24.12.2012 Views

producten iov Mourik Groot-Ammers BV - CO2-Prestatieladder

producten iov Mourik Groot-Ammers BV - CO2-Prestatieladder

producten iov Mourik Groot-Ammers BV - CO2-Prestatieladder

SHOW MORE
SHOW LESS

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

<strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong><br />

T.a.v. heer P.L.N. Veenstra<br />

Postbus 2<br />

2964 ZG <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

Amsterdam, 27 januari 2011<br />

Behandeld door : SRO<br />

Onze ref. : 260342.1<br />

Projectnaam : Footprint betonnen klinker<br />

Betreft : Ketenanalyse betonstraatstenen en -<strong>producten</strong><br />

Geachte heer Veenstra,<br />

Hierbij doen we u de eindrapportage toekomen inzake de ketenanalyse van een betonnen<br />

klinker.<br />

Indien u vragen of opmerkingen over de rapportage heeft, kunt u te allen tijde contact met<br />

ons opnemen. Voor vragen over eventuele aanvullende diensten betreffende duurzaamheid<br />

of andere expertises kunt u tevens bij ons terecht.<br />

Erop vertrouwende u hiermede voldoende te hebben geïnformeerd, verblijven wij.<br />

Met vriendelijke groet,<br />

Search Ingenieursbureau B.V.<br />

Ir. Susanne E. Rolaff


Rapportage<br />

Ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

i.o.v. <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong><br />

Visserstraat te Schiedam na de herinrichting (bron: Google Maps)


Onderzoeksgegevens<br />

Soort onderzoek Ketenanalyse<br />

Projectlocatie <strong>Mourik</strong> te <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

Projectnummer 260342.1<br />

Looptijd project December 2010 – Januari 2011<br />

Opdrachtgever<br />

Opdrachtgever <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> B.V.<br />

Contactpersoon Heer P.L.N. Veenstra<br />

Postadres Postbus 2<br />

Postcode en plaats 2964 ZG <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

Telefoonnummer 0184-667200<br />

Opdrachtnemer<br />

Opdrachtnemer Search Ingenieursbureau B.V.<br />

Contactpersoon ir. Joost Hoffman<br />

Bezoekadres Meerstraat 2<br />

Postcode en plaats 5473 ZH Heeswijk<br />

Telefoonnummer 0413-241666<br />

Faxnummer 0413-241667<br />

Website www.searchbv.nl<br />

E-mail bouwadvies@searchbv.nl<br />

Colofon Rapportage<br />

Opgesteld door ir. S.E. Rolaff<br />

Gecontroleerd door ir. J.W. Hennink<br />

Datum 27-01-2011<br />

I<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


INHOUD<br />

1. Inleiding .......................................................................................................................1<br />

1.1. Algemeen .................................................................................................................1<br />

1.2. Opdrachtformulering.................................................................................................1<br />

1.3. Doelstelling van het onderzoek.................................................................................3<br />

1.4. Uitgangspunten ........................................................................................................3<br />

1.5. Projectafbakening.....................................................................................................3<br />

1.6. Opbouw van het rapport ...........................................................................................4<br />

2. Uitgangspunten...........................................................................................................5<br />

2.1. Inleiding ....................................................................................................................5<br />

2.2. Bouwproduct.............................................................................................................5<br />

2.3. Productiefase............................................................................................................6<br />

2.3.1. Grondstoffen .................................................................................................................6<br />

2.3.2. Productie Holcim...........................................................................................................8<br />

2.4. Transportfase van productie naar het werk...............................................................8<br />

2.5. Aanleg ......................................................................................................................8<br />

2.6. Onderhoud ...............................................................................................................9<br />

2.7. Sloop / verwerking ..................................................................................................10<br />

3. Resultaten..................................................................................................................11<br />

3.1. Inleiding ..................................................................................................................11<br />

3.2. Basisvarianten ........................................................................................................12<br />

3.3. Invloed van andere uitgangspunten ........................................................................14<br />

3.4. Dataonzekerheden .................................................................................................15<br />

4. Conclusies en aanbevelingen ..................................................................................16<br />

4.1. Conclusie................................................................................................................16<br />

4.2. Aanbevelingen........................................................................................................16<br />

4.3. Reductiedoelstelling................................................................................................17<br />

4.4. Nieuwe inzichten ....................................................................................................18<br />

Bronvermelding..................................................................................................................19<br />

BIJLAGE I Plattegrond Visserstraat Schiedam ...........................................................20<br />

BIJLAGE II Schriftelijk commentaar over de ketenanalyse .........................................21<br />

BIJLAGE III Analyse bestaande ketenanalyses.........................................................22<br />

II<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


1. INLEIDING<br />

1.1. Algemeen<br />

Sinds 1 december 2009 beloont Prorail bedrijven die klimaatbewust produceren. Dit gebeurt<br />

door middel van de <strong>CO2</strong>-prestatieladder. De <strong>CO2</strong>-prestatieladder onderscheidt zes niveaus,<br />

opklimmend van 0 naar 5. Hoe hoger de aanbestedende partij zich op de ladder bevindt,<br />

hoe meer voordeel die partij krijgt bij de gunningafweging. <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> wil zich op<br />

korte termijn laten certificeren voor niveau 4 van de ProRail <strong>CO2</strong>-prestatieladder.<br />

1.2. Opdrachtformulering<br />

Om niveau 4 van de ProRail <strong>CO2</strong>-prestatieladder te bereiken, dienen de emissies die onder<br />

Scope 3 in het scopediagram vallen in kaart te worden gebracht (fig. 1.1).<br />

Figuur 1.1 Scopediagram (bron: Prorail)<br />

Binnen het GHG-protocol en ISO14064-1 is een methode beschreven waarop deze scope 3<br />

uitstoot in kaart kan worden gebracht. Binnen de ProRail <strong>CO2</strong>-prestatieladder is deze<br />

methodiek verplicht bij het bepalen van de scope 3.<br />

De methodiek bestaat uit vier stappen:<br />

1) Het op hoofdlijnen in kaart brengen van de waardeketen<br />

2) Het bepalen van de relevante scope 3 emissiebronnen<br />

3) Het identificeren van de partners binnen de keten<br />

4) Het kwantificeren van de data vallende binnen de grenzen van scope 3<br />

Het hoofdproces van <strong>Mourik</strong> beslaat de stappen van opdrachtverwerving tot en met nazorg.<br />

In het Kam handboek van <strong>Mourik</strong> is het hoofdproces als stroomdiagram opgenomen (figuur<br />

1.2)<br />

1<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Figuur 1.2 De waardeketen (Bron: <strong>Mourik</strong> B.V.)<br />

Voor stap 2, het bepalen van de relevante scope 3 emissiebronnen, is door <strong>Mourik</strong><br />

vastgesteld dat alle scope 3 emissies in kaart te brengen een disproportionele inspanning<br />

zou vergen. Daarom is er voor gekozen om de twee belangrijkste geachte ketens van <strong>Mourik</strong><br />

in kaart te brengen.<br />

Voor <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong> is een keten geselecteerd die relevant is voor deze vestiging.<br />

De hoogst scorende keten qua inkoopomzet is “Asfalt en bitumen” . Er is evenwel toch<br />

gekozen voor de keten “Straatwerk”, omdat deze meer aanvullend inzicht verschaft.<br />

Daarnaast kan <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong> significante invloed uitoefenen op deze keten.<br />

De keten “Straatwerk” voldoet aan de criteria van het GHG-protocol, want<br />

Tabel 1.1 Criteria GHG protocol<br />

Relevantie Het is de grootste keten voor <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

Mogelijkheden voor kostenbesparing Het is de grootste keten voor <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

Het voorhanden zijn van betrouwbare<br />

informatie<br />

Er zijn al diverse studies gedaan over deze keten en<br />

de administratie beschikt over veel eigen<br />

operationele gegevens<br />

Potentiele reductiebronnen<br />

Energieintensieve productie, transport en<br />

verwerking<br />

Beinvloedingsmogelijkheden <strong>Mourik</strong> heeft ook invloed op de leveranciers<br />

