De krant van morgen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>De</strong> Krant va n Morgen
Kees Haak<br />
<strong>De</strong> Kra nt <strong>van</strong> Morgen<br />
met een woord vooraf <strong>van</strong><br />
Fredrik W.Sijthoff<br />
Amsterdam 2009
<strong>De</strong> Krant <strong>van</strong> Morgen is het ochtendgebed <strong>van</strong> de moderne mens<br />
vrij naar Hegel
VO O RWO O R D<br />
IN MIJN ACTIEVE KRANTENLEVEN is het altijd mijn intentie geweest om contact<br />
te hebben met lezers, met burgers. Dat was in mijn visie een voorname taak <strong>van</strong><br />
de Haagsche Courant. En ook <strong>van</strong>daag nog heeft de journalistiek de belangrijke<br />
opdracht om de interesse <strong>van</strong> de lezers, en daarmee hun welzijn, te stimuleren;<br />
wellicht meer dan ooit.<br />
Ik mag dan nu wat ouder zijn, maar ik voel mij nog steeds zeer betrokken<br />
bij het wel en wee <strong>van</strong> de dagbladpers in Nederland. Wat ik in Nederland en internationaal<br />
zie gebeuren, baart mij zorgen. Dagbladen maken zware tijden<br />
door. Dat maakt de uitdaging waar ze voor staan echter des te groter.<br />
VOOR HET ONDERHOUDEN <strong>van</strong> een inhoudelijke dialoog met de maatschappij<br />
is het dagblad juist in deze tijd <strong>van</strong> onschatbare waarde. Het geschreven<br />
woord in de <strong>krant</strong> is <strong>van</strong> beslissende betekenis in het denken <strong>van</strong> de mens. Het levert<br />
gespreksstof op in gezinnen en huishoudens, op het werk, in het onderwijs,<br />
kortom, in de gehele maatschappij. <strong>De</strong> <strong>krant</strong> leidt tot bezinning en reflectie.<br />
Hoofdredacties hebben de sleutel in handen om dat ook in de toekomst zo te laten<br />
zijn. <strong>De</strong> <strong>krant</strong> zal haar functie in de maatschappij niet verliezen als zij die<br />
sleutel goed gebruikt. Juist omdat de maatschappij steeds sneller verandert en<br />
ingewikkelder wordt, is dat <strong>van</strong> het grootste belang. Landelijk, maar zeker ook<br />
plaatselijk, dient de <strong>krant</strong> haar rol als bindende factor te blijven vervullen. Men<br />
voelt zich immers pas thuis als men de omgeving kent. Daartoe zullen de journalisten<br />
<strong>van</strong> <strong>krant</strong>en verslag moeten doen <strong>van</strong> wat in de samenleving gebeurt.<br />
5
Mensen aan het woord laten, naar hun mening vragen, aanwezig zijn in politiek,<br />
kunst wetenschap, onderwijs, in de gehele maatschappij.<br />
VANZELFSPREKEND IS HET evenzeer <strong>van</strong> belang om de <strong>krant</strong> toegankelijk te<br />
maken voor jongeren, zonder de oudere lezer af te schrikken. Het maken <strong>van</strong> een<br />
compacte <strong>krant</strong> kan een oplossing betekenen, mits daardoor redactionele ruimte<br />
ontstaat voor wat er in de maatschappij speelt. Het idee dat jongeren slechts een<br />
<strong>krant</strong> willen lezen die sterk gepopulariseerd is, zie ik als een doemscenario, dat<br />
geen recht doet aan wat de huidige en komende generatie jongeren <strong>van</strong> dagbladuitgevers<br />
en journalisten verwacht. Op (verdere) vervlakking zit niemand te<br />
wachten, zeker ook jongeren niet. Popularisering is geen panacee om het dalende<br />
aantal abonnees een halt toe te roepen. Een aanmerkelijk beter perspectief<br />
biedt investeren in functiebehoud <strong>van</strong> de <strong>krant</strong>. Zorg ervoor dat de inhoud <strong>van</strong> de<br />
<strong>krant</strong> onmisbaar is voor jongeren en ouderen. Dat mensen naar de <strong>krant</strong> grijpen<br />
wanneer men echt wil weten hoe het zit, bewijzen juist de problemen en nieuwsontwikkelingen<br />
<strong>van</strong> deze tijd. Het nieuws over de kredietcrisis en de Amerikaanse<br />
presidentverkiezing zijn twee voorbeelden <strong>van</strong> deze stelling.<br />
NAAR MIJN MENING kan een democratische samenleving alleen functioneren<br />
als de nieuwsvoorziening zo objectief mogelijk is, terzake kundig en voorzien<br />
<strong>van</strong> een duiding. <strong>De</strong> democratie leeft en begint bij mensen in hun eigen omgeving<br />
en in de plaatselijke politiek. Daarvoor zijn journalisten nodig die ter plekke zijn<br />
en in staat hun waarnemingen te analyseren, hun informatie te schiften en bondig<br />
samen te vatten. Diezelfde journalisten moeten de achtergronden <strong>van</strong> de ontwikkelingen<br />
kennen en min of meer zelfstandig kunnen oordelen over wat zich<br />
elke dag weer voor hun ogen afspeelt. Ook het kunst- en sportleven <strong>van</strong> stad en<br />
6
egio heeft een kritisch, maar gastvrij podium nodig. Datzelfde geldt voor de<br />
vormgeving <strong>van</strong> de stad in architectuur en planologie.<br />
HET IS MIJN OVERTUIGING dat de regionale <strong>krant</strong> en de stads<strong>krant</strong> hun kans<br />
moeten pakken. In een stedelijke omgeving waar alom gebrek is aan samenhang,<br />
maar waar burgers wel voortdurend op zoek zijn naar die samenhang,<br />
moet dat kunnen. Zo’n <strong>krant</strong> is een product met een democratische forumfunctie<br />
en is belangrijk voor het stedelijk geheugen en de identiteit <strong>van</strong> burgers. <strong>De</strong><br />
<strong>krant</strong> moet daarom niet alleen willen overleven, maar zich in vele opzichten vernieuwen<br />
en verbreden. <strong>De</strong> <strong>krant</strong> <strong>van</strong> <strong>morgen</strong> blijft de spiegel <strong>van</strong> de snel veranderende<br />
maatschappij, een podium waarop deskundige journalisten belangrijke<br />
feiten en gebeurtenissen in verschillende perspectieven plaatsen, lezers diverse<br />
gezichtspunten voorleggen en hun een verscheidenheid aan meningen aanreiken.<br />
DAGBLADEN, LANDELIJKE EN REGIONALE, HEBBEN TOEKOMST. Kranten zijn in<br />
mijn overtuiging ook <strong>morgen</strong> het beste in staat om de zo belangrijke brugfunctie<br />
tussen mensen en de omgeving waar zij wonen te blijven vervullen, een brugfunctie<br />
tussen de verschillende bevolkingsgroepen in land, stad en regio. Kranten<br />
dienen daarvoor de benodigde gespreksstof aan te leveren, dag na dag.<br />
IK HOOP DAT de bevindingen en interviews die Kees Haak in dit boekje optekende<br />
hieraan een bijdrage leveren. Opdat <strong>krant</strong>enmakers in de breedste zin<br />
<strong>van</strong> het woord er hun voordeel mee doen en, net als ik, blijven geloven in en werken<br />
aan een toekomst voor geschreven en gedrukte dagbladen. Tevens beveel ik<br />
dit geschrift <strong>van</strong> harte aan bij de leden <strong>van</strong> de door minister Plasterk ingestelde<br />
Commissie Innovatie Pers. Ik sluit dit voorwoord graag af met wat er op de titelpagina<br />
<strong>van</strong> dit boekje staat: <strong>De</strong> Krant <strong>van</strong> Morgen.<br />
1 maart 2009, Fredrik W. Sijthoff<br />
7
Is er <strong>morgen</strong> nog een geschreven en gedrukte <strong>krant</strong>?<br />
Valt er <strong>morgen</strong> nog een geschreven en gedrukte <strong>krant</strong> in de brievenbus? Of<br />
is de toekomst <strong>van</strong> onze nieuwsvoorziening louter aan bloggers en surfers?<br />
<strong>De</strong> vraag stellen is haar beantwoorden. Toch is dat volgens filosoof Jan-Hendrik<br />
Bakker de kwestie niet. <strong>De</strong> kwestie is, of we willen dat de nieuwsvoorziening<br />
straks geheel in handen is <strong>van</strong> individuele bloggers, communicatiebureaus <strong>van</strong> bedrijven<br />
en overheidsinstellingen, op entertainment gerichte websites als Geenstijl.nl<br />
en persbureaus die niet anders functioneren dan als toeleverancier <strong>van</strong><br />
nieuws(berichten). Bakker vindt <strong>van</strong> niet. Een democratische samenleving kan<br />
volgens hem alleen functioneren als de nieuwsvoorziening zo objectief mogelijk<br />
is, terzake kundig en voorzien <strong>van</strong> een duiding.<br />
Bakker is om die reden een warm pleitbezorger <strong>van</strong> stads<strong>krant</strong>en, die naar<br />
zijn mening wel degelijk toekomst hebben. In een globaliserende wereld wordt<br />
het lokale immers weer belangrijk. <strong>De</strong>mocratie begint in eigen stad of streek.<br />
Stads<strong>krant</strong>en hebben een democratische forumfunctie en zijn belangrijk voor het<br />
