VAG 5000 Floor.pdf - Installatiebedrijf Klok

Itho bv
Business Unit van der Beyl
Adm. de Ruyterstraat 2
3115 HB Schiedam
Postbus 21
3100 AA Schiedam
T (010) 427 85 00
F (010) 427 89 99
E info@itho.nl
I www.itho.nl
wijzigingen voorbehouden
cen.inst.1056.02/11-2004
Installatiehandleiding
VAG5000-Floor
Weersafhankelijke ketel- en
vloerverwarmingsregelaar
Installateur

Gebruikte symbolen
In dit document wordt het volgende
symbool gebruikt:
Gevaar door elektrische spanning
Gebruikte regelaars en het milieu
Deponeer de regelaar, aan het eind
van zijn levensduur, niet bij het
bedrijfsafval of het huisvuil,
maar lever deze in bij een
verzamelpunt voor KCA
(Klein Chemisch Afval).
2
Inhoudsopgave
1 Inleiding 4
1.1 Waar bestaat de VAG5000-Floor set uit? 4
1.2 Wat regelt de VAG5000-Floor? 4
1.3 Hydraulisch schema 4
2 Aansluiten VAG5000 5
2.1 Plaats van de afstandsbediening 5
2.2 Montage afstandsbediening 5
2.3 Plaats van de voedingseenheid 6
2.4 Montage voedingseenheid 6
2.5 Aansluiten van de afstandsbediening en voedingseenheid 7
2.6 Elektrisch aansluitschema 7
2.7 Monteren retouropnemer 8
3 Uitlezing display bij gesloten venster 9
4 Uitleg bediening bij gesloten venster 10
4.1 Programma keuze 10
4.2 Tijdelijk aanpassen ruimte temperatuur 11
4.3 Overwerk en blokkering van de bediening 11
4.4 Vakantie activeren 12
4.5 Tijdelijk onderbreken automatisch vakantieprogramma 12
4.6 Uitzonderingsdag activeren 13
4.7 Stookgrens 13
5 Uitleg bediening bij geopend venster 14
6 Instellingen en uitleg gebruikersniveau 15
6.1 Instellen actuele datum 15
6.2 Instellen actuele tijd 16
6.3 Temperatuur en status opvragen 17
6.4 Tijdelijk uitschakelen ruimtetemperatuur invloed 17
6.5 Instellen klokprogramma 18
6.6 Instellen uitzonderingsdag 19
6.7 Instellen gewenste temperatuur 20
6.8 Instellen automatisch vakantieprogramma 21
Inhoudsopgave
7 Uitleg instellingen 22
8 Specialistische instellingen 28
9 Weerstandtabel temperatuuropnemers 31
10 Praktische tips 32
11 Technische specificaties 34
Aantekeningen 35
3

1.1
Waar bestaat de VAG5000-Floor set uit?
De VAG5000-Floor bestaat uit:
- voedingseenheid VS5541-Floor
- afstandbediening SR5841-VAG5000
- buitentemperatuuropnemer ZAF500
- CV aanvoertemperatuuropnemer
ZVF210
- vloer aanvoertemperatuuropnemer
TO6-45
- vloer retourtemperatuuropnemer
ZVF210 met beugel
- servomotor M7410A1001-CX
1.2
4
Watregelt de VAG5000-Floor?
De VAG5000-Floor regelt weersafhankelijk
één ketel aan/uit via een
potentiaalvrij contact, of modulerend
via het OpenTherm protocol.
Daarnaast wordt de vloerverwarming
met een eigen stooklijn weersafhankelijk
geregeld.
1.3 Hydraulisch schema b
Opmerking:
Bij toepassing van een OpenTerm
ketel, wordt de keteltemperatuur bij
de ketel opgevraagd. Opnemer TT3
vervalt dan.
Als de buitentemperatuur via de
OpenTherm ketel gemeten kan
worden, kan ook opnemer TT4
vervallen.
2.1
Plaats van de afstandsbediening
Het is van belang de afstandsbediening
op een goede plaats te monteren,
omdat deze ook de ruimtetemperatuur
meet. In het algemeen
geldt: montage op een tussenmuur op
circa 1,5m hoogte. Er dient een luchtcirculatie
langs de afstandsbediening
mogelijk te zijn.
2.2 Montage afstandsbediening b
98
91.3
56
kabel invoer
vooraanzicht zijaanzicht
106
geopend
1 4
56
60.4
91.3
montagevoet
nokje
bevestiging op montagevoet
4.2
90.4 96
30.4
zijaanzicht
gesloten
R95
5

2.3
Plaats de voedingseenheid dicht bij de
ketel, of dicht bij de vloerverwarmingsset,
zo dat de bekabeling zo kort mogelijk is.
2.4
De voedingseenheid wordt bevestigd
met drie schroeven. Voor het positioneren
van de boorgaten kan gebruik
worden gemaakt van de kartonnen
boormal. De mal is geprint op de
binnenzijde van de doos.
Plaats eerst de schroef voor ophanging
B (laat de schroef circa 4mm uitsteken)
en hang de voedingseenheid hier aan
op. Hang de voedingseenheid recht en
schroef deze vast. (2 x schroef in
bevestiging C).
De regeltechniek van de voedingseenheid
kan vervangen worden zonder
dat de bekabeling losgenomen hoeft
te worden. De klemmenafdekkap dient
gemonteerd te zijn. Plaats een
schroevendraaier in de sleufgaten aan
de voorkant en druk deze voorzichtig
naar buiten. De bovenste helft van de
voedingseenheid komt nu los.
6
Plaats van de voedingseenheid
Montage voedingseenheid
B
C C
klemmen afdekkap
bovenste helft voedingseenheid
sleufgat
180.5
200
2
44.3
44.8
127.5 145
145
2.5
Aansluiten van de afstandsbediening en voedingseenheid
Handel als volgt:
- Sluit de opnemers, ketel,
afstandbediening en de vloerverwarmingsregelventiel
en -pomp
aan volgens het aansluitschema.
- Sluit het meegeleverde aansluitsnoer
aan.
- Bevestig op iedere kabel een trekontlasting
en controleer of deze
de kabel vastklemt.
- Plaats de klemmen afdekkap.
- Steek dan pas de stekker in het
stopcontact.
Opmerking:
Bij toepassing van een OpenTerm
ketel, wordt de keteltemperatuur bij
de ketel opgevraagd. Opnemer TT3
vervalt dan.
Als de buitentemperatuur via de
OpenTherm ketel gemeten kan
worden, kan ook opnemer TT4
vervallen.
2.6Elektrisch aansluitschema b
VS 5541 Floor
OpenTherm ketel
M+ 24 VAC
M- 24 VAC
0 VAC
22 23 24 25 26 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 20 21 31 32 43 44
Bruin
Groen
Wit
Servomotor vloer
24 VAC/3-punts
TT1 Vloer
aanvoeropnemer
TT2 Vloer retouropnemer
TT3 CV aanvoeropnemer
*
TT4 Buitenopnemer
Overwerktimer
aan/uit
ketel
B
B
1 4
(Draden verwisselbaar)
Ketel
of
3,15 A
U
L
N
N
Maximaal thermostaat
* Draadkleuren indien
Cenvax M7410A1001CX
wordt gemonteerd op
een “normally closed”
twee-weg ventiel.
De uitgang “ketel aan/uit” is potentiaalvrij, de spanning komt uit de ketel.
Dit kan een onveilige spanning zijn!
De uitgang vloerverwarmingspomp is een spanningsvoerende 230VAC uitgang!
De uitgang regelventiel is een spanningsvoerende 24VAC uitgang!
Pomp vloer
230 VAC
max 3 A
Voeding
230 VAC
7

