12.07.2015 Views

Kader Primair 1 (2011-2012). - Avs

Kader Primair 1 (2011-2012). - Avs

Kader Primair 1 (2011-2012). - Avs

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong><strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> is een uitgave van de Algemene VerenigingSchoolleiders (AVS), dé vereniging voor alle leiding gevendenin het basis-, voortgezet en speciaal onderwijs. <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong>verschijnt tien of elf keer per jaar. Oplage: 5.800. Overnamevan artikelen na overleg met de hoofd redacteur.ISSN 1384-1165RedactieTineke Snel (hoofdredactie), Vanja de Groot en JoëllePoortvliet (bureau- en eindredactie), Hans van denBerg, Jos Hagens, Carine Hulscher-Slot, Tom Roetert.Redactieadres: AVSMedewerkers deze maandJaan van Aken, Theo van den Burger (gastredacteur),Metin Çelik, Jos Collignon, Pieter Dekkers, Noortje van Dorp,Daniëlle de Droog-Arets, Jan de Groen, Gerard Helt, AndreaHolwerda, Winnie Lafeber, Marijke Nijboer, Hans Roggen,Studio rUZ, Marije van Vilsteren, Astrid van de WeijenbergAbonnementenAVS-leden ontvangen <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> en <strong>Kader</strong>nieuws gratis.Abonnementprijs voor niet-leden: t 117 (excl. 6% BTW).Administratie: AVS-secretariaatGrafische vormgeving en drukThoben Offset NijmegenTelefoon: 024-3220287AdvertentiesRecent, Ray Aronds,Postbus 17229, 1001 JE AmsterdamTelefoon: 020-3308998, fax: 020-4204005E-mail: info@recent.nl www.recent.nlLedenserviceAVSPostbus 1003, 3500 BA UtrechtTelefoon: 030-2361010, fax: 030-2361036E-mail: info@avs.nl www.avs.nlHelpdeskVoor adviezen over wet- en regelgeving, functiewaardering,de individuele rechtspositie en arbeidsvoorwaarden.maandag t/m vrijdag: 09.00 – 17.00 uurtelefoon: 030-2361010BestuurTon Duif (voorzitter), Jan Morsink (secretaris), Petra van Haren(penningmeester), Hans PenningsLedenraadE-mail: ledenraad@avs.nlDecentraal Georganiseerd OverlegDe AVS overlegt namens het Ambtenarencentrum.Secretariaat: Winlan Man, w.man@avs.nl, tel. 030-2361010LidmaatschapLidmaatschap schooljaar <strong>2011</strong>/<strong>2012</strong>Persoonlijk deel: t 139,50Managementdeel: t 201 – t 294, afhankelijk van het aantalleerlingen (1 x per school)Postactief lid: t 75Buitengewoon lid: t 75Los abonnement <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> en <strong>Kader</strong>nieuwsniet-directie leden: t 117 (excl. btw)Kijk voor het huidige actieaanbod en delidmaatschapsvoorwaarden op www.avs.nl/lidworden.De mening van in <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> geïnterviewde personen isniet noodzakelijkerwijs de mening van de AVS. Ook duidt adverterenin dit blad niet op samenwerking of goedkeuring van de AVS met of voorde betreffende organisatie, behoudens de AVS Voordeelpartners.<strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> wordt gedrukt op FSC® gecertificeerd papier.Uitgelichtthema ‘Betrek schoolleider bijontwikkeling wijk’Een goede school zorgt voor duurdere woningen in de wijk,blijkt uit onderzoek. Schoolleiders kunnen dit verbandtussen onderwijs en omliggend vastgoed meer uitbuiten,vinden deskundigen. pagina 20onderzoek Passend leiderschapDe ontwikkelingsbehoefte van een school komt vaak nietovereen met de oriëntatie op sturing van de schoolleider,blijkt uit onderzoek van Berenschot en de AVS. Welkeuitvluchten zijn er om niet te tegemoet te komen aanpassend leiderschap en welke inzichten levert dat op?pagina 36actueelthema ‘Je kunt niet verkeerd kiezen’De meeste kinderen vinden school al prima als zeveel kunnen spelen, naast hun vriendje mogen zittenen een lieve juf of meester hebben. Ouders kijken vaakop een andere manier naar de school. Hoe? Oudersvan straks, van nu en een MR-ouder aan het woord.pagina 16achtergrond Mediation werktDe intensiteit en complexiteit van de communicatie inhet onderwijs neemt toe en daarmee ook de wrijvingen.Mediation kan uitkomst bieden. Ruim een derde van deleidinggevenden in het primair onderwijs heeft er weleens mee te maken gehad. Cijfers en ervaringen.pagina 322 Directievacature blijft lastig vervulbaar, maar er komen minderlege plekken bijArbeidsmarkt leerkrachten redelijk in evenwicht3 Proef flexibele onderwijstijd gestartLessen in zomervakantie tellen mee bij verplichte onderwijstijd5 Expertisecentrum voor verschillen jongens en meisjes op komstAanleiding: onderpresteren jongens in onderwijsFoto omslag: Gebiedsontwikkelaar Proper-Stok zette in de Rotterdamse wijk Katendrecht brede schoolDe Globetrotter in als motor voor gebiedsontwikkeling.


Inhoud september<strong>Kader</strong>spel door ton duifthema De buitenwereld12 E r zijn geen buitenstaandersOnderwijs gaat over meer dan onderwijs16 Ouders over schoolDrie portretten20 Huizenprijs lift mee op schoolkwaliteitRelatie onderwijs en omliggend vastgoed24 ‘Ik bemoei me niet metpedagogische keuzes’Onderwijswethouder Den Haag spreekt zich uitverder in dit nummer32 ‘Het draait bijna altijd omsamenwerking, communicatieen vertrouwen’Ervaringen met mediation36 ‘De brug stond open’Passend leiderschap: uitvluchten en inzichten40 ‘Als je durft, kun je het!’Jong managementtalent Louise van Nispeniedere maand9 Illustratie Jos Collignon14 Uw mening telt peiling29 Zo kan het ook! Good practiceGescheiden ouders samen op gesprek30 Eindverantwoordelijk managementOnderzoek naar code goed bestuur po: hoe zithet echt?31 Speciaal (basis)onderwijsAdoptieteams43 Politieke columnMetin Çelik (PvdA)44 Van de AVS46 AVS School for Leadership50 Voor u geselecteerd51 BoekbesprekingVerhelderend perspectief op werkelijkheidDifferentiërenmet mateEr is op het gebied van onderwijs weinig gebeurd afgelopen zomer.Vooruitlopend op de onderwijsbegroting wordt er tijdens de zomervakantienogal eens wat losgelaten over de ingrepen die eraan komen, maar het is ditjaar opvallend stil.De onderwijsrust werd een maand geleden wel verstoord door de voorzetvan de Besturenraad om meisjes en jongens apart les te geven. Ik vind datgeen goed idee. Dat meisjes anders leren dan jongens is niets nieuws. Endat jongens minder presteren dan meisjes is ook niet van vandaag. Latenwe maatwerk leveren in de klas, zodat jongens en meisjes evenveel aan huntrekken komen: differentiatie van het leerstofaanbod. En dat kan gewoonbinnen een gemengde les. Toen de jongens/meisjes-discussie enigszins wasgeluwd, werden we geconfronteerd met de komst van het expertisecentrumJongensTalent. Het gaat zich richten op de verschillen tussen jongens enmeisjes, zo staat in de doelstelling, maar jongens krijgen – meteen al in denaam van het centrum – meer aandacht. Het is natuurlijk prima om het besteuit iedere leerling boven te halen, daar staan we voor in het onderwijs, maarer is niets mis mee om dat te doen vanuit het gegeven dat meisjes het beterdoen dan jongens.Inmiddels zijn alle vakanties voorbij en bent u weer begonnen. Met nieuweplannen en uitdagingen, rekening houdend met wat de buitenwereld van uwschool verwacht – het thema van deze <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong>. Wist u bijvoorbeeld datu met de kwaliteit van uw onderwijs de huizenprijzen in de wijk beïnvloedt?Ook de AVS is op volle toeren het nieuwe schooljaar ingegaan. We willennog vaker de ervaring en mening van onze leden mee laten tellen. Dezeweek al krijgt u per e-mail een onderzoek naar de ervaringen met de inspectietoegestuurd. En in oktober volgt de jaarlijkse vragenlijst over vacatures,die we deze keer uitbreiden met werkdruk en bestuurlijke verhoudingen.Ik hoop dat velen van u mee zullen doen! kader primair september <strong>2011</strong> 1


actueelarbeidsmarkt leerkrachten redelijk in evenwichtDirectievacature blijft lastig vervulbaar,maar er komen minder lege plekken bijDe arbeidsmarkt voor leerkrachten en onderwijsondersteuners in het primair onderwijs is, afgezienvan duidelijke regionale verschillen, redelijk in evenwicht, concludeert het ministerie van OCW. Voorschoolleiders in het po is nog steeds sprake van een gespannen arbeidsmarkt, al zijn ook daar de scherpstekantjes af, blijkt uit de Arbeidsmarktbarometer over het 3 e kwartaal van 2010.De arbeidsmarkt voor schoolleidersin het po is al geruimetijd gespannen. Dit komt vooreen deel omdat de vraag naarschoolleiders relatief groot isdoor uitstroom van ouderenrichting pensioen, maar ookomdat schoolbesturen bij deselectie van kandidaten vaakextra kritisch zijn. Het vervullenvan directievacatures kostdaarom ook vaak de nodigetijd. Vergeleken met 2008 en2009 is de spanning op dearbeidsmarkt voor schoolleidersechter wel gedaald. Ditkomt vooral door de terugvalvan het aantal ontstane vacatures.Het aantal vervuldevacatures is de afgelopenjaren niet wezenlijk veranderd.Als gevolg van dezeontwikkelingen is het aantalopenstaande directievacaturessterk gedaald (van 280 ftein 2008 naar 170 fte in 2010),en ook het aandeel moeilijkvervulbare vacatures is duidelijkafgenomen (van 64 naar55 procent). Het gemiddeldaantal kandidaten dat zichmeldde voor de vervullingvan directievacatures namtegelijkertijd toe (van zesnaar negen). Dit bevestigt datde arbeidsmarkt voor schoolleidersde afgelopen jarenruimer is geworden.LeerkrachtenDe spanning op de arbeidsmarktvoor leerkrachten is deafgelopen jaren gedaald. Naeen duidelijke stijging in deperiode 2005-2008, neemt hetaantal openstaande vacaturessinds begin vorig jaar (2009)weer af. Regionaal zijn er overigenswel duidelijke verschillenop de arbeidsmarkt, alswordt gekeken naar het aantalopenstaande vacatures.In de regio’s Utrecht, Haaglanden,Flevoland en Gooi &Vechtstreek is de spanningop de arbeidsmarkt voor leerkrachtenhet hoogst en staanrelatief meer vacatures open.Hetzelfde geldt voor de kopvan Overijssel. In Groningen,Friesland en Zeeland is hetaanbod veel ruimer en staaner – mede door de leerlingendaling– maar weinig vacaturesopen. Verder blijkt uit ditonderzoek dat achterstandsscholen(met veel gewichtenleerlingen)meer moeitehebben met de vervulling vanvacatures dan scholen metweinig gewichtenleerlingen.Het aantal ontstane vacaturesvoor ondersteunendpersoneel ligt in het derdekwartaal van 2010 duidelijklager dan in 2007, 2008 en2009. Dit komt vooral doorde daling van het aantalvacatures voor organisatie- enbeheerspersoneel (O P). Hetaantal vacatures voor OOP(onderwijsondersteunendpersoneel) nam tussen 2008en 2010 juist toe. In de meestegevallen gaat het hierbij omvacatures voor onderwijs- ofklassenassistent.De spanning op de arbeidsmarktin het po in zijn geheelneemt sinds medio 2008 af.Dit geldt zowel voor directieleden,leerkrachten alsondersteunend personeel. Hetaantal openstaande vacaturesnam tussen 2008 en 2010 metbijna 56 procent af (van 1.023naar 445 fte). Deze terugvalging samen met een verminderingvan het aandeelmoeilijk vervulbare vacatures(directie, leerkrachten) en eenreductie van de vacatureduur(leerkrachten, ondersteuners).Het herstelde evenwichtgeldt ook voor het voortgezetonderwijs. De Arbeidsmarktbarometerpo, vo, mbo 2010/<strong>2011</strong> is tedownloaden via www.avs.nl/dossiers/personeelsbeleid/wervingenselectie.wettelijke behandeltermijnvan 13 wekenGevolgen fusietoetsper 1 oktoberVoor alle bestuurlijke en institutionele fusies in hetvoortgezet (speciaal) onderwijs is vanaf 1 oktober <strong>2011</strong>goedkeuring van de minister noodzakelijk.Aanvragen die vóór 1 oktober <strong>2011</strong> zijn ingediend, wordennog niet in behandeling genomen. De behandeling start formeelper 1 oktober <strong>2011</strong>. Vanaf dat moment gaat de wettelijkebehandeltermijn van 13 weken lopen.Voor het voortgezet (speciaal) onderwijs is de toetsing door deminister verplicht. In het primair onderwijs is dit afhankelijkvan het aantal besturen en/of scholen.De invoeringsdatum voor de fusietoets wijkt af van de VasteVerander Momenten, omdat de onderwijsinstellingen uit alleonderwijssectoren de gelegenheid krijgen zich voor te bereidenop het aanvragen van goedkeuring van de minister. 2


actueelactueellessen in zomervakantie tellen mee bij verplichte onderwijstijdProef flexibele onderwijstijd gestartDit schooljaar starten zeven basisscholen met het driejarige experiment ‘flexibele onderwijstijd’van het ministerie van OCW. Deze scholen krijgen de mogelijkheid om in overleg met ouders,kinderopvanginstellingen en het schoolpersoneel de onderwijstijd flexibel te verdelen over het schooljaar,inclusief de zomervakantie. Minister Van Bijsterveldt wil de resultaten van de pilot gebruiken om deonderwijstijdregelgeving te actualiseren en flexibiliseren.Flexibele onderwijstijdenkunnen volgens de ministerpositief bijdragen aan hetmaatwerk dat aan iedereleerling wordt geboden, deaansluiting tussen onderwijsen opvang en de rust enregelmaat van de dagindelingvoor zowel leerlingen als hunouders, die zorg en werk danbeter kunnen combineren.Daarnaast krijgen leerkrachtenvolgens OCW overdagmeer tijd beschikbaar voorniet-lesgebonden taken. Bijkomendvoordeel voor oudersen leerkrachten kan zijn datde periode en de duur vande zomervakantie flexibelerwordt.De deelnemende scholen aande pilot zijn: Laterna Magica inAmsterdam, De Sterrenschoolin Apeldoorn en Zevenaar, DeParapluschool in Ede, Bikubein Hoofddorp, De Casaschoolin Pijnacker en De School inZandvoort (deze school kwameerder al aan het woord overde flexibele onderwijstijd in<strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> 10, mei <strong>2011</strong>).Deze scholen mogen – ondervoorwaarden – afwijken vande huidige onderwijstijdenregeling.Hun lesuren gegevenin de zomervakantie tellennu wél mee voor het verplichtaantal uren onderwijstijd. Ookmogen de experimentscholenafwijken van de huidigeregeling op het punt dat eenschoolweek uit minimaal vijfdagen moet bestaan, waarbijmaximaal zeven schoolwekenper schooljaar vierdaagsmogen zijn. Voorwaarde is datde leerlingen aan het eind vanVoorwaarde is dat leerlingenaan het eind van de basisschoolde kennis en vaardighedenmoeten hebben die de wetvoorschrijftde basisschool de kennis envaardigheden moeten hebbendie de wet voorschrijft. Ookmoeten de experimentscholenzich houden aan de minimaleonderwijstijd van 7.520 uur inacht jaar en de onderwijstijdmoet evenwichtig wordenverdeeld over de dag en hetschooljaar. De inspectie zalhier op toezien. Omdat er geensprake is van een uitbreidingvan het aantal lesuren, maareen herschikking, ontvangende deelnemende scholen geenextra financiële middelen.Vanaf 1 augustus <strong>2012</strong> kunnennog drie andere scholen aanhet experiment meedoen.De vakorganisaties, waaronderde AVS, hebben de deelnemendescholen per brief geattendeerdop het feit dat als zeaf gaan wijken van de bepalingenin de CAO-PO met betrekkingtot de reguliere schoolvakanties,er eerst DecentraalGeorganiseerd Overleg (DGO)gevoerd moet worden. Nieuw onderwijspersoneel nodig?Laat het weten aan 6.000 lezers!Uit lezersonderzoek blijkt dat personeelsadvertenties in <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> en<strong>Kader</strong> nieuws vaak gelezen en goed gewaardeerd worden door bijna 6.000 abonnees.Plaats ook een vacature in <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> en/of <strong>Kader</strong>nieuws! Neem contact op met Recent,tel. 020-3308998, info@recent.nl of kijk op www.recent.nl. NB: gratis doorplaatsing mogelijknaar www.werkeninhetprimaironderwijs.nl, dé vacaturesite van de AVS.kader primair september <strong>2011</strong>3


actueelouders willen wel multicultureel opvoeden, maar:Aanzienlijk deel autochtone ouders nogongerust over kind op gemengde schoolAutochtone ouders onderschrijven het belang van een multiculturele opvoeding, ruim de helft accepteertbijvoorbeeld een leerkracht met hoofddoek en ruim twee derde heeft er geen bezwaar tegen mee te doenaan het Suikerfeest. Maar tegelijkertijd maakt een kleine meerderheid van 57 procent zich ook zorgen overde toekomst van hun witte kinderen in een gekleurde maatschappij, blijkt uit onderzoek in opdracht vanmaandblad J/M voor Ouders.Het liefst ziet ruim driekwartvan deze groep hen tochopgroeien in een (overwegend)witte buurt op een witteschool.Veel ouders worstelen methet dilemma tussen enerzijdsvasthouden aan deeigen cultuur en anderzijdshun kinderen opvoeden totruimdenkende wereldburgers.Ze geven het multiculturelegehalte van hun opvoedingniet meer dan een 5,5. Wantouders willen wel, maar wetenniet goed hoe.HoofddoekjeDe meerderheid van de ondervraagdeautochtone oudersgeeft echter aan dat de maatschappijin de toekomst meerheeft aan kinderen die geleerdhebben om met meerdereculturen om te gaan, dan datze binnen één cultuur zijnopgegroeid. Een leerkrachtmet een hoofddoekje lijktmeer wel (55 procent) dan niet(45 procent) geaccepteerd.Meedoen aan het Suikerfeest?Geen bezwaar voor ruim tweederde. Een allochtoon vriendje?Geen punt zegt 57 procentZoon met allochtoon vriendinnetje?Niet erg antwoordt62 procent Wat ouders pasecht erg vinden is als hun kinddiscrimineert (90 procent ofstraattaal (83 procent spreekt. nieuw ingeschreven leerlingenOuderverklaringgewichtenregelingaangepastAlleen voor nieuw ingeschreven leerlingen met eenleerlinggewicht moet op de eerste schooldag een door deouders ondertekende (ouder)verklaring worden afgegevenover het opleidingsniveau van de ouders. Dit maakt hetvoor de school gemakkelijker om het juiste leerlinggewichtte bepalen.Met ingang van dit schooljaar zal de inspectie strengeroptreden als bij de leerlingentelling blijkt dat er ouderverklaringenontbreken. Het leerlinggewicht wordt dan directop 0 gezet en de bekostiging wordt gecorrigeerd.De formulieren zijn vertaald in acht talen en die zijn weeraangepast aan het onderwijssysteem van het betreffendeland. Bij twijfel over het opleidingsniveau van de ouder(s)kan contact opgenomen worden met het InformatiecentrumDiplomawaardering van Colo. mogelijke wijzigingen door invoeringgegevens in bronScholen ontvangenherziene beschikkingLGF-budgetDoor de invoering van de leerlinggegevens in hetBasisregister Onderwijs (BRON) kunnen zich ookwijzigingen voordoen in het kader van de leerlinggebondenfinanciering (LGF-budget). Daarom heeft DUO een herzienebeschikking schooljaar 2010/<strong>2011</strong> aan de scholenverzonden.Als scholen in de herziene beschikking verschillen met eerdereaanleveringen of onjuistheden constateren, raadt DUO hen aanhun leerlinggegevens in BRON goed te controleren en zo nodigte corrigeren. Verschillen in de registratie kunnen leiden totaanpassing van de bekostiging.Het LGF-budget is voor scholen in het primair onderwijs metingang van het schooljaar 2010/<strong>2011</strong> volledig vastgesteld op basisvan de gegevens uit BRON. Voorbeelden van de nieuwe ouderverklaringen staan opwww.cfi.nl.4


