Der Ring des Nibelungen - De Nederlandse Opera
Der Ring des Nibelungen - De Nederlandse Opera
Der Ring des Nibelungen - De Nederlandse Opera
Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
ODEON15 de jaargang / nr 58sept/okt/nov 2005Cycli en reeksenHet als een reeks programmeren van werkenvan één componist levert een toegevoegdewaarde op: het geheel is dan groter dan <strong>des</strong>om der delen. In een cyclus als RichardWagners <strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong> is dezewerking van meet af aan ‘meegecomponeerd’.>> p. 2<strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong>Voor ieder operahuis vormt de <strong>Ring</strong> eengrote uitdaging. Nog sterker was dat hetgeval bij de wereldpremière van dit gigantischewerk, dat pas na een moeizame, bijnadertig jaar durende ontstaansgeschiedenisin zijn geheel kon worden uitgevoerd zoalsde componist het wilde. >> p. 12Dirigent Hartmut Haenchen en regisseurPierre Audi leverden samen de grootse prestatievan het ‘smeden’ van de <strong>Ring</strong>. Zij blikkenbij de reprise van de <strong>Ring</strong>-cyclus zowelterug als vooruit. Over het werken met nieuwezangers en met één orkest, in een productiedie inmiddels heeft bewezen tijdloos te zijn.>> p. 14Het Nederlands Philharmonisch Orkestspeelt voor het eerst de hele <strong>Ring</strong> als cyclus.Orkestmusici bereiden zich voor op eengeestelijk en fysiek veeleisende opgave, dieze niettemin met veel enthousiasme tegemoetzien. Over kippenvel en linke solo’s.>> p. 175862022<strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong><strong>Nibelungen</strong>Richard WagnerTamerlanoGeorg Friedrich HändelAlcinaGeorg Friedrich Händelsept /okt 05okt /nov 05okt /nov 05Tamerlano en Alcina<strong>De</strong> Duitser Georg Friedrich Händel voltooidezijn opleiding in Italië en maakte in Engelandfurore als componist van Italiaanse opera’s.<strong>De</strong> heroïsche Tamerlano en de magischeAlcina behoren beide tot het genre van deopera seria, maar ze verschillen sterk vankleur. >> p. 24Händel-specialist Christophe Roussetheeft de muzikale leiding in het ‘complementaire’tweeluik. Eerder dirigeerde hijPierre Audi’s ensceneringen van Tamerlanoen Alcina in het Zweedse DrottningholmFestival. >> p. 26Countertenor Bejun Mehta zong in Drottningholmde titelrol in Tamerlano. Hij voeltzich evenzeer op zijn gemak in een piepkleinbaroktheatertje als in de enorme zalen vanRoyal <strong>Opera</strong> House Covent Garden en deMetropolitan <strong>Opera</strong>. >> p. 28Sopraan Christine Schäfer was de Alcinain Drottningholm. Zij verheugt zich op dehernieuwde confrontatie met de rol en ophet wederom samenwerken met ChristopheRousset en Pierre Audi. >> p. 29Aan de medewerkers van de TechnischeOrganisatie Muziektheater is de schonetaak om de Amsterdamse Stadsschouwburgom te toveren in een ‘Drottningholm aan hetLeidseplein’. Over het nabootsen van eenachttiende-eeuws toneelpodium in eentheater met moderne techniek. >> p. 30
Peter van der LintCycli en reeksen: het geheelis meer dan de som der delenIn het afgelopen Holland Festival programmeerde Pierre Audi op twee achtereenvolgende dagen deopera’s Wozzeck en Lulu van Alban Berg. Het betrof bestaande voorstellingen van de HamburgischeStaatsoper, beide gedirigeerd door Ingo Metzmacher en beide geregisseerd door Peter Konwitschny.Het was een bijzondere ervaring om die twee werken zo vlak na elkaar te kunnen ondergaan in eenvergelijkbare muzikale benadering en in regies die op de een of andere manier met elkaar te makenhadden. Na Wozzeck werd je nieuwsgierig naar Lulu en na Lulu keek je met terugwerkende krachtanders naar de Wozzeck van een dag eerder. En de muziek van Berg stond door de hoge concentratienog meer centraal dan wanneer de afzonderlijke opera’s los waren gegaan.2Beeld affiche <strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong> (Ontwerp: Lex Reitsma)Het idee van Audi voor deze Berg-cycluspast in een trend die op gang lijkt te komenen waaraan <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> zal gaanbijdragen. Niet alleen wordt het komen<strong>des</strong>eizoen Wagners <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong> alscyclus uitgevoerd (alle vier opera’s binnenéén week, zoals Wagner het bedoelde), maarin oktober en november zullen om en om inde Stadsschouwburg de opera’s Tamerlano(1724) en Alcina (1735) van Georg FriedrichHändel gepresenteerd worden, beide gedirigeerddoor Christophe Rousset en geregisseerddoor Pierre Audi. Ook hier zal de concentratievan Händels muziek waarschijnlijkvoor extra inzichten zorgen. Het cyclusideezal in de toekomst door DNO nog verderonderzocht worden.Het is de bedoeling dat in het Mozartjaarde drie opera’s op libretti van Lorenzoda Ponte om en om gespeeld gaan worden.<strong>De</strong> ene avond Così fan tutte, een daglater Don Giovanni en weer een dag laterLe nozze di Figaro. Ook hier wordt voor continuïteitgezorgd door de drie opera’s dooreenzelfde team te laten regisseren (JossiWieler en Sergio Morabito – vorig sezoenverantwoordelijk voor Mozarts Lucio Sillabij DNO) en door dezelfde dirigent te latendirigeren (Ingo Metzmacher). En voor noglater is DNO aan het onderzoeken of hetmogelijk is om de gelauwerde serie Monteverdi-opera’s(alle geregisseerd door PierreAudi) in een geconcentreerde vorm terug tebrengen – in cyclusverband zogezegd.Verdi en BerliozMaar wat is dat nou eigenlijk, een cyclus?<strong>De</strong> omschrijvingen in Van Dale luiden onderandere:– van het Griekse ‘kuklos’ (kring, keten vanonstoffelijke zaken); zeker aantal jaren naverloop waarvan dezelfde hemelverschijnselenzich weer in dezelfde orde voordoen,synoniem: tijdkring;– reeks van overleveringen, gedichten, vertellingendie op eenzelfde centraal themabetrekking hebben en meer of minder eenaaneengeschakeld geheel vormen;– reeks van muziekstukken, meestal van ééncomponist, die een eenheid vormen;– reeks van bij elkaar horende kunstwerken,meestal van één kunstenaar.Het woord ‘reeks’ is in al deze omschrijvingenbelangrijk. In die optiek is het begrijpelijkdat operahuizen al snel spreken vaneen cyclus als ze bijvoorbeeld van GiuseppeVerdi een reeks opera’s plannen en uitvoeren.Men noemt zo’n serie dan een Verdi-cyclus,hoewel voor die opera’s niet altijd dezelfderegisseurs, ontwerpers, dirigenten en zangersworden gekozen. Zo sprak DNO zelfover een Berlioz-cyclus, daarmee bedoelendde reeks ensceneringen van alle Berliozopera’s,waardoor een programmalijn wordtgevormd. Voor het publiek is zo’n ‘cyclus’niet altijd even makkelijk als zodanig te herkennen,als er bijvoorbeeld tussen de eneBerlioz-opera en de andere tien jaar zit ende componist het enige bindende elementvormt.Het duidelijkst is het als een componistzelf een serie opera’s opzet met de bedoelingdat ze bij elkaar, als set worden uitgevoerd.Richard Wagners <strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong><strong>Nibelungen</strong> is wat dat betreft het bekendstevoorbeeld. Wagner noemt zijn cyclus zelf‘Ein Bühnenfestspiel für drei Tage und einenVorabend’. Voor een operahuis is het uitvoerenvan Wagners tetralogie binnen één weeknog steeds de ultieme test.BloedserieusHet ziet er overigens naar uit dat Wagnerbinnen afzienbare tijd op eigen terreinverslagen wordt door zijn landgenoot, de‘Galactische componist’ Karlheinz Stockhausen.Stockhausen werkt al jaren aan deoperacyclus Licht, die uiteindelijk over zevendagen uitgespreid moet worden. <strong>De</strong> zevenopera’s dragen alle de naam van een dag,zoals Montag aus Licht, Dienstag aus Licht,etcetera. Hoewel Licht er op het eerstegezicht nogal megalomaan uitziet, is Stockhausenbloedserieus. <strong>De</strong> ingewikkeldhedendie in de zeven partituren verborgen liggen,lijken een uitvoering binnen een week, vanmaandag tot en met zondag, bijna onmogelijkte maken. Zo moet een operahuis bijvoorbeeldde technologie in huis hebbenom de ‘octophonie’ die Stockhausen inDienstag voorschrijft te kunnen verwezenlijken:een installatie met acht geluidsbronnendie ‘akkoordbommen’ in de zaal kunnenlaten vallen en die akkoordclusters door dezaal kunnen schieten. Bovendien moet het
4PersstemmenL’amours <strong>des</strong> trois oranges(Foto: Hans van den Bogaard)Rage d’amours(Foto: Hans Hijmering)Scène uit Die tote Stadt(Foto: Hans van den Bogaard)L’amour <strong>des</strong> trois orangesEen heerlijk spektakel‘Meesterlijke enscenering van ProkofjevsLiefde voor de drie sinaasappelenbij DNO. [...] Zelden zo’n geslaagde synthesevan muziek, beeld en esprit op deoperabühne gezien. <strong>De</strong> jonge Fransedirigent Stéphane <strong>De</strong>nève [...] bleek voorgeen kleintje vervaard. Met vaste handleidt hij de musici van het voortvarendspelende Rotterdams PhilharmonischOrkest langs de talrijke klippen en muienin Prokofjevs virtuozenpartituur, waaringeen enkel orkestlid wordt gespaard. [...]Regisseur Laurent Pelly is erin geslaagdde chaos te bedwingen. Sterker, hij heeftalle heterogene elementen tot een spectaculaireeenheid weten te smeden [...].Gaat dit zien!’Het Parool‘Bij de groteske en onwelvoeglijkeklanken die de zangers en het RotterdamsPhilharmonisch Orkest opdissen,verdwijnen depressies als sneeuw voorde zon. Pelly [...] heeft een reputatie ophet gebied van komediewerk met eenbespiegelende toets. Dat het hem andermaallukt, is mede te danken aan heksenen tovenaars als Anna Shafajinskaja,Marianna Kulikova en Willard White,maar vooral aan de <strong><strong>De</strong>r</strong>de Sinaasappel,waaruit een fraaie sopraan (SandrinePiau) tevoorschijn komt.’de Volkskrant‘[...] een geestige, zinderende voorstellingdie als een wervelwind voor je ogenvoorbijdendert. [...] Pelly en zijn teamzorgen voor twee uur dolle pret. [...] Pellylaat alles uitermate inventief en razendsnelop elkaar volgen. Hij creëert eensurrealistische sfeer – wonderbaarlijk,vreemd, geestig, maar vooral pakkend.[...] In de orkestbak raast intussen hetuitstekend spelend Rotterdams PhilharmonischOrkest langs de lastige partituurof het niets is. Dankzij dirigentStéphane <strong>De</strong>nève wordt dit visueel spektakelperfect begeleid. Dat, in combinatiemet de uitstekende zangers, maaktdeze voorstelling tot een waar en zeldzaamfeest voor oog én oor.’Algemeen Dagblad‘Laurent Pelly ist ein Regisseur derschnellen, leichten, dabei unerhörtpräzisen Hand. Er weiß Pointen zusetzen, in Bewegung, Mimik, Gestik.Immer ist Spaß auf Pellys Bühnenerden.[…] Es wird turbulent und präzisagiert und ebenso präzis gesungen.Das Amsterdamer Ensemble wimmeltnur so von Komikern und Erzkomödianten.<strong><strong>De</strong>r</strong> Dirigent Stéphane <strong>De</strong>nève hältalles bestens zusammen und befeuertauch noch das locker und exakt aufspielendeRotterdams PhilharmonischOrkest.’Opernwelt‘La mise en scène est confiée à LaurentPelly [...]. Il fait mouche une fois de pluspar son talent aux facettes multiples, enproposant un spectacle hors du temps,à la fois d’un goût exquis et éminemmentdrôle sans la moindre vulgarité, invitantle spectateur à la rêverie et à la bonnehumeur, la direction d’acteurs étant parailleurs <strong>des</strong> plus efficaces. [...] Pelly aégalement <strong>des</strong>siné les costumes, dontcertains sont somptueux, essentiellementinspirés du jeu de cartes qui estaussi à la base <strong>des</strong> ingénieux décorsconçus par Chantal Thomas [...]. AlainVernhes confère au Roi de trèfle sa statureet son puissant baryton basse [...].Voix percutante sachant aussi se fairelyrique, le ténor Martial <strong>De</strong>fontaine possèdele charisme du Prince [...]. FrançoisLeroux est un Léandre mordant à souhait,formant la paire avec la princesseClarisse de la mezzo Natascha Petrinsky.Trouffaldino en har<strong>des</strong> [...], le ténorSerghei Khomov affirme les qualitésbouffes que le rôle requiert. Sir WillardWhite campe un imposant Tchélio, tandisque Anna Shafajinskaja incarne uneFata Morgana terrifiante. [....] SandrinePiau est une adorable Princesse Ninette,à la voix éthérée. Aucun <strong>des</strong> autreschanteurs ne démerite, tandis que leschoeurs, préparés pour la première foispar l’Américain Martin Wright, se sontavérés, malgré leur division en plusieursfractions, très homogènes. Chef françaispour un Rotterdams PhilharmonischOrkest jouant admirablement, Stéphane<strong>De</strong>nève dirige avec une verve peu communela rutilante partition [...].’La voix du Luxembourg‘La révélation [...]: dans le rôle du princehypocondriaque, le ténor Martial <strong>De</strong>fontainefait preuve d’une présence, d’unequalité de timbre et de diction et d’uneprojection qui le <strong>des</strong>tinent à d’autrespremiers rôles.’Le FigaroRage d’amoursVerzengende lief<strong>des</strong>operavan Rob Zuidam‘Onder alle componisten in Nederland[...] is Rob Zuidam degene die je metieder nieuw stuk weer van je stoel afmept. Hij is de grillige Midas van demuziek, onder wiens handen alle notenin goud veranderen. [...] <strong>De</strong> double-billmet de McGonagall-Lieder was eenmooie vondst, ook omdat regisseur GuyCassiers [...] en decor-licht-video-ontwerperPeter Missotten de twee werkenvernuftig met elkaar verbonden. [...]Vurig werd ook de drievoudig bezette rolvan Johanna gezongen door Hannigan,McFadden en Kim: drie totaal verschillende,maar even ongelofelijke stemmendie de gespletenheid van Johanna zonderreserves verklankten. [...] Brandenden sonoor klonken Asko en SchönbergEnsemble onder Reinbert de Leeuw.Verzengend en speels de muziek enhet spannende libretto van Zuidam.’Tr ouw‘<strong>De</strong> productie van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><strong>Opera</strong> is in alle opzichten een succes.[...] Dat de opera ondanks zijn tableauachtigeopbouw toch overkomt als eenorganisch drama, komt mede door debeelden die regisseur Guy Cassiers erbijheeft bedacht. Het gebruik van videoschermen,met beelden van wassendwater of verzengend vuur [...] mist zijnuitwerking niet. Op een indringende,soms betoverende manier weet Cassiersde sfeer van katholieke psychopathologiete schetsen.’Het Parool‘Elke maat van Rage d’amours heeft eenobsessieve, soms zelfs lugubere schoonheid.[...] Barbara Hannigan, ClaronMcFadden en YoungHee Kim wisselenelkaar telkens af. Zuidam was niet teberoerd om hun de hoogst mogelijkecoloraturen voor te schrijven. Hanniganzingt ze met volstrekt onaardse, kristalhelderetonen, McFadden bezit meerwarmte en vlezigheid, terwijl Kim prachtigcontrasteert met een iets donkerdertimbre.’<strong>De</strong> Standaard
5OPERAnieuwtjesHet eerste Holland Festival dat PierreAudi had geprogrammeerd, werd op zaterdagochtend26 juni om 6.00 uur afgeslotenmet de slotklanken van Taveners The Veil ofthe Temple op het Amsterdamse Oudekerksplein.<strong>De</strong>ze nachtelijke, ‘hemelse’ marathonrepresenteerde een van de twee aspectenvan het Festivalthema ‘Heaven and Hell’.Daaronder liet Audi enerzijds nieuwe spiritualiteiten contemplatieve werken, anderzijdsdemonische klanken en explosief engagementmet elkaar contrasteren. Behalvein de Oude Kerk – het oudste gebouw vanAmsterdam – was er muziek, opera, performanceen theater in het nieuwe Muziekgebouwaan ‘t IJ, het Concertgebouw, HetMuziektheater (o.m. L’amour <strong>des</strong> trois oranges,Wozzeck en Lulu), de Stadsschouwburg(o.m. Rage d’amours) en de Westergasfabriek.In theatraal en muzikaal opzicht was hetFestival een groot succes, zowel bij hetpubliek als bij de pers.Peter de Caluwe, hoofd Artistieke Zakenbij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>, wordt met ingangvan juli 2007 intendant van de KoninklijkeMuntschouwburg te Brussel als opvolgervan Bernard Foccroulle. Peter de Caluwewerd in 1990 bij DNO aangesteld als hoofdIn- en Externe Betrekkingen en vervult ersinds 1995 zijn huidige functie. Hij heeft eenbelangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling,internationalisering en consolidatievan het artistieke profiel van het gezelschap,in het bijzonder op het gebied van de casting.Wij zijn verheugd dat hij nog enige tijd,tot uiterlijk december 2006, bij DNO werkzaamblijft. Amsterdamse producties diehij wellicht in Brussel zal presenteren, zijnHändels Giulio Cesare en Zuidams Raged’amours; daarnaast zou hij graag PierreAudi in de Munt laten ensceneren. Peterde Caluwe was bezieler en oprichter vanhet huisblad Odeon, en nog steeds is zijnbijdrage aan het blad uitermate waardevol.Ingo Metzmacher (Foto: Sasha Gusov)Ingo Metzmacher, DNO’s nieuwe chefdirigent,volgt – naast zijn functie in Amsterdam– per seizoen 2007-2008 Kent Naganoop als chef van het <strong>De</strong>utsches Symphonie-Orchester Berlin, met een contractperiodevan tenminste drie jaar. Behalve Naganowaren illustere voorgangers aldaar FerencFricsay, Lorin Maazel, Riccardo Chailly enVladimir Ashkenazy. <strong>De</strong> benoemingscommissieprijst Metzmachers persoonlijkheid,gezag en uitstraling, zijn brede, veelal ongewonerepertoire én zijn vertrouwdheid metde meer bekende werken die de pijlers vormenvan de concertseizoenen in Berlijn.Op de jaarlijkse Uitmarkt zullen DNO medewerkersaanwezig zijn om informatie te gevenover seizoen 2005-2006. Zaterdagmiddag 27augustus is er om 15.00 uur een optreden doorNatascha Petrinsky (Wellgunde/Waltraute<strong>Ring</strong>) en pianist Peter Lockwood op hetCul-de-sac podium voor het Rijksmuseum.Om 16.00 uur signeert Hartmut Haenchen inde tent van Het Muziektheater op hetMuseumplein.Ter gelegenheid van deze laatste <strong>Ring</strong>-cycliis er een extra website gemaakt, naast deinmiddels ingeburgerde DNO-site. Kijkt uop www.derring<strong>des</strong>nibelungen.nl.(Foto: Michel Claus)Il barbiere di SivigliaVRIENDEN VANDE OPERA<strong>De</strong> Vereniging Vrienden van de <strong>Opera</strong> organiseert tal van activiteiten,w.o. lezingen, literaire avonden, operafilmavonden, openbarerepetities, masterclasses en een groot aantal eendaagse operareizennaar vijf verschillende operahuizen in Luik, Münster, Duisburg,Düsseldorf, Essen en Dortmund. Bovendien worden jaarlijkseen of twee meerdaagse reizen georganiseerd.Naast inschrijving op het speciale Vriendenabonnement bij DNOhebben de leden de mogelijkheid tot (beperkte) vóórreservering vanlosse plaatskaarten. <strong>De</strong> Kerstmatinee is traditioneel een Vriendenvoorstelling.Vijfmaal per seizoen komt het Vriendenbulletin uit, een tijdschrift metverenigings- en operanieuws.Wilt u zich aansluiten bij de Vrienden van de <strong>Opera</strong>, schrijf, bel ofmail naar onderstaand adres.FOTOJAARBOEK DNO SEIZOEN 2003-2004Het fotojaarboek 2003-2004 DNO is verkrijgbaar aan de Vriendenbalie(t/o de champagnebar, foyer zaalniveau). Prijs € 12,-.Voorgaande seizoenen zolang de voorraad strekt.FIDELIO, JONGE VRIENDEN VAN DE OPERAJonge mensen (t/m 28 jaar) kunnen lid worden van Fidelio, JongeVrienden van de <strong>Opera</strong>. Voor deze groep leden worden specialeactiviteiten georganiseerd, terwijl ook alle activiteiten en voordelenvan de Vereniging Vrienden van de <strong>Opera</strong> voor hen openstaan.Speciaal voor Fidelio-leden stelt <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> JongeVrienden-abonnementen samen, waarbij een aanzienlijke kortingwordt gegeven. fidelio_jv@hotmail.com www.fidelio-opera.nlCONTRIBUTIE PER SEIZOENIndividueel lidmaatschap € 25,-Gezinslidmaatschap (2 pers.) € 45,-Donateur (minimaal) € 60,-Jonge Vrienden (t/m 28) € 15,-Aanmelding door overmaking van het bedrag op giro 32.500of bank 43.40.57.207 t.n.v. Vrienden van de <strong>Opera</strong> te Amsterdam,o.v.v. ‘nieuw lidmaatschap’.Vereniging Vrienden van de <strong>Opera</strong>Waterlooplein 22 1011 PG Amsterdamtelefoon 020 5518282 (ma, di en do 9.00 tot 13.00 uur)e-mail secretariaat@vriendenvdopera.demon.nlwww.vriendenvdopera.demon.nl
Richard Wagner 1813 -1883<strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong>Ein Bühnenfestspielfür drei Tage und einen Vorabendlibretto vanRichard WagnerVorabendDas RheingoldErster TagDie WalküreZweiter TagSiegfried7Dritter TagGötterdämmerungmuzikale leidingHartmut HaenchenregiePierre AudidecorsGeorge TsypinkostuumsEiko IshiokalichtWolfgang GöbbeldramaturgieKlaus Bertischchoreografie GötterdämmerungAmir HosseinpourReprise1ste cyclusma 19 sept 2005 20.00 Das Rheingoldwo 21 sept 2005 18.00 Die Walkürevr 23 sept 2005 17.30 Siegfriedma 26 sept 2005 17.30 Götterdämmerung2de cycluswo 28 sept 2005 20.00 Das Rheingoldvr 30 sept 2005 18.00 Die Walkürezo 2 okt 2005 17.30 Siegfriedwo 5 okt 2005 17.30 Götterdämmerung3de cyclusvr 7 okt 2005 20.00 Das Rheingoldzo 9 okt 2005 18.00 Die Walküredi 11 okt 2005 17.30 Siegfriedvr 14 okt 2005 17.30 GötterdämmerungInleidingen door Chris EngelerPlaats: Het Muziektheater (2de balkon)Tijd: 45 minuten voor aanvang van iedere voorstellingLengte: ± 30 minutenToegang: gratis op vertoon van een geldig plaatsbewijsvoor de voorstelling van die dagMet steun van de Vereniging Vrienden van de <strong>Opera</strong><strong>De</strong> operaboeken Das Rheingold, Die Walküre,Siegfried en Götterdämmerung zijn verkrijgbaarin Het Muziektheater. Daarin zijn ondermeer een uitgebreide synopsis, en het librettoin het Duits en in een <strong>Nederlandse</strong> vertalingopgenomen. <strong>De</strong> prijs is € 10,- per boek.Ook is het <strong>Ring</strong>-fotoboek verkrijgbaar (€ 17,-)en is Hartmut Haenchens boek Von der Unvereinbarkeitvon Macht und Liebe herdrukt (€ 25,-),alsmede het ‘gouden’ <strong>Ring</strong>-boek, dat interessanteachtergrondinformatie bevat en een overzichtbiedt van de belangrijkste leidmotieven (€ 10,-).
