Amerika en de Heilig Wet_
Wanneer het in de loop van menselijke gebeurtenissen noodzakelijk wordt voor een volk om de politieke banden te verbreken die hen hebben gebonden aan een ander volk, en om onder de machten van de aarde de onafhankelijke en gelijke rang in te nemen waar de wetten van de natuur en van hun Schepper hen recht op geven, vereist een gepaste achting voor de mening van de mensheid dat zij de redenen uiteenzetten die hen tot de scheiding aanzetten. Wij beschouwen de volgende waarheden als vanzelfsprekend: Dat alle mensen gelijk geschapen zijn; dat zij door hun Schepper begiftigd zijn met bepaalde onvervreemdbare Rechten; dat hiertoe behoren Leven, Vrijheid en het nastreven van Geluk; dat om deze Rechten veilig te stellen, Regeringen onder de Mensen zijn ingesteld, die hun rechtvaardige macht ontlenen aan de instemming van de geregeerden; Dat wanneer een regeringsvorm destructief wordt voor deze doelen, het het recht is van het volk om het te veranderen of af te schaffen en een nieuwe regering in te stellen, …Laat als bewijs hiervan de feiten voorgelegd worden aan een onpartijdige wereld....
Wanneer het in de loop van menselijke gebeurtenissen noodzakelijk wordt voor een volk om de politieke banden te verbreken die hen hebben gebonden aan een ander volk, en om onder de machten van de aarde de onafhankelijke en gelijke rang in te nemen waar de wetten van de natuur en van hun Schepper hen recht op geven, vereist een gepaste achting voor de mening van de mensheid dat zij de redenen uiteenzetten die hen tot de scheiding aanzetten. Wij beschouwen de volgende waarheden als vanzelfsprekend: Dat alle mensen gelijk geschapen zijn; dat zij door hun Schepper begiftigd zijn met bepaalde onvervreemdbare Rechten; dat hiertoe behoren Leven, Vrijheid en het nastreven van Geluk; dat om deze Rechten veilig te stellen, Regeringen onder de Mensen zijn ingesteld, die hun rechtvaardige macht ontlenen aan de instemming van de geregeerden; Dat wanneer een regeringsvorm destructief wordt voor deze doelen, het het recht is van het volk om het te veranderen of af te schaffen en een nieuwe regering in te stellen, …Laat als bewijs hiervan de feiten voorgelegd worden aan een onpartijdige wereld....
Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!
Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.
New Cov<strong>en</strong>ant Publications International Ltd. Afrikaans<br />
Kopiereg © 2020. Internasionale Publikasies van die Nuwe Verbond<br />
Alle regte voorbehou. Ge<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van hierdie publikasie mag in <strong>en</strong>ige vorm of elektronies<br />
of meganies gereproduseer of vers<strong>en</strong>d word nie, insluit<strong>en</strong>d fotokopie, opname of <strong>en</strong>ige<br />
inligtingstoor <strong>en</strong> herwinningsstelsel, son<strong>de</strong>r die skriftelike toestemming van die uitgewer.<br />
Alle regte voorbehou. Ge<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>elte van hierdie boek mag gereproduseer word op <strong>en</strong>ige<br />
manier, meganies of elektronies, insluit<strong>en</strong><strong>de</strong> plaat- <strong>en</strong> bandopnames <strong>en</strong> fotokopiëring,<br />
son<strong>de</strong>r die skriftelike toestemming van die uitgewer nie, behalwe re<strong>de</strong>like aanhalings vir<br />
navorsings<strong>en</strong> res<strong>en</strong>siedoelein<strong>de</strong>s.<br />
ISBN: 359-2-85933-609-1<br />
ISBN: 359-2-85933-609-1<br />
Katalogisering in Publikasiedata<br />
Geredigeer <strong>en</strong> Ontwerp <strong>de</strong>ur: Nuwe Verbond Internasionale Groep<br />
Gedruk in die Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Koninkryk.<br />
Eerste druk 26 Mei 2020<br />
Gepubliseer <strong>de</strong>ur : Internasionale Publikasies van die Nuwe Verbond<br />
New Cov<strong>en</strong>ant Publications International Ltd.,<br />
Kemp House, 160 City Road, London, EC1V 2NX<br />
Besoek die webwerf: www.newcov<strong>en</strong>ant.co.uk
ELLEN G. WHITE
Wanneer dit in die loop van m<strong>en</strong>slike gebeure vir 'n volk nodig word om die politieke<br />
ban<strong>de</strong> wat hulle met 'n an<strong>de</strong>r volk verbind het te verbreek, <strong>en</strong> om tuss<strong>en</strong> die magte van<br />
die aar<strong>de</strong> die onafhanklike <strong>en</strong> gelyke plek in te neem waartoe die natuurwette <strong>en</strong> van<br />
hulle Skepper gee dit 'n behoorlike oorweging van die opinie van die m<strong>en</strong>sdom vereis dat<br />
dit die re<strong>de</strong>s wat dit lei tot die skeiding moet verdui<strong>de</strong>lik. Ons hou die volg<strong>en</strong><strong>de</strong> waarhe<strong>de</strong><br />
as vanselfsprek<strong>en</strong>d: dat alle m<strong>en</strong>se gelyk geskape is; dat hulle <strong>de</strong>ur hul Skepper met<br />
sekere onvervreembare regte toegerus word; dat dit lewe, vryheid <strong>en</strong> die strewe na geluk<br />
insluit; dat om hierdie regte te verseker, regerings on<strong>de</strong>r m<strong>en</strong>se gevestig word, wat hul<br />
wettige mag ontle<strong>en</strong> aan die toestemming van die regeer<strong>de</strong>s; dat indi<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige vorm van<br />
regering ska<strong>de</strong>lik vir hierdie doelein<strong>de</strong>s blyk, dit die reg van die m<strong>en</strong>se is om dit te<br />
veran<strong>de</strong>r of af te skaf, <strong>en</strong> om 'n nuwe regering te stig, <strong>en</strong> om dit op sulke beginsels te bou,<br />
<strong>en</strong> om sy magte in so 'n vorm te organiseer as wat nodig wees om hulle te verseker<br />
Sekuriteit <strong>en</strong> hul geluk blyk te wees vereis. Maar as 'n lang reeks misbruike <strong>en</strong><br />
oortredings, wat altyd dieself<strong>de</strong> doel nastreef, 'n voorneme op<strong>en</strong>baar om hulle aan<br />
absolute <strong>de</strong>spotisme te on<strong>de</strong>rwerp, is dit hul reg, dit is hul plig, om so 'n regering af te<br />
skaf <strong>en</strong> om nuwe waarborge te vind wat dit kan omseil hul toekomstige veiligheid... Die<br />
geskied<strong>en</strong>is van die huidige Koning van Groot-Brittanje is die geskied<strong>en</strong>is van herhaal<strong>de</strong><br />
ongeregtighe<strong>de</strong> <strong>en</strong> herhaal<strong>de</strong> oortredings, wat alles neig tot die vestiging van 'n absolute<br />
tirannie oor hierdie State. Om dit te bewys, laat feite aan 'n onpartydige wêreld<br />
voorgehou word ...<br />
Die Onafhanklikheidsverklaring van die Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> State van <strong>Amerika</strong>,<br />
In die Kongres, 4 Julie 1776
Deze pagina is opzettelijk leeg gelat<strong>en</strong>.
New Cov<strong>en</strong>ant Publications<br />
International Ltd.<br />
Gereformeer<strong>de</strong> Boek<strong>en</strong>, Getransformeer<strong>de</strong> Gedacht<strong>en</strong><br />
New Cov<strong>en</strong>ant Publications International Ltd.,<br />
Kemp House, 160 City Road, London, EC1V 2NX<br />
Email: newcov<strong>en</strong>antpublicationsintl@gmail.com
Dankwoord<br />
Dit boek wordt opgedrag<strong>en</strong> aan Here God.
Voorwoord<br />
New Cov<strong>en</strong>ant Publications International verbindt <strong>de</strong> lezer opnieuw met het god<strong>de</strong>lijke<br />
plan dat hemel <strong>en</strong> aar<strong>de</strong> verbindt <strong>en</strong> <strong>de</strong> eeuwigheid van <strong>de</strong> wet van lief<strong>de</strong> versterkt. Het<br />
logo, <strong>de</strong> Ark van het Verbond, verteg<strong>en</strong>woordigt <strong>de</strong> intimiteit tuss<strong>en</strong> Christus Jezus <strong>en</strong><br />
zijn volk <strong>en</strong> <strong>de</strong> c<strong>en</strong>trale plaats van Gods wet. Zoals er staat geschrev<strong>en</strong>: “Maar dít is het<br />
verbond, dat Ik met het huis van Israël sluit<strong>en</strong> zal na <strong>de</strong>ze dag<strong>en</strong>, luidt het woord <strong>de</strong>s<br />
HEREN: Ik zal mijn wet in hun binn<strong>en</strong>ste legg<strong>en</strong> <strong>en</strong> die in hun hart schrijv<strong>en</strong>, Ik zal hun<br />
tot e<strong>en</strong> God zijn <strong>en</strong> zij zull<strong>en</strong> Mij tot e<strong>en</strong> volk zijn.” (Jeremia 31: 31-33; Hebreeën 8: 8-<br />
10). In<strong>de</strong>rdaad, het nieuwe verbond getuigt van e<strong>en</strong> verlossing, gebor<strong>en</strong> door<br />
onvermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> strijd <strong>en</strong> verzegeld door bloed.<br />
Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> ontelbare eeuw<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> kwelling <strong>en</strong> onbegrijpelijke<br />
on<strong>de</strong>rdrukking doorstaan, berek<strong>en</strong>d om <strong>de</strong> waarheid uit te wiss<strong>en</strong>. Vooral in <strong>de</strong> donkere<br />
mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong> was dit licht <strong>en</strong>orm in <strong>de</strong> war <strong>en</strong> verduisterd door m<strong>en</strong>selijke tradities <strong>en</strong><br />
populaire onwet<strong>en</strong>dheid, omdat <strong>de</strong> inwoners van <strong>de</strong> wereld <strong>de</strong> Opperste Wijsheid hadd<strong>en</strong><br />
veracht <strong>en</strong> verworp<strong>en</strong> <strong>en</strong> het verbond hadd<strong>en</strong> overtred<strong>en</strong>. De plaag van het compromis<br />
met zich wijdverbreid kwaad veroorzaakte zo'n gesel van ongebrei<strong>de</strong>l<strong>de</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong>eratie <strong>en</strong><br />
duivelse onm<strong>en</strong>selijkheid, dat veel lev<strong>en</strong>s t<strong>en</strong> onrechte werd<strong>en</strong> opgeofferd <strong>en</strong> weigerd<strong>en</strong><br />
zich over te gev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gewet<strong>en</strong>svrijheid. Niettemin werd e<strong>en</strong> om verlor<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis te<br />
herstell<strong>en</strong>, met name in <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> Reformatie.<br />
De plaag van het compromis met zich uitbreid<strong>en</strong><strong>de</strong> kwad<strong>en</strong> veroorzaakte zo'n gesel van<br />
ongebrei<strong>de</strong>l<strong>de</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong>eratie <strong>en</strong> duivelse onm<strong>en</strong>selijkheid, dat veel lev<strong>en</strong>s t<strong>en</strong> onrechte<br />
werd<strong>en</strong> opgeofferd vooral al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> die weigerd<strong>en</strong> zich over te gev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
gewet<strong>en</strong>svrijheid. Niettemin werd e<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis nieuw lev<strong>en</strong> ingeblaz<strong>en</strong>, met<br />
name in <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> Reformatie. De hervorming van <strong>de</strong> 16e eeuw leid<strong>de</strong> tot e<strong>en</strong><br />
mom<strong>en</strong>t van waarheid, fundam<strong>en</strong>tele veran<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> <strong>de</strong> daaruit voortvloei<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
turbul<strong>en</strong>tie, zoals weerspiegeld in <strong>de</strong> contrareformatie. Door dit boek ont<strong>de</strong>k je echter <strong>de</strong><br />
onmisk<strong>en</strong>bare betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong>ze unieke revolutie vanuit het perspectief van <strong>de</strong><br />
hervormers <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re moedige pioniers. Uit hun verslag<strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> <strong>de</strong> verwoest<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
veldslag<strong>en</strong>, <strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor <strong>de</strong>rgelijke f<strong>en</strong>om<strong>en</strong>ale weerstand <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>natuurlijke<br />
interv<strong>en</strong>ties begrijp<strong>en</strong>.<br />
Ons motto: “Gereformeer<strong>de</strong> Boek<strong>en</strong>, Getransformeer<strong>de</strong> Gedacht<strong>en</strong>,” b<strong>en</strong>adrukt het<br />
on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>re van <strong>de</strong> literatuur, gecomponeerd in e<strong>en</strong> kritisch tijdperk <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
impact ervan. Het b<strong>en</strong>adrukt ook <strong>de</strong> urg<strong>en</strong>tie van persoonlijke hervorming,<br />
we<strong>de</strong>rgeboorte <strong>en</strong> transformatie. Al sinds <strong>de</strong> uitvinding van <strong>de</strong> boekdrukkunst <strong>de</strong><br />
Gut<strong>en</strong>berg, in combinatie met het kracht van vertaling, <strong>de</strong> principes van het hervorm<strong>de</strong><br />
geloof verspreid<strong>de</strong>, ongeveer 500 jaar geled<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> gedigitaliseer<strong>de</strong> pers <strong>en</strong>
elektronische media in elke taal het licht van <strong>de</strong> waarheid communicer<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze laatste<br />
tijd<strong>en</strong>.
2
Inhoudsopgave<br />
Hoofdstuk 1: Wereldgeschied<strong>en</strong>is Voorspeld .......................................................................... 6<br />
Hoofdstuk 2: Vur<strong>en</strong> van Vervolging ...................................................................................... 21<br />
Hoofdstuk 3: Tijdperk van Duisternis .................................................................................... 28<br />
Hoofdstuk 4: Speciaal Ambassa<strong>de</strong>urs .................................................................................... 37<br />
Hoofdstuk 5: Kampio<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid .............................................................................. 49<br />
Hoofdstuk 6: Twee Held<strong>en</strong> .................................................................................................... 61<br />
Hoofdstuk 7: Start van <strong>de</strong> Revolutie ...................................................................................... 77<br />
Hoofdstuk 8: Luther voor <strong>de</strong> Rijksdag ................................................................................... 94<br />
Hoofdstuk 9: De Zwitserse Hervormer ................................................................................ 112<br />
Hoofdstuk 10: Voortgang van <strong>de</strong> Hervorming in Duitschland ............................................ 122<br />
Hoofdstuk 11: Protest van <strong>de</strong> Vorst<strong>en</strong> ................................................................................. 131<br />
Hoofdstuk 12: De Hervorming in Frankrijk ........................................................................ 141<br />
Hoofdstuk 13: In <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong> <strong>en</strong> Skandinavië .............................................................. 159<br />
Hoofdstuk 14: Latere Engelse Hervormers .......................................................................... 165<br />
Hoofdstuk 15: De Franse Revolutie ..................................................................................... 179<br />
Hoofdstuk 16: Land van Vrijheid ........................................................................................ 194<br />
Hoofdstuk 17: Voorlopers van <strong>de</strong> Morg<strong>en</strong> .......................................................................... 201<br />
Hoofdstuk 18: E<strong>en</strong> <strong>Amerika</strong>anse Hervormer ....................................................................... 214<br />
Hoofdstuk 19: Licht in <strong>de</strong> Duisternis ................................................................................... 233<br />
Hoofdstuk 20: E<strong>en</strong> Grote Godsdi<strong>en</strong>stige Opwekking .......................................................... 241<br />
Hoofdstuk 21: E<strong>en</strong> Waarschuwing Verworp<strong>en</strong> ................................................................... 255<br />
Hoofdstuk 22: Profetie<strong>en</strong> Vervuld ....................................................................................... 267<br />
Hoofdstuk 23: Wat is het <strong>Heilig</strong>dom? ................................................................................. 281<br />
Hoofdstuk 24: In het <strong>Heilig</strong>e <strong>de</strong>r <strong>Heilig</strong><strong>en</strong> ........................................................................... 291<br />
Hoofdstuk 25: Gods <strong>Wet</strong> Onveran<strong>de</strong>rlik ............................................................................. 298<br />
Hoofdstuk 26: E<strong>en</strong> Hervormingswerk ................................................................................. 310<br />
Hoofdstuk 27: Opwekking<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Laatste Tijd .................................................................. 317<br />
Hoofdstuk 28: Het On<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d Oor<strong>de</strong>el .......................................................................... 330<br />
3
Hoofdstuk 29: De Oorsprong van het Kwaad ...................................................................... 339<br />
Hoofdstuk 30: Helse Vijandschap ....................................................................................... 348<br />
Hoofdstuk 31: Het Werk van Boze Geest<strong>en</strong> ........................................................................ 353<br />
Hoofdstuk 32: Gevaarlijke Misleiding<strong>en</strong> ............................................................................. 358<br />
Hoofdstuk 33: Het Eerste Grote Bedrog .............................................................................. 367<br />
Hoofdstuk 34: Kunn<strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> met ons prat<strong>en</strong>? ............................................................... 381<br />
Hoofdstuk 35: Gewet<strong>en</strong>svrijheid ......................................................................................... 389<br />
Hoofdstuk 36: De Na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> Strijd ..................................................................................... 402<br />
Hoofdstuk 37: De Schrift<strong>en</strong> e<strong>en</strong> Bron van Veiligheid ......................................................... 410<br />
Hoofdstuk 38: De Laatste Waarschuwing ........................................................................... 417<br />
Hoofdstuk 39: “Anarchie Ontket<strong>en</strong>d” .................................................................................. 424<br />
Hoofdstuk 40: Grote bevrijding ........................................................................................... 439<br />
Hoofdstuk 41: Verwoesting van <strong>de</strong> Aar<strong>de</strong> ........................................................................... 451<br />
Hoofdstuk 42: Het Ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Strijd ................................................................................ 458<br />
4
5
Hoofdstuk 1 — Wereldgeschied<strong>en</strong>is Voorspeld<br />
“Och of gij ook bek<strong>en</strong><strong>de</strong>t, ook nog in <strong>de</strong>ze uw dag, hetge<strong>en</strong> tot uw vre<strong>de</strong> di<strong>en</strong>té Maar nu<br />
is het verborg<strong>en</strong> voor uw og<strong>en</strong>. Want er zull<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> over u kom<strong>en</strong>, dat uw vijand<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
begraving rondom u zull<strong>en</strong> opwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> u omsingel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> u van alle zijd<strong>en</strong><br />
b<strong>en</strong>auw<strong>en</strong>. En zull<strong>en</strong> u tot <strong>de</strong> grond ne<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uw kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in u; <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> in u <strong>de</strong><br />
<strong>en</strong>e ste<strong>en</strong> op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re ste<strong>en</strong> niet lat<strong>en</strong>; daarom dat gij <strong>de</strong> tijd van uw bezoeking niet bek<strong>en</strong>d<br />
hebt.”<br />
Van <strong>de</strong> top van <strong>de</strong> Olijfberg zag Jezus op Jeruzalem neer. Schoon <strong>en</strong> vredig was het<br />
toneel, dat v——r Hem uitgebreid lag. Het was in <strong>de</strong> Paastijd, <strong>en</strong> van alle land<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Jakobs daar bije<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> om het grote volksfeest te vier<strong>en</strong>. Te midd<strong>en</strong> van<br />
tuin<strong>en</strong> <strong>en</strong> wijngaard<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gro<strong>en</strong>e helling<strong>en</strong>, bezet met <strong>de</strong> t<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pelgrims, verrez<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> terrasvormige heuvels, <strong>de</strong> statige paleiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> hechte bolwerk<strong>en</strong> van Israels hoofdstad. De<br />
dochter Zions sche<strong>en</strong> in haar trots te zegg<strong>en</strong>: “Ik zit als e<strong>en</strong> koningin, <strong>en</strong> zal ge<strong>en</strong> rouw zi<strong>en</strong>;”<br />
ev<strong>en</strong> liefelik to<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zichzelf ev<strong>en</strong> veilig acht<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> gunst <strong>de</strong>s Hemels, als to<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
koninklike zanger eeuw<strong>en</strong> tevor<strong>en</strong> zong: “Schoon van geleg<strong>en</strong>heid, e<strong>en</strong> vreug<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
ganse aar<strong>de</strong>, is <strong>de</strong> berg Zion, ... <strong>de</strong> stad van <strong>de</strong> grote Koning.” De prachtige gebouw<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> tempel lag<strong>en</strong> in het volle gezicht. De stral<strong>en</strong> van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgaan<strong>de</strong> zon verlichtt<strong>en</strong> zijn wit<br />
marmer<strong>en</strong> mur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> weerkaatst<strong>en</strong> zich in het goud van poort<strong>en</strong>, tor<strong>en</strong>s <strong>en</strong> tinn<strong>en</strong> van zijn<br />
grootse bouwwerk<strong>en</strong>.<br />
Als “<strong>de</strong> volmaakt schone” stond hij daar, <strong>de</strong> trots van het Joodse volk. Welk kind van<br />
Israël kon <strong>de</strong> blik op dit toneel lat<strong>en</strong> rust<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> trilling van g<strong>en</strong>ot <strong>en</strong> bewon<strong>de</strong>ring te<br />
gevoel<strong>en</strong> I Maar gans an<strong>de</strong>re gedacht<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> Jezus’ gemoed bezig. “En als Hij nabij<br />
kwam, <strong>en</strong> <strong>de</strong> stad zag, we<strong>en</strong><strong>de</strong> Hij over haar.” Te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e vrolikheid van<br />
<strong>de</strong> zegevier<strong>en</strong><strong>de</strong> intocht, terwijl <strong>de</strong> palmtakk<strong>en</strong> wuifd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> hosanna’s <strong>de</strong> heuvel<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>d<strong>en</strong> weergalm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> stemm<strong>en</strong> Hem als koning huldigd<strong>en</strong>, werd <strong>de</strong> Verlosser<br />
<strong>de</strong>r wereld door e<strong>en</strong> plotselinge <strong>en</strong> geheimzinnige droefheid overweldigd. Hij, Gods Zoon,<br />
<strong>de</strong> Beloof<strong>de</strong> van Israël, Wi<strong>en</strong>s macht <strong>de</strong> dood had overwonn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die het graf<br />
gevang<strong>en</strong> hield, had opgeroep<strong>en</strong>, we<strong>en</strong><strong>de</strong>, niet t<strong>en</strong>gevolge van e<strong>en</strong> gewone droefheid, maar<br />
t<strong>en</strong>gevolge van diepe <strong>en</strong> onweerstaanbare zielsontroering.<br />
Zijn tran<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet om Hemzelf, ofschoon Hij wel wist waarhe<strong>en</strong> Zijn schred<strong>en</strong> Hem<br />
leidd<strong>en</strong>. V——r Hem lag Geth- sémané, het toneel van Zijn na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> foltering. De<br />
Schaaps- poort was ev<strong>en</strong>zeer zichtbaar, waar eeuw<strong>en</strong> lang <strong>de</strong> offerdier<strong>en</strong> door gebracht<br />
war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die zich ook voor Hem zou op<strong>en</strong><strong>en</strong>, wanneer Hij “als e<strong>en</strong> Lam ter slachting” zou<br />
word<strong>en</strong> geleid. Niet veel ver<strong>de</strong>r lag Golgotha, <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> kruisiging. Over het pad, dat<br />
Christus spoedig zou betred<strong>en</strong>, moest <strong>de</strong> verschrikking van e<strong>en</strong> grote duisternis vall<strong>en</strong>,<br />
wanneer Hij Zijn ziel stell<strong>en</strong> zou tot e<strong>en</strong> offer voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. Toch was het niet <strong>de</strong><br />
beschouwing van die tonel<strong>en</strong>, welke e<strong>en</strong> schaduw op Hem wierp in <strong>de</strong>ze vreug<strong>de</strong>volle ure.<br />
6
Ge<strong>en</strong> voorgevoel van Zijn eig<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>m<strong>en</strong>selike zielsangst drukte die onzelfzuchtige geest.<br />
Hij we<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong> gedoem<strong>de</strong> duiz<strong>en</strong>dtall<strong>en</strong> van Jeruzalem,— over <strong>de</strong> blindheid <strong>en</strong><br />
onboetvaardigheid van h<strong>en</strong>, voor wie Hij gekom<strong>en</strong> was om h<strong>en</strong> te zeg<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> te redd<strong>en</strong>.<br />
De geschied<strong>en</strong>is van Gods biezon<strong>de</strong>re gunst <strong>en</strong> bewar<strong>en</strong><strong>de</strong> zorg, gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> meer dan<br />
duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> aan het uitverkor<strong>en</strong> volk bewez<strong>en</strong>, lag op<strong>en</strong> voor Jezus’ oog. Daar was <strong>de</strong><br />
berg Moria, waar <strong>de</strong> zoon <strong>de</strong>r belofte als e<strong>en</strong> gewillig slachtoffer op het altaar was<br />
gebond<strong>en</strong>,— tot voorafschaduwing van het offer van <strong>de</strong> Zoon van God. Daar was het<br />
verbond <strong>de</strong>s zeg<strong>en</strong>s, <strong>de</strong> heerlike Messiasbelofte, aan <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r <strong>de</strong>r gelovig<strong>en</strong> bevestigd. Daar<br />
hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> van het offer, t<strong>en</strong> hemel stijg<strong>en</strong><strong>de</strong> van <strong>de</strong> dorsvloer van Ornan, het<br />
zwaard van <strong>de</strong> verwoest<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong>gel afgekeerdm —e<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>d beeld van het offer van <strong>de</strong><br />
Heiland <strong>en</strong> Zijn tuss<strong>en</strong>tred<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> schuldige m<strong>en</strong>sheid. Jeruzalem was méér<br />
dan <strong>de</strong> ganse aar<strong>de</strong> door God geëerd geword<strong>en</strong>. De Heer had “Zion verkor<strong>en</strong>”, Hij had “het<br />
begeerd tot Zijn woonplaats”. Daar hadd<strong>en</strong> heilige profet<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> lang hun<br />
waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> boodschap geuit.<br />
Dáár hadd<strong>en</strong> priesters hun wierookvat<strong>en</strong> gezwaaid, <strong>en</strong> was <strong>de</strong> wierookwolk met <strong>de</strong><br />
gebed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aanbid<strong>de</strong>rs tot God opgesteg<strong>en</strong>. Dáár was dageliks het bloed van <strong>de</strong><br />
lammer<strong>en</strong> opgeofferd, he<strong>en</strong>wijz<strong>en</strong><strong>de</strong> op het Lam Gods. Dáár had Jehova Zijn<br />
teg<strong>en</strong>woordigheid geop<strong>en</strong>baard in <strong>de</strong> wolk <strong>de</strong>r heerlikheid bov<strong>en</strong> het verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel. Daar<br />
rustte <strong>de</strong> voet van die geheimzinnige lad<strong>de</strong>r, die <strong>de</strong> hemel met <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> verbond, — die<br />
lad<strong>de</strong>r, waarop Gods <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> af- <strong>en</strong> opklomm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die <strong>de</strong> wereld <strong>de</strong> weg naar het heilige<br />
<strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> op<strong>en</strong><strong>de</strong>. Was Israël als volk aan God getrouw geblev<strong>en</strong>, Jeruzalem, als Gods<br />
uitverkor<strong>en</strong>e, zou eeuwig zijn blijv<strong>en</strong> staan. Maar <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van dat uitverkor<strong>en</strong> volk<br />
was e<strong>en</strong> aane<strong>en</strong>schakeling van afkerigheid <strong>en</strong> opstand. Ze hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>de</strong>s hemels<br />
weerstaan, hun voorrecht<strong>en</strong> misbruikt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hun geschonk<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> veronachtzaamd.<br />
Ofschoon Israël had “gespot met <strong>de</strong> bod<strong>en</strong> Gods, Zijn woord<strong>en</strong> had veracht, <strong>en</strong> zij<br />
zichzelv<strong>en</strong> verleidd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zijn profet<strong>en</strong>”5 had Hij Zich toch aan h<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard “als <strong>de</strong><br />
Here God, barmhartig <strong>en</strong> g<strong>en</strong>adig, lankmoedig <strong>en</strong> groot van weldadigheid <strong>en</strong> waarheid;”<br />
nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> herhaal<strong>de</strong>like verwerping, was Zijn barmhartigheid blijv<strong>en</strong> pleit<strong>en</strong>. Met<br />
meer me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> lief<strong>de</strong> dan die van e<strong>en</strong> va<strong>de</strong>r voor zijn zoon, had God tot h<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong><br />
“door <strong>de</strong> hand van Zijn bod<strong>en</strong>, vroeg op zijn<strong>de</strong> om die te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>; want Hij verschoon<strong>de</strong> Zijn<br />
volk <strong>en</strong> Zijn woning.” To<strong>en</strong> vermaning, be<strong>de</strong> <strong>en</strong> bestraffing zon<strong>de</strong>r uitwerking blev<strong>en</strong>, zond<br />
Hij hun <strong>de</strong> beste gift <strong>de</strong>s hemels, ja, schonk hun <strong>de</strong> gehele hemel in die éne Gift.<br />
Gods Zoon werd zelf gezond<strong>en</strong> om met <strong>de</strong> onboetvaardige stad te pleit<strong>en</strong>. Het was<br />
Christus, die Israël uit Egypte had gebracht als e<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> wijnstok. Zijn eig<strong>en</strong> hand had <strong>de</strong><br />
heid<strong>en</strong><strong>en</strong> v——r h<strong>en</strong> uitgedrev<strong>en</strong>. Hij had h<strong>en</strong> geplant op e<strong>en</strong> “vette heuvel.” Door Zijn<br />
zorg<strong>en</strong><strong>de</strong> hoe<strong>de</strong> was <strong>de</strong> wijngaard omtuind geword<strong>en</strong>. Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
uitgezond<strong>en</strong> om hem te on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>. “Wat is er meer te do<strong>en</strong> aan Mijn wijngaard,” zo riep<br />
Hij uit, “hetwelk Ik aan hem niet gedaan heb?” Doch to<strong>en</strong> Hij verwachtte “dat hij goe<strong>de</strong><br />
7
druiv<strong>en</strong> voortbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zou, heeft hij stink<strong>en</strong><strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> voortgebracht,” <strong>en</strong> toch kwam Hij,<br />
nog vol verlang<strong>en</strong> om vrucht te vind<strong>en</strong>, in eig<strong>en</strong> persoon naar Zijn wijngaard, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> te<br />
zi<strong>en</strong>, of Hij hem misschi<strong>en</strong> nog voor on<strong>de</strong>rgang zou kunn<strong>en</strong> bewar<strong>en</strong>. Hij groef om Zijn<br />
wijnstok; Hij snoei<strong>de</strong> <strong>en</strong> verzorg<strong>de</strong> hem. Hij was onvermoeid in Zijn poging<strong>en</strong> om <strong>de</strong>ze<br />
wijnstok, die Hijzelf geplant had, te redd<strong>en</strong>.<br />
Drie jar<strong>en</strong> lang was <strong>de</strong> Heer van licht <strong>en</strong> heerlikheid on<strong>de</strong>r Zijn volk in- <strong>en</strong> uitgegaan.<br />
“Hij ging het land door goed do<strong>en</strong><strong>de</strong>”, “g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong><strong>de</strong> all<strong>en</strong>, die van <strong>de</strong> duivel overweldigd<br />
war<strong>en</strong>”, hel<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> gebrok<strong>en</strong><strong>en</strong> van hart, aan <strong>de</strong> gebond<strong>en</strong><strong>en</strong> op<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is<br />
uitroep<strong>en</strong><strong>de</strong>, blind<strong>en</strong> het gezicht terug gev<strong>en</strong><strong>de</strong>, kreupel<strong>en</strong> in staat stell<strong>en</strong><strong>de</strong> om te wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> dov<strong>en</strong> om te hor<strong>en</strong>, melaats<strong>en</strong> reinig<strong>en</strong><strong>de</strong>, dod<strong>en</strong> opwekk<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> arm<strong>en</strong> het<br />
evangelie verkondig<strong>en</strong><strong>de</strong>. Tot alle klass<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid werd <strong>de</strong> g<strong>en</strong>adige roepstem<br />
gericht: “Komt herwaarts tot Mij, all<strong>en</strong>, die vermoeid <strong>en</strong> belast zijt, <strong>en</strong> Ik zal u rust gev<strong>en</strong>.”<br />
Ofschoon Hem kwaad voor goed vergold<strong>en</strong> werd, <strong>en</strong> haat voor Zijn lief<strong>de</strong>,5 volhard<strong>de</strong><br />
Hij standvastig in Zijn z<strong>en</strong>ding van barmhartigheid. Zij, die Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> zocht<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />
nooit teruggewez<strong>en</strong>. Als e<strong>en</strong> zwerveling zon<strong>de</strong>r tehuis, met smaad <strong>en</strong> armoe<strong>de</strong> tot Zijn<br />
dageliks <strong>de</strong>el, leef<strong>de</strong> Hij slechts om te voorzi<strong>en</strong> in <strong>de</strong> behoeft<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, hun lijd<strong>en</strong> te<br />
verzacht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met h<strong>en</strong> te pleit<strong>en</strong>, dat zij <strong>de</strong> gift van het eeuwige lev<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>.<br />
De golv<strong>en</strong> van g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>,] welke op <strong>de</strong>ze hardnekkige hart<strong>en</strong> afsloeg<strong>en</strong>, rold<strong>en</strong> terug met e<strong>en</strong><br />
nog sterker vloed van me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong>, onuitsprekelike lief<strong>de</strong>. Maar Israël had zich af gekeerd<br />
van zijn beste vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige helper. Het pleit<strong>en</strong> van Zijn lief<strong>de</strong> was veracht geword<strong>en</strong>; Zijn<br />
raadgeving<strong>en</strong> war<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong>, Zijn waarschuwing<strong>en</strong> bespot.<br />
De ure van hoop <strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> was snel aan het voorbijgaan; <strong>de</strong> beker van Gods lang<br />
weerhoud<strong>en</strong> toorn was bijna vol. De wolk<strong>en</strong>, die zich gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> van afval <strong>en</strong><br />
opstand hadd<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gepakt, war<strong>en</strong> nu zwart van onheil<strong>en</strong>, <strong>en</strong> stond<strong>en</strong> weldra los te brek<strong>en</strong><br />
over e<strong>en</strong> schuldig volk; <strong>en</strong> Hij, die alle<strong>en</strong> in staat was, h<strong>en</strong> te redd<strong>en</strong> van hun na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rgang, was door h<strong>en</strong> misk<strong>en</strong>d, mishan<strong>de</strong>ld, verworp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zou spoedig gekruisigd<br />
word<strong>en</strong>. Wanneer Christus op het kruis van Golgotha zou hang<strong>en</strong>, zou Israëls tijdperk als<br />
e<strong>en</strong> van God begunstigd <strong>en</strong> gezeg<strong>en</strong>d volk t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> zijn. Het verlies van één <strong>en</strong>kele ziel is<br />
e<strong>en</strong> onheil, dat van oneindig meer belang is dan <strong>de</strong> winst <strong>en</strong> <strong>de</strong> schatt<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> wereld;<br />
maar to<strong>en</strong> Christus op Jeruzalem neerblikte, zag Hij het doodvonnis van e<strong>en</strong> gehele stad <strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> geheel volk v——r zich; die stad, dat volk, die e<strong>en</strong>s Gods uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> geweest war<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> Zijn biezon<strong>de</strong>re schat.<br />
Profet<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gewe<strong>en</strong>d over Israëls afval, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vrese- like verwoesting<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong><br />
het bezocht werd om zijn zond<strong>en</strong>. Jeremia w<strong>en</strong>ste, dat zijn og<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sprinka<strong>de</strong>r van tran<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong>, dat hij dag <strong>en</strong> nacht <strong>de</strong> verslag<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> dochter van zijn volk kon bew<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
kud<strong>de</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, die gevankelik was weggevoerd. Hoe groot moest dan <strong>de</strong> droefheid zijn<br />
van Hem, wi<strong>en</strong>s profetiese blik ge<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> maar eeuw<strong>en</strong> overzag! Hij zag <strong>de</strong> verwoest<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
<strong>en</strong>gel met het zwaard opgehev<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> stad, die zo lang Jehova’s woonplaats was<br />
8
geweest. Van <strong>de</strong> top van <strong>de</strong> Olijfberg, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> plaats, die later door Titus <strong>en</strong> zijn leger werd<br />
bezet, blikte Hij over het dal he<strong>en</strong> op <strong>de</strong> heilige hov<strong>en</strong> <strong>en</strong> zuilegang<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> zag met<br />
og<strong>en</strong>, door tran<strong>en</strong> verduisterd,het vreselik schouwspel van mur<strong>en</strong>,door vreem<strong>de</strong> b<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
omsingeld. Hij vernam het gedruis van <strong>de</strong> legerschar<strong>en</strong>, zich in or<strong>de</strong> stell<strong>en</strong><strong>de</strong> tot <strong>de</strong> aanval.<br />
Hij hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong> stem van moe<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong> beleger<strong>de</strong> stad, roep<strong>en</strong><strong>de</strong> om brood. Hij<br />
zag zijn heilig <strong>en</strong> prachtig huis, zijn paleiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> tor<strong>en</strong>s, overgegev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
niets meer dan e<strong>en</strong> hoop smeul<strong>en</strong><strong>de</strong> bouwvall<strong>en</strong> op <strong>de</strong> plaats, waar ze e<strong>en</strong>s gestaan hadd<strong>en</strong>.<br />
Door <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> blikk<strong>en</strong>d aanschouw<strong>de</strong> Hij het verbondsvolk in ie<strong>de</strong>r land<br />
verstrooid, als wrakk<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> woeste kust. In <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>like straf, die hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zou treff<strong>en</strong>,<br />
zag Hij slechts <strong>de</strong> eerste teug uit die beker <strong>de</strong>s toorns, die ze bij het laatste oor<strong>de</strong>el tot <strong>de</strong><br />
bo<strong>de</strong>m toe zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ledig<strong>en</strong>. God<strong>de</strong>lik me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong>, smacht<strong>en</strong><strong>de</strong> lief<strong>de</strong> uitt<strong>en</strong> zich in <strong>de</strong><br />
smartelike woord<strong>en</strong>: “Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> doodt <strong>en</strong> st<strong>en</strong>igt, die tot u<br />
gezond<strong>en</strong> zijn! hoe m<strong>en</strong>igmaal heb Ik uw kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> will<strong>en</strong> bije<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, gelijkerwijs<br />
e<strong>en</strong> h<strong>en</strong> haar kiek<strong>en</strong>s bije<strong>en</strong>verga<strong>de</strong>rt on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vleugel<strong>en</strong>; <strong>en</strong> gijlied<strong>en</strong> hebt niet gewild!” O<br />
dat gij, e<strong>en</strong> volk begunstigd bov<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> tijd van uw bezoeking gek<strong>en</strong>d hadt, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ding<strong>en</strong>, die tot uw vre<strong>de</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong>! Ik heb <strong>de</strong> gerichts<strong>en</strong>gel teruggehoud<strong>en</strong>; heb u tot berouw<br />
aangespoord, maar tever-geefs. Het zijn niet alle<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>, afgevaardigd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
profet<strong>en</strong>, die gij teruggewez<strong>en</strong> <strong>en</strong> verworp<strong>en</strong> hebt, maar <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Israëls, uw Verlosser.<br />
Indi<strong>en</strong> ge vernietigd wordt, hebt ge het alle<strong>en</strong> uzelf te wijt<strong>en</strong>. “Gij wilt tot Mij niet kom<strong>en</strong>,<br />
opdat gij het lev<strong>en</strong> moogt hebb<strong>en</strong>.”<br />
Christus zag in Jeruzalem e<strong>en</strong> beeld van <strong>de</strong> wereld, verhard in ongeloof <strong>en</strong> opstand, <strong>en</strong><br />
zich haast<strong>en</strong><strong>de</strong> naar het gericht Gods. De ell<strong>en</strong><strong>de</strong> van e<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> geslacht, op Zijn ziel<br />
drukk<strong>en</strong>d, perste die uiterst bittere kreet van Zijn lipp<strong>en</strong>. Hij zag het verhaal van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />
geschetst in m<strong>en</strong>selike ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, tran<strong>en</strong> <strong>en</strong> bloed; Zijn hart was vervuld met oneindig<br />
me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> bezocht<strong>en</strong> <strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op aar<strong>de</strong>; Hij smachtte er naar, h<strong>en</strong> all<strong>en</strong> te<br />
mog<strong>en</strong> verlicht<strong>en</strong>. Maar zelfs Zijn hand vermocht <strong>de</strong> vloed van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike ell<strong>en</strong><strong>de</strong> niet te<br />
stuit<strong>en</strong>; weinig<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> naar hun <strong>en</strong>ige Hulpbron. Hij was gewillig, Zijn ziel uit te<br />
stort<strong>en</strong> in <strong>de</strong> dood, om <strong>de</strong> zaligheid binn<strong>en</strong> hun bereik te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; maar slechts weinig<strong>en</strong><br />
wild<strong>en</strong> tot Hem kom<strong>en</strong>, opdat zij het lev<strong>en</strong> mocht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />
De Majesteit <strong>de</strong>s hemels in tran<strong>en</strong>! De Zoon van <strong>de</strong> oneindige God bewog<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geest,<br />
ne<strong>de</strong>rgebog<strong>en</strong> door zielsangst! De gehele hemel was met verwon<strong>de</strong>ring vervuld over het<br />
schouwspel. Dit toneel op<strong>en</strong>baart ons het verschrikkelike van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>; het toont aan, hoe<br />
moeielik <strong>de</strong> taak is, zelfs voor <strong>de</strong> oneindige macht, om <strong>de</strong> schuldige te redd<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
gevolg<strong>en</strong> van het overtred<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet Gods. Jezus, neerblikk<strong>en</strong><strong>de</strong> op het laatste geslacht,<br />
zag <strong>de</strong> wereld me<strong>de</strong>gesleept door e<strong>en</strong> bedrog, gelijk<strong>en</strong>d op hetge<strong>en</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgang van<br />
Jeruzalem t<strong>en</strong> gevolge had. De grote zon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> was hun verwerping van Christus;<br />
<strong>de</strong> grote zon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>wereld zou zijn hun verwerping van Gods wet, het<br />
fondam<strong>en</strong>t van Zijn heerschappij in hemel <strong>en</strong> op aar<strong>de</strong>. De gebod<strong>en</strong> van Jehova zoud<strong>en</strong><br />
versmaad <strong>en</strong> geminacht word<strong>en</strong>. Miljo<strong>en</strong><strong>en</strong>,gebond<strong>en</strong> door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, slav<strong>en</strong> van Satan,<br />
9
veroor<strong>de</strong>eld om <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> dood te on<strong>de</strong>rgaan, zoud<strong>en</strong> weiger<strong>en</strong> te luister<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> woord<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>r waarheid in hun dag van bezoeking. Vreselike blindheid! Verwon<strong>de</strong>rlike begoocheling!<br />
Twee dag<strong>en</strong> v——r het Pascha, to<strong>en</strong> Christus voor <strong>de</strong> laatste maal uit <strong>de</strong> tempel<br />
vertrokk<strong>en</strong> was, nadat Hij <strong>de</strong> Joodse overst<strong>en</strong> van schijnheiligheid had beschuldigd, ging Hij<br />
we<strong>de</strong>rom uit met Zijn discipel<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> Olijfberg, <strong>en</strong> zette zich met h<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>r op e<strong>en</strong> met<br />
gras begroei<strong>de</strong> helling, die uitzicht gaf over <strong>de</strong> stad. Nogmaals liet Hij <strong>de</strong> blik op zijn mur<strong>en</strong>,<br />
tor<strong>en</strong>s <strong>en</strong> paleiz<strong>en</strong> rust<strong>en</strong>. Nogmaals aanschouw<strong>de</strong> Hij <strong>de</strong> tempel in zijn verblind<strong>en</strong><strong>de</strong> pracht,<br />
e<strong>en</strong> schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> dia<strong>de</strong>em, die <strong>de</strong> heilige berg kroon<strong>de</strong>.<br />
Duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> tevor<strong>en</strong> had <strong>de</strong> psalmist Gods gunst over Israël in <strong>de</strong> keuze van dit<br />
heiligdom tot Zijn woonplaats geprez<strong>en</strong>: “In Salem is Zijn hut, <strong>en</strong> Zijn woning in Zion.” Hij<br />
“verkoos <strong>de</strong> stam van Juda, <strong>de</strong> berg Zion, die Hij liefhad. En Hij bouw<strong>de</strong> Zijn heiligdom als<br />
hoogt<strong>en</strong>.” De eerste tempel was gebouwd gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> het tijdperk van <strong>de</strong> grootste voor<br />
spoed in Israëls geschied<strong>en</strong>is. Grote schatt<strong>en</strong> war<strong>en</strong> tot dit doel door Koning David<br />
verzameld, <strong>en</strong> <strong>de</strong> bouwplann<strong>en</strong> war<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r God<strong>de</strong>like ingeving vervaardigd.1 Salomo, <strong>de</strong><br />
wijste van Israëls vorst<strong>en</strong>, had het werk voltooid. Deze tempel was het prachtigste gebouw,<br />
dat <strong>de</strong> wereld ooit gezi<strong>en</strong> had. Toch had <strong>de</strong> Heer van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> tempel door <strong>de</strong> profeet<br />
Haggaï ver-klaard : “De heerlikheid van dit laatste huis zal groter word<strong>en</strong>, dan van het<br />
eerste.” “Ik zal al <strong>de</strong> Heid<strong>en</strong><strong>en</strong> do<strong>en</strong> bev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> w<strong>en</strong>s van alle<br />
Heid<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> Ik zal dit huis met heerlikheid vervull<strong>en</strong>, zegt <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r heir- schar<strong>en</strong>.”<br />
Na <strong>de</strong> verwoesting van <strong>de</strong> tempel door Nebukadnezar werd hij ongeveer vijf hon<strong>de</strong>rd<br />
jar<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> geboorte van Christus we<strong>de</strong>r opgebouwd, door e<strong>en</strong> volk dat uit e<strong>en</strong><br />
lev<strong>en</strong>slange ballingschap teruggekeerd was naar e<strong>en</strong> woest <strong>en</strong> bijna verlat<strong>en</strong> land. Er war<strong>en</strong><br />
ou<strong>de</strong> mann<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> heerlikheid van Salomo’s tempel gezi<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die<br />
we<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bij het legg<strong>en</strong> van het fondam<strong>en</strong>t van dit nieuwe gebouw, omdat het zo ver moest<br />
achterstaan bij het eerste. Het algeme<strong>en</strong> heers<strong>en</strong><strong>de</strong> gevoel<strong>en</strong> werd krachtig door <strong>de</strong> profeet<br />
uitgedrukt: “Wie is on<strong>de</strong>r ulied<strong>en</strong> overgeblev<strong>en</strong>, die dit huis in zijn eerste heerlikheid gezi<strong>en</strong><br />
heeft? <strong>en</strong> hoedanig ziet gij hetzelve nu? Is dit niet als niets in uw og<strong>en</strong>?” To<strong>en</strong> werd <strong>de</strong><br />
belofte gegev<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> heerlikheid van dit laatste huis groter zou zijn dan die van het eerste.<br />
Doch <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> tempel is <strong>de</strong> eerste niet gelijk geweest in heerlikheid; noch ook werd hij<br />
gewijd door die zichtbare tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like teg<strong>en</strong>woordigheid, die in <strong>de</strong> eerste<br />
tempel gezi<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. Er was ge<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van bov<strong>en</strong>- natuurlike kracht om Zijn<br />
inwijding aan te ton<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> zag ge<strong>en</strong> wolk <strong>de</strong>r heerlikheid het nieuw opgerichte heiligdom<br />
vervull<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> vuur daal<strong>de</strong> ne<strong>de</strong>r uit <strong>de</strong> hemel om het offer op zijn altaar te verter<strong>en</strong>. De<br />
Shechina rustte niet langer tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> cherubijn<strong>en</strong> in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>; <strong>de</strong> ark, het<br />
verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> tafel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet werd<strong>en</strong> er niet in gevond<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> stem klonk uit <strong>de</strong><br />
hemel om <strong>de</strong> vrag<strong>en</strong><strong>de</strong> priester Jehova’s wil bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>.<br />
Eeuw<strong>en</strong> lang hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> tevergeefs getracht aan te ton<strong>en</strong>, waarin Gods belofte,<br />
door Haggaï gegev<strong>en</strong>, vervuld was geword<strong>en</strong>; maar trots <strong>en</strong> ongeloof verblind<strong>de</strong> hun<br />
10
verstand, zodat ze <strong>de</strong> ware betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profeet niet verstond<strong>en</strong>. De<br />
twee<strong>de</strong> tempel werd niet geëerd door <strong>de</strong> wolk van Jehova’s heerlikheid, maar door <strong>de</strong><br />
lev<strong>en</strong><strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van Één, in Wie <strong>de</strong> volheid <strong>de</strong>r Godheid lichamelik woon<strong>de</strong>,—<br />
die God-zelf was, geop<strong>en</strong>baard in het vlees. De “W<strong>en</strong>s van alle Heid<strong>en</strong><strong>en</strong>” was waarlik tot<br />
Zijn tempel gekom<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Man van Nazareth in <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> hov<strong>en</strong> leer<strong>de</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>as. Door<br />
<strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van Christus, <strong>en</strong> daardoor alle<strong>en</strong>, stond <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> tempel in<br />
heerlikheid bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste. Maar Israël had <strong>de</strong> Gift, hun van <strong>de</strong> hemel aangebod<strong>en</strong>,<br />
verworp<strong>en</strong>. Met <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rige Leraar, welke die dag zijn goud<strong>en</strong> poort uittrad, was <strong>de</strong><br />
heerlikheid voor altijd van <strong>de</strong> tempel gewek<strong>en</strong>. Reeds war<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland<br />
vervuld: “Ziet, uw huis wordt u woest gelat<strong>en</strong>.”<br />
De discipel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> vervuld geweest met ontzetting <strong>en</strong> verwon<strong>de</strong>ring, to<strong>en</strong> Christus <strong>de</strong><br />
verwoesting van <strong>de</strong> tempel voorspel<strong>de</strong>, <strong>en</strong> ze begeerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van Zijn woord<strong>en</strong><br />
beter te verstaan. Meer dan veertig jar<strong>en</strong> lang war<strong>en</strong> schatt<strong>en</strong>, arbeid <strong>en</strong> bouwkunst met<br />
kwistige hand aan <strong>de</strong> verhoging van zijn pracht besteed geword<strong>en</strong>. Herodus <strong>de</strong> Grote had er<br />
zowel Romeinse rijkdomm<strong>en</strong> als Joodse schatt<strong>en</strong> aan t<strong>en</strong> koste gelegd, <strong>en</strong> zelfs <strong>de</strong> keizer<br />
van <strong>de</strong> wereld had hem met zijn gift<strong>en</strong> verrijkt. Zware blokk<strong>en</strong> wit marmer, van bijna<br />
fabelachtige grootte, met dit doel van Rome gezond<strong>en</strong>, vormd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van zijn bouw; <strong>en</strong><br />
het was daarop, dat <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> <strong>de</strong> aandacht van hun Meester vestigd<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> ze zeid<strong>en</strong>:<br />
“Zie, hoedanige st<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoedanige gebouw<strong>en</strong>!”<br />
Op <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong> gaf Jezus het plechtige <strong>en</strong> verbazingwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> antwoord: “Voorwaar<br />
zeg Ik u: Hier zal niet één ste<strong>en</strong> op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re gelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, die niet afgebrok<strong>en</strong> zal<br />
word<strong>en</strong>.” De discipel<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> verwoesting van Jeruzalem <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in<br />
verband met Christus’ parsoonlike komst in tij<strong>de</strong>like heerlikheid, om bezit te nem<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
troon van het algem<strong>en</strong>e rijk, <strong>de</strong> onboetvaardige Jod<strong>en</strong> te straff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het volk van het<br />
Romeinse juk te bevrijd<strong>en</strong>. De Heer had hun gezegd, dat Hij t<strong>en</strong> tweed<strong>en</strong> male zou kom<strong>en</strong>.<br />
Vandaar dat bij <strong>de</strong> vermelding van gericht<strong>en</strong>, die over Jeruzalem kom<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>, hun<br />
gedacht<strong>en</strong> zich bij die komst bepaald<strong>en</strong>; <strong>en</strong> to<strong>en</strong> ze om <strong>de</strong> Heiland geschaard zat<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
Olijfberg, vroeg<strong>en</strong> ze: “Wanneer zull<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> zijn? <strong>en</strong> welk zal het tek<strong>en</strong> zijn van Uw<br />
toekomst <strong>en</strong> van <strong>de</strong> voleinding van <strong>de</strong> wereld?”<br />
De toekomst was g<strong>en</strong>adiglik verborg<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong>. Hadd<strong>en</strong> ze in die tijd t<strong>en</strong><br />
volle <strong>de</strong> twee vreselike feit<strong>en</strong> begre-p<strong>en</strong>,— het lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> sterv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Verlosser, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verwoesting van hun stad <strong>en</strong> tempel,— dan zou ontzetting h<strong>en</strong> overstelpt hebb<strong>en</strong>. Christus<br />
gaf hun e<strong>en</strong> schets van <strong>de</strong> voornaamste gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die plaats zoud<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> v——r het<br />
ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r tijd<strong>en</strong>. Zijn woord<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> to<strong>en</strong> niet t<strong>en</strong> volle verstaan; maar hun betek<strong>en</strong>is zou<br />
ontvouwd word<strong>en</strong>, naarmate Zijn volk het on<strong>de</strong>rricht, daarin bevat, zou behoev<strong>en</strong>. De<br />
profetie, die Hij uitsprak, was van tweevoudige betek<strong>en</strong>is: terwijl hij <strong>de</strong> verwoesting van<br />
Jeruzalem voorafschaduw<strong>de</strong>, beeld<strong>de</strong> hij tev<strong>en</strong>s <strong>de</strong> verschrikking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> laatste grote dag<br />
af.<br />
11
Jezus verklaar<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> luister<strong>en</strong><strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> <strong>de</strong> oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die het afvallige Israël treff<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het biezon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> straff<strong>en</strong><strong>de</strong> wraak, die over h<strong>en</strong> zou kom<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s hun<br />
verwerping <strong>en</strong> kruisiging van <strong>de</strong> Messias. Onmisk<strong>en</strong>bare tek<strong>en</strong><strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> vreselike<br />
vervulling voorafgaan. Het gevrees<strong>de</strong> uur zou plotseling <strong>en</strong> snellik kom<strong>en</strong>. En <strong>de</strong><br />
Zaligmaker waarschuw<strong>de</strong> Zijn volgeling<strong>en</strong>: “Wanneer gij dan zult zi<strong>en</strong> <strong>de</strong> gruwel van <strong>de</strong><br />
verwoesting, waarvan gesprok<strong>en</strong> is door Daniël, <strong>de</strong> profeet, staan<strong>de</strong> in <strong>de</strong> heilige plaats (die<br />
het leest, die merke daarop), dat alsdan, die in Ju<strong>de</strong>a zijn, vlied<strong>en</strong> op <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>.” Wanneer<br />
<strong>de</strong> afgodiese standaards van <strong>de</strong> Romein<strong>en</strong> geplant zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op <strong>de</strong> heilige grond, die<br />
zich over <strong>en</strong>ige afstand buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> stadsmur<strong>en</strong> uitstrekte, dan moest<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van<br />
Christus veiligheid zoek<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vlucht. Wanneer het waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> tek<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> zou<br />
word<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> zij, die w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te ontkom<strong>en</strong>, niet vertoev<strong>en</strong>. Door het land van Ju<strong>de</strong>a,<br />
zowel als binn<strong>en</strong> Jeruzalem zelf, moest het tek<strong>en</strong> tot ontvluchting onmid<strong>de</strong>llik gehoorzaamd<br />
word<strong>en</strong>. Hij, die op het dak was, moest niet afkom<strong>en</strong> in zijn huis, zelfs niet om zijn meest<br />
gewaar<strong>de</strong>er<strong>de</strong> schatt<strong>en</strong> te redd<strong>en</strong>. Zij, die in <strong>de</strong> veld<strong>en</strong> of wijngaard<strong>en</strong> werkt<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> zich<br />
niet ophoud<strong>en</strong> om terug te gaan <strong>en</strong> hun opperkleed te hal<strong>en</strong>, dat ze afgelegd hadd<strong>en</strong>, terwijl<br />
zij in <strong>de</strong> hitte <strong>de</strong>s daags arbeidd<strong>en</strong>. Ze moest<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik verzuim<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> te<br />
ontvlied<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e verwoesting.<br />
Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> regering van Herodus was Jeruzalem niet alle<strong>en</strong> zeer verfraaid geword<strong>en</strong>,<br />
maar door <strong>de</strong> oprichting van tor<strong>en</strong>s, mur<strong>en</strong> <strong>en</strong> vesting<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> natuurlike sterkte van <strong>de</strong><br />
ligging ervan nog verhoogd<strong>en</strong>, was het zo goed als onneembaar gemaakt. Wie te dier tijd <strong>de</strong><br />
verwoesting ervan op<strong>en</strong>lik zou hebb<strong>en</strong> voorspeld, zou als Noach in zijn tijd e<strong>en</strong> onzinnige<br />
rustverstoor<strong>de</strong>r g<strong>en</strong>oemd zijn. Maar Christus had gezegd: “De hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zull<strong>en</strong><br />
voorbijgaan, maar Mijn woord<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>szins voorbijgaan.” T<strong>en</strong> gevolge van haar<br />
zond<strong>en</strong> was <strong>de</strong> wraak over Jeruzalem uitgesprok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hardnekkig ongeloof maakte haar val<br />
gewis.<br />
De Heer had door <strong>de</strong> profeet Micha verklaard: “Hoort nu dit, gij hoofd<strong>en</strong> van het huis<br />
Jakobs, <strong>en</strong> gij overst<strong>en</strong> van het huis Israëls, die van het gericht e<strong>en</strong> gruwel hebt, <strong>en</strong> al wat<br />
recht is verkeert, bouw<strong>en</strong><strong>de</strong> Zion met bloed, <strong>en</strong> Jeruzalem met onrecht. Haar hoofd<strong>en</strong><br />
recht<strong>en</strong> om gesch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, <strong>en</strong> haar priesters ler<strong>en</strong> om loon, <strong>en</strong> haar profet<strong>en</strong> waarzegg<strong>en</strong> om<br />
geld; nog steun<strong>en</strong> zij op <strong>de</strong> Heer, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: Is <strong>de</strong> Heer niet in het midd<strong>en</strong> van ons? ons zal<br />
ge<strong>en</strong> kwaad overkom<strong>en</strong>.” Deze woord<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> getrouwe beschrijving van <strong>de</strong> bedorv<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>gerechtige inwoners van Jeruzalem. Bewer<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> Gods stipt na te<br />
kom<strong>en</strong>, overtrad<strong>en</strong> ze al <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> ervan. Ze haatt<strong>en</strong> Christus, omdat Zijn reinheid <strong>en</strong><br />
heiligheid hun god<strong>de</strong>loosheid aan het licht bracht; <strong>en</strong> beschuldigd<strong>en</strong> Hem van <strong>de</strong> oorzaak te<br />
zijn van ai <strong>de</strong> onheil<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> troff<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge van hun zond<strong>en</strong>. Ofschoon ze wist<strong>en</strong>, dat<br />
Hij zon<strong>de</strong>loos was, verklaard<strong>en</strong> ze, dat Zijn dood noodzakelik was voor hun veiligheid als<br />
e<strong>en</strong> volk. “Indi<strong>en</strong> wij Hem alzo lat<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>”, zeid<strong>en</strong> <strong>de</strong> Joodse lei<strong>de</strong>rs, “zij zull<strong>en</strong> all<strong>en</strong><br />
in Hem gelov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Romein<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wegnem<strong>en</strong> bei<strong>de</strong> onze plaats <strong>en</strong> volk.”<br />
Als Christus werd opgeofferd, kond<strong>en</strong> ze wellicht weer e<strong>en</strong> sterk, e<strong>en</strong>drachtig volk word<strong>en</strong>.<br />
12
Alzo red<strong>en</strong>eerd<strong>en</strong> ze, <strong>en</strong> stemd<strong>en</strong> in met het besluit van hun hogepriester, dat het beter zou<br />
zijn, dat één man stierf, dan dat het gehele volk zou omkom<strong>en</strong>. Op die wijze hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Joodse overst<strong>en</strong> “Zion opgebouwd met bloed, <strong>en</strong> Jeruzalem met onrecht.” En toch, terwijl ze<br />
hun Zaligmaker doodd<strong>en</strong>, omdat Hij hun zond<strong>en</strong> bestrafte, was hun eig<strong>en</strong>gerechtigheid z—<br />
groot, dat ze zichzelv<strong>en</strong> beschouwd<strong>en</strong> als Gods gelief<strong>de</strong> volk, <strong>en</strong> verwachtt<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Heer<br />
h<strong>en</strong> zou verloss<strong>en</strong> van hun vijand<strong>en</strong>. “Daarom,” vervolgt <strong>de</strong> profeet, “om uw<strong>en</strong>twil zal Zion<br />
als e<strong>en</strong> akker geploegd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Jeruzalem zal tot ste<strong>en</strong>hop<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> berg van dit<br />
huis tot hoogt<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> woud.”<br />
Bijna veertig jar<strong>en</strong> lang, nadat <strong>de</strong> vloek over Jeruzalem door Christus zelf was<br />
uitgesprok<strong>en</strong>, toef<strong>de</strong> <strong>de</strong> Heer met Zijn oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over stad <strong>en</strong> volk. Gods lankmoedigheid<br />
jeg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> verwerpers van Zijn evangelie <strong>en</strong> <strong>de</strong> moord<strong>en</strong>aars van Zijn Zoon was<br />
verwon<strong>de</strong>rlik. De gelijk<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> onvruchtbare vijgeboom was e<strong>en</strong> beeld van Gods<br />
han<strong>de</strong>lwijze met het Joodse volk. Het gebod was uitgegaan: “Houw hem uit, waartoe beslaat<br />
hij ook onnuttelik <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>?” Maar God<strong>de</strong>lik me<strong>de</strong>dog<strong>en</strong> had hem nog e<strong>en</strong> weinig langer<br />
gespaard. Er war<strong>en</strong> er nog vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong>, die ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis droeg<strong>en</strong> aan het karakter<br />
Gods <strong>en</strong> het werk van Christus. En <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> niet g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, of het<br />
licht ontvang<strong>en</strong>, door hun ou<strong>de</strong>rs verworp<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> prediking van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun<br />
vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> wil<strong>de</strong> God het licht over h<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>; het zou hun vergund word<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>,<br />
hoe <strong>de</strong> profetieën vervuld war<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong> door <strong>de</strong> geboorte <strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> van Christus,<br />
maar door Zijn dood <strong>en</strong> opstanding. De kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet veroor<strong>de</strong>eld om <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs; maar to<strong>en</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> met <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van al het licht, dat aan hun ou<strong>de</strong>rs<br />
geschonk<strong>en</strong> was, het meer<strong>de</strong>re licht, hunzelv<strong>en</strong> verle<strong>en</strong>d, verwierp<strong>en</strong>, erlangd<strong>en</strong> zij <strong>de</strong>el aan<br />
<strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van hun ou<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> vervuld<strong>en</strong> <strong>de</strong> maat van hun ongerechtigheid.<br />
Gods lankmoedigheid jeg<strong>en</strong>s Jeruzalem versterkte <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> slechts in hun hardnekkige<br />
onboetvaardigheid. In hun haat <strong>en</strong> wreedheid teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> van Jezus verwierp<strong>en</strong> ze<br />
het laatste aanbod van g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>. To<strong>en</strong> nam God Zijn bescherming over h<strong>en</strong> weg, trok Hij Zijn<br />
weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> macht over Satan <strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in, <strong>en</strong> werd het volk overgegev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
heerschappij van <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>r, die ze zichzelv<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. Zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />
Christus’ g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> veracht, die h<strong>en</strong> in staat zou gesteld hebb<strong>en</strong>, hun boze neiging<strong>en</strong> te<br />
on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>, welke nu <strong>de</strong> overwinning behaald<strong>en</strong>. Satan bracht <strong>de</strong> sterkste <strong>en</strong> laagste<br />
hartstocht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ziel in beweging. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gebruikt<strong>en</strong> hun verstand niet; ze hadd<strong>en</strong><br />
hun re<strong>de</strong> verlor<strong>en</strong>,— ze liet<strong>en</strong> zich beheers<strong>en</strong> door opwelling <strong>en</strong> blin<strong>de</strong> woe<strong>de</strong>. Ze werd<strong>en</strong><br />
satanies in hun wreedheid. In <strong>de</strong> huise- like kring<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het volk, bij <strong>de</strong> hoogste zowel<br />
als <strong>de</strong> laagste klass<strong>en</strong>, werd verd<strong>en</strong>king, nijd, haat, strijd, opstand <strong>en</strong> moord gevond<strong>en</strong>. Er<br />
was nerg<strong>en</strong>s veiligheid. Vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> famieliebetrekking<strong>en</strong> verried<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r. Ou<strong>de</strong>rs<br />
doodd<strong>en</strong> hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hun ou<strong>de</strong>rs. De lei<strong>de</strong>rs van het volk hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> macht<br />
om zichzelv<strong>en</strong> te beheers<strong>en</strong>. Onbedwong<strong>en</strong> hartstocht<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> h<strong>en</strong> tot tirann<strong>en</strong>. De Jod<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong> valse getuig<strong>en</strong>is aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> om <strong>de</strong> onschuldige Zone Gods te veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Nu<br />
maakt<strong>en</strong> valse beschuldiging<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> onzeker. Door hun han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ze<br />
13
eeds lang gezegd: “Laat <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Israëls van ons ophoud<strong>en</strong>.” Nu was hun w<strong>en</strong>s vervuld.<br />
De vreze Gods verontrustte h<strong>en</strong> niet langer. Satan had zich aan het hoofd van het volk<br />
gesteld, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoogste wereldlike <strong>en</strong> geestelike overhed<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r zijn macht.<br />
De lei<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>overgestel<strong>de</strong> partij<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>igd<strong>en</strong> zich bij tijd<strong>en</strong> om hun<br />
ongelukkige slachtoffers te plun<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> te kwell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dan we<strong>de</strong>r viel<strong>en</strong> ze elkan<strong>de</strong>rs<br />
troep<strong>en</strong> aan, <strong>en</strong> slachtt<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>. Zelfs <strong>de</strong> heiligheid van <strong>de</strong> tempel kon hun<br />
gruwelike wreedheid niet in bedwang houd<strong>en</strong>. De offeraars werd<strong>en</strong> v——r het altaar<br />
neergehouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het heiligdom werd verontreinigd door <strong>de</strong> licham<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verslag<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
En toch verklaard<strong>en</strong> <strong>de</strong> drijvers van dit helse werk op<strong>en</strong>lik in hun blin<strong>de</strong> <strong>en</strong> godslasterlike<br />
trots, dat ze niet bang war<strong>en</strong>, dat Jeruzalem verwoest zou word<strong>en</strong>, omdat het <strong>de</strong> Godstad<br />
was. Om meer macht in hand<strong>en</strong> te krijg<strong>en</strong> kocht<strong>en</strong> ze valse profet<strong>en</strong> om, die verkondig<strong>en</strong><br />
moest<strong>en</strong>, zelfs terwijl <strong>de</strong> Romeinse b<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> tempel belegerd<strong>en</strong>, dat het volk wacht<strong>en</strong><br />
moest op verlossing van God. Tot het laatste toe hield <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte zich vast .aan het geloof,<br />
dat <strong>de</strong> Allerhoogste tuss<strong>en</strong>bei<strong>de</strong> zou kom<strong>en</strong>, tot vernietiging van hun teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs. Maar<br />
Israël had <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like bescherming veracht, <strong>en</strong> had nu ge<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>diger. Ongelukkig<br />
Jeruzalem! Verscheurd door inw<strong>en</strong>dige on<strong>en</strong>ighed<strong>en</strong>, <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> gekleurd door het bloed van<br />
zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die elkan<strong>de</strong>r verslag<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, terwijl vreem<strong>de</strong> legers zijn vesting<strong>en</strong> afbrak<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> zijn krijgers doodd<strong>en</strong>! Al <strong>de</strong> voorspelling<strong>en</strong>, die Christus gedaan had betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
verwoesting van Jeruzalem, werd<strong>en</strong> letterlik vervuld. De Jod<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid<br />
van Zijn waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: “Met welke maat gij meet, zal u we<strong>de</strong>rgemet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.”<br />
Er werd<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, welke ongeluk <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rgang<br />
voorspeld<strong>en</strong>. In het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> nacht sche<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> onnatuurlik licht over <strong>de</strong> tempel <strong>en</strong><br />
het altaar. Bij zonson<strong>de</strong>rgang werd het beeld van wag<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> krijgsknecht<strong>en</strong>, zich<br />
verzamel<strong>en</strong><strong>de</strong> t<strong>en</strong> strij<strong>de</strong>, in <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. De priesters, die ‘s nachts in het heiligdom<br />
di<strong>en</strong>st <strong>de</strong>d<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> opgeschrikt door geheimzinnigge geluid<strong>en</strong>; <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> beef<strong>de</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong><br />
hoor<strong>de</strong> e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte stemm<strong>en</strong> roep<strong>en</strong>: “Laat ons van hier gaan.” De grote poort naar het<br />
oost<strong>en</strong>, die zo zwaar was, dat hij door twintig mann<strong>en</strong> nauweliks geslot<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
die verzekerd was door ontzaglike ijzer<strong>en</strong> bout<strong>en</strong>, diep in het hecht st<strong>en</strong><strong>en</strong> plaveisel<br />
bevestigd, op<strong>en</strong><strong>de</strong> zich te mid<strong>de</strong>rnacht, zon<strong>de</strong>r dat iemand <strong>de</strong> oorzaak ervan kon aangev<strong>en</strong>.<br />
Zev<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong> liep er e<strong>en</strong> man gedurig <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van Jeruzalem op <strong>en</strong> neer, <strong>en</strong><br />
kondig<strong>de</strong> <strong>de</strong> onheil<strong>en</strong> aan, die <strong>de</strong> stad zoud<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>. Bij dag <strong>en</strong> bij nacht zong hij <strong>de</strong> wil<strong>de</strong><br />
treurzang: “E<strong>en</strong> stem van het oost<strong>en</strong>! e<strong>en</strong> stem van het west<strong>en</strong>! e<strong>en</strong> stem uit <strong>de</strong> vier wind<strong>en</strong>!<br />
e<strong>en</strong> stem teg<strong>en</strong> Jeruzalem <strong>en</strong> <strong>de</strong> tempel! e<strong>en</strong> stem teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom <strong>en</strong> <strong>de</strong> bruid! e<strong>en</strong> stem<br />
teg<strong>en</strong> al het volk!” Dit vreem<strong>de</strong> wez<strong>en</strong> werd gevang<strong>en</strong> gezet <strong>en</strong> gegeseld, maar ge<strong>en</strong> klacht<br />
kwam over zijn lipp<strong>en</strong>. Op belediging <strong>en</strong> verwijt antwoord<strong>de</strong> hij slechts: “Wee, wee over<br />
Jeruzalem! wee, wee over zijn inwoners!” Zijn waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> roepstem werd eerst gestild,<br />
to<strong>en</strong> hij sneuvel<strong>de</strong> bij het beleg, dat hij voorspeld had.<br />
14
Ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele Christ<strong>en</strong> kwam om bij <strong>de</strong> verwoesting van Jeruzalem. Christus had Zijn<br />
discipel<strong>en</strong> gewaarschuwd, <strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die Zijn woord<strong>en</strong> geloofd<strong>en</strong>, zag<strong>en</strong> uit naar het beloof<strong>de</strong><br />
tek<strong>en</strong>. “Wanneer gij zult zi<strong>en</strong>, dat Jeruzalem van heirlegers omsingeld wordt”, had Jezus<br />
gezegd, “zo weet alsdan, dat haar verwoesting nabij gekom<strong>en</strong> is. Alsdan die in Ju<strong>de</strong>a zijn,<br />
dat ze vlied<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die in het midd<strong>en</strong> ervan zijn, dat ze daaruit trekk<strong>en</strong>.” Nadat<br />
<strong>de</strong> Romein<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r Cestius <strong>de</strong> stad hadd<strong>en</strong> omsingeld, brak<strong>en</strong> ze onverwachts het beleg op,<br />
terwijl alles gunstig sche<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> onmid<strong>de</strong>llike aanval. De belegerd<strong>en</strong>, wanhop<strong>en</strong><strong>de</strong> aan<br />
het goed gevolg van teg<strong>en</strong>stand, stond<strong>en</strong> op het punt van zich over te gev<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Romeinse veldheer zijn leger terugtrok, schijnbaar zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> minste red<strong>en</strong>.<br />
Maar Gods g<strong>en</strong>adige voorzi<strong>en</strong>igheid leid<strong>de</strong> <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> tot welzijn van Zijn eig<strong>en</strong><br />
volk. Het beloof<strong>de</strong> tek<strong>en</strong> was aan <strong>de</strong> afwacht<strong>en</strong><strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nu werd aan all<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> waarschuwing van <strong>de</strong> Heiland gehoorzaam wild<strong>en</strong> zijn, e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid aangebod<strong>en</strong>.<br />
De gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> z— beschikt, dat Jod<strong>en</strong> noch Romein<strong>en</strong> <strong>de</strong> vlucht van <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Bij <strong>de</strong> aftocht van Cestius <strong>de</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> c<strong>en</strong> uitval uit<br />
Jeruzalem, <strong>en</strong> zett<strong>en</strong> het aftrekk<strong>en</strong><strong>de</strong> leger na; <strong>en</strong> terwijl bei<strong>de</strong> macht<strong>en</strong> aldus beziggehou<br />
d<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid, <strong>de</strong> stad te verlat<strong>en</strong>. Op die tijd was het land<br />
ook vrij van vijand<strong>en</strong>, die zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong> h<strong>en</strong> op te houd<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van<br />
het beleg war<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> te Jeruzalem verga<strong>de</strong>rd om het Loofhuttefeest te vier<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dus<br />
kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> het gehele land door ongehin<strong>de</strong>rd ontkom<strong>en</strong>. Zon<strong>de</strong>r oponthoud<br />
vlod<strong>en</strong> ze naar e<strong>en</strong> veilige schuilplaats,— <strong>de</strong> stad Pella, in het land van Perea, aan <strong>de</strong><br />
overzij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Jordaan.<br />
De Joodse macht, die Cestius <strong>en</strong> zijn leger achtervolg<strong>de</strong>, viel met zulk e<strong>en</strong> geweld op<br />
hun achterhoe<strong>de</strong> aan, dat algehele vernietiging h<strong>en</strong> dreig<strong>de</strong>. Het was met <strong>de</strong> grootste moeite,<br />
dat het <strong>de</strong> Romein<strong>en</strong> gelukte, terug te trekk<strong>en</strong>. De Jod<strong>en</strong> led<strong>en</strong> bijna ge<strong>en</strong> verlies, <strong>en</strong> trokk<strong>en</strong><br />
in triomf met hun buit naar Jeruzalem terug. Maar dit schijnbare sukses bracht hun niets dan<br />
ongeluk. Het wekte in h<strong>en</strong> die geest van hardnekkige teg<strong>en</strong>stand teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Romein<strong>en</strong> op, die<br />
al spoedig onuitsprekelik onheil over <strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> stad bracht.<br />
Vreselik war<strong>en</strong> <strong>de</strong> onheil<strong>en</strong>, die Jeruzalem troff<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> het beleg door Titus hervat werd.<br />
De stad werd belegerd t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van het Pascha, to<strong>en</strong> er miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> Jod<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong><br />
verga<strong>de</strong>rd war<strong>en</strong>. Hun mondvoorraad, die, zorgvuldig bewaard, <strong>de</strong> inwoners verscheid<strong>en</strong>e<br />
jar<strong>en</strong> had kunn<strong>en</strong> voed<strong>en</strong>, was tevor<strong>en</strong> vernield door <strong>de</strong> afgunst <strong>en</strong> wraakzucht van <strong>de</strong><br />
strijd<strong>en</strong><strong>de</strong> partij<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nu led<strong>en</strong> ze al <strong>de</strong> verschrikking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hongersnood. E<strong>en</strong> maat<br />
tarwe werd voor e<strong>en</strong> tal<strong>en</strong>t verkocht. Z— hevig war<strong>en</strong> <strong>de</strong> smart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> honger, dat <strong>de</strong><br />
mann<strong>en</strong> het le<strong>de</strong>r van hun gor<strong>de</strong>ls <strong>en</strong> sandal<strong>en</strong> <strong>en</strong> het overtreksel van hun schild<strong>en</strong> kauwd<strong>en</strong>.<br />
Het volk sloop in grot<strong>en</strong> getale ‘s nachts <strong>de</strong> stad uit, om wil<strong>de</strong> plant<strong>en</strong> te verzamel<strong>en</strong>, die<br />
buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> groeid<strong>en</strong>, hoewel er vel<strong>en</strong> gegrep<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r wre<strong>de</strong> marteling<strong>en</strong> ter dood<br />
gebracht werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zij, die in veiligheid terugkeerd<strong>en</strong>, dikwels beroofd werd<strong>en</strong> van wat ze<br />
met zoveel gevaar hadd<strong>en</strong> bije<strong>en</strong>gegaard. De alleron- m<strong>en</strong>selikste marteling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
15
toegepast door <strong>de</strong> hoogge- plaatst<strong>en</strong>, om van het behoeftige volk <strong>de</strong> laatste ell<strong>en</strong>dige<br />
voorraad af te pers<strong>en</strong>, die ze misschi<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>...<br />
En <strong>de</strong>ze wreedhed<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> niet zeld<strong>en</strong> begaan door m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die zelv<strong>en</strong> goed gevoed<br />
war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die slechts <strong>de</strong> begeerte hadd<strong>en</strong> om voorraad voor <strong>de</strong> toekomst op te legg<strong>en</strong>.<br />
Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> om door hongersnood <strong>en</strong> pest. Na- tuurlike lief<strong>de</strong> sche<strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> te<br />
zijn. Mann<strong>en</strong> beroofd<strong>en</strong> hun vrouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> hun mann<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> zag <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> het<br />
voedsel uit <strong>de</strong> mond van hun bejaar<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs rukk<strong>en</strong>. De vraag van <strong>de</strong> profeet: “Kan ook<br />
e<strong>en</strong> vrouw haar zuigeling verget<strong>en</strong>?” vond zijn antwoord binn<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> van die<br />
veroor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> stad: “De hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> barmhartige vrouw<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> haar kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gekookt;<br />
ze zijn haar tot spijze geword<strong>en</strong> in <strong>de</strong> verbreking van <strong>de</strong> dochter mijns volks.” We<strong>de</strong>rom<br />
werd <strong>de</strong> waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> profetie vervuld, die veerti<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> tevor<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> was:<br />
“Aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> te<strong>de</strong>re <strong>en</strong> wellustige vrouw on<strong>de</strong>r u, die niet verzocht heeft haar voetzool op<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te zett<strong>en</strong>, omdat ze zich wellustig <strong>en</strong> te<strong>de</strong>r hield; haar oog zal kwaad zijn teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
man van haar schoot, <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> haar zoon <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> haar dochter; ... <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> haar zon<strong>en</strong>, die<br />
ze gebaard zal hebb<strong>en</strong>; want ze zal h<strong>en</strong> et<strong>en</strong> in het verborg<strong>en</strong>e, vermits gebrek van alles; in<br />
<strong>de</strong> belegering <strong>en</strong> in <strong>de</strong> b<strong>en</strong>auwing waarme<strong>de</strong> uw vijand u zal b<strong>en</strong>auw<strong>en</strong> in uw poort<strong>en</strong>.”<br />
De Romeinse hoofd<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> schrik aan te jag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> op die wijze te<br />
dwing<strong>en</strong>, zich over te gev<strong>en</strong>. De gevang<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke zich verzett<strong>en</strong>, nadat ze gevat war<strong>en</strong>,<br />
werd<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> stadsmuur gegeseld, gepijnigd, <strong>en</strong> gekruisigd. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er<br />
dageliks op die wijze ter dood gebracht, <strong>en</strong> het vreselike werk hield aan, totdat in het dal van<br />
Josafat <strong>en</strong> op Golgotha het aantal kruis<strong>en</strong> z— groot was, dat er bijna ge<strong>en</strong> plaats was om er<br />
zich tuss<strong>en</strong> te beweg<strong>en</strong>. Z— vreselik werd dat ergerlike woord bezocht, dat v——r Pilatus’<br />
rechterstoel uitgesprok<strong>en</strong> was: “Zijn bloed kome over ons, <strong>en</strong> over onze kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.”<br />
Titus zou gaarne aan dit verschrikkelike toneel e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> gemaakt, <strong>en</strong> Jeruzalem alzo <strong>de</strong><br />
volle mate van haar doem be-spaard hebb<strong>en</strong>. Zijn ziel vervul<strong>de</strong> zich met afschuw, wanneer<br />
hij <strong>de</strong> licham<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> op hop<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vallei<strong>en</strong> zag ligg<strong>en</strong>. Als iemand in vervoering<br />
blikte hij van <strong>de</strong> top van <strong>de</strong> Olijfberg op <strong>de</strong> prachtige tempel neer, <strong>en</strong> gaf bevel dat er ge<strong>en</strong><br />
ste<strong>en</strong> van zou aangeraakt word<strong>en</strong>. Alvor<strong>en</strong>s te tracht<strong>en</strong> zich van <strong>de</strong>ze sterkte meester te<br />
mak<strong>en</strong>, <strong>de</strong>ed hij e<strong>en</strong> ernstig beroep op <strong>de</strong> Joodse hoofd<strong>en</strong>, dat ze hem niet dwing<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>,<br />
<strong>de</strong> heilige plaats met bloed te verontreinig<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> ze uit wild<strong>en</strong> tred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re<br />
plaats vecht<strong>en</strong>, zou ge<strong>en</strong> Romein <strong>de</strong> heiligheid van <strong>de</strong> tempel sch<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Josephus zelf<br />
smeekte h<strong>en</strong> op hoogst welsprek<strong>en</strong><strong>de</strong> wijze, zich over te gev<strong>en</strong>, om zichzelv<strong>en</strong>, hun stad, <strong>en</strong><br />
hun plaats van aanbidding te redd<strong>en</strong>. Maar zijn woord<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> met bittere vloek<strong>en</strong><br />
beantwoord. M<strong>en</strong> schoot pijl<strong>en</strong> op hem af, terwijl hij, hun laatste aardse bemid<strong>de</strong>laar, met<br />
h<strong>en</strong> stond te pleit<strong>en</strong>. De Jod<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> zelfs niet op het smek<strong>en</strong> van Gods Zoon geacht, <strong>en</strong> nu<br />
maakt<strong>en</strong> verwijt <strong>en</strong> smeking h<strong>en</strong> slechts vaster beslot<strong>en</strong>, om tot het laatst toe vol te houd<strong>en</strong>.<br />
Tevergeefs war<strong>en</strong> <strong>de</strong> poging<strong>en</strong> van Titus om <strong>de</strong> tempel te redd<strong>en</strong>; Één, groter dan hij, had<br />
verklaard, dat er niet één ste<strong>en</strong> op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re ste<strong>en</strong> zou gelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
16
De blin<strong>de</strong> hardnekkigheid van <strong>de</strong> Joodse lei<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verachtelike misdad<strong>en</strong>, die binn<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> beleger<strong>de</strong> stad gepleegd werd<strong>en</strong>, wekt<strong>en</strong> <strong>de</strong> afschuw <strong>en</strong> verontwaardiging van <strong>de</strong><br />
Romein<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> Titus besloot t<strong>en</strong> laatste om <strong>de</strong> tempel te bestorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> in te nem<strong>en</strong>. Hij<br />
nam zich echter voor, dat <strong>de</strong> tempel, indi<strong>en</strong> mogelik, voor verwoesting bewaard zou blijv<strong>en</strong>.<br />
Maar er werd niet gelet op Zijn bevel<strong>en</strong>. Nadat hij zich ‘s nachts in zijn t<strong>en</strong>t teruggetrokk<strong>en</strong><br />
had, viel<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> uitval uit <strong>de</strong> tempel do<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong> soldat<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> aan. In <strong>de</strong> strijd<br />
werd er door e<strong>en</strong> soldaat e<strong>en</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong> fakkel door e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>ing in het portaal geworp<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
onmid<strong>de</strong>llik geraakt<strong>en</strong> <strong>de</strong> met ce<strong>de</strong>rhout betimmer<strong>de</strong> vertrekk<strong>en</strong> in lichte laaie vlam. Titus<br />
spoed<strong>de</strong> zich naar <strong>de</strong> plaats, gevolgd door zijn g<strong>en</strong>eraals <strong>en</strong> hoofdlied<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beval <strong>de</strong><br />
soldat<strong>en</strong> <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> te bluss<strong>en</strong>. Er werd ge<strong>en</strong> gehoor gegev<strong>en</strong> aan zijn woord<strong>en</strong>. In hun<br />
woe<strong>de</strong> wierp<strong>en</strong> <strong>de</strong> soldat<strong>en</strong> brand<strong>en</strong>d hout in <strong>de</strong> vertrekk<strong>en</strong>, die aan <strong>de</strong> tempel gr<strong>en</strong>sd<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
slachtt<strong>en</strong> dan met hun zwaard<strong>en</strong> in grot<strong>en</strong> getale <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die er toevlucht in g<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong>. Het bloed vloei<strong>de</strong> als water van <strong>de</strong> tempeltrapp<strong>en</strong>. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Jod<strong>en</strong><br />
kwam<strong>en</strong> om. Bov<strong>en</strong> het krijgsgedruis uit klonk <strong>de</strong> kreet: “Ichabod!”, <strong>de</strong> eer is weggevoerd.<br />
“Het was Titus onmogelik om <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> soldat<strong>en</strong> te ker<strong>en</strong>; hij ging met zijn<br />
officier<strong>en</strong> naar binn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bezag het inw<strong>en</strong>dige van het heilige gebouw. De pracht vervul<strong>de</strong><br />
hem met verbazing; <strong>en</strong> daar <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> nog niet tot <strong>de</strong> heilige plaats war<strong>en</strong> doorgedrong<strong>en</strong>,<br />
<strong>de</strong>ed hij nog e<strong>en</strong> laatste poging om die te redd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vooruit spring<strong>en</strong><strong>de</strong>, maan<strong>de</strong> hij<br />
we<strong>de</strong>rom <strong>de</strong> soldat<strong>en</strong> aan, om <strong>de</strong> voortgang van <strong>de</strong> brand te stuit<strong>en</strong>. Liberalis, e<strong>en</strong> hoofdman<br />
over hon<strong>de</strong>rd, trachtte gehoorzaamheid af te dwing<strong>en</strong> met behulp van zijn staf; maar zelfs<br />
het ontzag voor <strong>de</strong> keizer week voor <strong>de</strong> woed<strong>en</strong><strong>de</strong> vijandschap teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong>, <strong>de</strong> wil<strong>de</strong><br />
opwinding van <strong>de</strong> strijd, <strong>en</strong> <strong>de</strong> onverzadigbare hoop op plun<strong>de</strong>ring. De soldat<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> alles<br />
rondom zich schitter<strong>en</strong> van het goud, welks glans verblind<strong>de</strong> bij het helle licht van <strong>de</strong><br />
vlamm<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ze veron<strong>de</strong>rsteld<strong>en</strong> dat er onberek<strong>en</strong>bare schatt<strong>en</strong> in het heiligdom bewaard<br />
werd<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> soldaat wierp ongemerkt e<strong>en</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong> fakkel tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> h<strong>en</strong>gsels van <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur,<br />
<strong>en</strong> het gehele gebouw stond in e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik in vlam. De verblind<strong>en</strong><strong>de</strong> rook <strong>en</strong> het vuur<br />
noodzaakt<strong>en</strong> <strong>de</strong> officier<strong>en</strong>, zich terug te trekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het statige gebouw werd aan zijn lot<br />
overgelat<strong>en</strong>.<br />
“Het was e<strong>en</strong> ontroer<strong>en</strong>d schouwspel voor <strong>de</strong> Romein; wat was het voor <strong>de</strong> Jood? De<br />
gehele top van <strong>de</strong> heuvel, die het uitzicht over <strong>de</strong> stad gaf, gloei<strong>de</strong> als e<strong>en</strong> vulkaan. Het <strong>en</strong>e<br />
gebouw na het an<strong>de</strong>re viel in, met ontzetténd gekraak, <strong>en</strong> werd verzwolg<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vurige<br />
afgrond. De ce<strong>de</strong>r<strong>en</strong> dak<strong>en</strong> war<strong>en</strong> vlamm<strong>en</strong><strong>de</strong> plat<strong>en</strong> gelijk; <strong>de</strong> vergul<strong>de</strong> koepels gloeid<strong>en</strong><br />
als spits<strong>en</strong> van rood licht; <strong>de</strong> tor<strong>en</strong>s van <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> wierp<strong>en</strong> grote kolomm<strong>en</strong> van vlamm<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> rook op. De omligg<strong>en</strong><strong>de</strong> heuvels werd<strong>en</strong> verlicht; m<strong>en</strong> zag donkere groep<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
in vreselike angst <strong>de</strong> voortgang van <strong>de</strong> verwoesting aanschouw<strong>en</strong> ; <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoogt<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> bov<strong>en</strong>stad war<strong>en</strong> vol aangezicht<strong>en</strong>, sommige bleek van <strong>de</strong> angst <strong>de</strong>r wanhoop, terwijl<br />
an<strong>de</strong>re grijnsd<strong>en</strong> van machteloze wraak. Het schreeuw<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Romeinse soldat<strong>en</strong>, die<br />
he<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer liep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het gekerm van <strong>de</strong> opstan<strong>de</strong>ling<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> omkwam<strong>en</strong>,<br />
m<strong>en</strong>gd<strong>en</strong> zich met het knetter<strong>en</strong> van <strong>de</strong> brand <strong>en</strong> het don<strong>de</strong>r<strong>en</strong>d geluid van <strong>de</strong> vall<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
17
alk<strong>en</strong>. De echo’s van <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> herhaald<strong>en</strong> of weerkaatst<strong>en</strong> <strong>de</strong> kret<strong>en</strong> van het volk op <strong>de</strong><br />
hoogt<strong>en</strong>; langs alle mur<strong>en</strong> weerklonk<strong>en</strong> geschrei <strong>en</strong> klaagton<strong>en</strong>; mann<strong>en</strong>, die sterv<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
war<strong>en</strong> van <strong>de</strong> honger, spand<strong>en</strong> hun laatste kracht<strong>en</strong> in om e<strong>en</strong> kreet van angst <strong>en</strong><br />
vertwijfeling uit te stot<strong>en</strong>.<br />
“De slachting binn<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> was nog vreseliker dan het schouwspel buit<strong>en</strong> af.<br />
Mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong>, oud<strong>en</strong> <strong>en</strong> jong<strong>en</strong>, opstan<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> <strong>en</strong> priesters, zij, die vocht<strong>en</strong> <strong>en</strong> zij,<br />
die om g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> smeekt<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid in <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e slachting<br />
neergehouw<strong>en</strong>. Het getal van <strong>de</strong> verslag<strong>en</strong><strong>en</strong> was groter dan dat van <strong>de</strong> moord<strong>en</strong>aars. De<br />
soldat<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> over hop<strong>en</strong> dod<strong>en</strong> klimm<strong>en</strong> om hun verniel<strong>en</strong>d werk voort te zett<strong>en</strong>.” Na<br />
<strong>de</strong> verwoesting van <strong>de</strong> tempel viel <strong>de</strong> gehele stad al spoedig in hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Romein<strong>en</strong>. De<br />
Joodse lei<strong>de</strong>rs trokk<strong>en</strong> zich terug uit hun onneembare tor<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> Titus vond ze verlat<strong>en</strong>. Met<br />
verwon<strong>de</strong>ring beschouw<strong>de</strong> hij ze, <strong>en</strong> verklaar<strong>de</strong>, dat God ze in zijn hand<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> had;<br />
want ge<strong>en</strong> machines, hoe krachtig ook, kond<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige scha<strong>de</strong> gedaan hebb<strong>en</strong> aan die<br />
ontzaglike vesting<strong>en</strong>. Zowel stad als tempel werd tot op <strong>de</strong> fondam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geslecht, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
grond, waarop het heiligdom gestaan had, werd “als e<strong>en</strong> akker geploegd.” Bij het beleg <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> slachting, die er op volg<strong>de</strong>, kwam<strong>en</strong> meer dan e<strong>en</strong> miljo<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> om; zij, wier lev<strong>en</strong><br />
gespaard bleef, werd<strong>en</strong> als gevang<strong>en</strong><strong>en</strong> weggevoerd, als slav<strong>en</strong> verkocht, naar Rome<br />
gesleept om <strong>de</strong> triomftocht van <strong>de</strong> keizer op te luister<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> amfitheaters voor <strong>de</strong> wil<strong>de</strong><br />
beest<strong>en</strong> geworp<strong>en</strong>, of als zwerveling<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r tehuis over <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> verspreid.<br />
De Jod<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> ket<strong>en</strong><strong>en</strong> gesmeed; ze hadd<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> <strong>de</strong> beker <strong>de</strong>r wraak<br />
gevuld. In <strong>de</strong> algehele vernietiging, die hun als volk trof, <strong>en</strong> in al <strong>de</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, die h<strong>en</strong> in hun<br />
verstrooiing volg<strong>de</strong>, oogstt<strong>en</strong> ze slechts wat ze met hun eig<strong>en</strong> hand<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gezaaid. De<br />
profeet zegt: “Het heeft u bedorv<strong>en</strong>, o Israël! want zij zijt gevall<strong>en</strong> om uw ongerechtigheid.”<br />
Hun lijd<strong>en</strong> wordt dikwels voorgesteld als e<strong>en</strong> straf, die h<strong>en</strong> trof door e<strong>en</strong> direkt besluit Gods.<br />
Op die wijze zoekt <strong>de</strong> grote bedrieger zijn eig<strong>en</strong> werk te verberg<strong>en</strong>. Door hardnekkige<br />
verwerping van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> war<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> oorzaak geword<strong>en</strong>, dat God<br />
hun Zijn bescherming onttrokk<strong>en</strong> had, <strong>en</strong> het Satan vergund werd h<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s zijn wil te<br />
beheers<strong>en</strong>. De vreselike wreedhed<strong>en</strong>,die bij <strong>de</strong> verwoesting van Jeruzalem begaan werd<strong>en</strong>,<br />
zijn e<strong>en</strong> voorbeeld van Satans wrek<strong>en</strong><strong>de</strong> macht over h<strong>en</strong>, die zich aan zijn heerschappij<br />
overgev<strong>en</strong>.<br />
Wij kunn<strong>en</strong> niet beseff<strong>en</strong>, hoeveel we Christus verschuldigd zijn voor <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
bescherming, die we g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>. Het is Gods terughoud<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, die het voorkomt, dat <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>sheid zich geheel <strong>en</strong> al on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> leiding van <strong>de</strong> Satan stelt. De ongehoorzam<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ondankbar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> grote red<strong>en</strong> tot dankbaarheid weg<strong>en</strong>s Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> lankmoedigheid<br />
in het betom<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wre<strong>de</strong>, kwaadaardige macht van <strong>de</strong> boze. Maar wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong><br />
gr<strong>en</strong>s van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like lankmoe-digheid overschrijdt, wordt dat bedwang wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
God staat niet teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> zondaar in <strong>de</strong> verhouding van uitvoer<strong>de</strong>r van het vonnis op<br />
overtreding; maar Hij laat h<strong>en</strong>, die Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> verwerp<strong>en</strong>, aan zichzelv<strong>en</strong> over, om te<br />
oogst<strong>en</strong> wat ze gezaaid hebb<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re straal van licht, die verworp<strong>en</strong> wordt; ie<strong>de</strong>re<br />
18
hartstocht, waaraan wordt toegegev<strong>en</strong>; ie<strong>de</strong>re overtreding van Gods wet, is e<strong>en</strong> zaad, dat<br />
gezaaid wordt, om e<strong>en</strong> nimmer miss<strong>en</strong><strong>de</strong> oogst op te lever<strong>en</strong>. Gods Geest, voortdur<strong>en</strong>d<br />
weerstaan, wordt t<strong>en</strong> laatste van <strong>de</strong> zondaar teruggetrokk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dan is er ge<strong>en</strong> macht meer<br />
om <strong>de</strong> boze hartstocht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ziel in bedwang te houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bescherming meer teg<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> kwaadaardigheid <strong>en</strong> vijandschap van <strong>de</strong> Satan. De verwoesting van Jeruzalem is e<strong>en</strong><br />
vreselike <strong>en</strong> ernstige waarschuwing voor all<strong>en</strong>, die het aanbod van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
licht acht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich verzett<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het pleit<strong>en</strong> van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like barmhartigheid. Er is nooit<br />
e<strong>en</strong> beslister getuig<strong>en</strong>is gegev<strong>en</strong> van Gods haat teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> gewisse straf, die<br />
<strong>de</strong> schuldige zal treff<strong>en</strong>.<br />
De profetie van <strong>de</strong> Heiland aangaan<strong>de</strong> het kom<strong>en</strong> van oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over Jeruzalem zal nog<br />
e<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re vervulling hebb<strong>en</strong>, waarvan die vreselike vernieling slechts e<strong>en</strong> flauwe<br />
afbeelding is. In <strong>de</strong> doem van <strong>de</strong> verkor<strong>en</strong> stad kunn<strong>en</strong> we <strong>de</strong> val van e<strong>en</strong> wereld<br />
aanschouw<strong>en</strong>, die Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> verworp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zijn wet met voet<strong>en</strong> getred<strong>en</strong> heeft. Duister<br />
zijn <strong>de</strong> registers van m<strong>en</strong>selike ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, waarvan <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> zijn lange eeuw<strong>en</strong> van<br />
misdaad getuige is geweest. Het hart ontzinkt ons, <strong>en</strong> het hoofd duizelt bij <strong>de</strong> beschouwing<br />
ervan. Vreselik zijn <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> geweest van het verwerp<strong>en</strong> van het gezag <strong>de</strong>s Hemels.<br />
Maar e<strong>en</strong> nog donker<strong>de</strong>r schouwspel wordt ons in <strong>de</strong> op<strong>en</strong>baring van <strong>de</strong> toekomst<br />
afgetek<strong>en</strong>d. Hetge<strong>en</strong> van het verled<strong>en</strong> staat opgetek<strong>en</strong>d, — <strong>de</strong> lange rij van oproer<strong>en</strong>,<br />
oorlog<strong>en</strong> <strong>en</strong> omw<strong>en</strong>teling<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> “<strong>de</strong> ganse strijd <strong>de</strong>rg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die stred<strong>en</strong>, met gedruis<br />
geschied<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in het bloed gew<strong>en</strong>teld werd<strong>en</strong>,” — wat zijn <strong>de</strong>ze in vergelijk<br />
met <strong>de</strong> verschrikking<strong>en</strong> van die dag, wanneer Gods beteugel<strong>en</strong><strong>de</strong> Geest geheel <strong>en</strong> al van <strong>de</strong><br />
god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> zal afgetrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> uiting<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>selike hartstocht <strong>en</strong> sataniese<br />
woe<strong>de</strong> niet langer in toom houd<strong>en</strong> zal! De wereld zal dan, als nooit tevor<strong>en</strong>, <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van<br />
Satans heerschappij aanschouw<strong>en</strong>.<br />
Maar op die dag, gelijk t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> verwoesting van Jeruzalem, zal Gods volk<br />
verlost word<strong>en</strong>, “elke<strong>en</strong>, wi<strong>en</strong>s naam opgeschrev<strong>en</strong> wordt gevond<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.”<br />
Christus heeft verklaard, dat Hij voor <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> maal kom<strong>en</strong> zal, om Zijn getrouw<strong>en</strong> tot<br />
Zich te nem<strong>en</strong>; “dan zull<strong>en</strong> al <strong>de</strong> geslacht<strong>en</strong> <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> w<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
zi<strong>en</strong>, kom<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, met grote kracht <strong>en</strong> heerlikheid. En Hij zal Zijn<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> uitz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> bazuin van groot geluid, <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> Zijn uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
bije<strong>en</strong>verga<strong>de</strong>r<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> vier wind<strong>en</strong>, van het <strong>en</strong>e uiterste <strong>de</strong>r hemel<strong>en</strong> tot het an<strong>de</strong>re uiterste<br />
<strong>de</strong>rzelve.” Dan zull<strong>en</strong> zij die het evangelie niet gehoorzam<strong>en</strong>, verdaan word<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
verschijning Zijner toekomst.3 Gelijk Israël van ouds, zo ook do<strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong><br />
zichzelv<strong>en</strong> te niet; ze vall<strong>en</strong> door hun eig<strong>en</strong> ongerechtigheid. Door e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />
hebb<strong>en</strong> ze zich <strong>de</strong>rmate van God vervreemd, is hun natuur z— laag gezonk<strong>en</strong> door het<br />
kwa<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> op<strong>en</strong>baring van Zijn heerlikheid hun e<strong>en</strong> verslind<strong>en</strong>d vuur wordt.<br />
Lat<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich in acht nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijzing niet veronachtzam<strong>en</strong>, die ze in<br />
<strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Christus vind<strong>en</strong>. Gelijk Hij Zijn discipel<strong>en</strong> waarschuw<strong>de</strong> v——r <strong>de</strong><br />
verwoesting van Jeruzalem, hun e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> gev<strong>en</strong><strong>de</strong> van <strong>de</strong> na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> val ervan opdat ze<br />
19
mocht<strong>en</strong> ontkom<strong>en</strong>, zo ook heeft Hij <strong>de</strong> wereld gewaarschuwd v——r <strong>de</strong> dag van <strong>de</strong> laatste<br />
verwoesting, <strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ring daarvan, opdat all<strong>en</strong>, die will<strong>en</strong>,<br />
ontvlied<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> toekom<strong>en</strong><strong>de</strong> toorn. Jezus verklaart: “Er zull<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn in <strong>de</strong><br />
zon, <strong>en</strong> maan, <strong>en</strong> sterr<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> b<strong>en</strong>auwdheid <strong>de</strong>r volk<strong>en</strong>, met twijfelmoedigheid.”<br />
Zij, die <strong>de</strong> voorlopers van Zijn komst aanschouw<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> “dat het nabij is, v——r<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>ur.” “Zo waakt dan,” zijn Zijn verman<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong>. Zij, die acht gev<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
waarschuwing, zull<strong>en</strong> niet in duisternis gelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, opdat die dag h<strong>en</strong> niet als e<strong>en</strong> dief<br />
zou bevang<strong>en</strong>. Maar over h<strong>en</strong>, die niet will<strong>en</strong> wak<strong>en</strong>, “zal die dag kom<strong>en</strong>, gelijk e<strong>en</strong> dief in<br />
<strong>de</strong> nacht.”<br />
De wereld is tans niet meer gereed om <strong>de</strong> boodschap voor <strong>de</strong>ze tijd te gelov<strong>en</strong>, dan <strong>de</strong><br />
Jod<strong>en</strong> het war<strong>en</strong>, om <strong>de</strong>s Heilands waarschuwing betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> Jeruzalem te ontvang<strong>en</strong>. Wat<br />
er ook gebeur<strong>en</strong> moge, Gods dag zal onverwacht kom<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>. Wanneer het<br />
lev<strong>en</strong> zijn gewone gang gaat; wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich verliez<strong>en</strong> in het zoek<strong>en</strong> naar gnot, in<br />
hun wereldse zak<strong>en</strong> <strong>en</strong> verkeer, <strong>en</strong> het jag<strong>en</strong> naar rijkdom; wanneer godsdi<strong>en</strong>stige lei<strong>de</strong>rs <strong>de</strong><br />
voortgang <strong>en</strong> verlichting van <strong>de</strong> wereld prijz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het volk gesust wordt in e<strong>en</strong> valse<br />
gerustheid, — dan zal, zoals <strong>de</strong> dief te mid<strong>de</strong>rnacht <strong>de</strong> onbewaakte woning besluipt,<br />
plotselinge verwoesting <strong>de</strong> zorgeloz<strong>en</strong> <strong>en</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> overvall<strong>en</strong>, “<strong>en</strong> zij zull<strong>en</strong> het<br />
ge<strong>en</strong>szins ontvlied<strong>en</strong>.” 41 Thess. 5:2-5.<br />
20
Hoofdstuk 2 — Vur<strong>en</strong> van Vervolging<br />
To<strong>en</strong> Jezus aan Zijn discipel<strong>en</strong> het lot van Jeruzalem <strong>en</strong> <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong> van Zijn we<strong>de</strong>rkomst<br />
op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong>, voorzei<strong>de</strong> Hij tev<strong>en</strong>s wat <strong>de</strong> Zijn<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvind<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd af, waarop<br />
Hij van h<strong>en</strong> zou wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, tot op Zijn we<strong>de</strong>rkomst in macht <strong>en</strong> heerlikheid om<br />
h<strong>en</strong> te verloss<strong>en</strong>. Van <strong>de</strong> Olijfberg af aanschouw<strong>de</strong> <strong>de</strong> Heiland <strong>de</strong> storm<strong>en</strong>, die welhaast<br />
over <strong>de</strong> apostoliese kerk zoud<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dieper in <strong>de</strong> toekomst indring<strong>en</strong><strong>de</strong>, ontwaar<strong>de</strong><br />
Zijn blik <strong>de</strong> wil<strong>de</strong>, verniel<strong>en</strong><strong>de</strong> orkan<strong>en</strong>, welke Zijn volgeling<strong>en</strong> in <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> van<br />
duisternis <strong>en</strong> vervolging zoud<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>. In <strong>en</strong>kele korte gezegd<strong>en</strong> vol ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is<br />
voorspel<strong>de</strong> Hij wat <strong>de</strong> kerk Gods te wacht<strong>en</strong> stond van <strong>de</strong> overst<strong>en</strong> <strong>de</strong>zer wereld. Christus’<br />
volgeling<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> hetzelf<strong>de</strong> pad van verne<strong>de</strong>ring, spot <strong>en</strong> lijd<strong>en</strong> betred<strong>en</strong>, dat hun<br />
Meester betrad. De vijandschap, welke teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Verlosser van <strong>de</strong> wereld losgebarst<strong>en</strong> was,<br />
zou teg<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die in Zijn naam gelov<strong>en</strong>, geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>.<br />
De geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> eerste kerk getuig<strong>de</strong> van <strong>de</strong> vervulling van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Heiland. De macht<strong>en</strong> van aar<strong>de</strong> <strong>en</strong> hel steld<strong>en</strong> zich in slagor<strong>de</strong> teg<strong>en</strong> Christus, in <strong>de</strong> persoon<br />
van Zijn volgeling<strong>en</strong>. Het heid<strong>en</strong>dom voorzag dat, indi<strong>en</strong> het evangelie triomfeer<strong>de</strong>, zijn<br />
tempels <strong>en</strong> altar<strong>en</strong> verwoest zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; vandaar dat het zijn strijdkracht<strong>en</strong> verzamel<strong>de</strong><br />
om het Christ<strong>en</strong>dom <strong>de</strong> dood aan te do<strong>en</strong>. Het vuur <strong>de</strong>r vervolging werd ontstok<strong>en</strong>. De<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong> van hun bezitting<strong>en</strong> beroofd, <strong>en</strong> uit hun woonplaats<strong>en</strong> ver- drev<strong>en</strong>. Ze<br />
hadd<strong>en</strong> “veel strijds <strong>de</strong>s lijd<strong>en</strong>s te verdrag<strong>en</strong>.” Zij moest<strong>en</strong> “bespotting<strong>en</strong> <strong>en</strong> gesel<strong>en</strong><br />
proev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ook band<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>is.” E<strong>en</strong> groot aantal verzegel<strong>de</strong> hun getuig<strong>en</strong>is met<br />
hun bloed. E<strong>de</strong>lman <strong>en</strong> slaaf, rijke <strong>en</strong> arme, geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> ongeletter<strong>de</strong>, all<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
on<strong>de</strong>rscheid <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> ter dood gebracht.<br />
Deze vervolging<strong>en</strong>, die omtr<strong>en</strong>t <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> marteldood van Paulus on<strong>de</strong>r Nero e<strong>en</strong><br />
aanvang nam<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> met meer-<strong>de</strong>re of min<strong>de</strong>re woe<strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> lang voortgezet. De<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong> valselik van <strong>de</strong> vreselikste misdad<strong>en</strong> beschuldigd, <strong>en</strong> verklaard <strong>de</strong><br />
oorzaak te zijn van grote ramp<strong>en</strong>, als hongers-nood, pest <strong>en</strong> aardbeving. Terwijl ze <strong>de</strong><br />
voorwerp<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> van volkshaat <strong>en</strong> verd<strong>en</strong>king, stond<strong>en</strong> er verklagers gereed om ter wille<br />
van eig<strong>en</strong> voor<strong>de</strong>el <strong>de</strong> onschuldig<strong>en</strong> te verrad<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld als rebell<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> regering, vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> pest voor <strong>de</strong> maatschappij. E<strong>en</strong> zeer groot<br />
aantal werd voor <strong>de</strong> wil<strong>de</strong> dier<strong>en</strong> geworp<strong>en</strong>, of in <strong>de</strong> amfitheaters lev<strong>en</strong>d verbrand.<br />
Sommig<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gekruisigd; an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong> huid<strong>en</strong> van wil<strong>de</strong> dier<strong>en</strong> gestok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het<br />
strijdperk geworp<strong>en</strong>, om door hond<strong>en</strong> verscheurd te word<strong>en</strong>. Hun straf werd m<strong>en</strong>igmaal het<br />
hoofdschouwspel gemaakt bij op<strong>en</strong>bare feestclikhed<strong>en</strong>. Grote m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> verzameld<strong>en</strong> zich<br />
om van het schouwspel te g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aanschouwd<strong>en</strong> hun sterv<strong>en</strong>smart<strong>en</strong> met luid gelach<br />
<strong>en</strong> toejuiching<strong>en</strong>.<br />
Waar ze ook maar e<strong>en</strong> schuilplaats zocht<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus als<br />
roofdier<strong>en</strong> gejaagd. Ze war<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oodzaakt, zich in woeste <strong>en</strong> e<strong>en</strong>zame plaats<strong>en</strong> te verstek<strong>en</strong>.<br />
21
“Verlat<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ze, verdrukt, kwalik behan<strong>de</strong>ld; welker <strong>de</strong> wereld niet waardig was; ze<br />
doold<strong>en</strong> in woestijn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op berg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in spelonk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> hol<strong>en</strong> <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong>.” De<br />
katakomb<strong>en</strong> bod<strong>en</strong> schuilplaats aan duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heuvels buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> stad Rome<br />
war<strong>en</strong> lange galerij<strong>en</strong> uitgegrav<strong>en</strong>, door zand <strong>en</strong> rots, e<strong>en</strong> donkere doolhof van gang<strong>en</strong>, die<br />
zich mijl<strong>en</strong> ver buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> van <strong>de</strong> stad uitstrekte. In <strong>de</strong>ze on<strong>de</strong>raardse schuilplaats<strong>en</strong><br />
begroev<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus hun dod<strong>en</strong>; <strong>en</strong> daar ook vond<strong>en</strong> zijzelv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tehuis,<br />
als ze verdacht <strong>en</strong> vogelvrij verklaard werd<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> Lev<strong>en</strong>sgever h<strong>en</strong> zal wakker<br />
roep<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> strijd gestred<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, zal er m<strong>en</strong>ig martelaar voor Christus uit die<br />
donkere spelonk<strong>en</strong> te voorschijn tred<strong>en</strong>.<br />
Te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wreedste vervolging<strong>en</strong> bewaard<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze getuig<strong>en</strong> voor Jezus hun<br />
geloof onbevlekt. Schoon alle gemakk<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong> hun ontnom<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze van het<br />
zonnelicht afgeslot<strong>en</strong> zich e<strong>en</strong> tehuis moest<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vri<strong>en</strong><strong>de</strong>like schoot <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong>,<br />
uitt<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele klacht. Met woord<strong>en</strong> van geloof, geduld <strong>en</strong> hoop bemoedigd<strong>en</strong> ze<br />
elkan<strong>de</strong>r cm ontbering <strong>en</strong> nood fe verdrag<strong>en</strong>. Het verlies van ie<strong>de</strong>re aardse zeg<strong>en</strong> kon er h<strong>en</strong><br />
niet toe br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> hun geloof in Christus te verzak<strong>en</strong>. Verdrukking <strong>en</strong> vervolging war<strong>en</strong> hun<br />
slechts stapp<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> na<strong>de</strong>r bracht<strong>en</strong> tot hun rust <strong>en</strong> hun loon.<br />
Gelijk Gods di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van ouds werd<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> “uitgerekt, <strong>de</strong> aangebod<strong>en</strong><br />
verlossing niet aannem<strong>en</strong><strong>de</strong>, opdat ze e<strong>en</strong> betere opstanding verkrijg<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>.” Ze<br />
herinnerd<strong>en</strong> zich <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van hun Meester, dat, wanneer ze vervolgd zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om<br />
Christus’ wil, ze zich moest<strong>en</strong> verblijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> verheug<strong>en</strong>, omdat hun loon in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> groot<br />
zou zijn; daar ook <strong>de</strong> profet<strong>en</strong>, die v——r h<strong>en</strong> geweest war<strong>en</strong>, aldus vervolgd war<strong>en</strong><br />
geword<strong>en</strong>. Ze verheugd<strong>en</strong> zich, dat ze waardig geacht werd<strong>en</strong> om <strong>de</strong>r wille van <strong>de</strong> waarheid<br />
te lijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> triomflie<strong>de</strong>r<strong>en</strong> steg<strong>en</strong> op uit het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> knetter<strong>en</strong><strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong>. In het<br />
geloof opwaarts zi<strong>en</strong><strong>de</strong>, zag<strong>en</strong> ze Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> over <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemelstad<br />
he<strong>en</strong> met <strong>de</strong> innigste belangstelling op h<strong>en</strong> neerblikk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun standvastigheid goedkeur<strong>en</strong>d<br />
aanschouw<strong>en</strong>. Er kwam e<strong>en</strong> stem tot h<strong>en</strong> neer van <strong>de</strong> troon Gods: “Zijt getrouw tot <strong>de</strong> dood,<br />
<strong>en</strong> Ik zal u gev<strong>en</strong> <strong>de</strong> kroon <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s.”<br />
Satans poging<strong>en</strong> om <strong>de</strong> kerk van Christus door geweld te verstor<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> vergeefs. De<br />
grote strijd, in welke <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Jezus het lev<strong>en</strong> liet<strong>en</strong>, hield niet op, to<strong>en</strong> die<br />
getrouwe banierdragers op hun post<strong>en</strong> sneuveld<strong>en</strong>. Ze overwonn<strong>en</strong> door ne<strong>de</strong>rlaag. [Gods<br />
werklied<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gedood, maar Zijn werk ging gestadig voorwaarts. Het evangelie werd al<br />
meer verbreid, <strong>en</strong> het aantal aanhangers groei<strong>de</strong> gedurig aan. Het baan<strong>de</strong> zich e<strong>en</strong> weg, waar<br />
alle toegang afgeslot<strong>en</strong> was, zelfs tot <strong>de</strong> a<strong>de</strong>lar<strong>en</strong> van Rome. E<strong>en</strong> zeker Christ<strong>en</strong>, die met <strong>de</strong><br />
heid<strong>en</strong>se overhed<strong>en</strong>, welke do vervolging met kracht wild<strong>en</strong> doorzett<strong>en</strong>, in woor<strong>de</strong>wisseling<br />
was, zei: Gij moogt ons “dod<strong>en</strong>, martel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Uw onrechtvaardigheid is het<br />
bewijs dat we onschuldig zijn. . . . Ook helpt uw wreedheid u niets.” Die was slechts e<strong>en</strong><br />
krachtiger uitnodiging om an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot hun overtuiging te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. “Hoe meer wij door u<br />
afgemaaid word<strong>en</strong>, hoe meer in aantal we weer opschiet<strong>en</strong>; het bloed van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> is<br />
zaad.”<br />
22
Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> gezet <strong>en</strong> ter dood gebracht; maar an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> op <strong>en</strong><br />
nam<strong>en</strong> hun plaats<strong>en</strong> in. En <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die om hun geloof <strong>de</strong> marteldood on<strong>de</strong>rging<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />
daardoor voor Christus verzekerd, <strong>en</strong> door Hem als overwinnaars aangerek<strong>en</strong>d. Zij hadd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> goe<strong>de</strong> strijd gestred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> erekroon ontvang<strong>en</strong>, wanneer Christus we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong><br />
zou. Het lijd<strong>en</strong>, dat ze on<strong>de</strong>rging<strong>en</strong>, sloot <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> na<strong>de</strong>r aan elkan<strong>de</strong>r <strong>en</strong> aan hun<br />
Verlosser aan. Het voorbeeld van hun lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is van hun dood war<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
voortdur<strong>en</strong><strong>de</strong> belijd<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong> waar het‘t minst kon verwacht word<strong>en</strong>,<br />
verliet<strong>en</strong> Satans on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> zijn di<strong>en</strong>st <strong>en</strong> schaard<strong>en</strong> zich on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> banier van Christus.<br />
Het was om die red<strong>en</strong>,dat Satan plann<strong>en</strong> beraam<strong>de</strong> om met betere uitslag <strong>de</strong><br />
Godsregering te bestrijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat wel door zijn banier omhoog te heff<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Christelike<br />
kerk. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus bedrog<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ertoe gebracht, God<br />
te mishag<strong>en</strong>, zo zoud<strong>en</strong> hun kracht, sterkte van ziel, <strong>en</strong> standvastigheid te kort schiet<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
ze hem ge- makkelik t<strong>en</strong> prooi word<strong>en</strong>. Door list beproef<strong>de</strong> <strong>de</strong> grote vijand nu te verkrijg<strong>en</strong>,<br />
wat hij zich door geweld niet had kunn<strong>en</strong> verwerv<strong>en</strong>. De vervolging hield op, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gevaarlike aantrekkelikhed<strong>en</strong> van tij<strong>de</strong>- like voorspoed <strong>en</strong> wereldse eer werd<strong>en</strong> ervoor in <strong>de</strong><br />
plaats gesteld. Ago<strong>de</strong>di<strong>en</strong>aars werd<strong>en</strong> ertoe gebracht, e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van het Christelik geloof te<br />
omhelz<strong>en</strong>, terwijl ze an<strong>de</strong>re grondwaarhed<strong>en</strong> verwierp<strong>en</strong>. Ze gav<strong>en</strong> voor, Jezus aan te<br />
nem<strong>en</strong> als <strong>de</strong> Zoon van God, <strong>en</strong> in Zijn dood <strong>en</strong> opstanding te gelov<strong>en</strong>; maar ze hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
overtuiging van zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> gevoeld<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> behoefte aan berouw <strong>en</strong> veran<strong>de</strong>ring van gemoed.<br />
Met wat van hun zij<strong>de</strong> toe te gev<strong>en</strong>, steld<strong>en</strong> ze voor dat <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> ook wat toegev<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong>, zodat all<strong>en</strong> één zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in geloof aan Christus.<br />
Nu verkeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> kerk in vreselik gevaar. Gevang<strong>en</strong>is, marteling, vuur <strong>en</strong> zwaard war<strong>en</strong><br />
zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> te acht<strong>en</strong> in vergelijking hiervan. Enige Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> blev<strong>en</strong> standvastig, <strong>en</strong><br />
verklaard<strong>en</strong>, dat ze ge<strong>en</strong> beginsel<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> prijs gev<strong>en</strong>. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er voor, sommige<br />
geloofspunt<strong>en</strong> op te gev<strong>en</strong>, of wat te wijzig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> met <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het<br />
Christ<strong>en</strong>dom ge<strong>de</strong>eltelik aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, bewer<strong>en</strong><strong>de</strong> dat dit het mid<strong>de</strong>l kon word<strong>en</strong> tot<br />
hun algehele bekering. Dat was e<strong>en</strong> tijd van grote angst voor <strong>de</strong> getrouwe volgeling<strong>en</strong> van<br />
Christus. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> mantel van geveinsd Christ<strong>en</strong>dom sloop Satan <strong>de</strong> kerk binn<strong>en</strong>, om hun<br />
geloof te verzwakk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> af te trekk<strong>en</strong> van het Woord <strong>de</strong>r waarheid.<br />
De meeste Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> stemd<strong>en</strong> er t<strong>en</strong> laatste in toe, hun standaard te verlag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
ver<strong>en</strong>iging van Christ<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> heid<strong>en</strong>dom kwam tot stand. Ofschoon <strong>de</strong> aanbid<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong><br />
afgod<strong>en</strong> voorgav<strong>en</strong> bekeerd te zijn, <strong>en</strong> zich bij <strong>de</strong> kerk voegd<strong>en</strong>, blev<strong>en</strong> ze hun afgo<strong>de</strong>rij<br />
aanklev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verwisseld<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> voorwerp<strong>en</strong> van hun verering voor beeld<strong>en</strong> van Jezus,<br />
<strong>en</strong> zelfs van Maria <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>. De bedorv<strong>en</strong> zuur<strong>de</strong>sem van <strong>de</strong> afgo<strong>de</strong>rij, aldus <strong>de</strong> kerk<br />
binn<strong>en</strong>gebracht, <strong>de</strong>ed zijn ver<strong>de</strong>rv<strong>en</strong>d werk. Ongezon<strong>de</strong> lering<strong>en</strong>, bijgelovige gebruik<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
afgodiese ceremonieën werd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> belijd<strong>en</strong>is <strong>en</strong> eredi<strong>en</strong>st opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong><br />
volgeling<strong>en</strong> van Christus zich met afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>aars ver<strong>en</strong>igd<strong>en</strong>, werd <strong>de</strong> Christelike<br />
godsdi<strong>en</strong>st verdorv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verloor <strong>de</strong> kerk zijn reinheid <strong>en</strong> kracht. Enkel<strong>en</strong> echter werd<strong>en</strong><br />
23
door <strong>de</strong>ze dwaling<strong>en</strong> niet verleid. Zij blev<strong>en</strong> bij hun getrouwheid aan <strong>de</strong> Bron <strong>de</strong>r waarheid,<br />
<strong>en</strong> di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> God alle<strong>en</strong>.<br />
Er zijn altijd twee klass<strong>en</strong> geweest on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die er zieh voor uitgev<strong>en</strong>, dat ze<br />
Christus’ volgeling<strong>en</strong> zijn. Terwijl <strong>de</strong> <strong>en</strong>e klasse het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland bestu<strong>de</strong>ert,<br />
ernstig hun fout<strong>en</strong> zoekt te verbeter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het grote Voorbeeld tracht gelijk te word<strong>en</strong>, keert<br />
<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re klasse zich af van <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige, praktiese waarhed<strong>en</strong>, die hun feil<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> dag<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zelfs in zijn beste staat bestond <strong>de</strong> kerk niet geheel <strong>en</strong> al uit getrouw<strong>en</strong>, rein<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
oprecht<strong>en</strong>. Onze Heiland leer<strong>de</strong> dat zij, die moedwillig <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> aanhang<strong>en</strong>, niet in <strong>de</strong> kerk<br />
mog<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; toch verbond Hij aan zich mann<strong>en</strong>, wier karakter niet zon<strong>de</strong>r<br />
fout<strong>en</strong> was, <strong>en</strong> schonk hun <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van Zijn on<strong>de</strong>rwijs <strong>en</strong> voorbeeld, opdat ze<br />
geleg<strong>en</strong>heid zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om hun dwaling<strong>en</strong> in te zi<strong>en</strong> <strong>en</strong> zich te beter<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> twaalf<br />
apostel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verra<strong>de</strong>r. Judas werd aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, niet weg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> gebrek<strong>en</strong> van zijn<br />
karakter, maar t<strong>en</strong> spijte van die. Hij werd on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, opdat hij door <strong>de</strong><br />
leer <strong>en</strong> het voorbeeld van Christus zou ler<strong>en</strong> verstaan, waarin het karakter van e<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong><br />
bestaat, <strong>en</strong> er zo toe gebracht zou word<strong>en</strong>, zijn dwaling<strong>en</strong> in te zi<strong>en</strong>, tot berouw te kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
met behulp van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, zijn ziel te zuiver<strong>en</strong>, door “<strong>de</strong> waarheid gehoorzaam<br />
te word<strong>en</strong>.” Maar Judas wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> niet in het licht, dat hem zo g<strong>en</strong>adig verle<strong>en</strong>d werd.<br />
Door aan <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> toe te gev<strong>en</strong>, lokte hij <strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Satan uit. Zijn slechte<br />
karaktertrekk<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> dé overhand. Hij liet zijn hart beheers<strong>en</strong> door <strong>de</strong> macht <strong>de</strong>r<br />
duisternis, werd toornig, wanneer hem zijn fout<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het oog werd<strong>en</strong> gebracht, <strong>en</strong> kwam<br />
op die wijze tot <strong>de</strong> vreselike misdaad van zijn Meester te verrad<strong>en</strong>. Op gelijke wijze hat<strong>en</strong><br />
all<strong>en</strong>, die on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schijn van godzaligheid <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> aanhang<strong>en</strong>, <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> die hun vre<strong>de</strong><br />
verstor<strong>en</strong> door hun zondige wan<strong>de</strong>l te veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Wanneer zich e<strong>en</strong> gunstige geleg<strong>en</strong>heid<br />
voordoet, zull<strong>en</strong> ze als Judas dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> verrad<strong>en</strong>, die, hun t<strong>en</strong> goe<strong>de</strong>, getracht hebb<strong>en</strong>, h<strong>en</strong><br />
terecht te wijz<strong>en</strong>.<br />
De apostel<strong>en</strong> ontmoett<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kerk m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die voorgav<strong>en</strong> godzaligheid te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
terwijl ze heimelik <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> pleegd<strong>en</strong>. Ananias <strong>en</strong> Saffira speeld<strong>en</strong> <strong>de</strong> rol van bedriegers,<br />
voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong> alles aan God te gev<strong>en</strong>, terwijl ze geldgierig e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el voor zichzelv<strong>en</strong> achterhield<strong>en</strong>.<br />
De Geest <strong>de</strong>r waarheid op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> het ware karakter van <strong>de</strong>ze<br />
veinzaards, <strong>en</strong> Gods oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> zuiverd<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk van die vuile smet op zijn reinheid. Dit<br />
klare bewijs van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong><strong>de</strong> Geest van Christus in <strong>de</strong> kerk verschrikte <strong>de</strong> valse<br />
broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> kwaaddo<strong>en</strong>ers. Ze kond<strong>en</strong> niet lang verbond<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> met <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>,die in<br />
gewoont<strong>en</strong> <strong>en</strong> neiging<strong>en</strong> getrouwe verteg<strong>en</strong>woordigers van Christus war<strong>en</strong>; <strong>en</strong> als Zijn<br />
volgeling<strong>en</strong> beproeving<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervolging<strong>en</strong> te verdur<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> het alle<strong>en</strong> zij, die<br />
alles wild<strong>en</strong> opgev<strong>en</strong> ter wille van <strong>de</strong> waarheid, die begeerte hadd<strong>en</strong> om Zijn discipel<strong>en</strong> te<br />
word<strong>en</strong>. Zo lang daarom als <strong>de</strong> vervolging<strong>en</strong> voortduurd<strong>en</strong>, bleef <strong>de</strong> kerk re<strong>de</strong>lik zuiver.<br />
Maar to<strong>en</strong> die ophield<strong>en</strong>, kwam<strong>en</strong> er bekeerling<strong>en</strong> in, die min<strong>de</strong>r oprecht <strong>en</strong> toegewijd<br />
war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> was <strong>de</strong> weg voor Satan op<strong>en</strong> om vat op <strong>de</strong> kerk te krijg<strong>en</strong>.<br />
24
Doch er is ge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>stemming tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> Vorst van het licht <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorst van <strong>de</strong><br />
duisternis, <strong>en</strong> er kan ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid zijn tuss<strong>en</strong> hun volgeling<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> erin<br />
bewilligd<strong>en</strong>, zich met dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>, die slechts t<strong>en</strong> halve van het heid<strong>en</strong>dom<br />
bekeerd war<strong>en</strong>, sloeg<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> pad in, dat h<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> waarheid weg leid<strong>de</strong>.<br />
Satan juichte, dat het hem gelukt was, zulk e<strong>en</strong> groot aantal van Christus’ volgeling<strong>en</strong> te<br />
bedrieg<strong>en</strong>. Hij bracht h<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s meer volkom<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r zijn macht, <strong>en</strong> vuur<strong>de</strong> h<strong>en</strong> aan<br />
om <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Go<strong>de</strong> getrouw geblev<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, te vervolg<strong>en</strong>. Niemand verstond beter, het<br />
ware Christelike geloof teg<strong>en</strong> te gaan dan zij, die het e<strong>en</strong>maal zelv<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>digd hadd<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>ze afvallige Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, in verbinding met hun half-heid<strong>en</strong>se g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, kantt<strong>en</strong> zich teg<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> hoofdpunt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> leer van Christus.<br />
Wanhopig moest<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die getrouw wild<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>, strijd<strong>en</strong> om te blijv<strong>en</strong> staan<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> bedriegerij<strong>en</strong> <strong>en</strong> gruwel<strong>en</strong>, welke, in priesterkle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> vermomd,<strong>de</strong> kerk<br />
binn<strong>en</strong>gevoerd werd<strong>en</strong>. De Bijbel werd niet aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als <strong>de</strong> standaard van het geloof. De<br />
leer van godsdi<strong>en</strong>stvrijheid werd ketterij gehet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aanhangers ervan gehaat <strong>en</strong><br />
vervolgd. Na lange <strong>en</strong> zware strijd beslot<strong>en</strong> <strong>de</strong> weinige getrouw<strong>en</strong> alle verbint<strong>en</strong>is met <strong>de</strong><br />
afvallige kerk af te brek<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> die zou blijv<strong>en</strong> weiger<strong>en</strong>, zich van valse leerstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
afgo<strong>de</strong>- di<strong>en</strong>st te zuiver<strong>en</strong>. Ze zag<strong>en</strong> in, dat scheiding onvermij<strong>de</strong>iik was, indi<strong>en</strong> ze aan het<br />
woord Gods gehoorzaam wild<strong>en</strong> zijn. Ze durfd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> dwaling<strong>en</strong> gedog<strong>en</strong>, die do<strong>de</strong>lik<br />
zoud<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> op hun eig<strong>en</strong> ziel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorbeeld do<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, dat het geloof van<br />
hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> kindskin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in gevaar br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zou. Om vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid te bewerk<strong>en</strong>,<br />
war<strong>en</strong> ze gewillig, op alle punt<strong>en</strong> in te schikk<strong>en</strong>, die bestaanbaar war<strong>en</strong> met getrouwheid aan<br />
God; maar ze gevoeld<strong>en</strong>, dat vre<strong>de</strong> zelfs te duur zou gekocht word<strong>en</strong>, als er beginsel<strong>en</strong> voor<br />
moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgeofferd. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid alle<strong>en</strong> verkrijgbaar was door verzaking <strong>de</strong>r<br />
waarheid <strong>en</strong> gerechtigheid, dan moest er liever verschil, <strong>en</strong> zelfs op<strong>en</strong>like strijd zijn.<br />
Hoe goed zou het voor <strong>de</strong> kerk <strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld wez<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong>, welke die<br />
standvastige ziel<strong>en</strong> tot han<strong>de</strong>l<strong>en</strong> drev<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van Gods belijd<strong>en</strong>d volk verlev<strong>en</strong>digd<br />
werd<strong>en</strong>. Er bestaat zorgwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> onverschilligheid met betrekking tot <strong>de</strong> leerstukk<strong>en</strong>, die<br />
<strong>de</strong> steunpilar<strong>en</strong> van het Christelik geloof vorm<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>ing wint veld, dat die er niet<br />
zoveel op aankom<strong>en</strong>. Deze verachtering sterkt <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> <strong>de</strong>rg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die aan Satans zij<strong>de</strong><br />
staan, zodat valse theorieën <strong>en</strong> noodlottige dwaling<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> getrouw<strong>en</strong> in vroeger<br />
eeuw<strong>en</strong> op gevaar van hun lev<strong>en</strong> af zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> weerstaan <strong>en</strong> aan het licht gebracht, nu<br />
door duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die voorgev<strong>en</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus te zijn, met goedwilligheid<br />
aangezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
De eerste Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> war<strong>en</strong> in<strong>de</strong>rdaad e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aardig volk. Hun vlekkeloos gedrag <strong>en</strong><br />
standvastig geloof war<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d verwijt, dat <strong>de</strong> rust van zondar<strong>en</strong> verstoor<strong>de</strong>.<br />
Ofschoon ze weinig<strong>en</strong> in getal war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r aardse mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, aanzi<strong>en</strong>, of eerbare titels,<br />
war<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> kwaaddo<strong>en</strong>ers tot e<strong>en</strong> schrik, waar ook maar hun karakter <strong>en</strong> hun leer bek<strong>en</strong>d<br />
war<strong>en</strong>. Om die red<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ze door <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> gehaat, gelijk Abel gehaat werd door<br />
zijn god<strong>de</strong>loze broe<strong>de</strong>r. Om gelijke red<strong>en</strong> als Kaïn Abel versloeg, bracht<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
25
and<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest zocht<strong>en</strong> af te werp<strong>en</strong>, Gods volk ter dood. Om diezelf<strong>de</strong><br />
oorzaak ook verwierp<strong>en</strong> <strong>en</strong> kruisigd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heiland,— wijl <strong>de</strong> reinheid <strong>en</strong> heiligheid<br />
van Zijn karakter e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d getuig<strong>en</strong>is was teg<strong>en</strong> hun zelfzucht <strong>en</strong> verdorv<strong>en</strong>heid.<br />
Van <strong>de</strong> tijd van Christus af tot op hed<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> Zijn getrouwe discipel<strong>en</strong> zich <strong>de</strong> haat <strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong>werking op <strong>de</strong> hals gehaald van h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> pad<strong>en</strong> <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong> liefhebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> betred<strong>en</strong>.<br />
Hoe kan dan het evangelie e<strong>en</strong> boodschap <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>? To<strong>en</strong> Jesaja <strong>de</strong><br />
geboorte van <strong>de</strong> Messias voorspel<strong>de</strong>, gaf hij Hem <strong>de</strong> titel van “Vre<strong>de</strong>vorst”. To<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> her<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> afkondiging <strong>de</strong>d<strong>en</strong>, dat Christus gebor<strong>en</strong> was, zong<strong>en</strong> ze over <strong>de</strong><br />
veld<strong>en</strong> van Bethlehem: “Ere zij God in <strong>de</strong> hoogste hemel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> op aar<strong>de</strong>, in <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> welbehag<strong>en</strong>.” Er bestaat schijnbaar teg<strong>en</strong>spraak tuss<strong>en</strong> die profetiese verklaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong> van Christus: “Ik b<strong>en</strong> niet gekom<strong>en</strong> om vre<strong>de</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar het zwaard.” Doch<br />
indi<strong>en</strong> m<strong>en</strong> ze recht verstaat, stemm<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee uitsprak<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>. Het evangelie<br />
is e<strong>en</strong> boodschap <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s. Het Christ<strong>en</strong>dom is e<strong>en</strong> stelsel dat, indi<strong>en</strong> het aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
gehoorzaamd zou word<strong>en</strong>, vre<strong>de</strong>, overe<strong>en</strong>stemming <strong>en</strong> geluk over <strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong> zou<br />
verbreid<strong>en</strong>. De godsdi<strong>en</strong>st van Christus ver<strong>en</strong>igt in e<strong>en</strong> <strong>en</strong>ge broe<strong>de</strong>rband all<strong>en</strong>, die Zijn leer<br />
aannem<strong>en</strong>.<br />
Jezus kwam om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met God, <strong>en</strong> daardoor met elkan<strong>de</strong>r te verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong><br />
wereld in het algeme<strong>en</strong> staat on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heerschappij van <strong>de</strong> Satan, Christus’ bitterste vijand.<br />
Het evangelie stelt <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> grondregels van het lev<strong>en</strong> voor, welke volkom<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong>overgesteld zijn aan hun gewoont<strong>en</strong> <strong>en</strong> begeert<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zij verzett<strong>en</strong> er zich teg<strong>en</strong>. Ze<br />
hat<strong>en</strong> <strong>de</strong> reinheid, die hun zoud<strong>en</strong> ont<strong>de</strong>kt <strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>elt, <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong> <strong>en</strong> vernietig<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> rechtvaardige <strong>en</strong> heilige eis<strong>en</strong> ervan aandring<strong>en</strong>. Het is in <strong>de</strong>ze zin —<br />
wijl <strong>de</strong> verhev<strong>en</strong> waarhed<strong>en</strong>, die het uitbr<strong>en</strong>gt, haat <strong>en</strong> twist veroorzak<strong>en</strong> — dat het<br />
evangelie e<strong>en</strong> zwaard g<strong>en</strong>oemd wordt.<br />
De geheimzinnige Voorzi<strong>en</strong>igheid, die toelaat dat <strong>de</strong> rechtvaar-dig<strong>en</strong> verdrukking lijd<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>lo- z<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> oorzaak van grote ontstelt<strong>en</strong>is voor vel<strong>en</strong>, die<br />
zwak zijn in het geloof. Sommig<strong>en</strong> zelfs zijn gereed, hun vertrouw<strong>en</strong> op God te lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>,<br />
omdat Hij duldt, dat het <strong>de</strong> laagst<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wél gaat, terwijl <strong>de</strong> best<strong>en</strong> <strong>en</strong> reinst<strong>en</strong><br />
geplaagd <strong>en</strong> gemarteld word<strong>en</strong> door hun wre<strong>de</strong> macht. Hoe, zo wordt er gevraagd, kan<br />
Hij, die rechtvaardig <strong>en</strong> barmhartig is, <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s oneindig in macht, zulke<br />
onrechtvaardigheid <strong>en</strong> verdrukking gedog<strong>en</strong>? Dit is e<strong>en</strong> vraag, waar wij niets mee te do<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong>. God heeft ons voldo<strong>en</strong>d bewijs van Zijn lief<strong>de</strong> geschonk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het past ons niet Zijn<br />
goedheid in twijfel te trekk<strong>en</strong>, omdat we <strong>de</strong> werking<strong>en</strong> van Zijn voorzi<strong>en</strong>igheid niet kunn<strong>en</strong><br />
verstaan. De Heiland, <strong>de</strong> twijfeling<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, die in dag<strong>en</strong> van moeite <strong>en</strong> donkerheid<br />
hun ziel b<strong>en</strong>auw<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>, sprak tot Zijn discipel<strong>en</strong>: “Ged<strong>en</strong>kt aan het woord, dat Ik u<br />
gezegd heb: <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht is niet meer<strong>de</strong>r dan zijn heer. Indi<strong>en</strong> ze Mij vervolgd hebb<strong>en</strong>,<br />
ze zull<strong>en</strong> ook u vervolg<strong>en</strong>.” Jezus leed meer voor ons, dan ooit e<strong>en</strong> volgeling van Hem do<strong>en</strong><br />
kan door <strong>de</strong> wreedheid van god<strong>de</strong>loze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die geroep<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, gepijnigd <strong>en</strong><br />
gemarteld te word<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong> slechts in <strong>de</strong> voetstapp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gelief<strong>de</strong> Zoon van God.<br />
26
“De Heer vertraagt <strong>de</strong> belofte niet.” Hij vergeet of verlaat Zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> niet; maar Hij<br />
staat <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> toe, hun ware karakter te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, opdat niemand, die Zijn wil<br />
begeert te do<strong>en</strong>, omtr<strong>en</strong>t h<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>. En we<strong>de</strong>rom word<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong><br />
door het vuur van <strong>de</strong> verdrukking he<strong>en</strong> geleid, opdat zijzelv<strong>en</strong> gereinigd zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>;<br />
opdat hun voorbeeld an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zou overtuig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wez<strong>en</strong>likheid van hun geloof <strong>en</strong><br />
godzaligheid, <strong>en</strong> ook opdat hun standvastige wan<strong>de</strong>l <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> <strong>en</strong> ongelovig<strong>en</strong><br />
veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> zou.<br />
God laat toe dat het <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> wél gaat, <strong>en</strong> zij hun vijandschap teg<strong>en</strong> Hem aan <strong>de</strong><br />
dag br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, opdat, wanneer ze <strong>de</strong> mate van hun god<strong>de</strong>loosheid vervuld zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>,<br />
all<strong>en</strong> Zijn rechtvaardigheid <strong>en</strong> barmhartigheid mog<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> in hun algehele vernietiging De<br />
dag van Zijn wraak na<strong>de</strong>rt met spoed, wanneer all<strong>en</strong>, die Zijn wet overtred<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zijn volk<br />
verdrukt hebb<strong>en</strong>, het rechtvaardig loon van hun han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re<br />
daad van wreedheid of onrecht teg<strong>en</strong> Gods getrouw<strong>en</strong> gestraft word<strong>en</strong> zal, als ware die<br />
teg<strong>en</strong> Christus zelf verricht.<br />
Er is e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re <strong>en</strong> meer belangrijke vraag, welke <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong> hed<strong>en</strong>daagse<br />
kerk<strong>en</strong> behoor<strong>de</strong> bezig te houd<strong>en</strong>. De apostel Paulus verklaart, dat “all<strong>en</strong> die godzaliglik<br />
will<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> in Christus Jezus, verdrukking zull<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>.” Hoe is het dan, dat er zo weinig<br />
van verdrukking bespeurd wordt ? De <strong>en</strong>ige red<strong>en</strong> is, dat <strong>de</strong> kerk <strong>de</strong> wereld gelijkvormig is<br />
geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daardoor ge<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>spraak wakker roept. De godsdi<strong>en</strong>st, die <strong>de</strong>zer dag<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> wordt, bezit niet dat reine <strong>en</strong> heilige karakter, dat het Christelik<br />
geloof in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Christus <strong>en</strong> Zijn apostel<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merkte. Het is alle<strong>en</strong> door <strong>de</strong> geest van<br />
zich met <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te verstaan; alle<strong>en</strong> doordat <strong>de</strong> grote waarhed<strong>en</strong> van Gods Woord met<br />
zoveel onverschilligheid word<strong>en</strong> beschouwd; alle<strong>en</strong> omdat er zo weinig ware godsvrucht in<br />
<strong>de</strong> kerk is, dat het Christ<strong>en</strong>dom og<strong>en</strong>schijnlik zo begunstigd wordt in <strong>de</strong> wereld. Doch laat<br />
er e<strong>en</strong> herleving kom<strong>en</strong> van het geloof <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> eerste kerk, <strong>en</strong> <strong>de</strong> geest van<br />
vervolging zal zich we<strong>de</strong>rom op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het vuur <strong>de</strong>r vervolging opnieuw ontstok<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>.<br />
27
Hoofdstuk 3 — Tijdperk van Duisternis<br />
In <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> z<strong>en</strong>dbrief aan <strong>de</strong> Thessalonic<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voorspel<strong>de</strong> <strong>de</strong> apostel Paulus <strong>de</strong> grote<br />
afval, die het gevolg zou zijn van <strong>de</strong> stichting van <strong>de</strong> pauselike macht. Hij verklaar<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong><br />
dag van Christus niet kom<strong>en</strong> zou, “t<strong>en</strong>zij dat eerst <strong>de</strong> afval gekom<strong>en</strong> zij, <strong>en</strong> dat geop<strong>en</strong>baard<br />
zij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>, <strong>de</strong> zoon <strong>de</strong>s ver<strong>de</strong>rfs; lie zich teg<strong>en</strong>stelt <strong>en</strong> verheft bov<strong>en</strong> al wat God<br />
g<strong>en</strong>aamd, of als God geëerd wordt, alzo dat hij in <strong>de</strong> tempel Gods als e<strong>en</strong> God zal zitt<strong>en</strong>,<br />
zichzelf verton<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hij God is.” En ver<strong>de</strong>r waarschuwt <strong>de</strong> apostel zijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> dat “<strong>de</strong><br />
verborg<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>r ongerechtigheid alre<strong>de</strong> gewrocht wordt.” Zelfs in die eerste dag<strong>en</strong> zag hij<br />
dwaling<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk binn<strong>en</strong>sluip<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> weg bereid<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> ontwikkeling van<br />
het pausdom.<br />
Zeer langzaam, <strong>en</strong> in het eerst heimelik <strong>en</strong> stilzwijg<strong>en</strong>d, maar later meer op<strong>en</strong>lik,<br />
naarmate hij to<strong>en</strong>am in kracht <strong>en</strong> heerschappij over <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, zette <strong>de</strong><br />
verborg<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>r ongerechtigheid zijn bedriegelik <strong>en</strong> godslasterlik werk voort. Bijna<br />
ongemerkt werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> van het heid<strong>en</strong>dom in <strong>de</strong> Christelike kerk ingevoerd. De<br />
geest van inschikk<strong>en</strong> <strong>en</strong> gelijkstell<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> tijdlang in bedwang gehoud<strong>en</strong> door <strong>de</strong> felle<br />
vervolging<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> kerk on<strong>de</strong>r het heid<strong>en</strong>dom te verdur<strong>en</strong> had. Maar to<strong>en</strong> <strong>de</strong> vervolging<br />
ophield, <strong>en</strong> het Christ<strong>en</strong>dom <strong>de</strong> hov<strong>en</strong> <strong>en</strong> paleiz<strong>en</strong> van <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>trad, leg<strong>de</strong> het <strong>de</strong><br />
ne<strong>de</strong>rige e<strong>en</strong>voud van Christus <strong>en</strong> Zijn apostel<strong>en</strong> ter zij<strong>de</strong> ter wille van <strong>de</strong> praal <strong>en</strong><br />
grootsheid van heid<strong>en</strong>se priesters <strong>en</strong> vorst<strong>en</strong>, <strong>en</strong> stel<strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike theo- rieën <strong>en</strong><br />
overlevering<strong>en</strong> in <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> vereist<strong>en</strong> Gods. De zog<strong>en</strong>aam<strong>de</strong> bekering van<br />
Konstantijn, in <strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> eeuw, veroorzaakte grote blijdschap; <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
wereld, met e<strong>en</strong> gedaante van gerechtigheid bekleed, trad <strong>de</strong> kerk binn<strong>en</strong>. Nu ging het werk<br />
van verbastering met snelle schred<strong>en</strong> voorwaarts. Het heid<strong>en</strong>dom, schijnbaar overwonn<strong>en</strong>,<br />
werd overwinnaar. De geest ervan beheerste <strong>de</strong> kerk. Heid<strong>en</strong>se lerin- 2 Thess. 2:3, 4, 7. g<strong>en</strong>,<br />
ceremonieën <strong>en</strong> bijgeloof werd<strong>en</strong> met het geloof <strong>en</strong> <strong>de</strong> eredi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> belijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
volgeling<strong>en</strong> van Christus verm<strong>en</strong>gd.<br />
Het gevolg van <strong>de</strong>ze verstandhouding tuss<strong>en</strong> heid<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> Christ<strong>en</strong>dom was <strong>de</strong><br />
ontwikkeling van “<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>,” die, naar <strong>de</strong> voorzegging, zich teg<strong>en</strong> God stell<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
bov<strong>en</strong> Hem verheff<strong>en</strong> zou. Dat reuzestelsel van valse godsdi<strong>en</strong>st is e<strong>en</strong> meesterwerk van<br />
Satans macht,— e<strong>en</strong> ged<strong>en</strong>kstuk van zijn poging<strong>en</strong> om zichzelf op <strong>de</strong> troon te plaats<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, te beheers<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komstig zijn wil.Satan trachtte e<strong>en</strong>maal tot e<strong>en</strong><br />
verstandhouding te kom<strong>en</strong> met Christus. Hij kwam tot <strong>de</strong> Zoon Gods in <strong>de</strong> woestijn <strong>de</strong>r<br />
verleiding, <strong>en</strong> terwijl hij Hem al <strong>de</strong> koninkrijk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> heerlikheid ervan<br />
toon<strong>de</strong>, bood hij Hem aan, alles in Zijn hand over te gev<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> Hij slechts <strong>de</strong><br />
opperheerschappij van <strong>de</strong> vorst <strong>de</strong>r duisternis erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> wil<strong>de</strong>. Christus bestrafte <strong>de</strong><br />
schaamteloze verlei<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> dwong hem, zich te verwij<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Maar Satan is veel gelukkiger<br />
in het toepass<strong>en</strong> van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong> op <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Ter wille van aards voor<strong>de</strong>el <strong>en</strong><br />
28
wereldse eer werd <strong>de</strong> kerk ertoe gebracht, gunst <strong>en</strong> steun te zoek<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> grote mann<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> door Christus op die wijze te verwerp<strong>en</strong>, kwam die kerk ertoe, <strong>de</strong><br />
verteg<strong>en</strong>woordiger van Satan — <strong>de</strong> Roomse bisschop — te huldig<strong>en</strong>.<br />
Het is e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voornaamste stelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse leer, dat <strong>de</strong> paus het zichtbaar<br />
hoofd is van <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e kerk van Christus, met volle macht bekleed over bisschopp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
her<strong>de</strong>rs in alle <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld. En nog meer, aan <strong>de</strong> paus zijn <strong>de</strong> b<strong>en</strong>aming<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Godheid zelf gegev<strong>en</strong>. Hij is “Here God <strong>de</strong> Paus” g<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> is onfeilbaar verklaard. Hij<br />
eist, dat alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hem hul<strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>. Z— wordt <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> eis, door Satan in <strong>de</strong><br />
woestijn <strong>de</strong>r verleiding gedaan, nog altijd onveran<strong>de</strong>rd van zijn<strong>en</strong>twege gedaan door <strong>de</strong><br />
Roomse Kerk, <strong>en</strong> schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> staan gereed, om hem hul<strong>de</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Zij echter, die God vrez<strong>en</strong> <strong>en</strong> er<strong>en</strong>, verwerp<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze hemelterg<strong>en</strong><strong>de</strong> aanmatiging, gelijk<br />
Christus <strong>de</strong> verlokking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> sluwe vijand van zich wees met e<strong>en</strong>: “Gij zult <strong>de</strong> Heer uw<br />
God aanbidd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hem alle<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong>.” God heeft nerg<strong>en</strong>s in Zijn woord <strong>en</strong>ige<br />
vingerwijzing gegev<strong>en</strong>, dat Hij <strong>en</strong>ig m<strong>en</strong>s had aangesteld als hoofd van <strong>de</strong> kerk. De leer van<br />
<strong>de</strong> pause- like opperheerschappij is geheel <strong>en</strong> al teg<strong>en</strong>overgesteld aan het on<strong>de</strong>rricht van <strong>de</strong><br />
Schrift. De paus kan ge<strong>en</strong> macht hebb<strong>en</strong> over <strong>de</strong> kerk van Christus, die hij zich niet<br />
eig<strong>en</strong>machtig aangematigd heeft. De Rooms<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gedurig <strong>de</strong> aanklacht van ketterij <strong>en</strong><br />
moedwillige afscheiding van <strong>de</strong> ware kerk teg<strong>en</strong> Protestant<strong>en</strong> ingebracht. Doch <strong>de</strong>ze<br />
beschuldiging<strong>en</strong> zijn meer op h<strong>en</strong>- zelv<strong>en</strong> toepasselik. Zij zijn <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> banier van<br />
Christus hebb<strong>en</strong> neergelegd, <strong>en</strong> “het geloof e<strong>en</strong>maal aan <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> overgeleverd,”<br />
verzaakt hebb<strong>en</strong>.<br />
Satan wist het wel, dat <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in staat zoud<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, zijn<br />
bedrog te ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn macht te we<strong>de</strong>rstaan. Het was met het Woord, dat <strong>de</strong> Heiland<br />
van <strong>de</strong> wereld zelf zijn aanvall<strong>en</strong> had afgeslag<strong>en</strong>. Bij ie<strong>de</strong>re aanranding hield Christus hem<br />
het schild van <strong>de</strong> eeuwige waarheid voor, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Er is geschrev<strong>en</strong>”. Wat ook <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>partij <strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> hand <strong>de</strong>ed, Hij stel<strong>de</strong> er <strong>de</strong> wijsheid <strong>en</strong> kracht van het Woord<br />
teg<strong>en</strong>over. Opdat dus <strong>de</strong> Satan zijn heerschappij over <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> behoud<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het gezag van<br />
<strong>de</strong> pauselike overweldiger zou kunn<strong>en</strong> handhav<strong>en</strong>, moest hij h<strong>en</strong> in onwet<strong>en</strong>dheid houd<strong>en</strong><br />
aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> Schrift. De strekking van <strong>de</strong> Bijbel is, God te verhog<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zijn ware<br />
plaats aan te wijz<strong>en</strong>; om die red<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> zijn heilige waar-hed<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdrukt<br />
word<strong>en</strong>. Deze wijze van red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> werd door <strong>de</strong> Roomse Kerk aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong><br />
jar<strong>en</strong> lang was <strong>de</strong> verspreiding van <strong>de</strong> Bijbel verbod<strong>en</strong>. Het werd <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s niet toegelat<strong>en</strong>,<br />
hem te lez<strong>en</strong> of in huis te hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gewet<strong>en</strong>loze priesters <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong> legd<strong>en</strong> het on<strong>de</strong>rwijs<br />
van <strong>de</strong> Schrift op zulk e<strong>en</strong> wijze uit, dat hun aanmatiging<strong>en</strong> er door gesteund werd<strong>en</strong>. Aldus<br />
werd <strong>de</strong> paus van lieverle<strong>de</strong> bijna algeme<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>d als <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r Gods op aar<strong>de</strong>, met<br />
macht bekleed over Kerk <strong>en</strong> Staat.<br />
To<strong>en</strong> het werktuig, dat dwaling ont<strong>de</strong>kt, verwij<strong>de</strong>rd was, werkte Satan naar zijn wil. In<br />
<strong>de</strong> profetieën was gezegd, dat het pausdom zou “m<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> wet te veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.”<br />
29
Dit werk werd al spoedig on<strong>de</strong>rnom<strong>en</strong>. Om bekeerling<strong>en</strong> uit het heid<strong>en</strong>dom iets in <strong>de</strong> plaats<br />
te gev<strong>en</strong> van afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st, <strong>en</strong> alzo hun voorgew<strong>en</strong><strong>de</strong> aanname van het Christ<strong>en</strong>dom te<br />
bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, werd het aanbidd<strong>en</strong> van beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> relikwieën langzamerhand in <strong>de</strong> Christelike<br />
eredi<strong>en</strong>st ingevoerd. Het besluit van e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> konciliem stel<strong>de</strong> ein<strong>de</strong>lik dit stelsel van<br />
afgo<strong>de</strong>rij vast. T<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> het godslasterlik werk te volmak<strong>en</strong>, ging Rome zelfs z— ver, dat<br />
het twee<strong>de</strong> gebod van <strong>de</strong> wet Gods, dat beel<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st verbiedt, weggedaan werd, <strong>en</strong> het<br />
ti<strong>en</strong><strong>de</strong> gebod in tweeën ge<strong>de</strong>eld, om het getal ongeschond<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong>.<br />
De geest van toegev<strong>en</strong> aan het heid<strong>en</strong>dom op<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> weg voor e<strong>en</strong> nog groter verachting<br />
van Gods gezag. De Satan, zich van ontoegewij<strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> kerk bedi<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>, sloeg ook<br />
<strong>de</strong> hand aan het vier<strong>de</strong> gebod, <strong>en</strong> beproef<strong>de</strong> <strong>de</strong> alou<strong>de</strong> Sabbat, <strong>de</strong> dag, die God gezeg<strong>en</strong>d <strong>en</strong><br />
geheiligd had,3 op zij<strong>de</strong> te zett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in zijn plaats <strong>de</strong> feestdag te verheff<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
vierd<strong>en</strong> als <strong>de</strong> “eerwaardige dag van <strong>de</strong> zon.” Deze veran<strong>de</strong>ring werd in het eerst niet<br />
op<strong>en</strong>lik beproefd. In <strong>de</strong> eerste eeuw<strong>en</strong> was <strong>de</strong> ware Sabbat door alle Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong><br />
geword<strong>en</strong>. Ze ijverd<strong>en</strong> voor Gods eer, <strong>en</strong> daar ze geloofd<strong>en</strong>, dat Zijn wet onveran<strong>de</strong>rlik is,<br />
waakt<strong>en</strong> ze ijverig over <strong>de</strong> heiligheid van <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> ervan. Doch met grote sluwheid<br />
bewerkte Satan door zijn handlangers het doel, dat hij zich had voorgesteld. Om <strong>de</strong> aandacht<br />
van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op <strong>de</strong> Zondag te vestig<strong>en</strong>, werd er e<strong>en</strong> feestdag van gemaakt ter gedacht<strong>en</strong>is<br />
aan <strong>de</strong> opstanding van Christus. Er werd kerkdi<strong>en</strong>st op die dag gehoud<strong>en</strong>; toch werd <strong>de</strong> dag<br />
beschouwd als e<strong>en</strong> dag van ontspanning, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Sabbat nog altijd als heilig gevierd.<br />
Om <strong>de</strong> weg te bereid<strong>en</strong> voor het werk, dat hij zich had voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, had<br />
<strong>de</strong> Satan, nog v——r <strong>de</strong> komst van Christus, er <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> toe gebracht, <strong>de</strong> Sabbat met <strong>de</strong><br />
str<strong>en</strong>gste inzetting<strong>en</strong> te belad<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> viering ervan tot e<strong>en</strong> last te mak<strong>en</strong>. En nu, zich<br />
bedi<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong> van het valse licht, waarin hij daardoor die dag had geplaatst, bracht hij hem in<br />
minachting als e<strong>en</strong> Joodse instelling. Terwijl <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> Zondag bij voortduring<br />
blev<strong>en</strong> vier<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> vrolike feestdag, leid<strong>de</strong> hij er h<strong>en</strong> toe, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> hun haat teg<strong>en</strong> het<br />
Jod<strong>en</strong>dom te ton<strong>en</strong>, van <strong>de</strong> Sabbat e<strong>en</strong> vast<strong>en</strong>dag, e<strong>en</strong> dag van treurigheid <strong>en</strong><br />
droefgeestigheid te mak<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> eeuw vaardig<strong>de</strong> keizer Konstantijn e<strong>en</strong> bevel uit, waarbij<br />
hij <strong>de</strong> Zondag tot e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare feestdag door het gehele Romeinse rijk verhief. De dag van<br />
<strong>de</strong> zon werd door zijn heid<strong>en</strong>se on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> gevierd, <strong>en</strong> door <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> vereerd; <strong>en</strong> het<br />
was het strev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> keizer, <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>strijdige belang<strong>en</strong> van heid<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> Christ<strong>en</strong>dom te<br />
verbind<strong>en</strong>. Hij werd daartoe aangezet door <strong>de</strong> bisschopp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk, die, door eerzucht<br />
<strong>en</strong> dorst naar macht gedrev<strong>en</strong>, voorzag<strong>en</strong>, dat indi<strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> dag door Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zowel als<br />
heid<strong>en</strong><strong>en</strong> gevierd werd, het Christ<strong>en</strong>dom door vele heid<strong>en</strong><strong>en</strong> in naam zou word<strong>en</strong><br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> heerlikheid van <strong>de</strong> kerk op die wijze verhoogd zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Terwijl veel godvrez<strong>en</strong><strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> er langzamerhand toe kwam<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Zondag e<strong>en</strong><br />
zekere graad van heiligheid toe te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, hield<strong>en</strong> zij echter nog steeds <strong>de</strong> ware Sabbat als<br />
<strong>de</strong> heilige dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vierd<strong>en</strong> hem in gehoorzaamheid aan het vier<strong>de</strong> gebod.<br />
30
De aartsbedrieger had zijn werk nog niet voleindigd. Hij was vast beslot<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
Christelike wereld on<strong>de</strong>r zijn banier te verzamel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er macht over uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong> door zijn<br />
ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> trotse bisschop, die zich uitgaf voor <strong>de</strong> verteg<strong>en</strong>- woordiger van Christus.<br />
En hij verkreeg zijn doel door toedo<strong>en</strong> van halfbekeer<strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong>, eerzuchtige prelat<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
wereldsgezin<strong>de</strong> kerkled<strong>en</strong>. Van tijd tot tijd werd<strong>en</strong> er grote raadsverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> belegd,<br />
waartoe <strong>de</strong> geestelik<strong>en</strong> uit alle <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld bije<strong>en</strong>geroep<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. In bijna ie<strong>de</strong>r<br />
zodanig koncilie werd <strong>de</strong> Sabbat, welke God had ingesteld, wat ver<strong>de</strong>r verlaagd, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Zondag naar <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> mate hoger verhev<strong>en</strong>. Aldus kwam <strong>de</strong> heid<strong>en</strong>se feestdag t<strong>en</strong> slotte als<br />
e<strong>en</strong> God<strong>de</strong>like instelling vereerd te word<strong>en</strong>, terwijl <strong>de</strong> Sabbat van <strong>de</strong> Bijbel verklaard werd,<br />
e<strong>en</strong> overblijfsel van <strong>de</strong> Joodse godsdi<strong>en</strong>st te zijn, <strong>de</strong> vier<strong>de</strong>rs waarvan vervloekt werd<strong>en</strong> verklaard.<br />
De grote afvallige was er in geslaagd, zich te verheff<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> alles “wat God g<strong>en</strong>aamd<br />
of als God vereerd wordt.” Hij had het gewaagd, het <strong>en</strong>ige voorschrift van <strong>de</strong> heilige wet te<br />
veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, dat het ganse m<strong>en</strong>segeslacht t<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>likste wijst op <strong>de</strong> trouwe, lev<strong>en</strong><strong>de</strong> God.<br />
Het vier<strong>de</strong> gebod op<strong>en</strong>baart God als <strong>de</strong> Schepper van hemel <strong>en</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rscheidt Hem<br />
daardoor van alle valse god<strong>en</strong>. Ter gedacht<strong>en</strong>is aan het werk van <strong>de</strong> schepping werd <strong>de</strong><br />
zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag ingesteld als rustdag voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Het doel daarvan was, <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s voortdur<strong>en</strong>d<br />
te herinner<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> God, als <strong>de</strong> bron van het lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorwerp van verering <strong>en</strong><br />
aanbidding. Satans strev<strong>en</strong> is, <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s af te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van zijn getrouwheid aan God <strong>en</strong><br />
gehoorzaamheid aan Zijn wet; <strong>de</strong>rhalve keert hij zijn poging<strong>en</strong> in het biezon<strong>de</strong>r teg<strong>en</strong> dat<br />
gebod, hetwelk God als Schepper aanwijst.<br />
De Protestant<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong> nu, dat <strong>de</strong> opstanding van Christus op Zondag die dag tot <strong>de</strong><br />
Sabbat van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> heeft gemaakt. Er is echter ge<strong>en</strong> schriftuurlik bewijs voor.<br />
Christus noch Zijn apostel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> die dag zodanige eer bewez<strong>en</strong>. Het vier<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Zondag als e<strong>en</strong> Christelike instelling vindt zijn oorsprong in die “verborg<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>r<br />
ongerechtigheid”,2 die zelfs in Paulus’ dag reeds begonn<strong>en</strong> was te werk<strong>en</strong>. Waar <strong>en</strong><br />
wanneer heeft <strong>de</strong> Heer dit kind van het pausdom aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>? Welke geldige red<strong>en</strong> kan er<br />
aangegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>ring, die <strong>de</strong> Schrift niet wettigt ?<br />
In <strong>de</strong> zes<strong>de</strong> eeuw was het pausdom volkom<strong>en</strong> gevestigd. De zetel van zijn macht was in<br />
<strong>de</strong> keizerstad gegrondvest, <strong>en</strong> <strong>de</strong> bisschop van Rome werd tot hoofd van <strong>de</strong> gehele kerk<br />
verklaard. Het heid<strong>en</strong>dom had plaats gemaakt voor het pausdom. De draak had het beest<br />
“zijn kracht, <strong>en</strong> zijn troon, <strong>en</strong> grote macht gegev<strong>en</strong>.” En nu nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> 1260 jar<strong>en</strong> van<br />
pauselike verdrukking, voorzegd in <strong>de</strong> profetieën van Daniël <strong>en</strong> <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring, e<strong>en</strong><br />
aanvang. De Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> te kiez<strong>en</strong>, —f hun trouw te verzak<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
pauselike ceremonieën <strong>en</strong> eredi<strong>en</strong>st aan te nem<strong>en</strong>, —f hun lev<strong>en</strong> in gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> te<br />
slijt<strong>en</strong>, —f <strong>de</strong> dood te on<strong>de</strong>rgaan door rad, brandstapel, of <strong>de</strong> bijl van <strong>de</strong> beul. Nu werd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong> van Jezus vervuld: “Gij zult overgeleverd word<strong>en</strong> ook van ou<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> broe<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong><br />
mag<strong>en</strong> <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong> uit u dod<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ge zult van all<strong>en</strong> gehaat<br />
word<strong>en</strong> om Mijns naams wil.” De vervolging, die over <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> losbarstte, was heviger<br />
31
dan ooit tevor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld werd in e<strong>en</strong> groot slagveld veran<strong>de</strong>rd. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> lang<br />
vond <strong>de</strong> kerk van Christus e<strong>en</strong> schuilplaats in afzon<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>dheid. De profeet zegt:<br />
“De vrouw vluchtte in <strong>de</strong> woestijn, alwaar ze e<strong>en</strong> plaats had, haar van God bereid, opdat zij<br />
haar aldaar zoud<strong>en</strong> voed<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d twee hon<strong>de</strong>rd zestig dag<strong>en</strong>.”<br />
De bevestiging van <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> Roomse Kerk was <strong>de</strong> aanvang van <strong>de</strong> Donkere<br />
Eeuw<strong>en</strong>. Naarmate zijn macht to<strong>en</strong>am, naar die mate werd <strong>de</strong> duisternis groter. Het geloof<br />
in Christus, het ware fondam<strong>en</strong>t, werd op <strong>de</strong> paus van Rome overgedrag<strong>en</strong>. In plaats van op<br />
<strong>de</strong> Zoon van God te vertrouw<strong>en</strong> voor vergiff<strong>en</strong>is van zond<strong>en</strong> <strong>en</strong> eeuwige verlossing, richtt<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> blik naar <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> naar <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong>, die hij met macht bekleed<br />
had. M<strong>en</strong> leer<strong>de</strong> h<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> paus hun aardse mid<strong>de</strong>laar was, <strong>en</strong> dat niemand tot God kon<br />
na<strong>de</strong>r<strong>en</strong> dan door hem; <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r, dat hij hun in <strong>de</strong> plaats van God was, <strong>en</strong> <strong>de</strong>rhalve<br />
onvoorwaar<strong>de</strong>lik gehoorzaamd moest word<strong>en</strong>. Afwijking van zijn bevel<strong>en</strong> was voldo<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
oorzaak voor <strong>de</strong> gestr<strong>en</strong>gste straff<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> licham<strong>en</strong> <strong>en</strong> ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> overtre<strong>de</strong>rs<br />
werd<strong>en</strong> toegepast. Aldus werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk van God af <strong>en</strong> naar feilbare,<br />
dwal<strong>en</strong><strong>de</strong>, wre<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, ja naar <strong>de</strong> vorst <strong>de</strong>r duisternis zelf he<strong>en</strong> gew<strong>en</strong>d, die zijn macht<br />
door h<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>de</strong>. De zon<strong>de</strong> werd vermomd in <strong>de</strong> mantel van heiligheid. Wanneer <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdrukt word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zichzelf bov<strong>en</strong> alles begint te stell<strong>en</strong>, kan m<strong>en</strong><br />
slechts bedrog, valsheid <strong>en</strong> verlag<strong>en</strong><strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid verwacht<strong>en</strong>. Met <strong>de</strong> verheffing van<br />
m<strong>en</strong>selike wett<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong> werd het be<strong>de</strong>rf op<strong>en</strong>baar, dat altijd het gevolg is van<br />
het ter zij<strong>de</strong> stell<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet van God.<br />
Dat war<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> van gevaar voor <strong>de</strong> kerk van Christus. De getrouwe dragers van <strong>de</strong><br />
kruisbanier war<strong>en</strong> zeer weinig<strong>en</strong> in getal. Schoon <strong>de</strong> waarheid niet zon<strong>de</strong>r getuig<strong>en</strong>is was,<br />
sche<strong>en</strong> het somtijds, dat dwaling <strong>en</strong> bijgeloof geheel <strong>en</strong> al <strong>de</strong> overhand zoud<strong>en</strong> verkrijg<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> ware godsdi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gebann<strong>en</strong> word<strong>en</strong> zou. Het evangelie werd uit het oog<br />
verlor<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stvorm<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> vermeer<strong>de</strong>rd, <strong>en</strong> het volk door gestr<strong>en</strong>ge<br />
afpersing<strong>en</strong> bemoeilikt.<br />
Er werd h<strong>en</strong> geleerd, niet alle<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> paus als tot hun mid<strong>de</strong>laar op te zi<strong>en</strong>, maar ook op<br />
hun eig<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> te vertrouw<strong>en</strong> als verzo<strong>en</strong>ing aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong><strong>de</strong> voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. Lange<br />
pelgrimstocht<strong>en</strong>, boetedo<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, het aanbidd<strong>en</strong> van relikwieën, het sticht<strong>en</strong> van kerk<strong>en</strong>,<br />
heiligdomm<strong>en</strong> <strong>en</strong> altar<strong>en</strong>, het betal<strong>en</strong> van grote somm<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> kerk,— dat war<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
plicht<strong>en</strong>, die met nog veel an<strong>de</strong>re werd<strong>en</strong> opgelegd om <strong>de</strong> toorn Gods te verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>, of zich<br />
van Zijn gunst te verzeker<strong>en</strong>; alsof God e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s gelijk was, die door kleinighed<strong>en</strong><br />
vertoornd, of door gift<strong>en</strong> of boetedo<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> verzo<strong>en</strong>d kon word<strong>en</strong>!<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid, die er zelfs on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> Roomse Kerk<br />
heerste, sche<strong>en</strong> zijn invloed langzamerhand toe te nem<strong>en</strong>. Omtr<strong>en</strong>t het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> achtste<br />
eeuw begonn<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanhangers van <strong>de</strong> paus te bewer<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> bisschopp<strong>en</strong> van Rome in <strong>de</strong><br />
eerste eeuw<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geestelike macht bezet<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, als die ze zich nu<br />
toeëig<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong>ze bewering kracht bij te zett<strong>en</strong>, moest er e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l aangew<strong>en</strong>d<br />
32
word<strong>en</strong> om er e<strong>en</strong> schijn van gezag aan te gev<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dit werd door <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r <strong>de</strong>r leug<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
gere<strong>de</strong>- lik aan <strong>de</strong> hand gedaan. Ou<strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door monnik<strong>en</strong> vervalst. Besluit<strong>en</strong><br />
van kerkverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong>, waar vroeger nooit van gehoord was, werd<strong>en</strong> ont<strong>de</strong>kt, welke <strong>de</strong><br />
algem<strong>en</strong>e opperheerschappij van <strong>de</strong> paus van <strong>de</strong> vroegste tijd<strong>en</strong> af vaststeld<strong>en</strong>. En e<strong>en</strong> kerk,<br />
die <strong>de</strong> waarheid verworp<strong>en</strong> had, nam <strong>de</strong>ze onwaarhed<strong>en</strong> gretig aan.<br />
De weinige getrouwe bouwlied<strong>en</strong> op het ware fondam<strong>en</strong>tm2 werd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> war gebracht<br />
<strong>en</strong> gehin<strong>de</strong>rd door <strong>de</strong> massa valse leerstelling<strong>en</strong>, die hun werk in <strong>de</strong> weg stond<strong>en</strong>. Van <strong>de</strong><br />
bouwlied<strong>en</strong>, gelijk op Jeruzalems mur<strong>en</strong> in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Nehemia, riep<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong> uit:<br />
“De kracht van <strong>de</strong> dragers is vervall<strong>en</strong> <strong>en</strong> het stof is veel, zodat wij aan <strong>de</strong> muur niet zull<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>.” Afgemat door aanhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> strijd teg<strong>en</strong> vervolging, valsheid,<br />
god<strong>de</strong>loosheid, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re an<strong>de</strong>re belemmering, die Satan kon bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> om hun voortgang te<br />
ver-hin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong>, die getrouwe bouwlied<strong>en</strong> geweest war<strong>en</strong>, ontmoedigd; <strong>en</strong><br />
ter wille van vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> veiligheid van eig<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> lev<strong>en</strong> keerd<strong>en</strong> ze zich af van het ware<br />
fondam<strong>en</strong>t. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stand van hun vijand<strong>en</strong> niet verschrikk<strong>en</strong> kon, verklaard<strong>en</strong><br />
onbevreesd: “Vreest niet voor hun aangezicht ; d<strong>en</strong>kt aan die grote <strong>en</strong> vreselike Heer”; <strong>en</strong><br />
ze ging<strong>en</strong> met hun werk door, ie<strong>de</strong>r met het zwaard aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> gegord.<br />
Dezelf<strong>de</strong> geest van haat <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>stand van <strong>de</strong> waarheid heeft <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> Gods in ie<strong>de</strong>re<br />
eeuw bezield, <strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> waakzaamheid <strong>en</strong> getrouwheid zijn van zijn di<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> gevraagd<br />
geword<strong>en</strong>. De woord<strong>en</strong> van Christus aan <strong>de</strong> eerste discipel<strong>en</strong> zijn toepasselik op Zijn<br />
volgeling<strong>en</strong> aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> tijd: “Wat ik u zeg, dat zeg Ik all<strong>en</strong>: waakt!” De duisternis<br />
sche<strong>en</strong> dichter te word<strong>en</strong>. Beel<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st werd algem<strong>en</strong>er. Kaars<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong><br />
gebrand, <strong>en</strong> gebed<strong>en</strong> tot h<strong>en</strong> opgezond<strong>en</strong>. De dwaaste <strong>en</strong> bijgelovigste gebruik<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong><br />
te heers<strong>en</strong>. De ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> z— volkom<strong>en</strong> door bijgeloof beheerst, dat <strong>de</strong><br />
re<strong>de</strong> zelf zijn macht sche<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> bisschopp<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong><br />
wellustig, zinnelik <strong>en</strong> slecht war<strong>en</strong>, kon m<strong>en</strong> niet an<strong>de</strong>rs verwacht<strong>en</strong> dan dat <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die<br />
om leiding tot h<strong>en</strong> opzag<strong>en</strong>, verzonk<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn in onkun<strong>de</strong> <strong>en</strong> god<strong>de</strong>loosheid.<br />
Nog e<strong>en</strong> schre<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>r werd er op <strong>de</strong> weg van pauselike aanmatiging gedaan, to<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
elf<strong>de</strong> eeuw Gregorius VII <strong>de</strong> volmaaktheid van <strong>de</strong> Roomse Kerk afkondig<strong>de</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
stelling<strong>en</strong>, die hij uitgaf, was er één, waarin verklaard werd, dat <strong>de</strong> kerk, volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong>, nooit gedwaald had, noch ooit dwal<strong>en</strong> zou. Doch <strong>de</strong> bewering ging niet van<br />
schrif- tuurbewijz<strong>en</strong> vergezeld. De trotse bisschop maakte ver<strong>de</strong>r aanspraak op <strong>de</strong> macht om<br />
keizers af te zett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verklaar<strong>de</strong> dat ge<strong>en</strong> vonnis, door hem uitgesprok<strong>en</strong>, door iemand ter<br />
wereld kon veran<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>, doch dat hem het recht toekwam, het oor<strong>de</strong>el van alle an<strong>de</strong>re<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ter zij<strong>de</strong> te stell<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>d voorbeeld van het overheers<strong>en</strong>d karakter van <strong>de</strong>ze voorstan<strong>de</strong>r van <strong>de</strong><br />
onfeilbaarheid vind<strong>en</strong> we in zijn be-han<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> Duitse keizer, H<strong>en</strong>drik <strong>de</strong> Vier<strong>de</strong>.<br />
Deze monarch werd verklaard, uit <strong>de</strong> kerk gezet <strong>en</strong> onttroond te zijn, omdat hij het gewaagd<br />
had, zich teg<strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> paus te verzett<strong>en</strong>. Verschrikt door <strong>de</strong> bedreiging<strong>en</strong> van zijn<br />
33
eig<strong>en</strong> vorst<strong>en</strong>, die van hem afviel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in hun opstand teg<strong>en</strong> hem gesterkt werd<strong>en</strong> door het<br />
pauselik bevel, gevoel<strong>de</strong> H<strong>en</strong>drik <strong>de</strong> noodzakelikheid van vre<strong>de</strong> met Rome te mak<strong>en</strong>. In<br />
gezelschap van zijn vrouw <strong>en</strong> e<strong>en</strong> getrouwe bedi<strong>en</strong><strong>de</strong>, trok hij in het hart van <strong>de</strong> winter <strong>de</strong><br />
Alp<strong>en</strong> over, om zich voor <strong>de</strong> paus te verootmoedig<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> hij het kasteel bereikte, waarin<br />
Gregorius zich teruggetrokk<strong>en</strong> had, werd hij zon<strong>de</strong>r zijn gelei<strong>de</strong> in e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>hof gebracht,<br />
<strong>en</strong> moest daar in <strong>de</strong> str<strong>en</strong>ge winterkou<strong>de</strong>, blootshoofds <strong>en</strong> barrevoets, <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> ell<strong>en</strong>dig<br />
kleed gehuld, <strong>de</strong> vergunning van <strong>de</strong> paus om in zijn teg<strong>en</strong>woordigheid te verschijn<strong>en</strong>,<br />
afwacht<strong>en</strong>. Slechts nadat hij daar drie dag<strong>en</strong> in vast<strong>en</strong> <strong>en</strong> schuldbelijd<strong>en</strong>is doorgebracht had,<br />
verwaardig<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> opperpriester, hem vergiff<strong>en</strong>is te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. En zelfs to<strong>en</strong> nog was het<br />
on<strong>de</strong>r voorwaar<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> keizer <strong>de</strong> toestemming van <strong>de</strong> paus zou afwacht<strong>en</strong>, aleer hij <strong>de</strong><br />
tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van zijn waardigheid we<strong>de</strong>r aanvaard<strong>de</strong>, of koninklike macht begon uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
En Gregorius, opgeblaz<strong>en</strong> van hoogmoed over zijn overwinning, pochte dat het zijn plicht<br />
was, <strong>de</strong> trots van koning<strong>en</strong> te verne<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.<br />
Hoe opvall<strong>en</strong>d <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> bluff<strong>en</strong><strong>de</strong> trots van <strong>de</strong>ze verwaan<strong>de</strong> bisschop<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> ootmoed <strong>en</strong> zachtmoedigheid van Christus, Die Zichzelf voorstelt als om toelating<br />
pleit<strong>en</strong><strong>de</strong> aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van het hart, om te kunn<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> vergiff<strong>en</strong>is <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die Zijn discipel<strong>en</strong> leer<strong>de</strong>: “Zo wie on<strong>de</strong>r u zal will<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste zijn, die zij uw<br />
di<strong>en</strong>stknecht.” De ver<strong>de</strong>re eeuw<strong>en</strong> war<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gestadig to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> van<br />
dwaling<strong>en</strong> in <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong>, door Rome verkondigd. Zelfs nog v——r <strong>de</strong> instelling van<br />
het pausdom had het on<strong>de</strong>rwijs van heid<strong>en</strong>se wijsger<strong>en</strong> <strong>de</strong> aandacht ontvang<strong>en</strong> van, <strong>en</strong><br />
invloed uitgeoef<strong>en</strong>d over <strong>de</strong> kerk. Vel<strong>en</strong> die beled<strong>en</strong>, bekeerd te zijn, hield<strong>en</strong> nog vast aan<br />
<strong>de</strong> leerstukk<strong>en</strong> van hun heid<strong>en</strong>se wijsbegeerte, <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> niet slechts zelv<strong>en</strong> voort ze te<br />
bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, maar maand<strong>en</strong> er an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> toe aan, als e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l om hun invloed over <strong>de</strong><br />
heid<strong>en</strong><strong>en</strong> te vergrot<strong>en</strong>. Grove dwaling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> daardoor met <strong>de</strong> belijd<strong>en</strong>is van <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> gem<strong>en</strong>gd, waaron<strong>de</strong>r het geloof in‘s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> natuurlike onster- felikheid <strong>en</strong><br />
bewustheid in <strong>de</strong> dood <strong>de</strong> voornaamste het<strong>en</strong> mag. Deze leer leg<strong>de</strong> het fondam<strong>en</strong>t, waarop<br />
Rome <strong>de</strong> aanroeping van heilig<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> verering van <strong>de</strong> maagd Maria grond<strong>de</strong>. Hieruit<br />
ontstond insgelijks <strong>de</strong> ketterij van <strong>de</strong> eeuwige straf over <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die onboetvaardig stierv<strong>en</strong>,<br />
welke vroegtijdig in het pauselik geloof opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd.<br />
To<strong>en</strong> stond <strong>de</strong> weg op<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> invoering van nog e<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re vinding van het<br />
heid<strong>en</strong>dom, welke Rome het vagevuur noem<strong>de</strong>, <strong>en</strong> gebruikte om <strong>de</strong> zwakke <strong>en</strong> bijgelovige<br />
schar<strong>en</strong> schrik aan te jag<strong>en</strong>. Deze ketterij stelt het bestaan vast van e<strong>en</strong> plaats van pijniging,<br />
waarin <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die ge<strong>en</strong> eeuwige verdoem<strong>en</strong>is verdi<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong>, straf on<strong>de</strong>rgaan<br />
voor hun zond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van waar uit ze in <strong>de</strong> hemel word<strong>en</strong> toegelat<strong>en</strong>, nadat ze van hun<br />
onreinheid gezuiverd zijn. Nog e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r verzinsel was nodig om Rome in staat te stell<strong>en</strong>,<br />
partij te trekk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vreesachtigheid <strong>en</strong> zond<strong>en</strong> van zijn aanhangers. Hierin werd<br />
voorzi<strong>en</strong>ing gemaakt door <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> aflat<strong>en</strong>.<br />
Volle vergiff<strong>en</strong>is van verled<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong>woordige <strong>en</strong> toekomstige zond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrijstelling<br />
van al <strong>de</strong> \erdi<strong>en</strong><strong>de</strong> straff<strong>en</strong> <strong>en</strong> boet<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> aan all<strong>en</strong> beloofd, die <strong>de</strong>elnem<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> aan<br />
34
<strong>de</strong> oorlog<strong>en</strong> van <strong>de</strong> opperbisschop om zijn werelds gebied uit te breid<strong>en</strong>, zijn vijand<strong>en</strong> te<br />
straff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> uit te roei<strong>en</strong>, die zijn geestelike oppermacht durfd<strong>en</strong> looch<strong>en</strong><strong>en</strong>. Ook<br />
werd <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geleerd, dat door het stort<strong>en</strong> van geld aan <strong>de</strong> kerk ze zich kond<strong>en</strong> vrijstell<strong>en</strong><br />
van zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> insgelijks <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van hun afgestorv<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> verloss<strong>en</strong>, die in het vuur<br />
<strong>de</strong>r pijniging beslot<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong>rgelijke mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> vul<strong>de</strong> Rome zijn schatkist, <strong>en</strong><br />
betaal<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> pracht, <strong>de</strong> weel<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> misdad<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geveins<strong>de</strong> verteg<strong>en</strong>woordigers<br />
van Hem, die ge<strong>en</strong> plaats had, waar Hij het hoofd kon ne<strong>de</strong>rlegg<strong>en</strong>.<br />
De Schriftuurlike instelling van het avondmaal was vervang<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> door het<br />
afgodiese offer<strong>en</strong> van <strong>de</strong> mis. De Roomse priesters beweerd<strong>en</strong>, dat ze door hun zinneloos<br />
gemompel het e<strong>en</strong>voudige brood <strong>en</strong> <strong>de</strong> wijn in het wez<strong>en</strong>like lichaam <strong>en</strong> bloed van<br />
Christusm veran<strong>de</strong>rd<strong>en</strong>. Met godslaster- like verwaandheid eig<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze zich op<strong>en</strong>lik <strong>de</strong><br />
macht toe om God, <strong>de</strong> Schepper van alle ding<strong>en</strong>, te schepp<strong>en</strong>. Van alle Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> werd op<br />
straffe <strong>de</strong>s doods geëist, hun geloof in <strong>de</strong>ze gruwelike, hemelterg<strong>en</strong><strong>de</strong> ketterij te betuig<strong>en</strong>.<br />
Schar<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die dit weigerd<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> prijs gegev<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> <strong>de</strong>rti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw kwam dat allervreselikste van alle werktuig<strong>en</strong> van het pausdom, <strong>de</strong><br />
Inkwisitie, tot stand. De vorst <strong>de</strong>r duisternis trad in overleg met <strong>de</strong> leidsmann<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
pauselike priesterheerschappij. In hun geheime beraadslaging<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> Satan <strong>en</strong> zijn<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van god<strong>de</strong>loze mann<strong>en</strong> in beslag, terwijl er ongezi<strong>en</strong> in hun midd<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel Gods stond, die het vreselik verslag van hun schan- <strong>de</strong>like besluit<strong>en</strong> te boek stel<strong>de</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is optek<strong>en</strong><strong>de</strong> van dad<strong>en</strong>, te schrikkelik om door <strong>de</strong> og<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong><br />
te word<strong>en</strong>. “Het grote Babylon was dronk<strong>en</strong> van het bloed van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>.” De verminkte<br />
gedaant<strong>en</strong> van miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> martelar<strong>en</strong> schreeuwd<strong>en</strong> tot God om wraak over die afvallige<br />
macht.<br />
Het pausdom was <strong>de</strong> dwingeland van <strong>de</strong> wereld geword<strong>en</strong>. Koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> keizers bog<strong>en</strong><br />
zich voor <strong>de</strong> bevel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse opperpriester. Het lot van - <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, bei<strong>de</strong> voor tijd<br />
<strong>en</strong> eeuwigheid, sche<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r zijn beheer te staan. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> lang war<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
leerstelling<strong>en</strong> van Rome alom <strong>en</strong> onvoor- waar<strong>de</strong>lik ontvang<strong>en</strong>, zijn instelling<strong>en</strong> eerbiedig<br />
gehoud<strong>en</strong>, zijn feest<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Zijn priesterschap werd geëerd <strong>en</strong> mil<strong>de</strong>lik<br />
on<strong>de</strong>rsteund. Nimmer se<strong>de</strong>rt die tijd is <strong>de</strong> Roomse Kerk tot hoger rang, of groter praal of<br />
macht gesteg<strong>en</strong>.<br />
Doch “<strong>de</strong> middagglans van het pausdom was het mid<strong>de</strong>r- nachtelik duister van <strong>de</strong><br />
wereld.” De <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> war<strong>en</strong> bijna onbek<strong>en</strong>d, niet aan het volk alle<strong>en</strong>, maar ook aan<br />
<strong>de</strong> priesters. Gelijk <strong>de</strong> Farizeën van ouds, haatt<strong>en</strong> <strong>de</strong> geeste- like leidslied<strong>en</strong> het licht, dat<br />
hun zond<strong>en</strong> ont<strong>de</strong>kte. Daar Gods wet, <strong>de</strong> maatstaf van gerechtigheid, van <strong>de</strong> baan geschov<strong>en</strong><br />
was, oef<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze onbegr<strong>en</strong>s<strong>de</strong> macht uit, <strong>en</strong> gav<strong>en</strong> zich aan teugelloze god<strong>de</strong>loosheid over.<br />
Bedrog, geldzucht <strong>en</strong> losbandigheid heerst<strong>en</strong> alom. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> schrikt<strong>en</strong> voor ge<strong>en</strong> misdaad<br />
terug, die hun gewin of aanzi<strong>en</strong> aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> kon. De paleiz<strong>en</strong> van <strong>de</strong> paus<strong>en</strong> <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong> <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> laagste uitspatting<strong>en</strong>. Sommige van <strong>de</strong> reger<strong>en</strong><strong>de</strong> paus<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong><br />
35
zich aan zulke walgelike misdad<strong>en</strong> schuldig, dat wereldse vorst<strong>en</strong> die<br />
waardigheidsbekle<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> kerk zocht<strong>en</strong> af te zett<strong>en</strong> als monsters, te laag om te word<strong>en</strong><br />
geduld. Eeuw<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er in Europa ge<strong>en</strong> vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> gemaakt in geleerdheid,<br />
kunst, of beschaving. De Christ<strong>en</strong>heid sche<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> ze<strong>de</strong>like <strong>en</strong> verstan<strong>de</strong>like<br />
verlamming aange- grep<strong>en</strong>.<br />
De toestand van <strong>de</strong> wereld on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Roomse macht toon<strong>de</strong> <strong>de</strong> schrikkelike <strong>en</strong> treff<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
vervulling aan van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profeet Hosea: “Mijn volk is uitgeroeid, omdat het<br />
zon<strong>de</strong>r k<strong>en</strong>nis is; <strong>de</strong>wijl gij <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis verworp<strong>en</strong> hebt, heb Ik ook u verworp<strong>en</strong>; <strong>de</strong>wijl gij <strong>de</strong><br />
wet van uw God verget<strong>en</strong> hebt, zal Ik ook uw kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> verget<strong>en</strong>.” “Er is ge<strong>en</strong> trouw, <strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> weldadigheid <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis van God in het land; maar vloek<strong>en</strong> <strong>en</strong> lieg<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
doodslaan, <strong>en</strong> stel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> overspel do<strong>en</strong>; ze brek<strong>en</strong> door, <strong>en</strong> bloedschuld<strong>en</strong> rak<strong>en</strong> aan<br />
bloedschuld<strong>en</strong>.” Dat war<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verbanning van het Woord van God.<br />
36
Hoofdstuk 4 — Speciaal Ambassa<strong>de</strong>urs<br />
Te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> duisternis welke <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> be<strong>de</strong>kte tijd<strong>en</strong>s het lange tijdperk van<br />
pauselike oppermacht, kon het licht van <strong>de</strong> waarheid niet geheel <strong>en</strong> al uitgedoofd word<strong>en</strong>. In<br />
elke eeuw war<strong>en</strong> er getuig<strong>en</strong> voor God,— m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die in Christus geloofd<strong>en</strong> als <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige<br />
Mid<strong>de</strong>laar tuss<strong>en</strong> God <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s, die <strong>de</strong> Bijbel als <strong>en</strong>igste leefregel beschouwd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die <strong>de</strong><br />
ware Sabbat heiligd<strong>en</strong>. Hoeveel <strong>de</strong> wereld aan die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verschuldigd is, zal <strong>de</strong><br />
nakomelingschap nimmer wet<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> gebrandmerkt als ketters, hun beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
betwist, hun karakter beklad, hun geschrift<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdrukt, verkeerd voorgesteld, of vernield.<br />
Desniettemin stond<strong>en</strong> ze vast, <strong>en</strong> handhaafd<strong>en</strong> van eeuw tot eeuw <strong>de</strong> reinheid van hun<br />
geloof als e<strong>en</strong> heilig erfstuk voor <strong>de</strong> toekomstige geslacht<strong>en</strong>.<br />
De geschied<strong>en</strong>is van Gods volk gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> duistere eeuw<strong>en</strong>, die op Rome’s<br />
opperheerschappij volgd<strong>en</strong>, staat in <strong>de</strong> hemel opgeschrev<strong>en</strong>, maar niet veel vindt m<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
geschied- boek<strong>en</strong> <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Weinige spor<strong>en</strong> van hun bestaan kunn<strong>en</strong> slechts aangewez<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>, behalve dan in <strong>de</strong> beschuldiging<strong>en</strong> van hun vervolgers. Het was Rome’s toeleg om<br />
ie<strong>de</strong>r spoor van afwijking van zijn leer of bevel<strong>en</strong> uit te wiss<strong>en</strong>. Alles wat ketters was, hetzij<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> of geschrift<strong>en</strong>, trachtte het te verdo<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele uitdrukking van twijfel of<br />
navraag aangaan<strong>de</strong> het gezag van pauselike leerstelling<strong>en</strong>, was voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> om rijk of arm,<br />
hoog of laag, het lev<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong>. Ook beproef<strong>de</strong> Rome alle bewijsstukk<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
wreedheid, waarme<strong>de</strong> het an<strong>de</strong>rsd<strong>en</strong>k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bejeg<strong>en</strong><strong>de</strong>, te ver- nietig<strong>en</strong>. Pauselike<br />
raadsverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> last, dat boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> geschrift<strong>en</strong>, waarin <strong>de</strong>rgelijke dad<strong>en</strong> vermeld<br />
stond<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> prijs gegev<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. V——r <strong>de</strong> uitvinding van <strong>de</strong><br />
boekdrukkunst war<strong>en</strong> er weinig boek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorm ervan maakte ze min<strong>de</strong>r geschikt om<br />
bewaard te word<strong>en</strong> ; vandaar dat er weinig was, dat <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> belett<strong>en</strong> kon, hun plann<strong>en</strong><br />
uit te voer<strong>en</strong>.<br />
Ge<strong>en</strong> kerk binn<strong>en</strong> <strong>de</strong> gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van het Roomse gezag werd lang ongehin<strong>de</strong>rd in het g<strong>en</strong>ot<br />
van gewet<strong>en</strong>svrijheid gelat<strong>en</strong>. Niet zodra toch had zich het pausdom macht verworv<strong>en</strong>, of<br />
het strekte <strong>de</strong> arm<strong>en</strong> uit om all<strong>en</strong> te verpletter<strong>en</strong>, die zijn oppermacht weigerd<strong>en</strong> te erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>;<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>e na <strong>de</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kerk on<strong>de</strong>rwierp zich aan zijn gezag.<br />
In Groot-Brittannië had het primitieve Christ<strong>en</strong>dom reeds vroeg wortel geschot<strong>en</strong>. Het<br />
evangelie, dat <strong>de</strong> Britt<strong>en</strong> in <strong>de</strong> eerste eeuw<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, was te di<strong>en</strong> tij<strong>de</strong><br />
onbedorv<strong>en</strong> door Roomse afval. Vervolging van heid<strong>en</strong>se keizers, welke zelfs tot die verre<br />
kust<strong>en</strong> doordrong, was <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige gave, die <strong>de</strong> eerste Britse kerk<strong>en</strong> van Rome ontving<strong>en</strong>. Vele<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>de</strong> vervolging in Engeland ontvlucht<strong>en</strong><strong>de</strong>, vond<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schuilplaats in Schotland;<br />
vandaar uit werd <strong>de</strong> waarheid naar Ierland overgebracht, <strong>en</strong> in al die land<strong>en</strong> met blijdschap<br />
ont- vang<strong>en</strong>..To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Saksers Brittannië veroverd<strong>en</strong>, verkreeg het heid<strong>en</strong>dom <strong>de</strong><br />
heerschappij. De overwinnaars war<strong>en</strong> te trots om zich door hun slav<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>;<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> war<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oodzaakt, zich in <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> <strong>en</strong> woeste moerass<strong>en</strong> terug te<br />
37
trekk<strong>en</strong>. Toch bleef het licht, dat voor e<strong>en</strong> tijd verborg<strong>en</strong> was, voortschijn<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> eeuw later<br />
sche<strong>en</strong> het in Schotland met e<strong>en</strong> gloed, die tot verafgeleg<strong>en</strong> land<strong>en</strong> doordrong. Uit Ierland<br />
versche<strong>en</strong> <strong>de</strong> vrome Columba met zijn me<strong>de</strong>werkers, die <strong>de</strong> versprei<strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> op het<br />
e<strong>en</strong>zame eiland Iona rondom zich verzameld<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dit tot mid<strong>de</strong>lpunt van hun z<strong>en</strong>dingswerk<br />
maakt<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze evangelist<strong>en</strong> was er iemand, die <strong>de</strong> Sabbat van <strong>de</strong> Bijbel hield, <strong>en</strong> alzo<br />
werd <strong>de</strong>ze waarheid on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d gemaakt. Er werd op Iona e<strong>en</strong> school<br />
opgericht, van waar uit z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> niet maar alle<strong>en</strong> naar Schotland <strong>en</strong> Engeland, maar ook<br />
naar Duitsch- land, Zwitserland <strong>en</strong> zelfs Italië gezond<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>.<br />
Rome echter had zijn oog op Brittanië geslag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> het on<strong>de</strong>r zijn<br />
opperheerschappij te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> zes<strong>de</strong> eeuw on<strong>de</strong>rnam<strong>en</strong> zijn z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> <strong>de</strong> bekering<br />
van <strong>de</strong> heid<strong>en</strong>se Saksers. De trotse barbar<strong>en</strong> ontving<strong>en</strong> h<strong>en</strong> met goedwilligheid, <strong>en</strong> ze<br />
haald<strong>en</strong> vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> over tot belijd<strong>en</strong>is van het Roomse geloof. Bij <strong>de</strong> voortgang van dit<br />
werk kwam<strong>en</strong> <strong>de</strong> pauselike lei<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> hun bekeerling<strong>en</strong> in aanraking met <strong>de</strong> eerste<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>. Opvall<strong>en</strong>d was het verschil, dat zich toon<strong>de</strong>. Deze laatst<strong>en</strong> war<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig,<br />
ne<strong>de</strong>rig <strong>en</strong> schriftuurlik in hun karakter, leer <strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>; terwijl eerst- g<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong> het<br />
bijgeloof, <strong>de</strong> praal <strong>en</strong> <strong>de</strong> trots van <strong>de</strong> pauselike godsdi<strong>en</strong>st op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong>. De afgezant van<br />
Rome eiste, dat <strong>de</strong>ze Christelike kerk<strong>en</strong> <strong>de</strong> oppermacht van <strong>de</strong> grote bisschop erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong>.<br />
De Britt<strong>en</strong> echter gav<strong>en</strong> met zachtmoedigheid t<strong>en</strong> antwoord, dat ze alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />
lief te hebb<strong>en</strong>, maar dat <strong>de</strong> paus niet gerechtigd was tot opperheerschappij in <strong>de</strong> kerk, <strong>en</strong> dat<br />
ze hem alle<strong>en</strong> die on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong>heid kond<strong>en</strong> beton<strong>en</strong>, die ie<strong>de</strong>re volgeling van Christus<br />
toekwam. Her-haal<strong>de</strong> poging<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aangew<strong>en</strong>d om h<strong>en</strong> tot gehoorzaamheid aan Rome<br />
te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; doch <strong>de</strong>ze ne<strong>de</strong>rige Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, verbaasd over <strong>de</strong> trots, die Rome’s afgezant<strong>en</strong><br />
op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong>, antwoordd<strong>en</strong> met beslistheid, dat ze ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re meester k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> dan Christus.<br />
Nu kwam <strong>de</strong> ware geest van het pausdom voor <strong>de</strong> dag. De Roomse lei<strong>de</strong>r sprak: “Zo ge <strong>de</strong><br />
broe<strong>de</strong>rs niet ontvang<strong>en</strong> wilt, die u vre<strong>de</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, zult ge vijand<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, die u strijd<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zo ge u niet met ons ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> wilt om <strong>de</strong> Saksers <strong>de</strong> weg <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s te wijz<strong>en</strong>,<br />
zult ge van h<strong>en</strong> <strong>de</strong> doodslag ontvang<strong>en</strong>.” Dit war<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> loze bedreiging<strong>en</strong>. Krijg, list <strong>en</strong><br />
bedrog werd<strong>en</strong> te werk gesteld teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze getuig<strong>en</strong> voor het geloof van <strong>de</strong> Bijbel, totdat <strong>de</strong><br />
kerk<strong>en</strong> van Brittannië te niet gedaan, of gedwong<strong>en</strong> war<strong>en</strong> zich aan het gezag van <strong>de</strong> paus te<br />
on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>.<br />
In land<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> Roomse macht leefd<strong>en</strong> er vele eeuw<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong><br />
groep<strong>en</strong> van Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, die bijna volkom<strong>en</strong> vrij blev<strong>en</strong> van het be<strong>de</strong>rf van het pausdom. Ze<br />
war<strong>en</strong> omringd door het heid<strong>en</strong>dom, <strong>en</strong> nam<strong>en</strong> in <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r eeuw<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong><br />
ervan over; maas ze blev<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel als <strong>en</strong>ige geloofsregel beschouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hield<strong>en</strong> zich<br />
aan vele van zijn waarhed<strong>en</strong>. Deze Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> geloofd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> on- veran<strong>de</strong>rlikheid van Gods<br />
wet, <strong>en</strong> hield<strong>en</strong> <strong>de</strong> Sabbat van het vier<strong>de</strong> gebod. Kerk<strong>en</strong>, die zich aan dat geloof <strong>en</strong> gebruik<br />
hield<strong>en</strong>, bestond<strong>en</strong> er in het midd<strong>en</strong> van Afrika <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Arm<strong>en</strong>iërs in Azië. On<strong>de</strong>r h<strong>en</strong><br />
echter, die <strong>de</strong> voortgang van <strong>de</strong> pauselike macht weerstond<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> vooral <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong>.<br />
38
In hetzelf<strong>de</strong> land, waar het pausdom zijn zetel had gesticht, werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> <strong>en</strong> het be<strong>de</strong>rf<br />
ervan op <strong>de</strong> standvastigste wijze teg<strong>en</strong>gestaan. Eeuw<strong>en</strong> lang handhaafd<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van<br />
Piedmont hun cnafhankelikheid; toch kwam ein<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> tijd, waarop Rome on<strong>de</strong>rwerping<br />
van ze eiste. Na vruch 1D ’Aubigné, “History of the Reformation of the Sixte<strong>en</strong>th C<strong>en</strong>tury,”<br />
boek 17, Kap. 2. Teloos worstel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zijn tirannie, bog<strong>en</strong> <strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze kerk<strong>en</strong><br />
zich onwillig on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> macht, die <strong>de</strong> ganse wereld sche<strong>en</strong> te huldig<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> er echter<br />
<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>, die weigerd<strong>en</strong> zich on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> macht van paus of prelaat te stell<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> vast<br />
beslot<strong>en</strong>, aan God getrouw te blijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zuiverheid <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voud van hun geloof te<br />
bewar<strong>en</strong>. Er vond e<strong>en</strong> scheiding plaats. Zij, die aan het ou<strong>de</strong> geloof vasthield<strong>en</strong>, trokk<strong>en</strong><br />
zich nu terug; <strong>en</strong>kel<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Alp<strong>en</strong> van hun geboorteland vaarwel zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>, verhiev<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
banier <strong>de</strong>r waarheid in vreem<strong>de</strong> land<strong>en</strong>; an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> verschol<strong>en</strong> zich in <strong>de</strong> afgeleg<strong>en</strong> vallei<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
rotsvesting<strong>en</strong> van <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> behield<strong>en</strong> daar hun vrijheid om God te di<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Het geloof, dat <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>ziese Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> lang behield<strong>en</strong> <strong>en</strong> predikt<strong>en</strong>, lever<strong>de</strong><br />
e<strong>en</strong> scherp kontrast teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> valse leerstelling<strong>en</strong>, door Rome uitgegev<strong>en</strong>. Hun godsdi<strong>en</strong>stige<br />
overtuiging grond<strong>de</strong> zich op het geschrev<strong>en</strong> woord Gods als het ware stelsel van het<br />
Christ<strong>en</strong>dom. Doch <strong>de</strong>ze ne<strong>de</strong>rige landbouwers in hun verborg<strong>en</strong> schuilhoek<strong>en</strong>, van <strong>de</strong><br />
wereld afgeslot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door hun dageliks werk on<strong>de</strong>r hun kudd<strong>en</strong> <strong>en</strong> wijngaard<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong>,<br />
hadd<strong>en</strong> niet voor zichzelv<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid gevond<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>stelling van <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ketterij<strong>en</strong> van <strong>de</strong> afvallige kerk. Hun geloof was niet iets nieuws. Hun godsdi<strong>en</strong>stige<br />
overtuiging was e<strong>en</strong> erf<strong>en</strong>is, die ze van hum va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. Ze stred<strong>en</strong> voor het<br />
geloof van <strong>de</strong> apostoliese kerk, — “het geloof, e<strong>en</strong>maal aan <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> overgeleverd.” —<br />
“De kerk in <strong>de</strong> woestijn”, <strong>en</strong> niet <strong>de</strong> trotse priesterheerschappij, die <strong>de</strong> troon bekleed<strong>de</strong> in <strong>de</strong><br />
grote hoofdstad van <strong>de</strong> wereld, was <strong>de</strong> ware kerk van Christus, <strong>de</strong> bewaar<strong>de</strong>r van <strong>de</strong><br />
schatt<strong>en</strong> <strong>de</strong>r waarheid, die God Zijn volk toevertrouwd heeft, om ze aan <strong>de</strong> wereld uit te<br />
<strong>de</strong>l<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voornaamste oorzak<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> ware kerk tot afscheiding van Rome leid<strong>de</strong>,<br />
was <strong>de</strong> haat van laatstg<strong>en</strong>oem<strong>de</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Sabbat van <strong>de</strong> Bijbel. Gelijk in <strong>de</strong> profetieën<br />
voorzegd was, wierp <strong>de</strong> pauselike macht <strong>de</strong> waarheid ter ne<strong>de</strong>r. De wet Gods werd in het<br />
stof getred<strong>en</strong>, terwijl <strong>de</strong> overlevering<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geëerd werd<strong>en</strong>. De kerk<strong>en</strong>,<br />
die on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> regering van het pausdom stond<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> reeds vroegtijdig gedwong<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
Zondag als heilige dag te vier<strong>en</strong>. Te midd<strong>en</strong> van heers<strong>en</strong><strong>de</strong> dwaling <strong>en</strong> bijgeloof geraakt<strong>en</strong><br />
er vel<strong>en</strong>, ook on<strong>de</strong>r het ware volk Gods, z— verward, dat ze, terwijl ze <strong>de</strong> Sabbat heiligd<strong>en</strong>,<br />
zich toch ook op Zondag van arbeid onthield<strong>en</strong>. Dit echter gaf <strong>de</strong> pauselike lei<strong>de</strong>rs ge<strong>en</strong><br />
voldo<strong>en</strong>ing. Ze eist<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Zondag gevierd, maar ook <strong>de</strong> Sabbat ontheiligd zou<br />
word<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ze veroor<strong>de</strong>eld<strong>en</strong> in <strong>de</strong> sterkste bewoording<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die er eer aan durfd<strong>en</strong><br />
bewijz<strong>en</strong>. Het was alle<strong>en</strong> door voor <strong>de</strong> Roomse macht te vluch-t<strong>en</strong>, dat <strong>en</strong>kel<strong>en</strong> Gods wet in<br />
vre<strong>de</strong> kond<strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>.<br />
De Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> war<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> van Europa, die in het bezit<br />
kwam<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vertaling van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong><br />
39
Hervorming hadd<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> afschrift van <strong>de</strong> Bijbel in hun moe<strong>de</strong>rtaal. Ze bezat<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
waarheid onverm<strong>en</strong>gd, <strong>en</strong> dit maakte h<strong>en</strong> in het biezon<strong>de</strong>r tot voorwerp<strong>en</strong> van haat <strong>en</strong><br />
vervolging. Ze verklaard<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomse Kerk het afvallige Babylon van <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring te<br />
zijn, <strong>en</strong> op gevaar af van het lev<strong>en</strong> te verliez<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> ze op om zijn dwaling<strong>en</strong> te keer te<br />
gaan. Terwijl <strong>en</strong>ig<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> druk van langdurige vervolging hun geloof verzaak- t<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong><strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> ervan het e<strong>en</strong> na het an<strong>de</strong>r prijsgav<strong>en</strong>, hield<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
zich aan <strong>de</strong> waarheid vast. Door <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> van donkerheid <strong>en</strong> afval h<strong>en</strong><strong>en</strong> war<strong>en</strong> er<br />
Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong>, die het oppergezag van Rome loch<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, beel- <strong>de</strong>di<strong>en</strong>st als afgo<strong>de</strong>rij<br />
verwierp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ware Sabbat on<strong>de</strong>rhield<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hevigste storm<strong>en</strong> van teg<strong>en</strong>werking<br />
handhaafd<strong>en</strong> ze hun geloof. Schoon doorstok<strong>en</strong> door <strong>de</strong> spies van <strong>de</strong> Savoyaard<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door<br />
Rome’s brandstapel geschroeid, stond<strong>en</strong> ze onbewegelik pal voor Gods woord <strong>en</strong> eer.<br />
Achter <strong>de</strong> hoge schans<strong>en</strong> van <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>,— <strong>de</strong> schuilplaats van vervolgd<strong>en</strong> <strong>en</strong> verdrukt<strong>en</strong><br />
in alle eeuw<strong>en</strong>,— vond<strong>en</strong> <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> e<strong>en</strong> toevluchtsoord. Hier werd het licht <strong>de</strong>r<br />
waarheid door <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong> gehoud<strong>en</strong>. Duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> lang<br />
handhaafd<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> waarheid hier het alou<strong>de</strong> geloof. God had Zijn volk e<strong>en</strong><br />
ontzaglik grootse tempel bereid, pass<strong>en</strong>d bij <strong>de</strong> machtige waarhed<strong>en</strong>, die hun ter bewaring<br />
war<strong>en</strong> toevertrouwd. De berg<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> getrouwe balling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zinnebeeld van<br />
Jehova’s onkreukbare gerechtigheid. Ze wez<strong>en</strong> hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> op <strong>de</strong> spits<strong>en</strong>, die zich in<br />
onveran<strong>de</strong>r- like majesteit bov<strong>en</strong> h<strong>en</strong> verhiev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> sprak<strong>en</strong> tot h<strong>en</strong> van Hem, bij Wie ge<strong>en</strong><br />
veran<strong>de</strong>ring is noch schaduw van omkering, <strong>en</strong> Wi<strong>en</strong>s woord ev<strong>en</strong> vast staat als <strong>de</strong> eeuwige<br />
heuvel<strong>en</strong>. God had <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> vastgesteld, <strong>en</strong> ze met kracht omgord; ge<strong>en</strong> arm dan die van <strong>de</strong><br />
Almacht kon ze uit hun plaats beweg<strong>en</strong>. Op gelijke wijze had Hij Zijn wet, het fondam<strong>en</strong>t<br />
van Zijn bestuur in hemel <strong>en</strong> op aar<strong>de</strong>, vastgesteld. De arm van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s kon <strong>de</strong> me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s<br />
bereik<strong>en</strong> <strong>en</strong> hem van het lev<strong>en</strong> be-rov<strong>en</strong> ; doch die arm kon ev<strong>en</strong> min <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> uit hun<br />
standplaats beweg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze in <strong>de</strong> zee werp<strong>en</strong>, als één voorschrift van <strong>de</strong> wet van Jehova<br />
wijzig<strong>en</strong>, of één van Zijn beloft<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Zijn wil do<strong>en</strong>, uitwiss<strong>en</strong>. In getrouwheid<br />
aan Zijn wet was het <strong>de</strong> roeping van Gods di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong> vast te staan als <strong>de</strong><br />
onbewegelike heuvel<strong>en</strong>.<br />
De berg<strong>en</strong>, die hun ne<strong>de</strong>rige vallei<strong>en</strong> inslot<strong>en</strong>, strekt<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> gedurig getuig<strong>en</strong>is van<br />
Gods schepp<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nimmer feil<strong>en</strong><strong>de</strong> verzekering van Zijn bescherm<strong>en</strong><strong>de</strong> zorg.<br />
Deze pelgrims leerd<strong>en</strong> die zwijg<strong>en</strong><strong>de</strong> zinnebeeld<strong>en</strong> van Jehova’s teg<strong>en</strong>woordigheid<br />
liefhebb<strong>en</strong>. Ze mord<strong>en</strong> niet over <strong>de</strong> hardheid-van hun lot; ze voeld<strong>en</strong> zich nimmer verlat<strong>en</strong><br />
te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> e<strong>en</strong>zaamheid van hun berg<strong>en</strong>. Ze dankt<strong>en</strong> God, dat Hij hun e<strong>en</strong><br />
schuilplaats bereid had teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> <strong>en</strong> wreedheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Ze verheugd<strong>en</strong> zich in<br />
hun vrijheid van Hem te kunn<strong>en</strong> aanbidd<strong>en</strong>. Dikwels, wanneer <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
achtervolgd<strong>en</strong>, bleek <strong>de</strong> sterkte van <strong>de</strong> heuvel<strong>en</strong> hun e<strong>en</strong> zekere teg<strong>en</strong>weer. Van m<strong>en</strong>ig e<strong>en</strong><br />
hoge spits klonk hun lied tot lof van God, <strong>en</strong> <strong>de</strong> legers van Rome kond<strong>en</strong> dat danklied niet<br />
tot zwijg<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
40
Rein, e<strong>en</strong>voudig <strong>en</strong> warm was <strong>de</strong> vroomheid van <strong>de</strong>ze volgeling<strong>en</strong> van Christus. Ze<br />
schatt<strong>en</strong> <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid bov<strong>en</strong> huiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> lan<strong>de</strong>rij<strong>en</strong>, vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong> maag, ja<br />
bov<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> zelf. En ernstiglik zocht<strong>en</strong> ze <strong>de</strong>ze beginsel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
in te pr<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Van hun vroegste kindsheid aan werd<strong>en</strong> die in <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
leerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van Gods wet heilig acht<strong>en</strong>. Er bestond<strong>en</strong> slechts weinig afschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Bijbel, waarom <strong>de</strong> kostbare woord<strong>en</strong> ervan uit het hoofd geleerd werd<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> van h<strong>en</strong><br />
kond<strong>en</strong> hele ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> zowel uit het Ou<strong>de</strong> als het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t opzegg<strong>en</strong>. Gedacht<strong>en</strong><br />
over God werd<strong>en</strong> gelijkelik met <strong>de</strong> heerlike natuurtonel<strong>en</strong> rondom h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met <strong>de</strong> geringste<br />
zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van het dageliks lev<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>. De kleine kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> leerd<strong>en</strong> met dankbaarheid<br />
tot God opzi<strong>en</strong>, als tot <strong>de</strong> Gever van alle goe<strong>de</strong> gunstbewijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sgemakk<strong>en</strong>.<br />
De ou<strong>de</strong>rs, schoon te<strong>de</strong>r <strong>en</strong> lief<strong>de</strong>vol, war<strong>en</strong> te verstandig in <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
om h<strong>en</strong> te gew<strong>en</strong>n<strong>en</strong> aan toege- felikheid. E<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> stond hun te wacht<strong>en</strong> van moeite <strong>en</strong><br />
bezwar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wellicht <strong>de</strong> dood van e<strong>en</strong> martelaar. Van kindsbe<strong>en</strong> aan werd<strong>en</strong> ze gewoon<br />
gemaakt, hardheid te verdur<strong>en</strong>, zich aan opzicht te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niettemin onafhankelik<br />
te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> te han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Zeer jong leerd<strong>en</strong> ze verantwoor<strong>de</strong>- likheid drag<strong>en</strong>, behoedzaam<br />
zijn in het sprek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wijsheid te verstaan van te zwijg<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel onbedacht woord,<br />
t<strong>en</strong> aanhor<strong>en</strong> van hun vijand<strong>en</strong> geuit, kon misschi<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> spreker zelf niet alle<strong>en</strong>,<br />
maar ook dat van hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> van zijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in gevaar stell<strong>en</strong>; want als wolv<strong>en</strong> hun prooi,<br />
zo jaagd<strong>en</strong> <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> na, die het durfd<strong>en</strong> wag<strong>en</strong>, aanspraak te<br />
mak<strong>en</strong> op vrijheid van godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging.<br />
De Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> hun aardse voorspoed t<strong>en</strong> offer gebracht ter wille van <strong>de</strong><br />
waarheid, <strong>en</strong> met onvermoeid geduld zwoegd<strong>en</strong> ze voor hun brood. Ie<strong>de</strong>re voet bebouwbare<br />
grond tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> werd zorgvuldig gebruikt; <strong>de</strong> vallei<strong>en</strong> <strong>en</strong> min<strong>de</strong>r vruchtbare<br />
helling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bei<strong>de</strong> tot vruchtdrag<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oopt. Zuinigheid <strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge ontbering maakt<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>el uit van <strong>de</strong> opvoeding, welke <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> als <strong>en</strong>igste erf<strong>en</strong>is ontving<strong>en</strong>. H<strong>en</strong> werd<br />
geleerd, dat God wil dat onze lev<strong>en</strong>sbeschouwing ernstig zal zijn, <strong>en</strong> dat ze alle<strong>en</strong> in hun<br />
behoeft<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> door persoonlike arbeid, voorbedachtzaam- heid, zorg, <strong>en</strong> geloof.<br />
De taak was groot <strong>en</strong> moeilik, maar <strong>de</strong> arbeid gezond, juist wat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in zijn gevall<strong>en</strong><br />
staat nodig heeft, <strong>de</strong> school die God voor zijn opvoeding <strong>en</strong> ontwikkeling heeft bestemd.<br />
Terwijl <strong>de</strong> jong<strong>en</strong> gew<strong>en</strong>d werd<strong>en</strong> aan zware arbeid <strong>en</strong> moeite, werd <strong>de</strong> ontwikkeling van<br />
het verstand niet veronachtzaamd. Ze leerd<strong>en</strong> dat alle kracht<strong>en</strong> Gods gav<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> dat alle<br />
moest<strong>en</strong> gebruikt <strong>en</strong> ontwikkeld word<strong>en</strong> voor Zijn di<strong>en</strong>st.<br />
De kerk<strong>en</strong> van Vaudois gelek<strong>en</strong> op die in <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> in reinheid <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voud.<br />
De oppermacht van paus <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong><strong>de</strong>, hield<strong>en</strong> ze zich aan <strong>de</strong> Bijbel als het <strong>en</strong>ig,<br />
hoogst, onfeilbaar gezag. Hun lerar<strong>en</strong>, ongelijk aan <strong>de</strong> trotse priesters van Rome, volgd<strong>en</strong><br />
het voorbeeld van hun Meester, Die niet kwam “om gedi<strong>en</strong>d te word<strong>en</strong>, maar om te di<strong>en</strong><strong>en</strong>.”<br />
Ze voedd<strong>en</strong> <strong>de</strong> kud<strong>de</strong> Gods, <strong>en</strong> leidd<strong>en</strong> h<strong>en</strong> naar grazige weid<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> fontein<strong>en</strong> van<br />
Zijn heilig woord. Ver van <strong>de</strong> ged<strong>en</strong>ktek<strong>en</strong><strong>en</strong> van m<strong>en</strong>selike praal <strong>en</strong> trots kwa- ih<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bije<strong>en</strong>, niet in prachtige kerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> grootse kathedral<strong>en</strong>, maar in <strong>de</strong> schaduw van <strong>de</strong><br />
41
erg<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> vallei<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Alp<strong>en</strong>, of, in tijd<strong>en</strong> van gevaar, in <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re door rots<strong>en</strong><br />
versterkte plaats, om naar <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>r waarheid van <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Christus te<br />
luister<strong>en</strong>. De lerar<strong>en</strong> predikt<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> het evangelie, maar bezocht<strong>en</strong> ook <strong>de</strong> krank<strong>en</strong>,<br />
katechiseerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, vermaand<strong>en</strong> <strong>de</strong> afge- dwaald<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beijverd<strong>en</strong> zieh om twist<strong>en</strong><br />
bij te legg<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong>dracht <strong>en</strong> broe<strong>de</strong>rlief<strong>de</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. In vre<strong>de</strong>stijd werd<strong>en</strong> ze<br />
on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong> door <strong>de</strong> vrijwillige gav<strong>en</strong> van het volk; toch ook, gelijk Paulus <strong>de</strong> t<strong>en</strong>temaker,<br />
leer<strong>de</strong> elke<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> het <strong>en</strong>e of an<strong>de</strong>re handwerk, waardoor hij zo nodig in zijn eig<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rhoud kon voorzi<strong>en</strong>.<br />
De jong<strong>en</strong> ontving<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijs van hun lerar<strong>en</strong>. Terwijl aan <strong>de</strong> gewone vakk<strong>en</strong> van<br />
on<strong>de</strong>rwijs aandaeht besteed werd, maakte <strong>de</strong> Bijbel <strong>de</strong> hoofdstudie uit. Het evangelie van<br />
Mat- theüs <strong>en</strong> Johannes leerd<strong>en</strong> ze van buit<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vele van <strong>de</strong> z<strong>en</strong>dbriev<strong>en</strong> daarbij. Ook<br />
hield<strong>en</strong> ze zich bezig met het afschrijv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift. Sommige handschrift<strong>en</strong><br />
bevatt<strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele Bijbel, an<strong>de</strong>re slechts korte uittreksels, waarbij <strong>en</strong>ige e<strong>en</strong>voudige<br />
verklaring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tekst gevoegd war<strong>en</strong> door <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die bekwaamheid hadd<strong>en</strong> in<br />
schriftuitlegging. Aldus werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> schatt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid te voor-schijn gebracht, die zo<br />
lang verborg<strong>en</strong> geweest was door <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zich bov<strong>en</strong> God trachtt<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>.<br />
On<strong>de</strong>r geduldige, onvermoei<strong>de</strong> arbeid, somtijds in <strong>de</strong> diepe, donkere hol<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
<strong>en</strong> bij fakkellicht, werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> vers na vers <strong>en</strong> hoofstuk na hoofdstuk<br />
afgeschrev<strong>en</strong>. Dus ging het werk voort, <strong>en</strong> straal<strong>de</strong> Gods geop<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> wil uit als zuiver<br />
goud; hoeveel glansrijker, hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r <strong>en</strong> krachtiger weg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> beproeving<strong>en</strong>, om <strong>de</strong>r wille<br />
ervan on<strong>de</strong>rgaan, kond<strong>en</strong> zij alle<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>, die zich met het werk bezighield<strong>en</strong>. Engel<strong>en</strong><br />
uit <strong>de</strong> hemel omringd<strong>en</strong> die getrouwe arbei<strong>de</strong>rs.<br />
Satan had er <strong>de</strong> Roomse priesters <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong> toe gedrev<strong>en</strong>, het woord <strong>de</strong>r waarheid<br />
on<strong>de</strong>r het puin van dwaling, ketterij <strong>en</strong> bijgeloof te begrav<strong>en</strong>; doch op <strong>de</strong> won<strong>de</strong>rvolste<br />
wijze bleef het door <strong>de</strong> duistere eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> onbedorv<strong>en</strong> bewaard. Het droeg niet <strong>de</strong><br />
stempel van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, maar het zegel Gods. De m<strong>en</strong>s is onvermoeid geweest in zijn pog<strong>en</strong><br />
om <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like, e<strong>en</strong>voudige betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te verduister<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die zichzelf te<br />
lat<strong>en</strong> weersprek<strong>en</strong>; doch gelijk <strong>de</strong> ark op <strong>de</strong> boezem van <strong>de</strong> water<strong>en</strong>, trotseert Gods Woord<br />
<strong>de</strong> storm<strong>en</strong>, die het met on<strong>de</strong>rgang dreig<strong>en</strong>. Gelijk <strong>de</strong> mijn rijke goud- <strong>en</strong> zil-vera<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> oppervlakte verborg<strong>en</strong> houdt, zodat all<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> rijke voorraad will<strong>en</strong> ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>,<br />
erom grav<strong>en</strong> moet<strong>en</strong>, zo ook bevat <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift schatt<strong>en</strong> van waarheid, die alle<strong>en</strong><br />
geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong> aan hem, die er ernstig, ne<strong>de</strong>rig <strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>d naar zoekt. God heeft <strong>de</strong><br />
Bijbel bedoeld voor e<strong>en</strong> leerboek voor alle m<strong>en</strong>segeslacht<strong>en</strong>, in hun kindsheid,<br />
jongelingschap, <strong>en</strong> rijpere leeftijd, <strong>en</strong> tot on<strong>de</strong>rzoek voor alle tijd<strong>en</strong>. Hij gaf <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s Zijn<br />
woord als e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van Zichzelf. Ie<strong>de</strong>re nieuw-ont<strong>de</strong>kte waarheid is e<strong>en</strong> verse<br />
op<strong>en</strong>baring van het karakter van <strong>de</strong> Schrijver, Het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> is het van<br />
God verord<strong>en</strong><strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in nauwer verbint<strong>en</strong>is te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met zijn Schepper, <strong>en</strong><br />
hem e<strong>en</strong> klaar<strong>de</strong>r inzicht te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> in Zijn wil. Dat on<strong>de</strong>rzoek is het mid<strong>de</strong>l van<br />
geme<strong>en</strong>schap tuss<strong>en</strong> God <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s.<br />
42
Al hield<strong>en</strong> <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> <strong>de</strong> vreze <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> voor het beginsel <strong>de</strong>r wijsheid, toch war<strong>en</strong><br />
ze niet blind voor <strong>de</strong> belangrijkheid van omgang met <strong>de</strong> wereld, k<strong>en</strong>nis van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> bezighed<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong>, tot verstandsontwikkeling <strong>en</strong> opscherping van het<br />
waarnemingsvermog<strong>en</strong>. Sommige van hun jongeling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schol<strong>en</strong> in <strong>de</strong> berg<strong>en</strong><br />
naar inrichting<strong>en</strong> van on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> sted<strong>en</strong> van Frankrijk of Italië gezond<strong>en</strong>, waar meer<br />
geleg<strong>en</strong>heid was voor studie, nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> opmerk<strong>en</strong>, dan in <strong>de</strong> Alp<strong>en</strong> van hun va<strong>de</strong>rland.<br />
De jongeling<strong>en</strong>, die aldus uitgezond<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, stond<strong>en</strong> bloot aan verleiding, werd<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d<br />
met alle on<strong>de</strong>ugd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> in aanraking met <strong>de</strong> sluwe handlangers van <strong>de</strong> duivel, die<br />
hun <strong>de</strong> listigste ketterij<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevaarlikste bedriegerij<strong>en</strong> opdrong<strong>en</strong>. Doch hun opvoeding van<br />
<strong>de</strong>r jeugd aan was van zulk e<strong>en</strong> aard geweest, dat ze op dat alles voorbereid war<strong>en</strong>.<br />
Op <strong>de</strong> schol<strong>en</strong>, waarhe<strong>en</strong> ze zich begav<strong>en</strong>, mocht<strong>en</strong> ze niemand hun vertrouweling<br />
mak<strong>en</strong>. Hun kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> z— gemaakt, dat ze er hun grootste schat,— <strong>de</strong> kostbare<br />
handschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel,— in verberg<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>. Deze handschrift<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vrucht van<br />
maan<strong>de</strong>-<strong>en</strong> jarelange arbeid, droeg<strong>en</strong> ze bij zich, <strong>en</strong> waar ze ook maar kond<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
argwaan op te wekk<strong>en</strong>, legd<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>elte ervan met bedachtzaamheid voor aan<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, wier hart<strong>en</strong> op<strong>en</strong> sch<strong>en</strong><strong>en</strong> te staan voor <strong>de</strong> waarheid. Van moe<strong>de</strong>rs knie aan was <strong>de</strong><br />
Wald<strong>en</strong>ziese jongeling met dit doel voor og<strong>en</strong> opgeleid; ze verstond<strong>en</strong> hun werk, <strong>en</strong> <strong>de</strong>d<strong>en</strong><br />
het met getrouwheid. Er werd<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze inrichting<strong>en</strong> van on<strong>de</strong>rwijs bekeerling<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong><br />
voor het ware geloof, <strong>en</strong> somtijds doortrokk<strong>en</strong> <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> ervan <strong>de</strong> gehele school, zon<strong>de</strong>r<br />
dat <strong>de</strong> Roomse lei<strong>de</strong>rs, zelfs door het strikste on<strong>de</strong>rzoek, ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong><br />
zog<strong>en</strong>aam<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>r- felike ketterij oorsprong nam.<br />
De geest van Christus is e<strong>en</strong> z<strong>en</strong>dingsgeest. Het allereerste strev<strong>en</strong> van het herbor<strong>en</strong> hart<br />
is, ook an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> Heiland te leid<strong>en</strong>. Dat was <strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> Vaudois Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>. Ze<br />
gevoeld<strong>en</strong>, dat God h<strong>en</strong> tot meer riep, dan e<strong>en</strong>voudig <strong>de</strong> waarheid in hun eig<strong>en</strong> kerk<strong>en</strong><br />
zuiver te bewar<strong>en</strong>; dat er e<strong>en</strong> ernstige verantwoor<strong>de</strong>likheid op h<strong>en</strong> rustte on hun licht te lat<strong>en</strong><br />
schijn<strong>en</strong> voor <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in duisternis zat<strong>en</strong>; <strong>en</strong> door <strong>de</strong> grote kracht van Gods Woord<br />
trachtt<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> slavernij te verbrek<strong>en</strong>, welke door Rome opgelegd werd. De Vaudois<br />
predikers werd<strong>en</strong> als z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> opgeleid, <strong>en</strong> elke<strong>en</strong>, die het predikambt begeer<strong>de</strong>, moest<br />
eerst on<strong>de</strong>rvinding opdo<strong>en</strong> als evangelist. Elke<strong>en</strong> moest drie jar<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st do<strong>en</strong> in het <strong>en</strong>e of<br />
an<strong>de</strong>re z<strong>en</strong>dingsveld, eer <strong>de</strong> zorg van e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> va<strong>de</strong>rlandse kerk<strong>en</strong> hun toevertrouwd werd.<br />
Zodanige di<strong>en</strong>st, die van het begin af zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> opoffering vereiste, was e<strong>en</strong><br />
pass<strong>en</strong><strong>de</strong> voorbereiding voor het her<strong>de</strong>rlik lev<strong>en</strong> in die tijd<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zo zeer op <strong>de</strong> proef steld<strong>en</strong>. De jongeling, die <strong>de</strong> wijding v——r het heilig ambt<br />
ontving, zag v——r zich ge<strong>en</strong> verschiet van aardse rijkdom <strong>en</strong> eer, maar e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van<br />
moeite <strong>en</strong> gevaar, <strong>en</strong> <strong>de</strong> mogelikheid van het lot van e<strong>en</strong> martelaar. De z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> ging<strong>en</strong><br />
twee aan twee uit, gelijk Jezus Zijn discipel<strong>en</strong> uitzond. Gewoonlik vergezel<strong>de</strong> iemand van<br />
jar<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvinding elke jonge man, <strong>en</strong> stond zulk e<strong>en</strong> jongeling on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> leiding van zijn<br />
metgezel, die voor zijn opleiding verantwoor<strong>de</strong>lik gehoud<strong>en</strong> werd, <strong>en</strong> naar wi<strong>en</strong>s on<strong>de</strong>rwijs<br />
<strong>de</strong> jongeling verwacht werd zich te gedrag<strong>en</strong>. Zulke geme<strong>en</strong>schappelike arbei<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong><br />
43
niet altijd sam<strong>en</strong>, maar ontmoett<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r dikwels tot gebed <strong>en</strong> beraadslaging, <strong>en</strong><br />
versterkt<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r op die wijze in het geloof.<br />
Bek<strong>en</strong>dstelling van het doel van hun z<strong>en</strong>ding zou dat doel verij<strong>de</strong>ld hebb<strong>en</strong>; vandaar dat<br />
ze het ware karakter zorgvuldig verborg<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re prediker k<strong>en</strong><strong>de</strong> het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re ambacht,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> hun arbeid voort, zich schuil<strong>en</strong>d achter e<strong>en</strong> aards beroep.<br />
Gewoonlik koz<strong>en</strong> ze dat van han<strong>de</strong>laar, of reiz<strong>en</strong>d koopman. “Ze hadd<strong>en</strong> bij zich<br />
zij<strong>de</strong>stoff<strong>en</strong>, juwel<strong>en</strong> <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re artikel<strong>en</strong>, welke in die tijd niet gemakkelik verkrijgbaar<br />
war<strong>en</strong> dan op vergeleg<strong>en</strong> markt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> als kooplied<strong>en</strong> verwelkomd, waar ze als<br />
z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> afgewez<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn geword<strong>en</strong>.” Voortdur<strong>en</strong>d zag<strong>en</strong> ze op tot God om<br />
wijsheid, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> aandacht te kunn<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> op schatt<strong>en</strong>, kostbaar<strong>de</strong>r dan goud of<br />
juwel<strong>en</strong>. Ze droeg<strong>en</strong> heimelik gehele of ge<strong>de</strong>eltelike afschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel bij zich, <strong>en</strong><br />
waar zich ook maar e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid aanbood, wez<strong>en</strong> ze hun klant<strong>en</strong> op die manuskript<strong>en</strong>.<br />
Dikwels ontstond op die wijze lust om Gods Woord te lez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd er gaarne e<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>elte<br />
van achtergelat<strong>en</strong> bij <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die begerig war<strong>en</strong> het te ontvang<strong>en</strong>.<br />
Het werk van <strong>de</strong>ze z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> begon in <strong>de</strong> vlakt<strong>en</strong> <strong>en</strong> vallei<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> voet van hun<br />
eig<strong>en</strong> berg<strong>en</strong>, maar strekte zich tot ver buit<strong>en</strong> die gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> uit. Barrevoets <strong>en</strong> met grove<br />
kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, door het reiz<strong>en</strong> bemorst, gelijk die van hun Meester war<strong>en</strong>, trokk<strong>en</strong> ze grote sted<strong>en</strong><br />
door, <strong>en</strong> drong<strong>en</strong> vergeleg<strong>en</strong> land<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>. Overal strooid<strong>en</strong> ze het kostbare zaad. Op hun<br />
spoor verrez<strong>en</strong> kerk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het bloed van martelar<strong>en</strong> getuig<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> waarheid. De dag <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> zal e<strong>en</strong> rijke oogst do<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> van ziel<strong>en</strong>, ingebracht door <strong>de</strong> arbeid van die trouwe<br />
mann<strong>en</strong>. Be<strong>de</strong>kt <strong>en</strong> in het verborg<strong>en</strong> maakte Gods Woord zich baan door <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid<br />
he<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd in <strong>de</strong> huiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met blijdschap ontvang<strong>en</strong>.<br />
Voor <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> niet slechts het verhaal van Gods leiding<strong>en</strong> met<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in het verled<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>likhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
verplichting<strong>en</strong> van het te g<strong>en</strong>woordige, maar ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> ontvouwing van <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
heerlikheid van <strong>de</strong> toekomst. Ze geloofd<strong>en</strong>, dat het ein<strong>de</strong> van alle ding<strong>en</strong> niet ver in het<br />
verschiet was; <strong>en</strong> terwijl ze bidd<strong>en</strong>d <strong>en</strong> met tran<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong>, kwam<strong>en</strong> ze te<br />
dieper on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> indruk van zijn kostbare uitsprak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van hun plicht om <strong>de</strong> zaligmak<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
waarheid aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>. Ze zag<strong>en</strong> het heilsplan dui<strong>de</strong>lik op <strong>de</strong> heilige<br />
bladzijd<strong>en</strong> op<strong>en</strong>gelegd, <strong>en</strong> vond<strong>en</strong> troost, hoop, <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> in het geloof in Jezus. Terwijl het<br />
licht hun verstand verlichtte <strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> verblijd<strong>de</strong>, verlangd<strong>en</strong> ze, <strong>de</strong> stral<strong>en</strong> ervan op<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> duisternis van <strong>de</strong> pauselike dwaling<strong>en</strong> verkeerd<strong>en</strong>.<br />
Ze zag<strong>en</strong>, hoe grote schar<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> leiding van paus <strong>en</strong> priesters tevergeefs trachtt<strong>en</strong>,<br />
vergiff<strong>en</strong>is te erlang<strong>en</strong> door hun licham<strong>en</strong> te pijnig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van hun ziel<strong>en</strong>. Daar<br />
h<strong>en</strong> geleerd was, op hun goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong> te vertrouw<strong>en</strong>, als zoud<strong>en</strong> die h<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> redd<strong>en</strong>,<br />
zag<strong>en</strong> ze immer op zichzelv<strong>en</strong>, peinsd<strong>en</strong> over hun zondige staat, me<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zich blootgesteld<br />
aan <strong>de</strong> toorn Gods, <strong>en</strong> kweld<strong>en</strong> hun ziel <strong>en</strong> lichaam, doch vond<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> baat. Aldus werd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> nauwgezette ziel<strong>en</strong> door <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> van Rome in band<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
44
verliet<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> betrekking<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> hun lev<strong>en</strong> in kloostercell<strong>en</strong> slijt<strong>en</strong>. Door<br />
gedurig vast<strong>en</strong> <strong>en</strong> wre<strong>de</strong> geseling<strong>en</strong>, door mid<strong>de</strong>rnachtelike gebed<strong>en</strong>, door zich ur<strong>en</strong><br />
achtere<strong>en</strong> uit te strekk<strong>en</strong> op <strong>de</strong> kou<strong>de</strong>, vochtige st<strong>en</strong><strong>en</strong> van hun duistere verblijfplaats, door<br />
lange be<strong>de</strong>vaart<strong>en</strong>, door verne<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> boetedo<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> schrikkelike foltering zocht<strong>en</strong><br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> vergeefs zielsrust te vind<strong>en</strong>. Terne<strong>de</strong>r gedrukt door e<strong>en</strong> gevoel van zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong><br />
achtervolgd door <strong>de</strong> vrees voor Gods vergeld<strong>en</strong><strong>de</strong> toorn, led<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> voort, totdat <strong>de</strong><br />
natuur ein<strong>de</strong>lik bezweek, <strong>en</strong> ze zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele straal van licht of hoop in <strong>de</strong> groeve<br />
neerzonk<strong>en</strong>.<br />
De Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> hunkerd<strong>en</strong> er naar, aan <strong>de</strong>ze hongerige ziel<strong>en</strong> het brood <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s toe te<br />
<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, hun <strong>de</strong> tijding<strong>en</strong> <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, op Gods beloft<strong>en</strong> gegrond, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> op Christus<br />
te wijz<strong>en</strong> als hun <strong>en</strong>ige hoop op behoud. Ze hield<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer, dat goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
overtreding van Gods wet kunn<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>, als op leug<strong>en</strong> gegrond. Staat mak<strong>en</strong> op<br />
m<strong>en</strong>selike verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> hin<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> blik op Christus’ oneindige lief<strong>de</strong>. Jezus stierf als<br />
slachtoffer voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, omdat <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sheid niets do<strong>en</strong> kan om zich bij God<br />
aang<strong>en</strong>aam te mak<strong>en</strong>. De verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gekruiste <strong>en</strong> verrez<strong>en</strong> Heiland zijn het<br />
fondam<strong>en</strong>t van het geloof van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>. De afhankelikheid van Christus van <strong>de</strong> ziel is<br />
ev<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik, <strong>en</strong> zijn verbint<strong>en</strong>is met Hem behoort ev<strong>en</strong> nauw te zijn, als die van e<strong>en</strong><br />
lichaams<strong>de</strong>el met het lichaam, of van e<strong>en</strong> rank met <strong>de</strong> wijnstok.<br />
De leer van paus<strong>en</strong> <strong>en</strong> priesters had er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe gebracht, Gods karakter, <strong>en</strong> zelfs<br />
dat van Christus, als str<strong>en</strong>g, duister, <strong>en</strong> afstot<strong>en</strong>d te beschouw<strong>en</strong>. De Heiland werd<br />
voorgesteld als zo weinig me<strong>de</strong>gevoel te hebb<strong>en</strong> met <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in zijn gevall<strong>en</strong> staat, dat <strong>de</strong><br />
tuss<strong>en</strong>komst van priesters <strong>en</strong> heilig<strong>en</strong> moest ingeroep<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Zij, wier verstand door het<br />
licht van Gods Woord was verlicht, hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterk verlang<strong>en</strong> om die ziel<strong>en</strong> te wijz<strong>en</strong> op<br />
Jezus als hun me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong>, liefhebb<strong>en</strong><strong>de</strong> Heiland, die met op<strong>en</strong> arm<strong>en</strong> all<strong>en</strong> uitnodigt om<br />
met hun zon<strong>de</strong>last, hun zorg <strong>en</strong> vermoei<strong>en</strong>is tot Hem te gaan.<br />
Ze verlangd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hin<strong>de</strong>rpal<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> weg te ruim<strong>en</strong>, welke Satan opgehoopt had, opdat<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong> niet zoud<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> rechtuit tot God kom<strong>en</strong> met belijd<strong>en</strong>is van hun<br />
zond<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> vergiff<strong>en</strong>is <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> te ontvang<strong>en</strong>. De Wald<strong>en</strong>ziese z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling ontvouw<strong>de</strong><br />
gaarne aan <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong><strong>de</strong> geest <strong>de</strong> kostbare waarhed<strong>en</strong> van het evangelie. Omzichtig<br />
bracht hij <strong>de</strong> zorgvuldig geschrev<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> dag. Het<br />
was zijn grootste vreug<strong>de</strong>, hoop te gev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> nauwgezette, maar met zond<strong>en</strong> belad<strong>en</strong> ziel,<br />
die slechts e<strong>en</strong> God <strong>de</strong>r wrake kon zi<strong>en</strong>, zich gereed mak<strong>en</strong><strong>de</strong> om het oor<strong>de</strong>el t<strong>en</strong> uitvoer te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Met bev<strong>en</strong><strong>de</strong> lipp<strong>en</strong> <strong>en</strong> og<strong>en</strong> vol tran<strong>en</strong> op<strong>en</strong><strong>de</strong> hij, dikwels op zijn knieën gebog<strong>en</strong>,<br />
aan zijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong> kostbare beloft<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige hoop van <strong>de</strong> zondaar uit straalt.<br />
Op die wijze drong het licht van <strong>de</strong> waarheid m<strong>en</strong>ig duister gemoed binn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> week <strong>de</strong><br />
schaduwwolk ervoor terug, totdat <strong>de</strong> Zon <strong>de</strong>r Gerechtigheid in het hart sche<strong>en</strong> met g<strong>en</strong>ezing<br />
in zijn stral<strong>en</strong>. Dikwels gebeur<strong>de</strong> het dat het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> Schrift op<br />
verlang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> toehoor<strong>de</strong>r over <strong>en</strong> over gelez<strong>en</strong> werd, als wil<strong>de</strong> hij zich verzeker<strong>en</strong>, dat<br />
45
hij het recht gehoord had. In het biezon<strong>de</strong>r werd om herhaling gevraagd van <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong>:<br />
“Het bloed van Jezus Christus reinigt van alle zond<strong>en</strong>.” “Gelijk Mozes <strong>de</strong> slang in <strong>de</strong><br />
woestijn verhoogd heeft, alzo moet ook <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verhoogd word<strong>en</strong>, opdat e<strong>en</strong><br />
iegelik, die in Hem gelooft, niet ver<strong>de</strong>rve, maar het eeuwige lev<strong>en</strong> hebbe.”<br />
Vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er ontnuchterd aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> aansprak<strong>en</strong> van Rome. Ze zag<strong>en</strong> in, hoe ij<strong>de</strong>l<br />
<strong>de</strong> tuss<strong>en</strong>komst is van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> of <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> zondaar. Terwijl het ware licht<br />
aan hun hart<strong>en</strong> opging, riep<strong>en</strong> ze in verrukking uit: “Christus is mijn priester; Zijn bloed is<br />
mijn offeran<strong>de</strong>; Zijn altaar is mijn biechtstoel.” Ze wierp<strong>en</strong> zich algeheel op <strong>de</strong> verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />
van Jezus, <strong>en</strong> herhaald<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: “Zon<strong>de</strong>r geloof is het onmogelik, Hem te behag<strong>en</strong>.”<br />
“Er is on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hemel ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re naam on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, door welke wij moet<strong>en</strong><br />
zalig word<strong>en</strong>.”<br />
De verzekering van <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van e<strong>en</strong> Zaligmaker sche<strong>en</strong> te veel om te begrijp<strong>en</strong> voor<br />
sommige van die arme geteister<strong>de</strong> ziel<strong>en</strong>. De verlossing, daardoor aangebracht, was z—<br />
groot, <strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> stroom van licht daal<strong>de</strong> op h<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>r, dat ze zich als in <strong>de</strong> hemel<br />
verplaatst me<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Ze legd<strong>en</strong> hun hand vertrouw<strong>en</strong>d in die van Christus; hun voet<strong>en</strong><br />
stond<strong>en</strong> vast op <strong>de</strong> Rots <strong>de</strong>r Eeuw<strong>en</strong>. Alle vrees voor <strong>de</strong> dood verliet h<strong>en</strong>. Ze kond<strong>en</strong> nu<br />
