12.07.2015 Views

Clifford Concept 300 Install.pdf - CLIFFORD Electronics Benelux

Clifford Concept 300 Install.pdf - CLIFFORD Electronics Benelux

Clifford Concept 300 Install.pdf - CLIFFORD Electronics Benelux

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

CONCEPT <strong>300</strong> INSTALLATIEStandaard mogelijkheden van de CONCEPT <strong>300</strong>.• Levenslange garantie• Twee vier knops handzenders (Anti Code Grabbing)• Losse “long range” ontvanger• Akoestische melding bij lage batterij spanning van de handzender• Ingebouwde twee-punts startonderbreking• Gepatenteerd veilig rijden• Proximity Sensor III• Gepatenteerde Valet Mode (“garage stand”)• Door middel van de handzender in Valet Mode komen• FACT (False Alarm Control and Test)• “Slimme” Noodstroom sirene met onbreekbare Digitale ComLink• “Slimme” oplaad mogelijkheid• Onbreekbare Digitale Comlink• Automatisch melden van lage accu spanning• Twee mogelijkheden om zonder “Chirps” (piepjes) IN en UIT te schakelen• Harde of Zachte “Chirps” bij het IN- en UITschakelen• Optionele DataPort Interface met <strong>Clifford</strong>Wizard Professionele <strong>Install</strong>atie Software• “Slimme” DataPort Accessoires Interface• Ingebouwd aansturen van de centrale portier vergrendeling• Door de gebruiker te programmeren “AutoLock”• Door de gebruiker te programmeren “AutoUnlock”• Ingebouwde digitale timer• Ingebouwd relais voor de knipperlichten• Gepatenteerde “Slimme” AutoTesting• Gepatenteerde AutoBypass• Door de gebruiker te programmeren AutoArming• Automatisch inschakelen en vergrendelen van het alarm• Weergave van de laatste 8 alarm meldingen• Uit het geheugen verwijderen van handzenders• Meerdere auto’s aansturen met 1 handzender• Heldere LED met automatische accu besparing• Meerdere ingangen voor sensors en “triggers”• Gepatenteerde “SmartPowerUp2”• Geavanceerde CMOS Microcomputer• Gepatenteerde mogelijkheid voor het programmeren van de handzenders• Twee vrije kanalen met programmeerbare uitgangen• Automatisch activeren van het vrije kanaal• Door de installateur te programmeren vertraging van de binnen verlichting• Voorbedraad met connector: LED, Sensors, Sirene, Antenne, Gecodeerde schakelaar type21


BIJGELEVERDE COMPONENTENEen voorbedrade 22-pins connectorEen voorbedrade 9-pins connectorEen <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> CentraleEen “Slimme” noodstroom sirene type 4Twee HandzendersEen Digitale Dual-Zone Proximity Sensor IIIEen “Extended Range” antenneEen LEDEen gecodeerde schakelaar type2Een garantie kaartEen gebruikers handleiding.Een kaart t.b.v. officiële inbouwEen zakje aansluit-materiaalTwee raamstickers<strong>Concept</strong> <strong>300</strong> / De 22 pins connectorPIN Draad kleur Verbinden aan IN UIT1 Grijs/Blauw Optionele B uitgang Negatief, 250mA Max.2 Zwart Massa Massa3 Blauw Optionele sensor ingang Negatief, 3.5V Min.(Dual-zone Piezo zone ofDigitale Tilt/Motionsensor)4 Wit Voorbedraad naar Negatief, 3.5V Min.connector van deprogrammeer schakelaar5 Groen Ingeschakelde uitgang Negatief, 250mA Max.6 Rood Accu Positief, 7V Min.,18V Max.7 Oranje Proximity Sensor III Negatief, 3.5V Min.8 Grijs/Geel Kofferbak en motorkap Negatief, 3.5V Min.schakelaar9 Oranje Optionele Dual-Zone Negatief, 3.5V Min.Piezo Sensor11 Bruin Knipperlicht uitgang + Relais Max. 20A12 Zwart Voorbedraad naar deMassasirene, Proximity Sensor,LED en programmeerschakelaar13 Grijs/Groen Portier vergrendelingMax. 150mAuitgang + / -14 Grijs/Oranje Portier ontgrendelingMax. 150mAuitgang + / -15 Grijs/Paars Optionele A uitgang Negatief, 250mA Max.18 Paars Voorbedraad naar dePositief, 16mA Max.connector van de LED19 Bruin/Rood Binnen verlichting + of - V accu of massa20 Grijs Portier schakelaar ingang Negatief 3.5V; Positief 4V+ of -21 Geel Optionele sireneNegatief, 250mA Max.accessoire -22 Bruin Knipperlicht uitgang + Relais Max. 20A2


<strong>Concept</strong> <strong>300</strong> / De 9 pins connectorPIN Label Verbinden aan: IN UIT1 Massa (-) Massa Min. 12mA; Max. 5A2 Ontstekings Ontstekings uitgang15Auitgang +12V3 Starters ingang Starters ingang 15A+12V4 Constant +12V Knipperlicht ingang 15A20A5 Ontstekings Ontstekings ingang 15Aingang +12V6 Starters uitgang Starters uitgang15A+12V7 Massa (-) Massa Min. 12 mA; Max. 5A8 Constant +12V5AAccu (+)15AOpmerking: Het verbruik van het totale beveiliging systeem (wanneer het isingeschakeld) is 20mA, het systeem kan werken tussen minimum 7V en 18V.3


