnieuw smaller en looptals een rivier in zee: door hetFliet dat tussen Solwerd enKlein Wierum bij <strong>De</strong>lfzijlstroomde.volgde de Kromme Rijn en deVechtland Muiden, over deAelmere (het natte midden vanFriesland) naar de wadden.Bonifacius voer in 755 vanUtrecht over de Aelmere enlandde eerst in Westergo.Tacitus meldde dat de Friezenom heel grote (mimesis)meren woonden, en Melaschreef dat het meer Flevumgroter was dan het meer vanKonstanz. Het Flevum lag nietalleen tussen de stad Groningenen Onderdendam-Winsum,maar ook aan weerszijdenvan de Hondsrug waaropde latere stad Groningen lagen tussen de Woldstreek enFivelingo. <strong>De</strong> Lauwers was dusde noordelijke Rijnarm.In het jaar 15 deed Germanicus,de zoon van Drusus, eengrote inval bij de Germanen,waarbij hijzelf met de hoofdmachtdoor het Drususkanaalen de meren naar de Eemstrok. <strong>De</strong> Drususgracht is deRijn bij Lemmer (Lemsterryn)en de schepen zeilden over hetTjeukemeer naar de Tjonger/Kuinder die verbinding hadmet de Lauwers over hetBergummeer. Het verkavelingspatroonaan weerszijdenvan de Lemsterryn is totaalverschillend, want het kanaallag er eerder dan dat het landwerd ontgonnen. Vergeet nietdat het IJsselmeer in die tijdnog een groot laagveengebiedwas. <strong>De</strong> overstroming van 1170vergrootte het IJsselmeer,maar tussen Stavoren enEnkhuizen kon men vóór dietijd met behulp van een langeplank met droge voeten hetFliet oversteken.In het jaar 28 kwamen de(Groninger) Friezen inopstand tegen de Romeinen enwisten hen op de vlucht tejagen. <strong>De</strong> Romeinen verlietende Friese landen en kwamenpas in het jaar 47 terug onderleiding van Corbulo. Hij voerdoor de noordelijke Rijnarmom de Chauken of Cauchen,die aan de overzijde van deIn de Naturalis Historia IVmeldt Plinius dat de Rijn viadrie armen zijn water in zeestuwt. In de eerste plaats dooreen noordelijke tak via de grotemeren en het Flevum. <strong>De</strong>zenoordelijke Rijnarm wordteveneens genoemd omstreeks850 door Rimbert in de vita(beschrijving van een heiligenleven)van Ansgar, de missionarisdie voor Lodewijk deVrome in 826 naar de noordelijkevolken werd gezonden.<strong>De</strong> reis ging langs de Rijn totDorestad (Wijk bij Duurstede),
27Eems woonden, af te straffen.Hij onderwierp de Friezenopnieuw, zette hun koningenaf en installeerde een bestuurnaar Romeins voorbeeld en lieteen dwangburcht opwerpenom de Friezen onder druk tezetten. <strong>De</strong> dwangburcht ligtnog in Westeremden tussen dekerk en het voormalige rechthuisen heeft dezelfde afmetingenals die van het castellumFlevem bij Stedum.<strong>De</strong>ze dwangburcht lag in hetland van de Amsivarii ofAmpsivarii (Eemsbewoners)die aan weerszijden van deEems woonden, dus ook in hetoosten van Groningen enmisschien in Drente. <strong>De</strong>Amsivarii waren talrijker dande Friezen en werden opgejaagddoor de Cauchen ofChauken. Volgen Tacitus zijnze volledig vernietigd op hunzwerftocht door Germanië.Maar in een aantekening bijGregorius van Tours rond hetjaar 390 worden ze nog welgenoemd. In later tijd stondenze bekend als Eemgoërs.In 1991 en 1992 deden enkeledetectorzoekers in de buurtvan Zoukamp tweemaal eenvondst van munten uit 150 v.Chr. tot 37. na Chr. Vermoedelijkafkomstig van een Romeinssoldaat die vóór de strijd tegende Cauchen zijn spaarcentenaan de aarde toevertrouwde.Hij kwam blijkbaar niet terug.Corbulo stichtte eveneens eenmarinehaven aan de kust, diehij Portus Marnamene noemde.Op de kaart van Ptolemaios’graadmetingen wordtMarnamanus Portusgenoemd. Dit gebied wordt in970 weer genoemd als hetgebied van Ulrum, Kloosterburenen Leens: “in hiis... comitatibusstilist... Merimerime”.Die marinehaven van 470 bij196 meter lag oostelijk vanHouwerszijl achter het Ganzenhuis(Mulder) en de boerderijligt vermoedelijk op deingang naar de binnenhaven.Er wordt nu nog tufsteengevonden in de tuin. <strong>De</strong> havenwerd door de Romeinengegraven en de modder werdop de aanliggende landerijengedeponeerd. Dat is nu nogheel goed te zien. Je hoeft erniet te gaan zoeken, want in1717 is dit hele gebied overstroomden door een dikkelaag modder opgehoogd.Bij het aardappels sorterenvond een mevrouw uit Zoutkamp,tussen de aardappelsdie gegroeid waren op eenperceel aan de Lauwers,een loden contragewicht uitde Romeinse tijd.Op de wierden Panser enWesthuis bij Houwerzijl werd70 jaar geleden een 25-talRomeinse munten gevondenuit de periode 125-328 na Chr.<strong>De</strong> laatste jaren zijn er nogveel meer gevonden. Het iseen bewijs, dat hier de noordelijkerijnarm stroomde. Ook inde voormalige gemeenteEzinge aan de visurgis zijnveel vondsten uit de Romeinsetijd opgedolven. <strong>De</strong> Romeinselegerplaatsen aan de Rijnkochten vee in Friesland enBrittannië was hun korenland.Ptolemaios deed graadmetingenaan de kust, ook bij deFriezen en de Germanen.<strong>De</strong> Eems, de Weser en hetcastellum Flevum bij Crangeweerliggen op de goede plaats.<strong>De</strong> haven Marnamanus Portus(het Ganzenhuis bij Houwerzijl)moet - naar de graden teoordelen - dicht bij Vidrusliggen. Het lag op 28˚, 54˚, 45˚.<strong>De</strong> monding van de rivierVisurgis waardoor de Romeinennaar het meer Flevumzeilden lag bij Vidrus; hetOldörp op de kaart vanNic.Visscher en L. Tjarda vanStarkenborgh. Engeland(Kent), de Rijn en de Maas,allen hebben hun juiste plaats.<strong>De</strong> afbeelding komt overeenmet: Die Geographie desPtolemaeus, Otto Cuntz,Berlin, 1923, en is overgenomenuit de GeschiedkundigeAtlas van Nederland, eerstedeel, ’s Gravenhage, 1913-1932,P.J. Blok en A.W. Byvanck.<strong>De</strong> gegevens voor dit artikel zijn hoofdzakelijkafkomstig uit het boek: Het Hogeland,het Lageland. Water, land, dijken enwierden. M.A. Holtman. Bakkers DrukkerijUithuizen 2002.