gevang<strong>en</strong>is <strong>en</strong> brandstapel beger<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze daardoor <strong>de</strong> naam van Christus er<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>.<br />
In het geheim werd Gods Woord op die wijze te voorschijn gebracht <strong>en</strong> gelez<strong>en</strong>, soms<br />
voor e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele ziel, somtijds voor e<strong>en</strong> klein gezelschap, dat naar licht <strong>en</strong> waarheid haakte.<br />
Meermal<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> gehele nacht op die wijze doorgebracht. En <strong>de</strong> verbazing <strong>en</strong><br />
bewon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> hoor<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong> somtijds z— groot, dat <strong>de</strong> boodschapper <strong>de</strong>r waarheid<br />
niet zeld<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oodzaakt was, het lez<strong>en</strong> te stak<strong>en</strong>, totdat het verstand <strong>de</strong> tijding van <strong>de</strong><br />
verlossing innem<strong>en</strong> kon. Dikwels hoor<strong>de</strong> m<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> als <strong>de</strong>ze herhal<strong>en</strong>: “Zal God waarlik<br />
mijn offer aan- nem<strong>en</strong>? Zal Hij in gunst op mij ne<strong>de</strong>rzi<strong>en</strong>? Zal Hij mij vergiff<strong>en</strong>is sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>?”<br />
En dan werd het antwoord gelez<strong>en</strong>: “Komt all<strong>en</strong> tot Mij, gij die vermoeid <strong>en</strong> belast zijt, <strong>en</strong><br />
Ik zal u ruste gev<strong>en</strong>.”<br />
Het geloof greep <strong>de</strong> belofte aan, <strong>en</strong> het blij<strong>de</strong> antwoord werd vernom<strong>en</strong>: “Nu ge<strong>en</strong> lange<br />
pelgrimstocht<strong>en</strong> meer; ge<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re moeitevolle reiz<strong>en</strong> naar heilige kapell<strong>en</strong>. Ik mag tot<br />
Jezus kom<strong>en</strong>, juist zoals ik b<strong>en</strong>, zondig <strong>en</strong> onheilig, <strong>en</strong> Hij zal het boetvaardig gebed niet<br />
afwijz<strong>en</strong>. ‘Uw zond<strong>en</strong> zijn u ver-gev<strong>en</strong>!’ De mijne, ook <strong>de</strong> mijne kunn<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.”<br />
<strong>Heilig</strong>e vreug<strong>de</strong> vervul<strong>de</strong> het hart, <strong>en</strong> <strong>de</strong> naam van <strong>de</strong> Heer Jezus werd groot gemaakt door<br />
lof <strong>en</strong> dankzegging. Die gelukkige ziel<strong>en</strong> keerd<strong>en</strong> naar huis terug om licht te verspreid<strong>en</strong>;<br />
om aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zo goed ze kond<strong>en</strong> hun nieuwe bevinding<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>; om hun te<br />
vertell<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong> ware <strong>en</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> weg gevond<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. Er lag e<strong>en</strong> vreem<strong>de</strong> <strong>en</strong> ernstige<br />
kracht in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift, waardoor ze onmid<strong>de</strong>llik <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> aangrep<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die naar waarheid verlangd<strong>en</strong>. Dat was <strong>de</strong> stem van God, welke <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hem<br />
hoord<strong>en</strong>, tot overtuiging bracht.<br />
46
De bo<strong>de</strong> <strong>de</strong>r waarheid ging zijn weg; maar zijn verschijning in ne<strong>de</strong>righeid, zijn<br />
oprechtheid, zijn ernst <strong>en</strong> diepzinnigheid vormd<strong>en</strong> nog dikwels het on<strong>de</strong>rwerp van <strong>de</strong><br />
gesprekk<strong>en</strong>. In vele gevall<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hoor<strong>de</strong>rs niet gevraagd, van waar hij kwam, of waar<br />
hij he<strong>en</strong> ging. Ze war<strong>en</strong> z— overstelpt geweest, eerst door verwon<strong>de</strong>ring, <strong>en</strong> later door<br />
dankbaarheid <strong>en</strong> vreug<strong>de</strong>, dat ze er niet aan gedacht hadd<strong>en</strong>, hem te on<strong>de</strong>rvrag<strong>en</strong>. Wanneer<br />
ze er bij hem op aangedrong<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, me<strong>de</strong> te gaan naar hun woning<strong>en</strong>, was zijn antwoord<br />
geweest, dat hij <strong>de</strong> verlor<strong>en</strong> schap<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kud<strong>de</strong> moest be-zoek<strong>en</strong>. Zou hij e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel uit <strong>de</strong><br />
hemel hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn? vraagd<strong>en</strong> ze.<br />
In vele gevall<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> bo<strong>de</strong> <strong>de</strong>r waarheid niet weer gezi<strong>en</strong>. Hij was naar an<strong>de</strong>re land<strong>en</strong><br />
gereisd; hij sleet zijn ver<strong>de</strong>re lev<strong>en</strong>sdag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re onbek<strong>en</strong><strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is, of<br />
wellicht bleekte <strong>de</strong> zon zijn be<strong>en</strong><strong>de</strong>r<strong>en</strong> op <strong>de</strong> plaats, waar hij voor <strong>de</strong> waarheid getuig<strong>en</strong>is<br />
had afgelegd. Maar <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>, welke hij had nagelat<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> niet vernietigd word<strong>en</strong>. Ze<br />
<strong>de</strong>d<strong>en</strong> hun werk in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> gezeg<strong>en</strong><strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> eerst in het<br />
oor<strong>de</strong>el t<strong>en</strong> volle bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>.<br />
De Wald<strong>en</strong>ziese z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> drong<strong>en</strong> het rijk van Satan binn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> macht<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
duisternis gordd<strong>en</strong> zich aan tot groter waakzaamheid. De vorst <strong>de</strong>s kwaads bespied<strong>de</strong> ie<strong>de</strong>re<br />
poging, die er gedaan werd om <strong>de</strong> waarheid te verbreid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wekte vrees in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van<br />
zijn di<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. De pauselike lei<strong>de</strong>rs zag<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van gevaar voor hun zaak in <strong>de</strong> arbeid<br />
van <strong>de</strong>ze ne<strong>de</strong>rige reizigers. Indi<strong>en</strong> ze het licht <strong>de</strong>r waarheid toeliet<strong>en</strong>, onverhin<strong>de</strong>rd te<br />
schijn<strong>en</strong>, zou het <strong>de</strong> zware wolk<strong>en</strong> van dwaling, waarin <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gehuld war<strong>en</strong>, wegvag<strong>en</strong>;<br />
het zou <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> naar God alle<strong>en</strong> he<strong>en</strong>wijz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> t<strong>en</strong> laatste <strong>de</strong> oppermacht<br />
van Rome verstor<strong>en</strong>.<br />
Het bestaan alle<strong>en</strong> van dit volk, dat zich aan het geloof van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> kerk hield, was reeds<br />
e<strong>en</strong> gedurig getuig<strong>en</strong>is voor <strong>de</strong> afval van Rome, <strong>en</strong> lokte daarom <strong>de</strong> bitterste haat <strong>en</strong><br />
vervolging uit. Hun weigering om <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> af te gev<strong>en</strong> was ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> oorzaak van<br />
ergernis, die Rome niet verdrag<strong>en</strong> kon. Het besloot, h<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te ver<strong>de</strong>lg<strong>en</strong>. Nu<br />
werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> vreselikste kruistocht<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Gods volk in hun woonplaats<strong>en</strong> in <strong>de</strong> berg<strong>en</strong><br />
begonn<strong>en</strong>. Inkwisiteur<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uitgezond<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> op te spor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het toneel van <strong>de</strong><br />
onschuldige Abel voor <strong>de</strong> moordzuchtige Kaïn vall<strong>en</strong><strong>de</strong>, werd m<strong>en</strong>igmaal herhaald.<br />
Onophou<strong>de</strong>lik werd<strong>en</strong> hun vruchtbare lan<strong>de</strong>rij<strong>en</strong> verwoest, <strong>en</strong> hun woning<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
godshuiz<strong>en</strong> vernield, zodat waar e<strong>en</strong>maal <strong>de</strong> bloei<strong>en</strong><strong>de</strong> veld<strong>en</strong> <strong>en</strong> woonplaats<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
schul<strong>de</strong>loos, nijverig volk geweest war<strong>en</strong>, er niets dan e<strong>en</strong> woestijn overbleef. En gelijk het<br />
roofdier wil<strong>de</strong>r wordt door <strong>de</strong> smaak van bloed, zo ontvlam<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
pausgezind<strong>en</strong> tot groter hevigheid door het lijd<strong>en</strong> van hun slachtoffers. Vele van die<br />
getuig<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> zuiver geloof werd<strong>en</strong> over hun berg<strong>en</strong> he<strong>en</strong>gedrev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot <strong>de</strong> dood toe<br />
nagejaagd in <strong>de</strong> val lei<strong>en</strong>, waar ze zich verborg<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, omslot<strong>en</strong> door grootse woud<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
rotsspits<strong>en</strong>. Er kon ge<strong>en</strong> beschuldiging ingebracht word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het ze<strong>de</strong>lik karakter van<br />
<strong>de</strong>ze verbann<strong>en</strong> klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Zelfs hun vijand<strong>en</strong> verklaard<strong>en</strong>, dat ze e<strong>en</strong> vre<strong>de</strong>liev<strong>en</strong>d,<br />
47
stil <strong>en</strong> vroom volk war<strong>en</strong>. Hun <strong>en</strong>e overtreding was, dat ze God niet wild<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s<br />
<strong>de</strong> wil van <strong>de</strong> paus. En voor <strong>de</strong>ze misdaad werd<strong>en</strong> ze blootgesteld aan ie<strong>de</strong>re verne<strong>de</strong>ring,<br />
belediging <strong>en</strong> marteling, die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> of duivel<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> Rome op zekere tijd vast beslot<strong>en</strong> was, <strong>de</strong> gehate sekte uit te roei<strong>en</strong>, werd er door<br />
<strong>de</strong> pausm e<strong>en</strong> bul of geschrift uitgevaardigd, waarin ze als ketters veroor<strong>de</strong>eld <strong>en</strong> aan<br />
slachting prijs gegev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> niet beschuldigd als luiaards, of als oneerlik, of<br />
onor<strong>de</strong>lik in gedrag; maar er werd verklaard, dat ze e<strong>en</strong> vertoning van vroomheid <strong>en</strong><br />
heiligheid maakt<strong>en</strong>, die “<strong>de</strong> schap<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ware kud<strong>de</strong>” verleid<strong>de</strong>. Daarom was het, dat <strong>de</strong><br />
paus bevel gaf, “dat <strong>de</strong> boosaardige <strong>en</strong> verachtelike sekte van die kwaaddo<strong>en</strong>ers”, indi<strong>en</strong> ze<br />
“weiger<strong>en</strong> af te zwer<strong>en</strong>, als giftige slang<strong>en</strong> uitgeroeid word<strong>en</strong>.” Verwachtte die trotse vorst<br />
die woord<strong>en</strong> ooit weer te zull<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>? Wist hij het, dat ze opgeschrev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
boek<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, om hem in het oor<strong>de</strong>el voorgelegd te word<strong>en</strong>? “Gelijk gij het aan e<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> minst<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze mijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gedaan hebt,” heeft Jezus gezegd, “zo hebt gij het<br />
aan Mij gedaan.”<br />
Dit geschrift riep alle led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk op om me<strong>de</strong> te do<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> kruistocht teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ketters. Als spoorslag om me<strong>de</strong> te do<strong>en</strong> aan dit wre<strong>de</strong> werk, verzeker<strong>de</strong> het “vrijspraak van<br />
alle geestelike pijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> boet<strong>en</strong>, algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>r; het stel<strong>de</strong> ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>, die zich bij <strong>de</strong><br />
kruistocht voeg<strong>de</strong>, vrij van alle ed<strong>en</strong>, die ze mocht<strong>en</strong> gedaan hebb<strong>en</strong>; het wettig<strong>de</strong> hun<br />
aanspraak op alle eig<strong>en</strong>dom, dat ze we<strong>de</strong>rrechtelik mocht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beloof<strong>de</strong><br />
vergiff<strong>en</strong>is van alle zond<strong>en</strong> aan dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> ketter zoud<strong>en</strong> dod<strong>en</strong>. Het vernietig<strong>de</strong> alle<br />
kontrakt<strong>en</strong>, met <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>; beval aan hun bedi<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> te verlat<strong>en</strong>; verbood<br />
ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>, hun <strong>en</strong>ige hulp hoeg<strong>en</strong>aamd te bied<strong>en</strong>, <strong>en</strong> machtig<strong>de</strong> elke<strong>en</strong>, bezit te nem<strong>en</strong> van<br />
hun eig<strong>en</strong>dom.” Dit dokum<strong>en</strong>t op<strong>en</strong>baart dui<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> meester achter <strong>de</strong><br />
scherm<strong>en</strong>. Het is het brull<strong>en</strong> van <strong>de</strong> draak, <strong>en</strong> niet <strong>de</strong> stem van Christus, die eruit vernom<strong>en</strong><br />
wordt.<br />
De pauselike lei<strong>de</strong>rs wild<strong>en</strong> hun karakters niet in overe<strong>en</strong>stemming br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met <strong>de</strong><br />
verhev<strong>en</strong> standaard van <strong>de</strong> wet Gods, maar steld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> standaard naar hun eig<strong>en</strong><br />
welgevall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> all<strong>en</strong> te dwing<strong>en</strong>, zich daarnaar te gedrag<strong>en</strong>, omdat Rome het wil<strong>de</strong>.<br />
De allervreselikste treurspel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aanschouwd. Verdorv<strong>en</strong> <strong>en</strong> godslasterlike paus<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>d<strong>en</strong> het werk, dat Satan hun aanwees. Hun natuurlike inborst k<strong>en</strong><strong>de</strong> ge<strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>.<br />
Dezelf<strong>de</strong> geest, die Christus aan het kruis nagel<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> dood<strong>de</strong>, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>, die <strong>de</strong><br />
bloeddorstige Nero aanzette teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> getrouw<strong>en</strong> van zijn dag, werkte nu om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te<br />
bevrijd<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Gods bemind<strong>en</strong> war<strong>en</strong>.<br />
De vervolging<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong> dit godvrez<strong>en</strong><strong>de</strong> volk vele eeuw<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong> bezocht werd,<br />
verdroeg<strong>en</strong> ze met e<strong>en</strong> geduld <strong>en</strong> standvastigheid, die hun verlosser eer aan<strong>de</strong>ed.<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> kruistocht<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> onm<strong>en</strong>selike slachting, waaraan ze<br />
overgegev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> ze voort, hun z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> uit te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om <strong>de</strong> kostbare<br />
waarheid te verbreid<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> t<strong>en</strong> do<strong>de</strong> toe gejaagd; toch bevochtig<strong>de</strong> hun bloed het<br />
48
gestrooi<strong>de</strong> zaad, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> ervan blev<strong>en</strong> niet uit. Aldus legd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong><br />
getuig<strong>en</strong>is af voor God, eeuw<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> geboorte van Luther. Door vele land<strong>en</strong> he<strong>en</strong><br />
verstrooid, plantt<strong>en</strong> ze het zaad van <strong>de</strong> Hervorming, die in <strong>de</strong> tijd van Wycliffe aanving,<br />
breed <strong>en</strong> diep wortel schoot in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Luther, <strong>en</strong> voortgezet moet word<strong>en</strong> tot het<br />
ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> tijd door <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die gewillig zijn, alle ding<strong>en</strong> te verdur<strong>en</strong> voor “het Woord<br />
Gods <strong>en</strong> het getuig<strong>en</strong>is van Jezus Christus.”<br />
49
Hoofdstuk 5 — Kampio<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid<br />
V——r <strong>de</strong> hervorming bestond<strong>en</strong> er bij tijd<strong>en</strong> slechts weinig afschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel;<br />
toch had God nimmer toegelat<strong>en</strong>, dat Zijn Woord geheel <strong>en</strong> al verlor<strong>en</strong> ging. De waarhed<strong>en</strong><br />
ervan zoud<strong>en</strong> niet altijd verborg<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>. Hij kon ev<strong>en</strong> ge- makkelik <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>s<br />
lev<strong>en</strong>s van hun ket<strong>en</strong><strong>en</strong> ontdo<strong>en</strong>, als Hij <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is kon op<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> ijzer<strong>en</strong><br />
poort<strong>en</strong> ontgr<strong>en</strong><strong>de</strong>l<strong>en</strong>, om Zijn di<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> in vrijheid te stell<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> van<br />
Europa zette <strong>de</strong> Geest Gods mann<strong>en</strong> aan, om naar <strong>de</strong> waarheid te zoek<strong>en</strong> als naar verborg<strong>en</strong><br />
schatt<strong>en</strong>. Door Gods voorzi<strong>en</strong>igheid op <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
gewij<strong>de</strong> blad<strong>en</strong> met <strong>de</strong> diepste belangstelling. Ze war<strong>en</strong> gewillig het licht aan te nem<strong>en</strong>, wat<br />
dit hun ook kost<strong>en</strong> mocht. Hoewel ze niet alle ding<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik inzag<strong>en</strong>, gelukte het hun, vele<br />
waarhed<strong>en</strong> te ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, die lang begrav<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>. Als bod<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> hemel zelf<br />
uitgezond<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> ze voorwaarts, <strong>de</strong> ket<strong>en</strong><strong>en</strong> van dwaling <strong>en</strong> bijgeloof verbrek<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zo lang in slavernij gebond<strong>en</strong> war<strong>en</strong> geweest, oproep<strong>en</strong><strong>de</strong> om op te staan, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
vrijheid te belev<strong>en</strong>, die ze verkreg<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>.<br />
Behalve on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> was het Woord Gods eeuw<strong>en</strong> lang opgeslot<strong>en</strong> geweest in<br />
tal<strong>en</strong>, die alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong> ver-stond<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> tijd was gekom<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong><br />
moest<strong>en</strong> vertaald <strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> aan het volk in hun eig<strong>en</strong> spraak verschaft<br />
word<strong>en</strong>. Het mid<strong>de</strong>rnachtelik duister was voor <strong>de</strong> wereld voorbij. De ur<strong>en</strong> van donkerheid<br />
verliep<strong>en</strong> het <strong>en</strong>e na het an<strong>de</strong>re, <strong>en</strong> in vele land<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er tek<strong>en</strong><strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kom<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
dageraad.In <strong>de</strong> veerti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw verrees in Engeland <strong>de</strong> “morg<strong>en</strong>ster van <strong>de</strong> Hervorming.”<br />
John Wycliffe was <strong>de</strong> voorloper van <strong>de</strong> Hervorming, niet voor Engeland alle<strong>en</strong>, maar voor<br />
<strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid. Het grote protest teg<strong>en</strong> Rome, waaraan het hem veroorloofd was<br />
uiting te gev<strong>en</strong>, zou nimmermeer tot zwijg<strong>en</strong> gebracht word<strong>en</strong>. Dat protest op<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
worstelstrijd, welks ein<strong>de</strong> was <strong>de</strong> vrijverklaring van person<strong>en</strong>, kerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> volk<strong>en</strong>.<br />
Wycliffe ontving e<strong>en</strong> <strong>de</strong>gelike opvoeding, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vreze <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> was hem het beginsel<br />
<strong>de</strong>r wijsheid. Hij stond aan <strong>de</strong> hogeschool bek<strong>en</strong>d weg<strong>en</strong>s zijn innige vroomheid, zowel als<br />
zijn merkwaardige tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> grondige geleerdheid. In zijn dorst naar k<strong>en</strong>nis zocht hij ie<strong>de</strong>r<br />
vak van geleerdheid machtig té word<strong>en</strong>, Hij werd opgevoed in <strong>de</strong> scholastieke wijsbegeerte,<br />
in <strong>de</strong> kerkleer, <strong>en</strong> in het civiele recht, meer bepaal<strong>de</strong>lik dat van zijn eig<strong>en</strong> land. In zijn arbeid<br />
in later jar<strong>en</strong> kwam <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze opvoeding van zijn jeugd sterk uit. Degelike<br />
bek<strong>en</strong>dheid met <strong>de</strong> spekulatieve wijsbegeerte van zijn tijd stel<strong>de</strong> hem in staat, <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong><br />
ervan in het licht te stell<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zijn studie van national <strong>en</strong> kerkelik recht bekwaam<strong>de</strong> hem om<br />
<strong>de</strong> grote strijd aan te vang<strong>en</strong> voor burgerlike <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige vrijheid. Terwijl hij over <strong>de</strong><br />
wap<strong>en</strong><strong>en</strong> kon beschikk<strong>en</strong>, die Gods Woord verle<strong>en</strong>t, bezat hij tev<strong>en</strong>s <strong>de</strong> verstan<strong>de</strong>like<br />
ontwikkeling van <strong>de</strong> schol<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verstond <strong>de</strong> taktiek van <strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong>. De kracht van zijn<br />
vindingrijk verstand, <strong>en</strong> <strong>de</strong> uitgebreidheid <strong>en</strong> <strong>de</strong>gelikheid van zijn k<strong>en</strong>nis dwong<strong>en</strong> beid<strong>en</strong><br />
vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong> vijand achting voor hem af. Zijn aanhangers zag<strong>en</strong> met voldo<strong>en</strong>ing, dat hun<br />
50
voorvechter in <strong>de</strong> voorste gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote geest<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het volk stond; want<br />
daardoor was het zijn vijand<strong>en</strong> onmogelik, <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> hervorming in verachting te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> onkun<strong>de</strong> of zwakheid aan <strong>de</strong> kaak te stell<strong>en</strong> van hem, die aan die zaak zijn<br />
steun verle<strong>en</strong><strong>de</strong>.<br />
Terwijl Wycliffe nog aan <strong>de</strong> hogeschool was, begon hij <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. In die<br />
vroege tijd<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel nog alle<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> tal<strong>en</strong> bestond, kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
weg vind<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> bron van <strong>de</strong> waarheid, welke weg voor <strong>de</strong> onopgevoe<strong>de</strong> klass<strong>en</strong><br />
geslot<strong>en</strong> was. Op die wijze was het pad reeds gebaand voor Wycliffe’s toekomstige werk als<br />
hervormer. Geleer<strong>de</strong> mann<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> het Woord Gods on<strong>de</strong>rzocht, <strong>en</strong> <strong>de</strong> grote waarheid van<br />
Zijn vrije g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> daarin geop<strong>en</strong>baard gevond<strong>en</strong>. In hun on<strong>de</strong>rwijs hadd<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van<br />
<strong>de</strong>ze waarheid verbreid, <strong>en</strong> er an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> toe geleid, zich tot <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> Godsprak<strong>en</strong> te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> Wycliffe’s aandacht bij <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> bepaald werd, begaf hij zich aan het<br />
on<strong>de</strong>rzoek ervan met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> <strong>de</strong>gelik- heid, die hem in staat had gesteld, <strong>de</strong> schoolse<br />
geleerdheid machtig te word<strong>en</strong>. Tot hiertoe had hij e<strong>en</strong> grote leemte gevoeld, die noch zijn<br />
scholastieke studieën, noch het on<strong>de</strong>rricht van <strong>de</strong> kerk had kunn<strong>en</strong> vull<strong>en</strong>. In Gods Woord<br />
vond hij wat hij tevor<strong>en</strong> tevergeefs had gezocht. Hier vond hij het verlossingsplan<br />
geop<strong>en</strong>baard, <strong>en</strong> Christus aangewez<strong>en</strong> als <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige voorspraak voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Hij gaf zich<br />
aan <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van Christus, <strong>en</strong> vatte het besluit op, <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die hij ont<strong>de</strong>kt had, te<br />
verkondig<strong>en</strong>.<br />
Ev<strong>en</strong> weinig als latere hervormers voorzag Wycliffe bij het begin van zijn werk,<br />
waarhe<strong>en</strong> het hem leid<strong>en</strong> zou. Hij stel<strong>de</strong> zich niet opzettelik teg<strong>en</strong> Rome. Doch toewijding<br />
aan <strong>de</strong> waarheid moest hem wel in strijd br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met <strong>de</strong> leug<strong>en</strong>. Hoe klaar<strong>de</strong>r hij <strong>de</strong><br />
dwaling<strong>en</strong> van het pausdom inzag, <strong>de</strong>s te ernstiger werd hij in het voordrag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> leer<br />
van <strong>de</strong> Bijbel. Hij bemerkte, dat Rome het Woord Gods had lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>selike<br />
instelling<strong>en</strong>; onbevreesd beschuldig<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> priesterschap van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong><br />
verbann<strong>en</strong>, <strong>en</strong> eiste, dat <strong>de</strong> Bijbel aan het volk teruggegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn gezag in <strong>de</strong> kerk<br />
hersteld zou word<strong>en</strong>. Hij was e<strong>en</strong> bekwaam <strong>en</strong> ernstig leraar, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> welsprek<strong>en</strong>d prediker,<br />
<strong>en</strong> in zijn dagelikse wan<strong>de</strong>l beleef<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die hij predikte. Zijn k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong>, <strong>de</strong> kracht van zijn red<strong>en</strong>ering, <strong>de</strong> reinheid van zijn lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn onbuigzame<br />
moed <strong>en</strong> oprechtheid wonn<strong>en</strong> hem algem<strong>en</strong>e achting ei vertrouw<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het volk<br />
hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> voor hun vroeger geloof verlor<strong>en</strong>, <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid zi<strong>en</strong><strong>de</strong>, die in <strong>de</strong><br />
Roomse Kerk heerste, <strong>en</strong> verwelkomd<strong>en</strong> met onverhol<strong>en</strong> blijdschap <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die<br />
Wycliffe aan het licht bracht; maar <strong>de</strong> pauselike lei<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong> woed<strong>en</strong>d, to<strong>en</strong> ze bemerkt<strong>en</strong>,<br />
dat <strong>de</strong>ze hervormer invloed verkreeg, waarbij <strong>de</strong> hunne moest achterstaan.<br />
Wycliffe was scherp in het ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong> van dwaling, <strong>en</strong> viel onbevreesd vele van <strong>de</strong><br />
misbruik<strong>en</strong> aan, welke het gezag van Rome goedgekeurd had. Terwijl hij <strong>de</strong> post van<br />
kapelaan van <strong>de</strong> koning bekleed<strong>de</strong>, verzette hij zich stoutmoedig teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> betaling van<br />
schatting, welke <strong>de</strong> paus van <strong>de</strong> Engelse monarch eiste, <strong>en</strong> toon<strong>de</strong> aan, dat <strong>de</strong> toeëig<strong>en</strong>ing<br />
51
van gezag van <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> paus over wereldse heersers in strijd was met <strong>de</strong> re<strong>de</strong> zowel<br />
als <strong>de</strong> op<strong>en</strong>baring. De aansprak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> paus hadd<strong>en</strong> grote verontwaardiging uitgelokt, <strong>en</strong><br />
hetge<strong>en</strong> Wycliffe leer<strong>de</strong>, maakte e<strong>en</strong> diepe indruk op <strong>de</strong> voornaamste mann<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het<br />
volk. De koning <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>igd <strong>de</strong> aanspraak van <strong>de</strong> opperpriester op tij<strong>de</strong>lik<br />
gezag, <strong>en</strong> weigerd<strong>en</strong> betaling van <strong>de</strong> schatting. Op die wijze ontving <strong>de</strong> pauselike<br />
oppermacht in Engeland e<strong>en</strong> gevoelige slag.<br />
E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r kwaad, waarteg<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormer e<strong>en</strong> langdurige <strong>en</strong> besliste strijd voer<strong>de</strong>, was<br />
<strong>de</strong> instelling van <strong>de</strong> or<strong>de</strong> van be<strong>de</strong>lmonnik<strong>en</strong>. Deze monnik<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> in troep<strong>en</strong> naar<br />
Engeland, <strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> grootheid <strong>en</strong> voorspoed van <strong>de</strong> natie scha<strong>de</strong> toe. Bedrijvigheid,<br />
opvoeding, zed<strong>en</strong>, alles gevoel<strong>de</strong> <strong>de</strong> na<strong>de</strong>lige invloed. Het luie be<strong>de</strong>laarslev<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
monnik<strong>en</strong> ledig<strong>de</strong> niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> zakk<strong>en</strong> van het volk, maar bracht nuttige arbeid in<br />
minachting. De jongeling<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> ze<strong>de</strong>lik achteruit <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> slecht. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> invloed van<br />
<strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> toe overgehaald, zich in e<strong>en</strong> klooster te begev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich aan<br />
het kloosterlev<strong>en</strong> te wijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat niet alle<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r toestemming van hun ou<strong>de</strong>rs, maar<br />
zelfs zon<strong>de</strong>r hun voork<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hun bevel in. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> va<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> Roomse<br />
Kerk, <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van het monnikelev<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> verplichting<strong>en</strong> van kin<strong>de</strong>rlief<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
kin<strong>de</strong>rplicht stell<strong>en</strong><strong>de</strong>, had verklaard: “Al zou ook uw va<strong>de</strong>r w<strong>en</strong><strong>en</strong>d <strong>en</strong> klag<strong>en</strong>d voor uw<br />
<strong>de</strong>ur ligg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uw moe<strong>de</strong>r u <strong>de</strong> schoot ton<strong>en</strong>, die u gedrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> borst<strong>en</strong>, die u gezoogd<br />
hebb<strong>en</strong>, zie dat gij h<strong>en</strong> met voet<strong>en</strong> treedt, <strong>en</strong> begeeft u rechtuit tot Christus. ” Door zulke<br />
“monsterachtige onm<strong>en</strong>selikheid,” gelijk Luther het later noem<strong>de</strong>, “die meer van <strong>de</strong> wolf <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> tiran dan van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s had,” werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hun<br />
ou<strong>de</strong>rs verhard. Aldus maakt<strong>en</strong> <strong>de</strong> pauselike lei<strong>de</strong>rs, gelijk <strong>de</strong> Farizeën van ouds, het gebod<br />
Gods te niet door hun instelling. Op die wijze werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> huisgezinn<strong>en</strong> verbrok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong>rs van het gezelschap van hun zoons <strong>en</strong> dochters beroofd.<br />
Zelfs <strong>de</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> universiteit<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> valse voorstelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
monnik<strong>en</strong> misleid, <strong>en</strong> bewog<strong>en</strong>, zich bij hun ord<strong>en</strong> te voeg<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> later berouw<br />
van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> stap, zi<strong>en</strong><strong>de</strong> dat ze hun eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> verwoest, <strong>en</strong> hun ou<strong>de</strong>rs verdriet<br />
aangedaan hadd<strong>en</strong>; maar wanneer ze e<strong>en</strong>maal in <strong>de</strong> val war<strong>en</strong>, was het hun onmogelik, hun<br />
vrijheid terug te krijg<strong>en</strong>. Vele ou<strong>de</strong>rs weigerd<strong>en</strong>, uit vrees van <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong>,<br />
om hun zon<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> hogeschol<strong>en</strong> te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Er was op <strong>de</strong> grote mid<strong>de</strong>lpunt<strong>en</strong> van<br />
geleerdheid e<strong>en</strong> sterke vermin<strong>de</strong>ring van het aantal stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waar te nem<strong>en</strong>. De schol<strong>en</strong><br />
kwijnd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> onkun<strong>de</strong> nam <strong>de</strong> overhand.<br />
De paus had aan <strong>de</strong>ze monnik<strong>en</strong> <strong>de</strong> macht verle<strong>en</strong>d, om <strong>de</strong> biecht af te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
vergiff<strong>en</strong>is van zond<strong>en</strong> te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Dit werd <strong>de</strong> bron van zeer groot kwaad. Daar ze er<br />
slechts op uit war<strong>en</strong>, hun winst te vergrot<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze monnik<strong>en</strong> zo zeer gereed,<br />
kwijtschelding te gev<strong>en</strong>, dat boosdo<strong>en</strong>ers van allerlei soort zich tot h<strong>en</strong> voegd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> als<br />
natuurlik gevolg <strong>de</strong> ergste schanddad<strong>en</strong> hand over hand to<strong>en</strong>am<strong>en</strong>. De krank<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> aan hun lot overgelat<strong>en</strong>; terwijl <strong>de</strong> gift<strong>en</strong>, die in hun behoeft<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
voorzi<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> zakk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> vloeid<strong>en</strong>, die met dreigem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aalmoez<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
52
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> eist<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> slechtheid veroor<strong>de</strong>eld<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die het zoud<strong>en</strong> wag<strong>en</strong>, hun or<strong>de</strong>rs<br />
niet te begiftig<strong>en</strong>. Ondanks hun voorgew<strong>en</strong><strong>de</strong> armoe<strong>de</strong>, nam <strong>de</strong> rijkdom van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong><br />
voortdur<strong>en</strong>d toe, <strong>en</strong> bij prachtige gebouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> rijkbelad<strong>en</strong> tafels stak <strong>de</strong> aangroei<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
armoe<strong>de</strong> van het volk immer meer af. En terwijl zij hun tijd in weel<strong>de</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot<br />
doorbracht<strong>en</strong>, zond<strong>en</strong> ze in hun plaats onwet<strong>en</strong><strong>de</strong> mann<strong>en</strong> rond, die niets kond<strong>en</strong> dan<br />
won<strong>de</strong>rlike verhal<strong>en</strong> <strong>en</strong> leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> opdiss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> grapp<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> om het volk te amuser<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
h<strong>en</strong> nog maar meer on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Toch handhaafd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
kloosterbroe<strong>de</strong>rs bij voortduring hun gezag over <strong>de</strong> bijgelovige m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> h<strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> waan dat alle godsdi<strong>en</strong>stige plicht<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in het erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van <strong>de</strong> oppermacht<br />
van <strong>de</strong> paus, het aanbidd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gift<strong>en</strong> uit<strong>de</strong>l<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat dit<br />
voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> was om hun e<strong>en</strong> plaats in <strong>de</strong> hemel te verzeker<strong>en</strong>.<br />
Geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> vrome mann<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> tevergeefs getracht e<strong>en</strong> hervorming in <strong>de</strong>ze<br />
kloosterord<strong>en</strong> teweeg te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; maar Wycliffe, die <strong>de</strong> zak<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>liker inzag, greep het<br />
kwaad bij <strong>de</strong> wortel aan, verklar<strong>en</strong><strong>de</strong> dat het stelsel zelf vals was, <strong>en</strong> behoor<strong>de</strong> afgeschaft te<br />
word<strong>en</strong>. Er begon e<strong>en</strong> geest van bespreking <strong>en</strong> navraag wakker te word<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong><br />
monnik<strong>en</strong> het land doortrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> pauselike aflat<strong>en</strong> rondv<strong>en</strong>tt<strong>en</strong>, begonn<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> te<br />
twijfel<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> mogelikheid van vergiff<strong>en</strong>is voor geld te kop<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vroeg<strong>en</strong> zich af, of het<br />
niet beter was, vergiff<strong>en</strong>is van God te zoek<strong>en</strong>, dan van <strong>de</strong> Roomse opperpriester. Niet<br />
weinig<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ongerust over <strong>de</strong> geldzucht van <strong>de</strong> kloosterbroe<strong>de</strong>rs, wier inhaligheid<br />
nimmer te bevredig<strong>en</strong> sche<strong>en</strong>. “De Roomse priesters <strong>en</strong> monnik<strong>en</strong>,” zeid<strong>en</strong> ze, “veret<strong>en</strong> ons<br />
als <strong>de</strong> kanker. God moet ons verloss<strong>en</strong>, of het volk zal vergaan.” Om hun geldgierigheid te<br />
be<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, gav<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze be<strong>de</strong>lmonnik<strong>en</strong> voor, dat ze het voorbeeld van <strong>de</strong> Heiland volgd<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
legd<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uit, dat Jezus <strong>en</strong> Zijn discipel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong> war<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
lief<strong>de</strong>gav<strong>en</strong> van het volk. Dit voorw<strong>en</strong>dsel echter <strong>de</strong>ed hun zaak scha<strong>de</strong> aan, doordat het<br />
vel<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> Bijbel voer<strong>de</strong> om <strong>de</strong> waarheid voor zichzelv<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> — e<strong>en</strong><br />
uitkomst, die bov<strong>en</strong> alle an<strong>de</strong>re ding<strong>en</strong> het minst door Rome werd begeerd. De hart<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> Bron van waarheid he<strong>en</strong>getrokk<strong>en</strong>, welke Rome zich t<strong>en</strong> doel<br />
had gesteld te verberg<strong>en</strong>.<br />
Wycliffe begon traktat<strong>en</strong> te schrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> te publicer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> kloosterbroe<strong>de</strong>rs, niet<br />
zozeer echter om re<strong>de</strong>twist met h<strong>en</strong> te zoek<strong>en</strong>, als om <strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong> van het volk bij <strong>de</strong> leer<br />
van 1Zie Aanhangsel. <strong>de</strong> Bijbel <strong>en</strong> zijn Schrijver te bepal<strong>en</strong>. Hij verklaar<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> paus <strong>de</strong><br />
macht om te vergev<strong>en</strong> of in <strong>de</strong> kerkban te do<strong>en</strong> in ge<strong>en</strong> grotere mate bezat dan gewone<br />
priesters, <strong>en</strong> dat niemand in waarheid uit <strong>de</strong> kerk gebann<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij hij eerst het<br />
oor<strong>de</strong>el Gods over zich gebracht heeft. Op ge<strong>en</strong> kracht-dadiger wijze kon hij het afbrek<strong>en</strong><br />
van dat kolossale weefsel van geestelike <strong>en</strong> wereldlike overheersing ter hand g<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> paus gesponn<strong>en</strong> had, <strong>en</strong> waarin <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> <strong>en</strong> licham<strong>en</strong> van miljo<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
gevang<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>.<br />
Opnieuw werd Wycliffe geroep<strong>en</strong> om <strong>de</strong> recht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Engelse kroon teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
aanmatiging<strong>en</strong> van Rome te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>; <strong>en</strong> aangesteld als koninklik afgezant, bracht hij<br />
53
twee jar<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong>, in on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>ling met <strong>de</strong> afgezant<strong>en</strong> van Rome, door. Daar<br />
kwam hij in aanraking met geestelik<strong>en</strong> uit Frankrijk, Italië <strong>en</strong> Spanje, <strong>en</strong> had geleg<strong>en</strong>heid<br />
om achter <strong>de</strong> scherm<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis te erlang<strong>en</strong> van vele ding<strong>en</strong>, die hem in Engeland<br />
verborg<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> geblev<strong>en</strong> zijn. Hij leer<strong>de</strong> veel, dat zijn latere arbeid doeltreff<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong><br />
zou. In <strong>de</strong>ze verteg<strong>en</strong>woordigers van het pauselik hof las hij het ware karakter <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
wez<strong>en</strong>like oogmerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> priesterheerschappij. Hij keer<strong>de</strong> naar Engeland terug om zijn<br />
vorig on<strong>de</strong>rwijs meer in het op<strong>en</strong>baar <strong>en</strong> met groter ijver te herhal<strong>en</strong>, verklar<strong>en</strong><strong>de</strong> dat<br />
gierigheid, trots <strong>en</strong> misleiding <strong>de</strong> god<strong>en</strong> van Rome war<strong>en</strong>.<br />
In e<strong>en</strong> van zijn traktat<strong>en</strong>, over <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> zijn inzamelaars sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>, zei hij : “Ze<br />
trekk<strong>en</strong> uit ons land, wat <strong>de</strong> arme man tot lev<strong>en</strong>son<strong>de</strong>rhoud nodig heeft, b<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>s jaarliks<br />
vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> guld<strong>en</strong>s van <strong>de</strong>s konings geld voor sakram<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> geestelike ding<strong>en</strong>,<br />
hetge<strong>en</strong> vervloekte simonie ketterij is, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ganse Christ<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>ze ketterij laat<br />
bekrachtig<strong>en</strong> <strong>en</strong> handhav<strong>en</strong>. En voorwaar, al bezat ons rijk e<strong>en</strong> grote berg van goud, <strong>en</strong><br />
niemand nam daarvan behalve <strong>de</strong> inzamelaar van <strong>de</strong>ze trotse, wereldlike priester, <strong>de</strong>ze berg<br />
zou na verloop van tijd cprak<strong>en</strong>; want hij houdt niet op met geld uit ons land weg te nem<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> z<strong>en</strong>dt er niets voor terug behalve Gods vloek voor zijn simonie.” Spoedig na zijn<br />
terugkomst in Engeland ontving Wycliffe van <strong>de</strong> koning <strong>de</strong> aanstelling van predikant te<br />
Lutterworth. Dat was hem e<strong>en</strong> verzekering, dat <strong>de</strong> vorst t<strong>en</strong> minste <strong>de</strong> dui- <strong>de</strong>like woord<strong>en</strong>,<br />
waarvan hij gebruik had gemaakt, niet kwalik g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> had. Wycliffe’s invloed liet zich<br />
gevoel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wijze, waarop het hof han<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, zowel als in <strong>de</strong> vorm, die het volksgeloof<br />
aannam.<br />
De don<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> paus werd spoedig teg<strong>en</strong> hem gericht. Drie bull<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> naar<br />
Engeland gezond<strong>en</strong>,— naar <strong>de</strong> uni- versiteit, <strong>de</strong> koning, <strong>en</strong> <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong>,— elk waarvan eiste,<br />
dat er onmid<strong>de</strong>llik besliste stapp<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om <strong>de</strong> ketterse leraar tot<br />
zwijg<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Nog v——r <strong>de</strong> aankomst van die geschrift<strong>en</strong> echter hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
bisschopp<strong>en</strong> in hun ijver Wycliffe v——r zich gedaagd om zich te verantwoord<strong>en</strong>. Maar<br />
twee van <strong>de</strong> machtigste prins<strong>en</strong> vergezeld<strong>en</strong> hem naar <strong>de</strong> rechtbank; <strong>en</strong> het volk, dat het<br />
gebouw omzette <strong>en</strong> naar binn<strong>en</strong> storm<strong>de</strong>, joeg <strong>de</strong> rechters zulk e<strong>en</strong> vrees aan, dat <strong>de</strong><br />
verrichting<strong>en</strong> voorlopig gestaakt werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> hem in vre<strong>de</strong> zijn weg liet gaan. E<strong>en</strong><br />
weinig later stierf Eduard III, die <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong> in zijn ou<strong>de</strong>rdom teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormer zocht<strong>en</strong><br />
in te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd Wycliffe’s vroegere beschermheer reg<strong>en</strong>t over het koninkrijk.<br />
De aankomst van <strong>de</strong> pauselike bull<strong>en</strong> echter leg<strong>de</strong> gans Engeland het str<strong>en</strong>ge bevel op<br />
om <strong>de</strong> ketter in hecht<strong>en</strong>is te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> te zett<strong>en</strong>. Zulke maatregel<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> oninid<strong>de</strong>llik<br />
op <strong>de</strong> brandstapel. Het sche<strong>en</strong> zeker te zijn, dat Wycliffe binn<strong>en</strong> kort <strong>de</strong> wraak<br />
van Rome t<strong>en</strong> prooi moest word<strong>en</strong>. Doch Hij, die aan e<strong>en</strong> in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van ouds verklaar<strong>de</strong>:<br />
“Vrees niet, Ik b<strong>en</strong> u e<strong>en</strong> schild”2 —strekte nogmaals Zijn hand uit om Zijn di<strong>en</strong>stknecht te<br />
bescherm<strong>en</strong>. De dood kwam, niet tot <strong>de</strong> hervormer, maar tot <strong>de</strong> opperpriester, die gelast had,<br />
dat hij uit <strong>de</strong> weg geruimd zou word<strong>en</strong>. Gregorius XI stierf, <strong>en</strong> <strong>de</strong> geestelik<strong>en</strong>, die voor het<br />
verhoor van Wycliffe sam<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> uit elkan<strong>de</strong>r.<br />
54
Gods voorzi<strong>en</strong>igheid bestuur<strong>de</strong> <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> nog ver<strong>de</strong>r, om <strong>de</strong> hervorming<br />
geleg<strong>en</strong>heid tot wasdom te gev<strong>en</strong>. De dood van Gregorius werd gevolgd door <strong>de</strong> verkiezing<br />
van twee wedijver<strong>en</strong><strong>de</strong> paus<strong>en</strong> tegelijkertijd. Twee teg<strong>en</strong>strijdige macht<strong>en</strong>, die bei<strong>de</strong><br />
voorgav<strong>en</strong>, onfeilbaar te zijn, eist<strong>en</strong> tans gehoorzaaheid. Elk van h<strong>en</strong> riep <strong>de</strong> getrouw<strong>en</strong> op,<br />
om te help<strong>en</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r te beoorlog<strong>en</strong>, zijn bevel<strong>en</strong> klem bijzett<strong>en</strong><strong>de</strong> door vreselike<br />
vervloeking<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zijn we<strong>de</strong>rpartij, <strong>en</strong> beloft<strong>en</strong> van hemels loon voor zijn on<strong>de</strong>rsteuners.<br />
Dit voorval verzwakte <strong>de</strong> macht van het pausdom t<strong>en</strong> zeerste. De me<strong>de</strong>ding<strong>en</strong><strong>de</strong> partij<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> vol met elkan<strong>de</strong>r te be-strijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Wycliffe werd voor e<strong>en</strong> tijd met rust<br />
gelat<strong>en</strong>. Anathema’s <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>beschuldiging<strong>en</strong> vlog<strong>en</strong> van paus naar paus, <strong>en</strong> strom<strong>en</strong> bloeds<br />
werd<strong>en</strong> vergot<strong>en</strong> om hun teg<strong>en</strong>strijdige aansprak<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong>. Misdad<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
schandal<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> vloed over <strong>de</strong> kerk. Mid<strong>de</strong>lerwijl was <strong>de</strong> hervormer, in <strong>de</strong> stille<br />
afzon<strong>de</strong>ring van zijn parochie* van Lutter-worth, ijverig aan het werk om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
strijd<strong>en</strong><strong>de</strong> paus<strong>en</strong> op Jezus, <strong>de</strong> Vre<strong>de</strong>vorst, te wijz<strong>en</strong>.<br />
Deze scheuring, met al <strong>de</strong> strijd <strong>en</strong> het be<strong>de</strong>rf, dat erdoor veroorzaakt werd, bereid<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
weg voor <strong>de</strong> Reformatie, daar het volk e<strong>en</strong> begrip kreeg van wat het pausdom eig<strong>en</strong>lik was.<br />
In e<strong>en</strong> traktaat, dat hij uitgaf “Over <strong>de</strong> scheuring tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus<strong>en</strong>,” riep Wycliffe het volk<br />
op om te overweg<strong>en</strong>, of die twee priesters niet <strong>de</strong> waarheid sprak<strong>en</strong>, wanneer ze elkan<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
antichrist noemd<strong>en</strong>. “God,” zei hij, “wil<strong>de</strong> <strong>de</strong> vijand niet langer in één priester lat<strong>en</strong> reger<strong>en</strong>,<br />
maar. . . . had scheuring tuss<strong>en</strong> twee van h<strong>en</strong> do<strong>en</strong> ontstaan, opdat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, in Christus’<br />
naam, h<strong>en</strong> beid<strong>en</strong> gemakkeliker zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> overwinn<strong>en</strong>.”<br />
Wycliffe predikte, gelijk zijn Meester, het evangelie aan <strong>de</strong> arm<strong>en</strong>. Niet tevred<strong>en</strong> met het<br />
licht in hun ne<strong>de</strong>rige woning<strong>en</strong> in zijn eig<strong>en</strong> parochie van Lutterworth te verspreid<strong>en</strong>, vatte<br />
hij het voornem<strong>en</strong> op, dat het naar ie<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el van Engeland zou word<strong>en</strong> overgebracht. Om<br />
hieraan gevolg te kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>, vorm<strong>de</strong> hij e<strong>en</strong> gezelschap predikers, e<strong>en</strong>voudige, vrome<br />
mann<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> waarheid liefhadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niets vuriger w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> dan die te verbreid<strong>en</strong>. Deze<br />
mann<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> overal he<strong>en</strong>, predik<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> markt<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote sted<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
op <strong>de</strong> landweg<strong>en</strong>. Ze zocht<strong>en</strong> <strong>de</strong> oud<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ziek<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> arm<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> legd<strong>en</strong> hun <strong>de</strong> blij<strong>de</strong><br />
tijding van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods voor.<br />
Als hoogleraar in <strong>de</strong> godgeleerdheid te Oxford predikte Wycliffe het Woord Gods in <strong>de</strong><br />
gehoorzal<strong>en</strong> van <strong>de</strong> univer- siteit. Met zoveel getrouwheid stel<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> waarheid voor aan<br />
<strong>de</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die hij on<strong>de</strong>rwees, dat hij <strong>de</strong> titel van “De Evangelie Doktor” ontving. Maar<br />
zijn grootste lev<strong>en</strong>swerk zou <strong>de</strong> vertaling van <strong>de</strong> Schrift in het Engels zijn. In e<strong>en</strong> werk<br />
“Over <strong>de</strong> Waarheid <strong>en</strong> Betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift” op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> hij zijn voornem<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
Bijbel te vertal<strong>en</strong>, zodat ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> in Engeland, in <strong>de</strong> taal waarin hij gebor<strong>en</strong> was, <strong>de</strong><br />
won<strong>de</strong>rlike werk<strong>en</strong> Gods zou kunn<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>.<br />
Plotseling echter moest zijn arbeid gestaakt word<strong>en</strong>. Ofschoon hij nog ge<strong>en</strong> zestig jar<strong>en</strong><br />
oud was, hadd<strong>en</strong> onophou<strong>de</strong>- like arbeid, studie, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aanvall<strong>en</strong> van zijn vijand<strong>en</strong> zijn<br />
kracht<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hem oud gemaakt v——r zijn tijd. E<strong>en</strong> gevaarlike ziekte greep hem<br />
55
aan. De tijding ervan bracht <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> grote vreug<strong>de</strong>. Nu, dacht<strong>en</strong> ze, zou hij bitter<br />
berouw hebb<strong>en</strong> over het kwaad, dat hij <strong>de</strong> kerk had aangedaan,<strong>en</strong> ze spoedd<strong>en</strong> zich naar <strong>de</strong><br />
ziekekamer,om zijn belijd<strong>en</strong>is aan te hor<strong>en</strong>. Verteg<strong>en</strong>woordigers van <strong>de</strong> vier geestelike<br />
ord<strong>en</strong>, met vier civiele beambt<strong>en</strong>, verzameld<strong>en</strong> zich om <strong>de</strong> man be<strong>en</strong>, die ze veron<strong>de</strong>rsteld<strong>en</strong><br />
dat sterv<strong>en</strong><strong>de</strong> was. “De dood ligt u op <strong>de</strong> lipp<strong>en</strong>,” zeid<strong>en</strong> ze; “laat <strong>de</strong> fout<strong>en</strong>, die ge begaan<br />
hebt, uw ziel roer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we<strong>de</strong>rroep in onze teg<strong>en</strong>woordigheid alles, wat ge gezegd hebt om<br />
ons te schad<strong>en</strong>.” De hervormer luister<strong>de</strong> in stilte toe; to<strong>en</strong> vroeg hij zijn oppasser, hem in het<br />
bed op te zett<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, h<strong>en</strong> met vaste blik aanzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, terwijl ze op zijn we<strong>de</strong>rroeping stond<strong>en</strong><br />
te wacht<strong>en</strong>, sprak hij met die onbewog<strong>en</strong>, sterke stem, die h<strong>en</strong> zo dikwels had do<strong>en</strong> bev<strong>en</strong>:<br />
“Ik zal niet sterv<strong>en</strong>, maar lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nogmaals <strong>de</strong> boze dad<strong>en</strong> van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> verkondig<strong>en</strong>.”<br />
Verbaasd <strong>en</strong> verslag<strong>en</strong> haastt<strong>en</strong> <strong>de</strong> kloosterbroe<strong>de</strong>rs zich uit het ziekever- trek weg.<br />
Wycliffe’s woord<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bewaarheid. Hij leef<strong>de</strong> lang g<strong>en</strong>oeg, om zijn landg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong><br />
het krachtigste van alle wap<strong>en</strong><strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Rome in hand<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>; om hun <strong>de</strong> Bijbel te<br />
gev<strong>en</strong>, het door God aangewez<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l om het volk vrij te mak<strong>en</strong>, te verlicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />
evangelizer<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> vele <strong>en</strong> grote hin-<strong>de</strong>rpal<strong>en</strong> te overkom<strong>en</strong> in <strong>de</strong> uitvoering van dat<br />
werk. Wycliffe werd door lichamelike gebrek<strong>en</strong> bemoeilikt; hij wist dat er hem slechts<br />
<strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> restt<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> arbeid; hij zag <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stand, die hij ontmoet<strong>en</strong> moest; maar<br />
bemoedigd door <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong> van Gods Woord, ging hij onbevreesd voort. In het volle bezit<br />
van zijn verstan<strong>de</strong>like vermog<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> aan on<strong>de</strong>rvinding rijk, had Gods biezon<strong>de</strong>re<br />
voorzi<strong>en</strong>igheid hem voor dit grootste van zijn werk<strong>en</strong> bewaard <strong>en</strong> toebereid. Terwijl <strong>de</strong><br />
gehele Christ<strong>en</strong>heid in onrust verkeer<strong>de</strong>, wijd<strong>de</strong> <strong>de</strong> hervormer zich in zijn pastorie te<br />
Lutterworth, <strong>de</strong> storm, die daarbuit<strong>en</strong> woed<strong>de</strong>, niet acht<strong>en</strong><strong>de</strong>, aan zijn verkor<strong>en</strong> taak.<br />
Ein<strong>de</strong>lik was het werk volbracht,— <strong>de</strong> eerste Engelse vertaling van <strong>de</strong> Bijbel, die er ooit<br />
gemaakt was. Het Woord Gods lag voor Engeland op<strong>en</strong>. De hervormer had nu ge<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re<br />
vrees voor gevang<strong>en</strong>is of brandstapel. Hij had het Engelse volk e<strong>en</strong> licht in hand<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>,<br />
dat nimmermeer uitgedoofd zou word<strong>en</strong>. Door zijn landg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel te gev<strong>en</strong>, had hij<br />
meer gedaan om <strong>de</strong> boei<strong>en</strong> van onwet<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> zon<strong>de</strong> te verbrek<strong>en</strong>, meer om zijn land vrij<br />
te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> op te heff<strong>en</strong>, dan ooit door <strong>de</strong> schitter<strong>en</strong>dste overwinning<strong>en</strong> op het slagveld<br />
teweegebracht was.<br />
Daar <strong>de</strong> boekdrukkunst nog onbek<strong>en</strong>d was, kond<strong>en</strong> er slechts door langzame <strong>en</strong> moeilike<br />
arbeid afschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel verm<strong>en</strong>igvuldigd word<strong>en</strong>. Z— groot was <strong>de</strong> balang- stelling<br />
om het boek te krijg<strong>en</strong>, dat vel<strong>en</strong> het werk van overschrijv<strong>en</strong> gewillig op zich nam<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
toch kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> schrijvers slechts met moeite aan <strong>de</strong> aanvrag<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>. Sommige van <strong>de</strong><br />
rijkere kopers begeerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele Bijbel. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> kocht<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>elte. In vele<br />
gevall<strong>en</strong> kocht<strong>en</strong> meer<strong>de</strong>re gezinn<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> e<strong>en</strong> afschrift. Op die wijze baan<strong>de</strong> Wycliffe’s<br />
Bijbel zich spoedig e<strong>en</strong> weg tot <strong>de</strong> woning<strong>en</strong> van het volk.<br />
Het beroep op het re<strong>de</strong>lik verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong>ed h<strong>en</strong> ontwak<strong>en</strong> uit hun lij<strong>de</strong>like<br />
on<strong>de</strong>rwerping aan pauselike leerstelling<strong>en</strong>. Wycliffe predikte nu <strong>de</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
56
leerstelling<strong>en</strong> van het Protestantisme,— zaligheid door het geloof in Christus, <strong>en</strong><br />
onfeilbaarheid van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> alle<strong>en</strong>. De predikers, die hij uitgezond<strong>en</strong> had, verspreidd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Bijbel, alsook <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormer, <strong>en</strong> dat met zulk goed gevolg, dat het<br />
nieuwe geloof aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd door bijna <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> bevolking van Engeland.<br />
Het verschijn<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> bracht ontzetting over <strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk. Ze<br />
stond<strong>en</strong> nu teg<strong>en</strong>over e<strong>en</strong> werk-kracht, groter dan die van Wycliffe,— e<strong>en</strong> macht, waarteg<strong>en</strong><br />
hun wap<strong>en</strong><strong>en</strong> h<strong>en</strong> weinig zoud<strong>en</strong> bat<strong>en</strong>. Er was te di<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> in Engeland ge<strong>en</strong> wet, die het<br />
gebruik van <strong>de</strong> Bijbel verbood, want hij was tevor<strong>en</strong> nooit in <strong>de</strong> landstaal gepubliceerd.<br />
Zodanige wett<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> later ingevoerd, <strong>en</strong> krachtdadig toegepast. Mid<strong>de</strong>lerwijl, trots <strong>de</strong><br />
poging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> priesters, was er e<strong>en</strong> tijd lang geleg<strong>en</strong>heid voor <strong>de</strong> verspreiding van het<br />
Woord van God. Opnieuw smeedd<strong>en</strong> <strong>de</strong> pauselike lei<strong>de</strong>rs e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>zwering, om <strong>de</strong> stem<br />
van <strong>de</strong> hervormer tot zwijg<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Drie gerechtshov<strong>en</strong> achter elkan<strong>de</strong>r dagvaardd<strong>en</strong><br />
hem tot verantwoording, doch zon<strong>de</strong>r gevolg. Eerst verklaar<strong>de</strong> e<strong>en</strong> syno<strong>de</strong> van bisschopp<strong>en</strong>,<br />
dat zijn geschrift<strong>en</strong> ketters war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> jonge koning, Richard II, tot hun zij<strong>de</strong> overhal<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
verkreg<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> koninklik bevel, dat all<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is verwees, die aan <strong>de</strong><br />
veroor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> vasthoud<strong>en</strong>.<br />
Wycliffe beriep zich van <strong>de</strong> syno<strong>de</strong> op het Parlem<strong>en</strong>t; daag<strong>de</strong> onbevreesd <strong>de</strong><br />
priesterschap voor <strong>de</strong> volksverteg<strong>en</strong>woordiging, <strong>en</strong> eiste e<strong>en</strong> hervorming van <strong>de</strong> vreselike<br />
misbruik<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> kerk goedkeur<strong>de</strong>. Met overtuig<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> kuiperij<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> verdorv<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pauselike zetel. Bij zijn vijand<strong>en</strong> heerste verslag<strong>en</strong>heid.<br />
Wycliffe’s vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rsteuners war<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> geweest, toe te gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> had<br />
red<strong>en</strong> gehad om te vertrouw<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> hervormer zelf op zijn ou<strong>de</strong> dag, alle<strong>en</strong> <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, zich buig<strong>en</strong> zou voor het ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> gezag van kroon <strong>en</strong> mijter. Doch in ste<strong>de</strong><br />
daarvan zag<strong>en</strong> <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> zich verslag<strong>en</strong>. Het Parlem<strong>en</strong>t, wakker geschud door<br />
Wycliffe’s hartroer<strong>en</strong>d beroep, herriep het besluit ter vervolging, <strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>maal was <strong>de</strong><br />
hervormer vrij.<br />
E<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> maal werd hij terechtgesteld, <strong>en</strong> ditmaal voor <strong>de</strong> hoogste geestelike rechtbank<br />
in het koninkrijk. Hier kon ge<strong>en</strong> gunst bewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan ketterij. Hier ein<strong>de</strong>lik zou Rome<br />
zegevier<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het werk van <strong>de</strong> hervormer aan e<strong>en</strong> eind kom<strong>en</strong>. Alzo dacht<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
pausgezind<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> ze maar hun doel kond<strong>en</strong> bereik<strong>en</strong>, zou Wycliffe gedwong<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
om zijn leer af te zwer<strong>en</strong>, of zou het hof slechts verlat<strong>en</strong> om <strong>de</strong> vuurdood te on<strong>de</strong>rgaan.<br />
Doch Wycliffe herriep niets,hij wil<strong>de</strong> niet huichel<strong>en</strong>. Onbevreesd handhaaf<strong>de</strong> hij wat hij<br />
geleerd had, <strong>en</strong> weerleg<strong>de</strong> <strong>de</strong> beschuldiging<strong>en</strong> van zijn vervolgers. Zichzelf, zijn positie, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid verget<strong>en</strong>d, daag<strong>de</strong> hij zijn hoor<strong>de</strong>rs voor <strong>de</strong> rechtbank Gods, <strong>en</strong> woog hun<br />
drogred<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong><strong>de</strong> lering<strong>en</strong> in <strong>de</strong> balans van <strong>de</strong> eeuwige waarheid. De kracht van<br />
<strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest was in <strong>de</strong> raadzaal voelbaar. Gods won<strong>de</strong>rmacht hield <strong>de</strong> hoor<strong>de</strong>rs in<br />
beslag. Ze sch<strong>en</strong><strong>en</strong> ge<strong>en</strong> kracht te hebb<strong>en</strong> om <strong>de</strong> plaats te verlat<strong>en</strong>. Als pijl<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> pijlkoker<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, drong<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormer in hun hart<strong>en</strong>. De beschuldiging van<br />
ketterij, die ze teg<strong>en</strong> hem hadd<strong>en</strong> ingebracht, wierp hij met overtuig<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht op h<strong>en</strong>zel-<br />
57
v<strong>en</strong> terug. Hoe,— zo vroeg hij h<strong>en</strong>,— durfd<strong>en</strong> ze hun dwaling<strong>en</strong> verspreid<strong>en</strong>? Han<strong>de</strong>lswaar<br />
te mak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods, ter wille van winstbejag?<br />
“Met wie d<strong>en</strong>kt ge,” zo sprak hij ein<strong>de</strong>lik, “strijdt ge? Met e<strong>en</strong> oud man op <strong>de</strong> rand van<br />
het graf?—Ne<strong>en</strong>, met <strong>de</strong> Waarheid!—<strong>de</strong> Waarheid, die sterker is dan gij zijt, <strong>en</strong> u<br />
overwinn<strong>en</strong> zal.” Met die woord<strong>en</strong> verliet hij <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele van zijn<br />
teg<strong>en</strong>partij<strong>de</strong>rs was er, die e<strong>en</strong> poging <strong>de</strong>ed om hem terug te houd<strong>en</strong>. Wycliffe’s arbeid was<br />
bijna volbracht; <strong>de</strong> banier <strong>de</strong>r waarheid,die hij zo lang omhoog gehev<strong>en</strong> had, zou hem<br />
spoedig uit <strong>de</strong> hand vall<strong>en</strong>; doch e<strong>en</strong>maal nog zou hij als getuige voor het evangelie<br />
optred<strong>en</strong>. De waarheid moest verkondigd word<strong>en</strong> van uit <strong>de</strong> vesting zelf van het koninkrijk<br />
<strong>de</strong>r dwaling. Wycliffe werd ter verantwoording gedaagd voor <strong>de</strong> pauselike rechtbank te<br />
Rome, die zo dikwels het bloed van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> vergot<strong>en</strong> had. Hij was niet blind voor het<br />
gevaar, dat hem bedreig<strong>de</strong>, maar zou <strong>de</strong>sniettemin aan <strong>de</strong> dagvaarding gehoor hebb<strong>en</strong><br />
gegev<strong>en</strong>, had niet e<strong>en</strong> aanval van beroerte het hem on- mogelik gemaakt, <strong>de</strong> reis te do<strong>en</strong>.<br />
Ofschoon zijn stem echter niet te Rome zou gehoord word<strong>en</strong>, kon hij per brief sprek<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
dat besloot hij te do<strong>en</strong>.<br />
Uit zijn pastorie zond <strong>de</strong> hervormer <strong>de</strong> paus e<strong>en</strong> schrijv<strong>en</strong>, dat schoon eerbiedig in toon<br />
<strong>en</strong> in christelike geest, e<strong>en</strong> scherpe terechtwijzing bevatte weg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> praal <strong>en</strong> trots van <strong>de</strong><br />
pauselike stoel. “In <strong>de</strong>r waarheid,” zo schreef hij, “verheug ik me om aan ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> op<strong>en</strong> te<br />
legg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verklar<strong>en</strong> het geloof, dat ik belijd, <strong>en</strong> in het biezon<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> bisschop van<br />
Rome; die, na- <strong>de</strong>maal ik hem veron<strong>de</strong>rstel gezond in <strong>de</strong> leer <strong>en</strong> waarachtig te zijn, hoogst<br />
gewillig zal wez<strong>en</strong> om mijn voornoemd geloof te bevestig<strong>en</strong>; of, indi<strong>en</strong> ik zou dwal<strong>en</strong>, het<br />
te verbeter<strong>en</strong>.<br />
“Allereerst neem ik aan, dat het evangelie van Christus <strong>de</strong> gehele wet Gods omvat ... ik<br />
houd het ervoor dat <strong>de</strong> bisschop van Rome, na<strong>de</strong>maal hij <strong>de</strong> plaatsvervanger van Christus<br />
hier op aar<strong>de</strong> is, meer dan alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong> is aan die wet van het evangelie. Want <strong>de</strong><br />
grootheid on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> van Christus bestond niet in wereldse waardigheid of eer,<br />
maar in het nauwgezette <strong>en</strong> juiste volg<strong>en</strong> van Christus in lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> zed<strong>en</strong>. . . . Christus was<br />
gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> tijd van Zijn pelgrimstocht hier e<strong>en</strong> allerarmst m<strong>en</strong>s, die alle wereldse<br />
machtsoef<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> eer weiger<strong>de</strong> <strong>en</strong> van <strong>de</strong> hand wees.<br />
“Ge<strong>en</strong> getrouwe behoort —f <strong>de</strong> paus zelf, —f <strong>en</strong>ige heilige te volg<strong>en</strong> dan op die punt<strong>en</strong>,<br />
waarop hij <strong>de</strong> Heer Jezus Christus gevolgd heeft; want Petrus <strong>en</strong> <strong>de</strong> zon<strong>en</strong> van Zebe<strong>de</strong>üs,<br />
to<strong>en</strong> ze wereldse on<strong>de</strong>rscheiding begeerd<strong>en</strong>, in plaats van Christus’ voetstapp<strong>en</strong> te drukk<strong>en</strong>,<br />
gav<strong>en</strong> Hem aanstoot, <strong>en</strong> behoord<strong>en</strong> dus in die dwaling<strong>en</strong> niet gevolgd te word<strong>en</strong>. “De paus<br />
behoor<strong>de</strong> alle tij<strong>de</strong>like heerschappij <strong>en</strong> machtsoef<strong>en</strong>ing aan <strong>de</strong> aardse macht over te lat<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
zijn gehele geestelikheid daartoe krachtdadig te beweg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan te man<strong>en</strong>; want alzo <strong>de</strong>ed<br />
Christus, <strong>en</strong> voornamelik door Zijn apostel<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> ik <strong>de</strong>rhalve op <strong>en</strong>ige van die punt<strong>en</strong><br />
gedwaald heb, wil ik me op het allerne<strong>de</strong>rigst aan terechtwijzing on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, zelfs door<br />
doodstraf, als <strong>de</strong> noodzakelikheid het zou vereis<strong>en</strong>; <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> ik naar eig<strong>en</strong> wil <strong>en</strong> begeerte<br />
58
kon han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, in mijn eig<strong>en</strong> persoon, zou ik ongetwijfeld voor <strong>de</strong> bisschop van Rome<br />
verschijn<strong>en</strong>; doch <strong>de</strong> Heer heeft me an<strong>de</strong>rszins op teg<strong>en</strong>overgestel<strong>de</strong> wijze bezocht, <strong>en</strong> me<br />
geleerd, Go<strong>de</strong> meer gehoorzaam te zijn dan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.” T<strong>en</strong> besluite sprak hij: “Laat ons<br />
tot onze God bidd<strong>en</strong>,dat Hij alzo aan het hart van onze paus, Urbanus VI. werke, gelijk Hij<br />
begonn<strong>en</strong> is, dat te do<strong>en</strong>, dat hij met zijn geestelikheid <strong>de</strong> Heer Jezus Christus in lev<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
zed<strong>en</strong> volge; <strong>en</strong> dat zij het volk krachtdadig mog<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het hun insgelijks<br />
daarin trouw moge nagaan.” Aldus hield Wycliffe <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> zijn kardinal<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
zachtmoedigheid <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>righeid van Christus voor, <strong>en</strong> toon<strong>de</strong> niet alle<strong>en</strong> hunzelv<strong>en</strong>, maar<br />
<strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid, <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling aan tuss<strong>en</strong> h<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> Meester, wi<strong>en</strong>s<br />
verteg<strong>en</strong>woordigers ze beled<strong>en</strong> te zijn.<br />
Wycliffe verwachtte t<strong>en</strong> volle, dat zijn lev<strong>en</strong> <strong>de</strong> prijs zou zijn van zijn getrouwheid. De<br />
koning, <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> <strong>de</strong> bisschopp<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> zich verbond<strong>en</strong> om hem t<strong>en</strong> val te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
het sche<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitgemaakte zaak, dat e<strong>en</strong> paar maand<strong>en</strong> uiterlik hem naar <strong>de</strong> brandstapel<br />
zoud<strong>en</strong> voer<strong>en</strong>. Toch was zijn moed ongeschokt. “Waarom spreekt ge van <strong>de</strong> kroon van het<br />
martelaarschap in <strong>de</strong> verte te zoek<strong>en</strong>?”—zei hij. “Predikt het evangelie van Christus aan<br />
trotse prelat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge zult het martelaarschap niet ontlop<strong>en</strong>. Wat! zou ik lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> zwijg<strong>en</strong>?<br />
Nooit. Laat <strong>de</strong> slag kom<strong>en</strong>. Ik wacht zijn komst af.”<br />
Maar nog steeds beschutte Gods voorzi<strong>en</strong>igheid Zijn di<strong>en</strong>stknecht. De man, die e<strong>en</strong><br />
ganse leeftijd lang stoutmoedig gestaan had ter ver<strong>de</strong>diging van <strong>de</strong> waarheid in dageliks<br />
lev<strong>en</strong>sgevaar, zou niet het slachtoffer word<strong>en</strong> van <strong>de</strong> haat van zijn vijand<strong>en</strong>. Wycliffe had<br />
nimmer getracht, zichzelf te bescherm<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> Heer was zijn beschermer geweest; <strong>en</strong> nu<br />
<strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> zich zeker waand<strong>en</strong> van hun prooi, nam <strong>de</strong> Heer hem weg uit hun bereik. In zijn<br />
kerk te Lutterworth, op het punt staan<strong>de</strong> van het avondmaal uit te <strong>de</strong>l<strong>en</strong>, viel hij door e<strong>en</strong><br />
beroerte getroff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> blies kort daarna <strong>de</strong> a<strong>de</strong>m uit.<br />
God had Wycliffe zijn werk aangewez<strong>en</strong>. Hij had hem het woord <strong>de</strong>r waarheid in <strong>de</strong><br />
mond gelegd, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> wacht rondom hem gesteld, opdat zijn woord<strong>en</strong> het volk bereik<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong>. Zijn lev<strong>en</strong> werd beschermd, <strong>en</strong> zijn arbeid verl<strong>en</strong>gd, totdat er e<strong>en</strong> fondam<strong>en</strong>t gelegd<br />
was voor het grote werk van <strong>de</strong> Hervorming. Wycliffe kwam uit <strong>de</strong> duisternis van <strong>de</strong><br />
Donkere Eeuw<strong>en</strong>. Er was hem niemand voorafgegaan, naar wi<strong>en</strong>s werk hij zijn<br />
hervormingstelsel kon inricht<strong>en</strong>. Als Johannes <strong>de</strong> Doper geroep<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>re<br />
z<strong>en</strong>ding te vervull<strong>en</strong>, was hij <strong>de</strong> voorloper van e<strong>en</strong> nieuw tijdperk. Toch was er in het stelsel<br />
<strong>de</strong>r waarheid, die hij aan het licht bracht, e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> volkom<strong>en</strong>heid, die door <strong>de</strong> na hem<br />
kom<strong>en</strong><strong>de</strong> hervormers niet overtroff<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die sommig<strong>en</strong>, zelfs hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> later,<br />
niet bereikt<strong>en</strong>. Z— breed <strong>en</strong> diep werd het fondam<strong>en</strong>t gelegd, z— hecht <strong>en</strong> goed was <strong>de</strong><br />
vorm, dat zijn arbeid niet behoef<strong>de</strong> overgedaan te word<strong>en</strong> door die na hem kwam<strong>en</strong>. De<br />
grote beweging, welke door Wycliffe op touw werd gezet, door welke het gewet<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
verstand vrij gemaakt moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> in vrijheid stel<strong>de</strong>, welke zo lang<br />
geket<strong>en</strong>d war<strong>en</strong> geweest aan Rome’s zegewag<strong>en</strong>, was uit <strong>de</strong> Bijbel gesprot<strong>en</strong>. Daar was <strong>de</strong><br />
bron van die zegestroom, die, als het water <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> veerti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw door al <strong>de</strong><br />
59
ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong><strong>de</strong> tijdperk<strong>en</strong> he<strong>en</strong> gevloeid heeft. Wycliffe nam met onvoorwaar<strong>de</strong>lik geloof<br />
<strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift aan als <strong>de</strong> ingegev<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van <strong>de</strong> wil van God, e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
wegwijzer voor geloof <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>.<br />
Zijn opvoeding had hem geleerd, <strong>de</strong> Kerk van Rome te beschouw<strong>en</strong> als God<strong>de</strong>lik,<br />
onfeilbaar gezag hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> met stilzwijg<strong>en</strong><strong>de</strong> eerbied <strong>de</strong> gevestig<strong>de</strong> lering<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
gebruik<strong>en</strong> van duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>; doch hij keer<strong>de</strong> zich van die alle af, om het oor<br />
te l<strong>en</strong><strong>en</strong> aan Gods <strong>Heilig</strong> Woord. Dat was het gezag, dat hij het volk trachtte te beweg<strong>en</strong> aan<br />
te nem<strong>en</strong>. In plaats dat <strong>de</strong> Kerk door <strong>de</strong> paus zou sprek<strong>en</strong>, verklaar<strong>de</strong> hij, dat het <strong>en</strong>ige ware<br />
gezag <strong>de</strong> stem van God was, die door Zijn woord sprak. En hij leer<strong>de</strong>, niet alle<strong>en</strong> dat <strong>de</strong><br />
Bijbel e<strong>en</strong> volmaakte op<strong>en</strong>baring is van Gods wil, maar ook dat <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest alle<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
uitlegger ervan is, <strong>en</strong> dat ie<strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s, door on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> leer ervan, zijn plicht voor<br />
zichzelf moet ler<strong>en</strong>. Op die wijze leid<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Roomse Kerk weg <strong>en</strong> naar het Woord Gods.<br />
Wycliffe was e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grootste hervormers. In omvang van verstand, hel<strong>de</strong>rheid van<br />
gedachte, standvastigheid in het handhav<strong>en</strong> <strong>en</strong> stoutmoedigheid in het ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
waarheid stond<strong>en</strong> er weinig<strong>en</strong>, die na hem kwam<strong>en</strong>, met hem gelijk. Reinheid van lev<strong>en</strong>,<br />
onvermoei<strong>de</strong> ijver in studie <strong>en</strong> arbeid,onomkoopbare oprechtheid,<strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
getrouwheid van Christus in zijn bedi<strong>en</strong>ing k<strong>en</strong>merkt<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hervormers. En<br />
dat nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> geestelike duisternis <strong>en</strong> het ze<strong>de</strong>lik be<strong>de</strong>rf van <strong>de</strong> eeuw, die hem<br />
voortbracht.<br />
Het karakter van Wycliffe levert getuig<strong>en</strong>is voor <strong>de</strong> opvoed<strong>en</strong><strong>de</strong>, veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht<br />
van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>. Het was <strong>de</strong> Bijbel, die hem maakte, wat hij was. Het pog<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
grote waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> op<strong>en</strong>baring te verstaan, <strong>de</strong>elt frisheid <strong>en</strong> kracht aan alle vermog<strong>en</strong>s<br />
me<strong>de</strong>. Het verruimt het verstand, scherpt <strong>de</strong> gav<strong>en</strong> van opmerking, <strong>en</strong> rijpt het oor<strong>de</strong>el. Het<br />
on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Bijbel a<strong>de</strong>lt ie<strong>de</strong>re gedachte, ie<strong>de</strong>r gevoel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alle strev<strong>en</strong>, gelijk ge<strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>re studie dat kan. Het sch<strong>en</strong>kt vastheid van doel, lijdzaamheid, moed <strong>en</strong> kracht; het<br />
zuivert het karakter, <strong>en</strong> heiligt <strong>de</strong> ziel. E<strong>en</strong> ernstig, eerbiedig on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, dat<br />
het verstand van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeker in onmid<strong>de</strong>llike aanraking br<strong>en</strong>gt met <strong>de</strong> oneindige<br />
Wijsheid, zou <strong>de</strong> wereld mann<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> van sterker <strong>en</strong> werkzamer geest, zowel als van<br />
e<strong>de</strong>ler beginsel<strong>en</strong>, dan ooit <strong>de</strong> uitkomst geweest is van <strong>de</strong> beste opvoeding, die uit m<strong>en</strong>selike<br />
wijsbegeerte verkreg<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>. “De op<strong>en</strong>ing Uwer woord<strong>en</strong>,” zegt <strong>de</strong> psalmist, “geeft<br />
licht, geeft verstand.”<br />
De leer, die Wycliffe verkondigd had, bleef zich <strong>en</strong>ige tijd verspreid<strong>en</strong>; zijn volgeling<strong>en</strong>,<br />
Wycliffiet<strong>en</strong> <strong>en</strong> Lollard<strong>en</strong> ge-noemd, trokk<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> Engeland door, maar verstrooid<strong>en</strong><br />
zich naar an<strong>de</strong>re land<strong>en</strong>, <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van het evangelie met zich drag<strong>en</strong><strong>de</strong>. Na hun lei<strong>de</strong>r van<br />
h<strong>en</strong> wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> was, arbeidd<strong>en</strong> <strong>de</strong> predikers met nog groter ijver dan tevor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> schar<strong>en</strong><br />
van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> liep<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> om naar hun on<strong>de</strong>rwijs te luister<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> a<strong>de</strong>lstand <strong>en</strong><br />
zelfs <strong>de</strong> vrouw van <strong>de</strong> koning werd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> bekeerling<strong>en</strong> geteld. Op vele plaats<strong>en</strong><br />
60
ontstond er e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> hervorming in <strong>de</strong> zed<strong>en</strong> van het volk, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> afgodiese<br />
zinnebeeld<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse di<strong>en</strong>st uit <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> weggedaan. Spoedig echter brak <strong>de</strong><br />
meedog<strong>en</strong>loze storm van vervolging los over <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Bijbel als gids hadd<strong>en</strong> durv<strong>en</strong><br />
aannem<strong>en</strong>. De Engelse vorst<strong>en</strong>, begerig om hun gezag te sterk<strong>en</strong> door zich <strong>de</strong> steun van<br />
Rome te verzeker<strong>en</strong>, aarzeld<strong>en</strong> niet, <strong>de</strong> hervormers op te offer<strong>en</strong>. Voor <strong>de</strong> eerste maal in <strong>de</strong><br />
geschied<strong>en</strong>is van Engeland werd <strong>de</strong> brandstapel teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van het evangelie<br />
afgekondigd. Het <strong>en</strong>e martelaarschap volg<strong>de</strong> op het an<strong>de</strong>re. De voorstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong><br />
waarheid, vogelvrij verklaard <strong>en</strong> gemarteld, kond<strong>en</strong> hun geroep slechts tot <strong>de</strong> or<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Heer Sabaoth omhoog z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Achtervolgd als vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Kerk <strong>en</strong> verra<strong>de</strong>rs van het<br />
land, blev<strong>en</strong> ze op verborg<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> predik<strong>en</strong>, zo goed als mogelik e<strong>en</strong> schuilplaats<br />
vind<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> woning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich dikwels in hol<strong>en</strong> <strong>en</strong> spelonk<strong>en</strong> verberg<strong>en</strong><strong>de</strong>.<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> het woed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vervolging, vond e<strong>en</strong> kalm, vroom, ernstig,<br />
geduldig protest teg<strong>en</strong> het heers<strong>en</strong><strong>de</strong> be<strong>de</strong>rf van het godsdi<strong>en</strong>stig geloof voortdur<strong>en</strong>d <strong>en</strong><br />
eeuw<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong> uiting. De christ<strong>en</strong><strong>en</strong> uit die vroege tijd k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid slechts<br />
ge<strong>de</strong>eltelik, maar hadd<strong>en</strong> Gods Woord ler<strong>en</strong> liefhebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> led<strong>en</strong> geduldig<br />
ter wille van dat Woord. Gelijk <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> apostoliese tijd bracht<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> hun<br />
aardse bezitting<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> zaak van Christus t<strong>en</strong> offer. Die in hun woning<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>,<br />
herbergd<strong>en</strong> gaarne hun vervolg<strong>de</strong> broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wanneer ook zij uitgedrev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>,<br />
aanvaardd<strong>en</strong> ze met blijdschap het lot van <strong>de</strong> voortvluchtig<strong>en</strong>. Wel is waar kocht<strong>en</strong> er<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, afgeschrikt door <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van hun vervolgers, hun vrijheid door opoffering van<br />
hun geloof, <strong>en</strong> trad<strong>en</strong>, in boetelingsgewad<strong>en</strong> gekleed, uit <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is te voorschijn om<br />
hun herroeping bek<strong>en</strong>d te stell<strong>en</strong>. Maar het getal was niet klein,— <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r b<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
mann<strong>en</strong> van hoge geboorte, zowel als ne<strong>de</strong>rig<strong>en</strong> <strong>en</strong> lag<strong>en</strong> van stand,— die in kerkercellon,<br />
“Lollard tor<strong>en</strong>s”, onbevreesd getuig<strong>en</strong>is afiegd<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r pijniging <strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> zich verheugd<strong>en</strong>, dat ze waardig bevond<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> om <strong>de</strong> “geme<strong>en</strong>schap aan<br />
Zijn lijd<strong>en</strong>” te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />
Het was <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> niet gelukt, met Wycliffe tijd<strong>en</strong>s zijn lev<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> naar hun<br />
beger<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun haat kon daarom niet rust<strong>en</strong>, zo lang zijn lichaam ongemoeid in het graf<br />
rustte. Volg<strong>en</strong>s besluit van het Koncilie van Constance, meer dan veertig jar<strong>en</strong> na zijn dood,<br />
werd<strong>en</strong> zijn be<strong>en</strong><strong>de</strong>r<strong>en</strong> opgegrav<strong>en</strong> <strong>en</strong> in het publiek verbrand, <strong>en</strong> <strong>de</strong> as ervan in <strong>de</strong> naburige<br />
beek geworp<strong>en</strong>. “Deze beek”, zegt e<strong>en</strong> oud schrijver, “voer<strong>de</strong> zijn as naar <strong>de</strong> Avon, <strong>de</strong> Avon<br />
naar <strong>de</strong> Severn, <strong>de</strong> Severn in <strong>de</strong> <strong>en</strong>ge zee, <strong>en</strong> die weer in <strong>de</strong> wij<strong>de</strong> oceaan; <strong>en</strong> alzo is<br />
Wycliffe’s as het zinnebeeld van zijn leer, die nu <strong>de</strong> gehele wereld over verspreid is.”<br />
Weinig gist<strong>en</strong> zijn vijand<strong>en</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van hun schanddaad. Door <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van<br />
Wycliffe werd Johannes Huss uit Bohem<strong>en</strong> ertoe gebracht vele van <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Roomse Kerk te verwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> als hervormer op te tred<strong>en</strong>. Aldus werd in <strong>de</strong>ze twee land<strong>en</strong>,<br />
zo ver van elkan<strong>de</strong>r verwij<strong>de</strong>rd, het zaad <strong>de</strong>r waarheid gezaaid. Van Bohem<strong>en</strong> uit verbreid<strong>de</strong><br />
zich het werk naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re land<strong>en</strong>. De gedacht<strong>en</strong> <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> teruggeleid naar het<br />
61
langverget<strong>en</strong> Woord van God. E<strong>en</strong> God<strong>de</strong>like hand was bezig, <strong>de</strong> weg te bereid<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
Grote Hervorming.<br />
62
Hoofdstuk 6 — Twee Held<strong>en</strong><br />
Het evangelie had reeds in <strong>de</strong> neg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw in Bohem<strong>en</strong> wortel geschot<strong>en</strong>. De Bijbel<br />
was vertaald, <strong>en</strong> <strong>de</strong> publieke eredi<strong>en</strong>st werd in <strong>de</strong> volkstaal waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Maar naarmate<br />
<strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> paus to<strong>en</strong>am, werd Gods Woord verduisterd. Gregorius VII., die op zich<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> had, <strong>de</strong> trots van <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> te brek<strong>en</strong>, had het zich niet min<strong>de</strong>r t<strong>en</strong> doel gesteld,<br />
het volk tot slavernij te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gevolgelik werd er e<strong>en</strong> bul uitgevaardigd, verbied<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> publieke eredi<strong>en</strong>st in <strong>de</strong> Boheemse taal te houd<strong>en</strong>. De paus verklaar<strong>de</strong>, dat “het Gods<br />
welbehag<strong>en</strong> was, dat Zijn di<strong>en</strong>st zou gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong><strong>de</strong> taal, <strong>en</strong> dat<br />
veronachtzaming van <strong>de</strong>ze regel aanleiding had gegev<strong>en</strong> tot veel kwaad <strong>en</strong> ketterij<strong>en</strong>.” Alzo<br />
verord<strong>en</strong><strong>de</strong> Rome, dat het licht van Gods Woord zou uitgedoofd, <strong>en</strong> het volk in duisternis<br />
beslot<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>. Maar God had an<strong>de</strong>re mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> verschaft om <strong>de</strong> kerk te bewar<strong>en</strong>. Vele<br />
Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> <strong>en</strong> Albig<strong>en</strong>z<strong>en</strong>, die door vervolging uit hun woonsted<strong>en</strong> in Frankrijk <strong>en</strong> Italië<br />
verdrev<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> naar Bohem<strong>en</strong>. Ofschoon ze niet in het op<strong>en</strong>baar durfd<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>,<br />
werkt<strong>en</strong> ze ijverig in het geheim. Z— werd het ware geloof van eeuw tot eeuw behoud<strong>en</strong>.<br />
V——r <strong>de</strong> tijd van Huss stond<strong>en</strong> er reeds m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in Bohem<strong>en</strong> op, die het be<strong>de</strong>rf in <strong>de</strong><br />
kerk <strong>en</strong> <strong>de</strong> losbandigheid van het volk op<strong>en</strong>lik veroor<strong>de</strong>eld<strong>en</strong>. Hun werk wekte algem<strong>en</strong>e<br />
belangstelling op. De angst van <strong>de</strong> geestelikheid werd gaan<strong>de</strong> gemaakt, <strong>en</strong> vervolging teg<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> van het evangelie ingesteld. In <strong>de</strong> woud<strong>en</strong> <strong>en</strong> berg<strong>en</strong> gedrev<strong>en</strong> om te<br />
aanbidd<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> ze door soldat<strong>en</strong> verjaagd, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> ter dood gebracht. Na e<strong>en</strong> tijd werd<br />
er bek<strong>en</strong>d gemaakt, dat all<strong>en</strong>, die van <strong>de</strong> Roomse eredi<strong>en</strong>st afwek<strong>en</strong>, verbrand zoud<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Maar terwijl <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> hun lev<strong>en</strong> opofferd<strong>en</strong>, zag<strong>en</strong> ze uit naar <strong>de</strong> triomf van<br />
hun zaak. E<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die gepredikt had, dat zaligheid alle<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> wordt door geloof<br />
in <strong>de</strong> gekruiste Heiland, verklaar<strong>de</strong> sterv<strong>en</strong><strong>de</strong>: “De woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> <strong>de</strong>r waarheid<br />
heeft tans <strong>de</strong> overhand over ons, maar het zal niet altijd zo zijn; er zal iemand opstaan uit het<br />
gewone volk, zon<strong>de</strong>r zwaard of gezag, <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hem niet ver-mog<strong>en</strong>.” Luthers tijd<br />
lag nog ver in het verschiet; doch reeds nu stond er e<strong>en</strong> man op, wi<strong>en</strong>s getuig<strong>en</strong>is teg<strong>en</strong><br />
Rome <strong>de</strong> volker<strong>en</strong> beroer<strong>en</strong> zou.<br />
Johannes Huss was <strong>de</strong> zoon van e<strong>en</strong>voudige ou<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> verloor zijn va<strong>de</strong>r op jeugdige<br />
leeftijd. Zijn vrome moe<strong>de</strong>r, die opvoeding <strong>en</strong> godvrez<strong>en</strong>dheid als bezitting<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
grootste waar<strong>de</strong> achtte, trachtte <strong>de</strong>ze erf<strong>en</strong>is voor haar zoon te verzeker<strong>en</strong>. Huss bezocht <strong>de</strong><br />
plaatselike school, <strong>en</strong> ging daarna naar <strong>de</strong> universiteit te Praag, waar hij als vrije stud<strong>en</strong>t<br />
toegelat<strong>en</strong> werd. Zijn moe<strong>de</strong>r begeleid<strong>de</strong> hem op zijn reis naar Praag, e<strong>en</strong> arme weduwe, die<br />
haar zoon ge<strong>en</strong> aardse schatt<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> kon; maar to<strong>en</strong> ze nabij <strong>de</strong> grote stad kwam<strong>en</strong>,<br />
kniel<strong>de</strong> ze naast <strong>de</strong> va<strong>de</strong>rloze jongeling neer, <strong>en</strong> smeekte <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> van hun Va<strong>de</strong>r in <strong>de</strong><br />
hemel<strong>en</strong> op hem af. Weinig vermoed<strong>de</strong> die moe<strong>de</strong>r, hoe haar gebed verhoord zou word<strong>en</strong>.<br />
Op <strong>de</strong> universiteit on<strong>de</strong>rscheid<strong>de</strong> Huss zich al spoedig door zijn onvermoei<strong>de</strong> ijver <strong>en</strong><br />
zijn snelle vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong>, terwijl zijn onbesprok<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> stil, innem<strong>en</strong>d gedrag hem<br />
63
algem<strong>en</strong>e achting verwierv<strong>en</strong>. Hij was e<strong>en</strong> oprecht aanhanger van <strong>de</strong> Roomse Kerk, <strong>en</strong><br />
zocht ernstig naar <strong>de</strong> geestelike zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, welke die voorgeeft te verl<strong>en</strong><strong>en</strong>. Bij<br />
geleg<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong>. jaarfeest ging hij ter biecht, betaal<strong>de</strong> <strong>de</strong> laatste paar geldstukk<strong>en</strong> die hij<br />
bezat, <strong>en</strong> nam zijn plaats in <strong>de</strong> processies in, om <strong>de</strong>el te mog<strong>en</strong> erlang<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> beloof<strong>de</strong><br />
vergiff<strong>en</strong>is. Na zijn kursus aan <strong>de</strong> hogeschool afgelop<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, werd hij priester, <strong>en</strong> daar<br />
hij zich snel e<strong>en</strong> naam maakte, vond hij al spoedig e<strong>en</strong> plaats aan het hof van <strong>de</strong> koning.<br />
Ook werd hij professor <strong>en</strong> later rektor gemaakt van <strong>de</strong> universiteit, waar hij zijn opvoeding<br />
g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> had. In weinige jar<strong>en</strong> was <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige vrije scholier <strong>de</strong> trots van zijn land<br />
geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn naam door geheel Europa bek<strong>en</strong>d.<br />
Maar het was in e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r veld, dat Huss het hervormingswerk begon. Verscheid<strong>en</strong>e<br />
jar<strong>en</strong>, nadat hij als priester geord<strong>en</strong>d was, werd hij tot prediker van <strong>de</strong> kapel van Bethlehem<br />
aangesteld. De stichter van <strong>de</strong>ze kapel had, als e<strong>en</strong> zaak van groot gewicht, het predik<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> in <strong>de</strong> volkstaal voorgestaan. Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> Rome’s teg<strong>en</strong>stand teg<strong>en</strong> dit<br />
gebruik, was het niet geheel <strong>en</strong> al opgehev<strong>en</strong> in Bohem<strong>en</strong>. Maar er bestond grote onkun<strong>de</strong><br />
aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ergste on<strong>de</strong>ugd<strong>en</strong> heerst<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het volk van alle klass<strong>en</strong>. Deze<br />
zond<strong>en</strong> bestrafte Huss met gestr<strong>en</strong>gheid, zich beroep<strong>en</strong><strong>de</strong> op Gods Woord, om <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong><br />
van waarheid <strong>en</strong> reinheid, welke hij inpr<strong>en</strong>tte, te bekrachtig<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> burger van Praag, Jérome, die later zo nauw met Huss verbond<strong>en</strong> geraakte, had, uit<br />
Engeland terugker<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van Wycliffe met zich me<strong>de</strong>gebracht. De koningin<br />
van Engeland, die door Wycliffe’s leer bekeerd was, was e<strong>en</strong> Boheemse prinses, <strong>en</strong> het was<br />
alme<strong>de</strong> door haar invloed, dat <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormer wijd <strong>en</strong> zijd door haar<br />
geboorteland verspreid werd<strong>en</strong>. Huss las <strong>de</strong>ze werk<strong>en</strong> met belangstelling; hij geloof<strong>de</strong>, dat<br />
<strong>de</strong> schrijver ervan e<strong>en</strong> oprecht Christ<strong>en</strong> was, <strong>en</strong> was g<strong>en</strong>eigd <strong>de</strong> hervorming<strong>en</strong>, welke hij<br />
voorstond, uit e<strong>en</strong> gunstig oogpunt te beschouw<strong>en</strong>. Onwet<strong>en</strong>d had Huss zich alzo reeds op<br />
e<strong>en</strong> pad gewaagd, dat hem ver van Rome af zou voer<strong>en</strong>.<br />
Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>ze tijd werd Praag bezocht door twee vreem<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> uit Engeland,<br />
geleer<strong>de</strong> mann<strong>en</strong>, die het licht ontvang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het in dit verre land war<strong>en</strong> kom<strong>en</strong><br />
verspreid<strong>en</strong>. Beginn<strong>en</strong><strong>de</strong> met <strong>de</strong> pauselike oppermacht op<strong>en</strong>lik aan te vall<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> ze al<br />
spoedig door <strong>de</strong> overhed<strong>en</strong> gestild; maar daar ze hun plan niet wild<strong>en</strong> opgev<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
toevlucht tot an<strong>de</strong>re mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> kunstschil<strong>de</strong>rs zowel als predikers, <strong>en</strong> begonn<strong>en</strong><br />
hun handwerk uit te voer<strong>en</strong>. Op o<strong>en</strong> plaats, die aan het publiek op<strong>en</strong> stond, tek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze twee<br />
schil<strong>de</strong>rij<strong>en</strong>. De e<strong>en</strong> beeld<strong>de</strong> Christus’ intocht in Jeruzalem af, “zachtmoedig <strong>en</strong> gezet<strong>en</strong> op<br />
e<strong>en</strong> ezelin” <strong>en</strong> gevolgd door<br />
Zijn discipel<strong>en</strong> in verslet<strong>en</strong> kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> barrevoets. De an<strong>de</strong>re schil<strong>de</strong>rij stel<strong>de</strong> e<strong>en</strong><br />
pauselike processie voor,— <strong>de</strong> paus, met kostbare kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> bekleed, <strong>en</strong> met zijn drievoudige<br />
kroon, gezet<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> prachtig uitgedost paard, voorafgegan van trompetters, <strong>en</strong> gevolgd<br />
door kardinal<strong>en</strong> <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong> in schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> tooi. Hier was e<strong>en</strong> preek, welke <strong>de</strong> aandacht van<br />
alle klass<strong>en</strong> tot zich trok. Schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong>. Niemand kon<br />
64
wel an<strong>de</strong>rs dan <strong>de</strong> moraal erin lez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> diep getroff<strong>en</strong> door <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling<br />
van <strong>de</strong> zachtmoedigheid <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>righeid van Christus, <strong>de</strong> Meester, <strong>en</strong> <strong>de</strong> trots <strong>en</strong><br />
aanmatiging van <strong>de</strong> paus, Zijn zog<strong>en</strong>aam<strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht. Er ontstond e<strong>en</strong> grote beweging te<br />
Praag, <strong>en</strong> het werd na e<strong>en</strong> tijd raadzaam voor <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>ling<strong>en</strong>, om voor hun eig<strong>en</strong><br />
veiligheid te vertrekk<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> les, die ze war<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, werd niet verget<strong>en</strong>. De<br />
schil<strong>de</strong>rij<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> diepe indruk op Huss, <strong>en</strong> leid<strong>de</strong> hem tot uitgebrei<strong>de</strong>r studie van <strong>de</strong><br />
Bijbel <strong>en</strong> van Wycliffe’s geschrift<strong>en</strong>. Ofschoon hij zelfs to<strong>en</strong> nog niet gereed was, al <strong>de</strong><br />
hervorming<strong>en</strong>, door Wy- eliffe voorgestaan, aan te nem<strong>en</strong>, zag hij dui<strong>de</strong>liker het ware<br />
karakter van het pausdom in, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verdorv<strong>en</strong>heid van <strong>de</strong> priesterschap.<br />
Van Bohem<strong>en</strong> uit verbreid<strong>de</strong> zich het licht in Duitschland; want rustverstoring<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
universiteit van Praag war<strong>en</strong> oorzaak, dat hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> Duitse stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich terugtrokk<strong>en</strong>.<br />
Vel<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> van Huss hun eerste k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> Bijbel ontvang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> na hun<br />
terugkeer verspreidd<strong>en</strong> ze het evangelie in hun va<strong>de</strong>rland. Tijding<strong>en</strong> van het werk te Praag<br />
werd<strong>en</strong> naar Rome overgebracht, <strong>en</strong> Huss werd al spoedig opgeroep<strong>en</strong> om voor <strong>de</strong> paus te<br />
verschijn<strong>en</strong>. Te gehoorzam<strong>en</strong> zou zich aan e<strong>en</strong> gewisse dood blootstell<strong>en</strong> zijn.<br />
De koning <strong>en</strong> koningin van Bohem<strong>en</strong>, <strong>de</strong> universiteit, <strong>de</strong> e<strong>de</strong>llied<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
regeringsbeambt<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>ig- d<strong>en</strong> zich in e<strong>en</strong> verzoek aan <strong>de</strong> paus, dat het Huss vergund<br />
mocht word<strong>en</strong> te Praag te blijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich te Rome door e<strong>en</strong> afgevaardig<strong>de</strong> te verantwoord<strong>en</strong>.<br />
In plaats van aan dit verzoek gehoor te gev<strong>en</strong>, ging <strong>de</strong> paus over tot het verhoor <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
veroor<strong>de</strong>ling van Huss, <strong>en</strong> <strong>de</strong>ed daarna <strong>de</strong> stad Praag in <strong>de</strong> ban. In die tijd veroorzaakte dit<br />
vonnis, wanneer ook uitgesprok<strong>en</strong>, algem<strong>en</strong>e ontzetting. De plechtighed<strong>en</strong>, die erme<strong>de</strong><br />
gepaard ging<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> wel berek<strong>en</strong>d om e<strong>en</strong> volk schrik aan te jag<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> paus aanzag<br />
voor <strong>de</strong> verteg<strong>en</strong>woordiger van God zelf, die <strong>de</strong> sleutels van hemel <strong>en</strong> hel in hand<strong>en</strong> had, <strong>en</strong><br />
macht bezat om tij<strong>de</strong>like zowel als geestelike oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> uit te sprek<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> geloof<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong><br />
hemelpoort<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> streek, die on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> ban lag, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> dod<strong>en</strong><br />
buit<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong> war<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verblijfplaats<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zalig<strong>en</strong>, totdat <strong>de</strong> ban was opgehev<strong>en</strong>.<br />
T<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van dit vreselike onheil werd alle godsdi<strong>en</strong>stige eredi<strong>en</strong>st gestaakt. De kerk<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>. Huwelik<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> op <strong>de</strong> kerkhov<strong>en</strong> voltrokk<strong>en</strong>. De dod<strong>en</strong>, aan wie ter<br />
aar<strong>de</strong> bestelling in <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> grond ontzegd was, werd<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r begraf<strong>en</strong>isplechtighed<strong>en</strong><br />
in slot<strong>en</strong> of veld<strong>en</strong> begrav<strong>en</strong>. Op die wijze trachtte Rome door mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong><br />
verbeelding werkt<strong>en</strong>, <strong>de</strong> gewet<strong>en</strong>s van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in bedwang te houd<strong>en</strong>.<br />
De stad Praag was in rep <strong>en</strong> roer. E<strong>en</strong> groot <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> bevolking beschuldig<strong>de</strong> Huss als<br />
<strong>de</strong> oorzaak te zijn van al hun onheil, <strong>en</strong> eiste, dat hij aan <strong>de</strong> wraak van Rome zou<br />
overgegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong> storm te lat<strong>en</strong> bedar<strong>en</strong>, trok <strong>de</strong> hervormer zich voor e<strong>en</strong> tijd<br />
terug naar het dorp van zijn geboorte. Aan vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die hij te Praag achtergelat<strong>en</strong> had,<br />
schrijv<strong>en</strong><strong>de</strong>, zei hij: “Dat ik me uit het midd<strong>en</strong> van u heb teruggetrokk<strong>en</strong>, is geweest om het<br />
voorschrift <strong>en</strong> voorbeeld van Jezus Christus te volg<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> slechtgezind<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
eeuwige veroor<strong>de</strong>ling over zich te lat<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor <strong>de</strong> vrom<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> oorzaak van<br />
moeite <strong>en</strong> vervolging te zijn. Ik heb me ook teruggetrokk<strong>en</strong> uit vrees, dat god<strong>de</strong>loze<br />
65
priesters langer zoud<strong>en</strong> voortgaan, <strong>de</strong> prediking van Gods Woord on<strong>de</strong>r u te ver-bied<strong>en</strong>;<br />
maar ik heb u niet verlat<strong>en</strong> om <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like waar heid te verlooch<strong>en</strong><strong>en</strong>, waarvoor ik met<br />
Gods hulp bereid b<strong>en</strong> te sterv<strong>en</strong>.” Huss staakte zijn arbeid niet, maar doorreis<strong>de</strong> het<br />
omligg<strong>en</strong><strong>de</strong> land, <strong>en</strong> predikte voor belangstell<strong>en</strong><strong>de</strong> m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong>. Z— war<strong>en</strong> <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
paus aanw<strong>en</strong>d<strong>de</strong> om het evangelie te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>, oorzaak, dat het meer algeme<strong>en</strong><br />
verspreid werd. “Want wij vermog<strong>en</strong> niets teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid, maar v——r <strong>de</strong> waarheid.”<br />
“Het gemoed van Huss schijnt op dit punt van zijn loopbaan het toneel van e<strong>en</strong> pijnlike<br />
strijd geweest te zijn. Ofschoon <strong>de</strong> kerk hem met zijn don<strong>de</strong>rslag<strong>en</strong> trachtte te overweldig<strong>en</strong>,<br />
had zich niet aan het gezag ervan onttrokk<strong>en</strong>. De Roomse Kerk was voor hem nog steeds <strong>de</strong><br />
bruid van Christus, <strong>en</strong> <strong>de</strong> paus <strong>de</strong> verteg<strong>en</strong>woordiger <strong>en</strong> ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r Gods. Waar Huss zich<br />
teg<strong>en</strong> verzette, was het misbruik van gezag, niet het beginsel zelf. Dit veroorzaakte e<strong>en</strong><br />
vreselike strijd tuss<strong>en</strong> zijn verstan<strong>de</strong>like overtuiging <strong>en</strong> <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van zijn gewet<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> het<br />
gezag rechtvaardig <strong>en</strong> onfeilbaar was, zoals hij geloof<strong>de</strong> het geval te zijn, hoe kwam het dan,<br />
dat hij zich gedwong<strong>en</strong> gevoel<strong>de</strong>, er ongehoorzaam aan te wez<strong>en</strong>? Gehoorzam<strong>en</strong> was, gelijk<br />
hij inzag, zon<strong>de</strong>; maar waarom zou gehoorzaamheid aan e<strong>en</strong> onfeilbare kerk tot zulk e<strong>en</strong><br />
uitkomst leid<strong>en</strong>?<br />
Dat was het vraagstuk, dat hij niet kon oploss<strong>en</strong>; dat was <strong>de</strong> twijfel, die hem van uur tot<br />
uur martel<strong>de</strong>. De naaste oplossing, waartoe hij kom<strong>en</strong> kon, was, dat gelijk e<strong>en</strong>maal tevor<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland, <strong>de</strong> priesters van <strong>de</strong> kerk opnieuw slechte m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geword<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong>, die hun wettig gezag tot onwettige doeleind<strong>en</strong> aanw<strong>en</strong>dd<strong>en</strong>. Dit leid<strong>de</strong> hem ertoe, als<br />
zijn eig<strong>en</strong> richtsnoer <strong>de</strong> grondregel aan te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die ook aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> als het hunne te<br />
predik<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift, door het verstand aan ons verklaard, het<br />
gewet<strong>en</strong> moét<strong>en</strong> beheers<strong>en</strong>; met an<strong>de</strong>re woord<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> stem van God door <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong><br />
niet die van <strong>de</strong> kerk, door <strong>de</strong> priesters sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige onfeilbare gids is.”<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> onrust te Praag na e<strong>en</strong> tijd bedaar<strong>de</strong>, keer<strong>de</strong> Huss naar <strong>de</strong> kapel van Bethlehem<br />
terug, om met grotere ijver <strong>en</strong> moed <strong>de</strong> prediking van Gods Woord te hervatt<strong>en</strong>. Zijn vijand<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong> werkzaam <strong>en</strong> machtig, maar <strong>de</strong> koningin <strong>en</strong> vele e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> war<strong>en</strong> zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
het volk <strong>de</strong>el<strong>de</strong> in grot<strong>en</strong> getale zijn overtuiging. Zijn zuiver <strong>en</strong> zielsverheff<strong>en</strong>d on<strong>de</strong>rwijs <strong>en</strong><br />
zijn heilig lev<strong>en</strong> vergelijk<strong>en</strong><strong>de</strong> met <strong>de</strong> verdorv<strong>en</strong> leerstelling<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> predikt<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> gierigheid <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>loosheid van hun praktijk<strong>en</strong>, achtt<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> het e<strong>en</strong> eer om aan zijn<br />
zij<strong>de</strong> te staan. Tot hiertoe had Huss alle<strong>en</strong> gestaan in zijn arbeid; maar nu nam<br />
Jérome, die, terwijl hij in Engeland was, <strong>de</strong> lering<strong>en</strong> van Wycliffe had aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, aan<br />
het hervormingswerk <strong>de</strong>el. Deze twee war<strong>en</strong> van nu aan ver<strong>en</strong>igd in hun lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
dood zoud<strong>en</strong> ze niet gescheid<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Jérome bezat in hoge mate e<strong>en</strong> schitter<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>ie,<br />
welsprek<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> geleerdheid — gav<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gunst van het volk winn<strong>en</strong> — maar Huss<br />
stond bov<strong>en</strong> hem in die eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> ware kracht van het karakter uitmak<strong>en</strong>.<br />
Zijn kalm oor<strong>de</strong>el hield <strong>de</strong> drijv<strong>en</strong><strong>de</strong> geest van Jérome in toom, die met ware ne<strong>de</strong>righeid<br />
66
zijn waar<strong>de</strong> erk<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> aan zijn raadgeving<strong>en</strong> gehoor gaf. On<strong>de</strong>r hun ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> arbeid<br />
breid<strong>de</strong> <strong>de</strong> hervorming zich sneller uit.<br />
God besche<strong>en</strong> het verstand van <strong>de</strong>ze uitverkor<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> met hel<strong>de</strong>r licht, <strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong><br />
hun vele van <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van Rome; toch ontving<strong>en</strong> ze niet al het licht, dat aan <strong>de</strong> wereld<br />
moest gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong>ze Zijn di<strong>en</strong>sknecht<strong>en</strong> bracht God het volk uit <strong>de</strong> duisternis<br />
van het Roomse stelsel; maar ze moest<strong>en</strong> nog vele <strong>en</strong> grote hin<strong>de</strong>rpal<strong>en</strong> ontmoet<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Hij<br />
leid<strong>de</strong> h<strong>en</strong> van stap tot stap ver<strong>de</strong>r, naardat ze het kond<strong>en</strong> verdrag<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> niet gereed<br />
om al het licht tegelijk te ontvang<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> volle glans van <strong>de</strong> middagzon h<strong>en</strong>, die lang<br />
in duisternis gewoond hebb<strong>en</strong>, zich doet afker<strong>en</strong>, zo zou het ook met <strong>de</strong>z<strong>en</strong> gegaan zijn.<br />
Daarom op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> Hij het licht trapsgewijze aan <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs, naardat het volk het ontvang<strong>en</strong><br />
kon. Van eeuw tot eeuw zoud<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re getrouwe werkers volg<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> nog ver<strong>de</strong>r<br />
te leid<strong>en</strong> op het pad van <strong>de</strong> hervorming.<br />
De scheuring in <strong>de</strong> kerk bleef voortdur<strong>en</strong>. Drie paus<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> naar <strong>de</strong><br />
opperheerschappij, <strong>en</strong> hun strijd vervul<strong>de</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid met misdaad <strong>en</strong> onrust. Niet<br />
tevred<strong>en</strong> met het uitsprek<strong>en</strong> van banvloek<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> toevlucht tot wereldlike wap<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Elke<strong>en</strong> beijver<strong>de</strong> zich om wap<strong>en</strong><strong>en</strong> te kop<strong>en</strong> <strong>en</strong> soldat<strong>en</strong> aan te werv<strong>en</strong>. Natuurlik moest er<br />
geld zijn; <strong>en</strong> om dit te verkrijg<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> al <strong>de</strong> begiftiging<strong>en</strong>, ambt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
kerk te koop aangebod<strong>en</strong>. Ook <strong>de</strong> priesters, die hun meer<strong>de</strong>r<strong>en</strong> volgd<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> toevlucht<br />
tot simonie <strong>en</strong> oorlog om hun me<strong>de</strong>dingers te verne<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> macht te versterk<strong>en</strong>.<br />
Met dageliks to<strong>en</strong>em<strong>en</strong><strong>de</strong> vrijmoedigheid woed<strong>de</strong> Huss teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> gruwel<strong>en</strong>, die in naam van<br />
<strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st toegelat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> het volk klaag<strong>de</strong> <strong>de</strong> Roomse hoofd<strong>en</strong> op<strong>en</strong>lik aan als <strong>de</strong><br />
oorzaak van <strong>de</strong> onheil<strong>en</strong>, die er over <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid losbrak<strong>en</strong>.<br />
Opnieuw sche<strong>en</strong> <strong>de</strong> stad Praag op het punt van in e<strong>en</strong> bloedige strijd gewikkeld te<br />
word<strong>en</strong>. Gelijk in vroegere tijd<strong>en</strong> werd Gods di<strong>en</strong>stknecht aangeklaagd als “die beroer<strong>de</strong>r<br />
van Israël.” De stad werd opnieuw in <strong>de</strong> ban gedaan, <strong>en</strong> Huss trok zich naar zijn<br />
geboorteplaats terug. Het getuig<strong>en</strong>is, dat hij zo getrouw had afgelegd in zijn gelief<strong>de</strong> kapel<br />
van Bethlehem, was t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>. Hij moest op e<strong>en</strong> ruimer toneel, t<strong>en</strong> aanhor<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gehele<br />
Christ<strong>en</strong>heid sprek<strong>en</strong>, v——rdat hij zijn lev<strong>en</strong> zou aflegg<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> getuige voor <strong>de</strong><br />
waarheid. Om <strong>de</strong> onheil<strong>en</strong> te herstell<strong>en</strong>, die Europa verscheurd<strong>en</strong>, werd er eep algeme<strong>en</strong><br />
koncilie te Constance sam<strong>en</strong>geroep<strong>en</strong>. De raadsverga<strong>de</strong>ring werd op <strong>de</strong> w<strong>en</strong>s van keizer<br />
Sigismund door e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> drie wedijver<strong>en</strong><strong>de</strong> paus<strong>en</strong>, Johannes XXIII., belegd. De eis om<br />
e<strong>en</strong> koncilie was verre van welkom geweest aan Paus Johannes, wi<strong>en</strong>s karakter <strong>en</strong><br />
gedragslijn nauweliks on<strong>de</strong>rzoek kond<strong>en</strong> verdrag<strong>en</strong>, zelfs niet van prelat<strong>en</strong>, zo los van zed<strong>en</strong><br />
als <strong>de</strong> geestelik<strong>en</strong> van die dag<strong>en</strong>. Hij durf<strong>de</strong> zich echter niet teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> wil van Sigismund<br />
verzett<strong>en</strong>.1<br />
Het voornaamste doel, dat het koncilie zich voorstel<strong>de</strong>, was het hel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> scheuring<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> kerk, <strong>en</strong> het uitroei<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ketterij. Vandaar dat <strong>de</strong> twee me<strong>de</strong>ding<strong>en</strong><strong>de</strong> paus<strong>en</strong>,<br />
zowel als <strong>de</strong> voornaamste voorstan<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> nieuwe m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, Johannes Huss, opgeroep<strong>en</strong><br />
67
werd<strong>en</strong>, om ervoor te verschijn<strong>en</strong>. De eerst<strong>en</strong>, die hun persoonlike veiligheid op prijs<br />
steld<strong>en</strong>, versch<strong>en</strong><strong>en</strong> niet in persoon, maar werd<strong>en</strong> door hun afgevaardigd<strong>en</strong><br />
verteg<strong>en</strong>woordigd. Paus Johannes, ofschoon schijnbaar <strong>de</strong> belegger van het koncilie, ging er<br />
met duistere voorgevoel<strong>en</strong>s he<strong>en</strong>, daar hij vermoed<strong>de</strong>, dat het geheime doel van <strong>de</strong> keizer<br />
was, hem af te zett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrees<strong>de</strong>, dat hij tot verantwoording geroep<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> drievoudige kroon onteerd had, zowel als voor <strong>de</strong> misdad<strong>en</strong>, door<br />
welke hij die had verkreg<strong>en</strong>. Toch <strong>de</strong>ed hij zijn intocht in <strong>de</strong> stad Constance met grote praal,<br />
vergezeld van geestelik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hoogste rang, <strong>en</strong> door e<strong>en</strong> stoet van hoveling<strong>en</strong> gevolgd.<br />
Al <strong>de</strong> geestelik<strong>en</strong> <strong>en</strong> waardigheidsbekle<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> stad, met e<strong>en</strong> grote m<strong>en</strong>igte burgers,<br />
ging<strong>en</strong> uit om hem te verwelkom<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong> zijn hoofd was e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> hemel, door vier van<br />
<strong>de</strong> voornaamste magistrat<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong>. De hostie werd v——r hem uitgedrag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> rijke<br />
kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kardinal<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> indrukwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> vertoning.<br />
On<strong>de</strong>rwijl na<strong>de</strong>r<strong>de</strong> e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re reiziger Constance. Huss was zich bewust van <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong>,<br />
die hem dreigd<strong>en</strong>. Hij nam afscheid van zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, alsof hij h<strong>en</strong> nooit weer zou<br />
ontmoet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aanvaard<strong>de</strong> zijn reis, gevoel<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat die hem naar <strong>de</strong> brandstapel zou leid<strong>en</strong>.<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> hij e<strong>en</strong> vrijgelei<strong>de</strong> van <strong>de</strong> koning van Bohem<strong>en</strong> had gekreg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij er<br />
ook e<strong>en</strong> ontving van keizer Sigismund, terwijl hij op reis was, regel<strong>de</strong> hij zijn zak<strong>en</strong> met het<br />
oog op <strong>de</strong> waarschijnlikheid van zijn dood.<br />
In e<strong>en</strong> brief aan zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te Praag schreef hij: “Ik vertrek, mijn broe<strong>de</strong>rs, met e<strong>en</strong><br />
vrijgelei<strong>de</strong> van <strong>de</strong> koning, om mijn talrijke <strong>en</strong> do<strong>de</strong>like vijand<strong>en</strong> te gaan ontmoet<strong>en</strong>. . . . Ik<br />
vertrouw volkom<strong>en</strong> op <strong>de</strong> almachtige God, op mijn Heiland; ik vertrouw, dat Hij uw vurige<br />
gebed<strong>en</strong> zal verhor<strong>en</strong>; dat Hij Zijn voorzichtigheid <strong>en</strong> wijsheid in mijn mond zal legg<strong>en</strong>,<br />
opdat ik h<strong>en</strong> zal kunn<strong>en</strong> weerstaan; <strong>en</strong> dat Hij me Zijn <strong>Heilig</strong>e Geest zal sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> om me te<br />
sterk<strong>en</strong> in Zijn waarheid, zodat ik met moed verleiding<strong>en</strong>, gevang<strong>en</strong>is, <strong>en</strong>, zo nodig, e<strong>en</strong><br />
wre<strong>de</strong> dood in het aangezicht zal kunn<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>. Jezus Christus<br />
leed voor Zijn veelgeliefd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zou het ons dan verwon<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, dat Hij ons Zijn<br />
voorbeeld heeft nagelat<strong>en</strong>, opdat we met geduld alles zoud<strong>en</strong> verdrag<strong>en</strong> voor onze eig<strong>en</strong><br />
zaligheid? Hij is God, <strong>en</strong> wij zijn Zijn schepsel<strong>en</strong>; Hij is <strong>de</strong> Meester, <strong>en</strong> wij zijn Zijn<br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>; Hij is <strong>de</strong> Heer van <strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> wij zijn Zijn veraehtelike sterveling<strong>en</strong>: —<br />
toch leed Hij! Waarom dan zoud<strong>en</strong> wij ook niet lijd<strong>en</strong>, vo—rname- lik wanneer het lijd<strong>en</strong><br />
reiniging voor ons betek<strong>en</strong>t? Daarom, geliefd<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> mijn dood Hem zou moet<strong>en</strong><br />
verheerlik<strong>en</strong>, bidt dan, dat die spoedig moge kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer me moge in staat stell<strong>en</strong>, al<br />
mijn ramp<strong>en</strong> met standvastigheid te verdur<strong>en</strong>. Maar als het beter zal zijn, dat ik tot u<br />
terugkeer, lat<strong>en</strong> we dan God bidd<strong>en</strong>, dat ik terugker<strong>en</strong> moge zon<strong>de</strong>r blaam,— dat is, dat ik<br />
ge<strong>en</strong> tittel van <strong>de</strong> waarheid van het evangelie moge on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>, opdat ik mijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> goed voorbeeld ter navolging achterlate. Ge zult <strong>de</strong>rhalve mijn aangezicht waarschijnlik<br />
nooit meer te Praag aanschouw<strong>en</strong>; maar zou <strong>de</strong> wil van God Almachtig het goedacht<strong>en</strong>, me<br />
aan u terug te gev<strong>en</strong>, laat ons dan met e<strong>en</strong> vaster hart to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> in <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong><br />
tot Zijn wet.”<br />
68
In e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re brief aan e<strong>en</strong> priester, die e<strong>en</strong> volgeling van het evangelie geword<strong>en</strong> was,<br />
sprak Huss met diepe ne<strong>de</strong>righeid over zijn eig<strong>en</strong> dwaling<strong>en</strong>, zichzelf aanklag<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat het<br />
hem g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> verschaft had, rijke kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te drag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij ur<strong>en</strong> verspild had met ij<strong>de</strong>le<br />
arbeid. Hieraan voeg<strong>de</strong> hij <strong>de</strong>ze treff<strong>en</strong><strong>de</strong> vermaning<strong>en</strong> toe: “Mog<strong>en</strong> <strong>de</strong> heerlikheid Gods <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> redding van ziel<strong>en</strong> uw gedacht<strong>en</strong> bezighoud<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet het bezit van kerkelike ambt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
goe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Wacht u van uw huis meer te versier<strong>en</strong> dan uw ziel; <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>al, draag zorg voor<br />
het geestelik gebouw. Wees vroom <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rig bij <strong>de</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verteer uw vermog<strong>en</strong> niet<br />
met feestvier<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> ge uw lev<strong>en</strong> niet verbetert, <strong>en</strong> u van overdaad onthoudt, vrees ik, dat<br />
ge str<strong>en</strong>g gestraft zult word<strong>en</strong>, gelijk ikzelf. ... Ge k<strong>en</strong>t mijn leer, want ge hebt mijn<br />
on<strong>de</strong>rricht ontvang<strong>en</strong> van uw kindsheid aan; daarom is het nutteloos voor mij om u nog<br />
ver<strong>de</strong>r te schrijv<strong>en</strong>. Maar ik bezweer u bij <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> van onze Heer, dat ge mij niet navolgt<br />
in e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ij<strong>de</strong>lhed<strong>en</strong>, waarin ge mij hebt zi<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>.” Op het koevert van <strong>de</strong> brief<br />
voeg<strong>de</strong> hij er aan toe: “Ik bezweer u, mijn vri<strong>en</strong>d, dit zegel niet te verbrek<strong>en</strong>, tot ge <strong>de</strong><br />
zekerheid zult ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, dat ik dood b<strong>en</strong>.”<br />
Op zijn reis ontving Huss overal blijk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verspreiding van zijn leerstelling<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
het welgevall<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong> zijn zaak werd beschouwd. Het volk liep tezam<strong>en</strong> om hem te<br />
zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in sommige sted<strong>en</strong> begeleidd<strong>en</strong> <strong>de</strong> overhed<strong>en</strong> hem door hun strat<strong>en</strong>. Te Constance<br />
aangekom<strong>en</strong> werd aan Huss volle vrijheid toegestaan. Aan het vrijgelei<strong>de</strong> van <strong>de</strong> keizer<br />
werd e<strong>en</strong> per- soonlike verzekering van bescherming door <strong>de</strong> paus toege- voegd. Doch met<br />
sch<strong>en</strong>ding van <strong>de</strong>ze plechtige <strong>en</strong> herhaal<strong>de</strong> verzekering<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> hervormer kort daarna in<br />
hecht<strong>en</strong>is g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> op last van <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> <strong>de</strong> kardinal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> af- schuwelike<br />
gevang<strong>en</strong>is geworp<strong>en</strong>. Later werd hij naar e<strong>en</strong> sterk kasteel aan <strong>de</strong> overkant van <strong>de</strong> Rijn<br />
overgebracht, <strong>en</strong> daar als gevang<strong>en</strong>e bewaard. De paus echter trok weinig voor<strong>de</strong>el van zijn<br />
verraad, want hijzelf werd spoedig daarop in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is opgeslot<strong>en</strong>. Hij was door<br />
het kon cilie schuldig bevond<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> laagste misdad<strong>en</strong>, behalve moord, simonie, <strong>en</strong><br />
overspel, “zond<strong>en</strong>, die niet g<strong>en</strong>oemd kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.” Dit verklaar<strong>de</strong> het koncilie zelf; <strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong>lik werd <strong>de</strong> drievoudige kroon van hem afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is geworp<strong>en</strong>.<br />
De me<strong>de</strong>ding<strong>en</strong><strong>de</strong> paus<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s afgezet, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuwe paus gekoz<strong>en</strong>.<br />
Ofschoon <strong>de</strong> paus zelf zich aan grotere misdad<strong>en</strong> had schuldig gemaakt, dan waarvan<br />
Huss <strong>de</strong> priesters ooit had beschuldigd, <strong>en</strong> voor welke hij e<strong>en</strong> hervorming had geëist, ging<br />
hetzelf<strong>de</strong> koncilie, dat <strong>de</strong> paus onteerd had, over tot vernietiging van <strong>de</strong> hervormer. De<br />
gevang<strong>en</strong>zetting van Huss veroorzaakte grote verontwaardiging in Bohem<strong>en</strong>. Invloedrijke<br />
e<strong>de</strong>llied<strong>en</strong> w<strong>en</strong>dd<strong>en</strong> zich tot het koncilie met ernstige protest<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze gruwel. De keizer,<br />
die <strong>de</strong> sch<strong>en</strong>ding van e<strong>en</strong> vrijgelei<strong>de</strong> ongaarne gedoog<strong>de</strong>, verzette zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> wijze,<br />
waarop met hem gehan<strong>de</strong>ld werd. Maar <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervor mer war<strong>en</strong> kwaadaardig<br />
<strong>en</strong> t<strong>en</strong> volle beslot<strong>en</strong>. Ze beriep<strong>en</strong> zich op <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> keizer, op zijn vrees, op<br />
zijn ijver voor <strong>de</strong> kerk. Ze leverd<strong>en</strong> langgerekte argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om te bewijz<strong>en</strong>, dat “beloft<strong>en</strong><br />
aan ketters, of aan person<strong>en</strong> van ketterij verdacht, niet behor<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, zelfs al<br />
69
zijn ze voorzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vrijgelei<strong>de</strong> van <strong>de</strong> keizer <strong>en</strong> koning<strong>en</strong>.” Op <strong>de</strong>ze wijze bereikt<strong>en</strong> ze<br />
hun doel.<br />
Verzwakt door ziekte <strong>en</strong> opsluiting,— want <strong>de</strong> vochtige, bedorv<strong>en</strong> lucht in zijn kerker<br />
veroorzaakte e<strong>en</strong> koorst, die hem bijna het lev<strong>en</strong> kostte — werd Huss ein<strong>de</strong>lik voor het<br />
koncilie gebracht. Met ket<strong>en</strong><strong>en</strong> belad<strong>en</strong> stond hij in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> keizer, die<br />
zijn eer <strong>en</strong> trouw verpand had, om hem te bescherm<strong>en</strong>. Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> zijn lange verhoor stond<br />
hij pal voor <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> van Kerk <strong>en</strong><br />
Staat protesteer<strong>de</strong> hij ernstig <strong>en</strong> getrouw teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> verdorv<strong>en</strong>heid van <strong>de</strong> priesterschap. To<strong>en</strong><br />
er van hem geëist werd, te kiez<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> het herroep<strong>en</strong> van zijn leerstelling<strong>en</strong> of <strong>de</strong> dood,<br />
koos hij het lot van <strong>de</strong> martelaar.<br />
Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> hield hem staan<strong>de</strong>. Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> wek<strong>en</strong> van lijd<strong>en</strong>, die er verliep<strong>en</strong> v——r<br />
zijn vonnis uitgevoerd werd, vervul<strong>de</strong> <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>de</strong>s hemels zijn ziel. “Ik schrijf <strong>de</strong>ze brief,”<br />
schreef hij aan e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d, “in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is, met mijn geboei<strong>de</strong> hand, <strong>en</strong> verwacht morg<strong>en</strong><br />
mijn doodvonnis. Wanneer wij, door <strong>de</strong> tuss<strong>en</strong>komst van Jezus Christus, elkan<strong>de</strong>r we<strong>de</strong>r<br />
zull<strong>en</strong> ontmoet<strong>en</strong> in <strong>de</strong> heerlike vre<strong>de</strong> van het toekomstige lev<strong>en</strong>, zult ge wet<strong>en</strong>, hoe g<strong>en</strong>adig<br />
God zich over mij bewez<strong>en</strong> heeft — hoe krachtig Hij me heeft on<strong>de</strong>rsteund te midd<strong>en</strong> van<br />
verleiding<strong>en</strong> <strong>en</strong> beproeving<strong>en</strong>.”<br />
In <strong>de</strong> duisternis van zijn gevang<strong>en</strong>is voorzag hij <strong>de</strong> zegepraal van het ware geloof. In zijn<br />
drom<strong>en</strong> teruggaan<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> kapel te Praag, waar hij het evangelie verkondigd had, zag hij<br />
<strong>de</strong> paus <strong>en</strong> zijn bisschopp<strong>en</strong> <strong>de</strong> afbeelding<strong>en</strong> van Christus uitwiss<strong>en</strong>, die hij op <strong>de</strong> mur<strong>en</strong><br />
geschil<strong>de</strong>rd had. “Hij was diep bewog<strong>en</strong> door dit gezicht: maar <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag verkeer<strong>de</strong><br />
zijn droefheid in vreug<strong>de</strong>, daar hij vele kunst<strong>en</strong>aars zag kom<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> afbeelding<strong>en</strong><br />
vernieuwd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat in groter getal <strong>en</strong> hel<strong>de</strong>rkleurige verv<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> hun werk voleindigd was,<br />
riep<strong>en</strong> <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs tot <strong>de</strong> grote schare, die zich rondom h<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>rd had: ‘Lat<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> bisschopp<strong>en</strong> nu maar kom<strong>en</strong>! Nooit zull<strong>en</strong> ze <strong>de</strong>ze meer uitwiss<strong>en</strong>.’ ” De hervormer<br />
sprak, to<strong>en</strong> hij zijn droom verhaal<strong>de</strong>: “Ik b<strong>en</strong> er zeker van, dat het beeld van Christus nooit<br />
zal uitgewist word<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> het w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uit te roei<strong>en</strong>, maar het zal opnieuw op <strong>de</strong><br />
hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gegrift word<strong>en</strong> door veel betere predikers dan ik geweest b<strong>en</strong>.”<br />
Voor <strong>de</strong> laatste maal werd Huss voor het koncilie gebracht. Het was e<strong>en</strong> grote <strong>en</strong><br />
schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring,— <strong>de</strong> keizer, <strong>de</strong> prins<strong>en</strong> van het rijk, <strong>en</strong> <strong>de</strong> koninklike<br />
afgevaardigd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> kardinal<strong>en</strong>, bisschopp<strong>en</strong>, priesters, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ontzaglike m<strong>en</strong>igte, die<br />
sam<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> was om <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag bij te won<strong>en</strong>. Uit alle <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong>heid war<strong>en</strong> er getuig<strong>en</strong> bije<strong>en</strong> van dit eerste grote offer in <strong>de</strong> lange strijd, waardoor<br />
er vrijheid van gewet<strong>en</strong> moest word<strong>en</strong> verzekerd. Opgeroep<strong>en</strong> om zijn eindbesluit te do<strong>en</strong><br />
hor<strong>en</strong>, verklaar<strong>de</strong> Huss, dat hij weiger<strong>de</strong> af te zwer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn doordring<strong>en</strong><strong>de</strong> blik op <strong>de</strong><br />
keizer vestig<strong>en</strong>d, wi<strong>en</strong>s gegev<strong>en</strong> woord zo schan<strong>de</strong>lik geschond<strong>en</strong> was, verklaar<strong>de</strong> hij: “Uit<br />
vrije wil besloot ik voor dit koncilie te verschijn<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> publieke bescherming <strong>en</strong><br />
70
elofte van <strong>de</strong> keizer, hier teg<strong>en</strong>woordig.” Het gelaat van Sigismund kleur<strong>de</strong> zich<br />
donkerrood, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> og<strong>en</strong> van all<strong>en</strong> in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring zich op hem vestigd<strong>en</strong>.<br />
Nadat het vonnis uitgesprok<strong>en</strong> was, begon <strong>de</strong> plechtigheid van <strong>de</strong> ontering. De<br />
bisschopp<strong>en</strong> bekleedd<strong>en</strong> hun gevang<strong>en</strong>e met e<strong>en</strong> priestermantel, <strong>en</strong> to<strong>en</strong> hij dit priesterlik<br />
gewaad aan<strong>de</strong>ed, sprak hij: “Onze Heer Jezus Christus werd e<strong>en</strong> wit kleed aangedaan om<br />
Hem te hon<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> Herodus Hem v——r Pilatus voer<strong>de</strong>.” To<strong>en</strong> hij we<strong>de</strong>rom aangemaand<br />
werd om terug te trekk<strong>en</strong>, antwoord<strong>de</strong> hij, zich naar het volk ker<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Hoe zou ik dan <strong>de</strong><br />
hemel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>? Hoe zou ik mijn aangezicht kunn<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> schar<strong>en</strong> van<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, aan wie ik het reine evangelie gepredikt heb? Ne<strong>en</strong>; ik acht hun zaligheid meer dan<br />
dit arme lichaam, dat nu t<strong>en</strong> do<strong>de</strong> bestemd is.” De kledingstukk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />
afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re bisschop sprak e<strong>en</strong> vloek uit, terwijl hij zijn <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> plechtigheid<br />
uitvoer<strong>de</strong>. T<strong>en</strong> slotte werd er e<strong>en</strong> hoed of puntig gevorm<strong>de</strong> papier<strong>en</strong> mijter op zijn hoofd<br />
gezet, waarop vreselike figur<strong>en</strong> van duivels geschil<strong>de</strong>rd war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die tot opschrift droeg:<br />
“De Aartsketter.” “Met blijdschap zal ik <strong>de</strong>ze kroon <strong>de</strong>r schan<strong>de</strong> drag<strong>en</strong> om Uw<strong>en</strong>twil, o<br />
Heer Jezus, die voor mij e<strong>en</strong> doornekroon gedrag<strong>en</strong> hebt”, sprak hij.<br />
Op die wijze uitgedost, “zeid<strong>en</strong> <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong>: ‘Nu gev<strong>en</strong> we uw ziel aan <strong>de</strong> duivel over.’<br />
‘En ik’, zei Johannes Huss, opzi<strong>en</strong><strong>de</strong> naar <strong>de</strong> hemel, ‘bevel mijn geest in Uw hand<strong>en</strong>, o Heer<br />
Jezus, want Gij hebt mij verlost.’ “ Hij werd tans aan <strong>de</strong> wereldlike macht overgegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
naar <strong>de</strong> plaats van terechtstelling weggeleid. E<strong>en</strong> ontzaglike optocht volg<strong>de</strong>, hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong><br />
krijgslied<strong>en</strong>, priesters <strong>en</strong> bisschopp<strong>en</strong> in hun kostbare kleding, <strong>en</strong> <strong>de</strong> inwoners van<br />
Constance. To<strong>en</strong> hij aan <strong>de</strong> paal was gebond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alles gereed was om het vuur aan te<br />
stek<strong>en</strong>, werd <strong>de</strong> martelaar nog e<strong>en</strong>maal vermaand om zich te redd<strong>en</strong> door zijn dwaling<strong>en</strong> af<br />
te zwer<strong>en</strong>. “Welke dwaling<strong>en</strong>,” zei Huss, “zal ik herroep<strong>en</strong>? Ik weet niet, dat ik er aan één<br />
schuldig b<strong>en</strong>. Ik roep God tot getuige, dat al wat ik geschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> gepredikt heb, geweest is<br />
met het doel om ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> het ver<strong>de</strong>rf te redd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> daarom zal ik met<br />
blijdschap die waarheid, die ik geschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> gepredikt heb, met mijn bloed bezegel<strong>en</strong>.”<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> om hem he<strong>en</strong> flikkerd<strong>en</strong>, begon hij te zing<strong>en</strong>: “Jezus, gij Zone Davids,<br />
ontferm u mijner,” <strong>en</strong> hield daarme<strong>de</strong> aan, totdat zijn stem voor altijd gestild was. Zelfs zijn<br />
vijand<strong>en</strong> war<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> door zijn heldhaftig gedrag. E<strong>en</strong> ijverig pausgezin<strong>de</strong> sprak, <strong>de</strong><br />
marteldood van Huss <strong>en</strong> die van Jérome, die kort daarop volg<strong>de</strong>, beschrijv<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Beid<strong>en</strong><br />
blev<strong>en</strong> standvastig van ziel, to<strong>en</strong> hun laatste uur na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Ze bereidd<strong>en</strong> zich voor het vuur,<br />
alsof ze naar e<strong>en</strong> bruiloft ging<strong>en</strong>. Ze uitt<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele smartkreet. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong><br />
opsteg<strong>en</strong>, begonn<strong>en</strong> ze gezang<strong>en</strong> te zing<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> hevigheid van het vuur kon nauweliks e<strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong> mak<strong>en</strong> aan hun gezang.”<br />
To<strong>en</strong> het lichaam van Huss geheel verteerd was, werd zijn as met <strong>de</strong> grond, waarop hij<br />
lag, verzameld <strong>en</strong> in <strong>de</strong> Rijn geworp<strong>en</strong>, om alzo naar <strong>de</strong> Oceaan af te drijv<strong>en</strong>. Zijn<br />
vervolgers verbeeldd<strong>en</strong> zich in hun opgeblaz<strong>en</strong>heid, dat ze <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die hij had<br />
gepredikt, uitgeroeid hadd<strong>en</strong>. Weinig vermoedd<strong>en</strong> ze dat <strong>de</strong> as, welke die dag naar <strong>de</strong> zee<br />
71
werd afgevoerd, zou zijn als zaad, in al <strong>de</strong> land<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gestrooid; <strong>en</strong> dat hij in<br />
onbek<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> overvloedig vrucht<strong>en</strong> zou drag<strong>en</strong> als getuig<strong>en</strong>is voor <strong>de</strong> waarheid. De<br />
stem, die in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>rzaal te Constance gesprok<strong>en</strong> had, verwekte e<strong>en</strong> weerklank, die door<br />
al <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> gehoord zou word<strong>en</strong>. Huss was niet meer; maar <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>,<br />
waar hij zijn lev<strong>en</strong> voor gegev<strong>en</strong> had, kond<strong>en</strong> nooit uitgeroeid word<strong>en</strong>. Zijn voorbeeld van<br />
geloof <strong>en</strong> standvastigheid zou schar<strong>en</strong> van volgeling<strong>en</strong> bemoedig<strong>en</strong> om pal te staan voor <strong>de</strong><br />
waarheid, al wachtt<strong>en</strong> hun marteling <strong>en</strong> dood. Zijn terechtstelling had aan <strong>de</strong> gehele wereld<br />
<strong>de</strong> schan<strong>de</strong>like wreedheid van Rome t<strong>en</strong> toon gesteld. De vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid hadd<strong>en</strong><br />
onbewust <strong>de</strong> zaak bevoor<strong>de</strong>eld, die ze tevergeefs trachtt<strong>en</strong> te niet te do<strong>en</strong>.<br />
Er moest nog e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> brandstapel te Constance opgericht word<strong>en</strong>. Het bloed van e<strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>re getuige zou nog ter wille van <strong>de</strong> waarheid vloei<strong>en</strong>. Jérome had bij het afscheid<br />
nem<strong>en</strong> van Huss, to<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze naar het koncilie vertrok, hem aangemaand om moedig <strong>en</strong><br />
standvastig te zijn, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat indi<strong>en</strong> hij in gevaar zou gerak<strong>en</strong>, hijzelf zich zou haast<strong>en</strong><br />
om hem te hulp te kom<strong>en</strong>. Zodra hij van <strong>de</strong> inhecht<strong>en</strong>isneming van <strong>de</strong> hervormer hoor<strong>de</strong>,<br />
maakte <strong>de</strong> getrouwe leerling zich gereed om zijn belofte na te kom<strong>en</strong>. Zon<strong>de</strong>r vrijgelei<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
met slechts één reisg<strong>en</strong>oot begaf hij zich naar Constance op weg. Daar aankom<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
bemerkte hij, dat hij zich slechts aan gevaar had blootgesteld, zon<strong>de</strong>r dat het hem mogelik<br />
was, iets tot bevrijding van Huss te do<strong>en</strong>. Hij vluchtte uit <strong>de</strong> stad, maar werd op <strong>de</strong> terugreis<br />
gevang<strong>en</strong>, met ket<strong>en</strong><strong>en</strong> belad<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r bewaring van e<strong>en</strong> troep soldat<strong>en</strong> teruggebracht.<br />
Bij zijn eerste verschijning voor het koncilie werd<strong>en</strong> zijn poging<strong>en</strong> om te antwoord<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
beschuldiging<strong>en</strong>, welke teg<strong>en</strong> hem ingebracht werd<strong>en</strong>, ontmoet met <strong>de</strong> kret<strong>en</strong>: “Naar <strong>de</strong><br />
brandstapel!” Hij werd in e<strong>en</strong> kerker geworp<strong>en</strong>, in e<strong>en</strong> houding geket<strong>en</strong>d, die hem zeer veel<br />
pijn veroorzaakte, <strong>en</strong> op brood <strong>en</strong> water gevoed. Na <strong>en</strong>ige maand<strong>en</strong> kreeg Jérome t<strong>en</strong><br />
gevolge van <strong>de</strong> wreedhed<strong>en</strong> van zijn opsluiting e<strong>en</strong> ziekte, die zijn lev<strong>en</strong> bedreig<strong>de</strong>; <strong>en</strong> zijn<br />
vijand<strong>en</strong>, vrez<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hij aan hun hand<strong>en</strong> zou ontkom<strong>en</strong>, behan<strong>de</strong>ld<strong>en</strong> hem met min<strong>de</strong>r<br />
hardheid, ofschoon hij e<strong>en</strong> jaar lang in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is bleef.<br />
De dood van Huss had niet het gevolg gehad, dat <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gehoopt. De<br />
sch<strong>en</strong>ding van het vrijgelei<strong>de</strong> had e<strong>en</strong> storm van verontwaardiging verwekt, <strong>en</strong> het koncilie<br />
achtte het veiliger, in plaats van Jérome te verbrand<strong>en</strong>, hem zo mogelik tot herroeping te<br />
dwing<strong>en</strong>. Hij werd voor <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring gebracht, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> gaf hem <strong>de</strong> keus tuss<strong>en</strong> herroep<strong>en</strong>,<br />
of op <strong>de</strong> brandstapel te sterv<strong>en</strong>. De dood zou bij het begin van zijn gevang<strong>en</strong>schap g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
geweest zijn, in vergelijk van het vreselike lijd<strong>en</strong>, dat hij had on<strong>de</strong>rgaan; maar nu door<br />
ziekte, door <strong>de</strong> ontbering<strong>en</strong> van zijn gevang<strong>en</strong>schap, <strong>en</strong> <strong>de</strong> marteling van angst <strong>en</strong> spanning<br />
verzwakt, van zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ontmoedigd door <strong>de</strong> dood van Huss, begav<strong>en</strong><br />
Jérome <strong>de</strong> kracht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij stem<strong>de</strong> erin toe, zich aan het kon- eilie te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. Hij<br />
beloof<strong>de</strong> zich vast te zull<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> aan het Katholieke geloof, <strong>en</strong> keur<strong>de</strong> <strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>ling<br />
van <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> van Wycliffe <strong>en</strong> Huss door het koncilie goed, <strong>de</strong> “heilige waarhed<strong>en</strong>”<br />
die ze on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, echter uitgezon<strong>de</strong>rd.<br />
72
Door dit mid<strong>de</strong>l trachtte Jérome <strong>de</strong> stem van zijn gewet<strong>en</strong> te still<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan zijn oor<strong>de</strong>el te<br />
ontkom<strong>en</strong>, doch in <strong>de</strong> stilte van zijn gevang<strong>en</strong>is zag hij dui<strong>de</strong>lik in, wat hij gedaan had. Hij<br />
dacht aan <strong>de</strong> moed <strong>en</strong> <strong>de</strong> trouw van Huss, <strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>stelling daarvan peins<strong>de</strong> hij over zijn<br />
eig<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>ning van <strong>de</strong> waarheid. Hij dacht aan <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like Meester, die hij beloofd had<br />
te zull<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> Die om zijn<strong>en</strong>twil <strong>de</strong> dood <strong>de</strong>s kruises had on<strong>de</strong>rgaan. V——r zijn<br />
herroeping had hij te midd<strong>en</strong> van al zijn lijd<strong>en</strong> troost gevond<strong>en</strong> in <strong>de</strong> verzekering van Gods<br />
gunst; maar nu peinigd<strong>en</strong> berouw <strong>en</strong> twijfel zijn ziel. Hij wist, dat hij nog meer zou moet<strong>en</strong><br />
herroep<strong>en</strong>, eer hij met Rome vre<strong>de</strong> kon hebb<strong>en</strong>. Het pad, dat hij had ingeslag<strong>en</strong>, kon slechts<br />
op volkom<strong>en</strong> afval eindig<strong>en</strong>. Zijn besluit was g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>: om e<strong>en</strong> korte tijd van lijd<strong>en</strong> te<br />
ontkom<strong>en</strong>, zou hij zijn Heer niet verlooch<strong>en</strong><strong>en</strong>.Spoedig werd hij nogmaals voor het koncilie<br />
gebracht. Zijn on<strong>de</strong>rwerping had zijn rechters niet bevredigd. Hun bloeddorst, door <strong>de</strong> dood<br />
van Huss geprikkeld, eiste nieuwe slachtoffers. Alle<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> onvoorwaar<strong>de</strong>lik opgev<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> waarheid kon Jérome zijn lev<strong>en</strong> redd<strong>en</strong>. Maar hij was vast beslot<strong>en</strong>, zijn geloof te<br />
belijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn broe<strong>de</strong>r-martelaar naar <strong>de</strong> brandstapel te volg<strong>en</strong>.<br />
Hij trok zijn vorige herroeping terug, <strong>en</strong> verzocht als e<strong>en</strong> sterv<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hem e<strong>en</strong><br />
geleg<strong>en</strong>heid gegev<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> om zich te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>. De uitwerking van zijn woord<strong>en</strong><br />
vrez<strong>en</strong><strong>de</strong>, stond<strong>en</strong> <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong> erop, dat hij alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid van <strong>de</strong> beschuldiging<strong>en</strong>, die<br />
teg<strong>en</strong> hem ingebracht war<strong>en</strong>, zou bevestig<strong>en</strong> of ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Jérome protesteer<strong>de</strong> teg<strong>en</strong> zulk<br />
e<strong>en</strong> wreedheid <strong>en</strong> onrechtvaardigheid. “Ge hebt me drie hon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> veertig dag<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />
vreselike gevang<strong>en</strong>is opgeslot<strong>en</strong>”, zei hij, “in vuilheid, geraas, stank, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> allergrootste<br />
behoefte aan alles; nu stelt ge me v——r u, <strong>en</strong>, het oor l<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong> aan mijn doodvijand<strong>en</strong>,<br />
weigert ge me aan te hor<strong>en</strong>. . . . Indi<strong>en</strong> gij waarlik wijz<strong>en</strong> zijt, <strong>en</strong> licht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld,<br />
neemt u dan in acht, u niet teg<strong>en</strong> het recht te vergrijp<strong>en</strong>. Wat mij betreft, ik b<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong><br />
zwakke, sterveling; mijn lev<strong>en</strong> is slechts van weinig gewicht; <strong>en</strong> wanneer ik u waarschuw<br />
teg<strong>en</strong> het uitsprek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> onrechtvaardig vonnis, spreek ik min<strong>de</strong>r voor mijzelf dan wel<br />
voor u.”<br />
Aan zijn verzoek werd ein<strong>de</strong>lik voldaan. In <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van zijn rechters<br />
kniel<strong>de</strong> Jérome ne<strong>de</strong>r <strong>en</strong> bad, dat <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest beslag mocht legg<strong>en</strong> op zijn gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
woord<strong>en</strong>, opdat hij niets zou sprek<strong>en</strong>, dat niet overe<strong>en</strong>- komstig <strong>de</strong> waarheid, of zijn<br />
Meester onwaardig zijn zou. Aan hem werd die dag <strong>de</strong> belofte Gods aan <strong>de</strong> eerste discipel<strong>en</strong><br />
vervuld: “En gij zult voor stadhou<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> koning<strong>en</strong> geleid word<strong>en</strong>, om Mijn<strong>en</strong>twil; . . . Doch<br />
wanneer ze u overlever<strong>en</strong>, zo zult ge niet bezorgd zijn, hoe of wat ge sprek<strong>en</strong> zult: want het<br />
zal u in diezelve ure gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, wat ge sprek<strong>en</strong> zult. Want gij zijt het niet, die spreekt,<br />
maar het is <strong>de</strong> Geest van uw Va<strong>de</strong>r, die in u spreekt.”<br />
Jerome’s woord<strong>en</strong> verwekt<strong>en</strong> verbazing <strong>en</strong> bewon<strong>de</strong>ring, zelfs bij zijn vijand<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
geheel jaar lang was hij in e<strong>en</strong> kerker opgeslot<strong>en</strong> geweest, zon<strong>de</strong>r te kunn<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>, of zelfs<br />
te zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in grote lichaamspijn <strong>en</strong> zielsangst. Toch bracht hij zijn argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor met e<strong>en</strong><br />
hel<strong>de</strong>rheid <strong>en</strong> kracht, als had hij ongestoor<strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid voor studie gehad. Hij wees zijn<br />
hoor<strong>de</strong>rs op <strong>de</strong> lange reeks van heilig<strong>en</strong>, die veroor<strong>de</strong>eld war<strong>en</strong> door onrechtvaardige<br />
73
echtërs. In bijna ie<strong>de</strong>r geslacht war<strong>en</strong> er <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> geweest, die, terwijl ze <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van<br />
hun tijd trachtt<strong>en</strong> te verlicht<strong>en</strong>, misk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> verworp<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, maar van wie m<strong>en</strong> in latere<br />
tijd<strong>en</strong> had ingezi<strong>en</strong>, dat ze eer waardig war<strong>en</strong> geweest. Christus zelf was als e<strong>en</strong> boosdo<strong>en</strong>er<br />
veroor<strong>de</strong>eld door e<strong>en</strong> onrechtvaardige rechtbank.<br />
Bij zijn herroeping had Jérome in <strong>de</strong> rechtvaardigheid van het vonnis, dat Huss getroff<strong>en</strong><br />
had, toegestemd; nu sprak hij zijn berouw daarover uit, <strong>en</strong> getuig<strong>de</strong> van <strong>de</strong> onschuld <strong>en</strong><br />
heiligheid van <strong>de</strong> martelaar. “Ik heb Johannes Huss gek<strong>en</strong>d van zijn kindsheid af,” zei hij.<br />
“Hij was e<strong>en</strong> alleruitste- k<strong>en</strong>dst m<strong>en</strong>s, rechtvaardig <strong>en</strong> heilig; hij is veroor<strong>de</strong>eld geword<strong>en</strong><br />
ondanks zijn onschuld. ... Ik ook — ik b<strong>en</strong> bereid te sterv<strong>en</strong>. Ik zal niet terugschrikk<strong>en</strong> voor<br />
<strong>de</strong> marteling<strong>en</strong>, die me bereid zijn door mijn vijand<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> valse getuig<strong>en</strong>, welke e<strong>en</strong>maal<br />
rek<strong>en</strong>schap zull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> van hun verzinsel<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> grote God, wie niemand<br />
bedrieg<strong>en</strong> kan.”<br />
Met zelfverwijt over zijn eig<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>ning van <strong>de</strong> waarheid, vervolg<strong>de</strong> Jérome: “Van al<br />
<strong>de</strong> zond<strong>en</strong>, die ik sinds mijn kindsheid heb bedrev<strong>en</strong>, weegt er ge<strong>en</strong> zo zwaar op mij, <strong>en</strong><br />
veroorzaakt er ge<strong>en</strong> zulk vlijm<strong>en</strong>d berouw, als die ik bedrev<strong>en</strong> heb op <strong>de</strong>ze noodlottige plek,<br />
to<strong>en</strong> ik het onrechtvaardige vonnis over Wycliffe <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige martelaar,Johannes<br />
Huss,mijn meester <strong>en</strong> mijn vri<strong>en</strong>d,uitgesprok<strong>en</strong>, heb goedgekeurd. Ja, ik belijd het van<br />
ganser harte; <strong>en</strong> verklaar met afschuw, dat ik schan<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> moed verloor, to<strong>en</strong> ik door angst<br />
voor <strong>de</strong> dood hun leerstelling<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>el<strong>de</strong>. Daarom smeek ik . . . <strong>de</strong> Almachtige God, mij<br />
g<strong>en</strong>adig mijn zond<strong>en</strong> te vergev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het biezon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze <strong>en</strong>e, <strong>de</strong> gruwelikste van alle.” Op<br />
zijn rechters wijz<strong>en</strong><strong>de</strong>, sprak hij met vaste stem: “Gij hebt Wycliffe <strong>en</strong> Huss veroor<strong>de</strong>eld,<br />
niet omdat ze <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk schokt<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong>voudig omdat ze <strong>de</strong><br />
schanddad<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geestelikheid door afkeuring brandmerkt<strong>en</strong>,— hun praal, hun trots, <strong>en</strong><br />
al <strong>de</strong> misdad<strong>en</strong> van <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong> <strong>en</strong> priesters. De ding<strong>en</strong>, die zij verklaard hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die niet<br />
te ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zijn, d<strong>en</strong>k <strong>en</strong> verklaar ik zowel als zij.”<br />
Hier werd hij in <strong>de</strong> re<strong>de</strong> gevall<strong>en</strong>. De prelat<strong>en</strong> riep<strong>en</strong>, bev<strong>en</strong>d van woe<strong>de</strong>: “Hebb<strong>en</strong> we<br />
nog ver<strong>de</strong>r bewijs nodig?” “We zi<strong>en</strong> voor onze og<strong>en</strong> <strong>de</strong> hardnekkigste van alle ketters.” De<br />
storm niet acht<strong>en</strong>d riep Jérome uit: “Hoe! d<strong>en</strong>kt ge, dat ik bang b<strong>en</strong> om te sterv<strong>en</strong>? Ge hebt<br />
me e<strong>en</strong> gans jaar lang in e<strong>en</strong> vreselike kerker, schrikkeliker dan <strong>de</strong> dood zelf, gevang<strong>en</strong><br />
gehoud<strong>en</strong>. Ge hebt me met meer wreedheid behan<strong>de</strong>ld dan e<strong>en</strong> Turk, Jood, of Heid<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
mijn vlees is letterlik van mijn be<strong>en</strong><strong>de</strong>r<strong>en</strong> afgerot; <strong>en</strong> toch klaag ik niet, want klacht<strong>en</strong><br />
pass<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> man, die moed heeft; maar ik kan niet an<strong>de</strong>rs dan mijn verwon<strong>de</strong>ring te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />
gev<strong>en</strong> over zulk e<strong>en</strong> grote barbaarsheid, die m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong> aandoet.”<br />
We<strong>de</strong>rom brak <strong>de</strong> storm van woe<strong>de</strong> los, <strong>en</strong> Jérome werd in aller ijl naar <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is<br />
teruggevoerd. Toch war<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong> in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring, op wie zijn woord<strong>en</strong> e<strong>en</strong> diepe<br />
indruk gemaakt hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die zijn lev<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te spar<strong>en</strong>. Hij werd door hoge geestelik<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> kerk bezocht, <strong>en</strong> aangemaand om zich aan het koncilie te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. De<br />
schitter<strong>en</strong>dste voorstell<strong>en</strong> van beloning werd<strong>en</strong> hem gedaan, indi<strong>en</strong> hij wil<strong>de</strong> afzi<strong>en</strong> van zijn<br />
74
verzet teg<strong>en</strong> Rome. Maar gelijk zijn Meester, to<strong>en</strong> Hem <strong>de</strong> heerlikheid van <strong>de</strong> wereld werd<br />
aangebod<strong>en</strong>, bleef Jérome standvastig.<br />
“Bewijst me uit <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>, dat ik dwaal,” zei hij, “<strong>en</strong> ik zal afzwer<strong>en</strong>.”<br />
“De <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>?” riep e<strong>en</strong> van zijn verlei<strong>de</strong>rs uit, “moet alles volg<strong>en</strong>s die<br />
beoor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong>? Wie kan ze verstaan, voordat <strong>de</strong> kerk ze uitgelegd heeft?”<br />
“Zijn <strong>de</strong> overlevering<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meer geloofwaardig dan het evangelie van onze<br />
Heiland?” hernam Jérome. “Paulus vermaan<strong>de</strong> h<strong>en</strong>, aan wie hij schreef, niet te luister<strong>en</strong> naar<br />
<strong>de</strong> overlevering<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, maar sprak: ‘On<strong>de</strong>rzoekt <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>.’”<br />
“Ketter,” was het antwoord, “ik heb spijt, dat ik zo lang met u gepleit heb. Ik zie, dat ge<br />
door <strong>de</strong> duivel wordt aangezet.”<br />
Het duur<strong>de</strong> niet lang, of e<strong>en</strong> vonnis van veroor<strong>de</strong>ling werd over hem uitgesprok<strong>en</strong>. Hij<br />
werd uitgeleid naar <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> plaats, waar Huss zijn lev<strong>en</strong> afgelegd had. Hij ging al zing<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
zijn gelaat blink<strong>en</strong><strong>de</strong> van vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> vre<strong>de</strong>. Zijn blik was op Christus gericht, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dood<br />
had voor hem alle verschrikking verlor<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> beul achter hem om ging om <strong>de</strong><br />
brandstapel aan te stek<strong>en</strong>, riep <strong>de</strong> martelaar uit: “Kom ruiterlik naar vor<strong>en</strong>; steek het vuur<br />
voor mijn og<strong>en</strong> aan. Was ik bang geweest, ik zou niet hier staan.”<br />
De laatste woord<strong>en</strong>, die hij uitte, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> rondom hem opsteg<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
be<strong>de</strong>. “Here, Almachtige Va<strong>de</strong>r,” riep hij uit, “ontferm u over mij, <strong>en</strong> vergeef me mijn<br />
zond<strong>en</strong>, want Gij weet, dat ik Uw waarheid altijd heb liefgehad.” Zijn stem verstom<strong>de</strong>,<br />
maar zijn lipp<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> zich bidd<strong>en</strong>d beweg<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> het vuur zijn werk gedaan had, werd<br />
<strong>de</strong> as van <strong>de</strong> martelaar met <strong>de</strong> grond waarop die lag, sam<strong>en</strong>gegaard, <strong>en</strong>, ev<strong>en</strong> als bij Huss<br />
gebeurd was, in <strong>de</strong> Rijn geworp<strong>en</strong>.<br />
Zo kwam<strong>en</strong> Gods getrouwe lichtdragers om. Maar het licht van <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die ze<br />
verkondigd hadd<strong>en</strong>,— het licht van hun heldhaftig voorbeeld,— kon niet uitgedoofd word<strong>en</strong>.<br />
De m<strong>en</strong>s had ev<strong>en</strong> goed kunn<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> zon in zijn loop te ker<strong>en</strong>, als het aanbrek<strong>en</strong> van<br />
die dag te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die aan <strong>de</strong> wereld stond geop<strong>en</strong>baard te word<strong>en</strong>. De terechtstelling<br />
van Huss had in Bohem<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vuur van verontwaardiging <strong>en</strong> afschuw ontstok<strong>en</strong>. Het gehele<br />
volk ge-voel<strong>de</strong>, dat hij t<strong>en</strong> prooi was geword<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> kwaadaardigheid van <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong><br />
het verraad van <strong>de</strong> keizer. M<strong>en</strong> verklaar<strong>de</strong> van hem, dat hij e<strong>en</strong> getrouwe prediker van <strong>de</strong><br />
waarheid was geweest, <strong>en</strong> het koncilie, dat zijn dood verord<strong>en</strong>d had, werd van <strong>de</strong> misdaad<br />
van moord beschuldigd. Aan wat hij geleerd had, werd nu meer aandacht geschonk<strong>en</strong> dan<br />
ooit tevor<strong>en</strong>. Op pauselik bevel war<strong>en</strong> al <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van Wycliffe verbrand. Maar die aan<br />
<strong>de</strong> vernieling ontkom<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> tans uit hun schuilhoek<strong>en</strong> te voorschijn gehaald, <strong>en</strong><br />
in verband met <strong>de</strong> Bijbel bestu<strong>de</strong>erd, of zulke ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> ervan, als <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong><br />
kond<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>; <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er op die wijze toe geleid, het hervorm<strong>de</strong> geloof te<br />
omhelz<strong>en</strong>.<br />
75
De moord<strong>en</strong>aars van Huss war<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> stille getuig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zegepraal van zijn zaak.<br />
Paus <strong>en</strong> Keizer verbond<strong>en</strong> zich om <strong>de</strong> beweging uit te roei<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Sigismunds legers trokk<strong>en</strong><br />
Bohem<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>. Doch er stond e<strong>en</strong> bevrij<strong>de</strong>r op. Ziska, die kort na het uitbrek<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
oorlog volkom<strong>en</strong> blind werd, maar die <strong>de</strong>sniettemin e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bekwaamste legerhoofd<strong>en</strong><br />
van zijn tijd was, voer<strong>de</strong> <strong>de</strong> Bohemers aan. Vertrouw<strong>en</strong><strong>de</strong> op Gods hulp <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
rechtvaardigheid van hun zaak, we<strong>de</strong>rstond dat volk <strong>de</strong> machtigste legers, die teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
uitgezond<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Keer op keer bracht <strong>de</strong> keizer nieuwe legers op <strong>de</strong> be<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
drong Bohem<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>, slechts om e<strong>en</strong> schan<strong>de</strong>like ne<strong>de</strong>rlaag te lijd<strong>en</strong>. De Hussiet<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> angst voor <strong>de</strong> dood verhev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niets kon voor hun aangezicht bestaan. Enkele<br />
jar<strong>en</strong> na het begin van <strong>de</strong> oorlog stierf <strong>de</strong> moedige Ziska ; maar zijn plaats werd ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
door Procopius, die e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> moedig <strong>en</strong> bekwaam veldheer was, <strong>en</strong> in sommige opzicht<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> beter aanvoer<strong>de</strong>r.<br />
De vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bohemers, wet<strong>en</strong><strong>de</strong> dat <strong>de</strong> blin<strong>de</strong> krijger dood was, achtt<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
geleg<strong>en</strong>heid gunstig om alles te herwinn<strong>en</strong>, wat ze verlor<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. De paus riep nu e<strong>en</strong><br />
kruistocht teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong> uit <strong>en</strong> an<strong>de</strong>rmaal trok e<strong>en</strong> ont- zaglike macht Bohem<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>,<br />
maar slechts om e<strong>en</strong> vreselike ne<strong>de</strong>rlaag te lijd<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> kruistocht werd uitgeroep<strong>en</strong>,<br />
in al <strong>de</strong> Roomse land<strong>en</strong> van Europa werd<strong>en</strong> mann<strong>en</strong>, geld, <strong>en</strong> krijgsbehoeft<strong>en</strong> verzameld.<br />
Schar<strong>en</strong> voegd<strong>en</strong> zich on<strong>de</strong>r het pauselike vaan<strong>de</strong>l, verzekerd dat er ein<strong>de</strong>lik e<strong>en</strong> eind<br />
gemaakt zou word<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong> ketters. Van <strong>de</strong> overwinning zeker, trok <strong>de</strong> grote<br />
macht Bohem<strong>en</strong> in. Het volk verzamel<strong>de</strong> zich om h<strong>en</strong> terug te slaan. De twee legers trokk<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r op, totdat slechts e<strong>en</strong> rivier h<strong>en</strong> scheid<strong>de</strong>. “De kruisvaar<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong> verreweg<br />
<strong>de</strong> meest<strong>en</strong> in getal, <strong>en</strong> toch stond<strong>en</strong> ze in plaats van moedig <strong>de</strong> stroom over te trekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
strijd met <strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong> aan te bind<strong>en</strong>, met welk doel ze van zo verre gekom<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, h<strong>en</strong><br />
stil aan te star<strong>en</strong>.” To<strong>en</strong> viel er plotseling e<strong>en</strong> geheimzinnige schrik op het leger. Zon<strong>de</strong>r<br />
e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele slag te slaan werd die grote macht verbrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> verstrooid, alsof door e<strong>en</strong><br />
onzichtbare macht verjaagd. E<strong>en</strong> groot aantal werd<strong>en</strong> er door het leger van <strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong>, dat<br />
<strong>de</strong> vluchteling<strong>en</strong> nazette, gedood, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ontzaglike buit viel <strong>de</strong> overwinnaars in hand<strong>en</strong>,<br />
zodat <strong>de</strong> oorlog, in plaats van <strong>de</strong> Bohemers te verarm<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> verrijkte.<br />
Enige jar<strong>en</strong> later werd er on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re paus nogmaals e<strong>en</strong> kruistocht begonn<strong>en</strong>.<br />
Gelijk tevor<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> geldmid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> uit al <strong>de</strong> Roomse land<strong>en</strong> van Europa<br />
verzameld. Groot was het loon, dat voorgespiegeld werd aan h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>el zoud<strong>en</strong> nem<strong>en</strong><br />
aan <strong>de</strong>ze gevaarlike on<strong>de</strong>rneming. Algehele vrijstelling van <strong>de</strong> gruwelikste misdad<strong>en</strong> werd<br />
aan ie<strong>de</strong>re kruisvaar<strong>de</strong>r verzekerd. Aan all<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> oorlog omkwam<strong>en</strong>, werd e<strong>en</strong> rijke<br />
beloning in <strong>de</strong> hemel toegezegd, <strong>en</strong> zij, die het lev<strong>en</strong> behield<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> eer <strong>en</strong> rijkdom op<br />
het slagveld inoogst<strong>en</strong>. Nogmaals werd er e<strong>en</strong> groot leger op <strong>de</strong> be<strong>en</strong> gebracht, dat <strong>de</strong><br />
gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> overschreed, <strong>en</strong> Bohem<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>trok. Het leger van <strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong> trok zich voor<br />
h<strong>en</strong> terug, om <strong>de</strong> indringers op die wijze ver<strong>de</strong>r <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r het land in te lokk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
waan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong> overwinning alreeds behaald hadd<strong>en</strong>. Ein<strong>de</strong>lik hield<strong>en</strong> <strong>de</strong> troep<strong>en</strong><br />
76
van Procopius halt, <strong>en</strong>, zich naar <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> ker<strong>en</strong><strong>de</strong>, rukt<strong>en</strong> ze op h<strong>en</strong> toe, om <strong>de</strong> strijd aan<br />
te bind<strong>en</strong>.<br />
De kruisvaar<strong>de</strong>rs, die nu begrep<strong>en</strong>, dat ze zich vergist hadd<strong>en</strong>, lag<strong>en</strong> in hun legerplaats<br />
<strong>de</strong> aanval af te wacht<strong>en</strong>. Op het hor<strong>en</strong> van het gedruis van het na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> leger, zelfs v——r<br />
<strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong> nog in het gezicht war<strong>en</strong>, overviel hun an<strong>de</strong>rmaal e<strong>en</strong> plotselinge schrik.<br />
Prins<strong>en</strong>, aanvoer<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> gewone soldat<strong>en</strong> vlod<strong>en</strong> in alle richting<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wierp<strong>en</strong> hun<br />
wap<strong>en</strong><strong>en</strong> weg. Tevergeefs trachtte <strong>de</strong> pauselike afgevaardig<strong>de</strong>, die <strong>de</strong> inval bestuur<strong>de</strong>, zijn<br />
verschrikte <strong>en</strong> verwar<strong>de</strong> macht we<strong>de</strong>r te verzamel<strong>en</strong>. Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> zijn uiterste<br />
poging<strong>en</strong> werd hijzelf in <strong>de</strong> stroom van <strong>de</strong> vluchteling<strong>en</strong> me<strong>de</strong>gevoerd. De ne<strong>de</strong>rlaag was<br />
volkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we<strong>de</strong>r viel er e<strong>en</strong> ontzaglike buit <strong>de</strong> overwinnaars in hand<strong>en</strong>.<br />
Zo vluchtte t<strong>en</strong> tweed<strong>en</strong> male e<strong>en</strong> groot leger, uitgezond<strong>en</strong> door <strong>de</strong> machtigste volk<strong>en</strong><br />
van Europa, e<strong>en</strong> grote b<strong>en</strong><strong>de</strong> moedige, krijgshaftige mann<strong>en</strong>, geleerd <strong>en</strong> uitgerust t<strong>en</strong> strij<strong>de</strong>,<br />
zon<strong>de</strong>r dat er e<strong>en</strong> slag geslag<strong>en</strong> was, voor <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digers van e<strong>en</strong> klein <strong>en</strong> tot hiertoe zwak<br />
volk. Hier was e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van God<strong>de</strong>like macht. De indringers werd<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong> door<br />
bov<strong>en</strong>natuurlike angst. Hij, die Farao’s heir in <strong>de</strong> Ro<strong>de</strong> Zee <strong>de</strong>ed omkom<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> legers<br />
van <strong>de</strong> Midianiet<strong>en</strong> voor Gi<strong>de</strong>on <strong>en</strong> zijn drie hon<strong>de</strong>rd <strong>de</strong>ed vlucht<strong>en</strong>, die in één nacht <strong>de</strong><br />
legerschar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> trotse Assyriër vernietig<strong>de</strong>, had we<strong>de</strong>rom Zijn hand uitgestrekt om <strong>de</strong><br />
macht van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukker te fnuik<strong>en</strong>. “Aldaar zijn ze met vervaardheid vervaard geword<strong>en</strong>,<br />
waar ge<strong>en</strong> vervaardheid was: want God heeft <strong>de</strong> be<strong>en</strong><strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s- g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die u beleger<strong>de</strong>,<br />
verstrooid: gij hebt h<strong>en</strong> beschaamd gemaakt, want God heeft h<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong>.”<br />
De pauselike lei<strong>de</strong>rs, er aan wanhop<strong>en</strong><strong>de</strong> om door geweld te overwinn<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
laatste <strong>de</strong> toevlucht tot staatslist. Er werd e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst getroff<strong>en</strong>, waarbij aan <strong>de</strong><br />
Bohemers og<strong>en</strong>schijnlik vrijheid van gewet<strong>en</strong> werd toegestaan, doch die h<strong>en</strong> in<br />
werkelikheid verra<strong>de</strong>rlik on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> macht van Rome bracht. De Bohemers hadd<strong>en</strong> vier<br />
punt<strong>en</strong> als vre<strong>de</strong>svoorwaard<strong>en</strong> met Rome gesteld: Vrije verkondiging van <strong>de</strong> Bijbel; het<br />
recht voor <strong>de</strong> gehele geme<strong>en</strong>te op het brood zowel als <strong>de</strong> wijn bij het avondmaal, <strong>en</strong> het<br />
gebruik van <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>rtaal bij <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing; uitsluiting van <strong>de</strong> geestelikheid van<br />
alle wereldse post<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezag; <strong>en</strong>, in geval van wangedrag, jurisdiktie van <strong>de</strong> burgerlike<br />
hov<strong>en</strong> zowel over <strong>de</strong> geestelik- heid als over <strong>de</strong> lek<strong>en</strong>. De pauselike overhed<strong>en</strong> “kwam<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
laatste overe<strong>en</strong> om <strong>de</strong> vier artikel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>, doch het recht van ze<br />
uit te legg<strong>en</strong>, dat is, <strong>de</strong> ware bedoeling ervan vast te stell<strong>en</strong>, zou bij. het koncilie berust<strong>en</strong>,—<br />
met an<strong>de</strong>re woord<strong>en</strong>, bij <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> <strong>de</strong> keizer.” Op <strong>de</strong>ze grondslag werd er e<strong>en</strong> verdrag<br />
geslot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Rome won door huichelarij <strong>en</strong> bedrog, wat het door strijd niet had kunn<strong>en</strong><br />
verkrijg<strong>en</strong>; want door zijn eig<strong>en</strong> uitlegging te gev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> artikel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hussiet<strong>en</strong>,<br />
zowel als aan <strong>de</strong> Bijbel, kon het <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is ervan z— verdraai<strong>en</strong>, dat het zijn eig<strong>en</strong><br />
doeleind<strong>en</strong> bereikte.<br />
E<strong>en</strong> grote klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in Bohem<strong>en</strong> weiger<strong>de</strong> in het verdrag toe te stemm<strong>en</strong>, daar<br />
ze inzag<strong>en</strong>, dat ze hun vrijheid zoud<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong>. Het gevolg was scheuring <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>eldheid,<br />
77
die tot strijd <strong>en</strong> bloedvergiet<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>zelv<strong>en</strong> leidd<strong>en</strong>. In <strong>de</strong>ze strijd viel <strong>de</strong> e<strong>de</strong>le<br />
Procopius, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vrijheid van Bohem<strong>en</strong> ging te gron<strong>de</strong>. Sigismund, <strong>de</strong> verra<strong>de</strong>r van Huss <strong>en</strong><br />
Jérome, werd nu koning van Bohem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn eed om <strong>de</strong> recht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bohemers te<br />
handhav<strong>en</strong> niet acht<strong>en</strong><strong>de</strong>, begon hij het pauselike gezag in te voer<strong>en</strong>. Maar hij plukte weinig<br />
vrucht<strong>en</strong> van zijn on<strong>de</strong>rdanigheid aan Rome. Twintig jar<strong>en</strong> lang was zijn lev<strong>en</strong> vol moeite<br />
<strong>en</strong> gevar<strong>en</strong> geweest. Zijn legers war<strong>en</strong> versmolt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn schatt<strong>en</strong> verteerd door e<strong>en</strong> lange<br />
<strong>en</strong> vruchteloze strijd; <strong>en</strong> nu stierf hij na één jaar geregeerd te hebb<strong>en</strong>, zijn koninkrijk in zulk<br />
e<strong>en</strong> toestand achterlat<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat er ie<strong>de</strong>r og<strong>en</strong>blik burgeroorlog kon uitbrek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn<br />
nakomeling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> naam vermak<strong>en</strong><strong>de</strong>, die door eerloosheid gebrandmerkt was.<br />
Opstand, strijd <strong>en</strong> bloedvergieting. duurd<strong>en</strong> voort. We<strong>de</strong>r trokk<strong>en</strong> vreem<strong>de</strong> legers<br />
Bohem<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> binn<strong>en</strong>landse ver<strong>de</strong>eldheid beroer<strong>de</strong> het volk voortdur<strong>en</strong>d. Zij, die aan<br />
het evangelie getrouw blev<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> bloedige vervolging te verdur<strong>en</strong>. Terwijl hun<br />
vroegere broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> door verbinding met Rome <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> ervan inzag<strong>en</strong>, vormd<strong>en</strong> zij,<br />
die zich aan het ou<strong>de</strong> geloof vasthield<strong>en</strong>, zich tot e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> kerk, die <strong>de</strong> naam van<br />
“Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>” aannam. Om <strong>de</strong>ze han<strong>de</strong>ling werd<strong>en</strong> ze door alle klass<strong>en</strong> gevloekt.<br />
Toch wankeld<strong>en</strong> ze niet. Gedwong<strong>en</strong> om schuilplaats te zoek<strong>en</strong> in boss<strong>en</strong> <strong>en</strong> grott<strong>en</strong>, blev<strong>en</strong><br />
ze zich verzamel<strong>en</strong> om Gods Woord te lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> zich tot Zijn di<strong>en</strong>st te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>.<br />
Door in het geheim boodschapp<strong>en</strong> uit te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> naar verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong>, vernam<strong>en</strong> ze,<br />
dat er hier <strong>en</strong> daar “afgezon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> belij<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> waarheid bestond<strong>en</strong> — <strong>en</strong>kele in <strong>de</strong> <strong>en</strong>e<br />
stad <strong>en</strong> e<strong>en</strong> klein getal in e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re,— ev<strong>en</strong>als zij aan vervolging blootgesteld; <strong>en</strong> dat er<br />
midd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> Alp<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ou<strong>de</strong> kerk bestond, die zich op <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> grond<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> afgodiese<br />
misbruik<strong>en</strong> van Rome teg<strong>en</strong>stond.” Deze tijding werd met grote vreug<strong>de</strong> ontvang<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> briefwisseling werd begonn<strong>en</strong> met <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>ziese Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Aan het Evangelie getrouw, doorstond<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bohemers <strong>de</strong> nacht van hun vervolging, in<br />
<strong>de</strong> donkerste ure nog hun og<strong>en</strong> op <strong>de</strong> horizon richt<strong>en</strong><strong>de</strong>, als mann<strong>en</strong>, die wacht<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
morg<strong>en</strong>. “Hun lot viel in kwa<strong>de</strong> dag<strong>en</strong>, maar . . . ze herdacht<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>, die het eerst<br />
door Huss war<strong>en</strong> uitgesprok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door Jérome herhaald, dat er e<strong>en</strong> eeuw moest verlop<strong>en</strong>,<br />
voordat <strong>de</strong> dag zou aanbrek<strong>en</strong>. Deze woord<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> Ta- boriet<strong>en</strong> (Hussiet<strong>en</strong>), wat<br />
<strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Jozef voor <strong>de</strong> stamm<strong>en</strong> in het di<strong>en</strong>sthuis war<strong>en</strong>: ‘lk sterf, maar God zal u<br />
ge- wisselik bezoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij zal u do<strong>en</strong> optrekk<strong>en</strong> uit dit land’.” “De sluitingsperio<strong>de</strong> van<br />
<strong>de</strong> vijfti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw was getuige van <strong>de</strong> langzame maar zekere to<strong>en</strong>ame van <strong>de</strong><br />
Broe<strong>de</strong>rkerk<strong>en</strong>. Ofschoon ze gans niet ongehin<strong>de</strong>rd blev<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> zekere mate van<br />
rust. Bij het begin van <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw bestond<strong>en</strong> er twee hon<strong>de</strong>rd van <strong>de</strong>ze kerk<strong>en</strong> in<br />
Bohem<strong>en</strong> <strong>en</strong> Moravië.” “Zo talrijk was het overblijfsel, dat, ontkom<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> blak<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
woe<strong>de</strong> van vuur <strong>en</strong> zwaard, het brek<strong>en</strong> van die dag mocht aanschouw<strong>en</strong>, welke Huss<br />
voorspeld had.”<br />
78
79
Hoofdstuk 7 — Start van <strong>de</strong> Revolutie<br />
Als voorman on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die geroep<strong>en</strong> war<strong>en</strong> om <strong>de</strong> kerk uit <strong>de</strong> duisternis van het<br />
pausdom tot het licht van e<strong>en</strong> reiner geloof te leid<strong>en</strong>, stond Martin Luther. Ijverig, vurig, <strong>en</strong><br />
toegewijd, ge<strong>en</strong> vrees k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong> behalve <strong>de</strong> vreze Gods, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> grondslag voor<br />
godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong> dan <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>, was Luther <strong>de</strong> man voor<br />
zijn tijd; door hem wrocht God e<strong>en</strong> groots werk voor <strong>de</strong> hervorming van <strong>de</strong> kerk <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verlichting van <strong>de</strong> wereld. Gelijk <strong>de</strong> allereerste heraut<strong>en</strong> van het evangelie werd Luther in<br />
armoe<strong>de</strong> gebor<strong>en</strong>. Zijn vroegste jeugd bracht hij door in <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige woning van e<strong>en</strong><br />
Duits werkman. Zijn va<strong>de</strong>r verdi<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, tot zijn opvoeding b<strong>en</strong>odigd, door<br />
dagelikse, har<strong>de</strong> arbeid als mijnwerker. Hij bestem<strong>de</strong> hem tot rechtsgeleer<strong>de</strong>; maar het was<br />
Gods plan, dat hij <strong>de</strong> grote tempel zou help<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r eeuw<strong>en</strong> zo<br />
langzaam aan het verrijz<strong>en</strong> was. Moeite, ontbering, <strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge tucht war<strong>en</strong> <strong>de</strong> school, waarin<br />
<strong>de</strong> Oneindige Wijsheid Luther voorbereid<strong>de</strong> op <strong>de</strong> belangrijke z<strong>en</strong>ding van zijn lev<strong>en</strong>.<br />
Luthers va<strong>de</strong>r was e<strong>en</strong> man van e<strong>en</strong> sterke <strong>en</strong> werkzame geest <strong>en</strong> grote kracht van<br />
karakter, eerlik, vastberad<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op<strong>en</strong>. Hij hield zich gestr<strong>en</strong>g aan zijn overtuiging<strong>en</strong> van<br />
plicht, wat <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> ook zijn mocht<strong>en</strong>. Zijn echt gezond verstand bracht er hem toe, het<br />
monnikestelsel met wantrouw<strong>en</strong> aan te zi<strong>en</strong>. Hij was hoogst ontevred<strong>en</strong> to<strong>en</strong> Luther zich<br />
zon<strong>de</strong>r zijn toestemming in e<strong>en</strong> klooster begaf; het duur<strong>de</strong> twee jar<strong>en</strong>, voordat <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r zich<br />
met <strong>de</strong> zoon verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> zelfs to<strong>en</strong> bleef zijn m<strong>en</strong>ing onveran<strong>de</strong>rd.<br />
Luthers ou<strong>de</strong>rs wijdd<strong>en</strong> grote zorg aan <strong>de</strong> opvoeding <strong>en</strong> opleiding van hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Ze<br />
trachtt<strong>en</strong> h<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rricht<strong>en</strong> in <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van God <strong>en</strong> <strong>de</strong> beoef<strong>en</strong>ing van Christelike<br />
<strong>de</strong>ugd<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>igmaal steeg het gebed van <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r t<strong>en</strong> aanhor<strong>en</strong> van zijn zoon t<strong>en</strong> hemel,<br />
dat het kind <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> mocht ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>maal behulpzaam zijn in <strong>de</strong><br />
verbreiding van Zijn waarheid. De ou<strong>de</strong>rs nam<strong>en</strong> gretig ie<strong>de</strong>re ge-leg<strong>en</strong>heid tot ze<strong>de</strong>like of<br />
verstan<strong>de</strong>like ontwikkeling te baat, welke hun arbeidzaam lev<strong>en</strong> hun gun<strong>de</strong>. Ze streefd<strong>en</strong> er<br />
ernstig <strong>en</strong> met volharding naar, om hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> op te leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> godvrez<strong>en</strong>d <strong>en</strong> nuttig<br />
bestaan. Hun flinkheid <strong>en</strong> sterk karakter maakte h<strong>en</strong> somtijds wel wat al te str<strong>en</strong>g; doch <strong>de</strong><br />
hervormer, ofschoon zich bewust, dat ze in sommige opzicht<strong>en</strong> gedwaald hadd<strong>en</strong>, vond in<br />
hun tucht meer te prijz<strong>en</strong> dan af te keur<strong>en</strong>.<br />
Op school, waar hij zeer jong he<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong> werd, werd Luther met hardvochtigheid <strong>en</strong><br />
zelfs met geweld behan<strong>de</strong>ld. Zijn ou<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong> z— arm, dat hij, het ou<strong>de</strong>rlik huis verlat<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
om in e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re stad <strong>de</strong> school te bezoek<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> tijd lang gedwong<strong>en</strong> was, zijn voedsel op<br />
te hal<strong>en</strong> door langs <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur<strong>en</strong> te zing<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dikwels honger leed. De sombere, bijgelovige<br />
i<strong>de</strong>eën over godsdi<strong>en</strong>st, die to<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, vervuld<strong>en</strong> hem met vrees. Hij leg<strong>de</strong> zich<br />
‘s avonds soms met e<strong>en</strong> treurig hart ne<strong>de</strong>r, bev<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> donkere toekomst inblikk<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> in<br />
voortdur<strong>en</strong><strong>de</strong> angst verker<strong>en</strong>d bij <strong>de</strong> gedachte aan God als aan e<strong>en</strong> gestr<strong>en</strong>ge, meedog<strong>en</strong>loze<br />
rechter <strong>en</strong> wre<strong>de</strong> dwingeland, in plaats van e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong><strong>de</strong>like hemelse Va<strong>de</strong>r.<br />
80
Toch streef<strong>de</strong> Luther bij zoveel <strong>en</strong> zo grote ontmoediging vastbeslot<strong>en</strong> naar die hoge<br />
standaard van ze<strong>de</strong>like <strong>en</strong> ver-stan<strong>de</strong>like voortreffelikheid, waartoe zijn hart zich voel<strong>de</strong><br />
aangetrokk<strong>en</strong>. Hij dorstte naar k<strong>en</strong>nis, <strong>en</strong> zijn ernstige <strong>en</strong> praktiese aanleg leid<strong>de</strong> er hem toe,<br />
meer te hak<strong>en</strong> naar het ware <strong>en</strong> nuttige, dan naar het opvall<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> oppervlakkige. To<strong>en</strong> hij<br />
op achtti<strong>en</strong>jarige leeftijd te Erfurt naar <strong>de</strong> universiteit ging, verkeer<strong>de</strong> hij in e<strong>en</strong> betere<br />
positie, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> zijn vooruitzicht<strong>en</strong> gunstiger dan in zijn kin<strong>de</strong>rjar<strong>en</strong>. Zijn ou<strong>de</strong>rs hadd<strong>en</strong><br />
zich door vlijt <strong>en</strong> nijverheid e<strong>en</strong> goed bestaan verworv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> nu in staat, hem alle<br />
nodige on<strong>de</strong>rsteuning te gev<strong>en</strong>. Ook war<strong>en</strong> door <strong>de</strong> invloed van verstandige vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ongunstige gevolg<strong>en</strong> van zijn vroegere opleiding <strong>en</strong>igszins vermin<strong>de</strong>rd.<br />
Hij leg<strong>de</strong> er zich op toe, <strong>de</strong> beste schrijvers te bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, zich ijverig hun diepste<br />
gedacht<strong>en</strong> toeëig<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> zich <strong>de</strong> wijsheid van <strong>de</strong> wijz<strong>en</strong> tot zijn eig<strong>en</strong> mak<strong>en</strong><strong>de</strong>. Zelfs<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> har<strong>de</strong> tucht van zijn vorige leermeesters had hij reeds vroeg blijk<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> van<br />
zich te zull<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>; <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r gunstige invloed kwam zijn verstand tot snelle<br />
ontwikkeling. E<strong>en</strong> goed geheug<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>dige verbeelding, grote red<strong>en</strong>eerkracht <strong>en</strong><br />
onvermoei<strong>de</strong> ijver plaatst<strong>en</strong> hem al spoedig on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> beste van zijn me<strong>de</strong>stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />
Verstan<strong>de</strong>like tucht bracht zijn begrip tot rijpheid, <strong>en</strong> <strong>de</strong>el<strong>de</strong> hem e<strong>en</strong> werkzaamheid van<br />
geest <strong>en</strong> scherpte van opvatting me<strong>de</strong>, die hem op <strong>de</strong> strijd van zijn lev<strong>en</strong> voorbereidd<strong>en</strong>.<br />
De vreze <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> woon<strong>de</strong> in het hart van Luther, stel<strong>de</strong> hem in staat, zijn doel<br />
standvastig voor og<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> leid<strong>de</strong> hem tot diepe ne<strong>de</strong>righeid voor God. Het gevoel<br />
van afhankelikheid van Gods hulp bleef hem immer bij; <strong>en</strong> hij verzuim<strong>de</strong> niet, ie<strong>de</strong>re dag<br />
met gebed te beginn<strong>en</strong>, terwijl hij in zijn hart onophou<strong>de</strong>lik smeekte om leiding <strong>en</strong> steun.<br />
“Goed bidd<strong>en</strong>,” zei hij dikwels, “is meer dan <strong>de</strong> halve studie.” Op zekere dag <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> universtiteits bibliotheek doorzoek<strong>en</strong>d, ont<strong>de</strong>kte Luther e<strong>en</strong> Latijnse Bijbel. Zulk e<strong>en</strong><br />
boek had hij nooit tevor<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. Hij wist niet, dat het bestond. Hij had ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> uit <strong>de</strong><br />
Evangelieën <strong>en</strong> <strong>de</strong> Briev<strong>en</strong> gehoord, die bij <strong>de</strong> op<strong>en</strong>bare godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing aan het volk<br />
voorgelez<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> me<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat die <strong>de</strong> gehele Bijbel uitmaakt<strong>en</strong>. Nu zag hij voor <strong>de</strong><br />
eerste maal het gehele Woord van God. Met e<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>gd gevoel van ontzag <strong>en</strong><br />
verwon<strong>de</strong>ring sloeg hij <strong>de</strong> heilige blad<strong>en</strong> om; met versnel<strong>de</strong> polsslag <strong>en</strong> e<strong>en</strong> klopp<strong>en</strong>d hart<br />
las hij met eig<strong>en</strong> og<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, slechts nu <strong>en</strong> dan ophoud<strong>en</strong><strong>de</strong> om uit te<br />
roep<strong>en</strong>: “O, of- God me zulk e<strong>en</strong> boek voor mijzelf wil<strong>de</strong> sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>!”1 Engel<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels<br />
stond<strong>en</strong> aan zijn zij<strong>de</strong>, <strong>en</strong> lichtstral<strong>en</strong> van Gods troon op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong> <strong>de</strong> schatt<strong>en</strong> <strong>de</strong>r waarheid<br />
aan zijn verstand. Hij was altijd bevreesd geweest om God te beledig<strong>en</strong>, maar nu<br />
overmeester<strong>de</strong> hem <strong>de</strong> diepe overtuiging van zijn toestand als zondaar sterker dan ooit<br />
tevor<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> ernstige begeerte om van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> vrij te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> met God te vind<strong>en</strong>, leid<strong>de</strong><br />
hem er t<strong>en</strong> laatste toe, in e<strong>en</strong> klooster te gaan, <strong>en</strong> zich aan het monnikelev<strong>en</strong> te wijd<strong>en</strong>. Hier<br />
werd hem het laagste werk aangewez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> moest hij van huis tot huis be<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Hij was op<br />
die leeftijd, waarop m<strong>en</strong> het meest behoefte heeft aan achting <strong>en</strong> waar<strong>de</strong>ring; <strong>en</strong> <strong>de</strong>ze lage<br />
81
arbeid kwetste zijn natuurlik gevoel diep; maar hij ver-droeg <strong>de</strong> verne<strong>de</strong>ring geduldig,<br />
gelov<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat die weg<strong>en</strong>s zijn zond<strong>en</strong> e<strong>en</strong> noodzakelikheid was.<br />
Ie<strong>de</strong>r og<strong>en</strong>blik, dat zijn dagelikse plicht<strong>en</strong> hem veroorloofd<strong>en</strong>, gebruikte hij voor studie,<br />
beroof<strong>de</strong> zich van slaap, <strong>en</strong> ontzeg<strong>de</strong> zich zelfs <strong>de</strong> tijd, die aan zijn schamele maaltijd<strong>en</strong><br />
besteed werd. Bov<strong>en</strong> alles had hij <strong>de</strong> studie van Gods Woord lief. Hij had e<strong>en</strong> Bijbel<br />
gevond<strong>en</strong>, die aan e<strong>en</strong> ketting vastlag aan <strong>de</strong> kloostermuur, <strong>en</strong> m<strong>en</strong>igmaal begaf hij zich<br />
daarhe<strong>en</strong>. Naarmate <strong>de</strong> overtuiging van zijn zoud<strong>en</strong> dieper werd, zocht hij door zijn eig<strong>en</strong><br />
werk<strong>en</strong> zich vergeving <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> te verwerv<strong>en</strong>. Hij leid<strong>de</strong> e<strong>en</strong> uiterst hard lev<strong>en</strong>, tracht<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
door vast<strong>en</strong>, wak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gesel<strong>en</strong> het boze in zijn karakter, waarvan het kloosterlev<strong>en</strong> hem niet<br />
had bevrijd, te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>. Voor ge<strong>en</strong> opoffering schrikte hij terug, waardoor hij tot die<br />
reinheid van hart kon gerak<strong>en</strong>, die hem in staat zou stell<strong>en</strong>, <strong>de</strong> goedkeuring Gods te erlang<strong>en</strong>.<br />
“Ik was waarlik e<strong>en</strong> vrome monnik,” zei hij later, “<strong>en</strong> volg<strong>de</strong> <strong>de</strong> regels van mijn or<strong>de</strong> strikter<br />
op, dan ik uitlegg<strong>en</strong> kan. Indi<strong>en</strong> ooit e<strong>en</strong> monnik <strong>de</strong> hemel kon gewinn<strong>en</strong> door zijn werk<strong>en</strong><br />
als kloosterbroe<strong>de</strong>r, zou ik er zeker aanspraak op gehad hebb<strong>en</strong>. . . . Indi<strong>en</strong> ik veel langer<br />
ware voortgegaan, zou ik mijn kastijding<strong>en</strong> van het vlees waarlik tot <strong>de</strong> dood hebb<strong>en</strong><br />
doorgevoerd.” Als gevolg van <strong>de</strong>ze pijnlike tucht verloor hij zijn kracht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> begon aan<br />
flauwt<strong>en</strong> te lijd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> waarvan hij nooit geheel te bov<strong>en</strong> kwam. Maar ondanks al<br />
zijn inspanning vond hij ge<strong>en</strong> verlichting voor zijn bezwaar<strong>de</strong> ziel. Hij werd t<strong>en</strong> laatste bijna<br />
tot wanhoop gedrev<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> Luther me<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat alles verlor<strong>en</strong> was, verwekte God hem e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong> helper. De<br />
vrome Staupitz op<strong>en</strong><strong>de</strong> Gods Woord voor Luthers verstand, <strong>en</strong> maan<strong>de</strong> hem aan, van<br />
zichzelf af te zi<strong>en</strong>, op te houd<strong>en</strong> met te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> eeuwige straf voor <strong>de</strong> overtreding van<br />
Gods wet, <strong>en</strong> te zi<strong>en</strong> op Jezus, zijn Heiland, die <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> vergeeft. “Werp u in <strong>de</strong> arm<strong>en</strong><br />
van uw Verlosser, in plaats van uzelf te martel<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s uw zond<strong>en</strong>. Vertrouw op Hem,—<br />
op <strong>de</strong> rechtvaardigheid van Zijn lev<strong>en</strong>,— op het zo<strong>en</strong>offer van Zijn dood. . . . Luister naar<br />
Gods Zoon. Hij werd m<strong>en</strong>s, om u <strong>de</strong> verzekering te gev<strong>en</strong> van Gods vrije g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>.” “Heb<br />
Hem lief, die u eerst heeft liefgehad.”<br />
Aldus sprak <strong>de</strong>ze boodschapper <strong>de</strong>r barmhartigheid. Zijn woord<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> diepe<br />
indruk op Luthers hart. Na m<strong>en</strong>ige kamp met zijn langgekoester<strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> was hij in<br />
staat <strong>de</strong> waarheid te vatt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kwam er vre<strong>de</strong> in zijn verontruste ziel.Luther werd tot<br />
priester geord<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> uit het klooster geroep<strong>en</strong> om professor te word<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> universiteit te<br />
Witt<strong>en</strong>berg. Hier leg<strong>de</strong> hij zich toe op <strong>de</strong> studie van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> in <strong>de</strong> oorspronkelike tal<strong>en</strong>.<br />
Hij begon lezing<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong> over <strong>de</strong> Bijbel; <strong>en</strong> het boek van <strong>de</strong><br />
Psalm<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Evangelieën, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Briev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte verrukte hoor<strong>de</strong>rs<br />
uitgelegd. Staupitz, zijn vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong> prior, drong erop aan, dat hij <strong>de</strong> preekstoel zou bestijg<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> het Woord Gods predik<strong>en</strong>. Luther twijfel<strong>de</strong>, daar hij zich onwaardig gevoel<strong>de</strong> om tot het<br />
volk te sprek<strong>en</strong> in <strong>de</strong> plaats van Christus. Het was eerst na lange strijd dat hij toegaf aan het<br />
dring<strong>en</strong><strong>de</strong> verzoek van zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Hij was reeds machtig in <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
82
Gods rustte op hem. Zijn welsprek<strong>en</strong>dheid boei<strong>de</strong> zijn hoor<strong>de</strong>rs; <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>likheid <strong>en</strong> kracht,<br />
waarme<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> waarheid voorstel<strong>de</strong>, overtuig<strong>de</strong> hun verstand, <strong>en</strong> zijn ernst sprak tot hun<br />
hart<strong>en</strong>.<br />
Luther was nog steeds e<strong>en</strong> getrouwe zoon van <strong>de</strong> Roomse kerk, <strong>en</strong> dacht er niet aan, dat<br />
hij ooit iets an<strong>de</strong>rs zou zijn. In Gods voorzi<strong>en</strong>igheid werd hij ertoe geleid, Rome te<br />
bezoek<strong>en</strong>. Hij reis<strong>de</strong> te voet, <strong>en</strong> bracht <strong>de</strong> nacht<strong>en</strong> door in <strong>de</strong> kloosters langs <strong>de</strong> weg. In e<strong>en</strong><br />
zeker klooster in Italië stond hij verbaasd over <strong>de</strong> rijkdom, <strong>de</strong> pracht <strong>en</strong> <strong>de</strong> weel<strong>de</strong>, die hij<br />
aantrof. Begiftigd met e<strong>en</strong> prinselik inkom<strong>en</strong>, leefd<strong>en</strong> <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> in prachtige vertrekk<strong>en</strong>,<br />
kleedd<strong>en</strong> zich in <strong>de</strong> rijkste <strong>en</strong> kostbaarste kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> te gast aan e<strong>en</strong> overvloedige<br />
dis. Met pijnlike aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> vergeleek Luther dit toneel met <strong>de</strong> zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ontbering van zijn eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>. Verbijstering kwam over zijn ziel.<br />
Ein<strong>de</strong>lik aanschouw<strong>de</strong> hij in <strong>de</strong> verte <strong>de</strong> stad van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong> heuvel<strong>en</strong>. Met diepe<br />
ontroering wierp hij zich ter aar<strong>de</strong>, uitroep<strong>en</strong><strong>de</strong>: “<strong>Heilig</strong> Rome, ik groet u!”1 Hij nam zijn<br />
intrek in <strong>de</strong> stad, bezocht <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>, luister<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> won<strong>de</strong>rlike verhal<strong>en</strong> van priesters <strong>en</strong><br />
monnik<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nam <strong>de</strong>el aan al <strong>de</strong> vereiste ceremonieën. Overal zag hij tonel<strong>en</strong>, die hem met<br />
verbazing <strong>en</strong> afschuw vervuld<strong>en</strong>. Hij zag dat er verdorv<strong>en</strong>heid heerste on<strong>de</strong>r alle klass<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> geestelikheid. Hij hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong> onkuise grapp<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ontzette zich over hun<br />
vreselike ongebond<strong>en</strong>heid, zelfs on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> mis. Wanneer hij zich on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
burgers m<strong>en</strong>g<strong>de</strong>, vond hij losbandigheid <strong>en</strong> onmatigheid. Waarhe<strong>en</strong> hij zich ook w<strong>en</strong>d<strong>de</strong>,<br />
trof hij in plaats van heiligheid ban<strong>de</strong>loosheid aan. “Het is ongelofelik,” schreef hij, “welke<br />
zond<strong>en</strong> <strong>en</strong> afschu- welikhed<strong>en</strong> te Rome bedrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; ze moet<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> aangehoord<br />
word<strong>en</strong>, om er geloof aan te kunn<strong>en</strong> slaan. Het is z— erg, dat m<strong>en</strong> gewoon is te zegg<strong>en</strong>:<br />
‘Indi<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> hel is, moet Rome er op gebouwd zijn. Het is e<strong>en</strong> afgrond, waaruit alle<br />
zond<strong>en</strong> voortkom<strong>en</strong>.’”1<br />
In e<strong>en</strong> <strong>de</strong>kreet had <strong>de</strong> paus juist in die tijd aflaat beloofd aan e<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r, die op zijn knieën<br />
dè “Pilatus trap” zou opklimm<strong>en</strong>, van welke gezegd werd, dat onze Heiland hem was<br />
afgeklomm<strong>en</strong> to<strong>en</strong> hij <strong>de</strong> Romeinse gerechtszaal uitging, <strong>en</strong> die op won<strong>de</strong>rdadige wijze van<br />
Jeruzalem naar Rome over- geplaatst was. Luther klom op zekere dag in volle toegewijdheid<br />
<strong>de</strong>ze trap op, maar hoor<strong>de</strong> plotseling e<strong>en</strong> stem als e<strong>en</strong> don<strong>de</strong>rslag, die tot hem sche<strong>en</strong> te<br />
zegg<strong>en</strong>: “De rechtvaardige zal uit het geloof lev<strong>en</strong>.” Hij sprong op, <strong>en</strong> haastte zich met<br />
schaamte <strong>en</strong> afschuw weg van <strong>de</strong> plaats. Die tekst verloor nooit zijn macht over zijn ziel.<br />
Van die tijd af zag hij dui<strong>de</strong>- liker dan ooit tevor<strong>en</strong> <strong>de</strong> valsheid in van het vertrouw<strong>en</strong> op<br />
m<strong>en</strong>sewerk<strong>en</strong> tot zaligheid, <strong>en</strong> <strong>de</strong> noodzakelikheid van e<strong>en</strong> onwrikbaar geloof in <strong>de</strong><br />
verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van Christus. Zijn og<strong>en</strong> war<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d, om nooit weer geslot<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> voor<br />
<strong>de</strong> valsheid van het pausdom. To<strong>en</strong> hij zijn gelaat van Rome afkeer<strong>de</strong>, had hij ook zijn hart<br />
ervan afgekeerd, <strong>en</strong> van die tijd af werd <strong>de</strong> klove wij<strong>de</strong>r, totdat hij alle verbint<strong>en</strong>is met <strong>de</strong><br />
pauselike kerk verbrak.<br />
83
Na zijn terugkeer uit Rome ontving Luther van <strong>de</strong> universiteit te Witt<strong>en</strong>berg <strong>de</strong> graad<br />
van Doktor in <strong>de</strong> Godgeleerdheid. Nu was hij vrij, gelijk nooit tevor<strong>en</strong>, om zich aan <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> te wijd<strong>en</strong>, die hij liefhad. Hij had e<strong>en</strong> plechtige gelofte gedaan, dat hij al <strong>de</strong> dag<strong>en</strong><br />
van zijn lev<strong>en</strong> Gods Woord zorgvuldig zou on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> het met getrouwheid predik<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> niet <strong>de</strong> gezegd<strong>en</strong> <strong>en</strong> leerstelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> paus<strong>en</strong>. Hij was niet langer slechts e<strong>en</strong> monnik<br />
of professor, maar <strong>de</strong> gezaghebb<strong>en</strong><strong>de</strong> heraut van <strong>de</strong> Bijbel. Hij was als e<strong>en</strong> her<strong>de</strong>r geroep<strong>en</strong><br />
om Gods kud<strong>de</strong> te weid<strong>en</strong>, die honger<strong>de</strong> <strong>en</strong> dorstte naar <strong>de</strong> waarheid. Hij verklaar<strong>de</strong> met<br />
beslistheid, dat <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re leerstelling<strong>en</strong> behoord<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>, dan die<br />
gegrond war<strong>en</strong> op het gezag van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>. Deze woord<strong>en</strong> raakt<strong>en</strong> aan het<br />
wez<strong>en</strong>like fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> pauselike oppermacht. Ze bevatt<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong>sbeginsel van <strong>de</strong><br />
Hervorming.<br />
Luther zag het gevaar in, van m<strong>en</strong>selike theorieën bov<strong>en</strong> Gods Woord te stell<strong>en</strong>.<br />
Onbevreesd viel hij <strong>de</strong> spekulatieve ongelovigheid van <strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong> aan, <strong>en</strong> stel<strong>de</strong> zich<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> wijsbegeerte <strong>en</strong> godgeleerdheid, wier invloed zo lang het volk beheerst had. Hij<br />
verklaar<strong>de</strong>, dat zulke studieën niet alle<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> waar<strong>de</strong> hadd<strong>en</strong>, maar ver<strong>de</strong>rfelik war<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
trachtte het verstand van zijn hoor<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> valse red<strong>en</strong>ering<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wijsger<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
godgeleerd<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> eeuwige waarhed<strong>en</strong> te leid<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong> aan het<br />
licht hebb<strong>en</strong> gebracht.<br />
Kostbaar was <strong>de</strong> boodschap, die hij bracht aan <strong>de</strong> begerige schar<strong>en</strong>, welke aan zijn<br />
lipp<strong>en</strong> hing<strong>en</strong>. Nooit hadd<strong>en</strong> ze zulke woord<strong>en</strong> gehoord. De blij<strong>de</strong> tijding van <strong>de</strong>s Heilands<br />
lief<strong>de</strong>, <strong>de</strong> verzekering van vergeving <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> door Zijn verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>d bloed, verheug<strong>de</strong> hun<br />
hart<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervul<strong>de</strong> h<strong>en</strong> met onvergan- kelike hoop. Te Witt<strong>en</strong>berg was e<strong>en</strong> licht ontstok<strong>en</strong>,<br />
waarvan <strong>de</strong> stral<strong>en</strong> <strong>de</strong> uiterste <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zoud<strong>en</strong> beschijn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat in hel<strong>de</strong>rheid<br />
zou to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> tot het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r tijd<strong>en</strong>.<br />
Maar licht <strong>en</strong> duisternis kunn<strong>en</strong> niet sam<strong>en</strong>gaan. Tuss<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> dwaling bestaat e<strong>en</strong><br />
onverzo<strong>en</strong>like strijd. Om <strong>de</strong> <strong>en</strong>e op te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>, moet <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re aangevall<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rgeworp<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Onze Heiland zelf verklaar<strong>de</strong>: “Ik b<strong>en</strong> niet gekom<strong>en</strong> om vre<strong>de</strong> te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar het zwaard.” Luther zei <strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong> na het begin van <strong>de</strong> Hervorming: “God<br />
leidt mij niet, Hij drijft me voort, Hij voert me ver<strong>de</strong>r; ik b<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> meester over mijzelf. Ik<br />
zou gaarne in rust lev<strong>en</strong>, maar word in het midd<strong>en</strong> van oproer <strong>en</strong> omw<strong>en</strong>teling geworp<strong>en</strong>.”<br />
Nu stond hij op het punt van in <strong>de</strong> strijd ingewikkeld te word<strong>en</strong>.<br />
De Roomse Kerk had e<strong>en</strong> han<strong>de</strong>lswaar gemaakt van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods. De tafel<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
wisselaarsm3 war<strong>en</strong> naast <strong>de</strong> altar<strong>en</strong> opgezet, <strong>en</strong> <strong>de</strong> lucht weergalm<strong>de</strong> van het geschreeuw<br />
van <strong>de</strong> kopers <strong>en</strong> verkopers. On<strong>de</strong>r het voorw<strong>en</strong>dsel van geld<strong>en</strong> te verzamel<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> bouw<br />
van <strong>de</strong> Sint Pieterskerk te Rome, werd<strong>en</strong> er in het publiek aflat<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> te koop<br />
aangebod<strong>en</strong> op gezag van <strong>de</strong> paus. Met <strong>de</strong> prijs van misdad<strong>en</strong> zou er e<strong>en</strong> kerk gebouwd<br />
word<strong>en</strong> voor Gods eredi<strong>en</strong>st,— <strong>de</strong> hoekste<strong>en</strong> gelegd met het loon <strong>de</strong>r ongerechtigheid. Maar<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die aangew<strong>en</strong>d werd<strong>en</strong> tot Rome’s verheffing, bracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> doodsteek toe<br />
84
aan zijn macht <strong>en</strong> grootheid. Het was dit, dat <strong>de</strong> vastberad<strong>en</strong>ste <strong>en</strong> voorspoedigste van<br />
Rome’s vijand<strong>en</strong> verwekte, <strong>en</strong> aanleiding gaf tot <strong>de</strong> strijd, die Rome’s troon schokte, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
drievoudige kroon op het hoofd van <strong>de</strong> paus <strong>de</strong>ed wankel<strong>en</strong>.<br />
De beambte, die aangesteld was om in Duitschland <strong>de</strong> aflaathan<strong>de</strong>l te bezorg<strong>en</strong> — Tetzel<br />
g<strong>en</strong>aamd — was schuldig bevond<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> laagste vergrijp<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> wet van God; maar, aan <strong>de</strong> straf op zijn misdad<strong>en</strong> ontkom<strong>en</strong> zijn<strong>de</strong>, werd hij<br />
gebruikt om <strong>de</strong> onbeschaam<strong>de</strong> han<strong>de</strong>lsplann<strong>en</strong> van <strong>de</strong> paus te help<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>. Met grote<br />
schaamteloosheid uitte hij <strong>de</strong> schan<strong>de</strong>likste leug<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> vertel<strong>de</strong> won<strong>de</strong>rlike verhal<strong>en</strong> om e<strong>en</strong><br />
onwet<strong>en</strong>d, lichtbewog<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijgelovig volk te misleid<strong>en</strong>. Hadd<strong>en</strong> ze Gods Woord gehad, ze<br />
zoud<strong>en</strong> niet op die wijze bedrog<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> zijn. Het was om h<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het beheer van het<br />
pausdom te houd<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> weel<strong>de</strong> van zijn eerzuchtige lei<strong>de</strong>rs te do<strong>en</strong><br />
aangroei<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Bijbel van h<strong>en</strong> was weggehoud<strong>en</strong>.<br />
Wanneer Tetzel e<strong>en</strong> stad binn<strong>en</strong>trok, ging er e<strong>en</strong> boodschapper v——r hem uit, die<br />
aankondig<strong>de</strong>: “De g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods <strong>en</strong> van <strong>de</strong> heilige va<strong>de</strong>r is v——r uw poort<strong>en</strong>.” En het volk<br />
verwelkom<strong>de</strong> <strong>de</strong> godlaster<strong>en</strong><strong>de</strong> huichelaar, alsof hij God zelf geweest was, die uit <strong>de</strong> hemel<br />
tot h<strong>en</strong> was ne<strong>de</strong>rgekom<strong>en</strong>. De gruwelike han<strong>de</strong>l werd in <strong>de</strong> kerk gedrev<strong>en</strong>, waar Tetzel <strong>de</strong><br />
kansel beklom, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aflat<strong>en</strong> prees als <strong>de</strong> kostbaarste gift van God. Hij verklaar<strong>de</strong>, dat<br />
kracht<strong>en</strong>s zijn certifikat<strong>en</strong> van vergiff<strong>en</strong>is, al <strong>de</strong> zond<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> koper later zou w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te<br />
begaan, vergev<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> dat “berouw zelfs niet noodzakelik is.” Meer nog, hij<br />
verzeker<strong>de</strong> zijn hoor<strong>de</strong>rs, dat <strong>de</strong> aflat<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> bij machte war<strong>en</strong> om <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te<br />
redd<strong>en</strong>, maar ook <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>; dat op hetzelf<strong>de</strong> og<strong>en</strong>blik, dat het geld op <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m van zijn<br />
kist zou rinkel<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ziel voor wie het betaald was, uit het vagevuur bevrijd zou zijn, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
hemel binn<strong>en</strong>gaan.<br />
To<strong>en</strong> Simon <strong>de</strong> tov<strong>en</strong>aar <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> geld aanbood, om hun <strong>de</strong> macht om won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te<br />
do<strong>en</strong> af te kop<strong>en</strong>, antwoord<strong>de</strong> Petrus hem: “Uw geld zij met u t<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rve, omdat ge<br />
geme<strong>en</strong>d hebt, dat <strong>de</strong> gave Gods door geld verkreg<strong>en</strong> wordt.” Maar Tetzels aanbod werd<br />
door duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> gretig aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Goud <strong>en</strong> zilver vloei<strong>de</strong> in zijn schatkist. E<strong>en</strong> zaligheid,<br />
die met geld gekocht kon word<strong>en</strong>, was gemakkeliker te verkrijg<strong>en</strong> dan die waartoe berouw,<br />
geloof, <strong>en</strong> ijverige poging<strong>en</strong> vereist werd<strong>en</strong> om <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te we<strong>de</strong>rstaan <strong>en</strong> te overwinn<strong>en</strong>.<br />
De leer van <strong>de</strong> aflat<strong>en</strong> was door geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> vrome mann<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Roomse Kerk<br />
teg<strong>en</strong>gestaan <strong>en</strong> er war<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong>, die ge<strong>en</strong> geloof hechtt<strong>en</strong> aan voorw<strong>en</strong>dsel<strong>en</strong>, welke zo<br />
zeer in strijd war<strong>en</strong> met bet verstand zowel als <strong>de</strong> op<strong>en</strong>baring. Ge<strong>en</strong> prelaat durf<strong>de</strong> zijn stem<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze god<strong>de</strong>loze han<strong>de</strong>l verheff<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> beroerd <strong>en</strong><br />
onrustig te word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> vroeg<strong>en</strong> met bezorgdheid, of God niet door het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re<br />
mid<strong>de</strong>l tuss<strong>en</strong> bei<strong>de</strong> zou tred<strong>en</strong>, om Zijn kerk te reinig<strong>en</strong>.<br />
Luther, hoewel nog str<strong>en</strong>g katholiek, werd met afschuw vervuld over <strong>de</strong> lasterlike<br />
aanmatiging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aflaat- v<strong>en</strong>ters. Vel<strong>en</strong> in zijn eig<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te hadd<strong>en</strong> bewijz<strong>en</strong> van<br />
vergiff<strong>en</strong>is gekocht, <strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> al spoedig tot hun leraar te kom<strong>en</strong>, om hun verschill<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
85
zond<strong>en</strong> te belijd<strong>en</strong>, vergiff<strong>en</strong>is verwacht<strong>en</strong><strong>de</strong>, niet omdat ze berouw hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong> zich w<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />
te beter<strong>en</strong>, maar op grond van <strong>de</strong> aflaat. Luther weiger<strong>de</strong> hun absolutie, <strong>en</strong> waarschuw<strong>de</strong><br />
h<strong>en</strong>, dat t<strong>en</strong>zij ze berouw gevoeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r lev<strong>en</strong> leidd<strong>en</strong>, ze in hun zond<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />
omkom<strong>en</strong>. In grote verslag<strong>en</strong>heid ging<strong>en</strong> ze tot Tetzel met <strong>de</strong> klacht, dat hun biechtva<strong>de</strong>r<br />
zijn briev<strong>en</strong> had geweigerd; <strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> eist<strong>en</strong> stoutweg, dat hun het geld teruggegev<strong>en</strong><br />
zou word<strong>en</strong>. De monnik was woed<strong>en</strong>d. Hij uitte <strong>de</strong> vreselikste vloek<strong>en</strong>, liet vur<strong>en</strong> aanstek<strong>en</strong><br />
op <strong>de</strong> publieke plein<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verklaar<strong>de</strong>, dat hij or<strong>de</strong>rs had van <strong>de</strong> paus “om alle ketters te<br />
verbrand<strong>en</strong>, die zijn allerheiligste aflat<strong>en</strong> durfd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>-staan.”<br />
Luther begon nu met stoutmoedigheid zijn werk als kampvechter van <strong>de</strong> waarheid. Zijn<br />
stem werd van <strong>de</strong> kansel ge-hoord tot ernstige <strong>en</strong> plechtige waarschuwing. Hij stel<strong>de</strong> het<br />
volk het walgelik karakter van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> voor, <strong>en</strong> leer<strong>de</strong> h<strong>en</strong>, dat het <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s onmogelik is,<br />
door eig<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> <strong>de</strong> schuld er- van te vermin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, of aan <strong>de</strong> straf erop te ontkom<strong>en</strong>; dat<br />
alle<strong>en</strong> berouw voor God <strong>en</strong> geloof in Christus <strong>de</strong> zondaar redd<strong>en</strong> kan; dat <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> van<br />
Christus niet kan word<strong>en</strong> gekocht, maar e<strong>en</strong> vrije gave is. Hij raad<strong>de</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan om<br />
ge<strong>en</strong> aflat<strong>en</strong> te kop<strong>en</strong>, maar in het geloof op <strong>de</strong> gekruisig<strong>de</strong> Heiland te zi<strong>en</strong>. Hij verhaal<strong>de</strong><br />
zijn eig<strong>en</strong> smartelike on<strong>de</strong>rvinding, <strong>en</strong> hoe hij tevergeefs getracht had, zichzelf zaligheid te<br />
verwerv<strong>en</strong> door verootmoediging <strong>en</strong> boetedo<strong>en</strong>ing; <strong>en</strong> verzeker<strong>de</strong> zijn hoor<strong>de</strong>rs, dat hij door<br />
van zichzelf af te zi<strong>en</strong> <strong>en</strong> in Christus te gelov<strong>en</strong>, vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> geluk gevond<strong>en</strong> had.<br />
Daar Tetzel in zijn han<strong>de</strong>l <strong>en</strong> god<strong>de</strong>loze aanmatiging<strong>en</strong> volhard<strong>de</strong>, besloot Luther, tot<br />
e<strong>en</strong> meer doeltreff<strong>en</strong>d protest teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze schreeuw<strong>en</strong><strong>de</strong> misbruik<strong>en</strong> over te gaan. Spoedig<br />
<strong>de</strong>ed zich e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid voor. De slotkerk van Witt<strong>en</strong>berg bevatte veel relikwieën, welke<br />
op zekere heilige dag<strong>en</strong> aan het volk werd<strong>en</strong> vertoond; <strong>en</strong> volle vergiff<strong>en</strong>is van zond<strong>en</strong> werd<br />
aan all<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> kerk dan bezocht<strong>en</strong> <strong>en</strong> ter biecht ging<strong>en</strong>. Gevolgelik stroom<strong>de</strong><br />
het volk op <strong>de</strong>ze dag<strong>en</strong> in massa’s daarhe<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gewichtigste van die geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>,<br />
het feest van “Allerheilig<strong>en</strong>,” na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. De dag tevor<strong>en</strong> plakte Luther, zich on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte<br />
m<strong>en</strong>g<strong>en</strong><strong>de</strong>, die reeds naar <strong>de</strong> kerk op weg war<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> papier aan <strong>de</strong> kerk<strong>de</strong>ur aan, dat vijf <strong>en</strong><br />
neg<strong>en</strong>tig stelling<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> aflat<strong>en</strong> bevatte. Hij verklaar<strong>de</strong> zich bereid, <strong>de</strong>ze<br />
stelling<strong>en</strong> op <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag in <strong>de</strong> universiteit te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die lust mocht<strong>en</strong><br />
gevoel<strong>en</strong> om ze aan te vall<strong>en</strong>.<br />
Zijn stelling<strong>en</strong> trokk<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e aandacht. Ze werd<strong>en</strong> gelez<strong>en</strong> <strong>en</strong> herlez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> naar alle<br />
zijd<strong>en</strong> herhaald. Grote op-gewond<strong>en</strong>heid heerste er aan <strong>de</strong> universiteit <strong>en</strong> in <strong>de</strong> gehele stad.<br />
Door <strong>de</strong>ze stelling<strong>en</strong> werd aangetoond, dat <strong>de</strong> macht om zond<strong>en</strong> te vergev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> straf<br />
erop weg te nem<strong>en</strong>, nimmer aan <strong>de</strong> paus of <strong>en</strong>ig m<strong>en</strong>s gegev<strong>en</strong> was. Het gehele stelsel was<br />
bedrog,— e<strong>en</strong> kunstgreep om geld af te pers<strong>en</strong> door partij te trekk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bijgelovigheid<br />
van het volk,— e<strong>en</strong> plan van Satan om <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> te verwoest<strong>en</strong> van all<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong><br />
leug<strong>en</strong>achtige voorw<strong>en</strong>dsels ervan zoud<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>. Er werd ook dui<strong>de</strong>lik aangetoond,<br />
dat het evangelie van Christus <strong>de</strong> kostbaarste schat van <strong>de</strong> kerk is, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods,<br />
die daarin wordt geop<strong>en</strong>baard, vrijelik geschonk<strong>en</strong> wordt aan all<strong>en</strong>, die er met berouw <strong>en</strong><br />
geloof naar zoek<strong>en</strong>.<br />
86
Luthers stelling<strong>en</strong> daagd<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rlegging uit; maar niemand durf<strong>de</strong> er zich aan wag<strong>en</strong>.<br />
De vrag<strong>en</strong>, die hij behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, war<strong>en</strong> in weinige dag<strong>en</strong> door geheel Duitschland bek<strong>en</strong>d, <strong>en</strong><br />
weerklonk<strong>en</strong> in <strong>en</strong>ige wek<strong>en</strong> door <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>wereld. Vele toegewij<strong>de</strong> Katholiek<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> vreselike god<strong>de</strong>loosheid in <strong>de</strong> kerk gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> betreurd hadd<strong>en</strong>, maar niet wist<strong>en</strong>, hoe<br />
<strong>de</strong> voortgang ervan te stuit<strong>en</strong>, laz<strong>en</strong> <strong>de</strong> stelling<strong>en</strong> met grote blijdschap, <strong>en</strong> herk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> er <strong>de</strong><br />
stem van God in. Ze gevoeld<strong>en</strong>, dat God in g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Zijn hand had uitgestrekt om <strong>de</strong> snel<br />
aanwass<strong>en</strong><strong>de</strong> vloed van het ver<strong>de</strong>rf, die van <strong>de</strong> bis- schoppelike zetel van Rome uitging, te<br />
ker<strong>en</strong>. Prins<strong>en</strong> <strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> verheugd<strong>en</strong> zich in het geheim, dat er perk zou word<strong>en</strong> gesteld<br />
aan <strong>de</strong> overmoedige macht, die hun het recht ontk<strong>en</strong><strong>de</strong> van zijn besluit<strong>en</strong> in twijfel te<br />
trekk<strong>en</strong>.<br />
Maar <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>liev<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> bijgelovige m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> schrokk<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> valse red<strong>en</strong>ering<strong>en</strong>,<br />
die hun angst<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gesust, werd<strong>en</strong> weggevaagd. Listige geestelik<strong>en</strong>, gestoord in hun<br />
werk van misdad<strong>en</strong> toe te lat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun inkom<strong>en</strong> in gevaar zi<strong>en</strong><strong>de</strong>, war<strong>en</strong> verwoed, <strong>en</strong><br />
spand<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> om hun aanmatiging<strong>en</strong> te handhav<strong>en</strong>. De hervormer had het hoofd te bied<strong>en</strong><br />
aan bittere beschuldigers. Sommig<strong>en</strong> klaagd<strong>en</strong> hem aan van haastig <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> eerste<br />
opwelling gehan<strong>de</strong>ld te hebb<strong>en</strong>. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> legd<strong>en</strong> hem hooggevoel<strong>en</strong>dheid t<strong>en</strong> laste,<br />
verklar<strong>en</strong><strong>de</strong> dat hij niet van God geleid was, maar door trots <strong>en</strong> drift. “Wie weet niet,”<br />
antwoord<strong>de</strong> hij, “dat m<strong>en</strong> maar zeld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuw d<strong>en</strong>kbeeld bek<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> kan zon<strong>de</strong>r <strong>en</strong>ige<br />
schijn van trots, of beschuldigd te word<strong>en</strong> van twist veroorzaakt te hebb<strong>en</strong>? Waarom werd<strong>en</strong><br />
Christus <strong>en</strong> al <strong>de</strong> martelar<strong>en</strong> ter dood gebracht?— omdat ze <strong>de</strong> schijn op zich laadd<strong>en</strong> van<br />
trotse verachters te zijn van <strong>de</strong> wijsheid van <strong>de</strong> tijd, waarin ze leefd<strong>en</strong> ; <strong>en</strong> omdat ze nieuwe<br />
waarhed<strong>en</strong> voorsteld<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> orakel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> eerst ne<strong>de</strong>rig<br />
geraadpleegd te hebb<strong>en</strong>.”<br />
An<strong>de</strong>rmaal verklaar<strong>de</strong> hij: “Wat ik doe, zal niet door m<strong>en</strong>- selik beleid, maar door <strong>de</strong><br />
raad Gods bewerkt word<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> het Gods werk is, wie zal het ker<strong>en</strong>? Indi<strong>en</strong> het dit niet is,<br />
wie zal het bespoedig<strong>en</strong>? Niet mijn wil, niet <strong>de</strong> hunne, niet <strong>de</strong> onze,— maar Uw wil, o<br />
heilige Va<strong>de</strong>r, die in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> zijt!” Ofschoon Luther door Gods Geest bewog<strong>en</strong> was, om<br />
zijn werk te beginn<strong>en</strong>, zou hij het niet voortzett<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r zware strijd. De verwijting<strong>en</strong> van<br />
zijn vijand<strong>en</strong>, hun verkeer<strong>de</strong> voorstelling<strong>en</strong> van zijn doel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> onrechtvaardige <strong>en</strong> lasterlike<br />
aanmerking<strong>en</strong> over zijn karakter <strong>en</strong> beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> over hem he<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />
overweldig<strong>en</strong><strong>de</strong> vloed, <strong>en</strong> blev<strong>en</strong> niet zon<strong>de</strong>r gevolg. Hij had er zich verzekerd van<br />
gehoud<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs van het volk, zowel in kerk als in school, zich gaarne met hem<br />
zoud<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>igd hebb<strong>en</strong> in zijn poging<strong>en</strong> tot hervorming. Aanmoedig<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>,<br />
die hoge post<strong>en</strong> bekleedd<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> hem met vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> hoop vervuld. In het verschiet had<br />
hij reeds e<strong>en</strong> blij<strong>de</strong>r dag voor <strong>de</strong> kerk zi<strong>en</strong> dag<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> aanmoediging was in verwijt <strong>en</strong><br />
veroor<strong>de</strong>ling verkeerd. Vele overhed<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> kerk zowel als in <strong>de</strong> staat, war<strong>en</strong> overtuigd<br />
van <strong>de</strong> waarheid van zijn stelling<strong>en</strong>, maar zag<strong>en</strong> aldra in, dat het aannem<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze<br />
waarhed<strong>en</strong> grote veran<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge zou hebb<strong>en</strong>.<br />
87
Het volk te verlicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> te hervorm<strong>en</strong> betek<strong>en</strong><strong>de</strong> niet an<strong>de</strong>rs, dan het gezag van Rome te<br />
on<strong>de</strong>rmijn<strong>en</strong>, duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> strom<strong>en</strong>, die daar nu in <strong>de</strong> schatkist vloeid<strong>en</strong>, af te ker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
overdaad <strong>en</strong> pracht van <strong>de</strong> pauselike lei<strong>de</strong>rs daardoor zeer te vermin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Behalve dat, het<br />
volk te ler<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> als verantwoor<strong>de</strong>like wez<strong>en</strong>s te ler<strong>en</strong> han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die alle<strong>en</strong> op<br />
Christus zag<strong>en</strong> als <strong>de</strong> bron van hun zaligheid, zou <strong>de</strong> troon van <strong>de</strong> paus omverwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
slotte hun eig<strong>en</strong> gezag vernietig<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong>ze red<strong>en</strong> weigerd<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>re k<strong>en</strong>nis, die<br />
God hun aanbood, aan te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> schaard<strong>en</strong> zich teg<strong>en</strong> Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid, door zich<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> man te stell<strong>en</strong>, die Hij gezond<strong>en</strong> had om h<strong>en</strong> te verlicht<strong>en</strong>.<br />
Luther beef<strong>de</strong> wanneer hij op zichzelf zag,— één <strong>en</strong>ig man teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> grootste<br />
macht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Hij twijfel<strong>de</strong> er somtijds aan, of hij er waarlik door God toe geleid<br />
was, om zichzelf teg<strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> kerk te stell<strong>en</strong>. “Wie was ik,” schrijft hij, “dat ik <strong>de</strong><br />
majesteit van <strong>de</strong> paus zou teg<strong>en</strong>staan, voor wie ... <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele<br />
wereld heefd<strong>en</strong>?” . . . “Niemand kan zich ind<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, wat mijn hart geled<strong>en</strong> heeft gedur<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
die eerste twee jar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot welk e<strong>en</strong> moe<strong>de</strong>loosheid, ik mag het wel wanhoop noem<strong>en</strong>, ik<br />
somtijds verviel.” Maar hij werd niet aan ontmoediging t<strong>en</strong> prooi. To<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sesteun hem<br />
ontviel, zag hij op God alle<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvond, dat hij in volle veiligheid kon leun<strong>en</strong> op die<br />
almachtige arm.<br />
Aan e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d van <strong>de</strong> Hervorming schreef Luther: “Wij kunn<strong>en</strong> noch door studie, noch<br />
door verstan<strong>de</strong>like ontwikkeling inzicht in <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> verkrijg<strong>en</strong>. Daarom moet uw eerste<br />
plicht zijn, met gebed te beginn<strong>en</strong>. Smeek <strong>de</strong> Heer, om u naar Zijn rijke barmhartigheid<br />
g<strong>en</strong>adiglik e<strong>en</strong> waar begrip van Zijn Woord te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Er is ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re uitlegger van het<br />
woord Gods, dan <strong>de</strong> Schrijver van dat woord zelf, zoals Hij gezegd heeft: ‘Ze zull<strong>en</strong> all<strong>en</strong><br />
van God geleerd zijn.’ Verwacht niets van uw eig<strong>en</strong> werk, van uw eig<strong>en</strong> verstand: vertrouw<br />
alle<strong>en</strong> op God, <strong>en</strong> <strong>de</strong> invloed van Zijn Geest. Neem dit aan op het gezeg<strong>de</strong> van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s,<br />
die <strong>de</strong> zaak op <strong>de</strong> proef gesteld heeft.” Hier is e<strong>en</strong> uiterst belangrijke les voor h<strong>en</strong>, die<br />
gevoel<strong>en</strong>, dat God h<strong>en</strong> geroep<strong>en</strong> heeft om <strong>de</strong> ernstige waarhed<strong>en</strong> voor <strong>de</strong>ze tijd aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Deze waarhed<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> vijandschap do<strong>en</strong> ontbrand<strong>en</strong> van Satan, <strong>en</strong> van h<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> fabel<strong>en</strong>, welke hij verzonn<strong>en</strong> heeft, liefhebb<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> strijd met <strong>de</strong> boze macht<strong>en</strong> is er<br />
meer nodig dan kracht van verstand <strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike wijsheid.<br />
Wanneer <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> zich beriep<strong>en</strong> op gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong>, of op <strong>de</strong><br />
bewering<strong>en</strong> <strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> paus, ont-moette Luther h<strong>en</strong> met <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel<br />
alle<strong>en</strong>. Hier war<strong>en</strong> bewijsgrond<strong>en</strong>, waar ze niets teg<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>; daarom schreeuwd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> slav<strong>en</strong> van vorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijgeloof om zijn bloed, gelijk <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> het bloed van Christus<br />
geëist hadd<strong>en</strong>. “Hij is e<strong>en</strong> ketter,” riep<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomse ijveraars. “Het is hoogverraad, zulk e<strong>en</strong><br />
gruwelike ketter e<strong>en</strong> uur langer te lat<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>! Laat het schavot onmid<strong>de</strong>llik voor hem<br />
opgericht word<strong>en</strong>!” Maar Luther werd hun woe<strong>de</strong> niet t<strong>en</strong> prooi. God had e<strong>en</strong> werk voor<br />
hem te do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel gezond<strong>en</strong> om hem te bescherm<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong><br />
echter, die van Luther het kostbare licht ontvang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong> Satans woe<strong>de</strong>, <strong>en</strong><br />
88
verduurd<strong>en</strong> ter wille van <strong>de</strong> waarheid onbevreesd marteling <strong>en</strong> dood. Luthers leer trok <strong>de</strong><br />
aandacht van ernstigd<strong>en</strong>k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> door geheel Duitschland.<br />
Uit zijn prek<strong>en</strong> <strong>en</strong> geschrift<strong>en</strong> straal<strong>de</strong> licht, dat duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> wakker schud<strong>de</strong> <strong>en</strong> verlichtte.<br />
E<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>d geloof begon <strong>de</strong> plaats in te nem<strong>en</strong> van <strong>de</strong> do<strong>de</strong> vorme- likheid, die <strong>de</strong> kerk zo<br />
lang aan band<strong>en</strong> had gelegd. Het volk verloor dageliks meer zijn vertrouw<strong>en</strong> in Rome’s<br />
bijgeloof. De bolwerk<strong>en</strong> van vooroor<strong>de</strong>el begonn<strong>en</strong> weg te vall<strong>en</strong>. Gods woord, waaraan<br />
Luther ie<strong>de</strong>re leerstelling <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re eis toetste, was gelijk e<strong>en</strong> tweesnijd<strong>en</strong>d zwaard, dat tot in<br />
<strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk doordrong. Overal ontwaakte er e<strong>en</strong> verlang<strong>en</strong> naar geestelike<br />
vooruitgang. Alom ontstond e<strong>en</strong> honger<strong>en</strong> <strong>en</strong> dorst<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> gerechtigheid, gelijk se<strong>de</strong>rt<br />
eeuw<strong>en</strong> niet gek<strong>en</strong>d was geweest. De og<strong>en</strong> van het volk, die zo lang op m<strong>en</strong>selike<br />
instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> aardse mid<strong>de</strong>laars gericht geweest war<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>dd<strong>en</strong> zich nu in berouw <strong>en</strong><br />
geloof naar Christus <strong>en</strong> die gekruist.<br />
Deze algem<strong>en</strong>e belangstelling wekte <strong>de</strong> vrees van <strong>de</strong> pauselike gezaghebbers nog meer<br />
op. Luther werd gedagvaard om te Rome te verschijn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich te verantwoord<strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />
aanklacht van ketterij. Het bevel vervul<strong>de</strong> zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> met schrik. Ze k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> het gevaar<br />
maar al te goed, dat hem bedreig<strong>de</strong> in die verdorv<strong>en</strong> stad, die alreeds dronk<strong>en</strong> was van het<br />
bloed van <strong>de</strong> martelar<strong>en</strong> voor Jezus. Ze verzett<strong>en</strong> zich teg<strong>en</strong> zijn gaan naar Rome, <strong>en</strong><br />
verzocht<strong>en</strong>, dat zijn on<strong>de</strong>rzoek in Duitschland zou mog<strong>en</strong> plaats vind<strong>en</strong>.<br />
Deze schikking werd ein<strong>de</strong>lik getroff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> pauselike afgevaardig<strong>de</strong> aangesteld om<br />
<strong>de</strong> zaak te hor<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> instruk- tieën, welke <strong>de</strong>ze beambte van <strong>de</strong> opperpriester ontving,<br />
werd gezegd dat Luther reeds tot ketter verklaard was. Er werd aan <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong><br />
daarom opgedrag<strong>en</strong>, hem te “vervolg<strong>en</strong> <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r verwijl tot zwijg<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.” Indi<strong>en</strong> hij<br />
standvastig zou blijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> niet gelukk<strong>en</strong> zou, om zich van zijn<br />
persoon meester te mak<strong>en</strong>, was hij gemachtigd “om hem in alle plaats<strong>en</strong> in Duitschland<br />
vogelvrij te verklar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om all<strong>en</strong>, die met hem verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, uit <strong>de</strong> weg te ruim<strong>en</strong>, te<br />
vloek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> ban te do<strong>en</strong>.” En ver<strong>de</strong>r, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze ver<strong>de</strong>rfelike ketterij volkom<strong>en</strong> uit<br />
te roei<strong>en</strong>, beval <strong>de</strong> paus zijn afgevaardig<strong>de</strong>, om all<strong>en</strong>, welke waardigheid ze ook bekled<strong>en</strong><br />
mocht<strong>en</strong> in kerk of staat, behalve <strong>de</strong> keizer, buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> geme<strong>en</strong>schap van <strong>de</strong> kerk te sluit<strong>en</strong>,<br />
zo ze zoud<strong>en</strong> nalat<strong>en</strong>, Luther <strong>en</strong> zijn aanhangers te grijp<strong>en</strong> <strong>en</strong> over te lever<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> wraak<br />
van Rome.<br />
Hieruit toont zich <strong>de</strong> ware geest van het pausdom. Ge<strong>en</strong> spoor van Christelik beginsel, of<br />
zelfs van gewone rechtvaar digheid, is in het gehele dokum<strong>en</strong>t te vind<strong>en</strong>. Luther was ver van<br />
Rome verwij<strong>de</strong>rd; hij had ge<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid gehad, om zijn gedrag of zijn ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
stelling te verklar<strong>en</strong> of te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>; toch werd hij, v——r zijn zaak nog on<strong>de</strong>rzocht was,<br />
kortweg verklaard e<strong>en</strong> ketter te zijn, <strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> dag gewaarschuwd, beschuldigd, verhoord,<br />
<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld; <strong>en</strong> dat alles door <strong>de</strong> heilige va<strong>de</strong>r, zoals hij zichzelf noemt, het <strong>en</strong>ige,<br />
oppermachtige, onfeilbare gezag in kerk of staat!<br />
89
In <strong>de</strong>ze tijd, to<strong>en</strong> Luther zo zeer behoefte had aan het me<strong>de</strong>gevoel <strong>en</strong> <strong>de</strong> raad van e<strong>en</strong><br />
trouwe vri<strong>en</strong>d, zond Gods voor-zi<strong>en</strong>igheid Melanchton naar Witt<strong>en</strong>berg. Jong van jar<strong>en</strong>,<br />
ne<strong>de</strong>rig <strong>en</strong> schroomvallig in zijn manier<strong>en</strong>, gewon Melanchtons gezond oor<strong>de</strong>el, uitgebrei<strong>de</strong><br />
k<strong>en</strong>nis, <strong>en</strong> innem<strong>en</strong><strong>de</strong> welspre-k<strong>en</strong>dheid, die zich aan reinheid <strong>en</strong> oprechtheid van karakter<br />
paard<strong>en</strong>, algem<strong>en</strong>e bewon<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> achting. Zijn schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet meer<br />
opvall<strong>en</strong>d dan <strong>de</strong> zachtheid van zijn aanleg. Hij werd spoedig e<strong>en</strong> ernstig discipel van het<br />
evangelie, <strong>en</strong> Luthers vertrouwdste vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong> meest gewaar<strong>de</strong>er<strong>de</strong> steun; zijn zachtheid,<br />
voorzichtigheid, <strong>en</strong> zorgvuldigheid di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> als aanvulling van Luthers moed <strong>en</strong> ijver. Hun<br />
sam<strong>en</strong>- werking gaf kracht aan <strong>de</strong> Hervorming, <strong>en</strong> was e<strong>en</strong> bron van grote aanmoediging<br />
voor Luther.<br />
Augsburg was bepaald als <strong>de</strong> plaats, waar het verhoor zou gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
hervormer begaf zich te voet op reis daarhe<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> maakte zich ernstig over hem bezorgd.<br />
Er was op<strong>en</strong>lik gedreigd, dat hij op reis gegrep<strong>en</strong> <strong>en</strong> vermoord zou word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
smeekt<strong>en</strong> hem, het niet te wag<strong>en</strong>. Ze drong<strong>en</strong> er zelfs bij hem op aan, dat hij Witt<strong>en</strong>berg e<strong>en</strong><br />
tijd lang verlat<strong>en</strong> zou, <strong>en</strong> veiligheid zoek<strong>en</strong> bij <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hem met vreug<strong>de</strong> zoud<strong>en</strong><br />
bescherm<strong>en</strong>. Maar hij wil<strong>de</strong> <strong>de</strong> post, die God hem aangewez<strong>en</strong> had, niet opgev<strong>en</strong>. Hij moest<br />
getrouw ver<strong>de</strong>r gaan met <strong>de</strong> waarheid te handhav<strong>en</strong>, nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> storm<strong>en</strong>, die om<br />
hem woedd<strong>en</strong>. Zijn taal was: “Ik b<strong>en</strong> ge-lijk Jeremia, e<strong>en</strong> man van strijd <strong>en</strong> twist; maar hoe<br />
meer ze me dreig<strong>en</strong>, hoe meer ze mijn blijdschap verhog<strong>en</strong>. ... Ze hebb<strong>en</strong> mijn eer <strong>en</strong> mijn<br />
goe<strong>de</strong> naam reeds door het slijk gesleurd. Al wat me nog rest, is mijn nietswaardig lichaam;<br />
laat h<strong>en</strong> dat ook hebb<strong>en</strong>; ze zull<strong>en</strong> mijn lev<strong>en</strong> daardoor slechts <strong>en</strong>ige ur<strong>en</strong> verkort<strong>en</strong>. Maar<br />
wat mijn ziel aangaat, die zull<strong>en</strong> ze niet krijg<strong>en</strong>. Hij, die het Woord van Christus aan <strong>de</strong><br />
wereld w<strong>en</strong>st te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, moet ie<strong>de</strong>r uur <strong>de</strong> dood ver-wacht<strong>en</strong>.”<br />
De tijding van Luthers aankomst te Augsburg gaf grote voldo<strong>en</strong>ing aan <strong>de</strong> pauselike<br />
afgevaardig<strong>de</strong>. De lastige ketter, die <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong> gehele wereld tot zich trok, sche<strong>en</strong><br />
nu in <strong>de</strong> macht van Rome te zijn, <strong>en</strong> <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> nam zich voor, dat hij niet zou<br />
ontsnapp<strong>en</strong>. De hervormer had verzuimd, zich van e<strong>en</strong> vrijgelei<strong>de</strong> te voorzi<strong>en</strong>. Zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
drong<strong>en</strong> erop aan, dat hij niet zon<strong>de</strong>r dat dokum<strong>en</strong>t voor <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> zou verschijn<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zijzelv<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> op zich, het van <strong>de</strong> keizer te verkrijg<strong>en</strong>. Het was het plan van <strong>de</strong><br />
afgevaardig<strong>de</strong> om Luther zo mogelik te dwing<strong>en</strong> om te herroep<strong>en</strong>, of, indi<strong>en</strong> dit niet gelukte,<br />
hem naar Rome te lat<strong>en</strong> voer<strong>en</strong>, om in het lot van Huss <strong>en</strong> Jérome te <strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Daarom trachtte<br />
hij door zijn handlangers Luther te overred<strong>en</strong>, om zon<strong>de</strong>r vrijgelei<strong>de</strong> te verschijn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich<br />
aan zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> toe te vertrouw<strong>en</strong>. Dit weiger<strong>de</strong> <strong>de</strong> hervormer beslist. Niet voordat hij het<br />
geschrift, dat hem <strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong> keizer verzeker<strong>de</strong>, ontvang<strong>en</strong> had, versche<strong>en</strong> hij<br />
in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> pauselike afgezant.<br />
Uit voorzichtigheid beslot<strong>en</strong> <strong>de</strong> Katholiek<strong>en</strong>, te tracht<strong>en</strong> Luther te winn<strong>en</strong> door e<strong>en</strong><br />
schijn van zachtheid. De afgevaardig<strong>de</strong> betoon<strong>de</strong> zich zeer vri<strong>en</strong><strong>de</strong>lik, wanneer hij zich met<br />
hem on<strong>de</strong>rhield; maar hij eiste, dat Luther zich onvoorwaar- <strong>de</strong>lik aan het gezag van <strong>de</strong> kerk<br />
zou on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r punt zou toegev<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r bespreking of on<strong>de</strong>rzoek. Hij had het<br />
90
karakter van <strong>de</strong> man, met wie hij te do<strong>en</strong> had, niet naar waar<strong>de</strong> geschat. Luther drukte in zijn<br />
antwoord zijn ontzag voor <strong>de</strong> kerk uit, zijn verlang<strong>en</strong> naar waarheid, ver<strong>de</strong>r zijn bereidheid<br />
om alle bezwar<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wat hij verkondigd had te beantwoord<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn leerstelling<strong>en</strong> te<br />
on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong> aan het besluit van zekere voorname universiteit<strong>en</strong>. Maar tegelijkertijd kwam<br />
hij op teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> eis van <strong>de</strong> kardinaal, dat hij herroep<strong>en</strong> zou, zon<strong>de</strong>r dat er bewez<strong>en</strong> was, dat<br />
hij dwaal<strong>de</strong>.<br />
Het <strong>en</strong>ige antwoord was: “Herroep, herroep.” De hervormer toon<strong>de</strong> aan, dat zijn stelling<br />
zich grond<strong>de</strong> op <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verklaar<strong>de</strong> vastberad<strong>en</strong>, dat hij <strong>de</strong> waarheid niet herroep<strong>en</strong><br />
kon. De legaat, onmachtig om Lutlrers bewering<strong>en</strong> te weerlegg<strong>en</strong>, overstelpte hem met e<strong>en</strong><br />
vloed van verwijt<strong>en</strong>, spotternij<strong>en</strong> <strong>en</strong> vleierij<strong>en</strong>, doorspekt met aanhaling<strong>en</strong> uit <strong>de</strong><br />
overlevering<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gezegd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerkva<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> liet <strong>de</strong> hervormer ge<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid om<br />
te sprek<strong>en</strong>. Zi<strong>en</strong><strong>de</strong> dat <strong>de</strong> bije<strong>en</strong>komst, op <strong>de</strong>ze wijze voortgezet, volkom<strong>en</strong> nutteloos zou<br />
zijn, verkreeg Luther ein<strong>de</strong>lik zeer schoorvoet<strong>en</strong>d vergunning, om zijn antwoord in<br />
geschrifte voor te legg<strong>en</strong>. “Met zo te do<strong>en</strong>,” schreef hij aan e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d, “staat er voor <strong>de</strong><br />
verdrukte e<strong>en</strong> dubbele kans op<strong>en</strong>; t<strong>en</strong> eerste kan, wat geschrev<strong>en</strong> staat, on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
aan het oor<strong>de</strong>el van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>; <strong>en</strong> t<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> heeft m<strong>en</strong> beter geleg<strong>en</strong>heid om op <strong>de</strong><br />
banghartigheid, zo al niet het gewet<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aanmatig<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> ratel<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>spoot te werk<strong>en</strong>,<br />
door wi<strong>en</strong>s gebied<strong>en</strong><strong>de</strong> taal m<strong>en</strong> an<strong>de</strong>rs overweldigd zou word<strong>en</strong>.”<br />
Bij het volg<strong>en</strong><strong>de</strong> on<strong>de</strong>rhond lever<strong>de</strong> Luther e<strong>en</strong> hel<strong>de</strong>re, beknopte <strong>en</strong> krachtige<br />
uite<strong>en</strong>zetting van zijn inzicht<strong>en</strong>, overvloedig gestaafd door vele aanhaling<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>.<br />
Na dit geschrift voorgelez<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, overhandig<strong>de</strong> hij het aan <strong>de</strong> Kardinaal, die het echter<br />
met verachting ter zij<strong>de</strong> wierp, verklar<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat het e<strong>en</strong> hoop ij<strong>de</strong>le woord<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ontoepasselike aanhaling<strong>en</strong> was. Luther, nu volkom<strong>en</strong> wakker geschud, stel<strong>de</strong> zich tans<br />
teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> trotse prelaat op di<strong>en</strong>s eig<strong>en</strong> grond,— <strong>de</strong> overlevering<strong>en</strong> <strong>en</strong> leerstelling<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> kerk,— <strong>en</strong> wierp zijn stelling<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> omver.<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> prelaat zag, dat Luthers red<strong>en</strong>ering niet we<strong>de</strong>r- legd kon word<strong>en</strong>, verloor hij alle<br />
zelfbeheersing, <strong>en</strong> riep woed<strong>en</strong>d uit: “Herroep, of ik zal u naar Rome z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, om daar voor<br />
<strong>de</strong> rechters te verschijn<strong>en</strong>, die aangesteld zijn om k<strong>en</strong>nis van uw zaak te nem<strong>en</strong>. Ik zal u met<br />
al uw aanhangers, <strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die u te <strong>en</strong>iger tijd ter wille zull<strong>en</strong> zijn, in <strong>de</strong> ban do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
uit <strong>de</strong> kerk werp<strong>en</strong>.” En ein<strong>de</strong>lik verklaar<strong>de</strong> hij op hoge <strong>en</strong> toornige toon: “Herroep, of kom<br />
niet weer terug.” De hervormer trok zich onmid<strong>de</strong>llik met zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> terug, op die wijze<br />
dui<strong>de</strong>lik te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> gev<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat er van hem ge<strong>en</strong> herroeping te verwacht<strong>en</strong> was. Dit was niet<br />
<strong>de</strong> bedoeling van <strong>de</strong> kardinaal geweest. Hij had zich gevleid, dat hij Luther door geweld tot<br />
on<strong>de</strong>rwerping zou kunn<strong>en</strong> drijv<strong>en</strong>. Nu, met zijn aanhangers alle<strong>en</strong> gelat<strong>en</strong>, keek hij <strong>de</strong> e<strong>en</strong><br />
na <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r aan, t<strong>en</strong> hoogste teleurgesteld over <strong>de</strong> onverwachte mislukking van zijn plann<strong>en</strong>.<br />
Luthers poging<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> bij <strong>de</strong>ze geleg<strong>en</strong>heid niet zon<strong>de</strong>r goe<strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong>. De vele<br />
verzameld<strong>en</strong>, die teg<strong>en</strong>woordig war<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid gehad om <strong>de</strong> twee mann<strong>en</strong> te<br />
vergelijk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor zichzelv<strong>en</strong> te oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, welke geest zich in h<strong>en</strong> had geop<strong>en</strong>baard, zowel<br />
91
als over <strong>de</strong> kracht <strong>en</strong> waarheid van hun stelling<strong>en</strong>. Hoe opvall<strong>en</strong>d was <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling! De<br />
hervormer, e<strong>en</strong>voudig, ne<strong>de</strong>rig, standvastig, stond daar in <strong>de</strong> kracht Gods, met <strong>de</strong> waarheid<br />
aan zijn zij<strong>de</strong>; <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> van <strong>de</strong> paus, zelfbewust, overheers<strong>en</strong>d, trots <strong>en</strong> onre- <strong>de</strong>lik,<br />
lever<strong>de</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele bewijsgrond uit <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> riep <strong>de</strong>sniettemin op heftige toon:<br />
“Herroep, of ge zult naar Rome gezond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om uw straf te ontvang<strong>en</strong>.”<br />
Hoewel Luther e<strong>en</strong> vrijgelei<strong>de</strong> ontvang<strong>en</strong> had, smeedd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Katholiek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aanslag om<br />
hem te grijp<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> te zett<strong>en</strong>. Zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> drong<strong>en</strong> erop aan, dat, daar het nutteloos<br />
voor hem was om nog langer te vertoev<strong>en</strong>, hij zon<strong>de</strong>r verwijl naar Witt<strong>en</strong>berg zou<br />
terugker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> grootste zorg moest gedrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, dat zijn voornem<strong>en</strong> geheim zou<br />
blijv<strong>en</strong>. Gevolgelik verliet hij Augsburg te paard v——r het aanbrek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag, slechts<br />
van e<strong>en</strong> gids vergezeld, die <strong>de</strong> magistraat hem verschaft had. Met angstige voorgevoel<strong>en</strong>s<br />
ging hij heimelik door <strong>de</strong> donkere <strong>en</strong> stille strat<strong>en</strong> van <strong>de</strong> stad. Waakzame <strong>en</strong> wre<strong>de</strong><br />
vijand<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> zijn on<strong>de</strong>rgang beslot<strong>en</strong>. Zou hij aan <strong>de</strong> strikk<strong>en</strong> ontkom<strong>en</strong>, die ze voor<br />
hem gespann<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ? Dat war<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blikk<strong>en</strong> van b<strong>en</strong>auwdheid <strong>en</strong> ernstig gebed. Hij<br />
kwam bij e<strong>en</strong> kleine poort in <strong>de</strong> muur van <strong>de</strong> stad. Die werd hem geop<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
verhin<strong>de</strong>ring ging hij er met zijn gids door. E<strong>en</strong>maal veilig buit<strong>en</strong>, ver-haastt<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
vluchteling<strong>en</strong> hun spoed, <strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> van Luthers vertrek hoor<strong>de</strong>, was hij<br />
buit<strong>en</strong> het bereik van zijn vervolgers. Satan <strong>en</strong> zijn handlangers war<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong>. De man,<br />
die ze in hun macht dacht<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, was als e<strong>en</strong> vogel aan <strong>de</strong> strik van <strong>de</strong> vogelvanger<br />
ontkom<strong>en</strong>.<br />
Bij het hor<strong>en</strong> van Luthers ontvluchting was <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> buit<strong>en</strong> zichzelf van<br />
verbazing <strong>en</strong> toorn. Hij had verwacht, grote eer te behal<strong>en</strong> door wijsheid <strong>en</strong> standvastigheid<br />
in zijn on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>ling met <strong>de</strong>ze rustverstoor<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> kerk, maar zijn hoop werd<br />
beschaamd. Hij luchtte zijn toorn in e<strong>en</strong> brief aan Fre<strong>de</strong>rik, <strong>de</strong> keurvorst van Saks<strong>en</strong>,waarin<br />
hij Luther bitterlik beschuldig<strong>de</strong>,<strong>en</strong> eiste dat Fre<strong>de</strong>rik <strong>de</strong> hervormer naar Rome z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, of<br />
hem uit Saks<strong>en</strong> verbann<strong>en</strong> zou.In zijn ver<strong>de</strong>diging drong Luther erop aan, dat <strong>de</strong><br />
afgevaardig<strong>de</strong> of <strong>de</strong> paus hem zijn dwaling<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> zou ton<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verbond zich op<br />
het plechtigst, zijn leerstelling<strong>en</strong> af te zwer<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze kond<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in strijd te<br />
zijn met Gods woord. En hij drukte zijn dankbaarheid aan God uit, dat hij waardig geacht<br />
was, voor zulk e<strong>en</strong> heilige zaak te lijd<strong>en</strong>.<br />
De keurvorst wist nog weinig van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> leer, maar was diep getroff<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
oprechtheid, kracht <strong>en</strong> klaarheid van Luthers woord<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Fre<strong>de</strong>rik besloot zijn beschermer<br />
te zull<strong>en</strong> zijn, totdat er bewez<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> hervormer dwaal<strong>de</strong>. Antwoord<strong>en</strong><strong>de</strong> op<br />
<strong>de</strong> eis van <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong>, schreef hij: ” ‘Gij behoor<strong>de</strong> tevred<strong>en</strong> te zijn, daar Doktor<br />
Martin te Augsburg voor u versch<strong>en</strong><strong>en</strong> is. Wij verwachtt<strong>en</strong> niet, dat ge hem zoudt tracht<strong>en</strong> te<br />
lat<strong>en</strong> herroep<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r hem eerst van zijn dwaling te overtuig<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong> in<br />
ons vorst<strong>en</strong>dom hebb<strong>en</strong> ons me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld, dat Martins leer god<strong>de</strong>loos, antichristelik, of<br />
ketters is.’ De vorst weiger<strong>de</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> om Luther naar Rome te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, of hem uit zijn<br />
stat<strong>en</strong> te verbann<strong>en</strong>.”<br />
92
De keurvorst zag in, dat <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>like band<strong>en</strong> van <strong>de</strong> maatschappij aan alle kant<strong>en</strong> aan het<br />
verslapp<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> groot hervormingswerk was nodig. De ingewikkel<strong>de</strong> <strong>en</strong> kostbare<br />