Daarnaast valt de keten in de categorie: “Extraction and production of purchased materials<br />

and fuels”. Volgens de eisen van ProRail dient de analyse minstens een activiteit of keten<br />

van activiteiten uit deze categorie te omvatten.<br />

2<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Binnen de keten Straatwerk is gekozen voor Betonstraatstenen aangezien deze de<br />

meerderheid van het straatwerk betreffen. Samen met de (voorkeurs)leverancier Holcim zal<br />

de <strong>CO2</strong>-impact van betonstraatstenen onderzocht worden.<br />

Om bovengenoemde redenen heeft <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> B.V. aan Search<br />

Ingenieursbureau B.V. de opdracht gegeven om een ketenanalyse voor betonstraatstenen<br />

van <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> B.V. te vervaardigen.<br />

1.3. Doelstelling van het onderzoek<br />

Uit dit onderzoek komt naar voren wat de <strong>CO2</strong> emissie is voor het proces van aanleg,<br />

onderhoud en opbreken van een woonstraat uitgevoerd in betonnen bestratingsmaterialen.<br />

Voor dit onderzoek wordt een periode van 75 jaar in beschouwing genomen.<br />

Onder bepaalde voorwaarden, waaronder o.a. het juiste gebruik en onderhoud van de<br />

verharding, een bodem die niet zettingsgevoelig is en de juiste werkwijze van herbestraten,<br />

is een levensduur van 75 jaar haalbaar.<br />

1.4. Uitgangspunten<br />

Voor het maken van deze ketenanalyse zijn de volgende stukken ontvangen:<br />

Vanuit <strong>Mourik</strong><br />

� Gebruikte hoeveelheden voor bestrating conform bestek<br />

� Toelichting van de werkzaamheden<br />

Vanuit Holcim<br />

� Benodigde grondstoffen en samenstelling van de verschillende <strong>producten</strong><br />

� <strong>CO2</strong> footprint van grondstoffen<br />

� <strong>CO2</strong> footprint van productieproces van Holcim<br />

� Transport van productie naar het werk<br />

Daarnaast heeft er op vrijdag 17 december 2010 een bezoek plaatsgevonden bij <strong>Mourik</strong><br />

<strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> B.V. Bij dit bezoek waren de heer P.L.N. Veenstra en de heer M.B. van<br />

Wingerden van <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> B.V. en de heer M. van Leeuwen van Holcim<br />

aanwezig. Bij dit overleg is informatie verkregen over de verschillende stappen in de<br />

levensloop van een betonnen klinker.<br />

1.5. Projectafbakening<br />

De ketenanalyse van de betonstraatsteen vindt plaats conform NEN 8006 Milieugegevens<br />

van bouwmaterialen, bouw<strong>producten</strong> en bouwelementen voor opname in een<br />

milieuverklaring – Bepalingsmethode volgens de levenscyclusanalysemethode inclusief het<br />

Correctieblad mei 2007 . De NEN 8006 is dan ook de basis voor de systeemgrenzen van de<br />

ketenanalyse.<br />

3<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


1.6. Opbouw van het rapport<br />

Dit voorliggende rapport is als volgt ingedeeld:<br />

� Hoofdstuk 2 beschrijft de uitgangspunten voor de berekening<br />

� Hoofdstuk 3 behandelt de resultaten van het onderzoek<br />

� Tot slot geeft hoofdstuk 4 de conclusies en aanbevelingen van dit onderzoek.<br />

4<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


2. UITGANGSPUNTEN<br />

2.1. Inleiding<br />

Voor deze ketenanalyse is het onderhoudsproject Dwarsplein te Schiedam als<br />

referentieproject aangehouden. Dit project is uitgevoerd in de periode van januari 2010 t/m<br />

de zomer van 2010. Het project was onderverdeeld in vijf fases, waarbij voor deze<br />

ketenanalyse de focus ligt op de fase van de Visserstraat. Het onderhoud aan de<br />

Visserstraat is gepleegd in de periode maart-april van 2010. De Visserstraat is een één<br />

richtingstraat van ongeveer 115 m lengte met aan weerszijde ruimte om te parkeren en een<br />

trottoir langs de woningen. Voor dit project zijn zowel de betonstraatstenen, betonbanden als<br />

betontegels geleverd door de voorkeursleverancier Holcim. In dit hoofdstuk worden het<br />

bouwproduct en de verschillende fases gedurende de levensloop van het bouwproduct<br />

beschreven.<br />

Figuur 2.1 Visserstraat te Schiedam voor de herinrichting (bron: Google Maps)<br />

2.2. Bouwproduct<br />

Figuur 2.2 Gebruikte <strong>producten</strong> (a) betonstraatsteen, (b) betontegel, (c) betonband<br />

Het bestratingsproces is uitgevoerd met betonstraatstenen, betontegels en betonbanden van<br />

Holcim.<br />

De betonstraatsteen, waarbij type BSS paars het meest gebruikt is, heeft een afmeting van<br />

21,1x10,5x8 cm (lxbxh) en een gewicht van 4 kg. Hiervan gaan er 45 stuks in 1 m 2 .<br />

De betontegel heeft een afmeting van 30x30x5 cm (lxbxh) en een gewicht van 10,8 kg. Van<br />

deze tegel gaan er 11,11 stuks in 1 m 2 .<br />

De betonband, type troittoirband 18/20, tot slot heeft een afmeting van 100x18/20x25 cm<br />

(lxbxh), wat betekent dat deze verloopt van 18 cm breed tot 20 cm breed (een schuin profiel).<br />

Het gewicht van de betonband is 115 kg.<br />

5<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


2.3. Productiefase<br />

2.3.1. Grondstoffen<br />

Voor de herinrichting van de Visserstraat zijn betonstraatstenen, betontegels en<br />

betonbanden gebruikt. Deze <strong>producten</strong> zijn samengesteld uit verschillende grondstoffen,<br />

welke kort worden besproken.<br />

Betonstraatsteen is onder te verdelen in onderbeton en een deklaag. Het onderbeton bestaat<br />

uit zand, recycling granulaat en cement en de deklaag bestaat uit zand, kleurstof en cement.<br />

De betontegel bestaat eveneens uit onderbeton en een deklaag. Hierbij bestaat het<br />

onderbeton uit zand, recycling granulaat, cement en hoogovenslak. De deklaag bestaat uit<br />

zand, recycling granulaat, basalt en cement.<br />

De betonbanden hebben ook de onderverdeling in onderbeton en een deklaag. Het<br />

onderbeton is samengesteld uit zand, grind, recycling granulaat en cement en de deklaag<br />

bestaat uit zand, morene en cement.<br />

De <strong>CO2</strong> footprint van bijna alle grondstoffen, behalve zand, kleurstof en hoogovenslak, is<br />

door de leverancier Holcim gegeven en meegenomen in de ketenanalyse. Dit is echter<br />

vertrouwelijke informatie en zal om die reden niet openbaar worden gemaakt in deze<br />

rapportage.<br />

Voor de winning van zand is voor de <strong>CO2</strong> belasting de waarde van 4 kg <strong>CO2</strong>/m 3<br />

aangehouden (Gallenkemper, 2004) Voor het transport zijn de aangeleverde waardes van<br />

Holcim gebruikt, waarbij een afstand van 150 km van plaats van winning naar Holcim moet<br />

worden afgelegd m.b.v. een binnenschip met 1200 ton laadvermogen.<br />

Gebruikte conversiefactoren transport grondstoffen<br />

Binnenvaart 1350 ton bulk goederen: 60 gram <strong>CO2</strong>/tonkm (ProRail conversiefactor)<br />

Het gewichtspercentage van de kleurstof op de gemiddelde samenstelling van het product is<br />

een stuk lager dan 2%. Om die reden hoeft de <strong>CO2</strong> emissie van de kleurstof conform NEN<br />