Klaas Bot29Wat ik u vragen wou...Stel jezelf eens voor:Ik ben Dirk Jan Laan en woon inHippolytushoef. Ik ben 44 jaar,getrouwd en samen hebben we driekinderen van 16, 14 en 10 jaar.Het is voor DJ Laan Handelsondernemingtoch een bijzonder jaar?Dat klopt, we bestaan dit jaar 25 jaar.Het is allemaal begonnen toen ikvroeger op het oog wel eens muntjesvond. Ik heb toen een oude mijndetectorgekocht uit het Amerikaanseleger. Ik vond het wel leuk om ermee te werken, maar ja, de batterijenvoor zo’n ding werden niet meergemaakt. Dus, was ik op zoek naareen oplossing. Naar aanleiding vaneen advertentie in de krant, vroegenwe documentatie van metaaldetectorsaan bij de Fa. Hakkers in Voorburg.Onderaan de prijslijst stondeen oproep voor nieuwe dealers. Mijleek het altijd al leuk om een bedrijfjete beginnen en zodoende was destap naar Voorburg snel gezet.Samen met mijn vader begonnen weeen V.O.F. Zo kochten we onzeeerste vier detectors van het merkC.Scope. En zo is het allemaallangzamerhand begonnen. Na eenjaar of 5 ging mijn vader met de vuten ben ik alleen verder gegaan.Heb je naast de verkoop van detectorennog een andere baan?Naast de verkoop van detectoren, benik bedrijfsleider geweest. Ik waswerkzaam in een supermarkt. Datwas een drukke baan van 60, soms70 uur in de week. Later werd ikmagazijn/expeditiechef van eenfabriek in Medemblik. Daar kwamin 1994 abrupt een einde aan. Ik wasna mijn werk op de racefiets op wegnaar huis en kwam ten val. Ik vielhard op mijn hoofd. Het gevolg waseen hersenbeschadiging en nekletsel.Ik kwam in een heel ander leventerecht. Ik kan absoluut niet meertegen stress en ben overgevoelig voorlicht, geluid en drukte. Dat heeftnatuurlijk grote gevolgen voor jeverdere leven. Toch heb ik mijn draainu redelijk gevonden. Ik kan zeggendat ik veel voldoening vind in mijndetectorzaak. Naast de zaak doe ikvoor het dorp ook nog wat vrijwilligerswerk.Heb je nog plannen voor de toekomst?We hebben net een kleine renovatieachter de rug. We hebben een nieuwevloer en wat aan de inrichtinggedaan. Voor de toekomst wil ikvoornamelijk zo doorgaan als nu.We verkopen nu de merken:C.scope, XP, White’s, Fisher, Troy,Tesoro en Minelab. Ik kan zo mijnklanten een breed assortimentaanbieden. En dat vind ik een heelprettig idee.Wat is er nu zo leuk aan het zoekvolk?Het eerste waar ik aan moet denkenis de diversiteit van mensen. Je krijgthier mensen van alle rangen enstanden. Daarnaast is het natuurlijkook mijn hobby. Wat is er nu leukerdan samen met anderen over jehobby te praten?<strong>De</strong>ze keer reizen we af naar Hippolytushoef,Een klein plaatsje in NoordHolland. “Hippolytushoef ?”, hoor ik udenken, “Is dat niet … ?” Ja, daar heeftmen niet zo lang geleden een aantalvikingschatten gevonden. Het is leukom te zien dat detectie ook een positieveinvloed kan hebben op een heeldorp. <strong>De</strong> bakker verkoopt er tegenwoordigvikingbroodjes, <strong>De</strong> VVVorganiseert een vikingroute en hetdorpshuis heeft als naam Het Vikingschip.Dit keer gaan we op bezoek bijeen jubilaris, Dirk Jan Laan. Onder dezoekers bekend als dealer van diversedetectormerken. Buiten worden we alopgewacht en verwelkomd. Onder hetgenot van een kop koffie en een heerlijkeWieringer Jodenkoek beginnen weaan ons interview.Fotografie: Johan Bosma>>
30WAT IK U VRAGEN WOU.....Wat is het meest bijzondere dat je totnu toe meegemaakt hebt met jeklanten?Het meest bijzondere wat ik meegemaaktheb is zo’n 4 jaar geledengebeurd. Ik kreeg toen hier een klantdie graag een detector wilde huren.Hij was een schapenboer en in hetland was hij zijn trouwring verloren.Op zich niet iets vreemds, dus ikverhuurde hem een detector. Aanhet eind van de dag bracht hij hemterug. Helaas, het was hem nietgelukt. Een jaar later stond diezelfdeman weer bij me op de stoep.Hij vertelde mij dat zijn vrouwinmiddels was overleden. Hij wildegraag nog een keer proberen om dering te vinden. Ik heb hem toengevraagd waar de ring kon liggen.Hij was overtuigd dat hij de plek konaanwijzen. Ik heb toen aangebodenmet hem mee te gaan. Samen metdie klant en met mijn zoon hebbenwe toen zo’n 2,5 uur gezocht en toenkwam de ring uiteindelijk bovenwater. <strong>De</strong> man werd zo emotioneeldat hij op de knieën viel. Met tranenin zijn ogen van blijdschap. Ik konalles van hem krijgen, zo blij wasdeze man. Dat soort dingen gaan jezo aan het hart en geven je enormveel energie.Maak je ook wel eens vervelendedingen mee?Natuurlijk gebeurt dat wel eens.Ik heb nooit echt een nare ervaringmet klanten gehad, maar er gebeurenwel eens wat vervelende dingetjes.Ik heb niet het soort bedrijf dataltijd maar moet scoren, het bedrijfjeis voor mij een hobby en als hetmeezit, hou ik er aan het eind vanhet jaar nog iets aan over wat ik overhet algemeen weer investeer in mijnassortiment of inrichting.Meestal kom ik er samen met deklant wel uit. Eén keer heb ik eendetector verhuurd aan een man diehet apparaat beslist niet terug wildebrengen. Nadat ik hem de nodigekeren zowel schriftelijk als mondelinghad gewaarschuwd dat ik het erniet bij liet zitten, heb ik de deurwaarderop hem afgestuurd dieuiteindelijk (na zo'n 3 jaar) het geldvorderde. Dit heeft de man uiteindelijk,via loonbeslag, veel geld gekost.Verder zijn het bijna altijd leukecontacten met leuke mensen en daardoe ik het voor, dat geeft mij de kick!Komen de klanten ook wel eens hunvondsten laten zien?Ja dat vind ik geweldig. Dat betekenttoch dat ze tevreden over je zijn.Ik heb hier ook een vitrinekast staanwaar de klanten hun vondstenkunnen exposeren. Er ligt eendiversiteit aan voorwerpjes. Bij devoorwerpjes staat ook de naam vande vinder. Op het moment hebbenwe zelfs een gouden vikingring in deexpositie. Dat vind ik toch wel zo’nbeetje het mooiste wat we tot nu toegehad hebben in de vitrine.Hoe zie je de toekomst voor dedetectiehobby?Ik heb daar wel een goed gevoel bij.Als ik mijn klantenkring bekijk zijndat allemaal goed bedoelende mensen.Als ik denk aan de toekomst,qua zoektechniek, dan valt