inrichting<strong>en</strong> om misdaad teg<strong>en</strong> te gaan <strong>en</strong> te straff<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> onnodig zijn, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
Gods gebod<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verlicht gewet<strong>en</strong> slechts erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
gehoorzaamd<strong>en</strong>. Hij zag, dat Luthers arbeid zich naar dit doel he<strong>en</strong>strekte, <strong>en</strong> hij verheug<strong>de</strong><br />
er zich in het geheim over, dat er zich e<strong>en</strong> betere invloed in <strong>de</strong> kerk <strong>de</strong>ed geld<strong>en</strong>.<br />
Ook zag hij, dat Luther als professor aan <strong>de</strong> universiteit met uitstek<strong>en</strong>d gevolg werkzaam<br />
was. Nog was er pas e<strong>en</strong> jaar verlop<strong>en</strong> sinds Luther zijn stelling<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> slotkerk<br />
aangeplakt had, <strong>en</strong> toch was het aantal van <strong>de</strong> pelgrims, die <strong>de</strong> kerk op het feest van<br />
Allerheilig<strong>en</strong> bezocht<strong>en</strong>, reeds veel min<strong>de</strong>r. Rome was van aanbid<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> gav<strong>en</strong> beroofd<br />
geword<strong>en</strong>, maar hun plaats was ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die zich nu<br />
naar Witt<strong>en</strong>berg spoedd<strong>en</strong>,— ge<strong>en</strong> pelgrims om <strong>de</strong> relikwieën te aanbidd<strong>en</strong>, maar stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> gehoorzal<strong>en</strong> vuld<strong>en</strong>. De geschrift<strong>en</strong> van Luther hadd<strong>en</strong> overal nieuwe belangstelling<br />
in <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> aangewakkerd, <strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> uit alle <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van Duitschland, maar<br />
ook uit an<strong>de</strong>re land<strong>en</strong> stroomd<strong>en</strong> er stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> universiteit. Jonge mann<strong>en</strong>, die voor<br />
<strong>de</strong> eerste maal Witt<strong>en</strong>berg in het gezicht kreg<strong>en</strong>, “hiev<strong>en</strong> hun hand<strong>en</strong> op naar <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong><br />
loofd<strong>en</strong> God, die het licht <strong>de</strong>r waarheid uit <strong>de</strong>ze stad liet schijn<strong>en</strong>, gelijk in vroegere tijd<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> berg Zion, om het tot <strong>de</strong> verstverwij- <strong>de</strong>r<strong>de</strong> land<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> doordring<strong>en</strong>.”<br />
11D’Aubigné, boek 4, Kap. 10. 11D’Aubigné, boek 4, Kap. 10.<br />
Luther was nog slechts ge<strong>de</strong>eltelik van <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van het Katholicisme bekeerd.<br />
Maar het vergelijk<strong>en</strong> van het <strong>Heilig</strong>e Woord met <strong>de</strong> pauselike <strong>de</strong>kret<strong>en</strong> <strong>en</strong> instelling<strong>en</strong><br />
vervul<strong>de</strong> hem met verbazing. “Ik lees,” schreef hij, “<strong>de</strong> <strong>de</strong>kret<strong>en</strong> van <strong>de</strong> opperpriesters, <strong>en</strong> ...<br />
ik weet niet of <strong>de</strong> paus <strong>de</strong> antichrist zelf is, of zijn apostel; z— verkeerd wordt Christus erin<br />
voorgesteld, <strong>en</strong> zelfs gekruisigd.” Toch on<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> Luther in <strong>de</strong>ze tijd <strong>de</strong> Roomse Kerk<br />
nog, <strong>en</strong> dacht er niet aan, dat hij zich ooit van zijn geme<strong>en</strong>schap zou afscheid<strong>en</strong>. De<br />
geschrift<strong>en</strong> <strong>en</strong> leer van <strong>de</strong> hervormer werd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r ie<strong>de</strong>r volk van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid verspreid.<br />
Het werk breid<strong>de</strong> zich uit naar Zwitserland <strong>en</strong> Holland. Kopieën van zijn geschrift<strong>en</strong> brak<strong>en</strong><br />
zich baan naar Frankrijk <strong>en</strong> Spanje. In Engeland werd zijn leer als het woord <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s<br />
ontvang<strong>en</strong>. De waarheid had zich ook tot België <strong>en</strong> Italië uitgestrekt. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uit<br />
hun doodslaap wakker geschud tot <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoop van e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> <strong>de</strong>s geloofs.<br />
Rome’s woe<strong>de</strong> steeg voortdur<strong>en</strong>d door <strong>de</strong> aanvall<strong>en</strong> van Luther; <strong>en</strong> sommige van zijn<br />
fanatieke teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs, zelfs doktor<strong>en</strong> aan Katholieke universiteit<strong>en</strong>, verklaard<strong>en</strong> dat hij,<br />
die <strong>de</strong> opstandige monnik zou dod<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r zon<strong>de</strong> zijn zou. Op zekere dag sprak e<strong>en</strong><br />
vreem<strong>de</strong>ling <strong>de</strong> hervormer aan, met e<strong>en</strong> pistool on<strong>de</strong>r zijn mantel verborg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vroeg hem,<br />
waarom hij zon<strong>de</strong>r gelei<strong>de</strong> was. “Ik b<strong>en</strong> in Gods hand,” antwoord<strong>de</strong> Luther. “Hij is mijn<br />
hulp <strong>en</strong> mijn schild. Wat kan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s mij do<strong>en</strong>?” Op het hor<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong><br />
verbleekte <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>ling, <strong>en</strong> vluchtte uit <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels.<br />
93
Bij Rome stond <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>lging van Luther vast; maar God was zijn bescherming. Zijn<br />
leer werd overal vernom<strong>en</strong>,—“in ne<strong>de</strong>rige woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> kloosters, ... in <strong>de</strong> kastel<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
e<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> universiteit<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> paleiz<strong>en</strong> van <strong>de</strong> koning<strong>en</strong>; <strong>en</strong> mann<strong>en</strong> van e<strong>de</strong>l karakter<br />
stond<strong>en</strong> aan alle kant<strong>en</strong> op, om zijn poging<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong>.” Het was omtr<strong>en</strong>t <strong>de</strong>ze tijd,<br />
dat Luther door het lez<strong>en</strong> van <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> van Huss bemerkte, dat <strong>de</strong> Boheemse hervormer <strong>de</strong><br />
grote waarheid van reehtvaardigmaking door het geloof, die hijzelf trachtte voor te staan <strong>en</strong><br />
te ler<strong>en</strong>, ook voorgestaan had. “We zijn all<strong>en</strong>,” sprak Luther, “Paulus, Augustinus <strong>en</strong> ikzelf,<br />
zon<strong>de</strong>r het te wet<strong>en</strong>, Hussiet<strong>en</strong> geweest.” “God zal <strong>de</strong> wereld zeker bezoek<strong>en</strong>,” vervolg<strong>de</strong> hij,<br />
“omdat <strong>de</strong> waarheid e<strong>en</strong> eeuw geled<strong>en</strong> gepredikt is <strong>en</strong> verbrand is geword<strong>en</strong>.”<br />
In e<strong>en</strong> beroep op <strong>de</strong> keizer <strong>en</strong> <strong>de</strong> Duitse a<strong>de</strong>l t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> Hervorming van het<br />
Christ<strong>en</strong>dom, schreef Luther aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> paus: “Het is iets vreseliks om <strong>de</strong> man, die zich<br />
<strong>de</strong> ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r van Christus noemt, e<strong>en</strong> pracht te zi<strong>en</strong> t<strong>en</strong> toon spreid<strong>en</strong>, waarin ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel<br />
keizer hem gelijk kan staan. Is dat <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige Jezus of <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rige Petrus gelijk zijn? De<br />
paus, zegg<strong>en</strong> ze, is <strong>de</strong> heer van <strong>de</strong> wereld! Maar Christus, wi<strong>en</strong>s ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r hij zich<br />
beroemt te zijn, heeft gezegd: ‘Mijn koninkrijk is niet van <strong>de</strong>ze wereld.’ Kan het rijk van<br />
e<strong>en</strong> ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r zich ver<strong>de</strong>r uitstrekk<strong>en</strong> dan dat van zijn hoofd?”<br />
Over <strong>de</strong> universtiteit<strong>en</strong> schreef hij op <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> wijze: “Ik vreze zeer, dat <strong>de</strong><br />
universiteit<strong>en</strong> <strong>de</strong> grote poort<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong>, die naar <strong>de</strong> hel leid<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij ze ijverig zorg<br />
drag<strong>en</strong>, <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> uit te legg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> jongelingschap in te<br />
griff<strong>en</strong>. Ik raad niemand aan zijn kind te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> niet <strong>de</strong> eerste<br />
plaats innem<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re inrichting, waar Gods woord niet aanhoud<strong>en</strong>d bestu<strong>de</strong>erd wordt,<br />
moet aan be<strong>de</strong>rf blootstaan.” Dit beroep verspreid<strong>de</strong> zich snel door Duitschland, <strong>en</strong> oef<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
e<strong>en</strong> machtige invloed op het volk uit. Het gehele volk kwam in beroering, <strong>en</strong> grote schar<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> opgewekt om zich om <strong>de</strong> standaard van <strong>de</strong> hervorming te schar<strong>en</strong>. Luthers<br />
teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs, brand<strong>en</strong><strong>de</strong> van verlang<strong>en</strong> om zich te wrek<strong>en</strong>, drong<strong>en</strong> er bij <strong>de</strong> paus op aan,<br />
dat hij besliss<strong>en</strong><strong>de</strong> stapp<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hem zou nem<strong>en</strong>. Er werd beslot<strong>en</strong>, zijn leerstelling<strong>en</strong><br />
onmid<strong>de</strong>llik te veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Zestig dag<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormer <strong>en</strong> zijn aanhangers<br />
toegestaan, aan het eind waarvan, zo ze niet herriep<strong>en</strong>, all<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ban zoud<strong>en</strong> gedaan<br />
word<strong>en</strong>. Dat was e<strong>en</strong> vreselike krisis voor <strong>de</strong> Hervorming. Eeuw<strong>en</strong> lang had <strong>de</strong> ban van<br />
Rome machtige vorst<strong>en</strong> schrik aangejaagd ; hij had grote rijk<strong>en</strong> met ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> verwoesting<br />
vervuld. Zij, die door dit oor<strong>de</strong>el getroff<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> met angst <strong>en</strong> afschuw<br />
beschouwd; ze war<strong>en</strong> verstot<strong>en</strong> van omgang met hun me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> als<br />
misdadigers behan<strong>de</strong>ld, die uitgeroeid moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Luther was niet blind voor <strong>de</strong> storm, die over hem zou losbarst<strong>en</strong>, maar bleef standvastig,<br />
vertrouw<strong>en</strong><strong>de</strong> op Christus als zijn hulp <strong>en</strong> zijn schild. Met het geloof <strong>en</strong> <strong>de</strong> moed van e<strong>en</strong><br />
martelaar schreef hij : “Wat er gebeur<strong>en</strong> zal, weet ik niet, <strong>en</strong> w<strong>en</strong>s het ook niet te wet<strong>en</strong>. . . .<br />
Waar <strong>de</strong> slag me ook moge treff<strong>en</strong>, ik vrees hem niet. Zelfs ge<strong>en</strong> boomblad valt af zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
wil van onze Va<strong>de</strong>r. Hoeveel te meer zal Hij zorg drag<strong>en</strong> voor ons! Het is e<strong>en</strong> lichte zaak<br />
om voor het Woord te sterv<strong>en</strong>, daar dit Woord, dat vlees voor ons werd, zelf gestorv<strong>en</strong> is.<br />
94
Indi<strong>en</strong> we met Hem sterv<strong>en</strong>, zo zull<strong>en</strong> we met Hem lev<strong>en</strong>; <strong>en</strong>, doorstaan<strong>de</strong> wat Hij voor ons<br />
heeft doorgestaan, zull<strong>en</strong> we kom<strong>en</strong>, waar Hij is, <strong>en</strong> eeuwig met Hem wez<strong>en</strong>.”<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> pauselike ban Luther bereikte, sprak hij: “Ik veracht hem, <strong>en</strong> verzet er mij teg<strong>en</strong><br />
als god<strong>de</strong>loos <strong>en</strong> vals . . . Het is Christus zelf, die daarin veroor<strong>de</strong>eld wordt. ... Ik verblijd er<br />
mij in, dat ik zoveel moet lijd<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> beste zaak, die er bestaat. Reeds gevoel ik grotere<br />
vrijheid in mijn hart, want nu weet ik ein<strong>de</strong>lik, dat <strong>de</strong> paus <strong>de</strong> antichrist is, <strong>en</strong> zijn troon die<br />
van <strong>de</strong> Satan zelf.” Toch bleef het bevel van Rome niet zon<strong>de</strong>r gevolg. Gevang<strong>en</strong>is,<br />
marteling <strong>en</strong> zwaard war<strong>en</strong> machtige wap<strong>en</strong><strong>en</strong> om (1D’Aubigné, bock 6, Kap. 9 (3<strong>de</strong><br />
Lond<strong>en</strong>se ed., Waltlier, 1840). gehoorzaamheid af te dwing<strong>en</strong>. De zwakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijgelovig<strong>en</strong><br />
beefd<strong>en</strong> voor het <strong>de</strong>kreet van <strong>de</strong> paus, <strong>en</strong> terwijl er algem<strong>en</strong>e sympathie met Luther heerste,<br />
gevoeld<strong>en</strong> vel<strong>en</strong>, dat het lev<strong>en</strong> hun te dierbaar was om het voor <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> hervorming<br />
in <strong>de</strong> waagschaal te stell<strong>en</strong>. Alles sche<strong>en</strong> aan te duid<strong>en</strong>, dat het werk van <strong>de</strong> hervorming<br />
bijna t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> was.<br />
Luther echter bleef onbevreesd. Rome had hem zijn banvloek<strong>en</strong> toegeslingerd; <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
wereld zag toe, er niet aan twij-fel<strong>en</strong><strong>de</strong> dat hij zou omkom<strong>en</strong>, of gedwong<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om toe<br />
te gev<strong>en</strong>. Maar met vreselike kracht wierp hij het vonnis van veroor<strong>de</strong>ling op Rome zelf<br />
terug, <strong>en</strong> gaf in het op<strong>en</strong>baar zijn besluit te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, om die kerk voor altijd te verlat<strong>en</strong>. In <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordigheid van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, doktor<strong>en</strong> <strong>en</strong> burgers uit alle stand<strong>en</strong><br />
verbrand<strong>de</strong> Luther <strong>de</strong> pauselike bul, tezam<strong>en</strong> met <strong>de</strong> kanonieke wett<strong>en</strong>, <strong>de</strong> <strong>de</strong>kret<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
zekere geschrift<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> pauselike macht on<strong>de</strong>rsteund<strong>en</strong>. “Het is mijn vijand<strong>en</strong> gelukt,” zo<br />
zei hij, “om door het verbrand<strong>en</strong> van mijn boek<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaak <strong>de</strong>r waarheid scha<strong>de</strong> aan te do<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van het gewone volk, <strong>en</strong> hun ziel<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> gaan; om die red<strong>en</strong><br />
verbrand ik we<strong>de</strong>rkerig ook hun hoek<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> ernstige strijd is juist begonn<strong>en</strong>. Tot nu toe heb<br />
ik maar met <strong>de</strong> paus gespeeld. Ik b<strong>en</strong> dit werk in Gods naam begonn<strong>en</strong>; het zal zon<strong>de</strong>r mij<br />
<strong>en</strong> door Zijn macht voleindigd word<strong>en</strong>.”<br />
Op <strong>de</strong> verwijting<strong>en</strong> van zijn vijand<strong>en</strong>, die hem tartt<strong>en</strong> met <strong>de</strong> zwakheid van zijn zaak,<br />
antwoord<strong>de</strong> Luther: “Wie weet of God me niet gekoz<strong>en</strong> <strong>en</strong> geroep<strong>en</strong> heeft; <strong>en</strong> of zij niet<br />
behoord<strong>en</strong> te vrez<strong>en</strong>, dat ze, door mij te veracht<strong>en</strong>, misschi<strong>en</strong> God zelf veracht<strong>en</strong> ? Mozes<br />
was alle<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> uittocht uit Egypte; Elia stond alle<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> regering van Koning Achab;<br />
Je- saja was alle<strong>en</strong> te Jeruzalem; Ezechiël alle<strong>en</strong> te Babylon, . . . God heeft nimmer <strong>de</strong><br />
hogepriester of <strong>en</strong>ig groot man tot profeet verkor<strong>en</strong>; maar Hij koos gewoonlik lage <strong>en</strong><br />
verachte mann<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>s zelfs <strong>de</strong> her<strong>de</strong>r Amos. In ie<strong>de</strong>re eeuw zijn <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong><br />
geword<strong>en</strong> om <strong>de</strong> grot<strong>en</strong>, koning<strong>en</strong>, prins<strong>en</strong>, priesters <strong>en</strong> wijze mann<strong>en</strong> te bestraff<strong>en</strong>, op<br />
gevaar van hun lev<strong>en</strong>. ... Ik zeg niet, dat ik e<strong>en</strong> profeet b<strong>en</strong>; maar wat ik zeg, is, dat zij juist<br />
daarom behoord<strong>en</strong> te vrez<strong>en</strong>, omdat ik alle<strong>en</strong> sta, <strong>en</strong> zij vel<strong>en</strong> zijn. Hiervan b<strong>en</strong> ik zeker, dat<br />
Gods woord bij mij is, <strong>en</strong> dat het niet aan hun kant is.”<br />
Echter was het niet dan na e<strong>en</strong> vreselike strijd met zichzelf, dat Luther besloot, zich<br />
ein<strong>de</strong>lik van <strong>de</strong> kerk af te scheid<strong>en</strong>. Het was omtr<strong>en</strong>t die tijd, dat hij schreef: “Ik gevoel<br />
95
ie<strong>de</strong>re dag meer <strong>en</strong> meer, hoe moeilik het is om <strong>de</strong> bezwar<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kindsheid heeft<br />
ingezog<strong>en</strong>, op zij<strong>de</strong> te zett<strong>en</strong>. O, welk e<strong>en</strong> pijn heeft het me gekost, ofschoon ik <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong><br />
aan mijn zij<strong>de</strong> had, om het voor mezelf te rechtvaardig<strong>en</strong>, dat ik me alle<strong>en</strong> stel<strong>de</strong> teg<strong>en</strong>over<br />
<strong>de</strong> paus, <strong>en</strong> hem <strong>de</strong> antichrist noem<strong>de</strong>! Hoe heeft mijn hart er niet on<strong>de</strong>r geled<strong>en</strong>! Hoe<br />
m<strong>en</strong>igmaal heb ik mezelf niet in bitterheid <strong>de</strong>s geestes die vraag gesteld, die zo gedurig op<br />
<strong>de</strong> lipp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> was: ‘Zijt gij alle<strong>en</strong> wijs? Zoud<strong>en</strong> alle an<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
verkeerd zi<strong>en</strong> ? Wat zal het zijn, indi<strong>en</strong> ondanks alles gij toch nog ongelijk zoudt hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
in uw dwaling zo vele ziel<strong>en</strong> me<strong>de</strong>sleept, die dan voor eeuwig verlor<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> gaan?’ Z—<br />
worstel<strong>de</strong> ik met mezelf <strong>en</strong> met Satan, totdat Christus, door Zijn onfeilbaar woord, mijn hart<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze twijfeling<strong>en</strong> versterkte.”<br />
De paus had Luther met <strong>de</strong> kerkelike ban gedreigd, indi<strong>en</strong> hij niet wil<strong>de</strong> herroep<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
dat dreigem<strong>en</strong>t werd nu uitgevoerd. Er versche<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuwe bul, waarin <strong>de</strong> hervormer als<br />
bepaald van <strong>de</strong> Roomse Kerk gescheid<strong>en</strong> werd verklaard, <strong>en</strong> als e<strong>en</strong> gevloekte <strong>de</strong>s hemels<br />
gebrandmerkt, terwijl all<strong>en</strong>, die zijn leer zoud<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>ling<br />
beslot<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. De grote strijd was nu voor goed begonn<strong>en</strong>.<br />
Teg<strong>en</strong>werking is het lot van all<strong>en</strong>, die God gebruikt om waarhed<strong>en</strong> aan het licht te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, welke in het biezon<strong>de</strong>r voor hun tijd pass<strong>en</strong>. Er was e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordige waarheid<br />
voor <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Luther,— e<strong>en</strong> waarheid, voor die tijd van biezon<strong>de</strong>r gewicht; er is e<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordige waarheid voor <strong>de</strong> kerk van hed<strong>en</strong>. Het heeft Hem, die alle ding<strong>en</strong> doet<br />
volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> raad van Zijn wil, behaagd, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> omgeving<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
hun plicht<strong>en</strong> op te legg<strong>en</strong>, die eig<strong>en</strong> zijn aan <strong>de</strong> tijd, waarin ze lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong>,<br />
waarin ze geplaatst zijn. Indi<strong>en</strong> ze het hun geschonk<strong>en</strong> licht op prijs wild<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong><br />
ze e<strong>en</strong> ruimer inzicht in <strong>de</strong> waarheid erlang<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage verlangt<br />
ev<strong>en</strong> weinig naar waarheid als <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong>, die Luther teg<strong>en</strong>stond<strong>en</strong>. Er heerst <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
neiging om <strong>de</strong> theorieën <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in plaats van Gods Woord aan te<br />
nem<strong>en</strong>, als in vroegere eeuw<strong>en</strong>. Zij, die <strong>de</strong> waarheid voor <strong>de</strong>ze tijd predik<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> niet<br />
verwacht<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> gunstiger ontvangst te zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dan <strong>de</strong> vroegere hervormers. De grote<br />
strijd tuss<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> dwaling, tuss<strong>en</strong> Christus <strong>en</strong> Satan, zal in hevigheid to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> tot<br />
aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong>ze wereld.<br />
Jezus sprak tot Zijn discipel<strong>en</strong>: “Indi<strong>en</strong> gij van <strong>de</strong> wereld waart, zo zou <strong>de</strong> wereld het<br />
hare liefhebb<strong>en</strong>; doch omdat gij van <strong>de</strong> wereld niet zijt, maar ik u uit <strong>de</strong> wereld heb<br />
uitverkor<strong>en</strong>, daarom haat u <strong>de</strong> wereld. Ged<strong>en</strong>kt het woord, dat Ik u gezegd heb: E<strong>en</strong><br />
di<strong>en</strong>stknecht is niet meer<strong>de</strong>r dan zijn heer. Indi<strong>en</strong> ze Mij vervolgd hebb<strong>en</strong>, ze zull<strong>en</strong> ook u<br />
vervolg<strong>en</strong>; indi<strong>en</strong> ze Mijn woord bewaard hebb<strong>en</strong>, ze zull<strong>en</strong> ook het uwe bewar<strong>en</strong>.” En aan<br />
<strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant verklaar<strong>de</strong> onze Heer dui<strong>de</strong>lik: “Wee u, wanneer al <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wel van u<br />
sprek<strong>en</strong>! want hun va<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong>sgelijks van <strong>de</strong> valse profet<strong>en</strong>.” 2De geest van <strong>de</strong> wereld<br />
is hed<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>szins meer in overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> Geest van Christus dan in vroegere<br />
tijd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zij, die het woord Gods zuiver predik<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> nu met niet meer welwill<strong>en</strong>dheid<br />
ontvang<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dan to<strong>en</strong>. De wijze van teg<strong>en</strong>werking teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid moge<br />
96
verschill<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vijandschap moge min<strong>de</strong>r op<strong>en</strong>lik zijn, omdat die van listiger aard is; maar<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> teg<strong>en</strong>kanting bestaat nog, <strong>en</strong> zal zich op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> tot het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> tijd.<br />
97
Hoofdstuk 8 — Luther voor <strong>de</strong> Rijksdag<br />
E<strong>en</strong> nieuwe keizer, Karel V., had <strong>de</strong> troon van Duitschland beklomm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
afgezond<strong>en</strong><strong>en</strong> van Rome haastt<strong>en</strong> zich, hem hun gelukw<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan te bied<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorst<br />
over te hal<strong>en</strong> om zijn macht teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming te gebruik<strong>en</strong>. Aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant smeekte<br />
hem <strong>de</strong> keurvorst van Saks<strong>en</strong>, aan wie Karel voor e<strong>en</strong> groot <strong>de</strong>el zijn kroon te dank<strong>en</strong> had,<br />
ge<strong>en</strong> stapp<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Luther te nem<strong>en</strong>, v——r hij hem e<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rhoud toegestaan zou hebb<strong>en</strong>.<br />
Dit bracht <strong>de</strong> keizer in grote verwarring <strong>en</strong> verleg<strong>en</strong>heid. Niets min<strong>de</strong>r dan e<strong>en</strong> keizerlik<br />
edikt, dat Luther ter dood veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> zou, kon <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> tevred<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>. De<br />
keurvorst had vastberad<strong>en</strong> verklaard, dat “noch zijn keizerlike majesteit, noch iemand<br />
an<strong>de</strong>rs hem nog getoond had, dat <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> her-vormer we<strong>de</strong>rlegd war<strong>en</strong>;”<br />
daarom verzocht hij, “dat Doktor Luther voorzi<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vrijgelei<strong>de</strong>, opdat hij<br />
zich zou kunn<strong>en</strong> verantwoord<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> rechtbank van geleer<strong>de</strong>, vrome, <strong>en</strong> onpartijdige<br />
rechters.”<br />
De aandacht van alle partij<strong>en</strong> vestig<strong>de</strong> zich nu op <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> Duitse Stat<strong>en</strong>,<br />
die kort na <strong>de</strong> troonsbeklimming van Karel te Worms zou gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> grote<br />
politieke vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> belang<strong>en</strong>, die door <strong>de</strong>ze volksverga<strong>de</strong>ring overwog<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>;<br />
voor <strong>de</strong> eerste maal zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> prins<strong>en</strong> van Duitschland hun jeugdige vorst ontmoet<strong>en</strong> om<br />
als e<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>ring met hem te raadpleg<strong>en</strong>. Van alle <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van het va<strong>de</strong>rland war<strong>en</strong> <strong>de</strong> hoge<br />
beambt<strong>en</strong> van kerk <strong>en</strong> staat bije<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>. Wereldlike overhed<strong>en</strong> van hoge geboorte,<br />
machtig, <strong>en</strong> naijverig op hun erfrecht<strong>en</strong>; prinselike geestelik<strong>en</strong>, opgeblaz<strong>en</strong> door het<br />
bewustzijn van hun meer<strong>de</strong>re rang <strong>en</strong> macht; hoffelike rid<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> hun gewap<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
volgeling<strong>en</strong>, <strong>en</strong> afgevaardigd<strong>en</strong> uit vreem<strong>de</strong> <strong>en</strong> verre land<strong>en</strong>—all<strong>en</strong> verzameld<strong>en</strong> zich te<br />
Worms. Toch was het on<strong>de</strong>rwerp, dat <strong>de</strong>ze grote verga<strong>de</strong>ring het meest belang inboezem<strong>de</strong>,<br />
<strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> Saksiese hervormer.<br />
Karel had <strong>de</strong> keurvorst vooruit gelast, Luther met zich me<strong>de</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> Rijksdag,<br />
on<strong>de</strong>r verzekering van bescherming, <strong>en</strong> belofte van vrije bespreking van <strong>de</strong> strijdvrag<strong>en</strong> met<br />
bevoeg<strong>de</strong> person<strong>en</strong>. Luther was verlang<strong>en</strong>d om voor <strong>de</strong> keizer te verschijn<strong>en</strong>. Zijn<br />
gezondheid was in die tijd zeer lijd<strong>en</strong><strong>de</strong>; toch schreef hij aan <strong>de</strong> keurvorst: “Indi<strong>en</strong> ik <strong>de</strong> reis<br />
naar Worms niet in goe<strong>de</strong> welstand kan do<strong>en</strong>, zal ik daarhe<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zo ziek als<br />
ik b<strong>en</strong>. Want als <strong>de</strong> keizer me geroep<strong>en</strong> heeft, kan ik er niet aan twijfel<strong>en</strong>, dat het <strong>de</strong><br />
roepstem van God zelf is. Indi<strong>en</strong> ze van plan zijn geweld teg<strong>en</strong> me te gebruik<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong><br />
waarschijnlik wel het geval is (want het is zeker niet om inlichting te verkrijg<strong>en</strong>, dat ze van<br />
me vor<strong>de</strong>r<strong>en</strong> dat ik v——r h<strong>en</strong> zal verschijn<strong>en</strong>), zo plaats ik <strong>de</strong> zaak in <strong>de</strong> hand <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>.<br />
Hij, die <strong>de</strong> drie jongeling<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vurige ov<strong>en</strong> bewaar<strong>de</strong>, leeft <strong>en</strong> regeert nog. Indi<strong>en</strong> het Zijn<br />
wil niet is, mij te redd<strong>en</strong>, dan is mijn lev<strong>en</strong> van weinig betek<strong>en</strong>is. Lat<strong>en</strong> we slechts zorg<br />
drag<strong>en</strong>, dat het evangelie niet blootgesteld wordt aan <strong>de</strong> spot van <strong>de</strong> god-<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> lat<strong>en</strong><br />
we liever ons bloed ervoor vergiet<strong>en</strong>, uit vrees dat zij mocht<strong>en</strong> zegevier<strong>en</strong>. Het staat niet aan<br />
98
mij om te beliss<strong>en</strong> of mijn lev<strong>en</strong> of wel mijn dood het meest zal bijdrag<strong>en</strong> tot heil van<br />
all<strong>en</strong>. . . . Verwacht liever alles van mij dan vlucht of herroeping. Vlucht<strong>en</strong> kan ik niet; herroep<strong>en</strong><br />
nog min<strong>de</strong>r.”<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijding zich te Worms verspreid<strong>de</strong>, dat Luther voor <strong>de</strong> Rijksdag zou verschijn<strong>en</strong>,<br />
heerste er algem<strong>en</strong>e opgewond<strong>en</strong>heid. Alean<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> pauselike legaat, aan wie <strong>de</strong> zaak in het<br />
biezon<strong>de</strong>r was opgedrag<strong>en</strong>, was verontrust <strong>en</strong> woed<strong>en</strong>d. Hij zag in, dat het gevolg noodlottig<br />
zijn zou voor <strong>de</strong> pauselike belang<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek in te stell<strong>en</strong> naar iets, waar <strong>de</strong> paus<br />
reeds zijn veroor<strong>de</strong>ling over had uitgesprok<strong>en</strong>, was niet an<strong>de</strong>rs dan het gezag van <strong>de</strong><br />
reger<strong>en</strong><strong>de</strong> opperpriester met verachting behan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was hij bevreesd, dat <strong>de</strong><br />
welsprek<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> krachtige argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze man vele van <strong>de</strong> prins<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zaak van<br />
<strong>de</strong> paus zoud<strong>en</strong> aftrekk<strong>en</strong>. Daarom trachtte hij Karel op <strong>de</strong> dring<strong>en</strong>dste wijze te overtuig<strong>en</strong>,<br />
dat Luther niet te Worms moest verschijn<strong>en</strong>. Ongeveer om <strong>de</strong>ze tijd werd <strong>de</strong> bul<br />
uitgevaardigd, die Luther vogelvrij verklaar<strong>de</strong>; <strong>en</strong> dit feit, verbond<strong>en</strong> met hetge<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
afgevaardig<strong>de</strong> hem voorhield, bracht er <strong>de</strong> keizer toe, om toe te gev<strong>en</strong>. Hij schreef aan <strong>de</strong><br />
keurvorst, dat, indi<strong>en</strong> Luther niet herroep<strong>en</strong> wil<strong>de</strong>, hij te Witt<strong>en</strong>berg moest blijv<strong>en</strong>.<br />
Niet tevred<strong>en</strong> met <strong>de</strong>ze overwinning, gebruikte Alean<strong>de</strong>r al <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> geslep<strong>en</strong>heid,<br />
die hem t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>ste stond<strong>en</strong>, om Luthers veroor<strong>de</strong>ling te bewerk<strong>en</strong>. Met e<strong>en</strong> volharding, e<strong>en</strong><br />
betere zaak waardig, drong hij het geval op aan <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, prelat<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>re led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring, <strong>de</strong> hervormer beschuldig<strong>en</strong><strong>de</strong> van “verleiding, opstand,<br />
god<strong>de</strong>loosheid, <strong>en</strong> lastering.” Maar <strong>de</strong> heftigheid <strong>en</strong> hartstocht, die <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> aan <strong>de</strong><br />
dag leg<strong>de</strong>, op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> maar al te dui<strong>de</strong>lik, wat geest hem dreef. “Haat <strong>en</strong> wraakzucht,” was<br />
<strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e opmerking, “zijn zijn beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong>, veel meer dan ware godsdi<strong>en</strong>stijver.”<br />
De meer<strong>de</strong>rheid op <strong>de</strong> Rijksdag was meer dan ooit g<strong>en</strong>eigd, Luthers zaak gunstig te<br />
beoor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>.<br />
Met verdubbel<strong>de</strong> ijver drong Alean<strong>de</strong>r er bij <strong>de</strong> keizer op aan, dat hij zijn plicht zou do<strong>en</strong><br />
in het uitvoer<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pauselike edikt<strong>en</strong>. Maar on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Duitse wet kon dit niet gedaan<br />
word<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> toestemming van <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, t<strong>en</strong> laatste voor <strong>de</strong> overlast zwicht<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
die <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> hem aan<strong>de</strong>ed, gelastte Karel hem, zijn zaak voor <strong>de</strong> Rijksdag te legg<strong>en</strong>.<br />
“Het was e<strong>en</strong> roemvolle dag voor <strong>de</strong> afgezant. De verga<strong>de</strong>ring was groot, <strong>de</strong> zaak nog groter.<br />
Alean<strong>de</strong>r zou voor Rome pleit<strong>en</strong>, ... <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r <strong>en</strong> het hoofd van alle kerk<strong>en</strong>.” Hij zou <strong>de</strong><br />
vorstelike macht van Petrus voor <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid handhav<strong>en</strong>.<br />
“Hij bezat <strong>de</strong> gave <strong>de</strong>r welsprek<strong>en</strong>dheid, <strong>en</strong> het gewicht van <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid beziel<strong>de</strong> hem.<br />
De Voorzi<strong>en</strong>igheid had het z— beschikt, dat Rome verteg<strong>en</strong>woordigd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> pleit<strong>en</strong> zou<br />
door zijn bekwaamste spreker, in teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> doorluchtigste rechtbank, eer het<br />
veroor<strong>de</strong>eld werd.” Met e<strong>en</strong> <strong>en</strong>igszins angstig voorgevoel wachtt<strong>en</strong> zij, die <strong>de</strong> hervormer<br />
gunstig gezind war<strong>en</strong>, het gevolg van Alean<strong>de</strong>rs toespraak af. De keurvorst van Saks<strong>en</strong> was<br />
er niet bij teg<strong>en</strong>woordig, maar op zijn bevel war<strong>en</strong> er <strong>en</strong>ige van zijn raadsled<strong>en</strong>, om<br />
aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> re<strong>de</strong> van <strong>de</strong> afgezant.<br />
99
Met al <strong>de</strong> macht <strong>de</strong>r geleerdheid <strong>en</strong> welsprek<strong>en</strong>heid zette Alean<strong>de</strong>r er zich toe om <strong>de</strong><br />
waarheid omver te werp<strong>en</strong>. Aan-klacht na aanklacht slinger<strong>de</strong> hij Luther naar het hoofd, als<br />
ware hij e<strong>en</strong> vijand van kerk <strong>en</strong> staat, van lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> dod<strong>en</strong>, van geestelikheid <strong>en</strong> lek<strong>en</strong>,<br />
van raadsverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> <strong>en</strong> private Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>. “Er is g<strong>en</strong>oeg in <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van Luther,”<br />
verklaar<strong>de</strong> hij, om het verbrand<strong>en</strong> van “hon<strong>de</strong>rd duiz<strong>en</strong>d ketters te rechtvaardig<strong>en</strong>.” Tot<br />
besluit trachtte hij <strong>de</strong> aanhangers van het hervorm<strong>de</strong> geloof verachtelik te mak<strong>en</strong>. “Wat zijn<br />
al <strong>de</strong>ze Lutheran<strong>en</strong>? — E<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>gd sam<strong>en</strong>raapsel van overmoedige opvoedkundig<strong>en</strong>,<br />
verdorv<strong>en</strong> priesters, losbandige monnik<strong>en</strong>, onwet<strong>en</strong><strong>de</strong> wetgeleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervall<strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong>,<br />
met het gem<strong>en</strong>e volk, dat ze bedrog<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedorv<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Hoe ver staat <strong>de</strong> Katholieke<br />
partij in aantal, k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> macht bov<strong>en</strong> h<strong>en</strong>! E<strong>en</strong> e<strong>en</strong>stemmig <strong>de</strong>kreet van <strong>de</strong>ze doorluchtige<br />
verga<strong>de</strong>ring zal <strong>de</strong> og<strong>en</strong> van <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudig<strong>en</strong> op<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>de</strong> onvoorzichtig<strong>en</strong> hun gevaar<br />
aanton<strong>en</strong>, <strong>de</strong> wankel<strong>en</strong>d<strong>en</strong> do<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zwakk<strong>en</strong> sterk<strong>en</strong>.”<br />
Met <strong>de</strong>rgelijke wap<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> waarheid door alle eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong><br />
aangevall<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>. Dezelf<strong>de</strong> argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> nog gebruikt teg<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die in<br />
teg<strong>en</strong>stelling van <strong>de</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dwaling<strong>en</strong>, <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige <strong>en</strong> dui<strong>de</strong>like leer van Gods<br />
woord durv<strong>en</strong> voordrag<strong>en</strong>.“ Wie zijn <strong>de</strong>ze predikers van nieuwe leerstelling<strong>en</strong>?” roep<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> uit, die naar e<strong>en</strong> populaire godsdi<strong>en</strong>st hak<strong>en</strong>. “Ze zijn ongeleerd, weinig<strong>en</strong> in getal,<br />
<strong>en</strong> van geringe stand. Toch bewer<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> waarheid te hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Gods verkor<strong>en</strong> volk te<br />
zijn. Onwet<strong>en</strong>d zijn ze <strong>en</strong> verleid. Hoe ver staat onze kerk bov<strong>en</strong> h<strong>en</strong> in aantal <strong>en</strong> invloed!<br />
Hoe veel grote <strong>en</strong> geleer<strong>de</strong> mann<strong>en</strong> zijn er on<strong>de</strong>r ons! Hoeveel meer macht is er aan onze<br />
zij<strong>de</strong>!” Dat zijn <strong>de</strong> argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, wier invloed bij <strong>de</strong> wereld geldt; doch ze betek<strong>en</strong><strong>en</strong> tans<br />
ev<strong>en</strong> weinig als in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormer.<br />
De Hervorming is niet, gelijk vel<strong>en</strong> veron<strong>de</strong>rstell<strong>en</strong>, met Luther geëindigd. Hij zal<br />
voortgezet word<strong>en</strong> tot aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong>ze wereld. Luther had e<strong>en</strong><br />
groots werk te do<strong>en</strong> met het licht, dat God op hem had lat<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>, op an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te do<strong>en</strong><br />
weerkaats<strong>en</strong>; toch ontving hij niet al het licht, dat aan <strong>de</strong> wereld gegev<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>. Van<br />
die tijd af tot op hed<strong>en</strong> is er voortdur<strong>en</strong>d nieuw licht over <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> opgegaan, <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
zich gedurig nieuwe waarhed<strong>en</strong> ontvouwd.<br />
De aanspraak van <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> maakte e<strong>en</strong> diepe indruk op <strong>de</strong> Rijksdag. Er was<br />
ge<strong>en</strong> Luther teg<strong>en</strong>woordig om met <strong>de</strong> klare <strong>en</strong> overtuig<strong>en</strong><strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van Gods woord <strong>de</strong><br />
pauselike kampvechter te verslaan. Ge<strong>en</strong> poging werd aangew<strong>en</strong>d om <strong>de</strong> hervormer te<br />
ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>. Er op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> zich e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e neiging om niet alle<strong>en</strong> hem <strong>en</strong> <strong>de</strong> leer, die hij<br />
predikte, te veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, maar zo mogelik <strong>de</strong> ketterij uit te roei<strong>en</strong>. Rome had <strong>de</strong> gunstigste<br />
geleg<strong>en</strong>heid gehad om zijn zaak te bepleit<strong>en</strong>. Alles wat het tot zijn eig<strong>en</strong> rechtvaardiging<br />
aanvoer<strong>en</strong> kon, was gezegd. Doch <strong>de</strong> schijnbare overwinning was het tek<strong>en</strong> van ne<strong>de</strong>rlaag.<br />
Van nu aan zou het kontrast tuss<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> dwaling dui<strong>de</strong>liker aan het licht tred<strong>en</strong>, daar<br />
ze nu op<strong>en</strong>lik in botsing war<strong>en</strong>. Van die dag aan zou Rome nooit meer zo veilig staan, als<br />
het gestaan had.<br />
100
Terwijl <strong>de</strong> meest<strong>en</strong> van <strong>de</strong> led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Rijksdag niet geaarzeld zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om<br />
Luther aan <strong>de</strong> wraak van Rome over te gev<strong>en</strong>, zag<strong>en</strong> <strong>en</strong> betreurd<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> het<br />
heers<strong>en</strong><strong>de</strong> be<strong>de</strong>rf in <strong>de</strong> kerk, <strong>en</strong> w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>de</strong> misbruik<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>r- drukk<strong>en</strong>, waaron<strong>de</strong>r het<br />
Duitse volk leed, t<strong>en</strong> gevolge van <strong>de</strong> verdorv<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> geldgierigheid van <strong>de</strong> priesterschap.<br />
De afgevaardig<strong>de</strong> had <strong>de</strong> pauselike regering in het gunstigste licht gesteld. Nu bewoog <strong>de</strong><br />
Heer e<strong>en</strong> lid van <strong>de</strong> Rijksdag om e<strong>en</strong> ware beschrijving te gev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
pauselike tirannie. Met e<strong>de</strong>le standvastigheid stond Hertog George van Saks<strong>en</strong> in die<br />
prinselike verga<strong>de</strong>ring op, <strong>en</strong> leg<strong>de</strong> met schrikkelike juistheid <strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
afschuwelikhed<strong>en</strong> van het pausdom, <strong>en</strong> <strong>de</strong> afgrijselike gevolg<strong>en</strong> ervan bloot. Aan het ein<strong>de</strong><br />
sprak hij:—<br />
“Dit zijn slechts <strong>en</strong>ige van <strong>de</strong> misbruik<strong>en</strong>, die om hervorming van Rome roep<strong>en</strong>. Alle<br />
schaamte is afgelegd, <strong>en</strong> slechts één doel wordt standvastig in het oog gehoud<strong>en</strong> . . . geld,<br />
geld, geld, . . . zodat <strong>de</strong> predikers, wier plicht het is, <strong>de</strong> waarheid te on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>, niets dan<br />
leug<strong>en</strong> uit<strong>en</strong>, <strong>en</strong> toch niet alle<strong>en</strong> geduld, maar zelfs beloond word<strong>en</strong>, want hoe groter hun<br />
leug<strong>en</strong>s, hoe groter hun winst. Dat is die onzuivere bron, waaruit zoveel vuile bek<strong>en</strong> vloei<strong>en</strong>.<br />
Losbandigheid <strong>en</strong> gierigheid gaan hand aan hand. . . . Helaas! het is <strong>de</strong> ergernis, door <strong>de</strong><br />
geestelikheid veroorzaakt, die zoveel arme ziel<strong>en</strong> in het eeuwig ver<strong>de</strong>rf stort. E<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e<br />
hervorming moet tot stand gebracht word<strong>en</strong>.”<br />
E<strong>en</strong> betere <strong>en</strong> krachtiger blootlegging van <strong>de</strong> pauselike misbruik<strong>en</strong> had zelfs Luther niet<br />
kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>; <strong>en</strong> het feit, dat <strong>de</strong> spreker e<strong>en</strong> beslist vijand van <strong>de</strong> hervormer was, zette zijn<br />
woord<strong>en</strong> meer gewicht bij. War<strong>en</strong> <strong>de</strong> og<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring op<strong>en</strong> geweest, ze zoud<strong>en</strong><br />
Gods <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in hun midd<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, die stral<strong>en</strong> licht <strong>de</strong>d<strong>en</strong> schitter<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
duisternis <strong>de</strong>r dwaling he<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verstand<strong>en</strong> <strong>en</strong> hart<strong>en</strong> ontslot<strong>en</strong> tot aanname van <strong>de</strong> waarheid.<br />
Het was <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> God <strong>de</strong>r waarheid <strong>en</strong> wijsheid, die zelfs van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs van<br />
<strong>de</strong> Hervorming beslag nam, <strong>en</strong> alzo <strong>de</strong> weg baan<strong>de</strong> voor het grote werk, dat er verricht zou<br />
word<strong>en</strong>. Martijn Luther was niet teg<strong>en</strong>woordig; maar <strong>de</strong> stem van Eén groter dan Luther<br />
werd in die verga<strong>de</strong>ring gehoord.<br />
E<strong>en</strong> komitee werd onmid<strong>de</strong>llik door <strong>de</strong> Rijksdag aangesteld om e<strong>en</strong> lijst op te mak<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> pauselike verdrukking<strong>en</strong>, waaron<strong>de</strong>r het Duitse volk zo zwaar gebukt ging. Deze lijst, die<br />
hon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> één zak<strong>en</strong> aantoon<strong>de</strong>, werd aan <strong>de</strong> keizer aangebod<strong>en</strong> met verzoek, dat hij<br />
da<strong>de</strong>lik stapp<strong>en</strong> zou nem<strong>en</strong> om die misbruik<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> opheff<strong>en</strong>. “Welk e<strong>en</strong> verlies van<br />
Christ<strong>en</strong>ziel<strong>en</strong>,” zeid<strong>en</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rtek<strong>en</strong>aars van het verzoekschrift, “wat plun<strong>de</strong>ring, wat<br />
afpersing als gevolg van <strong>de</strong> schan<strong>de</strong>like han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong> het geestelik hoofd van <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong>heid omringd is! Het is onze plicht, <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgang <strong>en</strong> ontering van ons volk te<br />
voorkom<strong>en</strong>. Wij smek<strong>en</strong> u daarom ne<strong>de</strong>rig, maar zeer dring<strong>en</strong>d, e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e Hervorming<br />
te bevel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> doorvoering ervan op u te nem<strong>en</strong>.”<br />
Nu eiste het koncilie, dat <strong>de</strong> hervormer voor h<strong>en</strong> verschijn<strong>en</strong> zou. Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
bed<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong>werping<strong>en</strong> <strong>en</strong> be-dreiging<strong>en</strong> van Alean<strong>de</strong>r, stem<strong>de</strong> <strong>de</strong> keizer t<strong>en</strong> laatste toe, <strong>en</strong><br />
101
werd Luther gedagvaard om voor <strong>de</strong> Rijksdag te verschijn<strong>en</strong>. Met <strong>de</strong> dagvaarding werd e<strong>en</strong><br />
vrijgelei<strong>de</strong> uitgevaardigd, waarbij zijn terugkeer naar e<strong>en</strong> veilige plaats verzekerd werd.<br />
Deze werd<strong>en</strong> naar Witt<strong>en</strong>berg gezond<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> heraut, aan wie opgedrag<strong>en</strong> was, hem naar<br />
Worms te begeleid<strong>en</strong>. Luthers vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> war<strong>en</strong> verschrikt <strong>en</strong> verontrust. Het vooroor<strong>de</strong>el <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> vijandschap k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong>, die er teg<strong>en</strong> hem be-stond<strong>en</strong>, vreesd<strong>en</strong> ze, dat zelfs zijn<br />
vrijgelei<strong>de</strong> niet geacht zou word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> smeekt<strong>en</strong> hem, zijn lev<strong>en</strong> niet in gevaar te stell<strong>en</strong>. Hij<br />
antwoord<strong>de</strong>: “Het is niet, dat <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> verlang<strong>en</strong> om me te Worms te zi<strong>en</strong>, maar ze<br />
w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> mijn veroor<strong>de</strong>ling <strong>en</strong> mijn dood. Het komt er niet op aan. Bidt niet voor mij, maar<br />
voor Gods woord. . . . Christus zal me Zijn Geest gev<strong>en</strong>, om <strong>de</strong>ze di<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>de</strong>r dwaling te<br />
overwinn<strong>en</strong>. Ik veracht h<strong>en</strong>, zo lang ik leef; ik zal over h<strong>en</strong> triomfer<strong>en</strong> door mijn dood. Ze<br />
zijn te Worms bezig om me te dwing<strong>en</strong> te herroep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dit zal mijn herroeping zijn: ik heb<br />
tevor<strong>en</strong> gezegd, dat <strong>de</strong> paus Christus’ ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r was; nu zeg ik, dat hij <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>r is, <strong>en</strong> <strong>de</strong> apostel van <strong>de</strong> duivel.”<br />
Luther zou zijn gevaarvolle reis niet alle<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rnem<strong>en</strong>. Behalve <strong>de</strong> keizerlike<br />
boodschapper, beslot<strong>en</strong> drie van zijn trouwste vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om hem te vergezell<strong>en</strong>. Melanchton<br />
w<strong>en</strong>ste zeer, zich bij h<strong>en</strong> te mog<strong>en</strong> voeg<strong>en</strong>. Zijn hart was verknocht aan Luthers hart, <strong>en</strong> hij<br />
verlang<strong>de</strong> sterk hem te volg<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> het nodig was, zelfs tot in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is of <strong>de</strong> dood.<br />
Maar aan zijn smek<strong>en</strong> werd ge<strong>en</strong> gehoor gegev<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> Luther zou omkom<strong>en</strong>, dan berustte<br />
al <strong>de</strong> hoop van <strong>de</strong> Hervorming op zijn jeugdige me<strong>de</strong>arbei<strong>de</strong>r. De hervormer sprak, to<strong>en</strong> hij<br />
van Melanchton afscheid nam: “Indi<strong>en</strong> ik niet we<strong>de</strong>rkeer, <strong>en</strong> mijn vijand<strong>en</strong> me ter dood<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, ga dan voort te ler<strong>en</strong>; volhard standvastig in <strong>de</strong> waarheid. Werk in mijn plaats; . . .<br />
indi<strong>en</strong> uw lev<strong>en</strong> gespaard blijft, zal mijn dood weinig schad<strong>en</strong>.” De stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> burgers,<br />
die sam<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> war<strong>en</strong> om getuig<strong>en</strong> te zijn van Luthers vertrek, war<strong>en</strong> diep bewog<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte, wier hart<strong>en</strong> door het evangelie getroff<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, nam w<strong>en</strong><strong>en</strong>d afscheid van<br />
hem. Aldus vertrokk<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormer <strong>en</strong> die hem vergezeld<strong>en</strong> van Witt<strong>en</strong>berg.<br />
Op reis bemerkt<strong>en</strong> ze, dat het volk gedrukt ging on<strong>de</strong>r sombere voorgevoel<strong>en</strong>s. In<br />
sommige sted<strong>en</strong> werd hun ge<strong>en</strong> eer bewez<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> ze voor <strong>de</strong> nacht stilhield<strong>en</strong>, drukte e<strong>en</strong><br />
vri<strong>en</strong><strong>de</strong>like priester zijn bezorgdheid uit door voor Luther het portret omhoog te houd<strong>en</strong> van<br />
e<strong>en</strong> Italiaanse hervormer, die <strong>de</strong> marteldood on<strong>de</strong>rgaan had. De volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag hoord<strong>en</strong> ze,<br />
dat Luthers geschrift<strong>en</strong> te Worms veroor<strong>de</strong>eld war<strong>en</strong>. Keizer-like boodschappers war<strong>en</strong><br />
bezig, het <strong>de</strong>kreet van <strong>de</strong> keizer uit te vaardig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> riep<strong>en</strong> het volk op om <strong>de</strong> gevloekte<br />
werk<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> magistrat<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De heraut, die voor Luthers veiligheid in het koncilie<br />
vrees<strong>de</strong>, <strong>en</strong> me<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hij misschi<strong>en</strong> reeds geschokt zou kunn<strong>en</strong> zijn in zijn besluit, vroeg<br />
hem, of hij nog w<strong>en</strong>ste ver<strong>de</strong>r te gaan. Hij antwoord<strong>de</strong>: “Ik zal ver<strong>de</strong>r gaan, al zou ik in<br />
ie<strong>de</strong>re stad in <strong>de</strong> ban gedaan word<strong>en</strong>.”<br />
Te Erfurt werd Luther met eerbewijz<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>. Omringd door e<strong>en</strong> bewon<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>igte trok hij <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> door, die hij zo m<strong>en</strong>igmaal met e<strong>en</strong> be<strong>de</strong>lzak doorkruist had. Hij<br />
bezocht zijn klostercel, <strong>en</strong> gedacht aan <strong>de</strong> strijd, waardoor het licht, dat Duitschland nu<br />
besche<strong>en</strong>, tot zijn ziel doorgedrong<strong>en</strong> was. M<strong>en</strong> drong erop aan, dat hij zou predik<strong>en</strong>. Dit<br />
102
was hem verbod<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> heraut gaf hem vergunning, <strong>en</strong> <strong>de</strong> monnik, wie e<strong>en</strong>maal het<br />
laagste werk in het klooster te do<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> was, besteeg <strong>de</strong> kansel.<br />
Voor e<strong>en</strong> grote verga<strong>de</strong>ring sprak hij over <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Christus: “Vre<strong>de</strong> zij ulied<strong>en</strong>.”<br />
“Wijsger<strong>en</strong>, doktor<strong>en</strong> <strong>en</strong> schrijvers,” zo zei hij, “hebb<strong>en</strong> getracht <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> weg te<br />
wijz<strong>en</strong> om het eeuwige lev<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn er niet in geslaagd. Ik zal hem u nu<br />
zegg<strong>en</strong> : . . . God heeft één Man uit <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> opgewekt, <strong>de</strong> Heer Jezus Christus, opdat Hij<br />
<strong>de</strong> dood te niet zou do<strong>en</strong>, <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zou uitroei<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hel sluit<strong>en</strong>. Dit is het<br />
reddingswerk . . . Christus heeft overwonn<strong>en</strong>! Dit is <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> tijding; <strong>en</strong> wij word<strong>en</strong><br />
behoud<strong>en</strong> door Zijn werk, niet door ons eig<strong>en</strong>. . . . Onze Heer Jezus Christus sprak: ‘Vre<strong>de</strong><br />
zij ulied<strong>en</strong>, ziet Mijn hand<strong>en</strong>’; dat wil zegg<strong>en</strong>: Zie, o m<strong>en</strong>s! Ik b<strong>en</strong> het, Ik alle<strong>en</strong>, die uw<br />
zond<strong>en</strong> heb wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> u verlost heb; <strong>en</strong> nu hebt gij vre<strong>de</strong>, zegt <strong>de</strong> Heer.”<br />
Hij ging ver<strong>de</strong>r met aan te ton<strong>en</strong>, dat het ware geloof door e<strong>en</strong> heilig lev<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard<br />
wordt. “Daar God ons zalig gemaakt heeft, laat ons onze werk<strong>en</strong> z— inricht<strong>en</strong>, dat Hij ze<br />
aannem<strong>en</strong> kan. Zijt gij rijk?— laat uw rijkdom voorzi<strong>en</strong> in <strong>de</strong> behoeft<strong>en</strong> van <strong>de</strong> arm<strong>en</strong>. Zijt<br />
gij arm?—laat uw di<strong>en</strong>st <strong>de</strong> rijk<strong>en</strong> tot hulp strekk<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> uw arbeid slechts voor uzelf is,<br />
dan is uw voorgew<strong>en</strong>d di<strong>en</strong><strong>en</strong> van God e<strong>en</strong> leug<strong>en</strong>.”<br />
Het volk luister<strong>de</strong>, of het betoverd was. Het brood <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s werd voor <strong>de</strong>ze<br />
honger<strong>en</strong><strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong>. Christus werd hun voorgesteld als staan<strong>de</strong> bov<strong>en</strong> paus<strong>en</strong>,<br />
afgezant<strong>en</strong>, keizers <strong>en</strong> koning<strong>en</strong>. Luther doel<strong>de</strong> niet op het gevaar, waarin hij zich bevond.<br />
Hij trachtte niet, zichzelf tot het voorwerp van hun gedacht<strong>en</strong> of me<strong>de</strong>gevoel te mak<strong>en</strong>. In<br />
<strong>de</strong> beschouwing van Christus vergat hij zichzelf. Hij verborg zich achter <strong>de</strong> Man van<br />
Golgotha, <strong>en</strong> trachtte slechts, Jezus omhoog te heff<strong>en</strong> als <strong>de</strong> Verlosser van zondar<strong>en</strong>. Bij het<br />
ver<strong>de</strong>r reiz<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> hervormer overal met grote belangstelling beschouwd. E<strong>en</strong> begerige<br />
schare verdrong zich om hem he<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vri<strong>en</strong><strong>de</strong>like stemm<strong>en</strong> waarschuwd<strong>en</strong> hem voor <strong>de</strong><br />
bedoeling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong>. “Gij zult verbrand word<strong>en</strong>,” zeid<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong>, “<strong>en</strong> uw<br />
lichaam zal tot as word<strong>en</strong> verteerd, zoals dat van Johannes Huss.” Luther antwoord<strong>de</strong>: “Al<br />
stookte m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vuur van Worms tot Witt<strong>en</strong>berg, waarvan <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> hemel zoud<strong>en</strong><br />
opstijg<strong>en</strong>, zo zou ik er doortrekk<strong>en</strong> in <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> me v——r h<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>; ik zou<br />
<strong>de</strong> kak<strong>en</strong> van dit monster ingaan, <strong>en</strong>, <strong>de</strong> Heer Jezus Christus belijd<strong>en</strong><strong>de</strong>, zijn tand<strong>en</strong><br />
verbrek<strong>en</strong>.”<br />
De tijding dat hij Worms na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, veroorzaakte grote opgewond<strong>en</strong>heid. Zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
beefd<strong>en</strong> voor zijn veiligheid; zijn vijand<strong>en</strong> vreesd<strong>en</strong> voor het welslag<strong>en</strong> van hun zaak.<br />
Ernstige poging<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aangew<strong>en</strong>d om hem over te hal<strong>en</strong>, <strong>de</strong> stad niet binn<strong>en</strong> te gaan. De<br />
pausgezind<strong>en</strong> drong<strong>en</strong> er bij hem op aan, dat hij zich zou begev<strong>en</strong> naar het kasteel van e<strong>en</strong><br />
vri<strong>en</strong>dschappelike rid<strong>de</strong>r, waar, zo verklaard<strong>en</strong> ze, alle moeilikhed<strong>en</strong> met on<strong>de</strong>rling<br />
goedvind<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> weg geruimd kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> hem angst aan te jag<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong> te beschrijv<strong>en</strong>. Al hun pog<strong>en</strong> bleef vruchteloos. Luther verklaar<strong>de</strong>, nog<br />
103
steeds onbewog<strong>en</strong>: “Al war<strong>en</strong> er zoveel duivels te Worms, als pann<strong>en</strong> op <strong>de</strong> dak<strong>en</strong>, ik zou er<br />
toch binn<strong>en</strong>gaan.”<br />
Bij zijn intre<strong>de</strong> te Worms stroom<strong>de</strong> e<strong>en</strong> grote m<strong>en</strong>igte naar <strong>de</strong> poort<strong>en</strong>, om hem welkom<br />
te het<strong>en</strong>. Zulk e<strong>en</strong> grote toeloop was er zelfs niet geweest om <strong>de</strong> keizer te verwelkom<strong>en</strong>. De<br />
opgewond<strong>en</strong>heid was verbaz<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> van uit het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schare zong er e<strong>en</strong> schrille,<br />
klag<strong>en</strong><strong>de</strong> stem e<strong>en</strong> lijkzang, als waarschuwing aan Luther teg<strong>en</strong> het lot, dat hem wachtte.<br />
“God zal mijn bescherming zijn,” zei hij, to<strong>en</strong> hij uit het rijtuig steeg. De pausgezind<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong> niet geloofd, dat Luther het waarlik wag<strong>en</strong> zou om te Worms te verschijn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn<br />
komst aldaar vervul<strong>de</strong> h<strong>en</strong> met ontzetting. De keizer riep onmid- <strong>de</strong>llik zijn raadslied<strong>en</strong><br />
tezam<strong>en</strong> om te overlegg<strong>en</strong>, wat hun te do<strong>en</strong> stond. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bisschopp<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> str<strong>en</strong>g<br />
katholiek, verklaar<strong>de</strong>: “Wij hebb<strong>en</strong> lang over <strong>de</strong>ze zaak beraadslaagd. Laat Uw keizerlike<br />
Majesteit zich zon<strong>de</strong>r verwijl van <strong>de</strong>ze man ontdo<strong>en</strong>. Bracht Sigismund Johannes Huss niet<br />
naar <strong>de</strong> brandstapel ? Wij staan on<strong>de</strong>r ge<strong>en</strong> verplichting, om aan e<strong>en</strong> ketter e<strong>en</strong> vrijgelei<strong>de</strong> te<br />
gev<strong>en</strong>, of er ons aan te houd<strong>en</strong>.” “Niet alzo,” zei <strong>de</strong> keizer; “we moet<strong>en</strong> onze belofte<br />
houd<strong>en</strong>.”<br />
De gehele stad was verlang<strong>en</strong>d, <strong>de</strong>ze merkwaardige man te zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte<br />
bezoekers vul<strong>de</strong> al spoedig zijn logies. Luther was nauweliks van <strong>de</strong> ziekte hersteld,<br />
waaraan hij kort tevor<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> had; hij was afgemat van <strong>de</strong> reis, die volle twee wek<strong>en</strong> had<br />
geduurd; hij moest zich voorbereid<strong>en</strong> op <strong>de</strong> gewichtige gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag,<br />
<strong>en</strong> hij had stilte <strong>en</strong> rust nodig. Maar z— groot was <strong>de</strong> begeerte om hem te zi<strong>en</strong>, dat hij<br />
nauweliks <strong>en</strong>kele ur<strong>en</strong> rust g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> had, of e<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, rid<strong>de</strong>rs, priesters <strong>en</strong> burgers verzameld<strong>en</strong><br />
zich verlang<strong>en</strong>d om hem he<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> war<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die zo moedig e<strong>en</strong><br />
hervorming van <strong>de</strong> kerkelike misbruik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> keizer geëist hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die, zei Luther,<br />
“all<strong>en</strong> zijn vrijgemaakt door mijn evangelie.” Vijand<strong>en</strong> zowel als vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
onverschrokk<strong>en</strong> monnik te zi<strong>en</strong>; maar hij ontving h<strong>en</strong> met onverstoor<strong>de</strong> kalmte, <strong>en</strong> stond<br />
all<strong>en</strong> met waardigheid <strong>en</strong> wijsheid t<strong>en</strong> antwoord. Zijn houding was onbewog<strong>en</strong> <strong>en</strong> moedig.<br />
Zijn bleek, mager gelaat, dat <strong>de</strong> spor<strong>en</strong> droeg van har<strong>de</strong> arbeid <strong>en</strong> krankheid, had e<strong>en</strong><br />
vri<strong>en</strong><strong>de</strong>like <strong>en</strong> zelfs opgewekte uitdrukking. De plechtigheid <strong>en</strong> diepe ernst van zijn<br />
woord<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> hem e<strong>en</strong> kracht, waar zijn vijand<strong>en</strong> zelfs niet volkom<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rstand aan<br />
kond<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zowel als vijand<strong>en</strong> war<strong>en</strong> met verwon<strong>de</strong>ring vervuld. Sommig<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong> ervan overtuigd, dat hij on<strong>de</strong>r God<strong>de</strong>like invloed stond; an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> verklaard<strong>en</strong>, gelijk<br />
<strong>de</strong> Farizeën van Christus: “Hij heeft <strong>de</strong> duivel.”<br />
Op <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag werd Luther gedagvaard om voor <strong>de</strong> Rijksdag te verschijn<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
keizerlik officier was aangesteld om hem naar <strong>de</strong> gehoorzaal te begeleid<strong>en</strong>; toch was het met<br />
moeite, dat hij <strong>de</strong> plaats bereikte. Ie<strong>de</strong>re straat was met toeschouwers gevuld, die verlang<strong>en</strong>d<br />
war<strong>en</strong>, <strong>de</strong> monnik te zi<strong>en</strong>, welke het gewaagd had, zich teg<strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> paus te<br />
verzett<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> hij op het punt stond van <strong>de</strong> zaal binn<strong>en</strong> te gaan, waar zijn rechters war<strong>en</strong>,<br />
sprak e<strong>en</strong> ou<strong>de</strong> g<strong>en</strong>eraal, <strong>de</strong> held van m<strong>en</strong>ige veldslag, vri<strong>en</strong><strong>de</strong>lik tot hem: “Monnikje, moninkje!<br />
ge hebt e<strong>en</strong> strijd v——r u, als ik <strong>en</strong> m<strong>en</strong>ig g<strong>en</strong>eraal nooit gek<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong> in onze<br />
104
loedigste veldslag<strong>en</strong>. Maar als uw zaak rechtvaardig is, <strong>en</strong> ge er zeker van zijt, ga dan in<br />
Gods naam voorwaarts, <strong>en</strong> heb ge<strong>en</strong> vrees! God zal u niet begev<strong>en</strong>.”<br />
Ein<strong>de</strong>lik stond Luther voor het koncilie. De keizer zat op <strong>de</strong> troon. Hij was omringd van<br />
<strong>de</strong> doorluchtigste person<strong>en</strong> van het rijk. Nooit was e<strong>en</strong> man in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van e<strong>en</strong><br />
indrukwekk<strong>en</strong><strong>de</strong>r verga<strong>de</strong>ring versch<strong>en</strong><strong>en</strong>, dan die, waarvoor Martijn Luther zich moest<br />
verantwoord<strong>en</strong> over zijn geloof. “Dit verschijn<strong>en</strong> was op zichzelf e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> overwinning<br />
over het pausdom. De paus had <strong>de</strong> man veroor<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> nu stond hij voor e<strong>en</strong> rechtbank,<br />
welke zich door <strong>de</strong>ze daad bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus stel<strong>de</strong>. De paus had hem vogelvrij verklaard, <strong>en</strong><br />
hem uit <strong>de</strong> sam<strong>en</strong>leving verstot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> toch was hij in beleef<strong>de</strong> bewoording<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> hoogste verga<strong>de</strong>ring in <strong>de</strong> wereld ontvang<strong>en</strong>. De paus had hem tot voordur<strong>en</strong>d<br />
zwijg<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> nu zou hij sprek<strong>en</strong> voor duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aandachtige toehoor<strong>de</strong>rs, uit <strong>de</strong><br />
verste <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>wereld tezam<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> omw<strong>en</strong>teling was op<br />
<strong>de</strong>ze wijze door Luthers toedo<strong>en</strong> tot stand ge-bracht. Rome was reeds bezig, van zijn troon<br />
af te stijg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het was <strong>de</strong> stem van e<strong>en</strong> monnik, die <strong>de</strong>ze verne<strong>de</strong>ring teweegbracht.”<br />
In <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van die machtige <strong>en</strong> doorluchtige verga<strong>de</strong>ring sche<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
laaggebor<strong>en</strong> hervormer ontsteld <strong>en</strong> verleg<strong>en</strong>. Verscheid<strong>en</strong>e van <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, zijn ontroering<br />
bemerk<strong>en</strong><strong>de</strong>, ging<strong>en</strong> naar hem toe, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> fluister<strong>de</strong>: “Vreest u niet voor <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
die het lichaam dod<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ziel niet kunn<strong>en</strong> dod<strong>en</strong>.” E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r zei: “Wanneer gij voor<br />
stadhou<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> koning<strong>en</strong> gesteld wordt, om mijn<strong>en</strong>twil, zo zal u gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
Geest uws Va<strong>de</strong>rs, wat gij sprek<strong>en</strong> zult.” Z— werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Christus door <strong>de</strong><br />
grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld gebruikt, om Zijn di<strong>en</strong>stknecht te sterk<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ure <strong>de</strong>r beproeving.<br />
Luther werd naar e<strong>en</strong> plaats vlak v——r <strong>de</strong> troon van <strong>de</strong> keizer geleid. E<strong>en</strong> diepe stilte<br />
viel op <strong>de</strong> grote verga<strong>de</strong>ring. To<strong>en</strong> stond er e<strong>en</strong> keizerlike beambte op, <strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />
verzameling van Luthers geschrift<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong><strong>de</strong>, verlang<strong>de</strong> hij, dat <strong>de</strong> hervormer twee vrag<strong>en</strong><br />
zou beantwoord<strong>en</strong>,— of hij ze als <strong>de</strong> zijne erk<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> of hij voornem<strong>en</strong>s was <strong>de</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>,<br />
daarin uite<strong>en</strong>gezet, te herroep<strong>en</strong>. Nadat <strong>de</strong> titels van <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voorgelez<strong>en</strong>,<br />
antwoord<strong>de</strong> Luther, dat, wat <strong>de</strong> eerste vraag betrof, hij erk<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> <strong>de</strong> zijne<br />
war<strong>en</strong>. “Wat <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> vraag aangaat,” zei hij, “zi<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat het e<strong>en</strong> vraag is, die betrekking<br />
heeft op geloof, op <strong>de</strong> redding van ziel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het Woord Gods, dat <strong>de</strong> grootste <strong>en</strong> kostbaarste<br />
schat is, in <strong>de</strong> hemel zowel als op aar<strong>de</strong>, zou het haastig <strong>en</strong> gevaarlik voor mij zijn, zon<strong>de</strong>r<br />
nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong> te antwoord<strong>en</strong>. Ik zou misschi<strong>en</strong> min<strong>de</strong>r zegg<strong>en</strong>, dan <strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong> vereis<strong>en</strong>,<br />
of meer dan voor <strong>de</strong> waarheid nodig is, <strong>en</strong> op die wijze zou ik zondig<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> dit woord van<br />
Christus: ‘Zo iemand Mij verlooch<strong>en</strong>d zal hebb<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die zal Ik ook<br />
verlooch<strong>en</strong><strong>en</strong> voor Mijn Va<strong>de</strong>r, die in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> is.’ Om <strong>de</strong>ze red<strong>en</strong> smeek ik Uw<br />
keizerlike Majesteit, mij tijd te will<strong>en</strong> toestaan, opdat ik antwoord<strong>en</strong> moge zon<strong>de</strong>r me te<br />
bezondig<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Gods woord.”<br />
Het was verstandig, dat Lutlier dit verzoek <strong>de</strong>ed. Zijn han<strong>de</strong>lwijze overtuig<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
verga<strong>de</strong>ring, dat hij niet harts- tochtelik of door drift aangedrev<strong>en</strong> han<strong>de</strong>l<strong>de</strong>. Zulk e<strong>en</strong><br />
105
kalmte <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van geest, die niet verwacht werd<strong>en</strong> van iemand, die zich<br />
bewez<strong>en</strong> had, stoutmoedig <strong>en</strong> onwrikbaar te zijn, gav<strong>en</strong> hem meer macht, <strong>en</strong> steld<strong>en</strong> hem<br />
later in staat, met e<strong>en</strong> voorzichtigheid, beslistheid, wijsheid <strong>en</strong> waardigheid te antwoord<strong>en</strong>,<br />
die zijn teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs verwon<strong>de</strong>ring afdwong, teleurstelling bezorg<strong>de</strong>, <strong>en</strong> hun aanmatiging<br />
<strong>en</strong> trots bestrafte.<br />
Hij moest <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag verschijn<strong>en</strong>, om zijn eindbesluit te gev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> tijd lang<br />
ontzonk hem <strong>de</strong> moed, als hij <strong>de</strong> macht<strong>en</strong> in aanmerking nam, die zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid<br />
geschaard hadd<strong>en</strong>. Zijn geloof wankel<strong>de</strong>; angstvalligheid <strong>en</strong> beving greep hem aan, <strong>en</strong><br />
ontzetting overman<strong>de</strong> hem. De gevar<strong>en</strong> verm<strong>en</strong>igvuldigd<strong>en</strong> zich v——r hem, zijn vijand<strong>en</strong><br />
sch<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> overwinning te zull<strong>en</strong> behal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> macht<strong>en</strong> <strong>de</strong>r duisternis <strong>de</strong> overhand te<br />
hebb<strong>en</strong>. Wolk<strong>en</strong> pakt<strong>en</strong> zich om hem sam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> sch<strong>en</strong><strong>en</strong> hem van God te scheid<strong>en</strong>. Hij<br />
hijg<strong>de</strong> naar verzekering, dat <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r Heirschar<strong>en</strong> met hem zou zijn. In grote zielsangst<br />
wierp hij zich met het aangezicht ter aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> uitte gebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> hartverscheur<strong>en</strong><strong>de</strong> kret<strong>en</strong>,<br />
die God alle<strong>en</strong> t<strong>en</strong> volle kon verstaan.<br />
“O almachtige, eeuwige God,” zo pleitte hij, “hoe vreselik is <strong>de</strong>ze wereld! Zie, hij heeft<br />
zijn mond geop<strong>en</strong>d om me te verslind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoe klein is mijn geloof in U! . . . Als het alle<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong>ze wereld is, waar ik op moet vertrouw<strong>en</strong>, dan is alles voorbij. . . . Mijn<br />
laatste ure is gekom<strong>en</strong>, mijn vonnis is uitgesprok<strong>en</strong> ... o, mijn God, help Gij me teg<strong>en</strong> al <strong>de</strong><br />
wijsheid van <strong>de</strong>ze wereld. Doe dit . . . Gij alle<strong>en</strong>; . . . want dit werk is het mijne niet, maar<br />
het Uwe. Ik heb hier niets te do<strong>en</strong>; ik heb ge<strong>en</strong> twist met <strong>de</strong> grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze aar<strong>de</strong>. . . . Maar<br />
het is Uw zaak. O, Heer, help me! Getrouwe <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rveran<strong>de</strong>rlike God, ik stel mijn<br />
vertrouw<strong>en</strong> niet op <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. ... Al wat van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s is, wankelt; wat uit hem voortkomt,<br />
schiet te kort. . . . Gij hebt me gekoz<strong>en</strong> voor dit werk. . . . Sta me ter zij<strong>de</strong>, ter wille van Uw<br />
veelgelief<strong>de</strong> Zoon, Jezus Christus, mijn beschermer, mijn schild, <strong>en</strong> mijn hoog vertrek.”<br />
De alwijze Voorzi<strong>en</strong>igheid had het zo beschikt, dat Luther zijn gevaar zou inzi<strong>en</strong>, opdat<br />
hij niet op eig<strong>en</strong> kracht zou steun<strong>en</strong>, noch zich vermetel in gevaar begev<strong>en</strong>. Toch was het<br />
niet <strong>de</strong> vrees voor persoonlik lijd<strong>en</strong>, angst voor marteling of dood, die hem onmid<strong>de</strong>llik<br />
sche<strong>en</strong> te dreig<strong>en</strong>, welke hem met schrik vervuld<strong>en</strong>. Hij was tot het keerpunt gekom<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
gevoel<strong>de</strong> zijn ontoereik<strong>en</strong>dheid om staan<strong>de</strong> te blijv<strong>en</strong>. Door zijn zwakheid zou <strong>de</strong> zaak van<br />
<strong>de</strong> waarheid scha<strong>de</strong> kunn<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>. Niet voor eig<strong>en</strong> veiligheid, maar om <strong>de</strong> zege van het<br />
evangelie worstel<strong>de</strong> hij met God. De angst <strong>en</strong> strijd van zijn ziel war<strong>en</strong> gelijk die van Israël<br />
in <strong>de</strong> worsteling van die nacht aan <strong>de</strong> oever van <strong>de</strong> e<strong>en</strong>zame beek. Gelijk Israël overmocht<br />
hij bij God. In zijn uiterste hulpeloosheid vestig<strong>de</strong> zijn geloof zich op Christus, <strong>de</strong> machtige<br />
Verlosser. Hij werd versterkt door <strong>de</strong> verzekering, dat hij niet alle<strong>en</strong> voor het koncilie zou<br />
verschijn<strong>en</strong>. Vre<strong>de</strong> keer<strong>de</strong> in zijn ziel terug, <strong>en</strong> hij verheug<strong>de</strong> er zich in, dat het hem vergund<br />
was, Gods woord omhoog te houd<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> heersers van het volk.<br />
In <strong>de</strong> geest op God steun<strong>en</strong>d bereid<strong>de</strong> Luther zich voor op <strong>de</strong> strijd, die v——r hem lag.<br />
Hij overdacht <strong>de</strong> wijze van antwoord<strong>en</strong>, doorliep ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> uit zijn eig<strong>en</strong> geschrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
106
nam uit <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift pass<strong>en</strong><strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong> om zijn stelling<strong>en</strong> te steun<strong>en</strong>. Daarna, zijn<br />
linkerhand op het heilige boek, dat v——r hem op<strong>en</strong> lag, legg<strong>en</strong><strong>de</strong>, hief hij zijn rechterhand<br />
op naar <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> <strong>de</strong>ed <strong>de</strong> gelofte, dat hij zich “getrouw aan het evangelie zou<br />
vasthoud<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn geloof met vrijmoedigheid zou belijd<strong>en</strong>, zelfs al zou hij geroep<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>, om zijn getuig<strong>en</strong>is met zijn bloed te bezegel<strong>en</strong>.”<br />
To<strong>en</strong> hij opnieuw in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> Rijksdag geleid werd, droeg zijn gelaat<br />
ge<strong>en</strong> spoor van angst of ver-leg<strong>en</strong>heid. Kalm <strong>en</strong> vredig, <strong>en</strong> toch verhev<strong>en</strong>, moedig <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l,<br />
stond hij als Gods getuige on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. De keizerlike beambte eiste nu te<br />
hor<strong>en</strong> wat zijn besluit was, <strong>en</strong> of hij zijn leerstelling<strong>en</strong> w<strong>en</strong>ste te herroep<strong>en</strong>. Luther gaf zijn<br />
antwoord op on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong> <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rige toon, zon<strong>de</strong>r heftigheid of drift. Hij gedroeg zich stil<br />
<strong>en</strong> eerbiedig; toch op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> hij e<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vreug<strong>de</strong>, waarover <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring<br />
zich verwon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. “Doorluchtigste keizer, hooge<strong>de</strong>le vorst<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>adigste lier<strong>en</strong>,” sprak<br />
Luther, “ik verschijn hed<strong>en</strong> v——r u volg<strong>en</strong>s het bevel, me gister<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>; <strong>en</strong> bij <strong>de</strong><br />
barmhartigheid Gods smeek ik Uw Majesteit <strong>en</strong> uw doorluchtige hoog- hed<strong>en</strong>, met<br />
goedwilligheid te will<strong>en</strong> luister<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>diging van e<strong>en</strong> zaak, waarvan ik me<br />
overtuigd houd, dat hij rechtvaardig is <strong>en</strong> goed. Indi<strong>en</strong> ik me door onwet<strong>en</strong>dheid niet zou<br />
houd<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> pass<strong>en</strong><strong>de</strong> regel<strong>en</strong> van het hof, verzoek ik dat me zulks vergev<strong>en</strong><br />
wor<strong>de</strong>; want ik b<strong>en</strong> niet grootgebracht in <strong>de</strong> paleiz<strong>en</strong> van koning<strong>en</strong>, maar in <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>ring<br />
van e<strong>en</strong> klooster.”<br />
Daarna tot <strong>de</strong> vraag kom<strong>en</strong><strong>de</strong>, zei hij, dat zijn werk<strong>en</strong> niet alle hetzelf<strong>de</strong> karakter<br />
droeg<strong>en</strong>. In sommige had hij gehan<strong>de</strong>ld over geloof <strong>en</strong> goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs zijn vijand<strong>en</strong><br />
verklaard<strong>en</strong> dat die niet alle<strong>en</strong> scha<strong>de</strong>loos, maar nuttig war<strong>en</strong>. Die te herroep<strong>en</strong>, zou<br />
waarhed<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> zijn, welke alle partij<strong>en</strong> beled<strong>en</strong>. De twee<strong>de</strong> soort bestond uit<br />
geschrift<strong>en</strong>, die het be<strong>de</strong>rf <strong>en</strong> <strong>de</strong> misbruik<strong>en</strong> van het pausdom aan het licht steld<strong>en</strong>. Die te<br />
herroep<strong>en</strong>, zou zijn <strong>de</strong> tirannie van Rome te versterk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> wij<strong>de</strong>re <strong>de</strong>ur te op<strong>en</strong><strong>en</strong> voor<br />
vele <strong>en</strong> grote god<strong>de</strong>looshed<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> soort boek<strong>en</strong> had hij person<strong>en</strong> aangevall<strong>en</strong>, die<br />
bestaan<strong>de</strong> misbruik<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>digd. Wat <strong>de</strong>ze betrof, moest hij vrijuit toegev<strong>en</strong>, dat hij<br />
heftiger was geweest, dan hem paste. Hij beweer<strong>de</strong> ge<strong>en</strong>szins zon<strong>de</strong>r fout<strong>en</strong> te zijn; maar<br />
zelfs <strong>de</strong>ze boek<strong>en</strong> kon hij niet herroep<strong>en</strong>, want zulk e<strong>en</strong> han<strong>de</strong>lwijze zou <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
waarheid slechts te stouter mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze zoud<strong>en</strong> er voor<strong>de</strong>el uit trekk<strong>en</strong>, door Gods volk met<br />
nog groter wreedheid te verdrukk<strong>en</strong>.<br />
“Maar daar ik slechts e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s b<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet God,” vervolg<strong>de</strong> hij, “zo zal ik me<br />
ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>, gelijk Christus gedaan heeft, die zei: ‘Indi<strong>en</strong> Ik kwalik gesprok<strong>en</strong> heb, betuig<br />
van het kwa<strong>de</strong>.’ Bij <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods bezweer ik u, doorluchtigste keizer, <strong>en</strong> u, hoogverhev<strong>en</strong><br />
vorst<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> uit ie<strong>de</strong>re stand, om me uit <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong> te<br />
be-wijz<strong>en</strong>, dat ik gedwaald heb. Zo spoedig ik hiervan overtuigd zal zijn, zal ik onmid<strong>de</strong>llik<br />
al mijn dwaling<strong>en</strong> herroep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste zijn om mijn boek<strong>en</strong> in het vuur te werp<strong>en</strong>.<br />
107
“Wat ik daarev<strong>en</strong> gezegd heb, toont, naar ik hoop, dui<strong>de</strong>lik aan, dat ik <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong><br />
zorgvuldig overwog<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedacht heb, waaraan ik me blootstel; maar verre van er door<br />
ontsteld te zijn, verheug ik er me over, dat ik mag zi<strong>en</strong>, dat het evangelie hed<strong>en</strong>, als in<br />
vroegere tijd<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> oorzaak van moeite <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>eldheid is. Dit is het karakter <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
bestemming van Gods woord. ‘ Ik b<strong>en</strong> niet gekom<strong>en</strong> om vre<strong>de</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar het zwaard,’<br />
heeft Jezus Christus gezegd. God is won<strong>de</strong>rlik <strong>en</strong> vreselik in Zijn raadslag<strong>en</strong>; wacht u, dat<br />
gij door te tracht<strong>en</strong> om on<strong>en</strong>ighed<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>, niet bevond<strong>en</strong> wordt in strijd te kom<strong>en</strong><br />
met het heilige woord Gods, <strong>en</strong> over uw hoofd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schrikkelike vloed van<br />
onoverkomelike gevar<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong>woordig onheil, <strong>en</strong> eeuwige rampzaligheid br<strong>en</strong>gt. ... Ik zou<br />
veel voorbeeld<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aanvoer<strong>en</strong>, uit <strong>de</strong> Godsprak<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Ik zou kunn<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Farao’s, van <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> van Babylon, <strong>en</strong> die van Israël, welke nimmer hun eig<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rgang meer in <strong>de</strong> hand werkt<strong>en</strong>, dan wanneer ze door mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die uiterst voorzichtig<br />
sch<strong>en</strong><strong>en</strong>, hun gezag dacht<strong>en</strong> te bevestig<strong>en</strong>. God ‘verzet <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>, dat ze het niet gewaar<br />
word<strong>en</strong>.’”1<br />
Luther had in het Duits gesprok<strong>en</strong>; hem werd nu verzocht om <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> woord<strong>en</strong> in het<br />
Latijn te herhal<strong>en</strong>. Ofschoon uitgeput door wat voorafgegaan was, <strong>de</strong>ed hij wat van hem<br />
verlangd werd, <strong>en</strong> herhaal<strong>de</strong> zijn re<strong>de</strong> met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> dui<strong>de</strong>lik- heid <strong>en</strong> kracht als in het eerst.<br />
Gods voorzi<strong>en</strong>igheid leid<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze zaak. Het verstand van vele vorst<strong>en</strong> was z— b<strong>en</strong>eveld door<br />
dwaling <strong>en</strong> bijgeloof, dat ze bij <strong>de</strong> eerste voordracht <strong>de</strong> kracht van Luthers red<strong>en</strong>ering niet<br />
kond<strong>en</strong> innem<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> herhaling ervan stel<strong>de</strong> h<strong>en</strong> in staat, <strong>de</strong> aangevoer<strong>de</strong> punt<strong>en</strong><br />
dui<strong>de</strong>lik te zi<strong>en</strong>. Zij, die hardnekkig hun og<strong>en</strong> voor het licht slot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> war<strong>en</strong> zich<br />
niet door <strong>de</strong> waarheid te lat<strong>en</strong> overtuig<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> verwoed over <strong>de</strong> kracht van Luthers<br />
woord<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> hij met sprek<strong>en</strong> ophield, zei <strong>de</strong> woordvoer<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Rijksdag toornig: “Ge<br />
hebt <strong>de</strong> vraag niet beantwoord, die u gedaan is . . . E<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> uitdrukkelik antwoord<br />
wordt verlangd. . . . Wilt ge herroep<strong>en</strong> of niet?”<br />
De hervormer antwoord<strong>de</strong>: “Daar Uw doorluchtigste majesteit <strong>en</strong> verhev<strong>en</strong> prins<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong>voudig, dui<strong>de</strong>lik, <strong>en</strong> direkt antwoord verlang<strong>en</strong>, zo zal ik het gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het is dit: Ik kan<br />
mijn geloof noch aan <strong>de</strong> paus, noch aan koncilies on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, omdat het zo klaar is als <strong>de</strong><br />
dag, dat ze dikmaals in dwaling vervall<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> zelfs in opvall<strong>en</strong><strong>de</strong> teg<strong>en</strong>spraak met<br />
elkan<strong>de</strong>r. Indi<strong>en</strong> ik dus niet overtuigd word door bewijz<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>, of door<br />
klare red<strong>en</strong><strong>en</strong>; indi<strong>en</strong> ik niet overtuigd word door <strong>de</strong> eig<strong>en</strong> tekst<strong>en</strong>, die ik heb aangehaald; <strong>en</strong><br />
als mijn gewet<strong>en</strong> niet op <strong>de</strong>ze wijze in on<strong>de</strong>rwerping aan Gods woord wordt gebracht, zo<br />
kan noch wil ik herroep<strong>en</strong>; want het kan niet veilig zijn voor e<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong> om teg<strong>en</strong> zijn<br />
gewet<strong>en</strong> te sprek<strong>en</strong>. Hier sta ik; ik kan niet an<strong>de</strong>rs, God helpe mij! Am<strong>en</strong>.”<br />
Alzo bleef <strong>de</strong> rechtvaardige man op het zekere fondam<strong>en</strong>t van Gods woord staan. Het<br />
licht <strong>de</strong>s hemels sche<strong>en</strong> op zijn gelaat. Zijn grootheid <strong>en</strong> reinheid van karakter, <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
vreug<strong>de</strong> van zijn hart, werd<strong>en</strong> aan all<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar, terwijl hij getuig<strong>de</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong><br />
dwaling, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> voortref- felikheid van dat geloof, dat <strong>de</strong> wereld overwint. De gehele<br />
verga<strong>de</strong>ring was <strong>en</strong>ige tijd lang sprakeloos van verwon<strong>de</strong>ring. Zijn eerste antwoord had<br />
108
Luther op e<strong>en</strong> zachte toon, <strong>en</strong> in eerbiedige, bijna on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong> houding gegev<strong>en</strong>. De<br />
Rooms<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> dit als e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong>, dat zijn moed hem begon te begev<strong>en</strong>. Ze<br />
beschouwd<strong>en</strong> het verzoek om uitstel slechts als het voorspel van zijn herroeping. Karel zelf<br />
had half verachtelik, to<strong>en</strong> hij het uitgeteer<strong>de</strong> lichaam van <strong>de</strong> monnik, zijn schamele kleding,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudigheid van zijn toe-spraak opmerkte, verklaard: “Deze monnik zal nooit e<strong>en</strong><br />
ketter van mij mak<strong>en</strong>!” De moed <strong>en</strong> flinkheid, die hij nu aan <strong>de</strong> dag leg<strong>de</strong>, zowel als <strong>de</strong><br />
kracht <strong>en</strong> dui<strong>de</strong>likheid van zijn re-d<strong>en</strong>ering, vervuld<strong>en</strong> alle partij<strong>en</strong> met verwon<strong>de</strong>ring. De<br />
keizer riep in bewon<strong>de</strong>ring uit: “De monnik spreekt met e<strong>en</strong> onversaagd hart <strong>en</strong> onwrikbare<br />
moed.” Vel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Duitse vorst<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> met trots <strong>en</strong> vreug<strong>de</strong> neer op <strong>de</strong>ze<br />
verteg<strong>en</strong>woordiger van hun volk.<br />
De aanhangers van Rome war<strong>en</strong> verslag<strong>en</strong>; hun zaak versche<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> uiterst ongunstig<br />
licht. Ze zocht<strong>en</strong> hun macht te handhav<strong>en</strong>, niet door zich op <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te beroep<strong>en</strong>, maar<br />
1 D’Aubigné, boek 7, Kap. 8. door hun toevlucht te nem<strong>en</strong> tot dreigem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,Rome’s<br />
onfeilbaar argum<strong>en</strong>t. De woordvoer<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Rijksdag sprak: “Indi<strong>en</strong> ge niet terugtrekt,<br />
zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> keizer <strong>en</strong> <strong>de</strong> stat<strong>en</strong> van •het keizerrijk overgaan tot <strong>de</strong> overweging, hoe ze met e<strong>en</strong><br />
hardnekkige ketter han<strong>de</strong>l<strong>en</strong> moet<strong>en</strong>.” Luthers vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die met grote vreug<strong>de</strong> naar zijn<br />
nobele ver<strong>de</strong>diging geluisterd hadd<strong>en</strong>, beefd<strong>en</strong> bij <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> doktor zelf zei<br />
kalm: “Moge God mijn helper zijn, want ik kan niets terugtrekk<strong>en</strong>.”<br />
Hem werd gelast, zich uit <strong>de</strong> Rijksdag te verwij<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, terwijl <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> sam<strong>en</strong><br />
beraadslaagd<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> gevoel<strong>de</strong>, dat er e<strong>en</strong> grote krisis gekom<strong>en</strong> was. Luthers volhard<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
weigering om zich te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong> zou eeuw<strong>en</strong> lang invloed op <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> kerk<br />
kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Er werd beslot<strong>en</strong>, hem nog één geleg<strong>en</strong>heid te gev<strong>en</strong> om terug te trekk<strong>en</strong>.<br />
Voor <strong>de</strong> laatste maal werd hij in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring binn<strong>en</strong>gebracht. An<strong>de</strong>rmaal werd hem <strong>de</strong><br />
vraag gedaan, of hij zijn leerstelling<strong>en</strong> wil<strong>de</strong> afzwer<strong>en</strong>. “Ik heb ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r antwoord te<br />
gev<strong>en</strong>,” sprak hij, “dan ik reeds gegev<strong>en</strong> heb.” Het was dui<strong>de</strong>lik, dat beloft<strong>en</strong> noch<br />
dreigem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hem kond<strong>en</strong> overhal<strong>en</strong>, om voor het gezag van Rome het hoofd te buig<strong>en</strong>.<br />
De pauselike lei<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong> vertoornd dat hun macht, die koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> had do<strong>en</strong><br />
bev<strong>en</strong>, aldus zou veracht word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige monnik; ze verlangd<strong>en</strong> hem hun<br />
woe<strong>de</strong> te do<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong> door hem t<strong>en</strong> do<strong>de</strong> toe te martel<strong>en</strong>. Maar Luther, zijn gevaar<br />
inzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, had h<strong>en</strong> all<strong>en</strong> met Christelike waardigheid <strong>en</strong> kalmte toegesprok<strong>en</strong>. Zijn woord<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong> vrij geweest van trots, drift, <strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> voorstelling. Hij had zichzelf, <strong>en</strong> <strong>de</strong> grot<strong>en</strong>,<br />
die hem omringd<strong>en</strong>, verget<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gevoel<strong>de</strong> slechts, dat hij in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid was van<br />
Eén, oneindig ver bov<strong>en</strong> paus<strong>en</strong>, prelat<strong>en</strong>, koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> keizers verhev<strong>en</strong>. Christus had door<br />
Luthers getuig<strong>en</strong>is gesprok<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> macht <strong>en</strong> grootheid, die voor het og<strong>en</strong>blik vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong><br />
vijand met ontzag <strong>en</strong> -verwon<strong>de</strong>ring vervuld<strong>en</strong>. Gods Geest was teg<strong>en</strong>woordig geweest in<br />
dat koncilie, <strong>en</strong> had zich do<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> rijksgrot<strong>en</strong>. Verscheid<strong>en</strong>e<br />
vorst<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> stoutmoedig <strong>de</strong> rechtvaardigheid van Luthers zaak. Vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
waarheid overtuigd; maar bij sommig<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>de</strong> ontvang<strong>en</strong> indrukk<strong>en</strong> niet blijv<strong>en</strong>d. Er<br />
was nog e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re klasse, die op dat og<strong>en</strong>blik hun overtuiging niet uitsprak<strong>en</strong>, maar die, na<br />
109
<strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> voor zichzelv<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht te hebb<strong>en</strong>, onversaag<strong>de</strong> steunpilar<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Hervorming werd<strong>en</strong>.<br />
De keurvorst Fre<strong>de</strong>rik had angstig uitgezi<strong>en</strong> naar Luthers verschijning v——r <strong>de</strong><br />
Rijksdag, <strong>en</strong> met diepe ontroering had hij naar zijn re<strong>de</strong> geluisterd. Met vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> trots was<br />
hij getuige geweest van <strong>de</strong> moed, <strong>de</strong> flinkheid, <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van geest van <strong>de</strong> doktor,<br />
<strong>en</strong> zijn besluit om hem te ver-<strong>de</strong>dig<strong>en</strong> werd vaster dan ooit. Hij vergeleek <strong>de</strong> partij<strong>en</strong>, die<br />
teg<strong>en</strong>over elkan<strong>de</strong>r stond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zag, dat <strong>de</strong> wijsheid van paus<strong>en</strong>, koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong> te niet<br />
gedaan was door <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> waarheid. Het pausdom had e<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rlaag geled<strong>en</strong>, die<br />
gevoeld zou word<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r alle volk<strong>en</strong> <strong>en</strong> in alle eeuw<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> afgevaardig<strong>de</strong> het gevolg<br />
zag, dat Luthers re<strong>de</strong> gehad had, vrees<strong>de</strong> hij meer dan ooit tevor<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> veiligheid van <strong>de</strong><br />
Roomse macht, <strong>en</strong> besloot alle mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die hem t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>ste stond<strong>en</strong>, te gebruik<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
hervormer uit <strong>de</strong> weg te krijg<strong>en</strong>. Met al <strong>de</strong> welsprek<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> staatslist, waardoor hij zich<br />
zo uitstek<strong>en</strong>d on<strong>de</strong>rscheid<strong>de</strong>, stel<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> jeugdige keizer <strong>de</strong> dwaasheid <strong>en</strong> het gevaar voor,<br />
van <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>dschap <strong>en</strong> <strong>de</strong> steun van <strong>de</strong> machtige zetel van Rome op te offer<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> zaak<br />
van e<strong>en</strong> nietsbeduid<strong>en</strong><strong>de</strong> monnik.<br />
Zijn woord<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> niet zon<strong>de</strong>r gevolg. De dag, die op Luthers antwoord volg<strong>de</strong>, liet<br />
Karel e<strong>en</strong> boodschap bij <strong>de</strong> Rijksdag indi<strong>en</strong><strong>en</strong>, waarin hij zijn besluit aankondig<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
staatkun<strong>de</strong> van zijn voorgangers te zull<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> tot handhaving <strong>en</strong> bescherming van <strong>de</strong><br />
Katholieke godsdi<strong>en</strong>st. Daar Luther geweigerd had, zijn dwaling<strong>en</strong> te herroep<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
str<strong>en</strong>gste maatregel<strong>en</strong> gebruikt word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hem <strong>en</strong> <strong>de</strong> ketterij<strong>en</strong>, die hij leer<strong>de</strong>. “E<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>kele monnik, door zijn eig<strong>en</strong> dwaasheid me<strong>de</strong>gesleept, is opgestaan teg<strong>en</strong> het geloof van<br />
<strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid. Ik zal mijn rijk<strong>en</strong>, mijn macht, mijn schatt<strong>en</strong>, mijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, mijn lichaam,<br />
mijn bloed, mijn ziel <strong>en</strong> mijn lev<strong>en</strong> opoffer<strong>en</strong>; om <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re voortgang van <strong>de</strong>ze<br />
god<strong>de</strong>loosheid te stuit<strong>en</strong>. Ik zal <strong>de</strong>ze Augustijner monnik terugz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hem verbied<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
geringste stoornis on<strong>de</strong>r het volk te veroorzak<strong>en</strong>; daarna zal ik maatregel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hem <strong>en</strong><br />
zijn aanhang nem<strong>en</strong>, als hardnekkige ketters, door ban, vogelvrij verklaring, <strong>en</strong> alle<br />
mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die tot hun vernietiging di<strong>en</strong>stig zijn. Ik roep <strong>de</strong> led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> op, om zich<br />
als getrouwe Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> te gedrag<strong>en</strong>.”<br />
Desnietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> keizer, dat Luthers vrijgelei<strong>de</strong> geëerbiedigd moest<br />
word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat hem moest word<strong>en</strong> toegestaan, eerst zijn tehuis in veiligheid te bereik<strong>en</strong>,<br />
voordat er maatregel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hem g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Twee teg<strong>en</strong>strijdige m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> nu on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Rijksdag op<strong>en</strong>baar. De afgezant<strong>en</strong> <strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordigers<br />
van <strong>de</strong> paus eist<strong>en</strong> opnieuw, dat het vrijgelei<strong>de</strong> van <strong>de</strong> hervormer niet langer geacht zou<br />
word<strong>en</strong>. “De Rijn,” zeid<strong>en</strong> ze, “behoor<strong>de</strong> zijn as te ontvang<strong>en</strong>, zoals hij die van Johannes<br />
Huss e<strong>en</strong> eeuw geled<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong> had.” Maar <strong>de</strong> Duitse vorst<strong>en</strong>, hoewel zelv<strong>en</strong> Rooms <strong>en</strong><br />
erk<strong>en</strong><strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> van Luther, verzett<strong>en</strong> zich teg<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> breuk van publiek vertrouw<strong>en</strong>,<br />
als e<strong>en</strong> smet op <strong>de</strong> eer van het volk. Ze wez<strong>en</strong> op <strong>de</strong> onheil<strong>en</strong>, die gevolgd war<strong>en</strong> op <strong>de</strong> dood<br />
van Huss, <strong>en</strong> verklaard<strong>en</strong>, dat ze ge<strong>en</strong> herhaling van die gruwel<strong>en</strong> durfd<strong>en</strong> inroep<strong>en</strong> over<br />
Duitchland, <strong>en</strong> over het hoofd van hun jeugdige keizer.<br />
110
Karel zelf sprak, in antwoord op het lage voorstel: “Al zou goe<strong>de</strong> trouw van <strong>de</strong> ganse<br />
aar<strong>de</strong> gebann<strong>en</strong> zijn, behoort hij herberg te vind<strong>en</strong> in het hart van vorst<strong>en</strong>.” Er werd nog<br />
ver<strong>de</strong>r bij hem op aangedrong<strong>en</strong> door Luthers bitterste pauselike vijand<strong>en</strong>, dat hij met <strong>de</strong><br />
hervormer zou han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, gelijk Sigismund gedaan had met Huss,— namelik hem aan <strong>de</strong><br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> van <strong>de</strong> kerk overgev<strong>en</strong>; maar Karel V. verklaar<strong>de</strong>: “Ik zou niet will<strong>en</strong> bloz<strong>en</strong> gelijk<br />
Sigismund.” Toch verwierp Karel will<strong>en</strong>s <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>s <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die Luther had<br />
blootgelegd. “Ik b<strong>en</strong> vast beslot<strong>en</strong>, het voorbeeld van mijn voorva<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te volg<strong>en</strong>,“3<br />
schreef <strong>de</strong> vorst. Hij had beslot<strong>en</strong>, dat hij het pad <strong>de</strong>r gewoonte niet verlat<strong>en</strong> zou, zelfs niet<br />
om in <strong>de</strong> weg van <strong>de</strong> waarheid <strong>en</strong> gerechtigheid te wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Omdat zijn voorva<strong>de</strong>r<strong>en</strong> het<br />
gedaan hadd<strong>en</strong>, zou ook hij het pausdom on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong>, met al zijn wreedheid <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rf.<br />
Dat was <strong>de</strong> stelling, die hij innam, alle licht verwerp<strong>en</strong><strong>de</strong> bov<strong>en</strong> wat zijn voorva<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gehad<br />
hadd<strong>en</strong>, of alle plicht<strong>en</strong> verzak<strong>en</strong><strong>de</strong>, die zij niet hadd<strong>en</strong> volbracht.<br />
Er zijn er vel<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze teg<strong>en</strong>woordige tijd, die op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze aan <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
overlevering<strong>en</strong> van hun va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hang<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> Heer hun meer licht sch<strong>en</strong>kt, weiger<strong>en</strong><br />
ze het aan te nem<strong>en</strong>, daar het niet aan hun va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong> was, <strong>en</strong> die het dus niet<br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. Wij nem<strong>en</strong> niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> plaats van onze va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in; gevolgelik zijn<br />
onze plicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> verantwoor<strong>de</strong>likhed<strong>en</strong> niet <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> als <strong>de</strong> hunne. God kan het niet<br />
goedkeur<strong>en</strong>, dat wij op het voorbeeld van onze va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> tot vaststelling van onze<br />
plicht<strong>en</strong>, in plaats van het Woord <strong>de</strong>r waarheid voor onszelv<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Onze<br />
verantwoor<strong>de</strong>likheid is groter dan die van onze voorva<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. We zijn rek<strong>en</strong>schap<br />
verschuldigd van het licht, dat zij ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat op ons als erf<strong>en</strong>is is overgegaan;<br />
<strong>en</strong> we zijn ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s rek<strong>en</strong>schap verschuldigd van het meer<strong>de</strong>re licht, dat nu uit Gods woord<br />
op ons schijnt.<br />
Christus zei van <strong>de</strong> ongelovige Jod<strong>en</strong>: “Indi<strong>en</strong> Ik niet gekom<strong>en</strong> ware <strong>en</strong> tot h<strong>en</strong><br />
gesprok<strong>en</strong> had, ze hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>; maar nu hebb<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> voorw<strong>en</strong>dsel voor hun<br />
zon<strong>de</strong>.” Dezelf<strong>de</strong> God<strong>de</strong>like kracht had door Luther tot <strong>de</strong> keizer <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> van<br />
Duitschland gesprok<strong>en</strong>. En terwijl het licht uit Gods woord uitstraal<strong>de</strong>, pleitte Zijn Geest<br />
met vel<strong>en</strong> in die verga<strong>de</strong>ring voor <strong>de</strong> laatste maal. Gelijk Pilatus, eeuw<strong>en</strong> tevor<strong>en</strong>, door trots<br />
<strong>en</strong> volksgunst zijn hart teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Verlosser van <strong>de</strong> wereld liet sluit<strong>en</strong>; ev<strong>en</strong>als Felix <strong>de</strong><br />
boodschapper van <strong>de</strong> waarheid bev<strong>en</strong><strong>de</strong> bad: “Voor ditmaal ga he<strong>en</strong>; <strong>en</strong> als ik geleg<strong>en</strong>er tijd<br />
zal hebb<strong>en</strong> bekom<strong>en</strong>, zo zal ik u tot mij roep<strong>en</strong>;” gelijk <strong>de</strong> trotse Agrippa beleed: “Ge<br />
beweegt me bijna, e<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>,“ <strong>en</strong> zich to<strong>en</strong> afkeer<strong>de</strong> van <strong>de</strong> uit <strong>de</strong> hemel<br />
gezond<strong>en</strong> boodschap,— zo had Karel V., gehoor gev<strong>en</strong><strong>de</strong> aan <strong>de</strong> stem van wereldse trots <strong>en</strong><br />
staatkun<strong>de</strong>, beslot<strong>en</strong>, het licht van <strong>de</strong> waarheid te verwerp<strong>en</strong>.<br />
Gerucht<strong>en</strong> van plann<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Luther werd<strong>en</strong> overal verspreid, <strong>en</strong> veroorzaakt<strong>en</strong> grote<br />
opgewond<strong>en</strong>heid in <strong>de</strong> stad. De hervormer had zich veel vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong>, welke, <strong>de</strong> verra<strong>de</strong>rlike<br />
wreedheid van Rome teg<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die zijn verdorv<strong>en</strong>heid durfd<strong>en</strong> blootlegg<strong>en</strong>,<br />
k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong>, zich voornam<strong>en</strong>, dat hij niet zou opgeofferd word<strong>en</strong>. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong><br />
verbond<strong>en</strong> zich om hem te bescherm<strong>en</strong>. Niet weinig<strong>en</strong> sprak<strong>en</strong> op<strong>en</strong>lik schan<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
111
keizerlike boodschap, als zijn<strong>de</strong> e<strong>en</strong> machteloze on<strong>de</strong>rwerping aan <strong>de</strong> heers<strong>en</strong><strong>de</strong> macht van<br />
Rome. Aan <strong>de</strong> tuinhekk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> huiz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op publieke plaats<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> plakkat<strong>en</strong><br />
aangeplakt, sommige waarvan Luther veroor<strong>de</strong>eld<strong>en</strong>, <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re die Luther on<strong>de</strong>rsteund<strong>en</strong>.<br />
Op e<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze war<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig <strong>de</strong> veelbetek<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote Wijze<br />
geschrev<strong>en</strong>: “Wee u, land! welks koning e<strong>en</strong> kind is.” De geestdrift van het volk door<br />
geheel Duitschland t<strong>en</strong> gunste van Luther overtuig<strong>de</strong> zowel <strong>de</strong> keizer als <strong>de</strong> Rijksdag, dat<br />
<strong>en</strong>ige onrechtvaardigheid, hem aangedaan, <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> van het rijk <strong>en</strong> zelfs <strong>de</strong> veiligheid van<br />
<strong>de</strong> troon in gevaar zou br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Fre<strong>de</strong>rik van Saks<strong>en</strong> bewaar<strong>de</strong> e<strong>en</strong> stipte terughoud<strong>en</strong>dheid, zorgvuldig zijn ware<br />
gevoel<strong>en</strong>s jeg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> hervormer verberg<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> hem tegelijkertijd met onvermoei<strong>de</strong><br />
waakzaamheid bescherm<strong>en</strong><strong>de</strong>, terwijl hij al zijn gang<strong>en</strong> <strong>en</strong> die van zijn vijand<strong>en</strong> naging.<br />
Maar vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er, die ge<strong>en</strong> poging aanw<strong>en</strong>dd<strong>en</strong>, om hun ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>heid met Luther te<br />
verberg<strong>en</strong>. Hij werd bezocht door prins<strong>en</strong>, grav<strong>en</strong>, baronn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re hoge person<strong>en</strong>,<br />
lek<strong>en</strong> zowel als geestelik<strong>en</strong>. “De kleine kamer van <strong>de</strong> doktor,” schreef Spalatin, “kon al <strong>de</strong><br />
bezoekers, die zich liet<strong>en</strong> aandi<strong>en</strong><strong>en</strong>, niet bevatt<strong>en</strong>.” Het volk zag tot hem op, als ware hij<br />
meer dan m<strong>en</strong>selik geweest. Zelfs zij, die niet in zijn leer geloofd<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> niet an<strong>de</strong>rs dan<br />
die grootse rechtschap<strong>en</strong>heid bewon<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die er hem toe leid<strong>de</strong>, liever <strong>de</strong> dood te trotser<strong>en</strong>,<br />
dan zijn gewet<strong>en</strong> geweld aan te do<strong>en</strong>.<br />
Ernstige poging<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er in het werk gesteld om Luthers toestemming te verkrijg<strong>en</strong><br />
van met Rome tot e<strong>en</strong> schik- 1Pred. 10:16. 2 Martyn, Deel I, p. 404. king te kom<strong>en</strong>. E<strong>de</strong>l<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> vorst<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> hem voor, dat indi<strong>en</strong> hij erin volhard<strong>de</strong>, zijn eig<strong>en</strong> oor<strong>de</strong>el teg<strong>en</strong> dat van<br />
<strong>de</strong> kerk <strong>en</strong> <strong>de</strong> koncilies te stell<strong>en</strong>, hij spoedig uit het rijk zou word<strong>en</strong> verbann<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dan ge<strong>en</strong><br />
bescherming meer zou hebb<strong>en</strong>. Luther antwoord<strong>de</strong> op dit beroep: “Het is onmogelik om het<br />
evangelie van Christus te predik<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r aanstoot. . . . Waarom dan zou <strong>de</strong> vrees voor of<br />
het vooruitzicht van gevaar mij van <strong>de</strong> Heer scheid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van dat God<strong>de</strong>like Woord, hetwelk<br />
alle<strong>en</strong> waarheid is? Ne<strong>en</strong>; liever offer ik mijn lichaam, mijn bloed, <strong>en</strong> mijn lev<strong>en</strong> op.”<br />
Nogmaals werd hij aangezocht, om zich aan het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> keizer te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> dan zou hij niets te vrez<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. “Ik stem er met mijn gehele hart in toe,” gaf hij t<strong>en</strong><br />
antwoord, “dat <strong>de</strong> keizer, <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudigste Christ<strong>en</strong> mijn geschrift<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> beoor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>; maar op één voorwaar<strong>de</strong>, dat ze Gods woord als<br />
standaard nem<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s heeft niets te do<strong>en</strong>, dan daaraan gehoorzaam te zijn. Tracht niet<br />
mijn gewet<strong>en</strong> geweld aan te do<strong>en</strong>, want het is gebond<strong>en</strong> <strong>en</strong> geket<strong>en</strong>d aan <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift.”<br />
Op e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r verzoek antwoord<strong>de</strong> hij: “Ik b<strong>en</strong> gereed, mijn vrijgelei<strong>de</strong> op te gev<strong>en</strong>. Ik stel<br />
mijn persoon <strong>en</strong> lev<strong>en</strong> ter beschikking van <strong>de</strong> keizer, maar het woord Gods — nooit!” Hij<br />
verklaar<strong>de</strong> zieh gewillig om zich aan het besluit van e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e verga<strong>de</strong>ring te<br />
on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, doch slechts op voorwaar<strong>de</strong>, dat die verga<strong>de</strong>ring volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> zou<br />
besliss<strong>en</strong>. “Wat het woord Gods <strong>en</strong> het geloof betreft,” voeg<strong>de</strong> hij eraan toe, “is ie<strong>de</strong>r<br />
Christ<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> goed rechter als <strong>de</strong> paus, on<strong>de</strong>rsteund door e<strong>en</strong> miljo<strong>en</strong> koncilies, kan<br />
112
zijn.” Zowel vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> als vijand<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> zich t<strong>en</strong> laatste overtuigd, dat ver<strong>de</strong>re poging<strong>en</strong><br />
tot verzo<strong>en</strong>ing nutteloos wez<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>.<br />
Had <strong>de</strong> hervormer op e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel punt toegegev<strong>en</strong>, dan hadd<strong>en</strong> Satan <strong>en</strong> zijn legerschar<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> overwinning behaald. Maar zijn onwrikbare standvastigheid was het mid<strong>de</strong>l om <strong>de</strong> kerk<br />
vrij té mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuw <strong>en</strong> beter tijdperk te do<strong>en</strong> aanbrek<strong>en</strong>. De invloed van <strong>de</strong>ze éne<br />
man, die in godsdi<strong>en</strong>stige zak<strong>en</strong> voor zichzelf durf<strong>de</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, zou invloed<br />
hebb<strong>en</strong> op <strong>de</strong> kerk <strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld, niet alle<strong>en</strong> in zijn eig<strong>en</strong> tijd, maar in alle ver<strong>de</strong>re geslacht<strong>en</strong>.<br />
Tot aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> tijd zoud<strong>en</strong> zijn standvastigheid <strong>en</strong> getrouwheid all<strong>en</strong> sterk<strong>en</strong>, die<br />
e<strong>en</strong> soortgelijke on<strong>de</strong>rvinding zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. De kracht <strong>en</strong> <strong>de</strong> majesteit Gods blonk bov<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> raad <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> machtige kracht van <strong>de</strong> Satan uit.<br />
Al spoedig werd Luther op gezag van <strong>de</strong> keizer gelast, naar huis terug te ker<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hij<br />
wist, dat die k<strong>en</strong>nisgeving spoedig door zijn veroor<strong>de</strong>ling gevolgd zou word<strong>en</strong>. Dreig<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
wolk<strong>en</strong> hing<strong>en</strong> over zijn weg; doch to<strong>en</strong> hij uit Worms vertrok, was zijn hart vol vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
lof. “De duivel zelf,” zei hij, “had <strong>de</strong> pauselike burcht bezet; maar Christus heeft er e<strong>en</strong><br />
wij<strong>de</strong> breuk in gemaakt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Satan is gedwong<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> te belijd<strong>en</strong>, dat Christus<br />
machtiger is dan hij.”<br />
Na zijn vertrek schreef Luther, nog altijd w<strong>en</strong>s<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat zijn standvastigheid niet voor<br />
opstand zou word<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> keizer: “God, die <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> k<strong>en</strong>t, is mijn getuige, dat<br />
ik van ganser harte bereid b<strong>en</strong>, Uw Majesteit te gehoorzam<strong>en</strong>, hetzij in eer of in oneer, in<br />
lev<strong>en</strong> of in dood, zon<strong>de</strong>r <strong>en</strong>ige uitzon<strong>de</strong>ring behalve het woord van God, waarbij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
leeft. In al <strong>de</strong> aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van dit teg<strong>en</strong>woordige lev<strong>en</strong> zal mijn getrouwheid<br />
onwrikbaar zijn, want daarin heeft winst of verlies niets te do<strong>en</strong> met zaligheid. Maar waar<br />
het eeuwige belang<strong>en</strong> geldt, is het Gods wil niet, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zich aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zal<br />
on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. Want zodanige on<strong>de</strong>rwerping in geestelike zak<strong>en</strong> is wez<strong>en</strong>like aanbidding, <strong>en</strong><br />
komt alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schepper toe.”<br />
Op <strong>de</strong> terugreis van Worms was Luthers ontvangst zelfs nog vlei<strong>en</strong><strong>de</strong>r dan op zijn weg<br />
daarhe<strong>en</strong>. Prinselike geestelik<strong>en</strong> verwelkomd<strong>en</strong> <strong>de</strong> vogelvrij verklaar<strong>de</strong> monnik, <strong>en</strong><br />
wereldlike heersers eerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> man, die <strong>de</strong> keizer veroor<strong>de</strong>eld had. M<strong>en</strong> verzocht hem, te<br />
predik<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> het kei- zerlik verbod beklom hij opnieuw <strong>de</strong> kansel. “Ik heb<br />
me te g<strong>en</strong>er tijd verbond<strong>en</strong> om het woord Gods aan ket<strong>en</strong><strong>en</strong> te legg<strong>en</strong>,” zei hij, “<strong>en</strong> zal dat<br />
ook nimmer do<strong>en</strong>.” Niet lang nadat hij uit Worms vertrokk<strong>en</strong> was, gelukte het <strong>de</strong><br />
pausgezind<strong>en</strong> om <strong>de</strong> keizer e<strong>en</strong> edikt teg<strong>en</strong> hem te lat<strong>en</strong> uitvaardig<strong>en</strong>. In dit <strong>de</strong>kreet werd<br />
Luther veroor<strong>de</strong>eld als “Satan zelf te zijn in <strong>de</strong> gedaante van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> als e<strong>en</strong> monnik<br />
gekleed.” Er werd last gegev<strong>en</strong>, om maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong> om zijn werk te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>,<br />
zodra zijn vrijgelei<strong>de</strong> vervall<strong>en</strong> zou zijn. Aan ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> werd verbod<strong>en</strong>, hem te huis-vest<strong>en</strong>,<br />
hem van voedsel of drank te voorzi<strong>en</strong>, of hem door woord of daad, publiek of privaat, te<br />
help<strong>en</strong> of te on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong>. Hij moest gegrep<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, waar hij ook mocht zijn, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
overheid overgeleverd. Ook zijn aanhangers moest<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun<br />
113
eig<strong>en</strong>dom verbeurd verklaard. Zijn geschrift<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vernietigd; <strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte<br />
werd<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die teg<strong>en</strong> dit <strong>de</strong>kreet zoud<strong>en</strong> durv<strong>en</strong> han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r zijn veroor<strong>de</strong>ling<br />
beslot<strong>en</strong>. De keur-vorst van Saks<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, die Luther het meest gezind war<strong>en</strong>,<br />
hadd<strong>en</strong> Worms spoedig na zijn vertrek verlat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het keizerlik <strong>de</strong>kreet werd door <strong>de</strong><br />
Rijksdag goedgekeurd. Nu juicht<strong>en</strong> <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong>. Ze beschouwd<strong>en</strong> het lot van <strong>de</strong><br />
Hervorming als beslist.<br />
God had e<strong>en</strong> weg ter ontkoming op<strong>en</strong>gesteld voor Zijn di<strong>en</strong>stknecht in <strong>de</strong>ze ure van<br />
gevaar. E<strong>en</strong> waakzaam oog had Luthers gang<strong>en</strong> nagegaan, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> oprecht <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l hart was<br />
beslot<strong>en</strong>, hem te redd<strong>en</strong>. Het was dui<strong>de</strong>lik,dat Rome slechts tevred<strong>en</strong> zou zijn met zijn dood;<br />
alle<strong>en</strong> door zich te verberg<strong>en</strong> kon hij beveiligd word<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> kak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> leeuw. God gaf<br />
Fre<strong>de</strong>rik van Saks<strong>en</strong> wijsheid om e<strong>en</strong> plan tot behoud van <strong>de</strong> hervormer te beram<strong>en</strong>. Met <strong>de</strong><br />
sam<strong>en</strong>werking van trouwe vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> werd dit plan van <strong>de</strong> keurvorst uitgevoerd, <strong>en</strong> Luther<br />
met goed gevolg verborg<strong>en</strong> voor vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> vijand<strong>en</strong>. Op zijn terugreis werd hij gegrep<strong>en</strong>,<br />
van zijn gelei<strong>de</strong> gescheid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> metterhaast door het woud he<strong>en</strong> naar het slot <strong>de</strong> Wartburg,<br />
e<strong>en</strong> afgeleg<strong>en</strong> bergvesting, gevoerd. Zowel zijn inhecht<strong>en</strong>isneming als zijn verberging<br />
geschiedd<strong>en</strong> op zulk e<strong>en</strong> geheimzinnige wijze, dat Fre<strong>de</strong>rik zelf lange tijd niet wist, waar hij<br />
he<strong>en</strong>gevoerd was. Deze onwet<strong>en</strong>dheid was niet zon<strong>de</strong>r doel; zo lang <strong>de</strong> keurvorst niets wist<br />
van Luthers verblijfplaats, kon hij niets ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>. Hij overtuig<strong>de</strong> er zich van, dat <strong>de</strong><br />
hervormer veilig was, <strong>en</strong> met die k<strong>en</strong>nis was hij tevred<strong>en</strong>.<br />
De l<strong>en</strong>te, zomer, <strong>en</strong> herfst ging<strong>en</strong> voorbij, <strong>de</strong> winter kwam, <strong>en</strong> nog altijd bleef Luther<br />
gevang<strong>en</strong>. Alean<strong>de</strong>r <strong>en</strong> zijn par-tijgangers juicht<strong>en</strong>, daar het sche<strong>en</strong> of het evangelie weldra<br />
uitgedoofd zou word<strong>en</strong>. Maar in <strong>de</strong> plaats hiervan was <strong>de</strong> hervormer bezig, zijn lamp uit <strong>de</strong><br />
voorraad <strong>de</strong>r waarheid te vull<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zou het licht ervan met hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r glans voortbrek<strong>en</strong>. In<br />
<strong>de</strong> welkome veiligheid van <strong>de</strong> Wartburg verheug<strong>de</strong> Luther zich <strong>en</strong>ige tijd in zijn ontkoming<br />
aan <strong>de</strong> hitte <strong>en</strong> het rumoer van <strong>de</strong> strijd. Maar hij kon niet lang bevrediging vind<strong>en</strong> in stilte<br />
<strong>en</strong> rust. Aan e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van bedrijvigheid <strong>en</strong> har<strong>de</strong> strijd gewoon, kon hij het slecht<br />
verdrag<strong>en</strong>, werkeloos te zijn. In die e<strong>en</strong>zame dag<strong>en</strong> stond <strong>de</strong> toestand van <strong>de</strong> kerk hem voor<br />
<strong>de</strong> geest, <strong>en</strong> in wanhoop riep hij uit: “Helaas! er is niemand in <strong>de</strong>ze laatste dag<strong>en</strong> van Zijn<br />
toorn, om als e<strong>en</strong> muur te staan voor <strong>de</strong> Heer,<strong>en</strong> Israël te redd<strong>en</strong>!” Dan keerd<strong>en</strong> zijn<br />
gedacht<strong>en</strong> tot hemzelf terug, <strong>en</strong> hij vrees<strong>de</strong>, beschuldigd te zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van lafheid, door<br />
zich terug te trekk<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> strijd. Hij verweet zich zijn luiheid <strong>en</strong> toegev<strong>en</strong>dheid. Toch <strong>de</strong>ed<br />
hij tegelijkertijd dageliks meer dan voor één man mogelik sche<strong>en</strong>. Zijn p<strong>en</strong> rustte nooit.<br />
Terwijl zijn vijand<strong>en</strong> zich vleid<strong>en</strong>, dat hij tot zwijg<strong>en</strong> gebracht was, war<strong>en</strong> ze verwon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong><br />
versteld door tastbare blijk<strong>en</strong> dat hij nog werkte. E<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte traktat<strong>en</strong>, uit zijn p<strong>en</strong> gevloeid,<br />
werd<strong>en</strong> door Duitschland verspreid. Hij bewees daarbij zijn landslied<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uiterst<br />
belangrijke di<strong>en</strong>st door het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t in het Duits te vertal<strong>en</strong>. Van uit zijn<br />
rotsachtig Patmos verkondig<strong>de</strong> hij bijna e<strong>en</strong> jaar lang het evangelie, <strong>en</strong> bestrafte <strong>de</strong> zond<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong>.<br />
114
Maar het was niet slechts om Luther voor <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van zijn vijand<strong>en</strong> te beveilig<strong>en</strong>, zelfs<br />
niet om hem e<strong>en</strong> tijd van rust voor <strong>de</strong>ze belangrijke arbeid te gev<strong>en</strong>, dat God Zijn<br />
di<strong>en</strong>stknecht van het toneel van <strong>de</strong> op<strong>en</strong>bare strijd verwij<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Er moest<strong>en</strong> kostbaar<strong>de</strong>r<br />
gevolg<strong>en</strong> bereikt word<strong>en</strong> dan <strong>de</strong>ze. In <strong>de</strong> e<strong>en</strong>zaamheid <strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>heid van zijn verblijf<br />
tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> was Luther zon<strong>de</strong>r aardse steun, <strong>en</strong> kon ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>seëer hem bereik<strong>en</strong>. Op<br />
die wijze werd hij beveiligd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> trots <strong>en</strong> het zelfvertrouw<strong>en</strong>, die zo m<strong>en</strong>igmaal het<br />
gevolg zijn van welslag<strong>en</strong>. Door lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> verne<strong>de</strong>ring werd hij toebereid om an<strong>de</strong>rmaal in<br />
veiligheid te wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong> op <strong>de</strong> duize-lingwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> hoogte, waartoe hij zo plotseling verhev<strong>en</strong><br />
was.<br />
Wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich verheug<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vrijheid, die <strong>de</strong> waarheid hun br<strong>en</strong>gt, zijn ze<br />
g<strong>en</strong>eigd om dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> te verhog<strong>en</strong>, die God gebruikt heeft om <strong>de</strong> ket<strong>en</strong><strong>en</strong> van dwaling <strong>en</strong><br />
bijgeloof te verbrek<strong>en</strong>. Satan tracht <strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> neiging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van God af te<br />
trekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze op m<strong>en</strong>selike werktuig<strong>en</strong> te vestig<strong>en</strong>; hij leidt er h<strong>en</strong> toe om alle<strong>en</strong> het<br />
werktuig te er<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Hand, die al <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voorzi<strong>en</strong>igheid regelt, niet te<br />
acht<strong>en</strong>. Te dikwels slechts verliez<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige lei<strong>de</strong>rs, die alzo geprez<strong>en</strong> <strong>en</strong> geëerd<br />
word<strong>en</strong>, het gevoel van hun afhankelikheid van God, <strong>en</strong> kom<strong>en</strong> ertoe om op zichzelv<strong>en</strong> te<br />
vertrouw<strong>en</strong>. Het gevolg is, dat ze het verstand <strong>en</strong> het gewet<strong>en</strong> van het volk zoek<strong>en</strong> te<br />
beheers<strong>en</strong>, dat g<strong>en</strong>eigd is tot h<strong>en</strong> op te zi<strong>en</strong> om leiding, in plaats van tot het woord van God.<br />
Het werk van hervorming wordt dikwels teg<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>, omdat zij, die het on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong>,<br />
aan <strong>de</strong>ze geest toegev<strong>en</strong>. Voor dit gevaar wil<strong>de</strong> God <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> Hervorming bewar<strong>en</strong>.<br />
Hij w<strong>en</strong>ste, dat dat werk niet het stempel van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, maar dat van God zou ontvang<strong>en</strong>. De<br />
og<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> war<strong>en</strong> op Luther gericht geweest als uitlegger van <strong>de</strong> waarheid; nu<br />
werd hij van het toneel wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, opdat aller og<strong>en</strong> zich zoud<strong>en</strong> vestig<strong>en</strong> op <strong>de</strong> eeuwige<br />
Welbron van <strong>de</strong> waarheid.<br />
115
Hoofdstuk 9 — De Zwitserse Hervormer<br />
In <strong>de</strong> keuze van werktnig<strong>en</strong> tot hervorming van <strong>de</strong> kerk is hetzelf<strong>de</strong> God<strong>de</strong>like plan op te<br />
merk<strong>en</strong>, als to<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk ge-grondvest werd. De hemelse Leermeester ging <strong>de</strong> grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong>, <strong>de</strong> mann<strong>en</strong> van naam <strong>en</strong> rijkdom, die gewoon war<strong>en</strong>, lof <strong>en</strong> hul<strong>de</strong> te ontvang<strong>en</strong> als<br />
lei<strong>de</strong>rs van het volk, voorbij. Ze war<strong>en</strong> z— trots <strong>en</strong> vol zelfvertrouw<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s hun<br />
veelgeroem<strong>de</strong> hogere stand, dat ze niet ler<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>, me<strong>de</strong>gevoel te hebb<strong>en</strong> voor hun<br />
me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> me<strong>de</strong>werkers kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rige Man van Nazareth. De<br />
roeping werd gew<strong>en</strong>d tot <strong>de</strong> ongeleer<strong>de</strong>, hardwerk<strong>en</strong><strong>de</strong> vissers van Galilea: “Volgt Mij, <strong>en</strong><br />
Ik zal u vissers <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>.” Deze discipel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rig <strong>en</strong> leerzaam. Hoe<br />
min<strong>de</strong>r ze on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> valse leer van hun tijd gekom<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, met zoveel te<br />
beter gevolg kon Christus h<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor Zijn di<strong>en</strong>st opleid<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>zo was het in<br />
<strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote Hervorming. De voorname hervormers war<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> uit ne<strong>de</strong>rige<br />
stand,— mann<strong>en</strong>, die meer dan iemand uit hun tijd vrij war<strong>en</strong> van standtrots, <strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
invloed van geestdrijverij <strong>en</strong> priesterheerschappij. Gods plan is, e<strong>en</strong>voudige werktuig<strong>en</strong> te<br />
gebruik<strong>en</strong> om grote gevolg<strong>en</strong> teweeg te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Op die wijze wordt <strong>de</strong> glorie niet aan<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, maar aan Hem, die door h<strong>en</strong> werkt, om te will<strong>en</strong> <strong>en</strong> te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> naar<br />
Zijn eig<strong>en</strong> welbehag<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> paar wek<strong>en</strong> na <strong>de</strong> geboorte van Luther in e<strong>en</strong> mijn- werkershut in Saks<strong>en</strong>, kwam<br />
Ulrich Zwingli ter wereld in e<strong>en</strong> her<strong>de</strong>rshuisje in <strong>de</strong> Alp<strong>en</strong>. Zwingli’s omgeving tijd<strong>en</strong>s zijn<br />
kin<strong>de</strong>rjar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn eerste opvoeding. war<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>d om hem op zijn toekomstige z<strong>en</strong>ding<br />
voor te bereid<strong>en</strong>. Opgroei<strong>en</strong><strong>de</strong> te midd<strong>en</strong> van tonel<strong>en</strong> van natuurschoon, grootsheid <strong>en</strong><br />
ontzagwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> verhev<strong>en</strong>heid, kwam hij vroegtijdig on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> indruk van <strong>de</strong> grootheid, <strong>de</strong><br />
macht, <strong>en</strong> <strong>de</strong> majesteit Gods. De geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> grote dad<strong>en</strong>, op <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> van zijn<br />
va<strong>de</strong>rland verricht, beziel<strong>de</strong> het jeugdige strev<strong>en</strong> van zijn geest. En aan <strong>de</strong> knie van zijn<br />
vrome grootmoe<strong>de</strong>r luister<strong>de</strong> hij naar <strong>de</strong> <strong>en</strong>kele kostbare bijbelse geschied<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die zij<br />
tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk opgegaard had. Met diepe belangstelling<br />
hoor<strong>de</strong> hij naar het verhaal van <strong>de</strong> grote ding<strong>en</strong>, door patriarch<strong>en</strong> <strong>en</strong> profet<strong>en</strong> verricht, van<br />
<strong>de</strong> her<strong>de</strong>rs, die nachtwacht hield<strong>en</strong> over hun kudd<strong>en</strong> op <strong>de</strong> heuvel<strong>en</strong> van Palestina, waar<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> h<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> toesprek<strong>en</strong>, van het Kind van Bethlehem, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Man van Golgotha.<br />
Gelijk Johannes Luther, zo w<strong>en</strong>ste ook Zwingli’s va<strong>de</strong>r, dat zijn zoon zou opgevoed<br />
word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> knaap werd al jong uit <strong>de</strong> vallei van zijn geboorte weggezond<strong>en</strong>. Zijn<br />
verstand ontwikkel<strong>de</strong> zich snel, <strong>en</strong> spoedig werd het <strong>de</strong> vraag, waar m<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijzers zou<br />
vind<strong>en</strong> om hem te ler<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong>rti<strong>en</strong>jarige ou<strong>de</strong>rdom ging hij naar Bern, welke stad<br />
to<strong>en</strong>tertijd <strong>de</strong> ver- maardste school had in gans Zwitserland. Hier echter <strong>de</strong>ed zich e<strong>en</strong><br />
gevaar op, dat zijn veelbelov<strong>en</strong>d lev<strong>en</strong> dreig<strong>de</strong> te ver-woest<strong>en</strong>. Ijverige poging<strong>en</strong> toch<br />
werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> aangew<strong>en</strong>d om hem in e<strong>en</strong> klooster te lokk<strong>en</strong>. De Dominikaner<br />
<strong>en</strong> Franciskaner monnik<strong>en</strong> wedijverd<strong>en</strong> met elkan<strong>de</strong>r om <strong>de</strong> gunst van het volk. Deze<br />
116
trachtt<strong>en</strong> ze zich te verzeker<strong>en</strong> door opzichtige versiering van hun kerk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> luister van hun<br />
ceremonieën, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aantrekkelikheid van beroem<strong>de</strong> relikwieën <strong>en</strong> won<strong>de</strong>rdo<strong>en</strong><strong>de</strong> beeld<strong>en</strong>.<br />
De Bernse Dominikaners begrep<strong>en</strong>, dat wanneer ze <strong>de</strong>ze tal<strong>en</strong>tvolle jonge stud<strong>en</strong>t<br />
kond<strong>en</strong> winn<strong>en</strong>, ze zichzelv<strong>en</strong> winst zowel als eer zoud<strong>en</strong> verzeker<strong>en</strong>. Zijn zeer jeugdige<br />
leeftijd, zijn natuurlike begaafdheid als spreker <strong>en</strong> schrijver, <strong>en</strong> zijn aanleg voor muziek <strong>en</strong><br />
dichtkunst, zoud<strong>en</strong> meer uitwerking hebb<strong>en</strong> dan al hun pracht <strong>en</strong> vertoon, om het volk naar<br />
hun di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te trekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het inkom<strong>en</strong> van hun or<strong>de</strong> te vermeer<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Door bedrog <strong>en</strong><br />
vleierij trachtt<strong>en</strong> ze Zwingli te be-weg<strong>en</strong> om hun klooster in te tred<strong>en</strong>. Terwijl Luther<br />
stud<strong>en</strong>t op school was, had hij zich in e<strong>en</strong> kloostercel begrav<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zou voor <strong>de</strong> wereld<br />
verlor<strong>en</strong> zijn geweest, had niet Gods voorzi<strong>en</strong>igheid hem gered. Aan Zwingli werd niet<br />
toegelat<strong>en</strong>, hetzelf<strong>de</strong> gevaar te ontmoet<strong>en</strong>. Door Gods voorzi<strong>en</strong>igheid werd zijn va<strong>de</strong>r<br />
aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> plann<strong>en</strong> van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rricht. Zijn voornem<strong>en</strong> was ge<strong>en</strong>szins, zijn<br />
zoon het luie, onwaardige lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kloosterbroe<strong>de</strong>rs te lat<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Hij besefte, dat zijn<br />
toekomstige nuttigheid op het spel stond, <strong>en</strong> beval hem, zon<strong>de</strong>r verwijl naar huis terug te<br />
kom<strong>en</strong>.<br />
De jongeling gehoorzaam<strong>de</strong> het bevel; maar hij kon niet lang tevred<strong>en</strong> zijn in <strong>de</strong> vallei<br />
van zijn geboorte. Al spoedig nam hij zijn studieën we<strong>de</strong>r ter hand, <strong>en</strong> ging na <strong>en</strong>ige tijd<br />
naar Bazel. Daar was het, dat Zwingli voor <strong>de</strong> eerste maal het evangelie van Gods vrije<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> hoor<strong>de</strong>. Wittembach, e<strong>en</strong> leraar in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> tal<strong>en</strong>, was bij zijn studie van het Grieks<br />
<strong>en</strong> Hebreeuws tot <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> geleid, <strong>en</strong> aldus werd<strong>en</strong> er stral<strong>en</strong> van God<strong>de</strong>lik licht<br />
geworp<strong>en</strong> in het verstand van <strong>de</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die hij on<strong>de</strong>rwes. Hij verklaar<strong>de</strong> dat er e<strong>en</strong><br />
waarheid bestond die ou<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> van oneindig groter waar<strong>de</strong> was dan <strong>de</strong> theorieën, welke <strong>de</strong><br />
scholastiek<strong>en</strong> <strong>en</strong> wijsger<strong>en</strong> leerd<strong>en</strong>. Deze alou<strong>de</strong> waarheid was, dat <strong>de</strong> dood van Christus het<br />
<strong>en</strong>ige rantso<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zondaar is. Voor Zwingli war<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> eerste<br />
lichtstraal, die <strong>de</strong> morg<strong>en</strong>schemering voorafgaat.<br />
Zwingli werd al gauw van Bazel weggeroep<strong>en</strong> om zijn lev<strong>en</strong>swerk te beginn<strong>en</strong>. Zijn<br />
eerste arbeidsveld was e<strong>en</strong> Al- p<strong>en</strong>parochie, niet ver van het dorp, waar hij gebor<strong>en</strong> was.<br />
Wijding tot priester ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>, “gaf hij zich met zijn ganse ziel over aan het<br />
on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like waarheid, daar hij wel wist,” zegt e<strong>en</strong> me<strong>de</strong>hervormer,<br />
“hoeveel hij behoort te wet<strong>en</strong>, aan wie <strong>de</strong> kud<strong>de</strong> van Christus is toevertrouwd.” Hoe meer<br />
hij <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht, hoe hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling aan het licht kwam tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
waarhed<strong>en</strong> daarin vervat, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ketterij<strong>en</strong> van Rome. Hij on<strong>de</strong>rwierp zich aan <strong>de</strong> Bijbel als<br />
het woord van God, <strong>de</strong> alg<strong>en</strong>oegzame, onfeilbare gids. Hij zag in, dat het zichzelf verklar<strong>en</strong><br />
moest. Hij waag<strong>de</strong> het niet, te tracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> uit te legg<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> van tevor<strong>en</strong><br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> theorie of leer te schrag<strong>en</strong>, maar achtte het zijn plicht, te ler<strong>en</strong> wat het Woord<br />
direkt <strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik zegt. Hij trachtte zich van alle beschikbare mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> te bedi<strong>en</strong><strong>en</strong> om e<strong>en</strong><br />
volkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> juist begrip van <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van het Woord te erlang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> riep <strong>de</strong> hulp in van<br />
<strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, welke, zoals hij verklaar<strong>de</strong>, het aan all<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong> zou, die in ernst <strong>en</strong> met<br />
gebed ernaar zocht<strong>en</strong>.<br />
117
“De Schrift,” zei Zwingli, “is van God, niet van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s afkomstig, <strong>en</strong> diezelf<strong>de</strong> God,<br />
die het verstand geeft, zal u do<strong>en</strong> verstaan, dat <strong>de</strong> spraak van Hem komt. Gods woord . kan<br />
niet fal<strong>en</strong>; het is lichtverspreid<strong>en</strong>d, on<strong>de</strong>rwijst zichzelf, ontsluit zichzelf; bestraalt <strong>de</strong> ziel<br />
met alle heil <strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>; troost <strong>de</strong> ziel in God, verne<strong>de</strong>rt hem, zodat hij zichzelf verliest, ja<br />
zelfs verbeurt, <strong>en</strong> God omarmt.” De waarheid van <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong> had Zwingli zelf bewez<strong>en</strong>.<br />
Van zijn on<strong>de</strong>rvinding in die tijd sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>, schreef hij later: “To<strong>en</strong> ... ik me geheel <strong>en</strong> al<br />
aan <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> begon te gev<strong>en</strong>, steld<strong>en</strong> <strong>de</strong> wijsbegeerte <strong>en</strong> scholastieke<br />
godgeleerdheid me telk<strong>en</strong>s twistvrag<strong>en</strong> voor. Ein<strong>de</strong>lik kwam ik zo ver, dat ik dacht: ‘Ge<br />
moet dat alles lat<strong>en</strong> rust<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van God alle<strong>en</strong> uit Zijn eig<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig Woord<br />
ler<strong>en</strong> . ‘ To<strong>en</strong> begon ik God om Zijn licht te vrag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> me <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> veel<br />
dui<strong>de</strong>liker.”<br />
De leer, die Zwingli predikte, had hij niet van Luther ontvang<strong>en</strong>. Het was <strong>de</strong> leer van<br />
Christus. “Als Luther Christus predikt,” sprak <strong>de</strong> Zwitserse hervormer, “doet hij, wat ik doe!<br />
Hij heeft veel meer ziel<strong>en</strong> tot Christus geleid dan ik — dat zij zo. Ik wil ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re naam<br />
drag<strong>en</strong> dan die van Christus, Wi<strong>en</strong>s krijgsknecht ik b<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Die alle<strong>en</strong> mijn hoofd is. Ge<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>kel woord is ooit door mij aan Luther, of door Luther aan mij geschrev<strong>en</strong>. En<br />
waarom ? . . . Opdat het all<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik zijn zou, hoezeer het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Geest van<br />
God één is: daar wij, zon<strong>de</strong>r <strong>en</strong>ige geheime verstandhouding, zo precies overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> leer van Jezus Christus.”<br />
In 1516 werd Zwingli uitg<strong>en</strong>odigd, prediker te word<strong>en</strong> in het klooster te Einsie<strong>de</strong>ln. Hier<br />
zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van Rome hem dui<strong>de</strong>liker on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> aandacht kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zou hij e<strong>en</strong><br />
invloed als hervormer uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zich veel ver<strong>de</strong>r dan tot zijn Alp<strong>en</strong> zou uitstrekk<strong>en</strong>.<br />
Tot <strong>de</strong> voornaamste aantrek- kelikhed<strong>en</strong> van Einsie<strong>de</strong>ln behoor<strong>de</strong> e<strong>en</strong> beeld van <strong>de</strong> heilige<br />
maagd, dat won<strong>de</strong>rkracht heette te bezitt<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> kloosterpoort stond e<strong>en</strong> opschrift:<br />
“Hier kan algehele verlossing van zond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>.” Voortdur<strong>en</strong>d begav<strong>en</strong> zich<br />
pelgrims naar dat beeld van <strong>de</strong> heilige maagd, maar bij het grote jaarfeest van <strong>de</strong> wijding<br />
van dit heiligdom kwam<strong>en</strong> er schar<strong>en</strong> uit alle <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van Zwitserland, <strong>en</strong> zelfs uit Frankrijk<br />
<strong>en</strong> Duitschland. Zwingli, wie dit gezicht grote droefheid veroorzaakte, nam <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid<br />
te baat om aan <strong>de</strong>ze slav<strong>en</strong> van het bijgeloof vrijheid te verkondig<strong>en</strong> door het evangelie.<br />
“D<strong>en</strong>kt niet,” zei hij, “dat God meer in <strong>de</strong>ze tempel is, dan in ie<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />
schepping. In welk land ge ook woont, is God rondom u <strong>en</strong> hoort u. . . . Kunn<strong>en</strong> nutteloze<br />
arbeid, lange pelgrimstocht<strong>en</strong>, offerand<strong>en</strong>, beeld<strong>en</strong>, gebed<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> heilige maagd of <strong>de</strong><br />
heilig<strong>en</strong>, u <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods verzeker<strong>en</strong>? Wat kan het verm<strong>en</strong>igvuldig<strong>en</strong> van woord<strong>en</strong> bij het<br />
bidd<strong>en</strong> ons bat<strong>en</strong>? Welke kracht ligt er in e<strong>en</strong> monnikskap, e<strong>en</strong> geschor<strong>en</strong> sche<strong>de</strong>l, e<strong>en</strong> lange<br />
mantel, die in plooi<strong>en</strong> afhangt, of met goud geborduur<strong>de</strong> pantoffels? God ziet het hart aan,<br />
<strong>en</strong> onze hart<strong>en</strong> zijn verre van Hem.” “Christus,” zei hij, “Die zich e<strong>en</strong>s voor all<strong>en</strong> aan het<br />
kruis opoffer<strong>de</strong>, is het slachtoffer, dat voor alle eeuwigheid voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van alle<br />
gelovig<strong>en</strong> voldoet.”<br />
118
Aan vele toehoor<strong>de</strong>rs was <strong>de</strong>ze leer onwelkom. Het was e<strong>en</strong> bittere teleurstelling, te<br />
vernem<strong>en</strong> dat hun moeitevolle tocht tevergeefs gemaakt was. De vergiff<strong>en</strong>is, welke hun<br />
door Christus vrij werd aangebod<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> ze niet begrijp<strong>en</strong>. Ze steld<strong>en</strong> zich tevred<strong>en</strong> met<br />
<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> weg naar <strong>de</strong> hemel, die Rome hun aangewez<strong>en</strong> had. Ze schrikt<strong>en</strong> terug voor <strong>de</strong><br />
moeite van naar iets beters te zoek<strong>en</strong>. Het was gemakkeliker, hun zaligheid aan <strong>de</strong> priesters<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus toe te vertrouw<strong>en</strong>, dan naar reinheid van hart te strev<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re klasse echter ontving met vreug<strong>de</strong> <strong>de</strong> tijding van verlossing door Christus.<br />
De godsdi<strong>en</strong>stige gebruik<strong>en</strong>, die Rome van h<strong>en</strong> eiste, hadd<strong>en</strong> hun ge<strong>en</strong> zielevre<strong>de</strong> bezorgd,<br />
<strong>en</strong> in het geloof nam<strong>en</strong> ze het bloed van <strong>de</strong> Zaligmaker als hun verzo<strong>en</strong>ing aan. Zulk<strong>en</strong><br />
keerd<strong>en</strong> naar hun woonplaats<strong>en</strong> terug om aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> het kostbare licht te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, dat ze<br />
ontvang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. Aldus verbreid<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> waarheid van dorpje tot dorpje, <strong>en</strong> van stad tot<br />
stad, <strong>en</strong> werd het aantal pelgrims naar het beeld van <strong>de</strong> heilige maagd zeer veel min<strong>de</strong>r. De<br />
inkomst<strong>en</strong> kromp<strong>en</strong> in, <strong>en</strong> daardoor ook <strong>de</strong> toelage van Zwingli, welke uit die inkomst<strong>en</strong><br />
gevond<strong>en</strong> werd. Maar dit veroorzaakte hem niets dan vreug<strong>de</strong>, daar hij zag, dat <strong>de</strong> macht<br />
van dweperij <strong>en</strong> bijgeloof verbrok<strong>en</strong> werd.<br />
De kerkelike overhed<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet blind voor het werk, dat Zwingli <strong>de</strong>ed, maar voor het<br />
teg<strong>en</strong>woordige w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> ze niet, tuss<strong>en</strong> bei<strong>de</strong> te tred<strong>en</strong>. Hop<strong>en</strong><strong>de</strong> hem nog voor hun zaak te<br />
winn<strong>en</strong>, trachtt<strong>en</strong> ze zich door vleierij<strong>en</strong> van hem meester te mak<strong>en</strong>; intuss<strong>en</strong> begon <strong>de</strong><br />
waarheid <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk in beslag te nem<strong>en</strong>. Zwingli’s arbeid te Einsie<strong>de</strong>ln had hem<br />
voor e<strong>en</strong> wij<strong>de</strong>re kring geschikt gemaakt, <strong>en</strong> die zou hij spoedig binn<strong>en</strong>tred<strong>en</strong>. Na drie jar<strong>en</strong><br />
hier geweest te zijn, werd hem het ambt van prediker in <strong>de</strong> kathedraal te Zürich opgedrag<strong>en</strong>.<br />
Zürich was to<strong>en</strong>tertijd <strong>de</strong> voornaamste stad in het Zwitserse bondg<strong>en</strong>ootschap, <strong>en</strong> <strong>de</strong> invloed,<br />
die hij daar uitoef<strong>en</strong><strong>de</strong>, zou wijd <strong>en</strong> zijd gevoeld word<strong>en</strong>. De geestelik<strong>en</strong> echter, op wier<br />
uitnodiging hij naar Zürich overkwam, war<strong>en</strong> er op bedacht, alle nieuwighed<strong>en</strong> te<br />
voorkom<strong>en</strong>, waarom ze hem inlichting gav<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> zijn plicht<strong>en</strong>.<br />
“Ge zult alles in uw vermog<strong>en</strong> do<strong>en</strong>,” zeid<strong>en</strong> ze, “tot inzameling van <strong>de</strong> inkomst<strong>en</strong> van<br />
het kapittel, <strong>de</strong> kleinste kleinigheid niet over het hoofd zi<strong>en</strong><strong>de</strong>. Ge zult <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong>, zowel<br />
van <strong>de</strong> preekstoel als bij <strong>de</strong> oorbiecht verman<strong>en</strong>, alle recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te betal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door<br />
hun gift<strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> te bewijz<strong>en</strong>, die ze <strong>de</strong> kerk toedrag<strong>en</strong>. Ge zult uw best do<strong>en</strong> om het<br />
inkom<strong>en</strong>, dat van ziek<strong>en</strong>, miss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> van alle geestelike verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
inkomt, te vermeer<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.” “Wat aangaat het beheer over <strong>de</strong> sakram<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, <strong>de</strong> prediking, <strong>en</strong><br />
het wachthoud<strong>en</strong> over <strong>de</strong> kud<strong>de</strong>,” voegd<strong>en</strong> ze erbij, “dat zijn ook zak<strong>en</strong>, die bij <strong>de</strong> plicht<strong>en</strong><br />
van e<strong>en</strong> priester behor<strong>en</strong>. Doch daarvoor kunt ge, voornamelik voor het predik<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />
plaatsvervanger aanstell<strong>en</strong>. Ge zult <strong>de</strong> sakram<strong>en</strong>t<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> toedi<strong>en</strong><strong>en</strong> aan person<strong>en</strong> uit hogere<br />
stand, <strong>en</strong> dan alle<strong>en</strong>, wanneer er biezon<strong>de</strong>r aanvraag om gedaan wordt; het is u verbod<strong>en</strong> om<br />
ze aan het volk van alle stand<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid <strong>de</strong>s persoons te bedi<strong>en</strong><strong>en</strong>.”<br />
Zwingli hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze opdracht stilzwijg<strong>en</strong>d aan, <strong>en</strong> gaf in antwoord erop, na zijn dank te<br />
hebb<strong>en</strong> betuigd voor <strong>de</strong> eer van e<strong>en</strong> beroep naar <strong>de</strong>ze belangrijke plaats, e<strong>en</strong> verklaring van<br />
119
<strong>de</strong> loopbaan, die hij zich had voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te volg<strong>en</strong>. “Het lev<strong>en</strong> van Christus,” zei hij, “is<br />
te lang voor het volk verborg<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Ik zal prek<strong>en</strong> over het gehele evangelie naar<br />
Mattheüs, ... <strong>en</strong> wat ik geef, alle<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> Schrift putt<strong>en</strong>, <strong>de</strong> diepte van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> peil<strong>en</strong>,<br />
tekst met tekst vergelijk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aanhoud<strong>en</strong>d ernstige gebed<strong>en</strong> opz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is te<br />
mog<strong>en</strong> verstaan. Ik zal mijn di<strong>en</strong>st in <strong>de</strong> kerk wijd<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> eer van God, <strong>de</strong> lof van Zijn<br />
<strong>en</strong>ige Zoon, <strong>de</strong> redding van ziel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun on<strong>de</strong>rwijs in het ware geloof.” Ofschoon<br />
sommig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geestelik<strong>en</strong> niet met zijn plan instemd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hem ervan trachtt<strong>en</strong> af te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, bleef Zwingli standvastig. Hij verklaar<strong>de</strong>, dat hij ge<strong>en</strong> nieuw stelsel dacht in te<br />
voer<strong>en</strong>, maar zich aan het ou<strong>de</strong> stelsel me<strong>en</strong><strong>de</strong> te houd<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> kerk in vroegere tijd<strong>en</strong> van<br />
grotere zuiverheid had gedi<strong>en</strong>d.<br />
Reeds begon er belangstelling te ontwak<strong>en</strong> in <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die hij verkondig<strong>de</strong>, <strong>en</strong> het<br />
volk kwam in grot<strong>en</strong> getale bije<strong>en</strong> om naar zijn prediking te luister<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong>, die se<strong>de</strong>rt lang<br />
het kerkgaan opgegev<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, bevond<strong>en</strong> zich on<strong>de</strong>r zijn toehoor<strong>de</strong>rs. Hij begon zijn<br />
bedi<strong>en</strong>ing met <strong>de</strong> Evange- lieën te op<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan zijn hoor<strong>de</strong>rs het door <strong>de</strong> Geest ingegev<strong>en</strong><br />
verhaal van het lev<strong>en</strong>, het on<strong>de</strong>rwijs, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dood van Christus voor te lez<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit te<br />
legg<strong>en</strong>. Hier, ev<strong>en</strong>als te Einsie<strong>de</strong>ln, stel<strong>de</strong> hij Gods woord voor als het <strong>en</strong>ig onfeilbaar gezag,<br />
<strong>en</strong> Christus’ dood als het <strong>en</strong>ig volmaakte offer. “Het is tot Christus,” sprak hij, “dat ik u<br />
w<strong>en</strong>s te voer<strong>en</strong>,— tot Christus, <strong>de</strong> ware bron van zaligheid.” M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van alle klass<strong>en</strong>, van<br />
staatsman <strong>en</strong> geleer<strong>de</strong> af tot handwerksman <strong>en</strong> landbouwer toe, verdrong<strong>en</strong> zich om <strong>de</strong><br />
prediker. Met diepe belangstelling luisterd<strong>en</strong> ze naar zijn woord<strong>en</strong>. Hij verkondig<strong>de</strong> niet<br />
alle<strong>en</strong> het aanbod van vrije verlossing, maar bestrafte onbeschroomd <strong>de</strong> slechtheid <strong>en</strong> het<br />
be<strong>de</strong>rf van die tijd. Vel<strong>en</strong> verliet<strong>en</strong> <strong>de</strong> domkerk God verheerlik<strong>en</strong><strong>de</strong>. “Deze man,” zeid<strong>en</strong> ze,<br />
“predikt <strong>de</strong> waarheid. Hij zal onze Mozes word<strong>en</strong>, die ons uit <strong>de</strong>ze Egyptiese duisternis zal<br />
uitleid<strong>en</strong>.” Maar ofschoon zijn arbeid in het eerst met veel toejuiching ontvang<strong>en</strong> werd,<br />
ontwikkel<strong>de</strong> er zich later teg<strong>en</strong>stand. De monnik<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> op om zijn werk te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zijn leer te veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> hoond<strong>en</strong> <strong>en</strong> bespott<strong>en</strong> hem; an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> behan<strong>de</strong>ld<strong>en</strong> hem met<br />
onbeschoftheid, <strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> te dreig<strong>en</strong>. Zwingli echter verdroeg alles geduldig, <strong>en</strong> sprak:<br />
“Indi<strong>en</strong> we zondar<strong>en</strong> voor Christus will<strong>en</strong> winn<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> we ler<strong>en</strong>, onze og<strong>en</strong> voor veel<br />
ding<strong>en</strong> te sluit<strong>en</strong>.”<br />
Omstreeks <strong>de</strong>ze tijd gebeur<strong>de</strong> er iets, dat <strong>de</strong> hervorming in <strong>de</strong> hand werkte. Zekere<br />
Luciaan werd met <strong>en</strong>ige van Luthers geschrift<strong>en</strong> naar Zürich gezond<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d van<br />
het hervorm<strong>de</strong> geloof te Bazel, welke aan <strong>de</strong> hand gaf, dat <strong>de</strong> verkoop van <strong>de</strong>ze boek<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
krachtig mid<strong>de</strong>l zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om het licht alom te verspreid<strong>en</strong>. “Overtuig u,” schreef<br />
hij aan Zwingli, “of <strong>de</strong>ze man oor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> vaardigheid g<strong>en</strong>oeg bezit; als het u blijkt van ja,<br />
laat hem dan van stad tot stad, dorp tot dorp, vlek tot vlek, ja van huis tot huis gaan, geheel<br />
Zwitserland door, met <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van Luther; <strong>en</strong> vooral zijn uitleg van het Onze Va<strong>de</strong>r,<br />
voor lek<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong>. Hoe meer die uitleg bek<strong>en</strong>d wordt, hoe meer kopers er voor zull<strong>en</strong><br />
kom<strong>en</strong>.” Op die wijze drong het licht door.<br />
120
Op tijd<strong>en</strong>,wanneer God <strong>de</strong> boei<strong>en</strong> van onwet<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> bijgeloof begint te verbrek<strong>en</strong>, is<br />
het dat <strong>de</strong> Satan met <strong>de</strong> grootste kracht werkt om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in donkerheid te hull<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun<br />
kluisters nog vaster te klink<strong>en</strong>. Terwijl er in verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> opstond<strong>en</strong>, die het<br />
volk vergiff<strong>en</strong>is <strong>en</strong> rechtvaardigmaking door het bloed van Christus voorsteld<strong>en</strong>, begaf<br />
Rome zich met vernieuw<strong>de</strong> ijver aan het werk om door <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid he<strong>en</strong><br />
vergiff<strong>en</strong>is aan te bied<strong>en</strong> voor geld. Ie<strong>de</strong>re zon<strong>de</strong> had zijn prijs; <strong>en</strong> m<strong>en</strong> kon vrijheid<br />
erlang<strong>en</strong> om misdad<strong>en</strong> te pleg<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> schatkist van <strong>de</strong> kerk slechts goed gevuld bleef.<br />
Z— brak<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee beweging<strong>en</strong> zich baan: <strong>de</strong> <strong>en</strong>e vergiff<strong>en</strong>is van zon<strong>de</strong> voor geld, <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>re vergiff<strong>en</strong>is door Christus aanbied<strong>en</strong><strong>de</strong>;— Rome vrijheid sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong><strong>de</strong> om te zondig<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> dat tot e<strong>en</strong> bron van inkomst mak<strong>en</strong><strong>de</strong>; <strong>de</strong> hervormers, <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> op<br />
Christus wijz<strong>en</strong><strong>de</strong> als <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> <strong>de</strong> Verlosser.<br />
In Duitschland was het verkop<strong>en</strong> van aflat<strong>en</strong> aan Domini- kaner monnik<strong>en</strong> toevertrouwd,<br />
<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l erin door <strong>de</strong> schaamteloze Tetzel gedrev<strong>en</strong>. In Zwitserland was die<br />
han<strong>de</strong>l overgelat<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> Franciskaners on<strong>de</strong>r opzicht van Sampson, e<strong>en</strong> Italiaanse monnik.<br />
Sampson had <strong>de</strong> kerk reeds goe<strong>de</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> door in Duitschland <strong>en</strong> Zwitserland<br />
grote somm<strong>en</strong> bije<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> om <strong>de</strong> pauselike schatkist te vull<strong>en</strong>. Nu doorliep hij<br />
Zwitserland, waar hij grote schar<strong>en</strong> aantrok, <strong>de</strong> arme landbouwers hun karig arbeidsloon<br />
ontroof<strong>de</strong>, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> gegoe<strong>de</strong> klasse rijke gift<strong>en</strong> eiste. De invloed van <strong>de</strong> hervorming echter<br />
<strong>de</strong>ed zich alreeds gevoel<strong>en</strong> door het vermin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze han<strong>de</strong>l, hoewel hij hem niet<br />
geheel kon teg<strong>en</strong>gaan. Zwingli was nog te Einsie<strong>de</strong>ln, to<strong>en</strong> Sampson, kort nadat hij<br />
Zwitserland was binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>, met zijn war<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> naburige stad aankwam. Bericht<br />
aangaan<strong>de</strong> zijn z<strong>en</strong>ding ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>, begaf zich <strong>de</strong> hervormer aanstonds op weg om<br />
hem teg<strong>en</strong> te staan. De twee ontmoett<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r niet, maar het gelukte Zwingli z— goed<br />
om <strong>de</strong> valsheid van <strong>de</strong> voorw<strong>en</strong>dsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> monnik aan <strong>de</strong> kaak te stell<strong>en</strong>, dat hij verplicht<br />
was naar el<strong>de</strong>rs te vertrekk<strong>en</strong>.<br />
Te Zürich predikte Zwingli ijverig teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> aflaatverkopers, <strong>en</strong> to<strong>en</strong> Sampson <strong>de</strong> stad<br />
na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, ontmoette hem e<strong>en</strong> bo<strong>de</strong> van <strong>de</strong> raad, hem aanzegg<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hij niet in <strong>de</strong> stad<br />
verwacht werd. Ein<strong>de</strong>lik kwam hij er toch door list binn<strong>en</strong>, maar werd weggezond<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele aflaatbrief verkocht te hebb<strong>en</strong>; <strong>en</strong> kort daarop verliet hij Zwitserland. De<br />
hervorming ontving e<strong>en</strong> krachtige stoot door <strong>de</strong> verschijning van <strong>de</strong> pest, of “zwarte dood,”<br />
die Zwitserland in het jaar 1519 bezocht. Terwijl <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>rver in het aangezicht<br />
staard<strong>en</strong>, kwam<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> tot overtuiging van <strong>de</strong> ij<strong>de</strong>lheid <strong>en</strong> krachteloosheid van <strong>de</strong><br />
vergiff<strong>en</strong>is, die ze kort tevor<strong>en</strong> gekocht hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verlangd<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> hechter fondam<strong>en</strong>t<br />
voor hun geloof. Zwingli werd te Zürich door <strong>de</strong> ziekte aangetast, <strong>en</strong> wel z— ernstig, dat<br />
alle hoop op herstel opgegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het gerucht wijd <strong>en</strong> zijd verspreid werd, dat hij dood was.<br />
In dat hachelik uur bleef zijn hoop <strong>en</strong> moed onbewog<strong>en</strong>. Hij zag in het geloof op tot het<br />
kruis van Golgotha, rust<strong>en</strong>d in <strong>de</strong> alg<strong>en</strong>oegzame verzo<strong>en</strong>ing voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. To<strong>en</strong> hij<br />
terugkwam van <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> <strong>de</strong>s doods, was het om het evangelie met groter ernst dan ooit<br />
tevor<strong>en</strong> te predik<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zijn woord<strong>en</strong> oef<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ongewone kracht uit. Met vreug<strong>de</strong><br />
121
verwelkom<strong>de</strong> het volk hun gelief<strong>de</strong> her<strong>de</strong>r, die hun van <strong>de</strong> rand van het graf<br />
teruggeschonk<strong>en</strong> was. Zijzelv<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> tuss<strong>en</strong>tijd <strong>de</strong> ziek<strong>en</strong> <strong>en</strong> sterv<strong>en</strong>d<strong>en</strong> verpleegd,<br />
<strong>en</strong> ze gevoeld<strong>en</strong> als nooit tevor<strong>en</strong> <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van het evanglie.<br />
Zwingli was tot klaar<strong>de</strong>r verstand van <strong>de</strong> waarheid ervan geraakt, <strong>en</strong> had <strong>de</strong><br />
hernieuw<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht ervan in zichzelf in voller mate on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong>. De val van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />
het verlos- singsplan war<strong>en</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, die hij behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>. “In Adam,” zo zei hij, “zijn<br />
we all<strong>en</strong> dood, in ver<strong>de</strong>rf <strong>en</strong> verdoem<strong>en</strong>is verzonk<strong>en</strong>.” “Christus . . . heeft ons e<strong>en</strong> eeuwige<br />
verlossing aangebracht . . . Zijn lijd<strong>en</strong> is . . . e<strong>en</strong> eeuwige offeran<strong>de</strong>, <strong>en</strong> heeft onvergankelike<br />
kracht om te hel<strong>en</strong>; het bevredigt voor altoos <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like rechtvaardigheid t<strong>en</strong> behoeve<br />
van all<strong>en</strong>, die er in volstandig, onwrikbaar geloof op vertrouw<strong>en</strong>.” Toch ook leer<strong>de</strong> hij<br />
dui<strong>de</strong>lik, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s weg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> van Christus ge<strong>en</strong> vrijheid heeft om in <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te<br />
volhard<strong>en</strong>. “Waar ook maar geloof in God wordt gevond<strong>en</strong>, daar woont God zelf; <strong>en</strong> waar<br />
God is, daar wordt e<strong>en</strong> ijver gewekt, die <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s tot goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong> aanzet <strong>en</strong> dringt.”<br />
De belangstelling in Zwingli’s prediking bereikte zulk e<strong>en</strong> hoogte, dat <strong>de</strong> kathedraal<br />
overvol liep van <strong>de</strong> schar<strong>en</strong>, die hem kwam<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>. Stukje voor stukje, naardat ze het<br />
verdrag<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>, leg<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> waarheid voor zijn hoor<strong>de</strong>rs op<strong>en</strong>. Hij was voorzichtig van<br />
niet in het eerst punt<strong>en</strong> op te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> verschrikk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vooroor<strong>de</strong>el bij h<strong>en</strong><br />
wekk<strong>en</strong>. Zijn eerste werk was, <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> leer van Christus, die hart<strong>en</strong><br />
door Zijn lief<strong>de</strong> te verzacht<strong>en</strong>, Zijn voor-beeld hun voor og<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> naarmate ze <strong>de</strong><br />
grondbeginsel<strong>en</strong> van het evangelie in zich opnam<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> hun bijgelovige lering<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
praktijk<strong>en</strong> noodzakelikerwijze omvergeworp<strong>en</strong>.<br />
Stap voor stap ging <strong>de</strong> Hervorming te Zürich vooruit. De vijand<strong>en</strong> ervan werd<strong>en</strong><br />
opgeschrikt, <strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> daadwerke- like teg<strong>en</strong>stand. E<strong>en</strong> jaar tevor<strong>en</strong> had <strong>de</strong> monnik van<br />
Witt<strong>en</strong>berg te Worms zijn “Ne<strong>en</strong>” uitgesprok<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> paus <strong>en</strong> keizer, <strong>en</strong> nu sche<strong>en</strong> alles e<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>rgelijk we<strong>de</strong>rstaan van <strong>de</strong> pauselike eis<strong>en</strong> te Zürich aan te duid<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> gedurig<br />
aanvall<strong>en</strong> op Zwingli gedaan. In <strong>de</strong> pausgezin<strong>de</strong> provincieën beklomm<strong>en</strong> er volgeling<strong>en</strong> van<br />
het evangelie van tijd tot tijd <strong>de</strong> brandstapel; doch dit was niet voldo<strong>en</strong><strong>de</strong>; <strong>de</strong> leraar van <strong>de</strong><br />
ketterij moest tot zwijg<strong>en</strong> gebracht word<strong>en</strong>. Gevolgelik zond <strong>de</strong> Bisschop van Constance<br />
drie afgevaardigd<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> Raad van Zürich, die Zwingli beschuldigd<strong>en</strong> van het volk te<br />
ler<strong>en</strong>, <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk te overtred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van aldus <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> or<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
maatschappij te on<strong>de</strong>rmijn<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> kerk ter zij<strong>de</strong> zou gezet word<strong>en</strong>,<br />
beweer<strong>de</strong> hij, zou algem<strong>en</strong>e regeringloosheid het gevolg zijn. Zwingli antwoord<strong>de</strong>, dat hij<br />
vier jar<strong>en</strong> lang het evangelie te Zürich had gepredikt, <strong>en</strong> dat “die stad vreedzamer was dan<br />
<strong>en</strong>ige an<strong>de</strong>re in <strong>de</strong> unie.” “Is dus,” zei hij, “het Christ<strong>en</strong>dom niet <strong>de</strong> beste waarborg voor <strong>de</strong><br />
algem<strong>en</strong>e rust?”<br />
De afgevaardigd<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> raadslied<strong>en</strong> vermaand om in <strong>de</strong> kerk te blijv<strong>en</strong>, waarbuit<strong>en</strong>,<br />
zo verklaard<strong>en</strong> ze, er ge<strong>en</strong> zaligheid was. Zwingli antwoord<strong>de</strong>: “Laat <strong>de</strong>ze beschuldiging u<br />
niet schokk<strong>en</strong>. De grondvest<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk zijn <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> Rots, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> Christus, die aan<br />
122
Petrus zijn naam gaf, omdat hij Hem getrouw beleed. In ie<strong>de</strong>r volk wordt ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>, die met<br />
zijn ganse hart in <strong>de</strong> Heer Jezus gelooft, door God aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hier in<strong>de</strong>rdaad is <strong>de</strong> kerk,<br />
buit<strong>en</strong> welke niemand kan zalig word<strong>en</strong>.” Als uitslag van <strong>de</strong> konfer<strong>en</strong>tie nam één van <strong>de</strong><br />
afgezant<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bisschop het hervorm<strong>de</strong> geloof aan.<br />
De raad weiger<strong>de</strong>, stapp<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Zwingli te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Rome bereid<strong>de</strong> zich tot e<strong>en</strong><br />
nieuwe aanval voor. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormer bericht ontving van <strong>de</strong> lag<strong>en</strong> van zijn vijand<strong>en</strong>, riep<br />
hij uit: “Laat h<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>; ik vrees h<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>min, als <strong>de</strong> vooruitstek<strong>en</strong><strong>de</strong> rots <strong>de</strong> golv<strong>en</strong>, die<br />
teg<strong>en</strong> zijn voet aandruis<strong>en</strong>.” De poging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geestelikheid bevor<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaak,<br />
die ze zocht<strong>en</strong> omver te werp<strong>en</strong>. De waarheid werd immer ver<strong>de</strong>r verbreid. In Duitschland<br />
grep<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanhangers ervan, die ontmoedigd war<strong>en</strong> door het verdwijn<strong>en</strong> van Luther, we<strong>de</strong>r<br />
opnieuw moed, zi<strong>en</strong><strong>de</strong> welk e<strong>en</strong> voortgang het evangelie in Zwitserland maakte. Naarmate<br />
<strong>de</strong> Hervorming zich te Zürich vestig<strong>de</strong>, op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong> zich <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> ervan meer t<strong>en</strong> volle<br />
in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukking van misdaad <strong>en</strong> bevor<strong>de</strong>ring van or<strong>de</strong> <strong>en</strong> goe<strong>de</strong> verstandhouding.<br />
“Vre<strong>de</strong> woont in onze stad,” schreef Zwingli; “ge<strong>en</strong> twist, ge<strong>en</strong> schijnheiligheid, ge<strong>en</strong> nijd,<br />
ge<strong>en</strong> on<strong>en</strong>igheid. Vanwaar kan zulk e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid kom<strong>en</strong> dan van <strong>de</strong> Heer, <strong>en</strong> door onze leer,<br />
die ons met <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> van vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> vroomheid vervult?”<br />
De overwinning<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> Hervorming behaal<strong>de</strong>, zett<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomsgezind<strong>en</strong> tot nog<br />
krachtiger poging<strong>en</strong> aan om hem omver te werp<strong>en</strong>. Zi<strong>en</strong><strong>de</strong>, hoe weinig er in Duitschland<br />
door vervolging was teweeggebracht tot on<strong>de</strong>rdrukking van het werk van Luther, beslot<strong>en</strong><br />
ze <strong>de</strong> hervorming met zijn eig<strong>en</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong> te bestrijd<strong>en</strong>. Ze zoud<strong>en</strong> e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar dispuut met<br />
Zwingli houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daar zijzelv<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaak regeld<strong>en</strong>, wild<strong>en</strong> ze zich van <strong>de</strong> overwinning<br />
vergewiss<strong>en</strong> door zelv<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> plaats voor <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>strijd, maar ook <strong>de</strong> rechters te<br />
kiez<strong>en</strong>, die tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> disputant<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong>. En wanneer ze Zwingli maar<br />
e<strong>en</strong>maal in hun macht hadd<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> ze ervoor zorg<strong>en</strong>, dat hij hun niet ontsnapte. Als <strong>de</strong><br />
lei<strong>de</strong>r tot zwijg<strong>en</strong> was gebracht, zou <strong>de</strong> beweging al spoedig on<strong>de</strong>rdrukt word<strong>en</strong>. Dit<br />
voornem<strong>en</strong> echter werd zorgvuldig verborg<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>.<br />
De disputatie zou te Bad<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; doch Zwingli versche<strong>en</strong> er niet. De raad<br />
van Zürich, <strong>de</strong> plann<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pauselik<strong>en</strong> vermoed<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> gewaarschuwd door <strong>de</strong><br />
brand<strong>en</strong><strong>de</strong> houtstapels, die in <strong>de</strong> pausgezin<strong>de</strong> provincieën voor <strong>de</strong> belij<strong>de</strong>rs van het<br />
evangelie aangestok<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, verbood zijn leraar zich aan dit gevaar bloot te stell<strong>en</strong>. Te<br />
Zürich was hij gereed, al <strong>de</strong> partijgangers, die Rome w<strong>en</strong>ste te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, te ontmoet<strong>en</strong>; maar.<br />
naar Bad<strong>en</strong> te gaan, waar pas tevor<strong>en</strong> het bloed van <strong>de</strong> martelar<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> waarheid<br />
gevloeid had, zou zich blootstell<strong>en</strong> zijn aan e<strong>en</strong> gewisse dood. Oecolampadius <strong>en</strong> Haller<br />
werd<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> om <strong>de</strong> hervormers te verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong>, terwijl <strong>de</strong> beroem<strong>de</strong> Doktor Eek,<br />
door e<strong>en</strong> schaar van geleer<strong>de</strong> doktor<strong>en</strong> <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rsteund, <strong>de</strong> kampvechter van Rome<br />
was.<br />
Ofschoon Zwingli niet bij <strong>de</strong> konfer<strong>en</strong>tie was, werd zijn invloed er gevoeld. De<br />
sekretariss<strong>en</strong> war<strong>en</strong> all<strong>en</strong> door <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> werd op straffe<br />
123
<strong>de</strong>s doods verbod<strong>en</strong>, aantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. Desnietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> ontving Zwingli<br />
dageliks e<strong>en</strong> getrouw verslag van wat er te Bad<strong>en</strong> gezegd was. E<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t, die <strong>de</strong> disputatie<br />
bijwoon<strong>de</strong>, stel<strong>de</strong> ie<strong>de</strong>re avond e<strong>en</strong> rapport op van <strong>de</strong> argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, welke die dag<br />
voorgebracht war<strong>en</strong>. Deze papier<strong>en</strong> met <strong>de</strong> dagelikse briev<strong>en</strong> van Oecolampadius aan<br />
Zwingli te Zürich over te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> twee an<strong>de</strong>re stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op zich. De hervormer<br />
antwoord<strong>de</strong> door raad <strong>en</strong> voorlichting te gev<strong>en</strong>. Hij schreef zijn briev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> nacht, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> er ‘s morg<strong>en</strong>s me<strong>de</strong> naar Bad<strong>en</strong> terug. Om aan <strong>de</strong> waakzaamheid van <strong>de</strong><br />
wacht aan <strong>de</strong> stadspoort te ontsnapp<strong>en</strong>, droeg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze boodschappers mand<strong>en</strong> met pluimvee<br />
op het hoofd, waar door ze zon<strong>de</strong>r hin<strong>de</strong>r binn<strong>en</strong>gelat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>.<br />
Op die wijze handhaaf<strong>de</strong> Zwingli <strong>de</strong> strijd met zijn listige teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs. “Hij heeft meer<br />
gearbeid,” zei Myconius, “met zijn overd<strong>en</strong>king<strong>en</strong>, zijn slapeloze nacht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn<br />
raadgeving<strong>en</strong> naar Bad<strong>en</strong> over te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, dan hij had kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> hij te midd<strong>en</strong> van<br />
zijn vijand<strong>en</strong> was geweest.” De Rooms<strong>en</strong>, door het vooruitzicht op overwinning geprikkeld,<br />
war<strong>en</strong> in hun rijkste kledij uitgedost <strong>en</strong> van juwel<strong>en</strong> schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> te Bad<strong>en</strong> aangekom<strong>en</strong>. Ze<br />
leefd<strong>en</strong> weel<strong>de</strong>rig, <strong>en</strong> liet<strong>en</strong> zich <strong>de</strong> kostbaarste lekkernij<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitgezochtste wijn<strong>en</strong><br />
voorzett<strong>en</strong>. De last van hun geestelike plicht<strong>en</strong> werd door luchthartigheid <strong>en</strong> brasserij<strong>en</strong><br />
verlicht. Zeer an<strong>de</strong>rs was het met <strong>de</strong> hervormers, die door het volk weinig beter gerek<strong>en</strong>d<br />
werd<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> gezelschap be<strong>de</strong>laars, <strong>en</strong> wier e<strong>en</strong>voudig voedsel h<strong>en</strong> slechts kort aan <strong>de</strong><br />
tafel hield. Oecolampadius’ gastheer, die <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid waarnam om hem in zijn kamer te<br />
bespied<strong>en</strong>, vond hem altijd aan <strong>de</strong> studie of in het gebed, <strong>en</strong> gaf in grote verwon<strong>de</strong>ring als<br />
zijn m<strong>en</strong>ing te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> ketter in elk geval “e<strong>en</strong> zeer vroom m<strong>en</strong>s was.”<br />
Op <strong>de</strong> konfer<strong>en</strong>tie “beklom Eek met trotsheid e<strong>en</strong> prachtig versier<strong>de</strong> kansel, terwijl <strong>de</strong><br />
ne<strong>de</strong>rige Oecolampadius, schamel gekleed, op e<strong>en</strong> ruw hout<strong>en</strong> bankje teg<strong>en</strong>over zijn<br />
we<strong>de</strong>rpar- tij<strong>de</strong>r zat.” Ecks zware stem <strong>en</strong> gr<strong>en</strong>zeloze onbeschaam- heid begav<strong>en</strong> hem ge<strong>en</strong><br />
og<strong>en</strong>blik. Zijn ijver werd aangevuurd door <strong>de</strong> hoop op goud zowel als faam; want <strong>de</strong><br />
ver<strong>de</strong>diger van het geloof zou e<strong>en</strong> rijke beloning ontvang<strong>en</strong>. Wanneer hij in betere<br />
argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tekort schoot, bedi<strong>en</strong><strong>de</strong> hij zich van belediging<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelfs van vloek<strong>en</strong>.<br />
Oecolampadius, bescheid<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan alle zelfvertrouw<strong>en</strong> vreemd, had voor <strong>de</strong> strijd<br />
teruggebeefd, <strong>en</strong> die slechts on<strong>de</strong>rnom<strong>en</strong> met <strong>de</strong> plechtige verklaring: “Ik erk<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re<br />
regel om naar te oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> dan Gods woord.” Hoewel voorkom<strong>en</strong>d <strong>en</strong> hoffelik in zijn<br />
manier<strong>en</strong>, bewees hij zich bekwaam <strong>en</strong> onversaagd. Terwijl <strong>de</strong> Roomsgezind<strong>en</strong>, gelijk hun<br />
gewoonte was, zich. op het gezag van <strong>de</strong> kerkelike gebruik<strong>en</strong> be- riep<strong>en</strong>, hield zich <strong>de</strong><br />
hervormer standvastig aan <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>. “In ons Zwitserland,” sprak hij, “heeft<br />
gewoonte ge<strong>en</strong> kracht, t<strong>en</strong>zij die in overe<strong>en</strong>komst is met <strong>de</strong> grondwet; <strong>en</strong> in alle<br />
geloofszak<strong>en</strong> is <strong>de</strong> Bijbel onze grondwet.”<br />
Het verschil tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee disputant<strong>en</strong> bleef niet zon<strong>de</strong>r gevolg. Het kalme, hel<strong>de</strong>re<br />
red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormer, <strong>en</strong> zijn zachtzinnige <strong>en</strong> bescheid<strong>en</strong> voordracht, troff<strong>en</strong><br />
sommige hart<strong>en</strong>, die zich met walging afkeerd<strong>en</strong> van Ecks snoev<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> heftige<br />
124
aanmatiging<strong>en</strong>. De bespreking duur<strong>de</strong> achtti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong>. Aan het ein<strong>de</strong> ervan verklaard<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
papist<strong>en</strong> zichzelv<strong>en</strong> met volle zekerheid <strong>de</strong> overwinnaars te zijn. De meeste afgevaardigd<strong>en</strong><br />
schaard<strong>en</strong> zich aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van Rome, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Rijksdag gaf uit, dat <strong>de</strong> hervormers <strong>de</strong><br />
ne<strong>de</strong>rlaag hadd<strong>en</strong> geled<strong>en</strong>, <strong>en</strong> maakte bek<strong>en</strong>d, dat ze met Zwingli, hun lei<strong>de</strong>r, van <strong>de</strong> kerk<br />
afgesned<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. De vrucht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> konfer<strong>en</strong>tie echter op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong>, aan wi<strong>en</strong>s zij<strong>de</strong> het<br />
voor<strong>de</strong>el lag. De strijd bewees zich e<strong>en</strong> sterke prikkel voor <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
niet lang daarna verklaard<strong>en</strong> zich <strong>de</strong> belangrijke sted<strong>en</strong> Bern <strong>en</strong> Basel t<strong>en</strong> gunste van <strong>de</strong><br />
Hervorming.<br />
125
Hoofdstuk 10 — Voortgang van <strong>de</strong> Hervorming in<br />
Duitschland<br />
Luthers geheimzinnig verdwijn<strong>en</strong> veroorzaakte twijfelmoedigheid in geheel Duitschland.<br />
Overal hoor<strong>de</strong> m<strong>en</strong> naar hem vrag<strong>en</strong>. De wildste gerucht<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> rond, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> geloofd<strong>en</strong>,<br />
dat hij vermoord was. Er werd lui<strong>de</strong> geweeklaagd, niet alle<strong>en</strong> door zijn op<strong>en</strong>like vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>,<br />
maar door duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die niet vrij voor <strong>de</strong> Hervorming war<strong>en</strong> uitgekom<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong><br />
zich met e<strong>en</strong> plechtige eed om zijn dood te wrek<strong>en</strong>.<br />
De Roomse lei<strong>de</strong>rs zag<strong>en</strong> met schrik, tot welk e<strong>en</strong> hoogte het gevoel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
gesteg<strong>en</strong> was. Hoewel ze in het eerst jubeld<strong>en</strong> over Luthers veron<strong>de</strong>rstel<strong>de</strong> dood, w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> ze<br />
zich al spoedig te verberg<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van het volk. Zijn vijand<strong>en</strong> war<strong>en</strong> min<strong>de</strong>r<br />
bezorgd geweest over zijn moedigste dad<strong>en</strong>, terwijl hij on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong>, dan ze het over<br />
zijn verdwijn<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in hun woe<strong>de</strong> <strong>de</strong> hervormer hadd<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> te verdo<strong>en</strong>,<br />
war<strong>en</strong> met vrees vervuld, nu hij e<strong>en</strong> hulpeloze gevang<strong>en</strong>e geword<strong>en</strong> was. “Onze <strong>en</strong>ige<br />
manier om uit <strong>de</strong> moeilikheid te gerak<strong>en</strong>,” sprak e<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, “is, fakkels aan te stek<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> wereld te gaan doorzoek<strong>en</strong> naar Luther, tot wij hem aan het volk kunn<strong>en</strong> teruggev<strong>en</strong>, dat<br />
hem toch maar hebb<strong>en</strong> wil.” Het edikt van <strong>de</strong> keizer sche<strong>en</strong> krachteloos te zijn. De legat<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> paus war<strong>en</strong> vol verontwaardiging, to<strong>en</strong> ze zag<strong>en</strong>, dat er veel min<strong>de</strong>r aandacht aan<br />
geschonk<strong>en</strong> werd dan aan het lot van Luther. Het bericht, dat hij veilig was, ofschoon<br />
gevang<strong>en</strong>, stil<strong>de</strong> <strong>de</strong> vrees van het volk, terwijl het hun geestdrift voor hem nog meer<br />
aanvuur<strong>de</strong>. Zijn geschrift<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> met groter gretigheid dan ooit tevor<strong>en</strong> gelez<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> aangroei<strong>en</strong>d getal omhels<strong>de</strong> <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> heldhaftige man, die het woord van God<br />
teg<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> overmacht ver<strong>de</strong>digd had. De Hervorming nam voortdur<strong>en</strong>d aan<br />
kracht<strong>en</strong> toe. Het zaad, dat Luther gestrooid had, begon overal op te schiet<strong>en</strong>. Zijn<br />
afwezigheid <strong>de</strong>ed, wat zijn aanwezigheid niet had vermocht. An<strong>de</strong>re arbei<strong>de</strong>rs gevoeld<strong>en</strong><br />
nieuwe verantwoor<strong>de</strong>likheid, nu hun grote lei<strong>de</strong>r van h<strong>en</strong> wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> was. Met nieuw<br />
geloof <strong>en</strong> nieuwe ernst maakt<strong>en</strong> ze zich op om alles te do<strong>en</strong>, wat in hun vermog<strong>en</strong> stond,<br />
opdat het werk, dat zo flink begonn<strong>en</strong> was, niet zou verhin<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>.<br />
Satan echter zat niet stil. Hij begon nu te prober<strong>en</strong>, wat hij bij ie<strong>de</strong>re an<strong>de</strong>re<br />
hervormingsbeweging beproefd heeft,— namelik, <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te bedrieg<strong>en</strong> <strong>en</strong> t<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rgang<br />
te leid<strong>en</strong> door hun e<strong>en</strong> namaaksel te gev<strong>en</strong>, in plaats van het ware werk. Gelijk er in <strong>de</strong><br />
eerste eeuw van <strong>de</strong> Christelike kerk valse Christuss<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, zo stond<strong>en</strong> er ook valse<br />
profet<strong>en</strong> op in <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong>.<br />
Enige mann<strong>en</strong>, diep geroerd door <strong>de</strong> beweging in <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige wereld, verbeeldd<strong>en</strong><br />
zich, biezon<strong>de</strong>re op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> hemel te hebb<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gav<strong>en</strong> voor, dat hun<br />
e<strong>en</strong> God<strong>de</strong>like opdracht geschonk<strong>en</strong> was om <strong>de</strong> Hervorming te voltooi<strong>en</strong>, die, naar ze<br />
126
verklaard<strong>en</strong>, door Luther nog maar nauweliks begonn<strong>en</strong> was. In <strong>de</strong>r waarheid brak<strong>en</strong> ze juist<br />
het werk af, dat hij tot stand had gebracht. Ze verwierp<strong>en</strong> het grote beginsel, dat <strong>de</strong> eig<strong>en</strong>like<br />
grondslag van <strong>de</strong> Hervorming uitmaakte,— dat het woord Gods het alg<strong>en</strong>oegzame<br />
richtsnoer is voor geloof <strong>en</strong> wan<strong>de</strong>l; <strong>en</strong> voor die onfeilbare gids steld<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>rlike,<br />
onzekere standaard van hun eig<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s <strong>en</strong> indrukk<strong>en</strong> in <strong>de</strong> plaats. Door <strong>de</strong>ze daad van<br />
<strong>de</strong> grote toetste<strong>en</strong> van dwaling <strong>en</strong> leug<strong>en</strong> op zij<strong>de</strong> te stell<strong>en</strong>, op<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze voor Satan <strong>de</strong> weg<br />
om <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> te beheers<strong>en</strong>, gelijk hem het best paste. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze profet<strong>en</strong> gaf voor, door<br />
<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel Gabriël on<strong>de</strong>rricht te zijn. E<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t, die zich met hem verbond, gaf zijn studie<br />
op, te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> gev<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hij door God-zelf met wijsheid begiftigd was tot verklaring van<br />
Zijn woord. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die van nature dweepziek war<strong>en</strong>, ver<strong>en</strong>igd<strong>en</strong> zich met h<strong>en</strong>. De dad<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong>ze geestdrijvers veroorzaakt<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> kleine beroering. Luthers predik<strong>en</strong> had <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> alom opgewekt tot het gevoel van <strong>de</strong> noodw<strong>en</strong>digheid van e<strong>en</strong> hervorming, <strong>en</strong> nu<br />
werd<strong>en</strong> sommige waarlik eerlike lied<strong>en</strong> door <strong>de</strong> aanmatiging<strong>en</strong> van die nieuwe profet<strong>en</strong><br />
verleid.<br />
De lei<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong>ze beweging begav<strong>en</strong> zich naar Witt<strong>en</strong>berg, <strong>en</strong> wild<strong>en</strong> hun aansprak<strong>en</strong><br />
aan Melanchton <strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>arbei<strong>de</strong>rs opdring<strong>en</strong>. Ze zeid<strong>en</strong>: “We zijn van God gezond<strong>en</strong><br />
om het volk te ler<strong>en</strong>. We hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>zaam on<strong>de</strong>rhoud met <strong>de</strong> Heer gehad; we wet<strong>en</strong><br />
wat er te gebeur<strong>en</strong> staat; in het kort, we zijn apostel<strong>en</strong> <strong>en</strong> profet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beroep<strong>en</strong> ons op Dr.<br />
Luther. ” De hervormers war<strong>en</strong> verbaasd <strong>en</strong> verbijsterd. Dit was e<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t, waarme<strong>de</strong> ze<br />
nooit tevor<strong>en</strong> in aanraking gekom<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze wist<strong>en</strong> niet, welke weg in te slaan.<br />
Melanchton sprak: “Er zijn onteg<strong>en</strong>zeglik geest<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ongewone soort in die mann<strong>en</strong>;<br />
maar welke geest<strong>en</strong>? . . . Laat ons aan do <strong>en</strong>e kant op onze hoe<strong>de</strong> zijn, <strong>de</strong> Geest Gods niet<br />
uit te bluss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re, van door <strong>de</strong> geest van Satan te word<strong>en</strong> verleid.”<br />
De vrucht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> nieuwe leer werd<strong>en</strong> al spoedig op<strong>en</strong>baar. Het volk werd ertoe geleid,<br />
<strong>de</strong> Bijbel te verwaarloz<strong>en</strong>, of hem geheel <strong>en</strong> al ter zij<strong>de</strong> te zett<strong>en</strong>. De schol<strong>en</strong> geraakt<strong>en</strong> in<br />
verwarring. Stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, alle band<strong>en</strong> verzak<strong>en</strong><strong>de</strong>, gav<strong>en</strong> <strong>de</strong> studie op, <strong>en</strong> verliet<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
universiteit. De mann<strong>en</strong>, die zich bekwaam achtt<strong>en</strong> om het werk van <strong>de</strong> Hervorming te<br />
verlev<strong>en</strong>dig<strong>en</strong> <strong>en</strong> te regel<strong>en</strong>, bracht<strong>en</strong> het slechts tot <strong>de</strong> rand van zijn on<strong>de</strong>rgang. Nu<br />
herkreg<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanhangers van Rome hun vertrouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> riep<strong>en</strong> in verrukking uit: “Nog één<br />
laatste poging, <strong>en</strong> alles zal het onze zijné!”<br />
Luther, die op <strong>de</strong> Wartburg hoor<strong>de</strong>, wat er geschied was, sprak met grote bezorgdheid:<br />
“Ik heb altoos verwacht, dat <strong>de</strong> Satan ons <strong>de</strong>ze plaag zou z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.” Hij doorzag het ware<br />
karakter van die gewaan<strong>de</strong> profet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het gevaar, dat <strong>de</strong> zaak <strong>de</strong>r waarheid dreig<strong>de</strong>. De<br />
teg<strong>en</strong>stand van paus <strong>en</strong> keizer had hem niet z— grote verbijstering <strong>en</strong> kwelling veroor-zaakt,<br />
als die hij nu on<strong>de</strong>rvond. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die beled<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming te zijn toegedaan,<br />
war<strong>en</strong> zijn ergste vijand<strong>en</strong> opgestaan. Juist die waarhed<strong>en</strong>, welke hem zulk e<strong>en</strong> grote<br />
vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> vertroosting hadd<strong>en</strong> bezorgd, werd<strong>en</strong> aangew<strong>en</strong>d om strijd <strong>en</strong> verwarring in <strong>de</strong><br />
kerk teweeg te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
127
In het hervormingswerk was Luther aangedrev<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> door <strong>de</strong> Geest Gods, <strong>en</strong> was<br />
ver<strong>de</strong>r gegaan, dan hij gedacht had te zull<strong>en</strong> gaan. Het was zijn voornem<strong>en</strong> niet geweest,<br />
juist die stelling in te nem<strong>en</strong>, waartoe hij geraakt was, noch ook zulke ingrijp<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
veran<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. Hij was slechts het werktuig geweest in <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Almachtige. Toch beef<strong>de</strong> hij dikwels voor <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van zijn werk. E<strong>en</strong>maal had hij<br />
gezegd: “Indi<strong>en</strong> ik wist, dat mijn leer één <strong>en</strong>kel m<strong>en</strong>selik wez<strong>en</strong>, hoe arm ook <strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>d,<br />
had geschaad,— hetge<strong>en</strong> niet zijn kan, daar hij het wez<strong>en</strong>like evangelie is,— ik zou liever<br />
ti<strong>en</strong> dod<strong>en</strong> sterv<strong>en</strong>, dan niet herroep<strong>en</strong>.”<br />
En nu was Witt<strong>en</strong>berg zelf, <strong>de</strong> eig<strong>en</strong>like zetel van <strong>de</strong> Hervorming, snel aan het vervall<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> macht van dweperij <strong>en</strong> wetteloosheid. Deze vreselike toestand was niet het gevolg<br />
van Luthers leer, maar door geheel Duitschland he<strong>en</strong> legd<strong>en</strong> zijn vijand<strong>en</strong> hem die t<strong>en</strong> laste.<br />
In bitterheid van ziel vroeg hij somtijds: “Kan dat dan het ein<strong>de</strong> zijn van dit grote werk van<br />
<strong>de</strong> Hervorming?” Maar als hij dan we<strong>de</strong>r met God worstel<strong>de</strong> in d<strong>en</strong> gebe<strong>de</strong>, kwam er vre<strong>de</strong><br />
in zijn hart. “Het werk is het mijne niet, maar Uw eig<strong>en</strong>,” sprak hij; “Gij zult het niet lat<strong>en</strong><br />
verniel<strong>en</strong> door bijgeloof of dweperij.” De gedachte echter, om zich in zulk e<strong>en</strong> krisis langer<br />
buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> strijd te houd<strong>en</strong>, werd ondragelik. Hij besloot, naar Witt<strong>en</strong>berg terug te ker<strong>en</strong>.<br />
Zon<strong>de</strong>r verwijl aanvaard<strong>de</strong> hij zijn gevaarvolle reis. De rijksban rustte op hem; zijn<br />
vijand<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> vrijheid om hem het lev<strong>en</strong> te b<strong>en</strong>em<strong>en</strong>; aan zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> was verbod<strong>en</strong>,<br />
hem te help<strong>en</strong> of te herberg<strong>en</strong>. De keizerlike regering w<strong>en</strong>d<strong>de</strong> <strong>de</strong> str<strong>en</strong>gste maatregel<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> zijn aanhangers aan. Maar hij zag, dat het werk van het evangelie in gevaar was, <strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> kwam hij te voorschijn, om voor <strong>de</strong> waarheid in het strijdperk te tred<strong>en</strong>.<br />
Luther schreef in e<strong>en</strong> brief aan <strong>de</strong> keurvorst, nadat hij het doel had verklaard, waarme<strong>de</strong> hij<br />
<strong>de</strong> Wartburg verliet: “Het zij Uw Hoogheid bek<strong>en</strong>d, dat ik naar Witt<strong>en</strong>berg terugkeer on<strong>de</strong>r<br />
veel hogere bescherming dan die van prins<strong>en</strong> of keurvorst<strong>en</strong>. Ik d<strong>en</strong>k er niet aan, Uw<br />
Hoogheid om hulp te vrag<strong>en</strong>; <strong>en</strong> verre van uw bescherming te beger<strong>en</strong>, zou ik u liever zelf<br />
bescherm<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> ik wist, dat Uw Hoogheid me zou kunn<strong>en</strong> of will<strong>en</strong> bescherm<strong>en</strong>, zou ik<br />
zelfs niet naar Witt<strong>en</strong>berg gaan. Ge<strong>en</strong> zwaard kan <strong>de</strong>ze zaak bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>; God alle<strong>en</strong> moet<br />
alles do<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hulp of me<strong>de</strong>werking van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Hij, die het grootste geloof heeft, is<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong>e, die het best bescherm<strong>en</strong> kan.”<br />
In e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> brief, op weg naar Witt<strong>en</strong>berg geschrev<strong>en</strong>, voeg<strong>de</strong> Luther er aan toe: “Ik<br />
b<strong>en</strong> bereid om Uw Hoogheids afkeuring, <strong>en</strong> <strong>de</strong> toorn van <strong>de</strong> ganse wereld te drag<strong>en</strong>. Zijn <strong>de</strong><br />
Witt<strong>en</strong>bergers niet mijn eig<strong>en</strong> schap<strong>en</strong>? Heeft God h<strong>en</strong> niet aan mijn zorg toevertrouwd ? En<br />
behoor ik niet, zo het nodig mocht zijn, mij voor h<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> dood bloot te stell<strong>en</strong>?<br />
Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> vfees ik, dat we wellicht door geheel Duitschland he<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vreselik oproer<br />
zull<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, waardoor God ons volk zal straff<strong>en</strong>.” Met grote omzichtigheid <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>righeid,<br />
maar ev<strong>en</strong>zeer met beslistheid <strong>en</strong> vastberad<strong>en</strong>heid, begon hij zijn werk. “Door het Woord,”<br />
zei hij, “moet<strong>en</strong> we te niet do<strong>en</strong> <strong>en</strong> bann<strong>en</strong>, wat zich door geweld e<strong>en</strong> plaats verkreg<strong>en</strong> heeft.<br />
Ik zou niet met geweld te werk will<strong>en</strong> gaan teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> dwepers <strong>en</strong> ongelovig<strong>en</strong>. . . . Niemand<br />
moet gedwong<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Vrijheid is het voornaamste bij geloof.” Het gerucht verspreid<strong>de</strong><br />
128
zich snel door Witt<strong>en</strong>berg, dat Luther terug was, <strong>en</strong> zou predik<strong>en</strong>. Het volk stroom<strong>de</strong> van<br />
alle zijd<strong>en</strong> toe, <strong>en</strong> verdrong zich in <strong>de</strong> kerk, De predikstoel beklimm<strong>en</strong><strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwees,<br />
vermaan<strong>de</strong> <strong>en</strong> bestrafte hij met grote wijsheid <strong>en</strong> zachtheid. Over <strong>de</strong> weg, welke sommig<strong>en</strong><br />
ingeslag<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, die geweld hadd<strong>en</strong> gebruikt om <strong>de</strong> mis af te schaff<strong>en</strong>, zei hij:<br />
“De mis is e<strong>en</strong> slecht iets. God is er teg<strong>en</strong>. Hij behoort afgeschaft te word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ik<br />
w<strong>en</strong>ste wel, dat het avondmaal van het evangelie er overal <strong>de</strong> plaats van innam. Maar laat<br />
niemand er met geweld van afgebracht word<strong>en</strong>. We moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaak in Gods hand<strong>en</strong> lat<strong>en</strong>.<br />
Wij zijn het niet, die werk<strong>en</strong> moet<strong>en</strong>, maar Zijn woord. En waarom dan? vraagt ge<br />
misschi<strong>en</strong>. Omdat <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet in mijn hand zijn als klei in <strong>de</strong> hand van <strong>de</strong><br />
pottebakker. Wij hebb<strong>en</strong> recht om te sprek<strong>en</strong>, we hebb<strong>en</strong> het recht niet om te han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Laat<br />
ons predik<strong>en</strong> : het overige staat aan God. Indi<strong>en</strong> ik tot geweld <strong>de</strong> toevlucht nam, wat zou ik<br />
gewinn<strong>en</strong>? Gemaaktheid, vor- melikheid, naäping, m<strong>en</strong>selike verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
schijnheiligheid. . . . Maar er zou ge<strong>en</strong> hartelike oprechtheid, geloof, of lief<strong>de</strong> zijn. Waar die<br />
drie ontbrek<strong>en</strong>, ontbreekt alles, <strong>en</strong> ik zou ge<strong>en</strong> c<strong>en</strong>t gev<strong>en</strong> voor zulk e<strong>en</strong> uitslag. . . . God<br />
doet meer door zijn woord alle<strong>en</strong>, dan gij <strong>en</strong> ik <strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele wereld met al onze ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong><br />
poging<strong>en</strong>. God br<strong>en</strong>gt het hart tot stilstand, <strong>en</strong> wanneer dat e<strong>en</strong>maal veroverd is, is alles<br />
gewonn<strong>en</strong>. . . .<br />
“Ik zal predik<strong>en</strong>, re<strong>de</strong>twist<strong>en</strong>, schrijv<strong>en</strong>; maar ik wil niemand dwing<strong>en</strong>, want het geloof<br />
is e<strong>en</strong> vrijwillige han<strong>de</strong>ling. Ziet, wat ik gedaan heb. Ik b<strong>en</strong> opgestaan teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus, <strong>de</strong><br />
aflat<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomsgezind<strong>en</strong>, echter zon<strong>de</strong>r geweld of luidruchtigheid. Ik heb Gods woord<br />
op <strong>de</strong> voorgrond gesteld; het gepredikt <strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong>,— dat was al wat ik <strong>de</strong>ed. En toch<br />
terwijl ik lag te slap<strong>en</strong>, . . . vel<strong>de</strong> het woord, dat ik gepredikt had, <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> paus ter<br />
aar<strong>de</strong>, meer dan ooit vorst of keizer die had kunn<strong>en</strong> schad<strong>en</strong>. Ik echter heb niets gedaan; het<br />
Woord alle<strong>en</strong> heeft alles gewrocht. Indi<strong>en</strong> ik e<strong>en</strong> beroep op macht had gedaan, had gans<br />
Duitschland wellicht van bloed gestroomd. Maar wat zou het gevolg geweest zijn? Ver<strong>de</strong>rf<br />
<strong>en</strong> verwoesting van lichaam <strong>en</strong> ziel bei<strong>de</strong>. Om die red<strong>en</strong> hield ik me stil, <strong>en</strong> liet het Woord<br />
zijn loop alle<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> door <strong>de</strong> wereld.”<br />
Dag aan dag, e<strong>en</strong> gehele week lang, hield Luther aan met predik<strong>en</strong> tot belangstell<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
schar<strong>en</strong>. Het woord Gods brak <strong>de</strong> begoocheling van <strong>de</strong> dweepzuchtige opwinding. De kracht<br />
van het evangelie bracht het mislei<strong>de</strong> volk tot <strong>de</strong> weg <strong>de</strong>r waarheid terug. Luther had ge<strong>en</strong><br />
lust, <strong>de</strong> dwepers te ontmoet<strong>en</strong>, wier werk zulk e<strong>en</strong> groot kwaad had teweeggebracht. Hij<br />
k<strong>en</strong><strong>de</strong> h<strong>en</strong> als mann<strong>en</strong> van ongezond oor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> onbeteugel<strong>de</strong> hartstocht<strong>en</strong>, die, hoewel<br />
voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>r licht uit <strong>de</strong> hemel te hebb<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, <strong>de</strong> minste teg<strong>en</strong>spraak, ja<br />
zelfs ge<strong>en</strong> vri<strong>en</strong><strong>de</strong>- like terechtwijzing of raadgeving wild<strong>en</strong> verdrag<strong>en</strong>. Zichzelv<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
hoogste macht aanmatig<strong>en</strong>d, eist<strong>en</strong> ze van elke<strong>en</strong>, dat hij h<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r navraag erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zou<br />
voor wat ze voorgav<strong>en</strong> te zijn. Maar to<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rhoud met hem eist<strong>en</strong>, stem<strong>de</strong> hij erin<br />
toe, h<strong>en</strong> te ontmoet<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hij slaag<strong>de</strong> erin, hun aanmatiging<strong>en</strong> op zulk e<strong>en</strong> wijze aan <strong>de</strong> kaak<br />
te stell<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> bedriegers onmid<strong>de</strong>llik Witt<strong>en</strong>berg verliet<strong>en</strong>.<br />
129
Het fanatisme werd voor e<strong>en</strong> tijd tot staan gebracht; doch verscheid<strong>en</strong>e jar<strong>en</strong> later brak<br />
het met groter kracht <strong>en</strong> vrese- liker gevolg<strong>en</strong> uit. Over <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong>ze beweging zei Luther:<br />
“De <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> war<strong>en</strong> hun slechts e<strong>en</strong> do<strong>de</strong> letter, <strong>en</strong> ze begonn<strong>en</strong> all<strong>en</strong> te<br />
schreeuw<strong>en</strong>, ‘De Geest! <strong>de</strong> Geest!’ Maar gans gewis zal ik niet volg<strong>en</strong>, waar hun geest h<strong>en</strong><br />
he<strong>en</strong> leidt. Moge God in Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> mij bewar<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> kerk, waarin <strong>en</strong>kel heilig<strong>en</strong> zijn.<br />
Ik w<strong>en</strong>s te verker<strong>en</strong> met <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>- rig<strong>en</strong>, <strong>de</strong> zwakk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> krank<strong>en</strong>, die hun zond<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
gevoel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die gedurig tot God zucht<strong>en</strong> <strong>en</strong> roep<strong>en</strong> uit het binn<strong>en</strong>ste van hun hart<strong>en</strong> om<br />
Zijn troost <strong>en</strong> steun te er-lang<strong>en</strong>.”<br />
Thomas Münzer, <strong>de</strong> man, die on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> geestdrijvers <strong>de</strong> werkzaamste was, bezat<br />
aanzi<strong>en</strong>like bekwaamheid, welke, op <strong>de</strong> rechte wijze geleid, hem in staat zou hebb<strong>en</strong> gesteld<br />
om goed te do<strong>en</strong>; hij k<strong>en</strong><strong>de</strong> echter <strong>de</strong> eerste grondregel<strong>en</strong> van ware godsdi<strong>en</strong>st niet. “Hij<br />
voed<strong>de</strong> <strong>de</strong> w<strong>en</strong>s, <strong>de</strong> wereld te hervorm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vergat, gelijk alle drijvers, dat <strong>de</strong> hervorming<br />
bij hemzelf moest beginn<strong>en</strong>.” Hij streef<strong>de</strong> naar stand <strong>en</strong> in- vloed, <strong>en</strong> was onwillig om<br />
on<strong>de</strong>r iemand, zelfs on<strong>de</strong>r Luther, te staan. Hij verklaar<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> hervormers met het<br />
vervang<strong>en</strong> van het gezag van <strong>de</strong> paus door dat van <strong>de</strong> Schrift slechts e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re vorm van<br />
pauselike heerschappij in het lev<strong>en</strong> riep<strong>en</strong>. Hijzelf, zo beweer<strong>de</strong> hij, had van God <strong>de</strong><br />
opdracht ontvang<strong>en</strong> om <strong>de</strong> ware hervorming in te voer<strong>en</strong>. “Hij, die <strong>de</strong>ze geest heeft,” zei<br />
Münzer, “heeft het waarachtig geloof, al had hij ook ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele maal in zijn lev<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>.”<br />
De fanatieke lerar<strong>en</strong> liet<strong>en</strong> zich door indrukk<strong>en</strong> beheers<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hield<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re gedachte <strong>en</strong><br />
gemoedsaandrang voor <strong>de</strong> stem van God; vandaar dat ze tot uiterst<strong>en</strong> verviel<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong><br />
zelfs verbrandd<strong>en</strong> hun Bijbels, uitroep<strong>en</strong><strong>de</strong>: “De letter doodt, maar <strong>de</strong> Geest maakt lev<strong>en</strong>d.”<br />
Münzers leer streel<strong>de</strong> <strong>de</strong> zucht van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> naar het won<strong>de</strong>rbaarlike, <strong>en</strong> gaf tegelijkertijd<br />
voedsel aan hun trots, door m<strong>en</strong>selike d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>lik bov<strong>en</strong> het Woord<br />
Gods te stell<strong>en</strong>. Zijn leerstelling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Al spoedig<br />
verklaar<strong>de</strong> hij zich teg<strong>en</strong> allle or<strong>de</strong> in <strong>de</strong> op<strong>en</strong>bare godsdi<strong>en</strong>st, <strong>en</strong> predikte, dat<br />
gehoorzaamheid aan vorst<strong>en</strong> te bewijz<strong>en</strong>, was te tracht<strong>en</strong>, God <strong>en</strong> Belial sam<strong>en</strong> te di<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
De gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van het volk, die reeds begonn<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, het juk van het pausdom af te<br />
schudd<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s onge-duldig on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> beperking<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> burgerlike<br />
overheid hun opleg<strong>de</strong>. Münzers revolutionaire leer, die aanspraak maakte op God<strong>de</strong>like<br />
bekrachtiging, leid<strong>de</strong> h<strong>en</strong> er toe om zich van alle gezag los te scheur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan hun<br />
vooroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> <strong>en</strong> hartstocht<strong>en</strong> <strong>de</strong> vrije teugel te vier<strong>en</strong>. De vreselikste tonel<strong>en</strong> van muiterij <strong>en</strong><br />
strijd volgd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Duitschlands veld<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> met bloed gedr<strong>en</strong>kt.<br />
De zielsangst, waardoor Luther lang voorhe<strong>en</strong> te Erfurt gefolterd werd, drukte hem tans<br />
met dubbele kracht terne<strong>de</strong>r, nu hij zag, dat <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van het fanatisme aan <strong>de</strong><br />
Hervorming t<strong>en</strong> laste werd<strong>en</strong> gelegd. De Roomse vorst<strong>en</strong> verklaard<strong>en</strong> — <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
bereid om geloof te slaan aan <strong>de</strong> bewering — dat <strong>de</strong> opstand het pass<strong>en</strong><strong>de</strong> gevolg was van<br />
Luthers leer. Het kon wel niet an<strong>de</strong>rs of <strong>de</strong>ze besehuldiging, lioewel zon<strong>de</strong>r <strong>en</strong>ige grond,<br />
moest <strong>de</strong> hervormer veel smart veroorzak<strong>en</strong>. Dat <strong>de</strong> zaak <strong>de</strong>r waarheid zo onteerd zou<br />
130
word<strong>en</strong>, dat hij op gelijke lijn werd gesteld met het laagste fanatisme, sche<strong>en</strong> meer, dan hij<br />
kon drag<strong>en</strong>. Aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant haatt<strong>en</strong> <strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> opstand Luther, omdat hij zich<br />
niet alle<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hun leer verzette, <strong>en</strong> hun aanspraak op God<strong>de</strong>like ingeving ontk<strong>en</strong><strong>de</strong>, maar<br />
h<strong>en</strong> zelfs rebell<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> burgerlike overheid g<strong>en</strong>oemd had. Uit weerwraak heett<strong>en</strong> ze hem<br />
e<strong>en</strong> lage veinzaard. Hij sche<strong>en</strong> <strong>de</strong> vijandschap van vorst<strong>en</strong> zowel als die van het volk op<br />
zich gelad<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>.<br />
De Roomsgezind<strong>en</strong> juicht<strong>en</strong>, verwacht<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> spoedige val van <strong>de</strong> Hervorming te zull<strong>en</strong><br />
aansehouw<strong>en</strong>; <strong>en</strong> legd<strong>en</strong> Luther zelfs <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laste, welke hij op het ijverigst had<br />
tracht<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong>. De dweepzieke partij, door zon<strong>de</strong>r grond te bewer<strong>en</strong> van met grote<br />
onrechtvaardigheid behan<strong>de</strong>ld te zijn, slaag<strong>de</strong> erin oin zich van <strong>de</strong> toeg<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong><br />
grote m<strong>en</strong>igte van het volk te verzeker<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, gelijk dikwels het geval is met person<strong>en</strong>, die<br />
zich aan <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> kant schar<strong>en</strong>, begon m<strong>en</strong> h<strong>en</strong> voor martelar<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>. Zo wer- d<strong>en</strong><br />
zij, die alle kraeht<strong>en</strong> inspand<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Hervorming teg<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>, beklaagd <strong>en</strong> geroemd<br />
als <strong>de</strong> slachtoffers van wreed- lieid <strong>en</strong> tirannie. Dit was het wTerk van Satan, ingegev<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geest van opstand, die zich het eerst in <strong>de</strong> hemel had , geop<strong>en</strong>baard.<br />
Satan tracht voortdur<strong>en</strong>d <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te bedrieg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er h<strong>en</strong> toe te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> om zon<strong>de</strong><br />
gerechtigheid, <strong>en</strong> gerechtigheid zon<strong>de</strong> te noem<strong>en</strong>. Hoe goed is hij in zijn werk geslaagd !<br />
Hoe m<strong>en</strong>igmaal treff<strong>en</strong> berisping <strong>en</strong> hoon Gods getrouwe di<strong>en</strong>st- knecht<strong>en</strong>, omdat ze<br />
onbevreesd <strong>de</strong> waarheid ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>! M<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die slechts werkuig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Satan zijn,<br />
word<strong>en</strong> ge- prez<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevleid, <strong>en</strong> zelfs voor martelar<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>; terwijl <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die om<br />
hun trouw aan God behoord<strong>en</strong> geacht <strong>en</strong> on- <strong>de</strong>rsteund te word<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r verd<strong>en</strong>king <strong>en</strong><br />
wantrouw<strong>en</strong> aan zichzelv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> overgelat<strong>en</strong>. Valse heiligheid, onoprechte toewijding,<br />
do<strong>en</strong> nog steeds hun bedriegelik werk. On<strong>de</strong>r verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> br<strong>en</strong>gt dat werk<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geest aan het licht als in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Luther, door <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> af te<br />
trekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, hun eig<strong>en</strong> gevoel <strong>en</strong> eig<strong>en</strong> indrukk<strong>en</strong> te vol- g<strong>en</strong><br />
liever dan zich in gehoorzaamheid aan Gods wet te on<strong>de</strong>r- wer’p<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> van Satans<br />
bestgelukte poging<strong>en</strong> om rein- heid <strong>en</strong> waarheid on<strong>de</strong>r verd<strong>en</strong>king te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Onverschrokk<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>dig<strong>de</strong> Luther het evangelie teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanvall<strong>en</strong>, die er van allle<br />
kant<strong>en</strong> op gemaakt werd<strong>en</strong>. Gods woord betoon<strong>de</strong> zich e<strong>en</strong> machtig wap<strong>en</strong> in ie<strong>de</strong>re strijd.<br />
Met dat Woord voer<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> strijd teg<strong>en</strong> het gezag, dat <strong>de</strong> paus zich had aangematigd, <strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> rationalistiese filosofie van <strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong>, terwijl hij zich onwrikbaar als e<strong>en</strong> rots<br />
stel<strong>de</strong> teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> dweperij, die zich met <strong>de</strong> Hervorming zocht te m<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Elk van <strong>de</strong>ze teg<strong>en</strong>overgestel<strong>de</strong> elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zette op zijn eig<strong>en</strong> wijze <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong><br />
ter zij<strong>de</strong>, <strong>en</strong> verhief m<strong>en</strong>se- like wijsheid tot <strong>de</strong> bron van godsdi<strong>en</strong>stige waarheid <strong>en</strong> k<strong>en</strong>- nis.<br />
Het rationalisme aanbidt het verstand, <strong>en</strong> maakt dat <strong>de</strong> toetsste<strong>en</strong> van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st. Het<br />
Romanisme, bewer<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat zijn heers<strong>en</strong><strong>de</strong> paus e<strong>en</strong> ingeving bezit, die in onafgebrok<strong>en</strong> lijn<br />
van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> op hem is overgegaan, <strong>en</strong> die voor altijd onveran<strong>de</strong>rlik is, geeft<br />
ruimsclioots geleg<strong>en</strong>heid tot allerhan<strong>de</strong> buit<strong>en</strong>sporighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> be<strong>de</strong>rf, welke door <strong>de</strong><br />
131
heiligheid van <strong>de</strong> apostoliese opdracht word<strong>en</strong> toege<strong>de</strong>kt. De ingeving, die Miinzer <strong>en</strong> zijn<br />
bondg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> beweerd<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, kwam uit ge<strong>en</strong> hogere bron voort dan grill<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
verbeelding; <strong>en</strong> <strong>de</strong> invloed ervan <strong>de</strong>ed allle gezag, m<strong>en</strong>selik of God<strong>de</strong>lik, te met. Het ware<br />
Christ<strong>en</strong>dom neemt liet woord van God aan als <strong>de</strong> grote schatkamer van <strong>de</strong> ingegev<strong>en</strong><br />
waarheid, <strong>en</strong> toetst er alle ingeving aan.<br />
Na zijn terugkeer van <strong>de</strong> Wartburg voltooi<strong>de</strong> Luther zijn vertaling van het Nieuwe<br />
Testam<strong>en</strong>t, <strong>en</strong> het evangelie werd spoedig daarna aan het volk van Duitscliland in zijn eig<strong>en</strong><br />
taal gegev<strong>en</strong>. Deze vertaling werd door ali<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> waarheid liefhadd<strong>en</strong>, met grote vreug<strong>de</strong><br />
ontvang<strong>en</strong>; maar. door h<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong>selike overlevering<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
verkoz<strong>en</strong>, met verachting verworp<strong>en</strong>. De priesters war<strong>en</strong> ontsteld over <strong>de</strong> gedachte, dat het<br />
gem<strong>en</strong>e volk nu in staat zou zijn om <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van Gods woord met h<strong>en</strong> te besprek<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> dat hun eig<strong>en</strong> onwet<strong>en</strong>dheid op die wijze aan het licht zou kom<strong>en</strong>. De wap<strong>en</strong><strong>en</strong> van hun<br />
vleselik verstand war<strong>en</strong> machteloos teg<strong>en</strong> het zwaard <strong>de</strong>s Geestes. Rome zette al zijn gezag<br />
te werk om <strong>de</strong> verspreiding van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> te gaan; doch <strong>de</strong>kret<strong>en</strong>, vervloeking<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
marteling<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> alle ev<strong>en</strong> weinig uitwerking. Hoe meer het <strong>de</strong> Bijbel veroor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
verbood, <strong>de</strong>s te begeriger werd het volk om te wet<strong>en</strong> wat er wez<strong>en</strong>lik in geleerd werd. Al<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> die kond<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> verlang<strong>en</strong>d om Gods woord voor zichzelv<strong>en</strong> te<br />
on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Ze droeg<strong>en</strong> het met zich rond, <strong>en</strong> laz<strong>en</strong> <strong>en</strong> herlaz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet tevred<strong>en</strong>,<br />
voor-dat ze er grote ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> van uit het hoofd geleerd hadd<strong>en</strong>. Zi<strong>en</strong><strong>de</strong> hoe zeer het Nieuwe<br />
Testam<strong>en</strong>t in <strong>de</strong> smaak viel, begon Luther onmid<strong>de</strong>llik het Ou<strong>de</strong> Testam<strong>en</strong>t te vertal<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
gaf het uit in <strong>de</strong>l<strong>en</strong>, zodra hij ze afgewerkt had.<br />
Luthers geschrift<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> sted<strong>en</strong> <strong>en</strong> op het platteland ev<strong>en</strong>zeer op prijs gesteld.<br />
“Wat Luther <strong>en</strong> zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ook maar schrev<strong>en</strong>, werd door an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> wijd <strong>en</strong> zijd verspreid.<br />
Monnik<strong>en</strong>, die overtuigd war<strong>en</strong> van <strong>de</strong> onwettigheid van kloosterplicht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verlangd<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> lang lev<strong>en</strong> van traagheid te verwissel<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van werkzaamheid, maar die te<br />
onwet<strong>en</strong>d war<strong>en</strong> om het woord van God te verkondig<strong>en</strong>, trokk<strong>en</strong> <strong>de</strong> provincieën door, <strong>en</strong><br />
bezocht<strong>en</strong> <strong>de</strong> gehucht<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong>zame woning<strong>en</strong>, waar ze <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van Luther <strong>en</strong> zijn<br />
vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> verkocht<strong>en</strong>. Binn<strong>en</strong> korte tijd was Duitschland vol van die on<strong>de</strong>rnem<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
kolporteurs.” Deze geschrift<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> met diepe belangstelling door rijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong>, door<br />
geleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> onwet<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bestu<strong>de</strong>erd. Des avonds laz<strong>en</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijzers van <strong>de</strong> dorpschol<strong>en</strong><br />
ze voor aan groepjes, die zich om <strong>de</strong> haard verzameld<strong>en</strong>. Door ie<strong>de</strong>re aangew<strong>en</strong><strong>de</strong> poging<br />
werd<strong>en</strong> er <strong>en</strong>ige ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid overtuigd, <strong>en</strong> het woord met blijdschap ontvang<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
ging<strong>en</strong> ze op hun beurt uit om <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> tijding aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
De woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift werd<strong>en</strong> bewaarheid: “De op<strong>en</strong>ing Uwer woord<strong>en</strong> geeft licht,<br />
<strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudig<strong>en</strong> verstandig mak<strong>en</strong><strong>de</strong>.” Het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> werkte e<strong>en</strong> machtige<br />
veran<strong>de</strong>ring in het verstand <strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk. De pauselike heerschappij had zijn<br />
on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ijzer<strong>en</strong> juk opgelegd, dat h<strong>en</strong> in onwet<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> verachte- ring gebond<strong>en</strong><br />
hield. E<strong>en</strong> bijgelovig nakom<strong>en</strong> van vorm<strong>en</strong> was nauwgezet volgehoud<strong>en</strong>; maar aan al hun<br />
eredi<strong>en</strong>st hadd<strong>en</strong> hart <strong>en</strong> verstand weinig <strong>de</strong>el g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het predik<strong>en</strong> van Luther, waardoor<br />
132
<strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige waarhed<strong>en</strong> van Gods woord werd<strong>en</strong> uite<strong>en</strong>gezet, <strong>en</strong> daarna het Woord zelf,<br />
dat het gem<strong>en</strong>e volk in <strong>de</strong> hand gegev<strong>en</strong> was, had hun slap<strong>en</strong><strong>de</strong> tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wakker geschud, <strong>en</strong><br />
niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> geestelike natuur gezuiverd <strong>en</strong> vere<strong>de</strong>ld, maar frisse kracht me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld aan<br />
hun verstand.<br />
M<strong>en</strong> zag m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van alle stand met <strong>de</strong> Bijbel in <strong>de</strong> hand <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Hervorming ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>. De Rooms<strong>en</strong>, die het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> priesters<br />
<strong>en</strong> monnik<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> overgelat<strong>en</strong>, riep<strong>en</strong> <strong>de</strong>z<strong>en</strong> nu op om voor <strong>de</strong> dag te kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
nieuwe leer te we<strong>de</strong>rlegg<strong>en</strong>. Maar, onbek<strong>en</strong>d zijn<strong>de</strong> met <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht Gods,<br />
werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> monnik<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> verslag<strong>en</strong> door h<strong>en</strong>, die ze voor ongeleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ketters hadd<strong>en</strong> geschold<strong>en</strong>. “Ongelukkig,” zei e<strong>en</strong> Katholiek schrijver, “had Luther zijn<br />
volgeling<strong>en</strong> overreed, dat hun geloof zich alle<strong>en</strong> behoor<strong>de</strong> te grond<strong>en</strong> op <strong>de</strong> uitsprak<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift.” M<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarheid te hor<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong> door<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van weinig opvoeding, <strong>en</strong> die zelfs door h<strong>en</strong> te hor<strong>en</strong> besprek<strong>en</strong> met geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
welsprek<strong>en</strong><strong>de</strong> godgeleerd<strong>en</strong>. De schan<strong>de</strong>like onwet<strong>en</strong>dheid van <strong>de</strong>ze grote mann<strong>en</strong> werd<br />
op<strong>en</strong>baar, wanneer hun argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rlegd werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige leer van Gods<br />
woord. Werklied<strong>en</strong>, soldat<strong>en</strong>, vrouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> war<strong>en</strong> beter bek<strong>en</strong>d met <strong>de</strong> leer<br />
van <strong>de</strong> Bijbel dan <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> geleer<strong>de</strong> doktor<strong>en</strong>.<br />
Het verschil tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van het evangelie <strong>en</strong> <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs van het Roomse<br />
bijgeloof toon<strong>de</strong> zich niet min<strong>de</strong>r dui<strong>de</strong>lik on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong> dan on<strong>de</strong>r het gem<strong>en</strong>e volk.<br />
‘ ‘ E<strong>de</strong>lmoedige jongeling<strong>en</strong>, toegewijd aan studie <strong>en</strong> het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die<br />
bek<strong>en</strong>d war<strong>en</strong> met <strong>de</strong> litterariese schatt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> oudheid, kwam<strong>en</strong> op teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong><br />
ver<strong>de</strong>digers van <strong>de</strong> priesterheerschappij, die verzuimd hadd<strong>en</strong>, zich <strong>de</strong> tal<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> litteratuur te bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Met vlugheid van begrip, zielea<strong>de</strong>l, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> onverschrokk<strong>en</strong><br />
hart begaafd, verkreg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze jongeling<strong>en</strong> al spoedig zulk e<strong>en</strong> bedrev<strong>en</strong>heid, dat lange tijd<br />
niemand met h<strong>en</strong> kon wedijver<strong>en</strong>. . . . Gevolgelik, wanneer <strong>de</strong>ze jeugdige ver<strong>de</strong>digers van<br />
<strong>de</strong> Hervorming <strong>de</strong> Roomse doktor<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>ring ontmoett<strong>en</strong>, maakt<strong>en</strong> ze hun<br />
aanvall<strong>en</strong> met zulk gemak <strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> kalmte, dat die onwet<strong>en</strong><strong>de</strong> mann<strong>en</strong> aarzeld<strong>en</strong>, in<br />
verwarring werd<strong>en</strong> gebracht, <strong>en</strong> zich bij al <strong>de</strong> aanwezig<strong>en</strong> aan verachting blootsteld<strong>en</strong>.”<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomse geestelik<strong>en</strong> hun geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> inkrimp<strong>en</strong>, riep<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> hulp van <strong>de</strong><br />
wereldlike macht in, <strong>en</strong> zocht<strong>en</strong> door alle mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die binn<strong>en</strong> hun bereik lag<strong>en</strong>, hun<br />
hoor<strong>de</strong>rs terug te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Maar het volk had in <strong>de</strong> nieuwe leer dat gevond<strong>en</strong>, hetwelk in <strong>de</strong><br />
behoefte van hun ziel<strong>en</strong> voorzag, <strong>en</strong> keer<strong>de</strong> zich af van h<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> zo lang gevoed hadd<strong>en</strong><br />
met het nietswaardige kaf van bijgelovige instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike overlevering<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> er<br />
vervolging losbrak teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> leraars van <strong>de</strong> waarheid, gav<strong>en</strong> ze acht op <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van<br />
Christus: “Wanneer zij u dan in <strong>de</strong>ze stad vervolg<strong>en</strong>, vliedt in <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re.” Het licht drong<br />
overal door. De vluchteling<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> altijd erg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> gastvrije <strong>de</strong>ur, die zich voor h<strong>en</strong><br />
op<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> daar vertoev<strong>en</strong><strong>de</strong>, predikt<strong>en</strong> ze Christus, somtijds in <strong>de</strong> kerk, of, indi<strong>en</strong> hun dat<br />
voorrecht ontzegd werd, in private woning<strong>en</strong>, of in <strong>de</strong> op<strong>en</strong> lucht. Waar ze ook maar gehoor<br />
133
kond<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>, was <strong>de</strong> plaats hun e<strong>en</strong> gewij<strong>de</strong> tempel. De waarheid, met zulk e<strong>en</strong> ijver <strong>en</strong><br />
overtuiging gepredikt, verspreid<strong>de</strong> zich met onweerstaanbare kracht.<br />
Tevergeefs werd <strong>de</strong> hulp van <strong>de</strong> geestelike zowel als <strong>de</strong> bur gerlike overhed<strong>en</strong><br />
ingeroep<strong>en</strong> om <strong>de</strong> ketterij te on<strong>de</strong>r- drukk<strong>en</strong>. Tevergeefs nam m<strong>en</strong> <strong>de</strong> toevlucht tot<br />
gevang<strong>en</strong>zetting, marteling, vuur, <strong>en</strong> zwaard. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> gelovig<strong>en</strong> verzegeld<strong>en</strong> hun geloof<br />
met hun bloed, <strong>en</strong> toch ging het werk voort. Vervolging di<strong>en</strong><strong>de</strong> slechts om <strong>de</strong> waarheid uit te<br />
breid<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> geestdrijverij, welke Satan er me<strong>de</strong> trachtte te verbind<strong>en</strong>, had t<strong>en</strong> gevolge dat<br />
het verschil tuss<strong>en</strong> het werk van Satan <strong>en</strong> dat van God te dui<strong>de</strong>liker aan het licht trad.<br />
134
Hoofdstuk 11 — Protest van <strong>de</strong> Vorst<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die ooit t<strong>en</strong> gunste van <strong>de</strong> Hervorming uitgesprok<strong>en</strong><br />
zijn, was het Protest, dat <strong>de</strong> Christelike vorst<strong>en</strong> van Duitschland in 1529 op <strong>de</strong> Rijksdag van<br />
Spiers indi<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. De moed, het geloof <strong>en</strong> <strong>de</strong> standvastigheid van die Godsmann<strong>en</strong> wonn<strong>en</strong><br />
voor <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> vrijheid van d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> gewet<strong>en</strong>. Hun Protest gaf aan <strong>de</strong><br />
hervorm<strong>de</strong> kerk <strong>de</strong> naam van Protestants; <strong>en</strong> <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> erin vervat zijn “het ware<br />
fondam<strong>en</strong>t van het Protestantisme.”<br />
E<strong>en</strong> donkere <strong>en</strong> onheilspell<strong>en</strong><strong>de</strong> tijd was voor <strong>de</strong> Hervorming aangebrok<strong>en</strong>.<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> het edikt van Worms, waarbij Luther vogelvrij verklaard werd, <strong>en</strong> het<br />
on<strong>de</strong>rwijs in of geloof aan zijn lering<strong>en</strong> verbod<strong>en</strong>, had er tot nu toe in het keizerrijk<br />
verdraagzaamheid geheerst op godsdi<strong>en</strong>stig gebied. Gods voorzi<strong>en</strong>igheid had <strong>de</strong> kracht<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> waarheid we<strong>de</strong>rstond<strong>en</strong>, in bedwang gehoud<strong>en</strong>. Karel V. begeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> Hervorming te<br />
niet te do<strong>en</strong>, maar zo dikwels hij zijn hand had opgehev<strong>en</strong> om te slaan, was hij gedwong<strong>en</strong><br />
geword<strong>en</strong> van zijn voornem<strong>en</strong> af te zi<strong>en</strong>. Herhaal<strong>de</strong>lik sche<strong>en</strong> <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llike vernietiging<br />
van all<strong>en</strong>, die zich teg<strong>en</strong> Rome durfd<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>, onvermij<strong>de</strong>lik; doch op het besliss<strong>en</strong>d<br />
og<strong>en</strong>blik versch<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> legers van <strong>de</strong> Turk<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> oostergr<strong>en</strong>s, of <strong>de</strong>ed <strong>de</strong> koning van<br />
Frankrijk, of in<strong>de</strong>rdaad <strong>de</strong> paus zelf, naijverig op <strong>de</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong><strong>de</strong> grootheid van <strong>de</strong> keizer,<br />
hem <strong>de</strong> oorlog aan; <strong>en</strong> alzo had, temidd<strong>en</strong> van strijd <strong>en</strong> rumoer on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> volk<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
Hervorming geleg<strong>en</strong>heid gehad, sterk te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zieh uit te breid<strong>en</strong>.<br />
Ein<strong>de</strong>lik echter hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> pauselike vorst<strong>en</strong> hun twist<strong>en</strong> bijgelegd, om gem<strong>en</strong>e zaak te<br />
kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormers. De Rijksdag van Spiers, in 1526 gehoud<strong>en</strong>, had ie<strong>de</strong>re<br />
staat volle vrijheid in godsdi<strong>en</strong>stzak<strong>en</strong> gelat<strong>en</strong>, tot er e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e raadszitting zou<br />
gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; maar niet zodra war<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong> voorbij, die hem gedwong<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>,<br />
dit recht toe te staan, of <strong>de</strong> keizer beleg<strong>de</strong> e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> Rijksdag te Spiers in 1529, met het<br />
doel om <strong>de</strong> ketterij uit te roei<strong>en</strong>. De vorst<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> er, zo mogelik door vreedzame<br />
mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, toe gebracht word<strong>en</strong>, partij te kiez<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming; doch als zulke<br />
mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> hun doel mist<strong>en</strong>, was Karel gereed, <strong>de</strong> toevlucht te nem<strong>en</strong> tot het zwaard.<br />
De pausgezind<strong>en</strong> juicht<strong>en</strong>. Ze verzameld<strong>en</strong> zich in grot<strong>en</strong> getale te Spiers, <strong>en</strong> toond<strong>en</strong><br />
op<strong>en</strong>lik hun vijandigheid teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormers, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> die h<strong>en</strong> voorstond. Melanchton<br />
zei ervan; “We zijn het uitschot <strong>en</strong> het vuilnis van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>; maar Christus zal op Zijn arme<br />
volk neerzi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> bewar<strong>en</strong>. Het werd <strong>de</strong> evangeliese vorst<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Rijksdag<br />
bijwoond<strong>en</strong>, niet e<strong>en</strong>maal toegestaan, het evangelie in hun woning<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> predik<strong>en</strong>.<br />
Doch <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van Spiers dorstt<strong>en</strong> naar het woord Gods, <strong>en</strong> nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> het verbod<br />
stroomd<strong>en</strong> er duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> kapel van <strong>de</strong> keurvorst van Saks<strong>en</strong><br />
gehoud<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. Dit verhaastte <strong>de</strong> krisis. E<strong>en</strong> keizerlike boodschap kondig<strong>de</strong> <strong>de</strong> Rijksdag<br />
aan, dat naardi<strong>en</strong> het besluit, waarbij ge-wet<strong>en</strong>svrijheid toegestaan was, aanleiding had<br />
gegev<strong>en</strong> tot grote wanor<strong>de</strong>likhed<strong>en</strong>, <strong>de</strong> keizer dat besluit vernietigd w<strong>en</strong>ste te hebb<strong>en</strong>. Deze<br />
135
eig<strong>en</strong>machtige daad wekte verontwaardiging <strong>en</strong> vrees op bij <strong>de</strong> evangeliese Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Iemand liet zich uit: “Christus is opnieuw in <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van Kajafas <strong>en</strong> Pilatus gevall<strong>en</strong>.” De<br />
Rooms<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> al heftiger. E<strong>en</strong> dweepziek papist verklaar<strong>de</strong>: “De Turk<strong>en</strong> zijn beter dan<br />
<strong>de</strong> Lutheran<strong>en</strong>; want <strong>de</strong> Turk<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> vast<strong>en</strong>dag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Luthers<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze. Als we<br />
moest<strong>en</strong> kiez<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Gods <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk, we<br />
zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste verwerp<strong>en</strong>.” Melanchton sprak: “Dageliks in <strong>de</strong> volle verga<strong>de</strong>ring werpt<br />
Faber ons, evangeliesgezind<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> nieuwe ste<strong>en</strong> in het aangezicht.”<br />
Godsdi<strong>en</strong>stvrijheid was bij <strong>de</strong> wet bepaald geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> evangeliese Stat<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
vast beslot<strong>en</strong>, zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> verkorting van hun recht te verzett<strong>en</strong>. Luther, die nog on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
ban was door het edikt van Worms over hem uitgesprok<strong>en</strong>, mocht niet te Spiers<br />
teg<strong>en</strong>woordig zijn; maar zijn plaats werd gevuld door zijn me<strong>de</strong>arbei<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, die<br />
God had opgewekt om Zijn zaak in <strong>de</strong>ze moeilikheid te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>. De e<strong>de</strong>le Fre<strong>de</strong>rik van<br />
Saks<strong>en</strong>, Luthers vroegere beschermheer, was door <strong>de</strong> dood wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>; maar hertog Johan,<br />
zijn broe<strong>de</strong>r <strong>en</strong> opvolger, had <strong>de</strong> Hervorming met blijdschap welkom gehet<strong>en</strong>; <strong>en</strong>, schoon<br />
vre<strong>de</strong>sgezind, leg<strong>de</strong> hij grote ijver <strong>en</strong> moed aan <strong>de</strong> dag, waar het <strong>de</strong> belang<strong>en</strong> van het geloof<br />
gold.<br />
De priesters eist<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> stat<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> Hervorming hadd<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, zich<br />
onvoorwaar<strong>de</strong>lik aan het Roomse gezag zoud<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. De hervormers aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />
kant eist<strong>en</strong> voor zich <strong>de</strong> vrijheid, die tevor<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong> was. Ze kond<strong>en</strong> er niet in<br />
toestemm<strong>en</strong>, dat Rome <strong>de</strong> stat<strong>en</strong>, welke met zoveel blijdschap het woord Gods ontvang<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong>, we<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>r zijn heerschappij zou terugkrijg<strong>en</strong>. Om tot e<strong>en</strong> schikking te gerak<strong>en</strong>,<br />
werd er ein<strong>de</strong>lik voorgesteld dat, waar <strong>de</strong> Hervorming nog ge<strong>en</strong> beslag gekreg<strong>en</strong> had, het<br />
edikt van Worms krachtdadig zou word<strong>en</strong> doorgezet; <strong>en</strong> dat er “in die, in welke het volk<br />
ervan afgegaan was, <strong>en</strong> er niet aan kon gehoorzam<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r gevaar van opstand, t<strong>en</strong> minste<br />
ge<strong>en</strong> nieuwe hervorming<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> ingevoerd word<strong>en</strong>; dat er niet gepredikt zou word<strong>en</strong> over<br />
twistpunt<strong>en</strong>; dat het vier<strong>en</strong> van <strong>de</strong> mis niet zou word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gegaan, <strong>en</strong> dat het aan ge<strong>en</strong><br />
Rooms Katholiek zou vrijstaan, <strong>de</strong> leer van Luther te omhelz<strong>en</strong>.” De Rijksdag stel<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze<br />
maatregel vast, tot groot g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse priesters <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong>.<br />
Indi<strong>en</strong> dit edikt werd doorgevoerd, “kon <strong>de</strong> Hervorming zich niet uitbreid<strong>en</strong>, waar hij<br />
nog niet doorgedrong<strong>en</strong> was, noch ook op e<strong>en</strong> hechte grondslag geplaatst word<strong>en</strong>, . . . waar<br />
hij reeds bestond.” Vrijheid van sprek<strong>en</strong> zou verbod<strong>en</strong> zijn. Bekering<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> niet<br />
toegelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. En van <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hervorming werd geëist, dat ze zich onmid<strong>de</strong>llik<br />
aan die beperking<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbodsbepaling<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. De hoop van <strong>de</strong><br />
wereld sche<strong>en</strong> bijna uitgeblust. “Het opnieuw instell<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse<br />
priesterheerschappij . . . zou onvermij<strong>de</strong>lik e<strong>en</strong> herleving van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> misbruik<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
gevolge hebb<strong>en</strong>;” <strong>en</strong> er zou allicht e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid kunn<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om “e<strong>en</strong> werk<br />
algeheel te vernietig<strong>en</strong>, dat reeds zo ruw geschokt” was door dweperij <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>eldhed<strong>en</strong>.<br />
136
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> evangeliese partij sam<strong>en</strong>kwam om te beraadslag<strong>en</strong>, zag <strong>de</strong> e<strong>en</strong> <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r in<br />
stomme verbazing aan. De vraag hing op aller lipp<strong>en</strong>: “Wat zull<strong>en</strong> we do<strong>en</strong>?” Belangrijke<br />
zak<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> wereld op het spel. “Moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hervorming zich<br />
on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het edikt aan-vaard<strong>en</strong>?” Hoe gemakkelik hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormers in <strong>de</strong>ze<br />
krisis, die in<strong>de</strong>rdaad van verbaz<strong>en</strong>d gewicht was, door red<strong>en</strong>ering e<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> weg<br />
kunn<strong>en</strong> inslaan! Hoeveel prijz<strong>en</strong>s-waardige voorw<strong>en</strong>dsel<strong>en</strong> <strong>en</strong> goe<strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ze<br />
kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> voor hun on<strong>de</strong>rwerping! Vrijheid van godsdi<strong>en</strong>st was aan <strong>de</strong> Lutherse<br />
vorst<strong>en</strong> gewaarborgd. Datzelf<strong>de</strong> voorrecht was aan al hun on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> beloofd, welke,<br />
voordat <strong>de</strong> maatregel wet geword<strong>en</strong> was, <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> inzicht<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> omhelsd.<br />
Behoor<strong>de</strong> dit h<strong>en</strong> niet tevred<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>? Hoeveel gevaar zou door on<strong>de</strong>rwerping vermed<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>! Aan wat onbek<strong>en</strong><strong>de</strong> kans<strong>en</strong> <strong>en</strong> strijd zou verzet h<strong>en</strong> blootstell<strong>en</strong>! Wie wist, welke<br />
schone geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> <strong>de</strong> toekomst met zich br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zou! Laat ons vre<strong>de</strong> mak<strong>en</strong>; laat ons <strong>de</strong><br />
olijftak aangrijp<strong>en</strong>, die Rome ons toesteekt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wond<strong>en</strong> van Duitschland hel<strong>en</strong>. Met<br />
<strong>de</strong>rgelijke bewering<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormers zich kunn<strong>en</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> over het inslaan<br />
van e<strong>en</strong> weg, die binn<strong>en</strong> korte tijd uitgelop<strong>en</strong> zou zijn op <strong>de</strong> vernietiging van hun zaak.<br />
“Gelukkig hield<strong>en</strong> ze het oog op het beginsel, waarop <strong>de</strong>ze overe<strong>en</strong>komst gegrond was,<br />
<strong>en</strong> han<strong>de</strong>ld<strong>en</strong> in het geloof. Wat was dat beginsel? Het was Rome’s recht om het gewet<strong>en</strong> te<br />
dwing<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrij on<strong>de</strong>rzoek te verbied<strong>en</strong>. Maar zoud<strong>en</strong> zij- zelv<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun Protestantse<br />
on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stvrijheid g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>?—Ja, maar als e<strong>en</strong> gunst, die bij <strong>de</strong> gemaakte<br />
overe<strong>en</strong>komst speciaal was toegestaan, doch niet als recht. Wat all<strong>en</strong> betrof, die buit<strong>en</strong> die<br />
overe<strong>en</strong>komst stond<strong>en</strong>, bleef het grote beginsel van gezag van kracht; het gewet<strong>en</strong> was van<br />
<strong>de</strong> rechtbank weggewez<strong>en</strong>. Rome was <strong>de</strong> onfeilbare rechter, <strong>en</strong> moest gehoorzaamd word<strong>en</strong>.<br />
Het aannem<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voorgestel<strong>de</strong> schikking zou in<strong>de</strong>rdaad e<strong>en</strong> toestemm<strong>en</strong> geweest zijn,<br />
dat godsdi<strong>en</strong>stvrijheid tot het hervorm<strong>de</strong> Saks<strong>en</strong> zou beperkt word<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dat, wat het overige<br />
van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid aanging, vrij on<strong>de</strong>rzoek <strong>en</strong> belijd<strong>en</strong>is van het hervorm<strong>de</strong> geloof<br />
misdad<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met gevang<strong>en</strong>is <strong>en</strong> brandstapel behoord<strong>en</strong> gestraft te word<strong>en</strong>. Kond<strong>en</strong><br />
ze erin toestemm<strong>en</strong>, dat godsdi<strong>en</strong>stvrijheid plaatselik gemaakt werd, dat er verkondigd zou<br />
word<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Hervorming zijn laatste bekeerling had gemaakt, <strong>en</strong> zijn verste gr<strong>en</strong>s had<br />
bereikt, <strong>en</strong> dat, waar ook Rome op dat uur <strong>de</strong> septer zwaai<strong>de</strong>, zijn gezag voor altoos<br />
gevestigd moest blijv<strong>en</strong>? Kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormers gepleit hebb<strong>en</strong>, dat ze onschuldig war<strong>en</strong><br />
aan het bloed van die hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> <strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die kracht<strong>en</strong>s <strong>de</strong>ze overe<strong>en</strong>komst hun lev<strong>en</strong><br />
in pauselike land<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> ? Dat zou in die besliss<strong>en</strong><strong>de</strong> ston<strong>de</strong> <strong>de</strong> zaak van het<br />
evangelie <strong>en</strong> <strong>de</strong> vrijheid van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid verrad<strong>en</strong> geweest zijn.” Liever wild<strong>en</strong> ze<br />
“alles, zelfs hun grondgebied, hun stat<strong>en</strong>, hun kron<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> t<strong>en</strong> offer br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.”<br />
“Laat ons dit <strong>de</strong>kreet verwerp<strong>en</strong>,” zeid<strong>en</strong> <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>. “In gewet<strong>en</strong>szak<strong>en</strong> heeft <strong>de</strong><br />
meer<strong>de</strong>rheid ge<strong>en</strong> macht.” De afge- vaardig<strong>en</strong> verklaard<strong>en</strong>: “We zijn aan het <strong>de</strong>kreet van<br />
1526 <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> verschuldigd, die het rijk g<strong>en</strong>iet, <strong>de</strong> op zij<strong>de</strong> zetting ervan zou Duitschland<br />
met moeite <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>eldhed<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong>. De Rijksdag heeft ge<strong>en</strong> macht, meer te do<strong>en</strong> dan<br />
godsdi<strong>en</strong>stvrijheid te verl<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, totdat er e<strong>en</strong> koncilie bije<strong>en</strong>komt.” Het is <strong>de</strong> plicht van <strong>de</strong><br />
137
staat, <strong>de</strong> vrijheid van het gewet<strong>en</strong> te bescherm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarme<strong>de</strong> eindigt zijn gezag in<br />
godsdi<strong>en</strong>st- zak<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re aardse regering, welke godsdi<strong>en</strong>stige verrichting<strong>en</strong> poogt te<br />
regel<strong>en</strong> of op te dring<strong>en</strong> door mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> burgerlike macht, br<strong>en</strong>gt het beginsel zelf t<strong>en</strong><br />
offer, waarvoor <strong>de</strong> evangeliese Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> met zoveel e<strong>de</strong>le moed gestred<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />
De Rooms<strong>en</strong> beslot<strong>en</strong>, wat ze “moedwillige hardnekkigheid” noemd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> kop in te<br />
drukk<strong>en</strong>. Ze begonn<strong>en</strong> met te tracht<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>ling te bewerk<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong><br />
Hervorming, <strong>en</strong> al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> vrees aan te jag<strong>en</strong>, die er zich niet op<strong>en</strong>lik v——r verklaard<br />
hadd<strong>en</strong>. De verteg<strong>en</strong>woordigers van <strong>de</strong> vrije sted<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>lik voor <strong>de</strong> Rijksdag<br />
gedaagd, <strong>en</strong> moest<strong>en</strong> daar verklar<strong>en</strong>, of ze zich schikk<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> bepaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
voorgestel<strong>de</strong> overe<strong>en</strong>komst. Ze pleitt<strong>en</strong> om uitstel, doch tevergeefs. To<strong>en</strong> het tot e<strong>en</strong><br />
beslissing kwam, koz<strong>en</strong> bijna <strong>de</strong> helft <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> hervormers. Zij, die aldus weigerd<strong>en</strong>,<br />
vrijheid van gewet<strong>en</strong> <strong>en</strong> het recht van eig<strong>en</strong> oor<strong>de</strong>el te lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>, wist<strong>en</strong> zeer goed, dat <strong>de</strong><br />
stelling, die ze innam<strong>en</strong>, hun voorwerp<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> van kritiek, veroor<strong>de</strong>ling <strong>en</strong> vervolging<br />
in <strong>de</strong> toekomst. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> afgevaardigd<strong>en</strong> liet zich uit: “We moet<strong>en</strong> —f Gods woord<br />
verlooch<strong>en</strong><strong>en</strong>, —f — verbrand word<strong>en</strong>.”<br />
Koning Ferdinand, die <strong>de</strong> keizer op <strong>de</strong> Rijksdag verteg<strong>en</strong>woordig<strong>de</strong>, zag in, dat het<br />
<strong>de</strong>kreet ernstige ver<strong>de</strong>eldheid zon veroorzak<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> bewog<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
het aan te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> erbij te berust<strong>en</strong>. Hij beproef<strong>de</strong> <strong>de</strong>rhalve <strong>de</strong> kunst van overred<strong>en</strong>, wel<br />
wet<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat bij zulke mann<strong>en</strong> geweld te gebruik<strong>en</strong>, hun besluit slechts te vaster zou mak<strong>en</strong>.<br />
Hij “smeekte <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, het <strong>de</strong>kreet aan te nem<strong>en</strong>, hun verzeker<strong>en</strong><strong>de</strong> dat zulk e<strong>en</strong> daad <strong>de</strong><br />
keizer groot g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> zou do<strong>en</strong>.” Deze trouwe mann<strong>en</strong> echter erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> e<strong>en</strong> macht bov<strong>en</strong><br />
die van aardse heersers, <strong>en</strong> antwoordd<strong>en</strong> met kalmte: “We zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> keizer in alles<br />
gehoorzam<strong>en</strong>, wat bevor<strong>de</strong>rlik kan zijn tot het behoud van <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> ere Gods.”<br />
De koning kondig<strong>de</strong> ein<strong>de</strong>lik t<strong>en</strong> aanhor<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Rijksdag aan <strong>de</strong> keurvorst <strong>en</strong> zijn<br />
vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> af, dat het <strong>de</strong>kreet “als e<strong>en</strong> keizerlik edikt stond afgekondigd te word<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> dat<br />
“het <strong>en</strong>ige, wat hun nu overbleef, was, zich aan <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>.” Aldus<br />
gezegd hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>, verliet hij <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hervormers geleg<strong>en</strong>heid te gev<strong>en</strong> tot<br />
bespreking of antwoord. “Tevergeefs zond<strong>en</strong> ze bod<strong>en</strong>, <strong>de</strong> koning smek<strong>en</strong><strong>de</strong> terug te kom<strong>en</strong>.”<br />
Op alles wat ze inbracht<strong>en</strong>, was zijn antwoord e<strong>en</strong>voudig: “Het is e<strong>en</strong> uitgemaakte zaak;<br />
on<strong>de</strong>rwerping is al wat overblijft.”<br />
De keizerlike partij hield er zich van overtuigd, dat <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>vorst<strong>en</strong> zich aan <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e Schrift zoud<strong>en</strong> vasthoud<strong>en</strong> als verhev<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike leerstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> ; <strong>en</strong> ze wist<strong>en</strong>, dat waar dit beginsel ook maar werd aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>de</strong> pauselike<br />
macht vroeger of later te niet zou gaan. Maar, gelijk duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> na h<strong>en</strong>, alle<strong>en</strong> zi<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong><br />
“ding<strong>en</strong>, die gezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,” vleid<strong>en</strong> ze zich dat <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> <strong>de</strong> keizer sterk, <strong>en</strong><br />
die van <strong>de</strong> hervormers zwak was. Hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormers op m<strong>en</strong>sehulp alle<strong>en</strong> vertrouwd, ze<br />
zoud<strong>en</strong> in werkelikheid zo krachteloos geweest zijn als <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> veron<strong>de</strong>rsteld<strong>en</strong>. Doch<br />
ofschoon weinig in getal, <strong>en</strong> met Rome twist<strong>en</strong>d, hadd<strong>en</strong> ze kracht. “Van het rapport van <strong>de</strong><br />
138
Rijksdag beriep<strong>en</strong> ze zich op het woord van God, <strong>en</strong> van keizer Karel op Jezus Christus, <strong>de</strong><br />
Koning <strong>de</strong>r koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> Heer <strong>de</strong>r her<strong>en</strong>.”<br />
Daar Ferdinand geweigerd had, zich over hun godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging te bekommer<strong>en</strong>,<br />
beslot<strong>en</strong> <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong>, zich niet aan zijn afwezigheid te stor<strong>en</strong>, maar hun Protest zon<strong>de</strong>r<br />
verwijl voor <strong>de</strong> nationale raad te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> plechtige verklaring werd <strong>de</strong>rhalve<br />
opgetrokk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> Rijksdag voor- gelegd: “Wij protester<strong>en</strong> hierbij v——r God, onze<br />
<strong>en</strong>ige Schepper, On<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>r, Verlosser <strong>en</strong> Heiland, <strong>en</strong> die e<strong>en</strong>maal onze Rechter wez<strong>en</strong> zal,<br />
zowel als v——r alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> schepsel<strong>en</strong>, dat wij, voor onszelv<strong>en</strong> <strong>en</strong> ons volk, noch onze<br />
toestemming gev<strong>en</strong> tot, noch ons op <strong>en</strong>igerlei wijze houd<strong>en</strong> aan het voorgestel<strong>de</strong> <strong>de</strong>kreet, in<br />
zo verre het strijdig is met God, met Zijn heilig woord, met ons goed gewet<strong>en</strong>, of met <strong>de</strong><br />
zaligheid van onze ziel<strong>en</strong>.”<br />
“Wat! zoud<strong>en</strong> wij dit edikt bevestig<strong>en</strong>? Zoud<strong>en</strong> we toe- gev<strong>en</strong>, dat, wanneer <strong>de</strong><br />
Almachtige iemand tot Zijn k<strong>en</strong>nis roept, die m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>snietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> die k<strong>en</strong>nis van God<br />
niet zou durv<strong>en</strong> omhelz<strong>en</strong>?” “Er is ge<strong>en</strong> ware leer, dan die zich richt naar het woord van<br />
God. ... De Heer verbiedt het on<strong>de</strong>rwijs van elke an<strong>de</strong>re leer ... De <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
door an<strong>de</strong>re <strong>en</strong> dui<strong>de</strong>liker tekst<strong>en</strong> verklaard word<strong>en</strong>; . . . dit heilige boek is in alle zak<strong>en</strong>, die<br />
voor <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong> nodig zijn, gemakkelik te verstaan, <strong>en</strong> geschikt om <strong>de</strong> duisternis op te<br />
klar<strong>en</strong>. We zijn door Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> tot het besluit gekom<strong>en</strong>, <strong>de</strong> zuivere prediking van Gods<br />
<strong>en</strong>ig woord, gelijk het in <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> van het Ou<strong>de</strong> <strong>en</strong> Nieuwe Testam<strong>en</strong>t is vervat, te<br />
on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r iets daartoe te voeg<strong>en</strong>, dat erme<strong>de</strong> in strijd is. Dit Woord alle<strong>en</strong> is <strong>de</strong><br />
waarheid; het is <strong>de</strong> zekere regel van alle leer <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kan nimmer fal<strong>en</strong> of ons misleid<strong>en</strong>.<br />
Hij, die op dit fondam<strong>en</strong>t bouwt, zal pal staan teg<strong>en</strong> al <strong>de</strong> macht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hel, terwijl al <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>selike ij<strong>de</strong>lhed<strong>en</strong>, die er zich teg<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>, vall<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> voor het aangezicht Gods.”<br />
“Om <strong>de</strong>ze red<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong> we het juk, dat ons wordt opgelegd.” “Tegelijkertijd<br />
verwacht<strong>en</strong> we, dat zijn keizerlike majesteit zich jeg<strong>en</strong>s ons gedrag<strong>en</strong> zal als e<strong>en</strong><br />
Christ<strong>en</strong>vorst, die God bov<strong>en</strong> alles liefheeft; <strong>en</strong> we verklar<strong>en</strong> ons gewillig hem, <strong>en</strong> ook u,<br />
g<strong>en</strong>adige her<strong>en</strong>, al die toeg<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> gehoorzaamheid te bewijz<strong>en</strong>, die onze<br />
rechtvaardige <strong>en</strong> wettige plicht zijn.” Dit maakte e<strong>en</strong> diepe indruk op <strong>de</strong> Rijksdag. De<br />
meer<strong>de</strong>rheid was vol verbazing <strong>en</strong> schrik over <strong>de</strong> stoutmoedigheid van <strong>de</strong> protester<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.<br />
De toekomst sche<strong>en</strong> hun stormachtig <strong>en</strong> onzeker toe. Ver<strong>de</strong>eldheid, twist <strong>en</strong> bloedvergieting<br />
sch<strong>en</strong><strong>en</strong> onvermij<strong>de</strong>lik. De hervormers echter, overtuigd van <strong>de</strong> rechtvaardigheid van hun<br />
zaak, <strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> arm <strong>de</strong>s Almachtig<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> “vol moed <strong>en</strong> standvastigheid.”<br />
“De beginsel<strong>en</strong>, in dit beroem<strong>de</strong> Protest vervat stell<strong>en</strong> het eig<strong>en</strong>like Protestantisme<br />
sam<strong>en</strong>. Dit Protest stelt zich teg<strong>en</strong> twee misbruik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in zak<strong>en</strong> van geloof: het<br />
eerste is het inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van <strong>de</strong> civiele rechter, <strong>en</strong> het twee<strong>de</strong> het eig<strong>en</strong>machtig gezag van <strong>de</strong><br />
kerk. In <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong>ze misbruik<strong>en</strong> stelt het Protestantisme <strong>de</strong> macht van het gewet<strong>en</strong><br />
bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechter, <strong>en</strong> het gezag van het woord van God bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> zichtbare kerk. In <strong>de</strong> eerste<br />
plaats verwerpt het <strong>de</strong> civiele macht in God<strong>de</strong>like aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> spreekt met <strong>de</strong><br />
139
profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong>: ‘Wij moet<strong>en</strong> God meer gehoorzam<strong>en</strong> dan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.’ In <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> kroon van Karel <strong>de</strong> Vijf<strong>de</strong>, houdt het <strong>de</strong> kroon van Jezus Christus<br />
omhoog. Maar het gaat nog ver<strong>de</strong>r: het legt als grondregel neer, dat alle m<strong>en</strong>selik on<strong>de</strong>rwijs<br />
on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong> moet zijn aan <strong>de</strong> uitsprak<strong>en</strong> Gods.” De protester<strong>en</strong>d<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong><br />
hun recht uitgesprok<strong>en</strong> om hun overtuiging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid vrijelik uit te sprek<strong>en</strong>. Ze<br />
zoud<strong>en</strong> niet slechts gelov<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>, maar ook ler<strong>en</strong> wat Gods woord zegt, <strong>en</strong> ze<br />
ontk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aan priesters of wereldlike overhed<strong>en</strong> het recht van h<strong>en</strong> daarin te hin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Het<br />
Protest van Spiers was e<strong>en</strong> plechtige verklaring teg<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige onverdraagzaamheid,<br />
<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bewering van het recht van alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> om God te aanbidd<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> inspraak<br />
van hun eig<strong>en</strong> gewet<strong>en</strong>.<br />
De verklaring was uitgesprok<strong>en</strong>. Hij stond in het geheug<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> van vele<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, waar ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selik pog<strong>en</strong> hem kon<br />
uitwiss<strong>en</strong>. Het ganse evangeliese Duitschland aanvaard<strong>de</strong> het Protest als <strong>de</strong> uitdrukking van<br />
zijn geloof. Alom hield m<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze verklaring voor e<strong>en</strong> belofte van e<strong>en</strong> nieuw <strong>en</strong> beter<br />
tijdperk. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> zei tot <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> van Spiers: “Moge <strong>de</strong> Almachtige, die u<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> verle<strong>en</strong>d heeft van e<strong>en</strong> krachtige, vrije <strong>en</strong> onbevrees<strong>de</strong> belijd<strong>en</strong>is af te legg<strong>en</strong>, u in<br />
diezelf<strong>de</strong> Christelike standvastigheid bewar<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>r eeuwigheid.” Had <strong>de</strong><br />
Hervorming, na met <strong>en</strong>ig goed gevolg bekroond te zijn geword<strong>en</strong>, erin toegestemd, toe te<br />
gev<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> gunst van <strong>de</strong> wereld te winn<strong>en</strong>, hij zou ontrouw geweest zijn aan God <strong>en</strong><br />
aan zichzelf, <strong>en</strong> alzo zijn eig<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rgang bewerkt hebb<strong>en</strong>. De on<strong>de</strong>rvinding van die e<strong>de</strong>le<br />
hervormers bevat e<strong>en</strong> les voor alle volg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong>.<br />
Satans wijze van God <strong>en</strong> Zijn Woord teg<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong> is niet veran<strong>de</strong>rd; hij is er nog<br />
ev<strong>en</strong>zeer teg<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> tot lev<strong>en</strong>sgids gemaakt word<strong>en</strong>, als in <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw. In<br />
onze tijd bestaat er e<strong>en</strong> grote afzwerving van die leer <strong>en</strong> voorschrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> is het nodig, terug<br />
te ker<strong>en</strong> tot het grote Protestantse beginsel,— <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel alle<strong>en</strong> als regel van<br />
geloof <strong>en</strong> wan<strong>de</strong>l. De Satan werkt nog altijd met alle mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> in zijn macht om<br />
godsdi<strong>en</strong>stvrijheid te verstor<strong>en</strong>. De antichris- telike macht, welke <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rtek<strong>en</strong>aars van het<br />
Protest van Spiers verwierp<strong>en</strong>,zoekt tans met vernieuw<strong>de</strong> ijver zijn verlor<strong>en</strong> oppergezag te<br />
herstell<strong>en</strong>. Hetzelf<strong>de</strong> getrouwe vasthoud<strong>en</strong> aan Gods Woord, dat t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van dat<br />
besliss<strong>en</strong><strong>de</strong> og<strong>en</strong>blik van <strong>de</strong> Hervorming aan <strong>de</strong> dag werd gelegd, vormt ook hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage<br />
nog het <strong>en</strong>ige uitzicht op hervorming. [D’Aubigné, boek 13, Kap. 6.]<br />
Er versch<strong>en</strong><strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van gevaar voor <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong>. Maar tev<strong>en</strong>s war<strong>en</strong> er bewijz<strong>en</strong>,<br />
dat Gods hand uitgestrekt was om <strong>de</strong> getrouw<strong>en</strong> te bescherm<strong>en</strong>. Het was omstreeks <strong>de</strong>ze tijd,<br />
dat “Melanchton zijn vri<strong>en</strong>d Simon Grynaeus door <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van Spiers he<strong>en</strong> haastig naar<br />
<strong>de</strong> Rijn geleid<strong>de</strong>, <strong>en</strong> er bij hem op aanhield, dat hij zon<strong>de</strong>r verwijl zou overstek<strong>en</strong>.<br />
Laatstg<strong>en</strong>oem<strong>de</strong> was verwon<strong>de</strong>rd over zulk e<strong>en</strong> overhaast vlucht<strong>en</strong>. Melanchton antwoord<strong>de</strong>:<br />
‘E<strong>en</strong> oud man met e<strong>en</strong> ernstig <strong>en</strong> plechtig uiterlik, maar die ik niet k<strong>en</strong>, versche<strong>en</strong> v——r<br />
mij <strong>en</strong> sprak: Binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> paar minut<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> er politiedi<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> door Ferdinand afgezond<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> om Grvnaeus te arrester<strong>en</strong>.’ ”<br />
140
Die dag was Grynaeus ontroerd geword<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> preek van Faber, e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
pausgezin<strong>de</strong> doktor, <strong>en</strong> ging aan het eind ervan met hem sprek<strong>en</strong> over het ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong> van<br />
“zekere afschuwelike dwaling<strong>en</strong>.” “Faber verborg zijn toorn, maar vervoeg<strong>de</strong> zich<br />
onmid<strong>de</strong>llik daarna bij <strong>de</strong> koning, <strong>en</strong> verkreeg van hem e<strong>en</strong> bevelschrift teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
onvoorzichtige professor van Hei<strong>de</strong>lberg. Melanchton twijfel<strong>de</strong> er niet aan, dat <strong>de</strong> Heer zijn<br />
vri<strong>en</strong>d gered had door hem e<strong>en</strong> van Zijn heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> te z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om hem te waarschuw<strong>en</strong>.<br />
“Onbeweeglik stond hij aan <strong>de</strong> oever van <strong>de</strong> Rijn, wacht<strong>en</strong><strong>de</strong> tot <strong>de</strong> water<strong>en</strong> van die rivier<br />
Grynaeus gered zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> van zijn vervolgers. ‘Ein<strong>de</strong>lik.’ riep Melanchton uit, to<strong>en</strong> hij<br />
hem aan <strong>de</strong> overzij<strong>de</strong> zag, ‘ein<strong>de</strong>lik is hij ontrukt aan <strong>de</strong> wre<strong>de</strong> kak<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die naar<br />
zijn onschuldig bloed dorst<strong>en</strong>.’ To<strong>en</strong> hij in zijn huis terugkwam, vernam Melanchton, dat<br />
gerechtsdi<strong>en</strong>aars het van bov<strong>en</strong> tot b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> nagezocht hadd<strong>en</strong> om Grynaeus te vind<strong>en</strong>.”<br />
De Hervorming moest meer on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> aandacht gebracht word<strong>en</strong> van <strong>de</strong> machtig<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Koning Ferdinand had geweigerd, <strong>de</strong> evangeliese vorst<strong>en</strong> te hor<strong>en</strong>; maar ze<br />
zoud<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid krijg<strong>en</strong> om hun zaak in teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> keizer <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verzamel<strong>de</strong> rijksgrot<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoogge- plaatst<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kerk op<strong>en</strong> te legg<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong><br />
ver<strong>de</strong>eldhed<strong>en</strong>, welke het keizerrijk beroerd<strong>en</strong>, te still<strong>en</strong>, riep keizer Karel V. in het jaar, dat<br />
op het Protest van Spiers volg<strong>de</strong>, e<strong>en</strong> Rijksdag bije<strong>en</strong> te Augsburg, waarover hij bek<strong>en</strong>d<br />
maakte zelf voornem<strong>en</strong>s te zijn te presi<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Daarhe<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Protestantse<br />
woordvoer<strong>de</strong>rs gedagvaard.<br />
De Hervorming werd door grote gevar<strong>en</strong> bedreigd; doch <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs ervan<br />
vertrouwd<strong>en</strong> hun zaak, gelijk tevor<strong>en</strong>, aan God toe, <strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> zich om pal te staan voor<br />
het evangelie. De keurvorst van Saks<strong>en</strong> werd door zijn raadslied<strong>en</strong> sterk aangerad<strong>en</strong>, niet op<br />
<strong>de</strong> Rijksdag te verschijn<strong>en</strong>. De keizer, me<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze, wil<strong>de</strong> <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> daar bij elkan<strong>de</strong>r<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, om h<strong>en</strong> in <strong>de</strong> strik te lokk<strong>en</strong>. “Betek<strong>en</strong>t het niet, alles op het spel te zett<strong>en</strong>, door<br />
zich binn<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> stad met e<strong>en</strong> machtige vijand op te sluit<strong>en</strong>?” An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> echter<br />
verklaard<strong>en</strong> grootmoedig: “Laat <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> zich slechts moedig gedrag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Gods zaak is<br />
gered.” “God is getrouw; Hij zal ons niet begev<strong>en</strong>,” sprak Luther. De keurvorst vertrok met<br />
zijn gevolg naar Augsburg. All<strong>en</strong> k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong>, die hem bedreigd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> ging<strong>en</strong><br />
er met e<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> gelaat <strong>en</strong> onrustig hart he<strong>en</strong>. Maar Luther — die h<strong>en</strong> tot Coburg<br />
vergezel<strong>de</strong>, verlev<strong>en</strong>dig<strong>de</strong> hun verflauw<strong>en</strong>d geloof door het zing<strong>en</strong> van het lied, dat hij op<br />
die reis schreef: “E<strong>en</strong> vaste burg is onze God.” Bij het aanhor<strong>en</strong> van die beziel<strong>en</strong><strong>de</strong> klank<strong>en</strong><br />
werd het angstige voorgevoel van vel<strong>en</strong> wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong>ig bezwaard hart verlicht.<br />
De hervorm<strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> war<strong>en</strong> overe<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong>, hun gevoel<strong>en</strong>s in stelselmatige vorm,<br />
met het getuig<strong>en</strong>is van do Schrift erbij, aan <strong>de</strong> Rijksdag voor te legg<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> taak van het<br />
opstell<strong>en</strong> daarvan werd aan Luther, Melanchton <strong>en</strong> hun me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> toevertrouwd. Deze<br />
belijd<strong>en</strong>is werd door <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als uitdrukking van hun geloof, <strong>en</strong> ze<br />
kwam<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> om het belangrijke stuk te on<strong>de</strong>rtek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Het was e<strong>en</strong> ernstige <strong>en</strong> zware<br />
tijd. De hervormers war<strong>en</strong> erop gesteld, dat hun zaak niet zou verward word<strong>en</strong> met politieke<br />
vraagstukk<strong>en</strong>; ze gevoeld<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Hervorming ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re invloed behoor<strong>de</strong> uit te<br />
141
oef<strong>en</strong><strong>en</strong> dan die, welke het Woord van God doet geld<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christelike vorst<strong>en</strong> naar<br />
vor<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Geloofsbelijd<strong>en</strong>is te tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, trad Melanchton in het midd<strong>en</strong> met <strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong>: “Het is het werk van <strong>de</strong> godgeleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> lerar<strong>en</strong>, <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> voor te stell<strong>en</strong>; laat<br />
ons het gezag van <strong>de</strong> machtig<strong>en</strong> <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> bewar<strong>en</strong> voor an<strong>de</strong>re zak<strong>en</strong>.” “Dat zij verre,”<br />
antwoord<strong>de</strong> Johan van Saks<strong>en</strong>, “dat ge mij zoudt buit<strong>en</strong>sluit<strong>en</strong>. Ik heb mij voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te<br />
do<strong>en</strong> wat recht is, zon<strong>de</strong>r me om mijn kroon te bekommer<strong>en</strong>. Ik begeer, <strong>de</strong> Heer te belijd<strong>en</strong>.<br />
Mijn keurvor- stelike hoed <strong>en</strong> kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zijn me min<strong>de</strong>r kostbaar dan het kruis van Jezus<br />
Christus.” Met die woord<strong>en</strong> schreef hij zijn handtek<strong>en</strong>ing ne<strong>de</strong>r. E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re vorst sprak,<br />
terwijl hij <strong>de</strong> p<strong>en</strong> opnam: “Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> eer van mijn Heer Jezus Christus het eist, b<strong>en</strong> ik<br />
gereed, . . . mijn goe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> lev<strong>en</strong> achter te lat<strong>en</strong>.” “Liever ontzeg ik mijzelf mijn<br />
on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> <strong>en</strong> stat<strong>en</strong>, liever verlaat ik <strong>de</strong> grond van mijn va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> staf in <strong>de</strong> hand,”<br />
ging hij voort, “dan <strong>en</strong>ige an<strong>de</strong>re leer aan te nem<strong>en</strong>, dan die in <strong>de</strong>ze Belijd<strong>en</strong>is vervat is.”<br />
Zodanig was het geloof <strong>en</strong> <strong>de</strong> stoutmoedigheid van die Godsmann<strong>en</strong>.<br />
De bepaal<strong>de</strong> tijd brak aan om voor <strong>de</strong> keizer te verschijn<strong>en</strong>. Karel V., op zijn troon<br />
gezet<strong>en</strong>, omringd door <strong>de</strong> keurvorst<strong>en</strong> <strong>en</strong> prins<strong>en</strong>, gaf <strong>de</strong> Protestantse hervormers<br />
geleg<strong>en</strong>heid, om zich uit te sprek<strong>en</strong>. De belijd<strong>en</strong>is van hun geloof werd voorgelez<strong>en</strong>. In die<br />
hoge verga<strong>de</strong>ring werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van het evangelie dui<strong>de</strong>lik uite<strong>en</strong>gezet, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pauselike kerk aangewez<strong>en</strong>. Met recht is die dag g<strong>en</strong>oemd geword<strong>en</strong> “<strong>de</strong><br />
grootste dag van <strong>de</strong> Hervorming, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> roemrijkste in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van het<br />
Christ<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> het m<strong>en</strong>selik geslacht. “<br />
Slechts weinige jar<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voorbijgegaan, se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> monnik van Witt<strong>en</strong>berg te Worms<br />
alle<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> nationale raad stond. Nu stond<strong>en</strong> in zijn plaats <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste <strong>en</strong> machtigste<br />
vorst<strong>en</strong> van het rijk. Het was Luther verbod<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>, te Augsburg te verschijn<strong>en</strong>, maar<br />
hij was er teg<strong>en</strong>woordig geweest met zijn woord<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebed<strong>en</strong>. “Ik tril van vreug<strong>de</strong>,”<br />
schreef hij, “dat ik dit uur heb mog<strong>en</strong> belev<strong>en</strong>, waarin Christus in het op<strong>en</strong>baar beled<strong>en</strong> is<br />
door zulke hooge<strong>de</strong>le mann<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in zulk e<strong>en</strong> schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring.” Hierin is vervuld<br />
geword<strong>en</strong> wat <strong>de</strong> Schrift zegt: “Ik zal voor koning<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> van uw getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>.”<br />
In <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Paulus werd het evangelie, voor hetwelk hij e<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>e was, op<br />
gelijke wijze voor <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> keizerstad gebracht. Zo ook werd bij <strong>de</strong>ze<br />
geleg<strong>en</strong>heid, “wat <strong>de</strong> keizer verbod<strong>en</strong> had van <strong>de</strong> kansel te predik<strong>en</strong>, in het paleis<br />
verkondigd; wat vel<strong>en</strong> beschouwd hadd<strong>en</strong> als niet pass<strong>en</strong>d, dat di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> er naar<br />
luister<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>, werd met verbazing door <strong>de</strong> meesters <strong>en</strong> her<strong>en</strong> van het keizerrijk<br />
aangehoord. Koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> hooggeplaatst<strong>en</strong> vormd<strong>en</strong> het gehoor, gekroon<strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> predikers, <strong>en</strong> <strong>de</strong> preek was <strong>de</strong> koninklike waarheid Gods.” “Sinds <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
apostel<strong>en</strong>,” zegt e<strong>en</strong> zeker schrijver, “is er nooit e<strong>en</strong> groter werk, e<strong>en</strong> heerliker belijd<strong>en</strong>is<br />
gedaan.”<br />
“Alles wat <strong>de</strong> Lutheran<strong>en</strong> gezegd hebb<strong>en</strong>, is waar, <strong>en</strong> we kunn<strong>en</strong> het niet looch<strong>en</strong><strong>en</strong>,”<br />
verklaar<strong>de</strong> e<strong>en</strong> pauselike bisschop. “Kunt ge met gezon<strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> belijd<strong>en</strong>is van <strong>de</strong><br />
142
keurvorst <strong>en</strong> zijn verbond<strong>en</strong><strong>en</strong> weerlegg<strong>en</strong>?” vroeg e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r aan Doktor Eck. “Niet met <strong>de</strong><br />
geschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> <strong>en</strong> profet<strong>en</strong>,” was het antwoord; “maar met die van <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> koncilieën wel.” “Ik versta dus,” hernam <strong>de</strong> vrager, “dat volg<strong>en</strong>s u <strong>de</strong> Lutheran<strong>en</strong> op<br />
<strong>de</strong> Schrift staan, <strong>en</strong> wij staan er buit<strong>en</strong>.” Sommige Duitse vorst<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong> voor<br />
het hervorm<strong>de</strong> geloof. De keizer zelf verklaar<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> Protestantse artikel<strong>en</strong> niets dan <strong>de</strong><br />
waarheid war<strong>en</strong>. De Belijd<strong>en</strong>is werd in vele tal<strong>en</strong> overgezet, <strong>en</strong> door gans Europa verspreid,<br />
<strong>en</strong> is in volg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> door miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als uitdrukking van hun geloof. Gods<br />
getrouwe di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> arbeidd<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong>. Terwijl “overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> macht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
geestelike booshed<strong>en</strong> in <strong>de</strong> lucht” zich teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>, verliet God Zijn volk niet.<br />
Kond<strong>en</strong> hun og<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d geword<strong>en</strong> zijn, ze zoud<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik blijk van <strong>de</strong><br />
God<strong>de</strong>like teg<strong>en</strong>woordigheid <strong>en</strong> hulp aanschouwd hebb<strong>en</strong>, als aan <strong>de</strong> profeet van ouds<br />
gegund werd. To<strong>en</strong> Eliza’s di<strong>en</strong>stknecht zijn meester op het vijan<strong>de</strong>like leger wees, dat h<strong>en</strong><br />
omring<strong>de</strong>, <strong>en</strong> alle kans op ontvluchting afsneed, bad <strong>de</strong> profeet: “Heer, op<strong>en</strong> toch zijn og<strong>en</strong>,<br />
dat hij zie.” En ziet, <strong>de</strong> berg was vol vurige wag<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> paard<strong>en</strong>, het heirleger <strong>de</strong>s hemels,<br />
daar geplaatst om <strong>de</strong> man Gods te bescherm<strong>en</strong>.<br />
Alzo ook waakt<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> over <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die aan <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> Hervorming<br />
arbeidd<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong>, waarop Luther het sterkst aandrong, was, dat er ge<strong>en</strong><br />
wereldlike macht tot steun van <strong>de</strong> Hervorming zou aangew<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> niet naar <strong>de</strong><br />
wap<strong>en</strong><strong>en</strong> zou grijp<strong>en</strong> ter ver<strong>de</strong>diging ervan. Hij verheug<strong>de</strong> er zich in, dat het evangelie door<br />
rijksvorst<strong>en</strong> werd beled<strong>en</strong>; maar to<strong>en</strong> ze voorsteld<strong>en</strong>, zich met elkan<strong>de</strong>r te verbind<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />
ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>d verbond, verklaar<strong>de</strong> hij dat “<strong>de</strong> leer van het evangelie door God alle<strong>en</strong> moest<br />
ver<strong>de</strong>digd word<strong>en</strong>.. . Hoe min<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zich met dat werk inliet, hoe krachtiger Gods<br />
tuss<strong>en</strong>komst zou zijn t<strong>en</strong> behoeve ervan. Al <strong>de</strong> voorgestel<strong>de</strong> staatkundige<br />
voorzorgsmaatregel<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s zijn inzicht, toe te schrijv<strong>en</strong> aan onwaardige vrees <strong>en</strong><br />
zondig wantrouw<strong>en</strong>.” To<strong>en</strong> machtige vijand<strong>en</strong> zich verbond<strong>en</strong> om het hervorm<strong>de</strong> geloof<br />
omver te werp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het sche<strong>en</strong>, alsof er spoedig duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zwaard<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, schreef Luther: “Satan is aan het woed<strong>en</strong>; god<strong>de</strong>loze opperpriesters<br />
raadslag<strong>en</strong> te zam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we word<strong>en</strong> met oorlog bedreigd. Vermaant het volk ernstig, in het<br />
gelovig gebed voor Gods troon te worstel<strong>en</strong>, zodat onze teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs, door Gods Geest<br />
overmand, tot vre<strong>de</strong> gedwong<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.Onze dring<strong>en</strong>dste behoefte, ons<br />
voornaamste werk, is bidd<strong>en</strong>; laat 2 Kon. 6:17. 3D’Aubigné, boek 10, Kap. 14 (Lond<strong>en</strong>se<br />
ed.). het volk wet<strong>en</strong>, dat ze in <strong>de</strong>ze ure blootgesteld zijn aan <strong>de</strong> scherpte van het zwaard <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Satan, <strong>en</strong> laat h<strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>.”<br />
Later, nog e<strong>en</strong>maal terugkom<strong>en</strong><strong>de</strong> op het verbond, dat <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />
will<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong>, verklaar<strong>de</strong> hij, dat het <strong>en</strong>ige wap<strong>en</strong>, dat in <strong>de</strong>ze strijd gebruikt moest word<strong>en</strong>,<br />
“het zwaard <strong>de</strong>s Geestes” was. Hij schreef aan <strong>de</strong> keurvorst van Saks<strong>en</strong> : “We kunn<strong>en</strong> op<br />
ons gewet<strong>en</strong> af het voorgestel<strong>de</strong> verbond niet goedkeur<strong>en</strong>. We zoud<strong>en</strong> liever ti<strong>en</strong> dod<strong>en</strong><br />
sterv<strong>en</strong>, dan te zi<strong>en</strong> dat ons evangelie oorzaak zou word<strong>en</strong> voor het vergiet<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />
droppel bloed. Het past ons, ons als slachtschap<strong>en</strong> te gedrag<strong>en</strong>. Het kruis van Christus moet<br />
143
gedrag<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Laat Uw Hoogheid ge<strong>en</strong> vrees voed<strong>en</strong>. We zull<strong>en</strong> met onze gebed<strong>en</strong> meer<br />
do<strong>en</strong> dan al onze vijand<strong>en</strong> met hun grootsprek<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong>lik, laat Uw hand<strong>en</strong> niet bevlekt<br />
word<strong>en</strong> met het bloed van Uw broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> keizer eist, dat we overgeleverd zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> aan zijn rechtbank<strong>en</strong>, we zijn gereed, te verschijn<strong>en</strong>. Gij kunt ons geloof niet<br />
ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong> ; elke<strong>en</strong> moet gelov<strong>en</strong> op zijn eig<strong>en</strong> gevaar af.”<br />
Uit het stille bidvertrek kwam <strong>de</strong> macht voort, die tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Grote Hervorming <strong>de</strong><br />
wereld in roer zette. Daar zett<strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> met heilige kalmte hun voet<br />
op <strong>de</strong> rots van Zijn beloft<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> strijd te Augsburg “liet Luther niet na, elke dag<br />
drie ur<strong>en</strong> in het gebed door te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat nog wel ur<strong>en</strong> welke hij afnam van die het<br />
meest geschikt war<strong>en</strong> voor studie.” In <strong>de</strong> e<strong>en</strong>zaamheid van zijn kamer hoor<strong>de</strong> m<strong>en</strong> hem zijn<br />
ziel uitstort<strong>en</strong> voor God in woord<strong>en</strong> “vol aanbidding, vrees <strong>en</strong> hoop, gelijk als iemand tot<br />
e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d spreekt.” “Ik weet, dat Gij onze Va<strong>de</strong>r zijt <strong>en</strong> onze God,” sprak hij, “<strong>en</strong> dat Gij <strong>de</strong><br />
vervolgers van Uw kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zult verstrooi<strong>en</strong>; want Gij zijt zelf met ons in gevaar. Deze<br />
gehele zaak is <strong>de</strong> Uwe, <strong>en</strong> het is alle<strong>en</strong> omdat Gij ons dwingt, dat wij er onze hand aan slaan.<br />
Ver<strong>de</strong>dig ons dan, o Va<strong>de</strong>r!”<br />
Aan Melanchton, die verpletterd was on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> last van zorg <strong>en</strong> vrees, schreef hij:<br />
“G<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> in Christus! — In Christus, zeg ik, <strong>en</strong> niet in <strong>de</strong> wereld. Am<strong>en</strong>! Ik haat<br />
met e<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> haat die overgrote zorg<strong>en</strong>, die u verter<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaak e<strong>en</strong><br />
onrechtvaardige is, geef hem dan op; indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaak rechtvaardig is, waarom zoud<strong>en</strong> we <strong>de</strong><br />
beloft<strong>en</strong> tot leug<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van Hem, die ons beveelt zon<strong>de</strong>r vrees te slap<strong>en</strong>? . . . Christus zal<br />
zich voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong> voor het werk van rechtvaardigheid <strong>en</strong> waarheid. Hij leeft, Hij<br />
regeert; wat voor vrees kunn<strong>en</strong> we dan koester<strong>en</strong>?”<br />
God hoor<strong>de</strong> in<strong>de</strong>rdaad naar het geroep van Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>. Hij gaf prins<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
lerar<strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> moed om <strong>de</strong> waarheid te handhav<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> <strong>de</strong>r duisternis<br />
van <strong>de</strong>ze wereld. De Heer zegt: “Ziet, Ik leg in Zion e<strong>en</strong> uiterste hoekste<strong>en</strong>, die uitverkor<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> dierbaar is, <strong>en</strong> die in Hem gelooft, zal niet beschaamd word<strong>en</strong>.” De Protestantse<br />
hervormers hadd<strong>en</strong> op Christus gebouwd, <strong>en</strong> <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hel kond<strong>en</strong> h<strong>en</strong> niet<br />
overweldig<strong>en</strong>.<br />
144
Hoofdstuk 12 — De Hervorming in Frankrijk<br />
Het Protest van Spiers <strong>en</strong> <strong>de</strong> Augsburgse Konfessie, welke <strong>de</strong> triomf van <strong>de</strong> Hervorming<br />
in Duitschland k<strong>en</strong>merkt<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> gevolgd door jar<strong>en</strong> van strijd <strong>en</strong> donkerheid. Verzwakt<br />
door ver<strong>de</strong>eldhed<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> me<strong>de</strong>stan<strong>de</strong>rs ervan, <strong>en</strong> door machtige vijand<strong>en</strong> aangevall<strong>en</strong>,<br />
sche<strong>en</strong> het Protestantisme gedoemd om geheel <strong>en</strong> al uitgeroeid te word<strong>en</strong>. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
verzegeld<strong>en</strong> hun getuig<strong>en</strong>is met hun bloed. Burgeroorlog brak uit; <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong><br />
Protestant<strong>en</strong> werd door e<strong>en</strong> van zijn voornaamste aanhangers verrad<strong>en</strong>; <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lst<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
hervorm<strong>de</strong> prins<strong>en</strong> viel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> keizer, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>en</strong>e stad<br />
naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re gesleept. Maar op het og<strong>en</strong>blik van zijn schijnbare triomf leed <strong>de</strong> keizer e<strong>en</strong><br />
ne<strong>de</strong>rlaag. Hij zag zich <strong>de</strong> prooi uit <strong>de</strong> hand gerukt, <strong>en</strong> werd t<strong>en</strong> slotte g<strong>en</strong>oodzaakt, <strong>de</strong> leer<br />
te duld<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vernietiging waarvan <strong>de</strong> eerzucht van zijn lev<strong>en</strong> geweest was. Hij had zijn rijk,<br />
zijn schatt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelfs zijn lev<strong>en</strong> op het spel gezet, om <strong>de</strong> ketterij uit te roei<strong>en</strong>. Nu zag hij zijn<br />
legers door <strong>de</strong> strijd vernield, nu was zijn schatkist ledig, nu bedreig<strong>de</strong> opstand zijn vele<br />
koninkrijk<strong>en</strong>; terwijl het geloof, dat hij tevergeefs had tracht<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>, zich overal<br />
verbreid<strong>de</strong>. Karel V. had teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> alvermog<strong>en</strong><strong>de</strong> macht gekampt. God had gezegd, “Daar<br />
zij licht,” maar <strong>de</strong> keizer had getracht, <strong>de</strong> duisternis onverstoord te lat<strong>en</strong>. Zijn plann<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
mislukt, <strong>en</strong>, oud v——r zijn tijd, uitgeput door <strong>de</strong> lange strijd, <strong>de</strong>ed hij afstand van <strong>de</strong> troon,<br />
<strong>en</strong> trok zich in e<strong>en</strong> klooster terug.<br />
In Zwitserland, zowel als in Duitschland, brak<strong>en</strong> er donkere dag<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> Hervorming<br />
aan. Terwijl in vele kantons het hervorm<strong>de</strong> geloof werd aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, blev<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re met<br />
blin<strong>de</strong> hardnekkigheid aan het geloof van Rome hang<strong>en</strong>. Hun vervolging van h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
waarheid w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>, gaf ein<strong>de</strong>lik aanleiding tot burgeroorlog. Zwingli <strong>en</strong> vel<strong>en</strong>,<br />
die hem bijgestaan hadd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Hervorming, viel<strong>en</strong> op het bloedige slagveld van Cappel.<br />
Oecolampadius stierf spoedig daarna, overstelpt door <strong>de</strong>ze vreselike onheil<strong>en</strong>. Rome<br />
triomfeer<strong>de</strong>, <strong>en</strong> sche<strong>en</strong> op vele plaats<strong>en</strong> alles te zull<strong>en</strong> herwinn<strong>en</strong>, wat het verlor<strong>en</strong> had.<br />
Maar Hij, wi<strong>en</strong>s raadslag<strong>en</strong> van eeuwigheid zijn, had Zijn zaak noch Zijn volk verlat<strong>en</strong>. Zijn<br />
hand zou hun verlossing br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. In an<strong>de</strong>re land<strong>en</strong> had Hij arbei<strong>de</strong>rs verwekt, die <strong>de</strong><br />
Hervorming zoud<strong>en</strong> voortzett<strong>en</strong>.<br />
In Frankrijk was <strong>de</strong> dag reeds begonn<strong>en</strong> te licht<strong>en</strong>, voordat Luthers naam als die van e<strong>en</strong><br />
hervormer vernom<strong>en</strong> was. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong>, die het licht aanschouwd<strong>en</strong>, was <strong>de</strong> ou<strong>de</strong><br />
Lefèvre, e<strong>en</strong> man van uitgebrei<strong>de</strong> geleerdheid, professor aan <strong>de</strong> Universiteit te Parijs, <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
oprecht <strong>en</strong> ijverig pausgezin<strong>de</strong>. Bij zijn nasporing<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> litteratuur vestig<strong>de</strong> zich zijn<br />
aandacht op <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> hij voer<strong>de</strong> <strong>de</strong> studie ervan on<strong>de</strong>r zijn stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in. Lefèvre was<br />
e<strong>en</strong> ijverig aanbid<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> had het schrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong><br />
heilig<strong>en</strong> <strong>en</strong> marte-lar<strong>en</strong> op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, gelijk die in <strong>de</strong> leg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Kerk aangegev<strong>en</strong><br />
is. Dit was e<strong>en</strong> werk, dat grote arbeid vereiste, maar hij had er reeds aanmerkelike<br />
vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> me<strong>de</strong> gemaakt, to<strong>en</strong> hij, d<strong>en</strong>k<strong>en</strong><strong>de</strong> dat <strong>de</strong> Bijbel hem nuttige hulp zou kunn<strong>en</strong><br />
145
verl<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>de</strong>ze met dat doel begon te bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Hier vond hij in<strong>de</strong>rdaad heilig<strong>en</strong><br />
beschrev<strong>en</strong>, maar niet zul- k<strong>en</strong>, als in <strong>de</strong> Roomse kal<strong>en</strong><strong>de</strong>r voorkwam<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> stroom van<br />
God<strong>de</strong>lik licht baan<strong>de</strong> zich e<strong>en</strong> weg tot zijn ziel. Met ver-won<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> verachting keer<strong>de</strong><br />
hij zich af van <strong>de</strong> taak, die hij zichzelf had opgelegd, <strong>en</strong> wijd<strong>de</strong> zich aan Gods woord. Het<br />
duur<strong>de</strong> niet lang, of hij begon <strong>de</strong> kostbare waarhed<strong>en</strong>, die hij daarin ont<strong>de</strong>kte, te<br />
on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>.<br />
In 1512, v——r nog Luther of Zwingli het werk van <strong>de</strong> hervorming had begonn<strong>en</strong>,<br />
schreef Lefèvre: “Het is Gods werk, die ons door het geloof die gerechtigheid sch<strong>en</strong>kt,<br />
welke alle<strong>en</strong> ons door g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> rechtvaardigt t<strong>en</strong> eeuwig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>.” Peinz<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong><br />
geheim<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verlossing, riep hij uit, “O, <strong>de</strong> onuitsprekelike grootheid van die<br />
verwisseling,— <strong>de</strong> Zon<strong>de</strong>loze wordt veroor<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> hij, die schuldig is, gaat vrij; <strong>de</strong> Zeg<strong>en</strong><br />
draagt <strong>de</strong> vloek, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gevloekte wordt gezeg<strong>en</strong>d ; het Lev<strong>en</strong> sterft, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>; <strong>de</strong><br />
Heerlikheid wordt in duisternis gehuld, <strong>en</strong> hij, die niets dan beschaamheid <strong>de</strong>s aangezichts<br />
k<strong>en</strong><strong>de</strong>, wordt met heerlikheid bekleed.”<br />
En terwijl hij leer<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> eer van <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> behoud alle<strong>en</strong> aan God toekomt,<br />
verklaar<strong>de</strong> hij tev<strong>en</strong>s, dat op <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong> plicht van gehoorzaamheid rust. “Indi<strong>en</strong> ge e<strong>en</strong> lid<br />
zijt van <strong>de</strong> kerk van Christus,” zei hij, “zo zijt ge e<strong>en</strong> lid van Zijn lichaam; indi<strong>en</strong> ge van<br />
Zijn lichaam zijt, zo zijt ge vol van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like natuur. ... O, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich dit<br />
voorrecht maar kond<strong>en</strong> ind<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, hoe rein, kuis <strong>en</strong> heilig zoud<strong>en</strong> ze lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoe<br />
verachtelik, vergelek<strong>en</strong> met <strong>de</strong> heerlikheid in zichzelv<strong>en</strong>,— die heerlikheid, welke het<br />
vleselik oog niet zi<strong>en</strong> kan,— zoud<strong>en</strong> ze al <strong>de</strong> heerlikheid van <strong>de</strong>ze wereld rek<strong>en</strong><strong>en</strong>. “<br />
Er war<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r Lefèvre’s stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die met gretigheid naar zijn woord<strong>en</strong><br />
luisterd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die, lang nadat <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> leermeester verstomd zou zijn, voortgaan<br />
zoud<strong>en</strong> met <strong>de</strong> waarheid te verkondig<strong>en</strong>. Eén van die was Willem Farel. De zoon van<br />
godvruchtige ou<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> opgevoed tot onbeperkt vertrouw<strong>en</strong> in <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> kerk, kon hij<br />
met <strong>de</strong> apostel Paulus van zichzelf gezegd hebb<strong>en</strong>, dat hij “naar <strong>de</strong> bescheid<strong>en</strong>ste sekte van<br />
zijn godsdi<strong>en</strong>st, als e<strong>en</strong> Farizeër geleefd had.” E<strong>en</strong> toegewijd aanhanger van Rome, brand<strong>de</strong><br />
hij van ijver om all<strong>en</strong>, die zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk durfd<strong>en</strong> verzett<strong>en</strong>, te vernietig<strong>en</strong>. “Ik knarste<br />
op mijn tand<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> woed<strong>en</strong><strong>de</strong> wolf,” zei hij later, doel<strong>en</strong><strong>de</strong> op dit tijdperk van zijn lev<strong>en</strong>,<br />
“wanneer ik iemand teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus hoor<strong>de</strong> sprek<strong>en</strong>.” Hij was onvermoeid geweest in zijn<br />
aanbidding van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>, was in het gezelschap van Lefèvre <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van Parijs rond<br />
gegaan, had bij <strong>de</strong> altar<strong>en</strong> aangebed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong> <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> met gift<strong>en</strong> vereerd. Maar<br />
<strong>de</strong>ze kerkelike gebruik<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> zijn ziel ge<strong>en</strong> vre<strong>de</strong> aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Overtuiging van zon<strong>de</strong><br />
begon hem te drukk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wat boetedo<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> hij ook verrichtte, hij slaag<strong>de</strong> er niet in, om<br />
die weg te krijg<strong>en</strong>. Als naar e<strong>en</strong> stem uit <strong>de</strong> hemel luister<strong>de</strong> hij naar <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong><br />
hervormer: “De zaligheid is uit g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>.” “De Onschuldige is veroor<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> <strong>de</strong> overtre<strong>de</strong>r<br />
vrijgesprok<strong>en</strong>.” “Het is alle<strong>en</strong> het kruis van Christus, dat <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels op<strong>en</strong>t, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
poort<strong>en</strong> <strong>de</strong>r hel sluit.”<br />
146
Farel nam met vreug<strong>de</strong> <strong>de</strong> waarheid aan. Door e<strong>en</strong> bekering, op die van Paulus gelijk<strong>en</strong>d,<br />
keer<strong>de</strong> hij zich van <strong>de</strong> slavernij Van <strong>de</strong> overlevering tot <strong>de</strong> vrijheid van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods.<br />
“In plaats van met het. moordzuchtige hart van e<strong>en</strong> verslind<strong>en</strong><strong>de</strong> wolf, kwam hij terug,” zei<br />
hij, “rustig als e<strong>en</strong> zacht <strong>en</strong> schul<strong>de</strong>loos lam, met zijn hart volkom<strong>en</strong> afgetrokk<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
paus, <strong>en</strong> aan Jezus Christus overgegev<strong>en</strong>.” Terwijl Lefèvre <strong>de</strong> verbreiding van het licht<br />
on<strong>de</strong>r zijn stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voortzette, ging Farel, ev<strong>en</strong> ijverig in <strong>de</strong> zaak van Christus als hij<br />
geweest was in die van <strong>de</strong> paus, uit om <strong>de</strong> waarheid in het publiek te verkondig<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> hoge<br />
geestelike van <strong>de</strong> kerk, <strong>de</strong> bisschop van Meaux, voeg<strong>de</strong> zich spoedig bij hem. An<strong>de</strong>re<br />
lerar<strong>en</strong>, die hoog stond<strong>en</strong> aangeschrev<strong>en</strong> om hun bekwaamheid <strong>en</strong> geleerdheid, hielp<strong>en</strong><br />
me<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> verkondiging van het evangelie, <strong>en</strong> het won zich aanhangers on<strong>de</strong>r alle klass<strong>en</strong>,<br />
van <strong>de</strong> woning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> werklied<strong>en</strong> <strong>en</strong> boer<strong>en</strong> af, tot in het paleis van <strong>de</strong> koning toe. De<br />
zuster van Frans I., to<strong>en</strong>tertijd <strong>de</strong> reger<strong>en</strong><strong>de</strong> vorst, omhels<strong>de</strong> het hervorm<strong>de</strong> geloof. De<br />
koning zelf, <strong>en</strong> <strong>de</strong> koninginmoe<strong>de</strong>r, sch<strong>en</strong><strong>en</strong> het e<strong>en</strong> tijdlang gunstig gezind, <strong>en</strong> vol hoop<br />
zag<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormers uit naar <strong>de</strong> dag, wanneer Frankrijk voor het evangelie zou gewonn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>.<br />
Maar hun hoop zou niet word<strong>en</strong> verwez<strong>en</strong>likt. Beproeving <strong>en</strong> vervolging wachtt<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
discipel<strong>en</strong> van Christus. Dit was echter g<strong>en</strong>adig verborg<strong>en</strong> voor hun og<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> tijd van<br />
vre<strong>de</strong> ging eraan vooraf, opdat ze kracht zoud<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>r<strong>en</strong> om <strong>de</strong> storm te weerstaan; <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Hervorming maakte snelle vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong>. De bisschop van Meaux arbeid<strong>de</strong> ijverig in zijn<br />
eig<strong>en</strong> bisdom, geestelik<strong>en</strong> zowel als lek<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong><strong>de</strong>. Onwet<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>loze priesters<br />
werd<strong>en</strong> verwij<strong>de</strong>rd, <strong>en</strong> zoveel moge- lik door geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> vrome mann<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>. De<br />
bisschop w<strong>en</strong>ste vurig, dat zijn volk voor zichzelf toegang tot Gods woord zou kunn<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dit werd spoedig teweeggebracht. Lefèvre nam <strong>de</strong> vertaling van het Nieuwe<br />
Testam<strong>en</strong>t op zich, <strong>en</strong> terzelf<strong>de</strong>r tijd, dat Luthers Duitse Bijbel te Witt<strong>en</strong>berg van <strong>de</strong> pers<br />
kwam, werd het Franse Nieuwe Testam<strong>en</strong>t te Meaux uitgegev<strong>en</strong>. De bisschop spaar<strong>de</strong><br />
arbeid noch kost<strong>en</strong> tot verspreiding ervan in zijn geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, <strong>en</strong> spoedig was <strong>de</strong><br />
boerebevolking van Meaux in het bezit van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>.<br />
Gelijk reizigers, die van dorst versmacht<strong>en</strong>, met vreug<strong>de</strong> e<strong>en</strong> borrel<strong>en</strong><strong>de</strong> bron<br />
verwelkom<strong>en</strong>, zo ontving<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze ziel<strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap <strong>de</strong>s hemels. De arbei<strong>de</strong>rs in het veld,<br />
<strong>de</strong> ambachtslied<strong>en</strong> in <strong>de</strong> werkplaats, vervrolikt<strong>en</strong> hun dagwerk door te sprek<strong>en</strong> over <strong>de</strong><br />
kostbare waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel. In ste<strong>de</strong> van ‘s avonds naar <strong>de</strong> wijnhuiz<strong>en</strong> te gaan,<br />
verga<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> ze in elkan<strong>de</strong>rs woning<strong>en</strong> om Gods woord te lez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> tot<br />
gebed <strong>en</strong> lofzang. E<strong>en</strong> grote veran<strong>de</strong>ring was spoedig in <strong>de</strong>ze geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarneembaar.<br />
Hoewel tot <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rigste klasse van ongeleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> hardwerk<strong>en</strong><strong>de</strong> boer<strong>en</strong> behor<strong>en</strong><strong>de</strong>, werd<br />
<strong>de</strong> hervorm<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> opheff<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> in hun lev<strong>en</strong> aanschouwd.<br />
Ne<strong>de</strong>rig, liefhebb<strong>en</strong>d <strong>en</strong> heilig, werd<strong>en</strong> ze getuig<strong>en</strong> van wat het evangelie doet voor h<strong>en</strong>, die<br />
het in oprechtheid ontvang<strong>en</strong>.<br />
Het licht, te Meaux ontstok<strong>en</strong>, spreid<strong>de</strong> zijn stral<strong>en</strong> wijd <strong>en</strong> zijd. Ie<strong>de</strong>re dag groei<strong>de</strong> het<br />
aantal bekeerling<strong>en</strong> aan. De woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> geestelikheid werd e<strong>en</strong> tijd lang door <strong>de</strong> koning<br />
147
in toom gehoud<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> bekromp<strong>en</strong> dweperij<strong>en</strong> van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> verachtte; maar <strong>de</strong><br />
pausgezin<strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laatste <strong>de</strong> overhand. Nu werd <strong>de</strong> brandstapel opgericht.<br />
De bisschop van Meaux, gedwong<strong>en</strong> om te kiez<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> vlam- m<strong>en</strong> <strong>en</strong> herroeping, koos<br />
het gemakkelikste pad; maar ondanks <strong>de</strong> val van <strong>de</strong> aanvoer<strong>de</strong>r bleef zijn kud<strong>de</strong> standvastig.<br />
Vel<strong>en</strong> getuigd<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> waarheid uit het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong>. Door hun moed <strong>en</strong><br />
getrouwheid op <strong>de</strong> branstapel sprak<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze e<strong>en</strong>voudige Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> tot duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong><br />
dag<strong>en</strong> van vre<strong>de</strong> hun getuig<strong>en</strong>is nooit vernom<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>.<br />
Het war<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudig<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> arm<strong>en</strong>, die te midd<strong>en</strong> van lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> spot voor<br />
Christus durfd<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> rijke zal<strong>en</strong> van kasteel <strong>en</strong> paleis war<strong>en</strong> koninklike ziel<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> waarheid hoger, schatt<strong>en</strong> dan weel<strong>de</strong> of rang, of zelfs het lev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> rid<strong>de</strong>rlike<br />
wap<strong>en</strong>rusting <strong>de</strong>kte e<strong>en</strong> e<strong>de</strong>ler <strong>en</strong> standvastiger geest, dan het kleed <strong>en</strong> <strong>de</strong> mijter van <strong>de</strong><br />
bisschop. Lo<strong>de</strong>wijk <strong>de</strong> Berquin was van e<strong>de</strong>le geboorte, e<strong>en</strong> dapper <strong>en</strong> hoffelik rid<strong>de</strong>r, hield<br />
van studie, was beschaafd van manier<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vlekkeloos van zed<strong>en</strong>. “Hij was,” zegt e<strong>en</strong><br />
schrijver, “e<strong>en</strong> ijverige volgeling van <strong>de</strong> pauselike instelling<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> getrouw bijwoner van<br />
miss<strong>en</strong> <strong>en</strong> predikatieën, ... <strong>en</strong> hij kroon<strong>de</strong> al zijn an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>ugd<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>re<br />
afschuw voor het Lutheranisme.” Maar gelijk zoveel an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> door <strong>de</strong> Voorzi<strong>en</strong>igheid tot <strong>de</strong><br />
Bijbel geleid, was hij verbaasd, “daarin niet <strong>de</strong> leer van het pausdom, maar Luthers leer te<br />
vind<strong>en</strong>.” Van to<strong>en</strong> af gaf hij zich met algehele toewijding aan <strong>de</strong> zaak van het evangelie.<br />
“De geleerdste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van Frankrijk zijn<strong>de</strong>,” werd hij om zijn g<strong>en</strong>ie <strong>en</strong><br />
welsprek<strong>en</strong>dheid, zijn onbedwingbare moed <strong>en</strong> heldhaftige ijver, zowel als zijn invloed aan<br />
het hof — want hij was e<strong>en</strong> gunsteling van <strong>de</strong> koning — door vel<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong> als bestemd<br />
om <strong>de</strong> hervormer van zijn land te word<strong>en</strong>. Beda zegt: “Berquin zou e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> Luther<br />
geweest zijn, indi<strong>en</strong> hij in Frans I. e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> keurvorst gevond<strong>en</strong> had.” “Hij is erger dan<br />
Luther,“ riep<strong>en</strong> <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong>. In<strong>de</strong>rdaad werd hij door <strong>de</strong> Roomsgezind<strong>en</strong> in Frankrijk<br />
meer gevreesd. Ze wierp<strong>en</strong> hem in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is weg<strong>en</strong>s ketterij, maar <strong>de</strong> koning stel<strong>de</strong><br />
hem in vrijheid. Jar<strong>en</strong> lang werd <strong>de</strong> strijd voortgezet. Frans, die geslingerd werd tuss<strong>en</strong><br />
Rome <strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming, duld<strong>de</strong> <strong>en</strong> weerhield afwissel<strong>en</strong>d <strong>de</strong> vurige ijver van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong>.<br />
Berquin werd drie mal<strong>en</strong> op pauselik gezag gevang<strong>en</strong> gezet, maar slechts om we<strong>de</strong>r door <strong>de</strong><br />
vorst te word<strong>en</strong> bevrijd, die, uit bewon<strong>de</strong>ring voor zijn g<strong>en</strong>ie <strong>en</strong> karaktera<strong>de</strong>l, weiger<strong>de</strong> om<br />
hem op te offer<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> kwaadaardigheid van <strong>de</strong> priesterschap.<br />
Berquin werd herhaal<strong>de</strong>lik gewaarschuwd voor het gevaar, dat hem in Frankrijk dreig<strong>de</strong>,<br />
<strong>en</strong> m<strong>en</strong> drong er op aan, dat hij <strong>de</strong> voetstapp<strong>en</strong> zou volg<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die veiligheid gevond<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong> in vrijwillige ballingschap. De schroomvallige <strong>en</strong> m<strong>en</strong>sevrez<strong>en</strong><strong>de</strong> Erasinus,— welke<br />
met al <strong>de</strong> glans van zijn geleerdheid die ze<strong>de</strong>like grootheid miste, welke waarheid hoger<br />
doet schatt<strong>en</strong> dan lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> eer — schreef aan Berquin: “Vraag om als gezant naar e<strong>en</strong><br />
vreemd land te word<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong> ; ga in Duitschland reiz<strong>en</strong>. Ge k<strong>en</strong>t Beda <strong>en</strong> <strong>de</strong> mann<strong>en</strong><br />
van zijn soort — hij is e<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>dhoofdig monster, dat gift spuwt naar alle kant<strong>en</strong>. Uw<br />
vijand<strong>en</strong> zijn legio. Zelfs indi<strong>en</strong> uw zaak beter was dan die van Jezus Christus, zoud<strong>en</strong> ze u<br />
nog niet lat<strong>en</strong> gaan, voordat ze u ell<strong>en</strong>dig hadd<strong>en</strong> omgebracht. Verlaat u niet te veel op <strong>de</strong><br />
148
escherming van <strong>de</strong> koning. In ie<strong>de</strong>r geval, br<strong>en</strong>g mij niet in gevaar bij <strong>de</strong> fakulteit van <strong>de</strong><br />
godgeleerdheid.”<br />
Maar bij het vermeer<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong> werd Berquin’s ijver slechts groter. Verre van<br />
<strong>de</strong> politieke <strong>en</strong> zelfzuchtige raad van Erasmus te volg<strong>en</strong>, besloot hij om nog stoutmoediger<br />
maatregel<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>. Hij wil<strong>de</strong> niet alle<strong>en</strong> pal staan in het ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid,<br />
maar wil<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> dwaling aanvall<strong>en</strong>. De aanklacht van ketterij, die <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hem<br />
trachtt<strong>en</strong> in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, wil<strong>de</strong> hij op h<strong>en</strong>zelv<strong>en</strong> terugwerp<strong>en</strong>. De ijverigste <strong>en</strong> bitterste van<br />
zijn teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong> <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong> doktor<strong>en</strong> <strong>en</strong> monnik<strong>en</strong> van het theologiese<br />
<strong>de</strong>partem<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> grote Universiteit van Parijs, e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hoogste gezagvoer<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
licham<strong>en</strong> op geestelik gebied, zowel in <strong>de</strong> stad als bij het volk. Aan <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze<br />
doktor<strong>en</strong> ontle<strong>en</strong><strong>de</strong> Berquin twaalf stelling<strong>en</strong>, die hij op<strong>en</strong>lik verklaar<strong>de</strong> “teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong><br />
ketters” te zijn; <strong>en</strong> hij beriep zich op <strong>de</strong> koning om als rechter in <strong>de</strong> strijd op te tred<strong>en</strong>.<br />
De koning, die niet ongaarne <strong>de</strong> kracht <strong>en</strong> schran<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> strijd<strong>en</strong><strong>de</strong> partij<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />
elkan<strong>de</strong>r gesteld zag, <strong>en</strong> zich verheug<strong>de</strong> over e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid, om <strong>de</strong> trots van die<br />
hoogmoedige monnik<strong>en</strong> te verne<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, vroeg <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> om hun zaak uit <strong>de</strong> Bijbel te<br />
ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>. Ze wist<strong>en</strong> zeer goed,dat dit wap<strong>en</strong> hun weinig zou bat<strong>en</strong>; gevang<strong>en</strong>neming,<br />
marteling <strong>en</strong> <strong>de</strong> brandstapel war<strong>en</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong>, die ze beter wist<strong>en</strong> te hanter<strong>en</strong>. Nu war<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
zak<strong>en</strong> omgekeerd, <strong>en</strong> zag<strong>en</strong> ze zich aan <strong>de</strong> rand van <strong>de</strong> afgrond gebracht, waarin ze gehoopt<br />
hadd<strong>en</strong>, Berquin te zull<strong>en</strong> werp<strong>en</strong>. In ontstelt<strong>en</strong>is zag<strong>en</strong> ze om naar e<strong>en</strong> uitweg ter<br />
ontkoming.<br />
“Juist in die tijd werd er e<strong>en</strong> beeld van <strong>de</strong> heilige maagd, dat op <strong>de</strong> hoek van e<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
strat<strong>en</strong> stond, verminkt gevon-d<strong>en</strong>.” Er heerste grote opgewond<strong>en</strong>heid in <strong>de</strong> stad. Het volk<br />
stroom<strong>de</strong> in m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> plaats, <strong>en</strong> drukte hun rouw <strong>en</strong> verontwaardiging uit. De<br />
koning was ev<strong>en</strong>zeer ontsteld. Hier bood zich e<strong>en</strong> kans aan, waarvan <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> goed<br />
gebruik kond<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze liet<strong>en</strong> hem niet voorbijgaan. “Dat zijn <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> leer<br />
van Berquin,” riep<strong>en</strong> ze. “Alles zal omvergeworp<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,— godsdi<strong>en</strong>st, wett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
troon zelf,— door <strong>de</strong>ze Lutherse sam<strong>en</strong>zwering.”<br />
Nogmaals werd Berquin in hecht<strong>en</strong>is g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De koning trok zich uit Parijs terug, <strong>en</strong><br />
dus hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong> vrij spel. De hervormer werd verhoord, <strong>en</strong> ter dood veroor<strong>de</strong>eld,<br />
<strong>en</strong> opdat Frans nog niet misschi<strong>en</strong> zou tuss<strong>en</strong>bei<strong>de</strong> tred<strong>en</strong> om hem te redd<strong>en</strong>, werd het<br />
vonnis op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> dag, waarop het uitgesprok<strong>en</strong> werd, voltrokk<strong>en</strong>, ‘s Middags om twaalf<br />
uur werd Berquin naar <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> terechtstelling gevoerd. E<strong>en</strong> ontzaglike m<strong>en</strong>igte<br />
stroom<strong>de</strong> sam<strong>en</strong> om getuige te zijn van <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is; <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er, die met<br />
verwon<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> e<strong>en</strong> angstig voorgevoel zag<strong>en</strong>, dat het slachtoffer gekoz<strong>en</strong> was uit <strong>de</strong> beste<br />
<strong>en</strong> dapperste van <strong>de</strong> a<strong>de</strong>llike familieën van Frankrijk. Verbazing, verontwaardiging,<br />
verachting <strong>en</strong> bittere haat verduisterd<strong>en</strong> <strong>de</strong> aangezicht<strong>en</strong> van die golv<strong>en</strong><strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte; maar op<br />
één gelaat lag er ge<strong>en</strong> schaduw. De gedacht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> martelaar war<strong>en</strong> ver verwij<strong>de</strong>rd van<br />
dat woe- lige toneel; hij was zich slechts van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van zijn Heer bewust.<br />
149
De ell<strong>en</strong>dige kar, waarop hij reed, <strong>de</strong> gefronste aangezicht<strong>en</strong> van zijn vervolgers, <strong>de</strong><br />
vreselike dood, die hij tegemoet ging,— dat alles achtte hij niet; Hij, die leeft <strong>en</strong> dood is<br />
geweest, <strong>en</strong> leeft in alle eeuwigheid, <strong>en</strong> die <strong>de</strong> sleutel<strong>en</strong> <strong>de</strong>r hel <strong>en</strong> <strong>de</strong>s doods heeft, was aan<br />
zijn zij<strong>de</strong>. Berquins gelaat glans<strong>de</strong> van het licht <strong>en</strong> <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>de</strong>s hemels. Hij had zich met<br />
zorg gekleed, <strong>en</strong> droeg “e<strong>en</strong> mantel van fluweel, e<strong>en</strong> wambuis van satijn <strong>en</strong> damast, <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
goudgele broek.” Hij stond op het punt van zijn geloof te betuig<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>woordigheid van<br />
<strong>de</strong> Koning <strong>de</strong>r koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> het toeschouw<strong>en</strong><strong>de</strong> heelal, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van rouw zou zijn<br />
blijdschap log<strong>en</strong>straff<strong>en</strong>.<br />
Terwijl <strong>de</strong> processie langzaam door <strong>de</strong> volle strat<strong>en</strong> trok, merkte het volk met<br />
verwon<strong>de</strong>ring <strong>de</strong> onbewolkte vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> triomf op, die uit zijn blik <strong>en</strong> houding<br />
sprak<strong>en</strong>. “Hij is,” zeid<strong>en</strong> ze, “als e<strong>en</strong>, die in e<strong>en</strong> tempel zit, <strong>en</strong> over heilige ding<strong>en</strong> peinst.”<br />
Op <strong>de</strong> brandstapel staan<strong>de</strong> trachtte Berquin <strong>en</strong>ige woord<strong>en</strong> tot het volk te richt<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong><br />
monnik<strong>en</strong>, het gevolg hiervan vrez<strong>en</strong><strong>de</strong>, begonn<strong>en</strong> te schreeuw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> soldat<strong>en</strong> sloeg<strong>en</strong><br />
met hun wap<strong>en</strong><strong>en</strong> teg<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r, zodat hun rumoer <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> martelaar onhoorbaar<br />
maakte. Zo gaf in 1529 <strong>de</strong> hoogste letterkundige <strong>en</strong> geestelike macht van het beschaaf<strong>de</strong><br />
Parijs “aan <strong>de</strong> bevolking van 1793 het lage voorbeeld van op het schavot <strong>de</strong> heilige woord<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> sterv<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te smor<strong>en</strong>.” Berquin werd geworgd, <strong>en</strong> zijn lichaam door <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong><br />
verteerd. De tijding van zijn dood vervul<strong>de</strong> <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hervorming door geheel<br />
Frankrijk met droef<strong>en</strong>is. Maar zijn voorbeeld was niet vergeefs. “Wij zijn ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s bereid,”<br />
zeid<strong>en</strong> <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> waarheid, “om <strong>de</strong> dood blijmoedig tegemoet te gaan, met onze<br />
og<strong>en</strong> gericht op het lev<strong>en</strong>, dat te kom<strong>en</strong> staat.”<br />
Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> vervolging te Meaux werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> leraars van het hervorm<strong>de</strong> geloof van hun<br />
vrijheid om te predik<strong>en</strong> beroofd, <strong>en</strong> vertrokk<strong>en</strong> naar an<strong>de</strong>re veld<strong>en</strong>. Lefèvre ging na e<strong>en</strong> tijd<br />
naar Duitschland. Farel vertrok naar zijn geboorteplaats in Oostelik Frankrijk, om het licht<br />
te verspreid<strong>en</strong> in het land van zijn geboorte. De tijding van wat te Meaux was voorgevall<strong>en</strong>,<br />
was daar reeds doorgedrong<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid, die hij met onversaag<strong>de</strong> ijver predikte, vond<br />
toehoor<strong>de</strong>rs. Spoedig legd<strong>en</strong> <strong>de</strong> overhed<strong>en</strong> hem het zwijg<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> werd hij uit <strong>de</strong> stad<br />
gebann<strong>en</strong>. Ofschoon hij niet meer in het op<strong>en</strong>baar kon werk<strong>en</strong>, trok hij door <strong>de</strong> vlakt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
dorp<strong>en</strong>, leer<strong>de</strong> in private huiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> afgeleg<strong>en</strong> weid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vond e<strong>en</strong> schuilplaats in woud<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> rotsspelonk<strong>en</strong>, die hij in zijn jong<strong>en</strong>sjar<strong>en</strong> zo druk bezocht had. God bereid<strong>de</strong> hem<br />
voor op nog groter beproeving<strong>en</strong>. “De kruis<strong>en</strong>, vervolging<strong>en</strong>, <strong>en</strong> listige plann<strong>en</strong> van Satan,<br />
waar ik tevor<strong>en</strong> voor gewaarschuwd was, ontbrak<strong>en</strong> niet,” zei hij; “ze war<strong>en</strong> zelfs veel<br />
har<strong>de</strong>r, dan ik in mijn eig<strong>en</strong> kracht zou hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>; maar God is mijn Va<strong>de</strong>r; hij<br />
heeft mij <strong>de</strong> nodige kracht toege<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> zal mij die altijd sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.”<br />
Gelijk in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong>, was <strong>de</strong> vervolging “meer tot bevor<strong>de</strong>ring van het<br />
evangelie gekom<strong>en</strong>.” Uit Parijs <strong>en</strong> Meaux verdrev<strong>en</strong>, “ging<strong>en</strong> zij, die verstrooid war<strong>en</strong>, het<br />
land door, <strong>en</strong> verkondigd<strong>en</strong> het woord.” En z— vond het licht e<strong>en</strong> baan naar vele van <strong>de</strong><br />
verstgeleg<strong>en</strong> provincieën van Frankrijk. God bereid<strong>de</strong> nog meer arbei<strong>de</strong>rs voor, om Zijn<br />
zaak uit te breid<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schol<strong>en</strong> van Parijs was e<strong>en</strong> ernstige, stille jongeling, die<br />
150
eeds blijk<strong>en</strong> gaf van e<strong>en</strong> krachtige <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong><strong>de</strong> geest, <strong>en</strong> niet min<strong>de</strong>r gek<strong>en</strong>merkt<br />
werd door <strong>de</strong> vlekkeloosheid van zijn lev<strong>en</strong> dan door zijn studieijver <strong>en</strong> toegewijdheid aan<br />
<strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st. Zijn g<strong>en</strong>ie <strong>en</strong> leergierigheid maakt<strong>en</strong> hem spoedig <strong>de</strong> trots van <strong>de</strong> hogeschool,<br />
<strong>en</strong> m<strong>en</strong> vertrouw<strong>de</strong> te mog<strong>en</strong> verwacht<strong>en</strong>, dat Johannes Calvijn e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kundigste <strong>en</strong><br />
geëerdste ver<strong>de</strong>digers van <strong>de</strong> kerk zou word<strong>en</strong>. Doch er drong e<strong>en</strong> straal van God<strong>de</strong>lik licht<br />
zelfs tot binn<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong> van <strong>de</strong> scholastiek <strong>en</strong> het bijgeloof door, waardoor Calvijn zich<br />
zag omgev<strong>en</strong>. Hij hoor<strong>de</strong> met e<strong>en</strong> rilling van <strong>de</strong> nieuwe leer, <strong>en</strong> twijfel<strong>de</strong> er ge<strong>en</strong>szins aan,<br />
dat <strong>de</strong> ketters het vuur, waaraan ze overgegev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, verdi<strong>en</strong>d hadd<strong>en</strong>. Toch werd hij<br />
onwet<strong>en</strong>d met <strong>de</strong> ketterij in aanraking gebracht, <strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong>, <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> Roomse<br />
godgeleerdheid te toets<strong>en</strong> in het bestrijd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Protestantse leer.<br />
E<strong>en</strong> neef van Calvijn, die zich bij <strong>de</strong> hervormers had aangeslot<strong>en</strong>, was te Parijs. De twee<br />
bloedverwant<strong>en</strong> ontmoett<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r dikwels, <strong>en</strong> besprak<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> <strong>de</strong> zak<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong>heid verontrustt<strong>en</strong>. “Er zijn maar twee godsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wereld,” zei Olivetan, <strong>de</strong><br />
Protestant. “De <strong>en</strong>e soort van godsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> zijn die, welke door <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uitgedacht zijn,<br />
volg<strong>en</strong>s alle welke <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zichzelf redt door ceremonieën <strong>en</strong> goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong>; <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re is<br />
die éne godsdi<strong>en</strong>st, die in <strong>de</strong> Bijbel geop<strong>en</strong>baard is, <strong>en</strong> die <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> leert, hun zaligheid<br />
alle<strong>en</strong> van Gods vrije g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> te verwacht<strong>en</strong>.” “Ik wil niets wet<strong>en</strong> van uw nieuwe leer,” riep<br />
Calvijn uit; “d<strong>en</strong>kt ge dat ik al mijn dag<strong>en</strong> in dwaling heb geleefd?”<br />
Maar er war<strong>en</strong> gedacht<strong>en</strong> bij hem opgewekt, die hij niet zo gemakkelik van zich afzett<strong>en</strong><br />
kon. In <strong>de</strong> e<strong>en</strong>zaamheid van zijn kamer peins<strong>de</strong> hij over <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van zijn neef.<br />
Overtuiging van zon<strong>de</strong> maakte zich van hem meester; hij aanschouw<strong>de</strong> zichzelf zon<strong>de</strong>r<br />
Mid<strong>de</strong>laar in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van e<strong>en</strong> heilige <strong>en</strong> rechtvaardige Rechter. De<br />
tuss<strong>en</strong>komst van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>, goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ceremonieën van <strong>de</strong> kerk, war<strong>en</strong> alle<br />
onvoldo<strong>en</strong><strong>de</strong> om <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>. Hij kon niets v——r zich uit zi<strong>en</strong> dan <strong>de</strong> duisternis<br />
van eeuwige wanhoop. Tevergeefs trachtt<strong>en</strong> <strong>de</strong> doktor<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk zijn smart te verlicht<strong>en</strong>.<br />
Zon<strong>de</strong>r gevolg werd er toevlucht g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot biecht <strong>en</strong> boetedo<strong>en</strong>ing; ze kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> ziel niet<br />
met God verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Terwijl <strong>de</strong>ze vruchteloze strijd hem nog bezighield, gebeur<strong>de</strong> het op e<strong>en</strong> dag, dat Calvijn<br />
e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> publieke plein<strong>en</strong> bezocht, <strong>en</strong> daar getuige was van het verbrand<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
ketter. De uitdrukking van vre<strong>de</strong> op het gelaat van <strong>de</strong> martelaar vervul<strong>de</strong> hem met verbazing.<br />
Te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> marteling<strong>en</strong> van die vreselike dood, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> nog vrese- liker<br />
veroor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> kerk, op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> hij e<strong>en</strong> geloof <strong>en</strong> moed, die <strong>de</strong> jonge stud<strong>en</strong>t met<br />
smart vergeleek met zijn eig<strong>en</strong> wanhoop <strong>en</strong> duisternis, terwijl hij toch in <strong>de</strong> strikste<br />
gehoorzaamheid aan <strong>de</strong> kerk leef<strong>de</strong>. Op <strong>de</strong> Bijbel, dit wist hij, grondd<strong>en</strong> <strong>de</strong> ketters hun<br />
geloof. Hij besloot hem te bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zo mogelik te ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, wat het geheim van hun<br />
vreug<strong>de</strong> was.<br />
In <strong>de</strong> Bijbel vond hij Christus. “O Va<strong>de</strong>r,” riep hij uit, “Zijn offeran<strong>de</strong> heeft Uw toorn<br />
bevredigd; Zijn bloed heeft mijn onreinheid weggewass<strong>en</strong>; Zijn kruis heeft mijn vloek<br />
151
gedrag<strong>en</strong>; Zijn dood heeft voor mij verzo<strong>en</strong>ing aangebracht. Wij hadd<strong>en</strong> voor onszelv<strong>en</strong><br />
vele nutteloze dwaashed<strong>en</strong> uitgedacht, maar Gij hebt Uw Woord v——r mij geplaatst als<br />
e<strong>en</strong> fakkel, <strong>en</strong> gij hebt mijn hart bewog<strong>en</strong>, opdat ik e<strong>en</strong> afschuw zou krijg<strong>en</strong> van alle<br />
verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, behalve die van Jezus.”<br />
Calvijn was voor het priesterambt opgeleid. To<strong>en</strong> hij nog slechts twaalf jaar oud was,<br />
werd hem het kapelaanschap van e<strong>en</strong> kleine kerk toegewez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> was zijn hoofd door <strong>de</strong><br />
bisschop geschor<strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> wet van <strong>de</strong> kerk. Hij werd niet gewijd, <strong>en</strong><br />
vervul<strong>de</strong> ook niet <strong>de</strong> plicht<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> priester; maar hij werd e<strong>en</strong> lid van <strong>de</strong> geestelikheid,<br />
droeg <strong>de</strong> titel van zijn ambt, <strong>en</strong> ontving e<strong>en</strong> toelage uit hoof<strong>de</strong> daarvan. Daar hij nu gevoel<strong>de</strong>,<br />
dat hij nooit priester kon word<strong>en</strong>, gaf hij zich voor e<strong>en</strong> tijd aan <strong>de</strong> studie van <strong>de</strong> wet, maar<br />
liet dit plan ein<strong>de</strong>lik var<strong>en</strong>, <strong>en</strong> besloot, zijn lev<strong>en</strong> aan het evangelie te wijd<strong>en</strong>. Hij aarzel<strong>de</strong><br />
echter om in het op<strong>en</strong>baar als leraar op te tred<strong>en</strong>. Van nature was hij beschroomd, <strong>en</strong> ging<br />
gebukt on<strong>de</strong>r het gevoel van <strong>de</strong> gewichtige verantwoor<strong>de</strong>lik- heid van het ambt; daarbij<br />
verlang<strong>de</strong> hij, zich nog ver<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> studie te wijd<strong>en</strong>. Ein<strong>de</strong>lik echter gaf hij gehoor aan <strong>de</strong><br />
ernstige aandrang van zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. ” Verwon<strong>de</strong>rlik is het,” zei hij, “dat iemand van e<strong>en</strong><br />
z— lage afkomst tot zulk e<strong>en</strong> grote waardigheid zou verhev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.”<br />
Calvijn begon zijn werk zon<strong>de</strong>r ophef, <strong>en</strong> zijn woord<strong>en</strong> war<strong>en</strong> als <strong>de</strong> dauw, die<br />
verfriss<strong>en</strong>d op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rzijgt. Hij had Parijs verlat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> was nu in e<strong>en</strong> provinciestad,<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> bescherming van prinses Margaretha, die, daar ze het evangelie liefhad, haar<br />
bescherming tot <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> ervan uitstrekte. Calvijn was nog e<strong>en</strong> jongeling met e<strong>en</strong><br />
zachtzinnig, stil voorkom<strong>en</strong>. Zijn werk begon bij het volk in hun woning<strong>en</strong>. Omringd door<br />
<strong>de</strong> led<strong>en</strong> van het huisgezin las hij <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verlossing op<strong>en</strong>.<br />
Zij, die <strong>de</strong> boodschap hoord<strong>en</strong>, bracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> tijding aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> al spoedig vertrok<br />
<strong>de</strong> leraar uit <strong>de</strong> hoofdstad naar <strong>de</strong> rondom ligg<strong>en</strong><strong>de</strong> dorp<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehucht<strong>en</strong>. Hij vond toegang<br />
tot kasteel <strong>en</strong> hut, <strong>en</strong> arbeid<strong>de</strong> voort, het fondam<strong>en</strong>t legg<strong>en</strong><strong>de</strong> van kerk<strong>en</strong>, waaruit<br />
onversaag<strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> waarheid zoud<strong>en</strong> voortkom<strong>en</strong>.<br />
Na <strong>en</strong>ige maand<strong>en</strong> bevond hij zich we<strong>de</strong>r te Parijs. Er heerste e<strong>en</strong> ongewone<br />
opschudding in <strong>de</strong> kring van geleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De studie van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> tal<strong>en</strong> had <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> Bijbel gedrev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong>, wier hart<strong>en</strong> koud blev<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>,<br />
daarin vervat, besprak<strong>en</strong> ze met gretigheid, <strong>en</strong> bestred<strong>en</strong> zelfs <strong>de</strong> kampvechters van het<br />
Romanisme. Ofschoon Calvijn e<strong>en</strong> vaardig strij<strong>de</strong>r was op het gebied van godsdi<strong>en</strong>stige<br />
twistvrag<strong>en</strong>, had hij e<strong>en</strong> hogere roeping te vervull<strong>en</strong> dan die van <strong>de</strong>ze praatzieke scholast<strong>en</strong>.<br />
De geest van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> was wakker geschud, <strong>en</strong> nu was het tijd, om hun <strong>de</strong> waarheid te<br />
ontvouw<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> zal<strong>en</strong> van <strong>de</strong> universiteit<strong>en</strong> weerklonk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> galm van <strong>de</strong><br />
godsdi<strong>en</strong>stige twistgesprekk<strong>en</strong>, ging Calvijn van huis tot huis, verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> Bijbel aan het<br />
volk, <strong>en</strong> sprak tot h<strong>en</strong> van Christus <strong>en</strong> die gekruist.<br />
On<strong>de</strong>r Gods voorzi<strong>en</strong>igheid zou Parijs nogmaals e<strong>en</strong> uitnodiging ontvang<strong>en</strong> om het<br />
evangelie aan te nem<strong>en</strong>. De roepstem van Lefèvre <strong>en</strong> Farel was verworp<strong>en</strong>, maar opnieuw<br />
152
zoud<strong>en</strong> alle klass<strong>en</strong> in die grote hoofdstad <strong>de</strong> boodschap hor<strong>en</strong>. De koning had om<br />
staatkundige red<strong>en</strong><strong>en</strong> nog niet geheel <strong>en</strong> al <strong>de</strong> partij van Rome teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming<br />
gekoz<strong>en</strong>. Margaretha klem<strong>de</strong> zich nog vast aan <strong>de</strong> hoop, dat het Protestantisme in Frankrijk<br />
<strong>de</strong> overwinning zou behal<strong>en</strong>. Ze besloot, het hervorm<strong>de</strong> geloof te Parijs te lat<strong>en</strong> predik<strong>en</strong>.<br />
Tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> afwezigheid van <strong>de</strong> koning gelastte ze e<strong>en</strong> Protestantse leraar, het in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> stad te verkondig<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> dit door <strong>de</strong> pauselike geestelik<strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> werd, zette <strong>de</strong><br />
prinses het paleis ervoor op<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> vertrek werd tot kapel ingericht, <strong>en</strong> er werd bek<strong>en</strong>d<br />
gemaakt, dat er ie<strong>de</strong>re dag op e<strong>en</strong> bepaald uur zou gepredikt word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat het volk van<br />
alle rang <strong>en</strong> stand uitg<strong>en</strong>odigd werd om te kom<strong>en</strong>. Schar<strong>en</strong> stroomd<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Niet<br />
alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> kapel, maar ook <strong>de</strong> voor-zal<strong>en</strong> <strong>en</strong> gang<strong>en</strong> war<strong>en</strong> bezet. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> er<br />
ie<strong>de</strong>re dag sam<strong>en</strong>,— e<strong>de</strong>llied<strong>en</strong>, staatsmann<strong>en</strong>, wetgeleerd<strong>en</strong>, koopmann<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ambachtslied<strong>en</strong>. De koning, in plaats van <strong>de</strong> Ver-ga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> te vebied<strong>en</strong>, beval dat twee van<br />
<strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van Parijs zoud<strong>en</strong> op<strong>en</strong>gesteld word<strong>en</strong>. Nooit tevor<strong>en</strong> was <strong>de</strong> stad z— bewog<strong>en</strong><br />
geweest door het woord van God. De geest <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s uit <strong>de</strong> hemel sche<strong>en</strong> over het volk<br />
uitgestort te zijn. Matigheid, reinheid, or<strong>de</strong> <strong>en</strong> nijverheid nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> plaats in van<br />
dronk<strong>en</strong>schap, losbandigheid, twist <strong>en</strong> luiheid.<br />
Maar <strong>de</strong> priesterschap zat niet stil. De koning bleef nog weiger<strong>en</strong>, om e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> aan het<br />
predik<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarom richtt<strong>en</strong> ze zich tot <strong>de</strong> bevolking. Ge<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
gespaard om <strong>de</strong> angst, <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dweepzucht van <strong>de</strong> onwet<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> bijgelovige<br />
m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> op te wekk<strong>en</strong>. Zich blin<strong>de</strong>lings aan zijn valse lerar<strong>en</strong> overgev<strong>en</strong><strong>de</strong>, bek<strong>en</strong><strong>de</strong> Parijs,<br />
gelijk Jeruzalem van ouds, <strong>de</strong> tijd van zijn bezoeking niet, noch <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, die tot zijn vre<strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Twee jar<strong>en</strong> lang werd het woord Gods in <strong>de</strong> hoofdstad gepredikt; maar terwijl er<br />
vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, die het evangelie aannam<strong>en</strong>, verwierp <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van het volk het. De<br />
verdraagzaamheid van koning Frans was slechts voor <strong>de</strong> schijn geweest,om zijn eig<strong>en</strong><br />
doeleind<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> slaagd<strong>en</strong> erin, het gezag te herwinn<strong>en</strong>. De<br />
kerk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> we<strong>de</strong>r geslot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> brandstapel opgericht.<br />
Calvijn was nog te Parijs, <strong>en</strong> bereid<strong>de</strong> zich door studie, overpeinzing<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebed voor op<br />
zijn toekomstige werk, <strong>en</strong> hield aan, het licht te verspreid<strong>en</strong>. Ein<strong>de</strong>lik echter kwam hij on<strong>de</strong>r<br />
verd<strong>en</strong>king. De overhed<strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> hem naar <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zichzelf veilig<br />
wan<strong>en</strong><strong>de</strong> in zijn afzon<strong>de</strong>ring, dacht hij niet aan gevaar, to<strong>en</strong> er vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zijn kamer<br />
binn<strong>en</strong>stormd<strong>en</strong> met <strong>de</strong> tijding, dat er beambt<strong>en</strong> op weg war<strong>en</strong> om hem gevang<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>.<br />
Op hetzelf<strong>de</strong> og<strong>en</strong>blik hoord<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> luid klopp<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> buit<strong>en</strong><strong>de</strong>ur. Er was ge<strong>en</strong> tijd te<br />
verliez<strong>en</strong>. Sommige van <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> <strong>de</strong> beambt<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur aan <strong>de</strong> praat, terwijl<br />
an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong> hervormer hielp<strong>en</strong> om zich uit e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>ster neer te lat<strong>en</strong>, zodat hij zich in aller ijl<br />
naar <strong>de</strong> voorsted<strong>en</strong> kon begev<strong>en</strong>. Hier vond hij schuilplaats in <strong>de</strong> woning van e<strong>en</strong> werkman,<br />
die e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d van <strong>de</strong> Hervorming was, vermom<strong>de</strong> zich in <strong>de</strong> kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van zijn gastheer, <strong>en</strong><br />
begaf zich met e<strong>en</strong> schoffel over <strong>de</strong> schou<strong>de</strong>r op weg. Zuidwaarts reiz<strong>en</strong><strong>de</strong>, vond hij<br />
opnieuw bescherming binn<strong>en</strong> Margaretha’s gebied.1Zie D’Aubigné, “History of the<br />
Reformation in the Time of Calvin,” boek 2, Kap. 30.<br />
153
Hier vertoef<strong>de</strong> hij <strong>en</strong>ige maand<strong>en</strong>, veilig on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> bescherming van machtige vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zich als tevor<strong>en</strong> met <strong>de</strong> studie bezighoud<strong>en</strong><strong>de</strong>. Maar hij had zijn hart gezet op <strong>de</strong><br />
evangelisatie van Frankrijk, <strong>en</strong> kon niet langer werkeloos blijv<strong>en</strong>. Z— spoedig <strong>de</strong> storm<br />
<strong>en</strong>igszins bedaard was, zocht hij e<strong>en</strong> nieuw arbeidsveld te Poitiers, waar er e<strong>en</strong> hogeschool<br />
was, <strong>en</strong> waar <strong>de</strong> nieuwe inzicht<strong>en</strong> reeds gunstig war<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>. Person<strong>en</strong> van alle klass<strong>en</strong><br />
luisterd<strong>en</strong> gaarne naar het evangelie. Er was ge<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare prediking, maar aan <strong>de</strong> woning<br />
van <strong>de</strong> hoofdmagistraat, in zijn eig<strong>en</strong> tehuis, <strong>en</strong> somtijds ook in e<strong>en</strong> publieke tuin,<br />
verklaar<strong>de</strong> Calvijn <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van het eeuwige lev<strong>en</strong> aan h<strong>en</strong>, die w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te luister<strong>en</strong>.<br />
Mettertijd groei<strong>de</strong> het aantal toehoor<strong>de</strong>rs aan, <strong>en</strong> werd het veiliger geacht, buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> stad<br />
sam<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> grot aan <strong>de</strong> kant van e<strong>en</strong> diepe, nauwe kloof, waar bom<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
overhang<strong>en</strong><strong>de</strong> rots<strong>en</strong> <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>ring nog volkom<strong>en</strong>er maakt<strong>en</strong>, werd tot plaats van<br />
sam<strong>en</strong>komst gekoz<strong>en</strong>. Kleine groepjes, die <strong>de</strong> stad langs verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> weg<strong>en</strong> uitging<strong>en</strong>,<br />
slop<strong>en</strong> ongemerkt daarhe<strong>en</strong>. In dit afgeleg<strong>en</strong> oord werd <strong>de</strong> Bijbel gelez<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitgelegd. Hier<br />
werd het Avondmaal <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> eerste maal door <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> van Frankrijk<br />
gevierd. Van <strong>de</strong>ze kleine kerk werd<strong>en</strong> verscheid<strong>en</strong>e trouwe evangelist<strong>en</strong> uitgezond<strong>en</strong>.<br />
Nog e<strong>en</strong>maal keer<strong>de</strong> Calvijn naar Parijs terug. Hij kon zelfs nu nog <strong>de</strong> hoop niet opgev<strong>en</strong>,<br />
dat Frankrijk als e<strong>en</strong> volk <strong>de</strong> Hervorming zou aannem<strong>en</strong>. Maar hij vond bijna ie<strong>de</strong>re <strong>de</strong>ur<br />
geslot<strong>en</strong> voor zijn werk. Het evangelie on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong> was <strong>de</strong> rechte weg naar <strong>de</strong> brandstapel<br />
inslaan, <strong>en</strong> hij besloot ein<strong>de</strong>lik om naar Duitschland te vertrekk<strong>en</strong>. Nauweliks had hij<br />
Frankrijk verlat<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong> storm barstte over <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> los, die, was hij geblev<strong>en</strong>, hem<br />
stellig zou hebb<strong>en</strong> me<strong>de</strong>gesleept in <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e on<strong>de</strong>rgang.<br />
De Franse hervormers, begerig om hun land gelijke tred te zi<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> met Duitschland<br />
<strong>en</strong> Zwitserland, beslot<strong>en</strong>, <strong>de</strong> bijgelovighed<strong>en</strong> van Rome zulk e<strong>en</strong> stoute slag toe te di<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
dat het gehele volk opgeschrikt zou word<strong>en</strong>. Gevolgelik werd<strong>en</strong> er op één nacht door geheel<br />
Frankrijk plakkat<strong>en</strong> aange- plakt, waarin <strong>de</strong> mis werd aangevall<strong>en</strong>. In plaats van <strong>de</strong><br />
Hervorming aan te help<strong>en</strong>, bracht <strong>de</strong>ze voortvar<strong>en</strong><strong>de</strong> maar slecht overleg<strong>de</strong> beweging niet<br />
alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> bewerkers ervan, maar ook <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van het hervorm<strong>de</strong> geloof door geheel<br />
Frankrijk t<strong>en</strong> val. Het verschafte aan <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> dat, waarnaar ze reeds lang hadd<strong>en</strong><br />
uitgezi<strong>en</strong>,— e<strong>en</strong> voorw<strong>en</strong>dsel, om <strong>de</strong> algehele uitroeiing van <strong>de</strong> ketters te eis<strong>en</strong> als<br />
onruststokers, die gevaarlik war<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> veiligheid van <strong>de</strong> troon, <strong>en</strong> voor <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
natie.<br />
Door <strong>de</strong> <strong>en</strong>e of an<strong>de</strong>re geheime hand — hetzij van e<strong>en</strong> onvoorzichtige vri<strong>en</strong>d of slimme<br />
vijand, dat is nooit aan het licht gekom<strong>en</strong> — werd e<strong>en</strong> van die plakkat<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong><br />
private kamer van <strong>de</strong> koning gehecht. De vorst stond verslag<strong>en</strong>. In dit stuk werd<strong>en</strong><br />
bijgelovighed<strong>en</strong>, die eeuw<strong>en</strong> lang geëerd geword<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> onverbid<strong>de</strong>like hand<br />
aangevall<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> voorbeel<strong>de</strong>loze stoutmoedigheid van <strong>de</strong>ze krachtige <strong>en</strong> overwachte<br />
uitsprak<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> koning op te dring<strong>en</strong>, wekte <strong>de</strong> toorn van <strong>de</strong> vorst op. In verbazing stond<br />
hij <strong>en</strong>ige tijd bev<strong>en</strong>d <strong>en</strong> sprakeloos. To<strong>en</strong> uitte zich zijn woe<strong>de</strong> in <strong>de</strong> vreselike woord<strong>en</strong>:<br />
“Grijpt all<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid, die verdacht word<strong>en</strong> van Lutherse ketterij. Ik zal ze all<strong>en</strong><br />
154
uitroei<strong>en</strong>.” De teerling was geworp<strong>en</strong>. De koning had beslot<strong>en</strong>, zich algeheel aan <strong>de</strong> kant<br />
van Rome te stell<strong>en</strong>.<br />
Da<strong>de</strong>lik werd<strong>en</strong> er maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>neming van ie<strong>de</strong>re Lutheraan,<br />
te Parijs woonachtig. E<strong>en</strong> arme ambachtsman, aanhanger van het hervorm<strong>de</strong> geloof, die<br />
gewoon geweest was <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> op te roep<strong>en</strong> tot bijwoning van <strong>de</strong> geheime<br />
verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong>, werd gegrep<strong>en</strong>; <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r bedreiging van onmid<strong>de</strong>llik op <strong>de</strong> brandstapel<br />
gedood te zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, ontving hij last, <strong>de</strong> pauselike afgezant naar <strong>de</strong> woning van ie<strong>de</strong>re<br />
Protestant in <strong>de</strong> stad te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Hij schrikte met afschuw van dit lage voorstel terug, maar<br />
ein<strong>de</strong>lik nam <strong>de</strong> vrees voor <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> <strong>de</strong> overhand, <strong>en</strong> stem<strong>de</strong> hij erin toe, <strong>de</strong> verra<strong>de</strong>r van<br />
zijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Voorafgegaan van <strong>de</strong> hostie, <strong>en</strong> door e<strong>en</strong> stoet van priesters, wierookdragers,<br />
monnik<strong>en</strong> <strong>en</strong> soldat<strong>en</strong> omgev<strong>en</strong>, trok Morin, <strong>de</strong> koninklike speur<strong>de</strong>r, met <strong>de</strong><br />
verra<strong>de</strong>r langzaam <strong>en</strong> zwijg<strong>en</strong>d door <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van <strong>de</strong> stad. De <strong>de</strong>monstratie was schijnbaar<br />
ter ere van het “heilige sakram<strong>en</strong>t,” e<strong>en</strong> boetedo<strong>en</strong>ing voor <strong>de</strong> belediging, die door <strong>de</strong><br />
Protestant<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> mis was aangedaan. Maar on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> praal van <strong>de</strong>ze optocht lag e<strong>en</strong><br />
do<strong>de</strong>lik doel verborg<strong>en</strong>. Teg<strong>en</strong>over het huis van e<strong>en</strong> Lutheraan aangekom<strong>en</strong>, gaf <strong>de</strong> verra<strong>de</strong>r<br />
e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong>, doch er werd ge<strong>en</strong> woord gesprok<strong>en</strong>. De processie hield stil, m<strong>en</strong> trad het huis<br />
binn<strong>en</strong>, <strong>de</strong> familie werd eruit gesleept <strong>en</strong> geket<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ell<strong>en</strong>dige troep ging ver<strong>de</strong>r om<br />
naar nieuwe slachtoffers te zoek<strong>en</strong>. “Ge<strong>en</strong> huis, groot of klein, zelfs niet <strong>de</strong> schol<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Universiteit van Parijs, werd gespaard. . . . Morin <strong>de</strong>ed <strong>de</strong> gehele stad sid<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.. “Het was<br />
e<strong>en</strong> schrikbewind.”<br />
De slachtoffers werd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r wre<strong>de</strong> marteling<strong>en</strong> ter dood gebracht, daar er bepaald<br />
gelast was, het vuur laag te houd<strong>en</strong>, om hun doodsangst te verl<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Maar ze stierv<strong>en</strong> als<br />
overwinnaars. Hun standvastigheid bleef ongeschokt, hun vre<strong>de</strong> onbewolkt. Hun vervolgers,<br />
niet bij machte om hun onwrikbare standvastigheid te do<strong>en</strong> wankel<strong>en</strong>, gevoeld<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong><br />
ne<strong>de</strong>rlaag led<strong>en</strong>. “De schavott<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in al <strong>de</strong> wijk<strong>en</strong> van 1 D’Aubigné, ” History of the<br />
Reformation in the Time of Calvin,” boek 4, Kap. 10. Parijs opgericht, <strong>en</strong> het verbrand<strong>en</strong><br />
geschied<strong>de</strong> op achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag<strong>en</strong>; het doel hiervan was om <strong>de</strong> schrik van <strong>de</strong> ketterij<br />
te verspreid<strong>en</strong> door <strong>de</strong> terechtstelling over e<strong>en</strong> langere tijd uit te strekk<strong>en</strong>. Het evangelie trok<br />
hier echter in het ein<strong>de</strong> voor<strong>de</strong>el uit. Geheel Parijs werd in staat gesteld om te zi<strong>en</strong>, wat<br />
soort van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> nieuwe m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> voortbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Er was ge<strong>en</strong> preekstoel, die<br />
aan <strong>de</strong> brandstapel van <strong>de</strong> martelaar gelijk stond. De kalme vreug<strong>de</strong>, die het aangezicht van<br />
<strong>de</strong>ze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verhel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, wanneer ze . . . naar <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> terechtstelling gevoerd<br />
werd<strong>en</strong>, hun hel<strong>de</strong>moed, als <strong>de</strong> vreselike vlamm<strong>en</strong> rondom h<strong>en</strong> opsteg<strong>en</strong>, hun zachtmoedige<br />
vergiff<strong>en</strong>is van het on<strong>de</strong>rgane leed, veran<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> in niet weinig gevall<strong>en</strong> toorn in me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> haat in lief<strong>de</strong>, <strong>en</strong> pleitte met onweerstaanbare welsprek<strong>en</strong>dheid voor het evangelie.”<br />
De priesters, die erop bedacht war<strong>en</strong>, <strong>de</strong> volkswoe<strong>de</strong> op het hoogste punt te houd<strong>en</strong>,<br />
strooid<strong>en</strong> <strong>de</strong> vreselikste aanklacht<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Prostesant<strong>en</strong> uit. Ze werd<strong>en</strong> beschuldigd van<br />
sam<strong>en</strong>gespann<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Katholiek<strong>en</strong> te vermoord<strong>en</strong>, <strong>de</strong> regering omver te werp<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> koning te dod<strong>en</strong>. Niet het geringste bewijs kon aangevoerd word<strong>en</strong> om <strong>de</strong>ze<br />
155
ewering<strong>en</strong> te stav<strong>en</strong>. Toch zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze boze voorspelling<strong>en</strong> in vervulling tred<strong>en</strong>; echter<br />
on<strong>de</strong>r zeer verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door oorzak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>overgesteld<br />
karakter. De wreedhed<strong>en</strong>, welke aan <strong>de</strong> onschuldige Protestant<strong>en</strong> door <strong>de</strong> Katholiek<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> aangedaan, hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schrikkelike we<strong>de</strong>rwraak t<strong>en</strong> gevolge, <strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
volg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> hetzelf<strong>de</strong> lot over <strong>de</strong> koning, zijn regering <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong>, als ze voorspeld<br />
hadd<strong>en</strong>; maar het werd door ongelovig<strong>en</strong> <strong>en</strong> pausgezind<strong>en</strong> teweeg gebracht. Het was niet <strong>de</strong><br />
vestiging, maar <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdrukking van het Protestantisme, welke drie hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> later<br />
zulke vreselike onheil<strong>en</strong> over Frankrijk zou br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Achterdocht, wantrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> angst heerst<strong>en</strong> nu on<strong>de</strong>r alle stand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> maatschappij.<br />
Bij <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e beroering kwam er aan <strong>de</strong> dag, hoe diep <strong>de</strong> Lutherse leer wortel had geschot<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die bov<strong>en</strong>aan stond<strong>en</strong> in opvoeding, invloed, <strong>en</strong><br />
uitnem<strong>en</strong>dheid van karakter. Gewichtige <strong>en</strong> eervolle betrekking<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> plotseling vakant<br />
bevond<strong>en</strong>. Ambachtslied<strong>en</strong>, drukkers, stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, professor<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> universiteit<strong>en</strong>,<br />
schrijvers <strong>en</strong> zelfs hoveling<strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> vluchtt<strong>en</strong> uit Parijs, <strong>en</strong> gav<strong>en</strong> door<br />
vrijwillige balling<strong>en</strong> van hun geboortegrond te word<strong>en</strong> in vele gevall<strong>en</strong> het eerste blijk, dat<br />
ze het hervorm<strong>de</strong> geloof gunstig gezind war<strong>en</strong>. De pausgezind<strong>en</strong> staard<strong>en</strong> in verwon<strong>de</strong>ring<br />
rond bij <strong>de</strong> gedachte aan <strong>de</strong> vele onverdachte ketters, die ze on<strong>de</strong>r zich geduld hadd<strong>en</strong>. Hun<br />
woe<strong>de</strong> koel<strong>de</strong> zich op <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte e<strong>en</strong>voudiger slachtoffers, die binn<strong>en</strong> het bereik van hun<br />
macht viel<strong>en</strong>. De gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> war<strong>en</strong> overvol, <strong>en</strong> <strong>de</strong> rook van <strong>de</strong> brandstapels, die voor <strong>de</strong><br />
belij<strong>de</strong>rs van het evangelie aangestok<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, sche<strong>en</strong> <strong>de</strong> lucht te verduister<strong>en</strong>.<br />
Frans I. had er zich op beroemd, e<strong>en</strong> lei<strong>de</strong>r te zijn van <strong>de</strong> grote beweging voor <strong>de</strong><br />
herleving van <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap, welke het begin van <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw k<strong>en</strong>merkte. Het was<br />
hem e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot geweest, geletterd<strong>en</strong> uit ie<strong>de</strong>r land aan zijn hof te verzamel<strong>en</strong>. Aan zijn lief<strong>de</strong><br />
voor <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap, <strong>en</strong> verachting van <strong>de</strong> onwet<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> bijgelovigheid van <strong>de</strong> monnik<strong>en</strong><br />
was <strong>de</strong> mate van verdraagzaamheid, waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> hervorming behan<strong>de</strong>ld was, altans<br />
ge<strong>de</strong>eltelik te dank<strong>en</strong> geweest. Maar <strong>de</strong>ze beschermer van <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap, brand<strong>en</strong><strong>de</strong> van<br />
ijver om <strong>de</strong> hervorming uit te <strong>de</strong>lg<strong>en</strong>, vaardig<strong>de</strong> e<strong>en</strong> edikt uit, waarbij het drukk<strong>en</strong> door<br />
geheel Frankrijk afgeschaft werd! Frans I. is e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vele voorbeeld<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is,<br />
welke aanton<strong>en</strong>, dat verstan<strong>de</strong>like ontwikkling ge<strong>en</strong> waarborg is teg<strong>en</strong> onverdraagzaamheid<br />
<strong>en</strong> vervolging.<br />
Frankrijk zou zich door e<strong>en</strong> plechtige <strong>en</strong> publieke ceremonie algeheel tot uitroeiing van<br />
het Protestantisme verbind<strong>en</strong>. De priesters eist<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> belediging, <strong>de</strong> hoge hemel<br />
aangedaan door <strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> mis, door bloed moest ge<strong>de</strong>lgd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong><br />
koning voor het welzijn van zijn volk op<strong>en</strong>lik zijn toestemming tot dit vreselike werk moest<br />
gev<strong>en</strong>. De 21ste Januarie 1535 werd voor <strong>de</strong>ze gruwelike plechtigheid vastgesteld. De<br />
bijgelovige vrees <strong>en</strong> dweepzieke haat van het gehele volk war<strong>en</strong> opgewekt. Te Parijs<br />
verdrong<strong>en</strong> zich <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong>, die uit al het omligg<strong>en</strong><strong>de</strong> land door <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> wemeld<strong>en</strong>. De<br />
dag zou begonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> grote <strong>en</strong> indrukwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> optocht. “De huiz<strong>en</strong>, waar hij<br />
langs zou trekk<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> met rouwfloers behang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hier <strong>en</strong> daar war<strong>en</strong> er altar<strong>en</strong><br />
156
opgericht.” V——r ie<strong>de</strong>re <strong>de</strong>ur stond e<strong>en</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong> fakkel ter ere van het “heilige<br />
sakram<strong>en</strong>t.” V——r het aanbrek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag vorm<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> optocht v——r het paleis van<br />
<strong>de</strong> koning. “Eerst kwam<strong>en</strong> <strong>de</strong> banier<strong>en</strong> <strong>en</strong> kruis<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> parochieën; daarna<br />
versch<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> burgers, twee aan twee lop<strong>en</strong>d met brand<strong>en</strong><strong>de</strong> fakkels in <strong>de</strong> hand.” De vier<br />
monnikeord<strong>en</strong> volgd<strong>en</strong>, elk in zijn eig<strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>re kledij. Daarna kwam er e<strong>en</strong> grote<br />
verzameling van beroem<strong>de</strong> relikwieën. Hierachter red<strong>en</strong> hoge geestelik<strong>en</strong> in hun purper<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> scharlak<strong>en</strong> kleding <strong>en</strong> met juwel<strong>en</strong> bezette versiersel<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> grootse, schitter<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
vertoning.<br />
“De hostie werd door <strong>de</strong> bisschop van Parijs on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> prachtige hemel gedrag<strong>en</strong>, door<br />
vier prins<strong>en</strong> van d<strong>en</strong> bloe<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rsteund. . . . Achter <strong>de</strong> hostie liep <strong>de</strong> koning. . . . Frans I.<br />
droeg die dag ge<strong>en</strong> kroon of koninklik kleed.” ” Blootschoofds, met neergeslag<strong>en</strong> og<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
met e<strong>en</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong> kaars in <strong>de</strong> hand,” versche<strong>en</strong> <strong>de</strong> koning van Frankrijk in het op<strong>en</strong>baar<br />
“als e<strong>en</strong> boeteling.” Bij ie<strong>de</strong>r altaar boog hij zich in verootmoediging ne<strong>de</strong>r, niet voor <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong>, die zijn ziel besmett<strong>en</strong>, noch ook voor het onschuldige bloed, dat zijn hand<strong>en</strong><br />
bezoe<strong>de</strong>ld had, maar voor <strong>de</strong> gruwelike overtreding van zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> mis hadd<strong>en</strong><br />
durv<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Na hem volgd<strong>en</strong> <strong>de</strong> koningin <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoge beambt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> staat,<br />
ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s paarsgewijze, <strong>en</strong> elk met e<strong>en</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong> fakkel.<br />
Als e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag sprak <strong>de</strong> vorst zelf <strong>de</strong> hoge ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van het<br />
rijk toe in <strong>de</strong> grote zaal van het bisschoppelik paleis. Met e<strong>en</strong> bekommerd gelaat versche<strong>en</strong><br />
hij v——r h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> betreur<strong>de</strong> in treff<strong>en</strong><strong>de</strong>, welsprek<strong>en</strong><strong>de</strong> bewoording<strong>en</strong> <strong>de</strong> “misdaad, <strong>de</strong><br />
laster, <strong>de</strong> dag van smart <strong>en</strong> schan<strong>de</strong>,” die over het volk gekom<strong>en</strong> was. Hij riep ie<strong>de</strong>r getrouw<br />
on<strong>de</strong>rdaan op, om me<strong>de</strong> te help<strong>en</strong> tot uitroeiing van <strong>de</strong>ze ver<strong>de</strong>rfelike ketterij<strong>en</strong>, die<br />
Frankrijk met <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgang bedreigd<strong>en</strong>. “Zo waar, Her<strong>en</strong>, als ik uw koning b<strong>en</strong>,” sprak hij,<br />
“indi<strong>en</strong> ik wist, dat e<strong>en</strong> van mijn eig<strong>en</strong> le<strong>de</strong>mat<strong>en</strong> bevlekt of aangestok<strong>en</strong> was met dit<br />
verachtelik be<strong>de</strong>rf, ik zou het u gev<strong>en</strong> om het af te houw<strong>en</strong>. ... En ver<strong>de</strong>r, indi<strong>en</strong> ik e<strong>en</strong> van<br />
mijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> er me<strong>de</strong> bezoe<strong>de</strong>ld zag, ik zou hem niet spar<strong>en</strong>. . . . Zelf zou ik hem<br />
overgev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan God opoffer<strong>en</strong>.” Tran<strong>en</strong> verstikt<strong>en</strong> zijn stem, <strong>de</strong> gehele verga<strong>de</strong>ring<br />
we<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> riep als uit één mond; “We will<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> sterv<strong>en</strong> voor het Katholieke geloof.”<br />
Schrikkelik was <strong>de</strong> duisternis geword<strong>en</strong> van het volk, dat het licht van <strong>de</strong> waarheid<br />
verworp<strong>en</strong> had. “De zaligmak<strong>en</strong><strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>” was versch<strong>en</strong><strong>en</strong>; maar Frankrijk had zich<br />
afgekeerd, <strong>en</strong> <strong>de</strong> duisternis verkor<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> het licht, <strong>en</strong> dat na <strong>de</strong> kracht <strong>en</strong> heiligheid ervan<br />
te hebb<strong>en</strong> aanschouwd, nadat duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aangetrokk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> geweest door <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like<br />
schoonheid ervan, <strong>en</strong> sted<strong>en</strong> <strong>en</strong> dorp<strong>en</strong> door zijn glans war<strong>en</strong> verlicht. Ze hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> hemelse<br />
gave geweigerd, to<strong>en</strong> die hun werd aangebod<strong>en</strong>. Ze hadd<strong>en</strong> kwaad goed, <strong>en</strong> goed kwaad<br />
g<strong>en</strong>oemd, totdat ze <strong>de</strong> slachtoffers war<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> van hun eig<strong>en</strong>willig zelfbedrog. Zelfs al<br />
geloofd<strong>en</strong> ze nu wez<strong>en</strong>lik, dat ze Go<strong>de</strong> e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st bewez<strong>en</strong> door Zijn volk te vervolg<strong>en</strong>,<br />
<strong>de</strong>ed hun oprechtheid hun schuld toch niet weg. Ze hadd<strong>en</strong> het licht eig<strong>en</strong>willig verworp<strong>en</strong>,<br />
dat h<strong>en</strong> voor verleiding zou bewaard hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun ziel<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> smet van bloedschuld<br />
behoed.<br />
157
E<strong>en</strong> plechtige eed tot uit<strong>de</strong>lging van <strong>de</strong> ketterij werd in <strong>de</strong> grote kathedraal afgelegd,<br />
waar bijna drie eeuw<strong>en</strong> later <strong>de</strong> “Godin <strong>de</strong>r Re<strong>de</strong>” zou gekroond word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> volk, dat<br />
<strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> God had verget<strong>en</strong>. Opnieuw vorm<strong>de</strong> <strong>de</strong> optocht zich, <strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verteg<strong>en</strong>woordigers van Frankrijk e<strong>en</strong> aanvang met het werk, dat ze gezwor<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> te<br />
zull<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. “Op korte afstand<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er schavott<strong>en</strong> opgericht, waarop zekere Protestantse<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> lev<strong>en</strong>d verbrand zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ; <strong>en</strong> het was z— ingericht, dat <strong>de</strong> stapel<br />
aangestok<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> koning, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> optocht zou stilhoud<strong>en</strong> om<br />
<strong>de</strong> voltrekking van het vonnis te zi<strong>en</strong>.” De biezon<strong>de</strong>rhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> marteling<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>ze<br />
getuig<strong>en</strong> voor Christus on<strong>de</strong>rging<strong>en</strong>, zijn te vreselik om te noem<strong>en</strong>; toch was er aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> slachtoffers niets dan standvastigheid. E<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> antwoord<strong>de</strong>, to<strong>en</strong> m<strong>en</strong> er op<br />
aandrong, dat hij zou herroep<strong>en</strong>: “Ik geloof alle<strong>en</strong> in wat <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong> vroeger<br />
gepredikt hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> waarin al <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geloofd. Mijn geloof staat z— vast op<br />
God gebouwd, dat het alle macht van <strong>de</strong> hel weerstand kan bied<strong>en</strong>.”<br />
Keer op keer maakte <strong>de</strong> optocht halt bij <strong>de</strong> plaats<strong>en</strong> <strong>de</strong>r marteling. Na hun uitgangspunt<br />
aan het paleis van <strong>de</strong> koning bereikt te hebb<strong>en</strong>, verstrooi<strong>de</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte zich, <strong>en</strong> trokk<strong>en</strong> zieh<br />
<strong>de</strong> koning <strong>en</strong> <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong> terug, zeer voldaan over <strong>de</strong> verrichting<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag, <strong>en</strong> zich<br />
gelukw<strong>en</strong>s<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat het nu begonn<strong>en</strong> werk zou voortgezet word<strong>en</strong> tot volkom<strong>en</strong> vernietiging<br />
van <strong>de</strong> ketterij. Het evangelie <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s, dat Frankrijk verworp<strong>en</strong> had, zou maar al te zeker<br />
uitgeroeid word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vreselik zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> zijn. Op <strong>de</strong> 21ste Januarie 1793, juist<br />
twee hon<strong>de</strong>rd acht <strong>en</strong> vijftig jar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag af, dat Frankrijk geheel <strong>en</strong> al tot <strong>de</strong> vervolging<br />
van <strong>de</strong> hervormers besloot, trok er e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re optocht met e<strong>en</strong> zeer verschill<strong>en</strong>d doel door<br />
<strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van Parijs. “We<strong>de</strong>rom was <strong>de</strong> koning <strong>de</strong> hoofdfiguur; we<strong>de</strong>rom was er rumoer <strong>en</strong><br />
geschreeuw; we<strong>de</strong>rom werd <strong>de</strong> kreet om meer slachtoffers gehoord; we<strong>de</strong>rom war<strong>en</strong> er<br />
zwarte schavott<strong>en</strong>; <strong>en</strong> we<strong>de</strong>rom werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag met ijselike<br />
terechtstellling<strong>en</strong> beslot<strong>en</strong>: Lo<strong>de</strong>wijk XVI., worstel<strong>en</strong><strong>de</strong> met zijn bewaar<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> beul<strong>en</strong>,<br />
werd naar het blok gesleept, <strong>en</strong> daar met geweld vastgehoud<strong>en</strong>, tot <strong>de</strong> bijl gevall<strong>en</strong> was, <strong>en</strong><br />
zijn afgehouw<strong>en</strong> hoofd over het schavot rol<strong>de</strong>.” Ook was <strong>de</strong> koning niet het <strong>en</strong>ige<br />
slachtoffer; dicht bij diezelf<strong>de</strong> plaats kwam<strong>en</strong> twee duiz<strong>en</strong>d acht hon<strong>de</strong>rd m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
guillotine gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> bloedige dag<strong>en</strong> van het Schrikbewind om het lev<strong>en</strong>.<br />
De Hervorming had <strong>de</strong> wereld e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> Bijbel geschonk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van Gods<br />
wet blootgelegd, <strong>en</strong> zijn eis<strong>en</strong> bij het volk bepleit. Oneindige Lief<strong>de</strong> had aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> grondregels <strong>de</strong>s hemels ontvouwd. God had gezegd : “Behoudt ze dan, <strong>en</strong> doet ze:<br />
want dat zal uw wijsheid <strong>en</strong> uw verstand zijn voor <strong>de</strong> og<strong>en</strong> van <strong>de</strong> volk<strong>en</strong>, die al <strong>de</strong>ze<br />
inzetting<strong>en</strong> hor<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>: Dit grote volk alle<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> groot <strong>en</strong> verstandig volk.”<br />
To<strong>en</strong> Frankrijk <strong>de</strong> gift <strong>de</strong>s hemels verwierp, zaai<strong>de</strong> het het zaad van regeringloosheid <strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rgang: <strong>en</strong> <strong>de</strong> onvermij<strong>de</strong>like uitwerking van oorzaak <strong>en</strong> gevolg leid<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> Revolutie<br />
<strong>en</strong> het Schrikbewind.<br />
Lang v——r <strong>de</strong> vervolging, die door <strong>de</strong> plakkat<strong>en</strong> veroorzaakt was, had zich <strong>de</strong><br />
stoutmoedige <strong>en</strong> vurige Farel ge-dwong<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, uit zijn geboorteland te vlucht<strong>en</strong>. Hij<br />
158
egaf zich naar Zwitserland, <strong>en</strong> met zijn arbeid het werk van Zwingli steun<strong>en</strong><strong>de</strong>, hielp hij<br />
me<strong>de</strong> om <strong>de</strong> balans t<strong>en</strong> gunste van <strong>de</strong> hervorming te do<strong>en</strong> overslaan. Zijn latere jar<strong>en</strong> moest<br />
hij hier doorbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; toch bleef hij e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> invloed uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> op <strong>de</strong> hervorming in<br />
Frankrijk. Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> eerste jar<strong>en</strong> van zijn ballingschap richtt<strong>en</strong> zich zijn poging<strong>en</strong> in het<br />
biezon<strong>de</strong>r op <strong>de</strong> verspreiding van het evangelie in zijn eig<strong>en</strong> land. Hij bracht e<strong>en</strong><br />
aanmerkelik <strong>de</strong>el van zijn tijd door met predik<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r zijn landslied<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gr<strong>en</strong>s, waar<br />
hij met onvermoei<strong>de</strong> waakzaamheid <strong>de</strong> strijd naging, <strong>en</strong> er door woord<strong>en</strong> van aanmoediging<br />
<strong>en</strong> raad aan me<strong>de</strong>hielp. Met behulp van an<strong>de</strong>re balling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Duitse hervormers in <strong>de</strong> Franse taal overgezet, <strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met <strong>de</strong> Franse Bijbel in grot<strong>en</strong><br />
getale gedrukt. Door kolpor- teurs werd<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze boek<strong>en</strong> alom in Frankrijk verkocht. Ze<br />
werd<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> kolporteurs teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lage prijs afgestaan, <strong>en</strong> z— stel<strong>de</strong> <strong>de</strong> winst van hun<br />
werk h<strong>en</strong> in staat, er me<strong>de</strong> voort te gaan.<br />
Farel begon zijn werk in Zwitserland als e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige schoolmeester. Zich naar e<strong>en</strong><br />
afgezon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> parochie begev<strong>en</strong><strong>de</strong>, wijd<strong>de</strong> hij zich aan het on<strong>de</strong>rwijs van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.<br />
Behalve <strong>de</strong> gewone leervakk<strong>en</strong> leer<strong>de</strong> hij hun met omzichtig- heid <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Bijbel, hop<strong>en</strong><strong>de</strong> door <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hun ou<strong>de</strong>rs te bereik<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> er <strong>en</strong>ig<strong>en</strong>, die geloofd<strong>en</strong>,<br />
maar <strong>de</strong> priesters begonn<strong>en</strong> het werk te hin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het bijgelovige landvolk werd<br />
opgestookt om zich er teg<strong>en</strong> te verzett<strong>en</strong>. “Dat kan het evangelie van Christus niet zijn,”<br />
voerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> priesters aan, “daar <strong>de</strong> prediking ervan ge<strong>en</strong> vre<strong>de</strong> maar oorlog br<strong>en</strong>gt.” Gelijk<br />
<strong>de</strong> eerste discipel<strong>en</strong> vluchtte hij, wanneer hij in <strong>de</strong> <strong>en</strong>e stad vervolgd werd, naar e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re.<br />
Hij ging van dorp tot dorp, van stad tot stad; te voet reiz<strong>en</strong><strong>de</strong>, honger, kou<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
vermoeidheid verdur<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> overal in lev<strong>en</strong>sgevaar verker<strong>en</strong><strong>de</strong>. Hij predikte op <strong>de</strong> markt<strong>en</strong>,<br />
in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>, somtijds op <strong>de</strong> kansels van <strong>de</strong> kathedral<strong>en</strong>. Het gebeur<strong>de</strong> soms, dat hij <strong>de</strong> kerk<br />
zon<strong>de</strong>r hoor<strong>de</strong>rs vond: bij tijd<strong>en</strong> werd zijn prediking on<strong>de</strong>rbrok<strong>en</strong> door kret<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
spotwoord<strong>en</strong>, of wel hij werd met geweld van <strong>de</strong> kansel afgesleept. Meer dan e<strong>en</strong>maal viel<br />
het lage volk hem aan, <strong>en</strong> werd hij bijna doodgeslag<strong>en</strong>. Toch ging hij voort. Schoon<br />
m<strong>en</strong>igmaal afgewez<strong>en</strong>, vernieuw<strong>de</strong> hij steeds met onvermoei<strong>de</strong> volharding <strong>de</strong> aanval we<strong>de</strong>r:<br />
<strong>en</strong> één voor één zag hij <strong>de</strong> sted<strong>en</strong>, die vesting<strong>en</strong> van het pausdom geweest war<strong>en</strong>, hun<br />
poort<strong>en</strong> voor het evangelie op<strong>en</strong><strong>en</strong>. De kleine parochie, waarin hij eerst gewerkt had, nam al<br />
spoedig het hervorm<strong>de</strong> geloof aan. De sted<strong>en</strong> Morat <strong>en</strong> Neufchâtel gav<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s <strong>de</strong><br />
Roomse gebruik<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> afgodiese beeld<strong>en</strong> uit hun kerk<strong>en</strong> weg.<br />
Farel had lange tijd gew<strong>en</strong>st om <strong>de</strong> Protestantse standaard te Génève te plant<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>ze stad gewonn<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>, zou het e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>lpunt van <strong>de</strong> Hervorming voor Frankrijk,<br />
Zwitserland <strong>en</strong> Italië zijn. Met dit doel voor og<strong>en</strong> had hij zijn arbeid voortgezet, totdat vele<br />
van <strong>de</strong> omligg<strong>en</strong><strong>de</strong> sted<strong>en</strong> <strong>en</strong> dorp<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> begaf hij zich met slechts één<br />
<strong>en</strong>kele metgezel naar Génève. Maar het werd hem slechts vergund om twee mal<strong>en</strong> te<br />
predik<strong>en</strong>. De priesters, die tevergeefs getracht hadd<strong>en</strong> hem door <strong>de</strong> burgerlike macht te do<strong>en</strong><br />
veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, daagd<strong>en</strong> hem voor e<strong>en</strong> geestelike raad, waar ze zich he<strong>en</strong> begav<strong>en</strong> met<br />
wap<strong>en</strong><strong>en</strong> on<strong>de</strong>r hun kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>, vast beslot<strong>en</strong> hem om te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaal<br />
159
was er e<strong>en</strong> woed<strong>en</strong><strong>de</strong> volksm<strong>en</strong>igte verga<strong>de</strong>rd met knots<strong>en</strong> <strong>en</strong> zwaard<strong>en</strong>, om zich van zijn<br />
dood te verzeker<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> het hem zou mog<strong>en</strong> gelukk<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> raad te ontsnapp<strong>en</strong>. De<br />
teg<strong>en</strong>woordigheid van magistrat<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> gewap<strong>en</strong><strong>de</strong> macht red<strong>de</strong> hem echter. De volg<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
morg<strong>en</strong> werd hij vroegtijdig met zijn metgezel over het meer naar e<strong>en</strong> veilige schuilplaats<br />
gevoerd. Z— eindig<strong>de</strong> zijn eerste poging om aan Génève het evangelie te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Voor <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> proefneming werd er e<strong>en</strong> min<strong>de</strong>r werktuig gekoz<strong>en</strong>,— e<strong>en</strong> jonge man,<br />
die er z— e<strong>en</strong>voudig uitzag, dat hij zelfs door <strong>de</strong> erk<strong>en</strong><strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervorming met<br />
koelheid behan<strong>de</strong>ld werd. Maar wat kon zo iemand do<strong>en</strong>, waar Farel verworp<strong>en</strong> was? Hoe<br />
kon iemand met weinig moed <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvinding aan <strong>de</strong> storm weerstand bied<strong>en</strong>, waarvoor <strong>de</strong><br />
sterkste <strong>en</strong> moedigste g<strong>en</strong>oodzaakt was geweest te vlucht<strong>en</strong>? “Niet door kracht, noch door<br />
geweld, maar door Mijn geest zal het geschied<strong>en</strong>, zegt <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r Heirschar<strong>en</strong>.” “Maar het<br />
dwaze <strong>de</strong>r wereld heeft God uitverkor<strong>en</strong>, opdat Hij <strong>de</strong> wijz<strong>en</strong> bescham<strong>en</strong> zou.” “Want het<br />
dwaze Gods is wijzer dan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>: <strong>en</strong> het zwakke Gods is sterker dan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.”<br />
From<strong>en</strong>t begon zijn werk als schoolmeester. De waarhed<strong>en</strong>, die hij <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
school leer<strong>de</strong>, herhaald<strong>en</strong> ze in hun woning<strong>en</strong>. Al spoedig kwam<strong>en</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs om <strong>de</strong> Bijbel<br />
te hor<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong>, totdat <strong>de</strong> schoolkamer gevuld was met aandachtige toehoor<strong>de</strong>rs. Nieuwe<br />
Testam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> traktat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> vrij rondge<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> bereikt<strong>en</strong> vel<strong>en</strong>, die niet op<strong>en</strong>lik<br />
durfd<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> om naar <strong>de</strong> nieuwe leer te luister<strong>en</strong>. Na e<strong>en</strong> tijd werd <strong>de</strong>ze arbei<strong>de</strong>r ook<br />
gedwong<strong>en</strong> om te vlucht<strong>en</strong>: maar <strong>de</strong> door hem on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong> waarhed<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> zich<br />
vastgezet in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. De Hervorming was geplant, <strong>en</strong> werd sterker <strong>en</strong><br />
breid<strong>de</strong> zich uit. De predikers keerd<strong>en</strong> terug, <strong>en</strong> door hun arbeid werd <strong>de</strong> Protestantse<br />
eredi<strong>en</strong>st ein<strong>de</strong>lik te Génève ingesteld.<br />
De stad had zich reeds voor <strong>de</strong> Hervorming verklaard, to<strong>en</strong> Calvijn na veel<br />
omzwerving<strong>en</strong> <strong>en</strong> wisselvallighed<strong>en</strong> <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>kwam. Van zijn laatste bezoek aan<br />
zijn geboortplaats we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong><strong>de</strong>, was hij op weg naar Bazel; maar hij vond <strong>de</strong> hoofdweg<br />
bezet door <strong>de</strong> legers van Karel V., <strong>en</strong> was gedwong<strong>en</strong> e<strong>en</strong> omweg door Génève te mak<strong>en</strong>. In<br />
dit bezoek erk<strong>en</strong><strong>de</strong> Farel Gods hand. Ofschoon Génève het hervorm<strong>de</strong> geloof aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
had, bleef er daar nog e<strong>en</strong> groot werk te verricht<strong>en</strong>. Het is niet bij geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> maar bij<br />
<strong>en</strong>kele person<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot Göd bekeerd word<strong>en</strong>; het werk van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rgeboorte<br />
moet in hart <strong>en</strong> gewet<strong>en</strong> gewrocht word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, <strong>en</strong> niet door<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>kret<strong>en</strong> van koncilieën. Hoewel het volk van Génève het gezag van Rome afgeschud<br />
had, war<strong>en</strong> ze niet zo gewillig, <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> op te gev<strong>en</strong>, welke on<strong>de</strong>r die regering <strong>de</strong> overhand<br />
hadd<strong>en</strong> gehad. De reine grondd<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> van het evangelie hier te vestig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dit volk te<br />
bereid<strong>en</strong> tot waardige vervulling van <strong>de</strong> plaats, waartoe <strong>de</strong> Voorzi<strong>en</strong>igheid h<strong>en</strong> sche<strong>en</strong> te<br />
roep<strong>en</strong>, was ge<strong>en</strong> lichte taak.<br />
Farel hield er zich van verzekerd,dat hij in Calvijn iemand gevond<strong>en</strong> had, die zich met<br />
hem zou kunn<strong>en</strong> verbind<strong>en</strong> tot het verricht<strong>en</strong> van dit werk. In <strong>de</strong> naam van God bad hij <strong>de</strong><br />
jonge evangelist plechtig 1 Kor. 1:27, 25. daar te blijv<strong>en</strong> arbeid<strong>en</strong>. Calvijn schrok daarvoor<br />
160
terug. Beschroomd <strong>en</strong> vre<strong>de</strong>liev<strong>en</strong>d van aard, was hij bang voor <strong>de</strong> stoutmoedige,<br />
onafhankelike, <strong>en</strong> zelfs heftige geest van <strong>de</strong> inwoners van Génève. Zijn zwakke gezondheid,<br />
verbond<strong>en</strong> met zijn lief<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> studie, liet hem <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>ring zoek<strong>en</strong>. Gelov<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hij<br />
met zijn p<strong>en</strong> het best <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> hervorming kon di<strong>en</strong><strong>en</strong>, w<strong>en</strong>ste hij e<strong>en</strong> stille<br />
schuilplaats te vind<strong>en</strong> om te kunn<strong>en</strong> stu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vandaar uit door <strong>de</strong> pers <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> te<br />
on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> op te bouw<strong>en</strong>. Maar Farels plechtige vermaning kwam tot hem als e<strong>en</strong><br />
roepstem uit <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> hij durf<strong>de</strong> niet weiger<strong>en</strong>. Het sche<strong>en</strong> hem toe, zei hij, “alsof Gods<br />
hand zich uitstrekte van <strong>de</strong> hemel, hem aanvatte, <strong>en</strong> hem onherroepelik aan <strong>de</strong> plaats bond,<br />
die hij zo spoedig had w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te verlat<strong>en</strong>.”<br />
In <strong>de</strong>ze tijd was <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> door veel gevar<strong>en</strong> bezet. De banvloek van<br />
<strong>de</strong> paus werd teg<strong>en</strong> Génève geslingerd, <strong>en</strong> machtige volk<strong>en</strong> bedreigd<strong>en</strong> <strong>de</strong> stad met<br />
verwoesting. Hoe zou <strong>de</strong>ze kleine stad het machtige gezag van <strong>de</strong> priesterschap we<strong>de</strong>rstaan,<br />
dat zo m<strong>en</strong>igmaal koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> keizers tot on<strong>de</strong>rwerping had g<strong>en</strong>oodzaakt ? Hoe kon hij zich<br />
staan<strong>de</strong> houd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> legers van <strong>de</strong> grote overwinnaars van <strong>de</strong> wereld ? Door <strong>de</strong> gehele<br />
Christ<strong>en</strong>heid he<strong>en</strong> werd het Protestantisme door machtige vijand<strong>en</strong> bedreigd. Na <strong>de</strong> eerste<br />
overwinning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hervorming verzamel<strong>de</strong> Rome nieuwe kracht<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> hoop van <strong>de</strong><br />
nieuwe leer te kunn<strong>en</strong> omverwerp<strong>en</strong>. In <strong>de</strong>ze tijd werd <strong>de</strong> or<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Jezuïet<strong>en</strong> gesticht, <strong>de</strong><br />
wreedste, meest gewet<strong>en</strong>loze <strong>en</strong> machtigste van alle kampvechters van het pausdom.<br />
Afgesned<strong>en</strong> van ie<strong>de</strong>re aardse band <strong>en</strong> alle m<strong>en</strong>selike belang<strong>en</strong>, dood voor <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
natuurlike ge- neg<strong>en</strong>heki, <strong>de</strong> re<strong>de</strong> <strong>en</strong> het gewet<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> gesmoord, k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zij ge<strong>en</strong> wet,<br />
ge<strong>en</strong> band, dan die van hun eig<strong>en</strong> or<strong>de</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> plicht, dan het uitbreid<strong>en</strong> van <strong>de</strong> macht<br />
ervan.<br />
Het evangelie van Christus had zijn aanhangers in staat gesteld, gevar<strong>en</strong> te ontmoet<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
lijd<strong>en</strong> te verdrag<strong>en</strong>, onbevreesd voor kou<strong>de</strong>, honger, moeite <strong>en</strong> armoe<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> banier van <strong>de</strong><br />
waarheid omhoog te houd<strong>en</strong> met pijnbank, kerker <strong>en</strong> brandstapel voor og<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong>ze<br />
macht<strong>en</strong> te bestrijd<strong>en</strong> beziel<strong>de</strong> het Jezuïetisme zijn volgeling<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> dweepzucht, die h<strong>en</strong><br />
in staat stel<strong>de</strong>, gelijke gevar<strong>en</strong> te doorstaan, <strong>en</strong> zich met al <strong>de</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong>r misleiding te<br />
verzett<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> waarheid. Er was ge<strong>en</strong> misdaad te groot voor h<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong><br />
bedrog te laag, ge<strong>en</strong> vermomming te moeilik. Ze hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> gelofte van voortdur<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
armoe<strong>de</strong> <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>righeid afgelegd, <strong>en</strong> dus was het doel, waarnaar ze streefd<strong>en</strong>, zich schatt<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> macht te verzeker<strong>en</strong>, die gewijd zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> verwoesting van het<br />
Protestantisme, <strong>en</strong> <strong>de</strong> we<strong>de</strong>roprichting van het pauselike oppergezag. Wanneer ze<br />
versch<strong>en</strong><strong>en</strong> als led<strong>en</strong> van hun or<strong>de</strong>, droeg<strong>en</strong> ze het kleed <strong>de</strong>r heiligheid, bezocht<strong>en</strong><br />
gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> <strong>en</strong> hospital<strong>en</strong>, verpleegd<strong>en</strong> <strong>de</strong> ziek<strong>en</strong>, verzorgd<strong>en</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beled<strong>en</strong>, dat ze<br />
<strong>de</strong> wereld afgezwor<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige naam van Jezus droeg<strong>en</strong>, die rondging<br />
goeddo<strong>en</strong><strong>de</strong>.<br />
Doch on<strong>de</strong>r dit vlekkeloos uiterlik war<strong>en</strong> dikwels <strong>de</strong> misdadigste <strong>en</strong> do<strong>de</strong>likste plann<strong>en</strong><br />
verborg<strong>en</strong>. Het was e<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> grondregel bij <strong>de</strong> or<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> uitkomst <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong><br />
rechtvaardigt. Volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong>ze wet war<strong>en</strong> leug<strong>en</strong>, diefstal, meineed, moord, niet alle<strong>en</strong><br />
161
vergefelik, maar zelfs prijz<strong>en</strong>swaardig, wanneer ze <strong>de</strong> belang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk bevor<strong>de</strong>rd<strong>en</strong>.<br />
On<strong>de</strong>r verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> vermomming<strong>en</strong> baand<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jezuïet<strong>en</strong> zich e<strong>en</strong> weg tot <strong>de</strong> staatsambt<strong>en</strong>,<br />
klomm<strong>en</strong> op tot raadsher<strong>en</strong> van koning<strong>en</strong>, <strong>en</strong> regeld<strong>en</strong> <strong>de</strong> staatkun<strong>de</strong> van <strong>de</strong> volker<strong>en</strong>. Ze<br />
werd<strong>en</strong> bedi<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, om spionn<strong>en</strong> van hun meesters te kunn<strong>en</strong> zijn. Ze richtt<strong>en</strong> hogeschol<strong>en</strong><br />
op voor <strong>de</strong> zon<strong>en</strong> van prins<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> schol<strong>en</strong> voor het gewone volk; <strong>en</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
van Protestantse ou<strong>de</strong>rs werd<strong>en</strong> aldus tot het waarnem<strong>en</strong> van Roomse gebruik<strong>en</strong> gebracht.<br />
Al <strong>de</strong> uiterlike pracht <strong>en</strong> vertoning van <strong>de</strong> Katholieke eredi<strong>en</strong>st werd aangew<strong>en</strong>d om het<br />
verstand te b<strong>en</strong>evel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verbeelding te verblind<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verstrikk<strong>en</strong>; <strong>en</strong> z— werd <strong>de</strong><br />
vrijheid, waarvoor <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gearbeid, <strong>en</strong> hun bloed hadd<strong>en</strong> vergot<strong>en</strong>, door <strong>de</strong><br />
zon<strong>en</strong> verrad<strong>en</strong>. De Jezuït<strong>en</strong> verspreidd<strong>en</strong> zich snel over Europa, <strong>en</strong> waar ze ook maar<br />
ging<strong>en</strong>, daar volg<strong>de</strong> e<strong>en</strong> herleving van het pausdom.<br />
Om hun meer macht te gev<strong>en</strong> werd er e<strong>en</strong> bul uitgevaardigd, waarbij <strong>de</strong> Inkwisitie we<strong>de</strong>r<br />
werd ingesteld. Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e afschuw, waarme<strong>de</strong> hij zelfs in <strong>de</strong><br />
Katholieke land<strong>en</strong> werd beschouwd, steld<strong>en</strong> <strong>de</strong> pauselike heersers <strong>de</strong>ze vreselike rechtbank<br />
opnieuw in; <strong>en</strong> gruwel<strong>en</strong>, te on- m<strong>en</strong>selik om te vermeld<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> in zijn geheime kerkers<br />
gepleegd. In vele land<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bij duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voornaamst<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het<br />
volk, <strong>de</strong> reinst<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>de</strong>lst<strong>en</strong>, <strong>de</strong> verstandigst<strong>en</strong> <strong>en</strong> best opgevoed<strong>en</strong>, vrome <strong>en</strong> ijverige<br />
lerar<strong>en</strong>, werkzame <strong>en</strong> va<strong>de</strong>rlandsliev<strong>en</strong><strong>de</strong> burgers, beroem<strong>de</strong> geleerd<strong>en</strong>, tal<strong>en</strong>tvolle<br />
kunst<strong>en</strong>aars, bekwame handwerkslied<strong>en</strong>, —f gedood, öf gedwong<strong>en</strong> naar el<strong>de</strong>rs te vlucht<strong>en</strong>.<br />
Zodanige war<strong>en</strong> <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die Rome te werk had gesteld, om het licht van <strong>de</strong><br />
Hervorming uit te dov<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel af te trekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> onwet<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong><br />
bijgelovigheid van <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong> we<strong>de</strong>r te herstell<strong>en</strong>. Maar on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> Gods <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
arbeid van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>le mann<strong>en</strong>, die Hij had verwekt om Luther op te volg<strong>en</strong>, werd het<br />
Protestantisme niet uitgeroeid. Het zou zijn kracht niet dank<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gunst of <strong>de</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
van vorst<strong>en</strong>. De kleinste, ne<strong>de</strong>rigste <strong>en</strong> minstvermog<strong>en</strong><strong>de</strong> naties werd<strong>en</strong> er <strong>de</strong> bolwerk<strong>en</strong> van:<br />
het kleine Génève te midd<strong>en</strong> van machtige vijand<strong>en</strong>, die zijn on<strong>de</strong>rgang beslot<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>;<br />
Holland, op zijn zandbank<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> Noordzee rust<strong>en</strong>d, worstel<strong>en</strong>d teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> tirannie van<br />
Spanje, dat to<strong>en</strong> het grootste <strong>en</strong> rijkste koninkrijk was; het barre, onvruchtbare Zwed<strong>en</strong>,—<br />
die war<strong>en</strong> het, waar <strong>de</strong> Hervorming overwinning<strong>en</strong> behaal<strong>de</strong>.<br />
Bijna <strong>de</strong>rtig jar<strong>en</strong> lang arbeid<strong>de</strong> Calvijn te Génève: eerst om aldaar e<strong>en</strong> kerk te sticht<strong>en</strong>,<br />
die zich aan <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>leer van <strong>de</strong> Bijbel hield, <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s tot bevor<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong><br />
Hervorming door geheel Europa. Zijn loopbaan als op<strong>en</strong>baar lei<strong>de</strong>r was niet zon<strong>de</strong>r blaam,<br />
noch ook zijn leer vrij van dwaling. Maar door zijn me<strong>de</strong>werking werd<strong>en</strong> waarhed<strong>en</strong><br />
verkondigd, die van biezon<strong>de</strong>r gewicht war<strong>en</strong> voor zijn tijd, om <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van hot<br />
Protestantisme teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> snol ker<strong>en</strong><strong>de</strong> vlood van hot pausdom to handhav<strong>en</strong>, on om in <strong>de</strong><br />
hervorm<strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voud <strong>en</strong> reinheid van wan<strong>de</strong>l te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, in plaats van <strong>de</strong> trots on<br />
het be<strong>de</strong>rf, dat aangekweekt word door do Roomse leer. Van Génève ging<strong>en</strong> geschrift<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
lerar<strong>en</strong> uit om <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> leer te verspreid<strong>en</strong>. De vervolgd<strong>en</strong> uit alle land<strong>en</strong> sloeg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
og<strong>en</strong> naar <strong>de</strong>ze plaats om on<strong>de</strong>rricht, raad, <strong>en</strong> bemoediging te bekom<strong>en</strong>. De stad van Calvijn<br />
162
werd o<strong>en</strong> schuilplaats voor <strong>de</strong> verjaag<strong>de</strong> hervormers van geheel westelik Europa.<br />
Vlucht<strong>en</strong><strong>de</strong> voor <strong>de</strong> vreselike storm<strong>en</strong>, die eeuw<strong>en</strong> duurd<strong>en</strong>, zocht<strong>en</strong> <strong>de</strong> vluchteling<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
poort<strong>en</strong> van Génève. Uitgehongord, gewond, van huis <strong>en</strong> bloedverwant<strong>en</strong> beroofd, werd<strong>en</strong><br />
ze warm verwelkomd <strong>en</strong> te<strong>de</strong>rlik verzorgd: <strong>en</strong> hier e<strong>en</strong> tehuis vind<strong>en</strong><strong>de</strong>, werd<strong>en</strong> ze tot e<strong>en</strong><br />
zeg<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> stad van hun ne<strong>de</strong>rzetting door hun bekwaamheid, hun geleerdheid <strong>en</strong> hun<br />
vroomheid. Vel<strong>en</strong>, die hier e<strong>en</strong> schuilplaats zocht<strong>en</strong>, koord<strong>en</strong> naar hun eig<strong>en</strong> land terug, om<br />
zich te verzett<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> tirannie van Rome.<br />
163
Hoofdstuk 13 — In <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong> <strong>en</strong> Skandinavië<br />
In <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong> ontmoette <strong>de</strong> pauselike tirannie al zeer vroeg besliste teg<strong>en</strong>stand.<br />
Zev<strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> reeds v——r Luthers tijd werd <strong>de</strong> Roomse opperpriester door twee<br />
bisschopp<strong>en</strong>, die naar Rome afgezond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daar hot ware karakter van <strong>de</strong> “heilige<br />
stoel’ ont<strong>de</strong>kt hadd<strong>en</strong>, aldus onbevreesd beschuldigd: “God heeft Zijn koningin on bruid, <strong>de</strong><br />
kerk, e<strong>en</strong> e<strong>de</strong>le <strong>en</strong> eeuwigdur<strong>en</strong><strong>de</strong> voorzi<strong>en</strong>ing voor haar gezin gemaakt, <strong>en</strong> haar e<strong>en</strong><br />
bruidschat gegev<strong>en</strong>, die verwelk<strong>en</strong> noch vergaan kan, b<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> eeuwige kroon <strong>en</strong><br />
septer; . . . al welke weldadighed<strong>en</strong> gij, als e<strong>en</strong> dief, haar ontrooft. Gij hebt voor uzelf e<strong>en</strong><br />
opgericht beeld gemaakt in <strong>de</strong> tempel Gods; in plaats van e<strong>en</strong> her<strong>de</strong>r, zijt ge voor <strong>de</strong><br />
schap<strong>en</strong> e<strong>en</strong> wolf geword<strong>en</strong>; . . . gij wilt ons do<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, dat ge <strong>de</strong> opperste bisschop zijt;<br />
ge zijt veel meer e<strong>en</strong> tiran gelijk. . . . Gij, die e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stknecht <strong>de</strong>r di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> behoor<strong>de</strong><br />
te zijn, gelijk ge uzelf noemt, gij streeft ernaar e<strong>en</strong> heer <strong>de</strong>r her<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. . . . Gij br<strong>en</strong>gt<br />
<strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods in verachting. ... De <strong>Heilig</strong>e Geest is <strong>de</strong> bouwmeester van alle kerk<strong>en</strong>,<br />
zover het aardrijk strekt. ...<br />
De stad van onze God, waarvan wij burgers zijn, reikt tot alle <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> is<br />
groter dan <strong>de</strong> stad, die <strong>de</strong> heilige profet<strong>en</strong> Babylon noem<strong>en</strong>, welke voorgeeft god<strong>de</strong>lik te zijn,<br />
zich gelijk stelt met <strong>de</strong> hemelse, er roem op draagt, dat zijn wijsheid onsterfelik is, <strong>en</strong><br />
bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong>, hoewel zon<strong>de</strong>r red<strong>en</strong>, dat hij nimmer gedwaald heeft, noch ook dwal<strong>en</strong> kan.”<br />
An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> eeuw na eeuw op om dit protest te herhal<strong>en</strong>. En die leraars van <strong>de</strong> vroegere<br />
tijd<strong>en</strong>, welke verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> doorkruist<strong>en</strong>,<strong>en</strong>,on<strong>de</strong>r verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> nam<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d,het<br />
karakter van <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>ziese z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> droeg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van het evangelie overal<br />
verspreidd<strong>en</strong>, drong<strong>en</strong> ook <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>. Hun leer verbreid<strong>de</strong> zich snel. Ze<br />
vertaald<strong>en</strong> <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>ziese bijbel op rijm in <strong>de</strong> Hollandse taal. “Daarin,” zeid<strong>en</strong> ze, “is e<strong>en</strong><br />
groot voor<strong>de</strong>el geleg<strong>en</strong>; ge<strong>en</strong> grapp<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> fabel<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> ij<strong>de</strong>le woordspeling<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong><br />
bedrog, niets dan woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>r waarheid; is er wel is waar hier <strong>en</strong> daar e<strong>en</strong> har<strong>de</strong> korst was,<br />
maar het merg <strong>en</strong> <strong>de</strong> zoetigheid van wat goed <strong>en</strong> heilig is. valk zelfs daaron<strong>de</strong>r gemak- kelik<br />
te ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>.” Alzo schrev<strong>en</strong> <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van het ou<strong>de</strong> geloof in <strong>de</strong> twaalf<strong>de</strong> eeuw.<br />
Nu begonn<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomse vervolging<strong>en</strong>; doch te midd<strong>en</strong> van brandstapels <strong>en</strong> marteling<strong>en</strong><br />
groei<strong>de</strong> het aantal van <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> steeds aan, die standvastig verklaard<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Bijbel<br />
alle<strong>en</strong> onfeilbaar gezag heeft in godsdi<strong>en</strong>stzak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat “niemand behoort gedwong<strong>en</strong> te<br />
word<strong>en</strong> om te gelov<strong>en</strong>, maar door <strong>de</strong> prediking moet word<strong>en</strong> gewonn<strong>en</strong>.” Luthers leer vond<br />
toeberei<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong>,<strong>en</strong> ernstige <strong>en</strong> getrouwe mann<strong>en</strong> <strong>de</strong>d<strong>en</strong> zich op om het<br />
evangelie te verkondig<strong>en</strong>. Uit e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> provincieën van Holland kwam M<strong>en</strong>no Simons.<br />
Rooms Katholiek opgevoed, <strong>en</strong> tot priester geord<strong>en</strong>d, wist hij niets van <strong>de</strong> Bijbel <strong>en</strong> wil<strong>de</strong><br />
hem niet lez<strong>en</strong>, uit vrees van tot ketterij te vervall<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> twijfel zich aan zijn geest<br />
opdrong over <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> trans-substantiatie, beschouw<strong>de</strong> hij het als e<strong>en</strong> verleiding van<br />
<strong>de</strong> Satan, <strong>en</strong> trachtte er zich door gebed <strong>en</strong> belijd<strong>en</strong>is van los te mak<strong>en</strong>, doch tevergeefs.<br />
164
Daarna beproef<strong>de</strong> hij door aan uitspatting<strong>en</strong> <strong>de</strong>el te nem<strong>en</strong> <strong>de</strong> beschuldig<strong>en</strong><strong>de</strong> stem van zijn<br />
gewet<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; doch ook dit baatte niet. Na <strong>en</strong>ige tijd werd hij ertoe geleid,<br />
het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, dat, met Luthers geschrift<strong>en</strong> erbij, hem tot aanname<br />
bracht van het hervorm<strong>de</strong> geloof. Kort daarna zag hij in e<strong>en</strong> naburig dorp e<strong>en</strong> man<br />
onthoofd<strong>en</strong>, die ter dood gebracht werd, omdat hij zich had lat<strong>en</strong> herdop<strong>en</strong>. Hierdoor werd<br />
hij tot on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Bijbel gebracht in zake het dop<strong>en</strong> van kleine kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Hij kon<br />
daarvoor ge<strong>en</strong> grond in <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>, maar zag integ<strong>en</strong><strong>de</strong>el in, dat berouw <strong>en</strong> geloof<br />
overal geëist word<strong>en</strong> als voorwaard<strong>en</strong> voor het ont-vang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> doop.<br />
M<strong>en</strong>no scheid<strong>de</strong> zich van <strong>de</strong> Roomse kerk af, <strong>en</strong> wijd<strong>de</strong> zijn lev<strong>en</strong> aan het verkondig<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die hem geop<strong>en</strong>baard war<strong>en</strong>. Zowel in Duitschland als in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong><br />
was e<strong>en</strong> klasse dwepers verrez<strong>en</strong>,welke dwaze <strong>en</strong> verleid<strong>en</strong><strong>de</strong> lering<strong>en</strong> voorstond<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
regel<strong>en</strong> van or<strong>de</strong> <strong>en</strong> wel- voegelikheid ter zij<strong>de</strong> steld<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot geweld <strong>en</strong> opstand <strong>de</strong><br />
toevlucht nam<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>no zag <strong>de</strong> vreselike gevolg<strong>en</strong> in, waartoe die beweging noodzakelik<br />
leid<strong>en</strong> moest, <strong>en</strong> we<strong>de</strong>rstond met al zijn kracht <strong>de</strong> dwaalleer <strong>en</strong> dwaashed<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze<br />
geestdrijvers. Er war<strong>en</strong> er echter vel<strong>en</strong>, die door <strong>de</strong>ze heethoofd<strong>en</strong> aan het dwal<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
geraakt, maar hun gevaarlike leer hadd<strong>en</strong> verzaakt; <strong>en</strong> er werd<strong>en</strong> nog steeds vele<br />
afstammeling<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, vrueht<strong>en</strong> van het Wald<strong>en</strong>ziese on<strong>de</strong>rwijs.<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze klasse arbeid<strong>de</strong> M<strong>en</strong>no met grote ijver <strong>en</strong> goed gevolg.<br />
Vijf <strong>en</strong> twintig jar<strong>en</strong> lang trok hij met vrouw <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> rond, had grote moeite <strong>en</strong><br />
ontbering<strong>en</strong> te verdur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> dikwels in lev<strong>en</strong>sgevaar. Hij doorreis<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong> <strong>en</strong> het Noord<strong>en</strong> van Duitschland, <strong>en</strong> arbeid<strong>de</strong> wel hoofdzakelik on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> lagere<br />
klass<strong>en</strong>, maar oef<strong>en</strong><strong>de</strong> toch in e<strong>en</strong> wij<strong>de</strong> kring grote invloed uit. Van nature welsprek<strong>en</strong>d,<br />
ofschoon zijn opvoeding beperkt was geweest, was hij e<strong>en</strong> man van onkreukbare<br />
oprechtheid, van ne<strong>de</strong>rige geest <strong>en</strong> zachte manier<strong>en</strong>, innig <strong>en</strong> ernstig vroom, persoonlik<br />
belev<strong>en</strong><strong>de</strong> wat hij leer<strong>de</strong>, <strong>en</strong> zich het vertrouw<strong>en</strong> van het volk verwerv<strong>en</strong><strong>de</strong>. Zijn<br />
volgeling<strong>en</strong> war<strong>en</strong> verspreid <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> verdrukt. Ze hadd<strong>en</strong> veel te lijd<strong>en</strong>, omdat m<strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
verwar<strong>de</strong> met <strong>de</strong> dweepzieke We<strong>de</strong>rdopers. Toch werd<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> door zijn arbeid tot<br />
bekering gebracht.<br />
Nerg<strong>en</strong>s werd <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> leer meer algeme<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dan in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong>. In<br />
weinig land<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanhangers ervan schrikkeliker vervolging te verdur<strong>en</strong>. In<br />
Duitschland had Karel <strong>de</strong> Vijf<strong>de</strong> <strong>de</strong> Hervorming verbann<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zou hij gaarne al <strong>de</strong> belij<strong>de</strong>rs<br />
ervan op <strong>de</strong> brandstapel gebracht hebb<strong>en</strong>; doch <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> op als e<strong>en</strong> bolwerk teg<strong>en</strong><br />
zijn tirannie. In <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong> had hij grotere macht, <strong>en</strong> het <strong>en</strong>e bloedplakkaat volg<strong>de</strong> daar<br />
op het an<strong>de</strong>re. De Bijbel te lez<strong>en</strong>, hem te hor<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>, over hem te predik<strong>en</strong>, of zelfs te<br />
sprek<strong>en</strong>, betek<strong>en</strong><strong>de</strong> zich <strong>de</strong> doodstraf op <strong>de</strong> brandstapel op <strong>de</strong> hals te hal<strong>en</strong>. In het geheim tot<br />
God te bidd<strong>en</strong>, te weiger<strong>en</strong> zich voor e<strong>en</strong> beeld te buig<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong> psalm te zing<strong>en</strong>, was<br />
ev<strong>en</strong>zeer strafbaar met <strong>de</strong> dood. Zelfs <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hun dwaling<strong>en</strong> afzwoer<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />
veroor<strong>de</strong>eld,<strong>de</strong> mann<strong>en</strong> om onthoofd,<strong>de</strong> vrouw<strong>en</strong> om lev<strong>en</strong>d begrav<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
kwam<strong>en</strong> om on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> regering van Karel <strong>en</strong> Filips II.<br />
165
Op zekere tijd werd e<strong>en</strong> geheel gezin voor het inkwisitie- hof gebracht, beschuldigd van<br />
weg te blijv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> mis, <strong>en</strong> tehuis godsdi<strong>en</strong>st te houd<strong>en</strong>. Bij het verhoor over wat ze in het<br />
verborg<strong>en</strong> <strong>de</strong>d<strong>en</strong>, antwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong> jongste zoon: “We vall<strong>en</strong> op onze knieën, <strong>en</strong> bidd<strong>en</strong> God,<br />
ons verstand te verlicht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> onze zond<strong>en</strong> te vergev<strong>en</strong>. We bidd<strong>en</strong> voor onze vorst, dat zijn<br />
regering voorspoedig, <strong>en</strong> zijn lev<strong>en</strong> gelukkig moge zijn. We bidd<strong>en</strong> voor onze overhed<strong>en</strong>,<br />
dat God h<strong>en</strong> moge bewar<strong>en</strong>.” Sommige van <strong>de</strong> rechters war<strong>en</strong> diep bewog<strong>en</strong>; toch werd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> va<strong>de</strong>r <strong>en</strong> e<strong>en</strong> van zijn zon<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> brandstapel verwez<strong>en</strong>. De woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> vervolgers<br />
stond gelijk aan het geloof van <strong>de</strong> martelar<strong>en</strong>. Niet alle<strong>en</strong> mann<strong>en</strong>, maar te<strong>de</strong>re vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
jonge meisjes toond<strong>en</strong> onverschrokk<strong>en</strong> moed. “Vrouw<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> dikwels plaats naast <strong>de</strong><br />
brandstapel van hun echtg<strong>en</strong>oot <strong>en</strong> fluisterd<strong>en</strong> hem troostwoord<strong>en</strong> toe, of zong<strong>en</strong> psalm<strong>en</strong><br />
om hem op te beur<strong>en</strong>, terwijl het vuur hem verteer<strong>de</strong>.” “Jonge meisjes legd<strong>en</strong> zich lev<strong>en</strong>d in<br />
het graf neer, alsof ze haar slaapvertrek voor <strong>de</strong> nacht binn<strong>en</strong>ging<strong>en</strong>; of trad<strong>en</strong> het schavot of<br />
<strong>de</strong> brandstapel teg<strong>en</strong> in haar beste kledij, alsof zij t<strong>en</strong> huwelik ging<strong>en</strong>.” Gelijk in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong>,<br />
to<strong>en</strong> het heid<strong>en</strong>dom het evangelie zocht te vernietig<strong>en</strong>, zo ook was nu “het bloed van <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> het zaad van <strong>de</strong> kerk.” De vervolging vermeer<strong>de</strong>r<strong>de</strong> het aantal van <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong><br />
voor <strong>de</strong> waarheid. Jaar na jaar zette <strong>de</strong> vorst, die <strong>de</strong> onoverwinnelike standvastigheid van het<br />
volk tot dolle woe<strong>de</strong> aandreef, zijn wre<strong>de</strong> werk met kracht voort; doch tevergeefs. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
e<strong>de</strong>le Willem van Oranje schonk <strong>de</strong> revolutie Holland t<strong>en</strong> laatste vrijheid om God te di<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> van Piedmont, in het laagland van Frankrijk <strong>en</strong> op <strong>de</strong> kust<strong>en</strong> van Holland<br />
werd <strong>de</strong> voortgang van het evangelie door het bloed van <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> gemerkt. Maar in <strong>de</strong><br />
land<strong>en</strong> van het Noord<strong>en</strong> vond het e<strong>en</strong> vreedzame ingang. Stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van Witt<strong>en</strong>berg, naar<br />
huis terugker<strong>en</strong><strong>de</strong>, bracht<strong>en</strong> het hervorm<strong>de</strong> geloof naar Skandinavië over. Ook verspreid<strong>de</strong><br />
het uitgev<strong>en</strong> van Luthers geschrift<strong>en</strong> het licht, Het e<strong>en</strong>voudige, kloeke volk van het Noord<strong>en</strong><br />
keer<strong>de</strong> zich af van het be<strong>de</strong>rf, <strong>de</strong> praal, <strong>en</strong> <strong>de</strong> bijgelovighed<strong>en</strong> van Rome, <strong>en</strong> verwelkom<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> reinheid, <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voud <strong>en</strong> <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>gev<strong>en</strong><strong>de</strong> waar-hed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel. Taus<strong>en</strong>, “<strong>de</strong><br />
Hervormer van D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong>,” was e<strong>en</strong> boerezoon. Reeds vroegtijdig gaf <strong>de</strong> knaap blijk<strong>en</strong><br />
van krachtige geestesontwikkeling; hij dorstte naar opvoeding, maar <strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong> van<br />
zijn ou<strong>de</strong>rs belett<strong>en</strong> hem, die te verkrijg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij begaf zich in e<strong>en</strong> klooster. Hier won hem<br />
<strong>de</strong> reinheid van zijn lev<strong>en</strong>, verbond<strong>en</strong> aan vlijt <strong>en</strong> getrouwheid, <strong>de</strong> gunst van <strong>de</strong> prior. Bij<br />
on<strong>de</strong>rzoek bleek het, dat hij tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bezat, die in <strong>de</strong> toekomst goe<strong>de</strong> di<strong>en</strong>st beloofd<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
kerk. Er werd <strong>de</strong>rhalve beslot<strong>en</strong>, hem te lat<strong>en</strong> opvoed<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hogeschol<strong>en</strong> van<br />
Duitschland of <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland<strong>en</strong>. De jonge stud<strong>en</strong>t ontving verlof, zelf zich e<strong>en</strong> school te<br />
kiez<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r voorwaar<strong>de</strong> alle<strong>en</strong>, dat hij niet naar Witt<strong>en</strong>berg ging. De scholier van <strong>de</strong> kerk<br />
moest niet door het gift van <strong>de</strong> ketterij in gevaar gebracht word<strong>en</strong>. Aldus zeid<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
kloosterbroe<strong>de</strong>rs.<br />
Taus<strong>en</strong> ging naar Keul<strong>en</strong>, dat to<strong>en</strong> als nu e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bolwerk<strong>en</strong> van het Katholicisme<br />
was. Spoedig echter begonn<strong>en</strong> <strong>de</strong> geheimzinnighed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schoolmann<strong>en</strong> hem teg<strong>en</strong> te<br />
staan. Omtr<strong>en</strong>t diezelf<strong>de</strong> tijd kreeg hij Luthers geschrift<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong>. Hij las ze met<br />
verbazing <strong>en</strong> verrukking, <strong>en</strong> begeer<strong>de</strong> zeer om van het persoonlik on<strong>de</strong>rwijs van <strong>de</strong><br />
166
hervormer te g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>. Om dit echter te kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, moest hij het erop wag<strong>en</strong>, het hoofd<br />
van zijn klooster ergernis aan te do<strong>en</strong>. <strong>en</strong> zijn on<strong>de</strong>rsteuning te verliez<strong>en</strong>. Zijn besluit was<br />
echter spoedig g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> eerlang was hij als stud<strong>en</strong>t te Witt<strong>en</strong>berg ingeboekt. To<strong>en</strong> hij in<br />
D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong> terugkwam, voeg<strong>de</strong> hij zich opnieuw bij zijn klooster. Niemand vermoed<strong>de</strong><br />
nog dat hij e<strong>en</strong> Lutheraan was; ook ont<strong>de</strong>kte hij zijn geheim niet, maar trachtte, zon<strong>de</strong>r het<br />
vooroor<strong>de</strong>el van zijn metgezell<strong>en</strong> gaan<strong>de</strong> te mak<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> tot zuiver<strong>de</strong>r geloof <strong>en</strong> heiliger<br />
lev<strong>en</strong> te leid<strong>en</strong>. Hij op<strong>en</strong><strong>de</strong> hun <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> ware betek<strong>en</strong>is ervan, <strong>en</strong><br />
predikte hun t<strong>en</strong> slotte Christus als <strong>de</strong> gerechtigheid van <strong>de</strong> zondaar <strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>ige hoop op<br />
behoud. Groot was <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> prior, die veel hoop op hem gebouwd had als e<strong>en</strong><br />
krachtige ver<strong>de</strong>diger van Rome. Hij werd da<strong>de</strong>l ik uit zijn eig<strong>en</strong> klooster naar e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<br />
overgebracht, <strong>en</strong> daar in zijn cel <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r str<strong>en</strong>g toezicht gehoud<strong>en</strong>.<br />
Tot schrik van zijn nieuwe bewakers verklaard<strong>en</strong> zich verscheid<strong>en</strong> monnik<strong>en</strong> al spoedig<br />
voor bekeerling<strong>en</strong> tot het Protestantisme. Door <strong>de</strong> tralies van zijn cel he<strong>en</strong> had Taus<strong>en</strong> aan<br />
zijn makkers <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> waarheid me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld. War<strong>en</strong> die De<strong>en</strong>se va<strong>de</strong>rs bedrev<strong>en</strong><br />
geweest in <strong>de</strong> wijze, waarop <strong>de</strong> kerk met ketterij han<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, Taus<strong>en</strong>s stem zou nimmermeer<br />
gehoord zijn; maar in plaats van hem in <strong>de</strong> <strong>en</strong>e of an<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>raardse kerker e<strong>en</strong> graf te<br />
bereid<strong>en</strong>, joeg<strong>en</strong> ze hem uit het klooster weg. Nu war<strong>en</strong> ze machteloos. E<strong>en</strong> koninklik edikt,<br />
pas uitgevaardigd, bood bescherming aan <strong>de</strong> leraars van <strong>de</strong> nieuwe stelling<strong>en</strong>. Taus<strong>en</strong> begon<br />
te predik<strong>en</strong>. De kerk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> hem op<strong>en</strong>gesteld, <strong>en</strong> het volk kwam bij hop<strong>en</strong> om naar hem<br />
te luister<strong>en</strong>. Ook an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> predikt<strong>en</strong> het woord Gods. Het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t, in <strong>de</strong> De<strong>en</strong>se<br />
taal overgezet, werd wijd <strong>en</strong> zijd verspreid. De poging<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> aanw<strong>en</strong>dd<strong>en</strong> om<br />
het werk te niet te do<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> uitbreiding ervan t<strong>en</strong> gevolge, <strong>en</strong> eerlang verklaar<strong>de</strong><br />
D<strong>en</strong>emark<strong>en</strong>, het hervorm<strong>de</strong> geloof aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>.<br />
Ook in Zwed<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er jonge mann<strong>en</strong>, die uit <strong>de</strong> bron te Witt<strong>en</strong>berg gedronk<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong>d water aan hun landg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> bracht<strong>en</strong>. Twee van <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> Zweedse<br />
Hervorming, Olaf <strong>en</strong> Laur<strong>en</strong>tius Petri, zoons van e<strong>en</strong> grofsmid te Orebro, hadd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r<br />
Luther <strong>en</strong> Melanchton gestu<strong>de</strong>erd, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> ijverig in het verkondig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>,<br />
die ze daar hadd<strong>en</strong> geleerd. Gelijk <strong>de</strong> grote hervor-mer wekte Olaf het volk op door zijn<br />
ijver <strong>en</strong> welsprek<strong>en</strong>dheid, terwijl Laur<strong>en</strong>tius, als Melanchton, geleerd, nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> kalm<br />
was. Beid<strong>en</strong> war<strong>en</strong> innig vrome mann<strong>en</strong>, van grote bekwaamheid in <strong>de</strong> theologie, <strong>en</strong> van<br />
onverschrokk<strong>en</strong> moed in het verbreid<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid. Teg<strong>en</strong>werking van <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
Rooms<strong>en</strong> bleef niet uit. De Katholieke priesters ruid<strong>en</strong> het onwet<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> bijgelovige volk op.<br />
Olaf Petri werd dikwels door het gepeupel aangevall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kwam er bij verschill<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> nauweliks met zijn lev<strong>en</strong> af. Deze hervormers echter g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> <strong>de</strong> gunst <strong>en</strong><br />
bescherming van <strong>de</strong> koning. On<strong>de</strong>r het beheer van <strong>de</strong> Roomse Kerk was het volk tot<br />
armoe<strong>de</strong> vervall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door verdrukking uitgemergeld. Ze war<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
daar hun godsdi<strong>en</strong>st alle<strong>en</strong> in tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> ceremonieën bestond, die <strong>de</strong> geest niet verlicht<strong>en</strong>,<br />
war<strong>en</strong> ze aan het terugvall<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> bijgelovighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> afgodiese gebruik<strong>en</strong> van hun<br />
heid<strong>en</strong>se voorou<strong>de</strong>rs. Het volk was in strijd<strong>en</strong><strong>de</strong> partij<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>eld, wier onophou<strong>de</strong>lik<br />
167
getwist <strong>de</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong> van alle verhoog<strong>de</strong>. De koning besloot tot e<strong>en</strong> hervorming in Staat <strong>en</strong><br />
Kerk, <strong>en</strong> heette <strong>de</strong>ze bekwame helpers in <strong>de</strong> strijd teg<strong>en</strong> Rome welkom.<br />
In teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> vorst <strong>en</strong> <strong>de</strong> voornaamste mann<strong>en</strong> van Zwed<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>dig<strong>de</strong><br />
Olaf <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> van het hervorm<strong>de</strong> geloof met grote bekwaamheid teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomse<br />
voorvechters. Hij verklaar<strong>de</strong>, dat het on<strong>de</strong>rwijs van <strong>de</strong> kerkva<strong>de</strong>rs alle<strong>en</strong> moest word<strong>en</strong><br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in zoverre het met <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemt; <strong>en</strong> dat alle nodige geloofspunt<strong>en</strong><br />
op klare <strong>en</strong> dui<strong>de</strong>like wijze in <strong>de</strong> Bijbel word<strong>en</strong> uite<strong>en</strong>gezet, zodat alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die kunn<strong>en</strong><br />
verstaan. Christus sprak: “Mijn leer is <strong>de</strong> Mijne niet, maar Desg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Mij gezond<strong>en</strong><br />
heeft,“ <strong>en</strong> Paulus verklaar<strong>de</strong>, dat indi<strong>en</strong> hij e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r evangelie zou predik<strong>en</strong>, dan hetwelk<br />
hij ontvang<strong>en</strong> had, hij vervloekt zou zijn.” “Hoe zull<strong>en</strong>,” zei <strong>de</strong> hervormer, “an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zich<br />
het recht dan aanmatig<strong>en</strong>, leerstelling<strong>en</strong> te vorm<strong>en</strong> naar hun eig<strong>en</strong> goeddunk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op te dring<strong>en</strong> als ding<strong>en</strong>, die tot <strong>de</strong> zaligheid nodig zijn?” Hij toon<strong>de</strong> aan, dat <strong>de</strong><br />
hevel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk ge<strong>en</strong> gezag hebb<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze teg<strong>en</strong> Gods gebod<strong>en</strong> strijd<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
handhaaf<strong>de</strong> het grote Protestantse beginsel, dat “<strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel alle<strong>en</strong>,” <strong>de</strong> regel is<br />
van geloof <strong>en</strong> wan<strong>de</strong>l.<br />
Deze strijd, schoon op e<strong>en</strong> toneel gevoerd, dat in vergelijking met an<strong>de</strong>re verborg<strong>en</strong><br />
mocht het<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t, “om ons <strong>de</strong> soort van mann<strong>en</strong> te ton<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>steld<strong>en</strong><br />
van het leger van <strong>de</strong> hervormers. Het war<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ongeletter<strong>de</strong>, sektariese, luidruchtige<br />
re<strong>de</strong>twisters — niets daarvan; het war<strong>en</strong> mann<strong>en</strong>, die het woord Gods hadd<strong>en</strong> bestu<strong>de</strong>erd, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Bijbel hun aan <strong>de</strong> hand <strong>de</strong>ed, wèl wist<strong>en</strong> te gebruik<strong>en</strong>. In<br />
boekegeleerdheid war<strong>en</strong> ze hun tijd voorbij. Wanneer we onze aandacht beperk<strong>en</strong> tot zulke<br />
schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> mid<strong>de</strong>lpunt<strong>en</strong> als Witt<strong>en</strong>berg <strong>en</strong> Zürich, <strong>en</strong> beroem<strong>de</strong> nam<strong>en</strong> als die van Luther<br />
<strong>en</strong> Melanchton, van Zwingli <strong>en</strong> Oecolampadius, lat<strong>en</strong> we ons gemakkelik wijs mak<strong>en</strong>, dat<br />
dit voormann<strong>en</strong> van <strong>de</strong> beweging war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat m<strong>en</strong> natuurlik in h<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>gewone kracht<br />
<strong>en</strong> grote tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zou verwacht<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgeschrikt<strong>en</strong> hun niet gelijk stond<strong>en</strong>. Maar<br />
wij w<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> blik naar het weinig schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> toneel in Zwed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rige nam<strong>en</strong><br />
van Olaf <strong>en</strong> Laur<strong>en</strong>tius Petri — van <strong>de</strong> meesters naar <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> — <strong>en</strong> wat zi<strong>en</strong> wij? . . .<br />
Geleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> theolog<strong>en</strong>; mann<strong>en</strong> die het gehele stelsel van evangeliewaarheid volkom<strong>en</strong><br />
meester war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan wie het gemakkelik viel, <strong>de</strong> drogred<strong>en</strong>aars van <strong>de</strong> schol<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
waardigheidbekle<strong>de</strong>rs van Rome te verslaan.”<br />
Als gevolg van <strong>de</strong>ze re<strong>de</strong>twist nam <strong>de</strong> koning van Zwed<strong>en</strong> het Protestantse geloof aan,<br />
<strong>en</strong> niet lang daarna verklaar<strong>de</strong> zich ook <strong>de</strong> volksverteg<strong>en</strong>woordiging t<strong>en</strong> gunste ervan. Het<br />
Nieuwe Testam<strong>en</strong>t was door Olaf Petri in <strong>de</strong> Zweedse taal overgezet, <strong>en</strong> op verlang<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> koning on<strong>de</strong>rnam<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee gebroe<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> vertaling van <strong>de</strong> gehele Bijbel. Aldus ontving<br />
het volk van Zwed<strong>en</strong> voor het eerst Gods woord in hun moe<strong>de</strong>rtaal. De Rijksdag<br />
verord<strong>en</strong><strong>de</strong>,dat door het gehele koninkrijk he<strong>en</strong> <strong>de</strong> predikant<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift zoud<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> dat <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong> schol<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel zoud<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>. Langzaam <strong>en</strong> zeker verdreef<br />
het gezeg<strong>en</strong><strong>de</strong> licht van het evangelie <strong>de</strong> duisternis van onkun<strong>de</strong> <strong>en</strong> bijgeloof. Van Roomse<br />
on<strong>de</strong>rdrukking vrijgesteld, ontwikkel<strong>de</strong> het volk e<strong>en</strong> kracht <strong>en</strong> grootheid, die het nooit<br />
168
tevor<strong>en</strong> had bereikt. Zwed<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bolwerk<strong>en</strong> van het Protestantisme. E<strong>en</strong> eeuw<br />
later, in e<strong>en</strong> tijd van het allergrootste gevaar, kwam <strong>de</strong>ze kleine <strong>en</strong> tot hiertoe zwakke<br />
natie — <strong>de</strong> <strong>en</strong>igste in Europa, die <strong>de</strong> help<strong>en</strong><strong>de</strong> hand durf<strong>de</strong> bied<strong>en</strong> — Duitschland ter hulp<br />
om het te bevrijd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vreselike worsteling van <strong>de</strong> <strong>de</strong>rtigjarige oorlog. Geheel<br />
Noor<strong>de</strong>lik Europa sche<strong>en</strong> op het punt van zich opnieuw on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> tirannie van Rome te<br />
stell<strong>en</strong>. Het war<strong>en</strong> <strong>de</strong> Zweedse legers, die Duitschland in staat steld<strong>en</strong>, het goed gevolg,<br />
waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> <strong>de</strong> oorlog voerd<strong>en</strong>, te ker<strong>en</strong>, verdraagzaamheid jeg<strong>en</strong>s <strong>de</strong><br />
Protestant<strong>en</strong> — Calvinist<strong>en</strong> zowel als Lutheran<strong>en</strong> — te beding<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan die land<strong>en</strong>, welke<br />
<strong>de</strong> Hervorming aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, vrijheid van godsdi<strong>en</strong>st te bezorg<strong>en</strong>.<br />
169
Hoofdstuk 14 — Latere Engelse Hervormers<br />
Terwijl Luther e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> Bijbel voor het Duitse volk op<strong>en</strong><strong>de</strong>, werd Tyndale door<br />
Gods geest gedrev<strong>en</strong>,om hetzelf<strong>de</strong> voor Engeland te do<strong>en</strong>. Wycliffe’s Bijbel was e<strong>en</strong><br />
vertaling van <strong>de</strong> Latijnse tekst, waar veel fout<strong>en</strong> in war<strong>en</strong>. Hij was niet in druk versch<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> kost<strong>en</strong> van geschrev<strong>en</strong> kopieën war<strong>en</strong> z— groot, dat weinig<strong>en</strong> behalve <strong>de</strong> rijk<strong>en</strong> of<br />
e<strong>de</strong>llied<strong>en</strong> ze kond<strong>en</strong> aanschaff<strong>en</strong>; daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> was hij slechts in <strong>en</strong>ge kring verspreid<br />
geword<strong>en</strong>, daar <strong>de</strong> kerk het gebruik ervan str<strong>en</strong>g verbod<strong>en</strong> had. In 1516, e<strong>en</strong> jaar v——r <strong>de</strong><br />
verschijning van Luthers stelling<strong>en</strong>, had Erasmus zijn Griekse <strong>en</strong> Latijnse uitgave van het<br />
Nieuwe Testam<strong>en</strong>t gepubliceerd. Nu voor <strong>de</strong> eerste maal versche<strong>en</strong> Gods woord in <strong>de</strong><br />
oorspronkelike taal in druk. In dit werk war<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groot aantal fout<strong>en</strong> van vorige uitgav<strong>en</strong><br />
verbeterd, <strong>en</strong> was <strong>de</strong> zin dui<strong>de</strong>liker uitge-bracht. Het leid<strong>de</strong> vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> opgevoe<strong>de</strong><br />
klasse tot e<strong>en</strong> betere k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong> gaf aan het werk van <strong>de</strong> hervorming e<strong>en</strong><br />
nieuwe vlucht. Het lagere volk echter was grot<strong>en</strong><strong>de</strong>els nog verstok<strong>en</strong> van het woord Gods.<br />
Tyndale zou Wycliffe’s werk t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel aan zijn landslied<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> vlijtig stud<strong>en</strong>t <strong>en</strong> ernstig zoeker naar <strong>de</strong> waarheid zijn<strong>de</strong>, had hij het evangelie ler<strong>en</strong><br />
k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> door Erasmus’ Griekse Testam<strong>en</strong>t. Onbevreesd predikte hij zijn overtuiging, erop<br />
aandring<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat alle leerstelling<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> getoetst. Op <strong>de</strong><br />
bewering van <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> kerk <strong>de</strong> Bijbel gegev<strong>en</strong> had, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk alle<strong>en</strong> hem kon<br />
uitlegg<strong>en</strong>, antwoord<strong>de</strong> Tyndale: “Weet gij, wie <strong>de</strong> ar<strong>en</strong>d<strong>en</strong> hun prooi heeft ler<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>?<br />
Diezelf<strong>de</strong> God leert Zijn hongerige kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hun Va<strong>de</strong>r vind<strong>en</strong> in Zijn woord. Verre van ons<br />
<strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, hebt ge ze voor ons verborg<strong>en</strong> ; gij zijt het, die <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
verbrandt, die ze ler<strong>en</strong>; <strong>en</strong> kondt ge het, ge zoudt <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> zelve ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s verbrand<strong>en</strong>.”<br />
Tyndale’s prediking wekte grote belangstelling op; vel<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid aan. Maar<br />
<strong>de</strong> priesters war<strong>en</strong> op <strong>de</strong> loer; <strong>en</strong> niet zodra had hij <strong>de</strong> streek verlat<strong>en</strong>, of ze trachtt<strong>en</strong> zijn<br />
werk ongedaan te mak<strong>en</strong> door dreigem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> voorstelling<strong>en</strong>. Maar al te dikwels<br />
gelukte hun dit. “Wat kan er gedaan word<strong>en</strong>?” riep hij uit. “Terwijl ik op <strong>de</strong> <strong>en</strong>e plaats zaai,<br />
vernielt <strong>de</strong> vijand <strong>de</strong> akker, die ik juist verlat<strong>en</strong> heb. Ik kan niet overal zijn. O, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift maar in hun eig<strong>en</strong> taal bezat<strong>en</strong>, zo kond<strong>en</strong> ze <strong>de</strong>ze<br />
drogred<strong>en</strong>aars zelv<strong>en</strong> weerstand bied<strong>en</strong>. Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Bijbel is het onmogelik, <strong>de</strong> lek<strong>en</strong> vast te<br />
mak<strong>en</strong> in <strong>de</strong> waarheid.”<br />
Hij vatte nu e<strong>en</strong> nieuw plan op. “Het was in <strong>de</strong> taal van Israël,” zei hij, “dat <strong>de</strong> psalm<strong>en</strong><br />
gezong<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in Jehova’s tempel; <strong>en</strong> zal niet het evangelie in <strong>de</strong> taal van Engeland in<br />
ons midd<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong>? . . . Behoort <strong>de</strong> kerk min<strong>de</strong>r licht op <strong>de</strong> middag te hebb<strong>en</strong>, dan bij het<br />
aanbrek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag? ... De Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> moet<strong>en</strong> het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t in hun moe<strong>de</strong>rtaal<br />
lez<strong>en</strong>.” De geleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> leraars van <strong>de</strong> kerk verschild<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r elkan<strong>de</strong>r. Door <strong>de</strong> Bijbel<br />
alle<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid vind<strong>en</strong>. “De e<strong>en</strong> houdt zich aan <strong>de</strong>ze doktor, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>r aan die Nu weerspreekt ie<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>ze schrijvers <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r. Hoe kunn<strong>en</strong> we<br />
170
on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> wie gelijk heeft, <strong>en</strong> wie ongelijk? . . . Hoe? . . . Wel, door het woord van<br />
God.” Niet lang daarna riep e<strong>en</strong> geleer<strong>de</strong> Katholieke doktor, die zich met hem in e<strong>en</strong><br />
twistgesprek begev<strong>en</strong> had, uit: “Het zou beter voor ons wez<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r Gods wett<strong>en</strong> te zijn,<br />
dan zon<strong>de</strong>r die van <strong>de</strong> paus.” Tyndale antwoord<strong>de</strong>: “Ik verzet mij teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus <strong>en</strong> al zijn<br />
wett<strong>en</strong>; <strong>en</strong> als God me het lev<strong>en</strong> spaart, leer ik <strong>de</strong> boerejong<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> ploeg drijft, meer van<br />
<strong>de</strong> Schrift dan gij weet, v——r we veel jar<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r zijn.”<br />
Het plan, dat hij was beginn<strong>en</strong> te koester<strong>en</strong>, van het volk het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t in hun<br />
eig<strong>en</strong> taal te gev<strong>en</strong>, stond nu vast, <strong>en</strong> hij zette zich da<strong>de</strong>lik aan het werk. Door vervolging<br />
van huis verdrev<strong>en</strong>, ging hij naar Lond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zette daar zijn arbeid <strong>en</strong>ige tijd ongestoord<br />
voort. Opnieuw echter noodzaakte <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> hem, te vlucht<strong>en</strong>. Geheel<br />
Engeland sche<strong>en</strong> voor hem geslot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij besloot, in Duitschland e<strong>en</strong> schuilplaats te<br />
zoek<strong>en</strong>. Daar maakte hij e<strong>en</strong> begin met het drukk<strong>en</strong> van het Engelse Nieuwe Testam<strong>en</strong>t.<br />
Twee mal<strong>en</strong> werd het werk verhin<strong>de</strong>rd; maar wanneer hem het drukk<strong>en</strong> in <strong>de</strong> <strong>en</strong>e stad<br />
verbod<strong>en</strong> werd, ging hij naar e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re. Ein<strong>de</strong>lik kwam hij te Worms, waar Luther e<strong>en</strong> paar<br />
jar<strong>en</strong> tevor<strong>en</strong> het evangelie v— —r <strong>de</strong> Rijksdag ver<strong>de</strong>digd had. In die ou<strong>de</strong> stad had <strong>de</strong><br />
Hervorming veel vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Tyndale zette daar zijn werk zon<strong>de</strong>r ver<strong>de</strong>re hin<strong>de</strong>rniss<strong>en</strong><br />
voort. Al spoedig war<strong>en</strong> er drie duiz<strong>en</strong>d eksemplar<strong>en</strong> van het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t klaar, <strong>en</strong><br />
hetzelf<strong>de</strong> jaar volg<strong>de</strong> er e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> oplaag.<br />
Met grote ernst <strong>en</strong> volharding bleef hij aan het werk. Ofschoon <strong>de</strong> Engelse autoriteit<strong>en</strong><br />
hun hav<strong>en</strong>s met <strong>de</strong> grootste zorgvuldigheid bewaakt<strong>en</strong>, werd Gods Woord op verschill<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
wijz<strong>en</strong> heimelik naar Lond<strong>en</strong> overgebracht, <strong>en</strong> vandaar uit door het land he<strong>en</strong> verspreid. De<br />
Rooms<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> tevergeefs <strong>de</strong> waarheid te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>. De bisschop van Durham kocht<br />
e<strong>en</strong>maal van e<strong>en</strong> boekverkoper, die e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d van Tyndale was, zijn gehele voorraad<br />
Bijbels, met het doel om ze te vernietig<strong>en</strong>, veron<strong>de</strong>rstell<strong>en</strong><strong>de</strong> dat het werk daardoor zeer<br />
vertraagd word<strong>en</strong> zou. Integ<strong>en</strong><strong>de</strong>el echter werd daardoor het geld gevond<strong>en</strong> tot aankoop van<br />
wat er nodig was voor e<strong>en</strong> nieuwe <strong>en</strong> verbeter<strong>de</strong> uitgave, die an<strong>de</strong>rs niet had kunn<strong>en</strong> gedrukt<br />
word<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> Tyndale later gevang<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd, werd hem <strong>de</strong> vrijheid gebod<strong>en</strong>, op<br />
voorwaar<strong>de</strong> dat hij <strong>de</strong> nam<strong>en</strong> zou bek<strong>en</strong>d stell<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hem met geld<br />
on<strong>de</strong>rsteund hadd<strong>en</strong> om zijn Bijbels te kunn<strong>en</strong> drukk<strong>en</strong>. Hij antwoord<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> bisschop<br />
van Durham meer had bijgedrag<strong>en</strong> dan iemand an<strong>de</strong>rs; want door e<strong>en</strong> hoge prijs te betal<strong>en</strong><br />
voor <strong>de</strong> overgeblev<strong>en</strong> boek<strong>en</strong>, had hij hem in staat gesteld, goedsmoeds voort te gaan.<br />
Tyndale viel door verraad zijn vijand<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rging e<strong>en</strong>maal<br />
gevang<strong>en</strong>isstraf van verscheid<strong>en</strong>e maand<strong>en</strong>. Ein<strong>de</strong>lik bezegel<strong>de</strong> hij zijn geloof door<br />
martelaarschap; maar <strong>de</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hij bereid had, steld<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re krijgslied<strong>en</strong> in staat,<br />
door al <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> tot op onze tijd toe <strong>de</strong> strijd ver<strong>de</strong>r te voer<strong>en</strong>. Latimer verkondig<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> preekstoel, dat <strong>de</strong> Bijbel in <strong>de</strong> volkstaal behoort gelez<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. De Schrijver van<br />
<strong>de</strong> Bijbel, zei hij, “is God-zelf,” <strong>en</strong> <strong>de</strong>ze Schrift bezit e<strong>en</strong> zelf<strong>de</strong> kracht <strong>en</strong> eeuwig karakter<br />
als <strong>de</strong> Schrijver. “Er is noch koning, noch keizer, noch overste of heerser, . . . die niet<br />
verplicht is. . . . Zijn heilig woord te gehoorzam<strong>en</strong>.” “Laat ons niet op zijweg<strong>en</strong> gaan, maar<br />
171
ons lat<strong>en</strong> richt<strong>en</strong> door Gods woord; laat ons niet . . . onze voorva<strong>de</strong>r<strong>en</strong> nagaan, noch zoek<strong>en</strong><br />
naar wat zij gedaan hebb<strong>en</strong>, maar veeleer wat ze hadd<strong>en</strong> behor<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>.” Barnes <strong>en</strong> Frith,<br />
Tyndale’s trouwe vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, stond<strong>en</strong> op om <strong>de</strong> waarheid te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>. De Ridleys <strong>en</strong><br />
Cranmer volgd<strong>en</strong>. Deze leidsmann<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Engelse Hervorming war<strong>en</strong> geleerd<strong>en</strong>, die voor<br />
het grootste <strong>de</strong>el in hoge achting gestaan hadd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s hun ijver <strong>en</strong><br />
gods-vrucht. Hun verzet teg<strong>en</strong> het pausdom was het gevolg van hun k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong><br />
dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> “heilige stoel.” Hun bek<strong>en</strong>dheid met <strong>de</strong> verborg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van Babylon gaf<br />
groter kracht aan hun getuig<strong>en</strong>is teg<strong>en</strong> hetzelve.<br />
“Nu wil ik e<strong>en</strong> vreem<strong>de</strong> vraag do<strong>en</strong>,” sprak Latimer. “Weet gij, wie <strong>de</strong> ijverigste<br />
bisschop <strong>en</strong> prelaat in geheel Engeland is? . . . Ik zie, dat ge aandachtig luister<strong>en</strong> wilt naar<br />
zijn naam. ... Ik zal hem u noem<strong>en</strong>: Het is <strong>de</strong> duivel. . . . Hij gaat nooit uit zijn<br />
parochie . . .roep hem, wanneer ge maar wilt, hij is altijd tehuis; . . . hij is altijd bij zijn<br />
ploeg. ... Ge zult hem nimmer traag vind<strong>en</strong>, dat verzeker ik u. . . . Waar <strong>de</strong> duivel verblijf<br />
houdt, . . . daar moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> weg, <strong>en</strong> kom<strong>en</strong> <strong>de</strong> waskaars<strong>en</strong>; daar gaan <strong>de</strong> Bijbels, <strong>en</strong><br />
kom<strong>en</strong> <strong>de</strong> rozekrans<strong>en</strong>; daar moet het evangelie wijk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> moet<strong>en</strong> kaars<strong>en</strong> verlichting<br />
gev<strong>en</strong>, zelfs op klaar-lichte dag; . . . daar wordt het kruis van Christus neerge- haald, <strong>en</strong> het<br />
vagevuur, dat <strong>de</strong> zakk<strong>en</strong> ledigt, omhoog gehev<strong>en</strong>; . . . daar weg met het kled<strong>en</strong> van naakt<strong>en</strong>,<br />
arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge- brekkig<strong>en</strong>. <strong>en</strong> beeld<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gekleed <strong>en</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> stokk<strong>en</strong> rijk versierd; daar<br />
moet<strong>en</strong> Gods inzetting<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zijn allerheiligst woord wijk<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>selike overlevering<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> wett<strong>en</strong>. . . . Och, of onze prelat<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> ijverig het kor<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ware leer wild<strong>en</strong> zaai<strong>en</strong>,<br />
als Satan wil<strong>de</strong> klaproz<strong>en</strong> zaait!”<br />
Het grootse beginsel, waaraan <strong>de</strong>ze hervormers zich vasthield<strong>en</strong>— hetzelf<strong>de</strong>, dat door <strong>de</strong><br />
Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong>, door Wycliffe, Johannes Huss, Luther, Zwingli <strong>en</strong> die zich met h<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>,<br />
was gehandhaafd — was het onfeilbare gezag van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift als regel van geloof <strong>en</strong><br />
wan<strong>de</strong>l. Zij ontk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> het recht van paus<strong>en</strong>, koncilieën, kerkva<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> koning<strong>en</strong> om in<br />
godsdi<strong>en</strong>stzak<strong>en</strong> het gewet<strong>en</strong> aan band<strong>en</strong> te legg<strong>en</strong>. De Bijbel was hun autoriteit, <strong>en</strong> aan wat<br />
die zegt, toetst<strong>en</strong> ze alle leerstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> allle eis<strong>en</strong>. Geloof in God <strong>en</strong> Zijn woord<br />
on<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze heilige mann<strong>en</strong>, als ze hun lev<strong>en</strong> op <strong>de</strong> brandstapel t<strong>en</strong> offer bracht<strong>en</strong>.<br />
“Weest welgemoed,” riep Latimer zijn me<strong>de</strong>martelar<strong>en</strong> toe, juist voordat <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> hun<br />
stemm<strong>en</strong> verstikt<strong>en</strong>, “we zull<strong>en</strong> hed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kaars in Engeland ontstek<strong>en</strong>, die, naar ik<br />
vertrouw, door Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> nimmer uitgeblust zal word<strong>en</strong>.”<br />
In Schotland was het zaad van <strong>de</strong> waarheid, dat Columba <strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>arbei<strong>de</strong>rs<br />
gestrooid hadd<strong>en</strong>, nooit geheel <strong>en</strong> al verlor<strong>en</strong> gegaan. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> nadat <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van<br />
Engeland zich aan Rome on<strong>de</strong>rwierp<strong>en</strong>, handhaafd<strong>en</strong> die van Schotland hun vrijheid. In <strong>de</strong><br />
twaalf<strong>de</strong> eeuw echter kreeg <strong>de</strong> pauselike macht aldaar voet, <strong>en</strong> in ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel land oef<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
hij meer onbepaal<strong>de</strong> heerschappij. Nerg<strong>en</strong>s was <strong>de</strong> duisternis dichter. Toch kwam<strong>en</strong> er nog<br />
lichtstral<strong>en</strong> het duister doorbor<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> dag aan te kondig<strong>en</strong>. De Lollard<strong>en</strong>, die<br />
met <strong>de</strong> Bijbel <strong>en</strong> het on<strong>de</strong>rwijs van Wycliffe uit Engeland kwam<strong>en</strong>, bracht<strong>en</strong> er veel toe bij,<br />
172
dat <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van het evangelie bewaard werd, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re eeuw bracht zijn getuig<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
martelar<strong>en</strong> voort.<br />
Bij het begin van <strong>de</strong> Grote Hervorming kwam<strong>en</strong> <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van Luther, <strong>en</strong> daarna<br />
Tyndale’s Engelse Nieuwe Testam<strong>en</strong>t. Onopgemerkt door <strong>de</strong> priesterschap ging<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze<br />
boodschappers zwijg<strong>en</strong>d <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> over <strong>en</strong> <strong>de</strong> dal<strong>en</strong> door, <strong>de</strong> fakkel van <strong>de</strong> waarheid, die in<br />
Schotland bijna was uitgedoofd, opnieuw in vlam zett<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> het werk te niet do<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat<br />
Rome gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> vier eeuw<strong>en</strong> van on<strong>de</strong>rdrukking had verricht. To<strong>en</strong> gaf het bloed van<br />
martelar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuwe spoorslag aan <strong>de</strong> beweging. De Roomse leidslied<strong>en</strong>, plotseling het<br />
gevaar bevroed<strong>en</strong>d, dat hun zaak bedreig<strong>de</strong>, bracht<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste <strong>en</strong> meest geëer<strong>de</strong><br />
zon<strong>en</strong> van Schotland op <strong>de</strong> brandstapel. Doch ze richtt<strong>en</strong> daardoor slechts e<strong>en</strong> preekstoel op,<br />
vanwaar <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze sterv<strong>en</strong><strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> het gehele land door werd<strong>en</strong> gehoord, <strong>de</strong><br />
hart<strong>en</strong> van het volk in trilling zett<strong>en</strong><strong>de</strong> met e<strong>en</strong> on verwrikbaar voornem<strong>en</strong> om Rome’s<br />
boei<strong>en</strong> af te schudd<strong>en</strong>.<br />
Hamilton <strong>en</strong> Wishart,prins<strong>en</strong> in karakter zowel als door geboorte, offerd<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>ev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />
lange reeks van ne<strong>de</strong>riger discipel<strong>en</strong>, hun lev<strong>en</strong> op <strong>de</strong> brandstapel op. Doch <strong>de</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
mutsaard, waarop Wishart stierf, bracht e<strong>en</strong> man te voorschijn, die <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> niet tot<br />
zwijg<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>,— e<strong>en</strong> man, die door Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>de</strong> doodsklok voor het pauselik<br />
oppergezag in Schotland luid<strong>en</strong> zou. John Knox had zich afgew<strong>en</strong>d van <strong>de</strong><br />
overlevering<strong>en</strong> <strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk, om zich te voed<strong>en</strong> met <strong>de</strong> waarheid van het<br />
woord van God; <strong>en</strong> het on<strong>de</strong>rwijs van Wishart had hem in zijn besluit versterkt om <strong>de</strong><br />
geme<strong>en</strong>schap van Rome vaarwel te zegg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich bij <strong>de</strong> vervolg<strong>de</strong> hervormers te voeg<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> zijn vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> er bij hem op aandrong<strong>en</strong>, dat hij het predikambt aanvaard<strong>en</strong> zou,<br />
<strong>de</strong>ins<strong>de</strong> hij bev<strong>en</strong>d voor <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>likheid daarvan terug; <strong>en</strong> het was niet dan na dag<strong>en</strong><br />
van afzon<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> pijnlike strijd met zichzelf dat hij erin toestem<strong>de</strong>. Doch to<strong>en</strong> hij <strong>de</strong><br />
betrekking e<strong>en</strong>maal op zich had g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, streef<strong>de</strong> hij voorwaarts met e<strong>en</strong> onveran<strong>de</strong>rlik<br />
besluit <strong>en</strong> onverschrokk<strong>en</strong> moed, zo lang er lev<strong>en</strong> in hem was. Deze oprechte hervormer<br />
vrees<strong>de</strong> het aangezicht van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet. De martelaarsvur<strong>en</strong>, die rondom hem flikkerd<strong>en</strong>,<br />
di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> slechts om hem tot groter ijver aan te zett<strong>en</strong>. Met <strong>de</strong> bijl van <strong>de</strong> geweld<strong>en</strong>aar<br />
dreig<strong>en</strong>d bov<strong>en</strong> het hoofd, stond hij pal, <strong>en</strong> <strong>de</strong>el<strong>de</strong> krachtige slag<strong>en</strong> rechts <strong>en</strong> links toe tot<br />
vernietiging van <strong>de</strong> afgo<strong>de</strong>rij.<br />
To<strong>en</strong> hij voor <strong>de</strong> koningin van Schotland gesteld werd, in wier teg<strong>en</strong>woordigheid <strong>de</strong><br />
ijver van m<strong>en</strong>ige lei<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> was bekoeld, leg<strong>de</strong> Knox e<strong>en</strong> onverhol<strong>en</strong><br />
getuig<strong>en</strong>is voor <strong>de</strong> waarheid af. Liefkozing<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> hem niet overhal<strong>en</strong>; bedreiging<strong>en</strong><br />
joeg<strong>en</strong> hem ge<strong>en</strong> vrees aan. De koningin beschuldig<strong>de</strong> hem van ketterij. Ze liet zich uit, dat<br />
hij het volk e<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>st had geleerd, die <strong>de</strong> Staat had verbod<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op die wijze het<br />
gebod Gods had overtred<strong>en</strong>, dat aan on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> <strong>de</strong> plicht oplegt om hun vorst<strong>en</strong> te<br />
gehoorzam<strong>en</strong>. Knox antwoord<strong>de</strong> standvastig:—<br />
173
“Gelijk ware godsdi<strong>en</strong>st zijn oorsprong of recht nimmer van vorst<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong> heeft,<br />
maar van <strong>de</strong> eeuwige God alle<strong>en</strong>, alzo zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> niet verplicht, hun godsdi<strong>en</strong>st naar<br />
<strong>de</strong> smaak van hun vorst<strong>en</strong> in te richt<strong>en</strong>. Want dikwels gebeurt het dat vorst<strong>en</strong>, bov<strong>en</strong> alle<br />
an<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, het minst wet<strong>en</strong> van ware godsvrucht. . . . Indi<strong>en</strong> al het zaad van Abraham<br />
<strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st had omhelsd van Faraö, wi<strong>en</strong>s on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> ze lange tijd war<strong>en</strong>, ik bid u,<br />
Mevrouw, wat soort van godsdi<strong>en</strong>st zou er in <strong>de</strong> wereld geweest zijn? Of indi<strong>en</strong> all<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> Romeinse keizers hadd<strong>en</strong> behoord, welke<br />
godsdi<strong>en</strong>st zou er dan op aar<strong>de</strong> geweest zijn? ... En dus, Mevrouw, moge het u dui<strong>de</strong>lik zijn,<br />
dat on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> niet gehoud<strong>en</strong> zijn, <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van hun vorst<strong>en</strong> te aanvaard<strong>en</strong>, al wordt<br />
hun gebod<strong>en</strong>, die vorst<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> te er<strong>en</strong>.”<br />
Maria antwoord<strong>de</strong>: “Gij legt <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> op <strong>de</strong> <strong>en</strong>e manier uit, <strong>en</strong> zij (<strong>de</strong> Roomse leraars)<br />
verklar<strong>en</strong> ze op e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re; wie moet ik gelov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wie zal rechter zijn?” “Gij moet in God<br />
gelov<strong>en</strong>, die in Zijn Woord dui<strong>de</strong>lik spreekt,” antwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong> hervormer; “<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r dan het<br />
woord u leert, behoort ge noch <strong>de</strong> e<strong>en</strong> noch <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r te gelov<strong>en</strong>. Gods woord is dui<strong>de</strong>lik in<br />
zichzelf, <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> er hier of daar ondui<strong>de</strong>likheid bestaat, legt <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, die zichzelf<br />
nooit we<strong>de</strong>rspreekt, het op an<strong>de</strong>re plaats<strong>en</strong> weer klaar<strong>de</strong>r uit, zodat er ge<strong>en</strong> twijfel kan<br />
overblijv<strong>en</strong> dan bij <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die door onwilligheid onkundig zijn.” Zodanige war<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
waarhed<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> onverschrokk<strong>en</strong> hervormer op lev<strong>en</strong>sgevaar af zijn vorstin toesprak. Met<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> stoute moed bleef hij bij zijn doel, bidd<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> strijd <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> strijd<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
totdat Schotland vrij was van pauselike overheersing.<br />
In Engeland <strong>de</strong>ed <strong>de</strong> vestiging van het Protestantisme als staatsgodsdi<strong>en</strong>st <strong>de</strong> vervolging<br />
vermin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, maar bracht die niet geheel <strong>en</strong> al t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>. Terwijl er veel van <strong>de</strong> Roomse<br />
leerstelling<strong>en</strong> afgeschaft war<strong>en</strong>, blev<strong>en</strong> er niet weinige Roomse vorm<strong>en</strong> bestaan. De<br />
oppermacht van <strong>de</strong> paus werd verworp<strong>en</strong>, maar in zijn plaats werd <strong>de</strong> koning als hoofd van<br />
<strong>de</strong> kerk gekroond. In <strong>de</strong> kerkdi<strong>en</strong>st was er nog steeds veel, waarin die van <strong>de</strong> zuiverheid <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> e<strong>en</strong>voud van het evangelie afweek. Het grote beginsel van godsdi<strong>en</strong>stvrijheid werd nog<br />
niet verstaan. Ofschoon Protestantse heersers slechts zeld<strong>en</strong> <strong>de</strong> toevlucht nam<strong>en</strong> tot <strong>de</strong><br />
gruwelike wreedhed<strong>en</strong>, welke Rome teg<strong>en</strong> ketterij te werk stel<strong>de</strong>, werd toch het recht van<br />
ie<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s om God naar <strong>de</strong> inspraak van zijn eig<strong>en</strong> gewet<strong>en</strong> te di<strong>en</strong><strong>en</strong>, niet erk<strong>en</strong>d. Van<br />
all<strong>en</strong> werd geëist, dat ze <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> van eredi<strong>en</strong>st<br />
waarnem<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> gevestig<strong>de</strong> kerk voorschreef. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> lang werd<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
meer of min<strong>de</strong>r vervolgd, die zich niet daaraan hield<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw werd<strong>en</strong> er<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> predikant<strong>en</strong> van hun ambt ontzet. Aan het volk werd verbod<strong>en</strong>, op straffe van<br />
zware boet<strong>en</strong>, gevang<strong>en</strong>zetting <strong>en</strong> verbanning, godsdi<strong>en</strong>stige verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> bij te won<strong>en</strong>,<br />
behalve die, aan welke <strong>de</strong> kerk zijn goedkeuring gaf.<br />
Die getrouwe ziel<strong>en</strong>, welke het niet kond<strong>en</strong> nalat<strong>en</strong>, bije<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> om God te<br />
aanbidd<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oodzaakt, in donkere gang<strong>en</strong>, duistere dakkamers, <strong>en</strong> in sommige<br />
jaargetijd<strong>en</strong> te mid<strong>de</strong>rnacht in <strong>de</strong> boss<strong>en</strong> te verga<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> schuil<strong>en</strong><strong>de</strong> diept<strong>en</strong> van het<br />
woud, e<strong>en</strong> tempel van Gods eig<strong>en</strong> maaksel, ver<strong>en</strong>igd<strong>en</strong> zich die verstrooi<strong>de</strong> <strong>en</strong> vervolg<strong>de</strong><br />
174
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, om hun ziel<strong>en</strong> uit te stort<strong>en</strong> in gebed <strong>en</strong> lofgezang. Toch, ondanks al<br />
hun voorzorg, hadd<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> om hun geloof te lijd<strong>en</strong>. De gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> war<strong>en</strong> overvol.<br />
Huisgezinn<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ontbond<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er naar vreem<strong>de</strong> land<strong>en</strong> verbann<strong>en</strong>. Toch<br />
was God met Zijn volk, <strong>en</strong> gelukte het <strong>de</strong> vervolging niet, hun getuig<strong>en</strong>is tot zwijg<strong>en</strong> te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> oceaan over naar <strong>Amerika</strong> verdrev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> legd<strong>en</strong> daar het<br />
fondam<strong>en</strong>t van burgerlike <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige vrijheid, die het bolwerk <strong>en</strong> <strong>de</strong> roem van dat<br />
land geword<strong>en</strong> is.<br />
Nogmaals, gelijk in <strong>de</strong> apostoliese dag<strong>en</strong>, bewees zich <strong>de</strong> vervolging het mid<strong>de</strong>l tot<br />
verspreiding van het evangelie. In e<strong>en</strong> afzichtelike kerker, vol laaggezonk<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
misdadigers, a<strong>de</strong>m<strong>de</strong> Bunyan <strong>de</strong> dampkring <strong>de</strong>s hemels, <strong>en</strong> schreef aldaar zijn won<strong>de</strong>rvolle<br />
afbeelding van <strong>de</strong> pelgrimsreis uit het land <strong>de</strong>r vernietiging naar <strong>de</strong> hemelstad. Twee<br />
hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> lang heeft die stem uit <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is te Bedford met ingrijp<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht <strong>de</strong><br />
hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toegesprok<strong>en</strong>. Bunyans “Pelgrimsreis” <strong>en</strong> “G<strong>en</strong>a<strong>de</strong> overvloedig<br />
bewez<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> voornaamste van Zondar<strong>en</strong>” hebb<strong>en</strong> veler gang<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> weg <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s<br />
h<strong>en</strong><strong>en</strong> geleid.<br />
Baxter, Flavel, Alleine, <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re mann<strong>en</strong> van tal<strong>en</strong>t, opvoeding <strong>en</strong> diepe, christelike<br />
bevinding<strong>en</strong> stond<strong>en</strong> op als wakkere ver<strong>de</strong>digers van het geloof, dat e<strong>en</strong>maal aan <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong><br />
overgeleverd was. Het werk, dat die mann<strong>en</strong> gedaan hebb<strong>en</strong>, verbann<strong>en</strong> <strong>en</strong> vogelvrij<br />
verklaard door <strong>de</strong> bevelhebbers van <strong>de</strong>ze wereld, kan nooit te niet gedaan word<strong>en</strong>. Flavels<br />
“Lev<strong>en</strong>sfontein” <strong>en</strong> “Werking <strong>de</strong>r G<strong>en</strong>a<strong>de</strong>” hebb<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> geleerd, hoe ze aan Christus<br />
<strong>de</strong> bewaring van hun ziel<strong>en</strong> kon- d<strong>en</strong> toevertrouw<strong>en</strong>. Baxters “Hervorm<strong>de</strong> Predikant” heeft<br />
zich e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> voor vel<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> herlev<strong>en</strong>diging beger<strong>en</strong> van het werk van God,<br />
<strong>en</strong> zijn “Eeuwige Rust <strong>de</strong>r <strong>Heilig</strong><strong>en</strong>” heeft zijn werk gedaan tot leiding van ziel<strong>en</strong> naar die<br />
ruste, “die er overblijft voor het volk van God.”<br />
Hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> daarna, in e<strong>en</strong> tijd van grote geestelike duisternis, stond<strong>en</strong> Whitefield <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Wesleys op als lichtdragers voor God.On<strong>de</strong>r het bestuur van <strong>de</strong> gevestig<strong>de</strong> kerk was het<br />
Engelse volk tot e<strong>en</strong> staat van godsdi<strong>en</strong>stige achteruitgang vervall<strong>en</strong>, die zich nauweliks van<br />
het heid<strong>en</strong>dom on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> liet. Natuurgodsdi<strong>en</strong>st was <strong>de</strong> gelief<strong>de</strong> studie van <strong>de</strong><br />
geestelik<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> sloot het grootste ge<strong>de</strong>elte van hun godgeleerdheid in. De hogere<br />
klass<strong>en</strong> smaald<strong>en</strong> op vroomheid, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> er trots op, dat ze stond<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> wat ze dweperij<br />
noemd<strong>en</strong>. De lagere klass<strong>en</strong> war<strong>en</strong> schrikkelik onwet<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> overgegev<strong>en</strong> aan on<strong>de</strong>ugd,<br />
terwijl <strong>de</strong> kerk niet langer moed of geloof had, om <strong>de</strong> vertred<strong>en</strong> zaak van <strong>de</strong> waarheid nog te<br />
stutt<strong>en</strong>.<br />
De grote leerstelling van <strong>de</strong> rechtvaardiging door het geloof, die Luther zo dui<strong>de</strong>lik<br />
gepredikt had, was bijna geheel uit het oog verlor<strong>en</strong>; <strong>en</strong> het Roomse beginsel van zich op<br />
goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong> te verlat<strong>en</strong> om zalig te word<strong>en</strong>, had <strong>de</strong> plaats ervan ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Whitefield <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Wesleys, die led<strong>en</strong> war<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gevestig<strong>de</strong> kerk, war<strong>en</strong> ernstig in hun zoek<strong>en</strong> naar <strong>de</strong><br />
gunst Gods, <strong>en</strong> die moest, zo hadd<strong>en</strong> ze geleerd, verkreg<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> rechtvaardige<br />
175
wan<strong>de</strong>l <strong>en</strong> nakoming van godsdi<strong>en</strong>stige instelling<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> Charles Wesley op zekere tijd<br />
ziek werd, <strong>en</strong> me<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat zijn ein<strong>de</strong> nabij was, werd hem gevraagd, waarop hij zijn hoop op<br />
het eeuwige lev<strong>en</strong> grond<strong>de</strong>. Zijn antwoord was: “Ik heb mijn uiterste best gedaan om God te<br />
di<strong>en</strong><strong>en</strong>.” Daar <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d, die hem <strong>de</strong> vraag gedaan had, niet geheel <strong>en</strong> al tevred<strong>en</strong> sche<strong>en</strong><br />
met zijn antwoord, dacht Wesley: “Hoe, zijn mijn poging<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> grond van hoop?<br />
Wil hij mij mijn poging<strong>en</strong> ontnem<strong>en</strong>? Ik heb niets an<strong>de</strong>rs om op te vertrouw<strong>en</strong>.” Z— dicht<br />
was <strong>de</strong> duisternis, waarin <strong>de</strong> kerk was gehuld, <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing verberg<strong>en</strong><strong>de</strong>, Christus Zijn<br />
glorie ontnem<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wegleid<strong>en</strong><strong>de</strong> van hun <strong>en</strong>ige hoop op <strong>de</strong><br />
zaligheid — het bloed van <strong>de</strong> gekruiste Verlosser.<br />
Wesley <strong>en</strong> zijn tijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ertoe geleid, in te zi<strong>en</strong>, dat ware godsdi<strong>en</strong>st in het<br />
hart zetelt, <strong>en</strong> dat Gods wet zich uitstrekt tot <strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong>, zowel als tot <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
dad<strong>en</strong>. Overtuigd van <strong>de</strong> noodzakelikheid van reinheid van het hart, zowel als van<br />
vlekkeloosheid van wan<strong>de</strong>l, begonn<strong>en</strong> ze in ernst e<strong>en</strong> nieuw lev<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> ijverigste,<br />
bidd<strong>en</strong><strong>de</strong> poging<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> ze het boze van hun natuurlik hart t<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ze<br />
leidd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van zelfverlooch<strong>en</strong>ing, weldadigheid <strong>en</strong> verootmoediging, met grote<br />
gestr<strong>en</strong>gheid <strong>en</strong> zorgvuldigheid alles betracht<strong>en</strong><strong>de</strong>, waarvan ze dacht<strong>en</strong> dat het h<strong>en</strong> zou<br />
kunn<strong>en</strong> help<strong>en</strong> om te verkrijg<strong>en</strong>, wat ze verlangd<strong>en</strong>,— die heiligheid, die hun Gods gunst<br />
verzeker<strong>en</strong> zou. Doch ze bereikt<strong>en</strong> hun oogmerk niet. Hun poging<strong>en</strong> om zich van <strong>de</strong><br />
veroor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te bevrijd<strong>en</strong>, of <strong>de</strong> kracht ervan te brek<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> vergeefs. Het<br />
was <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> strijd, die Luther in zijn cel te Erfurt doorgemaakt had. Het was <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> vraag,<br />
die zijn ziel gekweld had: “Hoe kan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s voor God rechtvaardig zijn?”<br />
Het vuur van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like waarheid, op <strong>de</strong> altar<strong>en</strong> van het Protestantisme bijna<br />
uitgedoofd, zou we<strong>de</strong>r ontstok<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> toorts, welke, van <strong>de</strong> Boheemse<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> af, <strong>de</strong> <strong>en</strong>e eeuw aan <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> overhandigd had. Na <strong>de</strong> Hervorming was het<br />
Protestantisme in Bohem<strong>en</strong> door Roomse b<strong>en</strong>d<strong>en</strong> uitgeroeid. All<strong>en</strong>, die weigerd<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
waarheid op te gev<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> te vlucht<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die in Saks<strong>en</strong><br />
schuilplaats vond<strong>en</strong>, handhaafd<strong>en</strong> aldaar het ou<strong>de</strong> geloof. Van <strong>de</strong> nakomeling<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> was het, dat het licht Wesley <strong>en</strong> zijn tijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> bereikte. John <strong>en</strong> Charles<br />
Wesley vertrokk<strong>en</strong>, na tot het predikambt geord<strong>en</strong>d te zijn, op e<strong>en</strong> z<strong>en</strong>dingsreis naar<br />
<strong>Amerika</strong>. Met h<strong>en</strong> aan boord was er e<strong>en</strong> gezelschap Moraviërs. Vreselike storm<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ze<br />
op reis te verdur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> John Wesley, <strong>de</strong> dood in het aangezicht star<strong>en</strong><strong>de</strong>, gevoel<strong>de</strong> dat hij <strong>de</strong><br />
verzekering van vre<strong>de</strong> met God niet bezat. De Duitsers echter legd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kalmte <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
vertrouw<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> dag, die hem vreemd war<strong>en</strong>.<br />
“Ik had reeds lang tevor<strong>en</strong>,” zegt hij, “<strong>de</strong> grote ernstigheid in hun gedrag opgemerkt.<br />
Van hun ne<strong>de</strong>righeid hadd<strong>en</strong> ze gedurig bewijs gegev<strong>en</strong> door het do<strong>en</strong> van die<br />
on<strong>de</strong>rgeschikte di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re passagiers, die ge<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Engels<strong>en</strong> wild<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rnem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> waarvoor ze ge<strong>en</strong> betaling begeerd<strong>en</strong> of wild<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat<br />
het goed was voor hun trotse hart<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat hun liefhebb<strong>en</strong><strong>de</strong> Heiland veel meer voor h<strong>en</strong><br />
gedaan had. En ie<strong>de</strong>re dag had hun aanleiding gegev<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> zachtmoedigheid te bewijz<strong>en</strong>,<br />
176
die ge<strong>en</strong> belediging kon verstor<strong>en</strong>. Wanneer ze gestot<strong>en</strong>, geslag<strong>en</strong>, of neergeworp<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>,<br />
stond<strong>en</strong> ze op <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> weg; maar ge<strong>en</strong> klacht werd uit hun mond gehoord. Nu bood er<br />
zich e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid aan om te bewijz<strong>en</strong>, of ze ev<strong>en</strong>zeer vrij war<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geest van<br />
vreesachtigheid, als ze dat war<strong>en</strong> van trots, toorn <strong>en</strong> wraak. In het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> psalm,<br />
waarme<strong>de</strong> hun godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing begon, sloeg <strong>de</strong> zee over het schip, scheur<strong>de</strong> het grote<br />
zeil aan stukk<strong>en</strong>, be<strong>de</strong>kte het vaartuig, <strong>en</strong> spoel<strong>de</strong> tuss<strong>en</strong><strong>de</strong>ks, als had <strong>de</strong> grote afgrond ons<br />
reeds verzwolg<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Engels<strong>en</strong> ontstond e<strong>en</strong> vreselik geschreeuw. De Duitsers<br />
zong<strong>en</strong> kalm voort. Ik vroeg e<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> na<strong>de</strong>rhand : ‘Waart ge niet bang?’ Hij antwoord<strong>de</strong>:<br />
‘Goddank, ne<strong>en</strong>.’ Ik vroeg nog e<strong>en</strong>maal: ‘Maar war<strong>en</strong> uw vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> niet bang?’<br />
Hij antwoord<strong>de</strong> op zachte toon: ‘Ne<strong>en</strong>, onze vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zijn niet bang om te<br />
sterv<strong>en</strong>.’ “<br />
To<strong>en</strong> ze in Savanna aangekom<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, bleef Wesley <strong>en</strong>ige tijd bij <strong>de</strong> Moraviërs, <strong>en</strong><br />
kwam on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> diepe indruk van hun Christelik gedrag. Over e<strong>en</strong> van hun<br />
godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> sterke teg<strong>en</strong>stelling van <strong>de</strong> vormelikheid, die in <strong>de</strong> kerk van<br />
Engeland heerste, schreef hij: ” De grote e<strong>en</strong>voud, zowel als <strong>de</strong> plechtigheid van het geheel<br />
<strong>de</strong>ed me bijna verget<strong>en</strong>, dat er zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> lag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ik verbeeld<strong>de</strong> me in<br />
<strong>en</strong> van die verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> te zijn, waar vorm of staatsie niet bestond<strong>en</strong>; waar Paulus, <strong>de</strong><br />
t<strong>en</strong>temaker, of Petrus, <strong>de</strong> visser, voorging, maar in <strong>de</strong> betoning <strong>de</strong>s geestes <strong>en</strong> <strong>de</strong>r kracht. “<br />
Bij zijn terugkomst in Engeland geraakte Wesley door het on<strong>de</strong>rwijs van e<strong>en</strong> Moraviese<br />
prediker tot klaar<strong>de</strong>r verstand van het Bijbelse geloof. Hij kwam tot <strong>de</strong> overtuiging, dat hij<br />
alle vertrouw<strong>en</strong> op zijn eig<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> tot verkrijging van <strong>de</strong> zaligheid moest lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
zich algeheel verlat<strong>en</strong> moest op het “Lam Gods, dat <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>de</strong>r wereld wegneemt.” Bij<br />
e<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>ring van het Moraviese g<strong>en</strong>ootschap te Lond<strong>en</strong> werd er voorgelez<strong>en</strong>, wat Luther<br />
geschrev<strong>en</strong> had over <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring, die <strong>de</strong> Geest van God in het hart van <strong>de</strong> gelovige werkt.<br />
Terwijl Wesley daarna luister<strong>de</strong>, ontwaakte het geloof in zijn ziel. “Ik voel<strong>de</strong> e<strong>en</strong> vreemd<br />
gevoel van warmte in mijn hart,” zei hij. “Ik gevoel<strong>de</strong> dat ik op Christus, Christus alle<strong>en</strong>,<br />
vertrouw<strong>de</strong> tot zaligheid; <strong>en</strong> mij werd <strong>de</strong> verzekering gegev<strong>en</strong>, dat Hij mijn zond<strong>en</strong>, ja, <strong>de</strong><br />
mijne, had wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> mij gered had Van <strong>de</strong> wet <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong>s doods.” Door al die<br />
lange jar<strong>en</strong> he<strong>en</strong> van moeitevol <strong>en</strong> troosteloos strev<strong>en</strong> — jar<strong>en</strong> van gestr<strong>en</strong>ge<br />
zelfverlooch<strong>en</strong>ing, van verwijt <strong>en</strong> verootmoediging — had Wesley zich onveran<strong>de</strong>rd bij zijn<br />
éne doel gehoud<strong>en</strong>, namelik God te zoek<strong>en</strong>. Nu had hij Hem gevond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bemerkt dat <strong>de</strong><br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, die hij zich door gebed<strong>en</strong> <strong>en</strong> vast<strong>en</strong>, aalmoez<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelfverlooch<strong>en</strong>ing had tracht<strong>en</strong> te<br />
verwerv<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> gift was, “zon<strong>de</strong>r geld <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r prijs.”<br />
To<strong>en</strong> hij e<strong>en</strong>maal bevestigd was in het geloof van Christus, brand<strong>de</strong> zijn ganse ziel van<br />
verlang<strong>en</strong> om alom <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis te verspreid<strong>en</strong> van het heerlike evangelie van Gods vrije<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>. “Ik beschouw <strong>de</strong> gehele wereld als mijn parochie,” zei hij, “<strong>en</strong> in welk <strong>de</strong>el ik ook<br />
b<strong>en</strong>, ik rek<strong>en</strong> het recht <strong>en</strong> billik, <strong>en</strong> mijn dure plicht, aan all<strong>en</strong> die will<strong>en</strong> hor<strong>en</strong> <strong>de</strong> blij<strong>de</strong><br />
boodschap <strong>de</strong>r zaligheid te verkondig<strong>en</strong>.” Hij zette zijn nauwgezette lev<strong>en</strong> van<br />
zelfverlooch<strong>en</strong>ing voort, doch nu niet als <strong>de</strong> grond, maar als het gevolg van het geloof; niet<br />
177
als <strong>de</strong> wortel, maar als <strong>de</strong> vrucht van <strong>de</strong> heiligmaking. De g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods in Christus is het<br />
fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> hoop van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> bewijst zich in gehoorzaamheid.<br />
Wesley wijd<strong>de</strong> zijn lev<strong>en</strong> aan het predik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote waarhed<strong>en</strong>, die hij had<br />
ontvang<strong>en</strong>,— rechtvaardig- making door het geloof in het zo<strong>en</strong>bloed van Christus, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
hernieuw<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest op het hart, vrucht drag<strong>en</strong><strong>de</strong> in e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>, dat<br />
gelijkvormig gemaakt is aan het voorbeeld van Christus.<br />
Whitefield <strong>en</strong> <strong>de</strong> Wesleys war<strong>en</strong> op hun werk voorbereid door langdurige <strong>en</strong> diepe<br />
persoonlike overtuiging van hun eig<strong>en</strong> hopeloze toestand; <strong>en</strong> om h<strong>en</strong> geschikt te mak<strong>en</strong> om<br />
teg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> te verdur<strong>en</strong> als goe<strong>de</strong> krijgsknecht<strong>en</strong> van Christus, war<strong>en</strong> ze blootgesteld<br />
geword<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> vuurproef van smaad, hoon <strong>en</strong> vervolging, zowel aan <strong>de</strong> universiteit, als<br />
to<strong>en</strong> ze in <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing kwam<strong>en</strong>. Zij <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die hun gevoel<strong>en</strong>s <strong>de</strong>eld<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />
met verachting Methodist<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd door hun god<strong>de</strong>loze me<strong>de</strong>stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> — e<strong>en</strong> naam, die<br />
teg<strong>en</strong>woordig als e<strong>en</strong> er<strong>en</strong>aam wordt beschouwd door e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> talrijkste godsdi<strong>en</strong>stige<br />
gezint<strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> <strong>Amerika</strong>.<br />
Zij war<strong>en</strong> als led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Engelse staatskerk sterk gehecht aan die vorm van eredi<strong>en</strong>st;<br />
maar <strong>de</strong> Heer had hun in Zijn Woord e<strong>en</strong> hogere standaard voor og<strong>en</strong> gesteld. De <strong>Heilig</strong>e<br />
Geest spoor<strong>de</strong> h<strong>en</strong> aan om Christus <strong>en</strong> die gekruisigd te predik<strong>en</strong>. De kracht <strong>de</strong>s<br />
Allerhoogst<strong>en</strong> vergezel<strong>de</strong> hun arbeid. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> overtuigd <strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik bekeerd.<br />
Het was nodig, die schap<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> gier<strong>en</strong><strong>de</strong> wolv<strong>en</strong> te bescherm<strong>en</strong>. Wesley dacht er niet aan,<br />
e<strong>en</strong> nieuwe godsdi<strong>en</strong>stige ge- zinte te vorm<strong>en</strong>, maar organiseer<strong>de</strong> h<strong>en</strong> tot wat <strong>de</strong> Methodistiese<br />
Ver<strong>en</strong>iging g<strong>en</strong>oemd werd.<br />
Geheimzinnig <strong>en</strong> hin<strong>de</strong>rlik was <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stand, welke <strong>de</strong>ze predikers van <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
gevestig<strong>de</strong> kerk on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong>; doch God had in Zijn wijsheid <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> z—<br />
beschikt, dat <strong>de</strong> hervorming in <strong>de</strong> kerk zelf beginn<strong>en</strong> zou. Was die hervorming geheel <strong>en</strong> al<br />
van buit<strong>en</strong> af gekom<strong>en</strong>, hij zou niet doorgedrong<strong>en</strong> zijn, waar hij zo zeer b<strong>en</strong>odigd was.<br />
Maar daar <strong>de</strong> opwekking van predikers van <strong>de</strong> kerk uitging, <strong>en</strong> zij hun arbeid binn<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk verrichtt<strong>en</strong>, waar zich ook maar e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid aanbood, vond <strong>de</strong><br />
waarheid ingang, waar <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur<strong>en</strong> an<strong>de</strong>rs geslot<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> geblev<strong>en</strong> zijn. Enige geestelik<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> uit hun ze<strong>de</strong>like versuftheid wakker geschud, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ijverige predikers in hun<br />
eig<strong>en</strong> paro- chieën. Kerk<strong>en</strong>, die door vormelikheid verste<strong>en</strong>d war<strong>en</strong>, ontving<strong>en</strong> nieuw lev<strong>en</strong>.<br />
Gelijk in alle eeuw<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> kerk, zo ook in <strong>de</strong> tijd van Wesley,<br />
<strong>de</strong>d<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>e gav<strong>en</strong> het hun aangewez<strong>en</strong> werk. Ze kwam<strong>en</strong> niet op alle<br />
punt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> leer overe<strong>en</strong>, maar all<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> Geest Gods gedrev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> één<br />
in het grote doel van ziel<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong> voor Christus. De geschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Whitefield <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Wesleys dreigd<strong>en</strong> e<strong>en</strong>maal verwij<strong>de</strong>ring te do<strong>en</strong> ontstaan; maar daar ze in <strong>de</strong> school van<br />
Christus zachtmoedigheid hadd<strong>en</strong> geleerd, werd<strong>en</strong> ze door on<strong>de</strong>rlinge verdraagzaamheid <strong>en</strong><br />
broe<strong>de</strong>rlief<strong>de</strong> met elkan<strong>de</strong>r verzo<strong>en</strong>d. Ze hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> tijd om te twist<strong>en</strong>, terwijl dwaling <strong>en</strong><br />
god<strong>de</strong>loosheid rondom h<strong>en</strong> heerst<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er zondar<strong>en</strong> t<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rve ging<strong>en</strong>.<br />
178
De di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> Gods betrad<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ruw pad. Mann<strong>en</strong> van invloed <strong>en</strong> geleerdheid<br />
gebruikt<strong>en</strong> hun kracht<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong>. Na <strong>en</strong>ige tijd vertoond<strong>en</strong> zich vele geestelik<strong>en</strong> bepaald<br />
vijandig, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> zuiver geloof, <strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die<br />
het verkondigd<strong>en</strong>. De weg, die <strong>de</strong> geestelikheid insloeg, van h<strong>en</strong> van <strong>de</strong> preekstoel af te<br />
veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>de</strong>ed <strong>de</strong> elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van duisternis, onkun<strong>de</strong> <strong>en</strong> god<strong>de</strong>loosheid ontwak<strong>en</strong>.<br />
Herhaal<strong>de</strong> mal<strong>en</strong> ontsnapte John Wesley aan <strong>de</strong> dood door e<strong>en</strong> won<strong>de</strong>r van Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>.<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van het gepeupel teg<strong>en</strong> hem gaan<strong>de</strong> was gemaakt, <strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> weg op<strong>en</strong><br />
sche<strong>en</strong> om te ontkom<strong>en</strong>, versche<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel in m<strong>en</strong>segedaante aan zijn zij<strong>de</strong>, <strong>de</strong>ins<strong>de</strong> het<br />
volk terug, <strong>en</strong> kwam <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht van Christus in veiligheid weg van <strong>de</strong> plaats van het<br />
gevaar.<br />
Over zijn verlossing van het woed<strong>en</strong><strong>de</strong> volk bij e<strong>en</strong> van die geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> zei Wesley:<br />
“Vel<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> me neer te werp<strong>en</strong>,terwijl we over e<strong>en</strong> glibberig pad <strong>de</strong> heuvel afging<strong>en</strong><br />
naar <strong>de</strong> stad ; daar ze goed verstond<strong>en</strong>, dat, wanneer ik e<strong>en</strong>maal op <strong>de</strong> grond lag, ik<br />
ternauwernood weer op zou staan. Maar ik struikel<strong>de</strong> in het geheel niet, <strong>de</strong>ed zelfs ge<strong>en</strong><br />
verkeer<strong>de</strong> voetstap, totdat ik geheel <strong>en</strong> al uit hun hand<strong>en</strong> was. . . . Ofschoon er vel<strong>en</strong> me bij<br />
mijn kraag of kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> beet te krijg<strong>en</strong> om me neer te trekk<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> ze me in het<br />
geheel niet vast krijg<strong>en</strong>. Eén slechts was er, die <strong>de</strong> flap van mijn vest beetkreeg, <strong>en</strong> die bleef<br />
gauw in zijn hand achter; <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re flap, in <strong>de</strong> zak waarvan e<strong>en</strong> banknoot zat, werd maar<br />
half afgetrokk<strong>en</strong>. . . . E<strong>en</strong> krachtige man, die juist achter me liep, sloeg me verscheid<strong>en</strong>e<br />
mal<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> grote eikehout<strong>en</strong> stok, die hem ver<strong>de</strong>re moeite bespaard zou hebb<strong>en</strong>, als hij<br />
me slechts e<strong>en</strong>maal op het achterhoofd geraakt had! Maar ie<strong>de</strong>re maal werd <strong>de</strong> slag<br />
afgeweerd, ik weet niet hoe; want ik kon me rechts noch links omdraai<strong>en</strong>. . . . E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<br />
kwam door het gedrang he<strong>en</strong> geijld, hief zijn arm op om te slaan, liet hem plotseling vall<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> streek me alle<strong>en</strong> over het hoofd met <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: ‘Welk zacht haar heeft hij !’ . . . De<br />
allereerste mann<strong>en</strong>, die tot inkeer kwam<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> <strong>de</strong> held<strong>en</strong> van <strong>de</strong> stad, <strong>de</strong> lei<strong>de</strong>rs van het<br />
gepeupel bij alle geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, één van wie zelfs prijsvechter in <strong>de</strong> diergaar<strong>de</strong> geweest<br />
was. . . .<br />
“Hoe gelei<strong>de</strong>lik bereidt God ons voor op wat Hij met ons van plan is! Twee jar<strong>en</strong><br />
geled<strong>en</strong> vloog e<strong>en</strong> stuk bakste<strong>en</strong> juist langs mijn schou<strong>de</strong>r voorbij. Het was e<strong>en</strong> jaar daarna,<br />
dat e<strong>en</strong> ste<strong>en</strong> me tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> og<strong>en</strong> trof. Verled<strong>en</strong> maand kreeg ik één slag, <strong>en</strong> hed<strong>en</strong> avond<br />
twee: één v——r we <strong>de</strong> stad inkwam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> één, nadat we die verlat<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>; bei<strong>de</strong> echter<br />
betek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> niets, want ofschoon e<strong>en</strong> man me met al zijn macht op <strong>de</strong> borst sloeg, <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>r op <strong>de</strong> mond met zoveel geweld, dat het bloed er onmid<strong>de</strong>llik uitgutste, voel<strong>de</strong> ik van<br />
ge<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> slag<strong>en</strong> meer pijn, dan als ze me met e<strong>en</strong> strootje hadd<strong>en</strong> aangeraakt.”<br />
De Methodist<strong>en</strong> uit die eerste tijd — het volk zowel als <strong>de</strong> predikers — verdroeg<strong>en</strong><br />
bespotting <strong>en</strong> vervolging, zowel van led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk als van <strong>de</strong> op<strong>en</strong>lik ongodsdi<strong>en</strong>stig<strong>en</strong>,<br />
die door hun verkeer<strong>de</strong> voorstelling<strong>en</strong> opgeruid werd<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> voor gerechtshov<strong>en</strong><br />
gedaagd — <strong>en</strong> dat slechts gerechts- hov<strong>en</strong> in naam, want er werd in <strong>de</strong> hov<strong>en</strong> van die dag<strong>en</strong><br />
weinig recht gedaan. Dikwels led<strong>en</strong> ze geweld van hun vervolgers. Het gepeupel ging van<br />
179
huis tot huis, verniel<strong>de</strong> meubels <strong>en</strong> goe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, plun<strong>de</strong>r<strong>de</strong> wat ze verkoz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong>ed mann<strong>en</strong>,<br />
vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong> grofste belediging<strong>en</strong> aan. Bij sommige geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er<br />
publieke k<strong>en</strong>nisgeving<strong>en</strong> aangeplakt, <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> mee te do<strong>en</strong> aan het ingooi<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> ruit<strong>en</strong> <strong>en</strong> plun<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> huiz<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Methodist<strong>en</strong>, oproep<strong>en</strong><strong>de</strong> om op e<strong>en</strong><br />
gegev<strong>en</strong> tijd <strong>en</strong> plaats bij elkan<strong>de</strong>r te kom<strong>en</strong>. Deze op<strong>en</strong>like sch<strong>en</strong>ding van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike<br />
zowel als <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet werd zon<strong>de</strong>r <strong>en</strong>ige terechtwijzing toegelat<strong>en</strong>. Er werd e<strong>en</strong><br />
stelselmatige vervolging op touw gezet teg<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, wier <strong>en</strong>ige feil was, dat ze <strong>de</strong> voet<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> zondar<strong>en</strong> van het pad <strong>de</strong>s ver<strong>de</strong>rfs af <strong>en</strong> op het pad <strong>de</strong>r heiligheid zocht<strong>en</strong> te leid<strong>en</strong>.<br />
John Wesley zei over <strong>de</strong> beschuldiging<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> hem <strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>: “Sommig<strong>en</strong><br />
bewer<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> lering<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze mann<strong>en</strong> vals, misleid<strong>en</strong>d <strong>en</strong> dweepachtig zijn; dat ze<br />
nieuw zijn, <strong>en</strong> er tot nu toe nooit van gehoord is; dat ze kwakerij, fanatisme, <strong>en</strong> Roomse<br />
instelling<strong>en</strong> zijn. Al <strong>de</strong>ze voorw<strong>en</strong>dsel<strong>en</strong> zijn reeds met wortel <strong>en</strong> al geveld, daar er klaarlik<br />
bewez<strong>en</strong> is, dat ie<strong>de</strong>re tak van <strong>de</strong>ze leer <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like leer van <strong>de</strong> Bijbel is, welke door onze<br />
eig<strong>en</strong> kerk uitgelegd wordt. Derhalve kan hij niet vals of misleid<strong>en</strong>d wez<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> minste<br />
wanneer <strong>de</strong> Schrift waarheid is.” “An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> voor, dat ‘hun leerstelling<strong>en</strong> te strikt zijn;<br />
dat ze het pad naar <strong>de</strong> hemel te nauw mak<strong>en</strong>.’ En dat is in <strong>de</strong>r waarheid <strong>de</strong> oorspronkelike<br />
teg<strong>en</strong>werping, (gelijk het lang bijna <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige was), <strong>en</strong> ligt heimelik op <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m van<br />
duiz<strong>en</strong>d an<strong>de</strong>re, die zich in verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> voordo<strong>en</strong>. Maar mak<strong>en</strong> ze het pad naar <strong>de</strong><br />
hemel <strong>en</strong>igszins nauwer, dan onze Heer <strong>en</strong> Zijn apostel<strong>en</strong> het <strong>de</strong>d<strong>en</strong>? Is hun leer strikter dan<br />
die van <strong>de</strong> Bijbel ? Overd<strong>en</strong>kt slechts e<strong>en</strong> paar dui<strong>de</strong>like tekst<strong>en</strong>: ‘Gij zult <strong>de</strong> Heer uw God<br />
liefhebb<strong>en</strong> met geheel uw hart, <strong>en</strong> met geheel uw ziel, <strong>en</strong> met geheel uw kracht, <strong>en</strong> met<br />
geheel uw verstand; <strong>en</strong> uw naaste als uzelf.’ ‘Van elk ij<strong>de</strong>l woord, hetwelk <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> gesprok<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> ze rek<strong>en</strong>- schap gev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> dag van het oor<strong>de</strong>el.’ ‘Hetzij<br />
dan dat gijlied<strong>en</strong> eet, hetzij dat gij drinkt, hetzij dat gij iets an<strong>de</strong>rs doet, doet het al ter ere<br />
Gods.’<br />
“Indi<strong>en</strong> hun leer strikter is dan <strong>de</strong>ze, zo hebb<strong>en</strong> ze schuld; maar gij zijt in uw gewet<strong>en</strong><br />
overtuigd, dat het niet zo is. En wie kan één jota min<strong>de</strong>r strikt wez<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r het woord Gods<br />
te verdraai<strong>en</strong>? Kan <strong>en</strong>ige bewaar<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> verborg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> Gods getrouw bevond<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> hij <strong>en</strong>ig <strong>de</strong>el van die heilige uitsprak<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>rt? Ne<strong>en</strong>. Hij kan er niets van<br />
afdo<strong>en</strong>; hij kan niets verzacht<strong>en</strong>; hij is on<strong>de</strong>r verplichting van aan alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te verklar<strong>en</strong>:<br />
‘Ik mag <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> niet verlag<strong>en</strong> om voor uw smaak te pass<strong>en</strong>. Gij moet u tot <strong>de</strong> Schrift<br />
opheff<strong>en</strong>, of voor eeuwig vergaan.’ Dit is <strong>de</strong> wez<strong>en</strong>like grond van dat algem<strong>en</strong>e schreeuw<strong>en</strong><br />
over ‘<strong>de</strong> lief<strong>de</strong>loosheid van <strong>de</strong>ze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.’ Lief<strong>de</strong>loos, zijn ze dat? In welk opzicht? Voed<strong>en</strong><br />
ze <strong>de</strong> hongerig<strong>en</strong> niet, <strong>en</strong> kled<strong>en</strong> ze niet <strong>de</strong> naakt<strong>en</strong>? ‘Ne<strong>en</strong>, dat is het niet; daarin kom<strong>en</strong> ze<br />
niet te kort; maar ze zijn zo lief<strong>de</strong>loos in hun oor<strong>de</strong>el! d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat niemand zalig kan<br />
word<strong>en</strong>, dan die met h<strong>en</strong> hetzelf<strong>de</strong> pad bewan<strong>de</strong>lt.’<br />
De geestelike achteruitgang, die juist v——r <strong>de</strong> tijd van Wesley aan het licht getred<strong>en</strong><br />
was, was in hoge graad het gevolg van Antinomiaans on<strong>de</strong>rwijs. Vel<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> het er voor,<br />
dat Christus <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>wet had afgeschaft, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong>rhalve on<strong>de</strong>r ge<strong>en</strong><br />
180
verplichting stond<strong>en</strong> om die te houd<strong>en</strong>; dat e<strong>en</strong> gelovige vrijgesteld is van <strong>de</strong> “slavernij van<br />
goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong>.” An<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die dan nog <strong>de</strong> eeuwigdur<strong>en</strong>dheid van <strong>de</strong> wet toestemd<strong>en</strong>,<br />
verklaard<strong>en</strong>, dat het voor predikers onnodig was, het volk te verman<strong>en</strong> tot gehoorzaamheid<br />
aan <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> ervan, daar <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die God tot zaligheid verkor<strong>en</strong> had, “door <strong>de</strong><br />
onweerstaanbare prikkel van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> tot beoef<strong>en</strong>ing van vroomheid <strong>en</strong> <strong>de</strong>ugd<br />
zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geleid,” terwijl dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die tot eeuwige straf gedoemd war<strong>en</strong>, “niet bij<br />
machte war<strong>en</strong> om aan <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet te gehoorzam<strong>en</strong>.”<br />
An<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die zich ev<strong>en</strong>zo aan <strong>de</strong> stelling hield<strong>en</strong>, “dat <strong>de</strong> uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> niet van <strong>de</strong><br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> kunn<strong>en</strong> vervall<strong>en</strong> of <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like gunst verbeur<strong>en</strong>,” kwam<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> nog<br />
schrikkeliker gevolgtrekking, dat “<strong>de</strong> boze dad<strong>en</strong>, die ze verricht<strong>en</strong>, niet wez<strong>en</strong>lik zondig<br />
zijn, noch moet<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als hun sch<strong>en</strong>ding van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet, <strong>en</strong> dat er<br />
di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge voor h<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> noodzaak bestaat, òf om hun zond<strong>en</strong> te. belijd<strong>en</strong>, —f om ze<br />
door berouw af te brek<strong>en</strong>.” Derhalve verklaard<strong>en</strong> ze, dat zelfs e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gruwelikste<br />
zond<strong>en</strong>, “algeme<strong>en</strong> beschouwd als e<strong>en</strong> ergerlike sch<strong>en</strong>ding van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet, in het oog<br />
van God ge<strong>en</strong> zon<strong>de</strong> is,” wanneer die door e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> bedrev<strong>en</strong> wordt,<br />
“omdat het e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> nood- zakelike <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong><strong>de</strong> karaktertrekk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
is, dat ze niets do<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>, dat òf Go<strong>de</strong> onwelgevallig is, òf door <strong>de</strong> wet wordt<br />
verbod<strong>en</strong>.”<br />
Deze gruwelike leer is in beginsel <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> als <strong>de</strong> latere leer van populaire opvoe<strong>de</strong>rs <strong>en</strong><br />
godgeleerd<strong>en</strong>,— dat er name- lik ge<strong>en</strong> onveran<strong>de</strong>rlike God<strong>de</strong>like wet, als standaard van wat<br />
recht is, bestaat, maar dat <strong>de</strong> standaard van <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>leer door <strong>de</strong> maatschappij zelf wordt<br />
aangegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aanhoud<strong>en</strong>d ver-an<strong>de</strong>ring heeft on<strong>de</strong>rgaan. Al zulke d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong><br />
ingeving van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> grote geest,— van hem, die het waag<strong>de</strong>, zelfs on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>loze<br />
bewoners van <strong>de</strong> hemel zijn werk te do<strong>en</strong> van te zoek<strong>en</strong>, <strong>de</strong> rechtvaardige beperking<strong>en</strong> van<br />
Gods wet omver te hal<strong>en</strong>. De leer dat God<strong>de</strong>like bepaling<strong>en</strong> het karakter van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
onveran<strong>de</strong>rlik vaststell<strong>en</strong>, had er vel<strong>en</strong> toe geleid, <strong>de</strong> wet Gods zo goed als te verwerp<strong>en</strong>.<br />
Wesley stel<strong>de</strong> zich standvastig teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> dwaling van <strong>de</strong> Antinomiaanse lerar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> toon<strong>de</strong><br />
aan, dat <strong>de</strong>ze leer, die tot Antinomianisme voer<strong>de</strong>, teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> was. “De<br />
zaligmak<strong>en</strong><strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods is aan alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> versch<strong>en</strong><strong>en</strong>.” “Dit is goed <strong>en</strong> aang<strong>en</strong>aam voor<br />
God, onze Zaligmaker, welke wil dat alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zalig word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong><br />
waarheid kom<strong>en</strong>. Want er is één Mid<strong>de</strong>laar Gods <strong>en</strong> <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s Christus Jezus,<br />
die zichzelf gegev<strong>en</strong> heeft tot e<strong>en</strong> rantso<strong>en</strong> voor all<strong>en</strong>.” De Geest Gods wordt vrijelik<br />
geschonk<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> in staat te stell<strong>en</strong>, <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> aan te grijp<strong>en</strong>. Aldus<br />
“verlicht Christus, het waarachtige Licht, ie<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s, kom<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> wereld.” De m<strong>en</strong>s<br />
mist <strong>de</strong> zaligheid door eig<strong>en</strong>willige weigering van <strong>de</strong> gave <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s.<br />
In antwoord op <strong>de</strong> stelling, dat bij <strong>de</strong> dood van Christus <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ti<strong>en</strong><br />
gebod<strong>en</strong> met <strong>de</strong> ceremoniële wet war<strong>en</strong> weggedaan, sprak Wesley: “De ze<strong>de</strong>wet, in <strong>de</strong> ti<strong>en</strong><br />
gebod<strong>en</strong> vervat, <strong>en</strong> door <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> als bind<strong>en</strong>d voorgeschrev<strong>en</strong>, heeft Hij niet weggedaan.<br />
Het doel van Zijn komst was niet, <strong>en</strong>ig ge<strong>de</strong>elte ervan te herroep<strong>en</strong>. Dit is e<strong>en</strong> wet, die nooit<br />
181
kan gebrok<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, die ‘vaststaat als <strong>de</strong> getrouwe getuige in <strong>de</strong> hemel.’ . . . Deze werd<br />
van het begin van <strong>de</strong> wereld ‘geschrev<strong>en</strong> niet op st<strong>en</strong><strong>en</strong> tafel<strong>en</strong>,’ maar in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van alle<br />
m<strong>en</strong>sekin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, wanneer ze uit <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schepper voortkwam<strong>en</strong>. En hoezeer ook<br />
<strong>de</strong> letters, e<strong>en</strong>maal door <strong>de</strong> vinger Gods geschrev<strong>en</strong>, nu in grote mate door <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />
onleesbaar zijn gemaakt, toch kunn<strong>en</strong> ze niet geheel <strong>en</strong> al uitgewist word<strong>en</strong>, zo lang wij<br />
<strong>en</strong>ige wet<strong>en</strong>schap hebb<strong>en</strong> van goed <strong>en</strong> kwaad. Ie<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el van <strong>de</strong>ze wet moet voor het ganse<br />
m<strong>en</strong>sdom <strong>en</strong> in alle eeuw<strong>en</strong> van kracht blijv<strong>en</strong>, als niet afhankelik van tijd of plaats, of<br />
an<strong>de</strong>re wisselvallige om-standighed<strong>en</strong>, maar van <strong>de</strong> natuur Gods <strong>en</strong> <strong>de</strong> natuur van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s,<br />
<strong>en</strong> hun onveran<strong>de</strong>rlike verhouding tot elkan<strong>de</strong>r.<br />
‘Ik b<strong>en</strong> niet gekom<strong>en</strong> om te ontbind<strong>en</strong>, maar te vervull<strong>en</strong>.’ . Zon<strong>de</strong>r twijfel is, wat Hij<br />
hier bedoelt (in overe<strong>en</strong>stemming met al wat voorafgaat <strong>en</strong> al wat volgt) : — Ik b<strong>en</strong><br />
gekom<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> wet in zijn volheid vast te stell<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> spijte van al het vernis van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; Ik b<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong>, om wat er tevor<strong>en</strong> duister <strong>en</strong> verborg<strong>en</strong> in was, hel<strong>de</strong>r <strong>en</strong> klaar<br />
aan het licht te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; Ik b<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> ware <strong>en</strong> volle betek<strong>en</strong>is van ie<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el<br />
ervan te verklar<strong>en</strong>; om aan te ton<strong>en</strong> <strong>de</strong> l<strong>en</strong>gte <strong>en</strong> breedte, <strong>de</strong> gehele uitgebreidheid van ie<strong>de</strong>r<br />
gebod, dat erin is vervat, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoogte <strong>en</strong> diepte, <strong>de</strong> onbegrijpelike reinheid <strong>en</strong> geestelikheid<br />
van al zijn vertakking<strong>en</strong>.”<br />
Wesley verklaar<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> wet <strong>en</strong> het evangelie volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong>. “Er bestaat<br />
<strong>de</strong>rhalve het nauwste verband, ‘ dat m<strong>en</strong> zich kan ind<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> wet <strong>en</strong> het evangelie.<br />
Aan <strong>de</strong> <strong>en</strong>e kant wijkt <strong>de</strong> wet gedurig terug voor, <strong>en</strong> wijst ons he<strong>en</strong> op het evangelie; aan <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>re kant leidt het evangelie ons gedurig tot e<strong>en</strong> nauwgezetter vervulling van <strong>de</strong> wet. De<br />
wet, bij voorbeeld, eist van ons, dat we God zull<strong>en</strong> beminn<strong>en</strong>, <strong>de</strong> naaste liefhebb<strong>en</strong>,<br />
zachtmoedig, ne<strong>de</strong>rig, of heilig zijn. We gevoel<strong>en</strong> ons tot <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> onbekwaam; ja, dat<br />
het ‘voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s onmogelik is;’ maar we zi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belofte Gods, dat Hij ons <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> gev<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> ons ne<strong>de</strong>rig, zachtmoedig <strong>en</strong> heilig mak<strong>en</strong> zal; we grijp<strong>en</strong> dit evangelie, die blij<strong>de</strong><br />
boodschap, aan; het geschiedt aan ons naar ons geloof; <strong>en</strong> ‘<strong>de</strong> rechtvaardigheid van <strong>de</strong> wet<br />
wordt aan ons vervuld’ door het geloof, hetwelk in Christus Jezus is. . . .<br />
“In <strong>de</strong> hoogste rang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> van het evangelie van Christus,” zei Wesley, “zijn<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op<strong>en</strong>lik <strong>en</strong> onverhol<strong>en</strong> ‘<strong>de</strong> wet zelf oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>,’ <strong>en</strong> ‘kwaad sprek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet’;<br />
die <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong> één, hetzij het grootste of het kleinste gebod, maar al <strong>de</strong><br />
gebod<strong>en</strong> tegelijk te brek<strong>en</strong> (d. i. te verwater<strong>en</strong>, los te mak<strong>en</strong>, <strong>de</strong> verplichting<strong>en</strong> ervan te<br />
ontknop<strong>en</strong>). . . . De meest bevreemd<strong>en</strong><strong>de</strong> omstandigheid van alle, die met <strong>de</strong>ze sterke<br />
verbijstering sam<strong>en</strong>gaan, is, dat zij, die er zich door lat<strong>en</strong> overmeester<strong>en</strong>, werkelik gelov<strong>en</strong>,<br />
dat ze Christus er<strong>en</strong> door Zijn wet omver te werp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat ze Zijn ambt verheerlik<strong>en</strong>,<br />
terwijl Zijn leer door h<strong>en</strong> te niet wordt gedaan! Ja, ze er<strong>en</strong> Hem juist gelijk Judas het <strong>de</strong>ed,<br />
to<strong>en</strong> Hij zei: ‘Wees gegroet, Rabbi!’ <strong>en</strong> Hem kuste. En met ev<strong>en</strong>veel recht kan Hij tot elke<strong>en</strong><br />
van h<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>: ‘Verraadt gij <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> kus?’ Het is niet an<strong>de</strong>rs dan<br />
Hem met e<strong>en</strong> kus verrad<strong>en</strong>, om over Zijn bloed te sprek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn kroon weg te nem<strong>en</strong>; e<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>el van Zijn wet in het vuur te werp<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r voorw<strong>en</strong>dsel van Zijn evangelie te<br />
182
evor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Noch ook kan iemand <strong>de</strong>ze beschuldiging ontgaan, die het geloof predikt op<br />
zulk e<strong>en</strong> wijze, dat <strong>en</strong>ig ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> plicht <strong>de</strong>r gehoorzaamheid daardoor direkt of<br />
indirekt zou word<strong>en</strong> ter zij<strong>de</strong> gesteld; die Christus predikt op zulk e<strong>en</strong> manier, dat het minste<br />
van <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods daardoor <strong>en</strong>igszins wordt te niet gedaan of verzwakt.”<br />
Aan h<strong>en</strong>, die beweerd<strong>en</strong>, “dat <strong>de</strong> prediking van het evangelie aan al <strong>de</strong> doeleind<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
wet voldoet,” antwoord<strong>de</strong> Wesley: “Dit ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> wij t<strong>en</strong> <strong>en</strong><strong>en</strong>male. Het beantwoordt niet<br />
aan het allereerste doelein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> wet, namelik, het overtuig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van zon<strong>de</strong>,<br />
het wakker schudd<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die nog aan <strong>de</strong> rand van <strong>de</strong> hei ligg<strong>en</strong> te slap<strong>en</strong>.” De<br />
apostel Paulus verklaart: “Door <strong>de</strong> wet is <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>;” “<strong>en</strong> niet totdat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
van zon<strong>de</strong> is overtuigd, zal hij waarlik zijn behoefte aan het verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>d bloed van Christus<br />
gevoel<strong>en</strong>.. ‘Die gezond zijn,’ gelijk onze Heer zelf opmerkte, ‘hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> medicijnmeester<br />
niet van no<strong>de</strong>, maar die ziek zijn.’ Het is <strong>de</strong>rhalve dwaasheid, e<strong>en</strong> medicijnmeester aan te<br />
bied<strong>en</strong> aan h<strong>en</strong>, die gezond zijn, of die zich inbeeld<strong>en</strong>, dat ze het zijn. Ge moet h<strong>en</strong> eerst<br />
overtuig<strong>en</strong>, dat ze ziek zijn ; an<strong>de</strong>rs zull<strong>en</strong> ze u niet voor uw arbeid dank<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong> dwaas is<br />
het, Christus aan te bied<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, wier hart nooit gebrok<strong>en</strong> is.”<br />
Terwijl hij <strong>de</strong>rhalve het evangelie van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods predikte, zocht Wesley, gelijk<br />
zijn Meester gedaan had, “<strong>de</strong> wet te verhog<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hem te verheerlik<strong>en</strong>. ” In getrouwheid<br />
volbracht hij het werk, dat God hem te do<strong>en</strong> had gegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> heerlik was <strong>de</strong> uitkomst, die<br />
het hem vergund werd te aanschouw<strong>en</strong>. Bij het ein<strong>de</strong> van zijn lange lev<strong>en</strong> van meer dan<br />
tachtig jar<strong>en</strong> — meer dan e<strong>en</strong> halve eeuw waarvan hij als reiz<strong>en</strong>d prediker had<br />
doorgebracht — teld<strong>en</strong> zijn op<strong>en</strong>bare aanhangers over e<strong>en</strong> half miljo<strong>en</strong> ziel<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>igte, die door zijn arbeid opgehev<strong>en</strong> was uit het lage slijk van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> tot e<strong>en</strong> hoger <strong>en</strong><br />
reiner lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het aantal, dat door zijn on<strong>de</strong>rwijs e<strong>en</strong> diepere <strong>en</strong> rijkere on<strong>de</strong>rvinding had<br />
erlangd, zal nimmer geteld word<strong>en</strong>, totdat het ganse huisgezin van <strong>de</strong> verlost<strong>en</strong> in het<br />
koninkrijk Gods bije<strong>en</strong> zal zijn. Zijn lev<strong>en</strong> biedt e<strong>en</strong> les van onschatbare waar<strong>de</strong> voor ie<strong>de</strong>re<br />
Christ<strong>en</strong> aan. Mocht<strong>en</strong> het geloof <strong>en</strong> <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>righeid, <strong>de</strong> onvermoei<strong>de</strong> ijver, zelfopoffering<br />
<strong>en</strong> toewijding van <strong>de</strong>ze di<strong>en</strong>stknecht van Christus in <strong>de</strong> hed<strong>en</strong>daagse kerk<strong>en</strong> weerspiegeld<br />
word<strong>en</strong>!<br />
183
Hoofdstuk 15 — De Franse Revolutie<br />
In <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw had <strong>de</strong> Hervorming, door het volk e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> Bijbel aan te bied<strong>en</strong>,<br />
toegang tracht<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong> tot al <strong>de</strong> land<strong>en</strong> van Europa. Sommige volk<strong>en</strong> verwelkomd<strong>en</strong><br />
hem met blijdschap, als e<strong>en</strong> boodschapper uit <strong>de</strong> hemel. In an<strong>de</strong>re land<strong>en</strong> gelukte het <strong>de</strong><br />
pauselike macht bijna volkom<strong>en</strong> om het invoer<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel teg<strong>en</strong> te gaan, <strong>en</strong> werd het<br />
licht van bijbelk<strong>en</strong>nis, met zijn verheff<strong>en</strong><strong>de</strong> invloed, bijna geheel <strong>en</strong> al buit<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong>. In<br />
één land werd het licht, hoewel het er toegang vond, door <strong>de</strong> heers<strong>en</strong><strong>de</strong> duisternis niet<br />
begrep<strong>en</strong>. Eeuw<strong>en</strong> lang stred<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> dwaling om <strong>de</strong> voorrang. T<strong>en</strong> laatste zegevier<strong>de</strong><br />
het kwaad, <strong>en</strong> werd <strong>de</strong> waarheid <strong>de</strong>s hemels uitgeworp<strong>en</strong>. “Dit is het oor<strong>de</strong>el, dat het licht in<br />
<strong>de</strong> wereld gekom<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> duisternis liever gehad dan het licht. “ De<br />
natie zou <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> oogst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> richting, die m<strong>en</strong> zich verkoz<strong>en</strong> had. Gods<br />
weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> Geest werd onttrokk<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> volk, dat Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>gift had veracht. Het<br />
kwaad werd toegelat<strong>en</strong> tot rijpheid te kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele wereld zag <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> van<br />
moedwillige verwerping van het licht.<br />
De strijd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel,die zoveel eeuw<strong>en</strong> lang in Frankrijk was gevoerd, bereikte zijn<br />
hoogste punt in <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Revolutie. Die vreselike losbarsting was slechts het wettig<br />
gevolg van Rome’s on<strong>de</strong>rdrukking van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>. Hij bood het treff<strong>en</strong>dste beeld aan van<br />
<strong>de</strong> werking van <strong>de</strong> pauselike staatkun<strong>de</strong>, waarvan <strong>de</strong> wereld ooit getuige is geweest — e<strong>en</strong><br />
beeld van <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> Roomse Kerk meer dan duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> had<br />
he<strong>en</strong>geleid.De on<strong>de</strong>rdrukking van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> het tijdperk van <strong>de</strong> pauselike<br />
overheersing was door <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> voorspeld; <strong>en</strong> <strong>de</strong> schrijver van <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring wijst<br />
ev<strong>en</strong>zeer op <strong>de</strong> vreselike gevolg<strong>en</strong>, die voortkom<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> heerschappij van “<strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>”, voornamelik in Frankrijk.<br />
De <strong>en</strong>gel <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> sprak: “Zij zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige stad (<strong>de</strong> ware kerk) vertred<strong>en</strong> twee <strong>en</strong><br />
veertig maand<strong>en</strong>. En ik zal aan mijn twee getuig<strong>en</strong> macht gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> profeter<strong>en</strong><br />
duiz<strong>en</strong>d twee hon<strong>de</strong>rd zestig dag<strong>en</strong>, met zakk<strong>en</strong> bekleed.. En als ze hun getuig<strong>en</strong>is zull<strong>en</strong><br />
geëindigd hebb<strong>en</strong>, zal het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond opkomt, hun krijg aando<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het zal<br />
h<strong>en</strong> overwinn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal h<strong>en</strong> dod<strong>en</strong>. En hun do<strong>de</strong> licham<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> op <strong>de</strong> straat van <strong>de</strong><br />
grote stad, die geestelik g<strong>en</strong>oemd wordt Sodoma <strong>en</strong> Egypte, alwaar ook onze Heer gekruist<br />
is. . En die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> verblijd zijn over h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vreug<strong>de</strong> bedrijv<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r gesch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>; omdat <strong>de</strong>ze twee profet<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
won<strong>en</strong>, gepijnigd hadd<strong>en</strong>. En na drie dag<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> halve, is e<strong>en</strong> Geest <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s uit God in<br />
h<strong>en</strong> gegaan; <strong>en</strong> ze stond<strong>en</strong> op hun voet<strong>en</strong>; <strong>en</strong> er is grote vrees ge-vall<strong>en</strong> op <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die h<strong>en</strong><br />
aanschouwd<strong>en</strong>.”<br />
De tijdperk<strong>en</strong>, die hier g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>—“twee <strong>en</strong> veertig maand<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> “duiz<strong>en</strong>d twee<br />
hon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> zestig dag<strong>en</strong>,” — zijn <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>, <strong>en</strong> stell<strong>en</strong> bei<strong>de</strong> <strong>de</strong> tijd voor, waarin <strong>de</strong> Kerk van<br />
Christus door Rome zou on<strong>de</strong>rdrukt word<strong>en</strong>. De 1260 jar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pauselike overheersing<br />
184
egonn<strong>en</strong> in 538 n. C., <strong>en</strong> moest<strong>en</strong> dus in 1798 eindig<strong>en</strong>. Op die tijd trok er e<strong>en</strong> Frans leger<br />
Rome binn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nam <strong>de</strong> paus gevang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij stierf in ballingschap. Ofschoon er kort<br />
daarna e<strong>en</strong> nieuwe paus gekoz<strong>en</strong> werd, heeft <strong>de</strong> pauselike priesterheerschappij se<strong>de</strong>rt die tijd<br />
nooit meer die macht kunn<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke hij tevor<strong>en</strong> bezat. De vervolging van <strong>de</strong> kerk<br />
