Instructie bij Formulier Mantelzorgondersteuning - Vilans
Instructie bij Formulier Mantelzorgondersteuning - Vilans
Instructie bij Formulier Mantelzorgondersteuning - Vilans
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Formulier</strong> Mantelzorgin het zorg(leef )planToelichting en instructie
<strong>Formulier</strong> Mantelzorgin het zorg(leef)planToelichting en instructie1
ColofonHet <strong>Formulier</strong> Mantelzorg in het zorg(leef)plan is een uitgave vanIKZ, <strong>Vilans</strong> en BRIZ, juli 2012Samenstelling: Geraldine Visser, Ans Verdonschot en Theo RoyersEindredactie: Ans Verdonschot en Wim PutsVormgeving: Wim Puts/CSTwww.ikz.nlwww.vilans.nlwww.briz.nl2Bij deze toelichting hoort het <strong>Formulier</strong> Mantelzorg in het zorg(leef)plan.Heeft u het formulier al gebruikt of wilt u een nieuw exemplaar,ga dan naar een van bovenstaande websites om een blanco formulier te downloaden.
VoorwoordVoor u ligt de toelichting en instructie voor het invullen van het<strong>Formulier</strong> Mantelzorg in het zorg(leef)plan. Dit formulier is ontwikkeld doorhet Expertisecentrum Mantelzorg, het Integraal Kankercentrum Zuid en deBrabantse Raad Informele Zorg met financiële steun van de ProvincieNoord-Brabant.Het formulier is uitgebreid getest onder (wijk)verpleegkundigen in dethuiszorg. Zij zijn enthousiast om ermee te werken. Het gebruik van hetformulier geeft op eenvoudige en snelle wijze een helder beeld van desituatie van de mantelzorger.Ook mantelzorgers zijn gevraagd naar hun bevindingen. Zij vinden hetgebruik van het formulier prettig. Zij worden zich daardoor meer bewust vanhun kwetsbare positie en geven aan dat ze door dit gesprek erkenning krijgenvoor hun zware taak. Daaraan blijken zij behoefte te hebben. Ook meldenenkele mantelzorgers dat ze door het gesprek met de (wijk)verpleegkundige<strong>bij</strong> het invullen van het formulier een ander en beter contact met hen hebbengekregen. Hierdoor geven ze gemakkelijker aan dat ze iets moeilijk vinden ofdat ze de zorg te zwaar vinden.Het formulier is bruikbaar in alle situaties thuis waar mantelzorgers zich(zwaar) belast voelen. Het formulier zou een (optionele) plek in hetzorg(leef)plan moeten krijgen.3
InhoudVoorwoordHoofdstuk 1Het belang van mantelzorgondersteuning 5Hoofdstuk 2<strong>Instructie</strong> voor het gebruik van het<strong>Formulier</strong> Mantelzorg in het zorg(leef )plan 8• Algemene gegevens van de cliënt en ervaring met de mantelzorg 8• Ervaren Druk door Informele Zorg (EDIZ) 10• Kenmerken mantelzorg 12• Ecogram 17• Samenvatting & advies 19• <strong>Instructie</strong> voor vervolggesprek 21Hoofdstuk 3Mogelijkheden voor mantelzorgondersteuning 22• Overzicht van de algemene mogelijkhedenvoor mantelzorgondersteuning 22Hoofdstuk 4Literatuur 244
1. Het belang vanmantelzorgondersteuningInleidingZorgen voor een naaste is een liefdevolle en dankbare taak. Mantelzorg, ookwel informele zorg genoemd, geeft het leven zin en invulling en biedt vaakvoldoening. Maar mantelzorg kan ook zwaar zijn en het risico op psychischeof lichamelijke overbelasting vergroten. Tijdige ondersteuning vergroot de kansdat de patiënt thuis kan blijven wonen en in geval van palliatieve zorg thuis kansterven en vermindert het risico op overbelasting en maakt dat mantelzorgersdie voldoening kunnen blijven ervaren en met een goed gevoel voor hun naastekunnen blijven zorgen. Een eerste belangrijke stap om dit mogelijk te maken