8006 niet meegenomen te worden in de berekening.<br />

Hoogovenslak wordt gebruikt bij de verwerking van cement en de carbon footprint van dit<br />

product is al meegenomen in de <strong>CO2</strong> emissie van cement.<br />

In de figuren 2.3 t/m 2.5 wordt de procentuele <strong>CO2</strong> emissie voor de verschillende<br />

grondstoffen per m 3 product weergegeven. Uit deze grafieken komt naar voren dat cement<br />

een grote bijdrage levert aan de totale <strong>CO2</strong> emissie van een product<br />

6<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


32%<br />

Onderbeton betonstraatstenen<br />

7%<br />

45%<br />

15%<br />

1%<br />

Zand rivier 0/4<br />

Rec. gran 2/8<br />

Rec. gran 0/10<br />

Cem IIIA<br />

CEM I<br />

7<br />

Deklaag betonstraatstenen<br />

9%<br />

38% Zand rivier 0/4<br />

Figuur 2.3 Procentuele <strong>CO2</strong> emissie grondstoffen per m 3 betonstraatsteen onderbeton en deklaag<br />

83%<br />

Onderbeton betontegels<br />

4%<br />

9%<br />

2%<br />

2%<br />

Rec. gran 0/2<br />

Rec. gran 2/8<br />

Rec. gran 0/10<br />

Rivier zand 0/4<br />

CEM I<br />

Deklaag betontegels<br />

2%<br />

2%<br />

3%<br />

Figuur 2.4 Procentuele <strong>CO2</strong> emissie grondstoffen per m 3 betontegels onderbeton en deklaag<br />

78%<br />

Onderbeton opsluitbanden<br />

5%<br />

16%<br />

0%<br />

1%<br />

Zand 0/4<br />

Rec. gran 2-8<br />

Grind 8-16<br />

Rec. gran 0-10<br />

Cem III<br />

93%<br />

Deklaag opsluitbanden<br />

Figuur 2.5 Procentuele <strong>CO2</strong> emissie grondstoffen per m 3 opsluitbanden onderbeton en deklaag<br />

93%<br />

7%<br />

53%<br />

Cem IIIA<br />

CEM I<br />

Zand 0/4<br />

Rec. gran 0/2<br />

Basalt 2/5<br />

CEM I<br />

Zand 0/4<br />

CEM III<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


2.3.2. Productie Holcim<br />

De productie van de verschillende beton<strong>producten</strong> vindt plaats bij leverancier Holcim. De<br />

<strong>producten</strong> worden dus geprefabriceerd aangeleverd op de bouwplaats. Uit de gegevens van<br />

Holcim blijkt dat de <strong>CO2</strong> footprint van hun organisatie ten behoeve van de productie van<br />

beton<strong>producten</strong> in 2009 8,6 kg <strong>CO2</strong>/ton product is. Deze footprint geldt voor het gehele<br />

bedrijfsproces, waarbij naast de productie tevens is gekeken naar zaken als huisvesting en<br />

bedrijfsauto’s.<br />

2.4. Transportfase van productie naar het werk<br />

Vanuit Holcim in <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> en Nieuw Lekkerland zijn de <strong>producten</strong> met vrachtwagens<br />

vervoerd naar de Visserstraat te Schiedam. Aangezien het een gefaseerd onderhoudsproject<br />

betrof, konden deelvrachten gecombineerd worden met vrachten voor andere delen van het<br />

onderhoudsproject Dwarsplein. De vrachtwagens die ingezet werden, hadden een<br />

laadvermogen van 32 ton. De transportgegevens met het gewicht dat vervoerd is en de<br />

afstanden die afgelegd zijn, zijn geleverd vanuit <strong>Mourik</strong> en Holcim. De gegevens waarop de<br />

berekeningen van <strong>CO2</strong> uitstoot gebaseerd is, zijn afkomstig van de lijst met <strong>CO2</strong> kengetallen<br />

van werktuigen van BAM Infra B.V.<br />

Berekening aantal ritten van Holcim in <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> of Nieuw Lekkerland naar Visserstraat<br />

te Schiedam<br />

Getransporteerd gewicht (t) / gemiddelde laadcapaciteit (t) = aantal ritten<br />

Berekening totaal afgelegde kilometers Holcim in <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> of Nieuw Lekkerland naar<br />

Visserstraat te Schiedam<br />

Aantal ritten x afstand* = totaal aantal afgelegde kilometers<br />

* Voor het vrachtwagenvervoer wordt een factor 1,5 gehanteerd voor de heen- en terugreis<br />

aangezien de vrachtwagens ongeladen terugrijden wat een lagere <strong>CO2</strong> emissie oplevert<br />

Gebruikte conversiefactoren transport<br />

Vrachtwagen > 20 ton non bulk goederen: 130 gram <strong>CO2</strong>/tonkm (ProRail conversiefactor)<br />

2.5. Aanleg<br />

Bij het onderhoud aan de Visserstraat in de lente van 2010 is het grootste gedeelte van het<br />

straatwerk vernieuwd. Gedurende de eerste twee dagen is al het straatwerk verwijderd<br />

m.b.v. een mobiele kraan, waarbij de nog goede materialen in de opslag zijn gezet en de<br />

overige materialen m.b.v. een tractor met kar zijn afgevoerd naar erkend verwerker ROS<br />

Overslag te Schiedam.<br />

De betontegels uit de trottoirs zijn voor 100% afgevoerd naar de verwerker (puinbreker). De<br />

uit de rijbaan vrijgekomen gebakken straatstenen zijn afgevoerd naar een gemeentedepot.<br />

Deze straatstenen bevatten namelijk nog wel restwaarde, maar kwamen niet meer terug in<br />

het nieuwe ontwerp van de Visserstraat. Tot slot zijn de vrijgekomen betonstenen uit de<br />

parkeerloper en de trottoirbanden voor 80% hergebruikt.<br />

Na het verwijderen van het straatwerk, werden de kolken in de straat weggehaald m.b.v. een<br />

midigraver en werd de kolkleiding afgedopt. Hierna kon men aanvangen met het profileren<br />

van de zandbanen, waarbij zowel de minishovel als de midigraver zijn ingezet. Aangezien<br />

8<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


het wegprofiel nauwelijks is gewijzigd, kon het zand, waarop het straatwerk is uitgevoerd,<br />

worden hergebruikt.<br />

Gedurende het bestratingsproces zijn eerst de troittoirbanden gezet, waarna de kolken weer<br />

werden teruggeplaatst. Vervolgens werd de troittoirs aangebracht met de betontegels.<br />

Daaropvolgend werden de parkeervakken aangebracht met de betonstraatstenen. Tot slot<br />

werd de baan volledig geprofileerd en de betonstraatstenen op de rijbaan machinaal<br />

aangebracht m.b.v. de midigraver. Voor het bijrijden van de materialen zijn zowel de mobiele<br />

kraan als de minishovel ingezet.<br />

De gehele bestrating van de Visserstraat heeft uiteindelijk 20 dagen in beslag genomen.<br />

Gedurende deze 20 dagen stonden zowel de mobiele kraan, de tractor met kar, de<br />

midigraver als de minishovel zonder cabine continue op het werk. Hierbij werden de eerste<br />

drie genoemden ca. 50 % van de tijd ingezet en de minishovel ca. 70 % van de tijd gebruikt.<br />

De gegevens waarop de berekeningen van <strong>CO2</strong> uitstoot gebaseerd is, zijn afkomstig van de<br />

lijst met <strong>CO2</strong> kengetallen van werktuigen van BAM Infra B.V.<br />

Gebruikte conversiefactoren materieel<br />

Mobiele kraan 15-25t: 46,73 kg <strong>CO2</strong>/uur (BAM Infra B.V. conversiefactor)<br />

Tractor: 13,35 kg <strong>CO2</strong>/uur (BAM Infra B.V. conversiefactor)<br />

Dumper small 1-3t (vergelijkbaar met de minishovel):<br />

6,68 kg <strong>CO2</strong>/uur (BAM Infra B.V. conversiefactor)<br />

Graafmachine medium 15-25t: 33,38 kg <strong>CO2</strong>/uur (BAM Infra B.V. conversiefactor)<br />

