Particuliere recherche en bescherming van persoonsgegevens
Particuliere recherche en bescherming van persoonsgegevens
Particuliere recherche en bescherming van persoonsgegevens
- No tags were found...
Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
PARTICULIERE RECHERCHE EN BESCHERMING VANPERSOONSGEGEVENSOnderzoek naar de naleving <strong>van</strong> <strong>en</strong>kele WBP-norm<strong>en</strong>door drie particuliere <strong>recherche</strong>bureausOnderzoeksrapportCollege <strong>bescherming</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
INHOUDSam<strong>en</strong>vatting 3Inleiding 51 Bureau 1: feitelijke bevinding<strong>en</strong><strong>en</strong> beoordeling 62 Bureau 2: feitelijke bevinding<strong>en</strong><strong>en</strong> beoordeling 163 Bureau 3: feitelijke bevinding<strong>en</strong><strong>en</strong> beoordeling 24Bijlag<strong>en</strong> 32
SAMENVATTINGHet onderzoekIn augustus <strong>en</strong> september 2005 heeft het CBP onderzoek ter plaatse verricht bij drieparticuliere <strong>recherche</strong>bureaus (verder: Bureau 1, 2 <strong>en</strong> 3). Het gaat om één klein bureau(Bureau 1: 5 <strong>recherche</strong>urs). Tijd<strong>en</strong>s het onderzoek heeft e<strong>en</strong> begeleidingscommissie <strong>van</strong>vier externe deskundig<strong>en</strong> de opzet <strong>en</strong> de conceptresultat<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoek <strong>van</strong>comm<strong>en</strong>taar voorzi<strong>en</strong>.Onderzoeksvrag<strong>en</strong>De onderzoek<strong>en</strong> richtt<strong>en</strong> zich op de volg<strong>en</strong>de aspect<strong>en</strong>:• de verplichte informatieverstrekking aan de door het <strong>recherche</strong>bureau onderzochteperson<strong>en</strong>;• de bewaartermijn;• het gebruik <strong>van</strong> externe informatiebronn<strong>en</strong>;• de omschrijving <strong>van</strong> het doel <strong>van</strong> het onderzoek;• de vastlegging <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> onderzoek.Norm<strong>en</strong>kaderHet norm<strong>en</strong>kader voor het onderzoek is de Wet <strong>bescherming</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s (WBP).Bij de beoordeling <strong>van</strong> de norm<strong>en</strong> zijn ook de regels <strong>van</strong> de Privacygedragscode voorparticuliere onderzoeksbureaus (hierna: de gedragscode) betrokk<strong>en</strong>. De gedragscode, die<strong>van</strong>af 1 juni 2004 door de Minister <strong>van</strong> Justitie bind<strong>en</strong>d is gemaakt voor alle particuliere<strong>recherche</strong>bureaus, bevat richtlijn<strong>en</strong> hoe in juridische zin moet word<strong>en</strong> omgegaan metpersoonsgegev<strong>en</strong>s die in het kader <strong>van</strong> de di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing aan opdrachtgevers verwerktword<strong>en</strong>.Resultat<strong>en</strong>1 Naleving <strong>van</strong> de informatieplicht• De werkwijze met betrekking tot de informatieplicht was bij alle drie de <strong>recherche</strong>bureausniet (geheel) in overstemming met de wet. Dat wil niet zegg<strong>en</strong> dat onderzochteperson<strong>en</strong> nooit werd<strong>en</strong> geïnformeerd door het <strong>recherche</strong>bureau of deopdrachtgever over het feit dat zij onderwerp zijn geweest <strong>van</strong> e<strong>en</strong> onderzoek,wel dat dit in bepaalde situaties wordt nagelat<strong>en</strong>.• De informatieplicht wordt nageleefd in geval er direct contact is met de betrokk<strong>en</strong>e,zoals tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> interview (situatie <strong>van</strong> artikel 33 WBP).• In de overige gevall<strong>en</strong> wordt de informatieplicht overgelat<strong>en</strong> aan de opdrachtgever.• Als de informatieplicht wordt overgelat<strong>en</strong> aan de opdrachtgever, zijn twee verschill<strong>en</strong>desituaties aangetroff<strong>en</strong>:1 Er wordt niet afgesprok<strong>en</strong> dat de opdrachtgever informeert <strong>en</strong> het <strong>recherche</strong>bureaucontroleert ook niet of de opdrachtgever de betrokk<strong>en</strong>e heeft geïnformeerd (Bureau1 <strong>en</strong> 3);2 Er wordt overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> dat de opdrachtgever informeert, maar het<strong>recherche</strong>bureau vraagt niet standaard e<strong>en</strong> bevestiging hier<strong>van</strong> (Bureau 2).• Ge<strong>en</strong> <strong>van</strong> de bureaus had e<strong>en</strong> werkwijze met e<strong>en</strong> afdo<strong>en</strong>de controle op de vraag ofde onderzochte person<strong>en</strong> op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t op de hoogte war<strong>en</strong> gebracht, door het<strong>recherche</strong>bureau zelf of door de opdrachtgever, <strong>van</strong> het feit dat zij onderwerp war<strong>en</strong><strong>van</strong> e<strong>en</strong> onderzoek.
2 In achtneming <strong>van</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong>• De werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 met betrekking tot de bewaartermijn <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>swas niet in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 10 WBP. De persoonsgegev<strong>en</strong>swerd<strong>en</strong> te lang bewaard.• Het CBP heeft niet geconstateerd dat de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 <strong>en</strong> Bureau 2met betrekking tot de bewaartermijn in strijd was met artikel 10 WBP.3 Informatiebronn<strong>en</strong>• Het CBP is <strong>van</strong> oordeel dat Bureau 1 de algem<strong>en</strong>e zorgvuldigheidnorm <strong>van</strong> de WBPheeft overtred<strong>en</strong> door regelmatig opdracht te gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> handelsinformatiebureauom persoonsgegev<strong>en</strong>s te verzamel<strong>en</strong> waar<strong>van</strong> Bureau 1 wist, of had moet<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>,dat deze persoonsgegev<strong>en</strong>s niet op rechtmatige wijze kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>.Bureau 1 had in ieder geval de herkomst <strong>van</strong> deze gegev<strong>en</strong>s moet<strong>en</strong> controler<strong>en</strong>.• Het CBP heeft niet geconstateerd dat Bureau 2 <strong>en</strong> Bureau 3 op e<strong>en</strong> onrechtmatige,onbehoorlijke of onzorgvuldige wijze persoonsgegev<strong>en</strong>s verkrijg<strong>en</strong>.4 Duidelijke doelomschrijving <strong>van</strong> het onderzoek• Het CBP heeft ge<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijke tekortkoming<strong>en</strong> geconstateerd bij Bureau 1, 2 of 3.5 Onderzoeksmethod<strong>en</strong>• Bureau 1 heeft de algem<strong>en</strong>e zorgvuldigheidsnorm <strong>van</strong> de WBP overtred<strong>en</strong> doordat inde onderzoeksrapportages <strong>van</strong> Bureau 1 in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> niet duidelijk is welkeonderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> waar de persoonsgegev<strong>en</strong>s <strong>van</strong>daan kom<strong>en</strong>.Dat komt omdat het in de onderzochte dossiers niet duidelijk is dat bepaalde informatie<strong>van</strong> e<strong>en</strong> handelsinformatiebureau afkomstig is (in 9 <strong>van</strong> de 21 onderzochtedossiers). Ev<strong>en</strong>min is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> door het betreff<strong>en</strong>dehandelsinformatiebureau word<strong>en</strong> gehanteerd.• Bij bureau 2 <strong>en</strong> 3 zijn ge<strong>en</strong> tekortkoming<strong>en</strong> geconstateerd. <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
INLEIDINGDe particuliere <strong>recherche</strong> is e<strong>en</strong> sterk gegroeide sector waarin vergaande method<strong>en</strong> <strong>van</strong> particulieronderzoek word<strong>en</strong> toegepast. Het beleidsplan <strong>van</strong> het CBP voorzag voor 2005 in e<strong>en</strong> onderzoek naarparticuliere <strong>recherche</strong>bureaus met betrekking tot de verwerking <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s. Dit heeftgeresulteerd in twee onderzoek<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> <strong>en</strong>quête bij 30 bureaus naar de naleving <strong>van</strong> de informatieplicht<strong>en</strong> e<strong>en</strong> breder onderzoek bij <strong>en</strong>kele bureaus naar e<strong>en</strong> aantal verplichting<strong>en</strong> <strong>van</strong> de WBP (zoals gebruiktebronn<strong>en</strong>, bewaartermijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> de rechtvaardiging voor heimelijk onderzoek)Deze onderzoek<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> het eerste onderzoek in de branche sinds de regulering er<strong>van</strong>in 2004. Het CBP heeft in januari 2004 e<strong>en</strong> goedkeur<strong>en</strong>de verklaring als bedoeld in artikel 25 WBPafgegev<strong>en</strong> voor de privacygedragscode die is opgesteld door de Ver<strong>en</strong>iging <strong>van</strong> <strong>Particuliere</strong>Beveiligingsbureaus (VPB; Staatscourant <strong>van</strong> 13 januari 2004). Vervolg<strong>en</strong>s heeft de Minister <strong>van</strong>Justitie de naleving <strong>van</strong> de privacygedragscode <strong>van</strong>af 1 juni 2004 verplicht gesteld voor alleparticuliere <strong>recherche</strong>bureaus. De Minister <strong>van</strong> Justitie <strong>en</strong> het CBP hebb<strong>en</strong> daarnaast e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkingsovere<strong>en</strong>komstgeslot<strong>en</strong> voor het toezicht op de branche.Dit onderzoeksrapport <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s is de geanonimiseerderapportage over het bredere onderzoek bij drie particuliere <strong>recherche</strong>bureaus <strong>en</strong> issam<strong>en</strong>gesteld uit de afzonderlijke onderzoeksrapport<strong>en</strong>. De onderzoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>in de periode augustus-september 2005 <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> tot doel vast te stell<strong>en</strong> of de onderzochtebureaus bij het verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s volded<strong>en</strong> aan bepaalde aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> deWet <strong>bescherming</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s (WBP). De algem<strong>en</strong>e bureauinformatie is grot<strong>en</strong>deels weggelat<strong>en</strong>ter anonimisering <strong>van</strong> het betrokk<strong>en</strong> bureau.Per bureau word<strong>en</strong> de vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong>behandeld, steeds aan de hand <strong>van</strong> de trits norm, feitelijke constatering<strong>en</strong> <strong>en</strong> beoordeling.Het CBP ziet in de resultat<strong>en</strong> <strong>van</strong> de beide onderzoek<strong>en</strong> aanleiding de branche gericht voor telicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 2007 controleonderzoek<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>. Het niet nalev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de informatieplichtkan gevolg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voor de vergunning. Nog in 2006 zal het ministerie <strong>van</strong> Justitie e<strong>en</strong>evaluatieonderzoek do<strong>en</strong> naar de privacygedragscode, die verbind<strong>en</strong>d is voor alle bureaus.
1BUREAU1: FEITELIJKE BEVINDINGEN ENBEOORDELING1.1 Bronn<strong>en</strong> 71.2 Algem<strong>en</strong>e informatie 71.3 Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> 81.4 Vraag 1: Wordt de informatieplichtnageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegdin het dossier? 8Dit hoofdstuk beschrijft allereerst algem<strong>en</strong>e gegev<strong>en</strong>s betreff<strong>en</strong>deBureau 1. Daarna behandelt dit hoofdstuk de onderzoeksvrag<strong>en</strong>afzonderlijk. Per onderzoeksvraag word<strong>en</strong> de norm, de feitelijkeconstatering<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beoordeling beschrev<strong>en</strong>.[E<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de informatie is verwijderd ter anonimisering <strong>van</strong> hetonderzochte bureau.]1.5 Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong>nageleefd (5 jaar)? 91.6 Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong>gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau<strong>en</strong> is het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong>informatie uit deze bronn<strong>en</strong> rechtmatig?101.7 Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het<strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong>onderzoek ‘duidelijk omschrev<strong>en</strong>’? 131.8 Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong>zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoorde grond is? 141.9 Conclusies 14<strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
1.1 Bronn<strong>en</strong>De bevinding<strong>en</strong> in het onderzoek zijn gebaseerd op feit<strong>en</strong>materiaal afkomstig <strong>van</strong> devolg<strong>en</strong>de bronn<strong>en</strong>:• Kamer <strong>van</strong> Koophandel (algem<strong>en</strong>e bedrijfsinformatie);• Interview met de heer [...] op 31 augustus 2005;• De kopieën <strong>van</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die zijn verzameld tijd<strong>en</strong>s het onderzoek ter plaatseop 31 augustus 2005;• Mondelinge toelichting <strong>van</strong> de heer [...] op <strong>en</strong>kele onderzoeksdossiers, tijd<strong>en</strong>shet onderzoek ter plaatse;• Rapportage d.d. ..-..-2005 <strong>van</strong> de politie […] betreff<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> onderzoek naar devraag of Bureau 1 de regelgeving in de Wet particuliere beveiligingsorganisaties<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus heeft overtred<strong>en</strong>;• Telefoongesprekk<strong>en</strong> met de heer [...] op 5 september <strong>en</strong> 6 oktober 2005, waarin<strong>en</strong>kele aanvull<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beantwoord […].• Jaarverslag (zoals bedoeld in artikel 16 <strong>van</strong> de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus.1.2 Algem<strong>en</strong>e informatieDe dossieradministratie <strong>van</strong> Bureau 1 bestaat uit e<strong>en</strong> verzameling dossiers die zoweluit papier<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als uit geautomatiseerde bestand<strong>en</strong> bestaat. De verwerkingkan word<strong>en</strong> aangemerkt als e<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie zoals bedoeldin de gedragscode (hoofdstuk 4.3), waarop de WBP <strong>van</strong> toepassing is.Bureau 1 heeft diverse procedures <strong>en</strong> werkinstructies. In ge<strong>en</strong> <strong>van</strong> de bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemdedocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> instructie of aanwijzing opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met betrekking totde informatieplicht jeg<strong>en</strong>s de betrokk<strong>en</strong>e (de onderzochte persoon), als bedoeld inartikel 33 <strong>en</strong> 34 WBP.De heer [...] overhandigde bij het onderzoek ter plaatse ook nog e<strong>en</strong> informatievel “[…] (artikel 33, 34 <strong>en</strong> 43 WBP)”. Tijd<strong>en</strong>s het onderzoek ter plaatse verklaarde de heer[...] dat hij dit formulier pas kort geled<strong>en</strong> had gemaakt <strong>en</strong> dat hij het nu in gebruikwilde nem<strong>en</strong> (antwoord op vraag 4). Dit formulier is in ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel <strong>van</strong> de onderzochtedossiers aangetroff<strong>en</strong>.Ter plaatse is geconstateerd dat de bundel “Regelgeving voor particulierebeveiligingsorganisaties <strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus” <strong>van</strong> het ministerie <strong>van</strong> Justitieaanwezig was op het kantoor <strong>van</strong> Bureau 1. Deze bundel bevat onder andere de“Privacygedragscode sector particuliere onderzoeksbureaus”. De heer [...] gaf aanop de hoogte te zijn <strong>van</strong> deze privacygedragscode.Reactie Bureau 1 In de reactie <strong>van</strong> 15 december 2005 op de voorlopige bevinding<strong>en</strong> <strong>van</strong> het CBPgeeft Bureau 1 aan dat inmiddels standaard overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt, met e<strong>en</strong> tekstdeelbetreff<strong>en</strong>de de bewaartermijn<strong>en</strong> <strong>van</strong> de gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> tekstdeel betreff<strong>en</strong>de de informatieplicht(zie verder bijlage).Geconstateerd is dat deze standaardovere<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> niet werd<strong>en</strong> gebruikt t<strong>en</strong> tijde<strong>van</strong> het onderzoek. Deze overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> dan ook niet word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>bij de beoordeling. Immers, de beoordeling betreft de werkwijze op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong>het onderzoek. Het feit dat Bureau 1 heeft aangegev<strong>en</strong> dat inmiddels andere overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>word<strong>en</strong> gebruikt kan word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij de bepaling <strong>van</strong> ev<strong>en</strong>tuelevervolgstapp<strong>en</strong> naar aanleiding <strong>van</strong> het onderzoek.
