20.03.2023 Views

Zilver Magazine - Lente 2023

De Lente 2023-editie van Zilver Magazine, inspiratiemagazine voor de Twentse 60-plusser

De Lente 2023-editie van Zilver Magazine, inspiratiemagazine voor de Twentse 60-plusser

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

JAARGANG 6 NUMMER 1 - LENTE 2023

INSPIRATIEMAGAZINE VOOR DE TROTSE TWENTSE 60-PLUSSER

3, 95

Henriette Sanneman

STOND RUIM ZESTIG JAAR OP DE PLANKEN

ISSN 2665-9522

9 772665 952000

6.

HANSI EN DE ENGELEN

Anthoinette Weijn

24.

WINKELS VAN VROEGER

Harry Moek

46.

TWENTS CARMELLYCEUM

100 jaar

78.

TEGENDRAADSE TEXTIELDAMES

John van Zuidam


Al negentig jaar ga je

voor design naar Brok Interieur

BROK

INTERIEUR

90

sinds 1932

Maar liefst negentig jaar geleden

werd Brok Interieur geopend in

hartje centrum Hengelo. Eerst een

meubelmakerij en nu, bijna een

eeuw (!) later, worden er de nieuwste

designmeubelen verkocht, kun je er

terecht voor de lekkerste bedden en de

mooiste vloer- en raamdecoratie. Want

dat hebben ze er allemaal. Een team

van specialisten staat voor je klaar en

adviseert je graag!

Laat je verrassen

Want wanneer je binnenstapt bij Brok Interieur

komen de kleuren je tegemoet. Een okergele

strakke bank van Design on Stock op links en

een kobaltblauwe fauteuil van Harvink op een

groot hoogpolig kleed op rechts. Maar het

kan volgende week zo weer anders zijn hoor,

want het creatieve team schuift graag met de

meubelen en verft regelmatig de wanden in een

andere kleur. Allemaal om jou te inspireren en

om te laten zien wat er mogelijk is. En dat is veel!

Inspiratie, advies & ontwerp

Inspiratie opdoen kan dus heel goed bij Brok

Interieur. De winkel telt wel drie verdiepingen,

beschikt in totaal over 3000 vierkante meter

en werkelijk iedere hoek laat wat nieuws zien.

Maar om gevoel te krijgen bij hoe die eettafel

en eetkamerstoelen bij jou in (je nieuwe) huis

gaan staan, wordt er met je meegedacht

door een interieuradviseur. Er kan zelfs een

ontwerp op maat gemaakt worden, compleet

met vloer- en raamdecoratie. En dat geldt óók

voor de slaapkamer want met de uitgebreide

slaapafdeling waar de lekkerste designbedden

en -boxsprings staan, kunnen ze je voorzien van

een passend slaapadvies. En de slaapkamer

volledig inrichten is natuurlijk ook mogelijk.

Het merkenaanbod bestaat uit voornamelijk

Nederlands fabricaat: van Leolux tot Pastoe,

van Artifort tot Gelderland, van Auping tot

Pullman en van Luxaflex tot Tarkett. Een mix

die goed op elkaar aansluit en waarmee mooie

ontwerpen te realiseren zijn, passend bij jouw

woon- of slaapwensen.

Je bent van harte welkom

Dus of je nu enkel wat inspiratie op wilt komen

doen of interesse hebt in een uitgebreid advies

op het gebied van wonen, slapen of textiel; er

staat een team van specialisten voor je klaar.

Ze zijn al jaren op elkaar ingespeeld en hebben

allemaal hun eigen expertise. Brok Interieur is

van dinsdag t/m zaterdag geopend. Kijk voor

de koopzondagen op brokinterieur.nl.

Brok Interieur Wonen, Slapen & Textiel

Drienerstraat 47, 7551HL Hengelo

074-2913126, info@brokinterieur.nl

www.brokinterieur.nl


Voorwoord

Lente

WE KRIJGEN WEL EENS DE VRAAG HOE WE HET VOOR ELKAAR KRIJGEN IEDERE KEER

WEER ZO’N GOED GEVULDE ZILVER MAGAZINE TE MAKEN. GEEN ENKEL PROBLEEM!

ER IS ZOVEEL TE DELEN OVER MOOIE INITIATIEVEN IN ONZE REGIO, OVER TUKKERS

MET EEN BOEIEND VERHAAL OF EEN BIJZONDERE HOBBY, OVER DE HISTORIE

VAN TWENTE OF OVER DE BETEKENIS VAN KUNSTOBJECTEN WAAR U MISSCHIEN

TOT NU TOE GEDACHTELOOS VOORBIJ FIETSTE OF WANDELDE.

Voor de een betekent ouder worden het

wat rustiger aan gaan doen en dat is helemaal

prima. Een ander moet daar niet aan

denken en blijft het liefst zo lang mogelijk en

soms zelf op meerdere vlakken actief. Ook

in deze lente-editie van Zilver Magazine

inspireren we u met senioren die volop in het

maatschappelijke leven staan. Ze sporten,

hebben een winkel, schrijven een boek,

organiseren een expositie, beginnen een

opleiding, maken samen muziek of zetten

zich in voor een goed doel. In hun eigen

tempo en in hun eigen tijd, want dat past bij

deze levensfase: vooral dat doen wat goed

voelt. Zilver Magazine vertelt niet alleen

over actieve senioren, maar wordt ook voor

een groot deel gemaakt door senioren die er

stuk voor stuk plezier uithalen om verhalen

te vertellen of hun interesse te delen, in woord

of beeld. Daar zijn we blij mee want hun

bijdragen geven u, onze lezers, ongetwijfeld

een glimlach van herkenning.

Wij wensen u een mooi voorjaar, waarin

u er fijn op uit kunt gaan, bijvoorbeeld via

een van de wandelingen verderop in het

magazine, genietend van de rustgevende

Twentse natuur, een met uw eigen gedachten

of gezellig keuvelend met een maatje. Reis

in deze editie terug naar de muziek uit

uw jeugd of naar uw schooltijd. Dat laatste

deden oud-leraren en oud-leerlingen, waaronder

ik, voor het artikel over het 100-jarig

jubileum van het Carmellyceum. Natuurlijk

in deze editie ook weer culinaire klassiekers

die u thuis kunt bereiden.

Zilver Magazine Lente staat vol trotse

Tukkers en is gemaakt door trotse Tukkers.

Wij hopen dat u hun verhalen met plezier en

trots leest.

Carmen Luttikhuis

Namens alle medewerkers

.3

ZILVER LENTE 2023


INHOUD.

IN DIT NUMMER

30.

Interview

THE ANALOGUES

Dichter bij The Beatles gaat niet

20.

Koopman & Bolink

.4

INTERVIEWS

REPORTAGES

VASTE RUBRIEKEN

06. ANTHOINETTE WEIJN

schreef Hansi en de engelen

14. 100-JARIG ROOD ZWART

van voetbalclub tot breed

sociaal fundament

18. KUNST IN DE OPENBARE

RUIMTE

Koopman & Bolink

12. LEESCLUB BORNE

samen een boek lezen

en meer

24. 60+ EN WEER

NAAR SCHOOL

Harry Moek fotografie

43. CULINAIRE

VOORJAARS KLASSIEKERS

Ton Kouwenberg

30. DICHTERBIJ THE BEATLES

GAAT NIET

The Analogues

37. TURKSE SCHILDERIJEN

IN HUIS SINGRAVEN

83. MEMENTO

Een rubriek over overleden

Twentenaren uit de cultuur

34. JOKE KERKHOFF

schittert toch nog een keer

58. FERDI DE BOER

Ik ben dankbaar dat ik

genezen ben

46. 100 JAAR TWENTS

CARMELLYCEUM

Een bijzondere school viert

een bijzonder jubileum

72. LEER IETS NIEUWS

en houd uw brein actief

88. WELK OMMETJE WANDELT

U VANDAAG?

90. NIEUWE BOEKEN

In de Twentse boekhandels

63. HENRIETTE SANNEMANN

Een leven lang passie

voor opera

78. TEGENDRAADSE VROUWEN

in de Twentse textielelite

92. JAZZ

Volgens John en Ton

74. ACTIEVE 70+

Everthree


24.

Reportage

60+ EN WEER NAAR SCHOOL

Harry Moek werd vakfotograaf

COLOFON

ZESDE JAARGANG,

NUMMER 1, LENTE 2023

Een uitgave van Zilver Media BV

Grootestraat 1 B

7571 EJ Oldenzaal

46.

100 jaar

Carmel

Hoofdredactie en bladmanagement

Carmen Luttikhuis

Aan dit nummer werkten mee:

Paul Abels, Lindy Brouwer, Henk Boom,

Annemarie Haak, Joan Koenderink,

Ton Kouwenberg, Ton Lamers,

Johan Leurink, Gerrit Lansink,

Geke Mateboer, Harry Moek,

Astrid Olde Olthuis, Marcel Olde Rikkert,

Ton Ouwehand, Annina Romita,

Theo de Rooij, Jet van der Sluis, Jan Walburg,

Alphons Weierink, John van Zuidam

Coverfoto

Annina Romita

COLUMNS

11. MARCEL OLDE RIKKERT

Hij doet het weer!

COLUMNS

77. THEO DE ROOIJ

Achter de coulissen

Met dank aan iedereen die we voor deze

editie mochten interviewen, aan iedereen

van wie we beeldmateriaal ter beschikking

kregen en aan de adverteerders en

samenwerkingspartners.

.5

Redactie website

17. HENK BOOM

‘Schokkend nieuws’

23. JAN WALBURG

Het geheim achter Vermeer

96. JOAN KOENDERINK

Tante

OVERIG

Astrid Olde Olthuis

Vormgeving

Ellen Gözel-Niehoff, Enschede

whatellse.nl

Jos Hovestad, Losser

joshovestad.nl

Uitgever

36. GERRITS STUKSKE

Vuur de dweargn

van wa 77 Sneewitjes?

53. ZILVER MAATJE

Marcel Willemsen

Telefoon: 0541 511162

verkoop@zilvermedia.nl

54. MR. DR. TON LAMERS

Ik wens u veel personeel

94. PUZZELPAGINA

97. SERVICEPAGINA

Druk

Drukkerij Roelofs, Enschede

Oplage: 7.500

Bereik: 30.000 Twentse 60-plussers

Redactieadres

68. PAUL ABELS

Leve de bretel

98. ZILVER AANBIEDING

Postbus 59, 7570 AB Oldenzaal

redactie@zilvermedia.nl

Abonnementen

via verkoop@zilvermedia.nl

of 0541 511162

ZILVER LENTE 2023


ACTIEVE 60+’ER. ANTHOINETTE WEIJN

‘Eigenlijk kon ik al

lezen en schrijven

voordat ik naar de

kleuterschool ging.’

.6


// Tekst

GEKE MATEBOER

// Foto’s

GEKE MATEBOER

// Illustraties

JAN JUTTE

Nijverdalse

Anthoinette Weijn

schreef Hansi en de engelen

Engelen en brandende braambossen:

ze bestaan voor wie er in gelooft

.7

Als we Anthoinette Weijn (1960) spreken heeft ze net een brief aan Vladimir Poetin op

de bus gedaan. Poetin? Is dat haar vaste correspondentievriend? ‘Niet echt,’ lacht ze.

’Maar ik had al een tijdje het gevoel dat ik iets tegen hem moest zeggen.’ Ze schreef aan

hem als een grootmoeder, zeven jaar jonger dan de Russische opperbevelhebber. ‘Beiden

zijn we oud, u en ik, en het is dan ook vanuit een vredelievende empathie dat ik u erop

wil wijzen dat u te veel toegeeft aan uw verlangen om uw bezit uit te tekenen volgens de

grenzen uit een ver verleden. Het is hoog tijd de zaken ten goede te keren!’

De brief aan Poetin ging verge

zeld van drie papieren

geschenkjes. Een kettingbriefje

van vrede, voor om de rupsbanden

van de pantservoertuigen,

een huwelijksbootje van de liefde, ter

vervanging van de oorlogsfregatten

en een kraanvogel van vrede, in plaats

van bommenwerpers en gevechtsvliegtuigen.

‘Om verder bloed vergieten

te voorkomen wordt het kopiëren,

multi pliceren en verspreiden van deze

geschenken ten zeerste aanbevolen,’

zo besluit ze haar brief, ondertekend

door ‘Papier-oma’. Niet geweld, maar

het goede over wint het kwaad, dat is

haar gedachte.

Wie is deze droomster, om te denken

dat bezwerende woorden en fragiele

papieren frutsels de burelen van oorlogshitser

Poetin daadwerkelijk zullen

bereiken? Of dat al of niet gebeurt lijkt

haar niet te deren, het gaat om het

gebaar, de daad en het woord. ‘Ik denk

écht dat het kwade niet zal winnen.’

Anthoinette is een ster met woorden.

Met het omzetten van dromerige vergezichten

in pakkende teksten. >>

ZILVER LENTE 2023


ACTIEVE 60+’ER. ANTHOINETTE WEIJN

van nu, en een alwetende verteller. Die drie

lijnen zijn boeiend met elkaar vervlochten, en

maken dat je het boekje - het telt slechts 140

pagina’s - in één ruk wilt uitlezen. Het voert je

mee naar bloemrijke alpenweiden, idyllische

boerenhuisjes, naar jongensavonturen. Maar

ook naar schrijnende armoede, honger, keiharde

(kinder)arbeid en trieste gebeurtenissen, die

het leven van Hansi voorgoed kleuren. Toch

kijkt de oude Hans niet in verbittering terug.

Integendeel, in zijn jeugd leek de hemel boven

de kegelvormige berg de Mittagskogel ondanks

alles voor het grijpen, en reddende engelen

waren nooit ver weg.

.8

sprookjes

Hans en Hansi

Dat deed ze bijvoorbeeld in haar boek Hansi en

de engelen, dat in december van het vorige jaar

verscheen. Het was het debuut van de Nijverdalse,

hoewel ze al vaker met teksten en poëzie bezig was.

Zo maakte ze zelf geïllustreerde sprookjesboeken, en

werkte ze mee als Fee Buitenkeet aan Droomspoel

Beeldverhalen op de Nijverdalse Berg, op een steenworp

afstand van haar sprookjesachtige huisje aan

de Esweg. Maar meer nog: ze won in 2011 met haar

gedicht ‘Mensen die lezen’ de Willem Wilmink prijs.

Tot haar grote verbijstering. Want als het aankomt

op haar eigen werk, is Anthoinette de vlees geworden

bescheidenheid. Altijd zijn er in haar ogen wel

anderen die het beter en mooier kunnen zeggen

dan zij. Toen vorig jaar het verlossende telefoontje

kwam van de uitgever, die meedeelde dat hij wel wat

zag in haar manuscript, was het Nijverdalse huis te

klein om de verbazing en vreugde te herbergen. Haar

verhaal! In boekvorm?!

De hemel voor het grijpen

Hoewel ze het inkleurde, was Hansi en de engelen

niet echt haar eigen verhaal, maar het verhaal van

haar man Hans. Die opgroeide in een piepklein

boerendorpje aan de voet van de Karawanken, een

bergmassief in Karinthië op de grens met Slovenië.

Het is het verhaal over de eerste elf levensjaren van

een jongen, klein van stuk, met hemelsblauwe ogen

en spierwit haar. Weijn vertelt zijn verhaal vanuit

drie perspectieven; de jonge Hansi, de oude Hans

Anthoinette Weijn pakte gedurende haar

werkzame leven allerlei dingen aan. Ze was niet

alleen specialist op het gebied van gordijnen

en tapijten. Ze was ook uitvaartverzorgster

voor een groot uitvaartbedrijf. ‘Dat duurde

niet zo heel erg lang. Nabestaanden vroegen

me soms om een toespraakje te houden. Dat

deed ik dan met liefde, want ik wilde graag iets

betekenen voor de mensen. Maar dat mocht

niet van de uitvaartmaatschappij – toespraken

houden was niet de bedoeling.’ Dus ging ze

vakantiebungalows schoonmaken. ‘Je moet

toch wat?’ Later hielp ze haar man in zijn

interieurbouwbedrijf. Begon weer een eigen

winkeltje.

‘Telkens kierde even

de hemelpoort.’


‘Voor mij was het in eerste

instantie een cadeau voor Hans.

Pas daarna werd het echt een boek.’

Hansi en de engelen,

door Anthoinette Weijn,

geïllustreerd door Jan Jutte

ISBN 9789493 183391

Corona

Met de pensionering van Hans kwam er eindelijk meer

ruimte om een oude liefhebberij weer op te pakken: het

schrijven. ‘Dat deed ik al heel jong. Eigenlijk kon ik al lezen

en schrijven voordat ik naar de kleuterschool ging. Dankzij

liefhebbende, aandachtige ouders én het feit dat ik enigst

kind was. Ik werd beslist niet verwend met spullen, maar

wel met veel aandacht.’ Later begon ze met het schrijven

van stukjes, voor de lokale krant en voor de Margriet.

Poëzie, en sprookjes. En toen was er opeens corona. ‘Net

als iedereen moesten Hans en ik ervoor zorgen dat we ons

thuis bleven vermaken. Je bent op elkaar aangewezen en je

moet je best doen om het leven voor jezelf en de ander een

beetje leuk en interessant te houden. Ik had al veel langer

het idee om eens wat te schrijven over de jeugd van Hans

in Karinthië. Over al die momenten in zijn jonge leven dat

hij onwaarschijnlijk veel geluk – bij een ongeluk – had,

zijn bijna-dood-ervaringen. Al die momenten waarop hij

een beschermengel op z’n schouder moet hebben gehad.’

Want de kleine Hansi viel half uit een raam, viel uit een

boom, viel van een paard-en-wagen. En telkens kierde

even de hemelpoort.

‘Het was heel gek. Ik zag mezelf op de grond liggen

en ook hoe er heel langzaam wat bloed uit mijn

hoofd kwam dat een klein rood stroompje op de weg

maakte. Ik voelde niks, ik hoorde niks maar ik zag

wel alles, en ik zag ook dat het paard van de boer

maar doordraafde alsof er niks was gebeurd. En toen

opeens, was de engel er weer, ik denk dezelfde engel

als toen, maar ik weet het niet zeker.’

Zauberhaft

Op het eind van het boek is er het verhaal over een

geestverschijning én een brandend braambosje, beide

gezien door zowel Hansi als zijn broertje Pepi. Niemand

gelooft de kinderen. Maar Pepi en Hans delen zeventig

jaar later nog steeds exact dezelfde ervaring. ‘Daar zijn

geen woorden voor,’ zegt de verteller. De gesprekken over

de jeugdherinneringen van Hans mondden uit in Hansi

en de engelen. ‘Voor mij was het in eerste instantie een

cadeau voor Hans. Pas daarna werd het echt een boek. Ik

ben nog telkens weer verbaasd over alle positieve reacties

die ik krijg. Veel mensen herkennen zich blijkbaar in de

drie perspectieven – die van de verteller, de onbevangen

ogen van een kind én de terugblik van de volwassene.’ Op

dit moment ligt Hansi zelfs bij een grote Duitse uitgever

op de stapel om te zien of er markt voor is bij

de Oosterburen. ‘Das Buch ist ja zauberhaft!’

schrijft een lezeres. En, komt er een volgend

boek over haar eigen levenservaringen? ‘Ik

denk daar wel over na. De kunst is om van

gebeurtenissen in je leven voldoende afstand

te hebben om ze te kunnen beschrijven zonder

dat het gezeur wordt. Ik denk dat ik dat wel

kan. Dan moet het een beetje worden wat

Ramsey Nasr deed met zijn Wunderkammer

(tv-programma, red.): het beschrijven van een

bonte verzameling dingen die je vergaarde in je

leven en die de moeite van het bewaren waard

waren.’

Op de foto: Anthoinette Weijn thuis in

Nijverdal bij een sprookjesachtig tuinhuisje.

Haar man Hans timmert deze bijzondere

heksenketen, mijmerketen en voederhuisjes

onder de naam ‘Buitenkeet’.

.9

ZILVER LENTE 2023


ZILVER ZAKELIJK. KOCK VAN BENTHEM MAKELAARS

Bert Kock en Han van Benthem:

samen 25 jaar in het makelaarsvak

.10

Bert Kock en Han van Benthem werken

al 25 jaar als makelaars samen. In 2000

begonnen ze onder de naam Euverman

Temmink en Partners hun eigen kantoor

in Oldenzaal aan de Deurningerstraat.

Het kantoor ging vrij snel verder onder hun

eigen namen: Kock van Benthem. Via het

Bisschopspleintje kwamen ze in het huidige

pand aan de Bisschopstraat terecht waar

ze nu samen met vier collega’s werken.

Breed pakket

Han: ‘We zijn breed georiënteerd. We doen taxaties, verkoop

en verhuur van panden, zowel voor de zakelijke als particuliere

markt, maar ook projectontwikkeling.’ Bert: ‘Ons werkgebied

is met name Noordoost-Twente en Enschede en we hebben

in Bad Bentheim ook een kantoor. Dat is sinds 2008, toen

veel naar Duitsland geëmigreerde Twentenaren toch weer

terug wilden verhuizen naar Nederland. Daar konden we een

hoop klanten mee helpen. Daarnaast zijn we aangesloten bij

Baerz & Co., een samenwerkingsverband van makelaars voor

het exclusieve onroerende goed.’

Wat kenmerkt Kock van Benthem?

Han: ‘Nou ja, 25 jaar ervaring en een uitgebreid netwerk

natuurlijk, dat is heel belangrijk!’ Bert: ‘We zijn nuchter,

betrouwbaar, traditioneel, maar gaan wel mee met onze

tijd. We hebben een gemiddeld jong team, maar houden

tegelijk ook wel van een degelijke manier van werken. We

overschreeuwen onszelf niet en houden niet van bla-blaverhalen

of van een bord ‘VERKOCHT” maandenlang in de

tuin. Je moet je klanten serieus nemen, een huis (ver)kopen

is een heel belangrijke stap in je leven.’

Markt voor ouderen groeit

De seniorenmarkt is voor Kock van Benthem belangrijk en

groeiende. Bert: ‘Er is meer vraag naar appartementen en

dat geeft ook weer doorstroming bij andere woningtypes.

We ontwikkelen zelf nieuwe appartementprojecten, zoals de

Mauritsveste, De Hoge Haer en de drie appartementen torens

aan de Griekenlandlaan. We gaan binnenkort appartementen

realiseren bij voormalig Hotel Berg en Dal en op de plaats

Foto: Bert Kock (l) en

Han van Benthem (r)

van het voormalige arbeids bureau in Oldenzaal gaan we de

ontwikkeling doen van het appartementencomplex Queen.

Schrijf maar op, dat is een nieuwtje voor Oldenzaal!’

Han: ‘Ook ondersteunen we senioren bij verbouw, zoals

het levensloopbestendig maken van hun woning en denken

we mee in de overdracht van vastgoed aan kinderen.’

Woningmarkt

Al

komt weer in

6

balans

jaar

Bert: ‘De gekte in de woningmarkt is er gelukkig weer uit. Er

staan geen rijen kopers meer voor de deur en het is geen

uitzondering dat een huis enkele maanden in de ver koop

staat. Als makelaar moeten we nu ook meer doen voor een

verkoop, er is nu meer

op

aandacht en minder

rij!

druk. De stijgende

hypotheekrente is merkbaar, maar die stijging is op zich wel

gezond. Het aantal huizen “onder water” valt ondanks de

hogere rente mee. De waarde van woningen is de laatste

jaren toch behoorlijk gestegen en de overheid heeft meer

voorwaarden aan hypotheekverstrekking gesteld. Er zit nu

veel minder lucht in de financieringen.’

Volgens de NVM hebben wij in 2021 wederom

de meeste transacties* gedaan en de hoogste

opbrengst behaald bij alle woningtypes.

Jong en oud

Op de vraag “Wat moet de lezer verder nog van Kock Van

Benthem weten?” kijken Bert en Han elkaar vragend aan,

waarop Bert de vraag doorgeeft aan een jongere medewerkster,

Daisy. Zij zegt: *Gebied: ’Dat Oldenzaal we er zijn + Losser voor jong + Dinkelland èn oud,

natuur lijk! O ja, en dat we binnenkort onze gewel dige

nieuwe website gaan lanceren!’

9.3

klant

beoordeling

Wilt ook een huis aan- of verkopen,

KockvanBenthem wanneer mogen komt wij graag dan bij vrijblijvend

uw Thuis komen?

bij u langs voor al uw vastgoedvragen.

T 0541 522 022

E info@kvbm.nl

Bisschopstraat 18, 7571 CZ Oldenzaal | Telefoon: 0541 522 022 kvbm.nl | kvbm.nl


COLUMN. MARCEL OLDE RIKKERT

Marcel

COLUMN

Olde Rikkert

Hij doet het weer!

Marcel Olde Rikkert is in

zijn woonplaats Nijmegen

hoogleraar geriatrie in het

Radboudumc en hoofd van

het Radboudumc Alzheimer

Centrum. Hij is geboren en

getogen in Hengelo.

Zijn missie is om oudere

mensen zo goed mogelijk

te helpen kiezen uit al wat

de geneeskunde te bieden

heeft, passend bij hun eigen

verhaal. Dat heeft hij ook

beschreven in zijn boek

‘Jong blijven en Oud worden’

(2015, Thoeris A’dam).

Heeft u een vraag aan

professor Olde Rikkert,

stuur dan een e-mail naar

redactie@zilvermedia.nl

t.a.v. de heer Olde Rikkert.

‘Olde Rikkert, dat is een bekende naam. U komt

zeker uit Twente?’ vroeg een 75-jarige patiënt

me op een zondagmorgen. Hij was de dagen

ervoor nog erg verward geweest en kon toen

geen zinnige vraag stellen. ‘Ja dat klopt, geboren

en getogen in Hengelo. Met veel plezier! En ik

voel me nog steeds thuis in Twente’, antwoordde

ik. ‘Olde Rikkert komt geloof ik van ‘Oude

Rijkaard’, maar wij komen uit de arme tak.’ Hij

kon er wel om lachen, en sprak meteen honderduit

over zijn eigen Twentse belevenissen

als notaris. Twee weken daarvoor was hij voor

een complexe ingreep aan zijn grote lichaamsslagader

opgenomen. Vanuit de afdeling

geriatrie hadden we hem begeleid, omdat hij

na die grote operatie acuut verward was geraakt.

Een delier, heet dat. De hersenen kunnen

hun normale functie niet meer waarmaken,

met vaak verwarrende en angstige hallucinaties

tot gevolg. Niet verwonderlijk na een operatie

van acht uur, waarin het hart tijdelijk uit de circulatie

wordt genomen en

het lichaam wordt afgekoeld

om zo min mogelijk

hersenschade op te lopen.

Vooraf hadden we beoordeeld

of hij een dergelijke

ingreep zou aankunnen.

We dach ten van wel. Hij wandelde nog regelmatig,

dus hart en longen hadden nog voldoende

reserve. Wel had hij lichte geheugenklachten,

wat vooraf de kans op een delier al had vergroot.

En inderdaad, de operatie verliep geslaagd, maar

hij was nadien helemaal de weg kwijt. We lieten

hem in een ‘tent-bed’ verplegen, omdat dat veiliger

en rustiger is. Je ligt dan in een soort grote

doos van tentdoek vastgemaakt aan het bed.

Maar vakantie is zo’n tentje allerminst. En zo’n

delier is ook schrikken voor de familie! Maar gelukkig

klaren delirante patiënten vaak weer op.

Soms helemaal, vaak tenminste ten dele.

‘Olde Rikkert

komt geloof ik van

Oude Rijkaard’

Zo ook bij onze oud-notaris. Als de zon die plots

door de wolken breekt, zo keerde zijn normale

cognitie ineens terug, die zondagmorgen. ‘Aha,

de arme familietak. Vandaar dat ik u als notaris

zo weinig voorbij heb zien komen zeker.’

Regelmatig zijn mensen door een delier ook

tijdelijk onrustig en doen ze dingen zonder het

goed te beseffen. Tot en met gevaarlijk gedrag

voor zichzelf of de verpleging. Zo was hetzelfde

weekend een andere heer delirant geworden

door een longontsteking. De eerste middag ging

het al mis. Zijn broodmes was naar zijn smaak

niet scherp genoeg. Zwaaiend met het mes vroeg

hij om beter gereedschap en beter snijdbaar

brood… En even later was hij met infuus zijn bed

uitgestapt en op de grond gegleden. Alle reden

om ook hem in een tentbed te verplegen.

En wonderwel was ook hij die zondag ineens

weer helder. Hij vertelde honderduit over zijn

uitvindingen als ingenieur bij Philips. Hij had die

grote vierkante lichtbakken ontwikkeld die op

hoge masten in de hoek

van het voetbalveld staan.

Hij glom van trots terwijl

hij erover sprak en van verwardheid

was gelukkig

geen sprake meer.

Dergelijke acute verwardheid

treedt nogal eens op bij oudere mensen en

roept bij familie vaak de vraag op of er dementie

speelt. Maar bij een delier kan het licht even

plotseling weer aan gaan als het uit ging! Alle

uithoeken van de hersenen worden ineens

weer goed verlicht. Het is als met de contactstoornis

van onze afwasmachine. Hij deed even

niets meer, maar met voldoende stroom kan hij

alle complexe programma’s weer draaien. Dus

wanhoop niet meteen als uw zieke geliefde

plots de kluts kwijt is. Hij kan het ook zo weer

gaan doen!

Marcel

Olde Rikkert

Klinisch geriater Radboudumc

.11

ZILVER LENTE 2023


SAMEN. LEESCLUB

Een

// Tekst & foto’s

ANNEMARIE HAAK

leesclub

samen een boek lezen en meer

‘Ik las eigenlijk alleen als ik op vakantie was en dan ook nog van die luchtige

romannetjes’, begint Ina Scholten. ‘Schrijvers als Isabel Allende of Connie Palmen

zou ik nooit kiezen. Dat leek me veel te moeilijk. Tot ik bij deze leesgroep kwam.’

.12

Gezellig zitten de zes vrouwen in de woonkamer

van Stien Weken. Op de tafel voor

iedereen een kop thee en een schaal lekkernijen.

Iedere zes weken komen ze bij elkaar om over

een boek te praten. De titel wordt vooraf be paald.

‘We zijn bij elkaar gekomen door een oproepje van

het Kulturhus’, begint Stien. ‘Stichting Senia, een

landelijke organisatie van lees- en luisterclubs, wilde

ook in Borne een leesgroep opzetten.’ Uit de aanmeldingen

konden twee groepen worden samengesteld.

De ene groep wilde in het Kulturhus samen

komen, de andere liever thuis. ‘Uit de verschillende

categorieën kunst, cultuur, geschiedenis, architectuur

en literatuur kozen wij allemaal voor literatuur.

Moderne schrijvers, Nederlandse of buitenlandse,

dat maakt niet zoveel uit. Meestal kijken we op de

leeswijzer van Senia naar de aanbevelingen.’ In de

leeswijzer staat vaak een beknopte samenvatting van

het boek en een korte beschrijving van de auteur.

Spreekt dat aan, dan is de keus al gauw gemaakt.

Punt is altijd wel om voor iedereen een boek te

bemachtigen. Kopen is het gemakkelijkst, maar niet

iedereen wil dat. De meesten kiezen voor de bieb.

‘Blijkt het erg moeilijk te zijn dan rouleren we de

boeken die we wel hebben.’


Tijdens de bijeenkomsten krijgt het boek eerst een

cijfer. Vervolgens wordt het boek besproken. Wat sprak

je aan? Wat viel je op? Wat vind je van de hoofdpersoon?

Zou je iemand anders dit boek aanraden?

‘Door erover te praten kun je hele andere inzichten

krijgen. Soms komen er persoonlijke ervaringen

op tafel of ontstaan er diepgaande gesprekken. We

willen absoluut niet emotioneel worden, maar het

komt zeker voor dat je geraakt wordt als een van

ons iets deelt wat echt binnen komt.’ Er valt even een

stilte alsof de groep zich iets herinnert, maar dan

haakt Michelle van Otten in: ‘Die verhalen blijven wel

in de groep hoor, we moeten elkaar kunnen vertrouwen!’

Die uitspraak wordt onmiddellijk bevestigd.

Ontspanning en plezier

Behalve voor lezen nemen de dames ook de tijd voor

andere leuke dingen. Zo hadden ze onlangs een boek

gekozen, maar daar was heel moeilijk aan te komen.

‘Toen we weer samenkwamen, was het niet iedereen

gelukt om het boek te bemachtigen. Dus konden we

ook geen bespreking houden. Toen hebben we een

high tea opgezet, heel gezellig’, lacht Marlou Brugman.

‘Dat boek doen we een andere keer nog wel eens. We

hebben ook al eens een theatervoorstelling bijge ­

woond naar aanleiding van een boekbespreking.’

Ontspan ning en plezier staan voorop bij de leden. Is

een boek verfilmd en draait deze in een bioscoop in de

buurt, dan kopen ze kaartjes. Marlou: ‘Op deze manier

leren we elkaar ook op een andere manier goed kennen

en dat is eveneens heel waardevol.’

Leerzaam

Jij zegt het, een roman van Connie Palmen, leverde

zelfs een komische situatie op. In dit boek wordt veel

gerefereerd aan de Griekse mythologie. Ina Spoor

wilde het erg goed doen en dook als een bezetene

diep in deze materie, tot grote hilariteit van de anderen.

