16.09.2020 Views

ZilverMagazine_Herfst2020_WEB

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

JAARGANG 3 NUMMER 3 - HERFST 2020

INSPIRATIEMAGAZINE VOOR DE TWENTSE 65-PLUSSER

NU

2, 95

Johanna

ter Steege

HET KWAM ER GEWOON VAN

ISSN 2665-9522

9 772665 952000

37. .

BABS TIMMERMAN

‘Gert is de liefde van m’n leven’

49.

METJE, MARINUS EN ESTHER

BLAAK Almelose paradijsvogels

62.

QUICK’20 100 JAAR

Kampioensteam van ‘66

90.

SCHRIJVER JAAP SCHOLTEN

In het voetspoor van 56 Twentse jongens


BETAAL IN 2021

Word nu lid en

www.carintreggeland.nl/ledenservice

De Ledenservice van Carintreggeland

Met het uitgebreide aanbod van De Ledenservice maken wij het dagelijks leven leuker, makkelijker en

veiliger. Jong of oud. Iedereen kan zo nu en dan ondersteuning gebruiken. Aantrekkelijke aanbiedingen

waar u echt wat aan heeft en leuke dagjes uit. Dat is allemaal mogelijk voor slechts € 18,50 per

huishouden, per kalenderjaar. Voor het complete aanbod, overzichtelijk in 4 categoriën: Uitgaan &

ontspanning, Aan huis diensten, Voel je veilig en Zaken op orde. verwijzen wij u naar onze vernieuwde

website: www.carintreggeland.nl/ledenservice

Lid worden van De Ledenservice van Carintreggeland? Dan betaalt u pas in 2021 en ontvangt u een

Zilver Magazine gratis! Maak uw eigen account aan op de vernieuwde website en profiteer direct.

Liever persoonlijk contact? Dat kan ook via 088-367 2373 of mail naar leden@carintreggeland.nl

UITGAAN & ONTSPANNING

Gezellige

arrangementen.

Exclusief voor u.

• Actief Twente

• Bioscoop

• Preston Palace

• Reisbureau SamenUit!

• Spoorfietsen

• Theatervoorstellingen

ZAKEN OP ORDE

Service voor uw

gemak. Comfortabel

en goed.

• Druppelbril

• Huisdieroppas

• Kinderoppas

• Mantelzorg

• Notaris

• Schoonheidsspecialist

• Uitleen/ Hulpmiddelen

• Uitvaartverzekering

• Verhuizen

VOEL JE VEILIG

Zo slim

mogelijk

thuis wonen.

• Kookbeveiliger

• Medido,

medicijndispenser

• Rijbewijskeuring

• Veilig Wonen advies

• Zorgtechnologie/

E- health

GRATIS

AAN HUIS DIENSTEN

Bijna alles

aan huis.

Dat is makkelijk.

• Audicien

• Bodygoed, ondermode

• Computerhulp

• Dakgoten reinigen

• Fietsenmaker

• Glazenwasser

• Kapper

• Kledingherstel

• Klussendienst

• Maaltijden

• Opticien

• Pedicure

• Schilder

• Strijkservice

• Tuinman

• Voorjaarschoonmaak


Voorwoord

Herfst

VOOR U LIGT ALWEER DE ELFDE UITGAVE VAN ZILVER MAGAZINE.

NA TIEN UITGAVEN VONDEN WE HET ZINVOL OM HET

MAGAZINE EEN NIEUWE LOOK AND FEEL TE GEVEN.

HET NUMMER DAT VOOR U LIGT ADEMT DE NADERENDE HERFST.

Ja, en nog altijd is corona overal. Alweer

ruim een half jaar. Zijn we daar in Twente

van onder de indruk? Dat valt mee, nuchter

als we zijn. Het krioelt hier ook echt niet van

besmette aerosolen. Maar je zal er maar mee

in aanraking geweest zijn of nog erger…

Ook in het Zilver Magazine dat voor u ligt,

komt corona hier en daar voor als gespreksonderwerp,

maar het is geen hoofditem.

Johanna ter Steege siert de voorpagina. We

hadden een mooi interview met de Twentse

actrice die de afgelopen jaren de harten stal

van bijna iedere Tukker met haar rol in het

theaterstuk Hanna van Hendrik en in de

film De Beentjes van Sint Hildegard. Graag

bevelen we ook de andere interviews in het

magazine aan. Daarin en in reportages,

columns en andere rubrieken blikken we

terug of kijken we vooruit, we anticiperen op

de herfst, op gebeurtenissen en voorvallen in

het dagelijkse leven, in natuur en cultuur, in

bedrijfsleven en sport.

En wat zeker niet onvermeld mag blijven,

Zilver Magazine heeft in Carintreggeland

een nieuwe partner gevonden. Hou voortaan

de publicaties van deze puike zorginstelling

nauwlettend in de gaten en doe uw voordeel

ermee. Graag heten we eveneens de vele nieuwe

abonnees van harte welkom.

Gijs Eijsink,

namens alle medewerkers

.3

ZILVER HERFST 2020


INHOUD.

In dit

nummer

29.

Interview

JOHANNA TER STEEGE

Het kwam er gewoon van

38.

Babs

Timmerman

.4

Interviews

Reportages

34. DAMESMODEZAAK SCOOTER

Een tikje eigenwijs de herfst in

42. STICHTING WENSAMBULANCE

OOST-NEDERLAND

44. DE CANADESE

BEGRAAFPLAATS IN HOLTEN

Heeft een vernieuwd infocentrum

60. DE HONDERDSTE GEBOORTEDAG

VAN ABE LENSTRA

62. 100 JAAR QUICK’20

Terug in de tijd met Willie Heidkamp

71. ALSOF DE TIJD

HEEFT STILGESTAAN

Lunchroom Nationaal in Hengelo

06. AUDRY HOEMAKERS

‘Meest inspirerende vrouw van Twente’

09. DRIE GENERATIES VAN DER POEL

OVER CORONA

Coronacrisis ramp voor horecaondernemers

21. VADER EN ZOON STROBOS

Experts in cortenstaal

29. JOHANNA TER STEEGE

Het kwam er gewoon van

38. BABS TIMMERMAN

De weduwe van Gert Timmerman

over de liefde van haar leven

46. JUUL GIERVELD

Gepassioneerde kleuterjuf van 60

56. GERRIT KLEINE SNUVERINK

Over de mislukte plannen voor een Jan Cremer museum

76. VADER EN ZOON GREVE

Volop actief in de hippische wereld

90. JAAP SCHOLTEN

De schrijver over zijn zoektocht naar familie in Ethiopië


Derde jaargang, nummer 3, herfst 2020

Een uitgave van Zilver Media BV,

Willem Vleertmanstraat 12 B,

7575 EC Oldenzaal

Hoofdredactie

Gijs Eijsink

Eindredactie

Jos Knaap

54.

14.

100 PLUS

MINA BELTMAN-HARGEERDS

Bijna 101

65.

En nu?

‘Ze zeggen dat een voetballer

die gestopt is, zijn verjaardag

kan vieren in een telefooncel.

En dan kun je ook nog dansen.’

Redactie website

Willem Pfeiffer

Aan dit nummer werkten mee

Paul Abels, Marijke Agterbosch,

Henk Boom, Marry Dijkshoorn,

Gijs Eijsink, Bob Gevers, Lowie Gilissen,

Alexa Gratama, Kees Hendriksen,

Jos Knaap, Joan Koenderink,

Marco Krijnsen, Frederike Krommendijk,

Theo Leoné, Marcel Olde Rikkert,

Kees Ooijevaar, Ton Ouwehand,

Mariska Overman, Willem Pfeiffer,

Theo de Rooij, Jan Walburg en

Bert Westerink.

Fotografie cover

Ebo Fraterman

Fotografie

Alphons B. ter Brake, Han Brinkcate,

Karin van Dam, Ebo Fraterman,

Robert Hoetink, Remco Homan,

Theo Leoné, Willem Pfeiffer, Riet Vos,

Raymond Wegdam, Brit Willemsen

en anderen.

Vaste rubrieken

14. 65. EN NU?

Voetbalman Jan van Staa

25. ACTIEVE 65-PLUSSERS

49. PARADIJSVOGELS

De familie Blaak

54. 100 PLUS

Mina Beltman-Hargeerds

65. DE PASSIE VAN

Han Brinkcate

69. DE PASSIE VAN

Grada Wolters

86. CULTUUR IN TWENTE

88. NIEUWE BOEKEN VAN

TWENTSE AUTEURS

Columns

13. MARCEL OLDE RIKKERT

Nooit meer corona oorlog

18. KEES HENDRIKSEN

Als ik 65 ben...

41. JAN WALBURG

Beethoven

59. ALEXA GRATAMA

Nachtslakken

75. THEO LEONÉ

Op de fiets weer naar oude plekjes

79. JOAN KOENDERINK

Hoop

82. PAUL ABELS

Water löp

87. MARISKA OVERMAN

Pantha Rei

93. THEO DE ROOIJ

Familiefiets

97. FREDERIKE KROMMENDIJK

In de camper

Vormgeving

Ellen Gözel-Niehoff, Enschede

whatellse.nl

Jos Hovestad, Losser

joshovestad.nl

Uitgever

Marcel Willemsen

Telefoon: 0541 511162

verkoop@zilvermedia.nl

Druk

Drukkerij Roelofs, Enschede

Oplage: 7500 / bereik: 30.000 senioren

Redactieadres

Postbus 59, 7570 AB Oldenzaal

redactie@zilvermedia.nl

Abonnementen

via 0251-257924,

klantenservice@aboland.nl

of Abonnementenland

De Trompet 1739

1967DB Heemskerk

Overig

94. IN DE MAILBOX

VAN ZILVER MAGAZINE

96. PUZZELPAGINA

97. SERVICEPAGINA

98. IN DE VOLGENDE

EDITIE VAN ZILVER

.5

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. AUDRY HOEMAKERS

.6

‘Ik de inspirerendste vrouw?

Ik ken vrouwen die veel

inspirerender zijn. Maar dat

is misschien wel een typisch

vrouwelijke reactie. Blijf

maar bescheiden, dan doe je

al gek genoeg.’


// Tekst

MARRY DIJKSHOORN

// Fotografie

ALPHONS B. TER BRAKE

‘Meest inspirerende vrouw van Twente’

Audry Hoemakers

draagt wereldwijde

afkomst in zich

.7

Audry Hoemakers (53) organiseert culturele activiteiten, waaronder de

Culturele Zondagen, het Balkon Festival en de Stadsherberg in Enschede.

Vorig jaar kreeg ze de prijs voor meest inspirerende vrouw in Twente van SIVE,

Stichting Intercultureel Vrouwencentrum Enschede. De geboren Twentse

draagt een wereldwijde afkomst in zich mee. Een monoloog.

I

k ben op Eerste Kerstdag 1966

geboren in Enschede, een Kerstkindje.

De eerste vier jaar van mijn

leven heb ik in Boswinkel gewoond, daarna

verhuisden we naar de Wesselerbrink,

een heel jonge wijk toen nog, met allemaal

jonge gezinnen. Een heerlijk jeugd gehad.

Ik kom uit een middenklasse gezin, maar

heel bijzonder was dat mijn vader als hobby

duiken had. Alles draaide daar bij ons thuis

om. Hij was bij duikvereniging Neptunus

actief als trainer en voorzitter. Ieder weekend

gingen wij naar het zwembad waar hij

trainde. Wij hadden verder het bad voor

ons alleen en kregen ook al gauw een duikbril

en een snorkeltje. In het dagelijks leven

heeft hij als calculator veel voor bouwbedrijven

gewerkt, later ook in de zorg. Hij

was altijd politiek actief, voor D66. Een

tijdje terug zat ik hier op een terras en zag ik

hem flyeren voor de legalisering van drugs,

een belangrijk punt voor D66. Ik zei: “Nou

pap, ik had het vroeger niet in mijn hoofd

moeten halen om drugs te gebruiken.” Mijn

zus en ik blowden een keer stiekem thuis

uit het raam.’

Nagasaki

‘Hij is altijd heel erg maatschappelijk geëngageerd

geweest, dus dat heb ik wel van huis

uit mee gekregen. Hij kwam begin jaren vijftig,

hij was toen veertien, met een grote

groep uit Indonesië hier naartoe, op de

Willem Ruys. Zijn vader, mijn opa, zat bij

het KNIL en repatrieerde naar Nederland.

In de oorlog is hij gevangen genomen door

de Japanners. Hij heeft Nagasaki voor en na

de bom gezien. In Japan heeft hij in mijnen

moeten werken. Mijn zus en ik hebben nog

brieven van hem uit die tijd. Hij schreef aan

mijn oma dat hij het wat koud had, maar

verder goed behandeld werd. Wat natuurlijk

helemaal niet waar was. Onlangs hoorde

ik het verhaal, van iemand die mijn opa

en oma goed gekend heeft, dat hij nadat de

bom op Nagasaki was gegooid in een sloot

is gevallen. Dat heeft zijn leven gered. Om

hem heen verbrandden de mensen. Ons

heeft hij daar nooit wat over verteld, ons

vertelde hij verhalen dat er Australiërs in

zijn kamp waren die met elkaar op de vuist

gingen. In Nederland is hij eerst met zijn

gezin in een pension gekomen, later kreeg

hij een baan bij de belasting in Hengelo en

ging hij daar ook wonen. Mijn vader heeft

daar mijn moeder ontmoet, ik heb een

Nederlandse moeder. Haar vader was >>

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. AUDRY HOEMAKERS

Ik ben heel

sociaal,

heb altijd veel

vrienden

gehad

.8

melkboer en mijn oma had een winkel. Heel bijzonder

in die tijd. Mijn Nederlandse oma wilde drie dingen:

een winkel, een platenspeler en een rijbewijs. Die winkel

kreeg ze, in tabak, kranten en snoepjes, maar mijn

opa vond het niet goed dat er een platenspeler kwam en

dat ze haar rijbewijs haalde. We spraken geen Twents

thuis, maar op school werd dat natuurlijk wel gesproken.

Daar noemden ze me nep-Tukker, voor de grap.’

Indonesië

‘Ik vond het allemaal wel interessant om van een afstandje

te bekijken. Ik ben nooit geplaagd of gediscrimineerd,

omdat ik niet 100% Nederlands was.

Later realiseerde ik me wel dat ik op school niets, of

bijna niets heb geleerd over het koloniale verleden. Ik

vind het heel goed dat daar nu wel aandacht voor is. In

2012 ben ik zelf ook in Indonesië geweest. Mijn familie

komt uit Semarang en ik ben ook op de plek geweest

waar mijn vader gewoond heeft. Mijn Indische oma

heeft Indonesisch, Nederlands en Frans bloed. Mijn

opa heeft Nederlands, Indonesisch, Zweeds en Duits

bloed. Veel indo’s zijn van gemengd bloed. Er kwamen

kolonisten uit allerlei Europese landen en zij mengden

zich met de Indonesische bevolking. Er werd veel met

elkaar gerommeld. Er zitten dus veel volkeren in mij.‘

Culturele sector

‘Als kind ben ik vaak naar het Scapino-ballet geweest.

Ik weet nog dat ik het de eerste keer dat het doek opging

volstrekt magisch vond. Dat vind ik nog. Heel

soms heb je nog dat een voorstelling begint met een

gesloten doek en dan zit ik weer op het puntje van

mijn stoel. Wat zal er achter dat doek zijn? Maar dat ik

uiteindelijk in de culturele sector terechtkwam is eigenlijk

toeval, ik was niet zo’n carrièreplanner. Ik heb

internationale marketing gestudeerd aan de HEAO in

Enschede en heb daarna verschillende banen gehad.

Als het maar interessant, leuk en gezellig was, dat vond ik vooral belangrijk. Ik

ben heel sociaal, heb altijd veel vrienden gehad. Het was wel duidelijk dat ik goed

kon pionieren en organiseren. Dat bleek vooral toen ik een Amerikaanse bedrijf

in mountainbike-onderdelen hielp om te starten in Nederland. Ik hielp met alles:

van het kopen van het meubilair en computers tot het de Europese verkoop van

onderdelen. Ik heb ook nog bij de OOM gewerkt, de Overijsselse Ontwikkelingsmaatschappij,

waar ik vooral de communicatie deed. Een vriendin zei dat er een

leuke vacature was bij de Twentse Schouwburg voor een communicatiemedewerker.

Ik heb gesolliciteerd, had geen ervaring in de cultuursector, maar kreeg de

baan toch. Ik kwam daar terecht in een heel spannende tijd voor Enschede. Het

ging allemaal over het in aanbouw zijnde Muziekkwartier en de samenwerking.

Daar heb ik zes jaar gewerkt en daarna ben ik als zelfstandige verder gegaan. Ik

had een groot netwerk en kreeg al snel culturele opdrachten, ik ben bijvoorbeeld

begonnen met het organiseren van de Culturele Zondagen. De stichting waar ik

dat voor organiseerde ging op in Concordia en zo kwam ik hier terecht. Eerst als

communicatie-medewerker en daarna als projectleider. Ik wil mensen in contact

brengen met kunst en cultuur, ik wil dat ze net als ik dat had als kind op het puntje

van hun stoel de magie voelen. Cultuur verrijkt je leven, brengt mensen bij elkaar,

stelt vragen. Ik heb pop-up exposities georganiseerd in de wijken, met kunst van

de kunstuitleen, om mensen die normaal niet naar musea gaan te laten zien wat

kunst is en erover te vertellen. De meesten vonden het heel interessant en mooi.

Dat is mijn drijfveer.’

Passie

‘Aan die passie zit ook een schaduwkant. Mensen weten mij te vinden en ik wilde

vaak geen nee zeggen. Ik heb ook wel een moeilijk periode gehad, misschien een

burn out. Ik heb toen heel gauw een pauze genomen en een aantal dagen in Kasteel

Slangenburg in Doetinchem gezeten, een plek waar je tot rust kunt komen. Ik heb

er heel veel gewandeld, geschreven en gedroomd. Daarna heb ik het KoersVaren

traject bij IVT Ontwikkeling gevolgd. Wat ik er vooral geleerd heb, is wat mijn

passie is en wat mijn valkuil. Je passie is natuurlijk ook je valkuil. Daarna kon ik

weer verder.’

Inspirerend

‘Ik heb heel veel leuke reacties toen ik werd uitgeroepen tot meest inspirerende

vrouw van Twente, maar voelde me er ook een beetje opgelaten bij. Ik de

inspirerendste vrouw? Ik ken vrouwen die veel inspirerender zijn. Maar dat is

misschien wel een typisch vrouwelijke reactie. En misschien ook wel Indisch.

Blijf maar bescheiden, dan doe je al gek genoeg.’


INTERVIEW. DRIE GENERATIES OVER CORONA

Coronacrisis ramp voor

horecaondernemers

3

ge

ne

ra

ties

.9

Ma,

je komt

er niet

meer in’

Het coronavirus heeft diepe sporen getrokken in het

landschap. Hoe diep moet nog blijken als over enige

tijd de balans wordt opgemaakt. Ondernemers in

Twente voelen de gevolgen van de lockdown steeds

duidelijker, maar ook individuele burgers, onder wie

vaak kinderen en vooral ouderen, likken hun wonden.

Hoe houden ze zich staand en kijken ze naar de toekomst?

Zilver Magazine ging daarover in gesprek met

vertegenwoordigers van drie generaties Van der Poel,

ijsmakers sinds 1925 in Twente. Hilde (67) als mater

// Tekst

JOS KNAAP

// Fotografie

EBO FRATERMAN

familias, Meike (43) als de middenmoter en als ondernemer

en Femme de achtjarige scholier die van de ene

op de andere dag niet meer naar school mocht.

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. DRIE GENERATIES OVER CORONA

‘De vijftiende maart 2020

staat vast in mijn geheugen

gegrift. Het is voor een

ondernemer bijna niet voor

te stellen wat het betekent dat

van de ene op de andere dag

je bedrijf wordt stil gelegd.’

Dat was best even schrikken. Hilde van der

Poel kan er achteraf wel om lachen. ‘Ma, je

komt er niet meer in’, liet haar zoon Pieter

onomwonden weten toen ze zich, zoals gebruikelijk,

meldde bij de in heel Twente bekende ijssalon aan de

Bornsestraat in Hengelo. Het was 15 maart 2020, de

dag dat Nederland letterlijk op slot ging middels de

lockdown. Ze dacht nog even aan een grapje, maar

het bleek bittere ernst, Pieter vond het risico te groot

en ouderen behoren nu eenmaal tot de risicogroep.

‘Dan ga ik met onmiddellijke ingang met pensioen’,

besloot de 67-jarige Hilde, die tot dan verantwoordelijk

was voor de kas-afhandeling van het Van der Poelimperium

in deze regio met vestigingen in Enschede

en Hengelo en wellicht binnenkort ook in Almelo.

.10

Met die pensionering ging het overigens niet zo hard,

maar feit was dat er ineens voor Hilde weinig of niets

te doen was in de ijs-business. De oppasbeurt bij de

kleinkinderen werd ook maar meteen opgeschort.

‘Gelukkig heb ik ook nog eens bemoeienissen met de

handel van mijn tweede dochter Linde. Die ging vijftien

jaar geleden op wereldreis en bleef hangen op Bali

waar ze een succesvol bedrijf in tassen opzette met

leveringen over de hele wereld onder de merknaam

By Lin. Al snel echter bleek ook hier de klad in te zitten.

Corona sloeg dubbel en dwars toe in de tassenhandel.

Linde levert vooral aan vijf verkooppunten op Schiphol

en aan de Keukenhof die beide tot de eerste slachtoffers

behoorden van de wereldwijde pandemie. De

handel stokte onmiddellijk. De tulptasjes, altijd een

succes op de Keukenhof, liggen nu bij mij op zolder,

want ik fungeer ook nog eens als Europees steunpunt

voor By Lin. Van de vijftien werknemers moest Linde

er al snel vijf ontslaan, de overige tien bleven voorshands

in dienst in afwachting van betere tijden. Van

het enige personeelslid hier in Nederland hebben we

voorlopig ook afscheid moeten nemen in afwachting

van betere tijden.’

Geen sociaal netwerk

Uit de regelmatige contacten met Bali heeft Hilde inmiddels

begrepen dat de coronacrisis ernstige gevolgen

heeft voor de lokale bevolking van het eiland. ‘Er

is geen sociaal netwerk zoals wij dat kennen, wie geen

werk heeft, moet maar zien hoe hij of zij zich redt. De

mensen op Bali leven voornamelijk van het toerisme.

Nu dat voor het grootste deel is weggevallen, alleen

lokaal toerisme is nog toegestaan, zijn de gevolgen

bijna niet te overzien. Zelfs de straathonden hebben

honger op het eiland De politie treedt hard op tegen

overtreders van de regels. Mannen moeten al snel als

straf tien push ups maken en vrouwen worden verplicht

de straat schoon te vegen.’

Linde van der Poel probeert inmiddels samen met

haar moeder onder andere via internet nog wat afzet

te creëren, maar de verkoop van tassen stokt bij

Vlnr Hilde, Meike en Femme.


Graag weer naar school

Femme Staudt, de achtjarige dochter van

Meike van der Poel en haar man Jeroen

Staudt, is een levende reclamezuil voor de

ijsmakers van Van der Poel. Ze heeft een

T-shirt aan met daarop drie ijsbolletjes.

De leerling van groep zes van de Prinseschool

in Enschede, verveelde zich stierlijk

geeft ze ruiterlijk toe. Begin maart ging

haar school op slot en moesten de leerlingen

het doen met het schriftelijke werk

dat ze mee naar huis kregen.

‘Ik mocht niet eens met mijn vriendinnetjes

spelen. Ik houd van tekenen en

knutselen en dat heb ik dan ook veel gedaan

die eerste weken. Net als stoeien met

mijn broer en op de trampoline springen.

Later werd het allemaal minder streng en

mochten we ook eens naar de oma’s op

bezoek. Ik heb ontzettend veel zin om

weer naar school te gaan. Meer dan mijn

broer die het allemaal wel prima vindt zo.

vijftien procent van de omzet in de afgelopen jaren.

Linde tracht van de nood een deugd te maken en

iets speciaals te ontwerpen waarmee we straks de

markt op kunnen. De vrees bestaat echter dat de

crisis langer gaat duren dan de twee jaren waarover

nu steeds wordt gesproken. Zeker als er op korte

termijn geen werkend vaccin komt.’

Overname

Meike van der Poel, die namens de Twentse ijsmakers

de twee Enschedese vestigingen bestiert, nam samen

met haar broer Pieter op 1 januari van dit jaar formeel

het bedrijf over van hun moeder Hilde. Die

was de enige erfgenaam, nadat haar man enkele

jaren geleden overleed. De vooruitzichten waren

prima, beiden werkten al enige tijd in de verschillende

vestigingen na het overlijden van hun vader.

Meike: ‘Van der Poel ijs bestaat al sinds 1925.

Pieter en ik zijn de vierde generatie die er leiding aan mogen geven.

Je kunt dus spreken van een stevig fundament, een bedrijf met het

nodige spek op de botten. Maar tegen een overval als die van het

coronavirus kun je je onmogelijk wapenen. De vijftiende maart

2020 staat vast in mijn geheugen gegrift. Het is voor een ondernemer

bijna niet voor te stellen wat het betekent dat van de ene op

de andere dag je bedrijf wordt stil gelegd. De gevolgen ervan dringen

pas langzaam tot je door. De horeca ging op slot, iedere gelegenheid

waar eten genuttigd werd, moest zijn deuren sluiten. Dat gold ook

voor onze ijssalons.

Onwezenlijk

Het was zo onwezenlijk, vooral omdat je ook thuis de consequenties

van de lockdown onmiddellijk ervaart. Je kinderen – ik heb er twee –

zijn thuis van school om maar één facet te benoemen. Je moet voor

oppas zonder risico zorgen. Mijn man heeft een beroep in wat je de

vitale sector noemt en kon dus niet bijspringen overdag. Wat doe je

met de voorraad ijs bij onze drie vestigingen? Wat dat laatste betreft

vonden we vrij snel een oplossing door dat ijs te verdelen onder de

drie Twentse ziekenhuizen, waardoor daar het personeel er van kon

genieten. Mensen in de zorg, zo bleek al snel, hadden het toch al niet

gemakkelijk. Voor hen was het ijsje een leuke verrassing.’

Creativiteit was niettemin geboden om de coronatijd door te komen,

zo bedachten ook Meike en Pieter van der Poel. ‘Na verloop van tijd

bleek dat afhalen een alternatief kon vormen voor de horecazaken.’

Meike: ‘We boden voorverpakte halve liters ijs aan. Diep gevroren

zodat voor iedereen duidelijk was dat kopers die niet meteen op ons

terrein konden nuttigen. Dat werkte, maar kon toch niet wegnemen

dat onze omzet behoorlijk kelderde. Vooral ook omdat we een belangrijke

bron van inkomsten misten. Normaal gesproken leveren

we ook aan bruiloften en partijen en gaan we op weg met onze ijskar

op bijvoorbeeld verjaardagen en examenfeestjes. Dat viel ook allemaal

in een keer weg.’

Personeel

Al snel bleek dat het onmogelijk was

alle medewerkers in dienst te houden.

‘We hebben dankbaar gebruik gemaakt

van de regelingen die de regering aanbood.

We hebben hoe dan ook een

beetje omzet gedraaid met de mensen

die overbleven. De afrekening daarvan

komt later. Zoals het er nu uitziet

zullen we globaal 70 procent van onze

omzet halen in de rest van het jaar. Met

de ijsverkoop is het zo dat je vooral in

de maanden tot de zomervakantie je

slag moet slaan en uitgerekend in die

periode moesten we op slot. Voor ons

is 2020 een jaar dat we maar snel moeten

vergeten. We gaan echter niet bij de

pakken neerzitten. Pieter en ik hebben

nu al weer plannen om op korte termijn

in Hengelo een productie-eenheid te

beginnen waarmee we straks alle vestigingen

van ijs kunnen voorzien. Daarin

investeren lijkt op dit moment het

meest zinvol.’

3ge

ne

ra

ties

.11

ZILVER HERFST 2020


Zilver Magazine

LEZERMENU

Voorgerecht

Dessert

Carpaccio van ossenhaas en truffel

crème met Parmezaanse kaas

OF

Grand dessert

.12

Huisgemaakte paddenstoel kroketjes

met pastinaak crème

Hoofdgerecht

Gegrilde zeebaars filet met kruiden

risotto en witte wijnsaus

OF

Zacht gegaarde Wildzwijn nek met

truffeljus

Nu voor alle 65+ lezers* van

Zilver Magazine geen €34, 50 maar €24, 95

YOU DON’T WANT TO LOOK BACK AND THINK: I COULD’VE EATEN THAT!

Op een gezellige plek naast de Sint-Plechelmusbasiliek in Oldenzaal geniet je van klassieke gerechten met een moderne twist. Ook deze

winter leggen Chefkok Jan Huiskens en zijn team je wat dat betreft weer helemaal in de watten. (H)eerlijk, vers eten om je vingers bij af te

likken. Geniet van een mals stukje vlees, vis of een truffel risotto. Wat je ook kiest, je snapt waar het restaurant zijn naam aan de danken

heeft. Natuurlijk staat er dit seizoen ook vis en wild op de kaart en prijs jij jezelf gelukkig met een uitgebreide selectie aan mooie wijnen.

* Dit speciale en erg smakelijke lezersmenu wordt alleen op dinsdag, woensdag en donderdag voor u bereid.

De bijpassende wijnen staan in onze fraaie maar zeker betaalbare wijnkaart.

* Toon even aan dat u 65 jaar of ouder bent.

Sint Plechelmusplein 18 | Oldenzaal | Tel: 0541 535060 | www.bistropuur.nl


COLUMN. MARCEL OLDE RIKKERT

Marcel

Olde Rikkert

COLUMN

Nooit meer corona oorlog

Marcel Olde Rikkert is in

zijn woonplaats Nijmegen

hoogleraar geriatrie in het

Radboudumc en hoofd van

het Radboudumc Alzheimer

Centrum. Hij is geboren en

getogen in Hengelo (O).

Zijn missie is om oudere

mensen zo goed mogelijk

te helpen kiezen uit al wat

de geneeskunde te bieden

heeft, passend bij hun

eigen verhaal. Dat heeft

hij ook beschreven in zijn

boek ‘Jong blijven en Oud

worden’ (2015, Thoeris

A’dam).

Heeft u een vraag aan

professor Olde Rikkert,

stuur dan een e-mail naar

redactie@zilvermedia.nl

t.a.v. de heer Olde Rikkert.

De coronadreiging blijft. Dit najaar

zou het coronavirus wel eens met het

griepvirus kunnen samenspannen.

Politici en deskundigen uit binnen en

buitenland gebruiken ondertussen

steeds meer oorlogstaal tegen het virus.

En dat is niet alleen de krachttaal van

Trump. Toch is deze vergelijking met

oorlog dom. Het lokt oorlogshandelingen

uit bij burgers en dat is wel het

laatste wat je wilt. Lees en huiver mee...

Het verhaal begint bij mijn rol als

opleider van jonge artsen. Om arts te

worden volg je eerst een opleiding van

een jaar of drie met veel theorie. Daarna

moet je stages gaan lopen als co-assistent.

Dat zijn de jonge dokters in opleiding

die u ook in Twente ziet meelopen. In

Nijmegen coördineer ik zo’n stage waarin

de co-assistenten gedurende vier weken

getraind worden in ouderengeneeskunde.

Dat kan op een afdeling geriatrie in een

ziekenhuis, maar ook in een verpleeghuis.

We waren overigens in Nijmegen de

eerste opleiding die stages met ouderen

verplicht stelde. Gelukkig is dat nu overgenomen

door de andere universiteiten.

Dokteren met ouderen die veel ziekten

tegelijk hebben, vraagt immers andere

kennis en vaardigheden. Maar in de afgelopen

coronaperiode zijn ook deze stages

gestopt, vanwege de extra risico’s voor ouderen.

Dat lag erg gevoelig. Co-assistenten

zouden hen kunnen besmetten.

Om alle veertig stageplaatsen weer klaar

te stomen voor een verantwoorde start

in het najaar, heb ik recent alle opleiders

gesproken. De verhalen uit zowel de ziekenhuizen

als de verpleeghuizen waren

indrukwekkend. Oorlogsverhalen waren

het. Met name in het begin van de epidemie

in Nederland was de schrik groot. In

een van de zuidelijke verpleeghuizen brak

het gevecht tegen het coronavirus uit twee

dagen, nadat de carnavalsoptocht letterlijk

door het verpleeghuis was gelopen.

Veel bewoners werden doodziek. De verzorging

hield zich staande, verpakt in regenjassen

met plakband dicht geplakt en

met mondkapjes van vuilniszakken. Men

voelde zich als eenzame verzetsstrijders.

Alles was geoorloofd aan persoonlijke

bescherming en isolatie van bewoners.

Een andere verdedigingslinie zag men niet.

Wat later in de coronagolf hadden sommige

verpleeghuizen veel last van familieleden

die zich niet konden neerleggen bij

dit strikte isolatiebeleid. Verblind door

woede en verdriet klommen onredelijke

familieleden door ramen en terrasdeuren

naar binnen. Guerrilla-acties, nog net

niet gewapend. Bij twee verpleeghuizen

escaleerde het zo dat de directeur twee

meter hoge hekken rond het hele verpleeghuis

liet plaatsen. Ook dit waren bizarre

oorlogsverhalen, vol emotie.

Verblind door woede en verdriet

klommen onredelijke familieleden

door ramen en terrasdeuren naar

binnen. Guerrilla-acties, nog net

niet gewapend.

Laten we bij nieuwe virusgolven ophouden

met deze oorlogsvoering. Politici, stop

met het gebruik van oorlogstermen. Ze

zetten burgers en hulpverleners alleen maar

aan tot oorlogs- en verzetshandelingen.

Laten we niet vergeten dat we al 75 jaar vrij

zijn. En laten we onszelf dat niet afpakken,

maar het virus slimmer bestrijden!!

Marcel

Olde Rikkert

.13

ZILVER HERFST 2020


ZILVER. 65. EN NU?

.14

Jan van Staa:

‘Eigenlijk

wil ik mijn

hele leven

voetballen’

Hij mag dan 65 jaar zijn geworden, gestopt als

voetbaltrainer is hij niet. Als er een club is die

Jan van Staa wil inzetten, dan kunnen ze contact

opnemen. ‘Ik heb niks met leeftijden. Voel me

net als op mijn 45ste of 55ste. Ik voel me jong’,

zegt hij lachend. En gestopt is hij niet, hoewel

hij momenteel - afgezien van zijn parttimejob

als voetbalcommentator bij RTV Oost - geen

werk heeft. Als er een club komt waar hij van

betekenis kan zijn, is hij beschikbaar.

JAN VAN STAA:

‘ Folkert Velten zou

nu voetbalmiljonair

geweest zijn’

// Tekst

GIJS EIJSINK

// Fotografie

ROBERT HOETINK


JAN VAN STAA [27-5-1955]

Geboren in Utrecht als zoon van

een spoorwegman. Een broer en

één zus. Getrouwd met Hennie.