2.6. Onderhoud<br />

Periodiek worden de verhardingen binnen de gemeente geïnspecteerd op opgetreden<br />

gebreken. Voor het betreffende wegvak gaan we uit van jaarlijks onderhoud van één<br />

werkdag d.m.v. twee werknemers met één werkbusje.<br />

Naast deze periodieke inspectie vindt er tevens een periodieke herstructurering van het<br />

betreffende wegvak plaats. De frequentie waarin herstructurering van de bestrating nodig is<br />

en het vervangingspercentage van de stenen is afhankelijk van verschillende factoren:<br />

� de bodem in verband met verzakkingen<br />

� de kwaliteit van het toegepaste materiaal<br />

� het esthetisch verval van het materiaal<br />

� het gebruik en onderhoud van de verharding<br />

� de werkwijze van herbestraten<br />

In het geval van de Visserstraat, bleek de bodem niet zettingsgevoelig te zijn, aangezien de<br />

ondergrond na 25 jaar niet opgehoogd hoefde te worden.<br />

Voor de levensduur wordt, zoals al eerder beschreven in §1.3, uitgegaan van een periode<br />

van 75 jaar, welke onder bepaalde voorwaarden haalbaar is.<br />

Hierbij moet wel de kanttekening worden gemaakt dat theoretisch gezien deze periode van<br />

75 jaar haalbaar is, maar dat de economische levensduur van de stenen lager uit kan vallen.<br />

Dit heeft te maken met de wens om de inrichting eens in de zoveel tijd aan te passen.<br />

Kwalitatief gezien kan men de stenen dan na 25 jaar wel hergebruiken, maar wordt dit vanuit<br />

esthetisch oogpunt, i.v.m. kleurverschillen met de nieuwe stenen, vaak niet gedaan.<br />

9<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Gedurende elke 25 jaar zal er een herstructurering van de bestrating plaatsvinden. Omdat op<br />

dit moment nog niet duidelijk is welk percentage van de stenen aan vervanging toe is,<br />

worden er drie verschillende scenario’s doorgerekend.<br />

� Variant 1: Elke 25 jaar 100 % van de stenen vervangen<br />

� Variant 2: Elke 25 jaar 50 % van de stenen vervangen en 50 % van de stenen<br />

hergebruiken<br />

� Variant 3: Elke 25 jaar 15 % van de stenen vervangen en 85 % van de stenen<br />

hergebruiken (15% vervanging is in de meeste gevallen sowieso nodig door<br />

breukafval)<br />

Deze varianten worden doorgerekend over een periode van 75 jaar wat inhoudt dat er<br />

gedurende deze periode tweemaal onderhoud wordt gepleegd.<br />

Voor het opbreken van de straat en het herbestraten worden dezelfde machines gedurende<br />

dezelfde tijd ingezet als beschreven bij § 2.5 bij de aanleg. Ten opzichte van de eerste<br />

aanleg kan er worden aangenomen dat de machines een efficiëntie slag hebben ondergaan<br />

en dat deze na 25 jaar 25% zuiniger zijn dan nu het geval is. Voor het onderhoud na 50 jaar<br />

kan er vanuit worden gegaan dat er een volgende efficiëntie slag is gemaakt en dat de<br />

machines 10% zuiniger zijn (Bijlage IV, prof. dr. Ir. Michiel Haas).<br />

2.7. Sloop / verwerking<br />

De bestratingsmaterialen die niet zijn hergebruikt, zijn afgevoerd naar erkend verwerker ROS<br />

Overslag te Schiedam, welke zich op 3,2 km afstand vanaf de Visserstraat bevindt. Dit<br />

transport gebeurde m.b.v. een tractor met grondkar welke een inhoud van 10 m 3 heeft en<br />

een laadvermogen van ca. 7 ton. De gemiddelde snelheid van deze tractor gedurende het<br />

transport was 10 km/u.<br />

Gebruikte conversiefactoren materieel<br />

Tractor: 13,35 kg <strong>CO2</strong>/uur (BAM Infra B.V. conversiefactor)<br />

Bij deze verwerker worden de materialen gebroken d.m.v. een puinbreker. Vervolgens wordt<br />

het als menggranulaat opnieuw toegepast als funderingsmateriaal voor de ondergrond van<br />

asfalt en bestrating.<br />

De verwerking van de stenen in een puinbreker levert een <strong>CO2</strong> emissie op. Daar staat<br />

tegenover dat het gebroken puin weer hoogwaardig wordt toegepast, waardoor de winning<br />

en productie van primaire grondstoffen wordt vermeden. Uit een studie blijkt dat de <strong>CO2</strong><br />

emissie voor het breken van puin en daarmee de productie van puingranulaat min of meer<br />

gelijk is aan de <strong>CO2</strong> emissie voor het winnen en produceren van primaire mineralen<br />

(Prognos, 2008). Daarom wordt de <strong>CO2</strong> emissie die behoort bij de verwerkingsfase niet<br />

meegenomen en wordt enkel gekeken naar het vervoer van en naar de verwerker.<br />

De bestratingsmaterialen welke in de opslag zijn gegaan, zijn afgevoerd naar de<br />

Delftlandseweg te Schiedam, welke zich op 3,3, km afstand van de Visserstraat bevindt. Ook<br />

dit transport geschiedde m.b.v. de tractor met grondkar.<br />

10<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


3. RESULTATEN<br />

3.1. Inleiding<br />

De berekeningen zijn uitgevoerd met behulp van een model dat is opgesteld in Excel. In dit<br />

model zijn de procesfases en de uitgangspunten zoals in het vorige hoofdstuk besproken<br />

aangehouden. De uitgangspunten zijn gerelateerd aan de aanleg en onderhoud gedurende<br />

75 jaar van de Visserstraat te Schiedam. Deze eenrichtingsstraat heeft een lengte van<br />

ca.115 m met aan weerszijden parkeervakken en een trottoir (zie Bijlage I).<br />

Uitgangspunten voor de berekening en gevoeligheidsanalyse<br />

Tabel 3.1 Uitgangspunten voor de berekeningen en gevoeligheidsanalyses<br />

Basisvariant 1<br />

Vervangingspercentage bestrating 100 %<br />

Vervangingsperiode 25 jaar<br />

Aantal keer onderhoud 2 keer<br />

Totale periode 75 jaar<br />

Basisvariant 2<br />

Vervangingspercentage bestrating 50 %<br />

Vervangingsperiode 25 jaar<br />

Aantal keer onderhoud 2 keer<br />

Totale periode 75 jaar<br />

Basisvariant 3<br />

Vervangingspercentage bestrating 15 %<br />

Vervangingsperiode 25 jaar<br />

Aantal keer onderhoud 2 keer<br />

Totale periode 75 jaar<br />

Variant 2 ‘kortere periode 50 jaar’<br />

Vervangingspercentage bestrating 50 %<br />

Vervangingsperiode 25 jaar<br />

Aantal keer onderhoud 1 keer<br />

Totale periode 50 jaar<br />

Variant 2 ‘kortere periode 25 jaar’<br />

Vervangingspercentage bestrating 50 %<br />

Vervangingsperiode 25 jaar<br />

Aantal keer onderhoud 0 keer<br />

Totale periode 25 jaar<br />

Variant 2 ‘langere periode 100 jaar’<br />

Vervangingspercentage bestrating 50 %<br />

Vervangingsperiode 25 jaar<br />

Aantal keer onderhoud 3 keer<br />

Totale periode 100 jaar<br />

11<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


3.2. Basisvarianten<br />

In figuur 3.1 is de <strong>CO2</strong> balans voor de basisvarianten 1, 2 en 3 weergegeven. Over een<br />

periode van 75 jaar bedraagt de <strong>CO2</strong> emissie voor de 1 e basisvariant 75,6 ton, voor de 2 e<br />

basisvariant 56,6 ton en voor de 3 e basisvariant 43,2 ton<br />

<strong>CO2</strong> emissie (kg)<br />

80000,0<br />

70000,0<br />

60000,0<br />

50000,0<br />

40000,0<br />

30000,0<br />

20000,0<br />

10000,0<br />

0,0<br />

Emissie <strong>CO2</strong> in 75 jaar<br />

Basisvariant 1 Basisvariant 2 Basisvariant 3<br />

Figuur 3.1 <strong>CO2</strong> emissie voor basisvariant 1, 2 en 3<br />

12<br />

Sloop & verwerking<br />

Onderhoud<br />

Aanleg<br />

Transport<br />

Productie<br />

Over een periode van 75 jaar bedraagt de <strong>CO2</strong> in kg per m 2 bestrating emissie voor de 1 e<br />

basisvariant 69,8 kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating, voor de 2 e basisvariant 52,2 kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating<br />

en voor de 3 e basisvariant 39,9 kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating.<br />