isdoor vroeg in het zorgproces, dus <strong>bij</strong> het maken van het zorg(leef ]plan, explicietaandacht aan de mantelzorger te besteden en met hem/haar in gesprek te gaan.Zo krijg je een indruk van de belasting van mantelzorgers.Als hulpmiddel hiervoor is het <strong>Formulier</strong> Mantelzorg in het zorg(leef )planontwikkeld. Wij willen daar<strong>bij</strong> nadrukkelijk vermelden dat het niet de bedoelingis de administratieve last van zorgverleners te vergroten. Wij realiseren onsterdege dat dit een extra taak is. Maar uit ervaringen van verzorgenden enverpleegkundigen die dit formulier in de praktijk hebben getest komt naar vorendat zij het een welkome aanvulling vinden. In deze Toelichting en instructie leesje hoe je dit formulier moet invullen en wat je als hulpverlener kunt doen ommantelzorgers te ondersteunen en het sociale netwerk, dat de cliënt omringt, inoptimale conditie te houden.5Wat is mantelzorg?Mantelzorg is• zorg en ondersteuning die partners/echtgenoten, kinderen, ouders, anderefamilieleden, vrienden, kennissen, collega’s en buren verlenen en die
voortkomt uit onderlinge relaties. Het gaat dus niet om hulp als gevolg vaneen beroep of georganiseerd vrijwilligerswerk.Feiten, cijfersen kenmerkenIn Nederland zijn 2,6 miljoen mantelzorgers die langer dan 3 maanden en/ofmeer dan 8 uur per week mantelzorg verlenen. De meest voorkomendemantelzorger is de dochter van 45 jaar of ouder die voor haar zelfstandigwonende ouders zorgt. Gemiddeld verlenen zij 19 uur mantelzorg per week.Van deze mantelzorgers geven 450.000 mensen aan zich zwaar belast tevoelen. Dit aantal is sinds 2001 flink gestegen o.a. door invoering van hetprotocol gebruikelijke zorg <strong>bij</strong> het CIZ en de toegenomen extramuralisering.Echtgenoten en kinderen van Alzheimerpatiënten lopen kans 4 tot 8 jaar korterte leven wanneer zij aan hun dierbare mantelzorg verlenen. En zij hebben 2 keerzo veel kans op een depressie.Fysieke en psychische beperkingen van de zorgvrager leiden tot een verhoogdrisico op overbelasting van de mantelzorger, evenals gedragsproblemen. 1 op de8 mantelzorgers met een betaalde baan stopt hiermee door de mantelzorg.600.000 mantelzorgers krijgen jaarlijks te maken met een stervende naaste.Deze groep mantelzorgers geeft gemiddeld 33 uur mantelzorg per week. 75%van deze groep geeft aan te zwaar belast te zijn en 45% wordt zelf zorgvragerten gevolge van deze overbelasting.75% van de mensen heeft de wens thuis te sterven terwijl slechts 30% thuissterft. Veel transfers vinden in de laatste week voor overlijden plaats en zijn hetgevolg van overbelasting van de mantelzorger.6Doelvan het formulierHet doel van het <strong>Formulier</strong> Mantelzorg in het zorg(leef)plan is om te bepalenin hoeverre mantelzorgers hun zorgende taak kunnen blijven volhouden (als zedat willen uiteraard!) en zich daar goed <strong>bij</strong> blijven voelen.Aan de hand van de uitkomsten kun je zien of:• het (nog) goed gaat met een mantelzorger;• er sprake is van een dreigende overbelasting,• er sprake is van zware overbelasting en dat de mantelzorger de rolniet lang meer volhoudt.Dit formulier zou je optioneel aan het zorg(leef)plan kunnen toevoegen voor die