1.3 Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong>In de navolg<strong>en</strong>de paragraf<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> één voor één behandeld.De indeling per onderzoeksvraag is als volgt: norm, feitelijke constatering<strong>en</strong> <strong>en</strong>beoordeling1.4 Vraag 1: Wordt de informatieplicht nageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegdin het dossier?NormWettelijke norm: Artikel 33, 34 <strong>en</strong> 43 WBP; artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking:hoofdstuk 8 gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>De heer […] verklaart voorafgaand aan het interview (niet opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het interviewverslag)bek<strong>en</strong>d te zijn met de verplichting om de onderzochte persoon teinformer<strong>en</strong> over het onderzoek. De heer […] verklaarde daarbij tev<strong>en</strong>s dat hij <strong>en</strong>zijn medewerkers op de hoogte zijn <strong>van</strong> de privacygedragscode, welke ook opkantoor werd aangetroff<strong>en</strong>. Voorts is bij het onderzoek ter plaatse e<strong>en</strong> ondertek<strong>en</strong>deverklaring <strong>van</strong> […] aangetroff<strong>en</strong>, getiteld: […]. In deze verklaring verklaart de ondergetek<strong>en</strong>detev<strong>en</strong>s ‘op de hoogte te zijn <strong>van</strong> regeling<strong>en</strong> in het kader <strong>van</strong> de Privacygedragscodevoor <strong>Particuliere</strong> Onderzoeksbureaus’ (ingevuld formulier door […];Bij het onderzoek ter plaatse is ook e<strong>en</strong> informatieblad aangetroff<strong>en</strong>, getiteld: […].Tijd<strong>en</strong>s het onderzoek ter plaatse verklaarde de heer […] dat hij dit formulier kortgeled<strong>en</strong> had gemaakt <strong>en</strong> dat hij het <strong>van</strong>af hed<strong>en</strong> in gebruik wilde nem<strong>en</strong> (antwoordop vraag 4). De CBP onderzoekers hebb<strong>en</strong> dit formulier in ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel dossier aangetroff<strong>en</strong>.Er is ge<strong>en</strong> dossier aangetroff<strong>en</strong> waarin Bureau 1 informatie <strong>van</strong> betrokk<strong>en</strong>e zelfverkrijgt, als bedoeld in artikel 33 WBP. Volg<strong>en</strong>s de heer [...] is het in het verled<strong>en</strong>e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer voorgekom<strong>en</strong> dat hij e<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>e heeft geïnterviewd (antwoordop vraag 2), maar in de (rec<strong>en</strong>te) dossiers die zijn onderzocht is deze situatie nietaangetroff<strong>en</strong>.De heer […] verklaarde dat Bureau 1 de onderzochte persoon niet bericht dat zijonderwerp <strong>van</strong> onderzoek zijn geweest (antwoord op vraag 4). In de dossiers is ge<strong>en</strong>aanwijzing aangetroff<strong>en</strong> over het nalev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de informatieplicht. Ook wordt deinformatieplicht niet g<strong>en</strong>oemd in de ‘Instructie voor het personeel <strong>van</strong> Bureau 1’.In de gebruikte opdrachtverl<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> in de algem<strong>en</strong>e voorwaard<strong>en</strong> staat niets overde informatieplicht.Reactie Bureau 1 Reactie Bureau 1 <strong>van</strong> 15 december 2005 op de voorlopige bevinding<strong>en</strong>:“Medewerkers die k<strong>en</strong>nis hebb<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>van</strong> het Reglem<strong>en</strong>t Gedragsregels voor medewerkers<strong>van</strong> Bureau 1, moet<strong>en</strong> hieromtr<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t ondertek<strong>en</strong><strong>en</strong>. In dit docum<strong>en</strong>t gev<strong>en</strong> zij ookaan op de hoogte te zijn <strong>van</strong> de Privacygedragscode voor <strong>Particuliere</strong> onderzoeksbureaus, zoalsgepubliceerd in de staatscourant <strong>van</strong> 13 januari 2004. Hiermee gev<strong>en</strong> ze aan op de hoogte te zijn<strong>van</strong> de informatieplicht. Uiteraard zijn wij bereid op uw advies dit nog e<strong>en</strong>s extra te vermeld<strong>en</strong>in de instructie voor het personeel.“Door de CBP onderzoekers is in de onderzochte dossiers ge<strong>en</strong> bewijs <strong>van</strong> e<strong>en</strong>mededeling in het kader <strong>van</strong> de informatieplicht aan de onderzochte persoon aangetroff<strong>en</strong>.Volg<strong>en</strong>s de heer […] zal de onderzochte persoon op het mom<strong>en</strong>t dat ere<strong>en</strong> gerechtelijke procedure wordt aangespann<strong>en</strong> wel vernem<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoek(antwoord op vraag 4).<strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
BeoordelingE<strong>en</strong> situatie als bedoeld in artikel 33 WBP (waarbij het <strong>recherche</strong>bureau informatierechtstreeks <strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong>e verkrijgt) is niet aangetroff<strong>en</strong>. Bij de beoordelingwordt daarom alle<strong>en</strong> getoetst aan artikel 34 <strong>en</strong> 43 WBP.In de dossiers waar Bureau 1 géén rechtstreeks contact heeft met de onderzochteperson<strong>en</strong>, informeert Bureau 1 de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> niet over het onderzoek, zijn eig<strong>en</strong>id<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking. Afgezi<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> beroep op uitzonderingsgrond<strong>en</strong>in e<strong>en</strong> individueel geval kan Bureau 1 het informer<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> alle<strong>en</strong>achterwege lat<strong>en</strong> als het op goede grond<strong>en</strong> kan aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> ‘reedsop de hoogte’ zijn.Naar het oordeel <strong>van</strong> het CBP kan e<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureau uitsluit<strong>en</strong>d op goede grond<strong>en</strong>aannem<strong>en</strong> dat de onderzochte persoon ‘reeds op de hoogte’ is gesteld door de opdrachtgever,als hier<strong>van</strong> e<strong>en</strong> schriftelijk bewijs is overlegd aan het <strong>recherche</strong>bureau.Dat betek<strong>en</strong>t concreet dat het <strong>recherche</strong>bureau e<strong>en</strong> kopie <strong>van</strong> de brief waarin de onderzochtepersoon wordt geïnformeerd (of e<strong>en</strong> kopie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> schriftelijke bevestiging<strong>van</strong> e<strong>en</strong> mondeling gedane mededeling) moet hebb<strong>en</strong> ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opdrachtgever,voordat het <strong>recherche</strong>bureau kan aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong>e ‘reeds op dehoogte ‘ is. Alle<strong>en</strong> het bestaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> contractuele bepaling <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> mededeling<strong>van</strong> de opdrachtgever dat de onderzochte persoon zal word<strong>en</strong> geïnformeerd is in ditkader onvoldo<strong>en</strong>de, omdat dat het <strong>recherche</strong>bureau onvoldo<strong>en</strong>de zekerheid biedt datde opdrachtgever zijn toezegging daadwerkelijk is nakom<strong>en</strong>.De CBP onderzoekers hebb<strong>en</strong> in de onderzochte dossiers ge<strong>en</strong> schriftelijke stukk<strong>en</strong>gevond<strong>en</strong>, zoals hiervoor bedoeld, op grond waar<strong>van</strong> Bureau 1 mocht aannem<strong>en</strong> datde onderzochte person<strong>en</strong> door de opdrachtgever zijn geïnformeerd.Omdat Bureau 1 nalaat om concrete afsprak<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met de opdrachtgever omde onderzochte person<strong>en</strong>, waarmee Bureau 1 géén rechtstreeks contact heeft tijd<strong>en</strong>shet onderzoek, op juiste wijze te informer<strong>en</strong> <strong>en</strong> door niet goed te controler<strong>en</strong> of deopdrachtgever deze betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op juiste wijze informeert, mag Bureau 1 niet aannem<strong>en</strong>dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op de hoogte zijn <strong>van</strong> het onderzoek, de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> het<strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking. Omdat Bureau 1 vervolg<strong>en</strong>s nalaatde betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf te informer<strong>en</strong>, is de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 niet in overe<strong>en</strong>stemmingmet artikel 34 lid 1 WBP. Deze werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> nietzorgvuldig, als bedoeld in artikel 6 WBP.Reactie Bureau 1 Reactie Bureau 1 <strong>van</strong> 15 december 2005 op de voorlopige bevinding<strong>en</strong>:“Er is altijd contact tuss<strong>en</strong> mij <strong>en</strong> de opdrachtgever na afloop <strong>van</strong> het onderzoek. Vrijwel altijdword<strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> geconfronteerd met de resultat<strong>en</strong> <strong>van</strong> ons onderzoek. In de meestegevall<strong>en</strong> word<strong>en</strong> er discipliner<strong>en</strong>de of gerechtelijke maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> op basis <strong>van</strong> onzerapportage. Betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn vrijwel altijd op de hoogte <strong>van</strong> het onderzoek, de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> ons<strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking. Voor deze uitzondering<strong>en</strong> zijn dus nu ook maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong><strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ook zij word<strong>en</strong> geïnformeerd t<strong>en</strong>zij één <strong>van</strong> de twee uitzonderingsregels <strong>van</strong> toepassingis.” Het CBP is <strong>van</strong> oordeel dat deze reactie niet afdoet aan het oordeel betreff<strong>en</strong>de de werkwijze<strong>van</strong> Bureau 1.1.5 Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong> nageleefd (5 jaar)?NormWettelijke norm: artikel 10 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.5 gedragscode.
Feitelijke constatering<strong>en</strong>Bij het onderzoek ter plaatse hebb<strong>en</strong> de CBP onderzoekers ge<strong>en</strong> dossiers aangetroff<strong>en</strong>ouder dan vijf jaar. Dit geldt zowel voor de papier<strong>en</strong> dossiers als voor de computerbestand<strong>en</strong>.De laptop computers bevatt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> losse verzameling bestand<strong>en</strong> metdocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de de onderzoek<strong>en</strong> <strong>van</strong> Bureau 1.De heer [...] verklaart het volg<strong>en</strong>de (antwoord op vraag 6 <strong>en</strong> 7) bij het onderzoekter plaatse op 31 augustus 2005: “Het <strong>recherche</strong>bureau heeft e<strong>en</strong> beleid betreff<strong>en</strong>debewaartermijn<strong>en</strong>. Papier<strong>en</strong>dossiers word<strong>en</strong> vijf jaar bewaard <strong>en</strong> daarna gaan ze doorde versnipperaar. De elektronische dossiers word<strong>en</strong> eerder verwijderd (na één jaartot anderhalf jaar) voor de veiligheid. Als de computer wordt nagekek<strong>en</strong> voor reparatieswordt e<strong>en</strong> back up <strong>van</strong> de harde schrijf gemaakt <strong>en</strong> thuis in de kluis bewaard.De back ups word<strong>en</strong> ongeveer één jaar tot anderhalf jaar bewaard. De dossiersword<strong>en</strong> langer bewaard als e<strong>en</strong> zaak nog voor de rechter moet kom<strong>en</strong>.”BeoordelingAfgeslot<strong>en</strong> dossiers <strong>en</strong> back-up bestand<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door Bureau 1 bewaard op hethuisadres <strong>van</strong> de heer [...]. De CBP onderzoekers hebb<strong>en</strong> daar echter ge<strong>en</strong> onderzoekgedaan. Deze beoordeling is gebaseerd op de verklaring<strong>en</strong> <strong>van</strong> de heer [...] <strong>en</strong> hetonderzoek <strong>van</strong> de door de heer [...] naar het kantoor in […] meegebrachte dossiers.De CBP onderzoekers hebb<strong>en</strong> niet geconstateerd dat persoonsgegev<strong>en</strong>s langer danvijf jaar word<strong>en</strong> bewaard. Dat betek<strong>en</strong>t dat niet is geconstateerd dat de werkwijze<strong>van</strong> Bureau 1 met betrekking tot de bewaartermijn <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s in strijd ismet artikel 10 WBP.1.6 Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong> gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong>is het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> informatie uit deze bronn<strong>en</strong> rechtmatig?NormWettelijke norm: artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: overweging 1.2;hoofdstuk 5.1 <strong>en</strong> hoofdstuk 7, algeme<strong>en</strong> deel gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>De heer [...] verklaart bij het onderzoek ter plaatse dat hij vaak gebruik maakt <strong>van</strong>Internet als informatiebron. Voorts verklaart de heer [...] <strong>van</strong> drie informatiebureausgebruik te mak<strong>en</strong>: […] (antwoord op vrag<strong>en</strong> 8,9 <strong>en</strong> 10).Dossieranalyse leverde de volg<strong>en</strong>de constatering<strong>en</strong> op. In 9 <strong>van</strong> de 21 dossiers diezijn gekopieerd, zijn persoonsgegev<strong>en</strong>s aangetroff<strong>en</strong> die niet uit op<strong>en</strong>(bare) bronn<strong>en</strong>kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>. Het betreft hier:• t<strong>en</strong>aamstelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> voertuigk<strong>en</strong>tek<strong>en</strong> (5 x);• de bron <strong>van</strong> iemands inkomst<strong>en</strong> (4 x);• de exacte hoogte <strong>van</strong> het inkom<strong>en</strong> (2 x);• registratie bij bedrijfsver<strong>en</strong>iging (1 x);• bankrek<strong>en</strong>ingnummer (2 x);• registrati<strong>en</strong>ummer werkgever (1 x);• soort di<strong>en</strong>stverband (4 x);• e<strong>en</strong> gedetailleerde beschrijving <strong>van</strong> iemands loopbaan bij e<strong>en</strong> ministerie (1 x).Het blijkt uit de dossierstukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> verklaring<strong>en</strong> <strong>van</strong> de heer […] dat deze gegev<strong>en</strong>saan Bureau 1 zijn geleverd door handelsinformatiebureau […]. Nerg<strong>en</strong>s blijkt dat degegev<strong>en</strong>s door Bureau 1 of door het handelsinformatiebureau <strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>zelf zijn verkreg<strong>en</strong>.10 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
In ge<strong>en</strong> <strong>van</strong> de rapportages aan de opdrachtgevers wordt vermeld wat de bron is <strong>van</strong>deze niet uit op<strong>en</strong>(bare) bron verkrijgbare persoonsgegev<strong>en</strong>s. In e<strong>en</strong> paar gevall<strong>en</strong>blijkt uit de stukk<strong>en</strong> (briefhoofd) in de onderzoeksdossiers dat deze informatie afkomstigis <strong>van</strong> […]. In veel gevall<strong>en</strong> blijkt uit de dossierstukk<strong>en</strong> echter niet wat debron is <strong>van</strong> deze informatie. Bij dergelijke dossiers hebb<strong>en</strong> de onderzoekers tijd<strong>en</strong>shet onderzoek ter plaatse telk<strong>en</strong>s aan de heer […] gevraagd wat de bron <strong>van</strong> deze informatiewas. De heer […] verklaarde in alle gevall<strong>en</strong> dat de bron […] was, maar dathij niet wist hoe het handelsinformatiebureau zelf aan de gegev<strong>en</strong>s kwam.Reactie Bureau 1 In de reactie <strong>van</strong> 15 december 2005 op de voorlopige bevinding<strong>en</strong> <strong>van</strong> het CBPgeeft Bureau 1 aan dat inmiddels e<strong>en</strong> andere standaard tekstpassage wordt gebruikt betreff<strong>en</strong>dehet administratief onderzoek (zie bijlage).Het CBP constateert dat deze passage niet werd gebruikt t<strong>en</strong> tijde <strong>van</strong> het onderzoek <strong>van</strong> hetCBP, <strong>en</strong> dit zal dan ook niet word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij de beoordeling. Immers, de beoordelingbetreft de werkwijze op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> het onderzoek. Deze informatie kan wel word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>bij de bepaling <strong>van</strong> mogelijke vervolgstapp<strong>en</strong> naar aanleiding <strong>van</strong> het onderzoek. Indi<strong>en</strong>sprake is <strong>van</strong> vervolgstapp<strong>en</strong>, zal dat in e<strong>en</strong> aparte brief word<strong>en</strong> behandeld.Individuele dossiersIn […] wordt in e<strong>en</strong> e-mail naar e<strong>en</strong> klant bericht: “met naam <strong>en</strong> sofi-nummerkan zonder probleem de huidige verblijfplaats word<strong>en</strong> achterhaald”. Dossier isbehoud<strong>en</strong>s deze print verder leeg.In […] is e<strong>en</strong> t<strong>en</strong>aamstelling k<strong>en</strong>tek<strong>en</strong> achterhaald.In […], betreff<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> observatie, staat het volg<strong>en</strong>de:“Bij bedrijfsver<strong>en</strong>iging Cadans staat mevrouw geregistreerd met e<strong>en</strong> loondi<strong>en</strong>stverbandmet ingang <strong>van</strong> […]. Zij staat hier geregistreerd als zijnde woonachtig aan[adres <strong>en</strong> huisnummer] te [plaats]. Bij e<strong>en</strong> bedrijfsver<strong>en</strong>iging kwam aan het licht dataan dat zelfde adres de volg<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> geregistreerd hebb<strong>en</strong> gestaan” [vervolg<strong>en</strong>sopsomming persoonlijke gegev<strong>en</strong>s]. Vervolg<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> t<strong>en</strong>aamstelling<strong>en</strong> <strong>van</strong>e<strong>en</strong> tweetal k<strong>en</strong>tek<strong>en</strong>nummers g<strong>en</strong>oemd.In […] wordt de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 om informatie te achterhal<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong>receptioniste <strong>van</strong> e<strong>en</strong> verzorgingshuis beschrev<strong>en</strong>: “Ik b<strong>en</strong>ader de receptioniste methet verhaal dat mijn moeder onlangs is gaan won<strong>en</strong> in Bemmel <strong>en</strong> dat zij via via hadvernom<strong>en</strong> dat er bij het verpleeghuis e<strong>en</strong> vaste pedicure geregeld langs kwam. Ikinformeerde vervolg<strong>en</strong>s naar het telefoonnummer <strong>en</strong> naam <strong>van</strong> deze persoon”.In […] wordt de t<strong>en</strong>aamstelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>tek<strong>en</strong> achterhaald. Tev<strong>en</strong>s wordt vermelddat e<strong>en</strong> onderzochte persoon “inderdaad gep<strong>en</strong>sioneerd […]” is.In […]word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de persoonsgegev<strong>en</strong>s achterhaald: de inkomst<strong>en</strong>bron <strong>van</strong>betrokk<strong>en</strong>e (e<strong>en</strong> salaris bij e<strong>en</strong> met name g<strong>en</strong>oemd advocat<strong>en</strong>kantoor) <strong>en</strong> het aantalur<strong>en</strong> <strong>van</strong> het arbeidscontract.In […] word<strong>en</strong> de volg<strong>en</strong>de persoonsgegev<strong>en</strong>s achterhaald. De inkomst<strong>en</strong>bron <strong>van</strong>betrokk<strong>en</strong>e (e<strong>en</strong> salaris bij Ministerie <strong>van</strong> financiën); de exacte hoogte <strong>van</strong> het salaris;e<strong>en</strong> registrati<strong>en</strong>ummer; e<strong>en</strong> precieze beschrijving <strong>van</strong> de loopbaan (functies) <strong>van</strong> debetrokk<strong>en</strong>e bij het Ministerie <strong>van</strong> financiën <strong>van</strong>af […] tot […]; bankrek<strong>en</strong>ingnummer.In e<strong>en</strong> e-mail (…) wordt uitleg gegev<strong>en</strong> over de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 bij hetonderzoek<strong>en</strong> <strong>van</strong> iemand inkomst<strong>en</strong>: ”Als zij haar inkomst<strong>en</strong> niet opgeeft aan deBelastingdi<strong>en</strong>st dan zijn wij g<strong>en</strong>oodzaakt haar te observer<strong>en</strong> […]”De bov<strong>en</strong>staande (door het CBP onderstreepte) opmerking is e<strong>en</strong> aanwijzing datBureau 1 (ev<strong>en</strong>tueel via e<strong>en</strong> derde) officiële inkom<strong>en</strong>sgegev<strong>en</strong>s betreff<strong>en</strong>de de onder-11