stedelijk geheugen en de identiteit <strong>van</strong> burgers, zoals Fredrik Sijthoff in zijn voorwoord<br />
ook aangeeft. <strong>De</strong> stads<strong>krant</strong> zal zich daarom aan moeten passen en weer<br />
een echt informatieplein <strong>van</strong> de eigen stedelijke wereld willen worden, een moderne<br />
agora die de beschikbare informatie bovendien duidt en <strong>van</strong> achtergrond<br />
voorziet.<br />
Een democratische samenleving kan alleen functioneren als de nieuwsvoorziening<br />
betrouwbaar is, en wordt voorzien <strong>van</strong> een interpretatie. Bakker<br />
zegt er dit over: ‘<strong>De</strong> eigen stad of streek is de plek waar de democratie begint. Het<br />
is de ruimte waar we wonen en concreet samen moeten leven. Hoeveel tijd we ook<br />
investeren in virtuele ruimten <strong>van</strong> Hyves, You Tube of <strong>De</strong> Wereld Draait Door, de<br />
buurman komen we steeds weer tegen. Ook het denken over oplossingen begint<br />
dichtbij, in de wijken en de commissies <strong>van</strong> de gemeenteraad. Daar hoort ook <strong>morgen</strong><br />
verslag <strong>van</strong> te worden gedaan in een geschreven en gedrukte <strong>krant</strong>.’<br />
8
Regionale <strong>krant</strong>en hebben zelfbewuste,<br />
kritische journalisten nodig<br />
In 2004 sprak ik met Kees <strong>van</strong> der Malen, in maart <strong>van</strong> dat jaar opgestapt<br />
als hoofdredacteur <strong>van</strong> het Leidsch Dagblad. Aanleiding voor het gesprek was de<br />
verschijning <strong>van</strong> zijn boekje <strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> de <strong>krant</strong>, een ode aan de <strong>krant</strong> in het<br />
algemeen, aan regionale <strong>krant</strong>en in het bijzonder en aan ‘zijn’ Leidsch Dagblad<br />
bovenal .<br />
‘Natuurlijk’, zei Van der Malen, ‘ regionale <strong>krant</strong>en maken stormachtige tijden<br />
door als gevolg <strong>van</strong> maatschappelijke schaalvergroting en gelijktijdige reductie<br />
<strong>van</strong> personeelsformaties. Economisch guur weer zorgt voor afkalvende lezersaantallen<br />
en teruglopende advertentie-inkomsten.’<br />
‘Maar’, zo schrijft hij in zijn boekje, ‘weg uit de regio is een defensieve<br />
strategie die haaks staat op de tijdgeest en de behoefte <strong>van</strong> de lezer. Wie goed<br />
oplet, ziet in de Nederlandse samenleving een renaissance <strong>van</strong> de regio. Die<br />
ontwikkeling biedt regionale <strong>krant</strong>en nieuwe mogelijkheden die juist vragen om<br />
een offensieve aanpak.’<br />
Waar het informatietijdperk de wereld transformeerde tot een global village,<br />
ziet hij de burger in een tegenbeweging zoeken naar regionale oriëntaties<br />
die soms teruggaan tot de maat <strong>van</strong> een stad, een dorp of alleen een buurt of een<br />
straat.<br />
Een goede regionale <strong>krant</strong> is in zijn ogen een kritische volger <strong>van</strong> de samenleving<br />
waarin zij verschijnt. Diezelfde <strong>krant</strong> is tegelijk een maatschappelijke<br />
speler die zich zichtbaar manifesteert in de regio - of het nu gaat om de toekenning<br />
<strong>van</strong> een cultuurprijs of de organisatie <strong>van</strong> een sportevenement. Als<br />
nieuwsmedium en als maatschappelijke partij is zo’n <strong>krant</strong> een hoeksteen <strong>van</strong> een<br />
regionale samenleving. Voor Van der Malen staat dan ook vast dat een regio die<br />
haar regionale <strong>krant</strong> verliest, sterk aan identiteit inboet.<br />
Opiniemakers, politici en maatschappelijke partijen hebben de neiging<br />
zich overtrokken te richten op landelijke media. Zij miskennen, zegt Van der<br />
Malen, de kracht <strong>van</strong> de regionale <strong>krant</strong> die dicht op de huid <strong>van</strong> de lezer zit en<br />
die een unieke band met haar lezers heeft. ‘Het echte nieuws voltrekt zich altijd<br />
in de wereld die dicht bij de mensen staat.’<br />
Als akelige voorbeelden noemt de auteur <strong>van</strong> <strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> de <strong>krant</strong> een<br />
vliegtuig dat crasht op een woonwijk, een café waar op nieuwjaarsdag een rampzalige<br />
brand uitbreekt en een woonwijk die in de as wordt gelegd door de ontploffing<br />
<strong>van</strong> een vuurwerkfabriek. Stuk voor stuk gebeurtenissen die zich lokaal<br />
afspelen. ‘Wie kunnen daar beter over rapporteren dan de kenners <strong>van</strong> die veelkleurige<br />
woonwijk, dat eigenzinnige dorp of die stoere arbeidersstad?’<br />
9
10<br />
Regionale <strong>krant</strong>en hebben absoluut toekomst, meent Van der Malen, mits<br />
zij worden gemaakt door zelfbewuste en kritische journalisten, en worden uitgegeven<br />
door geëngageerde uitgevers voor wie – naast het maken <strong>van</strong> winst - het<br />
leveren <strong>van</strong> een bijdrage aan een pluriforme samenleving een uitdaging is. ‘Een<br />
regionale <strong>krant</strong> heeft de taak de omgeving <strong>van</strong> haar lezers te schetsen en te verklaren.’<br />
Ze beschrijft het echte leven en wordt gemaakt door redacteuren die specialist<br />
zijn in het beschrijven <strong>van</strong> de menselijke maat, de couleur locale en de sociale<br />
verbanden.<br />
Zo is de <strong>krant</strong> niet alleen informant en platform <strong>van</strong> discussie, maar ook een<br />
belangrijke maatschappelijke factor. Burgers, bestuurders en zelfs lezers onderschatten<br />
vaak de betekenis <strong>van</strong> een regionale <strong>krant</strong>. Zij heeft een unieke<br />
functie, die eigenlijk steeds sterker wordt. Zij informeert lezers niet alleen over<br />
hun directe omgeving; zij verleent die omgeving ook een identiteit .’Een regio zonder<br />
regionale <strong>krant</strong> is geen regio.’<br />
Nationaal en internationaal nieuws krijgen nieuwsconsumenten via ontelbare<br />
kanalen aangeboden. Regionaal nieuws krijgen ze in de vorm <strong>van</strong> berichten,<br />
analyses en commentaren in feite alleen <strong>van</strong> hun regionale <strong>krant</strong>. Van der Malen:<br />
‘Een goede regionale <strong>krant</strong> is als een aardige buurvrouw. Ze houdt je op de<br />
hoogte <strong>van</strong> de laatste nieuwtjes, is onderhoudend en verrast je met bijzonderheden<br />
uit je directe omgeving. Een lezer <strong>van</strong> een regionale <strong>krant</strong> is iedere dag op<br />
zoek naar die spreekwoordelijke buurvrouw. Want de lezer hongert naar nieuws<br />
<strong>van</strong> dichtbij en vooral naar nieuws over mensen: mensen die hij kent of mensen die<br />
iets spraakmakends te vertellen hebben. Natuurlijk, nota’s en rapporten uit officiële<br />
bronnen zijn ook interessant, maar de lezer <strong>van</strong> een regionale <strong>krant</strong> wil<br />
vooral worden geïnformeerd wat dat allemaal voor hem betekent, hij verwacht<br />
<strong>van</strong> zijn <strong>krant</strong> dat plannen en besluiten die direct <strong>van</strong> invloed zijn op hun leefomgeving<br />
snel en begrijpelijk worden geduid.’<br />
‘Mensennieuws’ noemt Van der Malen dat. Het brengen <strong>van</strong> ‘mensennieuws’<br />
is wat hem betreft de voornaamste rol <strong>van</strong> een regionale <strong>krant</strong>: via verhalen<br />
<strong>van</strong> mensen uit het leven <strong>van</strong> alledag zichtbaar maken wat er gebeurt en tegelijk<br />
duiden wat verandert.<br />
Nieuws is weliswaar de kern <strong>van</strong> een <strong>krant</strong>, maar een <strong>krant</strong> is tegelijk meer<br />
dan een boodschapper <strong>van</strong> nieuws. ‘Een goede <strong>krant</strong> is ook een seismograaf die<br />
registreert welke veranderingen zich in de samenleving voltrekken. En dan gaat<br />
het niet alleen om zichtbare veranderingen, maar ook om onzichtbare veranderingen,<br />
die wel worden aangeduid als het sentiment of de mood <strong>van</strong> een samenleving.<br />
Ik denk dat als een <strong>krant</strong> er in slaagt zowel spiegel als seismograaf te zijn,<br />
ze haar functie waarmaakt en haar lezers aan zich verplicht.’<br />
Samenvattend spreekt Van der Malen in zijn boekje de verwachting uit dat<br />
de regio steeds belangrijker wordt. En de rol <strong>van</strong> de regionale <strong>krant</strong> groter. ‘Regionieuws<br />
is sexy!’