Een zoon en een dochter.

Voetbalde bij DOS, FC Utrecht

(177 eredivisiewedstrijden) en

Heracles (plm 200 wedstrijden in

eerste en eredivisie). Bij Heracles

was hij een tijdlang aanvoerder.

In ’85 promoveerde hij naar de

eredivisie. Hij stopte in 1988 door

een lastige buikspierblessure.

Daarna was hij assistent-trainer,

hoofdtrainer en hoofd opleidingen

van Heracles en GA Eagles.

Vanaf 2004 tot 2016 werkte hij bij

FC Twente in verschillende voetbaltechnische

functies, waaronder

in 2006 een aantal maanden als

hoofdtrainer.

Van dec 2017 tot medio 2018 was

hij hoofdtrainer van GA Eagles.

Sinds 2014 is Van Staa voetbalanalist

bij RTV Oost. Hij en zijn

vrouw verhuizen binnenkort van

Almelo naar Borne.

.15

ZILVER HERFST 2020


ZILVER. 65. EN NU?

‘ Hennie is

mijn geheim’

.16

De foto’s worden gemaakt op het trainingscentrum van FC Twente. En meteen blijkt dat voetbalman

Jan van Staa weer even helemaal op zijn plek is. De terreinknecht maakt een dolletje, materiaalman

Jakob begroet hem met een brede grijns net als de bewaakster van de trainingsvelden en Wout Brama

wisselt de laatste nieuwtjes uit met hem. Van Staa was bij de eredivisionist vanaf 2004 assistent-trainer

en ook een korte periode hoofdtrainer, hij was hoofd opleidingen, hoofd scouting, internationaal scout,

spelersbegeleider en - hij grijnst als hij het meldt – hij droeg ook nog de titel van ambassadeur. ‘Ik rolde steeds

weer ergens in. Prima. Als ik wat kan doen met een doel, als het een en functie is waar ik me prettig bij voel,

als datgene wat ik doe resultaat heeft, dan doe ik het graag.’ Hij voegt er nog aan toe dat hij geen hopper is.

‘Ik hou ervan om een langere tijd ergens aan mee te werken.’

Ik zie hoe je hier bij FC Twente opfleurt. Zou

je niet nog een paar jaar willen werken hier?

‘Momenteel hebben ze wel wat anders aan

het hoofd. Er moet een selectie samengesteld

worden en er is nog veel ander werk dat

wacht, terwijl de budgetten klein zijn. Maar ik

vermoed dat ik daarna nog wel een telefoontje

ga krijgen.’

De laatste jaren van je periode bij FC Twente

combineerde je de functie van spelersbegeleider

met die van scout. Hoe was dat?

‘Mooi. Ik had de taak om nieuwe, buitenlandse

spelers te helpen met acclimatiseren. Ik hielp

ze met het vinden van huisvesting, regelde een

auto en andere zaken. De een wil een zwembad

bij zijn huis, de ander wil een auto met

bijzondere velgen of een huis met zes slaapkamers.

Het is dankbaar werk. Een nieuwe

speler moet zich prettig voelen. Dan voetbalt

hij beter. Met een heel team waren we daarmee

bezig. Als dat allemaal geregeld was, ging

ik naar het buitenland om spelers te bekijken.

Van Australië tot Canada, van Zuid-Amerika

tot Finland, ik ben overal geweest. En in de

winterstop kwam er weer een nieuwe speler en

dan moest ik die weer wegwijs maken.’

Je voetbalde bij FC Utrecht en Heracles en

was voor je stopte al met de opleidingen voor

trainer bezig. Waarom?

‘Omdat de trainers dat in mij zagen, vooral

Han Berger bij Utrecht. Hij stimuleerde mij die

kant op te gaan. Ik was helemaal vergroeid met

voetbal, want als speler deed ik al niks anders.’

Maar als je door omstandigheden niet in het

voetbalvak had kunnen blijven, wat was je

dan geworden?

‘Tennisleraar of zo. Wel iets in de sport. Gymleraar

misschien. Ik wilde na de ULO het Cios

doen, een sportopleiding. Mijn hart ging uit

naar de sport. Op school vond ik de gymlessen

het leukste.’

Waar in Utrecht stond jouw wieg?

‘In de Sterrenwijk, een volksbuurt richting de

Galgenwaard. Ik ben op straat opgegroeid in

een hechte buurt met de bekende touwtjes uit

de brievenbus. Het was een fijne jeugd. Zo

werd ik automatisch gevormd. We voetbalden

elke dag op straat. Vooral aan mijn moederskant

waren ze gek op voetbal. Die gingen

allemaal naar DOS en toen ik iets ouder was,

mocht ik mee. Toen ik 17 jaar was, werd ik

zelf prof en speelde ik bij de betaalde jeugd.

In 1970 ontstond FC Utrecht, in ’73 zat ik bij

de selectie.’

In 1981 ging je naar Heracles en toen je net

33 jaar was, stopte je wegens een zware blessure.

Heb je vrienden overgehouden aan jouw

tijd als voetballer of trainer?

‘Ja, maar dat zijn er geen tien en dat hoeft ook

niet. Ze zeggen dat een voetballer die gestopt

is, zijn verjaardag kan vieren in een telefooncel.

En dan kun je ook nog dansen. Maar was


geworden. Ze moeten mensen vermaken.

Daar moet alles voor wijken. Sommigen roepen

dan tegen zo’n speler dat hij het in tien

jaar moet verdienen en daardoor gaat hij zich

anders gedragen. Hij heeft totaal niet in de

gaten dat sommige fans hun vakantiegeld aan

een seizoenkaart spenderen. Door de aandacht

die ze krijgen, komen ze op een voetstuk

te staan en meten ze zich een andere houding

aan. Een aantal kun je dat niet kwalijk nemen,

omdat hun omgeving ook verandert of omdat

ze geen goede begeleider hebben namelijk.

Iemand die alleen aan zijn eigen portemonnee

denkt. Mede daardoor heb je veel spelers

die geen normaal gesprek meer kunnen voeren

met een supporter. Een voetballer is heel

bevoorrecht en dat zal hij moeten beseffen. En

laten ze vooral in de gaten houden wat hun

niveau is.’

je succesvol geweest, dan kon je Tivoli afhuren.

Dat is de realiteit. Dan zijn de mensen

trots op je.’

Is er een moment dat je het liefst wilt vergeten?

‘Mijn afscheid als speler. Dat zou ik liever later

gedaan hebben. Eigenlijk wil je je hele leven

voetballen. Je wilt het liefst voetballer zijn en

ik zeg daarom tegen iedereen: Blijf het doen

zolang je kunt.’

Wat is het prettigste moment uit je loopbaan?

‘Mijn debuut bij FC Utrecht in de competitie.

Feyenoord uit in januari 1974. Dat heeft heel

wat met de mensen uit mijn omgeving gedaan,

zo hoorde ik later. Mijn vader en mijn broer

sliepen de hele nacht niet. Mijn broer was

er al op tijd. Hij heeft toen aan een suppoost

gevraagd of hij even op het veld mocht lopen.

Dat mocht. Sindsdien is hij Feyenoord-fan.

Mijn trainer Bert Jacobs zei: De mensen op

de tweede ring hebben pech. Die zien van ons

maar tien spelers, want Jan doet mee. Die club

was toen wereldtop. We verloren met 2-1.’

Staat de voetballerij ver af van de

maatschappij?

‘Op sommige momenten wel, vind ik. Dat

heeft ook te maken met de ontwikkeling van

de sociale media. De uitstraling van het voetbal

is ongekend. Topspelers zijn artiesten

Is het een harde wereld?

‘Ja. De concurrentie is groot en je wilt het uiterste

uit jezelf halen. Je bevindt je in een groep

van 25 man. Afgunst speelt een rol en de media

zitten er bovenop. Als het niet lukt, is het

kringetje om je heen klein. Hier gaat het nog,

maar in de randstad heb je veel clubs.’

‘Ze zeggen dat

een voetballer die

gestopt is, zijn

verjaardag kan

vieren in een

telefooncel. En dan

kun je ook nog

dansen.’

Is het een sociale wereld?

‘Niet altijd. Als je niet meer belangrijk bent,

zit je in de vergeethoek. Dan is de familie

belangrijk en/of je zaakwaarnemer. Heb je

blessures, ben je uit vorm, dan ben je snel

vergeten. In sommige landen blijf je een held.

In Nederland is dat minder. Soms moet een

prominente oud-speler gewoon vragen om

een kaartje. Wat meer respect mag wel. En

als er geen media in de buurt zijn, hoe zijn

ze dan? Zijn ze dan een voorbeeld voor kinderen,

voor gehandicapten? Dat kan volgens

mij wel beter. Ik vind dat een profvoetballer

structureel wat voor een ander zou moeten

betekenen. Soms moet het van de club, maar

uit zichzelf zouden ze ook initiatieven moeten

nemen. Dan tikt het ook harder aan en kweek

je goodwill. Laat zien dat je een bevoorrecht

mens bent. Denk erover na.’

Jouw zoon Jerry wilde ook profvoetballer

worden. Heb je hem gecoacht en gepusht?

‘Niet altijd. Toen hij bij Heracles in de opleiding

kwam, heb ik hem losgelaten. Hij wist

wel wat je er voor over moet hebben. Hem en

onze dochter Tamara pushen zou ik nooit

doen. Ze moeten zelf hun weg vinden en

doen wat ze leuk vinden.’

Paste jouw vrouw Hennie goed bij een

topsportman?

‘Zij is het geheim achter mij. Ze kwam altijd

kijken, deed de opvoeding van de kinderen

en zorgde voor hen. Je moet rusten, je moet

op trainingskamp, je moet als scout naar het

buitenland. Zij regelde alles. Het kan allemaal

als je familie ermee instemt. We leerden

elkaar kennen toen ik al bij FC Utrecht speelde

en ervoer dus vanzelf hoe het leven van een

profvoetballer eruit ziet.’

Welke vijf voetballers staan in je eeuwige

top 11?

‘Allereerst Willem van Hanegem. Hij heeft

tweeëneenhalf jaar achter mij gespeeld als

linkshalf. Hij is buitencategorie als voetballer

en als mens. Dan de Deen John Steen Olsen.

Hij maakte zich volledig ondergeschikt aan

het belang van de groep en de club. Fijne

speler om mee op te trekken. Leo van Veen,

mister FC Utrecht was tactisch sterk en technisch

sterk. Een voorbeeld. Hendrie Krüzen

was heel jong, maar zo vaardig, slim en sterk.

Heeft een geweldige carrière gehad en nu als

trainer ook. Fijn mens. En Folkert Velten.

Had hij nu geleefd, dan was hij voetbalmiljonair

geweest. Scoorde altijd. Stond op de

juiste plek, was links en rechts, lichamelijk

sterk, no nonsens. Draaide graag een sjekkie.

Voor dat soort mensen heb ik een zwak.’

.17

ZILVER HERFST 2020


ZILVER. 65. EN NU?

Cecilia Hofmeijer-Groothuis,

Kerspel Goor. Mede-eigenaar

constructiebedrijf. Getrouwd

met Bennie. Vier kinderen,

zeven kleinkinderen.

Megagrote tuin

‘We hebben een constructiebedrijf in Goor.

Ik doe er de administratie en dat behelst

zeker nog een uur of dertig per week. Ik

blijf dat voorlopig nog doen, omdat ook

onze zoon Kevin in het bedrijf zit. De bedoeling

is dat hij het gaat overnemen. En dan

hoop ik wat meer vrije tijd te krijgen, maar

de hele dag thuis zitten, lijkt me ook niks.

Ik zal op de achtergrond nog wel met raad

en daad aanwezig blijven in het bedrijf.

Verder hebben we thuis een megagrote

tuin. Werk genoeg. Af en toe uit. Fietsen,

een weekendje weg en bezoekjes aan

kinderen en kleinkinderen.’

Column

Als ik 65 ben...

Door Kees Hendriksen

.18

Hans Engelbertink, Hengelo.

Gemeenteambtenaar.

Getrouwd met Henny. Vijf

kinderen, twee kleinkinderen.

Yvonne Kiezenbrink-Vossebeld,

Hengevelde. Verzorgende.

Getrouwd met Clem. Vier

kinderen, vijf kleinkinderen.

Nooit meer vliegen

‘Minder gaan werken en genieten van de

vrije tijd. Je bent in de fase dat je andere

dingen gaat doen. Je gaat genieten van

kleinere bezigheden, zoals wandelen

en fietsen, de natuur in of golfen. Ik heb

geen bucketlist, hoef niet op safari, maar

dichterbij is ons eigen land net zo mooi.

Dat blijkt nu ook wel door de coronacrisis.

En wat we ons al voor de coronaperiode

hadden voorgenomen, is dat we

nooit meer willen vliegen. Zo willen wij een

extra steentje bijdragen aan het behoud

van de natuur op deze aarde.’

Achter de naaimachine

‘Mijn werk als verzorgende bij demente bejaarden

bij Zorghuis Twente gaat gewoon

door. Ik ben momenteel werkzaam in Huize

Scherpenzeel in Goor. Ik werk 20 uur en ga

door tot ik echt pensioen heb, als ik 66 jaar

en vier maanden ben. Eigenlijk blijft dus

alles hetzelfde. Ik ben naast mijn werk veel

thuis, speel klarinet bij Amuzant, hou van

wandelen en fietsen en zit graag achter

de naaimachine. Ik pas op de kleinkinderen

of maak kleertjes voor hen. Genoeg

te doen. En daarnaast gaan we graag op

vakantie met onze camper, hoewel we dit

jaar wat dichter bij huis moeten blijven.’

Fiets ik gaten in de dag, reis ik met mijn geliefde

rond in een camper en maai ik het gras bij de

lokale voetbalclub. Dit waren mijn eerste

gedachten toen ik voor dit item werd gevraagd.

Ik ben vooral benieuwd naar de fysieke staat van

mezelf en mijn generatiegenoten. Als ik naar

de pensionado’s van nu kijk, dan lijken ze fitter

dan ooit. Ze fietsen en reizen er wat af. Dat was

vroeger wel anders. De lederen fauteuil van toen

is het zadel van nu en het uitzicht beperkt zich

tegenwoordig al lang niet meer tot de vetplant in

de hoek van de kamer.

Het is een geruststellende gedachte dat de

65-jarige steeds vitaler wordt, maar het is ook

essentieel. Want zo lang de Postcode Loterij mij

tot die tijd alleen maar snijplanken en ontbijtkoeken

laat winnen, moet ik - net als mijn

generatiegenoten - nog gewoon aan het werk.

Of mág, daar ben ik nog niet over uit. Het leven

is wat gebeurt, terwijl je andere plannen maakt,

zei John Lennon ooit. Het heeft geen zin om

dingen uit te stellen en te wachten tot je met

pensioen bent. Daarom probeer ik mijn leven

zoveel mogelijk te leven als een pensionado, ik

werk er alleen bij. Alles om ervoor te zorgen dat

ik later geen spijt heb van dingen die ik niet heb

gedaan, maar wel had willen doen. Ik kan het

iedereen aanraden, want voor je het weet heeft

de lokale voetbalclub alleen nog maar kunstgras

en zijn de pensioendromen onder je voeten

vandaan gemaaid.

Kees Hendriksen (37)


ZILVER ZAKELIJK. CARINT

De Ledenservice voor een

leuker, makkelijker en veiliger leven

Onze Ledenservice ondersteunt jong en oud met allerlei diensten om het leven leuker, makkelijker

en veilig te maken. Diensten aan huis, slimme technologische oplossingen voor thuis en gezellige

arrangementen. En uiteraard kunt u ook voor advies over langer thuis blijven wonen, bij ons terecht.

.19

Een greep uit het aanbod

Het aanbod is breed en verdeeld over vier categorieën:

Uitgaan & ontspanning, Aan huis diensten, Zaken op

orde en Voel je veilig. Het aanbod wordt in samenspraak

met de leden steeds vernieuwd en aangepast. U vindt het

complete aanbod op de website www.carintreggeland.nl/

ledenservice.

Uitgaan & ontspanning

Gezellige arrangementen, samengesteld voor u. Lekker

een dagje uit of een middagje iets anders. U kunt bijvoorbeeld

voordelig naar de bioscoop, het subtropisch zwemparadijs

in Preston Palace of op een leuke manier Twente

ontdekken met Actief Twente.

Aan huis diensten

Dat is makkelijk en comfortabel! Voor onder andere de

audicien, computerhulp, fietsenmaker en opticien bieden

wij een leuke korting.

Zaken op orde

Bent u op zoek naar mantelzorgondersteuning, een notaris

of wilt u hulpmiddelen lenen. Ook dan zit u goed als

lid van De Ledenservice.

Voel je veilig

En zoekt u slimme oplossingen om langer thuis te kunnen

wonen dan bieden wij onder andere een kookbeveiliger,

en advies over zorgtechnologie en woningaanpassingen

in en om uw huis.

Bezoek onze vernieuwde website

Om u nog beter van dienst te zijn, is de website vernieuwd.

In één oogopslag ziet u welke diensten wij bieden en maakt

u eenvoudig gebruik van het aanbod. Speciale aandacht is

er op de nieuwe website voor ons reisbureau SamenUit!

Alle uitstapjes overzichtelijk voor u en makkelijk te boeken.

Voor het complete overzicht en extra voordelen voor

leden, kijkt u op www.carintreggeland.nl/ledenservice

Lid worden?

Iedereen kan lid worden van De Ledenservice, ook als u

geen zorg van Carintreggeland ontvangt. Voor €18,50 per

kalenderjaar maakt u al gebruik van het aanbod.

Maak uw eigen account aan op de vernieuwde website en

profiteer direct. Liever persoonlijk contact? Dat kan ook

via 088 367 2373 of mail naar leden@carintreggeland.nl

ZILVER HERFST 2020


Nolet Bult

Oldenzaal

24 uur per dag

T 0541 229 779

Profiteer van onze

Profiteer jubileumaanbieding!

van Profiteer onze van onze

jubileumaanbieding! jubileumaanbieding!

Goed afscheid nemen

betekent tijd nemen

om te beseffen wat

er gebeurd is ...

.20

www.noletbult.nl

Praktijkadres

Beatrixstraat 147

7571 CA Oldenzaal

Telefoon (0541) 51 25 28

E-mail praktijk@veerdig.nl

www.veerdig.nl

Het maatwerk zitcomfort van Fitform verhoogt al 40 jaar het welzijn van heel

veel mensen. Om dit te vieren, kunt u dit jaar profiteren van onze jubileumaanbieding:

maatwerk de zitcomfort luxe en Het zeer van maatwerk Fitform complete verhoogt zitcomfort Fitform al van 580 40 jaar Fitform Elevo het jubileumeditie.

verhoogt welzijn van al 40 heel jaar het welzi

Het

veel mensen. Om dit te veel vieren, mensen. kunt u Om dit dit jaar te profiteren vieren, kunt van u onze dit jaar jubileumaanbieding:

Deze speciale editie de luxe is inclusief en aanbieding: zeer een complete totaalpakket de luxe Fitform en zeer 580 complete Elevo jubileumeditie.

Fitform 580 Elevo jubile

profiteren van onze

aan opties/accessoires:

Fitform

580 Elevo

Deze speciale editie is inclusief Deze een speciale totaalpakket editie is inclusief een Jubileumeditie

totaalpakket

aan opties/accessoires:

Fitform

aan opties/accessoires:

€ 3.125,-

Fitform

580 Elevo

580 Elevo

€ Jubileumeditie

2.499,-

Jubileumeditie

Topswing Lendensteun Draaiplateau Luxe Accu

€ 3.125,-

€ 3.125,-

hoofdsteun traploos 360 graden hoofdkussen Geen snoer

instelbaar draaibaar naar keuze in uw kamer

€ 2.499,-

Topswing Lendensteun Draaiplateau Topswing Lendensteun

Luxe Draaiplateau

Accu

€ 2.499,-

Luxe Accu

hoofdsteun traploos 360 hoofdsteun graden hoofdkussen traploos Geen 360 snoer

• Voor u individueel graden hoofdkussen Geen snoer

instelbaar

op maat

draaibaar

gemaakt

naar instelbaar keuze in uw draaibaar kamer naar keuze in uw kamer

• Zitten, relaxen, rusten én gemakkelijk opstaan

• Voor Uitgerust u individueel met drie op motoren, maat • Voor gemaakt alles

u

onafhankelijk

individueel op

verstelbaar

maat gemaakt

• Zitten, Volledig relaxen, ergonomisch rusten verantwoord én gemakkelijk • Zitten, relaxen,

& wetenschappelijk opstaan rusten én gemakkelijk

onderbouwd

opstaan

• Uitgerust Bekledingstof met Board; drie motoren, keuze

• Uitgerust

uit alles 15 onafhankelijk kleuren

met drie motoren, verstelbaar alles onafhankelijk verstelbaar

• Volledig ergonomisch verantwoord • Volledig & ergonomisch wetenschappelijk verantwoord onderbouwd & wetenschappelijk onderbouwd

Uw

Bekledingstof

Fitform-dealer

Board; keuze • Bekledingstof uit 15 kleurenBoard; keuze uit 15 kleuren

Uw Fitform-dealer

Uw Fitform-dealer

Voortsweg 31,

Geldig t/m 31 december 2020.

7523 CC Enschede

Tel. 053 - 435 84 37

www.elzingawonen.nl

Geldig t/m 31 december 2020. Geldig t/m 31 december 2020.

10-12-18 13:02

56

KLASSIEK MET KARTON

Theaterduizendpoot en operettefan Steef de Jong

en het Orkest van het Oosten vonden elkaar op het

Zwolse Stadsfestival 2017. Het werd een hilarisch,

hoogstaand avondje Offenbach en Strauss.

Nu het vervolg in de concertzaal. Orkest en Steef

veroveren uw hart met klassieke krakers en een

knipoog. Met nog meer noten en lagere drempels.

Deel je leven

16 MEI DE SPIEGEL, ZWOLLE

17 MEI MUZIEKCENTRUM ENSCHEDE

Een betekenisvol 18 MEI leven DEVENTER en uitgaan SCHOUWBURG

van wat mensen wél kunnen.

Dat is waar Zorggroep Sint Maarten voor staat. Elke dag

opnieuw gaan wij uit van de kracht van mensen, hun

mogelijkheden en hun talent. En van de kracht van delen.

Kijk op www.zorggroepsintmaarten.nl om te kijken wat we voor

elkaar kunnen betekenen.

088 - 000 52 00

info@zorggroepsintmaarten.nl

Bestel u kaarten via deel je www.ovho.nl

leven

Voor uw

gezondheid

en vitaliteit!

Maartje is er voor thuiszorg, kraamzorg, behandeling

én revalidatie. Professioneel en vertrouwd. Voor

jong en oud. Kleinschalig en in de buurt. Met eigen

vestigingen en altijd één vast aanspreekpunt.

Afspraak maken met Maartje bij ú in de buurt?

Bezoek dan één van onze vestigingen in Losser,

Oldenzaal, Ootmarsum, Tubbergen, Geesteren,

Weerselo of Hengelo. Of bel of mail ons!

Thuiszorg

Behandeling

Kraamzorg

Revalidatie

www.maartje.nl

info@maartje.nl

053 - 537 55 55

088 - 000 52 05

088 - 000 52 15

053 - 537 55 55

Maartje is onderdeel van

7 dagen per week,

24 uur per dag

bereikbaar

Uitleen van hulpmiddelen zonder lidmaatschap


INTERVIEW. VADER EN ZOON STROBOS

Vader en zoon Strobos,

experts in cortenstaal

// Tekst

BOB GEVERS

// Fotografie

ALPHONS B. TER BRAKE

.21

Evert Strobos en z’n zoon Graddus

zijn buren. Ze wonen aan de rand van

Bedrijvenpark Twente, direct naast

de bedrijfshal van Strobos Metaal.

Evert [77] is een bekend beeldend

kunstenaar, zijn stalen constructies

staan in het hele land. Graddus [44]

runt het metaalbedrijf en produceert

onder meer stalen sculpturen voor

kunstenaars.

ZILVER HERFST 2020


orten

INTERVIEW. VADER EN ZOON STROBOS

.22

Evert

Evert verwierf met

cortenstaal grote

bekendheid in

Nederland. Het

is een bijzondere

staalsoort, sterk

en weervast. In de

buitenlucht krijgt

het z’n kenmerkende

roodbruine kleur.

Ze hebben beiden wat met cortenstaal. Evert liep nogal voorop

met het gebruik van dat materiaal, die ‘roestige vlakken’ werden

niet altijd begrepen door het publiek. ‘Het heeft toch zo’n vijftig

jaar geduurd, voordat het werd geaccepteerd’, constateert zijn zoon.

In Twente zijn Stonehenge en het scheermes de bekendste sculpturen van

Evert. De eerste bestaat uit een cirkel van acht huizenhoge pylonen in

de Hengelose wijk Hasseler Es, vlakbij de A1. De tweede, een verticale

zuil met een horizontale dwarsbalk, staat in het Wesselerbrinkpark in Enschede.

Nog een opvallende locatie: in de beeldentuin van het Kröller-

Müller Museum op de Veluwe staat de indrukwekkende Palissade: 8 bij

9.80 meter, moeilijk over het hoofd te zien.

Een gesprek met de heren aan de keukentafel van de jongste: buren die

elkaar goed en al heel lang kennen. Pa had al snel in de gaten dat z’n zoon

goed overweg kon met metaal. Hij diept, ter illustratie, een ingewikkeld

karwei op uit z’n geheugen. ‘Graddus was daar toch zó verrekte handig

mee, een snotaap van zeven, acht jaar. Toen stond hij de kantbank al te

bedienen.’ Z’n zoon, bescheiden: ‘Ik zal toch wel iets ouder zijn geweest…’

Het lag dus voor de hand dat Graddus ook tussen het metaal zou belanden.

Hij werd geen kunstenaar, maar ondernemer met een constructiebedrijf,

Strobos Metaal. Hij maakt er allerlei producten, van stalen picknicktafels

tot ingewikkelde wenteltrappen. Én veel kunst. Daar heeft hij een stevige

reputatie mee opgebouwd.


staal

Roelofs

Beeldend kunstenaars weten hem goed te vinden om

hun ontwerpen om te laten zetten in staal. Onder hen

de internationaal bekende Rinus Roelofs. Van hem staan

tijdelijk acht wiskundige, gecompliceerde werken op

het Hengelose Stationsplein. Graddus construeerde

de meeste, aan de hand van computertekeningen. Dat

was goed te doen, vindt hij. Hij zou overigens graag

zien dat het werk van Roelofs een blijvende plaats krijgt

in de Hengelose binnenstad. Waarvan akte.

Vader Evert had zelf een werkplaats waar hij zijn grote

sculpturen maakte. Z’n zoon was er altijd te vinden tijdens

zijn vrije uren, stak de handen enthousiast uit

de mouwen en hielp graag mee met het plaatsen van

de constructies. Hij werd geen beeldend kunstenaar,

maar haalde zijn diploma van maritiem officier op

de zeevaartschool in Delfzijl. Voer vervolgens vijf

jaar over de hele wereld, stapte na lang nadenken in

Philadelphia van boord en liet zich een paar dagen

later bij de Twentse Kamer van Koophandel met een

eigen bedrijf inschrijven.

Buren, metaalvaklieden, vrienden. Ze trekken nog

wel eens samen op, zoals vorig jaar bij het plaatsen

van de glanzende, swingende, 3,5 meter hoge gitaar

van de Enschedese kunstenaar Helga Kock am

Brink op de rotonde voor het Rock ’n Pop-museum in

Gronau. Gebouwd in de werkplaats van Strobos

Metaal. ‘Maar ik bemoei me er tegenwoordig niet

zoveel meer mee’, zegt Evert. Graddus, grijnzend: ‘Hij

denkt nog wel dat-ie er nog alles van weet. Maar da’s

minder geworden.’

Vader Strobos bouwde, direct naast de hal op het

bedrijvenpark, zijn eigen woning, met veel cortenstaal

in de gevel. Het pand is ontworpen door zijn

drie jaar geleden overleden echtgenote Wietje.

‘Een oerkleur,

je kunt

het overal

neerzetten.

Het past

in de

bebouwing

en ook in de

natuur.’

.23

Graddus

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. VADER EN ZOON STROBOS

Cortenstaal

Evert verwierf met cortenstaal grote bekendheid in Nederland.

Het is een bijzondere staalsoort, sterk en weervast.

In de buitenlucht krijgt het z’n kenmerkende roodbruine

kleur. ‘Een oerkleur, je kunt het overal neerzetten.

Het past in de bebouwing en ook in de natuur.’ Hij liep

ermee voorop. ‘Ik was een van de eerste kunstenaars die

met cortenstaal werkte. Het is taai en knetterhard en niet

gemakkelijk om te bewerken.’ Maar die roestkleur werd

niet door iedereen begrepen en gewaardeerd. Strobos

oogstte er in het begin de nodige hoon mee, maar bleef

stug doorwerken met dit materiaal.

.24

Zo haalde de wijk Zevenhuizen bij Apeldoorn in 1983

het landelijke nieuws, nadat Evert Strobos het Hunebeddenplan

had ontworpen: een serie van 160 cortenstalen

platen op een oude trambaan, bedoeld om het sombere

aanzien van de betonnen wijk te veraangenamen. Maar

de bewoners zagen er niets in: ze vonden de ‘roestige

platen’ oerlelijk. Ouderen moesten zelfs denken aan

anti-tankversperringen uit de Tweede Wereldoorlog…

Het kunstwerk staat tegenwoordig tot volle tevredenheid

van iedereen langs een autoweg bij Dordrecht. Toch

echode de affaire nog even na: ‘Want ik ben daarna nog

een paar jaar alleen maar tweede geworden bij inschrijvingen

voor opdrachten…’ Maar hij had inmiddels naam

gemaakt met zijn werk, de waardering daarvoor oversteeg

de afkeer van de Zevenhuizenaren ruimschoots.

Tijd vooruit

Evert Strobos was gewoon zijn tijd vooruit, cortenstaal

hoort er tegenwoordig helemaal bij. Graddus werkt er

ook graag en veel mee. En hij heeft, als ondernemer, oog

voor de commerciële mogelijkheden van dit materiaal.

Op wervende toon: ‘Ik doe er van alles mee, ik wil er ook

bloembakken en regentonnen van maken. Ik adviseer

iedereen om voor dit materiaal te kiezen, als is het dan

een tikkeltje duurder…’ Z’n vader kent de locaties met

zijn kunstwerken in het hele land, maar hij heeft geen

behoefte om er eens te gaan kijken. Want daar wordt hij

niet altijd blij van. Neem Groningen, waar een kunstwerk

van hem bij de universiteit stond. ‘Het moest tijdelijk weg

omdat er werd gebouwd. Ze zouden het netjes opslaan,

maar de aannemer maakte er een zooitje van. We hebben

het hier in Hengelo helemaal opgeknapt, dat heeft 10.000

euro gekost, maar het is nog steeds niet teruggeplaatst.

Soms snap ik er helemaal niks van…’

Hij heeft het op zíjn beurt trouwens ook niet van een

vreemde, dat werken met metaal: zijn vader, Graddus,

was hoefsmid. Hij hielp zoon Evert vijftien jaar mee in

diens werkplaats. En de vierde generatie Strobos, gaat die

ook in de metaal? Graddus: ‘Onze dochter Mare wil naar

de toneelschool en haar zusje Laura wil de zorg in. Dus

nee, dat gaat ’t niet worden…’

‘Graddus begrijpt snel wat ik bedoel’

Rinus Roelofs (rechts) werkt graag samen met plaatsgenoot

Graddus Strobos bij het realiseren van zijn

kunstwerken. ‘Hij begrijpt heel snel wat ik bedoel, we

hebben een perfecte samenwerking.’ Roelofs, beeldend

kunstenaar en wiskundige, heeft een wereldwijde reputatie

opgebouwd met zijn objecten op het snijvlak van

kunst en wetenschap. Zijn werk is onder meer te zien

in New York, Tokio en Seoul. Én op het Stationsplein

in Hengelo, waar acht grote structuren staan. Eerder

stonden ze in Barcelona.

Veel werk van Roelofs wordt door Graddus Strobos

gerealiseerd in zijn bedrijfshal. ‘Ik kom met goed uitgewerkte

ontwerpen bij hem, vaak met een model op

schaal erbij. De onderdelen worden over het algemeen

met een laser gesneden, vervolgens krijgt Graddus dat

stapeltje en maakt er een mooi ruimtelijk object van.

Een vakman met een goed ruimtelijk inzicht.’ Roelofs

kent Evert Strobos ook goed, ze zijn immers al jaren

collega’s. ‘Die twee hebben samen heel veel expertise

op het gebied van het lassen van beeldende kunst. Dat

is wat anders dan constructielassen, het komt bijvoorbeeld

meer aan op de details. En met Evert erbij is

er natuurlijk altijd een toeziend oog van de meester,

hahaha.’ Want Evert is bepaald niet de eerste de

beste, zegt hij: ‘Er zijn maar weinig mensen die een

groot beeld bij Kröller-Müller hebben staan.’ Oftewel:

Evert Strobos is een heel grote.


FOTOREPORTAGE. ACTIEVE 65-PLUSSERS

// Fotografie

RIET VOS

Actieve

plussers

.25

llamcorper suscipit lobortis nisl ut

Talloze 65-plussers zijn zeer actief.

aliquip ex ea commodo consequat.

Ze fietsen, wandelen, sporten, gaan op vakantie

Tuer adipiscing en vooral elit, ook sed doen diam ze nonummy veel vrijwilligerswerk.

nibh

euismod Zie tincidunt de speciale ut laoreet fotopagina’s dolore magna in Zilver Magazine:

aliquam erat volutpat. Ut wisi eniminim veniam,

quis nostrud // WANDELGROEP exerci tation ullamrci KUIER DEUR tati euismod NIJVERDAL

tincidunt // ut DUO-FIETSERS laoreet: RTC HENGELO

// PITCH & PUTT TWENTE TE MARKVELDE

// VOEDSELBANK ENSCHEDE-HAAKSBERGEN

// DE OTHMARVLIEGERS OOTMARSUM

// DE VOLMER HAAKSBERGEN

ZILVER HERFST 2020


FOTOREPORTAGE. ACTIEVE 65-PLUSSERS

Acti

// WANDELGROEP KUIER DEUR NIJVERDAL

// Fotografie

RIET VOS

Elke week een paar uur samen

wandelen met Kuier Deur.

‘Het houdt je fit, het is gezellig,

je geniet van de omgeving en

je ontmoet af en toe nieuwe

wandelmaatjes’, zegt organisator

Marian Freriks.

.26


eve

// DUO-FIETSERS RTC HENGELO

// Fotografie

RIET VOS

.27

De toerfietsers van de RTC

Hengelo tonen hun sociale hart

door af en toe met bewoners van

zorginstellingen te gaan fietsen.

‘Zo bezorgen we ze een aangenaam

middagje’, zegt coördinator

André Oude Munnink.