actueelactueelaanleiding: onderpresteren jongens in onderwijsExpertisecentrum voor verschillen jongensen meisjes op komstEr komt een centrum dat zich richt op de verschillen tussen jongens en meisjes, dat praktijkonderzoek,wetenschap en beleid bundelt. Aanleiding tot de oprichting is het lager presteren van jongens in hetonderwijs en het verloren gaan van talent. Onlangs laaide in dit kader ook de discussie over gescheidenlesgeven aan jongens en meisjes weer op.Onderwijsadviesbureau APSstart per 1 oktober aanstaandemet het expertisecentrum‘JongensTalent’. Deskundigenop verschillende vakgebieden,zoals pedagogiek, onderwijs,jeugdzorg en neuro- en ontwikkelingspsychologie,zijn in hetcentrum vertegenwoordigd.Het expertisecentrum heeftmeerdere doelen:• bewustwording van en feelingvoor optredende sekseverschillenin leerontwikkelingen -tempo, rekening houdendmet de talenten enbelangen van jongens énmeisjes;• ontwikkeling van didactischewerkvormen voor scholenom af te stemmen opverschillende groepen leerlingen:jongens en meisjeshebben soms verschillendeleerstijlen;• inrichting van de onderwijsomgeving,de organisatie, deleslokalen en de ruimte inen om de school, waarin ookde beweegbehoefte en fysiekruimtelijkeexperimenteerdrangvan jongens aan bodkomt.Het centrum zal fungeren als(telefonische) vraagbaak voorscholen, instellingen, oudersen media. Andere taken zijnonder meer het opzettenvan een digitaal platform endocumentatiecentrum, eenjaarlijkse conferentie organiserenen trainingen, lezingen enworkshops geven. In het centrumwordt samengewerkt metandere instituten op het gebiedvan onderwijs en opvoeding.In opdracht van het ministerievan OCW wordt al praktijkgerichtonderzoek gedaan op eenaantal scholen voor voortgezetonderwijs waar gewerkt wordtmet een specifieke aanpak voorjongens. De resultaten zijnin de loop van dit schooljaarbeschikbaar. stijgend gebruik van digitaal leermateriaalBekendheid Wikiwijs op niveau;waardering kan beterDe bekendheid van Wikiwijs is een jaar na lancering op niveau (48 procent), maar de waardering (6,5)vormt een aandachtspunt. Het gebruik van digitaal leermateriaal in de klas vertoont wel een stijgende lijn,blijkt uit onderzoek van het online leermiddelenplatform.De uitkomsten van de meting in <strong>2011</strong> zijn vergeleken met deresultaten uit de eerste meting die eind 2009 plaatsvond, vóór delancering van Wikiwijs. Een aantal conclusies uit het onderzoekop een rij:• Er wordt steeds vaker digitaal leermateriaal in de klas gebruikt,van gemiddeld 22 procent in 2009 naar 26 procent in <strong>2011</strong>.Digitaal leer materiaal wordt meestal ingezet als aanvulling;• Bijna de helft van alle leerkrachten maakt zelf digitaal leer mate -riaal en de bereidheid om dit te delen met anderen is groot;• Leerkrachten ervaren weinig sociale druk (van collega’s ofschoolleiding) om digitaal leermateriaal in te zetten;• Leerkrachten achten zichzelf capabel om digitaal leermateriaalte gebruiken;• ‘Eigen-effectiviteit’ en een positieve houding van leerkrachtenzijn een succesfactor voor gebruik digitaal leermateriaal. Meer informatie: http://wikiwijsinhetonderwijs.nlkader primair september <strong>2011</strong>5


actueelpromotieonderzoek‘Sociale vaardigheidstraining werktniet altijd bij agressief gedrag’Sociale vaardigheidstrainingen om agressief gedrag van kinderen in cluster 4 te verminderen,hebben lang niet altijd resultaat. Omdat scholen de training soms niet goedkunnen uitvoeren, maar ook omdat het effect van de training teniet wordt gedaan doorgroepsprocessen in de klas. Vaak wordt ook ten onrechte verondersteld dat de kinderenvoor wie de training bedoeld is, allemaal gebaat zijn bij dezelfde benadering van hunagressieve gedrag. Dit concludeert orthopedagoge Marieke Visser op basis van haarpromotieonderzoek aan de Rijksuniversiteit Groningen.Een toenemend aantal leerkrachtenin het (speciaal)onderwijs heeft moeite metde aanpak van kinderen metagressief gedrag. Er wordtdaarom veel gebruik gemaaktvan sociale vaardigheidstrainingen.Visser hield voorhaar onderzoek een socialevaardigheidstraining voorkinderen tussen de 8 en 12jaar in cluster 4 tegen hetlicht. Ze onderzocht bij 74kinderen de effecten van deagressiereductietraining TRAffic8-12. Die zijn teleurstellend:“Op basis van onderzoekbij leerkrachten en oudersblijkt deelname aan dezetraining niet tot een verminderingte leiden van het agressievegedrag van de kinderen.De training zelf is wel zorgvuldigontwikkeld, maar deuitvoering is niet optimaal”,aldus Visser. Trainers hebbenbijvoorbeeld moeite met hethanteren van het gedrag vande kinderen in de trainingsgroepen.Leerkrachten zijnonvoldoende betrokken bij detraining. Daardoor is er, buitende training om, te weinigaandacht voor wat de kinderengeleerd hebben. Visser: “Ermoet meer aandacht komenvoor het vervolg na afrondingvan een sociale vaardigheidstraining,waarbij de leerkrachteneen cruciale rol spelen.”Uit een andere studie blijktdat de motieven voor agressiefgedrag bij kinderen nogalverschillen. De onderzochtetraining houdt daar geen rekeningmee, concludeert Visser.Uit een derde deelstudie vande promovenda blijkt dat decontext van de klas een groteinvloed kan hebben op deontwikkeling van het gedragvan het individuele kind. “Alsje gedrag van individuele kinderenwilt aanpakken, moet jedus met de hele klas aan hetwerk.” presentatie op 1 oktober <strong>2011</strong>SBL wordt OnderwijscoöperatieOnder het motto ‘van leraren, voor leraren en door leraren’verenigen enkele beroepsverenigingen in het onderwijszich in de Onderwijscoöperatie.Dit zijn de AOb, Beter Onderwijs Nederland, CMHF Onderwijs,CNV Onderwijs en Platform VVVO. De Onderwijscoöperatievervangt de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL). Doel vanhet samenwerkingsverband is een sterke vertegenwoordiging zijnvan de beroepsgroep. Tijdens de Dag van de Leraar op 1 oktoberaanstaande wordt de Onderwijscoöperatie gepresenteerd aanstaatssecretaris Halbe Zijlstra, tijdens de verkiezing Leraar van hetJaar. Een van de eerste daden van de Onderwijscooperatie is hetopenen van een lerarenregister, bedoeld om de vakbekwaamheidte verankeren. In 2018 zouden alle leerkrachten daaringeregistreerd moeten zijn. antwoord op bezuinigingen‘Amerikaanse schoolleiderlevert vrijwilligdeel salaris in’Een schoolleider uit de Amerikaanse stad Fresco doet tot2015 vrijwillig afstand van een aanzienlijk deel van zijnsalaris, meldt de televisiezender CBC.Larry Powell hoopt dat met deze besparing bezuinigingen op eenaantal door hem in gang gezette projecten voorkomen kunnenworden, zoals de bestrijding van pesten.Powell, die dicht tegen zijn pensioen aan zit, gaat zijn laatstedienstjaren maar 31.000 dollar per jaar verdienen, nog minderdan een beginnende leerkracht. Powell geeft leiding aan 325scholen met in totaal 195.000 leerlingen. Hij wil met deze gesteook het vertrouwen van leerlingen in de overheid herstellen enhoopt dat meer schoolleiders zijn voorbeeld volgen. 6


actueelactueelverzoeken afgewezenGeen uitstel voorscheiding bestuur entoezichtVerschillende schoolbesturen hebben de minister benaderdmet het verzoek uitstel te verlenen om aan de wettelijkebepaling te voldoen dat vóór 1 augustus <strong>2011</strong> onderscheidgemaakt moet worden tussen intern toezicht en het bestuur.Deze verzoeken worden afgewezen, omdat de minister geenbevoegdheid heeft om van de wet af te wijken.De functiescheiding is een wettelijk vereiste waaraan alle schoolbesturensinds 1 augustus <strong>2011</strong> moeten voldoen in het kader vande wet ‘Goed onderwijs, goed bestuur’. Dit betekent dat sinds diedatum ieder schoolbestuur de functiescheiding gerealiseerd moethebben en volgens deze principes dient te werken. De organisatievormis vrij. Het is niet verplicht een afzonderlijke Raad van Toezichtin te stellen. Zo kan ook een deel van het bestuur statutairworden belast met het intern toezicht. Denk bijvoorbeeld aan eenalgemeen bestuur dat toezicht houdt op een dagelijks bestuur. Meer informatie: zie pagina 30 van deze <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong>.zet een leerkracht in het zonnetjeDag van de Leraar28 september aanstaandeDiscussiebijeenkomstleerkrachten &Passend onderwijsDe Evaluatie- en adviescommissiePassend onderwijs (ECPO) organiseert opwoensdagmiddag 28 september aanstaandevan half vier tot half zes in De Balie teAmsterdam een publiek debat over leerkrachten(po en vo) en Passend onderwijs. De gratisdiscussiebijeenkomst is bestemd voor iedereendie werkzaam is in en rond het basis- envoortgezet onderwijs.Passend onderwijs voltrekt zich tot nu toe grotendeels overde hoofden heen van leerkrachten, aldus de ECPO. WilPassend onderwijs een succes worden, zullen de verhalenvan leerkrachten over mogelijkheden en onmogelijkhedenserieuzer genomen moeten worden. Aan het woord komenin de eerste plaats leerkrachten, intern begeleiders, zorgcoördinatorenen schoolleiders. Daarnaast is er ruimte voorbijdragen van coördinatoren van samenwerkingsverbanden,onderwijsadviseurs, ambulante begeleiders, wetenschappers,ambtenaren, et cetera. Er wordt geen onderscheid gemaakttussen publiek en sprekers, iedereen mag meepraten.Net als voorgaande jaren organiseert SBL, StichtingBeroepskwaliteit Leraren en ander onderwijspersoneel,ook dit jaar in de Nationale Onderwijsweek de Dag van deLeraar en de verkiezing Leraar van het Jaar.SBL roept iedereen – leidinggevenden, (oud-)leerlingen enouders – op een leerkracht in het zonnetje te zetten op de Dagvan de Leraar en hiermee een blijk van waardering en trots tetonen. De Dag van de Leraar wordt ieder jaar gevierd op 5 oktober.Meer informatie: www.dagvandeleraar.nlLeraar van het JaarEnkele dagen eerder, op zaterdag1 oktober, vindt de verkiezing Leraarvan het Jaar plaats op het Mediaparkin Hilversum. De Leraren van het Jaar<strong>2011</strong>, collega’s die hun omgeving hebbenovertuigd van hun kwaliteiten alsleerkracht, worden tijdens dit feestelijke evenement bekendgemaakt. De presentatie is in handen van cabaretier en oudleraarPeter Heerschop. Meer informatie en de dag bijwonen:www.lerarenweb.nl Foto: Hans RoggenDe openbare discussiebijeenkomst is vrij toegankelijk, maarhet aantal plaatsen is gelimiteerd, dus graag van tevorenreserveren. Vooral leerkrachten zijn nog gewenst. Reservering en informatie: www.ecpo.nl, tel. 070-3765450(ma. t/m do. van 9.00 – 15.30 uur).kader primair september <strong>2011</strong>7


actueelopleiding speelt sleutelrolArmoede in kindertijd verhoogt kansop armoede als volwasseneMensen die als kind arm waren, zijn dat nu als volwassene meestal niet. Maar armoede in de kindertijdverhoogt wel de kans op armoede als volwassene, blijkt uit onderzoek van het Sociaal en CultureelPlanbureau (SCP). Arme kinderen kenden gemiddeld ook meer achterstanden op het gebied van opleiding,werk en gezondheid. Deze tekorten vergroten op hun beurt de kans dat ze als volwassene arm zijn. Opleidingspeelt in het proces een sleutelrol.Wanneer je als kind arm was,is de kans dat je dat als volwassenenook bent twee maalzo hoog als bij niet-arme kinderen.De kans op armoedeals volwassene is groterwanneer kinderen langdurigarm waren en wanneer dearmoede ze op jongere leeftijdoverkwam.Arme kinderen komen gemiddeldop een lager opleidingsniveauuit dan niet-arme kinderen.Zij hebben daardoorminder vaak een vaste baanen een grotere kans om opvolwassen leeftijd afhankelijkte zijn van een uitkering. Diedrie factoren leiden tot eenwat grotere kans op armoedeen sociale uitsluiting bijvolwassenen. De sleutelrolvan de opleiding begint al bijde vader: naarmate hij eenlagere opleiding had gevolgd,is de kans op armoede groter.Van de factoren die het lagereopleidingspeil van armekinderen verklaren, heeft deopleiding van de vader degrootste invloed. Verder iser een verband met socialeparticipatie en gezondheid:arme kinderen scoren opbeide aspecten lager, endat werkt door in een lageropleidingsniveau.Maar de overgrote meerderheidvan de arme kinderenis later als volwassene nietarm en sociaal uitgesloten.Van de 0-17-jarigen die in1985 arm waren, bleek in2008 slechts 7 procent arm tezijn. Er blijkt ieder jaar veel‘mobiliteit’ in en uit armoedete zijn. ‘Slechts’ 2 procentvan de bevolking leeft gedurendeeen periode langerdan drie jaar in armoede. Eris dus geen sprake van eenmassale ‘armoedecultuur’,waaraan kinderen nooit meerzouden kunnen ontsnappen.Toch blijft het volgens hetSCP wenselijk aandacht tebesteden aan armoede bij kinderen.Bij de beperkte groepkinderen die er op latereleeftijd ook door getroffenwordt, is immers sprake vaneen structureel probleem.Het gaat dan vooral om delangdurig arme en de jongstearme kinderen. Meer informatie: www.scp.nlallochtone middenklassegezinnen wijken uit naar wittere scholen‘Zwarte vlucht in Belgisch basisonderwijs’Niet alleen autochtone ouders, maar ook allochtone middenklassegezinnen halen hun kinderen massaalweg uit de concentratiescholen in de Vlaamse steden. Ze wijken uit naar wittere scholen in de buitenwijkenof naburige gemeenten. Dat meldt de Vlaamse krant De Morgen.De ouders denken dat onderwijsin de scholen met minderallochtone kinderen perdefinitie beter is dan in deconcentratiescholen, aldushoogleraar Paul Mahieu dieaan de Universiteit Antwerpensegregatie in het basisonderwijsonderzoekt. Volgens hemtreedt het ‘vluchtmechanisme’in werking wanneer een klas teveel allochtone kinderen telt.Volgens de hoogleraar zorgtdeze verschuiving in leerlingaantalen –populatie voorproblemen op zowel de scholenin de stadscentra als descholen daarbuiten, en moetde overheid duidelijk makendat concentratiescholen nietnoodzakelijk slecht zijn. 8


actueelactueelslechts 42 procent scoort voldoende voor begrijpend lezenAanvullende nascholing voor Amsterdamseonderwijsassistenten nodigDe Amsterdamse schoolbesturen voor primair onderwijs hebben onderwijsassistenten in het basisonderwijslaten toetsen op hun Nederlandse taalvaardigheid. Uit de eerste resultaten blijkt dat vooral de resultaten ophet gebied van begrijpend lezen achterblijven, en dat aanvullende scholing noodzakelijk is.Foto: Studio rUZDe taalnorm is in overleg metde gemeente, de schoolbesturenen de Universiteit vanAmsterdam vastgesteld ensluit aan bij de nieuwe exameneisenin het mbo die per2013/2014 worden ingevoerd.Dit betekent dat de onderwijsassistentengetoetst zijnboven hun oorspronkelijkeopleidingsniveau. Ook heefteen aanzienlijk deel van deonderwijsassistenten nogniet deelgenomen aan dekwalificerende toets, hiervoorwordt een tweede toetsrondein november <strong>2011</strong> gepland.Hierna zal een volledige rapportagebeschikbaar komen.Voor onderwijsassistentendie een of meertoetsonderdelen niet voldoendehebben gemaakt,gaan de besturen in samenwerkingmet de gemeenteaanvullende scholing organiseren.De gemeente en deschoolbesturen willen datalle onderwijsassistenten dieop vroegscholen werken per2013 op het vereiste niveauzitten. Aanvullende scholingbij peuterspeelzaalleiders/-sters uit de voorschool laatzien dat dit mogelijk is. Alsscholen in 2013 niet aan deafgesproken normen voldoen,dan verbinden de schoolbesturenen de gemeente in hetkader van de kwaliteitsverbeteringdaaraan de noodzakelijkeconsequenties. meer havo/vwo-deelname dan autochtone leerlingen‘Chinees-Nederlandse kinderenpresteren goed op school’Tweederde van de Chinese leerlingen volgt havo/vwo tegenover circa dehelft van de autochtone leerlingen. 85 procent van de tweede generatie gaatdoor naar het hoger onderwijs, tegenover 59 procent van de autochtonen.Dit concludeert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP).De havo- en vooral vwo-deelnamevan de Chinese leerlingenligt ver boven die vanandere migrantengroepenen ook boven die van autochtoneleerlingen. Er is bovendienweinig uitval uit hetonderwijs. Ook de instroomin het hoger onderwijs is veelhoger dan onder autochtonejongeren. De tweede generatiedoet het goed op dearbeidsmarkt: zij zijn sterkvertegenwoordigd in de hogefuncties en de werkloosheidis met net 5 procent laag.WaardeIn de Chinese cultuur hechtmen veel waarde aan onderwijs.Hard werken en goedpresteren zijn belangrijkvoor Chinese ouders. Het isduidelijk dat dit de schoolprestatiesvan hun kinderenten goede komt, verklaart hetSCP.Deze bevindingen van hetSCP zijn verschenen in depublicatie ‘Chinese Nederlanders,van horeca naar hogeschool’.Het geeft een beeldvan de positie van ChineseNederlanders in onder andereonderwijs, taal, werk, wonen,gezondheid en interetnischcontact. kader primair september <strong>2011</strong>9


actueelonderzoekEen op vijf scholenontevreden overwerkwijze inspectieScholen die bezoek hebben gehad van de inspectie,beoordelen het inspectieonderzoek gemiddeldmet een 7,5. Meer dan een op de vijf scholenis echter ontevreden over de manier waarop deinspectie de leerresultaten bepaalt. Dit blijkt uit eentevredenheids onderzoek van de inspectie zelf overde periode januari-oktober 2010.Vier op de vijf scholen zijn tevreden over de uitvoering van hetonderzoek, het uiteindelijke rapport en de eventueel gemaakteverbeterafspraken. Een zelfde deel heeft naar eigen zeggenprofijt gehad van het inspectieonderzoek. Ruim een kwartvan de scholen vindt dat het voor het oordeel uitmaakt welkeinspecteur de school bezoekt. De inspectie gaat hier aandachtaan schenken, evenals aan het feit dat meer dan een op de vijfscholen ontevreden is over de manier waarop de inspectie deleerresultaten bepaalt.De AVS doet ook onderzoek onder haar leden naarde ervaringen met de inspectie. met oog op pestgedragen expatonderwijs‘Almeerse particuliereschool stelt uniformverplicht’Leerlingen van de Almeerseparticuliere school Bizzie Kids Basicgaan vanaf dit schooljaar verplicht eenschooluniform dragen, berichten lokalemedia. De school zou het uniform invoerenvanwege de uitstraling en omdat kinderendan minder gepest zouden worden.“Kinderen zijn gelijk”, verklaart directeur Jacqueline Imminga.“Bovendien is het voor ouders ook makkelijker en goedkoper.”Dat een uniform de individualiteit van de kinderen zou onderdrukken,vindt ze onzin. Op grond van eigen ervaringen verwachtde school positieve effecten van de invoering. De ouderszijn eerst gepolst en bleken enthousiast. De kinderen vindenhet volgens Imminga ook leuk.De particuliere school start dit jaar ook met internationaalonderwijs, voor expats. In Nederland is nog slechts één andereschool waar een schooluniform ook verplicht is: The BritishSchool in Den Haag, ook een particuliere school. altijd eerst kijken naar individuele situatie‘Weigering rugzakleerling isverboden onderscheid’De Commissie Gelijke Behandeling (CGB) heeft een uitspraak gedaan in een zaakover een jongen met een rugzakje die werd geweigerd door het Veluws CollegeWalterbosch, een school voor voortgezet onderwijs. De CGB concludeert dat deschool verboden onderscheid maakt.De jongen heeft PDDS NOS(autistische aandoening) enkreeg op de open dag van deschool te horen dat leerlingenmet rugzakjes het komendcursusjaar niet worden aangenomen,vanwege algemeengebrek aan zorgcapaciteit.De school heeft al teveelrugzakleerlingen. De schoolverwees de leerling naar eenzusterschool, maar die heeftniet de VWO-plus opleidingdie de jongen wil doen en diezijn basisschool adviseert.De leerling besloot daaromzijn rugzakje niet meer tegebruiken, waarna hij wélaangenomen werd.Volgens de CGB heeft deschool verboden onderscheidgemaakt op grond van handicapof chronische ziekte. Er isniet gekeken naar de individuelesituatie van de leerling.Daardoor heeft de school nietkunnen beoordelen of ze dezeleerling de aanpassingen konbieden die hij nodig heeft.De school handelt hiermeein strijd met de Wet GelijkeBehandeling.Deze uitspraak maakt duidelijkdat scholen niet zomaareen leerling kunnen weigerenvanwege een beperking. Deindividuele situatie van eenleerling moet altijd eerst inkaart gebracht worden. Zonderdit te onderzoeken kaneen leerling niet geweigerd ofdoorverwezen worden. De uitspraakis ook van belang bijde ontwikkeling van Passendonderwijs. 10


illustratie jos collignon over… gescheiden lesgevenkader primair september <strong>2011</strong>11