‘Ze kon ons alles vertellen over de godenleer en

de vele verhalen die daaraan verbonden zijn, maar dat

hoeft natuurlijk niet. Connie Palmen is beslist niet

een van de gemakkelijkste schrijvers maar je hoeft ook

niet alles te begrijpen.’ Ze kunnen er nog om lachen.

Uiteraard blijft het niet alleen bij de boeken die

besproken worden. Tussendoor worden ook andere

boeken gelezen. ‘Soms ben ik wel in meerdere boeken

‘Door erover te praten

kun je hele andere

inzichten krijgen.’

‘Die boeken brengen je

net iets meer dan een

simpele roman.’

tegelijk bezig, dat zijn meestal luchtige romans voor

tussendoor’, verklapt Michelle. Lucinda Riley blijkt

geliefd, omdat deze Noord-Ierse schrijver in haar serie

De Zeven Zussen veel aandacht besteedt aan de

omgeving en de geschiedenis van de verschillende

landen waarin haar boeken zich afspelen. ‘Die boeken

brengen je net iets meer dan een simpele roman.’

Momenteel is de groep bezig met het boek Violeta, de

nieuwste uitgave van Isabel Allende, een keuze van

Rina Hensen. ‘Hierin speelt het feminisme een grote

rol en dat thema spreekt mij zeer aan. De positie van

de vrouw en daarbij het opkomende socialisme. Isabel

heeft van dichtbij de staatsgreep in Chili meegemaakt

waarbij haar oom werd afgezet als president.’ Voor het

verhaal van Violeta heeft de schrijfster zich laten inspireren

door het leven van haar moeder, geboren

tijdens de Spaanse griepepidemie in 1920 en over ­

le den kort voor de coronapandemie. Ze maakte de

Grote Depressie mee, de twee wereldoorlogen, de

opkomst en ondergang van tirannen en ze voerde een

niet aflatende strijd voor de rechten van de vrouw.

Na Violeta zal er waarschijnlijk nog één boek samen

gelezen worden. Wat dat zal zijn is nog niet bekend.

Tijdens de zomermaanden, juni, juli en augustus

komen de vrouwen niet bij elkaar. Dan verdiepen ze

zich in hun eigen voorkeur, want boeken lezen is voor

ieder een passie geworden.

N

.13

ZILVER LENTE 2023


SPORT. ROOD ZWART

100-JARIG

ROOD ZWART

van voetbalclub

tot breed sociaal

fundament

.14

Ze zijn er nog, leden die een leven lang

trouw blijven aan een en dezelfde club.

Gerhard Bebseler (96) is er een van. De

boerenzoon uit de buurtschap Wiene was

14 jaar toen hij lid werd van voetbalvereniging

Rood Zwart in Delden. Dat is dit

jaar 82 jaar geleden. ‘Hier ben ik thuis.’

// Tekst

JOHAN LEURINK

// Foto’s

JOHAN LEURINK

ARCHIEF ROOD ZWART

Rood Zwart 1924-1925


Rood Zwart 1928

‘Ons uitgangspunt

is dat niemand

buiten de boot

mag vallen.’

We spreken de nestor van de club en voorzitter

Robert Ros in het indrukwekkende

Het Noaberhoes van Rood Zwart, dat

dit jaar zelf het 100-jarig bestaan viert. Een paar

minuten daarvoor is al duidelijk geworden dat er

helemaal niets mis is met het geheugen van Gerhard.

We kijken op dat moment naar de grote foto die aan

de gevel van het ontmoetingscentrum op het fraaie

sportpark De Scheetheuvel hangt. ‘Het elftal uit

1958’, zegt hij en terwijl een wijsvinger alle spelers

langs gaat, noemt hij ze stuk voor stuk bij naam. ‘Op

één na allemaal overleden.’

Vanzelfsprekend

‘Ik ben in 1941 lid geworden’ zegt hij even later,

terwijl we aan de kolossale massief houten stamtafel

zitten. ‘Dat ik bij deze club zou gaan spelen was

vanzelfsprekend. Jaren later heb ik nog met de vader

van Robert in het bestuur gezeten. In dit tijd waren de

sportactiviteiten in Delden bovendien ook beperkt.

Je kon ook tennissen, maar dat was voor deftige leu.’

Hij speelde rechtsbuiten, maar was geen hoogvlieger,

zegt hij eerlijk. ‘Het eerste elftal heb ik dan ook nooit

bereikt. Maar ik was wel rap. Het was trouwens

knap lastig om in de oorlog vanuit Wiene bij het

voetbalveld te komen. We hadden geen fietsen meer.

Daar reden de Duitsers op. Dat was dus lopen. Maar

we namen het voetballen serieus, dus iedereen was

er altijd. We konden op elkaar rekenen.’

Lijfspreuk

Gerhard wijst naar het midden van de stamtafel,

een zelf gemaakt geschenk van een groep 50-plusvoetballers

die zich het ‘Viagra Team’ noemt. ‘Met

elkaar, voor elkaar’ staat er in gitzwarte letters.

Verderop in het gesprek wordt duidelijk dat het de

lijfspreuk is, waarop het bestaan van de club stoelt.

‘Zo was het vroeger al en zo is het nog steeds’, vindt

Bebseler, die er in al die jaren zelf het nodige aan

heeft bijgedragen. Zo was hij jarenlang secretaris,

verzorgde hij de ledenadministratie, was hij wedstrijdsecretaris

en archivaris, bracht hij dertig jaar

lang het clubblad rond en is hij tot op de dag van

vandaag nog als redacteur betrokken bij het schrijven

van het clubblad. Geen wonder daarom dat hij

tijdens de officiële jubileumreceptie bij monde van

bondsvertegenwoordiger Ate Brunnekreef door

de KNVB werd benoemd tot lid van verdienste.

Burgemeester Ellen Nauta verraste Rood Zwart bij

die gelegenheid met de Koninklijke Erepenning.

‘Voetbalvereniging Rood Zwart draagt al honderd

jaar bij aan de sportiviteit en leefbaarheid in Delden.

Een mooie prestatie die grote waardering verdient’,

verklaarde zij. >>

.15

ZILVER LENTE 2023


SPORT. ROOD ZWART

Rood Zwart 1937

‘Niet alleen aan

jezelf denken,

was het devies

van mijn ouders.’

.16

Warm en betrokken

De voorzitter is het er helemaal mee eens. ‘Rood Zwart is

een warme betrokken vereniging die het sociale hart laat

spreken. Ons Noaberhoes draagt deze naam niet voor niets.

Het is een maatschappelijke voorziening waar iedereen

welkom is en gebruik van kan maken. Wij zijn sinds jaar

en dag sterk ingebed in de samenleving van Delden en

dorpen en buurtschappen eromheen.’ Er volgt een niet

complete lijst van organisaties en verenigingen die dankbaar

en veelal gratis gebruik maken van Het Noaberhoes.

Een biljartvereniging, jeu de boules, een klussen ploeg,

dansgroep, de activiteiten Samen Eten en Kooklessen

voor Ouderen, dagopvang van Franje, het Rode Kruis,

de seniorenorganisatie KBO, er is bingo, een sportinstuif

voor de jeugd, er zijn schoolsportactiviteiten en een

organisatie voor kinderopvang en BSO vindt er onderdak.

Voor elke gebruiker geldt dat deze de activiteiten

zelf organiseert. Waar nodig helpen de vrijwilligers van

Rood Zwart en vijf vrijwillige beheerders van de club

houden bij toerbeurt een oogje in het zeil.

Visie

Het Noaberhoes is er niet alleen groot genoeg voor, maar

blijkt er speciaal voor te zijn gebouwd. Het ‘geestelijk’

fundament hieronder werd in mei 2011 gelegd met

een statutenwijziging. Een jaar daarvoor was, na een

bestuurscrisis, een nieuw bestuur samengesteld, met de

nu 64-jarige Robert Ros als voorzitter. ‘In die jaren hadden

wij al enkele niet-voetbal-gerelateerde activiteiten in huis,

maar met de wijziging van de statuten verplichtten wij

ons om ons zo breed mogelijk ten dienste te stellen van

de samenleving’, zegt Ros. Daar ligt een visie aan ten

grondslag. De bevolkingsgroei van Delden stagneerde.

Niet alleen Rood Zwart maar ook andere verenigingen

kregen te maken met minder instroom van de jeugd. Omdat

nieuwbouw van woonwijken uitbleef verlieten jongeren

het stadje. Ros: ‘Bovendien was er in de samenleving sprake

van toenemende individualisering en sterke vermindering

van de verbindende kracht van instituten als de kerk. Dat

leidde tot eenzaamheid, zeker onder ouderen. Dat vonden

wij een ongewenste ontwikkeling. Ons uitgangpunt is dat

niemand buiten de boot mag vallen.’

Voorliggende voorziening

De gemeente Hof van Twente waartoe Delden behoort

is vanzelfsprekend blij met Rood Zwart. De club past

in het plaatje van de zorgverlening, vindt ook Ros.

‘Wij zijn in dit opzicht eigenlijk een voorliggende

voorziening. De overheid wil mensen zo lang

mogelijk buiten de dure zorg houden. Daar dragen

wij aan bij. Het mooie is ook dat in ons Noaberhoes

vriend schappen ontstaan.’ De vraag of hij zelf ook

heeft gevoetbald is retorisch. Natuurlijk heeft Robert

bij Rood Zwart tussen de lijnen gestaan. En waar

hij het kortstondig tot het eerste elftal heeft geschopt,

was zijn broer Geert jarenlang de onbetwiste topscorer

van het vlaggenschip van Rood Zwart.

Rood Zwart 1958

‘Wat wij hier doen, de betekenis die onze vereniging

heeft voor de samenleving, is iets dat ik zelf van huis uit

heb meegekregen. ‘Niet alleen aan jezelf denken, was

het devies van mijn ouders’, zegt de geschiedenisdocent,

die zich als gemeenteraadslid in de Hof van Twente ook

al inzette voor de gemeenschap. Beroepshalve is hij

griffier van de gemeente Twenterand.

Rood Zwart grijpt het 100-jarig bestaan aan om het

hele jaar door jubileumactiviteiten te organiseren. Het

programma is te vinden op de website roodzwart.nl,

waar ook de rijke geschiedenis en sportieve prestaties

van de club worden beschreven.


INTERVIEW. COLUMN. WEDUWE HENK BOOM TIMMERMAN?

column

‘Schokkend nieuws’

HENK

BOOM

‘Schokkend nieuws’ werd het genoemd door de vaderlandse advertentiebaronnen.

Nou, voor mij was de mislukte deal tussen Talpa en RTL het beste

nieuws van de laatste jaren. RTL kende ik al toen ik ruim veertig jaar geleden

als radio- en tv-redacteur braaf stukjes schreef over Bonanza en De Wrekers.

Maar Talpa? Dat heeft toch iets te maken met overschrijdend kijkgedrag? Of is

dat de VARA? In elk geval heb ik begrepen dat Talpa een metafoor is van de

Dagobert Duck van de Gooise matras. Ach, u kent hem wel: John de Mol.

Maar goed, geen RTL-Talpa. Omdat SBS een kopie zou zijn van RTL. Het is toch

niet te geloven dat er een toezichthouder aan te pas moet komen om dat te

con stateren. Zelfs een blinde kan dat nog zien. Iets beroerds dat vrijwel gelijk

is aan wat anders beroerds in de grote mollenwereld mag nooit worden

gefuseerd. Daar wordt het alleen maar beroerder van.

En dan komt het. SBS6, een geadopteerd Talpa-kind, zou minder scorende

programma’s maken en bovendien op een minder gunstige plek op de afstandsbediening

zitten. Dat was het moment dat ik naar adem moest happen. Minder

scorend? Alsof het om FC Twente zou gaan. Minder aantrekkelijk voor de kijker

zullen ze bedoelen. Als je dan onder dezelfde noemer doorgaat - het zogenoemde

‘Mol-concept’ - wordt het niveau van de programma’s van Talpa en RTL

onder een onaanvaardbaar kwaliteitsgemiddelde getrokken. En laten we wel

zijn, die lat ligt sinds Big Brother toch al niet erg hoog.

Inmiddels heb ik me suf gestaard op mijn afstandsbediening maar echt, nergens

heb ik een SBS-knop kunnen vinden. Dat zal dan wel aan mij liggen want ik ben

nog van de Draadomroep-generatie. In mijn jonge jaren kon je met een simpele

draaiknop aan de muur vier zenders kiezen op de radioluidspreker. Dat waren

nog eens tijden. Er was in die tijd ook maar één Voice en dat was His Masters

Voice. Waarmee ik uiteraard mr. G.B.J. Hilterman bedoel die ons één keer per

week bijpraatte over de toestand in de wereld. Dat was Jinek, Op 1 en Nieuwsuur

samengebald in een half uurtje op de zondag. Hoe simpel wil je het hebben?

Henk Boom (1945), geboren

in Almelo en woonachtig in

Diepenheim. Als journalist

werkte hij bij het dagblad

Tubantia en bij de Haagsche

Courant. Als correspondent

was hij ruim dertig jaar

actief in Mexico en Spanje.

Als auteur wijdt hij zich nu

aan boeken met historische

thema’s.

.17

Als het eenmaal avond was, keek ik uit naar Swiebertje en Floris. Ik bleef thuis

als Mies Bouman op de buis kwam. Zo was het toevallig ook nog eens een keer.

Wat waren we gelukkig zonder al die mollen. Daar hoefde geen toezichthouder

aan te pas te komen. En dan durven ze te zeggen dat er met zo’n mislukte fusie

tussen RTL en Talpa ook nog een verliezer is. Helemaal fout. Er is slechts één

winnaar. En dat zijn wij.

Henk Boom

ZILVER LENTE 2023


KUNST. IN DE OPENBARE RUIMTE

// Tekst

JET VAN DER SLUIS

// Fotografie

AGNES MONKELBAAN

JOSEFINA EIKENAAR

JET VAN DER SLUIS

ARCHIEF

KOOPMAN & BOLINK:

HOFLEVERANCIERS

.18

Het Twentse kunstenaarsduo Koopman & Bolink is tot hun eigen

verbazing opeens gepromoveerd tot ‘hofleverancier’. Voor de nieuwe

gordijnen voor het Koninklijke Paleis Huis ten Bosch in Den Haag werd

een van hun beelden uitverkoren om nageborduurd te worden.

Het gaat om het iconische Ketelhuisje dat bij de ingang van de

Noordoostpolder staat, vlak bij de Ketelbrug, langs de A6.

Ze zijn er nog steeds een beetje beduusd van.

Kunstenaarsduo

Gerard Koopman (Enschede, 1938) en

Frank Bolink (Enschede, 1943) hebben, naast

hun Twentse wortels, nog veel meer met elkaar

gemeen. Ze studeerden allebei archi tec tuur aan

de fameuze AKI in Enschede, werkten beiden als

(binnenhuis)architect en vormgever en gaven

ze in een later stadium ook alle twee les aan de

academie waar ze zelf het vak geleerd hebben.

Vanaf 1985 werken ze als het duo Koopman & Bolink

aan kunsttoepassingen in de openbare ruimte.

De kunstenaars delen dezelfde voorliefde voor

heldere en sobere proporties en streven naar

een grote herkenbaarheid. Ze beschouwen het

als een uitdaging om ook mensen zonder kunsthistorische

achtergrond op een directe manier

met hun beelden aan te spreken. Wat opvalt in

vrijwel al hun ontwerpen is de luchtigheid ervan.

Ze ontwikkelden een eigen stijl en een vorm van

visuele humor die bijdraagt aan het goede humeur

van ieder die hun werk bekijkt. Koopman om -

schrijft hun creatieve samenwerking het liefst in

termen van het voetbal: “De één zet voor en de

ander schopt hem erin, in wisselende combinaties.”

Het Glazen Bos

Hun eerste opdracht in de openbare ruimte

in Twente was de speelse Toren voor het

Psychiatrisch Ziekenhuis Twente (Enschede,

1985). Maar het meest bekend is toch wel

het bijzondere Glazen Bos dat in 1992 aan

de rondweg van de gemeente Haaksbergen

geplaatst werd, ter hoogte van de Scholtenhagenweg.

Een letterlijk schitterend, maar

kwetsbaar beeld. Het bestaat uit een rij van

twaalf op glaspanelen geschilderde bomen.

Voor elke afzonderlijke boom waren ook weer

twaalf glazen panelen nodig, zodat het geheel

uit maar liefst 144 glasplaten bestaat. Helaas

is dit beeld al diverse malen door vandalen

belaagd, maar dankzij de lange adem van

de kunstenaars (die al drie keer bereid waren

tot een restauratie) én de voorbeeldige inzet

van de gemeente staat het bos er ook nu nog

stralend bij. In Twente vinden we verder in

Nijverdal en Ootmarsum beelden van hun

hand. >>


‘De één zet voor en de

ander schopt hem erin,

in wisselende combinaties.’

.19

ZILVER LENTE 2023


KUNST. IN DE OPENBARE RUIMTE

Het Ketelhuis

In 1993 ontwierp het duo het eerste Monument

Noordoostpolder, bedoeld voor de invalsweg

over de Ketelbrug, de A6. Het beeld werd nog

in datzelfde jaar in baksteen uitgevoerd en in

1994 onthuld. De basisvorm van dit beeld is

een archetypisch huisje dat zo plat oogt als

.20

ARCHETYPISCH

een kindertekening door de trapeziumvormige

plattegrond die de kunstenaars gebruiken.

Vanuit welke hoek je dit bakstenen bouwwerk

ook bekijkt, het blijft onmiskenbaar een huis. Uit

de schoorsteen wappert een rookpluim gemaakt

van aluminium die tegelijkertijd als windvaan

fungeert. Op die ‘rook’ stampt een dapper bootje

tegen de wind in. Precies op het niveau van de

windvaan stond vroeger het water, waarbij de

suggestie van tegenwind staat voor de enorme

worsteling die deze waterwerken met zich met

meebrachten. De symboliek is in één oogopslag

duidelijk en dat is knap, want meer tijd heeft de

voorbij zoevende automobilist immers niet. Het

beeld trok aandacht in binnen- en buitenland en

kreeg al gauw de koosnaam Het Ketelhuisje.

Inmiddels hebben alle drie de belangrijkste

toe gangswegen tot de polder hun eigen huisje,

steeds op basis van hetzelfde afgeschuinde

grondplan. In 2007 volgde de opdracht voor

het tweede monument dat op de grens met

Friesland, vlakbij Lemmer is verrezen. Ditmaal

koos het duo voor een uitvoering in cortènstaal.

Je ziet een schip dat vastloopt op het dak van

het huis en dat gebeurt precies op de grens

met het oude land, waar vroeger de oude

zeedijk het water tegenhield. Ook deze speelse

schipbreuk laat niets aan duidelijkheid over en

dit beeld zonder titel kreeg al snel de bijnaam

Het Boothuis.Het derde en laatste huisje staat

sinds 2012 bij de Ramspolbrug, de verbinding

tussen het oude Kampereiland en de polder.

Ook dit is een uitgelezen plek: het beeld rijst

‘Met name

Het Ketelhuisje

kreeg bekendheid

tot ver buiten onze

landsgrenzen.’

voor je op wanneer je van de nieuwe, hoge

brug afdaalt naar de zeebodem. De herkenbare

basisvorm werd dit keer uitgevoerd in weer een

ander materiaal: dit transparant ogende huisje

is gemaakt uit roestvast staal en heeft genoeg

aan zichzelf, zonder toevoegingen. Hier wordt de

grondvorm zelf doorsneden door in de wanden

uitgespaarde golven, die zowel de lucht als de

verdwenen zee zichtbaar maken: een symbool

voor de immense ruimte die op de golven werd

veroverd. In de volksmond heet het inmiddels

Het Waterhuis. Hoe verschillend in uitvoering

deze drie onderscheiden monumenten ook

zijn, ze delen een soort innemende helderheid

en gewilde naïviteit, waarin je onmiddellijk de

speelse signatuur van dit bijzondere kun stenaarsduo

herkent. Met name Het Ketel huisje

kreeg bekendheid tot ver buiten onze landsgrenzen

en werd in talloze kunsthistorische

en architectonische publicaties afgebeeld. Als

Monument Noordoostpolder heeft het zelfs een

eigen pagina op Wikipedia.


‘Het is natuurlijk geen geheim

dat watermanagement een

onderwerp is dat de koning

nauw aan het hart ligt.’

Toch werden de makers overrompeld door het verzoek

van ontwerpster Liesbeth Stinissen of ze hun iconische

huisje mocht afbeelden op de nieuwe gordijnen voor

het paleis van koning Willem Alexander en koningin

Màxima.

Dat zit zo …

Zoals in de tentoonstelling Koninklijk borduren in het

TextielMuseum in Tilburg op dit moment uitgebreid

wordt toegelicht, waren de 18 e -eeuwse gordijnen voor

de Chinese Zaal van Paleis Huis ten Bosch eigenlijk

‘op’: ze bleken te fragiel en te kwetsbaar geworden om

nog langer te gebruiken. Deze gordijnen zijn destijds

geborduurd in Kanton in China. De tafeldelen erop

verwijzen naar het leven van alledag in het waterrijke

China en naar de geschiedenis van dat land. In Tilburg

zijn momenteel zowel de historische als de nieuwe

gordijnen voor deze bijzondere ontvangstzaal in het

Koninklijk Paleis te zien. De nieuwe zijn duidelijk geënt

op de oude gordijnen, maar in plaats van de Chinese

tempeltjes en pagodes koos ontwerpster Liesbeth

Stinissen voor een ander thema en wel de Nederlandse

cultuurhistorie, waarbinnen het voor onze rivierdelta

onmisbare waterbeheer een prominente rol kreeg

toebedeeld, net als het koningshuis. Een gelukkige

greep, want het is natuurlijk geen geheim dat watermanagement

een onderwerp is dat de koning nauw

aan het hart ligt.

Naast de geborduurde versie van Huis ten Bosch

zelf herkennen we allerlei andere architectonische

iconen, naast historische zeilschepen, tankers en

sleepboten. Het accent ligt vooral op nieuwe en oude

infrastructurele hoogstandjes die met onze strijd

tegen het water te maken hebben. Zo herkennen

we onder andere onderdelen van de Deltawerken,

de spectaculaire stuwcomplexen in de Nederrijn en

Lek en de Twentse sluis bij Wiene. Naast historische

bouwsels zoals het Cruquius Gemaal, de Koppelpoort

in Amersfoort en de eeuwenoude Servaasbrug in

Maastricht, zien we ook de hypermoderne Erasmusbrug

in Rotterdam en de even vernieuwende Martinus

Nijhoffbrug over de Waal. In dit illustere gezelschap

bevindt zich Het Ketelhuisje van Koopman en Bolink!

Borduurgroepen

De onderwerpen die we terugvinden op

de nieuwe gordijnen zijn machinaal ge borduurd

in het Textiellab, de professionele

werkplaats van het museum. Daarnaast

zijn de nieuwe gordijnen verrijkt met

natuurelementen die zijn gemaakt door

ruim 150 handborduurders uit heel

Nederland, onder wie Koningin Màxima

zelf. Onder leiding van borduurexpert

Anna Bolk hebben zestien groepen -

verspreid over het hele land – motieven

uit onze flora en fauna geborduurd die

later met de hand tussen de machinaal

vervaardigde afbeeldingen zijn vastgezet.

Het leuke is dat een van deze groepen

uit Borne komt: borduurgroep Museum

Bussemakershuis. Het zomernummer

van 2022 van Zilver Magazine besteedde

al uitgebreid aandacht aan deze groep.

Inmiddels hebben de borduursters uit

Borne de feestelijke opening van de

tentoonstelling door Hare Koninklijke

Hoogheid Màxima mogen bijwonen.

Bovendien zijn ze in september uitgenodigd

in Huis ten Bosch om ‘hun’

gordijnen ter plaatse te bewonderen.

Door dit alles is Twente straks ruim vertegenwoordigd

in het Koninklijk Paleis.

De tentoonstelling ‘Koninklijk borduren – verhalen

en vakmanschap’ is nog t/m 29 mei te zien in het

TextielMuseum in Tilburg; uitsluitend te bezoeken

via tijdsloten en met een geldig e-ticket.

www.textielmuseum.nl

.21

ZILVER LENTE 2023


ZILVER MAGAZINE

LEZERSMENU ‘T KRUISSELT

Op het zonnig gelegen tuinterras van Hotel-Restaurant ’t Kruisselt kunt u genieten van heerlijke lunchgerechten,

borrelhapjes en een plate van de dag. Het hotel-restaurant ligt tussen Oldenzaal en De Lutte en het terras

kijkt uit over de 9-holes Par 3 golfbaan. Reserveer dit voorjaar een tafeltje in de sfeervolle Eetkamer of

op het fraaie terras en geniet van het speciale Zilver Magazine lezersmenu!

De huiselijke en gemoedelijke sfeer maakt het uitje compleet, de service wordt beoordeeld met een 9,6.

We verwelkomen u graag in Hotel-Restaurant ’t Kruisselt!

.22

ADVERTENTIE

VIERGANGEN KEUZEMENU VAN € 42,50 VOOR € 35,00 PER PERSOON,

INCLUSIEF EEN KRUISSELT APERITIEF VAN HET HUIS

COQUILLE | AARDPEER | KROKANT VAN SERRANOHAM | FRISÉE

of

RUNDERPASTRAMI LANGZAAM GEGAARD | TOMATENRELISH | GRANAATAPPEL | FOCACCIA | BORAGE CRESS

LICHTGEBONDEN ASPERGESOEP | BRUNOISE VAN HAM | BIESLOOK

ZEEBAARS | SAUS VAN SEREH | COUSCOUS | DOPERWT | HOOI VAN PREI

of

VARKENSWANG | EIGEN JUS | TARTE TATIN VAN RODE UI | LAMSOOR

TARTELETTE | CRÈME SUISSE | ROOD FRUIT | EIWITSPROKKELS | ATSINA CRESS

Reserveer uw lezersmenu bij Hotel-Restaurant ’t Kruisselt

via 0541 551 567 of info@kruisselt.nl o.v.v. Lezersmenu Zilver Magazine.

Alle dagen te reserveren tot 19 juni 2023, op basis van beschikbaarheid.

Hotel-Restaurant ’t Kruisselt | Kruisseltlaan 3 | De Lutte | kruisselt.nl


COLUMN. JAN WALBURG

JAN WALBURG

COLUMN

HET GEHEIM ACHTER VERMEER

Misschien bent u een van de gelukkigen die in het

Rijksmuseum de tentoonstelling van Vermeer heeft

kunnen zien of nog gaat zien. Zo niet, dan is dat

heel jammer, maar gezien alle publiciteit heeft u

vast zijn schilderijen langs zien komen. Er is iets

bij zonders met die schilderijen. Natuur lijk, ze zijn

prachtig geschilderd. Vermeer deed soms twee

jaar over een schilderij. Dat zie je in de precisie,

in de kleuren, in het licht en in de compo sitie.

Kunsthistorici kunnen je dat precies uitleggen. Hoe

de kleur blauw oplicht, hoe echt de stoffen lijken,

hoe Vermeer uiterst vaardig lichtinval gebruikt

om een deel van het schilderij te benadrukken.

Er zijn zelfs lange artikelen geschreven over een

klein uitgelicht geel stukje muur op het schilderij

‘Gezicht op Delft’. Maar de schilderijen van Vermeer

zijn meer dan buiten gewoon mooi geschilderde

taferelen. Er is iets mee waardoor je moet blijven

kijken en vorsen. Ze hebben een soort fascinatie

zonder dat je begrijpt waarom.

Als ik voor zijn ‘Gezicht op Delft’ sta, kan ik me

daar niet goed van losmaken. Het is een mooi

geschilderd zicht op de haven van de stad. En je ziet

hoe knap Vermeer de voorste laag van de stad in de

schaduw zet en het veel minder goed zichtbare deel

daarachter juist in de zon. Maar wat mijn aandacht

het meest trekt is de kade op de voorgrond. Niet

eens zo heel goed geschilderd en toch gebeurt

het daar. Het lijkt zo terloops geschilderd. Twee

vrouwen in klederdracht staan aan de rand van

het water tegenover elkaar. Ze lijken in gesprek te

zijn. Daarnaast staat een groepje mensen bij een

trekschuit dat ook met elkaar lijkt te praten en je ziet

meteen dat het gaat over, nou ja, hoe laat de boot

vertrekt en hoelang de tocht duurt, zoiets. Maar

bij die vrouwen is het anders. Hun ontmoeting kan

bijna niet toevallig zijn. Het is tamelijk onwaarschijnlijk

dat twee vrouwen langs de rand van een

kade zomaar wandelen en aan de praat raken. Er is

een reden waarom ze daar

staan. De vrouwen lijken te

praten over iets wezenlijks

in het leven van een van

hen. Hun afstand, hun hou ­

ding geven een rustige aandacht

voor elkaar weer. Er

is iets gebeurd en dat wis ­

se len ze uit. Misschien gaat het over de zwangerschap

van een van hen, maar het kan ook over

iets anders gaan. Met die ervaring kijk ik naar de

andere schilde rijen. En ja! Daar zie ik hetzelfde. Op

elk van die schilderijen heeft de hoofdpersoon iets

wezen lijks te vertellen. Dat gaat niet over dagelijkse

dingen. Het gaat over liefde of een zaamheid of hoop

of verlangen, kijk maar naar hun gezicht. De blik die

we zien is niet neutraal als van een model. Kijk naar

het meisje met de fluit, met de rode hoed, met de

parel. Zij kijken afwezig met een verwachtingsvolle

blik. Er staat iets te gebeuren. Bij veel van de andere

schilderijen zie je hetzelfde. Er gebeurt iets dat

van groot belang is voor het model. Iets dat haar

leven kan veranderen, maar wat? Dat mag je zelf

invullen van Vermeer. Bij Rembrandt en veel van

zijn tijdgenoten zie je ook emoties op de gezichten.

Bij hen wordt de reden daarvan meestal duidelijk

uit de rest van de scene. Bij Vermeer niet. Vermeer

maakt geen schilderijen, geen plaatje, maar laat een

moment zien waar een boeiend verhaal omheen

zit. Soms biedt Vermeer iets meer houvast in de

vorm van een hand met een brief, of de blik van een

dienstbode. Maar dat neemt het mysterie niet weg.

Wat we zien is niet zomaar een verhaal, het gaat

over een gebeurtenis die wat teweeg kan brengen.

Het is een scène uit een film die we graag zouden

willen zien om te weten wat de aanleiding is en hoe

dit afloopt. Misschien kunnen we vanuit onze eigen

ervaringen een verhaal construeren. Het is een

teaser zoals Netflix laat zien om ons te verleiden

naar een serie te kijken. En Vermeer verleidt ons om

naar onszelf, ons eigen verhaal, te kijken.

We kunnen zijn schilderijen bekijken en kennisnemen

van kunsthistorische analyses, ook uit

angst dat we iets missen. Maar de associatie met

onze eigen gevoelens is een beter uitgangspunt om

de fascinerende psychologische diepgang van de

schilderijen van Vermeer te beleven.

Jan Auke Walburg

.23

Jan Auke Walburg is emeritus hoogleraar op het gebied

van de positieve psychologie, die condities bestudeert

waaronder mensen tot bloei komen. Daarvoor werkte

hij als directeur in verschillende organisaties op het

gebied van de gezondheidszorg. Thans schrijft hij over

diverse onderwerpen, helpt hij mee aan de organisatie

van een klassiek muziek festival in Twente, werkt hij in

zijn tuin en heeft hij plezier met zijn vrouw, vrienden,

kinderen en vooral kleinkinderen. Hij woont in Losser.

ZILVER LENTE 2023


60+. FOTOGRAFIE

.24

60+

en weer

naar school

Tegenwoordig wordt ‘een leven lang leren’

gepropageerd om letterlijk en figuurlijk bij

de les te blijven. Harry Moek (64), een van de

journalisten en fotografen van Zilver Magazine,

maakte enkele jaren geleden de stap van een baan

in het bedrijfsleven naar twee van zijn hobby’s:

tekstschrijven en fotografie. Om zijn fotografie

technisch en inhoudelijk naar een hoger plan

te brengen volgde hij de afgelopen twee jaar de

opleiding tot Vakfotograaf aan de Fotovakschool

in Apeldoorn.


// Tekst en foto’s:

HARRY MOEK

‘Het zijn de

pareltjes in de

binnensteden.’

Harry: ‘Die opleiding is breed en

geeft een goede basis van cameraen

studiogebruik, maar doet ook

een beroep op creativiteit, stijl, compositie

en conceptueel werken. Naast theorie krijg

je veel praktijkopdrachten, een beetje te

vergelijken met televisie programma ‘Het

Perfecte Plaatje’ van RTL4. Als eindopdracht

moesten we als klas een expositie organiseren

met van ieder de inbreng van een serie foto’s

uit eigen werk. Ik koos voor een reportage van

winkels met historie. Dat zijn de pareltjes in de

binnensteden, vol sfeer, met unieke artikelen

en interessante ondernemers, vaak op leeftijd

maar nog lang niet van plan te stoppen!’

Winkels met historie

De winkelstraten in Nederlandse steden

worden steeds meer gedomineerd door grote

winkelketens, wat leidt tot verschraling

en ‘meer van hetzelfde’. De historische en

sfeerbepalende winkels, waar de tijd stil lijkt

te staan, worden met uitsterven bedreigd. Het

zijn vaak pensionado’s of mensen met een

extra baan, die de zaak nog draaiende weten

te houden. Zolang het duurt…

.25

Een aantal van Harry’s foto’s is hier afgedrukt.