7,6<br />

4,8<br />

12,5<br />

Basisvariant 1<br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating<br />

0,4<br />

44,5<br />

Productie<br />

Transport<br />

Aanleg<br />

Onderhoud<br />

Figuur 3.2 Bijdrage aan de <strong>CO2</strong> balans per fase van de levenscyclus voor basisvariant 1<br />

Sloop & verw erking<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


7,6<br />

12,5<br />

3,2<br />

Basisvariant 2<br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating<br />

0,2<br />

13<br />

28,7<br />

Productie<br />

Transport<br />

Aanleg<br />

Onderhoud<br />

Figuur 3.3 Bijdrage aan de <strong>CO2</strong> balans per fase van de levenscyclus voor basisvariant 2<br />

12,5<br />

Basisvariant 3<br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating<br />

7,6<br />

0,1<br />

2,1<br />

17,6<br />

Sloop & verw erking<br />

Productie<br />

Transport<br />

Aanleg<br />

Figuur 3.4 Bijdrage aan de <strong>CO2</strong> balans per fase van de levenscyclus voor basisvariant 3<br />

Onderhoud<br />

Sloop & verwerking<br />

Wanneer gekeken wordt naar de verschillende fases in de levensloop van de betonnen<br />

bestrating, dan vallen twee dingen op. Ten eerste neemt de productie van de betonnen<br />

bestrating een groot deel van de totale <strong>CO2</strong> emissie voor zijn rekening. Ten tweede blijkt de<br />

invloed van de eerste aanleg van de bestrating en het onderhoud, oftewel het moment<br />

waarop het materieel wordt ingezet, ook een grote rol te spelen. Deze rol neemt toe<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


naarmate het vervangingspercentage van de bestrating afneemt en dus de benodigde<br />

productie van de bestrating verminderd wordt.<br />

Materialenverbruik<br />

In figuur 3.5 is het materialenverbruik voor de basisvarianten 1, 2 en 3 weergegeven. Over<br />

een periode van 75 jaar bedraagt het materialenverbruik voor de 1 e basisvariant 696 ton,<br />

voor de 2 e basisvariant 420 ton en voor de 3 e basisvariant 228 ton<br />

Gewicht (ton)<br />

800,0<br />

700,0<br />

600,0<br />

500,0<br />

400,0<br />

300,0<br />

200,0<br />

100,0<br />

0,0<br />

Materialenverbruik in 75 jaar<br />

Basisvariant 1 Basisvariant 2 Basisvariant 3<br />

Figuur 3.5 Materialenverbruik voor basisvariant 1, 2 en 3<br />

3.3. Invloed van andere uitgangspunten<br />

Basisvariant 1<br />

<strong>CO2</strong> emissie 75,6 ton <strong>CO2</strong><br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating 69,8<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton bestrating 412<br />

Basisvariant 2<br />

<strong>CO2</strong> emissie 56,6 ton <strong>CO2</strong><br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating 52,2<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton bestrating 308<br />

Basisvariant 3<br />

<strong>CO2</strong> emissie 43,2 ton <strong>CO2</strong><br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating 39,9<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton bestrating 235<br />

Variant 2 ‘kortere periode 50 jaar’<br />

<strong>CO2</strong> emissie 40,9 ton <strong>CO2</strong><br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating 37,7<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton bestrating 222<br />

Variant 2 ‘kortere periode 25 jaar’<br />

<strong>CO2</strong> emissie 24,5 ton <strong>CO2</strong><br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating 22,6<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton bestrating 134<br />

14<br />

Opsluitelementen<br />

Betonstraatstenen<br />

Betontegels<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Variant 2 ‘langere periode 100 jaar’<br />

<strong>CO2</strong> emissie 71,7 ton <strong>CO2</strong><br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestrating 66,2<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton bestrating 390<br />

Om de resultaten een generiekere waarde te kunnen geven is naast de <strong>CO2</strong> emissie van de<br />

desbetreffende Visserstraat ook de <strong>CO2</strong> emissie per m2 bestrating en de <strong>CO2</strong> emissie per ton<br />

bestrating berekend.<br />

Uit de resultaten blijkt dat de duur van de periode en het vervangingspercentage een grote<br />

invloed heeft wanneer gekeken wordt naar de totale <strong>CO2</strong> emissie van de beton<strong>producten</strong>.<br />

Hierbij komt het belang naar voren om indien mogelijk het vervangingspercentage van de<br />

straatstenen zo laag mogelijk te houden.<br />

3.4. Dataonzekerheden<br />

De cijfers die gehanteerd worden voor de <strong>CO2</strong> uitstoot van cement behoeven een<br />

kanttekening. De cijfers dateren uit 2003 en zijn daarmee verouderd. Voor dit project is<br />

namelijk cement ingezet waarvan de <strong>CO2</strong> uitstoot vermoedelijk lager ligt dan het<br />

gehanteerde cijfer voor de <strong>CO2</strong> uitstoot. Dit wordt veroorzaakt door de inzet van meer <strong>CO2</strong>neutrale<br />

brandstoffen in de oven en efficiency verbetering van het maalproces. Desondanks<br />

zijn toch de gedateerde cijfers gehanteerd doordat de meer actuele LCA gegevens op dit<br />

moment nog niet beschikbaar zijn.<br />

15<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


4. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN<br />

4.1. Conclusie<br />

Voor de productie van de verschillende betonnen bestratings<strong>producten</strong> blijkt cement een<br />

grote invloed te hebben op de totale <strong>CO2</strong> emissie van het product.<br />

Wanneer gekeken wordt naar de verschillende fases gedurende levensloop dan blijkt<br />

enerzijds de productie van betonnen bestratings<strong>producten</strong> voor een groot deel van de <strong>CO2</strong><br />

emissie te zorgen, maar blijkt anderzijds het inzetten van het materieel bij de eerste aanleg<br />

en daarna bij het onderhoud ook een grote rol te spelen in de totale <strong>CO2</strong> emissie.<br />

Daarnaast heeft het vervangingspercentage van de bestratingselementen een grote invloed<br />

op de totale <strong>CO2</strong> emissie. Een vervangingspercentage van 100% t.o.v. een<br />

vervangingspercentage van 15% elke 25 jaar levert overall een 75% grotere <strong>CO2</strong> emissie op<br />

wanneer gekeken wordt over een periode van 75 jaar.<br />

Een vergelijking van de resultaten van dit onderzoek met resultaten uit andere ketenanalyses<br />

wordt gegeven in Bijlage III.<br />

4.2. Aanbevelingen<br />

In de aanbevelingen wordt gekeken naar de mogelijke <strong>CO2</strong> reductiekansen naar aanleiding<br />

van dit onderzoek voor <strong>Mourik</strong> B.V. op het gebied van bestratingselementen. Door de nauwe<br />

samenwerking tussen <strong>Mourik</strong> B.V. en de leverancier Holcim kunnen op dit gebied resultaten<br />

behaald worden.<br />

� Een kortere tijdsinzet van het materieel gedurende de eerste aanleg en het onderhoud<br />

kan de <strong>CO2</strong> emissie van de betonnen bestratings<strong>producten</strong> verlagen. Op dit moment<br />

wordt het materieel gedurende 20 dagen voor ongeveer de helft van de tijd ingezet,met<br />