thema de buitenwereldonderwijs gaat over meer danOver het themaOndanks consequente en vasthoudendebeleidsuitgangspunten voor ‘samenwerkingHoe kijken stakeholders en andere‘buitenstaanders’ aan tegen de school? Wat ishun beeld ervan? En wat kan een schoolleiderdaarmee?In dit thema beschrijft senior AVS-adviseur JosHagens eerst de noodzaak van de verbindingtussen maatschappij en onderwijs. Vervolgensspreken ouders zich uit over het primaironderwijs. Zij zijn per slot de buitenstaandersdie het meest dicht bij de school staanen ook het meest belang hebben bij goedcontact. Opvallend uit deze interviews is debetrokkenheid van ouders bij de school(keuze)en het vertrouwen in de goodwill van deschool en schoolleider.Soms heeft onderwijs ook invloed opbuitenwereld-zaken waar de schoolleider zichnog niet zo bewust van is. Andere partijenechter wel; sneller en steeds vaker. In eenartikel over de relatie tussen onderwijs envastgoed wordt uitgelegd hoe goede scholenzelfs de huizenprijzen beïnvloeden.Tot slot een interview met de onderwijswethoudervan Den Haag. Ingrid van Engelshovenis buitenstaander, maar probeert juistvanuit die rol scholen, ouders en buurten teondersteunen.in de keten’ lijkt die samenwerking toch nogerg sterk een onderwijsaangelegenheid, ofzelfs een onderwijsprobleem. Maar daarmeegaan we voorbij aan de kern van het probleemom tot een daadwerkelijke bijdrage aande ontwikkeling van kinderen te komen.Onderwijs is in essentie alleen zinvol alshet deel uitmaakt van de maatschappelijkeagenda. En in de maatschappij is niemandbuitenstaander.tekst jos hagens, avsEr zijn geArie de Geus, binnen Shell jarenlang verantwoordelijkgeweest voor de strategieontwikkeling van deze multinational,poneert (De Geus, 1997) een uitdagende stelling.De eerste opdracht voor Shell is niet winst maken, zo stelthij, de eerste opdracht is zorgen voor continuïteit van hetbedrijf. In de politieke discussie over de maatschappelijkeontwikkeling van Nederland (en overigens in vele anderewesterse landen net zo) gaat het over de ontwikkeling toteen topland in de wereld (voor Nederland de top 5 van kenniseconomieën).Maar ook hier geldt het adagium van DeGeus: de eerste opdracht van elke samenleving is zorgenvoor continuïteit. In maatschappelijke termen: zorg dragenvoor de volgende generatie, die in staat moet zijn om desamenleving in stand te houden.Juist als het gaat om die primaire opdracht zien we steedsmeer negatieve ontwikkelingen en horen we kritische12


onderwijsen buitenstaandersgeluiden. Ouders liggen vaker onder vuur over de opvoedingvan hun kinderen. Zij ondervinden steeds minder vanzelfsprekendemaatschappelijke steun in hun omgeving.Scholen hebben het moeilijker in hun opdracht voor kennisontwikkelingen cultuuroverdracht, omdat de schoolwordt gezien als oplossing voor elk maatschappelijk probleem.Tegelijkertijd lijkt de overheid door de toenemendedruk op basisvaardigheden zich alleen te interesserenvoor opbrengsten van taal, lezen en rekenen. Jeugdzorg enmaatschappelijke werk moeten een steeds grotere groepkinderen en jongeren en hun gezinnen weer ‘in het gelid’zien te krijgen en oogsten steeds meer kritiek, omdat zedaar onvoldoende in slagen. De politie heeft het steedsdrukker met ontsporende kinderen en jongeren.De ongerustheidover onze volgende generatie neemt steeds verdertoe. Analyses en verklaringen buitelen over elkaar heen inonderzoeksrapporten, beleidsnota’s, adviesrapporten enpraat- en discussieprogramma’s. De politiek reageert metsteeds heftiger beleidsvoornemens en ondanks dat lijkende problemen alleen maar toe te nemen. Steeds scherperen nadrukkelijker weten we wie anders dan wijzelf aan deslag moet om te zorgen dat het anders wordt. Net als bijde milieuproblematiek vinden we dat het probleem opgelostis als onze buurman zijn auto zou wegdoen.PartnerrelatieDe Duitse kinderpsychiater Michael Winterhoff betrektin zijn uitdagende analyse (2008) de stelling dat we kinderenniet meer opvoeden, maar veel te jong fixeren in hunontwikkeling door het aangaan van een partnerschaftlicheBeziehung (partnerrelatie) in plaats van Erziehung (opvoeding).En daarmee wordt het maatschappelijk probleemvan zorgen voor de toekomst een geïndividualiseerd relationeelprobleem van ouders en hun kinderen.>kader primair september <strong>2011</strong>13


In een Deens reclamefilmpje zien we een jonge vader metzijn zoontje in de supermarkt. Als het zoontje zijn zin nietkrijgt om een zak chips en stennis maakt, staat de vader erhulpeloos naar te kijken. Maar alle andere bezoekers kijkende vader beschuldigend aan. Het is immers zijn en niethun probleem. Vraag: is dat wel zo? Of beter: zou dat wel zomoeten zijn?Maatschappelijke agendaAls de primaire taak van een samenleving – en dus de primairetaak van mij in het zorgen voor de continuïteit vandie samenleving – het zorgdragen voor de toerusting vande volgende generatie is, en als we vervolgens dat grotebegrip ‘maatschappelijke agenda’ vertalen in alledaagsetaal, dan kunnen we laten zien dat iedereen daar ook aleen bijdrage aan levert.Continuïteit van de maatschappij betekent Elk KindToekomst (EKT), of zoals ze in Engeland zeggen: Every ChildMatters*. Wie zou het daar niet mee eens kunnen zijn?Een stap verder uitgewerkt geeft dat de volgende opdrachten,de vijf pijlers van de maatschappelijke agenda:• Elk kind groeit gezond op;• Elk kind groeit veilig op;• Elk kind ontwikkelt zich in uitdagende omgevingen;• Elk kind krijgt de kans zinvol bij te dragen aan deomgeving;• Elk kind groeit op tot economischezelfstandigheid.Als Sir Michael Barber (2008) spreekt over een educationalsociety, dan duidt hij op de maatschappelijke agenda. Iederlid van de maatschappij levert (of die nu amateur of professionalis) een bijdrage aan de toerusting van de volgendegeneratie en dus aan de continuïteit van de samenleving.Daar zit dus niet het probleem. Het probleem zit volgensmij in twee maatschappelijke ontwikkelingen:• Individualisering die doorgeslagen is tot ‘egoïsering’.De individualisering is een belangrijke en weldadigeontwikkeling geweest voor onze samenleving. Maar nuhet trekken van egoïsering begint te krijgen, gaat het averechtswerken.• Professionalisering die doorgeslagen is tot segmentering(domeinverantwoordelijkheid). Versterkt door de afrekencultuurbinnen elk domein is een verengde focus op hetpresteren van het eigen domein ontstaan, waarmee deblik op de samenhang verloren is gegaan.In elk van de domeinen wordt hard en doelgericht gewerkt.Van betrokkenheid en morele gerichtheid is meestal sprake.Dit zijn noodzakelijke, maar toch onvoldoende voorwaardenom het adagium Elk Kind Toekomst te realiseren.Het windmolentje bestaat uit vijfsegmenten (de vijf pijlers van demaatschappelijke agenda). Demolen kan alleen draaien als allevijf segmenten er zijn. Er is ook eenactieve bijdrage van het kind nodig.Alleen als het kind vooruit wil, gaaten blijft het molentje draaien.uw mening telt peiling37%oneens34%eens29%deels eensAfgelopen zomer heeft u viawww.avs.nl kunnen reageren opde stelling:Overleg met stakeholders (o.a.gemeente, jeugdzorg, ouders)levert me weinig opDe reacties zijn (ingekorte) weergaven,ingezonden via de website.Berry Hakkeling van cbs Overschiein Rotterdam: “Oneens. Je kiest zelf voorde overleggen waar je aan deelneemt.Levert het structureel niets op? Ga dan niet.Met ouders ligt dat anders, dit zijn jouwklanten en een onmisbare schakel in deleerlingenzorg.”14


thema de buitenwereldWat er aan ontbreekt is het fundamentele besef dat geenvan de domeinen alleen in staat is een duurzaam resultaatte realiseren.Een voorbeeld vanuit de peiler ‘Elk kind ontwikkelt zich inuitdagende omgevingen’: uit diverse onderzoeken is duidelijkgeworden dat 80 procent van de ontwikkeling vankinderen bepaald wordt door factoren buiten de school.Erfelijke aanleg en sociale omstandigheden bepalen elk40 procent van de ontwikkelmogelijkheden. Maar ook derealisering van de 20 procent die aan onderwijs is toe terekenen, is niet alleen op het conto van geplande leeractiviteitenop school te schrijven. Kinderen leren ook incidenteelin en buiten de school.Rol van gemeentenDe politieke realiteit is dat steeds meer jeugdtaken op hetbord van de gemeente gelegd worden. De (samenwerkende)gemeenten worden steeds belangrijker in beleidsvoorbereidende,coördinerende en uitvoerende zin. Voorbeelden:• De Wet Maatschappelijke Ondersteuning• Decentralisatie van de Jeugdzorg• Lokale Educatieve Agenda• Regionale Meld- en Coördinatiefunctie• Centrum voor Jeugd en GezinHelaas zien we in de meeste gemeenten dat er sprake is vanaspectbeleid, waar facetbeleid nodig is. Ook hier weer eente ver doorgevoerde domeinbenadering, waar elk aspect(deelterrein) los van andere aspecten wordt benaderd. Degedachte van een vorig kabinet rond de wethouder Jeugdhad veel meer bezien moeten worden vanuit het strevennaar facetbeleid: elke deelactiviteit is een facet van demaatschappelijke agenda, is een segment van het molentjedat alleen samen met de andere deelactiviteiten de molenkan laten draaien. Het realiseren van samenhang in dewethouder Jeugd op gemeentelijk niveau zou samen moetengaan met een minister Jeugd (van een ministerie voorKind, Gezin en Onderwijs) op landelijk niveau.Elk Kind Toekomst moet geen nieuwe organisatie(laag)worden, maar juist een die alles verbindt wat er al is. Eenlandelijk EKT-centrum kan zorg dragen voor onderzoek,kennisontwikkeling, innovatie en professionalisering. Ookeen (internationale) wetenschappelijke programmaraaddie adviserend wordt betrokken bij het centrum, is volgensmij van belang. Het EKT-centrum coördineert dan alleondersteuningsactiviteiten en draagt zorg voor de kwaliteiten de samenhang daarvan. Via certificering komen ondersteuningsinstellingenin de positie van preferred supplier enweten afnemers zich verzekerd van samenhang en kwaliteit.Alleen door samenwerking en een overkoepelendevisie krijgt een maatschappelijke agenda vorm, ook inNederland. * De ideeën voor Elk Kind Toekomst zijn afgeleid van programmaEvery Child Matters waarmee Passend onderwijs inEngeland is gerealiseerd.Bronnen:• Barber M. (2008), Instruction to Deliver, London,Methuan Publishers• Geus A., de (1997), De levende onderneming, Schiedam,Scriptum• Winterhof M. (2008), Warum unsere Kinder Tyrannenwerden, Gütersloh, Gütersloher VerlagshausJos Hagens (j.hagens@avs.nl) is senioradviseur op het gebied van (speciale)leerlingenzorg en het beleidvoerend vermogenvan schoolorganisaties.Jos Oude Kempers van de RK St. Antoniusschoolin Axel: “Deels mee eens. Overlegmet instanties als de gemeente gaatmeestal stroperig. De ambtenaar staatmeestal niet met twee voeten in hetonderwijswerkveld en heeft zijn eigen(ambtelijke) optiek op vele kwesties.Vaak moet teruggekoppeld worden viacommissies, de gemeenteraad of eenB&W-vergadering. Slagvaardigheid blijftdaardoor uit. Meestal waait er bovendienvanuit de gemeente ook een politieke wind.Het wil nogal eens schelen of je een CDA-,VVD- of PvdA-wethouder hebt.”Rick Matser van obs De Appelhofte Druten: “Oneens. Met een pro-actievehouding zal je als directeur altijd resultaatkrijgen in dit soort overleg. Een positievebasishouding heeft altijd zijn weerslag opeen gesprekspartner en levert derhalvealtijd iets op.”Nieuwe peilingDe nieuwe stelling waarop u kuntreageren luidt:Kwaliteit van onderwijsbestaat niet, kwaliteit vanleiderschap welGa snel naar www.avs.nl en geeftuw mening!kader primair september <strong>2011</strong>15


thema de buitenwereldDe basisschool: een gesloten bastion of een warm bad? Waar de meeste kinderen school alkijken ouders op een andere manier naar de school. Of toch niet? Een gesprekde toekomstige basisschoolouder‘We kunnen eigenlijk nietverkeerd kiezen’Bijna een jaar lang oriënteerden ze zich op geschiktescholen. Inmiddels staat de driejarige dochter van JorgenKoolwijk en Kim Lew bij twee scholen ingeschreven: eengemengde school op een steenworp afstand van hun huisen een overwegend blanke school in een wijk verderop.Voorkeur voor een bepaalde onderwijsvorm hebben zeniet. “Volgens mij zijn er ook geen bijzonder grote verschillentussen scholen”, aldus Lew.De twee omschrijven de schoolkeuze als lastig. Waar moetje allemaal op letten? Wat is goed en wat niet? Dit komtvooral ook door de (noodzakelijke) vroege inschrijftijd: “Wekunnen nu nog niet inschatten of ons kind een bepaald‘dat de basisschool niet wezenlijkanders is dan dertig jaar geleden geeft eenvertrouwd, veilig gevoel’talent heeft of juist behoefte heeft aan extra begeleiding”,verklaart Koolwijk. Het stel oriënteerde zich vooral opinternet en door bezoekjes aan scholen. De school vlakbijhuis staat in de top twee vanwege het gemak, de school inde wijk verderop door de verhalen van de buurman, leerkrachtop de desbetreffende school.Schoolprestaties zoals bijvoorbeeld de Citoscores spelen– nu nog – geen rol. Koolwijk: “Misschien kijk ik daar nogeens naar als we echt de knoop door moeten hakken.”De keuze is nu vooral gebaseerd op een ‘goed gevoel’. Zokregen Koolwijk en zijn dochter persoonlijk van de directricevan de school een rondleiding. “Erg prettig. Het is eenopen, hartelijke vrouw en datwerkt ook door op de school.”Ook op de andere school waser een rondleiding. Het viel hetstel op dat de basisschool nietheel anders is dan toen zij er,zo’n dertig jaar geleden, naartoe gingen. Niet gek? Koolwijk:“Nee, het geeft ook wel een vertrouwd,veilig gevoel.”OuderinitiatiefWelke school het uiteindelijkgaat worden, blijft nog evenonduidelijk. Koolwijk heeft devoorkeur voor de gemengdebasisschool in de buurt. “Deschool is nu eigenlijk nog eenzwarte school, maar er is eenouderinitiatief om de schoolwat meer gemengd te maken.Wij wonen in een multiculturelebuurt en hebben een multiculturelesamenleving. Ik vindhet belangrijk dat onze dochterdaar wat van meekrijgt.”Jorgen Koolwijk, Kim Lew en hun dochter Lois. Foto’s: Hans Roggen16


prima vinden als ze veel kunnen spelen, naast hun vriendje mogen zitten en een lieve juf hebben,met basisschoolouders van straks, één van nu en een MR-lid.tekst noortje van dorpLews voorkeur ligt juist bij de andere school. “De schooldoet veel aan kunst en cultuur, wat mij erg aanspreekt.Daarnaast heb ik ook mijn twijfels bij het ouderinitiatiefvan de andere school. Je hebt nooit de garantie dat hetook echt gaat lukken.” Ook Koolwijk beaamt dat de schoolalleen zijn voorkeur heeft als het daadwerkelijk lukt omeen gemengde school ervan te maken.Toch heeft het stel niet het idee dat ze écht verkeerdkunnen kiezen. “Het zijn allebei goede scholen”, aldusLew. Wel vragen ze zich af hoe de situatie volgend jaarzal zijn. Koolwijk: “We hebben verhuisplannen. Wat alswe in een totaal andere buurt gaan wonen, is er dan nogvoldoende tijd en mogelijkheid om opnieuw een keuzete maken?” de ouder van nu‘Communicatie open over school kan beter’Van een warm bad naareen koude douche. Zoomschrijft Ingrid Ligthartde overgang van crèchenaar basisschool. Na hetpersoonlijke contact opde crèche was het wennentoen ze haar oudste dochtervoor het eerst naar debasisschool bracht. “Onpersoonlijk,ik kwam mijnkind brengen en ik moester ook weer zo snel mogelijkvandoor. Inmiddels zittenalledrie haar kinderenop dezelfde basisschool.“Verschillende basisscholenis zoveel gedoe.”Over het algemeen genomenis Ligthart tevredenover de school van haardochters. Wel was het evenslikken toen de school alsnel ging fuseren. “Daarwaren wij niet van op de hoogte”, aldus Ligthart. Door defusie moet ze nu tussen twee gebouwen pendelen. “Iets datik juist niet wilde.” Maar, geen reden om haar dochter vanschool te halen, benadrukt Ligthart.Doel van school is volgens Ligthart kinderen in eenIngrid Ligthard met haar drie dochters: Sarah (op de bank), Lieve (links) en Charlieplezierige, veilige omgeving voorbereiden op hun rol in demaatschappij. “De school van mijn kinderen voldoet daarzeker aan. Uiteraard is er altijd ruimte voor verbetering,maar gezien de middelen die de school ter beschikkingstaan in termen van tijd en geld, vind ik dat ze een knapstaaltje werk afleveren.”>kader primair september <strong>2011</strong>17


En vanzelfsprekend vindt Ligthart het dat er een verschilis tussen hoe zij en haar dochters school ervaren. “Als mijndochter naast haar vriendin mag zitten, er geen enge filmsvertoond worden en ze in de pauze in de dierenwei kanspelen, is alles prima. Ik vind het ook belangrijk dat ze hetnaar haar zin heeft, maar ik let ook op leerprestaties.”Meer communicerenVolgens Ligthart is er voorschool nog veel te winnendoor goed te communicerenmet ouders. “Mijn dochterkwam voor de tweede keerthuis met hoofdluis, eenstructurele luizencontrolewas er niet. Ik heb me opgeworpenals coördinator endacht direct: het informerenvan ouders moet simpeler dan met ouderwetse briefjes.En zo waren er wel meer zaken. Het overblijfrooster,het jaarlijks bijwerken van de gegevens over mijn kinderen.”Na heel wat denkwerk en gepuzzel richtte LigthartSchoolenik.nl op, een sociaal netwerk waar school enouders een online community vormen.‘gezien de middelen diede school ter beschikkingstaan, vind ik dat ze een knapstaaltje werk afleveren’Inmiddels is, ruim een jaar na de start, de website aardigingeburgerd op de basisschool van haar kinderen. “De sitewerkt heel goed voor de hoofdluiscontrole en ook voorde ouderbijdrage en wat algemene communicatie”, aldusLigthart. Toch merkt ze ook dat de praktijk weerbarstigis: “Je ontkomt niet aan de ouderwetse briefjes, niet alleouders zijn gewend aan digitale communicatie.”Ligthart probeert nu meerscholen warm te makenvoor de website en merkt bijschoolbezoeken dat vooralde directeur een cruciale rolin school speelt. “Een teammoet enthousiast zijn om bijvoorbeeldveranderingen inte zetten, maar een directeuris echt gezichtsbepalend. Hijof zij moet een duidelijkevisie hebben en bereikbaar zijn voor ouders. Ik bedoel danniet dat een directeur met alle ouders intensief contactmoet onderhouden. Wel is het belangrijk dat een directeurmakkelijk vindbaar is als ouders met zaken zitten.” Kijk voor informatie over het online sociaal netwerk opwww.schoolenik.nl.de actief betrokken ouder‘Scholen hebben oudershard nodig om sommige zakenop te pakken’“School ben je samen: het schoolteam, de kinderen, maarook de ouders.” Aan het woord is Marga Koster, moedervan drie dochters waarvan er twee inmiddels naar deopenbare basisschool in het dorp gaan. Koster is zeerbetrokken bij school. Naast het oppakken van ‘losse klusjes’zoals een plant verzorgen tijdens de zomervakantieen hulp bij de schoonmaak van het klaslokaal, is ze ookMR-lid, biebmoeder en klassenmoeder.Haar beeld van school is door de jaren heen eigenlijk nietveranderd. Ook niet nu ze zo direct betrokken is. Kostervindt het vooral interessant om alle veranderingen, onderandere nieuwbouw en een nieuwe directeur, van dichtbijmee te maken. Al was de keuze om veel betrokken te zijn ineerste instantie vrij egoïstisch. “Ik was zo gewend om veeltijd met mijn kinderen door te brengen, dat het gek wasom ze niet meer telkens in de buurt te hebben. Door veelop school te zijn, kan ik een beetje meegluren. En dat istoch wel heel leuk.”Frisse blikZeker als MR-lid ziet Koster een belangrijke taak voorzichzelf weggelegd. “Ik ben in de MR de enige zonderonderwijsachtergrond. En daardoor heb ik – denk ik – eenminder gekleurde blik en kan ik écht namens de oudersspreken. Je merkt dat in de onderwijswereld sommigezaken voor lief worden genomen. Ik kan daar met een frisseblik naar kijken en dat kan wel verhelderend zijn.”18