duur<strong>de</strong> niet het gehele tijdvak van <strong>de</strong> 1260 jar<strong>en</strong> door. God verkortte in barmhartigheid over<br />
Zijn volk <strong>de</strong> tijd van hun zware beproeving. De “grote verdrukking,” die <strong>de</strong> kerk zou treff<strong>en</strong>,<br />
voorspell<strong>en</strong><strong>de</strong>, sprak <strong>de</strong> Heiland: “En zo die dag<strong>en</strong> niet verkort werd<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> vlees zou<br />
behoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; maar om <strong>de</strong>r uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> wil zull<strong>en</strong> die dag<strong>en</strong> verkort word<strong>en</strong>.” Door<br />
<strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> Hervorming hield <strong>de</strong> vervolging op v——r het jaar 1798.<br />
Betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> twee getuig<strong>en</strong> verklaart <strong>de</strong> profeet ver<strong>de</strong>r: “Deze zijn <strong>de</strong> twee olijfbom<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee kan<strong>de</strong>lar<strong>en</strong>, die v——r <strong>de</strong> God <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> staan.” “Uw woord,” zei <strong>de</strong> psalmist,<br />
“is e<strong>en</strong> lamp voor mijn voet, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> licht voor mijn pad.” De twee getuig<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Boek<strong>en</strong> van het Ou<strong>de</strong> <strong>en</strong> het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t voor. Bei<strong>de</strong> zijn belangrijke getuig<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
oorsprong <strong>en</strong> <strong>de</strong> eeuwigdur<strong>en</strong>dheid van <strong>de</strong> wet Gods. Ook getuig<strong>en</strong> bei<strong>de</strong> van het<br />
verlossingsplan. De voorafbeelding<strong>en</strong>, offerand<strong>en</strong>, <strong>en</strong> profetieën van het Ou<strong>de</strong> Testam<strong>en</strong>t<br />
duid<strong>en</strong> he<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> Zaligmaker, die juist op <strong>de</strong> wijze gekom<strong>en</strong> was, als door voorafbeelding<br />
<strong>en</strong> profetie was voorzegd.<br />
“Ze zull<strong>en</strong> profeter<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d twee hon<strong>de</strong>rd zestig dag<strong>en</strong>, met zakk<strong>en</strong> bekleed.”<br />
Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> het grootste <strong>de</strong>el van dit tijdperk blev<strong>en</strong> Gods getuig<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> staat van<br />
verborg<strong>en</strong>heid. De pauselike macht trachtte het woord <strong>de</strong>r waarheid van het volk weg te<br />
houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hield hun valse getuig<strong>en</strong> voor, door welke <strong>de</strong> leer van het Woord werd<br />
teg<strong>en</strong>gesprok<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel door <strong>de</strong> geestelike <strong>en</strong> wereldse overheid werd verbod<strong>en</strong>;<br />
to<strong>en</strong> zijn leer verdraaid, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re poging, die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> duivel<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, in het<br />
werk gesteld werd, om <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk ervan af te ker<strong>en</strong>; to<strong>en</strong> zij, die zijn heilige<br />
waarhed<strong>en</strong> durfd<strong>en</strong> verkondig<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> verjaagd, verrad<strong>en</strong>, gepijnigd, in gevang<strong>en</strong>iscell<strong>en</strong><br />
begrav<strong>en</strong>, <strong>de</strong> marteldood stierv<strong>en</strong> om hun geloof, of gedwong<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> te vlucht<strong>en</strong> naar <strong>de</strong><br />
spelonk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hol<strong>en</strong> <strong>en</strong> grott<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, — to<strong>en</strong> profeteerd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
getrouwe getuig<strong>en</strong> met zakk<strong>en</strong> bekleed. Desniettemin werd hun getuig<strong>en</strong>is gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> het<br />
gehele tijdperk van <strong>de</strong> 1260 jar<strong>en</strong> vernom<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> donkerste tijd<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er getrouwe<br />
mann<strong>en</strong>, die Gods woord liefhadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ijverd<strong>en</strong> voor Zijn eer. Aan <strong>de</strong>ze getrouwe<br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> werd wijsheid, macht, <strong>en</strong> gezag geschonk<strong>en</strong> om Zijn waarheid gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> al<br />
die tijd te verkondig<strong>en</strong>.<br />
“En zo iemand die wil beschadig<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> vuur zal uit hun mond uitgaan, <strong>en</strong> zal hun<br />
vijand<strong>en</strong> verslind<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zo iemand h<strong>en</strong> wil beschadig<strong>en</strong>, die moet alzo gedood word<strong>en</strong>.” De<br />
m<strong>en</strong>s kan niet ongestraft het woord Gods vertred<strong>en</strong>. De betek<strong>en</strong>is van dit vreselik vonnis<br />
wordt in het laatste hoofdstuk van <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring verklaard: “Want ik betuig aan e<strong>en</strong> iegelik,<br />
die <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetie van dit boek hoort: indi<strong>en</strong> iemand tot <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong><br />
toedoet, God zal over hem toedo<strong>en</strong> <strong>de</strong> plag<strong>en</strong>, die in dit boek geschrev<strong>en</strong> zijn; <strong>en</strong> indi<strong>en</strong><br />
185
iemand afdoet van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van het boek van <strong>de</strong>ze profetie, God zal zijn <strong>de</strong>el afdo<strong>en</strong> uit<br />
het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> uit <strong>de</strong> heilige stad, <strong>en</strong> uit hetge<strong>en</strong> in dit boek geschrev<strong>en</strong> is.”<br />
Zulke waarschuwing<strong>en</strong> heeft God gegev<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op hun hoe<strong>de</strong> te stell<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />
het op <strong>en</strong>igerlei wijze veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van hetge<strong>en</strong> Hij geop<strong>en</strong>baard of bevol<strong>en</strong> heeft. Deze<br />
plechtige veroor<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die door hun invloed er m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe leid<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
wet Gods licht te acht<strong>en</strong>. Ze behoord<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die lichtvaardig verklar<strong>en</strong>, dat het e<strong>en</strong> zaak van<br />
weinig gewicht is, of we Gods wet al dan niet gehoorzam<strong>en</strong>, te do<strong>en</strong> vrez<strong>en</strong> <strong>en</strong> bev<strong>en</strong>. All<strong>en</strong>,<br />
die hun eig<strong>en</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like op<strong>en</strong>baring stell<strong>en</strong>; all<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like<br />
betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, omdat het hun beter past, of om <strong>de</strong> wereld gelijkvormig<br />
te zijn, lad<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vreselike verantwoording op zich. Het geschrev<strong>en</strong> Woord, <strong>de</strong> wet van God,<br />
zal <strong>de</strong> maatstaf blijk<strong>en</strong> van het karakter van ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal all<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die door <strong>de</strong>ze<br />
onfeilbare toets te licht zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bevond<strong>en</strong>.<br />
“En als ze hun getuig<strong>en</strong>is zull<strong>en</strong> geëindigd hebb<strong>en</strong>” (aan het eindig<strong>en</strong> zijn). Het tijdperk,<br />
waarin <strong>de</strong> twee getuig<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> profeter<strong>en</strong>, met zakk<strong>en</strong> bekleed, eindig<strong>de</strong> in 1798.<br />
Wanneer ze het ein<strong>de</strong> van hun werk in het verborg<strong>en</strong> na<strong>de</strong>rd<strong>en</strong>, zou <strong>de</strong> macht, welke<br />
voorgesteld wordt door “het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond opkomt,” hun <strong>de</strong> oorlog aando<strong>en</strong>. Bij<br />
vele van <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> van Europa hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> mach t<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> kerk <strong>en</strong> staat regeerd<strong>en</strong>, eeuw<strong>en</strong><br />
lang on<strong>de</strong>r beheer van <strong>de</strong> Satan gestaan door mid<strong>de</strong>l van het pausdom. Maar hier wordt e<strong>en</strong><br />
nieuwe op<strong>en</strong>baring van <strong>de</strong> macht van Satan aan het licht gebracht. Rome’s staatkun<strong>de</strong> was<br />
immer geweest, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schijn van eerbied voor <strong>de</strong> Bijbel <strong>de</strong>ze in e<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong><strong>de</strong> taal als<br />
toegeslot<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor het volk ontoegankelik te mak<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r zijn regering<br />
profeteerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> “met zakk<strong>en</strong> bekleed.” Maar e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re macht — het beest, dat uit<br />
<strong>de</strong> afgrond opkomt — zou opstaan, om op<strong>en</strong>lik <strong>en</strong> rondborstig het woord van God <strong>de</strong> oorlog<br />
aan te do<strong>en</strong>.<br />
De “grote stad,” in <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> waarvan <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> gedood word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> waar hun do<strong>de</strong><br />
licham<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>, “is het geestelik Egypte.” Van alle volk<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> bijbelse geschied<strong>en</strong>is<br />
word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd, ontk<strong>en</strong><strong>de</strong> Egypte het bestaan van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> God, <strong>en</strong> we<strong>de</strong>rstond Zijn<br />
gebod<strong>en</strong> het stoutst. Ge<strong>en</strong> vorst waag<strong>de</strong> e<strong>en</strong> meer op<strong>en</strong>like <strong>en</strong> hooghartige rebellie teg<strong>en</strong> het<br />
gezag <strong>de</strong>s hemels dan <strong>de</strong> koning van Egypte. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap hem in <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s lier<strong>en</strong><br />
door Mozes werd gebracht, antwoord<strong>de</strong> Faraö hooghartig: “Wie is <strong>de</strong> Heer, wi<strong>en</strong>s stem ik<br />
gehoorzam<strong>en</strong> zou, om Israël te lat<strong>en</strong> trekk<strong>en</strong>.” Dat is godlooch<strong>en</strong>ing; <strong>en</strong> het volk, dat door<br />
Egypte voorgesteld werd, zou uitdrukking gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> gelijkluid<strong>en</strong><strong>de</strong> ontk<strong>en</strong>ning van <strong>de</strong><br />
eis<strong>en</strong> van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> God, <strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geest van ongeloof <strong>en</strong> trots op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. De “grote stad”<br />
wordt ook “geestelik” met Sodom vergelek<strong>en</strong>. De verdorv<strong>en</strong>heid van Sodom in het<br />
verbrek<strong>en</strong> van Gods wet op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> zich in het biezon<strong>de</strong>r in losbandigheid. En <strong>de</strong>ze zon<strong>de</strong><br />
zou alme<strong>de</strong> e<strong>en</strong> voorname karaktertrek zijn van het volk, dat <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong>ze tekst zou vervull<strong>en</strong>.<br />
186
Volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profeet zou er dus e<strong>en</strong> weinig v——r het jaar 1798 <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of<br />
an<strong>de</strong>re macht van sataniese oorsprong <strong>en</strong> karakter opstaan om teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel krijg te<br />
voer<strong>en</strong>. En in dat land, waar aan het getuig<strong>en</strong>is van Gods bei<strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> op die wijze het<br />
zwijg<strong>en</strong> zou opgelegd word<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> godlooch<strong>en</strong>arij van Faraö <strong>en</strong> <strong>de</strong> losbandigheid van<br />
Sodom zich op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. Deze profetie is allernauwkeurigst <strong>en</strong> treff<strong>en</strong>dst vervuld in <strong>de</strong><br />
geschied<strong>en</strong>is van Frankrijk. Tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Revolutie van 1793 “hoor<strong>de</strong> <strong>de</strong> wereld voor <strong>de</strong> eerste<br />
maal e<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>ring van mann<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> beschaving gebor<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
opgevoed, <strong>en</strong> die zich het recht toek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> beste Europese volker<strong>en</strong> te<br />
beheers<strong>en</strong>, hun ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> stem verheff<strong>en</strong> om <strong>de</strong> plechtigste waarheid, welke <strong>de</strong> ziel van e<strong>en</strong><br />
m<strong>en</strong>s ontvang<strong>en</strong> kan, te ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>stemmig het geloof aan <strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van het<br />
Opperwez<strong>en</strong> af te zwer<strong>en</strong>.” “Frankrijk is het <strong>en</strong>ige land in <strong>de</strong> wereld, waarvan <strong>de</strong> officiële<br />
oorkon<strong>de</strong> bestaat, dat zijn volk als e<strong>en</strong> geheel <strong>de</strong> hand heeft opgehev<strong>en</strong> in op<strong>en</strong>like opstand<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schepper van het heelal. Er zijn veel godslasteraars, veel ongelovig<strong>en</strong> geweest <strong>en</strong><br />
ze zijn er nog, in Engeland, Duitschland, Spanje, <strong>en</strong> el<strong>de</strong>rs; maar Frankrijk staat alle<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
wereldgeschied<strong>en</strong>is als <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige staat, die door zijn <strong>Wet</strong>gev<strong>en</strong><strong>de</strong> Verga<strong>de</strong>ring verklaard<br />
heeft, dat er ge<strong>en</strong> God is; <strong>en</strong> waar <strong>de</strong> gehele bevolking van <strong>de</strong> hoofdstad, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote<br />
meer<strong>de</strong>rheid daarbuit<strong>en</strong>, vrouw<strong>en</strong> zowel als mann<strong>en</strong>, gedanst <strong>en</strong> gezong<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> van<br />
vreug<strong>de</strong> bij het ontvang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aankondiging.”<br />
Frankrijk bezat tev<strong>en</strong>s <strong>de</strong> karaktertrekk<strong>en</strong>, die Sodom in het biezon<strong>de</strong>r k<strong>en</strong>merkt<strong>en</strong>.<br />
Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> Revolutie op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> zich e<strong>en</strong> toestand van ze<strong>de</strong>lik verval <strong>en</strong> be<strong>de</strong>rf, gelijk<br />
aan die, t<strong>en</strong>gevolge waarvan <strong>de</strong> sted<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vlakte verwoest werd<strong>en</strong>. En <strong>de</strong><br />
geschiedschrijver br<strong>en</strong>gt <strong>de</strong> godlooch<strong>en</strong>arij <strong>en</strong> <strong>de</strong> losbandigheid van Frankrijk sam<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
dag, gelijk die in <strong>de</strong> profetie aangegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>: “Nauw verbond<strong>en</strong> met die wett<strong>en</strong>, welke<br />
op <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st betrekking hadd<strong>en</strong>, was <strong>de</strong> wet, die <strong>de</strong> huweliksband — <strong>de</strong> heiligste<br />
verbint<strong>en</strong>is, welke m<strong>en</strong>selike wez<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> aangaan, <strong>en</strong> <strong>de</strong> duurzaamheid waarvan het<br />
krachtigst leidt tot instandhouding van <strong>de</strong> maat-schappij— z— verlaag<strong>de</strong>, dat het slechts e<strong>en</strong><br />
burgerlik kontrakt van e<strong>en</strong> voorbijgaand karakter was, hetwelk twee person<strong>en</strong> naar geliev<strong>en</strong><br />
kond<strong>en</strong> aangaan <strong>en</strong> we<strong>de</strong>r verbrek<strong>en</strong>. . . . Indi<strong>en</strong> duivel<strong>en</strong> zich hadd<strong>en</strong> beijverd om e<strong>en</strong><br />
manier uit te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, waarop ze het best kond<strong>en</strong> verniel<strong>en</strong> al wat acht<strong>en</strong>s- waardig, liefelik,<br />
of standhoud<strong>en</strong>d is in het huiselik lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tegelijkertijd e<strong>en</strong> verzekering hadd<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te<br />
krijg<strong>en</strong>, dat het kwaad, hetwelk ze voorhadd<strong>en</strong> te sticht<strong>en</strong>, voortgezet zou word<strong>en</strong> van het<br />
<strong>en</strong>e geslacht op het an<strong>de</strong>re, ze hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> heter plan kunn<strong>en</strong> uitd<strong>en</strong>k<strong>en</strong> dan <strong>de</strong> ontering van<br />
het huwelik. . . . Sophie Arnoult, e<strong>en</strong> toneelspeelster, beroemd om haar geestige gezegd<strong>en</strong>,<br />
beschreef het republikeinse huwelik als het ‘sakram<strong>en</strong>t <strong>de</strong>r hoererij.’ “1<br />
“Alwaar ook onze Heer gekruist is.” Deze karaktertrek van <strong>de</strong> profetie werd ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s<br />
door Frankrijk vervuld. In ge<strong>en</strong> land werd <strong>de</strong> geest van vijandschap teg<strong>en</strong> Christus<br />
treff<strong>en</strong><strong>de</strong>r geop<strong>en</strong>baard. In ge<strong>en</strong> land had <strong>de</strong> waarheid bitter<strong>de</strong>r <strong>en</strong> wre<strong>de</strong>r teg<strong>en</strong>stand te<br />
verdur<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> vervolging, welke Frankrijk over <strong>de</strong> belij<strong>de</strong>rs van het evangelie bracht,<br />
kruisig<strong>de</strong> het Christus in Zijn volgeling<strong>en</strong>. Eeuw na eeuw was het bloed van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong><br />
187
vergot<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> op <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> van Piedmont hun lev<strong>en</strong> offerd<strong>en</strong> “voor het<br />
woord van God, <strong>en</strong> voor het getuig<strong>en</strong>is van Jezus Christus,” hadd<strong>en</strong> hun broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
Albig<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van Frankrijk, op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze voor <strong>de</strong> waarheid getuig<strong>en</strong>is af-gelegd. In <strong>de</strong><br />
dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hervorming war<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanhangers ervan ter dood gebracht on<strong>de</strong>r vreselike<br />
marteling<strong>en</strong>. Koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, hooggebor<strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<strong>de</strong>re maagd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> trots <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
a<strong>de</strong>l van het volk, hadd<strong>en</strong> zich verlustigd in het aanschouw<strong>en</strong> van <strong>de</strong> smart<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
martelar<strong>en</strong> van Jezus. De moedige Hug<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, strijd<strong>en</strong><strong>de</strong> voor die recht<strong>en</strong>, welke het<br />
m<strong>en</strong>selik hart het heiligst houdt, hadd<strong>en</strong> hun bloed op m<strong>en</strong>ig slagveld in bittere kamp<br />
vergot<strong>en</strong>. De Protestant<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> als vogelvrij gerek<strong>en</strong>d; er werd e<strong>en</strong> prijs op hun hoofd<br />
gezet, <strong>en</strong> ze werd<strong>en</strong> als wil<strong>de</strong> beest<strong>en</strong> gejaagd.<br />
De “Kerk in <strong>de</strong> Wil<strong>de</strong>rnis,” <strong>de</strong> weinige nakomeling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in <strong>de</strong><br />
achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw in Frankrijk overgeblev<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die zich in <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> van het zuid<strong>en</strong><br />
schuil hield<strong>en</strong>, klemd<strong>en</strong> zich nog vast aan het geloof van hun va<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Wanneer ze het<br />
waagd<strong>en</strong>, gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> nacht op <strong>de</strong> berghelling of <strong>de</strong> e<strong>en</strong>zame hei<strong>de</strong> sam<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>,<br />
werd<strong>en</strong> ze door dragon<strong>de</strong>rs nagezet, <strong>en</strong> weggesleurd om lev<strong>en</strong>slang als slav<strong>en</strong> op <strong>de</strong> galei<strong>en</strong><br />
te di<strong>en</strong><strong>en</strong>. De reinst<strong>en</strong>, <strong>de</strong> beschaafd- st<strong>en</strong>, <strong>de</strong> meest ontwikkeld<strong>en</strong> van het Franse volk<br />
werd<strong>en</strong> met vreselike foltering tuss<strong>en</strong> rovers <strong>en</strong> moord<strong>en</strong>aars geket<strong>en</strong>d. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>adiger behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, werd<strong>en</strong> in koel<strong>en</strong> bloe<strong>de</strong> neergeschot<strong>en</strong>, terwijl ze ongewap<strong>en</strong>d <strong>en</strong><br />
hulpeloos in het gebed op <strong>de</strong> knieën viel<strong>en</strong>. Hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> grijsaards, weerloze vrouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
onschuldige kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> blev<strong>en</strong> dood op <strong>de</strong> grond achter ter plaatse van <strong>de</strong> bije<strong>en</strong>komst. Langs<br />
<strong>de</strong> berghelling of door het bos, waar ze gewoon war<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>, gaan<strong>de</strong>, was het<br />
niets ongewoons om “bij ie<strong>de</strong>re vier tred<strong>en</strong> do<strong>de</strong> licham<strong>en</strong> op het gras verspreid te zi<strong>en</strong><br />
ligg<strong>en</strong> <strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> bom<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong> hang<strong>en</strong>.” Hun land, dat verwoest was door het zwaard,<br />
<strong>de</strong> bijl, <strong>en</strong> <strong>de</strong> brandstapel, “was in één grote, akelige wil<strong>de</strong>rnis herschap<strong>en</strong>.” “Deze gruwel<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> bedrev<strong>en</strong> . . . niet in <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong>, maar in het schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> tijdperk van<br />
Lo<strong>de</strong>wijk XIV. De wet<strong>en</strong>schap werd to<strong>en</strong> beoef<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> <strong>de</strong> letter<strong>en</strong> bloeid<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
godgeleerd<strong>en</strong> van het hof <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoofdstad war<strong>en</strong> bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> <strong>en</strong> welspre-k<strong>en</strong><strong>de</strong> mann<strong>en</strong>, die<br />
<strong>de</strong> schijn gav<strong>en</strong>, alsof ze <strong>de</strong> <strong>de</strong>ugd<strong>en</strong> van zachtmoedigheid <strong>en</strong> m<strong>en</strong>sliev<strong>en</strong>dheid bezat<strong>en</strong>.”<br />
Maar het zwartste in <strong>de</strong> zwarte lijst van misdad<strong>en</strong>, <strong>de</strong> schrikkelikste van al <strong>de</strong> duivelse<br />
dad<strong>en</strong> van die vreselike eeuw<strong>en</strong>, was het Bloedbad van St. Bartholomeüs. De wereld<br />
herinnert zich nog met afschuw <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong> van die laagste <strong>en</strong> wreedste van alle slachting<strong>en</strong>.<br />
De koning van Frankrijk gaf, op aandring<strong>en</strong> van Roomse priesters <strong>en</strong> prelat<strong>en</strong>, zijn<br />
toestemming tot dit gruwelike werk. E<strong>en</strong> klok, te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> nachtelike stilte geluid, was<br />
het tek<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> slachting. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Protestant<strong>en</strong>, die in vertrouw<strong>en</strong> op het gegev<strong>en</strong><br />
erewoord van hun koning rustig in hun woning<strong>en</strong> sliep<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> woord van<br />
waarschuwing naar buit<strong>en</strong> gesleept, <strong>en</strong> in koel<strong>en</strong> bloe<strong>de</strong> vermoord.<br />
Gelijk Christus <strong>de</strong> onzichtbare lei<strong>de</strong>r was, die Zijn volk uit <strong>de</strong> Egyptiese slavernij<br />
uitvoer<strong>de</strong>, zo was Satan <strong>de</strong> onzichtbare lei<strong>de</strong>r van zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> bij dit gruwelike werk<br />
van verm<strong>en</strong>igvuldiging van martelar<strong>en</strong>. Zev<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> lang werd het bloedbad te Parijs<br />
188
voortgezet, <strong>de</strong> eerste drie dag<strong>en</strong> met onbeschrijflike woe<strong>de</strong>. En het bepaal<strong>de</strong> zich niet tot <strong>de</strong><br />
stad alle<strong>en</strong>, maar op speciaal bevel van <strong>de</strong> koning strekte het zich uit tot al <strong>de</strong> provincieën <strong>en</strong><br />
sted<strong>en</strong>, waar Protestant<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. Ou<strong>de</strong>rdom noch sekse werd in aanmerking<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De onschuldige zuigeling werd ev<strong>en</strong>min gespaard als <strong>de</strong> grijsaard. E<strong>de</strong>lman <strong>en</strong><br />
boer, oud <strong>en</strong> jong, moe<strong>de</strong>r <strong>en</strong> kind, werd<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> neergehouw<strong>en</strong>. De slachting’ hield twee<br />
maand<strong>en</strong> lang door geheel Frankrijk aan. Zev<strong>en</strong>tig duiz<strong>en</strong>d van <strong>de</strong> uitgelez<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van het<br />
volk kwam<strong>en</strong> om.<br />
“To<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijding van <strong>de</strong> slachting Rome bereikte, k<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> zielsverrukking on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
geestelik<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>. De kardinaal van Lorraine beloon<strong>de</strong> <strong>de</strong> bo<strong>de</strong> met duiz<strong>en</strong>d kron<strong>en</strong>;<br />
<strong>de</strong> kanonn<strong>en</strong> van het kasteel van St. Angelo gav<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vreug<strong>de</strong>vol saluut; <strong>de</strong> klokk<strong>en</strong><br />
luidd<strong>en</strong> van ie<strong>de</strong>re tor<strong>en</strong>; vreug<strong>de</strong>vur<strong>en</strong> keerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> nacht in <strong>de</strong> dag; <strong>en</strong> Gregorius XIII., van<br />
zijn kardinal<strong>en</strong> <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re waardigheidsbekle<strong>de</strong>rs vergezeld, trok met e<strong>en</strong> lange optocht naar<br />
<strong>de</strong> kerk van <strong>de</strong> heilige Lo<strong>de</strong>- wijk, waar <strong>de</strong> kardinaal van Lorraine e<strong>en</strong> Te Deum zong. ... Er<br />
werd e<strong>en</strong> medalje geslag<strong>en</strong> ter gedacht<strong>en</strong>is aan het bloedbad, <strong>en</strong> in het Vatikaan zijn nog<br />
drie fresko’s van Vasari, voorstell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> aanval op <strong>de</strong> admiraal, <strong>de</strong> koning met zijn raad<br />
plann<strong>en</strong> beram<strong>en</strong><strong>de</strong> v——r <strong>de</strong> slachting, <strong>en</strong> het bloedbad zelf. Gregorius zond Karel <strong>de</strong><br />
Goud<strong>en</strong> Roos; <strong>en</strong> vier maand<strong>en</strong> na het bloedbad . . . luister<strong>de</strong> hij met stil g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> naar <strong>de</strong><br />
preek van e<strong>en</strong> Franse priester, . . . die melding maakte van ‘die dag zo vol geluk <strong>en</strong> vreug<strong>de</strong>,<br />
to<strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige va<strong>de</strong>r <strong>de</strong> tijding ontving, <strong>en</strong> in statige optocht zijn dank ging betuig<strong>en</strong> aan<br />
God <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige Lo<strong>de</strong>wijk.’ “<br />
Dezelf<strong>de</strong> machtige geest, die <strong>de</strong> drijfveer in het bloedbad van St. Bartholomeüs was,<br />
leid<strong>de</strong> ook <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Revolutie. Jezus Christus werd verklaard e<strong>en</strong> leug<strong>en</strong>aar te zijn,<br />
<strong>en</strong> het wachtwoord van <strong>de</strong> Franse ongelovig<strong>en</strong> was, “Weg met <strong>de</strong> Ell<strong>en</strong><strong>de</strong>ling,” bedoel<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
Christus. Hemelterg<strong>en</strong><strong>de</strong> godslastering <strong>en</strong> gruwelike god<strong>de</strong>loosheid ging<strong>en</strong> hand aan hand,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> laagste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ell<strong>en</strong>digste monsters van wreedheid <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>,werd<strong>en</strong> het<br />
hoogst verhev<strong>en</strong>. Door dit alles werd <strong>de</strong> hoogste eer aan Satan bewez<strong>en</strong>; terwijl Christus, in<br />
Zijn karaktertrekk<strong>en</strong> van waarheid, reinheid, <strong>en</strong> onzelfzuchtige lief<strong>de</strong>, werd gekruist.<br />
“Het beest, dat uit <strong>de</strong> afgrond opkomt, zal hun krijg aando<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het zal h<strong>en</strong> overwinn<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zal h<strong>en</strong> dod<strong>en</strong>.” De godlooch<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong> macht, die Frankrijk tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Revolutie <strong>en</strong> het<br />
Schrikbewind beheerste, voer<strong>de</strong> zulk e<strong>en</strong> oorlog teg<strong>en</strong> God <strong>en</strong> Zijn heilig woord, als <strong>de</strong><br />
wereld nimmer had aanschouwd. De eredi<strong>en</strong>st van het Opperwez<strong>en</strong> werd door <strong>de</strong> Nationale<br />
Verga<strong>de</strong>ring afgeschaft. Bijbels werd<strong>en</strong> verzameld <strong>en</strong> in het publiek verbrand met alle<br />
mogelike blijk<strong>en</strong> van verachting. De wet Gods werd met voet<strong>en</strong> getred<strong>en</strong>. De voorschrift<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Bijbel werd<strong>en</strong> op zij<strong>de</strong> gezet. De wekelikse rustdag werd weggedaan, <strong>en</strong> in plaats<br />
ervan werd ie<strong>de</strong>re ti<strong>en</strong><strong>de</strong> dag aan uitspatting <strong>en</strong> godslastering gewijd. Doop <strong>en</strong> avondmaal<br />
werd<strong>en</strong> verbod<strong>en</strong>. En plakkat<strong>en</strong>, op in het oog vall<strong>en</strong><strong>de</strong> plaats<strong>en</strong> op <strong>de</strong> kerkhov<strong>en</strong> aangeplakt,<br />
verklaard<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> dood e<strong>en</strong> eeuwige slaap was.<br />
189
De vreze Gods werd gezegd z— weinig het beginsel <strong>de</strong>r wijsheid te zijn, dat hij eer het<br />
beginsel <strong>de</strong>r dwaasheid kon gehet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Alle godsdi<strong>en</strong>stige eredi<strong>en</strong>st werd verbod<strong>en</strong>,<br />
behalve die van <strong>de</strong> vrijheid <strong>en</strong> van het land. “Aan <strong>de</strong> kon- stitutionele bisschop van Parijs<br />
werd <strong>de</strong> voornaamste rol gegev<strong>en</strong> in het schaamtelooste <strong>en</strong> schan<strong>de</strong>likste kluchtspel, dat ooit<br />
t<strong>en</strong> aanschouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> nationaal gehoor is opgevoerd. Hij werd in volle processie<br />
voortgeleid, om aan <strong>de</strong> Kon- v<strong>en</strong>tie te verklar<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st, die hij zoveel jar<strong>en</strong> had<br />
gepredikt, in alle opzicht<strong>en</strong> het werk van priesterbedrog was, zon<strong>de</strong>r fondam<strong>en</strong>t in <strong>de</strong><br />
geschied<strong>en</strong>is of gewij<strong>de</strong> waarheid. Hij ontk<strong>en</strong><strong>de</strong> in plechtige <strong>en</strong> uitdrukkelike bewoording<strong>en</strong><br />
het bestaan van <strong>de</strong> Godheid, tot <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van welke hij was gewijd, <strong>en</strong> gaf zich voor <strong>de</strong><br />
toekomst over aan <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van vrijheid, gelijkheid, <strong>de</strong>ugd <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>likheid. Daarna leg<strong>de</strong> hij<br />
zijn episkopale versiersel<strong>en</strong> op <strong>de</strong> tafel, <strong>en</strong> ontving e<strong>en</strong> broe- <strong>de</strong>rlike omhelzing van <strong>de</strong><br />
presid<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> Konv<strong>en</strong>tie. Ver- scheid<strong>en</strong>e afvallige priesters volgd<strong>en</strong> het voorbeeld van<br />
<strong>de</strong>ze prelaat.”<br />
“En die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>, die zull<strong>en</strong> verblijd zijn over h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vreug<strong>de</strong> bedrijv<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r gesch<strong>en</strong>-k<strong>en</strong> z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>; omdat <strong>de</strong>ze twee profet<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
won<strong>en</strong>, gepijnigd hadd<strong>en</strong>.” Het ongelovige Frankrijk had <strong>de</strong> bestraff<strong>en</strong><strong>de</strong> stem van Gods<br />
twee getuig<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong> gebracht. Het Woord <strong>de</strong>r waarheid lag dood op zijn strat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zij,<br />
die <strong>de</strong> band<strong>en</strong> <strong>en</strong> vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> van Gods wet haatt<strong>en</strong>, juicht<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> daagd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Koning <strong>de</strong>s hemels op<strong>en</strong>lik uit. Gelijk <strong>de</strong> zondar<strong>en</strong> van ouds, riep<strong>en</strong> ze: “Hoe zou God het<br />
wet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zou er wet<strong>en</strong>schap zijn bij <strong>de</strong> Allerhoogste?” Met bijna ongelooflik godlasterlike<br />
stoutmoedigheid sprak e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> priesters van <strong>de</strong> nieuwe or<strong>de</strong>: “God, indi<strong>en</strong> Gij bestaat, zo<br />
wreek Uw beledig<strong>de</strong> naam. Ik daag er U toe uit! Gij zwijgt: Gij durft Uw don<strong>de</strong>r niet lat<strong>en</strong><br />
losbarst<strong>en</strong>! Wie zal hierna nog in Uw bestaan gelov<strong>en</strong>?” Welk e<strong>en</strong> weergalm is dit van<br />
Faraö’s vraag: “Wie is <strong>de</strong> Heer, wi<strong>en</strong>s stem ik gehoorzam<strong>en</strong> zou?” “Ik k<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer niet.”<br />
“De dwaas zegt in zijn hart: Er is ge<strong>en</strong> God.” En <strong>de</strong> Heer verklaart van h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
waarheid verdraai<strong>en</strong>: “Hun uitzinnigheid zal all<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar word<strong>en</strong>.” Nadat Frankrijk <strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> God, “<strong>de</strong> Hoge <strong>en</strong> Verhev<strong>en</strong>e, die in <strong>de</strong> eeuwigheid woont,”<br />
afgezwor<strong>en</strong> had, duur<strong>de</strong> het niet lang, alvor<strong>en</strong>s het tot e<strong>en</strong> verlag<strong>en</strong><strong>de</strong> afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st verviel,<br />
door <strong>de</strong> Godin <strong>de</strong>r Re<strong>de</strong> te aanbidd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> persoon van e<strong>en</strong> ze<strong>de</strong>loze vrouw. En dat nog wel<br />
in <strong>de</strong> verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong><strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van het volk, <strong>en</strong> door zijn hoogste burgerlike <strong>en</strong><br />
wetgev<strong>en</strong><strong>de</strong> overhed<strong>en</strong>! De geschiedschrijver zegt: “E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ceremonieën van <strong>de</strong>ze<br />
krankzinnige tijd is ongeëv<strong>en</strong>aard wat dwaasheid betreft met god<strong>de</strong>loosheid verbond<strong>en</strong>. De<br />
<strong>de</strong>ur<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Konv<strong>en</strong>tie op<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zich voor e<strong>en</strong> troep muzikant<strong>en</strong>, welke gevolgd werd<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> led<strong>en</strong> van het municipale lichaam, die in plechtige optocht binn<strong>en</strong>trad<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het<br />
zing<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> lofzang ter ere van <strong>de</strong> vrijheid, <strong>en</strong> het voor- werp van hun toekomstige<br />
verering, e<strong>en</strong> gesluier<strong>de</strong> vrouw, die ze <strong>de</strong> Godin <strong>de</strong>r Re<strong>de</strong> noemd<strong>en</strong>, begeleid<strong>en</strong><strong>de</strong>. Nadat ze<br />
binn<strong>en</strong> <strong>de</strong> balie gebracht was, werd ze met veel staatsie ontsluierd, <strong>en</strong> haar e<strong>en</strong> plaats aan <strong>de</strong><br />
rechterhand van <strong>de</strong> presid<strong>en</strong>t aangewez<strong>en</strong>, waarop ze algeme<strong>en</strong> herk<strong>en</strong>d werd als e<strong>en</strong><br />
190
danseres uit <strong>de</strong> opera. . . . Aan <strong>de</strong>ze persoon bewees <strong>de</strong> Nationale Kon- v<strong>en</strong>tie van Frankrijk<br />
publieke eredi<strong>en</strong>st, als <strong>de</strong> geschikste verteg<strong>en</strong>woordigster van die Re<strong>de</strong>, welke ze aanbad<strong>en</strong>.<br />
“Dit god<strong>de</strong>loos <strong>en</strong> bespottelik poppespel bracht e<strong>en</strong> zekere mo<strong>de</strong> in <strong>de</strong> wereld; <strong>en</strong> het<br />
wijd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Godin <strong>de</strong>r Re<strong>de</strong> werd door het volk vernieuwd <strong>en</strong> nagevolgd op zulke<br />
plaats<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> inwoners <strong>de</strong> begeerte hadd<strong>en</strong>, te ton<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong> Revolutie in zijn vlucht<br />
kond<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>.” De red<strong>en</strong>aar, die <strong>de</strong> eredi<strong>en</strong>st <strong>de</strong>r Re<strong>de</strong> inleid<strong>de</strong>, sprak: “<strong>Wet</strong>gevers!<br />
Geestdrijverij heeft plaats gemaakt voor <strong>de</strong> re<strong>de</strong>. Zijn zwakke og<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> glans van het<br />
licht niet verdrag<strong>en</strong>. Hed<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> ontzaglike m<strong>en</strong>igte verzameld on<strong>de</strong>r die gothiese<br />
gewelv<strong>en</strong>, welke voor <strong>de</strong> eerste maal zull<strong>en</strong> weergalm<strong>en</strong> van <strong>de</strong> stem <strong>de</strong>r waarheid. Daar<br />
hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> Frans<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige ware eredi<strong>en</strong>st, die van <strong>de</strong> vrijheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> Re<strong>de</strong>, ingesteld. Daar<br />
hebb<strong>en</strong> we nieuwe geloft<strong>en</strong> gedaan voor <strong>de</strong> welvaart van <strong>de</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> Republiek.<br />
Daar hebb<strong>en</strong> we lev<strong>en</strong>loze afgod<strong>en</strong> vaarwel gezegd voor dat beziel<strong>de</strong> beeld, het meesterstuk<br />
van <strong>de</strong> natuur.”<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> godin in <strong>de</strong> Konv<strong>en</strong>tie gebracht werd, nam <strong>de</strong> red<strong>en</strong>aar haar bij <strong>de</strong> hand, <strong>en</strong> zich<br />
tot <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring ker<strong>en</strong><strong>de</strong>, zei hij: “Sterveling<strong>en</strong>, beeft niet langer voor <strong>de</strong> machteloze<br />
don<strong>de</strong>r van e<strong>en</strong> God, die uw angst<strong>en</strong> geschap<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Erk<strong>en</strong>t van nu aan ge<strong>en</strong> godheid<br />
behalve <strong>de</strong> Re<strong>de</strong>. Ik bied u zijn e<strong>de</strong>lste <strong>en</strong> reinste beeld aan; indi<strong>en</strong> gij afgod<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> moet,<br />
zo offert dan alle<strong>en</strong> aan zodanige als <strong>de</strong>ze. . . . Val voor <strong>de</strong> doorluchtige S<strong>en</strong>aat <strong>de</strong>r Vrijheid,<br />
o Sluier van <strong>de</strong> Re<strong>de</strong>! . . .<br />
“De godin werd, na door <strong>de</strong> presid<strong>en</strong>t omhelsd te zijn, in e<strong>en</strong> prachtige kar geplaatst, <strong>en</strong><br />
te midd<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ontzaglik grote m<strong>en</strong>igte naar <strong>de</strong> domkerk van Nôtre Dame gevoerd, om<br />
<strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> Godheid in te nem<strong>en</strong>. Daarna werd ze op het hoge altaar geplaatst, <strong>en</strong><br />
ontving <strong>de</strong> aanbidding van all<strong>en</strong>, die teg<strong>en</strong>woordig war<strong>en</strong>.” Dit werd niet lang daarna<br />
gevolgd door het publiek verbrand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel. Bij e<strong>en</strong> zekere geleg<strong>en</strong>heid trad “het<br />
Volksg<strong>en</strong>ootschap van het Museum” <strong>de</strong> zaal van <strong>de</strong> munici- paliteit binn<strong>en</strong>, uitroep<strong>en</strong><strong>de</strong>:<br />
“Leve <strong>de</strong> Re<strong>de</strong>!” terwijl m<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> stok <strong>de</strong> half verbran<strong>de</strong> overblijfsel<strong>en</strong> van<br />
verscheid<strong>en</strong>e boek<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re Katholieke gebe<strong>de</strong>boek<strong>en</strong>, misboek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het Ou<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
Nieuwe Testam<strong>en</strong>t droeg, die, zoals <strong>de</strong> presid<strong>en</strong>t zei, “in e<strong>en</strong> groot vuur geboet hadd<strong>en</strong> voor<br />
al <strong>de</strong> onzin, die ze het m<strong>en</strong>selik geslacht hadd<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> be-drijv<strong>en</strong>.” Het was het pausdom,<br />
dat het werk begonn<strong>en</strong> was, hetwelk <strong>de</strong> godlooch<strong>en</strong>arij voltooi<strong>de</strong>. De Staatkun<strong>de</strong>, door<br />
Rome ge-volgd, had <strong>de</strong>ze toestand<strong>en</strong>, sociaal, staatkundig <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stig, te voorschijn<br />
geroep<strong>en</strong>, welke Frankrijk tot zijn on<strong>de</strong>rgang drev<strong>en</strong>. Schrijvers, over <strong>de</strong> ijselikhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Revolutie sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>, zegg<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong>ze verregaan<strong>de</strong> gruwel<strong>en</strong> <strong>de</strong> troon <strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk t<strong>en</strong> laste<br />
gelegd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.3 In strikte rechtvaardigheid heeft <strong>de</strong> kerk er <strong>de</strong> schuld van. Het<br />
pausdom had het verstand van <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> vergiftigd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming, als zijn<strong>de</strong> e<strong>en</strong><br />
vijand van <strong>de</strong> kroon, e<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t van tweespalt, dat scha<strong>de</strong>lik zou zijn aan <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong>heid van het volk. Het was <strong>de</strong> slimheid van Rome, die door dit mid<strong>de</strong>l <strong>de</strong> gruwelikste<br />
wreedheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> afschuwelikste verdrukking teweegbracht, welke van <strong>de</strong> troon uitging.<br />
191
De geest <strong>de</strong>r vrijheid ging met <strong>de</strong> Bijbel hand aan hand. Waar het evangelie ooit<br />
ontvang<strong>en</strong> werd, ontwaakt<strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk. Ze begonn<strong>en</strong> <strong>de</strong> boei<strong>en</strong> af te schudd<strong>en</strong>,<br />
die h<strong>en</strong> <strong>de</strong> slav<strong>en</strong> van onwet<strong>en</strong>dheid, zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> bijgeloof hadd<strong>en</strong> gemaakt. Ze begonn<strong>en</strong> te<br />
d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> te han<strong>de</strong>l<strong>en</strong> als m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. De vorst<strong>en</strong> aanschouwd<strong>en</strong> dit, <strong>en</strong> beefd<strong>en</strong> voor hun<br />
alle<strong>en</strong>heerschappij. Rome liet niet na, hun ijverzuchtige vrees aan te wakker<strong>en</strong>. De paus zei<br />
in 1525 tot <strong>de</strong> reg<strong>en</strong>t van Frankrijk: “Deze waanzin (Protestantisme) zal niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
godsdi<strong>en</strong>st in verwarring br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> te niet do<strong>en</strong>, maar ev<strong>en</strong>zeer alle heerschappij, alle a<strong>de</strong>l,<br />
alle wett<strong>en</strong>, rang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> stand<strong>en</strong>.” Enige jar<strong>en</strong> later waarschuw<strong>de</strong> e<strong>en</strong> pauselike gezant <strong>de</strong><br />
koning als volgt: “Sire, laat u niet misleid<strong>en</strong>. De Protestant<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> alle burgerlike, zowel<br />
als alle godsdi<strong>en</strong>stige or<strong>de</strong> omker<strong>en</strong>. . . . De troon staat in hetzelf<strong>de</strong> gevaar als het altaar. . . .<br />
De invoering van e<strong>en</strong> nieuwe godsdi<strong>en</strong>st betek<strong>en</strong>t noodzakelik e<strong>en</strong> nieuw goevernem<strong>en</strong>t.”<br />
En godgeleerd<strong>en</strong> beriep<strong>en</strong> zich op <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van het volk door te verklar<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
Protestantse leer “<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verleidt tot nieuwighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> dwaasheid; <strong>de</strong> koning <strong>de</strong><br />
toegewij<strong>de</strong> g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid van zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> ontrooft, <strong>en</strong> zowel kerk als staat verwoest.” Op<br />
<strong>de</strong>ze wijze gelukte het Rome om Frankrijk teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming op te zett<strong>en</strong>. “Het was om<br />
<strong>de</strong> troon staan<strong>de</strong> te houd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> a<strong>de</strong>l te beveilig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> te handhav<strong>en</strong>, dat het zwaard<br />
van <strong>de</strong> vervolging in Frankrijk voor het eerst ontbloot werd.”<br />
Weinig voorzag<strong>en</strong> <strong>de</strong> heersers van dat land <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong>, welke die noodlottige politiek<br />
na zich slep<strong>en</strong> zou. De leer van <strong>de</strong> Bijbel zou in <strong>de</strong> verstand<strong>en</strong> <strong>en</strong> hart<strong>en</strong> van het volk die<br />
beginsel<strong>en</strong> van rechtvaardigheid, matigheid, waarheid, gerechtigheid <strong>en</strong> weldadigheid<br />
ingeplant hebb<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> hoekste<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voorspoed van e<strong>en</strong> natie.<br />
“Gerechtigheid verhoogt e<strong>en</strong> volk.” Daardoor “wordt <strong>de</strong> troon bevestigd.” “Het, werk <strong>de</strong>r<br />
gerechtigheid zal vre<strong>de</strong> zijn;” <strong>en</strong> <strong>de</strong> uitwerking ervan, “gerustheid <strong>en</strong> zekerheid tot in<br />
eeuwigheid.” Wie aan <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet gehoorzaamheid sch<strong>en</strong>kt, zal het allermeest <strong>de</strong><br />
wett<strong>en</strong> van zijn land eerbiedig<strong>en</strong> <strong>en</strong> ge-hoorzam<strong>en</strong>. Wie God vreest, zal <strong>de</strong> koning er<strong>en</strong> in<br />
zijn uitoef<strong>en</strong>ing van alle rechtvaardig <strong>en</strong> rechtmatig gezag. Maar het ongelukkige Frankrijk<br />
verbood het gebruik van <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> verban<strong>de</strong> <strong>de</strong> aanhangers van <strong>de</strong> leer ervan. Mann<strong>en</strong><br />
van beginsel <strong>en</strong> oprechtheid, mann<strong>en</strong> van scherp verstand <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>like moed, die voor hun<br />
overtuiging<strong>en</strong> durfd<strong>en</strong> uitkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> geloof hadd<strong>en</strong> om voor <strong>de</strong> waarheid te lijd<strong>en</strong>,—<br />
zwoegd<strong>en</strong> eeuw na eeuw als slav<strong>en</strong> op <strong>de</strong> galei<strong>en</strong>, stierv<strong>en</strong> op brandstapels, of lag<strong>en</strong> in<br />
kerkercell<strong>en</strong> te vergaan. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> veiligheid in <strong>de</strong> vlucht; <strong>en</strong> dit<br />
hield twee hon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> vijftig jar<strong>en</strong> na het begin van <strong>de</strong> Hervorming aan.<br />
“Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> dat lange tijdperk was er bijna ge<strong>en</strong> geslacht van Frans<strong>en</strong>, dat er niet getuige<br />
van was, dat <strong>de</strong> aanhangers van het evangelie vlucht<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> krankzinnige woe<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> vervolger, <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap, <strong>de</strong> schone kunst<strong>en</strong>, <strong>de</strong> industrie, <strong>de</strong> or<strong>de</strong>, waardoor ze in<br />
<strong>de</strong> regel in het biezon<strong>de</strong>r uitblonk<strong>en</strong>, met zich me<strong>de</strong>voer<strong>en</strong><strong>de</strong>, om het land. waar ze e<strong>en</strong><br />
schuilplaats vond<strong>en</strong>, erme<strong>de</strong> te verrijk<strong>en</strong>. En naarmate ze an<strong>de</strong>re land<strong>en</strong> met die goe<strong>de</strong><br />
gav<strong>en</strong> be<strong>de</strong>eld<strong>en</strong>, werd hun eig<strong>en</strong> land er in ev<strong>en</strong>redigheid van beroofd. Indi<strong>en</strong> alles, wat<br />
to<strong>en</strong> verdrev<strong>en</strong> werd, in Frankrijk was gehoud<strong>en</strong>; indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> industriële bedrev<strong>en</strong>heid van <strong>de</strong><br />
192
anneling<strong>en</strong> <strong>de</strong> grond gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> die drie hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> had bewerkt; indi<strong>en</strong> hun aanleg voor<br />
<strong>de</strong> kunst gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> die drie hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> tot verbetering van zijn manufaktur<strong>en</strong> gebruikt<br />
was; indi<strong>en</strong> hun schepp<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>ie <strong>en</strong> vindingrijke kracht gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> die drie hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong> aangew<strong>en</strong>d om zijn litteratuur te verrijk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn wet<strong>en</strong>schap te ontwikkel<strong>en</strong>; indi<strong>en</strong><br />
zijn raadsverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> door hun wijsheid war<strong>en</strong> geleid, hun moed zijn oorlog<strong>en</strong> gevoerd,<br />
hun rechtvaardigheid van oor<strong>de</strong>el zijn wett<strong>en</strong> gemaakt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> Bijbel het<br />
verstand van zijn volk gesterkt <strong>en</strong> hun gewet<strong>en</strong> bestuurd had, welk e<strong>en</strong> heerlikheid zou<br />
Frankrijk hed<strong>en</strong> omgev<strong>en</strong>! Welk e<strong>en</strong> groot, voorspoedig, <strong>en</strong> gelukkig land — e<strong>en</strong> voorbeeld<br />
voor <strong>de</strong> volker<strong>en</strong> — zou het zijn!<br />
“Maar blin<strong>de</strong> <strong>en</strong> onverbid<strong>de</strong>like dweperij verdreef van zijn bo<strong>de</strong>m ie<strong>de</strong>re leraar <strong>de</strong>r<br />
<strong>de</strong>ugd, ie<strong>de</strong>re kampvechter voor or<strong>de</strong>, ie<strong>de</strong>re welm<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong> ver<strong>de</strong>diger van <strong>de</strong> troon; tot <strong>de</strong><br />
mann<strong>en</strong>, die hun land e<strong>en</strong> ‘naam <strong>en</strong> roem’ op aar<strong>de</strong> gemaakt zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, werd gezegd:<br />
Kiest wat ge hebb<strong>en</strong> wilt, <strong>de</strong> brandstapel of verbanning. Ein<strong>de</strong>lik was <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgang van <strong>de</strong><br />
staat voltooid; er was ge<strong>en</strong> gewet<strong>en</strong> meer om wreed te vervolg<strong>en</strong>; ge<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>st meer om<br />
naar <strong>de</strong> brandstapel te slep<strong>en</strong>; ge<strong>en</strong> va<strong>de</strong>rlandslief<strong>de</strong> meer om verbann<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>.” En <strong>de</strong><br />
Revolutie, met al zijn verschrikking<strong>en</strong>, was het noodlottig gevolg.<br />
“Met <strong>de</strong> vlucht van <strong>de</strong> Hug<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> kwam er e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e achteruitgang over Frankrijk.<br />
Bloei<strong>en</strong><strong>de</strong> fabrieksted<strong>en</strong> be-gonn<strong>en</strong> te kwijn<strong>en</strong>; vruchtbare distrikt<strong>en</strong> verviel<strong>en</strong> we<strong>de</strong>r tot<br />
hun natuurlike woestheid; verstan<strong>de</strong>like dofheid <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>lik verval volgd<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> tijdperk<br />
van ongek<strong>en</strong><strong>de</strong> vooruitgang. Parijs werd één groot armehuis, <strong>en</strong> het aantal behoeftig<strong>en</strong>, die<br />
bij het uitbrek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Revolutie van <strong>de</strong> hand van <strong>de</strong> koning on<strong>de</strong>rsteuning ontving<strong>en</strong>,<br />
wordt op twee hon<strong>de</strong>rd duiz<strong>en</strong>d geschat. Alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jezuïet<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voorspoedig in liet<br />
kwijn<strong>en</strong><strong>de</strong> land, <strong>en</strong> beheerst<strong>en</strong> met schrikkelike tirannie kerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong>, gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> galei<strong>en</strong>.”<br />
Het evangelie zou aan Frankrijk <strong>de</strong> oplossing van die politieke <strong>en</strong> sociale vraagstukk<strong>en</strong><br />
gegev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> bekwaamheid van zijn geestelik<strong>en</strong>, van zijn koning <strong>en</strong> van zijn<br />
wetgevers niet gev<strong>en</strong> kon, <strong>en</strong> die het volk ein<strong>de</strong>lik in regeringloosheid <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rgang stortt<strong>en</strong>.<br />
Maar on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heerschappij van Rome had het volk <strong>de</strong> gezeg<strong>en</strong><strong>de</strong> less<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland<br />
over zelfopoffering <strong>en</strong> onzelfzuchtige lief<strong>de</strong> verlor<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> van het beoef<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />
zelfverlooch<strong>en</strong>ing voor het welzijn van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> afgebracht. De rijk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet bestraft<br />
voor hun on<strong>de</strong>rdrukking van <strong>de</strong> arm<strong>en</strong>; <strong>de</strong> arm<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> uitkomst voor hun slavernij <strong>en</strong><br />
ontaarding. De zelfzucht van <strong>de</strong> gegoed<strong>en</strong> <strong>en</strong> machtig<strong>en</strong> werd meer <strong>en</strong> meer op<strong>en</strong>baar <strong>en</strong><br />
drukk<strong>en</strong>d. Eeuw<strong>en</strong> acfitere<strong>en</strong> vond <strong>de</strong> schraapzucht <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>loosheid van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lman<br />
voldo<strong>en</strong>ing in gewelddadige afpersing van <strong>de</strong> boer. De rijk<strong>en</strong> verongelijkt<strong>en</strong> <strong>de</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
arm<strong>en</strong> haatt<strong>en</strong> <strong>de</strong> rijk<strong>en</strong>.<br />
In vele provincieën behoord<strong>en</strong> <strong>de</strong> landgoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>de</strong> arbeid<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
klass<strong>en</strong> slechts huur<strong>de</strong>rs; ze hing<strong>en</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> van hun her<strong>en</strong> af, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong>,<br />
zich aan hun zware eis<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. De last van het on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong> van kerk <strong>en</strong> staat<br />
193
ustte op <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l- <strong>en</strong> lagere klass<strong>en</strong>, welke zwaar belast werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> burgerlike<br />
overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> geestelikheid. “Het welbehag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> werd als hoogste wet geacht;<br />
<strong>de</strong> boer<strong>en</strong> <strong>en</strong> landbewoners kond<strong>en</strong> verhonger<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r dat het hun verdrukkers<br />
aanging. . . . Het volk moest bij alles het uitsluit<strong>en</strong>d belang van hun heer in overweging<br />
nem<strong>en</strong>. Het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> landbouwers was e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van onophou<strong>de</strong>lik zwoeg<strong>en</strong> <strong>en</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
zon<strong>de</strong>r verlichting; hun klacht<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> zij ooit durfd<strong>en</strong> klag<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> met onbeschaam<strong>de</strong><br />
verachting van <strong>de</strong> hand gewez<strong>en</strong>. De gerechtshov<strong>en</strong> le<strong>en</strong>d<strong>en</strong> altijd het oor aan e<strong>en</strong> e<strong>de</strong>lman<br />
teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> landbouwer; algeme<strong>en</strong> was bek<strong>en</strong>d, dat <strong>de</strong> rechters gesch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aannam<strong>en</strong>; <strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
gevolge van dit stelsel van algeme<strong>en</strong> be<strong>de</strong>rf, had <strong>de</strong> kleinste gril van <strong>de</strong> aristokratie kracht<br />
van wet. Van <strong>de</strong> belasting<strong>en</strong>, die door <strong>de</strong> wereldlike overhed<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> <strong>en</strong>e kant, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
geestelikheid aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re van <strong>de</strong> burgers werd<strong>en</strong> afgeperst, kwam <strong>de</strong> helft niet in <strong>de</strong><br />
konink- like of episkopaalse schatkist; <strong>de</strong> rest werd verkwist in ze<strong>de</strong>loze zelfbevrediging. En<br />
<strong>de</strong> mann<strong>en</strong>, die op die wijze hun me<strong>de</strong>on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> verarmd<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> vrij van<br />
belasting, <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> wet of het landsgebruik recht op alle staatsbetrekking<strong>en</strong>. De<br />
bevoorrechte klass<strong>en</strong> war<strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd vijftig duiz<strong>en</strong>d in getal, <strong>en</strong> om h<strong>en</strong> te bevredig<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />
er miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld tot e<strong>en</strong> hopeloos <strong>en</strong> ontaard bestaan.”<br />
Het hof was aan weel<strong>de</strong> <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>loosheid overgegev<strong>en</strong>. Er bestond weinig vertrouw<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> het volk <strong>en</strong> <strong>de</strong> heersers. Aan al hetge<strong>en</strong> <strong>de</strong> regering <strong>de</strong>ed, hechtte zich <strong>de</strong> verd<strong>en</strong>king<br />
van kwa<strong>de</strong> bedoeling <strong>en</strong> zelfzucht. Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> meer dan e<strong>en</strong> halve eeuw v——r <strong>de</strong><br />
Revolutie zat Lo<strong>de</strong>wijk XV. op <strong>de</strong> troon, die zelfs in die god<strong>de</strong>loze tijd<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> vadzig,<br />
onbeduid<strong>en</strong>d <strong>en</strong> zinnelik vorst bek<strong>en</strong>d stond. Er was ge<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>ers oog nodig, om met e<strong>en</strong><br />
ontaar<strong>de</strong> <strong>en</strong> wre<strong>de</strong> aristokratie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> verarm<strong>de</strong> <strong>en</strong> onwet<strong>en</strong><strong>de</strong> lagere klasse, met <strong>de</strong> staat in<br />
finantiële moeilikhed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het volk in wanhoop, e<strong>en</strong> vreselike opstand te voorzi<strong>en</strong>, die<br />
dreig<strong>de</strong> los te barst<strong>en</strong>. De koning was gewoon om <strong>de</strong> waarschuwing<strong>en</strong> van zijn raadgevers<br />
te beantwoord<strong>en</strong> met <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: “Tracht <strong>de</strong> zak<strong>en</strong> aan het lop<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong> zo lang als ik<br />
verwacht word te zull<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>; na mijn dood kan er gebeur<strong>en</strong> wat wil.” Het was tevergeefs,<br />
dat er op <strong>de</strong> noodzakelikheid van e<strong>en</strong> hervorming aangedrong<strong>en</strong> werd. Hij zag het kwaad,<br />
maar had <strong>de</strong> moed noch <strong>de</strong> kracht om het teg<strong>en</strong> te gaan. Het lot, dat Frankrijk wachtte, werd<br />
slechts te dui<strong>de</strong>lik geschil<strong>de</strong>rd in zijn onverschillig <strong>en</strong> zelfzuchtig antwoord,— “Na mij <strong>de</strong><br />
zondvloed!”<br />
Door op <strong>de</strong> naijver van <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> heers<strong>en</strong><strong>de</strong> klass<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>, had Rome h<strong>en</strong> ertoe<br />
gebracht om het volk in slavernij te houd<strong>en</strong>, wel wet<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> staat op die wijze<br />
verzwakk<strong>en</strong> zou, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> door dit mid<strong>de</strong>l bei<strong>de</strong> heersers <strong>en</strong> volk aan zich di<strong>en</strong>stbaar te<br />
mak<strong>en</strong>. Met scherpzinnig staatsbeleid zag Rome in, dat om met goed gevolg m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot<br />
slav<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>, <strong>de</strong> boei<strong>en</strong> om hun ziel<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; dat <strong>de</strong> zekerste weg<br />
om h<strong>en</strong> te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, zich van hun slavernij te ontslaan, was, h<strong>en</strong> ongeschikt te mak<strong>en</strong><br />
voor vrijheid. Duiz<strong>en</strong>dmaal erger dan het lichamelik lijd<strong>en</strong>, dat het gevolg van die<br />
staatkun<strong>de</strong> was, was <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>like ontaarding. Van <strong>de</strong> Bijbel beroofd, <strong>en</strong> overgegev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
194
lering<strong>en</strong> van dweperij <strong>en</strong> zelfzucht, was het volk in onwet<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> bijgeloof gehuld, <strong>en</strong> in<br />
zon<strong>de</strong> verzonk<strong>en</strong>, zodat het geheel <strong>en</strong> al ongeschikt was om zichzelf te reger<strong>en</strong>.<br />
Doch <strong>de</strong> uitwerking van dit alles was zeer verschill<strong>en</strong>d van wat Rome had bedoeld. In<br />
plaats van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte in blin<strong>de</strong> gehoorzaamheid aan zijn leerstelling<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>, was <strong>de</strong><br />
uitkomst van zijn werk, dat ze ongelovig<strong>en</strong> <strong>en</strong> opstan<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>. Het Romanisme<br />
verachtt<strong>en</strong> ze als priesterbedrog. Ze zag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geestelikheid e<strong>en</strong> oorzaak, die tot hun<br />
verdrukking bijdroeg. De <strong>en</strong>ige god, die ze k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, was <strong>de</strong> god van Rome; zijn leer was hun<br />
<strong>en</strong>ige godsdi<strong>en</strong>st. Ze beschouwd<strong>en</strong> zijn schraapzucht <strong>en</strong> wreedheid als <strong>de</strong> wettige vrucht van<br />
<strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> wild<strong>en</strong> er niet me<strong>de</strong> te do<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Rome had het karakter van God in e<strong>en</strong><br />
verkeerd daglicht gesteld, <strong>en</strong> Zijn eis<strong>en</strong> verdraaid; <strong>en</strong> nu verwierp<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel <strong>en</strong><br />
Hem, die <strong>de</strong> Bijbel gegev<strong>en</strong> had. Het had in zijn leerstelling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> blind geloof geëist on<strong>de</strong>r<br />
voorgegev<strong>en</strong> toelating van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> terugslag kwam, verwierp<strong>en</strong> Voltaire <strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> Gods woord geheel<br />
<strong>en</strong> al, <strong>en</strong> verspreidd<strong>en</strong> het gif van het ongeloof alom. Rome had het volk on<strong>de</strong>r zijn ijzer<strong>en</strong><br />
hiel vertrapt, <strong>en</strong> nu wierp<strong>en</strong> <strong>de</strong> volksm<strong>en</strong>igt<strong>en</strong>, ontaard <strong>en</strong> onbeschaamd die tirannie<br />
afschudd<strong>en</strong>d, alle dwang af. Verwoed over het glinster<strong>en</strong>d bedrog, waaraan ze zo lang eer<br />
betoond hadd<strong>en</strong>, verwierp<strong>en</strong> ze waarheid <strong>en</strong> leug<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong>; <strong>en</strong> losbandigheid voor vrijheid<br />
aanzi<strong>en</strong><strong>de</strong> verlustigd<strong>en</strong> <strong>de</strong> slav<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zich in hun verme<strong>en</strong><strong>de</strong> vrijstelling.<br />
Bij het begin van <strong>de</strong> Revolutie werd met toestemming van <strong>de</strong> koning aan het volk e<strong>en</strong><br />
verteg<strong>en</strong>woordiging toegestaan, welke groter was dan die van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> <strong>en</strong> geestelikheid<br />
sam<strong>en</strong>. Aldus berustte <strong>de</strong> grotere macht in hun hand<strong>en</strong>; maar ze war<strong>en</strong> niet gezind om die<br />
met wijsheid <strong>en</strong> matigheid te ge-bruik<strong>en</strong>. Begerig om het onrecht, dat ze geled<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, te<br />
herstell<strong>en</strong>, beslot<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> herbouw van <strong>de</strong> maatschappij zelv<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong> te nem<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
woed<strong>en</strong><strong>de</strong> volksm<strong>en</strong>igte, met hart<strong>en</strong> vervuld van bittere <strong>en</strong> langgekoester<strong>de</strong> herinnering<strong>en</strong><br />
aan onrecht, besloot <strong>de</strong> toestand van ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, die ondragelik geword<strong>en</strong> was, te ker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich<br />
op <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> te wrek<strong>en</strong>, die ze beschouwd<strong>en</strong> als <strong>de</strong> oorzaak van hun lijd<strong>en</strong>. De verdrukt<strong>en</strong><br />
bracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> les, die ze on<strong>de</strong>r tirannie geleerd hadd<strong>en</strong>, in beoef<strong>en</strong>ing, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verdrukkers van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> verdrukt hadd<strong>en</strong>.<br />
Het ongelukkige Frankrijk oogstte, wat het gezaaid had, in bloed. Vreselik war<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gevolg<strong>en</strong> van het buig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> overheers<strong>en</strong><strong>de</strong> macht van Rome. Waar Frankrijk on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
invloed van het Romanisme, bij het begin van <strong>de</strong> Hervorming, zijn eerste brandstapel had<br />
opgericht, daar plaatste <strong>de</strong> Revolutie zijn eerste guillotine. Op <strong>de</strong> eig<strong>en</strong> plek, waar in <strong>de</strong><br />
zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> eerste martelar<strong>en</strong> van het Protestantse geloof verbrand war<strong>en</strong>, viel<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
eerste slachtoffers van <strong>de</strong> guillotine in <strong>de</strong> achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw. Door het verwerp<strong>en</strong> van het<br />
evangelie, dat het land g<strong>en</strong>ezing zou aangebracht hebb<strong>en</strong>, had Frankrijk <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur voor<br />
ongeloof <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rgang op<strong>en</strong>gezet. Waar <strong>de</strong> beteugel<strong>en</strong><strong>de</strong> macht van Gods wet niet geacht<br />
werd, daar bevond m<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s niet in staat war<strong>en</strong>, <strong>de</strong> machtige vloed<br />
van m<strong>en</strong>selike hartstocht<strong>en</strong> te be- dwing<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd het volk tot opstand <strong>en</strong> regeringloosheid<br />
195
aangedrev<strong>en</strong>. De krijg teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel schiep e<strong>en</strong> tijdperk, dat in <strong>de</strong> wereldgeschied<strong>en</strong>is<br />
bek<strong>en</strong>d staat als “Het Schrikbewind.” Vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> geluk werd<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> hart<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gebann<strong>en</strong>. Niemand was veilig. Wie hed<strong>en</strong> zegevier<strong>de</strong>, werd morg<strong>en</strong> verdacht <strong>en</strong><br />
veroor<strong>de</strong>eld. Geweld <strong>en</strong> begeerlikheid zwaaid<strong>en</strong> onbetwist <strong>de</strong> septer.<br />
Koning, geestelikheid <strong>en</strong> e<strong>de</strong>l<strong>en</strong> war<strong>en</strong> verplicht zich te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> wreedhed<strong>en</strong><br />
van e<strong>en</strong> opgewond<strong>en</strong> <strong>en</strong> tot razernij gedrev<strong>en</strong> volk. Hun wraakzucht werd door <strong>de</strong><br />
terechtstelling van <strong>de</strong> koning slechts aangewakkerd; <strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zijn doodvonnis<br />
uitgesprok<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, volgd<strong>en</strong> hem spoedig naar het schavot. Er werd beslot<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />
algem<strong>en</strong>e slachting van all<strong>en</strong>, die verdacht werd<strong>en</strong>, vijan<strong>de</strong>lik teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Revolutie gezind te<br />
zijn. De gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> war<strong>en</strong> overvol, <strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> zeker tijdstip meer dan twee<br />
hon<strong>de</strong>rd duiz<strong>en</strong>d gevang<strong>en</strong><strong>en</strong>. De sted<strong>en</strong> van het rijk war<strong>en</strong> vol af- grijselike tonel<strong>en</strong>. De <strong>en</strong>e<br />
partij van <strong>de</strong> opstan<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> stel<strong>de</strong> zich teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re, <strong>en</strong> Frankrijk werd e<strong>en</strong> uitgestrekt<br />
veld voor strijd<strong>en</strong><strong>de</strong> m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong>, die he<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer geslingerd werd<strong>en</strong> door het woed<strong>en</strong> van<br />
hun hartstocht<strong>en</strong>. “In Parijs volg<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>e volksoploop op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>de</strong> burgers in<br />
allerlei partij<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>eld, die hun zinn<strong>en</strong> op niets an<strong>de</strong>rs gezet sch<strong>en</strong><strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, dan op<br />
we<strong>de</strong>rkerige uit- roeing.” En om <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e ell<strong>en</strong><strong>de</strong> nog te verhog<strong>en</strong>, werd het volk in e<strong>en</strong><br />
langdurige <strong>en</strong> verniel<strong>en</strong><strong>de</strong> oorlog gewikkeld teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> grote macht<strong>en</strong> van Europa. “Het land<br />
was zo goed als bankroet, <strong>en</strong> <strong>de</strong> legerb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> eist<strong>en</strong> achterstallige betaling, <strong>de</strong> Parijz<strong>en</strong>aars<br />
led<strong>en</strong> honger, <strong>de</strong> provincieën werd<strong>en</strong> door struikrovers platgelop<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> beschaving ging<br />
in regeringloosheid <strong>en</strong> losbandigheid bijna t<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r.”<br />
Maar al te goed had het volk <strong>de</strong> less<strong>en</strong> van wreedheid <strong>en</strong> marteling geleerd, waarin<br />
Rome h<strong>en</strong> zo ijverig on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong> had. E<strong>en</strong> dag van we<strong>de</strong>rvergelding was t<strong>en</strong> laatste<br />
aangebrok<strong>en</strong>. Het war<strong>en</strong> nu niet <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Jezus, die in <strong>de</strong> kerkers geworp<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
naar <strong>de</strong> brandstapel gesleurd werd<strong>en</strong>. Die war<strong>en</strong> reeds lang tevor<strong>en</strong> omgekom<strong>en</strong>, of in<br />
ballingschap gedrev<strong>en</strong>. Het wre<strong>de</strong> Rome gevoel<strong>de</strong> nu <strong>de</strong> do<strong>de</strong>like macht van h<strong>en</strong>, die het<br />
had opgeleid om zich te verheug<strong>en</strong> in dad<strong>en</strong> van bloedstorting. “Het voorbeeld van<br />
vervolging, dat <strong>de</strong> geestelikheid van Frankrijk zoveel eeuw<strong>en</strong> lang gegev<strong>en</strong> had, werkte nu<br />
met buit<strong>en</strong>gewone kracht op h<strong>en</strong>zelv<strong>en</strong> terug. De schavott<strong>en</strong> war<strong>en</strong> rood van het bloed van<br />
priesters. De galei<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>s overvol van Hug<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> nu met hun<br />
vervolgers gevuld. Aan <strong>de</strong> bank geket<strong>en</strong>d <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> roeiriem zwoeg<strong>en</strong>d, moest <strong>de</strong><br />
Katholieke geestelikheid al <strong>de</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong> verdur<strong>en</strong>, die hun kerk <strong>de</strong> zachtmoedige ketters zo<br />
ruimschoots had aangedaan.”<br />
“To<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> die dag<strong>en</strong>, waarin <strong>de</strong> gruwelikste van alle wett<strong>en</strong> door <strong>de</strong> gruwelikste<br />
van alle rechtbank<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> toegepast; to<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> man zijn bur<strong>en</strong> kon groet<strong>en</strong>, of zijn gebed<br />
kon do<strong>en</strong> . . . zon<strong>de</strong>r gevaar te lop<strong>en</strong> e<strong>en</strong> misdaad te begaan, waarvoor hij kon gedood<br />
word<strong>en</strong>; to<strong>en</strong> er spionn<strong>en</strong> in ie<strong>de</strong>re hoek op <strong>de</strong> loer lag<strong>en</strong>; to<strong>en</strong> <strong>de</strong> guillotine ie<strong>de</strong>re morg<strong>en</strong><br />
lange <strong>en</strong> zware arbeid <strong>de</strong>ed; to<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> vol war<strong>en</strong> als het ruim van e<strong>en</strong><br />
slaveschip; to<strong>en</strong> <strong>de</strong> got<strong>en</strong> schuim<strong>en</strong>d van bloed in <strong>de</strong> Seine afliep<strong>en</strong>. . . . Terwijl <strong>de</strong> dagelikse<br />
karrevracht<strong>en</strong> van slachtoffers door <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van Parijs naar <strong>de</strong> plaats van hun<br />
196
terechtstelling werd<strong>en</strong> gevoerd, gav<strong>en</strong> <strong>de</strong> pro-konsuls, die door het hoofdkomitee naar hun<br />
<strong>de</strong>partem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, zich over aan buit<strong>en</strong>sporige wreedhed<strong>en</strong>, welke zelfs in <strong>de</strong><br />
hoofdstad onbek<strong>en</strong>d war<strong>en</strong>. Het mes van <strong>de</strong> do<strong>de</strong>like machine bewoog zich te langzaam op<br />
<strong>en</strong> neer voor hun slachtingswerk. Lange rij<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong> neergemaaid met kruit <strong>en</strong><br />
lood. Er werd<strong>en</strong> gat<strong>en</strong> gemaakt in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m van bot<strong>en</strong>, met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> opgehoopt. Lyons werd<br />
in e<strong>en</strong> woest<strong>en</strong>ij veran<strong>de</strong>rd.<br />
Te Arras werd zelfs <strong>de</strong> wre<strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> van e<strong>en</strong> vlugge dood aan <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong><strong>en</strong> ontzegd.<br />
Langs <strong>de</strong> Loire, van Saumur tot aan <strong>de</strong> zee, voedd<strong>en</strong> grote vlucht<strong>en</strong> kraai<strong>en</strong> <strong>en</strong> gier<strong>en</strong> zich<br />
met <strong>de</strong> naakte lijk<strong>en</strong>, die in afschuwelike omhelzing<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gestr<strong>en</strong>geld lag<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> werd aan sekse of ou<strong>de</strong>rdom bewez<strong>en</strong>. Het aantal jonge knap<strong>en</strong> <strong>en</strong> meisjes van<br />
zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong> jar<strong>en</strong>, door die ver- foeilike regering omgebracht, kon bij hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> geteld<br />
word<strong>en</strong>. Zuigeling<strong>en</strong>, van <strong>de</strong> borst getrokk<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>en</strong>e piek op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re gegooid<br />
langs <strong>de</strong> rij<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Jako- bijn<strong>en</strong>.” In het korte tijdsverloop van ti<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> er<br />
m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>selike wez<strong>en</strong>s om. Dit was alles, zoals Satan het w<strong>en</strong>ste. Dit was het,<br />
waar hij eeuw<strong>en</strong> lang naar had uitgezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor had gewerkt. Zijn staatkun<strong>de</strong> is bedrog van<br />
begin tot eind, <strong>en</strong> zijn standvastig doel, ongeluk <strong>en</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
Gods han<strong>de</strong>werk onk<strong>en</strong>baar te mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> te bezoe<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like doeleind<strong>en</strong><br />
van barmhartigheid <strong>en</strong> lief<strong>de</strong> te verij<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op die wijze droef<strong>en</strong>is in <strong>de</strong> hemel te<br />
veroorzak<strong>en</strong>.<br />
Dan verblindt hij door zijn bedriegelike kunstgrep<strong>en</strong> het verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
br<strong>en</strong>gt er h<strong>en</strong> toe, God <strong>de</strong> schuld te gev<strong>en</strong> van zijn werk,als ware al <strong>de</strong>ze ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> uitkomst<br />
van <strong>de</strong> plann<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schepper. Op gelijke wijze, wanneer <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die door zijn wre<strong>de</strong><br />
m,acht verlaagd <strong>en</strong> ver- dierlikt zijn, hun vrijheid herwinn<strong>en</strong>, zet hij h<strong>en</strong> aan tot uitspatting<br />
<strong>en</strong> gruweldad<strong>en</strong>. En dit beeld van ongebrei<strong>de</strong>l<strong>de</strong> lust wordt dan door tirann<strong>en</strong> <strong>en</strong> verdrukkers<br />
omhoog gehoud<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> voorbeeld van <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van vrijheid. Wanneer dwaling in het<br />
<strong>en</strong>e kleed herk<strong>en</strong>d is, hult Satan hem slechts in e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re vermomming, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong><br />
ontvang<strong>en</strong> die ev<strong>en</strong> gretig als <strong>de</strong> eerste. To<strong>en</strong> het volk bemerkte, dat Romanisme bedrog was,<br />
<strong>en</strong> Satan h<strong>en</strong> niet door dat mid<strong>de</strong>l tot overtreding van Gods wet kon br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, hield hij er bij<br />
h<strong>en</strong> op aan, dat ze alle godsdi<strong>en</strong>st voor misleiding, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel voor e<strong>en</strong> fabel zoud<strong>en</strong><br />
houd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> al <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> ter zij<strong>de</strong> werp<strong>en</strong><strong>de</strong>, gav<strong>en</strong> ze zich over aan<br />
teugelloze on-gerechtigheid.<br />
De noodlottige dwaling, die zoveel ell<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong> inwoners van Frankrijk bracht, was<br />
het ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze <strong>en</strong>e grote waarheid, dat ware vrijheid in <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van Gods<br />
wet geleg<strong>en</strong> is. “Och, dat gij naar Mijn gebod<strong>en</strong> geluisterd hadt! zo zou uw vre<strong>de</strong> geweest<br />
zijn als e<strong>en</strong> rivier, <strong>en</strong> uw gerechtigheid als <strong>de</strong> golv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zee.”<br />
“Maar <strong>de</strong> god- <strong>de</strong>loz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vre<strong>de</strong>, zegt <strong>de</strong> Heer.” “Maar die naar Mij hoort, zal<br />
zeker won<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij zal gerust zijn van <strong>de</strong> vreze van het kwaad. “ Godlooch<strong>en</strong>aars,<br />
ongelovig<strong>en</strong> <strong>en</strong> afvallig<strong>en</strong> verzett<strong>en</strong> zich <strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> beschuldiging<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong> Gods wet;<br />
197
maar <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van hun invloed bewijz<strong>en</strong>, dat het welzijn van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s geleg<strong>en</strong> is in zijn<br />
gehoorzaamheid aan <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong>. Wie <strong>de</strong>ze les niet in <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<br />
will<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> hem in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> volker<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> Satan<br />
door mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> Roomse Kerk werkte om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van hun gehoorzaamheid af te<br />
trekk<strong>en</strong>, bleef zijn me<strong>de</strong>hulp be<strong>de</strong>kt, <strong>en</strong> was zijn werk z— vermomd, dat <strong>de</strong> ontaarding <strong>en</strong><br />
ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, die er het gevolg van war<strong>en</strong>, niet <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> overtreding sch<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn. En<br />
zijn macht werd in zo verre teg<strong>en</strong>gewerkt door <strong>de</strong> Geest van God, dat zijn plann<strong>en</strong> niet tot<br />
volle rijpheid kond<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Het volk verbond het gevolg niet met <strong>de</strong> oorzaak, <strong>en</strong> ont<strong>de</strong>kte<br />
<strong>de</strong> bron van zijn ell<strong>en</strong><strong>de</strong> niet. Maar in <strong>de</strong> Revolutie werd Gods wet op<strong>en</strong>lik te niet gedaan<br />
door <strong>de</strong> Nationale Raad. En in het Schrikbewind, dat daarna volg<strong>de</strong>, werd <strong>de</strong> uitwerking van<br />
oorzaak <strong>en</strong> gevolg voor all<strong>en</strong> zichtbaar.<br />
To<strong>en</strong> Frankrijk op<strong>en</strong>lik God verwierp <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel op zij<strong>de</strong> zette, juicht<strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> <strong>de</strong>r duisternis over <strong>de</strong> bereiking van het doel, waarop ze zo lang<br />
hadd<strong>en</strong> gehoopt,— e<strong>en</strong> koninkrijk, vrij van <strong>de</strong> band<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet van God. Omdat het<br />
oor<strong>de</strong>el over e<strong>en</strong> boos werk niet spoedig voltrokk<strong>en</strong> werd, was “het hart van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in h<strong>en</strong> vol om kwaad te do<strong>en</strong>.” Doch <strong>de</strong> overtreding van e<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> <strong>en</strong> rechtvaardige<br />
wet moet onvermij<strong>de</strong>lik uitlop<strong>en</strong> op ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> verwoesting. Ofschoon <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid<br />
van <strong>de</strong>ze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet da<strong>de</strong>lik met oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> bezocht werd, veroorzaakte hij <strong>de</strong>sniettemin hun<br />
zekere on<strong>de</strong>rgang. Eeuw<strong>en</strong> van afval <strong>en</strong> misdad<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> toorn opgegaard teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> dag van<br />
vergelding; <strong>en</strong> to<strong>en</strong> hun ongerechtigheid volkom<strong>en</strong> was, leerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> verachters van God<br />
te laat, dat het vreselik is, het God<strong>de</strong>lik geduld te hebb<strong>en</strong> uitgeput. De weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> Geest<br />
van God, die <strong>de</strong> wre<strong>de</strong> macht van<br />
Satan betoomt, werd grot<strong>en</strong><strong>de</strong>els ingetrokk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan hem, wi<strong>en</strong>s <strong>en</strong>ige verlustiging ligt<br />
in <strong>de</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, werd toegestaan om zijn wil t<strong>en</strong> uitvoer te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Aan h<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> rebellie verkoz<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, werd het plukk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> ervan<br />
overgelat<strong>en</strong>, totdat het land met gruwel<strong>en</strong> was vervuld, te vreselik dan dat e<strong>en</strong> p<strong>en</strong> ze zou<br />
kunn<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong>. Uit verwoeste provincieën <strong>en</strong> verniel<strong>de</strong> sted<strong>en</strong> werd er e<strong>en</strong> schrikkelike<br />
kreet gehoord — e<strong>en</strong> kreet van <strong>de</strong> bitterste zielsangst. Frankrijk werd als door e<strong>en</strong><br />
aardbeving geschokt. Godsdi<strong>en</strong>st, wet, maatschappelike or<strong>de</strong>, het huisgezin, <strong>de</strong> staat, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
kerk,— alle werd<strong>en</strong> terne<strong>de</strong>r geworp<strong>en</strong> door <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze hand, die zich teg<strong>en</strong> Gods wet<br />
had opgehev<strong>en</strong>. Het is in<strong>de</strong>rdaad zoals <strong>de</strong> Prediker zegt: “De god<strong>de</strong>loze valt door zijn<br />
god<strong>de</strong>loosheid.” “Hoewel e<strong>en</strong> zondaar hon<strong>de</strong>rmaal kwaad doet, <strong>en</strong> God hem <strong>de</strong> dag<strong>en</strong><br />
verl<strong>en</strong>gt; zo weet ik toch, dat het die zal welgaan, die God vrez<strong>en</strong>, die voor Zijn aangezicht<br />
vrez<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze zal het niet welgaan.” “Daarom dat ze <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap gehaat<br />
hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vreze dès Her<strong>en</strong> niet hebb<strong>en</strong> verkor<strong>en</strong>, zo zull<strong>en</strong> ze et<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vrucht van<br />
hun weg, <strong>en</strong> zich verzadig<strong>en</strong> met hun raadslag<strong>en</strong>.”<br />
Gods getrouwe getuig<strong>en</strong>, gedood door <strong>de</strong> godslasterlike macht, “die uit <strong>de</strong> afgrond<br />
opkomt,” zoud<strong>en</strong> niet lang stil zijn. “En na drie dag<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> halve, is e<strong>en</strong> geest <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s<br />
uit God in h<strong>en</strong> gegaan, <strong>en</strong> ze stond<strong>en</strong> op hun voet<strong>en</strong>; <strong>en</strong> er is grote vrees gevall<strong>en</strong> op<br />
198
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> aanschouwd<strong>en</strong>.” In 1793 werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>kret<strong>en</strong>, waarbij <strong>de</strong> Christelike<br />
godsdi<strong>en</strong>st afgeschaft, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel verbod<strong>en</strong> werd, door <strong>de</strong> Franse Verga<strong>de</strong>ring gepasseerd.<br />
Drie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> half jaar later werd er door hetzelf<strong>de</strong> lichaam e<strong>en</strong> resolutie aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, welke<br />
die <strong>de</strong>kret<strong>en</strong> herriep, <strong>en</strong> dus <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> we<strong>de</strong>r toeliet. De wereld stond verstomd over <strong>de</strong><br />
omvang van het kwaad, dat op het verwerp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Oorkond<strong>en</strong> gevolgd was, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> noodzakelikheid van het geloof in God <strong>en</strong> Zijn Woord als het<br />
fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong>ugd <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>likheid. De Heer zegt: “Wie hebt gij gehoond <strong>en</strong> gelasterd? <strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> wie hebt gij <strong>de</strong> stem verhev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uw og<strong>en</strong> omhoog opgehev<strong>en</strong> ? Teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e<br />
Israels.” “Daarom, ziet, Ik zal hun bek<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong>, op ditmaal; Ik zal hun bek<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong><br />
Mijn hand <strong>en</strong> Mijn macht; <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, dat Mijn naam is Heer.”<br />
Aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> twee getuig<strong>en</strong> verklaart <strong>de</strong> profeet ver<strong>de</strong>r: “En ze hoord<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote stem<br />
uit <strong>de</strong> hemel, die tot h<strong>en</strong> zei: Komt herwaarts op. En ze voer<strong>en</strong> op naar <strong>de</strong> hemel in <strong>de</strong> wolk;<br />
<strong>en</strong> hun vijand<strong>en</strong> aanschouwd<strong>en</strong> h<strong>en</strong>.” Se<strong>de</strong>rt Frankrijk krijg gevoerd heeft teg<strong>en</strong> Gods twee<br />
getuig<strong>en</strong>, zijn ze geëerd geword<strong>en</strong> gelijk nooit tevor<strong>en</strong>. In 1804 werd het Britse <strong>en</strong><br />
Buit<strong>en</strong>landse Bijbelg<strong>en</strong>ootschap opgericht. Dit werd gevolgd door gelijksoortige<br />
g<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong>, met talrijke vertakking<strong>en</strong>, op het vasteland van Europa. In 1816 werd het<br />
<strong>Amerika</strong>anse Bijbelg<strong>en</strong>ootschap gesticht. To<strong>en</strong> het Britse G<strong>en</strong>ootschap gevormd werd, werd<br />
<strong>de</strong> Bijbel gedrukt <strong>en</strong> verspreid in vijftig tal<strong>en</strong>. Se<strong>de</strong>rt die tijd is hij in meer dan vier hon<strong>de</strong>rd<br />
tal<strong>en</strong> <strong>en</strong> dialekt<strong>en</strong> overgezet.<br />
Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> vijftig jar<strong>en</strong>, die aan het jaar 1792 voorafging<strong>en</strong>, werd er weinig aandacht<br />
geschonk<strong>en</strong> aan buit<strong>en</strong>landse z<strong>en</strong>ding. Er werd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> nieuwe g<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong> gevormd, <strong>en</strong><br />
er war<strong>en</strong> maar <strong>en</strong>kele kerk<strong>en</strong>, die <strong>en</strong>ige poging<strong>en</strong> in het werk steld<strong>en</strong> om het Christ<strong>en</strong>dom in<br />
heid<strong>en</strong>land<strong>en</strong> te verspreid<strong>en</strong>. Maar teg<strong>en</strong> het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw greep er e<strong>en</strong><br />
grote veran<strong>de</strong>ring plaats. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong> zich onbevredigd met <strong>de</strong> uitkomst<strong>en</strong> van het<br />
rationalisme, <strong>en</strong> beseft<strong>en</strong> <strong>de</strong> noodzakelikheid van God<strong>de</strong>like op<strong>en</strong>baring <strong>en</strong><br />
proefon<strong>de</strong>rvin<strong>de</strong>like godsdi<strong>en</strong>st. Van die tijd aan ontving het werk van <strong>de</strong> buit<strong>en</strong>landse<br />
z<strong>en</strong>ding e<strong>en</strong> ongek<strong>en</strong><strong>de</strong> stoot.<br />
De verbetering<strong>en</strong> in <strong>de</strong> boekdrukkunst zijn e<strong>en</strong> prikkel geword<strong>en</strong> tot bijbelverspreiding.<br />
De verbeter<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van kommunikatie tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong>, het wegvall<strong>en</strong> van<br />
ou<strong>de</strong> hin<strong>de</strong>rpal<strong>en</strong> van vooroor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> nationale afzon<strong>de</strong>ring, <strong>en</strong> het verlies van wereldlike<br />
macht door <strong>de</strong> paus van Rome, hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> weg voor het woord Gods gebaand. Se<strong>de</strong>rt <strong>en</strong>ige<br />
jar<strong>en</strong> wordt <strong>de</strong> Bijbel zon<strong>de</strong>r hin<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van Rome verkocht, <strong>en</strong> is nu reeds naar<br />
ie<strong>de</strong>r bewoond <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> aardbol gebracht. De godlooch<strong>en</strong>aar Voltaire zei e<strong>en</strong>s poch<strong>en</strong>d:<br />
“Ik b<strong>en</strong> er moe<strong>de</strong> van te hor<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Christelike godsdi<strong>en</strong>st door twaalf mann<strong>en</strong> is gesticht.<br />
Ik zal bewijz<strong>en</strong>, dat er maar één man nodig is, om hem te niet te do<strong>en</strong>.” E<strong>en</strong> eeuw is se<strong>de</strong>rt<br />
zijn dood verlop<strong>en</strong>. Miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong>el g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> krijg teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel. Maar<br />
verre van vernietigd te zijn, zijn er, waar er in Voltaire’s tijd hon<strong>de</strong>rd war<strong>en</strong>, nu ti<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d,<br />
ja hon<strong>de</strong>rd duiz<strong>en</strong>d eksemplar<strong>en</strong> van het Boek van God. E<strong>en</strong> vroege hervormer zei,<br />
sprek<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong> Christelike Kerk: “De Bijbel is e<strong>en</strong> aanbeeld, dat al veel hamers verslet<strong>en</strong><br />
199
heeft.” De Heer zegt: “Alle instrum<strong>en</strong>t, dat teg<strong>en</strong> u bereid wordt, zal niet gelukk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alle<br />
tong, die in het gericht teg<strong>en</strong> u opstaat, zult gij verdoem<strong>en</strong>. “Het Woord onzes Gods bestaat<br />
in <strong>de</strong>r eeuwigheid.” “Al Zijn bevel<strong>en</strong> zijn getrouw. Ze zijn on<strong>de</strong>rsteund voor altoos <strong>en</strong> in<br />
eeuwigheid.” Al wat op het gezag van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s gebouwd wordt, wordt te niet gedaan; maar<br />
wat gegrond is op <strong>de</strong> rots van Gods onveran<strong>de</strong>rlik Woord, zal in eeuwigheid bestaan.<br />
Hoofdstuk 16 — Land van Vrijheid<br />
Terwijl <strong>de</strong> Engelse hervormers <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> van Rome verwierp<strong>en</strong>, behield<strong>en</strong> ze<br />
<strong>de</strong>sniettemin verscheid<strong>en</strong>e van <strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> ervan. Di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge werd<strong>en</strong> er, ofschoon<br />
Rooms gezag <strong>en</strong> Roomse geloofsleer verworp<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, niet weinige van <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
ceremonieën van die kerk in <strong>de</strong> eredi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> Kerk van Engeland overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. M<strong>en</strong><br />
beweer<strong>de</strong>, dat die ding<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gewet<strong>en</strong>szak<strong>en</strong> war<strong>en</strong>; dat, ofschoon ze in <strong>de</strong> Schrift niet<br />
bevol<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarom niet noodzakelik, ze toch niet wez<strong>en</strong>lik slecht war<strong>en</strong>, daar er<br />
ge<strong>en</strong> verbod teg<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> was. Het nakom<strong>en</strong> ervan strekte ertoe om <strong>de</strong> klove, welke <strong>de</strong><br />
hervorm<strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van Rome scheid<strong>de</strong>, toe te hal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> beweer<strong>de</strong>, dat ze <strong>de</strong> aanname<br />
van het Protestantse geloof door Rooms<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hand zoud<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>.<br />
Voor <strong>de</strong> konservatiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> inschikkelik<strong>en</strong> sch<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong>ze argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong><strong>de</strong>. Doch er<br />
was e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re klasse, die er niet zo over oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong>. Het feit, dat die gebruik<strong>en</strong> “strekt<strong>en</strong> tot<br />
<strong>de</strong>mping van <strong>de</strong> klove tuss<strong>en</strong> Rome <strong>en</strong> <strong>de</strong> Hervorming”, was in hun oog e<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
beweegred<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het aanhoud<strong>en</strong> ervan. Zij beschouwd<strong>en</strong> ze als k<strong>en</strong>tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
slavernij, waaruit ze verlost war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> waartoe ze zich niet g<strong>en</strong>eigd voeld<strong>en</strong> terug te ker<strong>en</strong>.<br />
Ze overlegd<strong>en</strong>, dat God in Zijn Woord <strong>de</strong> bepaling<strong>en</strong> had aangegev<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s welke Zijn<br />
eredi<strong>en</strong>st moest word<strong>en</strong> ingericht, <strong>en</strong> dat het aan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet vrijstond, daar iets aan af of<br />
toe te do<strong>en</strong>. Het eig<strong>en</strong>like be- gin van <strong>de</strong> grote afval lag in het strev<strong>en</strong> om het gezag van <strong>de</strong><br />
kerk in <strong>de</strong> plaats te stell<strong>en</strong> van het gezag van God. Rome was begonn<strong>en</strong> voor te schrijv<strong>en</strong>,<br />
wat God niet verbod<strong>en</strong> had, <strong>en</strong> eindig<strong>de</strong> met te verbied<strong>en</strong>, wat Hij uitdrukkelik had gelast.<br />
Vel<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> ernstig, terug te ker<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> reinheid <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudigheid, welke <strong>de</strong> eerste<br />
kerk had gek<strong>en</strong>merkt. Ze be-schouwd<strong>en</strong> vele van <strong>de</strong> gevestig<strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Engelse<br />
Kerk als ged<strong>en</strong>ktek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st, <strong>en</strong> kond<strong>en</strong> zich gewet<strong>en</strong>shalve niet met zijn<br />
eredi<strong>en</strong>st ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> kerk, on<strong>de</strong>rsteund door <strong>de</strong> burgerlike overheid, wil<strong>de</strong> ge<strong>en</strong><br />
afwijking van zijn vorm<strong>en</strong> gedog<strong>en</strong>. Het bijwon<strong>en</strong> van zijn godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> werd door<br />
<strong>de</strong> wet geëist, <strong>en</strong> bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> voor godsdi<strong>en</strong>stige doeleind<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> bij <strong>de</strong> wet<br />
bepaal<strong>de</strong>, werd<strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> op straffe van inhecht<strong>en</strong>isneming, verbanning, <strong>en</strong> dood.<br />
Bij het begin van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> vorst, die juist <strong>de</strong> troon van<br />
Engeland beklomm<strong>en</strong> had, dat hij beslot<strong>en</strong> was, <strong>de</strong> Puritein<strong>en</strong> “te lat<strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>, of . . .<br />
h<strong>en</strong> te plag<strong>en</strong>, tot ze het land verliet<strong>en</strong>, of an<strong>de</strong>rs nog wat ergers.” Verjaagd, vervolgd, <strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is geworp<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> ze in <strong>de</strong> toekomst ge<strong>en</strong> hoop op betere dag<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
200
vel<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> er zich van overtuigd, dat voor h<strong>en</strong>, die God w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te di<strong>en</strong><strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong><br />
inspraak van hun gewet<strong>en</strong>, “Engeland voor altijd had opgehoud<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bewoonbare streek te<br />
zijn.” Sommig<strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laatste om e<strong>en</strong> schuilplaats in Holland te zoek<strong>en</strong>.<br />
Moeilikhed<strong>en</strong>, verliez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>zetting werd<strong>en</strong> hun <strong>de</strong>el. Hun plann<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
verij<strong>de</strong>ld, <strong>en</strong> ze werd<strong>en</strong> overgeleverd in <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van hun vijand<strong>en</strong>. Doch standvastige<br />
volharding behaal<strong>de</strong> ein<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> overwinning, <strong>en</strong> ze vond<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schuilplaats op <strong>de</strong><br />
vri<strong>en</strong><strong>de</strong>like kust<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hollandse Republiek.<br />
In hun vlucht hadd<strong>en</strong> ze hun huiz<strong>en</strong>, goe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van bestaan achtergelat<strong>en</strong>.<br />
Ze war<strong>en</strong> vreem<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vreemd land, on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> volk, dat e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re taal sprak, <strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>re gebruik<strong>en</strong> had. Ze war<strong>en</strong> verplicht om <strong>de</strong> toevlucht te nem<strong>en</strong> tot nieuwe <strong>en</strong><br />
onbeproef<strong>de</strong> hantering<strong>en</strong> om hun brood te verdi<strong>en</strong><strong>en</strong>. Mann<strong>en</strong>van mid<strong>de</strong>lbare leeftijd, die<br />
hun lev<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> doorgebracht met het bewerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grond, moest<strong>en</strong> nu ambacht<strong>en</strong><br />
ler<strong>en</strong>. Maar ze schikt<strong>en</strong> zich blijmoedig in hun lot, <strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> tijd door luiheid of<br />
ontevre-d<strong>en</strong>heid. Ofschoon armoe<strong>de</strong> h<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igmaal kwel<strong>de</strong>, dankt<strong>en</strong> ze God voor <strong>de</strong><br />
zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, die Hij hun nog schonk, <strong>en</strong> vond<strong>en</strong> hun g<strong>en</strong>ot in het oef<strong>en</strong><strong>en</strong> van ongehin<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
geestelike geme<strong>en</strong>-schap. “Ze wist<strong>en</strong>, dat ze pelgrims war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> lett<strong>en</strong> niet veel op die<br />
ding<strong>en</strong>, maar hiev<strong>en</strong> hun og<strong>en</strong> op naar <strong>de</strong> hemel, hun liefste land, <strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> hun gemoed<br />
tot stilte.” 1Bancroft, George, “History of the United States of America,” Deel I, Kap. 12,<br />
par. 6. 2Palfrey, J. G., “History of New England,” Kap. 3, par. 43. 1Bancroft, Deel I, Kap.<br />
12, par. 15.<br />
Te midd<strong>en</strong> van verbanning <strong>en</strong> moeite wies<strong>en</strong> hun lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> geloof aan. Ze vertrouwd<strong>en</strong><br />
op <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij beschaam<strong>de</strong> h<strong>en</strong> niet in <strong>de</strong> tijd van nood. Zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
stond<strong>en</strong> hun ter zij<strong>de</strong>, om h<strong>en</strong> te bemoedig<strong>en</strong> <strong>en</strong> te steun<strong>en</strong>. En to<strong>en</strong> Gods hand h<strong>en</strong> naar <strong>de</strong><br />
overkant van <strong>de</strong> zee sche<strong>en</strong> te wijz<strong>en</strong>, naar e<strong>en</strong> land, waar ze zich e<strong>en</strong> staat kond<strong>en</strong> sticht<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> aan hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong> kostbare erf<strong>en</strong>is van godsdi<strong>en</strong>stvrijheid zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> nalat<strong>en</strong>,<br />
sloeg<strong>en</strong> ze zon<strong>de</strong>r aarzeling het pad van <strong>de</strong> Voorzi<strong>en</strong>igheid in. God had toegelat<strong>en</strong> dat<br />
beproeving<strong>en</strong> Zijn volk troff<strong>en</strong>, om h<strong>en</strong> voor te bereid<strong>en</strong> op <strong>de</strong> vervulling van Zijn g<strong>en</strong>adige<br />
plann<strong>en</strong> met h<strong>en</strong>. De kerk werd verne<strong>de</strong>rd, opdat hij verhoogd zou word<strong>en</strong>. God stond op<br />
het punt om Zijn macht t<strong>en</strong> behoeve ervan t<strong>en</strong> toon te spreid<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> wereld nog e<strong>en</strong><br />
ver<strong>de</strong>r bewijs te gev<strong>en</strong>, dat Hij <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong>, die hun vertrouw<strong>en</strong> op Hem stell<strong>en</strong>, niet verlat<strong>en</strong><br />
zal. Hij had <strong>de</strong> loop van <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> z— beschikt, dat <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Satan <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
overlegging<strong>en</strong> van boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werkt<strong>en</strong> om Zijn eer te verhog<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn volk naar<br />
e<strong>en</strong> veilige plaats te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Vervolging <strong>en</strong> verbanning op<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> weg tot vrijheid. To<strong>en</strong><br />
ze zich in het eerst verplicht zag<strong>en</strong>, om zich van <strong>de</strong> Engelse Kerk af te scheid<strong>en</strong>, verbond<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Puritein<strong>en</strong> zich door e<strong>en</strong> plechtig verbond, dat zij als Gods vrije volk “in al Zijn weg<strong>en</strong>,<br />
die ze k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, of die hun geop<strong>en</strong>baard zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>.”<br />
Dat was <strong>de</strong> ware hervormings- geest, het hoofdbeginsel van het Protestantisme. Het was<br />
met dit doel, dat <strong>de</strong> Pelgrims uit Holland vertrokk<strong>en</strong>, om e<strong>en</strong> tehuis in <strong>de</strong> Nieuwe Wereld te<br />
zoek<strong>en</strong>. John Robinson, hun leraar, die door omstandighed<strong>en</strong> verhin<strong>de</strong>rd werd h<strong>en</strong> te<br />
201
vergezell<strong>en</strong>, sprak in zijn afscheidsre<strong>de</strong> <strong>de</strong> uitgewek<strong>en</strong><strong>en</strong> aldus toe: “Broe<strong>de</strong>rs, binn<strong>en</strong> kort<br />
zull<strong>en</strong> we gescheid<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer weet, of ik lang g<strong>en</strong>oeg zal lev<strong>en</strong>, om uw<br />
aangezicht<strong>en</strong> weer te zi<strong>en</strong>. Maar hetzij <strong>de</strong> Heer dit alzo beschikt heeft of niet, ik gelast u<br />
voor God <strong>en</strong> Zijn heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, dat ge mij niet ver<strong>de</strong>r zult volg<strong>en</strong> dan ik Christus<br />
nagevolgd b<strong>en</strong>. Zo God u door e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r werktuig van Zijn hand iets zou op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, weest<br />
dan ev<strong>en</strong> gereed om dit te ontvang<strong>en</strong>, als ge altijd geweest zijt om <strong>de</strong> waarheid door mijn<br />
bedi<strong>en</strong>ing aan te nem<strong>en</strong>; want ik houd er mij van verzekerd, dat <strong>de</strong> Heer in Zijn heilig<br />
Woord nog meer waarheid <strong>en</strong> licht heeft, die Hij wil lat<strong>en</strong> doorbrek<strong>en</strong>.”<br />
“Wat mijzelf betreft, ik kan <strong>de</strong> toestand van <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> niet g<strong>en</strong>oeg betreur<strong>en</strong>,<br />
die op godsdi<strong>en</strong>stig gebied tot e<strong>en</strong> punt gekom<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> voor het teg<strong>en</strong>woordige niet ver<strong>de</strong>r<br />
will<strong>en</strong> gaan dan <strong>de</strong> bewerkers van hun hervorming. De Lutheran<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> er niet toe<br />
gebracht word<strong>en</strong> om ver<strong>de</strong>r te gaan dan hetge<strong>en</strong> Luther k<strong>en</strong><strong>de</strong>; ... <strong>en</strong> <strong>de</strong> Calvinist<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong><br />
stek<strong>en</strong>, gelijk gij ziet, waar ze gelat<strong>en</strong> zijn door die grote man Gods, die echter nog niet alle<br />
ding<strong>en</strong> inzag. Dit is e<strong>en</strong> betreur<strong>en</strong>swaardige toestand; want ofschoon ze in hun tijd<br />
brand<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> schijn<strong>en</strong><strong>de</strong> licht<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, zijn ze toch niet in <strong>de</strong> gehele raad Gods ingedrong<strong>en</strong>;<br />
maar, leefd<strong>en</strong> ze nu, ze zoud<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> gewillig zijn om ver<strong>de</strong>r licht aan te nem<strong>en</strong>, als ze het<br />
war<strong>en</strong> om dat te ontvang<strong>en</strong>, hetwelk hun in het eerst geschonk<strong>en</strong> werd.”<br />
“Ged<strong>en</strong>kt aan het verbond van uw kerk, waarbij gij zijt overe<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong> om te<br />
wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong> in al <strong>de</strong> weg<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, die u bek<strong>en</strong>d zijn gemaakt, of bek<strong>en</strong>d gemaakt zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Ged<strong>en</strong>kt aan uw belofte <strong>en</strong> uw verbond met God <strong>en</strong> met elkan<strong>de</strong>r, om aan te nem<strong>en</strong><br />
alle licht <strong>en</strong> waarheid, die u geop<strong>en</strong>baard zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uit Zijn geschrev<strong>en</strong> Woord; maar ik<br />
smeek u, neemt u tev<strong>en</strong>s in acht, wat ge als waarheid ontvangt, <strong>en</strong> bepeinst het <strong>en</strong> vergelijkt<br />
het met an<strong>de</strong>re tekst<strong>en</strong>, v——r ge het aanneemt; want het is niet mogelik, dat <strong>de</strong> Christelike<br />
wereld zo kortelings uit zulk e<strong>en</strong> dichte antichristelike duisternis kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er onmid<strong>de</strong>llik<br />
volmaakte k<strong>en</strong>nis voortbrek<strong>en</strong> zou. “1<br />
Het was het verlang<strong>en</strong> naar vrijheid van gewet<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Pelgrims aanspoor<strong>de</strong> om <strong>de</strong><br />
gevar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> lange zeereis te trotser<strong>en</strong>, <strong>de</strong> moeilikhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wil<strong>de</strong>rnis te<br />
verdrag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r Gods zeg<strong>en</strong> op <strong>de</strong> kust<strong>en</strong> van <strong>Amerika</strong> het fondam<strong>en</strong>t voor e<strong>en</strong> machtig<br />
volk te legg<strong>en</strong>. Toch, eerlik <strong>en</strong> godvrez<strong>en</strong>d schoon ze war<strong>en</strong>, verstond<strong>en</strong> <strong>de</strong> Pelgrims het<br />
grote grondbeginsel van godsdi<strong>en</strong>stige verdraagzaamheid nog niet. De vrijheid, waar ze<br />
zoveel voor opofferd<strong>en</strong>, om die voor zichzelv<strong>en</strong> te verzeker<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> ze niet in gelijk mate<br />
bereid ook aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> toe te staan. “Zeer weinig<strong>en</strong>, zelfs van <strong>de</strong> voornaamste d<strong>en</strong>kers <strong>en</strong><br />
ze<strong>de</strong>meesters van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw, hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> juiste opvatting van dat grootse beginsel,<br />
uitvloeisel van het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t, dat God erk<strong>en</strong>t als <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige rechter van het geloof<br />
van m<strong>en</strong>sem” De leer, dat God aan <strong>de</strong> kerk het recht heeft toevertrouwd om over het<br />
gewet<strong>en</strong> te heers<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ketterij te omschrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> te straff<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> diepst gewortel<strong>de</strong><br />
pauselike dwaling<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> hervormers <strong>de</strong> leer van Rome verwierp<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> ze niet<br />
volkom<strong>en</strong> vrij van zijn onverdraagzame geest. De grote duisternis, waarin het pausdom<br />
gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> lange eeuw<strong>en</strong> van zijn regering <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid had gehuld, was zelfs<br />
202
nu nog niet geheel <strong>en</strong> al verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eerste predikant<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kolonie aan <strong>de</strong><br />
Massachusetts Haai sprak: “Het was verdraagzaamheid, die <strong>de</strong> wereld antichristelik maakte;<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk heeft nooit scha<strong>de</strong> geled<strong>en</strong> door het bestraff<strong>en</strong> van ketters.” De kolonist<strong>en</strong><br />
nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> regel aan, dat alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk stem zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in <strong>de</strong> burgerlike<br />
regering. Er werd e<strong>en</strong> soort van staatskerk gevormd ; van al het volk werd e<strong>en</strong> bijdrage tot<br />
on<strong>de</strong>rhoud van <strong>de</strong> geestelikheid geëist, <strong>en</strong> <strong>de</strong> magistrat<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong> last om ketterij te<br />
on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>. Aldus kwam <strong>de</strong> burgerlike macht in hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk. Het duur<strong>de</strong> niet<br />
lang, voordat <strong>de</strong>ze maatregel<strong>en</strong> tot het onvermij<strong>de</strong>lik gevolg ervan leidd<strong>en</strong>,— namelik<br />
vervolging.<br />
Elf jar<strong>en</strong> na het vestig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eerste kolonie kwam Roger Williams naar <strong>de</strong> Nieuwe<br />
Wereld over. Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> eerste pelgrims kwam hij om godsdi<strong>en</strong>stige vrijheid te g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>;<br />
maar ongelijk aan h<strong>en</strong>, zag hij in,— wat zo weinig<strong>en</strong> in zijn tijd nog gezi<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> — dat<br />
<strong>de</strong>ze vrijheid het onvervreemdbare recht van all<strong>en</strong> was, wat hun geloof ook zijn mocht. Hij<br />
was e<strong>en</strong> ernstige zoeker naar waarheid, <strong>en</strong> hield het met Robinson voor onmogelik, dat al<br />
het licht uit Gods woord reeds ontvang<strong>en</strong> was. Williams “was <strong>de</strong> eerste persoon in <strong>de</strong><br />
mo<strong>de</strong>rne Christ<strong>en</strong>heid, die <strong>de</strong> burgerlike regering op <strong>de</strong> leer van gewet<strong>en</strong>svrijheid <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gelijkheid van d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> wet wil<strong>de</strong> do<strong>en</strong> berust<strong>en</strong>.” Hij verklaar<strong>de</strong>, dat het <strong>de</strong><br />
plicht van <strong>de</strong> magistraat was, om misdad<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> te gaan, maar ge<strong>en</strong>szins om het gewet<strong>en</strong><br />
aan band<strong>en</strong> te legg<strong>en</strong>. “Het publiek of <strong>de</strong> magistrat<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong>,” zei hij, “wat <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s aan zijn ev<strong>en</strong>m<strong>en</strong>s verschuldigd is; maar wanneer ze tracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> plicht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
jeg<strong>en</strong>s God voor te schrijv<strong>en</strong>, gaan ze hun roeping te buit<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kan er ge<strong>en</strong> veiligheid zijn;<br />
want het is dui<strong>de</strong>lik, dat indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> magistraat die macht bezit, hij hed<strong>en</strong> het <strong>en</strong>e stel<br />
m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> of geloofspunt<strong>en</strong> kan voorschrijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> morg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r, gelijk in Engeland<br />
gedaan is door on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>e koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> koninginn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dooi<strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> paus<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
raadsverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Roomse Kerk; waardoor het geloof e<strong>en</strong> grote verwarring zou<br />
word<strong>en</strong>.”<br />
Het bijwon<strong>en</strong> van <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van <strong>de</strong> erk<strong>en</strong><strong>de</strong> kerk werd cp straffe van boete of<br />
gevang<strong>en</strong>schap verplicht<strong>en</strong>d gemaakt. “Williams keur<strong>de</strong> <strong>de</strong> wet af; <strong>de</strong> slechtste bepaling in<br />
het Engelse wetboek was die, welke slechts het bij won<strong>en</strong> van <strong>de</strong> parochie-kerk verplicht<strong>en</strong>d<br />
maakte. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te dwing<strong>en</strong>, zich met dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r geloof war<strong>en</strong><br />
toegedaan, beschouw<strong>de</strong> hij als e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>like verkrachting van hun natuurlike recht<strong>en</strong>; <strong>de</strong><br />
ongodsdi<strong>en</strong>stig<strong>en</strong> <strong>en</strong> onwillig<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> publieke eredi<strong>en</strong>st te drijv<strong>en</strong>, sche<strong>en</strong> huichelarij<br />
eis<strong>en</strong> te zijn. . . . ‘Niemand,’ zei hij, ‘behoor<strong>de</strong> teg<strong>en</strong> zijn eig<strong>en</strong> toestemming in gedwong<strong>en</strong><br />
te word<strong>en</strong> om aan eredi<strong>en</strong>st <strong>de</strong>el te nem<strong>en</strong>, of <strong>en</strong>ige eredi<strong>en</strong>st te handhav<strong>en</strong>.’ ‘Hoe!’ riep<strong>en</strong><br />
zijn teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs, verbaasd over zijn stelling<strong>en</strong>, uit, ‘is <strong>de</strong> arbei<strong>de</strong>r zijn loon niet waardig?’<br />
‘Ja,’ antwoord<strong>de</strong> hij, ‘van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hem hur<strong>en</strong>.’ “<br />
Roger Williams was geëerd <strong>en</strong> bemind als e<strong>en</strong> getrouw prediker, e<strong>en</strong> man van<br />
buit<strong>en</strong>gewone begaafdheid, van onwankelbare rechtschap<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> ware milddadigheid;<br />
toch kon m<strong>en</strong> zijn standvastige weigering om het recht van <strong>de</strong> burgerlike magistrat<strong>en</strong> op<br />
203
gezag over <strong>de</strong> kerk te erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn eis om godsdi<strong>en</strong>stvrijheid te hebb<strong>en</strong>, niet duld<strong>en</strong>.<br />
M<strong>en</strong> zei, dat <strong>de</strong> toepassing van <strong>de</strong>ze nieuwe leer “<strong>de</strong> grondslag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> staat <strong>en</strong> het bestuur<br />
van het land omverwerp<strong>en</strong> zou.” Hij werd veroor<strong>de</strong>eld tot verbanning uit <strong>de</strong> kolonieën, <strong>en</strong><br />
moest ein<strong>de</strong>lik, om gevang<strong>en</strong>neming te voorkom<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> kou<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> storm<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
winter naar <strong>de</strong> wil<strong>de</strong> woud<strong>en</strong> vlucht<strong>en</strong>.<br />
“Veerti<strong>en</strong> wek<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong>,” zei hij, “werd ik in e<strong>en</strong> guur jaargetij<strong>de</strong> he<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer<br />
gejaagd, <strong>en</strong> wist niet wat brood of e<strong>en</strong> bed betek<strong>en</strong><strong>de</strong>.” “Maar <strong>de</strong> rav<strong>en</strong> voedd<strong>en</strong> me in <strong>de</strong><br />
wil<strong>de</strong>rnis;” <strong>en</strong> e<strong>en</strong> holle boom di<strong>en</strong><strong>de</strong> hem dikwels tot schuilplaats. Aldus zette hij zijn<br />
pijnlike vlucht voort door <strong>de</strong> sneeuw <strong>en</strong> <strong>de</strong> ongebaan<strong>de</strong> boss<strong>en</strong>, totdat hij e<strong>en</strong> schuilplaats<br />
vond bij e<strong>en</strong> Indiaanse stam, wier vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid hij won, terwijl hij h<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
waarhed<strong>en</strong> van het evangelie trachtte te ler<strong>en</strong>. Na maand<strong>en</strong> van afwisseling <strong>en</strong> ronddol<strong>en</strong>,<br />
geraakte hij ein<strong>de</strong>lik aan <strong>de</strong> kust<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Narragansett Baai, waar hij <strong>de</strong> grond leg<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
eerste staat van <strong>de</strong> nieuwere tijd, die in <strong>de</strong> volste zin van het woord het recht van<br />
godsdi<strong>en</strong>stvrij- heid erk<strong>en</strong><strong>de</strong>. Het grondbeginsel van Roger Williams’ kolonie was “dat<br />
ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> het recht zou hebb<strong>en</strong> om God te di<strong>en</strong><strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s het licht van zijn eig<strong>en</strong> gewet<strong>en</strong>.”<br />
Zijn kleine staat, Rho<strong>de</strong> Island, werd het toevluchtsoord voor on<strong>de</strong>rdrukt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> groei<strong>de</strong> aan<br />
<strong>en</strong> bloei<strong>de</strong>, totdat <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> ervan — burgerlike <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige vrijheid — <strong>de</strong><br />
hoekst<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>Amerika</strong>anse Republiek werd<strong>en</strong>.<br />
In dat uistek<strong>en</strong><strong>de</strong>, ou<strong>de</strong> dokum<strong>en</strong>t, hetwelk <strong>de</strong> voorva<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van het <strong>Amerika</strong>anse volk als<br />
<strong>de</strong> uite<strong>en</strong>zetting van hun recht<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> — <strong>de</strong> Onafhankelikheidsverklaring — zeid<strong>en</strong> ze:<br />
“Wij houd<strong>en</strong> het ervoor, dat <strong>de</strong>ze waarhed<strong>en</strong> zichzelve bewijz<strong>en</strong>, dat alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gelijk<br />
geschap<strong>en</strong> zijn, dat ze door hun Schepper met zekere onvervreemdbare recht<strong>en</strong> zijn<br />
toegerust, dat daaron<strong>de</strong>r begrep<strong>en</strong> zijn het lev<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vrijheid, <strong>en</strong> het zoek<strong>en</strong> naar geluk.” En<br />
<strong>de</strong> Konstitutie waarborgt in <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>likste bewoording<strong>en</strong> <strong>de</strong> onsch<strong>en</strong>dbaarheid van het<br />
gewet<strong>en</strong>: “Er zal nimmer <strong>en</strong>ige proeve van godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging verlangd word<strong>en</strong> als<br />
bewijs van bevoegdheid voor <strong>en</strong>ige publieke betrekking on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong>.” “Het<br />
Kongres zal ge<strong>en</strong> wet mak<strong>en</strong>, waarbij godsdi<strong>en</strong>st wordt vastgesteld, of <strong>de</strong> vrije uitoef<strong>en</strong>ing<br />
daarvan verbod<strong>en</strong>.”<br />
“Zij,die <strong>de</strong> Konstitutie opsteld<strong>en</strong>,erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> het eeuwige grondbeginsel, dat <strong>de</strong> betrekking<br />
van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s tot zijn God bov<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike wetgeving staat, <strong>en</strong> dat zijn vrijheid van gewet<strong>en</strong><br />
hem niet ontzegd kan word<strong>en</strong>. Er was ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong>ering toe n—dig om <strong>de</strong>ze waarheid vast te<br />
stell<strong>en</strong>; wij zijn er ons in ons eig<strong>en</strong> gemoed van bewust. Het is dit bewustzijn, dat zoveel<br />
martelar<strong>en</strong> te midd<strong>en</strong> van foltering<strong>en</strong> <strong>en</strong> vlamm<strong>en</strong> heeft staan<strong>de</strong> gehoud<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> spijte van<br />
m<strong>en</strong>selike wett<strong>en</strong>. Ze gevoeld<strong>en</strong>, dat hun plicht jeg<strong>en</strong>s God bov<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong><br />
stond, <strong>en</strong> dat ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s het recht had om macht uit te oef<strong>en</strong><strong>en</strong> over hun gewet<strong>en</strong>. Het is e<strong>en</strong><br />
ingebor<strong>en</strong> beginsel, dat door niets kan vernietigd word<strong>en</strong>.” To<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijding zich door <strong>de</strong><br />
land<strong>en</strong> van Europa verspreid<strong>de</strong>, dat er e<strong>en</strong> land was, waar ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> van zijn<br />
eig<strong>en</strong> arbeid kon g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> overtuiging van zijn gewet<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> mocht, stroomd<strong>en</strong> er<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> kust<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Nieuwe Wereld. De kolonieën vermeer<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> zich snel.<br />
204
“Massachusetts bood in e<strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>re wet, op kost<strong>en</strong> van het publiek, welkom <strong>en</strong> hulp aan<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> van alle nationaliteit<strong>en</strong>, die over <strong>de</strong> Atlantiese Oceaan w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te vlucht<strong>en</strong> ‘om<br />
te ontkom<strong>en</strong> aan oorlog<strong>en</strong>, of hongersnood, of on<strong>de</strong>rdrukking van hun vervolgers.’ Aldus<br />
werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> vluchteling<strong>en</strong> <strong>en</strong> verstoteling<strong>en</strong> door <strong>de</strong> wet <strong>de</strong> gast<strong>en</strong> van het gem<strong>en</strong>ebest<br />
gemaakt.” Binn<strong>en</strong> twintig jar<strong>en</strong> na het eerste land<strong>en</strong> te Plymouth, hadd<strong>en</strong> zich ev<strong>en</strong> zoveel<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Pelgrims in Nieuw-Engeland ne<strong>de</strong>rgezet.<br />
Om het doel, dat ze zich voorsteld<strong>en</strong>, te bereik<strong>en</strong>, “war<strong>en</strong> ze tevred<strong>en</strong> met slechts het<br />
allernodigste te verdi<strong>en</strong><strong>en</strong> door e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van spaarzaamheid <strong>en</strong> vlijt. Ze eist<strong>en</strong> niets van <strong>de</strong><br />
grond, dan hetge<strong>en</strong> ze re<strong>de</strong>likerwijze als loon voor hun werk kond<strong>en</strong> verwacht<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong><br />
guld<strong>en</strong> visio<strong>en</strong> wierp e<strong>en</strong> bedriege- like stralekrans over hun pad. ... Ze war<strong>en</strong> tevred<strong>en</strong> met<br />
<strong>de</strong> langzame doch zekere vooruitgang van hun sociale staatkun<strong>de</strong>. Ze verduurd<strong>en</strong> geduldig<br />
<strong>de</strong> ontbering<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wil-<strong>de</strong>rnis, <strong>en</strong> bevochtigd<strong>en</strong> <strong>de</strong> vrijheidsboom met hun tran<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />
zweet van hun aanschijn, totdat hij diep wortel schoot in het land.”De Bijbel werd voor het<br />
fondam<strong>en</strong>t van geloof, <strong>de</strong> bron van wijsheid, <strong>en</strong> <strong>de</strong> grondwet van vrijheid gehoud<strong>en</strong>. De beginsel<strong>en</strong><br />
ervan werd<strong>en</strong> ijverig on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rlike woning, in <strong>de</strong> school <strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
kerk, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> daarvan op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong> zich in nijverheid, goed verstand, reinheid <strong>en</strong><br />
matigheid. M<strong>en</strong> kon jar<strong>en</strong> lang in <strong>de</strong> Puriteinse ne<strong>de</strong>rzetting<strong>en</strong> doorbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> “zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong><br />
dronkaard te zi<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> vloek te hor<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong> be<strong>de</strong>laar te ontmoet<strong>en</strong>.” Alles toon<strong>de</strong> aan, dat<br />
<strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel <strong>de</strong> zekerste waarborg<strong>en</strong> van nationale grootheid zijn. De<br />
zwakke <strong>en</strong> afgezon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> kolonieën groeid<strong>en</strong> aan tot e<strong>en</strong> Unie van machtige Stat<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
wereld aanschouw<strong>de</strong> met verwon<strong>de</strong>ring <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> voorspoed van “e<strong>en</strong> kerk zon<strong>de</strong>r paus,<br />
<strong>en</strong> e<strong>en</strong> staat zon<strong>de</strong>r koning.”<br />
Doch voortdur<strong>en</strong>d groei<strong>de</strong> het aantal aan van h<strong>en</strong>, die zich tot <strong>de</strong> kust<strong>en</strong> van <strong>Amerika</strong><br />
aangetrokk<strong>en</strong> gevoeld<strong>en</strong>, aangespoord door beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zeer verschill<strong>en</strong>d war<strong>en</strong> van<br />
die van <strong>de</strong> eerste Pelgrims. Ofschoon primitief geloof <strong>en</strong> reinheid e<strong>en</strong> grote <strong>en</strong> vorm<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
kracht uitoef<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, toch werd <strong>de</strong> invloed hiervan kleiner <strong>en</strong> kleiner, naarmate het aantal<br />
aanwies van h<strong>en</strong>, die slechts naar werelds voor<strong>de</strong>el zocht<strong>en</strong>. Het reglem<strong>en</strong>t, dat door <strong>de</strong><br />
eerste kolonist<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> was, om alle<strong>en</strong> led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk stemrecht te gev<strong>en</strong>, of toe<br />
te staan, e<strong>en</strong> ambt te bekled<strong>en</strong> in <strong>de</strong> burgerlike regering, leid<strong>de</strong> tot uiterst ver<strong>de</strong>rfelike<br />
gevolg<strong>en</strong>. Deze maatregel was g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l om voor <strong>de</strong> reinheid van <strong>de</strong> staat te<br />
wak<strong>en</strong>; maar het gevolg ervan was het be<strong>de</strong>rf van <strong>de</strong> kerk.<br />
Daar godsdi<strong>en</strong>stige belijd<strong>en</strong>is <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong> was van stemrecht <strong>en</strong> ambtsbekleding,<br />
slot<strong>en</strong> vel<strong>en</strong>, wier <strong>en</strong>ige beweegred<strong>en</strong> e<strong>en</strong> wereldse gedragslijn tot drijfveer had, zich aan <strong>de</strong><br />
kerk aan, zon<strong>de</strong>r dat hun hart veran<strong>de</strong>rd was. Aldus was het, dat <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> groot<br />
<strong>de</strong>el uit onbekeer<strong>de</strong> person<strong>en</strong> bestond<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zelfs on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> geestelik<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er, die niet<br />
alle<strong>en</strong> dwaallering<strong>en</strong> geloofd<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> vernieuw<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest niet<br />
k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Op die wijze trad<strong>en</strong> opnieuw <strong>de</strong> slechte gevolg<strong>en</strong> aan het licht, die zo m<strong>en</strong>igmaal in<br />
<strong>de</strong> kerkgeschied<strong>en</strong>is zijn opgemerkt se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Kon- stantijn tot op <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordige tijd, van poging<strong>en</strong> om <strong>de</strong> kerk op te bouw<strong>en</strong> met behulp van <strong>de</strong> staat, of <strong>de</strong><br />
205
hulp van <strong>de</strong> wereldlike macht in te roep<strong>en</strong> tot steun van het evangelie van Hem, Die<br />
verklaar<strong>de</strong>: “Mijn koninkrijk is niet van <strong>de</strong>ze wereld.” Ver<strong>en</strong>iging van kerk met staat, in wat<br />
geringe mate ook, br<strong>en</strong>gt in werkelikheid <strong>de</strong> kerk slechts na<strong>de</strong>r tot <strong>de</strong> wereld, al schijnt het<br />
ook, of <strong>de</strong> wereld er na<strong>de</strong>r tot <strong>de</strong> kerk door wordt gebracht.<br />
Het grote beginsel, dat door Robinson <strong>en</strong> Roger Williams op zo waardige wijze werd<br />
bepleit, dat <strong>de</strong> waarheid zich ont-wikkel<strong>en</strong> moet, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong> klaar behoort te staan<br />
om al het licht aan te nem<strong>en</strong>, dat uit Gods heilig woord hem toe- sehijnt, werd door hun<br />
nakomeling<strong>en</strong> uit het oog verlor<strong>en</strong>. De Protestantse kerk<strong>en</strong> van <strong>Amerika</strong> — <strong>en</strong> die van<br />
Europa ev<strong>en</strong>min,— welke zo hogelik bevoorrecht war<strong>en</strong> door het ontvang<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Reformatie, maakt<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vor<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> op het pad van hervorming.<br />
Ofschoon er van tijd tot tijd wel <strong>en</strong>kele getrouwe mann<strong>en</strong> opstond<strong>en</strong>, die nieuwe waarhed<strong>en</strong><br />
verkondigd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> langgekoester<strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> blootlegd<strong>en</strong>, stel<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid, gelijk<br />
<strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> in Christus’ tijd, of <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> in Luthers dag<strong>en</strong>, tevred<strong>en</strong> met te gelov<strong>en</strong> wat<br />
hun va<strong>de</strong>rs geloofd, <strong>en</strong> te lev<strong>en</strong>, zoals die geleefd hadd<strong>en</strong>. Daarom ontaard<strong>de</strong> <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st<br />
weer in vormelikheid; <strong>en</strong> dwaling<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijgelovighed<strong>en</strong>, welke m<strong>en</strong> afgelegd zou hebb<strong>en</strong>,<br />
indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk voort was gegaan te wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong> in het licht van Gods Woord, werd<strong>en</strong><br />
aangehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> gekoesterd. Aldus stierf <strong>de</strong> geest, die door <strong>de</strong> Hervorming was<br />
aangewakkerd, langzamerhand uit, totdat er bijna ev<strong>en</strong>veel behoefte aan hervorming in <strong>de</strong><br />
Protestantse kerk<strong>en</strong> bestond, als in <strong>de</strong> Roomse kerk in Luthers tijd. Er bestond <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
wereldsgezindheid <strong>en</strong> geestelike doodsheid, e<strong>en</strong> gelijk ontzag voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> in <strong>de</strong> plaats stelling van m<strong>en</strong>selike theorieën voor hetge<strong>en</strong> Gods Woord leert.<br />
De grote verspreiding van <strong>de</strong> Bijbel in het eerste <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw, <strong>en</strong> het<br />
hel<strong>de</strong>re licht, dat di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge <strong>de</strong> wereld besche<strong>en</strong>, werd niet gevolgd door e<strong>en</strong><br />
gelijkstandige voortuitgang in k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> geop<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> waarheid, of in godsdi<strong>en</strong>st, uit<br />
on<strong>de</strong>rvinding verkreg<strong>en</strong>. Satan kon niet, als in vroegere eeuw<strong>en</strong>, Gods woord van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
weghoud<strong>en</strong>; het was binn<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>rs bereik gebracht; maar om <strong>de</strong>sniettemin zijn doel te<br />
bereik<strong>en</strong>, leid<strong>de</strong> hij er vel<strong>en</strong> toe, er slechts weinig op te lett<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verwaarloosd<strong>en</strong><br />
het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift, <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> daarom voort met valse verklaring<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> leerstelling<strong>en</strong> te omhelz<strong>en</strong>, die ge<strong>en</strong> grond in <strong>de</strong> Bijbel hadd<strong>en</strong>.<br />
De mislukking van zijn poging<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarheid door vervolging uit te roei<strong>en</strong> zi<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
had Satan an<strong>de</strong>rmaal toevlucht g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot het plan van minnelike schikking, dat tot <strong>de</strong><br />
grote afval <strong>en</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> Kerk van Rome aanleiding gegev<strong>en</strong> had. Hij had er<br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> toe gebracht om zich nu wel niet met heid<strong>en</strong><strong>en</strong>, maar met <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> te verbind<strong>en</strong>,<br />
die zich door hun toewijding aan <strong>de</strong> ding<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze wereld ev<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>aars<br />
hadd<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong>, als zij, die gegot<strong>en</strong> beeld<strong>en</strong> aanbad<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> uitslag van die ver<strong>en</strong>iging<br />
was nu niet min<strong>de</strong>r ver<strong>de</strong>rfelik dan in vorige eeuw<strong>en</strong>; trots <strong>en</strong> overdaad werd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
schijn van godsdi<strong>en</strong>st toegelat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> be<strong>de</strong>rf sloop <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>. Satan ging voort met <strong>de</strong><br />
lering<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel te verdraai<strong>en</strong>, <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong>, die berek<strong>en</strong>d war<strong>en</strong> om miljo<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
t<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rve te leid<strong>en</strong>, schot<strong>en</strong> diepe wortel. De kerk on<strong>de</strong>rsteun<strong>de</strong> <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>dig<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
206
overlevering<strong>en</strong>, in plaats van te strijd<strong>en</strong> voor “het geloof, dat e<strong>en</strong>maal aan <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong><br />
overgeleverd is.” Aldus werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> verlaagd, voor welke <strong>de</strong> hervormers zoveel<br />
gedaan <strong>en</strong> geled<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>.<br />
Hoofdstuk 17 — Voorlopers van <strong>de</strong> Morg<strong>en</strong><br />
E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ernstigste <strong>en</strong> toch ook heerlikste waarhed<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> Bijbel geop<strong>en</strong>baard<br />
word<strong>en</strong>, is die van Christus’ we<strong>de</strong>rkomst, om het grote werk van <strong>de</strong> verlossing te voltooi<strong>en</strong>.<br />
In Gods pelgrimsvolk, dat zo lange tijd “het land <strong>en</strong> <strong>de</strong> schaduw <strong>de</strong>s doods” tot woonplaats<br />
heeft gehad, wordt e<strong>en</strong> kostbare, vreug<strong>de</strong>volle hoop opgewekt door <strong>de</strong> belofte van <strong>de</strong><br />
verschijning van Hem, die is “<strong>de</strong> opstanding <strong>en</strong> het lev<strong>en</strong>,” om “Zijn verbann<strong>en</strong><strong>en</strong> we<strong>de</strong>r te<br />
huis te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. ” De leer van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst is <strong>de</strong> ware sleutel tot <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift<strong>en</strong>.<br />
Se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> dag, to<strong>en</strong> het eerste m<strong>en</strong>sepaar zich met droevige tred van Ed<strong>en</strong> afkeer<strong>de</strong>, hebb<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s geloofs gewacht op het kom<strong>en</strong> van Hem, Die beloofd was, om <strong>de</strong> macht van<br />
<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>lger te verbrek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> terug te voer<strong>en</strong> tot het verlor<strong>en</strong> Paradijs. De heilig<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> dag zag<strong>en</strong> uit naar <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Messias in heerlikheid, als <strong>de</strong> vervulling van al<br />
hun verwachting. Aan H<strong>en</strong>och, pas <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> lijn van <strong>de</strong> nakomeling<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die<br />
in Ed<strong>en</strong> gewoond hadd<strong>en</strong>, hem, die drie eeuw<strong>en</strong> lang met God op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, werd<br />
het vergund om van verre <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Verlosser te aanschouw<strong>en</strong>. “Ziet,” zo verklaar<strong>de</strong><br />
hij, “<strong>de</strong> Heer is gekom<strong>en</strong> met Zijn vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> heilig<strong>en</strong>, om gericht te houd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />
all<strong>en</strong>.” De aartsva<strong>de</strong>r Job riep in <strong>de</strong> nacht van zijn beproeving met ongeschokt vertrouw<strong>en</strong><br />
uit: “Want ik weet, dat mijn Verlosser leeft, <strong>en</strong> Hij zal <strong>de</strong> laatste (in het ein<strong>de</strong>) over het stof<br />
opstaan; ... uit mijn vlees zal ik God aanschouw<strong>en</strong>, <strong>de</strong>welke ik voor mij aanschouw<strong>en</strong> zal, <strong>en</strong><br />
mijn og<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet e<strong>en</strong> vreem<strong>de</strong>.”<br />
Christus’ komst, met welke <strong>de</strong> heerschappij <strong>de</strong>r gerechtigheid e<strong>en</strong> aanvang nem<strong>en</strong> zal,<br />
heeft <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> schrijvers <strong>de</strong> verhev<strong>en</strong>ste <strong>en</strong> meest beziel<strong>de</strong> woord<strong>en</strong> do<strong>en</strong> uit<strong>en</strong>. De<br />
dichters <strong>en</strong> profet<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel hebb<strong>en</strong> die komst beschrev<strong>en</strong> in woord<strong>en</strong>, gloei<strong>en</strong>d van<br />
hemels vuur. De psalmist bezong <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> majesteit van Israels Koning: “Uit Zion, <strong>de</strong><br />
volkom<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>r schoonheid, verschijnt God blink<strong>en</strong><strong>de</strong>. Onze God zal kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal niet<br />
zwijg<strong>en</strong>. . . . Hij zal roep<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> hemel van bov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, om Zijn volk te richt<strong>en</strong>.”<br />
“Dat <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> zich verblijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zich verheuge, . . . voor het aangezicht <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong>; want Hij komt, want Hij komt, om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te richt<strong>en</strong>; Hij zal <strong>de</strong> wereld richt<strong>en</strong> met<br />
gerechtigheid, <strong>en</strong> <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> met Zijn waarheid.”<br />
De profeet Jesaja sprak: “Waakt op <strong>en</strong> juicht, gij, die in het stof woont! want uw dauw<br />
zal zijn als e<strong>en</strong> dauw <strong>de</strong>r moeskruid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het land zal <strong>de</strong> overled<strong>en</strong><strong>en</strong> uitwerp<strong>en</strong>.” “Uw<br />
dod<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>, ook mijn dood lichaam, ze zull<strong>en</strong> opstaan.” “Hij zal <strong>de</strong> dood verslind<strong>en</strong><br />
tot overwinning, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Here Here zal <strong>de</strong> tran<strong>en</strong> van alle aangezicht<strong>en</strong> afwiss<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Hij zal <strong>de</strong><br />
smaadheid van Zijn volk van <strong>de</strong> ganse aar<strong>de</strong> wegnem<strong>en</strong>; want <strong>de</strong> Heer heeft het gesprok<strong>en</strong>.<br />
En m<strong>en</strong> zal te di<strong>en</strong> dage zegg<strong>en</strong>: Ziet, <strong>de</strong>ze is onze God; we hebb<strong>en</strong> Hem verwacht, <strong>en</strong> Hij<br />
207
zal ons zalig mak<strong>en</strong>. Deze is <strong>de</strong> Heer; we hebb<strong>en</strong> Hem verwacht; we zull<strong>en</strong> ons verheug<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> verblijd<strong>en</strong> in Zijn zaligheid.”<br />
En Habakuk, in e<strong>en</strong> heilig visio<strong>en</strong> verzonk<strong>en</strong>, aanschouw<strong>de</strong> Zijn verschijning. “God<br />
kwam van Theman, <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e van <strong>de</strong> berg Paran. Sela. Zijn heerlikheid be<strong>de</strong>kte <strong>de</strong><br />
hemel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het aardrijk was vol van Zijn lof. En er was e<strong>en</strong> glans als van het licht.” “Hij<br />
stond, <strong>en</strong> mat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>; Hij zag toe, <strong>en</strong> maakte <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong> los, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gedurige berg<strong>en</strong> zijn<br />
verstrooid geword<strong>en</strong>; <strong>de</strong> heuvel<strong>en</strong> <strong>de</strong>r eeuwigheid hebb<strong>en</strong> zich gebog<strong>en</strong>; <strong>de</strong> gang<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
eeuw zijn Zijne.” “Gij reedt op Uw paard<strong>en</strong>, Uw wag<strong>en</strong>s war<strong>en</strong> heil.” “De berg<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> U,<br />
<strong>en</strong> led<strong>en</strong> smart; ... <strong>de</strong> afgrond gaf zijn stem; hij hief zijn zijd<strong>en</strong> op in <strong>de</strong> hoogte. De zon <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
maan stond<strong>en</strong> stil in hun woning; met het licht ging<strong>en</strong> Uw pijl<strong>en</strong> daarh<strong>en</strong><strong>en</strong>, met glans Uw<br />
bliksem<strong>en</strong><strong>de</strong> spies.” “Gij toogt uit tot verlossing van Uw volk, tot verlossing met Uw<br />
gezalf<strong>de</strong>.”<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heiland op het punt stond om van Zijn discipel<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, troostte<br />
Hij h<strong>en</strong> in hun droefheid met <strong>de</strong> verzekering, dat Hij we<strong>de</strong>r zou kom<strong>en</strong>: “Uw hart wor<strong>de</strong> niet<br />
ontroerd.” “In het huis Mijns Va<strong>de</strong>rs zijn vele woning<strong>en</strong>.” “Ik ga he<strong>en</strong> om u plaats te<br />
bereid<strong>en</strong>. En zo wanneer Ik he<strong>en</strong> zal gegaan zijn, <strong>en</strong> u plaats zal bereid hebb<strong>en</strong>, zo kome Ik<br />
we<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> zal u tot Mij nem<strong>en</strong>.” “De Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zal kom<strong>en</strong> in Zijn heerlikheid, <strong>en</strong> al<br />
<strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> met Hem. Dan zal Hij zitt<strong>en</strong> op <strong>de</strong> troon van Zijn heerlikheid, <strong>en</strong> v——r<br />
Hem zull<strong>en</strong> al <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>.” De <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die na Christus’ hemelvaart op <strong>de</strong><br />
Olijfberg achterblev<strong>en</strong>,herhaald<strong>en</strong> <strong>de</strong> belofte van Zijn we<strong>de</strong>rkomst aan <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong>: “Deze<br />
Jezus, die van u opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> is in <strong>de</strong> hemel, zal alzo kom<strong>en</strong>, gelijkerwijs gij Hem naar <strong>de</strong><br />
hemel hebt zi<strong>en</strong> he<strong>en</strong>var<strong>en</strong>. “ En <strong>de</strong> apostel Paulus, sprek<strong>en</strong><strong>de</strong> door <strong>de</strong> ingeving van <strong>de</strong><br />
Geest, getuig<strong>de</strong>: “Want <strong>de</strong> Heer zelf zal met e<strong>en</strong> geroep, met <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> archangel, <strong>en</strong><br />
met <strong>de</strong> bazuin Gods ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel.” De zi<strong>en</strong>er van Patmos zegt: “Ziet, Hij komt<br />
met <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alle oog zal Hem zi<strong>en</strong>.”<br />
Aan Zijn we<strong>de</strong>rkomst verbindt zich <strong>de</strong> heerlikheid van die “we<strong>de</strong>roprichting van alle<br />
ding<strong>en</strong>, die God gesprok<strong>en</strong> heeft door <strong>de</strong> mond van al Zijn heilige profet<strong>en</strong> van alle eeuw.”<br />
Dan zal <strong>de</strong> langgerekte heerschappij van het kwaad verbrok<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; “<strong>de</strong> koninkrijk<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> wereld zijn geword<strong>en</strong> onzes Her<strong>en</strong> <strong>en</strong> van Zijn Christus; <strong>en</strong> Hij zal als Koning heers<strong>en</strong> in<br />
alle eeuwigeheid.” “De heerlikheid <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> zal geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alle vlees<br />
tegelijk zal het zi<strong>en</strong>.” “De Here Here zal gerechtigheid <strong>en</strong> lof do<strong>en</strong> uitspruit<strong>en</strong> voor al <strong>de</strong><br />
volk<strong>en</strong>.” “Hij zal zijn e<strong>en</strong> heerlike kroon <strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> sierlike krans voor <strong>de</strong> overgeblev<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
van Zijn volk.” Het is in die tijd, dat het langverwachte koninkrijk <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
ganse hemel zal opgericht word<strong>en</strong>. “De Heer zal Zion troost<strong>en</strong>; Hij zal troost<strong>en</strong> al haar<br />
woeste plaats<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij zal haar woestijn mak<strong>en</strong> als Ed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> haar wil<strong>de</strong>rnis als <strong>de</strong> hof <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong>.” “De heerlikheid van Libanon is haar gegev<strong>en</strong>, het sieraad van Karmel <strong>en</strong> Saron.”<br />
“Tot u zal niet meer gezegd word<strong>en</strong>: De verlat<strong>en</strong>e; <strong>en</strong> tot uw land zal niet meer gezegd<br />
word<strong>en</strong>: Het verwoeste; maar gij zult g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>: Mijn lust is aan haar! <strong>en</strong> uw land:<br />
208
Het getrouw<strong>de</strong>.” “Gelijk <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom vrolik is over <strong>de</strong> bruid, alzo zal uw God over u<br />
vrolik zijn.”<br />
De komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> is te all<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> <strong>de</strong> verwachting van Zijn getrouwe volgeling<strong>en</strong><br />
geweest. De belofte van. <strong>de</strong> Heiland, dat Hij we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong> zou, bij het scheid<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
Olijfberg gedaan, verlichtte <strong>de</strong> toekomst van Zijn volgeling<strong>en</strong>, vervul<strong>de</strong> hun hart<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />
vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> hoop, die door verdriet niet uitgedoofd, <strong>en</strong> door beproeving<strong>en</strong> niet verflauwd<br />
kon word<strong>en</strong>. Te midd<strong>en</strong> van lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervolging was “<strong>de</strong> verschijning van <strong>de</strong> grote God <strong>en</strong><br />
onze Zaligmaker Jezus Chris-tus” “<strong>de</strong> zalige hoop.” To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> te Thessalonica met<br />
droefheid vervuld war<strong>en</strong> bij het begrav<strong>en</strong> van hun geliefd<strong>en</strong>, die ze gehoopt hadd<strong>en</strong> dat<br />
lev<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> om <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer te aanschouw<strong>en</strong>, wees Paulus, hun leraar, h<strong>en</strong><br />
op <strong>de</strong> opstanding, die plaats hebb<strong>en</strong> zou bij <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heiland. Dan zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
dod<strong>en</strong> in Christus opstaan, <strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> met <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong>,<br />
<strong>de</strong> Heer te gemoet in <strong>de</strong> lucht. “En alzo,” zei hij, “zull<strong>en</strong> we altijd met <strong>de</strong> Heer wez<strong>en</strong>. Zo<br />
dan, vertroost elkan<strong>de</strong>r met <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong>.”<br />
Op het rotsachtige Patmos hoort <strong>de</strong> gelief<strong>de</strong> discipel <strong>de</strong> belofte, “Ja, Ik kom haastiglik,”<br />
<strong>en</strong> zijn antwoord vol verlang<strong>en</strong> geeft uiting aan <strong>de</strong> be<strong>de</strong> van <strong>de</strong> kerk gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> zijn<br />
pelgrimstocht: “Ja kom, Heer Jezus.” Uit <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is, van <strong>de</strong> brandstapel, van het<br />
schavot, waar heilig<strong>en</strong> <strong>en</strong> martelar<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is hebb<strong>en</strong> afgelegd voor <strong>de</strong> waarheid, klink<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> <strong>de</strong> uiting<strong>en</strong> van hun geloof <strong>en</strong> hoop. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zegt:<br />
“Verzekerd zijn<strong>de</strong> van Christus’ persoonlike opstanding, <strong>en</strong> di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge van hun eig<strong>en</strong><br />
bij Zijn komst, verachtt<strong>en</strong> ze om die red<strong>en</strong> <strong>de</strong> dood, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bevond<strong>en</strong> er bov<strong>en</strong> verhev<strong>en</strong><br />
te zijn.” Ze war<strong>en</strong> gewillig, <strong>de</strong> groeve in te gaan, opdat ze er “vrijgemaakt uit zoud<strong>en</strong><br />
opstaan.” Ze zag<strong>en</strong> uit naar <strong>de</strong> “komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels met <strong>de</strong><br />
heerlikheid van Zijn Va<strong>de</strong>r,” “<strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> van het koninkrijk toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong><strong>de</strong>.”<br />
De Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> hield<strong>en</strong> zich aan hetzelf<strong>de</strong> geloof. Wycliffe zag uit naar <strong>de</strong> verschijning<br />
van <strong>de</strong> Verlosser als <strong>de</strong> hoop van <strong>de</strong> kerk. Luther verklaar<strong>de</strong>: “Ik houd er mij in<strong>de</strong>rdaad van<br />
overtuigd, dat <strong>de</strong> Oor<strong>de</strong>elsdag ge<strong>en</strong> volle drie hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> meer in <strong>de</strong> toekomst is. God wil<br />
<strong>en</strong> kan <strong>de</strong>ze zondige wereld niet veel langer verdrag<strong>en</strong>.” “De grote dag na<strong>de</strong>rt, waarin het<br />
koninkrijk <strong>de</strong>r gruwel<strong>en</strong> zal omvergeworp<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.” “Deze ou<strong>de</strong> wereld is niet ver meer<br />
van zijn ein<strong>de</strong> af,” zei Melanchton. Calvijn nodigt <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> uit om “niet te aarzel<strong>en</strong>,<br />
maar naar <strong>de</strong> dag van Christus’ toekomst te verlang<strong>en</strong> als naar <strong>de</strong> heerlikste van alle<br />
gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> verklaart dat “het ganse geslacht van <strong>de</strong> getrouw<strong>en</strong> die dag in het oog<br />
zal houd<strong>en</strong>.” “We moet<strong>en</strong> naar Christus honger<strong>en</strong>,” zegt hij, “we moet<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
overlegg<strong>en</strong>, tot het aanbrek<strong>en</strong> van die grote dag, in welke onze Heer <strong>de</strong> heerlikheid van Zijn<br />
koninkrijk t<strong>en</strong> volle op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> zal.” “Heeft onze Heer Jezus ons vlees niet met zich in <strong>de</strong><br />
hemel opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>?” zei Knox, <strong>de</strong> Schotse hervormer, “<strong>en</strong> zal Hij niet we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong>? We<br />
wet<strong>en</strong>, dat Hij we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong> zal, <strong>en</strong> dat met spoed.” Ridley <strong>en</strong> Latimer, die hun lev<strong>en</strong> gav<strong>en</strong><br />
voor <strong>de</strong> waarheid, zag<strong>en</strong> in het geloof naar <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer uit. Ridley schreef:<br />
“Zon<strong>de</strong>r twijfel komt <strong>de</strong> wereld spoedig — dit geloof ik, <strong>en</strong> daarom zeg ik het — tot zijn<br />
209
ein<strong>de</strong>. Laat ons met Johannes, <strong>de</strong> knecht <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, in onze hart<strong>en</strong> roep<strong>en</strong> tot onze Heiland<br />
Jezus Christus: Kom, Heer Jezus, kom.” “De gedachte van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>,” zei<br />
Baxter, “is mij zeer zoet <strong>en</strong> vreug<strong>de</strong>vol.”<br />
“Het werk <strong>de</strong>s geloofs <strong>en</strong> het karakter van Zijn heilig<strong>en</strong> is, naar Zijn verschijning te<br />
verlang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> naar <strong>de</strong> zalige hoop uit te zi<strong>en</strong>.” “Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> dood <strong>de</strong> laatste vijand is, die bij <strong>de</strong><br />
opstanding te niet gedaan zal word<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> we daaruit ler<strong>en</strong>, hoe ernstig <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong><br />
behoord<strong>en</strong> te verlang<strong>en</strong> naar <strong>en</strong> bidd<strong>en</strong> om <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus, wanneer <strong>de</strong>ze<br />
algehele <strong>en</strong> laatste overwinning zal word<strong>en</strong> behaald.” Dit is <strong>de</strong> dag, waarnaar alle gelovig<strong>en</strong><br />
behoord<strong>en</strong> te verlang<strong>en</strong>, waarop ze behoord<strong>en</strong> te hop<strong>en</strong> <strong>en</strong> te wacht<strong>en</strong>, als zijn<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
vervulling van het werk van hun verlossing, <strong>en</strong> van al hun w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> het strev<strong>en</strong> van hun<br />
ziel<strong>en</strong>. “Verhaast, O Heer, <strong>de</strong>ze zalige dag!” Zodanig was <strong>de</strong> hoop van <strong>de</strong> apos- toliese kerk,<br />
van <strong>de</strong> “kerk in <strong>de</strong> woestijn,” <strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormers.<br />
De profetieën voorzegg<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> wijze <strong>en</strong> het doel van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van<br />
Christus, maar gev<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> aan, waaraan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, dat die nabij is. Jezus<br />
zegt: ” Er zull<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn in <strong>de</strong> zon, <strong>en</strong> maan, <strong>en</strong> sterr<strong>en</strong>.” “De zon zal verduisterd<br />
word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> maan zal haar schijnsel niet gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> sterr<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel zull<strong>en</strong> daaruit<br />
vall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> bewog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. En alsdan zull<strong>en</strong> zij <strong>de</strong> Zoon<br />
<strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, kom<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong>, met grote kracht <strong>en</strong> heerlikheid.” De Zi<strong>en</strong>er beschrijft<br />
op <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> wijze <strong>de</strong> eerste tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, die aan <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst voorafgaan: “Er<br />
werd e<strong>en</strong> grote aardbeving; <strong>en</strong> <strong>de</strong> zon werd zwart als e<strong>en</strong> har<strong>en</strong> zak, <strong>en</strong> <strong>de</strong> maan werd als<br />
bloed.”<br />
Deze tek<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> v——r het begin van <strong>de</strong> neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw. Deze profetie<br />
vervull<strong>en</strong>d, had er in het jaar 1755 <strong>de</strong> vreselikste aardbeving plaats, die ooit te boek gesteld<br />
is. Ofschoon gewoonlik bek<strong>en</strong>d als <strong>de</strong> aardbeving van Lissabon, strekte hij zich uit over het<br />
grootste <strong>de</strong>el van Europa, Afrika, <strong>en</strong> <strong>Amerika</strong>. Hij werd gevoeld in Gro<strong>en</strong>land, in West-<br />
Indië, op het eiland Ma<strong>de</strong>ira, in Noorweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zwed<strong>en</strong>, Groot-Britannië <strong>en</strong> Ierland. Hij<br />
strekte zich uit over e<strong>en</strong> afstand van niet min<strong>de</strong>r dan vier miljo<strong>en</strong> vierkante mijl<strong>en</strong>. In Afrika<br />
was <strong>de</strong> schok bijna ev<strong>en</strong> hevig als in Europa. E<strong>en</strong> groot ge<strong>de</strong>elte van Algiers werd verwoest;<br />
<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> kleine afstand van Marocco werd e<strong>en</strong> dorp, acht tot ti<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d bewoners<br />
bevatt<strong>en</strong><strong>de</strong>, bedolv<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> hoge vloedgolf sloeg over <strong>de</strong> kust van Spanje <strong>en</strong> Afrika,<br />
verzwolg er e<strong>en</strong> aantal sted<strong>en</strong>, <strong>en</strong> richtte grote verwoesting aan.<br />
Het was in Spanje <strong>en</strong> Portugal, dat <strong>de</strong> schok zich in zijn grootste hevigheid <strong>de</strong>ed<br />
gevoel<strong>en</strong>. Te Cadiz werd <strong>de</strong> inko-m<strong>en</strong><strong>de</strong> vloedgolf gezegd zestig voet hoog geweest te zijn.<br />
Berg<strong>en</strong>, “sommige van <strong>de</strong> hoogste in Portugal, werd<strong>en</strong> heftig geschud, als het ware op hun<br />
grondslag<strong>en</strong>; <strong>en</strong>kele ervan op<strong>en</strong>-d<strong>en</strong> zich in hun kruin<strong>en</strong>, die op won<strong>de</strong>rvolle wijze<br />
gesplet<strong>en</strong> <strong>en</strong> gescheurd werd<strong>en</strong>, terwijl grote blokk<strong>en</strong> ervan in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rligg<strong>en</strong><strong>de</strong> vallei<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> geslingerd. Ook verhaalt m<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong>ze berg<strong>en</strong> vlamm<strong>en</strong> braakt<strong>en</strong>.”<br />
210
Te Lissabon “werd e<strong>en</strong> geluid als van on<strong>de</strong>raardse don<strong>de</strong>r vernom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> onmid<strong>de</strong>llik<br />
daarop wierp e<strong>en</strong> geweldige schok het grootste <strong>de</strong>el van die stad omver. In omtr<strong>en</strong>t zes<br />
minut<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> er zestig duiz<strong>en</strong>d person<strong>en</strong> om. De zee eb<strong>de</strong> eerst, <strong>en</strong> leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> zandbank<br />
droog, maar vloei<strong>de</strong> daarna weer terug, <strong>en</strong> steeg vijftig voet<strong>en</strong> of meer bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> gewone<br />
waterlijn.” “On<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re merkwaardige gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die te Lissabon gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> ramp<br />
plaats vond<strong>en</strong>, was het inzakk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> nieuwe ka<strong>de</strong>, die geheel <strong>en</strong> al van marmer gebouwd<br />
was, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> som gelds gekost had. E<strong>en</strong> grote m<strong>en</strong>igte m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> had zich daar<br />
verzameld om er veilig te zijn, als zijn<strong>de</strong> e<strong>en</strong> plaats, waar het vall<strong>en</strong><strong>de</strong> puin h<strong>en</strong> niet<br />
bereik<strong>en</strong> kon; doch plotseling zakte <strong>de</strong> ka<strong>de</strong> met al <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> erop weg, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
lijk<strong>en</strong> kwam ooit weer bov<strong>en</strong>.”<br />
“De schok” van <strong>de</strong> aardbeving “werd onmid<strong>de</strong>llik gevolgd door het invall<strong>en</strong> van ie<strong>de</strong>re<br />
kerk <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r klooster, bijna al <strong>de</strong> grote <strong>en</strong> publieke gebouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> meer dan e<strong>en</strong> vier<strong>de</strong> <strong>de</strong>el<br />
van <strong>de</strong> huiz<strong>en</strong>. Ongeveer twee ur<strong>en</strong> later brak er in verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> wijk<strong>en</strong> brand uit, die bijna<br />
drie dag<strong>en</strong> lang met zulk e<strong>en</strong> hevigheid woed<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> stad volkom<strong>en</strong> vernield werd. De<br />
aardbeving vond plaats op e<strong>en</strong> heilige dag, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> kloosters vol m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> war<strong>en</strong>,<br />
van welke er slechts weinig<strong>en</strong> ontkwam<strong>en</strong>.” “De angst van het volk ging alle beschrijving te<br />
bov<strong>en</strong>. Niemand we<strong>en</strong><strong>de</strong>; het was te erg om er tran<strong>en</strong> bij te stort<strong>en</strong>. Ze liep<strong>en</strong> he<strong>en</strong> <strong>en</strong> weer<br />
buit<strong>en</strong> zich- zelv<strong>en</strong> van ontzetting <strong>en</strong> verwon<strong>de</strong>ring, <strong>en</strong> sloeg<strong>en</strong> op hun aangezicht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
borst<strong>en</strong>, uitroep<strong>en</strong><strong>de</strong>, ‘Misericordia! het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> wereld is gekom<strong>en</strong>!’ Moe<strong>de</strong>rs<br />
vergat<strong>en</strong> hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> liep<strong>en</strong> rond, met kruisbeeld<strong>en</strong> belad<strong>en</strong>. Ongelukkig vlod<strong>en</strong> er<br />
vel<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> om bescherming te zoek<strong>en</strong>; maar tevergeefs werd het sakram<strong>en</strong>t t<strong>en</strong><br />
toon gesteld; tevergeefs omvatt<strong>en</strong> <strong>de</strong> arme m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> altar<strong>en</strong>; beeld<strong>en</strong>, priesters <strong>en</strong> volk<br />
werd<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> in <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e on<strong>de</strong>rgang bedolv<strong>en</strong>.” M<strong>en</strong> veron<strong>de</strong>rstelt, dat er op die<br />
noodlottige dag neg<strong>en</strong>tig duiz<strong>en</strong>d m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn omgekom<strong>en</strong>.<br />
Vijf <strong>en</strong> twintig jar<strong>en</strong> later versche<strong>en</strong> het volg<strong>en</strong><strong>de</strong> tek<strong>en</strong>, dat in <strong>de</strong> profetie g<strong>en</strong>oemd<br />
wordt — het verduister<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon <strong>en</strong> <strong>de</strong> maan. Wat dit meer opvall<strong>en</strong>d maakte, was het<br />
feit, dat <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> verschijning ervan met zekerheid was aangeduid. In het gesprek, dat<br />
<strong>de</strong> Heiland met Zijn discipel<strong>en</strong> op <strong>de</strong> Olijfberg had, noem<strong>de</strong> Hij, na het lange tijdperk van<br />
<strong>de</strong> verdrukking van <strong>de</strong> kerk beschrev<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> — <strong>de</strong> 1260 jar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pauselike<br />
vervolging, aangaan<strong>de</strong> welke Hij beloofd had, dat <strong>de</strong> verdrukking verkort zou word<strong>en</strong> — op<br />
<strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> wijze zekere gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> op, welke aan Zijn komst vooraf zoud<strong>en</strong> gaan, <strong>de</strong><br />
tijd vaststell<strong>en</strong><strong>de</strong>, waarop <strong>de</strong> eerste ervan gezi<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>: “In die dag<strong>en</strong>, na <strong>de</strong><br />
verdrukking, zal <strong>de</strong> zon verduisterd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> maan zal haar schijnsel niet gev<strong>en</strong>.” De<br />
1260 dag<strong>en</strong>, of jar<strong>en</strong>, eindigd<strong>en</strong> in 1798. E<strong>en</strong> kwart eeuw tevor<strong>en</strong> had <strong>de</strong> vervolging bijna<br />
geheel <strong>en</strong> al opgehoud<strong>en</strong>. Da<strong>de</strong>lik na die vervolging moest, volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van<br />
Christus, <strong>de</strong> zon verduisterd word<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> Mei 1780 werd <strong>de</strong>ze profetie vervuld.<br />
“Bijna, indi<strong>en</strong> niet volstrekt alle<strong>en</strong>, als het geheimzinnigste <strong>en</strong> tot hed<strong>en</strong> toe niet<br />
uitgeleg<strong>de</strong> natuurverschijnsel in zijn soort, . . . staat <strong>de</strong> donkere dag van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> Mei<br />
1780,— e<strong>en</strong> geheel onverklaarbare verduistering van <strong>de</strong> gehele zichtbare hemel <strong>en</strong><br />
211
dampkring in NieuwEngeland.” E<strong>en</strong> ooggetuige, die in Massachusetts woon<strong>de</strong>, beschrijft<br />
<strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is in <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong>;“In <strong>de</strong> morg<strong>en</strong> ging <strong>de</strong> zon hel<strong>de</strong>r op, maar werd al<br />
spoedig door wolk<strong>en</strong> be<strong>de</strong>kt. De wolk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> donker, <strong>en</strong> niet lang daarna zwart <strong>en</strong><br />
onheilspell<strong>en</strong>d, er begon weerlicht te schiet<strong>en</strong>, don<strong>de</strong>rslag<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gehoord, <strong>en</strong> er viel e<strong>en</strong><br />
weinig reg<strong>en</strong>. Teg<strong>en</strong> neg<strong>en</strong> uur werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> dunner, <strong>en</strong> sch<strong>en</strong><strong>en</strong> koperkleurig, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
grond, <strong>de</strong> rots<strong>en</strong>, bom<strong>en</strong>, gebouw<strong>en</strong>, het water <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, alles veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> door dit<br />
vreem<strong>de</strong>, nare licht. E<strong>en</strong> paar minut<strong>en</strong> later spreid<strong>de</strong> zich e<strong>en</strong> zware, donkere wolk over <strong>de</strong><br />
gehele lucht met uitzon<strong>de</strong>ring van e<strong>en</strong> smalle zoom aan <strong>de</strong> horizon uit, <strong>en</strong> werd het z—<br />
donker als gewoonlik teg<strong>en</strong> neg<strong>en</strong> uur op e<strong>en</strong> zomeravond. . . .<br />
“Vrees, angst <strong>en</strong> ontzetting begon <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te vervull<strong>en</strong>. Vrouw<strong>en</strong><br />
stond<strong>en</strong> aan hun <strong>de</strong>ur het donkere landschap aan te star<strong>en</strong>; mann<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> terug van hun<br />
veldarbeid; <strong>de</strong> timmerman verliet zijn gereedschap, <strong>de</strong> smid zijn fornuis, <strong>de</strong> winkelier zijn<br />
toonbank. M<strong>en</strong> liet <strong>de</strong> schol<strong>en</strong> uitgaan, <strong>en</strong> bev<strong>en</strong>d vluchtt<strong>en</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> naar huis. Reizigers<br />
hield<strong>en</strong> stil aan <strong>de</strong> eerste boerewoning. ‘Wat gaat er gebeur<strong>en</strong>?’ was <strong>de</strong> vraag op ie<strong>de</strong>rs<br />
lipp<strong>en</strong> <strong>en</strong> in ie<strong>de</strong>rs hart. Het sche<strong>en</strong> of er e<strong>en</strong> orkaan over het land zou gaan, of dat <strong>de</strong> dag<br />
van het ein<strong>de</strong> van alle ding<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong> was.<br />
“Er werd<strong>en</strong> kaars<strong>en</strong> aangestok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> haardvur<strong>en</strong> brandd<strong>en</strong> hel<strong>de</strong>r als op avond<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
maan in <strong>de</strong> herfst. . . . Het pluimvee ging op stok, <strong>en</strong> ging slap<strong>en</strong>, het grootvee verzamel<strong>de</strong><br />
zich bij het hek van <strong>de</strong> wei<strong>de</strong> <strong>en</strong> loei<strong>de</strong>, <strong>de</strong> kikvors<strong>en</strong> kwaakt<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vogels zong<strong>en</strong> hun<br />
avondlied, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vleermuiz<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> rond te vlieg<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s echter wist dat het ge<strong>en</strong><br />
wez<strong>en</strong>like nacht was. . . .“Dr. Nathanael Whittaker, <strong>de</strong> predikant van <strong>de</strong> Tabernakel kerk te<br />
Salem, hield godsdi<strong>en</strong>stige bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> in zijn zaal, <strong>en</strong> hield e<strong>en</strong> predikatie, waarin hij <strong>de</strong><br />
duisternis bov<strong>en</strong>natuurlik verklaar<strong>de</strong> te zijn. Er kwam<strong>en</strong> op nog an<strong>de</strong>re plaats<strong>en</strong><br />
verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> bije<strong>en</strong>. De tekst<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> onvoorberei<strong>de</strong> prek<strong>en</strong> war<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheid<br />
die, waarin aangegev<strong>en</strong> werd dat <strong>de</strong> duisternis in verband stond met schriftuurlike<br />
voorzegging<strong>en</strong>. . . .<br />
“De donkerheid was het ergst kort na elf uur.” “In <strong>de</strong> meeste <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van het land was het<br />
overdag z— duister, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd noch op hun horloges, noch op hun klokk<strong>en</strong> zi<strong>en</strong><br />
kond<strong>en</strong>, noch ook hun huiswerk verricht<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r kaars<strong>en</strong> aan te stek<strong>en</strong>. . . .“De<br />
verdonker<strong>de</strong> uitgestrektheid was buit<strong>en</strong>gewoon groot. M<strong>en</strong> merkte het duister oostwaarts op<br />
tot Falmouth toe. Naar het west<strong>en</strong> strekte het zich uit tot <strong>de</strong> verste <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van Connecticut, <strong>en</strong><br />
tot Albanië. Zuidwaarts werd <strong>de</strong> donkerheid langs <strong>de</strong> zeekust waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> noordwaarts<br />
zo ver als <strong>de</strong> <strong>Amerika</strong>anse ne<strong>de</strong>rzetting<strong>en</strong> zich uitstrekk<strong>en</strong>.”<br />
De dichte duisternis van <strong>de</strong> dag werd e<strong>en</strong> uur of twee v——r het vall<strong>en</strong> van <strong>de</strong> avond<br />
gevolgd door e<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>eltelik hel<strong>de</strong>re lucht, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zon vertoon<strong>de</strong> zich, hoewel nog door e<strong>en</strong><br />
zwarte, zware mist he<strong>en</strong>. “Nadat <strong>de</strong> zon on<strong>de</strong>rgegaan was, trok <strong>de</strong> lucht we<strong>de</strong>r toe, <strong>en</strong> werd<br />
het zeer snel donker.” “Ook was <strong>de</strong> duisternis van <strong>de</strong> nacht niets min<strong>de</strong>r ongewoon <strong>en</strong><br />
schrikaanjag<strong>en</strong>d dan die van <strong>de</strong> dag; ofschoon <strong>de</strong> maan bijna vol was, kon ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel<br />
212
voorwerp on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dan bij het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>r kunstlicht, hetge<strong>en</strong>, van uit <strong>de</strong><br />
naburige huiz<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re plaats<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, door e<strong>en</strong> soort van Egyptiese duisternis sche<strong>en</strong><br />
he<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>, waardoor <strong>de</strong> stral<strong>en</strong> nauwe- liks he<strong>en</strong>dring<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>.” E<strong>en</strong> ooggetuige van<br />
het toneel zei: “Ik kon op het og<strong>en</strong>- blik niet an<strong>de</strong>rs d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dan dat, als ie<strong>de</strong>r lichtgev<strong>en</strong>d<br />
lichaam in het heelal in ondoordringbare duisternis gehuld, of vernietigd was geweest, <strong>de</strong><br />
donkerheid niet groter had kunn<strong>en</strong> zijn.” Ofschoon <strong>de</strong> maan die nacht om 9 uur vol was,<br />
“had dit niet <strong>de</strong> minste invloed om <strong>de</strong> doodse schaduw<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> wijk<strong>en</strong>.” Na mid<strong>de</strong>rnacht<br />
verdwe<strong>en</strong> <strong>de</strong> duisternis, <strong>en</strong> geleek <strong>de</strong> maan, to<strong>en</strong> die in het eerst zichtbaar werd, op bloed.<br />
De 19<strong>de</strong> Mei 1780 staat in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is bek<strong>en</strong>d als “De Donkere Dag.” Se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> tijd<br />
van Mozes is er van ge<strong>en</strong> duisternis gehoord, welke in dichtheid, uitgestrektheid <strong>en</strong> duur<br />
met <strong>de</strong>ze gelijk staat. De beschrijving van <strong>de</strong>ze gebeurt<strong>en</strong>is, ons door ooggetuig<strong>en</strong><br />
opgetek<strong>en</strong>d, is slechts e<strong>en</strong> weerklank van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, vijf <strong>en</strong> twintig hon<strong>de</strong>rd<br />
jar<strong>en</strong> v——r hun vervulling door <strong>de</strong> profeet Joël te boek gesteld: “De zon zal veran<strong>de</strong>rd<br />
word<strong>en</strong> in duisternis, <strong>en</strong> <strong>de</strong> maan in bloed, eer dat die grote <strong>en</strong> vreselike dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
komt.” Christus had Zijn volk gebod<strong>en</strong>, uit te zi<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> voortek<strong>en</strong><strong>en</strong> van Zijn komst, <strong>en</strong><br />
zich te verheug<strong>en</strong>, wanneer ze <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van hun kom<strong>en</strong><strong>de</strong> Koning zoud<strong>en</strong> aanschouw<strong>en</strong>.<br />
“Als nu <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> te geschied<strong>en</strong>,” zei Hij, “zo ziet omhoog, <strong>en</strong> heft uw og<strong>en</strong><br />
opwaarts, omdat uw verlossing nabij is.” Hij wees Zijn volgeling<strong>en</strong> op het bott<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
bom<strong>en</strong> in <strong>de</strong> l<strong>en</strong>te, <strong>en</strong> sprak: “Wanneer ze nu uitspruit<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gij ziet dat, zo weet ge uit<br />
uzelv<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> zomer nabij is. Alzo ook gij, wanneer ge <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> zult zi<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>,<br />
zo weet, dat het koninkrijk Gods nabij is.”<br />
Maar naarmate <strong>de</strong> geest van e<strong>en</strong>voud <strong>en</strong> toewijding in <strong>de</strong> kerk plaats had gemaakt voor<br />
trots <strong>en</strong> vormelikheid, verkoeld<strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> voor Christus <strong>en</strong> het geloof in Zijn we<strong>de</strong>rkomst.<br />
Verdiept in wereldsgezindheid <strong>en</strong> het jag<strong>en</strong> naar g<strong>en</strong>ot, werd het volk, dat God beleed, blind<br />
voor <strong>de</strong> aanwijzing<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Heiland betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van Zijn verschijning had<br />
gegev<strong>en</strong>. De leer van <strong>de</strong> We<strong>de</strong>rkomst was verwaarloosd ge- word<strong>en</strong>; <strong>de</strong> bewijsplaats<strong>en</strong>,<br />
daarop betrekking hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>, werd<strong>en</strong> onverstaanbaar gemaakt door verkeer<strong>de</strong> uitlegging,<br />
totdat het on<strong>de</strong>rwerp zo goed als ontk<strong>en</strong>d werd <strong>en</strong> verget<strong>en</strong>. Voornaraelik was dit het geval<br />
in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van <strong>Amerika</strong>. De vrijheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> gemakk<strong>en</strong>, door alle klass<strong>en</strong> van <strong>de</strong> maatschappij<br />
g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, het eerzuchtige hak<strong>en</strong> naar weel<strong>de</strong> <strong>en</strong> overdaad, het to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
ingespann<strong>en</strong> toewijding aan geldschrap<strong>en</strong>, het begerig strev<strong>en</strong> naar populariteit <strong>en</strong> macht,<br />
die binn<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>s bereik sch<strong>en</strong><strong>en</strong> te ligg<strong>en</strong>, leidd<strong>en</strong> er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe om <strong>de</strong> dingn van dit<br />
lev<strong>en</strong> tot het mid<strong>de</strong>lpunt van hun belang<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die plechtige dag,<br />
waarop <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige loop van zak<strong>en</strong> voorbij zou gaan, ver in <strong>de</strong> toekomst te plaats<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heiland Zijn volgeling<strong>en</strong> op <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van Zijn we<strong>de</strong>rkomst wees, voorspel<strong>de</strong><br />
Hij <strong>de</strong> afval, die juist v——r Zijn twee<strong>de</strong> komst heers<strong>en</strong> zou. Er zoud<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als in <strong>de</strong><br />
dag<strong>en</strong> van Noach, <strong>de</strong> bedrijvigheid <strong>en</strong> drukte van wereldse bezighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> het hak<strong>en</strong> naar<br />
g<strong>en</strong>ot bestaan — kop<strong>en</strong>, verkop<strong>en</strong>, plant<strong>en</strong>, bouw<strong>en</strong>, trouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> t<strong>en</strong> huwelik uitgev<strong>en</strong> —<br />
gepaard aan het verget<strong>en</strong> van God <strong>en</strong> het toekom<strong>en</strong><strong>de</strong> lev<strong>en</strong>. Voor h<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong>ze tijd lev<strong>en</strong>,<br />
213
is Christus’ vermaning bedoeld: “Wacht uzelv<strong>en</strong>, dat uw hart<strong>en</strong> niet te <strong>en</strong>iger tijd bezwaard<br />
word<strong>en</strong> met brasserij <strong>en</strong> dronk<strong>en</strong>schap, <strong>en</strong> zorgvuldighed<strong>en</strong> van dit lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat u die dag<br />
niet onvoorzi<strong>en</strong>s overkome.” “Waakt dan te aller tijd, bidd<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat gij moogt waardig<br />
geacht word<strong>en</strong> te ontvlied<strong>en</strong> al <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong>, die geschied<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, <strong>en</strong> te staan v——r <strong>de</strong><br />
Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.” De toestand van <strong>de</strong> kerk in die tijd wordt omschrev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> Heiland in <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring: “Gij hebt <strong>de</strong> naam, dat ge leeft, <strong>en</strong> ge zijt dood.” En tot h<strong>en</strong>,<br />
die niet verkiez<strong>en</strong>, uit hun zorgeloze zekerheid te word<strong>en</strong> wakker geschud, wordt <strong>de</strong><br />
plechtige waarschuwing gericht: “Indi<strong>en</strong> gij dan niet waakt, zo zal Ik over u kom<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />
dief, <strong>en</strong> ge zult niet wet<strong>en</strong>, op wat ure Ik over u kom<strong>en</strong> zal.”<br />
Het is nodig, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hun gevaar inzi<strong>en</strong>; dat ze opgewekt word<strong>en</strong> om zich voor te<br />
bereid<strong>en</strong> op <strong>de</strong> plechtige gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in verband met het sluit<strong>en</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd. De<br />
profeet Gods verklaart: “De dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> is groot <strong>en</strong> zeer vreselik, <strong>en</strong> wie zal hem<br />
verdrag<strong>en</strong>?” Wie zal kunn<strong>en</strong> bestaan, wanneer Hij verschijnt, Die “te rein is van og<strong>en</strong>, dan<br />
dat Hij het kwa<strong>de</strong> zou zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kwelling niet kan aanschouw<strong>en</strong>?” Voor h<strong>en</strong>, die uitroep<strong>en</strong>:<br />
“Mijn God, wij k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> U,” <strong>en</strong> die toch Zijn verbond hebb<strong>en</strong> overtred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich gehaast<br />
hebb<strong>en</strong> achter e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re god; die zond<strong>en</strong> in hun hart<strong>en</strong> verberg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> pad<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
ongerechtigheid liefhebb<strong>en</strong>, — voor h<strong>en</strong> is <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> “duisternis, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> licht, <strong>en</strong><br />
donkerheid, zodat er ge<strong>en</strong> glans aan zij.” “En het zal ge-schied<strong>en</strong> te di<strong>en</strong> tij<strong>de</strong>,” zegt <strong>de</strong><br />
Heer, “Ik zal Jeruzalem met lantaarn<strong>en</strong> doorzoek<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Ik zal bezoeking do<strong>en</strong> over <strong>de</strong><br />
mann<strong>en</strong>, die stijf geword<strong>en</strong> zijn op hun droesem; die in hun hart zegg<strong>en</strong>: De Heer doet ge<strong>en</strong><br />
goed, <strong>en</strong> Hij doet ge<strong>en</strong> kwaad.” “Want Ik zal over <strong>de</strong> wereld <strong>de</strong> boosheid bezoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> over<br />
<strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> hun ongerechtigheid; <strong>en</strong> Ik zal <strong>de</strong> hoogmoed van <strong>de</strong> stout<strong>en</strong> do<strong>en</strong> ophoud<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> hovaardij van <strong>de</strong> tirann<strong>en</strong> zal Ik verne<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.” “Noch hun zilver, noch hun goud zal<br />
h<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> redd<strong>en</strong>,” “hun vermog<strong>en</strong> zal t<strong>en</strong> roof word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun huiz<strong>en</strong> tot verwoesting.”<br />
De profeet Jeremia roept uit met het oog op <strong>de</strong>ze vreselike tijd: “Ik heb bar<strong>en</strong>swee.” “Ik kan<br />
niet zwijg<strong>en</strong>, want gij, mijn ziel! hoort het geluid van <strong>de</strong> bazuin <strong>en</strong> het krijgsgeschrei. Breuk<br />
op breuk wordt er uitgeroep<strong>en</strong>.”<br />
“Die dag zal e<strong>en</strong> dag van verbolg<strong>en</strong>heid zijn; e<strong>en</strong> dag vau b<strong>en</strong>auwdheid <strong>en</strong> angst, e<strong>en</strong><br />
dag van woestheid <strong>en</strong> verwoesting, e<strong>en</strong> dag van duisternis <strong>en</strong> donkerheid, e<strong>en</strong> dag van <strong>de</strong><br />
wolk <strong>en</strong> dikke donkerheid, e<strong>en</strong> dag van <strong>de</strong> bazuin <strong>en</strong> het geklank.” “Ziet, <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
komt, ... om het land te stell<strong>en</strong> tot verwoesting, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zondaars daaruit te ver<strong>de</strong>lg<strong>en</strong>.”<br />
Zi<strong>en</strong><strong>de</strong> op die grote dag roept Gods Woord in <strong>de</strong> plechtigste <strong>en</strong> indrukwekk<strong>en</strong>dste taal Zijn<br />
volk op om te ontwak<strong>en</strong> uit hun geestelike onverschilligheid, <strong>en</strong> Zijn aangezicht met berouw<br />
<strong>en</strong> verootmoediging te zoek<strong>en</strong>: “Blaast <strong>de</strong> bazuin te Zion, <strong>en</strong> roept lui<strong>de</strong> op <strong>de</strong> berg van<br />
Mijn heiligheid; laat alle inwoners van het land beroerd zijn; want <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> komt,<br />
want hij is nabij.” “<strong>Heilig</strong>t e<strong>en</strong> vast<strong>en</strong>; roept e<strong>en</strong> verbodsdag uit. Verzamelt het volk; heiligt<br />
<strong>de</strong> geme<strong>en</strong>te, verga<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> oudst<strong>en</strong> ; verzamelt <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>rk<strong>en</strong>s. . . . De brui<strong>de</strong>gom ga uit zijn<br />
binn<strong>en</strong>kamer, <strong>en</strong> <strong>de</strong> bruid uit haar slaapkamer. Laat <strong>de</strong> priesters, <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> di<strong>en</strong>aars, w<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> het voorhuis <strong>en</strong> het altaar.” “Bekeert u tot Mij met uw ganse hart, <strong>en</strong> dat met vast<strong>en</strong><br />
214
<strong>en</strong> gewe<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met rouwklage. En scheurt uw hart <strong>en</strong> niet uw kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bekeert u tot <strong>de</strong><br />
Heer, uw God; want Hij is g<strong>en</strong>adig <strong>en</strong> barmhartig, lankmoedig <strong>en</strong> groot van<br />
goe<strong>de</strong>rtier<strong>en</strong>heid.”<br />
Om e<strong>en</strong> volk te bereid<strong>en</strong>, dat staan<strong>de</strong> zou kunn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> in <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, moest er<br />
e<strong>en</strong> groot hervormingswerk plaats vind<strong>en</strong>. God zag dat vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het volk, dat hem beleed,<br />
niet bouwd<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> eeuwigheid, <strong>en</strong> in Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> wil<strong>de</strong> Hij e<strong>en</strong> waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
boodschap z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> op te wekk<strong>en</strong> uit hun gevoelloosheid, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tot<br />
voorbereiding op <strong>de</strong> komst van hun Heer. Van die waarschuwing wordt in Op<strong>en</strong>baring 14<br />
melding gemaakt. Hier wordt e<strong>en</strong> drievoudige boodschap voorgesteld als door hemelse<br />
wez<strong>en</strong>s verkondigd, <strong>en</strong> onmid<strong>de</strong>llik gevolgd door <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
“oogst van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te maai<strong>en</strong>.” De eerste van <strong>de</strong>ze waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> bood-schapp<strong>en</strong> kondigt<br />
het na<strong>de</strong>r<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el aan. De profeet zag “e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel, vlieg<strong>en</strong><strong>de</strong> in het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel,<br />
<strong>en</strong> hij had het eeuwige evangelie, om te verkondig<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> aan alle natie <strong>en</strong> geslacht, <strong>en</strong> taal <strong>en</strong> volk, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong> met e<strong>en</strong> grote stem: Vreest God, <strong>en</strong><br />
geeft Hem heer- likheid, want <strong>de</strong> ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is gekom<strong>en</strong>; <strong>en</strong> aanbidt Hem, die <strong>de</strong><br />
hemel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zee, <strong>en</strong> <strong>de</strong> fontein<strong>en</strong> <strong>de</strong>r water<strong>en</strong> gemaakt heeft.”<br />
Deze boodschap wordt verklaard e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van het “eeuwige evangelie” te zijn. Het werk<br />
van <strong>de</strong> evangelieverkondiging is niet aan <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> opgedrag<strong>en</strong>, maar aan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
toevertrouwd, <strong>Heilig</strong>e <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt om in dit werk <strong>de</strong> weg aan te gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
houd<strong>en</strong> toezicht over <strong>de</strong> grote beweging<strong>en</strong> tot redding van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> wez<strong>en</strong>like<br />
verkondiging van het evangelie wordt door <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Christus op aar<strong>de</strong> gedaan.<br />
Getrouwe mann<strong>en</strong>, gehoorzaam aan <strong>de</strong> ingeving<strong>en</strong> van Gods Geest <strong>en</strong> <strong>de</strong> leer van Zijn<br />
Woord, moest<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze waar-schuwing aan <strong>de</strong> wereld verkondig<strong>en</strong>. Zij war<strong>en</strong> het, die acht<br />
gegev<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> op het “vaste woord <strong>de</strong>r profetie,” “het licht, schijn<strong>en</strong><strong>de</strong> in e<strong>en</strong> duistere<br />
plaats, totdat <strong>de</strong> dag aanlichte, <strong>en</strong> <strong>de</strong> morg<strong>en</strong>ster opga in uw hart<strong>en</strong>.” Ze hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis<br />
van God meer gezocht dan alle verborg<strong>en</strong> schatt<strong>en</strong>, die “beter acht<strong>en</strong><strong>de</strong> dan <strong>de</strong> koophan<strong>de</strong>l<br />
van zilver, <strong>en</strong> haar inkomst dan het uitgegrav<strong>en</strong> goud.” En <strong>de</strong> Heer op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> aan h<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
grote ding<strong>en</strong> van Zijn Koninkrijk. “De verborg<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> is voor <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hem<br />
vrez<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Zijn verbond om hun die bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>.”<br />
Het war<strong>en</strong> niet <strong>de</strong> schoolse godgeleerd<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>ze waarheid verstond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong>el nam<strong>en</strong><br />
aan <strong>de</strong> verkondiging ervan. War<strong>en</strong> ze getrouwe wachters geweest, die ijverig <strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>d <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht, ze zoud<strong>en</strong> het uur van <strong>de</strong> nacht gewet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>: <strong>de</strong> profetieën<br />
zoud<strong>en</strong> hun <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard, die v——r <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur staan. Maar ze<br />
nam<strong>en</strong> die stelling niet in, <strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap werd door e<strong>en</strong>voudiger mann<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. Jezus<br />
zei: “Wan<strong>de</strong>lt, terwijl ge het licht hebt, opdat <strong>de</strong> duisternis u niet bevange.” Wie zich van<br />
het licht, dat God gegev<strong>en</strong> heeft, afker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nalat<strong>en</strong> het te zoek<strong>en</strong>, terwijl het binn<strong>en</strong> hun<br />
bereik ligt, word<strong>en</strong> in duisternis gelat<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> Heiland verklaart: “Die Mij volgt, zal in<br />
<strong>de</strong> duisternis niet wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, maar zal het licht <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong>.” Wie met e<strong>en</strong> bepaald<br />
voornem<strong>en</strong> tracht, Gods wil te do<strong>en</strong>, ernstig acht gev<strong>en</strong><strong>de</strong> op het licht, dat reeds gegev<strong>en</strong> is,<br />
215
zal groter licht ontvang<strong>en</strong>; tot die ziel zal <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re ster van hemelse glans gezond<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>, om hem in alle waarheid te leid<strong>en</strong>.<br />
T<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van Christus’ eerste komst hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> [schriftgeleerd<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
heilige stad, aan wie <strong>de</strong> Godsprak<strong>en</strong> war<strong>en</strong> toevertrouwd, <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rschei- d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Beloof<strong>de</strong> kunn<strong>en</strong> verkondig<strong>en</strong>. Micha’s profetie<br />
bepaal<strong>de</strong> Zijn geboorteplaats; Daniël gaf <strong>de</strong> tijd van Zijn komst aan. God had <strong>de</strong>ze<br />
profetieën aan <strong>de</strong> Joodse lei<strong>de</strong>rs gegev<strong>en</strong>; er was ge<strong>en</strong> verontschuldiging voor h<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze<br />
niet wist<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan het volk niet verkondigd<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Messias op hand<strong>en</strong> was.<br />
Hun onwet<strong>en</strong>dheid was het gevolg van schuldige veronachtzaming. De Jod<strong>en</strong> bouwd<strong>en</strong><br />
ged<strong>en</strong>ktek<strong>en</strong><strong>en</strong> voor <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> Gods, die gedood war<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>, terwijl ze door hun<br />
ontzag voor <strong>de</strong> grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> eer bewez<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Satan. In hun<br />
eerznchtig strev<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> plaats <strong>en</strong> macht on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verzonk<strong>en</strong>, verlor<strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
God<strong>de</strong>like eerbe- toning<strong>en</strong> uit het oog, die hun door <strong>de</strong> Koning <strong>de</strong>s hemels werd<strong>en</strong><br />
aangebod<strong>en</strong>.<br />
Met diepe <strong>en</strong> eerbiedige belangstelling behoord<strong>en</strong> <strong>de</strong> oudst<strong>en</strong> van Israël <strong>de</strong> plaats, <strong>de</strong> tijd,<br />
<strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grootste gebeurt<strong>en</strong>is in <strong>de</strong> wereldgeschied<strong>en</strong>is,— <strong>de</strong> komst van<br />
Gods Zoon om ‘s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verlossing te bewerkstellig<strong>en</strong> — on<strong>de</strong>rzocht te hebb<strong>en</strong>. Het gehele<br />
volk behoor<strong>de</strong> gewaakt <strong>en</strong> gewacht te hebb<strong>en</strong>, om on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong> te mog<strong>en</strong> zijn die <strong>de</strong><br />
Verlosser van <strong>de</strong> wereld zoud<strong>en</strong> verwelkom<strong>en</strong>. Maar ziet, te Bethlehem gaan twee moe<strong>de</strong><br />
reizigers van <strong>de</strong> heuvels van Nazareth <strong>de</strong> gehele lange, nauwe straat door tot aan het<br />
oostelike ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> stad, tevergeefs e<strong>en</strong> plaats zoek<strong>en</strong><strong>de</strong> om voor <strong>de</strong> nacht rust <strong>en</strong><br />
beschutting te vind<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> <strong>de</strong>ur op<strong>en</strong>t zich om h<strong>en</strong> te ontvang<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> ell<strong>en</strong>dig krot, voor<br />
vee ingericht, vind<strong>en</strong> ze ein<strong>de</strong>lik schuilplaats, <strong>en</strong> daar wordt <strong>de</strong> Zaligmaker van <strong>de</strong> wereld<br />
gebor<strong>en</strong>.<br />
Engel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> heerlikheid gezi<strong>en</strong>, die Gods Zoon met <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el<strong>de</strong>,<br />
eer <strong>de</strong> wereld was, <strong>en</strong> met diepe belangstelling uitgezi<strong>en</strong> naar Zijn verschijning op aar<strong>de</strong>, als<br />
e<strong>en</strong> gebeurt<strong>en</strong>is, vol van <strong>de</strong> hoogste blijdschap voor alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
aangesteld om <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> tijding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> aan h<strong>en</strong>, die gereed war<strong>en</strong> om die te ontvang<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> met vreug<strong>de</strong> bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> aardbewoners Christus had zich verne<strong>de</strong>rd om <strong>de</strong><br />
natuur van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s aan te nem<strong>en</strong>; Hij moest e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>loze last van ell<strong>en</strong><strong>de</strong> drag<strong>en</strong>, daar<br />
Hij Zijn ziel tot e<strong>en</strong> schuldoffer zou stell<strong>en</strong>; <strong>de</strong>sniettemin w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Zoon<br />
van <strong>de</strong> Allerhoogste zelfs in Zijn verne<strong>de</strong>ring voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zou verschijn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />
waardigheid <strong>en</strong> heerlikheid, die Zijn karakter past<strong>en</strong>. Zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zich in<br />
Israels hoofdstad ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> om Zijn komst te begroet<strong>en</strong>? Zoud<strong>en</strong> legio<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
Hem aan het wacht<strong>en</strong><strong>de</strong> gezelschap voorstell<strong>en</strong>?<br />
E<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel daalt op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> ne<strong>de</strong>r om te zi<strong>en</strong>, wie gereed is om Jezus te verwelkom<strong>en</strong>.<br />
Maar hij kan ge<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van afwachting bespeur<strong>en</strong>. Hij hoort ge<strong>en</strong> juich- <strong>en</strong> triomfkret<strong>en</strong>,<br />
dat het tijdperk voor <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Messias op hand<strong>en</strong> is. De <strong>en</strong>gel zweeft <strong>en</strong>ige tijd over<br />
216
<strong>de</strong> uitverkor<strong>en</strong> stad <strong>en</strong> <strong>de</strong> tempel, waar <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like teg<strong>en</strong>woordigheid eeuw<strong>en</strong> lang was<br />
geop<strong>en</strong>baard geweest: maar zelfs hier heerst <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> onverschilligheid. De priesters, in hun<br />
praal <strong>en</strong> trots, offer<strong>en</strong> verontreinig<strong>de</strong> offerand<strong>en</strong> in <strong>de</strong> tempel. De Farizeën sprek<strong>en</strong> met<br />
lui<strong>de</strong>r stem het volk toe, of zegg<strong>en</strong> zelfverheff<strong>en</strong><strong>de</strong> ge-bed<strong>en</strong> op aan <strong>de</strong> hoek<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
strat<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> paleiz<strong>en</strong> van <strong>de</strong> koning<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wijsger<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> schol<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> rabbijn<strong>en</strong>, slaat ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> al ev<strong>en</strong> weinig acht op het won<strong>de</strong>rvolle feit, dat <strong>de</strong> hemel<br />
geheel met vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> lof heeft vervuld,— namelik, dat <strong>de</strong> Verlosser van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op het<br />
punt staat van op aar<strong>de</strong> te verschijn<strong>en</strong>.<br />
Er is ge<strong>en</strong> bewijs, dat Christus verwacht wordt; ge<strong>en</strong> voorbereiding op <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong><br />
Vorst <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s. In verbazing staat <strong>de</strong> hemelse boodschapper op het punt van naar <strong>de</strong> hemel<br />
terug te ker<strong>en</strong> met <strong>de</strong> schan<strong>de</strong>like tijding, wanneer hij e<strong>en</strong> groep her<strong>de</strong>rs ont<strong>de</strong>kt, die <strong>de</strong><br />
nachtwacht houd<strong>en</strong> bij hun kudd<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, opblikk<strong>en</strong>d naar <strong>de</strong> met sterr<strong>en</strong> bezaai<strong>de</strong> hemel, <strong>de</strong><br />
profetie van e<strong>en</strong> Messias, die naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> kom<strong>en</strong> zou, overd<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, verlang<strong>en</strong><strong>de</strong> naar <strong>de</strong><br />
komst van <strong>de</strong> Verlosser van <strong>de</strong> wereld. Hier is e<strong>en</strong> gezelschap, dat gereed is om <strong>de</strong> hemelse<br />
boodschap te ontvang<strong>en</strong>. En plotseling verschijnt <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verkondigt <strong>de</strong><br />
tijding van grote blijdschap.<br />
Hemelse heerlikheid omschijnt <strong>de</strong> gehele vlakte, e<strong>en</strong> ontelbare m<strong>en</strong>igte <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> vertoont<br />
zich, <strong>en</strong> als ware <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong> te groot voor één boodschapper om <strong>de</strong> tijding uit <strong>de</strong> hemel te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, brek<strong>en</strong> er e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte stemm<strong>en</strong> uit in het lied, dat alle geslacht<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
gezaligd<strong>en</strong> e<strong>en</strong>maal zing<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>: “Ere zij God in <strong>de</strong> hoogste hemel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> op aar<strong>de</strong>,<br />
in <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> welbehag<strong>en</strong>.” O, welk e<strong>en</strong> les ligt er in <strong>de</strong>ze won<strong>de</strong>rvolle geschied<strong>en</strong>is van<br />
Bethlehem! Hoe bestraft hij ons ongeloof, onze trots, <strong>en</strong> onze zelfg<strong>en</strong>oegzaamheid. Hoe<br />
waarschuwt hij ons om voorzichtig te zijn, opdat we niet door onze misdadige<br />
onverschilligheid ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s verzuim<strong>en</strong>, <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
daardoor <strong>de</strong> dag van onze bezoeking niet zoud<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>. Het was niet alle<strong>en</strong> op <strong>de</strong> heuvel<strong>en</strong><br />
van Ju<strong>de</strong>a, niet alle<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rige her<strong>de</strong>rs, dat <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> vond<strong>en</strong>, die<br />
wachtt<strong>en</strong> op <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Messias. Er war<strong>en</strong> er ook in het heid<strong>en</strong>land, die naar Hem<br />
uitzag<strong>en</strong>: geleer<strong>de</strong> mann<strong>en</strong> war<strong>en</strong> het, rijk <strong>en</strong> hooggebor<strong>en</strong>, <strong>de</strong> wijsger<strong>en</strong> van het Oost<strong>en</strong>.<br />
Natuurvorsers zijn<strong>de</strong>, hadd<strong>en</strong> die wijze mann<strong>en</strong> God in Zijn han<strong>de</strong>werk gezi<strong>en</strong>. Uit <strong>de</strong><br />
Hebreeuwse Schrift<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ze geleerd van <strong>de</strong> Ster, die uit Jakob zou opgaan; <strong>en</strong> met innig<br />
verlang<strong>en</strong> verwachtt<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> komst van Hem, Die niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> “Vertroosting Israëls,” maar<br />
“e<strong>en</strong> licht tot verlichting van <strong>de</strong> Heid<strong>en</strong><strong>en</strong>” <strong>en</strong> “tot zaligheid tot aan het uiterste van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>”<br />
zijn zou. Ze zocht<strong>en</strong> naar licht, <strong>en</strong> licht van <strong>de</strong> troon van God besche<strong>en</strong> het pad v——r hun<br />
voet<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> rabbijn<strong>en</strong> van Jeruzalem, <strong>de</strong> aangewez<strong>en</strong> bewaar<strong>de</strong>rs <strong>en</strong><br />
verklaar<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> waarheid, in duisternis gehuld war<strong>en</strong>, leid<strong>de</strong> <strong>de</strong> uit <strong>de</strong> Hemel gezond<strong>en</strong><br />
ster <strong>de</strong>ze heid<strong>en</strong>se vreem<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> geboorteplaats van <strong>de</strong> nieuwgebor<strong>en</strong> Koning. Het<br />
is “door <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hem verwacht<strong>en</strong>,” dat Christus “t<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> male zon<strong>de</strong>r zon<strong>de</strong><br />
gezi<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong> tot zaligheid.”<br />
217
Gelijk <strong>de</strong> tijding van <strong>de</strong> geboorte van <strong>de</strong> Heiland, werd ook <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst niet aan <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stlei<strong>de</strong>rs van het volk gegev<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> niet met God in<br />
verbint<strong>en</strong>is geblev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> het licht uit <strong>de</strong> hemel ge- weigerd aan te nem<strong>en</strong>; ze<br />
behoord<strong>en</strong> dus niet tot het getal, dat door <strong>de</strong> apostel Paulus beschrev<strong>en</strong> wordt: “Maar Gij,<br />
broe<strong>de</strong>rs! gij zijt niet in duisternis, dat u die dag als e<strong>en</strong> dief zou bevang<strong>en</strong>. Gij zijt all<strong>en</strong><br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s lichts, <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s daags; wij zijn niet <strong>de</strong>s nachts, noch <strong>de</strong>r duisternis.” De<br />
wachters op Zions mur<strong>en</strong> behoord<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong> geweest te zijn om <strong>de</strong> tijding van <strong>de</strong> komst<br />
van <strong>de</strong> Heiland op te vang<strong>en</strong>; <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong> om hun stemm<strong>en</strong> te verheff<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verkondig<strong>en</strong>,<br />
dat Hij nabij was; <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong> om het volk op Zijn komst voor te bereid<strong>en</strong>. Maar ze war<strong>en</strong><br />
gerust, <strong>en</strong> droomd<strong>en</strong> van vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> veiligheid, terwijl het volk geheel onverschillig was<br />
aangaan<strong>de</strong> hun zond<strong>en</strong>. Jezus zag Zijn kerk, als <strong>de</strong> on-vruchtbare vijgeboom, met bla<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
be<strong>de</strong>kt, wel veel vertoning mak<strong>en</strong><strong>de</strong>, maar waaraan <strong>de</strong> kostbare vrucht<strong>en</strong> ontbrak<strong>en</strong>. Er was<br />
e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>gerechtig nakom<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st, terwijl <strong>de</strong> geest van ware<br />
ne<strong>de</strong>righeid, berouw, <strong>en</strong> geloof — welke <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van God Hem alle<strong>en</strong> wel- behagelik<br />
kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> — ontbrak. In plaats van <strong>de</strong> gav<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Geest op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong> zich trots,<br />
vormelikheid, zelfverheffing, zelfzucht, verdrukking. E<strong>en</strong> afvallige kerk sloot zijn og<strong>en</strong> voor<br />
<strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong>. God verliet h<strong>en</strong> niet, <strong>en</strong> Zijn trouw schoot niet te kort; maar zij<br />
keerd<strong>en</strong> zich van Hem af, <strong>en</strong> scheidd<strong>en</strong> zich van Zijn lief<strong>de</strong>. Daar ze weigerd<strong>en</strong> om aan <strong>de</strong><br />
voorwaard<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> Zijn beloft<strong>en</strong> niet aan h<strong>en</strong> vervuld.<br />
Dat is het zekere gevolg van te verzuim<strong>en</strong>, het licht <strong>en</strong> <strong>de</strong> voorrecht<strong>en</strong>, die God sch<strong>en</strong>kt,<br />
op prijs te stell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er ons voor<strong>de</strong>el me<strong>de</strong> te do<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>zij <strong>de</strong> kerk volg<strong>en</strong> wil in Gods<br />
op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong><strong>de</strong> voorzi<strong>en</strong>igheid, ie<strong>de</strong>re straal van licht aannem<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re plicht, die<br />
geop<strong>en</strong>baard wordt, vervull<strong>en</strong><strong>de</strong>, moet <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st onvermij<strong>de</strong>lik ontaard<strong>en</strong> in het<br />
nakom<strong>en</strong> van vorm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> moet <strong>de</strong> geest van het lev<strong>en</strong> van godzaligheid verdwijn<strong>en</strong>. Deze<br />
waarheid is herhaal<strong>de</strong>lik in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> kerk bewez<strong>en</strong>. God verwacht van Zijn<br />
volk werk<strong>en</strong> van geloof <strong>en</strong> gehoorzaamheid, overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong>d met <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
voorrecht<strong>en</strong>, die geschonk<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Gehoorzaamheid vereist opoffering <strong>en</strong> sluit<br />
kruisdrag<strong>en</strong> in; <strong>en</strong> dat is het, 11 Thess. 5:4, 5. waarom zo vel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> belijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
volgeling<strong>en</strong> van Christus weigerd<strong>en</strong>, het licht uit <strong>de</strong> hemel te ontvang<strong>en</strong>; <strong>en</strong> gelijk <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong><br />
van ouds, bek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> tijd van hun bezoeking niet. Om hun trots <strong>en</strong> ongeloof ging <strong>de</strong><br />
Heer hun voorbij, <strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> Zijn waarheid aan h<strong>en</strong>, die gelijk <strong>de</strong> her<strong>de</strong>rs van<br />
Bethlehem <strong>en</strong> <strong>de</strong> wijz<strong>en</strong> uit het Oost<strong>en</strong> acht hadd<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> op al het licht, dat ze hadd<strong>en</strong><br />
ontvang<strong>en</strong>.<br />
218
Hoofdstuk 18 — E<strong>en</strong> <strong>Amerika</strong>anse Hervormer<br />
E<strong>en</strong> eerlike, oprechtgezin<strong>de</strong> landbouwer, die er toe gebracht was om aan het God<strong>de</strong>lik<br />
gezag van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te twijfel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die toch innige begeerte had om <strong>de</strong> waarheid te<br />
k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, was <strong>de</strong> man, die God in het biezon<strong>de</strong>r had verkor<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> begin te mak<strong>en</strong> met <strong>de</strong><br />
verkondiging van Christus’ we<strong>de</strong>rkomst. Gelijk veel an<strong>de</strong>re hervormers had William Miller<br />
in zijn jeugd met armoe<strong>de</strong> te kamp<strong>en</strong> gehad, <strong>en</strong> had daardoor <strong>de</strong> grote less<strong>en</strong> van<br />
werkzaamheid <strong>en</strong> zelfverlooch<strong>en</strong>ing geleerd. De led<strong>en</strong> van het gezin, waartoe hij behoor<strong>de</strong>,<br />
on<strong>de</strong>rscheidd<strong>en</strong> zich door e<strong>en</strong> onafhankelike, vrijheidsliev<strong>en</strong><strong>de</strong> geest, door<br />
weerstandsvermog<strong>en</strong> <strong>en</strong> vurige va<strong>de</strong>rlandslief<strong>de</strong>,— welke trekk<strong>en</strong> ook in zijn karakter sterk<br />
uitkwam<strong>en</strong>. Zijn va<strong>de</strong>r was kapitein bij het Revolutie leger, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> opoffe-ring<strong>en</strong>, die hij<br />
zich in <strong>de</strong> strijd <strong>en</strong> het lijd<strong>en</strong> van dat stormachtig tijdperk getroostte, moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> b<strong>en</strong>ar<strong>de</strong><br />
omstandighed<strong>en</strong> van Millers jeugd wellicht toegeschrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Hij was <strong>de</strong>gelik gezond van gestel, <strong>en</strong> gaf reeds in zijn kin<strong>de</strong>rjar<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> meer<br />
dan gewoon verstand. To<strong>en</strong> hij ou<strong>de</strong>r werd, toon<strong>de</strong> zich dit dui<strong>de</strong>liker. Zijn geest was<br />
werkzaam <strong>en</strong> goed ontwikkeld, <strong>en</strong> hij had e<strong>en</strong> grote dorst naar k<strong>en</strong>nis. Ofschoon hij niet <strong>de</strong><br />
voorrecht<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> aka<strong>de</strong>miese opvoeding g<strong>en</strong>oot, maakte zijn lief<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> studie <strong>en</strong> zijn<br />
gewoonte van ernstig te overweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> fijn te kritiser<strong>en</strong> hem tot e<strong>en</strong> man met e<strong>en</strong> hel<strong>de</strong>r<br />
oor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> ruime blik. Hij had e<strong>en</strong> onberispelik karakter <strong>en</strong> b<strong>en</strong>ijd<strong>en</strong>swaardige goe<strong>de</strong> naam,<br />
<strong>en</strong> werd algeme<strong>en</strong> geacht om zijn rechtschap<strong>en</strong>heid, voorspoedigheid <strong>en</strong> milddadigheid.<br />
Door werkzaamheid <strong>en</strong> in-spanning verkreeg hij al spoedig het nodige tot lev<strong>en</strong>son<strong>de</strong>rhoud,<br />
doch bleef nog steeds aan zijn gewoonte van stu<strong>de</strong>r<strong>en</strong> vasthoud<strong>en</strong>. Hij bekleed<strong>de</strong><br />
verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> burgerlike <strong>en</strong> mili- taire post<strong>en</strong> met lof, <strong>en</strong> <strong>de</strong> weg tot rijkdom <strong>en</strong> eer sche<strong>en</strong><br />
zich wijd voor hem op<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>.<br />
Zijn moe<strong>de</strong>r was e<strong>en</strong> <strong>de</strong>gelik godvruchtige vrouw, <strong>en</strong> in zijn kin<strong>de</strong>rjar<strong>en</strong> was hij on<strong>de</strong>r<br />
godsdi<strong>en</strong>stige indrukk<strong>en</strong> geweest. To<strong>en</strong> hij echter <strong>de</strong> mannelike leeftijd bereikte, kwam hij<br />
in aanraking met e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ootschap van <strong>de</strong>ïst<strong>en</strong>, wier invloed <strong>de</strong>s te sterker was, omdat ze<br />
voor het mer<strong>en</strong><strong>de</strong>el goe<strong>de</strong> burgers, <strong>en</strong> mann<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sliev<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> liefdadige aanleg<br />
war<strong>en</strong>. Te midd<strong>en</strong> van Christelike inrichting<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong>, war<strong>en</strong> hun karakters tot op zekere<br />
hoogte door hun omgeving gevormd. De goe<strong>de</strong> hoedanighed<strong>en</strong>, waardoor ze zich <strong>de</strong> achting<br />
<strong>en</strong> het vertrouw<strong>en</strong> verwierv<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> ze aan <strong>de</strong> Bijbel te dank<strong>en</strong>; toch werd<strong>en</strong> die goe<strong>de</strong><br />
gav<strong>en</strong> z— verdraaid, dat ze e<strong>en</strong> invloed teg<strong>en</strong> Gods woord uitoef<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Omgang met <strong>de</strong>ze<br />
mann<strong>en</strong> bracht Miller tot het omhelz<strong>en</strong> van hun gevoel<strong>en</strong>s. De heers<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
Schriftverklaring<strong>en</strong> bod<strong>en</strong> moeilikhed<strong>en</strong> aan, die hem onoverkomelik toesch<strong>en</strong><strong>en</strong>; echter gaf<br />
zijn nieuwe geloof, dat <strong>de</strong> Bijbel op zij<strong>de</strong> stel<strong>de</strong>, hem niets beters in <strong>de</strong> plaats ervan, <strong>en</strong> bleef<br />
hij onbevredigd. Toch hield hij zich ongeveer twaalf jar<strong>en</strong> lang aan <strong>de</strong>ze inzicht<strong>en</strong> vast.<br />
Maar to<strong>en</strong> hij vier <strong>en</strong> <strong>de</strong>rtig jar<strong>en</strong> oud was, vervul<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest zijn hart met e<strong>en</strong><br />
gevoel van zijn toestand als zondaar.<br />
219
Hij vond in zijn vroeger geloof ge<strong>en</strong> verzekering van geluk-zaligheid na <strong>de</strong> dood. De<br />
toekomst was donker <strong>en</strong> somber. Later zei hij, doel<strong>en</strong><strong>de</strong> op zijn gevoel<strong>en</strong>s in die tijd:<br />
“Vernietiging was e<strong>en</strong> kou<strong>de</strong> <strong>en</strong> kille gedachte, <strong>en</strong> verant- woor<strong>de</strong>lik gesteld te word<strong>en</strong>,<br />
betek<strong>en</strong><strong>de</strong> zekere on<strong>de</strong>rgang voor all<strong>en</strong>. De hemel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> als koper bov<strong>en</strong> mijn hoofd, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> als ijzer on<strong>de</strong>r mijn voet<strong>en</strong>. Eeuwigheid — wat was dat? En dood — waarom<br />
bestond die? Hoe meer ik red<strong>en</strong>eer<strong>de</strong>, <strong>de</strong>s te min<strong>de</strong>r bewijs vond ik; hoe meer ik dacht, <strong>de</strong>s<br />
to meer verward war<strong>en</strong> mijn gevolgtrek king<strong>en</strong>. Ik trachtte niet meer te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, maar kon<br />
mijn gedacht<strong>en</strong> niet aan band<strong>en</strong> legg<strong>en</strong>. Ik was wez<strong>en</strong>lik ell<strong>en</strong>dig, maar kon er <strong>de</strong> oorzaak<br />
niet van verstaan. Ik mor<strong>de</strong> <strong>en</strong> klaag<strong>de</strong>, maar wist niet over wie. Ik begreep, dat er iets<br />
verkeerd was, maar zag niet in, waar of hoe het rechte te vind<strong>en</strong>. Ik treur<strong>de</strong>, doch zon<strong>de</strong>r<br />
hoop.”<br />
Enige maand<strong>en</strong> lang verkeer<strong>de</strong> hij in die toestand. “Plotseling,” zegt hij, “werd het<br />
karakter van e<strong>en</strong> Heiland mij lev<strong>en</strong>dig voor <strong>de</strong> geest gesteld. Het kwam me voor, dat er e<strong>en</strong><br />
wez<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> zijn, z— goed <strong>en</strong> me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong>d, dat het zelf voor onze overtreding<strong>en</strong> zou<br />
kunn<strong>en</strong> boet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ons daardoor redd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> straf op <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. Ik gevoel<strong>de</strong> onmid- <strong>de</strong>llik,<br />
hoe liefelik zulk e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> zijn moest, <strong>en</strong> stel<strong>de</strong> mij voor, dat ik me in <strong>de</strong> arm<strong>en</strong> van zulk<br />
Eén zou kunn<strong>en</strong> werp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> vertrouw<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> vraag <strong>de</strong>ed zich op: Hoe<br />
kan er bewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, dat er zulk e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> bestaat? Behalve in <strong>de</strong> Bijbel bevond ik, dat<br />
ik ge<strong>en</strong> bewijs kon krijg<strong>en</strong> voor het bestaan van zulk e<strong>en</strong> Heiland, of zelfs van e<strong>en</strong><br />
toekomstige staat. . . .<br />
“Ik zag, dat <strong>de</strong> Bijbel juist zulk e<strong>en</strong> Heiland, als ik nodig had, op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> vraag<br />
rees in me op, hoe e<strong>en</strong> boek, dat- niet door ingeving geschrev<strong>en</strong> was, beginsel<strong>en</strong> kon<br />
uitwerk<strong>en</strong>, die zo volkom<strong>en</strong> geschikt war<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> behoeft<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> wereld. Ik<br />
was gedwong<strong>en</strong> toe te gev<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring Gods moest<strong>en</strong> zijn. Ze<br />
werd<strong>en</strong> mijn verlustiging; <strong>en</strong> in Jezus vond ik e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d. De Heiland droeg voor mij <strong>de</strong><br />
banier bov<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d; <strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift, die me eerst donker <strong>en</strong> vol teg<strong>en</strong>strijdigheid<br />
geweest was, werd nu e<strong>en</strong> lamp voor mijn voet, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> licht op mijn pad. Mijn hart kwam<br />
tot stilte <strong>en</strong> was bevredigd. Ik bevond, dat <strong>de</strong> Here God e<strong>en</strong> Rots is in het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
oceaan van het lev<strong>en</strong>. De Bijbel werd nu mijn voornaamste studie, <strong>en</strong> ik kan met waarheid<br />
getuig<strong>en</strong>, dat ik hem met groot g<strong>en</strong>ot on<strong>de</strong>rzocht. Ik bevond, dat <strong>de</strong> helft me nooit was<br />
aangezegd. Ik verwon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> me, waarom ik zijn schoonheid <strong>en</strong> heerlikheid niet vroeger had<br />
gezi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> was verbaasd, dat ik hem ooit had kunn<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong>. Ik vond er alles in, wat<br />
mijn hart be- ger<strong>en</strong> kon, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>eesmid<strong>de</strong>l voor ie<strong>de</strong>re ziekte van <strong>de</strong> ziel. Ik verloor alle<br />
smaak voor an<strong>de</strong>re lektuur, <strong>en</strong> schikte mijn hart, om wijsheid van God te verkrijg<strong>en</strong>.”<br />
Miller beleed nu in het op<strong>en</strong>baar zijn geloof in <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st, die hij veracht had. Maar<br />
het duur<strong>de</strong> niet lang, eer zijn ongelovige vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> al die bewijsgrond<strong>en</strong> opbracht<strong>en</strong>, welke<br />
hijzelf zo m<strong>en</strong>igmaal had aangevoerd teg<strong>en</strong> het God<strong>de</strong>lik gezag van <strong>de</strong> Schrift. Hij was to<strong>en</strong><br />
niet gereed om ze te beantwoord<strong>en</strong>: maar hij red<strong>en</strong>eer<strong>de</strong> dat, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel e<strong>en</strong><br />
op<strong>en</strong>baring van God was, hij met zichzelf moest overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong> ; <strong>en</strong> dat, daar hij tot lering<br />
220
van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s was gegev<strong>en</strong>, hij bevattelik moest zijn voor zijn verstand. Hij besloot, <strong>de</strong><br />
Schrift voor zichzelf te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er zich van te verzeker<strong>en</strong>, of schijnbare teg<strong>en</strong>spraak<br />
niet tot overe<strong>en</strong>stemming gebracht kon word<strong>en</strong>.<br />
Tracht<strong>en</strong><strong>de</strong> alle tevor<strong>en</strong> opgevatte m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> terzij<strong>de</strong> te stell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
bijbelverklaring<strong>en</strong> te gebruik<strong>en</strong>, vergeleek hij tekst met tekst, met behulp van <strong>de</strong><br />
kanttek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> konkordanties. Hij zette zijn studie op geregel<strong>de</strong> <strong>en</strong> stelselmatige<br />
wijze voort; met G<strong>en</strong>esis beginn<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> vers na vers lez<strong>en</strong><strong>de</strong>, ging hij niet ver<strong>de</strong>r, voordat<br />
<strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> tekst<strong>en</strong> zich z— voor hem ontvouw<strong>de</strong>, dat alle<br />
verwardheid voor hem wegviel. Wanneer hij iets duister vond, was het zijn gewoonte om<br />
het te vergelijk<strong>en</strong> met ie<strong>de</strong>re an<strong>de</strong>re tekst, die <strong>en</strong>igszins op <strong>de</strong> zaak on<strong>de</strong>r overweging<br />
sche<strong>en</strong> te doel<strong>en</strong>. Elk woord liet hij zijn eig<strong>en</strong>like betrekking tot het on<strong>de</strong>rwerp van <strong>de</strong> tekst<br />
innem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wanneer zijn beschouwing ervan met ie<strong>de</strong>re gelijkluid<strong>en</strong><strong>de</strong> tekst overe<strong>en</strong>kwam,<br />
was dat punt langer ge<strong>en</strong> moeilikheid. Wanneer hij dus e<strong>en</strong> tekst had, die moeilik te verstaan<br />
was, vond hij er e<strong>en</strong> uitleg voor in e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> Schrift,’ Terwijl hij on<strong>de</strong>rzocht,<br />
ernstig bidd<strong>en</strong>d om God<strong>de</strong>lik licht, werd wat tevor<strong>en</strong> donker sche<strong>en</strong>, voor zijn verstand<br />
verdui<strong>de</strong>likt. Hij on<strong>de</strong>rvond <strong>de</strong> waarheid van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Psalmist: “De op<strong>en</strong>ing van<br />
Uw woord<strong>en</strong> geeft licht, <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudig<strong>en</strong> verstandig mak<strong>en</strong><strong>de</strong>.”<br />
Met diepe belangstelling on<strong>de</strong>rzocht hij het boek van Daniël <strong>en</strong> <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring, hetzelf<strong>de</strong><br />
plan van verklaring volg<strong>en</strong><strong>de</strong> als in <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re geschrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bevond tot zijn grote vreug<strong>de</strong>,<br />
dat <strong>de</strong> profetiese beeld<strong>en</strong> verstaan kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hij zag, dat <strong>de</strong> profetieën, voor zoverre<br />
ze vervuld war<strong>en</strong>, letterlik war<strong>en</strong> vervuld; dat al <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> beeld<strong>en</strong>, toepassing<strong>en</strong>,<br />
gelijk<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vergelijking<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. of in hun onmid<strong>de</strong>llik verband werd<strong>en</strong> verklaard, of<br />
dat <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>, waarin ze uitgedrukt werd<strong>en</strong>, hun verklaring vond<strong>en</strong> in an<strong>de</strong>re tekst<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
letterlik verstaan moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, wanneer ze op die manier war<strong>en</strong> uitgelegd. “Op <strong>de</strong>ze<br />
wijze werd ik ervan overtuigd,” zegt hij, “dat <strong>de</strong> Bijbel e<strong>en</strong> stelsel is van geop<strong>en</strong>baar<strong>de</strong><br />
waarheid, z— dui<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig gegev<strong>en</strong>, dat die <strong>de</strong>ze weg bewan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, zelfs al zijn ze<br />
dwaz<strong>en</strong>, niet dwal<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>.” De ont<strong>de</strong>kking van schakel na schakel in <strong>de</strong> ket<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
waarheid beloon<strong>de</strong> zijn poging<strong>en</strong>, terwijl hij van stap tot stap <strong>de</strong> grote serieën van <strong>de</strong><br />
profetieën naging. Engel<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> hemel leidd<strong>en</strong> zijn geest, <strong>en</strong> ontvouwd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> voor<br />
zijn verstand.<br />
De wijze waarop <strong>de</strong> profetieën in het verled<strong>en</strong> vervuld war<strong>en</strong>, als voorbeeld nem<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
waarnaar <strong>de</strong> vervulling van die nog in <strong>de</strong> toekomst ligg<strong>en</strong>, beoor<strong>de</strong>eld moet word<strong>en</strong>, kwam<br />
hij tot <strong>de</strong> overtuiging, dat <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e m<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> geeste- like regering van Christus—<br />
e<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>djarig rijk v——r het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> wereld — niet door Gods woord geleerd<br />
wordt. Deze leer plaatst <strong>de</strong> verschrikking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> verre in <strong>de</strong> toekomst, door<br />
duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> van gerechtigheid <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> vast te stell<strong>en</strong>, v——rdat <strong>de</strong> Heer persoonlik komt.<br />
Maar hoe aang<strong>en</strong>aam hij ook zijn moge, hij stelt zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer van Christus <strong>en</strong> Zijn<br />
apostel<strong>en</strong>, die verklaard<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> tarwe <strong>en</strong> het onkruid tezam<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> opwass<strong>en</strong> tot <strong>de</strong><br />
oogst, het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> wereld;2 dat “<strong>de</strong> boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedriegers tot erger zull<strong>en</strong><br />
221
voortgaan,“3 dat er, “in <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong> ontstaan zull<strong>en</strong> zware tijd<strong>en</strong>;”3 <strong>en</strong> dat het<br />
koninkrijk <strong>de</strong>r duisternis zal voortbestaan tot <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verdaan zal word<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> Geest van Zijn mond, <strong>en</strong> t<strong>en</strong>iet gemaakt door <strong>de</strong> verschijning van Zijn toekomst.<br />
De leer van <strong>de</strong> bekering van <strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> <strong>de</strong> geestelike regering van Christus werd niet<br />
door <strong>de</strong> apostoliese kerk geloofd. Ook werd hij niet algeme<strong>en</strong> door <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot omtr<strong>en</strong>t het begin van <strong>de</strong> achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw. Ev<strong>en</strong>als van ie<strong>de</strong>re an<strong>de</strong>re<br />
dwaling, war<strong>en</strong> <strong>de</strong> resultat<strong>en</strong> ervan slecht. Het leer<strong>de</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, ver in <strong>de</strong> toekomst naar <strong>de</strong><br />
komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> uit te zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> weerhield h<strong>en</strong> van op <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> te lett<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> voorlopers<br />
van Zijn komst war<strong>en</strong>. Het gaf aanleiding tot e<strong>en</strong> gevoel van rust <strong>en</strong> zekerheid, die op ge<strong>en</strong><br />
goe<strong>de</strong> grond rustte, <strong>en</strong> leid<strong>de</strong> er vel<strong>en</strong> toe om <strong>de</strong> voorbereiding te verwaarloz<strong>en</strong>, die nodig<br />
was om hun Heer te ontmoet<strong>en</strong>.<br />
Miller bevond, dat <strong>de</strong> letterlike, persoonlike komst van Christus dui<strong>de</strong>lik in <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong><br />
geleerd wordt. Paulus zegt: “De Heer zelf zal met e<strong>en</strong> geroep, met <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> archangel,<br />
<strong>en</strong> met <strong>de</strong> bazuin van God ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel.” En <strong>de</strong> Heiland verklaart: “Zij zull<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, kom<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, met grote kracht <strong>en</strong><br />
heerlikheid.” “Want gelijk <strong>de</strong> bliksem uitgaat van het Oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> schijnt tot het West<strong>en</strong>, alzo<br />
zal ook <strong>de</strong> toekomst van <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>.” Hij zal vergezeld zijn van het gehele<br />
heir <strong>de</strong>s hemels. “De Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zal kom<strong>en</strong> in Zijn heerlikheid, <strong>en</strong> al <strong>de</strong> heilige<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> met Hem.” “En Hij zal Zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> uitz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> bazuin van groot ge-luid, <strong>en</strong><br />
ze zull<strong>en</strong> Zijn uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> bije<strong>en</strong>verga<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.”<br />
Bij Zijn komst zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardige dod<strong>en</strong> opgewekt <strong>en</strong> <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong><br />
veran<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>. “Wij zull<strong>en</strong> wel niet all<strong>en</strong> ontslap<strong>en</strong>,” zegt Paulus, “maar we zull<strong>en</strong> all<strong>en</strong><br />
veran<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> punt <strong>de</strong>s tijds, in e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik, met <strong>de</strong> laatste bazuin: want <strong>de</strong><br />
bazuin zal slaan, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> onver<strong>de</strong>rfelik opgewekt word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wij zull<strong>en</strong><br />
veran<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>. Want dit ver<strong>de</strong>rfelike moet onver<strong>de</strong>rfelikheid aando<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dit sterfelike<br />
moet onsterfelikheid aando<strong>en</strong>.” En in zijn brief aan <strong>de</strong> Thessalonic<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zegt hij, na <strong>de</strong><br />
komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>: “Die in Christus gestorv<strong>en</strong> zijn, zull<strong>en</strong> eerst opstaan;<br />
daarna wij, die lev<strong>en</strong>d overgeblev<strong>en</strong> zijn, zull<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> met h<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
wolk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Heer tegemoet in <strong>de</strong> lucht; <strong>en</strong> alzo zull<strong>en</strong> we altijd met <strong>de</strong> Heer wez<strong>en</strong>.”<br />
Niet voordat <strong>de</strong> persoonlike komst van Christus plaats vindt, kan Zijn volk het<br />
koninkrijk ontvang<strong>en</strong>. De Heiland zegt: “En wanneer <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> zal in Zijn<br />
heerlikheid, <strong>en</strong> al <strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> met Hem, dan zal Hij zitt<strong>en</strong> op <strong>de</strong> troon van Zijn<br />
heerlikheid. En v——r Hem zull<strong>en</strong> al <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij zal ze van<br />
elkan<strong>de</strong>r scheid<strong>en</strong>, gelijk <strong>de</strong> her<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schap<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bokk<strong>en</strong> scheidt. En Hij zal <strong>de</strong> schap<strong>en</strong><br />
tot Zijn rechterhand zett<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> bokk<strong>en</strong> tot Zijn linkerhand. Alsdan zal da Koning<br />
zegg<strong>en</strong> tot <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die tot Zijn rechterhand zijn: Komt, gij gezeg<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Mijn Va<strong>de</strong>rs! beërft<br />
dat koninkrijk, hetwelk u bereid is van <strong>de</strong> grondlegging van <strong>de</strong> wereld.” We hebb<strong>en</strong> uit <strong>de</strong><br />
hierbov<strong>en</strong> aangehaal<strong>de</strong> tekst<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, dat wanneer <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> komt, <strong>de</strong> dod<strong>en</strong><br />
222
onver<strong>de</strong>rfelik opgewekt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>rd zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong>ze grote<br />
veran<strong>de</strong>ring word<strong>en</strong> ze voorbereid om het koninkrijk te ontvang<strong>en</strong>; want Paulus zegt: “Vlees<br />
<strong>en</strong> bloed kunn<strong>en</strong> het koninkrijk Gods niet beërv<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>rfelkheid beërft <strong>de</strong><br />
onver<strong>de</strong>rfelik- heid niet.” De m<strong>en</strong>s in zijn teg<strong>en</strong>woordige staat is sterfelik, ver<strong>de</strong>rfelik; maar<br />
het koninkrijk Gods zal onver<strong>de</strong>rfelik zijn, <strong>en</strong> voor eeuwig bestaan. Daarom kan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in<br />
zijn teg<strong>en</strong>woordige staat het koninkrijk Gods niet binn<strong>en</strong>gaan. Maar wanneer Jezus komt,<br />
geeft Hij aan Zijn volk <strong>de</strong> onsterfelik- heid; <strong>en</strong> dan roept Hij h<strong>en</strong> om het koninkrijk te<br />
beërv<strong>en</strong>, waarvan ze tot hiertoe slechts toekomstige erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> zijn geweest.<br />
Deze <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re tekst<strong>en</strong> war<strong>en</strong> e<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik bewijs voor Miller, dat <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die<br />
over het algeme<strong>en</strong> verwacht werd<strong>en</strong>, plaats te zull<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> komst van Christus,<br />
zoals e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> vre<strong>de</strong>rijk <strong>en</strong> het opricht<strong>en</strong> van Gods koninkrijk op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, op <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst moest<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>. Ver<strong>de</strong>r beantwoordd<strong>en</strong> al <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
toestand van <strong>de</strong> wereld aan <strong>de</strong> profetiese beschrijving van <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong>. Hij werd door<br />
het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift alle<strong>en</strong> tot het besluit gedwong<strong>en</strong>, dat het tijdperk, waarin <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> in zijn teg<strong>en</strong>woordige staat zou blijv<strong>en</strong> bestaan, bijna t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> was.<br />
“E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r bewijs, dat lev<strong>en</strong>dige invloed op me had,” zegt hij, “was <strong>de</strong> tijdrek<strong>en</strong>ing van<br />
<strong>de</strong> Schrift. ... Ik bevond dat voorzeg<strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, in het verled<strong>en</strong> vervuld, dikwels<br />
binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gestel<strong>de</strong> tijd plaats hadd<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>. De hon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> twintig jar<strong>en</strong> tot aan <strong>de</strong><br />
vloed (G<strong>en</strong>. 6:3); <strong>de</strong> zev<strong>en</strong> dag<strong>en</strong>, die eraan vooraf zoud<strong>en</strong> gaan, met veertig dag<strong>en</strong> van<br />
voorspel<strong>de</strong> reg<strong>en</strong> (G<strong>en</strong>. 7:4); <strong>de</strong> vier hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> van het oponthoud van Abrahams<br />
geslacht in Egypte (G<strong>en</strong>. 15: 13) ; <strong>de</strong> drie dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> drom<strong>en</strong> van <strong>de</strong> sch<strong>en</strong>ker <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
bakker (G<strong>en</strong>. 40: 12-20) ; <strong>de</strong> zev<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> van Faraö’s droom (G<strong>en</strong>. 41:28-54); <strong>de</strong> veertig<br />
jar<strong>en</strong> in <strong>de</strong> woestijn (Num. 14: 34) ; <strong>de</strong> drie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> half jaar van hongersnood (1 Kon.<br />
17:1); . . . <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig jar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ballingschap (Jer. 25:11); <strong>de</strong> zev<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong> van<br />
Nebukadnezar (Dan. 4:13-16); <strong>en</strong> <strong>de</strong> zev<strong>en</strong> wek<strong>en</strong>, twee <strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> éne week,<br />
die zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, welke over <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> bestemd war<strong>en</strong> (Dan. 9:24-27)—<strong>de</strong><br />
gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, door <strong>de</strong>ze tijd<strong>en</strong> vastgesteld, war<strong>en</strong> alle e<strong>en</strong>maal slechts profetiese<br />
voorspelling<strong>en</strong> geweest, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s die vervuld.”<br />
To<strong>en</strong> hij <strong>de</strong>rhalve door zijn on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Bijbel verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> chronologiese<br />
tijdperk<strong>en</strong> vond, die zich naar zijn opvatting tot <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus uitstrekt<strong>en</strong>, kon<br />
hij niet nalat<strong>en</strong>, die te beschouw<strong>en</strong> als <strong>de</strong> “tijd<strong>en</strong> tevor<strong>en</strong> verord<strong>en</strong>d,” welke God aan Zijn<br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> had geop<strong>en</strong>baard. “De verborg<strong>en</strong> ding<strong>en</strong>,” zegtMozes, “zijn voor <strong>de</strong> Heer,<br />
onze God; maar <strong>de</strong> geop<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> zijn voor ons <strong>en</strong> voor onze kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, tot in eeuwigheid;”3<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer verklaart bij mon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> profeet Amos, dat Hij “ge<strong>en</strong> ding zal do<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij Hij<br />
Zijn verborg<strong>en</strong>heid aan Zijp knecht<strong>en</strong>, <strong>de</strong> profet<strong>en</strong>, geop<strong>en</strong>baard hebbe.” Zij, die Gods<br />
Woord on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, mog<strong>en</strong> dus met vertrouw<strong>en</strong> verwacht<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong> gewichtigste<br />
gebeurt<strong>en</strong>is, welke in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>sheid zal plaats grijp<strong>en</strong>, dui<strong>de</strong>lik in <strong>de</strong><br />
Schrift <strong>de</strong>r waarheid zull<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> aangetoond.24 God heeft e<strong>en</strong> perio<strong>de</strong> van zev<strong>en</strong> maal<br />
zev<strong>en</strong>tig jaar vastgesteld <strong>en</strong> pas daarna zal er e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> kom<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid <strong>en</strong><br />
223
zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> overtreding<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong> zijn ... Luister goed! Vanaf het mom<strong>en</strong>t waarop het bevel<br />
tot herbouw van Jeruzalem wordt gegev<strong>en</strong>, tot het mom<strong>en</strong>t waarop e<strong>en</strong> gezalf<strong>de</strong>, e<strong>en</strong> vorst,<br />
komt, zal e<strong>en</strong> perio<strong>de</strong> van zev<strong>en</strong> maal zev<strong>en</strong> jaar verstrijk<strong>en</strong>! Jeruzalems strat<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
stadsmur<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> e<strong>en</strong> perio<strong>de</strong> van tweeënzestig maal zev<strong>en</strong> jaar intact blijv<strong>en</strong><br />
ondanks <strong>de</strong> rumoerige tijd<strong>en</strong>. 26 Na <strong>de</strong>ze totale perio<strong>de</strong> zal e<strong>en</strong> gezalf<strong>de</strong> onschuldig word<strong>en</strong><br />
vermoord ... 27 Deze koning zal e<strong>en</strong> verbond van zev<strong>en</strong> jaar sluit<strong>en</strong>, maar halverwege zal hij<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> te stopp<strong>en</strong> met het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van slachtoffers <strong>en</strong> spijsoffers. (Daniël<br />
9:24-27).<br />
PROFETIE VAN 2300 DAGEN/ JAREN<br />
En profetisk dag = Et bogstaveligt år<br />
35 Omdat <strong>de</strong> spionn<strong>en</strong> veertig dag<strong>en</strong> in het land war<strong>en</strong>, moet u veertig jaar in <strong>de</strong> woestijn<br />
rondzwerv<strong>en</strong>. Voor elke dag één jaar met op uw schou<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> last van uw zond<strong>en</strong>. Dan zult<br />
u zi<strong>en</strong> wat het betek<strong>en</strong>t dat Ik ú <strong>de</strong> rug toekeer.” Ik, <strong>de</strong> Here, heb gesprok<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>r die teg<strong>en</strong><br />
Mij heeft sam<strong>en</strong>gezwor<strong>en</strong>, zal in <strong>de</strong>ze woestijn <strong>de</strong> dood vind<strong>en</strong>.’ [Numeri 14:34-35]. 6 Draai<br />
u daarna om <strong>en</strong> ga veertig dag<strong>en</strong> op uw rechterzij ligg<strong>en</strong>. Dit keer draagt u <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van<br />
Juda. Elke dag telt voor één jaar. [Ezechiël 4:6]<br />
457 v. Chr. - 1844 AD – 2300 dag<strong>en</strong> / jaar 14 De an<strong>de</strong>r antwoord<strong>de</strong>: ‘Pas over<br />
drieëntwintighon<strong>de</strong>rd dag<strong>en</strong> zal het heiligdom in ere word<strong>en</strong> hersteld.’ [Daniël 8:14]. 24 God<br />
heeft e<strong>en</strong> perio<strong>de</strong> van zev<strong>en</strong> maal zev<strong>en</strong>tig jaar vastgesteld <strong>en</strong> pas daarna zal er e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong><br />
224
kom<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> overtreding<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong> zijn. Het koninkrijk van<br />
eeuwige rechtvaardigheid zal dan word<strong>en</strong> uitgeroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer heilige plaats zal opnieuw<br />
word<strong>en</strong> ingewijd, zoals in visio<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> door profet<strong>en</strong> was aangekondigd. 490 dag<strong>en</strong>/ jaar<br />
[Daniël 9:24].<br />
457 v. Chr. Decreet voor <strong>de</strong> herstelling van Jeruzalem (Or<strong>de</strong> van Artajeres). Vanaf het<br />
mom<strong>en</strong>t waarop het bevel tot herbouw van Jeruzalem wordt gegev<strong>en</strong>, tot het mom<strong>en</strong>t<br />
waarop e<strong>en</strong> gezalf<strong>de</strong>, e<strong>en</strong> vorst, komt, zal e<strong>en</strong> perio<strong>de</strong> van zev<strong>en</strong> maal zev<strong>en</strong> jaar verstrijk<strong>en</strong>!<br />
[Daniël 9: 25].<br />
408 v. Chr. – De We<strong>de</strong>ropbouw of Verbouwing van Jeruzalem<br />
27 AD – het doopsel <strong>en</strong> <strong>de</strong> zalving van Jezus (o Messias). 27 Deze koning zal e<strong>en</strong> verbond<br />
van zev<strong>en</strong> jaar sluit<strong>en</strong>, maar halverwege zal hij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> te stopp<strong>en</strong> met het<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van slachtoffers <strong>en</strong> spijsoffers. En t<strong>en</strong> slotte zal <strong>de</strong> vijand in het heiligdom van God<br />
e<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> gruwel plaats<strong>en</strong>. [Daniël 9:27]<br />
31 AD – De kruisiging <strong>en</strong> dood van Jezus Christus. 26 Na <strong>de</strong>ze totale perio<strong>de</strong> zal e<strong>en</strong><br />
gezalf<strong>de</strong> onschuldig word<strong>en</strong> vermoord. Er zal e<strong>en</strong> koning kom<strong>en</strong> die <strong>de</strong> stad <strong>en</strong> <strong>de</strong> tempel<br />
zal verwoest<strong>en</strong>. Deze zal zijn ein<strong>de</strong> vind<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vloed van ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> oorlog <strong>en</strong><br />
verwoesting<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vanaf dat mom<strong>en</strong>t tot het ein<strong>de</strong> heers<strong>en</strong>, dat staat nu al vast. 27 Maar<br />
halverwege zal hij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> te stopp<strong>en</strong> met het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van slachtoffers <strong>en</strong><br />
spijsoffers [Daniël 9:26-27]<br />
34 AD – De st<strong>en</strong>iging van Stefanus [ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> proeftijd voor <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> <strong>en</strong> het evangelie<br />
aan <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>] 14 Het goe<strong>de</strong> nieuws over het Koninkrijk van God zal overal ter<br />
wereld word<strong>en</strong> gebracht, zodat alle land<strong>en</strong> het zull<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>. En dan zal het ein<strong>de</strong> kom<strong>en</strong><br />
[Mattheüs 24:14]. 46 Paulus <strong>en</strong> Barnabas liet<strong>en</strong> zich niet van hun stuk br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> zeid<strong>en</strong>:<br />
‘Vanzelfsprek<strong>en</strong>d moest u het eerst hor<strong>en</strong> wat God te zegg<strong>en</strong> heeft. Maar nu u er niets van<br />
moet hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee bewijst het eeuwige lev<strong>en</strong> niet waard te zijn, gaan wij het <strong>de</strong> niet-<br />
Joodse m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vertelle. [Han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> 13:46]<br />
70 AD – De verwoesting van Jeruzalem. 1 Terwijl Jezus het tempelterrein verliet, kwam<strong>en</strong><br />
zijn leerling<strong>en</strong> naar Hem toe <strong>en</strong> wez<strong>en</strong> Hem op <strong>de</strong> tempelgebouw<strong>en</strong>. 2 Jezus zei teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong>:<br />
‘Al <strong>de</strong>ze gebouw<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwoest. Er zal ge<strong>en</strong> ste<strong>en</strong> op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re blijv<strong>en</strong>.’<br />
[Mattheüs 24:1-2]<br />
15<br />
Als jullie dan <strong>de</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> gruwel in <strong>de</strong> heilige plaats zi<strong>en</strong> staan, waar <strong>de</strong> profeet Daniël<br />
het over had—wie dit leest, moet dit prober<strong>en</strong> te begrijp<strong>en</strong>—... 21 Want er zal e<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rdrukking zijn zoals <strong>de</strong> wereld nog nooit heeft gek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> zoals ook nooit meer zal<br />
terugkom<strong>en</strong> [Mattheüs 24:15, 21]<br />
1844 AD – Zuivering van het hemelse heiligdom <strong>en</strong> het hemelse oor<strong>de</strong>el.<br />
225
1810 Dag<strong>en</strong> / Jar<strong>en</strong> – Het werk van Jezus Christus als onze Hogepriester in het hemelse<br />
heiligdom. 14 Dit betek<strong>en</strong>t dat Jezus, <strong>de</strong> Zoon van God, onze grote hogepriester is, die naar<br />
<strong>de</strong> hemel is gegaan om ons te help<strong>en</strong>. Daarom moet<strong>en</strong> wij ge<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik aan Hem<br />
twijfel<strong>en</strong>. 15 Deze hogepriester begrijpt onze zwakhed<strong>en</strong>, omdat Hij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong><br />
heeft gek<strong>en</strong>d als wij, maar Hij heeft er ge<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik aan toegegev<strong>en</strong>, Hij heeft nooit<br />
gezondigd. 16 Lat<strong>en</strong> wij daarom vrijmoedig naar <strong>de</strong> troon van God gaan om van Hem g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
te ontvang<strong>en</strong>, om hulp te krijg<strong>en</strong>, juist in die og<strong>en</strong>blikk<strong>en</strong> dat wij het moeilijk hebb<strong>en</strong><br />
[Hebreeën 4:14-16].<br />
“Daar ik er t<strong>en</strong> volle van overtuigd was,” zegt Miller, “dat al <strong>de</strong> Schrift van God<br />
ingegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> nuttig is,“ <strong>en</strong> hij ge<strong>en</strong>szins voortgebracht was door <strong>de</strong> wil <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, maar<br />
gesprok<strong>en</strong>, naardat <strong>de</strong> heilige mann<strong>en</strong> Gods van <strong>de</strong> heilige Geest gedrev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>,2 <strong>en</strong><br />
geschrev<strong>en</strong> was ‘tot onze lering, opdat wij door lijdzaamheid <strong>en</strong> vertroosting van <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> hoop hebb<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>,’ kon ik niet an<strong>de</strong>rs dan aannem<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> tijdrek<strong>en</strong>kundige<br />
ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel ev<strong>en</strong>zeer e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el uitmak<strong>en</strong> van het woord Gods, <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>veel recht<br />
hebb<strong>en</strong> op onze ernstige overd<strong>en</strong>king, als <strong>en</strong>ig an<strong>de</strong>r ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> Schrift. Ik gevoel<strong>de</strong><br />
dus dat, als ik wil<strong>de</strong> tracht<strong>en</strong> te verstaan, wat het Go<strong>de</strong> goedgedacht had, ons in Zijn<br />
barmhartigheid te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, ik ge<strong>en</strong> recht had om <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong> over te slaan.”<br />
De profetie, die <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst het dui<strong>de</strong>likst sche<strong>en</strong> te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, was die in<br />
Dan. 8: 14: “Tot twee duiz<strong>en</strong>d <strong>en</strong> drie hon<strong>de</strong>rd avond<strong>en</strong> <strong>en</strong> morg<strong>en</strong>s; dan zal het heiligdom<br />
gerechtvaardigd word<strong>en</strong>.” De regel volg<strong>en</strong><strong>de</strong> van <strong>de</strong> Schrift tot zijn eig<strong>en</strong> uitlegger te mak<strong>en</strong>,<br />
ont<strong>de</strong>kte Miller, dat e<strong>en</strong> dag in symboliese profetie e<strong>en</strong> jaar voorstelt;5 hij zag, dat het<br />
tijdperk van 2300 profetiese dag<strong>en</strong>, of letterlike jar<strong>en</strong>, zich tot lang na <strong>de</strong> Joodse be<strong>de</strong>ling<br />
moest uitstrekk<strong>en</strong>; vandaar dat het niet kon doel<strong>en</strong> op het heiligdom van die be<strong>de</strong>ling. Miller<br />
nam het algeme<strong>en</strong> heers<strong>en</strong><strong>de</strong> d<strong>en</strong>kbeeld aan, dat in <strong>de</strong> Christelike eeuw<strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> het<br />
heiligdom is, <strong>en</strong> hij verstond dus, dat <strong>de</strong> reiniging van het heiligdom, waar Dan. 8: 14 over<br />
spreekt, <strong>de</strong> loutering van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> door vuur bij <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus moest<br />
betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> daarom het juiste punt gevond<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>, van waar m<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong><br />
moest <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> te tell<strong>en</strong>, kwam hij tot het besluit, dat m<strong>en</strong> gemakkelik <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst zou te wet<strong>en</strong> kun- n<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Aldus zou <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> voleinding van alle<br />
ding<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>, <strong>de</strong> tijd, wanneer <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige staat met “al zijn trots <strong>en</strong><br />
macht, praal ij<strong>de</strong>lheid, <strong>en</strong> verdrukking, e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> zou nem<strong>en</strong>;” wanneer <strong>de</strong> vloek “van <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>de</strong> dood te niet gedaan, <strong>en</strong> er loon gegev<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> Gods, aan <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> heilig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die Zijn naam vrez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> te niet<br />
gedaan zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> verwoest<strong>en</strong>. “<br />
Met nieuwe <strong>en</strong> grotere ernst begon Miller <strong>de</strong> profetieën te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>; gehele nacht<strong>en</strong><br />
zowel als dag<strong>en</strong> wijd<strong>de</strong> hij aan <strong>de</strong> studie van wat hem nu van zulk e<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong>d gewicht <strong>en</strong><br />
alles te bov<strong>en</strong> gaand belang toesche<strong>en</strong>. In het achtste hoofstuk van Daniël kon hij ge<strong>en</strong><br />
sleutel vind<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> tijd, van waar af <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<br />
Gabriël, ofschoon gelast aan Daniël het visio<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> verstaan, gaf er hem slechts e<strong>en</strong><br />
226
ge<strong>de</strong>eltelike uitleg van. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> vreselike vervolging, die <strong>de</strong> kerk zou treff<strong>en</strong>, aan het oog<br />
van <strong>de</strong> zi<strong>en</strong>er geop<strong>en</strong>baard werd, bezweek zijn lichamelike kracht. Hij kon niet meer<br />
verdrag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel yerliet hem voor e<strong>en</strong> tijd. Daniël werd “zwak, <strong>en</strong> was <strong>en</strong>ige dag<strong>en</strong><br />
krank.” “En ik was ontzet over dit gezicht,” zegt hij, “maar niemand merkte het.”<br />
Toch had God Zijn boodschapper bevol<strong>en</strong>: “Geef <strong>de</strong>ze het gezicht te verstaan.” Die<br />
opdracht moest vervuld word<strong>en</strong>. Om eraan te voldo<strong>en</strong>, keer<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel <strong>en</strong>ige tijd later naar<br />
Daniël terug, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Nu b<strong>en</strong> ik uitgegaan, om u <strong>de</strong> zin te do<strong>en</strong> verstaan;” “versta dan dit<br />
woord <strong>en</strong> merk op dit gezicht.” Er was één voornaam punt in het gezicht van hoofdstuk acht,<br />
dat niet uitgelegd was, namelik dat, hetwelk betrekking had op <strong>de</strong> tijd,— het tijdperk van<br />
2300 dag<strong>en</strong>; daarom han<strong>de</strong>lt <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel bij het hervatt<strong>en</strong> van zijn verklaring hoofdzakelik over<br />
het punt van <strong>de</strong> tijd: “Zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> zijn bestemd over uw volk <strong>en</strong> over uw heilige stad. . . .<br />
Weet dan, <strong>en</strong> versta: van <strong>de</strong> uitgang van het woord, om te do<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om<br />
Jeruzalem te bouw<strong>en</strong>, tot op Messias, <strong>de</strong> vorst, zijn zev<strong>en</strong> wek<strong>en</strong> <strong>en</strong> twee <strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong>;<br />
<strong>de</strong> strat<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> gracht<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rom gebouwd word<strong>en</strong>, doch in b<strong>en</strong>auwdheid <strong>de</strong>r tijd<strong>en</strong>.<br />
En na die twee <strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong> zal <strong>de</strong> Messias uitgeroeid word<strong>en</strong>, maar het zal niet voor<br />
hemzelf zijn. . . .En Hij zal aan vel<strong>en</strong> het verbond versterk<strong>en</strong> één week; <strong>en</strong> in <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong><br />
week zal hij het slachtoffer <strong>en</strong> het spijsoffer do<strong>en</strong> ophoud<strong>en</strong>.”<br />
De <strong>en</strong>gel was naar Daniël gezond<strong>en</strong> met het uitdrukkelike doel om hem het punt uit te<br />
legg<strong>en</strong>, dat hij in het gezicht van het achtste hoofdstuk niet had verstaan: <strong>de</strong> berek<strong>en</strong>ing van<br />
<strong>de</strong> tijd,— “Tot twee duiz<strong>en</strong>d <strong>en</strong> drie hon<strong>de</strong>rd avond<strong>en</strong> <strong>en</strong> morg<strong>en</strong>s; dan zal het heiligdom<br />
gerechtvaardigd word<strong>en</strong>.” Na Daniël gelast te hebb<strong>en</strong> “het woord te verstaan, <strong>en</strong> te merk<strong>en</strong><br />
op het gezicht,” zijn <strong>de</strong> eerste woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel: “Zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> zijn bestemd voor<br />
uw volk <strong>en</strong> over uw heilige stad.” Het woord, dat hier als “bestemd” is vertaald, betek<strong>en</strong>t<br />
letterlik “afgesned<strong>en</strong>.” Zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong>, 490 jar<strong>en</strong> voorstell<strong>en</strong><strong>de</strong>, word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<br />
verklaard als afgesned<strong>en</strong> te zijn, omdat ze in het biezon<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>. Maar<br />
waar zijn ze van afgesned<strong>en</strong>? Daar <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> het <strong>en</strong>ige tijdperk was, dat in hoofdstuk<br />
acht g<strong>en</strong>oemd wordt, moet dat <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> wez<strong>en</strong>, waarvan <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> afgesned<strong>en</strong><br />
zijn; <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> dus e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el uitmak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> twee<br />
tijdperk<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> tegelijkertijd beginn<strong>en</strong>. De <strong>en</strong>gel verklaar<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong><br />
begonn<strong>en</strong> met <strong>de</strong> uitgang van het woord om te do<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om Jeruzalem te<br />
bouw<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> datum van dit bevel gevond<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>, dan zou het grote tijdperk<br />
van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> met zekerheid gevond<strong>en</strong> zijn.<br />
In het zev<strong>en</strong><strong>de</strong> hoofdstuk van Ezra wordt het bevel gevond<strong>en</strong>.2 Het werd door<br />
Arthaxerxes, koning van Perzië, in 457 v. C. in zijn volkom<strong>en</strong>ste vorm gegev<strong>en</strong>. Maar in<br />
Ezra 6:14 wordt er gezegd, dat het huis <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> te Jeruzalem gebouwd werd “naar het<br />
bevel (kant. <strong>de</strong>kreet) van Kores, <strong>en</strong> Darius, <strong>en</strong> Arthaxerxes, koning van Perzië.” Deze drie<br />
koning<strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> het bevel, door het uit te vaardig<strong>en</strong>, te bevestig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> volledig te mak<strong>en</strong>,<br />
tot <strong>de</strong> volmaaktheid, die <strong>de</strong> profetie vereiste, om het begin van <strong>de</strong> 2300 jar<strong>en</strong> te k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>.<br />
Het jaar 457 v. C., <strong>de</strong> tijd waarop het <strong>de</strong>kreet volle- dig werd gegev<strong>en</strong>, als datum van het<br />
227
evel aannem<strong>en</strong><strong>de</strong>, ziet m<strong>en</strong>, dat ie<strong>de</strong>r biezon<strong>de</strong>r aangegev<strong>en</strong> punt in <strong>de</strong> voorzegging<br />
betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> vervuld was geword<strong>en</strong>.<br />
“Van <strong>de</strong> uitgang van het woord, om te do<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om Jeruzalem te bouw<strong>en</strong>, tot<br />
op Messias, <strong>de</strong> Vorst, zull<strong>en</strong> zijn zev<strong>en</strong> wek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> twee <strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong>,“—namelik neg<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong>, of 483 jar<strong>en</strong>. Het <strong>de</strong>kreet van Arthaxerxes werd in <strong>de</strong> herfst van 457 v. C.<br />
van kracht. Van die datum af zijn er 483 jar<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> herfst van 27 n. C. Op die tijd werd<br />
<strong>de</strong>ze profetie vervuld. Het woord “Messias” betek<strong>en</strong>t “<strong>de</strong> Gezalf<strong>de</strong>”. In <strong>de</strong> herfst van 27 n. C.<br />
werd Christus door Johannes gedoopt, <strong>en</strong> ontving <strong>de</strong> zalving van <strong>de</strong> Geest. De apostel Petrus<br />
getuigt, dat “God Jezus van Nazareth gezalfd heeft met <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest <strong>en</strong> met kracht.” En<br />
<strong>de</strong> Heiland zelf verklaart: “De Geest <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> is op Mij, daarom heeft Hij Mij gezalfd; Hij<br />
heeft Me gezond<strong>en</strong> om aan <strong>de</strong> arm<strong>en</strong> het evangelie te verkondig<strong>en</strong>.” Na Zijn doop kwam Hij<br />