2.7
Monteren retouropnemer
De retouropnemer dient op de retourverdeler
geplaatst te worden tussen
de voorlaatste en de laatste slang
(zie tekening).
Ketel
Retour
Aanvoer
Retouropnemer
m
Aanvoeropnemer
3
Uitlezing display bij gesloten venster
d=dag, c=dag verhoogd, e=nacht
Huidige dag:
1=maandag,
2=dinsdag enz.
programmakeuze
(zie 4.1)
tijdsbalk
(zie toelichting)
gesloten venster geopend venster
ketel aan
pomp vloerverwarming aan
Tijdsbalk
De tijdsbalk laat het ingestelde klokprogramma van de huidige dag zien.
verhoogde temperatuur
dagtemperatuur
nachttemperatuur
overwerk/dagverlenging
tapwater vrijgave ja/nee
ketel aan voor tapwater
tijdelijke
aanpassing
gewenste ruimtetemperatuur
(zie 4.2)
temperatuur van:
j =cv aanvoer
o =tapwater
L =ruimte
N =buiten
8 9
b1
tijdsblok 1
b2
tijdsblok 2
huidige tijd

4.1
10
Programmakeuze
houd het venster gesloten:
Programmakeuze
Met de linker draaiknop kan
het gewenste programma worden
geselecteerd.
Het pijltje links in het display geeft
aan in welk programma de regelaar
staat.
Voorbeeld:
1 de programmakeuze staat op
standaard klokprogramma C,
maar de regelaar dient in dagsituatie
te blijven.
2 kies d door te draaien aan
de linker knop.
1
standaard klokprogramma
constant dag
Uitleg symbolen linkerzijde bij gesloten venster
C Standaard klokprogramma Automatische omschakeling dag/nacht.
D Klokprogramma Klokprogramma voor slechts één dag.
Uitzonderingsdag Na afloop keert het programma
zie 4.6 automatisch terug naar het standaard
klokprogramma.
R Constant dag Geen klokprogramma, de regelaar
regelt op de ingestelde dagtemperatuur.
S Constant nacht Geen klokprogramma, de regelaar regelt
op de ingestelde nachttemperatuur.
F Vakantie Er wordt niet meer gestookt.
zie 4.4 en 4.5 Bij vorstgevaar gaat de ketel wel aan.
U CV uit/zomer bedrijf Er wordt niet meer gestookt, de warmzie
4.7 watervoorziening blijft wel actief, bij
vorstgevaar gaat de ketel wel aan.
Een knipperend symbool geeft aan dat er tijdelijk voor een andere situatie is
gekozen. De knipperende situatie is momenteel actief.
2
4.2
Tijdelijk aanpassen ruimtetemperatuur
houd het venster gesloten:
Tijdelijk aanpassen ruimtetemperatuur
Het pijltje rechts in het display geeft
de aanpassing aan van de gewenste
temperatuur. Het aanpassen is alleen
mogelijk tijdens dag.Tijdens het wijzigen
wordt de gewenste temperatuur getoond.
Na einde dag of verandering van de
programmakeuze vervalt de aanpassing.
Indien de gewenste temperatuur meer
dan 1,5 graad wordt verlaagd, wordt
de regeling tijdelijk in nacht gezet.
4.3
Overwerk en blokkering bediening
houd het venster gesloten:
Overwerk/dagverlenging
Met de drukknop kan de overwerktimer
worden geactiveerd.
De regelaar gaat na einde dagbedrijf
nog twee uur extra de
dagtemperatuur realiseren.
Door nogmaals op de drukknop te
drukken wordt de overwerktimer weer
uitgeschakeld.
Zodra de overwerktimer ingeschakeld
is, verschijnen er twee borrelglazen in
het display. Indien deze knipperen wil
dat zeggen dat het klokprogramma is
afgelopen en de timer afloopt.
Blokkeren bediening
Als de drukknop langer dan 5 seconden
ingedrukt wordt, dan wordt
de bediening geblokkeerd.
Er verschijnen kortstondig pijlen in
beeld. Als daarna geprobeerd wordt
de regelaar te bedienen, dan
verschijnen de pijlen kortstondig weer
in beeld, maar verstellingen zijn niet
mogelijk.
De regelaar kan gedeblokkeerd
worden door nogmaals minimaal
5 seconden op de drukknop te drukken.
De gewenste temperatuur is tijdelijk op
19 graden ingesteld
5 seconden
(de)blokkeren van de bediening
De gewenste temperatuur is tijdelijk op
21 graden ingesteld
In beeld verschijnt het overwerksymbool
11