We willen in de komende edities van Zilver

aandacht gaan besteden aan dit soort winkels

in Twente met een foto en een verhaal.

ZILVER LENTE 2023


60+. FOTOGRAFIE

1

De olde

Bakkerieje

De olde Bakkerieje in Deventer is

een bekend punt in de historische

Walstraat op nummer 55. Eigenaar

Ben Strik heeft er al ruim 55 jaar

zijn winkel boordevol met antiek

en curiosa. Ben is inmiddels een

bekende Deventenaar. Zijn pand

stamt uit 1380.

.26

2

Das Gute ist

immer da

Das Gute ist immer da is een

groot antiquariaat aan de Kleine

Overstraat 33 in het centrum van

Deventer, gevestigd in een pand

uit 1900. Jan Praastink Wessels is

sinds 2001 eigenaar. Voordat hij in

het antiquariaat begon werkte hij

fulltime in de zorg en dat is hij - tot

zijn pensioen - parttime blijven

doen om zijn passie te kunnen

blijven volgen: boeken en nog eens

boeken.


3

De Zaak

De Zaak is een winkel aan de

Spijker boor steeg 1 in het centrum

van Deventer gerund door Jacob

Wieringa, die de winkel begon na

zijn pensionering als leraar. Hij

specialiseert zich in oud speelgoed

en modelbouw, maar je vindt ook

allerlei curiosa. Het pand stamt uit

de 15e of 16e eeuw. Hij is voorlopig

niet van plan te stoppen: ‘dat mag ik

niet van mijn clientèle!’

.27

4

Roemar

Roemar is een ouderwetse speciaal

zaak voor koffie en thee aan de

Walstraat 45 in Deventer. Eigenaar

Rob Kroes ging eind jaren

zeventig werken in de toenmalige

gelijknamige zaak, die echter in

1981 moest sluiten. Rob begon zijn

huidige winkel vijftien jaar geleden

in een pand uit 1300, waarin

de oude details zoveel mogelijk

zijn behouden en zichtbaar zijn

gemaakt.

ZILVER LENTE 2023


60+. FOTOGRAFIE

5

G.H. Veen

Kruidenierszaak G.H. Veen aan

de Kostersgang 43 in Groningen

bestaat al 98 jaar. Trees Heller (77)

werkt er nu zestig 60 jaar en heeft

in die tijd de zaak overgenomen.

Ze is nog lang niet van plan te stoppen.

Van elk product is er maar één

of enkele artikelen in voorraad. Het

aanbod van snoep lijkt echter onuitputtelijk.

.28

6

Radio

Redemeijer

Radio Redemeijer aan de Emma ­

weg 10 in Hengelo bestaat al sinds

1930. Arend Greven (83) werkt

er vanaf zijn achttiende en heeft

op 29-jarige leeftijd de zaak overgenomen.

Werkplaats en winkel

zijn nog op afspraak open. Witgoed,

oude radio’s, televisies en fotoapparatuur

zijn er nog te koop.


7

Witch Ball

Witch Ball aan de Hereweg in

Groningen is een winkel met een

collectie stenen, fossielen en mineralen,

maar ook maskers, schedels,

skeletten, preparaten en diverse

creepy creaties. Met recht een rariteitenkabinet!

Eigenaar Henry

Schonewille was jaren bouwer van

rekwisieten, met name voor verblijven

in dierentuinen. Vijf jaar geleden

begon hij zijn winkel. Het pand

stamt uit begin vorige eeuw.

.29

8

Deventer

borstelwinkel

De Deventer borstelwinkel aan

de Menstraat 7, met afstand

de oudste winkel in Deventer,

verkoopt maar liefst tweehonderd

verschillende borstels in het

assortiment. Het bedrijf stamt uit

1898, het pand uit 1451. Eigenaar

Mirjam Nijbroek is sinds 2011

de vierde generatie ondernemer

in de winkel. Ze com bi neert de

winkel, die alleen op zaterdag

open is, met een betaalde baan.

ZILVER LENTE 2023


MUZIEK. THE ANALOGUES

// Tekst

TON OUWEHAND

// Foto’s

MULTIMO MEDIA

.30

‘Bij The Analogues komen

er geen opgenomen

geluiden uit kastjes.’


Dichterbij

The Beatles gaat niet

Juni 2014, een dikke veertig jaar nadat The Beatles zichzelf hebben opgeheven

geven The Analogues hun eerste concert. Met als muzikaal leider Bart van Poppel

hebben vijf muzikanten zich tot taak gesteld om de muziek van The Beatles zo

natuurgetrouw te spelen. Muzikaal moet het deugen. Ze trekken geen rare pakjes

aan, ze zetten geen pruiken op hun hoofden. Ze hoeven niet op The Beatles te

lijken, ze moeten zo klinken. Ze moeten die sound hebben. En ze doen ook geen

moeite om hun stemmen op het origineel te laten lijken. Met hun eigen stemgeluid,

in hun eigen kleding spelen ze muziek van The Beatles. Niet zozeer Beatlesmuziek

uit de eerste jaren. Het gaat om de elpees die The Beatles zelf nooit live hebben

gespeeld. Met instrumentarium dat de Beatles destijds tot hun beschikking

hadden worden ze op het podium gebracht, waarbij ze direct al vier blazers en

vier strijkers aan hun band toevoegen.

Zo pakte geen van de talloze Beatlescover

bands het aan. Ook voormalig

Beatle Paul McCartney zelf niet. Bij zijn

concerten speelt hij altijd nog Beatles-repertoire.

Maar zo streng in de leer als The Analogues is

McCartney niet. Hij gebruikt samples, laat geluid

van Hohnerpianet, Hammondorgel, mellotron,

strijkers en blazers uit een synthesizer komen.

Wie is Bart van Poppel om daar

commentaar op te hebben? ‘Natuur

lijk, het is zijn muziek, hij

mag ermee doen wat hij wil. Maar

bij The Analogues doen we dat

niet.’ Bij The Analogues komen

er geen opgenomen geluiden uit

kastjes. The Analogues veroorzaken

alle Beatlesklanken zelf,

op analoge wijze. De naam dekt

de lading. ‘Toen we een naam

zochten hebben we eerst gekeken naar een Beatlesgerelateerde

naam. Een songtitel, of een citaat.

Dat bestond allemaal al. We zouden The Eggmen

willen heten, uit I am the walrus. Er bleken zelfs

al vijf bands te bestaan met die naam.’ De naam

Analogues kwam uit de koker van drummer Fred

Gehring. Zoals het hele concept trouwens. Deze

man, ceo van kledingmerk Tommy Hilfiger en

tegenwoordig Mr. Marvis, had al jaren de droom

om Beatles-elpees live op het podium te brengen.

Het eerste optreden in de club People’s Place in

Amsterdam is een doorslaand succes. Lovende

recensies en impresario George Visser wilde direct

een theatertour voor ze gaan boeken.

‘De groep

bestaat bijna

langer dan

The Beatles zelf

hebben bestaan.’

We zijn bijna negen jaar verder. Die theatertours zijn

er gekomen. Sterker nog, vrijwel alle optredens van

The Analogues zijn uitverkocht. En dat gebeurde

weer nadat de band in een vroeg stadium in De

Wereld Draait Door kwam. Nu staan ze aan de

vooravond van een tournee van 43 theater-optredens

door ons land onder de titel: Hello Goodbye.

De titel, een Beatles-song uiteraard, lijkt te duiden

op een afscheid. Zo gek is dat niet.

De groep bestaat bijna langer dan de

Beatles zelf hebben bestaan. En aan

de zichzelf opgelegde doelstelling

hebben ze ruimschoots voldaan.

Alle elpees die The Beatles zelf

nooit live hebben gespeeld hebben

ze overtuigend voor het voetlicht

gebracht: Magical Mystery Tour,

Sgt. Pepper, The White Album,

Abbey Road. Met juichende recensies

uit binnen- en buitenland. Ze speelden in

de Abbey Road Studios in Londen, ze gaven een

concert in het Palladium in Londen waarvan alle

beschikbare 2.200 zitplaatsen waren uitverkocht.

Geoff Emerick, technicus van The Beatles destijds,

stond perplex van The Analogues. ‘Met the

Analogues heb ik iets meegemaakt waarvan ik was

uitgegaan dat ik het nooit voor een tweede keer

zou meemaken.’ Emerick was dusdanig onder de

indruk van The Analogues dat hij met ze wilde

werken, vertelt Bart van Poppel. ‘We konden het

goed met hem vinden, helaas overleed hij voor het

daad werkelijk tot samenwerking kwam.’ >>

.31

ZILVER LENTE 2023


MUZIEK. THE ANALOGUES

24

.32

The Beatles in den beginne

Zoals bij vrijwel iedereen van zijn generatie, waren

The Beatles ook belangrijk voor de Bredase jeugd van

Bart van Poppel (1956). Bij een buurjongen hoorde

hij de singles Can’t but me love en She loves you. Met

tennisrackets bij wijze van gitaren werd er geplaybackt

op die plaatjes. Later op het internaat bij Nijmegen bleek

dat de door hem als verloren tijd beschouwde pianolessen

toch enig nut hebben gehad. In een klaslokaal stond een

Hohnerpianet. Dat zo’n instrument ruim veertig jaar

later als een van de authentieke Beatles-klavieren aan

het instrumentarium van The Analogues zou worden

toegevoegd kon hij uiteraard toen niet weten. Hij gebruikte

het om samen met een bevriend drummertje de populaire

hardrockliedjes van die tijd te spelen: Black Sabbath,

Deep Purple. Met de linkerhand speelde hij de baspartijen

die hij vervormd uit een luidspreker liet komen en met

de rechterhand de pianopartijen die nodig waren voor

de songs. Toen realiseerde hij zich dat hij een eventuele

carrière als popmuzikant niet zou uitsluiten. Terug in

Breda kwam hij inderdaad in de muziekscène terecht. Als

bassist, zanger, keyboardspeler. ‘In de jaren tachtig zag ik

heel veel muzikanten naar Rotterdam vertrekken. Daar

kon je toen op het conservatorium lichte muziek studeren.

Maar dat was vooral jazz. Dat was mijn muziek niet. Maar

bovendien, ik heb altijd gevonden dat je popmuziek zelf

moet uitvinden.’

Met de New Wave-band Duplex Johnson werd Van

Poppel in de jaren tachtig aardig succesvol. ‘We deden

het voorprogramma van de Golden Earring. Ik raakte

ook bevriend met die jongens. George Kooijmans woonde

in België. Voor optredens haalde hij mij altijd op in

Breda, dan reden we samen. Op een gegeven moment

nam George een acht-sporen-recorder voor me mee.

De Earring had daar demo’s mee opgenomen, maar

George had er inmiddels een met 24 kanalen. Hij

leende me die acht-sporenbak en zei: kom op Van

Poppel, demo’s maken.’ Het bezit van zo’n apparaat

gaf ongekende mogelijkheden. ‘Eerst heb ik nog met

een vriend geprobeerd het Wilhelmus op te nemen

zoals dat in een stadion klinkt, zo veel mogelijk

stemmen over elkaar. Dat werd natuurlijk niets. Maar

daarna heb ik nauwgezet een opname gemaakt van

God only knows van The Beach Boys. Alle stemmen

van het origineel nam ik zelf op. Noten lezen kon ik

nauwelijks, nog steeds niet, maar het lukt me wel om

uit meerstemmige koortjes alle partijen separaat te

horen en ze daarna in te zingen.’

Van Poppel dook in bands op als Loïs Lane, Tambourine

en Moondogs. Zong samen met Henny

Vrienten koortjes op de plaat Harry Bannink zingt!

Richt het label Pop One Records op, maar uiteindelijk

gaat zijn meeste tijd op aan het maken van commercials.

Dat heeft hij ruim tien jaar gedaan. ‘Ik heb

honderden reclamespotjes gemaakt. Vooral ook voor

de Duitse markt. Daar heb ik heel veel van geleerd.

Heel vaak wilde een klant een bekende popsong in

hun spotje. Dan kochten ze de rechten van zo’n stuk

en dan had ik de taak het na te maken.’ Van Poppel

was daar zeer bedreven in. Hij luisterde het origineel,

speelde alles wat er op zo’n plaat gebeurde exact na.

Wat hij allemaal namaakte in die tijd? Van Poppel

moet diep graven want het waren honderden liedjes.

‘Dit is de klassieke

muziek van de

twintigste eeuw.’

Let’s stick together van Roxy Music, schiet hem te

binnen. Happy Together van The Turtels weet hij nog

en That’s Life van Frank Sinatra. ‘Je kon het verschil met

het origineel niet horen. Van de opname van Sinatra

had ik alles tot in de details nagespeeld en ik heb het

laten inzingen voor Peter Douglas, de man die ooit als

Frank Sinatra de Soundmixshow had gewonnen.’

In die tijd moest hij ook een opname maken van

Hello Goodbye van The Beatles. ‘Dat was voor een

Duits telefoniebedrijf. De opdrachtgever wilde een

uitvoering die zo dicht mogelijk bij het origineel

kwam, maar je had in die tijd ook te maken met de

eigenaar van de rechten. Dat was Sony en zij hadden

ook een voorwaarde: het mocht niet te dicht in de

buurt van het origineel komen. Uiteindelijk kregen we

de toestemming toen we het door een zwarte zangeres

hadden laten inzingen.’


kanalen

Analyseren van The Beatles

Fred Gehring liep rond met zijn idee voor een

Beatles-coverband die de elpees zou spelen. Dat

hij daarvoor bij Van Poppel terechtkwam lijkt

voor de hand te liggen. Van Poppel had ook

al eens muziek gemaakt voor een commercial

van de kledingmerken van Gehring. ‘Via een

wederzijdse kennis kwamen we met elkaar in

contact. We gingen naar Amerika om coverbands

te bekijken. The Fab Faux bijvoorbeeld.

Heel goed, een band met blazers erbij die al

zeker vijfentwintig jaar bestaat. Maar er stond

wel zo’n kist op het podium waar dan allemaal

samples in zaten. Kijk, dat moeten we dus niet

doen, zei ik.’

Van Poppel stelde de band samen met Fred

Gehring op drums en verder muzikanten uit

z’n netwerk. Dat Felix Maginn niet heel erg z’n

best hoeft te doen om met zijn stem een beetje

in de buurt van John Lennon te komen? Dat is

een gelukkig toeval. Net als Diederik Nomdens

stem geloofwaardig klinkt in de McCartneyliedjes.

Maar imiteren doen The Analogues niet.

Van Poppel zingt Lennon’s I am the Walrus

en brengt de Harrison-songs tot leven. Maar

het gaat ze om de klinkende muziek. Dit is de

klassieke muziek van de twintigste eeuw. En

van The Beatles weet je hoe die heeft geklonken.

Maar van Bach of Mozart weet je dat niet. Die

hebben geen platen gemaakt.

Wel hello, geen goodbye

Het is allemaal zo hard gegaan met The Analogues, ze hadden

een pauze willen inlassen. Even een jaartje rust. Maar daar

zorgde een pandemie voor. Nu zitten ze midden in een soort

‘Best Of’-programma. Hoogtepunten uit de Beatles-elpees die

ze tot nu toe tot klinken hebben gebracht in de theaters. En

daarna is er nog veel te veel te doen om te stoppen. ‘We gaan

ons richten op de grotere podia: Carré, Nieuwe Luxor, Martini

Plaza. Wat we dan van de Beatles gaan spelen moeten we nog

be denken. Bovendien, we moeten nog iets met de elpees Let it be

en met Revolver. En dan is er nog het buitenland. We hebben

een tour door Duitsland gemaakt, we hebben met succes in

Frankrijk gespeeld, na de uitverkochte concerten in Londen en

Liverpool moet er ook wel een Engelse tournee inzitten.’ En dan

zijn er nog wel meer landen te bedenken. ‘Dat is het natuurlijk

wel met The Beatles, die kennen ze over de hele wereld.’

The Analogues: Hello Goodbye

Arnhem - 4 maart 2023

Steenwijk - 18 maart 2023

Tiel - 29 maart 2023

Almelo - 1 april 2023

Enschede - 6 april 2023

Wageningen - 7 april 2023

Apeldoorn - 12 april 2023

Zwolle - 15 april 2023

Nijmegen - 19 april 2023

Hengelo - 10 mei 2023

Hertme - 24 juni 2023

Royal Philharmonic Liverpool - 25 aug 2023

.33

ZILVER LENTE 2023


ACTIEF. JOKE KERKHOFF

Joke Kerkhoff (85)

schittert toch

nog een keer

.34

‘Ik vind spelen nog

steeds geweldig

om te doen.’

Vijf jaar geleden besloot Joke Kerkhoff te stoppen met toneelspelen. Tachtig jaar

was ze toen en na 65 jaar voor en achter de schermen vond ze het welletjes. Haar

laatste rol speelde ze in een productie van Twents Theater, voorheen Stork Nus. Bij

Stork Nus speelde ze als jong meisje ook haar eerste rol, ze begon er als balletmeisje,

al snel kreeg ze een hoofdrol. Toen Johanne ter Steege haar eind vorig jaar belde

voor de rol van moeder in De Vergeten Lente, was ze gevleid en begon het weer te

kriebelen. Voor De Vergeten Lente gaat ze toch weer op de planken.

// Tekst

CARMEN LUTTIKHUIS

// Foto’s

ANNEMIEKE VAN DER TOGT, ARCHIEF JOKE KERKHOFF


Wat was uw eerste kennismaking met toneel?

Joke Kerkhoff: ‘Met de lagere school gingen we voor

sinterklaasvoorstelling naar het concertgebouw. Dat

vond ik zo geweldig, daar verheugde ik me ieder jaar

op. Toen ze bij Stork meisjes vroegen voor het ballet,

dat stond in de fabrieksbode, het weekblad voor het

personeel, ben ik bij een repetitie gaan kijken. Ik was

helemaal verkocht en ik meldde me aan. Een jaar

later kwam mijn man, we waren heel jong toen we

verkering kregen, er ook bij. Hij werkte bij Dikkers,

de fabriek ernaast. Eigenlijk mocht je dan niet bij

Stork Nus, maar omdat ik meedeed en omdat we

als bedrijven buren waren, kon het toch. Hij was de

eerste buitenstaander in het toneelgezelschap. We

hadden een regisseur waar ik heel veel van geleerd heb,

J. Ter Stege en nu eindig ik weer met een J. Ter Steege,

Johanna.’

Wat houdt uw rol in bij De Vergeten Lente?

Joke Kerkhoff: ‘Ik ben de moeder van Johanna,

Laus Steenbeeke is mijn zoon. De moeder is getraumatiseerd,

want haar vader is in de oorlog vermoord

en ze is aldoor nog op zoek naar hem. Dat geeft wrijving

tussen haar en haar dochter. Johanna zei tijdens

ons kennismakingsgesprek: ik zoek een lieve moeder,

maar we kunnen niet met elkaar. Oh, daar vind ik niets

aan, zei ik toen. Maar dat komt later wel goed, stelde

Johanna me gerust. Voor deze productie zochten ze

iemand die de oorlog heeft meegemaakt. Mijn vader

is tijdens een razzia opgepakt. Ik was toen jong, zeven

jaar, maar je maakt het wel mee en onthoudt dat wel.

Ik kan me goed verplaatsen in de rol.’

Vindt u het spannend?

Joke Kerkhoff: ‘Ik vind het altijd wel spannend, maar

minder spannend dan bij Stork Nus. Ik ben vooral heel

benieuwd naar de reacties van het publiek, daar doe

je het voor. Ook voor jezelf hoor, want ik vind spelen

nog steeds geweldig om te doen. Mijn man heeft voor

Stork Nus 32 revues geschreven. Ik heb 35 jaar geregis

seerd. We waren er enorm druk mee, bij ons thuis

draaide alles om de revue. Bij de repetities tot de première

dacht je, is het wel goed genoeg? Gaan mensen

het leuk vinden? Als je dan de eerste avond speelt en

het pu bliek lacht, dan springen de tranen je in de ogen.

Bij De Vergeten Lente wordt er ook gelachen, maar het

is ook een aangrijpend stuk, het gaat over de oorlog.’

De Vergeten Twentse Lente is te zien vanaf 26 april 2023 tot

half juni op Vliegveld Twenthe, in totaal 45 voorstellingen.

Kijk voor meer informatie op devergetentwentselente.nl.

Een hedendaags Twents dorp wordt verrast door een

schitterend geschenk. Het dorp krijgt de beschikking over

een erfenis van tientallen miljoenen euro’s. Het is aan

de nieuwe burgemeester Fenna (gespeeld door Johanna

ter Steege) de taak dit geld te verdelen. Dan blijkt dat de

erfenis rechtstreeks te maken heeft met de oorlog, de

April-meistaking in 1943. Alle verhoudingen in het dorp

komen op scherp te staan. Wie heeft recht op het geld en

wie zeker niet? De rust in het dorp lijkt voorgoed verstoord.

.35

Het verhaal speelt zich af in drie levensgrote decors,

waaronder een dorpsstraat. Het publiek beweegt zich

van het ene toneelbeeld naar het andere. In totaal

staan elke avond meer dan 50 personen op het podium.

ZILVER LENTE 2023


COLUMN. GERRIT LANSINK

GERRITS

STUKSKE

Vuur de dweargn

van wa 77 Sneewitjes?

In ne weare an de Strootmanweg in Bokel leekn wa

zon viefhonderd heupkes beestndriet te lign, van

wa n kwartmeter heugte. Zoo völ mest? Dat kan ja

nich? Den boer zol dreks t hellige RIVM op zien dak

kriegn. En ne naar lillike Brusselse EU der achteran.

Vuur krimmineel te zwoare ‘overbemesting’.

.36

Et kon ok nich. Van wat nöager-an zagn iej dat t um

zaandbeargskes geenk. Asof hier n bataljon weuln

met mekaar an t ravotn was wes. Deedn ze wee de

meeste heupkes kon maakn? Hadn ze in december

het vuurjoar al in n kop? Nee. Nöast iedern zaandhoop

ha’j ok n roond gat. Dat doot weuln nich, dee

hoolt t spul too, blieft underground. Hier warn leu

an t greavn wes, vast nich met de schup mer met n

kraantje.

De weare an de Strootmanweg in Bokel

met de heupkes dee now wier vort zint.

Al dee geate warn te klean um n klean meanske in

te begreavn. Geet t hier dan um n niejd kearkhof

vuur dweargn? Zeent van ja wa zeuvn-en-zeuvntig

Sneewitjes al uur zeuvn dweargn oet de tied komn?

Alle 539 kats achter mekaar an? In n spreukske kö’j

mangs nog wa geleuvn, mer dit geet te wied. Der is

joa mer één Sneewitje. En dweargn goat ja toch nich

dood? As ze t heelmoals zat bint, gumt ze zich zölf

vort vuur oonze oogn. Zee zeent dan heelndals nich

dood en zit vast en wis nich te wochtn op n gat in de

groond.

Noavroag oaver dee weare leert dat er wa zon viefhoonderd

beume pot wordt. Doar zit der biej dee

peern, proemn, kastannies, beskes en nötn goat

an brengn. En nich te vergetn: appels. Nee, zoo

bezweert de potters met de haand op t hert: nich

zukke appels as woaran Sneewitje dootieds dood is

goan.

Gerrit Lansink

Gerrit Lansink (Bokel, 1950) was zon

dertig joar tekstmänneke in de reklame.

Schrif zo noe en dan gedichtn en stukskes

in t plat en mangs in t Neerlaands. Hef

wat met meziek, in t biejzeunder oet de

joarn vieftig, zestig en zeuvntig, mag

geern sport kiekn (voetbal, wielrenn en

schaatsn) en zöt dat 1+1+1 mangs mooi

weer spölt as pi (3,14).


KUNST. TURKSE SCHILDERIJEN

Het mysterie

van de

Turkse

schilderijen

in Huis

Singraven

// Tekst

HENK BOOM

// Foto’s

HUIS SINGRAVEN

.37

‘Als iemand tijdens de

rondleiding wil weten

waarom die schilderijen

hier hangen, geven we

kort tekst en uitleg.’

Abdülhamid I

ZILVER LENTE 2023


KUNST. TURKSE SCHILDERIJEN

Enigszins uit het zicht hangen in Huis Singraven

in Denekamp vijf schilderijen die op geen enkele

wijze harmoniëren met de Franse stijlkamers

van het Twentse landgoed. De keurig ingelijste

doeken hebben een plaats gekregen in de met

een goudkleurig koord afgesloten gang naast de

ingang tot de Blauwe Kamer op de eerste etage

van de voormalige havezate.

Anthony

van Dedem

.38

Van Dedem met zoon bij de grootvizier

Ze zijn de geschiedenis ingegaan als de ‘Turkse

schilderijen’. Nergens worden ze vermeld.

Alsof ze geen enkele historische waarde zouden

hebben. ‘Als iemand tijdens de rondleiding wil

weten waarom die schilderijen hier hangen,

geven we kort tekst en uitleg’, zegt desgevraagd

Marjan Damen, een van de gidsen die bezoekers

door het pand leidt. ‘Maar als niemand wat

vraagt, gaan we er aan voorbij want eigenlijk

horen die schilderijen niet binnen het patroon

van de voorwerpen uit zeventiende en

achttiende eeuw in onze stijlkamers.’

Toch zijn het vijf opmerkelijke schilderijen die

Singravens vorige eigenaar Willem Laan met

ijver en passie toevoegde aan zijn imposante

verzameling meubels, kleding, gebruiksvoorwerpen,

glaswerk, zilver, aardewerk, decoratiestukken, portretten,

serviesgoed en boeken. Die collectie, nu

onder beheer van de stichting Edwina van Heek,

ademt een intieme sfeer uit van Frans welbehagen.

Dan doen tafereeltjes met Turkse hoogwaardigheids

be kleders, getooid met lange baarden en hoge

witte tul banden en gekleed in kleurrijke kaftans, wat

vreemd aan. Marjan Damen vraagt zich dan ook af

wat Laan destijds heeft bewogen om die schilderijen

te kopen. ‘Was hij echt geïnteresseerd in Turkse

zaken? Is hij ooit in Turkije geweest? We weten het

niet. Maar die doeken voegen niets toe aan het

werkelijke verhaal over Singraven.’ Of, zoals Huisbeheerder

Daan van Mierlo het formuleert: ‘Laten

we maar zeggen dat het een raar uitstapje van Laan

is geweest in zijn verzameldrift.’

Dat er een relatie bestaat tussen de tableaus en de

provincie Overijssel zal Laan destijds niet zijn ontgaan.

De man met de rode mantel, de zwarte vilten driesteek

en de gepoederde pruik op een van die schilderijen

is Frederik Gijsbert baron Van Dedem tot de Gelder,

afkomstig uit Wijhe (1743-1820). Even was hij in zijn

tijd ook eigenaar van het Peckedam in Diepenheim,

nu de residentie van pianist Wibi Soejadi (maar dat

is een ander verhaal). Naast Van Dedem staat zijn

zoontje Anthony Boldewijn Gijsbert. Het schilderij

toont de audiëntie bij de sultan van Van Dedem als

ambassadeur van de Republiek der Zeven Verenigde

Nederlanden. Uit de archieven weten we dat die

memorabele gebeurtenis plaatsvond op 29 november

1785. De man met de ceremoniële tulband is sultan

Abdülhamid I, de zevenentwintigste sultan van het

Ottomaanse Rijk.


‘De grootste betuigingen

van de achting voor

onze Republiek.’

De schilderijen behoorden aanvankelijk tot de

inboedel van de familie Von Knobelsdorff, de

erfgenamen van ambassadeur Van Dedem. Zijn

zoon Anthony stierf ongehuwd en kinderloos.

Zijn enige dochter, Johanna Philippina Hermanna,

trouwde in 1791 met Friedrich Wilhelm Ernst

Freiherr von Knobelsdorf. Na haar huwelijk

woonde het echtpaar Von Knobelsdorff in het

Nijenhuis in Heino (niet te verwarren met het

Nijenhuis in Diepenheim), dat nu als dependance

van het Zwolse museum De Fundatie wordt

gebruikt. Enkele generaties na het huwelijk

van de dochter van de ambassadeur was er

amper nog belangstelling voor het toen al danig

verwaarloosde Nijenhuis. Uiteindelijk werd het

huis in 1934 verkocht en werd de inboedel geveild.

‘Het is zelfs

de vraag of

de schilder

daadwerkelijk

aanwezig was

bij de audiëntie.’

Dat was het moment dat Willem Laan zich meldde

voor de vijf schilderijen ‘met Turkse onderwerpen’

waarvan hij vond dat ze wel pasten in zijn collectie

kunst uit de achttiende eeuw. Volgens Gerrit

Harmsen, de toenmalige bediende van Laan,

kwam de nieuwe eigenaar zelf langs in Heino om

de vijf schilderijen op te halen. Nadien hebben ze

Singraven slechts twee keer verlaten. Dat was voor

de tentoonstelling Topkapi, vier eeuwen Turks-

Nederlandse ontmoetingen in het Museum voor

Volkenkunde in Rotterdam en voor een kleine aan

ambassadeur Van Dedem gewijde expositie in het

toenmalige museum TwentseWelle in Enschede.

Paleis. In de memoires die Anthony vele jaren later schreef na een

wisselende carrière als diplomaat in Wenen en Parijs, wijdt hij er

geen woord aan. Op het moment van de audiëntie was Anthony elf

jaar. Het kan niet anders of zo’n ontmoeting met ‘den grooten Heer’

moet diepe indruk hebben gemaakt, gezien de voorbereidingen,

de plaats (een apart gebouw op het terrein van het Topkapi Paleis),

het protocol en de voorgeschreven handelingen. Maar zo uitvoerig

Anthony in zijn memoires bericht over het sociale leven in de

diplomatieke salons van de collega’s van zijn vader, zo absoluut niets

schrijft hij over die audiëntie. Terwijl hij wel uitvoerige anekdotes

en zelfs letterlijke citaten aanhaalt als hij enkele jaren later, in 1793,

wordt ontvangen door de echtgenote van de Oostenrijkse keizer

tijdens een tussenstop in Wenen toen de familie Van Dedem voor

een verlof van twee jaar terugreisde naar Overijssel.

Sinds 1934 behoren de vijf ‘Turkse schilderijen’ dus tot de inboedel

van Singraven. Op twee daarvan zien we de audiëntie bij de sultan,

één met zoon Anthony, de tweede zonder de zoon. De andere twee

doeken (ook met een afmeting van 53 x 72 cm) tonen het bezoek

dat Van Dedem (nu met driesteek en een zwarte pandjesjas) kort

daarvoor, begin oktober 1785, aan de Grootvizier bracht. Bij die

gelegenheid bood hij zijn geloofsbrieven aan, of, zoals hij in het

Rapport Verbaal schreef: ‘mijne brieven van credentie’ in ruil

waarvoor hij werd overladen met ‘de grootste betuigingen van de

achting voor onze Republiek’. Ook ditmaal staat Van Dedem op het

ene schilderij met zijn zoon afgebeeld, op het andere zit hij zonder

zoon voor de grootvizier. Wat we amper zien zijn de geschenken

die Van Dedem meenam voor zijn Turkse gastheren. Daaronder

acht balen superfijne lakens, drie fraai bewerkte spiegels, een

rijk uitgevoerde kristallen kroonluchter, een met goud en fluweel

uitgevoerde mahoniehouten kast gevuld met kristallen oliekaraffen

en glazen en nog wat ‘klein grut’ zoals een fraaie pendule, een

mahoniehouten verrekijker, twee gouden horloges met diamanten

en acht potten gekonfijte gember. Tenslotte kon je als ambassadeur

niet met lege handen bij de sultan en de grootvizier aankomen. >>

Frederik Gijsbert

baron Van Dedem

.39

Jammer alleen dat we niet weten wie de audiënties

heeft geschilderd. Het is zelfs de vraag of de

schilder daadwerkelijk aanwezig was bij de

audiëntie. Even zo goed zijn er twijfels of Anthony,

de zoon van de ambassadeur, zijn vader destijds

wel heeft begeleid op zijn bezoek aan het Topkapi

ZILVER LENTE 2023


e

KUNST. TURKSE SCHILDERIJEN

zijn twee details vrijwel identiek. Als de sultan een

ambassadeur ontving, was hij getooid met een

ceremoniële tulband. Naast hem stonden doorgaans

nog eens twee soortgelijke tulbanden. Gedrieën

symboliseerden ze de drie zeeën waarop de Turken

heer en meester waren: de Zwarte Zee, de Egeïsche

Zee en de Middellandse Zee. Vanmour en zijn meeste

navolgers plaatsten die twee tulbanden direct naast

de sultan, op het pluche van zijn troon. Bij Van Dedem

staan ze echter in een nis, net als op de schilderijen

van Smith. Het tweede detail is het merkwaardige

‘design‘ van het raam, in de zijwand van de troonzaal.

Een soortgelijk raam met een soortgelijk ‘design‘ en

vrijwel dezelfde kleuren is ook te zien in de schilderijen

van Smith. Toch kan Smith het niet zijn geweest die Van

Dedem vereeuwigde want hij overleed in 1780, vijf jaar

vóór de aankomst van Van Dedem in Constantinopel.