er nogveel te leren. Als ik zo op een zoekdagzie hoe de mensen soms lopente zoeken, nou, nou, de schotelzweeft soms meer in de lucht danboven de grond. En het gekke is, zevinden ook nog wel eens wat.Heb je nog tips voor de zoekers?Ik denk aan de keuze van het soortdetector. Het komt nog wel eensvoor dat mensen helemaal af gaan opde mening van anderen. Ze hebbendan een detector gekocht, waar zehelemaal niet mee uit de voetenkunnen. Ik denk dat je beter zelfeens goed moet nadenken wat je wilten aan wat voor eigenschappen jenieuwe detector moet voldoen.Wil je zoeken op akkers, strand of opde stortgrond? Ben je een snellezoeker of loop je juist heel rustig?Misschien ben je wel "allergisch"voor gebruiksaanwijzingen of juistniet! Allemaal factoren die belangrijkzijn in de keuze van een detector.Doe je de eventuele reparaties vande detector zelf?Ik vraag meestal of ze even bij mijlangs komen. Dan kijken we sameneven naar het probleem. Het komt
31nog wel eens voor dat het iets eenvoudigsis. Een verkeerd geplaatstebatterij bijvoorbeeld. Lukt het nietom zelf het probleem op te lossen,dan stuur ik de detector door naarde desbetreffende importeur.Wil je nog wat kwijt aan de zoekers?Het zou fijn zijn dat alle zoekers zichhouden aan de gedragsregels van hetzoeken. Als iedereen op zijn brommer80 km per uur gaat rijden,zonder helm, kan dat toch ook niet?Heb vooral het fatsoen om toestemmingte vragen als je wilt gaanzoeken. Wat dat aangaat zouden alle“detectoristen” zich moeten aansluitenbij de DDA en zodoende degedragsregels onderschrijven.Dit jaar wordt natuurlijk gevierd meteen actie: Als u als lid van de DDAeen detector aanschaft boven de€400,- krijgt u er een echte roestvrijstalen“DJL detector spade” t.w.v.€45,- bij kado!Als u eens een keer wilt kijken in dezaak van Dirk Jan Laan dan bent umeer dan welkom. U kunt HandelsondernemingD.J. Laan vinden aan dePieter Maatstraat 12 in Hippolytushoef.U wordt wel verzocht om even tebellen voor een afspraak.Tel.: (0227) 59 32 86Of mobiel: 06 20 227 <strong>79</strong>0.Voor meer informatie kunt u ooksurfen naar www.djlaan.nlZoeken in het buitenlandVraag:Kunt u mij informeren over hoe het zit met de regelgeving metbetrekking tot het zoeken naar voorwerpen uit WOII? Waarmag je zoeken en waar niet? Waar moet je op letten? Hoe staathet met het zoeken in het buitenland, bijvoorbeeld Duitsland,België etc. Wat zijn de beste detectoren voor dergelijke spullen?Alvast bedankt voor de moeite,Met vriendelijke groet, R. OlderaanAntwoord:Het bestuur is van mening dat je je als zoeker het beste maarniet bezig kunt houden met het zoeken naar oorlogstuig. Je looptde kans gevaarlijke munitie tegen te komen, denk aan onontploftegranaten met explosieve ladingen etc. Bovendien is het inbezit hebben van munitie strafbaar.We raden zoekers die geïnteresseerd zijn in de Tweede Wereldoorlogaan om contact op te nemen met de Documentatiegroep’40-45, te vinden op: http://www.documentatiegroep40-45.nlOf mail naar: secretaris@documentatiegroep40-45.nlHier kun je in contact komen met verzamelaars met kennis opdit specifieke gebied, die je verder kunnen informeren, bijvoorbeeldover vergunningen voor het in bezit hebben van munitie.In bepaalde plaatsen waar de oorlogshandelingen plaats vondenheb je niet voor niets een Algemene Politie Verordening (APV).Voor het buitenland geldt natuurlijk hetzelfde advies, speel nietmet je eigen of andermans leven. Vind je tijdens het zoekendergelijk materiaal, ga er niet mee slepen, markeer de plaats enmeld je vondst bij de politie. Die weet er wel raad mee.<strong>De</strong> vraag over welke detector hiervoor het beste is, is moeilijk tebeantwoorden. Hoewel er bijna geen slechte detectoren meerzijn, is en blijft het een persoonlijke keus die iemand maakt opbasis van verschillende factoren.Zoeken in het buitenlandVoor het zoeken in het buitenland hebben we de volgendegegevens gevonden. <strong>De</strong>ze sluiten natuurlijk niet uit dat elkezoeker zelf verantwoordelijk is en blijft voor zijn doen en laten enzich ter plaatse op de hoogte dient te stellen van de ter plekkegeldende regelgeving. Je kunt op de volgende Engelstalige siteheel veel informatie vinden, <strong>De</strong>tecting and the Law in Europe:http://www.geocities.com/SiliconValley/Monitor/7843/three.htmlBelgiëOp de site van Prospector Vlaanderen, http:/www.ppvl.be kun jeeen verwijzing naar de regel WETGEVING vinden.FrankrijkLeden die regelmatig zoeken in Frankrijk vertelden ons dat je netals in Nederland te allen tijde weg moet blijven van archeologischesites, en dat uiteraard toestemming vereist is van de eigenaarvan de grond. <strong>De</strong> regels kunnen per departement verschillen.Enigszins vergelijkbaar met de APV wetgeving inverschillende delen van Nederland. Hieronder volgt een stukFranse wetgeving.<strong>De</strong>tectie: de voorstellen van kandidaat Lionel Jospin.(Vertaling ‘Détection: les propositions du candidat Lionel Jospin’).U zult het zich waarschijnlijk herinneren, maar ter gelegenheid vande campagne voor de presidentsverkiezingen van mei 1995 had onstijdschrift de verschillende kandidaten ondervraagd over hun opvattingover de toepassing van de wet van 18 december 1989 betreffendehet gebruik van metaaldetectoren. Hun antwoorden waren gepubliceerdin nummer 121 van onze “Trésors de l’Histoire”(schatten uitde geschiedenis) (juli-augustus 1995).Omdat de heer Lionel Jospin intussen Eerste Minister is geworden,dankzij de toevalligheden van de politiek, lijkt het ons heel nuttig omons de inhoud van de brief, die hij ons op 12 maart 1995 schreef, nogeens in herinnering te brengen:
32>>Mijnheer,U hebt mij op de hoogte gebracht van uw ongerustheid met betrekkingtot de reglementering die voortvloeit uit de wet van 1989betreffende het gebruik van metaaldetectoren. Ik kan het alleen maarbetreuren dat de maatregelen, vastgesteld door de socialistischeregeringen en die archeologische opgravingen reglementeren, dodeletters zijn gebleven. <strong>De</strong>ze teksten beoogden toch het bereiken van eentweeledig doel: ons erfdeel behoeden en het gebruik van metaaldetectoreninkaderen. Net als u betreur ik deze toestand van “laat maarwaaien” evenals de samenstelling van de Conseil National de laRecherche Archéologique (Nationale Raad voor Archeologischonderzoek) waarvan het grondwettelijke decreet (besluit) is genomendoor de regering Balladur.Weest ervan verzekerd dat ik zal zorgen voor een beter functionerenvan dit orgaan en voor de daadwerkelijke toepassing van de regelgevingop het gebruik van metaaldetectoren.Hoogachtend, Lionel Jospin.Waarvan akte!Het zal inderdaad heel nuttig zijn om ons te herinneren dat dewet van 18 december 1989 in niets het gebruik van metaaldetectorenverbiedt, maar eenvoudigweg het gebruik ervan reglementeertals deze machines worden gebruikt met archeologischonderzoek als doel, waarbij elk ander soort gebruik en bodemonderzoekabsoluut vrij blijft van elke regelgeving. In het gevalwaarin toevallig, en een ontdekking van dit soort is altijd toevallig,een prospector (bodemonderzoeker) een voorwerp ontdektdat interessant kan zijn voor de archeologie, zijn er de beschikkingenvan artikel 14 van de wet van 1941 inzake archeologischeopgravingen, om duidelijk aan te geven wat men moet doen: devondst aangeven bij de burgemeester van de betreffende plaats.<strong>De</strong>ze nuance was volledig begrepen door de heer Lionel Jospin.Griekenland en TurkijeZover ons bekend is het in deze landen verboden te zoeken.In deze landen kun je beter maar niet met de politie in aanrakingkomen. <strong>De</strong>nk alleen maar aan het taalprobleem.SpanjeVele zoekers nemen hun detector mee om op de stranden tezoeken. Meestal geeft dit geen problemen doch er komen delaatste tijd steeds meer plaatsen bij die een verbod hebben omoverdag tijdens het toeristenseizoen op de stranden te gaanzoeken. Als je gaat zoeken vergewis je dan sowieso of het strandgeen archeologische site is.Duitsland<strong>De</strong> regelgeving om in Duitsland te kunnen zoeken kan perdeelstaat verschillen. Weet wel dat de politie niet mals is wanneerje in overtreding bent. Informeer altijd ter plaatse of zoekenis toegestaan.Algemeen: In Europa is er sinds kort een wet die al door diverselanden is ondertekend en die het verbiedt om archeologischevoorwerpen zonder geldige uitvoerpapieren het land uit tebrengen.ActiviteitenLimburgseArcheologieManifestatie2005Zondag 10 april 2005: Archeologischepresentatie Limburgsopenluchtmuseum EynderhoofIn het kader van de “Limburgse ArcheologieManifestatie 2005” wordt in het openluchtmuseumEynderhoof te Nederweert-Eind, op zondag 10 april van 13.00 - 17.00uur, een archeologische middag georganiseerd.Voor deze middag wordt samengewerktmet de Stichting streek-archeologiePeel, Maas en Kempen en de ArcheologischeVereniging Limburg.Eynderhoof is een ambachtelijk museumaangevuld met een archeologie afdeling eneen bijzondere permanente archeologietentoonstelling “Van stenen mes totbronzen bijl”. Alle bestaande werkgroepen,van bakkers, smeden, vlechters en pottenbakkers,zullen archeologische demonstratiesgeven aangevuld met andere activiteitenop archeologisch gebied, zoalsbijvoorbeeld: vuursteen-bewerking, restauratie& conservering en het determinerenvan archeologische vondsten.Routebeschrijving:Van Eindhoven richting Maastricht neemtmen afslag Nederweert/Weert (nr.39) opde A2. Onderaan de afslag gaat menlinksaf richting Nederweert/Venlo. Na deMcDonalds staan de bruine borden met“Openluchtmuseum” aan de rechterzijdevan de weg.Van Maastricht richting Eindhoven neemtmen afslag Nederweert (nr.39) op de A2.Onderaan de afslag gaat men rechts. Idemals bovenstaande.Vanuit Venlo neemt men de N275. Menvolgt de borden naar Weert. Langs deNoordervaart de weg blijven volgen tot aande rotonde met de bruine borden “Openluchtmuseum”.<strong>De</strong>ze borden blijft uvolgen.Vanuit de richting Roermond rijdt menrichting Weert via de N280. Ter hoogte vanKelpen bij de verkeerslichten richtingLeveroy. Aan het einde van deze weg moetu links richting Nederweert/Eind. In hetdorp staan de borden naar het Openluchtmuseum.Er wordt een relatief lage entree geheven.Meer informatie via de website van hetmuseum:http://www.tref.nl/nederweert/eynderhoof/Adres: Limburgs openluchtmuseumEynderhoof, Mildersplaat 1, 6034 PLNederweert Eind.Op deze dag is de DDA met 3 mensenvoor determinatie van vondstenaanwezig.
H. J. E. van Beuningen 33Pelgrimsinsigne’s - GravenzandeIn een vijftiende eeuwse getijdenboekdat zich in de KoninklijkeBibliotheek bevindt, zijn 23 zilverenpelgrims insignes, die eeuwengeleden werden ingenaaid,bewaard gebleven. Daarvan heeft,zoals blijkt uit de aanduiding ’S -GRAVESAND, één insigne betrekkingop de Mariaverering in ’s-Gravenzande. <strong>De</strong>ze plaats stondin de veertiende eeuw bekend alsHollands meest beroemde Mariabedevaartplaats. Dit was eengevolg van de vele miraculeuzewonderen die zich hadden voorgedaanrond het in 1267 door GravinMachteld aan de kerk geschonkenhouten Mariabeeld.Een aantal jaren geleden werddoor een metaaldetectorzoeker inRotterdam een fragment van eenlood-tinnen insigne gevonden dat,zoals uit het onderschrift blijkt ookbetrekking heeft op de Mariaverering in ’s-Gravenzande. Hetbetreft een gegoten insigne dat alsfragment 34 mm. hoog en 33 mm.breed is. Helaas is het een fragmentwant, zoals uit de hierbijgetoonde afbeelding blijkt, is hetbovendeel van het insigne verlorengegaan.