In een inleiding op de bundel <strong>van</strong> Van der Malen constateert Hubert<br />
Smeets, redacteur <strong>van</strong> NRC Handelsblad en destijds hoofdredacteur <strong>van</strong><br />
<strong>De</strong> Groene Amsterdammer, dat de journalistiek in Nederland zich (toen<br />
al, K.H.) heeft onderworpen aan bureaucratisering om de commerciële eisen<br />
<strong>van</strong> de tijd het hoofd te bieden. Smeets: ‘Er zijn geen courantiers meer,<br />
er zijn alleen nog beheerders die hun gezag ontlenen aan de mate waarin<br />
zij het productieproces beheren. Controle is een kerntaak geworden, regie<br />
het toverwoord.’<br />
11
Lezers eisen dat de <strong>krant</strong> present is<br />
in het maatschappelijk debat<br />
12<br />
Lezers, zo blijkt ook uit recent onderzoek, willen dat hun <strong>krant</strong> bericht<br />
over plaatselijke initiatieven, dat hun <strong>krant</strong> verslag doet <strong>van</strong> bijeenkomsten waar<br />
mensen elkaar ontmoeten. Zij willen lezen over mensen die hun woongebied vertegenwoordigen<br />
in de gemeenteraad, welke ideeën die vertegenwoordigers er<br />
op na houden, welke hiaten hun besluiten vertonen. Kortom, de lezer eist meer<br />
dan ooit dat zijn <strong>krant</strong> present is in het maatschappelijke debat, dat debat op de<br />
voet volgt, <strong>van</strong> achtergrond voorziet, de betekenis er<strong>van</strong> duidt en becommentarieert.<br />
<strong>De</strong>mocratie bestaat bij de gratie <strong>van</strong> het publieke debat, <strong>van</strong> de politiekmaatschappelijke<br />
dialoog tussen burgers. Journalistiek en pers zijn in onze democratische<br />
samenleving bij uitstek de dragers <strong>van</strong> de politieke openbaarheid.<br />
Journalisten verschaffen de burgers niet alleen informatie over het politieke reilen<br />
en zeilen <strong>van</strong> de samenleving, maar brengen ook politieke opvattingen en wensen<br />
in de bevolking tot expressie en faciliteren het politieke discours tussen de burgers<br />
onderling.<br />
<strong>De</strong> pers voert <strong>van</strong> oudsher belangrijke taken uit voor de samenleving.<br />
Naast het registreren <strong>van</strong> feiten en gebeurtenissen legt zij zich tevens toe op het<br />
brengen <strong>van</strong> achtergronden, analyses en commentaren. <strong>De</strong>ze taken monden<br />
wat <strong>krant</strong>en betreft uit in diverse soorten <strong>van</strong> gebruiksmogelijkheden voor de burgers.<br />
Zo is er de toezichthoudende functie: men gebruikt informatie in <strong>krant</strong>en<br />
om de omgeving bij te houden, om te zien welke ontwikkelingen en gebeurtenissen<br />
<strong>van</strong> belang zijn.<br />
<strong>De</strong> twee belangrijkste terreinen waarop de regionale lezer geïnformeerd<br />
wenst te worden, zo blijkt eveneens uit onderzoek, zijn gezondheidszorg en onderwijs.<br />
<strong>De</strong> <strong>krant</strong> die daaraan tegemoet komt, wordt weer gesprekstof in het<br />
gezin, op het werk, op plaatsen waar mensen elkaar ontmoeten. Maar ook is er<br />
de besluitvormingsfunctie, waarbij informatie wordt gebruikt om te beslissen<br />
over de voortgang <strong>van</strong> een bepaalde handeling, of om een mening te vormen of<br />
standpunt in te nemen. Niet in de laatste plaats vervullen <strong>krant</strong>en ook een recreatieve<br />
functie. En voorts is er de sociaal-culturele interactie <strong>van</strong> <strong>krant</strong>en: sociale<br />
en culturele groepen maken gebruik <strong>van</strong> informatie die afzonderlijke leden<br />
in staat stelt gemeenschappelijke kennis te hebben op basis waar<strong>van</strong> zij met elkaar<br />
kunnen praten en handelen.<br />
Gezien de afnemende sociale samenhang en de ontzuiling worden de<br />
kansen om informatie met elkaar te delen en erover <strong>van</strong> gedachten te wisselen<br />
steeds kleiner. Ook om die reden is het waarschijnlijk dat de functie <strong>van</strong> de journalist<br />
verschuift naar duiding en naar bijdragen aan het maatschappelijke debat.
<strong>De</strong> journalistiek is immers een <strong>van</strong> de laatste burchten <strong>van</strong> generalisme in een toenemend<br />
gespecialiseerde en verkokerde samenleving. <strong>De</strong> grotere vrijheid en individualiteit<br />
<strong>van</strong> burgers betekent dat deze, meer dan ooit, behoefte hebben<br />
aan gezamenlijke oriëntatie. Daar ligt voor de komende jaren de belangrijkste opdracht<br />
<strong>van</strong> journalisten, zeker in de regio.<br />
Om die reden dienen regionale <strong>krant</strong>en opnieuw hun plaats te bepalen in<br />
een samenleving die ook in hun verspreidingsgebied sterk is veranderd. En nog<br />
zal veranderen. Een samenleving die seculier is, open, meer op media aangewezen,<br />
transnationaal, en waar<strong>van</strong> de leden relatief hoog opgeleid zijn. Juist in die<br />
veranderende samenleving vervult de regionale <strong>krant</strong> twee wezenlijke rollen. Allereerst<br />
draagt ze bij aan het collectieve kennispeil <strong>van</strong> de samenleving. Daarnaast<br />
is er de bredere community building-functie: informatie en ideeën worden aan de<br />
samenleving overgebracht, waardoor burgers in staat worden gesteld te participeren<br />
in hun samenleving en in het bestuur daar<strong>van</strong>.<br />
Nauw daarmee verbonden is de watchdog-functie <strong>van</strong> de pers: het signaleren<br />
<strong>van</strong> misstanden. Een goede regionale <strong>krant</strong> moet informatie bieden waaraan<br />
de lezer iets heeft in zijn dagelijkse bestaan. <strong>De</strong> <strong>krant</strong> moet hem duidelijk maken<br />
hoe de zaken waarmee hij te maken heeft, passen in een bredere context. En<br />
zij moet de lezer handvatten bieden om zijn leven te kunnen inrichten. Dat betekent<br />
dat de regionale dagbladjournalistiek zich niet alleen zal moeten afvragen<br />
wat nieuws is, maar ook of dit nieuws voor de lezers <strong>van</strong> belang is. Journalisten<br />
moeten hun agenda niet volledig laten bepalen door wat er zich toevallig voordoet<br />
(de klassieke verslaggeving), en proberen zelf bredere onderwerpen uit te<br />
diepen of op de agenda te plaatsen.<br />
Om een breder en jonger publiek te trekken is het aan te bevelen meer in<br />
te spelen op de interesse <strong>van</strong> een grote groep jongeren. Hoe? Door bijvoorbeeld<br />
meer informatie te bieden over culturele activiteiten en festivals in de regio.<br />
Het bieden <strong>van</strong> degelijke op jongeren gerichte informatie zal de positie <strong>van</strong><br />
de lokale pers kunnen versterken. Om die positie <strong>van</strong> de regionale pers als informatiebron<br />
op het gebied <strong>van</strong> regionale en politieke en actualiteiten te verbeteren<br />
is het <strong>van</strong> belang dat informatie up-to-date is en dat de focus op de regio<br />
niet te overheersend is. Dateline-journalistiek is core business voor journalisten<br />
en uitgevers die lezers willen terugwinnen.<br />
Goede regioverslaggeving veronderstelt fijnmazigheid. Uit recent onderzoek<br />
blijkt dat in bijna zestig procent <strong>van</strong> de gevallen een artikel het beste<br />
wordt gelezen in de plaatsen die in de dateline zijn vermeld. Dit principe geldt niet<br />
alleen op plaatselijk niveau; in de steden varieert de interesse ook per wijk. Ook<br />
op bijvoorbeeld de kunstpagina wil de lezer vooral nieuws over kunst en cultuur<br />
in de eigen leefomgeving. Ook uit onderzoek blijkt dat bij lezers <strong>van</strong> regionale dagbladen<br />
de interesse in nieuws afneemt in concentrische cirkels rond de eigen<br />
13
woonplek. Men is het meest geïnteresseerd in de buurt of wijk waar men woont,<br />
vervolgens in de eigen gemeente en streek, de provincie en in nationaal nieuws.<br />