zochte person<strong>en</strong> verkrijgt. Deze inkom<strong>en</strong>sgegev<strong>en</strong>s zijn alle<strong>en</strong> verkrijgbaar binn<strong>en</strong>e<strong>en</strong> beperkt circuit <strong>van</strong> instanties, waartoe particuliere <strong>recherche</strong>bureaus ge<strong>en</strong>toegang hebb<strong>en</strong>.In […] wordt achterhaald: de inkomst<strong>en</strong>bron <strong>van</strong> betrokk<strong>en</strong>e (e<strong>en</strong> […] uitkering <strong>van</strong>het UWV), de hoogte <strong>van</strong> het dagloon, e<strong>en</strong> bankrek<strong>en</strong>ingnummer.In […] wordt de t<strong>en</strong>aamstelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> voertuigk<strong>en</strong>tek<strong>en</strong> achterhaald.In […] wordt het formele woonadres <strong>van</strong> kinder<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> bron daar<strong>van</strong> isniet bek<strong>en</strong>d. Tev<strong>en</strong>s wordt de t<strong>en</strong>aamstelling <strong>van</strong> e<strong>en</strong> voertuigk<strong>en</strong>tek<strong>en</strong> achterhaald.In […] wordt de werkgever <strong>van</strong> e<strong>en</strong> onderzocht persoon achterhaald (ministerie <strong>van</strong>justitie, met vermelding <strong>van</strong> di<strong>en</strong>stonderdeel <strong>en</strong> di<strong>en</strong>stverband).BeoordelingBij de beoordeling is met name hoofdstuk 5.1, sectornorm 4 <strong>van</strong> de gedragscodebetrokk<strong>en</strong>: persoonsgegev<strong>en</strong>s die in strijd met artikel 6 <strong>van</strong> de WBP verkreg<strong>en</strong> zijnmog<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie.In 9 dossiers zijn persoonsgegev<strong>en</strong>s aangetroff<strong>en</strong>, waarvoor e<strong>en</strong> (wettelijke) geheimhoudingsplichtbestaat; deze gegev<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> niet uit op<strong>en</strong>(bare) bronn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>verkreg<strong>en</strong>. Er is geconstateerd dat deze gegev<strong>en</strong>s aan Bureau 1 zijn geleverd doore<strong>en</strong> handelsinformatiebureau.Handelsinformatiebureaus kunn<strong>en</strong> deze persoonsgegev<strong>en</strong>s waarop e<strong>en</strong> (wettelijke)geheimhoudingsbepaling rust, zonder toestemming <strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>, alle<strong>en</strong>verkrijg<strong>en</strong> door ander<strong>en</strong> aan te zett<strong>en</strong> tot het doorbrek<strong>en</strong> <strong>van</strong> hun (wettelijke)geheimhoudingsplicht. Deze werkwijze is onrechtmatig.Bureau 1 heeft zich er niet <strong>van</strong> vergewist of het handelsinformatiebureau depersoonsgegev<strong>en</strong>s rechtmatig verkrijgt. Nerg<strong>en</strong>s blijkt dat de betreff<strong>en</strong>de persoonsgegev<strong>en</strong>s<strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf, of met toestemming <strong>van</strong> betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zijnverkreg<strong>en</strong>.Door opdracht te gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> handelsinformatiebureau om persoonsgegev<strong>en</strong>ste verzamel<strong>en</strong>, waar<strong>van</strong> Bureau 1 weet, of had moet<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, dat deze persoonsgegev<strong>en</strong>sniet uit op<strong>en</strong>bare bron kunn<strong>en</strong> zijn verkreg<strong>en</strong>; <strong>en</strong> door deze gegev<strong>en</strong>svervolg<strong>en</strong>s ook zelf te verwerk<strong>en</strong> zonder de herkomst er<strong>van</strong> te controler<strong>en</strong>, handeltBureau 1 niet behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldig, zoals bedoeld in artikel 6 WBP.Reactie Bureau 1 De reactie <strong>van</strong> Bureau 1 <strong>van</strong> 15 december 2005 luidt: “Handelsinformatiebureau’s hebb<strong>en</strong> veel connecties met advocat<strong>en</strong>, deurwaarders <strong>en</strong> incasso-organisaties. Veelvuldigzull<strong>en</strong> zij informatie uitwissel<strong>en</strong>. Ook hal<strong>en</strong> zij veel informatie <strong>van</strong> internet. Geblek<strong>en</strong> is namelijkdat specialist<strong>en</strong> heel veel vertrouwelijke informatie wet<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> op het internet <strong>en</strong> dit is e<strong>en</strong>op<strong>en</strong>bare bron. Ik b<strong>en</strong> het dus niet e<strong>en</strong>s met deze beoordeling.”Het CBP is <strong>van</strong> oordeel dat deze reactie niet afdoet aan het oordeel <strong>van</strong> het CBP.Het is niet geblek<strong>en</strong> dat de informatie <strong>van</strong> internet of e<strong>en</strong> andere op<strong>en</strong> bronafkomstig is. Er zijn voldo<strong>en</strong>de aanwijzing<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> conclusie dat de informatieuit geslot<strong>en</strong> bronn<strong>en</strong> afkomstig is.12 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
1.7 Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong>onderzoek ‘duidelijk omschrev<strong>en</strong>’?NormWettelijke norm: artikel 7 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.2 gedragscode.Feitelijke constateringBij e<strong>en</strong> nieuwe opdracht wordt meestal e<strong>en</strong> opdrachtformulier (‘overe<strong>en</strong>komst […]’)gebruikt. Op het opdrachtformulier wordt het onderzoeksdoel omschrev<strong>en</strong>. De overe<strong>en</strong>komstwordt getek<strong>en</strong>d door de opdrachtgever. Deze formulier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet altijdgebruikt; bij reeds bek<strong>en</strong>de klant<strong>en</strong> is de opdracht soms op e<strong>en</strong> informele manier(telefonisch of e<strong>en</strong> korte e-mail) behandeld of afgeslot<strong>en</strong>.Op de onderzoeksverslag<strong>en</strong> wordt in alle onderzochte gevall<strong>en</strong> in één zin aangegev<strong>en</strong>wat het doel is <strong>van</strong> het onderzoek. De onderzoekers zijn twee uiterst<strong>en</strong>teg<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>. Deze word<strong>en</strong> hieronder beschrev<strong>en</strong>.In één dossier is e<strong>en</strong> uitgebreid plan <strong>van</strong> aanpak gevond<strong>en</strong> waarin in veel detail desituatie wordt omschrev<strong>en</strong>, de te beantwoord<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geformuleerd <strong>en</strong> dedaarbij te gebruik<strong>en</strong> onderzoeksmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> de te bereik<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong>. Dit plan <strong>van</strong>aanpak is overig<strong>en</strong>s opgemaakt op verzoek <strong>van</strong> de opdrachtgever. In alle overigedossiers ontbreekt e<strong>en</strong> dergelijke aanpak zodat er ge<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> het structureelhanter<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze werkwijze. (bron: […])In één dossier is e<strong>en</strong> zeer onduidelijk onderzoeksdoel aangegev<strong>en</strong>. Het betreft hetachterhal<strong>en</strong> <strong>van</strong> inkom<strong>en</strong>sgegev<strong>en</strong>s <strong>van</strong> iemand die bij het ministerie <strong>van</strong> justitiewerkt. Op de vrag<strong>en</strong>lijst inzake onderzoek staat dat het doel is om te achterhal<strong>en</strong> watde inkomst<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> persoon de afgelop<strong>en</strong> 3 jaar zijn geweest <strong>en</strong> de r<strong>en</strong>te inkomst<strong>en</strong><strong>en</strong> bankrek<strong>en</strong>ingnummer. Onduidelijk is waarvoor de gegev<strong>en</strong>s zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>gebruikt. (Bron: […])BeoordelingIn de meeste dossiers is e<strong>en</strong> ‘overe<strong>en</strong>komst onderzoek’ <strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderzoeksrapportageaanwezig. Hieruit blijkt het doel <strong>van</strong> het onderzoek voldo<strong>en</strong>de duidelijk. Echter,deze standaard werkwijze wordt niet altijd gevolgd, vaak bij reeds bek<strong>en</strong>de klant<strong>en</strong>,waarbij de opdracht op e<strong>en</strong> informele manier wordt behandeld <strong>en</strong>/of afgeslot<strong>en</strong>,waardoor de dossiervorming soms onvolledig is. De dossiervorming biedt dus ruimtevoor verbetering, hetge<strong>en</strong> de duidelijkheid t<strong>en</strong> goede zal kom<strong>en</strong>.Toch kan word<strong>en</strong> gesteld dat in de aanwezige docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong> combinatiedaar<strong>van</strong>, in de meeste gevall<strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> het onderzoek in de dossiers voldo<strong>en</strong>deduidelijk is omschrev<strong>en</strong>.In het algeme<strong>en</strong> kan daarom word<strong>en</strong> geconcludeerd dat het onderzoeksdoel in dedoor het CBP onderzochte dossiers voldo<strong>en</strong>de duidelijk is omschrev<strong>en</strong>. De werkwijze<strong>van</strong> Bureau 1 met betrekking tot het omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoeksdoel is inovere<strong>en</strong>stemming met (e<strong>en</strong> onderdeel <strong>van</strong>) artikel 7 WBP, voorzover artikel 7 WBPbepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschrev<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong>word<strong>en</strong> verzameld.13
1.8 Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> watdaarvoor de grond is?NormWettelijke norm: artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 7.9 gedragscode.Feitelijke constateringUit de onderzochte dossiers blijkt dat de meest gebruikte onderzoeksmethode doorBureau 1, de observatie <strong>van</strong> person<strong>en</strong> <strong>van</strong>af de op<strong>en</strong>bare weg is, met als doel omiemands feitelijke woonadres of bezighed<strong>en</strong> te onderzoek<strong>en</strong>. De verslag<strong>en</strong> <strong>van</strong> dezeobservaties word<strong>en</strong> door opdrachtgevers <strong>van</strong> Bureau 1 voornamelijk gebruikt inalim<strong>en</strong>tatiezak<strong>en</strong>, onderzoek<strong>en</strong> naar onrechtmatig ziekteverzuim <strong>en</strong> bedrijfsfraudeonderzoek<strong>en</strong>,zo verklaarde de heer [...].In de dossiers waarin sprake is observatie treff<strong>en</strong> de CBP onderzoekers uitgebreideverslag<strong>en</strong> aan <strong>van</strong> de verrichte observaties. Deze verslag<strong>en</strong> zijn in de onderzoeksrapport<strong>en</strong>opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goed beeld <strong>van</strong> de activiteit<strong>en</strong>.In de gecontroleerde dossiers e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de duidelijke beschrijving <strong>van</strong> de doelstelling<strong>van</strong> de onderzoek<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>.Uit de onderzochte dossiers blijkt dat in veel dossiers (g<strong>en</strong>oemd onder […])melding wordt gemaakt <strong>van</strong> e<strong>en</strong> “administratief onderzoek”, waarmee financiële<strong>en</strong>inkom<strong>en</strong>sgegev<strong>en</strong>s, woonplaats, <strong>en</strong> k<strong>en</strong>tek<strong>en</strong>gegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> achterhaald. Wathet administratief onderzoek precies inhoudt of op welke wijze het is uitgevoerdwordt nerg<strong>en</strong>s beschrev<strong>en</strong>. Bij het bronn<strong>en</strong>onderzoek door het CBP blijkt de informatie<strong>van</strong> het administratief onderzoek <strong>van</strong> e<strong>en</strong> handelsinformatiebureau afkomstig.Nerg<strong>en</strong>s blijkt de feitelijke onderzoeksmethode die bij het administratief onderzoekwordt gebruikt. Aanwijzing<strong>en</strong> voor andere onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn niet aangetroff<strong>en</strong>.BeoordelingEr zijn twee onderzoeksmethod<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>: observatie <strong>en</strong> administratief onderzoek.De beschrijving <strong>van</strong> de verrichte observaties is voldo<strong>en</strong>de duidelijk. In het onderzoeksverslagwordt het doel <strong>van</strong> het onderzoek <strong>en</strong> de red<strong>en</strong> <strong>van</strong> onderzoek standaardvermeld. De combinatie <strong>van</strong> deze twee gegev<strong>en</strong>s kan word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>devermelding <strong>van</strong> de grond<strong>en</strong> die tot toepassing <strong>van</strong> de onderzoeksmethodehebb<strong>en</strong> geleid.Er is ook sprake <strong>van</strong> administratief onderzoek. Wat deze methode inhoudt wordtniet beschrev<strong>en</strong>. Het is dan ook onduidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong>administratief onderzoek zijn gebruikt. Daarom kan aan e<strong>en</strong> afweging over degrond<strong>en</strong> voor de inzet <strong>van</strong> de gebruikte methodes niet word<strong>en</strong> toegekom<strong>en</strong>, zelfsal zijn doel <strong>en</strong> red<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoek vermeld. De conclusie is dat bij hetadministratieve onderzoek niet duidelijk is welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepastdoor Bureau 1. E<strong>en</strong> dergelijke werkwijze is niet behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldig inde zin <strong>van</strong> artikel 6 WBP.1.9 ConclusiesBij drie <strong>van</strong> de vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> (1, 3 <strong>en</strong> 5) moet geconcludeerd word<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong>negatief oordeel over de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1:14 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
1 Omdat Bureau 1 nalaat om concrete afsprak<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met de opdrachtgeverom de onderzochte person<strong>en</strong>, waarmee Bureau 1 géén rechtstreeks contactheeft tijd<strong>en</strong>s het onderzoek, op juiste wijze te informer<strong>en</strong> <strong>en</strong> door niet goed tecontroler<strong>en</strong> of de opdrachtgever deze betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op juiste wijze informeert,mag Bureau 1 niet aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op de hoogte zijn <strong>van</strong> het onderzoek,de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking.Omdat Bureau 1 vervolg<strong>en</strong>s nalaat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf te informer<strong>en</strong>, is dewerkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 niet in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 34 lid 1 WBP.Deze werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> niet zorgvuldig, als bedoeld inartikel 6 WBP.2 Het CBP heeft niet geconstateerd dat de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 met betrekkingtot de bewaartermijn <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s in strijd is met artikel 10 WBP.3 Door opdracht te gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> handelsinformatiebureau om persoonsgegev<strong>en</strong>ste verzamel<strong>en</strong>, waar<strong>van</strong> Bureau 1 weet, of had moet<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, dat deze persoonsgegev<strong>en</strong>sniet uit op<strong>en</strong>bare bron kunn<strong>en</strong> zijn verkreg<strong>en</strong>; <strong>en</strong> door deze gegev<strong>en</strong>svervolg<strong>en</strong>s ook zelf te verwerk<strong>en</strong> zonder de herkomst er<strong>van</strong> te controler<strong>en</strong>,handelt Bureau 1 niet behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldig, zoals bedoeld in artikel 6 WBP.4 De werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1 met betrekking tot het omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoeksdoelis in overe<strong>en</strong>stemming met (e<strong>en</strong> onderdeel <strong>van</strong>) artikel 7 WBP,voorzover artikel 7 WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s voor welbepaalde,uitdrukkelijk omschrev<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verzameld.5 Bij het ‘administratieve onderzoek’ is niet duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong>zijn toegepast door Bureau 1. E<strong>en</strong> dergelijke werkwijze is niet behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldigin de zin <strong>van</strong> artikel 6 WBP.15
2BUREAU2: FEITELIJKE BEVINDINGENEN BEOORDELING2.1 Bronn<strong>en</strong> 172.2 Algem<strong>en</strong>e informatie 172.3 Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> 17Dit hoofdstuk beschrijft allereerst algem<strong>en</strong>e gegev<strong>en</strong>s betreff<strong>en</strong>deBureau 2. Daarna behandelt dit hoofdstuk de onderzoeksvrag<strong>en</strong>afzonderlijk. Per onderzoeksvraag word<strong>en</strong> de norm, de feitelijkeconstatering<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beoordeling beschrev<strong>en</strong>.2.4 Vraag 1: Wordt de informatieplichtnageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegdin het dossier? 172.5 Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong>nageleefd (5 jaar)? 202.6 Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong>gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau<strong>en</strong> is het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong>informatie uit deze bronn<strong>en</strong> rechtmatig?202.7 Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het<strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong>onderzoek ‘duidelijk omschrev<strong>en</strong>’? 212.8 Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong>zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoorde grond is? 212.9 Conclusies 2216<strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