Aansluitingen die in het interieur gemaakt dienen te wordenHet systeem en de Losse Extended Range ontvangerDe <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> centrale dient in het interieur van de auto gemonteerd te worden. De centrale dientmet Tyraps “goed” vastgezet te worden.1. Zoek een plaats onder het dashboard of onder een stoel waar genoeg ruimte is voor hetplaatsen van de centrale. Bevestig de centrale nog niet definitief, wacht hiermee tot de heleinstallatie klaar is.2. Monteer de Extended Range ontvanger voor maximaal bereik zo hoog mogelijk horizontaalop het raam. Monteer de ontvanger zo ver mogelijk van metalen delen. Zorg er tevens voordat de coax kabel van de antenne niet wordt beschadigd bij scherpe metalen delen. Bundelde overgebleven kabel losjes bijeen.Massa schakelaars (deuren) en Binnen verlichtingKijk bij het hoofdstuk “Deur schakelaars/Binnen verlichting”, voor in deze inbouw map.Centrale portier vergrendelingKijk bij het hoofdstuk “Centrale portier vergrendeling”, voor in deze inbouw map.LEDZoek een goede locatie waar de LED gemonteerd kan worden (meestal op het dashboard) enwaar deze goed zichtbaar is buiten de auto.1. Kijk of er genoeg ruimte achter de plek is waar de LED gemonteerd wordt en boor een gatvan 8 mm.2. Plaats de LED en klik de connectors in elkaar zoals te zien is in het diagram op pag.4.Gecodeerde schakelaar type 21. Overleg met de klant wat de beste plaats is om deze gecodeerde schakelaar type 2 zo teplaatsen dat deze de schakelaar gemakkelijk kan bereiken.2. Kijk of er genoeg ruimte achter de plek is waar de gecodeerde schakelaar gemonteerdwordt en boor een gat van 8 mm.3. Plaats de schakelaar en klik de connector in elkaar zoals te zien is in het diagram op pag 4.Het plaatsen van de Dual-Zone Proximity Sensor IIIDeze nieuwe generatie radar sensors zijn niet gevoelig voor wind en temperatuursverschillen, ditin tegenstelling tot andere sensoren. De radar (Proximity Sensor III) dient gemonteerd te wordenin het midden van de auto. De lange zijde van de radar dient recht evenredig te liggen met deauto. Monteer de radar NIET onder metalen voorwerpen. De radar “kijkt” door alle NIET metalendelen.1. Monteer de radar sensor, met de tekst leesbaar naar boven, op de plaats waar dezegemonteerd dient te worden, zonder deze definitief vast te plakken. Na het testen is hetmisschien noodzakelijk om de radar toch iets te verplaatsen.2. Plug de connector met de ZWARTE, WIT/BLAUWE en ROOD/ZWARTE draden in de sensorzoals te zien is in pagina 5.3. Monteer na het afstellen de sensor met de bijgeleverde dubbelzijdige tape.Het plaatsen van de Digitale Tilt/Motion Sensor (optie)Deze nieuwe generatie Digitale Hellingshoek sensors kunnen eenvoudig d.m.v. de bijgeleverdedubbelzijdig tape in de auto gemonteerd worden. Monteer de Digitale Tilt/Motion sensor op eenvlakke plaats b.v. onder de passagiersstoel.LET OP!!! Monteer de hellingshoek sensor niet in de nabijheid van de verwarming/airco of bijandere plaatsen die erg temperatuurs afhankelijk zijn.1. Monteer de sensor d.m.v. de bijgeleverde dubbelzijdig tape, op een schoon horizontaal vlakmet de tekst leesbaar naar boven.2. Plug de connector met de GROENE, ORANJE, RODE en ZWARTE draden in de DigitaleTilt/Motion Sensor zoals te zien is in diagram 1 op pagina 4.5


LET OP!!! De Digitale Tilt/Motion Sensor wordt geactiveerd 10 seconden nadat het alarm is aangezet.Sommige auto’s zoals Range Rovers en Citroën’s gaan naar een “speciale” parkeer-stand indien desleutel uit het contact wordt gehaald. Hierdoor zou de sensor een alarmmelding kunnen geven. Doorde draadloop door te knippen wordt de insteltijd verlengd naar twee minuten.Achterklep schakelaar.Auto’s met een massa schakelende achterklep kunnen direct aangesloten worden op de <strong>Concept</strong><strong>300</strong> (bij een positief schakelende achterklep is het noodzakelijk dat er een relais wordt geplaatst).Deze draad is te vinden bij de verlichting in de kofferbak.LET OP!!! Indien de auto op het dashboard een lampje heeft zitten zodat er te zien is dat de achterklepopen staat, is het noodzakelijk dat er een diode geplaatst wordt van 1 amp. tussen de verlichtingen de schakelaar. De diode moet geplaatst worden met het streepje naar de schakelaar.1. Monteer de GRIJS/GELE draad op de schakelende draad (tussen de schakelaar en de diode)zoals te zien is op pagina 4.Binnen verlichtingMeer informatie over binnen verlichting (deur schakelaars) kunt u vinden onder het hoofdstukBINNEN VERLICHTING (deur schakelaars) in deze map.Aansluiting bij het contactslotDe start onderbrekingen.Ontsteking1. Zoek in de nabijheid van het contactslot de draad op die +12V geeft tijdens het starten maarook bij draaiende motor en 0V indien het contact UIT staat.Het is mogelijk dat er TWEE draden gevonden worden met deze specificaties.1. Start de auto, knip de gevonden draad door. De auto moet nu afslaan.2. Monteer de ZWARTE draad met het label Onsteking IN (+15 in) van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> aan diezijde van de draad die komt van de contactslot zijde.3. Monteer de ZWARTE draad met het label Onsteking UIT, aan de draad van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong>aan de zijde van de draad die komt van de ontsteking.StartmotorLET OP!!! Soldeer deze verbinding goed dit in verband met zware belasting.1. Zoek de draad die ALLEEN +12V geeft indien de startmotor draait. Knip deze door, de automag nu niet meer starten.2. Monteer de ZWARTE draad met het label start motor IN van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> aan die zijdevan de draad die komt van het contactslot.3. Monteer de ZWARTE draad met het label start motor UIT van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> aan die zijdevan de draad die komt van de startmotor.Extra kanaal A met programmeerbare functie mogelijkhedenKanaal A, de GRIJS/PAARSE draad, kan geprogrammeerd worden naar een puls uitgang (0,5seconden massa (-) of voor zolang de knop op de handzender wordt ingedrukt, schakelend (hetkanaal blijft aan massa (-) totdat de knop op de handzender weer wordt ingedrukt) of als “timer”uitgang. De timer uitgang is programmeerbaar van 1 sec. tot 4 minuten. Dit kanaal is te activerenop knop 2 van de “master” handzender of d.m.v. de toegewezen knop van de “user” handzender.Het is ook mogelijk om dit kanaal alleen te laten functioneren indien het alarm aan of uit staatmet het contact uit. Dit kanaal is belastbaar tot max. 0.15 Amp. (zie pag 12 voor het omprogrammeren en instellen van de timer).6