thema de buitenwereldMarga Koster met tweevan haar drie dochters:Jasmina en Katarina(rechts)Door die enorme betrokkenheid voelt Koster zich ookverantwoordelijk voor school. De reden waarom ze bijvoorbeeldook, namens enkele ouders, de nieuwe directeur aansprakop haar manier vanwerken. “Halverwege hetvorige schooljaar kregen weeen nieuwe directeur, en datwas even wennen. De oudedirecteur stond ’s ochtendsaltijd op het schoolplein.De nieuwe directeur doet ditniet altijd. Daarnaast is het een vrouw en ik merk dat vrouwentoch altijd iets stelliger zijn in hun ideeën. In de MRvoel ik me dan wel zo vrij om haar af en toe mijn meningte geven. En dat gaat hartstikke goed.”‘door veel op schoolte zijn, kan ik een beetjemeegluren’Of je de school ervaart als een ‘gesloten bastion’ of ‘openonderwijsorganisatie’ ligt volgens Koster ook voor een deelbij ouders. “Ik zou deze school zeker ‘open’ noemen. Maardoor als ouder ook meerbetrokken te zijn bij deschool van je kinderen, krijgje nog meer mee van water speelt. Scholen hebbenouders hard nodig om sommigezaken op te pakken.”Voorlopig zal Koster nogdikwijls op school te vinden zijn. “Ik ben in ieder geval nogtwee jaar MR-lid. En mijn jongste zit nu nog op de peuterspeelzaal,dus ik verwacht de komende jaren nog veel in envoor school te kunnen doen.” advertentiekader primair september <strong>2011</strong>19


thema de buitenwereldrelatie onderwijs en omliggend vastgoedHuizenprijs liftschoolkwalDe onderwijskwaliteit in een buurt beïnvloedtde huizenprijs. Een goede school zorgtnamelijk voor duurdere woningen, blijktuit Noors en Amerikaans onderzoek. Ookin Nederland bestaat dit verband volgensvastgoeddeskundigen. Schoolleiders doente weinig met deze kennis, vinden ze.tekst jaan van aken‘Op loopafstand is een leuk speelveld voor kinderen, eenbasisschool en een supermarkt’. Zomaar een advertentievoor een huis in Rotterdam. “Welke makelaarsbrochure jeook openslaat, de eerste regels gaan altijd over voorzieningenals onderwijs. Het feit dat een school zoveel genoemdwordt, betekent dat het een selling point is”, weet Marc vanLeent van De Wijkplaats, een netwerk gericht op maatschappelijkvastgoed.De voorkeur van huizenkopers voor een goede schooldraagt zeker bij aan de huizenprijs, denken makelaarJeroen Bouwman en Roelof Kimman van de NederlandseVereniging van Makelaars. Nog even daargelaten wat eengoede school precies is. “Een relatie is er zeker, populairebuurten hebben vaak populaire scholen, maar het is moeilijkeen exact verband te leggen tussen de huizenprijs ende kwaliteit van scholen.” Beiden kennen geen Nederlandsonderzoek dat hun opvatting bevestigt. Marc Francke, professorReal Estate Valuation aan de Universiteit van Amsterdam,ontwikkelt modellen om de woningprijs te verklaren.Hij heeft nog geen onderzoek naar dit onderwerp gedaan,het staat wel op de planning. “Je ziet grote prijsverschillentussen buurten. Ik verwacht dat hoe hoger de kwaliteit vande school is, des te hoger de huizenprijs zal zijn.”De verklaring die makelaar Bouwman heeft voor de relatietussen onderwijskwaliteit en de waarde van het omliggendevastgoed, is in Nederland dus nog niet bewezen, maarligt wel voor de hand. “De aanwezigheid van goede scholenis voor jonge ouders een belangrijke reden om in bepaaldewijk te gaan wonen. Scholen maken een buurt populairderbij deze kopers en de populariteit van een wijk heeftinvloed op de huizenprijs.”‘bij de ontwikkeling van een wijkworden schoolleiders vaak niet betrokken,terwijl het positief werkt om de handenineen te slaan’20


dat de prijsstijging tijdelijk is. Dit komt volgens de Norendoordat makelaars na enige tijd minder nadruk leggenop schoolkwaliteit.mee opiteitUit buitenlands onderzoek zijn wel cijfers bekend. Onderzoekersvan de Universiteit Florida vergeleken in 2000 ineen stad in Florida scholen die een A- en een B-kwalificatiekregen (op een schaal van A tot en met F). Het verschil tussenA- en B-scholen bedroeg ongeveer 10 duizend dollar opeen gemiddelde huizenprijs van 107 duizend dollar, eengemiddeld prijsverschil van bijna 10 procent.Ook in Noorwegen vinden kopers schoolkwaliteit belangrijk.Zij willen meer betalen voor huizen nabij betere scholen,blijkt uit onderzoek van de Universiteit van Oslo uit2008. Nadat een school zich verbetert en de resultaten eenniveau omhoog gaan, stijgt de huizenprijs met anderhalfprocent, gemiddeld 5.250 dollar per appartement. Zowelde Noorse als Amerikaanse onderzoekers geven wel aanBrede schoolIn Nederland berekende onderzoeksbureau ABF Researchdat een brede school een positief effect van 1,3 procentop de huizenprijs heeft. Petra Rutten, directeur maatschappelijkeontwikkeling bij gebiedsontwikkelaarProper-Stok, schat het cijfer wat hoger in. “Afhankelijkvan de wijk zou voor mijn gevoel een kwalitatief goedeschool inclusief voorzieningen 10 á 20 procent prijsverschilkunnen uitmaken.”Proper-Stok wist die waardestijging daadwerkelijk tebereiken in de Rotterdamse wijk Katendrecht (zie ook<strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> 2, oktober 2010, red.). “De eerste woningenhebben we onder de oorspronkelijke vraagprijs verkocht.Daarna hebben we de prijs in twee stappen 20 procent verhoogden zo in een jaar tijd een waardesprong gemaakt.Het was niet de enige factor, maar zonder brede school enkinderopvang hadden we het zeker niet gered.”Huizenkopers maken een analyse van schoolvoorzieningen,stelt Rutten. Nederland maakt volgens haarbovendien een inhaalslag met de arbeidsparticipatie vanvrouwen. “De vraag ‘hoe regel ik werk en zorgtaken’, isdan heel belangrijk. Een goede school met kindvoorzieningenén zonder lange wachtlijsten is voor ouders essentieel”,zegt ze.In Katendrecht hadden mensen in eerste instantie nietgenoeg vertrouwen om er een huis te kopen. Van de bouwvan de brede school, vooruitlopend op de woningbouw,ging een impuls uit. “Er waren geen wachtlijsten, dusouders wisten dat er plaats was op school en de opvang.Deze strategie heeft een positieve bijdrage geleverd in desociale wijkontwikkeling.”>In Leusden hebben gemeente, school,kinderopvang en woningcorporatiealle huisvestingstaken in één handgebracht. Bij de bouw van het nieuwemultifunctionele centrum Antares was niethet schoolbestuur, kinderdagverblijf ofgemeente bouwheer, maar WoningstichtingLeusden. Op 21 september aanstaandevindt van 15.00 tot 17.00 uur een excursienaar Antares plaats voor gemeenten,scholen, kinderopvang, corporaties,architecten en andere geïnteresseerden.Doel is kennis, ervaring en tips te delen metanderen. Meer informatie en aanmelden:www.bouwstenenvoorsociaal.nlkader primair september <strong>2011</strong>21


school en woningbouwcorporatie werken samenIn haar vorige baan als schoolleider vanobs De Twijn in Almelo werkte Marja vanPluur veel samen met de plaatselijkewoningbouwstichting. “Eigenlijk zou elkeschool dat moeten doen. Woningbouwen school werken voor dezelfde stratenmet dezelfde kinderen en hebben erbeide baat bij dat het goed gaat met deleefomgeving.”Het eerste contact kwam tot stand tijdenseen vergadering van de wijkcommissie.“Daar hebben we kennisgemaakt enzijn we aan elkaar blijven hangen. Ineerste instantie dacht de woningbouwin stenen en wij vooral pedagogisch. Zijzijn minder in stenen gaan denken en wijhebben meer oog gekregen voor onzemaatschappelijke opdracht.” Een voordeelvan de samenwerking zijn de korte lijnentussen school en woningbouw. “Weoverleggen met de woningbouw over hoehet met een kind gaat. De woningbouwhoeft daardoor niet te wachten tot‘als school moet je bereid zijn bij eenvoorlichting voor nieuwe buurtbewonersmet een kraampje te gaan staan, ook buitenlestijden om’er drie maanden huurachterstand is,maar kan een gezin eerder helpen.”De Twijn is een brede school in een wijkin opbouw met veel opvoedings- enhuisvestingsproblemen. “Sommigekinderen hebben het moeilijk thuis enliggen bijvoorbeeld met zijn drieën op eenslaapkamer.” De woningbouwstichtingsteunt De Twijn financieel. Er komtbijvoorbeeld een Plusklas voor driejarigendie de stichting betaalt. Dankzij decorporatie is er een verrijdbaar podiumvoor de hele wijk, dat de school ookgebruikt. De stichting adverteert inde schoolkrant en subsidieerde eendichtbundel met gedichten van kinderen.“Voor de woningbouw moet er altijd eenmaatschappelijk belang zijn, zodat meermensen plezier hebben van wat de schooldoet.”De betrokkenheid moet wel van tweekanten komen. “Als school moet je zelfook actief zijn en bijvoorbeeld bereidzijn bij een voorlichting voor nieuwebuurtbewoners met een kraampje van deschool te gaan staan. De school moet jevoor de hele wijk openstellen en dat gaatdus ook wel eens buiten de lestijden om.”‘het idee bestaat datiedereen behoefte heeft aanbrede schoolvoorzieningen,maar dat is niet zo’Blauwe wijkVolgens Van Leent van De Wijkplaats zijn er twee redenaties.“Blijkbaar heeft onderwijskwaliteit een betekenisvoor de vastgoedwaarde. Anderzijds kun je door waardecreatievia het onderwijs investeren in de sociale cohesiein een wijk.” Scholen kunnen de sleutel tot een wijk vormenen daarmee van waarde zijn voor andere partijen.“Zij kunnen bijvoorbeeld allochtone moeders via hun leerlingenmakkelijker bereiken dan welzijnsorganisaties”,vertelt Van Leent.Schoolkwaliteit is via Cito-scores eenvoudig te checken,maar schoolpopulariteit is een ongrijpbaarder begrip. Om‘gewild’ te kunnen zijn, is het belangrijk dat een schoolvoldoende aansluit bij de wensen van de buurtbewoners.Gert Jan Hagen van SmartAgent, een belevingsonderzoekenadviesbureau, houdt zich vanuit die context bezig metzogenaamde wijkprofielen. “Het soort school dat mensengraag willen hebben, kun je afleiden uit de wijksamenstelling”,stelt hij. De wijkprofielen laten aan de hand vankleuren de leefstijl van wijkbewoners zien. Hagen legt uit:“In een gemiddeld rode wijk zijn ouders geïnteresseerdin innovatieve en alternatieve vormen van onderwijs, eenvrije school bijvoorbeeld. Blauwe wijken zijn gericht opcontrole en status, waarbij ouders gericht zijn op maatschappelijksucces.”Zelf woonde Hagen enige tijd geleden in Polsbroek (provincieUtrecht) waar de dorpsschool een School met deBijbel was. “Sommige ouders deden hun kind naar dieschool om het in de gemeenschap te laten opgroeien,maar de artistieke import uit de grote stad koos ervoorhun kinderen naar de vrije school in een stad 15 kilometerverderop te brengen.”Een gezellige dorpsschool biedt heel wat anders dan eenbrede school en bedient een ander publiek, stelt hij. Datmoet een schoolleider die besluit een brede school te ontwikkelenzich realiseren. “Vaak wordt daarover niet nagedacht.Het idee bestaat dat iedereen behoefte heeft aanbrede schoolvoorzieningen, maar dat is niet zo.”OndernemersbloedSchoolleiders zijn zich wel bewust van de invloed die ze(kunnen) hebben op hun omgeving, maar ze ondermijnende ‘stuwende kracht’ van die positie nog te veel, vindt Ruttenvan Proper-Stok. “Het is ook moeilijk de onderwijs- enwijkbudgetten te beïnvloeden als schoolleider. Vaak gaathet er niet om welke wijk wat nodig heeft, maar om wie22


thema de buitenwereldGebiedsontwikkelaar Proper-Stok zette in de Rotterdamse wijk Katendrecht brede school De Globetrotter in als motor voor gebiedsontwikkeling.Proper-Stok organiseert geregeld rondleidingen op Katendrecht. Wie geïnteresseerd is, kan contact opnemen met Petra Rutten van Proper-Stokvia p.rutten@proper-stok.nl.‘maak werkruimtes voorzzp’ers, zodat ze dichtbijhun kinderen vergaderen enwerken’er ‘aan de beurt’ is. Bij de ontwikkeling van een wijk wordenschoolleiders vaak niet betrokken, terwijl het positiefwerkt om de handen ineen te slaan.”Van Leent van De Wijkplaats denkt dat schoolleiders veelcoöperatiever in de wereld moeten staan. “Schoolleidershebben samenwerkingsmogelijkheden met welzijn, cultuuren sport pas als laatste ontdekt. Je kunt cultuur,sport en werk in één gebouw combineren. Maak bijvoorbeeldwerkruimtes voor zzp’ers, zodat ze dichtbij hun kinderenvergaderen en werken.”De laatste tijd merkt Van Leent dat schoolleiders wat meerwillen ‘socialiseren’ met de buurt. Hij noemt Waddinxveenals voorbeeld. Daar namen schoolbesturen het voortouwom met de gemeente en andere partijen na te denken overde gewenste voorzieningen voor kinderen. “Hier geldt eenCruijffiaans gezegde: je ziet het pas als je het door hebt.Je kunt dan namelijk ook voorzieningen terugvragenvoor je school. Schoolleiders met onder nemersbloedspreekt dit aan.”Voor een schoolleider zijn stijgende huizenprijzen uiteraardnooit een doel op zich. Maar door zich bewuster tezijn van de relatie met de buurt en daar nadrukkelijkereen stempel op te drukken, kan hij of zij meer betekenenvoor de kinderen in de buurt, veelal leerlingen van deschool. Zoals schoolleider Marja van Pluur (zie kader)zegt: “Uiteindelijk heb je er als school plezier van als jebetrokken bent, want dan kun je het voor de kinderenhet beste organiseren.” meer weten?Onderzoeksbureau Rigo doet in opdracht van de ministeriesvan Onderwijs en Binnenlandse Zaken onderzoek naar deinvesteringen in relatie tot de leefbaarheid om schoolgebouwenheen, waaronder ook de huizenprijs. Dit najaarworden de resultaten openbaar.kader primair september <strong>2011</strong>23


thema de buitenwereld‘Ik bemoei me niet met24


In het educatieve landschap nemen onderwijswethouderseen bijzondere positie in. Ze staanbuiten de scholen, maar zijn wel een belangrijkegesprekspartner. Ze beheersen bepaaldegeldstromen en proberen bij het bepalen vanbeleid ook andere maatschappelijke belangenin het oog te houden. In grote steden vervullenwethouders bovendien vaak een spilfunctie tussende verschillende schoolbesturen. De Haagseonderwijswethouder Ingrid van Engelshovenvertelt over haar werk en ambities. Ze wil ruimbaan geven aan de autonomie en diversiteit vanscholen. “Ik bemoei met niet met de pedagogischekeuzes die schoolleiders en leerkrachtenmaken.” Maar als de samenwerking tussen tweebuurtscholen door concurrentie vastloopt, oefentze desnoods druk op hun besturen uit om de zaakvlot te trekken.tekst marijke nijboerHoe ziet u de rol van onderwijswethouder in een grote stadals Den Haag?“Ik kijk samen met schoolbestuurders, schoolleiders,leerkrachten en ouders wat we kunnen doen om het maximaleuit ieder kind te halen. Ik jaag waar nodig aan enzorg dat het nodige geld beschikbaar is. Ik wil zorgen datde mensen die het werk moeten doen, daar maximaal toein staat zijn. We spreken samen doelstellingen af, maar ikbemoei met niet met de pedagogische keuzes die scholenmaken.”Sommige steden, zoals Rotterdam, kiezen gezien de groteonderwijsachterstand voor een sterke regierol van de gemeente.U hamert juist erg op de autonomie van scholen. Waarom?“Ik wil schoolleiders en leerkrachten de ruimte geven omprofessional te zijn, hun vak uit te oefenen. Dus schrijfik niet voor hoe zij het moet aanpakken. We hebben eengezamenlijk doel en zij bepalen hoe we dat gaan bereiken.Neem onze brede buurtscholen, die wekelijks zes uurextra lesgeven. Die leertijdverlenging is bindend, maar deinvulling ervan is aan de scholen. Wij kijken of het geldwordt besteed zoals afgesproken, maar daar blijft het bij.Ik ga niet over de invulling van het onderwijs; ik ben eenbestuurder. We moeten elkaars professionaliteit respecteren.Ik verwacht ook dat schoolleiders begrip hebbenvoor mijn positie, mijn ambitie en het feit dat ik opkomvoor de belangen van ouders en van de buurt rondomeen school.”U zei tijdens een speech over zwakke scholen: ‘Ga na waaruw zwakke plekken zitten en kom met een plan van aanpak’.Werkt dat?“Ik heb gesproken met twee besturen die een aantalzwakke scholen hadden. Met mijn steun worden de zwakkeplekken aangepakt en een aantal van die scholen heeft hetafgelopen jaar forse stappen vooruit gemaakt. Een zwakkeschool is een gezamenlijk probleem. Ik ga dan niet bestraffendmet de vinger wijzen. Maar ik verwacht wel de bereidheidom samen te kijken hoe we het aanpakken. Ik merkdat men dit oppakt.”Lukt het om een balans te vinden tussen uw ambities en de eigenvisie van scholen?“Soms wringt dat wel; dan kaart ik het aan. Soms vergt desituatie dat je de boel stevig onder druk zet. Omgekeerdmogen scholen dat ook bij mij doen wanneer ze dat nodigvinden. Opnieuw als voorbeeld de brede buurtscholen:daar moet met veel partijen worden samengewerkt om eenecht leerrijke omgeving te creëren. Dat vraagt soms vanscholen dat ze risico’s nemen. Als je lestijden verlengt, eenzaterdagschool en een zomerschool start, heb je extra mensennodig. Wil je die activiteiten structureel maken, dankomen al die mensen op de payroll van de school. Als vervolgensbepaalde subsidiebronnen opdrogen, zit de schoolmet de extra personeelslasten. Daar hebben we samen eenoplossing voor gezocht. Er komt een stedelijke stichting,die dat extra personeel in dienst neemt en hen detacheertbij de scholen.”>pedagogische keuzes’kader primair september <strong>2011</strong>25