uitzondering van de minishovel die 70% van de tijd wordt gebruikt. Er kan enerzijds<br />

gekeken worden of het mogelijk is om energiezuiniger materieel in te zetten dan thans<br />

het geval is. Daarnaast kan er gekeken worden of er efficiëntie slagen te behalen vallen<br />

bij de inzet van het materieel.<br />

Een voorbeeld die zou kunnen leiden tot een grotere efficiëntie in bestrating, tijdswinst,<br />

kortere inzet van materieel en daardoor een verlaagde <strong>CO2</strong> emissie, is het inzetten van<br />

specifiekere pakketten met bestratingsmaterialen. E.e.a. zou aangepast kunnen zijn aan<br />

de betreffende profielbreedte. Dit is echter een terrein waarop kansen kunnen liggen,<br />

maar waarover nog niets met zekerheid valt te zeggen, aangezien dit nog onontgonnen<br />

gebied is en een dergelijk specifiek pakket bijvoorbeeld weer tot productieverlenging in<br />

de fabriek kan leiden.<br />

� Aangezien het vervangingspercentage van het bestratingsmateriaal een grote invloed<br />

heeft op de totale <strong>CO2</strong> emissie, is het zaak om deze zo laag mogelijk te houden. Op<br />

sommige factoren die van invloed zijn op het vervangingspercentage, zoals de<br />

zettingsgevoeligheid van het gebied, valt geen invloed uit te oefenen, terwijl andere<br />

factoren makkelijker beïnvloedbaar zijn. Door goed onderhoud van de bestrating en een<br />

zorgvuldige wijze van herbestraten kan het vervangingspercentage lager worden<br />

gehouden.<br />

De invloed van grootschalige vervanging op de <strong>CO2</strong> emissie van de bestrating van een<br />

woonstraat moet ook door de gemeente in het achterhoofd worden gehouden. In het<br />

geval dat gehele vervanging van de bestrating i.v.m. andere wensen voor het uiterlijk van<br />

16<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


een woonstraat nodig wordt geacht, is het belangrijk dat vrijkomende materialen die nog<br />

in goede staat verkeren wel weer worden toegepast op een andere plek.<br />

� Energiezuiniger transport inzetten voor het vervoer van de <strong>producten</strong>. Voor het vervoer<br />

van de grondstoffen naar de productielocatie wordt in bijna alle gevallen gebruik gemaakt<br />

van een transport per schip i.p.v. vrachtwagen wat energiezuiniger is. Op het vervoer van<br />

de <strong>producten</strong> naar de locatie valt nog wel iets te besparen. Tot nu toe worden doorgaans<br />

vrachtwagens met euro IV motoren ingezet. Het gebruik van euro V motoren zou echter<br />

nog energiezuiniger zijn.<br />

� Wanneer de betonstenen gescheiden kunnen worden ingezameld valt het beton 100 %<br />

te hergebruiken, omdat er een zuivere betonstroom uit de banden, tegels en stenen valt<br />

te halen. Dit betongranulaat kan als secundaire grondstof opnieuw worden ingezet in<br />

betonstenen. Deze ontwikkeling leidt tot een vermindering in het gebruik van primaire<br />

grondstoffen en daarmee de uitputting van de aarde. Door het beton te hergebruiken<br />

kunnen tevens ketens op een duurzame wijze gesloten worden. Of deze recycling<br />

daadwerkelijk tot een vermindering in <strong>CO2</strong> emissie leidt valt echter niet met zekerheid te<br />

zeggen. Een factor die hierop van invloed kan zijn, is o.a. de energie die benodigd is om<br />

het gerecyclede materiaal te reinigen. Daarnaast kunnen de afstanden die gerecycled<br />

betongranulaat moet afleggen t.o.v. de primaire grondstof grind langer zijn. Deze factoren<br />

kunnen ervoor zorgen dat een gerecycled materiaal niet perse een lagere <strong>CO2</strong> emissie<br />

oplevert.<br />

� Hoogovencement heeft een veel lagere <strong>CO2</strong> emissie dan portlandcement. Het<br />

toegepaste CEM I bestaat uit Portlandcement met max 5% andere stoffen en heeft een<br />

veel hogere <strong>CO2</strong> emissie dan CEM IIIa wat een mengsel is van hoogovencement en<br />

portlandcement. Al het beschikbare hoogovenslak, wat benodigd is om hoogovencement<br />

te kunnen produceren, wordt echter al ingezet in Nederland. De aanbeveling om voor dit<br />

project meer CEM IIIa in te zetten i.p.v. CEM I gaat dus niet op, omdat dit direct tot<br />

gevolg zou hebben dat voor andere projecten weer minder CEM IIIa beschikbaar zal zijn,<br />

waardoor uiteindelijk de <strong>CO2</strong> emissie overall niet teruggedrongen zal kunnen worden. Het<br />

zou daarom nuttiger zijn wanneer er cementtypes ontwikkeld worden die minder <strong>CO2</strong><br />

emissie tot gevolg hebben. Deze aanbeveling valt echter buiten de invloedssfeer van<br />

<strong>Mourik</strong> B.V.<br />

Hierbij moet wel opgemerkt worden dat er momenteel veel onderzoek gedaan wordt naar<br />

een vermindering van het cementgehalte in beton. Uit recent onderzoek van TU-Delft<br />

blijkt dat het cement gehalte in beton probleemloos kan worden teruggebracht tot ca. 110<br />

kg/m 3 , mogelijk nog aanzienlijk verder, maar dat dit volgens de voorschriften (nog) niet<br />

mag. Hieruit kan opgemaakt worden dat de ontwikkeling op het gebied van het cement<br />

gehalte in beton goed op gang is gekomen en dat dit een aanzienlijke verbetering van de<br />

<strong>CO2</strong> footprint van beton tot gevolg heeft. (Bijlage IV, prof. dr. Ir. Michiel Haas)<br />

� Door gebruik te maken van fijner cement reageert het sneller waardoor de eindsterkte<br />

sneller bereikt wordt. Hierdoor zou minder cement nodig zijn, wat resulteert in een lagere<br />

<strong>CO2</strong> emissie.<br />

4.3. Reductiedoelstelling<br />

<strong>Mourik</strong> B.V. heeft zichzelf tot doel gesteld om in vier jaar de <strong>CO2</strong> emissie met 10% te<br />

verlagen t.o.v. het basisjaar 2010, wat dus ook betrekking heeft op deze ketenanalyse.<br />

Over de voortgang van deze reductiedoelstelling zal halfjaarlijks gerapporteerd worden. Om<br />

deze reductiedoelstelling te behalen worden ook de ketenpartners betrokken in dit proces.<br />

17<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Wanneer enkele maatregelen uit de aanbevelingen toegepast zouden worden, zou dit<br />

indicatief tot de volgende besparingen kunnen leiden.<br />

Tabel 4.1 Aanbevelingen inidicatief doorberekend<br />

Aanbeveling kg <strong>CO2</strong> / ton<br />

bestrating ‘oude<br />

Kortere tijdsinzet van materieel<br />

gedurende aanleg en<br />

onderhoud van 20 dagen naar<br />

15 dagen door efficiënter<br />

bestratingsproces.<br />

Het vervangingspercentage van<br />

de stenen van 50% naar 15%<br />

* Variant 2 (50% vervanging over een periode van 75 jaar)<br />

4.4. Nieuwe inzichten<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton<br />

bestrating ‘nieuwe<br />

Besparing<br />

situatie”<br />

situatie”<br />

308* 281* 8,7 %<br />

308 235 23,7 %<br />

Met behulp van deze ketenanalyse zijn er nieuwe inzichten verkregen in de keten van de<br />

betonnen bestratings<strong>producten</strong>. Een voorbeeld hiervan is dat door een goede en nauwe<br />

samenwerking met de leverancier(s) het gemakkelijker wordt om reductiemogelijkheden te<br />

realiseren. Zo kan bijvoorbeeld in samenspraak met Holcim gekeken worden naar manieren<br />

om betere pakketten te maken voor machinaal bestraten.<br />

18<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


BRONVERMELDING<br />

BAM, Emissiefactoren bouwplaatsmaterieel . Verkregen van website:<br />

http://www.wiki.bamco2desk.nl/carbonwiki/bin/Bouwplaatsmaterieel/Emissiefactoren+bouwpl<br />

aatsmaterieel<br />

Gallenkemper et al (2004). Müll und Abfall, Ökologischer nutzen des recyclings und der<br />

kreislaufwirtshaft im bauwesen, vanuit Tauw (2010) Beoordeling duurzaamheid<br />

bestratingmateriaal ir. Ferdi Moes en ir. Geert Cuperus<br />

Prognos (2008) Resource savings and <strong>CO2</strong> reduction potentials in waste management in<br />