<strong>De</strong> onderzoeker blijft natuurlijksteeds bezig met de vraag hoe zo’ninsigne er nu compleet heeftuitgezien. Dit temeer omdat mijinmiddels vijf fragmenten vandergelijke insignes bekend zijn,allen door amateur metaaldetectorzoekersgevonden. Twee daarvanin Rotterdam, één in denHaag en één in den Briel en inStavenisse. Het is spijtig datbij alle vijf insignes de bovenbekroningen daardoor hethoofd van Maria ontbreekt.Opvallend is dat de vindplaatsenvan alle tot dusverre gevondeninsignes dicht bij ’s-Gravenzandeliggen. Duidt dat op eenmeer regionaal gerichte vereringvan Onze Lieve Vrouwe van ’s-Gravenzande? Het zou belangrijkzijn om te weten hoe dat insigneer gaaf heeft uitgezien en om datte weten te komen hoop ik dat ermetaaldetectorzoekers zijn die mijdaarbij willen helpen. Zodat in eentoekomstig derde deel van Heiligen Profaan kan worden getoondhoe dit insigne er in completetoestand uitziet.Of er ooit een gaaf exemplaar zalworden gevonden kan niemandvoorspellen. Maar wanneer erfragmenten van de onderkantgevonden zijn dan moeten er ookfragmenten van de bovenkant zijngeweest. Misschien zult u dievandaag of morgen bij uw onderzoektegenkomen. Of, wie weet,ligt zulk een fragment, door u nietherkend, in uw rommelbakje. Zoudat het geval zijn dan houd ik mijzeer aanbevolen voor een bericht.Dat geldt ook wanneer u anderefragmenten hebt gevonden van ditinsigne. Want elk gevonden fragmentgeeft meer inzicht de verspreidingvan de verering vanOnze Lieve Vrouwe van ’s-Gravenzandein de 14e en 15e eeuw.Steeds weer wijs ik er op datzonder de inzet van amateurmetaaldetectorzoekersde publicatiesHeilig en Profaan 1 en 2 nooitzouden zijn verschenen. En ikverzeker u dat ik deze overtuigingook verder zal blijven uitdragen.Ook bij diegenen die van oordeelzijn dat het gebruik van metaaldetectoreneigenlijk niet aanvaardbaaris. En die het liefst niet willenweten dat zonder de inzet vanverantwoord werkende amateurmetaaldetectorzoekersde meesteinsignes nooit zouden zijn gevondenen daardoor ook voor dewetenschap verloren zouden zijngegaan.H.J.E. van Beuningen, CothenReacties kunt u sturen aan:foundation@medievalbadges.org
Wouter van den Brandhof 35PAArdentuig<strong>De</strong> historische achtergrondUit het recent uitgekomenproefschrift GewapendeBataven van Johan Nicolayblijkt dat paardentuig uit deRomeinse tijd niet alleen inmilitaire context wordt gevonden.Geregeld worden dezemilitaria aangetroffen inburgerlijke nederzettingendie ver uit de buurt vanRomeinse forten of militairewachtposten lagen.Bataafse veteranen namenna hun diensttijd wapens entoebehoren mee naar huis,waarna het nodige aan paardentuigen andere militariawerd verloren, danwelgeofferd aan de goden alsdank voor een behoudenterugkomst na 25 jaarmilitaire dienst.Passantnatuurlijk is niet alhet paardentuig verlorendoor Bataafse ruiters die terugkeerdennaar huis. We moetenons bedenken dat Bataven zichbezighielden met de paardenfokkerij.<strong>De</strong> paardenfok zal ongetwijfeldzijn sporen hebben nagelaten,bijvoorbeeld in de vorm vanverloren paardenbitten, riemkoppelingenen beslagstukjes. Ookniet-militairen kunnen een paardin hun bezit hebben gehad, hetgeenheeft geresulteerd in hetverlies van het één en ander aankleinbrons.Niettemin zijn de meeste wetenschappershet er min of meerover eens dat grote aantallenBataven dienden bij de Romeinsehulptroepen (auxilia) en dat hetmerendeel van het gevondenpaardentuig verloren is doorBataafse ruiters met een militaireachtergrond. Wat betreft detroepenleveranties is wel eens hetaantal van 5000 man genoemd,wat zou betekenen dat uit iederBataafs gezin minstens éénjongen naar het legerwerd gestuurd.Voor de Batavenin de Betuwe enNoord-Brabantzijn de gevolgenvan de troepenleverantiesverstrekkendgeweest.RiemkoppelingHaak van een riemkoppelingTwee sluitingsknoppenEindbeslag paardentuigTwee beslagnieten, mogelijkvan een riemenschort.Alle gefotografeerdevoorwerpen zijnop ware grootte. >>
36PassantEindbeslag paardentuig<strong>De</strong> Romeinse druk om troepencontigentente leveren is één vande redenen geweest waarom deBataven in 69 in opstand kwamentegen Rome. Afgezien vanandere Romeinse wandaden,zoals het gebruik van Bataafsejongens voor onzedelijke doeleinden.Uit Roemenië is een grafsteenbekend waarop de heldendadenvan een Bataaf worden bezongen:Ik ben de man die, eens heel beroemdaan de oevers van Pannonië,Dapper de voorste onder 1000Bataven,In staat was onder de ogen vanHadrianus de wijde waterenVan de diepe Donau in volle wapenuitrustingover te zwemmen,Die uit mijn boog een pijl omhoogschoot en, terwijl die in de lucht hing,En terugviel, met een tweede pijl deeerste trof en brak,Die door geen Romein of Barbaarooit is overtroffen,Niet door een soldaat met zijn speer,niet door een Partische krijger metzijn boog,Hier lig ik begraven, op deze gedenksteenheb ik mijn daden vereeuwigd.Laat nu iemand zien, of hij na mijmijn verrichtingen kan evenaren.Ik heb tot voorbeeld gediend voormijzelf , die als eerste zulke prestatiesheeft geleverd.<strong>De</strong> Bataven hebben in materiëlezin veel nagelaten, variërend vantriquetrum-staters tot militairediploma's en paardentuig. Metname het paardentuig wordtveelvuldig gevonden door detectoramateurs,maar wordt langniet altijd als zodanig herkenden verdwijnt dikwijls in derommelbak. Dit artikel isbedoeld als steun in de rug bijhet herkennen en benoemen vanpaardentuig, in de hoop dat hetbesef groeit dat zelfs de meestgefragmenteerde stukken herinnerenaan wat eens Bataafsestrijders waren; een verdwenenvolk dat zelfs nog in de TachtigjarigeOorlog een belangrijkeinspiratiebron vormde voor deNederlanders, die in opstandwaren gekomen tegen de Spanjaarden.Teugelring (Nicolay type C:een voor de Betuwe zeerzeldzaam type).Fragment vanpeltavormig leerbeslag.Afb. 3 IPhalera metriemkoppelingenSierbeslag (mogelijk beslagplatenbehorende bij een riemkoppeling).Of Bataven daadwerkelijk instaat waren om militaire hoogstandjeste verrichten, zoals hetoverzwemmen van een riviermet paard en uitrusting en al isonbekend. Wel is bekend dat zijdienden bij de Romeinse keizerlijkelijfwacht, wat tegelijkertijdbetekent dat zij verantwoordelijkwaren voor de dood van meerdereRomeinse keizers. Immers, dekeizerlijke lijfwacht was ook heelgoed in het tegenovergesteldevan zijn taak, namelijk: hetombrengen van uit de gratiegeraakte keizers.Typologie van paardentuigIn de Romeinse tijd slaagt menerin om produkten en masse tefabriceren. Dit geldt niet alleenvoor aardewerk, maar ook voorpaardentuig. Indien we paardentuigdat in Zwitserland is gevondennaast vondsten uit Engelanden Nederland neerleggen, danvalt op dat de gevonden stukkengrote onderlinge overeenkomstenvertonen. Paardentuig datin Nederland is aangetroffen kandan ook prima worden gedetermineerdmet behulp van Engelse,Zwitserse en Duitse standaardwerken,omdat er (helaas!)sprake is van eenheidsworst.Gelukkig is nu het boek GewapendeBataven uitgekomen,waardoor iedere detectoramateurde kans krijgt om zelf vondstente determineren.1. RiemverdelersEen riemverdeler zit op het puntwaar meerdere riemen bij elkaarkomen, bijvoorbeeld het hoofdstelof de teugels. Op afbeelding1 kunnen we een riemverdelerzien. Naast de term riemverdelerkomen we ook de term ringverdelertegen. Het woord ‘ring’ in