ZILVER HERFST 2020


lussers

FOTOREPORTAGE. ACTIEVE 65-PLUSSERS

// PITCH & PUTT TWENTE MARKVELDE

// Fotografie

RIET VOS

Het dinsdagse wedstrijdje

pitch & putt is voor de mannen

van Fore uit Diepenheim een

hoogtepunt. Rein (knielend

tweede van links) heeft al twee

keer de wisselbeker gewonnen.

Maar Gerrit (tweede van rechts)

zegt dat de gezelligheid belangrijker

is, vooral door het

gezeur vooraf en na afloop.

.28


INTERVIEW. JOHANNA TER STEEGE

JOHANNA

TER STEEGE

.29

Het kwam er gewoon van

Als kind ging ze altijd met plezier mee naar de jaarlijkse uitvoeringen

van de plaatse lijke amateur toneelvereniging in gebouw Irene te Notter.

Maar zelf op het podium? Daar dacht Johanna ter Steege (1961) nooit

aan. Ze genoot van die avonden en na afl oop hoopte ze altijd dat ze bij

de loterij een pop zou winnen. Maar dat gebeurde nooit.

// Tekst

TON OUWEHAND

// Fotografie

EBO FRATERMAN

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. JOHANNA TER STEEGE

‘ Mijn vader wilde

naar God, naar

mijn moeder. Hij

had een mooi leven

gehad en hij wilde

dat God hem kwam

halen. Ik vind het

jaloersmakend mooi

dat rotsvaste geloof.’

.30

Jaloers

moo


H

et overrompelende succes van het

door haar bedachte theaterspektakel

op het terrein van Vliegveld Twente,

had ze niet voorzien. Ja de basisvoorwaarden

voor Hanna van Hendrik, waren allemaal dik in

orde. Er waren veel goede mensen bij betrokken,

Twentenaren die ze ondersteunden en een raad

van toezicht met zwaargewichten. De cast was

goed, regisseur Liesbeth Colthof die ze al meer

dan veertig jaar kent, was een schot in de roos.

Een droom die ze al vele jaren had, kwam uit: een

theatervoorstelling die in alle lagen van de bevolking

aansloeg en begrepen werd. Youp van ’t Hek

was geraakt, maar de buren van haar geboortegrond

Notter ook. Of ze haar grootmoeder hoorde: wat hun

Johanna ter Steege noe weer tot stand had

gebracht. En ze was zo gewoon gebleven...

En daarna kwam de film De Beentjes van Sint

Hildegard met Herman Finkers als tegenspeler.

Ook enorm geslaagd. Als corona zich nooit had

gemeld, hadden ze inmiddels wel op een miljoen

bezoekers gezeten schat ze zo in, in haar woning

in Rotterdam. Maar ja, de teller bleef steken op

ruim 600.000. Ook een enorme score, dat wel.

Maar veel meer zal het niet worden, want eind

september wordt de film uit de bioscopen gehaald,

kan die worden gestreamed en komt er een dvd van.

i makend

Geroerd

Haar ouders hebben deze twee enorme successen

niet mee kunnen maken. Haar moeder stierf al in

1996. ‘Mijn vader heeft Hanna van Hendrik niet

kunnen zien. Hij overleed in 2018. Maar hij heeft

me nog wel geholpen in de eerste fase. Hij had

allemaal suggesties voor mensen die ik voor de

sponsoring moest benaderen. Hij was ook geroerd

dat ik op de uitnodigingskaart een foto van mijn

moeder had gezet, die een koe aan het melken was.’

Het is de eerste foto die in het programmaboekje

van Hanna van Hendrik staat afgebeeld.

dat rotsvaste geloof. Bij mijn moeders overlijden

had ik dat ook gezien, zoveel kracht putten uit het

geloof en dan rustig naar het einde toegaan.’

Jeugd

Ze groeide op als middelste van vijf kinderen op

de boerderij van haar grootmoeder Hanna en

grootvader Hendrik in het buurtschap Notter,

bij Wierden. Haar moeder deed het huishouden,

zorgde voor haar ouders. Haar vader richtte na

verschillende banen het behoorlijk succesvolle

bedrijf DTS keukens op, waarvan ingewijden al

snel doorhadden dat die letters stonden voor zijn

naam: Dirk ter Steege.

De boerderij was een gemengd bedrijf met koeien,

varkens en kippen, waar ook granen en maïs werd

verbouwd. Ze heeft er veel herinneringen liggen.

Een winter waarin het zo hard vroor bijvoorbeeld

dat buurman Freek op Friese doorlopers over de

weg naar ze toe kwam schaatsen. Ze ziet zichzelf

nog zo met een kolenkit naar het schuurtje lopen

om kolen uit het kolenhok te halen. En het toilet,

zonder doorspoelmogelijkheden waar het paard

altijd naast stond. Niet dat ze bang was voor het

beest, maar zij was klein en dat paard was zo

enorm groot.

.31

‘De laatste voorstelling die mijn vader van me

heeft gezien was De Vader, met Hans Croiset. Dat

theaterstuk over dementie vond hij het mooiste

dat hij ooit bijwoonde.

Toen mijn vader stierf, zat zijn leven erop. Hij was

87, had kanker. Natuurlijk, ik mis hem. Ik had het

mooi gevonden als hij Hanna van Hendrik wel

had kunnen zien. Maar hij was echt klaar met zijn

leven. Hij wilde naar God, naar mijn moeder. Hij

had een mooi leven gehad en hij wilde dat God

hem kwam halen. Ik vind het jaloersmakend mooi

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. JOHANNA TER STEEGE

groot

.32

In de gereformeerde kerk, ziet ze zich ook nog zitten.

Naast haar moeder. Van de preek begreep ze niks, maar

ze had tijd genoeg om te frutselen aan de jas van haar

moeder. ‘Ik speelde dat het een fornuis was, dat ik met

de knopen het gas kon regelen. Ik ben blij dat ik dat

allemaal heb meegemaakt. Voor veel schrijvers bijvoorbeeld

is een gereformeerde jeugd een bron van inspiratie.

Zo is dat ook voor mij, het heeft mij gevormd.’

Op de boerderij helpen hoefde niet, maar op zaterdagochtenden

moest de tuin wel netjes worden gemaakt

voor zondag. Dat bete kende onder andere met een

schilmesje het onkruid tussen de

stenen van de oprit peuteren, gras

maaien.

Als ze met haar ouders, broers en

zussen op de jaarlijkse toneeluitvoeringen

in gebouw Irene in

Notter ging, was daar ook altijd

haar neef en achterbuurjongen

Gerrit Lammers. Ook hij beleefde

veel plezier aan die toneelvoorstellingen.

Zodanig zelfs dat

hij een verwoed amateuracteur

werd. ‘Ik heb hem ook gevraagd

voor een rol in Hanna van Hendrik.

Er stonden echte koeien op

de set, die waren van hem. Hij

heeft zich heel erg ingezet voor het

stuk. Die koeien stonden zes weken

op de luchthaven. Die moesten

gevoed worden en gewassen. Er

moest ook altijd iemand bij ze in

de buurt zijn. Ook ’s nachts, want

als er onweer zou uitbreken zouden ze zeer onrustig

worden.’ Terwijl Gerrit zich als jong ventje al tot het

toneel voelde aangetrokken, speelde dat bij de kleine

Johanna helemaal niet. ‘Ik vond het leuke avonden,

maar zelf spelen, daar dacht ik niet aan. Ik zat na afloop

altijd nerveus met een lootje in mijn handen af te wachten

of mijn nummertje werd omgeroepen, of ik eindelijk

die pop zou winnen. Maar dat gebeurde nooit.’

Film

Een carrière als actrice, het was niet gepland, het gebeurde

gewoon. Op haar zeventiende na de middelbare

school in Nijverdal was het tijd om het huis uit te gaan,

vond ze. Ze ging naar de sociale academie in Kampen.

‘Ik wou mensen helpen. Mijn zuster studeerde er al. Dat

scheelde bij de keuze.’ Spellessen hoor den bij de opleiding.

Die bevielen haar zo dat ze zich na negen maanden in

1979 inschreef voor de studie dramadocent aan de nieuw

In de gereformeerde

kerk,

ziet ze zich ook

nog zitten. Naast

haar moeder. Van

de preek begreep

ze niks, maar ze

had tijd genoeg

om te frutselen

aan de jas van

haar moeder.

opgerichte Academie voor Drama en Kunst, ook in

Kampen. Daar liep ze stage bij theatergroep Lijn Negen

in Amsterdam, waar ze Liesbeth Colthof leerde kennen,

die ze later vroeg voor de regie van Hanna van Hendrik.

Met een diploma op zak als dramadocent ging ze naar

de toneelschool in Arnhem. ‘Eigenlijk omdat me werd

gezegd dat ik er talent voor had.’ Dat talent werd ook

opgemerkt toen ze in het derde jaar in Amsterdam de

voorstelling Vrouw in het zand van Kobo Abe speelde.

In het pu bliek zat casting- director Jeanette Snik, die

vroeg na afloop of ze auditie wilde doen voor de nieuwe

film van regisseur George Sluizer.

Ze kreeg de rol in Spoorloos

(1987). In totaal was ze 11 minuten

in beeld, maar ze maakte

met haar filmdebuut zoveel indruk

dat ze voor deze rol de

Felix Award op het festival van

Berlijn won voor beste actrice.

Acteren in films en in theater

heeft ze altijd naast elkaar

gedaan. In deze tijd is dat heel

gebruikelijk. Er zijn veel televisieseries,

soaps, er worden veel

films gemaakt. Eind jaren tachtig

was dat heel anders. Toen was er

nog een soort van tweedeling. Je

had film- én theateracteurs. Het

waren twee heel verschillende

manieren van werken. Johanna

deed dat naast elkaar en dat was

inspirerend.

Corona

Eigenlijk had ze in deze tijd in de thea ters moeten

staan met de voorstelling Het oog van de storm

met Anne-Wil Blankers en Hans Croiset. Maar na

vier try-outs kwam corona. ‘Het stuk is gecanceld,

vertelt ze. ‘Onmogelijk om dit te spelen met de

anderhalve meter afstand. Bovendien zijn Anne-Wil en

Hans rond de tachtig, de kwetsbare groep.’

Vanaf maart heeft ze niet meer gewerkt. Maar de vrij

gekomen plekken in haar agenda heeft ze voor een deel

kunnen vullen door de solovoorstelling Ik heet Lucy

Barton naar voren te halen. Dat stuk zou ze in 2022

spelen, maar ze is er nu mee aan de slag. ‘Ik heb het

samen met mijn man in New York gezien. Feit is dat een

toneelproductie duur is om te maken. Hoe meer acteurs

er bij betrokken zijn, hoe duurder het wordt. Ik was

op zoek naar een stuk met weinig acteurs en een goede

vrouwenrol, want daar zijn er niet zoveel van.’


succes...

Terug in de regio

Ze was getipt om My name is Lucy Barton te bekijken, ze was direct

gezwicht. Liet regisseur Antoine Uitdehaag het stuk vertalen. De hoofdpersoon

ligt in het ziekenhuis en ineens zit haar moeder, die ze al jaren

niet heeft gezien aan het voeteneind. Een geestig en emotioneel,

glashelder en mysterieus stuk waar diepe droefheid en grote lichtheid

hand in hand gaan. De actrice speelt zowel de moeder als de dochter.

In de maanden oktober en november

speelt Johanna ter Steege de solovoorstelling

‘Ik heet Lucy Barton’, gebaseerd

op het gelijknamige boek van Elizabeth

Ze haalt het script van ‘Lucy Barton’ erbij: 40 A-viertjes die ze uit haar

hoofd moet kennen. Geen tegenspelers, ze moet het helemaal alleen

doen. Ze verkeert al een paar weken in een periode waarin de dagen

bestaan uit: pagina’s tekst uit in het hoofd stampen. Op de fiets stappen

naar het repetitielokaal om met de regisseur de scènes te zetten.

Vervolgens weer naar huis en teksten leren. Stampen alsof het de Engelse

woordjes van de middelbare school zijn. En vervolgens hopen

dat ze eenmaal op pagina veertig aangekomen, de eerste bladzijden

nog weet. Niet dat ze daar aan twijfelt. Het is tot op heden altijd goed

gekomen. En we moeten niet vergeten, dit mag dan een nogal saaie

periode lijken, ze heeft toevallig wel het mooiste vak dat er bestaat.

Strout, in vertaling en regie van Antoine

Uitdehaag. De première is op 10 oktober

in Singer in Laren. In deze regio te zien:

Hoftheater Raalte (16/10), ZINiN Nijverdal

(30/10), Kleine Willem Enschede (10/11

& 11/11), Schouwburg Lochem (20/11),

‘Op de boerderij helpen

hoefde niet, maar op

zaterdagochtenden moest

de tuin wel netjes worden

gemaakt voor zondag.

Dat betekende onder

andere met een schilmesje

het onkruid tussen

de stenen van de oprit

peuteren, gras maaien.’

Schouwburg Hengelo (21/11),

Hanzehof Zutphen (26/11).

.33

ZILVER HERFST 2020


MODE REPORTAGE. SCOOTER

// Tekst

FREDERIKE KROMMENDIJK

// Fotografie

BRIT WILLEMSEN

.34

Ellen Schepers (links) en Esther Mollink

Een tikje eigenwijs

de herfst in

De nieuwe najaarsmode hangt weer in de winkels. En voor veel vrouwen begint dan de zoektocht: wat zal ik kiezen

uit die nieuwe trends? Bij damesmodezaak Scooter in Enschede en Ootmarsum draaien ze die vraag om. ‘Je moet

niet kijken wat in de mode is, je moet kiezen waar jij het mooiste in uitkomt’.

Mooie warme tinten als flessengroen

en bruin maar ook

fris winterwit. De kleuren

van dit najaar hangen ook in de winkels

van Scooter. Maar daarnaast nog een heel

palet aan andere tinten. ‘Als een bepaalde

modekleur overal in overvloed hangt, hebben

wij juist de neiging die over te slaan. Of

hooguit een enkel item of een mooie sjaal

in die kleur in de collectie op te nemen’,

zeggen Ellen Schepers en Esther Mollink.

Ellen begon de Enschedese Scooter al in

1986, In juni 2018 opende ze samen met

Esther de vestiging in Ootmarsum.

Ook al verschillen de doelgroepen in beide

plaatsen natuurlijk, de twee winkels hebben

wel één ding gemeen: ze bieden een

brede collectie aan vrouwen van alle leeftijden,

van jonge meiden tot dames op

leeftijd. ‘Het is wel een beetje de hippere

garde die wij mogen en kunnen kleden.

Vrouwen die geen dertien in een dozijn

willen. En of ze nou een klassieke smaak

hebben of zich wat uitgesprokener willen

kleden, ze vinden hier in elk geval hun

eigen individuele stijl’, vat Ellen samen.

En om dat voor elkaar te krijgen, zijn

Esther en Ellen zoals ze zelf zeggen ‘best

eigenwijs’. ‘We willen geen merken

verkopen die ook al in andere winkels

in de buurt hangen. En zelfs liever geen


merken die je op internet kunt

kopen, al is dat wel een zoektocht.

We steken veel energie in het

creëren van een uniek samengestelde

collectie, gericht op onze

doelgroep.’, zegt Esther. Voor dit

najaar en de winter zijn lange rokken

de trend. ‘Die verkopen we

graag, liefst de enkellange. We zijn

blij dat ze in zijn. De flared jeans, de

broeken met wijd uitlopende pijpen,

hebben we wel, zeker voor onze jongere klanten. Maar

als je wat breder bent rondom de heupen – en dat geldt nou

eenmaal voor de meeste dames van 50 + – dan is dat helemaal

niet flatteus en kun je beter een rechtere, smallere pijp dragen’.

Adviseren

Juist in dat adviseren van al die klanten met al die verschillende

lijven, zit voor Ellen en Esther de passie.

‘Wij willen een anders-dan-anderswinkel zijn. We vinden

het leuk om te adviseren en daarvoor moet je goed

naar het lichaam van je klant kijken. Wat flatteert jou het

beste, waar kom jij op je mooist in uit? Dat is veel belangrijker

dan je afvragen of je wel met de laatste trend meedoet’,

legt Ellen uit.

We vinden

het leuk om te

adviseren en

daarvoor moet

je goed naar het

lichaam van je

klant kijken.

Een beeld van kunstenares Els Vermeij

Volgens Esther komt het regelmatig voor dat zij, op basis

van de lichaamsbouw van een klant, met iets aankomen

wat de klant zelf nooit uit het rek zou hebben gepakt.

‘Doe dat eens even aan voor mij, zeg ik dan. En als ze

het dan eenmaal aan hebben, staat het prachtig en zijn

ze helemaal blij. Je moet mensen soms ook een beetje uit

hun comfortzone halen’. En dat maakt het shoppen ook

veel leuker dan kopen op internet, weet Ellen. ‘Als je op

internet iets hebt besteld, blijf je maar suggesties krijgen

voor meer van hetzelfde en blijf je altijd in dezelfde stijl

hangen’.

Stijlvolle dames

Behalve Ellen en Esther werkt ook verkoopster Umran

in de Ootmarsumse vestiging. Verder lopen er tijdens de

half-jaarlijkse Fashion Sunday-modeshows onder andere

twee dames van 70 + mee. ‘Allebei stijlvolle dames met een

eigen karakter, een prima voorbeeld voor de wat oudere

klanten. Zij laten echt zien: Kijk, zo kan je er op onze

leeftijd ook uitzien. Dat werkt enorm inspirerend’. En of

je nou bij Scooter voor kledingadvies komt of voor een

mooi sieraad of je wilt in Ootmarsum een kijkje nemen

bij de beeldjes van Els Vermeij, de dames hebben overal

een mooi verhaal bij. ‘We proberen het verhaal achter de

producten te vertellen, ook op onze website’. Zelfs toeristen

die bij toeval in de Ootmarsumse Scooter terechtkwamen,

zijn inmiddels vaste klanten. En Enschedese

klanten die door Ootmarsum slenteren, komen soms

verrast op de geur af. ‘Dan ruiken ze aan de patchouli

die we op onze pakjes doen dat hier ook een Scooter zit’,

lacht Ellen.

cooter

ZILVER HERFST 2020

.35


DE NIEUWE

COLLECTIE

NACHTKLEDING

IS BINNEN

ONTVANG

20%

KORTING

IN SEPTEMBER

Vermeld daarvoor dat u de actie

in het blad Zilver heeft gezien

.36

Textielhuis heeft een ruime collectie hoogwaardig bedtextiel, onder- en

nachtmode en huishoudtextiel van topmerken. Naast onze sfeervolle

winkel aan de Twekkelerweg in Hengelo (O) kunt u onze artikelen ook via

onze webshop veilig aanschaffen. Bezoek ons online of kom langs in

onze winkel en laat u verrassen en adviseren door onze verkopers!

Textielhuis, Twekkelerweg 130-132, 7553 LN Hengelo, Tel.: 074 - 242 74 97, Email: info@textielhuis.nl www.textielhuis.nl


INTERVIEW. WEDUWE BABS TIMMERMAN?

.37

De

liefde

van

haar

leven

Ze mist hem nog elke dag.

Heeft regelmatig huilbuien.

Dat Babs Timmerman (69)

er überhaupt nog is, heeft

ze te danken aan haar

vriendin Nel Voogd (72).

Die als Gert & Hermien-fan

tot de intimi ging behoren

en inmiddels voor Babs

een hartsvriendin voor

het leven is.

// Tekst

TON OUWEHAND

// Fotografie

ROBERT HOETINK

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. BABS TIMMERMAN

Babs Timmerman (rechts)

samen met haar vriendin

Nel Voogd (links)

l

.38

‘Ik was erachter

gekomen dat hij

boven een pizzeria

woonde in Twello.

Die heb ik gebeld.

Ik heb mijn gegevens

achtergelaten met

de vraag of ze hun

bovenbuurman

wilden laten

terugbellen’

In de woonkamer staat een pick-up met daarnaast een stapel elpees van

Gert & Hermien uit hun christelijke periode. Elke dag draait ze er eentje.

Even verderop is een herdenkingsplek. Een foto van Gert uit zijn

gezonde tijd. Zijn bril hangt aan het fotolijstje. Achter de foto staat een bakje

met Gerts laatste pufje. Het blauwe lipstickvormige staafje dat hem nog enige

lucht verschafte voor hij op 28 oktober 2017 zijn laatste adem uitblies. Ze voelt

zich schuldig over zijn dood. Want op basis van haar bezoek aan de informatieavond

hadden ze beslist dat de woningbouwvereniging de vloer in hun

woonkamer mocht isoleren met pur. Ze hadden een koud en vochtig huis.

De isolatie zou daar een eind aan maken en ze zouden het wat huur betreft

niet eens merken.

Die pur, ze kan er een boek over schrijven. Sterker nog, ze gaat het doen ook.

Ze heeft nauwgezet bijgehouden met foto’s en teksten hoe het chemische isolatiemateriaal

het leven van Gert en haar verwoestte. De hele huisraad, alle

boeken, schilderijen, antiek, meubelen, beelden, kleding, schoenen, ze konden

het allemaal wegdoen. Ze mochten hun huis niet meer in vanwege de

vrijgekomen fijnstof, die overal was ingetrokken. Ze hebben twee jaar lang op

allerlei plekken moeten bivakkeren. Bij de kinderen van Babs, bij vrienden

in Spanje, in een caravan in Duitsland. Uiteindelijk hebben ze het studiootje

in de tuin zo ingericht dat ze vlakbij hun woonhuis hebben gekampeerd.

Mensonterend vonden ze het. Geen sanitair en koken onder de carport.


iefde

De jongens van Tee-Set waren er ook.

De alvleesklierkanker waaraan Gert is overleden, komt van de pur. Ze weet het

zeker. Dat spul heeft ook een aanslag gepleegd op haar lichaam. Het bovenste

deel van haar longen is erdoor verbrand. Haar slokdarm en luchtpijp zijn dermate

aangetast dat ze voornamelijk vloeibaar voedsel nuttigt. Drinken kan ze

alleen door een rietje. Ze is allergisch voor ongeveer alles wat een geur heeft.

Als ze een maaltijdje bereidt, doet ze dat in de fryer of in de magnetron. Want

als ze maar enige geur waarneemt, krijgt ze niet te stoppen kriebelhoest. Af

en toe vraagt ze bevestiging aan Nel. Die knikt steeds instemmend: zo is het.

Liefde

Gert Timmerman was de liefde van haar leven. In 2000 was de eerste serieuze

ontmoeting. Het jaar daarop met kerst gaf Gert haar heel romantisch een

verlovingsring, al kon hij het doosje dat eromheen zat, niet openkrijgen. ‘Als

jij met mij een deuntje wilt trouwen, moet je mij op een

spectaculaire manier ten huwelijk vragen’, zei Gert erbij.

Dat deed ze precies een jaar later, bij een kerstoptreden van

Gert voor 1600 man publiek. Als afgesproken kreeg ze de

microfoon van de Sjonnies, het voorprogramma. ‘Gert wist

niet wat hem overkwam. Ik ging op mijn knieën en vroeg

of hij dit aanzoek spectaculair genoeg vond. Gert zei met

heel zijn hart: ja.’

Gert Timmerman kende ze natuurlijk uit de roddelbladen,

als bekende Nederlander. Maar ze had hem diverse keren

getroffen. Toen ze een jaar of 18 was bijvoorbeeld. De

aannemersdochter uit Overdinkel Babs Stoevenbeld deed

mee aan een talentenjacht bij de Zomerfeesten van Hengevelde. Gert zat in de

jury. ‘Ik zong Du van Peter Maffay. Ik had alleen geen orkestband. Gert bood

aan me op piano te begeleiden, probleem was alleen dat er geen piano was.

‘Gert wist niet wat

hem overkwam.

Ik ging op mijn

knieën en vroeg

of hij dit aanzoek

spectaculair genoeg

vond. Gert zei met

heel zijn hart: ja.’

Die wilden me ook wel begeleiden, maar

dan hadden we moeten repeteren, daar

was geen tijd voor.’ Babs zong á capella.

Van twee juryleden kreeg ze een negen.

Bonnie St. Claire die te laat in de feesttent

was gearriveerd om Babs’ optreden te

horen, gaf haar desondanks een zes. ‘Ik

was zo boos dat ik haar later die dag heb

teruggepakt. Bij haar optreden waar ze

schaamteloos stond te playbacken, heb

ik de stekker eruit getrokken, zodat er

van haar zang niets meer overbleef en

ze boos de tent verliet.’

Babs werd tweede, een

tweeling waar verder

nooit meer wat van vernomen

is, won de talentenjacht.

Ze werd wel

vaker tweede, vertelt

ze. Maar voor we haar

als de Joop Zoetemelk

van de talentenjachten

bestempelen, zegt ze

dat ze er ook wel heel

vaak won. Een platencontract waar het

eigenlijk om te doen was, kreeg ze echter

nooit. Een keer toen ze had gewonnen,

kreeg ze van een morsig jurylid te horen

dat ze een mooie stem had, dat ze er leuk

uitzag maar dat er voor een zangeres nog

iets meer moest gebeuren om door te breken.

‘Oh, u bedoelt het Gooise matras?

Daar moet ik niets van hebben’, was haar

antwoord. Omdat ze na die winst niets

meer hoorde, belde ze een ander jurylid:

Pim Jacobs. Die liet haar weten dat ze

inderdaad niets meer zou horen, want ze

had een heel onhandige opmerking gemaakt.

Engeltje

Als Gert Timmerman artiesten zoekt voor

zijn muzikale stal, gaat zij op haar Solexje

vanuit Overdinkel naar zijn studio in

Usselo om voor te zingen. ‘Het was 1970.

Ik was negentien maar ik zag er veel jonger

uit, met lange pijpenkrullen. Ik zong

Zigeunerjunge. Gert sprong direct achter

de piano om me te begeleiden. ‘Je zingt

in es,’ zei hij. Later hoorde ik hem tegen

Hermien zeggen: er is een meisje dat eruit

ziet als een engeltje, maar ze heeft een

dijk van een stem.’ Tot een samenwerking

komt het niet. Babs’ broer is getrouwd met

de dochter van de vaste tekstschrijfster

van Gert. Zij heeft een muzikale verbintenis

tegengehouden, zegt Babs. Met haar

muzikale aspiraties komt Babs eigenlijk

nooit veel verder. Kleine tegenslagjes als >>

.39

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. BABS TIMMERMAN

een band die eindeloos repeteert tot bij het

eerste optreden, blijkt dat de bassist aan

dusdanige vorm van podiumangst lijdt,

dat ze een band verder kunnen vergeten.

Ook krijgt ze een aantrekkelijke aanbieding

bij een dansorkest. Maar ze kan niet

leven met de gedachte dat ze zo vaak van

huis zou zijn. ‘Mijn kinderen moesten een

moeder thuis hebben.’

.40

Lekker ding

Het is 2000. Ze is twaalf jaar gescheiden

en de kinderen zijn groot. Ze repeteert

met een band en ze stelt voor om een herkenningstune

te laten schrijven door Gert

Timmerman. ‘De jongens vonden het een

goed idee. Ik zou Gert benaderen. Hij was

toen twee jaar gescheiden van Hermien.

Hij had een geheim telefoonnummer. Ik

was erachter gekomen dat hij boven een

pizzeria woonde in Twello. Die heb ik

gebeld. Ik heb mijn gegevens achtergelaten

met de vraag of ze hun bovenbuurman

wilden laten terugbellen. Dat gebeurde.

Ik zei: Meneer Timmerman, ik wil u iets

vragen.

Hij zei: ‘Zeg maar Gert en vraag maar’.

Ik zei dat het niet telefonisch kon. Hij

antwoordde dat hij in de komende week

in Oldenzaal moest zijn voor een zakelijke

afhandeling met Hermien. Hij had vijf

minuten voor me. Te weinig vond ik. We

spraken af op het plein voor de Plechelmus.

Ik zag daar een Berlingo stoppen

7echter JAAR

des te meer.

met een muziekstandaard op de bijrijderstoel. Ik dacht: hé een muzikant.

De chauffeur zat gebukt iets te zoeken en toen hij opkeek dacht ik wat een

lekker ding. Het was Gert.’ Gert, duidelijk bang voor roddelbladen, gaat in

op haar voorstel om wat te gaan drinken. De Berlingo blijft in Oldenzaal. In

haar auto rijden ze naar de Tankenberg. Daarna gaan ze eten bij Florilympha

in De Lutte. ‘Om vijf uur kwamen we daar binnen. Het was stampvol. We

konden alleen nog aan de leestafel zitten. Om half tien bleek het restaurant

helemaal leeg. We hadden zo intensief zitten praten dat we niet merkten

dat iedereen het pand al had verlaten.’ Ze rijden terug naar Oldenzaal,

gaan nog een café in. Om half drie ’s nachts nemen ze afscheid. Gert geeft

haar twee piepkleine kusjes op haar mondhoeken. Maar ze kan de weg naar

Overdinkel al niet meer terugvinden. De volgende ochtend heel vroeg komt

ze thuis. De vriend van haar dochter die wakker werd van haar zacht bedoelde

gestommel, stelt met slaaphoofd een treffende diagnose: je bent verliefd.

Van haar missie was niets terechtgekomen. Ze had Gert niet om een herkenningstune

gevraagd. Wel was haar auditie in Usselo nog ter sprake gekomen.

‘Gert zei direct: ‘Zigeunerjunge’.

Zeventien jaar zijn ze bij elkaar geweest. Het was een liefdevol samenzijn, zegt

ze. Maar een zangduo? Had zij de nieuwe Hermien niet moeten worden? Babs

schudt haar hoofd. Die ambitie heeft ze nooit gehad. Hermien had goed werk

gedaan. Bovendien paste Babs’ stem niet goed bij die van Gert. Hun harten


COLUMN. JAN WALBURG

Jan Walburg

COLUMN

Beethoven

In 1770 werd Beethoven geboren. Waarschijnlijk op

16 december, omdat zijn doop op 17 december was.

Dat is dus 250 jaar geleden en vandaar dat dit jaar, 2020,

is uitgeroepen tot het Beethovenjaar. Dat is een beetje in

het water gevallen door corona. Heel veel geplande uitvoeringen

van zijn werk gingen niet door. Maar in Twente

hebben we in augustus kunnen genieten van zeven speciale

Beethoven concerten tijdens het klassieke muziekfestival:

het Stiftfestival. Voor mij aanleiding om de prachtige

biografi e over Beethoven van Jan Cayers te lezen.

Op twee momenten in zijn leven waren we bijna

Beethoven als componist en als mens kwijtgeraakt.

Het eerste moment was 1801 als hij uitgeput is, veel last heeft van zijn

chronische ziekte, het prikkelbare darmsyndroom, met veel buikpijn,

en ook moet vaststellen dat zijn gehoorprobleem ernstiger is dan

zich aanvankelijk liet aanzien. Hij hoorde geen hoge tonen meer en

zijn gehoorprobleem is sinds het ontstaan in 1796, waarschijnlijk als

gevolg van de tyfus die hij opliep bij een bezoek aan Berlijn, steeds

ernstiger geworden met als perspectief totale doofheid. Voor een

concertpianist, dirigent en componist natuurlijk een ramp. Kon hij

nog wel spelen en componeren? Stortte zijn muzikale leven in elkaar?

Wat was er nog zonder muziek? Beethoven trok zich terug in Heiligenberg

om te herstellen en na te denken. Hij twijfelt daar aan de zin

van zijn leven en sluit zelfs niet de gedachte uit dat te beëindigen.

Na zes maanden keerde hij weer terug in Wenen met zijn testament.

Dat eindigt met een boodschap aan hemzelf: “Juist omdat je zo

beperkt bent in je zintuigen, is de Kunst de enige mogelijkheid”.

Hij geeft zijn loopbaan als concertpianist op om zich volledig te

wijden aan componeren. Hij overstijgt zijn leed en vindt de zin in

zijn leven door een volledige toewijding aan het creëren van muziek.

Jan Auke Walburg is emeritus

hoogleraar op het gebied van

de positieve psychologie,

die condities bestudeert

waaronder mensen tot bloei

komen. Daarvoor werkte hij

als directeur in verschillende

organisaties op het gebied

van de gezondheidszorg.

Thans schrijft hij over diverse

onderwerpen, helpt hij mee

aan de organisatie van een

klassiek muziekfestival in

Twente, werkt hij in zijn tuin

en heeft hij plezier met zijn

vrouw, vrienden, kinderen

en vooral kleinkinderen.

Hij woont in Losser.

.41

Een tweede crisis doet zich voor in 1816. Hij moet het, na veel ongemakkelijke

verhoudingen, opgeven om ooit nog iemand te vinden om

zijn leven mee te delen. Hij bezingt dat in zijn liedcyclus An die ferne

Geliebte. Hij worstelt met zijn eenzaamheid en duikt in de oosterse

en westerse filosofie. Daar ontdekt hij dat eenzaamheid zijn trouwe

partner is. Dat eenzaamheid ook onthechting betekent. Hij is alleen,

eenzaam, maar staat daarmee ook los van anderen. Hij hoeft zich van

niemand meer iets aan te trekken. Dat schept de ruimte voor hem

om nieuwe en nog nooit gehoorde klankpatronen te ontwikkelen die

hij verwerkt in zijn composities. Zijn latere werken met name de late

pianosonates en strijkwartetten zijn inderdaad ongehoord boeiend

en klinken nog steeds modern. Zelf heeft hij die composities nooit

kunnen horen. Voor de tweede keer in zijn leven zet hij zijn tekortkomingen

om in een nieuw levensdoel.

Jan Auke Walburg

ZILVER HERFST 2020


REPORTAGE. WENS AMBULANCE

// Tekst

BOB GEVERS

// Fotografie

ALPHONS B. TER BRAKE

EN KARIN VAN DAM

‘Nee, het

zijn geen

feestjes,

maar je

maakt er

wel een

feestje van’

.42

Nog een

laatste wens vervullen…

Oud-rechercheur Egbert Evers is inmiddels

zeven jaar vrijwilliger bij Stichting Wens-

Ambulance Oost-Nederland. Na zijn vervroegde

pensionering wilde hij wel wat nuttigs

doen. Chauffeur op een wensambulance,

dat leek hem wel wat. Het beviel hem

vanaf het eerste uur. Tegenwoordig doet

de 67-jarige vooral kortere ritjes. En op de

vaste wekelijkse vrijwilligersochtend is hij

altijd van de partij.

DDe vrijwilligers hebben allemaal hun verhalen, Evers ook. Zoals

die man uit Borne, uitbehandeld longkankerpatiënt. Hij wilde

met zijn gezin nog eens naar Circus Renz, dat in Deventer stond.

De man was gek op trompetmuziek. De begeleidende verpleegkundige

vertelde dat tegen een van de muzikanten en na de voorstelling kreeg de

patiënt prompt een privé-concertje van twee trompettisten. “Het was de

mooiste dag van zijn leven, zei hij. Niet lang daarna is hij overleden.”

Stichting WensAmbulance Oost-Nederland heeft haar garage en kantoren

in een pand op een bedrijfsterreintje in Hengelo. Drie ambulances staan

er. Twee vrijwilligers laten met hun poetsdoeken een wagen als een spiegel

glimmen. Zo te zien een splinternieuw exemplaar, maar schijn bedriegt.