2.1 Bronn<strong>en</strong>De bevinding<strong>en</strong> in het onderzoek zijn gebaseerd op feit<strong>en</strong>materiaal afkomstig <strong>van</strong>de volg<strong>en</strong>de bronn<strong>en</strong>:• Kamer <strong>van</strong> Koophandel (algem<strong>en</strong>e bedrijfsinformatie);• De website <strong>van</strong> Bureau 2;• Jaarverslag (zoals bedoeld in artikel 16 <strong>van</strong> de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus);• Interview met […];• De kopieën <strong>van</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (waaronder prints <strong>van</strong> digitaal opgeslag<strong>en</strong> rapportages)die zijn verzameld tijd<strong>en</strong>s het onderzoek ter plaatse op […]. Ter plaatsezijn ongeveer 40 papier<strong>en</strong> dossiers bekek<strong>en</strong>. […] Na e<strong>en</strong> oriënter<strong>en</strong>de leesrondezijn uiteindelijk 18 dossiers gekopieerd <strong>en</strong>/of uitgeprint <strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.2.2 Algem<strong>en</strong>e informatie[Deze informatie is verwijderd ter anonimisering <strong>van</strong> het onderzochte bureau.]2.3 Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong>In de navolg<strong>en</strong>de paragraf<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> één voor éénbehandeld. De indeling per onderzoeksvraag is als volgt: norm, feitelijkeconstatering<strong>en</strong> <strong>en</strong> beoordeling.2.4 Vraag 1: Wordt de informatieplicht nageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegd inhet dossier?NormWettelijke norm: artikel 33, 34 <strong>en</strong> 43 WBP; artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking:hoofdstuk 8 gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>De heer […] geeft aan op de hoogte te zijn <strong>van</strong> de verplichting om de onderzochtepersoon te informer<strong>en</strong> over het onderzoek. Ook de medewerkers zijn hier<strong>van</strong> op dehoogte. De informatieplicht is e<strong>en</strong> onderdeel <strong>van</strong> de gedragscode. Onderzoekers <strong>van</strong>Bureau 2 moet<strong>en</strong> verplicht het diploma Particulier Onderzoeker hal<strong>en</strong>. Zodo<strong>en</strong>de isiedere onderzoeker <strong>van</strong> Bureau 2 op de hoogte <strong>van</strong> de informatieplicht.De heer […] geeft aan dat hij bij de intake met e<strong>en</strong> opdrachtgever altijd meedeeltdat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> over het onderzoek geïnformeerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dit gebeurt inde meeste gevall<strong>en</strong> dan ook door de opdrachtgever zelf. Overheidsopdrachtgevershebb<strong>en</strong> vaak hun eig<strong>en</strong> procedure met betrekking tot wanneer/hoe betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>geïnformeerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Voor grote bedrijv<strong>en</strong> geldt dit soms ook. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong>medewerker <strong>van</strong> e<strong>en</strong> bedrijf bijvoorbeeld is geschorst, dan is deze medewerker vaakal op de hoogte. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> medewerker niets weet <strong>van</strong> het onderzoek, dan wordtdat vaak pas meegedeeld bij e<strong>en</strong> directe confrontatie met deze medewerker. Indi<strong>en</strong>[…] er ge<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong> in heeft dat de informatieplicht is nagekom<strong>en</strong>, dan informer<strong>en</strong>zij zelf de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> over het onderzoek. Ook staat in het plan <strong>van</strong> aanpakbeschrev<strong>en</strong> dat betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoek op de hoogte moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>gebracht.Reactie Bureau 2 Bureau 2 heeft het CBP in de schriftelijke reactie (27 oktober 2005) op het verslag<strong>van</strong> het onderzoek ter plaatse nog het volg<strong>en</strong>de meegedeeld: “Bureau 2 werkt ook veel inopdracht <strong>van</strong> andere <strong>recherche</strong>bureaus. Hierbij neemt het andere <strong>recherche</strong>bureau de plicht om17
het onderzoekssubject in te licht<strong>en</strong> op zich omdat het (technische) onderzoek <strong>van</strong> Bureau 2onderdeel uitmaakt <strong>van</strong> e<strong>en</strong> groter onderzoek dat door het andere <strong>recherche</strong>bureau wordtuitgevoerd. In de meest voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> onderzoekssubject automatisch op dehoogte dat e<strong>en</strong> onderzoek heeft plaatsgevond<strong>en</strong>-/plaatsvindt omdat:a. Het onderzoekssubject is geschorst hang<strong>en</strong>de de uitslag <strong>van</strong> ons onderzoek.b. Het onderzoekssubject wordt in e<strong>en</strong> confronter<strong>en</strong>d gesprek met onze bevinding<strong>en</strong>geconfronteerd.c. Het onderzoekssubject werkt mee aan ons onderzoek.Slechts in uitzonderlijke gevall<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> onderzoekssubject niet op de hoogte gesteld <strong>van</strong>ons onderzoek:a. Het is niet duidelijk wie het onderzoekssubject is.b. Er volgt e<strong>en</strong> strafrechtelijk onderzoek dat in gevaar wordt gebracht als het onderzoekssubjectop de hoogte wordt gebracht.Indi<strong>en</strong> Bureau 2 het vermoed<strong>en</strong> heeft dat e<strong>en</strong> opdrachtgever niet voornem<strong>en</strong>s is om het onderzoekssubjectop de hoogte te stell<strong>en</strong>, ondanks dat hiervoor getek<strong>en</strong>d is door de opdrachtgever inhet plan <strong>van</strong> aanpak, wijst Bureau 2 in eerste instantie opdrachtgever nogmaals op haar verplichting<strong>en</strong> laat e<strong>en</strong> ‘Verklaring <strong>van</strong> k<strong>en</strong>nisgeving’ ondertek<strong>en</strong><strong>en</strong>. In het alleruiterste geval dat Bureau2 het vermoed<strong>en</strong> heeft dat e<strong>en</strong> onderzoeksubject wellicht toch niet op de hoogte is gesteld, steltBureau 2 zelf het onderzoekssubject op de hoogte. In ieder onderzoek wordt dus daar waarmogelijk het onderzoekssubject op de hoogte gesteld <strong>en</strong> houdt Bureau 2 hier toezicht op”.Op de vraag of de informatieplicht terugkomt in de werkinstructie, antwoordt […]dat dit niet expliciet terugkomt in e<strong>en</strong> werkinstructie. De informatieplicht wordtaltijd nagekom<strong>en</strong> in overleg met de opdrachtgever. Onderzoekers […] hanter<strong>en</strong> hetplan <strong>van</strong> aanpak, waarin staat dat de informatieplicht wordt nagekom<strong>en</strong>. Voorafwordt dit met de opdrachtgever afgesprok<strong>en</strong>. De opdrachtgever kan dan ev<strong>en</strong>tueelvooraf nog <strong>van</strong> het onderzoek afzi<strong>en</strong>, wat ook wel gebeurt.Gevraagd is of Bureau 2 controleert of de betrokk<strong>en</strong>e wordt geïnformeerd. De heer[…] zegt dat dat niet gebeurt maar […] bekijkt het plan <strong>van</strong> aanpak wel altijd eerstvooraf. Bureau 2 merkt over het informer<strong>en</strong> <strong>van</strong> de betrokk<strong>en</strong>e in de schriftelijkereactie(27 oktober 2005) nog het volg<strong>en</strong>de op:“Er wordt doorgaans niet gecontroleerd of de betrokk<strong>en</strong>e wordt geïnformeerd omde voornoemde red<strong>en</strong><strong>en</strong> (zie citaat hierbov<strong>en</strong>). In sommige gevall<strong>en</strong> wordt welgecontroleerd of de betrokk<strong>en</strong>e geïnformeerd is. Door deze red<strong>en</strong><strong>en</strong> niet hier bij ditpunt op te nem<strong>en</strong> wordt nu in het huidige gespreksverslag het beeld geschetst datBureau 2 zich niets <strong>van</strong> de informatieplicht aantrekt door niet te controler<strong>en</strong> of dezewordt nageleefd […]”. […]Gesprok<strong>en</strong> is met […]. De volg<strong>en</strong>de vrag<strong>en</strong> zijn gesteld:1 Informeert u m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> waarnaar u onderzoek heeft gepleegd? Zo ja, op welke wijze(mondeling, schriftelijk)? Antwoord: “Onderzoekssubject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> altijd op dehoogte gebracht <strong>van</strong> het onderzoek. Dit gebeurt vaak door de opdrachtgevers.Indi<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> concreet onderzoekssubject is, dan wordt het onderzoek bek<strong>en</strong>d viabijvoorbeeld de OR.”2 Komt de informatieplicht terug in de werkinstructies? Waarom wel/niet?Antwoord: […] d<strong>en</strong>kt dat de informatieplicht niet in de werkinstructie staatbeschrev<strong>en</strong>. Maar […] geeft aan zelf ook niet altijd in de werkinstructie te kijk<strong>en</strong>.Reactie Bureau 2 Bureau 2 merkt in de schriftelijke reactie (27 oktober 2005) nog het volg<strong>en</strong>deop: “De informatieplicht is niet expliciet in de werkinstructie […] opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, doch impliciet inde vorm <strong>van</strong> het docum<strong>en</strong>t […], bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> staat in het Plan <strong>van</strong> Aanpak de informatieplichtexpliciet vermeld”.3 Wordt gecontroleerd of de betrokk<strong>en</strong>e wordt geïnformeerd? Antwoord: […] geeftaan dat hij met betrekking tot de informatieplicht in principe altijd <strong>van</strong> de toezeg-18<strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
ging <strong>van</strong> de opdrachtgever uitgaat.[…] controleert ook altijd het plan <strong>van</strong> aanpak<strong>van</strong> de onderzoekers. Hierin staat ook de informatieplicht voor opdrachtgeversopg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Er is ge<strong>en</strong> concrete (per casus) controle op de informatieplicht.In de onderzochte dossiers is door de onderzoekers <strong>van</strong> het CBP ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>keleaanwijzing aangetroff<strong>en</strong> dat Bureau 2 of de opdrachtgever de betrokk<strong>en</strong>e heeftgeïnformeerd. Er is in ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel dossier terug te vind<strong>en</strong> dat Bureau 2 navraagheeft gedaan of de opdrachtgever de betrokk<strong>en</strong>e heeft geïnformeerd.BeoordelingUit de dossiers waarin gesprekk<strong>en</strong> met de onderzochte person<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>, blijktdat deze op de hoogte word<strong>en</strong> gesteld <strong>van</strong> de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> de particuliere <strong>recherche</strong>urs<strong>en</strong> <strong>van</strong> het doel <strong>van</strong> het onderzoek; in zoverre wordt in deze dossiers aan deinformatieplicht voldaan.In dossiers waar Bureau 2 géén rechtstreeks contact heeft met de onderzochteperson<strong>en</strong>, informeert Bureau 2 de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> niet zelf over het onderzoek, de eig<strong>en</strong>id<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking. Afgezi<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> beroep op uitzonderingsgrond<strong>en</strong>in e<strong>en</strong> individueel geval, kan Bureau 2 het informer<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong>alle<strong>en</strong> achterwege lat<strong>en</strong> als zij op goede grond<strong>en</strong> kan aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>‘reeds op de hoogte’ zijn.Naar het oordeel <strong>van</strong> het CBP kan e<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureau uitsluit<strong>en</strong>d op goede grond<strong>en</strong>aannem<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong>e ‘reeds op de hoogte’ is gesteld door de opdrachtgever,als hier<strong>van</strong> e<strong>en</strong> schriftelijk bewijs is overlegd aan het <strong>recherche</strong>bureau. Dat betek<strong>en</strong>tconcreet dat het <strong>recherche</strong>bureau e<strong>en</strong> kopie <strong>van</strong> de brief waarin de betrokk<strong>en</strong>ewordt geïnformeerd (of e<strong>en</strong> kopie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> schriftelijke bevestiging <strong>van</strong> e<strong>en</strong> mondelinggedane mededeling) moet hebb<strong>en</strong> ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opdrachtgever, voordat het<strong>recherche</strong>bureau kan aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong>e ‘reeds op de hoogte ‘ is. Dit geldtook indi<strong>en</strong> de opdrachtgever <strong>van</strong> Bureau 2 e<strong>en</strong> ander <strong>recherche</strong>bureau is. Alle<strong>en</strong> hetbestaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> contractuele bepaling <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> mededeling <strong>van</strong> de opdrachtgeverdat de onderzochte persoon zal word<strong>en</strong> geïnformeerd is in dit kader onvoldo<strong>en</strong>de,omdat dat het <strong>recherche</strong>bureau onvoldo<strong>en</strong>de zekerheid biedt dat de opdrachtgeverzijn toezegging daadwerkelijk is nakom<strong>en</strong>.Bureau 2 maakt concrete afsprak<strong>en</strong> met de opdrachtgever om de onderzochteperson<strong>en</strong>, met wie Bureau 2 géén rechtstreeks contact heeft tijd<strong>en</strong>s het onderzoek,op juiste wijze te informer<strong>en</strong>. Dit is in werkprocedures/instructies opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong>ook in het plan <strong>van</strong> aanpak waar de opdrachtgever wordt ingelicht over de informatieverplichting.Bureau 2 controleert niet (ge<strong>en</strong> schriftelijke terugkoppeling <strong>van</strong>de opdrachtgever) of de opdrachtgever deze betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op juiste wijze heeft geïnformeerd,zodat Bureau 2 niet zondermeer mag aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op dehoogte zijn <strong>van</strong> het onderzoek, de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong>de verwerking. Omdat Bureau 2 vervolg<strong>en</strong>s nalaat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf te informer<strong>en</strong>,is de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 niet in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 34 lid 1 WBP. Dezewerkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> niet zorgvuldig, als bedoeld in artikel 6 WBP.Reactie Bureau 2 In de reactie op de voorlopige bevinding<strong>en</strong> (brief <strong>van</strong> 13 december 2005,zie bijlage) geeft Bureau 2 aan dat Bureau 2 het niet e<strong>en</strong>s is met de beoordeling <strong>van</strong> het CBPmet betrekking tot de informatieplicht. Bureau 2 is <strong>van</strong> m<strong>en</strong>ing dat de gehanteerde werkwijzevoldo<strong>en</strong>de zorgvuldig is <strong>en</strong> dat de beoordeling <strong>van</strong> het CBP te hard is.Gezi<strong>en</strong> het comm<strong>en</strong>taar <strong>van</strong> Bureau 2 overweegt het CBP het volg<strong>en</strong>de. Het CBPerk<strong>en</strong>t dat Bureau 2 zich <strong>en</strong>ige moeite getroost om de informatieplicht na te lev<strong>en</strong>.Echter, de vraag die het CBP heeft getoetst, is of de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 voldoetaan de wettelijke norm. Het CBP blijft <strong>van</strong> oordeel dat e<strong>en</strong> controle <strong>van</strong> het19
echerchebureau op e<strong>en</strong> schriftelijke k<strong>en</strong>nisgeving aan onderzochte persoon, noodzakelijkis om aan de norm <strong>van</strong> de wet te voldo<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> deze controle niet totde standaard werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 behoorde t<strong>en</strong> tijde <strong>van</strong> het onderzoek, blijft hetCBP bij haar oordeel over de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2.2.5 Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong> nageleefd (5 jaar)?NormWettelijke norm: artikel 10 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.5 gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>Bureau 2 k<strong>en</strong>t zowel e<strong>en</strong> papier<strong>en</strong> archief als e<strong>en</strong> elektronisch archief. Uit onderzoekis niet geblek<strong>en</strong> dat Bureau 2 e<strong>en</strong> onderscheid maakt in e<strong>en</strong> dynamisch archief (t<strong>en</strong>behoeve <strong>van</strong> de dagelijkse werkzaamhed<strong>en</strong>) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> statisch archief (afgezonderd deeldat alle<strong>en</strong> bestemd is voor archiefdoeleind<strong>en</strong>). […] del<strong>en</strong> desgevraagd mee dat dossiersslechts korte tijd word<strong>en</strong> bewaard. Papier<strong>en</strong> dossiers word<strong>en</strong> maximaal 3 jaarbewaard. De elektronische stukk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> korter dan 5 jaar bewaard.Bureau 2 bewaart het onderzoeksmateriaal <strong>van</strong> de opdrachtgever maximaal3 maand<strong>en</strong>. Het materiaal voor het onderzoek wordt 3 maand<strong>en</strong> na het aflever<strong>en</strong> <strong>van</strong>het conceptrapport verwijderd. Dan wordt contact opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met de opdrachtgever.[…] Er is ge<strong>en</strong> schriftelijk vastgelegde procedure voor het opschon<strong>en</strong> <strong>van</strong> oudedossiers.Reactie Bureau 2 Bureau 2 merkt in de schriftelijke reactie (27 oktober 2005) op het gespreksverslaghet volg<strong>en</strong>de op: “Er is inderdaad ge<strong>en</strong> vaste procedure voor het opschon<strong>en</strong> <strong>van</strong> papier<strong>en</strong>dossiers, maar er is e<strong>en</strong> functionele noodzaak tot het schon<strong>en</strong> <strong>van</strong> het bij Bureau 2 aanwezigeverzamelde Onderzoeksmateriaal. […].“BeoordelingHet CBP heeft in het onderzoek niet kunn<strong>en</strong> vaststell<strong>en</strong> dat dossiers in zowelpapier<strong>en</strong> als elektronische vorm langer dan 5 jaar word<strong>en</strong> bewaard.2.6 Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong> gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong>is het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> informatie uit deze bronn<strong>en</strong> rechtmatig?NormWettelijke norm: artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: overweging 1.2;hoofdstuk 5.1 <strong>en</strong> hoofdstuk 7, algeme<strong>en</strong> deel gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>Bureau 2 gebruikt externe informatiebronn<strong>en</strong>. Dit zijn op<strong>en</strong>bare bronn<strong>en</strong> zoals bijvoorbeeldvrij toegankelijke informatie op internet. Ook wordt gebruik gemaakt <strong>van</strong>het systeem […].De heer […] verklaarde in het interview dat Bureau 2 ge<strong>en</strong> gebruik maakt <strong>van</strong>handelsinformatiebureaus, anders dan […].In de onderzochte dossiers zijn ge<strong>en</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s aangetroff<strong>en</strong> waar<strong>van</strong> isgeconstateerd, of waar<strong>van</strong> aannemelijk is, dat die, rechtstreeks of via derd<strong>en</strong>, oponrechtmatige wijze uit niet-op<strong>en</strong>bare bronn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> (wettelijke) geheimhoudingsplichtzijn verkreg<strong>en</strong>. Bureau 2 heeft e<strong>en</strong> procedure waarin - middels formulier<strong>en</strong> -door de opdrachtgever wordt verklaard dat deze de rechtmatige eig<strong>en</strong>aar is <strong>van</strong> […].20 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