Afbeelding 1Ringverdeler met vier riemkoppelingenAfbeelding 4Hangers37Afbeelding 2RiemkoppelingenAfbeelding 5Zadelgespen en zadelbeslagAfbeelding 3 IIPhaleraAfbeelding 6RiemuiteindebeslagPassant>>
38>>ringverdeler is uiteraard ontleendaan de ring in het midden die vierriemkoppelingen met elkaarverbindt.Afbeelding 7Paard met ‘saddle plates’2. RiemkoppelingenEen riemkoppeling is het beslag,dat wil zeggen een bronzen plaatjedat fungeert als aanhechtingspuntvoor een riem, met een haak aanhet uiteinde die om de ring van deringverdeler heen is geslagen.Oorspronkelijk waren door debeslagplaten van riemkoppelingenklinknagels, of beter gezegd stiften,heen geslagen, bedoeld omhet leer op zijn plaats te houden(zie afbeelding 2).Bron: Nicolay 2005 blz. 47Oproep paardentuig!<strong><strong>De</strong>tector</strong>amateurs die Romeins wapen- en paardentuig uit het Noord-Nederlandse terpengebied in hun collectie hebben, wordt vriendelijkverzocht om contact op te nemen met dr. Johan Nicolay, werkzaamaan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Momenteel worden dezevondsten geïnventariseerd en nader onderzocht.Johan Nicolay is te bereiken op J.A.W.Nicolay@let.rug.nlMocht u niet over e-mail beschikken neem dan even contact opmet W. van den Brandhof (zie bestuursledenlijst op p. 5).Afbeelding 8Onderdelen vanpaardenbitten3. PhaleraeZoals uit afbeelding 3 blijkt, wordenriemkoppelingen niet alleensamen met ringen van ringverdelersgevonden. Riemkoppelingenwaren ook bevestigd aan phalerae(enkelvoud phalera). Wat is eenphalera? Een phalera is een sierschijf,met aan de achterzijdeminstens één oog, zodat deze aanéén of meerdere leren riemen konworden bevestigd. Phalerae hebbenbehalve een decoratieve,mogelijk ook een symbolischebetekenis gehad; waarschijnlijkstaat een phalera voor de zon ende mannelijkheid. Romeinselegionairs ontvingen phalerae alsonderscheiding voor dapperheid,maar de sierschijven waar het hierom gaat dienen in een anderecontext te worden geplaatst.Afbeelding 3 I is een phalera metdaar onder een hanger, hetgeen opde decoratieve functie wijst.4. Hangers en eindbeslag<strong>De</strong> phalerae brengen ons alsvanzelf bij de ‘gewone’ hangers enhet eindbeslag. Het eindbeslagstaat ook wel bekend als riemuiteindebeslagen werd gebruikt omhet einde van een riem dat naarbeneden kon hangen, te verzwaren(zie afbeelding 6). Aangezien leerde neiging heeft om op te krullen,was het gebruik van eindbeslagnoodzakelijk en dus functioneel.
39<strong>De</strong> variatie bij ‘gewone’ hangersis erg groot (zie afbeelding 4).We kennen de lunulae, dat wilzeggen de halve manen endaarmee tekens van vrouwelijkheid,de blad- en eivormigehangers en verder de vleugelvormige,de fallistische en de druppelvormigehangers. <strong>De</strong> meestevan deze hangers waren net alsde phalerae louter decoratief,met enkele uitzonderingen,waaronder de vruchtbaarheidssymbolen.<strong>De</strong>ze hebben gediendom kwade geesten af te weren enom de eigen vruchtbaarheid tebeschermen.5. Zadels en paardenbittenDaarnaast is er nog, afgezien vanhet ‘doorsnee’ beslag van paardentuig,koperen zadelbeslag.Dit beslag wordt vrij weinigaangetroffen en was, zoals denaam al zegt, op een zadel bevestigd(zie afbeelding 5) en bevatdikwijls inscripties met namenvan legerafdelingen of de eigenaar.Op dezelfde afbeeldingzien we de zgn. zadelgespen,deze gespen dienden om riemenstrak te trekken. In sommigegevallen ontbreekt het verticalelinkergedeelte van de beugel, water toe kan leiden dat de vondstniet voor een gesp, maar vooreen handvat wordt aangezien.Ander beslag, van uitgehamerdbronsblik en vierkant van vorm,was bevestigd aan de stroken leerdie aan het zadel hingen. InEngeland gebruikt men hiervoorde mooie term ‘saddle plates’(afbeelding 7). ‘Saddle plates’werden in veel gevallen gebruiktter decoratie van paradepaarden,ze worden dan ook minderregelmatig gevonden. Tenslottezijn er nog de onderdelen vanpaardenbitten, van verschillendevorm (afbeelding 8).Wouter van den BrandhofMet dank aan Johan Nicolay.Beschikbaarheid boek‘Gewapende Bataven’Momenteel is het boek alleenbeschikbaar voor diegenen diebij het promotie-onderzoek vanJohan Nicolay betrokken zijngeweest. Waarschijnlijk komen erop een later moment meer boekenvoor de algemene verkoop terbeschikking. Thans kan men hetproefschrift in de grotere bibliothekenen de universiteitsbibliothekeninzien. Een echte aanrader!Het fraaie boek‘Gewapende Bataven’van Johan Nicolay.Stichting Monument & MateriaalLezing‘GRONDIG INGRIJPEN’Dinsdag 5 april a.s. zal de tweedelezing van de StichtingMonument & Materiaal plaatsvinden.<strong>De</strong> spreker is Gert vanOortmerssen, werkzaam bij hetLaboratorium voor Conservatie& Materiaalkennis (LCM) vanhet Groninger Instituut voorArcheologie (GIA) van de RijksuniversiteitGroningen.Beknopte inhoud van de lezing:conservatie en restauratie vanvondsten uit archeologischeopgravingen met voorbeeldenvan methoden, opvattingen enobjecten.<strong>De</strong> lezing vindt plaats in hethuis Eem, aan de Hoge der A nr.6 en begint om 20.00 uur.Een ieder is van harte welkom,de zaal is open vanaf 19.45 ende toegang is gratis.Informatie:Ewa Soroka of Joke Leutscher.Tel.: 050 31 46 246.