Het is een oldtimer met ruim vier ton op de teller. Afgeragd maar betrouwbaar,

want goed onderhouden. Want niemand wil dat de wagen onderweg

pech krijgt. Maar het onderhoud wordt te kostbaar. Een nieuwe ambulance

staat daarom bovenaan de wensenlijst. Zo’n wagen kost 125.000 euro en

begin dit jaar leek het erop dat dit bedrag ook op tafel zou komen. Want

de complete opbrengst van de haringparty in Rijssen zou naar de stichting

worden overgemaakt en dat zou een stevige bijdrage betekenen. Maar

toen kwam het coronavirus en de party werd afgeblazen. Dat betekent uitstel,

geen afstel. Want volgend jaar staat de ambulance opnieuw op de lijst.

Het zag er allemaal nog zo veelbelovend uit, begin 2020. Stichting Wens-

Ambulance Oost-Nederland bestaat namelijk 12,5 jaar: aanleiding voor een

jubileumactie. Die moest – en moet natuurlijk nog steeds! – 290.000 euro

opleveren. Want er staan meer wensen op het programma, zoals het


De Stichting WensAmbulance Oost-Nederland is in 2009 opgericht door Cor en

Monique Havelaar. De stichting heette toen nog Twentse Wensambulance, maar ook

de Achterhoek hoort tot het gebied waar de ambulances actief is, bovendien zijn er

Achterhoekse vrijwilligers bij betrokken. In totaal zijn er zo’n tachtig vrijwilligers uit de

hele regio actief voor de stichting, die op aanvraag ritten uitvoert ‘om voor (pre)terminale

en ernstig zieke patiënten die liggend vervoerd moeten worden een (laatste) wens

te vervullen.’ Daarvoor staan drie ambulances klaar, waarvan er één hoognodig aan

vervanging toe is. Het aantal ritten groeit: waren dat er in 2018 nog 125 per jaar, vorig

jaar waren dat er al 200. Het plan is om door te groeien naar jaarlijks 400 wensritten.

www.wensambulance.nl

Onvergetelijke dagen

Op de website beschrijven vrijwilligers hun belevenissen,

die een goed beeld geven van de inzet van de wensambulances

en de onvergetelijke dagen die ze verzorgen. Zoals

de patiënt die nog een keer het Bakkerij- en IJsmuseum in

Hellendoorn wilde bezoeken, waar hij vrijwilliger was geweest.

Zijn collega’s stonden al te wachten om hem te begroeten.

‘Meneer heeft daar onder het genot van een pilsje en

met heerlijke hapjes, geregeld door zijn vrouw, gezellig kunnen

kletsen en afscheid kunnen nemen. Hij heeft hiervan

erg genoten, ook al was het voor allemaal een dubbel gevoel,

omdat het tegelijkertijd een afscheid was.’

vervangen van de handbediende brancards door elektrische

exemplaren en de aanschaf van een dichte aanhanger,

een elektrische strandrolstoel en twee AED’s.

De eerste grote bedrijven die werden aangeschreven,

reageerden welwillend. “Maar door de coronacrisis

gingen ze in de overlevingsstand staan. We vonden het

toen niet meer gepast om het bedrijfsleven nog verder

te benaderen”, zeggen vice-voorzitter Hans Raanhuis en

Henk Dassen, voorzitter van de promocommissie. Nu

zijn sponsors altíjd van cruciaal belang, want er is elk

jaar zo’n anderhalve ton nodig voor de wensritten. En de

stichting wil dat aantal binnen enkele jaren verdubbelen,

van 200 naar 400 ritten per jaar. Raanhuis: “Er zijn zoveel

mensen aangewezen op liggend vervoer, en tevens zijn

er zoveel wensen die niet worden geuit omdat men niet

op de hoogte is van ons bestaan.” Daarom moeten de

inkomsten omhoog, bovendien moeten de wensambulances

meer bekendheid krijgen. Een praktische tip van

Raanhuis: wacht niet tot het allerlaatste moment met het

indienen van een wens. Want het gebeurt wel eens dat

een patiënt komt te overlijden terwijl er nog een wensrit

op het programma staat… Het wordt nooit routine, zegt

oud-verpleegkundige Liesbeth Börgermann uit Almelo.

Ze is er inmiddels zeven jaar bij en heeft tientallen ritten

begeleid. Veel patiënten zijn terminaal. “Nee, het zijn

geen feestjes, maar je maakt er wel een feestje van. Het is

immers hun laatste wens, en ze hebben het er altijd over,

tot hun overlijden.”

En de ernstig zieke man die helemaal verslingerd was aan

oude Mercedessen. In Reutum kreeg hij een ritje aangeboden.

‘Toen we hem uit de ambulance haalden en hij de

auto zag staan, zag je zijn hele gezicht veranderen in een

grote glimlach. Wat was dat mooi!’ Egbert Evers schudt ze

zo uit de mouw, de ritten die hij met de wensambulance

heeft gemaakt in de afgelopen jaren. Zoals een zieke vrouw

met haar zwangere dochter: ze zou haar eerste kleinkind

nooit zien. Daarom reed Egbert met haar en haar dochter

naar het ziekenhuis, waar een echo werd gemaakt: had ze

haar kleinkind tóch nog gezien… “De zakdoeken zijn vaak

niet aan te slepen”, zegt hij. Soms grijpt het hem zelf ook nog

aan, die verhalen. De ritten beperken zich overigens niet tot

de omgeving. Zo reed Evers eens een vrouw naar Parijs. Ze

wilde onder de Eiffeltoren afscheid nemen van haar geliefde

stad waar ze jaarlijks kwam…

Bestuursleden Hans Raanhuis (links) en Henk Dassen

.43

ZILVER HERFST 2020


REPORTAGE. CANADESE BEGRAAFPLAATS

.44

Vernieuwd

infocentrum

Canadese

begraafplaats

Het vernieuwde informatiecentrum van de Canadese

begraafplaats in Holten heet bezoekers vriendelijk welkom.

Het gebouw heeft 150, misschien wel 200 vierkante meter

aan ruimte gewonnen. Al oorlogsverhalen gehoord in de

nieuwe belevenisruimte? Winst is ook dat groepen die op

bezoek komen voortaan hun eigen ontvangstruimte hebben.

‘J

aarlijks komen ongeveer 50.000 bezoekers naar

de begraafplaats. De aantallen worden steeds

groter’, signaleert Albert van de Maat. ‘De

meeste mensen zijn zestig plus. Een belangrijke

groep vormen ook de scholieren. Van de bezoekers

gaan er 20.000 tot 30.000 naar het informatiecentrum.’

Albert van de Maat (Holten, 1947) is van een jaargang

die opgroeide met oorlogsverhalen. Thuis aan

tafel waren de gesprekken over bommenwerpers,

onderduikers en verbrande boerderijen legio. De begraafplaats

van de Canadezen? Daar legde je als kind

ieder jaar op 4 mei een bloemetje. Altijd narcissen,

een mooie voorjaarsbloem. Als vaste ceremonie geldt

sinds een jaar of 25 ook het ontsteken van kaarsen bij

alle graven op kerstavond. Prachtig al die flakkerende

vlammetjes, vooral bij sneeuw.

Vier generaties Van de Maats runden in Holten een

warenhuis, verkochten de dorpelingen potten en pannen.

‘Denk aan Blokker. Bij het bereiken van de zestigjarige

leeftijd ben ik het kalmer aan gaan doen. Wat nu

verder? Al dertig jaar sluiten we met een groepje zaterdags

om vijf uur de week af met een drankje. We zijn

de Afsluiters. Wij raakten betrokken bij de herdenkingen

van de begraafplaats, het contact met de veteranen.

Zetten de logistieke gang van zaken op poten. Vanuit

de Afsluiters kwam het idee van de informatiecentrum.’


Granaat treft Ernst James

Plot 1 rij A graf 1: Ernst James England. De 35-jarige sergeant

was de eerste Canadees die sneuvelde in Holten, opent daarom

de rij van 1394 graven. Zijn verkenningseenheid had opdracht

de omgeving te onderzoeken op vijandelijke posities. Op

8 april 1945 werd op de Broekweg hun carrier getroffen door

een granaat.

Pas getrouwd stel

Pas 21 jaar. Net getrouwd. Het einde van de oorlog gehaald.

Maar op 15 april 1946 achterhaalde het noodlot soldaat Edward

Brewster en verpleegster Winifred Wright. Beiden bleven in

Nederland om in dienst van het Canadese leger mee te helpen

aan de wederopbouw. Van de legerleiding kreeg het tweetal toestemming

om even naar Londen te gaan voor hun huwelijksfeest.

Daarna weer snel aan het werk. Tot het uitje in het voorjaar.

Met een legerjeep ging het duo een weekeindje op bezoek

bij een tante in Hamburg. Op de terugweg richting Bremen verongelukte

het stel. De laatste rustplaats Edward en Winifred:

Holten. Winifred is de enige vrouw op de begraafplaats.

.45

Uitbreiding

Een indrukwekkende begraafplaats met een stijgend aantal bezoekers. Waar konden

de mensen hun vragen kwijt? Bij de tuinman? In eerste instantie werd gedacht

aan de bouw van een simpele kiosk. Een rondgang onder de enthousiaste

burgerij en overheid schiep ruimte voor een echt informatiecentrum. Rob Kuin

van houtbouwer De Groot Vroomshoop boog zich over het ontwerp. Dezelfde

architect kwam in actie voor de uitbreiding in 2020.

‘Steun hebben we gehad van vele kanten. De begraafplaats heeft bij de mensen

veel krediet. Prinses Margriet, geboren in Canada, en Pieter van Vollenhoven

openden in 2011 het informatiecentrum. Hoeveel vrijwilligers hier actief zijn?

Ruim honderd. Altijd zijn twee mensen op het centrum aanwezig, vier per dag.

Reken maar uit: 28 per week. Plus de diverse groepen die zich met verschillende

thema’s bezig houden.’

Een bezoek aan het Informatiecentrum betekent een ontdekkingstocht. Op een

grote wand is het verloop van de strijd in het oosten en noorden van Nederland

afgebeeld. De een na de andere plaats werd bevrijd in het voorjaar van 1945.

Maar niet zonder offers. De gevechten in Delden en Wierden, de slagen bij

Zutphen en Deventer. Vergeet Groningen niet. De Canadese begraafplaats in

Holten telt 1394 graven.

Bezoekers krijgen in het centrum de gelegenheid om via

filmbeelden de oorlogsjaren dichterbij te halen. Getoond

worden opnames van de filmdienst van het Canadese

leger tot beelden van lokale bevrijdingsfeesten en een

kennismaking met de familieleden van de omgekomen

soldaten. Werp ook een blik op het tegeltableau gemaakt

door leerlingen van de Holtense basisscholen. Afzender:

wij zijn van na de oorlog, laat dat altijd zo blijven.

Corona

Voor het vernieuwde informatiecentrum ligt nog

een feestje in het verschiet. Waarschijnlijk in 2021.

De geplande opening op 8 april 2020 – exact 75 jaar

na de bevrijding van Holten – kon vanwege corona

geen doorgang vinden. Het centrum is inmiddels

voor bezoekers toegankelijk. Zie ook de webpagina:

canadesebegraafplaatsholten.nl

Wie waren ze

Toets op de schermen van informatietafels en alle slachtoffers krijgen een naam.

Een werkgroep is druk doende ieder slachtoffer een gezicht te geven. Meer dan

dat zelfs. Wie waren ze, waar kwamen ze vandaan, wat waren hun dromen? Van

drie op de vijf militairen is inmiddels een levensgeschiedenis op schrift gesteld.

Hun aantal groeit. Een samenwerking is aangegaan met de Canadese begraafplaatsen

in Groesbeek en Bergen op Zoom.

// Tekst en fotografie

THEO LEONÉ

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. JUUL GIERVELD

// Tekst

JOS KNAAP

// Fotografie

ALPHONS B. TER BRAKE

Lesgeven

aan kleuters

is mijn passie

.46

M

et haar 60 jaar kon Juul Gierveld met

gemak de oma zijn van een van de leerlingen

van basisschool De Wierde in Almelo.

Ze maakt echter met veel plezier deel uit van het

team van deze protestants christelijke school waar

ze gewaardeerd wordt door collega’s en leerlingen.

Terwijl lesgevende leeftijdgenoten denken aan de

vut of hun werkzame leven reeds afgesloten hebben,

ging Juul de afgelopen twee jaar voluit aan de

bak en ook de komende schooljaren is ze te vinden

in De Wierde. Dan weer bij de kleuters bij wie – ze

geeft het ruiterlijk toe - haar hart ligt. Van pensioen

of afbouwen wil ze voorlopig niets weten. ‘Zou

ook niet kunnen, want ik ben kostwinner thuis.’

Dat ze iets met kinderen wilde doen stond voor

Juul Gierveld al heel vroeg vast. Kleuterjuf wilde ze

worden en daarom volgde ze de toen nog bestaande

opleiding daarvoor in Enschede. ‘Later toen het

kleuteronderwijs geïntegreerd werd in het basisonderwijs,

heb ik verschillende applicaties gevolgd,

zodat ik ook breed inzetbaar werd. Zo heb ik bijvoorbeeld

handvaardigheid gegeven, erg leuk om te

doen. Vooral omdat je dan iets afgeronds kon doen,

sprak me dat aan.’

Ze is nu 37 jaar werkzaam in het onderwijs en het

boeit haar nog steeds als op de eerste dag in 1983

toen ze aantrad bij Freinetschool De Huve in de

Windmolenbroek in Almelo. ‘De Freinettechniek

waarbij een kind zelf mee mag kiezen wat hij wil

leren. sprak me aan. Na drie jaar De Huve kreeg

ik de kans over te stappen naar De Wierde. Daar

heb ik nooit spijt van gehad. We hebben een heel

gemêleerde school met een enthousiast team, een

kanjer van een directeur en over het algemeen

veel gevoel voor het jonge kind. Als van oorsprong

kleuter juf weet ik dat natuurlijk zeer te waarderen.’

Handhaven

Als ‘oudere’ in een team met vooral jonge mensen

weet Juul Gierveld zich goed te handhaven. ‘Natuurlijk

zijn er best ontwikkelingen in het onderwijs

die moeilijker te volgen zijn als je ouder wordt. Ik

heb er nooit omheen gedraaid dat het werken met

computers me niet erg kan bekoren, maar gaandeweg

heb ik me er toch mee vertrouwd gemaakt.


‘Onderwijs geven

is in de loop

der jaren stevig

ondergewaardeerd.

Dat mogen we best

laten weten.’

Erfenis van vader:

lust en een last

Behalve leerkracht is Juul Gierveld ook, samen

met haar moeder en broer, beheerder van de nalatenschap

van haar vader, de bekende schilder Jan

Gierveld die in 2005 overleed en een aanzienlijk

oeuvre naliet. ‘Veel van zijn werk hangt bij mijn

moeder,’ vertelt Juul Gierveld. ‘Behalve een lust is

het echter ook een last, zo bleek na zijn overlijden.

De fiscus kwam toen met een forse aanslag. We

verkopen af en toe nog wel wat werk van mijn vader,

maar er is echt heel veel. Hij ging elke donderdag

naar een tekenclub en maakte dan soms drie, vier

schilderijen of tekeningen op een dag. Dat tikt behoorlijk

aan. Belangstellenden kunnen zich altijd

bij mij melden. Binnenkort houden we een expositie

van zijn werk in de Grote Kerk in Almelo. Dat is

belangrijk, omdat op die manier veel mensen kunnen

genieten van zijn werk.

Thuis ontspan ik me met mijn grote hobby de tuin. Mijn man

is overdag thuis. Hij is gestopt met werken, nadat hij voor

de keus werd gesteld met zijn bedrijf mee te verhuizen naar

Zoetermeer. Het betekende wel dat ik voorlopig de belangrijkste

inkomstenbron ben in huis.’

Juul de Ruiter-Gierveld, zoals ze voluit heet, denkt niet aan

ophouden met werken. Onwillekeurig kijkt ze uit naar het moment

waarop ze in 2023 veertig jaar in het onderwijs werkt. ‘Ik

voel me goed en vind het werk op school nog steeds erg leuk.

Vooral het omgaan met de kleuters. Ik heb meegemaakt hoe het

kleuteronderwijs is veranderd in de afgelopen jaren. Kinderen

willen tegenwoordig graag van alles beleven en dan het liefst in

een uitdagende omgeving. De taal staat daarbij voorop. Vooral

in de wijk waarin onze school staat, met een zeer diverse bevolking,

is dat belangrijk. Als leerkracht moet je daarin meegaan.

Lesgeven aan jonge kinderen is en blijft mijn passie. Ik hoop dat

de kinderen, als ze van school af zijn, zich mij herinneren als een

lieve leerkracht waarbij ze zich thuis en prettig voelden in de klas.

Bij ingang van het nieuwe schooljaar verhuis ik naar een nieuwe

locatie. Best spannend, ook voor mij.’

Staking

Juul Gierveld heeft meegedaan

toen er dit jaar gestaakt werd in

het onderwijs. Daar voelde ze

zich niet te oud voor. ‘Het was

belangrijk te laten zien dat we

voor ons vak staan. Onderwijs

geven is in de loop der jaren

stevig ondergewaardeerd. Dat

mogen we best laten weten.’

De Wierde is de lockdown die

het gevolg was van de coronacrisis,

goed doorgekomen,

vindt ze. ‘Dank zij de inzet van

het hele team. Voor de kleuters

‘Ik hoop dat de

kinderen, als ze

van school af zijn,

zich mij herinneren

als een lieve

leerkracht waarbij

ze zich thuis en

prettig voelden

in de klas.’

hebben we tassen gemaakt met daarin allerlei spullen waarmee ze

thuis aan de slag konden. Als ze die tassen kwam ophalen, maakten

we van de gelegenheid gebruik even contact te hebben met de

kinderen. Als het nodig was bezorgden we die tassen ook thuis.

De hogere groepen kregen een aangepast programma. Op termijn

moet blijken of het gewerkt heeft. Aan de inzet van het team heeft

het in ieder geval niet gelegen.’

.47

ZILVER HERFST 2020


ZILVER ZAKELIJK. PAN

// Foto

RIET VOS

Patrick Pan:

‘ Tegenslag

maakt

je sterker’

.48

‘Kijk’ zegt Patrick Pan, terwijl hij geroutineerd demonstreert hoe een van de ruim 100 tablets wordt

gehanteerd, ‘zo eenvoudig is het. Je kiest op de tablet het warme gerecht van je keuze, geeft aan hoe je

het bereid wilt hebben en als alles klopt, kan de bestelling verzonden worden. Wanneer de koks het

gerecht hebben bereid, krijgt de klant een melding dat het klaar staat. Dat voorkomt dat er zich daar

kleine opstoppingen voordoen. Heel belangrijk zeker in deze coronatijd. ’

Het systeem met de tablets functioneert prima, heeft de

grote man achter Werelds Restaurant Pan inmiddels vastgesteld.

Hij is er terecht trots op dat hij op deze manier

opnieuw een belangrijke stap voorwaarts heeft gemaakt

in de bedrijfsvoering van het restaurant. Patrick Pan

47 jaar, is van ver gekomen sinds hij begin jaren zeventig

van de vorige eeuw als zesjarige vanuit China naar

Nederland kwam, naar Hardenberg om precies te zijn

waar zijn vader een afhaalrestaurant runde. In 1982 verhuisde

het gezin Pan naar Dedemsvaart, waar een restaurant

werd geopend.

Patrick Pan: ‘Oldenzaal was in 1990 onze volgende halte.

Daar kon mijn vader afhaalrestaurant De Mandarijn aan

de Bentinckstraat overnemen, een succesnummer. Dat

belette ons overigens niet om verder te kijken. De volgende

stap was tien jaar geleden de aankoop van restaurant de

Tankenberg waar we onze plannen voor een wereldrestaurant

met een Aziatisch tintje konden verwezen lijken, en

gasten – gedurende een bepaalde periode – voor een vaste

prijs hun eigen maaltijd konden samenstellen.’ Toen sloeg

zeven jaar geleden het noodlot toe. Een brand vernielde in

een paar uur de droom van de familie Pan.‘

Patrick Pan kan zich die nacht nog levendig herinneren.

’Toen we aankwamen, na gewekt te zijn door kennissen

en de brandweer, leek het aanvankelijk niet zo erg, maar

al snel bleek dat er niets aan te houden was. Het pand

brandde tot de grond toe af. Je staat dan voor de keus

wat te doen. Opbouwen op de puinhopen bleek geen optie.

We wilden snel door, hebben overal in Twente rond

gekeken naar een geschikte accommodatie en kwamen

uit bij restaurant Luttikhuis. Dank zij het geld van de verzekering

konden we het pand naar onze wensen inrichten

en, verdeeld over zo’n zes zalen, plaats bieden aan

600 mensen.

Corona, de volgende tegenslag, heeft inmiddels die aanpak

wat gewijzigd, we kiezen er nu voor steeds een shift

van maximaal 300 gasten te verwelkomen verdeeld over

vijf of zes verschillende zalen, van groot tot klein.’

De tegenslagen hebben hem en zijn gezin sterker gemaakt

vindt Patrick Pan. ‘Op mijn achttiende runde ik

al in mijn eentje restaurant De Mandarijn. Ik heb veel

geleerd in de 30 jaar dat ik in dit vak zit. Dat komt samen

in ons wereldrestaurant en daar ben ik best een beetje

trots op. Vooruit kijken is mijn devies, niet achterom.’


INTERVIEW. PARADIJSVOGELS

Paradijs

vogels

Familie Blaak

Esther [ 68], Metje [ 71] en Marinus [76]

.49

// Tekst

FREDERIKE KROMMENDIJK

// Fotografie

EBO FRATERMAN

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. PARADIJSVOGELS

Even

voorstellen:

Metje Blaak (71). Wilde als kind actrice

worden, maar werkte op haar 14e al in de textielfabriek.

Vertrok op haar 21 e voor de liefde

naar Raalte. Kreeg met haar man een zoon en

is nu oma van twee kleinkinderen. Vertrok na

haar scheiding naar Deventer. Had van 1975

tot 1995 een eenmanspraktijk in de prostitutie.

Woont al tientallen jaren in Amsterdam. Ze

verwierf landelijke bekendheid toen ze in 1998

het gezicht werd van De Rode Draad, de belangenvereniging

voor prostituees. Is nu al 35 jaar

met Herman getrouwd, maar ze wonen apart.

Metje geeft nog steeds lezingen over haar werk,

maar schrijft ook (kinder)boeken en maakt

met haar bedrijf Manama (vernoemd naar haar

eerste hondje) producties voor onder andere

omroep Salto in Amsterdam.

.50

Marinus Blaak (76), broer van Metje. Ging na

de lagere school op aanraden van pa voor

het middenstandsdiploma, maar werkte

nooit een dag op kantoor. Werkte altijd met

zijn handen, van de confectie tot een laarzenfabriek

en zes jaar in Duitsland in de meubelindustrie,

metaal en als timmerman. Hij werd in

de avonduren correspondent voor Dagblad van

het Oosten maar toen bleek dat fotografen veel

beter werden betaald, verruilde hij de pen voor

de camera. Zijn website De Gele Raaf trekt zo’n

6000 bezoekers per dag. Nu is hij cameraman

van lokale omroep AAVisie.

Esther Blaak (68), zus van Metje en jongste

van het gezin. Verliet het ouderlijk huis al op

haar 16e en vertrok voor de liefde naar Raalte,

waar ze moest trouwen. Ze kreeg twee zoons.

Na de scheiding pakte ze alles aan: achter de bar,

in een fabriek, in het jeugd- en buurtwerk, in

een eigen winkel van sinkel. Met haar tweede

echtgenoot begon ze in Liederderholthuis een

winkel in fourage, loonwerk en ruitersportartikelen

(Roeke Ruitersport), die klanten trekt

uit het hele land.

Oudste broer Bennie zou nu 80 jaar geweest

zijn, maar hij is overleden.


Kom

niet

aan

Metje

Esther Yvonne. Zo had Metje Blaak eigenlijk moeten heten, haar

moeder had het netjes op een briefje gezet. Maar ja, hoe gaan

die dingen, pa ging even naar het café om op de goede afloop

te proosten en toen hij eenmaal in het stadhuis stond, was het

briefje zoek. ‘Hij heeft toen acht namen van de familie genoemd,

maar dat vond de ambtenaar te gek, dus ik kreeg er maar vier:

Familie Blaak

is trots op

wat de

oud-prostituee

heeft bereikt

Metje Geertje Margaretha Hermiena’. Gelukkig kwam er drie jaar

later nog een dochter, die alsnog de naam Esther Yvonne kreeg.

Het is een van de vele anekdotes die over

tafel gaan in de lange achtertuin van

Marinus aan de Wierdensestraat in hun

geboorteplaats Almelo. Marinus en Esther

weten van het hele voorval niks, en of het

waar is? ‘Wij zeggen altijd: haal de helft

van die mooie verhalen van Metje er maar

af, dan hou je ongeveer de waarheid over’,

lachen ze.

De drie mogen elkaar niet overlopen, het

is wel duidelijk dat ze gek zijn met elkaar.

Op de vraag of ze trots zijn op wat Metje

heeft bereikt, klinkt het volmondig ja. En

ach, dan hoef je elkaar ook niet elke maand

te zien. ‘We bellen wel. Maar we zijn alle

drie nog druk, geen bejaarden die met een

kopje thee thuis zitten. Eens in de zoveel

tijd houden we een familiedag, anders zie

je elkaar alleen nog maar op begrafenissen’,

zegt Esther. ‘Ik zie Metje vaker op tv dan in

het echt. Maar dat geeft niks’, zegt Marinus

goedmoedig.

Vroeger was het echt geen pais en vree

in huize Blaak. Er waren twee kampen:

Metje en oudste broer Bennie, en

Esther en Marinus. En dan maar ruzie

maken. Waarom? Futiliteiten eigenlijk.

Alhoewel…. ‘Metje had een keer mijn bh

gestolen. Ze had zelf nog niks, en ik had

al borsten. Da’s niet normaal hoor, dat jij

al titt’n hebt, zei ze’, weet Esther nog. ‘Ik

was gewoon stikjaloers, op die bh en die

borsten. Ik dacht als ik die bh nou heb, dan

prop ik er wel wat anders in’, geeft Metje

ruiterlijk toe.

Esther was zo ooit ook haar mooie gekleurde

trui kwijt, Metje zat ermee te

pronken in het confectie-atelier. ‘Toen

heb ik net zo lang gegild tot ze ‘m uittrok.’

De zussen lachen, al dat geruzie lijkt

wel eeuwen geleden. Marinus kijkt het

gekwebbel van de zussen rustig aan. Maar

zo mak was hij vroeger ook niet. ‘Hij

maakte mij wijs dat meisjes later zeemeerminnen

werden en dan in de vijver

moesten. Ik voelde elke dag of ik nog wel

benen had’, weet Metje nog. En Esther, die

na een ingreep aan haar oren jeuk had,

maakte hij wijs dat de dokter er kippenvel

in had genaaid, en dat de veren er nog uit

moesten.

Werkzat

Pa en ma waren niet streng. Weliswaar

gingen de kinderen naar de zondagschool,

maar dat was meer omdat het zo hoorde.

Toch durfde Metje hen niet te vertellen dat

ze in de prostitutie zat. ‘Ik wilde niet dat zij

erachter kwamen. Dus ik bedacht van alles.

Van modellenwerk en fotografie en zo.

Alleen mijn man en mijn schoonmoeder in

Raalte wisten het, met haar heb ik er vaak

smakelijk om gelachen. Ik was 22 toen ik

begon. Nu ben je in dat vak al een ouwe

taart op die leeftijd, maar ik had werk zat’.

Pas toen pa en ma beide waren overleden,

bracht Metje de waarheid naar buiten.

Natuurlijk wisten Esther en Marinus ver

daarvoor al wel dat ze in het vak zat. ‘Je

komt er natuurlijk toch achter. Maar ik

heb het lang van me afgezet, ik wilde het

denk ik niet weten’, zegt Marinus over zijn

zusje. Beiden werden er regelmatig op

aangesproken. ‘Die Metje, dat is toch een

zuster van jou? Of het viel helemaal stil

als je ergens binnen kwam, dan wist je het

ook wel. Maar het was en bleef mijn zus’,

zegt Marinus. Esther werd soms als vrouw

.51

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. PARADIJSVOGELS

.52

vervelend aangesproken op de professie van haar zuster.

‘Zei zo’n vent in de kroeg in Raalte: wat kost je? Ik zorgde wel

dat ‘ie ophield, maar de avond was kapot’.

In Raalte was de plaatselijke prostituee nog een bezienswaardigheid.

‘Bij de kapper vroeg ik al speciaal om een plekje

in de hoek, kon ik het allemaal mooi overzien en zagen ze mij

niet meteen. Maar al gauw kwam er dan zo’n vrouw smiespelen:

Ie weet toch veul van seks? Bie mien man geet het allemoal

zo snel. Dat heeft ie bij mij ook, dacht ik dan, maar dat zei ik

natuurlijk niet’.

Winkelmeisje

Metje schaamde zich nooit voor haar beroep. ‘Je bent een

winkel meisje, zeg ik altijd. Je moet netjes met je klanten

omgaan. En als er betaald is, doe je alsof het nooit gebeurd is.

Je gevoel schakel je uit. Ik ken maar één meisje dat met een

klant getrouwd is en dat ging ook in no-time fout. Verwijten

over en weer, niks waard. Hoe knap een klant ook was, ik ben

nooit verliefd geworden. Herman komt ook uit een totaal

andere wereld’. Toen ze net weg was uit Raalte kwam ze er

nog een keer een lezing geven over haar eerste boek, 99 van

de 100 leden van de uitnodigende vereniging waren erbij. ‘De

plaatselijke boekhandel verkocht mijn boeken voorverpakt in

bruin papier, ze gingen als warme broodjes over de toonbank.

Waarschijnlijk waren vrouwen ook gewoon nieuwsgierig of

hun man erin stond’, lacht ze.

Oma

Die tijd van geheimzinnig doen over seks is voorbij. ‘Nu vertelt

mijn jongste kleindochter op een terras in Amsterdam rustig

aan pubers dat ze oma alles over seks kunnen vragen. Maar die

moderne termen, zoals fuckboy en zo, dat weet ik niet meer.

Wipmaatje, zeiden wij’.

Dat ze andere meiden in het vak ging helpen na jaren eigen

ervaring, sprak voor haar vanzelf. ‘Ik ben zelf voor de leeuwen

geworpen en wilde wat met mijn kennis doen. Ik zag meisjes die

doodongelukkig waren. Terwijl dit een vak is dat je leuk moet

vinden, anders houd je het niet vol. Ik ben nooit gedwongen’.

Ze was 16 jaar het gezicht van De Rode Draad. Toen Marinus

een foto-expositie had in Almelo, kwam ze met een hele groep

uit Amsterdam, het voltallige college van B en W was van de

partij. Almelo keek zich de ogen uit. ‘Ik heb na de opening nog

op de bar gedanst, met twee als Hell’s Angels verklede kerels

erbij. Daar gaat het nou nog over’, lacht ze.

Bonje

Esther en Marinus zijn trots op hun zus, die altijd doorgaat en

zo mooi kan schrijven, vooral voor kinderen. Maar even trots

praten ze over Esthers roemruchte kerstdiner voor dieren, dat

ze 8 jaar organiseerde. Landelijke media kwamen op de stunt

af, waarbij kalkoenen, konijnen en andere dieren die normaal

met Kerst óp de dis liggen nu zelf lekker konden eten, ‘We

hadden altijd bonje met de gemeente, het was een stunt om ons

te laten zien’, zegt Esther. En Marinus mag dan de stilste van

de drie zijn, hij was het brein achter deze topactie. ‘Als ik in de

trein van Almelo naar Amsterdam zit, vragen ze vaak genoeg

aan mij: Ben je een zus van Marinus’, geeft Metje grif toe.

Haar werk in de spotlights is dan misschien voorbij, Metje

staat nog steeds pal voor prostituees. ‘Ik ontvang groepen die

dan een rondleiding krijgen van een Fransman op de Wallen.

Maar als ze binnen willen kijken, moeten ze betalen, het is geen

gratis aapjes kijken. En ik word nog steeds fel als mensen denigrerend

praten over prostituees. Want de seksuele moraal is

dan wel losser geworden -vrouwen mogen het rustig tien keer

op een dag doen - maar als ze er geld voor vragen zijn het

opeens vieze hoeren. Die emancipatie is nog lang niet klaar’.

Dat ze oud wordt vindt ze niet zo’n punt. ‘Mijn uiterlijk

verandert en daar hebben mensen dan commentaar op. Alsof

ik niet oud mag worden. Maar ik zie er verzorgd uit, dat heeft

onze moeder ons geleerd. Ik heb meer moeite met de fysieke

ongemakken dan met een rimpel of een vel wat zakt’. Alle drie

begeven ze zich wel graag onder de jongere garde. ‘Al dat gezeur

en geklaag over kwalen, daar word je echt niet vrolijk van. Laat

ons maar met jongeren kletsen’, zeggen ze in koor.


.53

“We hadden

altijd bonje met

de gemeente,

het was een

stunt om ons te

laten zien”

ZILVER HERFST 2020


PORTRET. 100 PLUS

100

plus pNaam: Mina Beltman-Hargeerds

.54

Woonplaats: Stokkum

Leeftijd: Bijna 101 jaar

‘Sporten…

ja, op het land’

Mina Beltman-Hargeerds uit Stokkum wacht ons

op in haar woonkeuken. Ze vertelt dat ze geboren is

op 4 oktober van het jaar 1919. ‘Op Werelddierendag’,

zegt ze, ‘en op deze boerderij uit 1880’. Mina woont

zelfstandig met hulp van Thuiszorg en de buren.

Op 13-jarige leeftijd komt ze van de lagere school in

Stokkum. Ze blijft thuis helpen op de boerderij met

kippen, varkens, koeien en bouwland (rogge). In de

oorlog stallen de mannen van de Duitse Wehrmacht hun

paarden in de schuur naast de boerderij. In de zomer van

1947 trouwt Mina. ‘Het is zo warm dat de bruidsstoet

door de droge Schipbeek naar de kerk wandelt’ vertelt ze.

Tijd voor hobby’s is er niet. En sporten?

‘Ja, op het land’ lacht Mina. Vakantie?

‘Ja, drie of vijf dagen naar Duitsland of Luxemburg’.

Op de vraag wat ze van de huidige wereld vindt,

antwoordt ze. ‘Ruw’. Dan: ‘Sicco Mansholt, dat was

een goede minister.’

Mina leest elke week een boek zoals ‘Moeder Geerte’

(1980) dat ze ook als toneelstuk heeft gezien bij het

Stokkums Toneel. Voor haar honderdste geboortedag

kreeg ze van de buren het boek ‘Levensverhalen van

honderdjarigen in Nederland’ door Steffie van den Oord

plus een fotoboek getiteld Ulkeneind Mina Leafank’.

‘Ulkeneind’ is het deel van Stokkum waar Mina woont

en ‘Leafank’ is de naam van de boerderij.