VorabendDas Rheingold‘Nu heb ik wat mij verhefttot de machtigste aller machtige heren!’8libretto van Richard WagnerWotanAlbert DohmenDonnerGeert SmitsFrohMartin HomrichLogeChris MerrittAlberichWerner Van MechelenMimeGraham ClarkFasoltFrode OlsenFafnerMario LuperiFrickaDoris SoffelFreiaMichaela KauneErdaAnne GjevangWoglindeAlexandra CokuWellgundeNatascha PetrinskyFlosshildeElena ZhidkovaGötter<strong>Nibelungen</strong>RiesenGöttinnenRheintöchterNederlands Philharmonisch Orkest<strong>De</strong> opera wordt in het Duits gezongenen Nederlands boventiteld.<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 2 uur en 30 minuten.Er is geen pauze.Diep in de Rijn ligt een grote goudschat, diewordt bewaakt door de drie Rijndochters.<strong>De</strong> dwerg Alberich kijkt vol begeerte naar demeisjes, die hem uitdagen en afwijzen. Alshet zonlicht de schat doet flonkeren, zingende Rijndochters over de almacht die degenedie een ring van het goud maakt zal verkrijgen.Maar dat kan alleen iemand zijn die deliefde afzweert. Woedend over de afwijzingvervloekt Alberich de liefde en rooft het Rijngoud.<strong>De</strong> god Wotan heeft door de reuzenFasolt en Fafner een burcht, Walhall, latenbouwen. <strong>De</strong> bedongen prijs was zijn schoonzusterFreia, godin van de eeuwige jeugd,maar Wotan wil onder die afspraak uit.Als de reuzen Freia komen opeisen en vangeen andere beloning willen weten, moetde slimme vuurgod Loge met een oplossingkomen. Hij stelt als prijs het Rijngoud voor,waar de twee bouwlieden mee instemmen.Als gijzelaar moet Freia echter met henmee.Wotan en Loge dalen af naar Nibelheim,waar Alberich een ring heeft gesmeed.Zijn broer Mime dwong hij een helm (de'Tarnhelm') te maken waarmee de dragerelke gewenste gedaante kan aannemen.Door een list weten de goden Alberich <strong>des</strong>chat met de ring en de Tarnhelm afhandigte maken.<strong>De</strong> dwerg vervloekt de ring. Als losprijsvoor Freia verlangen Fasolt en Fafner zoveelgoud dat zij geheel aan het oog wordt onttrokken.Om het laatste gaatje in de stapelte dichten dwingen ze Wotan de ring af testaan. <strong>De</strong> vloek doet zich meteen gelden:Fasolt en Fafner strijden om het bezit vande ring, waarbij Fasolt door zijn broer wordtgedood. Wotan en de andere goden nemenhun intrek in Walhall, behalve Loge, dieeigenlijk maar half goddelijk is. <strong>De</strong> Rijndochtersbeklagen hun verlies.Scènes uit Das Rheingold (Foto’s: Ruth Walz)
Erster TagDie WalküreIn drei Aufzügenlibretto van Richard WagnerSiegmundJohn KeyesHundingKurt RydlWotanAlbert DohmenSieglindeCharlotte MargionoBrünnhildeNadine Secunde 1ste en 3de cyclusLinda Watson 2de cyclusFrickaDoris SoffelGerhildeDorothy GrandiaOrtlindeEllen van HaarenWaltrauteNatascha PetrinskySchwertleiteHebe DijkstraHelmwigeTurid KarlsenSiegruneIrene PietersGrimgerdeMarina PrudenskaiaRossweisseQiu Lin ZhangWalkürenNederlands Philharmonisch Orkest<strong>De</strong> opera wordt in het Duits gezongenen Nederlands boventiteld.<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 4 uur en 50 minuten.Er zijn 2 pauzes.‘<strong>De</strong> vloek waarvoor ik vluchtte,Wijkt nu niet van mij:wat mij lief is, moet ik loochenen,vermoorden wie ik bemin,vals verradenwie mij vertrouwt!’9IGevlucht na een verloren strijd vindt eenman beschutting in Hundings huis. Diensvrouw verzorgt hem. Hunding keert huiswaarts,verlangt een maaltijd voor hemzelfen zijn ongenode gast, die hij naar afkomsten bezigheden vraagt. Dan wordt duidelijkdat zij in diezelfde strijd tegenstanderswaren. Het gastrecht beschermt de vreemdelingvoor de nacht; morgen zullen beidemannen vechten. ’s Nachts wijst Hundingsvrouw haar gast op een zwaard dat eengrijsaard op haar huwelijksdag achterlietvoor een held. Zij voelt dat dit wapen voordeze man bestemd is. Zij vertelt hem haargeschiedenis, hij vraagt haar hem een naamte geven: Siegmund. Hij grijpt het zwaard,bevrijdt het. <strong>De</strong> vrouw vertelt hem wie zij is:Sieglinde. Als Siegmunds tweelingzuster éngeliefde valt zij in zijn armen.II<strong>De</strong> god Wotan wil Siegmund – zijn buitenechtelijkezoon – in het tweegevecht helpenoverwinnen. Zijn dochter, de Walküre Brünnhilde,zal Siegmund bijstaan. Maar Fricka,Wotans in haar eer gekrenkte echtgenote enbeschermster van het huwelijk, doorziet ditplan. Niet Siegmund zal zegevieren, maarHunding, zo eist zij. Wotan, verslagen, geeftFricka zijn woord van eer. Brünnhilde probeerthaar vader te troosten, die haar overzichzelf en Siegmund vertelt. Wotan moetde held die niet door Alberichs vloek belastis, en die voor hem de almacht schenkendering had moeten bemachtigen, nu als hoopvoor de toekomst opgeven. Hij gebiedtBrünnhilde voor Hunding te kiezen. Brünnhildekondigt Siegmund diens dood aan.Als hij de slapende Sieglinde wil doden, omniet zonder haar te zijn, weerhoudt Brünnhildehem daarvan en zegt aan zijn zijde testaan. Hunding en Siegmund strijden. Brünnhil<strong>des</strong>poort Siegmund aan, maar Wotangrijpt in. Siegmund sterft, Brünnhilde vluchtmet Sieglinde, en Hundings leven wordt doorWotan aan Fricka’s eer geofferd.III<strong>De</strong> Walküren verzamelen gevallen strijdersvoor Wotans leger. Brünnhilde zoekt samenmet Sieglinde bij haar zusters beschermingvoor Wotans toorn. Zij stuurt de zwangereSieglinde naar Fafners woud. Als Wotande Walküren dreigt, laten zij hun zusterin de steek. Hij komt om Brünnhilde testraffen, nu zij tegen zijn gebod handelde.Brünnhilde houdt hem voor dat zij niettegen zijn wil heeft gehandeld, en vraagtom een milde straf. Verscheurd door woedeen liefde jegens Brünnhilde legt hij haar teslapen in een ring van vuur. Alleen de mandie Wotans speer niet vreest, zal dit vuurtrotseren!Scènes uit Die Walküre (Foto’s: Ruth Walz)
Zweiter TagSiegfriedIn drei Aufzügenlibretto van Richard Wagner‘<strong>De</strong> bruid gewint,Brünnhilde wektgeen lafaard ooit:alleen wie het vrezen niet kent.’10SiegfriedStig AndersenMimeGraham Clark<strong><strong>De</strong>r</strong> WandererAlbert DohmenAlberichOleg BryjakFafnerMario LuperiErdaAnne GjevangBrünnhildeNadine Secunde 1ste en 3de cyclusLinda Watson 2de cyclusWaldvogelRobin Scholz (solist Tölzer Knabenchor)Nederlands Philharmonisch OrkestVoorstellingen23 september 2 11 oktober 2005Het Muziektheater Amsterdam<strong>De</strong> opera wordt in het Duits gezongenen Nederlands boventiteld.<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 5 uur.Er zijn 2 pauzes.IAan het slot van ‘Die Walküre’ bleef Brünnhil<strong>des</strong>lapend achter, terwijl de zwangereSieglinde naar het woud van Fafner wasgevlucht. Sieglinde stierf vervolgens bij degeboorte van Siegfried. <strong>De</strong>ze is inmiddelseen jonge, ferme knaap geworden. Mimevoedde hem op, om hem te kunnen gebruikenbij het stelen van Fafners goudschat.Maar Mime is niet in staat Nothung, hetdoor Wotans speer in stukken geslagenzwaard van Siegmund, aaneen te smeden.<strong>De</strong> Wanderer (Wotan) meldt Mime datalleen hij die de angst niet kent, Nothungzal kunnen smeden. Mime beseft dat hijSiegfried nooit heeft geleerd wat angst is.IIBij Fafners hol waakt Alberich. <strong>De</strong> Wandererwaarschuwt hem voor Mime, die metSiegfried nadert om Fafner de goudschatte ontnemen. Fafner slaat Alberichs voorstelhem in ruil voor bescherming de ring tegeven af. Alleen gelaten probeert Siegfriedtevergeefs de zang van een vogel na tedoen en blaast daarbij luid op zijn hoorn,wat Fafner wekt. In een gevecht doorsteektSiegfried Fafners hart en proeft van diensbloed, waardoor hij de zang van de vogelkan verstaan. Hij ontneemt hem de ring ende Tarnhelm. Na Mime te hebben gedood,volgt hij de vogel naar de plaats waarBrünnhilde slaapt.IIINog eenmaal vraagt de Wanderer Erdaom raad hoe het naderende einde vande goden te keren, maar zij kan hem niethelpen. Hij houdt Siegfried tegen in eenpoging de ring alsnog te bemachtigen,maar Siegfried slaat zijn speer in tweeën.Zonder angst trotseert Siegfried het vuurdat Brünnhilde beschermt, maar voordathij haar wekt, ervaart hij voor het eerst watangst is. Brünnhilde geeft zich aarzelendaan Siegfried over, die haar als zijn bruidopeist.Scènes uit Siegfried (Foto’s: Ruth Walz)
Dritter TagGötterdämmerungIn drei Aufzügenlibretto van Richard WagnerSiegfriedStig AndersenGuntherRobert BorkAlberichOleg BryjakHagenKurt RydlBrünnhildeNadine Secunde 1ste en 3de cyclusLinda Watson 2de cyclusGutruneIrmgard VilsmaierWaltrauteMichaela SchusterErste NornBirgitta SvendenZweite NornMichaela SchusterDritte NornIrmgard VilsmaierWoglindeAlexandra CokuWellgundeRheintöchterNatascha PetrinskyFlosshildeElena ZhidkovaNederlands Philharmonisch OrkestKoor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>instudering Winfried MaczewskiVoorstellingen26 september 5 14 oktober 2005Het Muziektheater Amsterdam<strong>De</strong> opera wordt in het Duits gezongenen Nederlands boventiteld.<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 5 uur en 40 minuten.Er zijn 2 pauzes.‘Laat het vuur dat mij verbrandtde ring van zijn vloek bevrijden!’11Voorspel<strong>De</strong> drie Nornen vlechten het noodlotskoorden voorzien de ondergang van de goden.Als de draad breekt en zij de toekomst nietmeer kunnen duiden, keren zij naar Erda,hun moeder, terug. Siegfried wil de wijdewereld in, neemt afscheid van Brünnhildeen geeft haar de ring, als onderpand vanzijn liefde.IGunther, koning der Gibichungen, en zijnzuster Gutrune zijn beiden nog ongehuwd.Hagen, Alberichs zoon, raadt Gunther aanBrünnhilde te huwen. Siegfried is in aantochten Hagen roept hem bij zich. Gutrunebiedt Siegfried ter verwelkoming een vergetensdrankaan. Als Gutrune, op wie hijdirect verliefd raakt, zijn vrouw wil worden,is Siegfried bereid Brünnhilde voor Guntherte werven.Waltraute bericht Brünnhilde over de machteloosheidvan Wotan en verlangtvan haar zuster de ring om de ondergangder goden te keren. Brünnhilde weigertechter Siegfrieds lief<strong>des</strong>pand af te staan.Siegfried, die door middel van de TarnhelmGunthers gedaante heeft aangenomen,overmeestert de wanhopige Brünnhilde.IIAlberich spoort Hagen aan Siegfrieds ringte bemachtigen. Hagen roept de Gibichungenbijeen om Gunther en zijn bruid te verwelkomen.Brünnhilde ontdekt Siegfriedaan Gutrunes zijde, ziet de ring die ‘Gunther’haar ontnam, nu aan Siegfrieds handen beschuldigt hem van verraad. Siegfriedontkent. Gunther, Hagen en Brünnhildezweren wraak: Hagen zal Siegfried tijdensde jacht doden.III<strong>De</strong> Rijndochters beklagen het verlies vanhet goud en sporen Siegfried aan om hunde ring te geven, maar deze weigert. Siegfriedverhaalt Gunther en Hagen over zijnavonturen. Hagen geeft hem een herinneringsdrank,en als Siegfried dan overBrünnhilde vertelt, stoot Hagen hem zijnspeer in de rug. Siegfried sterft. Gunthervordert Siegfrieds ring, maar Hagen doodthem. Brünnhilde geeft opdracht Siegfriedslijk te verbranden, pakt de ring en stort zichin het vuur, dat ook Walhall in vlammenzet. <strong>De</strong> wereld brandt. <strong>De</strong> Rijn treedt buitenzijn oevers. Als Hagen de ring wil grijpen,sleuren de Rijndochters hem de diepte inen nemen de ring weer in hun bezit.Scènes uit Götterdämmerung (Foto’s: Monika Rittershaus)
Klaus Bertisch<strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong>Voor ieder operahuis vormt Richard Wagners vierluik <strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong> een groteuitdaging. Nog sterker was dat het geval bij de wereldpremière van het gigantische werk, dat pasna een moeizame, bijna dertig jaar durende ontstaansgeschiedenis in 1879 in zijn geheel in hetBayreuther Festspielhaus kon worden uitgevoerd. Bij die gelegenheid was de ontvangst van hettegenwoordig alom geliefde magnum opus niet onverdeeld gunstig, hoewel Wagners tijdgenotenzijn moed en doorzettingsvermogen bewonderden.12In de tijd dat Richard Wagner als kapelmeesterin Dresden werkzaam was, besloothij zijn opera’s niet langer op historischegegevens te baseren, maar zich op mythischethema’s te concentreren. Toch raaktenmythe en historie bij dit mammoetprojectvan meet af aan met elkaar vermengd. <strong>De</strong>eerste librettoversie van Siegfrieds Tod (delatere Gotterdämmerung) ontstond in 1848en daarop volgden, in omgekeerde volgorde,Jung-Siegfried (later Siegfried genoemd),Die Walküre en Das Rheingold. Voor zijntekstmateriaal putte Wagner niet alleenuit het middeleeuwse <strong>Nibelungen</strong>lied, maarvooral ook uit Noords-Germaanse mythenals de Edda, de Völsunga-saga en Duitsevolkssprookjes. Getuige de idealistischeteneur en het religieuze aura van zijn werk,liet Wagner zich bovendien door de Grieksetragedie inspireren (hij heeft in elk gevalAischylus’ Oresteia gelezen).Het omvangrijke materiaal met zijn kolossaleafmetingen maakte een verdeling overvier avonden noodzakelijk. Wagners verlangenbuitengewone muzikale middelen te gebruikenen zijn wens afstand te nemen vande gangbare operapraktijk brachten hem uiteindelijkop het idee van een eigen festival,dat op een afgelegen locatie diende plaatste vinden.Ludwig II en Richard Wagner (Foto: Jörg Schulze)GesamtkunstwerkZijn theoretische en esthetische gedachtenhierover kon Wagner formuleren tijdenszijn ballingschap te Zürich, waarheen hijmoest vluchten wegens zijn actieve deelnameaan de revolutie van 1848 in Dresden.Uit deze periode dateren de essaysDie Kunst und die Revolution, Das Kunstwerkder Zukunft en vooral Oper und Drama.In deze geschriften zette hij zijn ideeën overhet zogeheten ‘Gesamtkunstwerk’ uiteen,waarin de verschillende kunstvormen diendente versmelten.In muziekdramatische werken moestde muziek op organische wijze uit de verzenvoortspruiten. Het gebruik van stafrijm(alliteratie) en leidmotieven (een term dieoverigens niet door Wagner zelf werd gemunt)werd geproclameerd. Duidelijk valtin dit alles de invloed van Schopenhauer tebespeuren met zijn verloochening van deeigen wil en het verlangen naar een nirvana.Dat Schopenhauer de muziek ver boven alleandere kunsten verheven achtte, maakte opWagner vanzelfsprekend een diepe indruk.Het totstandkomen van de <strong>Ring</strong>In de <strong>Ring</strong> worden macht en liefde als conflictpolenvoorgesteld, terwijl goud (als symboolvan macht) naar Germaanse opvattingde bron van alle kwaad was. Wotan wil macht,maar kan ook de liefde niet opgeven. Zo wordthij tot representant van de strijd tussen dezebeide grootheden. Met Siegfried maakt deheld van de toekomst zijn opwachting; ondanksalle hoop die op hem is gevestigd, valthij echter aan dezelfde machten ten offer.Oorspronkelijk wilde Wagner aan Siegfriedde hoofdrol toebedelen; naarmate het projectverder uitdijde, kwam Wotan als Alvader vande goden steeds meer in het middelpunt testaan, ook al wordt er in het laatste stuk alleennog maar over hem gesproken en treedthij daarin niet meer daadwerkelijk op.Das Rheingold en Die Walküre werdenbetrekkelijk kort na elkaar gecomponeerd(tussen 1853 en 1856). <strong>De</strong> werkzaamhedenaan Siegfried werden vanaf juni 1857, middenin het tweede bedrijf, langdurig onderbroken;in deze periode ontstonden Tristan undIsolde en Die Meistersinger von Nürnberg.In 1860 kon Wagner dankzij een amnestienaar Duitsland terugkeren. <strong>De</strong> compositieschetsenvoor het tweede bedrijf van Siegfriedwerden in februari 1869 voltooid, dievan het derde bedrijf in september vandatzelfde jaar; de partituur als geheel was
egin 1871 gereed. Koning Ludwig II vanBeieren had Wagner inmiddels van zijn enormeschuldenlast bevrijd en stelde hem doorzijn financiële en morele steun in staat de<strong>Ring</strong> te voltooien. Terwijl hij nog bezig wasaan Siegfried, begon Wagner al de muziekvan Götterdämmerung te schetsen. <strong>De</strong> instrumentatiewerd op 21 november 1872afgerond, waarmee het gehele project volbrachtwas. Op verzoek van de koning werdenDas Rheingold en Die Walküre in Münchenten doop gehouden – tegen de wensvan Wagner in, die wilde dat de hele tetralogieop een apart festival werd opgevoerd.<strong>De</strong> eerste steen van zijn Festspielhausin het Opperfrankische Bayreuth werdgelegd op 22 april 1872 (Wagners verjaardag).Wegens geldproblemen moest het alvoor 1873 geplande festival worden uitgesteld.Opnieuw bracht Ludwig II uitkomstdoor Wagner 100.000 taler te lenen. Toegangskaartenmoesten gekocht worden enwaren niet, zoals oorspronkelijk het planwas, gratis verkrijgbaar. <strong>De</strong> eerste volledige<strong>Ring</strong> werd uitgevoerd tijdens de eerste BayreutherFestspiele in augustus 1876, waarbijSiegfried en Götterdämmerung hun premièrebeleefden. <strong>De</strong> ontvangst was niet onverdeeldgunstig. <strong>De</strong> moed die deze hele onderneminggevergd had, werd geprezen, maar men wasniet spaarzaam met detailkritiek.13Het leidmotiefWagners muzikale ontwikkeling moet allereerstvanuit de traditie van de Duitse romantischeopera worden beschouwd: de aanhet realistische ontstegen, naar het bovennatuurlijkereikende thematiek, het loslatenvan de gesloten vormen, de steeds prominentererol van het orkest. Al in Lohengrinen hieraan voorafgaande opera’s had Wagnergewerkt met verschillende muzikalemotieven, die met een bepaald personageof idee geassocieerd moeten worden, maarin die periode werden ze nog niet zo uitgewerkt,gevarieerd en gedifferentieerd.<strong>De</strong>ze ontwikkeling zou in de voor de <strong>Ring</strong>zo bepalende leidmotieventechniek haarbeslag krijgen. Ook in de gehele <strong>Ring</strong> zelfwordt deze techniek steeds verder verfijnd.In Das Rheingold kunnen motieven en bepaaldepersonages, voorwerpen en ideeënnog het eenduidigst met elkaar worden geidentificeerd.Dit geldt in essentie eveneensvoor Die Walküre en het eerste bedrijf vanSiegfried. Na de lange onderbreking vandeze compositie beginnen vanaf het derdebedrijf van Siegfried en in Götterdämmerungde motieven haast een eigen leven te leiden.Ze worden in overvloed en met contrapuntischevirtuositeit gebruikt, waaruit duidelijkblijkt dat Wagner zijn in Oper und Dramageformuleerde eigen richtlijnen ook weeropgeeft.Voor de zang ontwikkelde hij vloeiendeariose vormen, die de tekst in een vocalelijn plaatsen waarin woorden zinvolle accentenkrijgen en zodoende de poëtische betekenisen emotionele inhoud versterken. Eenen ander klinkt in Rheingold eerst nog wattastend, maar komt in Die Walküre al tot eeninteressante synthese, waarin muziek entekst tot in de fijnste nuances met elkaarversmelten. In het eerste bedrijf van Siegfriedheeft de muzikale component vooraltijdens het ‘Schmiedelied’ weer de overhand,maar in het verdere verloop van ditstuk, evenals vooral ook in het derde bedrijfvan Götterdämmerung, vormen tekst enmuziek een waarachtige eenheid.Na de mislukte revolutie van Dresdenen beïnvloed door de filosofie van Schopenhauerveranderde Wagner het slot, dat eerstpositief zou zijn, in een einde van totale<strong>des</strong>tructie, zij het dat de muziek toch nogeen kiem van hoop laat.Vertaald door Chris Engeler