Ingrid van Engelshoven (1966) is sinds mei 2010 wethouder van Onderwijs en Dienstverlening in Den Haag. Ze is ook voorzitter van hetlandelijk bestuur van D66. Ze studeerde beleids- en bestuurswetenschappen en Nederlands recht en was onder andere senior adviseur bijeen adviesbureau voor corporate communicatie en public affairs.‘we hebben een gezamen lijkdoel en onderwijsprofessionalsbepalen hoe we dat gaanbereiken’In hoeverre spelen de zuilen nog een rol bij de samenwerking?“Je ziet wel degelijk een concurrentiestrijd tussen deschoolbesturen. Daar heb je wel eens last van. Soms staatdat de samenwerking tussen scholen in een buurt in deweg. Ik kijk dan de heren bestuurders eens goed in de ogenen zeg: kom op, ga niet op de millimeter de concurrentiestrijdaan. Het wil nog wel eens helpen om dingen hardopte zeggen.”U hecht aan openheid. Hoe geeft u daar zelf vorm aan?“Ik ga vaak op schoolbezoek. Ik zit in de klas, proef de sfeer,ga het gesprek aan. Ik vind: als je met een schoolbestuurpraat over gymlokalen, moet je wel weten hoe ze ruiken. Ikkrijg van scholen een heel open verhaal. Ze delen hun successenén hun zorgen.”Wat blijft u het meest bij uit die bezoeken?“De grote verschillen, ook tussen vergelijkbare scholen.De typische achterstandsschool bestaat bijvoorbeeld niet.Iedere school heeft een enorme eigenheid, door de mensendie er werken. Een goede schoolleider en goede leerkrachtweten echt een stempel te drukken. Daar proef je bezielingin. Dat opende mijn ogen voor het grote belang van goedpersoneel. Daar moet je in investeren. De minder goedemensen moeten ondersteuning krijgen en de sterke collega’smoeten een voorbeeldfunctie hebben. Leerkrachtenworden nu gecoached.In juni heb ik tien schoolleiders meegenomen op een studiereisnaar New York en Chicago. We hebben daar gezienhoe teams intensief werden gecoached om de onderwijskwaliteitte verbeteren, met heel goede resultaten. Ik wilkijken of we dat hier ook kunnen doen. Nog te vaak is dehouding: dit is mijn klas, ik doe de deur dicht en wil nietbeoordeeld worden. Ik wil tussen professionals het gesprekop gang brengen. Ons nieuwe Lerarencafé houden we bijvoorbeeldtelkens op een andere school. Zo neem je eenkijkje in elkaars keuken.”26


advertentieFormulier voornabestellingen 2009Schoenmaatjes gezocht!Een cadeau van kind tot kindCreatiefMet de actie Schoenmaatjes vullen kinderen in Nederland eenschoenendoos met schoolspullen, toiletartikelen en speelgoed.De prachtig versierde dozen gaan naar leeftijdgenootjes in eenarm land als een persoonlijk en concreet gebaar van betrokkenheid.EducatiefVoor gebruik op school, in de kerk, vereniging of thuis is aansprekendeducatief materiaal beschikbaar waaronder (voor)leesboekeneen projectkrant en filmpjes.Gaat u mee op reis?Als u zich nu aanmeldt als contactpersoon voor Schoenmaatjes maaktu kans om zelf schoenendozen uit te gaan delen in een ontwikkelingsland.Kijk voor meer informatie op: www.edukans.nl/schoenmaatjes.Doe mee!Al 16 jaar deschoenendoosactie voorscholenGeef kinderen de kans iets concreets te doen voor leeftijdgenootjesin ontwikkelingslanden en verras kinderen met een prachtig cadeau.Vul het aanmeldingsformulier in op www.edukans.nl/schoenmaatjesen doe mee met Schoenmaatjes. Dat kan van septembertot aan de kerstvakantie.ES1116Meer informatie? Kijk op www.edukans.nl/schoenmaatjes of bel met Edukans (033) 460 19 42.advertentieIS UW ONDERWIJSBEDRIJFIN CONTROL?In een tijd van dalende leerlingenaantallen, bezuinigingen en toenemend eigenrisicodragerschap,neemt het belang om de bedrijfsvoering kritisch tegen het licht te houden sterk toe.Als kennispartner helpt OSG u graag uw onderwijsorganisatie in control te krijgen. Het daarvoorontwikkelde OSG kwaliteitsprogramma ‘Onderwijsbedrijf in Control’ ondersteunt u om sturingen beheersing in uw organisatie op strategisch, tactisch en operationeel niveau in samenhang teversterken. Onderdeel daarvan is de optimale koppeling tussen uw onderwijskundig en financieelbeleid. Het programma sluit daarmee volledig aan op de uitgangspunten en doelen van het landelijkeproject ‘Eerst kiezen dan delen’.Wilt u weten of uw onderwijsbedrijf in control is? Wij gaan graag met u in gesprek. Kijk voor meerinformatie over onze aanpak op www.osgadvies.nl/onderwijsbedrijfincontrol.28


zo kan het ook ! good practiceScholen voor primair onderwijs lopen vaak tegen dezelfde uitdagingen aan.De aanpak kan bijzonder zijn en voor meerdere scholen nuttig.Deze maand in Zo kan het ook!: Om zo goed mogelijk te worden geïnformeerden zo het beste uit de leerling te kunnen halen, houden leerkrachten vanDe Ganze bloem uit Geldrop geen dubbele oudergesprekken meer in gevalvan echt scheidingen.tekst andrea holwerdagescheiden ouderssamen op gesprekHet viel de leerkrachten van de Noord-Brabantse basisschool De Ganzebloem aleen tijdje op dat er steeds meer gescheidenouders waren die stuk voor stuk een apartoudergesprek wilden. Lastig, want dankomt de vader met het ene verhaal en demoeder met het andere, verteltgroep 8-leerkracht DominiqueKronenburg. “En je kunt als leerkrachtalleen het beste uit deleerling halen, als je goed wordtgeïnformeerd.”Maar beide ouders hebben rechtop informatie. En dus wist deschool niet zo goed wat dezemet de situatie aan moest,stelt directeur Harold Jacobs.Een adviesgesprek van eenleerling uit groep 8, waarbij degescheiden ouders uit zichzelfsamen naar school kwamen, gafuiteindelijk de doorslag er tochwat aan te doen. “Het meisjezat tussen haar ouders in enhield ze stevig vast. Het waszo belangrijk dat ze even gestopt warenmet ruziën en samen over haar toekomstkwamen praten”, schetst Kronenburg.Na overleg binnen het team werd daaropbesloten alle (gescheiden) ouders vanaf hetschooljaar 2009/2010 op te roepen samennaar school te komen. “Als er gesprekkenop stapel staan, staat heel duidelijk in onzenieuwsbrief dat dat ons beleid is”, steltdirecteur Jacobs. “We hebben daarbij heelbewust gekozen om te zeggen: zo gaat hethier, punt. Natuurlijk zijn er uitzonderingen,maar als je dat al direct aangeeft, weetiedereen dat meteen.”Na de eerste oproep had de school welwat reacties van ouders verwacht. “MaarBasisschool De Ganzebloem roept alle – gescheiden – ouders opvoortaan samen naar oudergesprekken op school te komen.we hoorden helemaal niets. Dat snap iknog steeds niet”, zegt Kronenburg. Jacobs:“De gescheiden ouders die eerst alleenkwamen, kwamen de keer daarop gewoonsamen. Slechts een enkele keer heeft eenleerkracht of onze intern begeleider tot nutoe iemand extra moeten aanmoedigen.Maar na één telefoontje kwamen die oudersdan toch ook gewoon met z’n tweeën.”De leerkrachten hoeven volgens Jacobstijdens het gesprek geen scheidsrechter tespelen. “Natuurlijk hangt er in het beginsoms een wat gespannen sfeer. Daar moetje als leerkracht tactvol mee omgaan.Benadrukken dat het die avond draait omhoe het gaat met hun kind.” Dat gaat volgenshem de één gemakkelijkeraf dan de ander. “We helpenelkaar daarbij. En als van tevorenduidelijk is dat het een moeizaamgesprek wordt, gaat onze ib’er erwel eens bij zitten voor wat extrasteun.”Maar meestal komt het allemaalvanzelf goed, aldus Kronenburg.“In het begin zitten ouders vaakmet de ruggen naar elkaar toe,maar halverwege het gesprekkijken ze je beiden recht aan.Er kunnen niet zomaar meerdingen naar elkaar toegeschovenworden of verwarring ontstaandat de één dit of dat nooit heeftgehoord.”Dat het heel belangrijk is datouders wat school betreft weer één frontvormen, ziet ze uiteindelijk ook terug in deklas. “Er komt rust voor de leerling, weerwat ruimte om te leren na al het verdriet vande scheiding.” Ook een creatieve aanpak op uw school?Mail naar communicatie@avs.nl o.v.v.‘Zo kan het ook’.kader primair september <strong>2011</strong>29


eindverantwoordelijk managementonderzoeknaar code goedbestuur po:hoe zit het echt?In opdracht van de PO-Raad is najaar2010 onderzoek gedaan naar demate waarin schoolbesturen werkmaken van goed bestuur en hoe deinvoering van de Code Goed Bestuurverloopt. Voor de zomervakantiepubliceerde de Hogeschool vanAmsterdam in samenwerking met deRadboud Universiteit de resultatenvan deze nulmeting monitor GoedBestuur PO 2010. In de onderwijsperswerd de conclusie aangehaald dat72 procent van de schoolbesturenbestuur en toezicht heeft gescheiden.De ervaring met de invoering vande Code en van de scheiding tussenbestuur en intern toezicht leert echterdat dit juist bij eenpitters en kleinereschoolbesturen alles behalve soepelverloopt.tekst carine hulscher-slotDe onderzoekers melden dan ook datde responsgroep van de monitor niet alsrepresentatief mag worden beschouwd – erreageerden 332 besturen. Hieronder warenweinig eenpitters en juist meer schoolbesturenmet 11 tot en met 20 scholen. Ookhet aandeel schoolbesturen voor openbaaronderwijs is naar verhouding groter.6 procent weigertHoewel de resultaten dus als niet representatiefvoor de sector primair onderwijskunnen worden opgevat, is het interessanteen aantal gegevens nader te bekijken.Van de besturen die reageerden heeft inhet najaar van 2010 zo’n 70 procent eenscheiding tussen bestuur en intern toezichtgerealiseerd. In deze groep vormende meerpitters veruit de meerderheid.Schoolbesturen die tijdens het onderzoeknog niet zo ver waren, melden voor hetgrootste deel dat zij de functiescheidingbinnen een jaar willen invoeren. Maar, zo’n6 procent is niet van plan intern toezicht inte stellen. Bijzonder, want per 1 augustus<strong>2011</strong> is de scheiding tussen bestuur enintern toezicht verplicht.Verschil in bestuursmodellenOngeveer een derde van de schoolbesturenuit het onderzoek heeft de functiescheidingingevoerd door een toezichthoudende rolvoor het schoolbestuur en de bestuurstakenneer te leggen bij het bovenschoolsmanagement of de schoolleiding. Daarbijgaat het zowel om mandaat als delegatie.In 17 procent van de gevallen heeft dealgemene ledenvergadering een toezichthoudenderol. Ook dit is opvallend, omdathet binnen de besturen die reageerdendan gaat om verenigingen. En juist dezerechtsvorm is in de minderheid. Van deschoolbesturen in het po valt 32,9 procentonder een vereniging, 46,6 procent valtonder een stichting en 18,6 procent ondereen openbare stichting.Bij ruim een vijfde van de besturen uit denulmeting wordt gewerkt met het Raadvan-Toezichtmodel. Ook hier lijkt het eropdat de cijfers zijn gekleurd. Juist bij degrote besturen, die naar verhouding minderreageerden, komt dit bestuursmodel steedsmeer voor.De onderzoekers voorspellen, op grondvan antwoorden van besturen die de functiescheidingnog moeten invoeren, dat hetzogenaamde one tier-model een gangbaarbestuursmodel wordt in het po. Zij doen ditop basis van het feit dat een kwart van derespondenten meldt de functiescheiding opdeze manier alsnog te willen regelen.Het one tier-modelBij het one tier-model is het bestuur en hetintern toezicht binnen één orgaan neergelegd.Bestuurders en toezichthouders zijnbinnen dit model binnen hetzelfde orgaan– het bestuur – bezig met hun bestuurlijketaken. Meestal wordt in dit geval gesprokenover het algemeen bestuur, dat toezichthoudt, en het dagelijks bestuur, datbestuurt. Daarbij geldt dat de voorzitter eenintern toezichthouder hoort te zijn en dathet aantal toezichthouders in de meerderheidmoet zijn. Dit model lijkt op het eerstegezicht een uitkomst voor kleinere besturenen eenpitters. Maar, die conclusie moet niette snel worden getrokken. Om de toezichthoudenderol goed te borgen, zijn apartecommissies nodig die zorgen voor informatievoorzieningvoor de toezichthouders envoor hun ondersteuning. Daarbij kan hetbijvoorbeeld gaan om een auditcommissieen een benoemingscommissie.Het is de vraag of het one tier-model inderdaadzoveel navolging zal krijgen. Het zou,zo blijkt ook uit de laatste ontwikkelingenbinnen de sector, ook heel goed kunnenzijn dat wordt gekozen voor de meer gangbaremodellen, zoals een toezichthoudendbestuur en de bestuurlijke taken bij deschoolleiding, een bovenschools managementteamof een bovenschools of algemeendirecteur. Of een model met een Raad vanToezicht en een College van Bestuur.Dit maakt nieuwsgierig naar de resultatenvan de volgende meting dit najaar, en naarhet antwoord op de vraag of het dan wél omrepresentatieve resultaten gaat. advies enondersteuningDe AVS heeft inmiddels veelervaring met de invoering van deverschillende bestuursmodellenen met de functie scheiding. Vooradvies en ondersteuning kunt u dan ookterecht bij Carine Hulscher-Slot(c.hulscher@avs.nl), senior adviseur bijde AVS op het gebied van arbeids voorwaardenont wikkeling, medezeggenschap,organi satie ontwikkeling, fusiebegeleiding,de ver houding bestuur-management enPolicy Governance ® . Ook houdt zij zichbezig met beleidsbeïnvloeding.30


speciaal (basis)onderwijsadoptieteamsAls een school de gevraagde kwaliteitniet meer leveren kan, blijkt bij hetkeren van het tij altijd maatwerknoodzakelijk te zijn en zit de krachtin processen waarin met en vanelkaar geleerd kan worden. Dit lerenkan gekoppeld worden aan scholenen teams buiten de eigen school.Het SBOwerkverband heeft eenproject in gang gezet dat gebaseerdis op dit principe: het werken metadoptieteams, waarbij scholen elkaar‘adopteren’ op vooraf afgesprokenbeleidsterreinen.tekst hans van den bergHet uitgangspunt bij het werken metadoptieteams is hetzelfde als bij hetvan origine Engelse twinningprincipe,waarbij een (zeer) zwak presterendeschool(leider) gekoppeld wordt aan eengoed presterende school, die zijn ‘collega’voorziet van praktische handvatten enrichtlijnen om de onderwijskwaliteit teverbeteren. Het verschil is echter dat hetbij adoptie niet per se hoeft te gaan om eensterke en een zwakke school. Binnen hetproject adoptieteams – gefaciliteerd doorhet SBOwerkverband – werken scholenmet elkaar samen, omdat zij elkaar ietste bieden hebben in het versterken vanhet onderwijs. De ene school ‘adopteert’als het ware de andere school op voorafafgesproken beleidsterreinen. Dit kanzijn ondersteuning en begeleiding vanhet managementteam, informatie- enexpertise-uitwisseling op het niveau van deinterne begeleiding, maar ook de uitwerkingvan onderwijskundige thema’s als de1-zorgroute, het ontwikkelingsperspectiefof leerlingvolgsysteem. Iedere school kentwel een good practice, een kwalitatiefgoed doordacht beleidsterrein, dat in depraktijk succesvol is. Zo succesvol dat hetandere scholen handvatten biedt voor deeigen onderwijsontwikkeling. Zo wordt ersamen gezorgd voor een structurele onderwijsverbetering.Scholen nemen een kijkjein elkaars keuken, organiseren werkmiddagenen wisselen zo ook op teamniveauervaringen en kennis uit.So adopteert sboAan het adoptieproject kunnen tweeverschillende scholen voor speciaal basisonderwijs(sbo) deelnemen, maar ook dekoppeling tussen een sbo-school en eenreguliere school voor basisonderwijs, ofeen sbo-school en een school voor speciaalonderwijs (so) is mogelijk.Een voorbeeld van het laatste is sbo HetKeerpunt, dat afgelopen jaar een samenwerkingstrajectis gestart met so-schoolDe Pels, beide uit Utrecht. “Binnen onzeschool was een toename van het aantalleerlingen met gedrags- en psychischeproblemen te zien”, aldus Ineke Blok,locatiedirecteur van Het Keerpunt. ”Eenaantal collega’s had aangegeven dat weiets moesten doen met het adoptieprojecten het op die manier met en van elkaarleren leek ons een kans”. Het Keerpuntkampte met daling van het leerlingaantal,mede door de wijziging van de vervoersregelingin de stad Utrecht, maar zag tegelijkeen verdichting van de problematiek in deleerlingpopulatie. Blok: “We willen in kunnenspelen op de toenemende vraag omeen kwalitatief goede aanpak bij zwaarderegedragsproblemen.Ook op reguliere basisscholen zien we dezeontwikkeling. Naast de reguliere opvangvan leerlingen willen wij de mogelijkheidbieden om leerlingen die bijvoorbeeld eentime out nodig hebben, kortdurend op tevangen.”lustrumcongres sbowerkverbandOm de expertise in het in kaart brengen ende aanpak van de verschillende gedrags- en/of psychiatrische problemen te verbeteren,is de school ingestapt in het adoptieproject.“Zowel op individueel als op teamniveauis er gewerkt aan de overdracht van expertiseen kennis. Er zijn cirkelgesprekkengehouden, waarbij we de kinderen hebbenbetrokken, allemaal ideeën vanuit De Pels”,vertelt Blok. Wat de school wil bewerkstelligenis dat er op een andere manier naarkinderen gekeken wordt, vanuit een anderperspectief. “Samen kijken naar het kind,met een deskundige van buitenaf”, vertaaltBlok. “En het is voor een groot deel al eensucces! De twee begeleiders van De Pelsbehoren al praktisch tot het team, zo intensis de samenwerking.” De bijdrage vanuitde so-school richt zich op kind, ouders enschool. Met name in de handelingsplanning,werken aan wat de leerling wél kan, heeft DePels een goede bijdrage kunnen leveren.Op sbo Het Keerpunt is men enthousiastover de manier waarop er in relatief kortetijd veel met en van elkaar geleerd is.Volgend jaar gaat de school verder met hetadoptieproject. Zo hoopt men de profileringwat scherper aan te kunnen zetten, inspelendop ontwikkelingen die onder meerPassend onderwijs vragen. meer weten?Momenteel lopen er in totaal zo’n 13 adoptieteamprojectenbij het SBOwerkverband.Er is nog ruimte voor meer projectaanvragen.Interesse? Neemt dan contact op metproject leider Martin van den Oetelaar,m.vandenoetelaar@sbowerkverband.nl.Hans van den Berg(h.vandenberg@avs.nl) is AVSadviseur.Hij houdt zich onderandere bezig met dienstverleningop het gebied van onderwijs en leerlingenzorgen is trainer van ‘Kind op de Gang! ® ’.Het SBOwerkverband viert op 25 november <strong>2011</strong> haar eerste lustrum tijdens hetjaarlijkse congres in de Jaarbeurs te Utrecht. Tijdens deze feestelijke werkconferentiepresenteren sbo-scholen uit het hele land in samenwerking met professionele organisatieshun succesvolle onderwijspraktijk (leerlingvolgsysteem, orthodidactisch handelen,dyscalculie, toetsen in het speciaal basisonderwijs, ontwikkelingsperspectief, et cetera).Kosten: t 200 voor leden / t 250 voor niet-leden van het SBOwerkverband. Aanmelden:secretariaat@sbowerkverband.nlkader primair september <strong>2011</strong>31


achtergrondervaringen met mediation‘Het draait bijna altijdsamenwerking, comen vertrouwen’Een geschil oplossen met behulp van eenneutrale, vakbekwame conflictbemiddelaar.Mediation, overgewaaid uit de echt scheidingsadvocatuur, komt in het onderwijsregelmatig voor. Ruim een derde van deleidinggevenden in het primair onderwijsheeft er wel eens mee te maken gehad, blijktuit onderzoek van de AVS. “De intensiteit encomplexiteit van de communicatie neemt toeen daarmee ook de wrijvingen.”tekst astrid van de weijenbergBij ruim tweederde van de door de AVS bevraagde groepschoolleiders (voorjaar <strong>2011</strong>) leverde bemiddeling in devorm van mediation een positieve bijdrage aan een oplossingvoor de problemen. Ruud de Sain, senior adviseur bijde AVS en mediator, signaleert steeds meer mediation inhet onderwijs en vindt dat niet verwonderlijk. “De intensiteiten complexiteit van de communicatie in het onderwijsneemt toe en daarmee ook de wrijvingen.” Volgens hemkomt dat door de groei van het aantal duobanen, de groeivan taakdifferentiatie, de toename van interne en externeoverlegstructuren en een andere rol van de school in demaatschappij. Maar ook de gewijzigde bedrijfscultuur vanonderwijsorganisaties speelt een rol. Besturen gaan (hogere)eisen stellen aan schoolleiders, schoolleiders aan leerkrachtenen ouders aan leerkrachten. “Op zich een goedeontwikkeling”, vindt De Sain.DrietrapsraketUit het onderzoek van de AVS blijkt dat mediation in ruim40 procent van de gevallen wordt ingezet bij een conflicttussen directeur en leerkracht. Zo’n 30 procent van demediations is op leerkracht- en teamniveau. En bij 15 procentvan de mediations zijn ouders betrokken. Conflictentussen directeur en bovenschools bestuur is in 8 procentvan de gevallen aanleiding geweest voor mediation. De achterliggenderedenen gaan bijna altijd om samenwerking,communicatie en vertrouwen. Ofwel: de intermenselijkefactoren. Het is een soort drietrapsraket, zegt De Sain. “Eengebrek aan vertrouwen uit zich in de communicatie en datzorgt er weer voor dat de samenwerking niet goed loopt.”32