Extra kanaal B met programmeerbare functie mogelijkhedenKanaal B, de GRIJS/BLAUWE draad, kan geprogrammeerd worden naar een puls uitgang (0,5seconden massa (-) of voor zolang de knop op de handzender wordt ingedrukt, schakelend (hetkanaal blijft aan massa (-) totdat de knop op de handzender weer wordt ingedrukt) of als “timer”uitgang. De timer uitgang is programmeerbaar van 1 sec. tot 4 minuten. Dit kanaal is te activerendoor kanaal 7 te zenden van de “master” handzender of door de knop met de in te drukken opde “user” handzender. Het is ook mogelijk om dit kanaal alleen te laten functioneren indien hetalarm aan of uit staat met het contact uit. Dit kanaal is belastbaar tot max. 0.15 Amp. (zie pag. 12voor het om programmeren). Dit vrije kanaal kan ook geprogrammeerd worden dat dezeautomatisch geactiveerd wordt indien het alarm aangezet wordt (comfort) (zie pag. 12 voor hetom programmeren).Automatische raamsluiterKijk onder het hoofdstuk “Automatische raamsluiter” in deze map.“Slimme” noodstroom sireneDe sirene heeft een digitale tweeweg communicatie met de centrale (<strong>Concept</strong> <strong>300</strong>). Indien eendief de accu los haalt of een van de draden los knipt terwijl het systeem op alarm staat, zal denoodstroom sirene geactiveerd worden voor 5 minuten en daarna zichzelf weer resetten. Desirene wordt alleen maar opgeladen onder het rijden en zal dus nooit de accu van de autoleegtrekken indien de auto voor een langere periode geparkeerd staat. Indien de accu van deauto zich in slechte staat bevindt zal de “Slimme” noodstroom sirene dit aangeven door zachte“chirps” bij in- en uitschakelen van het systeem.1. De sirene moet degelijk gemonteerd worden onder de motorkap met gebruikmaking van alle3 de zelf-tappers. Monteer de sirene altijd met de opening naar beneden. Zorg er tevensvoor dat de sirene niet geplaatst wordt bij hete delen (Turbo/uitlaat enz).2. Monteer de draad van de sirene goed vast aan de auto en laat deze d.m.v. een doorvoertuleuitkomen in het interieur.3. Plug de connector van de sirene met de GROENE, GELE, ZWARTE en RODE draad in dedraadboom van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong>.4. Plug de DATA port met de GELE en GROENE draad in de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong>.LET OP: De auto moet ongeveer acht uur rijden wil de noodstroom sirene volledig opgeladen zijn.Motorkap schakelaarAuto’s met het chassis aan massa (-) kunnen zonder probleem aangesloten worden op de<strong>Concept</strong> <strong>300</strong>. Indien het chassis aan plus (+) ligt is het noodzakelijk dat er een relais geplaatstwordt. Als er onder de motorkap verlichting zit die schakelt als de klep open staat, kan deWIT/ZWARTE draad van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> hier op aangesloten worden. Monteer indien nodigeen motorkap schakelaar. Monteer deze NIET in de watergoot en ook niet op een plek waartijdens het rijden veel water/vuil zich kan ophopen.1. Monteer de WIT/ZWARTE draad aan de motorkap schakelaar.LET OP!!! Indien de auto op het dashboard een lampje heeft zitten zodat er te zien is dat demotorkap open staat, is het noodzakelijk dat er een diode geplaatst wordt van 1 amp. tussen deverlichting en de schakelaar. De diode moet geplaatst worden met het streepje naar de schakelaar.LAATSTE AANSLUITINGEN1. Verbind de ZWARTE draad met het label+12V 5A met de zekering houder aan de plus poolvan de accu zoals te zien is in het diagram op pagina 42. Verbind de ZWARTE draad met het label+12V 20A de zekering houder aan de plus pool vande accu zoals te zien is in het diagram op pagina 43. Gebruik de bijgeleverde oogjes voor het aansluiten van de massa (-) draden op tweeverschillende plaatsen aan het chasis van de auto. Zorg er voor dat deze punten vrij zijn vanoxidatie en vuil.4. Gebruik voor het aansluiten aan de accu pool de bijgeleverde ringen7