4.4
Vakantie activeren T
houd het venster gesloten:
Vakantie kan op twee manieren
geactiveerd worden:
1 kies F door te draaien aan de
linkerknop.
2 met automatisch vakantieprogramma
(zie 6.8).
1
4.5 Tijdelijk onderbreken automatisch vakantieprogramma
T
houd het venster gesloten:
Er zijn twee mogelijkheden:
1 overwerk activeren
Gedurende de timertijd (standaard
twee uur) wordt de CV en
eventueel de tapwatervoorziening
verwarmd.
2 kies C of D
Om 23:59 uur schakelt de
programmakeuze automatisch
terug naar vakantiebedrijf. Als
de programmakeuze op d of U
is gezet, dan moet de programmakeuze
met de hand teruggezet
worden.
1 2
Een knipperend symbool geeft aan dat er tijdelijk voor een andere situatie is
gekozen. De knipperende situatie is momenteel actief.
4.6 Uitzonderingsdag activeren
D
houd het venster gesloten:
1 kies D door te draaien aan
de linkerknop.
Als het tijdstip waarop de uitzonderingsdag
wordt gekozen voor 17:00 uur ligt,
dan geldt de keuze voor vandaag,
zoniet dan wordt (alleen) morgen
het uitzonderingsprogramma actief.
Ten teken dat het programma morgen
pas actief wordt knippert de linkerpijl
bij C.
Vandaag wordt nog het standaard
klokprogramma uitgevoerd, morgen
het klokprogramma uitzonderingsdag.
houd het venster gesloten:
De verwarming wordt automatisch
uitgeschakeld zodra de gemiddelde
buitentemperatuur hoog genoeg is, of
als het verschil tussen de gewenste
ruimte- en aanvoertemperatuur te
klein wordt. Indien zowel de radiatoren
als de vloerverwarming geen wens
meer hebben, wordt links onder een
pijl gezet bij U.
1 De verwarming is automatisch uitgeschakeld,
omdat de gemiddelde
buitentemperatuur hoger is dan
de “stookgrens dag”. Deze grens is
instelbaar (S:16). Voor de
gemiddelde buitentemperatuur
zie 6.3. U kunt de verwarming
gedwongen inschakelen door de
gewenste ruimtetemperatuur
tijdelijk te verhogen. Zie 4.2.
2 De verwarming is automatisch uitgeschakeld,
omdat de gemiddelde
buitentemperatuur hoger is dan
de “stookgrens nacht”. Deze grens
is voor de radiatoren instelbaar op
S:17 en voor de vloer op S:37
Verwarming zelf uitschakelen:
3 kies U door te draaien aan
de linkerknop
12 13
1
4.7 Stookgrens
U
1 2
3

5
14
Uitleg bediening bij geopend venster
klap het venster open:
Linker draaiknop
Hiermee kan een keuze gemaakt
worden uit de mogelijkheden links
naast het display. (zie 6.1 t/m 6.8)
Rechter draaiknop
De rechter draaiknop heeft 2 functies.
Functie 1: Veranderen van waarde.
Functie 2: Selecteren van een
instelling. (zie 6.1 t/m 6.8)
Drukknop
Functie 1: Enter toets. (zie 6.1 t/m 6.8)
Functie 2: Tijdelijk uitschakelen van de
ruimtetemperatuur invloed.
(zie 6.4)
Reset knop
Hiermee kan de regelaar kortstondig
aan/uit gezet worden.
Clear toets
Deze toets werkt in combinatie met de
linker draaiknop. Zodra op deze toets
gedurende 5 seconde gedrukt wordt,
worden de instellingen van het item
waarop het pijltje aan de linkerzijde
staat teruggeplaatst naar de fabriekswaarde.
linker draaiknop
drukknop
reset knop clear knop
Uitleg symbolen linkerzijde bij geopend venster
A actuele datum en tijd
B informatiescherm
C standaard klokprogramma
D klokprogramma uitzonderingsdag
E dag, verhoogde dag- of nachttemperatuur
F vakantieprogramma
G installateur instellingen
Uitleg symbolen rechterzijde bij geopend venster
H datum
I tijd
J vertrek
K thuiskomst
L ruimtethermostaat
M weersafhankelijk met ruimtecompensatie
N weersafhankelijk
rechter draaiknop
6.1 Instellen actuele datum
H
klap het venster open:
1 kies A door te draaien aan
de linkerknop.
2 druk de drukknop in, de datum
begint te knipperen.
3 stel de juiste datum in door aan
de rechterknop te draaien.
4 bevestig de datum door de drukknop
in te drukken.
1
3
jaar
maand
dag
2
4
15

6.2 Instellen actuele tijd
I
klap het venster open:
1 kies A door te draaien aan
de linkerknop.
2 draai vervolgens aan de rechterknop
om van datum naar tijd te
gaan.
3 druk de drukknop in, de tijd begint
te knipperen.
4 stel de juiste tijd in door aan de
rechterknop te draaien.
5 bevestig de tijd door de drukknop
in te drukken.
16
1
3
5
jaar
maand
dag
2
4
tijd
6.3 Temperatuur en status opvragen
B
klap het venster open:
1 kies B door te draaien aan
de linkerknop.
2 kies een temperatuur of status
door aan de rechterknop te draaien.
- de gewenste waarde wordt bovenin
het display getoond nadat op de
drukknop is gedrukt.
- bij de buitentemperatuur wordt de
gemiddelde waarde getoond.
klap het venster open:
1 houd de functieknop 5 seconden
ingedrukt voor tijdelijk
weersafhankelijk stoken.
Als de ruimtetemperatuur hoog
genoeg is en voor ruimtethermostaat
L of M weersafhankelijk met ruimtecompensatie
is gekozen kan het in de
overige ruimtes te koud zijn. In deze
situatie kan de ruimtetemperatuur
invloed tijdelijk uitgeschakeld worden.
De regelaar keert aan het eind van de
dag of door nogmaals 5 seconden op
de middelste knop te drukken terug
naar de oorspronkelijke stand.
Aan de vloerverwarmingsregeling
verandert niets.
1
1
2
Temperatuur van:
j = cv aanvoer
n = vloer aanvoer
n = vloer retour
g = tapwater
q = ruimte
p = buiten
t = ketel
vz = afsluiter vloer
u = pomp vloer
Status van radiatoren en vloer:
rAd 0 = radiatoren uit
rAd 1 = radiatoren vorst
rAd 2 = radiatoren nacht
rAd 3 = radiatoren dag
rAd 4 = radiatoren dag verhoogd
rAd 5 = radiatoren opstoken
FLr 0 = vloer uit
FLr 1 = vloer vorst
FLr 2 = vloer nacht
FLr 3 = vloer dag
FLr 4 = vloer dag verhoogd
FLr 5 = vloer opstoken
FLr 6 = vloer vervroegd nacht
6.4 Tijdelijk uitschakelen ruimtetemperatuur invloed
L / M / N
17