situaties waarin je een belaste mantelzorger tegenkomt (<strong>bij</strong>voorbeeld palliatieveterminale zorg en langdurige zorg).De belastingvan de mantelzorgHet formulier bestaat uit twee delen. Aan de hand daarvan wordt desubjectieve en objectieve belasting gemeten. c.q. vastgesteld.a.Subjectieve belastingBij subjectieve belasting gaat het om de druk, die de mantelzorger ervaart <strong>bij</strong> hetverlenen van mantelzorg. Om de subjectieve belasting te kunnen meten is hetformulier Ervaren Druk door Informele Zorg (EDIZ) opgenomen. Dezevragenlijst is gevalideerd (Pot e.a, 1995) en is ook geschikt om te gebruiken inde palliatieve fase (Broekhuis e.a, 2008).b. Objectieve belastingHier<strong>bij</strong> gaat het om de meer meetbare kenmerken van de belasting van demantelzorger(s). Staat de mantelzorger er alleen voor of deelt hij de zorg metandere informele en professionele zorgverleners? Hoe zwaar is de belasting intijd en duur? Hoeveel taken heeft de mantelzorger op de schouders en hoeernstig zijn de beperkingen van de cliënt?Al dit soort kenmerken maken de belasting van de mantelzorger zwaar ofminder zwaar.Belasting op langere termijnDe uitkomst van het formulier geeft een globale inschatting van de belasting enis een momentopname. Bij langdurige zorg kun je de mantelzorger devragenlijst regelmatig laten invullen. Zo kun je vaststellen of de belasting op delangere termijn toeneemt.7
2. <strong>Instructie</strong> voor het gebruikvan het <strong>Formulier</strong> Mantelzorgin het zorg(leef)planAlgemene gegevensen ervaring met de mantelzorgHoe kom je erachter of ermantelzorger(s)betrokken is/zijn<strong>bij</strong> deze cliënt?Bij het invullen van het zorg(leef)plan van een cliënt vraag je aan decliënt of er iemand is uit zijn naaste omgeving die zorg verleent aanhem of haar. Bijvoorbeeld een echtgenote die hem helpt <strong>bij</strong> wassen enaankleden of een dochter die meegaat naar de specialist, of een zoondie de financiële administratie verzorgt en klussen in en om huis doet of eenbuurvrouw die elke dag langskomt en helpt met boodschappen doen, etenkoken, etc.Wanneer de cliënt onvoldoende in staat is om deze vraag te beantwoorden, zulje vaak al in contact zijn met een naaste of een eerste contactpersoon. Maar eeneerste contactpersoon van een cliënt hoeft niet direct de centrale mantelzorgerte zijn. Vraag wie de centrale mantelzorger is.8Afspraak vooreen gesprekMet deze centrale mantelzorger maak je een afspraak voor een gesprekom na te gaan in welke mate deze belast is en hoe deze ondersteund kanworden.
VóórbereidingHet formulier begint met de NAW-gegevens. Als deze al bekend zijn, kun jedeze voorafgaand aan het gesprek invullen op het eerste blad van het formulier,zodat je het gesprek direct kunt beginnen.Start gesprekHet formulier begint met een open vraag waarin de mantelzorger kan vertellenhoe het met hem/haar gaat. Dit is een belangrijke vraag om mee te starten alsbasis voor vertrouwen. Van het verhaal van de mantelzorger schrijf je enkelesteekwoorden op.9
Ervaren Druk door Informele Zorg (EDIZ)EDIZDe subjectieve belasting stel je vast met het formulier Ervaren Druk doorInformele Zorg (EDIZ). De mantelzorger vult het blad zelf in. Dit duurtslechts enkele minuten.10
Let op: Verander de vragen niet! Door verandering van de vragen ben jeniet meer zeker of de score klopt. De EDIZ wordt door meerderezorginstellingen gebruikt. Meer informatie vind je op:http://www.expertisecentrummantelzorg.nlDe antwoorden ‘Nee!’ en ‘nee’ geef je een ‘0’. Dit betekent dat demantelzorger geen druk ervaart. Tel de score op. Er zijn 9 vragen.De totaalscore kan maximaal 9 zijn.De antwoorden met ‘ja!’, ‘ja’ of ‘min of meer’ geef je de score ‘1’Het betekent dat de mantelzorger druk ervaart.Rood: 7-9 keer ‘ja’.Veel druk.Oranje: 4-6 keer ‘ja’. Matige druk.Groen: 0 -3 keer ‘ja’. Weinig druk.De score kun je later noteren op het formulier ‘Samenvatting & Advies’.11