Klaus Bertisch<strong>De</strong> <strong>Ring</strong> opnieuw gesmeedSamen hebben ze hem gesmeed, eerst de afzonderlijke delen en daarna de cyclus. Hartmut Haenchenals muzikaal leider en Pierre Audi als regisseur zijn de verantwoordelijke makers achter wat nog steedsde grootste uitdaging is die een operahuis kan aangaan: Richard Wagners <strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong>.In de afgelopen twee seizoenen heeft <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> alle delen hernomen, om aan het beginvan seizoen 2005-2006 Wagners opus magnum opnieuw driemaal als cyclus te presenteren. Maar voorhet zover is, spreken Haenchen en Audi samen over wat zij bereikt hebben, wat er veranderd is en of erook teleurstellingen waren.14Doris Soffel (Fricka) en Albert Dohmen (Wotan) in Das Rheingold (Foto: Ruth Walz)Toen men bij DNO omstreeks 1995 voor heteerst concreet over de productie van eenintegraal <strong>Ring</strong>-project begon te spreken,was een centrale vraag: wat doen we methet orkest? Welke rol krijgt dat, in vergelijkingmet de bijzondere akoestiek van hetBayreuther Festspielhaus met zijn overdekteorkestbak? Weliswaar had WagnerDas Rheingold en Die Walküre niet speciaalvoor die unieke akoestische omstandighedengeschreven, en Siegfried en Götterdämmerungwerden gecomponeerd zonder concreteervaring met het Festspielhaus, dat toen noggebouwd moest worden. Maar bij de allereerstecyclus in 1876 zat het orkest dan tochonder de overkapping die de Bayreutherakoestiek zo speciaal en beroemd heeftgemaakt.Moderne theaters zijn echter niet exclusiefgebouwd voor opera’s van Wagner.Algauw hebben Hartmut Haenchen en PierreAudi hun oorspronkelijke idee laten varenom de situatie in het Frankische Festspielhausna te bouwen. Toen zij die niet kondenimiteren, wilden zij de situatie vanuit hetandere uiterste benaderen. In zijn theoretischewerk Oper und Drama zette Wagneruiteen waarom hij het orkest naar de onzichtbaarheidwilde verbannen, maar tegelijkertijdde orkestmuziek tot drager van de handelingwilde maken. Dat tweede aspect was deaanleiding om het orkest in een <strong>Ring</strong>-productiein het Amsterdamse Muziektheatereen bijzondere rol toe te bedelen: door hetklanklichaam duidelijk zichtbaar op te nemenin het gebeuren op het toneel en deels ophet toneel te plaatsen. Wat toen een grootrisico was, wordt nu door niemand meer intwijfel getrokken, aldus Hartmut Haenchen:‘“Dat kan toch niet,” heb ik toen vaak moetenhoren. Tegenwoordig lijkt het al bijna ofdeze spectaculaire opstelling iets heelgewoons is geworden.’Overdenken en vernieuwenVoor Pierre Audi was bij het eerste smedenvan de <strong>Ring</strong> de totale beleving het belangrijksteoogmerk: ‘Als je de vier delen binneneen week kunt meemaken, is dat al iets uitzonderlijks.Er zijn natuurlijk veel clichéswaar je in Wagner-producties telkens weertegenaan loopt. Ik wilde die niet vermijdenmaar ze op hun kop zetten. We waren nietbang om een standpunt ten opzichte van demythe te bepalen: wij wilden de mythe in detijd van nu op het toneel hebben. Wat mij bijdeze onderneming de grootste voldoeningheeft geschonken, is dat muziek en drama ophet toneel als iets levends en als een echteeenheid kunnen worden ervaren. Elke maatvan de muziek is in deze <strong>Ring</strong> scenisch doordacht,en sluit aan bij de handeling. Toenwe de <strong>Ring</strong> creëerden, was alles nieuw enongewoon. We konden niet weten of alleszo geaccepteerd zou worden als wij datwensten. Dat gold voor de toeschouwersnet zo goed als voor de recensenten. Op ditmoment hebben we die vragen achter onsgelaten. We hoeven ons geen zorgen meerte maken, maar we kunnen ons verheugenover wat nu al geschiedenis is geworden.’Dat je niet altijd 100% krijgt van wat je zouwillen, beseft Hartmut Haenchen heel goed:‘Dat zie ik juist als een voordeel, omdat jedaardoor op het moment dat je iets doetalweer de behoefte voelt het over te doen:zowel om dingen te verbeteren als om ze teveranderen. Als de voorstellingen eenmaallopen, is het nauwelijks mogelijk om aan ditverlangen naar verandering toe te geven.Maar op de manier waarop wij hier werken,hebben we deze mogelijkheid bij een reprise,die wij bijna als een nieuwe productie behandelen.Wij doen een reprise niet in driedagen, zoals bij veel repertoiretheatersgebruikelijk is.’‘Bij de <strong>Ring</strong> hadden wij de kans om dingente overdenken en te vernieuwen zonder datwe iets aan het basisconcept hoefden teveranderen. Zo zijn er bij de reprise bijvoorbeeldideeën teruggekomen die uit de eerstefase stamden, maar die toen niet gerealiseerdkonden worden. Wotans haar in DasRheingold: bij de eerste keer was het beslistjuist om het voor John Bröcheler zo vorm tegeven als we het toen gedaan hebben. Nu,met de nieuwe bezetting, is de vormgevingvan de haren van de goden veel meer eeneenheid geworden. <strong>De</strong> goden als een eigenwereld zijn nu ook in dit opzicht duidelijkergeworden – een idee van het eerste uur. Nuhebben we de kans gegrepen om onze denkbeeldenvan <strong>des</strong>tijds alsnog waar te maken.’Persoonlijk betrokkenZowel in het orkest als in de cast werd hetteam bij de herinstudering geconfronteerdmet veel nieuwe mensen. Scenisch én muzikaalmoesten ze zich instellen op nieuwepartners. Haenchen vindt dat spannend:‘Voor mij blijft deze <strong>Ring</strong> uniek, niet alleenomdat hij er spectaculair uitziet, maar omdathij het verhaal vertelt, en dat vlak bij de mensen,bij het publiek. Dat loopt uiteen van hetidee van de adventure seats tot aan de eersterijen waar het publiek de zangers zoukunnen aanraken. Voor mij opent dat ookmuzikale mogelijkheden, die ik bij een “normale”opstelling niet heb. Ik kan hier pianissimilaten zingen die in andere operahuizentotaal onmogelijk zijn omdat de zangers nieteens over het orkest heen zouden komen.En Pierre heeft het zo geënsceneerd datiedereen in de zaal op een bepaald momentop een heel persoonlijke manier rechtstreekswordt aangesproken en bij de voorstellingbetrokken. Dat gebeurt niet bij iedereen tegelijken het beleven van het geheel is vanafelke zitplaats anders. Niet wat de kwaliteit,maar wat de intensiteit betreft.’‘Een groot verschil is dat ik nu met éénorkest werk. In de eerste cyclus heb ikgeprobeerd om de verschillende manierenvan spelen van de verschillende orkestente benutten. Bewust hadden we toen voorbepaalde stukken bepaalde orkesten gekozenen ingezet. Met één orkest kan ik nuvoortbouwen op meer ervaring met Wagner.Interessant was bij de reprise van Rheingolddat het orkest al met het grootste deel vande leidmotieven had gewerkt en daarvan nude uitgangspunten leerde kennen. Afgezienvan een paar motieven die alleen in de ‘Vorabend’zitten, is het complete vlechtwerk vanmotieven bekend. Je bouwt muzikaal op eenheel ander niveau iets op dan wanneer jemet een orkest bij Rheingold begint. Maar indit geval moest ik de musici er weer bewustvan maken hoe een motief ontstaat. Ze kendenbijvoorbeeld het Zwaard-motief al, maarin Rheingold duikt dat voor het eerst op.’VertrouwensrelatieIn eerste instantie vormden de vele nieuwerolbezettingen voor Audi een risicofactor:‘Nieuwe zangers zetten je natuurlijk ookaltijd opnieuw aan het denken. Eerst wasik bang dat door de nieuwe bezettingen watsterk en succesvol gebleken was nu slapperen zwakker zou worden. Het tegendeelwas echter het geval. <strong>De</strong> vorm is menselijkergeworden en daardoor ook duidelijker.Zo heb ik dat nog niet eerder meegemaakt.Wij hebben bij het ensceneren van de afzonderlijke<strong>Ring</strong>-delen tussen 1997 en 1999 enook bij de eerste cycli nauwkeurig gewerktaan tekst en uitspraak, vooral met zangersdie hun rollen nog niet eerder hadden gezongen.Bij de reprise was dat niet mogelijk.Vele zangers waren al lange tijd vertrouwdmet hun rollen, en iedereen weet hoe moeilijkhet is om iets wat je eenmaal aangeleerdhebt weer af te leren. Ik moest ze er bijna toeverleiden om Wagner op een nieuwe manierte benaderen. Maar het is ook makkelijkerom in de loop van vier <strong>Ring</strong>-delen een vertrouwensrelatieop te bouwen. <strong>De</strong>genen diein hun rollen in andere delen terugkwamen,konden hun karakter vormen, met het publiekspelen; zij wisten wat ze konden verwachtenen hoe ze daarmee moesten omgaan.’‘We konden veel dingen verder ontwikkelenen verbeteren. Nu, bij de tweede ronde,
15Pierre Audi en Hartmut Haenchen tijdens een repetitie voor de <strong>Ring</strong>, 1998 (Foto: Marco Borggreve)is dé grote verbetering natuurlijk het feit datde vier delen door één orkest worden begeleid.Niettemin zal een uitgave op dvd met deeerste bezetting zijn en daarvoor hoeven weons bepaald niet te schamen. Daarin vallenprachtige dingen te zien, te horen en te ontdekken.Als toeschouwer ben ik in beide bezettingenevenzeer geïnteresseerd: beidehebben hun kwaliteiten en het zal interessantzijn om de twee versies met elkaar tevergelijken. Dat is het fascinerende aan zo’ngigantische onderneming als de <strong>Ring</strong>: er isaltijd weer iets nieuws en bijzonders te ontdekken.Interessant waren reacties uit hetpubliek na de afzonderlijke reprises: veletoeschouwers dachten dat ik van alles in deregie had veranderd. Maar dat is echt niet zo.’VooruitgangHet begrip bij het publiek is nu groter, vindtHaenchen. ‘<strong>De</strong>genen die de <strong>Ring</strong> hier al gezienhebben, hoeven niet meer hun weg tezoeken. Misschien is het verrassingseffectdan wel weg, maar daar staat meer rust bijhet kijken en luisteren tegenover.’Audi vindt dat dit ook zo is voor de makers:‘We zijn meermaals door alle lagen heen gegaan.Het object dat nu op het toneel staat,riep zo veel vragen op en moest zo vaak aaneen kwaliteitscontrole worden onderworpendat ik het als een voorrecht zie het in zo’nstadium nog eens te kunnen presenteren.In tegenstelling tot veel andere regisseurs ishet voor mij erg belangrijk dat ik persoonlijkaanwezig ben bij alle voorstellingen. Ik neemdeel aan het hele proces; ik zie hoe zich ietsontwikkelt en waar de concentratie misschienafneemt. Zo kan ik de zangers telkensweer opnieuw conditioneren en animerenom het geheel verder voort te stuwen ente vervolmaken. Dit was bij de tweede reeksvan de afzonderlijke delen buitengewoonbelangrijk met het oog op de cycli. In ditopzicht hebben Hartmut Haenchen en ikveel met elkaar gemeen: wij laten nooit losen we zijn blij met de ontwikkelingen en devooruitgang die in de voorstellingen werdengemaakt.’‘Ook moet je niet vergeten dat de <strong>Ring</strong>een grote onderneming was voor het helehuis. We hebben weliswaar met veel nieuwemensen te maken, maar de samenwerkingmet de ploeg op het toneel was een fantastischeervaring, want ook voor hen ging hetnu om bekende grootheden en ook zij kunnennu meer genieten van wat de eerste keernog een groot vraagteken was. Onze werkrelatieszijn hierdoor geïntensiveerd en verbeterd.’Individuele mogelijkhedenHartmut Haenchens visie op de <strong>Ring</strong> isintussen niet echt gewijzigd, ook al klinktbijvoorbeeld het hameren bij de scènewisselingin Rheingold nu anders: ‘Ik had diegestemde aambeelden ook de eerste keeral graag willen hebben, maar nu is het onspas gelukt. Zo ontwikkel je de dingen steedsverder. Natuurlijk moet je soms ook concessiesdoen aan de zangers: niet bij iedereenkun je je houden aan strenge temporelaties.Ik moet rekening houden met de individuelemogelijkheden, ten koste van wat muzikaalgezien logisch en consequent zou zijn. Maardat gaat over mensen en is geen kwestievan concept.’‘Verder heb je zangers als Graham Clark(Mime), die deze rol al ongelooflijk vaakheeft gezongen. Hij houdt nooit op met vragenstellen en is altijd bereid bij te leren; hijontdekt nieuwe dingen en kan die dan op hettoneel omzetten. Met hem blijf ik tussen devoorstellingen door ook steeds in discussieover afzonderlijke details. Bij andere zangersis gebleken dat zij de ervaringen vanonze eerste instudering hebben meegenomenen dat zij hun partij in andere theatersop deze manier hebben gezongen. Nu, bijde tweede keer, waren de details heel snelweer terug – een geweldige ervaring.’Het werken met Stig Andersen alsSiegfried was voor Audi bijzonder interessant.Andersen was in de eerste reeks vanSiegfried ingesprongen en moest toen binnen24 uur deze ontzagwekkende rol overnemen.‘Zonder veel vragen te stellen heefthij toen alles meteen begrepen en gedaan,en zich probleemloos in een beslist niet eenvoudigof alledaags concept gevoegd. VoorHartmut was dat in muzikaal opzicht <strong>des</strong>tijdsnog moeilijker dan voor mij. Nu haddenwe een lange repetitieperiode met Stig enkwamen er van zijn kant toch nog veel vragenlos. Met zijn ongelooflijke muzikaliteitheeft hij zich volledig geïntegreerd en het isecht zijn productie geworden. Zelf bracht hijzoveel in, dat het een genot was om met hemop de kleinste details in te gaan. Zijn bijdrageen zijn begrip voor onze ideeën hebbenbeslist veel geholpen bij het verbeteren vanSiegfried en Götterdämmerung.’Unieke kansenOngewoon was het voor veel zangers omzo dicht bij het publiek te zijn. Juist eenWagner-zanger gebruikt vaak het orkest alseen soort beschermende muur. Haenchen:
16de hoogste eisen. Alleen al wat de logistiekbetreft moet je voortdurend heel goed wetenwat je doet. Inhoudelijk maakt het niet zoveel uit. Ons publiek weet nu vermoedelijkmeer over de <strong>Ring</strong> dan in 1997, zodat wij onskonden veroorloven met Die Walküre te beginnenen de ‘Vorabend’, waaruit al het volgendevoortkomt, pas aan het eind te latenzien. Maar als je Wagners <strong>Ring</strong> gaat zien,moet je hoe dan ook een beetje huiswerkgemaakt hebben om voorbereid te zijn. Dankun je een afwijkende volgorde ook wel aan.Bij het werken met de nieuwe zangers is heteen voordeel gebleken, want als je aan grotere,langere partijen kunt werken, heb je demogelijkheid om je bedoelingen duidelijkerte maken, meer samenhangen te tonen eneen intensieve relatie op te bouwen. Rheingoldis meer een exposé en voor de zangerseigenlijk een beetje ondankbaar.’Chiristophe Rousset (Foto: ?)Doris Soffel (Fricka) en Albert Dohmen (Wotan) in Das Rheingold (Foto: Ruth Walz)‘<strong>De</strong> meeste Wagner-zangers zijn erop ingesteldover grote afstanden te projecteren,maar aan de andere kant winnen wij hier inde intieme momenten zo veel meer aan intensiteit.Muzikaal gezien probeer ik altijd bepaal<strong>des</strong>panningen op te bouwen en dat isbij deze <strong>Ring</strong> op een schitterende maniermogelijk. Aan het begin hebben we ook werkelijkover alles gediscussieerd, alles doorgesproken.Ik weet nog heel goed hoe wevoor de verschillende decormaquettes hebbengezeten en over alle denkbare optiesgrondig hebben gediscussieerd. Wij warenons bewust van de risico’s die we genomenhebben, maar ook van de unieke kansen dieons geboden werden door dit concept indeze verschillende opstellingen. <strong>De</strong> wijzewaarop we deze <strong>Ring</strong> konden vertellen heeftdoor het scenische concept zo veel meerbetekenis gekregen en heeft zo veel ongewonedimensies toegevoegd. Daar ben ikecht erg gelukkig mee, ook al is het voor eendirigent veel moeilijker wanneer je de zangersin je rug hebt en er niet altijd directcontact is.’Dat Rheingold als laatste afzonderlijkedeel in reprise ging, vindt Pierre Audi eenjuiste beslissing: ‘Scenisch stelt dit stukMuzikaal en tijdloosNa de reprise van Rheingold zei kostuumontwerpsterEiko Ishioka: ‘Wij wilden eentijdloze <strong>Ring</strong> maken; die hebben we nu.’ Isdit werkelijk gelukt of is het concept gedateerd?Audi: ‘Door het streven hem tijdlooste maken is de <strong>Ring</strong> voor mij echt een productievan de eenentwintigste eeuw geworden,want vandaag de dag is hij nog net zomodern of zo tijdloos als in 1997. Er bestaatgeen volmaakte <strong>Ring</strong>, elke enscenering heeftzwakke plekken, maar als je je openstelt voorwat wij geprobeerd hebben te doen, is het eenheel muzikale, vertellende en tijdloze benadering,en bovendien scenisch erg opwindend.Als de voorstellingen goed lopen, zit jeal die lange uren werkelijk op het puntje vanje stoel, zonder je een moment te vervelen.Ik heb er hard aan gewerkt om deze spanningbij de reprises opnieuw te bereiken.’‘Maar ik wilde ook beelden creëren die jebijblijven en die je doen inzien hoe goed ditmerkwaardige verhaal in onze wereld vannu past, en dat minstens zo goed als in 1997.<strong>De</strong> decors van George Tsypin helpen daarbij.Het zijn de meest utopische beelden dieje je bij een <strong>Ring</strong> kunt voorstellen, eigenlijkgeen decorontwerpen maar installatieswaarbinnen zich niet alleen de uitvoerendepersonen bevinden maar ook het publiek.Hierdoor heeft alles met onszelf te makenomdat wij ons in het binnenste van de handelingbevinden. Daarmee wordt de vraagnaar een tijdgebonden kostumering overbodig.Het gaat er niet om of iets modernof passé is, want we maken er deel van uit.George Tyspin voorspelde het al: deze <strong>Ring</strong>zal in de loop der jaren beter worden, nietalleen doordat het staal steeds roestigerwordt maar ook doordat het hele gevoel erals toeschouwer bij betrokken te zijn eendieper begrip oproept. Het was heel belangrijkom deze eerste <strong>Nederlandse</strong> <strong>Ring</strong> temaken. Hij moet het potentieel hebben datwe hem ook na vele jaren nog met een goedgeweten kunnen vertonen. Daar was ik toenniet zeker van, maar nu, na de reprises, weetik het.’Vertaald door Frits Vliegenthart