6.5 Instellen klokprogramma
C
klap het venster open:
1 kies C door te draaien aan
de linkerknop.
2 kies met de rechterknop de
gewenste dag of blok van dagen.
- bevestig de dag of dagen met
de drukknop.
3 kies de temperatuur d of c of e
die tijdens deze periode gewenst
is door rustig aan de rechterknop
te draaien.
- bevestig keuze met de drukknop.
4 stel de begintijd in door aan
de rechterknop te draaien.
- bevestig de begintijd met
de drukknop.
5 stel de eindtijd in door aan
de rechterknop te draaien.
- bevestig de eindtijd met
de drukknop.
Herhaal punt 3 t/m 5 indien
er meerdere schakeltijden per dag
ingesteld kunnen worden. (b2 en b3)
Het aantal schakeltijden per dag staat
standaard op 1. De installateur kan dit
aantal wijzigen in 2 of 3.
Herhaal punt 2 t/m 5 totdat alle dagen
naar wens zijn ingesteld.
De bedrijfstijden voor de vloerverwarming
en de radiatoren zijn
gelijk. De vloerverwarming zal wel
eerder opstarten en eerder uitschakelen
dan de radiatoren.
Opmerking
De “aan” tijden met d of c instellen.
Alleen als er standaard op een
bepaalde dag niemand aanwezig is
de e gebruiken.
18
noteer de schakeltijden
achterin de handleiding
voordat u deze in gaat stellen.
1
3
5
Blok van 5 dagen; dag 1 t/m 5
(1=maandag, 2=dinsdag enz.)
Tijdsbalk; zie uitleg pagina 9
d=dag, c=dag verhoogd, e=nacht
b1, b2 of b3 geeft tijdsblok aan.
b1 wordt alleen getoond als er meerdere
schakeltijden per dag instelbaar zijn.
eindtijd
2
4
begintijd
6.6 Instellen uitzonderingsdag
D
klap het venster open:
1 kies D door te draaien aan
de linkerknop.
- druk de drukknop in om het
programma te wijzigen.
2 kies de temparatuur d of c of e
die tijdens deze periode gewenst
is door aan de rechterknop te
draaien.
- bevestig keuze met de drukknop.
3 stel de begintijd in door aan
de rechterknop te draaien.
- bevestig keuze met de drukknop.
4 stel de eindtijd in door aan
de rechterknop te draaien.
- bevestig keuze met de drukknop.
Herhaal punt 2 t/m 4 indien
er meerdere schakeltijden per dag
ingesteld kunnen worden. (b2 en b3)
Het aantal schakeltijden per dag staat
standaard op 1. De installateur kan dit
aantal wijzigen in 2 of 3.
De bedrijfstijden voor de vloerverwarming
en de radiatoren zijn
gelijk. De vloerverwarming zal wel
eerder opstarten en eerder uitschakelen
dan de radiatoren.
Opmerking
De “aan” tijden met d of c instellen.
Alleen als er standaard op een bepaalde
dag niemand aanwezig is het e
gebruiken.
noteer de schakeltijden achterin
de handleiding van de gebruiker
voordat u deze in gaat stellen.
1
3
Tijdsbalk zie uitleg pagina 9
begintijd
2
4
d=dag, c=dag verhoogd, e=nacht
b1, b2 of b3 geeft tijdsblok aan.
b1 wordt alleen getoond als er meerdere
schakeltijden per dag instelbaar zijn.
eindtijd
19

6.7 Instellen gewenste temperatuur
E
klap het venster open:
1 kies E door te draaien aan
de linkerknop.
2 kies door aan de rechterknop
te draaien voor d of c of e.
3 druk de drukknop in, de temperatuur
begint te knipperen.
4 stel de gewenste temperatuur
in door aan de rechterknop
te draaien.
5 bevestig de temperatuur door
de drukknop in te drukken.
20
1
3
5
temperatuur
2
4
d=dag, c=dag verhoogd, e=nacht
6.8 Instellen automatisch vakantieprogramma
F
klap het venster open:
1 kies F door te draaien aan
de linkerknop.
Indien er al een programma is
ingesteld, dan wordt de vertrekdatum
getoond.
2 instellen van vakantieprogramma
- druk de drukknop in, de vertrekdatum
gaat knipperen.
3 stel de vertrekdatum in door aan
de rechterknop te draaien.
- bevestig de vertrekdatum door
de drukknop in te drukken.
4 stel de thuiskomstdatum in door
aan de rechterknop te draaien.
- bevestig de thuiskomstdatum
door de drukknop in te drukken.
5 stel de thuiskomsttijd in door aan
de rechterknop te draaien.
- bevestig de thuiskomsttijd door
de drukknop in te drukken.
Zie 4.5
Tijdelijk onderbreken
vakantieprogramma.
1
3
5
jaar
maand
Als hier --- staat is er
geen programma ingesteld.
Als hier --- staat is er
geen programma ingesteld
vertrek
dag
datum
2
4
Als hier --- staat is er
geen programma ingesteld
21

7
Uitleg instellingen
7.1 Bediening plus overzicht
instellingen
klap het venster open:
1 kies G door te draaien aan
de linkerknop.
- druk de drukknop in, de standaard
regelkarakteristiek gaat knipperen.
2 stel de gewenste karakteristiek in
voor de radiatoren verwarming
door aan de rechter knop te draaien.
- bevestig de karakteristiek door
de drukknop in te drukken.
3 met de rechterknop worden alle
instellingen getoond.
In dit installateursniveau zijn
de volgende instellingen mogelijk:
S:00 t/m S:27 algemene instellingen
S:30 t/m S:44 vloerverwarming
instellingen
S:00 t/m S:15 en S:30 t/m S:35 zijn
instellingen die ingesteld moeten
worden om de regelaar af te stemmen
op de installatie. De functie van de
instellingen wordt in hoofdstuk 7
uitgelegd.
S:16 t/m S:27 en S:36 t/m S:44 zijn
specialistische instellingen. De functie
van de instellingen wordt in hoofdstuk
8 uitgelegd.
22
1
3
2
weersafhankelijk
weersafhankelijk met
ruimtecompensatie
ruimtethermostaat
G 7 Uitleg instellingen
G
S:00 Standaard regelkarakteristiek
De standaard regelkarakteristiek is instelbaar tussen ruimtethermostaat, weersafhankelijk
met ruimtecompensatie of weersafhankelijk. Standaard staat deze
op weersafhankelijk met ruimtecompensatie.
De keuze is alleen van toepassing op de radiator regeling, niet op de vloerverwarming.
S:01 Vakantietemperatuur
De vakantietemperatuur is instelbaar van 3 tot 30°C en staat standaard
ingesteld op 10°C.
Als gekozen wordt voor constant vakantie of als de ingestelde vakantieklok actief
is zal de regelaar gaan regelen op de hier ingestelde waarde.
S:02 Overwerkduur
De overwerkduur is instelbaar van 0 tot 250 minuten en staat standaard ingesteld
op 120 minuten.
Als bij gesloten venster in nachtbedrijf op de drukknop wordt gedrukt gaat de
regelaar direct de ingestelde dagtemperatuur realiseren. Wordt tijdens dagbedrijf
op de drukknop gedrukt dan wordt overwerk pas actief na einde dagbedrijf.
De timertijd is niet van toepassing op de overwerkingang van de VS5541. Deze
ingang activeert overwerk zolang de ingang is gemaakt.
De stooklijn radiatoren
Gewenste aanvoertemperatuur (ºC)
100
90
80
70
60
50
40
30
20
10
0
S:05
-10
S:04
Buitentemperatuur (ºC)
S:03 Aanvoertemperatuur bij 20°C buiten (radiatoren)
De aanvoertemperatuur bij 20°C buiten is instelbaar van 10 tot 50°C en staat
standaard ingesteld op 20°C.
S:04 Aanvoertemperatuur bij -10°C buiten (radiatoren)
De aanvoertemperatuur bij -10°C buiten is instelbaar van 30 tot 90°C en staat
standaard ingesteld op 70°C.
S:06
20
S:03
23