Kenmerken mantelzorgObjectieve belasting De lijst is zo vorm gegeven dat alle antwoorden die aan de rechterkant van detabel staan, de meeste kans op overbelasting weergeven (boven deze kolomstaat dan ook ‘rood’). De middelste kolom geeft matige risico’s weer (oranje) ende linker kolom geeft het minste risico op overbelasting weer (groen). Stel devragen en omcirkel het juiste antwoord. Daarna bereken je de totaalscore:Dat doe je door het aantal keer groen, oranje en rood tellen. Schrijf dit getal op<strong>bij</strong> ‘subtotaal’. Dan vermenigvuldig je het aantal keer groen met 1, oranje met 2en rood met 3. De minimale score is dan 13 en de maximale score is 39.De score schrijf je in de rij ‘totaal’ en noteer je - later in het gesprek - ook op hetformulier Samenvatting & Advies.• 13-21 punten = groen: De mantelzorger ervaart geen overbelasting.• 22-30 punten = oranje: De mantelzorger dreigt overbelast te raken.• 31-39 punten = rood: Er is sprake is van een (zware) overbelasting.Toelichtingper vraagNaast de totaalscore is het ook goed om naar de verschillende onderdelenuit de vragenlijst te kijken:12Vraag 1 t/m 6 • De vragen 1 t/m 6 geven zicht op de intensiteit en duur van de mantelzorg. Uitonderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat hoe meerzorgtaken mensen verlenen, hoe meer belasting zij ervaren. Als mensenalleen veel huishoudelijke zorg verlenen, zullen ze niet snel het risico opoverbelasting lopen. Maar wel als ze dit combineren met begeleidende enverzorgende taken. Als mantelzorgers ook verplegende taken verlenen,betekent dit waarschijnlijk dat de zorg zo complex is dat mantelzorgers vrijveel kans lopen op overbelasting (De Boer e.a., 2009). Als mantelzorgers dusin deze lijst aangeven dat ze alle drie de taken regelmatig en/of vaakverlenen, is het goed om daar in je advies rekening mee te houden. Denk
ijvoorbeeld aan advies om de zorg meer te delen met andere mensen uithet sociale netwerk of om <strong>bij</strong> het gesprek met het CIZ aan te geven dat demantelzorger veel meer dan gebruikelijke zorg verleent en daardoor demogelijkheid krijgt om extra thuiszorg in te schakelen. Denk ook aan demogelijkheid om via het Wmo-loket meer huishoudelijke ondersteuning in teroepen. Daarnaast is het ook zinvol om te kijken of er hulpmiddelen zijn diede mantelzorger kunnen ondersteunen: http://www.vindeenhulpmiddel.nl/Vraag 7 • Vraag 7 geeft zicht op de andere activiteiten die mantelzorgers doen.Eén belangrijke activiteit is een betaalde baan. De combinatie vanmantelzorg en werk kan belastend zijn en een aanzienlijk deel van demantelzorgers stopt met werken of gaat minder werken.Er zijn verschillende mogelijkheden en verlofregelingen voor mantelzorgersom dat te voorkomen. Wijs hen <strong>bij</strong>voorbeeld op de website:http://www.werkenmantelzorg.nl13