Regionale <strong>krant</strong>en kunnen een belangrijke rol spelen bij de continue herdefiniëring<br />
<strong>van</strong> lokale en regionale identiteiten. Burgers krijgen in reactie op<br />
een proces <strong>van</strong> culturele homogenisering weer belangstelling voor wat hen bindt<br />
en voor de eigenheid <strong>van</strong> hun leefomgeving. Door te berichten over wat er in de<br />
regio gebeurt en door te schrijven over de maatschappelijke processen die hieraan<br />
ten grondslag liggen, en door te reflecteren op wat de inwoners <strong>van</strong> een gebiedt<br />
bindt, kan de <strong>krant</strong> dit stimuleren. Het regionale dagblad kan zo in een<br />
complexer wordende wereld een belangrijke functie (terug)krijgen als bindmiddel<br />
in de gemeenschap.<br />
Een functie die beslist niet door <strong>krant</strong>en dient te worden losgelaten is het<br />
bieden <strong>van</strong> context. Dat betekent volgens de Engelse antropologe Jennifer James<br />
meer dan louter het verslaan <strong>van</strong> nieuws. ‘Lezers hebben behoefte aan een leidraad<br />
om de chaos in de wereld het hoofd te bieden. Chaos die wordt veroorzaakt<br />
door snelle technologische en culturele veranderingen. Het is aan de <strong>krant</strong> die<br />
leidraad af te rollen. Omdat de behoefte daaraan in een almaar complexer wordende<br />
samenleving steeds groter wordt, moet de <strong>krant</strong> blijven zorgen voor ordening<br />
<strong>van</strong> gebeurtenissen in samenhang, verklaring en oriëntatie. Analyses,<br />
commentaren en historische perspectieven zijn de daartoe geëigende middelen.<br />
Volgens James hebben vooral jongere lezers behoefte aan een door de redactie<br />
geboden raamwerk waarin zij gebeurtenissen kunnen plaatsen.<br />
Geraadpleegde bronnen<br />
14<br />
• ‘<strong>De</strong> kracht <strong>van</strong> de <strong>krant</strong>’, Kees <strong>van</strong> der Malen (ISBN 90-806378-9-0)<br />
• ‘Het bedreigde debat’, beleidspamflet over pers, journalistiek en democratie.<br />
Bedrijfsfonds voor de Pers.<br />
• ‘Van <strong>van</strong>gnet naar springplank’. Bedrijfsfonds voor de Pers.<br />
• ‘Tegen de trend, regionale journalistiek in een veranderende samenleving’,<br />
dr. Marcel Broersma, docent Geschiedenis en Journalistiek Rijksuniversiteit Groningen.<br />
• ‘Op zoek naar vertrouwen in de pers’. Wetenschappelijk instituut voor het CDA.<br />
• Jennifer Jones, antropologe
Het Friesch Dagblad, <strong>krant</strong> met een missie<br />
<strong>De</strong> <strong>krant</strong> als bindmiddel in de samenleving. Een lezenswaardig en aan te bevelen<br />
artikel over het noodzakelijke contact tussen <strong>krant</strong> en lezer schreef Lútsen<br />
Kooistra in zijn eigen <strong>krant</strong>, het Friesch Dagblad, waar<strong>van</strong> hij hoofdredacteur/directeur<br />
is. <strong>De</strong> enige zelfstandige christelijke regionale <strong>krant</strong> <strong>van</strong> Nederland<br />
bewijst dat kleinschaligheid in <strong>krant</strong>enland succesvol kan zijn, hoewel uiteraard<br />
ook in Friesland de economische crisis zich doet voelen. Met slechts<br />
circa 18.000 abonnees is de <strong>krant</strong> behalve small ook beautiful.<br />
Van oudsher is het Friesch Dagblad een <strong>krant</strong> die niet alleen voor de lezers,<br />
maar ook <strong>van</strong> de lezers is. <strong>De</strong> <strong>krant</strong> heeft haar lezers niet alleen beschouwd als<br />
consumenten <strong>van</strong> het nieuws, maar ook als mensen die mede verantwoordelijk<br />
konden zijn voor wat er in de <strong>krant</strong> stond. Dat kwam omdat de <strong>krant</strong> er één was<br />
en is met een missie. Het Friesch Dagblad was en is eigendom <strong>van</strong> een vereniging,<br />
de Vereniging het Friesch Dagblad, waar<strong>van</strong> lezers lid kunnen worden. <strong>De</strong> <strong>krant</strong><br />
besloot in 2006 geld te gaan lenen bij lezers. Het idee ervoor kwam <strong>van</strong> een lezer.<br />
Voor ten minste 300 euro kunnen zij de <strong>krant</strong> sponsoren. Hoofdredacteur<br />
en directeur Lútsen Kooistra kondigde aan met het op die manier bijeengesprokkelde<br />
geld nog meer aan regionale journalistiek te doen.<br />
Kranten maken en <strong>krant</strong>en lezen zijn, aldus Kooistra, geen ‘onschuldige’ bezigheden.<br />
Wat staat geschreven heeft invloed. Krantenmakers en <strong>krant</strong>enlezers<br />
zijn verbonden door het geschrevene, door wat daar aan betekenis in is gelegd<br />
en door betekenis die er uit wordt gehaald. Daar ligt de binding tussen lezers en<br />
<strong>krant</strong>. Het Friesch Dagblad is zich sterk bewust <strong>van</strong> wat lezers aan de <strong>krant</strong> bindt,<br />
ook in de dagelijkse praktijk. In formele zin is die binding zichtbaar in de structuur<br />
<strong>van</strong> de <strong>krant</strong>: een vereniging <strong>van</strong> lezers.<br />
Het bestuur <strong>van</strong> de vereniging Het Friesch Dagblad die het Commissariaat<br />
vervult <strong>van</strong> de Friesch Dagblad Holding bv, heeft nadrukkelijke opvattingen<br />
over de binding tussen lezers en <strong>krant</strong>. In het Strategisch Beleidsplan staat als leidraad<br />
voor het journalistieke werk dat dit wordt bepaald door de christelijke<br />
overtuiging aangaande God, mens en wereld. In het verlengde daar<strong>van</strong> ziet het<br />
Friesch Dagblad het als zijn roeping om al zijn journalistieke arbeid in dienst te stellen<br />
<strong>van</strong> het goede zoals dat in de christelijke traditie wordt verwoord. Termen die<br />
hierbij genoemd kunnen worden zijn: waarachtigheid, betrokkenheid bij mens en<br />
wereld en deugdelijkheid.<br />
<strong>De</strong>ze passsage, zo schrijft Kooistra, is te zien als een soort verantwoording<br />
<strong>van</strong> het journalistieke werk. Lezers - en anderen - kunnen de <strong>krant</strong> aanspreken op<br />
de genoemde uitgangspunten en de <strong>krant</strong> is gehouden aan verantwoording: uitgangspunten<br />
zijn niet vrijblijvend.<br />
15
<strong>De</strong> christelijke ondergrond <strong>van</strong> het Friesch Dagblad is in de Nederlandse<br />
verhoudingen een bijzonderheid. Christelijke <strong>krant</strong>en zijn een uitzondering geworden.<br />
Dagelijks worden ongeveer 5,5 miljoen <strong>krant</strong>en verspreid. Daar<strong>van</strong><br />
zijn ruim honderdduizend <strong>krant</strong>en ‘<strong>van</strong> christelijke huize’: Friesch Dagblad, Reformatorisch<br />
Dagblad en Nederlands Dagblad. Wie Trouw meerekent - hoewel<br />
die <strong>krant</strong> zich niet meer christelijk wil noemen - komt uit op ongeveer tweehonderdduizend<br />
<strong>krant</strong>en. (Op de site <strong>van</strong> het Friesch Dagblad wordt dezer dagen<br />
meegedeeld dat de <strong>krant</strong> zich aan het vernieuwen is. Kernwoorden daarbij zijn:<br />
regionieuws, goede journalistiek en verjonging <strong>van</strong> de inhoud. <strong>De</strong> <strong>krant</strong> noemt zich<br />
‘een regionale <strong>krant</strong> bij uitstek, zonder kneuterigheid en klein denken’.)<br />
Het Friesch Dagblad is al lang niet meer het ‘griffermearde <strong>krant</strong>sje’, stelt<br />
Kooistra in het artikel vast. ‘Te meer voelt de <strong>krant</strong> zich verbonden met iedereen<br />
die leeft op de ondergrond <strong>van</strong> de christelijke traditie en met degenen die zich verwant<br />
voelen aan de waarden die voortkomen uit die traditie.’<br />
Het Friesch Dagblad, een kleine regionale <strong>krant</strong> met een duidelijke missie.<br />
<strong>De</strong> verzuiling mag dan, met uitzondering <strong>van</strong> dit stukje Fries medialandschap, voltooid<br />
verleden tijd zijn, de <strong>krant</strong> <strong>van</strong> Lútsen Kooistra laat zes dagen in de week zien<br />
dat fuseren en dus groter groeien niet per se noodzakelijk behoeft te zijn.<br />