172 t/m 5 november 2005La Scala (Milaan)Tijdens deze vierdaagse vliegreis naar Milaan staan uiteraard de voorstellingen in de vorigjaar heropende Scala centraal. In het beroemdste operatheater ter wereld kunt u opera’szien van <strong>De</strong>bussy en Tschaikovsky. Een uitgebreid excursieprogramma en goede diners inMilaan maken deze reis compleet. In Milaan verblijven we in het centraal gelegen viersterrenJolly Hotel Touring.oktober, november & december 2005BerlijnAan het begin van het nieuwe operaseizoen organiseert Musico Reizen diverse reizen naarBerlijn. Wij bieden u een gevarieerd aanbod, bestaande uit verschillende opera- en balletvoorstellingenin de drie Berlijnse operahuizen. Het Berlijnse opera- en balletprogrammawordt aangevuld met boeiende excursies en rondleidingen, waarbij de nadruk ligt op debouw en ontwikkelingen die na de ‘Wende’ hebben plaatsgevonden. Een ideale manier om(hernieuwd) kennis te maken met het culturele hart van Duitsland tijdens reizen in oktober,november en december!19 t/m 26 november 2005Kopenhagen‘<strong>De</strong> grootste kleine hoofdstad van Europa’ noemt Kopenhagen zichzelf graag. <strong>De</strong> sfeer is ergemoedelijk, de inwoners zijn vriendelijk en tolerant en het culturele klimaat kan zichvanwege een uitgebreid aanbod van opera’s en balletten en vanwege de vele musea enhistorische gebouwen meten met elke wereldstad. Op muzikaal gebied kunt u kiezen uitdiverse opera- en balletvoorstellingen (Monteverdi, Mozart, Prokofjev & Adès) die wordengegeven in het nieuwe operatheater aan de haven van Kopenhagen en het rijk gedecoreerdeKoninklijk Theater in het centrum van de stad.26 t/m 29 november 2005OsloOslo is een plezierige stad om een paar dagen te vertoeven. Het centrum is doorspekt metoude en nieuwe architectonische bouwwerken. Met een half miljoen inwoners is het degrootste, maar ook aantrekkelijkste stad van Noorwegen. Het muziekprogramma van devierdaagse vliegreis naar Oslo bestaat uit een concert met het oratorium La Resurrezione vanHändel o.l.v. oude-muziekspecialist Fabio Biondi en een opvoering van Puccini’s La Bohèmein de opera van Oslo.• VRAAG NAAR ONZE BROCHURE OF KIJK OP WWW.MUSICO.NL •Naast bovengenoemd aanbod organiseert MUSICO Reizen in de komende maandenmuziekreizen naar Wenen, Parijs, Praag, Weimar, Leipzig, Dresden, Brussel, NewYork, Keulen (<strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong>) en diverse eendaagse reizen naar het AaltoTheater in Essen.MUSICO ReizenTh. à Kempisweg 763532 CC Utrecht(030) 299 11 05 (tel.)www.musico.nlreizen@musico.nl
Franz Straatman‘Na afloop wil ik een T-shirt met:Ik heb de hele <strong>Ring</strong> gespeeld!’<strong>De</strong> musici van het gecombineerde Nederlands Philharmonisch Orkest/Nederlands Kamerorkest zettenzich schrap: ze spelen voor het eerst de hele <strong>Ring</strong>-cyclus. Twee violisten en twee hoornisten vertellenover het kippenvel dat de ‘Walkürenritt’ oplevert en over de spanning van de eerste noot in Das Rheingold.18Leden van het Nederlands Philharmonisch Orkesttijdens Die Walküre (Foto: Ruth Walz)‘Vermoeiend? Ja, best wel, maar dan meerin geestelijke zin; het gaat bij Wagner omlange concentratiebogen, vooral in Götterdämmerung.Dan moet je de hele voorstellingalert zijn. Dat grijpt mij zo aan, dat ik devolgende ochtend als een zombie rondloop.’<strong>De</strong>salniettemin zou Heleen Veder, tweedeplaatsvervangend aanvoerder bij de tweedeviolen, de <strong>Ring</strong> niet willen missen. ‘Het iszulke mooie muziek. Het is zo’n belevenisom dit mee te maken.’ Collega tweede violistDick van der Burg vult aan: ‘Bij Wagner komtalles bij elkaar uit de muziekgeschiedenis.Dat maakt het aantrekkelijk.’Veder: ‘Fysiek gesproken is muziek vanVerdi of van Mozart soms zwaarder omdatje als tweede violist veel repeterende bewegingenmoet maken. Zeker bij Verdi met dienapik-figuurtjes: hoempa-hoempapa; deenige keer dat ik last met mijn rechterarmheb gehad, was tijdens een Don Carlos.’Van der Burg: ‘Bij Wagner is de muziekbreder; je verstart niet in een beweging.’Bij de eerste <strong>Ring</strong>-cyclus in 1999 namhet NedPhO twee van de vier opera’s voorzijn rekening; nu zijn de musici twaalf langeavonden in touw. Heleen Veder: ‘Je moetzorgen dat je goed ingespeeld bent, anderskrijg je direct een blessure. Ik maak af en toegebruik van de masseuse die bij het orkestin dienst is. Privé doe ik aan yoga en dezogeheten Pilatus-oefeningen.’ ‘Ik doe vanal die dingen niks,’ zegt Dick van der Burgmet een lachje. ‘Ik heb niet zoveel klachten;problemen herstellen wel weer. <strong>De</strong> voorbereidingtot de cyclus zit in de repetitietijd.En we hebben de vier opera’s al los gespeeld.In feite is dat één lange voorbereiding.’<strong>De</strong> mooiste<strong>De</strong> hamvraag: welke is de mooiste? ‘DieWalküre,’ reageert Van der Burg. ‘Prachtigvind ik de monoloog van Wotan als hij terugkijktop wat hij deed bij zijn dochter’. Veder:‘Daar krijg je kippenvel van. Je bent er zeerbij betrokken, want dan zitten we op hetpodium. Die donkere stem van Wotan: oooh.Ik heb wel eens gedroomd dat ik zo’n stemhad. En de “Walkürenritt” vind ik fantastisch.Ik was er eens bij dat al die zangeressenrond een piano dat stuk stonden te zingen.Het kippenvel kwam gelijk opzetten.’Heleen Veder kiest voor Götterdämmerung,maar Siegfried houdt haar ook bezig:‘Die is heel anders, grillig. <strong>De</strong> eerste keerdat we Siegfried speelden, dacht ik: wateen rare muziek. Zeker het bedrijf met diedwerg Mime. Maar nu kan ik er thuis eencd van opzetten, zo geboeid word ik erdoor.’Voor haar wordt de <strong>Ring</strong> een groot feest.Enthousiast roept ze uit: ‘Na afloop wil ikeen T-shirt met de tekst: Ik heb de hele <strong>Ring</strong>gespeeld!’Linke soloEen bijzondere rol in het <strong>Ring</strong>-orkest spelende hoornisten. <strong>De</strong> achtste hoornist zet aanhet begin van Das Rheingold het allereerstethema (het Natuur-motief) in, beginnendop een lage es. Per vier maten komt er eenhoorn bij, zodat na 32 maten de hele groephet ontwaken van de natuur tot volle gloriebrengt boven de lage basisnoot die contrabassenen fagot aanhouden. ‘Het is best eenlinke solo; het moet heel zacht en heel oerklinken,‘ merkt Miek Laforce op. Behalve dehoorn bespeelt zij (met nog drie collega’s)ook de Wagner-tuba. ‘Wat betreft de vormis dat een soort baritontuba, maar het instrumentwordt aangeblazen met een kleinmondstuk dat door een hoornist bespeeldwordt,’ zo legt zij uit. ‘Bij de tuba heb je hetgeluid direct rechts van je oor; de hoorn hoorje indirect, namelijk lager en achter je. Bij dehoorn kun je de klank doffer maken door jehand in de schalbeker te houden. Je hebtmeer invloed op de klank.’‘<strong>De</strong> Wagner-tuba klinkt direct zoals deandere koperblaasinstrumenten. <strong>De</strong> klankis sneller weg. Wat betreft het karakter isde tuba ronder, warmer, plechtstatiger.<strong>De</strong> wisseling tussen hoorn en tuba levertgeen problemen op; de luchtweerstand isbij de tuba minder.’Eerste hoornist en aanvoerder Fokke vanHeel is de Siegfried in het orkest. Hij speeltde solo – onzichtbaar vanuit de zaal – in debuurt van Stig Andersen wanneer die alsSiegfried de hoorn heft. ‘Ik speel op zijnbewegingen want het moet lijken alsof hijspeelt.’ Van Heel en nog drie collega’s (eerstetot en met vierde hoorn) spelen alleenDas Rheingold helemaal uit. ‘Dat is flinkzwaar, want je zit 2 1 /2 uur in de bak; de eerstevier hoorns zijn dan bijna constant bezig.In de andere drie opera’s nemen vier versehoornisten halverwege de taak over. Voor delippen wordt het anders te vermoeiend, zekerals je een echte cyclus speelt. Met de lippenmaak je immers de klank.’Nu alles<strong>De</strong> vraag naar ‘de mooiste’ beantwoordtVan Heel met Götterdämmerung. ‘Omdatdaarin alles bij elkaar komt; in de laatsteakte worden alle motieven tot het maximumuitgebuit. Erg mooi vind ik ook de derde aktein Die Walküre, de scène tussen Wotan enBrünnhilde; ook in het orkest broeit het dan.Ik verheug me erop dat we in de komendecyclus alles spelen.’Voor Miek Laforce is deelname sowiesoeen evenement, want zij maakte de vorigecyclus niet mee. ‘Ik voel me meer betrokkenbij Die Walküre en Siegfried omdat we dan ophet toneel zitten. Probleem is dat we helemaalachter in het orkest zitten. Het contactmet de dirigent en de andere musici isslecht; je hoort niet wat er vooraan gebeurt.In de bak circuleert de klank; dan voel ik memeer in de muziek opgenomen, maar danheb je soms geen idee wat er boven je hoofdgebeurt.’Eenparig en zonder reserves positiefreageren violisten Veder en Van der Burgen hoornist Van Heel op de vraag of ze erblij mee zijn dat Hartmut Haenchen ookde tweede cyclus dirigeert. ‘Heerlijk,’ zegtHeleen Veder. ‘Elke voorstelling is beter.Bij Haenchen zakt het nooit in. Hij gaatgewetensvol met de muziek om.’ Fokke vanHeel: ‘<strong>De</strong> stukken worden steeds verder uitgediept;hoe meer je het doet, hoe rijker hetgaat klinken.’ Dick van der Burg: ‘Wij hebbener jaren over gedaan om deze <strong>Ring</strong> samenop te bouwen. Nu krijg je het eindresultaatvan die ontwikkeling. Ook al hebben we nueen chef-dirigent die een ander klankbeeldnastreeft, toch weet Haenchen zijn stempelop deze Wagner-uitvoeringen te drukken.’Fokke van Heel: ‘Natuurlijk ben ik benieuwdhoe een andere dirigent het zou doen. Maarhet teamwork wordt onder leiding van Haenchenwel steeds hechter. Ik heb er een goedgevoel bij dat hij het weer doet.’
Franz Straatman<strong>De</strong> <strong>Ring</strong> in de pers: ‘een mijlpaalin de Wagner-geschiedenis’Jongeren in hun schooljaren warm maken voor de kunst met een vette K. Hoe je dat doet, weet deEducatieve Dienst van Het Muziektheater. Zelfs Das Rheingold wordt aangeboden aan middelbareseizoen. Charlotte Margiono geeft stralend,kwetsbaar mythische en zonder Duitse belemmerin-verhaal uit oeroude tijden op zwareIII Siegfriedscholieren uit het hele land. Het uitgesponnengen gestalte aan de gekwelde Sieglinde.romantische muziek wordt overgezet naar de belevingswereld van jeugd die chat, zapt, smst en zwelgtin het muziekdrama van MTV.I Das Rheingold‘The new Das Rheingold, inauguratingthe first native <strong>Ring</strong> cycle in 50 years,was a major triumph. Pierre Audi’s conceptionwas crystal clear, and he usedthe vast Muziektheater stage to thrillingeffect. [...] this is apparently going to bean unusually tasteful, sincere visual presentationof the cycle.’<strong>Opera</strong> Magazine‘<strong>De</strong> <strong>Opera</strong> had technisch gesproken delat niet hoger kunnen leggen. En de eerstesprong, Das Rheingold, had niet verbluffendergekund. [...] Door een enormaccent op de ruimte te leggen, speelvlaken zaal in elkaar te laten grijpen, hetorkest en zijn dirigent te onthullen alseen soort geluidproducerend geboomte,en bij dat alles een trits toeschouwersals me<strong>des</strong>pelers op de goden te latenneerzien, geeft Audi de simpelste handelingenen sprookjesclichés van de weeromstuiteen verrassende ‘welttheatralische’lading. [...] <strong>De</strong> man van de cyclus,naar het zich laat aanzien, is Haenchen.Hij etaleert een voortvarende, niet feltheatrale,maar wel fraai gedetailleerdeopvatting, en lost torenhoog opdoemendebalansproblemen in de verhouding zangers-orkestschijnbaar moeiteloos op.’de VolkskrantII Die Walküre‘<strong>De</strong>ze productie van Die Walküre is eentriomf van tijdloze mythische tover enesthetische eenvoud. […] Als deze heropvoeringvan Die Walküre typerend isvoor de kwaliteit van de hele tweedereprisecyclus, wacht een memorabel(Foto: Ruth Walz) (Foto: Ruth Walz)19Maar ook theatraal is haar Sieglindevan een groot invoelingsvermogen. [...]Albert Dohmens Wotan kent geen vocalebeperkingen, waardoor zowel zijn scènesmet Fricka als Brünnhilde muzikalehoogtepunten zijn. […] Nieuw is ookDoris Soffel (Fricka), voorbeeldig in degrimmige, grauwende lage noten waarmeeze Wotan terecht terechtwijst.’NRC Handelsblad‘Als de toeschouwers de zaal van hetAmsterdamse Muziektheater betreden,deinzen ze toch weer terug, zo imposantis het toneelbeeld van George Tsypin.[...] Regisseur Pierre Audi [...] heeft eentijdloze <strong>Ring</strong> gecreëerd zonder opdringerigepolitieke of ideologische duiding,met alle ruimte voor mythe en muziek.[...] Hartmut Haenchen verricht weerwonderen in deze uitzonderlijke akoestischeomstandigheden [...]. In de opwindendeWalkürenritt [...] gaan als vanoudsalle remmen los bij het sterk spelendeorkest en de al even sterk zingendeacht zangeressen die met hun glimmendevleugels over de houten ring paraderen.[...] <strong>De</strong> uitzonderlijke productieheeft dus de topbezetting gekregen diezij verdient. Dat maakt deze reprise toteen mijlpaal in de geschiedenis van<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>.’<strong>De</strong> Telegraaf‘Juichen moeten we. Hard juichen.Want Die Walküre werd op den duur zoindrukwekkend, dat je je moet afvragenof de torenhoge verwachtingen die hiermeevoor het vervolg van de <strong>Ring</strong> wordengewekt, wel zijn waar te maken. [...]<strong>De</strong>ze Walküre is geschraagd op eenijzersterke cast, met recidivisten JohnKeyes (Siegmund) en Kurt Rydl (Hunding)in blakende vorm en geweldigehojotoho’s van de acht Walküren. [...]Hartmut Haenchen voedde het dramamet brandende, smachtende klanken,die naar méér, méér, méér deden verlangen.Driewerf hoera voor de musici vanhet Nederlands Philharmonisch Orkest.’Het Parool(Foto: Ruth Walz)‘Hij [Stig Andersen] speelde de rol hierooit als invaller, nu draagt deze <strong>De</strong>ensetenor de nieuwe serie voorstellingen metverve. […] Andersen zingt met fraaie,meeslepende lyriek.’Noordholland Dagblad‘<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> pakt de zakenook hier spectaculair aan met een overweldigenddecor en buitengewone effectenvan licht en vuur. [...] Het toneelbeeldis een kunstwerk op zichzelf, zoals ookde zangers in de prachtige archaïschekostuums van Eiko Ishioka als wandelendekunstwerken zijn. Regisseur PierreAudi is er beter dan ooit in geslaagd degrootse effecten te verbinden met eenfijnmazige psychologie, de gigantischeruimtelijke werking met een sterk gevoelvoor intimiteit.’<strong>De</strong> Telegraaf‘<strong>De</strong>el drie van <strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong>kreeg wat het hebben moet en hebbenkan, en toch niet heel vaak heeft. Humoren impact. [...] Graham Clark is eenonovertrefbare Mime.’de VolkskrantIV Götterdämmerung‘[...] een enscenering die internationaalals toonaangevend wordt beschouwd endie haar bijzondere waarde ontleent aantijdloze symboliek en boven anekdotiekverheven spiritualiteit. [...] <strong>De</strong> ware heldis [...] dirigent Hartmut Haenchen, bezweerdervan het Nederlands PhilharmonischOrkest. In Götterdämmerung ishij vijf uur lang heer en meester, geeft hijde zangers hun inzetten op een presenteerblaadje,kneedt hij het orkest en wakkerthij het vuur aan.’Het Parool‘<strong>De</strong>ze enscenering wordt internationaalals een mijlpaal in de Wagner-geschiedenisbeschouwd.’de Volkskrant(Foto: Monika Rittershaus)
20Tamerlano‘Nee, ik neem van Tamerlanode vrijheid noch het leven aan.Ik kies de dood, terecht dan wel uit trots.’INadat de Tatarenleider Tamerlano deTurkse sultan Bajazet heeft verslagen,houdt hij deze en diens dochter Asteria –op wie hij verliefd is – gevangen. Via zijnvazal Andronico, een Griekse prins, laatTamerlano weten dat hij hun de vrijheidschenkt. <strong>De</strong> trotse Bajazet voelt zich vernederden wil zich van het leven beroven,maar ziet hiervan af als hij beseft datAsteria dan in gevaar komt. Hoewel Asteriaen Andronico op elkaar verliefd zijn, wilTamerlano de Griekse prins koppelen aanzijn eigen verloofde, prinses Irene vanTrabzon, en hem de troon van Byzantiumteruggeven. Met tegenzin stemt Andronicoin. Asteria legt zich in schijn bij de situatieneer nadat ze van Tamerlano gehoord heeftdat Andronico met Irene gaat trouwen endat hij Bajazet voor Tamerlano om Asteria’shand vraagt.II<strong>De</strong> voorbereidingen voor de dubbele bruiloftzijn in volle gang. Asteria en Andronicoverwijten elkaar hun vermeende ontrouw,en Irene probeert tevergeefs Tamerlanoop andere gedachten te brengen. Asteriawil Tamerlano doden; als ze dit echter aanIrene vertelt, besluit deze de Tatarenleiderte beschermen. Bajazet verstoort het huwelijksceremonieel,waarop Asteria de dolklaat zien waarmee ze Tamerlano in hethuwelijksbed had willen vermoorden. Vaderen dochter worden opnieuw gevangengenomen.Asteria en Andronico verzoenen zichmet elkaar.IIIIn hun gevangenis verdelen Bajazet enAsteria onder elkaar een hoeveelheid gif,dat zij echter nog niet innemen. Andronicobekent aan Tamerlano dat hij van Asteriahoudt. Tamerlano is woedend en beveeltde dood van Bajazet; Asteria moet hem alsslavin bedienen. Zij probeert de heerser tevergiftigen, maar Irene verhindert dit, waaropTamerlano Asteria beveelt de gifbekeraan Andronico óf aan Bajazet te reiken.Wanneer zij probeert zelf het gif te drinken,slaat Andronico haar de beker uit de hand.Tamerlano wil Asteria voor de ogen vanhaar vader overleveren aan de lusten vanzijn bedienden. Bajazet doet alsof hij zichwil verzoenen met Tamerlano, maar hijheeft zijn portie van het gif ingenomen enis stervende. Ook Asteria wil nu niet langerleven. Tamerlano is ontroerd; hij kondigtzijn huwelijk met Irene aan, en schenktAndronico de hand van Asteria en de troonvan Byzantium.Scènes uit Tamerlano, Drottningholm Festival 2000 (Foto’s: Bo Ljungblom)
21vr 21 okt 2005 première 19.00 uurma 24 okt19.00 uurwo 26 okt19.00 uurza 29 okt19.00 uurma 31 okt19.00 uurvr 4 nov 19.00 uurzo 6 nov 13.30 uurwo 9 nov 19.00 uur<strong>De</strong> voorstellingen van Tamerlano vindenplaats in de Stadsschouwburg Amsterdam.<strong>De</strong> kaartverkoop is reeds begonnen.Bij het ter perse gaan van deze Odeonzijn er nog kaarten verkrijgbaar.Bel het bespreekbureau van de Stadsschouwburg,020-624 2311, of eenvan de andere verkooppunten (zie pag. 34).On line reserveren:www.stadsschouwburgamsterdam.nlInleidingen door Marijke SchoutenPlaats: Foyer in de StadsschouwburgTijd: 45 minuten voor aanvang van iederevoorstelling, dus 18.15 uur (avond)/12.45 uur(matinee)Lengte: ± 30 minutenToegang: gratis op vertoon van een geldigplaatsbewijs voor de voorstelling van die dagMet steun van de Vereniging Vriendenvan de <strong>Opera</strong>Georg Friedrich Händel 1685-1759TamerlanoDramma per musicain tre atti, HWV 18libretto van Nicola Francesco Haymmuzikale leidingChristophe RoussetregiePierre Audidecor/kostuumsPatrick KinmonthlichtMatthew RichardsonTamerlanoBejun MehtaBajazetBruce FordAsteriaSandrine PiauAndronicoPatricia BardonIreneKristina HammarströmLeoneLars ArvidsonZaidaJennifer HannaLes Talens LyriquesNieuwe versie van een originele productievan het Drottningholm Festival 2000Nieuwe productie<strong>De</strong> opera wordt in het Italiaans gezongenen Nederlands boventiteld.<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 3 uur en 30 minuten.Er is 1 pauze.Het operaboek Tamerlano is verkrijgbaarvoor € 6,-. Daarin zijn onder meer een uitgebrei<strong>des</strong>ynopsis, en het libretto in hetItaliaans en in een <strong>Nederlandse</strong> vertalingopgenomen. Boeken Tamerlano en Alcinasamen: € 10,-, dus € 2,- korting!