BeoordelingHet CBP heeft ge<strong>en</strong> onderzoek gedaan naar de rechtmatigheid <strong>van</strong> de persoonsgegev<strong>en</strong>sdie <strong>van</strong> […] zijn verkreg<strong>en</strong>. Voorts is uit het onderzoek niet geblek<strong>en</strong> datBureau 2 op e<strong>en</strong> onrechtmatige wijze persoonsgegev<strong>en</strong>s vergaart of laat vergar<strong>en</strong>uit externe bronn<strong>en</strong>. Het CBP heeft niet geconstateerd dat Bureau 2 op e<strong>en</strong> onrechtmatige,onbehoorlijke of onzorgvuldige wijze persoonsgegev<strong>en</strong>s verkrijgt uit externebronn<strong>en</strong>.2.7 Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong>onderzoek ‘duidelijk omschrev<strong>en</strong>’?NormNorm: artikel 7 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.2. gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>Bij elke opdracht wordt e<strong>en</strong> opdrachtformulier gebruikt <strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> plan <strong>van</strong>aanpak opgesteld.BeoordelingIn alle bekek<strong>en</strong> onderzoeksdossiers staat e<strong>en</strong> typering <strong>van</strong> het soort onderzoek, e<strong>en</strong>omschrijving <strong>van</strong> de opdracht <strong>en</strong> e<strong>en</strong> doelstelling <strong>van</strong> het onderzoek. Vaak wordt ooke<strong>en</strong> inleiding of achtergrond beschrev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> combinatie <strong>van</strong> deze informatie leidttot e<strong>en</strong> duidelijke omschrijving <strong>van</strong> het doel <strong>van</strong> het onderzoek. Dit betek<strong>en</strong>t datBureau 2 voldoet aan de norm dat het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit tevoer<strong>en</strong> onderzoek duidelijk omschrev<strong>en</strong> moet zijn.Deze werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 met betrekking tot het omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoeksdoelis in overe<strong>en</strong>stemming met (e<strong>en</strong> onderdeel <strong>van</strong>) artikel 7 WBP, voorzoverartikel 7 WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschrev<strong>en</strong>doeleind<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verzameld.2.8 Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> watdaarvoor de grond is?NormWettelijke norm: artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 7.9gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>In de rapport<strong>en</strong> die in de onderzoeksdossiers zijn aangetroff<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> duidelijkeomschrijving<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ingezette onderzoeksmethod<strong>en</strong>. Er zijn ge<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>sin de dossiers aangetroff<strong>en</strong> waar<strong>van</strong> niet duidelijk is welke onderzoeksmethodeis gebruikt voor het verkrijg<strong>en</strong> <strong>van</strong> die gegev<strong>en</strong>s.In de gecontroleerde dossiers is altijd e<strong>en</strong> duidelijke beschrijving <strong>van</strong> de doelstelling<strong>van</strong> de onderzoek<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>, alsmede e<strong>en</strong> beschrijving <strong>van</strong> de achtergrond ofaanleiding <strong>van</strong> de onderzoek<strong>en</strong>.BeoordelingDe gebruikte onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn duidelijk beschrev<strong>en</strong>. Ook de doelstelling<strong>en</strong><strong>en</strong> achtergrond of aanleiding <strong>van</strong> de onderzoek<strong>en</strong> zijn beschrev<strong>en</strong>. Deze gegev<strong>en</strong>sgev<strong>en</strong> aan wat de grond voor het onderzoek is. De combinatie <strong>van</strong> deze gegev<strong>en</strong>skan word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de vermelding <strong>van</strong> de grond<strong>en</strong> die tot toepassing<strong>van</strong> de betreff<strong>en</strong>de onderzoeksmethode hebb<strong>en</strong> geleid.21
Het voorgaande betek<strong>en</strong>t dat Bureau 2 voldoet aan de norm dat duidelijk is welkeonderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoor de grond is. Deze werkwijzemet betrekking tot het duidelijk omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat degrond is voor de inzet <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong> is ‘behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldig’ alsbedoeld in artikel 6 WBP.2.9 ConclusiesBij één <strong>van</strong> de vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> concludeert het CBP tot e<strong>en</strong> negatief oordeelover de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2.1 Bureau 2 maakt afsprak<strong>en</strong> met de opdrachtgever om de betrokk<strong>en</strong>e, waarmeegéén rechtstreeks contact is tijd<strong>en</strong>s het onderzoek, op juiste wijze te informer<strong>en</strong>.Bureau 2 controleert echter niet schriftelijk of de opdrachtgever de betrokk<strong>en</strong>eheeft geïnformeerd waardoor Bureau 2 er niet zondermeer <strong>van</strong> uit mag gaan datbetrokk<strong>en</strong>e daadwerkelijk is geïnformeerd. De werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 is daaromniet in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 34 lid 1 WBP. Deze werkwijze is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong>niet zorgvuldig, als bedoeld in artikel 6 WBP.2 De werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 met betrekking tot de bewaartermijn <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>sis in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 10 WBP.3 Het CBP heeft niet geconstateerd dat Bureau 2, in strijd met artikel 6 WBP, op e<strong>en</strong>onrechtmatige, onbehoorlijke of onzorgvuldige wijze persoonsgegev<strong>en</strong>s verkrijgtuit externe bronn<strong>en</strong>.4 De werkwijze <strong>van</strong> Bureau 2 met betrekking tot het omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoeksdoelis in overe<strong>en</strong>stemming met (e<strong>en</strong> onderdeel <strong>van</strong>) artikel 7 WBP,voorzover artikel 7 WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s voor welbepaalde,uitdrukkelijk omschrev<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verzameld.5 De werkwijze met betrekking tot het duidelijk omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong><strong>en</strong> wat de grond is voor de inzet <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong> is‘behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldig’ als bedoeld in artikel 6 WBP.22 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
3BUREAU3: FEITELIJKE BEVINDINGENEN BEOORDELING3.1 Bronn<strong>en</strong> 253.2 Algem<strong>en</strong>e informatie 253.3 Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> 25Dit hoofdstuk beschrijft allereerst algem<strong>en</strong>e gegev<strong>en</strong>s betreff<strong>en</strong>deBureau 3. Daarna behandelt dit hoofdstuk de onderzoeksvrag<strong>en</strong>afzonderlijk. Per onderzoeksvraag word<strong>en</strong> de norm, de feitelijkeconstatering<strong>en</strong> <strong>en</strong> de beoordeling beschrev<strong>en</strong>.3.4 Vraag 1: Wordt de informatieplichtnageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegdin het dossier? 253.5 Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong>nageleefd (5 jaar)? 273.6 Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong>gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau<strong>en</strong> is het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong>informatie uit deze bronn<strong>en</strong> rechtmatig?283.7 Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het<strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong>onderzoek ‘duidelijk omschrev<strong>en</strong>’? 283.8 Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong>zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoorde grond is? 293.9 Conclusies 3024<strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
3.1 Bronn<strong>en</strong>De bevinding<strong>en</strong> in het onderzoek zijn gebaseerd op feit<strong>en</strong>materiaal afkomstig <strong>van</strong> devolg<strong>en</strong>de bronn<strong>en</strong>:• Kamer <strong>van</strong> Koophandel (algem<strong>en</strong>e bedrijfsinformatie);• Interviews met e<strong>en</strong> drietal werknemers <strong>van</strong> het bedrijf: […];• De kopieën <strong>van</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die zijn verzameld tijd<strong>en</strong>s het onderzoek terplaatse op 23 september 2005;• Jaarverslag […] (zoals bedoeld in artikel 16 <strong>van</strong> de Regeling particulierebeveiligingsorganisaties <strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus);• De website <strong>van</strong> Bureau 3;• De brief <strong>van</strong> 10 oktober 2005 <strong>van</strong> Bureau 3, met antwoord<strong>en</strong> op vrag<strong>en</strong> <strong>van</strong> hetCBP (brief d.d. 4 oktober 2005) met betrekking tot het informer<strong>en</strong> <strong>van</strong> onderzochteperson<strong>en</strong>.Het onderzoek is beperkt tot het bedrijfsonderdeel <strong>van</strong> Bureau 3 dat de <strong>recherche</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>verricht.3.2 Algem<strong>en</strong>e informatie[E<strong>en</strong> deel <strong>van</strong> de informatie is verwijderd ter anonimisering <strong>van</strong> het onderzochtebureau.]De verwerking <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s <strong>van</strong> Bureau 3 bestaat uit e<strong>en</strong> verzameling dossiersdie zowel uit papier<strong>en</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als uit geautomatiseerde bestand<strong>en</strong> bestaat.De verwerking kan word<strong>en</strong> aangemerkt als e<strong>en</strong> opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratiezoals bedoeld in de gedragscode (hoofdstuk 4.3), waarop de WBP <strong>van</strong> toepassing is.Tijd<strong>en</strong>s het onderzoek <strong>van</strong> het CBP is niet systematisch gecontroleerd of bepaaldedossiers betreff<strong>en</strong>de <strong>recherche</strong>zak<strong>en</strong> ontbrak<strong>en</strong> Overig<strong>en</strong>s zijn er ge<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong>gevond<strong>en</strong> dat dossiers zijn achtergehoud<strong>en</strong>.Bureau 3 heeft diverse standaarddocum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, procedures <strong>en</strong> werkinstructies. In ge<strong>en</strong><strong>van</strong> deze docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> instructie of aanwijzing opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met betrekking totde informatieplicht jeg<strong>en</strong>s de betrokk<strong>en</strong>e (de onderzochte persoon), als bedoeld inartikel 33 <strong>en</strong> 34 WBP. […]3.3 Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong>In de navolg<strong>en</strong>de paragraf<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> één voor één behandeld.De indeling per onderzoeksvraag is als volgt: norm, feitelijke constatering<strong>en</strong> <strong>en</strong>beoordeling.3.4 Vraag 1: Wordt de informatieplicht nageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegdin het dossier?NormWettelijke Norm: artikel 33, 34 <strong>en</strong> 43 WBP; artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking:hoofdstuk 8 gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>In de onderzochte werkprocedures, instructies <strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e voorwaard<strong>en</strong> staan ge<strong>en</strong>instructies of aanwijzing<strong>en</strong> met betrekking tot het mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> afsprak<strong>en</strong> over hetnakom<strong>en</strong> <strong>van</strong> de informatieplicht <strong>van</strong> het <strong>recherche</strong>bureau, de controle op de informatieplichtof het besprek<strong>en</strong> <strong>van</strong> de informatieplicht met de opdrachtgever bij de intake.In ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel onderzocht onderzoeksdossier is e<strong>en</strong> aanwijzing aangetroff<strong>en</strong> dat25
de opdrachtgever wordt gewez<strong>en</strong> op de informatieplicht of dat daar afsprak<strong>en</strong> overzijn gemaakt.De medewerkers <strong>van</strong> Bureau 3 met wie is gesprok<strong>en</strong>, verklaard<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d te zijn metde verplichting om de onderzochte persoon te informer<strong>en</strong> over het onderzoek (antwoordop vraag 4). Zij verklaard<strong>en</strong> verder dat de dossiers op compleetheid word<strong>en</strong>gecontroleerd bij afsluiting, maar dat er ge<strong>en</strong> specifieke controle is op de vraag of debetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn geïnformeerd (antwoord op vraag 8).Uit de onderzochte dossiers blijkt dat Bureau 3 regelmatig onderzoek<strong>en</strong> verrichtwaarbij de onderzochte person<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ondervraagd door de particuliere<strong>recherche</strong>urs (dossiers: …). In de verslag<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ondervraging<strong>en</strong> staat dat deonderzoekers zich bek<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat zij het doel <strong>van</strong> het onderzoek aan debetrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> mededel<strong>en</strong>.In dossiers waarin ge<strong>en</strong> gesprek tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> particulier <strong>recherche</strong>ur <strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong>eplaatsvindt, zijn ge<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn geïnformeerdover het onderzoek. Er zijn in de dossiers ge<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> <strong>van</strong>e<strong>en</strong> (mogelijk) beroep op de uitzonderingsgrond<strong>en</strong>. Om over deze dossiers meer duidelijkheidte verkrijg<strong>en</strong> heeft het CBP bij Bureau 3 nagevraagd of Bureau 3 bij achtreeds afgeslot<strong>en</strong> dossiers alsnog kon aangev<strong>en</strong> of <strong>en</strong> zo ja, door wie, de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>zijn geïnformeerd […]. Bureau 3 verklaart in de brief d.d. 10 oktober dat in zev<strong>en</strong><strong>van</strong> de acht gevall<strong>en</strong> de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> door de opdrachtgever zijn geïnformeerd. Invier gevall<strong>en</strong> is dat mondeling gedaan <strong>en</strong> in drie gevall<strong>en</strong> was de methode <strong>van</strong> informer<strong>en</strong>onbek<strong>en</strong>d. In één dossier kon Bureau 3 niet aangev<strong>en</strong> of de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> (hetbetrof vijf person<strong>en</strong>) war<strong>en</strong> geïnformeerd door de opdrachtgever. Volg<strong>en</strong>s Bureau 3war<strong>en</strong> ze niet door het bureau zelf geïnformeerd. Er is niet meer onderzocht of hetinformer<strong>en</strong> in deze gevall<strong>en</strong> op juiste wijze is geschied, dat wil zegg<strong>en</strong>: of deid<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking zijn medegedeeld.BeoordelingUit de dossiers waarin gesprekk<strong>en</strong> met de onderzochte person<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>, blijktdat deze op de hoogte word<strong>en</strong> gesteld <strong>van</strong> de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> de particuliere <strong>recherche</strong>urs<strong>en</strong> <strong>van</strong> het doel <strong>van</strong> het onderzoek; in zoverre wordt in deze dossiers aan deinformatieplicht voldaan.In de dossiers waar Bureau 3 géén rechtstreeks contact heeft met de onderzochteperson<strong>en</strong>, informeert Bureau 3 de onderzochte person<strong>en</strong> niet over het onderzoek,de eig<strong>en</strong> id<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking. Afgezi<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> beroep opuitzonderingsgrond<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> incid<strong>en</strong>teel geval, kan Bureau 3 het informer<strong>en</strong> inhet algeme<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> achterwege lat<strong>en</strong> als Bureau 3 op goede grond<strong>en</strong> kan aannem<strong>en</strong>dat de onderzochte person<strong>en</strong> ‘reeds op de hoogte’ zijn.Naar het oordeel <strong>van</strong> het CBP kan e<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureau uitsluit<strong>en</strong>d op goede grond<strong>en</strong>aannem<strong>en</strong> dat de onderzochte persoon ‘reeds op de hoogte’ is gesteld door de opdrachtgever,als hier<strong>van</strong> e<strong>en</strong> schriftelijk bewijs is overlegd aan het <strong>recherche</strong>bureau.Dat betek<strong>en</strong>t concreet dat het <strong>recherche</strong>bureau e<strong>en</strong> kopie <strong>van</strong> de brief waarin de onderzochtepersoon wordt geïnformeerd (of e<strong>en</strong> kopie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> schriftelijke bevestiging<strong>van</strong> e<strong>en</strong> mondeling gedane mededeling) moet hebb<strong>en</strong> ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opdrachtgever,voordat het <strong>recherche</strong>bureau kan aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong>e ‘reeds op dehoogte ‘ is. Alle<strong>en</strong> het bestaan <strong>van</strong> e<strong>en</strong> contractuele bepaling <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> mededeling<strong>van</strong> de opdrachtgever dat de onderzochte persoon zal word<strong>en</strong> geïnformeerd is in ditkader onvoldo<strong>en</strong>de, omdat dat het <strong>recherche</strong>bureau onvoldo<strong>en</strong>de zekerheid biedt datde opdrachtgever zijn toezegging daadwerkelijk is nakom<strong>en</strong>.In de onderzochte dossiers zijn ge<strong>en</strong> schriftelijke stukk<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>, zoals hiervoor26 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