Vraag 8-11 • De vragen 8 t/m 11 geven weer welke impact de zorgvraag heeft op demantelzorger. Zo leiden fysieke en psychische beperkingen van de zorgvragertot een verhoogd risico op overbelasting, evenals gedragsproblemen.Toezicht is een belangrijke risicofactor, namelijk in hoeverre de mantelzorgerde zorgvrager alleen kan laten. In deze vragenlijst hebben we het typeaandoening niet meegenomen, maar bedenk wel dat dementie deaandoening is die het meest impact heeft op de mantelzorger. Bij hetopstellen van je advies kun je hier kijken naar de mogelijkheden ommantelzorgers te verwijzen naar cursussen en informatie<strong>bij</strong>eenkomsten overde achtergronden van de ziekte en hoe hiermee om te gaan (<strong>bij</strong>v. de cursusDementie de baas of psycho-educatie in de GGZ). Als mantelzorgers nietmakkelijk de naaste alleen kunnen laten, is het raadzaam om te kijken of ervormen van zorg op afstand mogelijk zijn of handige hulpmiddelen (<strong>bij</strong>v.dwaaldetectie (GPS-systeem <strong>bij</strong> dementie of gasdetectie). Ook verschillendevormen van respijtzorg (oppas thuis door vrijwilligers, logeerhuis, zorghotel,zorgboerderij, tijdelijke opname verpleeghuis, enz.), zodat de mantelzorgerer even uit kan en energie op kan doen, zijn mogelijk. Als je zelf nietvoldoende op de hoogte bent van de mogelijkheden voor mantelzorgers kunje contact opnemen met een lokaal Steunpunt Mantelzorg (zie vooradressen: www.mezzo.nl).14Vraag 12 • Vraag 12 gaat over steun van andere mantelzorgers. Uit onderzoek van hetSCP (De Boer e.a., 2009) blijkt dat mantelzorgers minder belasting ervarenals zij de zorg kunnen delen met andere naasten.
Als mantelzorgers dit nog niet doen en ze wel intensieve zorg verlenen, danzou je hen kunnen adviseren om naasten te vragen, <strong>bij</strong>voorbeeld of ze willenhelpen <strong>bij</strong> de boodschappen, de administratie of iets dergelijks. Daar<strong>bij</strong> kunje aangeven dat mensen dat vaak fijn vinden als je hen om concrete hulpvraagt. Er zijn voorbeelden van families die een website gemaakt hebben meteen rooster daarop, maar er kan - al dan niet tegen een kleine vergoeding -gebruik gemaakt worden van zorgsites als Sharecare e.a.:http://www.zorgsite.nlKijk voor extra info: http://www.zorgsite.nl/files/u/denkbeeld-feb-2010.pdfof http://wieziet.nl/Kijk ook op: http://www.helpjemee.nlof https://www.mantelplan.nlAls je merkt dat een mantelzorger eigenlijk wel graag de zorg met anderenwil delen, maar <strong>bij</strong>voorbeeld niet weet hoe, of er zijn problemen in de familie,dan kun je de mantelzorger voorleggen om een ecogram te maken. Hiermeebreng je in beeld hoe het sociale netwerk rond de cliënt eruit ziet en vooralook welke potentiële andere mantelzorgers er in het netwerk zitten.Vraag 13 • Vraag 13 geeft antwoord op de vraag of deze mantelzorger ook nogmantelzorg verleent aan andere mensen uit de eigen omgeving.15Het onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP)toont namelijkook aan dat mantelzorgers die voor meerdere zorgvragers zorgen een extrarisico lopen op overbelasting. Voor deze mantelzorgers is het verstandig om
te kijken of ze <strong>bij</strong> allerlei regeltaken ondersteund kunnen worden door<strong>bij</strong>voorbeeld een mantelzorgmakelaar. Het is ook raadzaam om hen tewijzen op respijtzorg en het belang om daar vroegtijdig gebruik van temaken.Behoefte aanondersteuningDan gaan we kijken of de mantelzorger behoefte heeft aan ondersteuning.Als de mantelzorger zelf geen noodzaak ziet om ondersteuning in te roepen,zal het ook weinig effect hebben als je hen hierover een advies geeft.Belangrijk principe in de hulpverlening is dat de mantelzorger zelf inziet dathet verstandig is om hulp in te roepen. Je kunt hem/haar daarom wel wijzenop de risico’s die hij/zij kan lopen en hoe belangrijk preventieve inzet vanondersteuning is.16