LET OP!! Test als eerste het alarm, voordat de accessoires worden getest. Verbind GEENvoedingsdraden bij elkaar zodat er maar 1 zekering gebruikt wordt.SmartPowerUP 2SmartPowerUP 2 wil zeggen dat het systeem in dezelfde staat wordt opgestart (op alarm ofvan alarm, garage stand enz.) als het systeem was, toen men b.v. de “accu” los haalde. Wanneerhet systeem de eerste keer onder spanning wordt gezet, zal deze van alarm opgestart worden.FUNCTIES VAN DE HANDZENDERWelke functie wordt uitgevoerddruk op knop(pen):In- of uitschakelen en ver- of ontgrendelen van de portierenMogelijkheid tot het activeren van accessoire # 1(gewoonlijk op afstand bediende kofferbak opener)In- of uitschakelen en ver- of ontgrendelen van de portieren+zonder akoestische bevestigingOptionele accessoire # 2 (gewoonlijk om koplampen te activeren)*Toegewezen naar IntelliStart (optie) om de auto te starten.Toe gewezen aan Smart Windows IV (optie) om de ramen helemaal open of+bijna dicht te doenNiet aangesloten +Optie voor de mogelijkheid om IntelliStart automatisch te starten bij lage+spanning van de accu/ bij lage temperatuur, zowel voor automaten als handgeschakelde auto’s (zie IntelliStart handleiding)Binnenverlichting vertragingSommige auto’s zijn uitgerust met vertraging op de binnen verlichting. Indien de vertraging langerduurt dan 5 sec. zal de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> aldoor melden dat er een deur “open” staat. Indien dit hetgeval is moet met programmeren de binnen verlichting vertraging op AAN worden gezet (ziepag.4).OPM. Indien binnen verlichting vertraging op AAN wordt gezet, zal de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> niet meermelden dat er een deur open staat wanneer dat vergeten wordt.Digitale Tilt/Motion Sensor (hellingshoek sensor optie)De Digitale Tilt/Motion Sensor (hellingshoek sensor) hoeft niet afgesteld te worden.Digitale Proximity SensorDe <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> is uitgerust met de unieke Digitale Proximity Sensor.De Proximity Sensor “kijkt” door alle niet-metalen voorwerpen heen.LET OP!!! Plaats geen metalen delen (muntstukken, CD’s enz.) naast en/of voor de ProximitySensor. Dit heeft grote invloed op de radar.1. Zet voor het afstellen alle TL’s in de omgeving van de auto uit. Dit omdat er interferentie kanontstaan met de Proximity Sensor.2. Zet de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> van alarm. Wacht tenminste 10 seconden.3. D.m.v. de schroef die zich op de sensor bevind kan de Proximity sensor worden afgesteld.Naar links draaien zal de gevoeligheid doen afnemen. Naar rechts zal de gevoeligheid doentoe nemen.4. De LED op de proximity sensor mag niet gaan branden als iemand zich buiten de autobevindt. Stel de sensor zo af dat de LED alleen gaat branden indien een hand zich in de autobevindt.5. Herhaal deze stappen indien de radar bij het testen nog niet goed staat afgesteld.8


FACT- Fals Alarm Control and TestDe micro processor van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> controleert automatisch de alarm meldingen voordat desirene een tweede keer geactiveerd wordt. Dit voorkomt verdere “vals” alarm meldingen. OmFACT te testen:1. Zet de auto op alarm d.m.v. de handzender.2. Wacht minimaal 10 seconden nadat de binnenverlichting is uit gegaan, activeer dan deProximity sensor door b.v. met het lichaam in de auto te leunen.3. Het alarm zal geactiveerd worden voor de ingestelde periode. Zet de auto tussentijds niet vanalarm af, maar laat het alarm de ingestelde cyclus volledig doorlopen.4. Probeer, nadat het alarm is afgelopen, de Proximity sensor nog een keer te activeren. Ditgaat niet.5. Open nu een deur. Het alarm zal weer geactiveerd worden.6. Haal de auto d.m.v. de handzender nu van alarm af.De laatste acht alarmmeldingen (TotalRecall)De <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> slaat de laatste acht alarmmeldingen op in zijn geheugen. Om de meldingend.m.v. de LED weer te geven:1. Haal de sleutel uit het contactslot. Druk de NIET gemarkeerde zijde van de gecodeerdeschakelaar (Plain View 2 Switch) in en houd deze ingedrukt.2. Zet met de handzender de auto op en van alarm. Laat dan de schakelaar los.3. De LED zal 1 tot 10 maal knipperen met een pauze, 1 tot 10 maal knipperen met een pauzeenz., in totaal acht cycli.4. De eerste knippercode van de LED is de laatste alarmmelding, de tweede knippercode is deéén na laatste melding enz., in totaal acht meldingen.LED knippert1x2x4x5x6x7xSensor indicatie.Digitale Proximity Sensor (radar)OmniSensor / hellings hoek sensor dual zone Piezo Sensor (optie)DeurenAchterklep /Motorklep. Achterklep alleen indien IntelliStart 4 is gemonteerdMotorkap Alleen indien Intelli Start 4 is gemonteerdPoging om de auto te starten terwijl deze op alarm stond10xHet alarm systeem is zonder voeding gekomen1. Indien het alarm meerdere keren geactiveerd wordt door dezelfde sensor is het noodzakelijkdat deze opnieuw wordt afgesteld of nagekeken, controleer vooral de motorkap schakelaar ende draad indien het alarm er meerdere keren door geactiveerd is (vuil, pekel enz.).Certificaat / Anti diefstal garantie / registratie kaartNadat de alarm installatie compleet is ingebouwd en afgesteld, moet er zorg voor wordengedragen dat ALLE bijbehorende formulieren, certificaten, het eigendomsbewijs en degebruikershandleiding aan de klant worden afgegeven.PROGRAMMERENDe <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> wordt standaard afgeleverd met een aantal programmeerbare functies. Dezezijn te herkennen in de programmeertabel aan de vet gedrukte letters. Sommige zijn alleen doorde installateur of de eigenaar van de auto te veranderen. Er zijn twee tabellen. De ene is voor deinstallateur, de andere is voor de eigenaar.9