22Alcina‘Al het kwade keert ten goedeen de liefde triomfeert.’IOp haar magische eiland heeft de tovenaresAlcina al vele helden in rotsblokken,struiken of wilde dieren veranderd. Zij isechter verliefd geworden op de paladijnRuggiero; hij heeft zijn eigen gedaantenog. Zijn verloofde Bradamante komt hemzoeken, verkleed als haar broer Ricciardo.Zij wordt vergezeld door de leraar Melisso.<strong>De</strong> twee worden begroet door Alcina’s zusterMorgana, die meteen valt voor de charmesvan de jonge ‘ridder’. Onder donderen bliksem verschijnt Alcina met Ruggieroaan haar zijde. Zij biedt de vreemdelingengastvrij onderdak en trekt zich terug. Ruggieroherkent Bradamante niet en gaatAlcina achterna. Op het eiland bevindt zichook de knaap Oberto, op zoek naar zijnvader. Melisso denkt dat deze in een dierveranderd is. Alcina’s generaal Oronte, dejaloerse geliefde van Morgana, suggereerttegenover Ruggiero dat ook Alcina van‘Ricciardo’ houdt, waarop Ruggiero vindtdat Alcina ‘Ricciardo’ ook moet betoveren.Morgana waarschuwt ‘hem’ en verklaart‘hem’ haar liefde. Bradamante speelt hetspelletje voorlopig mee.IIMelisso laat Ruggiero door middel vaneen toverring zien dat Alcina’s eilandslechts een dorre woestenij is. Ruggierodoet de ring om en herinnert zich zijnliefde voor Bradamante. Hij laat dit echterniet merken aan Alcina en probeert teontsnappen. Oronte verraadt dit plan aande tovenares, die diep gekwetst is en zichwil wreken. Eindelijk herkent RuggieroBradamante en samen besluiten zij Alcinate verslaan. <strong>De</strong>ze roept tevergeefs haargeesten te hulp om Ruggiero’s vertrek teverhinderen.IIIAls Morgana heeft ontdekt wie ‘Ricciardo’werkelijk is, probeert ze de liefde vanOronte terug te winnen. Hij doet echteralsof hij niet meer om haar geeft, om haarte dwingen haar gevoelens uit te spreken.Alcina dreigt Ruggiero met wraak, maarverklaart dat ze hem zal vergeven alshij bij haar blijft. Samen met Melisso enBradamante bereidt Ruggiero echter devlucht voor. Getergd door Oberto’s optimismedraagt Alcina hem op een leeuw tedoden. Net op tijd herkent de jongen zijnvader in het dier en hij bedreigt nu detovenares. Ruggiero laat zich niet overhalendoor Alcina’s en Morgana’s smeekbeden.Hij slaat een urn stuk waarin zichde bron van Alcina’s magische vermogensbevindt. Alle betoverde helden krijgen hunvroegere gedaante terug.Scènes uit Alcina, Drottningholm Festival 2003 (Foto’s: Bo Ljungblom)
za 22 okt 2005 première2319.00 uurdi 25 okt 19.00 uurvr 28 okt 19.00 uurzo 30 okt13.30 uurdi 1 nov 19.00 uurdo 3 nov 19.00 uurza 5 nov 19.00 uurdi 8 nov 19.00 uur<strong>De</strong> voorstellingen van Alcina vindenplaats in de Stadsschouwburg Amsterdam.<strong>De</strong> kaartverkoop is reeds begonnen.Bij het ter perse gaan van deze Odeonzijn er nog kaarten verkrijgbaar.Bel het bespreekbureau van de Stadsschouwburg,020-624 2311, of eenvan de andere verkooppunten (zie pag. 34).On line reserveren:www.stadsschouwburgamsterdam.nlInleidingen door Marijke SchoutenPlaats: Foyer in de StadsschouwburgTijd: 45 minuten voor aanvang van iederevoorstelling, dus 18.15 uur (avond)/12.45 uur(matinee)Lengte: ± 30 minutenToegang: gratis op vertoon van een geldigplaatsbewijs voor de voorstelling van die dagMet steun van de Vereniging Vriendenvan de <strong>Opera</strong>Georg Friedrich Händel 1685-1759AlcinaDramma per musicain tre atti, HWV 34libretto anoniemmuzikale leidingChristophe RoussetregiePierre Audidecor/kostuumsPatrick KinmonthlichtPeter van PraetAlcinaChristine SchäferRuggieroAlice CooteBradamanteMarijana MijanovičMorganaIngela BohlinObertoCassandre BerthonOronteJeremy OvendenMelissoOlivier LallouetteAstolfoIstván KischLes Talens LyriquesNieuwe productievocaal ensemble uit hetKoor van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>instudering Winfried MaczewskiNieuwe versie van een originele productievan het Drottningholm Festival 2003<strong>De</strong> opera wordt in het Italiaans gezongenen Nederlands boventiteld.<strong>De</strong> voorstelling duurt circa 4 uur.Er zijn 2 pauzes.Het operaboek Alcina is verkrijgbaarvoor € 6,-. Daarin zijn onder meer een uitgebrei<strong>des</strong>ynopsis, en het libretto in hetItaliaans en in een <strong>Nederlandse</strong> vertalingopgenomen. Boeken Tamerlano en Alcinasamen: € 10,-, dus € 2,- korting!
Frits VliegenthartTamerlano en Alcina –heroïek en magieTussen 1704 en 1741 schreef Georg Friedrich Händel zo’n veertig opera’s, waarvan sommige inverschillende versies. Het leeuwendeel is in het Italiaans. <strong>De</strong> basis hiervoor werd gelegd in HändelsItaliaanse periode. In Engeland vond de Duitser met zijn Italiaanse opera’s een warm onthaal en hijzou er zich voor de rest van zijn leven vestigen. Tamerlano en Alcina behoren tot het genre operaseria, maar verschillen sterk van elkaar.Onder het voorname publiek van HändelsDuitse opera Almira (première in Hamburg,1705) bevond zich ook de prins van Toscane.<strong>De</strong>ze moedigde de jonge componist aan omnaar Italië te komen en kennis te nemen vande daar heersende muzikale stijlen. Aldusgeschiedde. Händels Italiaanse jaren (1706-1710) zouden van onschatbare waarde blijkenvoor zijn ontwikkeling. Hij rondde er alshet ware zijn studie af, maakte kennis metgrootheden als vader en zoon Scarlatti,Corelli, Vivaldi en Albinoni, en bouwde eenuitgebreid netwerk op. Zijn eerste Italiaanseopera’s (Rodrigo en Agrippina) werden uitgevoerdin Florence en Venetië.24Georg Friedrich HändelVia Duitsland naar EngelandTeruggekeerd in Duitsland kreeg Händel eenaanstelling als kapelmeester aan het hof vanHannover, waarbij zijn contract hem de ruimtebood om zo nu en dan in het buitenland tewerken. Aldus kon Händel zijn geluk beproevenin Engeland, voor vele componisten een‘land of hope and glory’. Zijn naam was daarinmiddels al een begrip. Hij arriveerde eind1710 in Londen, waar de stemming optimistischen stimulerend was, na een belangrijkeoverwinning die Engeland dat jaar had behaaldin de Spaanse Successieoorlog.Rinaldo, zijn eerste Italiaanse opera voorLonden (in het Queen’s Theatre aan de Haymarket,1711), was een triomf, die bijdroegaan Händels gunstige positie bij koninginAnne en de aristocratie. Helaas moest hijterug naar Hannover om zijn verplichtingenals kapelmeester na te komen. Het jaardaarop mocht hij weer naar Londen, op voorwaardedat hij binnen een redelijke termijnzou terugkomen.Aan die belofte hield hij zich echter niet,hetgeen hem in een ongemakkelijke situatiemoet hebben gebracht toen de keurvorstvan Hannover als George I in 1714 deEngelse troon erfde. Toch wist de componistmet het nieuwe hof een goede relatie op tebouwen, dan wel te herstellen. Volgens delegende, verteld door Händels eerste biograaf,John Mainwaring (1760), zou daarbijzijn Water Musick een verzoenende rol hebbengespeeld. Dit is echter niet bewezen.Royal Academy of MusicVermogende Londenaars uit de eerste helftvan de achttiende eeuw waren dol op speculeren.Tot de vele ondernemingen die dankzijhun investeringen werden gerealiseerdbehoorde de Royal Academy of Music, in1719 opgericht. Het doel was Italiaanseopera’s te produceren gedurende jaarlijkseseizoenen in het theater aan de Haymarket,dat nu King’s Theatre heette.<strong>De</strong> Italiaanse opera was vooral geliefdbij de adel; voorzitter van het comité vanoprichting was de hertog van Newcastle.Er was een startkapitaal nodig van 10.000pond, een aandeel kostte 200 pond. Eenvan de geldschieters was de koning, die1000 pond inlegde, evenals het bestuurslidLord Burlington en de hertog van Chandos.Begin 1720 bedroeg het kapitaal volgenssommige bronnen al 20.000 pond, wat voorlopigvoldoende zekerheid bood.Händel was een van de aan het gezelschapverbonden componisten, naast GiovanniBononcini en later Attilio Ariosti.<strong>De</strong> Zwitser Johann Jakob Heidegger wasde directeur. <strong>De</strong> oprichting van de RoyalAcademy markeerde het begin van Händelsvruchtbaarste periode als operacomponist,die acht jaar zou duren. <strong>De</strong> meeste van deveertien in die tijd ontstane Händel-opera’shebben een heroïsch karakter, waarbij vaakeen vorst wordt geëerd. Het duidelijkst is dathet geval met Riccardo Primo, re d’Inghilterra(1727), een hommage aan de nieuwekoning, George II. Overigens had Händelaan het begin van 1727 het Engelse staatsburgerschapverkregen.Radamisto (1720), Händels eersteling voorde Royal Academy, was meteen een schot inde roos. Andere grote successen waren GiulioCesare, Tamerlano en Rodelinda, alledriein première gegaan tussen februari 1724 enfebruari 1725, en alledrie op een libretto vande begaafde Nicola Francesco Haym.TamerlanoHoewel Händel in juli 1724 maar drie wekennodig had voor het componeren van de operaseria Tamerlano, het openingsstuk van hetzesde seizoen van de Royal Academy, bleefhij er tot vlak voor de première aan sleutelen.Haym had voor hem een bewerking gemaaktvan een bestaand libretto van Agostino Piovene(1711). Het was weliswaar Hayms versiewaarmee Händel in juli aan de slag wasgegaan, maar hij zou daar vervolgens op eenaantal cruciale punten sterk van afwijken.Piovenes tekst had in FrancesconiGasparini’s tweede toonzetting (ReggioEmilia, 1719) een paar ingrijpende aanpassingenondergaan, op verzoek van de vertolkervan de rol van Bajazet, de beroemdetenor Francesco Borosini. Het personagevan Bajazet kreeg meer reliëf: zo warenzijn zelfmoordpoging in de eerste scèneen zijn sterfscène aan het slot toegevoegd.Ook had Gasparini de titel veranderd inBajazet.Toen Borosini in het najaar van 1724 uitWenen naar Londen kwam om ook in Händelsnieuwe opera de rol van de tragischesultan te zingen, had hij Gasparini’s Bajazetbij zich. Händel dacht dat zijn opera al klaarwas, maar stond – als altijd – open voor
goede ideeën en ging opgewekt weer aande slag. Hij voegde de sterfscène toe, herschreefde openingsscène maar liefst vierkeer en voegde de zelfmoordpoging toe.Bovendien transponeerde hij Bajazets partijomlaag ten behoeve van Borosini, metwie hij voor het eerst samenwerkte.ProgressiefEen van Händels laatste wijzigingen gingten koste van veel mooie muziek, maar kwamhet dramatisch verloop ten goede: direct nade sterfscène fungeert nu een betrekkelijkkort recitatief als brug naar het afsluitende‘coro’. <strong>De</strong> tekst daarvan is weliswaar optimistisch,maar de bewust gekozen mineurtoonsoort*en de donkere klankkleur zijn tragisch,passend bij de afloop zonder happyend, die uitzonderlijk is voor een opera seria.Ook op andere punten wijkt HändelsTamerlano af van de conventies van de operaseria. Het verhaal speelt niet in de klassiekeoudheid en stoelt evenmin op de Grieksemythologie. In 1402 werd de Turkse sultanBayazid verslagen in de slag bij Ankara engevangengenomen door de Mongoolse heerserTimoerlenk. Op deze historische gebeurtenissenbaseerde de Franse toneelschrijverNicolas Pradon, tijdgenoot van Racine, zijndrama Tamerlan ou la mort de Bajazet (1677).Händel was niet de enige componist diezich door dit gegeven liet inspireren: anderevoorbeelden zijn – behalve Gasparini – AlessandroScarlatti (1706) en Vivaldi (1735).Engelse toneelliefhebbers kenden het verhaaluit Nicolas Rowes tragedie Tamerlane(1702), die jaarlijks werd opgevoerd: in 1724vlak na Händels opera.Händels personages zijn psychologischzorgvuldig getypeerd en de orkestratie issubtiel, op het sobere af. Daardoor valthet gebruik van klarinetten extra op: ditwas voor 1724 zeer progressief. Naast Borosinibestond Händels premièrecast uit <strong>des</strong>opraan Francesca Cuzzoni (Asteria), dealt Anna Vincenza Dotti (Irene), de altcastratenSenesino (Andronico) en AndreaPacini (Tamerlano), en de bas GiuseppeBoschi (Leone). Ondanks deze topbezettingviel het succes enigszins tegen: wellichtwas het werk te ongewoon?Einde en doorstartHoe het precies kwam, is moeilijk te zeggen,maar 1727-1728 was het laatste seizoenvan de Royal Academy. <strong>De</strong> oorzaak was nietzozeer een verminderde belangstelling voorde Italiaanse opera, zoals vaak wordt beweerd.Mogelijk wilden de beleggers meerwinst maken en investeerden ze hun kapitaalliever elders.Händel en Heidegger lieten zich echterniet uit het veld slaan en kregen van hetbestuur van de Royal Academy toestemmingom voorstellingen te blijven geven in hetKing’s Theatre. <strong>De</strong>ze ‘doorstart’ – zoals wijdat nu zouden noemen – vond plaats onderde naam Academy of Music, door HändelspecialistWinton <strong>De</strong>an de ‘Second Academy’genoemd. Beide directeuren werden compagnons.In plaats van aandelen uit te gevenverkochten zij nu seizoensabonnementenvoor 15 guineas per jaar. Koning George IIschonk een bijdrage van 1000 pond. Het eersteseizoen was 1729-1730.Maar aan de Second Academy kwam eveneenseen einde: in juni 1733 was het ineens25afgelopen, ook in dit geval zonder eenduidigeoorzaak. Er waren vermoedelijk te veelconflicten geweest: niet alleen intern, bijvoorbeeldtussen Händel en de zangerSenesino, maar vooral ook extern, namelijktussen George II en Frederick, de prinsvan Wales. Aangezien de koning Händelsteunde, moest zijn zoon daar wel tegeningaan, gevolgd door een groot deel van deadel. Dit leidde tot het oprichten van eennieuw, rivaliserend operagezelschap, de<strong>Opera</strong> of the Nobility, eveneens in juni 1733.Naar Covent GardenVan de <strong>Opera</strong> of the Nobility ondervondHändel veel last. Zijn beste zangers, inclusiefSenesino, liepen over naar de concurrent,die bovendien Farinelli, de absolutetopzanger onder de castraten, wist te engageren.Heidegger verhuurde het King’sTheatre aan de Nobility en Händel werdgenoodzaakt zijn heil elders te zoeken, enwel in het nieuwe Covent Garden Theatre,waarvan John Rich de directeur was.<strong>De</strong>ze verhuizing leverde een interessanteartistieke ontwikkeling in Händels opera’sop: het inzetten van ballet. Het theaterbeschikte over een dansgezelschap onderleiding van de beroemde Franse ballerinaMarie Sallé, en Händel aarzelde niet om eenberoep op haar te doen voor werken alsAriodante en Alcina.In 1737 – het jaar waarin de componistzijn eerste beroerte kreeg – bleken zowelde <strong>Opera</strong> of the Nobility als Händels eigenonderneming financieel niet langer in staatzich te handhaven. <strong>De</strong> conclusie ligt voor dehand dat beide rivalen elkaar kapot haddengeconcurreerd. Hoewel Händel verknochtwas aan de Italiaanse opera, verlegde hij zijnactiviteiten steeds meer naar het Engelstaligeoratorium, waarmee hij zeer succesvolzou worden. <strong>De</strong>idamia was zijn laatsteopera (1741), een enorm fiasco.Alcina<strong>De</strong> sopraan Anna Maria Strada del Pò wasHändel trouw gebleven toen de <strong>Opera</strong> of theNobility hem van zijn artiesten beroofde.Voor haar schreef hij een van de dankbaarstevrouwenrollen uit de operageschiedenis:de tovenares Alcina, die mannen naar haarbetoverde eiland lokt en hen verandert indieren, rotsen en beekjes. Het verhaal vanAlcina komt uit Ariosto’s epos Orlando furioso.Vijf personages zijn door een keten vanlief<strong>des</strong>verwikkelingen met elkaar verbonden:Oronte (Alcina’s generaal) bemint Morgana(Alcina’s zuster) – Morgana bemint Bradamante(Ruggiero’s liefhebbende vrouw invermomming) – Ruggiero denkt Alcina tebeminnen, die hem bemint.Verder zijn daar de wijze oude manMelisso en de knaap Oberto, die zijn vaderzoekt: een rol speciaal door Händel verzonnenvoor de begaafde jongenssopraanWilliam Savage. Oronte was de tenor JohnBeard (later onder meer Händels Samson),Morgana was de sopraan Cecilia Young,Bradamante de alt Maria Caterina Negri,Ruggiero de altcastraat Giovanni Carestinien Melisso de bas Gustavus Waltz.Aangezien de partituur op 8 april 1735gereed was en de première al op de 16de,was de repetitieperiode angstwekkend kort.Een vriendin van Händel, Mary Pendarves,was bij een repetitie van Alcina (12 april) enschreef: ‘I think it is the best he ever made,but I have thought so of so many, that I willnot say positively ’t is the finest, but ’t is sofine I have not words to <strong>des</strong>cribe it.’ Het premièrepubliekwas laaiend enthousiast; erwaren achttien voorstellingen, het seizoendaarop gevolgd door een korte reprisereeks.Magische krachtMrs. Pendarves had gelijk met haar lofzangop Alcina: de kleurrijke partituur is van dehoogste muzikale kwaliteit, en de personagesworden in al hun contrasterende emotieskrachtig naar voren gebracht. Een paarvoorbeelden mogen volstaan: Alcina’s woedein ‘Ma quando tornerai’ (Akte III, scène 2),haar verdriet in ‘Ah! mio cor!’ (II, 8) en ‘Mirestano le lagrime’ (III, 5); Ruggiero’s verliefde‘La bocca vaga’ (I, 12) en zijn weemoedige‘Verdi prati’ (II, 12). Ruggiero’s‘Sta nell’ircana’ (III, 3) valt op door dehoorns in de begeleiding, illustratief voorde jager waarvan in de tekst sprake is.‘Verdi prati’ is een van de eerste gezongenrondo’s uit de muziekgeschiedenis, envormde de aanleiding tot een händeliaansescheldkanonnade toen Carestini de ariaaanvankelijk weigerde te zingen als zijnde‘te eenvoudig’. In zijn slechte Engels zouHändel (fonetisch geciteerd door de achttiende-eeuwsemusicoloog Charles Burney)de castraat toegeschreeuwd hebben: ‘Youtoc! don’t I know better as your seluf, vaatis pest for you to sing? If you vill not singall de song vaat I give you, I vill not pay youein stiver!’Net als Tamerlano is ook Alcina een echteopera seria, echter niet van het heroïsche,‘mannelijke’ type, maar een toveropera,waarin het vrouwelijke element de boventoonvoert. Christophe Rousset wijst op deFranse tint, die vooral blijkt uit de koren enballetten. <strong>De</strong> magische kracht van Alcina –die zowel in de muziek als in de boeiendeplot ligt – maakt dat het werk tegenwoordigtot Händels meest uitgevoerde opera’sbehoort.* Componist en theoreticus Johann Mattheson(1681-1764) schreef dat de toonsoort e-klein‘sehr pensif, tieffdenkend betrübt und traurigzu machen pfleget, doch so, daß man sich nochdabey zu trösten hoffet.’