// Tekst

MARIJKE AGTERBOSCH

// Fotografie

ODA AKKERMANS

Onlangs is ze erg ziek geweest met hoge koorts. ‘Wilt

u naar het ziekenhuis of liever thuis sterven’ vroeg de

dokter. Mina wil thuis sterven. Nee, ze is niet bang

voor de dood.


ZILVER HERFST 2020

.55


TERUGBLIK. JAN CREMER

Gerrit kleine Snuverink:

‘Jan Cremer

trok een te grote

broek aan’

Jan Cremer is in Enschede geboren en voelt

zich een echte Twentenaar. De schrijver en

beeldend kunstenaar zegt in 2019 in het boek

hoe mooi is Twente wel niet: ‘Ik ben er trots

op dat ik uit Twente kom, het mooiste stukje

land ter wereld. Ik voel me er thuis. Twente

.56

‘Wat moet je met een museum

als je bijna niks meer bezit

van wat erin moet.

Alleen een grote motor?’

staat voorgoed in mijn hart gekerfd’.

// Tekst

GIJS EIJSINK

// Fotografie

BRIT WILLEMSEN

SSoms is het even stil, soms duikt zijn naam op in de regio. Zoals

momenteel omdat het Museum No Hero enkele stukken van Cremer

exposeert en enkele maanden geleden toen de Twentsche Courant

Tubantia een fel opiniestuk publiceerde van Paul Abels. De Enschedeër nam

het op voor Cremer. ‘Gun Jan Cremer de eer die hem toekomt’, luidde de kop

boven het stuk. Abels ge bruikte de afzegging van Groenlo, dat een Jan Cremer

Museum wilde creëren, als aanleiding voor zijn beschouwing.

Mooi plan van Groenlo, maar een eventueel Cremer-museum hoort in

Enschede. De pogingen mislukten echter, zoals ruim vijftien jaar geleden het

idee om in het Enschedese Balengebouw een museum te vestigen.

Ondernemer Gerrit kleine Snuverink was destijds een van de hoofdrolspelers

bij het maken van die plannen. Zilver Magazine vroeg hem om een update.

Hoe raakte u betrokken bij dit project?

Kleine Snuverink: ‘Ik ken mensen in het gemeentelijk kader en ben een koopman

met een sociale achtergrond. Dat zal de reden wel geweest zijn dat ik

in de beginjaren 2000 benaderd werd door het college van de gemeente Enschede.

Het verzoek was: wil jij eigenaar worden van het toekomstige Cremer

Museum in Enschede. Het museum zou worden gevestigd in het Balengebouw

van de voormalige katoenspinnerij Bamshoeve. Extra leuk was dat mijn

opa daar in de beginjaren 1900 gewerkt heeft als sjouwer. Het was voor mij

een leuke uitdaging. Ook het feit dat ik Jan Cremer een interessante, eigenwijze

kunstenaar vond.’

Wat was de prijs?

‘Ik kon het pand voor een symbolisch bedrag

overnemen. Het had geen restwaarde, het stond in de

weg, er moest veel aan gebeuren. Je hebt de waarde

van de grond. Ik ben akkoord gegaan met de volgende

eisen: aankoop voor 1 ton, ik ben juridisch de enige

eigenaar, er komt een jaarlijkse Jan Cremerprijs over

10 jaar tegen 7500 euro per jaar, jaarlijks uitgereikt aan

een talentvolle kunstenaar. Uiteraard was ik daarnaast

ook verantwoordelijk voor alle andere investeringen.

Uiteindelijk wilde ik er wel rendement van hebben.’

Hoe verliep de samenwerking met de gemeente?

‘Ik ben door het gemeentebestuur prima begeleid.

We maakten onder andere een oriëntatiereis naar

New York met burgemeester Peter den Oudsten, Harrie

Abels, Roelof Bleker, Ton Schaap en anderen uit het

Enschedese kader. Daar leerde ik Den Oudsten kennen

als een prima man en nergens heb ik iets gemerkt

van een antistemming. Ik had de beschikking over 1,5

miljoen euro, afkomstig van Heineken. Heineken wilde

zich revancheren voor het debacle in de Amsterdam

Arena, waar Grolsch het biercontract veroverd had.’


Wat wilde u er zelf in stoppen?

‘Eén miljoen. Ik heb de plannen voorgelegd aan Pi de Bruin, de architect

van de wederopbouw in Roombeek. Hij was enthousiast, vond het een

uitstekend plan.’

Hoe zag het plan eruit?

‘Op de bovenste etages zouden opslagruimtes komen voor mijn bedrijf

Space Winner. De begane grond was voor museum en horeca, gerelateerd

aan Jan Cremer.’

Column

Twente-City

Door Henk Boom

U heeft er natuurlijk ook met Jan Cremer over gesproken.

‘Ik heb gesprekken gevoerd met Jan en Babette Cremer, ook in

Amsterdam. Jan had wel wat ideeën over de invulling, maar was niet

op de hoogte van de praktische zaken die je moet realiseren. Zo stelde

hij Rem Koolhaas voor als architect. Maar dan ben je tien miljoen

verder. Ik was met 2,5 miljoen klaar geweest.‘

Maar het plan ging niet door. Waarom?

‘De gemeente én Jan Cremer vonden het plan te mager. Het pand

moest meer uitstraling krijgen. Gemeenteambtenaar Jan Bron wilde

een combinatie met woningcorporatie De Woonplaats die het

Roombeek bestierde en beheerste. Ik heb gezegd, “Prima, maar ik wil

wel alleen eigenaar blijven van het vastgoed”. Bron maakte kenbaar dat

de coöperatie het financieel ook wel alleen kan realiseren.’

Toen trok u zich terug. Waarom?

‘Ik was hierin teleurgesteld, want ik zag het zitten en had al een bedrag

geïnvesteerd. Van Jan Cremer heb ik ook niks meer vernomen, terwijl

ik een goed contact had met hem.’

Hoe ging het daarna?

De rest is geschiedenis waarbij ik alleen kan gissen naar de echte waarheid.

Er is veel subsidie ingegooid. De Woonplaats wist het uiteindelijk

ook niet meer en heeft het gebouw een paar jaar geleden verkocht

aan de projectontwikkelaars John Landewe en Huub Punte.’

Paul Abels omschreef in de krant de pogingen van de gemeente

als ‘deerniswekkend bureaucratisch gesjacher’. Mee eens?

‘Nee. Het gemeentebestuur had het beste met Cremer voor. Jan en zijn

vrouw waren er zelf bij.’

Al met al is er geen Cremer-museum gerealiseerd in Enschede.

Waar ging het mis?

‘Een heel belangrijk aspect was dat Jan Cremer al zijn belangrijke

werken gefaseerd verkocht heeft. Vooral via veilingen. Dat is een voornaam

punt, want wat moet je met een museum als je bijna niks meer

bezit van wat erin moet. Alleen een grote motor? De gemeente en

De Woonplaats kregen ook nog eens bonje met Cremer. Ze kwamen

er niet uit. En dat had ook te maken met het feit dat Cremer al zijn

belang rijke stukken al verkocht had. Jan trok een te grote broek aan,

dat is de oorzaak.’

Als speciale afgezant van het Gewest Twente

overhandigde ik in augustus 1982 een missive

aan de toenmalige Commissaris van de

Koningin, mr. J.L.M. Niers. Twente wilde een

onafhankelijke provincie worden. Dat was de

boodschap.

Voor een enkeling ging het zelfs om het opstapje

naar de Vrije Republiek Twente. De missive was

mij meegegeven door mr. Ph. J.I.M. Houben,

destijds de voorzitter van het Gewest Twente.

Hij had mij de brief aan de CdK toevertrouwd toen

ik die zomermaand per koets van Enschede naar

het Zwolse Provinciehuis reisde in het voetspoor

van de legendarische tocht die Harm Boom in

omgekeerde richting in 1846 had afgelegd.

Voor Houben was het een laatste poging om de

nadrukkelijke wens over te brengen dat Twente

bevrijd wilde worden van het Overijsselse juk.

‘Alleen als provincie biedt Twente de mogelijkheid

meer integraal beleid te voeren, geënt op de

specifieke Twentse problematiek’, aldus Houben.

Ik moest daaraan denken toen ik in het boek

‘Hoe mooi is Twente wel niet’ 63 meningen las

over de stelling of Twente met 630.000 inwoners

niet één stad moet worden. De geschiedenis

herhaalt zich. Toen een provincie, nu één

gemeente. Het Algemeen Dagblad voor Twente is

er al. Net als toen zijn er ook twee voetbalclubs

van naam en faam, gelijk Manchester en Madrid.

Almelo kan verder Herman Finkers en Ilse de

Lange inzetten, Hengelo het abonnement op

pleinvarianten en Enschede de universiteit en het

casino. Genoeg om Twente-City stevig op de kaart

te zetten.

Henk Boom

.57

ZILVER HERFST 2020


ZILVER ZAKELIJK. BROK INTERIEUR

// Foto

LYNNE GREENAWAY

Brok Interieur

Al 88 jaar een

vertrouwd adres

.58

Van groot en vertrouwd naar nieuw, veelal iets kleiner en overzichtelijker; dat is een inspirerende en

vooral ook creatieve woonuitdaging waar het adviesteam van Brok Interieur zich graag in vastbijt.

Alleen al daarom is het een enorm voordeel dat iedere klant de keus kan bepalen vanuit een stijlvol

en compleet interieuraanbod met moderne designmeubelen, uitgebreid slaapcomfort en een breed

textielassortiment voor vloeren en ramen. ‘Maar we hebben ook alle aandacht voor iemand die zomaar

even binnen loopt om inspiratie op te doen, die fijner wil slapen of gewoon het interieur met

iets bijzonders wil verfraaien’, benadrukt Astrid Knoef, die samen met Jeffrey Blikman en Ruurd

de Vries leiding geeft aan de inmiddels 88 jaar bestaande winkel. ‘En altijd op dezelfde plek, mooi

dichtbij het winkelhart van Hengelo. Hoewel er geen familielid van de grondlegger meer in de zaak

is, voelt alles hier nog altijd als een hecht familiebedrijf’, vertelt Ruurd. ‘De twaalf collega’s zijn er al

heel lang. Het Brok-DNA voel je overal’, vult Jeffrey aan.

Complete service

Astrid benadrukt dat het bieden van een complete service

de basis vormt voor de wijze waarop het team van

Brok Interieur dagelijks werkt. Iedere klant wordt met

dezelfde egards wegwijs gemaakt om het brede assortiment

te ervaren. De begane vloer accentueert het complete

Brok-karakter met designmeubelen, slaapkamers en

textiel. Op de eerste en tweede etage wordt het meubelaanbod

verbreed. Na een eerste indruk is er een aangekleed

kopje koffie of thee om de woonwensen te bespreken.

Het team van Brok Interieur maakt gebruik van moderne

3D-technieken om de woonwensen te visualiseren. ‘We

hebben een ontwerpteam van drie creatieve collega’s. Zij

kunnen werken met de betere en moderne, hoofdzakelijk

Nederlandse, merken. Daarbij is er alle ruimte om

bestaande meubelen van de klant in te passen. Het is heel

inspirerend om zo samen toe te werken naar een nieuwe

woonbeleving’, aldus Jeffrey, die benadrukt dat alles op

maat kan worden gemaakt.

Vaste klanten

Er zijn zoveel meer redenen om Brok Interieur te bezoeken.

Bijvoorbeeld om tijdens een van de doorlopende

exposities van regionale kunstenaars te zien wat kunst

toevoegt aan het interieur. ‘Het werkt heel inspirerend en

brengt een klant soms zomaar op nieuwe ideeën voor de

eigen inrichting’, ervaart Astrid regelmatig. Blijkbaar is er

sprake van een unieke Brok-visie, want het aantal vaste

klanten is groot. ‘Vaak over meerdere generaties hier in

Hengelo en wijde omgeving.’ Volgens Astrid heeft dat

alles te maken met de passie van het team om te ontzorgen.

‘Vanaf een eerste advies, het praktisch meedenken bij een

verhuizing tot het inrichten met onze eigen vakmensen.

Voor ons is dat zo logisch en gewoon als wat!’


COLUMN. ALEXA GRATAMA

Alexa Gratama

COLUMN

Nachtslakken

Op het strand aan de westkust van Schiermonnikoog is het deze

ochtend ondanks de aanhoudende hitte en de grote toestroom

Nederlandse coronatoeristen doodstil. Traditiegetrouw lopen we in

alle vroegte naar de waterlijn. Wij mogen van onszelf elke morgen

naaktzwemmen. Otje en Tos, onze twee dartele hondenhartsvrienden,

bewaken de kleren. Ik loop vandaag iets voor de troepen uit.

Alexa Gratama, moeder van drie

studerende kinderen en getrouwd

met een ondernemende zeiler,

is na tien jaar Delden verhuisd

naar hartje Amsterdam. Gelukkig

is er nog een hutje in het bos bij

Borner broek om het Twentse hart

op te kunnen halen. Alexa werkt

als raadsheer en arbiter door het

hele land. Daarnaast schildert zij

portretten met verf en woorden.

Achter mij fluit Maaike een deuntje, ze is gelukkig op dit eiland. In haar hand heeft ze

het uiteinde van een sjaal, aan de andere kant daarvan de tengere vingers van Ward.

De dansende sliert tussen hen beiden fungeert als een mensenriem, Ward loopt op

die manier een stuk sneller.

Ik was nog maar net in verwachting van nummer twee toen we een overrompelend

telefoontje kregen. Maaike was vier weken te vroeg bevallen en haar boreling had het

syndroom van Down. Niemand had het zien aankomen, hij was er ineens, Ward, het

wondere kind van de weinige woorden. Ruim twintig jaar later kijk ik met ontroering

naar de sjaaloplossing. Maaike is mijn beste vriendin en de best denkbare moeder

voor dit kind. Met haar duidelijke taal en kordate optreden heeft ze haar zoon een

goede plek in de wereld gegeven. Ik heb van haar geleerd dat je, juist als je een zware

taak op je bord hebt, goed voor jezelf moet zorgen, op tijd een frisse neus, ruimte

nemen voor eigen tempo en eigen liefdes. Even later duikelt Ward innig tevreden

door de branding, een zeehond zonder snorharen, zijn grijns piept telkens tussen de

golven tevoorschijn. “Allemachtig” klinkt het op de terugweg door het duin. Hij zegt

niet veel en heeft een voorkeur voor oudhollandse spreuken.

.59

Die nacht lig ik wakker in ons fijne vakantiehuisje. Ik overdenk de gebeurtenissen

van de afgelopen dagen. Er is weer een nieuw hoofdstuk aan ons enerverende verhaal

toegevoegd en ditmaal speel ik zelf de hoofdrol. Daar was ik niet op bedacht geweest,

dus in mijn hoofd schuif ik met puzzelstukken. Het is inmiddels aan het schemeren

als ineens onze schuifdeur opengaat. Ward komt de boel inspecteren. Ik hoor gerommel

en opgeruimd geklets, doe mijn best de klanken aaneen te rijgen, maar kan er

geen chocola van maken. Dan komt hij aan de rand van ons bed staan voor een

kraakheldere groet: ‘Dag, nachtslakken!’. Ward verdwijnt even snel als hij gekomen

is en ik blijf met een reuzenglimlach tussen de lakens achter. Niemand behalve ik

heeft er iets van meegekregen, maar dit was onmiskenbaar het bezoek van een engel.

Alexa Cratama

ZILVER HERFST 2020


TERUGBLIK. ABE LENSTRA

// Tekst

GIJS EIJSINK

// Fotografie o.a.

ARCHIEF SPORTCLUB ENSCHEDE

De honderdste

geboortedag

van

Abe

Lenstra

Van Heekpark Enschede, wedstrijd van Enschedese Boys. Abe (midden)

wacht gespannen af of Egbert ter Mors (links) weet te scoren.

Sportclub Enschede is tegenwoordig een marginale voetbalclub. Maar in 1926 was de club met de karakteristieke zwarte shirts

landskampioen en in de jaren vijftig een aantal keren bijna. In die tijd was het bestuur zeer eerzuchtig, want ze trokken

internationals aan om de titel binnen te halen. Joop Odenthal, Rinus Schaap, Gerrit Voges en anderen, maar verreweg de

be roemdste waren de Fries Abe Lenstra en de Duitser Helmut Rahn.

.60

Mooie tijden, heroïsche wedstrijden. Met name de komst van Abe, een van de beste vaderlandse voetballers ooit, was een sublieme stunt, want de

Fries had tot dan ieder aanzoek uit binnen- en buitenland afgeslagen. Hij kwam met zijn gezin naar Enschede en had het reuze naar zijn zin. Over

enkele maanden – op 27 november 1920 - is het 100 jaar geleden dat Abe Lenstra werd geboren. Zilver Magazine vergaarde een aantal unieke

voorvallen en blikt daarmee terug op Abes Enschedese tijd.

Dankzij Abe

Oud-doelman Henk Buursink (82) ging in 1961 over van

de HVV Hengelo naar de semiprofs van Enschedese

Boys dat in de eerste divisie speelde. Hij vertelt over Abe.

‘In de derde wedstrijd van de competitie, speelden we

uit tegen Noad. Na 20 minuten blesseerde ik een knie,

terwijl er niemand in de buurt was. Na drie weken

rust bleek op de training dat het nog niks beter was.

Abe stelde toen voor om dokter Hans Tetzner te bellen.

Dat was een bekende chirurg, die veel bekende

voetballers behandelde. Tetzner zei tegen Abe dat ik

de volgende dag kon komen. Hij opereerde mij in de

Spinoza-kliniek, ik heb gerevalideerd en daarna nog

jaren gevoetbald. Dokter Zwarts van het Hengelose

ziekenhuis adviseerde me te stoppen, omdat zijns

inziens voetbal een veel te ruwe sport was. Maar

dankzij Abe kwam ik bij een echte specialist terecht

en kon gelukkig nog jaren mee.’

Oud-doelman

Henk Buursink

Met de auto

Dais ter Beek (84) voetbalde één jaar samen met

Abe bij Sportclub Enschede. Samen eindigden ze

in het seizoen 1959-1960 op de negende plaats.

Abe was intussen 39 jaar. ‘Wij liepen altijd vanuit

de kleedkamers van het Diekman stadion

naar het trainingsveld dat aan de andere kant

lag. Maar Abe ging met de auto. Na afloop van de

training doken we altijd met een man of vijf bij

hem in de auto. Dat onze shirts smerig waren en

de schoenen vies vond hij geen punt. Op een dag

zaten we al met een paar man in de auto toen

Richard Brousek opeens achter het stuur ging

zitten en snel naar de hoofdingang scheurde.

Abe en Richard Brousek in de karakteristieke

shirts van Sportclub Enschede

Abe moest lopen en was heel kwaad. Hij ging enorm te keer en heeft wekenlang niet

met Richard gespraat.’ Na dat seizoen vertrok Abe naar Enschedese Boys dat in de

eerste divisie speelde.

Grote eer

In de laatste periode van zijn loopbaan als profvoetballer speelde Abe voor Enschedese

Boys. De negentien jaar jongere Egbert ter Mors (79) was er blij mee. ‘Ik vind

het nog altijd een grote eer dat ik met hem heb mogen voetballen. Het loopwerk liet

hij aan mij over, maar ik liep graag een paar meter extra voor hem. We hadden een

goeie klik, wisten elkaar goed te vinden. Ik herinner me ook nog dat we regelmatig

op het Van Heekpark conditie training deden en dat we dan met een paar spelers bij

hem thuis mochten douchen. Hij woonde aan de overkant. We konden heel goed

opschieten met Abe en zijn gezin. Ik vond het fijne mensen.’


Gemist WK

Wilde Nederland zich plaatsen voor het

WK van 1958 in Zweden, dan moest er,

met of zonder Abe, gewonnen worden

van Oostenrijk, bij voorkeur uit én thuis.

Uit, zonder Abe, verliep de in een veldslag

ontaarde wedstrijd dramatisch: Holland

kwam met 2-0 voor, verloor toch door een

onterechte strafschop in de 89 ste minuut.

Thuis in de return ging het minder slecht:

Nederland-Oostenrijk eindigde, dankzij

een mooi doelpunt van de oudste speler

op het veld, Abe, in een ontoereikende 1-1.

In het Fries

Abe Lenstra en zijn gezin woonden in Enschede aan de

Minister de Savornin Lohmanstraat pal tegenover de banen

van tennisclub De Topspinners. Dat was voor de sportfreak

Lenstra een prettige situatie. Hij werd lid, zijn dochters

Metteke en Janneke ook en was vervolgens uren op de baan

te vinden. Johan Barske (77) herinnert het zich nog goed.

‘Ik speelde vaak een dubbel tegen Abe en zijn dochter of een

herendubbel tegen hem en andere tennissers van de club. Dat

was altijd plezierig. Abe kon goed tennissen, had een goed

inzicht. Met zijn dochter Janneke heb ik nog een tijd in het

eerste team gespeeld. Vaak gingen we nog even naar hun huis.

Daar waren we altijd welkom. Hil was een vriendelijke, gastvrije

vrouw. We hebben heel wat gediscussieerd over allerlei

onderwerpen. Ik weet nog goed dat Abe tijdens een verhitte

discussie vaak overging in het Fries. Waarom hij dat deed,

weet ik niet. Zijn vrouw zei dan dat hij Nederlands moest

spreken, maar dat deed hij niet. Verder kan ik me nog herinneren

dat Metteke bij Topspinners haar man Rob Tempelmans

Plat heeft leren kennen. Volgens mij zijn ze later naar Tilburg

verhuisd.’

Oom Abe en tante Hil

Jacquelien Moddejonge is de dochter van oud-Sportclub

Enschede-speler Hennie Moddejonge en diens vrouw Gerda.

Ze woont in Son en Breughel en bewaart mooie herinneringen

aan de familie Lenstra.

‘Mijn ouders waren bevriend met de Lenstra’s. Voor mij

was het altijd oom Abe en tante Hil. Ze kwamen veel bij ons

over de vloer. Ik was toen nog een kind. Ik herinner mij dat

oom Abe bij ons altijd eerst in een keukenkastje keek of mijn

moeder er nog wat drop in had liggen of andere zoetigheid.

Hij pakte het zonder te vragen, zo goed thuis voelde hij zich

bij ons. Ik weet ook nog dat we samen op vakantie gingen

naar Italië. En dat ik bruidsmeisje was bij het huwelijk van

Metteke met Rob. Janneke, de andere dochter van oom Abe

Had Abe in de 89 ste minuut de bal niet recht

in de armen van de Oostenrijkse doelman

geschoten, dan was plaatsing mogelijk

alsnog niet onmogelijk geweest.

Nu stond er een dag na de wedstrijd

in het Haarlems Dagblad over deze door

Abe zo jammerlijk gemiste kans droogjes:

“Edoch, ook de meester faalt weleens”.

Lowie Gilissen, 2020

en tante Hil, was ook close met mijn ouders. Ze kwam bij ons thuis

studeren toen ze examen moest doen voor de middelbare school.

Daar was het rustig en kon ze zich beter concentreren, vond ze.’

Balletje trappen

Henk ter Heege (95) kent Abe als speler van Sportclub Enschede,

waarvan hij thans al 81 jaar lid is. Maar ook was hij onderwijzer

op de Prinseschool. ‘Abes dochters Metteke en Janneke zaten bij

ons op school. We gingen jaarlijks op kamp naar Markelo. Hun

moeder Hilly ging altijd mee om ons te assisteren. Abe kwam

dan ’s avonds even langs met de auto. Natuurlijk voetbalde hij

een tijdje met de jongens van de klas. Die vonden dat prachtig.

En zelf genoot hij er ook van. Zo met die jongens een balletje

trappen, dat was zijn lust en zijn leven. Later vertelde een van die

jongens op een reünie trots dat hij vroeger nog met Abe Lenstra

had gevoetbald. Hilly was een vriendelijke vrouw. Abe was ook

een aardige man, ofschoon hij soms ook kortaf kon reageren.’

.61

Abe (linksboven) met de

jongens van de Prinseschool

ZILVER HERFST 2020


JUBILEUM . 100 JAAR QUICK’20

.62

100

JAAR

Quick’20

Duizenden elftallen voetbalden

in de naam van eeuweling

Quick’20 in de karakteristieke,

zwarte shirts en witte broek. Intussen is

het de grootste amateurvoetbalvereniging

van de regio, een club met een uitstekende

jeugdopleiding en een heldere

organisatie. De eeuweling heeft haar

zaken in al die jaren altijd goed voor

elkaar gehad. Het eerste elftal speelde

bijna steeds op het hoogste niveau. En

ben je een kind uit Oldenzaal, dan wil je

vrijwel zeker lid worden van Quick. Zo

was het en zo is het nog steeds.

// Tekst

GIJS EIJSINK

// Fotografie

ARCHIEF QUICK’20

Vlnr Ad Platvoet, Marinus Hazewinkel (grensrechter), Tonnie Elderink, Tonnie Engelbertink,

Henk Leusenkamp, Willie Heidkamp (aanvoerder), Hans Tulp, Leo Lindeman, Herman van Gils

(voorzitter), Toon Valks (trainer). Onder: Adje Ophuis (reservekeeper), Paul Scheurink, Hans

Blokhuis, Ben Olde Riekerink, Theo Pahlplatz, Gerrit Postma, Bennie de Vries, Herman Alink

(reserve). De Vries, Postma, Platvoet, Hazewinkel, Engelbertink, Van Gils en Valks leven niet meer.

Hoeveel van al die elftallen in die 100 jaar zijn er wel niet als eerste geëindigd in de

competitie? Hoe vaak is het eerste elftal wel niet kampioen geworden. Zilver Magazine

koos voor het kampioenselftal uit het seizoen 1965-66, een van de beste teams uit de

clubgeschiedenis. We gaan met de aanvoerder van destijds, Willie Heidkamp zo’n 55

jaar terug. Het staat hem allemaal nog helder voor de geest en als zijn geheugen even

hapert, is zijn vrouw Lidy als souffleur nabij. ‘De sfeer was perfect, dat kun je raden’,

glimlacht Willie, ‘we wonnen de meeste wedstrijden. Er waren soms wel 6000 toeschouwers.

We vormden een hecht team ondanks dat het onderlinge leeftijdsverschil

best groot was.’

Sponsors

Hoewel de eerste elftallen van 2020 en 1965 veel overeenkomsten hebben, zoals

het prestatiegerichte beleid, ziet Willie ook verschillen. ‘Die speciale sponsors van

vroeger zijn er nu niet meer. Er zijn er nu ook veel, maar die van vroeger waren

anders. Ik heb meegemaakt dat tijdens de ledenvergadering een kastekort ter plekke

werd opgelost. Van Gils, Reef, Vos, Oostvogel en anderen hadden alles over voor

ons. Hotels onderweg, de auto’s waarmee we naar de wedstrijd gingen en al dat soort

dingen. Ikzelf zat in militaire dienst, mocht twee keer per week in Oldenzaal trainen

en had elk weekend vrij. Het ontbrak ons eigenlijk nergens aan.’

Willie en Lidy vertellen het verhaal van hun vakantie in 1966. Ze boekten voor het

eerst een vliegreisje. Vertrek op 17 juli. Brescia in Italië was de plaats van bestemming.

Echter, Quick werd kampioen en moest meedoen aan de strijd om de landstitel.

Op de dag van vertrek stond de uitwedstrijd tegen Middelburg op de rol. Willie,

de aanvoerder en onpasseerbare laatste man, móest meedoen. ‘Ik heb dat weekend

gespeeld, want we konden een paar dagen later vertrekken. Tot aan het hotel in Brescia

werd alles betaald door een paar geldschieters. Ik weet vandaag nog niet wie.’ In 1968

trouwden ze. ‘Een huis was zo geregeld. Van Gils en wethouder Teusink, een Quickman,

zorgden daarvoor.’

Nog een anekdote. Willie: ’De wedstrijden tegen het naburige DOS’19 waren altijd

bijzonder. De rivaliteit was groot. Mieke Smudde van het gelijknamige café beloofde

me vijf glazen bier als ik DOS-man Herman Rosens de bal tussen de benen door wist

te spelen. Dat lukte meerdere keren’, glundert hij. Niettemin waren de mannen van


Quick echte amateurs. Lidy vertelt dat Willies moeder een keer de opmerking

maakte dat het voetbal hem veel geld had gekost. ‘Doar had oons Willie een

hoes van könn bouwn.’

Tegenwoordig is het allemaal veel zakelijker, in onze tijd was het gemoedelijker.

Maar aantrekkingskracht heeft Quick’20 nog steeds, zo weet Willie.

Elke zaterdag bekijkt de verrichtingen van zijn kleinkinderen. ‘Naar het eerste

elftal ga ik niet meer. Ik ken er niemand van, een groot aantal komt van elders.

Ik vind het leuker als er bekende namen in spelen.’

Kampioen

We bekijken de foto van het kampioenselftal uit ’66. Stuk voor stuk gaan we de

mannen langs met hun perfecte tenues en goed gecoiffeerde hoofden. Willie

geeft hier en daar wat uitleg. ‘Ad Platvoet was jarenlang keeper en is in ‘66 de

regelaar van de selectie. Hij was ook fysiotherapeut. Tonnie Belderink speelde

een tijdje niet, omdat zijn schouder

steeds uit de kom schoot. Henk

Leusenkamp heeft nog een tijdje

bij Heracles gevoetbald.’ ‘Naast mij

staat Hans Tulp, linksbuiten, een

atleet en technisch goed. Keeper

Leo Lindeman, de bekende slager,

was een man met grote handen die

Willie Heidkamp [80]:

‘ In onze tijd

was het

gemoedelijker’

nergens bang voor was. ‘Trainer Toon Valks was een mooie kerel, vooral bij

het uitgaan. Hij was beroepsmilitair. Joviale man. Kon goed overbrengen wat

hij wilde. Is bij veel clubs kampioen geworden.’ Paul Scheurink was een mooie,

technische, stijlvolle voetballer. Hans Blokhuis, de kleinste man van het elftal,

was een tengere, handige voetballer. Ben Olde Riekerink scoorde veel. Hij was

politieagent. Goeie kopper, niet bang.’

De man met de hand op de bal werd uiteindelijk de beroemdste van het stel,

Theo Pahlplatz. Willie: ‘Als junior van 15 jaar kwam hij al in het eerste. De

reeds genoemde wedstrijd tegen Middelburg was zijn laatste wedstrijd. Daarna

ging hij naar FC Twente. Theo was enorm snel op de eerste meters en heel

doelgericht. Hij was onze midvoor en scoorde veel. Serieuze jongen, wiens

vader ook veel voor Quick heeft gedaan.’ Bennie de Vries. ‘Hij moest altijd

vlak voor de wedstrijd naar de wc en dat ging niet altijd even netjes’, lacht Willie.

‘Hij was enorm zenuwachtig, vooral omdat zijn vader op de tribune zat die

voortdurend tegen hem schreeuwde. Bennie was een heel goede, technische

voetballer die ook nog een paar jaar betaald voetbal heeft gespeeld. Trouwens,

lekker ouwehoeren kon hij ook.’ En jijzelf Willie? ‘Ik was machinebankwerker

van beroep. Als laatste man was ik snel en ik gebruikte mijn lichaam goed.

Ik ben een paar jaar later gestopt, omdat een viertal jongens van elders bij

Quick kwamen spelen. Ze kregen een paar dubbeltjes. Bovendien kregen we

kinderen en had ik genoeg van al die lange, verre reizen in het weekend.’

Quick tegen buurman DOS. Willie Heidkamp probeert met een sliding

te redden wat er te redden valt. Rechts doelman Ad Platvoet.

Column

Jeugdheld

Door Bert Westerink

Zeg Quick ’20 en ik zeg Theo Pahlplatz. Met de

vreemdelingenlegioenen die het hedendaagse

profvoetbal kenmerken, lukt dat associëren minder.

Een talentvolle junior wordt al opgepakt door een

Academy, ver voor hij (en steeds vaker ‘zij’) de kans

krijgt z’n amateurvereniging kampioen te maken.

Gretigheid van jeugdopleidingen. Zien we die weerspiegeld

in de wijze waarop menig ouder het kroost

aanmoedigt? Als Maradonna-in-spé? Michiel Romeyn

(‘Jiskefet’) verbeeldde het in een sketch voor de Ajaxpoort,

waar hij een bedeesde pupil uitscheldt. Elke

jeugdcommissie kan er een ouderavond mee inleiden.

Corona is een b*tch maar een van de mooiste bijverschijnselen

kwam met het bericht dat kinderen meer

aan voetballen toekwamen… Een gevolg van de verplichting

voor ouders om afstand tot de lijn te houden.

Uiteraard koestert elke amateurclub de uit eigen

gelederen voortgebrachte prof. Bij vv Helpman

(Groningen) blikt je vanachter de bar een groot

portret van twee jeugdige Koemannetjes tegemoet.

Zeg vv Bedum en tot ver buiten Noord-Nederland

antwoordt men Arjen Robben. Is jeugdheld nog een

gangbaar begrip eigenlijk? Sinds de ontkerkelijking

rukt clubicoon op. Maar zie, klik op Quick20.nl en

al snel komt Jill Roord in beeld. Een Theo Pahlplatz

voor de jeugd van nu. Mooi!

De jubileumpagina toont mijn jeugdheld. Als kampioen

bij de junioren in seizoen ’60-’61. Toen iconen

aan de Plechelmus voorbehouden waren, maar

aanmoedigen mogelijk weinig verschilde van nu.

.63

Tijdloos is de aanbeveling voor succes, te lezen op de

pagina met plattegrond van het clubcomplex: Voetbal

met respect. Respect is meer dan alleen maar een woord.

Bert Westerink

ZILVER HERFST 2020


Mensen kiezen nog steeds bewust voor ons

.64

Door de jaren heen hebben wij bij Leferink en Wennink veel zien veranderen in

de uitvaartbranche. Wij zijn altijd betrokken met wat er speelt en vernieuwingen

gaan we niet uit de weg.

Traditionele uitvaarten kent

iedereen, maar door onze

persoonlijke betrokkenheid

en een zorgvuldige

afstemming tussen de wensen van de

overledene en nabestaanden, proberen

wij elke uitvaart op unieke wijze in

te vullen. Daarbij worden dikwijls

oude tradities, soms in een nieuw

jasje, in ere gehouden. In de loop der

jaren hebben we ervaren dat onze

persoonlijke benadering bijzonder wordt

gewaardeerd door de nabestaanden.

Gerry Leferink, Marijke Markslag en Wim

Hakkert doen hun werk oprecht met hart

en ziel.

Na een overlijden moet er in korte

tijd veel geregeld worden. Onze

uitvaartbegeleiders hebben hierin

een belangrijke adviserende rol. Zij

zijn zichtbaar op de momenten dat

dit verwacht wordt en actief op de

achtergrond als dat nodig is.

Ton Wennink is verantwoordelijk voor

de dagelijkse financiën. Ietje Kokhuis

neemt nabestaanden de zorg uit

handen inzake de afhandeling van de

uitvaartverzekeringen. Ongeacht uw

uitvaartverzekering. Dit geeft op het

financiële vlak toch enige rust. Als extra

service bieden wij nabestaanden na de

uitvaart desgewenst advies aan bij de

financiële afhandelingen.