EcogramDoelHoe vul jehet ecogram in?Het ecogram biedt de mogelijkheid om in kaart te brengen welkepotentiële andere mantelzorgers gevraagd kunnen worden om de centralemantelzorger te ondersteunen en te ontlasten.Je gebruikt het ecogram alleen als je merkt dat de mantelzorgereigenlijk wel graag de zorg met een ander wil delen.17
In het middelste bolletje schrijf je de naam en het geboortejaar van de cliënt(let op dus NIET van de mantelzorger). Het gaat er om om te verkennen of inhet netwerk van de cliënt nog potentiële andere mantelzorgers zijnIn de grote bolletjes daaromheen schrijf je de namen van de socialenetwerkleden (denk ook aan vrienden, buren en collega’s ), de relatie die ze metde cliënt hebben en hun geboortejaar.Met vier verschillende soorten lijnen (zie legenda <strong>bij</strong> ecogram) geef je aan welkerelaties zij hebben met de cliënt en de netwerkleden: neutraal of gespannenzorgrelaties of potentiële zorgrelaties (mensen die wel zorg of ondersteuningzouden kunnen/willen verlenen, maar dat nu nog niet doen).Met de kleine bolletjes geef je weer wat de netwerkleden doen voor de cliënt:huishoudelijke hulp (H), klussen/tuinieren (K), advies en informatie geven (A),emotionele steun (E), gezelschap (G), regelwerk (R), persoonlijke verzorging(P).18Vooral de potentiële zorgrelaties zijn in dit ecogram relevant. Veelmantelzorgers - en zeker de oudere - zijn geneigd om alle zorg zelf te doen. Jijkunt aangeven dat het heel belangrijk is voor mantelzorgers om zorg (enzorgen) te delen met naasten. Dat zorgt ervoor dat mantelzorgers veel mindersnel risico lopen op overbelasting. En je kunt tips geven hoe zij in hun netwerkmensen kunnen vragen om hulp <strong>bij</strong>voorbeeld voor de boodschappen, deadministratie, de tuin of iets anders.Daar<strong>bij</strong> kun je aangeven dat mensen datvaak fijn vinden als je hen om concrete hulp vraagt. Denk ook aan hetorganiseren van een familiegesprek of laat de mogelijkheden van een digitaalrooster zien, waarmee je heel makkelijk taken kunt verdelen en in één oogopslagkunt zien wie wanneer <strong>bij</strong> de zorgvrager komt en wat hij/zij daar doet.Handige websites hiervoor:• http://www.helpjemee.nl• Sharecare die een zorgsite heeft (tegen kleine betaling):http://www.zorgsite.nl/nlkijk voor extra info: http://www.zorgsite.nl/files/u/denkbeeld-feb-2010.pdf• http://wieziet.nl/• https://www.mantelplan.nl
Samenvatting & adviesUitkomsten risicoA. 2x groen: de mantelzorger ervaart de zorg niet als belasting;B. 1x groen & 1x oranje: de mantelzorger ervaart de zorg als een lichtebelasting;C. 2x oranje of 1x groen & 1x rood: de mantelzorger ervaart de zorg alseen redelijke belasting;D. 1x oranje & 1x rood: de mantelzorger ervaart de zorg als een zwarebelasting;E. 2x rood: de mantelzorger is overbelast.Mogelijke adviezen • Bij A en B is er geen sprake van dreigende overbelasting. Eventueel kun jepreventieve ondersteuning zoals informatieverstrekking of voorlichtings<strong>bij</strong>eenkomstenadviseren en om de ‘vinger aan de pols’ te houden.• Bij C is er een dreigende overbelasting en is het goed om te kijken of demantelzorger de zorg met anderen kan delen (informele en professionelezorgverleners, zie ecogram) en te kijken waar de taken in het leven van demantelzorger elkaar in de weg zitten.Kijk samen met de mantelzorger welke taken (tijdelijk of definitief )overgedragen kunnen worden.19