De <strong>Clifford</strong>Wizard Pro installatie software.De programmeerbare functies van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> kunnen eenvoudig veranderd worden d.m.v.de <strong>Clifford</strong>Wizard Pro soft- en hardware. De <strong>Clifford</strong>Wizard Pro geeft de installateur het gemakom met de computer grafisch te zien wat er is geprogrammeerd aan het systeem. Tevens kand.m.v. het aanklikken van de desbetreffende functie met de muis iets veranderd ofingeprogrammeerd worden.Dit maakt het programmeren een stuk eenvoudiger en sneller (ook leuker). Kijk bij het hoofdstuk“Hoe de <strong>Clifford</strong>Wizard Pro te installeren en te gebruiken” voor meer informatie.Het programmeren van de functies, voor de klant1. Noteer het kolom nummer en het nummer van de rij van de functie die geprogrammeerd dientte worden.2. Zet het contact op de “AAN” stand, of start de auto.3. Geef de fabrieks code in (standaard 2), druk 2x op de met een * gemerkte schakelaar van dePlain View 2 Switch (gecodeerde schakelaar) en druk daarna op de NIET gemerkte zijde.4. Na het indrukken van de code moet de met * gemerkte schakelaar ingedrukt wordengehouden (3 seconden) tot de sirene één chirp (piepje) geeft en de LED constant gaatbranden. Nu zijn we in de programmeer status voor de klant.5. Selecteer de kolom: druk de NIET gemarkeerde schakelaar van de Plain View 2 Switch hetaantal keren in zoals is beschreven. Na een pauze zal de sirene hetzelfde aantal chirps gevenwat is ingedrukt en dit zal overeenkomen met het kolom nummer.6. Binnen 5 seconden moet de rij ingegeven worden die geselecteerd is. Dit door hetzelfdeaantal keren de met een * gemarkeerde schakelaar in te drukken. De sirene zal iedere keerals de schakelaar wordt ingedrukt een chirp geven.7. Indien er in het te programmeren vakje “OPM.” staat, lees dit dan eerst voordat er metprogrammeren wordt begonnen.8. Na een korte pauze zal de sirene één of twee chirps geven. Twee chirps is AAN, één chirp isUIT.9. Nu is het mogelijk om meteen nog een andere functie te programmeren.• Om een andere functie te programmeren in dezelfde kolom, herhaal stap 6 binnen vijfseconden ( na vijf seconden geeft de sirene drie chirps, om aan te geven dat deze uit dekolom is maar nog wel in de programmeer status).• Om een andere kolom te zoeken, herhaal stap 5.• Om uit de programmeer status te komen: zet het contact uit (de sirene zal drie chirps latenhoren en de LED gaat uit om aan te geven dat het systeem uit de programmeer status is) ofwacht 60 seconden, het systeem zal dan automatisch uit de programmeer status gaan.Het mag misschien wel ingewikkeld lijken maar dat is het niet. Het enige wat er gedaan dient teworden is: het contact op AAN zetten, de code ingeven en de kolom en rij selecteren. Hetsysteem geeft zelf aan indien er iets is aan of uit geprogrammeerd is.10


Programmeerbare gebruikers mogelijkhedenProgrammeerbare functies (1 Chirp is uit, 2 Chirps is aan.)Niet gemerkt 1 Niet gemerkt 2 Niet gemerkt 3 Niet gemerkt 4*1 Autom. InprogrammerenhandzenderOPM. 1*2*3Geen FunktieGeen Funktie*4Geen Funktie*5 Autom. Vergrendelen(Uit / Aan / Toerental)(1, 2 of 3 chirps)*6 Autom. Ontgrendelen(Uit /Aan)*7 Resetten van alleFunkties naar fabrieksinstellingen.(behalvehandzenders en code)OPM. 2Chirps(uit / harde / zachtechirps)(1, 2 of 3 chirps)Geen FunktieMet de handzender“garagestand” Inschakelen(Uit / Aan)Autom. Starten.*Autom. Op alarm(Uit / Aan)Autom. Op alarmen vergrendelen(Uit / Aan)FACT(Beide / Niet / Accu / Temp.) (Uit / Aan)Geen FunktieAlle handzendersVerwijderen OPM. 3Code veranderenALLEEN DOOR DEEIGENAAR VAN DE AUTO* optionele IntelliStart of SmartWindows 4Geen FunktieGeen FunktieAfstellen NightVision(licht / schemer /donker)Op en Van alarm metTweede handzender(user) (OPM. 4)Achterbak openenmet tweede handzender(user) (OPM. 5)Stil op en van alarm zettenmet de tweede handzender(user)OPM. 5Geen funktieOp afstand starten met detweede handzender(user) (OPM. 5)Ramen laten *openen /ventileren met de tweedehandzender* (OPM. 5)“Garagestand” met detweede handzender(user) (OPM. 5)• OPM. 1. Druk knop in van de handzender, de sirene zal één chirp geven, druk opnieuwop knop , de sirene zal nu twee chirps geven• OPM. 2. Wanneer de sirene twee chirps geeft zijn alle fabrieksinstellingen weeringeprogrammeerd.• OPM. 3. Wanneer de sirene twee chirps geeft, zijn alle handzenders uit het geheugen van hetalarm systeem. Het is nu noodzakelijk dat de nieuwe en/of oude handzender opnieuwingeprogrammeerd wordt.• OPM. 4. Alléén <strong>Clifford</strong> handzenders met de ACG-II technologie kunnen “ingelezen” wordenin dit systeem. Als onder knop een tweede auto geprogrammeerd moet worden doet u hetvolgende: Selecteer kolom 4 rij 1 in de programmeer stand. Druk daarna op knop van dehandzender waaronder deze geprogrammeerd moet worden. De <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> zal ditbevestigen met èèn chirp. Druk gelijk hierna nog eenmaal de knop met de in. De <strong>Concept</strong><strong>300</strong> zal dit bevestigen met twee chirps. De handzender die nu geprogrammeerd is zal, alsmen de knop met de indrukt, de andere auto kunnen bedienen.• OPM. 5. Alléén <strong>Clifford</strong> handzenders met de ACG-II technologie kunnen “ingelezen” wordenin dit systeem. Wanneer b.v. de handzender van de tweede auto ingeprogrammeerd moetworden doet u het volgende: kom in de programmeer status door de code in te geven,selecteer kolom 4, nadat de sirene vier chirps heeft gegeven, selecteer dan rij 1( ), de sirenezal nu één chirp geven. Daarna drukt u het kanaal in op de handzender waaronder dezefunctie geprogrammeerd moet worden, b.v. 13. De sirene zal één chirp geven, zend gelijkkanaal 13, de sirene zal twee chirps geven om te bevestigen dat kanaal 1 is vastgelegd onderknop 13. Nu is het mogelijk om d.m.v. kanaal 13 op de handzender de auto op en van alarmte zetten.11


