Altius. 2021 - winteruitgave
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
30
De MR/Linac
Een nieuwe vorm van bestralen
De MR/Linac ‘komt in ons onderwijs naar voren als een nieuwe techniek’ echter bestaat het al
langer. De eerste 1,5 tesla MR/Linac is ontwikkeld in het ziekenhuis UMC. Samen met de bedrijven
Elektra en Philips heeft het UMC Utrecht in 2008 een werkend prototype gemaakt van een
MR/Linac. De lineaire versneller bestaat uit een MRI van 1,5 Tesla en een 6MV lineaire versneller.
Sindsdien is er veel getest en wordt de MR/Linac sinds 2018 ingezet voor reguliere patiënten.
Het bestralingstraject op de MR/Linac
Net zoals bij een normaal bestralingsplan wordt
er voordat iemand bestraald wordt een simulatie
CT- scan gemaakt. Deze scan wordt gemaakt om
de weefseldichtheid te berekenen van het weefsel
dat bestraald gaat worden. Dit is nodig om de
dosisverdeling te bepalen bij de patiënten. Op de
CT-scan liggen de patiënten precies hetzelfde als
ze geacht worden om bij de bestraling te liggen.
Het verschil in het te volgen pad van de patiënt
bij de MR/Linac wordt zichtbaar na het maken
van de CT-scan. Er moet namelijk voordat er bestraalt
wordt op de MR/Linac ook een simulatie
MRI gemaakt worden op de MR/Linac zelf. Dit
betekent dat de patiënten voordat ze bestraalt
worden al eens onder de MR/Linac hebben gelegen
zonder bestraald te zijn.
Nadat deze beelden gemaakt zijn worden deze
twee beelden over elkaar gelegd. De CT wordt
gebruikt voor de weefseldichtheid en de MRI
specifiek om de organen in te tekenen. Een MRI
is het best geschikt om weke delen af te beelden.
Verder wordt er gebruik gemaakt van ander
beeldmateriaal voor betere referentie. Denk hierbij
bijvoorbeeld aan een MRI-scan die gemaakt is
met een 3,0 Tesla machine. Deze beelden en machine
kunnen echter ondanks de betere beeldkwaliteit
niet gebruikt worden voor de verificatie
voorafgaand aan de bestraling op de MR/Linac.
Dit heeft te maken met het verschil in waardes
voor weefsels die hierdoor ontstaan, door de
1,5 T en 3,0 T. Dit fenomeen is ook terug te zien
in bijvoorbeeld het scannen met een ander kV
op de CT-scanner. Door dit verschil kunnen de
beelden niet meer met elkaar vergeleken worden.
Vandaar dat beide scans op de 1,5 T MRI
gemaakt moeten zijn. De 3,0 T beelden zijn puur
ter ondersteuning.
Zodra de bestraling ingetekend is op de gemaakte
beelden van de 1,5 T MRI-scan kan er
begonnen worden met de bestraling. De patiënt
gaat op tafel liggen en er wordt begonnen aan
het verificatieproces. Normaal gesproken in de
normale setting van een bestraling, zou dit gebeuren
door middel van een zogenaamde EPID,
Conebeam of andere technieken. Deze technieken
hebben allemaal als doel het verifiëren van
de positie van de patiënt, zodat de bestraling op
de juiste plek wordt uitgevoerd. Bij een MR/Linac
gebruikt men hiervoor de ingebouwde MRI-
-scanner. Hierbij wordt gekeken of de patiënt
goed op tafel ligt en of er een adaptive (nieuw)
bestralingsplan gemaakt moet worden. Zodra de
patiënt correct op tafel ligt kan er gestart worden
met de bestraling. De voordelen van de MR/
Linac komen vooral naar voren bij de verificatie.
Het tumorweefsel kan gecheckt worden in plaats
van enkel de botstructuren rondom het weefsel
te checken, waardoor de patiënt nog beter gepositioneerd
kan worden. Dit maakt dat de MR/
Linac een grote meerwaarde heeft bij weke delen
tumoren.
Door middel van de MRI-verificatie kan men
gebruik maken van real time replanning. Dit is
handig voor behandelingen van bijvoorbeeld de
prostaat. Prostaatbehandelingen worden gedaan
met een volle blaas en een leeg rectum om zoveel
mogelijk van deze organen uit het bestralingsgebied
te houden. Deze organen verschillen
echter vaak van grootte. Hierom worden dan de
OAR van de prostaat en het rectum vaak vergroot
ingetekend. Door Middel van de MRI-verificatie
en real time replanning is dit niet noodzakelijk
en kan het PTV beter en nauwkeuriger bestraald
worden.