Zorgteam

We maken gebruik van een professioneel

zorgteam. Dit team bestaat uit integere

medewerkers met jarenlange ervaring

en vakkennis van het verzorgen en

overbrengen van overledenen. We

kunnen 24 uur per dag een beroep op

hen doen en dat geeft rust. We krijgen

veel complimenten van families over

de manier waarop zij met hun en de

overledene omgaan. Onze medewerkers

Wilma, Karin en Elmaïne assisteren ons

bij de plechtigheden. Zij helpen daar

waar nodig.

U kunt bij ons terecht met al uw vragen

of verzekeringscheck. Geheel vrijblijvend

komen we bij u langs om uw wensen

voor uw uitvaart door te spreken.

Daarnaast kunt u bij ons kosteloos

een wensenboekje verkrijgen waarin u

zelf deze laatste wensen kenbaar kunt

maken voor uw nabestaanden. Dit geeft

rust zowel voor u als voor degenen die u

achterlaat.

Wij hebben een super fijn team, met

de juiste vakkennis en ervaring op elk

gebied. Samen zullen wij alles in het

werk stellen om van elke uitvaart een

afscheid naar wens te maken.

074 - 250 53 79 - www.uitvaarthengelo.nl - alle verzekerden


PASSIE. HAN BRINKCATE

// Tekst

GIJS EIJSINK

// Fotografie

FOTOGRAFIE RIET VOS

EN ARCHIEF HAN BRINKCATE

De

.65

van dierenvriend

Han Brinkcate

In elke Zilver stellen we de lezer graag voor aan

Tukkers met een bijzondere passie, mensen die hun

vrije tijd volop geven aan een hobby of bijvoorbeeld

een goed doel. Deze keer Han Brinkcate uit Delden

en Grada Wolters uit Hengevelde.

ZILVER HERFST 2020


PASSIE. HAN BRINKCATE

Ken je iemand die uren naar een boomkikker kan kijken? Of iemand

die verliefd is op steenuilen? Kan een normaal denkend mens

bevriend zijn met een steenmarter? Of met een tapuit? Dat kan.

In Delden woont de man die het antwoord is op al deze vragen. Han Brinkcate

(68) is dierenvriend, is specialist in het verjagen van steenmarters en sinds

een tijdje is hij ook een gepassioneerd natuurfotograaf.

Geduld is een schone zaak. Han Brinkcate zat de

middag voor het interview een uurtje of vijf in

Lochuizen in het oude, vervallen zwembad. Daar

hoopte hij een glimp op te vangen van een boomkikker.

Het lukte. Hij zag een jonkie. Eén. Hij was

blij. ‘Ze zijn zo zeldzaam’, vertelt hij. ‘Ik heb er jaren

naar gezocht tot iemand me zei dat ik eens naar

Lochuizen moest gaan. In het voormalige zwembad

van Neede zitten ze. En inderdaad, daar zag ik

er intussen al veel. Ik kan uren naar zo’n boomkikkertje

zitten kijken. Ze zijn hooguit een centimeter

of vier groot. Hoe hij beweegt. Die zuignappen op

zijn vingers. Zo gaaf ’, glundert hij. Han is er ook

achter gekomen dat meer mensen de weg naar dat

oude zwembad gevonden hebben of naar een enkele

andere plek in Twente waar ze zitten. ‘Boomkikkers

worden vaak gejat. Ik heb dat al een paar keer

kunnen opmaken uit gesprekken bij dat zwembad.

Mensen stoppen ze in een terrarium of in de vijver.

Waardeloos. Afblijven. Je kunt er niks mee. In zo’n

terrarium gaan ze dood.’

Rotzooi

De Deldenaar stoort zich behoorlijk aan de manier

waarop menig medemens met de natuur omgaat.

‘Ik erger me aan de rotzooi die mensen in het bos

achterlaten. Blikjes, wikkels van snoepgoed, zakken

van McDonalds en ga zo maar door. Ze drukken

zo’n blikje vaak in elkaar en gooien het weg. Vogels

komen er met hun kopje vast in te zitten. Een ree

.66

“Boomkikkers,

zoals ze eruit zien,

zoals ze klimmen,

zijn het net kleine

mensjes.

Ik denk dat ik

nog eens een

afbeelding van

een boomkikker

op mijn huid laat

tatoeëren.

Dat lijkt me

heel gaaf.”


kan erin trappen. En waar ik ook gruwelijk van baal,

is van de maaiers van de gemeente. Als de bermen

heel mooi in bloei staan en de vlinders en rupsen en

andere insecten daar volop van profiteren, komt er

zo’n maaier langs. Die mooie vlinders komen er als

confetti weer uit. Ik heb de gemeente daarover gebeld,

maar het heeft niet geholpen. Laat toch groeien

en bloeien zo’n berm.’

Hij is nog niet klaar met zijn irritaties. ‘De sloten

worden drie keer per jaar uitgebaggerd. Ook midden

in de zomer. Anders kan het water niet weg,

zegt de gemeente dan. Onzin. Water stroomt wel.

Intussen maken ze veel kapot met dat gebagger.

Het is nog strafbaar ook, want ze vernietigen talloze

beschermde diersoorten.’

Familie

Han Brinkcate is van 8 juli 1952. Hij groeide midden

in de natuur op, want zijn ouders bewoonden een

houten huis op het landgoed Twickel. De barones

kwam wel eens bij hen thuis voor een kop thee en de

Brinkcates gingen wel eens op bezoek bij de barones.

‘Dat vonden we best spannend. We zagen haar

ook af en toe met haar statige Bentley langs ons huis

rijden. Mooi vond ik dat’, zegt Han. Zijn ouderhuis

staat er al een tijd niet meer. Het moest wijken voor

de rondweg om Delden.

Han had één broer, die net als zijn ouders niet meer

leeft. Zijn moeder Jeanne is 98 geworden. In 2017 is

ze overleden. Zijn broer Geert is al op twintigjarige

leeftijd aan een overdosis drugs bezweken. ‘Hij liet

een zoon na, Jurren genaamd, maar daar heb ik nooit

contact mee. Ik wist niet van zijn bestaan tot hij

zich op 15-jarige leeftijd bij ons meldde. Hij was op

zoek naar zijn roots. Hij woonde toen in Wezep bij

zijn moeder.’

De vader van Han was veehandelaar. Hij kocht bij

de Twentse boeren varkens op. ‘In de vakanties

mochten we mee. Dan reed hij de bossen door of

passeerden we de akkers op de Deldeneresch met

allerlei soorten graan. Daar krioelde het van de vogels.

Hij vertelde er van alles over en zo is bij mij de

interesse ontstaan.’ Op 68-jarige leeftijd is natuurmens

Han nog altijd vrijgezel. Hij is nooit getrouwd.

‘Gelukkig niet. Ik wil vrij zijn, stond er niet open

voor. Han wil je dit, Han wil je dat, pfff. Ik heb veel

vrienden, maar een vaste relatie is niks voor mij.’

Naar de kapper gaat hij nooit. ‘Het lange haar hoort

bij mijn image’, grijnst hij.

Boomkikker

Boompieper

Longkanker

Op school had buitenmens Han het zwaar. ‘Ik werd

er vaak uit gestuurd, kon niet stil zitten, was onrustig,

het boeide me allemaal niet. Behalve dan

het vak biologie. Ook op de Enschedese tuinbouwschool

werd hij niet enthousiast. Een diploma heeft

hij er niet behaald. ‘Mijn opa waarschuwde me nog.

Als je geen diploma hebt, kun je nergens terecht.’

Hij werkte 25 jaar als conciërge en tuinman van

de AOC in Almelo. In 2011 kwam hij op een dag

ziek thuis. Een griepje dacht hij, maar zijn 90-jarige

moeder stuurde hem naar de dokter. Die stuurde

hem door naar het ziekenhuis. Hij had longkanker.

Ze besloten zijn linkerlong te verwijderen. Hij kreeg

er in 2014 nog een pittige hartoperatie overheen en

knapte op.

In het MST ontmoette Han een arts die als hobby

vogels fotografeerde. Omdat hijzelf wel eens wat

foto’s maakte van landschappen en paddenstoelen,

tipte die arts hem een betere camera te kopen en

ook vogels te gaan fotograferen. ‘Hij vond het een

goede bezigheid voor mij. Ik ben met mijn moeder

naar Den Ham gereden en heb me daar een goed

toestel uitgezocht. Maar ik kreeg geen vogel op de

juiste wijze voor de lens. Ze vlogen steeds weg. In

Azelo riep een vogelfotograaf me toe dat ik met

dat geklungel moest stoppen. Ik vertelde hem

dat ik door mijn fysieke gesteldheid geen grote

afstanden kon lopen. Toen tipte hij mij om de

vogels vanuit de auto te fotograferen. Langzaam

.67

ZILVER HERFST 2020


PASSIE. HAN BRINKCATE

Steenuiltjes in Elsenerbroek

Moeder aarde

Dat natuurmens Han Brinkcate is niet verbaasd

over de corona-crisis. ‘Er zijn veel te veel mensen

op deze aardbol. Dan kan zoiets gebeuren. Meer wil

ik er niet over zeggen. Het is zo’n immens, complex

probleem, dat is te moeilijk voor mij, veel te groot.

Ik ben geen wetenschapper.’ Maar de manier waarop

de mensheid met moeder aarde omgaat, zint de

Deldenaar totaal niet. ‘Ik ben er kwaad over. Wat er

intussen allemaal aan stukken metaal en ander afval

in de ruimte om de aarde cirkelt, wat er op de aarde

zelf aan rotzooi wordt gedumpt. Kijk eens wat ze in

Hengelo in die zoutcavernes storten. Je haalt iets uit

de grond, je gebruikt of onderzoekt het en laat vervolgens

alleen maar rotzooi achter. De mens vernietigt

zichzelf. Zover komt het nog.’

Zelf is hij zui nig op de natuur en geniet hij zo lang

het kan van de schoonheid ervan. ‘Ik leef van dag

tot dag, ook vanwege mijn gesteldheid. Vroeger

was ik gids, maar dat gaat niet meer. Ik doe nog

wat haalbaar is en probeer de mensen die ik tegenkom

op bepaalde dingen te wijzen. Dat is mijn

leven anno 2020.’

.68

Ree met kalf

De steenmarter

Steenuil

Han fotografeerde buizerds en andere vogels en

publiceert zijn foto’s inmiddels in allerlei kranten en

tijdschriften. ‘Ik vind het belangrijk dat de mensen

zien hoe mooi de natuur is, wat er groeit en bloeit’,

motiveert hij zijn hobby. De buizerd imponeert

hem. De steenuil vindt hij megamooi. ‘Hoe ze leven,

hoe ze broeden in holen en holletjes, prachtig. In

Elsenerbroek zag ik er twee die vanwege een storm

dakloos waren geworden. Ik heb ze gelukkig kunnen

fotograferen.’

Hij begluurt de tapuiten, vooral als de mannetjes

de vrouwtjes verleiden. ‘Hun gedrag is uniek.

Zo prachtig.’ Han vindt zelfs kraaien en eksters

mooi. ‘Ze zijn er, dus hebben ze nut. Nee, ik heb

geen favoriet onder de vogels. Nou ja, misschien de

steen- en de kerkuilen. Die vind ik echt schitterend.’

En andere dieren? Heeft hij naast de steenmarter

(zie kader) nog meer voorkeuren? ‘Naar reeën kan

ik uren kijken. Ze zijn zo sierlijk. En de boomkikker.

Zoals ze eruit zien, zoals ze klimmen, zijn het

net kleine mensjes. Ik denk dat ik nog eens een

afbeel ding van een boomkikker op mijn huid laat

tatoeëren. Dat lijkt me heel gaaf.’

Al meer dan 30 jaar is Han Brinkcate bevriend met de

steenmarter. Het begon toen een plaatsgenoot steeds

gerommel hoorde op zijn zolder. Hij onderzocht het

probleem en ontdekte de steen marter. De Twentsche

Courant schreef erover en zo wisten meer mensen hem

te vinden. Zo ontstond zijn fascinatie voor dit roofdiertje.

Han ging nachten lang op pad om hem bezig te zien en

maakte een website over het beest. Hij reisde het hele

land door om hem te verdrijven en ook gaf hij les in

Wageningen bij het Kennis- en Adviescentrum Dierplagen

voor ongediertebestrijders uit heel Nederland. ‘Ik leerde

ze de mogelijkheden om de steenmarter buiten de deur te

houden. Het is een schitterend beest. Ze zitten op plekken

waar je ze niet vermoedt. Midden in de stad of in kleine

huisjes op een zoldertje. Ze houden mensen uit de slaap,

maar ik los dat op’, zegt Han en verwijst naar zijn website:

www.hanbrinkcatesteenmarter.nl

www.hanbrinkcatenatuurfotografie.nl


PASSIE. GRADA WOLTERS

Grada Wolters [91]

Gek van voetbal

en motorcross

1 augustus 2019. Op haar negentigste

verjaardag vorig jaar werd Grada naar

het feestzaaltje gebracht door Jordi Vehof,

terwijl jonge spelers van WVV een ereboog

vormen voor hun trouwe fan.

// Tekst

GIJS EIJSINK

// Fotografie

RAYMOND WEGDAM

.69

Ken je een voetbalfan van over

de 90 jaar die elke weekend

nog een stuk of vijf wedstrijden

bezoekt? Hoewel steeds meer

mensen de gezegende leeftijd van 90

jaar bereiken, zullen die er niet veel zijn

Grada Wolters-Ten Thije uit Hengevelde,

die onlangs 91 is geworden, is

volstrekt uniek, want zij is niet alleen

gek van voetbal, ze slaat ook nog eens

geen enkele regionale motorcross over.

Bij elk crosscircuit in de regio is Grada

bekend. Al jaren bezoekt ze de wedstrijden.

Op de Herikerberg in Markelo

kennen ze haar allemaal. In het Kötterbos

in De Hoeve is ze een graag geziene gast en

zo voort, tot in Varsseveld toe. Maar niet

alleen het racen met motoren door bossen

en over zandbulten interesseert haar, ze is

dus ook een fervent liefhebber van voetbal.

Zeker een stuk of zes elftallen van de

plaatselijke derdeklasser WVV’34 kennen

Grada als vaste supporter bij thuiswedstrijden.

En ook bij uitwedstrijden is ze

regelmatig van de partij.

Het gaat haar om het spel zelf. ‘Ik ken

soms niet eens de namen van de jongens.

Dan moet ik vragen wie wie is.’ Ze bezoekt

alle wedstrijden van het eerste elftal. Van

de A1 en B1 en van het tweede en derde

bekijkt ze alle thuiswedstrijden. ‘Soms

ga ik zo vanuit de kerk naar het veld.’

Grada is allereerst een liefhebster. Dus

als WVV speelt, heeft ze vrede met een

tegenstander die beter is. ‘Ik heb niet echt

een voorkeur, want de ene keer is die beter

en de andere keer die. Als WVV verliest,

is dat sneu voor de jongens, maar als de

anderen beter waren, zul je van mij geen

commentaar horen’, glimlacht Grada die

ook op televisie veel voetbalwedstrijden

volgt. ‘Verder is er weinig op tv wat interessant

is. Het Muziekpleinfeest vond ik

leuk. Documentaires kijk ik niet. Ik heb al

genoeg ellende gezien. Natuurfilms volg

ik wel, maar als een leeuw een zebra aanvalt,

doe ik hem uit en zet hem een minuut

later weer aan. Dat ik een enorme hekel

heb aan onenigheid en ruzie, zal daar wel

mee te maken hebben.’

Waarom gaat deze bejaarde sportliefhebster

haar hele leven al naar het motorcrossen?

‘Omdat het zo hard gaat. Ook

als er eentje over de kop gaat, vind ik dat

mooi. Ik hou van de lef en de branie. En

die snelheid. Ik was vorig jaar in Bentelo.

Daar gebeurde ook het een en ander. Maar

dan denk ik wel “het zal je kind maar zijn.”

Als ze eraf donderen en er meteen weer

op springen, geniet ik ervan. Die snelheid.

Daar gaat het me om. Ik was wel eens bij

een autocross, maar dat doet me weinig.

Die gaan me niet hard genoeg’, vindt

Grada, die zelf geen rijbewijs heeft. Hoe

komt zij als bejaarde vrouw dan ten huidigen

dage nog op al die circuits terecht? ‘Ik

rij meestal mee met Jordi Vehof. Hij rijdt

een quad en neemt haar overal mee naar

toe. Maar zo ver wil ik niet meer. Varsseveld,

de Hoeve, Holten, Markelo, dat soort

plaatsen. En als Jordi niet kan, neemt mijn

jongste broer Joep me mee. Hij staat ook

altijd klaar voor mij.’ De uitwedstrijden van

WVV zijn ook geen probleem, want een

aantal andere vaste supporters haalt haar

op en neemt haar mee. Ze is al die vrijwilligers

meer dan dankbaar. Want thuis zitten,

terwijl WVV een paar kilometer verder

een wedstrijd speelt of terwijl er ergens in

Twente of de Achterhoek gecrost wordt

met motoren, daar moet Grada voorlopig

nog niet aan denken. Door corona was dat

lastig, maar sinds een paar weken bezoekt

ze weer wedstrijden.

ZILVER HERFST 2020


ZILVER ZAKELIJK. DICHTBIJ DUURZAAM

Verduurzamen:

heldere uitleg,

betrouwbare

bedrijven

// Foto

RIET VOS

.70

Mr. Luut Hooiveld uit Losser wijst tevreden naar de

24 zonnepanelen op zijn woning. De volgende stap is

vloerisolatie. Hij had al langer over energiebesparende

IK WIL OOK maatregelen nagedacht, totdat DichtbijDuurzaam hem

DUURZAAM praktische WONENadviezen gaf. ‘Want ik heb er geen verstand van.’

“Ik hoefde niet alle partijen

afzonderlijk te benaderen

maar kreeg

één duidelijk voorstel”

Bouwkundig adviseur Ron Wolbert is de directeur en

oprichter van DichtbijDuurzaam uit Oldenzaal, gespecialiseerd

in het verduurzamen van woningen. Daartoe

is een uitgebreide gereedschapskist voorhanden: zonnepanelen,

vloer-, dak- en spouwmuurisolatie, dubbeleof

HR +++ beglazing, warmtepomp, zonneboiler.

DichtbijDuurzaam adviseert en coördineert de uitvoering

en werkt daarbij samen met plaatselijke partners

zoals installateurs, aannemers en schilders. Dat lokale

karakter is ook de kracht van het bedrijf. ‘De klanten vinden

dat ook prettig’, zegt Wolbert.

Wolbert begon twee jaar geleden in Oldenzaal met Dichtbij-

Duurzaam, en het groeit als kool. In september vorig jaar

kwam Losser erbij, in maart gevolgd door Dinkelland.

Tubbergen is vanaf 1 september de jongste loot aan de

stam. Borne komt er per 1 oktober bij en inmiddels zijn

er ook contacten in Hengelo.

Interessant voor senioren

DichtbijDuurzaam heeft op dit moment bij ruim 250

woningen de verduurzaming begeleid en uitgevoerd. Dat

is óók interessant voor senioren, zegt Wolbert. Zoals de

76-jarige Hooiveld. De Lossernaar is er blij mee. ‘De zonnepanelen

leveren een prima rendement op, het milieu is

erbij gebaat en m’n woning wordt meer waard’, vat hij de

voordelen samen. Wolbert: ‘En daar komt de verhoging

van het wooncomfort nog eens bij.’ Het bedrijf heeft een

bijzondere aanpak: op de website dichtbijduurzaam.nl

kan eenvoudig een venstertje Check mijn woning worden

aangeklikt. Even Makkelijk postcode en en snel huisnummer duurzaam invullen, wonen in dan Twente!

krijg je al een Duurzaam duidelijke wonen eerste is indruk. ‘hot’. DichtbijDuurzaam.nl Vervolgens nog biedt u als

een paar gegevens Twentenaar invullen, de zoals mogelijkheid woningtype, om simpel bouwperiode

en woonoppervlakte, woningcheck waarna te doen. binnen U heeft enkele direct minuten uw persoonlijke voorstel

en snel een online

een vrijblijvend o.b.v. persoonlijk lokale partners advies binnen huis. komt.

Op maat gesneden voorstel

Bewoners die geïnteresseerd zijn geraakt en behoefte

hebben aan nader persoonlijk contact, kunnen een deskundige

van DichtbijDuurzaam uitnodigen voor een op

Genieten van comfort in de ruimste zin.

Dichtbij Duurzaam.nl maakt het u comfortabel!

maat gesneden voorstel. De meest gestelde vraag heeft

Nadat u de online woningcheck heeft ingevuld, ontvangt

betrekking op de terugverdientijd, zegt Wolbert. Wat de

u direct van ons uw persoonlijk advies. Na opdracht worden

zonnepanelen betreft is dat gemakkelijk te beantwoorden:

binnen een periode van 5 à 6 jaar is de investering

de werkzaamheden door één of meer lokale partners

uitgevoerd en achteraf gecheckt door een deskundig

er weer uit. adviseur van DichtbijDuurzaam.nl. Na goedkeuring ontvangt

u een 10 jaar geldig garantiecertificaat. Comfortabel toch?

Hooiveld beperkt En na zich de werkzaamheden tot het installeren gaat u van genieten zonnepanelen

en vloerisolatie. comfortabele De woning. beglazing is nog vrij nieuw

van een

en hij heeft nog Of geen u nu behoefte isoleert of aan met een zonnecollectoren warmtepomp. Dat energie opwekt....

hoeft ook niet u meteen, bespaart zegt in alle Wolbert: gevallen ‘Je op moet uw energiekosten!

je woning

eerst goed isoleren. Dat is Je dubbel kunt daarna genieten altijd van comfort! nog beslissen of

je een luchtwarmtepomp wilt.’

Het bedrijf regisseert Doe de en online controleert woningcheck de uitvoering op en geeft

daarbij een garantietermijn dichtbijduurzaam.nl van tien en jaar. laat De u overtuigen! betrokken

gemeenten ondersteunen DichtbijDuurzaam enthousiast

en de partner Rabobank adviseert desgevraagd omtrent

SIMPEL EN SLIM NAAR EEN DUURZAME AANPAK

de financiering. Mogelijke subsidies worden berekend en

tevens verzorgd door DichtbijDuurzaam.

DICH20704_ADV_Zilvermagazine212x147mm_v2.indd 1 17-08-20 09:00


REPORTAGE. LUNCHROOM NATIONAAL

Alsof de

tijd heeft

stilgestaan

.71

‘Lunchroom

Nationaal,

de huiskamer

van Hengelo’

De wieg van modekoning Dick Holthaus stond er

ooit, toen zijn ouders nog eigenaren waren van

het ruim honderd jaar oude pand en er een hotel

bestierden. Ondertussen zwaait Riekie Nijland uit

// Tekst

WILLEM PFEIFFER

// Fotografie

WILLEM PFEIFFER EN

GEMEENTEARCHIEF HENGELO

Deurningen alweer 35 jaar de scepter over Lunchroom

Nationaal aan de Langestraat in Hengelo. Voor

ouderen een oase van rust en huiselijkheid, die volop

de sfeer en gezelligheid van weleer ademt. Alsof de

tijd er heeft stil gestaan...

ZILVER HERFST 2020


REPORTAGE. LUNCHROOM NATIONAAL

Mevrouw Holthaus bezorgde onder meer jarenlang

koffie voor ambtenaren en het gemeentebestuur in

het oude raadhuis aan de overkant. Bij een jubileum

bezorgde burgemeester Von Fisenne daarvoor een

fraaie bos bloemen bij National.

De tegenwoordige gasten van Nationaal zijn veelal

groepen trouwe klanten. Zoals het breiclubje Stitch

‘n Bich, de bridgers, de dames die in het verleden

werkzaam waren op het plaatselijke NS-station in

Hengelo, de lopersgroep naar Santiago de Compostella,

de volksdansgroep en de heren van het ooit zo succesvolle

eerste herenteam van handbalclub Olympia.

Ze schuiven met regelmaat aan in de Huiskamer van

Hengelo.

.72

Riekie Nijland had vanaf de jaren zeventig al ervaring

opgedaan bij lunchroom Jägers en vervolgens in

Enschede bij lunchroom Marke Tender, toen ze zich

in 1985 aandiende als opvolgster van de toenmalige

uitbaters Jo en Johan Wilderink. Het destijds nog

National geheten hotel kreeg er een tweede a bij en

werd omgedoopt in Nationaal. ‘Aan hen moest ik de

goodwill betalen en aan de

familie Holthaus de huur.

Toen ik het overnam stond

hier een piano en het kleine

zaaltje was ingedeeld als

restaurant. Dat heb ik

direct veranderd. De keuken

leent zich niet voor een

echt restaurant. We serveren

wel de gewone dingen

als een schnitzeltje met

gebakken aardappeltjes en sla of sperzieboontjes. Een

hotel zijn we al acht jaar niet meer. Aan het begin hadden

we nog negen kamers, maar die hebben we niet

meer, omdat we anders alles hadden moeten veranderen

in verband met de brandveiligheid.’

‘Het is

hier allemaal

eenvoudig,

geen poespas’

Niks te klagen

Anno 2020 drijft ze de zaak samen met José Moekotte.

Aan het interieur is in de loop der jaren nauwelijks

iets veranderd. Riekie: ‘De formule is vanzelf zo gebleven.

Het is hier allemaal eenvoudig, geen poespas. De

keuken is te klein om hier

veel zitplaatsen te kunnen

bieden. Ook daarom hebben

we het niet meer zo druk en

kunnen we het goed aan.

Ik ben heel tevreden met

mijn publiek. Het is heel

gevarieerd en gezellig, daarover

heb ik niks te klagen.

Dat mag en doe ik ook niet.

Er ishier nooit trammelant.

Natuurlijk vallen er wel eens woorden, maar het lost

zich altijd als vanzelf weer op. Al maak je met deze

gasten ook genoeg mee, wat nooit in de krant moet…’

Ze vervolgt: ‘Zolang mijn gezondheid het toelaat ga

ik door, maar je weet nooit wat er morgen gebeurt. Ik

had het al een paar keer goed kunnen verkopen, maar

wat heb je aan geld als je je hobby kwijt bent? Ik heb

22 jaar dag en nacht gewerkt. Dat hoeft nu niet meer,

we kunnen het gemakkelijk aan.’

Zeldzaam normaal

Henk Hofstede (79), voormalig eigenaar van Hofstede

TV Reparatie, is een van de frequente bezoekers van

Nationaal, dat elke vrijdag gesloten is. ‘Ik kom hier

al tijden. Toen ik nog een jonge jongen was, een jaar

of vijftien terug haha, dacht ik dat ook jonge grietjes

me nog aardig zouden vinden…. Hier zaten mensen

waar ik ook voor de tv’s kwam, mijn publiek! Bij bijna

iedereen in Hengelo ben ik wel een keer thuis geweest

om een tv te repareren. Ik had een drukke zaak, later

heeft mijn zoon die voortgezet.

Vlnr de stamgasten Henk Hofstede, Henry Porter en Kerstin Maassen van den Brink


Dit is nog een zeldzaam normaal café,

zoals dat vroeger op de hoek van elke

straat stond.’

Het is die sfeer die ook de krasse Engelsman

Henry Porter (94) enorm aanspreekt.

In 1945 was hij in dienst van The Royal Air

Force (RAF) een van de Engelse bevrijders

van Delden. Hij leerde er zijn vrouw kennen

en woont sinds kort na de oorlog in

Hengelo. ‘Na haar overlijden is dit mijn

tweede thuis geworden. Hier kun je net zo

lang zitten als je wilt en ik ben hier nu twee

of drie keer per week. Het is niet nodig om

alleen thuis te zitten. Hier vertelt iedereen

wat, je bent onder de mensen.’

Dan: ‘Kijk eens naar dat tafelkleed, zo

eentje had mijn oma vroeger ook. Het is ik

weet niet hoe oud. Het is net of je naar huis

gaat, naar oma. Dat komt door Rikie en

José, je krijgt alle tijd, eten en een drankje

erbij. Ik ben hier al eens in slaap gevallen,

maar dat maakt niets uit. Soms eten we

hier stamppot aan tafel, samen met hen.

Waar krijg je dat nou? Zoiets vind je ergens

anders niet in Hengelo. Hier ben je

nog mens…’

Kerstin Maassen van den Brink is op donderdag

met haar 47 lentes met afstand de

jongste van het gezelschap. Zij bevestigt:

‘Iedereen kan hier zichzelf zijn, jong en

oud, dik en dun. Ze vragen hier nog: ‘Hoe

geet ’t er met?’ Zelf kwam ik hier voor

het eerst toen ik zwanger was van mijn

zoon. Ik vind het een verademing, vergeleken

met andere horeca. Heerlijk rustig,

gemoedelijk en inderdaad het gevoel alsof

je in de huiskamer zit.’

Jongere

Lachend: ‘Ik ben de enige jongere. De

ouderen hier zijn meestal vaste klanten.

Het is een beetje hun dagritme, hun uitje en

hun ontmoetingsplek. Ze willen er graag

even uit. Ik vind het

geweldig om al die

verhalen aan te horen.

Alles wat in het leven

voorkomt, komt langs

in de gesprekken.

Neem zo’n Henry, die

is hier gekomen om

Delden te bevrijden,

verliefd geworden op

een meisje uit Delden

en woont hier nu al bijna 75 jaar. Hij is 94

en wat zo bijzonder aan hem is: hij zeurt

nooit. Terwijl mensen van die leeftijd toch

vaak al heel wat ellende hebben meegemaakt.

Henry is altijd positief, geweldig.’

Riekie Nijland tot slot: ‘Het mooiste wat

Henry ooit tegen me heeft gezegd is dat

het hier net is of zijn vrouw hem het eten

voor zet. Daar doe je het voor.’

‘ Waar krijg

je dit nou?

Hier ben je

nog mens…’

.73

Hoofdpersoon in docu

Riekie Nijland is een van de hoofdpersonen in

de serie ‘Het was een mooie tijd’. In 32 korte

documentaires van circa twintig minuten worden

markante Hengeloërs geportretteerd die in de

tweede helft van de vorige eeuw volop werkzaam

waren in de metaalstad.

Wil Zwienenberg en cameraman André Mossel

tekenden voor de productie, die de afgelopen

maanden meerdere keren werd vertoond in het

MFA ’t Berflo aan het Apolloplein in Hengelo.

Een trailer van de serie is te zien op de website

www.museumhengelo.nl

Riekie Nijland serveert

ZILVER HERFST 2020


ZILVER ZAKELIJK. RAW MILK COMPANY

.74

Gezond eten met boerenverstand

// Foto

RIET VOS

Of je hun producten nu koopt in de naast hun

melkfabriekje gelegen winkel Melk & Honing, bij

een Plus Supermarkt in Twente of in een natuurwinkel

ergens in Nederland. Het zal opgevallen

zijn dat de kefir, de yoghurt en de hangop van de

Raw Milk Company een ander logo hebben. De

expliciete koe heeft plaatsgemaakt voor een subtieler

getekend rund, zoals die in een grottekening

uit de oertijd is teruggevonden.

Het geeft aan dat het om eerlijk natuurlijk zuivel

gaat. Geen E-nummers, niet gesteriliseerd, gepasteuriseerd

of gehomogeniseerd. De 14.000

liter biologische verse, rauwe melk die ze wekelijks

verwerken, fermenteren ze zelf. Ze voegen

er melkzuurbacteriën aan toe waardoor deze zuivelproducten

veel gezonder zijn. En de klanten

houden niet op te praten over de heilzame werking

ervan op o.a. acné, astma, psoriasis en maagen

darmstoornissen, al zet de Raw Milk Company

dat op last van de voedsel en warenautoriteit niet

meer op hun website.

Labneh

Terwijl het logo kleiner is geworden, is het assortiment

gegroeid. Naast de kefir die ze altijd

maakten is er nu ook oer-kefir, dat 36 uur is gefermenteerd.

Hoe gezond dit product is, blijkt

wel uit de bijnaam: ‘drank der 100-jarigen’.

Ook nieuw is het zogenaamde labneh, een zachte

smeerkaas op yoghurtbasis. De Marokkaanse

schrijfster en tv-persoonlijkheid Nadia Zerzouali

bracht ze op het idee dit te gaan produceren, zegt

Tonny Mulder. ‘Ze beklaagde zich dat er in Nederland

geen goede labneh te koop is. Deze kaas die

op roggebrood, crackers, brood, pannenkoek en

andere deegwaar wordt gegeten is in Marokko

en veel Aziatische landen heel populair, zowel in

hartige als zoete toepassingen. Ik heb haar gezegd

dat wij het zouden gaan maken.’

Twee soorten labneh verkoopt de Raw Milk

Company: naturel en eentje met biologische kruiden.

Nadia was enthousiast en Tonny Mulder

laat weten dat iedereen die het ook wil proeven

welkom is bij de Raw Milk Company aan de

Beuningerstraat 12 in De Lutte

www.rawmilkcompany.nl

Win een DVD

van

De Beentjes van

Sint Hildegard

Zilver Magazine stelt een DVD beschikbaar voor de eerste

acht lezers die zich per e-mail melden. U hoeft slechts het

geboortejaar van Johanna ter Steege te vermelden en u kunt

winnaar zijn van zo’n schitterende dvd. Reageer snel, want

we hebben er dus acht voor u beschikbaar.

Vanaf 23 september is de bioscoophit DE BEENTJES VAN SINT-HILDEGARD

verkrijgbaar op Blu-ray, dvd en video on demand (o.a. CineMember, Pathé

Thuis, Ziggo Movies & Series, iTunes, Google Play).

Stuur de mail naar verkoop@zilvermedia.nl en wie weet!


COLUMN. THEO LEONÉ

Op de fiets weer

naar oude plekjes

Theo

Leoné

OVERWEGING

Op vakantie geweest? Dit jaar per fi ets?

Oude tijden herleven.

In onze jonge jaren waren fietstochten heel

gewoon. Op vakantie gaan betekende meestal

logeren bij een familielid. Dag opa en oma, hier

zijn we weer! Voor het vervoer moest je flink

trappen. Woonde de familie verder weg, dan

kwam de trein aan bod. Op vakantie met de

auto? In heel wat straten kwam dat vervoermiddel

helemaal niet voor. Pas in de jaren zeventig

beschikte meer dan de helft van de huishoudens

over een eigen auto. Logisch dat zo’n vierwieler

een statussymbool werd. Veel jongeren lachen

daar nu om en lappen de auto aan hun laars.

Veel te duur en boven dien nog onvriendelijk

voor het milieu ook. Wel eens naar de parkeergelden

in Amsterdam gekeken? Wegwezen!

Rond 1950 trokken drie van de vijf vakantiegangers

naar familie. Niet zelden hadden de

bezoeken het karakter van een hereniging.

Heel wat families waren in de oorlogsjaren

door elkaar geschud. Een op de zes – de dure

tak – permitteerde zich een pension of hotel.