.40

Het vijfde schilderij, tevens het mooiste, (met 78 x 99 cm

ook iets groter dan de overige vier) is zo mogelijk nog

mysterieuzer. Het laat een scène zien van onbekende West-

Europese dignitarissen voor de divan, zoals de regering van

de Verhevene Porte (een synoniem van het paleis) destijds

werd genoemd. Stilistisch lijkt het een schilderij van vroegere

datum te zijn. Mogelijk dat Van Dedem het heeft gekocht

in Constantinopel. Het doet het meest denken aan het

oeuvre van Jean-Baptiste Vanmour, een Franse schilder van

Vlaamse afkomst die ruim dertig jaar daarvoor de audiënties

vastlegde van ambassadeur Calkoen op schilderijen die nu te

bewonderen zijn in het Rijksmuseum in Amsterdam.

Vaak is gedacht dat de onbekende schilder de uit

Lotharingen afkomstige Antoine-Ignace Melling zou

moeten zijn. Tenslotte was hij een graag geziene gast

in de diplomatieke salons in Constantinopel. Bij Van

Dedem was hij zelfs kind aan huis want hij gaf tekenles

aan Anthony en zijn zus. Nadat hij in 1784 in het

gezelschap van de Russische ambassadeur Bulkanov

was aangekomen in Constantinopel, had hij zich

gespecialiseerd in landschappen en architectuur. Maar

niet in audiëntietaferelen. Dat er tijdens de Turkse

jaren een hechte vriendschap was ontstaan tussen Van

Dedem en Melling blijkt uit de reisbrieven van Melling

toen hij veel later op reis was in Europa. Dat bracht

VELE HERINNERINGEN AAN CONSTANTINOPEL

In navolging van Vanmour werd later in de achttiende eeuw

menig audiëntietafereel vastgelegd op het witte doek door

de zogenaamde ‘schilders van de Bosporus’. Van sommigen

kennen we de naam, anderen bleven anoniem. Zij penseelden

de met veel status en ritueel gelardeerde ontvangsten die de

sultans aan de Europese ambassadeurs verleenden, zoals

tegenwoordig foto’s worden gemaakt als ambassadeurs hun

geloofsbrieven overhandigen aan het staatshoofd. In het

kielzog van de diplomatieke missie bevond zich in die jaren

vaak een uit eigen land meegenomen schilder die de ontvangst

in het Topkapi Paleis met grote precisie moest vastleggen.

Was de schilder een anoniem gebleven persoon dan werd zijn

werk al gauw toegeschreven aan het atelier van Vanmour of

‘behorend tot de school van Vanmour’.

hem in 1812 naar Wijhe waar in De Gelder, tijdens zijn

bezoek aan de Van Dedems, ‘vele herinneringen aan

Constantinopel, weet u nog van dit, weet u nog van

dat’ werden opgehaald. Maar net als in de memoires

van Anthony geen woord over de ontvangsten door

de sultan.

Maar wie zou de audiëntie van Van Dedem hebben gepenseeld?

En dan nog wel twee keer zonder en twee keer met zoon. De

wat vlakke indeling van de schilderijen in Singraven en de

wat amateuristisch aandoende techniek lijken overeen te

komen met soortgelijke doeken van Francis Smith, een van

de vele zogenoemde ‘schilders van de Bosporus’. Bovendien

Van Dedem met zoon Anthony bij de sultan


Het mysterie van Singraven krijgt nog een extra dimensie dankzij

een Poolse component. In het Prentenkabinet van de Universiteitsbibliotheek

in Warschau bevindt zich namelijk een gouache

met daarop, jawel, de ontvangst van Van Dedem bij de sultan op

29 november 1785. Daarvan is wèl bekend wie de auteur is. Het is

de van oorsprong Duitse schilder Friedrich Anton Lohrmann. Zijn

gouache kwam in 1987 tot stand, twee jaar na het ceremonieel in de

audiëntiezaal. Van Lohrmann weten we echter zeker dat hij nooit in

Turkije is geweest. Hij moet dus ergens het origineel van het tafereel

hebben gezien. Een exacte kopie is het niet, want Lohrmann heeft de

kleine Anthony achter de ambassadeur geplaatst terwijl die op het

doek in Singraven voor zijn vader staat. Bovendien staat naast het

baldakijn van de sultan, zo te zien, een leeftijdgenoot van Anthony,

wellicht een zoontje van Abdülhamid. Tenslotte was hij vader van

27 kinderen. Dat zoontje is afwezig op de doeken in Singraven.

Daarentegen is de buiging van de Turkse hoogwaardigheidsbekleder,

die Van Dedem kennelijk moet introduceren, op beide

werken weer volstrekt identiek. De gouache van Lohrmann kwam

terecht in de schilderijencollectie van Stanislaus Anton Poniatowski,

de laatste koning van Polen en Litouwen. Kennelijk wilde de Poolse

vorst ook wel eens zien hoe een ambassadeur in Constantinopel

werd ontvangen door de sultan.

‘Wie zou de audiëntie van

Van Dedem hebben

gepenseeld? ’

Het meest waarschijnlijk is dat de Turkse schilderijen in

Singraven pas na de audiëntie van Van Dedem tot stand

zijn gekomen. Op 29 november 1785 werd de baron

niet vergezeld door iemand die het tafereel ter plekke

waarnam. Dat had hij even vergeten te regelen. Nadien

verzocht Van Dedem een onbekend gebleven schilder om

zijn audiënties alsnog op doek vast te leggen, voor alle

zekerheid met en zonder zoon Anthony. Als het Melling

toch is geweest, heeft hij zich qua compositie en details

gebaseerd op soortgelijke schilderijen van De Favray die

hij ongetwijfeld heeft gezien bij zijn talloze bezoeken aan

het Palais de France in Constantinopel. Conclusie? Van

Dedem, zijn zoon Anthony, sultan Abdülhamid I en zijn

grootvizier, zijn vereeuwigd door een anoniem gebleven

‘schilder van de Bosporus’. Ze hebben ruim twee eeuwen

later een bescheiden plaats gekregen naast de Blauwe

Kamer in het Huis aan de Dinkel. Mede dankzij het rare

uitstapje van Willem Laan.

De gouache van Friedrich Anton Lohrmann

‘Dan kreeg hij een

kneepje in of een

duwtje tegen zijn

arm ten teken

dat hij aan de

beurt was.’

.41

Er is nog een detail dat opvalt. Op het schilderij in Singraven lijkt het

dat een Turkse dignitaris de arm van de ambassadeur vasthoudt. Van

Turkse zijde is gesuggereerd dat het een kwestie van veiligheid moet

zijn geweest. Alsof de ambassadeur zijn Turkse gastheer elk moment

een vuistslag kon toedienen. Beetje onzinnig verhaal. Waarom

zou een baron uit Overijssel op die manier geschiedenis willen

maken? Nu is het nota bene andersom en worden Nederlandse

ambassadeurs in Ankara op het matje geroepen om iets uit te

leggen wat de Turkse gastheren als onwelgevallig beschouwen.

Een soortgelijke hand voegde de Franse schilder Antoine de Favray

toe aan het werk dat hij in 1755 maakte van de audiëntie die de

sultan gaf aan de Franse ambassadeur. Hetzelfde is merkwaardig

genoeg ook te zien op de Poolse gouache van Lohrmann. Daarmee

wordt één aspect van het ceremonieel duidelijk. Het protocol was

immers minutieus. Alleen de Turkse dignitaris wist wat het juiste

moment was voor de ambassadeur om zijn zegje te doen. Dan kreeg

hij een kneepje in of een duwtje tegen zijn arm ten teken dat hij aan

de beurt was.

ZILVER LENTE 2023


Als dood een deel

van je leven wordt…

Oogcentrum Eibergen

Nolet Bult

Erna hooge Venterink-Oude Wesselink

Annemarie Koop-Hakenberg

T 0541 229 779

Uw oogspecialisten in de Achterhoek voor

oogheelkundige behandelingen waaronder:

uitvaartbegeleiding

www.noletbult.nl

, Grijze staar (cataract)

, Verhoogde oogdruk/glaucoom

, Maculadegeneratie

, Netvliesaandoeningen

, Oogleden: operatief en niet-operatief

, Hoornvliesaandoeningen

, Diabetes gerelateerde aandoeningen

, Glasvochtvertroebelingen (mouches volantes)

, CBR keuringen

Wij opereren in ons eigen operatie- en lasercentrum

Euregio Vision in Vreden (D).

.42

Praktijkadres

Beatrixstraat 147

7571 CA Oldenzaal

Telefoon (0541) 51 25 28

E-mail praktijk@veerdig.nl

www.veerdig.nl

OOGCENTRUM

EIBERGEN

Oogcentrum Eibergen, Nijverheidsstraat 8 - 04

7151 HN Eibergen, Telefoon 0545 47 80 80

info@oogcentrum-eibergen.nl

www.oogcentrum-eibergen.nl

Advertentie_102 x 147 print - Euregio.indd 1 11.11.22 17:02

Fauteuil ACTIE!

Er is al een 2 motorige

leren draaifauteuil voor

€ 1.175,-

30%

Korting

op de

2 e fauteuil

Voortsweg 23-31,

7523 CC Enschede

Tel. 053 - 435 84 37

info@elzingawonen.nl

www.elzingawonen.nl


CULINAIR. NOSTALGIE

.43

Culinaire

voorjaarsklassiekers

Voormalig chef Ton Kouwenberg (72) van In den Guldene Crone in Ootmarsum en

Mondriaan en ’t Lansink in Hengelo deelt in deze lente-editie van Zilver Magazine

klassieke voorjaarsgerechten. Ton: ‘Wat zo mooi is aan de lente, en tevens het

moeilijke voor een voorjaarsmenukaart, is dat in de vroege lente nog niet alle

voorjaarsingrediënten op topniveau zijn. De zware kost laten we achter ons en we

gaan met frisse zin op zoek naar mooie producten om de lente te proeven zoals ik in

onderstaande gerechten laat zien. De gevulde aardappel, de zwezerik, de forel maar

vooral het tamme konijn zijn mooie voorjaarstoppers. Ik wens u veel plezier bij het

bereiden en een heel smakelijk genieten van de gerechten.’

ZILVER LENTE 2023


CULINAIR. NOSTALGIE

Voorgerecht

Aardappel gevuld met een salade van zure haring

Heel vroeger (1961 voor mij) heette dit gerecht pommes moscovite, dezelfde salade maar dan afgemaakt

met Servruga-kaviaar. Deze bereiding is iets anders en zonder kaviaar, maar evengoed heel lekker.

Ingrediënten

Bereiding

.44

- 2 zure haringen

- 2 eetlepels mayonaise

- 2 eetlepels vocht van de zure haring

- 3 grote aardappelen, gepoft

- 1 zoete appel, geschild

- 1 augurk

- 1 sjalotje, in kleine blokjes gesneden

- peper en zout

Tomatendressing

- 2 tomaten, ontveld, van zaad ontdaan en

in blokjes gesneden

- 1/2 augurk

- eventueel 1/2 eetlepel afgespoelde

kappertjes

- 1/2 eetlepel gehakte peterselie

- 1 eetlepel azijn of citroensap

- 4 eetlepels arachide- of zonnebloemolie

- peper en zout

Hoofdgerechten

Riz de veau aux pieds de cellery

Zwezerik met hollandaisesaus en bleekselderijvoeten.

Was de aardappelen en verpak ze in aluminiumfolie. Pof de aardappelen

in een oven van 180 graden voor 20 à 30 minuten totdat

ze gaar zijn. Controleer dit door een cocktailprikker door het

aluminium te prikken. De aardappel moet dan zacht aanvoelen. Haal

de aardappelen uit de oven en laat afkoelen, maar pel ze warm. Snijd

twee aardappelen in de breedte middendoor en snijd een klein stukje

van de onderkant af (de aardappel moet kunnen staan). Hol met een

koffielepeltje de aardappel voorzichtig zoveel mogelijk uit. Des te meer

vulling kan er in! Laat de andere aardappel volledig afkoelen en snijd

hem dan in kleine blokjes. Doe hetzelfde met de augurk, 1 sjalotje, de

appel en 1,5 zure haring. Meng het geheel losjes door en kruid met

peper en zout. Roer het vocht van de zure haring door de mayonaise

en maak de salade ermee aan. Vul hiermee de uitgeholde aardappelen,

maak er maar een flinke kop, snijd van de overgebleven 0,5 haring

vier dunne reepjes en leg bovenop de salade. Maak af met een takje

peterselie, dille en lepel er een tomatendressing* omheen.

* Meng de ingrediënten voorzichtig door

elkaar en serveer op kamertemperatuur.

Ingrediënten

- hartzwezerik, reken op drie

personen uit 1 hartzwezerik

- peper

- zout

- bloem

Hollandaisesaus

- 3 eieren

- natuurazijn

- 250 gr. roomboter

- peper en zout

- bleekselderij, reken op

twee personen per stronk

Bereiding

Breng een grote pan gezouten water aan de kook. Leg de hartzwezerik hierin en haal hem

er weer uit wanneer het water weer begint te koken. Koel de zwezerik vervolgens meteen

af in ijswater. Nu kan je vlot het vlies van de zwezerik pellen. Laat de zwezerik vervolgens

helemaal afkoelen in de koelkast. Haal de kalfszwezerik uit de koelkast en snijd er plakken

van. Kruid de plakjes met peper en zout. Haal de plakjes zwezerik door de bloem. Klop de

overtollige bloem er af. Verwarm een pan op het vuur met hierin een flinke klont boter en

een scheutje olie. Bak hierin de zwezeriken goudbruin aan beide kanten.

Klop 3 eierdooiers met 2 el azijn en 4 el witte wijn au bain-marie in 5-10 minuten luchtig.

Voeg heel langzaam (druppel voor druppel) 250 gr gesmolten boter aan het eidooiermengsel

toe. Zorg ervoor dat de boter en het eidooiermengsel ongeveer dezelfde temperatuur zijn, dit

om schiften te voorkomen. Breng de hollandaisesaus op smaak met peper en zout. Serveer de

saus direct, opnieuw opwarmen is niet (bijna) onmogelijk omdat het ei dan zal gaan stollen.

Het is belangrijk om eerst een klein stukje van de voet van de bleekselderij af te snijden,

evenals het blad als dit er nog aan zit. Het blad is wel bruikbaar om bouillon van te trekken,

maar niet om te koken. Nu is het zaak om alles te wassen. Snijd de stelen nu in stukjes. Dit

kan variëren in stukken van 1 tot 5 centimeter, maar ook de hele stronk, afhankelijk van

wat je lekker vindt en waarvoor je het gebruikt. Hier ga ik uit van een hele voet. Reken op

ongeveer 250 gram per persoon. De bleekselderij koken neemt 15 tot 20 minuten in beslag.

Snijd de selderievoet bij het serveren in de lengte door de helft.


Gebakken forel met amandelschaafsel, citroen en krokante peterselie

Een leuk en makkelijk en heerlijk gerecht dat je niet vaak meer tegenkomt op een menukaart,

maar een hardloper was in de zestiger jaren.

Ingrediënten (4 personen)

- 1 forel per persoon

- 50 gr boter

- 1 citroen

- peper en zout

- 1/2 bosje peterselie

- 30 gr amandelschaafsel

- een aardappel per

persoon

Bereiding

Was de forel onder koud stromend water, leg op een handdoek en dep voorzichtig droog. Laat een

koekenpan op een middelhoog vuur warm worden. Bestrooi de schoongemaakte forel met zout en

peper, bloem de forel lichtjes en klop de overtollige bloem eraf. Zet het vuur hoger, doe de boter en

iets olie in de pan, laat uitbruisen en leg voorzichtig de hele vis in de pan. Bak de forel gedurende

5 minuten aan beide kanten. Laat de forel aan een zijde gaar worden en vermijd meerdere keren

draaien, de forel zal makkelijk breken. Als de vis gaar is kleuren de oogjes. Haal de forel uit de pan

en leg op het bord dat je gebruikt om de forel op te serveren. Doe de amandel in de pan en kleur

deze mooi goudgeel en blus af met citroen.

Schep de amandel over de forel en schep de overgebleven jus gelijktijdig mee over de forel. Serveer met

een gekookt nieuw aardappeltje en een plakje citroen. Frituur de peterselie kort en schep op de forel.

Konijn met dragon

Ingrediënten (4 personen)

- 4 konijnenachterbouten

- 250 gr. champignons

- 4 el zilveruitjes

- 200 gr. rookspek

- bloem

- peper en zout

- 1/2 bos dragon

- witte wijn (droog)

- boter

Bereiding

Kruid de bouten met peper en zout en haal door de bloem. Laat de boter in een ruime pan

uitbruisen en bak hierin de konijnenbout mooi goudgeel. Blus de bouten af met witte wijn totdat

ze helemaal onder staan en laat ongeveer 35 minuten op een zacht vuur stoven. Snijd intussen de

champignons in vieren, laat de zilveruitjes uitlekken en snijd het spek in kleine reepjes.

Bak de spekjes stevig aan, voeg de champignons erbij, bak nog even door totdat de champignons

lichtbruin kleuren. Voeg de zilveruitjes toe, snijd de dragon fijn en doe alle ingrediënten bij de

konijnenbout. Laat het geheel nog even sudderen totdat het vlees van de konijnenbout makkelijk

van het bot afkomt. Totaal duurt het garingsproces ongeveer 45 minuten.

Serveer met een mooie zalvige aardappelpuree. Wij gaven daar vaak vers (in roomboter)

gestoofde selderij bij, maar groene asperges en spruitjes zijn ook goede begeleiders.

.45

Dessert

Mousse au chocolat

Wij noemden het op onze menukaart Hemelse modder.

Een heerlijk volle chocolademousse zonder poespas, maar oh, zo lekker.

Ingrediënten

- 250 gr. pure chocolade 54%

- 50 gr. boter

- 4 eieren gesplitst

- 100 gr. suiker

- 50 ml melk

- 1 espresso

Bereiding

Smelt de chocolade met de boter (au bain marie). Klop de dooiers met 50 gr. suiker op het vuur

en klop tot je ziet dat de dooiers gaan binden. Klop daarna koud. Het snelste gaat dat in de

machine. Klop de eiwitten met 50 gr. suiker stijf. Meng de dooiers met de witten en roer daarna

melk en espresso door de massa. Roer een kwart van het mengsel door de chocolade, daarna

de rest, meng goed. Verdeel in een glas, of een schaal als je de mousse in een keer wil serveren.

Laat nu afkoelen. Een kleine dot opgeklopte slagroom erbij en wat chocoladekrullen of -schotsen

erop en de hemelse modder is klaar om te serveren.

Alle recepten op deze pagina’s zijn voor vier personen

ZILVER LENTE 2023


100 JAAR. TWENTS CARMELLYCEUM

Een bijzondere school viert

een bijzonder jubileum

// Tekst

ALPHONS WEIERINK,

MAAIKE ARENDS, FLOOR WOLBERS

// Foto’s

CARLO TER ELLEN,

TWENTS CARMELLYCEUM

Twents Carmellyceum

100 JAAR

.46


Een school met een rijke en bijzondere historie. Zo mogen we

het Twents Carmellyceum in Oldenzaal zonder overdrijving

noemen. Al is het alleen maar omdat het de eerste katholieke

middelbare school was in Noord- en Oost-Nederland. Het

Twents Carmellyceum werd in 1923 geopend en de school viert

dit jaar haar 100-jarig bestaan. Een bijzonder jubileum dat

reden is voor een uitbundig feest.

Hoogtepunt van de festiviteiten is de reünie op zaterdag

23 september. Een uitgelezen kans voor oud-leerlingen en

oud-leraren om elkaar weer eens te zien, te spreken en

prachtige anekdo tes van vroeger op te halen. En natuurlijk weer eens door

de vertrouwde gangen, lokalen en andere ruimtes te struinen waarbij

ongetwijfeld vele herinneringen naar boven zullen komen. Want die

heeft iedereen. De middelbare school is voor iedereen een heel belangrijk

tijdvak in zijn of haar leven. Juist in deze jaren wordt de richting van het

verdere leven bepaald. Een ontdekkingsreis van kind tot jongvolwassene.

Dat maakt de middelbare schooltijd voor iedereen zo bijzonder. En voor

het Carmellyceum geldt dat ze niet alleen een school is waarbij het

onderwijs centraal staat. Het Carmel is een gevoel. Dat kan iedereen

beamen die deze school aan de Lyceumstraat ooit heeft bezocht.

Reünie

Een jubileumcommissie onder voorzitterschap van Bart Pegge en

Maaike Arends is al sinds vorig jaar druk bezig met de voorbereidingen

voor de verschillende festiviteiten. De reünie is daarvan het belangrijkste

onderdeel. Zowel voor oud-leerlingen als voor oud-docenten. Het

voorlopige programma voorziet op zaterdag van 13.00 tot 15.00 uur

in een receptie voor oud-docenten. Vanaf 15.00 uur begint de reünie

voor oud-leerlingen en ook oud-leraren. Vrijwel het hele schoolgebouw

wordt daartoe opengesteld. Er zijn optredens van oude schoolbandjes,

er zijn ‘lessen’ van vroeger, er is volop beeldmateriaal over de afgelopen

100 jaar en er zijn foodtrucks. Iedereen kan aan haar of zijn trekken

komen. De reünie staat open voor iedereen die op het Carmel heeft

gezeten: het Twents Carmellyceum, of het latere Twents Carmel College,

locatie Lyceumstraat.

.47

Ook andere locaties van het Twents Carmel College organiseren deze

dag een eigen reünie in hun eigen school. Want de locatie aan de

Potskampstraat (voorheen Marcellinuscollege en LTS) viert dan het

75-jarig jubileum en locatie De Thij viert dan het 50-jarig bestaan.

Aanmelden voor de reunie kan via www.carmelreunie.nl. Om op de

hoogte te blijven, kunnen belangstellenden via hetzelfde adres zich

inschrijven voor de maandelijkse nieuwsbrief.

Jubileumboek

Een ander belangrijk onderdeel van de jubileumviering is de uitgifte van

een jubileumboek. Dat moet een naslagwerk worden over 100 jaar Carmel.

Een redactie van oud-leerlingen en oud-docenten onder voorzitterschap

van Alphons Weierink is al sinds de zomer van vorig jaar druk bezig om

dit boek tot stand te brengen. Eén ding staat vast: het wordt qua vorm

en inhoud een uniek boekwerk in woord en beeld. Gegadigden voor een

boek kunnen zich straks ook via www.carmelreunie.nl inschrijven. >>

ZILVER LENTE 2023


100 JAAR. TWENTS CARMELLYCEUM

4 Havo B april 1979

Ben Hofland:

van leerling tot leraar

.48

Als kind, geboren in een katholiek Twents dorp,

van wie verwacht werd dat hij geschikt was voor

het middelbaar onderwijs was het Carmellyceum

in Oldenzaal eerste keuze. Na het volgen van de

voorbereidende cursus op een aantal woens dagmiddagen

en het doen van een toelatingsexamen

konden in september 1962 de boeken in de tas. We

gingen in een groep op de fiets naar Oldenzaal,

eenmaal aangekomen gingen de fietsen naar de

fietsenkelder en de leerlingen de trap op de school

in. Boven aan de trap werden we begroet door een

streng kijkende pater Karmeliet, rector Benneker,

van wie beweerd werd dat hij alle leerlingen bij

naam kende.

Ik ging naar de lessen, maakte mijn huiswerk en

probeerde liefst onopvallend aanwezig te zijn. In

de pauze liep je met klasgenoten een rondje buiten,

voor een hapje kon je terecht in de winkel van Appie.

Ook binnen in de kantine kon je verblijven onder

toeziend oog van conciërge Herman Scheuten.

Naast de lessen werden er in die tijd voor de leerlingen

excursies, sportdagen, klassenavonden etc.

georganiseerd. Voor de klassenavonden werd in die

tijd een kelderruimte ingericht die de naam Hades

‘De sfeer en beleving

van de beginjaren

wordt minder.’

kreeg. In mijn schooltijd bestond de schoolweek

uit zes dagen, ten gevolge van de invoering van

de Mammoetwet kregen leerlingen vanaf 1968 de

vrije zaterdag. Na zeven jaren school ben ik geslaagd

voor het gymnasium en heb ik de school verlaten

om in Enschede wiskunde te gaan studeren. Mijn

studie ging volgens plan en na zes jaar was ik bijna

afgestudeerd. Dat was een goed moment om naar

een baan uit te kijken en hoewel ik geen opleiding

tot docent had gedaan ben ik op mijn oude school

aangenomen voor drie dagen zodat ik tijd zou

hebben om mijn studie af te ronden.

1975: terug op het oude nest!

Het gebouw, de oude gangen en trappen, de beelden bij de

ingang, alsof de tijd had stilgestaan. Het internaat was er

nog wel, zij het zonder leerlingen. De ruimte kon de school

goed gebruiken. Het aantal leerlingen echter was zodanig

toegenomen dat er in Oldenzaal met het Thij-college inmiddels

een tweede middelbare school kon bestaan. Eenmaal

terug werden de leraren die je toen ‘meneer’ noemde col lega’s

die je bij voornaam noemde. Dat is zeker in het begin even

wennen.

Naast lesgeven was er van alles te doen waarbij gezelligheid

zeker ook belangrijk was. Ik denk dan aan vergaderingen

en ouderavonden die steevast met een drankje werden

afgesloten, sportdagen waaraan ook altijd een lerarenteam

deelnam, vrijdagmiddag volleybal, de nieuwjaarsreceptie,

de scholingsdagen, bijeenkomsten met de groep ‘nieuwe

docenten’.

De tijd staat echter niet stil, de kosten van onderwijs stij gen,

fusies vinden plaats. Eerst een fusie met de Plechel musmavo

en een paar jaar later een grote fusie van de Oldenzaalse

Carmelscholen, de Potskamp en de mavo’s Losser en

Denekamp. Nu zijn we het Carmelcollege! De sfeer en beleving

van de beginjaren wordt minder, de individualisering neemt

toe evenals het aantal vergaderingen. Het vak wiskunde is

in de periode dat ik les heb gegeven veranderd, begonnen

met wiskunde 1 en 2 werd het vanaf 1998 in de tweede fase

wiskunde A, B, C en D en uiteindelijk wiskunde A en B.

De authentieke sfeer van de school, de gangen en de lokalen

met ruiten naar de gang, zijn na een interne verbouwing voor

een deel verdwenen, slechts de trappenhuizen hebben de tijd

overleefd. Gelukkig maar.

Ben Hofland


Tumult in het bastion

van paters in pij

Net als mijn vader

Jongens waren we – maar aardige jongens. Al zeg ik ’t zelf.

We zijn nu veel wijzer, stakkerig wijs zijn we…

Telkens als ik herinnerd word aan mijn laatste schooljaren op

het Twents Carmel Lyceum, schieten mij deze beginregels van de

novelle Titaantjes van Nescio te binnen. Het waren opwindende

jaren omdat in die periode – eind jaren ’60, begin jaren ’70 – de

geest van revolutie en opstand vanuit Parijs en Amsterdam

met enige vertraging kwam overgewaaid naar deze contreien.

Op dat moment maakten paters in pij nog de dienst uit in

het door en door katholieke onderwijsbolwerk in Oldenzaal.

Het tot dan vanzelfsprekende gezag van de paters (maar ook

seculiere docenten) werd aan het wankelen gebracht door

een nieuwe lichting docenten – veelal van D66-huize en

vaak ook maar een paar jaar ouder dan de leerlingen van

de hoogste klassen. Dat schiep een band. Wij, opstandige

maar aardige jongens en meiden, werden door die docenten

als gelijken behandeld. Dat paste in ons straatje, want wij

waren natuurlijk tegen elke vorm van hiërarchie, tegen elke

‘Ik denk met enige weemoed terug

aan die voor ons opwindende tijd.’

vorm van gezag. Inspraak en democratisering, daar waren we

voor. Voor de rest waren we eigenlijk overal tegen: betutteling

van onze ouders, de strenge paters/docenten, de oorlog in

Vietnam, de knoet van de katholieke kerk, ‘molenaar’

Johnson, discotheken die ons de toegang weigerden vanwege

ons lange haar. En vanzelfsprekend waren we tegen elke vorm

van censuur. Voor dit alles hadden we een uitlaatklep: de

schoolkrant TWEC. Waarin we op een gegeven moment zelfs

mochten fulmineren tegen vermeende censuur. Sterker nog, er

was zelfs ruimte voor een ‘coup’ door een groep recalcitrante

leerlingen, die eenmalig een heel nummer ongecensureerd

mogen vullen met bijdragen die uiteenlopen van ‘melig,

puberaal en absurdistisch tot activistisch en politiek

pamflettistisch’. Althans, zo heb ik het – veel wijzer, stakkerig

wijs – omschreven in het boek ‘Tumult op een brave school’

over die roerige jaren, dat verscheen ter gelegenheid van het

90-jarig bestaan van het Twents Carmellyceum.

Als ik dan tien jaar later dat boek nog weer eens doorblader,

denk ik met enige weemoed terug aan die voor ons opwindende

tijd. Voor velen wellicht niet meer dan een voetnoot in de

100-jarige geschiedenis van een eerbiedwaardig Twents

onderwijsinstituut. Wij – aardige, maar naïeve jongens en

meiden – hadden, al was het maar voor even, de illusie dat het

kon: de verbeelding aan de macht.

Ben Siemerink

Iedere ochtend rond half acht verzamelden zich zo’n

honderd Ootmarsumse tieners langs de Oldenzaalsestraat.

Als het groepje uit Vasse aangesloten was, fietsten we in

een lange sliert in zo’n drie kwartier naar Oldenzaal. Na

het kanaal rechtsaf, een stukje parallelweg en daarna het

lange smalle zandpad op. Na de rondweg splitsten we

in leerlingen naar het Thijcollege en leerlingen naar het

Carmellyceum. Het Thijcollege was vrijer ging het verhaal,

daar gingen de meeste jongelui naartoe. Het Carmellyceum

was een beetje suf. Toch werd die laatste mijn school. Mijn

vader had er ook op gezeten en dat vond ik een mooi idee.

Het klassieke gebouw en de geschiedenis van het instituut

waren een deel van de charme van het Carmellyceum.

Welke school had een bibliotheek in een prachtige kapel

met hoge glas-in-loodramen? Hoeveel feestjes waren er

door de jaren heen al gevierd in de donkere Hades? Suf

was het er niet, want ook op het Carmel was het jaren ‘70.

Ik herinner me een leraar Nederlands die les gaf in

kleermakerszit, je kon handvaardigheid en kunstgeschiedenis

kiezen in je vwo-examenpakket, bij Engels ontleedden

we songteksten van Jim Croce, tijdens een

klassenavond bij onze klassenleraar thuis gingen buiten

in de tuin joints rond. En we hadden een caféetje op de

hoek. Je hoefde er alleen maar de straat voor over te steken

om er in je vrije uur (of spijbelend) met warme chocomel

met slagroom met je schoolvrienden aan de stamtafel een

kaartje te leggen, wat ook regelmatig gebeurde. De vrijheid

zat niet in het schoolsysteem van het Thijcollege of

het Carmellyceum. De vrijheid zat hem in de dagelijkse

fiets tocht met zijn allen naar die nieuwe wereld buiten je

woonplaats die, door de met je medeleerlingen uit andere

plaatsen gedeelde schoolervaringen, langzamerhand steeds

groter werd, naar welke school je ook ging.

Carmen Luttikhuis

5 VWO 1982

.49

ZILVER LENTE 2023


100 JAAR. TWENTS CARMELLYCEUM

Na de brugklas in 1969

volgden vele mooie jaren

Ruim 40 jaar met pubers

vol idealen en hormonen

Mijn eerste schooljaar als docent is net twee uren

oud: de kop is eraf. De eerste pauze. Ik loop vanuit

‘mijn’ lokaal, D003, naar de personeelskamer. Dan

tikt mij collega Gerhard W. (Nederlands) op de

schouder. Ik draai mij om en hij zegt: ‘Jij komt zeker

uit het westen’. Ik antwoord: ‘Nee, ik kom uit het

zuiden, uit Brabant’. Waarop hij antwoordt met: ‘Dat

bedoel ik’. Dat is wat je noemt opgenomen worden

in het collectief van de Carmel. Maar ik laat het

voorval voor wat het is, ik ben net begonnen en laat

mij niet uit het veld slaan. Stap de personeelskamer in

en rook samen met bijna alle aanwezigen rustig een

sigaretje. Men is buitengewoon vriendelijk tegen mij.

Dus het voorval zal verder waarschijnlijk wel geen

consequenties hebben.

Ik zat in de zesde klas op de Koningin des Vredesschool

aan de Lyceumstraat. En ik wilde maar wat graag naar het

Carmellyceum iets verderop. Maar met mij wilden dat nog

eens 35 leerlingen van mijn school. Voor je werd aangenomen,

moest je zes proeflessen volgen. Dat gebeurde op de vrije

woensdagmiddag in het prachtige gebouw aan de Lyceumstraat.

De beste leerlingen uit de hele regio, van Tubbergen tot en met

Overdinkel, kwamen daar om van een onderwijzer wiskunde

en Nederlands te krijgen. Er stond voor ons gevoel wel druk op

en een enkeling viel af. Een jongen uit Volthe haalde het niet,

zijn Twents was kennelijk beter dan zijn Nederlands.

Toen ik werd toegelaten maakte ik kennis met ‘het Carmel’. De

school werd nog geleid door de paters. De rector was de aimabele

pater Benneker. Verder waren er nog pater Elshof, pater Kemps,

pater Bouwman, pater van Wijngaarden. De paters hadden mooie

bijnamen. Hompie, Porkie, de Beer en Druif.

.50

Als ik nu terugkijk in 2023, tien jaar gepensioneerd,

na een periode van veertig jaar trouwe dienst, kan ik

niet anders dan vaststellen dat het onderwijs, en ook

het Carmel, mij veel plezier hebben gebracht. Waar

zat dat plezier nou eigenlijk in? En dat is nou niet echt

makkelijk aan te geven. Was het de goed betaalde baan?