• Bij D en E is er sprake van (zware) overbelasting en zijn directe interventies(zoals respijtzorg (door professionals en/of vrijwilligers), opname cliënt,overdragen van taken aan andere naasten/beroepskrachten, enz.)noodzakelijk.Vraag 1cVraag 1dHet is van belang dat de mantelzorger zich herkent in de score.Wat is je algemene indruk van de mantelzorger?(Bijvoorbeeld depressief, somber, geprikkeld, snel geïrriteerd, rusteloos,verward, onverzorgd, overbelast, gespannen, onzeker, angstig, (over)bezorgd).Als je een ecogram hebt gemaakt en je hebt je één of meer potentiëlezorgrelaties genoteerd, maak je duidelijk hoe de mantelzorger deze <strong>bij</strong> de zorgzou kunnen betrekken (denk daar<strong>bij</strong> ook aan samen een zorgrooster maken:<strong>bij</strong>voorbeeld via sharecare of een gezamenlijke hyvespagina/mail met kalender).Als er gespannen relaties zijn die sterk van invloed zijn op de mantelzorger, iseen het misschien mogelijk om een (familie)gesprek met het sociale netwerkhierover te beleggen.Vraag 2Hierna bespreek je (punt 2) met de mantelzorger of er nog punten zijn die zegraag wil(len) bespreken.Vraag 3Vervolgens ga je in op welk probleem op dit moment het zwaarst weegt en watde mantelzorger het liefst anders zou zien?20
<strong>Instructie</strong> voor vervolggesprekOf er een vervolggesprek plaatsvindt, is erg afhankelijk van de situatie.In de langdurig chronische zorg zal daarvoor eerder aanleiding zijn dan in depalliatieve terminale zorg.Als je een vervolgafspraak hebt gemaakt, kun je hiervoor het formulier‘Vervolggesprek’ gebruiken. Je kunt dan ook opnieuw de EDIZ afnemen om tekijken of er iets veranderd is in de subjectieve belasting. Uiteraard blik je terugop de adviezen in het vorige gesprek.Op basis van dit gesprek formuleer je zo nodig opnieuw samen met demantelzorger een advies.Tot slot vraag je of de mantelzorger nog een gesprek wil.21
3. Mogelijkheden voormantelzorgondersteuningHieronder vind je een overzicht van de algemene mogelijkheden voormantelzorgondersteuning. De lokale en regionale mogelijkheden zijn hier niet inopgenomen. Het is raadzaam om <strong>bij</strong> het Steunpunt Mantelzorg na te vragen ofzij een sociale kaart hebben. Dat scheelt je een hoop uitzoekwerk.• Informatie over ziekten, zorg- en ondersteuningsaanbod, wet- enregelgeving. Informatie is o.a. te verkrijgen <strong>bij</strong> het Steunpunt Mantelzorg.Zie www.mezzo.nl voor lokale adressen.Een andere optie is de Mantelzorglijn: telefoon 0900-20 20 496(€ 0,10 p/m) op werkdagen van 9 tot 13 uur) of de website te bezoeken :http://www.mezzo.nl/mantelzorglijnOok het Wmo-loket van de gemeente kan informatie verschaffen,<strong>bij</strong>voorbeeld over het inschakelen van huishoudelijke hulp, respijtzorg,welzijns- en gemaksdiensten (<strong>bij</strong>v. maaltijdservice, boodschappendienst),hulpmiddelen aanvragen, enz.• Advies en begeleiding: <strong>bij</strong>voorbeeld case-management (o.a. <strong>bij</strong> dementie) envia het Steunpunt Mantelzorg.• Emotionele steun: lotgenotencontact, individuele begeleiding of maatjescontacten(bv vrijwilligers, vriendendiensten), meer informatie te vinden <strong>bij</strong>het lokale Steunpunt Mantelzorg, een lokale Alzheimervereniging of anderepatiëntenvereniging.22• Educatie: instructie <strong>bij</strong> het gebruik van hulpmiddelen en psycho-educatie zijnvoorbeelden van gewenste ondersteuning, via Steunpunt Mantelzorg oflokale zorgaanbieders.