Programmeerbare <strong>Install</strong>atie mogelijkhedenProgrammeerbare funkties (1 Chirp is uit, 2 Chirps is aan.)Niet gemerkt 1 Niet gemerkt 2 Niet gemerkt 3* 1 Enkele of dubbele sluit/ puls Timer Accessoires uitgang Binnen verlichting vertraging.(1 chirp / 2 chirps* 2 Enkele of dubbele open puls ((1 chirp / 2 chirps)* 3 Sluit / open puls 3 of 1 sec.(1 chirp / 2 chirps)* 4 Positief / negatiefC.P.V. puls(1 chirp / 2 chirps)* 5 Toerental programmerenOptionele IntelliStart(10 seconden) OPM. 1.Kanaal A(puls / timer / schakelend)(1 chirp / 2 chirps / 3 chirps)Kanaal B(puls / timer / schakelend)(1 chirp / 2 chirps / 3 chirps)Diesel / benzine motor.(1 chirp / 2 chirps)(optionele IntelliStart 4)Nee / Ja (1 chirp / 2 chirps)Autom. Activeren kanaal A(Aan / Uit)Autom. Activeren kanaal B(Aan / Uit)Autom. Activeren kanaal(Aan / Uit)Programmeren vanGeen FunctieSmartWindows 4 optie• OPM. 1. Wanneer deze functie is geselecteerd, geeft de sirene één chirp om aan te gevendat de timer is gaan lopen. De timer kan ingesteld worden van één seconde tot max. 4.25minuten (255 sec.). Indien de tijd die ingeprogrammeerd moet worden verstreken is, druktmen de niet gemerkte zijde in van de PlainView II switch (gecodeerde schakelaar). Hetsysteem zal twee chirps geven om aan te geven dat de ingestelde tijd ingeprogrammeerd is.Het controleren van de functies die aangesloten zijn op de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong>De controle lijst en tips zijn er voor om het controleren van het systeem en het oplossen vanproblemen simpeler te maken. Indien de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> niet reageert zoals deze zou moeten doenvolg dan de technische tips om dit op te lossen.De <strong>Clifford</strong> Wizard maakt het mogelijk om het systeem heel gemakkelijk te kunnen controlerenen indien er problemen optreden deze zeer snel op te lossen.STAP 1Zet de binnen verlichting AAN, of plaats het lampje terug. Plaats alle uitgenomen zekeringen ophun eigen plaats.Controleren van de start onderbrekingenStart de auto terwijl de auto niet op alarm of op zijn automatisch inschakelende blokkering staat.Laat de motor voor minstens 10 seconden draaien. Zet de motor uit. Na 30 seconden zal de LEDlangzaam gaan knipperen ten teken dat de blokkeringen zijn ingeschakeld. Probeer de auto testarten, dit lukt niet want zowel de ontsteking, benzine pomp als de startmotor moetengeblokkeerd zijn.• De auto start niet. Dit is correct, ga verder naar de volgende test.• De auto start, controleer de voedingen (zowel plus (+) als min (-). Controleer of de draden nietzijn omgewisseld (ontsteking (+15) in / ontsteking (+15) uit). Zie het schema op pag 4.• Zet de auto op alarm (contact uit) door op knop . te drukken. Wacht 10 seconden.• De auto start niet. Dit is correct, ga verder naar de volgende test.• De auto start, controleer de voedingen (zowel plus (+) als min (-). Controleer of de draden nietzijn omgewisseld (ontsteking (+15) in / onsteking (+15) uit). Zie het schema op pag 4.12