16
Journalisten zijn teveel met zichzelf bezig<br />
Verrassend actueel is ook <strong>van</strong>daag nog de inhoud <strong>van</strong> hetgeen maar liefst<br />
drie oud-hoofdredacteuren <strong>van</strong> Fredrik Sijthoffs Haagsche Couran te berde<br />
brachten over <strong>krant</strong>, journalistiek en journalisten. Neem de speech waarmee Rob<br />
Soetenhorst in 1994 afscheid nam als hoofdredacteur <strong>van</strong> de Haagsche Courant.<br />
Hij citeerde o.a. Howard Kurz, perscriticus <strong>van</strong> The Washington Post. In zijn boek<br />
Media Circus stelde Kurz dat journalisten veel te vaak herkauwen, of het nu<br />
over de recessie gaat of het vredesproces in het Midden-Oosten. ‘Ze zijn geworden<br />
tot verpakkers <strong>van</strong> het bureaucratisch nieuws. Soetenhorst hield zijn<br />
gehoor voordat journalisten <strong>van</strong> gedrukte media als enigen orde kunnen scheppen<br />
in de chaos <strong>van</strong> de dagelijkse werkelijkheid. Uitleg geven. Ze zijn de enig overgebleven<br />
nieuwsdelvers als het er op aankomt te laten weten, wat de regering en<br />
het zakenleven het publiek liever niet willen laten weten.’<br />
Maar, zo voegde Soetenhorst er aan toe, dan moeten journalisten wel hun<br />
best doen, zoeken naar eigen invalshoeken <strong>van</strong> het nieuws. ‘Geen papegaaiencircuit<br />
vormen en met grote vasthoudendheid uit onze bronnen putten, geruchten<br />
scheiden <strong>van</strong> feiten en boven alles nieuwsgierig blijven. <strong>De</strong> kloof tussen <strong>krant</strong>en<br />
en lezers ontstond al in de jaren tachtig, omdat journalisten teveel met zichzelf<br />
bezig zijn, te weinig op zoek naar nieuws dat de lezer raakt, omdat het zijn portemonnee<br />
raakt, of zijn gevoel <strong>van</strong> veiligheid.’<br />
17
Kranten moeten eigen kracht uitbuiten<br />
Ook naar de overtuiging <strong>van</strong> Jan Schinkelshoek, Tweedekamerlid en opvolger<br />
<strong>van</strong> Soetenhorst als hoofdredacteur Haagsche Courant, is de <strong>krant</strong> bepaald<br />
nog niet rijp voor het museum. In een recent opiniestuk schrijft hij dat de <strong>krant</strong> toekomst<br />
heeft als de eigen kracht wordt uitgebuit, als de concurrentieslag op vertrouwd<br />
terrein wordt aangebonden. Het dagblad is een baken temidden <strong>van</strong> de<br />
ontstellende, om<strong>van</strong>grijke en nog steeds aanzwellende stroom aan informatie die<br />
lezers, luisteraars en kijkers dag in dag uit te verwerken krijgen. Voor mensen is<br />
nieuws, zo weet ook Schinkelshoek, pas nieuws als het in de <strong>krant</strong> heeft gestaan.<br />
<strong>De</strong> <strong>krant</strong> is nodig om het nieuws na te lezen, te doorgronden en een plaats<br />
te geven. Nieuws is volgens de oud-hoofdredacteur dat wat mensen bezig houdt.<br />
‘Wat onder mensen leeft, wat mensen onderling bespreken, wat mensen een<br />
zorg is. Aan dat nieuws, het echte nieuws schort het, aldus Schinkelshoek. ‘Kranten<br />
zijn al te vaak voorspelbaar, volgzaam, plichtmatig, weinig opwindend, nauwelijks<br />
baanbrekend, laat staan provocerend of controversieel. Mensen worden<br />
te weinig geraakt door wat in de <strong>krant</strong> staat. Wat mensen echt bezighoudt - inkomen,<br />
werk, huisvesting, onderwijs, criminaliteit, verkeer, gezondheid, milieu -<br />
krijgt in de <strong>krant</strong> dikwijls iets afstandelijks, iets onherkenbaars, verpakt in taal <strong>van</strong><br />
het stadhuis. Opgediept uit rapporten en studies, niet levend op straat, in het café,<br />
op de werkplek. ‘<br />
18
Krant is nog steeds te institutioneel<br />
Ook Peter ter Horst, opvolger <strong>van</strong> Jan Schinkelshoek als hoofdredacteur<br />
<strong>van</strong> de Haagsche Courant, nu baas bij Intermediair, constateerde in ‘Een <strong>krant</strong><br />
die durft te kiezen’ (2004) dat de <strong>krant</strong> nog steeds te institutioneel is. ‘Dat is deels<br />
onvermijdelijk, want instituties (gemeenteraad, Tweede Kamer, adviesorganen,<br />
wetenschap) genereren nieuws. Maar wat voor nieuws eigenlijk? Een plan <strong>van</strong> B.<br />
en W. is voor de lezer alleen de moeite waard, als hij weet dat de inhoud hem raakt.<br />
Wat komt er terecht <strong>van</strong> beleidsvoornemens die wij bestuurders in onze kolommen<br />
in de <strong>krant</strong> laten aankondigen?<br />
In de ogen <strong>van</strong> Ter Horst behoort het belangrijkste onderdeel <strong>van</strong> een<br />
<strong>krant</strong>enorganisatie het menselijk kapitaal te zijn. ‘Zonder goede journalisten is<br />
geen goede <strong>krant</strong> te maken. Ook geldt: hoe beter de journalisten, hoe kwalitatief<br />
hoogwaardiger de <strong>krant</strong> kan zijn.’<br />
Hij noemt vijf vragen die iedere redacteur zich zou moeten stellen als hij een<br />
stuk schrijft of een pagina samenstelt:<br />
1 Hebben we voldoende eigen nieuws over onze stad of regio?<br />
2 Hebben we de menselijke invalshoek gebruikt?<br />
3 Is dit verhaal nuttig voor de lezer?<br />
4 Zijn we eigentijds. Gevoelig voor de tijdgeest, voor trends? Spreken we<br />
jongere lezers met onze artikelen aan?<br />
5 Zijn we een family-<strong>krant</strong>, interessant voor gezinnen met kinderen?<br />
19
Het nieuws ligt nog steeds op straat<br />
Eenzelfde geluid laat journalist Marc de Koninck juni 2005 horen in vakblad<br />
<strong>De</strong> Journalist. Hij herinnert zijn collega’s er fijntjes aan dat het nieuws nog<br />
steeds op straat ligt. Kranten hadden dat jaar al te maken met dalende oplagen<br />
en teruglopende advertentie-inkomsten. Dat <strong>krant</strong>en het toen reeds slecht deden<br />
noemde <strong>De</strong> Koninck in het artikel een eufemisme. Niet de <strong>krant</strong> doet het<br />
slecht, journalisten doen het slecht.<br />
<strong>De</strong> Koninck waarschuwt dat journalisten vlijtig werken aan de afbraak <strong>van</strong><br />
<strong>krant</strong> en métier zolang zij hun werk baseren op twee noodlottige misverstanden.<br />
• Wij denken dat de trage <strong>krant</strong> zich bezig moet houden met hetzelfde<br />
nieuws (inclusief achtergronden, etc.) als waarmee de snelle media zich<br />
bezighouden.<br />
• Met alle media blijven wij vals (geagendeerd, institutioneel) nieuws aan<br />
zien voor echt.<br />
Maar het nieuws ligt nog steeds op straat. Op de vraag ‘Waarom blijven journalisten<br />
dan toch hangen boven en turen in die smoglaag <strong>van</strong> overheden en instituten<br />
die alle zicht op het ware leven beneemt?’ geeft antwoordt hij: ‘Omdat we<br />
niet definiëren wat de straat journalistiek betekent en wat nieuws voor een papieren<br />
<strong>krant</strong> is.’<br />
<strong>De</strong> straat is, aldus <strong>De</strong> Koninck, een metafoor: de straat is alles wat en iedereen<br />
die in het volle leven deel uitmaakt <strong>van</strong> een nieuwe ontwikkeling. Een dagbladjournalist<br />
met toekomst registreert altijd overal - thuis, in een wijk, op een<br />
feestje, in het ziekenhuis, op zijn werk, kortom: ‘op straat’ - wat er anders is dan<br />
voorheen. Hij nieuwsanalyseert de geluiden en de beelden om hem heen. Die vullen<br />
zijn journalistieke agenda. Een geluid is toeval. Twee soortgelijke geluiden vormen<br />
een vermoeden. Elk nieuwsverhaal begint met een vermoeden.<br />
<strong>De</strong> straat zal de <strong>krant</strong> pas weer lezen als de <strong>krant</strong> de straat leest, zo betoogt<br />
<strong>De</strong> Koninck. Journalisten die een levensvatbaar dagblad willen maken moeten in<br />
zijn ogen de volgende drastische maatregelen nemen:<br />
20<br />
• de institutionele agenda afschaffen. <strong>De</strong> straat is onze enige bron; alleen<br />
op vertoon <strong>van</strong> een voorstel voor een waarachtig nieuwsverhaal <strong>van</strong> de<br />
straat krijgt een redacteur toegang tot de redactie.
