Altius. 2021 - winteruitgave
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
14
niet het gevolg kunnen zijn van de toevoeging
van energie aan de arteriële drukgolf? Om deze
tegensprekende kwesties en observaties te kunnen
verklaren, is door Dr. A. Schaafsma een theorie
over arteriële acceleratie verondersteld: bij
het samentrekken van het hart (systole) ontstaat
een arteriële drukgolf, deze wordt vervolgens
versterkt door een kortdurende en goed gesynchroniseerde
contractie in de gladde spierlagen
van de betrokken slagaders. Dit resulteert in een
tijdelijke ‘verstijving’ van de arteriële vaatboom,
waardoor de hartdruk tijdens de vroege systole
wordt versterkt en vervolgens wordt verdeeld
over alle capillaire systemen. De kortdurende
contractie in de gladde spierlagen zou veroorzaakt
worden door een depolarisatiepotentiaal
die zich via zogenaamde ‘gap-junctions’ verspreidt
van arterie naar arterie tot aan het capillair
bed (Schaafsma, 2013).
Bij deze fundamentele studie is onderzocht in
hoeverre het mogelijk was om in de praktijk de
theoretisch veronderstelde depolarisatiepotentiaal
in µV, die ontstaat in de gladde spiervezels in
de arteriële vaatwand, te meten met behulp van
EMG-apparatuur. Het doel van deze studie was
om meer kennis te vergaren, waarmee de theorie
van arteriële acceleratie kon worden ondersteund.
Om het potentiaalverschil te meten is er gebruik
gemaakt van twee ringelektrodes om de vinger,
waarbij de data-acquisitie werd gemiddeld, getriggerd
op het ECG-signaal. Als eerst is er een
protocol opgezet onder welke omstandigheden
het beste kon worden gemeten. Dit protocol is
vervolgens uitgevoerd bij tien proefpersonen
tijdens drie verschillende ventilatietesten: normo-,
hypo- en hyperventilatietest. De hypo- en
hyperventilatietest zijn uitgevoerd om te kijken
wat respectievelijk vasodilatatie en vasoconstrictie
voor een invloed had op de depolarisatiepotentiaal.
Om een voorstelling te kunnen maken van wat
wij nou precies hebben gemeten, is er in figuur
1 een voorbeeld weergegeven. Na de uitvoering
van de metingen is een protocol opgezet om de
verkregen signalen, die voortkwamen uit de drie
verschillende testen, te beoordelen op reproduceerbaarheid
aan de hand van de amplitude,
latentie en breedte. Hierbij is gebruik gemaakt
van coderingen die classificeren of het signaal als
depolarisatiepotentiaal kon worden beschouwd
of niet.
Figuur 1: Voorbeeld van een gemeten signaal: Het bovenste
signaal geeft het ECG signaal weer. Het onderste signaal is afkomstig
van de ringelektrodes.