7
24
Uitleg instellingen
S:05 Maximale aanvoertemperatuur ketel
De maximale aanvoertemperatuur is instelbaar van 30 tot 90°C en staat standaard
ingesteld op 90°C. Indien deze wordt overschreden wordt de ketel afgeschakeld.
S:06 Kromming stooklijn (radiatoren)
De kromming is instelbaar van 1,0 tot 2,0 en staat standaard ingesteld op 1,3.
De in te stellen kromming is afhankelijk van de verwarmingsmethode.
Voorstel: radiatoren 1,3
convectoren 1,6
S:07 Schakeldifferentie ketel
Om te voorkomen dat de ketel te vaak in- en uitschakelt kan een schakeldifferentie
ingesteld worden. De schakeldifferentie is instelbaar van 2 tot 30K en staat
standaard ingesteld op 10K. De ketel schakelt in als de aanvoertemperatuur lager
wordt dan de gewenste aanvoertemperatuur en de ketel schakelt uit als de aanvoertemperatuur
hoger wordt dan de gewenste aanvoertemperatuur plus de hier
ingestelde schakeldifferentie.
De schakeldifferentie is niet van toepassing als de ketel via het OpenTherm protocol
communiceert met de regelaar.
S:08 Minimale brandtijd ketel
Omdat moderne ketels vaak snel op temperatuur zijn, is naast de schakeldifferentie
ook nog de minimale brandtijd van de ketel instelbaar. De minimale brandtijd is
instelbaar van 0 tot 30 minuten en staat standaard ingesteld op 2 minuten.
Als de ketel snel boven de gewenste aanvoertemperatuur plus de ingestelde
schakeldifferentie komt, zal de regelaar er toch voor zorgen dat de ketel minimaal
de ingestelde brandtijd aan blijft.
De minimale brandtijd is niet van toepassing als de ketel via het OpenTherm
protocol communiceert met de regelaar.
Warmwatervoorziening
Als een ketel voorzien van het OpenTherm protol communiceert met de regelaar,
dan is de regelaar in staat de gewenste tapwatertemperatuur voor te schrijven.
Hierdoor is het mogelijk de tapwatertemperatuur periodiek te verhogen. (zie hoofdstuk
8 specialistische instellingen). Deze functie werkt alleen bij ketels waarbij dit
deel van het OpenTherm protocol geïmplementeerd is.
S:09 Gewenste tapwatertemperatuur
De tapwatertemperatuur is instelbaar van 10 tot 70°C en staat standaard ingesteld op 60°C.
S:10 Tapwater verlenging
De warmwatervoorziening is actief tijdens dagbedrijf (dag, dag verhoogd) en
inactief tijdens nacht- en vakantiebedrijf. Met de tapwater verlengingstijd wordt
de tijdsduur ingesteld die voor begin dagbedrijf en na einde dagbedrijf er voor
zorgt dat de warmwatervoorziening actief wordt of blijft.
De tapwater verlenging is instelbaar van 0 tot 200 minuten en staat standaard
ingesteld op 60 minuten.
G 7 Uitleg instellingen
G
S:11 Aantal tijdschakelingen per dag
Er kan gekozen worden voor één, twee of drie schakeltijden per dag. Het gekozen
aantal schakeltijden geldt voor alle dagen van het automatisch klokprogramma
en klokprogramma uitzonderingsdag. Standaard staat er 1 schakeltijd per dag
ingesteld. LET OP! Bij een wijziging van het aantal schakeltijden vervallen de eerder
ingestelde tijden!
S:12 Ruimtecompensatie radiatoren
Op basis van de afwijking tussen de gemeten en gewenste ruimtetemperatuur past
deze functie de aanvoertemperatuur aan. De ruimtecompensatie is instelbaar van
0 tot 20 K/K en staat standaard ingesteld op 4 K/K.
Voorbeeld: De ruimtetemperatuur is ingesteld op 20ºC
De ruimtetemperatuur loopt echter op tot 23ºC (bijvoorbeeld
door zoninstraling)
Indien de ruimtecompensatie op 4 is ingesteld, zal de regelaar
de watertemperatuur met (23-20) x 4 = 3 x 4 = 12K verlagen!
Aanpassing CV watertemperatuur (K)
50
40 RC=10
RC=8
30
RC=6
20
RC=4
10 RC=2
0 RC=0 RC=0
RC=2
-10
RC=4
-20
RC=6
-30
RC=8
-40
RC=10
-50
-4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4
Gemeten min gewenste ruimtetemperatuur (K)
S:13 Gebouwisolatie
Kies gebouwtype: 1 = licht geïsoleerd
2= gemiddeld geïsoleerd
3= zwaar geïsoleerd
Op basis van deze keuze wordt een aantal instellingen op een passende standaard
waarde ingesteld. (S:16, S17, S:19, S21 en S22 en S:37) Standaard staat de gebouwisolatie
op 2.
25