41Sieraden zoekenin Oost-DuitslandToch is het juist hier in het waterwaar je duidelijk kunt merken dat jein Nederland niet de enige zoekerbent. Behalve dat je regelmatig eencollega zoeker treft, kun je ook uitdatgene wat je uit het water vistopmaken dat er eerder door iemandis gezocht.En dat gebeurt nog al eens. Al langetijd leefde bij mij dan ook het ideeom mijn geluk eens te beproevenergens in Oost-Europa. Immers,daar moest het zoeken in laag watereen onbekend fenomeen zijn en ermoesten zoekplekken te vinden zijnwaar ik de eerste zou zijn. Dit jaarbesloot ik de proef maar eens op desom te nemen. Lag het goud echtvoor het oprapen in Oost-Europa?Na een lange dag reizen arriveerdenmijn zoekmaat en ik vlak bij dePoolse grens in Oost-Duitsland. Nahet vinden van een geschikte camping,wat in Oost-Duitsland geengemakkelijke opgave is, en hetnuttigen van de eerste maaltijd,konden we het niet laten om ’savonds tegen een uur of negen nogeven een poging te wagen. Al snelkwamen de eerste zilveren ringennaar boven en één hele mooiegouden ring.<strong>De</strong> dagen er na werd duidelijk dathet zoeken in laagwater voor Oost-Duitsers inderdaad een bijzondervreemd fenomeen is. Sommigenkeken of ze water zagen branden enkwamen vragen waar we in hemelsnaammee bezig waren. Dit overkomtmij in Nederland ook wel,maar de regelmaat en de manierwaarop dat in Duitsland gebeurdewas nieuw voor mij.Al met al vonden we in vier dagenzoeken beduidend meer dan wat ikin Nederland gewend was. Naasteen heleboel troep en sieraden dieniet van een edelmetaal warenvervaardigd vonden we in totaalruim 350 munten, 62 zilverenringen, 6 zilveren (schakel)armbanden,12 zilveren hangers en alsslagroom op de taart 9 goudenringen en 3 gouden hangers. Leukwas ook dat het aantal oude ringenhoog was. Fraai vervaardigde zilverenringen met vaak een steen inhet midden.Al met al kan geconcludeerd wordendat er in Oost-Europa meergevonden kan worden dan in Nederland.Duidelijk is dat laag waterzoekendaar een relatief onbekendfenomeen is. Het aantal vondstenzou ongetwijfeld nog groter zijngeweest als Oost-Duitsland vanoorsprong niet een arm gebied wasgeweest. Voor een zoeker die ookregelmatig in het water zijn gelukbeproefd is Oost-Europa wat mijbetreft dan ook een aanrader!Rinke Nijdam, Sneeknijdam@solcon.nlEen artikel in het weekbladPanorama was voor mij vierjaar geleden de aanleiding omeen onderwaterdetector tekopen. In ondiep zwemwaterlag van alles op mij te wachten,zo verzekerde het artikel.Al snel bleek dat mijn passievoor metaaldetectie nietalleen beperkt bleef tot hetzoeken op het land in herfstenwintermaanden. Hetafzoeken van zwemplekkenop zomerse avonden brachtmij ook veel ontspanning enheel veel mooie vondsten.Trouwringen, zegelringen,gewone ringen, armbanden,halskettingen; het is allemaalte vinden in ondiep water.
4242 VRAAGBAAKVraagbaak ?Vragen kunt u opsturen naarJ. Koning, Roodborststraat 20,8916 AG Leeuwarden.U kunt uw vragen natuurlijk ook d.m.v. eene-mail naar ons verzenden.E-mail: vraagbaak@detectoramateur.nlAan deze vraagbaak werkten mee: J. Zijlstra, H.J.E. van Beuningen, A. van Herwijnen, K. Pannekeet, J. Koning, A. Miedema-Tjallema,W. Koning-Roosjen en Rio Holtman.Vraag 1Piet Verwey stuurde een munt op die hij zelf niet kon vinden in de boeken.AntwoordHet is een koperen duit van West-Friesland van het type met de drie wapenschildjesvan de drie muntsteden Hoorn, Enkhuizen en Medemblik. Dittype is alleen geslagen in 1658 en wel te Medemblik. Muntmeester wasGerrit van Romondt. Literatuur: Verkade 75.8, PW 3004, Pannekeet WES.41.echt geweldig (komt van zandgrond... vandaar). Mijnvragen: klopt mijn ontcijfering en betekenis van deplant/struik/boom ontsproten uit knol/bol met eenvogel in de top? Is dit stempel van rond 1350? (Oudenamen van Noordwijk uit een ver verleden zijnNortwic, Nortich, Nortgo, Nortwick, Nordwick en nogvele meer). Als u mij kan helpen... graag, en ontzettendbedankt natuurlijk. Met vriendelijke groeten,Paul SchaapAntwoord:Ten eerste een zeer belangwekkende vondst.Spitsovaal; 14e eeuw [eventueel laat 13e eeuw]Tekst: (onder voorbehoud) S`NICHOLAI . PBR .NOR(DW)IC = Zegel van Nicolaas, priester [presbyter]van Noordwijk. <strong>De</strong> tak met vogel zal een religieussymbool zijn. Dit valt wel verder uit te zoeken.<strong>De</strong> daarbij behorende (binnen) tekst met……..LEVI-LAIN zal daarop betrekking hebben, mogelijk iets vanlicht in gewicht (vogel) [symbool van de ziel].Vraag 2Ik heb wat vragen voor Jan Zijlstra m.b.t. een gevonden zegelstempel. Hetbetreft het stempel die op de bijlage te zien is. Hij is door mij met dedetector gevonden in mijn woonplaats Noordwijk en aangezien ik bij hetontcijferen van de tekst de naam NORDRIC? tegenkom (verbastering vanNoordwijk?) zou het een hele speciale vondst kunnen zijn. Begin 2006heb ik een kleine tentoonstelling in het plaatselijke museum, waar ikvondsten zal laten zien van de laatste 20 jaar en dan alleen vondsten die ikin Noordwijk heb gedaan. Dit stempel zou een van de topstukken kunnenzijn als het inderdaad van een geestelijke is geweest in Noordwijk.Afmetingen: 40 mm x 25 mm. Vorm: ovaal. Materiaal: brons.Keerzijde: In het midden in de lengte een smalle verhoogde band met eendraagoog aan bovenkant. Conditie: perfect!! <strong>De</strong> scan is een vergroting,waar dus alle oneffenheden vergroot op te zien zijn, maar de conditie isVraag 3Beste heer Koning, al een tijdje geleden heb ik dezeringen gevonden. <strong>De</strong> kleinste ring weegt net 1 gramen is 24 karaat. <strong>De</strong> gravering een koord met eensluiting die lijkt op een jakobsschelp. (ring van eenkloosterling?) Op het terrein waar deze ring vandaankomt zijn vooral middeleeuwse voorwerpen gevonden.<strong>De</strong> grote ring weegt 12 gram en is 24karaat, aan de buitenkant van de ringzijn 2 stempels ingeslagen, links deletter D en rechts is het figuur afgesletenen stelt waarschijnlijk een leeuwvoor. Trouwring? Op het terrein waardeze ring vandaan komt, zijn voorwerpenvanaf 1700 tot 1900 gevonden.Lastig om een leeftijd te bepalen. Kuntu mij vertellen hoe oud deze ringenzijn of er een betekenis achter zit? Metvriendelijke groet,Philippe Legrand.Antwoord:<strong>De</strong> grote ring: merken zijn aan debuitenzijde geslagen. Dit werd inEngeland een tijdje gedaan. <strong>De</strong> leeuwdie je echter aangeeft op de scan is