Waren het de (vak-)collega’s? De werkweken met de

leerlingen? Het pilsje na weer een vergadering waarin

de zoveelste onderwijsvernieuwing als verbetering

van ons onderwijs werd aangekondigd (zo ongeveer

elke vijf jaar gebeurde dat, maar of er werkelijk zoveel

veranderde?)? Of was het toch de interactie met de

leerlingen in de klas? Ik denk dat het toch vooral de

leerlingen waren. Pubers vol idealen, problemen én

hormonen die hun weg nog moesten vinden. En dat

gold voor de puber en zijn idealen, maar ook, en vooral,

voor die hormonen.

‘Men is buitengewoon

vriendelijk tegen mij.’

Tot slot. Ik heb gediend onder zes rectoren/directeuren.

Eén mens dat menstrueert, zoals dat nu heet en vijf

mensen die dat niet deden of doen. Allen ook met

idealen en ik moet zeggen: ik heb er weinig last van

gehad. Het was prettig om met hen samen te kunnen

werken. En zo hoort het ook.

Cor van Bakel,

gepensioneerd docent biologie

TCL 1972

Eind augustus 1969 was het zover en ging ik voor het eerst

naar de middelbare school. Ik kwam in klas 1E en wist zelfs

via democratische verkiezingen, geheel in het kader van de

toenmalige tijdsgeest, klassenvertegenwoordiger te worden.

Onze strenge klassenleraar werd de Limburgse waterpoloër

meneer Kessels, voor geschiedenis had ik Leon van Schie en

last but not least de kunstzinnige langharige sikdragende

tekenleraar, Rein van de Voorde. Deze hasjrokende jongeling

kleedde zich als Ian Anderson (Jethro Tull), die ik toen nog

niet kende. Muziek werd gegeven door een stug volhardende

meneer Teussink. Het was ‘paarlen voor de zwijnen’. Er zaten

heel veel leuke en mooie meisjes in de klas. Ik werd verliefd op

een klasgenote uit Berghuizen.

Net als op de lagere school had ik grote problemen met concentratie.

Ik werd vaak de klas uit gestuurd. Geregeld moest ik

strafregels schrijven. Daar bleef het niet bij. Eén keer moest

ik voor straf vier keer op een zaterdagochtend naar school

komen. Melden bij de conciërge Herman Scheuten, die naast

school woonde. Toch slaagde ik erin over te gaan. Na de

brugklas volgden nog vele mooie jaren op het Carmel.

Gerard Hoogstraten


Pater Kemps: de ‘muziekpater’

van het Carmel

‘In die tijd werden

vrouwen ontslagen als

ze gingen trouwen.’

Pater Linus Kemps, geboren in Oss op 3 juli 1915 als Hendricus

Mattheus Antonius (roepnaam Hein), leerde ik in 1962

kennen als de ‘muziekpater’ van het Twents Carmellyceum.

Ofschoon zijn eigenlijke onderwijstaak in de school leraar

Engels was, hield hij zich vol overgave bezig met het leiden van

het schoolorkest en schoolkoor. Niet zo vreemd als je bedenkt

dat het vak muziek pas in 1968 verplicht werd gesteld in het

voortgezet onderwijs en het Carmellyceum sinds 1961 een

muziekleraar had (Wim van Berkel).

Schoolkoor met Pater Kemps 1966

Linus manifesteerde zich ook als promotor van cultuur in de

ruime zin des woords; hij leidde ons leerlingen over de drempel

van de Schouwburg in Enschede, dé cultuurtempel van Twente

in die tijd, waarheen wij per ONOG-bus werden vervoerd. Ook

de jaarlijkse bezoeken aan de Matthäus Passie van Joh. Seb. Bach

in de Lambertuskerk (nu basiliek) in Hengelo behoorden tot het

cultuurpakket dat ons werd aangeboden door deze bijzondere

man. Over ‘Bildung’ gesproken! Zijn connecties aan de overzijde

van de Noordzee zorgden ervoor dat wij met een groep van zo’n

twaalf jongens (de scheiding der seksen werd toentertijd nog zeer

strikt toegepast) konden kamperen in de boomgaard van ‘miss

Joan’, een dame die niet zou misstaan in een Monty Pythonaflevering,

om van daaruit Engeland te exploreren. Onder zijn

pij waren typisch Hollandse bolknaksigaren verborgen die veel

Engelse ‘guards’ door de knieën deden gaan om toegangskaartjes

onder de prijs te verkopen. Linus was in eten en drinken een echte

Bourgondiër en daarnaast een geanimeerd causeur, waardoor het

voorkwam dat hij, druk gebarend en sprekend, op de ferry naar

Groot-Brittannië, in plaats van sodawater koffieroom bij zijn

whisky schonk en deze met evenveel smaak opdronk.

Persoonlijk dank ik mijn besluit om muziek te gaan studeren

aan hem en aan mijn pianoleraar Alphons Gaalman die

elkaar overigens leerden kennen toen wij met onze band op

zaterdagmiddagen mochten repeteren in het muzieklokaal en

Linus persoonlijk de hoofdingang van de school ontsloot. Na

afloop van de repetitie werd een enkele keer in gezelschap van

de heren een glas genuttigd in het legendarische café van Appie

Velthuis. Het afscheid van pater Linus Kemps als leraar Engels

werd een groots festijn van cultuur, drank en spijs, geafficheerd

als ‘The last Night of the Homps’, verwijzend naar de befaamde

Engelse Proms en zijn bijnaam, waar hij nu, na zijn leraarschap,

ontspannen om kon lachen. Linus’ leven eindigde geheel in stijl

op 30 augustus 1992, na een gezellige kaartavond met een hapje

en een drankje bij zijn zus in Nijmegen,

‘Wat der ok gebuurt,

oons Annie geet!’

In 1953 wilden drie leerlingen van de basisschool in

Albergen naar het Carmellyceum in Oldenzaal. Voor

de jongen was het geen probleem: goede cijfers en

bovendien… Bij een van de meisjes ook niet: goede

cijfers en een nicht van de toenmalige rector. Bij het

andere meisje dook een onverwacht probleem op: ook

zij had goede cijfers maar het Hoofd der School achtte het

nodig de ouders een bezoek te brengen. Zijn boodschap:

hoe konden zij denken dat hun dochter, afkomstig van

een ‘gewone’ boerderij en geen verdere kruiwagens of

zo, en ook nog een meisje, zomaar de stap kon zetten

naar het Carmellyceum in Oldenzaal. De moeder sprak

de onvergetelijke woorden: ‘Wat der ok gebuurt, oons

Annie geet!’ En zo gebeurde. Helaas eindigde haar tijd

op het lyceum na de 5 e klas gymnasium door veel te

zware overgangsnormen destijds.

Een zus van haar, een jaar jonger, ook goede cijfers,

mocht naar de mulo. Daarna wilde zij graag naar de

kweekschool, maar dat stuitte op bezwaren binnen

het gezin, met name van de vader. Hij had iets tegen

juffrouwen: die werkten maar een paar jaar en dan

gingen ze toch trouwen. En in die tijd werden vrouwen

ontslagen als ze gingen trouwen. Gelukkig is er veel ten

goede veranderd in de jaren die achter ons liggen, maar

er is zeker nog evenveel te doen!

Overigens, het is met beide zussen/vrouwen helemaal

goed gekomen in hun leven. Ik kan het weten, want ik

ben die jongen uit de jaren ’50 en ik ben met de jongere

zus getrouwd, al meer dan 55 jaar, gelukkig en wel!

Harry Morshuis

.51

Geert C.A.M. Christenhusz

ZILVER LENTE 2023


Heeft u al een

abonnement op

Zilver Magazine?

Ga snel naar www.zilvermedia.nl of

mail naar: verkoop@zilvermedia.nl

tel: 088–1198 200

.52

ADVERTENTIE

www.vredehof.nl

In het groene hart tussen Hengelo en Enschede ligt op eigen erf

Theetuin Driene. Bij ons kunt u buiten of binnen genieten van

verschillende soorten thee en koffie met diverse zoetigheden.

Onze zoetigheden en gebak zijn allemaal huisgemaakt.

Daarnaast bieden we ook lunch, High tea en mini tea’s aan zoals

een Afternoon tea, Cream tea en ons “Drienerplankje” (deze

bestaat uit: een sandwich, quiche, een scone en twee zoetigheden).

Tevens kunt u bij ons gezellig borrelen in combinatie met

een heerlijke borrelplank.

Iets te vieren?

Wij verzorgen het feest naar uw wensen.

Vraag naar de mogelijk heden.

Nu voor alle 60+ lezers van Zilver Magazine

een Drienerplankje van € 15, 50 voor € 12, 00

Adres:

Drienerschoolweg 11

7552 PC Hengelo

Openingstijden:

Woensdag t/m zondag

van 11:00 tot 17:00 uur

Tel. 06 14 76 00 88

info@theetuindriene.nl

www.theetuindriene.nl

Vermeld bij reservering: advertentie Zilver Magazine voor de korting


Samen

op zoek

naar uw

Zilvermaatje

Een dame uit Oldenzaal

(75) wil graag kennis maken

met een bij voorkeur

mannelijke plaatsgenoot

(of directe omgeving) van

ongeveer dezelfde leeftijd.

Interesses: muziek,

musea, wandelingetje,

terras etc.

.53

Een dame uit Twente (81)

zou graag met handgeschreven

brieven willen

corresponderen met

iemand die dat ook leuk

vindt (adres bij redactie

bekend).

We zoeken een wandelmaatje

in Enschede voor

een dame van 66.

In Hengelo zoeken we

iemand die af en toe wil

koken voor een dame van 86.

Een 69-jarige man uit Beuningen zou

het gezellig vinden af en toe een leuk

uitstapje te maken met een dame.

Zilver Magazine gaat u helpen

om een maatje te vinden om af

en toe samen wat gezelligs te doen:

een wandeling, kaarten, naar

de film of het theater, een praatje,

samen koken, samen eten.

Wat kunt u doen?

Bent u op zoek naar een maatje, stuur dan een e-mail naar

maatje@zilvermedia.nl waarin u ons aangeeft wat u graag met uw maatje

zou willen doen. Laat ons ook weten in welke woonplaats of omgeving u

dat zou willen doen. Wij zoeken een match voor u en brengen u dan, met

uw toestemming, in contact met iemand die ook een maatje zoekt om

dezelfde activiteit te ondernemen.

Op deze pagina vindt u enkele oproepjes. Misschien is er wel wat voor u

bij of brengt het u op een idee om in de zomereditie een oproep te doen.

Daarvoor stuurt u een e-mail naar maatje@zilvermedia.nl.

ZILVER LENTE 2023


COLUMN. RECHTTOE RECHTAAN

Ik wens u

// Tekst

MR. DR. TON LAMERS

// Foto

SORA SHIMAZAKI

veel

personeel

.54

Mr. dr. Ton Lamers bespreekt in

Zilver Magazine telkens een actueel

juridisch thema. Soms zullen de

onderwerpen zijn ingegeven door

actuele zaken waarbij hij zelf

betrokken is geweest maar hij

staat ook open voor door lezers

aangedragen onderwerpen en

vragen. Voorstellen kunnen via

redactie@zilvermedia.nl worden

ingebracht.

De titel van deze bijdrage ‘Ik wens u veel personeel’

is een uitspraak van waarschijnlijk Joodse origine

die bepaald niet aardig is bedoeld. Het hebben

van personeel levert de werkgever niet zelden vele zorgen

op. In deze bijdrage wordt een zaak beschreven waarin een

werkgever wel heel veel pech heeft als een werkneemster met

wie de werkgever net een arbeidsovereenkomst heeft gesloten

nog voor ze met haar nieuwe baan kan beginnen ziek wordt en

de werkgever daarvoor financieel mag opdraaien.

Risicoverdeling

Het privaatrecht, het geheel van rechtsregels geldend tussen de

burgers onderling, was oorspronkelijk gebaseerd op een soort

van gelijkheid zoals ten tijde van de verlichting beschreven

door arts, filosoof en econoom John Locke (1632-1704). Zijn

idee kwam er kort gezegd op neer dat de burgers met elkaar

samenleefden op basis van een sociaal contract. Dat contract

gold dus tussen de burgers onderling en niet tussen de staat en

de burgers. Het was de taak van de staat om de vrijheden van

die burgers te beschermen. Op die gedachte is de grondwet

van de Verenigde Staten nog steeds gebaseerd. In de loop van

de negentiende eeuw leidde dit in Europa echter tot bepaalde

ongelijkheden waardoor de staat meende in dat systeem te

moeten ingrijpen.

De kern van die ingrepen komt erop neer dat ongelijkheden

telkens werden platgestreken door het opleggen van zekere

risicoverdelingen. Niet meer ieder voor zich en God voor ons

allen, maar voor sommigen de verplichting op te draaien voor

schade die anderen leden, terwijl zij daar part noch deel aan

hadden. Een goed voorbeeld is de opgelegde risicoverdelingen

binnen het arbeidsrecht, met name op het moment dat een

werknemer ziek wordt.

Na de ziektewet

Tot en met 2003 kenden we in Nederland de ziektewet. Als

een werknemer ziek werd nam de overheid de loonlasten

voor de werkgever (ten dele) over. Toen die wet in 2004 werd


‘Je past niet

goed in het team.’

afgeschaft, werd de werkgever (in beginsel) twee jaren verplicht

om het (grootste deel van het) loon door te betalen en in sommige

gevallen ook nog een deel van de uitkering van werkgever.

Het hebben van personeel kan daarmee zomaar een heel dure

aangelegenheid worden, met soms zelfs een faillissement van

de werkgever tot gevolg. De wetgever verdedigt dit systeem met

het argument dat de werkgever zich tegen dit soort schade kan

verzekeren. Dat is een kul-argument want met name kleinere

ondernemers kunnen zich een dergelijke verzekering in de verste

verte niet veroorloven. Loonkostenverzekeringen zijn duur,

heel duur, en de verzekeraars hebben goede juristen in dienst

om te voorkomen dat ze voor de verzekerde schade moeten

opdraaien.

Proeftijdontslag

Als tussen werkgever en werknemer een arbeidsovereenkomst

wordt gesloten is er mogelijk sprake van een proeftijd. Gedurende

deze proeftijd kan een werkgever de werknemer ontslaan. Dat

kan ook als de werknemer gedurende de proeftijd zwanger of

ziek wordt, maar niet omdat de werknemer zwanger of ziek

is. In de casus die ik hier bespreek wordt een werkneemster

in de periode tussen dat de arbeidsovereenkomst is gesloten

en het moment dat ze met de daadwerkelijke werkzaamheden

aanvangt, ongeneeslijk ziek. De werknemer meldt dat keurig

bij de werkgever en werkgever en werknemer spreken meerdere

keren over het ontstane probleem. Uiteindelijk deelt de

werkgever mee dat ze gebruik maakt van het proeftijdbeding

met als motivatie dat de arbeidsovereenkomst ‘gezien de huidige

situatie’ niet in stand kan blijven. Als de werknemer deze

beslissing aan de rechter voorlegt, concludeert deze dat er

sprake is van een discriminatoir ontslag. De werkgever heeft

de werknemer immers ontslagen omdat ze ziek is en dat mag

niet. De rechter veroordeelt de werkgever tot het betalen van

het netto-equivalent van € 33.000,- (bruto een kleine € 50.000

aan gemist salaris) en alle kosten van het geding. Laat er geen

misterstand over bestaan, het is vreselijk als iemand ongenees lijk

ziek wordt, maar is het ook billijk dat de werkgever daardoor

schade moet leiden? Kan van een werkgever worden verwacht

dat deze een overeenkomst nakomt als vaststaat

dat deze overeenkomst door de wederpartij, in dit

geval de werknemer, niet zal worden nagekomen?

In het normale overeenkomstenrecht is dat niet

het geval, dan kan de partij die nadeel gaat leiden

de overeenkomst buitengerechtelijk ontbinden.

Het is al buitengewoon zwaar dat werkgevers

ge durende twee jaren moeten opdraaien voor de

loondoorbetaling van zieke werknemers. Dat

laatste is nog uit te leggen als de werkgever een

grote onderneming of de overheid zelf is, dan is

er niet zelden sprake van enkele druppels op een

gloeiende plaat. Maar als de werkgever bij voorbeeld

een schildersbedrijf met twee man personeel is,

dan is dat risico onredelijk zwaar. In bovengenoemde

situatie draait de werkgever op voor

de loonkosten van het jaarcontract terwijl de

werknemer nog niet eens heeft gewerkt. Dat is

zuur voor de werkgever die de werknemer ook

had kunnen laten beginnen en zich er tijdens de

proeftijd met een smoesje vanaf had kunnen maken

(‘je past niet goed in het team’). Laat er wederom

geen misverstand over bestaan, dat laatste zou

op zijn minst moreel verwerpelijk zijn, maar

gezien de financiële problemen die de werkgever

tegemoet mag zien nu deze eerlijk is geweest geen

ondenkbare oplossing.

Verantwoordelijkheid overheid

Het steeds maar doorschuiven van risico’s van

werknemer op werkgever loopt ook een keer spaak.

Wellicht zou de overheid in dit soort situaties haar

verantwoordelijkheid moeten nemen. Dat zal de

overheid niet doen omdat de kosten voor sociale

zekerheid al zo uit de hand zijn gelopen dat die deur

hermetisch dicht zit.

.55

ZILVER LENTE 2023


Tijd voor elkaar

maken om lekker

bij te praten

Of samen op pad te zijn of

een fotoboek te maken.

Mooie initiatieven voor een

waardevol leven. Wilt u weten

wat het lidmaatschap van De

Ledenservice nog meer te bieden

heeft? Bezoek dan onze website*.

Hier vindt u het complete

overzicht en kunt u direct gebruik

maken van het aanbod.

.56

Thuisgekookt

Verse maaltijden aan huis voor en door buurtgenoten

Is het lastig voor u om elke dag zelf te koken? Stichting

Thuisgekookt gaat graag op zoek naar een buurtgenoot

die speciaal voor u een extra portie kookt. De maaltijd kan

gebracht of gehaald worden, u betaalt ongeveer €3,- tot €6,-

per maaltijd en zit nergens aan vast! Wilt u gebruik maken

van een maaltijd, die bij u in de buurt is gemaakt door een

thuiskok? Of wilt u zich aanmelden als thuiskok? Neem dan

contact op met Stichting Thuisgekookt via 085 060 8768.

Genieten

ADVERT

doe je sa

Gratis fotoboekje

De leukste, grappigste en mooiste herinneringen in een

fotoboek bundelen? Goed idee. Daarom krijgt u van ons een

gratis Smartfoto fotoboekje M soft cover met spiraalbinding

twv € 9,99 (of als korting op fotoboeken L en XL). U kunt dit

fotoboekje bestellen met een kortingscode via onze website*

Mantelzorgondersteuning

Betaal je Maatje

Samen met een maatje op stap, of ondersteuning bij de

huishoudelijke taken? Samen met u worden de

mogelijkheden besproken.

Ledenvoordeel €2,50 korting op de eerste factuur, uurtarief

€18,50 (PGB mogelijk).


ENTIE

.57

men!

Dierenpark Nordhorn

Wilt u erop uit in het voorjaar. Bij

dierenpark Nordhorn, net over de grens,

kunt u tijdens een heerlijke wandeling

genieten van het prachtige park.

Bewonder samen met uw familie meer

dan 1700 dieren. En er zijn tevens leuke

speeltuinen en het restaurant biedt u

heerlijke versnaperingen.

Ledenvoordeel 15% korting op de

entreeprijs van de dagkaart en gratis

parkeren! Op vertoon van uw (digitale)

ledenpas.

Fietsvoordeel

Een actief leven draagt positief bij aan

uw gezondheid. Bent u toe aan een

nieuwe fiets? De Fietsvoordeelshop

heeft een uitgebreid aanbod en

een passende fiets voor iedereen.

Van E-Bike tot transportfiets zonder

trapondersteuning. In diverse

prijscategorieën vindt u op onze website*

goede en betrouwbare fietsen.

Ledenvoordeel Tot wel 15% korting op de

aanschaf van een nieuwe fiets en bij de

aanschaf van een E-Bike een jaar gratis

AON fietsverzekering, incl. pechhulp.

Reisbureau SamenUit!

Verzorgt uitstapjes voor ouderen naar allerlei bestemmingen binnen en

buiten de regio. Er wordt rekening gehouden met de wensen en ‘uitdagingen’

van de deelnemers. De uitstapjes worden begeleid door enthousiaste,

ervaren vrijwilligers. Als u afhankelijk bent van verpleegkundige zorg, kijken

we samen met u of we dit kunnen realiseren. Op de website ledenservice.

carintreggeland.nl/samenuit vindt u ons actuele reisaanbod. U kunt ook

bellen 088 367 9661 of mailen samenuit@carintreggeland.nl.

Digitale ledenpas

Vanaf 2022 ontvangt u geen fysieke ledenpas. Wij vinden duurzaamheid

belangrijk, daarom is besloten om geen fysieke pas meer aan te bieden.

Op onze website staat uw digitale ledenpas klaar in uw eigen account.

Bent u al lid, maar heeft u nog geen account? Ga naar de website* en klik

op inloggen om uw inloggegevens aan te vragen.

Nog geen lid van

De Ledenservice?

Ga naar onze website* en meld u vandaag nog aan!

Voor slechts €22.50 per kalenderjaar kunt u gebruik

maken van alle voordelen. Liever persoonlijk contact

dat kan via 088 3672373 of leden@carintreggeland.nl.

088 367 2373 | leden@carintreggeland.nl | *www.carintreggeland.nl/ledenservice

ZILVER LENTE 2023


ACTIEF. FERDI DE BOER

‘Ik zocht contact

met de badmeester:

‘je moet me leren

zwemmen.’

.58


// Tekst

ASTRID OLDE OLTHUIS

// Foto’s

HARRY MOEK

Ferdi de Boer:

Ik ben dankbaar

dat ik genezen

ben en ik wil

iets terugdoen

Een bezoek aan de Olympische Winterspelen in het Canadese Vancouver in 2010

staat bovenaan zijn wensenlijstje. Zover komt het voor Ferdi de Boer uit Losser niet.

Ruim een jaar daarvoor wordt lymfeklierkanker bij hem geconstateerd, de ziekte

openbaart zich in meerdere lymfeklieren. Een half jaar lang ondergaat hij iedere

twee weken een chemokuur. Als dat goed aanslaat, is zijn levensverwachting zo’n drie

tot tien jaar. Vijf jaar later wordt hij genezen verklaard en anno 2023 heeft hij alweer

een aantal triatlons achter de rug. De inmiddels 74-jarige is springlevend. Zijn dagbesteding:

het inzamelen van oud ijzer voor het goede doel.

.59

Zijn leven staat in het teken van dingen

die op zijn pad komen. Hij heeft een

breed netwerk, pioniert en pakt zaken

op die goed voelen: zakelijk én sportief. In zijn

jeugd en later als senior is hij als judoka meerdere

keren Oost-Nederlands kampioen. Zijn judopak

verruilt hij voor een race-overall. Autocross wordt

zijn grote hobby. ‘In die tijd had ieder dorp zijn

eigen autocross. Ik had nog zo’n oud Kevertje.

Later ging ik ook naar Duitsland. Daar hadden

ze betere banen. Nee, daar reden we niet zoals nu

alleen maar rondjes’, lacht De Boer. Hij ontdekt

als eerste Nederlander de rally’s in Europa en plaveit

het pad voor Nederlandse autocrossers. De

Lossernaar laat trots een reeks plakboeken zien

met krantenknipsels van 1977 tot en met 1983. Zijn

gloriejaren leveren hem 240 bekers op, waarvan er

nog één op het kastje naast de tv prijkt.

Als ik niet gesport had, was ik er allang

niet meer geweest

Op zijn vijftigste raakt hij enthousiast over

triatlons als hij op vakantie in Turkije is. Onder het

genot van een borrel roept hij: ‘Volgend jaar doe

ik ook mee!’ Schaterend: ‘Maar ik kon helemaal

niet zwemmen! Terug in Losser zocht ik als eerste

contact met de badmeester: je moet me leren

zwem men.’ Het antwoord van de badmeester:

‘Je begint eerst maar in het pierenbadje.’ Het

zwem men krijgt hij onder de knie en deelname

aan ettelijke triatlons volgen. Zelfs op 74-jarige

leeftijd is hij nog steeds - weliswaar minder snel

en met kortere afstanden - van de partij bij de

befaamde triatlon van Holten. ‘Toen ik kanker

had, ging ik fit de chemokuren in. Ik ben zelfs

tijdens de eerste chemo’s blijven hardlopen en

fietsen. Ik denk dat als ik niet gesport ik er allang

niet meer geweest was.’ >>

ZILVER LENTE 2023


ACTIEF. FERDI DE BOER

.60

‘Gewoon

frisdrankblikjes

die op straat

lagen, hele

vuilniszakken

vol hadden we.’

Vijf vrachtwagens fruit per week naar Oost-

Europa

Hij blijft succesvol in de autosport, maar verdient

er zijn boterham niet mee. De Boer vertelt verder:

‘Op mijn 24 e begon ik een winkel in Losser in

aardappels, groente en fruit. Later opende ik er

nog een in Overdinkel. Rond 1992 kwam ik door

de autocross in Letland, om een sponsor te helpen

met zijn groothandel. Het viel me op dat sommige

fruitsoorten daar helemaal niet verkrijgbaar waren.

Ik bracht er bananen naartoe, later gemengd

fruit. Dat werden vijf vrachtwagens per week.

Ik had zelfs zeven man personeel daar in dienst.

Ook in Rusland.’ Vijf jaar later ontdekten grotere

ondernemingen zijn markt en werd het voor De

Boer minder lucratief om handel in Oost-Europa

te drijven. Hij stopt.

Iedereen die kanker heeft of heeft gehad,

kent dat gevoel

In Losser en omgeving staat hij bekend als Ferdi,

de oudijzerverzamelaar. Hij zamelt oud ijzer in

en verkoopt dat voor het goede doel. Dat is onlosmakelijk

verbonden met zijn overwonnen ziekte:

‘Ik ben dankbaar voor het feit dat ik genezen ben


en ik wilde iets terugdoen. Ik denk dat iedereen

die kanker heeft of heeft gehad dat gevoel wel

kent.’ De Good Cause Rally komt op zijn pad, een

event in Twente waarbij ernstig zieke kinderen een

onbezorgde dag wordt bezorgd. Ferdi rijdt met

zijn oude Chevrolet uit 1961 kinderen rond en

tovert een grote glimlach van oor tot oor op hun

gezichten. ‘Dat was prachtig om te doen’, zijn ogen

stralen nog als hij eraan terugdenkt.

€ 4.000 voor de Good Cause Rally

Rond diezelfde periode begint hij met het inzamelen

van oud ijzer: ‘Gewoon frisdrankblikjes die op

straat lagen, hele vuilniszakken vol hadden we.

Die brachten we naar oudijzerhandel Oostdam

in Enschede. Het bracht dan weer € 20 dan weer

€ 50 euro op. Na een jaar was het opgelopen tot

€ 4.000. Dat bedrag heb ik toen aan de Good

Cause Rally geschonken.’ Ferdi’s inspanningen

vallen op. Hij haalt de lokale media en die extra

publiciteit brengt zijn activiteiten goed onder de

aandacht. De bedragen lopen op tot € 15.000 per

jaar. Oostdam besluit een container bij de woning

van de voormalige fruithandelaar neer te zetten.

Veel lokale activiteiten door het inzamelen

van oud ijzer

Als de Good Cause Rally stopt – nu zo’n tien jaar

geleden – besluit De Boer eigen activiteiten voor

lokale goede doelen te organiseren. Sindsdien is er

jaarlijks Funny Day in het Losser openluchttheater

Brilmansdennen waar de bewoners van de Twentse

Zorgcentra getrakteerd worden op een optreden van

volkszanger Jannes en andere bekende artiesten.

Hij organiseert boottochten over de IJssel voor die

bewoners, maar ook voor de oudere bewoners van

de senioreninstellingen in de gemeente Losser of

regelt gezellige muziekmiddagen voor hen. Ook

ondersteunt hij 32 gezinnen die, om welke reden dan

ook, niet bij de Voedselbank terechtkunnen iedere

twee weken met een groente- en fruitpakket. Het is

een greep uit de vele lokale activiteiten die hij met

de inkomsten door het inzamelen van zijn oud ijzer

organiseert.

Ooit komt er een einde aan

Inmiddels is hij minder actief met het verzamelen

van oud ijzer. De container staat nu uit het zicht

maar wordt nog wel gevuld. ‘Nou,’ De Boer kijkt even

bedenkelijk, ‘het wordt wel steeds lastiger. Er zijn

steeds meer regeltjes waardoor we beperkt worden

en het is steeds moeilijker vrijwilligers te vinden.

Dat vind ik wel jammer. Maar ik merk wel dat als

je ermee begint het vanzelf een verslaving wordt.

Ik wil er steeds mee stoppen, maar iedere keer denk

ik: ach, het is ook wel weer leuk om te doen.’ Zijn

blik dwaalt even af naar echtgenote Tiny, waarmee

hij afgelopen december vijftig jaar getrouwd is. Zijn

kritische drijfveer, noemt hij haar. ‘Ik heb beloofd

vijf jaar lang Funny Day te organiseren en eigenlijk

hoop ik nog wel meer te kunnen doen, maar ooit

komt er een keer een einde aan.’ Ooit...

.61

ZILVER LENTE 2023


ZILVER ZAKELIJK. LISANNE JUTTE

Woontrends Lente 2023

.62

ADVERTENTIE

Lisanne Jutte interieurstylist

Instagram: LISANNE JUTTE

www.lisannejutte.nl

Kleur bekennen

De lente is voor veel mensen een goed moment om wat kleur toe

te voegen aan het interieur. Na de donkere wintermaanden is het

weer langer licht ’s avonds. De natuur ontwaakt en de zon schijnt

steeds vaker. Na de welbekende voorjaarsschoonmaak zijn we

klaar voor een fris begin, bijvoorbeeld met een nieuwe kleur op

de wand of nieuwe kussens in de bank. Dat komt goed uit want

in de woontrends voor 2023 zien we veel kleur. Eclectisch is het

toverwoord! Dat betekent dat er stijlen en kleuren met elkaar

gecombineerd kunnen worden, zoals tijdloze modellen met

warm hout en diepe kleuren als groen, rood en paars.

Uiteraard blijven ook de Scandinavische invloeden met de lichte

champignonkleuren en natuurlijke materialen. Daarmee creëert

u een rustige sfeer. Combineert u grof geweven linnen met stoffen

met een glans, dan geeft u uw interieur wat speelsheid. Blijf vooral

materialen en met tegengestelde eigenschappen mixen. Dat mag

en kan allemaal. Een nieuw kleurthema dit jaar zijn de pastellen.

Zachte en vriendelijke kleuren die eindeloos met elkaar te combineren

zijn, maar die ook solitair te gebruiken zijn in bijvoorbeeld

de hotelchique stijl. Lila is daarin wel echt een vernieuwende kleur.

Zagen we de ronde en organische vormen eerder vooral bij zitmeubelen,

tegenwoordig zien we ook banken met glooiende

rondingen. Elementenbanken die op verschillende manieren op te

stellen zijn voldoen aan de vraag van deze tijd. Zo kunt u flexibel

omgaan met de ruimte naar gelang het gezelschap en het moment

van de dag. Gezellig samenzijn is waar iedereen na de afgelopen

jaren behoefte aan heeft, in een sfeervol interieur met veel comfort

en een persoonlijke touch.

Op onze grote woonboulevard is er voor ieder wat wils. Daarom

vind ik het ook zo fijn om er te werken. Ik nodig u van harte uit om

eens langs te komen. Dan help ik u graag verder bij het creëren van

een interieur dat aan al uw wensen voldoet.


PASSIE. HENRIETTE SANNEMANN

// Tekst

TON OUWEHAND

EEN LEVEN LANG

PASSIE VOOR

// Foto’s

ANNINA ROMITA

.63

‘Net als anderen in de

regio spraken mijn ouders

van ‘Forum - schorem.’

ZILVER LENTE 2023


PASSIE. HENRIETTE SANNEMANN

.64

Een beetje anoniem een gelegen heid

binnenstappen is er bij de flambo yante

Henriette Sannemann (76) niet bij. Het

duurt nooit lang voor ze alle aandacht

van haar omgeving heeft met haar grote

hoeden, diverse brillen en fleurige kledij.

En dat alles vanwege de opera. Als kind

al aangehaakt bij Opera Forum. Haar

passie voor opera is nooit overgegaan.

Zangeres en zangcoach staat op haar

Facebookpagina. Maar hoe het eigenlijk

komt dat zij zo’n passie voor muziek

ontwikkelde, ze heeft het nooit begrepen. Tot een

paar jaar geleden. Toen ze gedachteloos haar

achternaam op Google intoetste kwam ze tot de

ontdekking dat er in Maagdenburg een componist

heeft geleefd die Max Sannemann heette. Een

kennelijk belangrijk man, want er is destijds een

conservatorium naar hem genoemd. Toen begonnen

er bij de Enschedese Henriette Sanne mann

allerlei kwartjes te vallen. Ze had zich altijd al

afgevraagd waar ze haar ontembare passie voor

opera toch vandaan had. Van hem moet er een

verdwaalde gen in haar lichaam zijn gevaren.