edoeld, op grond waar<strong>van</strong> Bureau 3 mocht aannem<strong>en</strong> dat de onderzochte person<strong>en</strong>door de opdrachtgever zijn geïnformeerd.Omdat Bureau 3 nalaat om concrete afsprak<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met de opdrachtgever omde onderzochte person<strong>en</strong>, waarmee Bureau 3 géén rechtstreeks contact heeft tijd<strong>en</strong>shet onderzoek, op juiste wijze te informer<strong>en</strong> <strong>en</strong> door niet goed te controler<strong>en</strong> of deopdrachtgever deze betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op juiste wijze informeert, mag Bureau 3 niet aannem<strong>en</strong>dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op de hoogte zijn <strong>van</strong> het onderzoek, de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> het<strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking. Omdat Bureau 3 vervolg<strong>en</strong>s nalaatde betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf te informer<strong>en</strong>, is de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 niet in overe<strong>en</strong>stemmingmet artikel 34 lid 1 WBP. Deze werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> nietzorgvuldig, als bedoeld in artikel 6 WBP.Reactie Bureau 3 In de reactie op de voorlopige bevinding<strong>en</strong> (brief <strong>van</strong> 9 december 2005) steltBureau 3 dat de werkwijze betreff<strong>en</strong>de de informatieplicht per 1 december 2005 is aangepast.Deze werkwijze werd niet gebruikt t<strong>en</strong> tijde <strong>van</strong> het onderzoek <strong>van</strong> het CBP, <strong>en</strong> dit zal dan ookniet word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij de beoordeling. Immers, de beoordeling betreft de werkwijze op hetmom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> het onderzoek. Deze informatie kan wel word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij de bepaling <strong>van</strong>mogelijke vervolgstapp<strong>en</strong> naar aanleiding <strong>van</strong> het onderzoek. Indi<strong>en</strong> er aanleiding is voor vervolgstapp<strong>en</strong>,zal dat in e<strong>en</strong> aparte brief word<strong>en</strong> behandeld.3.5 Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong> nageleefd (5 jaar)?NormWettelijke norm: artikel 10 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.5 gedragscode.Feitelijke constateringBureau 3 heeft zowel e<strong>en</strong> papier<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> geautomatiseerde verwerking.De geïnterviewde werknemers <strong>van</strong> Bureau 3 verklaard<strong>en</strong> dat de papier<strong>en</strong> dossierstwee jaar in het zog<strong>en</strong>aamde dynamische archief (in ordners in e<strong>en</strong> kast op het kantoor<strong>van</strong> Bureau 3) word<strong>en</strong> bewaard (antwoord op vraag 9). Daarna gaan de dossiersnaar het zog<strong>en</strong>aamde statische archief, op e<strong>en</strong> archieflocatie […] buit<strong>en</strong> het kantoorpand.Bij het onderzoek ter plaatse zijn ge<strong>en</strong> papier<strong>en</strong> dossiers ouder dan twee jaaraangetroff<strong>en</strong>.In de interviews verklar<strong>en</strong> de werknemers <strong>van</strong> Bureau 3 dat de elektronischebestand<strong>en</strong> <strong>van</strong> Bureau 3 in het geautomatiseerde systeem aanwezig blijv<strong>en</strong>; er isge<strong>en</strong> termijn waarna de elektronische bestand<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwijderd of vernietigd(antwoord op vraag 9). […].Reactie Bureau 3 In de reactie op de voorlopige bevinding<strong>en</strong> (brief <strong>van</strong> 9 december 2005) steltBureau 3 dat de werkwijze betreff<strong>en</strong>de de bewaartermijn<strong>en</strong> <strong>van</strong> onderzoeksdossiers inmiddels isaangepast <strong>en</strong> dat nog bestaande digitale <strong>en</strong> papier<strong>en</strong> dossiers, ouder dan vijf jaar, zijn vernietigd.Van deze werkwijze <strong>en</strong> situatie was ge<strong>en</strong> sprake t<strong>en</strong> tijde <strong>van</strong> het onderzoek <strong>van</strong> het CBP, <strong>en</strong> ditzal dan ook niet word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij de beoordeling. Immers, de beoordeling betreft dewerkwijze op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> het onderzoek. Deze informatie kan wel word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>bij de bepaling <strong>van</strong> mogelijke vervolgstapp<strong>en</strong> naar aanleiding <strong>van</strong> het onderzoek. Indi<strong>en</strong> er aanleidingis voor vervolgstapp<strong>en</strong>, zal dat in e<strong>en</strong> aparte brief word<strong>en</strong> behandeld.BeoordelingDe opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie bestaat uit e<strong>en</strong> papier<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> elektronischeverwerking.27
De papier<strong>en</strong> dossiers word<strong>en</strong> na twee jaar uit het dynamische archief gehaald <strong>en</strong>gaan naar het statisch archief. T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> de elektronische verwerking heeftBureau 3 verklaard dat de hierin aanwezige gegev<strong>en</strong>s voor onbepaalde tijd word<strong>en</strong>bewaard. Dat betek<strong>en</strong>t feitelijk dat deze gegev<strong>en</strong>s langer dan de norm, te wet<strong>en</strong> vijfjaar, word<strong>en</strong> bewaard, aangezi<strong>en</strong> Bureau 3 sinds […] bestaat <strong>en</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>sverwerkt (<strong>en</strong> bewaart) voor <strong>recherche</strong>activiteit<strong>en</strong>.De conclusie is dat Bureau 3 niet voldoet aan de vereiste norm dat persoonsgegev<strong>en</strong>sniet langer dan vijf jaar word<strong>en</strong> bewaard in de opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie.Dat betek<strong>en</strong>t dat de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 met betrekking tot de bewaartermijn<strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s niet in overe<strong>en</strong>stemming is met artikel 10 WBP.3.6 Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong> gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong>is het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> informatie uit deze bronn<strong>en</strong> rechtmatig?NormWettelijke norm: artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: overweging 1.2; hoofdstuk5.1 <strong>en</strong> hoofdstuk 7, algeme<strong>en</strong> deel gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>Bureau 3 gebruikt diverse externe informatiebronn<strong>en</strong>. Dit zijn op<strong>en</strong>bare bronn<strong>en</strong>,zoals de Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>en</strong> Internet. Ook wordt regelmatig gebruik gemaakt<strong>van</strong> […].De heer […] verklaarde in het interview (antwoord op vraag 11) dat Bureau 3 ge<strong>en</strong>gebruik maakt <strong>van</strong> handelsinformatiebureaus, anders dan […].In de onderzochte dossiers zijn ge<strong>en</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s aangetroff<strong>en</strong> waar<strong>van</strong> isgeconstateerd, of waar<strong>van</strong> aannemelijk is, dat die, rechtstreeks of via derd<strong>en</strong>, oponrechtmatige wijze uit niet-op<strong>en</strong>bare bronn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> (wettelijke) geheimhoudingsplichtzijn verkreg<strong>en</strong>.BeoordelingHet CBP heeft ge<strong>en</strong> onderzoek gedaan naar de rechtmatigheid <strong>van</strong> de persoonsgegev<strong>en</strong>sdie <strong>van</strong> […] zijn verkreg<strong>en</strong>. Voorts is uit het onderzoek niet geblek<strong>en</strong> datBureau 3 op e<strong>en</strong> onrechtmatige wijze persoonsgegev<strong>en</strong>s vergaart of laat vergar<strong>en</strong> uitexterne bronn<strong>en</strong>. Het CBP heeft niet geconstateerd dat Bureau 3, in strijd metartikel 6 WBP, op e<strong>en</strong> onrechtmatige, onbehoorlijke of onzorgvuldige wijze persoonsgegev<strong>en</strong>sverkrijgt uit externe bronn<strong>en</strong>.3.7 Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong>onderzoek ‘duidelijk omschrev<strong>en</strong>’?NormWettelijke norm: artikel 7 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.2 gedragscode.Feitelijke constatering<strong>en</strong>Uit het dossieronderzoek is geblek<strong>en</strong> dat in elk onderzoeksdossier e<strong>en</strong> standaardvormvoor de opdrachtbevestiging (de overe<strong>en</strong>komst) <strong>en</strong> de rapportage wordtgebruikt. Deze docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de dossiermapp<strong>en</strong> bewaard.Geconstateerd is dat in de opdrachtbevestiging altijd de ‘doelstelling onderzoek’vermeld wordt, waarbij in <strong>en</strong>kele woord<strong>en</strong> het type onderzoek wordt aangegev<strong>en</strong>.28 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
Bijvoorbeeld:• ‘anteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- <strong>en</strong> achtergrond onderzoek’• ‘digitaal onderzoek naar de handeling<strong>en</strong> <strong>van</strong> …’• ‘vaststell<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> <strong>van</strong> de heer …’• ‘observatie in verband met alim<strong>en</strong>tatieprocedure’• ‘onderzoek naar handel<strong>en</strong> ex-medewerker’Het ‘rapport’ k<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> voorblad met het kopje ‘omschrijving opdracht’. Doorgaansstaat hier hetzelfde vermeld als bij de ‘doelstelling onderzoek’ op de opdrachtbevestiging,soms in iets andere bewoording<strong>en</strong>.In het rapport zelf staat altijd e<strong>en</strong> kopje ‘doelstelling’ <strong>en</strong> meestal ook e<strong>en</strong> kopje‘inleiding’. Onder het kopje doelstelling staat in e<strong>en</strong> of <strong>en</strong>kele zinn<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong>wat het doel is <strong>van</strong> het onderzoek. De ‘inleiding’ geeft e<strong>en</strong> achtergrondschets ofnadere toelichting op het doel of de aanleiding <strong>van</strong> het onderzoek.BeoordelingIn alle bekek<strong>en</strong> onderzoeksdossiers staat e<strong>en</strong> typering <strong>van</strong> het soort onderzoek, e<strong>en</strong>omschrijving <strong>van</strong> de opdracht <strong>en</strong> e<strong>en</strong> doelstelling <strong>van</strong> het onderzoek. Vaak wordt ooke<strong>en</strong> inleiding of achtergrond beschrev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> combinatie <strong>van</strong> deze informatie leidttot e<strong>en</strong> duidelijke omschrijving <strong>van</strong> het doel <strong>van</strong> het onderzoek. Dat bek<strong>en</strong>t Bureau 3voldoet aan de norm dat het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong> onderzoekduidelijk omschrev<strong>en</strong> moet zijn.Deze werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 met betrekking tot het omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoeksdoelis in overe<strong>en</strong>stemming met (e<strong>en</strong> onderdeel <strong>van</strong>) artikel 7 WBP, voorzoverartikel 7 WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschrev<strong>en</strong>doeleind<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verzameld.3.8 Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> watdaarvoor de grond is?NormWettelijke norm: artikel 6 WBP. Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 7.9 gedragscode.Feitelijke constateringIn de rapport<strong>en</strong> die in de onderzoeksdossiers zijn aangetroff<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> duidelijkeomschrijving<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de ingezette onderzoeksmethod<strong>en</strong>. Er zijn ge<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>sin de dossiers aangetroff<strong>en</strong> waar<strong>van</strong> niet duidelijk is welke onderzoeksmethodeis gebruikt voor het verkrijg<strong>en</strong> <strong>van</strong> de gegev<strong>en</strong>s. Als er sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> interview,observatie of heimelijke observatie met verborg<strong>en</strong> camera’s, is daar<strong>van</strong> in alle onderzochtedossiers e<strong>en</strong> verslag te vind<strong>en</strong>.In de gecontroleerde dossiers is altijd e<strong>en</strong> duidelijke beschrijving <strong>van</strong> de doelstelling<strong>van</strong> de onderzoek<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>, alsmede e<strong>en</strong> beschrijving <strong>van</strong> de achtergrond ofaanleiding <strong>van</strong> de onderzoek<strong>en</strong>.BeoordelingDe gebruikte onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn in de onderzochte dossiers duidelijkbeschrev<strong>en</strong>.Ook de doelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> achtergrond of aanleiding <strong>van</strong> de onderzoek<strong>en</strong> zijn beschrev<strong>en</strong>.Deze gegev<strong>en</strong>s gev<strong>en</strong> aan wat de grond voor het onderzoek is. De combinatie<strong>van</strong> deze gegev<strong>en</strong>s kan word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de vermelding <strong>van</strong> de grond<strong>en</strong>die tot toepassing <strong>van</strong> de betreff<strong>en</strong>de onderzoeksmethode hebb<strong>en</strong> geleid.29
Het voorgaande betek<strong>en</strong>t dat Bureau 3 voldoet aan de norm dat duidelijk is welkeonderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoor de grond is. Deze werkwijzemet betrekking tot het duidelijk omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat degrond is voor de inzet <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong>, is ‘behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldig’ alsbedoeld in artikel 6 WBP.3.9 ConclusiesBij twee (1 <strong>en</strong> 2) <strong>van</strong> de vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> moet geconcludeerd word<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong>negatief oordeel over de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3.• Omdat Bureau 3 nalaat om concrete afsprak<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met de opdrachtgeverom de onderzochte person<strong>en</strong>, waarmee Bureau 3 géén rechtstreeks contactheeft tijd<strong>en</strong>s het onderzoek, op juiste wijze te informer<strong>en</strong> <strong>en</strong> door niet goed tecontroler<strong>en</strong> of de opdrachtgever deze betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op juiste wijze informeert,mag Bureau 3 niet aannem<strong>en</strong> dat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op de hoogte zijn <strong>van</strong> hetonderzoek, de id<strong>en</strong>titeit <strong>van</strong> het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> het doel <strong>van</strong> de verwerking.Omdat Bureau 3 vervolg<strong>en</strong>s nalaat de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> zelf te informer<strong>en</strong>, is dewerkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 niet in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 34 lid 1 WBP.Deze werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> niet zorgvuldig, als bedoeld inartikel 6 WBP.• De werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 met betrekking tot de bewaartermijn <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>sis niet in overe<strong>en</strong>stemming met artikel 10 WBP.• Het CBP heeft niet geconstateerd dat Bureau 3, in strijd met artikel 6 WBP, op e<strong>en</strong>onrechtmatige, onbehoorlijke of onzorgvuldige wijze persoonsgegev<strong>en</strong>s verkrijgtuit externe bronn<strong>en</strong>.• De werkwijze <strong>van</strong> Bureau 3 met betrekking tot het omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het onderzoeksdoelis in overe<strong>en</strong>stemming met (e<strong>en</strong> onderdeel <strong>van</strong>) artikel 7 WBP,voorzover artikel 7 WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s voor welbepaalde,uitdrukkelijk omschrev<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verzameld.• De werkwijze met betrekking tot het duidelijk omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong><strong>en</strong> wat de grond is voor de inzet <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong> is‘behoorlijk <strong>en</strong> zorgvuldig’ als bedoeld in artikel 6 WBP.30 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
BIJLAGENBijlage 1: Het onderzoek 33Aanleiding 33Afbak<strong>en</strong>ing 33Bevoegdhed<strong>en</strong> 33Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong> 34Werkwijze 34Bijlage 2: Norm<strong>en</strong>kader 35Vraag 1: Wordt de informatieplicht nageleefd<strong>en</strong> wordt dit vastgelegd in het dossier? 35Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong>nageleefd (5 jaar)? 37Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong>gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> is het verkrijg<strong>en</strong><strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> informatie uit dezebronn<strong>en</strong> rechtmatig? 38Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureauuit te voer<strong>en</strong> onderzoek ‘duidelijkomschrev<strong>en</strong>’? 40Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong>zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoorde grond is? 4032<strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
Bijlage 1HET ONDERZOEKAanleidingHet CBP heeft op 12 juli 2005 beslot<strong>en</strong> om in 2005 de werkwijze <strong>van</strong> e<strong>en</strong> drietalparticuliere <strong>recherche</strong>bureaus te onderzoek<strong>en</strong>.Afbak<strong>en</strong>ingObject <strong>van</strong> onderzoek is de persoonsgegev<strong>en</strong>sverwerking <strong>van</strong> drie particuliere <strong>recherche</strong>bureaus.Het doel <strong>van</strong> het onderzoek is het do<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> uitspraak over de werkwijze debureaus met betrekking tot bepaalde aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verwerking <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s.Het onderzoek richt zich op de volg<strong>en</strong>de aspect<strong>en</strong>:• de (verplichte) informatieverstrekking aan de door het <strong>recherche</strong>bureau onderzochteperson<strong>en</strong>;• de bewaartermijn <strong>van</strong> de persoonsgegev<strong>en</strong>s;• het gebruik <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s <strong>van</strong> externe informatiebronn<strong>en</strong>;• de wijze <strong>van</strong> omschrijv<strong>en</strong> <strong>van</strong> het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit tevoer<strong>en</strong> onderzoek;• de vastlegging <strong>van</strong> de onderzoeksmethod<strong>en</strong> inzake het verzamel<strong>en</strong> <strong>van</strong> rele<strong>van</strong>teinformatie t<strong>en</strong> behoeve <strong>van</strong> de uitvoering <strong>van</strong> e<strong>en</strong> onderzoek.Het CBP geeft in dit onderzoek ge<strong>en</strong> inhoudelijk oordeel over de vraag of de onderzoeksmethod<strong>en</strong>in de onderzochte zak<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> juiste (proportionele) wijze zijn ingezet.Bevoegdhed<strong>en</strong>Het onderzoek valt onder de reikwijdte <strong>van</strong> de Wet <strong>bescherming</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> deAlgem<strong>en</strong>e wet bestuursrecht (Awb).Artikel 51 WBP omschrijft de taak <strong>van</strong> het College <strong>bescherming</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s.Het artikel bepaalt dat het CBP toeziet op de verwerking <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s. Methet toezicht op de naleving zijn belast de led<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>van</strong> het secretariaat<strong>van</strong> het College. Tev<strong>en</strong>s zijn daarmee belast de bij besluit <strong>van</strong> het College aangewez<strong>en</strong>person<strong>en</strong> (artikel 61, eerste lid WBP).De Algem<strong>en</strong>e wet bestuursrecht is <strong>van</strong> toepassing op het CBP. De Awb definieert e<strong>en</strong> toezichthouderals e<strong>en</strong> persoon, bij of kracht<strong>en</strong>s wettelijk voorschrift belast met het houd<strong>en</strong><strong>van</strong> toezicht op de naleving <strong>van</strong> het bepaalde bij of kracht<strong>en</strong>s <strong>en</strong>ig wettelijk voorschrift.Op grond <strong>van</strong> artikel 60 WBP is het CBP e<strong>en</strong> onderzoek gestart. Op grond <strong>van</strong> artikel5:16 Awb is e<strong>en</strong> toezichthouder bevoegd om inlichting<strong>en</strong> te vorder<strong>en</strong>. Artikel 5:20 Awbbepaalt dat e<strong>en</strong> ieder verplicht is aan e<strong>en</strong> toezichthouder binn<strong>en</strong> de door hem gestelderedelijke termijn alle medewerking te verl<strong>en</strong><strong>en</strong> die deze redelijkerwijs kan vorder<strong>en</strong> bijde uitoef<strong>en</strong>ing <strong>van</strong> zijn bevoegdhed<strong>en</strong>.Het CBP is op basis <strong>van</strong> e<strong>en</strong> besluit <strong>van</strong> 12 juli 2005 met gebruikmaking <strong>van</strong> zijnbevoegdhed<strong>en</strong>, zoals g<strong>en</strong>oemd in de WBP <strong>en</strong> de Awb het onderzoek gestart.33