Marianne BroederChristophe Rousset:‘Barokmuziek kent nietéén juist tempo’Dirigent Christophe Rousset kan gerust een Händel-expert genoemd worden. Met zijn ensembleLes Talens Lyriques verzorgde hij live-uitvoeringen van diverse Händel-opera’s, naast cd-registratiesvan meer onbekende werken. Opnames van Alcina en Alceste staan op stapel. <strong>De</strong>zer dagen herneemthij het ‘complementaire’ tweeluik Tamerlano en Alcina.26Sandrine Piau (Drusilla) in L’Incoronazione di Poppea (Foto: Marco Borggreve)Als klavecinist bestrijkt Christophe Rousseteen goed deel van het barokrepertoire.Befaamd zijn zijn opnames van de completewerken van Couperin, Rameau, d’Angleberten Forqueray, en natuurlijk het leeuwendeelvan Bachs klavecimbelwerken. Met zijn in1991 opgerichte ensemble Les Talens Lyriquesverkent hij het zeventiende- en achttiendeeeuwsevocale en instrumentale repertoire.Tussen zijn solospel en de directie van zijnensemble ervaart hij geen discrepantie, integendeel.‘Klavecimbel spelen en dirigerenzijn voor mij complementaire bezigheden,’vertelt Rousset. ‘In barokmuziek is het klavecimbelhét centrale instrument. Zowel inkamermuziek als in opera’s. <strong>De</strong> harmonischeen ritmische ondersteuning van barokmuziekkomt van het klavecimbel. Alle grotecomponisten van de achttiende eeuw bespeeldenhet klavecimbel als ze hun werkendirigeerden. Het instrument was de basisvan het orkest. Mijn klavecimbelspel geeftme inzichten voor de orkestklank bij het zoekennaar kleuren en precisie. Andersom inspireerthet orkestspel de intonatie en fraseringop het klavecimbel.’Rousset koestert van jongs af een passievoor barokmuziek. Hij weet precies waarom.‘Barokmuziek verklankt een levenslustdie direct overslaat,’ vindt hij. ‘Het is vrolijke,opgewekte muziek. In de zeventiendeen achttiende eeuw speelde religie een belangrijkerol. Men geloofde in God. Dat gafeen gevoel van vertrouwen. Die gemoedstoestandklinkt door in de muziek. Na deFranse Revolutie kwam daar veranderingin. Het geloof werd alom minder belangrijk.In plaats van God stond nu de mens centraal.Die mentaliteitsverandering heefteen totale ommekeer teweeg gebracht inde kunst, in de esthetische ideeën meer inhet algemeen.’‘Tijdens de Barok was muziek opwekkenden vitaal. Zelfs in werken die over dedood gaan klinkt hoop en vertrouwen door.Ik vind dat prachtig. Ik voel me daar goed bij.Romantische muziek maakt me zorgelijk enneerslachtig. Ik vermoed dat barokmuziekop het ogenblik weer zo aanslaat bij hetpubliek omdat we in een onzekere, bedreigendetijd leven. Daarin biedt deze muziekhouvast en troost.’Tweeluik Tamerlano-AlcinaHet is opmerkelijk dat regisseur Pierre Audien Rousset ervoor kozen Tamerlano (1724)en Alcina (1735) als tweeluik te presenteren.Het zijn twee heel verschillende werken.Tamerlano, bescheiden getoonzet en zonderkoren, verbeeldt in een opeenvolging vanaangrijpende recitatieven en aria’s hettragische levenslot van sultan Bajazet.<strong>De</strong> gevangengenomen Bajazet wil lieversterven dan vernederd worden door de tiranTamerlano. Zijn zelfmoord brengt Tamerlanotot inkeer. Geniaal is Händels toonzettingvan de psychologische staat van zijnpersonages, waarin Bajazets bijna waanzinnigemonoloog ‘Tu, spietato, il vedrai’, voordathij zich het leven beneemt, een hoogtepuntvormt. Tamerlano gaat over menselijklijden en het doodsverlangen dat daaruitvoort kan komen.Een scherp contrast met de toveroperaAlcina, die groots en onderhoudend is.Gedreven door hartstocht wendt de tovenaresAlcina al haar magische krachtenaan. Tenslotte gaat ze ten onder aan haareigen passie. Met een fraaie ouverture, dansenen sinfonia’s voor vol orkest, koren, wervelendearia’s en recitatieven voert Alcinaons mee in een magische wereld van gepassioneerdepersonages, boze geesten, wildedieren, spanning en intrige.Rousset: ’Tamerlano en Alcina zijn Händelsbeste opera’s. Door hun grote verschillenvullen ze elkaar naadloos aan. Tamerlanoheeft sterke Franse trekken. Het is eencompleet doorgevoerd drama dat doet denkenaan tragedies van Racine. Tamerlano iseigenlijk geen opera over de dood. Het verhaalgaat over deugd, plicht en eer. Daaruitkomt Bajazets dood voort. Hij pleegt zelfmoordomdat de situatie dat vereist. <strong>De</strong> vernedering,de manier waarop hij is onteerd, isbelangrijker dan de liefde voor zijn dochter.<strong>De</strong> relatie tussen vader en dochter, Bajazeten Asteria, is meesterlijk uitgebeeld.’‘Händel schreef de rol van Bajazet speciaalvoor Francesco Borosini, een befaamdetenor uit zijn tijd. Op diens aanraden heeftHändel de laatste akte compleet herschreven.Borosini vond de oorspronkelijke versieniet sterk genoeg, te weinig dramatisch.Door zijn aanwijzingen is het slot zo geniaalgeworden. Het is een onderwerp van alletijden en al helemaal van deze tijd, waarinzoveel mensen lijden door oorlog, gevangenschap,wreedheid en vernedering.’Franse tint‘Ook Alcina heeft een Franse tint, zij heteen heel andere, namelijk het magische,toverachtige karakter. Alcina verbeeldt eensprookjesachtige wereld en staat met zijndansen en koren dichter bij de opera’s vanLully en Rameau. Beide opera’s zijn in deachttiende eeuw opgevoerd in Drottningholm.Het was een initiatief van PierreAudi om deze werken enkele jaren geledenop te voeren in datzelfde theater. Het zijn
twee magnifieke voorstellingen geworden.Het is een uitdaging voor ons ze nu aanhet Amsterdamse publiek te kunnen presenteren.’Audi en Rousset werkten al eerdersamen. Memorabel werden hun voorstellingvan Monteverdi’s L’incoronazione diPoppea bij DNO en de productie van Cimarosa’sIl matrimonio segreto in Parijs. ‘Audien ik hebben altijd goed samengewerkt,’vindt Rousset. ‘Meermalen heb ik zonderproblemen commentaar geleverd op aspectenvan zijn regie omdat de muziek dat naarmijn smaak vereiste. Andersom gaf Audiaanwijzingen bij de muziekuitvoering. Ik benervan overtuigd dat een hechte samenwerkingtussen regisseur en dirigent een productiesterker maakt.’27Chiristophe Rousset (Foto: Eric Larraydieu)Zangers en stemmenRoussets cast bestaat uit echte barokzangers,zoals de countertenor Bejun Mehtaen de sopraan Sandrine Piau, maar hij werktook graag met zangers die een breder repertoirevertolken, zoals Christine Schäfer enPatricia Bardon. Kennelijk gelooft hij nietin de uniciteit van barokspecialisten? ‘Tochwel, maar voor bepaald repertoire,’ corrigeertde dirigent. ‘Bijvoorbeeld Lully ofMonteverdi, die zo ver van ons af staan.Dat is muziek voor specialisten. Maar bijHändel, waar we te maken hebben met belcanto,is een mooie stem het allerbelangrijkste.En natuurlijk een goede techniek.Wie Händel wil zingen, moet vocale schoonheidbezitten. Essentieel zijn de coloraturen.Die moeten bijna als vanzelfsprekend klinken.Als je niet met het grootste gemak zestiendenoten kunt zingen, ben je voor Händelverloren.’‘Patricia Bardon heeft veel Händel gezongenmaar ook Rossini en Verdi. Als je haarprachtige stem hoort en haar stralende zestiendenoten, weet je meteen dat ze perfectis voor dit repertoire. Het werken aan stijl,affecten, kleuren en retoriek is een zaakvan de dirigent. Ook de samenwerking metChristine Schäfer is geweldig. Ze zingt eenheel breed repertoire, van oude muziek totmoderne werken. Ze noemt zichzelf geenbarokspecialiste, maar vindt het geweldigdit repertoire te proberen. Haar prachtigestem vormt een uitdaging om met haar tewerken aan details, kleuren en versieringen.Ik denk dat elke goede zanger in staatis barokrepertoire te zingen. <strong>De</strong> combinatievan barokspecialisten en zangers die bredergeoriënteerd zijn verrijkt het spectrum.’AltcastratenVerschillende rollen – Tamerlano, Andronicoen Ruggiero – zijn door Händel geschrevenvoor altcastraten. Oberto werdin Händels tijd gezongen door een jongenssopraan.Rousset maakte zijn eigen keuzes.‘We weten dat Händel als hij geen castraatkon vinden de voorkeur gaf aan een vrouwelijkealt. Ik denk dat Andronico het bestedoor een vrouw gezongen kan worden.Patricia Bardons stem en persoonlijkheidpassen heel goed bij deze rol. In het gevalvan Tamerlano ligt het anders. Daar hoorje liever een countertenor, omdat een mangeloofwaardiger is voor de rol van een hardvochtigheerser. Bejun Mehta heeft een ongelofelijkgoede techniek en bovendien eenvolume en een vibrato dat zeldzaam is vooreen countertenor. Die combinatie maakt hemheel geschikt als tiran. Alice Coote heeft deperfecte stem voor Ruggiero, eigenlijk eenhogere castraatrol.’‘<strong>De</strong> rol van Oberto is een probleem.Soms wordt hij gezongen door een jongenssopraan.Tegenwoordig is het moeilijk omkinderen te vinden die deze lastige, zwarepartij aankunnen. Ook vanwege bezwarenvan de ouders. Händel had zo’n wondersopraantjein zijn naaste omgeving. CassandreBerthon is uiterst geschikt voor deze rol.Ze heeft een heel hoge sopraan en is kleinvan postuur met een jeugdige uitstraling.’Tempo en instrumentatieHet afgelopen decennium zijn vele opera’svan Händel uitgevoerd en op cd geregistreerd.Opvallend zijn de grote verschillenin tempo. Hoe bepaalt Rousset zijn tempokeuze?‘Barokmuziek kent niet één juisttempo,’ vindt de dirigent. ‘Er zijn vele juistetempi, daarom hoor je zoveel verschillen.Er is nooit sprake van een metronomischtempo. Dat is de rijkdom van deze muziek.’‘Händel schreef zijn muziek voor van tevorenuitgekozen zangers. Hij kende hun mogelijkhedenen kon zijn stijl en tempi daaropafstemmen. Vanzelfsprekend wilde hij devirtuositeit van die zangers zo veel mogelijktot uiting laten komen.Voor mijn tempokeuzezijn de zangers bepalend. Ik let in de eersteplaats op hun technische mogelijkheden.Minstens zo belangrijk is de declamatie.<strong>De</strong> tekst moet verstaanbaar zijn. Het tempowaarmee de tekst gezongen wordt, moetpassen bij de gevoelsuitdrukking.’Tamerlano is bescheiden geïnstrumenteerd.Händel schreef geen koperblazersvoor. Onder de houtblazers horen weeen klarinet. Anno 1724! ‘Bij mijn wetenis Tamerlano het eerste werk waarin eenklarinet is voorgeschreven,’ vertelt Roussetenthousiast. ‘Nog voor Rameau en deMannheimers. Tot die tijd werd soms <strong>des</strong>chalmei gebruikt. Het schijnt dat Händelals alternatief een fluit voorschreef. Datbewijst eens temeer dat de klarinet nogmaar nauwelijks werd bespeeld. Het iseen echt experiment geweest.’‘<strong>De</strong> klarinetsolo bij de aria “Par che minasca in seno” geeft een oneindig zachte,warme klank. Een bijzonder en kleurrijkmoment in de opera. Die zijn overigenstalrijk. <strong>De</strong>nk eens aan het samenspel vandwarsfluit en blokfluit of het duet tussenAsteria en Andronico “Vivo in te, miocaro bene”.’Rousset raakt niet uitgepraat over <strong>des</strong>uperieure kwaliteit van Händels opera’s.<strong>De</strong> door hem reeds geregistreerde RiccardoPrimo en Scipione noemt hij ‘magnifiekewerken, die nog nooit waren opgenomen’.Binnenkort wil hij cd-opnames gaan makenvan Alcina, Alceste en wie weet nog andere.‘Händel heeft niet één zwakke opera geschreven.’
Peter van der LintHändel als dagelijks broodVoor countertenor Bejun Mehta, titelrolvertolker in Tamerlano, is de muziek van Händel vertrouwdterrein. Hij voelt zich daarmee vocaal evenzeer op zijn gemak in het kleine Drottningholmse baroktheaterals in Royal <strong>Opera</strong> House Covent Garden en de Metropolitan <strong>Opera</strong>, met hun grote zalen. Projectie iswaar het om draait.28Bejun Mehta (boven) in Tamerlano (Foto: Bo Ljungblom)Bejun Mehta is nog niet helemaal wakkerals ik hem aan de lijn krijg. Hij houdt van hetnachtleven en is een late slaper. Hij is eentijdje vrij, en is in zijn stad New York in dubbelgeconcentreerdevorm van zijn socialeleven aan het genieten. Straks moet hijnamelijk weer vijf maanden op reis en zalhij dat alles voor langere tijd moeten missen.Dus nu nog even plezier maken metvrienden, eten koken, uitgaan.Aan het einde van die lange vijf maandenstrijkt Mehta in Amsterdam neer om bij<strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong> de titelrol in HändelsTamerlano te zingen. <strong>De</strong> rol van Tamerlano issinds hij de rol voor het eerst in het kleinebaroktheater van Drottningholm zong eensoort calling card voor Mehta geworden.Hij zong hem inmiddels al op verschillendeinteressante plaatsen. In Amsterdam zal hijTamerlano opnieuw in de regie van PierreAudi gestalte en stem geven; met Audibereidde hij de rol in Drottningholm voor.‘Je neemt altijd iets van die eerste ervaringmet een rol mee naar volgende producties,’antwoordt Mehta op de vraag hoe zo’neerste ervaring met een rol blijft hangen.‘In Drottningholm deed ik Tamerlano voorhet eerst, moest hem helemaal vanaf nulontdekken, en voor Pierre Audi was hetzijn allereerste Händel-opera überhaupt.We hadden een soort gemeenschappelijkgevoel, we gingen samen op ontdekkingstochtmet dit vreemde personage. Daardoorheb ik de rol toen heel erg grondig en diepgravendingestudeerd; zo’n ervaring blijfteigenlijk altijd bij je, stukjes van het karakterdat je toen creëerde, blijven in je genenzitten, zijn als het ware oproepbaar als jeze weer nodig hebt.’Vocale overmachtVoor countertenor Mehta is de muziekvan Händel zo ongeveer dagelijks brood.Ook in de grote operahuizen van de wereldviel hij als Händel-zanger bijzonder positiefop. In Londen was hij gecontracteerdvoor de rol van Medoro in Orlando en zongdie ook een paar keer. Maar toen viel in dieproductie plotseling de titelrolzangeresmezzosopraan Alice Coote uit. Mehta werddaarop naar de rol van Orlando gepromoveerd.In het grote Covent Garden was <strong>des</strong>tem van Mehta absoluut ‘thuis’.Met een ruime vocale overmacht trok hijde productie naar zich toe en haalde er zelfsde Laurence Olivier Award voor beste operavertolkingvan dat seizoen mee binnen. Ookin de nog grotere Metropolitan <strong>Opera</strong> in NewYork viel Mehta naast vocale kanonnen alsRenée Fleming en David Daniels niet weg –integendeel! In de kleine rol van Unulfo wisthij in hoge mate de aandacht op zich te vestigen.Zijn interpretaties van Orlando enUnulfo waren bijzonder muzikaal en stijlvolen die stem van Mehta dringt elke keer weeronder de huid, vestigt zich in de herinnering.Dat was al zo toen hij hier in Amsterdam derol van Ottone zong in Audi’s ensceneringvan L’incoronazione di Poppea. Maar is hetniet lastig voor een countertenor om in dergelijkegrote theaters als Covent Garden ende MET te zingen?‘Hoe groter het theater, hoe liever ik hetheb,’ luidt het verrassende antwoord vanMehta. ‘Projectie, het draait allemaal omprojectie. Je hoeft als je je geluid goed kuntprojecteren absoluut geen keel op te zetten.Ik hou ervan om met mijn geluid zo’n ruimtete vullen en het is eigenlijk nog nooit eenprobleem geweest. <strong>De</strong> akoestiek van dietheaters is uitstekend en zeker die van deMET is heel meewerkend.’Grote verantwoordelijkheidAan het kleine baroktheater van Drottningholmen de samenwerking met Audi daarbewaart Mehta prima herinneringen. ‘Pierregebruikte bijna niets van de mogelijkhedendie het theatertje biedt. <strong>De</strong> theatertechniekhoefde niet in werking te komen. Wij zangerskregen daardoor een grote verantwoordelijkheid,omdat er nu geen decors waren die deaandacht opeisten, geen vernuftige changementen.Dat voelde nogal als een uitdaging.<strong>De</strong> personages in de opera werden daardoorals vanzelf heel belangrijk. Audi washeel precies over hoe wij moesten bewegenen waar we moesten staan. En dan in dederde akte, tijdens Tamerlano’s waanzinscènekwam daar heel even ineens de helemachinerie van Drottningholm in beweging.Een grandioos effect.’‘Tamerlano is natuurlijk een verschrikkelijkeman. En dan bedoel ik: echt afschuwelijk!Hij is totaal niet in staat om lief te hebben,en hij kan dat niet toegeven. Als hijprobeert om van iemand te houden, dan kanhij dat alleen maar met behulp van geweld.Nogal een onaangename en kille man dus.Ik vind het behoorlijk deprimerend om in dehuid van zo’n duistere en gefrustreerde mante kruipen. Ik moet echt oppassen met hem.Slechte personages kunnen heerlijk zijn omte spelen, maar Tamerlano is niet een vanhen. Na afloop van een Tamerlano-avond zitik meestal behoorlijk in zak en as. <strong>De</strong> muziekvan Händel is natuurlijk prachtig en dat isvoor de andere altorol in deze opera – Andronico– evenzeer het geval. Die zong ik ook aleens in een concertante versie; het is muzikaalgeen betere partij dan die van Tamerlano,de tessitura van beide rollen past goedbij mijn stemmogelijkheden.’Innemend en menselijkHoe komt het toch dat Händel plotsklapszo populair is en geliefd bij serieuze operaregisseurs?Bejun Mehta noemt dat nietzonder gevoel voor humor: ‘Händels plotselingesucces dat 250 jaar duurde voorhet kwam. Natuurlijk zijn er nu ook de stemmendie zijn muziek alle recht kunnen doen.Maar regisseurs hebben ontdekt dat Händelmuzikaal niet alleen maar louter barokkeinventie is. Zijn verhalen zijn innemend enmenselijk en niet de hoogdravende geformaliseerdedrama’s waarvoor men ze hield.Mensen van nu kunnen zich er in terug vindenen als zo’n verhaal goed verteld wordt,dan duurt zo’n opera absoluut niet te lang.Je merkte het in de MET, waar men helemaalgeen traditie met dit soort opera’sheeft. We deden Rodelinda in zijn totaliteitmet alles erop en eraan en in die meer danvier uur dat het duurde, verliet niemand dezaal. Men was en masse gebiologeerd doordeze opera.’Favoriete Händel-rollen? ‘Ik heb Orlandoal vaak gezongen en ik hou erg van zijnmuziek en zijn karakter – sterk! Ik kan mijnstem in die rol op veel verschillende manierengebruiken en dat is heel bevredigend.Giulio Cesare heeft een groot elan en veelvurige muziek en Bertarido in Rodelindaheeft naar mijn mening de allermooistearia’s. In die opera houd ik erg van het ideedat liefde puur kan blijven en uiteindelijkalles kan overwinnen. Het is mooi om daargeluid aan te geven.’