Had ze nooit gedacht, want haar Duitse vader, die

weliswaar een drumband had opgericht, had nooit

laten zien dat hij iets met klassieke muziek had.

Haar moeder was ook geen muziekliefhebber.

Haar oudere zus en jongere broer hadden

evenmin enige affiniteit met klassieke muziek

getoond. Ze was een eenling op dat gebied. Zelfs

haar drie zonen kreeg ze nooit geïnteresseerd in


‘Ik deed auditie met een

aria van Händel die mijn

schooljuffrouw me had

geleerd.‘

haar muzikale passie. Hoewel ze daar nu enige

beweging in ontwaart. Haar oudste zoon bekende

laatst dat hij haar ineens beter begreep, toen hij tot

het besef was gekomen dat zijn eigen dochter, haar

kleinkind, toch best wel een drama-queen was. En

haar middelste zoon zei een tijdje terug: ‘je raadt

nooit waar ik bij lange autoritten altijd naar luister:

die aria van Puccini die jij ook altijd zo mooi vond.’

Van Osnabrück naar Enschede

Het verhaal van haar vader Willy Sannemann die in

1914 in Osnabrück werd geboren, zou het libretto van

een opera kunnen zijn. Zijn eigen vader had hij nooit

gekend. Hij had een moeder die toen hij dertien of

veertien was, ineens was verdwenen. Normaal

schoeisel had hij niet. Hij had aan de ene voet een

schoen en aan de andere een klomp. Daarop is hij

de wijde wereld ingelopen. Hij kwam in Enschede

terecht. Daar leefde hij drie jaar op straat tot hij

liefdevol werd opgenomen door het echtpaar

Langkamp uit de Delistraat. Hij werd hun pleeg -

kind. Adopteren was geen optie, want zijn biologische

ouders waren niet te traceren.

De Kleine Willem

Zoals gezegd, muziek speelde geen rol in haar

omgeving. Goed, haar vader had in 1953 weliswaar

de drumband Oost Enschede opgericht. Maar dat was

niet uit muzikale motieven. Dat was omdat hij iets

wilde doen voor de ‘blagen oet de Es’, waarmee hij de

kinderen uit de Esstraat bedoelde. Zelf speelde hij

niet mee, hij organiseerde van alles voor ze. En hij gaf

zijn dochter een tamboerijn zodat ze mee kon doen.

Haar vader begon in de voorkamer van hun woonhuis

in datzelfde jaar WISA, een bedrijf in het bedrukken

ballonnen, dat overigens nog steeds bestaat.

.65

GROTE TWENTSE SCHOUWBURG

Hij trouwt in 1944 met een meisje uit Borne, waar

verder ook geen muziek in zit. Vlak voor zijn huwelijk

vindt hij zijn moeder die in Engeland bleek te wonen

en die getrouwd was met een Britse soldaat.

Tamboerijn

Aan de in 1946 geboren Henriette was dat allemaal

voorbij gegaan. Ze wist niet beter of het echtpaar

Langkamp bestond uit haar biologische grootouders

die ze voor het gemak opa en oma Delistraat noemde.

Ze groeide op in de Esstraat te Enschede. Als je op het

balkon staat van haar flatwoning aan de Oliemolensingel,

waar ze nu al een dikke twintig jaar woont,

kun je het huis waar ze haar jeugd doorbracht zien

liggen. Moet je wel extreem goede ogen hebben en

om een hoekje kunnen kijken. Maar ver is het niet.

Als jong meisje heeft ze haar huidige woning gebouwd

zien worden. ‘Als kind dacht ik: hier ga ik wonen als

ik groot ben’.

Opera Forum

Als Enschede in 1954 een professioneel operagezelschap

krijgt toegewezen, komt het culturele

leven op z’n kop te staan. De schouwburg, die vanaf

1889 dienst had gedaan en waar Harry Bannink nog

de Enschedese Jazzsociëteit had opgericht, voldeed

niet meer. Te klein. Het podium kon geen grote

producties aan. De opera zou meer publiek trekken

dan de driehonderd mensen die in deze zaal pasten.

Er werd naast het oude zaaltje een nieuwe grote

Twentse Schouwburg gebouwd, met alle faciliteiten

die een groot operagezelschap kon herbergen. De

oude schouwburg werd eerst bioscoop en is inmiddels

onder de naam Kleine Willem een van de zalen van

het schouwburgcomplex Wilmink theater. >>

ZILVER LENTE 2023


TIJDSBEELD. PASSIE. HENRIETTE JAN DE SANNEMANN

JONGH

oper

‘Niemand van

mijn familie

is ooit bij een

voorstelling

wezen kijken.’

.66

Met de komst van Opera Forum kreeg Enschede een

plek op de culturele kaart van Nederland. In 1959

stonden de opera’s La Bohème en Carmen op het

programma. De kleine Henriette Sannemann kon

haar geluk niet op, want ze zochten kinderen voor

het koortje. Ze was dertien toen ze auditie deed

voor een rol in het kinderkoor van het nieuwe

operagezelschap. Het stond haaks op de opvattingen

van haar ouders over het artiestenbestaan.

Haar vader had altijd laatdunkend over haar

klassieke affiniteit gedaan ‘Mien dochter hold van

Beethoom: ta-ta-ta-ta.’ Maar dat ze zelf van die

klassieke wereld deel zou gaan uitmaken, was een

Auditie

Vraag niet hoe het kan, maar ik deed auditie

door een aria van Händel te zingen. De juffrouw

op school had het me geleerd. Ik kon geen noot

lezen, ik zong het op mijn gehoor. Ik had geen

idee wat ik stond te zingen, maar ik deed het

wel. Ik wist niet eens dat het Händel was, maar

het klonk heel aardig. En het was klassiek, terwijl

ik andere kinderen hoorde voorzingen met

liedjes als ‘Op de grote stille heide’ en ‘Knaapje

zag een roosje staan’.

ARTIESTENBESTAAN

stap verder. ‘In hun ogen was het een poel des

verderfs waar ik me in begaf. Net als anderen in de

regio wel deden, spraken mijn ouders van ‘Forum

– schorem’. Mijn vader zei openlijk dat het hem niet

zou verbazen als ik zwanger uit de operawereld

terug zou komen. Ik begreep hem niet eens.’


ette

aangeboden waarvoor ze een vergoeding krijgt

van maar liefst acht gulden per voorstelling.

Ze ervaart de brief als een godsgeschenk en blijft

bij Forum tot ze het gezelschap in 1967 verlaat.

Dan heeft ze aan tien opera’s meegewerkt.

‘Henriette, misschien moest

je hier nu maar eens

mee stoppen.’

’Er waren zes kinderen nodig in die opera. Ze

zochten twaalf kinderen om twee groepjes van zes

te hebben die elkaar afwisselden. Paul Pella, de

directeur en dirigent van Forum, was een sociaal

mens. Hij vond dat bij de première beide groepen

moesten meedoen. Alleen waren er daarvoor niet

genoeg kostuums. Daar waren er maar zes van. Het

koortje dat een betreffende avond moest zingen,

kreeg de kleren. ‘Toen heeft mijn moeder voor mij

van een pyjama een opera kostuum gemaakt dat ik

daar op die première kon dragen. Dat was eigenlijk

het enige gebaar van mijn moeder naar mijn

operapassie. Niemand van mijn familie is ooit bij

een voorstelling wezen kijken.’

Als Opera Forum de laatste van deze opera’s heeft

gespeeld, wordt het kinderkoortje opgeheven, hetgeen

Henriette ontroostbaar maakt. ‘Huilend kwam

ik thuis. Ik voelde een soort van diepe rouw. Ik

moest een periode afsluiten die ik helemaal niet

wilde afsluiten.’ Ze blijft wel zingen tussen de

huilbuien door. En dan komt er post in de Esstraat.

Een brief van de directie van Forum. Daar staat dat

de volgende opera De Rosenkavelier van Richard

Straus wordt. Henriette wordt een figurantenrol

Einde Forum

Eenmaal weg bij Forum zingt ze bij de operettegezelschappen

van Enschede: E.O.G en Studio 65.

En terwijl ze bij Forum figureerde en in het koor

mee zong, had ze nu echte rollen. Vaak betreft het

een samenwerkingsverband met haar muzikale

maatje Joep van Haagen. Joep, een befaamde

tenor en vader van de oprichter van de huidige

Woodstock Studio’s, had ze bij Forum leren

kennen. Hij regisseerde diverse producties in de

regio. Ook maakte ze jarenlang deel uit van het

klassieke zangkwartet Charming Music. Waarmee

in klassieke kostuums operette repertoire werd

vertolkt in verzorgingstehuizen. Een jaar of twaalf

geleden is ze daarmee gestopt. ‘Toen ik mezelf als

zestiger in een korte bloemetjesjurk en een

mandje als Elisa Doolittle liedjes uit My Fair Lady

zag zingen dacht ik: Henriette, misschien moest

je hier nu maar eens mee stoppen.’

Forum kon Herniette Sannemann in 1967 van

de loon lijst hebben gehaald, Forum is nooit uit

het systeem van Sannemann geweest. In 1990

richtte ze ter ge legenheid van het 35-jarig be staan

van het opera gezelschap in de Twentse Schouwburg

een expositie in over al die jaren opera in

Enschede. Ook toen de naamswijziging in Nationale

Reisopera en daarna in Nederlandse Reisopera

een feit was, bleef ze het opera gezelschap

trouw. Ze heeft alle voorstellingen bezocht. De

passie is nooit overgegaan.

.67

ZILVER LENTE 2023


COLUMN. PAUL ABELS

‘Bretellen dragen is niet alleen

romantisch, het geeft ook

een gezellig gevoel.’

.68


LEVE DE

BRETEL!

In het Engels heten ze ‘suspenders’.

In het Gronings en Drents ‘hulpzelen’.

In het Twents ‘lichten’.

Het woord ‘bretel’ komt van ‘Fr. bretelle’ - ‘dit

van onzekere her komst’, zegt mijn etymologisch

woordenboek. Dat is altijd mooi, onzekere herkomst.

Sinds ik weer bretels draag, denk ik erover na. Is het

wellicht grensoverschrijdend, breteldragen? Zoals

bijna alles grens overschrijdend is tegenwoordig?

Moeilijk, andere vraag, dichter bij huis: wat vind ik

er zo prettig aan? Dat ik er mijn duimen achter kan

steken, zoals Dik Trom deed? Ja, heeft er zeker mee

te maken.

Hosenträger sind Erinnerungen an unbesorgter Zeit.

De romanticus weet wat ik bedoel. Ik noem hier Geit

van ’n Beukert in Lonneker. Die droeg lichten om

zijn reus achtige manchesterse boks op te houden.

Dat was een broek om in te wonen, groot genoeg

voor een paard. Geit had maar één tand, maar wel die

enorme boks met lichten. En een Peaky Blinders-pet,

ruim een halve eeuw voor Peaky Blinders bestond.

En Geit was altijd goed te pas (GTP).

Bretellen dragen is niet alleen romantisch, het geeft

ook een gezellig gevoel. Leve de lichten. Als je in

de allerfijnste stemming bent, laat je de bretellen

even klapperen tegen je dikke buik. Je weet wel dat

je dik bent, maar je voelt je niet dik. Komt door de

bretellen. Je kunt gewoon ademhalen. Naar believen.

Hoef je met een strakke riem niet te proberen. En

als je je dan toch een keer dik voelt, denk je die nare

gedachte weg tot iets zeer draaglijks, met een slim

sofisme: Dik is rijk. Rijk is machtig.

U begrijpt het inmiddels, noteert u het, bewaar het

in uw hart: bretellen geven welbevinden. Taoïsten

dragen bij voorkeur bretellen: alles mag hangen zoals

de natuur het wil. Van de werkelijkheid is immers

niks te begrijpen. Bretel = harmonie. Niks knelt.

Bretel = Lebensraum.

Op Wikipedia staat ook iets over de bretel. Het is

een moralistisch prutstukje. Van een modepolizist.

Belerend. Men hoort... men moet... een faux pas...

Opgetekend door een etiquettefundamentalist

die niks begrijpt van de bele ving van de bretel ­

drager: die is au fond een anarchist.

‘Bretels hoort men niet zichtbaar in het openbaar

te dragen, ook al zijn het dure designerbretels. Ze

worden dus altijd bedekt door een colbert. Wie

bretels draagt, moet het jasje aanhouden.

Niettemin moet de kleur van de bretels combineren

met die van het overhemd. Bij een smoking hoort

men enkel een witte bretel te dragen. Een andere faux

pas is het dragen van een bretel en een riem tegelijk.

Een uitzondering geldt voor broeken waarvan de

bretel een integraal onderdeel is, zoals de Lederhose.

Bretels werden vroeger geassocieerd met lagere

klassen (vooral werklieden, die geen maatkleding

konden betalen), maar tegenwoordig wordt het

dragen van bretels al gauw als decadent ervaren.

Vooral Amerikanen dragen graag bretels, in

Nederland is het minder gebruikelijk, hoewel het

met name onder Leidse studenten in de 19 e en

begin 20 e eeuw in de mode was (en nu nog wel

onder academische studenten). Bretels bestaan in

allerlei soorten en maten, en in alle prijsklassen.’

.69

Paul Abels

ZILVER LENTE 2023


ZILVER ZAKELIJK. RESTAURANT PAN

Steeds meer 60-plussers in Twente

weten Restaurant Pan te vinden

OLDENZAAL/DEURNINGEN - Wereldrestaurant Pan is al elf jaar gevestigd aan de

Hengelose straat tussen Deurningen en Oldenzaal. Pan, destijds een van de eerste

wereldrestaurants in Nederland, heeft haar concept steeds verder geoptimaliseerd.

Gezellige zitjes in de serre

Patrick met Robot ‘Bella’

.70

Formule slaat aan voor alle leeftijden

Pan Wereldrestaurant is aantrekkelijk voor een breed publiek.

Eigenaar Patrick Pan: ‘We zien hier paren, gezinnen, grootouders

met (klein)kinderen, vriendengroepen, maar ook

zakelijke bijeenkomsten, maar ook grote bedrijfsfeesten.’

Tablet

Een sterke troef is de tablet, waarop de gasten eenvoudig hun

keuze kunnen maken uit de gerechten van de verschillende

keukens. Patrick: ‘Als het gerecht klaar is krijg je een berichtje.

Het eten staat klaar onder zogenaamde warmhoudbruggen,

waardoor de af te halen gerechten mooi op temperatuur

blijven. Je hoeft dus niet meteen van je tafel weg te lopen.

Via de tablet kunnen gasten ook de alcoholische drankjes

bestellen. Je hoeft niet eerst bij een medewerker een bestelling

te plaatsen.’ Frisdrank (inclusief in het arrangement)

kunnen mensen zelf op tappunten inschenken. Het voordeel

van de tablet is dat gasten niet in de rij hoeven wachten en

maar kort van tafel zijn. Overigens zijn buffetgerechten en

desserts ook zonder wachten zelf op te halen.

Voortdurende verbeteringen

Patrick Pan: ‘We investeren continu in verbeteringen. Dat

geldt natuurlijk ook voor de gerechten. Zo hebben we pas

ossenhaaspuntjes, geroosterd buikspek en grote garnalen

toegevoegd aan ons menu. Maar we werken ook constant

aan optimalisering en vernieuwing van de sfeer, de inrichting

en het gemak voor de gasten.’

ADVERT

Over vernieuwing gesproken: sinds een half jaar beschikt

Robot

Het vernieuwde buitenterras

Pan over een heuse robot, Bella. Patrick: ‘Die kan drankjes

bezorgen en helpt bij het afruimen. Zo heeft onze bediening

meer tijd en aandacht voor onze gasten. Als iemand jarig is

kan Bella langs de tafel komen met een verjaardagsliedje en

een sterrenfonteintje. Vooral kinderen zijn gek op onze robot.

Diverse faciliteiten

Pan heeft verschillende zalen, zoals de Pan Family zaal speciaal

voor gezinnen met kinderen. Aangrenzend is er een

uitge breide speelhal en een kinderbioscoop. Patrick: ‘Dat

maakt het voor de (groot)ouders relaxter maar het geeft

ook rust in het restaurant.’ Ook is er een groot terras om bij

mooi weer buiten te eten. Maar wie de rust zoekt kan ook

kiezen voor een plek verder van de speelhal. Patrick: ‘We

kunnen voor groepen vanaf 15 personen ook een aparte

ruimte aan bieden. Dit is via onze online reservering mogelijk.’

Lente-actie 65-plussers

Voor de maanden maart en april hanteert Pan een

persoonlijke korting van € 5 voor wie 65 lentes of meer

telt (op vertoon van rijbewijs of paspoort). Patrick:

‘Ik hoop dat we daarmee mensen uit die doelgroep kunnen

verleiden om hier te komen eten en te laten ervaren wat

we allemaal te bieden hebben, voor jong én oud!’

Hengelosestraat 250, 7562 PK Deurningen | 0541 512 674 | restaurantpan.com


De makers van

Hanna van Hendrik presenteren

ENTIE

.71

Vanaf april 2023

Vliegveld Twenthe | Enschede

devergetentwentselente.nl

ZILVER LENTE 2023


ACTIEF. HERSENEN

eer iets

// Tekst & foto’s

ANNEMARIE HAAK

nieuws

en houd uw brein actief

Blijven bewegen is goed voor uw lichaam, vooral voor senioren. Wandelen, fietsen, sporten.

De media spuit dagelijks een scala aan mogelijkheden onze huiskamers binnen. Maar alleen

fysiek bewegen is niet voldoende om op een prettige manier ouder te worden. Met name na de

pensionering, na het afsluiten van een werkzaam leven, is het van groot belang om uw hersenen

te blijven uitdagen en voeden om uw brein fit te houden.

.72

U3L, Universiteit Leven, Lang, Leren

Het fitte oudere brein is waar Jeanette Freriks en

Tine Zevenhuizen zich voor inzetten. Samen met U3L

bieden zij aan senioren cursussen, colleges, excursies

en lezingen over uiteenlopende onderwerpen en

thema’s, met als doel om mensen uit de stoel en

geestelijk in beweging te krijgen. Lezen, puzzelen, het

kijken van televisiedocumentaires, het is allemaal

goed, maar is het ook heel nuttig, uitdagend én leuk

om uzelf te blijven ontwikkelen op het gebied van de

algemene kennis. U3L staat voor Universiteit Leven,

Lang, Leren. ‘We organiseren activiteiten over geschiedenis,

kunst en cultuur, religie, maar ook over maatschappelijke

thema’s op diverse locaties in Twente,’ legt

Tine uit. ‘Meestal kiezen we voor Hengelo, zoals het

Museum Hengelo of de bibliotheek. Centraal in Twente

en vrijwel voor iedereen met eigen of openbaar vervoer

goed bereikbaar. Vaak werken we samen met een U3Lwerkgroep

uit Zwolle. Zo is er dit seizoen op beide

locaties een bijeenkomst culinair die in de geschiedenis

van de kookkunst duikt, maar ook een cursus over de

Hanze.’ ‘2023 is uitgeroepen tot het Hanzejaar. Zwolle

is een Hanzestad en Oldenzaal ook. Heel interessant

om daar wat meer over te horen en te weten te komen

wat je daarvan nog terugziet’, vult Jeanette aan.


‘Het is nuttig,

boeiend en leuk om

je algemene kennis te

blijven ontwikkelen.’

Excursies

Binnen het diverse aanbod staat ook een excursie

naar het Bussemakerhuis in Borne op het

programma. Momenteel is daar de expositie

Ontrafeld Bewijs te bewonderen, gewijd aan het

schildersdoek uit de 17 e eeuw. Rembrandt,

Vermeer en Frans Hals schilderden op een linnen

drager. Hoe werden deze doeken gemaakt,

door wie, hoe kwamen schilders aan hun

schilderdoek en was het schilderdoek in die tijd

eigenlijk wel van linnen? De expositie geeft

antwoorden en conservator Wilma Witteman

geeft een toelichting. Behalve deze uiteenzetting

is er een rondleiding door het fabrikeurshuis en

een demonstratie op een zeventiende-eeuws

weefgetouw. De excursie wordt afgesloten met

koffie of thee en krentewegge. ‘We proberen zo’n

bezoek aantrekkelijk en toegankelijk te houden

want we willen een zo breed mogelijk publiek

bereiken. Daar komt bij dat we ontmoeting en

contact leggen belangrijk vinden. Door met

elkaar van gedachten te wisselen ontstaan vaak

boeiende gesprekken.’ De dames kijken uit naar

een andere activiteit, de lezing van Birthe

Weykamp op 12 juli in Hengelo. Birthe bezit

een grote collectie dameskleding uit de jaren

vijftig en kleedt zich consequent in deze

kledingstijl. De lezing neemt u in vogelvlucht

mee langs vier eeuwen modegeschiedenis.

College over waterschapswerk

Als er over een onderwerp veel te vertellen is, dan biedt

U3L daarvoor een meerdaagse cursus, zoals de colleges

over het waterschapswerk. ‘Het thema water is heel

actueel. Niet alleen moeten we ons land beschermen

tegen het steeds stijgende zeewater, we hebben ook

te zorgen voor voldoende schoon drinkwater. Die

colleges gaan over de consequenties van perioden van

droogte of juist met teveel regen zodat het waterpeil in

rivieren en beken stijgt. Wat kunnen wij zelf doen en

wat doet het Waterschap Vechtstromen dat onder meer

in Twente actief is precies? Het werk van deze instan tie

is zo veelomvattend dat we drie bijeenkomsten ge pland

hebben.’

Hoe meer deelnemers, hoe lager de kosten

U3L biedt volwasseneducatie door heel Nederland. De

cursussen in de regio’s Amsterdam en Utrecht lopen als

een trein, maar Twente blijft nog wat achter qua belangstelling.

‘Wij begrijpen dat niet zo goed en vinden

dat jammer. De meeste bijeenkomsten in deze regio

trekken nu zo’n tien tot vijftien deelnemers, terwijl er

plek is voor meer. Melden meer cursisten zich aan, dan

daalt de deelnameprijs. Het grootste bedrag gaat naar de

docent, het restant is voor de huur van de ruimte en voor

de verdere onkosten. Wij maken geen winst.’

Voor meer informatie over het cursusprogramma

en deelname bezoekt u de website: u3l.nl

.73

ZILVER LENTE 2023


.74

ACTIEVE 70+’ER. EVERTHREE


// Tekst & foto’s

ANNEMARIE HAAK

Jong geleerd,

oud gedaan

De gitaarklanken verwelkomen je al bij de voordeur. Het is de wekelijkse repetitiemiddag

voor Willem ten Thijse (75) en Johan (74) en Anneke Kopp (72). Met zijn drieën vormen

ze Everthree. Het instrumentarium staat opgesteld in de woonkamer, de meubels zijn aan

de kant geduwd. Muziek is troef bij dit trio en het plezier straalt ervan af.

Als jongetje vergezelde Willem dikwijls

zijn grote broer Henk die in een bandje

speelde. Bij de gitarist keek hij de akkoorden

af. Gitaarles, dat zet er niet in, dat was

veel te duur. Hij tokkelde thuis wat op een oude

Spaanse gitaar. Willem mocht wel bij de Bornse

Harmonie. Daar kreeg hij een klarinet in zijn

handen gedrukt. Het instrument bespelen ging

hem wonderwel goed af. Hij kreeg een uniform

en liep mee in het orkest, met veel plezier. ‘Als er

nu wel eens een harmonieorkest

door de straten loopt, kan ik daar

nog steeds warm van worden’,

glimlacht Willem. De jaren zestig

en zeventig was de periode van de

bandjes. Toen een paar jongens een

drum mer zochten, zag Willem zijn

kans schoon. ‘We waren bij ons

thuis allemaal heel erg muzikaal,

het zat in onze genen, dus dat

drummen ging prima.’ Samen met Henk maakte

hij later deel uit van Les Moustaches, in die tijd

een vermaarde bruiloftsband. De leden hadden

allemaal een opvallende snor. ‘Een gouden tijd!

We speelden soms drie of vier avonden in de

week, in de zomer ook op evenementen, festivals

en dorpsfeesten.’

‘Toen ik als klein kind van Sinterklaas een klein

pianootje kreeg was ik de koning te rijk’, weet

Anneke nog. Haar echtgenoot Johan keek de

muzikale kunst af bij de overbuurman die in

‘Alle drie

gepensioneerd

en alle drie

misten ze de

muziek.’

een band speelde. ‘Als jongetje hielp ik mee met

opruimen om te laten zien dat ik erbij hoorde.

Dat vond ik superstoer.’ Hij kan er nu hard om

lachen. Ze ontmoetten elkaar op de Groninger

muziekschool, waar ze de klassieke gitaaropleiding

volgden. Allebei maakten ze deel uit van

een gitaarkwartet en Johan speelde in een bandje.

Voor hun werk verkasten ze van Groningen naar

Twente waar Johan al vrij snel deel uitmaakte

van de formatie Albatros, eveneens een bekende

band die veel op bruiloften speelde.

Anneke koos voor de revue. Naast

een baan gingen ze ’s avonds vaak

op pad voor de muziek. Een hectische

periode voor een gezin met

jonge kinderen.

Helaas kwam de klad in de bruiloftsoptredens.

Veel jonge stel len

kozen voor samenwonen in plaats

van trouwen. De bandjes verdwenen en ho re caondernemers

verbouwden hun grote zalen tot

kleinere ruimtes. Muziek verviel tot de categorie

hobby. Willem nam in Borne café De Snor over.

Aan de muren hing hij instrumenten waaronder

een oude saxofoon. ‘Op een dag kwam dj

en producer Wessel van Diepen binnen voor een

biertje. Hij zag de saxofoon, haalde hem van de

wand en bekeek hem eens goed. Man, dat is

een Buescher Aristocrat, riep hij uit en hij werd

helemaal lyrisch. Toen heb ik de sax maar gauw

laten restaureren en sindsdien speel ik erop.’ >>

.75

ZILVER LENTE 2023


ACTIEVE 70+’ER. EVERTHREE

Johan en Anneke begonnen in Borne een eigen

zaak in gitaren, La Casa des Gitarras. Elke vrijdag

werd er met een groepje gemusiceerd. Zelfs

Anneke pakte haar gitaar weer op. Elk weekend

was het feest in de bar achter de zaak.

Bij toeval kwam het drietal met elkaar in contact.

‘Dat was op een bruiloft waar we te gast waren.

Bleek ook nog dat we bij elkaar in de buurt wonen.’

Alle drie gepensioneerd en alle drie misten ze de

muziek. ‘Vooral het spelen met publiek, dat is zo

ontzettend leuk! Samen plezier maken, samen

genieten.’ Van het een kwam het ander en zo ontstond

Everthree. ‘We wonen tussen jonge gezinnen

waarvan de ouders overdag werken. Met

weder zijds goedvinden repeteren we ’s middags.

In coronatijd gaven we in de tuin een concertje.

Konden alle buren eens horen wat we deden.

Een hapje en een drankje erbij maakte het feest

compleet.’

‘Vooral het spelen met publiek, dat is zo ontzettend leuk!’

.76

Na een periode van oefenen, oefenen, oefenen,

maakten ze de stap naar optreden. Een eerste

concertje op de Kerstherberg, een optreden bij een

feestje en naarmate het repertoire zich uitbreidde

namen ze optredens aan in verzorgingshuizen,

bij jubilea, bijeenkomsten van de Zonnebloem en

verjaardags- en huwelijksfeestjes. Johan: ‘Muziek

is voor ons ontspanning en een uitlaatklep. Even

geen energiecrisis of wat dan ook.

‘Het moet goed zijn,

we spelen immers live.’

Opgaan in mu ziek is heel fijn. We spelen van alles,

van Elvis Presley, Cliff Richard tot Frans Bauer,

Bløf en Danny Vera, ook verzoeknummers.

Uiteenlopende songs, makkelijke en moeilijke

num mers gaan door elkaar. We zijn uiteraard

kritisch op de resultaten, het moet goed zijn, we

spelen immers live. Als het publiek geniet, genieten

wij ook. Die klik met het publiek is voor ons heel

belangrijk!’ Everthree krijgt aanvragen vanuit

de hele regio. In de winter is het meestal rustig,

maar vanaf maart wordt het instrumentarium

weer in de auto gepakt en kan de show beginnen.

‘We verheugen ons daar telkens weer op!’


COLUMN. THEO DE ROOIJ

Column

Theo de Rooij

Achter de coulissen

Na vele avonturen en omzwervingen vond ik drie jaar geleden een nieuwe

ankerplaats bij Coulisse, specialist in raamdecoratie in Enter. Het familiebedrijf

is opgericht door de broers Christiaan en Maurice Roetgering voor wie ik tweedrie

dagen in de week vooral bedrijfsrelaties, internationale collega’s en soms

familie van en naar vliegvelden en hotels in de wijde omgeving vervoer. Voor

een dagritje naar een beurs in Berlijn of Nürnberg draai ik mijn hand niet om.

Doorgaans bestuur ik een prachtige BMW, in geval van meer dan drie gasten

een comfortabele VW personenbus. Ik maak deel uit van een jong en dynamisch

bedrijf waarin ik wel zo’n beetje de oudste werknemer ben. Het is bijzonder

leuk om met collega’s hard te lopen en met een bedrijventeam deel te nemen

aan de Diepe Hel Holterbergloop of de halve marathon van Enschede. Of bij te

praten tijdens een van de gezellige bedrijfsbijeenkomsten.

Tijdens mijn periode als ploegleider heb ik honderdduizenden kilometers afgelegd

in klassiekers en grote rondes zoals de Tour de France. Mecanicien achterin, fietsen

op het dak, bevoorrading en reservemateriaal aan boord. Twee zenders voor

communicatie met renners en andere ploegwagens, telefoon, televisie en koersradio.

Voorin de auto gasten variërend van de toenmalige kroonprins tot ondernemers als

Frits Kroymans, politici als minister-president Wim Kok, en Louis van Gaal. Knokken

voor je plek tijdens complexe omstandigheden: smalle, slechte wegen, weer en

wind, afdalingen, renners, motoren, collega-ploegleiders, jury, gastenwagens.

Omringd door opdringerig publiek. Tot en met 2003 tegelijkertijd coach, tactisch

brein, teammanager, entertainer, autocoureur. Bovendien continu leven met de

klok. Programma’s plannen, vluchtschema’s, logistiek, op tijd naar de start en dat

de eerste jaren zonder navigatie. Nooit een vlucht of start gemist.

In en rond mijn auto’s is het nu een stuk rustiger geworden. Het geheim van de

stressloze chauffeur is anticiperen en op tijd vertrekken. Strakke afspraken maken

met de klant over de diverse ontmoetingsplaatsen. Vervolgens ben ik gastheer,

pr-man, entertainer of anoniem chauffeur. Mensen vergaderen, telefoneren,

checken mail of slapen. Soms heb ik opmerkelijke gesprekken. Mijn gasten zijn

afkomstig uit alle delen van de wereld, het feit dat ik Engels, Frans, Duits, Italiaans en

Spaans beheers vergemakkelijkt het contact. Ik vertel over Coulisse, de bijzondere

Twentse volksaard, het mooie Twentse coulisselandschap en desgevraagd over onze

Nederlandse geschiedenis en cultuur. Op de A1 wijs ik mijn gasten op het belang van

open grenzen als we vrachtwagens uit zeker vijftien verschillende Europese landen

voorbij rijden. Waarop vrijwel zonder uitzondering verbaasd gereageerd wordt, want

velen zien in hun landen nooit buitenlandse kentekens.

Voormalig profwielrenner en

tot op de dag van vandaag in

geest en activiteit overtuigd

sporter. ‘Goed voor jezelf

zorgen betekent dat je ook

voor een ander het verschil

kunt maken. Verantwoordelijkheid

nemen voor jezelf is

de enige manier om de grote

pro blemen van deze tijd op

te lossen. Deze filosofische

instelling komt vaak terug in

mijn columns.’

.77

Het komt regelmatig voor dat ik met een van mijn gasten een stukje gemeenschappelijk

verleden deel. Recent vervoerde ik een jonge, Indonesische ondernemer, woonachtig

in Singapore. Als Porschebezitter en -liefhebber zou hij de gelegenheid aangrijpen

om op de Nürburgring te gaan racen en in Zermatt te skiën. Vlak voor aankomst

bij Coulisse vertelde hij mij dat hij ook een aantal racefietsen bezat. Tot zijn grote

verbazing bleek dat hij bij een voormalig Tourrenner in de auto zat. Twee dagen later

heb ik hem op weg naar Düsseldorf ingewijd in de geheimen van het wielrennen.

Theo de Rooij

ZILVER LENTE 2023


CULTUURHISTORIE. TEXTIELELITE

Cato Elderink (1871-1941) | Anna Scho

// Tekst

JOHN VAN ZUIDAM

// Foto’s

DIVERSE ARCHIEVEN

Tegendraadse

vrouwen

in de Twentse textielelite

.78

Zo’n honderdvijftig jaar geleden begonnen vrouwen zich te verzetten tegen hun tot dan toe ondergeschikte

en traditionele rol in de samenleving. Vrouwen hadden zelden dezelfde rechten als mannen. Vrouwen

hadden geen stemrecht, geen toelating tot onderwijs of tot betaalde arbeid. Hun plek was thuis, als

moeder, als opvoeder, als huisvrouw en in sommige kringen als gastvrouw. De eerste feministische golf

vanaf 1870 was de aanzet tot veranderingen zoals het vrouwenkiesrecht in 1919. Voor sommige vrouwen

was het ook aanzet tot de vrijheid om hun leven zelf vorm te geven, ook in Twente.