Vijf onderzoeksvrag<strong>en</strong>Vraag 1:Vraag 2:Vraag 3:Vraag 4:Vraag 5:Wordt de informatieplicht nageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegd in het dossier?Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong> nageleefd (5 jaar)?Welke informatiebronn<strong>en</strong> gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong> is het verkrijg<strong>en</strong><strong>van</strong> informatie uit deze bronn<strong>en</strong> rechtmatig?Is het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong> onderzoek ‘duidelijkomschrev<strong>en</strong>’?Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoor degrond is?WerkwijzeSelectie <strong>van</strong> de bureausHet doel <strong>van</strong> het selectieproces, waarin wordt beslist welke bureaus zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onderzocht,is om zo objectief mogelijk tot e<strong>en</strong> keuze te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarnaast om de kans ope<strong>en</strong> effectief <strong>en</strong> zinvol onderzoek te vergrot<strong>en</strong> door bij de selectie bepaalde factor<strong>en</strong> tebetrekk<strong>en</strong>:• het aantal <strong>recherche</strong>urs dat bij e<strong>en</strong> bureau werkt. De bedoeling is om e<strong>en</strong> spreidingin grootte <strong>van</strong> te onderzoek<strong>en</strong> bureaus te krijg<strong>en</strong>: één klein bureau (2-5 <strong>recherche</strong>urs),één middelgroot (5-10) <strong>en</strong> één groot (>10). Er is voor gekoz<strong>en</strong> om ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>mansbedrijv<strong>en</strong>te selecter<strong>en</strong>.• de zaaksoort<strong>en</strong> die het bureau doet (voldo<strong>en</strong>de verscheid<strong>en</strong>heid aan <strong>recherche</strong>zak<strong>en</strong>).Bureau 1 is tev<strong>en</strong>s geselecteerd naar aanleiding <strong>van</strong> e<strong>en</strong> klacht die voor het CBP red<strong>en</strong>was e<strong>en</strong> onderzoek in te stell<strong>en</strong> naar de werkwijze <strong>van</strong> Bureau 1. De particuliere<strong>recherche</strong>bureaus 2 <strong>en</strong> 3 zijn door middel <strong>van</strong> e<strong>en</strong> aselecte, getrapte steekproef gekoz<strong>en</strong>uit e<strong>en</strong> lijst met <strong>recherche</strong>bureaus. De selectie is vervolg<strong>en</strong>s aan de twee bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemdecriteria getoetst. Als informatiebronn<strong>en</strong> zijn hierbij de jaarverslag<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> uittreksel uithet register <strong>van</strong> de Kamer <strong>van</strong> Koophandel gebruikt. Het selectieproces is vastgelegd ine<strong>en</strong> intern CBP docum<strong>en</strong>t.Aankondiging <strong>van</strong> het onderzoekVoorafgaand aan het onderzoek heeft het CBP e<strong>en</strong> aangetek<strong>en</strong>de brief verstuurd, die debureaus hebb<strong>en</strong> ont<strong>van</strong>g<strong>en</strong> twee dag<strong>en</strong> voor het onderzoek ter plaatse zou plaatsvind<strong>en</strong>.Onderzoek ter plaatseOp drie dag<strong>en</strong> in augustus <strong>en</strong> september 2005 heeft het CBP onderzoek<strong>en</strong> ter plaatsteverricht. Het CBP heeft interviews met medewerkers <strong>en</strong> directieled<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> dossiersingezi<strong>en</strong>. Ter plaatse zijn <strong>van</strong> rele<strong>van</strong>te docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kopieën gemaakt die door hetCBP zijn meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> lijst <strong>van</strong> docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waar<strong>van</strong> kopieën zijn meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> isaan de bureaus overhandigd. Van het onderzoek ter plaatse is e<strong>en</strong> verslag opgemaakt.Rapportage: voorlopige bevinding<strong>en</strong>De beschrev<strong>en</strong> feitelijke constatering<strong>en</strong> zijn vergelek<strong>en</strong> met de norm, zoals deze in debijlage <strong>van</strong> dit rapport is beschrev<strong>en</strong>.Zi<strong>en</strong>swijze <strong>van</strong> de verantwoordelijkeArtikel 60 tweede lid WBP schrijft voor dat het College zijn voorlopige bevinding<strong>en</strong> terk<strong>en</strong>nis br<strong>en</strong>gt <strong>van</strong> de verantwoordelijke <strong>en</strong> stelt deze in de geleg<strong>en</strong>heid zijn zi<strong>en</strong>swijzehierop te gev<strong>en</strong>.Afsluiting <strong>van</strong> het onderzoekMet in achtneming <strong>van</strong> de termijn voor e<strong>en</strong> reactie op de voorlopige bevinding<strong>en</strong>, heefthet CBP de definitieve bevinding<strong>en</strong> vastgesteld.34 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
Bijlage 2NORMENKADERHet norm<strong>en</strong>kader voor het onderzoek is de Wet <strong>bescherming</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s (WBP).Bij de invulling <strong>van</strong> de norm<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ook de regels <strong>van</strong> de Privacygedragscode voorparticuliere onderzoeksbureaus (de gedragscode) betrokk<strong>en</strong>. De gedragscode is opgestelddoor de Ver<strong>en</strong>iging <strong>van</strong> <strong>Particuliere</strong> Beveiligingsbureaus (VPB) <strong>en</strong> bevat richtlijn<strong>en</strong>hoe in juridische zin moet word<strong>en</strong> omgegaan met persoonsgegev<strong>en</strong>s die in het kader<strong>van</strong> de di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing aan opdrachtgevers verwerkt word<strong>en</strong>. Het CBP heeft in januari2004 e<strong>en</strong> goedkeur<strong>en</strong>de verklaring (als bedoeld in artikel 25 WBP) afgegev<strong>en</strong> voor dezegedragscode. Naleving <strong>van</strong> de gedragscode is door de Minister <strong>van</strong> Justitie <strong>van</strong>af 1 juni2004 verplicht gesteld voor alle particuliere <strong>recherche</strong>bureaus.Vraag 1: Wordt de informatieplicht nageleefd <strong>en</strong> wordt dit vastgelegd inhet dossier?De wettelijke norm wordt gegev<strong>en</strong> in artikel 33, 34 <strong>en</strong> 43 WBP <strong>en</strong> in artikel 6 WBP.De sectorspecifieke uitwerking <strong>van</strong> de norm wordt beschrev<strong>en</strong> in hoofdstuk 8 <strong>van</strong> degedragscode.Wettelijk kaderIndi<strong>en</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s rechtstreeks <strong>van</strong> de onderzochte persoon word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>,bepaalt artikel 33 WBP dat de verantwoordelijke vóór het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> verkrijging aandeze mededeelt wat di<strong>en</strong>s id<strong>en</strong>titeit is, alsmede wat de doeleind<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verwerkingzijn. Indi<strong>en</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> andere wijze dan rechtstreeks<strong>van</strong> de onderzochte persoon, bepaalt artikel 34 <strong>van</strong> de WBP dat de verantwoordelijke dehiervoor g<strong>en</strong>oemde informatie aan de onderzochte persoon mededeelt:• op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> vastlegging <strong>van</strong> die gegev<strong>en</strong>s, of• wanneer de gegev<strong>en</strong>s bestemd zijn om aan e<strong>en</strong> derde te word<strong>en</strong> verstrekt, uiterlijkop het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> de eerste verstrekking.De informatieverstrekking kan achterwege blijv<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> de verantwoordelijke op goedegrond<strong>en</strong> mag aannem<strong>en</strong> dat de onderzochte persoon daar<strong>van</strong> reeds op de hoogte is.De verantwoordelijke kan het informer<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzochte persoon tev<strong>en</strong>s achterwegelat<strong>en</strong> voor zover dit noodzakelijk is in het belang <strong>van</strong>:• de voorkoming, opsporing <strong>en</strong> vervolging <strong>van</strong> strafbare feit<strong>en</strong>;• de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> ander<strong>en</strong> dan de onderzochte persoon, de verantwoordelijke<strong>en</strong> de opdrachtgever daaronder begrep<strong>en</strong>.Artikel 6 <strong>van</strong> de WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> verwerkt inovere<strong>en</strong>stemming met de wet <strong>en</strong> op behoorlijke <strong>en</strong> zorgvuldige wijze.Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 8 gedragscodeIn de chronologie <strong>van</strong> e<strong>en</strong> particulier <strong>recherche</strong>onderzoek <strong>en</strong> in de verhouding tuss<strong>en</strong> deopdrachtgever <strong>en</strong> het particulier onderzoeksbureau geschiedt de informatieverstrekkingaan de onderzochte persoon als volgt:Voorafgaand aan het onderzoek:1 In het intakegesprek tuss<strong>en</strong> de opdrachtnemer <strong>en</strong> de opdrachtgever én nog voordate<strong>en</strong> aan<strong>van</strong>g wordt gemaakt met de <strong>recherche</strong>werkzaamhed<strong>en</strong> wijst het particulieronderzoeksbureau de opdrachtgever op de op het particulier onderzoeksbureau (alsverantwoordelijke in de zin <strong>van</strong> de WBP) rust<strong>en</strong>de informatieverplichting jeg<strong>en</strong>s deonderzochte persoon;2 in dat gesprek wordt vastgesteld of de onderzochte persoon al op de hoogte is <strong>van</strong>e<strong>en</strong> jeg<strong>en</strong>s hem in te stell<strong>en</strong> onderzoek;35
3 indi<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> achtergrondonderzoek wordt de onderzochte persoon inalgem<strong>en</strong>e bewoording<strong>en</strong> medegedeeld wat de aard <strong>van</strong> het onderzoek is waaraan hijonderworp<strong>en</strong> is, wat daar<strong>van</strong> de red<strong>en</strong> is <strong>en</strong> wie als opdrachtgever fungeert. Verderwordt de onderzochte persoon medegedeeld dat hij zich voor nadere informatie totde opdrachtgever di<strong>en</strong>t te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>;4 indi<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong> e<strong>en</strong> achtergrondonderzoek vindt e<strong>en</strong> afweging plaats ofhet op de hoogte stell<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzochte persoon – ondanks de informatieplicht– toch achterwege di<strong>en</strong>t te blijv<strong>en</strong> omdat de belang<strong>en</strong> <strong>van</strong> het voorkom<strong>en</strong>, het opspor<strong>en</strong><strong>en</strong> het vervolg<strong>en</strong> <strong>van</strong> strafbare feit<strong>en</strong> dat noodzakelijk mak<strong>en</strong> (artikel 43aanhef <strong>en</strong> onder b WBP). De aanwezigheid <strong>van</strong> e<strong>en</strong> opsporingsbelang moet door e<strong>en</strong>opsporingsambt<strong>en</strong>aar k<strong>en</strong>baar zijn gemaakt. Voorts kan het op de hoogte stell<strong>en</strong> <strong>van</strong>de onderzochte persoon achterwege blijv<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> dat noodzakelijk is ter <strong>bescherming</strong><strong>van</strong> de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> ander<strong>en</strong> (artikel 43 aanhef <strong>en</strong> onder e WBP).In deze gevall<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t de informatieplicht tijd<strong>en</strong>s het onderzoek of na het onderzoekte geschied<strong>en</strong>;5 indi<strong>en</strong> de uitzondering<strong>en</strong> op de informatieplicht niet <strong>van</strong> toepassing zijn, di<strong>en</strong>thet particulier onderzoeksbureau de onderzochte persoon op de hoogte te stell<strong>en</strong>voordat het onderzoek e<strong>en</strong> aan<strong>van</strong>g neemt. De onderzochte persoon wordt dan inalgem<strong>en</strong>e bewoording<strong>en</strong> medegedeeld wat de aard <strong>van</strong> het onderzoek is waaraan hijis onderworp<strong>en</strong>, wat daar<strong>van</strong> de red<strong>en</strong> is <strong>en</strong> wie als opdrachtgever fungeert. Verderwordt de onderzochte persoon medegedeeld dat hij zich voor nadere informatie totde opdrachtgever di<strong>en</strong>t te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.Na aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het onderzoek:Indi<strong>en</strong> de onderzochte persoon niet voorafgaand aan het onderzoek op de hoogte is gesteld,wordt hij tijd<strong>en</strong>s het onderzoek geïnformeerd. Daarbij wordt als volgt gehandeld:1 Indi<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s omtr<strong>en</strong>t het onderzoek word<strong>en</strong> vastgelegd in de opdracht<strong>en</strong> c.q.voorvall<strong>en</strong>registratie, wordt vastgesteld of het risico aanwezig is dat de onderzochtepersoon de mededeling zal aangrijp<strong>en</strong> om maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong> om de waarheidsvindingte belemmer<strong>en</strong>;2 in dat geval wordt de onderzochte persoon op de hoogte gesteld <strong>van</strong> het uitgevoerdeonderzoek zodra dit in het kader <strong>van</strong> het onderzoek verantwoord is. Het mom<strong>en</strong>twaarop dit wordt gedaan, wordt in overleg met de opdrachtgever bepaald. Vaak zaldit mom<strong>en</strong>t sam<strong>en</strong>vall<strong>en</strong> met het mom<strong>en</strong>t dat de onderzochte persoon geïnterviewdwordt over het voorval. De onderzochte persoon wordt dan in algem<strong>en</strong>e bewoording<strong>en</strong>medegedeeld wat de aard <strong>van</strong> het onderzoek is waaraan hij is onderworp<strong>en</strong>,wat daar<strong>van</strong> de red<strong>en</strong> is <strong>en</strong> wie als opdrachtgever fungeert. Verder wordt de onderzochtepersoon medegedeeld dat hij zich voor nadere informatie tot de opdrachtgeverdi<strong>en</strong>t te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.Na afronding <strong>van</strong> het onderzoek:1 De onderzochte persoon wordt in ieder geval in k<strong>en</strong>nis gesteld <strong>van</strong> het onderzoekdirect nadat het onderzoeksrapport is aangebod<strong>en</strong> aan de opdrachtgever;2 bij de ink<strong>en</strong>nisstelling wordt de onderzochte persoon in algem<strong>en</strong>e bewoording<strong>en</strong>medegedeeld wat de aard <strong>van</strong> het onderzoek is waaraan hij is onderworp<strong>en</strong>, watdaar<strong>van</strong> de red<strong>en</strong> is <strong>en</strong> wie als opdrachtgever fungeert. Verder wordt de onderzochtepersoon medegedeeld dat hij zich voor nadere informatie tot de opdrachtgever di<strong>en</strong>tte w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> is vastgesteld dat de onderzochte persoon betrokk<strong>en</strong> is geweestbij het pleg<strong>en</strong> <strong>van</strong> strafbare of laakbare gedraging<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of overtreding <strong>van</strong> (wettelijke)voorschrift<strong>en</strong> dan wel poging<strong>en</strong> daartoe, wordt de betrokk<strong>en</strong>e medegedeeld datgedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> periode <strong>van</strong> vijf jaar anteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bewaard word<strong>en</strong>, welke gegev<strong>en</strong>sdeze anteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong> omvatt<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat deze gegev<strong>en</strong>s verstrekt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in hetkader <strong>van</strong> achtergrondonderzoek<strong>en</strong>;3 in uitzonderingsgevall<strong>en</strong> blijft ook dan de mededeling achterwege. Dat is onderandere het geval indi<strong>en</strong> <strong>van</strong> het voorval door of nam<strong>en</strong>s de opdrachtgever aangiftewordt gedaan bij de politie <strong>en</strong> vroegtijdige ink<strong>en</strong>nisstelling <strong>van</strong> de onderzochte36 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
persoon het opsporings- of vervolgingsbelang schaadt (artikel 43 aanhef <strong>en</strong> onderb WBP) of indi<strong>en</strong> dit noodzakelijk is in het belang <strong>van</strong> de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> <strong>van</strong>ander<strong>en</strong> dan de onderzochte persoon, de verantwoordelijke <strong>en</strong> de opdrachtgeverdaaronder begrep<strong>en</strong>. Dit wordt <strong>van</strong> geval tot geval in overleg met de opdrachtgeverbepaald. De noodzaak om de mededeling achterwege te lat<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> sprake is <strong>van</strong>opsporings- of vervolgingsbelang<strong>en</strong> moet door e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar k<strong>en</strong>baarzijn gemaakt.Toelichting:De artikel<strong>en</strong> 33 <strong>en</strong> 34 WBP bepal<strong>en</strong> dat het particulier onderzoeksbureau verplicht isdi<strong>en</strong>s id<strong>en</strong>titeit op eig<strong>en</strong> initiatief bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong> aan de onderzochte persoon <strong>en</strong>deze te informer<strong>en</strong> over de doeleind<strong>en</strong> <strong>van</strong> de verwerking <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s.De verplichting om dit op eig<strong>en</strong> initiatief te do<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> belangrijk instrum<strong>en</strong>t om dewerkzaamhed<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> particulier onderzoeksbureau transparant te mak<strong>en</strong> opdat deonderzochte persoon de recht<strong>en</strong> kan uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> die in paragraaf 9 zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. DeWBP onderscheidt twee vorm<strong>en</strong> <strong>van</strong> informatieverstrekking. Als gegev<strong>en</strong>s rechtstreeksbij e<strong>en</strong> ander verkreg<strong>en</strong> word<strong>en</strong> – bijvoorbeeld door deze te interview<strong>en</strong> – di<strong>en</strong>t deze opde hoogte te word<strong>en</strong> gesteld op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> vergaring <strong>van</strong> gegev<strong>en</strong>s. Dit is voor hetinterview<strong>en</strong> <strong>van</strong> person<strong>en</strong> uitgewerkt in paragraaf 7.3. Indi<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s buit<strong>en</strong> debetrokk<strong>en</strong>e om word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>, hetzij bij derd<strong>en</strong>, hetzij door eig<strong>en</strong> waarneming, di<strong>en</strong>tde betrokk<strong>en</strong>e geïnformeerd te word<strong>en</strong>, ofwel op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> vastlegging <strong>van</strong> diegegev<strong>en</strong>s, ofwel wanneer de gegev<strong>en</strong>s bestemd zijn om aan e<strong>en</strong> derde te word<strong>en</strong> verstrekt,uiterlijk op het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> de eerste verstrekking aan die derde. Over de wijzewaarop de informatie wordt verstrekt, wordt ge<strong>en</strong> normering voorgeschrev<strong>en</strong>, omdat ditper geval verschill<strong>en</strong>d kan zijn. De informatieverstrekking kan mondeling in e<strong>en</strong> rechtstreekscontact tuss<strong>en</strong> (medewerkers <strong>van</strong>) het particulier onderzoeksbureau <strong>en</strong> de onderzochtepersoon geschied<strong>en</strong>, maar kan ook schriftelijk gedaan word<strong>en</strong>. Bij de mededeling<strong>van</strong> het doel <strong>van</strong> de gegev<strong>en</strong>sverwerking kan aansluiting word<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> bij deopdrachtomschrijving zoals deze is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de opdrachtbevestiging tuss<strong>en</strong> hetparticulier onderzoeksbureau <strong>en</strong> de opdrachtgever. Van de mededelingsplicht kan intwee gevall<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgezi<strong>en</strong>. In het eerste geval blijft de mededeling (tijdelijk) achterwegeomdat opsporingsbelang<strong>en</strong> dat noodzakelijk mak<strong>en</strong> (artikel 43 aanhef <strong>en</strong> onder bWBP). Indi<strong>en</strong> nam<strong>en</strong>s de opdrachtgever aangifte gedaan wordt, betek<strong>en</strong>t dat niet automatischdat de politie direct e<strong>en</strong> aan<strong>van</strong>g neemt met opsporingsactiviteit<strong>en</strong>. In dat gevalis het risico aanwezig is dat de onderzochte persoon de mededeling zal aangrijp<strong>en</strong> ommaatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong> om de waarheidsvinding door de politie te belemmer<strong>en</strong>, bijvoorbeelddoor bewijsmateriaal zoek te mak<strong>en</strong> of door mededaders te informer<strong>en</strong>. De aanwezigheid<strong>van</strong> e<strong>en</strong> opsporingsbelang moet door e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar k<strong>en</strong>baar zijngemaakt. Voorts kan het op de hoogte stell<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzochte persoon (tijdelijk) achterwegeblijv<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> dat noodzakelijk is ter <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong><strong>van</strong> ander<strong>en</strong>, zoals de opdrachtgever (artikel 43 aanhef <strong>en</strong> onder e WBP). Indi<strong>en</strong> demededeling bijvoorbeeld direct na het aanvaard<strong>en</strong> <strong>van</strong> de opdracht gedaan wordt is ookhier het risico aanwezig dat de onderzochte persoon de mededeling zal aangrijp<strong>en</strong> ommaatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong> om de waarheidsvinding te belemmer<strong>en</strong>.Vraag 2: Word<strong>en</strong> de bewaartermijn<strong>en</strong> nageleefd (5 jaar)?De wettelijke norm wordt gegev<strong>en</strong> in artikel 10 WBP. De sectorspecifieke uitwerking <strong>van</strong>de norm wordt beschrev<strong>en</strong> in hoofdstuk 5.5 <strong>van</strong> de gedragscode.Wettelijk kaderArtikel 10 <strong>van</strong> de WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s niet langer word<strong>en</strong> bewaard in e<strong>en</strong>vorm die het mogelijk maakt de betrokk<strong>en</strong>e te id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> dan noodzakelijk is voor deverwerkelijking <strong>van</strong> de doeleind<strong>en</strong> waarvoor zij word<strong>en</strong> verzameld of vervolg<strong>en</strong>s word<strong>en</strong>verwerkt.37