Europe and the possible contribution to the <strong>CO2</strong> reduction target in 2020, blz 20<br />

19<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


BIJLAGE I PLATTEGROND VISSERSTRAAT SCHIEDAM<br />

20<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


BIJLAGE II SCHRIFTELIJK COMMENTAAR OVER DE KETENANALYSE<br />

21<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


� Pagina 1 / 3 110126 - schriftelijk commentaar <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

prof.dr.ir. Michiel Haas<br />

The Delft University of Technology<br />

Faculty: CiTG, Section: Materials & Environment<br />

Chair: Materials & Sustainability<br />

Schriftelijk commentaar<br />

Aan: Search Ingenieursbureau B.V. / mw. ir. Susanne Rolaff<br />

Van: prof.dr.ir. Michiel Haas<br />

Datum: woensdag 26 januari 2011<br />

Betreft: verzoek om schriftelijk commentaar over de ketenanalyse van de betonnen bestratings<strong>producten</strong><br />

Inleiding<br />

Search Ingenieursbureau heeft voor <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong> een ‘Ketenanalyse betonstraatstenen/ -<br />

<strong>producten</strong>’ gemaakt in het kader van een certificering voor de <strong>CO2</strong>-prestatieladder van ProRail. <strong>Mourik</strong><br />

<strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> wil zich op korte termijn laten certificeren voor niveau 4 van deze <strong>CO2</strong>-prestatieladder. Om<br />

niveau 4 van de ProRail <strong>CO2</strong>-prestatieladder te bereiken, dienen de emissies die onder scope 3 in het scopediagram<br />

vallen in kaart te worden gebracht.<br />

Het verzoek aan de TU-Delft, faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen is om de uitgevoerde ketenanalyse<br />

van commentaar te voorzien en te adviseren door op ‘limited assurance level’ een mening te geven.<br />

Het commentaar is gegeven door de leider van de leerstoel ‘Materials & Sustainability’, maar ook wel LCAtechnologie<br />

genoemd.


� Pagina 2 / 3 110126 - schriftelijk commentaar <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

prof.dr.ir. Michiel Haas<br />

The Delft University of Technology<br />

Faculty: CiTG, Section: Materials & Environment<br />

Chair: Materials & Sustainability<br />

Verslag observaties<br />

Pag 2 – 1.3. Doelstelling onderzoek:<br />

Hier wordt gesproken over een levensduur van 75 jaar, ‘Onder de juiste omstandigheden en normaal gebruik<br />

zou deze levensduur van 75 jaar haalbaar moeten zijn.’<br />

Deze opmerking is op deze plaats ongenuanceerd, onder voorwaarden (voorwaarden formuleren) is een<br />

levensduur van 75 jaar haalbaar.<br />

Pag 3 – 1.5. Projectafbakening:<br />

Er wordt hier gesproken over NEN8006, Milieugegevens van bouwmaterialen, bouw<strong>producten</strong> en bouwelementen<br />

voor opname in een milieuverklaring - Bepalingsmethode volgens de levenscyclusanalysemethode<br />

(LCA).<br />

Dit is geheel juist, het lijkt echter verstandig om daar aan toe te voegen: inclusief het 'Correctieblad mei<br />

2007', waarin opgenomen milieuprofielen van achtergrondprocessen waar mee wordt gerekend.<br />

Pag 5 – 2.3.1. Grondstoffen:<br />

De carbon footprint van hoogovenslak is op 0 gezet, dit is natuurlijk geen reële waarde.<br />

In de Nationale Milieudatabase staat hiervoor een getal van 30,55 kg <strong>CO2</strong>/m3. Gezien de zeer conservatieve<br />

waarde van <strong>CO2</strong> uitstoot van cement lijkt het geen enkel probleem dat de hoogovenslak op 0 staat.<br />

Pag 8 – 2.6. Onderhoud:<br />

Hier staat enigszins versluierd aangegeven dat de straatstenen een theoretische levensduur van 75 jaar<br />

hebben, maar dat de economische levensduur 25 jaar is.<br />

Het lijkt me juist om dat ook eenduidig te omschrijven.<br />

Ik vind het overigens een goede zaak dat er drie scenario’s van vervanging worden doorgerekend.<br />

Laatste alinea van 2.6: Voor het opbreken van de straat en het herbestraten worden dezelfde machines gedurende<br />

dezelfde tijd ingezet als beschreven bij § 2.5 bij de aanleg.<br />

Het lijkt mij reëel aan te nemen dat er na 25 jaar een efficiëntie slag is gemaakt met betrekking tot de machines<br />

en dat die dan zeker 25% zuiniger zijn dan nu het geval is, na 50 jaar lijkt het me reëel een volgende<br />

slag te maken van 10% zuiniger. Mijns inziens kan dit in de berekening worden verwerkt.<br />

Bouwmachines: blinde vlek in het luchtbeleid<br />

15 september 2009 - In het tijdschrift Lucht (Sdu) verscheen een artikel over de luchtverontreiniging<br />

door machines in de bouwsector. Bij luchtvervuiling denk je al snel aan oude diesels op drukke wegen.<br />

Toch komt zo'n 20 procent van de luchtvervuiling van het verkeer uit een veel minder zichtbare hoek,<br />

namelijk van de zogenoemde mobiele werktuigen.<br />

Auteur Karin Blaauw van Natuur en Milieu: 'Het aanpakken van mobiele werktuigen kan tot een forse<br />

verbetering van de luchtkwaliteit leiden.'<br />

Machines zoals veegwagentjes, graafmachines, heftrucks en tractors zijn sterk vervuilend. Ze mogen<br />

twintig keer meer fijn stof en veertig keer meer zwaveldioxide uitstoten dan vrachtwagens. Met een aantal<br />

eenvoudige en bijzonder kosteneffectieve maatregelen kunnen de emissies 90 procent lager. Rijkswaterstaat<br />

en andere overheden hebben met duurzaam inkopen een unieke kans om dit snel te implementeren<br />

in de bouw.<br />

Pag 16 – 4.2. Aanbevelingen:<br />

Eén na laatste gedachten streepje, beginnend met Hoogovencement heeft een veel lagere …<br />

Er wordt momenteel veel onderzoek gedaan naar vermindering van het cement gehalte in beton. Daar zijn<br />

goede mogelijkheden voor. Uit recent onderzoek aan de TU-Delft blijkt dat het cement gehalte probleemloos<br />

kan worden teruggebracht tot ca. 110 kg/m3, mogelijk zelfs nog aanzienlijk verder. Volgens de voorschriften<br />

mag dit echter (nog) niet. Dat betekent dat de ontwikkeling op dit punt goed op gang gekomen is en dat toekomstige<br />

verbeteringen van de <strong>CO2</strong> footprint zeker te verwachten zijn.