7 Uitleg instellingen
G
26
S:14 Opstooktijd bij -10°C buitentemperatuur (radiatoren)
De opstooktijd is instelbaar van 0 tot 990 minuten en staat standaard ingesteld op
180 minuten. Deze opstooktijd wordt gehanteerd indien de ruimtetemperatuur vijf
graden lager is dan de gewenste ruimtetemperatuur dag bij -10°C buitentemperatuur.
De berekende opstooktijd wordt korter indien de ruimtetemperatuur minder
dan 5K afwijkt of de buitentemperatuur hoger is.
S:15 Temperatuurweergave in het display
Bij een gesloten venster verschijnt onder de actuele tijd een temperatuur.
Met deze instelling kan gekozen worden welke temperatuur er zichtbaar is.
Gekozen kan worden uit: 1 = Buitentemperatuur
2=Aanvoertemperatuur
3=Tapwatertemperatuur
4=Ruimtetemperatuur
5=Afwisselend buitentemperatuur en ruimtetemperatuur
(standaard keuze)
De stooklijn vloer
Gewenste aanvoer-/retourtemperatuur (ºC)
50
45
40
35
30
25
20
15
10
5
0
-25
-22
-19
S:32
-16
-13
S:33
S:30 Aanvoertemperatuur bij 20°C buiten (vloer)
De aanvoertemperatuur bij 20°C buiten is instelbaar van 10 tot 30°C en staat standaard
ingesteld op 23°C.
S:31 Aanvoertemperatuur bij -10°C buiten (vloer)
-10
S:31
-7
-4
Buitentemperatuur (ºC)
De aanvoertemperatuur bij -10°C buiten is instelbaar van 25 tot 50°C en staat standaard
ingesteld op 50°C.
-1
2
5
8
11
14
17
2K
20
S:30
7 Uitleg instellingen
G
S:32 Maximale aanvoertemperatuur vloer
De maximale aanvoertemperatuur is een begrenzing van de wens en is instelbaar
van 30 tot 50°C en staat standaard ingesteld op 50°C.
S:33 Delta T aanvoer-retour bij -10°C buiten
Het verschil tussen de gewenste aanvoer en gewenste retour bij -10°C buiten is
instelbaar van 1 tot 10K en staat standaard ingesteld op 10K. Het verschil tussen
de aanvoer en retour bij een buitentemperatuur van 20°C is vast 2K.
S:34 Vervroegd uitschakel (vloer)
De vloerverwarmingsregeling hanteert de zelfde schakeltijden als de radiatorregeling,
echter de vloerverwarming schakelt een instelbare tijd eerder naar nacht. Deze tijd
is instelbaar van 0 tot 120 minuten en staat standaard ingesteld op 60 minuten.
S:35 Opstooktijd bij -10°C buiten (vloer)
De opstooktijd is instelbaar van 0 tot 990 minuten en staat standaard ingesteld op
360 minuten. De berekende opstooktijd wordt korter naarmate de buitentemperatuur
hoger wordt en is nul bij 20°C buitentemperatuur.
27

8 Specialistische instellingen
G
28
Na instelling S:35 komt instelling S:16, echter zonder waarde. De nu volgende
instellingen zullen vrijwel nooit aangepast worden. Indien deze aangepast moeten
worden, dan het lege scherm met de drukknop bevestigen. Vervolgens zijn
instelling S:16 t/m S:27 en S:36 t/m S:44 zichtbaar.
Automatisch uitschakelen van de warmtevraag radiatoren
De verwarmingswens van de radiatoren wordt automatisch uitgeschakeld zodra de
gemiddelde buitentemperatuur hoog is, of het verschil tussen gewenste aanvoertemperatuur
en de gewenste ruimtetemperatuur erg klein is. Tijdens dag wordt de
verwarming uitgeschakeld zodra de gemiddelde buitentemperatuur hoger is dan
instelling S:16Tijdens nacht wordt de verwarming uitgeschakeld zodra de gemiddelde
buitentemperatuur hoger is dan instelling S:17.
De tijdsduur van de buitentemperatuur middeling is instelbaar op S:19.
S:16 Stookgrens dag radiatoren
De stookgrens dag is instelbaar van 0 tot 40°C en staat standaard ingesteld op 16°C.
De verwarmingswens radiatoren wordt tijdens de dag uitgeschakeld, zodra de
gemiddelde buitentemperatuur hoger is dan de ingestelde waarde. De verwarming
schakelt weer in, zodra de gemiddelde buitentemperatuur 0,5K lager is dan de uitschakelgrens.
S:17 Stookgrens nacht radiatoren
De stookgrens nacht is instelbaar van -10 tot 20°C en staat standaard ingesteld op 5°C.
De verwarmingswens radiatoren wordt tijdens de nacht uitgeschakeld, zodra de
gemiddelde buitentemperatuur hoger is dan de ingestelde waarde. De verwarming
schakelt weer in, zodra de gemiddelde buitentemperatuur 0,5K lager is dan de uitschakelgrens.
S:18 Correctie gemeten ruimtetemperatuurmeting
De correctie is instelbaar van –5K tot 5K en staat standaard ingesteld op 0K.
Met deze correctie kan de ruimtetemperatuuropnemer geëikt worden.
S:19 Gemiddelde buitentemperatuur
De tijdsduur middeling buitentemperatuur is instelbaar van 0 tot 40 uur en staat
standaard ingesteld op 20 uur.
De gemiddelde buitentemperatuur wordt alleen gebruikt voor het uitschakelen van
de verwarming bij een hoge buitentemperatuur.
Zie S:16, S:17 en S:37.
S:20 Automatische zomer-/wintertijd omschakeling
De automatische zomer-/wintertijd omschakeling kan aan- of uitgezet worden.
Standaard staat deze aan.
S:21 Ruimtecompensatie I-factor
De tijdsduur van de I-factor is instelbaar van 0 tot 150 minuten en staat standaard
ingesteld op 60 minuten. De ruimtecompensatie I-factor is actief
- tijdens nacht: als S:00 is ingesteld op ruimteregeling of weersafhankelijk met
ruimtecompensatie
- tijdens dag: als S:00 is ingesteld op ruimteregeling, of weersafhankelijk met
ruimtecompensatie en de ruimtetemperatuur blijft te laag.
Bij een afwijkende ruimtetemperatuur ten opzichte van de wens, wordt de gewenste
8 Specialistische instellingen
G
aanvoertemperatuur radiatoren geleidelijk aangepast. De compensatie die met
behulp van S:12 is berekend, wordt over de hier ingestelde tijd toegevoegd.
S:22 Ruimtecompensatie D-factor
De tijdsduur van de D-factor is instelbaar van 0 tot 30 minuten en staat standaard
ingesteld op 15 minuten. De ruimtecompensatie D-factor is actief
- tijdens nacht: als S:00 is ingesteld op ruimteregeling of weersafhankelijk met
ruimtecompensatie.
- tijdens dag: als S:00 is ingesteld op ruimteregeling, of weersafhankelijk met
ruimtecompensatie en de ruimtetemperatuur blijft te laag.
Bij een veranderende ruimtetemperatuur wordt de gewenste aanvoertemperatuur
alvast aangepast, om een over- of ondershut van de ruimtetemperatuur te voorkomen.
De aanpassing vervalt over de ingestelde tijd.
S:23 Afschakelautomaat bij te lage wens radiatoren waardoor
verwarmen niet zinvol is
De afschakelautomaat is instelbaar van –10 tot 10K en staat standaard ingesteld op 2K.
Tkli = de gewenste aanvoertemperatuur bij -10°C buiten.
Tvoet= de gewenste aanvoertemperatuur bij 20°C buiten.
AA = de ingestelde waarde van de afschakelautomaat
S = de offset voor het uitschakelen van de radiator wens
S=(1+(Tkli-Tvoet)/30)*AA
Zodra de gewenste aanvoertemperatuur lager wordt dan de gewenste ruimtetemperatuur
plus S, wordt de wens voor de radiatoren uitgeschakeld.
S:24 Low load timer
De low load timer is instelbaar van 0 tot 60 minuten en staat standaard ingesteld
op 6 minuten. De low load timer moet voorkomen dat de ketel pendelt. Zodra de
ketel uitschakelt, blijft deze de ingestelde tijd uit. Indien de ketel via het
OpenTherm protocol wordt aangestuurd, bepaalt de ketel zelf, op basis van zijn
eigen instellingen, wanneer deze uitschakelt.
S:25 Verhoogde tapwater temperatuur
De verhoogde tapwatertemperatuur is instelbaar van 60 tot 80°C en staat
standaard ingesteld op 65°C. Tijdens de eerste twee uur van de ingestelde dag dat
tapwaterbedrijf is vrijgegeven, hanteert de regelaar de verhoogde temperatuur.
S:26: Dag verhoogde tapwatertemperatuur
0= niet
1 = maandag, 2 = dinsdag...
8= dagelijks
9= continu tapwater wens 60°C.
S:27 Minimale aanvoertemperatuur radiatoren
De minimale aanvoertemperatuur is instelbaar van 0 tot 70°C en staat standaard
ingesteld op 10 °C. Tijdens verwarmen wordt de gewenste aanvoertemperatuur van
de radiatoren begrenst op de ingestelde waarde. Als de regeling in stookgrens-uit
staat, vervalt de minimale wens.
29