Een achtste waagde zich avontuurlijk aan een

tent. Zo vlak na de oorlog bleef een derde van de

Nederlanders in de zomermaanden thuis. Niet

iedereen had recht op vakantie, anderen hadden

geen geld. In boerenkring was het gezegde

populair dat ze het hele jaar al vakantie hadden.

Met andere woorden: handen uit de mouwen en

niet zeuren. Niks doen viel in de categorie stadse

fratsen.

Concentreerden de vakanties zich vroeger in

de maanden juli en augustus, de ouderen van

nu kiezen naar believen een periode die ze past.

Waarom zou je kiezen voor topdrukte met ook

nog eens van die onvriendelijke topprijzen? Beter

ben je af in de luwte van het voor- en najaar.

Bij ouderen neemt het aantal toertochten per

fiets opvallend toe. Even een dagje naar de

plekjes van weleer. In Twente zijn watermolens

en havezates populaire doelen van de grijze

golf – mits voorzien van een gezellig terras. De

terugkeer van de fiets als geliefd vervoermiddel

– dit keer voorzien van een krachtige batterij

– is niet geheel zonder gevaar. Oppassen dus.

Het aantal dodelijke slachtoffers in het verkeer

bestaat al voor meer dan de helft uit fietsers.

Vooral mannen zijn de pineut. Vrouwen blijken

voorzichtiger – verstandiger, zeggen ze zelf.

Best heerlijk, zo’n rit met de wind door je

wapperende manen. Voor zover nog haar

aanwezig is. Maar vergeet niet dat het stramme

lijf minder tegen een stootje kan dan een halve

eeuw geleden. Leerde je de kinderen niet: pas

op bij het oversteken? Nou dan. Driekwart van

de slachtoffers die om het leven komt op een

elektrische fiets is een 65-plusser.

Theo Leoné

Journalist Theo Leoné

bespreekt in elk nummer

een onderwerp dat zinvol

is voor 65-plussers. Heeft

u een vraag voor Theo?

Stuur hem naar

redactie@zilvermedia.nl

.75

ZILVER HERFST 2020


Jan G

INTERVIEW. JAN GREVE

.76

Z’n hele leven

gek van

paarden

Jan Greve [72]

nog altijd volop

actief in de

hippische wereld

Er zijn mensen die zeggen dat Jan Greve (72) het DNA van

een paard heeft. Het hele leven van de Haaksbergenaar staat

in het teken van de paarden. En nog altijd is de oprichter van

paardenkliniek, fokkerij en dekstation De Watermolen Equine

Allround razend actief in de hippische wereld. Vorig jaar nog werd hij

bij het CSI Twente in Geesteren uitgeroepen tot fokker van het jaar in

Overijssel.

Van zijn vier kinderen raakten Joffra en Willem besmet met het paardenvirus. De

laatste, vorige maand nog spectaculair winnaar van de Grote Prijs bij Outdoor

Wierden, runt een eigen stal in Markelo en is een belangrijke kandidaat voor

deelname aan de Olympische Spelen in Tokyo.

‘Misschien is mijn diensttijd wel het meest bepalend geweest voor mijn hele

leven. Ik was gelegerd in Amersfoort. Nadat ik twee weken op de hei had gelegen,

werd ik gebeld of ik mee wilde naar Soestdijk. Daar heb ik mijn hele verdere

diensttijd doorgebracht. Prins Bernhard had iemand uit Hongarije gehaald, die

al die mensen daar leerde paardrijden. Ik maakte er kennis met Evert Offereins

uit Bosch en Duin, hij kwam op Soestdijk als dierenarts. Ik heb een hoop aan

hem te danken. In 1972 mocht ik met hem mee naar de Olympische Spelen

in München. Evert was veterinair van de Nederlandse militaryruiters:

Hans Brugman jr, Maarten Jurgens, Daan Nanning en Piet van der Schans.’

// Tekst & fotografie

WILLEM PFEIFFER


reve

‘Evert was heel enthousiast, had gevoel voor het vak

en ik kon heel goed met hem. We werden als het ware

familie. In 1977 zijn we geassocieerd en we hebben

samen vijf jaar in de maatschap gezeten. Toen vertelde

mijn vader me dat hij wilde stoppen met zijn agrarisch

bedrijf. Hij vroeg: ‘Wat doen we met het spul?’ Na lang

wikken en wegen ben ik teruggegaan naar De Watermolen

en daar met de kliniek begonnen. Dat heeft me

ook gruwelijk veel pijn gedaan, want Evert en ik waren

twee handen op één buik. Hij was abnormaal kundig

en collegiaal.’

Eén fokmerrie

‘Toen ik in 1982 terugkwam in Haaksbergen, hebben

we paardenstallen ingericht op de plek waar altijd de

koeien stonden. Mijn vader was landbouwer en had één

fokmerrie, de wachtmeester-merrie Deraleen. Daar is

hij een kleine zestig jaar geleden mee gaan fokken en

die stam hebben we nog steeds. Caroline Müller, de

schoondochter van Hans Horn, werd met nakome ling

Kyraleen in 2003 Europees kampioen bij de young riders.

Voor de fokkerij moet je een goede merrie hebben, dat

is het belangrijkste. Het begint met een goed nest. De

stam, de familie, moet deugen. Bij zo’n merrie probeer

je een hengst te zoeken, die een beetje kan compenseren

wat zij nog mist. Ik heb liever een wat mindere

merrie uit een goed nest dan omgekeerd. Je kunt een

paard namelijk wel wat leren, maar er weinig aan

veranderen. Het is net als hout. Dat kun je wel schilderen,

maar het blijft hout.’

‘Met Henk Nijhof ben ik veel op pad ben geweest op

zoek naar jong talent. Hij en ik hebben Voltaire gekocht,

nadat we hem in Duitsland in de wei zagen lopen. Hij

was te klein, had een ontsteking in de voet, maar sprong

ontzettend goed en was fantastisch gefokt. Hij had grote

ogen in een gruwelijk mooi hoofd. Met Voltaire zijn we het

dekstation begonnen. Hij is uitgegroeid tot veruit de beste

op de lijst van moedervaders. Diep in mijn hart geniet ik

het meest van de fokkerij. Het is enorm fascinerend om die

combinatie van hengst en merrie te verzinnen en dan af te

wachten of de inschatting uitkomt.’

Van twee kanten

Gek van paarden is hij zijn hele leven al. ‘Niet zo heel

raar, want mijn grootvader van moeders kant had een

dekstation, samen met Winkelhorst uit Buurse. Het zat

er dus van twee kanten al een beetje in. In de meeste

disciplines van de paardensport ben ik wel bezig geweest.

Zelf heb ik thuis volbloeds getraind, meegedaan

aan eventing, springen en mennen. Dat laatste doe ik

trouwens nog steeds. Ik probeer toch wel vier keer in

de week op de bok te zitten, hartstikke leuk om te doen.’

Jan:

‘ Paarden

zeggen niet veel,

maar praten wel’

.77

Willem Greve in actie met Zypria S CSI19

Greve senior nabij de thuisbasis in Haaksbergen

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. JAN GREVE

‘Om zelf te doen is eventing (military, red.) het leukst.

Het blijft een riskante sport, maar is tegelijk het meest

paardvriendelijk. Beesten mogen gewoon paard zijn,

ze hebben tenminste nog een beetje vrijheid. Bij dressuur

mogen ze geen pas buiten het boekje zetten, daar

is alles geconditioneerd. Een pasje hier, een pasje daar...

Maar springen is het moeilijkst. Dat komt zo precies,

je hebt er geen vergiffenis. Als een balk valt, heb je vier

strafpunten aan je broek, je kunt niks compenseren of

camoufleren. In de dressuur kun je nog goud winnen

als je drie fouten hebt gemaakt.’

.78

Vader Jan en zoon Willem poseren met een van hun paarden

Al bijna veertig jaar lang vertolkt Jan Greve de rol

van teamveterinair voor nationale selecties in diverse

disci plines van de paardensport. In 1980 nam hij de

medische verzorging van de paarden van de nationale

militaryploeg op zich. Dat deed Greve tien jaar, tot

1990 in Stockholm, waar Enschedeër Jan Stokkentré

parcoursbouwer was van de military tijdens de Wereldruiterspelen.

Vervolgens ging hij aan de slag bij de

springequipe, die in 1992 onder leiding van bondscoach

Hans Horn met onder anderen Jos Lansink

uit Weerselo in de gelederen goud veroverde bij de

Olympische Spelen in Barcelona. ‘Toen Willem mee

mocht naar het EK pony’s in Denemarken heb ik de

Spelen van Atlanta laten lopen en ben ik overgestapt

naar de ponyruiters. Daar heb ik verschillende teams

begeleid. Een heel leuke tijd.’

Derby

‘Als fokker ging ik vaak naar de bekende renbaan

Duindigt. Daar hebben door mij gefokte paarden,

Watermill Fourth en Watermill Seven, twee keer de

klassieke derby gewonnen Willem was helemaal gek

van die volbloeds. Hij ging mee naar de baan en kende

ze allemaal. Aan de ring stond hij op zijn zesde al te

debatteren met Van Hout, een juwelier uit Nijmegen.

De huidige bondscoach Rob Ehrens van de springruiters

reed voor hem.’

‘Willem is heel kien, maar - als het moet - hard, zeker

in de handel. Van de andere kant is hij ook heel emotioneel.

Hij heeft enorm veel verstand van een paard en

misschien nog wel meer van de handel. Hij kan erg goed

combineren en mensen gelukkig maken met een paard,

is vlot van de tong en kan uitstekend lesgeven. Zelf rijdt

hij fantastisch. Zypria S stond op stal bij de Engelsman

Nick Skelton, daar was ze afgeschreven. Willem is kandidaat

om naar de Olympische Spelen in Tokyo te gaan,

domweg door de merrie gewoon klassiek te rijden. Hij

begrijpt een paard. Paarden zeggen niet veel, maar praten

wel. Je kunt aan het hoofd zien wat ze willen.’

Jan:

‘Ik probeer nog

vier keer per

week op de

bok te zitten.

Hartstikke leuk

om te doen.’

Jan Greve is nog steeds actief als menner. Vier keer per week zit hij nog op de bok.


Tijdelijk terug in bestuur ‘Boekelo’

Column

Jan Greve maakt weer deel uit

van het bestuur van Military

Boekelo-Enschede. De Haaksbergenaar

vervulde daarin

eerder al een rol van 1990

tot en met 2000.

Zelf: ‘Alles is tijdelijk, dus dit

ook. Maar ik wel het wel

weer een paar jaar doen.’

Voorzitter Robert Zandstra:

‘We zijn hartstikke blij dat Jan

het voorlopig op zich neemt.

We hebben er sterke behoefte

aan om binnen het bestuur

de link met de sport zelf nog

breder te maken.

Als er iemand is die weet wat

er mondiaal in de eventing

aan de hand is, is Jan het wel.

We gaan er samen aan werken

om op redelijke termijn een

jongere opvolger voor hem te

vinden.’

In 2017 won de door Jan Greve

gefokte merrie Cekatinka in

Boekelo onder het zadel bij

Nieuw-Zeelander Tim Price.

De Engelse Nicola Wilson

zegevierde in 2015 met

Burana, die daarvoor door

Greve naar Engeland was

verkocht.

Hoop

Door Joan Koenderink

Ik ga wandelen en ik neem mee: mijn huissleutel,

mijn hond en poepzakjes. En die laatste gebruik ik

ook daadwerkelijk, wanneer nodig. Ook wanneer

er niemand toekijkt. Dat is namelijk part of the deal

wanneer je een huisdier hebt. Valt onder het kopje

fatsoen en verantwoordelijkheid.

Grote rol

Willem Greve (37) over vader Jan: ‘In wat ik tot nu in de sport heb bereikt, heeft

hij een grote rol gespeeld. Zijn horsemanship, zijn gedrevenheid heeft hij op mij

overgebracht. Al die paarden herkennen, dat heb ik nog, dat is gewoon een tic.

Proberen een paard optimaal te laten functioneren en het te benaderen, dat heb ik

van hem. Mijn ouders hebben me de kansen gegeven met paarden uit eigen opfok

of waarmee anderen niet goed uit de voeten konden of die via de handel bij ons

kwamen, te presteren. Ik ben denk ik de enige in Nederland die met zeven verschillende

pony’s en paarden aan tien EK’s voor de jeugd heeft meegedaan.’

‘Toen ik achttien was, ben ik het huis uitgegaan om stalruiter bij Henk Nooren

(voormalig topruiter en bondscoach, red.) te worden. Mijn ouders waren goed

bevriend met Henk en zijn vrouw en het is een heel belangrijke move voor het

Willem:

‘Onze verstandhouding heeft mede daardoor ook

wat ups en downs gekend. Allebei hebben we best veel

karakter. Het was niet altijd gemakkelijk met elkaar.’

vervolg van mijn loopbaan gebleken. Toen ik daar in 2004 wegging, ben ik op De

Watermolen samen met mijn vader met een stal begonnen. Na tweeënhalf jaar heb

ik mijn eigen weg gekozen en heb ik stallen gehuurd bij Jeroen Dubbeldam. Dat

had mijn vader ongetwijfeld graag anders gezien, maar ik denk dat hij ook apetrots

is op wat ik nu ben. Onze verstandhouding heeft mede daardoor ook best wat ups

en downs gekend. Allebei hebben we best veel karakter. Het was niet altijd gemakkelijk

met elkaar. Maar we zijn allebei ouder en wijzer geworden.

En als je dan ziet hoe enthousiast hij bijvoorbeeld was toen ik laatst bij Outdoor

Wierden de Grote prijs won, dan doet je dat wat. Echt mooi, als je hem daarvan

ziet genieten.’

Och, we kennen ze allemaal: die hopeloze hondenbezitters

die, op het moment dat hun hond zijn

of haar behoefte gaat doen, ineens veranderen in

vogelspotters. Als aan de grond genageld staren ze

naar de lucht: ‘Vliegt daar nou verdorie een… duif?!’.

Vervolgens trippelen ze met hun ontlaste viervoeter

vrolijk verder. Blij dat natuurschoon op het netvlies

te hebben meegepakt en uiteraard geen notie van de

zojuist gedeponeerde bijdrage aan de milieuvervuiling

door hun eigen hond. Ik probeer me niet te ergeren,

maar die missie slaagt zelden want mijn irritatieklieren

slaan daar echt vreselijk van op hol.

‘Er zijn ergere dingen in de wereld’, denk ik, terwijl ik

in het schemerdonker braaf de hoop van mijn hond

opruim en voel dat ik wegglijd in een door een minder

braaf hondenbaasje achtergelaten drol van formaat.

De Van Dijckbruin kleurige brij krult zich langzaam

rond mijn linkervoetzool en ik mompel binnensmonds

serieus lelijke dingen. Thuisgekomen tracht ik

met tandenstokers het profiel van mijn sneaker weer

te ontdoen van kak die noch van mijn hond, noch van

mijzelf is.

“Wat gij niet wilt dat u geschiedt?” Nou, ik wens het

ze! Al die onbeschofteriken! Grote hopen voor hun

eigen voordeur, afgevulde zoolprofielen en geen

tandenstoker in huis!

Joan Koenderink

.79

ZILVER HERFST 2020


(advertorial)

Dorothy’s Beestenbende

Ben je gek op dieren? Kijk dan vanaf oktober naar

‘Beestenbende’. In een spiksplinternieuw programma

op Facebook, TV Oost en YouTube steekt Dorothy

Oosting de handen uit de mouwen in het dierenasiel. In

Beestenbende krijg je een kijkje achter de schermen.

Welke dieren komen er allemaal binnen en waarom?

En hoe gaat het verder als een dier eenmaal in het

asiel zit? Samen met de enthousiaste vrijwilligers van

het asiel verzorgt Dorothy de dieren en maakt ze de

hokken schoon. En natuurlijk maak je kennis met al

die dieren die wachten op een nieuw baasje.

.80

Beestenbende zie je vanaf oktober wekelijks op TV

Oost, Facebook en YouTube.

Wil je meer weten over de dieren uit het asiel, de

uitzending terugkijken en bloopers zien? Lees dan het

digitale magazine van Beestenbende op

www.RTVOost.nl/Beestenbende.

Heb je zelf een bijzonder dierenverhaal of een leuke

foto of video van jouw asieldier? Mail dan naar

Beestenbende@rtvoost.nl.

Vanaf

oktober bij

RTV Oost!

Thuis in Overijssel


ZILVER HERFST 2020

.81


COLUMN. PAUL ABELS

WATER

LÖP

Stromend water is sinds mensenheugenis een

metafoor voor beweging, verandering, hoop.

Denk aan het achttiende-eeuwse verhaal over de Hoofdige

Boer, geschreven door de dichter Staring. Nooit was er een

brug over de sloot bij Almen gelegd. De dorpsbewoners

waadden zondags door het water als zij ter kerke gingen.

Totdat de nieuwe tijd zich manifesteerde en er een brug

werd gemaakt. Boer Scholte Stuggink, de hoofdige boer,

wilde niks te maken hebben met de nieuwe tijd. Hij was zo

koppig dat hij zijn hele leven de brug oversloeg en gewoon

door het water bleef waden:

“ Een brug valt ligt in een te slaan;

Onze ouders hebben ’t nooit gedaan;

Zij gingen, waar nu Stuggink gaat,

Eeuw in eeuw uit, de modderstraat.”

.82

Er is een aardig brugje te maken van het gedicht naar een

meer praktische zaak, de weg- en waterbouwkunde. Een

zoon van deze Staring was ‘waterhuishoudingdeskundige’.

En zo komen we terecht aan de straat tussen Enschede en

Hengelo, bij het waterbassin ‘Kristalbad’ dat daar is aangelegd

en fraai gefotografeerd door Alphons B. ter Brake.

Een waterloop, water dat loopt, alles stroomt, in fraai

Twents, in het plat. Bij de eerste oplevering van de letterplastiek

(in 2013) stond er iets anders: Waterlöp, zonder

spatie. Kats fout natuurlijk. Als je Twents schrijft, moet je

het wel correct doen, zeker als het voor gebruik in de publieke

ruimte is. Gelukkig is de fout hersteld. Voor eeuwig

vloeit het water terzijde van de aloude weg tussen Hengelo

en Enschede. Misschien gaan Hengelo en Enschede ooit

ook nog wel eens vloeiend samenwerken. Panta rhei, zoals

Herakleitos zei...

Paul Abels

// Fotografie

ALPHONS B. TER BRAKE


ZILVER HERFST 2020

.83


Voor iedereen

een persoonlijk

afscheid.

HET VERMOGEN

FINANCIEEL TE

ONTSTRESSEN

Wilt u meer weten over de uitvaart mogelijkheden?

Bel mij dan gerust voor een afspraak. Ik kom

vrijblijvend bij u langs om uw uitvaartwensen te

bespreken. Ook als u niet of elders verzekerd bent.

Monuta Judith Elst

Leliestraat 23, 7555 BV Hengelo

T 074 - 852 63 50

E info@monutajudithelst.nl

I www.monutajudithelst.nl

Hazenweg 110, Hengelo (Ov.)

074 - 248 00 48

groenstate.nl

.84

99x146 Adv Monuta Judith Elst.indd 1 21-05-19 14:40

IK WIL OOK

DUURZAAM WONEN

“Ik hoefde niet alle partijen

afzonderlijk te benaderen

maar kreeg

één duidelijk voorstel”

Makkelijk en snel duurzaam wonen in Twente!

Duurzaam wonen is ‘hot’. DichtbijDuurzaam.nl biedt u als

Twentenaar de mogelijkheid om simpel en snel een online

woningcheck te doen. U heeft direct uw persoonlijke voorstel

o.b.v. lokale partners in huis.

Genieten van comfort in de ruimste zin.

Dichtbij Duurzaam.nl maakt het u comfortabel!

Nadat u de online woningcheck heeft ingevuld, ontvangt

u direct van ons uw persoonlijk advies. Na opdracht worden

de werkzaamheden door één of meer lokale partners

uitgevoerd en achteraf gecheckt door een deskundig

adviseur van DichtbijDuurzaam.nl. Na goedkeuring ontvangt

u een 10 jaar geldig garantiecertificaat. Comfortabel toch?

En na de werkzaamheden gaat u genieten van een

comfortabele woning.

Of u nu isoleert of met zonnecollectoren energie opwekt....

u bespaart in alle gevallen op uw energiekosten!

Dat is dubbel genieten van comfort!

Doe de online woningcheck op

dichtbijduurzaam.nl en laat u overtuigen!

SIMPEL EN SLIM NAAR EEN DUURZAME AANPAK

DICH20704_ADV_Zilvermagazine212x147mm_v2.indd 1 17-08-20 09:00


POËZIE. HERFST

Wandelbederf

Tijdens ettelijke omzwervingen

in het, met het vergelend

bladerdak van eeuwenoude

eiken, ook in de herfst

onmiskenbaar mooie

Twentse landschap, was

bij even onverwachte als

ongewenste ontmoetingen

met viervoetige bewakers van

eveneens eeuwenoude erven

in grommend woest geblaf

nimmer de zo gewenste

blijde boodschap te horen

“ik ben een goede herder”.

.85

// Fotografie

RIET VOS

ZILVER HERFST 2020


.86

CULTUUR. IN TWENTE

Cul

tuur

in Twente

AAN DE WANDEL MET

BANNINK & WILMINK

Stilstaan bij de iconen van je stad,

dat kan het best via een wandeling.

Omdat Enschede trots is

op het feit dat zowel schrijver

Willem Wilmink als componist

Harry Bannink er zijn geboren,

is er vanaf 11 september een

Harry Bannink – Willem Wilmink

wandelroute.

Het bijbehorende boekje met zeventien stopplekken is gratis

verkrijgbaar bij Enschede Promotie aan de Langestraat 41.

De route lopen met een mobiele telefoon is aan te bevelen,

omdat aan de meeste plekken een beeld en/of geluidsfragment

is gekoppeld.

De wandeling met muziek van Bannink, teksten van Wilmink,

een Bannink Boom Bank, een op hun lijven geschreven

art-impression van kunstenaar LUVANE dat zich uitstrekt over

15 meter en verder veel anekdotes en wetenswaardig heden

over de beide mannen. De wandeling eindigt in Wilminks

stamcafé ’t Bolwerk, waar een bescheiden monumentje voor

de schrijver is opgericht en waar je hem aan een tafeltje kunt

zien zitten.

// Tekst

TON OUWEHAND

Nie wieder

2020 zou het jaar worden waarin 75 jaar

bevrijding in vele soorten en maten gevierd

zou worden. Aan de meeste geplande

evenementen maakte een inmiddels bekend

Chinees virus een einde voordat ze zouden

beginnen.

Een van de weinige grote manifestaties die

wel gewoon door kan gaan is de expositie

NIE WIEDER/NOOIT WEER. Geen probleem

om bij bezoek aan deze tentoonstelling de

1,5 meter afstand in acht te nemen want het

speelt zich af op openbare buitenlocaties

in Delden, Glanerbrug / Gronau en Rheine.

En ook de ventilatievoorwaarden worden in

acht genomen, aangezien het zich afspeelt in

de openlucht. Tot 1 novem ber zijn banners

te zien waarop werk van dertig Duitse en

evenzoveel Nederlandse kunstenaars over

de Tweede Wereldoorlog.

Te zien op de grasvlakte tegenover ‘Het

Witte Paard’ in Delden, in het park naast

het Ariënshuis in Glanerbrug op de Duitse

grens, in het Salinenpark in Kloster Bentlage

in Rheine en in Stadtpark Vreden. In de

Vrijhof van de Universiteit Twente is tot

1 november een beamerpresentatie te zien

over de schetsontwerpen van de banners.

M

// Foto ANNINA ROMITA


uziek

50 jaar

Poppodium

de Tor

Het is de oudste jazzclub van ons land. Maar uitgerekend in het

jaar waarin De Tor het 50-jarig bestaan viert kan dat vanwege de

1,5 meter regels niet gebeuren op het vertrouwde adres aan de

Walstraat 21 in Enschede. Op de plek waar Dizzy Gillespie optrad,

waar Chet Baker speelde, Freddie Hubbard, Shirley Horn, Teddy

Edwards, Jimmy Raney, John Scofield en Dexter Gordon is tijdelijk

geen jazz te horen. Onder de noemer De Tor On Tour verplaatst

het 50-jarige podium zich naar Mystiek Theater, in de verbouwde

textielfabriek Richtersbleek.

Het feestelijke openingsconcert wordt op 25 september gehouden

door de 90-jarige trompettist Ack van Rooyen, die dit jaar de

belangrijkste jazzonderscheiding van ons land won: De Boy Edgar

Prijs. Hij wordt die avond muzikaal bijgestaan door Peter Peuker

(sax), Jurai Stanik (piano), Ruud Ouwehand (bas) en Wim Kegel

(drums). www.jazzpodiumdetor.nl

Column

Panta Rhei

Door Mariska Overman

De mussen vallen van de daken en het land zucht

en kraakt onder coronadiscussies. De wereld is

niet meer de wereld zoals we die kenden en ik

verbaas me in toenemende mate over de verbazing

van de wereld hierover. Die wereld lag als een goed

gevulde koekjestrommel aan onze voeten en we

zijn dat als vanzelfsprekend gaan beschouwen.

Natuurlijk neemt welvaart toe. Natuurlijk hebben

we een uitstekend zorgsysteem. Natuurlijk gaan

we op vakantie in de zomer. En in de winter. En

ach, een stedentripje tussendoor. En we worden

allemaal gemiddeld tachtig. Minstens.

.87

Veel gaat er dit jaar niet door. Maar een bezoek

aan een of meer van de Tuinen van Diepenheim

kan altijd. Ze zijn gratis toegankelijk, men kan

rondleidingen aan vragen bij de Kunstvereniging,

al zal daar wel voor betaald moeten worden. Er

kan worden gefietst, gewandeld. Er zijn routes verkrijgbaar bij het

informatie centrum bij De Pol en bij de Kunstvereniging.

Natuurlijk ook door kunstenaars aangelegde tuinen onttrekken zich

niet aan de seizoenen. De vlinders en bijen zullen plaatsmaken voor

bladeren in herfsttinten.

TUINEN ZIJN ALTIJD

CORONAPROOF

Overigens, een van de Diepenheimse tuinen luistert naar de naam

‘Boomtuin’. Het is een tuin in de top van een 250 jaar oude eik,

gecreëerd door kunstenaar Jeroen Kooijmans. De tuin is bereikbaar

via de wenteltrap om de stam. Deze boom is met nog twaalf

Neder landse bomen genomineerd voor de verkiezing ‘De Boom

van het jaar’. www.kunstvereniging.nl/de-tuinen-van-diepenheim

// Foto EBO FRATERMAN

Tot iets arriveerde wat met het blote oog niet te

zien is, alles op zijn grondvesten deed schudden.

Als ik het niet tegelijkertijd eng vond zou ik erom

lachen. Heel hard ook. David verslaat Goliath,

toch? En heeft Goliath dat niet een beetje aan

zichzelf te danken? Is het niet gek dat Goliath zich

daarover verbaast?

Misschien zijn we vergeten dat alles vergankelijk

is. Leiders komen en gaan. Dynastieën komen en

gaan. Diersoorten komen en gaan. Mensen komen

en gaan, soms veel eerder dan die verwachte

tachtig jaren. Culturen komen en gaan. Alles komt

en gaat: Panta Rhei. En nu is er ook iets aan het

gaan. Iets vertrekt. We weten niet precies hoe en

wanneer en hoeveel, maar dat wat was, is voorbij.

Het glipt als zand tussen onze vingers door. Dat

zand landt ergens en begint opnieuw, in een andere

vorm. Daar valt niets aan te doen behalve erin

meegaan. Berijd de golven, koester die onvermijdelijke

vergankelijkheid en houd elkaar onderwijl

stevig vast. Iemand schreef ooit: heb elkaar lief, de

rest is ruis. Daar kan ik alleen maar amen op zeggen.

Mariska Overman

ZILVER HERFST 2020


BOEKEN. TWENTSE AUTEURS

Nieuwe

boeken

van

Twentse auteurs

aan

VAN

HARTE

AANBEVOLEN

.88

DE KIER

Wanneer een vermiste jonge moeder dood wordt blijkt te zijn en hoe harder ze met onvrijheid en

aangetroffen, ruikt de pers bloed. Waar faalde de dwang in haar eigen relatie wordt geconfronteerd.

hulpverlening? Wat doet de gemeente om vrouwen

te helpen die onder de radar van alle officiële afkomstige schrijfster Shantie Singh (38). Ze woont

De Kier is de tweede roman van de uit Almelo

instanties leven? De Hindoestaanse Uma, rijzende in Rotterdam. In De Kier komt de wereld van onzichtbare

vrouwen aan het licht. Door cultuur en religie

ster in het ambtenarenapparaat, krijgt de opdracht

om tot de laag verborgen vrouwen door te dringen. leven zij een verborgen leven, soms zelfs geheel afgesneden

van de rest van de stad.

Hoe verder ze komt, hoe complexer het probleem

Shantie Singh – De Kier – 303 blz – Verkrijgbaar in de boekhandel

Geluk komt

in de zomer

De Hengelose schrijfster Michelle

Visser (47) bracht de roman

Geluk komt in de zomer uit. Het

is het derde en laatste deel van

de ook los te lezen feelgoodreeks

over de Nederlandse

Loes Beekman die in Frankrijk een nieuw leven begint.

Ze woont in het Franse dorpje Pommiers en heeft een

nieuwe liefde met de naam Sjoerd. Gaan ze samenwonen of

niet? Is liefde belangrijker dan haar moeizaam verkregen

zelfstandigheid? Loes moet keuzes maken en dat is niet

gemakkelijk. Maar er gebeurt meer in het leven van Loes

in Frankrijk en in Pommiers. Het is een feelgood-roman,

maar discriminatie, intolerantie en terreur zijn motieven

die ook in het boek een rol spelen.

Michelle Visser – Geluk komt in de zomer – 336 blz –

Verkrijgbaar in de boekhandel

Zorg, zingeving

en waardigheid

Vanwege tegenslagen in zijn gezondheid stopte Diepenheimer

Pieter Grimbergen (61) zijn werkzaamheden als

concertpianist en docent. Hij volgde coaching cursussen en

werkt nu als coach met mensen met gezondheidsproblemen.

Dat leidde tot een boek voor iedereen omdat we allemaal

te maken krijgen met tegenslagen in de gezondheid.

In twaalf gesprekken met ervaringsdeskundigen passeren

waardevolle thema’s als zingeving,

kwestbaarheid, liefde, levenskracht

en moed. In reflecties toont de auteur

etsen van Rembrandt en deelt hij het

gedachtengoed van zijn inspirator

Henri Nouwen.

Pieter Grimbergen

Zorg, zingeving en waardigheid

127 blz – Verkrijgbaar in de boekhandel

en te bestellen via www.lannoocampus.nl


bevolen

Wegens omstandigheden

geopend

JAARBOEK TWENTE 2021

Muziek en sport in Twente

Eind oktober verschijnt de zestigste

jaargang van het Jaarboek

Wielerdorp? Twente kent er wel zes, maar toch moet Enter de hoogste Twentse eer

gegund worden vanwege de vele kampioenen en wieleractiviteiten – we gaan er

dan ook op bezoek, bij de winnaars van een halve eeuw geleden.

Almelosche Voetbalclub Heracles landskampioen! We schrijven 1927 en het blijft

onvergetelijk, ook de bijbehorende gouden horloges. Jaarboek Twente 2021

beschrijft de euforie van toen.

Opera Forum, Paul Pella en Chris Burgers: uit hun pionierswerk kwam de

Twente 2021. Nederlandse Reisopera Sommige voort – u leest erover in deze zestigste jaargang. inwoners

van de regio kunnen niet

Terang Bulan in Tukkerland, ofwel het bijzondere verhaal van de jonge muzikanten

van Indische afkomst die vanaf de jaren 50 de populaire muziek in Twente sterk

beïnvloedden. Rock ’n roll in Twente? Die begon met Indo-rock.

wachten. Ze hebben de totale

“Wat deu Desmond van Oostrom oet Hengel in ’93 in den pub, doar in Londen?”

Het antwoord is: Bob Dylan en het laatste woord hierover is aan zestien dichters die

Dylan’s Desolation Row tot hun inspiratiebron maakten, voor Jaarboek Twente 2021

– maar dan kats in t Plat.

verzameling vanaf het eerste

Verder leest u over De 1000 Idioten Records, over Alphons Gaalman’s leven voor

muziek, de Drentse arbeidersbuurt in Enschede en hun eigen club UDI, over

Twentse textielmoeheid, de Gerardusprocessie in Overdinkel en nog meer.

jaar 1962. In de nieuwe uitgave

staan weer tal van gevarieerde

onderwerpen.

Enkele voorbeelden:

// Muziek en sport in Twente.

Jaarboek TWENTE 2021

60

Jaarboek

TWENTE

2021

De Almelosche Voetbalclub Heracles landskampioen! We

schrijven 1927 en het blijft onvergetelijk, ook de bijbehorende

gouden horloges. Over de euforie van toen.

// Opera Forum, Paul Pella en Chris Burgers: uit hun pionierswerk

kwam de Nederlandse Reisopera voort.

// Wielerdorp? Twente kent er wel zes, maar toch moet Enter

de hoogste Twentse eer gegund worden vanwege de vele kampioenen

en wieleractiviteiten – we gaan er dan ook op bezoek,

bij de winnaars van een halve eeuw geleden.

// Terang Bulan in Tukkerland, ofwel het bijzondere verhaal

van de jonge muzikanten van Indische afkomst die vanaf de

jaren 50 de populaire muziek in Twente sterk beïnvloedden.

Rock ’n roll in Twente? Die begon met Indo-rock.

Winkels met een verhaal: een fotowinkel

waar je filmrolletjes kunt

kopen, een schoenmaker wiens

vader Willem Wilmink accordeon

heeft leren spelen, condoomshop

’t Hofje met uitbaatster Beatrix (foto),

een slager die vlees verkoopt dat

je daarvoor in het weiland achter zijn

winkel hebt kunnen zien grazen.

Een kappersechtpaar dat de naam

Weltevreden niet bedacht heeft om de kwaliteit

van hun werk te onderstrepen, maar die naam

op de gevel hebben staan, omdat het de achternaam

was van haar grootvader die de zaak in 1931

begon. Ook het verhaal van de fietsenmaker die

op woensdagmiddag altijd dicht is. Erfenis van zijn

vader Dick Reekers, die moest dan de F-jes trainen

en dan kon je gelijktijdig fietsen repareren. En wie

begint er nu een winkel waar je grafsteentjes voor

chihuahua hondjes kunt kopen?

De verhalen die in de Enschedese editie van de

Twentsche hebben gestaan, zijn in boekvorm

verschenen. Ton Ouwehand schreef ze, Annina

Romita maakte de foto’s. Het boek kost 20 euro

en is te krijgen bij alle vijftig zaken die erin staan.

.89

WAAR IK LIEVER NIET AAN DENK

Van de uit Enschede afkomstige schrijfster Jente Posthuma (46) verscheen enkele maanden

geleden de tweede roman met de titel Waar ik liever niet aan denk.