STAP 2Test de sirene chirps.Sluit alle deuren en zet de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> op alarm.• 2 Chirps. Dit is correct, ga door naar stap 4• 4 Chirps. Indien het systeem direct de 4 chirps geeft moet de motorkap / achterklepschakelaar nagekeken worden. Indien de sirene 4 chirps geeft na 10 seconden moet de grijzedraad (deuren) nagekeken worden, of de binnen verlichting vertraging moet op AAN wordengezet. Indien het niet duidelijk is welke sensor actief is: zet de auto d.m.v. de handzender vanalarm; zet het contact in de AAN stand: De LED knippert in de groep welke actief is geweest.Aantal keren knipperen van de LED Indicatie1xDigital Proximity Sensor2xOptionele OmniSensor / Digital Tilt/Motion Sensor optie4xDeuren*5xAchterklep (Indien IntelliStart 4 is gemonteerd “optie”)6xMotorkap (Indien IntelliStart 4 is gemonteerd “optie”)7xEr is geprobeerd de auto te starten terwijl deze op alarm stond10xVoeding (accu enz.)*Indien de binnen verlichting op Aan is geprogrammeerd werkt deze functie niet.• Controleer de Sensor / Schakelaar die de LED aangeeft.• Geen chirps. Indien de sirene geen chirps (piepjes) geeft controleer dan of deze misschienuitgeprogrammeerd zijn en / of controleer de bedrading van de sirene, LET OP! Het kan zijndat de accu van de “Slimme” noodstroom sirene “leeg” is, laat het contact een tijdje in de AANstand staan.LET OP!!! Indien geen van deze tips het probleem oplossen, ga dan verder met de volgendecontrole punten.• Controleer of alle zekeringen geplaatst zijn.• Controleer alle plus (+) en min (-) aansluitingen.• Controleer of alle connectors wel goed zijn ingeplugd.• Controleer of de in- en uitgang draden van de ontsteking (+15) niet verkeerd zitten.• Controleer of de handzenders normaal werken.OPM. !!! Indien de 20 amp. zekering stuk gaat bij het op alarm zetten van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong>• Knip de draden van de knipperlichten door (komende van het alarm). Indien de zekering nuniet stuk gaat zit er sluiting in één draad of in beide draden.• Indien de zekering ook stuk gaat wanneer de knipperlichten los geknipt zijn, moet de storinggezocht worden in de centrale portier vergrendeling.STAP 3Testen van de knipperlichtenZet de auto op alarm d.m.v. de handzender.• Twee keer knipperen van de knipperlichten: OK. Ga door naar stap 5.• Eén maal knipperen van de knipperlichten: de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> is geprogrammeerd voor hetautomatisch activeren van het alarm. Indien knop nu wordt ingedrukt zal het systeem vanalarm gaan.• Geen knipperlicht signalen: controleer de zekering en de aansluitingen.• Eén zijde van het knipperlicht werkt: controleer de aansluiting aan de zijde die niet werkt.STAP4Centrale portier vergrendelingZet het systeem op alarm door op knop . van de handzender in te drukken.• De deuren sluiten. OK, ga naar stap 5.• De deuren sluiten niet. De centrale portier vergrendeling is verkeerd aangesloten (verkeerdaansluitschema), controleer de zekering en/of de aansluitingen.13


OPM. Indien de C.P.V. NIET sluit als het systeem geactiveerd wordt, mogen nooit de schakelaarsvan de centale portier vergrendeling ingedrukt worden. Dit om schade te voorkomen aan de<strong>Concept</strong> <strong>300</strong> en/of aan de C.P.V. zelf.• De deuren gaan open.D raai de open draad en de sluit draad om.• Eén deur sluit . De centrale portier vergrendeling is verkeerd aangesloten (verkeerdaansluitschema), controleer de zekering en/of de aansluitingen. Misschien is het nodig omeen servo (motor) in de bestuurders deur te plaatsen.STAP 5De LEDZet het systeem op alarm door op knop . van de handzender in te drukken.• Knippert. OK, Ga naar stap 8.• Knippert niet. Indien de LED niet knippert controleer dan de aansluitingen van de LED, dePAARSE en ZWARTE draad. LET OP: dit is een 2V LED. De LED op 12 volt testen zal deLED opblazen.STAP 6De <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> van alarm halenZet het systeem van alarm door knop . van de handzender in te drukken.• De sirene geeft één chirp. (Indien de sirene géén chirp geeft ga dan terug naar stap 3)• De knipperlichten knipperen één keer. (Indien de knipperlichten niet één maal knipperen gadan terug naar stap 4).• LED stopt met knipperen. (Indien de LED niet stopt met knipperen ga dan terug naar stap 7)Deuren gaan open. (Indien de deuren niet opengaan ga dan terug naar stap 6)• Start onderbrekingen worden opgeheven. Test dit door in de auto te zitten en probeer de autote starten.(Indien de blokkeringen niet opgeheven worden ga dan terug naar stap 2)• Binnen verlichting gaat branden. De binnen verlichting wordt automatische geactiveerd doorde <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> of totdat de auto wordt gestart.• Indien de binnen verlichting niet gaat branden controleer dan de zekering van de binnenverlichting. Zie stap 1.• Controleer de 10 amp. zekering van de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong>. Indien deze zekering doorgebrand is zalde verkeerde polariteit (positief of negatief) aangesloten zijn.• Controleer de deur schakelaars, zie stap 7 voor meer informatie.STAP 7.Het testen van de deurenZet het systeem op alarm door knop . van de handzender in te drukken. Wacht minimaal 10sec. (Indien binnen verlichting vertraging AAN is geprogrammeerd, moet men wachten totdatdeze uit is). Gebruik de sleutel om de deur te openen.• De sirene gaat af en de knipperlichten gaan knipperen. Dit is OK, ga door naar stap 10. Zetde sirene uit door knop 1 van de handzender in te drukken, of druk daarna nog één maal opknop 1 om de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> uit te schakelen.• Sirene gaat niet direct af. Controleer de deur schakelaars of deze wel minimaal 11V (positiefof negatief) schakelen. Controleer of de goede draad is aangesloten.STAP 8.Testen van de achterklepZet het systeem op alarm door knop . van de handzender in te drukken. Gebruik de sleutel omde achterklep te openen.• De sirene gaat af en de knipperlichten gaan knipperen. Dit is OK, ga door naar stap 10.• Zet de sirene uit door knop . van de handzender in te drukken, of druk daarna nogéénmaal op knop . om de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> uit te schakelen.• Sirene gaat niet direct af. Controleer de achterklep schakelaar of deze wel minimaal 11V is(massa). Controleer of de goede draad is aangesloten.14