ommunicatieEen mediator moet volgens De Sain vooral vragen stellen.Hij of zij moet ‘lui, dom en dakloos’ zijn. Lui, omdatvooral de partijen het werk moet doen. Dom, omdat hij/zij niet te veel moet weten en vooral vanuit nieuwsgierigheidvragen moet stellen. Dakloos, omdat de mediatoronpartijdig moet zijn, ofwel het belang van beide partijenmoet dienen. “Eén knikje te veel in de richting van eenvan de partijen, of iets minder spreektijd, en men voeltzich al gauw tekort gedaan.”Mediation werkt volgens de formele spelregels van hetNederlandse Mediation Instituut. De mediation begintmet een startovereenkomst en eindigt met een vaststellingsovereenkomst.Daarin staan de gemaakte afspraken.Tussendoor vinden drie tot zes gesprekken plaats. Somsis de inzet om samen verder te gaan, soms om netjes uitelkaar te gaan. De Sain: “Het voordeel boven een directegang naar de rechter is dat daarbij altijd een van de partijengelijk krijgt. De ander is dus het haasje. De inzetvan mediation is om er samen uit te komen, een oplossingte vinden waarmee beide partijen vrede hebben. Endat werkt, omdat de oplossing door de partijen zelf isbedacht.”‘het ligt aan de kwaliteit van deleidinggevende of preventievemediation lukt’Verder laat het onderzoek zien dat veel schoolleidersmediation het liefst preventief willen inzetten. Maar in depraktijk blijkt dat meestal pas na het ontstaan van een conflictte gebeuren. De Sain: “Het ligt aan de kwaliteit van deleidinggevende of preventieve mediation lukt. Heeft de leidinggevendedat fingerspitzengefühl, voldoende zelfreflectie?Luistert hij of zij naar signalen van ouders of van het team?Ooit kwam ik op een school waar twee duo-leerkrachtenuitsluitend door briefjes met elkaar communiceerden. Hethele schooljaar al. En de schooldirecteur liet dat toe!”Zuiverende werkingSoms kan een conflict ook een zuiverende werking hebben,meent De Sain. “Het maakt helder wat lang onuitgesprokenis geweest. Mensen hebben beelden van elkaardie samenwerking in de weg kunnen zitten. Dat kan eengebeurtenis of een opmerking van jaren terug zijn. Als dateenmaal uitgesproken is, heb je het kantelpunt bereikt.Wat zit nu het huidige functioneren nog in de weg? En hoezag de situatie eruit toen het nog wel goed ging?”Geen draagvlakBasisschooldirecteur Jochem van de Ven* heeft ervarendat je met mediation samen tot een compromis kuntkomen. Toen hij zijn school na veel moeilijke jaren weerop de rit had, bleek er in zijn team geen draagvlak meerte zijn voor zijn stijl van leidinggeven. Van de Ven: “Hetvervelende was dat het een beetje omfloerst bleef. Ikvoelde wel dat er wat speelde, maar het werd niet directtegen me gezegd. Bovendien waren de signalen uit hetteam, van veertig mensen, ook niet eenduidig. Die warenzowel positief als negatief.”Van de Ven werd ziek door de onderhuidse spanning ende stress die de sfeer op school met zich meebracht. Hetschoolbestuur concludeerde tijdens zijn afwezigheid dathet team weinig vertrouwen had in de terugkeer van zijndirecteur. Dat was het moment om mediation in te schakelen.Van de Ven: “Niet om terugkeer mogelijk te maken,maar juist om vooruit te kijken. Dat kenmerkte ook onzegesprekken. We zijn niet uitvoerig stil blijven staan bijwat er is gebeurd, maar we zijn vrij snel overgeschakeldnaar wat er moest gebeuren om de zaak op te lossen.”Aan tafel zaten naast Van de Ven, iemand van het bestuuren een onafhankelijke mediator, die de partijen samengekozen hadden. De mediation bestond uit drie bijeenkomstenmet een week of drie daartussen, om de tijd tehebben nog eens terug te blikken. Van de Ven: “Voor dekwetsbare, onderliggende partij is het lastig om goed totuitdrukking te komen.” De mediator zorgde er onderandere voor dat beide partijen voldoende aan het woordkwamen. Hij zorgde er ook voor dat het niet een gevechttussen advocaten werd, die overigens op de achtergrondwel adviseerden en meewerkten aan een juridisch correcteovereenkomst.>kader primair september <strong>2011</strong>33


achtergrondHad het inschakelen van mediation in een eerder stadiumhet conflict voorkomen? Van de Ven weet het niet. “Hetis moeilijk om het juiste moment te vinden, denk ik. Watik wel heb geleerd is dat ik te weinig mijn eigen positiein de gaten heb gehouden. Ik heb me te veel gefocust opschool, opbrengsten, leerlingen. Mediation is voor mij eenmanier om op een nette en snelle manier uit een conflict tekomen. De gang naar de rechter daarentegen duurt lang enkan harder gespeeld worden.” *De naam van de schooldirecteur is gefingeerd.Van de Ven heeft niet helemaal gekregen wat hij hadgewild, namelijk binnen het bestuur een andere functie.Toch is hij tevreden. Hij heeft de mogelijkheid om binnenhet bestuur ad interim te werken, maar krijgt ook de tijdom elders een baan te zoeken.meer weten?Speelt er een (dreigend) conflict binnen uw schoolorganisatieen wilt u (preventief) mediation inzettentussen groepen of personen? Of bent u zelf betrokkenin een (dreigend) conflict? Neem dan voor meer informatieen/of ondersteuning contact op met de AVS, Ruud de Sain,r.desain@avs.nl, tel. 030-2361010 of 06-10882492.mediation op het schoolpleinMediation is niet alleen toe tepassen bij volwassenen, maar ooktussen leerlingen. Leerlingmediation(ook wel peermediation of pleinmediationgenoemd) is een onderdeelvan de Vreedzame School, eenprogramma voor sociaal-emotioneleontwikkeling en burgerschap. Maarhet is ook afzonderlijk in te zetten.Dat doen ze op basisschool Sint Janin Duizel. Directeur Marius Wouters:“Het komt voort uit onze opvatting dat hetbij de sociaal-emotionele ontwikkelingvan kinderen vooral gaat om vaardighedendie geleerd moeten worden. Zoals zorgenvoor elkaar, medeverantwoordelijk zijnvoor het beperken en oplossen vanconflicten.”Twee volle schooljaren werkt de SintJan school nu met leerlingmediation.De mediators zijn acht leerlingen uit groep7 en 8. Ieder jaar worden er vier nieuwegeworven onder de groep 7-leerlingen.Via een officiële sollicitatie. Wouters:“We hebben altijd veel aanmeldingen,maar niet iedereen is geschikt. Mediatorsmoeten voldoende vertrouwen hebbenvan de andere leerlingen. Ze moetenkunnen luisteren. Ze moeten eerlijk zijn.Ze mogen best zelf eens betrokken zijn bijeen conflict, maar niet te vaak.”Ouders geven toestemming, verteltWouters. “In het begin was er bij oudersaarzeling: raakt mijn kind niet zelfbetrokken bij het conflict? Maar dat speeltniet meer. Het is ook nooit gebeurd dateen kind hierdoor in de problemen kwam.”De twee dienstdoende leerlingmediatorsbemiddelen bij conflicten op hetschoolplein. Ruziemakers zijn verplichtom hen in te schakelen. De mediatorswerken met een stappenplan. Ze richtenhun aandacht op de twee ergste ruziemakers;zorgen voor afkoeling; zorgen datiedereen uit kan praten; laten ze zelf debeste oplossing voor het conflict kiezenen bedenken zelf een oplossing als ze erniet uitkomen. De mediators maken vanieder conflict een kort verslagje, zodat decoördinator weet wat er voorgevallen is enhoe het is opgelost.De coördinator is de leerkracht die deleerlingen traint en begeleidt. Hij heeftzelf ook een training gevolgd vanuitondersteuningsorganisatie Giralis. Invier bijeenkomsten hebben de leerlingenbesproken welke conflicten zich kunnenvoordoen, hoe je dat oplost, welkehouding je inneemt.Wouters: “We willen kinderen weerbaarmaken en op een respectvolle maniermet elkaar om laten gaan. Probleem iseigenlijk dat we niet veel conflicten meerhebben op school. We zijn daarom ook aanhet kijken of we de buurt en bijvoorbeeldde voetbalclub erbij kunnen betrekken. Devaardigheid van de mediators staat ookenigszins onder druk. Daarom hebben wehun werkterrein al uitgebreid. Ze zijn nuniet alleen in de pauzes actief, maar ookbij het in- en uitgaan van de school.”Foto: Hans Roggen (Theresiaschool Bilthoven)kader primair september <strong>2011</strong>35


onderzoekpassend leiderschap: uitvluchten en inzichtenPassend leiderschap gaat over de vraag of de acties van een schoolleider aansluiten bijde ontwikkeling van een school. In bijna 20 procent van de gevallen correspondeert deontwikkelingsbehoefte van de school niet met de oriëntatie op sturing van de schoolleider,blijkt uit onderzoek van Berenschot en de AVS. Schoolbesturen weten niet altijd goed wat deschoolleider doet, en de schoolleider weet niet precies wat het bestuur doet.tekst pieter dekkers en marije van vilsteren, berenschot‘De brug stondopen’Een schoolleider heeft altijd met inzet gewerkt. De laatste jarenmerkt zijn team dat hij minder betrokken is en niet meer adequaatreageert op nieuwe ontwikkelingen. Hij doet zijn werk wel, maarzonder bezieling en met steeds minder draagvlak van ouders enomgeving. Duidelijk wordt dat de schoolleider niet meer met dedingen bezig is die de school nu nodig heeft. Gelukkig gaat hij overen paar jaar met pensioen.Model waarmee Berenschot en de AVS onderzochten of deontwikkelingsbehoefte van de school correspondeert met deoriëntatie op sturing van de schoolleider.Het hiernaast beschreven praktijkvoorbeeld uit de casestudiesvan het onderzoek van Berenschot en de AVS illustreert datbesturen terughoudend zijn om (tijdig) in te grijpen in deschoolleiding. De uitspraak ‘gelukkig gaat hij over een paarjaar met pensioen’ is een van de uitvluchten waarmee eenbestuur zich legitimeerde om niet te kiezen voor passend leiderschap.Juist in de huidige samenleving – met meer ruimtevoor het onderwijs, maar in een complexere context – is deschoolleider meer dan ooit de onderscheidende factor voorhet succes van een school. De schoolleider is een ondernemerdie gericht is op kansen voor de school in zijn omgeving; eenmanager die de school runt en daarbij het bestuur, de onderwijsinspecteuren de wet te vriend houdt, de school organiseerten tevreden medewerkers kent; een netwerker die metde school aansluit bij relevante ontwikkelingen in buurt ensamenleving én de onderwijskundige leider.De schoolleider moet met deze taken aansluiten op de(gewenste) ontwikkeling van de school. Dat is passend leiderschap.Berenschot en de AVS stuitten tijdens hun onderzoekop een aantal zaken die passend leiderschap kunnen bevorderenof belemmeren, met bijbehorende uitvluchten omniet in te zetten op passend leiderschap.Deel informatie en inzichtenHet komt geregeld voor dat bestuur en schoolleider huninzichten over de ontwikkeling van een school niet delen.Een schoolleider vertelde niet toe te komen aan het onderwijskundigleiderschap, terwijl zijn bestuur in de overtuigingleefde dat de directeur er veel tijd aan besteedde. Datwas ooit bij zijn aanstelling afgesproken. Nu deed deze directeurhet goed, maar schoolontwikkeling en het handelen36


van de schoolleider was geen systematisch onderwerp vangesprek. Besturen missen zo cruciale informatie over deschool en de schoolleider mist de noodzakelijke feedbackop zijn of haar leiderschap. Het risico is dat er te laat aande bel wordt getrokken als ontwikkelingen in en rond deschool dit vereisen. Repareren is dan duur, vraagt veel energieen gaat ten koste van goodwill bij ouders en omgeving.‘Maar als hij opalles moet reageren,komt hij niet meer toeaan onderwijs’‘Wij hebben daarover bijde aanstelling goedeafspraken gemaakt, dus deschoolleider zal toch welbezig zijn met de juistedingen?’Externe en interne invloedenDe muren tussen school en omgeving worden dunner envervagen. De opvoeding wordt toenemend gedeeld metouders en een ‘eisende’ samenleving legt meer taken bijhet onderwijs.Als de Nederlandse onderwijsprestaties internationaalonder druk lijken te staan, vraagt de politiek onmiddellijkmaatregelen in de klas. Ook maatschappelijke instantieswillen dat in lesprogramma’s aandacht besteed wordt aanmaatschappelijke problemen. Maar ook ouders, onderwijsinspectieen media kijken steeds vaker kritisch mee over deschouders van de school. De schoolleider heeft de lastigeopdracht al die belangen evenwichtig te vertalen in de ontwikkelingvan de school.Daarnaast staat de schoolleider bloot aan toenemendeinterne druk. Bestuurders en zelfs een stafbureau creërensoms een eigen agenda. Een agenda die zij te onafhankelijkvan de (kwaliteiten van) schoolleiders nastreven, met alsrisico dat er niet gestuurd wordt op wat een school nodigheeft, maar op eigen bestuurlijke ambities. Het advies isom bij al deze invloeden te blijven relateren aan de behoeftevan de school.‘gelukkig gaat hij over eenpaar jaar met pensioen’,is een uitvlucht om niette kiezen voor passendleiderschapMeer autonomie en samenwerkingSchoolleiders en besturen ervaren nog steeds een groteregeldruk. Toch is de ruimte voor de inrichting van hetonderwijs fors toegenomen om ondernemend in te spelenop vragen van kinderen, ouders en omgeving. Wet- enregelgeving kunnen lastige obstakels zijn, maar wordensoms onnodig als onoverkomelijke obstakels gezien. Vooreen eigentijdse ontwikkeling van een school kan hetnodig zijn op een eigen wijze de nek uit te steken.Aan de andere kant leidt de toegenomen autonomie totmeer samenwerking tussen onderwijs en andere organisaties.De school wordt vaker onderdeel van een bredereducatief netwerk, zoals de brede school of een integraalkindcentrum. Een schoolleider zal daarin een positiemoeten kiezen: als één van de samenwerkende partnersof juist de aanvoerder van de samenwerking.Vergrijzing en schaarsteDoor vergrijzing dreigt een tekort aan schoolleiders. Ookhet aantal vrouwen dat doorstroomt naar de functie vanschoolleider blijft achter en bovendien blijken zij eerderuit te stromen dan hun mannelijke collega’s. Tegen hetdecor van dit tekort kunnen snel concessies gedaan wordenaan een uitgangspunt als passend leiderschap. In tijdenvan schaarste wordt een kandidaat eerder als bekwaamen gemotiveerd beoordeeld. Of zoals een bestuurder hetdilemma uitdrukte: ga ik een stoel vullen of een probleemoplossen?‘Ik zou wel willen,maar volgens mij maghet niet volgens devoorschriften’>kader primair september <strong>2011</strong>37


advertentieMet pensioen,andere functie?Blijf AVS-lid tegen een goedkoper tarief!Gaat u met pensioen? Of stopt u met uw werk alsschoolleider, maar bent u nog wel geïnteresseerdin of betrokken bij het onderwijs? Zet uw regulierelidmaatschap dan om in een goedkoop postactief ofbuitengewoon lidmaatschap.Dan blijft u op de hoogte van het laatste (onderwijs)nieuwsvia <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> en <strong>Kader</strong>nieuws en profiteert u nog steedsvan kortingen op bijeenkomsten, trainingen, educatievereizen en andere door de AVS georganiseerde activiteiten(de juridische ondersteuning vervalt).Per 1 augustus <strong>2011</strong> kost een postactief of buitengewoonlidmaatschap slechts 75 euro per jaar!Ton van Cuijk, met fpu enpostactief lid:“Ik ben postactief lidgeworden omdat ik op dehoogte wil blijven van hetonderwijsnieuws. Ik heb veertigjaar in het onderwijs gewerkt.Als jonge schoolleider vond ikhet belangrijk lid te zijn vaneen vakbond die specifiek voorde belangen van schoolleidersopkomt en om met collega’s van gedachten te wisselen. Ikkan het iedereen aanraden om lid te worden én te blijven.”Meer informatie: www.avs.nl/lidwordengoed onderwijs door goed management38


onderzoek‘Maar het was welde enige vrouwelijkekandidaat die we hadden’RuimteEen passende baas is een professional die ruimte nodigheeft om te kunnen bloeien. Als bestuur of bovenschoolsmanagement te centralistisch sturen, biedt dit de schoolleiderte weinig autonomie. Dit heeft negatieve impact ophet functioneren en welbevinden. Anderzijds heeft een passendschoolleider ook behoefte aan een bestuur als tegenkrachtom scherp te blijven op het eigen functioneren.Schoolleiders kun je verliezen als ze niet de school leidendie bij hun oriëntatie past. Als schoolontwikkeling enoriëntatie van de schoolleider niet overeenkomen, ontstaater gemakkelijk spanning. De aantrekkelijkheid van de baanneemt af en verlies van motivatie of zelfs het vertrek vaneen capabele schoolleider is het gevolg.ConclusiesDe toegenomen ruimte voor schoolbesturen en schoolleidersen de complexe entourage maken passend leiderschaptot een dwingende voorwaarde voor goed onderwijs.Passend leiderschap blijkt niet altijd een periodiekgespreksonderwerp tussen bestuur en schoolleider, zoalsthema’s als groei of krimp van een school of de onderwijsresultaten.Zelfs al bestaat er een goed inzicht in deontwikkel behoefte van de school, dan volgt niet vanzelfsprekendeen match met de oriëntatie en competenties vande schoolleider. Zo missen zowel bestuur als schoolleiderkansen om elke school de beste baas te bezorgen.schoolleiders kun je verliezenals ze niet de school leidendie bij hun oriëntatie pastVerder lijkt het dat besturen weinig geneigd zijn in te grijpenen een schoolleider tijdig bij te sturen of zo nodig tevervangen, als deze niet (meer) past bij wat de ontwikkelingvan de school vraagt.Er is altijd wel een reden (uitvlucht) om niet in te grijpen.Pas bij calamiteiten, langdurige ziekte, krimp, fusie of pensioneringgrijpt men de kans om orde op zaken te stellen.Ontwikkelingen als vergrijzing vragen extra creativiteit vanbesturen om toch voor elke school de beste baas te vinden. ‘Maar een schoolleideris geschikt voorelke school,of is niet geschikt,toch?’meer weten?enproducten (Publicaties)Over het onderzoek vanBerenschot en de AVSverscheen voorjaar <strong>2011</strong> hetboek ‘Passend leiderschap,elke school de beste baas’.Bestellen: www.avs.nl/vereniging/publicatiesaan de slag met passend leiderschapDe professionaliseringsslag rondom passend leiderschapis nog een belangrijke uitdaging voor schoolleiders énvoor schoolbesturen. Het begint met het vaststellen vangoede parameters die de ontwikkelingsbehoefte van eenschool in kaart brengen. Hierdoor kan een gesprek tussenschoolleider en bestuur gestructureerd en systematischworden gevoerd, wordt de concrete ontwikkeling van deschool zichtbaar én de manier waarop de schoolleiderdaarop respondeert. Vervolgens kunnen bestuur enschoolleider waar nodig ontwikkelpunten voor de schooldestilleren en afspraken maken hoe de schoolleider daaropaansluit met zijn/haar sturing en welke competentiesdaarbij extra aandacht of scholing nodig hebben. Voordeelis dat bestuur en schoolleider zo samen invulling gevenaan een proces van continuous change, waarmee reactiefhandelen mogelijk wordt voorkomen.kader primair september <strong>2011</strong>39


interviewjong managementtalent louise van nispen‘Als je durft, kunLouise van Nispen (30) werd op haar28e al directeur van de evenemententakvan Reed Business. En met succes. Zewon al snel een prijs voor jong, vrouwelijkmanagementtalent. Foto’s: Jan de Groen‘En wie gaat die nieuwe unit dan leiden?’ vroeg de directeur van Reed Business, toen Louisevan Nispen het nieuwe organogram voor de event-unit presenteerde. ‘Eh, ik?’ was het enigszinsaarzelende antwoord van Van Nispen. Zo werd ze twee jaar geleden op haar 28e directeurvan Reed Business Events. Van Nispen is de centrale inleider van de AVS-conferentie voorvrouwelijke schoolleiders op 10 november aanstaande.tekst daniëlle de droog-arets40


je het !’“Lef hebben”, dat is echt het allerbelangrijkste om alsvrouw een leidinggevende positie te bekleden, vindt VanNispen. “Vrouwen zijn even goed, zo niet betere managers,maar vaak te bescheiden om een leidinggevende positie inte nemen. Ook ik aarzelde om mezelf naar voren te schuiven.Ben ik niet te jong? Ben ik er klaar voor? Maar ik hader keihard voor gewerkt. Ik had tijdens de zomermaandensamen met het team het hele concept uitgedacht en wastoe aan een nieuwe uitdaging. Dus toen ik de vraag kreegwie de nieuwe unit moest gaan managen, zag ik daareigenlijk alleen mezelf staan.”Gelukkig zag ook de directie in dat Van Nispen de eventtakvan Reed Business moest gaan runnen en daarmee wasze meteen de jongste en een van de weinige vrouwelijkemanagers bij het uitgeefconcern, dat verantwoordelijk isvoor zo’n vijftig titels.Voor de verschillende doelgroepen organiseert Reed Businesscongressen en zakelijke evenementen, zo’n honderdactiviteiten op jaarbasis. Daarvoor is een team van veertigprofessionals actief, die deels in Zwijndrecht, Doetinchemen Amsterdam werken. Aan het hoofd van het team staatLouise van Nispen, die haar weekdagen verdeelt over dedrie werkplekken. Ze begon zelf als congresmanager, werdteammanager en is nu op haar 30e al twee jaar directeur.Keken haar collega’s daar niet vreemd van op? “Ik werdeigenlijk vrijwel meteen geaccepteerd door mijn team. Niemandvond het vreemd dat ik opeens hun manager werd.Ja, wellicht een enkele (mannelijke) collega die ook al eentijdje hogerop wilde. Het leidinggeven is me 100 procentmeegevallen. Waar ik wel erg aan heb moeten wennen ishet strategische en politieke spel. Ik blijf het raar en somsbest vervelend vinden.”‘Dat kan ik toch niet’Het werk is dus niet altijdgemakkelijk, maar Van Nispen geeft niet op. “Ik hebmezelf voorgenomen hier iets goeds van te maken en datga ik ook doen.” Vanwege dat doorzettingsvermogen enhaar ongebreidelde enthousiasme ontving ze afgelopenjaar de Kridatie Jong Talent Trofee. De prijs is in hetleven geroepen om jong, vrouwelijk toptalent (maximaleleeftijd 30 jaar), in de schijnwerpers te zetten. “Wat mevan die dag vooral is bijgebleven is dat oud-ministerZalm, die de prijs uitreikte, vertelde dat hij bij het polsenvan vrouwen voor een positie als staatssecretaris ofminister steevast te horen kreeg: ‘Dat kan ik toch nietGerrit’ of ‘Nee, dat is beslist niet te combineren met mijnthuissituatie’, terwijl de mannen onmiddellijk vroegenwanneer ze konden beginnen. Ik herken dat ook heel ergin ons bedrijf.”Van Nispen probeert haar medewerkers dan ook vooralpit en zelfvertrouwen mee te geven. “We organiserenregelmatig brainstormsessies of workshops om ervoor tezorgen dat de creativiteit geprikkeld wordt en dat mensenmet plezier hier werken. Een recent voorbeeld is eencreatieve ‘brain bijeen’ met Bas Nadorp. Iedereen moetzich lekker voelen en kunnen groeien en vooral ook lerenniet te bescheiden te zijn.”‘we organiseren regelmatigbrainstormsessies of workshopsom ervoor te zorgen dat decreativiteit geprikkeld wordten dat mensen met plezier hierwerken’Behalve met het motiveren van haar team, houdt Van Nispenzich veel bezig met de groei van het bedrijf. We zijneen commercieel bedrijf en moeten targets halen. Ik benniet vies van het rekenwerk.”Carrière- en gezinsplanningEen visie ophaar eigen toekomst heeft ze niet. “Ik heb nooit aancarrièreplanning gedaan. Ik ben gaan doen wat ik leukvond. Dat ik iets met organiseren zou gaan doen, lagvoor de hand. Ook in mijn privéleven ben ik vaak deinitiator. Ik organiseerde tijdens mijn rechtenstudie eengroot congres en ook bij familie of vrienden neem ikmeestal het voortouw.” Bij de vraag of ze zichzelf ookin de politieke arena ziet werken, twijfelt ze. Ik ben eencommercieel dier en vind het leuk om te ondernemen,dus vermoedelijk blijf ik in het bedrijfsleven actief.”>kader primair september <strong>2011</strong>41