� Pagina 3 / 3 110126 - schriftelijk commentaar <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong><br />

prof.dr.ir. Michiel Haas<br />

The Delft University of Technology<br />

Faculty: CiTG, Section: Materials & Environment<br />

Chair: Materials & Sustainability<br />

Conclusie<br />

De gehele berekening maakt een zorgvuldige indruk. Er is eerder conservatief gerekend, zodat de <strong>CO2</strong><br />

footprint niet rooskleuriger wordt voorgesteld als de verwachte werkelijkheid.<br />

Er is op enkele detailpunten ruimte voor verbetering, maar die zal geen invloed hebben op de uitkomsten<br />

van de ketenanalyse.<br />

Verantwoording<br />

De volgende stukken stonden ons ter beschikking:<br />

� Rapportage Ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong> i.o.v. <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>, dd. 18 januari<br />

2011<br />

� Opzet berekening betonnen klinker 11-01-19<br />

De rapportage is geheel doorgelopen. De berekeningen zijn op hoofdlijnen gecontroleerd, formules zijn bekeken,<br />

maar niet alle formules en berekeningen zijn gecontroleerd.<br />

De werkzaamheden hebben plaatsgevonden op 20 januari 2011 en 26 januari 2011.


BIJLAGE III ANALYSE BESTAANDE KETENANALYSES<br />

Voor <strong>Mourik</strong> B.V. heeft Search Ingenieursbureau B.V. de ontstane <strong>CO2</strong> emissie bij de aanleg<br />

en onderhoud met betonstraatstenen/ - <strong>producten</strong> van de Visserstraat te Schiedam in kaart<br />

gebracht.<br />

Er zijn tevens andere ketenanalyses in de markt voor de <strong>CO2</strong> emissie van<br />

bestratingsmateriaal.<br />

In deze bijlage worden de uitkomsten van deze onderzoeken besproken.<br />

De volgende documenten zijn gebruikt voor het opstellen van deze bijlage:<br />

� Temmink groep en v.d. Bosch beton b.v: “Scope III ketenanalyse Betonnen<br />

Bestratingsmateriaal”, Roy Spenkelink en Berto Dekker, 2 november 2010<br />

� Tauw: “Beoordeling duurzaamheid bestratingmateriaal”, ir. Ferdi Moes en ir. Geert<br />

Cuperus Projectnummer 4653379, 4 mei 2010.<br />

Analyse Temmink Groep en v.d. Bosch Beton<br />

Uit een analyse van de afgelopen jaren bleek dat betonnen bestratingsmaterialen na asfalt<br />

het belangrijkste aandeel vormt van de ingekochte <strong>producten</strong> voor het primaire proces van<br />

de Temmink Groep. Daarnaast bleek dat V.d. Bosch Beton de grootste leverancier is van<br />

betonnen bestratingsmaterialen. Daarom heeft Temmink Groep besloten samen met V.d.<br />

Bosch Beton een scope 3 analyse uit te voeren. De resultaten worden hieronder kort<br />

besproken.<br />

Keten<br />

De keten is door Temmink Groep en v.d. Bosch Beton in kaart gebracht en wordt in<br />

onderstaande figuur weergegeven.<br />

Figuur III.a Ketenanalyse door Temmink Groep en v.d. Bosch Beton b.v. (2 november 2010)<br />

Kwantificering<br />

Voor het kwantificeren van de vrijkomende scope 3 emissies bij de productie van betonnen<br />

bestratingsmateriaal heeft Temmink Groep en v.d. Bosch Betonn gebruik gemaakt van de<br />

volgende conversiefactoren.<br />

22<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Figuur III.b Door Temmink Groep en v.d. Bosch Beton gehanteerde conversiefactoren(2 november 2010)<br />

Resultaten<br />

Tot slot bespreken Temmink Groep en v.d. Bosch Beton de resultaten (figuur III.c)<br />

Figuur III.c Door Temmink Groep en v.d. Bosch Beton gegenereerde resultaten (2 november 2010)<br />

Zij concluderen dat uit de ketenanalyse van de betonnen bestratingsmateriaal geconcludeerd<br />

kan worden dat ver weg het grootste deel van de <strong>CO2</strong>-emissie wordt veroorzaakt door de<br />

productie en transport van de grondstoffen naar de fabrieken in Almelo en Vriezenveen.<br />

Analyse Tauw<br />

In het kader van duurzaam inkopen heeft Amsterdam aan Tauw opdracht gegeven om<br />

gebakken klinkers en betonstraatstenen op hun milieubelasting en energie-inhoud te<br />

vergelijken. Deze analyse is uitgevoerd op basis van een wegoppervlak van in totaal 1260<br />

m 2 . Hieronder worden de resultaten betreffende betonstraatstenen kort besproken.<br />

Keten<br />

De keten is door Tauw in kaart gebracht en wordt in onderstaande figuur weergegeven.<br />

Figuur III.d Cyclus en aspecten bij beoordeling materialen door Tauw (4 mei 2010)<br />

Kwantificering<br />

23<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Voor het kwantificeren van de vrijkomende scope 3 emissies bij de productie van betonnen<br />

bestratingsmateriaal heeft Tauw gebruik gemaakt van de conversiefactoren die worden<br />

vermeld in kolom 2 en de mengselsamenstelling die wordt vermeld in kolom 3 van figuur III.e<br />

Figuur III.e Weergave <strong>CO2</strong> profiel betonstraatsteen door Tauw (4 mei 2010)<br />

Resultaten<br />

Voor de berekening van de resultaten heeft Tauw onderscheid gemaakt tussen verschillende<br />

scenario’s.<br />

In de basissituatie wordt buiten de ring van Amsterdam tijdens de eerste onderhoudsperiode,<br />

ongeveer 20 jaar na eerste aanleg, de gehele straat opgebroken. Bij dit onderhoud wordt<br />

ongeveer 10 % van de stenen als afval afgevoerd. Er wordt dus ook 10 % nieuwe stenen<br />

aangevoerd. Na de volgende periode van 20 jaar is de technische levensduur van de<br />

betonstraatsteen bereikt en worden de stenen afgevoerd naar een puinbreker. De<br />

berekeningen zijn gebaseerd op een tijdsduur van 100 jaar. Het verschil met de situatie<br />

binnen de ring van Amsterdam zit hem in het feit dat er binnen de ring een gebrek aan lokale<br />

opslagcapaciteit is voor de betonstraatstenen gedurende het onderhoud, waardoor om<br />

kosteneffectieve redenen, deze vrijwel altijd afgevoerd worden naar een puinbreker.<br />

24<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>


Figuur III.f Resultaten gevoeligheidsanalyse Tauw (4 mei 2010)<br />

Vergelijking resultaten ketenanalyses<br />

Om de resultaten van de onderzoeken te kunnen vergelijken, zijn de resultaten van de<br />

ketenanalyse van <strong>Mourik</strong> B.V. teruggerekend naar dezelfde fases en eenheden als bij de<br />

twee bestudeerde ketenanalyses. Deze vergelijking dient ter inzicht en begrip van de<br />

berekende resultaten.<br />

kg <strong>CO2</strong> / ton bestratingsmateriaal<br />

bij productie en transport<br />

kg <strong>CO2</strong> / m 2 bestratingsmateriaal<br />

met één keer onderhoud en 10%<br />

vervanging<br />

<strong>Mourik</strong> B.V. Temmink Groep en v.d.<br />

Bosch Beton<br />

85,2 96,6<br />

25<br />

Tauw<br />

30,8 25,8<br />

De oorzaak voor het verschil in cijfers kan velerlei zijn aangezien er meerdere factoren<br />

meespelen in de <strong>CO2</strong> emissie. Echter een voor de hand liggende factor is het waarschijnlijk<br />

het gehanteerde cijfer voor de <strong>CO2</strong> emissie van cement . Zoals aangegeven in paragraaf 3.4<br />

zijn voor de ketenanalyse van <strong>Mourik</strong> hogere waardes voor de productie van cement<br />

aangehouden dan waarschijnlijk het geval is. In de rapportage van Tauw valt ook terug te<br />

vinden dat de invloed van de gehanteerde waarde voor cement een grote invloed heeft op de<br />

uitkomsten van de ketenanalyse bij de verschillende scenario’s.<br />

Rapportage ketenanalyse betonstraatstenen/ -<strong>producten</strong><br />

Projectnummer: 260342.1<br />

Opdrachtgever: <strong>Mourik</strong> <strong>Groot</strong>-<strong>Ammers</strong> <strong>BV</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!