STAP 9Testen van de motorkapZet het systeem op alarm door knop . van de handzender in te drukken. Open de motorkap.• De sirene gaat af en de knipperlichten gaan knipperen. Dit is OK, ga door naar stap 10. Zetde sirene uit door knop . van de handzender in te drukken, of druk daarna nog één maalop knop .. om de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> uit te schakelen.• Sirene gaat niet direkt af. Controleer of de motorkap schakelaar wel minimaal 11V is (massa).Controleer of de goede draad is aangesloten.STAP 10Testen van automatisch op alarm gaanZet het contact voor minimaal 10 sec. AAN, haal dan de sleutel uit het contact, stap uit en sluitde deur. Wacht 5 seconden.• De knipperlichten knipperen twee maal. 25 Seconden later zal het alarm automatisch opalarm gaan, dit is ook te zien aan de LED. Dit is OK, ga door naar stap 13.• De <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> gaat niet automatisch op alarm. Controleer of Automatisch op alarm, opAAN staat geprogrammeerd, zie pag 11. Controleer of alle deuren, de motorkap en deachterklep gesloten zijn.STAP 11Testen van het bereik van de handzendersGa op minimaal 50 meter van de auto staan en zet de auto op en van alarm.• De <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> zal op en van alarm gaan. Dit is OK, ga door naar stap 15.• Indien de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> niet reageert, controleer de antenne van het systeem, deze moet zohoog mogelijk geplaatst zijn. Controleer of de antenne niet tussen een draadboom isgeplaatst of achter metalen delen ligt. Draai desnoods de antenne 90 graden.• Controleer de batterij van de handzender.• Controleer de spanning bij de 5 amp. zekering, deze moet minimaal 11 volt zijn.• Controleer tevens de massa aansluitingen en de connector.STAP 12De administratie• Het certificaat van de <strong>Install</strong>atie / Gebruikers handleiding / Werking.• De blauwe kopie is voor de klant.• De gele kopie is voor de inbouwer.• De witte kopie dient gestuurd te worden naar de verzekerings maatschappij.• De groene kopie dient gestuurd te worden naar <strong>Clifford</strong> <strong>Electronics</strong> <strong>Benelux</strong>.• De gebruikers handleiding MOET persoonlijk aan de klant worden gegeven.• Draadloze Immobilizer• Eén kopie is voor de inbouwer.• Eén kopie is voor de klant.• Plaats de <strong>CLIFFORD</strong> stickers op de ramen.STAP 20Demonstratie van het systeem aan de klantMet de handzender. Op en van alarm. / C.P.V. werking / NightVision / Uitschakelen van deProximity Sensor / IntelliStart / raamsluiter optie.• Automatisch activeren van het alarm en uitschakelen van één cyclus.• Code schakelaar.• Door de gebruiker te programmeren functies.• Accessoires mogelijkheden..15


UPDATE CONCEPT <strong>300</strong>KLASSE 3.Monteer de digitale hellings hoek sensor (Tilt Motion Sensor) aan de kabelboom die komt vande <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> met de kleuren, ROOD / ZWART / BLAUW / ORANJE.Knip de BLAUWE draad van deze “Flatcabel” (kabelboom)dicht bij de centrale door.Isoleer de draad zijde die van de centrale komt.Soldeer de BLAUWE draad die in de “Flatcabel” zit aan de GROENE draad aan de konnektor.Monteer nu de RODE draad van de Tilt Motion Sensor aan de RODE draad van de Flatcabel.De ZWARTE aan de ZWARTE de ORANJE aan de ORANJE en de GROENE van de TiltMotion Sensor aan de BLAUWE van de Flatcabel (is GROEN geworden omgesoldeerd bij dekonnektor)WAARSCHUWINGS ZONEHet is mogelijk om een waarschuwings zone op de <strong>Concept</strong> <strong>300</strong> te krijgen.Wat er nodig is: 1 losse PROX 2000.Monteer deze Prox 2000 (radarsensor) in het midden van de auto. Sluit de Prox 2000 aan opde Flatcabel met de kleuren ROOD / ZWART / BLAUW / ORANJE.Monteer de RODE en de Zwarte draden van de Prox. 2000 aan dezelfde kleuren van deFlatcabel. Soldeer de ORANJE draad van de Prox. 2000 aan de BLAUWE draad van deFlatcabel. (De ORANJE draad van de Flatcabel isoleren, wordt NIET gebruikt.) D.m.v. hetpotmetertje op de Prox. 2000, kan de gevoeligheid worden afgeregeld. Wanneer de LED opde Prox 2000 gaat branden wordt het alarm systeem geactiveerd.RELAISIndien het nodig is dat er losse relais geplaatst worden (C.P.V., vrije kanalen) is hetnoodzakelijk dat er diodes geplaatst worden over de spoel heen.Dit is om de spoel te "smoren".De diode dient geplaatst te worden OVER kontakt 85 en 86.LET OP !!!! Het streepje van de diode moet geplaatst worden aan het kontakt punt waar de+(plus) op zit.16

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!