pagina 18Europa decentraal eersteaanspreekpunt bij vragenover Europees rechtJochem BernsDe invloed van Europese wet- en regelgeving en rechtspraakop decentrale overheden groeit. ‘Brussel’ heeftdirecte invloed op voor gemeenten, provincies en waterschappenbelangrijke beleidsterreinen als staatssteun,aanbestedingen, milieu, en subsidies.Op sommige gebieden wordt zo’n 70% van de Nederlandsewet- en regelgeving bepaald door Brussel. Dat veelEuropese wetgeving bovendien zonder enige tussenkomstvan Den Haag rechtstreeks werkt, en grote gevolgen kan hebben, is zeer belangrijkvoor decentrale overheden. Precies om deze reden hebben het Ministerie vanBinnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten,het Inter Provinciaal Overleg en de Unie van Waterschappen al in 2002 het kenniscentrumEuropa decentraal opgericht.Informatie over Europese beleidsbeslissingen enwetgeving is er in overvloed. Het probleem waarveel gemeenten, provincies en waterschappen meekampen, is het filteren van deze informatiestromen.Er is een grote behoefte onder decentrale overhedenaan specifieke en op hen toegesneden informatie.Daarnaast kan een platform voor het uitwisselenvan concrete Europese ervaringen en informatie bijzonderbehulpzaam zijn in de dagelijkse decentralepraktijk. Veel gemeenten, provincies en waterschappenhebben immers al waardevolle ervaringenopgedaan met Europese zaken. Van deze ervaringenkunnen anderen leren.eerste aanspreekpuntDoelstelling van Europa decentraal is de kennis enexpertise over Europees recht en de juiste toepassingervan bij de decentrale overheden te vergroten enverder uit te laten groeien tot het eerste aanspreekpuntvoor decentrale overheden bij vragen over detoepassing van Europees recht.Hoe verwezenlijkt Europa decentraal deze doelstellingen?Gedegen kennisopbouw is een van de hoogsteprioriteiten bij Europa decentraal. Om deze redenwerken de adviseurs continu aan de samenstellingvan elf dossiers, onder meer op het terrein vanregionaal beleid, milieu, staatssteun en aanbestedingen.Deze dossiers brengen niet alleen de geldendewet- en regelgeving in kaart; ook worden ontwerpvoorstellenvan de Europese Commissie bezien enjurisprudentie geanalyseerd op juridische gevolgenvoor decentrale overheden. Verder is er per beleidsterreineen overzicht van de meest gestelde vragen,relevante organisaties, informatiebronnen enpraktijkvoorbeelden.De dossiers dienen als basis voor de belangrijkstetaken van het kenniscentrum:informatieverstrek-king, voorlichting en advisering.Bij deze kennisoverdracht speelt ten eerste de websitewww.europadecentraal.nl een grote rol. De site geeftnu al elke dag de meest actuele informatie op Europeesgebied toegesneden op decentrale overheden,een agenda met relevante bijeenkomsten en artikelenvan onder meer professor Hessel die houvast biedenom de vaak ingewikkelde Europese materie te doorgronden.Daarnaast informeert en adviseert Europadecentraal via publicaties, bijeenkomsten en deEuropese Ster, het wekelijkse nieuwsbulletin insamenwerking met het Huis van de NederlandseProvincies dat via de website te raadplegen is.En wist u dat u zelf ook met vragen terecht kan bijEuropa decentraal? Alle medewerkers van provincies,gemeenten en waterschappen kunnen gratis terechtbij het kenniscentrum voor advies of informatieover een Europese kwestie.Maar Europa decentraal doet nog meer. Momenteelbekijken de provincies op welke manier zij Europadecentraal kunnen betrekken bij de Europaprooftrajecten,peilt het kenniscentrum welke behoefteaan informatie er bij de decentrale overheden is enneemt Europa decentraal deel aan verschillendeonderzoeken.In alles wat Europa decentraal doet, staat het nietalleen. Het kenniscentrum kan altijd een beroepdoen op zijn brede netwerk en partners uit de wereldvan overheid en de wetenschap. Daarnaast maaktEuropa decentraal ook gebruik van de formele eninformele contacten met IPO, VNG en UVW en in hetbijzonder met hun voorposten in Europa. Tenslotteis er nog de samenwerking met het recent opgerichtekenniscentrum PIANOo (Professioneel Inkopers enAanbesteders Netwerk Overheid) en de bestaandeProjectdirectie Professioneel Inkopen en Aanbesteden(PIA). Dit netwerk voor opdrachtgevers houdt zichbezig met enkele verwante onderwerpen op hetgebied van (Europese) overheidsopdrachten.Door de krachten te bundelen hopen partijen elkaarsteeds meer te kunnen versterken.informatieWilt u meer weten over Europa decentraalof een informatiepakket ontvangen?Kijk op www.europadecentraal.nl,mail naar info@europadecentraal.nlof bel 070 338 10 90.architectuur <strong>lokaal</strong> #<strong>51</strong>. 12-2005