VRAAGBAAK 43voor ons alsnog onvindbaar in de Engelse literatuurdie in ons bezit is. Ook de letter D, jaarmerk, heeft ietsspecifieks. We dateren hem ook mede gezien debijvondsten voorlopig in de 18e eeuw.<strong>De</strong> kleinere ring is zeker van jongere datum en kanworden geplaatst in de 17e eeuw en zal vermoedelijkook gezien de maat aan een dame hebben toebehoord.Een interessant fragment van een weinigvoorkomend erotisch insigne. MeneerVan Beuningen wil graag voor zijndocumentatie de vindplaats weten.We verzoeken dan ook de vinder contactmet ons op te nemen.Het insigne is ook afgebeeld in devariarubriek (p. 14).Beide ringen zullen in de map nog verder op te lossenvragen blijven zitten. Vooral op het gebied van ringen,zilver en goudmerken zal onze kennis nog uitgebreidmoeten worden. Echter goede literatuur is niet goedkoopen moeilijk te vinden, vooral als het het buitenlandbetreft.Vraag 45Van Johan Bosma uit Drachten kwam een fotobinnen van een lood/tinnen voorwerp waarvan hijnatuurlijk meer wilde weten.Antwoord:Een omlijsting dieincompleet en gedefermenteerdbewaard isgebleven. <strong>De</strong>coratiezal boven en onderidentiek zijn geweest.Datering betrekkelijklaat, geschat tussen1500-1550.Vraag 5Op het zoekweekend 2004 in Ootmarssum werd eenincompleet insigne, lood/tin, gefotografeerd vanWilco Riegelt, waarvan we toen niet direct de juisteverklaring konden geven. Nu deze bekend is volgthier het antwoord.Antwoord:<strong>De</strong> fallusboom is identiek aan het erotische insigneafgebeeld in HPI, afb. 622.Voorstelling: twee gevleugelde fallusdieren met belonder boomVindplaats: AmsterdamAfmeting: h.: 53 br.: 55Materiaal: lood/tinBevestiging: draagspeldDatering: 1400-1450<strong>De</strong>tails: fallus in boomVraag 6Beste Johan, enige tijd geleden heb ik een metalendoosje gevonden dat de grootte heeft van een kleinesigarettenkoker. Binnenin dit doosje staan enkelestempels die ik niet goed kan scannen omdat debinnenkant niet vlak is en dus onscherp gescandwordt. Wij gaan er vanuit dat het doosje gemaakt isvan het metaal tin maar het zou ook zilver kunnenzijn. Van de voorkant heb ik wel een scan gemaaktdie ik hierbij opstuur, ik hebgeprobeerd de stempels nate tekenen.Het gaat om vier stempels;één met een anker, één meteen leeuw en één met deletter M (Gotisch) <strong>De</strong> vierdestempel is anders van vormen bevat enkele letters, deletter “H” boven vervolgensde letters "W & C(of G) enonder “Ld”.<strong>De</strong> afmeting van het doosje(koker) is: 84 X 74 X 8 mm. Het gewicht is ongeveer 120 gram. <strong>De</strong> stempelszitten aan de binnenzijde, alle vier aan de linkerkant en de -m- en de -leeuw- ook nog eens aan de rechterkant. <strong>De</strong> omlijsting is precies zoals ikze getekend heb, afgerond boven en met twee golfjes onder. <strong>De</strong> -m- is juistgetekend. <strong>De</strong> leeuw heeft alleen een uitgestoken rechter poot met ietsomhoog staande tenen. <strong>De</strong> stempels zijn 2 x 2 mm.<strong>De</strong> vindplaats is in Duitsland nabij Neu Lauterburg vlakbij de Fransegrens in de omgeving van Karlsruhe. Het hele gebied is door de eeuwenheen menigmaal slagveld geweest en ligt in de z.g. ‘Westwall’ de Siegfriedlinie.Op 100 meter afstand heb ik een jaar geleden een munt uit hetOttomaanse rijk gevonden. Ik denk dat een soldaat, waarschijnlijk uit de
44VRAAGBAAKlaatste wereldoorlog, nog snel vóór gevangennamezijn waardevolle artikel in de grond heeft gestopt, hetzat nl. erg diep om in die tijd gewoon verloren te zijnen nét naast een oude schuttersput. Op een halvemeter afstand vond ik drie 81 mm (USA) mortiergranatendie, na mijn melding, twee dagen later door deDuitse Explosieven opruimingsdienst zijn opgehaald.Alhoewel ik op oude slagvelden zoek komt het vrijwelnooit voor dat ik explosieven vind. Alvast bedankt! Ikben erg benieuwd. Hartelijke groeten, Hans MeulensteenAntwoord:Hans, om te beginnen is het zo dat je doos van zilverzal zijn omdat het materiaal erg dun is. Tin zal niet zogemakkelijk buigbaar zijn. Over het wapen/monogramvalt niet zoveel te zeggen. Wel kunnen we aan destempels zien dat het Engels is.Het anker staat voor Birmingham, de leeuw voorEngeland en de letter M staat volgens de jaargegevensvoor 1912.Het merk van de zilversmid kunnen we nietplaatsen, hierover konden we geen gegevens vinden.Nog even wat reacties van leden op eerder besproken voorwerpen:Geacht team, ik wil even reageren n.a.v. de determinatie van voorwerp 5(magazine 77). Al zeker 8 jaar geleden vond ik een aantal van deze voorwerpenen heb deze toen voorgelegd aan Dick Eekhof. Dick zei dat hetook mogelijk was dat dit knoppen waren die aan gordijnroedes haddengezeten. Ik hoop dat je hier wat aan hebt. Met vriendelijke groet,Annemiek Engwerda uit SteggerdaMijne heren, hierbij determinatie van vraag 5 (magazine 78, december2004). Het betreft hier een fragment van een 17e-eeuwse kledinghaak,waarvan de haak (onder) ontbreekt en een deel van het bijna driehoekigeoog (boven) is afgebroken. Dus Ottoons of Karolingisch is het niet, eenkleine teleurstelling dus.Marc de Groot, Pouzdrany, Czech RepublicBeste dames, heren, in <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> nummer 78 staat bij vraag 5een voorwerpje van Marcel Janssen. Ik weet haast voor 100% zeker dathet hier gaat om het centrale deel van een 17e-eeuws kledinghaakje.<strong>De</strong> twee uitsteeksels aan de bovenkant vormden het oogje, en aan deonderkant zat de haak. Groetjes, Erik MachielsVraag 7Beste vraagbaak.Onlangs vond ik op een akker in Drenthe dezeboekensluiting. Hij is van zilver, en heeft geenmerkje. Bij het op de akker voelen brak hij gelijkdoormidden. In het vervolg doe ik nog voorzichtiger;door schade en schande wordt men helaas wijzer. Ikheb het door een juwelier laten repareren. Uit welkeperiode komt dit mooie stukje zilver. Hebben de drievissen nog een betekenis?Gert Lugthart, BeilenAntwoord:Dit mooie boekslot (zonder de achterklemmen)dateren we in de 18e eeuw. In deze eeuw werden dekeuren meestal op de achterzijde van de achterklampenaangebracht. <strong>De</strong> drie vissen hebben mogelijk eensymbolische betekenis en zouden kunnen verwijzennaar de Heilige Petrus. Simon-Petrus was een visser ophet meer van Galilea.
Wordt nu lid van<strong>De</strong> <strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Amateur</strong>Wordt nu lid en krijghet nieuwste<strong><strong>De</strong>tector</strong> <strong>Magazine</strong> omde twee maandenin de bus!Kijk voor meerinformatie opwww.detectoramateur.nl