in Gali- lea “predik<strong>en</strong><strong>de</strong> het Evangelie van het Koninkrijk Gods, <strong>en</strong> zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: De tijd is<br />
vervuld.”<br />
“En Hij zal aan vel<strong>en</strong> het verbond versterk<strong>en</strong> één week.” “De week,” waarvan hier<br />
gesprok<strong>en</strong> wordt, is <strong>de</strong> laatste van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig; het zijn <strong>de</strong> laatste zev<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> van het<br />
tijdperk, dat in het biezon<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> is toegek<strong>en</strong>d. Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> dit tijdperk, van 27 n. C.<br />
tot 34 n. C. werd <strong>de</strong> uitnodiging van het evangelie eerst door Christus persoonlik, <strong>en</strong> later<br />
door Zijn discipel<strong>en</strong>, voornamelik aan <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> uitging<strong>en</strong> met<br />
<strong>de</strong> blij<strong>de</strong> tijding van het koninkrijk, luid<strong>de</strong> <strong>de</strong> opdracht van <strong>de</strong> Heiland aan h<strong>en</strong>: “Gij zult<br />
niet he<strong>en</strong>gaan op <strong>de</strong> weg van <strong>de</strong> Heid<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> gij zult niet ingaan in <strong>en</strong>ige stad van <strong>de</strong><br />
Samaritan<strong>en</strong>; maar gaat veel meer he<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> verlor<strong>en</strong> schap<strong>en</strong> van het huis Israëls.”<br />
“En in <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> week zal Hij het slachtoffer <strong>en</strong> het spijsoffer do<strong>en</strong> ophoud<strong>en</strong>.” In<br />
31 n. C., drie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> half jaar na Zijn doop, werd onze Heer gekruisigd. Met het grote offer,<br />
op Golgotha gebracht, eindig<strong>de</strong> dat stelsel van offerand<strong>en</strong>, dat gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> vier duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong><br />
had he<strong>en</strong>gewez<strong>en</strong> op het Lam Gods. Het beeld was door het teg<strong>en</strong>beeld vervang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> al <strong>de</strong><br />
slachtoffers <strong>en</strong> spijsoffers van het ceremoniële stelsel vond<strong>en</strong> daar e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>. De zev<strong>en</strong>tig<br />
wek<strong>en</strong>, of 490 jar<strong>en</strong>, die in het biezon<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> toegerek<strong>en</strong>d war<strong>en</strong>, eindigd<strong>en</strong>, gelijk<br />
we gezi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, in 34 n. C. Door <strong>de</strong> han<strong>de</strong>lwijze van het Joodse Sanhedrin kwam het volk<br />
in dat jaar op<strong>en</strong>lik uit voor zijn verwerping van het evangelie door het martelaarschap van<br />
Stefanus <strong>en</strong> <strong>de</strong> vervolging van <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> van Christus. To<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> boodschap <strong>de</strong>s<br />
heils, nu niet langer voor het uitverkor<strong>en</strong> volk alle<strong>en</strong> bestemd, aan <strong>de</strong> wereld gegev<strong>en</strong>. De<br />
discipel<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> vervolging gedwong<strong>en</strong> om uit Jeruzalem te vlucht<strong>en</strong>, “ging<strong>en</strong> het land<br />
door, <strong>en</strong> verkondigd<strong>en</strong> het Woord.” “En Filippus kwam af in <strong>de</strong> stad van Samaria, <strong>en</strong><br />
predikte hun Christus.” Petrus verklaar<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r God<strong>de</strong>like leiding het evangelie aan <strong>de</strong><br />
hoofdman over hon<strong>de</strong>rd te Cesarea, <strong>de</strong> godvrez<strong>en</strong><strong>de</strong> Cornelius; <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> ijverige Paulus,<br />
voor het geloof van Christus gewonn<strong>en</strong>, werd opgedrag<strong>en</strong> om <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> boodschap “ver tot<br />
<strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong>” te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
228
Tot dusverre is ie<strong>de</strong>re bepaling van <strong>de</strong> profetie treff<strong>en</strong>d vervuld; <strong>en</strong> het begin van <strong>de</strong><br />
zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> wordt zon<strong>de</strong>r bezwaar in het jaar 457 v. C., het ein<strong>de</strong> ervan in 34 n. C.<br />
vastgesteld. Van die datum af rek<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>, bestaat er ge<strong>en</strong> moeilikheid om het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
2300 dag<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong>. Als <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> — 490 dag<strong>en</strong> — afgesned<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> 2300, dan blev<strong>en</strong> er 1810 dag<strong>en</strong> over. Aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 490 dag<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
1810 dag<strong>en</strong> nog vervuld word<strong>en</strong>. Van 34 n. C. af rek<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> 1810 jar<strong>en</strong> ons tot het<br />
jaar 1844. Bijgevolg eindig<strong>de</strong> <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> van Dan. 8:14 in 1844. Bij het sluit<strong>en</strong> van dit<br />
grote profetiese tijdperk zal, volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> uitspraak van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel Gods, “het heiligdom<br />
gerechtvaardigd word<strong>en</strong>.” Aldus werd <strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> rechtvaardiging (d. i. reiniging) van<br />
het heiligdom — waarvan m<strong>en</strong> bijna algeme<strong>en</strong> geloof<strong>de</strong>, dat het plaats zou hebb<strong>en</strong> bij <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst — beslist aangewez<strong>en</strong>.<br />
Miller <strong>en</strong> zijn metgezell<strong>en</strong> geloofd<strong>en</strong> in het begin, dat <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> eindig<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> l<strong>en</strong>te van 1844, terwijl <strong>de</strong> profetie op <strong>de</strong> herfst van dat jaar wijst. De verkeer<strong>de</strong> opvatting<br />
van dit punt veroorzaakte teleurstelling <strong>en</strong> verslag<strong>en</strong>heid aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
vroegere datum hadd<strong>en</strong> vastgesteld als zijn<strong>de</strong> <strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. Toch <strong>de</strong>ed<br />
dit niets af van <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> red<strong>en</strong>ering, volg<strong>en</strong>s welke aangetoond werd, dat <strong>de</strong> 2300<br />
dag<strong>en</strong> in het jaar 1844 eindigd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> grote gebeurt<strong>en</strong>is, door <strong>de</strong> reiniging van het<br />
heiligdom voorgesteld, dan moest plaats vind<strong>en</strong>. Miller had, to<strong>en</strong> hij met het on<strong>de</strong>rzoek van<br />
<strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> begon, met het doel om te bewijz<strong>en</strong>, dat ze e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van God war<strong>en</strong>,<br />
eerst in het minst niet verwacht dat hij tot het besluit zou kom<strong>en</strong>, waartoe hij nu was geraakt.<br />
Hij kon zelf <strong>de</strong> uitkomst<strong>en</strong> van zijn on<strong>de</strong>rzoek bijna niet gelov<strong>en</strong>. Maar het bewijs in <strong>de</strong><br />
Schrift was te dui<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> te krachtig om ontk<strong>en</strong>d te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Hij had twee jar<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> studie van <strong>de</strong> Bijbel gewijd, to<strong>en</strong> hij in 1818 tot <strong>de</strong> ernstige<br />
overtuiging kwam,dat Christus in omtr<strong>en</strong>t vijf <strong>en</strong> twintig jar<strong>en</strong> zou verschijn<strong>en</strong> om Zijn volk<br />
te verloss<strong>en</strong>. “Ik behoef niet te sprek<strong>en</strong>,” zegt Miller, “van <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong>, die mijn hart<br />
vervul<strong>de</strong> over dat heerlike vooruitzicht, noch ook van het vurig verlang<strong>en</strong> van mijn ziel, om<br />
<strong>de</strong>el te hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gelukzaligheid van <strong>de</strong> verlost<strong>en</strong>. De Bijbel was me nu e<strong>en</strong> nieuw boek.<br />
Hij was in<strong>de</strong>rdaad e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot voor mijn geest; alles wat me donker, geheimzinnig, of<br />
verborg<strong>en</strong> was geweest in zijn leer, was voor mijn geestesoog verdrev<strong>en</strong> door <strong>de</strong> hel<strong>de</strong>re<br />
glans, die me nu uit zijn heilige blad<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>blonk; <strong>en</strong> o, hoe liefelik <strong>en</strong> heerlik <strong>de</strong>ed <strong>de</strong><br />
waarheid zich voor! Al <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> onbestaanbaarhed<strong>en</strong>, die ik tevor<strong>en</strong> in het<br />
Woord gevond<strong>en</strong> had, war<strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>; <strong>en</strong> ofschoon er veel ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, waarvan ik<br />
niet wist, of ik ze wel volkom<strong>en</strong> verstond, toch was er zoveel licht uit opgegaan tot<br />
verhel<strong>de</strong>ring van mijn tevor<strong>en</strong> verduisterd ver- stand, dat ik e<strong>en</strong> vreug<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvond bij het<br />
bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, als ik vroeger niet had kunn<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat uit hun leer kon<br />
word<strong>en</strong> geput.”<br />
“In <strong>de</strong> heilige overtuiging, dat <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> <strong>de</strong> vervulling van zulke gewichtige<br />
gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> korte tijd voorspeld<strong>en</strong>, drong <strong>de</strong> vraag zich met kracht <strong>en</strong><br />
geweld aan me op, wat mijn plicht was teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> wereld betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> het getuig<strong>en</strong>is, dat<br />
229
mijn eig<strong>en</strong> gemoed zo zeer had aan-gedaan.” Hij kon niet nalat<strong>en</strong> te gevoel<strong>en</strong>, dat het zijn<br />
plicht was om aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> het licht te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, dat hij ontvang<strong>en</strong> had. Hij verwachtte,<br />
teg<strong>en</strong>stand te zull<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvind<strong>en</strong> van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>, maar hield er zich van overtuigd, dat<br />
alle Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zich verheug<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hoop van hun Heiland, die ze beled<strong>en</strong> lief te<br />
hebb<strong>en</strong>, spoedig te ontmoet<strong>en</strong>. Zijn <strong>en</strong>ige vrees was, dat in hun grote vreug<strong>de</strong> over het<br />
vooruitzicht op e<strong>en</strong> heerlike verlossing, die zo spoedig te kom<strong>en</strong> stond, vel<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer zoud<strong>en</strong><br />
omhelz<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Schrift g<strong>en</strong>oegzaam te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> waarheid ervan te<br />
bewijz<strong>en</strong>. Hij aarzel<strong>de</strong> daarom er op<strong>en</strong>lik me<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> dag te kom<strong>en</strong>, uit vrees dat hij<br />
misschi<strong>en</strong> mocht dwal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het mid<strong>de</strong>l zou zijn om an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te misleid<strong>en</strong>. Aldus werd hij er<br />
toe gebracht om <strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong>, op welke <strong>de</strong> overtuiging berustte, waartoe hij gekom<strong>en</strong> was,<br />
nog e<strong>en</strong>maal na te gaan, <strong>en</strong> elk bezwaar, dat zich aan zijn geest voor<strong>de</strong>ed, zorgvuldig te<br />
overweg<strong>en</strong>. Hij bevond, dat alle bezwar<strong>en</strong> voor het licht van Gods woord verdw<strong>en</strong><strong>en</strong> als<br />
nevel<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> stral<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon. Vijf jar<strong>en</strong> op die wijze doorgebracht, gav<strong>en</strong> hem <strong>de</strong><br />
volle overtuiging van <strong>de</strong> juistheid van zijn stelling.<br />
En nu drong zich <strong>de</strong> verplichting van aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong> wat hij geloof<strong>de</strong>, <strong>en</strong><br />
zo dui<strong>de</strong>lik in <strong>de</strong> Schrift geleerd werd, met vernieuw<strong>de</strong> kracht aan hem op. “Terwijl ik mijn<br />
werk <strong>de</strong>ed,” zei hij, “klonk het me onophou<strong>de</strong>lik in <strong>de</strong> or<strong>en</strong>: ‘Ga, maak aan <strong>de</strong> wereld het<br />
gevaar bek<strong>en</strong>d, waarin hij verkeert.’ Deze tekst kwam me gedurig voor <strong>de</strong> geest: ‘Als ik tot<br />
<strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze zeg: O god<strong>de</strong>loze, gij zult <strong>de</strong> dood sterv<strong>en</strong>! <strong>en</strong> gij spreekt niet, om <strong>de</strong><br />
god<strong>de</strong>loze van zijn weg af te man<strong>en</strong>: die god<strong>de</strong>loze zal in zijn ongerechtigheid sterv<strong>en</strong>, maar<br />
zijn bloed zal ik van uw hand eis<strong>en</strong>. Maar als ge <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze van zijn weg afmaant, dat hij<br />
zich van die bekere, <strong>en</strong> hij zich van zijn weg niet bekeert: zo zal hij in zijn ongerechtigheid<br />
sterv<strong>en</strong>, maar gij hebt uw ziel bevrijd.’ Ik gevoel<strong>de</strong>, dat wanneer <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> krachtdadig<br />
kond<strong>en</strong> ge-waarschuwd word<strong>en</strong>, m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> berouw zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dat, indi<strong>en</strong> ze<br />
niet gewaarschuwd werd<strong>en</strong>, hun bloed van mijn hand zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geëist.”<br />
Hij begon in eig<strong>en</strong> kring over zijn inzicht<strong>en</strong> te sprek<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid zich<br />
aanbood, bidd<strong>en</strong><strong>de</strong> dat er e<strong>en</strong> predikant mocht zijn, die <strong>de</strong> kracht ervan gevoel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich<br />
aan <strong>de</strong> verspreiding ervan wijd<strong>en</strong> zou. Maar hij kon <strong>de</strong> overtuiging niet van zich afzett<strong>en</strong>,<br />
dat hij persoonlik e<strong>en</strong> plicht te vervull<strong>en</strong> had in verband met <strong>de</strong> waarschuwing. De woord<strong>en</strong><br />
herhaald<strong>en</strong> zich immer weer in zijn hart: “Ga, maak het aan <strong>de</strong> wereld bek<strong>en</strong>d; hun bloed zal<br />
Ik van uw hand eis<strong>en</strong>.” Neg<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> wachtte hij, <strong>de</strong> last immer op zijn ziel drukk<strong>en</strong><strong>de</strong>, totdat<br />
hij in 1831 voor <strong>de</strong> eerste maal in het pu-bliek rek<strong>en</strong>schap gaf van <strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> van zijn<br />
geloof.<br />
Gelijk Eliza van achter zijn oss<strong>en</strong> op het land geroep<strong>en</strong> werd, om <strong>de</strong> mantel van <strong>de</strong><br />
ord<strong>en</strong>ing tot het ambt van profeet te ontvang<strong>en</strong>, werd ook William Miller geroep<strong>en</strong> om zijn<br />
ploeg te verlat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verborg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van het koninkrijk Gods aan het volk te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>.<br />
Bev<strong>en</strong><strong>de</strong> begon hij zijn werk, zijn hoor<strong>de</strong>rs van stap tot stap door <strong>de</strong> profetiese period<strong>en</strong><br />
he<strong>en</strong> tot op <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus leid<strong>en</strong><strong>de</strong>. Met ie<strong>de</strong>re nieuwe poging kreeg hij meer<br />
kracht <strong>en</strong> moed, zi<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> grote belangstelling, die zijn woord<strong>en</strong> wekt<strong>en</strong>. Het was alle<strong>en</strong> op<br />
230
aandring<strong>en</strong> van zijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, uit wier woord<strong>en</strong> hij <strong>de</strong> roepstem Gods vernam, dat Miller<br />
erin toestem<strong>de</strong> om zijn inzicht<strong>en</strong> in het publiek voor te drag<strong>en</strong>. Hij was nu vijftig jar<strong>en</strong> oud,<br />
was ongewoon aan sprek<strong>en</strong> m het op<strong>en</strong>baar, <strong>en</strong> ging gebukt on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> gevoel van<br />
ongeschiktheid voor het werk, dat v——r hem lag. Maar van het begin aan werd zijn arbeid<br />
op merkwaardige wijze gezeg<strong>en</strong>d tot redverschijnsel heeft zich ooit in <strong>Amerika</strong>, se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong><br />
stichting van <strong>de</strong> eerste ne<strong>de</strong>rzetting aldaar, aan <strong>de</strong> hemel voorgedaan, dat door <strong>de</strong> <strong>en</strong>e klasse<br />
van <strong>de</strong> maatschappij met zulk e<strong>en</strong> diepe bewon<strong>de</strong>ring, <strong>en</strong> door <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re met zoveel angst<br />
<strong>en</strong> vrees werd aanschouwd.” “De verhev<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> ontzaglike schoon-heid ervan wordt nog<br />
door vel<strong>en</strong> herdacht. . . . Nooit viel er reg<strong>en</strong> veel dichter, dan <strong>de</strong> meteor<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
viel<strong>en</strong>; het was oost-, west-, noord- <strong>en</strong> zuidwaarts, overal hetzelf<strong>de</strong>. Met één woord, <strong>de</strong><br />
gehele hemel sche<strong>en</strong> in beweging te zijn. . . . Het schouwspel werd, gelijk Professor<br />
Silliman in zijn Joernaal beschrijft, over geheel Noord-<strong>Amerika</strong> gezi<strong>en</strong>. . . . Van twee uur af,<br />
totdat het hel<strong>de</strong>r daglicht was, bij e<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> stille <strong>en</strong> onbewolkte hemel, had er e<strong>en</strong><br />
onophou<strong>de</strong>lik verschiet<strong>en</strong> van verblind<strong>en</strong>d schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> lichtboll<strong>en</strong> door het gehele<br />
luchtruim plaats.”<br />
“In<strong>de</strong>rdaad kunn<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om <strong>de</strong> pracht van dat grootse<br />
toneel te beschrijv<strong>en</strong>; . . . niemand, die het niet aanschouwd heeft, kan zich <strong>en</strong>ig d<strong>en</strong>kbeeld<br />
vorm<strong>en</strong> van <strong>de</strong> heerlikheid ervan. Het sche<strong>en</strong> of <strong>de</strong> gehele sterrehemel zich op één punt in<br />
het z<strong>en</strong>ith sam<strong>en</strong>getrokk<strong>en</strong> had, <strong>en</strong> gelijktijdig met bliksemsnelheid naar ie<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />
gezichtsein<strong>de</strong>r uitschoot; <strong>en</strong> toch werd het getal niet kleiner — duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> volgd<strong>en</strong> snel op<br />
<strong>de</strong> baan van an<strong>de</strong>re duiz<strong>en</strong>dtall<strong>en</strong>, als war<strong>en</strong> ze voor die geleg<strong>en</strong>heid geschap<strong>en</strong>.” “E<strong>en</strong><br />
juister beeld te aanschouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vijgeboom, die zijn vijg<strong>en</strong> afwerpt, wanneer hij door<br />
e<strong>en</strong> machtige wind geschud wordt, zou niet mogelik geweest zijn.”<br />
In <strong>de</strong> Nieuwe-Yorkse Journal of Commerce van <strong>de</strong> 14<strong>de</strong> Nov. 1833 versche<strong>en</strong> er e<strong>en</strong><br />
lang artikel over dit verwon<strong>de</strong>r- like luchtverschijnsel, waarin het volg<strong>en</strong><strong>de</strong> gezegd werd:<br />
“Ik geloof dat ge<strong>en</strong> wijsgeer of geleer<strong>de</strong> ooit e<strong>en</strong> gebeurt<strong>en</strong>is besprok<strong>en</strong> of opgetek<strong>en</strong>d heeft,<br />
als die van gister<strong>en</strong> morg<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> profeet heeft het achtti<strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong><br />
nauwkeurig voorspeld, indi<strong>en</strong> we t<strong>en</strong> minste toegev<strong>en</strong> will<strong>en</strong>, dat sterr<strong>en</strong>, die vall<strong>en</strong>,<br />
vall<strong>en</strong><strong>de</strong> sterr<strong>en</strong> bedoel<strong>en</strong>, ... in <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige zin, waarin dit met mogelikheid letterlik waar kan<br />
zijn.”<br />
Aldus vertoon<strong>de</strong> zich het laatste van die voortek<strong>en</strong><strong>en</strong> van Zijn we<strong>de</strong>rkomst, aangaan<strong>de</strong><br />
welke Jezus Zijn discipel<strong>en</strong> ge-lastte: “Wanneer gij al <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> zult zi<strong>en</strong>, zo weet, dat het<br />
nabij is, v——r <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur.” Na <strong>de</strong>ze tek<strong>en</strong><strong>en</strong> zag Johannes als <strong>de</strong> grote gebeurt<strong>en</strong>is, die<br />
daarop volg<strong>en</strong> zou, <strong>de</strong> hemel wegwijk<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> boek, dat toegerold wordt, terwijl <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
beef<strong>de</strong>, berg<strong>en</strong> <strong>en</strong> eiland<strong>en</strong> uit hun plaats<strong>en</strong> bewog<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> vol<br />
ontzetting <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> te ontvlucht<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong>, die<br />
van het vall<strong>en</strong> van <strong>de</strong> sterr<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, beschouwd<strong>en</strong> het als e<strong>en</strong> voorloper van het<br />
na<strong>de</strong>r<strong>en</strong>d oor-<strong>de</strong>el,—“e<strong>en</strong> schrikkelik beeld, e<strong>en</strong> zekere voorloper, e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>adig voortek<strong>en</strong><br />
van die grote <strong>en</strong> vreselike dag.” Op <strong>de</strong>ze wijze werd <strong>de</strong> aandacht van het volk op <strong>de</strong><br />
231
vervulling van <strong>de</strong> profetie gericht, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> toe gebracht om acht te slaan op <strong>de</strong><br />
waarschuwing van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst.<br />
In het jaar 1840 wekte e<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re merkwaardige vervulling van <strong>de</strong> profetieën <strong>de</strong><br />
algem<strong>en</strong>e belangstelling op. Twee jar<strong>en</strong> vroeger gaf Josia Litch, e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voornaamste<br />
predikant<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst predikt<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> verklaring van Op<strong>en</strong>baring 9 uit, waarin <strong>de</strong><br />
val van het Ottomaanse rijk voorspeld werd. Volg<strong>en</strong>s zijn berek<strong>en</strong>ing zou <strong>de</strong>ze macht tot<br />
zijn on<strong>de</strong>rgang kom<strong>en</strong> “in 1840 n. C., erg<strong>en</strong>s in <strong>de</strong> maand Augustus;” <strong>en</strong> slechts <strong>en</strong>kele<br />
dag<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> in vervulling treding schreef hij: “Toegev<strong>en</strong><strong>de</strong> dat het eerste tijdperk van<br />
150 jar<strong>en</strong> met juistheid vervuld is geword<strong>en</strong>, aleer Deacozes met verlof van <strong>de</strong> Turk<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
troon beklom, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> 391 jar<strong>en</strong> <strong>en</strong> vijfti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aanvang g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aan het<br />
ein<strong>de</strong> van het eerste tijdperk, moet<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> 11<strong>de</strong> Augustus 1840 eindig<strong>en</strong>, als wanneer <strong>de</strong><br />
Ottomaanse macht te Kon- stantinopel verwacht mag word<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> verbrok<strong>en</strong>. En ik<br />
geloof, dat dit bevond<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong> het geval te zijn.”<br />
Juist op <strong>de</strong> aangegev<strong>en</strong> tijd nam Turkije door zijn afgezant<strong>en</strong> <strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong><br />
verbond<strong>en</strong> macht<strong>en</strong> van Europa aan, <strong>en</strong> stel<strong>de</strong> zich op die wijze on<strong>de</strong>r het beheer van<br />
Christelike volk<strong>en</strong>. De gebeurt<strong>en</strong>is was e<strong>en</strong> nauwkeurige vervulling van <strong>de</strong> voorspelling.1<br />
To<strong>en</strong> het bek<strong>en</strong>d werd, kwam<strong>en</strong> er schar<strong>en</strong> tot overtuiging van <strong>de</strong> juistheid van <strong>de</strong><br />
grondregels van <strong>de</strong> profetiese verklaring, die door Miller <strong>en</strong> zijn metgezell<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
was, <strong>en</strong> ontving <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tbeweging e<strong>en</strong> krachtige stoot. Geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> hooggeplaatste<br />
mann<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>igd<strong>en</strong> zich met Miller tot het predik<strong>en</strong> <strong>en</strong> publicer<strong>en</strong> van zijn inzicht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van<br />
1840 tot 1844 breid<strong>de</strong> het werk zich met snelheid uit.<br />
William Miller had e<strong>en</strong> sterk verstand, door zich met <strong>de</strong> Bron <strong>de</strong>r wijsheid te verbind<strong>en</strong>.<br />
Hij was e<strong>en</strong> man van grote rechtschap<strong>en</strong>heid, die overal eerbied <strong>en</strong> hoogachting moest<br />
inboezem<strong>en</strong>, waar karaktera<strong>de</strong>l <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>like voortreffelikheid op prijs werd<strong>en</strong> gesteld. De<br />
ware vri<strong>en</strong><strong>de</strong>likheid van hart aan Christelike e<strong>en</strong>voud <strong>en</strong> zelfbeheersing par<strong>en</strong><strong>de</strong>, was hij<br />
voorkom<strong>en</strong>d <strong>en</strong> minzaam jeg<strong>en</strong>s all<strong>en</strong>, gereed om naar <strong>de</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te luister<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> hun bewijsgrond<strong>en</strong> te overweg<strong>en</strong>. Zon<strong>de</strong>r hartstocht of opwinding toetste hij alle<br />
theorieën <strong>en</strong> leerstelling<strong>en</strong> aan Gods woord; <strong>en</strong> zijn gezon<strong>de</strong> red<strong>en</strong>ering <strong>en</strong> <strong>de</strong>gelike k<strong>en</strong>nis<br />
van <strong>de</strong> Schrift steld<strong>en</strong> hem in staat om dwaling te we<strong>de</strong>rlegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> aan het licht te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Toch kon hij zijn werk niet voortzett<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r bittere teg<strong>en</strong>stand. Ev<strong>en</strong>als het geval was<br />
met <strong>de</strong> vroegere hervormers, werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die hij aan het licht bracht, door <strong>de</strong><br />
volkspredikers niet gunstig ontvang<strong>en</strong>. Daar <strong>de</strong>ze hun stelling niet kond<strong>en</strong> handhav<strong>en</strong><br />
volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Schrift, werd<strong>en</strong> ze ertoe gedrev<strong>en</strong>, hun toevlucht te nem<strong>en</strong> tot gezegd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
leerstelling<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> overlevering<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerkva<strong>de</strong>rs. Maar het woord Gods<br />
was het <strong>en</strong>ige getuig<strong>en</strong>is, dat door <strong>de</strong> predikers van <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-waarheid werd aanvaard. “De<br />
Bijbel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel alle<strong>en</strong>,” was hun wachtwoord. Het gemis aan bewijs uit <strong>de</strong> Schrift aan<br />
<strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs werd door spot <strong>en</strong> hoon goed gemaakt. Tijd, mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
232
tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gebruikt om dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> te bekladd<strong>en</strong>, wier <strong>en</strong>ige zon<strong>de</strong> was, dat ze met<br />
vreug<strong>de</strong> uitzag<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van hun Heer, heilig trachtt<strong>en</strong> te lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
vermaand<strong>en</strong> om zich voor te bereid<strong>en</strong> op Zijn verschijning.<br />
Ernstig war<strong>en</strong> <strong>de</strong> poging<strong>en</strong>, die aangew<strong>en</strong>d werd<strong>en</strong> om <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk van het<br />
punt van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst af te trekk<strong>en</strong>. Het bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetieën betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst van Christus <strong>en</strong> het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> wereld werd voorgesteld als e<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>, iets<br />
waarover <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich behoord<strong>en</strong> te scham<strong>en</strong>. Aldus on<strong>de</strong>rmijnd<strong>en</strong> <strong>de</strong> populaire<br />
geestelik<strong>en</strong> het geloof in Gods woord. Hun leer bracht <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot ongeloof, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong><br />
voeld<strong>en</strong> zich vrij om in hun eig<strong>en</strong> god<strong>de</strong>loze wellust te wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. En dit kwaad werd dan<br />
door h<strong>en</strong>, die het gesticht hadd<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laste gelegd.<br />
Terwijl hij volle zal<strong>en</strong> van verstandige <strong>en</strong> aandachtige hoor<strong>de</strong>rs trok, werd Millers naam<br />
zeld<strong>en</strong> door <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige pers g<strong>en</strong>oemd, dan bij wijze van spot of hoon. De<br />
onverschillig<strong>en</strong> <strong>en</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>, aangemoedigd door <strong>de</strong> houding van <strong>de</strong> predikant<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> toevlucht tot ergerlike scheldnam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot lage <strong>en</strong> lasterlike scherts, <strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> op die<br />
wijze hem <strong>en</strong> zijn werk in verachting te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De grijsaard, die e<strong>en</strong> tehuis vol gemakk<strong>en</strong><br />
vaarwel gezegd had om op eig<strong>en</strong> kost<strong>en</strong> van stad tot stad, van dorp tot dorp te reiz<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r<br />
ophoud<strong>en</strong> zwoeg<strong>en</strong><strong>de</strong> om <strong>de</strong> ernstige waarschuwing aan <strong>de</strong> wereld te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, dat het<br />
oor<strong>de</strong>el nabij was, werd spott<strong>en</strong>d beschuldigd van e<strong>en</strong> dweper, e<strong>en</strong> leug<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong><br />
bedriegelike schurk te zijn.<br />
De spot, leug<strong>en</strong> <strong>en</strong> beschuldiging<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong> hem naar het hoofd slinger<strong>de</strong>, lokt<strong>en</strong><br />
verontwaardiging <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>werping<strong>en</strong> uit, zelfs van <strong>de</strong> wereldlike pers. “E<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwerp van<br />
zulk e<strong>en</strong> overweldig<strong>en</strong><strong>de</strong> majesteit <strong>en</strong> zulke vreselike gevolg<strong>en</strong>” met lichtvaardigheid of<br />
spot te behan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, werd door wereld- ling<strong>en</strong> verklaard, “niet alle<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> te zijn met <strong>de</strong><br />
gevoel<strong>en</strong>s van <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs ervan,” maar te “spott<strong>en</strong> met <strong>de</strong> oor<strong>de</strong>elsdag, Godzelf te<br />
hon<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verschrikking<strong>en</strong> van het gericht klein te acht<strong>en</strong>.”<br />
De aanhitser tot alle kwaad trachtte niet alle<strong>en</strong>, <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tboodschap<br />
teg<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>, maar ook <strong>de</strong> bood-schapper zelf te verdo<strong>en</strong>. Miller paste <strong>de</strong> waarheid van<br />
<strong>de</strong> Schrift op praktiese wijze toe op <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van zijn hoor<strong>de</strong>rs, berispte h<strong>en</strong> over hun<br />
zond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verontrustte h<strong>en</strong> in hun zelfg<strong>en</strong>oegzaamheid; <strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong>voudige <strong>en</strong> snijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong> wekt<strong>en</strong> hun vijandschap op. De teg<strong>en</strong>stand, die led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zijn<br />
boodschap aan <strong>de</strong> dag legd<strong>en</strong>, gaf aan <strong>de</strong> lagere klass<strong>en</strong> moed om met meer driestheid te<br />
han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>: <strong>en</strong> vijand<strong>en</strong> beraamd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> plan, om hem van het lev<strong>en</strong> te berov<strong>en</strong> bij het verlat<strong>en</strong><br />
van e<strong>en</strong> zekere plaats van sam<strong>en</strong>komst. Maar er war<strong>en</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in het gedrang, <strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> vorm van e<strong>en</strong> jonge man, nam <strong>de</strong>ze di<strong>en</strong>stknecht <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> arm, <strong>en</strong><br />
voer<strong>de</strong> hem in veiligheid buit<strong>en</strong> het bereik van het verwoe<strong>de</strong> gepeupel. Zijn werk was nog<br />
niet voltooid, <strong>en</strong> Satan <strong>en</strong> zijn bondg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in hun aanslag teleurgesteld.<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> alle teg<strong>en</strong>stand groei<strong>de</strong> <strong>de</strong> belangstelling in <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tbeweging aan.<br />
Van twintigtall<strong>en</strong> <strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>de</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> opgegaan tot ev<strong>en</strong> zoveel duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.<br />
233
De verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> breidd<strong>en</strong> zich ver uit, maar na <strong>en</strong>ige tijd op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> <strong>de</strong> geest van<br />
teg<strong>en</strong>stand zich zelfs teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze bekeerling<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> stapp<strong>en</strong> om h<strong>en</strong>, die<br />
Millers inzicht<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> kerkelike tucht te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. Deze<br />
han<strong>de</strong>lwijze lokte e<strong>en</strong> antwoord van zijn p<strong>en</strong> uit, waarin hij in e<strong>en</strong> aanspraak tot <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> van alle kerkg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong> erop aandrong, dat, indi<strong>en</strong> zijn leer vals was, m<strong>en</strong><br />
hem zijn dwaling uit <strong>de</strong> Schrift zou aanton<strong>en</strong>. “Wat hebb<strong>en</strong> we geloofd,” zei hij, “dat ons<br />
niet bevol<strong>en</strong> is te gelov<strong>en</strong> door het woord van God, hetwelk gijzelv<strong>en</strong> toegeeft, <strong>de</strong> regel <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>en</strong>ige regel te zijn van ons geloof <strong>en</strong> onze wan<strong>de</strong>l? Wat hebb<strong>en</strong> we gedaan, dat zulke<br />
heftige beschuldiging<strong>en</strong> ons treff<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van kansel <strong>en</strong> pers, <strong>en</strong> waardoor gij het<br />
recht zoudt hebb<strong>en</strong> om ons (Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong>) van uw kerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schap uit te sluit<strong>en</strong>?”<br />
“Indi<strong>en</strong> we het mis hebb<strong>en</strong>, weest dan zo goed, <strong>en</strong> wijst ons aan, waar <strong>de</strong> fout ligt. Toont ons<br />
uit Gods woord onze dwaling; we hebb<strong>en</strong> spot g<strong>en</strong>oeg geled<strong>en</strong>; dat kan ons nimmer<br />
overtuig<strong>en</strong>, dat we ongelijk hebb<strong>en</strong>; Gods woord alle<strong>en</strong> kan onze inzicht<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.<br />
Onze besluit<strong>en</strong> zijn omzichtig <strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s het bewijs, dat we er in <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> voor vond<strong>en</strong>.”<br />
De waarschuwing<strong>en</strong>,die God van eeuw tot eeuw door Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> wereld<br />
gezond<strong>en</strong> heeft, zijn te all<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> verd<strong>en</strong>king <strong>en</strong> ongeloof ontvang<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ongerechtigheid van h<strong>en</strong>, die v——r <strong>de</strong> zondvloed leefd<strong>en</strong>, Hem bewoog om e<strong>en</strong> vloed <strong>de</strong>r<br />
water<strong>en</strong> over <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maakte Hij eerst Zijn voornem<strong>en</strong> aan h<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d, opdat<br />
ze geleg<strong>en</strong>heid zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om zich af te ker<strong>en</strong> van hun boze weg<strong>en</strong>. Hon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> twintig<br />
jar<strong>en</strong> lang klonk <strong>de</strong> waarschuwing tot bekering hun in <strong>de</strong> or<strong>en</strong>, opdat Gods toorn zich niet<br />
zou behoev<strong>en</strong> te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> in hun verwoesting. Maar <strong>de</strong> boodschap sche<strong>en</strong> hun ij<strong>de</strong>le taal<br />
toe, <strong>en</strong> ze geloofd<strong>en</strong> hem niet. Overmoedig geword<strong>en</strong> in hun god<strong>de</strong>loosheid, bespott<strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
boodschapper Gods, achtt<strong>en</strong> niet op zijn smek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> beschuldigd<strong>en</strong> hem zelfs van dwaze<br />
inbeelding. Hoe durf<strong>de</strong> één man opstaan teg<strong>en</strong> al <strong>de</strong> grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>? Indi<strong>en</strong> Noachs<br />
boodschap waar was, waarom zag <strong>en</strong> geloof<strong>de</strong> <strong>de</strong> gehele wereld hem dan niet? De bewering<br />
van één man teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> wijsheid van duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>! Ze wild<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> geloof slaan aan <strong>de</strong><br />
waarschuwing, noch ook <strong>de</strong> toevlucht nem<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> ark.<br />
Spotters wez<strong>en</strong> op <strong>de</strong> gang van <strong>de</strong> natuur,— <strong>de</strong> onveran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> opvolging van <strong>de</strong><br />
jaargetijd<strong>en</strong>, op <strong>de</strong> blauwe hemel waaruit nog nooit reg<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> was, op <strong>de</strong> gro<strong>en</strong>e veld<strong>en</strong>,<br />
verfrist door <strong>de</strong> dauw van <strong>de</strong> nacht,— <strong>en</strong> ze riep<strong>en</strong> uit: “Spreekt hij niet door gelijk<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>?”<br />
In verachting verklaard<strong>en</strong> ze, dat <strong>de</strong> prediker <strong>de</strong>r gerechtigheid e<strong>en</strong> onbezonn<strong>en</strong> geestdrijver<br />
was <strong>en</strong> ze hold<strong>en</strong> voort, nog meer verdiept in hun g<strong>en</strong>otzucht, nog meer verslaafd aan hun<br />
boze weg<strong>en</strong>, dan ooit tevor<strong>en</strong>. Toch hield hun ongeloof <strong>de</strong> voorspel<strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is niet teg<strong>en</strong>.<br />
God verdroeg hun boosheid lang, <strong>en</strong> gaf hun overvloedig geleg<strong>en</strong>heid tot berouw; maar op<br />
<strong>de</strong> vastgestel<strong>de</strong> tijd bezocht Hij h<strong>en</strong>, die Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> verworp<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, met Zijn oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>.<br />
Christus verklaart, dat er e<strong>en</strong> gelijksoortig ongeloof bestaan zal aangaan<strong>de</strong> Zijn<br />
We<strong>de</strong>rkomst. Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in Noachs tijd “het niet bek<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, totdat <strong>de</strong> zondvloed<br />
kwam, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> all<strong>en</strong> wegnam; ev<strong>en</strong>zo,” in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van onze Zaligmaker, “zal ook <strong>de</strong><br />
234
toekomst van <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn.” Wanneer Gods volk, dat Hem belijdt, zich met <strong>de</strong><br />
wereld ver<strong>en</strong>igt, leeft gelijk <strong>de</strong> wereld leeft, <strong>en</strong> met h<strong>en</strong> <strong>de</strong>elneemt aan verbod<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong>s;<br />
wanneer <strong>de</strong> weel<strong>de</strong> van <strong>de</strong> wereld <strong>de</strong> weel<strong>de</strong> van <strong>de</strong> kerk wordt; wanneer <strong>de</strong><br />
huweliksklokk<strong>en</strong> vrolik luid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> all<strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>en</strong> op lange jar<strong>en</strong> van aardse voorspoed,— dan<br />
zal, met <strong>de</strong> snelheid waarme<strong>de</strong> het weerlicht aan <strong>de</strong> hemel verschiet, het ein<strong>de</strong> van hun<br />
schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> visio<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> bedriegelike verwachting<strong>en</strong> daar zijn.<br />
Ev<strong>en</strong>als God Zijn di<strong>en</strong>stknecht zond om <strong>de</strong> wereld te waarschuw<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> kom<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
vloed, zo zond Hij uitverkor<strong>en</strong> boodschappers om <strong>de</strong> aanna<strong>de</strong>ring van het laatste oor<strong>de</strong>el<br />
bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>. En ev<strong>en</strong>als Noachs tijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> spott<strong>en</strong> over <strong>de</strong> voorspelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
prediker <strong>de</strong>r gerechtigheid, zo spott<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> in Millers tijd, zelfs on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>, die beled<strong>en</strong> tot<br />
Gods volk te behor<strong>en</strong>, met <strong>de</strong> waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong>.<br />
En waarom war<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer <strong>en</strong> <strong>de</strong> prediking van Christus’ we<strong>de</strong>rkomst zo weinig welkom<br />
aan <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>? Terwijl <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> verwoesting betek<strong>en</strong>t voor <strong>de</strong><br />
god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>, br<strong>en</strong>gt die aan <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> volle vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> hoop. Deze grote waarheid is<br />
door alle tijd<strong>en</strong> he<strong>en</strong> <strong>de</strong> vertroosting van Gods getrouw<strong>en</strong> geweest; waarom is hij dan<br />
ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> Bron ervan, “e<strong>en</strong> ste<strong>en</strong> <strong>de</strong>s aanstoots <strong>en</strong> e<strong>en</strong> rots <strong>de</strong>r ergernis” geword<strong>en</strong> voor het<br />
volk, dat Hem belijdt? Het was onze Heer zelf, die Zijn discipel<strong>en</strong> beloof<strong>de</strong>: “Wanneer Ik<br />
zal he<strong>en</strong>gegaan zijn, <strong>en</strong> u plaats zal bereid hebb<strong>en</strong>, zo kome Ik we<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> zal u tot Mij<br />
nem<strong>en</strong>.” Het was <strong>de</strong> me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> Heiland, die, <strong>de</strong> verlat<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> het verdriet van Zijn<br />
volgeling<strong>en</strong> vooruit aanschouw<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> afzond om h<strong>en</strong> te troost<strong>en</strong> met <strong>de</strong> verzekering,<br />
dat Hij in persoon we<strong>de</strong>r zou kom<strong>en</strong>, gelijk Hij naar <strong>de</strong> hemel opgevar<strong>en</strong> was. Terwijl <strong>de</strong><br />
discipel<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> hemel opzag<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> laatste blik te werp<strong>en</strong> op Hem, die ze liefhadd<strong>en</strong>,<br />
werd hun aandacht getrokk<strong>en</strong> door <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: “Gij, Galilese mann<strong>en</strong>! wat staat ge <strong>en</strong> ziet<br />
op naar <strong>de</strong> hemel? Deze Jezus, die van u opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> is in <strong>de</strong> hemel, zal alzo kom<strong>en</strong>,<br />
gelijkerwijs ge Hem naar <strong>de</strong> hemel hebt zi<strong>en</strong> he<strong>en</strong>var<strong>en</strong>.” Hun hoop werd verlev<strong>en</strong>digd<br />
door <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel. De discipel<strong>en</strong> “keerd<strong>en</strong> we<strong>de</strong>r naar Jeruzalem met grote<br />
blijdschap, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> all<strong>en</strong> tijd in <strong>de</strong> tempel lov<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> dank<strong>en</strong><strong>de</strong> God.” Ze verheugd<strong>en</strong> zich,<br />
niet omdat Jezus van h<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong> was, <strong>en</strong> zij achtergelat<strong>en</strong> war<strong>en</strong> om te kamp<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
beproeving<strong>en</strong> <strong>en</strong> verleiding<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld, maar over <strong>de</strong> verzekering van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, dat Hij<br />
we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong> zou.<br />
De verkondiging van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus behoor<strong>de</strong> nu, ev<strong>en</strong>als to<strong>en</strong> het bericht<br />
door <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> her<strong>de</strong>rs van Bethlehem gebracht werd, e<strong>en</strong> tijding van grote<br />
blijdschap te zijn. Zij, die <strong>de</strong> Heiland waarlik liefhebb<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> niet an<strong>de</strong>rs dan met<br />
vreug<strong>de</strong> <strong>de</strong> aankondiging begroet<strong>en</strong>, op het woord van God gegrond, dat Hij, Die het<br />
mid<strong>de</strong>lpunt is van hun hoop op het eeuwige lev<strong>en</strong>, we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong> zal, niet om beledigd,<br />
veracht, <strong>en</strong> verworp<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, gelijk bij Zijn eerste komst, maar met macht <strong>en</strong><br />
heerlikheid, om Zijn volk te verloss<strong>en</strong>. Zij, die <strong>de</strong> Heiland niet liefhebb<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, dat Hij<br />
wegblijv<strong>en</strong> zal; <strong>en</strong> er kan ge<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong><strong>de</strong>r bewijs zijn, dat <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> zich van God hebb<strong>en</strong><br />
235
afgekeerd, dan <strong>de</strong> verbittering <strong>en</strong> vijandschap, opgewekt door <strong>de</strong>ze boodschap, welke hun<br />
uit <strong>de</strong> hemel toegezond<strong>en</strong> werd.<br />
Zij, die <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-leer aannam<strong>en</strong>, ontwaakt<strong>en</strong> tot het besef van <strong>de</strong> noodzakelikheid van<br />
berouw <strong>en</strong> verootmoediging voor God. Vel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> lange tijd gewankeld tuss<strong>en</strong> Christus<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld; nu gevoeld<strong>en</strong> ze, dat het tijd was om tot e<strong>en</strong> beslissing te kom<strong>en</strong>. “De zak<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>r eeuwigheid nam<strong>en</strong> voor h<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ongewoon werkelike gestalte aan. Ze gevoeld<strong>en</strong> zich<br />
dichter bij <strong>de</strong> Hemel, <strong>en</strong> zag<strong>en</strong>, dat ze schuldig stond<strong>en</strong> voor God.” Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
opgewekt tot e<strong>en</strong> nieuw geestelik lev<strong>en</strong>. Ze kwam<strong>en</strong> tot het bewustzijn, dat <strong>de</strong> tijd kort was,<br />
<strong>en</strong> dat, wat ze voor hun me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>, spoedig gedaan moest word<strong>en</strong>. De<br />
aar<strong>de</strong> trad op <strong>de</strong> achtergrond, <strong>de</strong> eeuwigheid sche<strong>en</strong> zich voor h<strong>en</strong> te op<strong>en</strong><strong>en</strong>; <strong>en</strong> m<strong>en</strong><br />
gevoel<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> ziel, met al wat betrekking heeft op het eeuwig wel of wee, bov<strong>en</strong> al het<br />
tij<strong>de</strong>like stond. Gods Geest rustte op h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gaf kracht aan het ernstige beroep, dat ze op<br />
hun broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zowel als op zondar<strong>en</strong> <strong>de</strong>d<strong>en</strong>, om zich voor te bereid<strong>en</strong> op <strong>de</strong> dag Gods. Het<br />
stille getuig<strong>en</strong>is van hun dageliks lev<strong>en</strong> was e<strong>en</strong> gedurige bestraffing voor vormelike <strong>en</strong><br />
ontoegewij<strong>de</strong> led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk. Die wild<strong>en</strong> niet gehin<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong> in hun jag<strong>en</strong> naar g<strong>en</strong>ot,<br />
hun hak<strong>en</strong> naar winstbejag, <strong>en</strong> hun zucht naar wereldse eer. Vandaar <strong>de</strong> vijandschap <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>stand, die er teg<strong>en</strong> het Adv<strong>en</strong>tgeloof <strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die het verkondigd<strong>en</strong>, ontstond.<br />
To<strong>en</strong> m<strong>en</strong> bevond, dat <strong>de</strong> bewijsgrond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong> niet omver te<br />
werp<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, trachtt<strong>en</strong> <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>-stan<strong>de</strong>rs het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> van het punt teg<strong>en</strong> te gaan door<br />
te ler<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> profetieën verzegeld zijn. Aldus volgd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> in <strong>de</strong> voetstapp<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> Pauselike kerk <strong>de</strong> Bijbel van het volk weghoudt, beweerd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Protestantse kerk<strong>en</strong>, dat e<strong>en</strong> belangrijk <strong>de</strong>el van het heilige woord — <strong>en</strong> wel het <strong>de</strong>el,<br />
hetwelk waarhed<strong>en</strong> aan het licht br<strong>en</strong>gt, die in het biezon<strong>de</strong>r van toepassing zijn op onze<br />
tijd — niet verstaan kon word<strong>en</strong>. Predikers <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te verklaard<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> profetieën van<br />
Daniël <strong>en</strong> <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring onbegrijpelike verborg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Maar Christus verwees Zijn<br />
discipel<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Profeet Daniël met betrekking tot gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die in<br />
hun tijd zoud<strong>en</strong> plaats vind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> sprak: “Die het leest, die merke daarop!” En <strong>de</strong> bewering,<br />
dat <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring e<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>heid is, die niet verstaan kan word<strong>en</strong>, wordt<br />
teg<strong>en</strong>gesprok<strong>en</strong> door <strong>de</strong> titel van het boek zelf: “De Op<strong>en</strong>baring van Jezus Christus, die God<br />
Hem gegev<strong>en</strong> heeft, om aan Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> te ton<strong>en</strong> <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, die haast geschied<strong>en</strong><br />
moet<strong>en</strong>. . . . Zalig is hij, die leest, <strong>en</strong> zijn zij, die hor<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze profetie, <strong>en</strong> die<br />
bewar<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> daarin geschrev<strong>en</strong> is; want <strong>de</strong> tijd is nabij.”<br />
De profeet zegt: “Zalig is hij, die leest”—er zijn <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong>, die niet will<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>; <strong>de</strong><br />
zeg<strong>en</strong> is niet voor h<strong>en</strong>. “En zij, die hor<strong>en</strong>”—er zijn er ook sommig<strong>en</strong>, die weiger<strong>en</strong> iets<br />
aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> profetieën te hor<strong>en</strong>; <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> is voor die klasse niet. “En bewar<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong><br />
daarin geschrev<strong>en</strong> is”—vel<strong>en</strong> weiger<strong>en</strong>, om acht te slaan op <strong>de</strong> waarschuwing<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />
on<strong>de</strong>rwijs, dat <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring bevat; ge<strong>en</strong> van <strong>de</strong>z<strong>en</strong> kann<strong>en</strong> aanspraak mak<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
beloof<strong>de</strong> zeg<strong>en</strong>. All<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetie belachelik mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> spott<strong>en</strong> met<br />
<strong>de</strong> beeld<strong>en</strong>, die hier op plechtige wijze word<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>; all<strong>en</strong>, die weiger<strong>en</strong> om hun<br />
236
lev<strong>en</strong> te hervorm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich voor te bereid<strong>en</strong> op <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong><br />
ongezeg<strong>en</strong>d blijv<strong>en</strong>. Hoe durv<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring e<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>heid is,<br />
die niet door m<strong>en</strong>selik verstand kan word<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong>, met het oog op het getuig<strong>en</strong>is, dat<br />
on<strong>de</strong>r Ingeving di<strong>en</strong>aangaan<strong>de</strong> is uitgesprok<strong>en</strong>? Het is e<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> verborg<strong>en</strong>heid, e<strong>en</strong><br />
geop<strong>en</strong>d boek. Het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring vestigt <strong>de</strong> aandacht op <strong>de</strong> profetieën van<br />
Daniël, <strong>en</strong> bei<strong>de</strong> bied<strong>en</strong> uiterst gewichtige lering aan, door God aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>,<br />
aangaan<strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, welke plaats zull<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> sluiting van <strong>de</strong><br />
wereldgeschied<strong>en</strong>is.<br />
Aan Johannes werd<strong>en</strong> tonel<strong>en</strong> van het allergrootste belang in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding van <strong>de</strong><br />
kerk geop<strong>en</strong>baard. Hij aan-schouw<strong>de</strong> <strong>de</strong> toestand, <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong>, <strong>de</strong> strijd, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ein<strong>de</strong>like<br />
verlossing van Gods volk. Hij tek<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> laatste boodschapp<strong>en</strong> op, waardoor <strong>de</strong> oogst van<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gerijpt moet word<strong>en</strong>, hetzij als schov<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> hemelse kor<strong>en</strong>schuur, of als<br />
brandhout voor het vuur <strong>de</strong>r vernieling. On<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong> van ontzaglik belang werd<strong>en</strong> aan hem<br />
geop<strong>en</strong>baard, voornamelik ter wille van <strong>de</strong> laatste kerk, opdat zij, die zich van <strong>de</strong> dwaling<br />
tot <strong>de</strong> waarheid zoud<strong>en</strong> ker<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>rricht mocht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> strijd,<br />
die hun te wacht<strong>en</strong> stond<strong>en</strong>. Niemand behoeft in duisternis te verker<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t hetge<strong>en</strong> op<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> plaats zal vind<strong>en</strong>.<br />
Waarom dan <strong>de</strong>ze algem<strong>en</strong>e onwet<strong>en</strong>dheid omtr<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> belangrijk ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e Schrift? Waarom <strong>de</strong>ze algem<strong>en</strong>e weerzin om te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, wat erin geleerd<br />
wordt ? Het is het gevolg van e<strong>en</strong> bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> poging van <strong>de</strong> vorst <strong>de</strong>r duisternis om voor <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te verberg<strong>en</strong> hetge<strong>en</strong> zijn bedrog zou op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong>ze red<strong>en</strong> spreekt Christus,<br />
die <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring gegev<strong>en</strong> heeft, <strong>de</strong> strijd voorzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, die er gevoerd zou word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het<br />
on<strong>de</strong>rzoek van dit Boek, e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> uit over all<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetie zoud<strong>en</strong><br />
lez<strong>en</strong>, hor<strong>en</strong> <strong>en</strong> bewar<strong>en</strong>.<br />
237
Hoofdstuk 19 — Licht in <strong>de</strong> Duisternis<br />
Gods werk op aar<strong>de</strong> vertoont door alle eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> e<strong>en</strong> treff<strong>en</strong><strong>de</strong> gelijkvormigheid in<br />
ie<strong>de</strong>re grote hervorming of godsdi<strong>en</strong>stige beweging. De grondregels, waarnaar God met <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> han<strong>de</strong>lt, zijn altijd <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>. De belangrijke beweging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige tijd<br />
zijn e<strong>en</strong> weerga van die van vroegere eeuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding van <strong>de</strong> kerk in vervlog<strong>en</strong><br />
tijd<strong>en</strong> bevat less<strong>en</strong> van grote waar<strong>de</strong> voor onze eig<strong>en</strong> tijd.<br />
Er is ge<strong>en</strong> waarheid, die <strong>de</strong> Bijbel dui<strong>de</strong>liker leert, dan dat God door Zijn heilige Geest<br />
Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> op aar<strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re leiding sch<strong>en</strong>kt in <strong>de</strong> grote beweging<strong>en</strong>, waardoor<br />
het verlossingswerk voortgezet wordt. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn werktuig<strong>en</strong> in Gods hand, die door<br />
Hem gebruikt word<strong>en</strong> om Zijn doeleind<strong>en</strong> van g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> barmhartigheid te bereik<strong>en</strong>.<br />
Ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el, waarvoor hij te zorg<strong>en</strong> heeft; aan ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> zekere mate<br />
van licht geschonk<strong>en</strong>, pass<strong>en</strong>d voor <strong>de</strong> vereist<strong>en</strong> van zijn tijd, <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> om hem in staat<br />
te stell<strong>en</strong>, het werk te verricht<strong>en</strong>, dat God hem te do<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> heeft. Maar ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s,<br />
hoezeer ook door <strong>de</strong> Hemel begunstigd, heeft het grote verlossingsplan ooit volkom<strong>en</strong><br />
begrep<strong>en</strong>, of zelfs meer dan t<strong>en</strong> <strong>de</strong>le beseft, wat <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like bedoeling is met het werk<br />
voor zijn eig<strong>en</strong> tijd. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong> niet t<strong>en</strong> volle wat God w<strong>en</strong>st te weeg te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />
door het werk, dat Hij hun te do<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> heeft; ze beseff<strong>en</strong> niet volkom<strong>en</strong> het gewicht<br />
van <strong>de</strong> boodschap, die ze in Zijn naam overbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
“Zult gij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeking Gods vind<strong>en</strong>? Zult gij tot <strong>de</strong> volmaaktheid toe <strong>de</strong> Almachtige<br />
vind<strong>en</strong>?” “Mijn gedacht<strong>en</strong> zijn niet ulie<strong>de</strong>r gedacht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uw weg<strong>en</strong> zijn niet Mijn weg<strong>en</strong>,<br />
spreekt <strong>de</strong> Heer. Want gelijk <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> hoger zijn dan <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, alzo zijn Mijn weg<strong>en</strong><br />
hoger dan uw weg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Mijn gedacht<strong>en</strong> dan ulie<strong>de</strong>r gedacht<strong>en</strong>.” “Ik b<strong>en</strong> God, <strong>en</strong> er is ge<strong>en</strong><br />
God meer, <strong>en</strong> er is niet gelijk Ik; Die van d<strong>en</strong> beginne aan verkondig het ein<strong>de</strong>, <strong>en</strong> vanouds<br />
af die ding<strong>en</strong>, die nog niet geschied zijn.”<br />
Zelfs <strong>de</strong> profet<strong>en</strong>, begaafd met e<strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>re verlichting van <strong>de</strong> Geest, begrep<strong>en</strong> niet<br />
volkom<strong>en</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong>, die hun toevertrouwd werd<strong>en</strong>. De betek<strong>en</strong>is<br />
ervan zou van eeuw tot eeuw geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>, naarmate het volk Gods <strong>de</strong> lering, die<br />
erin vervat was, zou behoev<strong>en</strong>. Petrus, over <strong>de</strong> zaligheid schrijv<strong>en</strong><strong>de</strong>, die door het evangelie<br />
aan het licht gebracht wordt, zegt : Van welke zaligheid “<strong>de</strong> profet<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvraagd <strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rzocht hebb<strong>en</strong>, die geprofeteerd hebb<strong>en</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, aan u geschied; on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
op welke, of hoedanige tijd <strong>de</strong> Geest van Christus, die in h<strong>en</strong> was, beduid<strong>de</strong> <strong>en</strong> tevor<strong>en</strong><br />
getuig<strong>de</strong> het lijd<strong>en</strong>, dat op Christus kom<strong>en</strong> zou, <strong>en</strong> <strong>de</strong> heerlikheid daarna volg<strong>en</strong><strong>de</strong>. Aan<br />
<strong>de</strong>welk<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard is, dat ze niet zichzelv<strong>en</strong>, maar ons bedi<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong>.”<br />
Maar hoewel het niet aan <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> was, <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, die hun geop<strong>en</strong>baard<br />
werd<strong>en</strong>, volkom<strong>en</strong> te verstaan, trachtt<strong>en</strong> ze ernstig al het licht te verkrijg<strong>en</strong>, dat het Go<strong>de</strong><br />
behaagd had te lat<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>. Ze “on<strong>de</strong>rvraagd<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong>,” “on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong><strong>de</strong>, op<br />
238
welke of hoedanige tijd <strong>de</strong> Geest van Christus, die in h<strong>en</strong> was, beduid<strong>de</strong> <strong>en</strong> tevor<strong>en</strong><br />
getuig<strong>de</strong>.” Welk e<strong>en</strong> les voor Gods volk in <strong>de</strong> Christelike be<strong>de</strong>ling, te wier behoeve <strong>de</strong>ze<br />
profetieën aan Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>! “Aan <strong>de</strong>welk<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard is, dat ze<br />
niet zichzelv<strong>en</strong>, maar ons bedi<strong>en</strong>d<strong>en</strong>.” Laat ons nagaan, hoe <strong>de</strong>ze heilige mann<strong>en</strong> Gods<br />
“on<strong>de</strong>rvraagd<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong>” aangaan<strong>de</strong> op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong>, die hun gegev<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voor<br />
nog ongebor<strong>en</strong> geslacht<strong>en</strong>.<br />
Vergelijkt hun heilige ijver met <strong>de</strong> trage onachtzaamheid, waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> begunstigd<strong>en</strong> uit<br />
latere tijd<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze hemelse gave beschouw<strong>en</strong>. Welk e<strong>en</strong> terechtwijzing voor <strong>de</strong><br />
gemakzuchtige, wereldliev<strong>en</strong><strong>de</strong> onverschilligheid, die er zich me<strong>de</strong> tevred<strong>en</strong> stelt, te<br />
verklar<strong>en</strong> dat <strong>de</strong> profetieën niet verstaan kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Ofschoon het eindige verstand van<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet bevoegd is, om <strong>de</strong> raadslag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Oneindige binn<strong>en</strong> te dring<strong>en</strong>, of <strong>de</strong><br />
uitwerking van Zijn voornem<strong>en</strong>s volkom<strong>en</strong> te begrijp<strong>en</strong>, toch is het m<strong>en</strong>igmaal t<strong>en</strong> gevolge<br />
van <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re dwaling of nalatigheid aan hun zij<strong>de</strong>, dat ze <strong>de</strong> boodschapp<strong>en</strong> <strong>de</strong>s<br />
Hemels zo ondui<strong>de</strong>lik verstaan. Niet zeld<strong>en</strong> is het verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs van<br />
Gods di<strong>en</strong>sknecht<strong>en</strong>, z— verblind door m<strong>en</strong>selike beschouwing<strong>en</strong>, 2 Petrus 1:10-12. Door<br />
overlevering<strong>en</strong> <strong>en</strong> valse leer van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, dat ze slechts t<strong>en</strong> <strong>de</strong>le in staat zijn om <strong>de</strong> grote<br />
ding<strong>en</strong> te vatt<strong>en</strong>, die Hij in Zijn woord geop<strong>en</strong>baard heeft. Zulks was het geval met <strong>de</strong><br />
discipel<strong>en</strong> van Christus, zelfs to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heiland in persoon met h<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong>. De algem<strong>en</strong>e<br />
opvatting van <strong>de</strong> Messias, als e<strong>en</strong> aards vorst, die Israël verheff<strong>en</strong> zou tot <strong>de</strong> troon van e<strong>en</strong><br />
wereldrijk, had hun hart vervuld, <strong>en</strong> ze kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van Zijn woord<strong>en</strong>, waarin Hij<br />
Zijn lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> sterv<strong>en</strong> voorspel<strong>de</strong>, niet verstaan.<br />
Ze <strong>de</strong>d<strong>en</strong> hun plicht door het Joodse volk het aanbod <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> te do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op <strong>de</strong> eig<strong>en</strong><br />
tijd, to<strong>en</strong> ze verwachtt<strong>en</strong> hun Heer <strong>de</strong> troon van David te zi<strong>en</strong> bestijg<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> ze het<br />
aanschouw<strong>en</strong>, dat Hij als e<strong>en</strong> boosdo<strong>en</strong>er gegrep<strong>en</strong>, gegeseld, bespot, veroor<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> aan<br />
het kruis van Golgotha verhoogd werd. Welk e<strong>en</strong> wanhoop <strong>en</strong> zielsangst verscheur<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze discipel<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> dag<strong>en</strong>, die hun Heer in <strong>de</strong> groeve doorbracht!<br />
Christus zelf had h<strong>en</strong> uitgezond<strong>en</strong> met <strong>de</strong> boodschap: “De tijd is vervuld, <strong>en</strong> het koninkrijk<br />
Gods nabij gekom<strong>en</strong>; bekeert u, <strong>en</strong> gelooft het evangelie.” Die boodschap grond<strong>de</strong> zich op<br />
<strong>de</strong> profetie van Daniël 9. De neg<strong>en</strong> <strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel verklaard als<br />
reik<strong>en</strong><strong>de</strong> tot aan <strong>de</strong> “Messias, <strong>de</strong> Vorst,” <strong>en</strong> met hooggespann<strong>en</strong> hoop <strong>en</strong> blij<strong>de</strong><br />
verwachting<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> uit naar <strong>de</strong> oprichting van het koninkrijk van <strong>de</strong> Messias<br />
te Jeruzalem, om over <strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong> te heers<strong>en</strong>.<br />
Ze verkondigd<strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap, die Christus hun had toevertrouwd, ofschoon zijzelv<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is ervan verkeerd begrep<strong>en</strong>. Terwijl hun aankondiging zich op Dan. 9:25 grond<strong>de</strong>,<br />
zag<strong>en</strong> ze in het volg<strong>en</strong><strong>de</strong> vers van hetzelf<strong>de</strong> hoofdstuk niet, dat <strong>de</strong> Messias uitgeroeid zou<br />
word<strong>en</strong>. Van hun geboorte af aan hadd<strong>en</strong> ze het hart gezet op <strong>de</strong> heerlikheid, die van e<strong>en</strong><br />
aards koninkrijk te verwacht<strong>en</strong> was, <strong>en</strong> dit verblind<strong>de</strong> hun verstand voor <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re<br />
punt<strong>en</strong> in <strong>de</strong> voorzegging, zowel als voor <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Christus. Christus was op <strong>de</strong><br />
juiste tijd <strong>en</strong> wijze gekom<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> profetie voorspeld was. Het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift<br />
239
was in ie<strong>de</strong>re biezon<strong>de</strong>rheid van Zijn bedi<strong>en</strong>ing vervuld. Hij had <strong>de</strong> boodschap <strong>de</strong>r zaligheid<br />
gepredikt, <strong>en</strong> “Zijn woord was met macht.” De hart<strong>en</strong> van Zijn hoor<strong>de</strong>rs hadd<strong>en</strong> getuigd, dat<br />
het uit <strong>de</strong> Hemel was. Het Woord <strong>en</strong> <strong>de</strong> Geest Gods staafd<strong>en</strong> <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like opdracht van<br />
Zijn Zoon. De discipel<strong>en</strong> hing<strong>en</strong> nog met onverflauw<strong>de</strong> g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid aan hun gelief<strong>de</strong><br />
Meester. En toch war<strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> in onzekerheid <strong>en</strong> twijfel gehuld. In hun zielsangst<br />
herinnerd<strong>en</strong> ze zich to<strong>en</strong> niet <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Christus, die he<strong>en</strong>wez<strong>en</strong> op Zijn lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
sterv<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> Jezus van Nazareth <strong>de</strong> ware Messias geweest was, zoud<strong>en</strong> zijn dan aldus in<br />
droefheid <strong>en</strong> teleurstelling gedompeld zijn? Dit was <strong>de</strong> vraag, die hun ziel<strong>en</strong> teister<strong>de</strong>,<br />
terwijl <strong>de</strong> Heiland in het graf lag, al <strong>de</strong> hopeloze ur<strong>en</strong> van die Sabbat, die er verliep<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />
Zijn dood <strong>en</strong> Zijn opstanding.<br />
Ofschoon <strong>de</strong>ze volgeling<strong>en</strong> van Jezus in e<strong>en</strong> donkere nacht van droef<strong>en</strong>is gehuld lag<strong>en</strong>,<br />
war<strong>en</strong> ze toch niet verlat<strong>en</strong>. De profeet zegt: “Wanneer ik in duisternis zal gezet<strong>en</strong> zijn, zal<br />
<strong>de</strong> Heer me e<strong>en</strong> licht zijn. . . . Hij zal me uitbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> aan het licht, ik zal mijn lust zi<strong>en</strong> aan<br />
Zijn gerechtigheid.„ “Ook verduistert <strong>de</strong> duisternis voor U niet; maar <strong>de</strong> nacht licht als <strong>de</strong><br />
dag, <strong>de</strong> duisternis is als het licht.” God heeft gesprok<strong>en</strong>: “Voor <strong>de</strong> oprecht<strong>en</strong> gaat het licht<br />
op in <strong>de</strong> duister-nis.” “Ik zal <strong>de</strong> blind<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> door <strong>de</strong> weg, die ze niet gewet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>; Ik<br />
zal ze do<strong>en</strong> tred<strong>en</strong> door <strong>de</strong> pad<strong>en</strong>, die ze niet gewet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Ik zal <strong>de</strong> duisternis voor hun<br />
aangezicht tot licht mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het kromme tot recht. Deze ding<strong>en</strong> zal Ik hun do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Ik zal<br />
h<strong>en</strong> niet verlat<strong>en</strong>.”<br />
De aankondiging, die door <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> was geschied, was in alle<br />
biezon<strong>de</strong>rhed<strong>en</strong> juist, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, waarop hij he<strong>en</strong> wees, grep<strong>en</strong> to<strong>en</strong> juist plaats.<br />
“De tijd is vervuld, het koninkrijk Gods in nabij gekom<strong>en</strong>,” was hun boodschap geweest.<br />
Aan het ein<strong>de</strong> van “<strong>de</strong> tijd”— <strong>de</strong> neg<strong>en</strong> <strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong> van Daniël 9, die zich zoud<strong>en</strong> uitstrekk<strong>en</strong><br />
tot <strong>de</strong> Messias, “<strong>de</strong> Gezalf<strong>de</strong>”—had Christus <strong>de</strong> zalving van <strong>de</strong> Geest ontvang<strong>en</strong> na<br />
Zijn doop door Johannes in <strong>de</strong> Jordaan. En het “koninkrijk Gods”, hetwelk ze verklaard<br />
hadd<strong>en</strong> nabij te zijn, werd door <strong>de</strong> dood van Christus opgericht. Dit rijk was niet, zoals ze<br />
geleerd hadd<strong>en</strong> te gelov<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> aards koninkrijk. Ook was het niet dat toekomstige,<br />
onver<strong>de</strong>rfelike koninkrijk, dat gesticht zal word<strong>en</strong>, wanneer “het rijk <strong>en</strong> <strong>de</strong> heerschappij, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> grootheid van <strong>de</strong> koninkrijk<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> ganse hemel zal gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan bet volk<br />
van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hoge plaats<strong>en</strong>;” dat eeuwige koninkrijk, waarin “alle heerschappij<strong>en</strong><br />
Hem zull<strong>en</strong> er<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>.”<br />
De uitdrukking “koninkrijk Gods,” zoals die in <strong>de</strong> Bijbel gebezigd wordt, wordt gebruikt<br />
om zowel het koninkrijk <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> als het koninkrijk <strong>de</strong>r heerlikheid aan te duid<strong>en</strong>. Het<br />
koninkrijk <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> wordt door Paulus in <strong>de</strong> brief aan <strong>de</strong> Hebreeën beschrev<strong>en</strong>. Na op<br />
Christus, <strong>de</strong> barmhartige Mid<strong>de</strong>laar, gewez<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, “die me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong> heeft met onze<br />
zwakhed<strong>en</strong>,” zegt <strong>de</strong> apostel: “Laat ons dan met vrijmoedigheid toegaan tot <strong>de</strong> troon <strong>de</strong>r<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, opdat we barmhartigheid mog<strong>en</strong> verkrijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> vind<strong>en</strong>.” De troon <strong>de</strong>r<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> stelt het koninkrijk <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> voor; want het bestaan van e<strong>en</strong> troon veron<strong>de</strong>rstelt<br />
ook het bestaan van e<strong>en</strong> koninkrijk. In vele van Zijn gelijk<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> gebruikt Christus <strong>de</strong><br />
240
uitdrukking “het koninkrijk <strong>de</strong>r hemel<strong>en</strong>,” om het werk van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> op <strong>de</strong><br />
hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan te duid<strong>en</strong>.<br />
Alzo ook betek<strong>en</strong>t <strong>de</strong> troon <strong>de</strong>r heerlikheid het koninkrijk <strong>de</strong>r heerlikheid, <strong>en</strong> op dit<br />
koninkrijk wordt gedoeld in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland: “Wanneer <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
kom<strong>en</strong> zal in Zijn heerlikheid, <strong>en</strong> al <strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> met Hem, dan zal Hij zitt<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
troon van Zijn heerlikheid; <strong>en</strong> v——r Hem zull<strong>en</strong> al <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>.” Dit<br />
koninkrijk is nog in <strong>de</strong> toekomst. Het zal niet gesticht word<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van<br />
Christus.<br />
Het koninkrijk <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> werd onmid<strong>de</strong>llik na <strong>de</strong> val van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s opgericht, to<strong>en</strong> er<br />
e<strong>en</strong> plan werd beraamd voor <strong>de</strong> verlossing van het zondige geslacht. Het bestond to<strong>en</strong> in het<br />
voornem<strong>en</strong> <strong>en</strong> door <strong>de</strong> belofte Gods; <strong>en</strong> door het geloof kon <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s er on<strong>de</strong>rdaan van<br />
word<strong>en</strong>. Toch werd het niet wez<strong>en</strong>lik bevestigd, voordat Christus gestorv<strong>en</strong> was. Zelfs nadat<br />
Hij Zijn aardse bedi<strong>en</strong>ing op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> had, zou <strong>de</strong> Heiland, uitgeput door <strong>de</strong><br />
hardnekkigheid <strong>en</strong> ondankbaarheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, zich van het offer op Golgotha terug<br />
hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> trekk<strong>en</strong>. In Gethsemané tril<strong>de</strong> <strong>de</strong> bittere beker in Zijn hand. Zelfs to<strong>en</strong> nog<br />
had Hij zich het bloedzweet van het voorhoofd kunn<strong>en</strong> wiss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het schuldig<br />
m<strong>en</strong>segeslacht kunn<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> omkom<strong>en</strong> in zijn god<strong>de</strong>loosheid. Had Hij dit gedaan, er had<br />
ge<strong>en</strong> verlossing kunn<strong>en</strong> zijn voor <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sheid. Maar to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heiland Zijn lev<strong>en</strong><br />
afleg<strong>de</strong>, <strong>en</strong> met Zijn laatste a<strong>de</strong>mtocht uitriep: “Het is volbracht,” to<strong>en</strong> was <strong>de</strong> uitvoering<br />
van het verlossingsplan verzekerd. De belofte van <strong>de</strong> zaligheid, aan het zondige paar in<br />
Ed<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, was bekrachtigd. Het koninkrijk <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, dat tevor<strong>en</strong> bestaan had door <strong>de</strong><br />
belofte Gods, werd to<strong>en</strong> bevestigd.<br />
Aldus gaf <strong>de</strong> dood van Christus — juist die gebeurt<strong>en</strong>is, welke <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />
beschouwd als <strong>de</strong> ein<strong>de</strong>like vernietiging van hun hoop — hun voor eeuwig <strong>de</strong> verzekering<br />
ervan. Terwijl hij hun e<strong>en</strong> wre<strong>de</strong> teleurstelling berokk<strong>en</strong><strong>de</strong>, was hij het grootste bewijs, dat<br />
hun geloof zich niet had vergist. De gebeurt<strong>en</strong>is, die h<strong>en</strong> met rouw <strong>en</strong> wanhoop had vervuld,<br />
was <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>, die e<strong>en</strong> <strong>de</strong>ur <strong>de</strong>r hope op<strong>en</strong><strong>de</strong> voor ie<strong>de</strong>r kind van Adam, <strong>en</strong> die het<br />
mid<strong>de</strong>lpunt vorm<strong>de</strong> van het toekomstige lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> eeuwige gelukzaligheid van al Gods<br />
getrouw<strong>en</strong> in alle eeuw<strong>en</strong>.<br />
Voornem<strong>en</strong>s van oneindige barmhartigheid bereikt<strong>en</strong> hun vervulling door <strong>de</strong><br />
teleurstelling van <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong>. Terwijl hun hart<strong>en</strong> zich gewonn<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> leer van Hem, Die “sprak, gelijk nooit e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s gesprok<strong>en</strong> had,”<br />
was toch nog met het reine goud van hun lief<strong>de</strong> tot Jezus, het lage allooi van wereldse trots<br />
<strong>en</strong> zelfzuchtige eerzucht verm<strong>en</strong>gd. Zelfs in <strong>de</strong> zaal, waar het pascha g<strong>en</strong>uttigd werd, in die<br />
plechtige ure, to<strong>en</strong> hun Meester reeds <strong>de</strong> schaduw<strong>en</strong> van Gethsemané binn<strong>en</strong>trad, was er<br />
“twisting on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>, wie van h<strong>en</strong> <strong>de</strong> meeste zou zijn.” Hun visio<strong>en</strong> was vol van <strong>de</strong> troon, <strong>de</strong><br />
kroon, <strong>en</strong> <strong>de</strong> heerlikheid, terwijl onmid<strong>de</strong>llik v——r h<strong>en</strong> lag<strong>en</strong> <strong>de</strong> verne<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> zielsangst<br />
van <strong>de</strong> hof, <strong>de</strong> gerichtszaal, het kruis van Golgotha. Het was <strong>de</strong> trots van hun hart, hun dorst<br />
241
naar wereldse heerlikheid, welke er h<strong>en</strong> toe gebracht had, zo hardnekkig te hang<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
valse leer van hun tijd, <strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland over het hoffd te zi<strong>en</strong>, die zo dui<strong>de</strong>lik<br />
<strong>de</strong> ware aard van Zijn koninkrijk aantoond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op Zijn zielsangst <strong>en</strong> dood wez<strong>en</strong>.<br />
En <strong>de</strong>ze dwaling<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> tot gevolg <strong>de</strong> beproeving — zwaar, maar nodig — die God<br />
over h<strong>en</strong> toeliet, om h<strong>en</strong> terecht te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ofschoon <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van hun<br />
boodschap misverstaan hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tekort war<strong>en</strong> geschot<strong>en</strong> in <strong>de</strong> verwez<strong>en</strong>liking van hun<br />
verwachting<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> ze toch <strong>de</strong> waarschuwing gepredikt, die God hun gegev<strong>en</strong> had, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Heer wil<strong>de</strong> hun geloof belon<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun gehoorzaamheid er<strong>en</strong>. Aan h<strong>en</strong> zou het werk<br />
toevertrouwd word<strong>en</strong> om aan alle volk<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste tijding te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van het heerlike<br />
evangelie van hun verrez<strong>en</strong> Heer. En om h<strong>en</strong> op dit werk voor te bereid<strong>en</strong>, werd <strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rvinding, die hun zo bitter toesche<strong>en</strong>, over h<strong>en</strong> beschikt.<br />
Na Zijn opstanding versche<strong>en</strong> Jezus aan Zijn discipel<strong>en</strong> op weg naar Emmaus, <strong>en</strong><br />
“begonn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> met Mozes <strong>en</strong> van al <strong>de</strong> profet<strong>en</strong>, leg<strong>de</strong> Hij hun uit in al <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>,<br />
hetge<strong>en</strong> van Hemgeschrev<strong>en</strong> was.” De hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bewog<strong>en</strong>. Hun<br />
geloof werd we<strong>de</strong>r aangewakkerd. Ze werd<strong>en</strong> “we<strong>de</strong>rgebor<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> hoop,” zelfs<br />
voordat Jezus zich aan h<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard had. Zijn doel was, hun verstand te verlicht<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
hun geloof te vestig<strong>en</strong> op het “vaste woord van <strong>de</strong> profetie.” Hij wil<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> waarheid<br />
vaste wortel zou schiet<strong>en</strong> in hun hart<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong> omdat die door Zijn persoonlik<br />
getuig<strong>en</strong>is werd gestaafd, maar om het ongetwijfeld bewijs, dat door <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
voorafschaduwing<strong>en</strong> van <strong>de</strong> typiese wet, <strong>en</strong> door <strong>de</strong> profetieën van het Ou<strong>de</strong> Testam<strong>en</strong>t<br />
gegev<strong>en</strong> werd. Het was nodig voor <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus, e<strong>en</strong> geloof te hebb<strong>en</strong>, waar<br />
ze rek<strong>en</strong>schap van gev<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong> in hun eig<strong>en</strong> belang, maar opdat ze <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis<br />
van Christus aan <strong>de</strong> wereld zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. En als <strong>de</strong> allereerste schre<strong>de</strong> in het<br />
me<strong>de</strong><strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze k<strong>en</strong>nis, wees Jezus Zijn discipel<strong>en</strong> op “Mozes <strong>en</strong> <strong>de</strong> profet<strong>en</strong>.” Dit was<br />
het getuig<strong>en</strong>is, dat door <strong>de</strong> verrez<strong>en</strong> Heiland over <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>en</strong> belangrijkheid van <strong>de</strong><br />
geschrift<strong>en</strong> van het Ou<strong>de</strong> Testam<strong>en</strong>t gegev<strong>en</strong> werd.<br />
Welk e<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>ring werd er in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> gewrocht, to<strong>en</strong> ze hun<br />
Meester we<strong>de</strong>rom in het gelief<strong>de</strong> aangezicht blikt<strong>en</strong>! In vollere <strong>en</strong> hogere zin dan ooit<br />
tevor<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ze “Die gevond<strong>en</strong>, van welke Mozes in <strong>de</strong> wet geschrev<strong>en</strong> heeft, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
profet<strong>en</strong>.” De onzekerheid, <strong>de</strong> zielsangst, <strong>de</strong> wanhoop maakt<strong>en</strong> plaats voor volkom<strong>en</strong><br />
zekerheid, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> onbewolkt geloof. Was het e<strong>en</strong> won<strong>de</strong>r dat ze na Zijn hemelvaart “alle tijd<br />
in <strong>de</strong> tempel war<strong>en</strong>, lov<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> dank<strong>en</strong><strong>de</strong> God?” Het volk, dat slechts k<strong>en</strong>nis droeg van <strong>de</strong><br />
sma<strong>de</strong>like dood van <strong>de</strong> Heiland, verwachtte, op hun gelaat <strong>de</strong> uitdrukking van verdriet,<br />
ontstelt<strong>en</strong>is <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rlaag te bespeur<strong>en</strong>; maar ze laz<strong>en</strong> er blijdschap <strong>en</strong> triomf. Welk e<strong>en</strong><br />
voorbereiding hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze discipel<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong> voor het werk, dat v——r h<strong>en</strong> lag! Ze<br />
war<strong>en</strong> door <strong>de</strong> bitterste beproeving he<strong>en</strong>gegaan, die hun met mogelikheid had kunn<strong>en</strong><br />
treff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, hoe Gods woord, to<strong>en</strong> alles voor het m<strong>en</strong>selik oog geheel <strong>en</strong> al<br />
verlor<strong>en</strong> had gesch<strong>en</strong><strong>en</strong>, zegevier<strong>en</strong>d bewaarheid was geword<strong>en</strong>.<br />
242
Wat kon van nu aan hun geloof schokk<strong>en</strong>, of <strong>de</strong> gloed van hun lief<strong>de</strong> verkoel<strong>en</strong>? In het<br />
griev<strong>en</strong>dst verdriet hadd<strong>en</strong> ze “e<strong>en</strong> sterke vertroosting,” <strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoop, als “e<strong>en</strong> anker van <strong>de</strong><br />
ziel, hetwelk zeker <strong>en</strong> vast is.” Ze war<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> geweest van <strong>de</strong> wijsheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht<br />
Gods, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> “verzekerd, dat noch dood, noch lev<strong>en</strong>, noch <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, noch overhed<strong>en</strong>, noch<br />
macht<strong>en</strong>, noch teg<strong>en</strong>woordige, noch toekom<strong>en</strong><strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, noch hoogte, noch diepte, noch<br />
<strong>en</strong>ig an<strong>de</strong>r schepsel” h<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> scheid<strong>en</strong> van “<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> Gods, welke is in Christus<br />
Jezus, onze Heer.” “In dit alles,” zeid<strong>en</strong> ze, “zijn we meer dan overwinnaars, door Hem, Die<br />
ons heeft liefgehad.” “Het woord <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> bestaat in eeuwigheid.” En “wie is het, die<br />
verdoemt? Christus is het, Die gestorv<strong>en</strong> is: ja, wat meer is, Die ook opgewekt is, Die ook<br />
ter rechterhand Gods is, Die ook voor ons bidt.”<br />
De Heer zegt: “Mijn volk zal niet beschaamd word<strong>en</strong> tot in eeuwigheid.” “Des avonds<br />
vernacht het gewe<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong>s morg<strong>en</strong>s is er gejuich.” To<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze discipel<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heiland op<br />
Zijn opstandingsdag ontmoett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> in h<strong>en</strong> brandd<strong>en</strong>; to<strong>en</strong> ze naar Zijn woord<strong>en</strong><br />
luisterd<strong>en</strong>; to<strong>en</strong> ze Zijn hoofd, Zijn hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> voet<strong>en</strong> aanschouwd<strong>en</strong>, die voor h<strong>en</strong> verwond<br />
war<strong>en</strong>; to<strong>en</strong> Jezus h<strong>en</strong> v——r Zijn hemelvaart buit<strong>en</strong> leid<strong>de</strong> tot aan Bethanië, <strong>en</strong> Zijn<br />
hand<strong>en</strong> opheff<strong>en</strong><strong>de</strong> h<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> hun gelastte: “Gaat he<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gehele wereld, predikt<br />
het evangelie,” erbij voeg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Ziet, Ik b<strong>en</strong> met ulied<strong>en</strong> al <strong>de</strong> dag<strong>en</strong>;” to<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
Pinksterdag <strong>de</strong> beloof<strong>de</strong> Trooster ne<strong>de</strong>rdaal<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht uit <strong>de</strong> hoge gegev<strong>en</strong> werd, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> trild<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bewuste teg<strong>en</strong>woordigheid van hun opgevar<strong>en</strong><br />
Heer,— zoud<strong>en</strong> ze to<strong>en</strong>, zelfs to<strong>en</strong>, schoon hun pad als het Zijne door opoffering<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
martelaarschap he<strong>en</strong> voer<strong>de</strong>, <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van het evangelie van Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, met <strong>de</strong> “kroon<br />
<strong>de</strong>r gerechtigheid,” die ze ontvang<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> bij Zijn we<strong>de</strong>rkomst, hebb<strong>en</strong> will<strong>en</strong> ruil<strong>en</strong> voor<br />
<strong>de</strong> heerlikheid van e<strong>en</strong> aardse troon, welke hun hoop uitmaakte, to<strong>en</strong> ze in het eerst Zijn<br />
volgeling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>? Hij, Die “machtig is meer dan overvloediglik te do<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> al wat we<br />
bidd<strong>en</strong> of d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>,” had hun met <strong>de</strong> geme<strong>en</strong>schap aan Zijn lijd<strong>en</strong> <strong>de</strong>elname aan Zijn vreug<strong>de</strong><br />
geschonk<strong>en</strong>,— <strong>de</strong> blijdschap van “vele kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> heerlikheid te leid<strong>en</strong>,” e<strong>en</strong><br />
onuitsprekelik g<strong>en</strong>ot, “e<strong>en</strong> zeer uitnem<strong>en</strong>d gewicht <strong>de</strong>r heerlikheid,” waarteg<strong>en</strong>, zegt Paulus,<br />
“onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbijgaat,” “niet te waar<strong>de</strong>r<strong>en</strong> is.”<br />
De on<strong>de</strong>rvinding van <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong>, die het “evangelie van het koninkrijk predikt<strong>en</strong>” bij<br />
<strong>de</strong> eerste komst van Christus, vindt zijn teg<strong>en</strong>beeld in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding van h<strong>en</strong>, die Zijn<br />
we<strong>de</strong>rkomst verkondigd<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> uitging<strong>en</strong> om te predik<strong>en</strong>: “De tijd is<br />
vervuld, het koninkrijk Gods is nabij gekom<strong>en</strong>,” ev<strong>en</strong>zo verkondig<strong>de</strong> Miller <strong>en</strong> zijn<br />
me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, dat het langste <strong>en</strong> laatste profetiese tijdperk, waarvan in <strong>de</strong> Bijbel gesprok<strong>en</strong><br />
wordt, bijna verstrek<strong>en</strong> was, dat het oor<strong>de</strong>el na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, <strong>en</strong> het eeuwige koninkrijk op het punt<br />
stond van opgericht te word<strong>en</strong>. De prediking van <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> was, wat <strong>de</strong> tijd betrof,<br />
gegrond op <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> van Daniël 9. De boodschap, door Miller <strong>en</strong> zijn<br />
me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, kondig<strong>de</strong> het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> van Dan. 8: 14 aan, waarvan<br />
<strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el uitmak<strong>en</strong>. De prediking van bei<strong>de</strong> die <strong>en</strong> <strong>de</strong>z<strong>en</strong> grond<strong>de</strong> zich op<br />
<strong>de</strong> vervulling van e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>d ge<strong>de</strong>elte van hetzelf<strong>de</strong> profetiese tijdperk.<br />
243
Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> eerste discipel<strong>en</strong> verstond<strong>en</strong> William Miller <strong>en</strong> <strong>de</strong> zijn<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> niet<br />
volkom<strong>en</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> boodschap, die ze overbracht<strong>en</strong>. Dwaling<strong>en</strong>, die lange tijd in<br />
<strong>de</strong> kerk bestaan hadd<strong>en</strong>, verhin<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, tot e<strong>en</strong> juiste uitleg van e<strong>en</strong> belangrijk punt in <strong>de</strong><br />
profetie te gerak<strong>en</strong>. Daarom moest<strong>en</strong> ze, weg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> opvatting van <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is<br />
ervan, e<strong>en</strong> teleurstelling on<strong>de</strong>rgaan, ofschoon ze <strong>de</strong> boodschap verkondigd<strong>en</strong>, die God hun<br />
had toevertrouwd om aan <strong>de</strong> wereld te gev<strong>en</strong>. Bij het verklar<strong>en</strong> van Dan. 8:14, “Tot twee<br />
duiz<strong>en</strong>d <strong>en</strong> drie hon<strong>de</strong>rd avond<strong>en</strong> <strong>en</strong> morg<strong>en</strong>s; dan zal het heiligdom ge-rechtvaardigd<br />
word<strong>en</strong>,” was Miller, zoals reeds gezegd is, van het algeme<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> i<strong>de</strong>e uitgegaan,<br />
dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> het heiligdom was, <strong>en</strong> hij geloof<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> reiniging van het heiligdom <strong>de</strong><br />
loutering van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> door vuur bij <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> voorstel<strong>de</strong>. To<strong>en</strong> hij daarom<br />
zag, dat het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> op bepaal<strong>de</strong> wijze voorspeld was, kwam hij tot het<br />
besluit, dat dit <strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> aangaf. Zijn dwaling was het gevolg<br />
van het aan-nem<strong>en</strong> van <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e beschouwing van wat het heiligdom is.<br />
In het typiese stelsel,— dat e<strong>en</strong> voorafschaduwing was van het offer <strong>en</strong> het priesterschap<br />
van Christus,— was het reinig<strong>en</strong> van het heiligdom <strong>de</strong> laatste di<strong>en</strong>st, die <strong>de</strong> hogepriester in<br />
zijn jaarlikse bedi<strong>en</strong>ing volbracht. Het was het sluitingswerk van <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing,— e<strong>en</strong><br />
verwij<strong>de</strong>r<strong>en</strong> of wegdo<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van Israël. Het was e<strong>en</strong> beeld van het sluitingswerk in<br />
<strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van onze Hogepriester in <strong>de</strong> hemel, van het wegdo<strong>en</strong> of uitwiss<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong> van Zijn volk, die in <strong>de</strong> hemelse registers opgetek<strong>en</strong>d staan. Deze di<strong>en</strong>st sluit e<strong>en</strong><br />
werk van on<strong>de</strong>rzoek, van oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> in, <strong>en</strong> gaat onmid<strong>de</strong>llik vooraf aan <strong>de</strong> komst van Christus<br />
op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels met macht <strong>en</strong> grote heerlikheid; want, wanneer Hij komt, zal ie<strong>de</strong>r<br />
geval beslist zijn. Jezus zegt: “Mijn loon is met Mij, om e<strong>en</strong> iegelik te vergeld<strong>en</strong>, gelijk zijn<br />
werk zal zijn.” Het is dit oor<strong>de</strong>elswerk, onmid<strong>de</strong>llik aan <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
voorafgaan<strong>de</strong>, dat aangekondigd wordt in <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel van Op<strong>en</strong>b.<br />
14:7: “Vreest God, <strong>en</strong> geeft Hem heerlikheid, want <strong>de</strong> ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is gekom<strong>en</strong>.”<br />
Zij, die <strong>de</strong>ze waarschuwing verkondigd<strong>en</strong>, bracht<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechte boodschap op <strong>de</strong> rechte<br />
tijd. Maar ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> eerste discipel<strong>en</strong> verklaard<strong>en</strong>: “De tijd is vervuld, <strong>en</strong> het koninkrijk<br />
Gods is gekom<strong>en</strong>,” gegrond op <strong>de</strong> profetie van Daniël 9, <strong>en</strong> ze toch niet opmerkt<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
dood van <strong>de</strong> Messias in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> schriftuurplaats voorspeld was; ev<strong>en</strong>zo predikt<strong>en</strong> Miller <strong>en</strong><br />
zijn g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap, gegrond op Dan. 8:14 <strong>en</strong> Op<strong>en</strong>b. 14:7, <strong>en</strong> zag<strong>en</strong> niet, dat er in<br />
Op<strong>en</strong>b. 14 nog an<strong>de</strong>re boodschapp<strong>en</strong> aan het licht word<strong>en</strong> gebracht, die ook nog moest<strong>en</strong><br />
afgegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>.<br />
Gelijk te discipel<strong>en</strong> zich vergist<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> het koninkrijk, dat opgericht zou word<strong>en</strong><br />
aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>zo vergist<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> zich aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
gebeurt<strong>en</strong>is, die plaats zou hebb<strong>en</strong> aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong>. In bei<strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> was<br />
het e<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong> van, of liever e<strong>en</strong> zich vasthoud<strong>en</strong> aan algeme<strong>en</strong> versprei<strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong>,<br />
die het verstand voor <strong>de</strong> waarheid verblindd<strong>en</strong>. Bei<strong>de</strong> klass<strong>en</strong> vervuld<strong>en</strong> Gods wil door <strong>de</strong><br />
verkondiging van <strong>de</strong> boodschap, welke Hij w<strong>en</strong>ste, dat gegev<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bei<strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong> teleurstelling door hun eig<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> begrip van <strong>de</strong> boodschap. Toch<br />
244
ereikte God Zijn eig<strong>en</strong> g<strong>en</strong>adige bedoeling door toe te lat<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> waarschuwing voor het<br />
oor<strong>de</strong>el gegev<strong>en</strong> werd juist op <strong>de</strong> wijze, waarop dit geschied<strong>de</strong>. De grote dag was nabij, <strong>en</strong><br />
in Zijn voorzi<strong>en</strong>igheid werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> getoetst door het stell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> tijd, t<strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong> hun te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, wat in hun hart<strong>en</strong> sluimer<strong>de</strong>. De boodschap was bedoeld om <strong>de</strong><br />
kerk<strong>en</strong> te toets<strong>en</strong> <strong>en</strong> te reinig<strong>en</strong>. Ze moest<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> inzi<strong>en</strong>, of hun g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid zich hechtte<br />
aan <strong>de</strong>ze wereld, of aan Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> hemel. Ze gav<strong>en</strong> voor, <strong>de</strong> Heiland lief te hebb<strong>en</strong>; nu<br />
moest<strong>en</strong> ze hun lief<strong>de</strong> ton<strong>en</strong>. War<strong>en</strong> ze bereid om hun wereldse verwachting<strong>en</strong> <strong>en</strong> eerzucht<br />
op te gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met blijdschap <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van hun Heer te verwelkom<strong>en</strong> ? De<br />
boodschap was bedoeld om h<strong>en</strong> in staat te stell<strong>en</strong>, hun ware geestelike toestand in te zi<strong>en</strong>;<br />
hij werd in g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> gezond<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> op te wekk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Heer met boetvaardigheid <strong>en</strong><br />
ne<strong>de</strong>righeid te zoek<strong>en</strong>.<br />
Ook <strong>de</strong> teleurstelling, hoewel het gevolg van hun eig<strong>en</strong> verkeerd begrip van <strong>de</strong><br />
boodschap, die ze gav<strong>en</strong>, zou t<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> beschikt word<strong>en</strong>. Het zou <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die<br />
voorgav<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong> waarschuwing aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, op <strong>de</strong> proef stell<strong>en</strong>. Zoud<strong>en</strong> zij,<br />
wanneer <strong>de</strong> teleurstelling h<strong>en</strong> trof, hun on<strong>de</strong>rvinding roekeloos verzak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun geloof in<br />
Gods woord lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>? Of zoud<strong>en</strong> ze tracht<strong>en</strong> om met gebed <strong>en</strong> in ootmoedigheid te<br />
ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, waar ze <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> profetie hadd<strong>en</strong> misverstaan? Hoe vel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> uit<br />
vrees, of in e<strong>en</strong> eerste opwelling <strong>en</strong> opwinding gehan<strong>de</strong>ld? Hoe vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet t<strong>en</strong> volle<br />
toegewijd <strong>en</strong> ongelovig? Grote schar<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> voor, <strong>de</strong> verschijning <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> lief te hebb<strong>en</strong>.<br />
Wanneer ze geroep<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> om <strong>de</strong> spot <strong>en</strong> hoon van <strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> <strong>de</strong> toets van uitstel <strong>en</strong><br />
teleurstelling te doorstaan, zoud<strong>en</strong> ze dan het geloof opgev<strong>en</strong>? Wijl ze niet da<strong>de</strong>lik<br />
verstond<strong>en</strong>, waarom God aldus met h<strong>en</strong> han<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, zoud<strong>en</strong> ze daarom waar-hed<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong>,<br />
die gestaafd werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>likste uitsprak<strong>en</strong> van Zijn Woord?<br />
Deze toets zou <strong>de</strong> kracht op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die met waarachtig geloof gehoorzaam<br />
war<strong>en</strong> geweest aan hetge<strong>en</strong> ze hield<strong>en</strong>, <strong>de</strong> leer van het Woord <strong>en</strong> <strong>de</strong> Geest Gods te zijn. Het<br />
zou hun het gevaar do<strong>en</strong> inzi<strong>en</strong>, gelijk alle<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvinding dat kon, van <strong>de</strong><br />
theorieën <strong>en</strong> uitlegging<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>, in plaats van <strong>de</strong> Bijbel tot zijn eig<strong>en</strong><br />
uitlegger te mak<strong>en</strong>. De kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s geloofs zoud<strong>en</strong> door verslag<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> smart, uit hun<br />
dwaling ontstaan<strong>de</strong>, <strong>de</strong> vereiste terechtwijzing ontvang<strong>en</strong>. Ze zoud<strong>en</strong> erdoor tot e<strong>en</strong><br />
ernstiger on<strong>de</strong>rzoek van het profetiese woord geleid word<strong>en</strong>. Ze zoud<strong>en</strong> erdoor ler<strong>en</strong>, het<br />
fondam<strong>en</strong>t, waarop hun geloof rustte, nauwkeuriger te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alles te verwerp<strong>en</strong>,<br />
hoe algeme<strong>en</strong> het ook door <strong>de</strong> Christelike wereld aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd, wat niet gegrond was<br />
op <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> <strong>de</strong>r waarheid.<br />
Aan <strong>de</strong>ze gelovig<strong>en</strong> zou, ev<strong>en</strong>als aan <strong>de</strong> eerste discipel<strong>en</strong>, na<strong>de</strong>rhand dui<strong>de</strong>lik gemaakt<br />
word<strong>en</strong>, wat aan hun verstand in <strong>de</strong> ure van beproeving duister had toegesch<strong>en</strong><strong>en</strong>. Wanneer<br />
ze “het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>” zoud<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> ze wet<strong>en</strong>, dat het plan <strong>de</strong>r lief<strong>de</strong>, hetwelk Hij<br />
voor h<strong>en</strong> beraamd had, geregeld uitgewerkt was, nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> beproeving, die liet<br />
gevolg was van hun dwaling. Ze zoud<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> zalige on<strong>de</strong>rvinding ler<strong>en</strong>, dat Hij “zeer<br />
245
armhartig is <strong>en</strong> e<strong>en</strong> Ont- fermer;” <strong>en</strong> dat al Zijn pad<strong>en</strong> “goe<strong>de</strong>rtier<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> waarheid zijn<br />
voor <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> die Zijn gebod <strong>en</strong> Zijn getuig<strong>en</strong>iss <strong>en</strong> bewar<strong>en</strong>.<br />
246
Hoofdstuk 20 — E<strong>en</strong> Grote Godsdi<strong>en</strong>stige Opwekking<br />
In <strong>de</strong> profetie van <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel van Op<strong>en</strong>baring 14 wordt e<strong>en</strong> grote<br />
godsdi<strong>en</strong>stige opwekking voorspeld tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> verkondiging van <strong>de</strong> spoedige we<strong>de</strong>rkomst<br />
van Christus. Er wordt e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel gezi<strong>en</strong>, vlieg<strong>en</strong><strong>de</strong> “in het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> hij had<br />
het eeuwige evangelie, om te verkondig<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aan alle<br />
natie <strong>en</strong> geslacht, <strong>en</strong> taal, <strong>en</strong> volk.” “Met e<strong>en</strong> grote stem,” geeft hij zijn boodschap: “Vreest<br />
God, <strong>en</strong> geeft Hem heerlikheid, want <strong>de</strong> ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is gekom<strong>en</strong>; <strong>en</strong> aanbidt Hem,<br />
Die <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zee, <strong>en</strong> <strong>de</strong> fontein<strong>en</strong> van <strong>de</strong> water<strong>en</strong> gemaakt heeft.”<br />
Het feit, dat e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel gezegd wordt <strong>de</strong> heraut van <strong>de</strong>ze waarschuwing te zijn, is<br />
betek<strong>en</strong>isvol. Door <strong>de</strong> reinheid, <strong>de</strong> heerlikheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> hemelse boodschapper<br />
heeft <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wijsheid het verhev<strong>en</strong> karakter van het werk, dat door zijn boodschap tot<br />
stand kom<strong>en</strong> zou, will<strong>en</strong> voorstell<strong>en</strong>, alsook <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> heerlikheid, die erme<strong>de</strong> gepaard<br />
zoud<strong>en</strong> gaan. En het vlieg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel “in het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel,” <strong>de</strong> “grote stem,”<br />
waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> waarschuwing gegev<strong>en</strong> wordt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verkondiging ervan aan all<strong>en</strong>, “die op <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>,“—“aan alle natie <strong>en</strong> geslacht, <strong>en</strong> taal <strong>en</strong> volk,” — getuig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> snelheid,<br />
die <strong>de</strong> beweging k<strong>en</strong>merkt, <strong>en</strong> hoe die zich over <strong>de</strong> gehele wereld uitbreidt.<br />
De boodschap zelf geeft ophel<strong>de</strong>ring aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> tijd, waarop <strong>de</strong>ze beweging zal plaats<br />
vind<strong>en</strong>. Hij wordt verklaard e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el uit te mak<strong>en</strong> van het “eeuwig evangelie”, <strong>en</strong> kondigt<br />
het begin van het oor<strong>de</strong>el aan. De heilsboodschap is in alle eeuw<strong>en</strong> gepredikt geword<strong>en</strong>;<br />
maar <strong>de</strong>ze boodschap is e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van het evangelie, dat alle<strong>en</strong> in <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong> kon<br />
verkondigd word<strong>en</strong> ; want alle<strong>en</strong> dan zou het waar zijn, dat <strong>de</strong> ure van het oor<strong>de</strong>el gekom<strong>en</strong><br />
was. De porfetieën gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ope<strong>en</strong>volging van gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die ons tot <strong>de</strong> aanvang van<br />
het oor<strong>de</strong>el leid<strong>en</strong>. Dit is in het biezon<strong>de</strong>r waar van het Boek van Daniël. Maar dat ge<strong>de</strong>elte<br />
van zijn profetie, hetwelk betrekking had op <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong>, werd Daniël gelast toe te<br />
sluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verzegel<strong>en</strong> “tot <strong>de</strong> tijd van het ein<strong>de</strong>.” Niet voordat we die tijd bereik<strong>en</strong>, kon er<br />
e<strong>en</strong> boodschap aangaan<strong>de</strong> het oor<strong>de</strong>el bek<strong>en</strong>d gemaakt word<strong>en</strong>, op <strong>de</strong> vervulling van <strong>de</strong>ze<br />
profetieën gegrond. Maar in <strong>de</strong> tijd van het ein<strong>de</strong>, zegt <strong>de</strong> profeet, “zull<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> het<br />
naspeur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap zal verm<strong>en</strong>ig-vuldigd word<strong>en</strong>.”<br />
De apostel Paulus waarschuw<strong>de</strong> <strong>de</strong> kerk om niet in zijn tijd naar <strong>de</strong> komst van Christus<br />
uit te zi<strong>en</strong>. “Die komt niet,” zegt hij, “t<strong>en</strong>zij dat eerst <strong>de</strong> afval gekom<strong>en</strong> zij, <strong>en</strong> dat<br />
geop<strong>en</strong>baard zal zijn <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>.” Eerst na <strong>de</strong> grote afval, <strong>en</strong> het lange tijdperk van<br />
<strong>de</strong> regering van <strong>de</strong> “m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>,” kunn<strong>en</strong> we uitzi<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van onze Heer.<br />
De “m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>,” die ook <strong>de</strong> “verborg<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>r onge-rechtigheid,” “<strong>de</strong> zoon <strong>de</strong>s<br />
ver<strong>de</strong>rfs,” <strong>en</strong> “<strong>de</strong> ongerechtige” g<strong>en</strong>oemd wordt, stelt het pausdom voor, dat, naar hetge<strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> profetie voorspeld wordt, zijn oppergezag 1260 jar<strong>en</strong> lang zou handhav<strong>en</strong>. Dit tijdperk<br />
eindig<strong>de</strong> in 1798. De we<strong>de</strong>rkomst van Christus kon niet v——r die tijd plaats vind<strong>en</strong>.<br />
247
Paulus besluit in zijn waarschuwing <strong>de</strong> gehele Christelike be<strong>de</strong>ling tot op het jaar 1798. Het<br />
is na die tijd, dat <strong>de</strong> boodschap van Christus’ we<strong>de</strong>rkomst verkondigd moest word<strong>en</strong>.<br />
Zulk e<strong>en</strong> boodschap is in <strong>de</strong> vervlog<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong> nooit gepredikt. Paulus, zoals we gezi<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong>, predikte hem niet; hij wees zijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> op <strong>de</strong> toekomst, die to<strong>en</strong> nog ver in het<br />
verschiet lag, als <strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. De Hervormers verkondigd<strong>en</strong> hem<br />
niet. Martijn Luther plaatste het oor<strong>de</strong>el ongeveer drie hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> in <strong>de</strong> toekomst, van<br />
zijn tijd af gerek<strong>en</strong>d. Maar sinds 1798 zijn <strong>de</strong> zegel<strong>en</strong> van het boek van Daniël afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />
<strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> profetieën is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> plechtige boodschap<br />
verkondigd, dat het oor<strong>de</strong>el nabij is.<br />
Gelijk <strong>de</strong> grote Hervorming van <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw, zo werd ook <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tbeweging in<br />
verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>wereld op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> tijd waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Zowel in Europa<br />
als in <strong>Amerika</strong> werd<strong>en</strong> er mann<strong>en</strong> van geloof <strong>en</strong> gebed toe geleid om <strong>de</strong> profetieën te<br />
bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, wat in het beziel<strong>de</strong> woord opgetek<strong>en</strong>d staat naspeur<strong>en</strong><strong>de</strong>, vond<strong>en</strong> ze<br />
overtuig<strong>en</strong>d bewijs, dat het ein<strong>de</strong> van alle ding<strong>en</strong> (1Dan. 12:4. ; 2 Thess. 2:3). op hand<strong>en</strong><br />
was. In verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> war<strong>en</strong> er afgezon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> groep<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, die er geheel <strong>en</strong> al<br />
door on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> toe gekom<strong>en</strong> war<strong>en</strong> om te gelov<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heiland nabij was.<br />
In 1821, drie jar<strong>en</strong> nadat Miller tot zijn verklaring van <strong>de</strong> profetieën gekom<strong>en</strong> was,<br />
welke op <strong>de</strong> tijd van het oor<strong>de</strong>el he<strong>en</strong>- wijz<strong>en</strong>, begon Dr. Joseph Wolff,“<strong>de</strong> z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling voor<br />
<strong>de</strong> wereld,” <strong>de</strong> na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> te verkondig<strong>en</strong>. Wolff was in Duitschland<br />
gebor<strong>en</strong> <strong>en</strong> van Joodse afkomst, daar zijn va<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> Joods rabbijn was. Op zeer jeugdige<br />
leeftijd werd hij van <strong>de</strong> waarheid van <strong>de</strong> Christelike godsdi<strong>en</strong>st overtuigd. Bezield met e<strong>en</strong><br />
werkzame <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong><strong>de</strong> geest, had hij altijd gretig geluisterd naar <strong>de</strong> gesprekk<strong>en</strong>, die er<br />
in het huis van zijn va<strong>de</strong>r gevoerd werd<strong>en</strong>, wanneer vrome Jod<strong>en</strong> zich daar dagelijks<br />
verzameld<strong>en</strong> om te sprek<strong>en</strong> over <strong>de</strong> hoop <strong>en</strong> verwachting van hun volk, <strong>de</strong> heerlikheid van<br />
<strong>de</strong> Messias, die te kom<strong>en</strong> stond, <strong>en</strong> <strong>de</strong> herstelling van Israël. De knaap vroeg e<strong>en</strong>s, to<strong>en</strong> hij<br />
Jezus van Nazareth hoor<strong>de</strong> noem<strong>en</strong>, wie die persoon was. “E<strong>en</strong> Jood van zeer grote tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,”<br />
was het antwoord; “maar omdat hij voorgaf <strong>de</strong> Messias te zijn, veroor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong> Joodse<br />
rechtbank Hem ter dood.” “Waarom dan,” antwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong> vrager, “werd Jeruzalem verwoest?<br />
<strong>en</strong> waarom zijn wij in ballingschap?” “Helaas, helaas!” antwoord<strong>de</strong> <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r, “omdat <strong>de</strong><br />
Jod<strong>en</strong> <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> vermoord hebb<strong>en</strong>.” De ge dachte kwam onmid<strong>de</strong>llik bij het kind op:<br />
“Misschi<strong>en</strong> was Jezus van Nazareth ook e<strong>en</strong> profeet, <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> Hem gedood,<br />
ofschoon Hij onschuldig was.” Dit gevoel was z— sterk, dat hoewel hem verbod<strong>en</strong> was,<br />
ooit e<strong>en</strong> Christelike kerk binn<strong>en</strong> te gaan, hij er dikwels buit<strong>en</strong> bleef staan om naar <strong>de</strong><br />
prediking te luister<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> hij pas zev<strong>en</strong> jaar oud was, pochte hij e<strong>en</strong>s teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ou<strong>de</strong> Christelike buurman<br />
over <strong>de</strong> toekomstige zegepraal van Israël bij <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Messias; waarop <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> man<br />
vri<strong>en</strong><strong>de</strong>lik zei: “Lieve jong<strong>en</strong>, ik zal u zegg<strong>en</strong>, wie <strong>de</strong> ware Messias was: Hij was Jezus van<br />
248
Nazareth, . . . die uw voorva<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gekruist hebb<strong>en</strong>, gelijk ze <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> tijd<br />
hebb<strong>en</strong> gedood. Ga naar huis <strong>en</strong> lees het drie <strong>en</strong> vijftigste hoofdstuk van Jesaja, <strong>en</strong> ge zult er<br />
van overtuigd word<strong>en</strong>, dat Jezus Christus <strong>de</strong> Zoon van God is.” De overtuiging hiervan<br />
maakte zich onmid<strong>de</strong>llik van hem meester. Hij ging naar huis <strong>en</strong> las het hoofdstuk na, zich<br />
verwon<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> to<strong>en</strong> hij zag, hoe volmaakt hetge<strong>en</strong> daar geschrev<strong>en</strong> stond in Jezus van<br />
Nazareth was vervuld. War<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid? De knaap vroeg<br />
zijn va<strong>de</strong>r om uitleg van <strong>de</strong> protetie, maar ontving als antwoord zulk e<strong>en</strong> str<strong>en</strong>g stilzwijg<strong>en</strong>,<br />
dat hij nooit meer op het on<strong>de</strong>rwerp durf<strong>de</strong> terugkom<strong>en</strong>. Dit verhoog<strong>de</strong> echter slechts zijn<br />
begeerte om meer van <strong>de</strong> Christelike godsdi<strong>en</strong>st te wet<strong>en</strong>.<br />
De k<strong>en</strong>nis, die hij zocht, werd stelselmatig van hem weggehoud<strong>en</strong> in zijn Joods tehuis;<br />
maar to<strong>en</strong> hij nog pas elf jar<strong>en</strong> oud was, verliet hij zijn ou<strong>de</strong>rlik huis, <strong>en</strong> ging <strong>de</strong> wereld in<br />
om zich e<strong>en</strong> opvoeding te verwerv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn godsdi<strong>en</strong>st <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>swerk te kiez<strong>en</strong>. Hij vond<br />
<strong>en</strong>ige tijd e<strong>en</strong> tehuis bij familiebetrekking<strong>en</strong>, maar werd spoedig door h<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> afvallige<br />
weggejaagd, <strong>en</strong> moest zich alle<strong>en</strong> <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele p<strong>en</strong>ning e<strong>en</strong> weg ban<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r<br />
vreem<strong>de</strong>ling<strong>en</strong>. Hij trok van plaats tot plaats, ijverig stu<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> zichzelf on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
met Hebreeuws te on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> invloed van e<strong>en</strong> Katholieke on<strong>de</strong>rwijzer kwam hij<br />
ertoe, het Roomse geloof aan te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vorm<strong>de</strong> het plan om z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling on<strong>de</strong>r zijn eig<strong>en</strong><br />
volk te word<strong>en</strong>. Met dit doel voor og<strong>en</strong> vertrok hij <strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong> later, om zijn studieën in het<br />
Kollege van <strong>de</strong> Propaganda te Rome voort te zett<strong>en</strong>. Hier werd hij weg<strong>en</strong>s zijn gewoonte<br />
van onaf- hankelik d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijuit sprek<strong>en</strong> van ketterij beschuldigd. Hij viel <strong>de</strong><br />
misbruik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk op<strong>en</strong>lik aan, <strong>en</strong> drong aan op <strong>de</strong> noodzakelikheid van e<strong>en</strong><br />
hervorming. Hoewel hij in het eerst door <strong>de</strong> hoge pauselike geestelik<strong>en</strong> met biezon<strong>de</strong>re<br />
gunst behan<strong>de</strong>ld was, verwij<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> die hem na <strong>en</strong>ige tijd uit Rome. On<strong>de</strong>r toezicht van <strong>de</strong><br />
kerk ging hij van plaats tot plaats, totdat het dui<strong>de</strong>lik bleek, dat hij er nooit toe gebracht zou<br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om zich on<strong>de</strong>r het juk van <strong>de</strong> Roomse kerk te buig<strong>en</strong>. Hij werd<br />
onverbeterlik verklaard, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> liet hem vrij om te gaan waar hij wil<strong>de</strong>. To<strong>en</strong> ging hij naar<br />
Engeland, <strong>en</strong>, het Protestantse geloof omhelz<strong>en</strong><strong>de</strong>, sloot hij zich bij <strong>de</strong> Engelse Kerk aan. Na<br />
twee jar<strong>en</strong> van studie begon hij in 1821 zijn z<strong>en</strong>dingswerk.<br />
Terwijl Wolff <strong>de</strong> grote waarheid van Christus’ eerste komst als “e<strong>en</strong> man van smart<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> verzocht in krankheid” aannam, zag hij, dat <strong>de</strong> profetieën ev<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik Zijn we<strong>de</strong>rkomst<br />
met macht <strong>en</strong> heerlikheid aan het licht br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. En terwijl hij zijn volk tot Jezus van<br />
Nazareth trachtte te leid<strong>en</strong> als tot <strong>de</strong> beloof<strong>de</strong> Messias, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> te wijz<strong>en</strong> op Zijn eerste komst<br />
in verne<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> als offeran<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, leer<strong>de</strong> hij h<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>zo<br />
aangaan<strong>de</strong> Zijn we<strong>de</strong>rkomst als Koning <strong>en</strong> Verlosser. “Jezus van Nazareth, <strong>de</strong> ware<br />
Messias,” zei hij, “wi<strong>en</strong>s hand<strong>en</strong> <strong>en</strong> voet<strong>en</strong> doorboord werd<strong>en</strong>, die als e<strong>en</strong> lam ter slachting<br />
werd geleid, die e<strong>en</strong> man van smart<strong>en</strong> was <strong>en</strong> verzocht in krankheid, die, nadat <strong>de</strong> septer van<br />
Juda was gewek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wetgever van tuss<strong>en</strong> zijn voet<strong>en</strong>, voor <strong>de</strong> eerste maal kwam, zal<br />
t<strong>en</strong> tweed<strong>en</strong> male kom<strong>en</strong> op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, <strong>en</strong> met <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> Archangel,“ <strong>en</strong><br />
“staan op <strong>de</strong> Olijfberg; <strong>en</strong> <strong>de</strong> heerschappij over <strong>de</strong> schepping, die e<strong>en</strong>maal aan Adam<br />
249
gegev<strong>en</strong> werd, <strong>en</strong> door hem werd verbeurd (G<strong>en</strong>. 1: 26; 3:17), zal aan Jezus gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Hij zal koning zijn over <strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong>. Het kerm<strong>en</strong> <strong>en</strong> klag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schepping zal<br />
ophoud<strong>en</strong>, maar lof- <strong>en</strong> danklie<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> gehoord word<strong>en</strong>.. Wanneer<br />
Jezus komt in <strong>de</strong> heerlikheid van Zijn Va<strong>de</strong>r met <strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, . . . zull<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ontslap<strong>en</strong> gelovig<strong>en</strong> het eerst opstaan. 1 Thess. 4:16; 1 Kor. 15:23. Dit is wat wij Christ<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> eerste opstanding noem<strong>en</strong>.Dan zal het diererijk van aard veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong> (Jes. 11: 6-9) <strong>en</strong> zich<br />
aan Jezus on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. Ps. 8. Algem<strong>en</strong>e vre<strong>de</strong> zal dan heers<strong>en</strong>.” “De Heer zal we<strong>de</strong>r op <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rzi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>, ‘Ziet, het is zeer goed.’ “ Wolft’ geloof<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> op hand<strong>en</strong> was, <strong>en</strong> zijn verklaring van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong> plaatste het ein<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> wereld binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer klein aantal jar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd, die door Miller was aangegev<strong>en</strong>.<br />
Tot h<strong>en</strong>, die om <strong>de</strong> tekst: “Van die dag <strong>en</strong> die ure weet niemand,” beweerd<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
niets zull<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> nabijheid van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst, sprak Wolff: “Heeft onze<br />
Heer gezegd, dat <strong>de</strong> dag <strong>en</strong> het uur nooit bek<strong>en</strong>d zoud<strong>en</strong> zijn? Heeft Hij ons ge<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, opdat we t<strong>en</strong> minste <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ring van Zijn komst zoud<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, zoals<br />
m<strong>en</strong> <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> zomer bemerkt, doordat <strong>de</strong> bla<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vijgeboom uitspruit<strong>en</strong> ?<br />
Matth. 24: 32.<br />
Zull<strong>en</strong> we die tijd nimmer wet<strong>en</strong>, terwijl Hijzelf ons vermaant om Daniël, <strong>de</strong> profeet,<br />
niet alle<strong>en</strong> te lez<strong>en</strong>, maar hem ook te verstaan? En dat wel datzelf<strong>de</strong> boek, waarin gezegd<br />
wordt, dat <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> toegeslot<strong>en</strong> war<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> tijd van het ein<strong>de</strong> (hetwelk het geval was in<br />
zijn tijd), <strong>en</strong> dat ‘vel<strong>en</strong> het zull<strong>en</strong> naspeur<strong>en</strong>’ (e<strong>en</strong> Hebreeuwse uitdrukking voor ‘lett<strong>en</strong> op<br />
<strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> over <strong>de</strong> tijd’), <strong>en</strong> <strong>de</strong> ‘wet<strong>en</strong>schap’ (aangaan<strong>de</strong> die tijd) zal ‘verm<strong>en</strong>igvuldigd<br />
word<strong>en</strong>.’ Dan. 12:4. Behalve dat, onze Heer bedoelt daarme<strong>de</strong> niet, dat <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong><br />
tijd niet bek<strong>en</strong>d zal zijn, maar dat niemand <strong>de</strong> juiste dag <strong>en</strong> het juiste uur weet. Hij zegt, dat<br />
er door <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oeg zal bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, om er ons toe te beweg<strong>en</strong>, ons<br />
voor te bereid<strong>en</strong> op Zijn komst, gelijk Noach <strong>de</strong> ark toebereid<strong>de</strong>.”<br />
Aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> algeme<strong>en</strong> gebruikelike wijze van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> uit te legg<strong>en</strong>, of liever er<br />
e<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> uitleg aan te gev<strong>en</strong>, schreef Wolff: “Het mer<strong>en</strong><strong>de</strong>el van <strong>de</strong> Christelike kerk is<br />
van <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige zin van <strong>de</strong> Schrift afgedwaald, <strong>en</strong> heeft zich gekeerd tot het geestestelsel<br />
van <strong>de</strong> Boeddhist<strong>en</strong>, die gelov<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> toekomstige gelukzaligheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>sheid<br />
bestaan zal in het zwev<strong>en</strong> door <strong>de</strong> lucht, <strong>en</strong> veron<strong>de</strong>rstell<strong>en</strong>, dat wanneer ze Jod<strong>en</strong> lez<strong>en</strong>, ze<br />
Heid<strong>en</strong><strong>en</strong> moet<strong>en</strong> verstaan, <strong>en</strong> wanneer ze Jeruzalem lez<strong>en</strong>, ze <strong>de</strong> Kerk moet<strong>en</strong> verstaan; <strong>en</strong><br />
als er staat aar<strong>de</strong>, het lucht betek<strong>en</strong>t; <strong>en</strong> dat voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> ze verstaan<br />
moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> to<strong>en</strong>ame van <strong>de</strong> z<strong>en</strong>dingg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dat gaan naar <strong>de</strong> berg van het huis<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote geme<strong>en</strong>teverga<strong>de</strong>ring van Methodist<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t.” Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> vier <strong>en</strong><br />
twintig jar<strong>en</strong> van 1821 tot 1845 reis<strong>de</strong> Wolff overal rond; in Afrika bezocht hij Egypte <strong>en</strong><br />
Abyssinië; in Azië trok hij Palestina, Syrië, Perzië, Bokhara, <strong>en</strong> Indië door.<br />
Hij bezocht ook <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> predikte op zijn reis daarhe<strong>en</strong> op het eiland St.<br />
Hel<strong>en</strong>a. Hij kwam in Augustus 1837 te Nieuw-York aan, <strong>en</strong>, na in die stad gesprok<strong>en</strong> te<br />
250
hebb<strong>en</strong>, predikte hij te Phila<strong>de</strong>lphia <strong>en</strong> Balti-more, <strong>en</strong> ging ein<strong>de</strong>lik naar Washington. “Daar,”<br />
zegt hij, “op e<strong>en</strong> voorstel van <strong>de</strong> gewez<strong>en</strong> Presid<strong>en</strong>t, John Quincy Adams, in e<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
huiz<strong>en</strong> van het Kongres, stond <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring me e<strong>en</strong>stemmig het gebruik van <strong>de</strong> Kongres<br />
Zaai af om e<strong>en</strong> lezing te houd<strong>en</strong> ; <strong>de</strong>ze hield ik op e<strong>en</strong> Zaterdag, vereerd door <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordigheid van al <strong>de</strong> led<strong>en</strong> van het Kongres, alsook van <strong>de</strong> bisschop van Virginië, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> geestelikheid <strong>en</strong> burgers van Washington. Dezelf<strong>de</strong> eer werd me bewez<strong>en</strong> door <strong>de</strong> led<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Goevernem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van Nieuw-Jersey <strong>en</strong> P<strong>en</strong>n- sylvanië, in wier teg<strong>en</strong>woordigheid ik<br />
lezing<strong>en</strong> hield over mijn on<strong>de</strong>rzoeking<strong>en</strong> in Azië, alsme<strong>de</strong> over <strong>de</strong> persoonlike regering van<br />
Jezus Christus.”<br />
Dr. Wolff doorreis<strong>de</strong> <strong>de</strong> barbaarste land<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r bescherming van <strong>en</strong>ige Europese<br />
overheid, grote ontbering verdur<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> omringd door talloze gevar<strong>en</strong>. Hij werd met<br />
stokk<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong>, uitgehongerd, als slaaf verkocht, <strong>en</strong> drie mal<strong>en</strong> ter dood veroor<strong>de</strong>eld. Hij<br />
werd door rovers aange- vall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kwam somtijds bijna om van dorst. E<strong>en</strong>s werd hem alles,<br />
wat hij bezat, ontstol<strong>en</strong>, <strong>en</strong> moest hij hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> mijl<strong>en</strong> te voet aflegg<strong>en</strong> door <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>,<br />
terwijl <strong>de</strong> sneeuw hem in het aangezicht woei, <strong>en</strong> zijn naakte voet<strong>en</strong> verkleumd war<strong>en</strong> door<br />
aanraking met <strong>de</strong> bevror<strong>en</strong> grond.<br />
To<strong>en</strong> hij gewaarschuwd werd om niet ongewap<strong>en</strong>d on<strong>de</strong>r wil<strong>de</strong> <strong>en</strong> vijan<strong>de</strong>like stamm<strong>en</strong><br />
te gaan, verklaar<strong>de</strong> hij, dat hij “van wap<strong>en</strong><strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>” was,—“gebed, ijver voor Christus,<br />
<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong> op Zijn bijstand.” “Ook b<strong>en</strong> ik,” zei hij, “voorzi<strong>en</strong> van <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot God <strong>en</strong><br />
mijn naaste in mijn hart, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel is in mijn hand.” De Hebreeuwse <strong>en</strong> Engelse Bijbel<br />
nam hij met zich, waar hij ook he<strong>en</strong>ging. Van e<strong>en</strong> van zijn latere reiz<strong>en</strong> zegt hij: “Ik . . .<br />
hield <strong>de</strong> Bijbel op<strong>en</strong> in mijn hand. Ik gevoel<strong>de</strong>, dat mijn kracht in dat boek lag, <strong>en</strong> dat zijn<br />
macht me on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong> zou.”<br />
Aldus volhard<strong>de</strong> hij in zijn arbeid, totdat <strong>de</strong> tijding van het oor<strong>de</strong>el aan e<strong>en</strong> groot<br />
ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> bewoon<strong>de</strong> aardbol gebracht was. On<strong>de</strong>r Jod<strong>en</strong>, Turk<strong>en</strong>, Pars<strong>en</strong>, Hindoes <strong>en</strong><br />
vele an<strong>de</strong>re nationaliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> rass<strong>en</strong> verspreid<strong>de</strong> hij Gods woord in hun verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> tal<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> overal kondig<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> regering van <strong>de</strong> Messias aan. To<strong>en</strong> hij door Bokhara<br />
reis<strong>de</strong>, vond hij dat <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> spoedige we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> afgeleg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
afgezon<strong>de</strong>rd volk geloofd werd. De Arabier<strong>en</strong> van Yem<strong>en</strong>, zegt hij, “hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> boek,<br />
‘Seera’ g<strong>en</strong>oemd, waarin <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus <strong>en</strong> Zijn heerschappij in heerlikheid<br />
wordt aange- kondigd, <strong>en</strong> ze verwacht<strong>en</strong>, dat er grote gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> plaats hebb<strong>en</strong> in<br />
het jaar 1840.” “In Yem<strong>en</strong> . . . bracht ik zes dag<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> Rechabiet<strong>en</strong> door. Ze drink<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
wijn, plant<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> wijngaard<strong>en</strong>, zaai<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zaad, won<strong>en</strong> in t<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong> van Jonadab, <strong>de</strong> zoon van Rcoliab; <strong>en</strong> bij h<strong>en</strong> vond ik kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Israëls, van <strong>de</strong> stam<br />
van Dan . . . die, tezam<strong>en</strong> met <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van Rechab, <strong>de</strong> spoedige komst van <strong>de</strong> Messias<br />
op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels ver-wacht<strong>en</strong>.”<br />
E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling bevond, dat er e<strong>en</strong> gelijksoortig geloof bestond in Tartarije. E<strong>en</strong><br />
Tartaars priester vroeg aan <strong>de</strong> z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling, wanneer Christus voor <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> maal kom<strong>en</strong> zou.<br />
251
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling zei, dat hij daar niets van wist, sche<strong>en</strong> <strong>de</strong> priester zeer verwon<strong>de</strong>rd over<br />
zulk e<strong>en</strong> onwet<strong>en</strong>dheid van iemand, die voorgaf, <strong>de</strong> Bijbel te on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zei, dat hij op<br />
grond van <strong>de</strong> profetieën geloof<strong>de</strong>, dat Christus ongeveer in 1844 zou kom<strong>en</strong>.<br />
Reeds in 1826 begon m<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-boodschap in Engeland te predik<strong>en</strong>. De beweging<br />
nam hier niet zulk e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> vorm aan als in <strong>Amerika</strong>; <strong>de</strong> juiste tijd van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst<br />
werd niet zo algeme<strong>en</strong> verkondigd, maar <strong>de</strong> grote waarheid van <strong>de</strong> spoedige we<strong>de</strong>rkomst<br />
van Christus in macht <strong>en</strong> heerlikheid werd wijd <strong>en</strong> zijd bek<strong>en</strong>d gemaakt. En dat niet alle<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>r afgescheid<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> nonkonformist<strong>en</strong>. Mou- rant Broek, e<strong>en</strong> Engels schrijver, zegt, dat<br />
ongeveer zev<strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd predikant<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Engelse kerk dit “evangelie van het koninkrijk”<br />
predikt<strong>en</strong>. De boodschap, die op 1844 wees als <strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, werd<br />
ook in Groot- Britannië gehoord. Adv<strong>en</strong>t-geschrift<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> overal<br />
verspreid. Boek<strong>en</strong> <strong>en</strong>, tijdschrift<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in Engeland overgedrukt. En in 1842 keer<strong>de</strong><br />
Robert Winter, e<strong>en</strong> Engelsman van geboorte, die het Adv<strong>en</strong>t-geloof in <strong>Amerika</strong><br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> had, naar zijn va<strong>de</strong>rland terug om <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> aan te kondig<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong><br />
hielp<strong>en</strong> hem bij dat werk, <strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap van het oor<strong>de</strong>el werd in verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van<br />
Engeland verkondigd.<br />
In Zuid-<strong>Amerika</strong> baan<strong>de</strong> zich Lucunza, e<strong>en</strong> Spanjaard <strong>en</strong> Jezuïet, temidd<strong>en</strong> van<br />
barbaarsheid <strong>en</strong> priesterbedrog e<strong>en</strong> weg tot <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nam op die wijze <strong>de</strong> waarheid<br />
aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> spoedige we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> aan. Gedrong<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarschuwing te<br />
gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> toch begerig om aan <strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>ling van Rome te ontsnapp<strong>en</strong>, gaf hij zijn<br />
inzicht<strong>en</strong> in het licht on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> naam van “Rabbi B<strong>en</strong>- Israel,” <strong>en</strong> <strong>de</strong>ed zich voor<br />
als e<strong>en</strong> bekeer<strong>de</strong> Jood. Lucunza leef<strong>de</strong> in <strong>de</strong> achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw, maar het was ongeveer in<br />
1825 dat zijn boek, dat op <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re wijze naar Lond<strong>en</strong> gedwaald was, in <strong>de</strong> Engelse<br />
taal werd overgezet. De uitgave ervan vermeer<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong> belangstelling, die reeds in Engeland<br />
was opgewekt aangaan<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rwerp van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst.<br />
In Duitschland was <strong>de</strong> leer in <strong>de</strong> achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw door B<strong>en</strong>gel, predikant van <strong>de</strong> Lutherse<br />
Kerk, e<strong>en</strong> beroemd geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> bijbeluitlegger, gepredikt. Na zijn opvoeding voltooid te<br />
hebb<strong>en</strong>, wijd<strong>de</strong> B<strong>en</strong>gel zich aan <strong>de</strong> studie van <strong>de</strong> godgeleerdheid, waartoe hij van nature<br />
zich aangetrokk<strong>en</strong> gevoel<strong>de</strong> weg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> ernstige <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige aanleg van zijn geest,<br />
welke nog vermeer<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> versterkt was door zijn eerste opleiding <strong>en</strong> tucht. Gelijk an<strong>de</strong>re<br />
nad<strong>en</strong>k<strong>en</strong><strong>de</strong> jongelied<strong>en</strong>, v——r <strong>en</strong> na hem, had hij te strijd<strong>en</strong> met twijfel <strong>en</strong> moeilikhed<strong>en</strong><br />
van godsdi<strong>en</strong>stige aard; <strong>en</strong> hij spreekt met veel gevoel over <strong>de</strong> ‘vele pijl<strong>en</strong>, die zijn arm hart<br />
doorboord<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn jeugd moeilik te drag<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong>.’”1 To<strong>en</strong> hij lid van <strong>de</strong> kerkeraad van<br />
Wurt<strong>en</strong>berg werd, bepleitte hij <strong>de</strong> zaak van godsdi<strong>en</strong>stvrijheid. “Terwijl hij <strong>de</strong> recht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
privilegieën van <strong>de</strong> kerk handhaaf<strong>de</strong>, was hij ervoor, dat alle re<strong>de</strong>like vrijheid toegestaan<br />
zou word<strong>en</strong> aan h<strong>en</strong>, die zich gedrong<strong>en</strong> gevoeld<strong>en</strong>, op grond van hun gewet<strong>en</strong>, zich uit <strong>de</strong><br />
bestaan<strong>de</strong> kerk terug te trekk<strong>en</strong>.” De goe<strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze han<strong>de</strong>l- wijze word<strong>en</strong> nog<br />
gevoeld in <strong>de</strong> provincie, waarin hij tehuis behoor<strong>de</strong>.<br />
252
Terwijl hij zich voorbereid<strong>de</strong> om op “Adv<strong>en</strong>t Zondag” uit Op<strong>en</strong>baring 21 te predik<strong>en</strong>,<br />
ging het licht van Christus’ we<strong>de</strong>rkomst voor B<strong>en</strong>gel op. De profetieën van <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring<br />
ontvouwd<strong>en</strong> zich voor zijn verstand gelijk nooit tevor<strong>en</strong>. Overweldigd door e<strong>en</strong> besef van<br />
het verbaz<strong>en</strong><strong>de</strong> gewicht <strong>en</strong> <strong>de</strong> overstelp<strong>en</strong><strong>de</strong> heerlikheid van <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> profeet<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, werd hij gedwong<strong>en</strong>, voor e<strong>en</strong> tijd <strong>de</strong> beschouwing van het on<strong>de</strong>rwerp te stak<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> hij op <strong>de</strong> kansel stond, kwam het we<strong>de</strong>r met <strong>de</strong> eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>digheid <strong>en</strong> kracht bij hem<br />
op. Van die tijd af wijd<strong>de</strong> hij zich aan <strong>de</strong> studie van <strong>de</strong> profetieën, voornamelik die van <strong>de</strong><br />
Op<strong>en</strong>baring, <strong>en</strong> kwam spoedig tot <strong>de</strong> overtuiging, dat zij erop he<strong>en</strong>wez<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> komst van<br />
Christus nabij was. De datum, die hij vaststel<strong>de</strong> 1 Encyclopædia Britannica, art. B<strong>en</strong>gel<br />
(9<strong>de</strong> ed.). voor <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst, verschil<strong>de</strong> slechts e<strong>en</strong> paar jar<strong>en</strong> van die Miller<br />
later aangaf.<br />
B<strong>en</strong>gels geschrift<strong>en</strong> zijn door <strong>de</strong> gehele Christelike wereld verspreid. Zijn inzicht<strong>en</strong> over<br />
<strong>de</strong> profetieën werd<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in zijn eig<strong>en</strong> staat Wurtemburg, <strong>en</strong> tot op<br />
zekere hoogte in an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van Duitschland. De beweging duur<strong>de</strong> voort tot na zijn dood,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-boodschap werd in Duitschland gehoord op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> tijd, dat die in an<strong>de</strong>re<br />
land<strong>en</strong> <strong>de</strong> aandacht trok. Al spoedig trokk<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> naar Rusland, <strong>en</strong><br />
vormd<strong>en</strong> daar kolonieën; <strong>en</strong> het geloof in <strong>de</strong> spoedige we<strong>de</strong>rkomst van Christus heerst nog<br />
in <strong>de</strong> Duitse kerk<strong>en</strong> van dat land.<br />
Het licht sche<strong>en</strong> ook in Frankrijk <strong>en</strong> Zwitserland. Te Génève, waar Farel <strong>en</strong> Calvijn <strong>de</strong><br />
waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hervorming hadd<strong>en</strong> verspreid, predikte Gauss<strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst. Terwijl hij nog stud<strong>en</strong>t was, had Gauss<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis gemaakt met die<br />
rationalistiese geest, die gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> het laatste <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> het begin van <strong>de</strong><br />
neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw geheel Europa doortrok; <strong>en</strong> to<strong>en</strong> hij zijn werk als prediker begon, was hij<br />
niet alle<strong>en</strong> onkundig aan het ware geloof, maar g<strong>en</strong>eigd tot twijfelzucht. In zijn jeugd was<br />
zijn belangstelling opgewekt in <strong>de</strong> studie van <strong>de</strong> profetieën. Na Rollins “Ou<strong>de</strong> Geschied<strong>en</strong>is”<br />
gelez<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, werd zijn aandacht bepaald bij het twee<strong>de</strong> hoofdstuk van Daniël, <strong>en</strong> trof<br />
hem <strong>de</strong> won<strong>de</strong>rvolle juistheid, waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> profetie vervuld was, gelijk uit <strong>de</strong> oorkon<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> geschiedschrijver bleek. Hier was e<strong>en</strong> bewijs, dat <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> door ingeving<br />
geschrev<strong>en</strong> zijn, hetge<strong>en</strong> hem tot e<strong>en</strong> anker verstrekte te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong> van latere<br />
jar<strong>en</strong>. Hij kon zich niet tevred<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> met <strong>de</strong> leer van het rationalisme, <strong>en</strong> door het<br />
bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel <strong>en</strong> het zoek<strong>en</strong> naar dui<strong>de</strong>liker licht, kwam hij na <strong>en</strong>ige tijd tot e<strong>en</strong><br />
beslist geloof.<br />
Terwijl hij bezig was, <strong>de</strong> profetieën te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, geraaktë hij tot <strong>de</strong> overtuiging, dat<br />
<strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> op hand<strong>en</strong> was. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> indruk van <strong>de</strong> ernst <strong>en</strong> het gewicht van<br />
<strong>de</strong>ze grote waarheid w<strong>en</strong>ste hij die voor het volk te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> ; maar het algem<strong>en</strong>e geloof, dat<br />
<strong>de</strong> profetieën van Daniël verborg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> niet verstaan kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, was hem<br />
e<strong>en</strong> ernstig struikelblok. Hij besloot ein<strong>de</strong>lik — ev<strong>en</strong>als Farel v——r hem gedaan had bij<br />
het evangeliser<strong>en</strong> van Génève — om met <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te beginn<strong>en</strong>, door wie hij hoopte <strong>de</strong><br />
belangstelling van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs op te wekk<strong>en</strong>.<br />
253
“Ik w<strong>en</strong>s het verstaan te hebb<strong>en</strong>,” zei hij later, sprek<strong>en</strong><strong>de</strong> over het doel, waarme<strong>de</strong> hij dit<br />
gedaan had, “dat het niet is om het weinige gewicht, maar integ<strong>en</strong><strong>de</strong>el om <strong>de</strong> grote waar<strong>de</strong><br />
ervan, dat ik het op <strong>de</strong>ze gewone wijze inkleed<strong>de</strong>, <strong>en</strong> het aan <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> voorstel<strong>de</strong>. Ik<br />
w<strong>en</strong>ste e<strong>en</strong> gehoor te krijg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrees<strong>de</strong>, dat me dit niet gelukk<strong>en</strong> zou, indi<strong>en</strong> ik me eerst tot<br />
<strong>de</strong> volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> richtte.” “Derhalve besloot ik om tot <strong>de</strong> jongst<strong>en</strong> te gaan. Ik br<strong>en</strong>g e<strong>en</strong><br />
gehoor van kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> bije<strong>en</strong>; indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> groep aangroeit, indi<strong>en</strong> het blijkt dat ze luister<strong>en</strong>, dat<br />
het hun bevalt, <strong>en</strong> ze er belang in stell<strong>en</strong>, dat ze het on<strong>de</strong>rwerp verstaan <strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong>, b<strong>en</strong> ik<br />
er zeker van, spoedig e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> kringetje te krijg<strong>en</strong>; <strong>en</strong> op hun beurt zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>re<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> inzi<strong>en</strong>, dat het <strong>de</strong> moeite waard is om ne<strong>de</strong>r te zitt<strong>en</strong> <strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Wanneer ik<br />
het zo ver krijg, dan is <strong>de</strong> zaak gewonn<strong>en</strong>.”<br />
De poging gelukte. Terwijl hij <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> toesprak, kwam<strong>en</strong> ou<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> luister<strong>en</strong>.<br />
De galerij<strong>en</strong> van zijn kerk war<strong>en</strong> vol aandachtige hoor<strong>de</strong>rs. On<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> war<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> van<br />
rang <strong>en</strong> geleerdheid, alsook vreem<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitlan<strong>de</strong>rs, die Génève bezocht<strong>en</strong>; <strong>en</strong> op die<br />
wijze werd <strong>de</strong> boodschap naar an<strong>de</strong>re strek<strong>en</strong> gebracht.<br />
Aangemoedigd door dit sukses gaf Gauss<strong>en</strong> zijn toesprak<strong>en</strong> uit, in <strong>de</strong> hoop van <strong>de</strong> studie<br />
van <strong>de</strong> profetiese boek<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van het Frans sprek<strong>en</strong><strong>de</strong> volk te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.<br />
“On<strong>de</strong>rricht aan kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>,” zegt Gauss<strong>en</strong>, “betek<strong>en</strong>t tot volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> te zegg<strong>en</strong>, die<br />
maar al te dikwels ge<strong>en</strong> acht slaan op zulke boek<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>r het valse voorw<strong>en</strong>dsel, dat ze te<br />
onverstaanbaar zijn: ‘Hoe kunn<strong>en</strong> ze verborg<strong>en</strong> zijn, wanneer uw kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> ze verstaan?’ ”<br />
“Ik gevoel<strong>de</strong> e<strong>en</strong> sterke begeerte,” voegt hij erbij, “om <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> profetieën<br />
algeme<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> in onze geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> dat mogelik is.” “Er is in<strong>de</strong>rdaad ge<strong>en</strong> studie,<br />
die volg<strong>en</strong>s mijn m<strong>en</strong>ing beter aan <strong>de</strong> behoeft<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd beantwoordt.” “Het is hierdoor,<br />
dat we ons voorbereid<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> op <strong>de</strong> tijd <strong>de</strong>r b<strong>en</strong>auwdheid, die op hand<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
wak<strong>en</strong> <strong>en</strong> wacht<strong>en</strong> op <strong>de</strong> komst van Jezus Christus.”<br />
Ofschoon hij e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geëerdste <strong>en</strong> geliefdste predikers in <strong>de</strong> Franse taal was, werd<br />
Gauss<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> tijd uit het pre-dikambt ontzet, zijn voornaamste overtreding zijn<strong>de</strong>, dat hij<br />
in plaats van <strong>de</strong> katechismus van <strong>de</strong> kerk, e<strong>en</strong> droog <strong>en</strong> ra- tionalisties handboek, waar<br />
nauweliks e<strong>en</strong> bepaald geloof in geleerd werd, <strong>de</strong> Bijbel gebruikt had om <strong>de</strong> jeugd te<br />
on<strong>de</strong>rricht<strong>en</strong>. Later werd hij leraar aan e<strong>en</strong> theologiese school, terwijl hij ‘s Zondags zijn<br />
werk als katechiseermeester voortzette, <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> toesprak, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Schrift<br />
on<strong>de</strong>rwees. Zijn boek<strong>en</strong> over <strong>de</strong> profetieën wekt<strong>en</strong> ook veel belangstelling op. Uit het<br />
hoogleraarsgestoelte, door <strong>de</strong> pers, <strong>en</strong> in zijn liefste betrekking, als on<strong>de</strong>rwijzer van <strong>de</strong><br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, oef<strong>en</strong><strong>de</strong> hij gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> vele jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote invloed uit, <strong>en</strong> werd het mid<strong>de</strong>l om <strong>de</strong><br />
aandacht van vel<strong>en</strong> te trekk<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> studie van <strong>de</strong> profetieën, welke aantoond<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> nabij was.<br />
Ook in Skandinavië werd <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-boodscliap verkondigd, <strong>en</strong> wijd <strong>en</strong> zijd<br />
belangstelling opgewekt. Vel<strong>en</strong> ontwaakt<strong>en</strong> uit hun zorgeloze zekerheid om hun zond<strong>en</strong> te<br />
belijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> vaarwel te zegg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vergeving te zoek<strong>en</strong> in <strong>de</strong> naam van Christus. Maar <strong>de</strong><br />
254
geestelik<strong>en</strong> in <strong>de</strong> staatskerk we<strong>de</strong>rstond<strong>en</strong> <strong>de</strong> beweging, <strong>en</strong> door hun invloed werd<strong>en</strong> er<br />
sommig<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> boodschap predikt<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is geworp<strong>en</strong>. Op vele plaats<strong>en</strong>, waar<br />
aan <strong>de</strong> predikers van <strong>de</strong> spoedige komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> aldus het zwijg<strong>en</strong> werd opgelegd,<br />
behaag<strong>de</strong> het God, <strong>de</strong> boodschap op e<strong>en</strong> won<strong>de</strong>rdadige wijze door jonge kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong><br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Daar ze on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> leeftijd war<strong>en</strong>, kon <strong>de</strong> wet van het land h<strong>en</strong> niet ker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd<br />
het hun toegelat<strong>en</strong> ongehin<strong>de</strong>rd te sprek<strong>en</strong>.<br />
De beweging was hoofdzakelik on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> lagere klasse; <strong>en</strong> het was in <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rige<br />
woning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> arbei<strong>de</strong>rs, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>kwam<strong>en</strong> om naar <strong>de</strong> waarschuwing te<br />
luister<strong>en</strong>. De kin<strong>de</strong>r-predikers war<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> mer<strong>en</strong><strong>de</strong>els arme hutbewoners. Sommig<strong>en</strong> van<br />
h<strong>en</strong> war<strong>en</strong> niet meer dan zes of acht jar<strong>en</strong> oud; <strong>en</strong> terwijl hun lev<strong>en</strong> getuig<strong>de</strong>, dat ze <strong>de</strong><br />
Heiland liefhadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> om in gehoorzaamheid aan Gods heilige eis<strong>en</strong> te lev<strong>en</strong>,<br />
op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong> ze overig<strong>en</strong>s slechts het verstand <strong>en</strong> <strong>de</strong> bekwaamheid, welke in kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van<br />
die leeftijd in <strong>de</strong> regel opgemerkt wordt. Wanneer ze echter voor het volk stond<strong>en</strong>, was het<br />
dui<strong>de</strong>lik, dat er e<strong>en</strong> invloed in h<strong>en</strong> werkte, die meer was hun eig<strong>en</strong> natuurlike begaafdheid.<br />
Toon <strong>en</strong> manier<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>rd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met ernst <strong>en</strong> kracht waarschuwd<strong>en</strong> ze teg<strong>en</strong> het oor<strong>de</strong>el,<br />
gebruik mak<strong>en</strong><strong>de</strong> van <strong>de</strong> eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift: “Vreest God, <strong>en</strong> geeft Hem<br />
heerlikheid, want <strong>de</strong> ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is gekom<strong>en</strong>.” Ze bestraft<strong>en</strong> <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van het volk,<br />
<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> onze<strong>de</strong>likheid <strong>en</strong> ontucht, maar berispt<strong>en</strong> wereldsgezindheid <strong>en</strong><br />
afval, <strong>en</strong> waarschuwd<strong>en</strong> hun hoor<strong>de</strong>rs om zich te haast<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> toekom<strong>en</strong><strong>de</strong> toorn te<br />
ontvlied<strong>en</strong>.<br />
Het volk luister<strong>de</strong> bev<strong>en</strong>d naar hun woord<strong>en</strong>. De overtuig<strong>en</strong><strong>de</strong> Geest Gods sprak tot hun<br />
hart<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er toe geleid, <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> met vernieuw<strong>de</strong> <strong>en</strong> grotere belangstelling te<br />
on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>; <strong>de</strong> onmatig<strong>en</strong> <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> tot hervorming; an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> hun<br />
oneerlike praktijk<strong>en</strong> op; <strong>en</strong> z— dui<strong>de</strong>lik was <strong>de</strong> beweging, dat zelfs predikant<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
staatskerk gedwong<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, te erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, dat Gods hand er zichtbaar in was. Het was Gods<br />
wil, dat <strong>de</strong> tijding van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heiland in <strong>de</strong> Skandinaviese land<strong>en</strong><br />
verkondigd zou word<strong>en</strong>; <strong>en</strong> to<strong>en</strong> <strong>de</strong> stem van Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong> werd gebracht,<br />
goot Hij Zijn Geest over <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> uit, opdat het werk zou word<strong>en</strong> gedaan.<br />
To<strong>en</strong> Jezus Jeruzalem na<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, omringd door <strong>de</strong> juich<strong>en</strong><strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte, die Hem met<br />
triomfkret<strong>en</strong> <strong>en</strong> het wuiv<strong>en</strong> van palmtakk<strong>en</strong> als <strong>de</strong> Zoon van David binn<strong>en</strong>leid<strong>de</strong>, beriep<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> naijverige Farizeën zich op Hem om hun het stilzwijg<strong>en</strong> op te legg<strong>en</strong>; maar Jezus<br />
antwoord<strong>de</strong>, dat dit alles tot vervulling van <strong>de</strong> profetieën geschied<strong>de</strong>; <strong>en</strong> dat, indi<strong>en</strong> zij<br />
zoud<strong>en</strong> zwijg<strong>en</strong>, <strong>de</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> haast roep<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>. Het volk staakte hun vreug<strong>de</strong>volle aankondiging,<br />
to<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> van Jeruzalem binn<strong>en</strong>trokk<strong>en</strong>, uit angst voor <strong>de</strong> bedreiging<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> overhed<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong> voorhov<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tempel herhaald<strong>en</strong> het<br />
referein, <strong>en</strong> hun palmtakk<strong>en</strong> wuiv<strong>en</strong><strong>de</strong>, riep<strong>en</strong> ze, “Hosanna aan <strong>de</strong> Zone Davids!” To<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Farizeën, die dit zeer kwalik nam<strong>en</strong>, tot Hem zeid<strong>en</strong>: “Hoort ge wel, wat <strong>de</strong>z<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>?”<br />
antwoord<strong>de</strong> Jezus, “Ja, hebt ge nooit gelez<strong>en</strong>: Uit <strong>de</strong> mond van <strong>de</strong> jonge kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
zuigeling<strong>en</strong> hebt ge U lof toebereid?” Ev<strong>en</strong>als God t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van Christus’ eerste komst door<br />
255
mid<strong>de</strong>l van kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> werkte, zo werkte Hij ook door h<strong>en</strong> bij het verkondig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijding<br />
van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst. Gods woord moest vervuld word<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> aankondiging van <strong>de</strong> komst<br />
van <strong>de</strong> Heiland aan alle volk<strong>en</strong>, tal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> natieën zou word<strong>en</strong> gedaan.<br />
Aan William Miller <strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die met hem werkt<strong>en</strong>, was het gegev<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarschuwing<br />
in <strong>Amerika</strong> te predik<strong>en</strong>. Dit land werd het mid<strong>de</strong>lpunt van <strong>de</strong> grote Adv<strong>en</strong>tbeweging. Hier<br />
was het, dat <strong>de</strong> voorzegging, in <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel vervat, het meest direkt<br />
vervuld werd. De geschrift<strong>en</strong> van Miller <strong>en</strong> zijn metgezell<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> naar verafgeleg<strong>en</strong><br />
land<strong>en</strong> verzond<strong>en</strong>. In welk <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> er ooit z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> war<strong>en</strong> doorgedrong<strong>en</strong>,<br />
daarhe<strong>en</strong> ging ook <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> tijding van Christus’ spoedige we<strong>de</strong>rkomst. Wijd <strong>en</strong> zijd<br />
verspreid<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> boodschap van het eeuwige evangelie: “Vreest God, <strong>en</strong> geeft Hem<br />
heerlikheid, want <strong>de</strong> ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is gekom<strong>en</strong>.”<br />
Het bewijs uit <strong>de</strong> profetieën, dat <strong>de</strong> komst van Christus sche<strong>en</strong> vast te stell<strong>en</strong> in <strong>de</strong> l<strong>en</strong>te<br />
van 1844, maakte e<strong>en</strong> diepe indruk op <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> boodschap van<br />
Staat tot Staat gebracht werd, ontstond er overal grote belangstelling. Vel<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ervan<br />
overtuigd, dat <strong>de</strong> bewering<strong>en</strong>, gegrond op <strong>de</strong> profetiese period<strong>en</strong>, juist war<strong>en</strong>; <strong>en</strong>, <strong>de</strong> trots<br />
van hun m<strong>en</strong>ing opgev<strong>en</strong><strong>de</strong>, nam<strong>en</strong> ze met vreug<strong>de</strong> <strong>de</strong> waarheid aan. Sommige predikant<strong>en</strong><br />
gav<strong>en</strong> hun sektariese inzicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s op, <strong>de</strong>d<strong>en</strong> afstand van hun salariss<strong>en</strong>, verliet<strong>en</strong><br />
hun kerk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> slot<strong>en</strong> zich aan bij h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> komst van Jezus verkondigd<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong><br />
echter betrekkelik weinig predikant<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>ze tijding wild<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>; om welke red<strong>en</strong><br />
hij grot<strong>en</strong><strong>de</strong>els aan e<strong>en</strong>voudige lek<strong>en</strong> werd toevertrouwd. Boer<strong>en</strong> verliet<strong>en</strong> hun boer<strong>de</strong>rij<strong>en</strong>,<br />
ambachtslied<strong>en</strong> hun gereedschap, kooplied<strong>en</strong> hun koopwar<strong>en</strong>, zij, die ambt<strong>en</strong> bekleedd<strong>en</strong>,<br />
hun betrekking<strong>en</strong>; <strong>en</strong> toch was het aantal arbei<strong>de</strong>rs klein in vergelijking van het werk, dat er<br />
gedaan moest word<strong>en</strong>. De toestand van e<strong>en</strong> god<strong>de</strong>loze kerk <strong>en</strong> van e<strong>en</strong> wereld, die in het<br />
boze ligt, drukte zwaar op <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> trouwe wachters, <strong>en</strong> ze verduurd<strong>en</strong> vrijwillig<br />
zware arbeid, ontbering <strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> oproep<strong>en</strong> tot berouw ter<br />
zaligheid. Hoewel door Satan teg<strong>en</strong>gewerkt, ging <strong>de</strong> arbeid geregeld voort, <strong>en</strong> werd <strong>de</strong><br />
Adv<strong>en</strong>t-waarheid door vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Overal werd het dring<strong>en</strong><strong>de</strong> getuig<strong>en</strong>is vernom<strong>en</strong>, waardoor zondar<strong>en</strong>, zowel<br />
wereldling<strong>en</strong> als led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk, ge-waarschuwd werd<strong>en</strong>, om te ontvlied<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
toekom<strong>en</strong><strong>de</strong> toorn. Ev<strong>en</strong>als Johannes <strong>de</strong> Doper, <strong>de</strong> voorloper van Christus, legd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
predikers <strong>de</strong> bijl aan <strong>de</strong> wortel van <strong>de</strong> boom, <strong>en</strong> drong<strong>en</strong> er bij all<strong>en</strong> op aan, vrucht<strong>en</strong> voort<br />
te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>de</strong> bekering waardig. Hun onrustwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> oproeping stond in merkelike<br />
teg<strong>en</strong>stelling tot <strong>de</strong> verzekering<strong>en</strong> van vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> veiligheid, die van <strong>de</strong> populaire kansels<br />
werd<strong>en</strong> gehoord; <strong>en</strong> waar <strong>de</strong> boodschap ook gegev<strong>en</strong> werd, werd het volk erdoor getroff<strong>en</strong>.<br />
Het e<strong>en</strong>voudige, direkte bewijs uit <strong>de</strong> Schrift, door <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest bekrachtigd, had e<strong>en</strong><br />
overtuig<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht, waaraan slechts zeer weinig<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> weerstand kond<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>.<br />
Belij<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st werd<strong>en</strong> uit hun valse gerustheid opgewekt. Ze zag<strong>en</strong> hun afval,<br />
hun wereldsgezindheid <strong>en</strong> hun ongeloof, hun trots <strong>en</strong> hun zelfzucht in. Vel<strong>en</strong> zocht<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Heer met berouw <strong>en</strong> verootmoediging. De g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid tot aardse ding<strong>en</strong>, die ze zo lang<br />
256
hadd<strong>en</strong> gevoed, werd nu op <strong>de</strong> hemel overgedrag<strong>en</strong>. De Geest Gods rustte op h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met<br />
verzachte <strong>en</strong> verootmoedig<strong>de</strong> hart<strong>en</strong> slot<strong>en</strong> ze zich aan bij h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> kreet <strong>de</strong>d<strong>en</strong><br />
weerklink<strong>en</strong>: “Vreest God, <strong>en</strong> geeft Hem heerlikheid, want <strong>de</strong> ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is<br />
gekom<strong>en</strong>.”<br />
Zondar<strong>en</strong> vroeg<strong>en</strong> met tran<strong>en</strong>: “Wat moet ik do<strong>en</strong> om zalig te word<strong>en</strong>?” Zij, wier lev<strong>en</strong><br />
zich door oneerlikheid had gek<strong>en</strong>merkt, war<strong>en</strong> verlang<strong>en</strong>d om vergoeding te do<strong>en</strong>. All<strong>en</strong>,<br />
die vre<strong>de</strong> in Christus gevond<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, verlangd<strong>en</strong>, dat an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong>l<strong>en</strong>.<br />
De hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs keerd<strong>en</strong> zich tot <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot hun<br />
ou<strong>de</strong>rs. De scheidsmur<strong>en</strong> van trots <strong>en</strong> terughoud<strong>en</strong>dheid werd<strong>en</strong> omgeworp<strong>en</strong>. Hartgrondige<br />
belijd<strong>en</strong>is werd er gedaan, <strong>en</strong> <strong>de</strong> led<strong>en</strong> van het huisgezin werkt<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> redding van h<strong>en</strong>,<br />
die hun het naast stond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het liefst war<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>igmaal hoor<strong>de</strong> m<strong>en</strong> ernstige gebed<strong>en</strong><br />
opz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Overal werd<strong>en</strong> er gevond<strong>en</strong>, die in grote zielsangst met God pleitt<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong><br />
worsteld<strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele nacht in het gebed om <strong>de</strong> verzekering te erlang<strong>en</strong>, dat hun eig<strong>en</strong><br />
zond<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, of om <strong>de</strong> bekering van hun betrekking<strong>en</strong> of bur<strong>en</strong>.<br />
Alle klass<strong>en</strong> stroomd<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong>. Rijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong>,<br />
hog<strong>en</strong> <strong>en</strong> lag<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> om verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> begerig, om voor zichzelv<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst te hor<strong>en</strong>. De Heer hield <strong>de</strong> geest van teg<strong>en</strong>stand in toom, terwijl Zijn<br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> <strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor hun geloof verklaard<strong>en</strong>. Somtijds was het werktuig zwak;<br />
maar Gods Geest gaf kracht aan Zijn waarheid. De teg<strong>en</strong>woordigheid van heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
werd in <strong>de</strong>ze verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> gevoeld, <strong>en</strong> er werd<strong>en</strong> er dageliks vel<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong><br />
toegevoegd. Terwijl <strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> spoedige we<strong>de</strong>rkomst van Christus werd<strong>en</strong><br />
herhaald,luisterd<strong>en</strong> grote m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> in a<strong>de</strong>mloze stilte naar <strong>de</strong> plechtige woord<strong>en</strong>. Hemel <strong>en</strong><br />
aar<strong>de</strong> sch<strong>en</strong><strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r na<strong>de</strong>r te kom<strong>en</strong>. De kracht Gods werd gevoeld door oud<strong>en</strong> zowel als<br />
door jong<strong>en</strong> <strong>en</strong> person<strong>en</strong> van mid<strong>de</strong>lbare leeftijd. De mann<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> naar hun woning<strong>en</strong><br />
terug met e<strong>en</strong> loflied op <strong>de</strong> lipp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> ton<strong>en</strong> klonk<strong>en</strong> door <strong>de</strong> stille avondlucht.<br />
Niemand, die <strong>de</strong>ze bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> bijgewoond heeft, kan ooit die tonel<strong>en</strong> van die<br />
allerdiepste belangstelling verget<strong>en</strong>.<br />
De verkondiging van e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> komst van Christus lokte grote<br />
teg<strong>en</strong>stand van vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r alle klass<strong>en</strong> uit, van <strong>de</strong> predikant op <strong>de</strong> kansel tot op <strong>de</strong> roekelooste,<br />
hemelterg<strong>en</strong><strong>de</strong> zon- daar. De woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetie werd<strong>en</strong> vervuld: “In het<br />
laatste <strong>de</strong>r dag<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> er spotters kom<strong>en</strong>, die naar hun eig<strong>en</strong> begeerlikhed<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>: Waar is <strong>de</strong> belofte van Zijn toekomst? Want van die dag, dat <strong>de</strong><br />
va<strong>de</strong>rs ontslap<strong>en</strong> zijn, blijv<strong>en</strong> alle ding<strong>en</strong> alzo, gelijk van het begin van <strong>de</strong> schepping,“1<br />
Vel<strong>en</strong>, die voorgav<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Heiland lief te hebb<strong>en</strong>, verklaard<strong>en</strong>, dat ze niet teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer van<br />
<strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst war<strong>en</strong>; ze hadd<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> het bezwaar teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> vastgestel<strong>de</strong> tijd. Maar Gods<br />
alzi<strong>en</strong>d oog doorzag hun hart<strong>en</strong>. Ze wild<strong>en</strong> er niet van wet<strong>en</strong>, dat Christus zou kom<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
wereld in gerechtigheid te oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Ze war<strong>en</strong> ontrouwe di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> geweest; hun werk<br />
kon het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> God, Die <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> proeft, niet lijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze vreesd<strong>en</strong>, hun Heer te<br />
ontmoet<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> in <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> eerste komst van Christus, war<strong>en</strong> ze niet<br />
257
gereed om Jezus te verwelkom<strong>en</strong>. Ze weigerd<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> om naar <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige lering<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Bijbel te luister<strong>en</strong>, maar bespott<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die naar <strong>de</strong> Heer uitzag<strong>en</strong>. Satan <strong>en</strong> zijn<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> juicht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wez<strong>en</strong> er. Christus <strong>en</strong> Zijn heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> hon<strong>en</strong>d op, dat het volk, dat<br />
voorgaf Hem te belijd<strong>en</strong>, zo weinig lief<strong>de</strong> tot Hem had, dat ze niet naar Zijn verschijning<br />
verlangd<strong>en</strong>.<br />
“Niemand weet <strong>de</strong> dag of het uur,” was <strong>de</strong> bewijsgrond, welke zij, die het Adv<strong>en</strong>t-geloof<br />
verwierp<strong>en</strong>, het meest aanvoerd<strong>en</strong>. De tekst luidt: “Doch van die dag <strong>en</strong> die ure weet<br />
niemand, ook niet <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>de</strong>r hemel<strong>en</strong>, dan Mijn Va<strong>de</strong>r alle<strong>en</strong>.” E<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>like <strong>en</strong><br />
steekhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> verklaring van <strong>de</strong>ze tekst werd gegev<strong>en</strong> door h<strong>en</strong>, die naar <strong>de</strong> Heer uitzag<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> het verkeer<strong>de</strong> gebruik, dat hun teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs ervan maakt<strong>en</strong>, werd hel<strong>de</strong>r aangetoond. De<br />
woord<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door Christus gebruikt in dat ged<strong>en</strong>kwaardige gesprek met Zijn discipel<strong>en</strong><br />
op <strong>de</strong> Olijfberg, nadat Hij voor <strong>de</strong> laatste maal <strong>de</strong> tempel verlat<strong>en</strong> had. De discipel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> vraag gesteld: “Welk zal het tek<strong>en</strong> zijn van Uw toekomst, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> voleinding van <strong>de</strong> (2<br />
Petrus 3:3, 4. ; Matth. 24:36) wereld?” Jezus gaf hun tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> zei: “Wanneer gij al <strong>de</strong>ze<br />
ding<strong>en</strong> zult zi<strong>en</strong>, zo weet, dat het nabij is, voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur.”<br />
M<strong>en</strong> moet het <strong>en</strong>e gezeg<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Heiland het an<strong>de</strong>re niet te niet lat<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Ofschoon<br />
niemand <strong>de</strong> dag of het uur van Zijn komst weet, wordt ons geleerd <strong>en</strong> wordt er verwacht, dat<br />
we wet<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, wanneer die nabij is. We ler<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r, dat het voor ons ev<strong>en</strong> noodlottig zal<br />
wez<strong>en</strong>, wanneer wij op Zijn waarschuwing ge<strong>en</strong> acht slaan, <strong>en</strong> weiger<strong>en</strong> of verzuim<strong>en</strong> op te<br />
lett<strong>en</strong>, wanneer Zijn we<strong>de</strong>rkomst nabij is, als het voor h<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Noach<br />
leefd<strong>en</strong>, was om niet te wet<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> vloed zou kom<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is in hetzelf<strong>de</strong><br />
hoofdstuk, waarin <strong>de</strong> getrouwe di<strong>en</strong>stknecht met <strong>de</strong> ontrouwe vergelek<strong>en</strong> wordt, <strong>en</strong> waarin<br />
wordt gesprok<strong>en</strong> van het oor<strong>de</strong>el over hem, die in zijn hart zei: “Mijn heer vertoeft te<br />
kom<strong>en</strong>,” toont aan, in welk licht Christus <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> zal beschouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> belon<strong>en</strong>, die Hij<br />
vind<strong>en</strong> zal wak<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> van Zijn komst getuig<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die het ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. “Waakt dan,”<br />
zegt Hij, “zalig is die di<strong>en</strong>stknecht, welke Zijn heer, kom<strong>en</strong><strong>de</strong>, zal vind<strong>en</strong> alzo do<strong>en</strong><strong>de</strong>.”<br />
“Indi<strong>en</strong> gij dan niet waakt, zo zal Ik over u kom<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> dief, <strong>en</strong> ge zult niet wet<strong>en</strong>, op wat<br />
ure Ik over u kom<strong>en</strong> zal.”<br />
Paulus spreekt van e<strong>en</strong> klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, voor welke <strong>de</strong> verschijning van <strong>de</strong> Heer<br />
onverwacht wez<strong>en</strong> zal. “De dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> zal alzo kom<strong>en</strong>, gelijk e<strong>en</strong> dief in <strong>de</strong> nacht. Want<br />
wanneer ze zull<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>: Het is vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r gevaar; dan zal e<strong>en</strong> haastig ver<strong>de</strong>rf hun<br />
overkom<strong>en</strong>, ... <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> het ge<strong>en</strong>szins ontvlied<strong>en</strong>.” Maar Hij voegt er bij voor h<strong>en</strong>, die<br />
acht hebb<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong> op <strong>de</strong> waarschuwing van <strong>de</strong> Heiland: “Maar gij, broe<strong>de</strong>rs! gij zijt niet<br />
in duisternis, dat u die dag als e<strong>en</strong> dief zou bevang<strong>en</strong>. Gij zijt all<strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s lichts, <strong>en</strong><br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s daags; wij zijn niet <strong>de</strong>s nachts, noch <strong>de</strong>r duisternis.”<br />
Aldus werd aangetoond, dat <strong>de</strong> Schrift <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> geeft om in onwet<strong>en</strong>dheid<br />
te blijv<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> nabijheid van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus. Maar zij, die slechts e<strong>en</strong><br />
verontschuldiging verlangd<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarheid te kunn<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong>, slot<strong>en</strong> hun or<strong>en</strong> voor<br />
258
<strong>de</strong>ze verklaring; <strong>en</strong> <strong>de</strong> stoutmoedige spotter, ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> predikant, die Christus beleed, bleef<br />
<strong>de</strong> woord<strong>en</strong> herhal<strong>en</strong>: “Niemand weet <strong>de</strong> dag of het uur.” Als <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> opgewekt werd<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> weg <strong>de</strong>r zaligheid begonn<strong>en</strong> te vrag<strong>en</strong>, steld<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>ston<strong>de</strong>rwijzers zich<br />
tass<strong>en</strong> h<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid in, <strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> hun vrees tot bedar<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> door het woord<br />
van God verkeerd uit te legg<strong>en</strong>. Ontrouwe wachters nam<strong>en</strong> <strong>de</strong>el aan het werk van <strong>de</strong> grote<br />
verlei<strong>de</strong>r <strong>en</strong> riep<strong>en</strong>: “Vre<strong>de</strong>, vre<strong>de</strong>!” terwijl God van ge<strong>en</strong> vre<strong>de</strong> gesprok<strong>en</strong> had. Gelijk <strong>de</strong><br />
Farizeën in <strong>de</strong> tijd van Christus, weigerd<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> om zelv<strong>en</strong> het koninkrijk <strong>de</strong>s hemels in te<br />
gaan, <strong>en</strong> verhin<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die inging<strong>en</strong>. Het bloed van die ziel<strong>en</strong> zal van hun hand<strong>en</strong> geëist<br />
word<strong>en</strong>.<br />
De e<strong>en</strong>voudigst<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> meest toegewijd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> gewoonlik <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong>, die<br />
<strong>de</strong> boodschap aannam<strong>en</strong>. Zij, die <strong>de</strong> Bijbel voor zichzelv<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> niet<br />
an<strong>de</strong>rs dan het onschriftuurlik karakter van <strong>de</strong> gewone beschouwing<strong>en</strong> over <strong>de</strong> profetieën<br />
inzi<strong>en</strong>; <strong>en</strong> waar <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet door <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> geestelikheid beheerst werd<strong>en</strong>, waar<br />
ze Gods woord voor zichzelv<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, daar behoef<strong>de</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-leer slechts<br />
met <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> vergelek<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, om het God<strong>de</strong>lik gezag ervan aan het licht te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> door hun ongelovige broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> vervolgd. Om hun plaats in <strong>de</strong> kerk te<br />
behoud<strong>en</strong>, stemd<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> er in toe, over hun verwachting<strong>en</strong> te zwijg<strong>en</strong>; maar an<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
gevoeld<strong>en</strong>, dat hun trouw aan God h<strong>en</strong> verhin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> om <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, die Hij hun in pand<br />
had gegev<strong>en</strong>, aldus te verberg<strong>en</strong>. Niet weinig<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> om ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re red<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
geme<strong>en</strong>schap van <strong>de</strong> kerk afgesned<strong>en</strong>, dan dat ze hun geloof in <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus<br />
hadd<strong>en</strong> te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. De woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profeet war<strong>en</strong> zeer kostbaar voor h<strong>en</strong>, die<br />
<strong>de</strong>ze beproeving van hun geloof moest<strong>en</strong> verdur<strong>en</strong>: “Uw broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die u hat<strong>en</strong>, die u verre<br />
afzon<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, om Mijns Naams wil, zegg<strong>en</strong>: Dat <strong>de</strong> Heer heerlik wor<strong>de</strong>! Doch Hij zal<br />
verschijn<strong>en</strong> tot ulie<strong>de</strong>r vreug<strong>de</strong>, zij daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> beschaamd word<strong>en</strong>. “<br />
Gods <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> met <strong>de</strong> diepste belangstelling uit naar het gevolg, dat <strong>de</strong><br />
waarschuwing hebb<strong>en</strong> zou. Wanneer er in e<strong>en</strong> kerk e<strong>en</strong> algehele verwerping van <strong>de</strong><br />
boodschap plaats vond, keerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> [<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> zich in droefheid af. Toch war<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong>, die<br />
nog niet op <strong>de</strong> proef war<strong>en</strong> gesteld betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-waarheid. Vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong><br />
door echtg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, ou<strong>de</strong>rs, of kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> maakte hun wijs, dat zelfs naar zulke<br />
ketterij<strong>en</strong>, als <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> leerd<strong>en</strong>, te luister<strong>en</strong>, reeds zon<strong>de</strong> was. De <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
gelast om zorgvuldig over <strong>de</strong>ze ziel<strong>en</strong> te wak<strong>en</strong>; want er zou van <strong>de</strong> troon Gods nog e<strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>r licht over h<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>.<br />
Met onuitsprekelik verlang<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> zij, die <strong>de</strong> boodschap ontvang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, naar <strong>de</strong><br />
komst van hun Heiland uit. De tijd, waarop ze verwachtt<strong>en</strong> Hem te ontmoet<strong>en</strong>, kwam<br />
na<strong>de</strong>rbij. Met kalme ernst na<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> ze die ure. Ze rustt<strong>en</strong> in liefelike geme<strong>en</strong>schap met God,<br />
e<strong>en</strong> voorsmaak van <strong>de</strong> vre<strong>de</strong>, die hun <strong>de</strong>el zou word<strong>en</strong> in het gelukzalig hiernamaals.<br />
Niemand, die <strong>de</strong>ze hoop <strong>en</strong> dat vertrouw<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong> heeft, kan die heerlike ur<strong>en</strong> van<br />
259
afwachting verget<strong>en</strong>. Enige wek<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong>ze tijd werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> wereldse zak<strong>en</strong> grot<strong>en</strong><strong>de</strong>els<br />
ter zij<strong>de</strong> gesteld. De oprecht gelovig<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> zorgvuldig ie<strong>de</strong>re gedachte <strong>en</strong> opwelling van<br />
hun hart na, als lag<strong>en</strong> ze op hun sterfbed, <strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> ze binn<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele ur<strong>en</strong> hun og<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong><br />
voor <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Er werd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> “hemelvaartskle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>” gemaakt, maar all<strong>en</strong><br />
gevoeld<strong>en</strong> <strong>de</strong> behoefte aan innerlik getuig<strong>en</strong>is, dat ze gereed war<strong>en</strong> om hun Heiland te<br />
ontmoet<strong>en</strong>; hun witte kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> war<strong>en</strong> reinheid van ziel,— karakters van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> gereinigd<br />
door het zo<strong>en</strong>bloed van Christus. Was er nog maar on<strong>de</strong>r het volk, dat God belijdt, diezelf<strong>de</strong><br />
geest van on<strong>de</strong>rzoek <strong>de</strong>s hart<strong>en</strong>, hetzelf<strong>de</strong> ernstige, vastgegron<strong>de</strong> geloof! Hadd<strong>en</strong> zij<br />
aangehoud<strong>en</strong>, zich aldus voor <strong>de</strong> Heer te verontmoe- dig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun smeekgebed<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
troon <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> neer te legg<strong>en</strong>, ze zoud<strong>en</strong> e<strong>en</strong> veel rijkere bevinding hebb<strong>en</strong> gehad, dan nu<br />
het geval is. Er wordt te weinig gebed<strong>en</strong>; er is te weinig ware overtuiging van zon<strong>de</strong>; <strong>en</strong> het<br />
gemis van e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>d geloof rooft vel<strong>en</strong> <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, die onze Verlosser zo rijkelik<br />
aangebracht heeft.<br />
Het was Gods bedoeling, Zijn volk te toets<strong>en</strong>. Zijn hand be<strong>de</strong>kte e<strong>en</strong> fout in <strong>de</strong><br />
berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong>. De Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> merkt<strong>en</strong> <strong>de</strong> dwaling niet op,<br />
ev<strong>en</strong>min als die door <strong>de</strong> geleerdst<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r hun teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs werd ont<strong>de</strong>kt. De<br />
laatstg<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong> zeid<strong>en</strong>: “Uw berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong> is juist. Er zal e<strong>en</strong><br />
grote gebeurt<strong>en</strong>is plaats vind<strong>en</strong>, maar het is niet, wat <strong>de</strong> heer Miller voorspelt; het is <strong>de</strong><br />
bekering van <strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> niet <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus.” De tijd van afwachting ging<br />
voorbij, <strong>en</strong> Christus versche<strong>en</strong> niet om Zijn volk te verloss<strong>en</strong>. Zij, die met oprecht geloof <strong>en</strong><br />
lief<strong>de</strong> naar hun Heiland uitgezi<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong> bittere teleurstelling. Toch werd<strong>en</strong><br />
Gods plann<strong>en</strong> uitgevoerd: Hij beproef<strong>de</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die voorgav<strong>en</strong>, op Zijn komst te<br />
wacht<strong>en</strong>. Er war<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>z<strong>en</strong>, die door ge<strong>en</strong> hogere drijfveer gedrong<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
dan vrees. Hun geloofsbelijd<strong>en</strong>is had noch hun hart, noch hun lev<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>rd. To<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verwachte gebeurt<strong>en</strong>is niet plaats vond, verklaard<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze person<strong>en</strong>, dat ze niet teleurgesteld<br />
war<strong>en</strong>; ze hadd<strong>en</strong> nooit geloofd, dat Christus kom<strong>en</strong> zou. Ze war<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong>, die met<br />
<strong>de</strong> droefheid van <strong>de</strong> ware gelovig<strong>en</strong> <strong>de</strong> spot drev<strong>en</strong>. Maar Jezus <strong>en</strong> het gehele hemelheir zag<br />
met lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> me<strong>de</strong>gevoel op <strong>de</strong> beproefd<strong>en</strong> <strong>en</strong> getrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> toch teleurge- steld<strong>en</strong> neer.<br />
Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> sluier, die <strong>de</strong> zichtbare wereld van <strong>de</strong> onzichtbare scheidt, had kunn<strong>en</strong><br />
weggeschov<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> er <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> zijn, die <strong>de</strong>ze standvastige ziel<strong>en</strong> nabij<br />
kwam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> behoedd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> pijl<strong>en</strong> van Satan.<br />
260
Hoofdstuk 21 — E<strong>en</strong> Waarschuwing Verworp<strong>en</strong><br />
Met hot predik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> William Miller <strong>en</strong><br />
zijn me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> als <strong>en</strong>ig doel voor og<strong>en</strong> gehad, <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op te wekk<strong>en</strong> om zich voor te<br />
bereid<strong>en</strong> op het oor<strong>de</strong>el. Ze hadd<strong>en</strong> getracht <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die voorgav<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stig te zijn, te<br />
do<strong>en</strong> ontwak<strong>en</strong> tot het besef van <strong>de</strong> ware hoop van <strong>de</strong> kerk, <strong>en</strong> van hun behoefte aan e<strong>en</strong><br />
diepere Christelike on<strong>de</strong>rvinding; <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s gepoogd, <strong>de</strong> onbekeerd<strong>en</strong> hun plicht<br />
te do<strong>en</strong> beseff<strong>en</strong> van onmid<strong>de</strong>llik berouw <strong>en</strong> bekering tot God. “Ze <strong>de</strong>d<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> poging<strong>en</strong> om<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> over te hal<strong>en</strong>, zich aan e<strong>en</strong> zekere sekte of godsdi<strong>en</strong>stige partij aan te sluit<strong>en</strong>.<br />
Vandaar dat ze on<strong>de</strong>r alle partij<strong>en</strong> <strong>en</strong> sekt<strong>en</strong> werkt<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r zich in te lat<strong>en</strong> met hun<br />
organisatie of kerkelike tucht.”<br />
“Bij al hetge<strong>en</strong> ik gedaan heb,” zegt Miller, “heb ik nooit <strong>de</strong> begeerte of gedachte gehad<br />
om <strong>en</strong>ig belang in het lev<strong>en</strong> te roep<strong>en</strong>, afgescheid<strong>en</strong> van dat van <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong><br />
kerkg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong>, of om het <strong>en</strong>e te bevoor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> t<strong>en</strong> koste van het an<strong>de</strong>re. Ik dacht all<strong>en</strong><br />
van nut te zull<strong>en</strong> zijn. Aan-nem<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat alle Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zich zoud<strong>en</strong> verheug<strong>en</strong> in het<br />
vooruitzicht van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het niet met mij e<strong>en</strong>s<br />
war<strong>en</strong>, h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>ze leer omhelsd<strong>en</strong>, niet min<strong>de</strong>r zoud<strong>en</strong> liefhebb<strong>en</strong>, kon ik niet inzi<strong>en</strong>, dat<br />
er ooit <strong>en</strong>ige noodzakelikheid bestaan zou voor afzon<strong>de</strong>r- like bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong>. Mijn <strong>en</strong>ige<br />
doel was, ziel<strong>en</strong> tot God te beker<strong>en</strong>; het <strong>de</strong> wereld aan te zegg<strong>en</strong>, dat het oor<strong>de</strong>el na- <strong>de</strong>rt; <strong>en</strong><br />
er mijn me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe te beweg<strong>en</strong>, hun hart z— voor te bereid<strong>en</strong>, dat ze in staat zoud<strong>en</strong><br />
zijn om hun God in vre<strong>de</strong> te ontmoet<strong>en</strong>. De grote meer<strong>de</strong>rheid van h<strong>en</strong>, die door mijn arbeid<br />
tot bekering kwam<strong>en</strong>, ver<strong>en</strong>igd<strong>en</strong> zich met <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>.”<br />
Daar zijn werk ertoe strekte om <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> op te bouw<strong>en</strong>, werd het e<strong>en</strong> tijd lang gunstig<br />
aangezi<strong>en</strong>. Maar to<strong>en</strong> predikant<strong>en</strong> <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stlei<strong>de</strong>rs zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-leer<br />
verklaard<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re beweging over het on<strong>de</strong>rwerp w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>, verzett<strong>en</strong> ze<br />
zich er niet alle<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kansel, maar ontzegd<strong>en</strong> aan hun led<strong>en</strong> het voorrecht om predikatieën<br />
over <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst bij te won<strong>en</strong>, of zelfs over hun hoop te sprek<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
gezellige bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk. Di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge verkeerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> staat<br />
van grote moeite <strong>en</strong> onzekerheid. Ze hadd<strong>en</strong> hun kerk<strong>en</strong> lief, <strong>en</strong> wild<strong>en</strong> zich er niet gaarne<br />
van afscheid<strong>en</strong>; maar daar ze zag<strong>en</strong>, dat het getuig<strong>en</strong>is van Gods woord on<strong>de</strong>rdrukt werd, <strong>en</strong><br />
hun het recht werd ontzegd om <strong>de</strong> profetieën te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, gevoeld<strong>en</strong> ze, dat hun trouw<br />
aan God h<strong>en</strong> verbood, zich te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. Zij kond<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die het getuig<strong>en</strong>is van Gods<br />
woord trachtt<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> te sluit<strong>en</strong>, niet beschouw<strong>en</strong> als <strong>de</strong> kerk van Christus, “<strong>de</strong> steunpilaar<br />
<strong>en</strong> het fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> waarheid.” Vandaar dat ze zich gerechtvaardigd achtt<strong>en</strong> om met<br />
hun vroegre betrekking te brek<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> zomer van 1844 trokk<strong>en</strong> er zich ongeveer vijftig<br />
duiz<strong>en</strong>d uit <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> terug.<br />
Omtr<strong>en</strong>t <strong>de</strong>ze tijd werd er e<strong>en</strong> merkbare veran<strong>de</strong>ring in <strong>de</strong> meeste kerk<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Jar<strong>en</strong> lang reeds was er e<strong>en</strong> trapsgewijs, doch gestadig<br />
261
to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> in gelijkvormigheid aan wereldse gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> gewoont<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> daarme<strong>de</strong><br />
overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong><strong>de</strong> vermin<strong>de</strong>ring van werkelik geestelik lev<strong>en</strong> opgemerkt; maar in dit jaar<br />
versch<strong>en</strong><strong>en</strong> er tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van e<strong>en</strong> plotselinge <strong>en</strong> opmerkelike afval in bijna al <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van<br />
het land. Terwijl niemand in staat sche<strong>en</strong> te zijn om <strong>de</strong> oorzaak hiervan aan te gev<strong>en</strong>, werd<br />
het feit zelf overal opgemerkt <strong>en</strong> besprok<strong>en</strong>, zowel door <strong>de</strong> pers als van <strong>de</strong> kansel.<br />
Op e<strong>en</strong> verga<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> kerkeraad van Phila<strong>de</strong>lphia zei <strong>de</strong> heer Barnes, schrijver van<br />
<strong>de</strong> bijbelverklaring, die zo algeme<strong>en</strong> gebruikt wordt, <strong>en</strong> predikant van e<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
voornaamste kerk<strong>en</strong> in die stad: “dat hij twintig jar<strong>en</strong> lang het ambt bedi<strong>en</strong>d had, <strong>en</strong> nog<br />
nooit tot op <strong>de</strong> laatste avonds- maaltijd dat sakram<strong>en</strong>t had uitge<strong>de</strong>eld, zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> opname<br />
van e<strong>en</strong> groter of kleiner aantal nieuwe led<strong>en</strong> daarme<strong>de</strong> gepaard was gegaan. Maar nu war<strong>en</strong><br />
er ge<strong>en</strong> opwekking<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> bekering<strong>en</strong>; nu was er weinig blijkbare groei in g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r<br />
li<strong>en</strong> die belijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niemand zocht hem in zijn stu<strong>de</strong>erkamer op om over <strong>de</strong> redding van<br />
zijn ziel te sprek<strong>en</strong>. Met <strong>de</strong> vooruitgang in zak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> betere vooruitzicht<strong>en</strong> van han<strong>de</strong>l <strong>en</strong><br />
fabriekswez<strong>en</strong>, was er e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van wereldsgezindheid gekom<strong>en</strong>. Dat was <strong>de</strong> toestand<br />
van alle kerkg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong>.”<br />
In <strong>de</strong> maand Februarie van hetzelf<strong>de</strong> jaar zei Professor Finney van het Oberlin College:<br />
“Wij hebb<strong>en</strong> het feit on<strong>de</strong>r onze aandacht gehad, dat <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong> van ons land als<br />
zodanig over het algeme<strong>en</strong> òf onverschillig òf vijandig gezind zijn teg<strong>en</strong> al <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>like<br />
hervorming<strong>en</strong> van onze eeuw. Er zijn ge<strong>de</strong>eltelike uitzon<strong>de</strong>ring<strong>en</strong>, doch niet g<strong>en</strong>oeg om het<br />
feit an<strong>de</strong>rs dan algeme<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> zijn. We hebb<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r bevestig<strong>en</strong>d feit,— <strong>de</strong> bijna<br />
algem<strong>en</strong>e afwezigheid van e<strong>en</strong> opwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> invloed in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>. Geestelike<br />
onverschilligheid heerst bijna overal, <strong>en</strong> is ont-zett<strong>en</strong>d diep geworteld; hier getuigt <strong>de</strong><br />
godsdi<strong>en</strong>stige pers van het gehele land van. ... De led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk beginn<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> groot<br />
<strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> mo<strong>de</strong> verslaafd te gerak<strong>en</strong>, —gaan hand aan hand met <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> door<br />
<strong>de</strong>elname aan partij<strong>en</strong>, dans<strong>en</strong> <strong>en</strong> feestelikhed<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z. . . . Maar we behoev<strong>en</strong> over dit<br />
pijnlike on<strong>de</strong>rwerp niet ver<strong>de</strong>r uit te weid<strong>en</strong>. Het zij g<strong>en</strong>oeg, dat er altijd meer <strong>en</strong><br />
gewichtiger bewijz<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, die aanton<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> over het alge- me<strong>en</strong> treurig aan<br />
het ontaard<strong>en</strong> zijn. Ze zijn zeer ver van <strong>de</strong> Heer afgedwaald, <strong>en</strong> Hij heeft zich aan h<strong>en</strong><br />
onttrokk<strong>en</strong>.”<br />
En e<strong>en</strong> schrijver in <strong>de</strong> Religious Telescope getuigt: “We zijn nooit van zulk e<strong>en</strong><br />
algem<strong>en</strong>e achteruitgang in <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st getuige geweest, als die op het og<strong>en</strong>blik bestaat.<br />
Waarlik, <strong>de</strong> kerk behoor<strong>de</strong> te ontwak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> naar <strong>de</strong> oorzaak van <strong>de</strong>ze droevige toestand te<br />
zoek<strong>en</strong>; want ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>, die Zion liefheeft, moet het met leedwez<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>. Wanneer we ons<br />
herinner<strong>en</strong>, hoe weinig gevall<strong>en</strong> er zijn van ware bekering, <strong>en</strong> hoe zeld<strong>en</strong> die voorkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> schier onverge- lijkelike onboetvaardigheid <strong>en</strong> hardheid van <strong>de</strong> zondar<strong>en</strong>, roep<strong>en</strong> we<br />
bijna onwillekeurig uit: ‘Heeft God verget<strong>en</strong> g<strong>en</strong>adig te zijn? of, Is <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
geslot<strong>en</strong>?’” Er bestaat nimmer zulk e<strong>en</strong> toestand, zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> oorzaak ervan in <strong>de</strong> kerk zelf<br />
ligt. De geestelike duisternis, die volk<strong>en</strong>, kerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> person<strong>en</strong> omhult, is niet te wijt<strong>en</strong> aan<br />
e<strong>en</strong> willekeurig terugtrekk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hulp van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> aan Gods kant, maar aan<br />
262
verontachtzaming of verwerping van God<strong>de</strong>lik licht aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
treff<strong>en</strong>d voorbeeld hiervan vindt m<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van het Joodse volk t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van<br />
Christus.<br />
Door hun toewijding aan <strong>de</strong> wereld <strong>en</strong> het verget<strong>en</strong> van God <strong>en</strong> Zijn Woord was hun<br />
verstand verduisterd, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> aards <strong>en</strong> zinnelik geword<strong>en</strong>. Aldus verkeerd<strong>en</strong> ze<br />
in onwet<strong>en</strong>dheid aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Messias, <strong>en</strong> in hun trots <strong>en</strong> ongeloof<br />
verwierp<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> Verlosser. Zelfs to<strong>en</strong> sneed God het Joodse volk niet af van e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis van,<br />
of <strong>de</strong>elname aan <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verlossing. Maar zij, die <strong>de</strong> waarheid verwierp<strong>en</strong>,<br />
verlor<strong>en</strong> alle verlang<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> gave <strong>de</strong>s Hemels. Ze hadd<strong>en</strong> “duisternis in <strong>de</strong> plaats van het<br />
licht, <strong>en</strong> licht in <strong>de</strong> plaats van duisternis gesteld,” totdat het licht in h<strong>en</strong> duisternis geword<strong>en</strong><br />
was; <strong>en</strong> hoe groot was die duisternis!<br />
Het past Satans toeleg, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st behoud<strong>en</strong>, zo lang<br />
maar <strong>de</strong> geest van ware godzaligheid ontbreekt. Na hun verwerping van het evangelie<br />
ging<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> ijverig voort met het handhav<strong>en</strong> van hun ou<strong>de</strong> ceremonieën, <strong>en</strong> hield<strong>en</strong> zich<br />
strikt aan hun nationale afzon<strong>de</strong>ring, terwijl zijzelv<strong>en</strong> niet nalat<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>, toe te gev<strong>en</strong>, dat<br />
Gods teg<strong>en</strong>woordigheid zich niet langer on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong>. De profetie van Daniël wees<br />
z— dui<strong>de</strong>lik op <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Messias, <strong>en</strong> voorspel<strong>de</strong> Zijn dood z— bepaald,<br />
dat ze het on<strong>de</strong>rzoek van die voorzegging teg<strong>en</strong>ging<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> rabbijn<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>lik e<strong>en</strong> vloek<br />
uitsprak<strong>en</strong> over all<strong>en</strong>, die zich aan e<strong>en</strong> berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> tijd zoud<strong>en</strong> wag<strong>en</strong>. Het volk van<br />
Israël heeft neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> in verblindheid <strong>en</strong> onboetvaardigheid geleefd,<br />
onverschillig voor het g<strong>en</strong>adige aanbod van <strong>de</strong> zaligheid, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r acht te gev<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van het evangelie, als e<strong>en</strong> ernstige <strong>en</strong> vrese- like waarschuwing teg<strong>en</strong> het gevaar<br />
van licht te verwerp<strong>en</strong>, dat van Bov<strong>en</strong> komt.<br />
Waar <strong>de</strong> oorzaak ervan bestaat, zal zich <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> uitkomst ton<strong>en</strong>. Wie koelbloedig zijn<br />
plichtsgevoel on<strong>de</strong>rdrukt, omdat het niet met zijn neiging<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komt, zal ein<strong>de</strong>lik <strong>de</strong><br />
macht verliez<strong>en</strong> om tuss<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> dwaling te on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>. Het verstand wordt<br />
verduisterd, het gewet<strong>en</strong> ongevoelig, het hart verhard, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ziel wordt van God vervreemd.<br />
Waar <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like waarheid verworp<strong>en</strong> of geminacht wordt, daar wordt<br />
<strong>de</strong> kerk in duisternis gehuld; geloof <strong>en</strong> lief<strong>de</strong> verkoel<strong>en</strong>; vervreemding <strong>en</strong> on<strong>en</strong>igheid<br />
sluip<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>. De led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> hun belangstelling <strong>en</strong> kracht aan wereldse<br />
zak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zondar<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verhard in hun onboetvaardigheid.<br />
De boodschap van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel van Op<strong>en</strong>baring 14, waarin het uur van Gods oor<strong>de</strong>el<br />
aangekondigd wordt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> om Hem te vrez<strong>en</strong> <strong>en</strong> heerlikheid te<br />
gev<strong>en</strong>, was bedoeld om het volk, dat God belijdt, van <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>rfelike invloed van <strong>de</strong> wereld<br />
af te scheid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> op te wekk<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> besef van hun ware toestand van<br />
wereldsgezindheid <strong>en</strong> afvalligheid. In <strong>de</strong>ze boodschap had God e<strong>en</strong> waarschuwing aan <strong>de</strong><br />
kerk gezond<strong>en</strong>, welke, indi<strong>en</strong> die aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> was, het kwaad verholp<strong>en</strong> zou hebb<strong>en</strong>, dat<br />
tuss<strong>en</strong> God <strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk scheiding maakte. Hadd<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> boodschap uit <strong>de</strong> hemel aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />
263
hun hart<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> Heer verootmoedigd, <strong>en</strong> in oprechtheid getracht zich voor te bereid<strong>en</strong><br />
om in Zijn teg<strong>en</strong>woordigheid te staan, zo zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> Geest <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht Gods zich on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard. De kerk zou opnieuw die gezeg<strong>en</strong><strong>de</strong> staat van e<strong>en</strong>heid, geloof <strong>en</strong><br />
lief<strong>de</strong> bereikt hebb<strong>en</strong>, welke er t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> bestond, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> “één<br />
hart <strong>en</strong> één ziel” war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> “sprak<strong>en</strong> het Woord Gods met vrijmoedigheid,” <strong>en</strong> to<strong>en</strong> “<strong>de</strong><br />
Heer dageliks toe<strong>de</strong>ed tot <strong>de</strong> geme<strong>en</strong>te, die zalig werd<strong>en</strong>.” Indi<strong>en</strong> het volk, dat God belijdt,<br />
het licht wil<strong>de</strong> ontvang<strong>en</strong>, zoals het op h<strong>en</strong> schijnt uit Zijn Woord, zoud<strong>en</strong> zij tot die e<strong>en</strong>heid<br />
gerak<strong>en</strong>, waarom Christus bad, <strong>en</strong> die door <strong>de</strong> apostel beschrev<strong>en</strong> wordt, als <strong>de</strong> “<strong>en</strong>igheid<br />
<strong>de</strong>s Geestes door <strong>de</strong> band <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s.” Hij zegt: “Eén lichaam is het, <strong>en</strong> één Geest,<br />
gelijkerwijs gij ook geroep<strong>en</strong> zijt tot één, hoop van uw beroeping; één Heer, één geloof, één<br />
doop.”<br />
De gezeg<strong>en</strong><strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding<strong>en</strong>, welke zij hadd<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tboodschap aannam<strong>en</strong>,<br />
war<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze aard. Ze kwam<strong>en</strong> uit verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> kerkg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun kerke- like<br />
scheidsmur<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> terne<strong>de</strong>r geworp<strong>en</strong>; teg<strong>en</strong>strijdige geloofspunt<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> weggedaan;<br />
<strong>de</strong> onschriftuurlike hoop op e<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>djarig rijk v——r het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> tijd werd<br />
opgegev<strong>en</strong> ; valse d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer werd<strong>en</strong> verbeterd;<br />
trots <strong>en</strong> gelijkvormigheid aan <strong>de</strong> wereld werd<strong>en</strong> weggevaagd; verkeer<strong>de</strong> verstandhouding<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> goed gemaakt; hart<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>igd in <strong>de</strong> zoetste geme<strong>en</strong>schap, <strong>en</strong> lief<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
vreug<strong>de</strong> hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> overhand. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze leer dit <strong>de</strong>ed voor <strong>de</strong> weinig<strong>en</strong>, die hem aanam<strong>en</strong>,<br />
zou hij voor alle hetzelf<strong>de</strong> gedaan hebb<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> all<strong>en</strong> hem hadd<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>!<br />
Maar <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> *am<strong>en</strong> over het algeme<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarschuwing niet aan. Hun predikant<strong>en</strong>,<br />
die als “wachters over het huis Israels” <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong> behoord<strong>en</strong> geweest te zijn, om <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
van Jezus’ we<strong>de</strong>rkomst te on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid niet ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> door mid<strong>de</strong>l<br />
van <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profet<strong>en</strong>, of <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong>. Terwijl wereldse<br />
verwachting<strong>en</strong> <strong>en</strong> eerzucht <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> vervuld<strong>en</strong>, was <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot God <strong>en</strong> het vertrouw<strong>en</strong> op<br />
Zijn Woord ver- koeld; <strong>en</strong> to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-leer verkondigd werd, wekte die slechts<br />
vooroor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> ongeloof op. Dat <strong>de</strong> boodschap voor het mer<strong>en</strong><strong>de</strong>el door lek<strong>en</strong> gepredikt<br />
werd, werd als e<strong>en</strong> bewijsgrond erteg<strong>en</strong> aangevoerd. Gelijk van ouds werd aan het<br />
e<strong>en</strong>voudige getuig<strong>en</strong>is van Gods woord <strong>de</strong> vraag teg<strong>en</strong>overgesteld : “Heeft iemand uit <strong>de</strong><br />
overst<strong>en</strong> in Hem geloofd, of uit <strong>de</strong> Farizeën?” En zi<strong>en</strong><strong>de</strong> welk e<strong>en</strong> moeilike taak het was om<br />
<strong>de</strong> argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te we<strong>de</strong>rlegg<strong>en</strong>, die uit <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong> geput werd<strong>en</strong>, steld<strong>en</strong> zich<br />
vel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> profetieën, <strong>en</strong> leerd<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> profetiese boek<strong>en</strong> verzegeld<br />
war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet verstaan kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> weigerd<strong>en</strong>, in onbepaald vertrouw<strong>en</strong> op hun lerar<strong>en</strong>, om naar <strong>de</strong><br />
waarschuwing te luister<strong>en</strong>; <strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, ofschoon van <strong>de</strong> waarheid overtuigd, durfd<strong>en</strong> die<br />
niet belijd<strong>en</strong>, opdat ze niet “uit <strong>de</strong> synagoge geworp<strong>en</strong>” zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De boodschap,<br />
welke God gezond<strong>en</strong> had om <strong>de</strong> kerk te toets<strong>en</strong> <strong>en</strong> te reinig<strong>en</strong>, op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> maar al te<br />
dui<strong>de</strong>lik, hoe groot het aantal was van h<strong>en</strong>, die hun hart<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gesteld op <strong>de</strong>ze wereld in<br />
plaats van op Christus. De band<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> kluisterd<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> sterker, dan<br />
264
hetge<strong>en</strong> h<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> hemel aantrok. Ze verkoz<strong>en</strong> te luister<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> wereldse<br />
wijsheid, <strong>en</strong> keerd<strong>en</strong> zich af van <strong>de</strong> boodschap <strong>de</strong>r waarheid, die het hart doorzoekt.<br />
Door <strong>de</strong> waarschuwing van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel niet aan te nem<strong>en</strong>, verwierp<strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> Hemel tot hun herstel beraamd. Ze verachtt<strong>en</strong> <strong>de</strong> g<strong>en</strong>adige boodschapper,<br />
die het kwaad, dat h<strong>en</strong> van God scheid<strong>de</strong>, uit <strong>de</strong> weg geruimd zou hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> w<strong>en</strong>dd<strong>en</strong> zich<br />
om met groter verlang<strong>en</strong> <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>dschap van <strong>de</strong> wereld te zoek<strong>en</strong> Hier lag <strong>de</strong> oorzaak van<br />
die vreselike toestand van wereldsgezindheid, afval <strong>en</strong> geestelike dood, die in 1844 in <strong>de</strong><br />
kerk<strong>en</strong> heerste. In Op<strong>en</strong>baring 14 wordt <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel door e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> gevolgd, die uitriep:<br />
“Zij is gevall<strong>en</strong>, zij is gevall<strong>en</strong>, Baby-lon, die grote stad, omdat zij uit <strong>de</strong> wijn van <strong>de</strong> toorn<br />
van haar hoererij alle volk<strong>en</strong> heeft gedr<strong>en</strong>kt.” De naam “Babylon ” is van “Babel” afgeleid,<br />
<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t “verwarring.” Hij wordt in <strong>de</strong> Schrift gebruikt om <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> van<br />
valse of afvallige godsdi<strong>en</strong>st uit te drukk<strong>en</strong>. In Op<strong>en</strong>baring 17 wordt Babylon voorgesteld<br />
als e<strong>en</strong> vrouw, e<strong>en</strong> beeld, dat in <strong>de</strong> Bijbel gebezigd wordt als het symbool van e<strong>en</strong> kerk, e<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>ugdzame vrouw e<strong>en</strong> reine kerk, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> slechte, e<strong>en</strong> afvallige kerk voorstell<strong>en</strong><strong>de</strong>.<br />
In <strong>de</strong> Bijbel wordt het heilige <strong>en</strong> duurzame karakter van <strong>de</strong> verhouding, die er tuss<strong>en</strong><br />
Christus <strong>en</strong> Zijn kerk bestaat, voorgesteld door <strong>de</strong> huweliksband. De Heer heeft Zijn volk<br />
verbond<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> plechtig verbond, waarin Hij belooft hun God te zull<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> zij zich<br />
verbind<strong>en</strong> Hem, <strong>en</strong> Hem alle<strong>en</strong> te zull<strong>en</strong> toebehor<strong>en</strong>. Hij verklaart: “Ik zal u Mij<br />
on<strong>de</strong>rtrouw<strong>en</strong> in eeuwigheid, ja, Ik zal u Mij on<strong>de</strong>rtrouw<strong>en</strong> in gerechtigheid <strong>en</strong> in gericht, <strong>en</strong><br />
in goe<strong>de</strong>rtier<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> in barmhartighed<strong>en</strong>.” En we<strong>de</strong>rom: “Ik heb u getrouwd.” En Paulus<br />
gebruikt hetzelf<strong>de</strong> beeld in het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t, wanneer hij zegt: “Ik heb ulied<strong>en</strong><br />
toebereid, om u als e<strong>en</strong> reine maagd aan e<strong>en</strong> man voor te stell<strong>en</strong>, namelik aan Christus.”<br />
De ontrouw van <strong>de</strong> kerk van Christus, betoond door het vertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid<br />
van Hem af te trekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> lief<strong>de</strong> tot wereldse zak<strong>en</strong> <strong>de</strong> ziel te lat<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong>, wordt<br />
vergelek<strong>en</strong> met het verbrek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> huweliksbelofte. De zon<strong>de</strong> van Israël in het zich<br />
afker<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heer, wordt on<strong>de</strong>r dit beeld voorgesteld; <strong>en</strong> <strong>de</strong> won<strong>de</strong>rvolle lief<strong>de</strong> Gods, die<br />
aldus geminacht wordt, is treff<strong>en</strong>d afgebeeld: “Ik zwoer u, <strong>en</strong> kwam met u in e<strong>en</strong> verbond,<br />
spreekt <strong>de</strong> Heer, Heer, <strong>en</strong> gij werdt <strong>de</strong> Mijne.” “Gij waart gans zeer schoon, <strong>en</strong> waart<br />
voorspoedig, dat ge e<strong>en</strong> koninkrijk werdt. Daartoe ging van u e<strong>en</strong> naam uit on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
heid<strong>en</strong><strong>en</strong> om uw schoonheid; want die was volmaakt door Mijn heerlikheid, die Ik op u<br />
gelegd had. . . . Maar gij hebt vertrouwd op uw schoonheid, <strong>en</strong> hebt gehoereerd van wege<br />
uw naam.” “Gelijk e<strong>en</strong> vrouw trouwelooslik scheidt van haar vri<strong>en</strong>d, alzo hebt gijlied<strong>en</strong><br />
trouwelooslik teg<strong>en</strong> Mij gehan<strong>de</strong>ld, gij huis Israëls, spreekt <strong>de</strong> Heer;” “O die overspelige<br />
vrouw! ze neemt in plaats van haar man <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong> man.”<br />
In het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t word<strong>en</strong> gelijkluid<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong> gericht tot belijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>dschap van <strong>de</strong> wereld verkiez<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> gunst van God. De apostel<br />
Jakobus zegt: “Overspelers <strong>en</strong> overspeleress<strong>en</strong>! weet ge niet, dat <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>dschap van <strong>de</strong><br />
wereld e<strong>en</strong> vijandschap Gods is? Zo wie dan e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d van <strong>de</strong> wereld wil zijn, die wordt<br />
265
e<strong>en</strong> vijand van God gesteld.”De vrouw (Babylon) van Op<strong>en</strong>baring 17 wordt beschrev<strong>en</strong> als<br />
“bekleed met purper <strong>en</strong> scharlak<strong>en</strong>,<strong>en</strong> versierd met — goud,<strong>en</strong> kostelik geste<strong>en</strong>te, <strong>en</strong> paarl<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> had in haar hand e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> drinkbeker, vol van gruwel<strong>en</strong> <strong>en</strong> van onreinigheid. . . . En<br />
op haar voorhoofd was e<strong>en</strong> naam geschrev<strong>en</strong>, name- lik Verborg<strong>en</strong>heid, het grote Babylon,<br />
<strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r van hoererij<strong>en</strong>.” De profeet zegt: “Ik zag dat <strong>de</strong> vrouw dronk<strong>en</strong> was van het<br />
bloed van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van het bloed van <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> van Jezus.”<br />
Babylon wordt ver<strong>de</strong>r gezegd te zijn: “De grote stad, die het koninkrijk heeft over <strong>de</strong><br />
konin- g<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.” De macht, die zoveel eeuw<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong> <strong>de</strong>spoties geheerst heeft<br />
over <strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid, is Rome. De purper<strong>en</strong> <strong>en</strong> scharlak<strong>en</strong> kleur, het goud <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> kostelike st<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> paarl<strong>en</strong>, gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik beeld van <strong>de</strong> pracht <strong>en</strong> meer dan<br />
koninklike praal, die <strong>de</strong> trotse paus van Rome t<strong>en</strong> toont spreidt. En van ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re macht<br />
kon het met zoveel waarheid gezegd word<strong>en</strong>, dat hij “dronk<strong>en</strong> was van het bloed van <strong>de</strong><br />
heilig<strong>en</strong>,” als van die kerk, die <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus zo wreed vervolgd heeft.<br />
Babylon wordt ook beschuldigd van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van in onwettige verhouding gestaan te<br />
hebb<strong>en</strong> tot “<strong>de</strong> koning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.” Het was door zich van <strong>de</strong> Heer af te ker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich<br />
met <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong> te vergezelschapp<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Joodse kerk e<strong>en</strong> hoer werd; <strong>en</strong> over Rome<br />
wordt e<strong>en</strong> zelf<strong>de</strong> oor<strong>de</strong>el uitgesprok<strong>en</strong>, omdat het zich op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze besmet heeft door<br />
bij wereldlike macht<strong>en</strong> steun te zoek<strong>en</strong>.<br />
Babylon wordt gezegd “<strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r van hoererij<strong>en</strong>” (of “van <strong>de</strong> hoer<strong>en</strong>”) te zijn. Door<br />
haar dochters moet<strong>en</strong> kerk<strong>en</strong> zinnebeeldig voorgesteld word<strong>en</strong>, die zich vasthoud<strong>en</strong> aan haar<br />
leer <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong>, <strong>en</strong> haar voorbeeld volg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid <strong>en</strong> goedkeuring Gods op<br />
te offer<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> onwettige verbint<strong>en</strong>is met <strong>de</strong> wereld aan te knop<strong>en</strong>. De boodschap van<br />
Op<strong>en</strong>baring 14, welke <strong>de</strong> val van Babylon aankondigt, moet van toepassing zijn op<br />
godsdi<strong>en</strong>stige licham<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong>maal rein geweest, <strong>en</strong> nu bedorv<strong>en</strong> geword<strong>en</strong> zijn. Daar<br />
<strong>de</strong>ze boodschap op <strong>de</strong> waarschuwing teg<strong>en</strong> het oor<strong>de</strong>el volgt, moet hij in <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong><br />
gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kan daarom niet op <strong>de</strong> Roomse Kerk alle<strong>en</strong> doel<strong>en</strong>, want die kerk heeft<br />
se<strong>de</strong>rt vele eeuw<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> toestand verkeerd. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> wordt Gods volk in het<br />
achtti<strong>en</strong><strong>de</strong> hoofdstuk van <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring opgeroep<strong>en</strong> om uit Babylon te gaan. Volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong>ze<br />
tekst moet<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> van Gods volk nog in Babylon zijn. En bij welke godsdi<strong>en</strong>stige<br />
licham<strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> het grootste <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus tans vind<strong>en</strong>?<br />
Zon<strong>de</strong>r twijfel in <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>, die het Protestantse geloof belijd<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tij<strong>de</strong><br />
van hun stichting verklaard<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze kerk<strong>en</strong> zich op e<strong>de</strong>le wijze voor God <strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong><br />
Zijn zeg<strong>en</strong> was over h<strong>en</strong>. Zelfs <strong>de</strong> ongelovige wereld was gedwong<strong>en</strong> om <strong>de</strong> weldadige<br />
uitkomst<strong>en</strong> te erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> aanname van <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van het evangelie t<strong>en</strong><br />
gevolge had. De profeet zegt tot Israël: “Daarom ging van u e<strong>en</strong> naam uit on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
om uw schoonheid: want die was volmaakt door Mijn heerlik- heid, die Ik op u gelegd had,<br />
spreekt <strong>de</strong> Heer, Heer.” Maar ze viel<strong>en</strong> door <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> begeerte, die <strong>de</strong> vloek <strong>en</strong> het ver<strong>de</strong>rf<br />
266
van Israël werd,— <strong>de</strong> w<strong>en</strong>s namelik om <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> na te volg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
hun vri<strong>en</strong>dschap te verwerv<strong>en</strong>. “Gij hebt vertrouwd op uw schoonheid, <strong>en</strong> hebt gehoereerd<br />
van wege uw naam.”<br />
Vele Protestantse kerk<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> Rome’s voorbeeld van zich op schuldige wijze met <strong>de</strong><br />
“koning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>” te verbind<strong>en</strong>;— <strong>de</strong> staatskerk<strong>en</strong>, door hun betrekking tot wereldlike<br />
goevernem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>; <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re gezint<strong>en</strong> door te zoek<strong>en</strong>, bij <strong>de</strong> wereld in <strong>de</strong> gunst te<br />
staan. En <strong>de</strong> b<strong>en</strong>aming “Ba- bylon”—verwarring — kan met recht op <strong>de</strong>ze licham<strong>en</strong><br />
toegepast word<strong>en</strong>, die alle voorgev<strong>en</strong> hun leer uit <strong>de</strong> Bijbel te putt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die toch in bijna<br />
ontelbare sekt<strong>en</strong> zijn ver<strong>de</strong>eld met zeer uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> strijdige geloofspunt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
theorieën.<br />
Behalve e<strong>en</strong> schuldige verbinding met <strong>de</strong> wereld, verton<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>, die zich van Rome<br />
afgescheid<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, nog an<strong>de</strong>re van zijn karaktertrekk<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> Rooms Katholiek beweert<br />
dat, “indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> Kerk van Rome zich ooit schuldig gemaakt heeft aan afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st, wat <strong>de</strong><br />
heilig<strong>en</strong> betreft, zo is <strong>de</strong> dochter, <strong>de</strong> Engelse Kerk, daar ev<strong>en</strong> schuldig aan, daar die ti<strong>en</strong><br />
kerkgebouw<strong>en</strong> heeft, die aan Maria gewijd zijn, teg<strong>en</strong> één, dat aan Christus gewijd is.” En<br />
Dr. Hopkins verklaart in “E<strong>en</strong> verhan<strong>de</strong>ling over het Mill<strong>en</strong>nium”: “Er bestaat ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong><br />
om aan te nem<strong>en</strong>,dat <strong>de</strong> antichristelike geest <strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> zich bepal<strong>en</strong> tot wat nu <strong>de</strong> Kerk<br />
van Rome g<strong>en</strong>oemd wordt. De Protestantse kerk<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> veel van <strong>de</strong> antichrist in zich, <strong>en</strong><br />
zijn op verre na niet geheel <strong>en</strong> al hervormd van . . . be<strong>de</strong>rf <strong>en</strong> ongerechtigheid.”<br />
Wat <strong>de</strong> scheiding van <strong>de</strong> Presbyteriaanse Kerk van Rome betreft, schrijft Dr. Guthrie:<br />
“Drie hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> trad onze kerk met e<strong>en</strong> op<strong>en</strong> Bijbel op zijn banier, <strong>en</strong> <strong>de</strong> spreuk,<br />
‘On<strong>de</strong>rzoekt <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>’, als zijn leus, uit <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> van Rome.” En dan doet hij <strong>de</strong><br />
betek<strong>en</strong>isvolle vraag: “Zijn we Babylon geheel <strong>en</strong> al uitgetred<strong>en</strong>?”<br />
“De Engelse Kerk,” zegt Spurgeon, “schijnt doorkan- kerd te zijn van het<br />
sakram<strong>en</strong>tarianisme; maar <strong>de</strong> afgescheid<strong>en</strong> kerk<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong> bijna ev<strong>en</strong>zeer doortrokk<strong>en</strong> van<br />
filosofies ongeloof. Die, van welke we betere ding<strong>en</strong> verwachtt<strong>en</strong>, ker<strong>en</strong> zich e<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van het geloof af. Ik geloof, dat het wez<strong>en</strong>like hart van Engeland<br />
doorwev<strong>en</strong> is van e<strong>en</strong> vervloekt ongeloof, dat nog op <strong>de</strong> kansel durft staan <strong>en</strong> zichzelf<br />
Christ<strong>en</strong> noem<strong>en</strong>.”<br />
Wat is <strong>de</strong> oorsprong van <strong>de</strong> grote afval geweest? Hoe is <strong>de</strong> kerk in het eerst afgewek<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudigheid van het evangelie ?— Door <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> van het heid<strong>en</strong>dom over te<br />
nem<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> aanname van het Christ<strong>en</strong>dom voor <strong>de</strong> heid<strong>en</strong> gemakkelik te mak<strong>en</strong>. De<br />
apostel Paulus verklaar<strong>de</strong>, zelfs in zijn tijd: “De verborg<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>r ongerechtigheid wordt<br />
alreeds gewrocht.” Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> bleef <strong>de</strong> kerk betrekkelik rein.<br />
“Maar teg<strong>en</strong> het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> eeuw nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> meeste kerk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuwe gedaante<br />
aan; <strong>de</strong> oorspronkelike e<strong>en</strong>voudigheid verdwe<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ongemerkt, terwijl <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> discipel<strong>en</strong><br />
in hun grav<strong>en</strong> gelegd werd<strong>en</strong>, stond<strong>en</strong> hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, tezam<strong>en</strong> met nieuwe bekeerling<strong>en</strong> op ...<br />
<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> zaak e<strong>en</strong> nieuwe vorm.” Om bekeerling<strong>en</strong> te krijg<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> verhev<strong>en</strong><br />
267
standaard van het Christelik geloof verlaagd, <strong>en</strong> als gevolg hiervan “voer<strong>de</strong> e<strong>en</strong> heid<strong>en</strong>se<br />
stroom, die <strong>de</strong> kerk binn<strong>en</strong>vloei<strong>de</strong>, <strong>de</strong> gewoont<strong>en</strong>, gebruik<strong>en</strong>, <strong>en</strong> afgod<strong>en</strong> van het heid<strong>en</strong>dom<br />
met zich me<strong>de</strong>.” Daar <strong>de</strong> Christelike godsdi<strong>en</strong>st zich van <strong>de</strong> gunst <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rsteuning van<br />
wereldse heersers had verzekerd, nam<strong>en</strong> grote m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> hem in naam aan; maar terwijl ze in<br />
schijn Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> war<strong>en</strong>, “blev<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> in werkelikheid heid<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in het geheim<br />
voorname- lik hun afgod<strong>en</strong> aanbad<strong>en</strong>.”<br />
Is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gedragslijn niet gevolgd in bijna ie<strong>de</strong>re kerk, die zich Protestant noemt?<br />
Naarmate <strong>de</strong> stichters ervan, die <strong>de</strong> ware hervormingsgeest hadd<strong>en</strong>, wegsterv<strong>en</strong>, staan hun<br />
nakomeling<strong>en</strong> op <strong>en</strong> “gev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> zaak e<strong>en</strong> nieuwe vorm.” Terwijl ze zich blin<strong>de</strong>lings<br />
vastklemm<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> geloofsleer van hun va<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> weiger<strong>en</strong> om ie<strong>de</strong>re waarheid aan te<br />
nem<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>z<strong>en</strong> niet gezi<strong>en</strong> hébb<strong>en</strong>, wijk<strong>en</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormers groteliks af van<br />
het voorbeeld van ne<strong>de</strong>righeid, zelfopoffering, <strong>en</strong> onthouding van <strong>de</strong> wereld, dat hun gesteld<br />
was. Aldus “verdwijnt <strong>de</strong> oorspronkelike e<strong>en</strong>voud.” E<strong>en</strong> wereldse stroom vloeit <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong><br />
binn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> “voert <strong>de</strong> gewoont<strong>en</strong>, gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> afgod<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld met zich me<strong>de</strong>.”<br />
Helaas, hoezeer wordt die vri<strong>en</strong>dschap van <strong>de</strong> wereld, welke “vijandschap Gods is,” tans<br />
op prijs gesteld on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>, die voorgev<strong>en</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus te zijn! Hoe ver zijn <strong>de</strong><br />
gevestig<strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> door <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid he<strong>en</strong> afgewek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bijbelse standaard<br />
van ne<strong>de</strong>righeid, zelfopoffering, e<strong>en</strong>voud, <strong>en</strong> godzaligheid! John Wesley zei, over het rechte<br />
gebruik van geld sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Verkwist ge<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van zulk e<strong>en</strong> kostbaar tal<strong>en</strong>t aan<br />
overdadige of kostbare kledij, of aan nutteloze versiersel<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>voudig om het oog te<br />
bevredig<strong>en</strong>. Besteedt ge<strong>en</strong> <strong>de</strong>el ervan aan eig<strong>en</strong>aardige versiering<strong>en</strong> van uw huiz<strong>en</strong>; aan<br />
overdadig of kostbaar meublem<strong>en</strong>t; aan dure schil<strong>de</strong>rij<strong>en</strong>, aan schil<strong>de</strong>r<strong>en</strong> of verguld<strong>en</strong>. . . .<br />
Geeft niets uit om <strong>de</strong> grootsheid van het lev<strong>en</strong> te bevredig<strong>en</strong>, of <strong>de</strong> bewon<strong>de</strong>ring of lof van<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong>. ... ‘Zo lang ge uzelv<strong>en</strong> goed doet, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> goed van u<br />
sprek<strong>en</strong>.’ Zo lang ge ‘in purper <strong>en</strong> fijn linn<strong>en</strong> gekleed gaat, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re dag overdadig leeft,’<br />
zull<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r twijfel uw goe<strong>de</strong> smaak, uw mildheid <strong>en</strong> gastvrijheid roem<strong>en</strong>. Maar<br />
koopt hun lof niet teg<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> dure prijs. Stelt u liever tevred<strong>en</strong> met <strong>de</strong> eer, die van God<br />
komt.” In vele kerk<strong>en</strong> van onze tijd echter wordt zulk e<strong>en</strong> leer niet op prijs gesteld.<br />
E<strong>en</strong> schijn van godsdi<strong>en</strong>st te hebb<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong>heid geword<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wereld.<br />
Heersers, staatslied<strong>en</strong>, wetgeleerd<strong>en</strong>, dokters, kooplied<strong>en</strong>, sluit<strong>en</strong> zich bij <strong>de</strong> kerk aan, als<br />
e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l om zich van <strong>de</strong> achting <strong>en</strong> het vertrouw<strong>en</strong> van <strong>de</strong> maatschappij te verzeker<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
hun eig<strong>en</strong> wereldse belang<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Aldus tracht<strong>en</strong> ze al hun onrechtvaardige<br />
han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> te be<strong>de</strong>kk<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> voorgew<strong>en</strong>d Christ<strong>en</strong>dom. De verschill<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
godsdi<strong>en</strong>stige licham<strong>en</strong>, versterkt door <strong>de</strong> rijkdom <strong>en</strong> invloed van <strong>de</strong>ze gedoopte<br />
wereldling<strong>en</strong>, do<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong> hoger bod op volksgunst <strong>en</strong> bescherming. Prachtige kerk<strong>en</strong>, op<br />
<strong>de</strong> allerkostbaarste wijze versierd, word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> drukste strat<strong>en</strong> van verkeer opgericht. Zij,<br />
die <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing bijwon<strong>en</strong>, zijn rijk <strong>en</strong> naar <strong>de</strong> laatste mo<strong>de</strong> gekleed. Er wordt e<strong>en</strong><br />
hoog salaris betaald aan e<strong>en</strong> begaaf<strong>de</strong> prediker om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>d toe te sprek<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> aan te lokk<strong>en</strong>. Zijn prek<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> niet aan <strong>de</strong> volkszond<strong>en</strong> rak<strong>en</strong>, maar zacht <strong>en</strong><br />
268
aang<strong>en</strong>aam gemaakt word<strong>en</strong> voor beschaaf<strong>de</strong> or<strong>en</strong>. Aldus word<strong>en</strong> <strong>de</strong> nam<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ftige<br />
zondar<strong>en</strong> op <strong>de</strong> kerkregisters geplaatst, <strong>en</strong> zond<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> mo<strong>de</strong> zijn, be<strong>de</strong>kt on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong><br />
schijn van godzaligheid.<br />
E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voornaamste wereldse tijdschrift<strong>en</strong> zegt, doel<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige<br />
verhouding, waarin <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die voorgev<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn; tot <strong>de</strong> wereld staan:<br />
“Ongemerkt heeft <strong>de</strong> kerk toegegev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> eeuw, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> van<br />
godsdi<strong>en</strong>stoef<strong>en</strong>ing ingericht naar <strong>de</strong> nieuwerwetse behoeft<strong>en</strong>.” “De kerk bedi<strong>en</strong>t zich nu<br />
in<strong>de</strong>rdaad van alles, wat help<strong>en</strong> kan om <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st aantrekkelik te mak<strong>en</strong>.” E<strong>en</strong> schrijver<br />
in <strong>de</strong> Nieuw-York In<strong>de</strong>p<strong>en</strong>d<strong>en</strong>t spreekt over het Methodisme, zoals het tans is, als volgt:<br />
“De scheidslijn tuss<strong>en</strong> het God<strong>de</strong>like <strong>en</strong> ongodsdi<strong>en</strong>stige is overgegaan in e<strong>en</strong> soort van<br />
halfschaduw, <strong>en</strong> ijverige mann<strong>en</strong> aan bei<strong>de</strong> kant<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong> alle on<strong>de</strong>rscheid tuss<strong>en</strong> hun<br />
han<strong>de</strong>lwijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>otzucht uit te wiss<strong>en</strong>.” “De populariteit van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st leidt er zeer<br />
sterk toe om het aantal te do<strong>en</strong> aangroei<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die zich van <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> ervan w<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
te verzeker<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r zijn verplichting<strong>en</strong> eerlik op zich te nem<strong>en</strong>.”<br />
Howard Crosby zegt: “Het is e<strong>en</strong> zaak, die <strong>de</strong> allergrootste bezorgdheid verwekt, dat <strong>de</strong><br />
kerk van Christus, zo als wij die aanschouw<strong>en</strong>, zo weinig beantwoordt aan wat <strong>de</strong> Heer met<br />
<strong>de</strong> kerk voorgehad heeft. Juist zoals <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> vanouds door geme<strong>en</strong>zame omgang met <strong>de</strong><br />
afgodiese volk<strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> van God liet<strong>en</strong> afker<strong>en</strong>, ... zo laat Jezus’ kerk, door e<strong>en</strong><br />
bedriegelike verstandhouding met <strong>de</strong> ongelovige wereld, tans <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like regel<strong>en</strong> van zijn<br />
innerlik lev<strong>en</strong> var<strong>en</strong>, geeft zich over aan <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>rfelike gewoont<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Christelike<br />
maatschappij, <strong>en</strong> maakt gebruik van argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> komt tot besluit<strong>en</strong>, welke aan <strong>de</strong><br />
op<strong>en</strong>baring Gods vreemd zijn, <strong>en</strong> alle wasdom in g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> bepaald teg<strong>en</strong>houd<strong>en</strong>.”<br />
In <strong>de</strong>ze vloed van wereldsgezindheid <strong>en</strong> g<strong>en</strong>otzucht zijn zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong><br />
zelfopoffering bijna geheel <strong>en</strong> al ver-lor<strong>en</strong> gegaan. “Sommig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong>,<br />
die tans in <strong>de</strong> kracht van hun lev<strong>en</strong> zijn in onze kerk<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> als kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> geleerd,<br />
opoffering<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> in staat te zijn om iets voor Christus te gev<strong>en</strong> of te do<strong>en</strong>.”<br />
Maar “als er nu geld<strong>en</strong> nodig zijn, . . . moet niemand opgeroep<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om te gev<strong>en</strong>. O<br />
ne<strong>en</strong>! houdt e<strong>en</strong> bazaar, tableaux,- e<strong>en</strong> nagemaakte gerechtshofzitting, maakt e<strong>en</strong><br />
oudheidkundig soepee, of geeft iets te et<strong>en</strong>,— zolang het maar iets is om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> te verschaff<strong>en</strong>.”<br />
Gouverneur Washburn van Wisconsin verklaar<strong>de</strong> in zijn jaarlikse boodschap, 9 Jan.<br />
1873: “Er schijn<strong>en</strong> bepaald wett<strong>en</strong> nodig te zijn om <strong>de</strong> schol<strong>en</strong> uit te roei<strong>en</strong>, waar dobbelaars<br />
gemaakt word<strong>en</strong>. Die schol<strong>en</strong> bestaan overal. De kerk zelfs (ongetwijfeld zon<strong>de</strong>r het te<br />
wet<strong>en</strong>) helpt somtijds het werk van <strong>de</strong> duivel aan. Prijskonsert<strong>en</strong>, prijson<strong>de</strong>r- neming<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
dobbel partijtjes, somtijds t<strong>en</strong> behoeve van godsdi<strong>en</strong>stige of liefdadige, maar dikwels ook<br />
voor min<strong>de</strong>r prijz<strong>en</strong>swaardige doeleind<strong>en</strong>, loterij<strong>en</strong>, prijspakett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zo ver<strong>de</strong>r, zijn zo vele<br />
manier<strong>en</strong> om geld te krijg<strong>en</strong>, waar ge<strong>en</strong> waar<strong>de</strong> voor gegev<strong>en</strong> wordt. Er is niets zo<br />
ze<strong>de</strong>be<strong>de</strong>rv<strong>en</strong>d of opwind<strong>en</strong>d, in het biezon<strong>de</strong>r voor jongelied<strong>en</strong>, als het verkrijg<strong>en</strong> van geld<br />
269
of goed zon<strong>de</strong>r arbeid. Daar m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van fatso<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>rgelijke kanson<strong>de</strong>rneming<strong>en</strong><br />
meedo<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun gewet<strong>en</strong> geruststell<strong>en</strong> met <strong>de</strong> gedachte, dat het geld voor e<strong>en</strong> goed doel<br />
aangew<strong>en</strong>d wordt, is het niet bevreemd<strong>en</strong>d dat <strong>de</strong> jonge m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Staat zo dikwels in<br />
<strong>de</strong> gewoont<strong>en</strong> vervall<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> opwinding van hazardspel<strong>en</strong> zo goed als zeker moet<br />
veroorzak<strong>en</strong>.”<br />
De geest van gelijkheid aan <strong>de</strong> wereld doortrekt <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> door <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid<br />
he<strong>en</strong>. Robert Atkins hangt in e<strong>en</strong> preek, te Lond<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> donkere schil- <strong>de</strong>rij op<br />
van <strong>de</strong> geestelike achteruitgang, die er in Engeland heerst: “De ware rechtvaardig<strong>en</strong> zijn<br />
vermin<strong>de</strong>rd op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> niemand neemt het ter harte. De belij<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van<br />
<strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige tijd, in ie<strong>de</strong>re kerk, hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld lief, mak<strong>en</strong> zich aan <strong>de</strong> wereld<br />
gelijk, zijn gemakzuchtig, <strong>en</strong> hak<strong>en</strong> ernaar, geacht te word<strong>en</strong>. Ze zijn geroep<strong>en</strong> om met<br />
Christus te lijd<strong>en</strong>, maar bev<strong>en</strong> zelfs voor hoon terug. . . . Afval, afval, afval, staat op <strong>de</strong><br />
voorgevel van ie<strong>de</strong>re kerk gegraveerd; <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> ze het maar wist<strong>en</strong>, <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> ze het maar<br />
gevoeld<strong>en</strong>, dan zou er hoop zijn; maar helaas! ze roep<strong>en</strong>: ‘We zijn rijk, <strong>en</strong> verrijkt geword<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong>s dings gebrek.’ “<br />
De grote zon<strong>de</strong>, welke Babylon t<strong>en</strong> laste wordt gelegd, is, dat het “alle volk<strong>en</strong> heeft do<strong>en</strong><br />
drink<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> wijn van <strong>de</strong> toorn van haar hoererij.” Deze bedwelm<strong>en</strong><strong>de</strong> beker, welke het<br />
aan <strong>de</strong> wereld aanbiedt, stelt <strong>de</strong> valse leer voor, die het aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> heeft t<strong>en</strong> gevolge van<br />
e<strong>en</strong> onwettige betrekking tot <strong>de</strong> grot<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Vri<strong>en</strong>schap met <strong>de</strong> wereld be<strong>de</strong>rft het<br />
geloof van <strong>de</strong> kerk, <strong>en</strong> oef<strong>en</strong>t op zijn beurt ver<strong>de</strong>rfelike invloed op <strong>de</strong> wereld uit door<br />
leerstelling<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>, die zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudigste verklaring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e<br />
Schrift aankant<strong>en</strong>.<br />
Rome hield <strong>de</strong> Bijbel van het volk weg, <strong>en</strong> eiste, dat alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn kerkleer in <strong>de</strong><br />
plaats ervan zoud<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>. Het was het werk van <strong>de</strong> Hervorming om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> Gods<br />
woord terug te gev<strong>en</strong>; doch is het niet maar al te waar, dat aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van<br />
onze tijd geleerd wordt, hun geloof op <strong>de</strong> geloofsleer <strong>en</strong> <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> van hun kerk, in<br />
plaats van op <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te bouw<strong>en</strong>? Charles Beecher, over <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong><br />
sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>, heeft gezegd: “Ze schrikk<strong>en</strong> met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gevoeligheid terug voor e<strong>en</strong> hard<br />
woord teg<strong>en</strong> hun geloofsleer, als <strong>de</strong>ze heilige va<strong>de</strong>rs teruggebeefd zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />
hard woord teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> aangroei<strong>en</strong><strong>de</strong> verering, die zij koesterd<strong>en</strong>, voor heilig<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
martelar<strong>en</strong>. ... De Protestantse evangeliese gezint<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>rs <strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> hand<strong>en</strong><br />
z— gebond<strong>en</strong>, dat on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> niemand erg<strong>en</strong>s prediker kan word<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>r<br />
boek behalve <strong>de</strong> Bijbel aan te nem<strong>en</strong>. ... Er is ge<strong>en</strong> verbeelding in <strong>de</strong> bewering, dat <strong>de</strong> macht<br />
van <strong>de</strong> geloofsleer tans <strong>de</strong> Bijbel ev<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik begint te verbied<strong>en</strong>, als Rome dat gedaan<br />
heeft, ofschoon op sluwere wijze.”<br />
Wanneer getrouwe leraars Gods woord verklar<strong>en</strong>, staan er geleer<strong>de</strong> mann<strong>en</strong> op,<br />
predikant<strong>en</strong>, die voorgev<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te verstaan, welke gezon<strong>de</strong> leer voor ketterij<br />
uitmak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op die wijze <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die naar waarheid zoek<strong>en</strong>, wegleid<strong>en</strong>. Was het niet, dat<br />
270
<strong>de</strong> wereld hopeloos dronk<strong>en</strong> is van <strong>de</strong> wijn van Babylon, er zoud<strong>en</strong> schar<strong>en</strong> overtuigd <strong>en</strong><br />
bekeerd word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige, scherpsnijd<strong>en</strong><strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van het woord van God.<br />
Maar godsdi<strong>en</strong>stig geloof schijnt z— verward <strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>spraak met zichzelf, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
niet wet<strong>en</strong> wat als waarheid aan te nem<strong>en</strong>. De zon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> onboetvaardigheid van <strong>de</strong><br />
wereld ligt aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong> kerk.<br />
De boodschap van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel van Op<strong>en</strong>baring 14 werd het eerst in <strong>de</strong> zomer van<br />
1844 gepredikt, <strong>en</strong> was to<strong>en</strong> meer onmid<strong>de</strong>llik van toepassing op <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> waarschuwing van het oor<strong>de</strong>el het luidst verkondigd <strong>en</strong> het meest<br />
algeme<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong> was, <strong>en</strong> waar <strong>de</strong> afval in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> het snelst had plaats gevond<strong>en</strong>.<br />
Toch bereikte <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel zijn algehele vervulling niet in 1844. De<br />
kerk<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> to<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> ze<strong>de</strong>like val t<strong>en</strong> gevolge van hun weigering om het licht van <strong>de</strong><br />
boodschap van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst aan te nem<strong>en</strong>; maar die afval was niet volkom<strong>en</strong>. Ver<strong>de</strong>r<br />
gaan<strong>de</strong> met hun verwerping van <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re boodschapp<strong>en</strong> voor <strong>de</strong>ze tijd, zonk<strong>en</strong> ze al<br />
lager <strong>en</strong> lager. Toch kan er nog niet gezegd word<strong>en</strong>, dat Babylon gevall<strong>en</strong> is, . . . <strong>de</strong>wijl uit<br />
<strong>de</strong> wijn van <strong>de</strong> toorn van haar hoererij alle volk<strong>en</strong> gedronk<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.” Dit is nog niet met<br />
alle volk<strong>en</strong> gebeurd. De geest van gelijkheid aan <strong>de</strong> wereld <strong>en</strong> onverschilligheid voor <strong>de</strong><br />
toets<strong>en</strong><strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van onze tijd, bestaat, <strong>en</strong> heeft wortel ge- schot<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van het<br />
Protestantse geloof in al <strong>de</strong> land<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid; <strong>en</strong> <strong>de</strong>ze kerk<strong>en</strong> zijn beslot<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r<br />
het plechtige <strong>en</strong> vreselike oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel. Maar <strong>de</strong> afval heeft zijn toppunt nog<br />
niet bereikt.<br />
De Bijbel verklaart, dat <strong>de</strong> Satan v——r <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer zal werk<strong>en</strong> “in alle<br />
kracht, <strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r leug<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alle verleiding <strong>de</strong>r onrechtvaardigheid;” <strong>en</strong><br />
zij, die “<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> waarheid niet aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, om zalig te word<strong>en</strong>,” zull<strong>en</strong><br />
overgegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan “e<strong>en</strong> kracht <strong>de</strong>r dwaling, dat ze <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>.” Niet<br />
voordat <strong>de</strong>ze toestand zal bereikt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ver<strong>en</strong>iging van <strong>de</strong> kerk met <strong>de</strong> wereld volmaakt zijn<br />
zal door <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid he<strong>en</strong>, zal <strong>de</strong> val van Babylon volkom<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>. De<br />
veran<strong>de</strong>ring gaat steeds ver<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> <strong>de</strong> volkom<strong>en</strong> vervulling van Op<strong>en</strong>b. 14:8 ligt nog in <strong>de</strong><br />
toekomst.<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> geestelike duisternis <strong>en</strong> <strong>de</strong> vervreemding van God, die er in <strong>de</strong><br />
kerk<strong>en</strong>, uit welke Babylon is sam<strong>en</strong>gesteld, bestaat,wordt <strong>de</strong> grote m<strong>en</strong>igte van <strong>de</strong> ware<br />
volgeling<strong>en</strong> van Christus nog in <strong>de</strong> schoot van die kerk<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>. Er zijn er vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r<br />
h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re waarhed<strong>en</strong> voor <strong>de</strong>ze tijd nimmer ingezi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Niet weinig<strong>en</strong><br />
zijn ontevred<strong>en</strong> met hun teg<strong>en</strong>woordige toestand, <strong>en</strong> verlang<strong>en</strong> naar hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r licht. Ze<br />
zoek<strong>en</strong> tevergeefs naar het beeld van Christus in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>, waar ze led<strong>en</strong> van zijn. Terwijl<br />
<strong>de</strong>ze licham<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> waarheid afdwal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich nauwer aan <strong>de</strong> wereld<br />
aansluit<strong>en</strong>, zal het verschil tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee klass<strong>en</strong> groter word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ein<strong>de</strong>lik op scheiding<br />
uitlop<strong>en</strong>. De tijd zal kom<strong>en</strong>, dat zij, die God bov<strong>en</strong> alles liefhebb<strong>en</strong>, niet langer in<br />
geme<strong>en</strong>schap kunn<strong>en</strong> staan met <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die “meer liefhebbers <strong>de</strong>r wellust<strong>en</strong> dan<br />
271
liefhebbers Gods zijn; hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> e<strong>en</strong> gedaante van godzaligheid, maar die <strong>de</strong> kracht ervan<br />
verlooch<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong>.<br />
Op<strong>en</strong>baring 18 duidt op <strong>de</strong> tijd, wanneer <strong>de</strong> kerk, als gevolg van het verwerp<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
drievoudige waarschuwing van Op<strong>en</strong>baring14: 6-12, zich geheel <strong>en</strong> al in <strong>de</strong> toestand zal<br />
bevind<strong>en</strong>, welke door <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel voorspeld is; <strong>en</strong> wanneer het volk Gods, dat nog in<br />
Babylon verkeert, opgeroe- zal word<strong>en</strong> om hun geme<strong>en</strong>schap erme<strong>de</strong> af te brek<strong>en</strong>. Dit is <strong>de</strong><br />
laatste boodschap, die ooit aan <strong>de</strong> wereld zal word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal zijn werk voltooi<strong>en</strong>.<br />
Wanneer zi 12 Thess. 2:9-11. “die <strong>de</strong> waarheid niet geloofd hebb<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> welbehag<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> gehad in <strong>de</strong> ongerechtigheid, “1 zull<strong>en</strong> overgegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> kracht <strong>de</strong>r<br />
dwaling, om <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> te gelov<strong>en</strong>, dan zal het licht van <strong>de</strong> waarheid schijn<strong>en</strong> op all<strong>en</strong>, wier<br />
hart<strong>en</strong> op<strong>en</strong> staan om het te ontvang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> al <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, die nog in Babylon zijn,<br />
zull<strong>en</strong> acht gev<strong>en</strong> op <strong>de</strong> roepstem: “Gaat uit van haar, Mijn volk.” 2 Thess. 2:12. 2Op<strong>en</strong>b.<br />
18:4.<br />
272
Hoofdstuk 22 — Profetie<strong>en</strong> Vervuld<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd verstreek, waarop <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer het eerst werd verwacht,— in<br />
<strong>de</strong> l<strong>en</strong>te van 1844 — verkeerd<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in het geloof op Zijn verschijning gewacht<br />
hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong>ige tijd lang in twijfel <strong>en</strong> onzekerheid. Terwijl <strong>de</strong> wereld van oor<strong>de</strong>el was, dat zij<br />
e<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rlaag geled<strong>en</strong> <strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, dat ze e<strong>en</strong> dwaling hadd<strong>en</strong> gekoesterd,<br />
bleef <strong>de</strong> bron, waaruit ze troost putt<strong>en</strong>, nog steeds het woord van God. Vel<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> hun<br />
on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift voort, ging<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>maal <strong>de</strong> grond<strong>en</strong> van hun geloof na, <strong>en</strong><br />
bestu<strong>de</strong>erd<strong>en</strong> nauwlett<strong>en</strong>d <strong>de</strong> profetieën om ver<strong>de</strong>r licht te krijg<strong>en</strong>. De uitspraak van <strong>de</strong><br />
Bijbel, waarop hun stelling berustte, sche<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> beslist te zijn. Tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, waarin m<strong>en</strong><br />
zich niet vergiss<strong>en</strong> kon, toond<strong>en</strong> aan, dat <strong>de</strong> komst van Christus nabij was. De biezon<strong>de</strong>re<br />
zeg<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, zowel in <strong>de</strong> bekering van zon-dar<strong>en</strong> als <strong>de</strong> opwekking van het geestelik<br />
lev<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, had ervan getuigd, dat <strong>de</strong> boodschap e<strong>en</strong> hemelse was. En<br />
ofschoon <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> hun teleurstelling niet kond<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>, gevoeld<strong>en</strong> ze er zich van<br />
overtuigd, dat God h<strong>en</strong> in hun on<strong>de</strong>rvinding tot dusverre geleid had.<br />
In <strong>de</strong> profetieën, welke ze beschouwd<strong>en</strong> als betrekking hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer, was lering vervat, die in het biezon<strong>de</strong>r betrekking had op <strong>de</strong><br />
toestand van onzekerheid <strong>en</strong> spanning, waarin ze verkeerd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door welke ze<br />
aangemoedigd werd<strong>en</strong> om geduldig in het geloof te verwacht<strong>en</strong>, dat hetge<strong>en</strong> nu<br />
onverstaanbaar was, hun dui<strong>de</strong>lik gemaakt zou word<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> tijd ervoor gekom<strong>en</strong> zou<br />
zijn.<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze profetieën was die van Hab. 2:1-4: “Ik stond op mijn wacht, <strong>en</strong> ik stel<strong>de</strong> me<br />
op <strong>de</strong> sterkte, <strong>en</strong> ik hield wacht om te zi<strong>en</strong>, wat Hij in mij sprek<strong>en</strong> zou, <strong>en</strong> wat ik<br />
antwoord<strong>en</strong> zou op mijn bestraffing. To<strong>en</strong> antwoord<strong>de</strong> me <strong>de</strong> Heer, <strong>en</strong> zei: Schrijf het<br />
gezicht <strong>en</strong> stel het dui<strong>de</strong>lik op tafel<strong>en</strong>, opdat daarin leze, die voorbijloopt. Want het gezicht<br />
zal nog tot e<strong>en</strong> bestem<strong>de</strong> tijd zijn, dan zal Hij het op het ein<strong>de</strong> voortbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet lieg<strong>en</strong>;<br />
zo Hij vertoeft, verbeidt Hem, want Hij zal gewisselik kom<strong>en</strong>, Hij zal niet achterblijv<strong>en</strong>.<br />
Ziet, zizn ziel verheft zich, ze is niet recht in hem, maar <strong>de</strong> rechtvaardige zal door zijn<br />
geloof lev<strong>en</strong>.”<br />
Reeds in 1842 had het bevel, dat in <strong>de</strong>ze profetie gegev<strong>en</strong> werd, om “het gezicht op te<br />
schrijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het dui<strong>de</strong>lik op tafel<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>, opdat daarin zou lez<strong>en</strong>, die voorbijloopt,” bij<br />
Charles Fitch het plan do<strong>en</strong> ontstaan om e<strong>en</strong> profetiese kaart te mak<strong>en</strong>, waarop <strong>de</strong> gezicht<strong>en</strong><br />
van Daniël <strong>en</strong> <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring afgebeeld stond<strong>en</strong>. Het uitgev<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze kaart werd<br />
beschouwd als e<strong>en</strong> vervulling van <strong>de</strong> opdracht, door Habakuk gegev<strong>en</strong>. Niemand bemerkte<br />
to<strong>en</strong> echter, dat er e<strong>en</strong> schijnbare vertraging van <strong>de</strong> vervulling van het gezicht— e<strong>en</strong> tijd van<br />
uitstel — in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> profetie werd aangeduid. Na <strong>de</strong> teleurstelling sche<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze tekst hun<br />
zeer betek<strong>en</strong>isvol toe: “Het gezicht zal nog tot e<strong>en</strong> bestem<strong>de</strong> tijd zijn, dan zal Hij het op het<br />
273
ein<strong>de</strong> voortbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet lieg<strong>en</strong>; zo Hij vertoeft, verbeidt Hem, want Hij zal gewisselik<br />
kom<strong>en</strong>, Hij zal niet achterblijv<strong>en</strong>. . . . De rechtvaardige zal door zijn geloof lev<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> profetie van Ezechiël was alme<strong>de</strong> e<strong>en</strong> bron van kracht <strong>en</strong> troost voor<br />
<strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong>: “We<strong>de</strong>rom geschied<strong>de</strong> het woord <strong>de</strong>s Heer<strong>en</strong> tot mij, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: M<strong>en</strong>se- kind!<br />
wat is dit voor e<strong>en</strong> spreekwoord, dat gijlied<strong>en</strong> hebt in het land Israëls, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: De dag<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> al het gezicht zal vergaan? Daarom zeg tot h<strong>en</strong>, Alzo zegt <strong>de</strong><br />
Heer Heer: ... De dag<strong>en</strong> zijn nabij gekom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het woord van ie<strong>de</strong>r gezicht. . . . Ik zal<br />
sprek<strong>en</strong>; het woord, dat Ik zal sprek<strong>en</strong>, zal gedaan word<strong>en</strong>! <strong>de</strong> tijd zal niet meer uitgesteld<br />