Sectornormering: hoofdstuk 5.5. gedragscodeGegev<strong>en</strong>s uit de opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie word<strong>en</strong> verwijderd binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong>periode <strong>van</strong> maximaal vijf jaar na het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> eerste vastlegging.De periode <strong>van</strong> vijf jaar wordt verl<strong>en</strong>gd, indi<strong>en</strong> zich t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> <strong>van</strong> de onderzochtepersoon e<strong>en</strong> nieuwe aanleiding als hiervoor vermeld heeft voorgedaan, die wordtopg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie. In die gevall<strong>en</strong> begint de termijn<strong>van</strong> vijf jaar opnieuw te lop<strong>en</strong>, <strong>van</strong>af het mom<strong>en</strong>t <strong>van</strong> vastlegging <strong>van</strong> gegev<strong>en</strong>s.Gegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> in ieder geval uit de opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie verwijderdindi<strong>en</strong> voldaan wordt aan e<strong>en</strong> verzoek ex artikel 36 <strong>van</strong> de WBP.In afwijking <strong>van</strong> de hiervoor g<strong>en</strong>oemde bewaartermijn<strong>en</strong> blijft het onderzoeksdossierbewaard zolang dat gebod<strong>en</strong> is in verband met de behandeling <strong>van</strong> lop<strong>en</strong>de procedures<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> die nog onder de rechter zijn <strong>en</strong> waarbij de mogelijkheid bestaat dat hetzij deopdrachtgever, hetzij het particulier onderzoeksbureau in rechte wordt opgeroep<strong>en</strong>.Toelichting:Persoonsgegev<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> om meerdere red<strong>en</strong><strong>en</strong> bewaard nadat het onderzoeksrapportaan de opdrachtgever is aangebod<strong>en</strong>. Allereerst word<strong>en</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s bewaard t<strong>en</strong>behoeve <strong>van</strong> opdrachtgevers in het kader <strong>van</strong> de behandeling <strong>van</strong> juridische proceduresof geschill<strong>en</strong> waarbij de opdrachtgever partij is. Daarbij kan gedacht word<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> noglop<strong>en</strong>de ontslagprocedure <strong>van</strong> de onderzochte persoon of e<strong>en</strong> lop<strong>en</strong>de strafzaak indi<strong>en</strong><strong>van</strong> het voorval aangifte is gedaan bij de politie.Verder word<strong>en</strong> de gegev<strong>en</strong>s bewaard voor het behandel<strong>en</strong> <strong>van</strong> klacht<strong>en</strong> die word<strong>en</strong>ingedi<strong>en</strong>d teg<strong>en</strong> het particulier onderzoeksbureau zelf op grond <strong>van</strong> artikel 18 <strong>van</strong> deRegeling particuliere beveiligingsorganisaties <strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus, het voldo<strong>en</strong> aan wettelijkeplicht<strong>en</strong> (zoals het getuig<strong>en</strong> in rechte) <strong>en</strong> voor vervolgopdracht<strong>en</strong> <strong>van</strong> de primaireopdrachtgever. T<strong>en</strong>slotte word<strong>en</strong> de gegev<strong>en</strong>s bewaard voor opdrachtgevers <strong>van</strong> detweede categorie (als bedoeld in paragraaf 5.4). Het gebruik <strong>van</strong> de gegev<strong>en</strong>s uit eerdereopdracht<strong>en</strong> voor deze categorieopdrachtgevers is beperkt tot achtergrondonderzoek<strong>en</strong>.De bewaarduur <strong>van</strong> vijf jaar is <strong>van</strong> belang aangezi<strong>en</strong> opdrachtgevers met <strong>en</strong>ige regelmaatgegev<strong>en</strong>s uit het dossier nog in will<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of gegev<strong>en</strong>s uit het dossier nodig hebb<strong>en</strong>.Vaak blijkt pas geruime tijd na afsluiting <strong>van</strong> het particulier <strong>recherche</strong>onderzoekdat juridische procedures lop<strong>en</strong>. Met <strong>en</strong>ige regelmaat word<strong>en</strong> particulier onderzoekersopgeroep<strong>en</strong> om te getuig<strong>en</strong>. Vaak wil de rechter wet<strong>en</strong> of er inhoudelijke verschill<strong>en</strong> zijntuss<strong>en</strong> de aan de opdrachtgever aangebod<strong>en</strong> rapport <strong>en</strong> eerdere kladversies. De bewaartermijn<strong>van</strong> vijf jaar sluit ook aan bij de verjaringstermijn voor rechtsvordering<strong>en</strong> (artikel3:310 BW). Zowel de onderzochte persoon als de opdrachtgever kunn<strong>en</strong> het particulieronderzoeksbureau in voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> aansprek<strong>en</strong> tot vergoeding <strong>van</strong> schade weg<strong>en</strong>sonrechtmatige daad respectievelijk wanprestatie. In dat geval di<strong>en</strong>t het particulieronderzoeksbureau in staat te zijn zich gemotiveerd te verdedig<strong>en</strong> door overlegging <strong>van</strong>stukk<strong>en</strong> uit het onderzoeksdossier.Vraag 3: Welke externe informatiebronn<strong>en</strong> gebruikt het <strong>recherche</strong>bureau <strong>en</strong>is het verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> <strong>van</strong> informatie uit deze bronn<strong>en</strong>rechtmatig?De wettelijke norm wordt gegev<strong>en</strong> in artikel 6 WBP. De sectorspecifieke uitwerking <strong>van</strong>de norm wordt beschrev<strong>en</strong> in de gedragscode, overweging 1.2; hoofdstuk 5.1 <strong>en</strong> hoofdstuk7, algeme<strong>en</strong> deel.Wettelijk kaderArtikel 6 <strong>van</strong> de WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> verwerkt in overe<strong>en</strong>stemmingmet de wet <strong>en</strong> op behoorlijke <strong>en</strong> zorgvuldige wijze.38 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006
Sectorspecifieke uitwerking: overweging 1.2 gedragscodeHet handel<strong>en</strong> <strong>van</strong> particuliere onderzoeksbureaus moet in overe<strong>en</strong>stemming zijn methetge<strong>en</strong> <strong>van</strong> e<strong>en</strong> particulier onderzoeksbureau in het maatschappelijk verkeer magword<strong>en</strong> verwacht. Deze norm is voor particuliere onderzoeksbureaus expliciet vastgelegdin artikel 14 aanhef <strong>en</strong> onder e <strong>van</strong> de Wet particuliere beveiligingsorganisaties<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus (hierna te noem<strong>en</strong>: Wpbr). Naast deze specifieke voor particuliereonderzoeksbureaus geld<strong>en</strong>de norm geld<strong>en</strong> ook de algeme<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>de norm<strong>en</strong> <strong>van</strong> zorgvuldig(maatschappelijk) handel<strong>en</strong> of nalat<strong>en</strong> zoals die zijn vastgelegd in artikel 6:162<strong>van</strong> het Burgerlijk Wetboek <strong>en</strong> de WBP.Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.1 gedragscode1 De sector particuliere onderzoeksbureaus onthoudt zich <strong>van</strong> het onrechtmatig vergar<strong>en</strong><strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s;2 bij de method<strong>en</strong> <strong>van</strong> gegev<strong>en</strong>svergaring (onderzoeksmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> –middel<strong>en</strong>)word<strong>en</strong> de bepaling<strong>en</strong> <strong>van</strong> hoofdstuk 7 <strong>van</strong> de gedragscode in acht g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>;3 de onderzoekshandeling<strong>en</strong> die zijn uitgevoerd word<strong>en</strong> zodanig vastgelegd, dat in hetkader <strong>van</strong> (gerechtelijke) procedures e<strong>en</strong> zelfstandig oordeel kan word<strong>en</strong> gevormdover de rechtmatigheid <strong>van</strong> de verkrijging <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s aan de hand <strong>van</strong>deze vastlegging;4 persoonsgegev<strong>en</strong>s die in strijd met artikel 6 <strong>van</strong> de WBP verkreg<strong>en</strong> zijn mog<strong>en</strong> nietword<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie.Toelichting:Voor particuliere onderzoeksbureaus betek<strong>en</strong>t de norm <strong>van</strong> artikel 6 <strong>van</strong> de WBP datzij ge<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s mog<strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> zij deze gegev<strong>en</strong>s verkreg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> doormiddel <strong>van</strong> illegale onderzoeksmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> –middel<strong>en</strong>. Zo zijn in het Wetboek <strong>van</strong>Strafrecht (hierna: WvSr) bepaling<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die het onopgemerkt afluister<strong>en</strong> <strong>en</strong> opnem<strong>en</strong><strong>van</strong> gesprekk<strong>en</strong> of het onopgemerkt mak<strong>en</strong> <strong>van</strong> afbeelding<strong>en</strong> verbied<strong>en</strong> (zie deartikel<strong>en</strong> 139a – 139f WvSr). De norm heeft betrekking op het eig<strong>en</strong> handel<strong>en</strong> of nalat<strong>en</strong><strong>van</strong> e<strong>en</strong> particulier onderzoeksbureau. Het mag niet zelf verwijtbaar betrokk<strong>en</strong> zijn bijonrechtmatige gegev<strong>en</strong>svergaring.Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> derde gegev<strong>en</strong>s (bewijsmateriaal) aan e<strong>en</strong> particulier onderzoeker overhandigt,dat door deze derde op onrechtmatige wijze is verkreg<strong>en</strong>, hoeft dat derhalve niet tebetek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat deze gegev<strong>en</strong>s niet door het particulier onderzoeksbureau mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>verwerkt. Dit is echter anders indi<strong>en</strong> deze derde met medewet<strong>en</strong> of op aandring<strong>en</strong> <strong>van</strong>het particulier onderzoeksbureau bij de gegev<strong>en</strong>s- c.q. bewijsvergaring onrechtmatigheeft gehandeld, (bijvoorbeeld door op verzoek <strong>van</strong> het particulier onderzoeksbureaugegev<strong>en</strong>s te verstrekk<strong>en</strong> in strijd met e<strong>en</strong> wettelijke geheimhoudingsbepaling).E<strong>en</strong> deugdelijke vastlegging <strong>van</strong> de wijze waarop gegev<strong>en</strong>s zijn verkreg<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>van</strong> wieis derhalve <strong>van</strong> belang (zie hiervoor paragraaf 7.9).Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 7Het staat particulier<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> vrij gedraging<strong>en</strong> <strong>van</strong> ander<strong>en</strong> te onderzoek<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong>hun belang<strong>en</strong> door deze gedraging<strong>en</strong> zijn of kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geschaad. Particulier onderzoekis niet expliciet bij wet g<strong>en</strong>ormeerd. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> particulier onderzoeksbureau wordtingeschakeld, wordt het particulier onderzoek ev<strong>en</strong>wel op indirecte wijze g<strong>en</strong>ormeerddoor artikel 6 <strong>van</strong> de WBP. Gegev<strong>en</strong>s die immers in strijd met deze bepaling zijn verkreg<strong>en</strong>,mog<strong>en</strong> niet verwerkt word<strong>en</strong> in de opdracht<strong>en</strong>- c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie.In het kader <strong>van</strong> de opdracht maakt de sector particuliere onderzoeksbureaus gebruik<strong>van</strong> diverse onderzoeksmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> –middel<strong>en</strong>. Daarbij kan onder meer gedacht word<strong>en</strong>aan het vergar<strong>en</strong> <strong>van</strong> gegev<strong>en</strong>s uit op<strong>en</strong> bronn<strong>en</strong> (zoals het internet <strong>en</strong> de op<strong>en</strong>bareregisters).Voor deze gedragscode geldt als eerste basisregel dat de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> plicht<strong>en</strong> die geld<strong>en</strong>voor iedere burger, ook geld<strong>en</strong> voor particuliere onderzoeksbureaus. Bij bevoegdhed<strong>en</strong><strong>van</strong> iedere burger kan gedacht word<strong>en</strong> aan het raadpleg<strong>en</strong> <strong>van</strong> op<strong>en</strong>bare registers39
(zoals de registers <strong>van</strong> de Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>en</strong> Fabriek<strong>en</strong> <strong>en</strong> de registers <strong>van</strong> hetKadaster) <strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare bronn<strong>en</strong> (zoals het internet).Vraag 4: Is het doel <strong>van</strong> het door het <strong>recherche</strong>bureau uit te voer<strong>en</strong> onderzoek‘duidelijk omschrev<strong>en</strong>’?De wettelijke norm wordt gegev<strong>en</strong> in artikel 7 WBP. De sectorspecifieke uitwerking <strong>van</strong>de norm wordt beschrev<strong>en</strong> in hoofdstuk 5.2 <strong>van</strong> de gedragscode.Wettelijk kaderArtikel 7 <strong>van</strong> de WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s voor welbepaalde, uitdrukkelijkomschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> gerechtvaardigde doeleind<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verzameld.Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 5.2 gedragscodeVaststell<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong> bij aanvaarding <strong>van</strong> (nieuwe) opdracht<strong>en</strong>: Het concrete doel<strong>van</strong> de onderzoeksopdracht wordt zo nauwkeurig mogelijk in de schriftelijke opdrachtbevestigingtuss<strong>en</strong> het particulier onderzoeksbureau <strong>en</strong> de opdrachtgever vastgelegd.E<strong>en</strong> nauwkeurige omschrijving <strong>van</strong> de onderzoeksopdracht draagt bij aan de controleerbaarheidachteraf <strong>van</strong> de rechtmatigheid <strong>van</strong> gegev<strong>en</strong>sverwerking<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> afschrift daar<strong>van</strong>wordt bewaard in het onderzoeksdossier. Ook wijziging<strong>en</strong> in de onderzoeksopdrachtof aanvulling<strong>en</strong> daarop die plaatsvind<strong>en</strong> in de loop <strong>van</strong> het onderzoek word<strong>en</strong> schriftelijkbevestigd aan de opdrachtgever <strong>en</strong> bewaard in het onderzoeksdossier.Vraag 5: Is duidelijk welke onderzoeksmethod<strong>en</strong> zijn toegepast <strong>en</strong> wat daarvoorde grond is?De wettelijke norm wordt gegev<strong>en</strong> in artikel 6 WBP. De norm is sectorspecifiekuitgewerkt in hoofdstuk 7.9 <strong>van</strong> de gedragscode.Wettelijk kaderArtikel 6 <strong>van</strong> de WBP bepaalt dat persoonsgegev<strong>en</strong>s alle<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwerkt in overe<strong>en</strong>stemmingmet de wet <strong>en</strong> op behoorlijke <strong>en</strong> zorgvuldige wijze.Sectorspecifieke uitwerking: hoofdstuk 7.9 gedragscodeIndi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> particulier onderzoeksbureau één <strong>van</strong> de in de paragraf<strong>en</strong> 7.1 tot <strong>en</strong> met 7.8g<strong>en</strong>oemde onderzoeksmethod<strong>en</strong> of –middel<strong>en</strong> heeft toegepast wordt hier<strong>van</strong> e<strong>en</strong> verslagopgemaakt, onder vermelding <strong>van</strong> de grond<strong>en</strong> die tot de toepassing <strong>van</strong> de gehanteerdeonderzoeksmethode c.q. – middel hebb<strong>en</strong> geleid. Het verslag maakt deel uit <strong>van</strong> hetdossier <strong>en</strong> zodo<strong>en</strong>de <strong>van</strong> de opdracht<strong>en</strong> c.q. voorvall<strong>en</strong>registratie, maar vormt ge<strong>en</strong> onderdeel<strong>van</strong> het onderzoeksrapport, t<strong>en</strong>zij met de opdrachtgever anders is overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>.Door middel <strong>van</strong> deze verslaglegging is achteraf toetsing mogelijk op de juistetoepassing <strong>van</strong> onderzoeksmethod<strong>en</strong>- <strong>en</strong> middel<strong>en</strong>. Dat is <strong>van</strong> belang voor de beoordeling<strong>van</strong> klacht<strong>en</strong> ex-artikel 18 <strong>van</strong> de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties<strong>en</strong> <strong>recherche</strong>bureaus <strong>en</strong> voor de beoordeling door het CBP <strong>van</strong> e<strong>en</strong> verzoek ex-artikel47 WBP, alsmede voor de geschill<strong>en</strong>regeling <strong>van</strong> de gedragscode. De reikwijdte <strong>van</strong> hetrecht tot inzage in het onderzoeksdossier door de onderzochte persoon als vastgelegdin paragraaf 9.1 <strong>van</strong> deze gedragscode omvat - onder de daar gestelde voorwaard<strong>en</strong> <strong>en</strong>beperking<strong>en</strong> - ook de verslaglegging <strong>van</strong> gehanteerde onderzoeksmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderzoeksmiddel<strong>en</strong>.40 <strong>Particuliere</strong> <strong>recherche</strong> <strong>en</strong> <strong>bescherming</strong> <strong>van</strong> persoonsgegev<strong>en</strong>s - mei 2006