8
Specialistische instellingen
S36 minimale aanvoertemperatuur vloer
De minimale aanvoertemperatuur is een begrenzing van de wens en is instelbaar
van 10 tot 25°C en staat standaard ingesteld op 10°C. De minimale aanvoertemperatuur
is actief, zolang de regeling niet in stookgrens-uit staat. (S:16 en S:37)
Automatisch uitschakelen van de vloerverwarming.
De vloerverwarming wordt automatisch uitgeschakeld zodra de gemiddelde buitentemperatuur
hoog is, of het verschil tussen gewenste aanvoertemperatuur en
de gewenste ruimtetemperatuur erg klein is.
Tijdens dag wordt de verwarming uitgeschakeld zodra de gemiddelde buitentemperatuur
hoger is dan instelling S:16
Tijdens nacht wordt de verwarming uitgeschakeld zodra de gemiddelde buitentemperatuur
hoger is dan instelling S:37
De tijdsduur van de buitentemperatuur middeling is instelbaar op S:19
S:37 Stookgrens nacht vloer
De stookgrens nacht is instelbaar van -10 tot 20°C en staat standaard ingesteld op
5°C.
De vloerverwarming wordt tijdens de nacht uitgeschakeld, zodra de gemiddelde
buitentemperatuur hoger is dan de ingestelde waarde. De verwarming schakelt
weer in, zodra de gemiddelde buitentemperatuur 0,5K lager is dan de uitschakelgrens.
S:38 Afschakelautomaat bij te lage wens vloer waardoor verwarmen niet
zinvol meer is
De afschakelautomaat is instelbaar van –10 tot 10K en staat standaard ingesteld op
2K.
Tkli = de gewenste aanvoertemperatuur bij -10°C buiten.
Tvoet= de gewenste aanvoertemperatuur bij 20°C buiten.
AA = de ingestelde waarde van de afschakelautomaat
S = de offset voor het uitschakelen van de vloerverwarming
S=(1+(Tkli-Tvoet)/30)*AA
Zodra de gewenste aanvoertemperatuur lager wordt dan de gewenste ruimtetemperatuur
plus S, wordt de vloerverwarming uitgeschakeld.
S:39 P-band regelafsluiter vloer
De P-band is instelbaar van 10 tot 60K en staat standaard ingesteld op 30K.
Met deze instelling wordt de grootte van afsluiterverandering ingesteld.
Hoe kleiner de band, des te heftiger de reactie van de afsluiter op een afwijkende
aanvoertemperatuur.
S:40 Looptijd servomotor regelafsluiter
De looptijd is instelbaar van 30 tot 240 seconden en staat standaard ingesteld
op 56 seconden. De looptijd van de Cenvax M7410A1001 is 56 seconden.
G 8 Specialistische instellingen
G
Weerstandstabel temperatuuropnemers
30 31
9
Temperatuur Weerstand
°C Ω
-15 36.475
-10 27.665
-5 21.165
0 16.325
5 12.695
10 9.950
15 7.885
20 6.245
S:41 P-band aanvoertemperatuur correctie
De P-band is instelbaar van 5 tot 50K en staat standaard ingesteld op 40K.
De regelaar berekent een gewenste retourtemperatuur. Indien de gemeten retourtemperatuur
afwijkt van de wens, dan wordt de gewenste aanvoertemperatuur vloer
beperkt aangepast. Hoe kleiner de band, des te groter de aanpassing.
Zie S:42 en S:43
S:42 I-tijd aanvoertemperatuur correctie
De I-tijd is instelbaar van 0 tot 60 minuten en staat standaard ingesteld op 10 minuten.
De gewenste aanvoertemperatuur vloer wordt aangepast zolang de retourtemperatuur
vloer afwijkt ten opzichte van de wens. Hoe korter de I-tijd wordt ingesteld, des
te sneller wordt de gewenste aanvoertemperatuur aangepast. Zie S:41 en S:43
S:43 Maximale verhoging aanvoertemperatuur vloer bij buiten -10°C
De maximale verhoging bij buiten -10°C is instelbaar van 0 tot 20K en staat standaard
ingesteld op 10K. Bij een buitentemperatuur van 20°C is de maximale verhoging vast
2K. Bij een te lage retourtemperatuur vloer wordt de aanvoertemperatuur vloer
verhoogd en bij een te hoge retourtemperatuur vloer, wordt de aanvoertemperatuur
verlaagd. Met deze instelling wordt de verhoging van de gewenste aanvoertemperatuur
begrenst. De verlaging van de gewenste aanvoertemperatuur wordt begrenst
op de gewenste retourtemperatuur.
Zie S:41 en S:42
S:44 Minimaal circulatieaandeel vloer
Het minimale circulatieaandeel is instelbaar van 0 tot 80% en staat standaard
ingesteld op 60%. Stel hier de flow in van de by-pass ten opzichte van de flow door
de vloer bij geheel geopende regelafsluiter. Bij een vloerverwarmingssysteem met
2-weg regelafsluiter is dit meestal rond de 60%, bij een systeem met 3-wegafsluiter
is dit 0%. Met deze instelling wordt de benodigde keteltemperatuur voor de wens
van de vloer berekend.
Temperatuur Weerstand
°C Ω
25 5.000
30 4.028
35 3.265
40 2.663
45 2.185
50 1.801
55 1.493
60 1.244
Temperatuur Weerstand
°C Ω
65 1.041
70 876
75 739
80 627
85 535
90 457
95 393
100 339
G