• Schaf alle gespecialiseerde portefeuilles af, inclusief parlementaire en<br />
gemeenteraadsverslaggeving; bezie vervolgens per op-straat-vertrokken<br />
verhaal of daarvoor een instituut (b.v. commentaar <strong>van</strong> politici,<br />
data <strong>van</strong> de overheid) nodig is.<br />
• Halveer het aantal nieuwspagina’s. Een echt nieuwsverhaal is meer<br />
waard dan tien valse.<br />
• <strong>De</strong>el de redactie op in dure journalisten en goedkope serviceredacteuren;<br />
de eersten doen het echte journalistieke straatwerk, de laatsten<br />
voeg en praktisch nut toe en maken die paar traditionele eendimensio<br />
nale berichten die onverhoopt niet uit de <strong>krant</strong> te houden zijn.<br />
• Herschool de redactie.<br />
Zó rigoureus zal het volgens <strong>De</strong> Koninck moeten. Het is volgens hem de<br />
enige manier om te keren wat we razendsnel zien naderen: het einde <strong>van</strong> de papieren<br />
<strong>krant</strong>, dat verrukkelijk fysieke medium, en <strong>van</strong> het vak dat zoveel boeiender<br />
is dan wat nu beoefend wordt: de dagbladjournalistiek.<br />
21
Show, don’t tell!<br />
<strong>De</strong> Koninck is tegenwoordig journalistiek coach. Eerder was hij correspondent<br />
in <strong>De</strong>n Haag, Brussel en Washington voor de NVU–dagbladen en plaatsver<strong>van</strong>gend<br />
hoofdredacteur <strong>van</strong> <strong>De</strong> Gelderlander. In opdracht <strong>van</strong> die <strong>krant</strong> en<br />
<strong>van</strong> het AD begeleidde hij de afgelopen jaren honderden dagbladredacteuren<br />
door middel <strong>van</strong> één-op-één-sessies bij hun ambachtelijke – schijftechnische<br />
en/of journalistieke – vaardigheden. In een artikel in <strong>De</strong> Journalist <strong>van</strong>14 januari<br />
2009 stelt <strong>De</strong> Koninck dat algehele schrijfambachtelijke kwaliteitscriteria ter redactie<br />
ontbreken. <strong>De</strong> geldende stijlboeken beperken zich vooral tot spelling.<br />
Journalisten hebben volgens hem ook nooit echt geleerd om goed te schrijven.<br />
<strong>De</strong>genen die het kunnen, kunnen het <strong>van</strong> nature en beseffen veelal niet waarom<br />
ze wat goed doen. Ze weten niet dat ze gewoon de regels volgen die voor goed<br />
schrijven bestaan, die in elke taal dezelfde zijn en die in Nederland – in tegenstelling<br />
tot in veel andere landen – nauwelijks worden onderwezen.<br />
In bij voorbeeld de Verenigde Staten, waar <strong>De</strong> Koninck vele jaren werkte,<br />
hebben schrijvers – of dat nu romanciers, journalisten, dichters of rapportenmakers<br />
zijn – tal <strong>van</strong> regels onafgebroken in het voorhoofd. Hij noemt de belangrijkste:<br />
• Go in fear of abstractions!<br />
• Show, don’t tell!<br />
• Elk bijwoord/bijvoeglijk naamwoord is een nederlaag<br />
• You never get a second chance to get a first impression<br />
• Kill your darlings<br />
• Komen alle vijf de zintuigen aan bod?<br />
<strong>De</strong> Koninck: Zulke wetten komen dikwijls ter tafel in mijn gesprekken met<br />
de collega’s, die dan enkele dagen tevoren mij hun twaalf meest recente verhalen<br />
– alle genres mogen – als platte Word-tekst hebben gemaild. Dat werk krijgt<br />
talrijke rode strepen, vraagtekens en krabbels in de kantlijn.<br />
22<br />
<strong>De</strong> drie belangrijkste maatstaven die journalistiek coach <strong>De</strong> Koninck daarbij<br />
hanteert zijn simpel:<br />
• Snap ik wat er staat?<br />
• Vind ik de informatie compleet?<br />
• Ben ik geboeid tot de laatste punt? (Taal– en tikfouten zijn te banaal om
er onze tijd mee te verdoen. Als de redacteur daar een handje <strong>van</strong> heeft, dan had<br />
hij al lang ontslagen moeten zijn).<br />
Als enig antwoord ‘nee’ is op bovenstaande vragen, doet de schrijver volgens<br />
<strong>De</strong> Koninck iets fout. Samen met de schrijver onderzoekt de coach vervolgens<br />
waar het hem in zit. In het schrijvend of in het journalistieke vermogen?<br />
‘Zien we een incidenteel dan wel een structureel euvel? Zijn er rules of writing geschonden?<br />
Of is het verhaal zo pover geschreven omdat het een zwak journalistiek<br />
resultaat probeert te verdoezelen?’<br />
23
Ruitenwissers helpen niet tegen mist<br />
Als stafdocent Journalistiek <strong>van</strong> Fontys Hogeschool Journalistiek (<strong>van</strong><br />
1982–2000) heb ik studenten die journalist bij een dagblad wilde worden altijd<br />
voorgehouden dat ze moesten beseffen dat ruitenwissers niet helpen tegen mist.<br />
In een maatschappij die met het jaar complexer wordt zijn journalisten nodig<br />
die, met potlood en papier, de massale nonsens om ons heen doorlichten en<br />
doorprikken. Vertel burgers wat er rond hen en met hen gebeurt!<br />
Ik mocht ook graag de Tsjechische cultuurcriticus Kraus citeren. Is de journalist<br />
de straatveger <strong>van</strong> de feitenwereld, vroeg Kraus zich af. Of is hij, zoals Harold<br />
E<strong>van</strong>s, oud-hoofdredacteur <strong>van</strong> de Sunday Times en <strong>van</strong> The Times ooit zei:<br />
de voetknecht <strong>van</strong> de democratie? Beide, vond ik toen en nu nog steeds.<br />
Ton Neelissen, die in 1994 afscheid nam <strong>van</strong> (toen nog) de Academie voor<br />
Journalistiek, stelde in zijn in druk verschenen college Schuivende betekenissen<br />
dat door de opkomst <strong>van</strong> internet en andere nieuwe media de nieuwsjournalistiek<br />
verschuift naar onderzoeksjournalistiek, analyse, reflectie en opinie. ‘Daarin kan<br />
ze haar kwaliteit tonen. Kwantitatief blijft het primaat weliswaar bij de incidenten.<br />
Hun dagwaarde blijft nieuwsgierigheid bevredigen. Maar <strong>van</strong>uit haar eigen empirie<br />
zoekt de <strong>krant</strong> meer naar tijdsbeeld en duiding. Welk nieuws heeft signaalfunctie?<br />
Waar staat het voor, in welke kaders doet het zich voor en zijn er samenhangen<br />
met andere kaders. <strong>De</strong> <strong>krant</strong> is de tastende gids geworden op zoek<br />
naar thema’s, ze biedt de lezers als in een staalkaart een overzicht. Wat die lezer<br />
er aan inzicht aan overhoudt is zijn zaak. Hij krijgt opinies uit de voorhoede,<br />
maar blijft zelf uitmaken hoe hij wil omgaan met al die toetsbare partijdigheden.<br />
<strong>De</strong> <strong>krant</strong> is, aldus Neelissen in zijn afscheidscollege, de breedste horizon op de<br />
kleinste plek. ‘<strong>De</strong> complexiteit bijeengedreven.’<br />
24
Investeer in deskundigheid journalisten<br />
Warna Oosterbaan (NRC Handelsblad) en Hans Wansink (de Volks<strong>krant</strong>)<br />
pleiten in hun recent verschenen boek <strong>De</strong> <strong>krant</strong> moet kiezen voor handhaving <strong>van</strong><br />
de klassieke functies <strong>van</strong> de journalistiek. Ze doen dat aan de hand <strong>van</strong> zeven aanbevelingen.<br />
Hun voorlaatste tip is meer een hartenkreet, maar spreekt mij het<br />
meest aan: een <strong>krant</strong>entitel maakt bij voorkeur deel uit <strong>van</strong> een gezond concern<br />
met hart voor <strong>krant</strong>entitels.<br />
<strong>De</strong> ondertitel <strong>van</strong> hun boek luidt: ‘<strong>De</strong> toekomst <strong>van</strong> de kwaliteitsjournalistiek’.<br />
Ook daarover doen ze enkele aanbevelingen. Zo stellen ze onder meer dat<br />
de journalistieke missie journalisten vereist die zelfbewust, geëngageerd, onafhankelijk<br />
en ter zake kundig zijn. Ze mogen niet bezwijken onder de druk <strong>van</strong> de<br />
omstandigheden. <strong>De</strong> redacties <strong>van</strong> kwaliteits<strong>krant</strong>en moeten centres of excellence<br />
vormen, specialisten in het Grote Nieuws, in de achtergronden en de interpretatie<br />
daar<strong>van</strong>. Het moet de ambitie <strong>van</strong> kwaliteits<strong>krant</strong>en zijn een net <strong>van</strong><br />