Thea Hammer-Stroeve (Hengelo

1931) schreef erover in haar proefschrift

Familiezoet: Vrouwen in

een ondernemerselite, Enschede 1800-1940,

dat ze in 2001 publiceerde. Lizzy Wiggersvan

Schoot (Oldenzaal 1933) behandelde

het thema in haar masterscriptie Hermanna

Elisabeth Molkenboer-Trip, freule, fabrikante

en femi niste. Van Thea Hammer-Stroeve

leenden we de term Tegendraads in de titel

voor dit artikel. Zo noemde zij het laatste

hoofdstuk van haar proefschrift over een

viertal Enschedese vrouwen die in hun gedrag

en optreden andere normen en waarden

hanteerden dan in die tijd voor vrouwen was

voorgeschreven. Wij beschrijven drie vrou wen

die hun eigen gang gingen in die tijd.

Cato Elderink (1871-1941): folkloriste,

streekschrijfster en dichteres

Catharina Elderink stamt uit een geslacht

van Enschedese pre-industriële textielfabrikeurs,

waarvan de stamhouder Joost Mauritz

Elderink (1759-1842) zich einde achttiende

eeuw als linnenreider (koopman) en fabrikeur

in Enschede vestigde. Hij woonde met zijn

vrouw Johanna ter Kuile (1771-1802) in wat

nu het Eldrinkshuis heet. Hun zoon Engelbert

(1798-1889) lijkt geen fabrikant te zijn geworden,

maar heeft mogelijk wel zijn twee zonen

Jan (1829-1899) en Herman (1830-1918) financieel

gesteund die wel als zodanig te boek staan.

Zij stichten in 1859 een loonweverij. In 1889

kocht de Joodse familie Van Gelderen zich in

en nam de fabriek geleidelijk over. De Joodse

familie Menko deed in 1892 hetzelfde met de

spinnerij-weverij die in 1864 door de tweede

zoon Dethard (1793-1866) met drie zonen

als medefirmanten was gesticht. Daarmee

ver dween na slechts drie generaties de naam

Elderink uit de textielwereld.

Herman Elderink trouwde in 1861 met

Catharina Blijdenstein (1838-1908). Ze kregen

zeven kinderen waarvan er vijf, waaronder

Cato, volwassen werden. Alle vijf bleven onge

huwd, hetgeen voor fabrikantenfamilies

vrij uitzonderlijk is. Cato liet zich niet in met

textiel zaken en begon haar werkzame leven in

Amsterdam als leerlingverpleegster, eerst in


lten (1874-1949) | Betsy Molkenboer-Trip (1851-1911)

Cato Elderink

Omdat de familiearchieven van de Blijdensteins op

het landgoed Amelink in Lonneker werden bewaard

en niet in Enschede, waar ze anders bij de stadsbrand

van 1862 verloren zouden zijn gegaan, kon ze twee

familiegeschiedenissen schrijven: ‘Een Twentsch

fabriqueur van de achttiene eeuw’ (1923, heruitgave 1976)

en ‘Het geslacht Blijdenstein’ (1926, heruitgave 2003).

Cato werd in februari 1941 ter gelegenheid van haar

zeventigste verjaardag uitgebreid gehuldigd. Een maand

later kreeg ze een ongeluk. Tijdens een fietstocht in

Buurse brak ze op een zandweg haar been. Ze schijnt er

enkele uren te hebben gelegen alvorens zij werd ontdekt.

In juni overleed ze aan de complicaties. Op haar geliefde

plek aan de Buurserbeek werd een verfrommeld stuk

papier gevonden waarop ze enkele dagen voor haar dood

een afscheidsgedicht had geschreven. Blijkbaar heeft ze

voorvoeld dat ze niet lang meer had te leven. We citeren

de laatste strofe:

Suja Suja suuselt de weend

Now nig meer denken, sloape mien keend

Los löt mien lèven now al wat er hölt

As dwerrelend herfstloof as dale et volt

Eén wordend met al dee ons vuur bint egoan

Zal ik dan ’t lèvensroadsel verstoan

Suja Suja suuselt de weend

Nem Mooder Eerde, dek too dien kind.

>>

.79

het Buitengasthuis, daarna in het Wilhelminagasthuis,

waar ze haar diploma haalde. Rond 1910 keerde ze

terug naar Enschede en trad in dienst van de ‘Afdeling

Enschede tot bestrijding van tuberculose’. Ze bezocht

patiënten in de stad en op het platteland om ze met

raad en daad bij te staan. In de buurschappen, met

name Buurse, waar de familie zo’n 175 hectare land

en boerderijen bezat, vergaarde ze kennis over volksverhalen,

lokale geschiedenis en gebruiken. Ze sprak

‘stadsplat’ en kon zich bij de boeren goed verstaanbaar

maken. In 1920 nam ze op 49-jarige leeftijd eervol

ontslag om zich geheel aan het schrijven te wijden.

In 1914 had ze al een gedicht in Tubantia gepubliceerd.

Door het familiekapitaal kon ze het zich permit teren

om vroegtijdig met pensioen te gaan.

Haar overbuurman aan de Marktstraat Ko van

Deinse, conservator van de Oudheidkamer Twenthe

en au teur van ‘Uit het land van katoen en heide’, was

haar gespreks partner als het ging om de Twentse

geschiedenis en het volksleven. Van haar hand

verschenen onder andere de boeken: ‘Oet et laand

van aleer’ (1921, her druk 1955) en het standaardwerk

‘Twenther laand en leu en lèven’ (1937, herdruk 1976)

over Enschede en omgeving.

‘Ze sprak ‘stadsplat’ en kon

zich bij de boeren goed

verstaanbaar maken.’

ZILVER LENTE 2023


CULTUURHISTORIE. TEXTIELELITE

Anna Scholten

.80

‘De mores van

de Enschedese

fabrikanten

lapte ze, tot op

zekere hoogte,

aan haar laars.’

Anna Scholten (1874-1949):

‘‘n luk n’n ampart’n!’

Anna werd geboren als dochter van Jan Scholten

(1819-1901) en Hermina W. Blijdenstein (1846-

1910). Haar vader was firmant bij de textielfabriek

J.F. Scholten & Zonen. Anna groeide op in het

Scholtenhuis, waar nu het Wilminktheater is

gevestigd, als vijfde van zes kinderen (drie jongens

en drie meisjes). Ze bleef er wonen, evenals haar

zus Ida en broer Bernhard, toen haar ouders waren

overleden. Alle drie bleven ongehuwd. De familie

bezat een buitenhuis De Horste in Twekkelo

waar ze een reusachtig varken, Nelly, hielden,

dat door de zussen werd vertroeteld als ware het

een kind. Als grootaandeelhouders van de firma

konden de gezusters ruim leven van de jaarlijkse

dividenduitkering.

In Enschede stond Anna bekend als ‘’n luk n’n

ampart’n’, een excentriekeling. De auteur Jaap

Scholten, achterneef van Anna, vertelt er smakelijk

over in zijn familiekroniek Horizon City, die hij

op basis van een aan hem geschonken koffer met

familiepapieren en foto’s in 2014 publiceerde.

Anna en Ida reden zelf auto en maakten samen

buitenlandse reizen. Anna’s rijbewijs werd in

1936 afgenomen toen ze een auto-ongeluk had

veroorzaakt. Sedertdien verplaatste zij zich door

de stad op een grote autoped met haar hondje

Fideltje. Een andere hond kreeg de naam ‘Ernstle

von Bismarck-Platz’, in de wandelgangen ‘Doesje

Scholten’ of ‘Doesje Bismarck’. Anna had grote

interesse in Duitse literatuur, ze vertaalde proza en

gedichten, en voor kunst en muziek. Ze fotografeerde

en schaakte en was een van de tennissterren van de

Enschedese Lawn Tennisclub Prinses Wilhelmina.

Ze zette zich tijdens de Eerste Wereldoorlog in

voor de opvang van Belgische vluchtelingen in

Enschede en was onbetaald actief als sociaal werker

bij de jeugdzorginstelling Hulp der Jeugd. Genereus

ondersteunde ze vele goede doelen.

Ongebruikelijk voor textieldochters, werkte ze een

aantal jaren in de Scholtenfabriek, waar haar broer

firmant-boekhouder was. Net als haar zus was ze

al jong lid van een gezelligheidsclub voor meisjes,

de ‘krans’. Anna vierde groots haar verjaardagen.

Haar vijftigste verjaardag werd door de Enschedese

elite haar ‘zilveren bruiloft’ genoemd en was over

twee dagen gespreid. Ophef veroorzaakte ze door

in 1927 verliefd te worden op haar KNO-arts, Klaas

van der Wal. Ze dacht dat de liefde wederzijds was,


maar dat was niet het geval. Ze ging zelfs zover dat

ze, terwijl Klaas van niets wist, huwelijksannonces

liet drukken en van plan was een advertentie

in Tubantia te plaatsen die tijdig kon worden

onderschept. Familieberaad leidde ertoe dat haar

broers en zussen besloten haar onder dwang te

laten opnemen op een gesloten afdeling van het

luxueuze sanatorium Bellevue in het Zwitserse

Kreuzlingen aan de Bodensee. In 1929 verhuisde

ze van wat ze noemde haar ‘Satan-orium’ naar het

wat vrijere Sanatorium in Konstanz, hetgeen ze als

een ‘bevrijding’ zag. In juli 1930 werd ze gezond

verklaard en kon ze uit de inrichting, volgens haar

zeggen, ‘ontsnappen’. Samenwonen met Ida, die

ze zag als de aanstichter van wat haar was overko

men, wilde ze niet meer. Ze kocht in tuindorp

Het Lansink in Hengelo voor zichzelf een huis.

Betsy Molkenboer-Trip (1851-1911):

freule, fabrikant en feministe

Hermanna, roepnaam Betsy, zag in 1851 in

Harlingen als dochter van jonkheer Mr. Scato

Trip en Martha Cornelia Blok het levenslicht.

Haar jeugd bracht ze in deze stad door totdat haar

vader in 1860 benoemd wordt tot rijksontvanger

der directe belastingen in Deventer. Het gezin

verhuisde naar die stad. Meisjes werden in die

tijd niet toegelaten tot de hbs. Betsy kreeg haar

vooropleiding op een kostschool voor meisjes

uit de betere klasse. Aan de meisjes werd geleerd

hoe een ideale echtgenote en huisvrouw en een

goede moeder te worden. Daarnaast kregen ze

les in geschiedenis, aardrijkskunde, handwerken,

muziek, dansen, toneel, tekenen, etiquette en de

Franse taal.

Anna’s grootste project startte ze in 1936 met de

uitgifte van een kwartaaltijdschrift dat ze vanaf het

tweede nummer Objectieve en Subjectieve Grepen

uit het Leven van Anna Scholten noemde. Vanaf

nummer 13 (1939) kreeg het als ondertitel: Werelds

Periodiek Partijloos Orgaan mee. Het werd eerst in

Enschede, later in Amsterdam, uitgegeven. Alles

deed Anna zelf: ze schreef artikelen, redigeerde

brieven en literaire teksten en vertalingen uit het

Duits, nam foto’s op uit haar albums en klapte flink

uit de school over haar familie en haar verblijf in

Bellevue. Er verschenen tot en met 1940 in totaal

zeventien afleveringen met 1.022 doorgenummerde

pagina’s. Ze had aanvankelijk tweehonderd

betalende abonnees, wat uitgroeide tot vijfhonderd,

waarvan velen niet hoefden te betalen. Ze bezorgde

de exemplaren in Enschede zoveel mogelijk zelf

op haar autoped en liet haar chauffeur de andere

exemplaren bezorgen. Abonnees verder weg en

de hoogwaardigheidsbekleders stuurde ze haar

tijdschrift per post. Er fungeerde een familielijst

van lezers, maar ook een internationale elitelijst

variërend van de gevluchte Duitse keizer in Doorn,

minister-president Colijn, een componist in Wenen

tot Prins Hendrik. Bedankbriefjes drukte ze

integraal af. Dat de familieperikelen via het tijdschrift

op straat lagen werd haar natuurlijk niet

in dank afgenomen. Men probeerde zoveel mogelijk

afleveringen terug te kopen, met als gevolg

dat de exemplaren van het tijdschrift zo zeldzaam

zijn, dat alleen de Universiteitsbibliotheek van

Amster dam over een volledige set beschikt.

Tijdens haar kostschooljaren ontmoette Betsy

Hélène Visser, de dochter van de burgemeester van

Stad en Ambt Delden. Ze werden hartsvriendinnen

voor het leven. Hermanna ging na de dood van haar

vader (1871) met haar zus terug naar Harlingen

en trok in bij twee tantes van moederszijde. Ze

mocht regelmatig logeren in het zomerhuis van

de familie Visser op landgoed Langenhorst in

Ambt Delden. Het is daar dat ze J.H. Molkenboer

Jr. ontmoette, studievriend van de in Oldenzaal

geboren Johannes Wulfften Palthe, advocaat

in Almelo, de verloofde van Hélène. Bij gelegen ­

heid van hun bruiloft ontstond het engagement

tussen Betsy en Johannes Molkenboer. >>

Betsy Molkenboer

.81

‘Anna gold gedurende haar scholing als een

briljante leerling, ze was bovenmatig intelligent,

non­ conformistisch, onafhankelijk en heeft een

leven geleid waarbij ze feitelijk aan niemand enige

verant woording verschuldigd was. De mores van de

Enschedese fabrikanten lapte ze, tot op zekere hoogte,

aan haar laars’. Aldus achterneef Jaap Scholten in

Horizon City. Apart? Ja, dat was ze zeker!

ZILVER LENTE 2023


CULTUURHISTORIE. TEXTIELELITE

.82

Johannes Hermanus Molkenboer Jr. (1845-1892)

werd geboren in Amsterdam als zoon van J.H.

Molkenboer Sr. en Catharina Eyben. Vader was

eerst secretaris-directeur en vanaf 1880 president

van de Nederlansche Bank aldaar. De keuze van

Johannes om na zijn studie rechten in Utrecht zijn

geluk in Twente te gaan beproeven (hij kocht de

failliete Oldenzaalsche Stoomweverij) is mogelijk

ingegeven door het advies van zijn vader die vanuit

de Nederlandsche Bank connecties had met de

Nederlandsche Handelsmaatschappij die zeer actief

was in Twente en een vaste afzet garandeerde voor

producten van de Twentse textielindustrie. In 1875

vestigde het echtpaar Molkenboer-Trip zich in het

nieuwe patriciërshuis aan de Oldenzaalse Steenstraat

dat Johannes had laten bouwen.

Als Johannes op 47-jarige leeftijd overlijdt, laat hij

een gezin met vier kinderen en een fabriek achter.

Betsy besluit de leiding over de fabriek te nemen en

legt zich toe op verfijnd linnengoed, uitzetten en

huishoudtextiel voor de binnenlandse en Europese

markt. De fabriek krijgt het predicaat koninklijk

vanwege haar connecties in adellijke kringen en de

hoge kwaliteit van de producten. Het linnengoed

wordt via haar textiel-postorderbedrijf, een noviteit,

gedistribueerd, waarbij vooral gerenommeerde hotels

goede afnemers zijn. Naast haar directeurschap

redigeert Betsy een tweemaandelijks tijdschriftje

‘Entre-Deux’, dat door de fabriek werd uitgegeven,

met wetenswaardigheden over huishoudtextiel en

lingerie, tot dan toe stiefmoederlijk bedeeld in de

modebladen. Als ze in 1898 deel uitmaakt van de

organisatie van de Nationale Tentoonstelling voor

Vrouwenarbeid in Den Haag, krijgt ze contact met

feministes van de eerste golfbeweging, waaronder

Wilhelmina Drucker, Anna De Savornin Lohman

en Henriëtte Roland Holst. De missie van de tentoonstelling

was onder meer vrouwen attent te

maken op recht van arbeid zonder verlies van

eerbaarheid en sekse-identiteit en recht op scholing

en beroepseducatie.

In Oldenzaal gaf Betsy daar oe

al een aanzet door samen met

de zusters Francis canessen

nijver heidsonderwijs voor

de vrouwelijke arbeiders in

haar fabriek te starten. Op

twee avonden en zondags

volg den ze een opleiding die

door Betsy zelf werd betaald.

Door haar contacten met de

aanstichters van de eerste

feministische golfbeweging werd Betsy lid van de omstreeks

1898 opgerichte Vereniging voor Verbetering

van Vrouwenkleding. De vereniging was fel gekant

tegen het korset, waarmee vrouwen werden ingesnoerd

met als uitwas de wespentaille. In plaats daarvan pleitte

de vereniging voor makkelijk draagbare (reform)kleding

van soepele stoffen.

John van Zuidam (Nijverdal 1945)

Studeerde geografie aan de Radboud Universiteit

Nijmegen. Was van 1970-2004 docent

aard rijkskunde en decaan aan het

Canisiuscollege aldaar. Schrijft sinds 1980

over zijn geboortestreek. In 2011 oprichter en

secretaris-penningmeester van het Netwerk

voor Landschap & Geschiedenis Twènterlaand,

een wetenschappelijke ‘denktank’ van

onderzoekers uit verschillende disciplines.

Deed na zijn vervroegde pensionering 12 jaar

onderzoek in zijn geboortestreek, resulterend

in zijn boek: ‘Oale Groond. Geschiedenis van

het Twentse landschap’ (2018, herdruk 2019

en 2021). Ontving in oktober 2019 vanwege

zijn verdiensten voor Twente als tweede de

prestigieuze J.W. Racer prijs in Oldenzaal. Woont

‘boetenmaarks’ in Malden bij Nijmegen.


MEMENTO. BERT DE HAAN

ME

MEN

TO

Een rubriek over overleden Twentenaren uit

de cultuur. Over mensen die we niet moeten

vergeten omdat ze een bijzondere plaats innamen.

Omdat we nog steeds iets van ze kunnen leren,

hoewel ze uit de tijd gekomen zijn. Memento,

dat is voorwaarts, maar niet vergeten.

.83

Bert de Haan

dichter - schilder - mysticus

‘Zien van

aangezicht

tot aangezicht’

// Tekst

PAUL ABELS

// Beelden

BERT DE HAAN

‘Ik kan mijn verstand heel goed uitschakelen. Of dat

door mijn ziekte van Parkinson komt? Ik weet het

niet. Ik heb er heel lang naar toe gewerkt om open

te staan.’ En over de gedichten van Willem Wilmink:

‘Daar zit ook het geloof in dat je elkaar terug zult

zien. We zullen ooit de mensen zien die we missen.

Dat is het verlangen naar de eenwording, de Unio

Mystica.’ Zulke dingen zei Bert de Haan tegen Paul

Abels in een interview, vele jaren geleden. In 2019

overleed hij, 68 jaar oud. >>

ZILVER LENTE 2023


MEMENTO. BERT DE HAAN

Het Parkinsonboek kwam uit in 2009. Tien jaar later

overleed Bert de Haan. Sommige mensen gaan deel

uitmaken van het vertrouwde stadsbeeld: tot die

mensen behoorde hij. Je zag hem vaak door de stad

rijden met een step of met zijn bakfiets. Altijd in voor een

praatje. Dan kon hij mooi even uitrusten en langzaam

weer op gang komen. Zijn vrouw, Quinta van Limburg

Stirum, beaamt dat haar man moedig was. ‘Hij bleef

zóveel proberen! We moeten niet bang zijn, zei Bert, er

kunnen alleen maar mooie dingen gebeuren. Maar het is

te groot om te bevatten. De laatste twee, drie jaren waren

wel rampzalig. Toen kreeg hij Parkinson-dementie erbij.

Dan pakte hij, als ik weg was, de hele schuur leeg, zonder

te weten waarvoor. Voor hemzelf was het een opluchting

toen het eind in zicht kwam.’

.84

Bert de Haan was met recht een Bekende

En sche deër. Hij werd geboren in het Sallandse

Beerzerveld en kwam in 1978 in de stad wonen.

Na een vrolijke carrière in de horeca begon hij als

copywriter en later mededirecteur bij reclamebureau

SIR. De laatste twintig jaar van zijn leven had Bert

ernstig de ziekte van Parkinson. Hij bleef optimistisch,

hij bleef dichten en ging schilderen. Een bijzonder

spiritueel mens en een groot kenner van het werk

van Willem Wilmink.

‘Prachtig, prachtig’

Via het reclamebureau kende ik Bert. Hij vertelde me

waar mijn tekst over moest gaan - over de inkeping in de

Bolletje-beschuit bijvoorbeeld - en ik begon te schrijven.

Vaak zonder goed te luisteren. Ik mailde hem mijn tekst.

Hoe elegant hij dan reageerde. ‘Paul, veel dank, ik heb

het gelezen. Prachtig, werkelijk prachtig. Maar het is

het nog niet helemaal.’ Waarna hij met engelengeduld

uitlegde dat hij het eigenlijk totaal anders had gedacht.

Maar dat zei hij nooit betuttelend of bazig.

Ervaringsdeskundige

Ruim twintig jaar was De Haan Parkinson-patiënt.

Hij schreef er voor onze uitgeverij in 2009 een confronterend

boek over, Ik ben bevoorrecht. Daarin vertelt

hij in alle openheid en zelfs positief over Parkin son,

soms ronduit hilarisch. De grondtoon van het boek

is optimistisch. Het is voor alles het verhaal van een

dappere ervaringsdeskundige:

‘Hij kende zestig gedichten

van Wilmink uit zijn hoofd’.

Zien van aangezicht tot aangezicht

Een gesprek met Bert de Haan was nooit alleen een

gesprek. Het was ook een keten van citaten. Hij kende

zestig gedichten van Wilmink uit zijn hoofd, leefde met de

verzen van Wilmink. En sinds hij de ziekte van Parkinson

had, schilderde hij wonderlijk veel en fanatiek. Waar

ging het hem uiteindelijk allemaal om? Om werkelijk

contact, om zien van aangezicht tot aangezicht, zoals de

Bijbel het zegt, om datgene wat filosofen en mystici Unio

Mystica noemen.

Ik maakte een geactualiseerde versie van mijn interview

met Bert de Haan uit 2007. We gebruikten het als

inleiding voor zijn boek over Willem Wilmink, Dichter

bij de hemelpoort.

Onzekerheid

‘Ik heb Willem voor het eerst ontmoet begin jaren

negentig op de Volksuniversiteit. Hij vertelde wat hem

raakte in gedichten. Hij citeerde uit zijn hoofd. Het was

magistraal omdat hij zo moeiteloos het verhaal van zijn

fascinatie wist over te brengen. We hoefden alleen maar

Lichamelijk ongemak

Op de vraag hoe het mij gaat zeg ik normaal gesproken:

goed. Want dat is ook zo. Wanneer mensen dan geïnteresseerd

doorvragen, vertel ik ze dat er eigenlijk maar één

ding is waarvan ik echt last heb: af en toe kan ik niet lopen,

sta ik aan de grond genageld en doe ik er, al struikelend, een

kwartier over om van het atelier naar de keuken te lopen.

Een afstand van hooguit vijftien stappen.


Irrealis

‘In mijn ogen was Willem Wilmink een mysticus: iemand

die gelooft in het onbestaanbare. Zoals kinderen dat

kunnen: ‘Jij was de vader, en ik was de moeder.’ Het

geheim van zijn schrijverschap is dat hij leefde in de

irrealis. In zijn beste gedichten is hij een mysticus zoals

een kind een mysticus is. Wat we daaraan hebben, aan

zo’n etiket, Willem Wilmink: mysticus? Misschien gaan

we zelf ook een beetje geloven in de irrealis… Neem dat

lied over Harry Bannink. Die is in de hemel, en dat is dan

paleis Het Loo. Kinderlogica: daar is de pianistenhemel,

want daar is Pieter van Vollenhoven ook. Zoiets brengt

Wilmink dan in een lied. Als je me wilt spreken, bel maar

naar Harry Bannink. Dat is ijzersterk en troostrijk: in

één zin maakt hij het contact mogelijk, met een zeker

realisme maar ook een beetje ironie.’

ZWANENHOF IN ZENDEREN

te luisteren, en het was heerlijk. Typerend vond ik zijn

onzekerheid. Dat heeft me heel erg geraakt, ik werd

daar verlegen van. Was er weer een nieuwe, prachtige

publicatie van hem uit, en dan vroeg hij: En? Vo’j ‘t nog

wat? Zó goed, en toch altijd weer onzeker.

Dat verhaal over zijn schuurtje is ook zoiets. Een

bezoeker van zijn huis aan de Javastraat vertelde dat hij

ooit het schuurtje gebouwd had. Een lelijk ding, hij zou

het wel komen afbreken. Van die opmerking was Willem

urenlang van slag. Zijn vrouw moest hem telkens weer

uitleggen dat het natuurlijk niet zou gebeuren: het was

immers hún huis en schuur… Een grote bescheidenheid

ja, maar ik vrees dus ook een grote onzekerheid.’

Tuinhekje

‘Misschien zullen sommige mensen zoiets wereldvreemd

noemen. Maar in zijn teksten is van wereldvreemdheid

geen sprake: wat Willem ook schrijft,

het is altijd vanuit een kinderperspectief. En dat is

geen wereldvreemdheid. Misschien kan ik het beter

kinderlogica noemen. Een voorbeeld? We hadden het

net over de Javastraat. Daar stond ook Willems ouderlijk

huis. Het was ook te koop, maar Wilmink wilde er niet

meer wonen. Elke keer als hij het tuinhekje hoorde, zou

hij denken: ha, daar komt vader aan…

Naast kinderlijke verlangens waren kinderangsten een

grote last voor hem, maar ook een bron voor zijn werk.

Ik moest bij de dokter komen,/jeetje, wat bang was ik./

Weet je waar ik van moest dromen?/Van een hele nare prik.

Grappig en zeker niet wereldvreemd was de manier

waarop Willem reageerde op verzoeken om gratis op

te treden of gratis teksten af te staan. Dan schreef hij

terug: Ik kan aan uw vererende verzoek niet voldoen,

aangezien ik broodschrijver ben.’

Groot kind

‘Ik zat in 2005, een keer bij de Zwanenhof in Zenderen,

een voormalig retraîtehuis, nu bezinningscentrum.

We hadden een gesprek over zingeving en zo. Jullie

zouden eens een lezing moeten doen over spiritualiteit

in het werk van Wilmink, hoe terloops die erin zit,

opperde ik. Je raadt het al: of ik die lezing dan niet

zelf wou geven. Het bleek helemaal mijn onderwerp.

Ik houd ook erg van het werk van Rutger Kopland en

van Hugo Claus, en ook van hen ken ik veel werk uit

mijn hoofd, maar zij raken me niet zo diep als Willem

‘In mijn ogen was Willem

Wilmink een mysticus:

iemand die gelooft in

het onbestaanbare’

Wilmink. Hoe dat komt? Omdat ik net zo’n groot kind

ben waarschijnlijk. Met belangstelling voor mystiek,

irrealis, heimwee, verlangen. Lees het gedicht

‘Achterlangs’. Over het verlangen naar de dingen die

je aan kunt raken, over liefde, en over hoe je toch voor

elkaar een vreemdeling blijft, een eenzaam wezen.

Over de mystieke ervaring die je kunt beleven als je

’s avonds laat door een venster in je huis kijkt, en dan

als een buitenstaander je gezin ziet. Dat gevoel zit in al

die poëzie van Willem Wilmink. En er zit toch ook het

geloof in dat je elkaar terug zult zien. Het verlangen

naar de eenwording, de Unio Mystica. Het gebeurt

allemaal op een plan, dat wij niet kunnen volgen. >>

.85

ZILVER LENTE 2023


MEMENTO. BERT DE HAAN

Maar Wilmink vertelt het zo dat het wel te volgen is. We

moeten niet bang zijn, er kunnen alleen maar mooie dingen

gebeuren. Maar het is te groot om te bevatten.’

‘We zien niet, we verlangen,

we zullen ooit de mensen

zien die we missen.’

.86

Parkinson

‘In december 1999 hoorde ik dat ik de ziekte van Parkinson

had. Rond die tijd zag ik in Birdaard het werk van de Friese

schilder Ruurd Wiersma. Allemaal naïeve voorstellingen,

zijn hele huisje had hij volgeschilderd. O, zei ik tegen mijn

vrouw, als ik dat toch eens zou kunnen! Heb je het al eens

geprobeerd dan? Vroeg Quinta nuchter. Toen heb ik bij de

Praxis paneeltjes gekocht en fietsenlak, omdat Ruurd dat

gebruikte, en ik ben begonnen. Dat was op 28 mei 2001.

Dat was mijn eerste schilderijtje. En ik ben er niet meer

mee gestopt.’

Het schilderijtje met veel rood en blauw toont schaatsende

men sen, een kerktoren, een straatje op de voorgrond. ‘Het

is mijn eigen universum. Alle verlangens van de jeugd, alle

hoop, alle herinneringen. Zie je dat, het licht brandt in het

huis. Dan kun je naar binnen kijken, je kunt er zó naar binnen

lopen. Je bent welkom, dat is vanzelfsprekend. Ik denk dat

Willem Wilmink het machtig mooi gevonden zou hebben.

Van Ruurd Wiersma heb ik het geleerd, die kinderlijke

eenvoud, recht uit het hart, in kleur, niet geremd door enige

theorie. Je moet het kind in je laten spreken. Naïef schilderen

wordt heel serieus genomen. Het wordt veel gedaan door

mensen die overdag met hun handen werken en die weinig

opleiding hebben. Ik ben een verstekeling in die groep

Ik weet nog dat het lied, grotendeels van de hand van

Willem, mij sterkte: alles komt goed, dacht ik, alles komt

goed. Mijn Parkinson heeft me geleerd alles te omarmen

wat van mij is. En ik heb geleerd me niet te verzetten. Ik denk

dus echt: wat kan ik nog veel! Laatst begon ik te mopperen

tegen mijn acupuncturist over mijn kloterige linkerbeen. Hij

was woedend. Dat kloterige been draagt jou anders maar

mooi hier naartoe, zei hij. Hij had gelijk. Ik heb toen deze

hele luxe pooierschoenen gekocht, een beloning voor mijn

benen en voeten.’

‘Ik omarm mijn sores, zeg ik, want het zijn wel mijn sores.

Eigenlijk voel ik me gelukkiger dan ooit, een bevoorrecht

mens, de laatste jaren. Parkinson is ook een leuke ziekte,

moet je bedenken. Sta ik in de supermarkt, kan niet meer

in beweging komen, krijg ik toch maar mooi een arm van

een dame van 80 die zegt: Kom maar jongen, ik geloof dat

ik beter loop dan jij. Ik ben daar niet gegeneerd over, ik vind

dat prachtig. Ach, Parkinson is misschien vrij verschrikkelijk,

maar het leven zelf is ook verwoestend, uiteindelijk. Wij

kennen onze toekomst niet.’

Droom

‘Mijn schilderijen brengen, hoop ik, sommige aspecten

van Willems werk explicieter in beeld. Voor kinderen zijn

ze heel begrijpelijk, want voor hen is het verblijf in de

irrealis dagelijkse kost. Wanneer wij, volwassenen, op deze

manier naar de schilderijen kijken, die ik naar aanleiding

van Wilminks gedichten maakte, komen we terecht bij het

bijbelhoofdstuk I Korinthiërs. 13. Daarin staat geschreven:

Toen ik een kind was, sprak ik als een kind, was ik gezind als

een kind, overleide ik als een kind; maar wanneer ik een man

geworden ben, zoo heb ik teniet gedaan hetgeen eens kinds

was. Want zien wij nu door enen spiegel in ene duistere rede,

maar alsdan zullen wij zien aangezicht tot aangezicht; nu ken

ik ten dele, maar alsdan zal ik kennen gelijk ook ik gekend ben.

want ik weet te veel. Maar ik kan mijn verstand heel goed

uitschakelen. Of dat door mijn ziekte van Parkinson komt?

Ik weet het niet. Ik heb er heel lang naar toe gewerkt om

open te staan.’

Pooierschoenen

‘Lang voordat ik Parkinson kreeg, heb ik verwoestende

depressies gehad. Ik weet nog dat ik in die tijd de Stratemaker

opzeeshow zag. Er kwam een liedje, dat ging zo:

Misschien is het later niet meer zo naar/misschien word

je zanger en je speelt goed gitaar/je zingt in een lied over

verdriet/en heel de wereld luistert ernaar.

Willem Wilmink is blijven spreken als een kind en zag

daardoor al bij leven van aangezicht tot aangezicht. De dingen

zijn onbegrijpelijk. We zien niet, we verlangen, we zullen

ooit de mensen zien die we missen. We zullen hen weer

ontmoeten. Niet in hun verschijningsvorm van deze aarde,

maar het zal een ontmoeting zijn in een gevoelslaag: De Unio

Mystica. Er zal blijdschap zijn, om niets. Het ontmoeten, de

hereniging met dat wat we niet begrijpen. Datgene wat soms

duidelijk gemaakt wordt door Willem Wilmink. Zoals Willem

het laat zeggen door Ben Ali Libi, de goochelaar. Daar valt

er niks meer aan toe te voegen:

Maar God herkennen als Hij verschijnt. Hem een nieuwe naam

geven. En weer laten gaan zonder de zegen af te smeken, maar

Hem juist de zegen te geven, dan moet je kunnen toveren.

En dat kon Willem, toveren met woorden.’


9.3

klant

beoordeling

Al 6 jaar

op rij!

.87

Volgens de NVM hebben wij in 2021 wederom

de meeste transacties* gedaan en de hoogste

opbrengst behaald bij alle woningtypes.