word<strong>en</strong>.” “Die van het huis Israëls zegg<strong>en</strong>: Het gezicht, dat hij ziet, is voor vele dag<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
hij profeteert van tijd<strong>en</strong>, die verre zijn. Daarom zeg tot h<strong>en</strong>: Alzo zegt <strong>de</strong> Here Here: Ge<strong>en</strong><br />
van Mijn woord<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> meer uitgesteld word<strong>en</strong>; het woord, hetwelk Ik gesprok<strong>en</strong> heb, dat<br />
zal gedaan word<strong>en</strong>.”<br />
Zij, die in afwachting war<strong>en</strong>, verheugd<strong>en</strong> zich, gelov<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat Hij, die het ein<strong>de</strong> van het<br />
begin weet, <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> overzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> hun teleurstelling van te vor<strong>en</strong> aanschouw<strong>en</strong><strong>de</strong>, hun<br />
woord<strong>en</strong> van bemoediging <strong>en</strong> hoop gegev<strong>en</strong> had. Was het niet geweest, dat zulke ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Schrift hun war<strong>en</strong> voorgekom<strong>en</strong>, waarin ze vermaand werd<strong>en</strong> om met lijdzaamheid<br />
te wacht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> standvastig te zijn in hun vertrouw<strong>en</strong> op Gods woord, hun geloof zou hun in<br />
die moelike ure begev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />
De gelijk<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> ti<strong>en</strong> maagd<strong>en</strong> in Mattheüs 25 geeft ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding van<br />
<strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> aan. In Mattheüs 24 had Christus, in antwoord op <strong>de</strong> vraag van Zijn<br />
discipel<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> het tek<strong>en</strong> van Zijn toekomst <strong>en</strong> van <strong>de</strong> voleinding van <strong>de</strong> wereld,<br />
gewez<strong>en</strong> op <strong>en</strong>ige van <strong>de</strong> belangrijkste gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> wereld <strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> kerk gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> tijd, die er verlop<strong>en</strong> zou tuss<strong>en</strong> Zijn eerste <strong>en</strong> twee<strong>de</strong> komst;<br />
namelik, <strong>de</strong> verwoesting van Jeruzalem, <strong>de</strong> grote verdrukking van <strong>de</strong> kerk on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heid<strong>en</strong>se<br />
<strong>en</strong> pauselike vervolging<strong>en</strong>, <strong>de</strong> verduistering van zon <strong>en</strong> maan, <strong>en</strong> het vall<strong>en</strong> van <strong>de</strong> sterr<strong>en</strong>.<br />
Daarna sprak Hij van Zijn komst in Zijn koninkrijk, <strong>en</strong> gaf <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is, waarin <strong>de</strong> twee<br />
klass<strong>en</strong> van di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>, die naar Zijn verschijning uitzi<strong>en</strong>, beschrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Hoofdstuk 25 begint met <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: “Alsdan zal het koninkrijk <strong>de</strong>r hemel<strong>en</strong> gelijk zijn aan<br />
ti<strong>en</strong> maagd<strong>en</strong>.” Hier wordt <strong>de</strong> kerk van <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong>, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> waarvan aan<br />
het slot van hoofdstuk 24 gesprok<strong>en</strong> wordt. In <strong>de</strong>ze gelijk<strong>en</strong>is wordt <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding van<br />
die kerk voorgesteld door hetge<strong>en</strong> er bij e<strong>en</strong> Oosterse bruiloft plaats vindt.<br />
“Alsdan zal het koninkrijk <strong>de</strong>r hemel<strong>en</strong> gelijk zijn aan ti<strong>en</strong> maagd<strong>en</strong>, welke haar lamp<strong>en</strong><br />
nam<strong>en</strong> <strong>en</strong> ging<strong>en</strong> uit, <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom tegemoet. En vijf van haar war<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vijf war<strong>en</strong><br />
dwaz<strong>en</strong>. Die dwaas war<strong>en</strong>, haar lamp<strong>en</strong> nem<strong>en</strong><strong>de</strong>, nam<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> olie met zich. Maar <strong>de</strong><br />
wijz<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> olie in haar vat<strong>en</strong>, met haar lamp<strong>en</strong>. Als nu <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom vertoef<strong>de</strong>, werd<strong>en</strong><br />
ze all<strong>en</strong> sluimerig, <strong>en</strong> viel<strong>en</strong> in slaap. En te mid<strong>de</strong>rnacht geschied<strong>de</strong> e<strong>en</strong> geroep: Ziet, <strong>de</strong><br />
brui<strong>de</strong>gom komt, gaat uit hem tegemoet.”<br />
274
M<strong>en</strong> verstond, dat <strong>de</strong> komst van Christus, door <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel<br />
aangekondigd, voorgesteld werd door <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom. De wijd versprei<strong>de</strong><br />
hervorming on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> aankondiging van Zijn spoedige we<strong>de</strong>rkomst stem<strong>de</strong> overe<strong>en</strong> met het<br />
uitgaan van <strong>de</strong> maagd<strong>en</strong>. In <strong>de</strong>ze gelijk<strong>en</strong>is word<strong>en</strong> er, ev<strong>en</strong>als in die van Mattheüs 24, twee<br />
klass<strong>en</strong> voorgesteld. All<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> hun lamp<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Bijbel, g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> bij het licht<br />
daarvan uitgegaan om <strong>de</strong> Brui<strong>de</strong>gom te ontmoet<strong>en</strong>. Maar terwijl “zij, die dwaas war<strong>en</strong>, haar<br />
lamp<strong>en</strong> nem<strong>en</strong><strong>de</strong>, ge<strong>en</strong> olie met zich nam<strong>en</strong>,” “nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> wijz<strong>en</strong> olie in haar vat<strong>en</strong>, met haar<br />
lamp<strong>en</strong>.” Laatstg<strong>en</strong>oem<strong>de</strong> klasse had <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods ontvang<strong>en</strong>, <strong>de</strong> herschepp<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
verlicht<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, welke Zijn Woord tot e<strong>en</strong> lamp voor <strong>de</strong> voet <strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> licht op het pad maakt. In <strong>de</strong> vreze Gods hadd<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht om <strong>de</strong><br />
waarheid te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ernstig getracht naar reinheid van hart <strong>en</strong> lev<strong>en</strong>.<br />
Dez<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoonlike on<strong>de</strong>rvinding, e<strong>en</strong> geloof in God <strong>en</strong> Zijn Woord, dat niet<br />
kon vernietigd word<strong>en</strong> door teleurstelling <strong>en</strong> oponthoud. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> “haar lamp<strong>en</strong> nem<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
nam<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> olie met zich.” Ze hadd<strong>en</strong> gehan<strong>de</strong>ld, door e<strong>en</strong> eerste opwelling gedrev<strong>en</strong>. Ze<br />
war<strong>en</strong> bevreesd geword<strong>en</strong> door <strong>de</strong> plechtige boodschap, maar hadd<strong>en</strong> gebouwd op het<br />
geloof van hun broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, tevred<strong>en</strong> met het flik-ker<strong>en</strong><strong>de</strong> licht van goe<strong>de</strong> opwelling<strong>en</strong>,<br />
zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> waarheid <strong>de</strong>gelik te verstaan, of het echte werk van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> in het hart<br />
on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>. Dez<strong>en</strong> war<strong>en</strong> uitgegaan om <strong>de</strong> Heer te ontmoet<strong>en</strong>, vol hoop in het<br />
vooruitzicht van e<strong>en</strong> onmid<strong>de</strong>llike beloning; maar ze war<strong>en</strong> niet voorbereid op uitstel <strong>en</strong><br />
teleurstelling. To<strong>en</strong> er beproeving<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong>, schoot hun geloof tekort, <strong>en</strong> brandd<strong>en</strong> hun<br />
licht<strong>en</strong> flauw.<br />
“Als nu <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom vertoef<strong>de</strong>, werd<strong>en</strong> ze all<strong>en</strong> sluimerig, <strong>en</strong> viel<strong>en</strong> in slaap.” Door het<br />
vertoev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom wordt het voorbijgaan van <strong>de</strong> tijd, waarop <strong>de</strong> Heer verwacht<br />
werd, <strong>de</strong> teleurstelling, <strong>en</strong> het schijnbare oponthoud, aangeduid. In <strong>de</strong>ze tijd van<br />
onzekerheid begon <strong>de</strong> belangstelling van <strong>de</strong> oppervlakkig<strong>en</strong> <strong>en</strong> halfhartig<strong>en</strong> al spoedig te<br />
wankel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun poging<strong>en</strong> om staan<strong>de</strong> te blijv<strong>en</strong> nam<strong>en</strong> af; maar zij, wier geloof gegrond<br />
was op e<strong>en</strong> persoonlike k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> Bijbel, hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rots on<strong>de</strong>r hun voet<strong>en</strong>, die niet<br />
weggespoeld kon word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> golv<strong>en</strong> van teleurstelling. “Ze werd<strong>en</strong> all<strong>en</strong> sluimerig <strong>en</strong><br />
viel<strong>en</strong> in slaap;” <strong>de</strong> <strong>en</strong>e klasse in onverschilligheid, <strong>en</strong> verzaking van hun geloof; <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />
klasse geduldig wacht<strong>en</strong><strong>de</strong>, totdat er dui<strong>de</strong>liker licht zou opgaan. Toch sch<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
laatstg<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> nacht van beproeving hun ijver <strong>en</strong> toewijding tot op zekere hoogte te<br />
verliez<strong>en</strong>. De halfhartig<strong>en</strong> <strong>en</strong> oppervlakkig<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> niet langer op het geloof van hun<br />
broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> steun<strong>en</strong>; ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> moest voor zichzelf staan of vall<strong>en</strong>.<br />
Omstreeks <strong>de</strong>ze tijd begon zich dweperij te verton<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong>, die voorgegev<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong>, hartelik in <strong>de</strong> doodschap te gelov<strong>en</strong>, verwierp<strong>en</strong> Gods woord als <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige,<br />
onfeilbare gids, <strong>en</strong>, voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong> door <strong>de</strong> Geest geleid te word<strong>en</strong>, gav<strong>en</strong> ze zich over aan<br />
hun eig<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>s, indrukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbeelding. Er war<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> blin<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
dweepzieke ijver aan <strong>de</strong> dag legd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich van elke<strong>en</strong> afkeerd<strong>en</strong>, die hun han<strong>de</strong>lwijze niet<br />
wil<strong>de</strong> goedkeur<strong>en</strong>. Hun fanatieke d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> bij het mer<strong>en</strong><strong>de</strong>el van<br />
275
<strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> weerklank; toch leid<strong>de</strong> hun gedrag tot smaad over <strong>de</strong> zaak <strong>de</strong>r waarheid.<br />
Satan trachtte door dit mid<strong>de</strong>l het werk Gods teg<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te vernietig<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong> wakker geschud door <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tbeweging; duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zondar<strong>en</strong> war<strong>en</strong> bekeerd; <strong>en</strong><br />
trouwe mann<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> zich aan <strong>de</strong> verkondiging van <strong>de</strong> waarheid, zelfs in <strong>de</strong> tijd van<br />
verbeiding. De vorst <strong>de</strong>s kwaads verloor zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong>; <strong>en</strong> om <strong>de</strong> zaak van God<br />
smaadheid aan te do<strong>en</strong>, trachtte hij <strong>en</strong>ig<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die het geloof beled<strong>en</strong>, te misleid<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
h<strong>en</strong> tot uiterst<strong>en</strong> te drijv<strong>en</strong>. En dan stond<strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>arbei<strong>de</strong>rs gereed om ie<strong>de</strong>re fout, ie<strong>de</strong>re<br />
mislukking, ie<strong>de</strong>re onbehoorlike daad aan te grijp<strong>en</strong> <strong>en</strong> in het overdrev<strong>en</strong>ste licht aan <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voor te houd<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun geloof gehaat te mak<strong>en</strong>. Hoe groter<br />
dus het aantal was, dat hij er toe krijg<strong>en</strong> kon om het geloof in <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst te belijd<strong>en</strong>,<br />
terwijl zijn macht intuss<strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> bleef beheers<strong>en</strong>, <strong>de</strong>s te groter voor<strong>de</strong>el kon hij er uit<br />
trekk<strong>en</strong> door <strong>de</strong> aandacht op h<strong>en</strong> te vestig<strong>en</strong> als verteg<strong>en</strong>woordigers van het gehele lichaam<br />
<strong>de</strong>r gelovig<strong>en</strong>.<br />
Satan is “<strong>de</strong> aanklager van <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> het is zijn geest, die er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe drijft<br />
om op <strong>de</strong> fout<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebrek<strong>en</strong> van het volk <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> te lett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er <strong>de</strong> aandacht van<br />
an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> bij te bepal<strong>en</strong>, terwijl hun goe<strong>de</strong> dad<strong>en</strong> onopgemerkt voorbij word<strong>en</strong> gegaan. Hij is<br />
altijd bezig, wanneer God aan het werk is om ziel<strong>en</strong> te redd<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> zon<strong>en</strong> Gods<br />
kom<strong>en</strong> om zich v——r Hem te stell<strong>en</strong>, verschijnt <strong>de</strong> Satan ook on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>. Bij ie<strong>de</strong>re<br />
opwekking staat hij gereed om dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, die in hun hart niet geheiligd<br />
zijn, <strong>en</strong> wier gemoed onvast is. Wanneer <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> <strong>en</strong>ige punt<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid<br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich e<strong>en</strong> plaats on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> verworv<strong>en</strong>, werkt hij<br />
door h<strong>en</strong> om theorieën in te voer<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> onbehoedzam<strong>en</strong> van het rechte pad br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Niemand heeft ooit bewez<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goed Christ<strong>en</strong> te zijn, omdat hij in gezelschap met <strong>de</strong><br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods gevond<strong>en</strong> wordt, zelfs in het be<strong>de</strong>huis, of aan <strong>de</strong> tafel <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. Satan is<br />
m<strong>en</strong>igmaal bij <strong>de</strong> plechtigste geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig in <strong>de</strong> gedaante van h<strong>en</strong>, die hij als<br />
zijn werktuig<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> kan.<br />
De vorst <strong>de</strong>s kwaads bestrijdt ie<strong>de</strong>re duim grond, waarover Gods volk voortschrijdt op<br />
hun reis naar <strong>de</strong> hemelstad. In <strong>de</strong> gehele kerkgeschied<strong>en</strong>is heeft er ge<strong>en</strong> hervorming plaats<br />
gehad zon<strong>de</strong>r ernstige hin<strong>de</strong>rpal<strong>en</strong> te ontmoet<strong>en</strong>. Aldus was het in <strong>de</strong> tijd van Paulus. Waar<br />
<strong>de</strong> apostel ook o<strong>en</strong> kerk stichtte, war<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong>, die beled<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid aan te nem<strong>en</strong>,<br />
maar die ketterij<strong>en</strong> inbracht<strong>en</strong>, <strong>de</strong> aanname waarvan t<strong>en</strong> slotte <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> waarheid<br />
zou verdring<strong>en</strong>. Ook aan Luther werd veel verslag<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> zielesmart berokk<strong>en</strong>d door het<br />
gedrag van dweepzieke m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die beweerd<strong>en</strong>, dat God direkt tot h<strong>en</strong> gesprok<strong>en</strong> had, <strong>en</strong><br />
die dus hun eig<strong>en</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift steld<strong>en</strong>.<br />
Veleu, die tekortschot<strong>en</strong> aan geloof <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvinding, maar die veel zelfg<strong>en</strong>oegzaamheid<br />
bezat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gaarne iets nieuws hoord<strong>en</strong> of verteld<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> verleid door hetge<strong>en</strong> waarop <strong>de</strong><br />
nieuwe leraars zich liet<strong>en</strong> voorstaan, on slot<strong>en</strong> zich aan bij <strong>de</strong> handlangers van Satan in hun<br />
bemoeiing<strong>en</strong> om af te brek<strong>en</strong>, wat God door Luther had lat<strong>en</strong> opbouw<strong>en</strong>. En ook <strong>de</strong> Wesleys<br />
<strong>en</strong> andor<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> wereld tot zeg<strong>en</strong> war<strong>en</strong> door hun invloed <strong>en</strong> geloof, ontmoett<strong>en</strong> bij ie<strong>de</strong>re<br />
276
stap <strong>de</strong> strikk<strong>en</strong>, die Satan span<strong>de</strong>, door doldriftig<strong>en</strong>, onbest<strong>en</strong>dig<strong>en</strong> <strong>en</strong> ongeheiligd<strong>en</strong> tot<br />
ie<strong>de</strong>re graad van dweperij te drijv<strong>en</strong>.<br />
William Miller had ge<strong>en</strong> hart voor invloed<strong>en</strong>, die tot dweperij leidd<strong>en</strong>. Hij verklaar<strong>de</strong><br />
met Luther, dat ie<strong>de</strong>re geest aan Gods woord getoetst moet word<strong>en</strong>. “De duivel”, zei Miller,<br />
“heeft in <strong>de</strong>ze tijd veel macht over <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van sommig<strong>en</strong>. En hoe zull<strong>en</strong> we te<br />
wet<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, door welke geest ze gedrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>? De Bijbel antwoordt: ‘Aan hun<br />
vrucht<strong>en</strong> zult ge h<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.’ . . “Er zijn veel geest<strong>en</strong> uitgegaan in <strong>de</strong> wereld; <strong>en</strong> ons wordt<br />
gelast, <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> te beproev<strong>en</strong>. De geest, die er ons niet toe leidt om matig, rechtvaardig <strong>en</strong><br />
godzalig te lev<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze teg<strong>en</strong>woordige wereld, is niet <strong>de</strong> Geest van Christus. Ik houd er me<br />
meer <strong>en</strong> meer van overtuigd, dat Satan veel te do<strong>en</strong> heeft met <strong>de</strong>ze wil<strong>de</strong> beweging<strong>en</strong>. . . .<br />
Vel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r ons, die voorgev<strong>en</strong>, geheel <strong>en</strong> al geheiligd te zijn, volg<strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong> van<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn klaarblijkelik ev<strong>en</strong> onwet<strong>en</strong>d aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> waarheid, als an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die op<br />
niets <strong>de</strong>rgelijks aanspraak mak<strong>en</strong>.”<br />
“De geest <strong>de</strong>r dwaling zal ons van <strong>de</strong> waarheid afleid<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> Geest van God zal ons in<br />
<strong>de</strong> waarheid inleid<strong>en</strong>. Maar, zegt gij, iemand kan dwal<strong>en</strong> <strong>en</strong> gelov<strong>en</strong> dat hij <strong>de</strong> waarheid<br />
heeft. Hoe dan? Wij antwoord<strong>en</strong>: <strong>de</strong> Geest <strong>en</strong> het Woord stemm<strong>en</strong> met elkan<strong>de</strong>r overe<strong>en</strong>.<br />
Indi<strong>en</strong> iemand zichzelf oor<strong>de</strong>elt volg<strong>en</strong>s Gods woord, <strong>en</strong> door het gehele woord he<strong>en</strong><br />
volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemming vindt, dan moet hij gelov<strong>en</strong>, dat hij <strong>de</strong> waarheid heeft; maar<br />
indi<strong>en</strong> hij bemerkt, dat <strong>de</strong> geest, waardoor hij geleid wordt, niet overe<strong>en</strong>komt met <strong>de</strong> gehele<br />
strekking van Gods wet of boek, laat hem dan voorzichtig wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, opdat hij niet in <strong>de</strong><br />
strikk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> duivel gevang<strong>en</strong> wordt.” “Ik heb m<strong>en</strong>igmaal meer bewijs van inw<strong>en</strong>dige<br />
vroomheid ontvang<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> oog vol gloed, e<strong>en</strong> vochtige wang, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> woord, dat in <strong>de</strong><br />
keel bleef stek<strong>en</strong>, dan van al het geraas van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid.”<br />
In <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> Hervorming legd<strong>en</strong> <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> ervan al het kwaad van <strong>de</strong> dweperij t<strong>en</strong><br />
laste van h<strong>en</strong>, die het ‘t ernstigst trachtt<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> te gaan. De teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tbeweging<br />
han<strong>de</strong>ld<strong>en</strong> op gelijke wijze. En, niet tevred<strong>en</strong> met <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die tot<br />
uiterst<strong>en</strong> verviel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dwepers in e<strong>en</strong> verkeerd daglicht te stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> te overdrijv<strong>en</strong>,<br />
verspreidd<strong>en</strong> ze ongunstige gerucht<strong>en</strong>, die niet <strong>de</strong> minste schijn van waarheid hadd<strong>en</strong>. Deze<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> gedrev<strong>en</strong> door vooroor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> haat. Hun vre<strong>de</strong> werd verstoord door <strong>de</strong><br />
verkondiging van Christus, die te kom<strong>en</strong> stond. Ze vreesd<strong>en</strong>, dat het waar zou kunn<strong>en</strong> zijn,<br />
<strong>en</strong> hoop- t<strong>en</strong> toch dat zulks niet het geval was; <strong>en</strong> dit was het geheim van hun strijd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun geloof.<br />
Het feit, dat e<strong>en</strong> paar dwepers zich on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> m<strong>en</strong>gd<strong>en</strong>, geeft niet meer recht<br />
om te besluit<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> be-weging niet van God was, dan dat <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van<br />
dwepers <strong>en</strong> bedriegers in <strong>de</strong> kerk in <strong>de</strong> tijd van Paulus of Luther g<strong>en</strong>oegzame<br />
verontschuldiging zou zijn voor het veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van hun werk. Laat Gods volk uit <strong>de</strong> slaap<br />
opwak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met ernst het werk van bekering <strong>en</strong> hervorming aanvatt<strong>en</strong>; laat h<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waar- heid te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, zoals die in Jezus is; laat h<strong>en</strong> zich<br />
277
geheel <strong>en</strong> al aan God toewijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het bewijs, dat <strong>de</strong> Satan nog werkzaam is <strong>en</strong> waakt, zal<br />
niet achterwege blijv<strong>en</strong>. Door alle mogelike bedriegerij zal hij zijn macht op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, al <strong>de</strong><br />
gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in zijn gebied te hulp roep<strong>en</strong><strong>de</strong>. Het was niet <strong>de</strong> aankondiging van <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer, die dweperij <strong>en</strong> scheiding veroorzaakte. Deze <strong>de</strong>d<strong>en</strong> zich voor in<br />
<strong>de</strong> zomer van 1844, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> toestand van twijfel <strong>en</strong> onzekerheid<br />
verkeerd<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> hun eig<strong>en</strong>like stelling. De verkondiging van <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong><br />
eerste <strong>en</strong>gel <strong>en</strong> van <strong>de</strong> “mid<strong>de</strong>rnachtskreet” had <strong>de</strong> on- mid<strong>de</strong>llike uitwerking, dat dweperij<br />
<strong>en</strong> on<strong>en</strong>igheid werd<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdrukt. Zij, die aan <strong>de</strong>ze plechtige beweging<strong>en</strong> <strong>de</strong>elnam<strong>en</strong>,<br />
leefd<strong>en</strong> in vre<strong>de</strong> met elkan<strong>de</strong>r; hun hart<strong>en</strong> war<strong>en</strong> vol lief<strong>de</strong> tot elkan<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> tot Jezus, die ze<br />
spoedig hoopt<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>. Eénzelf<strong>de</strong> geloof, éénzelf<strong>de</strong> zalige hoop verhief h<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
macht van alle m<strong>en</strong>selike invloed, <strong>en</strong> bleek e<strong>en</strong> schild te zijn teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanvall<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Satan.<br />
“Als nu <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom vertoef<strong>de</strong>, werd<strong>en</strong> ze all<strong>en</strong> sluimerig, <strong>en</strong> viel<strong>en</strong> in slaap. En te<br />
mid<strong>de</strong>rnacht geschied<strong>de</strong> e<strong>en</strong> geroep: Ziet, <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom komt, gaat uit hem tegemoet. To<strong>en</strong><br />
stond<strong>en</strong> al die maagd<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> bereidd<strong>en</strong> haar lamp<strong>en</strong>.” In <strong>de</strong> zomer van 1844, midd<strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd, waarop m<strong>en</strong> eerst dacht, dat <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> eindig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> herfst van<br />
datzelf<strong>de</strong> jaar, waartoe m<strong>en</strong> later bevond, dat ze zich uitstrekt<strong>en</strong>, werd <strong>de</strong> boodschap<br />
verkondigd in <strong>de</strong> eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift: “Ziet, <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom komt!” Wat tot <strong>de</strong>ze<br />
bewering leid<strong>de</strong>, was <strong>de</strong> ont<strong>de</strong>kking, dat het <strong>de</strong>kreet van Arthaxerxes tot <strong>de</strong> herbouwing van<br />
Jeruzalem, van welk punt m<strong>en</strong> het tijdperk van 2300 dag<strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>de</strong>, van kracht was<br />
geword<strong>en</strong> in <strong>de</strong> herfst van het jaar 457 v. C., <strong>en</strong> niet in het begin van het jaar, zoals vroeger<br />
geloofd was. Van <strong>de</strong> herfst van 457 af rek<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>, eindigd<strong>en</strong> <strong>de</strong> 2300 jar<strong>en</strong> in <strong>de</strong> herfst van<br />
1844.<br />
278
PROFETIE VAN 2300 DAGEN/ JAREN<br />
En profetisk dag = Et bogstaveligt år<br />
35 Omdat <strong>de</strong> spionn<strong>en</strong> veertig dag<strong>en</strong> in het land war<strong>en</strong>, moet u veertig jaar in <strong>de</strong><br />
woestijn rondzwerv<strong>en</strong>. Voor elke dag één jaar met op uw schou<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> last van uw zond<strong>en</strong>.<br />
Dan zult u zi<strong>en</strong> wat het betek<strong>en</strong>t dat Ik ú <strong>de</strong> rug toekeer.” Ik, <strong>de</strong> Here, heb gesprok<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>r<br />
die teg<strong>en</strong> Mij heeft sam<strong>en</strong>gezwor<strong>en</strong>, zal in <strong>de</strong>ze woestijn <strong>de</strong> dood vind<strong>en</strong>.’ [Numeri 14:34-<br />
35]. 6 Draai u daarna om <strong>en</strong> ga veertig dag<strong>en</strong> op uw rechterzij ligg<strong>en</strong>. Dit keer draagt u <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong> van Juda. Elke dag telt voor één jaar. [Ezechiël 4:6]<br />
457 v. Chr. - 1844 AD – 2300 dag<strong>en</strong> / jaar 14 De an<strong>de</strong>r antwoord<strong>de</strong>: ‘Pas over<br />
drieëntwintighon<strong>de</strong>rd dag<strong>en</strong> zal het heiligdom in ere word<strong>en</strong> hersteld.’ [Daniël 8:14]. 24<br />
God heeft e<strong>en</strong> perio<strong>de</strong> van zev<strong>en</strong> maal zev<strong>en</strong>tig jaar vastgesteld <strong>en</strong> pas daarna zal er e<strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong> kom<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> overtreding<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong> zijn. Het koninkrijk<br />
van eeuwige rechtvaardigheid zal dan word<strong>en</strong> uitgeroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeer heilige plaats zal<br />
opnieuw word<strong>en</strong> ingewijd, zoals in visio<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> door profet<strong>en</strong> was aangekondigd. 490<br />
dag<strong>en</strong>/ jaar [Daniël 9:24].<br />
457 v. Chr. Decreet voor <strong>de</strong> herstelling van Jeruzalem (Or<strong>de</strong> van Artajeres). Vanaf het<br />
mom<strong>en</strong>t waarop het bevel tot herbouw van Jeruzalem wordt gegev<strong>en</strong>, tot het mom<strong>en</strong>t<br />
279
waarop e<strong>en</strong> gezalf<strong>de</strong>, e<strong>en</strong> vorst, komt, zal e<strong>en</strong> perio<strong>de</strong> van zev<strong>en</strong> maal zev<strong>en</strong> jaar verstrijk<strong>en</strong>!<br />
[Daniël 9: 25].<br />
408 v. Chr. – De We<strong>de</strong>ropbouw of Verbouwing van Jeruzalem<br />
27 AD – het doopsel <strong>en</strong> <strong>de</strong> zalving van Jezus (o Messias). 27 Deze koning zal e<strong>en</strong><br />
verbond van zev<strong>en</strong> jaar sluit<strong>en</strong>, maar halverwege zal hij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> te stopp<strong>en</strong> met<br />
het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van slachtoffers <strong>en</strong> spijsoffers. En t<strong>en</strong> slotte zal <strong>de</strong> vijand in het heiligdom van<br />
God e<strong>en</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> gruwel plaats<strong>en</strong>. [Daniël 9:27]<br />
31 AD – De kruisiging <strong>en</strong> dood van Jezus Christus. 26 Na <strong>de</strong>ze totale perio<strong>de</strong> zal e<strong>en</strong><br />
gezalf<strong>de</strong> onschuldig word<strong>en</strong> vermoord. Er zal e<strong>en</strong> koning kom<strong>en</strong> die <strong>de</strong> stad <strong>en</strong> <strong>de</strong> tempel<br />
zal verwoest<strong>en</strong>. Deze zal zijn ein<strong>de</strong> vind<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vloed van ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> oorlog <strong>en</strong><br />
verwoesting<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vanaf dat mom<strong>en</strong>t tot het ein<strong>de</strong> heers<strong>en</strong>, dat staat nu al vast. 27 Maar<br />
halverwege zal hij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> te stopp<strong>en</strong> met het br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van slachtoffers <strong>en</strong><br />
spijsoffers [Daniël 9:26-27]<br />
34 AD – De st<strong>en</strong>iging van Stefanus [ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> proeftijd voor <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />
evangelie aan <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>] 14 Het goe<strong>de</strong> nieuws over het Koninkrijk van God zal<br />
overal ter wereld word<strong>en</strong> gebracht, zodat alle land<strong>en</strong> het zull<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>. En dan zal het ein<strong>de</strong><br />
kom<strong>en</strong> [Mattheüs 24:14]. 46 Paulus <strong>en</strong> Barnabas liet<strong>en</strong> zich niet van hun stuk br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
zeid<strong>en</strong>: ‘Vanzelfsprek<strong>en</strong>d moest u het eerst hor<strong>en</strong> wat God te zegg<strong>en</strong> heeft. Maar nu u er<br />
niets van moet hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee bewijst het eeuwige lev<strong>en</strong> niet waard te zijn, gaan wij het<br />
<strong>de</strong> niet-Joodse m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vertelle. [Han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> 13:46]<br />
70 AD – De verwoesting van Jeruzalem. 1 Terwijl Jezus het tempelterrein verliet,<br />
kwam<strong>en</strong> zijn leerling<strong>en</strong> naar Hem toe <strong>en</strong> wez<strong>en</strong> Hem op <strong>de</strong> tempelgebouw<strong>en</strong>. 2 Jezus zei<br />
teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong>: ‘Al <strong>de</strong>ze gebouw<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwoest. Er zal ge<strong>en</strong> ste<strong>en</strong> op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />
blijv<strong>en</strong>.’ [Mattheüs 24:1-2]<br />
15 Als jullie dan <strong>de</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong> gruwel in <strong>de</strong> heilige plaats zi<strong>en</strong> staan, waar <strong>de</strong> profeet<br />
Daniël het over had—wie dit leest, moet dit prober<strong>en</strong> te begrijp<strong>en</strong>—... 21 Want er zal e<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rdrukking zijn zoals <strong>de</strong> wereld nog nooit heeft gek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> zoals ook nooit meer zal<br />
terugkom<strong>en</strong> [Mattheüs 24:15, 21]<br />
1844 AD – Zuivering van het hemelse heiligdom <strong>en</strong> het hemelse oor<strong>de</strong>el.<br />
1810 Dag<strong>en</strong> / Jar<strong>en</strong> – Het werk van Jezus Christus als onze Hogepriester in het hemelse<br />
heiligdom. 14 Dit betek<strong>en</strong>t dat Jezus, <strong>de</strong> Zoon van God, onze grote hogepriester is, die naar<br />
<strong>de</strong> hemel is gegaan om ons te help<strong>en</strong>. Daarom moet<strong>en</strong> wij ge<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik aan Hem twijfel<strong>en</strong>.<br />
15 Deze hogepriester begrijpt onze zwakhed<strong>en</strong>, omdat Hij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong> heeft<br />
gek<strong>en</strong>d als wij, maar Hij heeft er ge<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik aan toegegev<strong>en</strong>, Hij heeft nooit gezondigd.<br />
16 Lat<strong>en</strong> wij daarom vrijmoedig naar <strong>de</strong> troon van God gaan om van Hem g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> te<br />
280
ontvang<strong>en</strong>, om hulp te krijg<strong>en</strong>, juist in die og<strong>en</strong>blikk<strong>en</strong> dat wij het moeilijk hebb<strong>en</strong><br />
[Hebreeën 4:14-16].<br />
Bewijsgrond<strong>en</strong>, uit <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong> in het Ou<strong>de</strong> Testam<strong>en</strong>t geput, duidd<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>zeer he<strong>en</strong> op<br />
<strong>de</strong> herfst als <strong>de</strong> tijd, wanneer <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is, als <strong>de</strong> “rechtvaardiging van het heiligdom”<br />
voorgesteld, moest plaats vind<strong>en</strong>. Dit punt werd zeer dui<strong>de</strong>lik gemaakt, to<strong>en</strong> er aandacht<br />
werd geschonk<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> wijze, waarop <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong> vervuld war<strong>en</strong>, welke betrekking hebb<strong>en</strong><br />
op <strong>de</strong> eerste komst van Christus.<br />
Het slacht<strong>en</strong> van het Paaslam was e<strong>en</strong> voorafschaduwing van <strong>de</strong> dood van Christus.<br />
Paulus zegt: “Want ook ons Pascha is voor ons geslacht, namelik Christus.” De schoof van<br />
<strong>de</strong> eerste vrucht<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> tijd van het Pascha voor het aangezicht <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> bewog<strong>en</strong><br />
werd, was e<strong>en</strong> beeld van <strong>de</strong> opstanding van Christus. Paulus zegt. van <strong>de</strong> opstanding van <strong>de</strong><br />
Heer <strong>en</strong> van die van al Zijn volk sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>: “De eersteling Christus, daarna die van Christus<br />
zijn, in Zijn toekomst.” Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> schoof van het beweegoffer het eerste rijpe graan was,<br />
dat v——r <strong>de</strong> oogst verzameld werd, is Christus <strong>de</strong> eersteling van die onsterfelike oogst van<br />
verlost<strong>en</strong>, welke bij <strong>de</strong> toekomstige opstanding verzameld zal word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> schuur van onze<br />
God.<br />
Deze beeld<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in vervulling getred<strong>en</strong>, niet alle<strong>en</strong> wat <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is aanging, maar<br />
ook wat <strong>de</strong> tijd betrof. Op <strong>de</strong> veerti<strong>en</strong><strong>de</strong> dag van <strong>de</strong> eerste Joodse maand, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> dag <strong>en</strong><br />
maand, waarop gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> vijfti<strong>en</strong> lange eeuw<strong>en</strong> het Paaslam was geslacht geword<strong>en</strong>, stel<strong>de</strong><br />
Christus, nadat Hij het Pascha met Zijn discipel<strong>en</strong> gebruikt had, dat feest in, door hetwelk<br />
Zijn eig<strong>en</strong> dood als “het Lam Gods, dat <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld wegneemt,” herdacht zou<br />
word<strong>en</strong>. Diezelf<strong>de</strong> nacht werd Hij door <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> onrecht- vaardig<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
aan het kruis gehecht <strong>en</strong> gedood. En als e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>beeld van <strong>de</strong> schoof van het beweegoffer<br />
werd onze Heer <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> dag opgewekt uit <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>, “<strong>de</strong> eersteling van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die<br />
ontslap<strong>en</strong> zijn,“3 in gelijk<strong>en</strong>is van al <strong>de</strong> opgewekte rechtvaardig<strong>en</strong>, wier “verne<strong>de</strong>rd lichaam”<br />
veran<strong>de</strong>rd, <strong>en</strong> “gelijkvormig gemaakt zal word<strong>en</strong> aan Zijn heerlik lichaam.”<br />
Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong>, die betrekking hebb<strong>en</strong> op <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong><br />
Heer, vervuld word<strong>en</strong> op <strong>de</strong> tijd, die in <strong>de</strong> symboliese di<strong>en</strong>st is aangegev<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r het<br />
Mozaïese stelsel had <strong>de</strong> reiniging van het heiligdom, of <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag, op <strong>de</strong> ti<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
dag van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> Joodse maand plaats,1 wanneer <strong>de</strong> hogepriester, na verzo<strong>en</strong>ing voor al<br />
het volk van Israël gedaan, <strong>en</strong> aldus hun zond<strong>en</strong> uit het heiligdom verwij<strong>de</strong>rd te hebb<strong>en</strong>,<br />
naar buit<strong>en</strong> trad <strong>en</strong> het volk zeg<strong>en</strong><strong>de</strong>. Ev<strong>en</strong>zo, geloof<strong>de</strong> m<strong>en</strong>, zou Christus, onze grote<br />
Hogepriester, verschijn<strong>en</strong> om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te reinig<strong>en</strong> door <strong>de</strong> vernietiging van zon<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
zondar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om Zijn wacht<strong>en</strong>d volk met onsterfelikheid te zeg<strong>en</strong><strong>en</strong>. De ti<strong>en</strong><strong>de</strong> dag van <strong>de</strong><br />
zev<strong>en</strong><strong>de</strong> maand, 1 Kor. 15:23. 1 Kor. 15:20. Fil. 3:21.Lev. 16:29-34. <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag,<br />
<strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> reiniging van het heiligdom, die in het jaar 1844 op <strong>de</strong> 22ste Oktober viel,<br />
werd voor <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Dit stem<strong>de</strong> overe<strong>en</strong> met <strong>de</strong> reeds<br />
281
aangevoer<strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> herfst zoud<strong>en</strong> eindig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gevolgtrekking sche<strong>en</strong> onomstotelik te zijn.<br />
In <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is van Mattheüs 25 wordt <strong>de</strong> tijd van wacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> sluimer<strong>en</strong> door <strong>de</strong> komst<br />
van <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom gevolgd. Dit was in overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> beweeggrond<strong>en</strong>, zowel uit<br />
<strong>de</strong> profetieën als uit <strong>de</strong> typ<strong>en</strong>, die juist zijn aangevoerd. Die grond<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterke<br />
schijn van waarheid; <strong>en</strong> <strong>de</strong> “mid<strong>de</strong>rnachtskreet” werd door duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> gelovig<strong>en</strong> verkondigd.<br />
De beweging overstroom<strong>de</strong> het land als e<strong>en</strong> vloedgolf. Van stad tot stad, van dorp tot dorp,<br />
<strong>en</strong> tot in <strong>de</strong> afgele- g<strong>en</strong>ste plaats<strong>en</strong> op het platteland drong hij door, totdat het volk van God,<br />
dat in afwachting leef<strong>de</strong>, volkom<strong>en</strong> wakker geschud was. De dweperij verdwe<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge<br />
van <strong>de</strong>ze verkondiging, verjaagd als <strong>de</strong> rijp voor <strong>de</strong> opkom<strong>en</strong><strong>de</strong> zon. De gelovig<strong>en</strong> zag<strong>en</strong><br />
hun twijfel <strong>en</strong> ontstelt<strong>en</strong>is verdwijn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoop <strong>en</strong> moed verlev<strong>en</strong>digd<strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong>. Het<br />
werk bleef vrij van die uiterst<strong>en</strong>, die zich altijd op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, wanneer er m<strong>en</strong>selike opwinding<br />
bestaat zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> beperk<strong>en</strong><strong>de</strong> invloed van het woord <strong>en</strong> <strong>de</strong> Geest van God.<br />
Het stond in aard gelijk aan die tijd<strong>en</strong> van verootmoediging <strong>en</strong> bekering tot <strong>de</strong> Heer,<br />
welke on<strong>de</strong>r oud-Israël op boodschapp<strong>en</strong> van bestraffing door Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> volgd<strong>en</strong>.<br />
Het droeg <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Gods werk door alle tijd<strong>en</strong> he<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>merkt. Er was<br />
weinig uitbundige vreug<strong>de</strong>, maar meer e<strong>en</strong> ernstig on<strong>de</strong>rzoek van het hart, belijd<strong>en</strong>is van<br />
zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> verzaking van <strong>de</strong> wereld. Voorbereiding om <strong>de</strong> Heer te ontmoet<strong>en</strong> was alles, waar<br />
beangstig<strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> zich me<strong>de</strong> bezig hield<strong>en</strong>. Er werd met volharding gebed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong><br />
wijd<strong>de</strong> zich onvoorwaar<strong>de</strong>lik Go<strong>de</strong> toe. Miller zei, dat werk beschrijv<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Er wordt ge<strong>en</strong><br />
grote vreug<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> dag gelegd; die wordt als het ware on<strong>de</strong>rdrukt voor e<strong>en</strong> toekomstige<br />
geleg<strong>en</strong>heid, wanneer <strong>de</strong> gehele hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zich sam<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verheug<strong>en</strong> met onuitsprekelike<br />
blijdschap <strong>en</strong> vol heerlikheid. Er wordt niet gejuicht; ook dat wordt bewaard voor<br />
<strong>de</strong> tijd, wanneer het geroep van <strong>de</strong> hemel geschied<strong>en</strong> zal. De zangers zwijg<strong>en</strong>; ze zijn in<br />
afwachting van zich te voeg<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> <strong>en</strong>geleschar<strong>en</strong>, het hemelkoor. . . . Er is ge<strong>en</strong> verschil<br />
van gevoel<strong>en</strong>; all<strong>en</strong> zijn één hart <strong>en</strong> één ziel.”<br />
E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r, die aan <strong>de</strong> beweging <strong>de</strong>elnam, getuig<strong>de</strong>: “Het <strong>de</strong>ed alom het grondigste<br />
on<strong>de</strong>rzoek van het hart <strong>en</strong> verootmoediging van <strong>de</strong> ziel voor God in <strong>de</strong> hoge hemel ontstaan.<br />
Het heeft e<strong>en</strong> losmak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ding<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze wereld veroorzaakt,<br />
<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijlegg<strong>en</strong> van twist<strong>en</strong> <strong>en</strong> vijandschapp<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> belijd<strong>en</strong>is van zond<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> zich buig<strong>en</strong><br />
voor God, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> boetvaardig smek<strong>en</strong> door gebrok<strong>en</strong> hart<strong>en</strong> tot Hem om vergiff<strong>en</strong>is <strong>en</strong><br />
aanneming. Het heeft zelfverne<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> verslag<strong>en</strong>heid van hart teweeggebracht, gelijk we<br />
nooit tevor<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> bijgewoond. Gelijk <strong>de</strong> Heer door <strong>de</strong> profeet Joël bevol<strong>en</strong> heeft, dat<br />
geschied<strong>en</strong> moet, wanneer <strong>de</strong> grote dag Gods op hand<strong>en</strong> zou zijn, ontstond er e<strong>en</strong> scheur<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet van <strong>de</strong> kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zich ker<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> Heer met vast<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gewe<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> rouwbe- drijv<strong>en</strong>. Gelijk God door Zacharia sprak, werd er e<strong>en</strong> geest <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
gebed<strong>en</strong> uitgestort over Zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>; ze aanschouwd<strong>en</strong> Hem, die ze doorstok<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> rouw- klage was groot in het land . . . <strong>en</strong>, die naar <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Heer uitzag<strong>en</strong>,<br />
kweld<strong>en</strong> hun ziel<strong>en</strong> v——r Zijn aangezicht.”<br />
282
Van al <strong>de</strong> grote godsdi<strong>en</strong>stige beweging<strong>en</strong> se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> is er niet één<br />
meer vrij geweest van m<strong>en</strong>selike onvolmaaktheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> list<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Satan, dan die van <strong>de</strong><br />
herfst van 1844. Zelfs nu nog, na verloop van vele jar<strong>en</strong>, gevoel<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>elg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> aan die beweging, <strong>en</strong> die standvastig zijn blijv<strong>en</strong> staan op <strong>de</strong> waarheid, <strong>de</strong> heilige<br />
invloed van dat gezeg<strong>en</strong><strong>de</strong> werk, <strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>, dat het van God is geweest. Bij het geroep<br />
van: “Ziet, <strong>de</strong> Brui<strong>de</strong>gom komt; gaat uit hem te gemoet,” stond<strong>en</strong> zij, die wacht<strong>en</strong><strong>de</strong> war<strong>en</strong>,<br />
op “<strong>en</strong> bereidd<strong>en</strong> hun lamp<strong>en</strong>;” ze on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong> Gods woord met zulk e<strong>en</strong> diepe<br />
belangstelling als tevor<strong>en</strong> nooit gek<strong>en</strong>d was. Engel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> hemel gezond<strong>en</strong> om h<strong>en</strong>,<br />
die ontmoedigd war<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>, we<strong>de</strong>r op te wekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> te bereid<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> aanname<br />
van <strong>de</strong> boodschap. Het werk stond niet gegrond op <strong>de</strong> wijsheid <strong>en</strong> geleerdheid van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>,<br />
maar op <strong>de</strong> kracht Gods. Het war<strong>en</strong> niet <strong>de</strong> meest begaafd<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudigst<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
meest toegewijd<strong>en</strong>, die het eerst <strong>de</strong> roepstem hoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzaamd<strong>en</strong>.<br />
Boer<strong>en</strong> liet<strong>en</strong> hun oogst op het veld staan, ambachtslied<strong>en</strong> legd<strong>en</strong> hun gereedschap neer,<br />
<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r tran<strong>en</strong> <strong>en</strong> toch met blijdschap uit om <strong>de</strong> waarschuwing over te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zij,<br />
die in het eerst e<strong>en</strong> leid<strong>en</strong><strong>de</strong> hand in <strong>de</strong> zaak gehad hadd<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> laatst<strong>en</strong> om zich<br />
aan <strong>de</strong>ze beweging aan te sluit<strong>en</strong>. Over het algeme<strong>en</strong> slot<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> hun <strong>de</strong>ur<strong>en</strong> voor <strong>de</strong>ze<br />
boodschap, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> groot aantal van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hem aannam<strong>en</strong>, maakte zich van hun<br />
geme<strong>en</strong>schap los. In <strong>de</strong> voorzi<strong>en</strong>igheid Gods verbond <strong>de</strong>ze aankondiging zich met <strong>de</strong><br />
boodschap van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, <strong>en</strong> gaf kracht aan dat werk. De boodschap: “Ziet, <strong>de</strong><br />
Brui<strong>de</strong>gom komt!” was niet zozeer e<strong>en</strong> zaak om over te red<strong>en</strong>er<strong>en</strong>, ofschoon het bewijs in<br />
<strong>de</strong> Schrift dui<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> afdo<strong>en</strong>d was. Er ging e<strong>en</strong> drijfkracht me<strong>de</strong> gepaard, die <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> in<br />
beweging zette. Er bestond ge<strong>en</strong> twijfel; er was ge<strong>en</strong> opwerp<strong>en</strong> van vrag<strong>en</strong>. Bij geleg<strong>en</strong>heid<br />
van <strong>de</strong> zegevier<strong>en</strong><strong>de</strong> intocht van Christus in Jeruzalem stroom<strong>de</strong> al het volk,dat van ie<strong>de</strong>r<br />
<strong>de</strong>el van het land sam<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> was om het feest te vier<strong>en</strong>, naar <strong>de</strong> Olijfberg; <strong>en</strong> terwijl ze<br />
zich bij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte aanslot<strong>en</strong>, die Jezus begeleid<strong>de</strong>, geraakt<strong>en</strong> ze on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> indruk van het<br />
og<strong>en</strong>blik, <strong>en</strong> hielp<strong>en</strong> om <strong>de</strong> kreet te do<strong>en</strong> zwell<strong>en</strong>: “Gezeg<strong>en</strong>d is Hij, die komt in <strong>de</strong> naam<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>!”<br />
Ev<strong>en</strong>zo gevoeld<strong>en</strong> <strong>de</strong> ongelovig<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong><br />
bezocht<strong>en</strong> — sommig<strong>en</strong> uit nieuwsgierigheid, an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> om te spott<strong>en</strong> — <strong>de</strong><br />
overtuig<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht, die zich aan <strong>de</strong> boodschap paar<strong>de</strong>: “Ziet, <strong>de</strong> Brui<strong>de</strong>gom komt.” In die<br />
tijd was er geloof, dat antwoord op het gebed bracht; geloof, dat zag op <strong>de</strong> vergelding <strong>de</strong>s<br />
loons. De Geest <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> daal<strong>de</strong> neer op h<strong>en</strong>, die ernstig zocht<strong>en</strong>, gelijk reg<strong>en</strong>bui<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
dorstige aar<strong>de</strong>. Zij, die verwachtt<strong>en</strong> om spoedig hun Verlosser van aangezicht tot aangezicht<br />
te aanschouw<strong>en</strong>, gevoeld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> plechtige vreug<strong>de</strong>, die niet uit te sprek<strong>en</strong> was. De<br />
verzacht<strong>en</strong><strong>de</strong>, overweldig<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest <strong>de</strong>ed <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> versmelt<strong>en</strong>,<br />
terwijl Zijn zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in rijke mate over <strong>de</strong> getrouwe gelovig<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uitgestort.<br />
Omzichtig <strong>en</strong> ernstig na<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> zij, die <strong>de</strong> boodschap aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> tijd,<br />
waarop ze hoopt<strong>en</strong> hun Heer te zull<strong>en</strong> ontmoet<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re morg<strong>en</strong> gevoeld<strong>en</strong> ze, dat het hun<br />
eerste plicht was om zich te verzeker<strong>en</strong> van het bewijs, dat God h<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> had. Hun<br />
283
hart<strong>en</strong> war<strong>en</strong> innig aan elkan<strong>de</strong>r verbond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze bad<strong>en</strong> veel voor <strong>en</strong> met elkan<strong>de</strong>r. Ze<br />
kwam<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igmaal op afgeleg<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> om met God geme<strong>en</strong>schap te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>;<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> stem <strong>de</strong>s gebeds steeg op naar <strong>de</strong> hemel uit veld <strong>en</strong> bos. De verzekering van <strong>de</strong><br />
goedkeuring van <strong>de</strong> Heiland achtt<strong>en</strong> ze noodzakeliker dan hun dageliks voedsel; <strong>en</strong>, indi<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> wolk hun ziel verduister<strong>de</strong>, rustt<strong>en</strong> ze niet, totdat die was weggevaagd. Terwijl ze <strong>de</strong><br />
blijk<strong>en</strong> van Zijn vergev<strong>en</strong><strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong>, verlangd<strong>en</strong> ze Hem te aanschouw<strong>en</strong>, die<br />
hun ziel<strong>en</strong> liefhadd<strong>en</strong>.<br />
Maar we<strong>de</strong>rom war<strong>en</strong> ze bestemd om teleurgesteld te word<strong>en</strong>. De tijd van afwachting<br />
verstreek, <strong>en</strong> hun Heiland versche<strong>en</strong> nietf. Met onwankelbaar vertrouw<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ze naar<br />
Zijn komst uitgezi<strong>en</strong>; <strong>en</strong> nu on<strong>de</strong>rging<strong>en</strong> ze <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gewaarwording als Maria, to<strong>en</strong> zij, bij<br />
het graf van <strong>de</strong> Heiland kom<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> dit ledig vind<strong>en</strong><strong>de</strong>, uitriep: “Ze hebb<strong>en</strong> mijn Heer<br />
wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ik weet niet, waar ze Hem gelegd hebb<strong>en</strong>.” E<strong>en</strong> gevoel van angst, e<strong>en</strong><br />
vrees, dat <strong>de</strong> boodschap waar zou kunn<strong>en</strong> zijn, had <strong>en</strong>ige tijd lang <strong>de</strong> ongelovige wereld in<br />
bedwang gehoud<strong>en</strong>. Nadat <strong>de</strong> tijd verstrek<strong>en</strong> was, verdwe<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze invloed niet onmid<strong>de</strong>llik;<br />
in het eerst durfd<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet over <strong>de</strong> teleurgesteld<strong>en</strong> triomfer<strong>en</strong>; maar daar er ge<strong>en</strong><br />
blijk<strong>en</strong> van Gods toorn gezi<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, kwam<strong>en</strong> ze hun angst te bov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> hun<br />
hon<strong>en</strong> <strong>en</strong> spott<strong>en</strong> opnieuw. E<strong>en</strong> groot ge<strong>de</strong>elte van h<strong>en</strong>, die voorgegev<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, in <strong>de</strong><br />
spoedige we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer te gelov<strong>en</strong>, gav<strong>en</strong> hun geloof op.<br />
Sommig<strong>en</strong>, die vol vertrouw<strong>en</strong> geweest war<strong>en</strong>, gevoeld<strong>en</strong> zich z— diep in hun trots<br />
gewond, dat ze aan <strong>de</strong> wereld w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te ontvlucht<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>als Jona beklaagd<strong>en</strong> ze zich over<br />
God, <strong>en</strong> verkoz<strong>en</strong> <strong>de</strong> dood bov<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong>. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hun geloof op <strong>de</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van<br />
an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet op Gods woord hadd<strong>en</strong> gegrond, war<strong>en</strong> nu we<strong>de</strong>r ev<strong>en</strong> be- reid om hun<br />
inzicht<strong>en</strong> te wijzig<strong>en</strong>. De spotters haald<strong>en</strong> <strong>de</strong> zwakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> lafhartig<strong>en</strong> naar hun gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
over, <strong>en</strong> <strong>de</strong>ze all<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> zich om te verklar<strong>en</strong>, dat er nu ver<strong>de</strong>r ge<strong>en</strong> vrees of<br />
verwachting meer kon zijn. De tijd was verstrek<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Heer was niet gekom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld<br />
kon misschi<strong>en</strong> nog duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> hetzelf<strong>de</strong> blijv<strong>en</strong>. De ernstige, oprechte gelovig<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong> alles voor Christus opgegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> wijze als nooit tevor<strong>en</strong> in Zijn<br />
teg<strong>en</strong>woordigheid verkeerd. Zij hadd<strong>en</strong>, naar ze geloofd<strong>en</strong>, hun laatste waarschuwing aan <strong>de</strong><br />
wereld gegev<strong>en</strong>; <strong>en</strong> verwacht<strong>en</strong><strong>de</strong> spoedig overgezet te word<strong>en</strong> in het gezelschap van hun<br />
God<strong>de</strong>like Meester <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, hadd<strong>en</strong> ze zich grot<strong>en</strong><strong>de</strong>els van h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
boodschap niet aannam<strong>en</strong>, teruggetrokk<strong>en</strong>. Met innig verlang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ze gebed<strong>en</strong>: “Kom,<br />
Heer Jezus, ja kom haastiglik.” Maar Hij was niet gekom<strong>en</strong>. En nu <strong>de</strong> zware last van <strong>de</strong><br />
zorg<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> moeit<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong> weer op te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoon <strong>en</strong> scherts van e<strong>en</strong><br />
spott<strong>en</strong><strong>de</strong> wereld te verdrag<strong>en</strong>, was e<strong>en</strong> zware geloofs- <strong>en</strong> geduldsbeproeving.<br />
Toch was <strong>de</strong>ze teleurstelling niet zo groot als die, welke <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
tij<strong>de</strong> van Christus’ eerste komst. To<strong>en</strong> Jezus zegevier<strong>en</strong>d Jeruzalem binn<strong>en</strong>reed, geloofd<strong>en</strong><br />
Zijn volgeling<strong>en</strong>, dat Hij op het punt stond om <strong>de</strong> troon van David te bestijg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Israël van<br />
zijn verdrukkers te verloss<strong>en</strong>. Vol hoop <strong>en</strong> blij<strong>de</strong> verwachting trachtt<strong>en</strong> ze elkan<strong>de</strong>r voorbij<br />
te strev<strong>en</strong> in hul<strong>de</strong>betoon aan hun Koning. Vel<strong>en</strong> spreidd<strong>en</strong> hun kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> tapijt op<br />
284
Zijn pad, of strooid<strong>en</strong> <strong>de</strong> bla<strong>de</strong>rrijke takk<strong>en</strong> van palm<strong>en</strong> v——r Hem uit. In hun uitbundige<br />
vreug<strong>de</strong> stemd<strong>en</strong> ze in met het blij<strong>de</strong> gejuich: “Hosanna aan <strong>de</strong> Zoon van David.” To<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Fari- zeën, verontrust <strong>en</strong> verwoed door dit vreug<strong>de</strong>betoon, van Jezus verlangd<strong>en</strong>, dat Hij<br />
Zijn discipel<strong>en</strong> zou bestraff<strong>en</strong>, antwoord<strong>de</strong> Hij: “Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong>z<strong>en</strong> zwijg<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
haast roep<strong>en</strong>.” De profetie moest vervuld word<strong>en</strong>. De discipel<strong>en</strong> voerd<strong>en</strong> Gods plan uit;<br />
toch zou e<strong>en</strong> bittere teleurstelling hun t<strong>en</strong> <strong>de</strong>el vall<strong>en</strong>. Slechts e<strong>en</strong> paar dag<strong>en</strong> verstrek<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
ze war<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> smartelike dood van <strong>de</strong> Heiland, <strong>en</strong> legd<strong>en</strong> Hem in het graf. Hun<br />
verwachting<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel opzicht verwez<strong>en</strong>likt geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun hoop stierf met<br />
Jezus. Niet voordat hun Heer zegevier<strong>en</strong>d uit het graf te voorschijn trad, bemerkt<strong>en</strong> ze, dat<br />
alles in <strong>de</strong> profetieën was voorspeld geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> “dat Christus moest lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> opstaan uit<br />
<strong>de</strong> dod<strong>en</strong>.”<br />
Vijf hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> vroeger had <strong>de</strong> Heer bij mon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> profeet Zacharia verklaard:<br />
“Verheug u zeer, gij dochter Zions! juich, gij dochter Jeruzalems! Ziet, uw koning zal<br />
kom<strong>en</strong>, rechtvaardig, <strong>en</strong> Hij is e<strong>en</strong> Heiland; arm <strong>en</strong> rijd<strong>en</strong><strong>de</strong> op e<strong>en</strong> ezel, <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> veul<strong>en</strong>,<br />
e<strong>en</strong> jong van e<strong>en</strong> ezelin.” Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> beseft, dat Christus zich op weg<br />
naar Zijn terechtstelling <strong>en</strong> dood bevond, ze zoud<strong>en</strong> die profetie niet hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
vervull<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze vervul<strong>de</strong> Miller <strong>en</strong> zijn metgezell<strong>en</strong> e<strong>en</strong> profetie, <strong>en</strong> gav<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
boodschap, waarvan <strong>de</strong> Schrift voorspeld had, dat hij aan <strong>de</strong> wereld moest gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />
maar die ze niet zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> profetieën volkom<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />
verstaan, hun teleurstelling aangev<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> daarbij nog e<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re boodschap bevatt<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
die aan al <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> gepredikt moest word<strong>en</strong>, voordat <strong>de</strong> Heer zou kom<strong>en</strong>. De<br />
boodschapp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong> <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel werd<strong>en</strong> ter rechter tijd gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
volbracht<strong>en</strong> het werk, dat God er me<strong>de</strong> voor had.<br />
De wereld had toegezi<strong>en</strong>, verwacht<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat het gehele Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> stelsel ine<strong>en</strong> zou<br />
vall<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd verstrijk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Christus niet verschijn<strong>en</strong> zou. Maar terwijl er vel<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>r sterke verleiding hun geloof opgav<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong>, die standvastig blev<strong>en</strong>. De<br />
vrucht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Ad- v<strong>en</strong>t-beweging: <strong>de</strong> geest van ne<strong>de</strong>righeid <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek van het hart,<br />
van onttrekking aan <strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> hervorming van het lev<strong>en</strong>, die zich aan het werk gepaard<br />
hadd<strong>en</strong>,— getuigd<strong>en</strong>, dat het uit God was. Ze durfd<strong>en</strong> niet ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e Geest zich in <strong>de</strong> prediking van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> had betuigd, <strong>en</strong> ze kond<strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> fout ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong> in <strong>de</strong> berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong>. De kundigst<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r hun<br />
teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs war<strong>en</strong> er niet in geslaagd om hun stelsel van uitlegging van <strong>de</strong> profetieën<br />
omver te werp<strong>en</strong>. Ze kond<strong>en</strong> er niet in toe stemm<strong>en</strong>, om zon<strong>de</strong>r bijbelse grond e<strong>en</strong> stelling te<br />
lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>, welke m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die door Gods Geest verlicht war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hart<strong>en</strong>, die in gloed gezet<br />
war<strong>en</strong> door Zijn lev<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht, na ernstig <strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>d on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift hadd<strong>en</strong><br />
ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> steiling, die <strong>de</strong> str<strong>en</strong>gste kritiek, <strong>en</strong> <strong>de</strong> bitterste teg<strong>en</strong>stand van<br />
godsdi<strong>en</strong>stige leraars <strong>en</strong> wereldwijz<strong>en</strong> had doorstaan, <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> macht van<br />
geleerdheid <strong>en</strong> welsprek<strong>en</strong>dheid, <strong>en</strong> spot <strong>en</strong> smaad van hog<strong>en</strong> zowel als lag<strong>en</strong>, opgewog<strong>en</strong><br />
was geblek<strong>en</strong>.<br />
285
Er was, wel is waar, e<strong>en</strong> vergissing geweest wat <strong>de</strong> verwachte gebeurt<strong>en</strong>is betrof, maar<br />
zelfs dit kon hun geloof in het woord Gods niet schokk<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> Jona in <strong>de</strong> strat<strong>en</strong> van<br />
Ninevé verkondig<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> stad binn<strong>en</strong> veertig dag<strong>en</strong> verwoest zou word<strong>en</strong>, nam <strong>de</strong> Heer<br />
<strong>de</strong> verootmoediging van <strong>de</strong> Nineviet<strong>en</strong> aan, <strong>en</strong> verl<strong>en</strong>g<strong>de</strong> hun g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd; toch werd Jona’s<br />
boodschap door God gezond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Ninevé volg<strong>en</strong>s Zijn wil op <strong>de</strong> proef gesteld. De<br />
Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> geloofd<strong>en</strong>, dat God er h<strong>en</strong> op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze toe geleid had, om <strong>de</strong><br />
waarschuwing van het oor<strong>de</strong>el te gev<strong>en</strong>. “Het heeft,” zo sprak<strong>en</strong> ze, “<strong>de</strong> hart<strong>en</strong> getoetst van<br />
all<strong>en</strong>, die hem hebb<strong>en</strong> gehoord, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lief<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> verschijning <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> opgewekt, of<br />
heeft e<strong>en</strong> afkeer van Zijn komst do<strong>en</strong> ontstaan, die meer of min merkbaar, maar Go<strong>de</strong><br />
bek<strong>en</strong>d is. Het heeft e<strong>en</strong> lijn getrokk<strong>en</strong>, . zodat <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hun eig<strong>en</strong> hart<strong>en</strong> will<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, aan welke kant ze zoud<strong>en</strong> gew<strong>en</strong>st hebb<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>,<br />
indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer to<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong> was,— of ze zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> uitgeroep<strong>en</strong>: ‘Ziet! <strong>de</strong>ze is onze<br />
God, we hebb<strong>en</strong> Hem verwacht, <strong>en</strong> Hij zal ons zalig mak<strong>en</strong>;’ dan of ze tot <strong>de</strong> rots<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
berg<strong>en</strong> geroep<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om op h<strong>en</strong> te vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> h<strong>en</strong> te verberg<strong>en</strong> van het aangezicht<br />
Desg<strong>en</strong><strong>en</strong>, Die op <strong>de</strong> troon zit, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> toorn van het Lam. We gelov<strong>en</strong>, dat God op<br />
<strong>de</strong>ze wijze Zijn volk getoetst, hun geloof op <strong>de</strong> proef gesteld, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> gelouterd heeft, om te<br />
zi<strong>en</strong> of ze in <strong>de</strong> ure van beproeving zoud<strong>en</strong> terugschrikk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> plaats, die het Hem mocht<br />
goeddunk<strong>en</strong>, hun aan te wijz<strong>en</strong>, <strong>en</strong> of ze gewillig zoud<strong>en</strong> zijn om <strong>de</strong>ze wereld op te gev<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zich met onvoorwaar<strong>de</strong>lik vertrouw<strong>en</strong> op Gods werk te verlat<strong>en</strong>.” De gevoel<strong>en</strong>s van h<strong>en</strong>,<br />
die nog steeds geloofd<strong>en</strong>, dat God <strong>de</strong> hand had gehad in hun vorige on<strong>de</strong>rvinding, zijn uit<br />
gedrukt in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van William Miller: “Indi<strong>en</strong> ik mijn lev<strong>en</strong> we<strong>de</strong>r over moest lev<strong>en</strong>,<br />
zou ik met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> bewijsgrond<strong>en</strong>, die ik to<strong>en</strong> had, om eerlik voor God <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te staan,<br />
moet<strong>en</strong> han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, gelijk ik gehan<strong>de</strong>ld heb.” “Ik hoop, dat ik mijn kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gereinigd heb van<br />
het bloed van ziel<strong>en</strong>; ik gevoel, dat ik me voor zoverre dit mogelik is, heb vrijgemaakt van<br />
alle schuld aan hun veroor<strong>de</strong>ling.” “Ofschoon ik tweemaal teleurgesteld b<strong>en</strong>,” schreef <strong>de</strong>ze<br />
Gods- man, “gevoel ik me nog niet terne<strong>de</strong>rgeslag<strong>en</strong> of ontmoedigd. . . . Mijn hoop op <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst van Christus is ev<strong>en</strong> sterk als altijd. Ik heb slechts gedaan, wat ik na jar<strong>en</strong> van<br />
ernstige overweging gevoel<strong>de</strong>, mijn heilige plicht te zijn. Indi<strong>en</strong> ik gedwaald heb, is het<br />
geweest aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> <strong>de</strong>r lief<strong>de</strong> tot mijn me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> <strong>de</strong> overtuiging van mijn plicht jeg<strong>en</strong>s<br />
God.”<br />
“Eén ding weet ik, ik heb alle<strong>en</strong> gepredikt wat ik geloof<strong>de</strong>: <strong>en</strong> God is met mij geweest;<br />
Zijn kracht heeft zich in het werk betoond, <strong>en</strong> er is veel goeds tot stand gebracht.” “Voor<br />
zover <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s kan oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, zijn er veel duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> door <strong>de</strong> prediking van die tijd toe geleid,<br />
<strong>de</strong> Schrift te on-<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> zich di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge, door het geloof <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
bespr<strong>en</strong>ging van het bloed van Jezus Christus, met God verzo<strong>en</strong>d.” “Ik heb nooit <strong>de</strong> gunst<br />
van <strong>de</strong> hovaardig<strong>en</strong> gezocht, noch ook teruggebeefd, wanneer <strong>de</strong> wereld <strong>de</strong> w<strong>en</strong>kbrauw<strong>en</strong><br />
fronste. Ik zal me hun welgevall<strong>en</strong> nu niet verwerv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>min mijn plicht te buit<strong>en</strong> gaan<br />
om hun haat uit te lokk<strong>en</strong>. Ik zal nooit tracht<strong>en</strong> om door hun gunst mijn lev<strong>en</strong> te behoud<strong>en</strong>,<br />
286
<strong>en</strong>, naar ik hoop, niet terugschrikk<strong>en</strong> van het te verliez<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> God in Zijn voorzi<strong>en</strong>igheid<br />
het aldus beschikk<strong>en</strong> zou.”<br />
God verliet Zijn volk niet; Zijn Geest bleef won<strong>en</strong> in <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die niet voorbarig het<br />
licht verwierp<strong>en</strong>, dat ze ontvang<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich aan <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-beweging onttrokk<strong>en</strong>. In<br />
<strong>de</strong> Brief aan <strong>de</strong> Hebreën staan er woord<strong>en</strong> van bemoediging <strong>en</strong> waarschuwing opgetek<strong>en</strong>d<br />
voor <strong>de</strong> beproefd<strong>en</strong> <strong>en</strong> wacht<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze krisis: “Werpt dan uw vrijmoedigheid niet weg,<br />
welke e<strong>en</strong> grote vergelding <strong>de</strong>s loons heeft. Want gij hebt lijdzaamheid van no<strong>de</strong>; opdat ge,<br />
<strong>de</strong> wil van God gedaan hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong>is moogt wegdrag<strong>en</strong>. Want: Nog e<strong>en</strong> zeer<br />
weinig tijds <strong>en</strong> Hij, die te kom<strong>en</strong> staat zal kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet vertoev<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> rechtvaardige<br />
zal uit het geloof lev<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zo iemand zich onttrekt, Mijn ziel heeft in hem ge<strong>en</strong> behag<strong>en</strong>.<br />
Maar wij zijn niet van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zich onttrekk<strong>en</strong> t<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rve, maar van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die<br />
gelov<strong>en</strong> tot behouding van <strong>de</strong> ziel.”<br />
Dat <strong>de</strong>ze vermaning gericht wordt tot <strong>de</strong> kerk in <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong>, blijkt klaarlik uit <strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong> die <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> aanduid<strong>en</strong>: “Want: Nog e<strong>en</strong> zeer weinig<br />
tijds, <strong>en</strong> Hij, die te kom<strong>en</strong> staat, zal kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet vertoev<strong>en</strong>.” En hier ligt dui<strong>de</strong>lik in<br />
opgeslot<strong>en</strong>, dat er e<strong>en</strong> schijnbaar uitstell<strong>en</strong> zou zijn, <strong>en</strong> het zich zou lat<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>, alsof <strong>de</strong><br />
Heer vertoef<strong>de</strong>. Hetge<strong>en</strong> ons hier geleerd wordt, is in het biezon<strong>de</strong>r van toepassing op<br />
hetge<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze tijd on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die hier toegesprok<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />
war<strong>en</strong> in gevaar van hun geloof te lat<strong>en</strong> schipbreuk lijd<strong>en</strong>. Ze hadd<strong>en</strong> <strong>de</strong> wil van God<br />
gedaan door <strong>de</strong> leiding van Zijn Geest <strong>en</strong> Zijn woord te volg<strong>en</strong>; toch kond<strong>en</strong> ze Zijn<br />
bedoeling met hetge<strong>en</strong> ze hadd<strong>en</strong> doorleefd, niet verstaan, <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>min het pad<br />
on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>, dat v— —r h<strong>en</strong> lag; <strong>en</strong> ze kwam<strong>en</strong> in <strong>de</strong> verzoeking van te twijfel<strong>en</strong> of God<br />
h<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik had geleid. Op die tijd war<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van toepassing: “maar <strong>de</strong><br />
rechtvaardige zal uit het geloof lev<strong>en</strong>.”<br />
To<strong>en</strong> het hel<strong>de</strong>re licht van <strong>de</strong> “mid<strong>de</strong>rnachtskreet” op hun pad had gesch<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
zegel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetieën hadd<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> afnem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> acht gegev<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> op <strong>de</strong> zich snel<br />
vervull<strong>en</strong><strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het na<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus vermeldd<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong><br />
ze als het ware als zi<strong>en</strong>d<strong>en</strong> gewan<strong>de</strong>ld. Maar nu, terne<strong>de</strong>rgedrukt door teleurgestel<strong>de</strong><br />
verwachting<strong>en</strong>, kond<strong>en</strong> ze alle<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> staan door het geloof in God <strong>en</strong> Zijn woord. De<br />
spott<strong>en</strong><strong>de</strong> wereld zei: “Ge zijt bedrog<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>. Geeft uw geloof op, <strong>en</strong> zegt, dat <strong>de</strong><br />
Adv<strong>en</strong>t-beweging uit <strong>de</strong> duivel was.” Maar Gods woord verklaar<strong>de</strong>: “Indi<strong>en</strong> iemand zich<br />
onttrekt, Mijn ziel heeft in hem ge<strong>en</strong> behag<strong>en</strong>.” Hun geloof nu op te gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht van<br />
<strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, die in <strong>de</strong> boodschap werkzaam was geweest, te ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, zou betek<strong>en</strong>d<br />
hebb<strong>en</strong>, terug te ker<strong>en</strong> tot het ver<strong>de</strong>rf. Ze werd<strong>en</strong> bemoedigd om standvastig te zijn door <strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong> van Paulus: “Werpt dan uw vrijmoedigheid niet weg.” “Want ge hebt lijdzaamheid<br />
van no<strong>de</strong>.” “Want nog e<strong>en</strong> zeer weinig tijds <strong>en</strong> Hij, die te kom<strong>en</strong> staat zal kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet<br />
vertoev<strong>en</strong>.” Het <strong>en</strong>ige veilige pad was voor h<strong>en</strong>, het licht, dat ze reeds van God ontvang<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong>, op prijs te stell<strong>en</strong>, zich vast te klemm<strong>en</strong> aan Zijn beloft<strong>en</strong>, voort te gaan met <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> geduldig te wacht<strong>en</strong> op <strong>en</strong> uit te zi<strong>en</strong> naar ver<strong>de</strong>r licht.<br />
287
Hoofdstuk 23 — Wat is het <strong>Heilig</strong>dom?<br />
De tekst, die bov<strong>en</strong> alle an<strong>de</strong>re <strong>de</strong> hoekste<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor- naamste steunpilaar van het<br />
Adv<strong>en</strong>t-geloof had uitgemaakt, was <strong>de</strong> verklaring: “Tot twee duiz<strong>en</strong>d <strong>en</strong> drie hon<strong>de</strong>rd<br />
avond<strong>en</strong> <strong>en</strong> morg<strong>en</strong>s, dan zal het heiligdom gerechtvaardigd word<strong>en</strong>.” Dit war<strong>en</strong> woord<strong>en</strong>,<br />
waarme<strong>de</strong> alle gelovig<strong>en</strong> in <strong>de</strong> spoedige we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer zeer vertrouwd war<strong>en</strong>. Op<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> lipp<strong>en</strong> leef<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze voorzegging als het wachtwoord van hun geloof. All<strong>en</strong> gev—<br />
eld<strong>en</strong>, dat hun heerlikste verwachting<strong>en</strong> <strong>en</strong> best gekoester<strong>de</strong> hoop afhing<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die daarin voorspeld werd<strong>en</strong>. Er was aangetoond, dat <strong>de</strong>ze profetiese dag<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> herfst van 1844 zoud<strong>en</strong> eindig<strong>en</strong>. Tezam<strong>en</strong> met <strong>de</strong> rest van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>wereld<br />
geloofd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> to<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, of e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el ervan, het heiligdom was. Ze<br />
verstond<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> rechtvaardiging van het heiligdom <strong>de</strong> loutering van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> door het<br />
vuur van <strong>de</strong> laatste, grote dag was, <strong>en</strong> dat die gebeurt<strong>en</strong>is bij <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer<br />
zou plaats vind<strong>en</strong>. Vandaar dat ze tot het besluit kwam<strong>en</strong>, dat Christus in 1844 naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
zou terugker<strong>en</strong>.<br />
Maar <strong>de</strong> vastgestel<strong>de</strong> tijd was verstrek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer was niet versch<strong>en</strong><strong>en</strong>. De gelovig<strong>en</strong><br />
wist<strong>en</strong>, dat Gods woord niet kon feil<strong>en</strong>; er moest e<strong>en</strong> vergissing zijn in hun verklaring van<br />
<strong>de</strong> profetie; maar waar lag <strong>de</strong> fout ? Vel<strong>en</strong> hakt<strong>en</strong> ijlings <strong>de</strong> knoop door door te ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />
dat <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> in 1844 eindigd<strong>en</strong>. Hiervoor kon ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />
behalve dat Christus niet gekom<strong>en</strong> was op <strong>de</strong> tijd, waarop ze Hem verwacht hadd<strong>en</strong>. Ze<br />
beweerd<strong>en</strong>, dat, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> profetiese dag<strong>en</strong> in 1844 geëindigd war<strong>en</strong>, Christus op die tijd<br />
teruggekeerd zou zijn om het heiligdom te rechtvaardig<strong>en</strong> door <strong>de</strong> loutering van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
door vuur; <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> dus niet geëindigd kond<strong>en</strong> zijn, omdat Hij niet gekom<strong>en</strong> was.<br />
Deze gevolgtrekking aan te nem<strong>en</strong>, betek<strong>en</strong><strong>de</strong>, van <strong>de</strong> vorige berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong><br />
profetiese tijdperk<strong>en</strong> af te zi<strong>en</strong>. Er was bevond<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> begonn<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, to<strong>en</strong><br />
het bevel van Arthaxerxes om Jeruzalem te herstell<strong>en</strong> <strong>en</strong> op te bouw<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> herfst van 457<br />
v. C., van kracht werd. Dit tot uitgangspunt nem<strong>en</strong><strong>de</strong>, was er volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemming in<br />
<strong>de</strong> toepassing van al <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> verklaring van dat tijdperk van Dan. 9:25-27<br />
voorspeld. Neg<strong>en</strong> <strong>en</strong> zestig wek<strong>en</strong>, <strong>de</strong> eerste 483 van <strong>de</strong> 2300 jar<strong>en</strong>, moest<strong>en</strong> tot aan <strong>de</strong><br />
Messias, <strong>de</strong> Gezalf<strong>de</strong>, reik<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> doop van Christus <strong>en</strong> Zijn zalving door <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest<br />
in 27 n. C. klopt<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> met die berek<strong>en</strong>ing. In het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong>tigste week<br />
zou <strong>de</strong> Messias uitgeroeid word<strong>en</strong>. Drie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> half jaar na Zijn doop werd Christus gekruist,<br />
in <strong>de</strong> l<strong>en</strong>te van 31 n. C. De zev<strong>en</strong>tig wek<strong>en</strong>, of 490 jar<strong>en</strong>, behoord<strong>en</strong> in het biezon<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong><br />
Jod<strong>en</strong>. Aan het ein<strong>de</strong> van dat tijdperk verzegel<strong>de</strong> het volk Zijn verwerping van <strong>de</strong> Christus<br />
door <strong>de</strong> vervolging van Zijn discipel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> keerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> zich tot <strong>de</strong> Heid<strong>en</strong><strong>en</strong>, 34<br />
jar<strong>en</strong> n. C. Daar <strong>de</strong> eerste 490 jar<strong>en</strong> van <strong>de</strong> 2300 to<strong>en</strong> geëindigd war<strong>en</strong>, blev<strong>en</strong> er 1810 jar<strong>en</strong><br />
over. Van 34 n. C. strekk<strong>en</strong> 1810 jar<strong>en</strong> tot 1844. “Dan,” zei <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, “zal het heiligdom<br />
288
gerechtvaardigd word<strong>en</strong>.” Al <strong>de</strong> voorafgaan<strong>de</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetie war<strong>en</strong><br />
onbetwistbaar vervuld geword<strong>en</strong> op <strong>de</strong> vastgestel<strong>de</strong> tijd.<br />
Met <strong>de</strong>ze berek<strong>en</strong>ing was alles dui<strong>de</strong>lik in overe<strong>en</strong>stemming, behalve dat m<strong>en</strong> niet inzag,<br />
dat er in 1844 e<strong>en</strong> gebeurt<strong>en</strong>is, die met <strong>de</strong> reiniging van het heiligdom overe<strong>en</strong>kwam, had<br />
plaats gehad. Te ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> op die tijd eindigd<strong>en</strong>, betek<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> gehele zaak te<br />
verwarr<strong>en</strong>, <strong>en</strong> stelling<strong>en</strong> op te gev<strong>en</strong>, die bevestigd geword<strong>en</strong> war<strong>en</strong> door onmisk<strong>en</strong>bare<br />
vervulling van <strong>de</strong> profetie. Maar God had Zijn volk geleid in <strong>de</strong> grote Adv<strong>en</strong>t-be- weging;<br />
Zijn macht <strong>en</strong> heerlikheid hadd<strong>en</strong> zich in het werk geop<strong>en</strong>baard, <strong>en</strong> Hij zou niet toelat<strong>en</strong>, dat<br />
het in duisternis <strong>en</strong> teleurstelling on<strong>de</strong>rging, of <strong>de</strong> blaam zou drag<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> valse <strong>en</strong><br />
dweepachtige opwinding te zijn geweest. Hij zou Zijn woord niet in twijfel <strong>en</strong> onzekerheid<br />
gehuld lat<strong>en</strong>. Hoewel er vel<strong>en</strong> van hun vroegere berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong><br />
afzag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> juistheid van <strong>de</strong> beweging, daarop gegrond, ontk<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
onwillig om geloofspunt<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvinding op te gev<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> Schrift <strong>en</strong> het getuig<strong>en</strong>is<br />
van <strong>de</strong> Geest van God berustt<strong>en</strong>. Ze geloofd<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong> juiste beginsel<strong>en</strong> van uitlegging<br />
hadd<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in hun on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> profetieën, <strong>en</strong> dat het hun plicht was, vast te<br />
houd<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, welke ze reeds gevond<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voort te gaan met <strong>de</strong> Bijbel<br />
op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>.<br />
Met ernstig gebed ging<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> stelling na, die ze hadd<strong>en</strong> ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> om hun vergissing te ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> fout vind<strong>en</strong><strong>de</strong> in hun berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong><br />
profetiese tijdperk<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> ze ertoe geleid om het on<strong>de</strong>rwerp van het heiligdom<br />
nauwkeuriger te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Door hun on<strong>de</strong>rzoek bemerkt<strong>en</strong> ze, dat er ge<strong>en</strong> bewijs in <strong>de</strong><br />
Schrift is, waarop het algem<strong>en</strong>e d<strong>en</strong>kbeeld, dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> het heiligdom is, gegrond kan<br />
word<strong>en</strong>; maar ze vond<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Bijbel e<strong>en</strong> volledige verklaring van het punt omtr<strong>en</strong>t het<br />
heiligdom, zijn aard, zijn plaats <strong>en</strong> bedi<strong>en</strong>ing; <strong>de</strong> uitsprak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> heilige schrijvers werd<strong>en</strong><br />
zo dui<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> volledig bevond<strong>en</strong>, dat ze <strong>de</strong> zaak bov<strong>en</strong> alle twijfel verhiev<strong>en</strong>. De apostel<br />
Paulus zegt in <strong>de</strong> Brief aan <strong>de</strong> Hebreën: “Zo had dan ook wei het eerste verbond recht<strong>en</strong> van<br />
godsdi<strong>en</strong>st, <strong>en</strong> het wereldlik heiligdom. Want <strong>de</strong> tabernakel was toebereid, namelik <strong>de</strong> eerste,<br />
in welke was <strong>de</strong> kan<strong>de</strong>laar, <strong>en</strong> <strong>de</strong> tafel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> toonbrod<strong>en</strong>, welke g<strong>en</strong>aamd wordt het heilige.<br />
Maar achter het twee<strong>de</strong> voorhangsel was <strong>de</strong> tabernakel, g<strong>en</strong>aamd het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>;<br />
hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> wierookvat, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ark <strong>de</strong>s verbonds, alom met goud over<strong>de</strong>kt, in<br />
welke was <strong>de</strong> goud<strong>en</strong> kruik, waarin het manna was, <strong>en</strong> <strong>de</strong> staf van Aaron, die gebloeid had,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> tafel<strong>en</strong> <strong>de</strong>s verbonds; <strong>en</strong> bov<strong>en</strong> over <strong>de</strong>ze ark war<strong>en</strong> <strong>de</strong> cherubijn<strong>en</strong> <strong>de</strong>r heerlikheid,<br />
die het verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel beschaduwd<strong>en</strong>.”<br />
Het heiligdom, waarop Paulus hier doelt, was <strong>de</strong> tabernakel, die op Gods bevel door<br />
Mozes gebouwd was als aardse woonplaats van <strong>de</strong> Allerhoogste. “En ze zull<strong>en</strong> Mij e<strong>en</strong><br />
heiligdom mak<strong>en</strong>, dat Ik in het midd<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> wone,“2 was <strong>de</strong> opdracht,die aan Mozes<br />
gegev<strong>en</strong> werd,to<strong>en</strong> hij zich met God op <strong>de</strong> berg bevond. De Israëliet<strong>en</strong> reisd<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
woestijn, <strong>en</strong> <strong>de</strong> tabernakel werd z— gebouwd, dat hij van plaats tot plaats vervoerd kon<br />
word<strong>en</strong>; toch was het e<strong>en</strong> gebouw van grote pracht. De wand<strong>en</strong> ervan war<strong>en</strong> vervaardigd uit<br />
289
opstaan<strong>de</strong> plank<strong>en</strong>, zwaar met goud belegd, <strong>en</strong> in zilver<strong>en</strong> groev<strong>en</strong> rust<strong>en</strong>d, terwijl het dak<br />
uit e<strong>en</strong> reeks gor- dijli<strong>en</strong> of be<strong>de</strong>kking<strong>en</strong> bestond, <strong>de</strong> buit<strong>en</strong>ste van vell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> binn<strong>en</strong>ste<br />
van fijn linn<strong>en</strong>, prachtig gewev<strong>en</strong> met figur<strong>en</strong> van cherubijn<strong>en</strong>. Behalve het voorhof,<br />
hetwelk het brandofferaltaar bevatte, bestond <strong>de</strong> tabernakel zelf uit twee vertrekk<strong>en</strong>, het<br />
heilige <strong>en</strong> het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> g<strong>en</strong>aamd, door e<strong>en</strong> rijk <strong>en</strong> prachtig gordijn of voorhang<br />
gescheid<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> gelijksoortige voorhang sloot <strong>de</strong> ingang tot het eerste vertrek af.<br />
In het heilige bevond zich, naar het zuid<strong>en</strong>, <strong>de</strong> kan<strong>de</strong>laar met zijn zev<strong>en</strong> lamp<strong>en</strong>, die dag<br />
<strong>en</strong> nacht het heiligdom verlichtt<strong>en</strong> ; noordwaarts stond <strong>de</strong> tafel met <strong>de</strong> toonbrod<strong>en</strong>; <strong>en</strong> v——<br />
r <strong>de</strong> voorhang, die het heilige van het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> scheid<strong>de</strong>, bevond zich het goud<strong>en</strong><br />
reukaltaar, vanwaar <strong>de</strong> wierookwolk met <strong>de</strong> gebed<strong>en</strong> van Israël dageliks voor God opsteeg.<br />
In het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> stond <strong>de</strong> ark, e<strong>en</strong> kist van kostbaar hout met goud belegd, <strong>de</strong><br />
bergplaats van <strong>de</strong> twee st<strong>en</strong><strong>en</strong> tafel<strong>en</strong>, waarop God <strong>de</strong> wet van <strong>de</strong> ti<strong>en</strong> gebod<strong>en</strong> had<br />
geschrev<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong> ark, het <strong>de</strong>ksel van <strong>de</strong> heilige kist uit- mak<strong>en</strong><strong>de</strong>, lag het verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel,<br />
e<strong>en</strong> prachtig stuk werk, over<strong>de</strong>kt door twee cherubijn<strong>en</strong>, aan ie<strong>de</strong>r ein<strong>de</strong> één, geheel uit<br />
massief goud vervaardigd. In dit vertrek op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like teg<strong>en</strong>woordigheid in<br />
<strong>de</strong> wolk <strong>de</strong>r heerlikheid tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> cherubijn<strong>en</strong>. Nadat <strong>de</strong> Hebreën zich in Kanaän hadd<strong>en</strong><br />
ne<strong>de</strong>rgezet, werd <strong>de</strong> tabernakel vervang<strong>en</strong> door <strong>de</strong> tempel van Salomo, bij welke m<strong>en</strong>,<br />
hoewel het e<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>d <strong>en</strong> groter gebouw was, toch <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> verhouding<strong>en</strong> behield, <strong>en</strong> die<br />
m<strong>en</strong> op gelijke wijze inrichtte. Het heiligdom bestond in <strong>de</strong>ze vorm — behalve zolang het<br />
e<strong>en</strong> puinhoop was in Daniëls tijd — tot op <strong>de</strong> verwoesting ervan door <strong>de</strong> Romein<strong>en</strong>, in 70 n.<br />
C.<br />
Dit is het <strong>en</strong>ige heiligdom, dat er ooit op aar<strong>de</strong> bestaan heeft, waarvan <strong>de</strong> Bijbel melding<br />
maakt. Het werd door Paulus verklaard het heiligdom van het eerste verbond te zijn. Maar<br />
heeft het nieuwe verbond ge<strong>en</strong> heiligdom? Zich we<strong>de</strong>rom tot <strong>de</strong> z<strong>en</strong>dbrief aan <strong>de</strong> Hebreën<br />
ker<strong>en</strong><strong>de</strong>, zag<strong>en</strong> zij, die naar <strong>de</strong> waarheid zocht<strong>en</strong>, in, dat het bestaan van e<strong>en</strong> twee<strong>de</strong><br />
heiligdom, of dat van het nieuwe, opgeslot<strong>en</strong> lag in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Paulus, die reeds zijn<br />
aangehaald: “Zo had dan het eerste verbond wel ook recht<strong>en</strong> van godsdi<strong>en</strong>st, <strong>en</strong> het<br />
wereldlike heiligdom.” En het gebruik van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> “wel ook” duidt aan, dat Paulus<br />
reeds vroeger melding gemaakt had van dit heiligdom. Teruggaan<strong>de</strong> naar het begin van het<br />
voorgaan<strong>de</strong> hoofdstuk, laz<strong>en</strong> ze: “De hoofdsom nu van <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, waarvan we sprek<strong>en</strong>, is,<br />
dat we hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zodanige Hogepriester, die gezet<strong>en</strong> is aan <strong>de</strong> rechterhand van <strong>de</strong> troon<br />
van <strong>de</strong> Majesteit in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> bedi<strong>en</strong>aar van het heiligdom, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> ware tabernakel,<br />
welke <strong>de</strong> Heer heeft opgericht, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s.”<br />
Hier treedt het heiligdom van het nieuwe verbond aan het licht. Het heiligdom van het<br />
eerste verbond werd door <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s opgericht, <strong>en</strong> door Mozes gebouwd; dit is door <strong>de</strong> Heer<br />
opgericht, <strong>en</strong> door ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s. In eerstg<strong>en</strong>oemd heiligdom <strong>de</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> aardse priesters di<strong>en</strong>st;<br />
in dit vervult Christus, onze grote Hogepriester, <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing aan <strong>de</strong> rechter- hand Gods.<br />
Het <strong>en</strong>e heiligdom was op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, het an<strong>de</strong>re is in <strong>de</strong> hemel. Ver<strong>de</strong>r was <strong>de</strong> tabernakel, die<br />
Mozes bouw<strong>de</strong>, naar e<strong>en</strong> voorbeeld gemaakt. De Heer gelastte hem: “Naar al wat Ik u tot<br />
290
e<strong>en</strong> voorbeeld van <strong>de</strong>ze tabernakel, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorbeeld van al zijn gereedschap wijz<strong>en</strong> zal,<br />
ev<strong>en</strong> alzo zult gijlied<strong>en</strong> dat mak<strong>en</strong>.” En we<strong>de</strong>rom werd het bevel gegev<strong>en</strong>: “Zie dan toe, dat<br />
gij het maakt naar hun voorbeeld, hetwelk u op <strong>de</strong> berg getoond is.” En Paulus zegt, dat <strong>de</strong><br />
eerste tabernakel “e<strong>en</strong> afbeelding was voor die teg<strong>en</strong>woordige tijd, in welke gav<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
slachtoffer<strong>en</strong> geofferd werd<strong>en</strong>;” dat zijn heilige plaats<strong>en</strong> war<strong>en</strong> “voorbeelding<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
ding<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> zijn;” dat <strong>de</strong> priesters, die gav<strong>en</strong> offerd<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> wet, “het<br />
voorbeeld <strong>en</strong> <strong>de</strong> schaduw van <strong>de</strong> he-melse ding<strong>en</strong>” di<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat “Christus niet is<br />
ingegaan in het heiligdom, dat met hand<strong>en</strong> gemaakt is, hetwelk is e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>beeld van het<br />
ware, maar in <strong>de</strong> hemel zelf, om nu te verschijn<strong>en</strong> voor het aangezicht van God voor ons.”<br />
Het heiligdom in <strong>de</strong> hemel, waarin Jezus t<strong>en</strong> behoeve van ons <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing vervult, is<br />
het oorspronkelike, dat tot voorbeeld strekte van het heiligdom, dat Mozes bouw<strong>de</strong>. God gaf<br />
Zijn Geest aan <strong>de</strong> bouwmeesters van het aardse heiligdom. De kunstvaardigheid, die bij het<br />
bouw<strong>en</strong> ervan aan <strong>de</strong> dag werd gelegd, was e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van God<strong>de</strong>like wijsheid. De<br />
wand<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> het aanzi<strong>en</strong> van uit massief goud te bestaan, <strong>en</strong> weerkaatst<strong>en</strong> het licht van <strong>de</strong><br />
zev<strong>en</strong> lamp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> goud<strong>en</strong> kan<strong>de</strong>laar in alle richting<strong>en</strong>. De tafel van <strong>de</strong> toonbrod<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />
reukaltaar blonk<strong>en</strong> als gepolijst goud. Het prachtige gordijn, waaruit <strong>de</strong> zol<strong>de</strong>ring bestond,<br />
<strong>en</strong> waarin <strong>de</strong> figur<strong>en</strong> van <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> gewev<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in blauw <strong>en</strong> purper <strong>en</strong> scharlak<strong>en</strong>,<br />
verhoog<strong>de</strong> <strong>de</strong> schoonheid van het toneel. En achter <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> voorhang was <strong>de</strong> heilige<br />
schechina, <strong>de</strong> zichtbare op<strong>en</strong>baring van Gods heerlikheid, v——r <strong>de</strong>welke niemand kon<br />
tred<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r gedood te word<strong>en</strong>, behalve <strong>de</strong> hogepriester.<br />
De onvergelijkelike pracht van <strong>de</strong> aardse tabernakel weerkaatste voor het m<strong>en</strong>selik oog<br />
<strong>de</strong> heerlikheid van die hemelse tempel, waar Christus, Die ons is voorgegaan, te onz<strong>en</strong><br />
behoeve <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing vervult v——r <strong>de</strong> troon van God. De woonplaats van <strong>de</strong> Koning <strong>de</strong>r<br />
koning<strong>en</strong>, waar duiz<strong>en</strong>dmaal duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Hem di<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> ti<strong>en</strong>duiz<strong>en</strong>dmaal ti<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
v——r Hem staan; die tempel, vervuld van <strong>de</strong> heerlikheid van <strong>de</strong> eeuwige troon, waar<br />
serafs, zijn blink<strong>en</strong><strong>de</strong> wachters, hun aangezicht<strong>en</strong> in aanbidding be<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, kon in het<br />
prachtigste gebouw, dat ooit door m<strong>en</strong>sehand<strong>en</strong> opgetrokk<strong>en</strong> was, slechts e<strong>en</strong> flauwe<br />
weerkaatsing van zijn grootsheid <strong>en</strong> heerlikheid vind<strong>en</strong>. Toch werd<strong>en</strong> er belangrijke<br />
waarhed<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> het hemelse heiligdom <strong>en</strong> het grote werk, daar verricht tot verlossing<br />
van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, door het aardse heiligdom <strong>en</strong> zijn bedi<strong>en</strong>ing geleerd.<br />
De heilige plaats<strong>en</strong> van het heiligdom in <strong>de</strong> hemel word<strong>en</strong> voorgesteld door <strong>de</strong> twee<br />
vertrekk<strong>en</strong> in het heiligdom op aar<strong>de</strong>. To<strong>en</strong> aan Johannes vergund werd, in e<strong>en</strong> visio<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
tempel Gods in <strong>de</strong> hemel te aanschouw<strong>en</strong>, zag hij daar “zev<strong>en</strong> vurige lamp<strong>en</strong> brand<strong>en</strong><strong>de</strong> v—<br />
—r <strong>de</strong> troon.” Hij zag e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel “hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> e<strong>en</strong> goud<strong>en</strong> wierookvat; <strong>en</strong> hem werd veel<br />
reukwerks gegev<strong>en</strong>, opdat hij het met <strong>de</strong> gebed<strong>en</strong> van alle heilig<strong>en</strong> zou legg<strong>en</strong> op het<br />
goud<strong>en</strong> altaar, dat v——r <strong>de</strong> troon is.” Hier werd het <strong>de</strong> profeet vergund, het eerste vertrek<br />
van het heiligdom in <strong>de</strong> hemel te aanschouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aldaar zag hij <strong>de</strong> “zev<strong>en</strong> vurige lamp<strong>en</strong>”<br />
<strong>en</strong> het “goud<strong>en</strong> altaar,” die afgebeeld werd<strong>en</strong> door <strong>de</strong> goud<strong>en</strong> kan<strong>de</strong>laar <strong>en</strong> het reukaltaar in<br />
het heiligdom op aar<strong>de</strong>. We<strong>de</strong>rom “was <strong>de</strong> tempel Gods geop<strong>en</strong>d,“ <strong>en</strong> zag hij door <strong>de</strong><br />
291
inn<strong>en</strong>ste voorhang in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>. Hier aanschouw<strong>de</strong> hij “<strong>de</strong> arke Zijns<br />
verbonds,” die verteg<strong>en</strong>woordigd werd door <strong>de</strong> heilige kist, welke Mozes vervaardig<strong>de</strong> om<br />
er <strong>de</strong> wet van God in te bewar<strong>en</strong>.<br />
Aldus vond<strong>en</strong> zij, die het on<strong>de</strong>rwerp bestu<strong>de</strong>erd<strong>en</strong>, on- we<strong>de</strong>rlegbaar bewijs voor het<br />
bestaan van e<strong>en</strong> heiligdom in <strong>de</strong> hemel. Mozes maakte het aardse heiligdom naar e<strong>en</strong> voorbeeld,<br />
dat hem getoond was. Paulus verklaart, dat dat voorbeeld het ware heiligdom is, dat<br />
in <strong>de</strong> hemel is. En Johannes getuigt, dat hij het in <strong>de</strong> hemel zag. In <strong>de</strong> tempel in <strong>de</strong> hemel, <strong>de</strong><br />
woonplaats van God, is Zijn troon gevestigd op gerechtigheid <strong>en</strong> oor<strong>de</strong>el. In het heilige <strong>de</strong>r<br />
heilig<strong>en</strong> is Zijn wet, <strong>de</strong> grote regel van rechtvaardigheid, waaraan <strong>de</strong> gehele m<strong>en</strong>sheid<br />
getoetst wordt. De ark, die <strong>de</strong> tafel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet bevat, is met het verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel be<strong>de</strong>kt, v—<br />
—r hetwelk Christus op Zijn bloed pleit t<strong>en</strong> behoeve van zondar<strong>en</strong>. Aldus wordt <strong>de</strong><br />
verbinding van rechtvaardigheid <strong>en</strong> barmhartigheid in het plan van <strong>de</strong> verlossing van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>sheid voorgesteld.<br />
Deze ver<strong>en</strong>iging kon alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> oneindige wijsheid beram<strong>en</strong>, <strong>en</strong> oneindige macht t<strong>en</strong><br />
uitvoer br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; het is e<strong>en</strong> verbinding, die <strong>de</strong> gehele hemel met verwon<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> aanbidding<br />
vervult. De cherubijn<strong>en</strong> van het aardse heiligdom, die eerbiedig op het verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel<br />
ne<strong>de</strong>rblikk<strong>en</strong>, stell<strong>en</strong> <strong>de</strong> belangstelling voor, waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> hemelse heirschar<strong>en</strong> het werk van<br />
<strong>de</strong> verlossing beschouw<strong>en</strong>. Dit is <strong>de</strong> verborg<strong>en</strong>heid <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, waarin <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> begerig<br />
zijn in te zi<strong>en</strong>,— dat God rechtvaardig zijn kan, terwijl Hij <strong>de</strong> boetvaardige zondaar<br />
vergiff<strong>en</strong>is sch<strong>en</strong>kt, <strong>en</strong> Zijn geme<strong>en</strong>schap met het gevall<strong>en</strong> m<strong>en</strong>segeslacht we<strong>de</strong>r vernieuwt;<br />
dat Christus zich kon ne<strong>de</strong>rbuig<strong>en</strong> om ontelbare schar<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> afgrond van het ver<strong>de</strong>rf op te<br />
beur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> te bekled<strong>en</strong> met <strong>de</strong> vlekkeloze kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van Zijn eig<strong>en</strong> gerechtigheid, om<br />
met <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schap te hebb<strong>en</strong>, die nooit gevall<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> voor eeuwig in <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordigheid Gods te won<strong>en</strong>. Het werk van Christus als mid<strong>de</strong>laar van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s wordt<br />
in die heerlike profetie van Zacharia aangaan<strong>de</strong> Hem “Wi<strong>en</strong>s naam is Spruit,” voorgesteld.<br />
De profeet zegt: “Hij zal <strong>de</strong> tempel <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij zal het sieraad drag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij<br />
zal zitt<strong>en</strong> op Zijn (<strong>de</strong>s Va<strong>de</strong>rs) troon; <strong>en</strong> Hij zal priester zijn op Zijn troon; <strong>en</strong> <strong>de</strong> raad <strong>de</strong>s<br />
vre<strong>de</strong>s zal tuss<strong>en</strong> die beid<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>.”<br />
“Hij zal <strong>de</strong> tempel <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>.” Door Zijn offer <strong>en</strong> Zijn bemid<strong>de</strong>ling is Christus<br />
zowel het fondam<strong>en</strong>t als <strong>de</strong> bouwmeester van Gods kerk. De apostel Paulus wijst op Hem<br />
als “<strong>de</strong> uiterste oekste<strong>en</strong>, op welke het gehele gebouw, bekwamelik sam<strong>en</strong>gevoegd zijn<strong>de</strong>,<br />
opwast tot e<strong>en</strong> hei-lige tempel in <strong>de</strong> Heer; op welke ook gij”, zegt hij, “me<strong>de</strong> gebouwd<br />
wordt tot e<strong>en</strong> woonste<strong>de</strong> Gods in <strong>de</strong> Geest.”<br />
“Hij zal het sieraad drag<strong>en</strong>.” Aan Christus komt <strong>de</strong> eer toe van <strong>de</strong> verlossing van het<br />
gevall<strong>en</strong> geslacht. In alle eeuwigheid zal het lied van <strong>de</strong> verlost<strong>en</strong> zijn: “Hem, die ons heeft<br />
liefgehad, <strong>en</strong> ons van onze zond<strong>en</strong> gewass<strong>en</strong> heeft is Zijn bloed. . Hem, zeg ik, zij <strong>de</strong><br />
heerlikheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht in alle eeuwigheid.”<br />
292
Hij “zal zitt<strong>en</strong> op Zijn troon, <strong>en</strong> Hij zal priester zijn op Zijn troon.” Tans niet “op <strong>de</strong><br />
troon van Zijn heerlikheid;” het koninkrijk <strong>de</strong>r heerlikheid is nog niet opgericht. Niet<br />
voordat Zijn werk als mid<strong>de</strong>laar voltooid zal zijn, zal God Hem “<strong>de</strong> troon van Zijn va<strong>de</strong>r<br />
David gev<strong>en</strong>,” e<strong>en</strong> koninkrijk, dat “ge<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> zal hebb<strong>en</strong>.” Christus zit tans als priester met<br />
<strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r in Zijn troon. Op <strong>de</strong> troon met <strong>de</strong> Eeuwige, in Zichzelf bestaan<strong>de</strong>, zit Hij, Die<br />
“onze krankhed<strong>en</strong> op Zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> onze smart<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> heeft;” Die “in alle ding<strong>en</strong>,<br />
gelijk als wij, is verzocht geweest, doch zon<strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>,“ opdat Hij “<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die verzocht<br />
word<strong>en</strong>, te hulp zou kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.” “Indi<strong>en</strong> iemand gezondigd heeft, wij hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
voorspraak bij <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r.” Zijn tuss<strong>en</strong>komst is die van e<strong>en</strong> doorstok<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong> lichaam,<br />
e<strong>en</strong> vlekkeloos lev<strong>en</strong>. De verwon<strong>de</strong> hand<strong>en</strong>, <strong>de</strong> doorstok<strong>en</strong> zij<strong>de</strong>, <strong>de</strong> geschond<strong>en</strong> voet<strong>en</strong><br />
pleit<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s, wi<strong>en</strong>s verlossing gekocht is teg<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> oneindige prijs.<br />
“En <strong>de</strong> raad <strong>de</strong>s vre<strong>de</strong>s zal tuss<strong>en</strong> die beid<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>.” De lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r, niet<br />
min<strong>de</strong>r dan die van <strong>de</strong> Zoon, is <strong>de</strong> welbron van <strong>de</strong> zaligheid voor het verlor<strong>en</strong> geslacht.<br />
Jezus sprak tot Zijn discipel<strong>en</strong>, voordat Hij van h<strong>en</strong> scheid<strong>de</strong>: “Ik zeg u niet, dat Ik <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r<br />
voor u bidd<strong>en</strong> zal, want <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r zelf heeft u lief” God was “in Christus <strong>de</strong> wereld met<br />
Zichzelf verzo<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>.” En in <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van het hemelse heiligdom zal “<strong>de</strong> raad <strong>de</strong>s<br />
vre<strong>de</strong>s tuss<strong>en</strong> die beid<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>.”<br />
“Alzo lief heeft God <strong>de</strong> wereld gehad, dat Hij Zijn <strong>en</strong>iggebor<strong>en</strong> Zoon gegev<strong>en</strong> heeft,<br />
opdat e<strong>en</strong> iegelik, die in Hem gelooft, niet ver<strong>de</strong>rve, maar het eeuwige lev<strong>en</strong> hebbe.” De<br />
vraag: Wat is het <strong>Heilig</strong>dom? wordt in <strong>de</strong> Schrift dui<strong>de</strong>lik beantwoord. De uitdrukking<br />
“heiligdom”, zoals die in <strong>de</strong> Bijbel gebruikt wordt, doelt allereerst op <strong>de</strong> taber-nakel, die<br />
door Mozes gebouwd werd als e<strong>en</strong> voorbeeld van <strong>de</strong> hemelse ding<strong>en</strong>; <strong>en</strong> t<strong>en</strong> twee<strong>de</strong> op <strong>de</strong><br />
“ware tabernakel” in <strong>de</strong> hemel, waar het aardse heiligdom op he<strong>en</strong>wees. Bij <strong>de</strong> dood van<br />
Christus eindig<strong>de</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> schaduw<strong>en</strong>. De “ware tabernakel” in <strong>de</strong> hemel is het<br />
heiligdom van het nieuwe verbond. En daar <strong>de</strong> profetie van Dan. 8:14 in <strong>de</strong>ze be<strong>de</strong>ling<br />
vervuld wordt, moet het heiligdom, waarop het doelt, het heiligdom van het nieuwe verbond<br />
zijn. Bij het eindig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong>, in 1844, was er se<strong>de</strong>rt vele eeuw<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> heiligdom<br />
op aar<strong>de</strong> geweest. Dus wijst <strong>de</strong> voorzegging, “Tot twee duiz<strong>en</strong>d <strong>en</strong> driehon<strong>de</strong>rd avond<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
morg<strong>en</strong>s; dan zal het heiligdom gerechtvaardigd word<strong>en</strong>,” ontwijfelbaar op het heiligdom in<br />
<strong>de</strong> hemel.<br />
Maar <strong>de</strong> belangrijkste vraag moet nog beantwoord word<strong>en</strong> : Wat is <strong>de</strong> rechtvaardiging of<br />
reiniging van het heiligdom ? Dat er zulk e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st was in verband met het aardse<br />
heiligdom, wordt in <strong>de</strong> geschrift<strong>en</strong> van het Ou<strong>de</strong> Testam<strong>en</strong>t gemeld. Maar kan er iets in <strong>de</strong><br />
hemel zijn, dat gereinigd moet word<strong>en</strong>? In Hebreën 9 wordt <strong>de</strong> rechtvaardiging van het<br />
aardse zowel als van die van het hemelse heiligdom dui<strong>de</strong>lik geleerd. “En alle ding<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> bijna door bloed gereinigd naar <strong>de</strong> <strong>Wet</strong>, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r bloedstorting geschiedt ge<strong>en</strong><br />
vergeving. Zo was het dan noodzaak,dat wel <strong>de</strong> voor- beelding<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong><br />
hemel<strong>en</strong> zijn, door <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> [het bloed van dier<strong>en</strong>] gereinigd werd<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> hemelse<br />
ding<strong>en</strong> zelf door betere offerand<strong>en</strong> dan <strong>de</strong>ze,“ te wet<strong>en</strong> het kostbare bloed van Christus.<br />
293
De reiniging moest in <strong>de</strong> ware eredi<strong>en</strong>st, zowel als in die, welke uit schaduw<strong>en</strong> bestond,<br />
door bloed geschied<strong>en</strong>; in <strong>de</strong> eerste met het bloed van dier<strong>en</strong>; in <strong>de</strong> laatste, met het bloed<br />
van Christus. Paulus geeft als red<strong>en</strong> aan, waarom <strong>de</strong> rechtvaardiging door bloed geschied<strong>en</strong><br />
moet, dat er zon<strong>de</strong>r bloedstorting ge<strong>en</strong> vergeving bestaat. Vergeving, of het wegdo<strong>en</strong> van<br />
zon<strong>de</strong>, is het werk, dat volbracht moet word<strong>en</strong>. Maar hoe kon er zon<strong>de</strong> verbond<strong>en</strong> zijn met<br />
het heiligdom, hetzij in <strong>de</strong> hemel of op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>? Dit ont<strong>de</strong>kt m<strong>en</strong> door <strong>de</strong> verwijzing naar<br />
<strong>de</strong> zinnebeeldige eredi<strong>en</strong>st; want <strong>de</strong> priesters, die op aar<strong>de</strong> di<strong>en</strong>st <strong>de</strong>d<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> “het<br />
voorbeeld <strong>en</strong> <strong>de</strong> schaduw van <strong>de</strong> hemelse ding<strong>en</strong>.”<br />
De bedi<strong>en</strong>ing van het aardse heiligdom was tweeërlei: <strong>de</strong> priesters di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> dageliks in<br />
het heilige, terwijl <strong>de</strong> hogepriester e<strong>en</strong>maal per jaar e<strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>r verzo<strong>en</strong>ingswerk <strong>de</strong>ed in<br />
het heilige <strong>de</strong>r <strong>Heilig</strong><strong>en</strong>, tot reiniging van het heiligdom. Dag na dag bracht <strong>de</strong> berouwvolle<br />
zondaar zijn offer naar <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong> tabernakel, <strong>en</strong>, zijn hand op het hoofd van het<br />
slachtoffer legg<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong>ed hij belijd<strong>en</strong>is van zijn zond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> droeg die aldus, in e<strong>en</strong> beeld,<br />
van zichzelf op het onschuldige dier over. Daarna werd het dier geslacht. “Zon<strong>de</strong>r<br />
bloedstorting,” zegt <strong>de</strong> apostel, “geschiedt er ge<strong>en</strong> vergeving.” “Want <strong>de</strong> ziel van het vlees<br />
is in het bloed.” De wet Gods, waarteg<strong>en</strong> overtred<strong>en</strong> is, eist het lev<strong>en</strong> van hem, die die wet<br />
geschond<strong>en</strong> heeft. Het bloed, het verbeur<strong>de</strong> lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zondaar voorstell<strong>en</strong><strong>de</strong>, wi<strong>en</strong>s<br />
schuld door het slachtoffer gedrag<strong>en</strong> werd, werd door <strong>de</strong> priester in het heilige gebracht <strong>en</strong><br />
gespr<strong>en</strong>gd v——r het voorhangsel, waarachter <strong>de</strong> ark stond, die <strong>de</strong> wet bevatte, teg<strong>en</strong> welke<br />
<strong>de</strong> zondaar overtred<strong>en</strong> had. Door <strong>de</strong>ze ceremonie werd <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> door het bloed in e<strong>en</strong> beeld<br />
op het heiligdom overgebracht. In sommige gevall<strong>en</strong> werd het bloed niet in het heilige<br />
gebracht; maar dan moest het vlees door <strong>de</strong> priester geget<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, gelijk Mozes beval<br />
aan <strong>de</strong> zon<strong>en</strong> van Aäron, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “God heeft u dat gegev<strong>en</strong>, opdat ge <strong>de</strong> ongerechtigheid<br />
van <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring zoudt drag<strong>en</strong>.” Bei<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze ceremonieën stell<strong>en</strong> <strong>de</strong> overdracht van <strong>de</strong><br />
zon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> boeteling op het heiligdom voor.<br />
Dit was het werk, dat het gehele jaar door dag na dag voortgezet werd. Aldus werd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong> van Israël op het heiligdom overgedrag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het was nodig, dat er iets bie- zon<strong>de</strong>rs<br />
geschied<strong>de</strong> voor het wegdo<strong>en</strong> ervan. God beval, dat er verzo<strong>en</strong>ing gedaan zou word<strong>en</strong> voor<br />
elk van <strong>de</strong> heilige vertrekk<strong>en</strong>. “Zo zal hij voor het heilige, van wege <strong>de</strong> on- reinighed<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Israëls, <strong>en</strong> van wege hun overtreding<strong>en</strong>, naar al hun zond<strong>en</strong>, verzo<strong>en</strong>ing do<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> alzo zal hij do<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> t<strong>en</strong>t <strong>de</strong>r sam<strong>en</strong>komst, welke met h<strong>en</strong> woont in het midd<strong>en</strong> van<br />
hun onreinighed<strong>en</strong>.” Er moest ook verzo<strong>en</strong>ing gedaan word<strong>en</strong> voor het altaar, om “dat te<br />
reinig<strong>en</strong> <strong>en</strong> te heilig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> onreinighed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Israëls.”<br />
E<strong>en</strong>maal in het jaar, op <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag, trad <strong>de</strong> priester het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong><br />
binn<strong>en</strong>, om het heiligdom te reinig<strong>en</strong>. Het werk daar gedaan, besloot <strong>de</strong> jaarlikse bedi<strong>en</strong>ing.<br />
Op <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>dag werd<strong>en</strong> er twee lammer<strong>en</strong> van geitebokk<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong> tabernakel<br />
gebracht, <strong>en</strong> werd het lot over ze geworp<strong>en</strong>, “één lot voor <strong>de</strong> Heer, <strong>en</strong> één lot voor <strong>de</strong><br />
weggaan<strong>de</strong> bok.” De bok, waarop het lot voor <strong>de</strong> Heer viel, moest geslacht word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />
zondoffer voor het volk. En <strong>de</strong> priester moest zijn bloed binn<strong>en</strong> het voorhangsel br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
294
het op <strong>en</strong> v——r het verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel spr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het bloed moest ook op het reukaltaar, dat<br />
v——r het voorhangsel stond, gespr<strong>en</strong>gd word<strong>en</strong>.<br />
“En Aaron zal bei<strong>de</strong> zijn hand<strong>en</strong> op het hoofd van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> bok legg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal daarop<br />
al <strong>de</strong> ongerechtighed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Israëls <strong>en</strong> al hun overtreding<strong>en</strong>, naar al hun zond<strong>en</strong>,<br />
belijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij zal die op het hoofd van <strong>de</strong> bok legg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal hem door <strong>de</strong> hand van e<strong>en</strong><br />
man, die voorhand<strong>en</strong> is, naar <strong>de</strong> woestijn uitlat<strong>en</strong>; alzo zal die bok op zich al hun<br />
ongerechtighed<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> afgezon<strong>de</strong>rd land wegdrag<strong>en</strong>.” De zon<strong>de</strong>bok kwam niet meer in<br />
het kamp van Israël; <strong>en</strong> <strong>de</strong> man, die hem weggeleid had, moest zichzelf <strong>en</strong> zijn kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> met<br />
water wass<strong>en</strong>, alvor<strong>en</strong>s hij naar het kamp terug mocht ker<strong>en</strong>.<br />
De gehele ceremonie was bestemd om <strong>de</strong> Israëliet<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> indruk te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
heiligheid van God <strong>en</strong> Zijn afkeer van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> hun ver<strong>de</strong>r aan te ton<strong>en</strong>, dat ze niet met<br />
zon<strong>de</strong> in aanraking kond<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r verontreinigd te word<strong>en</strong>. Van ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> werd<br />
geëist, dat hij zijn ziel zou kwell<strong>en</strong>, terwijl dit verzo<strong>en</strong>ingswerk plaats vond. Alle werk<br />
moest op zij<strong>de</strong> gezet word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele ver-ga<strong>de</strong>ring van Israël moest <strong>de</strong> dag<br />
doorbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in plechtige verootmoediging voor God met gebed, vast<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ernstig<br />
on<strong>de</strong>rzoek <strong>de</strong>s hart<strong>en</strong>. Er word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> zinnebeeldige eredi<strong>en</strong>st belangrijke waarhed<strong>en</strong><br />
aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing geleerd. Er werd e<strong>en</strong> plaatsvervanger aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in <strong>de</strong> plaats van<br />
<strong>de</strong> zondaar; maar <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> werd niet door het bloed van het slachtoffer uitge<strong>de</strong>lgd. E<strong>en</strong><br />
mid<strong>de</strong>l werd op <strong>de</strong>ze wijze verschaft, waardoor die op het heiligdom overgedrag<strong>en</strong> werd.<br />
Door het offer<strong>en</strong> van bloed erk<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> zondaar het gezag van <strong>de</strong> wet, <strong>de</strong>ed belijd<strong>en</strong>is van <strong>de</strong><br />
schuld van zijn overtreding, <strong>en</strong> drukte zijn begeerte uit om vergiff<strong>en</strong>is te ontvang<strong>en</strong> door het<br />
geloof in e<strong>en</strong> Verlosser, die te kom<strong>en</strong> stond; maar hij werd nog niet volkom<strong>en</strong> vrijgesteld<br />
van <strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> wet.<br />
Op <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag ging <strong>de</strong> hogepriester, na e<strong>en</strong> offeran<strong>de</strong> van <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring<br />
ontvang<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> met het bloed van dat offer, <strong>en</strong> spr<strong>en</strong>kel<strong>de</strong><br />
het op het verzo<strong>en</strong><strong>de</strong>ksel, onmid<strong>de</strong>llik over <strong>de</strong> wet, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> ervan te bevredig<strong>en</strong>.<br />
Daarna nam hij in zijn hoedanigheid van mid<strong>de</strong>laar <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> op zichzelf, <strong>en</strong> droeg ze uit<br />
het heiligdom. Zijn hand<strong>en</strong> op het hoofd van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>bok legg<strong>en</strong><strong>de</strong>, beleed hij al die zond<strong>en</strong><br />
over hem, <strong>en</strong> droeg ze aldus van zichzelf op <strong>de</strong> bok over. Daarna droeg <strong>de</strong> bok ze weg, <strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> ze beschouwd, als voor altijd van het volk wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te zijn. Zodanig was <strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>st, die gedaan werd als “e<strong>en</strong> voorbeeld <strong>en</strong> schaduw van <strong>de</strong> hemelse ding<strong>en</strong>. ” En<br />
hetge<strong>en</strong> zinnebeeldig geschied<strong>de</strong> in <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van het aardse heiligdom, gebeurt in<br />
werkelikheid in <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van het hemelse. Na Zijn hemelvaart begon onze Heiland Zijn<br />
werk als onze hogepriester. Paulus zegt: “Christus is niet ingegaan in het heiligdom, dat met<br />
hand<strong>en</strong> gemaakt is, hetwelk is e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>beeld van het ware; maar in <strong>de</strong> hemel zelf, om nu te<br />
verschijn<strong>en</strong> v——r het aangezicht van God voor ons. “<br />
De bedi<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> priester het gehele jaar door in het eerste ge<strong>de</strong>elte van het<br />
heiligdom, “binn<strong>en</strong> het voorhangsel,” dat <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur vorm<strong>de</strong>, <strong>en</strong> het heilige van het voorhof<br />
295
scheid<strong>de</strong>, stelt het werk van <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing voor, dat Christus op Zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> heeft na Zijn<br />
hemelvaart. Het was het werk van <strong>de</strong> priester, om in <strong>de</strong> dagelikse bedi<strong>en</strong>ing het bloed van<br />
het zondoffer voor God te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, alsook het reukwerk, dat opsteeg met <strong>de</strong> gebed<strong>en</strong> van<br />
Israël. Ev<strong>en</strong>zo heeft Christus op Zijn bloed v——r <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r gepleit t<strong>en</strong> behoeve van<br />
zondar<strong>en</strong>,<strong>en</strong> Hem met <strong>de</strong> kostelike geur van Zijn eig<strong>en</strong> gerechtigheid <strong>de</strong> gebed<strong>en</strong> van<br />
boetvaardige gelovig<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>. Dit was het werk van <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing in het eerste vertrek<br />
van het heiligdom in <strong>de</strong> hemel. Het geloof van Christus’ discipel<strong>en</strong> volg<strong>de</strong> Hem daarhe<strong>en</strong>,<br />
to<strong>en</strong> Hij uit hun gezicht werd opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Hier vond<strong>en</strong> hun verwachting<strong>en</strong> hun steunpunt,<br />
hetwelk “wij hebb<strong>en</strong>,” zegt Paulus, “als e<strong>en</strong> anker <strong>de</strong>r ziel, hetwelk zeker <strong>en</strong> vast is, <strong>en</strong><br />
ingaat in het binn<strong>en</strong>ste van het voorhangsel, daar <strong>de</strong> voorloper v——r ons is ingegaan,<br />
namelik Jezus . . . e<strong>en</strong> hogepriester geword<strong>en</strong> zijn<strong>de</strong> in <strong>de</strong>r eeuwigheid.” “Noch door het<br />
bloed van <strong>de</strong> bokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> kalver<strong>en</strong>, maar door Zijn eig<strong>en</strong> bloed, e<strong>en</strong>maal ingegaan in het<br />
heiligdom, e<strong>en</strong> eeuwige verlossing teweeggebracht hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>.”<br />
Achtti<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> lang is dit werk van <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing in het eerste <strong>de</strong>el van het heiligdom<br />
voortgezet. Het bloed van Christus heeft gepleit t<strong>en</strong> behoeve van boetvaardige ge- lovig<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> bun vergiff<strong>en</strong>is <strong>en</strong> aanname bij <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r verworv<strong>en</strong>; toch zijn hun zond<strong>en</strong> nog op <strong>de</strong><br />
boek<strong>en</strong> geblev<strong>en</strong>, waarin die opgetek<strong>en</strong>d staan. Ev<strong>en</strong>als er in <strong>de</strong> zinnebeeldige eredi<strong>en</strong>st e<strong>en</strong><br />
verzo<strong>en</strong>ingswerk gedaan werd bij het sluit<strong>en</strong> van het jaar, zo heeft er ook, v——r Christus’<br />
werk tot verlossing van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> volbracht wordt, e<strong>en</strong> verzo<strong>en</strong>ingswerk plaats tot<br />
wegneming van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van het heiligdom. Dit is <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st, welke begon, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> 2300<br />
dag<strong>en</strong> eindigd<strong>en</strong>. Op die tijd, als door Daniël <strong>de</strong> profeet voorzegd, is onze Hogepriester het<br />
heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>gegaan, om het laatste ge<strong>de</strong>elte van Zijn plechtige taak te<br />
volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>,— <strong>de</strong> reiniging van het heiligdom.<br />
Gelijk van ouds <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van het volk in het geloof op het zondoffer gelegd werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
door het bloed daarvan als in e<strong>en</strong> beeld op het aardse heiligdom overgedrag<strong>en</strong>, alzo word<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>r het nieuwe verbond <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> berouw- hebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in het geloof op Christus<br />
gelegd, <strong>en</strong> in <strong>de</strong>r daad <strong>en</strong> waarheid op het hemelse heiligdom overgedrag<strong>en</strong>. En ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong><br />
zinnebeeldige reiniging van het aardse volbracht werd door het wegnem<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong>,<br />
door welke het bezoe<strong>de</strong>ld was geword<strong>en</strong>, zo ook zal <strong>de</strong> wez<strong>en</strong>like reiniging van het hemelse<br />
volbracht word<strong>en</strong> door het wegnem<strong>en</strong> of uitwiss<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong>, die daar staan<br />
opgetek<strong>en</strong>d. Maar voordat dit kan geschied<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> boek<strong>en</strong>, waarin <strong>de</strong> zond<strong>en</strong><br />
opgetek<strong>en</strong>d staan, word<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> te besliss<strong>en</strong>, wie door berouw over zijn<br />
zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> geloof in Christus recht heeft op <strong>de</strong> voorrecht<strong>en</strong> van Zijn verzo<strong>en</strong>ing. De reiniging<br />
van het heiligdom sluit daarom e<strong>en</strong> werk van on<strong>de</strong>rzoek,— e<strong>en</strong> oor<strong>de</strong>el, in. Dit werk moet<br />
gedaan word<strong>en</strong>, v——rdat Christus komt om Zijn volk te verloss<strong>en</strong>; want, wanneer Hij<br />
komt, zal Zijn loon met Hem zijn, om e<strong>en</strong> iegelik te vergeld<strong>en</strong>, gelijk zijn werk zal zijn.<br />
Aldus beseft<strong>en</strong> zij, die het licht van het profetiese woord volgd<strong>en</strong>, dat Christus in plaats<br />
van in 1844, aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong>, naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te kom<strong>en</strong>, dan het heilige <strong>de</strong>r<br />
heilig<strong>en</strong> in het hemelse heiligdom zou binn<strong>en</strong>gaan, om het sluitingswerk van <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing<br />
296
te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, als voorbereiding op Zijn we<strong>de</strong>rkomst. Er werd ook ingezi<strong>en</strong>, dat terwijl het<br />
zondoffer op Christus als e<strong>en</strong> offeran<strong>de</strong> he<strong>en</strong>wees, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hogepriester Christus als mid<strong>de</strong>laar<br />
voorstel<strong>de</strong>, <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>bok e<strong>en</strong> beeld van Satan, <strong>de</strong> oorsprong van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> was, op wie <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ware boetvaardige t<strong>en</strong> slotte gelegd zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> hogepriester<br />
kracht<strong>en</strong>s het bloed van het zondoffer <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> uit het heiligdom weg<strong>de</strong>ed, plaatste hij ze<br />
op <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>bok. Wanneer Christus bij het sluit<strong>en</strong> van Zijn bedi<strong>en</strong>ing <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van Zijn<br />
volk door <strong>de</strong> kracht van Zijn eig<strong>en</strong> bloed wegdoet uit het hemelse heiligdom, zal Hij ze op<br />
Satan legg<strong>en</strong>, die, in <strong>de</strong> voltrekking van het oor<strong>de</strong>el, t<strong>en</strong> laatste <strong>de</strong> straf moet drag<strong>en</strong>. De<br />
zon<strong>de</strong>bok werd naar e<strong>en</strong> onbewoond land weggezond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> mocht nooit weer in <strong>de</strong><br />
verga<strong>de</strong>ring van Israël kom<strong>en</strong>. Zo zal Satan voor altijd uit <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van God <strong>en</strong><br />
Zijn volk gebann<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn bestaan uitgeroeid word<strong>en</strong>, wanneer zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> zondar<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>lik<br />
zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> te niet gedaan.<br />
297
Hoofdstuk 24 — In het <strong>Heilig</strong>e <strong>de</strong>r <strong>Heilig</strong><strong>en</strong><br />
Het on<strong>de</strong>rwerp van het heiligdom was <strong>de</strong> sleutel, die het geheim ontsloot van <strong>de</strong><br />
teleurstelling van 1844. Het bracht e<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> stelsel van waarhed<strong>en</strong>, die met elkaar<br />
verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong> <strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemd<strong>en</strong>, aan het licht, aanton<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat Gods hand <strong>de</strong> grote<br />
Adv<strong>en</strong>t-beweging geleid had, <strong>en</strong> <strong>de</strong> plicht van het og<strong>en</strong>blik op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong><strong>de</strong>, door <strong>de</strong><br />
standplaats <strong>en</strong> het werk van Gods volk dui<strong>de</strong>lik te mak<strong>en</strong>. Gelijk <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> van Jezus na<br />
<strong>de</strong> vreselike nacht van zielsangst <strong>en</strong> teleurstelling “blij<strong>de</strong> war<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> zij <strong>de</strong> Heer zag<strong>en</strong>,” zo<br />
ook verheugd<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> zich nu, die in het geloof hadd<strong>en</strong> uitgezi<strong>en</strong> naar Zijn we<strong>de</strong>rkomst.<br />
Ze hadd<strong>en</strong> verwacht, dat Hij zou verschijn<strong>en</strong> in heerlikheid om Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> te<br />
belon<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> ze in hun verwachting<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> teleur-gesteld, hadd<strong>en</strong> ze Jezus uit het oog<br />
verlor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met Maria aan het graf geroep<strong>en</strong>: “Ze hebb<strong>en</strong> mijn Heer wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ik<br />
weet niet, waar ze Hem gelegd hebb<strong>en</strong>.” Nu zag<strong>en</strong> ze Hem terug in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>,<br />
hun me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> hogepriester, die weldra verschijn<strong>en</strong> zou als hun Koning <strong>en</strong> Verlosser.<br />
Licht uit het heiligdom besche<strong>en</strong> het verled<strong>en</strong>e, het teg<strong>en</strong>woordige <strong>en</strong> <strong>de</strong> toekomst. Ze<br />
wist<strong>en</strong>, dat God h<strong>en</strong> geleid had door Zijn onfeilbare voorzi<strong>en</strong>igheid. Ofschoon zij, ev<strong>en</strong>als<br />
<strong>de</strong> eerste discipel<strong>en</strong>, zelv<strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschap, die ze overbracht<strong>en</strong>, niet hadd<strong>en</strong> verstaan, toch<br />
was die in alle opzicht<strong>en</strong> juist geweest. Door <strong>de</strong> verkondiging ervan hadd<strong>en</strong> ze Gods plan<br />
vervuld, <strong>en</strong> hun arbeid was niet ij<strong>de</strong>l geweest in <strong>de</strong> Heer. “We<strong>de</strong>rgebor<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
hoop,” ver- heugd<strong>en</strong> ze zich “met e<strong>en</strong> onuitsprekelike <strong>en</strong> heerlike vreug<strong>de</strong>.”<br />
Zowel <strong>de</strong> profetie van Dan. 8:14: “Tot twee duiz<strong>en</strong>d drie hon<strong>de</strong>rd avond<strong>en</strong> <strong>en</strong> morg<strong>en</strong>s,<br />
dan zal het heiligdom gerechtvaardigd word<strong>en</strong>,” als <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel:<br />
“Vreest God <strong>en</strong> geeft Hem heerlikheid, want <strong>de</strong> ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is gekom<strong>en</strong>,” wees op<br />
<strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van Christus in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>, op het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el, <strong>en</strong> niet<br />
op <strong>de</strong> komst van Christus tot verlossing van Zijn volk <strong>en</strong> <strong>de</strong> uitroeiing van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>.<br />
De fout had niet geleg<strong>en</strong> in <strong>de</strong> berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong>, maar in <strong>de</strong><br />
gebeurt<strong>en</strong>is, die aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> zou plaats vind<strong>en</strong>. Deze dwaling had aan<br />
<strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> teleurstelling berokk<strong>en</strong>d; toch was alles, wat door <strong>de</strong> profetie was voorzegd, <strong>en</strong><br />
alles, wat ze volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Schrift kond<strong>en</strong> verwacht<strong>en</strong>, vervuld geword<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> tijd, dat<br />
ze <strong>de</strong> verij<strong>de</strong>ling van hun verwachting<strong>en</strong> betreurd<strong>en</strong>, greep <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is plaats, welke in<br />
<strong>de</strong> boodschap voorspeld was, <strong>en</strong> die vervuld moest word<strong>en</strong>, v——r dat <strong>de</strong> Heer verschijn<strong>en</strong><br />
kon om Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> hun loon te gev<strong>en</strong>.<br />
Christus was niet, zoals ze verwacht hadd<strong>en</strong>, naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gekom<strong>en</strong>, maar was, gelijk<br />
zinnebeeldig was voorafgeschaduwd, het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> van Gods tempel in <strong>de</strong> hemel<br />
binn<strong>en</strong>getred<strong>en</strong>. Hij wordt door <strong>de</strong> profeet Daniël voorgesteld als op die tijd kom<strong>en</strong><strong>de</strong> tot <strong>de</strong><br />
Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong>: “Ver<strong>de</strong>r zag ik in <strong>de</strong> nachtgezicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> ziet, er kwam Eén met <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>s hemels, als e<strong>en</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> Zoon”— niet op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, maar—“tot <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
ze <strong>de</strong>d<strong>en</strong> Hem voor Dezelve na<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.” Dit kom<strong>en</strong> wordt ook door <strong>de</strong> profeet Maleachi<br />
298
voorspeld. “Die Heer, die gijlied<strong>en</strong> zoekt, te wet<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Engel <strong>de</strong>s ver- bonds, aan welke gij<br />
lust hebt; ziet,Hij komt,zegt <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r heirschar<strong>en</strong>. “ De komst van <strong>de</strong> Heer tot Zijn<br />
tempel was plotseling, <strong>en</strong> voor Zijn volk onverwacht. Ze zag<strong>en</strong> niet dáár naar Hem uit. Ze<br />
verwachtt<strong>en</strong>, dat Hij naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> kom<strong>en</strong> zou, “met vlamm<strong>en</strong>d vuur wraak do<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
die God niet k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, <strong>en</strong> over <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die bet evangelie niet gehoorzaam zijn.”<br />
Maar <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> war<strong>en</strong> nog niet gereed om hun Heer te ontmoet<strong>en</strong>. Er moest nog e<strong>en</strong><br />
werk van voorbereiding aan h<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>. Er moest licht gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, waardoor hun<br />
og<strong>en</strong> op <strong>de</strong> tempel Gods in <strong>de</strong> hemel gevestigd werd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> wanneer ze in het geloof hun<br />
hogepriester aldaar in Zijn bedi<strong>en</strong>ing zoud<strong>en</strong> nagaan, zoud<strong>en</strong> hun nieuwe plicht<strong>en</strong><br />
geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>. Er moest nog e<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re boodschap van waarschuwing <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rricht<br />
aan <strong>de</strong> kerk word<strong>en</strong> gebracht.<br />
De profeet zegt: “Maar wie zal <strong>de</strong> dag van Zijn toekomst verdrag<strong>en</strong>? <strong>en</strong> wie zal bestaan,<br />
als Hij verschijnt? want Hij zal zijn als het vuur van e<strong>en</strong> goudsmid, <strong>en</strong> als zeep van <strong>de</strong> voller;<br />
<strong>en</strong> Hij zal zitt<strong>en</strong>, louter<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> het zilver reinig<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> Hij zal <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van Levi<br />
reinig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij zal ze doorlouter<strong>en</strong> als goud, <strong>en</strong> als zilver; dan zull<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> Heer spijsoffer<br />
toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in gerechtigheid.” Zij, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> lev<strong>en</strong>, wanneer het intred<strong>en</strong> van Christus<br />
e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> zal nem<strong>en</strong> in het hemelse heiligdom, moet<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>laar voor het<br />
aangezicht van e<strong>en</strong> heilige God staan. Hun kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> vlekkeloos zijn, hun karakters<br />
van zon<strong>de</strong> gereinigd door het bloed <strong>de</strong>r spr<strong>en</strong>keling. Door <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods <strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong><br />
ijverige poging<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ze over-winnaars zijn in <strong>de</strong> kamp teg<strong>en</strong> het kwaad. Terwijl het<br />
on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el in <strong>de</strong> hemel plaats vindt; terwijl <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van boetvaardige<br />
gelovig<strong>en</strong> uit het heiligdom word<strong>en</strong> verwij<strong>de</strong>rd, moet er e<strong>en</strong> biezon<strong>de</strong>r reinigingswerk, e<strong>en</strong><br />
aflegging van zond<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r Gods volk op aar<strong>de</strong> plaats vin-d<strong>en</strong>. Dit werk wordt in <strong>de</strong><br />
boodschapp<strong>en</strong> van Op<strong>en</strong>baring 14 dui<strong>de</strong>liker omschrev<strong>en</strong>.<br />
Wanneer dit werk volbracht zal zijn, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus gereed wez<strong>en</strong><br />
voor Zijn verschijning. “Dan zal het spijsoffer van Juda <strong>en</strong> Jeruzalem aan <strong>de</strong> Heer zoet<br />
wez<strong>en</strong>, als in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> dag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> als in <strong>de</strong> vorige jar<strong>en</strong>.” Dan zal <strong>de</strong> kerk, die onze Heer bij<br />
Zijn komst aan Zichzelf zal voorstell<strong>en</strong>, “e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te zijn, die ge<strong>en</strong> vlek of rimpel heeft,<br />
of iets <strong>de</strong>rgelijks.” Dan zal die kerk het aanzi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> “als <strong>de</strong> dageraad, schoon als <strong>de</strong><br />
maan, zuiver als <strong>de</strong> zon, schrikkelik als slagord<strong>en</strong> met banier<strong>en</strong>.” Maleachi spreekt behalve<br />
over het kom<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heer tot Zijn tempel, ook over Zijn we<strong>de</strong>rkomst, Zijn komst om het<br />
oor<strong>de</strong>el te voltrekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat wel in <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> bewoording<strong>en</strong>: “En Ik zal tot ulied<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
oor<strong>de</strong>el na<strong>de</strong>r<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Ik zal e<strong>en</strong> snel getuige zijn teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> tov<strong>en</strong>aars, <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> overspelers,<br />
<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die valselik zwer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het loon van <strong>de</strong> dagloner met<br />
geweld inhoud<strong>en</strong>; die <strong>de</strong> weduwe, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wees, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>ling het recht verker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Mij<br />
niet vrez<strong>en</strong>, zegt <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r heirschar<strong>en</strong>.” Judas verwijst naar <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is,<br />
wanneer hij zegt: “Ziet, <strong>de</strong> Heer is gekom<strong>en</strong> met Zijn vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> heilig<strong>en</strong>, om gericht te<br />
houd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, <strong>en</strong> te straff<strong>en</strong> alle god<strong>de</strong>loze werk<strong>en</strong>.” Deze komst <strong>en</strong> <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> tot Zijn tempel zijn biezon<strong>de</strong>re <strong>en</strong> afzon<strong>de</strong>rlike gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>.<br />
299
De komst van Christus als onze hogepriester tot het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>, om het<br />
heiligdom te reinig<strong>en</strong>, in Dan. 8:14 aan het licht gebracht; <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong>, waarvan in Dan. 7:13 gesprok<strong>en</strong> wordt; <strong>en</strong> <strong>de</strong> komst <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> tot Zijn tempel, door Maleachi voorspeld, zijn beschrijving<strong>en</strong> van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
gebeurt<strong>en</strong>is; ook wordt <strong>de</strong>ze voorgesteld on<strong>de</strong>r het beeld van <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom tot<br />
<strong>de</strong> bruiloft, door Christus beschrev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> ti<strong>en</strong> maagd<strong>en</strong>, van Mat- theüs<br />
25. In <strong>de</strong> zomer <strong>en</strong> <strong>de</strong> herfst van 1844 werd er verkondigd: “Ziet, <strong>de</strong> Brui<strong>de</strong>gom komt.” De<br />
twee klass<strong>en</strong>, welke door<strong>de</strong> wijze <strong>en</strong> dwaze maagd<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> voorgesteld, ontstond<strong>en</strong><br />
to<strong>en</strong>,— <strong>de</strong> <strong>en</strong>e klasse, die met blijdschap uitzag naar <strong>de</strong> verschijning <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die zich<br />
ijverig toebereid had om Hem te ontmoet<strong>en</strong>; <strong>en</strong> e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re klasse, die, door angst gedrev<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> uit opwelling han<strong>de</strong>l<strong>en</strong><strong>de</strong>, zich tevred<strong>en</strong> had gesteld met e<strong>en</strong> theorie van <strong>de</strong> waarheid,<br />
maar bij wie <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods ontbrak. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom kwam, gelijk het in <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is<br />
heet, “ging<strong>en</strong> zij, die gereed war<strong>en</strong>, met hem in tot <strong>de</strong> bruiloft.”<br />
De komst van <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom, waarover hier gesprok<strong>en</strong> wordt, vindt v——r <strong>de</strong> bruiloft<br />
plaats. De bruiloft stelt het aanvaard<strong>en</strong> van het koninkrijk door Christus voor. De heilige<br />
stad, het Nieuwe Jeruzalem, <strong>de</strong> hoofdstad, waardoor het koninkrijk verteg<strong>en</strong>woordigd wordt,<br />
wordt “<strong>de</strong> bruid, <strong>de</strong> vrouw van het Lam” g<strong>en</strong>oemd. De <strong>en</strong>gel sprak tot Johannes: “Kom<br />
herwaarts, ik zal u ton<strong>en</strong> <strong>de</strong> bruid, <strong>de</strong> vrouw van het Lam.” “En hij voer<strong>de</strong> mij weg in <strong>de</strong><br />
geest,” zegt <strong>de</strong> profeet, “<strong>en</strong> hij toon<strong>de</strong> me <strong>de</strong> grote stad, het heilige Jeruzalem, ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
uit <strong>de</strong> hemel van God.” Het is dus dui<strong>de</strong>lik, dat <strong>de</strong> bruid <strong>de</strong> heilige stad voorstelt, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong><br />
maagd<strong>en</strong>, die uitgaan om <strong>de</strong> brui<strong>de</strong>gom te ontmoet<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> beeld van <strong>de</strong> kerk zijn. In <strong>de</strong><br />
Op<strong>en</strong>baring wordt er gezegd, dat Gods volk <strong>de</strong> gast<strong>en</strong> zijn aan het avondmaal van <strong>de</strong><br />
bruiloft van het Lam.2 Indi<strong>en</strong> ze gast<strong>en</strong> zijn, kunn<strong>en</strong> ze niet terzelf<strong>de</strong>r tijd <strong>de</strong> bruid<br />
voorstell<strong>en</strong>. Christus zal, gelijk <strong>de</strong> profeet Daniël zegt, van <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel<br />
“heerschappij, <strong>en</strong> eer <strong>en</strong> het koninkrijk” bekom<strong>en</strong>; Hij zal het Nieuwe Jeruzalem, <strong>de</strong><br />
hoofdstad van Zijn koninkrijk, ontvang<strong>en</strong>, “toebereid als e<strong>en</strong> bruid, die voor haar man<br />
versierd is.” En als Hij het koninkrijk aanvaard heeft, zal Hij kom<strong>en</strong> in Zijn heerlikheid, als<br />
Koning <strong>de</strong>r koning<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Heer <strong>de</strong>r her<strong>en</strong>, om Zijn volk te verloss<strong>en</strong>, die zull<strong>en</strong> “aanzitt<strong>en</strong><br />
met Abraham, <strong>en</strong> Izaäk, <strong>en</strong> Jakob” aan Zijn tafel in Zijn koninkrijk, om <strong>de</strong>el te hebb<strong>en</strong> aan<br />
het avondmaal van het Lam.<br />
De aankondiging: “Ziet, <strong>de</strong> Brui<strong>de</strong>gom komt,” in <strong>de</strong> zomer van 1844, leid<strong>de</strong> er<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> toe om <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llike we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> te verwacht<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong><br />
vastgestel<strong>de</strong> tijd kwam <strong>de</strong> Brui<strong>de</strong>gom niet, gelijk het volk verwachtte, naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, maar<br />
tot <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel, tot <strong>de</strong> bruiloft, <strong>de</strong> aanvaarding van Zijn koninkrijk. “Die<br />
gereed war<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> met hem in tot <strong>de</strong> bruiloft, <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur werd geslot<strong>en</strong>.” Ze zoud<strong>en</strong> niet<br />
persoonlik teg<strong>en</strong>woordig zijn op <strong>de</strong> bruiloft; want die heeft in <strong>de</strong> hemel plaats, terwijl zij op<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zijn. De volgeling<strong>en</strong> van Christus moet<strong>en</strong> “wacht<strong>en</strong> op hun Heer, wanneer Hij<br />
we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong> zal van <strong>de</strong> bruiloft.” Maar ze moet<strong>en</strong> Zijn werk verstaan, <strong>en</strong> moet<strong>en</strong> Hem in<br />
het geloof volg<strong>en</strong>, wanneer Hij ingaat tot God. In die zin wordt er gezegd, dat ze tot <strong>de</strong><br />
300
uiloft ingaan. In <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is war<strong>en</strong> zij het, die olie in hun vat<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met<br />
hun lamp<strong>en</strong>, die tot <strong>de</strong> bruiloft inging<strong>en</strong>. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die bij e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> waarheid van<br />
<strong>de</strong> Schrift ook <strong>de</strong> Geest <strong>en</strong> <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods hadd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die in <strong>de</strong> nacht van hun bittere<br />
beproeving geduldig wachtt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong> om dui<strong>de</strong>liker licht te<br />
ontvang<strong>en</strong>,— die war<strong>en</strong> het, welke <strong>de</strong> waarheid aangaan<strong>de</strong> het heiligdom in <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
veran<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> Heiland inzag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het geloof volgd<strong>en</strong> ze Hem in<br />
Zijn werk in het hemelse heiligdom. En all<strong>en</strong>, die door het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Christus door het geloof volg<strong>en</strong>, wanneer Hij voor God<br />
intreedt om het laatste werk van <strong>de</strong> tuss<strong>en</strong>komst te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan het ein<strong>de</strong> daarvan Zijn<br />
koninkrijk te ontvang<strong>en</strong>,— die word<strong>en</strong> all<strong>en</strong> voorgesteld als ingaan<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> bruiloft.<br />
In <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is van Mattheüs 22 wordt hetzelf<strong>de</strong> beeld van <strong>de</strong> bruiloft gebruikt, <strong>en</strong><br />
wordt het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el dui<strong>de</strong>lik voorgesteld als v——r <strong>de</strong> bruiloft plaats grijp<strong>en</strong><strong>de</strong>.<br />
V——r <strong>de</strong> bruiloft komt <strong>de</strong> koning binn<strong>en</strong> om <strong>de</strong> gast<strong>en</strong> te overzi<strong>en</strong>, —om te zi<strong>en</strong>, of all<strong>en</strong><br />
het bruiloftskleed drag<strong>en</strong>, het vlekkeloos karakterkleed, dat gewass<strong>en</strong> <strong>en</strong> wit gemaakt is in<br />
het bloed van het Lam. Wie te licht bevond<strong>en</strong> wordt, wordt uitgeworp<strong>en</strong>; maar all<strong>en</strong>, van<br />
wie bij het on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat ze het bruiloftskleed drag<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> door God aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> waardig geacht, om <strong>de</strong>el te hebb<strong>en</strong> aan Zijn koninkrijk <strong>en</strong> in Zijn troon te zitt<strong>en</strong>. Dit<br />
karakteron<strong>de</strong>r- zoek, dit bepal<strong>en</strong> van wie bereid zijn voor het koninkrijk Gods, is het werk<br />
van het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el, het slui- tingswerk in het hemelse heiligdom.<br />
Wanneer het on<strong>de</strong>rzoekingswerk geëindigd, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zaak van h<strong>en</strong>, die in alle eeuw<strong>en</strong><br />
beled<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus te zijn, on<strong>de</strong>rzocht <strong>en</strong> beslist is, dan <strong>en</strong> niet eer<strong>de</strong>r<br />
zal <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd eindig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur <strong>de</strong>r barmhartigheid geslot<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Aldus word<strong>en</strong><br />
we in <strong>de</strong> éne korte zinsne<strong>de</strong>, “Die gereed war<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> met Hem in tot <strong>de</strong> bruiloft, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>ur werd geslot<strong>en</strong>,” door het laatste van <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> Heiland he<strong>en</strong>gevoerd tot op<br />
<strong>de</strong> tijd, wanneer het grote werk van <strong>de</strong> verlossing van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s voltooid zal wez<strong>en</strong>. Bij <strong>de</strong><br />
eredi<strong>en</strong>st in het aardse heiligdom, welke, naar we gezi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> afbeelding is van <strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>st in het hemelse, eindig<strong>de</strong> <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing in het eerste vertrek, wanneer <strong>de</strong> hogepriester<br />
op <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>trad. Gods bevel was: “En ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<br />
zal in <strong>de</strong> t<strong>en</strong>t <strong>de</strong>r sam<strong>en</strong>komst zijn, als hij zal ingaan, om in het heilige verzo<strong>en</strong>ing te do<strong>en</strong>,<br />
totdat hij zal uitkom<strong>en</strong>.” Ev<strong>en</strong>zo eindig<strong>de</strong> Christus’ bedi<strong>en</strong>ing in het eerste vertrek, to<strong>en</strong> Hij<br />
het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>trad om het sluitingswerk van <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Maar met het eindig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing in het eerste vertrek begon <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing in het<br />
twee<strong>de</strong>. Wanneer <strong>de</strong> hogepriester in <strong>de</strong> zinnebeeldige eredi<strong>en</strong>st op <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag het<br />
heilige verliet, trad hij v——r God, om Hem het bloed van het zondoffer aan te bied<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
behoeve van dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> on<strong>de</strong>r al het volk van Israël, die waarlik berouw hadd<strong>en</strong> over hun<br />
zond<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>zo had Christus het <strong>en</strong>e <strong>de</strong>el van Zijn werk als onze mid<strong>de</strong>laar slechts<br />
volbracht, om e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el van Zijn werk op Zich te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> pleitte Hij nog v——r <strong>de</strong><br />
Va<strong>de</strong>r op Zijn bloed t<strong>en</strong> behoeve van zondar<strong>en</strong>.<br />
301
Dit on<strong>de</strong>rwerp werd door <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> in 1844 niet verstaan. Nadat <strong>de</strong> tijd, waarop zij<br />
<strong>de</strong> Heiland verwachtt<strong>en</strong>, was verstrek<strong>en</strong>, geloofd<strong>en</strong> ze nog steeds, dat Zijn komst nabij was;<br />
ze beweerd<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> gewichtig keerpunt bereikt te hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat het werk van Christus als<br />
mid<strong>de</strong>laar van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s voor God geëindigd was. Het sche<strong>en</strong> hun toe, dat <strong>de</strong> Bijbel leert, dat<br />
<strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, kort voordat <strong>de</strong> Heer waarlik op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels<br />
verschijnt, zou eindig<strong>en</strong>. Dit sche<strong>en</strong> te blijk<strong>en</strong> uit die tekst<strong>en</strong>, welke op e<strong>en</strong> tijd he<strong>en</strong>wijz<strong>en</strong>,<br />
wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong> naar, <strong>en</strong> klopp<strong>en</strong> <strong>en</strong> roep<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, <strong>en</strong> die<br />
niet op<strong>en</strong> gedaan zal word<strong>en</strong>. En ze vroeg<strong>en</strong> zich af, of <strong>de</strong> datum, waarop ze hadd<strong>en</strong><br />
gestaard als die voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus, niet misschi<strong>en</strong> het begin van dit tijdperk<br />
aangaf, dat onmid<strong>de</strong>llik aan Zijn komst voorafging. Daar ze <strong>de</strong> waarschuwing gegev<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong>, dat het oor<strong>de</strong>el nabij was, gevoeld<strong>en</strong> ze, dat hun werk voor <strong>de</strong> wereld was afgedaan,<br />
<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> zieledrang om zondar<strong>en</strong> van het ver<strong>de</strong>rf te redd<strong>en</strong>, terwijl het<br />
stoutmoedige <strong>en</strong> lasterlike spott<strong>en</strong> van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> hun e<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r bewijs toesche<strong>en</strong>, dat<br />
Gods Geest was wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> hadd<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong>. Dit alles<br />
bevestig<strong>de</strong> h<strong>en</strong> in het geloof, dat <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd verstrek<strong>en</strong> was, of, zoals ze het to<strong>en</strong><br />
uitdrukt<strong>en</strong>, “<strong>de</strong> <strong>de</strong>ur <strong>de</strong>r barmhartigheid was geslot<strong>en</strong>.”<br />
Maar hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r licht kwam door het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> zaak aangaan<strong>de</strong> het heiligdom. Ze<br />
zag<strong>en</strong> nu in, dat ze gelijk hadd<strong>en</strong> gehad met te gelov<strong>en</strong>, dat het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> in<br />
1844 e<strong>en</strong> belangrijk keerpunt k<strong>en</strong>merkte. Maar terwijl het waar was, dat die <strong>de</strong>ur van hoop<br />
<strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, waardoor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> achtti<strong>en</strong> hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> lang toegang tot God gevond<strong>en</strong><br />
hadd<strong>en</strong>, geslot<strong>en</strong> was, was er e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>ur geop<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> werd aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vergiff<strong>en</strong>is<br />
van zond<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> door tuss<strong>en</strong>komst van Christus in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>. Het <strong>en</strong>e<br />
<strong>de</strong>el van Zijn bedi<strong>en</strong>ing was afgeslot<strong>en</strong>, slechts om voor e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r plaats te mak<strong>en</strong>. Er was<br />
nog altijd e<strong>en</strong> “op<strong>en</strong> <strong>de</strong>ur” naar het hemelse heiligdom, waar Christus di<strong>en</strong>st <strong>de</strong>ed t<strong>en</strong><br />
behoeve van <strong>de</strong> zondaar. Nu werd <strong>de</strong> toepassing van die woord<strong>en</strong> van Christus in <strong>de</strong><br />
Op<strong>en</strong>baring aanschouwd, welke op die eig<strong>en</strong> tijd aan <strong>de</strong> kerk gericht werd<strong>en</strong>: “Dit zegt <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e, <strong>de</strong> Waarachtige, die <strong>de</strong> sleutel Davids heeft, die op<strong>en</strong>t, <strong>en</strong> niemand sluit, <strong>en</strong> Hij sluit<br />
<strong>en</strong> niemand op<strong>en</strong>t: Ik weet uw werk<strong>en</strong>; ziet! Ik heb e<strong>en</strong> geop<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>ur voor u gegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
niemand kan die sluit<strong>en</strong>.”<br />
Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in het geloof Jezus volg<strong>en</strong> in het grote werk van <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing, zijn het,<br />
die <strong>de</strong> voorrecht<strong>en</strong> van Zijn voorspraak voor h<strong>en</strong> smak<strong>en</strong>; terwijl <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het licht<br />
verwerp<strong>en</strong>, hetwelk dit <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing aan <strong>de</strong> dag br<strong>en</strong>gt, er ge<strong>en</strong> voor<strong>de</strong>el bij<br />
hebb<strong>en</strong>. De Jod<strong>en</strong>, die het licht verwierp<strong>en</strong>, dat bij Christus’ eerste komst geschonk<strong>en</strong> werd,<br />
<strong>en</strong> die in Hem weigerd<strong>en</strong> te gelov<strong>en</strong> als <strong>de</strong> Heiland van <strong>de</strong> wereld, kond<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vergiff<strong>en</strong>is<br />
door Hem erlang<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> Jezus bij Zijn hemelvaart door Zijn eig<strong>en</strong> bloed in het hemelse<br />
heiligdom binn<strong>en</strong>trad om <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van Zijn tuss<strong>en</strong>komst op Zijn discipel<strong>en</strong> uit te<br />
giet<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> in volslag<strong>en</strong> duisternis gelat<strong>en</strong>, om daarin voort te gaan met hun<br />
nutteloze offerand<strong>en</strong> <strong>en</strong> gav<strong>en</strong>. De bedi<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorafschaduwing<strong>en</strong> had<br />
opgehoud<strong>en</strong> te bestaan. Die <strong>de</strong>ur, waardoor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> eertijds toegang tot God erlangd<strong>en</strong>,<br />
302
stond niet langer op<strong>en</strong>. De Jod<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> geweigerd, Hem te zoek<strong>en</strong> in <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige weg,<br />
waarop Hij gevond<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing in het heiligdom in <strong>de</strong> hemel.<br />
Di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge vond<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schap met God. De <strong>de</strong>ur was voor h<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>. Ze<br />
hadd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis aan Christus als het ware offer <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige mid<strong>de</strong>laar v——r God;<br />
vandaar, dat ze <strong>de</strong> voor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van Zijn bedi<strong>en</strong>ing niet kond<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>.<br />
De toestand van <strong>de</strong> ongelovige Jod<strong>en</strong> stelt <strong>de</strong> toestand van <strong>de</strong> zorgeloz<strong>en</strong> <strong>en</strong> ongelovig<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> naamchrist<strong>en</strong><strong>en</strong> voor, die eig<strong>en</strong>willig onbek<strong>en</strong>d zijn met het werk van onze<br />
barmhartige Hogepriester. In <strong>de</strong> zinnebeeldige eredi<strong>en</strong>st moest al het volk van Israël zich<br />
om het heiligdom schar<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> hogepriester het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>ging, <strong>en</strong><br />
ze moest<strong>en</strong> op <strong>de</strong> plechtigste wijze hun ziel<strong>en</strong> voor God verootmoedig<strong>en</strong>, opdat ze<br />
vergiff<strong>en</strong>is van hun zond<strong>en</strong> mocht<strong>en</strong> erlang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet van <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring afgesned<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Van hoeveel meer gewicht is het dan niet in <strong>de</strong>ze tijd van het teg<strong>en</strong>beeld van <strong>de</strong><br />
grote verzo<strong>en</strong>dag, dat wij het werk van onze Hogepriester verstaan, <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>, welke<br />
plicht<strong>en</strong> er van ons gevraagd word<strong>en</strong>.<br />
De waarschuwing<strong>en</strong>, die God in barmhartigheid z<strong>en</strong>dt, kunn<strong>en</strong> niet ongestraft verworp<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. In Noachs tijd werd er e<strong>en</strong> boodschap uit <strong>de</strong> hemel aan <strong>de</strong> wereld gezond<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
hing <strong>de</strong> zaligheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> af van <strong>de</strong> wijze, waarop ze met die boodschap han<strong>de</strong>ld<strong>en</strong>.<br />
Daar ze <strong>de</strong> waarschuwing verwierp<strong>en</strong>, werd Gods Geest aan het zondige geslacht onttrokk<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> ze om in <strong>de</strong> water<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vloed. In Abrahams tijd hield <strong>de</strong> barmhartigheid op<br />
te pleit<strong>en</strong> met <strong>de</strong> schuldige inwoners van Sodom, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, behalve Lot met zijn<br />
vrouw <strong>en</strong> twee dochters, verteerd door het vuur, dat van <strong>de</strong> hemel ne<strong>de</strong>rdaal<strong>de</strong>. Ev<strong>en</strong>zo was<br />
het in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Christus. Gods Zoon sprak tot <strong>de</strong> ongelovige Jod<strong>en</strong> van dat geslacht:<br />
“Ziet, uw huis wordt u woest gelat<strong>en</strong>.” Zi<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong>, verklaart <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
Oneindige Macht om-tr<strong>en</strong>t h<strong>en</strong>, die “<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> <strong>de</strong>r waarheid niet aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, om<br />
zalig te word<strong>en</strong>:“—“Daarom zal God hun z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kracht <strong>de</strong>r dwaling, dat ze <strong>de</strong> leug<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>; opdat ze all<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> waarheid niet geloofd hebb<strong>en</strong>,<br />
maar e<strong>en</strong> welbehag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gehad in <strong>de</strong> ongerechtigheid.” Wanneer ze <strong>de</strong> leer van Zijn<br />
Woord verwerp<strong>en</strong>, trekt God Zijn Geest terug, <strong>en</strong> geeft h<strong>en</strong> over aan <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong>, die ze<br />
liefhebb<strong>en</strong>.<br />
Maar Christus treedt nog steeds tuss<strong>en</strong>bei<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> licht wordt gegev<strong>en</strong> aan<br />
h<strong>en</strong>, die het zoek<strong>en</strong>. Ofschoon dit in het eerst niet door <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> werd verstaan, werd<br />
het hun later dui<strong>de</strong>lik, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> tekst<strong>en</strong>, die hun ware toestand bepal<strong>en</strong>, zich voor h<strong>en</strong><br />
begonn<strong>en</strong> te ontvouw<strong>en</strong>. Het verstrijk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd in 1844 werd gevolgd door e<strong>en</strong> tijdperk<br />
van grote beproeving voor h<strong>en</strong>, die zich nog aan het Adv<strong>en</strong>t-geloof vastklemd<strong>en</strong>. Hun <strong>en</strong>ige<br />
uitkomst, wat betreft het tot zekerheid kom<strong>en</strong> van hun ware toestand, was het licht, dat hun<br />
aandacht bij het hemelse heiligdom bepaal<strong>de</strong>. Sommig<strong>en</strong> verzaakt<strong>en</strong> hun geloof in hun<br />
vroegere berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> schrev<strong>en</strong> <strong>de</strong> machtige invloed van <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e Geest, die met <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t- beweging was gepaard gegaan, aan m<strong>en</strong>selike of<br />
sataniese werking<strong>en</strong> toe. E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re klasse hield zich standvastig aan <strong>de</strong> overtuiging, dat <strong>de</strong><br />
303
Heer h<strong>en</strong> in hun vroegere on<strong>de</strong>rvinding geleid had; <strong>en</strong> terwijl ze wachtt<strong>en</strong> <strong>en</strong> waakt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
bad<strong>en</strong>, om Gods wil te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, zag<strong>en</strong> Matth. 23:38. 2 Thess. 2:10-12. ze, dat hun grote<br />
Hogepriester e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r werk <strong>de</strong>r bedi<strong>en</strong>ing op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> had; <strong>en</strong> Hem in het geloof<br />
volg<strong>en</strong><strong>de</strong>, begonn<strong>en</strong> ze zich e<strong>en</strong> begrip te vorm<strong>en</strong> van het sluitingswerk van <strong>de</strong> kerk. Ze<br />
hadd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r inzicht in <strong>de</strong> boodschapp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong> <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, <strong>en</strong><br />
war<strong>en</strong> bereid om <strong>de</strong> plechtige waarschuwing van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel van Op<strong>en</strong>baring 14 zelv<strong>en</strong><br />
te ontvang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die aan <strong>de</strong> wereld af te gev<strong>en</strong><br />
304
Hoofdstuk 25 — Gods <strong>Wet</strong> Onveran<strong>de</strong>rlik<br />
“En <strong>de</strong> tempel Gods in <strong>de</strong> hemel is geop<strong>en</strong>d geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ark van Zijn verbond is<br />
gezi<strong>en</strong> in Zijn tempel.” De ark van Gods verbond is in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>, het twee<strong>de</strong><br />
vertrek van het heiligdom. In <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> aardse tabernakel, welke strekte “als het<br />
voorbeeld <strong>en</strong> <strong>de</strong> schaduw van hemelse ding<strong>en</strong>,” werd dit vertrek alle<strong>en</strong> op <strong>de</strong> grote<br />
verzo<strong>en</strong>dag geop<strong>en</strong>d, om het heiligdom te reinig<strong>en</strong>. Derhalve verwijst <strong>de</strong> aankondiging, dat<br />
<strong>de</strong> tempel Gods in <strong>de</strong> hemel is geop<strong>en</strong>d geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> ark van Zijn verbond gezi<strong>en</strong> is,<br />
op <strong>de</strong> op<strong>en</strong>ing van het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong> in het hemelse heiligdom in 1844, to<strong>en</strong> Christus<br />
daar bin-n<strong>en</strong>trad om het sluitingswerk van <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in het<br />
geloof hun grote Hogepriester volgd<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> Hij Zijn bedi<strong>en</strong>ing in het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong><br />
begon, aanschouwd<strong>en</strong> <strong>de</strong> ark van Zijn verbond. Nadat ze het punt van het heiligdom<br />
on<strong>de</strong>rzocht hadd<strong>en</strong>, begrep<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring in <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> Heiland, <strong>en</strong> zag<strong>en</strong>,<br />
dat Hij nu di<strong>en</strong>st <strong>de</strong>ed v——r <strong>de</strong> arke Gods, pleit<strong>en</strong><strong>de</strong> op Zijn bloed t<strong>en</strong> behoeve van<br />
zondar<strong>en</strong>.<br />
De ark in <strong>de</strong> tabernakel op aar<strong>de</strong> bevatte <strong>de</strong> twee st<strong>en</strong><strong>en</strong> tafel<strong>en</strong>, waarop <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> van<br />
Gods wet geschrev<strong>en</strong> stond<strong>en</strong>. De ark di<strong>en</strong><strong>de</strong> alle<strong>en</strong> als bewaarplaats van <strong>de</strong> tafel<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
wet, <strong>en</strong> <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong>ze God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> gaf er waar<strong>de</strong> <strong>en</strong> heiligheid<br />
aan. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> tempel Gods in <strong>de</strong> hemel geop<strong>en</strong>d werd, werd <strong>de</strong> ark van Zijn verbond gezi<strong>en</strong>.<br />
Binn<strong>en</strong> in het heilige <strong>de</strong>r heili- g<strong>en</strong>, in het heiligdom in <strong>de</strong> hemel, wordt Gods wet heilig<br />
bewaard, — die wet, welke God zelf on<strong>de</strong>r don<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> bliksem<strong>en</strong> op Sinaï had verkondigd,<br />
<strong>en</strong> met Zijn eig<strong>en</strong> vinger op <strong>de</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> tafel<strong>en</strong> had gegrift.<br />
De wet Gods in het heiligdom in <strong>de</strong> hemel is het grote origineel, waarvan <strong>de</strong><br />
voorschrift<strong>en</strong>, op <strong>de</strong> st<strong>en</strong><strong>en</strong> tafel<strong>en</strong> ge-schrev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door Mozes in zijn vijf boek<strong>en</strong><br />
opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> volmaakt afschrift vormd<strong>en</strong>. Zij, die tot e<strong>en</strong> begrip van dit belangrijke punt<br />
kwam<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> op die wijze tot inzicht gebracht van het heilige, onveran<strong>de</strong>rlike karakter<br />
van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet. Ze verstond<strong>en</strong>, gelijk nooit tevor<strong>en</strong>, <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Heiland: “Totdat <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> voorbijgaan, zal er niet één jota, noch één tittel van<br />
<strong>de</strong> wet voorbijgaan.” Daar <strong>de</strong> wet Gods e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring is van Zijn wil, e<strong>en</strong> uitdrukking van<br />
Zijn karakter, moet hij eeuwig blijv<strong>en</strong> bestaan “als e<strong>en</strong> getrouw getuige in <strong>de</strong> hemel.” Ge<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>kel gebod is te niet gedaan; ge<strong>en</strong> jota of tittel is veran<strong>de</strong>rd. De psalmist zegt: “O Heer!<br />
Uw woord bestaat in <strong>de</strong>r eeuwigheid in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong>.” “Al Zijn bevel<strong>en</strong> zijn getrouw. Ze zijn<br />
on<strong>de</strong>rsteund voor altoos <strong>en</strong> in eeuwigheid. “<br />
In het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ti<strong>en</strong> gebod<strong>en</strong> staat het vier<strong>de</strong> gebod, gelijk dat <strong>de</strong> eerste maal werd<br />
afgekondigd: “Ged<strong>en</strong>kt aan <strong>de</strong> sabbatdag, dat gij die heiligt. Zes dag<strong>en</strong> zult ge arbeid<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
al uw werk do<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag is <strong>de</strong> sabbat van <strong>de</strong> Heer uw God; dan zult ge ge<strong>en</strong><br />
werk do<strong>en</strong>, gij, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw di<strong>en</strong>stknecht, noch uw<br />
di<strong>en</strong>stmaagd, noch uw vee, noch uw vreem<strong>de</strong>ling, die in uw poort<strong>en</strong> is; want in zes dag<strong>en</strong><br />
305
heeft <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gemaakt, <strong>de</strong> zee <strong>en</strong> al wat daarin is, <strong>en</strong> Hij rustte t<strong>en</strong><br />
zev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> dage; daarom zeg<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong> sabbatdag, <strong>en</strong> heilig<strong>de</strong> <strong>de</strong>zelve.”<br />
De Geest Gods werkte op <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Zijn Woord on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong>. De<br />
overtuiging drong zich aan h<strong>en</strong> op, dat ze on wet<strong>en</strong>d dit voorschrift overtred<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> door<br />
<strong>de</strong> rustdag van <strong>de</strong> Schepper niet te acht<strong>en</strong>. Ze begonn<strong>en</strong> <strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> na te gaan voor het<br />
houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eerste dag van <strong>de</strong> week in plaats van <strong>de</strong> dag, welke God geheiligd had. Ze<br />
kond<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bewijs vind<strong>en</strong>, dat het vier<strong>de</strong> gebod was afgeschaft, of dat <strong>de</strong><br />
Sabbat was veran<strong>de</strong>rd geword<strong>en</strong>; <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong>, die bij <strong>de</strong> aanvang <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag had geheiligd,<br />
was nimmer teruggetrokk<strong>en</strong>. Ze hadd<strong>en</strong> eerlik getracht, Gods wil te verstaan <strong>en</strong> te do<strong>en</strong>;<br />
droefheid vervul<strong>de</strong> daarom hun hart<strong>en</strong>, nu ze zag<strong>en</strong>, dat ze overtre<strong>de</strong>rs van Zijn wet war<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> ze bewez<strong>en</strong> hun trouw aan God door Zijn Sabbat te heilig<strong>en</strong>.<br />
Er werd<strong>en</strong> vele <strong>en</strong> ernstige poging<strong>en</strong> in het werk gesteld om hun geloof omver te werp<strong>en</strong>.<br />
Ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> zag natuurlik in, dat indi<strong>en</strong> het aardse heiligdom e<strong>en</strong> beeld of afschaduwing van<br />
het hemelse was, <strong>de</strong> wet, in <strong>de</strong> ark op aar<strong>de</strong> bewaard, dan ook e<strong>en</strong> getrouw afschrift moest<br />
zijn van <strong>de</strong> wet in <strong>de</strong> ark in <strong>de</strong> hemel; <strong>en</strong> dat het aannem<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> het<br />
aardse heiligdom <strong>de</strong> erk<strong>en</strong>t<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van Gods wet <strong>en</strong> <strong>de</strong> verplichting van <strong>de</strong> Sabbat<br />
van het vier<strong>de</strong> gebod insloot. Hierin lag het geheim van het bittere <strong>en</strong> vastberad<strong>en</strong> verzet<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> harmoniese verklaring van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van Christus in het<br />
hemelse heiligdom op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong>. De m<strong>en</strong>s trachtte <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur te sluit<strong>en</strong>, die God geop<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>ur te op<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hij geslot<strong>en</strong> had. Maar “Hij, die op<strong>en</strong>t, <strong>en</strong> niemand sluit, <strong>en</strong> Hij sluit, <strong>en</strong><br />
niemand op<strong>en</strong>t,” had gezegd: “Zie, Ik heb e<strong>en</strong> geop<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>ur voor u gegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niemand<br />
kan die sluit<strong>en</strong>.” Christus had <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur, of <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong>ing van het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong>, geop<strong>en</strong>d;<br />
er sche<strong>en</strong> licht door die geop<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van het heiligdom in <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> het vier<strong>de</strong> gebod<br />
werd aangetoond als tot <strong>de</strong> wet behor<strong>en</strong><strong>de</strong>, die daar bewaard werd; hetge<strong>en</strong> God vastgesteld<br />
had, kon ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s te niet do<strong>en</strong>.<br />
Zij, die het licht aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> tuss<strong>en</strong>komst van Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> onveran<strong>de</strong>rlikheid van<br />
Gods wet hadd<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, zag<strong>en</strong>, dat dit waarhed<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, die in Op<strong>en</strong>baring 14 aan<br />
het licht werd<strong>en</strong> gebracht. De boodschapp<strong>en</strong> van dit hoofd- stuk bevatt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> drie- voudige<br />
waarschuwing, welke <strong>de</strong> inwoners van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> moet voorbereid<strong>en</strong> op <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van<br />
<strong>de</strong> Heer. De bek<strong>en</strong>dmaking, “De ure van Zijn oor<strong>de</strong>el is gekom<strong>en</strong>,” wijst op het<br />
sluitingswerk van Christus’ bedi<strong>en</strong>ing tot redding van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Het kondigt e<strong>en</strong> waarheid<br />
aan, die gepredikt moet word<strong>en</strong>, totdat <strong>de</strong> bemid<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> Heiland ophoudt, <strong>en</strong> Hij naar<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> terug- ker<strong>en</strong> zal om Zijn volk tot Zich te nem<strong>en</strong>. Het werk van het oor<strong>de</strong>el, dat in<br />
1844 begonn<strong>en</strong> is, moet voortgezet word<strong>en</strong>, totdat het lot van all<strong>en</strong>, lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zowel als<br />
dod<strong>en</strong>, beslist is; vandaar dat het zich zal uitstrekk<strong>en</strong> tot het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd voor <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>sheid. Opdat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gereed mog<strong>en</strong> zijn om te staan in het oor<strong>de</strong>el, gelast <strong>de</strong><br />
boodschap hun om “God te vrez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hem heerlikheid te gev<strong>en</strong>,” “<strong>en</strong> Hem te aanbidd<strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zee, <strong>en</strong> <strong>de</strong> fontein<strong>en</strong> <strong>de</strong>r water<strong>en</strong> gemaakt heeft.” Het<br />
gevolg van het aan<strong>en</strong>em<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze boodschapp<strong>en</strong> wordt uitgedrukt in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: “Hier<br />
306
zijn ze, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods bewar<strong>en</strong> <strong>en</strong> het geloof van Jezus.” Om gereed te zijn voor het<br />
oor<strong>de</strong>el, is het noodzakelik, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> Gods wet on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>. Die wet zal <strong>de</strong> standaard<br />
van het karakter zijn in het oor-<strong>de</strong>el. De apostel Paulus zegt: “Zo vel<strong>en</strong>, als er on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> wet<br />
gezondigd hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> door <strong>de</strong> wet geoor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong>; ... in <strong>de</strong> dag, wanneer God <strong>de</strong><br />
verborg<strong>en</strong> ding<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zal oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> door Jezus Christus.” En hij zegt, dat “<strong>de</strong><br />
da<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> wet zull<strong>en</strong> gerechtvaardigd word<strong>en</strong>.” Geloof is noodzakelik om <strong>de</strong> wet Gods<br />
te on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>; want “zon<strong>de</strong>r geloof is het onmogelik Go<strong>de</strong> te behag<strong>en</strong>.” En “al wat uit het<br />
geloof niet is, dat is zon<strong>de</strong>.”<br />
De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel opgeroep<strong>en</strong> om “God te vrez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hem<br />
heerlikheid te gev<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> Hem te aanbidd<strong>en</strong> als <strong>de</strong> Schepper van hemel <strong>en</strong> aar<strong>de</strong>. Om dit te<br />
kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> ze Zijn wet gehoorzaam zijn. De Prediker zegt: “Vreest God, <strong>en</strong> houdt<br />
Zijn gebod<strong>en</strong>, want dit betaamt alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.” Ge<strong>en</strong> aanbidding kan Go<strong>de</strong> behag<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r<br />
gehoorzaamheid aan Zijn gebod<strong>en</strong>. “Dit is <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> Gods, dat we Zijn gebod<strong>en</strong> bewar<strong>en</strong>.”<br />
“Die zijn oor afw<strong>en</strong>dt van <strong>de</strong> wet te hor<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>s gebed zelfs zal e<strong>en</strong> gruwel zijn.” De plicht<br />
van God te aanbidd<strong>en</strong> staat op het feit gegrond, dat Hij <strong>de</strong> Schepper is, <strong>en</strong> dat al het<br />
geschap<strong>en</strong>e aan Hem zijn bestaan dankt. En waar er ook in <strong>de</strong> Bijbel sprake is van Zijn eis<br />
om geëerd <strong>en</strong> aangebed<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>en</strong> van <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong>, daar wordt het bewijs<br />
van Zijn schepp<strong>en</strong><strong>de</strong> macht aangehaald. “Al <strong>de</strong> god<strong>en</strong> van <strong>de</strong> volk<strong>en</strong> zijn afgod<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong><br />
Heer heeft <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> gemaakt.”<br />
“Bij wie dan zult gijlied<strong>en</strong> Mij vergelijk<strong>en</strong>, die Ik gelijk zij ? zegt <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e. Heft uw<br />
og<strong>en</strong> omhoog, <strong>en</strong> ziet, wie <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> geschap<strong>en</strong> heeft.” “Alzo zegt <strong>de</strong> Heer, Die <strong>de</strong><br />
hemel<strong>en</strong> geschap<strong>en</strong> heeft, Die <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> geformeerd, <strong>en</strong> Die ze geschap<strong>en</strong> heeft; ... Ik b<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Heer, <strong>en</strong> niemand meer.” De psalmist zegt: “Weet, dat <strong>de</strong> Heer is God; Hij heeft ons<br />
gemaakt (<strong>en</strong> niet wij).” “Komt, laat ons aanbidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rbukk<strong>en</strong>, laat ons kniel<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
Heer, Die ons gemaakt heeft.” En <strong>de</strong> heilige wez<strong>en</strong>s, die God in <strong>de</strong> hemel aanbidd<strong>en</strong>, gev<strong>en</strong><br />
als <strong>de</strong> red<strong>en</strong> op, waarom hun eerbetoon Hem toekomt: “Gij, Heer! zijt waardig te ontvang<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> heerlikheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> eer <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht; want Gij hebt alle ding<strong>en</strong> geschap<strong>en</strong>.”<br />
In Op<strong>en</strong>baring 14 word<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Schepper te aanbidd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
godspraak br<strong>en</strong>gt e<strong>en</strong> klasse aan het licht, die t<strong>en</strong> gevolge van <strong>de</strong> drievoudige boodschap <strong>de</strong><br />
gebod<strong>en</strong> Gods bewaart. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze gebod<strong>en</strong> wijst on- mid<strong>de</strong>llik op God als <strong>de</strong> Schepper.<br />
Het vier<strong>de</strong> gebod zegt: “De zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag is <strong>de</strong> Sabbat van <strong>de</strong> Heer, uw God. . . . Want in zes<br />
dag<strong>en</strong> schiep <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>de</strong> zee <strong>en</strong> al wat daarin is, <strong>en</strong> Hij rustte t<strong>en</strong><br />
zev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> dage; daarom zeg<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong> Sabbatdag, <strong>en</strong> heilig<strong>de</strong> <strong>de</strong>zelve.” Betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
Sabbat zegt <strong>de</strong> Heer ver<strong>de</strong>r, dat hij “e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> is . . . opdat gij weet, dat Ik, <strong>de</strong> Pleer, uw God<br />
b<strong>en</strong>.” En <strong>de</strong> red<strong>en</strong>, die gegev<strong>en</strong> wordt, is, “<strong>de</strong>wijl <strong>de</strong> Heer in zes dag<strong>en</strong> <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> gemaakt, <strong>en</strong> op <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag gerust <strong>en</strong> zich verkwikt heeft.”<br />
“De belangrijkheid van <strong>de</strong> Sabbat, als ged<strong>en</strong>ktek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schepping, is, dat hij immer<br />
<strong>de</strong> ware red<strong>en</strong> voor og<strong>en</strong> stelt, waarom onze aanbidding Go<strong>de</strong> toekomt:” wijl Hij <strong>de</strong><br />
307
Schepper is, <strong>en</strong> wij Zijn schepsel<strong>en</strong> zijn. “De Sabbat is daarom het fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong><br />
Godsverering; want hij leert <strong>de</strong>ze grote waarheid op <strong>de</strong> meest uitdrukkelike wijze, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>re instelling doet dat. De ware grond voor eredi<strong>en</strong>st, niet van die op <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag<br />
alle<strong>en</strong>, maar van alle godsdi<strong>en</strong>st, wordt in het verschil gevond<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schepper <strong>en</strong> Zijn<br />
schepsel<strong>en</strong>. Dit grote feit kan nooit verou<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> moet nimmer verget<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.” Het<br />
was om <strong>de</strong>ze waarheid altijd aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voor og<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>, dat God <strong>de</strong> Sabbat in het<br />
paradijs instel<strong>de</strong>; <strong>en</strong> zo lang het feit, dat Hij <strong>de</strong> Schepper is, e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> blijft, waarom we<br />
Hem behor<strong>en</strong> te aanbidd<strong>en</strong>, zolang zal <strong>de</strong> Sabbat er het tek<strong>en</strong> <strong>en</strong> ged<strong>en</strong>kstuk van blijv<strong>en</strong>.<br />
Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> Sabbat algeme<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> was geword<strong>en</strong>, zo zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s geleid zijn tot <strong>de</strong> Schepper als het voorwerp van eerbetoon <strong>en</strong><br />
aanbidding, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> afgo<strong>de</strong>die- naar, godlooch<strong>en</strong>aar, of ongelovige zou er ooit geweest zijn.<br />
Het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Sabbat is e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van trouw aan <strong>de</strong> ware God, “Hem, die <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zee, <strong>en</strong> <strong>de</strong> fontein<strong>en</strong> van <strong>de</strong> water<strong>en</strong> gemaakt heeft.” Hieruit volgt, dat <strong>de</strong><br />
boodschap, welke <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> beveelt, God te aanbidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zijn gebod<strong>en</strong> te bewar<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> in<br />
het biezon<strong>de</strong>r oproept tot on<strong>de</strong>rhouding van het vier<strong>de</strong> gebod.<br />
In teg<strong>en</strong>stelling van h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> van God bewar<strong>en</strong> <strong>en</strong> het geloof van Jezus<br />
hebb<strong>en</strong>, wijst <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel op e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re klasse, teg<strong>en</strong> wier dwaling<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ernstige <strong>en</strong><br />
vreselike waarschuwing wordt geuit: “Indi<strong>en</strong> iemand het beest aanbidt <strong>en</strong> zijn beeld, <strong>en</strong><br />
ontvangt het merktek<strong>en</strong> aan zijn voorhoofd, of aan zijn hand, die zal ook drink<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> wijn<br />
van <strong>de</strong> toorn Gods.” E<strong>en</strong> juiste verklaring van <strong>de</strong> beeldspraak, die hier gebruikt wordt, is<br />
nodig om <strong>de</strong>ze boodschap te verstaan. Wat wordt voorgesteld door het boost, door het beeld,<br />
door het merktek<strong>en</strong>?<br />
De reeks van voorzegging<strong>en</strong>, waarin <strong>de</strong>ze symbol<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, begint bij<br />
Op<strong>en</strong>baring 12, met <strong>de</strong> draak, die Christus bij Zijn geboorte trachtte om te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De<br />
draak wordt gezegd, Satan te zijn; hij was het, die er Hero<strong>de</strong>s toe beweg<strong>en</strong> wil<strong>de</strong> om <strong>de</strong><br />
Heiland ter dood te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Maar het voornaamste werktuig van Satan in <strong>de</strong> krijg teg<strong>en</strong><br />
Christus <strong>en</strong> Zijn volk tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> eerste e<strong>en</strong>w<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christelike jaartelling, was het<br />
Romeinse Rijk, waarin het heid<strong>en</strong>dom <strong>de</strong> voornaamste godsdi<strong>en</strong>st was. Terwijl dus <strong>de</strong> draak<br />
oorspronkelik Satan voorstelt, is hij, in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is, e<strong>en</strong> beeld van het heid<strong>en</strong>se<br />
Rome.<br />
In hoofdstuk 132 wordt e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r beest beschrev<strong>en</strong>, “e<strong>en</strong> par<strong>de</strong>l gelijk,” aan hetwelk <strong>de</strong><br />
draak “zijn kracht, <strong>en</strong> zijn troon <strong>en</strong> grote macht” gaf. Gelijk <strong>de</strong> meeste Prostestant<strong>en</strong> geloofd<br />
hebb<strong>en</strong>, stelt dit symbool het pausdom voor, dat <strong>de</strong> macht, <strong>de</strong> troon <strong>en</strong> het gezag van het<br />
Ou<strong>de</strong> Romeinse Rijk heeft overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Van het op e<strong>en</strong> par<strong>de</strong>l gelijk<strong>en</strong>d beest wordt er<br />
gezegd: “En het werd e<strong>en</strong> mond gegev<strong>en</strong> om grote ding<strong>en</strong> <strong>en</strong> godslastering<strong>en</strong> te sprek<strong>en</strong>. . . .<br />
En het op<strong>en</strong><strong>de</strong> zijn mond tot lastering teg<strong>en</strong> God, om Zijn naam te laster<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn<br />
tabernakel, <strong>en</strong> die in <strong>de</strong> hemel won<strong>en</strong>. En het werd macht gegev<strong>en</strong> om aan <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> krijg<br />
aan te do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om die te overwinn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het werd macht gegev<strong>en</strong> over alle geslacht, <strong>en</strong> taal<br />
308
<strong>en</strong> volk.” Deze profetie, die bijna gelijkluid<strong>en</strong>d is met <strong>de</strong> beschrijving van <strong>de</strong> kleine hoorn<br />
van Daniël 7, wijst ongetwijfeld op het pausdom.<br />
“En het werd macht gegev<strong>en</strong> om zulks te do<strong>en</strong>, twee <strong>en</strong> veertig maand<strong>en</strong>.” En <strong>de</strong> profeet<br />
zegt: “Ik zag e<strong>en</strong> van zijn hoofd<strong>en</strong> als tot <strong>de</strong> dood geveld.” En we<strong>de</strong>rom: “Indi<strong>en</strong> iemand in<br />
<strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is leidt, die gaat zelf in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is : indi<strong>en</strong> iemand met het zwaard zal dod<strong>en</strong>,<br />
die moet zelf met het zwaard gedood word<strong>en</strong>!” De twee <strong>en</strong> veertig maand<strong>en</strong> zijn hetzelf<strong>de</strong><br />
als “e<strong>en</strong> tijd, <strong>en</strong> tijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ge<strong>de</strong>elte van e<strong>en</strong> tijd,” drie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> half jaar, of 1260 dag<strong>en</strong>,<br />
van Daniël 7 — <strong>de</strong> tijd gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> welke <strong>de</strong> pauselike macht Gods volk zou on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>.<br />
Dit tijdperk begon, zoals in <strong>de</strong> voorafgaan<strong>de</strong> hoofdstukk<strong>en</strong> gezegd is, met <strong>de</strong> vestiging van<br />
<strong>de</strong> pauselike oppermacht in 538 n. C., <strong>en</strong> eindig<strong>de</strong> in 1798. In dat jaar, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> paus door het<br />
Franse leger ge-vang<strong>en</strong> werd g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, ontving <strong>de</strong> pauselike macht zijn do<strong>de</strong>like wond, <strong>en</strong><br />
werd <strong>de</strong> voorspelling vervuld: “Indi<strong>en</strong> iemand in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is leidt, die gaat zelf in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is.”<br />
Hier wordt e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r symbool ingeleid. De profeet zegt: “Ik zag e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r beest uit <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> opkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het had twee hoorn<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> hoorn<strong>en</strong> van het lam gelijk.” Zowel <strong>de</strong><br />
verschijning van dit beest als <strong>de</strong> wijze, waarop het opkomt, duid<strong>en</strong> aan, dat het volk, dat er<br />
door verteg<strong>en</strong>woordigd wordt, ongelijk is aan die, welke door <strong>de</strong> voorafgaan<strong>de</strong> symbol<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> voorgesteld. De grote koninkrijk<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> wereld geregeerd hebb<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> door<br />
<strong>de</strong> profeet Daniël voorgesteld als roofdier<strong>en</strong>, die opklomm<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> “<strong>de</strong> vier wind<strong>en</strong> <strong>de</strong>s<br />
hemels voortbrak<strong>en</strong> op <strong>de</strong> grote zee.” In Op<strong>en</strong>baring 17 verklaar<strong>de</strong> e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel, dat water<strong>en</strong><br />
“volk<strong>en</strong> <strong>en</strong> schar<strong>en</strong> <strong>en</strong> natieën <strong>en</strong> tong<strong>en</strong>” voorstell<strong>en</strong>. Wind<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> symbool van strijd.<br />
De vier wind<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, die voortbrak<strong>en</strong> op <strong>de</strong> grote zee, stell<strong>en</strong> <strong>de</strong> vreselike tonel<strong>en</strong> van<br />
verovering <strong>en</strong> opstand voor, waardoor koninkrijk<strong>en</strong> hun kruis hebb<strong>en</strong> omhoog gehev<strong>en</strong>.<br />
Maar het beest met hoorn<strong>en</strong> gelijk e<strong>en</strong> lam werd gezi<strong>en</strong> “uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> opkom<strong>en</strong><strong>de</strong>.” In<br />
plaats van an<strong>de</strong>re macht<strong>en</strong> te overwinn<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> zichzelf te vestig<strong>en</strong>, moet het volk, dat<br />
aldus voorgesteld wordt, op e<strong>en</strong> grondgebied verrijz<strong>en</strong>, dat van tevor<strong>en</strong> niet bewoond was,<br />
<strong>en</strong> daar gelei<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> vreedzaam in getal aangroei<strong>en</strong>. Het kon daarom niet opstaan te midd<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> zich verdring<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> strijd<strong>en</strong><strong>de</strong> volker<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> Wereld,— die woelige zee<br />
van “volk<strong>en</strong> <strong>en</strong> schar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> natieën <strong>en</strong> tong<strong>en</strong>.” Het moet op het Weste- like Vasteland<br />
gezocht word<strong>en</strong>. Welk volk van <strong>de</strong> Nieuwe Wereld was in 1798 aan het to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> in macht,<br />
beloof<strong>de</strong> sterk <strong>en</strong> groot te zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> trok <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong> wereld tot zich? Er kan<br />
bij <strong>de</strong> toepassing van dit symbool ge<strong>en</strong> twijfel bestaan. Eén volk, <strong>en</strong> slechts één, voldoet aan<br />
<strong>de</strong> gegev<strong>en</strong>s van <strong>de</strong>ze profetie, welke ongetwijfeld he<strong>en</strong>wijst op <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> van<br />
<strong>Amerika</strong>. Keer op keer hebb<strong>en</strong> red<strong>en</strong>aar <strong>en</strong> geschiedschrij-ver, bij het schil<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
opkomst <strong>en</strong> <strong>de</strong> groei van <strong>de</strong>ze natie, onbewust gebruik gemaakt van <strong>de</strong> gedachte, in zo goed<br />
als <strong>de</strong> juiste woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> schrijver.<br />
Hot beest werd gezi<strong>en</strong> “uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> opkom<strong>en</strong><strong>de</strong>;” <strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> vertalers betek<strong>en</strong>t het<br />
woord, hier als “opkom<strong>en</strong><strong>de</strong>” aangegev<strong>en</strong>, letterlik “groei<strong>en</strong> of opschiet<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> plant.” En,<br />
309
gelijk we gezi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, het volk moest opkom<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> grondgebied, dat tevor<strong>en</strong> niet<br />
bewoond was. E<strong>en</strong> beroemd schrijver spreekt in zijn beschrijving van het ontstaan van <strong>de</strong><br />
Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> van “het geheim van hun voortkom<strong>en</strong> uit het niet” <strong>en</strong> zegt: “Gelijk e<strong>en</strong><br />
stille zaadkorrel zijn we tot e<strong>en</strong> rijk aangegroeid.” E<strong>en</strong> Europees tijdschrift sprak in 1850<br />
over <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> won<strong>de</strong>rlik rijk, dat “e<strong>en</strong>voudig te voorschijn kwam,” <strong>en</strong> “te<br />
midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> stilte <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> dageliks in macht <strong>en</strong> trots to<strong>en</strong>am.” Edward Everett sprak in<br />
e<strong>en</strong> re<strong>de</strong> over <strong>de</strong> Pelgrimva<strong>de</strong>rs van dit volk: “Zag<strong>en</strong> ze uit naar e<strong>en</strong> afgeleg<strong>en</strong> plekje,<br />
onscha- <strong>de</strong>lik door zijn verborg<strong>en</strong>heid, veilig door zijn afgeleg<strong>en</strong>heid, waar <strong>de</strong> kleine kerk<br />
van Leid<strong>en</strong> vrijheid van gewet<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>? Aanschouwt <strong>de</strong> machtige gewest<strong>en</strong>,<br />
over welke ze in vreedzame verovering ... <strong>de</strong> banier<strong>en</strong> van het kruis hebb<strong>en</strong> omhoog<br />
gehev<strong>en</strong>.”<br />
“En het had twee hoorn<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> hoorn<strong>en</strong> van het Lam gelijk.” De hoorn<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> lam<br />
gev<strong>en</strong> jeugd, onschuld, <strong>en</strong> zachtheid te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, waardoor het karakter van <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong><br />
Stat<strong>en</strong> op gepaste wijze wordt voorgesteld, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> profeet die aanschouw<strong>de</strong> als<br />
“opkom<strong>en</strong><strong>de</strong>” in 1798. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Christelike banneling<strong>en</strong>, die het eerst naar <strong>Amerika</strong><br />
vluchtt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> toevluchtsoord zocht<strong>en</strong> voor koninklike verdrukking <strong>en</strong> priesterlike<br />
onverdraagzaamheid, war<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> die beslot<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> staat te sticht<strong>en</strong> op het bre<strong>de</strong><br />
fondam<strong>en</strong>t van burgerlike <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige vrijheid. Hun d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> Onafhankelikheids Verklaring, welke aan <strong>de</strong> grote waarheid uitdrukking gaf, dat “alle<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gelijk zijn geschap<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> beschonk<strong>en</strong> zijn met het onvervreemdbare recht op “het<br />
lev<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vrijheid, <strong>en</strong> het najag<strong>en</strong> van geluk.” En <strong>de</strong> Grondwet waarborgt aan het volk het<br />
recht van zichzelf te reger<strong>en</strong>, erin voorzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat verteg<strong>en</strong>woordigers, door <strong>de</strong> stem van het<br />
volk gekoz<strong>en</strong>, <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> uitvaardig<strong>en</strong> <strong>en</strong> toepass<strong>en</strong>. Vrijheid van geloofsovertuiging<br />
werd ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s toegestaan, het aan ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> vrijlat<strong>en</strong><strong>de</strong> God te di<strong>en</strong><strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> inspraak<br />
van zijn gewet<strong>en</strong>. Republikanisme <strong>en</strong> Protestantisme werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van het<br />
volksbestaan. Deze beginsel<strong>en</strong> zijn het geheim van <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> <strong>de</strong> voorspoed van <strong>de</strong> natie.<br />
De verdrukt<strong>en</strong> <strong>en</strong> vertred<strong>en</strong><strong>en</strong> uit <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid hebb<strong>en</strong> zich met belangstelling <strong>en</strong><br />
hoop naar dit land gew<strong>en</strong>d. Miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> kust<strong>en</strong> ervan opgezocht, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong><br />
Stat<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> hun plaats ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in <strong>de</strong> rij van <strong>de</strong> machtigste volk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.<br />
Maar het beest met <strong>de</strong> hoorn<strong>en</strong> gelijk e<strong>en</strong> lam “sprak als e<strong>en</strong> draak. En het oef<strong>en</strong>t al <strong>de</strong><br />
macht van het eerste beest, in teg<strong>en</strong>woordigheid van hetzelve, <strong>en</strong> het maakt, dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong><br />
die daarin won<strong>en</strong>, het eerste beest aanbidd<strong>en</strong>, wi<strong>en</strong>s do<strong>de</strong>like won<strong>de</strong> g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong> was, . . .<br />
zegg<strong>en</strong><strong>de</strong> tot <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>, dat ze voor het beest, dat <strong>de</strong> wond van het<br />
zwaard had, <strong>en</strong> we<strong>de</strong>r leef<strong>de</strong>, e<strong>en</strong> beeld zoud<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>.” De hoorn<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> lam <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
stem van e<strong>en</strong> draak in het symbool wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> opvall<strong>en</strong><strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stelling tuss<strong>en</strong> hetge<strong>en</strong><br />
het aldus voorgestel<strong>de</strong> volk zou belijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hetge<strong>en</strong> het zou do<strong>en</strong>. Het “sprek<strong>en</strong>” van <strong>de</strong><br />
natie is het han<strong>de</strong>l<strong>en</strong> van zijn wetgev<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> gerechtelike overhed<strong>en</strong>. Door zijn han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong><br />
zou dit volk die vrijgevige <strong>en</strong> vre<strong>de</strong>liev<strong>en</strong><strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, welke het tot grondslag<br />
van zijn staatkun<strong>de</strong> had gelegd. De voorspelling, dat het beest zou sprek<strong>en</strong> “als e<strong>en</strong> draak,”<br />
310
<strong>en</strong> “al <strong>de</strong> macht zou oef<strong>en</strong><strong>en</strong> van het eerste beest,” voorzegt dui<strong>de</strong>lik e<strong>en</strong> ontwikkeling van<br />
<strong>de</strong> geest van onver draagzaamheid <strong>en</strong> vervolging, die zich op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong> in <strong>de</strong> volker<strong>en</strong>,<br />
voorgesteld door <strong>de</strong> draak <strong>en</strong> het beest, dat op e<strong>en</strong> par<strong>de</strong>l geleek. En <strong>de</strong> verklaring, dat het<br />
beest met twee hoorn<strong>en</strong> “maakt, dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> die daarin won<strong>en</strong>, het eerste beest<br />
aanbidd<strong>en</strong>,” geeft aan, dat het gezag van dit volk uit geoef<strong>en</strong>d zal word<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> kerkelik<br />
gebruik door te voer<strong>en</strong>, dat voor het pausdom e<strong>en</strong> daad van eerbetoon zal wez<strong>en</strong>.<br />
Zulk e<strong>en</strong> han<strong>de</strong>ling zou in direkte teg<strong>en</strong>spraak zijn met <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> van dit<br />
goevernem<strong>en</strong>t, met <strong>de</strong> geest van zijn vrije inrichting<strong>en</strong>, met hetge<strong>en</strong> bij <strong>de</strong><br />
Onafhankelikheids verklaring bepaald <strong>en</strong> plechtig verklaard was, <strong>en</strong> met <strong>de</strong> Grondwet. De<br />
stichters van <strong>de</strong> natie trachtt<strong>en</strong> wijselik te wak<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanw<strong>en</strong>ding van wereldlike macht<br />
van <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> kerk, met het onvermij<strong>de</strong>lik gevolg daarvan — onverdraagzaamheid <strong>en</strong><br />
vervolging. De Grondwet bepaalt, dat het “Kongres ge<strong>en</strong> wet zal mak<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> het<br />
vaststell<strong>en</strong> van <strong>en</strong>ige godsdi<strong>en</strong>st, of <strong>de</strong> vrije uitoef<strong>en</strong>ing ervan zal verbied<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> “dat er<br />
ge<strong>en</strong> proeve van godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging ooit vereist zal word<strong>en</strong> om bevoegd te zijn voor<br />
<strong>en</strong>ig publiek ambt in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong>.” Alle<strong>en</strong> met op<strong>en</strong>bare sch<strong>en</strong>ding van <strong>de</strong>ze<br />
waarborg van <strong>de</strong> vrijheid van <strong>de</strong> natie kan nakoming van godsdi<strong>en</strong>stige plicht<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
burgerlike overheid geëist word<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> onbestaanbaarheid van zulk e<strong>en</strong> han<strong>de</strong>ling is<br />
niet groter, dan die in het symbool wordt voorgesteld. Het is het beest met <strong>de</strong> hoorn<strong>en</strong> gelijk<br />
e<strong>en</strong> lam — voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong> rein, zacht, <strong>en</strong> onscha<strong>de</strong>lik te zijn — dat spreekt als e<strong>en</strong> draak.<br />
“Zegg<strong>en</strong><strong>de</strong> tot <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>, dat zij voor het beest e<strong>en</strong> beeld zoud<strong>en</strong><br />
mak<strong>en</strong>.” Hier wordt dui<strong>de</strong>lik e<strong>en</strong> regeringsvorm voorgesteld, welks wetgev<strong>en</strong><strong>de</strong> macht bij<br />
het volk berust; e<strong>en</strong> zeer treff<strong>en</strong>d bewijs, dat <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> <strong>de</strong> natie zijn, die in <strong>de</strong><br />
profetie bedoeld wordt. Maar wat is het “beeld van het beest”? En hoe moet het gemaakt<br />
word<strong>en</strong>? Het beeld wordt gemaakt door het beest met <strong>de</strong> twee hoorn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> is e<strong>en</strong> beeld voor<br />
het eerste beest. Ook wordt het e<strong>en</strong> beeld van het beest g<strong>en</strong>oemd. Om <strong>de</strong>rhalve te zi<strong>en</strong>,<br />
waaraan het beeld gelijk zal zijn, <strong>en</strong> hoe het gevormd zal word<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> we <strong>de</strong><br />
karaktertrekk<strong>en</strong> van het beest zelf — het pausdom — nagaan. To<strong>en</strong> het be<strong>de</strong>rf in <strong>de</strong> eerste<br />
kerk binn<strong>en</strong>sloop, door afwijking van <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudigheid van het evangelie, <strong>en</strong> heid<strong>en</strong>se<br />
gebruik<strong>en</strong> <strong>en</strong> gewoont<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, verloor <strong>de</strong> kerk <strong>de</strong> Geest <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht Gods,<br />
<strong>en</strong> riep, om macht te hebb<strong>en</strong> over <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van het volk, <strong>de</strong> hulp van het wereldlike<br />
gezag in. Het gevolg hiervan was het pausdom, e<strong>en</strong> kerk, welke <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> staat<br />
beheerste, <strong>en</strong> die ge-bruikte om zijn eig<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, voornamelik tot het<br />
bestraff<strong>en</strong> van “ketterij. ” Om <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beeld van het beest te lat<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>,<br />
moet <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige macht <strong>de</strong> burgerlike regering zozeer beheers<strong>en</strong>, dat het gezag van <strong>de</strong><br />
staat ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s door <strong>de</strong> kerk gebruikt zal word<strong>en</strong> om zijn eig<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong>.<br />
Wanneer <strong>de</strong> kerk zich ook maar wereldlike macht verworv<strong>en</strong> heeft, heeft hij die altijd<br />
gebruikt om afwijking van zijn leerstelling<strong>en</strong> te straff<strong>en</strong>. Protestantse kerk<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong><br />
voetstapp<strong>en</strong> van Rome gevolgd zijn door e<strong>en</strong> verbint<strong>en</strong>is aan te gaan met <strong>de</strong> wereldlike<br />
macht, hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gelijksoortige begeerte geop<strong>en</strong>baard om <strong>de</strong> vrijheid van het gewet<strong>en</strong> te<br />
311
eperk<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> voorbeeld hiervan vindt m<strong>en</strong> in <strong>de</strong> langdurige vervolging van <strong>de</strong><br />
afgescheid<strong>en</strong><strong>en</strong> door <strong>de</strong> Kerk van Engeland. Gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<br />
werd<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> afgescheid<strong>en</strong> predikant<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong>, hun kerk<strong>en</strong> te verlat<strong>en</strong>; <strong>en</strong> vel<strong>en</strong>,<br />
zowel predikant<strong>en</strong> als lek<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> beboet, in hecht<strong>en</strong>is g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, gefolterd, <strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rging<strong>en</strong> <strong>de</strong> marteldood.<br />
Het was afval, die er <strong>de</strong> eerste kerk toe bracht om <strong>de</strong> hulp in te roep<strong>en</strong> van <strong>de</strong> burgerlike<br />
regering, <strong>en</strong> dit bereid<strong>de</strong> <strong>de</strong> weg tot <strong>de</strong> ontwikkeling van het pausdom,— het beest. Paulus<br />
sprak: “Er zal e<strong>en</strong> afval kom<strong>en</strong>, . . . dat geop<strong>en</strong>baard zij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>.” Afval in <strong>de</strong><br />
kerk zal dus <strong>de</strong> weg bereid<strong>en</strong> voor het beeld van het beest. De Bijbel geeft aan, dat er v——<br />
r <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong> Heer e<strong>en</strong> toestand van godsdi<strong>en</strong>stige achteruitgang zal zijn, gelijk<strong>en</strong>d op<br />
die van <strong>de</strong> eerste eeuw<strong>en</strong>. “In <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zware tijd<strong>en</strong> ontstaan. Want <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> zijn liefhebbers van zichzelv<strong>en</strong>, geldgierig, laatdunk<strong>en</strong>d, hovaardig, lasteraars, aan <strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong>r<strong>en</strong> ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, zon<strong>de</strong>r natuurlike lief<strong>de</strong>, onverzo<strong>en</strong>lik,<br />
achterklappers, onmatig, wreed, zon<strong>de</strong>r lief<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> goed<strong>en</strong>, verra<strong>de</strong>rs, roekeloos,<br />
opgeblaz<strong>en</strong>, meer liefhebbers <strong>de</strong>r wellust<strong>en</strong> dan liefhebbers Gods; hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> e<strong>en</strong> gedaante<br />
van godzaligheid, maar die <strong>de</strong> kracht ervan verlooch<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong>.” “Doch <strong>de</strong> Geest zegt<br />
dui<strong>de</strong>lik, 2 Thes. 2:3. 2 Tim. 3:1-5. dat in <strong>de</strong> laatste tijd<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> afvall<strong>en</strong> van het<br />
geloof, zich begev<strong>en</strong><strong>de</strong> tot verleid<strong>en</strong><strong>de</strong> geest<strong>en</strong> <strong>en</strong> lering<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong>.” Satan zal werk<strong>en</strong><br />
“in alle kracht, <strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r leug<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in alle verleiding <strong>de</strong>r<br />
onrechtvaardigheid.” En al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die “<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> waarheid niet aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong>, om zalig te word<strong>en</strong>,” zull<strong>en</strong> overgelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om aan te nem<strong>en</strong> “e<strong>en</strong> kracht <strong>de</strong>r<br />
dwaling, dat ze <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>.” Wanneer <strong>de</strong>ze toestand van god<strong>de</strong>loosheid zal<br />
bereikt zijn, dan zal m<strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> als in <strong>de</strong> eerste eeuw<strong>en</strong>.<br />
Het grote verschil van geloof in <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong> wordt door vel<strong>en</strong> beschouwd als<br />
e<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong>d bewijs, dat er nimmer poging<strong>en</strong> gedaan kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong>vormigheid te verzeker<strong>en</strong>. Doch se<strong>de</strong>rt jar<strong>en</strong> reeds bestaat er in zekere kerk<strong>en</strong> van het<br />
Protestantse geloof e<strong>en</strong> sterk <strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d gevoel t<strong>en</strong> gunste van e<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>iging, op<br />
geloofspunt<strong>en</strong> gegrond, die aan alle geme<strong>en</strong> zijn. Om zulk e<strong>en</strong> unie te verkrijg<strong>en</strong>, moet m<strong>en</strong><br />
natuurlik afzi<strong>en</strong> van het besprek<strong>en</strong> van alle on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, waarover m<strong>en</strong> niet<br />
overe<strong>en</strong>stemt— hoe belangrijk die ook mog<strong>en</strong> zijn van e<strong>en</strong> bijbels standpunt beschouwd.<br />
Charles Beecher zei in e<strong>en</strong> preek, in het jaar 1846 gehoud<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> geestelikheid van<br />
“<strong>de</strong> evangeliese Protestantse kerkg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> van begin tot eind gevormd is<br />
on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> vreselike druk van louter m<strong>en</strong>sevrees, maar dat hun predikant<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>, zich<br />
beweg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> a<strong>de</strong>m<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> toestand van zak<strong>en</strong>, die geheel <strong>en</strong> al bedorv<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> dat ze ie<strong>de</strong>r<br />
uur <strong>de</strong> toevlucht nem<strong>en</strong> tot ie<strong>de</strong>re one<strong>de</strong>le karaktertrek in hun wez<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarheid het<br />
zwijg<strong>en</strong> op te legg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> knie te buig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> afval. Is dat niet <strong>de</strong> manier<br />
geweest, waarop het met Rome is gegaan ? Belev<strong>en</strong> we het ontstaan ervan niet opnieuw? En<br />
wat zi<strong>en</strong> we onmid<strong>de</strong>llik v——r ons? Weer e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e verga<strong>de</strong>ring! E<strong>en</strong> wereldkonv<strong>en</strong>tie!<br />
E<strong>en</strong> evangeliese alliantie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e geloofsbelijd<strong>en</strong>is!”1 Wanneer het<br />
312
zover zal gekom<strong>en</strong> zijn, zal er voor <strong>de</strong> poging tot het bereik van volkom<strong>en</strong> e<strong>en</strong>vormigheid<br />
nog maar één <strong>en</strong>kele stap overblijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> neemt <strong>de</strong> toevlucht tot geweld. 1 Tim. 4:1. 2<br />
Thess. 2:9-11. 1Preek over “The Bible a Suffici<strong>en</strong>t Creed,” geleverd te Fort Wayne, Ind., 22<br />
Febr., 1846.<br />
Wanneer <strong>de</strong> voornaamste kerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong>, zich ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong><strong>de</strong> op zulke<br />
geloofspunt<strong>en</strong> als ze met elkan<strong>de</strong>r geme<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Staat zull<strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> om hun<br />
bepaling<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> doorvoer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun instelling<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong>, dan zal het Protestantse<br />
<strong>Amerika</strong> e<strong>en</strong> beeld gemaakt hebb<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse priesterheerschappij, <strong>en</strong> zal het<br />
oplegg<strong>en</strong> van burgerlike straff<strong>en</strong> op m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van ver-schill<strong>en</strong><strong>de</strong> d<strong>en</strong>kwijze er het<br />
onvermij<strong>de</strong>like gevolg van zijn.<br />
Het beest met twee hoorn<strong>en</strong> “maakt (beveelt), dat het aan all<strong>en</strong>, klein<strong>en</strong> <strong>en</strong> grot<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
rijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrij<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> merktek<strong>en</strong> zal gev<strong>en</strong> aan hun rechterhand<br />
of aan hun voorhoofd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dat niemand mag kop<strong>en</strong> of verkop<strong>en</strong>, dan die dat merktek<strong>en</strong><br />
heeft, of <strong>de</strong> naam van het beest, of het getal van zijn naam.” De waarschuwing van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
<strong>en</strong>gel is: “Indi<strong>en</strong> iemand het beest aanbidt <strong>en</strong> zijn beeld, <strong>en</strong> ontvangt het merktek<strong>en</strong> aan zijn<br />
voorhoofd, of aan zijn hand, die zal ook drink<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> wijn van <strong>de</strong> toorn Gods.” “Het beest,”<br />
dat in <strong>de</strong>ze boodschap g<strong>en</strong>oemd wordt, <strong>de</strong> aanbidding waarvan verplicht<strong>en</strong>d wordt gemaakt<br />
door het beest met <strong>de</strong> twee hoorn<strong>en</strong>, is het eerste, of het op e<strong>en</strong> par<strong>de</strong>l gelijk<strong>en</strong>d beest van<br />
Op<strong>en</strong>baring 13,— het pausdom. Het “beeld van het beest” stelt die vorm van het afvallige<br />
Protestantisme voor, welke ontstaan zal, wanneer <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong> <strong>de</strong> hulp van <strong>de</strong><br />
burgerlike macht zull<strong>en</strong> inroep<strong>en</strong> om hun leerstelling<strong>en</strong> door te voer<strong>en</strong>. Voor het “merk van<br />
het beest” moet nog e<strong>en</strong> omschrijving gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Na <strong>de</strong> waarschuwing teg<strong>en</strong> het aanbidd<strong>en</strong> van het beest <strong>en</strong> zijn beeld zegt <strong>de</strong> profetie:<br />
“Hier zijn zij, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods bewar<strong>en</strong> <strong>en</strong> het geloof van Jezus.” Daar <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
gebod<strong>en</strong> Gods bewar<strong>en</strong>, aldus g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>stelling van h<strong>en</strong>, die het beest <strong>en</strong><br />
zijn beeld aanbidd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn merktek<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, volgt daaruit, dat het houd<strong>en</strong> van Gods<br />
wet aan <strong>de</strong> <strong>en</strong>e kant, <strong>en</strong> het overtred<strong>en</strong> ervan aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant, het on<strong>de</strong>rscheid zal<br />
uitmak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanbid<strong>de</strong>rs van God <strong>en</strong> aanbid<strong>de</strong>rs van het beest.<br />
De biezon<strong>de</strong>re karaktertrek van het beest, <strong>en</strong> <strong>de</strong>rhalve ook van zijn beeld, is het brek<strong>en</strong><br />
van Gods gebod<strong>en</strong>. Daniël zegt van <strong>de</strong> kleine hoorn, het pausdom, dat “het zal m<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
tijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> wet te veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.” En Paulus noemt <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> macht <strong>de</strong> “m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>,” die<br />
zich bov<strong>en</strong> God zou verheff<strong>en</strong>. De <strong>en</strong>e profetie vult <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re aan. Alle<strong>en</strong> door het<br />
veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van Gods wet kon het pausdom zich bov<strong>en</strong> God verheff<strong>en</strong>; wie <strong>de</strong> aldus<br />
veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> wet, met bewustzijn van <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring, zou houd<strong>en</strong>, zou <strong>de</strong> hoogste eer<br />
bewijz<strong>en</strong> aan die macht, door welke <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring gemaakt was. Zulk e<strong>en</strong> bewijs van<br />
gehoorzaamheid aan pause- like wett<strong>en</strong> zou e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van getrouwheid aan <strong>de</strong> paus in plaats<br />
van aan God zijn.<br />
313
Het pausdom heeft getracht, Gods wet te veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Het twee<strong>de</strong> gebod, waarin het<br />
aanbidd<strong>en</strong> van beeld<strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> wordt, is uit <strong>de</strong> wet weggelat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het vier<strong>de</strong> gebod is z—<br />
veran<strong>de</strong>rd, dat het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eerste in plaats van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag als Sabbat gewettigd<br />
wordt. Maar <strong>de</strong> pause- lik<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong>, als red<strong>en</strong> voor het weglat<strong>en</strong> van het twee<strong>de</strong> gebod, dat<br />
het onnodig is, daar het in het eerste opgeslot<strong>en</strong> ligt, <strong>en</strong> dat ze <strong>de</strong> wet nauwkeurig z—<br />
we<strong>de</strong>rgev<strong>en</strong>, als Gods bedoeling was, dat die verstaan zou word<strong>en</strong>. Dit kan <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring<br />
niet zijn, die door <strong>de</strong> profeet is voorspeld. E<strong>en</strong> opzettelike, voorbedachte veran<strong>de</strong>ring wordt<br />
aangegev<strong>en</strong>: “Het zal m<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> wet te veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.” De veran<strong>de</strong>ring in het<br />
vier<strong>de</strong> gebod vervult nauwkeurig <strong>de</strong> voorzegging. De <strong>en</strong>ige macht, die ze bewer<strong>en</strong> hiervoor<br />
te hebb<strong>en</strong>, is het gezag van <strong>de</strong> kerk. Hier stelt <strong>de</strong> pauselike macht zich op<strong>en</strong>lik bov<strong>en</strong> God.<br />
Terwijl <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die God aanbidd<strong>en</strong>, zich in het biezon<strong>de</strong>r zull<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> doordat<br />
ze het vier<strong>de</strong> gebod in ere houd<strong>en</strong>,— daar dit het tek<strong>en</strong> van Zijn schepp<strong>en</strong><strong>de</strong> macht is, <strong>en</strong> het<br />
bewijs van Zijn aanspraak op <strong>de</strong> eerbied <strong>en</strong> hul<strong>de</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s — zull<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het<br />
beest aanbidd<strong>en</strong>, zich on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> door hun poging<strong>en</strong> om het ged<strong>en</strong>ktek<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Schepper te niet te do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> instelling van Rome eer te bewijz<strong>en</strong>. Het was t<strong>en</strong> behoeve<br />
van <strong>de</strong> Zondag, dat het pausdom voor <strong>de</strong> eerste maal zijn aanmatig<strong>en</strong><strong>de</strong> eis <strong>de</strong>ed geld<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
zijn eerste toevlucht tot <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> Staat was om het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag als “Dag<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>” verplicht<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> Bijbel wijst op <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag, <strong>en</strong> niet op <strong>de</strong><br />
eerste, als <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. Christus zei: “Zo is dan <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> Heer ook van<br />
<strong>de</strong> Sabbat.” Het vier<strong>de</strong> gebod zegt: “De zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag is <strong>de</strong> Sabbat <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>.” En door <strong>de</strong><br />
profeet Jesaja beschrijft <strong>de</strong> Heer hem als “Mijn heilige dag.”<br />
De bewering, die zo m<strong>en</strong>igmaal aangevoerd wordt, dat Christus <strong>de</strong> Sabbat veran<strong>de</strong>rd<br />
heeft, wordt door Zijn eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong>, onwaar te zijn. In Zijn bergre<strong>de</strong> sprak Hij:<br />
“Me<strong>en</strong>t niet, dat Ik gekom<strong>en</strong> b<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> wet of <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> te ontbind<strong>en</strong>; Ik b<strong>en</strong> niet<br />
gekom<strong>en</strong> om die te ontbind<strong>en</strong>, maar te vervull<strong>en</strong>; want voorwaar zeg Ik u: totdat <strong>de</strong> hemel<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> voorbijgaan, zal er niet één jota, noch één tittel van <strong>de</strong> wet voorbijgaan, totdat<br />
het alles zal zijn geschied. Zo wie dan één van <strong>de</strong>ze minste gebod<strong>en</strong> zal ontbond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> alzo zal geleerd hebb<strong>en</strong>, die zal <strong>de</strong> minste g<strong>en</strong>aamd word<strong>en</strong> in het koninkrijk <strong>de</strong>r<br />
hemel<strong>en</strong>; maar zo wie ze zal gedaan <strong>en</strong> geleerd hebb<strong>en</strong>, die zai groot g<strong>en</strong>aamd word<strong>en</strong> in<br />
het koninkrijk <strong>de</strong>r hemel<strong>en</strong>.” Het is e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d feit, dat over het algeme<strong>en</strong> door<br />
Protestant<strong>en</strong> toegegev<strong>en</strong> wordt, dat <strong>de</strong> Schrift ge<strong>en</strong> gezag aangeeft voor het veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> Sabbat. Dit wordt dui<strong>de</strong>lik aangetoond in boek<strong>en</strong> <strong>en</strong> geschrift<strong>en</strong>, die door het<br />
<strong>Amerika</strong>anse Traktaatg<strong>en</strong>ootschap <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>Amerika</strong>anse Zon- dagschool-Unie uitgegev<strong>en</strong> zijn.<br />
E<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze werk<strong>en</strong> stemt toe “het volslag<strong>en</strong> zwijg<strong>en</strong> van het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t, wat e<strong>en</strong><br />
bepaald gebod voor <strong>de</strong> Sabbat (Zondag, <strong>de</strong> eerste dag van <strong>de</strong> week), of bepaal<strong>de</strong> regels voor<br />
het houd<strong>en</strong> ervan, betreft.”<br />
E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r zegt: “Tot op <strong>de</strong> tijd van Christus’ dood was er ge<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>ring in <strong>de</strong> dag<br />
gemaakt;” <strong>en</strong>, “voor zover opgetek<strong>en</strong>d staat, hebb<strong>en</strong> zij (<strong>de</strong> apostel<strong>en</strong>) . . . ge<strong>en</strong> bepaald<br />
gebod gegev<strong>en</strong>, waarin het opgev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Sabbat op <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag, <strong>en</strong> het houd<strong>en</strong> ervan<br />
314
op <strong>de</strong> eerste dag van <strong>de</strong> week, voorgeschrev<strong>en</strong> werd.” Rooms Katholiek<strong>en</strong> stemm<strong>en</strong> toe, dat<br />
<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> Sabbat door hun kerk gemaakt is, <strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>, dat Protestant<strong>en</strong> door<br />
het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag <strong>de</strong> macht ervan erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> “Katholieke Katechismus van <strong>de</strong><br />
Christelike Godsdi<strong>en</strong>st” wordt als antwoord op e<strong>en</strong> vraag, welke dag uit gehoorzaamheid<br />
aan het vier<strong>de</strong> gebod gehoud<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>, <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> verklaring gegev<strong>en</strong>: “On<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong> wet was <strong>de</strong> Zaterdag <strong>de</strong> heilige dag; doch <strong>de</strong> Kerk heeft op aanwijzing van Christus, <strong>en</strong><br />
door Gods Geest geleid, <strong>de</strong> Zondag in plaats van Zaterdag gesteld; daarom heilig<strong>en</strong> we nu<br />
<strong>de</strong> eerste, niet <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag. Zondag betek<strong>en</strong>t, <strong>en</strong> is nu, <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>.” Als bewijs van<br />
het gezag van <strong>de</strong> Katholieke Kerk gev<strong>en</strong> <strong>de</strong> pauselik<strong>en</strong> aan “het feit zelf van het veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Sabbat in Zondag, hetwelk <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> toegev<strong>en</strong>; . . . want door het vier<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Zondag erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> Kerk om feest<strong>en</strong> in te stell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op straffe verplicht<strong>en</strong>d<br />
te mak<strong>en</strong>.” Wat is <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> Sabbat dan an<strong>de</strong>rs dan het tek<strong>en</strong> of<br />
merktek<strong>en</strong> van het gezag van <strong>de</strong> Roomse Kerk—“het merktek<strong>en</strong> van het beest”?<br />
De Roomse Kerk heeft zijn aanspraak op oppergezag niet lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>; <strong>en</strong> wanneer <strong>de</strong><br />
wereld <strong>en</strong> <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sabbat aannem<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>ze kerk geschap<strong>en</strong> heeft,<br />
tegelijkertijd <strong>de</strong> Sabbat van <strong>de</strong> Bijbel verwerp<strong>en</strong><strong>de</strong>, gev<strong>en</strong> ze in werkelikheid toe, dat hij dit<br />
gezag bezit. Ze mog<strong>en</strong> zich beroep<strong>en</strong> op het gezag van <strong>de</strong> overlevering <strong>en</strong> dat van <strong>de</strong><br />
kerkva<strong>de</strong>rs, om <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring te billik<strong>en</strong>; maar door dat te do<strong>en</strong>, ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ze juist het<br />
beginsel, dat h<strong>en</strong> van Rome scheidt,— dat “<strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel alle<strong>en</strong>, <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van<br />
<strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong>” uit maakt. De pausgezin<strong>de</strong> begrijpt, dat ze zichzelv<strong>en</strong> bedrieg<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
eig<strong>en</strong>willig <strong>de</strong> og<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> feit<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zaak. Naarmate <strong>de</strong> beweging voor het<br />
verplicht<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag veld wint, verheugt hij zich, er zich van overtuigd<br />
houd<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat dit t<strong>en</strong> slotte <strong>de</strong> gehele Protestantse wereld on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> banier van Rome zal<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De Rooms<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>, dat “het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag door <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
hul<strong>de</strong> is, die zij, ondanks zich-zelv<strong>en</strong>, aan het gezag van <strong>de</strong> (Katholieke) Kerk toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.”<br />
Het verplicht<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> viering van <strong>de</strong> Zondag van <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Protestantse<br />
kerk<strong>en</strong> is, dwang oplegg<strong>en</strong> tot aanbidding van het pausdom — van het beest. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong> dus<br />
die, <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van het vier<strong>de</strong> gebod verstaan<strong>de</strong>, verkiez<strong>en</strong>, <strong>de</strong> valse in plaats van <strong>de</strong> ware<br />
Sabbat te houd<strong>en</strong>, bewijz<strong>en</strong> daardoor hul<strong>de</strong> aan die macht, door welke hij alle<strong>en</strong><br />
voorgeschrev<strong>en</strong> is. Maar juist door het oplegg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige plicht door<br />
wereldlike macht, zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> zich e<strong>en</strong> beeld van het beest mak<strong>en</strong>; vandaar dat het<br />
verplicht<strong>en</strong>d stell<strong>en</strong> van Zondagsviering in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> oplegg<strong>en</strong><br />
zou zijn van <strong>de</strong> aanbidding van het beest <strong>en</strong> zijn beeld.<br />
Maar <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> in vroegere tijd<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> Zondag gevierd, m<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>, dat ze<br />
daardoor <strong>de</strong> Sabbat van <strong>de</strong> Bijbel hield<strong>en</strong>; <strong>en</strong> er zijn ook nu ware Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> in ie<strong>de</strong>re kerk,<br />
<strong>de</strong> Rooms Katholieke niet uitgeslot<strong>en</strong>, die eerlik gelov<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Zondag <strong>de</strong> Sabbat is<br />
volg<strong>en</strong>s God<strong>de</strong>like instelling. God neemt <strong>de</strong> eerlikheid van hun bedoeling, <strong>en</strong> <strong>de</strong> oprechtheid,<br />
waarme<strong>de</strong> ze v——r Hem staan, aan. Maar wanneer het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag door <strong>de</strong> wet<br />
bevol<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld ingelicht zal zijn aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> verplichting van <strong>de</strong> ware<br />
315
Sabbat, dan zal ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>, die Gods gebod overtreedt, om aan e<strong>en</strong> voorschrift te gehoorzam<strong>en</strong>,<br />
waarvoor ge<strong>en</strong> hoger gezag bestaat dan dat van Rome, het pausdom daardoor bov<strong>en</strong> God<br />
er<strong>en</strong>. Hij bewijst hul<strong>de</strong> aan Rome, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> macht, welke <strong>de</strong> instelling, door Rome<br />
voorgeschrev<strong>en</strong>, bind<strong>en</strong>d maakt. Hij aanbidt het beest <strong>en</strong> zijn beeld. Wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
alsdan <strong>de</strong> instelling verwerp<strong>en</strong>, welke God verklaard heeft het tek<strong>en</strong> van Zijn gezag te zijn,<br />
<strong>en</strong> in <strong>de</strong> plaats daarvan die er<strong>en</strong>, welke Rome gekoz<strong>en</strong> heeft tot tek<strong>en</strong> van zijn oppergezag,<br />
zull<strong>en</strong> ze daardoor het tek<strong>en</strong> van getrouwheid aan Rome—“het merktek<strong>en</strong> van het beest”—<br />
aanvaard<strong>en</strong>. En niet voordat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik van <strong>de</strong> zaak zijn on<strong>de</strong>rricht, <strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />
bepaal<strong>de</strong> keuze kom<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> bevel<strong>en</strong> Gods <strong>en</strong> <strong>de</strong> bevel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> zij, die<br />
in die overtreding voortlev<strong>en</strong>, “het merktek<strong>en</strong> van het beest ontvang<strong>en</strong>.”<br />
De vreselikste bedreiging, die ooit tot sterveling<strong>en</strong> gericht is, ligt in <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel beslot<strong>en</strong>. Het moet wel e<strong>en</strong> erge zon<strong>de</strong> zijn, die Gods toorn onverm<strong>en</strong>gd, d. i.<br />
zon<strong>de</strong>r barmhartigheid, over zich inroept. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze belangrijke<br />
zaak niet in het duister gelat<strong>en</strong>; <strong>de</strong> waarschuwing teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze zon<strong>de</strong> moet aan <strong>de</strong> wereld<br />
bek<strong>en</strong>d gemaakt word<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> uitgieting van Gods oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, opdat all<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> mog<strong>en</strong>,<br />
waarom die uitgegot<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tijd mog<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om eraan te ontkom<strong>en</strong>. De profetie<br />
verklaart, dat <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel zijn aankondiging zou do<strong>en</strong> aan “alle natie <strong>en</strong> geslacht, <strong>en</strong> taal<br />
<strong>en</strong> volk.” De waarschuwing van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, welke e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el uitmaakt van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
drievoudige boodschap, zal niet min<strong>de</strong>r ver verbreid word<strong>en</strong>. Hij wordt in <strong>de</strong> profetie<br />
voorgesteld als afgekondigd te word<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> grote stem door e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel, vlieg<strong>en</strong><strong>de</strong> in het<br />
midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> zal <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong> wereld tot zich trekk<strong>en</strong>.<br />
Aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> strijd zal <strong>de</strong> gehele Christ<strong>en</strong>heid in twee grote klass<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>eld<br />
zijn,— <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods bewar<strong>en</strong> <strong>en</strong> het geloof van Jezus hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zij, die<br />
het beest <strong>en</strong> zijn beeld aanbidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn merktek<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>. Ofschoon kerk <strong>en</strong> staat hun<br />
ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> macht zull<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> om “all<strong>en</strong>, klein<strong>en</strong> <strong>en</strong> grot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> rijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
vrij<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>,” te dwing<strong>en</strong>, “het merktek<strong>en</strong> van het beest” te ontvang<strong>en</strong>, toch zal<br />
Gods volk het niet aannem<strong>en</strong>. De Zi<strong>en</strong>er van Patmos aanschouw<strong>de</strong> h<strong>en</strong>, “die <strong>de</strong> overwinning<br />
hadd<strong>en</strong> van het beest, <strong>en</strong> van zijn beeld, <strong>en</strong> van zijn merktek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van het getal van zijn<br />
naam, welke stond<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> glaz<strong>en</strong> zee, hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> citers Gods,” <strong>en</strong> ze zong<strong>en</strong> het gezang<br />
van Mozes <strong>en</strong> het Lam.<br />
316
Hoofdstuk 26 — E<strong>en</strong> Hervormingswerk<br />
De Sabbatshervorming, welke in <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong> moet plaats vind<strong>en</strong>, is in <strong>de</strong> profetie<br />
van Jesaja voorspeld: “Alzo zegt <strong>de</strong> Heer: “Bewaart het recht, <strong>en</strong> doet gerechtigheid; want<br />
Mijn heil is nabij om te kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Mijn gerechtigheid om geop<strong>en</strong>baard te word<strong>en</strong>.<br />
Welgelukzalig is <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, die zulks doet, <strong>en</strong> het m<strong>en</strong>sekind, dat daaraan vasthoudt; die <strong>de</strong><br />
sabbat houdt, zodat hij die niet ontheiligt, <strong>en</strong> die zijn hand bewaart van <strong>en</strong>ig kwaad te do<strong>en</strong>.„<br />
“De vreemd<strong>en</strong>, die zich tot <strong>de</strong> Heer voeg<strong>en</strong>, om Hem te di<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> om <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
lief te hebb<strong>en</strong>, om Hem tot knecht<strong>en</strong> te zijn: al wie <strong>de</strong> sabbat houdt, dat hij die niet<br />
ontheilige, <strong>en</strong> die aan Mijn verbond vasthoud<strong>en</strong>: die zal Ik ook br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tot Mijn heilige berg,<br />
<strong>en</strong> Ik zal h<strong>en</strong> verheug<strong>en</strong> in Mijn be<strong>de</strong>huis; hun brand-offers <strong>en</strong> hun slachtoffers zull<strong>en</strong><br />
aang<strong>en</strong>aam wez<strong>en</strong> op Mijn altaar; want Mijn huis zal e<strong>en</strong> be<strong>de</strong>huis g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong> voor<br />
alle volk<strong>en</strong>.”<br />
Deze woord<strong>en</strong> zijn van toepassing op <strong>de</strong> Christelike be<strong>de</strong>ling, zoals uit <strong>de</strong> sam<strong>en</strong>hang<br />
van <strong>de</strong> tekst<strong>en</strong> blijkt: “De Here Here, die <strong>de</strong> verdrev<strong>en</strong><strong>en</strong> van Israël verga<strong>de</strong>rt, spreekt: Ik zal<br />
tot hem nog meer verga<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, nev<strong>en</strong>s h<strong>en</strong>, die tot hem verga<strong>de</strong>rd zijn.” Hier wordt het<br />
inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong> door het evangelie voorgesteld. En over h<strong>en</strong>, die dan <strong>de</strong> Sabbat<br />
heilig<strong>en</strong>, wordt e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> uitgesprok<strong>en</strong>. Aldus blijft <strong>de</strong> verplichting van het vier<strong>de</strong> gebod<br />
nog van kracht na <strong>de</strong> kruisiging, opstanding, <strong>en</strong> hemelvaart van Christus, tot op <strong>de</strong> tijd,<br />
wanneer Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> <strong>de</strong> blij<strong>de</strong> tij-ding aan alle natieën zull<strong>en</strong> predik<strong>en</strong>.<br />
De Heer gebiedt bij mon<strong>de</strong> van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> profeet: “Bind het getuig<strong>en</strong>is toe, verzegel <strong>de</strong><br />
wet on<strong>de</strong>r Mijn leerling<strong>en</strong>.” Het zegel van Gods wet wordt in het vier<strong>de</strong> gebod gevond<strong>en</strong>.<br />
Dit is het <strong>en</strong>ige van al <strong>de</strong> ti<strong>en</strong>, dat zowel <strong>de</strong> naam als <strong>de</strong> titel van <strong>de</strong> <strong>Wet</strong>gever aan het licht<br />
br<strong>en</strong>gt. Het verklaart, dat Hij <strong>de</strong> Schepper is van hemel 453 <strong>en</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> geeft aldus Zijn<br />
aanspraak te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> op eerbied <strong>en</strong> aanbidding bov<strong>en</strong> alle an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Behalve dit gebod is er<br />
ge<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ti<strong>en</strong>, waaruit blijkt, op wi<strong>en</strong>s gezag <strong>de</strong> wet gegev<strong>en</strong> is. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Sabbat door <strong>de</strong><br />
pauselike macht veran<strong>de</strong>rd werd, werd het zegel van <strong>de</strong> wet afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De discipel<strong>en</strong> van<br />
Jezus word<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> om het we<strong>de</strong>r te herstell<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> Sabbat van het vier<strong>de</strong> gebod<br />
opnieuw <strong>de</strong> plaats toe te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, die hem recht<strong>en</strong>s toekomt, als ged<strong>en</strong>ktek<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Schepper <strong>en</strong> bewijs van Zijn gezag.<br />
“Tot <strong>de</strong> wet <strong>en</strong> tot <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong>is.” Terwijl er teg<strong>en</strong>strijdige leerstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> theorieën in<br />
overvloed zijn, is <strong>de</strong> wet van God <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige onfeilbare maatstaf, waaraan alle m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>,<br />
leerstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> theorieën getoetst moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De profeet zegt: “Zo ze niet sprek<strong>en</strong><br />
naar dit woord, het zal zijn dat ze ge<strong>en</strong> dageraad zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> licht in h<strong>en</strong> is.”<br />
We<strong>de</strong>rom wordt het bevel gegev<strong>en</strong>: “Roep uit <strong>de</strong> keel, houd niet in; verhef uw stem als e<strong>en</strong><br />
bazuin, <strong>en</strong> verkondig Mijn volk hun overtreding, <strong>en</strong> het huis Jakobs hun zond<strong>en</strong>.” Het is niet<br />
<strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze wereld, maar het zijn <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> Heer “Mijn volk” noemt, die over<br />
hun overtreding<strong>en</strong> berispt moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hij verklaart ver<strong>de</strong>r: “Hoewel ze Mij dageliks<br />
317
zoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> lust hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van Mijn weg<strong>en</strong>, als e<strong>en</strong> volk, dat gerechtigheid<br />
doet, <strong>en</strong> het recht van zijn God niet verlaat.” Hier wordt e<strong>en</strong> klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
voorgedrag<strong>en</strong>, die zichzelv<strong>en</strong> rechtvaardig d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, <strong>en</strong> groot belang schijn<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>st van God; maar <strong>de</strong> str<strong>en</strong>ge <strong>en</strong> ernstige bestraffing van Hem, die <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> proeft, toont,<br />
dat ze <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> met voet<strong>en</strong> vertred<strong>en</strong>.<br />
Op <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> wijze spreekt <strong>de</strong> profeet over <strong>de</strong> instelling, die verlat<strong>en</strong> is geword<strong>en</strong>:<br />
“De fondam<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, van geslacht tot geslacht verwoest, zult gij opricht<strong>en</strong>; <strong>en</strong> gij zult g<strong>en</strong>aamd<br />
word<strong>en</strong>: Die <strong>de</strong> bress<strong>en</strong> toemuurt, die <strong>de</strong> pad<strong>en</strong> we<strong>de</strong>r opmaakt, om te bewon<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> gij<br />
uw voet van <strong>de</strong> sabbat afkeert, van te do<strong>en</strong> uw lust op Mijn heilige dag; <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> gij <strong>de</strong><br />
Sabbat noemt e<strong>en</strong> verlustiging, opdat <strong>de</strong> Heer geheiligd wor<strong>de</strong>, die te er<strong>en</strong> is; <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> ge<br />
die eert, dat ge uw weg<strong>en</strong> niet doet, <strong>en</strong> uw eig<strong>en</strong> lust niet vindt, noch e<strong>en</strong> woord daarvan<br />
spreekt: dan zult ge u verlustig<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Heer.” Deze profetie is ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s op onze tijd van<br />
toepassing. De bres is in Gods wet gemaakt, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Sabbat door <strong>de</strong> Roomse macht is<br />
veran<strong>de</strong>rd. Maar <strong>de</strong> tijd is gekom<strong>en</strong>, waarop die God<strong>de</strong>like instelling we<strong>de</strong>r van kracht<br />
gemaakt moet word<strong>en</strong>. De bres moet toegemuurd, <strong>en</strong> het fondam<strong>en</strong>t, van geslacht tot<br />
geslacht verwoest, moet we<strong>de</strong>r opgericht word<strong>en</strong>.<br />
Geheiligd door <strong>de</strong> rust <strong>en</strong> <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schepper, werd <strong>de</strong> Sabbat door Adam<br />
gehoud<strong>en</strong> in zijn onschuldige staat in het reine Ed<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>zo door <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong>, maar<br />
boetvaardige Adam, to<strong>en</strong> hij uit zijn gelukstaat verdrev<strong>en</strong> was. Hij werd door al <strong>de</strong><br />
patriarch<strong>en</strong>, van Abel tot op <strong>de</strong> rechtvaardige Noach, tot op Abraham, tot op Jakob,<br />
gehoud<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> het uitverkor<strong>en</strong> volk in Egypte in slavernij was, verlor<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> te midd<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> heers<strong>en</strong><strong>de</strong> afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st hun k<strong>en</strong>nis aan Gods wet; maar to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer Israël verloste,<br />
verkondig<strong>de</strong> Hij Zijn wet met ontzagwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> grootsheid aan <strong>de</strong> verzamel<strong>de</strong> schar<strong>en</strong>, opdat<br />
ze Zijn wil k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hem altijd vrez<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>.<br />
Van die dag af tot op <strong>de</strong>ze tijd is <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van Gods wet op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> bewaard geword<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> is <strong>de</strong> Sabbat van het vier<strong>de</strong> gebod gehoud<strong>en</strong>. Ofschoon het “<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>” gelukte,<br />
Gods heilige dag met voet<strong>en</strong> te tred<strong>en</strong>, toch war<strong>en</strong> er zelfs in het tijdperk van zijn<br />
opperheerschappij getrouwe ziel<strong>en</strong>, in geheime plaats<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> dag in ere hield<strong>en</strong>.<br />
Se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> Hervorming zijn er in ie<strong>de</strong>r geslacht <strong>en</strong>kel<strong>en</strong> geweest, die <strong>de</strong> viering ervan<br />
handhaafd<strong>en</strong>. Ofschoon m<strong>en</strong>igmaal te midd<strong>en</strong> van hoon <strong>en</strong> vervolging, is er e<strong>en</strong> gedurig<br />
getuig<strong>en</strong>is afgelegd van <strong>de</strong> best<strong>en</strong>digheid van Gods wet, <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige verplichting van <strong>de</strong><br />
Sabbat van <strong>de</strong> schepping.<br />
Deze waarhed<strong>en</strong>, welke in Op<strong>en</strong>baring 14 aan het licht gebracht word<strong>en</strong>, in verband met<br />
het “eeuwig evangelie,” zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk van Christus on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van Zijn<br />
verschijning. Want als gevolg van <strong>de</strong> drievoudige boodschap wordt er aangekondigd: “Hier<br />
zijn zij, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods bewar<strong>en</strong> <strong>en</strong> het geloof van Jezus.” En <strong>de</strong>ze boodschap is <strong>de</strong><br />
laatste, die gegev<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer. Onmid<strong>de</strong>llik na <strong>de</strong><br />
318
afkondiging ervan wordt <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> door <strong>de</strong> profeet gezi<strong>en</strong>, kom<strong>en</strong><strong>de</strong> in<br />
heerlikheid om <strong>de</strong> oogst van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> in te hal<strong>en</strong>.<br />
Zij, die het licht aangaan<strong>de</strong> het heiligdom <strong>en</strong> <strong>de</strong> onver- an<strong>de</strong>rlikheid van Gods wet<br />
aannam<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> vol vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong> verwon<strong>de</strong>ring, to<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> schoonheid <strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemming<br />
zag<strong>en</strong> van het stelsel <strong>de</strong>r waarheid, zoals dat zich aan hun verstand ontvouw<strong>de</strong>. Ze w<strong>en</strong>st<strong>en</strong>,<br />
dat het licht, hetwelk hun zo dierbaar toesche<strong>en</strong>, aan alle Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zou me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld<br />
word<strong>en</strong>; <strong>en</strong> kond<strong>en</strong> zich niet an<strong>de</strong>rs voorstell<strong>en</strong>, dan dat het met blijdschap zou word<strong>en</strong><br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Doch waarhed<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld zoud<strong>en</strong> do<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> aan<br />
vel<strong>en</strong>, die voorgav<strong>en</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus te zijn, niet welkom, <strong>en</strong> gehoorzaamheid aan<br />
het vier<strong>de</strong> gebod eiste e<strong>en</strong> opoffering, waarvoor <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid terugbeef<strong>de</strong>.<br />
Wanneer <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Sabbat werd<strong>en</strong> voorgelegd, red<strong>en</strong>eerd<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />
werelds standpunt. Ze zeid<strong>en</strong>: “We hebb<strong>en</strong> altijd <strong>de</strong> Zondag gehoud<strong>en</strong>; onze va<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>d<strong>en</strong><br />
hetzelf<strong>de</strong>, <strong>en</strong> veel goe<strong>de</strong> <strong>en</strong> vrome m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn gelukkig gestorv<strong>en</strong>, terwijl ze die dag<br />
hield<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> zij het rechte hadd<strong>en</strong>, dan hebb<strong>en</strong> wij het ook. Het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze nieuwe<br />
Sabbat zou ons van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> afzon<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we zoud<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> invloed meer over h<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Wat kan e<strong>en</strong> klein gezelschap, dat <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag houdt, hop<strong>en</strong> te<br />
volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> gehele wereld, die <strong>de</strong> Zondag houdt?” Het was door soortgelijke<br />
bewering<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> hun v<strong>en</strong>verping van Christus trachtt<strong>en</strong> te recht- vaardig<strong>en</strong>. Hun<br />
va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> war<strong>en</strong> door God aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, ter- wijl ze Hem hun offerand<strong>en</strong> bracht<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
waarom kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zaligheid vind<strong>en</strong> door op hetzelf<strong>de</strong> pad voort te gaan 1 Zo<br />
ook red<strong>en</strong>eerd<strong>en</strong> <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> in Luthers tijd, dat ware Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> gestorv<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in<br />
het Katholieke geloof, <strong>en</strong> dat die godsdi<strong>en</strong>st dus voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> was om zalig te word<strong>en</strong>. Zulk<br />
e<strong>en</strong> wijze van red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> zou <strong>de</strong> weg voor alle vooruitgang, zowel in geloofsovertuiging als<br />
<strong>de</strong> beoef<strong>en</strong>ing ervan, voor goed afsluit<strong>en</strong>.<br />
Vel<strong>en</strong> voerd<strong>en</strong> aan, dat het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag vele eeuw<strong>en</strong> lang e<strong>en</strong> vastgesteld<br />
leerstuk <strong>en</strong> e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> ge- bruik van <strong>de</strong> kerk geweest was. Als we<strong>de</strong>rlegging van <strong>de</strong>ze<br />
bewering werd er aangetoond, dat <strong>de</strong> Sabbat <strong>en</strong> <strong>de</strong> viering ervan nog ou<strong>de</strong>r <strong>en</strong> algem<strong>en</strong>er<br />
was, ev<strong>en</strong> oud als <strong>de</strong> wereld zelf, <strong>en</strong> <strong>de</strong> goedkeuring wegdroeg van <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> zowel als van<br />
God. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> grondvest<strong>en</strong> <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rzonk<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> morg<strong>en</strong>sterr<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> vrolik<br />
zong<strong>en</strong>, <strong>en</strong> al <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods juieht<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> werd <strong>de</strong> grond voor <strong>de</strong> Sabbat gelegd. Wei<br />
mag <strong>de</strong>ze instelling ons eerbied inboezem<strong>en</strong>; liij is niet op m<strong>en</strong>selik gezag gegrond, noeh<br />
rust op m<strong>en</strong>selike over- levering<strong>en</strong>; hij is door <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong> verord<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> door Zijn<br />
eeuwig woord als gebod aangegev<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op het on<strong>de</strong>rwerp van <strong>de</strong> Sabbatshervorming gevestigd<br />
werd, verdraaid<strong>en</strong> <strong>de</strong> volkspredikers het woord Gods, <strong>en</strong> gav<strong>en</strong> zulke verklaring<strong>en</strong> van<br />
hetge<strong>en</strong> er geschrev<strong>en</strong> staat, als aan on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong><strong>de</strong> hart<strong>en</strong> het best bevrediging zoud<strong>en</strong><br />
gev<strong>en</strong>. En zij die niet voor zichzelv<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong> gaarne<br />
gevolgtrekking<strong>en</strong> aan, welks met hun w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stem- d<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> door<br />
319
argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, drogred<strong>en</strong><strong>en</strong>, over- levering<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerkva<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> liet gezag van <strong>de</strong> kerk <strong>de</strong><br />
waarheid te niet te mak<strong>en</strong>. De voorstan<strong>de</strong>rs ervan werd<strong>en</strong> naar hun Bijbels gedrev<strong>en</strong>, om <strong>de</strong><br />
echtheid van het vier<strong>de</strong> gebod te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong>voudige m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, alle<strong>en</strong> gewap<strong>en</strong>d met het Woord <strong>de</strong>r waarheid, we<strong>de</strong>rstond<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
aanvall<strong>en</strong> van geleerd<strong>en</strong>, die met verwon<strong>de</strong>ring <strong>en</strong> woe<strong>de</strong> zag<strong>en</strong>, dat hun welsprek<strong>en</strong>d, vals<br />
red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> machteloos was teg<strong>en</strong>over het e<strong>en</strong>voudige, eerlike sprek<strong>en</strong> van mann<strong>en</strong>. die <strong>de</strong><br />
Schrift k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, in plaats van bedrev<strong>en</strong> te zijn in schoolse spitsvondighed<strong>en</strong>. Bij gebrek aan<br />
bewijs in <strong>de</strong> Bijbel, dat ze tot hun voor- <strong>de</strong>el kond<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>,voerd<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> met<br />
onvermoei<strong>de</strong> vol- harding aan,verget<strong>en</strong><strong>de</strong> hoe hetzelf<strong>de</strong> teg<strong>en</strong> Christus <strong>en</strong> Zijn apostel<strong>en</strong><br />
ingebracht was:- “Waarom verstaan onze grote geleerd<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze Sabbatskwestie niet? Er zijn<br />
er maar weinig<strong>en</strong>, die van uw geloof zijn. Het is niet mogelik, dat gij gelijk hebt, <strong>en</strong> dat alle<br />
geleerd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wereld zich zoud<strong>en</strong> vergiss<strong>en</strong>.”<br />
Om zulke argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te we<strong>de</strong>rlegg<strong>en</strong>, was het slechts nodig aan te hal<strong>en</strong>, wat <strong>de</strong> Schrift<br />
leert, <strong>en</strong> op <strong>de</strong> geschie- d<strong>en</strong>is te wijz<strong>en</strong> van <strong>de</strong> leiding<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> met Zijn volk door alle<br />
eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong>. God werkt door h<strong>en</strong>, die Zijn stem hor<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>; door h<strong>en</strong>, die, zo<br />
nodig, onaang<strong>en</strong>ame waarhed<strong>en</strong> verkondig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet bevreesd zijn om volkszon- d<strong>en</strong> te<br />
bestraff<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong>, waarom Hij niet meer geleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> mann<strong>en</strong> van hoge stand in <strong>de</strong><br />
wereld kiest om vooraan te gaan in hervormingsbeweging<strong>en</strong>, is, dat zij op hun geloofs- leer,<br />
theorie<strong>en</strong>, <strong>en</strong> theologiese stelsels vertrouw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> belioefte gevoel<strong>en</strong> om door God<br />
geleerd te word<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> zij, die in persoonlike geme<strong>en</strong>schap staan met <strong>de</strong> Bron van alle<br />