buitenlandse correspondenten in stand te houden en volwaardige deelredacties<br />
op het gebied <strong>van</strong> cultuur, economie en politiek. Kranten moeten, menen Oosterbaan<br />
en Wansink, om die reden voortdurend investeren in de deskundigheid<br />
en het talent <strong>van</strong> hun redacties. ‘Dat is noodzakelijk om de steeds complexer wordende<br />
wereld te kunnen volgen en vooral: om die te kunnen verhelderen.’<br />
Over het succes tot nu toe <strong>van</strong> NRC Next zeggen Oosterbaan en Wansink:<br />
Het is het enige zinvolle antwoord op de <strong>krant</strong>encrisis. <strong>De</strong> bedenkers en makers<br />
zijn geslaagd in een bewuste poging de traditionele journalistieke aanbodfilosofie<br />
– wij weten wat u moet weten - in een nieuwe vorm te gieten: met een eigen<br />
journalistiek profiel, brutaal, een tikje ironisch, duidelijk gericht op een jong en<br />
hoog opgeleid publiek.<br />
Dat de kwaliteits<strong>krant</strong>en in een moeilijke markt zitten behoeft ook volgens<br />
Oosterbaan en Wansink geen betoog. ‘Maar dat betekent niet dat de serieuze<br />
dagbladjournalistiek geen toekomst heeft.’ Integendeel, zo beweren beide<br />
auteurs in hun boek, er zullen waarschijnlijk in Nederland altijd enkele honderdduizenden<br />
kritische, veeleisende, nieuwsgierige en goed opgeleide lezers<br />
zijn die bereid zijn te betalen voor <strong>krant</strong>en met een serieuze journalistieke missie.<br />
Ook in landen als Frankrijk, België en Engeland, waar de situatie voor serieuze<br />
<strong>krant</strong>en nog een stuk moeilijker is, blijven de redacties geloven in de toekomst <strong>van</strong><br />
de serieuze dagbladjournalistiek.’<br />
25
Leer jongeren nieuwswijsheid aan<br />
Wim <strong>van</strong> der Oest, conceptbedenker en Roland Pelle, bedenker en uitgever<br />
<strong>van</strong> jongeren<strong>krant</strong> Kidsweek, stellen in de Volks<strong>krant</strong>-bijlage Het Betoog<br />
<strong>van</strong>10 januari 2009 dat het tijd is voor een gedegen offensief <strong>van</strong>uit de media om<br />
jonge lezers ‘nieuwswijsheid’ aan te leren. Ze bepleiten een campagne die jongeren<br />
de ogen kan openen voor wat er echt gebeurt in de wereld. Een benadering<br />
die jongeren kan leren hoe ze zin en onzin <strong>van</strong> elkaar kunnen scheiden.<br />
<strong>De</strong> campagne zou naar hun mening gevoerd moeten worden door iedereen<br />
die belang hecht aan onafhankelijke journalistiek, die de democratie een<br />
warm hart toedraagt en die wil dat onze kinderen en jongeren goed geïnformeerde<br />
wereldburgers worden. Zij zien in eerste instantie dat de taak om dat te<br />
doen bij de media zelf ligt. Maar ook ouders, leerkrachten en overheid zouden<br />
zich erachter moeten scharen en meewerken aan de verbreiding <strong>van</strong> de kennis<br />
over nieuws. ‘Nieuwswijsheid’ is volgens Van der Oest en Pelle hét onderwerp voor<br />
de komende jaren.<br />
26
<strong>De</strong> <strong>krant</strong> heeft creatieve journalisten nodig<br />
Wat de Krant <strong>van</strong> Morgen ook nodig heeft: creatieve journalisten. Maar wat<br />
is creativiteit precies als we het over journalistiek hebben? Taalkundige W.Verlaeckt<br />
schreef er een boekje over: ‘Creativiteit in Schrijven’ . Daarin onderscheidt<br />
hij vier terreinen <strong>van</strong> creatief gedrag die direct met schrijven te maken hebben:<br />
• Intellectuele creativiteit: het vermogen om ideeën te produceren die tegelijk<br />
nieuw (origineel) en waardevol zijn;<br />
• Artistieke creativiteit die uit emotionele ervaringsbronnen put en afhankelijk<br />
is <strong>van</strong> expressieve vrijheid;<br />
• Linguïstische creativiteit: het vermogen ook de taal op een originele en<br />
betekenisvolle manier te gebruiken. Concreter: het vermogen om los te komen<br />
<strong>van</strong> clichés, gemeenplaatsen en in taal vastgestelde stereotypen en vooroordelen,<br />
het vermogen om in te gaan tegen de verstarring en de verloedering <strong>van</strong> de<br />
taal;<br />
• Existentiële creativiteit, het vermogen <strong>van</strong> het individu om zichzelf te<br />
actualiseren, d.w.z. om het potentieel aan mogelijkheden waarover hij beschikt<br />
tot ontwikkeling te brengen.<br />
Dan is er ook nog zoiets als empirische creativiteit. Dat is, zou je kunnen zeggen,<br />
de humuslaag <strong>van</strong> ervaringen die als compost het zintuig voedt <strong>van</strong> wat wel<br />
en wat er niet voor de <strong>krant</strong> toe doet.<br />
Dat brengt ons op de vraag: wat is creativiteit als je de naar de journalistiek kijkt?<br />
Dat is de kunst <strong>van</strong> het doorbreken <strong>van</strong> geijkte patronen, gewoontes en zekerheden.<br />
Creatieve journalisten moeten verbanden leren herkennen die <strong>van</strong>uit<br />
een niet-aangeleerd denken gezien worden, die door de achterdeur binnenkomen<br />
terwijl ze aan de voordeur verwacht worden. Alleen dan zullen ze in staat<br />
blijken iets nieuws te creëren, iets dat nuttig en verrassend is voor de lezers. Alleen<br />
dan zullen ze erin slagen nieuwe mogelijkheden te vinden om een <strong>krant</strong> te<br />
maken die ertoe doet, een <strong>krant</strong> die een nuttigheidsfunctie heeft, een <strong>krant</strong> die<br />
weet te boeien en dus de lezer weet vast te houden. Omdat ze beseffen, zoals gezegd,<br />
dat ruitenwissers niet helpen tegen mist.<br />
27
Dat mede–uitgever <strong>van</strong> de Haagsche Courant tot 1983 Fredrik Sijthoff zich<br />
nog steeds betrokken voelt bij het lot <strong>van</strong> ‘zijn’ Haagsche Courant blijkt duidelijk<br />
uit de brief die hij op 10 mei 2007 aan mr. David Montgomery schrijft, Chairman<br />
<strong>van</strong> de Mecom Group in Londen. Hier volgen de belangrijkste passages uit die<br />
brief:<br />
<strong>De</strong>ar mr. Montgomery,<br />
‘Before I will introduce myself and will tell you about my life story in publishing<br />
newspapers around The Hague, first of all I want to welcome you in the<br />
Dutch newspaper world and wish you all success and satisfaction with your<br />
planned take over of the publishing house of Royal Wegener, that has such a<br />
dominant position in regional newspapers and still has big influence in publishing<br />
in the province of South Holland, consisting in the Hague (Haagsche<br />
Courant), Rotterdam (Rotterdams Dagblad) and adjacent in Utrecht (Utrechts<br />
Nieuwsblad).<br />
I would characterise the area as a very industrialised, high developed<br />
agriculture and high percentage officials, national, regional and local: a fine<br />
newspaper market.’<br />
In enkele tussenalinea’s schetst Sijthoff de tijd dat zijn Haagsche Courant<br />
120.000 abonnees telde, op vele weekdagen een advertentiebezetting tot 60<br />
procent haalde en 600 mensen in dienst had.<br />
Daarna vervolgt hij:<br />
‘‘Then depression years hit the company. How to reorganise and cutting<br />
costs, how to reduce the staff and workforce, were an unknown feature in our<br />
family business. Changes came too late and losses hit the company, A joint venture<br />
with Wegener was advised and regional identity for the Haagsche<br />
Courant was guaranteed. Wegener seemed to be a company with a broad base<br />
with many profit centers in publishing and marketing.’<br />
28<br />
‘Unfortunately as Wegener expanded too fast and was forced to start an<br />
new venture with PCM to merge their Haagsche Courant, Goudsche<br />
Courant, Utrechts Nieuwsblad and Amersfoortse Courant with PCM’s Algemeen<br />
Dagblad, Rotterdams Dagblad, <strong>De</strong> Dordtenaar en Rijn en Gouwe. In this<br />
complicated hurried operation newspapers went to tabloid and a new formula<br />
was introduced in which the local atmosphere <strong>van</strong>ished in the national AD paper.’