10
32
Praktische tips
1 Als u per ongeluk een instelling wijzigt en deze knippert nog, dan kunt
u de oude waarde terug krijgen door aan de linker draaiknop te draaien.
2 Als u bij een geopend venster niet meer weet wat er in het scherm staat, sluit
dan het venster, open het venster en gebruik de handleiding.
G
3 De openhaard is aan en in de rest van de woning is het koud
De ruimtetemperatuursinvloed van de ruimte waar de VAG5000 hangt kan uitgeschakeld
worden. De buitentemperatuurmeting is voor deze functie dan wel
verplicht. Zie 6.4
4 Het display blijft blanco
De VAG5000 communiceert met de Floor-unit. Controleer of er spanning op de
Floor-unit staat.
Controleer of de VAG5000 juist is aangesloten en of er geen kabelbreuk is.
5 De temperatuur is te laag
Verstel de gewenste ruimtetemperatuur. Zie 4.2. Indien deze klacht structureel
is, pas dan de stooklijn aan. Indien de VAG5000 op een representatieve plaats
hangt kan tevens de ruimtecompensatie verhoogd worden. (instellingen S:03
t/m S:06, S:12 en S:30 t/m S:33)
6 De ketel gaat niet aan
Als er geen ketelsymbool in het display wordt getoond, dan is er onder de
actieve programmakeuze geen reden de ketel aan te schakelen. Controleer de
programmakeuze. Zie 4.1.
Als de ketel ondanks een juiste programmakeuze toch uit blijft, controleer dan
de gewenste en gemeten aanvoertemperatuur. Zie 6.3
7 Het wordt te warm
Verstel de gewenste ruimtetemperatuur. Zie 4.2 en 6.7. Verstel indien
aanwezig de thermische radiatorafsluiters.
Indien deze klacht structureel is, pas dan de stooklijn aan. Indien de VAG5000
op een representatieve plaats hangt kan tevens de ruimtecompensatie
verhoogd worden.
8 Er komt geen warmwater uit de kraan (OpenTherm ketel)
Rechtsboven in het display staat de vrijgave of blokkade van de tapwatervoorziening
vermeld. (Kraantje en kraantje met streep er doorheen) Alleen als er een
kraantje zonder streep er doorheen staat zal de ketel voor warmwater in bedrijf
komen. Deze vrijgavetijd is gekoppeld aan de CV-schakelklok. Zorg ervoor dat de
programmakeuze juist is. Zie 4.1. Controleer of de ketel juist is aangesloten en
ingesteld. Als u de ketel voor CV tijdelijk uit wilt houden maar de ketel wel voor
warmwater in bedrijf moet komen, dan kunt u de bedrijfstoestand U kiezen.
Tevens kan de overwerktimer aan en weer uitgezet worden, waardoor de
warmwatervoorziening gedurende de ingestelde timertijd ingeschakeld is.
Met de instelling S:10 tapwaterverlengingstijd kan de tijdsduur aangepast
worden die de warmwatervoorziening langer in bedrijf is dan de schakeltijden
voor CV-bedrijf.
10
Praktische tips
9 Indien u een temperatuurmeting niet vertrouwt, dan kunt u dit aan de hand
van de weerstandstabel in Hoofdstuk 9 controleren.
10 De bediening doet het niet, er komen allemaal pijltjes in beeld
De bediening staat geblokkeerd. Zie 4.3.
G
11 Er verschijnt "E:rr" in beeld, met daaronder een code.
Als de ketel via het OpenTherm protocol communiceert met de regelaar, kan
deze een storing doormelden aan de VAG5000. De storingscode wordt overgenomen
van de ketel en is dus afhankelijk van het fabrikaat. Controleer de ketel.
12 Wat is de regelaar aan het doen?
In 6.3 staat beschreven hoe u de gewenste- en gemeten temperaturen kunt uitlezen.
Tevens kan de regelaar aangeven in welke status de radiatorregeling en
de vloerverwarmingsregeling verkeert.
33

11
34
Technische specificaties
SR5841-VAG5000
Voedingsspanning Via bus, max 18 VDC
Bekabeling communicatie bus 2-draads, min. doorsnede 0,5mm,
max. lengte 50m, draden verwisselbaar
Omgevingstemperatuur (in bedrijf) 0°C…50°C
Keurmerk volgens EU richtlijnen
Beveiligingsklasse II volgens EN 60730
Beschermklasse IP 40 volgens EN 60529
EMC ontstoringsgraad Immuniteit volgens EN 50082-1
Emissie volgens EN 50081-1
Gangenreserve klok Max. 24 uur
VS5541-Floor
Voedingsspanning 230 VAC + of - 10% 50/60 Hz
Opgenomen vermogen 7 VA
Aansluitklemmen Maximale draad doorsnede 1,5mm
Omgevingstemperatuur (in bedrijf) 0°C…50°C
Relais uitgang ketel Max. 230VAC, 6A (potentiaalvrij)
Triac uitgang regelafluiter 24VAC max. 75mA (spanningsuitgang)
Relais uitgang pomp 230VAC max. 3A (spanningsuitgang)
Maximale ader diameter 1,5 mm 2
Keurmerk volgens EU richtlijnen
Beveiligingsklasse II volgens EN 60730
Beschermklasse IP 40 volgens EN 60529
EMC ontstoringsgraad Immuniteit volgens EN 50082-1
Emissie volgens EN 50081-1
G
Aantekeningen
35