• Praktische hulp: <strong>bij</strong>voorbeeld huishoudelijke hulp, administratieve ondersteuning(denk <strong>bij</strong>voorbeeld aan een mantelzorgmakelaar, enz.) en welzijnengemaksdiensten. Via het Wmo-loket of het Steunpunt Mantelzorg.• Respijtzorg: tijdelijke en volledige overname van de zorg van demantelzorger, zodat deze weer op adem kan komen. Sommige SteunpuntenMantelzorg bieden ook de mogelijkheid om vrijwillige respijtzorg teorganiseren (geen indicatie nodig). Zorgaanbieders bieden ook verscheidenevormen van respijtzorg: logeerhuis, zorgboerderij, dagopvang/behandeling,tijdelijke opnames, zorghotels, enz. (met indicatie of eigen betaling).• Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg (VPTZ) leveren respijtzorg in palliatiefterminale zorg door de taken van de mantelzorger tijdelijk over te nemen.Kijk op www.vptz.nl voor een VPTZ-aanbieder <strong>bij</strong> jou in de buurt.• Financiële steun: voorbeelden hiervan zijn een vergoeding vanuit het PGBen het mantelzorgcompliment.• Materiële hulp: mantelzorgers wensen soms materiële ondersteuning,<strong>bij</strong>voorbeeld in de vorm van woningaanpassing (tillift, traplift, rollator,steunen, enz.) of aangepast vervoer. Het Wmo-loket kan hierover informatiegeven.De website http://www.vindeenhulpmiddel.nl is is ook handig om te kijkenof er nog andere nuttige hulpmiddelen te vinden zijn.• Zorg delen met naasten: er kan een familie-site gemaakt worden met eenrooster daarop, maar er kan ook - vaak tegen een kleine vergoeding - gebruikgemaakt worden van zorgsites. Een voorbeeld daarvan is Sharecare:http://www.zorgsite.nl/nl/http://www.zorgsite.nl/files/u/denkbeeld-feb-2010.pdf23Kijk ook naar:http://wieziet.nlhttp://www.helpjemee.nlhttp://www.mantelplan.nl
4. Literatuur• Boer, A. de, Broese van Groenou, M., Timmermans, J. (2009).Mantelzorg. Een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers in 2007.SCP, Den Haag.• Broekhuis, D., Kuin, Y., Verhagen, C.A.H.H.V.M., Vissers, K.C.P., Prins, J.B.(2008).Mantelzorgers van oncologiepatiënten in de palliatieve fase. Ervaren belastingen coping. Nederlands Tijdschrift voor Palliatieve Zorg, nummer 3/4,p. 69-75.• Broese van Groenou, M.I. (2009). Zorg delen: mantelzorg en thuiszorg.In Boer, A. de, Broese van Groenou. M.I. en Timmermans, J.(red.).Mantelzorg, een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers in 2007(pg. 97-114). Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau. SCP-publicatie2009/5., februari 2009. ISBN 9037704082.• Damjanovic, A.K., Yinhua Yang, Ronald Glaser, ... [et al.] Accelerated telomereerosion is associated with a declining immune function of caregivers ofAlzheimer’s disease patients / The Journal of Immunology ; jrg. 179 (2007)nr. 6 (15 sept.), p. 4249-4254• Pot, A.M., van Dyck, R., en D.J.H. Deeg (1995).Ervaren druk door informele zorg; constructie van een schaal.In: Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie (1995) 26, p. 214-219.24
<strong>Formulier</strong> in het Zorg(leef)plangebruikt of niet meer aanwezig?Ga naar: www.briz.nlwww.ikz.nlof www.vilans.nlen downlaodeen nieuw exemplaar3