‘’The flamboyant AD style of news handling and selection seemed not to<br />
match the regional public. Local staffs were reduced to a minimum. The business<br />
departments have been centralized in Rotterdam, local advertising was<br />
reduced to a minimum – a small local editorial staff had to keep up local identity.<br />
A lot of readers did not have the feeling any longer that their newspaper<br />
delivered an essential connection with their community and way of living.’<br />
‘Finally Mr. Montgomery, I want to share with you my trust as we see in<br />
trade papers. Success is possible if the local paper knows how to reflect the<br />
need for news, which will influence the thinking of the public. Such a paper will<br />
reflect human interest and is part of a democratic society. I hope you are, with<br />
your international experience, able to build this success also in this important<br />
and fascinating part of the Netherlands.’<br />
‘ In am sure, Mr. Montgomery, you wonder why such a long introduction<br />
about the history of the publication in this region might help you to evaluate the<br />
market. As an important shareholder you have the unique opportunity to influence<br />
future developments.’<br />
‘Still at my age (I am at present 85 years) newspaper publishing is a part<br />
in my daily discussions. With many thanks for your attention, and best wishes for<br />
the development of your company in this area.’<br />
Yours sincerely ,<br />
Fredrik W.Sijthoff<br />
Op 13 juni 2007 antwoordt David Montgomery.<br />
<strong>De</strong>ar mr. Sijthoff<br />
‘‘Thank you for your informative letter. It is not often that I am presented<br />
with an oversight of the newspaper industry in a particular region that goes<br />
back more than one hundred years. I am sure the whole community is indebted<br />
to your family’s contribution to these titles because through good times and<br />
bad the newspapers have sustained society and protect democracy.<br />
Of course, I am aware of the structural changes to the titles that you and<br />
your family cherished. It may not be possible to turn the clock back but I assure<br />
you that the most important characteristic of the papers is how close they are<br />
to their community.<br />
29
As Mecom continues to work with Wegener we will attempt to further<br />
nurture this relationship with your community through the papers. It is<br />
Mecom’s philosophy to entrust the management and editing of newspapers to<br />
local people with a real stake in the society in which they live and work.<br />
In these challenging and competitive times our strength is to serve readers<br />
and advertisers with enhanced quality both in terms of content and reliability<br />
and these days on-line as well in print .<br />
I hope that Mecom can live up to the fine tradition that your titles created<br />
over generations. Long may you and your wife and son continue to make a contribution<br />
to the industry in your different ways.<br />
Thank you again for your letter and I know that you will be supporting our<br />
progress.’<br />
Best wishes<br />
David Montgomery.<br />
30
Maak <strong>van</strong> de Newspaper weer een echte Usepaper<br />
Wat er dit jaar met AD Haagsche Courant, een regionale editie <strong>van</strong> AD<br />
Nieuws Media, gaat gebeuren is op het moment dat dit geschrift tot stand komt<br />
nog onbekend. <strong>De</strong> gesprekken tussen de eigenaren <strong>van</strong> AD NieuwsMedia (63<br />
procent PCM, 37 procent Wegener) en een <strong>van</strong> de potentiële kopers, de Belgische<br />
Persgroep, zitten in een beslissende fase. Mocht de Persgroep de nieuwe<br />
eigenaar worden dan is het te hopen dat Van Thillo erin zal slagen <strong>van</strong> de Haagsche<br />
Courant weer een echte stads<strong>krant</strong> te maken, de Krant <strong>van</strong> Morgen. Een<br />
soortgelijke hoop koesteren de lezers in Rotterdam en Utrecht. In Amsterdam<br />
lukte het <strong>De</strong> Persgroep met Het Parool. Het kan dus!<br />
Fredrik W.Sijthoff hoopt in ieder geval, wie straks ook de scepter over zijn<br />
vroegere <strong>krant</strong> moge zwaaien, dat de <strong>krant</strong> die hoofdredacties en journalisten<br />
<strong>morgen</strong> maken vooral haar nuttigheidsfunctie terugkrijgt en dankzij een vernieuwd<br />
en creatief elan de noodzakelijke band met haar lezers weer inhoud<br />
weet te geven.<br />
Ik onderschrijf zijn cri de coeur <strong>van</strong> harte: Maak <strong>van</strong> de newspaper weer een<br />
echte usepaper: een <strong>krant</strong> waar de lezer minder snel omheen kan, bij voorkeur<br />
in het geheel niet.<br />
31
<strong>De</strong>ze uitgave kwam tot stand op initiatief <strong>van</strong> Fredrik W. Sijthoff<br />
(1921–2009), directeur <strong>van</strong> Sijthoff Pers en uitgever <strong>van</strong> o.a. de<br />
Haagse Courant.<br />
© 2009 Kees Haak<br />
Omslagtekening: Theo Gootjes<br />
Typografie rudo Hartman Druk <strong>De</strong> Buitenkant<br />
ISBN/EAN 978-90-813955-1-9<br />
Sigrid dit is de allerlaatste pagina .<br />
<strong>De</strong> kop <strong>van</strong> Gebruikte bronnen heb ik Geraadpleegde<br />
bronnen <strong>van</strong> gemaakt. Het<br />
werd mij teveel een ʻkringloop aangelegenheidʼ<br />
.<br />
32
Tekst achterkant boekje:<br />
Bestaat er <strong>morgen</strong> nog een geschreven en gedrukte <strong>krant</strong>?<br />
‘Ja’, oordeelt Kees Haak, journalist, schrijver en samensteller <strong>van</strong> <strong>De</strong> Krant<br />
<strong>van</strong> Morgen. Haak werkte achtereenvolgens bij Het Vrije Volk, Haagsche Courant<br />
en Economisch Dagblad, was stafdocent journalistiek Fontys Hogeschool<br />
Journalistiek en ombudsman bij het Rotterdams Dagblad. Hij is er<strong>van</strong> overtuigd<br />
dat de <strong>krant</strong> toekomst heeft, in weerwil <strong>van</strong> alle doemdenkers.<br />
<strong>De</strong> <strong>krant</strong> <strong>van</strong> <strong>morgen</strong> valt ook <strong>morgen</strong> gewoon in de bus. Volgens Haak zal<br />
dat een compacte kwaliteits<strong>krant</strong> zijn, al dan niet gratis. Zoals courantier Fredrik<br />
Sijthoff (1921-2009), directeur <strong>van</strong> Sijthoff Pers en tot 1983 mede-uitgever <strong>van</strong><br />
de Haagsche Courant, in zijn voorwoord schrijft: ‘Juist in deze tijd is het dagblad<br />
<strong>van</strong> onmisbare waarde.’ Mede daarom is het te hopen dat Rotterdam, <strong>De</strong>n Haag<br />
en Utrecht weer een echte stads<strong>krant</strong> krijgen. <strong>De</strong>mocratie, samenhang en burgerschap<br />
hebben er recht op.<br />
33