interviewHet lukt Van Nispen probleemloos om het drukke commerciëlebestaan te combineren met het gezinsleven. “Ikheb een zoontje, Stijn, van tien maanden en ik heb geenenkel probleem ondervonden met het combineren van hetmoederschap en een fulltime baan. Daar moet ik wel bijvermelden dat Stijn een erg makkelijk kind is en dat onzeouders dichtbij wonen en dolgraag oppassen. Zo hebbenwe eigenlijk altijd achtervang. Als Stijn ziek is, weten mijncollega’s dat vaak niet; ze ondervinden er geen nadeligegevolgen van. Ik heb het vooral over Stijn als hij weer ietsnieuws geleerd heeft. Dan laat ik trots wat mooie foto’szien.”Van Nispens grote inspirator is haar oma, die op haar25e een modebedrijf startte. “In die tijd was het erguitzonderlijk dat een vrouw ging ondernemen, zeker opzo’n jonge leeftijd. Vanuit dat perspectief ben ik lang zojong niet meer.” Als motto verwijst ze naar een spreukdie ze laatst bij een buitenschoolse opvang zag: ‘Als jewilt mag je, als je durft kun je het’. “Onbewust pas ik dieregel eigenlijk altijd toe. Als medewerkers met een ideekomen, iets dat ze graag willen, mogen ze dat wat mijbetreft altijd proberen. Ook toen ik werd uitgenodigd omte komen spreken voor de conferentie voor vrouwelijkeschoolleiders van de AVS moest ik aan dat motto denken.Ik heb zoiets nog nooit gedaan, en natuurlijk vind ik hetspannend, maar ik durf de uitdaging beslist aan en ga eriets moois van maken!” louise van nispen centrale inleider conferentievrouwelijke schoolleidersWilt u weten hoe Louise van Nispen hetplezier in haar eigen werk creëert endat van de mensen die ze aanstuurt?Kom dan op 10 november aanstaandenaar de jaarlijkse AVS-conferentievoor vrouwelijke schoolleiders in deKloosterhoeve te Harmelen (Utrecht).Het thema in <strong>2011</strong> is ‘Jijbent de bron’,over plezierig leiderschap.Na de centrale inleiding van Van Nispenzijn er diverse workshops, zoals eenworkshop energiemanagement: hoecreëer je een optimale balans tussendraagkracht en draaglast? En hoezorg je ervoor dat je je goed voelt ophet werk, je een inspiratiebron kuntzijn voor je collega’s en dat je ooknog genoeg energie overhoudt omvan het leven te genieten? Een andereworkshop gaat over opbrengstgerichtsysteemleiderschap. Werken vanuitsamenhang is de kerntaak van eenleider. Hoe creëer je als leider eencontext waarin leerkrachten hetgedrag laten zien dat nodig is om totopbrengstgericht werken te komen?Ook is er een workshop over decomplexiteit van communicatie.Het complete programma van deconferentie staat op www.avs.nl/vrouwelijkeschoolleiders. Daar kunt uzich ook inschrijven.42


politieke columnPolitici laten in <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> hun licht schijnen op de gebeurtenissenin onderwijsland. Deze maand het woord aan Metin Çelik, woordvoerder(primair) onderwijs namens de PvdA in de Tweede Kamer.wat blijft er nog overzonder overhead?Er bestaan op deze wereld mensen dienooit post krijgen. Nooit een pakketje, nimmereen brief en zelfs geen vakantiekaartjeglijdt ooit door hun brievenbus. Tot diebeklagenswaardige groep mensen hoef ikmij niet te rekenen. Ik krijg namelijk weleens post. Niet zoveel als een ministerontvangt, maar niettemin post. Zo kreegik begin juli post van de PO-Raad. Helaasbetrof het niet zozeer post die was gerichtaan mij, als wel een afschrift van een briefaan de minister, maar mijn naam werd eringenoemd. Op zich natuurlijk hartstikkesympathiek. Wie het kleine niet eert…In de brief werd een standpunt uiteengezetover een motie die ik had ingediend in deKamer. De raad achtte uitvoering van mijnmotie onmogelijk en onverantwoord. Wiezoiets beweert, geeft een krachtig signaal.Wat was er nu eigenlijk zo vals, verkeerd,verdorven en verwerpelijk aan mijn motie?Mijn motie vroeg de regering erom telaat niemandmij proberen teovertuigen dat ergeen cent meerbezuinigd kan wordenop overheadwaarborgen dat “scholen budgetverschuivingeneerder zoeken in de overhead vanhun organisatie dan dat ze de kwaliteit tegrabbel gooien en de werkdruk opdrijven”.Het betrof dus geen categorische uitspraakdat het primaire proces ten allen tijde konblijven worden ontzien, maar een genuanceerdeprioriteitsstelling. Als je mij in hethart kijkt, dan gaan de bezuinigingen vanhet kabinet Rutte op onderwijs al véél tever, maar een Kamermeerderheid drukt zehelaas toch alsmaar door, ook al stemt dePvdA vaak tegen.Toch luidde de kritiek niet dat mijnmotie alle bezuinigingen principieel hadmoeten afwijzen. Nee, nog maar één centbezuinigen op overhead was niet alleenonverantwoord, maar zelfs ook onmogelijk.Zulke beweringen roepen herinneringen opaan onderwijsdiscussies in het verleden.Denk aan de studentenbeweging, die in dejaren tachtig riep: ‘Geen cent bezuinigenop onderwijs, zolang er ook nog maar éénstraaljager in de lucht vliegt’. Bedoeldwerd destijds: elke uitgave voor defensieis misplaatst, zolang we ook maar ergensiets tekort komen voor onderwijs. Dat klonksympathiek, maar helemaal eerlijk was datargument natuurlijk niet.Soms is overhead noodzakelijk en dan denkik vooral aan conciërges en maatwerk voorleerlingbegeleiding. Maar nu het onderwijsnu het onderwijstegen onze zin overalklappen krijgt,kun je overhead nietlanger principieelontzientegen onze zin overal klappen krijgt, kunje overhead niet langer principieel ontzien.Besturen is meer dan alleen ontwijken,ontkennen en om je heen slaan. Besturenis verantwoordelijkheid nemen en de wilvan de volksvertegenwoordiging, dat metmandaat van de kiezer in de Tweede Kamerzit, serieus nemen. Ons onderwijs is voorde leerlingen, niet voor de instellingen.Instellingen zijn belangrijk, maar zijn nietsmeer en niets minder dan een noodzakelijkevoorwaarde voor het onderwijs. Ook ikvind het pijnlijk dat dit kabinet ons onderwijszo sloopt en betreur dat er nu eenmaaleen Kamermeerderheid bestaat die ditsloopbedrijf telkens gedachteloos steunt,maar voor mij bestaan er nog hogeredoelen dan overhead. Bovendien weigerik te accepteren dat iets niet kan, dus laatniemand mij proberen te overtuigen dat ergeen cent meer bezuinigd kan worden opoverhead. kader primair september <strong>2011</strong>43


Van de AVSAVS Helpdesk – Vraag van de maandHet schooljaar <strong>2011</strong>/<strong>2012</strong> telt 41 weken. Hoe moetik hiermee omgaan richting mijn personeel in hetkader van het taakbeleid en de normjaartaak?tekst harry van soestSoms bestaat er een misvatting over het aantal uren in eenschooljaar: de lestijden voor de leerlingen worden verward met dewerktijden voor de leerkrachten.Voor de leerlingen wordt uitgegaan van het activiteitenrooster voorhet schooljaar, uitgaande van de periode 1 oktober tot 1 oktober.Het totaal aantal lesuren dient te voldoen aan het aantal uren dat inde wet is genoemd, gebaseerd op 7.520 uur in acht leerjaren.Voor het onderwijsgevend personeel blijft het uitgangspunt:maximaal 930 lesuren in een schooljaar, lopende van 1 augustustot 1 augustus. Dat aantal verandert niet door meer weken,wel verandert de verdeling van de uren over het schooljaar.De inroostering wordt vóór de zomervakantie gemaakt door hetopstellen van een les- en werkrooster. In het lesrooster worden delesuren vastgelegd, in het werkrooster de niet-lesgebonden uren(voorbereidingstijd, correctiewerkzaamheden, vergadertijd, (G)MR-werkzaamheden, et cetera) en deskundigheidsbevordering.Bij elkaar vormt dat de normjaartaak van 1.659 uur. Leidraad voorde uitvoering van de normjaartaak is het taakbeleid, dat door hetbevoegd gezag is opgesteld.Leden van de AVS kunnen de Helpdesk bellen met uiteenlopendevragen over vakgerelateerde zaken en hun eigen rechtspositie.Iedere maand wordt één vraag beantwoord in <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong>.Onderliggende documenten, aanvullende informatie en verwijzingenkunt u verkrijgen via de AVS Helpdesk. De helpdesk is allewerkdagen bereikbaar van 9.00 tot 17.00 uur via tel. 030-2361010of helpdesk@avs.nl. Vermeld altijd uw lidmaatschapsnummerwanneer u contact opneemt met de helpdesk. Veelgestelde vragenen antwoorden daarop staan ook op www.avs.nl/helpdesk.in memoriamTrieneke van ManenMet grote droefheid ontvingen wij hetbericht dat Trieneke van Manen op 7 juli<strong>2011</strong> is overleden. Trieneke kwam op1 oktober 2000 bij de AVS werken en op1 maart 2010 ging zij met fpu.In deze tien jaar was Trieneke een zeergewaardeerde en deskundige collegaen heeft zij veel betekend voor hetonderwijsveld en voor de ontwikkelingvan de AVS. Trieneke heeft onder andere aan de wieg gestaanvan de ontwikkeling van de AVS School for Leadership en deNederlandse Schoolleiders Academie (NSA). Ook heeft zij eenonmisbare rol gespeeld bij de ontwikkeling van de opleidingvoor het bovenschools management. Veel waardering was ervoor de manier waarop zij velen heeft opgeleid, gecoacht enbegeleid bij de ontwikkeling van hun school of organisatie.Trieneke zat na haar afscheid vorig jaar nog zo vol plannen…Het mocht niet zo zijn. Wij zullen haar missen!Foto: Hans RoggenNamens bestuur en medewerkers van de AVS,Ton Duif, voorzitterMichiel Wigman en Roelf Willemstein, directiefikse korting voor postactieveen buitengewone ledenLid worden én blijven!Gaat u met pensioen? Of stopt u met uw werk alsschoolleider, maar bent u nog wel geïnteresseerd inof betrokken bij het onderwijs? Zet uw reguliere AVSlidmaatschapdan om in een (goedkoper) postactief ofbuitengewoon lidmaatschap.Dan blijft u op de hoogte van het laatste (onderwijs)nieuws via<strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> en <strong>Kader</strong>nieuws en profiteert u nog steeds vankortingen op bijeenkomsten, trainingen, educatieve reizen enandere door de AVS georganiseerde activiteiten (de juridischeondersteuning vervalt). Per 1 augustus <strong>2011</strong> kost een postactiefof buitengewoon lidmaatschap slechts 75 euro in plaats van103 euro per jaar!Voor AVS-leden die een nieuw lid aanbrengen geldt bovendiennog steeds de oplopende korting op het persoonlijke deelvan hun contributie, bij het aanbrengen van een of meerderenieuwe leden.Meer informatie: www.avs.nl/lidworden44


Foto: Gerard Heltavs ledenraad‘Een platform om gehoordte worden’De verkiezingen in het voorjaar van <strong>2011</strong> hebben eennieuwe samenstelling van de AVS Ledenraad opgeleverdper 1 augustus <strong>2011</strong>. Oud-ledenraadlid Elma Jense verteltover het werk, de meerwaarde en haar ervaringen binnende ledenraad.Elma Jense – directeur van’t Reigerbos in Zevenhuizen –was van oktober 2007 tot enmet juni <strong>2011</strong> actief binnende ledenraad. “Ik wilde graagin contact zijn met diversebetrokken schoolleidersuit verschillende delen vanNederland. Daarnaast benik bijzonder geïnteresseerdin de invloed die de politiek,zowel positief als negatief,heeft op de ontwikkeling van ons onderwijs. De AVS biedt in devorm van de ledenraad een platform om gehoord te worden encollega’s te vertegenwoordigen.” Jense praatte de afgelopen jarenonder andere mee over de oprichting van de PO-Raad, de implementatievan het Zorgplan 2007-<strong>2011</strong>, de onderwijsinspectie en Citoen inventariseerde de kansen en valkuilen van Passend onderwijs.“Binnen de ledenraad heb ik ongelooflijk veel geleerd, niet alleendoor de goede informatie maar ook door het samenwerken met deandere schoolleiders met vaak ook een verschillende achtergrond.Je leert hoe je je stem kunt laten horen en dat er meer mogelijkhedenzijn dan je vaak denkt om dingen anders aan te pakken inhet onderwijs. Door mee te mogen praten in de ledenraad is mijnvak als schoolleider in een bredere context geplaatst en ik hebgeweldige collega’s leren kennen.” Jense heeft na bijna vier jaarafscheid genomen van de ledenraad omdat zij naast haar functie alsschoolleider ook gedetacheerd is als onderzoeksbegeleider bij hetCentrum voor Nascholing in Amsterdam.Nieuwe samenstellingDe ‘nieuwe’ ledenraad bestaat uit: Vera Arents, Hans Barth, MaartenBauer, Rien Bouw, Heleen Broerse-Boterman, Jan Pieter vanBruchem, Jos de Bruijn, Jasper Diele, Nick van Doeveren, Peter vanEijk (voorziter), Wim Goossens, Stefan van Haaren, Lizzy Heistek,Pauline Hermsen, Theo Kampschreur, Willem Jan van Keulen, BramKrol, Rick Matser (secretaris), Rob Narold, Henk Overeem, SylviaReinold, Deborah Snoeren, Jan Stuijver, Ger de Vos en MariusWouters.De raad adviseert het AVS-bestuur, gevraagd en ongevraagd, enheeft alle taken van de ALV overgenomen. Ook heeft de raad instemmingsrechtop een aantal belangrijke aspecten. De ledenraad vergadertvier keer per jaar met het bestuur en de directie van de AVS.Bij het ter perse gaan van deze <strong>Kader</strong> <strong>Primair</strong> was nog niet bekendwie de nieuwe voorzitter van de AVS ledenraad is geworden. Petervan Eijk blijft na deze verkiezing wel lid van de ledenraad, maargeeft het voorzitterstokje door. Meer informatie: www.avs.nl/vereniging/overdeavs/organisatie (Ledenraad)uw persoonlijke gegevensMijn AVSDe AVS heeft er belang bij dat de persoonlijke gegevens,zoals e-mailadressen, van leden up to date zijn.Via Mijn AVS kunnen leden deze gegevens inzien,wijzigen en aanvullen.Bijvoorbeeld een nieuw adres na verhuizing, een nieuw telefoonnummerof (ander) e-mailadres. Ga voor Mijn AVS naar www.avs.nl/mijnavs. De volgende gegevens zijn nodig om in te loggen: achternaam,geboortedatum en lidmaatschapsnummer.scholenpanelsErvaringen leden inventariserenDe komende maanden zal de AVS haar leden een aantalvragenlijsten voorleggen om duidelijk te krijgen wat erspeelt op de scholen. Dit naar aanleiding van signalenuit het veld. Met de inventarisatie wil de AVS invloeduitoefenen op het onderwijsbeleid.Half september krijgen alle AVSledeneen vragenlijst toegestuurdover de ervaringen die leden hebbenmet de inspectie. In oktoberkomt er een onderzoek naar vacatures,werkdruk en bestuurlijkeverhoudingen. Alle leden krijgeneen mail toegestuurd met daarin een link naar de vragenlijst. DeAVS hoopt dat veel leden de online vragenlijst zullen invullen. Zodrade gegevens zijn geïnventariseerd, zal de AVS zo snel mogelijkberichten over de uitslag.kader primair september <strong>2011</strong> 45


Professionaliserings- en InnovatiecentrumFunderend OnderwijsTrainingen en opleidingenSchool for Leadership<strong>2011</strong>/<strong>2012</strong> (open inschrijving) BedrijfsvoeringtiteldatumsLeren begroten en budgetteren 15 februari <strong>2012</strong>Verantwoording en verslaglegging 8 maart <strong>2012</strong> Brede schooltiteldatumsBestuur, beheer en exploitatie van brede scholen 9 november <strong>2011</strong> of 4 april <strong>2012</strong>Onderwijshuisvesting 27 oktober <strong>2011</strong> of 8 maart <strong>2012</strong>Ontwikkelen van en sturen op een pedagogisch convenant 21 maart <strong>2012</strong>Oriëntatie op brede school 17 november <strong>2011</strong> of 20 maart <strong>2012</strong>Personeelsbeleid in de brede school 24 november <strong>2011</strong>Werk maken van de Lokaal Educatieve Agenda 23 november <strong>2011</strong> en 25 januari <strong>2012</strong> CommunicatietiteldatumsEffectief en efficiënt vergaderen 12 oktober <strong>2011</strong> of 14 maart <strong>2012</strong>Succesvol onderhandelen 17 en 18 november <strong>2011</strong> of 22 en 23 maart <strong>2012</strong>Competentiegericht coachen 1 en 2 december <strong>2011</strong> of 8 en 9 februari <strong>2012</strong>Meesterlijk coachen 10 en 11 november <strong>2011</strong> en/of 19 en 20 januari <strong>2012</strong> en/of 28 en 29 maart <strong>2012</strong> Human Dynamics ®titeldatumsHuman Dynamics ® trainingsprogramma’s (deel 1) 26 en 27 januari <strong>2012</strong>46


Human Dynamics ®titeldatumsHuman Dynamics ® trainingsprogramma’s (deel 2) 24 en 25 november <strong>2011</strong> of 21 en 22 juni <strong>2012</strong>Human Dynamics ® en veranderkunde, interventies voor vernieuwingen 12 en 13 april <strong>2012</strong>Human Dynamics ® en leidinggeven aan een arbeidsproces 3 en 4 november <strong>2011</strong>Human Dynamics ® Teachertraining 15 en 16 november <strong>2011</strong>, terugkomdag: 16 mei <strong>2012</strong> Loopbaan- en persoonlijke ontwikkelingtiteldatumsOnderwijskundig leiderschap en Marzano nieuw! 12 oktober <strong>2011</strong> of 21 maart <strong>2012</strong>Brain boost nieuw! 13 oktober <strong>2011</strong> of 13 maart <strong>2012</strong>Presentatietechnieken nieuw! 14 februari en 5 april <strong>2012</strong>Neurolinguïstisch programmeren (NLP)24 en 25 november <strong>2011</strong>, 19 en 20 januari <strong>2012</strong>. terugkomdag: 10 februari<strong>2012</strong> of 8 en 9 maart <strong>2012</strong>, 19 en 20 april <strong>2012</strong>. terugkomdag: 24 mei <strong>2012</strong> OrganisatiebeheertiteldatumsDuurzaam projectmanagement 13 december <strong>2011</strong> en 7 februari <strong>2012</strong>Timemanagement 10 februari <strong>2012</strong> OrganisatieontwikkelingtiteldatumsInzetten van didactische excellentie 8 december <strong>2011</strong> en 15 maart <strong>2012</strong>Toekomstgericht leiderschap in een Lerende School5 oktober, 9 november, 7 december <strong>2011</strong>, 11 januari, 15 februarien 7 maart <strong>2012</strong>Systemisch kijken naar onderwijsorganisaties 14 en 15 november <strong>2011</strong>De papierloze school nieuw! 22 en 23 november <strong>2011</strong> of 4 en 5 april <strong>2012</strong>Elke school een TOPschool nieuw!Theorie U in de school nieuw!Opbrengstgericht leiderschap nieuw!13 oktober, 17 november <strong>2011</strong>, 19 januari, 9 februari, 12 aprilen 24 mei <strong>2012</strong>6 oktober, 10 november en 1 december <strong>2011</strong>, 12 januari, 2 februari en8 maart <strong>2012</strong>29 september en 24 november <strong>2011</strong>, 26 januari, 16 februari, 22 maarten 19 april <strong>2012</strong> PersoneelsbeleidtiteldatumsLevensfasegericht leidinggeven 3 april <strong>2012</strong>Lees verder op de volgende pagina >kader primair september <strong>2011</strong>47