Peter van der Lint‘Alcina is een heerlijke rol’<strong>De</strong> sopraan Christine Schäfer (bij DNO Elisa Il re pastore, Pamina Die Zauberflöte,Cleopatra Giulio Cesare) zong twee jaar geleden de titelrol in Alcina in Pierre Audi’s regiein Drottningholm. Samen met Audi hoopt ze in Amsterdam de betovering van die ensceneringterug te halen.29<strong>De</strong> carrière van Christine Schäfer vertaktzich in de meest diverse richtingen. Onlangsmaakte ze in de Staatsoper unter den Lindenin Berlijn haar debuut als Violetta in Verdi’sLa traviata. Schäfer is evenzeer thuis in rollenals Mozarts Konstanze (Die Entführungaus dem Serail), Verdi’s Gilda (Rigoletto) enStrauss’ Sophie (<strong><strong>De</strong>r</strong> Rosenkavalier). Zedraait haar hand niet om voor SchönbergsPierrot lunaire en Boulez’ Pli selon pli, enmaakte furore als de titelheldin in AlbanBergs Lulu. Over die laatste rol zegt ze datze die zelfs in haar dromen nog zou kunnenzingen.ErfgoedBuiten dat op zich al uiteenlopende repertoirezingt Schäfer ook nog barokmuziek.Hier in Amsterdam viel ze bij <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><strong>Opera</strong> op in de rol van Cleopatra inHändels Giulio Cesare, en met Pierre Audimaakte ze van de titelrol van Händels Alcinain het Zweedse Drottningholm iets heelbijzonders. Het is al twee jaar geleden datSchäfer als Alcina in het Zweedse baroktheatertjeoptrad. Niet alle herinneringeneraan waren even prettig. ‘Als artiest krijgje van alle kanten opmerkingen dat je ontzettendmoet oppassen met dit wereld-cultuurerfgoed– en terecht!’ beweert Schäfer.‘Voortdurend oppassen dat je nergens perongeluk dingen kapotmaakt, niet spelen metvuur, geen etenswaren meenemen achter debühne en je netjes aan de opgestelde regelshouden. Maar al die maatregelen kondenniet voorkomen dat ik tijdens de repetitiesbijna geraakt werd door een voorwerp datvanuit de nok van het theater naar benedenviel en tussen mij en het koor terechtkwam.We hebben toen echt geluk gehad, want alser iemand geraakt was, dan had het theaterwaarschijnlijk voor een tijd zijn deuren moetensluiten.’‘Maar natuurlijk is Drottningholm eenwonder en de omgeving fantastisch. Zondermeer. <strong>De</strong> geur, de geschiedenis, de geest dieer rondwaart, de sfeer – het is allemaal evenopwindend. Ik vond het een eer om in diegeconserveerde geschiedenis op te mogentreden. Ik herinner me dat ik het in het beginvan de repetitieperiode voor Alcina bestmoeilijk had. Pierre Audi had een theorieover hoe we ons zouden moeten bewegen.Diagonaal, in een rechte lijn, cirkelend –elk loopje had betekenis. <strong>De</strong> bewegingenvoelden in het begin heel vreemd aan, maarna verloop van tijd heb je ze onder de knie,begrijp je ze en voelt het geheel erg comfortabelaan. Ik vond het een interessantconcept. Met onze bewegingen vulden wijals het ware het gemis aan decor en rekwisietenop.’Schitterende muziekSchäfer werkte vóór Alcina al samen metPierre Audi. Hij regisseerde haar als Elisa inMozarts Il re pastore en als Pamina in diensdoor Karel Appel vormgegeven Zauberflöte.‘Werken met Pierre betekent: hard werken.Bij hem gebeuren er zoveel dingen tegelijkertijd.Maar hij is vanaf het begin altijd heelduidelijk over wat hij voor ogen heeft en wathij wil bereiken. Die bewegingen in Alcinavoelden echt aan als een soort choreografieen dat was weer heel anders dan wat hij metDie Zauberflöte heeft gedaan. Pierre is ergflexibel en werkt met veel verschillende ontwerperssamen. Dat vind ik fijn. Veel verfrissenderdan regisseurs die al hun hele levenmet hetzelfde team samenwerken. Je moetjezelf steeds laten uitdagen door nieuwepersonen.’In de visie van Audi verliest de tovenaresAlcina in Händels opera steeds meer vanhaar toverkrachten, en in zijn ensceneringin Drottningholm ging dat gepaard met <strong>des</strong>teeds verder gevoerde onttakeling van hettoverachtige wondertheatertje. Het uniekeDrottningholm (gelegen in de natuur opeen uurtje varen vanaf Stockholm) stondbij Audi symbool voor het tovereiland vanAlcina. ‘Alcina is een heerlijke rol,’ zegtSchäfer. ‘Haar eerste aria’s zijn nog zo-zo,maar dan komt er een hoeveelheid schitterendemuziek waar ik zelf ook koud van word.Alcina is dan wel een wat vreemde en tirannieketoverkol, maar ze houdt werkelijk vanRuggiero. Zoiets heeft ze waarschijnlijk nognooit meegemaakt. Hoe meer ze van de liefdevan Ruggiero verliest, hoe geringer haartoverkrachten worden. En dan komt – als zehaar betoverde geliefde echt compleet kwijtis – die schitterende aria “Ah! mio cor!”.Op dat uitermate belangrijke moment in hetverhaal componeert Händel voor haar eensublieme aria. Dat is elke keer weer zo’nenorme ervaring om dat te kunnen zingen.’Hernieuwde confrontatie‘Ik zou Händel evengoed met een modernorkest kunnen en willen zingen, maar ik vondde samenwerking met Christophe Rousseten zijn barokorkest Les Talens Lyriques geweldig.Ik adoreer Rousset. In Drottningholmhadden we voor elke voorstelling nogeven een kleine repetitie. We pasten steedsweer dingen aan en vonden bijvoorbeeldpas na de derde voorstelling het juistetempo voor een bepaalde aria. Ik vond diewerkwijze heerlijk. Het houdt je fris en bijde les. Normaal is er met een dirigent naeen première amper meer te praten oververanderingen.’Toen Schäfer nog heel jong was, hadze les van de nog steeds betreurde ArleenAugér, zelf een begenadigd Händel-zangeres.Maar Schäfer herinnert zich niet dat zemet Augér ooit aan Händel-opera is toegekomen.‘Met haar deed ik veel oratorium enook veel moderne muziek. Ik hield er toenal van om een heel breed repertoire te zingen,en ik ben van mening dat het zingen vanmoderne muziek helpt om de juiste toon voorde oudere muziek te vinden. Ik hou van ontzettendveel muziek, maar die van Rossini,daar heb ik nou weer niets mee. Bij de zangpartijenvan hem lijkt het meer om een sportieveprestatie te gaan dan om wat anders.Daar beleef ik hoegenaamd geen plezieraan. Ik ben helemaal niet het type dat heelglamorous coloraturen wil staan zingen.Bij Händel en bij Verdi’s La traviata voel ikdie coloraturen heel anders aan. Ik vindVerdi’s Violetta een waanzinnige rol, ik houdontzettend van haar. Maar ik voel dat ik nogzeker zo’n tien uitvoeringen nodig heb omde partij en het karakter echt te ondergaan.’‘Ik denk dat we ons over Händel altijdhebben vergist. Er was zo’n algemene houdingals zouden zijn opera’s niet toneelwaardigzijn. Inmiddels is gelukkig het tegendeelwel bewezen en ik ben blij dat ik zijn rollenmag spelen. Het is nog niet helemaal zeker,maar er zijn gesprekken dat ik in de nabijetoekomst wellicht de titelrol ga zingen inPartenope. Ik hoop dat het doorgaat en in detussentijd kijk ik erg uit naar mijn hernieuwdeconfrontatie met Alcina in Amsterdam.’Chirstine Schäfer in Alcina (Foto: Bo Ljungblom)
Franz StraatmanHet oog wordt mooibedrogen in Drottningholmaan het LeidsepleinHoe doe je dat: een achttiende-eeuws toneelpodium nabootsen voor een antiek ogendeoperavoorstelling in een honderd jaar jongere schouwburg, waarvan de toneeltechniek recentnaar de modernste normen werd vernieuwd? <strong>De</strong> medewerkers van de Technische OrganisatieMuziektheater gnuiven van genoegen om de opdracht Drottningholm zo echt mogelijk te vertalennaar het Amsterdamse Leidseplein.30<strong>De</strong>corschilder Niall O’Donovan (Foto: ?)‘U kunt gewoon over het doek lopen,’ zegtNiall O’Donovan wanneer hij merkt dat zijnOdeon-interviewer aarzelt om hem te volgendoor de enorme ruimte van het <strong>De</strong>corcentrum.Beschroomd zet ik mijn voeten op eendecor in wording. Er liggen vele lappen, elkvan zo’n 7 bij 2 1 /2 meter op de houten vloer.O’Donovan is bezig die te beschilderen metbladmotieven, takken en stammen zodat eenbosdecor ontstaat, te gebruiken in Alcina.‘Dit is mijn palet en dit zijn mijn kwasten,’zegt hij en hij grijnst bij het zien van mijnverbazing. Want het palet is een kar metbakken en emmers verf, en de kwasten lijkenook geschikt als veger en bezem. Bovendientoont hij mij een vierkante houten plaat aaneen flinke steel. Aan de onderzijde zit eenzelf vervaardigd groot stempelkussen vaneen bladmotief.O’Donovan: ‘Ik breng op de doeken eersteen donkere ondergrond aan en daarnastempel ik de bladeren op het doek, in verschillendekleurschakeringen van groen engrijs, laag over laag. Met zo’n stempel kanik tempo maken. Wanneer ik al die bladerenmet de hand zou moeten schilderen, was ikmaanden en maanden bezig en zou ik geenarm en geen pols meer kunnen bewegen.Alleen de afwerking gebeurt met de hand,streepjes lichte verf die diepte en lichtval eneen rijk gebladerte suggereren. En de takkenen stammen schilder ik,’ zegt hij, terwijl hijeen doek uitrolt dat klaar is. Zelfs van dichtbijziet het geschilderde bos er bedrieglijkecht uit.<strong>De</strong> vervaardiging van de verticale zijstukken(in theatertaal ‘poten’) en horizontalebovenstukken (‘friezen’) vormt eenonderdeel in de reconstructie van laat achttiende-eeuwsedecors zoals die nog steedsworden gebruikt in het even oude theater vanhet vroegere zomerverblijf van de Zweedsekoningen, Drottningholm. Die nabouw is bedoeldvoor het toneel van de AmsterdamseStadsschouwburg; dat theater dateert uithet einde van de negentiende eeuw. Aangeziende maten van dat podium veel groterzijn dan van het Zweedse voorbeeld, krijgende toeschouwers bij Alcina en Tamerlanoeen uitvergroting te zien die bovendien eeninterpretatie van het origineel is. Het is nietalleen een nep-echt decor, maar ook nogeens nep-echt van nep-echt. Vandaar dater hier ook sprake is van een decorontwerper,Patrick Kinmonth; hij maakte aande hand van de Drottningholm-decors ontwerptekeningendie O’Donovan tot voorbeelddienen.OngereptEen klein stukje Zweedse theatergeschiedenis.In juli 1766 werd er op het zomerlandgoedvan de koningin (in het Zweeds‘drottning’; ‘holm’ betekent huis) een nieuwtheater in gebruik genomen. Een voorgaandhouten pand was in 1762 tot de grond toeafgebrand. Men dacht aan een geheel stenentheater, maar dat werd te duur. Er verreesweer een houten gebouw, groter dan hetvoorgaande, maar wel sober van inrichting,in een stijl tussen Rococo en Classicismein. Er trad een Frans gezelschap op, datzowel toneel als opera en ballet verzorgde,dat even actueel was als in Parijs. Maar na’s konings dood in 1771 moest de koninginwegens geldgebrek de bespeling stopzetten.In 1777 bracht de volgende koning, GustaafIII, het theatrale leven terug. <strong>De</strong>ze vorst waseen feestbeest; in 1791 werd hij tijdens eenbal vermoord, welk feit later door Verdi vereeuwigdwerd in Un ballo in maschera.Gustaafs opvolgers zetten de traditietot 1809 voort, maar de echte gouden jarenwaren voorbij. Eigenlijk is het een wonderdat nog zoveel van de oorspronkelijke decorsruim een eeuw overleefden, want al spoedigwerden er spullen verkocht. Het theaterwerd voor allerhande doeleinden gebruikt.Sporadisch werd er een voorstelling doorhofamateurs gegeven. Onaangetast bleef deindrukwekkende techniek om decors snel tewisselen en spectaculaire acts uit te voeren(zoals goden die uit een wolkenhemel neerdalen).Pas in de twintigste eeuw groeideer belangstelling voor deze ongerepte oudetoneelwereld. In 1922 werd het erfgoed zekergesteld door het theater als museum in terichten.<strong>De</strong> vorming van een vriendenvereniging,zo’n tien jaar later, hield ook de eerstestap in naar echte bespeling, zowel toneelals opera – aanvankelijk uit Zweedse bron,maar allengs keerde het internationalemuziektheater, met onder meer Händel enGluck, terug op het podium van Drottningholm.Een belangrijke impuls vloeide voortuit de benoeming in 1979 van Arnold Öst-
man tot artistiek directeur van het zomerfestival.Hij introduceerde een reeks opera’svan Mozart en trok er internationaal belangstellingmee doordat hij een orkest met tijdeigeninstrumenten opzette. Het achttiendeeeuwseinterieur, de toneelbeelden en demuzikale klank vormden weer één geheel.In het kader van dat beleid, voortgezetdoor Östmans opvolgers, ensceneerdePierre Audi in het zomerfestival van 2000Tamerlano en in 2003 Alcina van Händel, insamenwerking met de Franse klavecinistdirigentChristophe Rousset en diens orkestLes Talens Lyriques. <strong>De</strong>zelfde groep werktook mee aan de voorstellingen in Amsterdam.<strong>De</strong> samenwerking in Drottningholmgaat nog verder: deze zomer werd Zoroastrevan Rameau opgevoerd.31Drottningholms Slottsteater (Foto: ?)‘Oude’ vloerOm de suggestie te versterken dat de toeschouwerin de Amsterdamse Schouwburgaan het Leidseplein naar het podium van hetDrottningholm-theater kijkt, wordt zelfs devloer ‘echt’ nagemaakt. Productieleider BobBrandsen ging samen met Albert Verschoor(artistic supervisor in dit Händel-project) entheaterschilder Niall O’Donovan ter plekkebekijken welke technische aspecten meespelenin de reconstructie, én om de sfeervan zo’n oud theater te inhaleren. Want zelfsvoor het doorgewinterde bedrijf van de TechnischeOrganisatie Muziektheater (in dewandeling ‘de TOM’) is dit een bijzondereen interessante klus.Brandsen: ‘Er is een groot technisch verschiltussen beide podia omdat in Drottningholmvrijwel alles via de vloer gaat; er is geengrote toneeltoren zoals in de Stadsschouwburg.<strong>De</strong> poten (zijstukken) bijvoorbeeldstaan er in sleuven; onder het podium ziteen grote kelder met aandrijfmachines dievoor de verwisselingen zorgen. Die machineriewordt nog steeds met de hand bediend.In de Stadsschouwburg hangen de decorstukkenin een rail. We gaan ze wel met dehand verschuiven. <strong>De</strong> Arbo-regels overtredenwe er niet mee, want het betreft eenzijwaartse beweging, die fysiek niet zo belastendis.’‘In vergelijking met Amsterdam is hettheater van Drottningholm echt een poppenhuis,met een heel kleine toneelopening.Ik keek mijn ogen uit. Zowel in de kapconstructieboven het podium als in de kelderwaan je je op een groot zeilschip met dezelfdekaapstanders (windassen met verticalespil), raderwerken, katrollen en touwbanen.We zagen dezelfde machinerieën in Stockholmin een schip, de Wasa, die in 1632 tijdenszijn proefvaart verging en nu geconserveerdin een speciaal museum ligt. Geen wonderdat toneelknechten van toen vaak oudmatrozenwaren.’Het Händel-project in de Stadsschouwburggaat niet zover dat ook die oude machinerieënworden nagebouwd. Maar toch zullenin Tamerlano wolken moeten neerdalenin ongelijkmatige volgorde, zoals de wolkenmachinein de kap van het Zweedse theaterdat kan. Om zulke problemen op te lossenklopt men binnen de TOM graag aan bij RuudSloos, de man van de speciale effecten. Inde <strong>Ring</strong>-productie bedacht hij onder meerde katapult die het brandende huisje in DieWalküre wegschiet.Truc met wolkenSloos: ‘Ik wil die wolken, per stuk zo’n 35 kg,hangen aan touwen met katrollen die op verschillendehoogten zijn vastgemaakt aantwee trekken (toneelterm voor horizontalestangen waaraan decorstukken hangendie op- en neerwaarts moeten bewegen).Tijdens het zakken gaat het ene touw snellerdan het andere en bereik ik hetzelfde effectals in Drottningholm. Dit project is eenecht experiment voor ons. <strong>De</strong> verwisselingvan de decors in Alcina wordt nog een heleklus, want het moet allemaal via kabels entrekken verlopen. Bij een proefopstellingbleek dat het verschuiven een enorme herriemaakte; daar moet je dan wat op vinden.Voor de première hebben we twee wekende tijd om de systemen te beproeven in deStadsschouwburg.’Dan wordt ook de vloer gelegd, plankenvan douglassparrenhout, met dezelfde bredemaatvoering en dezelfde onregelmatigheidals het origineel. <strong>De</strong> illusie wordt zoveelmogelijk bevorderd, want de planken vloerzal niet glimmen van nieuwigheid, maar eenzelfde sleetsheid vertonen. Zo zullen ook defraaie decors die Niall O’Donovan schildert,bossen, een grot, een paleisinterieur en wolken,er niet stralend fris uitzien. ‘<strong>De</strong> ontwerperwil dat ik het patina van het gebruikte,het verweerde erop aanbreng. Hij noemtdat “history and mystery”.’O’Donovan, afkomstig uit Ierland, werktal ruim tien jaar als theaterschilder in het<strong>De</strong>coratelier van de TOM, een enorm hallencomplexverscholen tussen de kantoortorensen bedrijfscomplexen van AmsterdamZuid-Oost. Zijn achtergrond is dievan kunstschilder. Hij studeerde af aan deAcademie voor beeldende kunsten in zijngeboortestad Cork. ‘Mijn eerste passie isbeeldhouwen. Als vrij kunstenaar ben ikmomenteel bezig met keramiek. In mijneigen schilderwerk volg ik mijn fantasie;mijn benadering van een idee is figuratief.Wat ik in het <strong>De</strong>corcentrum doe, is theaterschilderen.Dan werk je naar voorbeeldenvan een ontwerper. Je moet diens ideeënnaar groot formaat vertalen, en strevennaar grote contrasten.’‘<strong>De</strong> opdracht waar ik nu aan bezig ben,is uitzonderlijk omdat er in het moderneoperatheater helemaal geen realistischedecors, zoals een bos of een paleis, wordengevraagd. Die maken we alleen voorHet Nationale Ballet. Maar ook de schaal isbijzonder, want vergeleken bij de decors diewe voor Het Muziektheater moeten maken,zijn de decorstukken voor dit Drottningholmprojectrelatief klein; wij noemen de lappendie ik beschilder zakdoekjes.’Printen?Dat werken met bezems als kwasten enstempels om vierkante meters bosdecorte produceren, gaat dat niet in tegen deartistieke ziel van de kunstschilder? ‘Nee,’reageert O’Donovan prompt, ‘het is juisteen interessante uitdaging om zo’n opdrachtgoed uit te werken. Het onderzoeksproces,het maken van proefstukken, is het leukste.Natuurlijk moet je daarna zien om de lol erinte houden als je met die lappen van 7 bij 2 1 /2meter aan de slag gaat.’Het doek waar hij op schildert, met decorverfop waterbasis, is van katoen. Het ligtplat op de grond, zodat de verf niet kan uitlopen,en het is bespannen met draden diegrote rasters vormen voor een juiste verdeling.Zou je zulke decors niet makkelijkerkunnen laten printen bij een textieldrukker?‘Dat was onze eerste gedachte. Het printenis de grote concurrent van het theaterschilderen;het rukt steeds meer op. <strong>De</strong> grote speelkaartenin L’amour <strong>des</strong> trois oranges warengeprint. Maar die waren eenvoudig vergelekenbij deze decors waar je werkt met lagenover elkaar; dat valt niet te drukken.’Ondanks het streven naar kopiëring vanoud theater, wordt voor één onderdeel beslisteen modern middel gebruikt: elektriciteitbij de belichting. Ook Drottningholmheeft tegenwoordig een ingenieuze elektrischebelichting die kaarslicht simuleert.Eén theaterbrand is genoeg. En in Amsterdamging de Schouwburg al twee keer invlammen op, het laatst in 1890. Maar kaarslichtachtigwordt het wel.
