Reuring op de <strong>Barneveld</strong>se woningmarkt Duizenden euro’s boven de vraagprijs bieden om zeker ervan te zijn dat niemand je droomhuis voor je neus wegkaapt. Overbieden, het is geen unicum op de <strong>Barneveld</strong>se woningmarkt. Er is weinig aanbod en de vraag loopt op, waardoor er schaarste is en de huizen die te koop staan als warme broodjes over de toonbank gaan. 50 <strong>Barneveld</strong> <strong>Magazine</strong>
Waar kopers nog maar een paar jaar geleden afwachtend waren, gaat het nu rap op de woningmarkt in <strong>Barneveld</strong>. “Voorheen wilden mensen eerst hun huis verkopen, voordat ze iets nieuws kochten. Anders liep je het risico twee huizen te bezitten, inclusief de dubbele lasten. Nu willen mensen eerst kopen voor ze hun huidige woning verkopen en bieden ze niet zelden boven de vraagprijs, omdat ze niet het risico willen lopen met lege handen te staan.” Arno Koudijs van Koudijs Makelaars & Taxateurs en Erik Roelofs, financieel adviseur bij Rabobank Gelderse Vallei melden dat er volop reuring is op de <strong>Barneveld</strong>se huizenmarkt. Sentiment De verkoper domineert de markt, waar even geleden de koper het nog voor het zeggen had. Situaties waarin boven de vraagprijs wordt geboden of waarin mensen bieden terwijl ze het huis nog niet eens hebben gezien, zijn geen unicum, volgens Koudijs. “Door de schaarste op de <strong>Barneveld</strong>se woningmarkt denken mensen bij wijze van spreken nog korter na over de beslissing van de aankoop van een woning, dan over de aankoop van een nieuw pak. Dat is ongezond. We krijgen zelfs telefonisch biedingen, maar een bod zonder bezichtiging accepteren we niet. Je kunt niet iets kopen zonder het gezien te hebben. Woningen gaan soms weg ruim boven de vraagprijs, iets wat een jaar geleden nog ondenkbaar was. Doordat er zo weinig aanbod is, zijn er mensen die al een paar keer hun neus gestoten hebben. Ze bieden dan meer dan de vraagprijs, zodat een huis niet nog een keer aan hun neus voorbij gaat. Wat kost nou die tienduizend euro meer? Die 35 euro extra per maand betaal ik wel per maand, denken ze dan.” Hoe komt het dat de markt gespannen is? “Het is een samenloop van omstandigheden. Naast de duidelijke factor van de lage hypotheekrente speelt sentiment wellicht een rol. Vorig jaar was de rente immers bijna net zo laag als nu en was de woningmarkt heel anders. De verwachting is dat de hypotheekrente zal stijgen en dat kan het gevoel geven dat je nu actie moet ondernemen. Als het over een jaar viertiende hoger is, dan scheelt je dat zo tachtig euro per maand. Nu tienduizend euro meer bieden, kan dan voordeliger zijn.” Door de lage rentes is het ook een slim moment om de stap te maken, stelt Roelofs. Regelmatig komt hij situaties tegen, waarbij mensen zelfs een grotere woning krijgen tegen lagere maandlasten. “Laatst adviseerde ik een stel dat van een rijwoning naar een hoekwoning verhuisde en bijna vijfhonderd euro per maand voordeliger uit was. Als je zo’n plaatje uitrekent, gaan mensen euforisch de deur uit. Met als gevolg dat ze sneller meer bieden, omdat die laatste tienduizend euro niet meer zo spannend is.” Starters de dupe “Starters zijn de dupe van de huidige situatie. Door strikte regelgeving krijgen zij het bij de bank financieel bijna niet rond of je moet een dijk van een inkomen hebben voor een huis in dit gebied”, vertelt Roelofs. “In 2018 mag je nog maar 100 procent lenen, dus je moet ook nog een zak eigen geld inbrengen. Stel je voor dat een woning is getaxeerd op 260.000 euro en jij hebt hem gekocht voor 270.000 euro, dan gaat de bank uit voor 100 procent van 260.000 euro. Dat houdt in dat je de laatste tienduizend zelf moet betalen plus de kosten koper. Dat is veel geld voor een starter en dan heb je het nog niet eens over verbouwingskosten.” “Daarom zie je dat courante woningen in trek zijn”, vult Koudijs aan. “Een verbouwing volledig meefinancieren is geen optie meer, daarvoor heb je eigen geld nodig. Woningen die netjes zijn afgewerkt en waaraan je niet veel hoeft te verbouwen, brengen doorgaans dan ook meer op dan woningen waaraan veel moet gebeuren.” Roelofs raadt starters een kosteloos oriëntatiegesprek aan om te kijken wat mogelijk is. “Het is een lastige markt voor starters. Het aanbod Koopgarantwoningen is schaars en het aantal inschrijvingen hoog. Dan heb je nog de starterslening, maar in die klasse is hier weinig te koop. Vroeger konden ouders borg staan, maar ook daaraan zitten nu veel haken en ogen. Schenken is wel een goede oplossing. Ouders doen bijvoorbeeld een hypotheekophoging van vijftigduizend euro. Vaak hebben ouders overwaarde en die mogen ze wegzetten tegen de huidige lage hypotheekrente. De maandlasten veranderen nagenoeg niet vanwege de lage rente en ze helpen hun kinderen door vijftigduizend euro te schenken voor een woning. Verder biedt de gemeente voordelige nieuwbouwwoningen. Daarop is echt een run. In de financiering voor nieuwbouw zijn er ook nog mogelijkheden om extra te lenen. Als de nieuwbouwwoning voldoet aan het A++ energielabel, mag je negenduizend euro meer lenen ten opzichte van de norm als je gezamenlijk brutojaarinkomen hoger is dan 33.500 euro. Nog meer mag je lenen als je start met nul op de meter, maar dat kom je in de praktijk nog niet veel tegen.” Senioren Voor senioren is het eveneens een lastige markt, vertelt Koudijs. “Er zijn bar weinig seniorenwoningen. Je ziet mensen die echt wat willen, maar niet kunnen slagen. Als er wat is, is het snel weg en door schaarste lopen de prijzen behoorlijk op. In de toekomst komen er meer mogelijkheden. Zo is er in de nieuwe wijk Bloemendal ruimte voor seniorenwoningen.” Voor senioren zijn sinds kort wel financiële oplossingen, stelt Roelofs. “Sommige AOW’ers hebben weinig spaargeld, maar wel een lage en aflossingsvrije hypotheek. Rabobank heeft onlangs een seniorenhypotheek geïntroduceerd, waarmee ze de hypotheek aflossingsvrij mogen meenemen, zodat een nieuwe, kleinere woning realiseerbaar is. Je stopt een groot gedeelte van de overwaarde erin en je mag er een deel uithalen om van te leven.” Toekomst “De markt heeft de afgelopen tijd een enorme vlucht genomen. Voorspellen hoe de markt de komende maanden zal reageren, is niet te zeggen”, besluit Koudijs. “Als makelaars volgen wij de markt en bepalen we niet wat er gebeurt. Voorlopig blijft het in elk geval snel schakelen.” COVER-STORY <strong>Barneveld</strong> <strong>Magazine</strong> 51