PersoneelsbeleidtiteldatumsOplossingsgerichte teamcommunicatie nieuw! 9 november <strong>2011</strong> of 14 maart <strong>2012</strong>Stimulerend beoordelen, het gesprek 7 en 8 maart <strong>2012</strong>Competenties en Passend onderwijs nieuw! 2 november <strong>2011</strong> of 28 maart <strong>2012</strong>Rechten en regels bij aanname en ontslag van personeel nieuw! 22 november <strong>2011</strong> of 14 februari <strong>2012</strong>Van IPB naar HRM nieuw! 17 en 31 januari <strong>2012</strong> OpleidingentitelMinileergang MiddenmanagementMinileergang startende directeurendatums16 november, 14 december 11, 18 januari, 8 februari, 14 maarten 11 april <strong>2012</strong>12 oktober, 9–10 november , 1 december <strong>2011</strong>, 12 januari, 2 februarien 7 maart <strong>2012</strong>Op weg naar excellent schoolleiderschap 1–2 november, 1–2 december <strong>2011</strong>, 16–17 februari en 12–13 april <strong>2012</strong>Leidinggeven aan bovenschoolse en complexe organisatiesInterim-management, iets voor u?9 december <strong>2011</strong>, 12–13 januari, 23–24 februari, 29–30 maart, 24–25 mei,28–29 juni, 20–21 september, 25–26 oktober, 29–30 november <strong>2012</strong>,11 januari, 21–22 februari, 5 april 201314, 15 of 16 december <strong>2011</strong>, 26–27 januari, 9 maart, 8 juni, 20–21 septemberen 8–9 november <strong>2012</strong>Het complete aanbod van het AVS Professionaliserings- en InnovatiecentrumFunderend Onderwijs voor organisaties in het funderend onderwijs in hetnieuwe seizoen is ook te lezen in de Professionaliseringsgids <strong>2011</strong>/<strong>2012</strong>.Maatwerk is mogelijk. Meer informatie en inschrijven: www.avspifo.nl,schoolforleadership@avs.nl of maatwerk@avs.nl. De professionaliseringsgidsgratis aanvragen? Bel 030-2361010.Een greep uit onze trainingen in het nieuwe schooljaarNieuw!Zes eendaagsenTheorie U in de schoolFundamentalisme, terrorisme, klimaatverandering, honger enarmoede: we leven in een tijd van grote complexe problemen enuitdagingen. Hoe vinden we hier een antwoord op? Door te lerenvan de fouten en succesverhalen van het verleden? Zeker kunnenwe hier veel van leren. Maar in een tijd waarin gisteren geenleidraad meer is voor morgen, is deze vorm van leren onvoldoende.Om de omslag te maken van leren van het verleden naar lerenvan de toekomst doorloopt u in de training – gegegeven doorde AVS en Natuurlijk leren – de vijf bewegingen van de U. OttoScharmer introduceert in zijn U-theorie een nieuw concept vanleidinggeven, dat gebaseerd is op wat hij noemt presencing, eensamenvoeging van de woorden presence (aanwezigheid) en sensing(gewaarwording). Hoe zich dat praktisch vertaald in uw eigenschoolsituatie leert u in deze zes eendaagsen.Doelgroep: (bovenschoolse) directies en middenkader(locatieleiders, interne begeleiders, bouwleiders). Ook voor mensendie ambities hebben in de richting van leiderschap.Data: 6 oktober, 10 november en 1 december <strong>2011</strong>, 12 januari,2 februari en 8 maart <strong>2012</strong>Kosten: leden t 2.149 / niet-leden t 2.44948


Nieuw!EendaagseBrain Boost!Inzicht in de werking van de hersenen is de basis voor het aanlerenvan technieken om sneller te leren, effectiever informatie te verwerkenen de hersencapaciteit beter te benutten. Zeker bij toenemendedagelijkse werkzaamheden, het verwerken van steedsmeer informatie en de snelheid waarmee de opgedane kennisver oudert, is dit een training waar u veel aan kan hebben. Deeen daagse gaat in op de onderwerpen geheugen(technieken),snellezen en mind mapping. De gegeven informatie kan ook wordendoorgetrokken naar het leren leren van uw werknemers en dekinderen op uw school.Doelgroep: iedereen die zijn hersenen een frisse boost wil gevenen die effectiever wil omgaan met de mogelijkheden van zijn/haarhersenen. En zo meer tijd overhoudt voor andere zaken.Data: 13 oktober <strong>2011</strong> of 13 maart <strong>2012</strong>Kosten: leden t 349 / niet-leden t 449Minileergang van vier tweedaagsenOp weg naar excellent schoolleiderschapAls schoolleider hebt u een bepalende rol voor de kwaliteit vanuzelf, uw team en daarmee ook van het onderwijs. Die verantwoordelijkheidvraagt om regelmatig onderhoud. Uw omgeving verwachteen schoolleider die kwaliteiten herkent en deze op de juiste manieren op het juiste moment weet in te zetten. Focussen op doelgerichtheid,opbrengsten en prestaties is daarbij een must. U leert van enmet elkaar rondom relevante onderwerpen en actuele thema’s. Aande hand van nieuwe, moderne, inzichten neemt u zichzelf voortaande maat en leert u zich te profileren. Daarnaast boort u een netwerkaan van bevlogen collega’s en kennisdragers.Doelgroep: ervaren schoolleiders met een hoog ambitieniveau dieop handeling- en reflectieniveau willen groeien.Data: 25 en 26 oktober, 1 en 2 december <strong>2011</strong>, 16 en 17 februari,5 en 6 april <strong>2012</strong>Kosten: leden t 4.950 / niet-leden: t 5.150Leergang van zeven dagen en intakegesprekMinileergang Startende directeurenDeze minileergang resulteert in een actueel portfolio en is hiermeeeen prima basis om uw eigen plan te trekken voor verdereontwikkeling in uw nieuwe functie. U verstevigt uw rol als startendedirecteur en ondersteunt uw nieuwe rolinvulling door uitwisselingmet collega-starters, die net als u afkomstig zijn uit een anderefunctie (bijvoorbeeld leerkracht, zij-instromer of coördinator). Deminileergang is afgestemd op de acht bekwaamheidseisen van deNederlandse Schoolleiders Academie (NSA) voor leidinggevenden.Met aandacht voor: zelfsturing, organisatiebeleid en -beheer,leiderschap(stijl), organisatieontwikkeling, aansturen vanprofessionals en van het primaire proces, ondernemerschap enpersoonlijke ontwikkeling.Doelgroep: startende directeuren, sinds kort werkzaam in eenleidinggevende functieData: 12 oktober, 9 en 10 november, 1 december <strong>2011</strong>, 12 januari,2 februari en 7 maart <strong>2012</strong>Kosten: leden t 3.450 / niet-leden t 3.750meer informatie, inschrijven en maatwerkKijk voor meer informatie en inschrijven op www.avspifo.nlof mail naar schoolforleadership@avs.nl. Wilt u een training op maat voor uw organisatie of team? Neem dan contact op met de AVS,Ellen de Jong, maatwerk@avs.nl.kader primair september <strong>2011</strong>49


tenslotte voor u geselecteerd Voor u geselecteerdtrainingpublicatiewebsitecursuslespakketcongresrichtlijnconferentiediversenhandleidingsymposiuminformatievariavoor: leerkrachten, bestuur en management po en vovan: Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO)wanneer: 29 september en 15 decemberwaar: Den Haagwat: debattenArbeidsproductiviteit enkwaliteitVervolg op een eerder debat en expertmeeting over arbeidsproductiviteitin het onderwijs. Een belangrijke conclusie van deexpertmeeting: arbeidsproductiviteit kan niet los gezien wordenvan de kwaliteit van de leerkracht. Op 29 september staande vragen centraal: Waarop willen leerkrachten beoordeeldworden? Wat bepaalt zijn/haar kwaliteit? Op 15 december gaathet om de vragen: Hoe kunnen scholen de kwaliteit van deleerkracht meten? Wat hebben scholen nodig om deze kwaliteiten de arbeidsproductiviteit te verhogen? Meer informatie:www.onderwijsarbeidsmarkt.nlvoor: leidinggevenden en leerkrachten basisonderwijs,leerlingen uit groep 7 en 8 en hun oudersvan: Stichting Platforms VMBO i.o.v. OCWwanneer: 13 oktoberwaar: Het Westeraam in Elstwat: gratis voorlichtingsdagLandelijke dag van het vmboOngeveer de helft van alle leerlingen in groep 8 gaat na debasisschool naar het vmbo. Bezoekers krijgen voorlichting overde mogelijkheden binnen deze scholen. De dag kent een interactiefprogramma met workshops, demonstraties, presentatiesen voorlichting over de nieuwste ontwikkelingen in het vmbo.Informatie: www.govmbo.nlvoor: leerkrachten, ib’ers en directeuren povan: APS i.s.m. PPSIwanneer: 26 oktoberwaar: Utrechtwat: conferentieMeidenvenijn 2.0Voor onderwijsmedewerkers die willen weten hoe ze meidenvenijnop school het hoofd kunnen bieden. Scholen hebben nietalleen met de meisjes zelf te maken, maar ook met hun ouders.Daarom deze keer aandacht voor Meet de parents. Twee scholendoen uit de doeken hoe zij meidenvenijn aanpakten. Allebezoekers krijgen gratis het ‘Meidendoeboek voor leerkrachtenen ib’ers’ mee. Meer informatie: APS, tel. 030-2856800,academie@aps.nlvoor: directies en bovenschools managers povan: Van Gorcum e.a.wanneer: diverse data in september/oktoberwaar: Rotterdam, Elst, Assen of Goudawat: gratis managementdagDigitale kwaliteitstoolsDe laatste jaren zijn er veel digitale producten op de marktgekomen die kunnen helpen bij het bevorderen en bewakenvan de kwaliteit van het onderwijs. Deze managementdag,die vier onderwijsadviesbureaus op vier locaties organiseren,geeft informatie om hiermee aan de slag te gaan. Deelnemerskunnen ook kiezen uit vijf workshops: Werken met kwaliteit,KlasseTV, Teachers Channel, Webschoolkit en ActiveBoard.Meer informatie en inschrijven: www.vangorcum.nlvoor: schoolleiders en managers kinderopvangvan: initiatiefgroep Andere Tijden in onderwijs en opvangwanneer: november <strong>2011</strong> tot februari <strong>2012</strong> (4 bijeenkomsten)waar: Utrechtwat: leergangSamenwerken aan kindcentraVoor schoolleiders en managers kinderopvang die in huneigen omgeving stappen willen zetten naar een gezamenlijkkindcentrum. Tijdens de leergang gaan koppels, bestaande uiteen schoolleider en een manager/bestuurder uit de kinderopvang,samen aan de slag. Aan bod komen bijvoorbeeld: een(deels) gezamenlijke visie, waarden en aanpak formuleren,leerkrachten en pedagogisch medewerkers bij elkaar brengen,oudercommunicatie, et cetera. Belangstelling kenbaar maken:info@anderetijdeninonderwijsenopvang.nl50


voor: schooldirectiesvan: Randstad Onderwijswat: ondersteuningVervanging personeelOntwikkelingen in het onderwijs vergroten onder andere devervangingsproblematiek van leerkrachten en brengen, naastonzekerheid over de juiste kwalitatieve vervanging, ook risico’svan juridisch werkgeverschap en extra werkbelasting met zichmee. Randstad Onderwijs helpt scholen bij de optimalisatievan hun personeelscapaciteit, om flexibel in te kunnen spelenop een veranderende omgeving. Een van de mogelijkhedenis het ondersteunen van de school in beheer en planningvan de vervangingspool. Zie www.randstad.nl of mail naarsuzanne.von.der.dunk@nl.randstad.com.voor: ouders, schoolleiders, leerkrachten primair onderwijsvan: CPSwat: boekLeren doen we samen!Kinderen doen het beter op school als ze door het thuisfrontworden gesteund, zo blijkt uit onderzoek. Ouders kunnen hunkind thuis stimuleren in zijn of haar ontwikkeling. Het boekjehelpt hen op weg met tips en gaat in op de verschillendemanieren waarop ouders hun kind kunnen ondersteunen bij hetlezen en rekenen. Scholen kunnen het boek cadeau doen aanouders of ze de mogelijkheid geven het via de school te bestellen.Zie www.cpsuitgeverij.nl.voor: (bovenschoolse) schoolleiders, ondersteunende stafen bestuursleden povan: Van Ree Accountantswanneer: najaar <strong>2011</strong> (vanaf 26 of 29 september)waar: Alphen aan den Rijn of Barneveldwat: cursusFinancieel managementToenemende bezuinigingen van de overheid, terugloop vanhet aantal leerlingen, stijging van de gemiddelde leeftijd vanhet personeel: de financiële exploitatie van veel scholen staatonder druk. Dit vereist een goed financieel beheer. Deze cursusis opgebouwd uit vier modules: 1. Van grootboek naar jaarrekening,2. Planning & control cyclus, 3. Administratieve organisatieen interne beheersing, 4. Capita selecta. Meer informatie enaanmelden: www.onderwijsaccountant.nl/nieuws/seminarsboekbesprekingverhelderend perspectiefop werkelijkheidIn de dagelijkse praktijk van schoolorganisaties rakenschoolleiders met regelmaat gevangen in hun eigenwerkelijkheid. Het eigen perspectief raakt los vanenige reflectie. Sluipend wordt hun eigen waarheid,dé waarheid. Het nieuwe boek van filosoof en publicistCoen Simon biedt de kans ons eigen perspectief en onzeeigen mentale modellen te onderzoeken.tekst wiel botterweck, avsSimon opent met een toonzettend citaat van Michel Foucault:“Woord en beeld zijn ten opzichte van elkaar onherleidbaar: hoezeermen ook onder woorden brengt wat men ziet, wat men ziethuist nooit in wat men zegt.” Simon probeert de lezer bewust temaken van oppervlakkige politieke beschouwingen en meningenin de media. We hollen volgens hem van de ene verontwaardigdehype naar de andere, zonder de problemen diepgaand te analyseren.En over oplossen hebben we het al helemaal niet meer.Hij wijst daarom op een alternatieve oppervlakkigheid, waarbij jehandelt en praat zonder dat je alles weet. Want je kunt niet allesweten. Simon spreekt van het eigen standpunt als ‘het punt waarvanik de wereld zie’, dat kennis verschaft over jouw eigen wereld.Het is goed om met een oppervlakkige blik om je heen te kijken,zonder te willen weten hoe het zit.In verschillende hoofdstukken stelt Simon het onderscheid terdiscussie dat door de wetenschap gemaakt wordt tussen echt enonecht. Hij vindt dat ons een schijnwerkelijkheid wordt voorgehouden,terwijl we andere zaken veronachtzamen. Dit maakt onsniet alleen lui, maar ook achterdochtig, omdat elke keer weer eenwerkwijze uitgelegd wordt waarvan niemand weet hoe het werkt.Scherpzinnig schrijft Simon: “En toen was alles meetbaar, en toenmocht je helemaal nergens meer roken, en toen was alles live, entoen sprak de wet voor zich, en toen waren we gelukkig, en toenhadden ook dieren rechten, en toen was iedereen gelijk. En toengroeven we ons eigen graf.”De beschouwingen van Simon openen nieuwe inzichten in heteigen denken. Verrijkend, verfrissend en confronterend, vooral inhet licht van de ontwikkelingen in het Nederlandse onderwijs.‘En toen wisten we alles, een pleidooi vooroppervlakkigheid’, Coen Simon, uitgeverij AMBOAmsterdam, ISBN: 978 90 263 2354 6Alle eerder verschenen boekbesprekingen zijn terugte vinden op www.avs.nl/vereniging/publicatiesenproducten/kaderprimair/boekbesprekingen.kader primair september <strong>2011</strong>51


advertentie advertentieMultifilm: én warmtewering énlichtwering én kostenbesparingadvertentie+Onze scan voor een foutlozeLEERLINGADMINISTRATIEOok CBS De Burcht in Heerenveenheeft gebruik gemaakt van AVSVoordeel en onlangs meer danhonderd Multifi lm rolgordijnenlaten plaatsen.Koop Multifi lm voordeliger metAVS Voordeel, lees op de websitemeer over de voordeelregeling ofga direct naar www.multifi lm.nlPARTNERS IN PUBLIC FINANCEHeerenveenPartner vanIngenieursburo De LeeuwPostbus 3 - 1740 AA SchagenTel. 0224 - 59 19 41info@multifi lm.nlwww.multifi lm.nlHaute Equipe.52


Met scholingscertificaatt.b.v. uw studiepunten<strong>2011</strong>/<strong>2012</strong>ProfessionaliseringfinancieelschoolmanagementBezuinigingen, onderwijsvernieuwingen en horizontale verantwoordingstellen nieuwe eisen aan de onderwijsmanager.Om bovenschools managers, schooldirecteuren, bestuurders,beleidsadviseurs en beleidsmedewerkers een handreiking te biedenbij het vormgeven van het financieel schoolmanagement organiseertComeet de leergang onderwijsfinanciën.In deze leergang worden alle facetten van het financieel management behandeld.De leergang bestaat uit 4 modules van elk 2 cursusdagen. U kunt per module inschrijven.Module 1: Elementaire financiële kennis<strong>2011</strong>: woensdag 2 november en donderdag 3 november; Zalencentrum NIMAC te Ede<strong>2011</strong>: dinsdag 22 november en woensdag 23 november; Grand hotel “Wientjes” te Zwolle<strong>2012</strong>: dinsdag 24 en woensdag 25 januari; Aristo Zalencentrum te EindhovenModule 2: Financiële kennis<strong>2011</strong>: donderdag 1 december en vrijdag 2 december; Zalencentrum NIMAC te Ede<strong>2012</strong>: donderdag 19 januari en vrijdag 20 januari; Grand hotel “Wientjes” te Zwolle<strong>2012</strong>: donderdag 15 maart en vrijdag 16 maart; Aristo Zalencentrum te EindhovenModule 3: Verdiepingscursus financiële kennis<strong>2012</strong>: dinsdag 17 januari en woensdag 18 januari; Zalencentrum NIMAC te Ede<strong>2012</strong>: dinsdag 13 maart en woensdag 14 maart; Grand hotel “Wientjes” te Zwolle<strong>2012</strong>: dinsdag 17 april en woensdag 18 april; Aristo Zalencentrum te EindhovenModule 4: Het maken van uw eigen financieel beleidsplan<strong>2012</strong>: donderdag 8 maart en vrijdag 9 maart; Zalencentrum NIMAC te Ede<strong>2012</strong>: donderdag 19 april en vrijdag 20 april; Grand hotel “Wientjes” te Zwolle<strong>2012</strong>: dinsdag 18 september en woensdag 19 september; Aristo Zalencentrum te EindhovenDe kosten van deelname aan deze tweedaagse modules zijn e 545,00(module 4 e 595,00 i.v.m. CD-rom) inclusief materialen, koffie/thee en lunch.Het aantal deelnemers bedraagt maximaal 30.Voor nadere informatie over deze cursussen verwijzen wij u naar onze website:www.comeet.nlVoor inschrijving en informatie kunt u zich wenden tot:Comeet, t.a.v. Els van den Heuvel,Postbus 7069, 3430 JB NieuwegeinTelefoon: 06-12509193E-mail: evandenheuvel@comeet.nlOp 17 en 18 novemberorganiseren wij in Edeeen “terugkom 2-daagse”voor oud-cursisten metactuele onderwerpen.www.comeet.nl


Plezierig leiderschap,jij bent de bronConferentie vrouwelijke schoolleiders 10 november <strong>2011</strong>De jaarlijkse AVS-conferentie speciaal voorvrouwelijke schoolleiders vindt plaats op 10 novemberaanstaande in de Kloosterhoeve te Harmelen(Utrecht). Het thema in <strong>2011</strong> is ‘Jij bent de bron’,over plezierig leiderschap.Plezier in je werk is iets dat je zelf kunt creëren. Het isplezierig als je het beste uit je team naar boven weet te halen,als een leerkracht trots door de school loopt: ‘Kijk eens,dat is me gelukt, dat heb ik bereikt!’. En het team ervaarthet bewuste gedrag van de schoolleider als een plezierigebijdrage aan het werk- en ontwikkelingsklimaat.Weten hoe je (meer) plezier creëertin je eigen werk en dat van anderen?Kom dan ook op 10 november!Met interessante sprekers alsjong managementtalent Louisevan Nispen en workshops overbijvoorbeeld energiemanagement.Meer informatie en aanmelden: www.avs.nl/vrouwelijkeschoolleidersgoed onderwijs door goed managementpostadres Postbus 1003 3500 BA Utrecht telefoon 030 2361010 fax 030 2361036 e-mail info@avs.nl internet www.avs.nlDe Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) is de actieve belangen- en beroepsorganisatie voor alleleidinggevenden in het basis-, voortgezet en speciaal onderwijs. Voor meer dan 5.300 schoolleiders,bovenschools managers, adjunct-directeuren en locatieleiders verzorgen we belangenbehartiging,landelijke vertegenwoordiging, juridische hulp, beroepsondersteuning, scholing, collegialenetwerken en actueel en betrouwbaar vaknieuws.Goede scholen hebben altijd één ding gemeen: een goede leidinggevende.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!