pagina 19Amsterdam investeertin scholenbouwArthur Zielhorstnova college,foto’s: ludo van arembasisschool merkelbachhuygens college, nieuwbouwAmsterdam kende tot drie jaar geleden een achterstand in het verbeteren en vernieuwenvan scholen. De verbetering van de onderwijshuisvesting is daarom ook een van despeerpunten van het huidige college. Bovenop de Rijksvergoeding betaalt de gemeenteAmsterdam uit eigen middelen fors mee aan de onderwijshuisvesting in de stad. Met debijdrage van de gemeente is tot 2009 circa 250 miljoen euro beschikbaar. Een ongekendhoog bedrag in moeilijke economische tijden. Toch heeft Amsterdam er voor gekozenom veel geld te investeren in goede onderwijshuisvesting.verbetering op stoomDe gemeente stimuleert en faciliteert nieuwbouw,uitbreidingen en renovaties voor alle onderwijssoortenwaarvoor de gemeente verantwoordelijk is.De bouwactiviteiten worden echter voorbereid engerealiseerd door de schoolbesturen. Ondersteunddoor architecten en medewerkers van de stadsdelen,hebben de schoolbesturen veel energie gestoken inhet verbeteren van de onderwijshuisvesting.Natuurlijk kan niet alles in één keer worden gerealiseerd.Daarvoor is de opgave te groot. Schoolbesturenkunnen maar een beperkt aantal projecten tegelijkaan; de invulling van het programma van eisen doorhet schoolbestuur, de staf van de school en de discussiesover de onderwijskundige invulling vragennu eenmaal tijd. Daarnaast blijken keer op keer deprocedures voor de afgifte van de benodigdevergunningen tijdrovender dan was aangenomen.Voor nieuwbouw blijkt het bovendien niet altijd evenmakkelijk om een geschikte locatie te vinden. Tochzal naar verwachting eind volgend jaar 57% van deschoolgebouwen in Amsterdam voldoen aan dedoor Amsterdam gewenste norm voor hedendaagsehuisvesting en aan de laatste onderwijskundigeinzichten. Na de soms lange aanlooptijd komt deverbetering nu echt op stoom en worden de eersteresultaten zichtbaar. Of het nu gaat om nieuwbouw,renovaties of uitbreidingen, de verscheidenheid vande gebouwen is groot en er is vaak gekozen voorfraaie oplossingen.ict onderwijsZo stelt bijvoorbeeld het Huygens College in OudWest ICT-onderwijs centraal. Je ziet dit ook terug inde inrichting. Leerlingen krijgen les in een digitaleomgeving, er zijn digitale werkplekken voor leerlingenen docenten. Ook is er een grotere ruimte gerealiseerdwaar meerdere groepen tegelijkertijd lessen kunnenvolgen. Opvallend zijn de lichte en frisse kleuren in degehele school. Er is veel geel, oranje en donkerrood,maar ook blauw. Het geeft in ieder geval een ruimtelijkeffect en een gevoel van openheid. De inrichtingstraalt kwaliteit uit. In een aantal ruimtes is eenflexibele indeling met verplaatsbare wanden mogelijk.Daardoor kun je in kleinere en grotere groepenlesgeven. Door de combinatie van ICT-school ennieuwbouw van Butzelaar Van Son Architectenheeft de school aan populariteit gewonnen en is erzelfs sprake van overaanmelding van leerlingen.multifunctioneelBasisscholen De Stern (tot afgelopen schooljaar de12e Montessorischool) en Merkelbach zijn samenondergebracht in een fraai ogend multifunctioneelcentrum naast het Gelderlandplein, een ontwerpvan Erick van Egeraat Associated Architects. Omdatde scholen daarvoor slecht waren gehuisvest, hetbuurtcentrum (BOC) moest worden opgeknapt enhet stadsdeel meer en betere ruimtes voor kinderopvangen peuterspeelzaalwerk wilde, is een multifunctioneelcentrum ontstaan. Hierdoor kunnenbeide scholen gebruik maken van de theaterzaal,de leskeuken en de multimediaruimte. De as vanhet gebouw wordt gevormd door een lange zogehetenintegratiegang. Vanuit deze gang zijn alle voorzieningenin het gebouw te bereiken. Wel hebben descholen allebei een eigen ingang. Daarnaast is er eenpeuterspeelzaal en kinder- en tienerwerk. Er wordtop korte termijn ook een kinderdagverblijf in hetgebouw gerealiseerd.oud en nieuw gebouwDat oud en nieuw goed samen kunnen gaan bewijsttot slot het gebouw van het NOVA College in stadsdeelGeuzenveld-Slotermeer. Op een deel van hetbestaande pand is - via een speciale constructie - eencompleet nieuwe school neergezet door FH2 Architects.De oude praktijkruimtes zijn allemaal gestripten grotendeels vernieuwd. Duidelijk is dat bij dezeVMBO-school de nadruk op de praktijklessen ligt.Leerlingen doen onder meer voertuigentechniek,elektrotechniek, bouw of gaan aan de slag in degrootkeuken. De school beschikt ook over een bakkerijen een restaurant, waar wekelijks maaltijdenworden geserveerd.Oud en nieuw komen bij het NOVA College nadrukkelijksamen in een atrium, een grote ruimte metveel glas, waar de architect een loopbrug en trappenin heeft verwerkt. Er ontstaat meteen een natuurlijkeeenheid, waardoor niet meteen het gevoel naarvoren komt dat je in een ander deel van de schoolterechtkomt. De overgang tussen het oude en hetnieuwe gedeelte van de school wordt gevormd dooreen atrium van glas, met trappen en loopbruggen.Zeker als je vanuit de gangen het atrium binnenloopt,geeft dat een overweldigend effect. Hierdooris een verrassend mooie hoge ruimte gecreëerd metveel daglicht. Deze mooie lichtinval wordt in dedaaropvolgende gangzone doorgezet met bovenlichtenboven de zogeheten kloostergang. Ook hieris er weer een verbinding tussen oud en nieuw.informatieDienst Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO)Arthur ZielhorstPostbus 18401000 BV AmsterdamT 020 552 36 08E a.zielhorst@dmo.amsterdam.nlwww.dmo.nlwww.onderwijs.amsterdam,nlarchitectuur <strong>lokaal</strong> #<strong>51</strong>. 12-2005