32Hannick Reizen organiseert al sinds1990 geheel verzorgde muziek- encultuurreizen. Onze reizenkenmerken zich onder meer doorgoede theaterplaatsen, eenboeiend excursieprogramma enbegeleiding door een <strong>des</strong>kundigereisleider, tevens muziekkenner.<strong>De</strong> kerstbrochure is uit!Sfeervol Bad Homburg 21 dec 6-daagse busreisBetoverend Hamburg 21 dec 7-daagse busreisVrolijk Kerstfeest in Thüringen 22 dec 6-daagse busreisKunst in Keulen 22 dec 6-daagse busreisProef de kerstsfeer in Dresden 22 dec 6-daagse busreisMuzikaal Boedapest 22 dec 6-daagse vliegreisFeestelijk Berlijn 22 dec 6-daagse busreis en24 dec 5-daagse vliegreisKerst in Leipzig 24 dec 7-daagse busreisPrachtig Praag 24 dec 5-daagse vliegreisVraag nu de kerstbrochure aan:HANNICK REIZEN, tel. 070 - 319 19 29Geestbrugweg 28, 2281 CL RijswijkBezoek ook onze website: www.hannick.nl
33Frits VliegenthartScalamusicaOverzicht van speciaalzaken in klassieke/operamuziekInformatie over adverterenin deze rubriek:Targetplanning bvTel. 020-644 22 33info@targetplanning.nlAmsterdamConcertoUtrechtsestraat 54-601017 VP AmsterdamTel. 020-624 54 67klassiek@concerto.nuwww.concerto.nuLe Disque D’OrGelderlandplein 2111082 LX AmsterdamTel. 020-644 16 96le-disque-dor@zonnet.nlBredaMuziekhandel SpronkWilhelminastraat 244818 SG BredaTel. 076-521 52 13info@spronk.nl<strong>De</strong>n HaagCaminada ClassicsPlaats 172513 AD <strong>De</strong>n HaagTel. 070-346 62 77info@caminada.nlDriebergenCd ArtlineTraay 1c3971 GB DriebergenTel. 0343-521 532info@cd-artline.nlwww.cd-artline.nlGroningen<strong>Opera</strong> SpeciaalzaakCadena LiricaFolkingestraat 379711 JT GroningenTel. 050-313 45 30HeerlenSmeets Klassiek CDShopAkerstraat 56411 GV HeerlenTel. 045-571 55 50smeetsklassiek@cuci.nlRotterdamDonner,afdeling Klassieke CD’sLijnbaan 1503012 ER RotterdamTel. 010-413 20 70klassiek@donner.nlwww.donner.nlUtrechtBoudisque ClassiqueDrieharingstraat 27-293511 BH UtrechtTel. 030-232 14 88utrecht@boudisque.nlwww.bcq.nl?OPERA AANBIEDINGEN– EXCLUSIEVE IMPORT CD ÉN DVD –RICHARD WAGNER DER RING DES NIBELUNGENB. Nilsson, L. Rysanek, M. Mödl, 14cd-set € 79,99T. Adam,W. WindgassenBayreuther Festspiele 1967 olv Karl BöhmGEORG FRIEDRICH HÄNDELTAMERLANOM. Bacelli, T. Randle, G. Pushee dvd!E. Norberg-Schulz speciale prijs!The English Consort olv Trevor PinnockGEORG FRIEDRICH HÄNDELALCINAR. Fleming, S. Graham, N. <strong>De</strong>ssay, 3cd-set € 29,99K. KuhlmannLes Arts Florissants olv William ChristieVERZENDING DOOR HET HELE LANDINKOOP EN VERKOOP VAN 2DE HANDS CD’SCONCERTOUtrechtsestraat 52-601017 VP Amsterdamtelefoon 020-6266577e-mail klassiek@concerto.nuopen ma-za 10.00 tot 18.00,zo 12.00 tot 18.00 uurdonderdag koopavondinkoop ma-za 10.00 tot 12.00Nieuw 500 LP REKStevige gegalvaniseerde plaat• afm. 170 x 33 x 35 cm• 5 schappen voor 100 LP’s• bouwpakket, eenvoudige montage• prijs (afgehaald) EUR 100,-• franco thuis EUR 125,-Te zien op Stand 443Alwaar eveneens te zien ons SUCCESVOLLE800 CD / 360 DVD REKuit gegalvaniseerde plaat 1mmEUR 150,- (afgehaald)• afm. 198 x 61 x 17 cm, 14 schappen• bouwpakket, eenvoudige montage• schappen op CD- of DVD hoogtete plaatsen, ook gecombineerd• + afleveringskosten EUR 25,-• Geslepen RVS uitvoering EUR 250,-400 CD/189 DVD REKEUR 85,- (afgehaald)• afm. 145 x 44 x 17 cm, 10 schappen• bouwpakket, eenvoudige montage• schappen op CD- of DVD hoogtete plaatsen, ook gecombineerd• + afleveringskosten EUR 15,-• Geslepen RVS uitvoering EUR 125,-Alle rekken kunnen vrijstaand of aande wand bevestigd worden.<strong>De</strong> rekken zijn te zien en af te halen inUlft en Berkel&Rodenrijs. ** na telefonische afspraakLBG Ulft B.V., ‘t Goor 10, 7071 PB UlftTel. 0315-631179 Fax 0315-631182E-mail: lbgulft@cs.com
34Algemene informatieVerkoop kaartenPrecies drie maanden vóór de premièrevan een productie in Het Muziektheater gaanalle voorstellingen van die productie in de verkoop.U kunt op verschillende locaties lossekaarten kopen of telefonisch reserveren:– bij het Kassa-bespreekbureau vanHet Muziektheater: Amstel 3, Amsterdam,020-6255455. Het Kassa-bespreekbureauis geopend van maandag t/m zaterdag vanaf10.00 uur tot aanvang voorstelling; op zonenfeestdagen vanaf 11.30 uur tot aanvangvoorstelling; op dagen zonder voorstellingen op dagen met alleen een matineevoorstellingvanaf 10.00 uur tot 18.00 uur;– bij de AUB Ticketshop op het Leidsepleinen bij de meeste landelijke VVV-Theaterbespreekbureaus.Hier betaalt u een toeslagper plaatskaart;– via de Uitlijn: 0900-0191 (zeven dagen perweek van 9.00-21.00 uur, € 0,40 per minuut).Bij dit verkooppunt betaalt u eveneens eentoeslag per kaart;– on line reserveren: via www.dno.nl.Betalen van uw kaartenBetalen aan de kassa kan contant of meteen creditcard (Visa, Eurocard, AmEx), pinpasof chipknip, met de Theater- en Concertbonen met CKV-vouchers.Bij telefonische reservering kunt u eveneensbetalen met een creditcard. Na ontvangstvan betaling worden de kaarten u zo spoedigmogelijk toegestuurd, waarvoor per plaatskaart€ 1,60 administratie- en portokosten inrekening worden gebracht.Wanneer u telefonisch reserveert, kuntu uw kaarten ook persoonlijk bij het Kassabespreekbureaubetalen en afhalen. Ook ditdient binnen één week na uw telefonischereservering te gebeuren. Reserveert u binneneen week vóór de voorstellingsdatum, dandient u de kaarten tot uiterlijk 45 minutenvóór aanvang van de voorstelling af te halenen te betalen (let op de aanvangstijd!).Haalt u uw kaarten niet tijdig af, dan looptu het risico dat uw reservering vervalt.Kaarten op de dag vande voorstellingHet Kassa-bespreekbureau van Het Muziektheaterhanteert bij uitverkochte voorstellingeneen volgnummersysteem. Vanaf eenuur vóór aanvang van een voorstelling kunt uper persoon één volgnummer afhalen bij hetKassa-bespreekbureau. Vanaf een halfuurvóór aanvang worden gereserveerde maarniet afgehaalde kaarten te koop aangebodenaan houders van een volgnummer.Aangezien hierbij de volgorde van de uitgegevenvolgnummers wordt aangehouden, verdienthet aanbeveling al eerder dan een uurvóór aanvang in de hal aanwezig te zijn. Pervolgnummer kunt u maximaal twee kaartenvoor de betreffende voorstelling kopen.Bij voorstellingen van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><strong>Opera</strong> worden bij volgnummerverkoop alleeerste- en tweederangskaarten verkocht voorrespectievelijk tweede- en derderangsprijzen.Op deze verlaagde prijzen is CJP/Pas 65/Stadspas-korting niet van toepassing.Prijzen losse kaarten<strong><strong>De</strong>r</strong> <strong>Ring</strong> <strong>des</strong> <strong>Nibelungen</strong>Het Muziektheater Amsterdam020-6255455CJP/Pas 65/Stadspas1ste rang € 95,00 € 75,002de rang € 77,50 € 55,003de rang € 55,00 € 40,004de rang € 45,00 € 30,005de rang € 35,00 € 25,006de rang € 27,00 € 22,507de rang € 22,00 € 20,00adv.seats € 15,00 € 15,00Tamerlano en AlcinaStadsschouwburg, Amsterdam020-6242311CJP/Pas 65/Stadspas1ste rang € 85,00 € 70,002de rang € 65,00 € 50,003de rang € 45,00 € 35,004de rang € 27,00 € 22,50ZZB • € 25,00 € 20,00Luister •• € 15,00 € 10,00première CJP/Pas 65/Stadspas1ste rang € 100,00 € 80,002de rang € 75,00 € 60,003de rang € 50,00 € 40,004de rang € 33,00 € 27,00ZZB • € 25,00 € 20,00Luister •• € 15,00 € 10,00• Plaatsen die geen zicht op de boventitelingbieden•• Plaatsen die (zeer) beperkt zicht op het toneelbiedenBoventitelingIn principe worden alle voorstellingen vanDNO Nederlands boventiteld. Het kan echtervóórkomen dat de boventiteling als gevolgLunchconcerten in de Boekmanzaal<strong>De</strong> Boekmanzaal is onderdeel van hetStadhuis/Het Muziektheater en biedt plaatsaan ±200 personen. Elke dinsdag van septembert/m mei worden hier van 12.30 tot13.00 uur gratis lunchconcerten gegeven.Voor de seizoensbrochure en aanvullendeinformatie: Frits Vliegenthart, 020-551 8922.september 20056 Qiu Lin Zhang altTadeu DuartepianoWagner: Wesendonk-Liederen <strong>Ring</strong>-scènes13 Frans Brekelmans gitaarBach en Paganini20 Mihai Scarlat contrabasElizabeth Scarlat pianoRoemeens programmavan de enscenering vanaf sommige plaatsenslechts gedeeltelijk of helemaal niet zichtbaaris. Een beperkt aantal plaatsen biedt nooitzicht op de boventiteling. Dit zijn kaarten inde 4de en 6de rang. Wilt u verzekerd zijn vaneen plaats met zicht op de boventiteling, informeertu dan bij het Kassa-bespreekbureau,voordat u uw kaarten koopt.Openbaar vervoerHet Muziektheater is uitstekend bereikbaarmet het openbaar vervoer. VanafAmsterdam Centraal Station of AmsterdamAmstel brengen de metro’s 53 en 54 ende sneltram 51 u in een paar minuten naar dehalte Waterlooplein. Ook tram 9 gaat vanafhet Centraal Station rechtstreeks naarHet Muziektheater.Voor meer informatie over openbaar vervoerkunt u bellen met OV-Reisinformatie,0900-9292 (€ 0,70 per minuut) of kijken opwww.9292ov.nl.Parkeren bijHet MuziektheaterOnder Het Muziektheater bevindt zich deparkeergarage ‘Het Muziektheater’. <strong>De</strong>ze isechter niet exclusief voor onze bezoekers enis vaak al vroeg vol. Voor informatie kunt uzich wenden tot Parkeergebouwen Amsterdam,020-563 2911.Andere parkeergarages in de buurt zijn‘Waterlooplein’ aan de Valkenburgerstraaten ‘Markenhoven’ tegenover politiebureauIJtunnel. Voor informatie over het reserverenvan een parkeerplaats in Amsterdam kunt ubellen met de Parkeer Reserveer Lijn: 0900-2022002 (€ 0,40 per minuut).Een andere mogelijkheid is uw auto te parkerenbij het Transferium van de AmsterdamArenA (inlichtingen: 020-4001721) en vervolgensgebruik te maken van het openbaar vervoerof een taxi.RookverbodIn Het Muziektheater geldt een algeheel rookverbod.27 John van Halteren tenorRende LuitjestenorBrian Fieldhouse pianoFrans programmaoktober 20054 Adva Tas sopraanNoa FrenkelaltRichard PradatenorMirsa AdamipianoSjostakovitsj:‘From Jewish Folk Poetry’11 Amsterdam China Festival:PeiPei ZhuvioolJan SprijpianoJiang Liu, Hankun Sha,Guo Qian Li, Gang Chenen Kreisler
35IN DE WAAGDagelijks wisselend 3-gangen operamenuvoor € 29,50 (tussen 18.00 uur en 20.00 uur)Restaurant-Café in de Waagtel.: 020-4227772email: info@indewaag.nlwww.indewaag.nlIn Grand In Grand Café Café l´<strong>Opera</strong> l’<strong>Opera</strong> kunt u heerlijk én sfeervol dinerenvoordat voordat u naar u Carré naar Het gaat. Muziektheater Ook na afloop gaat. verwelkomen Ook na afloop wij uverwelkomengraag voorwij ueengraaggezelligvoor eendrankjegezelligendrankjeeen hapje.en een hapje.Keuken is geopend van 18.00 uur - 22.30 uurGrand Café l´<strong>Opera</strong> l’<strong>Opera</strong>isvindtop loopafstandu op 5 minutenvan HetlopenMuziektheatervan Carré opophethetRembrandtplein 27 27 - 1017 CT Amsterdamwww.l-opera.nl+31 (0)20-6204754ColofonODEONTijdschrift van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>Odeon is het Oudgriekse woord voor een aanmuziek en poëzie gewijd gebouw.In de zestiende eeuw ontstond uit de combinatievan muziek en poëzie het genre opera,eind twintigste eeuw het muziektheater zoalswij dat vandaag de dag trachten vorm te geven.Nummer 58 sept 2005ISBN: 0926-0684Oplage 25.000 exemplarenOdeon is een uitgave van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>,Afdeling Communicatie,Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam.telefoon 020-5518922fax 020-5518311e-mailinfo@nederlandse-opera.nladvertenties 020-644 2233 / 2263 (fax)abonnementen 020-551 8922Hoofd- en eindredactieFrits VliegenthartRedactionele bijdragenKlaus Bertisch, Marianne Broeder,Peter van der Lint, Franz Straatmanen Frits VliegenthartBasisontwerp en lay-outLex Reitsmammv Leon BloemendaalProductieHans HijmeringCoördinatie interviewsTia SchutrupsAdvertentiesTargetplanning BV, B. FrischPostbus 75261, 1070 AG Amsterdamodeon@targetplanning.nlLithografieBijvoorbeeld-multimedia, AmsterdamOmslagScène Götterdämmerung (Foto: Monika Rittershaus)en scène Alcina (Foto: Bo Ljungblom)Rechthebbenden die menen aan deze uitgave aansprakente kunnen ontlenen, wordt verzocht contactop te nemen met de uitgever. Niets uit deze uitgavemag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaaktzonder voorafgaande toestemming van de uitgever.AbonnementenAbonnementhouders van <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong> <strong>Opera</strong>krijgen Odeon gratis thuisgestuurd. Wilt u Odeonook ontvangen? Voor € 14,- ontvangt u alle viernummers van het betreffende seizoen thuis.Losse nummers kosten € 3,50 incl. porto per stuk.Stuur een briefkaart met uw naam, adres,postcode en woonplaats naar: <strong>De</strong> <strong>Nederlandse</strong><strong>Opera</strong>, Afdeling In- en Externe Betrekkingen,Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam.Voor abonnees buiten Nederland: gelieve contactop te nemen met de Afdeling In- en ExterneBetrekkingen: +31 20 551 89 22.
aria’s en duetten van Händel en PurcelloperaconcertMagdalena Ko˘zená enDavid DanielsZe is een van de grootste mezzosopranen van dit moment,wordt gezien als dé leading lady in de oude muziek en heefteen exclusief contract met het prestigieuze label <strong>De</strong>utscheGrammophon: stersopraan Magdalena Ko˘zená. Samen met‘een van de beste countertenors van dit moment’ DavidDaniels zingt zij duetten en aria’s van Händel en Purcell.Maak u op voor een ‘ongekende klassieke ervaring’ met’de zangeres uit de hemel’.© Kasskara/ DGzaterdag 19 november 2005, Grote Zaal van de Doelen om 20.15 uur:Magdalena Ko˘zená mezzosopraanDavid Daniels countertenorBasler KammerorchesterPaul Goodwin dirigentTelemann Orkestsuite in Bes(Musique de table, deel III)Händel ‘Fammi combattere’ uitOrlandoPurcell ‘Lamento’ uit Dido andAeneasHändel Duet ‘Io t’abbracio’ uitRodelindaCorelli Concerto grosso op.6 nr.3Händel ‘Pompe vane di morte... Dovesei?’ uit Rodelinda; ‘Se Infiorito’ uitGiulio Cesare; ‘Scherza infida’ uitAriodante; ‘Dopo Notte’ uit AriodanteKaarten:normaal € 27, pas65 € 25CJP en R’Pas € 19kaarten bestellen enmeer informatie:www.dedoelen.nl of bel010 2171717