Als je hard je best doet en denkt: dit ga ik voor de rest van mijn leven onthouden, dan onthoud

je het. Alleen mensen houd je er niet mee vast. Die kunnen gewoon opstaan en het beeld uit

lopen. Gelukkig heeft de hoofdpersoon een tweelingbroer, de enige van wie ze zeker is, waardoor

ze dus nooit echt alleen zal zijn. Tenminste, dat denkt ze. Zij verzamelt truien. Hij heeft

twee katten. Ze houden allebei van New York, en zouden er, wat er ook gebeurde, samen heen

verhuizen op hun achtentwintigste. Maar opeens wil hij liever een tijdje zonder haar. Waar ik

liever niet aan denk beschrijft op bedrieglijk nonchalante, maar uiterst indringende wijze wat er

gebeurt als de persoon op wie je je hele bestaan hebt gebouwd er plotseling niet meer is.

Jente Posthuma – Waar ik liever niet aan denk – 237 blz – Verkrijgbaar in de boekhandel

ZILVER HERFST 2020


.90

INTERVIEW. JAAP SCHOLTEN


// Tekst

MARCO KRIJNSEN

// Fotografie

REMCO HOMAN

JAAP

IN HET VOETSPOOR

VAN 56 TWENTSE

JONGENS

Schrijver Jaap Scholten op zoek naar familie in Afrika

SCHOLTEN

De roman Suikerbastaard

is gebaseerd op een

onbekend stukje

Twentse geschiedenis.

Schrijver Jaap Scholten

zocht uit wat de

vrijgezellen uit Stokkum,

Borne en Overdinkel

uitspookten in donker

Afrika. En welke rol

speelde zijn eigen opa,

fabrieksdirecteur

Frans Stork?

H

et maakt me niet uit waar we op het terras

gaan zitten, als ze maar bitterballen hebben’,

zegt Jaap Scholten (57) met brede glimlach.

Hij is eraan toe. En dat komt niet alleen door de eindeloze

stapel Suikerbastaards die hij zojuist, op deze warme

vrijdagmiddag bij Boekhandel Broekhuis, heeft moeten

signeren. Ook het feit dat Scholten in Hongarije woont,

maakt het verlangen naar een portie Hollandse bitterballen

extra groot. ‘Die kun je bij ons niet krijgen…’

Familie in Afrika

Jaap Scholten is even terug in Hengelo, de stad van zijn

jeugd. De stad van Stork ook, de machtige machinefabriek

die werd opgericht door betovergrootvader Charles

Theodoor. Hoewel de familie al vijf decennia geleden uit

het bedrijf is gestapt, zal Scholten nooit loskomen van het

Stork-verleden. Hij heeft zich ermee verzoend. Of eigenlijk:

van de nood een deugd gemaakt. In bijna elk boek

figureert de Storkfamilie, inclusief hijzelf (dat wil zeggen:

zijn alter ego Frederik Spengler). Dat geldt ook voor

Suikerbastaard, zijn in mei uitgekomen roman.

De kiem voor Suikerbastaard is gelegd in een landhuis bij

Deventer. Scholten gaf daar enkele jaren een lezing over

Horizon City, zijn boek over de Scholtens (een geslacht

van Enschedese textielindustriëlen) en de Storks. Na

afloop stapte een man op de schrijver af.

.91

ZILVER HERFST 2020


INTERVIEW. JAAP SCHOLTEN

Met een V-halstrui, een bril, grijs haar en een karnemelkkleurig

hoofd’, aldus Scholten, ‘Op zijn gezicht die fijne

Hollandse combinatie van zelfgenoegzame rechtschapenheid,

bescheidenheid en betweterigheid.’

Of Scholten wist dat er nazaten van Storkianen in Ethiopië

rondliepen? Of misschien zelfs verre neven en nichten, die

geheten) in de periode 1952-1977. Ze staan er nog, heeft de

auteur gezien. ‘Ik was onder de indruk toen ik ze ontdekte.

De machines zijn van zo’n degelijkheid en deugdelijkheid

dat ze nog steeds functioneren. Moet je voorstellen hoe dat

toen was! Er werden opeens gebouwen van beton en baksteen

neergezet die je nergens anders zag in een primitief land als

Ethiopië. En daar gingen dus 56 Twentse jongens naar toe.’

In totaal 56 (vrijgezelle) werknemers stuurde Stork, telkens

voor een periode van drie jaar, naar Afrika. Ze moesten een

fabriek bouwen en deze onderhouden. Tussentijds naar huis

was geen optie, vliegen was te duur. De Twentse expats leefden

daar als God in Frankrijk. Ze leidden een avontuurlijk

leven met motoren, paarden en vrouwen. Gokten op grote

schalen en gingen op apen- en krokdillenjacht. En in het

uitgaansleven waren de jongens uit Stokkum, Overdinkel en

Delden graag geziene gasten.

‘ Van mijn opa Frans kan ik me niet

voorstellen dat hij daar kinderen heeft

verwekt. Hij was er het type man niet

naar, als sociaal bewogen man met

altijd oog voor het grotere geheel.’

.92

Scholten probeerde te achterhalen wat er nu waar was van

die verhalen over Afrikaanse nakomelingen. En hoe zat het

met die verre neven en nichten? Op het terras van het Prins

Bern hardplantsoen in Hengelo, waar hij is neergestreken

voor het interview, kan de auteur er geen eenduidig antwoord

op geven. ‘Ik had weinig aanknopingspunten om half blonde

Ethiopiërs te vinden. Mijn contactpersoon wilde niet meewerken.

Van mijn opa Frans kan ik me niet voorstellen dat

hij daar kinderen heeft verwekt. Hij was er het type man

niet naar, als sociaal bewogen man met altijd oog voor het

grotere geheel.’

verwekt zouden zijn door ‘Meneer Frans’, de directeur en

opa van Scholten? Scholten was direct getriggerd. Zou er

echt familie rondlopen in Afrika? Zou opa Frans Stork, de

laatste directeur uit de machinefabrikantendynastie, tijdens

zakenreizen naar de suikerfabrieken in Ethiopië inderdaad de

bloemetjes buiten hebben gezet?

Het zou een leuke aanvulling zijn in de herdruk van zijn boek

Horizon City, dacht Scholten aanvankelijk. Maar na de eerste

publiciteit in de krant kwamen meer verhalen los over Twentse

nakomelingen in Afrika. Het gegeven was te mooi voor

slechts een voetnoot, vond de schrijver. Het moest een nieuw

boek worden: Suikerbastaard.

Krokodillenjacht

In zijn hoogtijdagen exporteerde de firma Stork in de vorige

eeuw machines over de hele wereld. In opdracht van de

Handelvereeniging Amsterdam bouwde het Hengelose bedrijf

complete suikerfabrieken in Ethiopië (destijds Abessinië

Houthakken aan de Grundellaan

Scholten bezocht Ethiopië niet om de absolute waarheid

boven water te krijgen, geeft hij toe. Zijn boek is immers een

roman. De verhalen over de Afrikaanse Stork-kinderen zijn

eigenlijk te mooi om kapot te checken. Toch sijpelt in Suikerbastaard

de realiteit voortdurend tussen de regels door. Zoals

in de scène van ‘Meneer Frans’ met zijn kleinzoon, die komt

helpen houthakken aan de Grundellaan in Hengelo. Opa

Frans geeft daarin de kleine Frederik (Jaap dus) instructies

voor deze klus: ‘Je moet de bijl het werk laten doen’. Daarna

vertrekt hij met zijn auto voor een zakelijke afspraak in Goor.

Voorgoed. Frans Stork verongelukt even later bij Delden.

‘Zo is het echt gegaan. Ik ben de laatste die hem in leven heeft

gezien’, zegt Scholten. ‘Ik had een goede band met opa Frans.

Toen hij nog in De Lutte woonde nam hij me wel eens mee

om in het bos vogelhuisjes te bekijken. Die had hij zelf gemaakt

en opgehangen in de bomen. Ik weet nog hoe hij me

met die grote handen optilde, zodat ik een blik kon werpen.

Een iconische herinnering. Ik heb dat ook beschreven in

De Wet van Spengler.’


Oost-Europese elite

Altijd dus weer die familie. En dat terwijl Scholten zichzelf ooit plechtig had

beloofd het verleden te laten rusten. Weg van de gegoede klasse, de benepen

bovenlaag van Twentse industriëlen. ‘Ik wilde er niks meer mee te maken

hebben. Maar sinds ik in Hongarije woon, weet ik wat het alternatief is. Ik

zie de Oost- Europese elite rondrijden in grote auto’s en hun geld het land uit

smokkelen. Nee, dan liever de Nederlandse versie in zo’n Dixielandachtige

sfeer en mijn eigen familie in die lamswollen truien met V-hals. Ik zie nu

in hoe ingewikkeld het is om leiding te geven en tegelijkertijd na te denken

over het belang van iedereen. Ik ben meer gaan waarderen wat die Storkfamilie

van mij allemaal heeft gedaan. Ik ben hartstikke trots op het feit dat

hun machines 70 jaar later nog draaien als een naaimachine. Je zou wensen

dat de wereld ook nu zo in elkaar zou steken. De werkelijkheid is helaas dat

er tegenwoordig ontzettend veel rotzooi wordt gemaakt.’

Column

Familiefiets

Door Theo de Rooij

Mijn Zilvercolumn loopt altijd een fors aantal

weken achter op de actualiteit. De constate ring

dat deze in korte tijd dramatisch kan veranderen

is een vet cliché.

De zomer is op het kookpunt, de vakantieperiode

in Nederland verloopt met horten en stoten. Het

coronavirus duikt als een veelkoppig monster her

en der op en beïnvloedt vele levenslopen. Onze

kwetsbare 90 + moeders in Holten en Emmen

hebben liefde, aandacht en verzorging nodig. Zoon

Paul is verwikkeld in een ingewikkelde strijd met

een door een genetisch defect veroorzaakte hartkwaal.

Wij vangen hem zo goed en kwaad als het

gaat op en steken onze schoondochter open armen

toe door kleindochter Babette regelmatig op te

vangen. Marian vult als secretaresse bij de Holtense

Fysiopro-praktijk de vakantiegaten op en duwt

als trouwambtenaar wat huwelijksbootjes af. Ons

vakantiegevoel is ver te zoeken.

.93

Het blijft in de familie

Jaap Scholten blijft de inspiratie halen uit de geschiedenis

van zijn eigen (schoon)familie. Hij werkt nu aan een boek

gebaseerd op de reis die de familie van zijn vrouw in 1934

maakte van Zeist naar Constantinopel / Istanbul. ‘Ze trokken

door een continent waar drie grote rijken net ten onder

waren gegaan: het Habsburgse, Ottomaanse en Russische

Rijk. Nu leven we opnieuw in een tijd met autocratische

leiders. De middenklasse valt als stabiele factor weg, dit

keer als gevolg van internet. Dat is een interessant parallel.’

Daarnaast denkt Scholten aan een boek over oom Chuck

Stork, over wie hij eerder in Horizon City schreef. Deze

Chuck vergaarde in Amerika een fortuin dankzij een

vliegtuigenwinkel in New York, maar eindigde berooid

en anoniem. ‘Hij heeft meer kanten dan tot nu toe

bekend. Oom Chuck was een geweldige avonturier én een

fantastische vader.’

Drieënzestig ben ik ondertussen. Conditioneel

behoor ik tot de beste 25% mannen tussen 20 en 30.

Ik ben uiterst fit, als zestalig wereldburger heb ik zat

energie en ambities, maar leeftijd en levensfase

spelen mij parten. Solliciteren is onzinnig, sterker

nog, ik zou niet eens tijd hebben om voltijds te

werken. Ik draai vooral het huishouden, geef een

zinvolle invulling aan mijn leven, dienstbaar aan

anderen. Gesandwiched tussen de geslachten.

En dan plotseling de vaststelling dat ik eind juli met

vier generaties De Rooij gefietst heb. Met kleindochter

Babette in het kinderzitje, dochter Doris

op de racefiets, moeder Corry op de duofiets en

Marian op de e-bike. Hopelijk haakt Paul snel

weer aan.

Theo de Rooij

ZILVER HERFST 2020


ZILVER. IN DE MAILBOX

In de

@

mailbox

van Zilver

Engelengeduld uit de tenen

Goede morgen maandag

fijn dat ik weer ‘hallo’ zeggen mag

zoveel maanden en dagen later

zijn we nog steeds in de ban van de coronakater

het virus heeft ons nog steeds in z’n macht

en de basisregels blijven voorlopig nog van kracht.

.94

Verhuizen

Bijna een jaar geleden kocht ik een huis in Holten.

De verhuizing vanuit Enter stond gepland op 13 februari. Alles

verliep volgens plan. Maar veertien dagen daarna werd bekend

dat vanwege de uitbraak van het coronavirus we geen handen

mochten schudden en niet te dicht bij elkaar in de buurt

moesten komen. Dat werd een probleem met nog vakmensen

over de vloer die vloerbedekking gingen leggen, gordijnen hangen,

meubels bezorgen, tv aansluiting enz. Eerst werd er wat

lacherig over gedaan, maar toen bekend werd dat er patiënten

uit de omgeving erg ziek waren, werd er serieus gehandeld. De

werklui namen zelf koffie mee, handen wassen gebeurde aan

de lopende band, deurknoppen werden uitvoerig gereinigd en

met een grote boog liep men om de vrouw des huizes heen.

Ook kreeg ik nog te maken met een sterfgeval in de familie.

Al met al was de start van de nieuwe stek niet wat ik me ervan

had voorgesteld. Geen kinderen, behalve de dochter uit

Holten, die een handje kwamen helpen. De dochter met gezin

uit de Achterhoek en zoon met gezin uit Groningen durfden

het niet aan om te komen kijken hoe hun moeder en oma met

de labrador leefden in het nieuwe huis. Alle activiteiten afgelast.

Wel na tuurlijk videobellen en appen. Per 1 juli werden de

maatregels versoepeld. Ik keek er naar uit en hoopte dan de

schade in te halen door veel te shoppen, uit eten te gaan, een

terrasje te pakken, bezoek uit te nodigen en te genieten van

vrijheid. Wel met inachtneming van de bestaande regels. Het

heeft me wel bewust gemaakt van het kopen in eigen dorp om

de middenstand zoveel mogelijk te steunen. Als ik terugkijk op

de afgelopen maanden heb ik toch iets positiefs ervaren. Het

geduld en vriendelijkheid naar elkaar toe, met soms een glimlach

en humor. Hopelijk blijft dat zo!

Diny Klein Hegeman, Holten

Stockfoto Pexels.com

Wááááár houdt dat ‘monstertje’ zich schuil

verdwijnt het als ik van boosheid huil?

en als ik van onmacht heel diep zucht

lost het dan op in de lucht?

Vragen waar geen antwoord op is

voor iedereen een grote gis

piekeren heeft geen enkele zin

dus: houden we gewoon “de moed erin”

ook al ergeren we ons soms blauw, groen en geel, of paars:

“lap de regels niet aan je laars!”

Ons haar zit weer in kappersmodel

de sportscholen trekken ongeduldig aan de bel

sommige bedrijven beginnen weer met een opgelucht hart

helaas moeten anderen nog wachten met een nieuwe start

maar een nieuwe start kan niet in volle draf

want we zijn nog lang niet van dat ‘beestje’ af.

Niemand wil toch een nieuwe uitbraak riskeren

laten we het daarom opnieuw proberen

want ook door het viruswaanzin gedonder

gebeurt er geen wonder.

De medische wereld doet wereldwijd zijn uiterste best

dan doen wij met z’n allen toch de rest????!

Als wij zorgen dat het virus zich zo min mogelijk kan verspreiden

kan heel Nederland zich vol trots verblijden

en hopen dat het virus snel de kop wordt ingedrukt

ook al gaan we onder twijfel en wanhoop gebukt.

Nog eventjes de schouders eronder

en wie weet gebeurt er toch een wonder

dan is er reden voor een coronavrij feest

en is onze inspanning niet voor niets geweest.

Volhouden zit toch in onze genen?!

we halen het engelengeduld desnoods uit onze tenen

uiteindelijk neemt het coronamonster de benen

en zal het voorgoed zijn verdwenen

Rianda Beune-Smit


Optreden bij verzorgingshuizen

Stockfoto Pexels.com

Heb ik genoeg

gedaan?

In het blad Zilver vroeg u de lezers om u

te schrijven. Daar gaan we dan: Ik ben van

4 augustus 1928 dus val ik in de ‘beroerde

categorie’. En dat beleef ik ook zo.

Woensdagochtend komt mijn héél lieve

huis houdelijke hulp en ’s avonds komt

mijn jongste zoon even kijken na zijn

werk om naar mijn avondeten te kijken

en wat fruit te snijden voor in de yoghurt.

Donderdag: niemand.

Vrijdag: niemand.

Zaterdag: niemand.

Zondag: niemand.

Maandagavond komt mijn oudste dochter

voor mijn “diner” zorgen en is daarna

meteen weer weg.

Dinsdagavond komt mijn jongste zoon

om boodschappen voor me te doen en

te zorgen dat ik voor de hele week eten

heb. En dan is de week rond.

Ik heb vier kinderen: één woont in Duitsland,

één in Zeeland en de andere twee

in Losser. Vanaf 1970 heb ik parochiewerk

gedaan tot het anderhalf jaar geleden

niet meer nodig was. Ik heb EHBOcursussen

gegeven voor het Jeugd Rode

Kruis en heb tot mijn tachtigste godsdienstles

gegeven aan het openbaar

basisonderwijs. Vanaf mijn 13 e , 14 e jaar

heb ik gezorgd voor een ondergedoken

Joods downtje tot ze stierf.

Heb ik genoeg gedaan? En nu hoor of

zie ik niemand. Is het dan zo moeilijk om

even een kaartje te sturen? Ik hoop dat ik

u geholpen heb met dit verhaal.

Ank van Rijkom-Werkman, Losser

Het begon toen ik hoorde dat mijn vriend, destijds mede muzikant in

ons bentje “Swing Combo” opgenomen was in verzorgingshuis Eltheto

in mijn woonplaats Rijssen. Marinus’ vrouw was overleden en zijn

enige zoon woonde in het westen van ons land.

Door de familie van Marinus werd ik

gevraagd om zo nu en dan eens om te

kijken naar hem. Omdat wij enkele honderden

meters van zijn huidige verblijfplaats

wonen was en is dit natuurlijk

geen probleem. Het probleem kwam

wel toen het coronavirus uitbrak... en ik

Marinus niet meer mocht bezoeken. Wat

doe je dan als je muzikant bent en zelf

nog speelt (saxofoon). Dan speel je toch

gewoon buiten voor het gebouw van het

verzorgingshuis.

Zo gezegd zo gedaan. Via een geluidsinstallatie,

die werd geregeld, en speciale

CD’s (orkestband) waar de begeleiding

op staat van de nummers die ik speelde,

werd het een feest van herkenning voor

Marinus en natuurlijk de medebewoners

van het verzorgingingshuis die mee konden

luisteren via hun balkon.

Nummers als Proud Mary, Goodbye

my love, goodbye (Demis Roussos) en

Dromen zijn bedrog klonken weer als

vroeger. Ook het nummer Spanish Eyes,

de herkenningsmelodie van onze band,

waarmee we vroeger onze mede muzikanten

voorstelden aan het publiek ging

er in als koek !

Zoals vaak met dit soort activiteiten

wordt dit doorgegeven via Facebook.

Na het spelen voor Marinus bij Eltheto

werd ik gevraagd door andere verzorgingshuizen

en Rijssen en omstreken om

daar ook te spelen. Het Stadskwartier, de

Schutse, de Bekke en de Roef allemaal ben

ik ze langs geweest om een uurtje te spelen.

Zelfs van buiten Rijssen kreeg ik aanvragen,

uit Holten, Wierden en Markelo.

Ontzettend leuk en dankbaar om te doen.

Maanden lang hadden de bewoners van

deze verzorgingshuizen op hun kamer

gezeten. Vrijwilligers en familie mochten

zelfs niet komen. Dan is zo’n uurtje

ontspannen muziek een leuk verzetje.

De bedoeling van dit stukje is eigenlijk

om ook andere muzikanten op te roepen

aan dit soort activiteiten mee te

doen. Speel je een instrument, leeftijd

speelt geen rol, schaf een aantal zogenaamde

meespeel CD’s aan (Music

minus One) hierop staat de begeleiding

(meestal een orkest) waarmee je samen

met de meegeleverde bladmuziek kunt

spelen, eigenlijk simpel.

Ook kunnen deze optredens natuurlijk

worden gegeven na de coronacrisis. De

bewoners van de verzorgingshuizen zullen

dankbaar zijn en zelf hou je er een

fijn gevoel aan over, zo ging het tenminste

bij mij.

Wim Kreijkes, Rijssen

.95

ZILVER HERFST 2020


ZILVER. PUZZELPAGINA

Bridge Vijfkaart hoog

De Bridgebond propageert openen met

vijfkaart hoog. Dat is op zich een prima

uitgangspunt, maar bijna alle bridgedocenten

zijn van mening dat beginners eerst moeten

leren bieden op basis van ACOL. Dat betekent

dus openen met een vierkaart. Vijfkaart hoog

impliceert immers dat de 1♣-opening een

doubleton zou kunnen zijn. Voor beginnende

bridgers is dat vaak lastig te begrijpen.

Met vijfkaart hoog is het biedverloop bij het

gegeven spel simpel: 1♠ - 3♠ (10/11 punten)

- 4♠. Maar bij ACOL biedt noord 2♣, geen

schoppensteun en minstens 10 punten.

Noord gaat immers uit van een vierkaart bij

zuid. Hierna biedt zuid 3♠ en geeft daarmee

een zeskaart en 15-17 punten aan. (Met

12-14 punten zou het bod 2♠ zijn geweest.)

Uiteraard maakt noord het af op 4♠. Bij

beide systemen wordt dus 4♠ bereikt. En zo

verkeerd is bieden volgens ACOL niet, want

Bob Slavenburg is daar in 1966 ‘gewoon’

wereldkampioen mee geworden.

West komt uit met ♣V. Zuid telt vier verliezers,

drie in ruiten en één in harten. Als zuid naar

♦8 speelt, doet hij het hier goed en zijn er

maar twee ruitenverliezers. Maar dat is een

gok. Oost kan natuurlijk ook best ♦10 hebben.

Als ♥H voor ♥AV zit, is er natuurlijk ook geen

probleem. Maar ook dat weet je niet. Ook

zou natuurlijk de verliezende harten op de

4 e ruiten kunnen worden weggegooid. Maar

ondertussen heeft west al een keer harten

nagespeeld en gaat het ook fout.

Er is echter met deze spelverdeling een 100%

maakkans. Neem ♣V met de aas. Speel ♣H

en steek over naar ♠V. Speel klaveren en

troef deze voor de veiligheid hoog. Ga naar

♠B en troef nog een klaveren. Je hebt nu de

klaverens geëlimineerd en ook de troeven bij

OW zijn op. Nu komt de zogenaamde ingooi.

Speel ♥A en geeft ♥V aan de tegenstanders.

Als zij ruiten spelen, wordt altijd de derde

ruiten een slag. En met harten-naspel spelen

ze in de dubbelrenonce. Dan kan noord

troeven en zuid een ruiten weggooien.

Z/OW

♠ V B 10

♥ A V

♦ V 8 5 2

♣ 8 7 6 4

♠ 7 3

♥ 10 8 7 5

♦ A 10 7

♣ V B 10 9

♠ 6 5

♥ H B 9 6 2

♦ H 4 3

♣ 5 3 2

♠ A H 9 8 4 2

♥ 4 3

♦ B 9 6

♣ A H

WEST NOORD OOST ZUID

- - - 1♠

p 3♠ p 4♠

a.p.

.96

Puzzel & WIN! Doorloper 11

12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12

Als u de doorloper gemaakt heeft, vindt u op de horizontale en

verticale lijnen een aantal traditionele jongensnamen. Stuur de

namen naar redactie@zilvermedia.nl

Onder de goede inzenders verloten we drie prijzen waaronder een

boekenbon ter waarde van € 50,- die beschikbaar wordt gesteld door

Boekhandel Broekhuis in Hengelo, Enschede, Almelo en Oldenzaal.

HORIZONTAAL

1. Eilandenrijk in de Middellandse

Zee, Land in Noord-Afrika

2. Zoogdier, lichtkrans, kiemcel

voor paddenstoelen en varens

3. Muziekinstrument,

meisjesnaam, riviertje

4. Persoonlijk voornaamwoord,

Engels telwoord, buffel, bijwoord

5. Dieren op het Hengelose

marktplein, muzieknoot,

Duitstalige auteur

6. Klein hert, ongebonden,

Nederlands hervormd,

eikenschors

7. In je eentje, babbelen

8. Land in Afrika, onder andere,

Schaakbond Overijssel,

persoonlijk voornaamwoord

9. Schrijfmiddel, met name, Van

Bronckhorst, omroep

10. Maanstand, familielid,

bibliotheek, mannelijk schaap

11. Bij, Algemeen beschaafd

Nederlands, Italiaans gerecht

12. Land aan de Rode Zee, buurland

van Nigeria

VERTICAAL

1. Land in de Sahara,

Land in Zuid-Amerika

2. Streling, hals, deel van een schip

3. Langspeelplaat, Latijns

voegwoord, opstootje, ego, oma

4. Koren, verticaal (afkorting),

hoofddeksel

5. Vervoermiddel, nummer, rivier

bij Baarn, deel van een halm

6. Meester in de rechten,

klooster, zuster, bijzondere

bijstandseenheid

7. Bloeiwijze, atoom, bladzijde

8. Republiek Zuid-Afrika,

koninklijke aanspreektitel,

aandoening, Energie Prestatie

en Binnenklimaat

9. Voorzetsel, wurgslang,

laboratorium, rivier in Siberië,

persoonlijk voornaamwoord

10. Wauters, afbeelding, Zweedse

munt, zelfstandig naamwoord

11. Kleine baai, uiting van schrik,

zonnegod, zijns inziens

12. Land in Oost Europa,

Arabisch land.


ervice

Servicepagina

ZILVER. SERVICEPAGINA

Uitslag doorloper

nummer 10

De doorloper in het zomernummer van Zilver

Magazine werd weer door tientallen deelnemers

ingestuurd. Het ging om het vinden van een aantal

namen van vogels die momenteel in onze regio te

vinden zijn, maar die eind zomer en in het najaar

weer vertrekken. De juiste namen zijn: grutto,

kolgans, ooievaar, wielewaal, wulp, fitis en zwaluw.

De regelmatig genoemde alk komt niet in deze regio

voor, alleen aan de kust. Ook de ral werd vaak

genoemd. Het is meer een familienaam, maar we

hebben het niet fout gerekend.

Hoofdprijs voor Mans Nijkamp

Na loting won Mans Nijkamp uit Enter de

hoofdprijs, een boekenbon van € 50 die

beschikbaar is gesteld door Boekhandel

Broekhuis te Oldenzaal, Enschede, Hengelo

en Almelo.

Ben Boerigter (Vasse), Wietze de Haan (Hengelo),

F. Krikke (Wierden) en Harry Winkelhuis (Hengelo)

wonnen een workshop barbecue voor twee

personen à € 50, beschikbaar gesteld door

Slager Kastelein uit Diepenheim.

Contact informatie

Losse nummers:

Voortaan kost Zilver Magazine in de

winkel slechts € 2,95. Meer informatie

over een abonnement nodig?

Stuur dan een mail naar info@

zilvermedia.nl of bel 0541 511162.

Zilver is te koop bij:

Boekhandel Broekhuis te Hengelo,

Enschede, Almelo en Oldenzaal.

In verschillende Twentse plaatsen

bij Primera, Read Shop, Cigo, Bruna

en andere boekwinkels, kiosken en

verkooppunten van tijdschriften.

In Holten en Nijverdal kunt u terecht

bij de supermarkten van Coop.

Adverteren:

Interesse om te adverteren in

Zilver Magazine of op de website

zilvermedia.nl? Neem voor tarieven

en alle mogelijkheden contact op

met onze afdeling Media-advies &

Advertenties:

Marcel Willemsen

Telefoon: 0541-511162

E-mail: verkoop@zilvermedia.nl

Gedicht DRONKEN

Liever, veel

liever ben

ik dronken

van lusten,

van lijven,

van liefde,

van minnen,

van meiden,

van muzen,

van Schubert,

van Sebald,

van Schiele,

van dansers,

van dichters,

van dromers,

van vreugde,

van vrijheid,

van vrede,

en van jou,

ja van jou,

oh van jou,

dan dronken

van wijn of

van whisky.

.97

H. Rosendal (Delden) won het boek

‘Hoe mooi is Twente wel niet’.

In de camper

Column

Als u dit leest, zit ik in een camper. Een gehuurde hoor, zo

goed betalen die stukjes nou ook weer niet.

Als kind kampeerde ik altijd met mijn ouders en dat jeugdsentiment

probeer ik nu over te dragen op mijn levenspartner. Dat valt

waratje nog niet mee, want mijn sepia-gekleurde herinneringen

van regen op tentdoek, acrobatiek op een grasveld en douchen met

een muntje, doen hem alleen maar fronsen. Maar goed, de liefde

wil ook wat en wij togen naar een camperverhuurder.

Daar sloeg de vonk van geestdrift nog niet echt over, want mijn man

is een stevige Hollandse jongen en een camper is natuur lijk per

definitie een ingenieus ingericht maar krap onderkomen. Maar de

handige verhuurder liet allerlei gadgets zien en andere mannendingen,

daar klaarde het humeur van op. Een ijskast, die altijd koud is,

een vrouw naast je die bereid is in een constante stroom gevulde eitjes

en complimenten op de rijstijl aan te dragen: daar ging ‘ie, om!

Probleem is dat wij allebei het technisch vernuft van een amoebe

hebben, dus vrezen wij dat we het chemisch toilet rechtstreeks

aansluiten op de douchekraan, of ergens halfweg de Moezel onze

elektrische fietsen van het rek laten waaien. Maar wij versagen

niet. In het naseizoen is er vast een kudde licht bemoeizuchtige

vutters ook op pad met de camper en zij zullen ons gevraagd

en ongevraagd van advies dienen. Hulp van je buren, een mooi

uitzicht en daar koud bier en een gevuld ei bij: wedden dat we dit

najaar gaan sparen voor een eigen camper?

Frederike

Krommendijk

ZILVER HERFST 2020


ZILVER. VOLGENDE EDITIE

In het

winternummer

van Zilver Magazine

Het

winternummer

verschijnt

donderdag

10 december

REPORTAGE: GOUDSMID

Tineke

Hessels

vertelt over de sieraden van

senioren en wat daarmee zoal

nog mogelijk is, zoals te zien is aan

de voormalige trouwring waarin

de gravure nog te zien is.

INTERVIEW MET

Theo

Vossebeld

Befaamd dichter

in de Twentse taal.

.98

65. EN NU?

Theo

Leijdekkers

beeldend kunstenaar.

Geboren in Borne,

woonachtig in Pieterburen.

JOURNALIST

Dolf Ruesink

presenteert een boek

over de jaren 50 en 60.

Neem nu

een zeer

voordelig

abonnement

op Zilver

Magazine!

Steeds meer Twentse senioren nemen

een abonnement op Zilver Magazine.

Elk kwartaal valt de nieuwe uitgave dan

vanzelf op hun deurmat.

We doen u een speciale aanbieding voor de vier

nummers in 2021. Een abonnement voor dat jaar

kost slechts € 12,95 en dat is uiteraard inclusief de

verzendkosten. Bovendien krijgt u dan het

winternummer 2020 GRATIS erbij.

Een extra voordeel dus.

Neem gewoon even met ons contact op:

Telefoonnummer: 0251-257924

E-mail: klantenservice@aboland.nl

Ook kunt u zich abonneren via de

website van Zilver Magazine

www.zilvermedia.nl

TIP voor de

feestdagen:

Geef een abonnement

op Zilver

Magazine

cadeau

VANZELFSPREKEND IS ZILVER MAGAZINE OOK IN DE TWENTSE

BOEKWINKELS TE KOOP. PER UITGAVE BETAALT U € 2,95.


Brok verstaat al 88 jaar

de kunst van het wonen

De ruime winkel van Brok Interieur zit al bijna 90 jaar in hartje centrum

Hengelo en bij deze woonwinkel loop je niet alleen naar binnen voor

een passend en smaakvol advies voor jouw interieur. Want hoewel er een

heel team aan adviseurs voor je klaarstaat om jouw woondroom vorm te

geven, Brok Interieur heeft meer te bieden…

In de drie verdiepingen tellende woonwinkel vind je namelijk ook een

textielafdeling, èn een slaapafdeling. Zo kun je voor de hele inrichting

van jouw (nieuwe) huis terecht bij Brok Interieur.

Wanneer je vooral op zoek bent naar inspiratie, dan ben je ook bij

Brok Interieur aan het juiste adres. De woonwinkel staat namelijk vol

met de mooiste meubelen, bedden, vloeren en raamdecoratie. Ideeën

in overvloed en altijd een passende oplossing.

Daarbij worden er met grote regelmaat nieuwe items aan de

collectie van Brok toegevoegd en wekelijks wordt de winkel

opnieuw gestyled om te blijven inspireren.

Al met al ruim 3000 vierkante meter gevuld met design om je hart op

te halen. En het merkenaanbod bestaat uit voornamelijk Nederlands

fabricaat: van Leolux tot Pastoe, van Montis tot

Gelderland, van Auping tot Pullman en van Luxaflex tot Tarkett. Een

mix die goed op elkaar aansluit en waarmee mooie ontwerpen te realiseren

zijn, passend bij jouw wensen.

Je bent van harte welkom

Of je nu voor een uitgebreid interieuradvies komt, puur wat

inspiratie op komt doen of op zoek bent naar een nieuw bed

of nieuwe gordijnen; het hele team specialisten van Brok Interieur staat

voor je klaar. Al jaren zijn ze op elkaar ingespeeld en ze zullen er alles

aan doen om jou het beste interieur-, slaap-, of textieladvies te geven.

Brok Interieur Wonen, Slapen & Textiel

Drienerstraat 47, 7551HL Hengelo

074-2913126, info@brokinterieur.nl

www.brokinterieur.nl

Elke laatste zondag van de maand koopzondag

Tijdens de koopzondagen bij Brok is het extra gezellig en kun je van

12-17 uur de uitgebreide collectie komen bekijken.


Hoekbank Lex | Vanaf € 2.699,-

Nieuw bij Van Gils Wonen & Slapen:

MOOME.

MOOME is een Belgisch designlabel

met een eigentijdse en betaalbare

collectie meubelen- en accessoires.

Hierbij wordt de focus gelegd op

een hoge kwaliteit in combinatie

met een eigenzinnig, maar

tijdloos design.

Voor de collectie wordt samengewerkt

met getalenteerde

designers uit binnen- en buitenland.

Fauteuil Lou | Vanaf € 800,-

Van Gils Wonen & Slapen

Kleibultweg 48 | 7575 BV Oldenzaal

0541 850100 | info@vangils.nl

www.vangils.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!