*Gebied: Oldenzaal + Losser + Dinkelland

Wilt ook een huis aan- of verkopen,

wanneer mogen wij dan bij uw Thuis komen?

T 0541 522 022

E info@kvbm.nl

kvbm.nl

ZILVER LENTE 2023


BEWEGING. OMMETJES

Welk

ommetje

WANDELT U VANDAAG?

Het fijne van een wandeling is dat u deze telkens weer helemaal zelf kunt

invullen. Lang of kort, door de natuur, langs de weilanden, door de stad

of door een nieuwe wijk. In uw eentje, met een kennis of met een groepje,

kletsend of in stilte. Een wandeling kost niets en levert veel op. Een frisse

neus, een gezellig gesprek, een helder hoofd en goed gevoel. Hierbij voor

u enkele Twentse wandelingen waarvan u heel gemakkelijk de routes en

beschrijvingen kunt downloaden via de website of app of die u vanaf de

website kunt uitprinten. Wij wensen u dit voorjaar fijne wandelkilometers.

.88

BRONNENROUTE SPRINGENDAL

4,7 km

Het Springendal in het noordoosten van Twente is een op en top

romantisch landschap met schilderachtige vijvers, watervalletjes

en smalle beken tussen bos en boerderijen. Op de Bronnenroute

ontdekt u de idyllische kant van het Springendal: kronkelpaden,

vlonderpaden en beukenlanen langs kabbelende beken, heldere

bronvijvers, akkers en hooilanden. Onderweg zijn bankjes om

even rustig te zitten.

Staatsbosbeheer.nl

4,6 km

ENGBERTSDIJKSVENEN HEIDEROUTE

De heideroute vanaf het vertrekpunt in Kloosterhaar voert langs

waterplassen, over de zandkop of ‘haar’ met prachtige heidevegetatie

en langs de hoogveenkern. Uitkijkpunt De Pluus biedt een

mooi uitzicht over uitgestrekt hoogveen.

Staatsbosbeheer.nl


LANDGOED SMALENBROEK

EN ’T SPIK

De textielindustrie heeft Twente gevormd tot de regio die het nu

is. Deze route gaat over de landgoederen Smalenbroek en ‘t Spik,

ten zuiden van Enschede. Textielfabrikant Ter Kuile liet het landschapspark

met slingerende paden en waterpartijen ontwerpen

door Pieter Wattez.

Landschapoverijssel.nl

4,0 km

MAURITS EN NAPOLEON

5,0 km

Historische wandeling door het buitengebied van Beckum. Langs

eeuwenoude boerenerven, vennen en heidevelden. Maar ook via

voormalige slagvelden waar ooit werd gevochten door de legers

van Maurits en Napoleon. Onderweg passeert u de Napoleonbeuk.

Het verhaal gaat dat het leger van Napoleon daar kort na

het jaar 1800 uitrustte.

Landschapoverijssel.nl

.89

WANDELROUTE BOERSKOTTEN

2,4 km

Ten zuidoosten van Oldenzaal ligt een verrassend afwisselend

land goed met cultuurhistorische elementen: Boerskotten. Wandelaars

genieten hier van prachtige lanen met loofbomen waar u

zangvogels zoals de tjiftjaf, zanglijster en appelvink kunt horen,

van kleine weilanden met houtwallen en akkers met kruiden en

wilde bloemen.

Natuurmonumenten.nl

PIETERPAD OVERIJSSEL

15 km

Het bekendste wandelpad van Nederland loopt van Pieterburen

hoog in Groningen naar de Sint Pietersberg diep in Limburg. Een

langgerekt lint van uitgestrekte bossen en golvende heidevelden

tussen Hellendoorn en Holten vormt het decor van dit deel van het

Pieterpad. Hier vormde schuivend ijs en smeltend water in een ver

verleden het landschap.

Pieterpad.nl

ZILVER LENTE 2023


BOEKENTIPS. NU IN UW BOEKHANDEL

Nieuwe

boeken

IN DE TWENTSE BOEKHANDELS

VAN

HARTE

AANBEVOLEN

.90

LIEVE SLUNGELDIEREN

Angelique Millonzi uit Losser is illustratrice en gepassioneerd haakster.

Onlangs verscheen haar boek Long Legs Amigurumi, een vrolijk

haakboek vol amigurumi’s (Japans voor gebreid speelgoed) met lange

benen. Het zijn gezellige slungelige gehaakte beesten, met veel strepen

en stippen. Juist de lange ledematen geven de dieren iets speciaals.

Kleine kinderen kunnen de knuffels hier fijn aan vastpakken. Of de

beesten zitten lekker zwaaiend met hun benen op de vensterbank of

de kast. De basis van de Long Legs is steeds hetzelfde. Dus als u er al

een gemaakt hebt, haakt de volgende heerlijk weg.

DE WEG KWIJT

Nicolet Steemers, geboren in Hengelo,

belandde via het vertalen van toneel stukken

en de journalistiek in het schrijversvak.

Eerder schreef ze o.a. de span nende

romans ‘Zachte heelmeesters’, ‘Wat niet

deert’, ‘Tweedracht’, en meer dere succes

volle audioseries voor Story tel. Met

haar spannende roman ‘Diepe Gronden’

onder streept ze haar naam en faam als

de bekendste thrillerauteur van Oost-

Nederland.

Long Legs Amigurumi • 80 blz. • € 20,95

Diepe Gronden • 288 blz. • € 23,99

TWENTE TUSSEN OOST EN WEST

Op een eeuwenoude kruising van wegen werd in het Springendal een Merovingische goud- en

zilverschat gevonden: het bleek een offerplaats uit de zevende eeuw. Archeologen beschrijven

voor Jaarboek Twente 2023 deze uitzonderlijke vondst. Voor Twente kan ‘het westen’ Amsterdam

betekenen, waar al in de zeventiende en achttiende eeuw vele Twentenaren een nieuw bestaan

zochten. Het kan ook Millerville zijn in The States, waar je vanuit Lattrop door een combinatie

van toeval en ondernemingszin terecht kunt komen. Een eerste kennismaking met nieuw

onderzoek naar slavernijverleden leidt naar oost en west, ook naar Twente. Jaarboek Twente

2023 kijkt eveneens naar andere windstreken. Onder meer via hedendaagse kunst, het oudste

gedicht van de Lage Landen, de ringwalburg van Oldenzaal naar de blik van Johan Nieuhoff

op de wereld van ooit. De meer dan honderd afbeeldingen in deze 62e jaargang vervolmaken

onze blik op Twente toen en nu.

Jaarboek Twente 2023 • 164 blz. • € 18,99


GEDICHTEN

Het leven kent vele wegen. Hoe ze ook meanderen,

waar ze ook gaan, uiteindelijk sluiten ze af met de

dood. Op vele van die wegen kan het einde bij wijze

van spreken uit de struiken tevoorschijn springen

of anderszins verrassen. In deze bundel vertellen

twee romantische gedichtencycli hun eigen verhaal,

als twee spannende novelles, ondersteund door

aansluitend fotobeeld.

ABterBrake is het ‘logo’ voor de poëzie van de

oud-redacteur van Twentsche Courant en Tubantia

Alphons B. ter Brake. In zijn jonge dichtersjaren de

podia ‘plat lopend’, wat ouder het zwaartepunt

verleggend naar het hectische leven van uiteindelijk

sluiten ze af, en na de pensionering terugkerend

naar de dichtkunst en de (artistieke) fotografie. Waar

de wegen gaan is sindsdien zijn derde bundel bij uitgeverij

Boekscout.

Waar de wegen gaan • 62 blz. • € 17,50

.91

HERKENNING EN NOSTALGIE

Het Grote Jaren 50 Boek is een verrassend fotoboek

met korte verhelderende teksten over de

beleving van de jaren 50. Was het een periode

van gezelligheid, warmte en geborgenheid?

Overheersten het tekort aan woningen, de

nasmaak van het verlies van ‘Ons Indië’ en de

spanningen vanwege de Koude Oorlog? Of was

het eerder de tijd van wederopbouw, de blik

gericht op de toekomst, de jeugd die zich afzet

tegen de oudere generatie, de opkomst van de

jongerencultuur, de vooruitgang in kennis en

techniek? In het boek staat het besef centraal dat

in de jaren 50 maatschappelijke veranderingen

de basis legden voor onze huidige welvaart.

Het grote jaren 50 boek • 386 blz. • € 14,95

ZILVER LENTE 2023


PASSIE. JAZZ VOLGENS JOHN EN TON

Hallo John,

.92

Een goede vraag: welke muziekstromingen hebben de

jazz beïnvloed? Ik denk in eerste instantie aan westerse

klassieke muziek. Ik herinner me een interview dat ik

ooit had met de Nederlandse pianist en arrangeur Frans

Elsen. We kregen het over ‘bebop’ de stroming waarmee

Charlie Parker en Dizzy Gillespie de jazz vanaf eind jaren

veertig op z’n kop zetten.

Het tijdperk van swing was daarmee voorbij. Jazz

was niet primair dansmuziek, het was concertmuziek

geworden. Elsen constateerde dat de bebop in Amerika

als veel heftiger werd ervaren dan in Europa. En dat

kwam doordat wij de barok hadden meegemaakt. In de

barok werden melodieën omgeven door veel noten. Dat

was bij bebop ook zo. Charlie Parker hercomponeerde

de jazzstandard Honeysuckle Rose tot Scrapple from

the Apple en van het bekende How High the Moon

maakte hij Ornithology, een stuk met heel veel meer

noten in de melodie, maar uitgaande van hetzelfde

akkoordenschema.

Een reactie op de akkoordprogressies en de vele

noten van de bebop diende zich in de jaren vijftig aan:

cooljazz. Minder noten, minder akkoorden. Er werd

veel geïmproviseerd met notenmateriaal van de

kerktoonladders. Mooi voorbeeld daarvan is het veel

gespeelde Impressions. Er zijn heel sterke uitvoeringen

van gitarist Wes Montgomery. Van John Coltrane, de

tenorsaxofonist die het stuk op z’n naam zette, zijn ook

verschillende opnamen te vinden. Als je dat gehoord

hebt (of een deel ervan) zoek dan eens naar de tweede

symphony van de Amerikaanse componist Morton

Gould. Een klassiek werk uit 1938. In het tweede deel

(Pavanne) hoor je na anderhalve minuut precies het

thema en de akkoorden van Impressions. Zou Coltrane

plagiaat hebben gepleegd?

Maar eigenlijk wil ik niet nalaten om te attenderen

op jazzmusici die bewust aan de haal gingen met de

klassieken. Ik heb Les Swingle Singers altijd mooi

gevonden. Een Frans kamerkoortje onder leiding

van de Britse Ward Swingle met Christiane Legrand

Christiane Legrand (de zus van Michel) als sopraan.

Zij hebben fantastische Bach-bewerkingen gezongen

met begeleiding van slechts bas en drums. En ik ben

ook altijd een groot liefhebber geweest van de Franse

pianist Jacques Loussier. Hij presenteerde zich eind

jaren vijftig met een fantastisch trio met stukken van

Bach als uitgangspunt voor heftige improvisaties. Daar

waren de Swingle Singers wel braverikjes bij. Loussier

heeft lang geleefd (1934-2019) en ongelooflijk veel jazz

gespeeld op basis van door hem ontrafelde klassieke

werken. Als je kwaad wilt, kun je zeggen dat hij dus nooit

auteursrechten heeft hoeven betalen. Maar dat wil je niet

als je hoort hoe goed die man speelde.

Er zijn ook genoeg klassieke composities die op jazzstromingen

zijn gebaseerd. Een van mijn favorieten is

Rhapsody in Blue van George Gershwin. Ik heb heel veel

uitvoeringen beluisterd. Maar de beste ooit hoorde ik

live in het Enschedese Muziekcentrum, anderhalf jaar

terug. Pianist Peter Beets (die trouwens ook onder de

titel Chopin Meets the Blues een fantastische jazzplaat

maakte) speelde het met zijn eigen bigband. Hij had in

de slotcadens nog even een samba voor jazzkwartet

bedacht, zo geloofwaardig geïntegreerd dat je alleen

maar kan denken: als George Gershwin nu had geleefd,

had hij het zo willen hebben.

Ton


Ton Ouwehand en John van Zuidam,

schrijvers voor Zilver Magazine en allebei

liefhebbers van jazzmuziek. In Zilver

Magazine schrijven ze via brieven aan elkaar

welke jazzinvloeden bepalend zijn geweest

voor hun eigen jazzbeleving.

Beste Ton,

Je hebt weer een mooi thema aangesneden, namelijk de

invloed van klassieke muziek op de jazz. Het aardige is dat

jij dit idee weer hebt vertaald naar voorbeelden van musici

uit de bebop en cool jazz stijlen van niet zo lang geleden. En

dat je daarnaast Les Swingle Singers aanhaalt, ongekend

populair in de zestiger en zeventiger jaren van de vorige

eeuw en aan mij zeker niet ongemerkt voorbijgegaan. Dat

is wel het geval met de pianist Jacques Loussier, waarvan

alleen de naam mij iets zegt. Maar in zijn plaats denk ik

toch ook aan Louis van Dijk, ooit cum laude geslaagd

voor zijn diploma klassieke piano, die graag klassiek met

jazz vermengde. En recent doet het jonge Nederlandse

pianotalent Eduard Preda hetzelfde. Ik mocht hem vóór

corona beluisteren samen met zijn basgitaarspelende

broer Thomas op Schiermonnikoog tijdens het Festival

voor Jong Talent. Peter Beets hoort absoluut tot mijn

favoriete pianisten! En zodra ik de klarinetsolo in het begin

van Rhapsody in Blue hoor, lopen de rillingen over mijn rug.

Ikzelf dacht bij de invloed van muziektrends op de jazz

aan de oorsprong van de jazz, de voorlopers van de jazz.

Daaronder versta ik de muziek van de plantages, de

ragtime en gesyncopeerde muziek, de blues en vaudeville

en tenslotte de brassbands. Stof te over om over te

vertellen. Maar voordat ik het daarover ga hebben, lijkt het

mij belangrijk van tevoren feiten van mythes te scheiden

over de Amerikaanse slavernij.

Mythe 1: De meerderheid van de Afrikaanse slaven kwamen

naar wat later de Verenigde Staten zouden worden.

De waarheid is dat slechts een beetje meer dan 300.000

slaven in de V.S. landden, terwijl de overgrote meerderheid

naar Brazilië (ca. 3,2 miljoen) en het Caraïbisch gebied (ca.

4,5 miljoen) werd getransporteerd. Een significant deel

kwam vervolgens vanuit de Caraïbische eilanden naar het

zuiden van de V.S. Met name vrijgemaakte slaven uit Haïti,

toen dat eiland in 1804 zich bevrijd had van zijn Franse

overheersers en de onafhankelijkheid uitriep. De slaven

ontvluchtten de onrust op het eiland en hoopten in de

V.S. een nieuw bestaan op te kunnen bouwen.

Mythe 2: De slavernij duurde in de V.S. meer dan 400

jaar. Als we in de V.S. de slavernij laten beginnen bij de

aankomst van een Nederlands schip met aan boord

twintig Afrikanen in Jamestown, Virginia, in 1619, en laten

eindigen bij de officiële afschaffing in1865, dan duurde

die 246 jaar. De transatlantische slavenhandel op zich

vond plaats van 1440 tot 1888, dus wel meer dan 400 jaar.

Mythe 3: Alle inwoners van de zuidelijke staten bezaten

tot slaaf gemaakten. De waarheid is dat ruwweg een

kwart van de totale bevolking tot slaaf gemaakten bezat.

In het zuiden bevond zich ook een grote groep van blanke

landarbeiders, kleine boeren en ambachtslieden die op

de rand van het bestaansminimum leefden: de ‘poor

whites’.

Mythe 4: Slavernij dateert in de V.S. van lang geleden.

De waarheid, afgezien van moderne slavernij, is dat

de zwarte bevolking in de V.S. een kleine 160 jaar is

bevrijd, hetgeen minder is dan de tijd dat ze tot slaaf zijn

gemaakt. Een en ander betekent dat ze slechts twee of

drie generaties verwijderd zijn van de slavernij van hun

voorouders en dat de achterstelling ten opzichte van de

blanke bevolking nog steeds aanwezig is.

In dit milieu kwam de jazz tot ontkieming, waarover we

het de volgende keren zullen hebben.

John

.93

ZILVER LENTE 2023


ZILVER. PUZZELPAGINA

S

** ***

u do

k u

In de sudoku-puzzel moeten de cijfers 1 tot en met 9 worden ingevuld, en wel zo dat:

• op elke horizontale rij elk cijfer slechts één keer voorkomt

• in elke verticale kolom elk cijfer slechts één keer voorkomt

• in elk subrooster elk cijfer slechts één keer voorkomt

De oplossing vindt u op pagina 97.

Zoek de verschillen

.94

Het watermolenhuisje in het centrum van Ootmarsum op een prachtige lentedag.

De twee foto’s lijken identiek, toch zijn er maar liefst 10 verschillen. Kunt u ze allemaal vinden?

De oplossing vindt u op pagina 97.


Puzzel & WIN! Woordzoeker nr. 10

Vind de oplossing door alle woorden weg te strepen. Woorden kunnen horizontaal, verticaal, diagonaal en achterstevoren staan.

Stuur de oplossing met vermelding van uw naam en adres naar redactie@zilvermedia.nl. Onder de goede inzenders verloten

we drie prijzen waaronder een boekenbon ter waarde van € 50,- die beschikbaar wordt gesteld door Boekhandel Broekhuis.

De 2e en 3e prijswinnaars verblijden we met een mooi boek van een Twentse schrijver.

R A T C E N V L I E G E N D H E R T

E E E N D A G S V L I E G G A Z O N

D L J S I U L D L I H C S L E P P A

N E IJ T B IJ E N K O N I N G I N C K

I K B IJ S I G U M T O O P G N A L A

L E N M C E D D U I Z E N D P O O T

V R R L O W E S P E N N E S T I T E

S K O E C T R B P I S S E B E D O D

U S O E O O E N S R E V E K I E M N

G I D M N V IJ V E R I I M K E R R E

R U N D E R B U I L E N H O R Z E L

A H A V R E F F U J R E K O K L V E

N A C H T P A U W O O G H H I N L D

P R O C E S S I E R U P S E A D I N

P S E W D A L B N E K R E B V A Z A

G R O T E B L A D S N IJ D E R E N W

E B L A D S P R I E T K E V E R I R

W O E S T IJ N S P R I N K H A A N L

ANDOORNBIJ

APPELSCHILDLUIS

APPELSCHILDLUIS

ARGUSVLINDER

ARGUSVLINDER

BERKENBLADWESP

BERKENBLADWESP

BIDSPRINKHAAN

BLADSPRIETKEVER

BIDSPRINKHAAN

BIJENKONINGIN

BLADSPRIETKEVER

COCON

BIJENKONINGIN

DUIZENDPOOT

EENDAGSVLIEG

COCON

GAZON

DUIZENDPOOT

GROTEBLADSNIJDER

EENDAGSVLIEG

HUISKREKEL

IMKER

GAZON

KOKERJUFFER

GROTEBLADSNIJDER

LANGPOOTMUG

HUISKREKEL

LIEVEHEERSBEESTJE

MEELMIJT

IMKER

MEIKEVER

KOKERJUFFER

NACHTPAUWOOG

LANGPOOTMUG

NECTAR

PISSEBED

LIEVEHEERSBEESTJE

GEREED- PROCESSIERUPS DAGBLAD

SCHAP

MEELMIJT

RUNDERBUILENHORZEL

MEUBEL-

MEDICIJNflESJE

STUK

MEIKEVER VLIEGEND HERT

2

VIJVER

TOTALE

VERKOOP

WANDELENDE TAK

WESPENNEST

WOESTIJNSPRINKHAAN

FRUITSOORTZILVERMOT

NACHTPAUWOOG

NECTAR

PISSEBED

PROCESSIERUPS

RUNDERBUILENHORZEL

VLIEGEND HERT

VIJVER

WANDELENDE TAK

WESPENNEST

WOESTIJNSPRINKHAAN

ZILVERMOT

KLOOSTER-

HOOFD

6

ZEEDIER

GEZICHT

JUIN

BIJEN-

PRODUCT

.95

GEREED-

SCHAP

MEUBEL-

STUK

2

DAGBLAD

MEDICIJNflESJE

KLOOSTER-

HOOFD

6

ZEEDIER

GEZICHT

OPVUL-

MIDDEL

SUCCES-

NUMMER

Zweedse

SCHIL

8

STAMPOT

puzzel

SMAK

KIPPENHOK

3

TOTALE

VERKOOP

FRUITSOORT

STAMPOT

SMAK

8

KIPPENHOK

SUCCES-

NUMMER

SCHIL

JUIN

BIJEN-

PRODUCT

3

BERUCHT

ROMEINS

KEIZER

VLUG

5

DEGELIJK

VRUCHTEN-

NAT

VLEES-

Vul het diagram met de woorden die in

GERECHT

BARIUM

de omschrijving bedoeld worden. Deze

1

staan in het diagram, naast of boven de

in te vullen vakjes. U vindt de oplossing

door de letters in de vakjes met getallen

in onderstaande vakjes in te vullen.

SNEEUW-

HUT

DWAAS

VALLEI

VRUCHTEN-

NAT

VALLEI

VLEES-

GERECHT

5 4

DEGELIJK

BARIUM

1 2 3 4 5 6 7 8

1

DWAAS

VLUG

SNEEUW-

HUT

7

De oplossing vindt u op pagina 97.

1 2 3 4 5 6 7 8

ZILVER LENTE 2023


COLUMN. JOAN KOENDERINK

Column

Joan Koenderink

S

Tante

Ze was een vriendin van mijn moeder en een van de eersten die ik zag nadat in 1970

mijn navelstreng was doorgeknipt. Sindsdien noem ik haar “tante”. Er stroomde

blijkbaar gepassioneerd babysitbloed door haar aderen, want ze paste regelmatig

op dit destijds rebelse kind dat door haar vaak liefdevol en soms ook pittig

corrigerend in de bovenarm werd geknepen.

.96

Plakboeken getuigen van die frequent aanwezig

zijnde tante die, genetisch technisch

gezien, geen tante is: stralend zat ze ooit aan

kerstdissen in mijn ouderlijk huis. Fier stond

ze ooit, met mij op de arm, in een duinpan

op Ameland en scheurde ze, met mij op de

bij rijders stoel, over dat eiland in een lichtblauwe

Volkswagen Kever. Zonder gordel

om. Dat mocht in de prehistorie nog. Altijd

geïnte res seerd en betrokken werden later al

mijn verkeringen geacht een keer bij haar in

de fonduepan te komen roeren en er is nog

nooit een verjaardag voorbij gegaan zonder

een handgeschreven kaart van haar op mijn

deurmat.

Op een recente donderdagochtend doet ze

de deur open. Haren geföhnd, nagels strak in

de lak en met een lippenstift op die kleurt bij

haar fleurige outfit. Opgewekt: ‘Wat leuk dat

je mij bezoekt!’ Het appartement barst uit

zijn voegen van alle door haar verzamelde

relikwieën. Wanden zijn amper nog zichtbaar,

schilderijtjes en foto’s (waarop ik ook mijzelf

en mijn familie herken) hangen lijst aan lijst. Er

prijken bloemen in een vaas. Het is er gezellig.

Blij is ze, met haar nieuw gelegde vloerbedekking.

Er komt taart uit ‘t keukentje. Of ik slagroom

op de koffie wil? Lopen gaat niet meer zo

vlotjes. In de loop der jaren moesten diverse

originele onderdelen in haar lijf vervangen

worden en haar handen staan een beetje

krom, toch schuifelt ze vrolijk door de kamer.

Ze heeft verse jus d‘orange geperst, hapjes

gemaakt. We praten over goede, oude tijden.

Over mensen die we gekend hebben maar

die gingen hemelen en we roddelen er, onge

geneerd, een half ledenbestand van een

wijlen hockeyclub doorheen. ‘Ik was een paar Joan Koenderink.

weken geleden nog bij je, maar je was er niet’, Geboren en getogen

zeg ik. ‘O, dat kan kloppen. Ik heb mijzelf een Tukker. Woont samen

nieuwe wagen aangeschaft en heb er een met haar hond Charlie in

rondje Neder land mee gedaan’, antwoordt ze. Enschede en zou nergens

‘Ach, veel vrienden leven niet meer, maar die anders willen wonen

paar die nog over zijn heb ik bezocht: westen (nou ja... op Ameland

van ‘t land, Limburg, richting Groningen... En misschien). Schrijft uit

bij thuis komst trof ik een aanbiedingsfolder haar eigen leven gegrepen

“cruise Bonn voor zestigplussers” tussen teksten: columns voor

de post. Had ik zin in, dus ben ik gaan doen. alle leeftijden. Is ooit voor

Vakantie vieren is goed. Zou graag weer eens Zilver Magazine bena derd

naar Barcelona gaan, prachtige stad. Komende

tijd maar eens uitzoeken wanneer daar redacteur Gijs Eijsink

door voormalig hoofd­

bussen op rijden.’ Ik kijk haar met grote klutsogen

aan. Nieuwe auto gekocht? Het hele hockeyverleden heeft

die ze in haar bewogen

land doorgereden? Gaan cruisen? En nu roept leren kennen en waarvoor

Spanje?

ze destijds menig zondagavond

op de sport redactie

‘Waarom heb jij je hond niet meegenomen?

Hoe ben je hier eigenlijk? Op de fiets? Serieus? van de Twentsche Courant

Durf jij nog steeds geen auto te rijden? Ha, ha!’ heeft gewerkt.

Ze lacht me toe en uit. ‘Zullen we een wijntje

drinken?’ ‘Tante, het is 11 uur!’ ‘Ja… en? Staat

koud hoor. Heb ik geleerd van jouw ouders.’

Bij het gedagzeggen knijpt ze als altijd in mijn

bovenarm. Niet meer zo hard als vroeger, maar

toch. Terug naar huis fietsende vraag ik mij af

of ik anno 2023 iemand van 88 nog wel een

mooi en dapper wijf mag noemen en hoop dat

ik binnenkort een ansichtkaart uit Barcelona

krijg.

Joan Koenderink


ervice

Oplossingen puzzelpagina

ZILVER. SERVICEPAGINA

S

TOTALE

VERKOOP

FRUITSOORT

A

STAMPOT

SMAK

V

VLUG

2

K

L

O

P

H

A

5 4

DEGELIJK

BARIUM

M

K E B A

M Z E T

P

U

L

8

G

A A

E

T

S

R A P

6

1

P

L

S

R

O

B

A

B

DWAAS

GEZICHT

** ***

GEREED-

SCHAP

MEUBEL-

STUK

VLEES-

GERECHT

DAGBLAD

MEDICIJNflESJE

KIPPENHOK

VRUCHTEN-

NAT

KLOOSTER-

HOOFD

ZEEDIER

SNEEUW-

HUT

SUCCES-

NUMMER

SCHIL

JUIN

BIJEN-

PRODUCT

OPVUL-

MIDDEL

N K

U I

H I T

3

P O T

E N

VALLEI

L

A

I

S

D

7

BERUCHT

ROMEINS

KEIZER

N

E

N A R

I G L O

1 2 3 4 5 6 7

8

B L O E M P O T

I N E S K I E R V

E W R E S I A K I

R T E P I S T E E

C S W U E E N S R

S C H O E N E N S

V A K A N T I E C

W E E S U L S H

C B A N A A N A

L I R B I K S N

P E N D E L B U S

A A B L E B A K E

A B L E K K O T N

B O A R D E N T

E G E V A A R O

T R U S T I N G E

C W A L K I N G R

R A A J R O O V N

K N E N N A P O

L V E R H U U R O

U O C K C A B I

Oplossing prijspuzzel Contactinformatie

Woordzoeker nr. 9 winternummer

S A S N E X A W A L P I N E S K I E R V

ALPEN

ALPINESKIËR

N L L E L P S R E T T E W R E S I A K I

BACKCOUNTRYSKIËN

E P E K Y O K I Z W A R T E P I S T E E BANAAN

E E E K T O R E T O O C S W U E E N S R BIATLON

ALPEN

U N E O S

SCHANSSPRINGEN

K I H A N D S C H O E N E N S

FORWARD STANCE

ALPINESKIËR

SKIBRIL

FREESTYLE

BACKCOUNTRYSKIËN

W I N T E SKIHANDSCHOENEN

R S P O R T V A K A N T I E C

GONDELLIFT

BANAAN N W H S E SKISTOKKEN E G L O N T M W E E S U L S H KABELBAAN

BIATLON E I C I R SKIUITRUSTING

V T F U F O U C B A N A A N A KAISERWETTER

FORWARD STANCE SLEEËN

LAWINEGEVAAR

G N S K F A F P I L E N L I R B I K S N

FREESTYLE

SLUSH

MATERIAALVERHUUR

N T F S I P A L A E A P E N D E L B U S

GONDELLIFT

SNEEUW

NORDIC WALKING

KABELBAAN I E E B I SNEEUWSCOOTER

Z L L N T N A A B L E B A K E OFF PISTE

KAISERWETTER R R I S Z SNOWBOARDEN

E S S S N A A B L E K K O T N PANNENKOEKENLIFT

LAWINEGEVAAR TIEFSCHNEE

P B T I D E R D S N O W B O A R D E N T PENDELBUS

MATERIAALVERHUUR TOKKELBAAN

PIZZAPUNT

S E P N Z E R L A W I N E G E V A A R O

NORDIC WALKING VERKOOP

POEDERSNEEUW

OFF S PISTE R O U D VIERSCHANSENTOERNOOI

A S K I U I T R U S T I N G E REUZE SLALOM

PANNENKOEKENLIFT

N G E E W VOORJAARSSNEEUW

B N O R D I C W A L K I N G R

PENDELBUS

WAXEN

A R O R W U E E N S S R A A J R O O V N

PIZZAPUNT

WINTERBERG

H P O T F I L N E K E O K N E N N A P O

POEDERSNEEUW WINTERSPORTVAKANTIE

REUZE C F SLALOM I M A ZWARTE T E PISTE R I A A L V E R H U U R O

S E D N E I K S Y R T N U O C K C A B I

Oplossing:

S K I G E B I E D

LOSSE NUMMERS

ADVERTEREN

SCHANSSPRINGEN

SKIBRIL

Zilver Magazine is te koop voor

SKIHANDSCHOENEN

SKISTOKKEN

SKIUITRUSTING

SLEEËN

SLUSH

SNEEUW

slechts € 3,95 bij diverse verkooppunten

zoals boekhandels, tijdschriftenwinkels

en kiosken in

SNEEUWSCOOTER

SNOWBOARDEN

TIEFSCHNEE

TOKKELBAAN

Twente en bij een aantal verkooppunten

in de rest van Nederland.

VERKOOP

VIERSCHANSENTOERNOOI

VOORJAARSSNEEUW

WAXEN

WINTERBERG

ABONNEMENT

Wilt u informatie over het afsluiten

WINTERSPORTVAKANTIE

ZWARTE PISTE

van een abonnement, voor uzelf

Wilt u adverteren in Zilver Magazine

of op de website zilvermedia.nl?

Wij denken graag met u mee

over de mogelijkheden.

Neem voor meer informatie

contact op met onze afdeling

media-advies en advertenties:

Marcel Willemsen,

telefoon: 0541 511162 of via

e-mail: verkoop@zilvermedia.nl

of zakelijk? Stuur dan een e-mail

S K I G E Bnaar I Einfo@zilvermedia.nl D

of bel VOLGENDE UITGAVE

met 0541 511162.

Het zomernummer van

Zilver Magazine verschijnt

op 16 juni 2023.

.97

Wat vindt u van Zilver Magazine?

We zijn benieuwd naar wat u graag leest in Zilver Magazine.

Waar kunnen we u mee plezieren?

Tips voor de redactie zijn van harte welkom via redactie@zilvermedia.nl.

ZILVER LENTE 2023


NEEM NU EEN ZEER VOORDELIG ABONNEMENT OP

ZILVER

MAGAZINE

Wilt u ieder kwartaal verzekerd zijn van mooie achtergrondverhalen,

boeiende interviews, tips voor uitjes, interessante artikelen en

mooie natuurfoto’s, neem dan een abonnement op Zilver Magazine.

Dan valt ieder kwartaal een nieuwe uitgave vanzelf op uw deurmat.

Al vele Twentse 60-plussers ervaren het plezier en gemak van een

CADEAUTIP:

GEEF EEN

ABONNEMENT

OP ZILVER

MAGAZINE

abonnement.

.98

SPECIALE AANBIEDING

KIEST U VOOR EEN JAARABONNEMENT, VIER

EDITIES, DAN BETAALT U VOOR DRIE EDITIES: €12,-.

DE ZOMEREDITIE KRIJGT U VAN ONS CADEAU.

Voor een abonnement neemt u contact met

ons op via telefoonnummer 0541-511162

of via e-mail: verkoop@zilvermedia.nl.

Ook kunt u zich abonneren via de website

van Zilver Magazine www.zilvermedia.nl.

WAAR TE KOOP?

Zilver Magazine is voor € 3,95 te koop in

veel boekhandels in Twente en in diverse

boekhandels in de rest van Nederland.

HET ZOMERNUMMER

VERSCHIJNT 16 JUNI



dagen

per week

geopend

De mooiste woonwinkels onder één dak!

Kleibultweg 48 | Oldenzaal | 0541-850100

www.woonboulevardoldenzaal.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!