wijsheid, zijn in staat om <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te verstaan of uit te legg<strong>en</strong>.<br />
Mann<strong>en</strong>, die weinig schoolgeleerdheid be- zitt<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> somtijds geroep<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
waarheid te verkondig<strong>en</strong>, niet omdat ze ongeleerd zijn, maar omdat ze ge<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
zelfg<strong>en</strong>oegzaamheid hebb<strong>en</strong> om te weiger<strong>en</strong>, zich door God te lat<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>. Zij ler<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> school van Christus, <strong>en</strong> hun ne<strong>de</strong>righeid <strong>en</strong> gehoorzaamheid mak<strong>en</strong> h<strong>en</strong> groot. Door<br />
hun <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van Zijn waarheid toe te vertrouw<strong>en</strong>, bewijst God hun e<strong>en</strong> eer, waarbij aardse<br />
eer <strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike grootheid in het niet verzink<strong>en</strong>.<br />
De meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> verwierp <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> het heiligdom <strong>en</strong><br />
Gods wet; vel<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> ook hun geloof in <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-beweging op, <strong>en</strong> nam<strong>en</strong> onjuiste <strong>en</strong><br />
strijdige inzicht<strong>en</strong> aan over <strong>de</strong> profetieën, die op dat werk betrekking hebb<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong><br />
verviel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> dwaling van herhaal<strong>de</strong>lik e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus<br />
vast te stell<strong>en</strong>. Het licht, dat nu over het on<strong>de</strong>rwerp van het heiligdom sche<strong>en</strong>, zou hun<br />
getoond hebb<strong>en</strong>, dat ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel profeties tijdperk zich tot <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer<br />
uitstrekt: dat <strong>de</strong> juiste tijd van <strong>de</strong>ze gebeurt<strong>en</strong>is niet voorzegd is. Maar zich van het licht<br />
afw<strong>en</strong>d<strong>en</strong><strong>de</strong>, hield<strong>en</strong> ze aan, <strong>de</strong> <strong>en</strong>e tijd na <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re vast te stell<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> komst van <strong>de</strong><br />
Heer, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> telk<strong>en</strong>male teleurgesteld.<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> te Thessalonica valse inzicht<strong>en</strong> koesterd<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst van Christus, ried <strong>de</strong> apostel Paulus hun aan, hun hoop <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong><br />
320
zorgvuldig aan Gods woord te toets<strong>en</strong>. Hij bepaal<strong>de</strong> h<strong>en</strong> bij profetieën, waarin <strong>de</strong><br />
gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard werd<strong>en</strong>, welke moest<strong>en</strong> plaats hebb<strong>en</strong>, v——rdat Christus<br />
we<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong> zou, <strong>en</strong> toon<strong>de</strong> aan, dat ze ge<strong>en</strong> grond hadd<strong>en</strong> om Hem to<strong>en</strong> reeds te<br />
verwacht<strong>en</strong>. “Dat niemand u verlei<strong>de</strong> op <strong>en</strong>igerlei wijze,“1 is zijn waarschuw<strong>en</strong>d woord.<br />
Indi<strong>en</strong> ze toegav<strong>en</strong> aan verwachting<strong>en</strong>, die niet door <strong>de</strong> Schrift bekrachtigd werd<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong><br />
ze tot e<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> gedragslijn gebracht word<strong>en</strong>; teleurstelling zou h<strong>en</strong> blootstell<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
spot van ongelovig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze zoud<strong>en</strong> in gevaar staan van aan ontmoediging toe te gev<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
in verleiding kom<strong>en</strong> van aan <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> te twijfel<strong>en</strong>, die noodzakelik war<strong>en</strong> voor hun<br />
zaligheid. De vermaning van <strong>de</strong> apostel aan <strong>de</strong> Thessaloni- c<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bevat e<strong>en</strong> gewichtige les<br />
voor h<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>. Veel Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> het gevoel gehad, dat<br />
t<strong>en</strong>zij ze hun geloof op (2 Thess. 2:3). e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> tijd voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
kond<strong>en</strong> vestig<strong>en</strong>, ze niet ijverig <strong>en</strong> waakzaam kond<strong>en</strong> zijn in hun voorbereiding. Doch<br />
wanneer hun hoop keer op keer opgewekt wordt, alle<strong>en</strong> om opnieuw teleurgesteld te word<strong>en</strong>,<br />
wordt hun geloof z— geschokt, dat het hun bijna onmogelik is, om nog on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> indruk te<br />
blijv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profetie.<br />
Het predik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> tijd voor het oor<strong>de</strong>el bij <strong>de</strong> afkondiging van <strong>de</strong> eerste<br />
boodschap was op bevel van God. De berek<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong>, waarop die<br />
boodschap zich grond<strong>de</strong>, <strong>en</strong> waardoor het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> herfst van 1844<br />
viel, is onbetwistbaar. De herhaal<strong>de</strong> poging<strong>en</strong> om nieuwe datums voor het begin <strong>en</strong> ein<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> profetiese tijdperk<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> onjuiste red<strong>en</strong>ering, die nodig is om <strong>de</strong>ze<br />
stelling<strong>en</strong> te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>, leidt <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige waarheid af, maar<br />
verij<strong>de</strong>lt ook alle poging<strong>en</strong> om <strong>de</strong> profetieën uit te legg<strong>en</strong>. Hoe meer er e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> tijd<br />
voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer gesteld wordt, <strong>en</strong> hoe algem<strong>en</strong>er die wordt verkondigd,<br />
hoe beter het Satan aanstaat. Als <strong>de</strong> tijd verstrek<strong>en</strong> is, bezorgt hij <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs spot <strong>en</strong><br />
verachting, <strong>en</strong> hoont op die wijze <strong>de</strong> grote Adv<strong>en</strong>t-beweging van 1843 <strong>en</strong> 1844. Zij, die in<br />
<strong>de</strong>ze dwaling volhard<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laatste e<strong>en</strong> datum bepal<strong>en</strong>, die te ver in <strong>de</strong> toekomst ligt<br />
voor <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus. Aldus zull<strong>en</strong> ze er toe kom<strong>en</strong> om te rust<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> valse<br />
zekerheid, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> het niet inzi<strong>en</strong> v——r het te laat is.<br />
De geschied<strong>en</strong>is van het ou<strong>de</strong> Israël is e<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>d beeld van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding, die <strong>de</strong><br />
Adv<strong>en</strong>tist<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> opgedaan. God leid<strong>de</strong> Zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Adv<strong>en</strong>t-beweging, ev<strong>en</strong>als<br />
Hij <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Israëls uit Egypteland leid<strong>de</strong>. In <strong>de</strong> grote teleurstelling werd hun geloof op<br />
<strong>de</strong> proef gesteld, gelijk dat van <strong>de</strong> Hebreën aan <strong>de</strong> Ro<strong>de</strong> Zee. Hadd<strong>en</strong> ze bij voortduring<br />
vertrouwd op <strong>de</strong> leid<strong>en</strong><strong>de</strong> hand, die met h<strong>en</strong> geweest was in hun voorgaan<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding,<br />
ze zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaligheid Gods hebb<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die aan het werk van 1844<br />
<strong>de</strong>elnam<strong>en</strong>, <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel hadd<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die in <strong>de</strong> kracht van<br />
<strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest verkondigd hadd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Heer zou hun poging<strong>en</strong> krachtig hebb<strong>en</strong> gesteund.<br />
De wereld zou zich gebaad hebb<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> stroom van licht. De aardbewoners zoud<strong>en</strong> jar<strong>en</strong><br />
geled<strong>en</strong> gewaarschuwd zijn geweest, het sluitingswerk zou zijn voltooid, <strong>en</strong> Christus zou<br />
gekom<strong>en</strong> zijn om Zijn volk te verloss<strong>en</strong>.<br />
321
Het was Gods wil niet, dat Israël veertig jar<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wil<strong>de</strong>rnis zou ronddwal<strong>en</strong>; Hij<br />
w<strong>en</strong>ste h<strong>en</strong> rechtuit naar het land Kanaän te leid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> daar te vestig<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> heilig,<br />
gelukkig volk. Maar “zij hebb<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> ingaan van wege hun ongeloof.” T<strong>en</strong> gevolge<br />
van hun afkerigheid <strong>en</strong> afval kwam<strong>en</strong> ze in <strong>de</strong> woestijn om, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> verwekt om<br />
het beloof<strong>de</strong> land binn<strong>en</strong> te gaan. Ev<strong>en</strong>zo was het niet Gods wil, dat <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van<br />
Christus z— lang zou word<strong>en</strong> uitgesteld, of dat Zijn volk zoveel jar<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze wereld van<br />
zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> verdriet vertoev<strong>en</strong> zou. Maar ongeloof vervreemd<strong>de</strong> h<strong>en</strong> van God. Daar ze<br />
weigerd<strong>en</strong> het werk te do<strong>en</strong>, dat Hij hun aangewez<strong>en</strong> had, werd<strong>en</strong> er an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> verwekt om <strong>de</strong><br />
boodschap te verkondig<strong>en</strong>. Uit g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> wereld stelt Jezus Zijn we<strong>de</strong>rkomst uit, opdat<br />
zondar<strong>en</strong> <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarschuwing te hor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in Hem e<strong>en</strong><br />
schuilplaats te vind<strong>en</strong>, voordat <strong>de</strong> toorn Gods zal uitgegot<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
De voorstelling van e<strong>en</strong> waarheid, die <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> <strong>en</strong> dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> berispt,<br />
moet nu, gelijk in vorige eeuw<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong>stand verwekk<strong>en</strong>. “E<strong>en</strong> iegelik, die kwaad doet, haat<br />
het licht, <strong>en</strong> komt tot het licht niet, opdat zijn werk<strong>en</strong> niet bestraft word<strong>en</strong>.” Wanneer <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, dat ze hun ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> stelling niet ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> Schrift, besluit<strong>en</strong><br />
vel<strong>en</strong> die met hand <strong>en</strong> tand vast te houd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vall<strong>en</strong> op kwaadaardige wijze het karakter <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> drijfver<strong>en</strong> aan van h<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> waarheid ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>, welke niet in <strong>de</strong> smaak valt. Het is<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gedragslijn, die door alle tijd<strong>en</strong> he<strong>en</strong> gevolgd is. Elia werd e<strong>en</strong> beroer<strong>de</strong>r van Israël<br />
verklaard, Jeremia e<strong>en</strong> verra<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> Paulus e<strong>en</strong> veront- reiniger van <strong>de</strong> tempel. Van die tijd<br />
af tot op hed<strong>en</strong> heeft m<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> waarheid trouw w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te blijv<strong>en</strong>, als<br />
oproerling<strong>en</strong>, ketters, of scheurmakers aangeklaagd. E<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igte m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, te ongelovig om<br />
het vaste woord van <strong>de</strong> profetie aan te nem<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r na te vrag<strong>en</strong> lichtge- lovig e<strong>en</strong><br />
beschuldiging opnem<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die zond<strong>en</strong> durv<strong>en</strong> bestraff<strong>en</strong>, welke fatso<strong>en</strong>shalve<br />
gedaan word<strong>en</strong>. Deze geest zal meer <strong>en</strong> meer to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> Bijbel leert dui<strong>de</strong>lik, dat er<br />
e<strong>en</strong> tijd na<strong>de</strong>rt, waarin <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> van <strong>de</strong> staat zodanig in strijd zull<strong>en</strong> zijn met Gods wet, dat,<br />
wie al <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> zal w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te gehoorzam<strong>en</strong>, smaad <strong>en</strong> straf zal moet<strong>en</strong><br />
lijd<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> boosdo<strong>en</strong>er.<br />
Wat is met het oog hierop <strong>de</strong> plicht van <strong>de</strong> boodschapper <strong>de</strong>r waarheid? Moet hij<br />
besluit<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> waarheid niet verkondigd behoort te word<strong>en</strong>, omdat <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige uitwerking<br />
ervan dikwels slecht is; dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geprikkeld word<strong>en</strong> om <strong>de</strong> vereist<strong>en</strong> ervan te<br />
ontduik<strong>en</strong>, of er zich teg<strong>en</strong> te verzett<strong>en</strong>? Ne<strong>en</strong>; hij heeft niet meer red<strong>en</strong> om het getuig<strong>en</strong>is<br />
van Gods woord achter te houd<strong>en</strong>, omdat het teg<strong>en</strong>stand verwekt, dan <strong>de</strong> vroegere<br />
hervormers hadd<strong>en</strong>. De belijd<strong>en</strong>is van hun geloof, door heilig<strong>en</strong> <strong>en</strong> martelar<strong>en</strong> afgelegd,<br />
staat t<strong>en</strong> nutte van <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> geslacht<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d. Die lev<strong>en</strong><strong>de</strong> voorbeeld<strong>en</strong> van<br />
heiligheid <strong>en</strong> standvastige oprechtheid zijn geboekstaafd om <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> moed in te boezem<strong>en</strong>,<br />
die tans opgeroep<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om als getuig<strong>en</strong> voor God pal te staan. Zij ontving<strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
waarheid, niet alle<strong>en</strong> voor zichzelv<strong>en</strong>, maar opdat door h<strong>en</strong> <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van God <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
verlicht<strong>en</strong> zou. Heeft God Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> in dlt geslacht licht gegev<strong>en</strong> ? Dan behor<strong>en</strong><br />
ze het in <strong>de</strong> wereld te lat<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> tijd zei <strong>de</strong> Heer tot iemand, die in Zijn naam<br />
322
sprak: “Het huis Israëls wil naar u niet hor<strong>en</strong>, omdat ze naar Mij niet will<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>.”<br />
Desnietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> zei Hij: “Maar gij zult Mijn woord<strong>en</strong> tot h<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong>, hetzij dat ze<br />
hor<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, of hetzij dat ze het lat<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>.” Tot Gods di<strong>en</strong>stknecht in <strong>de</strong>ze tijd wordt het<br />
bevel gericht: “Verhef uw stem als e<strong>en</strong> bazuin, <strong>en</strong> verkondig Mijn volk hun overtreding, <strong>en</strong><br />
het huis Jakobs hun zond<strong>en</strong>.”<br />
Voor zover <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid zich voor h<strong>en</strong> op<strong>en</strong>stelt, draagt ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>, die het licht van <strong>de</strong><br />
waarheid ontvang<strong>en</strong> heeft, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> plechtige <strong>en</strong> vreselike verantwoording, als <strong>de</strong> profeet<br />
van Israël, tot wie het woord <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> kwam, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Gij nu, o m<strong>en</strong>sekind! Ik heb u tot<br />
e<strong>en</strong> wachter gesteld over het huis Israels; zo zult gij het woord uit Mijn mond hor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
van Mijn<strong>en</strong>twege waarschuw<strong>en</strong>. Ais Ik tot <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze zeg: O god<strong>de</strong>loze, ge zult <strong>de</strong> dood<br />
sterv<strong>en</strong>! <strong>en</strong> gij spreekt niet, om <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze van zijn weg af te man<strong>en</strong>; die god<strong>de</strong>loze zal in<br />
zijn ongerechtigheid sterv<strong>en</strong>, maar zijn bloed zal Ik van uw hand eis<strong>en</strong>. Maar als gij <strong>de</strong><br />
god<strong>de</strong>loze van zijn weg afmaant, dat hij zich van die bekere, <strong>en</strong> hij zich van zijn weg niet<br />
bekeert: zo zal hij in zijn ongerechtigheid sterv<strong>en</strong>, maar gij hebt uw ziel bevrijd.”<br />
Wat zowel <strong>de</strong> aanname als <strong>de</strong> verspreiding van <strong>de</strong> waarheid zo zeer in <strong>de</strong> weg staat, is<br />
het feit, dat het ongemak <strong>en</strong> smaadheid met zich br<strong>en</strong>gt. Dit is <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige bewijsgrond teg<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> waarheid, die <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs ervan nooit hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rlegg<strong>en</strong>. Maar dat alles<br />
houdt <strong>de</strong> ware volgeling<strong>en</strong> van Christus niet terug. Zij wacht<strong>en</strong> niet, totdat <strong>de</strong> waarheid<br />
algeme<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gunst valt. Overtuigd van hun plicht, nem<strong>en</strong> ze kalm het kruis op zich, met<br />
<strong>de</strong> apostel Paulus acht<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat “onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbijgaat, ons e<strong>en</strong><br />
gans zeer uitnem<strong>en</strong>d eeuwig gewicht <strong>de</strong>r heerlikheid werkt;”2 met iemand van ouds<br />
“acht<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> versmaadheid van Christus meer<strong>de</strong>re rijkdom te zijn, dan <strong>de</strong> schatt<strong>en</strong> in<br />
Egypte.” Wat ook hun belijd<strong>en</strong>is moge zijn, het zijn alle<strong>en</strong> <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong>, welke in hun hart <strong>de</strong><br />
wereld di<strong>en</strong><strong>en</strong>, die meer uit beleid han<strong>de</strong>l<strong>en</strong> dan uit beginsel in zak<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
godsdi<strong>en</strong>st. We behor<strong>en</strong> het goe<strong>de</strong> te kiez<strong>en</strong>, omdat het goed is, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> ervan aan<br />
God over te lat<strong>en</strong>. De wereld is zijn grote hervorming<strong>en</strong> verschuldigd aan mann<strong>en</strong> van<br />
beginsel, geloof <strong>en</strong> moed. Door zulke mann<strong>en</strong> moet het her-vormingswerk ook in <strong>de</strong>ze tijd<br />
uitgevoerd word<strong>en</strong>. Aldus spreekt <strong>de</strong> Heer: “Hoort naar Mij, gijlied<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gerechtigheid<br />
k<strong>en</strong>t, gij volk, in welks hart Mijn wet is! vreest niet <strong>de</strong> smaadheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> ontzet u<br />
niet over hun smaadred<strong>en</strong><strong>en</strong>. Want <strong>de</strong> mot zal ze opet<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> kleed, <strong>en</strong> het schietwormpje<br />
zal ze opet<strong>en</strong> als wol; maar Mijn gerechtigheid zal in eeuwigheid zijn, <strong>en</strong> Mijn heil van<br />
geslacht tot geslacht<strong>en</strong>.”<br />
323
Hoofdstuk 27 — Opwekking<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Laatste Tijd<br />
Waar Gods woord ook maar in getrouwheid gepredikt is, daar heeft het e<strong>en</strong> uitwerking<br />
gehad, die van zijn God<strong>de</strong>like oorsprong getuig<strong>de</strong>. Gods Geest vergezel<strong>de</strong> <strong>de</strong> boodschap van<br />
Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zette het Woord kracht bij. Zondar<strong>en</strong> voeld<strong>en</strong> hun gewet<strong>en</strong><br />
ontwak<strong>en</strong>. Het “licht, hetwelk verlicht e<strong>en</strong> iegelik m<strong>en</strong>s, kom<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> wereld,” drong door<br />
tot in <strong>de</strong> geheime schuilhoek<strong>en</strong> van hun ziel<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> duisternis verborg<strong>en</strong> was,<br />
werd op<strong>en</strong>baar. Diepe overtuiging overmeester<strong>de</strong> hun verstand <strong>en</strong> hart<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong><br />
overtuigd van zon<strong>de</strong>, van gerechtigheid, <strong>en</strong> van e<strong>en</strong> toekom<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el. Ze beseft<strong>en</strong> Gods<br />
rechtvaardigheid, <strong>en</strong> schrikt<strong>en</strong> terug voor <strong>de</strong> gedachte van in hun schuld <strong>en</strong> onreinheid te<br />
verschijn<strong>en</strong> v——r Hem, die <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> doorzoekt. In zielsangst riep<strong>en</strong> ze uit: “Wie zal mij<br />
verloss<strong>en</strong> uit het lichaam van <strong>de</strong>ze dood?” Terwijl het kruis van Golgotha met zijn oneindig<br />
offer voor <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard werd, zag<strong>en</strong> ze, dat <strong>de</strong> verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van<br />
Christus alle<strong>en</strong> toereik<strong>en</strong>d war<strong>en</strong> om te boet<strong>en</strong> voor hun overtreding<strong>en</strong>; dat die alle<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s met God kond<strong>en</strong> verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>. In geloof <strong>en</strong> ootmoedigheid nam<strong>en</strong> ze het Lam Gods, dat<br />
<strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld wegneemt, aan. Door het bloed van Jezus hadd<strong>en</strong> ze “vergeving<br />
van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong>, die tevor<strong>en</strong> geschied zijn.”<br />
Deze ziel<strong>en</strong> bracht<strong>en</strong> vrucht<strong>en</strong> voort, <strong>de</strong> bekering waardig. Ze geloofd<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />
gedoopt, <strong>en</strong> stond<strong>en</strong> op om in nieuwigheid <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s te wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>,— nieuwe schepsel<strong>en</strong> in<br />
Christus Jezus, niet om zich naar vroegere begeerlikhed<strong>en</strong> te gedrag<strong>en</strong>, maar om, door het<br />
geloof in <strong>de</strong> Zoon van God, Zijn voetstapp<strong>en</strong> te drukk<strong>en</strong>, Zijn karakter te weerspiegel<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
zichzelv<strong>en</strong> te reinig<strong>en</strong>, gelijk Hij rein is. Hetge<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong>maal haatt<strong>en</strong>, hadd<strong>en</strong> ze nu lief; <strong>en</strong><br />
wat ze e<strong>en</strong>maal liefhadd<strong>en</strong>, haatt<strong>en</strong> ze nu. Wie trots <strong>en</strong> aanmatig<strong>en</strong>d was, werd zachtmoedig<br />
<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rig van hart. Wie ij<strong>de</strong>l <strong>en</strong> hoogmoedig was, werd ernstig <strong>en</strong> bescheid<strong>en</strong>. De<br />
heiligsch<strong>en</strong><strong>de</strong>r werd eerbiedig, <strong>de</strong> dronkaard werd matig, <strong>en</strong> <strong>de</strong> losbandige werd rein. De<br />
ij<strong>de</strong>le mo<strong>de</strong>s van <strong>de</strong> wereld werd<strong>en</strong> afgelegd. Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zocht<strong>en</strong> niet “het versiersel, dat<br />
uiterlik is, bestaan<strong>de</strong> in het vlecht<strong>en</strong> van het haar, <strong>en</strong> omhang<strong>en</strong> van goud, of van kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
aan te trekk<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> verborg<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>s hart<strong>en</strong> in het onver<strong>de</strong>rfelike versiersel van e<strong>en</strong><br />
zachtmoedige <strong>en</strong> stille geest, die kostelik is v——r God.”<br />
Geestelike opwekking<strong>en</strong> veroorzaakt<strong>en</strong> diep on<strong>de</strong>rzoek van het hart <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>righeid. Ze<br />
werd<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong> plechtig, ernstig beroep op <strong>de</strong> zondaar, door e<strong>en</strong> hartelik<br />
verlang<strong>en</strong> om gekocht te word<strong>en</strong> door het bloed van Christus. Mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> bad<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
worsteld<strong>en</strong> met God om <strong>de</strong> redding van ziel<strong>en</strong>. De vrucht<strong>en</strong> van zulke opwekking<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
gezi<strong>en</strong> in ziel<strong>en</strong>, die niet terugbeefd<strong>en</strong> voor zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> opoffering, maar die er<br />
zich in verheugd<strong>en</strong>, dat ze waardig geacht war<strong>en</strong> om smaad <strong>en</strong> beproeving te verdur<strong>en</strong> om<br />
Christus’ wil. M<strong>en</strong> zag e<strong>en</strong> hervorming in het lev<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die Jezus’ naam beled<strong>en</strong>. De<br />
maatschappij trok voor<strong>de</strong>el uit hun invloed. Zij verga<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> met Christus, <strong>en</strong> zaaid<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
Geest, om het eeuwige lev<strong>en</strong> te oogst<strong>en</strong>.<br />
324
Van h<strong>en</strong> kon gezegd word<strong>en</strong>: “Gij zijt bedroefd geweest tot bekering.” “Want <strong>de</strong><br />
droefheid naar God werkt e<strong>en</strong> onberouwelike bekering tot zaligheid; maar <strong>de</strong> droefheid van<br />
<strong>de</strong> wereld werkt <strong>de</strong> dood. Want ziet, ditzelf<strong>de</strong>, dat gij naar God zijt bedroefd geword<strong>en</strong>, hoe<br />
grote naarstigheid heeft het in u gewrocht ? ja verantwoording, ja onlust, ja vrees, ja<br />
verlang<strong>en</strong>, ja ijver, ja wraak; in alles hebt ge uzelv<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> rein te zijn in <strong>de</strong>ze zaak.” Dit<br />
is het gevolg van het werk van Gods Geest. Er is ge<strong>en</strong> bewijs van oprecht berouw, t<strong>en</strong>zij het<br />
hervorming bewerkt. Indi<strong>en</strong> hij zijn gelofte vervult, teruggeeft wat hij heeft gestol<strong>en</strong>, zijn<br />
zond<strong>en</strong> belijdt, <strong>en</strong> God <strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> liefheeft, dan kan <strong>de</strong> zondaar er zich van<br />
verzekerd houd<strong>en</strong>, dat hij vre<strong>de</strong> met God gevond<strong>en</strong> heeft. Dat war<strong>en</strong> in vroegere jar<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gevolg<strong>en</strong> van tijd<strong>en</strong> van godsdi<strong>en</strong>stige opwekking<strong>en</strong>. Oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong><strong>de</strong> naar hun vrucht<strong>en</strong> moest<br />
m<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, dat ze door God gezeg<strong>en</strong>d werd<strong>en</strong> tot redding van ziel<strong>en</strong> <strong>en</strong> opheffing van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>sheid.<br />
Maar vele van <strong>de</strong> opwekking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> laatste tijd zijn opvall<strong>en</strong>d verschill<strong>en</strong>d geweest<br />
van die op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, welke in vroegere tijd<strong>en</strong> op <strong>de</strong> arbeid van<br />
Gods di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> 1 Petr. 3:3, 4. 2 Kor. 7:9-11. volgd<strong>en</strong>. Het is waar, dat er e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e<br />
belangstelling wordt opgewekt, dat vel<strong>en</strong> belijd<strong>en</strong>, bekeerd te zijn, <strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> groot aantal<br />
aan <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> wordt toegevoegd; maar <strong>de</strong>snietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> gev<strong>en</strong> <strong>de</strong> uitkomst<strong>en</strong> niet het<br />
recht om te gelov<strong>en</strong>, dat er e<strong>en</strong> daarme<strong>de</strong> overe<strong>en</strong>komstige to<strong>en</strong>ame van waarachtig<br />
geestelik lev<strong>en</strong> is. Het licht, dat voor e<strong>en</strong> tijd schijnt, dooft spoedig uit, <strong>en</strong> laat dichter<br />
duisternis achter dan tevor<strong>en</strong>.<br />
Algem<strong>en</strong>e opwekking<strong>en</strong> word<strong>en</strong> maar al te dikwels teweeggebracht door e<strong>en</strong> beroep op<br />
<strong>de</strong> verbeelding, door het gevoel te prikkel<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> voor wat nieuws <strong>en</strong> trefr f<strong>en</strong>ds te<br />
bevredig<strong>en</strong>. Bekeerling<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong>ze wijze toegebracht word<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> weinig lust om<br />
naar <strong>de</strong> waarheid van <strong>de</strong> Bijbel te luister<strong>en</strong>, stell<strong>en</strong> weinig belang in het getuig<strong>en</strong>is van<br />
profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige bije<strong>en</strong>komst trekt h<strong>en</strong> niet aan, t<strong>en</strong>zij die e<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>igszins opwind<strong>en</strong>d karakter draagt. E<strong>en</strong> boodschap, die tot het kalme verstand spreekt,<br />
vindt ge<strong>en</strong> weerklank. Er wordt ge<strong>en</strong> acht geslag<strong>en</strong> op <strong>de</strong> e<strong>en</strong>voudige waarschuwing<strong>en</strong> van<br />
Gods Woord, die direkt betrekking hebb<strong>en</strong> op hun eeuwige belang<strong>en</strong>.<br />
Voor ie<strong>de</strong>re waarlik bekeer<strong>de</strong> ziel moet <strong>de</strong> betrekking tot God <strong>en</strong> tot <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
eeuwigheid aangaan, het grote on<strong>de</strong>rwerp van het lev<strong>en</strong> uitmak<strong>en</strong>. Maar waar is <strong>de</strong> geest<br />
van toewijding aan God in <strong>de</strong> volkskerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze tijd? De bekeerling<strong>en</strong> verzak<strong>en</strong> hun<br />
trots <strong>en</strong> hun lief<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> wereld niet. Ze zijn niet gewilliger om zichzelv<strong>en</strong> te ver-looch<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
om het kruis op te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zachtmoedige <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rige Jezus te volg<strong>en</strong>, dan voordat ze<br />
bekeerd war<strong>en</strong>. Ongelovig<strong>en</strong> <strong>en</strong> twijfelaars vermak<strong>en</strong> zich over <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st, omdat zo<br />
vel<strong>en</strong>, die godsdi<strong>en</strong>stig het<strong>en</strong>, <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> ervan niet k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. De kracht van <strong>de</strong><br />
godzaligheid is bijna geheel <strong>en</strong> al uit vele kerk<strong>en</strong> verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. Buit<strong>en</strong>partij<strong>en</strong>,<br />
toneelvoorstelling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> kerk, kerkbazaars, prachtige huiz<strong>en</strong>, persoonlike<br />
opschik hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong> aan God verdrev<strong>en</strong>. Land<strong>en</strong> <strong>en</strong> goe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> wereldse<br />
325
ezighed<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong> het hart, <strong>en</strong> wat betrekking heeft op <strong>de</strong> belang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eeuwigheid,<br />
wordt ternauwernood in het voorbijgaan opgemerkt.<br />
Er zijn ware volgeling<strong>en</strong> van Christus in <strong>de</strong>ze kerk<strong>en</strong>, nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> het algem<strong>en</strong>e<br />
verval van geloof <strong>en</strong> godsvrucht. V——r <strong>de</strong> laatste bezoeking van Gods oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong>, zal er on<strong>de</strong>r het volk <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> opwekking van e<strong>en</strong>voudige godzaligheid<br />
zijn, als er se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> niet gezi<strong>en</strong> is. De Geest <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht Gods zull<strong>en</strong><br />
over Zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> uitgestort word<strong>en</strong>. Alsdan zull<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> zich losmak<strong>en</strong> van die kerk<strong>en</strong>,<br />
waarin <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot <strong>de</strong>ze wereld <strong>de</strong> plaats heeft ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot God <strong>en</strong> Zijn<br />
Woord. Vel<strong>en</strong>, zowel lerar<strong>en</strong> als lek<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> met blijdschap <strong>de</strong> grote waarhed<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>,<br />
welke God in <strong>de</strong>ze tijd heeft lat<strong>en</strong> verkondig<strong>en</strong>, om e<strong>en</strong> volk toe te bereid<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. De vijand van ziel<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st dit werk te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>; <strong>en</strong> voordat <strong>de</strong><br />
tijd voor zulk e<strong>en</strong> beweging zal aanbrek<strong>en</strong>, zal hij tracht<strong>en</strong> om die te voorkom<strong>en</strong> door iets<br />
an<strong>de</strong>rs in te voer<strong>en</strong>, dat erop gelijkt. In die kerk<strong>en</strong>, welke hij on<strong>de</strong>r zijn bedriegelike macht<br />
kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, zal hij het do<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, alsof Gods biezon<strong>de</strong>re zeg<strong>en</strong> uitgestort is; er zal<br />
iets geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>, dat voor grote godsdi<strong>en</strong>stige belangstelling gehoud<strong>en</strong> wordt.<br />
Schar<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> er zich over verheug<strong>en</strong>, dat God won<strong>de</strong>rdadig voor h<strong>en</strong> werkt, terwijl het e<strong>en</strong><br />
werk van e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re geest is. On<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige <strong>de</strong>kmantel zal Satan tracht<strong>en</strong>, zijn<br />
invloed over <strong>de</strong> Christelike wereld uit te breid<strong>en</strong>.<br />
Bij vele van <strong>de</strong> opwekking<strong>en</strong>, welke gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> laatste vijftig jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> plaats<br />
gehad, zijn in grotere of kleinere mate <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> invloed<strong>en</strong> aan het werk geweest, die zich in<br />
<strong>de</strong> meer uitgebrei<strong>de</strong> beweging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> toekomst zull<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. Er is e<strong>en</strong> bewegelike<br />
opwinding van <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> verm<strong>en</strong>ging van het ware met het valse, die zeer<br />
geschikt is om te misleid<strong>en</strong>. Toch behoeft niemand bedrog<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Het is bij het licht<br />
van Gods woord niet moeilik om <strong>de</strong> aard van die beweging<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> uitsprak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel minacht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich afker<strong>en</strong> van die e<strong>en</strong>voudige<br />
waarhed<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> ziel op <strong>de</strong> proef stell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> ontzegging van <strong>de</strong><br />
wereld eis<strong>en</strong>, dan kunn<strong>en</strong> we er zeker van zijn, dat Gods zeg<strong>en</strong> niet uitgestort is. En uit <strong>de</strong><br />
regel, welke Christus zelf gegev<strong>en</strong> heeft: “Aan hun vrucht<strong>en</strong> zult ge h<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,“ blijkt het,<br />
dat <strong>de</strong>ze beweging<strong>en</strong> niet het werk zijn van Gods Geest.<br />
In <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van Zijn woord heeft God aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van Zichzelf<br />
geschonk<strong>en</strong>; <strong>en</strong> voor all<strong>en</strong>,die ze aannem<strong>en</strong>, zijn ze e<strong>en</strong> schild teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> verlei- ding<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> Satan. Het is <strong>de</strong> verwaarlozing van die waarhed<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur geop<strong>en</strong>d heeft voor het<br />
kwaad, dat nu zo algeme<strong>en</strong> wordt in <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige wereld. Voor e<strong>en</strong> groot <strong>de</strong>el heeft m<strong>en</strong>’<br />
<strong>de</strong> aard <strong>en</strong> <strong>de</strong> belangrijkheid van Gods wet uit het oog verlor<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> verkeerd begrip van het<br />
karakter, <strong>de</strong> best<strong>en</strong>digheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> verplichting van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet heeft tot dwaling<strong>en</strong><br />
geleid aangaan<strong>de</strong> bekering <strong>en</strong> heiligmaking, <strong>en</strong> heeft als gevolg daarvan <strong>de</strong> standaard van<br />
vroomheid in <strong>de</strong> kerk verlaagd. Hierin ligt het geheim van het gemis van <strong>de</strong> Geest <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Kracht Gods in <strong>de</strong> opwekking<strong>en</strong> van onze tijd.<br />
326
Er zijn in <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> kerkg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong> mann<strong>en</strong>, uitblink<strong>en</strong><strong>de</strong> door hun<br />
vroomheid, door wie dit feit erk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> betreurd wordt. Prof. Edwards A. Park zegt terecht<br />
bij het beschrijv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hed<strong>en</strong>daagse godsdi<strong>en</strong>stige gevar<strong>en</strong>: “Eén bron van gevaar is het<br />
verzuim van <strong>de</strong> kansel om <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet als verplicht<strong>en</strong>d voor te stell<strong>en</strong>. In vroegere<br />
tijd<strong>en</strong> was het woord van <strong>de</strong> kansel e<strong>en</strong> weerklank van <strong>de</strong> stem van het gewet<strong>en</strong>. . . . Onze<br />
beroemdste predikers zett<strong>en</strong> aan hun prediking e<strong>en</strong> won<strong>de</strong>rvolle majesteit bij door het<br />
voorbeeld van <strong>de</strong> Meester te volg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> wet met zijn voorschrift<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedreiging<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
voorgrond te plaats<strong>en</strong>. Ze besprak<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee grote grondregels, dat <strong>de</strong> wet e<strong>en</strong> afschrift is<br />
van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like volmaaktheid, <strong>en</strong> dat iemand, die <strong>de</strong> wet niet liefheeft, het evangelie niet<br />
liefheeft; want <strong>de</strong> wet zowel als het evangelie is e<strong>en</strong> spiegel, die het ware karakter Gods<br />
weerkaatst. Dit gevaar leidt tot e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r, namelik het kwaad van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> omvang<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> verdi<strong>en</strong>ste ervan, gering te schatt<strong>en</strong>. Naarmate het gebod rechtvaardig is, naar die<br />
mate is het onrecht van er niet aan te gehoorzam<strong>en</strong> groot.”. . .<br />
“Nauw verbond<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong>, die reeds g<strong>en</strong>oemd zijn, is het gevaar van <strong>de</strong><br />
rechtvaardigheid Gods gering te schatt<strong>en</strong>. De strekking van <strong>de</strong> hed<strong>en</strong>daagse kansel is, <strong>de</strong><br />
God<strong>de</strong>like rechtvaardigheid uit <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like barmhartigheid uit te zift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> barmhartigheid<br />
meer tot e<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong> te verlag<strong>en</strong> dan tot e<strong>en</strong> grondbeginsel te verhog<strong>en</strong>. Het nieuwe<br />
theologiese prisma scheidt wat God sam<strong>en</strong>gevoegd heeft. Is <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet goed of<br />
kwaad? Hij is goed. Dan is rechtvaardigheid goed; want dat is e<strong>en</strong> neiging om <strong>de</strong> wet uit te<br />
voer<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> gewoonte van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet <strong>en</strong> rechtvaardigheid, <strong>de</strong> omvang <strong>en</strong> het<br />
kwaad van m<strong>en</strong>selike ongehoorzaamheid niet naar waar<strong>de</strong> te schatt<strong>en</strong>, vervalt m<strong>en</strong> allicht in<br />
<strong>de</strong> gewoonte van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, die verzo<strong>en</strong>ing voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> heeft aangebracht, ev<strong>en</strong>min op<br />
prijs te stell<strong>en</strong>.” Aldus verliest het evangelie zijn waar<strong>de</strong> <strong>en</strong> belangrijkheid in het oog van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> spoedig staan ze klaar om <strong>de</strong> Bijbel zelf zo goed als op zij<strong>de</strong> te zett<strong>en</strong>.<br />
Veel predikant<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong>, dat Christus door Zijn bloed <strong>de</strong> wet heeft te niet gedaan, <strong>en</strong><br />
dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s nu vrij is van <strong>de</strong> vereist<strong>en</strong> ervan. Er zijn sommig<strong>en</strong>, die hem voorstell<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />
pijnlik juk, <strong>en</strong> die als teg<strong>en</strong>stelling van <strong>de</strong> dwang van <strong>de</strong> wet <strong>de</strong> vrijheid predik<strong>en</strong>, welke<br />
m<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong> kan on<strong>de</strong>r het evangelie. Doch aldus beschouwd<strong>en</strong> <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
heilige wet niet. David sprak: “Ik zal wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ruimte, omdat ik Uw bevel<strong>en</strong> gezocht<br />
heb.” De apostel Jakobus, die na <strong>de</strong> dood van Christus schreef, verwijst naar <strong>de</strong> ti<strong>en</strong><br />
gebod<strong>en</strong> als zijn<strong>de</strong> “<strong>de</strong> koninklike wet,” <strong>en</strong> “<strong>de</strong> volmaakte wet, die <strong>de</strong>r vrijheid is.” En <strong>de</strong><br />
Zi<strong>en</strong>er van Patmos spreekt e<strong>en</strong> halve eeuw na <strong>de</strong> kruisiging e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> uit over h<strong>en</strong>, “die Zijn<br />
gebod<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, opdat hun macht zij aan <strong>de</strong> boom <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> ze door <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> mog<strong>en</strong><br />
ingaan in <strong>de</strong> stad.”<br />
De bewering, dat Christus door Zijn dood <strong>de</strong> wet van Zijn Va<strong>de</strong>r heeft te niet gedaan, is<br />
ongegrond. Was het mogelik geweest, <strong>de</strong> wet te veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, of op zij<strong>de</strong> te stell<strong>en</strong>, dan had<br />
Christus niet behoev<strong>en</strong> te sterv<strong>en</strong> om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s te redd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> straf op <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. Verre van<br />
<strong>de</strong> wet te niet te do<strong>en</strong>, bewijst <strong>de</strong> dood van Christus, dat hij onveran<strong>de</strong>rlik is. Gods Zoon<br />
kwam om “<strong>de</strong> wet groot te mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> heerlik.” Hij zei: “Me<strong>en</strong>t niet, dat Ik gekom<strong>en</strong> b<strong>en</strong><br />
327
om <strong>de</strong> wet te ontbind<strong>en</strong>,” “totdat <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> voorbijgaan, zal er niet één jota, noch<br />
één tittel van <strong>de</strong> wet voorbijgaan.” En wat Hemzelf aangaat, sprak Hij: “Ik heb lust, o mijn<br />
God! om Uw welbehag<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Uw wet is in het midd<strong>en</strong> van mijn ingewand.”<br />
Gods wet is onveran<strong>de</strong>rlik volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> aard ervan. Hij is e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van <strong>de</strong> wil <strong>en</strong> het<br />
karakter van zijn Maker. Gods is lief<strong>de</strong>, <strong>en</strong> Zijn wet is lief<strong>de</strong>. De twee grote grondbeginsel<strong>en</strong><br />
erin zijn lief<strong>de</strong> tot God <strong>en</strong> lief<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. “De lief<strong>de</strong> is <strong>de</strong> vervulling van <strong>de</strong> wet.” Gods<br />
karakter is gerechtigheid <strong>en</strong> waarheid; dat is <strong>de</strong> aard van Zijn wet. De psalmist zegt: “Uw<br />
wet is <strong>de</strong> waarheid;” “al Uw gebod<strong>en</strong> zijn rechtvaardigheid.” En <strong>de</strong> apostel Paulus verklaart:<br />
“De wet is heilig, <strong>en</strong> het gebod is heilig <strong>en</strong> rechtvaardig <strong>en</strong> goed.” Zulk e<strong>en</strong> wet moet ev<strong>en</strong><br />
onvergankelik zijn als Die hem gegev<strong>en</strong> heeft, daar hij e<strong>en</strong> uitdrukking is van het hart <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
wil van God. Het is het werk van <strong>de</strong> bekering <strong>en</strong> heiligmaking om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met God te<br />
verzo<strong>en</strong><strong>en</strong> door h<strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van Zijn wet te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
In d<strong>en</strong> beginne werd <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s naar Gods beeld geschap<strong>en</strong>.<br />
Hij bevond zich in volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> natuur <strong>en</strong> <strong>de</strong> wet Gods; <strong>de</strong><br />
grondbeginsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gerechtigheid war<strong>en</strong> in zijn hart geschrev<strong>en</strong>. Doch <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />
vervreemd<strong>de</strong> hem van Zijn Maker. Hij weerkaatste het God<strong>de</strong>lik beeld niet langer. Zijn hart<br />
geraakte in strijd met <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> van Gods wet. “Het bed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van het vlees is<br />
vijandschap teg<strong>en</strong> God; want het on<strong>de</strong>rwerpt zich aan <strong>de</strong> wet Gods niet; want het kan ook<br />
niet.” Maar “alzo lief heeft God <strong>de</strong> wereld gehad, dat Hij Zijn <strong>en</strong>iggebor<strong>en</strong> Zoon gegev<strong>en</strong><br />
heeft,” opdat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s met God verzo<strong>en</strong>d zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van<br />
Christus kan hij we<strong>de</strong>r in overe<strong>en</strong>stemming met Zijn Maker word<strong>en</strong> gebracht. Zijn hart moet<br />
vernieuwd word<strong>en</strong> door God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, hij moet e<strong>en</strong> nieuw lev<strong>en</strong> van Bov<strong>en</strong> ontvangeh.<br />
Die veran<strong>de</strong>ring is <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rgeboorte, zon<strong>de</strong>r welke hij, gelijk Jezus zegt, “het koninkrijk<br />
Gods niet zi<strong>en</strong> kan.” De eerste stap tot verzo<strong>en</strong>ing met God is <strong>de</strong> overtuiging van zon<strong>de</strong>.<br />
“De zon<strong>de</strong> is <strong>de</strong> ongerechtigheid.”<br />
“Door <strong>de</strong> wet is <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>.” Om zijn schuld in te zi<strong>en</strong>, moet <strong>de</strong> zondaar zijn<br />
karakter toets<strong>en</strong> aan Gods grote standaard van gerechtigheid. Dat is e<strong>en</strong> spiegel, die <strong>de</strong><br />
volmaaktheid van e<strong>en</strong> rechtvaardig karakter aantoont, <strong>en</strong> hem in staat stelt om <strong>de</strong> gebrek<strong>en</strong><br />
in zijn eig<strong>en</strong> karakter te on<strong>de</strong>rk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. De wet op<strong>en</strong>baart aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zijn zond<strong>en</strong>, maar<br />
geeft ge<strong>en</strong> g<strong>en</strong>eesmid<strong>de</strong>l aan <strong>de</strong> hand. Terwijl hij aan <strong>de</strong> gehoorzame het lev<strong>en</strong><br />
belooft,verklaart hij,dat het <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> overtre<strong>de</strong>r <strong>de</strong> dood is. Alle<strong>en</strong> het evangelie van<br />
Christus kan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s vrijstell<strong>en</strong> van <strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>ling of <strong>de</strong> bezoe<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. Hij<br />
moet berouw hebb<strong>en</strong> voor God, Wi<strong>en</strong>s wet overtred<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> geloof in Christus, zijn<br />
zo<strong>en</strong>offer. Aldus verkrijgt hij “vergeving van zijn vorige zond<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> erlangt <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong><br />
God<strong>de</strong>like natuur. Hij is e<strong>en</strong> kind van God, <strong>de</strong> geest van <strong>de</strong> aanneming tot kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><strong>de</strong>, waardoor hij roept: “Abba, Va<strong>de</strong>r!”<br />
Staat het hem nu vrij om Gods wet te overtred<strong>en</strong> ? Paulus zegt: “Do<strong>en</strong> we dan <strong>de</strong> wet<br />
t<strong>en</strong>iet door het geloof? dat zij verre; maar we bevestig<strong>en</strong> <strong>de</strong> wet.” “Wij, die aan <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />
328
gestorv<strong>en</strong> zijn, hoe zull<strong>en</strong> wij er nog in lev<strong>en</strong>?” En Johannes zegt: “Want dit is <strong>de</strong> lief<strong>de</strong><br />
Gods, dat we Zijn gebod<strong>en</strong> bewar<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Zijn gebod<strong>en</strong> zijn niet zwaar.” Door <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rgeboorte komt het hart tot e<strong>en</strong>swill<strong>en</strong>dheid met God, ev<strong>en</strong>als het tot overe<strong>en</strong>stemming<br />
met Zijn wet gebracht wordt. Wanneer <strong>de</strong>ze grote veran<strong>de</strong>ring heeft plaats gegrep<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
zondaar, dan is hij van <strong>de</strong> dood tot het lev<strong>en</strong> overgegaan, van zon<strong>de</strong> tot heiligheid, van<br />
overtreding <strong>en</strong> opstand tot gehoorzaamheid <strong>en</strong> getrouwheid. Het ou<strong>de</strong> lev<strong>en</strong> van<br />
vervreemding van God is geëindigd; het nieuwe lev<strong>en</strong> van verzo<strong>en</strong>ing, van geloof <strong>en</strong> lief<strong>de</strong><br />
is begonn<strong>en</strong>. Dan zal “het recht van <strong>de</strong> wet vervuld word<strong>en</strong> in ons, die niet naar het vlees<br />
wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, maar naar <strong>de</strong> Geest.” En <strong>de</strong> taal van <strong>de</strong> ziel zal zijn: “Hoe lief heb ik Uw wet! hij<br />
is mijn betrachting <strong>de</strong> ganse dag.”<br />
“De wet <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> is volmaakt, beker<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> ziel.” Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> wet hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> juist begrip van <strong>de</strong> reinheid <strong>en</strong> heiligheid van God, of van hun eig<strong>en</strong> schuld <strong>en</strong><br />
onreinheid. Ze zijn niet waarlik van zon<strong>de</strong> overtuigd, <strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> behoefte aan berouw.<br />
Daar ze hun verlor<strong>en</strong> toestand als overtre<strong>de</strong>rs van Gods wet niet inzi<strong>en</strong>, beseff<strong>en</strong> ze hun<br />
behoefte niet aan het verzo<strong>en</strong><strong>en</strong>d bloed van Christus. De hoop op zaligheid wordt<br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r dat er e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e veran<strong>de</strong>ring van het hart of e<strong>en</strong> hervorming van het<br />
lev<strong>en</strong> plaats heeft. Op <strong>de</strong>ze wijze zijn er oppervlakkige bekering<strong>en</strong> in overvloed, <strong>en</strong> schar<strong>en</strong><br />
voeg<strong>en</strong> zich bij <strong>de</strong> kerk, die nimmer met Christus verbond<strong>en</strong> zijn geword<strong>en</strong>.<br />
Valse theorieën over heiligmaking, die door verwaarlozing of verwerping van <strong>de</strong><br />
God<strong>de</strong>like wet ontstaan, nem<strong>en</strong> alme<strong>de</strong> e<strong>en</strong> voorname plaats in, in <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige<br />
beweging<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze tijd. Deze theorieën zijn vals in <strong>de</strong> leer, <strong>en</strong> gevaarlik in praktiese<br />
gevolg<strong>en</strong>; <strong>en</strong> het feit, dat ze zo algeme<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gunst vall<strong>en</strong>, maakt het dubbel noodzakelik,<br />
dat all<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hel<strong>de</strong>r begrip hebb<strong>en</strong> van hetge<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift aangaan<strong>de</strong> dit punt leert. Ware<br />
heiligmaking is e<strong>en</strong> bijbelse leerstelling. De apostel Paulus zegt in zijn brief aan <strong>de</strong> kerk van<br />
<strong>de</strong> Thessaloni- c<strong>en</strong>s<strong>en</strong>: “Dit is <strong>de</strong> wil van God, uw heiligmaking.” En hij bidt: “De God <strong>de</strong>s<br />
vre<strong>de</strong>s zelf heilige u geheel <strong>en</strong> al.” De Bijbel leert dui<strong>de</strong>lik, wat heiligmaking is, <strong>en</strong> hoe die<br />
verkreg<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>. De Heiland bad voor Zijn discipel<strong>en</strong>: “<strong>Heilig</strong> ze in Uw waarheid;<br />
Uw woord is <strong>de</strong> waarheid.” En Paulus leert, dat gelovig<strong>en</strong> “geheiligd door <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest”<br />
moet<strong>en</strong> zijn. Wat is het werk van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest? Jezus sprak tot Zijn discipel<strong>en</strong>: “Maar<br />
wanneer die zal gekom<strong>en</strong> zijn, namelik <strong>de</strong> Geest <strong>de</strong>r waarheid, Hij zal u in al <strong>de</strong> waarheid<br />
leid<strong>en</strong>.”<br />
En <strong>de</strong> Psalmist zegt: “Uw wet is <strong>de</strong> waarheid.” Door het Woord <strong>en</strong> <strong>de</strong> Geest Gods<br />
word<strong>en</strong> <strong>de</strong> grote grondbeginsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gerechtigheid aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard, die in<br />
Zijn wet beslot<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>. En daar <strong>de</strong> wet Gods “heilig, <strong>en</strong> rechtvaardig, <strong>en</strong> goed” is, e<strong>en</strong><br />
afschrift van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like volmaaktheid, volgt hieruit, dat e<strong>en</strong> karakter, hetwelk gevormd<br />
wordt door gehoorzaamheid aan die wet, ook heilig zijn moet. Christus is e<strong>en</strong> volmaakt<br />
voorbeeld van zulk e<strong>en</strong> karakter. Hij zegt: “Ik heb <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> van Mijn Va<strong>de</strong>r bewaard.”<br />
“Ik doe altijd, wat Hem welbehagelik is.” De volgeling<strong>en</strong> van Christus moet<strong>en</strong> Hem gelijk<br />
329
word<strong>en</strong>,— om door <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods karakters te vorm<strong>en</strong>, die in overe<strong>en</strong>stemming zijn met<br />
<strong>de</strong> grondbeginsel<strong>en</strong> van Zijn heilige wet. Dit is heiligmaking volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Bijbel.<br />
Dit werk kan slechts door het geloof in Christus, door <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> inwon<strong>en</strong><strong>de</strong> Geest<br />
Gods geschied<strong>en</strong>. Paulus vermaant <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong>: “Werkt uw eig<strong>en</strong> zaligheid met vreze <strong>en</strong><br />
bev<strong>en</strong>. Want het is God, die in u werkt, bei<strong>de</strong> het will<strong>en</strong> <strong>en</strong> het werk<strong>en</strong>, naar Zijn<br />
welbehag<strong>en</strong>.” De Christ<strong>en</strong> zal <strong>de</strong> drang van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> voel<strong>en</strong>, maar zal er voortdur<strong>en</strong>d teg<strong>en</strong><br />
strijd<strong>en</strong>. Het is hier, waar <strong>de</strong> hulp van Christus nodig is. M<strong>en</strong>selike zwakheid wordt met<br />
God<strong>de</strong>like kracht verbond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het geloof roept uit: “Go<strong>de</strong> zij dank, die ons <strong>de</strong><br />
overwinning geeft door onze Heer Jezus Christus.” De Schrift toont dui<strong>de</strong>lik aan, dat het<br />
werk van <strong>de</strong> heiligmaking voortstrev<strong>en</strong>d is. Wanneer <strong>de</strong> zondaar uit kracht van zijn bekering<br />
vre<strong>de</strong> met God vindt door het bloed van <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing, dan is het Christelike lev<strong>en</strong> pas<br />
begonn<strong>en</strong>. Hij moet nu “tot <strong>de</strong> volmaaktheid voortvar<strong>en</strong>;” om op te wass<strong>en</strong> “tot <strong>de</strong> mate van<br />
<strong>de</strong> grootte van <strong>de</strong> volheid van Christus.” De apostel Paulus zegt: “Maar één ding doe ik,<br />
verget<strong>en</strong><strong>de</strong> hetge<strong>en</strong> achter is, <strong>en</strong> strekk<strong>en</strong><strong>de</strong> mij tot hetge<strong>en</strong> v——r is, jaag ik naar het wit,<br />
tot <strong>de</strong> prijs van <strong>de</strong> roeping Gods, die van bov<strong>en</strong> is in Christus Jezus.” En Petrus stelt ons <strong>de</strong><br />
trapp<strong>en</strong> voor, langs welke <strong>de</strong> heiligmaking van <strong>de</strong> Bijbel verkreg<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>: “En gij, tot<br />
hetzelve ook alle naarstigheid toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong><strong>de</strong>, voegt bij uw geloof <strong>de</strong>ugd; <strong>en</strong> bij <strong>de</strong> <strong>de</strong>ugd<br />
k<strong>en</strong>nis; <strong>en</strong> bij <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis matigheid; <strong>en</strong> bij <strong>de</strong> matigheid lijdzaamheid; <strong>en</strong> bij <strong>de</strong> lijdzaamheid<br />
godzaligheid; <strong>en</strong> bij <strong>de</strong> godzaligheid broe<strong>de</strong>rlike lief<strong>de</strong>, <strong>en</strong> bij <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>rlike lief<strong>de</strong> lief<strong>de</strong><br />
jeg<strong>en</strong>s all<strong>en</strong> . . . want dat do<strong>en</strong><strong>de</strong> zult ge nimmermeer struikel<strong>en</strong>.”<br />
Wie <strong>de</strong> heiligmaking van <strong>de</strong> Bijbel bij on<strong>de</strong>rvinding hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geest van<br />
ootmoedigheid op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. Gelijk Mozes hebb<strong>en</strong> ze iets aanschouwd van <strong>de</strong> ontzett<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
majesteit <strong>de</strong>r heiligheid, <strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> onwaardigheid in teg<strong>en</strong>stelling van <strong>de</strong> reinheid <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> verhev<strong>en</strong> volmaaktheid van <strong>de</strong> Oneindige. De profeet Daniël was e<strong>en</strong> voorbeeld van ware<br />
heiliging. Zijn lange lev<strong>en</strong> was e<strong>en</strong> eervol di<strong>en</strong><strong>en</strong> van Zijn Meester. Hij was “e<strong>en</strong> zeer<br />
gew<strong>en</strong>ste man”1 in <strong>de</strong> hemel. Toch vere<strong>en</strong>zelvig<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze geëer<strong>de</strong> profeet zich met <strong>de</strong><br />
wez<strong>en</strong>lik zondig<strong>en</strong> in Israël, in plaats van er zich op te lat<strong>en</strong> voorstaan, dat hij rein <strong>en</strong> heilig<br />
was, to<strong>en</strong> hij t<strong>en</strong> behoeve van zijn volk v——r God pleitte: “Wij werp<strong>en</strong> onze smeking<strong>en</strong><br />
voor Uw aangezicht niet ne<strong>de</strong>r op onze gerechtighed<strong>en</strong>, maar op Uw barmhartighed<strong>en</strong>, die<br />
groot zijn.” “We hebb<strong>en</strong> gezondigd, we zijn Fil. 2:12, 13. 1 Kor. 15:57 ; Fil. 3:13, 14.; 2<br />
Petrus 1:5-10. Dan. 10:11. god<strong>de</strong>loos geweest.” Hij zegt: “Als ik nog sprak, <strong>en</strong> bad, <strong>en</strong><br />
beleed mijn zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van mijn volk.” En to<strong>en</strong> Gods Zoon later versche<strong>en</strong> om hem<br />
te on<strong>de</strong>rricht<strong>en</strong>, zegt Daniël: “Mijn sierlikheid werd aan mij veran<strong>de</strong>rd in e<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rving,<br />
zodat ik ge<strong>en</strong> kracht behield.”<br />
To<strong>en</strong> Job <strong>de</strong> stem <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> hoor<strong>de</strong> in <strong>de</strong> wervelwind, riep hij uit: “Daarom verfoei ik<br />
mij, <strong>en</strong> heb berouw in stof <strong>en</strong> as.” Het was to<strong>en</strong> Jesaja <strong>de</strong> heerlikheid <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> zag, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
serafs hoor<strong>de</strong> roep<strong>en</strong>: “<strong>Heilig</strong>, heilig, heilig is <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r heirschar<strong>en</strong>,” dat hij uitriep:<br />
“Wee mij, want ik verga.” Paulus spreekt van zichzelf, nadat hij opgetrokk<strong>en</strong> geweest was<br />
in <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> onuitsprekelike woord<strong>en</strong> gehoord had, die het e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s niet<br />
330
geoorloofd is te sprek<strong>en</strong>, als “<strong>de</strong> allerminste van al <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong>.” Het was <strong>de</strong> gelief<strong>de</strong><br />
Johannes, die aan Jezus’ boezem rustte, <strong>en</strong> Zijn heerlikheid aanschouw<strong>de</strong>, die voor dood<br />
ne<strong>de</strong>rviel aan <strong>de</strong> voet<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel.<br />
Er kan ge<strong>en</strong> zelfverheffing, ge<strong>en</strong> poch<strong>en</strong>d aanspraak mak<strong>en</strong> op zon<strong>de</strong>loosheid zijn aan<br />
<strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van h<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> schaduw van het kruis van Golgotha wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Ze gevoel<strong>en</strong>, dat<br />
hun zon<strong>de</strong> <strong>de</strong> oorzaak is geweest van <strong>de</strong> doodsangst, die het hart van <strong>de</strong> Zoon van God heeft<br />
gebrok<strong>en</strong>; <strong>en</strong> die gedachte zal h<strong>en</strong> tot zelfverne<strong>de</strong>ring leid<strong>en</strong>. Zij, die het dichtst bij Jezus<br />
lev<strong>en</strong>, beseff<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong>digst <strong>de</strong> zwakheid <strong>en</strong> zondigheid van het m<strong>en</strong>sdom, <strong>en</strong> hun <strong>en</strong>ige<br />
hoop ligt in <strong>de</strong> verdi<strong>en</strong>ste van e<strong>en</strong> gekruiste <strong>en</strong> verrez<strong>en</strong> Heiland. De heiliging, welke tans in<br />
<strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige wereld op <strong>de</strong> voorgrond treedt, voert e<strong>en</strong> geest van zelfverheffing met zich,<br />
<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geringschatting van Gods wet, die hem k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> als vreemd aan <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van<br />
<strong>de</strong> Bijbel. De voorstan<strong>de</strong>rs hiervan ler<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> heiligmaking het werk van e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik is,<br />
waardoor zij, door het geloof alle<strong>en</strong>, tot volkom<strong>en</strong> heiligheid gerak<strong>en</strong>. “Geloof slechts,”<br />
zegg<strong>en</strong> ze, “<strong>en</strong> <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> is uw.” Er wordt veron<strong>de</strong>rsteld, dat er ge<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re poging<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> kant van <strong>de</strong>g<strong>en</strong>e, die hem ontvangt, vereist word<strong>en</strong>. Tegelijkertijd ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ze het gezag<br />
van Gods wet <strong>en</strong> voer<strong>en</strong> aan, dat ze van <strong>de</strong> verplichting onthev<strong>en</strong> zijn van <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> te<br />
moet<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>.<br />
Maar is het iemand mogelik, heilig te zijn in overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> wil <strong>en</strong> het<br />
karakter Gods, zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong>swill<strong>en</strong>d met Hem te zijn aangaan<strong>de</strong> die beginsel<strong>en</strong>, welke e<strong>en</strong><br />
uitdrukking zijn van Zijn natuur <strong>en</strong> wil, <strong>en</strong> aanton<strong>en</strong>, wat Hem welbehagelik is? Het<br />
verlang<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> gemakkelike godsdi<strong>en</strong>st, die ge<strong>en</strong> strijd, ge<strong>en</strong> zelfverlooch<strong>en</strong>ing, ge<strong>en</strong><br />
scheiding van <strong>de</strong> dwaas-hed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld noodzakelik maakt, heeft <strong>de</strong> leer van het<br />
geloof, <strong>en</strong> het geloof alle<strong>en</strong>, populair gemaakt; maar wat zegt Gods woord? De apostel<br />
Jakobus spreekt: “Wat nut-tigheid is het, mijn broe<strong>de</strong>rs! indi<strong>en</strong> iemand zegt, dat hij het<br />
geloof heeft, <strong>en</strong> hij heeft <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> niet? kan dat geloof hem zalig mak<strong>en</strong>? . . . Maar wilt gij<br />
wet<strong>en</strong>, o ij<strong>de</strong>l m<strong>en</strong>s! dat het geloof zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> dood is? Abraham, onze va<strong>de</strong>r, is hij<br />
niet uit <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> gerechtvaardigd, als hij Izak, zijn zoon, geofferd heeft op het altaar? Ziet<br />
ge wel, dat het geloof me<strong>de</strong> gewrocht heeft met zijn werk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het geloof volmaakt is<br />
geweest uit <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> ? . . . Ziet ge dan nu, dat e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s uit <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> gerechtvaardigd<br />
wordt, <strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> uit het geloof?”<br />
De uitsprak<strong>en</strong> van Gods woord weersprek<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze misleid<strong>en</strong><strong>de</strong> leerstelling van geloof<br />
zon<strong>de</strong>r werk<strong>en</strong>. Wat aanspraak maakt op <strong>de</strong> gunst <strong>de</strong>s Hemels, zon<strong>de</strong>r te voldo<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
voorwaard<strong>en</strong>, waarop g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> bewez<strong>en</strong> wordt, dat is ge<strong>en</strong> geloof; het is aanmatiging; want<br />
het ware geloof heeft zijn fondam<strong>en</strong>t in <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift. Laat<br />
niemand zich bedrieg<strong>en</strong> door te gelov<strong>en</strong>, dat hij heilig word<strong>en</strong> kan, terwijl hij eig<strong>en</strong>willig<br />
e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ding<strong>en</strong> overtreedt, die God van hem eist. Het do<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong><strong>de</strong> zon<strong>de</strong> legt<br />
<strong>de</strong> getuig<strong>en</strong><strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> Geest het zwijg<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> scheidt <strong>de</strong> ziel van God. “De zon<strong>de</strong> is<br />
<strong>de</strong> ongerechtigheid (is wetsovertreding).” En “e<strong>en</strong> iegelik, die zondigt (die <strong>de</strong> wet<br />
overtreedt), die heeft Hem niet gezi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> heeft Hem niet gek<strong>en</strong>d.” Ofschoon Johannes in<br />
331
zijn briev<strong>en</strong> zoveel over <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> zegt, aarzelt hij toch niet om het ware karakter te<br />
op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> van die klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, welke beweert geheiligd te zijn, terwijl ze in<br />
overtreding van Gods wet lev<strong>en</strong>.<br />
“Die daar zegt: Ik k<strong>en</strong> Hem, <strong>en</strong> Zijn gebod<strong>en</strong> niet bewaart, die is e<strong>en</strong> leug<strong>en</strong>aar, <strong>en</strong> in<br />
die is <strong>de</strong> waarheid niet; maar zo wie Zijn woord bewaart, in die is waarlik <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> Gods<br />
volmaakt geword<strong>en</strong>.” Hier is <strong>de</strong> toetsste<strong>en</strong> van ie<strong>de</strong>re belijd<strong>en</strong>is. We kunn<strong>en</strong> niemand<br />
heiligheid toezegg<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r hem in aanraking te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige standaard van<br />
heiligheid, welke God in hemel <strong>en</strong> op aar<strong>de</strong> heeft. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het gewicht van <strong>de</strong><br />
ze<strong>de</strong>wet niet gevoel<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze iets van Gods voorschrift<strong>en</strong> afdo<strong>en</strong> <strong>en</strong> die licht opnem<strong>en</strong>,<br />
indi<strong>en</strong> ze één van <strong>de</strong>ze minste gebod<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> brek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> alzo zull<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, zo<br />
zull<strong>en</strong> ze in het oog <strong>de</strong>s Hemels niet geacht word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we kunn<strong>en</strong> er ons van overtuigd<br />
houd<strong>en</strong>, dat hun bewering<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r grond zijn. En te zegg<strong>en</strong>, dat m<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r zon<strong>de</strong> is, is op<br />
zichzelf al e<strong>en</strong> bewijs, dat hij, die zulks beweert, verre van heilig is. Het is omdat hij ge<strong>en</strong><br />
waar begrip heeft van <strong>de</strong> oneindige reinheid <strong>en</strong> heiligheid Gods, of van wat zij, die in<br />
overe<strong>en</strong>stemming met Zijn karakter w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ; omdat hij ge<strong>en</strong> waar<br />
begrip heeft van <strong>de</strong> reinheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> verhev<strong>en</strong> liefelikheid van Jezus, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> boosheid <strong>en</strong><br />
het kwaad van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zichzelf als heilig kan beschouw<strong>en</strong>. Hoe groter <strong>de</strong><br />
afstand tuss<strong>en</strong> hem <strong>en</strong> Christus is, <strong>en</strong> hoe gebrekkiger zijn opvatting van het God<strong>de</strong>lik<br />
karakter <strong>en</strong> <strong>de</strong> vereist<strong>en</strong> daarvan zijn, <strong>de</strong>s te rechtvaardiger schijnt hij in zijn eig<strong>en</strong> og<strong>en</strong>.<br />
De heiligmaking, die in <strong>de</strong> Schrift aan het licht wordt gebracht, omvat het gehele<br />
wez<strong>en</strong>,— geest, ziel, <strong>en</strong> lichaam. Paulus bad voor <strong>de</strong> Thessalonic<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, dat hun “gehele<br />
geest, <strong>en</strong> ziel, <strong>en</strong> lichaam onberispelik bewaard mocht word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> toekomst (tot <strong>de</strong><br />
we<strong>de</strong>rkomst) van onze Heer Jezus Christus.” Dan we<strong>de</strong>r schrijft hij aan <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong>: “Ik<br />
bid u dan, broe<strong>de</strong>rs! door <strong>de</strong> ontferming<strong>en</strong> Gods, dat ge uw licham<strong>en</strong> stelt tot e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
heilige <strong>en</strong> Go<strong>de</strong> welbehagelike offeran<strong>de</strong>.” T<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van het ou<strong>de</strong> Israël werd ie<strong>de</strong>re gave,<br />
die Go<strong>de</strong> t<strong>en</strong> offer gebracht werd, zorgvuldig on<strong>de</strong>rzocht. Indi<strong>en</strong> er één gebrek werd ont<strong>de</strong>kt<br />
aan het dier, dat aangebod<strong>en</strong> werd, zo werd het geweigerd; want God had bevol<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
gave “volkom<strong>en</strong>” moest zijn. Zo ook wordt er van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> verlangd, dat ze hun<br />
licham<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> “tot e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong>, heilige <strong>en</strong> Go<strong>de</strong> welbehagelike offeran<strong>de</strong>.” T<strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong> dit te kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> al hun vermog<strong>en</strong>s zo goed mo gelik in or<strong>de</strong> gehoud<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re gewoonte, die <strong>de</strong> lichaamsof geesteskracht verzwakt, maakt <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
ongeschikt voor <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van Zijn Schepper 1 Joh. 2:4, 5. 1 Thess. 5:23. Rom. 12:1.. En zal<br />
God g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> met iets min<strong>de</strong>r dan het beste, dat we Hem kunn<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong>?<br />
Christus zegt: “Gij zult liefhebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer, uw God, met geheel uw hart.” Dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke<br />
God met hun gehele hart liefhebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> er naar verlang<strong>en</strong>, Hem met hun lev<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
best mogelike wijze te di<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d tracht<strong>en</strong> om alle kracht<strong>en</strong> van hun bestaan in<br />
overe<strong>en</strong>stemming te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong>, die hun geschiktheid om Zijn wil te do<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> verhog<strong>en</strong>. Ze zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> gave, die ze hun hemelse Va<strong>de</strong>r aanbied<strong>en</strong>, niet verzwakk<strong>en</strong><br />
of verontreinig<strong>en</strong> door toe te gev<strong>en</strong> aan lust of hartstocht.<br />
332
Petrus zegt: “Onthoudt u van <strong>de</strong> vleselike begeerlik- hed<strong>en</strong>, welke krijg voer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ziel.” Ie<strong>de</strong>re zondige bevrediging leidt ertoe om <strong>de</strong> vermog<strong>en</strong>s te verdov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het ze<strong>de</strong>lik<br />
<strong>en</strong> geestelik gevoel te dod<strong>en</strong>, zodat het woord of <strong>de</strong> Geest van God slechts weinig indruk<br />
kan mak<strong>en</strong> op het hart. Paulus schrijft aan <strong>de</strong> Korinthiërs: “Laat ons onszelv<strong>en</strong> reinig<strong>en</strong> van<br />
alle besmetting van het vlees <strong>en</strong> van <strong>de</strong> geest, voleindig<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> heiligmaking in <strong>de</strong> vrese<br />
Gods.” En on- <strong>de</strong>r <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Geest,—“lief<strong>de</strong>, blijdschap, vre<strong>de</strong>, lankmoedigheid,<br />
goe<strong>de</strong>rtier<strong>en</strong>heid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid,“— rek<strong>en</strong>t hij “matigheid.” Hoevel<strong>en</strong><br />
van h<strong>en</strong>, die voorgev<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn, verzwakk<strong>en</strong>, nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze verklaring<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, hun vermog<strong>en</strong>s door winstbejag of mo<strong>de</strong>-aanbidding; hoe vel<strong>en</strong><br />
verlag<strong>en</strong> hun naar Gods beeld geschap<strong>en</strong> lichaam door gulzigheid, sterke drank, of verbod<strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong>s! En <strong>de</strong> kerk, in plaats van het kwa<strong>de</strong> te bestraff<strong>en</strong>, bevor<strong>de</strong>rt het maar al te<br />
dikwels door eetlust, verlang<strong>en</strong> naar winst, of <strong>de</strong> lust tot g<strong>en</strong>ot aan te moedig<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong><br />
zijn schatkist te vull<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot Christus te flauw is om in het nodige te voorzi<strong>en</strong>.<br />
Indi<strong>en</strong> Jezus <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze tijd zou binn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het feestvier<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> onheilige<br />
han<strong>de</strong>l aanschouw<strong>en</strong>, die daar in <strong>de</strong> naam van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st plaats vind<strong>en</strong>, zou Hij <strong>de</strong><br />
heiligsch<strong>en</strong><strong>de</strong>rs niet ev<strong>en</strong>zo uitdrijv<strong>en</strong>, gelijk Hij <strong>de</strong> geldwisselaars uit <strong>de</strong> tempel dreef? 1<br />
Petr. 2:11; 2 Kor. 7:1. Gal. 5:22, 23.<br />
De apostel Jakobus verklaart, dat <strong>de</strong> wijsheid, die van bov<strong>en</strong> is, “t<strong>en</strong> eerste zuiver” is.<br />
Indi<strong>en</strong> hij dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> ont-moet had, welke <strong>de</strong> dierbare naam van Jezus nem<strong>en</strong> op lipp<strong>en</strong>, door<br />
tabak verontreinigd, wier a<strong>de</strong>m <strong>en</strong> lichaam besmet zijn met <strong>de</strong> walgelike reuk ervan, die <strong>de</strong><br />
lucht van <strong>de</strong> hemel verontreinig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> all<strong>en</strong> in hun nabijheid noodzak<strong>en</strong> om het gift in te<br />
a<strong>de</strong>m<strong>en</strong>,— indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> apostel te do<strong>en</strong> had gehad met e<strong>en</strong> gebruik, dat zozeer in teg<strong>en</strong>stelling<br />
is met <strong>de</strong> reinheid van het evangelie, zou hij het niet als iets “aards, natuurliks, duivels”<br />
bestraft hebb<strong>en</strong>? Slav<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tabak, aanspraak mak<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> van volkom<strong>en</strong><br />
heiligmaking, sprek<strong>en</strong> van hun hoop op <strong>de</strong> hemel; maar Gods woord zegt dui<strong>de</strong>lik: “Daarin<br />
zal niet inkom<strong>en</strong> iets,dat ontreinigt.” “Of weet gij niet,dat ulie<strong>de</strong>r lichaam e<strong>en</strong> tempel is van<br />
<strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest,die in u is,die gij van God hebt,<strong>en</strong> dat ge uws zelfs niet zijt (uzelv<strong>en</strong> niet<br />
toebehoort) ?<br />
Want ge zijt duur gekocht; zo verheerlikt dan God in uw lichaam <strong>en</strong> in uw geest, welke<br />
Go<strong>de</strong>s zijn.” Hij, wi<strong>en</strong>s lichaam <strong>de</strong> tempel is van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, kan niet verslaafd zijn<br />
aan e<strong>en</strong> ver- <strong>de</strong>rfelike gewoonte. Zijn vermog<strong>en</strong>s behor<strong>en</strong> Christus toe, die hem gekocht<br />
heeft met <strong>de</strong> prijs van bloed. Zijn bezitting is <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. Hoe zou hij zon<strong>de</strong>r schuld kunn<strong>en</strong><br />
zijn, terwijl hij dit aan hem toevertrouw<strong>de</strong> kapitaal verkwist? Belijd<strong>en</strong><strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> gev<strong>en</strong><br />
jaarliks e<strong>en</strong> ontzaglike som uit voor nutteloze <strong>en</strong> scha<strong>de</strong>like overdaad, terwijl er ziel<strong>en</strong><br />
verlor<strong>en</strong> gaan, omdat ze het woord <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s niet k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. God wordt beroofd van <strong>de</strong><br />
ti<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> het hefoffer, terwijl zij op het altaar van <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>rv<strong>en</strong><strong>de</strong> wellust meer verter<strong>en</strong>,<br />
dan ze gev<strong>en</strong> om <strong>de</strong> arm<strong>en</strong> te help<strong>en</strong>, of het evangelie te on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die<br />
voorgev<strong>en</strong>, volgeling<strong>en</strong> van Christus te zijn, waarlik geheiligd war<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> hun mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>,<br />
in plaats van voor nutteloze <strong>en</strong> zelfs scha<strong>de</strong>like overdaad gebruikt te word<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> schatkist<br />
333
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gestort, <strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorbeeld van matigheid,<br />
zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> zelfopoffering stell<strong>en</strong>. Dan zoud<strong>en</strong> ze het licht van <strong>de</strong> wereld zijn.<br />
De wereld heeft zich overgegev<strong>en</strong> aan zelfbevrediging. “De begeerlikheid van het vlees,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> begeerlikheid van <strong>de</strong> og<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> grootsheid van het lev<strong>en</strong>,” beheers<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>r m<strong>en</strong>sekin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> heiliger roeping. Op<strong>en</strong>b.<br />
21:27. 1 Kor. 6:19, 20. “Gaat uit het midd<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> scheidt u af, zegt <strong>de</strong> Heer, <strong>en</strong> raakt<br />
niet aan hetge<strong>en</strong> onrein is.” In het licht van Gods woord zijn we gerechtigd te zegg<strong>en</strong>, dat<br />
die heiligmaking niet echt kan zijn, welke ge<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> afstand laat do<strong>en</strong> van het zondige<br />
najag<strong>en</strong> van werelds g<strong>en</strong>ot <strong>en</strong> bevrediging. Tot h<strong>en</strong>, die voldo<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> voorwaard<strong>en</strong>: “Gaat<br />
uit het midd<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, <strong>en</strong> scheidt u af, ... <strong>en</strong> raakt niet aan hetge<strong>en</strong> onrein is,” komt Gods<br />
belofte: “Ik zal ulied<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Ik zal u tot e<strong>en</strong> Va<strong>de</strong>r zijn, <strong>en</strong> gij zult Mij tot zon<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
dochter<strong>en</strong> zijn, zegt <strong>de</strong> Heer, <strong>de</strong> Almachtige.”<br />
Het is het voorrecht <strong>en</strong> <strong>de</strong> plicht van ie<strong>de</strong>re Christ<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> rijke <strong>en</strong> volle on<strong>de</strong>rvinding<br />
te hebb<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ding<strong>en</strong> Gods. “Ik b<strong>en</strong> het licht van <strong>de</strong> wereld,” zegt Jezus. “Die Mij volgt,<br />
zal in <strong>de</strong> duister nis niet wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, maar zal het licht <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong>.” “Het pad van<br />
<strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> is gelijk e<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>d licht, voortgaan<strong>de</strong> <strong>en</strong> schijn<strong>en</strong><strong>de</strong> tot <strong>de</strong> volle dag<br />
toe.” Ie<strong>de</strong>re stap van geloof <strong>en</strong> gehoorzaamheid br<strong>en</strong>gt <strong>de</strong> ziel in nauwere geme<strong>en</strong>schap met<br />
het Licht van <strong>de</strong> wereld, waarin “gans ge<strong>en</strong> duisternis is.” De hel<strong>de</strong>re stral<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zon <strong>de</strong>r<br />
gerechtigheid schijn<strong>en</strong> af op <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> Gods, <strong>en</strong> ze moet<strong>en</strong> zijn licht weerkaats<strong>en</strong>.<br />
Ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> sterr<strong>en</strong> ons zegg<strong>en</strong>, dat er e<strong>en</strong> groot licht in <strong>de</strong> hemel is, door welks heerlikheid<br />
ze schijn<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>zo moet<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> ton<strong>en</strong>, dat er e<strong>en</strong> God op <strong>de</strong> troon van het heelal zit,<br />
Wi<strong>en</strong>s karakter lof <strong>en</strong> navolging waardig is. De g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>gav<strong>en</strong> van Zijn Geest, <strong>de</strong> reinheid <strong>en</strong><br />
heiligheid van Zijn karakter, zull<strong>en</strong> in Zijn getuig<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>.<br />
Paulus toont in zijn brief aan <strong>de</strong> Koloss<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> rijke zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aan, die aan <strong>de</strong><br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods word<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong>. Hij zegt: Wij “houd<strong>en</strong> niet op voor u te bidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />
beger<strong>en</strong>, dat ge moogt vervuld word<strong>en</strong> met <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van Zijn wil, in alle wijsheid <strong>en</strong><br />
geestelik verstand; opdat ge moogt wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong> waardiglik <strong>de</strong> Heer, tot alle behagelikheid, in<br />
alle goe<strong>de</strong> werk<strong>en</strong> vrucht drag<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> wass<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van God; met alle kracht<br />
bekrachtigd zijn<strong>de</strong>, naar <strong>de</strong> sterkte van Zijn heerlikheid,tot alle lijdzaamheid <strong>en</strong><br />
lankmoedigheid, met blijdschap.” Dan we<strong>de</strong>r schrijft hij over zijn verlang<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te Efeze het verhev<strong>en</strong>e van het voorrecht van e<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verstaan. Hij<br />
legt in veelomvatt<strong>en</strong><strong>de</strong> bewoording<strong>en</strong> <strong>de</strong> won<strong>de</strong>rlike macht <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis voor h<strong>en</strong> op<strong>en</strong>, die ze<br />
zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bezitt<strong>en</strong> als zon<strong>en</strong> <strong>en</strong> dochter<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Allerhoogste. Het was hun mogelik<br />
om “versterkt te word<strong>en</strong> door Zijn Geest in <strong>de</strong> inw<strong>en</strong>dige m<strong>en</strong>s,” om “in <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> geworteld<br />
<strong>en</strong> gegrond” te word<strong>en</strong>, om “met al <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> te begrijp<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> breedte, <strong>en</strong> l<strong>en</strong>gte, <strong>en</strong><br />
diepte, <strong>en</strong> hoogte zij, <strong>en</strong> te bek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van Christus, die <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis te bov<strong>en</strong> gaat.”<br />
Maar <strong>de</strong> be<strong>de</strong> van <strong>de</strong> apostel reikt tot het allerhoogste voorrecht, wanneer hij bidt: Opdat “ge<br />
vervuld wordt tot al <strong>de</strong> volheid Gods.”<br />
334
Hier op<strong>en</strong>baart zich <strong>de</strong> hoogte, waartoe we kunn<strong>en</strong> gerak<strong>en</strong> door geloof in <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong><br />
van onze hemelse Va<strong>de</strong>r, wanneer we do<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> Hij van ons verlangt. Door <strong>de</strong><br />
verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van Christus hebb<strong>en</strong> we toegang tot <strong>de</strong> troon van <strong>de</strong> Oneindige Macht. “Die ook<br />
Zijn eig<strong>en</strong> Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons all<strong>en</strong> overgegev<strong>en</strong>, hoe zal<br />
Hij ons ook met Hem niet alle ding<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>?” De Va<strong>de</strong>r gaf Zijn Geest aan Zijn Zoon<br />
zon<strong>de</strong>r mate, <strong>en</strong> wij mog<strong>en</strong> insgelijks <strong>de</strong>el hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> volheid ervan. Jezus zegt: “Indi<strong>en</strong><br />
dan gij, die boos zijt, weet uw kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> gav<strong>en</strong> te gev<strong>en</strong>, hoeveel te meer zal <strong>de</strong><br />
hemelse Va<strong>de</strong>r <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest gev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hem bidd<strong>en</strong>?” “Zo ge iets beger<strong>en</strong><br />
zult in Mijn naam, Ik zal het do<strong>en</strong>.” “Bidt, <strong>en</strong> ge zult ontvang<strong>en</strong>, opdat uw blijdschap<br />
vervuld zij.”<br />
Terwijl het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>merkt zal zijn door ootmoedigheid, behoort het<br />
ge<strong>en</strong> droefheid <strong>en</strong> zelfverachting te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. Het is het voorrecht van elke<strong>en</strong>, z— te lev<strong>en</strong>,<br />
dat hij Gods goedkeuring kan wegdrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> door Hem gezeg<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>. Het is <strong>de</strong> wil niet<br />
van onze hemelse Va<strong>de</strong>r, dat wij ooit on<strong>de</strong>r veroor<strong>de</strong>ling of in duisternis zoud<strong>en</strong> verker<strong>en</strong>.<br />
Het is ge<strong>en</strong> bewijs van ware ne<strong>de</strong>righeid, dat we het hoofd lat<strong>en</strong> hang<strong>en</strong> <strong>en</strong> het hart vol<br />
hebb<strong>en</strong> van gedacht<strong>en</strong> over onszelv<strong>en</strong>. We mog<strong>en</strong> tot Jezus gaan <strong>en</strong> gereinigd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
ons zon<strong>de</strong>r schaamte <strong>en</strong> verwijt teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> wet stell<strong>en</strong>. “Zo is er dan nu ge<strong>en</strong> verdoem<strong>en</strong>is<br />
voor <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in Christus Jezus zijn, die niet naar het vlees wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, maar naar <strong>de</strong><br />
Geest.” Door Jezus word<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> zon<strong>en</strong> van Adam “zon<strong>en</strong> Gods.” “Want èn hij, die<br />
heiligt, èn zij, die beheiligd word<strong>en</strong>, zijn all<strong>en</strong> uit één, om welke oorzaak Hij zich niet<br />
schaamt h<strong>en</strong> broe<strong>de</strong>rs te noem<strong>en</strong>.” Het lev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Christ<strong>en</strong> behoort e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van<br />
geloof, <strong>en</strong> overwinning, <strong>en</strong> vreug<strong>de</strong> in God te zijn. “Want al wat uit God gebor<strong>en</strong> is,<br />
overwint <strong>de</strong> wereld; <strong>en</strong> dit is <strong>de</strong> overwinning, die <strong>de</strong> wereld overwint, namelik ons geloof.”<br />
In waarheid sprak Gods di<strong>en</strong>stknecht Nehemia: “De blijdschap <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, die is uw sterkte.”<br />
En Paulus zegt: “Verblijdt u in <strong>de</strong> Heer te all<strong>en</strong> tijd; we<strong>de</strong>rom zeg ik u, verblijdt u.”<br />
“Verblijdt u.te all<strong>en</strong> tijd. Bidt zon<strong>de</strong>r ophoud<strong>en</strong>. Dankt God in alles; want dit is <strong>de</strong> wil van<br />
God in Christus Jezus over u.”<br />
Zodanige zijn <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bekering <strong>en</strong> heiligmaking van <strong>de</strong> Bijbel; <strong>en</strong> het is,<br />
omdat <strong>de</strong> grote beginsel<strong>en</strong> van gerechtigheid, door Gods wet aan het licht gebracht, door <strong>de</strong><br />
Christelike wereld met zoveel onverschilligheid beschouwd word<strong>en</strong>, dat m<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze vrucht<strong>en</strong><br />
zo zeld<strong>en</strong> ziet. Dit is <strong>de</strong> red<strong>en</strong>,waarom er zich zo weinig toont van dat diepe <strong>en</strong> blijv<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
werk van <strong>de</strong> Geest Gods, waardoor opwekking<strong>en</strong> in vroegere jar<strong>en</strong> zich k<strong>en</strong>merkt<strong>en</strong>. Het is<br />
door te aanschouw<strong>en</strong>, dat we veran<strong>de</strong>rd word<strong>en</strong>. En terwijl <strong>de</strong> heilige voorschrift<strong>en</strong>, waarin<br />
God <strong>de</strong> volmaaktheid <strong>en</strong> heiligheid van Zijn karakter voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> heeft blootgelegd,<br />
word<strong>en</strong> verwaarloosd, <strong>en</strong> het verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wordt aangetrokk<strong>en</strong> door <strong>de</strong> leer <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
theorieën van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, is het dan wel te verwon<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, dat het gevolg daarvan e<strong>en</strong> afnem<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> vroomheid in <strong>de</strong> kerk geweest is? De Heer zegt: “Mij, <strong>de</strong> sprinka<strong>de</strong>r van het<br />
lev<strong>en</strong><strong>de</strong> water, hebb<strong>en</strong> ze verlat<strong>en</strong>, om zichzelv<strong>en</strong> bakk<strong>en</strong> uit te houw<strong>en</strong>, gebrok<strong>en</strong> bakk<strong>en</strong>,<br />
die ge<strong>en</strong> water houd<strong>en</strong>.”<br />
335
“Welgelukzalig is <strong>de</strong> man, die niet wan<strong>de</strong>lt in <strong>de</strong> raad van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> . . . maar zijn<br />
lust is in <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> wet, <strong>en</strong> hij overd<strong>en</strong>kt Zijn wet dag <strong>en</strong> nacht. Want hij zal zijn als e<strong>en</strong><br />
boom, geplant aan waterbek<strong>en</strong>, die zijn vrucht geeft op zijn tijd, <strong>en</strong> welks blad niet afvalt; <strong>en</strong><br />
al wat hij doet, zal wel gelukk<strong>en</strong>.” Het is alle<strong>en</strong> dan, wanneer Gods wet hersteld wordt tot<br />
<strong>de</strong> plaats, die hem toekomt, dat er e<strong>en</strong> herlev<strong>en</strong>diging zijn kan van het e<strong>en</strong>voudige geloof <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> godzaligheid on<strong>de</strong>r het volk, dat Hem belijdt. “Zo zegt <strong>de</strong> Heer: Staat op <strong>de</strong> weg<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
ziet toe, <strong>en</strong> vraagt naar <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> pad<strong>en</strong>, waar toch <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> weg zij, <strong>en</strong> wan<strong>de</strong>lt daarin, zo<br />
zult ge rust vind<strong>en</strong> voor uw ziel.”<br />
336
Hoofdstuk 28 — Het On<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d Oor<strong>de</strong>el<br />
“Dit zag ik, totdat er tron<strong>en</strong> gezet werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong> Zich zette, Wi<strong>en</strong>s kleed<br />
wit was als <strong>de</strong> sneeuw, <strong>en</strong> het haar van Zijn hoofd als zuivere wol; Zijn troon was als<br />
vuurvonk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ra<strong>de</strong>r<strong>en</strong> ervan e<strong>en</strong> brand<strong>en</strong>d vuur; e<strong>en</strong> vurige rivier vloei<strong>de</strong>, <strong>en</strong> ging v——r<br />
Hem uit; duiz<strong>en</strong>dmaal duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> Hem; het gericht zette zich, <strong>en</strong> <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
geop<strong>en</strong>d.”<br />
Aldus werd voor het oog van <strong>de</strong> profeet geop<strong>en</strong>baard die grote <strong>en</strong> plechtige dag, waarop<br />
<strong>de</strong> karakters <strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> Hechter van <strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong> zoud<strong>en</strong><br />
op<strong>en</strong>gelegd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> zou ontvang<strong>en</strong> “naar zijn werk<strong>en</strong>.” De Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong> is<br />
God <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r. De psalmist zegt: “Eer <strong>de</strong> berg<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Gij <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
wereld voortgebracht hadt, ja, van eeuwigheid tot eeuwigheid zijt Gij God.” Hij, <strong>de</strong> bron<br />
van alle lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> oorsprong van alle wet, Hij is het, Die bij het oor<strong>de</strong>el voorzitt<strong>en</strong> zal. En<br />
heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, “ti<strong>en</strong>duiz<strong>en</strong>d maal ti<strong>en</strong>duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>dmaal duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>” won<strong>en</strong> als<br />
di<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze grote gerechtszitting bij.<br />
“En ziet, er kwam Eén met <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels, als e<strong>en</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> Zoon, <strong>en</strong> Hij kwam<br />
tot <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze <strong>de</strong>d<strong>en</strong> Hem voor Dezelve na<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. En Hem werd gegev<strong>en</strong><br />
heerschappij, <strong>en</strong> eer <strong>en</strong> het koninkrijk; dat Hem alle volk<strong>en</strong>, natieën <strong>en</strong> tong<strong>en</strong> er<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>;<br />
Zijn heerschappij is e<strong>en</strong> eeuwige heerschappij, die niet vergaan zal, <strong>en</strong> Zijn koninkrijk zal<br />
niet verdorv<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.” De komst van Christus, die hier beschrev<strong>en</strong> wordt, is niet Zijn<br />
we<strong>de</strong>rkomst naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Hij komt tot <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> van dag<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel om te ontvang<strong>en</strong><br />
heerschappij, <strong>en</strong> eer, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> koninkrijk, hetwelk Hem bij het ein<strong>de</strong> van Zijn werk als<br />
Mid<strong>de</strong>laar gegev<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong>. Het is dit kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet Zijn we<strong>de</strong>rkomst naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, dat<br />
in <strong>de</strong> profetieën voorzegd is als plaats grijp<strong>en</strong><strong>de</strong> aan het eind van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong>, in 1844.<br />
Vergezeld van heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> treedt onze grote Hogepriester het heilige <strong>de</strong>r heilig<strong>en</strong><br />
binn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verschijnt daar in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van God, om het laatste te do<strong>en</strong>, dat Hem<br />
nog te do<strong>en</strong> staat in Zijn bedi<strong>en</strong>ing t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, — om het werk van het<br />
on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el op Zich te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verzo<strong>en</strong>ing te do<strong>en</strong> voor all<strong>en</strong>, van wie bewez<strong>en</strong><br />
wordt, dat ze recht hebb<strong>en</strong> op <strong>de</strong> voorrecht<strong>en</strong> ervan. In <strong>de</strong> typiese eredi<strong>en</strong>st nam<strong>en</strong> slechts<br />
dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> aan <strong>de</strong> plechtighed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag <strong>de</strong>el, die met belijd<strong>en</strong>is van zond<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> boetedo<strong>en</strong>ing voor God war<strong>en</strong> getred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wier zond<strong>en</strong> door het bloed van het zo<strong>en</strong>offer<br />
op het heiligdom war<strong>en</strong> overgedrag<strong>en</strong>. Zo ook zull<strong>en</strong> in <strong>de</strong> grote dag van <strong>de</strong> laatste<br />
verzo<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> overwog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die<br />
tot het volk Gods behor<strong>en</strong>. Het oor<strong>de</strong>el over <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> afzon<strong>de</strong>rlike <strong>en</strong> daarvan<br />
verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> zaak, <strong>en</strong> vindt later plaats. “Het oor<strong>de</strong>el moet beginn<strong>en</strong> van het huis Gods; <strong>en</strong><br />
indi<strong>en</strong> het eerst van ons begint, welk zal het ein<strong>de</strong> zijn van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het evangelie van<br />
God ongehoorzaam zijn?”<br />
337
De registers in <strong>de</strong> hemel, waarin <strong>de</strong> nam<strong>en</strong> <strong>en</strong> dad<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> staan opgetek<strong>en</strong>d,<br />
moet<strong>en</strong> uitmak<strong>en</strong>, wat er in het oor<strong>de</strong>el beslot<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong>. De profeet Daniël zegt: “Het<br />
gericht zette zich, <strong>en</strong> <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d.” De zi<strong>en</strong>er van Patmos voegt er bij het<br />
beschrijv<strong>en</strong> van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is aan toe: “En e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r boek werd geop<strong>en</strong>d, dat <strong>de</strong>s<br />
lev<strong>en</strong>s is, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> geoor<strong>de</strong>eld uit hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> was, naar<br />
hun werk<strong>en</strong>.” Het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s bevat <strong>de</strong> nam<strong>en</strong> van al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zich ooit aan <strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>st van God verbond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Jezus sprak tot Zijn discipel<strong>en</strong>: “Verblijdt u, dat uw<br />
nam<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> zijn in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong>.” Paulus spreekt van zijn getrouwe me<strong>de</strong>arbei<strong>de</strong>rs,<br />
“welker nam<strong>en</strong> zijn in het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s.” Daniël, “e<strong>en</strong> tijd <strong>de</strong>r b<strong>en</strong>auwdheid, als er niet<br />
geweest is,” overzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, zegt, dat Gods volk verlost zal word<strong>en</strong>, “al wie gevond<strong>en</strong> wordt<br />
geschrev<strong>en</strong> te zijn in het boek.” En <strong>de</strong> schrijver van <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring zegt, dat alle<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> stad Gods zull<strong>en</strong> inkom<strong>en</strong>, wier nam<strong>en</strong> “geschrev<strong>en</strong> zijn in het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s van het<br />
Lam.”<br />
“E<strong>en</strong> ged<strong>en</strong>kboek” wordt v——r God gehoud<strong>en</strong>, waarin <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> dad<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d<br />
word<strong>en</strong> van-<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, “die <strong>de</strong> Heer vrez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die aan Zijn naam ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.” Hun<br />
woord<strong>en</strong> van geloof, hun dad<strong>en</strong> van lief<strong>de</strong> word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel op het register ingeschrev<strong>en</strong>.<br />
Nehemia doelt hierop, wanneer hij zegt: “Ged<strong>en</strong>k mijner, mijn God, ... <strong>en</strong> <strong>de</strong>lg mijn<br />
weldadighed<strong>en</strong> niet uit, die ik aan het huis Gods gedaan heb. “ In Gods ged<strong>en</strong>kboek staat<br />
ie<strong>de</strong>re rechtvaardige daad vereeuwigd. Daar is <strong>de</strong> getrouwe oorkon<strong>de</strong> van ie<strong>de</strong>re verleiding,<br />
waaraan weerstand gebod<strong>en</strong>, ie<strong>de</strong>r kwaad dat overwonn<strong>en</strong>, ie<strong>de</strong>r woord van te<strong>de</strong>r<br />
me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong> dat uitgesprok<strong>en</strong> is. En alles wat opoffering heeft gekost, alle lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> smart ter<br />
wille van Christus on<strong>de</strong>rgaan, staat daar opgetek<strong>en</strong>d. De psalmist zegt: “Gij hebt mijn<br />
omzwerving<strong>en</strong> geteld. Leg mijn tran<strong>en</strong> in Uw fles; zijn ze niet in Uw register?”<br />
Ook van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> register gehoud<strong>en</strong>. “Want God zal ie<strong>de</strong>r<br />
werk in het gericht br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, met al wat verborg<strong>en</strong> is, hetzij goed, of hetzij kwaad.” “Van elk<br />
ij<strong>de</strong>l woord, hetwelk <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> gesprok<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> ze rek<strong>en</strong>schap gev<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
dag van het oor-<strong>de</strong>el.” De Heiland heeft gezegd: “Want uit uw woord<strong>en</strong> zult ge<br />
gerechtvaardigd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uit uw woord<strong>en</strong> zult ge geoor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong>.” De geheime<br />
bedoeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> drijf- ver<strong>en</strong> staan geboekt op dat register, dat onfeilbaar is; want God “zal in<br />
het licht br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> duisternis verborg<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> zal <strong>de</strong> raadslag<strong>en</strong> van het hart<br />
op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>.” “Ziet, het is voor Mijn aangezicht geschrev<strong>en</strong>, . . . uw ongerechtighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ongerechtighed<strong>en</strong> van uw va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tegelijk, zegt <strong>de</strong> Heer. “<br />
Het werk van ie<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s wordt door God nagegaan, <strong>en</strong> als e<strong>en</strong> daad van trouw of<br />
ontrouw aangetek<strong>en</strong>d. Teg<strong>en</strong>over ie<strong>de</strong>re naam wordt met schrikkelike juistheid ie<strong>de</strong>r<br />
verkeerd woord, ie<strong>de</strong>re zelfzuchtige daad, ie<strong>de</strong>re onvervul<strong>de</strong> plicht, ie<strong>de</strong>re geheime zon<strong>de</strong>,<br />
<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r listig bedrog geboekt. Van uit <strong>de</strong> hemel gezond<strong>en</strong> waarschuwing<strong>en</strong> of berisping<strong>en</strong>,<br />
waarop ge<strong>en</strong> acht is geslag<strong>en</strong>, verlor<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blikk<strong>en</strong>, ongebruikte geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, <strong>de</strong> invloed,<br />
die t<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> of t<strong>en</strong> kwa<strong>de</strong> uitgeoef<strong>en</strong>d is, met <strong>de</strong> zich ver uitstrekk<strong>en</strong><strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> ervan,<br />
word<strong>en</strong> alle opgeschrev<strong>en</strong> door <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, die het register houdt.<br />
338
Gods wet is <strong>de</strong> standaard, waaraan <strong>de</strong> karakters <strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in het<br />
oor<strong>de</strong>el getoetst zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De Prediker zegt: “Vreest God, <strong>en</strong> houdt Zijn gebod<strong>en</strong>, want<br />
dit betaamt alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Want God zal ie<strong>de</strong>r werk in het gericht br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.” De apostel<br />
Jakobus vermaant zijn broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>: “Spreekt alzo, <strong>en</strong> doet alzo, als die door <strong>de</strong> wet <strong>de</strong>r<br />
vrijheid zult geoor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong>.” Dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke in het oor<strong>de</strong>el “waardig geacht” zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong>el hebb<strong>en</strong> in <strong>de</strong> opstanding van <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>. Jezus heeft gezegd:<br />
“Die waardig zull<strong>en</strong> geacht zijn, die eeuw te verwerv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> opstanding uit <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>, . . .<br />
zijn aan <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> gelijk; <strong>en</strong> ze zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods, <strong>de</strong>wijl ze kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r opstanding zijn.”<br />
En we<strong>de</strong>rom zegt Hij: “Die het goe<strong>de</strong> gedaan hebb<strong>en</strong>”, zull<strong>en</strong> uitgaan “tot <strong>de</strong> opstanding <strong>de</strong>s<br />
lev<strong>en</strong>s.” De rechtvaardige dod<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> niet opstaan tot na het oor<strong>de</strong>el, waarin ze waardig<br />
geacht zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om “<strong>de</strong> opstanding <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s” te verwerv<strong>en</strong>. Vandaar dat ze niet<br />
persoonlik teg<strong>en</strong>woordig zull<strong>en</strong> zijn bij <strong>de</strong> gerechtszitting, waar hetge<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d<br />
staat, on<strong>de</strong>rzocht, <strong>en</strong> over hun geval beslist zal word<strong>en</strong>.<br />
Jezus zal verschijn<strong>en</strong> als hun voorspraak, om t<strong>en</strong> behoeve van h<strong>en</strong> voor God te pleit<strong>en</strong>.<br />
“Indi<strong>en</strong> iemand gezondigd heeft, we hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorspraak bij <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r, Jezus Christus, <strong>de</strong><br />
Rechtvaardige.” “Want Christus is niet ingegaan in het heiligdom, dat met hand<strong>en</strong> gemaakt<br />
is, hetwelk is e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>beeld van het ware; maar in <strong>de</strong> hemel zelf, om nu te verschijn<strong>en</strong> voor<br />
het aangezicht van God voor ons.” “Waarom Hij ook volkom<strong>en</strong>lik kan zaligmak<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
die door Hem tot God gaan, alzo Hij altijd leeft om voor h<strong>en</strong> te bidd<strong>en</strong>.” Wanneer <strong>de</strong><br />
registers in het oor<strong>de</strong>el geop<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, wordt het lev<strong>en</strong> van all<strong>en</strong>, die in Jezus geloofd<br />
hebb<strong>en</strong>, door God on<strong>de</strong>rzocht. Beginn<strong>en</strong><strong>de</strong> met h<strong>en</strong>, die het eerste op aar<strong>de</strong> geleefd hebb<strong>en</strong>,<br />
draagt onze Voorspraak <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> voor van ie<strong>de</strong>r volg<strong>en</strong>d geslacht, <strong>en</strong> eindigt met <strong>de</strong><br />
lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re naam wordt g<strong>en</strong>oemd, ie<strong>de</strong>r geval nauwkeurig nagegaan. De <strong>en</strong>e naam<br />
wordt aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re verworp<strong>en</strong>. Zijn er, van wie nog zond<strong>en</strong> op het register staan,<br />
waarover ze ge<strong>en</strong> berouw hebb<strong>en</strong> betoond <strong>en</strong> die niet vergev<strong>en</strong> zijn, dan zull<strong>en</strong> hun nam<strong>en</strong><br />
uit het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s weggedaan word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun goe<strong>de</strong> dad<strong>en</strong>, die opgetek<strong>en</strong>d staan, uit<br />
het boek van Gods gedacht<strong>en</strong>is word<strong>en</strong> uitgewist. De Heer verklaar<strong>de</strong> aan Mozes: “Die zou<br />
Ik uit Mijn boek <strong>de</strong>lg<strong>en</strong>, die aan Mij zondigt.” En <strong>de</strong> profeet Ezechiël zegt: “Maar als <strong>de</strong><br />
rechtvaardige zich afkeert van zijn gerechtigheid, <strong>en</strong> onrecht doet, ... al zijn gerechtighed<strong>en</strong>,<br />
die hij gedaan heeft, zull<strong>en</strong> niet gedacht word<strong>en</strong>.”<br />
Teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> nam<strong>en</strong> van all<strong>en</strong>, die waarlik berouw hebb<strong>en</strong> gehad over hun zond<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
die in het geloof aanspraak mak<strong>en</strong> op het bloed van Christus als hun zo<strong>en</strong>offer, is vergiff<strong>en</strong>is<br />
aangetek<strong>en</strong>d in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels; daar ze <strong>de</strong>el erlangd hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gerechtigheid van<br />
Christus, <strong>en</strong> hun karakters in overe<strong>en</strong>stemming gevond<strong>en</strong> zijn met <strong>de</strong> wet Gods, word<strong>en</strong> hun<br />
zond<strong>en</strong> uitge<strong>de</strong>lgd, <strong>en</strong> zijzelv<strong>en</strong> het eeu- wige lev<strong>en</strong> waardig geacht. De Heer verklaart bij<br />
mon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> profeet Jesaja: “Ik, Ik b<strong>en</strong> het, die uw overtreding<strong>en</strong> uit<strong>de</strong>lg, om mijn<strong>en</strong>twil,<br />
<strong>en</strong> Ik ged<strong>en</strong>k aan uw zond<strong>en</strong> niet.” Jezus sprak: “Die overwint, die zal bekleed word<strong>en</strong> met<br />
witte kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Ik zal zijn naam ge<strong>en</strong>szins uitdo<strong>en</strong> uit het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> Ik zal zijn<br />
naam belijd<strong>en</strong> v——r Mijn Va<strong>de</strong>r <strong>en</strong> v——r Zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>.” “E<strong>en</strong> iegelik dan, die Mij<br />
339
elijd<strong>en</strong> zal v——r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die zal Ik ook belijd<strong>en</strong> v——r Mijn Va<strong>de</strong>r, die in <strong>de</strong><br />
hemel<strong>en</strong> is. Maar zo wie Mij verlooch<strong>en</strong>d zal hebb<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die zal Ik ook<br />
verlooch<strong>en</strong><strong>en</strong> v——r Mijn Va<strong>de</strong>r, die in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> is.”<br />
De allergrootste belangstelling, die door <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in <strong>de</strong> uitsprak<strong>en</strong> van aardse<br />
rechtbank<strong>en</strong> betoond wordt, geeft slechts e<strong>en</strong> flauwe voorstelling van <strong>de</strong> belangstelling,<br />
welke in <strong>de</strong> hemelhov<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> dag wordt gelegd, wanneer <strong>de</strong> nam<strong>en</strong>, die in het boek <strong>de</strong>s<br />
lev<strong>en</strong>s staan opgetek<strong>en</strong>d, opgebracht word<strong>en</strong> om door <strong>de</strong> Rechter van <strong>de</strong> ganse aar<strong>de</strong> te<br />
word<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzocht. De God<strong>de</strong>like Mid<strong>de</strong>laar pleit, dat <strong>de</strong> overtreding<strong>en</strong> van all<strong>en</strong>, die<br />
overwonn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> door het geloof in Zijn bloed, zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zij hersteld<br />
word<strong>en</strong> in hun Paradijswoning, <strong>en</strong> als me<strong>de</strong>ërfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> met Hemzelf gekroond tot <strong>de</strong><br />
“vorige heerschappij.” Satan had in zijn pog<strong>en</strong> om ons geslacht te bedrieg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verleid<strong>en</strong><br />
het God<strong>de</strong>like plan met <strong>de</strong> schepping van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> te verij<strong>de</strong>l<strong>en</strong>; maar Christus<br />
vraagt nu, dat dit plan t<strong>en</strong> uitvoer zal word<strong>en</strong> gebracht, alsof <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s nooit gevall<strong>en</strong> was.<br />
Hij vraagt voor Zijn volk niet alle<strong>en</strong> om vergiff<strong>en</strong>is <strong>en</strong> vrijspraak, algeheel <strong>en</strong> vol, maar e<strong>en</strong><br />
aan<strong>de</strong>el aan Zijn heerlikheid, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> plaats op Zijn troon.<br />
Terwijl Jezus voor <strong>de</strong> voorwerp<strong>en</strong> van Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> pleit, beschuldigt Satan h<strong>en</strong> voor God<br />
als overtre<strong>de</strong>rs. De grote verlei<strong>de</strong>r heeft getracht h<strong>en</strong> tot twijfel te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> hun<br />
vertrouw<strong>en</strong> in God te do<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> van Zijn lief<strong>de</strong> te scheid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn wet te lat<strong>en</strong><br />
overtred<strong>en</strong>. Nu wijst hij op hetge<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> hun lev<strong>en</strong> opgetek<strong>en</strong>d staat, op <strong>de</strong> gebrek<strong>en</strong><br />
in hun karakter, <strong>de</strong> ongelijkheid aan Christus, die hun Verlosser heeft onteerd, op al <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong>, die ze t<strong>en</strong>gevolge van zijn verleiding bedrev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> maakt om die red<strong>en</strong><br />
aanspraak op h<strong>en</strong> als zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong>.<br />
Jezus verontschuldigt hun zond<strong>en</strong> niet, maar toont hun berouw <strong>en</strong> geloof, <strong>en</strong>, hun<br />
vergiff<strong>en</strong>is eis<strong>en</strong><strong>de</strong>, heft Hij Zijn gewon<strong>de</strong> hand<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> op,<br />
zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Ik k<strong>en</strong> h<strong>en</strong> bij name. Ik heb h<strong>en</strong> op <strong>de</strong> palm<strong>en</strong> van Mijn hand<strong>en</strong> gegraveerd. ‘De<br />
offerand<strong>en</strong> Gods zijn e<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong> geest; e<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> verslag<strong>en</strong> hart zult Gij, o God!<br />
niet veracht<strong>en</strong>.’ “ En tot <strong>de</strong> beschuldiger van Zijn volk spreekt Hij: “De Heer schel<strong>de</strong> u, gij<br />
Satan! ja, <strong>de</strong> Heer schel<strong>de</strong> u, Die Jeruzalem verkiest: is <strong>de</strong>ze niet e<strong>en</strong> vuurbrand uit het vuur<br />
gerukt?” Christus zal zijn getrouw<strong>en</strong> met Zijn eig<strong>en</strong> gerechtigheid bekled<strong>en</strong>, om h<strong>en</strong> heerlik<br />
aan Zijn Va<strong>de</strong>r te kunn<strong>en</strong> voorstell<strong>en</strong> als “e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te, die ge<strong>en</strong> vlek of rimpel heeft, of<br />
iets <strong>de</strong>rgelijks. “ Hun nam<strong>en</strong> zijn opgetek<strong>en</strong>d in het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> er staat van h<strong>en</strong><br />
geschrev<strong>en</strong>: “Ze zull<strong>en</strong> met Mij wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong> in witte kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, overmits ze het waardig zijn.”<br />
Aldus zal <strong>de</strong> volkom<strong>en</strong> vervulling van <strong>de</strong> belofte in het Nieuwe Verbond verwez<strong>en</strong>likt<br />
word<strong>en</strong>: “Ik zal hun onge-rechtigheid vergev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun zond<strong>en</strong> niet meer ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.” “In die<br />
dag<strong>en</strong> <strong>en</strong> te dier tijd, spreekt <strong>de</strong> Heer, zal Israels ongerechtigheid gezocht word<strong>en</strong>, maar zal<br />
er niet zijn; <strong>en</strong> <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van Juda, maar ze zull<strong>en</strong> niet gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.” “Te di<strong>en</strong> dage<br />
zal <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> Spruit zijn tot sieraad <strong>en</strong> tot heerlikheid, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vrucht van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> tot<br />
voortreffelikheid <strong>en</strong> tot versiering van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het ontkom<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> in Israël. En het zal<br />
340
geschied<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> overgeblev<strong>en</strong>e in Zion, <strong>en</strong> <strong>de</strong> overgelat<strong>en</strong>e in Jeruzalem zal heilig<br />
gehet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> iegelik, die geschrev<strong>en</strong> is t<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> te Jeruzalem.”<br />
Het werk van het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> van het uit<strong>de</strong>lg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> moet<br />
geëindigd zijn v——r <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van <strong>de</strong> Heer. Daar <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> geoor<strong>de</strong>eld moet<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> uit hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> staat, is het on- mogelik, dat <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> uitgewist zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voordat het oor<strong>de</strong>el, waarin hun geval zal word<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rzocht, zal gehoud<strong>en</strong> zijn. Maar <strong>de</strong> apostel Petrus verklaart beslist, dat <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> uitgewist word<strong>en</strong>, “wanneer <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verkoeling zull<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong><br />
zijn van het aangezicht <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij gezond<strong>en</strong> zal hebb<strong>en</strong> Jezus Christus.” Wanneer<br />
het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el sluit, zal Christus kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn loon zal met Hem zijn om e<strong>en</strong><br />
iegelik te gev<strong>en</strong> naar zijn werk<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> typiese eredi<strong>en</strong>st trad <strong>de</strong> hogepriester,na verzo<strong>en</strong>ing gedaan te hebb<strong>en</strong>, naar buit<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring. Zo zal Christus bij het ein<strong>de</strong> van Zijn werk als mid<strong>de</strong>laar<br />
verschijn<strong>en</strong> “zon<strong>de</strong>r zon<strong>de</strong> tot zaligheid,“2 om Zijn volk, dat op Hem wacht, te zeg<strong>en</strong><strong>en</strong> met<br />
het eeuwige lev<strong>en</strong>. Gelijk <strong>de</strong> priester bij het wegdo<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> uit het heiligdom ze op<br />
het hoofd van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>bok beleed, ev<strong>en</strong>zo zal Christus al <strong>de</strong>ze zond<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> op Satan, <strong>de</strong><br />
bewerker <strong>en</strong> aanpor<strong>de</strong>r tot <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. De zon<strong>de</strong>bok werd, met <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van Israël belad<strong>en</strong>,<br />
weggezond<strong>en</strong> naar “e<strong>en</strong> afgezon<strong>de</strong>rd land;” ev<strong>en</strong>zo zal Satan, <strong>de</strong> schuld drag<strong>en</strong><strong>de</strong> van al <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong>, welke hij Gods volk heeft lat<strong>en</strong> begaan, duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> lang gebond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong>, welke dan woest <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r bewoners zal zijn, <strong>en</strong> zal ein<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> volle straf van <strong>de</strong><br />
zon<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgaan in het vuur, dat al <strong>de</strong> god- <strong>de</strong>loz<strong>en</strong> verter<strong>en</strong> zal. Aldus zal het grote plan<br />
van <strong>de</strong> ver-lossing t<strong>en</strong> slotte zijn vervulling bereik<strong>en</strong> door uitwissing van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong><br />
verlossing van all<strong>en</strong>, die gewillig geweest zijn om het kwa<strong>de</strong> vaarwel te zegg<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong> tijd,<br />
die voor het oor<strong>de</strong>el was vastgesteld — het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 2300 dag<strong>en</strong>, in 1844 — is het werk<br />
van het on<strong>de</strong>rzoek <strong>en</strong> het uit<strong>de</strong>lg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> begonn<strong>en</strong>. Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die ooit <strong>de</strong> naam<br />
van Christus op zich g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> dat diepgaand on<strong>de</strong>rzoek doorgaan. De<br />
lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zowel als <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> geoor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong> “uit hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong><br />
geschrev<strong>en</strong> was, naar hun werk<strong>en</strong>.”<br />
Zond<strong>en</strong>, waarover <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s ge<strong>en</strong> berouw gehad heeft, <strong>en</strong> die niet afgelegd zijn,zull<strong>en</strong> niet<br />
vergev<strong>en</strong>,noch uit <strong>de</strong> registers wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, maar zull<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> staan om in <strong>de</strong> dag<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> zondaar te getuig<strong>en</strong>. Hij mag zijn slechte dad<strong>en</strong> bij het licht <strong>de</strong>s daags of<br />
in <strong>de</strong> duisternis van <strong>de</strong> nacht begaan hebb<strong>en</strong>; maar ze zijn op<strong>en</strong>baar <strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik geweest v—<br />
—r Hem, met Wie we te do<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Engel<strong>en</strong> Gods zijn getuig<strong>en</strong> geweest van ie<strong>de</strong>re<br />
zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> die in <strong>de</strong> onfeilbare registers geboekt. De zon<strong>de</strong> mag be<strong>de</strong>kt wez<strong>en</strong>,<br />
ontk<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, of verborg<strong>en</strong> zijn voor va<strong>de</strong>r, moe<strong>de</strong>r, vrouw, kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>;<br />
niemand behalve <strong>de</strong> schuldige da<strong>de</strong>rs mag <strong>de</strong> geringste achterdocht koester<strong>en</strong> van het kwaad;<br />
maar het ligt op<strong>en</strong> v——r h<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> hemel won<strong>en</strong>. De duisternis van <strong>de</strong> donkerste nacht,<br />
<strong>de</strong> geheimzinnigheid van alle bedriegelike kunstgrep<strong>en</strong>, is niet voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> om één gedachte<br />
te verberg<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Eeuwig- lev<strong>en</strong><strong>de</strong> er ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis aan hebb<strong>en</strong> zou. God bezit e<strong>en</strong> getrouw<br />
341
verslag van ie<strong>de</strong>re onjuiste rek<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re oneer- like han<strong>de</strong>ling. Hij wordt niet<br />
bedrog<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> schijn van vroomheid. Hij vergist zich niet in Zijn schatting van het<br />
karakter. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door h<strong>en</strong>, die bedorv<strong>en</strong> van hart zijn, maar<br />
Gods oog boort door alle vermomming<strong>en</strong> he<strong>en</strong>, <strong>en</strong> doorgrondt het innerlike lev<strong>en</strong>.<br />
Hoe ernstig is <strong>de</strong> gedachte! Dag na dag,die zich in <strong>de</strong> eeuwigheid verliest, draagt zijn<br />
last van hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels moet opgetek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>. Woord<strong>en</strong> e<strong>en</strong>maal<br />
gesprok<strong>en</strong>, dad<strong>en</strong> e<strong>en</strong>maal gedaan, kunn<strong>en</strong> nooit herroep<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Engel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> zowel<br />
het goe<strong>de</strong> als het kwa<strong>de</strong> opgeschrev<strong>en</strong>. De machtigste veroveraar op aar<strong>de</strong> kan niet<br />
herroep<strong>en</strong> wat er geboekt staat, zelfs niet van één <strong>en</strong>kele dag. Onze dad<strong>en</strong>, onze woord<strong>en</strong>,<br />
zelfs onze heimelik- ste drijfver<strong>en</strong> drag<strong>en</strong> er alle toe bij om ons lot voor goed of kwaad te<br />
besliss<strong>en</strong>. Ofschoon ze door ons verget<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> zijn, ze zull<strong>en</strong> me<strong>de</strong> getuig<strong>en</strong> tot<br />
rechtvaardiging of veroor<strong>de</strong>ling.<br />
Gelijk <strong>de</strong> trekk<strong>en</strong> van het gelaat met onfeilbare juistheid weergegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
gepolijste plaat van <strong>de</strong> kunst<strong>en</strong>aar, zo ook staat het karakter trouw geschetst in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong><br />
daarbov<strong>en</strong>. En toch, hoe weinig bezorgdheid wordt er aangaan<strong>de</strong> dat register gevoeld, dat<br />
voor het oog van <strong>de</strong> heme- ling<strong>en</strong> zal op<strong>en</strong>gelegd word<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> sluier, welke <strong>de</strong><br />
zichtbare van <strong>de</strong> onzichtbare wereld scheidt, kon weggeschov<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel kond<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, ie<strong>de</strong>r woord <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re daad aantek<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>, die ze in het<br />
oor<strong>de</strong>el we<strong>de</strong>r moet<strong>en</strong> ontmoet<strong>en</strong>, hoeveel woord<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong> dageliks gebruikt, zoud<strong>en</strong> er<br />
ongesprok<strong>en</strong>, hoeveel dad<strong>en</strong> ongedaan blijv<strong>en</strong>.<br />
In het oor<strong>de</strong>el zal het gebruik, dat van ie<strong>de</strong>r tal<strong>en</strong>t gemaakt is, nauwkeurig word<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rzocht. Hoe hebb<strong>en</strong> wij het kapitaal, dat <strong>de</strong> Hemel ons gele<strong>en</strong>d heeft, gebruikt? Zal <strong>de</strong><br />
Heer bij Zijn komst Zijn eig<strong>en</strong>dom met woeker terugkrijg<strong>en</strong>? Hebb<strong>en</strong> we van <strong>de</strong> vermog<strong>en</strong>s,<br />
welke ons in onze hand<strong>en</strong>, ons hart, <strong>en</strong> onze hers<strong>en</strong><strong>en</strong> war<strong>en</strong> toevertrouwd, gebruik gemaakt<br />
tot eer van God <strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> wereld? Hoe hebb<strong>en</strong> wij onze tijd, onze p<strong>en</strong>, onze stem,<br />
ons geld, onze invloed gebruikt? Wat hebb<strong>en</strong> we voor Christus gedaan in <strong>de</strong> persoon van <strong>de</strong><br />
arme, <strong>de</strong> noodlijd<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong> wees of <strong>de</strong> weduwe? God heeft ons Zijn heilig Woord in pand<br />
gegev<strong>en</strong> ; wat hebb<strong>en</strong> we gedaan met het licht <strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid, ons toebetrouwd om m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
wijs te mak<strong>en</strong> tot zaligheid? E<strong>en</strong> blote belijd<strong>en</strong>is van geloof in Christus heeft ge<strong>en</strong> waar<strong>de</strong>;<br />
alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong>, die door werk<strong>en</strong> getoond wordt, geldt als echt. Het is <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> alle<strong>en</strong>, die in<br />
het oog van <strong>de</strong> Hemel e<strong>en</strong> daad van waar<strong>de</strong> maakt. Wat ook maar uit lief<strong>de</strong> gedaan wordt,<br />
hoe klein het ook mag schijn<strong>en</strong> in <strong>de</strong> achting van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, wordt door God aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> beloond.<br />
De verborg<strong>en</strong> zelfzucht van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> is in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel op<strong>en</strong>gelegd. Daar<br />
staan <strong>de</strong> niet vervul<strong>de</strong> plicht<strong>en</strong> jeg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s, het verget<strong>en</strong> van wat <strong>de</strong> Heiland<br />
toekomt, opgetek<strong>en</strong>d. Daar zull<strong>en</strong> ze zi<strong>en</strong>, hoe m<strong>en</strong>igmaal <strong>de</strong> tijd, <strong>de</strong> gedachte, <strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht<br />
aan Satan gegev<strong>en</strong> is, die Christus toekwam<strong>en</strong>. Treurig is <strong>de</strong> tijding, die <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> naar <strong>de</strong><br />
hemel br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Verstandige m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die belijd<strong>en</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus te zijn, zijn in<br />
342
het verkrijg<strong>en</strong> van wereldse bezitting<strong>en</strong>, of het najag<strong>en</strong> van aardse vermak<strong>en</strong> verdiept. Geld,<br />
tijd <strong>en</strong> kracht word<strong>en</strong> opgeofferd aan vertoon <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> smaak; <strong>en</strong> slechts<br />
weinige og<strong>en</strong>blikk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gewijd aan gebed, of het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift, aan<br />
verootmoediging van <strong>de</strong> ziel <strong>en</strong> belijd<strong>en</strong>is van zon<strong>de</strong>.<br />
Satan bed<strong>en</strong>kt ontelbare plann<strong>en</strong> om onze aandacht bezig te houd<strong>en</strong>, opdat we die niet<br />
zoud<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan het werk, waarme<strong>de</strong> we het best bek<strong>en</strong>d behoord<strong>en</strong> te zijn. De<br />
aartsverlei<strong>de</strong>r haat <strong>de</strong> grote waarhed<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> zo<strong>en</strong>offer <strong>en</strong> e<strong>en</strong> almachtige Mid<strong>de</strong>laar aan<br />
het licht br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Hij weet, dat voor hem alles afhangt van het aftrekk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van<br />
Jezus <strong>en</strong> Zijn waarheid. Zij, die <strong>de</strong>el w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> voorrecht<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
tuss<strong>en</strong>komst van <strong>de</strong> Zaligmaker, behor<strong>en</strong> niet te duld<strong>en</strong>, dat iets hun plicht in <strong>de</strong> weg staat<br />
om heiligheid in <strong>de</strong> vreze Gods te volmak<strong>en</strong>. De kostbare ur<strong>en</strong>, in plaats van aan g<strong>en</strong>ot,<br />
vertoon, of winstbejag te word<strong>en</strong> opgeofferd, behor<strong>en</strong> gewijd te word<strong>en</strong> aan ernstig <strong>en</strong><br />
bidd<strong>en</strong>d on<strong>de</strong>rzoek van het Woord <strong>de</strong>r waarheid. Het on<strong>de</strong>rwerp van het heiligdom <strong>en</strong> het<br />
on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el behoort door het volk Gods dui<strong>de</strong>lik te word<strong>en</strong> verstaan. All<strong>en</strong><br />
behor<strong>en</strong> voor zichzelv<strong>en</strong> te wet<strong>en</strong>, welke plaats hun grote Hogepriester bekleedt, <strong>en</strong><br />
hoedanig het werk is, dat Hij doet. An<strong>de</strong>rs zal het hun niet mogelik zijn, het geloof te<br />
oef<strong>en</strong><strong>en</strong>, dat in <strong>de</strong>ze tijd onont- beerlik is, of <strong>de</strong> plaats in te nem<strong>en</strong>, die ze volg<strong>en</strong>s Gods<br />
bedoeling moet<strong>en</strong> vervull<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re persoon heeft e<strong>en</strong> ziel te behoud<strong>en</strong> of te verliez<strong>en</strong>.<br />
Ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> zaak, die voor Gods rechtbank ligt; elke<strong>en</strong> moet <strong>de</strong> grote Rechter van<br />
aangezicht tot aangezicht ontmoet<strong>en</strong>. Van hoeveel belang is het dus, dat ie<strong>de</strong>r gemoed<br />
m<strong>en</strong>igmaal peinz<strong>en</strong> zal over het plechtige toneel, wanneer het oor<strong>de</strong>el zal zitt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
boek<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, wanneer ie<strong>de</strong>r m<strong>en</strong>sekind, met Daniël, zal staan in zijn lot,<br />
in het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> dag<strong>en</strong>.<br />
Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het licht over <strong>de</strong>ze on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is<br />
aflegg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grote waarhed<strong>en</strong>, welke God hun heeft toebetrouwd. Het heiligdom in <strong>de</strong><br />
hemel is het mid<strong>de</strong>lpunt van Christus werk t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Het betreft ie<strong>de</strong>re<br />
ziel, die op dé aar<strong>de</strong> woont. Het legt het verlossingsplan voor onze og<strong>en</strong> op<strong>en</strong>; <strong>en</strong> terwijl het<br />
ons verplaatst in het laatste <strong>de</strong>r dag<strong>en</strong>, op<strong>en</strong>baart het <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong>rijke oplossing van <strong>de</strong> strijd<br />
tuss<strong>en</strong> ge-rechtigheid <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>. Het is van het grootste belang, dat all<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>gelik on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in staat zijn om e<strong>en</strong> antwoord te gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> iegelik, die hun e<strong>en</strong><br />
red<strong>en</strong> vraagt van <strong>de</strong> hoop, die in h<strong>en</strong> leeft.<br />
De bemid<strong>de</strong>ling van Christus t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in het heiligdom daarbov<strong>en</strong> is<br />
ev<strong>en</strong> onontbeerlik in het verlos- singsplan, als Zijn dood op het kruis was. Met Zijn dood<br />
begon Hij dat werk, waarvoor Hij, om het in <strong>de</strong> hemel te volmak<strong>en</strong>, na Zijn opstanding<br />
opvoer. We moet<strong>en</strong> in het geloof ingaan in het binn<strong>en</strong>ste van het voorhangsel, “daar <strong>de</strong><br />
Voorloper v——r ons is ingegaan.” Daar wordt het licht van het kruis van Golgotha<br />
weerkaatst. Daar kunn<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>liker inzicht krijg<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geheim<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verlossing.<br />
De redding van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kost <strong>de</strong> hemel e<strong>en</strong> oneindige prijs; het offer, dat gebracht wordt,<br />
weegt op teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> str<strong>en</strong>gste eis<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gebrok<strong>en</strong> wet Gods. Jezus heeft <strong>de</strong> weg naar <strong>de</strong><br />
343
troon van <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r op<strong>en</strong>gesteld, <strong>en</strong> door Zijn bemid<strong>de</strong>ling kan het oprecht verlang<strong>en</strong> van<br />
all<strong>en</strong>, die in het geloof tot Hem kom<strong>en</strong>, aan God word<strong>en</strong> voorgelegd.<br />
“Die zijn overtreding<strong>en</strong> be<strong>de</strong>kt, zal niet voorspoedig zijn; maar die ze belijdt <strong>en</strong> laat, zal<br />
barmhartigheid verkrijg<strong>en</strong>.” Kond<strong>en</strong> zij, die hun gebrek<strong>en</strong> verberg<strong>en</strong> <strong>en</strong> verontschuldig<strong>en</strong>,<br />
zi<strong>en</strong>, hoezeer Satan zich over h<strong>en</strong> verblijdt, <strong>en</strong> hoe hij Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> tart met<br />
hun wijze van han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, ze zoud<strong>en</strong> zich haast<strong>en</strong> om hun zond<strong>en</strong> te belijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> er afstand van<br />
te do<strong>en</strong>. Door gebrek<strong>en</strong> in het karakter tracht Satan macht te verkrijg<strong>en</strong> over het gehele<br />
gemoed, <strong>en</strong> hij weet, dat indi<strong>en</strong> die gebrek<strong>en</strong> gekoesterd word<strong>en</strong>, hij slag<strong>en</strong> zal. Daarom<br />
tracht hij <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus voortdur<strong>en</strong>d te bedrieg<strong>en</strong> met zijn noodlottige, valse<br />
red<strong>en</strong>ering, dat het onmogelik voor h<strong>en</strong> is om te overwinn<strong>en</strong>. Maar Jezus pleit voor h<strong>en</strong> op<br />
Zijn verwon<strong>de</strong> hand<strong>en</strong>, Zijn verbrok<strong>en</strong> lichaam; Hij zegt tot all<strong>en</strong>, die Hem will<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>:<br />
“Mijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> is u g<strong>en</strong>oeg.” “Neemt Mijn juk op u, <strong>en</strong> leert van Mij, dat Ik zachtmoedig b<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rig van hart; <strong>en</strong> ge zult rust vind<strong>en</strong> voor uw ziel<strong>en</strong>. Want Mijn juk is zacht, <strong>en</strong> Mijn<br />
last is licht.” Laat niemand zijn gebrek<strong>en</strong> dan voor ong<strong>en</strong>eeslik houd<strong>en</strong>. God zal geloof <strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> om ze te bov<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>.<br />
We belev<strong>en</strong> nu <strong>de</strong> grote verzo<strong>en</strong>dag. In <strong>de</strong> typiese eredi<strong>en</strong>st moest<strong>en</strong> all<strong>en</strong> hun ziel<strong>en</strong><br />
kwell<strong>en</strong> door berouw over hun zond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verootmoediging voor <strong>de</strong> Heer, terwijl <strong>de</strong><br />
hogepriester verzo<strong>en</strong>ing <strong>de</strong>ed voor Israël, opdat ze niet van het volk afgesned<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Op gelijke wijze behoord<strong>en</strong> nu all<strong>en</strong>, die hun nam<strong>en</strong> in het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s w<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
te behoud<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> weinige dag<strong>en</strong> van hun g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd, die hun nog overblijv<strong>en</strong>, hun ziel<strong>en</strong> te<br />
kwell<strong>en</strong> voor God door droefheid over <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> waar berouw. Er moet e<strong>en</strong> diep,<br />
getrouw on<strong>de</strong>rzoek van het hart zijn. Er moet afstand gedaan word<strong>en</strong> van <strong>de</strong> luchthartige,<br />
nietige geest, waaraan zovel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> belijd<strong>en</strong><strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zich over-gev<strong>en</strong>. Er is e<strong>en</strong><br />
ernstige strijd, die all<strong>en</strong> wacht, welke <strong>de</strong> kwa<strong>de</strong> neiging<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
overhand tracht<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong>. Het werk van voorbereiding is voor e<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r op zichzelf.<br />
We word<strong>en</strong> niet in groep<strong>en</strong> gered. De reinheid <strong>en</strong> toewijding van <strong>de</strong> e<strong>en</strong> kan niet goedmak<strong>en</strong><br />
wat e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r in <strong>de</strong>ze hoedanighed<strong>en</strong> te kort schiet. Ofschoon alle volk<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
opkom<strong>en</strong> om door God geoor<strong>de</strong>eld te word<strong>en</strong>, toch zal Hij <strong>de</strong> zaak van ie<strong>de</strong>re afzon- <strong>de</strong>rlike<br />
persoon z— nauwkeurig <strong>en</strong> grondig on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, alsof er ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r wez<strong>en</strong> op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
was. Ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> moet getoetst, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r vlek of rimpel of iets <strong>de</strong>rgelijks bevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Plechtig zijn <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in verband met het sluitingswerk van <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing.<br />
Allergewichtigst zijn <strong>de</strong> belang<strong>en</strong>, welke daarin betrokk<strong>en</strong> zijn. Het oor<strong>de</strong>el vindt tans in het<br />
heiligdom daarbov<strong>en</strong> plaats. Reeds vele jar<strong>en</strong> lang is dit werk aan <strong>de</strong> gang. Spoedig —<br />
niemand weet hoe spoedig — zal het bij <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Ons lev<strong>en</strong> zal<br />
in <strong>de</strong> vreselike teg<strong>en</strong>woordigheid van God moet<strong>en</strong> opkom<strong>en</strong> om on<strong>de</strong>rzocht te word<strong>en</strong>. In<br />
<strong>de</strong>ze tijd meer dan in <strong>en</strong>ige an<strong>de</strong>re past het ie<strong>de</strong>re ziel, acht te slaan op <strong>de</strong> vermaning van <strong>de</strong><br />
Zaligmaker: “Waakt <strong>en</strong> bidt: want ge weet niet, wanneer <strong>de</strong> tijd 2 Kor. 12:9; Matth. 11:29,<br />
30. is;” “Indi<strong>en</strong> ge dan niet waakt, zo zal Ik over u kom<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> dief, <strong>en</strong> ge zult niet wet<strong>en</strong>,<br />
op wat ure Ik over u kom<strong>en</strong> zal.”<br />
344
Wanneer het werk van het on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el eindigt, zal het lot van all<strong>en</strong> beslist zijn<br />
voor lev<strong>en</strong> of dood. De g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd sluit kort voordat <strong>de</strong> Heer verschijn<strong>en</strong> zal op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>s hemels. Christus, op <strong>de</strong>ze tijd zi<strong>en</strong><strong>de</strong>, zegt in <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring: “Die onrecht doet, dat hij<br />
nog onrecht doe; <strong>en</strong> die vuil is, dat hij nog vuil wor<strong>de</strong>; <strong>en</strong> die rechtvaardig is, dat hij nog<br />
gerechtvaardigd wor<strong>de</strong>, <strong>en</strong> die heilig is, dat hij nog geheiligd wor<strong>de</strong>. En ziet, Ik kom<br />
haastiglik; <strong>en</strong> Mijn loon is met Mij, om e<strong>en</strong> iegelik te vergeld<strong>en</strong>, gelijk zijn werk zal zijn.”<br />
De rechtvaardig<strong>en</strong> <strong>en</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> nog op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> lev<strong>en</strong> in hun sterfelike staat —<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> plant<strong>en</strong> <strong>en</strong> bouw<strong>en</strong>, et<strong>en</strong> <strong>en</strong> drink<strong>en</strong>, geheel <strong>en</strong> al onbewust, dat het laatste,<br />
onherroepelik besluit in het heiligdom daarbov<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> is. Nadat Noach in <strong>de</strong> ark gegaan<br />
was, v——r <strong>de</strong> vloed, sloot God hem er in, <strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> er buit<strong>en</strong>; maar zev<strong>en</strong> dag<strong>en</strong><br />
lang zett<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, niet wet<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat hun lot beslist was, hun zorgeloos, g<strong>en</strong>otzuchtig<br />
lev<strong>en</strong> nog voort, <strong>en</strong> spott<strong>en</strong> met <strong>de</strong> waarschuwing<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> na<strong>de</strong>r<strong>en</strong>d oor<strong>de</strong>el. “Alzo,” zegt<br />
<strong>de</strong> Heiland, “zal ook zijn <strong>de</strong> toekomst van <strong>de</strong> Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.” Stil, onopgemerkt, als e<strong>en</strong><br />
dief te mid<strong>de</strong>rnacht, zal <strong>de</strong> ure kom<strong>en</strong>,die <strong>de</strong> beslissing van het lot van ie<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s,<strong>en</strong> het<br />
voor altoos terugtrekk<strong>en</strong> van het aanbod van g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> aan schuldig<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> zal.<br />
“Zo waakt dan; . . . opdat Hij niet onvoorzi<strong>en</strong>s kome, <strong>en</strong> u slap<strong>en</strong><strong>de</strong> vin<strong>de</strong>.” Vol van<br />
gevaar is <strong>de</strong> toestand van h<strong>en</strong>, die zich, moe<strong>de</strong> word<strong>en</strong><strong>de</strong> van het wak<strong>en</strong>, tot <strong>de</strong> bekoorlikhed<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> wereld w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> man van zak<strong>en</strong> verdiept is in winstbejag,<br />
terwijl <strong>de</strong> g<strong>en</strong>otzuchtige zich zoekt te bevredig<strong>en</strong>, terwijl <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>dochter bezig is, haar<br />
versiersel<strong>en</strong> te schikk<strong>en</strong>,— op diezelf<strong>de</strong> stond kan het zijn, dat <strong>de</strong> Rechter van <strong>de</strong> ganse<br />
aar<strong>de</strong> het vonnis uitspreekt: “Gij zijt in weegschal<strong>en</strong> gewog<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijt te licht bevond<strong>en</strong>.”<br />
345
Hoofdstuk 29 — De Oorsprong van het Kwaad<br />
De oorsprong van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> red<strong>en</strong> waarom die bestaat, is voor vel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bron van<br />
grote geestesverwarring. Ze zi<strong>en</strong> <strong>de</strong> werking van het kwaad, met zijn vreselike gevolg<strong>en</strong> van<br />
ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> verwoesting, <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> zich af, hoe dit alles bestaan kan on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heerschappij<br />
van Eén, Die oneindig is in wijsheid, in macht, <strong>en</strong> in lief<strong>de</strong>. Hier ligt e<strong>en</strong> geheim, waar ze<br />
ge<strong>en</strong> uitleg aan gev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>. In hun onzekerheid <strong>en</strong> twijfel word<strong>en</strong> ze verblind voor<br />
waarhed<strong>en</strong>, die in Gods woord dui<strong>de</strong>lik word<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard, <strong>en</strong> die ons nodig zijn om zalig<br />
te word<strong>en</strong>. Er zijn er, die in hun on<strong>de</strong>rzoek naar het bestaan van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> tracht<strong>en</strong> door te<br />
dring<strong>en</strong> in hetge<strong>en</strong> God nooit geop<strong>en</strong>baard heeft; vandaar dat ze ge<strong>en</strong> oplossing van hun<br />
bezwar<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zij, die aangedrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door lust tot twijfel<strong>en</strong> <strong>en</strong> vitt<strong>en</strong>, grijp<strong>en</strong> dit<br />
als e<strong>en</strong> verontschuldiging aan om <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift te verwerp<strong>en</strong>. Aan<br />
an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> echter ontbreekt e<strong>en</strong> bevredig<strong>en</strong>d begrip van het grote vraagstuk van het kwaad, t<strong>en</strong><br />
gevolge van het feit, dat overlevering <strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> voorstelling <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> Bijbel<br />
verduisterd hebb<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> het karakter Gods, <strong>de</strong> aard van Zijn regering, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
grondbeginsel<strong>en</strong> van Zijn han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> met <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>.<br />
Het is onmogelik om <strong>de</strong> oorsprong van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> z— te verklar<strong>en</strong>, dat er e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> voor<br />
het bestaan ervan gevond<strong>en</strong> wordt. Toch laat zich g<strong>en</strong>oeg begrijp<strong>en</strong>, zowel van <strong>de</strong> oorsprong<br />
van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> van <strong>de</strong> uitroeiing ervan aan het ein<strong>de</strong>, om <strong>de</strong> rechtvaardigheid <strong>en</strong><br />
barmhartigheid Gods in <strong>de</strong> wijke, waarop Hij erme<strong>de</strong> han<strong>de</strong>lt, t<strong>en</strong> volle aan het licht te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Niets wordt in <strong>de</strong> Schrift meer dui<strong>de</strong>lik gemaakt, dan dat God op g<strong>en</strong>erlei wijze<br />
aansprakelik is voor het ontstaan van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>; dat er ge<strong>en</strong> willekeurige terugtrekking van<br />
<strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, ge<strong>en</strong> onvolmaaktheid in <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like regering geweest is, welke<br />
aanleiding gegev<strong>en</strong> zou hebb<strong>en</strong> tot het ontstaan van <strong>de</strong> opstand. De zon<strong>de</strong> is e<strong>en</strong> indringer,<br />
voor het bestaan waarvan ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>. Hij is geheimzinnig,<br />
onverklaarbaar; <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te verontschuldig<strong>en</strong> beték<strong>en</strong>t, hem te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> er e<strong>en</strong><br />
verontschuldiging voor gevond<strong>en</strong>, of e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> voor zijn bestaan aangewez<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>,<br />
zou hij ophoud<strong>en</strong> zon<strong>de</strong> te zijn. Onze <strong>en</strong>ige omschrijving van zon<strong>de</strong> is die, welke in het<br />
woord Gods aangegev<strong>en</strong> wordt: “<strong>de</strong> zon<strong>de</strong> is <strong>de</strong> ongerechtigheid,“—is wetsovertreding,—<br />
<strong>de</strong> uitwerking van e<strong>en</strong> beginsel, dat in strijd is met <strong>de</strong> grote wet van <strong>de</strong> lief<strong>de</strong>, die het<br />
fondam<strong>en</strong>t uitmaakt van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like regering.<br />
V——r het ontstaan van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> heerst<strong>en</strong> er vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> blijdschap in het ganse heelal.<br />
Alles was in volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> wil van <strong>de</strong> Schepper. Lief<strong>de</strong> tot God was<br />
het voornaamste, <strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot elkan<strong>de</strong>r onpartijdig. Christus, het Woord, <strong>de</strong> <strong>en</strong>iggebor<strong>en</strong><br />
Zoon van God, was één met <strong>de</strong> eeuwige Va<strong>de</strong>r,— één in wez<strong>en</strong>, in karakter, <strong>en</strong> in doel —<br />
het <strong>en</strong>ige wez<strong>en</strong> in het gehele heelal, dat kon indring<strong>en</strong> in al <strong>de</strong> raadsbesluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> plann<strong>en</strong><br />
Gods. De Va<strong>de</strong>r wrocht door Christus in <strong>de</strong> Schepping van alle hemelse wez<strong>en</strong>s. “Door<br />
Hem zijn alle ding<strong>en</strong> geschap<strong>en</strong> die in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> zijn, . . . hetzij tron<strong>en</strong>, hetzij<br />
346
heerschappij<strong>en</strong>, hetzij overhed<strong>en</strong>, hetzij macht<strong>en</strong>;” <strong>en</strong> al <strong>de</strong> hemeling<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> hul<strong>de</strong> aan<br />
Christus in gelijke mate als aan <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r.<br />
Daar <strong>de</strong> wet <strong>de</strong>r lief<strong>de</strong> het fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> regering Gods was, hing het geluk van alle<br />
geschap<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>s af van hun volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemming met <strong>de</strong> grote grondbeginsel<strong>en</strong><br />
van gerechtigheid in <strong>de</strong>ze wet. God verlangt van al Zijn schepsel<strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st <strong>de</strong>r lief<strong>de</strong>,—<br />
hul<strong>de</strong>betoon dat voortvloeit uit e<strong>en</strong> welbegrep<strong>en</strong> waar<strong>de</strong>ring van Zijn karakter. Hij schept<br />
ge<strong>en</strong> behag<strong>en</strong> in gedwong<strong>en</strong> trouw, <strong>en</strong> sch<strong>en</strong>kt aan all<strong>en</strong> vrijheid van wil, opdat ze Hem<br />
vrijwillig di<strong>en</strong><strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>.<br />
Eén echter was er, die <strong>de</strong>ze vrijheid verkoos te misbruik<strong>en</strong>. De zon<strong>de</strong> had zijn oorsprong<br />
bij hem, die na Christus door God het meest geëerd werd, <strong>en</strong> het hoogst stond in macht <strong>en</strong><br />
heerlikheid on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hemelbewoners. V——r zijn val was Lucifer <strong>de</strong> eerste van <strong>de</strong><br />
over<strong>de</strong>kk<strong>en</strong><strong>de</strong> cherubim, heilig <strong>en</strong> onbesmet. “Zo zegt <strong>de</strong> Heer Heer: Gij verzegelaar van <strong>de</strong><br />
som, vol van wijsheid <strong>en</strong> volmaakt in schoonheid. Gij waart in Ed<strong>en</strong>, Gods hof; alle<br />
kostelike geste<strong>en</strong>te was uw <strong>de</strong>ksel.” “Gij waart e<strong>en</strong> gezalf<strong>de</strong>, over<strong>de</strong>kk<strong>en</strong><strong>de</strong> cherub; <strong>en</strong> Ik<br />
had u alzo gezet; ge waart op Gods heilige berg; ge wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>t in het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vurige<br />
st<strong>en</strong><strong>en</strong>. Ge waart volkom<strong>en</strong> in uw weg<strong>en</strong>, van <strong>de</strong> dag af, dat ge geschap<strong>en</strong> zijt, totdat er<br />
ongerechtigheid in u ge-vond<strong>en</strong> is.”<br />
Lucifer had bij God in <strong>de</strong> gunst kunn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>, bemind <strong>en</strong> geëerd door het gehele<br />
<strong>en</strong>geleheir, zijn e<strong>de</strong>le kracht<strong>en</strong> aanw<strong>en</strong>d<strong>en</strong><strong>de</strong> om an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te zeg<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn Maker te verheerlik<strong>en</strong>.<br />
Maar, zegt <strong>de</strong> profeet: “Uw hart verheft zich over uw schoonheid; ge hebt uw<br />
wijsheid bedorv<strong>en</strong> van wege uw glans.” Langzamerhand begon Lucifer toe te gev<strong>en</strong> aan<br />
e<strong>en</strong> begeerte tot verhoging van zichzelf. “Gij hebt uw hart gesteld als Gods hart.” “En zei<strong>de</strong>t<br />
in uw hart: . . . ik zal mijn troon bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> sterr<strong>en</strong> Gods verhog<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ik zal mij zett<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
berg <strong>de</strong>r sam<strong>en</strong>komst aan <strong>de</strong> zijd<strong>en</strong> van het noord<strong>en</strong>. ... Ik zal bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> hoogt<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
wolk<strong>en</strong> klimm<strong>en</strong>; ik zal <strong>de</strong> Allerhoogste gelijk word<strong>en</strong>.” In plaats van te tracht<strong>en</strong>, God tot<br />
het voornaamste voorwerp van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> trouw van Zijn schepsel<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>,<br />
poog<strong>de</strong> Lucifer, hun di<strong>en</strong>st <strong>en</strong> hul<strong>de</strong> voor zichzelf te winn<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> eer beger<strong>en</strong><strong>de</strong>, die <strong>de</strong><br />
oneindige Va<strong>de</strong>r aan Zijn Zoon geschonk<strong>en</strong> had, stond <strong>de</strong>ze prins on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> naar<br />
macht, <strong>de</strong> uitoef<strong>en</strong>ing waarvan recht<strong>en</strong>s alle<strong>en</strong> aan Christus toekwam.<br />
Al <strong>de</strong> hemeling<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> zich verheugd in het weer- spiegel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> heerlikheid van <strong>de</strong><br />
Schepper, <strong>en</strong> het verkondig<strong>en</strong> van Zijn lof. En zo lang God aldus geëerd werd, was alles<br />
vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> vreug<strong>de</strong> geweest. Maar nu kwam er e<strong>en</strong> wanklank <strong>de</strong> hemelse harmonie verstor<strong>en</strong>.<br />
De di<strong>en</strong>st <strong>en</strong> verheffing van het “eig<strong>en</strong> ik”, welke Gods plan teg<strong>en</strong>werk-t<strong>en</strong>, <strong>de</strong>d<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
voorgevoel van onheil ontstaan in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong>, bij welke Gods eer bov<strong>en</strong> alles gold. De<br />
hemelse raadslied<strong>en</strong> pleitt<strong>en</strong> met Lucifer. Gods Zoon hield hem <strong>de</strong> grootheid, <strong>de</strong> goedheid,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardigheid van <strong>de</strong> Schepper voor, <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige, onveran<strong>de</strong>rlike aard van Zijn<br />
wet. God had zelf <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> or<strong>de</strong> in <strong>de</strong> hemel besteld, <strong>en</strong> door er van af te wijk<strong>en</strong>, zou<br />
Lucifer zijn Maker onter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rgang over zichzelf br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Doch <strong>de</strong> waarschuwing, in<br />
347
ein<strong>de</strong>loze lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> barmhartigheid gegev<strong>en</strong>, wekte slechts e<strong>en</strong> geest van teg<strong>en</strong>stand op.<br />
Lucifer liet naijver op Christus <strong>de</strong> bov<strong>en</strong>toon in zijn hart voer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verhard<strong>de</strong> zich in zijn<br />
voornem<strong>en</strong>.<br />
Hoogmoed over zijn eig<strong>en</strong> heerlikheid voed<strong>de</strong> het verlang<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> oppermacht. De<br />
hoge eer, die Lucifer be- wez<strong>en</strong> was, werd niet als gave Gods gewaar<strong>de</strong>erd, <strong>en</strong> kweekte ge<strong>en</strong><br />
dankbaarheid aan <strong>de</strong> Schepper. Hij verhief zich op zijn schoonheid <strong>en</strong> grootheid, <strong>en</strong> streef<strong>de</strong><br />
naar gelijkheid met God. Hij was geliefd <strong>en</strong> geëerd bij het hemelheir. Hot was voor <strong>de</strong><br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ot, zijn bevel<strong>en</strong> t<strong>en</strong> uitvoer te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij was met wijsheid <strong>en</strong><br />
heerlikheid bekleed bov<strong>en</strong> h<strong>en</strong> all<strong>en</strong>. Toch was <strong>de</strong> Zoon van God <strong>de</strong> erk<strong>en</strong><strong>de</strong> vorst <strong>de</strong>s<br />
hemels,één in macht <strong>en</strong> gezag met <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r. Aan al <strong>de</strong> raadsbesluit<strong>en</strong> Gods nam Christus<br />
<strong>de</strong>el, terwijl het aan Lucifer niet vergund was, op gelijke wijze in <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like plann<strong>en</strong> in te<br />
dring<strong>en</strong>. “Waarom,” vroeg <strong>de</strong>ze machtige <strong>en</strong>gel, “moet Christus <strong>de</strong> oppermacht hebb<strong>en</strong>?<br />
Waarom wordt hij op <strong>de</strong>ze wijze bov<strong>en</strong> Lucifer geëerd?”<br />
Zijn plaats in <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llike teg<strong>en</strong>woordigheid Gods opgev<strong>en</strong><strong>de</strong>, ging Lucifer uit om<br />
<strong>de</strong> geest van ontevred<strong>en</strong>heid on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> te verspreid<strong>en</strong>. Met geheimzinnige<br />
achterhouding te werk gaan<strong>de</strong>, <strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> tijd zijn ware doel verberg<strong>en</strong><strong>de</strong> on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> schijn<br />
van God te er<strong>en</strong>, trachtte hij ontevred<strong>en</strong>heid op te wekk<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> wett<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s<br />
welke <strong>de</strong> hemeling<strong>en</strong> geregeerd werd<strong>en</strong>, er op wijz<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat die onnodige dwang oplegd<strong>en</strong>.<br />
Daar ze heilig van natuur war<strong>en</strong>, beweer<strong>de</strong> hij, dat <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van hun<br />
eig<strong>en</strong> wil zoud<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>. Hij trachtte me<strong>de</strong>gevoel voor zichzelf op te wekk<strong>en</strong>, door het te<br />
do<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, als had God hem onrechtvaardig behan<strong>de</strong>ld door hogere eer aan Christus<br />
te bewijz<strong>en</strong>. Hij beweer<strong>de</strong>, dat hij niet naar zelfverheffing stond door naar grotere macht <strong>en</strong><br />
eer te strev<strong>en</strong>, maar dat hij vrijheid poog<strong>de</strong> te verkrijg<strong>en</strong> voor al <strong>de</strong> hemelbewoners, opdat<br />
ze daardoor tot e<strong>en</strong> hogere staat zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gerak<strong>en</strong>.<br />
In Zijn grote barmhartigheid was God lankmoedig over Lucifer. Hij werd niet<br />
onmid<strong>de</strong>llik uit zijn verhev<strong>en</strong> staat verlaagd, to<strong>en</strong> hij begon toe te gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> geest van<br />
ontevred<strong>en</strong>heid, ook zelfs nog niet, to<strong>en</strong> hij zijn valse bewering<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> getrouwe <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
begon voor te legg<strong>en</strong>. Lang werd hij in <strong>de</strong> hemel gehoud<strong>en</strong>. Keer op keer werd hem<br />
vergiff<strong>en</strong>is aangebod<strong>en</strong> op voorwaar<strong>de</strong> van berouw <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r-werping. Poging<strong>en</strong>, gelijk<br />
oneindige lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> wijsheid die kunn<strong>en</strong> beram<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> in het werk gesteld om hem van<br />
zijn dwaling te overtuig<strong>en</strong>. De geest van ontevred<strong>en</strong>heid was tot dusverre iets onbek<strong>en</strong>ds<br />
geweest in <strong>de</strong> hemel. Lucifer zelf zag in het eerst niet in, waar hij he<strong>en</strong>gedrev<strong>en</strong> werd; hij<br />
verstond <strong>de</strong> ware aard van zijn gevoel<strong>en</strong>s niet. Maar daar zijn ontevred<strong>en</strong>heid bewez<strong>en</strong> werd<br />
zon<strong>de</strong>r oorzaak te zijn, kwam Lucifer tot <strong>de</strong> overtuiging, dat hij ongelijk had, dat <strong>de</strong><br />
God<strong>de</strong>like eis<strong>en</strong> rechtvaardig war<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat hij ze voor al <strong>de</strong> hemeling<strong>en</strong> als zodanig<br />
behoor<strong>de</strong> te erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Had hij dit gedaan, hij had zichzelf <strong>en</strong> vele <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> redd<strong>en</strong>.<br />
Hij was op die tijd Go<strong>de</strong> nog niet geheel <strong>en</strong> al ontrouw geword<strong>en</strong>. Ofschoon hij zijn plaats<br />
als over<strong>de</strong>kk<strong>en</strong><strong>de</strong> cherub had opgegev<strong>en</strong>, zou hij daarin we<strong>de</strong>r hersteld zijn geword<strong>en</strong>,<br />
indi<strong>en</strong> hij gewillig was geweest om tot God terug te ker<strong>en</strong>, <strong>de</strong> wijsheid van <strong>de</strong> Schepper te<br />
348
erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich tevred<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong> met <strong>de</strong> plaats, die hem in Gods grote plan was<br />
toegek<strong>en</strong>d. Maar trots weerhield hem van zich te on<strong>de</strong>r- werp<strong>en</strong>. Hij ver<strong>de</strong>dig<strong>de</strong> standvastig<br />
zijn eig<strong>en</strong> han<strong>de</strong>lwijze, beweer<strong>de</strong> dat berouw in zijn geval niet nodig was, <strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar<strong>de</strong><br />
zijn ware karakter in <strong>de</strong> grote strijd teg<strong>en</strong> zijn Maker.<br />
Al <strong>de</strong> kracht<strong>en</strong> van zijn grote geest werd<strong>en</strong> nu aan het werk van verleiding gewijd, om<br />
zich het me<strong>de</strong>gevoel van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> te verzeker<strong>en</strong>, die on<strong>de</strong>r zijn bevel gestaan hadd<strong>en</strong>.<br />
Zelfs het feit, dat Christus h<strong>en</strong> had gewaarschuwd <strong>en</strong> hun raad had gegev<strong>en</strong>, werd verdraaid<br />
om zijn bedriegelike plann<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Aan h<strong>en</strong>, die door lief<strong>de</strong> vol vertrouw<strong>en</strong> het<br />
nauwst aan hem verbond<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, liet Satan het voorkom<strong>en</strong>,dat hij verkeerd beoor<strong>de</strong>eld<br />
werd; dat <strong>de</strong> plaats, die hij bekleed<strong>de</strong>, niet werd geteld, <strong>en</strong> dat zijn vrijheid besnoeid zou<br />
word<strong>en</strong>. Van e<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> voorstelling van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Christus ging hij over tot<br />
verdraaiing <strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> leug<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Zoon van God van e<strong>en</strong> aanslag beschuldig<strong>en</strong><strong>de</strong> om hem<br />
te verne<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in <strong>de</strong> og<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemelbewoners. Hij trachtte ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s om e<strong>en</strong> valse red<strong>en</strong><br />
van strijd aan te gev<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> hemzelf <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die trouw blev<strong>en</strong>. Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke<br />
hij niet verleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> geheel <strong>en</strong> al op zijn hand krijg<strong>en</strong> kon, beschuldig<strong>de</strong> hij van<br />
onverschillig te zijn voor <strong>de</strong> belang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemeling<strong>en</strong>. Hij leg<strong>de</strong> hun, die God blev<strong>en</strong><br />
aanhang<strong>en</strong>, het werk, waarme<strong>de</strong> hij zelf bezig was, t<strong>en</strong> laste. En om zijn beschuldiging van<br />
Gods onrechtvaardigheid jeg<strong>en</strong>s hem goed te mak<strong>en</strong>, nam hij <strong>de</strong> toevlucht tot e<strong>en</strong> valse<br />
voorstelling van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>en</strong> han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schepper. Zijn doel was, <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in<br />
verwarring te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> door arglistige argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> Gods bedoeling<strong>en</strong>. Alles wat<br />
dui<strong>de</strong>lik was, maakte hij geheimzinnig, <strong>en</strong> door listige verdraaiing ervan liet hij <strong>de</strong><br />
dui<strong>de</strong>likste verklaring<strong>en</strong> van Jehova in twijfel trekk<strong>en</strong>. Zijn hoge stand, zo nauw verbond<strong>en</strong><br />
met het Godsbestuur, le<strong>en</strong><strong>de</strong> grotere kracht aan zijn voorstelling<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er toe<br />
gebracht om zich met Hem te verbind<strong>en</strong> in opstand teg<strong>en</strong> het gezag <strong>de</strong>s Hemels.<br />
God in Zijn wijsheid stond Satan toe, zijn werk voort te zett<strong>en</strong>, totdat <strong>de</strong> geest van<br />
ontevred<strong>en</strong>heid tot bepaal<strong>de</strong> op- stand rijpte. Het was nodig, dat zijn plann<strong>en</strong> zich volkom<strong>en</strong><br />
ontwikkeld<strong>en</strong>, opdat <strong>de</strong> ware aard <strong>en</strong> strekking ervan door all<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>.<br />
Lucifer was, als <strong>de</strong> gezalf<strong>de</strong> cherub, hoog verhev<strong>en</strong> geweest; hij was bemind on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
hemeling<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn invloed over h<strong>en</strong> was groot. Gods heerschappij omvatte niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
hemelbewoners, maar die van al <strong>de</strong> wereld<strong>en</strong>, welke Hij geschap<strong>en</strong> had; <strong>en</strong> Satan dacht, dat<br />
indi<strong>en</strong> hij <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel kon do<strong>en</strong> <strong>de</strong>elnem<strong>en</strong> aan zijn rebellie, hij dan ook <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>re wereld<strong>en</strong> op zijn hand zou krijg<strong>en</strong>. Hij had zijn zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> twistvraag listig<br />
voorgesteld, leug<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedrog gebruik<strong>en</strong><strong>de</strong> om zijn doel te bereik<strong>en</strong>. Zijn macht om te<br />
verleid<strong>en</strong> was zeer groot, <strong>en</strong> door zich te vermomm<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> mantel van leug<strong>en</strong>, had hij e<strong>en</strong><br />
bepaald voor<strong>de</strong>el behaald. Zelfs <strong>de</strong> trouwe <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> zijn karakter niet geheel <strong>en</strong> al<br />
on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>, of inzi<strong>en</strong>, waar zijn werk he<strong>en</strong> leid<strong>de</strong>.<br />
Satan was z— hoog geëerd, <strong>en</strong> al zijn han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> war<strong>en</strong> in zodanige geheimzinnigheid<br />
gehuld geweest, dat het moeilik was, <strong>de</strong> ware aard van zijn werk aan <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> te<br />
ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>. V——r <strong>de</strong> volkom<strong>en</strong> ontwikkeling ervan zou <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> niet zo slecht schijn<strong>en</strong><br />
349
als die waarlik was. Tot hiertoe had zon<strong>de</strong> ge<strong>en</strong> plaats gehad in Gods heelal, <strong>en</strong> dus hadd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> begrip van <strong>de</strong> aard <strong>en</strong> boosheid ervan. Ze kond<strong>en</strong> <strong>de</strong> vreselike<br />
gevolg<strong>en</strong>, die het op zij<strong>de</strong> zett<strong>en</strong> van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet hebb<strong>en</strong> zou, niet on<strong>de</strong>rk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Satan<br />
had zijn werk in het begin verborg<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> schijnbare belijd<strong>en</strong>is van trouw aan God. Hij<br />
gaf voor te tracht<strong>en</strong>, Gods eer, <strong>de</strong> standvastigheid van Zijn regering, <strong>en</strong> het welzijn van <strong>de</strong><br />
hemeling<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Terwijl hij in <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r hem<br />
ontevred<strong>en</strong>heid bewerkte, had hij op arglistige wijze gepoogd, het te do<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, alsof<br />
hij trachtte misnoegdheid uit <strong>de</strong> weg te ruim<strong>en</strong>. Wanneer hij erop aandrong, dat er<br />
veran<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> gemaakt moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> regeling <strong>en</strong> wett<strong>en</strong> van Gods regering, was<br />
het on<strong>de</strong>r het voorw<strong>en</strong>dsel, dat die nodig war<strong>en</strong> om <strong>de</strong> e<strong>en</strong>sgezindheid in <strong>de</strong> hemel te<br />
bewar<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> wijze, waarop God met <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, kon Hij slechts rechtvaardigheid <strong>en</strong><br />
waarheid beoef<strong>en</strong><strong>en</strong>. Satan kon gebruik<strong>en</strong> wat Go<strong>de</strong> niet t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>ste stond — vleierij <strong>en</strong><br />
bedrog. Hij had het woord Gods pog<strong>en</strong> te vervals<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het plan van Zijn regering bij <strong>de</strong><br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> onwaar daglicht gesteld; bewer<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat God niet rechtvaardig was in het<br />
oplegg<strong>en</strong> van wett<strong>en</strong> <strong>en</strong> regels aan <strong>de</strong> hemelbewoners, maar dat Hij door on<strong>de</strong>rwerping <strong>en</strong><br />
gehoorzaamheid van Zijn schepsel<strong>en</strong> te eis<strong>en</strong>, slechts <strong>de</strong> verheffing van Zichzelf zocht.<br />
Derhalve moest er aan <strong>de</strong> hemeling<strong>en</strong>, zowel als aan <strong>de</strong> bewoners van alle wereld<strong>en</strong> getoond<br />
word<strong>en</strong>, dat Gods regering rechtvaardig, <strong>en</strong> Zijn wet volmaakt was. Satan had <strong>de</strong> schijn<br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, alsof hij trachtte zelf het welzijn van het heelal te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Het ware<br />
karakter van <strong>de</strong> indringer <strong>en</strong> zijn ware bedoeling moest<strong>en</strong> door all<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verstaan. Hij<br />
moest tijd hebb<strong>en</strong> om zichzelf te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> door zijn boze werk<strong>en</strong>.<br />
Van <strong>de</strong> twist, welke zijn eig<strong>en</strong> han<strong>de</strong>lwijze in <strong>de</strong> hemel had veroorzaakt, had Satan <strong>de</strong><br />
wet <strong>en</strong> <strong>de</strong> regering van God <strong>de</strong> schuld gegev<strong>en</strong>. Hij verklaar<strong>de</strong>, dat al het kwaad het gevolg<br />
was van het God<strong>de</strong>lik bestuur. Hij beweer<strong>de</strong>, dat het zijn eig<strong>en</strong> bedoeling was, <strong>de</strong><br />
voorschrift<strong>en</strong> van Jehova te verbeter<strong>en</strong>. Daarom was het nodig, dat hij <strong>de</strong> aard van wat hij<br />
voorhad, zou ton<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> uitwerking van zijn voorge- stel<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring in <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like<br />
wet dui<strong>de</strong>lik mak<strong>en</strong>. Zijn eig<strong>en</strong> werk moest hem veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Satan had van het begin aan<br />
beweerd, dat hij niet in opstand was. Het gehele heelal moest <strong>de</strong> bedrieger ontmaskerd zi<strong>en</strong>.<br />
Zelfs nadat er beslot<strong>en</strong> was, dat Satan niet langer in <strong>de</strong> hemel kon blijv<strong>en</strong>, vernietig<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
Oneindige Wijsheid hem niet. Daar alle<strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st <strong>de</strong>r lief<strong>de</strong> aang<strong>en</strong>aam is bij God, moet<br />
<strong>de</strong> trouw van Zijn schepsel<strong>en</strong> op overtuiging van Zijn rechtvaardigheid <strong>en</strong> barmhartigheid<br />
berust<strong>en</strong>. Naardi<strong>en</strong> <strong>de</strong> bewoners van <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> van an<strong>de</strong>re wereld<strong>en</strong> niet voorbereid<br />
war<strong>en</strong> om <strong>de</strong> aard of <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te doorzi<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> ze to<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
rechtvaardigheid <strong>en</strong> barmhartigheid Gods niet hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> billik<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vernietiging van<br />
Satan. Indi<strong>en</strong> hij onmid<strong>de</strong>llik vernietigd was, zoud<strong>en</strong> ze God uit vrees gedi<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong>, in<br />
plaats van uit lief<strong>de</strong>. De invloed van <strong>de</strong> bedrieger zou niet t<strong>en</strong> volle te niet gedaan, noch ook<br />
zou <strong>de</strong> geest van opstand t<strong>en</strong> volle uitgeroeid geweest zijn. Het kwaad moest vrijheid<br />
erlang<strong>en</strong> om tot rijpheid te kom<strong>en</strong>. Tot welzijn van het heelal door ein<strong>de</strong>loze eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong><br />
350
moest Satan zijn beginsel<strong>en</strong> meer volkom<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>, opdat zijn beschuldiging<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> God<strong>de</strong>like regering door alle geschap<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>s in hun ware licht gezi<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardigheid <strong>en</strong> barmhartigheid Gods, <strong>en</strong> <strong>de</strong> onveran<strong>de</strong>rlikheid van Zijn wet voor<br />
altijd buit<strong>en</strong> twijfel gesteld.<br />
Satans opstand moest alle kom<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> les zijn voor het heelal, e<strong>en</strong><br />
voortdur<strong>en</strong>d getuig<strong>en</strong>is teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> aard <strong>en</strong> <strong>de</strong> vreselike gevolg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. De uitwerking<br />
van Satans regering, <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> ervan op m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zowel als op <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> aanton<strong>en</strong>,<br />
wat <strong>de</strong> uitk—mst zijn moet van het op zij<strong>de</strong> zett<strong>en</strong> van het God<strong>de</strong>like gezag. Hierdoor zou<br />
bewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, dat het welzijn van <strong>de</strong> schepsel<strong>en</strong>, die God gemaakt heeft, sam<strong>en</strong>hangt<br />
met het bestaan van Zijn regering <strong>en</strong> wet. Aldus moest <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong>ze vreselike<br />
poging tot opstand e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong><strong>de</strong> beveiliging word<strong>en</strong> voor alle heilige wez<strong>en</strong>s;<br />
verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, dat ze zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> misleid, wat <strong>de</strong> aard van <strong>de</strong> overtreding aangaat, <strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
beveilig<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> straf, die erop rust.<br />
Tot aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> strijd in <strong>de</strong> hemel ging <strong>de</strong> grote indringer voort met zichzelf te<br />
rechtvaardig<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> er aangekondigd werd, dat hij met all<strong>en</strong>, die met hem van hetzelf<strong>de</strong><br />
gevoel<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, uit <strong>de</strong> woning van <strong>de</strong> zalig<strong>en</strong> verbann<strong>en</strong> moest word<strong>en</strong>, kwam <strong>de</strong><br />
aanvoer<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> opstand stoutmoedig uit voor zijn verachting van <strong>de</strong> wet van <strong>de</strong> Schepper.<br />
Hij herhaal<strong>de</strong> zijn bewering, dat <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> toezicht behoev<strong>en</strong>, maar vrij behoord<strong>en</strong> te<br />
zijn om hun eig<strong>en</strong> wil te volg<strong>en</strong>, welke h<strong>en</strong> niet an<strong>de</strong>rs dan t<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> leid<strong>en</strong> zou. Hij sprak<br />
met verachting over <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> beperking van hun vrijheid, <strong>en</strong><br />
verklaar<strong>de</strong>, dat het zijn voornem<strong>en</strong> was, alle wet afgeschaft te krijg<strong>en</strong>; opdat het heir <strong>de</strong>s<br />
hemels, van <strong>de</strong>ze dwang bevrijd, tot e<strong>en</strong> verhev<strong>en</strong>er <strong>en</strong> heerliker staat van bestaan zou<br />
mog<strong>en</strong> op-klimm<strong>en</strong>.<br />
Satan <strong>en</strong> zijn heir legd<strong>en</strong> <strong>de</strong> schuld van hun opstand e<strong>en</strong>stemmig op Christus,<br />
verklar<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat ze nooit zoud<strong>en</strong> gerebelleerd hebb<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze niet berispt geword<strong>en</strong> war<strong>en</strong>.<br />
Aldus hardnekkig <strong>en</strong> uitdag<strong>en</strong>d in hun ontrouw, tevergeefs tracht<strong>en</strong><strong>de</strong> om Gods regering<br />
omver te werp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> toch godslasterlik bewer<strong>en</strong><strong>de</strong>, zelv<strong>en</strong> onschuldige slachtoffers te zijn<br />
van e<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, werd<strong>en</strong> <strong>de</strong> aartsrebel <strong>en</strong> al zijn bondg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte uit <strong>de</strong><br />
hemel verbann<strong>en</strong>. Dezelf<strong>de</strong> geest, die aanleiding gaf tot <strong>de</strong> opstand in <strong>de</strong> hemel, veroorzaakt<br />
nog steeds opstand op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Satan heeft on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> gedragslijn<br />
voortgezet, die hij bij <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> gevolgd had. Zijn geest heerst nu in <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
ongehoorzaamheid. Zij tracht<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als hij het heeft gedaan, <strong>de</strong> beperking<strong>en</strong> van Gods wet<br />
omver te hal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> belov<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vrijheid door overtreding van <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> ervan.<br />
Bestraffing van z—n<strong>de</strong> wekt nog immer <strong>de</strong> geest van haat <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>stand op. Wanneer Gods<br />
waarschuw<strong>en</strong><strong>de</strong> boodschapp<strong>en</strong> tot het gewet<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong>, leidt Satan er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe,<br />
zichzelv<strong>en</strong> te rechtvaardig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> te zoek<strong>en</strong> naar het me<strong>de</strong>gevoel van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in hun zondige<br />
loopbaan. In plaats van hun dwaling<strong>en</strong> te verbeter<strong>en</strong>, verwekk<strong>en</strong> ze verontwaardiging teg<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong>e, die bestraft, alsof hij <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige oorzaak van <strong>de</strong> moeilikheid was. Se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van<br />
351
<strong>de</strong> rechtvaardige Abel tot op onze tijd is dit <strong>de</strong> geest geweest, welke teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> getoond<br />
wordt, die zon<strong>de</strong> durv<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>.<br />
Door <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> voorstelling van het karakter Gods, waarvan hij in <strong>de</strong> hemel<br />
gebruik had gemaakt, <strong>en</strong> waardoor hij Hem laat beschouw<strong>en</strong> als gestr<strong>en</strong>g <strong>en</strong> tirannies,<br />
verleid<strong>de</strong> Satan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s tot zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> na daarin geslaagd te zijn, verklaar<strong>de</strong> hij, dat Gods<br />
onrechtvaardige beperking<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> val van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s hadd<strong>en</strong> geleid, gelijk die aanleiding<br />
hadd<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> tot zijn eig<strong>en</strong> opstand. Maar <strong>de</strong> Eeuwiglev<strong>en</strong><strong>de</strong> maakt Zelf Zijn karakter<br />
bek<strong>en</strong>d: “Here, Here, God, barmhartig <strong>en</strong> g<strong>en</strong>adig, lankmoedig, <strong>en</strong> groot van weldadigheid<br />
<strong>en</strong> waarheid, die <strong>de</strong> weldadigheid bewaart aan vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> ongerechtigheid, <strong>en</strong><br />
overtreding, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong> vergeeft, die <strong>de</strong> schuldige ge<strong>en</strong>szins onschuldig houdt.”<br />
God bracht Zijn rechtvaardigheid aan het licht, <strong>en</strong> handhaaf<strong>de</strong> <strong>de</strong> eer van Zijn troon door<br />
<strong>de</strong> verbanning van Satan uit <strong>de</strong> hemel. Maar to<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s gezondigd had door gehoor te<br />
gev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze afvallige geest, gaf God e<strong>en</strong> bewijs van Zijn lief<strong>de</strong> door<br />
Zijn <strong>en</strong>iggebor<strong>en</strong> Zoon over te gev<strong>en</strong> om voor het gevall<strong>en</strong> m<strong>en</strong>segeslacht te sterv<strong>en</strong>. In <strong>de</strong><br />
verzo<strong>en</strong>ing wordt Gods karakter geop<strong>en</strong>baard. De krachtige bewijsgrond van het kruis toont<br />
aan het ganse heelal, dat <strong>de</strong> loopbaan van zon<strong>de</strong>, die Lucifer zich verkoos, ge<strong>en</strong>szins aan<br />
Gods regering t<strong>en</strong> laste kon gelegd word<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> strijd tuss<strong>en</strong> Christus <strong>en</strong> Satan, tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> aardse bedi<strong>en</strong>ing van <strong>de</strong> Heiland, werd<br />
het karakter van <strong>de</strong> grote bedrieger ontmaskerd. Niets kon Satan zo doeltreff<strong>en</strong>d <strong>de</strong><br />
g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>heid van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> van het getrouw geblev<strong>en</strong> heelal hebb<strong>en</strong> do<strong>en</strong><br />
verbeur<strong>en</strong>, als <strong>de</strong> wre<strong>de</strong> oorlog, die hij <strong>de</strong> Verlosser van <strong>de</strong> wereld aan<strong>de</strong>ed. De stoute<br />
godslasterlikheid van zijn eis, dat Christus hem zou aanbidd<strong>en</strong>, <strong>de</strong> aanmatig<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
overmoedigheid, waarme<strong>de</strong> hij Hem op <strong>de</strong> top van <strong>de</strong> berg <strong>en</strong> <strong>de</strong> tinne van <strong>de</strong> tempel<br />
voer<strong>de</strong>,<strong>en</strong> <strong>de</strong> kwaadaardige bedoeling, welke hij verried, to<strong>en</strong> hij er bij Hem op aandrong,<br />
zich van <strong>de</strong> duizelingwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> hoogte af te werp<strong>en</strong>, <strong>de</strong> altijd wak<strong>en</strong><strong>de</strong> boosheid, die Hem<br />
van plaats tot plaats dreef, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van priesters <strong>en</strong> volk aanspoor<strong>de</strong> om Zijn lief<strong>de</strong> te<br />
verwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ein<strong>de</strong>lik te roep<strong>en</strong>: “Kruist Hem! Kruist Hem!”—dit alles wekte <strong>de</strong> verbazing<br />
<strong>en</strong> verontwaardiging van het heelal op.<br />
Het was Satan, die <strong>de</strong> wereld tot <strong>de</strong> verwerping van Christus aandreef. De vorst <strong>de</strong>s<br />
kwaads gebruikte al zijn macht <strong>en</strong> geslep<strong>en</strong>heid om Jezus uit <strong>de</strong> weg te ruim<strong>en</strong>; want hij zag,<br />
dat <strong>de</strong> barmhartigheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Heiland, Zijn erbarming <strong>en</strong> me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
te<strong>de</strong>rheid het karakter Gods aan <strong>de</strong> wereld op<strong>en</strong>legd<strong>en</strong>. Satan bestreed alles, wat <strong>de</strong> Zoon<br />
van God voorgaf te zijn, <strong>en</strong> gebruikte m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> als zijn werktuig<strong>en</strong> om het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Zaligmaker tot e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> kommer te mak<strong>en</strong>. De bedriegerij <strong>en</strong> leug<strong>en</strong>,<br />
waardoor hij getracht had Jezus’ werk te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>de</strong> haat, door <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
ongehoorzaamheid aan <strong>de</strong> dag gelegd, zijn wre<strong>de</strong> beschuldiging<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Hem, wi<strong>en</strong>s<br />
bestaan e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van voorbeel<strong>de</strong>loze goedheid was, dat alles had zijn oorsprong in<br />
diepgewortel<strong>de</strong> wraak. Het opgekropte vuur van nijd <strong>en</strong> kwaadaardigheid, haat <strong>en</strong> wraak,<br />
352
ak op Golgotha teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Zoon van God los, terwijl <strong>de</strong> gehele hemel met stille afschuw op<br />
het toneel ne<strong>de</strong>rblikte.<br />
To<strong>en</strong> het grote offer gebracht was, voer Christus omhoog, <strong>en</strong> weiger<strong>de</strong> <strong>de</strong> aanbidding<br />
van <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, totdat Hij het verzoek had voorgelegd: “Ik wil, dat waar Ik b<strong>en</strong>, ook die bij<br />
Mij zijn, die Gij Mij gegev<strong>en</strong> hebt.” To<strong>en</strong> kwam met onuitsprekelike lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> kracht het<br />
antwoord van <strong>de</strong> troon van <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r: “Dat alle <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> Gods Hem aanbidd<strong>en</strong>.” Er rustte op<br />
Jezus ge<strong>en</strong> smet. Nadat Zijn verne<strong>de</strong>ring t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>en</strong> Zijn offer volbracht was, werd Hem<br />
e<strong>en</strong> naam gegev<strong>en</strong>, die bov<strong>en</strong> alle naam is. Nu toon<strong>de</strong> Satans vergrijp zich zon<strong>de</strong>r<br />
verontschuldiging. Hij had zijn ware karakter als leug<strong>en</strong>aar <strong>en</strong> moord<strong>en</strong>aar geop<strong>en</strong>baard.<br />
Het was dui<strong>de</strong>lik, dat hij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geest, waarme<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> regeer<strong>de</strong>, die<br />
on<strong>de</strong>r zijn macht stond<strong>en</strong>, zou getoond hebb<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> het hem vergund was geword<strong>en</strong>, over<br />
hemeling<strong>en</strong> te heers<strong>en</strong>. Hij had beweerd, dat overtreding van Gods wet vrijheid <strong>en</strong><br />
verhoging br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zou; maar slavernij <strong>en</strong> verne<strong>de</strong>ring werd<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> ervan te<br />
zijn.<br />
Satans leug<strong>en</strong>achtige beschuldiging<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het karakter <strong>en</strong> <strong>de</strong> regering Gods trad<strong>en</strong> in<br />
hun ware licht te voorschijn. Hij had God beschuldigd van alle<strong>en</strong> verheffing te zoek<strong>en</strong> door<br />
on<strong>de</strong>rwerping <strong>en</strong> gehoorzaamheid van Zijn schepsel<strong>en</strong> te eis<strong>en</strong>, <strong>en</strong> had verklaard, dat <strong>de</strong><br />
Schepper ge<strong>en</strong> zelfverlooch<strong>en</strong>ing beoef<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> offer bracht, terwijl hij<br />
zelfverlooch<strong>en</strong>ing van alle an<strong>de</strong>re wez<strong>en</strong>s verlang<strong>de</strong>. Nu bleek, dat <strong>de</strong> Heerser van het<br />
heelal het grootste offer gebracht had, dat lief<strong>de</strong> kon br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> redding van e<strong>en</strong><br />
gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> zondig geslacht; want “God was in Christus <strong>de</strong> wereld met zichzelf<br />
verzo<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>.” En ev<strong>en</strong>zo bleek het, dat terwijl Lucifer door zijn verlang<strong>en</strong> naar eer <strong>en</strong><br />
oppermacht <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur geop<strong>en</strong>d had voor zon<strong>de</strong>, Christus zich had verne<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> gehoorzaam<br />
geword<strong>en</strong> was tot <strong>de</strong> dood toe, om <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te niet te do<strong>en</strong>.<br />
God had Zijn afschuw van <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> van rebellie bewez<strong>en</strong>. De gehele hemel zag<br />
Zijn rechtvaardigheid geop<strong>en</strong>baard, zowel in <strong>de</strong> veroor<strong>de</strong>ling van Satan als in <strong>de</strong> verlossing<br />
van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Lucifer had verklaard, dat indi<strong>en</strong> Gods wet onveran<strong>de</strong>rlik was, <strong>en</strong> <strong>de</strong> straf erop<br />
niet kon vrij- geschold<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, ie<strong>de</strong>re overtre<strong>de</strong>r dan voor eeuwig van <strong>de</strong> gunst van <strong>de</strong><br />
Schepper verstok<strong>en</strong> was. Hij had beweerd, dat het zondige m<strong>en</strong>segeslacht red<strong>de</strong>loos, <strong>en</strong><br />
daarom zijn rechtmatige prooi was. Maar <strong>de</strong> dood van Christus was e<strong>en</strong> argum<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> gunste<br />
van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, dat niet omvergeworp<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>. De straf van <strong>de</strong> wet viel op Hem, die<br />
Go<strong>de</strong> gelijk stond, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s stond het vrij, <strong>de</strong> gerechtigheid van Christus aan te<br />
nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> van boetedo<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> verne<strong>de</strong>ring te overwinn<strong>en</strong>, gelijk <strong>de</strong> Zoon<br />
van God gezegevierd had over Satans macht. Aldus is God 2 Kor. 5:19. rechtvaardig, <strong>en</strong><br />
tegelijkertijd <strong>de</strong> rechtvaardigmaker van all<strong>en</strong>, die in Jezus gelov<strong>en</strong>.<br />
Maar het was niet alle<strong>en</strong> om <strong>de</strong> verlossing van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s te bewerk<strong>en</strong>, dat Christus naar <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> kwam om te lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te sterv<strong>en</strong>. Hij kwam om <strong>de</strong> wet te verhog<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ver- heerlik<strong>en</strong>.<br />
Niet alle<strong>en</strong> opdat <strong>de</strong> bewoners van <strong>de</strong>ze wereld <strong>de</strong> wet zoud<strong>en</strong> beschouw<strong>en</strong>, gelijk die<br />
353
eschouwd behoort te word<strong>en</strong>; maar om aan al <strong>de</strong> wereld<strong>en</strong> in het heelal te bewijz<strong>en</strong>, dat<br />
Gods wet onveran<strong>de</strong>rlik is. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> ervan te niet gedaan hadd<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zou<br />
<strong>de</strong> Zoon van God Zijn lev<strong>en</strong> niet hebb<strong>en</strong> behoev<strong>en</strong> af te legg<strong>en</strong> om verzo<strong>en</strong>ing te do<strong>en</strong> voor<br />
<strong>de</strong> overtreding van die wet. De dood van Christus bewijst daarom, dat <strong>de</strong> wet onveran<strong>de</strong>rlik<br />
is. En het offer, waartoe oneindige lief<strong>de</strong> <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r <strong>en</strong> <strong>de</strong> Zoon dreef, opdat zondar<strong>en</strong> gered<br />
zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, toont aan het ganse heelal — <strong>en</strong> niets min<strong>de</strong>r dan dit verzo<strong>en</strong>ingsplan zou<br />
er voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> voor geweest zijn — dat rechtvaardigheid <strong>en</strong> barmhartigheid het fondam<strong>en</strong>t<br />
zijn van <strong>de</strong> wet <strong>en</strong> <strong>de</strong> regering van God.<br />
In <strong>de</strong> laatste voltrekking van het oor<strong>de</strong>el zal er uitkom<strong>en</strong>, dat er ge<strong>en</strong> oorzaak voor zon<strong>de</strong><br />
bestaat. Wanneer <strong>de</strong> Rechter van <strong>de</strong> ganse aar<strong>de</strong> aan Satan vrag<strong>en</strong> zal: “Waarom zijt ge<br />
teg<strong>en</strong> Mij opgestaan, <strong>en</strong> hebt Me beroofd van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> van Mijn koninkrijk?” dan zal<br />
<strong>de</strong> bewerker van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> ge<strong>en</strong> verontschuldiging kunn<strong>en</strong> inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re mond zal<br />
geslot<strong>en</strong> zijn, <strong>en</strong> het gehele heir van <strong>de</strong> opstan<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> sprakeloos staan. Terwijl het kruis<br />
van Golgotha getuig<strong>en</strong>is aflegt, dat <strong>de</strong> wet onveran<strong>de</strong>rlik is, verkondigt het aan het heelal,<br />
dat <strong>de</strong> bezoldiging van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>de</strong> dood is. Met <strong>de</strong> sterv<strong>en</strong>skreet van <strong>de</strong> Heiland, “Het is<br />
volbracht,” werd <strong>de</strong> doodsklok voor Satan geluid. De grote strijd, zo lang gevoerd, werd<br />
to<strong>en</strong> beslist, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ein<strong>de</strong>like uitwissing van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> verzekerd, Cods Zoon ging <strong>de</strong> poort<strong>en</strong><br />
van het graf door, opdat “Hij door <strong>de</strong> dood te niet do<strong>en</strong> zou <strong>de</strong>g<strong>en</strong>e, die het geweld <strong>de</strong>s<br />
doods had, dat is, <strong>de</strong> duivel.” Lucifers verlang<strong>en</strong> naar zelfverheffing had er hem toe geleid<br />
om te zegg<strong>en</strong>: “Ik zal mijn troon bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> sterr<strong>en</strong> Gods verhog<strong>en</strong> ... ik zal <strong>de</strong> Allerhoogste<br />
gelijk word<strong>en</strong>.” God zegt: “Ik heb u gemaakt tot as op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> ... ge zult niet meer zijn tot<br />
in eeuwigheid.” Wanneer “die dag komt, brand<strong>en</strong><strong>de</strong> als e<strong>en</strong> ov<strong>en</strong>,” dan zull<strong>en</strong> “alle<br />
hoogmoedig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> al wie god<strong>de</strong>loosheid doet, e<strong>en</strong> stoppel zijn; <strong>en</strong> <strong>de</strong> toekomstige dag zal ze<br />
in vlam zett<strong>en</strong>, zegt <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r heirschar<strong>en</strong>, Die hun wortel noch tak lat<strong>en</strong> zal.”<br />
Het ganse heelal zal getuige zijn van <strong>de</strong> aard <strong>en</strong> <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. En <strong>de</strong><br />
volkom<strong>en</strong> uitroeiing ervan, welke in d<strong>en</strong> beginne <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> vrees aangejaagd <strong>en</strong> God oneer<br />
aangedaan zou hebb<strong>en</strong>, zal nu Zijn lief<strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> <strong>en</strong> Zijn eer bevestig<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong><br />
heelal van schepsel<strong>en</strong>, die er zich in verlustig<strong>en</strong>, Zijn wil te do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in wier hart Zijn wet<br />
woont. Nooit zal <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zich we<strong>de</strong>r op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. Het woord van God zegt: “De<br />
b<strong>en</strong>auwdheid zal niet tweemaal oprijz<strong>en</strong>.” De wet van God, welke door Satan beschuldigd<br />
werd van e<strong>en</strong> slavejuk te zijn, zal geëerd word<strong>en</strong> als <strong>de</strong> wet <strong>de</strong>r vrijheid. E<strong>en</strong> getoetste <strong>en</strong><br />
beproef<strong>de</strong> schepping zal zich nooit we<strong>de</strong>r afker<strong>en</strong> van <strong>de</strong> trouw aan Hem, Wi<strong>en</strong>s karakter<br />
zich aan all<strong>en</strong> t<strong>en</strong> volle heeft geop<strong>en</strong>baard als zijn<strong>de</strong> onuitputtelik in lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> oneindige<br />
wijsheid.<br />
354
Hoofdstuk 30 — Helse Vijandschap<br />
“En Ik zal vijandschap zett<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> u <strong>en</strong> <strong>de</strong>ze vrouw, <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> uw zaad <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> haar<br />
zaad; datzelve zal u <strong>de</strong> kop vermorzel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> gij zult het <strong>de</strong> verz<strong>en</strong><strong>en</strong> vermorzel<strong>en</strong>.” Het<br />
God<strong>de</strong>lik vonnis, dat na <strong>de</strong> val van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s over Satan werd uitgesprok<strong>en</strong>, was tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />
voorzegging, die al <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> omsloot tot aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r dag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> grote strijd<br />
voorafschaduw<strong>de</strong>, waarin al <strong>de</strong> m<strong>en</strong>segeslacht<strong>en</strong>, die op aar<strong>de</strong> zoud<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>, betrokk<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
God verklaart: “Ik zal vijandschap zett<strong>en</strong>.” Deze vijandschap bestaat van nature niet.<br />
To<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong> God-<strong>de</strong>like wet verbrak, werd zijn natuur zondig, <strong>en</strong> was hij in<br />
overe<strong>en</strong>stemming, niet in teg<strong>en</strong>spraak, met Satan. Van nature wordt er ge<strong>en</strong> vijandschap<br />
gevoerd tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> zondige m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> <strong>de</strong> bewerker van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>. Beid<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> boos door<br />
afval. De afvallige heeft nooit rust, t<strong>en</strong>zij hij me<strong>de</strong>gevoel <strong>en</strong> steun ontvangt door overreding<br />
van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> om zijn voorbeeld te volg<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong>ze red<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich in e<strong>en</strong> bondg<strong>en</strong>ootschap van wanhoop. Indi<strong>en</strong> God niet op biezon<strong>de</strong>re<br />
wijze tuss<strong>en</strong>bei<strong>de</strong> getred<strong>en</strong> was, zoud<strong>en</strong> Satan <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s zich verbond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Hemel; <strong>en</strong> in plaats van vijandschap te koester<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Satan, zou het gehele m<strong>en</strong>segeslacht<br />
zich ver<strong>en</strong>igd hebb<strong>en</strong> in opstand teg<strong>en</strong> God.<br />
Satan verleid<strong>de</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s tot zon<strong>de</strong>, ev<strong>en</strong>als hij er <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> toe gebracht had om op te<br />
staan, namelik om zich van me<strong>de</strong>werking te verzeker<strong>en</strong> in zijn strijd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Hemel. Er<br />
bestond ge<strong>en</strong> tweespalt tuss<strong>en</strong> hem <strong>en</strong> <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, wat hun haat teg<strong>en</strong> Christus<br />
betrof; terwijl er op alle an<strong>de</strong>re punt<strong>en</strong> on<strong>en</strong>igheid was, war<strong>en</strong> ze vast verbond<strong>en</strong> in hun<br />
teg<strong>en</strong>stand teg<strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> Heerser van het heelal. Maar to<strong>en</strong> Satan <strong>de</strong> verklaring<br />
hoor<strong>de</strong>, dat er vijandschap zou bestaan tuss<strong>en</strong> hemzelf <strong>en</strong> <strong>de</strong> vrouw, <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> zijn zaad <strong>en</strong><br />
haar zaad, begreep hij, dat zijn poging<strong>en</strong> om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike natuur te verlag<strong>en</strong> niet<br />
ongehin<strong>de</strong>rd zoud<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>; dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s door het <strong>en</strong>e of an<strong>de</strong>re mid<strong>de</strong>l in staat gesteld zou<br />
word<strong>en</strong> om aan zijn macht weerstand te bied<strong>en</strong>.<br />
Satans vijandschap is teg<strong>en</strong> het m<strong>en</strong>segeslacht ontstok<strong>en</strong>, omdat ze door Christus<br />
voorwerp<strong>en</strong> van Gods lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> barmhartigheid zijn. Hij w<strong>en</strong>st het God<strong>de</strong>lik plan tot<br />
verlossing van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s te verij<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> God te onter<strong>en</strong> door Zijn han<strong>de</strong>werk van zijn<br />
schoonheid <strong>en</strong> reinheid te berov<strong>en</strong>; zijn doel is, droef<strong>en</strong>is in <strong>de</strong> hemel te veroorzak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> te vervull<strong>en</strong> met ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> verwoesting. En hij wijst op al dit kwaad als het gevolg<br />
van Gods werk in het schepp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Het is <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, die Christus aan <strong>de</strong> ziel<br />
sch<strong>en</strong>kt, welke in <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s vijandschap teg<strong>en</strong> Satan doet ontstaan. Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze beker<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> vernieuw<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht zou <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>e van Satan blijv<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />
di<strong>en</strong>stknecht, immer bereid om hem te gehoorzam<strong>en</strong>. Maar het nieuwe beginsel in <strong>de</strong> ziel<br />
doet strijd ontstaan, waar tot nu toe vre<strong>de</strong> heerste. De kracht, welke Christus sch<strong>en</strong>kt, stelt<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in staat om zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> tiran <strong>en</strong> indringer te verzett<strong>en</strong>. Wie er ook maar gevond<strong>en</strong><br />
355
wordt, die <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> verafschuwt in plaats van lief te hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hartstocht<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gaat <strong>en</strong><br />
overwint, welke in hem hebb<strong>en</strong> geheerst, die toont <strong>de</strong> werking van e<strong>en</strong> beginsel, dat geheel<br />
<strong>en</strong> al van Bov<strong>en</strong> is.<br />
De teg<strong>en</strong>stand, die er tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> geest van Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> geest van Satan bestaat, trad<br />
zeer treff<strong>en</strong>d aan het licht in <strong>de</strong> wijze, waarop <strong>de</strong> wereld Jezus ontving. Het was niet zozeer<br />
omdat Hij zon<strong>de</strong>r aardse rijkdom, pracht, of grootsheid versche<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> ertoe<br />
kwam<strong>en</strong> om Hem te ver- werp<strong>en</strong>. Ze zag<strong>en</strong>, dat Hij macht bezat, welke het gemis van die<br />
uiterlike voor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> meer dan vergoed<strong>en</strong> zou. Maar <strong>de</strong> reinheid <strong>en</strong> heiligheid van Christus<br />
lokt<strong>en</strong> <strong>de</strong> haat van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Hem uit. Zijn lev<strong>en</strong> van zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong><br />
zon<strong>de</strong>loze toewijding was e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d verwijt voor e<strong>en</strong> trots <strong>en</strong> zinnelik volk. Dit was<br />
het, dat vijandschap verwekte teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Zoon van God. Satan <strong>en</strong> boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong><br />
zich met boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Al <strong>de</strong> kracht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> afval van God spand<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Kampvechter voor <strong>de</strong> waarheid.<br />
Dezelf<strong>de</strong> vijandschap op<strong>en</strong>baart zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus, welke teg<strong>en</strong> hun<br />
Meester getoond werd. Wie ook het afstotelik karakter van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> inziet, <strong>en</strong> door kracht<br />
van omhoog weerstand biedt aan <strong>de</strong> verleiding, zal ongetwijfeld <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van Satan <strong>en</strong> zijn<br />
on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> opwekk<strong>en</strong>. Haat teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> zuivere beginsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong> verwijt <strong>en</strong><br />
vervolging van <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs ervan, zull<strong>en</strong> voortbestaan, zolang er zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> zondar<strong>en</strong><br />
gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De volgeling<strong>en</strong> van Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Satan kunn<strong>en</strong> niet<br />
overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong>. De aanstoot, welke het kruis geeft, heeft niet opgehoud<strong>en</strong> te bestaan.<br />
“All<strong>en</strong>, die god- zaliglik will<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> in Christus Jezus, die zull<strong>en</strong> vervolgd word<strong>en</strong>.“<br />
Satans werktuig<strong>en</strong> arbeid<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d on<strong>de</strong>r zijn leiding tot vestiging van zijn gezag<br />
<strong>en</strong> opbouwing van zijn rijk in teg<strong>en</strong>stelling van <strong>de</strong> regering Gods. Tot dit doel tracht<strong>en</strong> ze<br />
Christus’ volgeling<strong>en</strong> te bedrieg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> af te trekk<strong>en</strong> van hun getrouwheid aan Hem. Ze<br />
legg<strong>en</strong>,gelijk hun lei<strong>de</strong>r doet,<strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> verkeerd uit,<strong>en</strong> verdraai<strong>en</strong> ze om hun doel te<br />
bereik<strong>en</strong>. Gelijk Satan getracht heeft, God in verd<strong>en</strong>king te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, zo tracht<strong>en</strong> zijn<br />
handlangers, Gods volk te belaster<strong>en</strong>. De geest, die Christus ter dood gebracht heeft, zet <strong>de</strong><br />
god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> aan om Zijn volgeling<strong>en</strong> uit te roei<strong>en</strong>. Dit alles werd voorafgeschaduwd in die<br />
eerste profetie: “Ik zal vijandschap zett<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> u <strong>en</strong> <strong>de</strong>ze vrouw, <strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> uw zaad <strong>en</strong><br />
tuss<strong>en</strong> haar zaad.” En tot aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> tijd zal dit voortdur<strong>en</strong>.<br />
Satan roept zijn gehele macht tezam<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werpt zich met al zijn kracht in <strong>de</strong> strijd.<br />
Waarom ontmoet hij ge<strong>en</strong> grotere teg<strong>en</strong>stand? Waarom zijn <strong>de</strong> strij<strong>de</strong>rs voor Christus zo<br />
slaperig <strong>en</strong> onverschillig? — Omdat ze zo weinig waarlik met Christus verbond<strong>en</strong> zijn;<br />
omdat ze zo weinig van Zijn geest bezitt<strong>en</strong>. De zon<strong>de</strong> is niet zo afstotelik <strong>en</strong> af- schuwelik<br />
voor h<strong>en</strong> als die voor hun Meester was. Ze staan <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> niet, gelijk Christus het <strong>de</strong>ed,<br />
beslist <strong>en</strong> vastberad<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>. Ze beseff<strong>en</strong> het vreselike kwaad <strong>en</strong> <strong>de</strong> boosheid van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />
niet, <strong>en</strong> zijn blind voor het karakter zowel als <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> Vorst <strong>de</strong>r duisternis. Er<br />
bestaat weinig vijandschap teg<strong>en</strong> Satan <strong>en</strong> zijn werk<strong>en</strong>, omdat er zulk e<strong>en</strong> grote<br />
356
onwet<strong>en</strong>dheid heerst aangaan<strong>de</strong> zijn macht <strong>en</strong> kwaadaardigheid, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ontzaglike omvang<br />
van zijn strijd teg<strong>en</strong> Christus <strong>en</strong> Zijn kerk. M<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op dat punt<br />
bedrog<strong>en</strong>. Ze wet<strong>en</strong> niet, dat hun vijand e<strong>en</strong> machtige aanvoer<strong>de</strong>r is, die <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van<br />
boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> beheerst, <strong>en</strong> dat hij met wel-gerijpte plann<strong>en</strong> <strong>en</strong> beh<strong>en</strong>dige beweging<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />
Christus kampt om <strong>de</strong> redding van ziel<strong>en</strong> te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r (2 Tim. 3:12). belijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> predikers van het evangelie, hoort m<strong>en</strong> Satan nauweliks<br />
noem<strong>en</strong>, behalve misschi<strong>en</strong>, wanneer er toevallig van <strong>de</strong> kansel op hem gedoeld wordt. Ze<br />
merk<strong>en</strong> <strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong> van zijn voortdur<strong>en</strong><strong>de</strong> werkzaamheid <strong>en</strong> het welslag<strong>en</strong> daarvan niet op;<br />
ze veronachtzam<strong>en</strong> <strong>de</strong> vele waarschuwing<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> zijn geslep<strong>en</strong>heid; ze schijn<strong>en</strong> zelfs zijn<br />
bestaan te ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />
Terwijl <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in onwet<strong>en</strong>dheid verker<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> zijn kunstgrep<strong>en</strong>, is <strong>de</strong>ze<br />
waakzame vijand hun ie<strong>de</strong>r og<strong>en</strong>blik op <strong>de</strong> hiel<strong>en</strong>. Hij doet zijn teg<strong>en</strong>woordigheid gevoel<strong>en</strong><br />
in ie<strong>de</strong>re af<strong>de</strong>ling van het familielev<strong>en</strong>, in ie<strong>de</strong>re straat van onze sted<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>, in <strong>de</strong><br />
volksverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> gerechtshov<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hij verwart, bedriegt, <strong>en</strong> verleidt, br<strong>en</strong>gt alom<br />
<strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> <strong>en</strong> licham<strong>en</strong> van mann<strong>en</strong>, vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> kin-<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in het ver<strong>de</strong>rf, ontbindt<br />
huisgezinn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zaait haat, nijd, strijd, muiterij <strong>en</strong> moord. En <strong>de</strong> Christelike wereld schijnt<br />
<strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong> te beschouw<strong>en</strong>, alsof God het aldus besteld had, <strong>en</strong> ze moest<strong>en</strong> bestaan.<br />
Satan tracht voortdur<strong>en</strong>d <strong>de</strong> overhand over Gods volk te verkrijg<strong>en</strong> door <strong>de</strong> gr<strong>en</strong>spal<strong>en</strong>,<br />
welke h<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld scheid<strong>en</strong>, af te brek<strong>en</strong>. Het ou<strong>de</strong> Israël werd tot zon<strong>de</strong> verlokt, to<strong>en</strong><br />
ze zich aan verbod<strong>en</strong> omgang met <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong> waagd<strong>en</strong>. Op gelijke wijze wordt het<br />
hed<strong>en</strong>daagse Israël op <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> weg geleid. “In <strong>de</strong>welke <strong>de</strong> God van <strong>de</strong>ze eeuw <strong>de</strong><br />
zinn<strong>en</strong> verblind heeft, namelik van <strong>de</strong> ongelovig<strong>en</strong>, opdat h<strong>en</strong> niet bestrale <strong>de</strong> verlichting<br />
van het evangelie van <strong>de</strong> heerlikheid van Christus, die het beeld Gods is.” Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die<br />
ge<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van Christus zijn, zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Satan. In het hart,<br />
dat niet we<strong>de</strong>rgebor<strong>en</strong> is, woont <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> neiging om die te koester<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> te verontschuldig<strong>en</strong>. In het ver-nieuw<strong>de</strong> hart leeft er haat <strong>en</strong> besliste teg<strong>en</strong>stand teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
zon<strong>de</strong>. Wanneer Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> het gezelschap van god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> <strong>en</strong> ongelovig<strong>en</strong> verkiez<strong>en</strong>,<br />
stell<strong>en</strong> ze zich aan verleiding bloot. Satan verbergt zich voor hun blik, <strong>en</strong> trekt hun<br />
steelsgewijze zijn bedriegelike sluier voor <strong>de</strong> og<strong>en</strong>. Ze kunn<strong>en</strong> niet inzi<strong>en</strong>, dat zulk<br />
gezelschap hun noodzakelik kwaad moet do<strong>en</strong>; <strong>en</strong> naarmate ze van lieverle<strong>de</strong> in karakter,<br />
woord<strong>en</strong> <strong>en</strong> han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld meer gelijk word<strong>en</strong>, gerak<strong>en</strong> ze meer <strong>en</strong> meer verblind 2<br />
Kor. 4:4.<br />
Gelijkvormigheid aan wereldse gebruik<strong>en</strong> bekeert <strong>de</strong> kerk tot <strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> nooit <strong>de</strong><br />
wereld tot Christus. Vertrouwd-heid met <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> doet die onvermij<strong>de</strong>lik min<strong>de</strong>r afstotelik<br />
schijn<strong>en</strong>. Hij, die omgang met <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Satan verkiest, zal spoedig zijn vrees<br />
voor hun meester verliez<strong>en</strong>. Wanneer wij op het pad <strong>de</strong>r <strong>de</strong>ugd in verzoeking word<strong>en</strong><br />
gebracht, gelijk Daniël aan het hof van <strong>de</strong> koning, kunn<strong>en</strong> we er ons van verzekerd houd<strong>en</strong>,<br />
dat God ons zal bescherm<strong>en</strong>; maar indi<strong>en</strong> we onszelv<strong>en</strong> in verleiding plaats<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> we<br />
vroeger of later vall<strong>en</strong>.<br />
357
De verlei<strong>de</strong>r werkt dikwels met <strong>de</strong> beste uitslag door <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die het minst verdacht<br />
word<strong>en</strong> van on<strong>de</strong>r zijn heerschappij te staan. Zij, die tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> opvoeding bezitt<strong>en</strong>, word<strong>en</strong><br />
bewon<strong>de</strong>rd <strong>en</strong> geëerd, alsof die hoedanighed<strong>en</strong> <strong>de</strong> afwezigheid van <strong>de</strong> vreze Gods<br />
vergoedd<strong>en</strong>, of <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aanspraak gav<strong>en</strong> op Zijn gunst. Tal<strong>en</strong>t <strong>en</strong> ontwikkeling zijn, op<br />
zichzelf beschouwd, gav<strong>en</strong> Gods; maar indi<strong>en</strong> m<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> plaats van godsvrucht laat innem<strong>en</strong>;<br />
indi<strong>en</strong> ze, in ste<strong>de</strong> van <strong>de</strong> ziel dichter tot God te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, van Hem wegleid<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> ze<br />
e<strong>en</strong> vloek <strong>en</strong> e<strong>en</strong> valstrik. Vel<strong>en</strong> zijn van oor<strong>de</strong>el, dat alles wat op welgemanierdheid of<br />
beschaving gelijkt, <strong>en</strong>igermate tot Christus moet behor<strong>en</strong>. Maar er is ge<strong>en</strong> grotere vergissing<br />
d<strong>en</strong>kbaar. Deze hoedanighed<strong>en</strong> behoord<strong>en</strong> het karakter van ie<strong>de</strong>re Christ<strong>en</strong> te versier<strong>en</strong>,<br />
omdat ze e<strong>en</strong> krachtige invloed zoud<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> t<strong>en</strong> gunste van ware godsvrucht; maar ze<br />
moet<strong>en</strong> aan God gewijd zijn, of zijn ev<strong>en</strong>zeer e<strong>en</strong> kracht t<strong>en</strong> kwa<strong>de</strong>. M<strong>en</strong>ige<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />
beschaafd verstand <strong>en</strong> aang<strong>en</strong>ame manier<strong>en</strong>, die zich niet zou verlag<strong>en</strong> tot wat gewoonlik<br />
e<strong>en</strong> ze<strong>de</strong>loze daad g<strong>en</strong>oemd wordt, is niets dan e<strong>en</strong> gepolijst werktuig in <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Satan. De sluwe, bedriegelike aard van zijn invloed <strong>en</strong> voorbeeld maakt hem e<strong>en</strong> gevaarliker<br />
vijand voor <strong>de</strong> zaak van Christus dan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die onwet<strong>en</strong>d <strong>en</strong> onbeschaafd zijn.<br />
Salomo verkreeg <strong>de</strong> wijsheid, die <strong>de</strong> verbazing <strong>en</strong> bewon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> wereld opwekte,<br />
door ernstig gebed <strong>en</strong> af- hankelikheid van God. Maar to<strong>en</strong> hij zich van <strong>de</strong> Bron van zijn<br />
kracht afw<strong>en</strong>d<strong>de</strong>, <strong>en</strong> op zichzelf vertrouw<strong>en</strong><strong>de</strong> zijn weg ging, viel hij t<strong>en</strong> prooi aan<br />
verleiding. To<strong>en</strong> maakt<strong>en</strong> <strong>de</strong> verwon<strong>de</strong>rlike geestesgav<strong>en</strong>, die aan <strong>de</strong> wijste van alle koning<strong>en</strong><br />
geschonk<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, hem slechts e<strong>en</strong> geschikter werktuig in <strong>de</strong> hand van <strong>de</strong> vijand<br />
van ziel<strong>en</strong>. Lat<strong>en</strong> <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> nooit verget<strong>en</strong>, al tracht Satan voortdur<strong>en</strong>d hun verstand<br />
voor het feit te verblind<strong>en</strong>, dat ze “<strong>de</strong> strijd hebb<strong>en</strong> niet teg<strong>en</strong> vlees <strong>en</strong> bloed, maar teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
overhed<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> macht<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> geweldhebbers van <strong>de</strong> wereld, van <strong>de</strong> duisternis van<br />
<strong>de</strong>ze eeuw, teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> gees- telike booshed<strong>en</strong> in <strong>de</strong> lucht.” De waarschuwing van <strong>de</strong> Schrift<br />
klinkt door <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> tot op onze tijd: “Zijt nuchter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> waakt; want uw teg<strong>en</strong>partij,<br />
<strong>de</strong> duivel, gaat om als e<strong>en</strong> bries<strong>en</strong><strong>de</strong> leeuw, zoek<strong>en</strong><strong>de</strong> wie hij zou mog<strong>en</strong> verslind<strong>en</strong>.” “Doet<br />
aan <strong>de</strong> gehele wap<strong>en</strong>rusting Gods, opdat ge kunt staan teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> listige omleiding<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
duivel.”<br />
Van <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Adam af tot op onze tijd heeft onze grote vijand zijn macht gebruikt<br />
om te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verniel<strong>en</strong>. Hij bereidt zich nu voor op zijn laatste strijd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
kerk. Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Jezus tracht<strong>en</strong> te volg<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze onverbid<strong>de</strong>like vijand moet<strong>en</strong><br />
ontmoet<strong>en</strong>. Hoe getrouwer <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong> het God<strong>de</strong>like Voorbeeld navolgt, <strong>de</strong>s te zeker<strong>de</strong>r<br />
maakt hij zich tot e<strong>en</strong> mikpunt voor <strong>de</strong> aanvall<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Satan. Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die werkzaam<br />
zijn in <strong>de</strong> zaak van God, die tracht<strong>en</strong> het bedrog van <strong>de</strong> boze te ontsluier<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Christus aan<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voor te stell<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> verklaring van Paulus kunn<strong>en</strong> beam<strong>en</strong>, waarin hij<br />
spreekt van <strong>de</strong> Heer te di<strong>en</strong><strong>en</strong> met alle ootmoedigheid, <strong>en</strong> veel tran<strong>en</strong> <strong>en</strong> verzoeking<strong>en</strong>.<br />
Satan viel Christus aan met zijn sterkste <strong>en</strong> sluwste verleiding<strong>en</strong>, maar hij werd in ie<strong>de</strong>re<br />
kamp verslag<strong>en</strong>. Die strijd werd t<strong>en</strong> behoeve van ons gevoerd; die overwinning<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> het<br />
voor ons mogelik om te zegevier<strong>en</strong>. Christus zal kracht gev<strong>en</strong> aan all<strong>en</strong>, die ernaar zoek<strong>en</strong>.<br />
358
Niemand kan zon<strong>de</strong>r zijn eig<strong>en</strong> toestemming door Satan overwonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De verlei<strong>de</strong>r<br />
heeft ge<strong>en</strong> macht om <strong>de</strong> wil te be-heers<strong>en</strong>, of <strong>de</strong> ziel tot zon<strong>de</strong> te dwing<strong>en</strong>. Hij mag plag<strong>en</strong>,<br />
maar hij kan niet besmett<strong>en</strong>. Hij kan zielsangst veroorzak<strong>en</strong>, maar ge<strong>en</strong> verontreiniging. Het<br />
feit, dat Christus overwonn<strong>en</strong> heeft, behoort Zijn volgeling<strong>en</strong> moed in te boezem<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
strijd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> Satan manmoedig te voer<strong>en</strong>.<br />
359
Hoofdstuk 31 — Het Werk van Boze Geest<strong>en</strong><br />
Het verband tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> zichtbare <strong>en</strong> <strong>de</strong> onzichtbare wereld, <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van Gods <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> het werk van boze geest<strong>en</strong>, wordt in <strong>de</strong> Schrift dui<strong>de</strong>lik geop<strong>en</strong>baard, <strong>en</strong> is onafschei<strong>de</strong>lik<br />
sam<strong>en</strong>gewev<strong>en</strong> met <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Er bestaat e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong><strong>de</strong> neiging om<br />
niet te gelov<strong>en</strong> aan het bestaan van boze geest<strong>en</strong>, terwijl <strong>de</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, “die tot di<strong>en</strong>st<br />
uitgezond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, om <strong>de</strong>rg<strong>en</strong><strong>en</strong> wil, die <strong>de</strong> zaligheid beërv<strong>en</strong>,” door vel<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
geest<strong>en</strong> van afgestorv<strong>en</strong><strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> Schrift leert niet alle<strong>en</strong> het bestaan<br />
van <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>,goe<strong>de</strong> zowel als boze,maar levert onbetwistbaar bewijs, dat ze niet <strong>de</strong> van het<br />
lichaam gescheid<strong>en</strong> geest<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> zijn.<br />
Nog eer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s geschap<strong>en</strong> werd, bestond<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>; want to<strong>en</strong> <strong>de</strong> fondam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gelegd werd<strong>en</strong>, “zong<strong>en</strong> <strong>de</strong> morg<strong>en</strong>sterr<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> vrolik, <strong>en</strong> juicht<strong>en</strong> al <strong>de</strong><br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods.” Na <strong>de</strong> val van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong> er <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong> om <strong>de</strong> boom <strong>de</strong>s<br />
lev<strong>en</strong>s te bewak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dit nog v——r er e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selik wez<strong>en</strong> gestorv<strong>en</strong> was. Engel<strong>en</strong> staan<br />
volg<strong>en</strong>s hun natuur hoger dan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; want <strong>de</strong> psalmist zegt, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s “e<strong>en</strong> weinig<br />
min<strong>de</strong>r gemaakt is dan <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>.”<br />
In <strong>de</strong> Schrift wordt ons het aantal, <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> heerlikheid van <strong>de</strong> hemelse wez<strong>en</strong>s, hun<br />
betrekking tot <strong>de</strong> regering van God, als me<strong>de</strong> hun verband met het verlossingswerk bek<strong>en</strong>d<br />
gesteld. “De Heer heeft Zijn troon in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> bevestigd; <strong>en</strong> Zijn koninkrijk heerst over<br />
all<strong>en</strong>.” En <strong>de</strong> profeet zegt: “Ik hoor<strong>de</strong> e<strong>en</strong> stem van vele <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> rondom <strong>de</strong> troon.” Ze staan<br />
als wachters in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van <strong>de</strong> Koning <strong>de</strong>r koning<strong>en</strong>—“<strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, krachtige<br />
held<strong>en</strong>,” “Zijn di<strong>en</strong>aars, die Zijn welbehag<strong>en</strong> do<strong>en</strong>,” “die Zijn woord do<strong>en</strong>, gehoorzam<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> stem van Zijn woord.” Ti<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d maal ti<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>dmaal duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> was<br />
het getal van <strong>de</strong> hemelse boodschappers, die <strong>de</strong> profeet Daniël zag. De apostel Paulus noemt<br />
h<strong>en</strong> “<strong>de</strong> vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>.” Ze gaan uit als Gods boodschappers, als “<strong>de</strong> gedaante<br />
van e<strong>en</strong> weerlicht,“ z— verblind<strong>en</strong>d is hun heerlikheid, z— snel is hun vlucht. De <strong>en</strong>gel,<br />
die aan het graf van <strong>de</strong> Heiland versche<strong>en</strong>, had e<strong>en</strong> “gedaante gelijk e<strong>en</strong> bliksem, <strong>en</strong> zijn<br />
kleding wit gelijk sneeuw,” <strong>en</strong> hij <strong>de</strong>ed <strong>de</strong> wachters bev<strong>en</strong> van vrees voor hem, <strong>en</strong> “ze<br />
werd<strong>en</strong> als dod<strong>en</strong>.” To<strong>en</strong> Sanherib, <strong>de</strong> hoogmoedige Assyriër, God hoon<strong>de</strong> <strong>en</strong> laster<strong>de</strong>, <strong>en</strong><br />
Israël met on<strong>de</strong>rgang bedreig<strong>de</strong>, “geschied<strong>de</strong> het dan in diezelf<strong>de</strong> nacht, dat <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> uitvoer, <strong>en</strong> sloeg in het leger van Assyrië hon<strong>de</strong>rd vijf <strong>en</strong> tachtig duiz<strong>en</strong>d.” Er werd<strong>en</strong><br />
ver<strong>de</strong>lgd “alle strijdbare held<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vorst<strong>en</strong>, <strong>en</strong> overst<strong>en</strong>” in het leger van Sanherib. “Zo is<br />
hij met schaamte <strong>de</strong>s aangezichts in zijn land we<strong>de</strong>rgekeerd.”<br />
Engel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgezond<strong>en</strong> om boodschapp<strong>en</strong> van barmhartigheid aan <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
Gods over te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Tot Abraham ging<strong>en</strong> ze met beloft<strong>en</strong> van zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>; naar <strong>de</strong> poort<strong>en</strong><br />
van Sodom, om <strong>de</strong> rechtvaardige Lot te redd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verwoesting van het vuur; naar Elia,<br />
to<strong>en</strong> hij van vermoei<strong>en</strong>is <strong>en</strong> honger dreig<strong>de</strong> om te kom<strong>en</strong> in <strong>de</strong> woestijn; naar Eliza met<br />
vurige wag<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> paard<strong>en</strong>, het stadje omring<strong>en</strong><strong>de</strong>, waar hij door zijn vijand<strong>en</strong> ingeslot<strong>en</strong><br />
360
was; naar Daniël, to<strong>en</strong> hij God<strong>de</strong>like wijsheid zocht aan het hof van e<strong>en</strong> heid<strong>en</strong>s koning, of<br />
overgegev<strong>en</strong> was om aan <strong>de</strong> leeuw<strong>en</strong> t<strong>en</strong> prooi te word<strong>en</strong>; naar Petrus, to<strong>en</strong> hij ter dood veroor<strong>de</strong>eld<br />
lag in <strong>de</strong> kerker van Herodus; naar <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong><strong>en</strong> te Filippi; naar Paulus <strong>en</strong> zijn<br />
metgezell<strong>en</strong> in <strong>de</strong> nacht van <strong>de</strong> storm op <strong>de</strong> zee; om het hart van Cornelius te op<strong>en</strong><strong>en</strong> voor<br />
<strong>de</strong> ontvangst van het evangelie; om Petrus met e<strong>en</strong> boodschap van zaligheid af te vaardig<strong>en</strong><br />
naar e<strong>en</strong> heid<strong>en</strong>se vreem<strong>de</strong>ling,— aldus hebb<strong>en</strong> heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> alle eeuw<strong>en</strong> door Gods volk<br />
gedi<strong>en</strong>d.<br />
Voor ie<strong>de</strong>re volgeling van Christus wordt e<strong>en</strong> bescherm<strong>en</strong>gel aangesteld. Deze hemelse<br />
wachters beveilig<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> boze. Dit erk<strong>en</strong><strong>de</strong> Satan zelf,<br />
to<strong>en</strong> hij sprak: “Is het om niet, dat Job God vreest? Hebt Gij niet e<strong>en</strong> betuining gemaakt<br />
voor hem, <strong>en</strong> voor zijn huis, <strong>en</strong> voor al wat hij heeft rondom?” Het werktuig, waardoor God<br />
Zijn volk beschermt, wordt in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> psalmist uitgedrukt: “De Engel <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
legert zich rondom <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hem vrez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> rukt h<strong>en</strong> uit.” De Heiland zei, sprek<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
van h<strong>en</strong>, die in Hem gelov<strong>en</strong>: “Ziet toe, dat ge niet e<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze klein<strong>en</strong> veracht; want Ik<br />
zeg ulied<strong>en</strong>, dat hun <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> altijd zi<strong>en</strong> het aangezicht van Mijn Va<strong>de</strong>r.” De<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, welke aangesteld zijn om <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods te di<strong>en</strong><strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> te all<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> toegang<br />
tot Zijn teg<strong>en</strong>woordigheid.<br />
Aldus is Gods volk, dat aan <strong>de</strong> verleid<strong>en</strong><strong>de</strong> macht <strong>en</strong> <strong>de</strong> nimmer sluimer<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
kwaadaardigheid van <strong>de</strong> vorst <strong>de</strong>r duisternis is blootgesteld, <strong>en</strong> <strong>de</strong> strijd te voer<strong>en</strong> heeft met<br />
al <strong>de</strong> macht<strong>en</strong> van het boze, verzekerd van <strong>de</strong> onvermoei<strong>de</strong> waakzaamheid van hemelse<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong>. Ook wordt zodanige verzekering niet zon<strong>de</strong>r oorzaak geschonk<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> God Zijn<br />
kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belofte van g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> bescherming gedaan heeft, is het omdat ze met machtige<br />
werktuig<strong>en</strong> van het kwaad te do<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>,— Satans <strong>de</strong>elg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>, talrijk, vastberad<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> onvermoeid, aangaan<strong>de</strong> wier kwaadaardigheid <strong>en</strong> macht niemand onwet<strong>en</strong>d of<br />
onverschillig kan zijn, <strong>en</strong> zich veilig rek<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
De boze geest<strong>en</strong>, in het begin zon<strong>de</strong>r zon<strong>de</strong> geschap<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> wat natuur, macht <strong>en</strong><br />
heerlikheid betreft, gelijk aan <strong>de</strong> heilige wez<strong>en</strong>s, die nu Gods boodschappers zijn. Maar door<br />
zon<strong>de</strong> gevall<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> ze e<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rling verbond ge-slot<strong>en</strong> om God te onter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in het ver<strong>de</strong>rf te stort<strong>en</strong>. Met Satan verbond<strong>en</strong> in zijn opstand, <strong>en</strong> met hem uit <strong>de</strong><br />
hemel geworp<strong>en</strong>, zijn ze door al <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> geblev<strong>en</strong> in<br />
zijn strijd teg<strong>en</strong> het God- <strong>de</strong>lik gezag. In <strong>de</strong> Schrift wordt ons melding gemaakt van hun<br />
sam<strong>en</strong>zwering <strong>en</strong> regering, van hun verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> ord<strong>en</strong>, van hun verstand <strong>en</strong> geslep<strong>en</strong>heid,<br />
<strong>en</strong> van hun boosaardige plann<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> het geluk van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />
De Oud-Testam<strong>en</strong>tiese geschied<strong>en</strong>is maakt hier <strong>en</strong> daar gewag van hun bestaan <strong>en</strong><br />
han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong>; maar het was gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> tijd, dat Christus op aar<strong>de</strong> was, dat <strong>de</strong> boze geest<strong>en</strong><br />
hun macht op <strong>de</strong> treff<strong>en</strong>dste wijze op<strong>en</strong>baard<strong>en</strong>. Christus was gekom<strong>en</strong> om het plan t<strong>en</strong><br />
uitvoer te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, dat tot redding van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s was uitgedacht, <strong>en</strong> Satan was beslot<strong>en</strong>, zijn<br />
recht op <strong>de</strong> heerschappij van <strong>de</strong> wereld te lat<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>. Hij was erin geslaagd, overal op<br />
361
aar<strong>de</strong> af- go<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st in te voer<strong>en</strong>, behalve in het land Palestina. Christus kwam tot het <strong>en</strong>ige<br />
land, dat niet volkom<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> verlei<strong>de</strong>r gebukt had, om over het volk<br />
hemels licht te do<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>. Hier stond<strong>en</strong> twee wedijver<strong>en</strong><strong>de</strong> macht<strong>en</strong> naar het oppergezag.<br />
Jezus op<strong>en</strong><strong>de</strong> Zijn lief<strong>de</strong>arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nodig<strong>de</strong> all<strong>en</strong> uit, die vergiff<strong>en</strong>is <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> door Hem<br />
w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong>. De heirschar<strong>en</strong> <strong>de</strong>r duisternis zag<strong>en</strong>, dat ze ge<strong>en</strong> onbegr<strong>en</strong>s<strong>de</strong> macht<br />
bezat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> begrep<strong>en</strong>, dat indi<strong>en</strong> Christus’ z<strong>en</strong>ding slag<strong>en</strong> zou, hun regering spoedig t<strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong> zou zijn. Satan woed<strong>de</strong> als e<strong>en</strong> geket<strong>en</strong><strong>de</strong> leeuw, <strong>en</strong> toon<strong>de</strong> op uitdag<strong>en</strong><strong>de</strong> wijze Zijn<br />
macht over <strong>de</strong> licham<strong>en</strong> zowel als <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />
Het feit, dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong> bezet<strong>en</strong> Zijn geweest, wordt in het Nieuwe Testam<strong>en</strong>t<br />
dui<strong>de</strong>lik gemeld. De person<strong>en</strong>, die aldus bezocht war<strong>en</strong>, led<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> aan ziekte t<strong>en</strong><br />
gevolge van natuurlike oorzak<strong>en</strong>. Christus verstond volkom<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong> Hij te do<strong>en</strong> had,<br />
<strong>en</strong> herk<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> bepaal<strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid <strong>en</strong> het werk van boze geest<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>d<br />
voorbeeld van hun aantal, macht, <strong>en</strong> vijandigheid, zowel als van <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> barmhartigheid<br />
van Christus wordt in het bijbelverhaal van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>ezing van <strong>de</strong> bezet<strong>en</strong><strong>en</strong> te Gadara<br />
aangegev<strong>en</strong>. Deze ell<strong>en</strong>dige waanzin- ning<strong>en</strong>, alle band<strong>en</strong> afschudd<strong>en</strong><strong>de</strong>, zich verwring<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
schuim<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> raz<strong>en</strong><strong>de</strong>, vervuld<strong>en</strong> <strong>de</strong> lucht met hun kret<strong>en</strong>, <strong>de</strong>d<strong>en</strong> zichzelv<strong>en</strong> geweld aan,<br />
<strong>en</strong> war<strong>en</strong> gevaarlik voor all<strong>en</strong>, die in hun nabijheid kwam<strong>en</strong>. Hun bloed<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> misvorm<strong>de</strong><br />
licham<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun razernij bod<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schouwspel aan, dat aan <strong>de</strong> vorst <strong>de</strong>r duisternis zeer<br />
welgevallig was. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> duivel<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> lij<strong>de</strong>rs gevar<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, verklaar<strong>de</strong>: “Mijn<br />
naam is Legio, want wij zijn vel<strong>en</strong>.” Bij het Romeinse leger bestond e<strong>en</strong> legio<strong>en</strong> uit drie tot<br />
vijf duiz<strong>en</strong>d man. Satans legerschar<strong>en</strong> zijn ook in troep<strong>en</strong> gerangschikt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re<br />
af<strong>de</strong>ling, waartoe <strong>de</strong>ze duivel<strong>en</strong> behoord<strong>en</strong>, tel<strong>de</strong> niet min<strong>de</strong>r dan e<strong>en</strong> legio<strong>en</strong>.<br />
Op Jezus’ bevel voer<strong>en</strong> <strong>de</strong> boze geest<strong>en</strong> uit hun slachtoffers, <strong>en</strong> liet<strong>en</strong> h<strong>en</strong> rustig zitt<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
aan <strong>de</strong> voet<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland achter, on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong>, verstandig, <strong>en</strong> zachtmoedig. Maar aan<br />
<strong>de</strong> duivel<strong>en</strong> werd toegestaan, e<strong>en</strong> kud<strong>de</strong> zwijn<strong>en</strong> in <strong>de</strong> zee te do<strong>en</strong> stort<strong>en</strong>; <strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
inwoners van Gadara was het verlies hiervan groter dan <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, die Christus<br />
geschonk<strong>en</strong> had, <strong>en</strong> <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like Heelmeester werd verzocht om te vertrekk<strong>en</strong>. Dit was <strong>de</strong><br />
uitkomst, welke Satan zich had will<strong>en</strong> verzeker<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> blaam voor hun verlies op Jezus<br />
te werp<strong>en</strong>, wekte hij <strong>de</strong> zelfzuchtige vrees van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> weerhield h<strong>en</strong> van naar<br />
Zijn woord<strong>en</strong> te luister<strong>en</strong>. Satan beschuldigt <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> gedurig als <strong>de</strong> oorzaak van<br />
verlies, ongeluk <strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>, in plaats van <strong>de</strong> blaam te lat<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>, waar die thuis behoort,<br />
namelik op hemzelf <strong>en</strong> zijn handlangers.<br />
Doch Christus’ doel werd niet verij<strong>de</strong>ld. Hij liet <strong>de</strong> boze geest<strong>en</strong> toe, <strong>de</strong> kud<strong>de</strong> zwijn<strong>en</strong><br />
te do<strong>en</strong> omkom<strong>en</strong> als straf voor die Jod<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong>ze onreine dier<strong>en</strong> aanteeld<strong>en</strong> om er<br />
winst me<strong>de</strong> te do<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> Christus <strong>de</strong> duivel<strong>en</strong> niet had weerhoud<strong>en</strong>, ze zoud<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> zwijn<strong>en</strong>, maar ook hun wachters <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aars in <strong>de</strong> zee gestort hebb<strong>en</strong>. Het behoud van<br />
<strong>de</strong> wachters zowel als van <strong>de</strong> eig<strong>en</strong>aars was alle<strong>en</strong> te dank<strong>en</strong> aan Zijn macht, die in g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
tot hun redding werd uitgeoef<strong>en</strong>d. Dan ook werd <strong>de</strong>ze gebeurt<strong>en</strong>is toegelat<strong>en</strong>, opdat <strong>de</strong><br />
discipel<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn van <strong>de</strong> wre<strong>de</strong> macht van Satan over m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> dier bei<strong>de</strong>. De<br />
362
Heiland wil<strong>de</strong>, dat Zijn volgeling<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> vijand, met wie ze te do<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, opdat ze niet door zijn lag<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong> <strong>en</strong> overwonn<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Ook<br />
wil<strong>de</strong> Hij, dat het volk uit die streek <strong>de</strong> macht zou aan-schouw<strong>en</strong>, die Hij had om <strong>de</strong> band<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Satan te verbrek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn gevang<strong>en</strong><strong>en</strong> in vrijheid te stell<strong>en</strong>. En ofschoon Jezus zelf<br />
vertrok, blev<strong>en</strong> <strong>de</strong> mann<strong>en</strong>, die Hij zo won<strong>de</strong>rdadig verlost had, achter, om <strong>de</strong><br />
barmhartigheid van hun weldo<strong>en</strong>er te verkondig<strong>en</strong>.<br />
Er staan an<strong>de</strong>re gevall<strong>en</strong> van gelijke aard in <strong>de</strong> Schrift opgetek<strong>en</strong>d. De dochter van <strong>de</strong><br />
Syro-F<strong>en</strong>iciese vrouw was gans <strong>en</strong> al on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> macht van e<strong>en</strong> onreine geest, welke Jezus<br />
uitwierp door Zijn woord. E<strong>en</strong> “van <strong>de</strong> duivel bezet<strong>en</strong>, die blind <strong>en</strong> stom was;”2 e<strong>en</strong><br />
jongeling, die e<strong>en</strong> stomme geest had, welke “hem m<strong>en</strong>igmaal in het vuur <strong>en</strong> in het water<br />
wierp, om hem te ver<strong>de</strong>rv<strong>en</strong>;” <strong>de</strong> bezet<strong>en</strong>e, welke, door “e<strong>en</strong> geest van e<strong>en</strong> onreine duivel”4<br />
geplaagd, <strong>de</strong> Sabbatsrust van <strong>de</strong> synagoge te Kapernaüm verstoor<strong>de</strong>,— <strong>de</strong>ze all<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> Heiland geheeld. In bijna ie<strong>de</strong>r geval sprak Christus <strong>de</strong> duivel aan als<br />
e<strong>en</strong> zelfbewust wez<strong>en</strong>, hem bevel<strong>en</strong><strong>de</strong>, uit te gaan van zijn slachtoffer, <strong>en</strong> het niet ver<strong>de</strong>r te<br />
kwell<strong>en</strong>. De verzamel<strong>de</strong> geme<strong>en</strong>te te Kapernaüm, zijn grote kracht zi<strong>en</strong><strong>de</strong>, was verbaasd, <strong>en</strong><br />
“ze sprak<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> tot elkan<strong>de</strong>r, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: Wat woord is dit, dat Hij met macht <strong>en</strong> kracht <strong>de</strong><br />
onreine geest<strong>en</strong> gebiedt, <strong>en</strong> ze var<strong>en</strong> uit?”<br />
Zij, die van duivel bezet<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> gewoonlik voorgesteld als in zwaar lijd<strong>en</strong><br />
verker<strong>en</strong><strong>de</strong>; toch war<strong>en</strong> er uitzon<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> op <strong>de</strong>ze regel. Om bov<strong>en</strong>natuurlike macht te<br />
verkrijg<strong>en</strong>, steld<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> zich op<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> invloed van Satan. Natuurlik hadd<strong>en</strong> die<br />
ge<strong>en</strong> strijd te voer<strong>en</strong> met <strong>de</strong> duivel<strong>en</strong>. Tot <strong>de</strong>ze klasse behoord<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> geest van<br />
waarzeggerij hadd<strong>en</strong>,— Simon Magus, Elymas <strong>de</strong> tov<strong>en</strong>aar, <strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stmaagd, die Paulus<br />
<strong>en</strong> Silas te Filippi volg<strong>de</strong>. Niemand is in groter gevaar van on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> invloed van boze<br />
geest<strong>en</strong> te gerak<strong>en</strong>, dan zij, die, nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> het dui<strong>de</strong>like <strong>en</strong> overvloedige getuig<strong>en</strong>is<br />
van <strong>de</strong> Schrift het bestaan <strong>en</strong> werk van <strong>de</strong> duivel <strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Zolang we hun<br />
bedrog niet inzi<strong>en</strong>, behal<strong>en</strong> ze bijna onberek<strong>en</strong>baar voor<strong>de</strong>el op ons; <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> slaan acht op<br />
hun inblazing<strong>en</strong>, terwijl ze m<strong>en</strong><strong>en</strong> te volg<strong>en</strong>, wat hun eig<strong>en</strong> wijsheid hun voorschrijft. Dit is<br />
<strong>de</strong> red<strong>en</strong> waarom Satan, naarmate we het ein<strong>de</strong> na<strong>de</strong>r kom<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> duivel het<br />
machtigst zal werk<strong>en</strong> om te bedrieg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verwoest<strong>en</strong>, overal het geloof verspreidt, dat hij<br />
niet bestaat. Zijn wijze van do<strong>en</strong> is, zichzelf <strong>en</strong> <strong>de</strong> manier, waarop hij werkt, te verberg<strong>en</strong>.<br />
Er is niets, waarvoor <strong>de</strong> grote bedrieger z— zeer vreest, dan dat wij bek<strong>en</strong>d zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> met zijn lag<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> zijn ware karakter <strong>en</strong> bedoeling<strong>en</strong> beter te vermomm<strong>en</strong>,<br />
heeft hij zich z— lat<strong>en</strong> voorstell<strong>en</strong>, dat hij ge<strong>en</strong> sterker gevoel<strong>en</strong> gaan<strong>de</strong> maakt dan spot of<br />
verachting. Hij schept er behag<strong>en</strong> in, afgebeeld te word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> bespottelik of wal- gelik<br />
voorwerp, mismaakt, half dier <strong>en</strong> half m<strong>en</strong>s. Hij hoort gaarne zijn naam in e<strong>en</strong> grap of spot<br />
noem<strong>en</strong> door <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zichzelv<strong>en</strong> voor verstandige, welingelichte m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> houd<strong>en</strong>.<br />
Het is omdat hij zich met zulk e<strong>en</strong> volmaakte beh<strong>en</strong>digheid vermomd heeft, dat <strong>de</strong> vraag<br />
zo algeme<strong>en</strong> gedaan wordt: “Bestaat er waarlik zulk e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>?” Het is e<strong>en</strong> bewijs van het<br />
363
welgelukk<strong>en</strong> van zijn arbeid, dat theorieën, die het e<strong>en</strong>voudigste getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong><br />
tot leug<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, zo algeme<strong>en</strong> in <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige wereld aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Maar juist<br />
omdat Satan <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die ge<strong>en</strong> bewustzijn van zijn invloed hebb<strong>en</strong>, het<br />
gemakkelikst kan beheers<strong>en</strong>, geeft Gods woord ons zoveel voorbeeld<strong>en</strong> van zijn boosaardig<br />
werk, ontmaskert zijn geheime kracht<strong>en</strong> voor ons, <strong>en</strong> stelt ons aldus op onze hoe<strong>de</strong> teg<strong>en</strong><br />
zijn aanvall<strong>en</strong>.<br />
De macht <strong>en</strong> kwaadwill<strong>en</strong>dheid van Satan <strong>en</strong> zijn heir zoud<strong>en</strong> ons met recht mog<strong>en</strong><br />
verontrust<strong>en</strong>, was het niet, dat we heul <strong>en</strong> redding kond<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> door <strong>de</strong> kracht van onze<br />
Heiland, welke <strong>de</strong> zijne te bov<strong>en</strong> gaat. We verzeker<strong>en</strong> onze huiz<strong>en</strong> zorgvuldig met<br />
gr<strong>en</strong><strong>de</strong>l<strong>en</strong> <strong>en</strong> slot<strong>en</strong> om ons eig<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> lev<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te beveilig<strong>en</strong>; maar we<br />
d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> zeld<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die voortdur<strong>en</strong>d toegang tot ons zoek<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wier aanvall<strong>en</strong> wij in eig<strong>en</strong> kracht ge<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l tot ver<strong>de</strong>diging hebb<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> ze<br />
toegelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> ze ons verstand verwarr<strong>en</strong>, onze licha-m<strong>en</strong> plag<strong>en</strong> <strong>en</strong> kwell<strong>en</strong>,<br />
onze bezitting<strong>en</strong> <strong>en</strong> ons lev<strong>en</strong> verniel<strong>en</strong>. Hun <strong>en</strong>ig vermaak ligt in ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> verwoesting.<br />
Vreselik is <strong>de</strong> toestand van h<strong>en</strong>, die Gods eis<strong>en</strong> weerstaan, <strong>en</strong> toegev<strong>en</strong> aan Satans<br />
verleiding<strong>en</strong>, totdat God h<strong>en</strong> overgeeft aan <strong>de</strong> macht van boze geest<strong>en</strong>. Maar zij, die<br />
Christus volg<strong>en</strong>, zijn immer veilig on<strong>de</strong>r Zijn wak<strong>en</strong><strong>de</strong> zorg. Engel<strong>en</strong>, uitnem<strong>en</strong>d in kracht,<br />
word<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel gezond<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> te gescherm<strong>en</strong>. De god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> niet door <strong>de</strong><br />
wacht he<strong>en</strong>brek<strong>en</strong>, die God rondom Zijn volk heeft gesteld.<br />
364
Hoofdstuk 32 — Gevaarlijke Misleiding<strong>en</strong><br />
De grote strijd tuss<strong>en</strong> Christus <strong>en</strong> Satan, die al bijna zes duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> lang gevoerd is,<br />
zal spoedig t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> word<strong>en</strong> gebracht; <strong>en</strong> <strong>de</strong> boze verdubbelt zijn poging<strong>en</strong> om het werk<br />
van Christus t<strong>en</strong> behoeve van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s te verij<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ziel<strong>en</strong> in zijn strikk<strong>en</strong> te vang<strong>en</strong>. Het<br />
doel, dat hij tracht te bereik<strong>en</strong>, is, <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in duisternis <strong>en</strong> onboetvaardigheid te houd<strong>en</strong>,<br />
totdat het werk van <strong>de</strong> Heiland als Mid<strong>de</strong>laar e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> neemt, <strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re offeran<strong>de</strong><br />
voor <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> zal zijn. Wanneer er ge<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong> poging in het werk gesteld wordt om zijn<br />
macht te weerstaan; wanneer er in <strong>de</strong> kerk <strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld onverschilligheid heerst, is Satan<br />
gerust; want dan verkeert hij niet in gevaar van dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> te verliez<strong>en</strong>, welke hij naar<br />
goedvind<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong> houdt. Maar wanneer <strong>de</strong> aandacht gevestigd wordt op zak<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
eeuwigheid betreff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er ziel<strong>en</strong> zijn, die vrag<strong>en</strong>: “Wat moet ik do<strong>en</strong> om zalig te word<strong>en</strong> ?”<br />
dan is hij op het toneel, <strong>en</strong> zoekt zijn macht te met<strong>en</strong> met die van Christus, <strong>en</strong> <strong>de</strong> invloed<br />
van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest teg<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>.<br />
De Schrift zegt ons, dat bij één geleg<strong>en</strong>heid, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> Gods kwam<strong>en</strong> om zich<br />
voor <strong>de</strong> Heer te stell<strong>en</strong>, Satan ook on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> versche<strong>en</strong>, niet om zich voor <strong>de</strong> eeuwige<br />
Koning te buig<strong>en</strong>, maar om zijn eig<strong>en</strong> kwaadaardige plann<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> te<br />
bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Met datzelf<strong>de</strong> doel is hij teg<strong>en</strong>woordig, wanneer er m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> om<br />
God te aanbidd<strong>en</strong>. Ofschoon voor het oog verborg<strong>en</strong>, werkt hij met alle ijver om <strong>de</strong> hart<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> aanbid<strong>de</strong>rs in beslag te krijg<strong>en</strong>. Als e<strong>en</strong> kundig krijgsoverste maakt hij zijn plann<strong>en</strong><br />
vooruit. Terwijl hij <strong>de</strong> boodschapper Gods <strong>de</strong> Schrift ziet on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, let hij op het<br />
on<strong>de</strong>rwerp, waarbij <strong>de</strong> geme<strong>en</strong>te bepaald zal word<strong>en</strong>. Dan stelt hij al zijn geslep<strong>en</strong>heid <strong>en</strong><br />
sluwheid te werk om <strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong> z— te schikk<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> boodschap dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> niet<br />
zal bereik<strong>en</strong>, welke hij juist op dat punt bezig is te bedrieg<strong>en</strong>. De persoon, die <strong>de</strong> boodschap<br />
het meest nodig heeft, wordt met <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re han<strong>de</strong>ls-transaktie beziggehoud<strong>en</strong>, welke<br />
zijn teg<strong>en</strong>woordigheid vereist, of op an<strong>de</strong>re wijze verhin<strong>de</strong>rd, <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> te hor<strong>en</strong>, die hem<br />
misschi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> reuk <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s t<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> geblek<strong>en</strong> zijn.<br />
Of an<strong>de</strong>rs ziet Satan <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> gebukt gaan on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> geestelike<br />
duisternis, waarin <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verker<strong>en</strong>. Hij hoort hun ernstige gebed<strong>en</strong> om God<strong>de</strong>like<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> kracht, om <strong>de</strong> betover<strong>en</strong><strong>de</strong> invloed van onverschilligheid, zorgeloosheid <strong>en</strong><br />
traagheid te verbrek<strong>en</strong>. Dan br<strong>en</strong>gt hij met vernieuw<strong>de</strong> ijver zijn kunstgrep<strong>en</strong> in beoef<strong>en</strong>ing.<br />
Hij verleidt <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot het toegev<strong>en</strong> aan hun eetlust, of <strong>en</strong>ige an<strong>de</strong>re wijze van<br />
zelfbevrediging, <strong>en</strong> verstompt op die wijze hun fijngevoeligheid, zodat ze juist die ding<strong>en</strong>,<br />
welke ze het meest nodig hebb<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong>, niet hor<strong>en</strong>.<br />
Satan weet goed, dat all<strong>en</strong>, die hij er toe br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> kan om het gebed <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong><br />
Schrift te verwaarloz<strong>en</strong>, voor zijn aanvall<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zwicht<strong>en</strong>. Daarom verzint hij alle<br />
mogelike plann<strong>en</strong> om het verstand te boei<strong>en</strong>. Er is altijd e<strong>en</strong> klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geweest, die<br />
zich godzalig voordo<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die in plaats van <strong>de</strong> waarheid ver<strong>de</strong>r te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, er hun<br />
365
godsdi<strong>en</strong>st van mak<strong>en</strong>, het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re gebrek in het karakter, of dwaling in het geloof op<br />
te spor<strong>en</strong> in <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, van wie ze verschill<strong>en</strong>. Dezulk<strong>en</strong> zijn Satans rechterhand in zijn werk.<br />
Er zijn niet weinig beschuldigers van <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ze zijn altijd in <strong>de</strong> weer, wanneer<br />
God werkt, <strong>en</strong> Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> Hem ware hul<strong>de</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ze stell<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> waarheid lief- hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>, in e<strong>en</strong> vals licht. Ze<br />
do<strong>en</strong> <strong>de</strong> ernstigste, ijverigste, <strong>en</strong> meest zelfopoffer<strong>en</strong><strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Christus<br />
voorkom<strong>en</strong> als bedrog<strong>en</strong><strong>en</strong> of bedriegers. Hun werk is, <strong>de</strong> beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong> van ie<strong>de</strong>re<br />
wez<strong>en</strong>lik e<strong>de</strong>le daad verkeerd voor te stell<strong>en</strong>, om toespeling<strong>en</strong> rond te strooi<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
verd<strong>en</strong>king op te wekk<strong>en</strong> in het hart van h<strong>en</strong>, die weinig on<strong>de</strong>rvinding gehad hebb<strong>en</strong>. Op<br />
ie<strong>de</strong>re d<strong>en</strong>kbare wijze tracht<strong>en</strong> ze, wat rein <strong>en</strong> rechtvaardig is, te do<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> als besmet <strong>en</strong><br />
bedriegelik.<br />
Doch niemand behoeft omtr<strong>en</strong>t <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> in twijfel te verker<strong>en</strong>. Het laat zich gemakkelik<br />
zi<strong>en</strong>, wi<strong>en</strong>s kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> ze zijn, wi<strong>en</strong>s voorbeeld ze volg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wi<strong>en</strong>s werk ze do<strong>en</strong>. “Aan hun<br />
vrucht<strong>en</strong> zult ge h<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.” Hun han<strong>de</strong>lwijze gelijkt op die van Satan, <strong>de</strong> giftige lasteraar,<br />
“<strong>de</strong> verklager van onze broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.” De grote bedrieger heeft veel handlangers, die gereed<br />
staan om elke <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re soort van dwaling in omloop te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> om ziel<strong>en</strong> te vang<strong>en</strong>,—<br />
ketterij<strong>en</strong>, die bestemd zijn om <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> smak<strong>en</strong> <strong>en</strong> bekwaamhed<strong>en</strong> te pass<strong>en</strong> van<br />
h<strong>en</strong>, die hij t<strong>en</strong> val w<strong>en</strong>st te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het is zijn doel om onoprechte,boze elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
kerk te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, die twijfel <strong>en</strong> ongeloof bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> all<strong>en</strong> te hin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die Gods werk<br />
w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> vooruit gaan, <strong>en</strong> er zelv<strong>en</strong> me<strong>de</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te vor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong>, die niet waarlik<br />
in God of Zijn woord gelov<strong>en</strong>, stemm<strong>en</strong> in <strong>de</strong> <strong>en</strong>e of an<strong>de</strong>re grondregel van waarheid toe,<br />
gaan voor Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> door, <strong>en</strong> word<strong>en</strong> aldus in <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid gesteld om hun dwaling<strong>en</strong><br />
als schriftuur- like leer in te voer<strong>en</strong>.<br />
De stelling, dat het er niet op aan komt, wat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> van Satans best<br />
gelukte bedriegerij<strong>en</strong>. Hij weet, dat <strong>de</strong> waarheid, in lief<strong>de</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ziel van <strong>de</strong><br />
ontvanger heiligt; vandaar dat hij voortdur<strong>en</strong>d tracht om er valse theorieën <strong>en</strong> fabel<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />
an<strong>de</strong>r evangelie, voor in <strong>de</strong> plaats te stell<strong>en</strong>. Van het eerste begin aan hebb<strong>en</strong> Gods<br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> gestred<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> valse lerar<strong>en</strong>, niet maar alle<strong>en</strong> als teg<strong>en</strong> boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, maar<br />
als teg<strong>en</strong> inbr<strong>en</strong>gers van leug<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> ziel dod<strong>en</strong>. Elia, Jeremia <strong>en</strong> Paulus steld<strong>en</strong> zich<br />
vastberad<strong>en</strong> <strong>en</strong> onbevreesd teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van Gods woord aftrokk<strong>en</strong>. De<br />
vrijgeestigheid welke e<strong>en</strong> juiste godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging als onbelangrijk beschouwt, vond<br />
ge<strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> bij die heilige ver<strong>de</strong>digers van <strong>de</strong> waarheid.<br />
De onbestem<strong>de</strong> <strong>en</strong> grillige uitlegging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vele strijdige theorieën<br />
aangaan<strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging, welke in <strong>de</strong> Christelike wereld gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zijn<br />
het werk van onze grote vijand, om het verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> z— te verzwakk<strong>en</strong>, dat ze<br />
<strong>de</strong> waarheid niet zull<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> tweedracht <strong>en</strong> on<strong>en</strong>igheid, welke<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid bestaan, zijn voor e<strong>en</strong> groot <strong>de</strong>el te wijt<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
heers<strong>en</strong><strong>de</strong> gewoonte van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te verdraai<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> e<strong>en</strong> fondam<strong>en</strong>t te vind<strong>en</strong> voor<br />
e<strong>en</strong> geliefkoos<strong>de</strong> theorie. In plaats van Gods woord met zorg te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, om in e<strong>en</strong>voud<br />
366
van hart Zijn wil te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, tracht<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> iets buit<strong>en</strong>gewoons of oorspronkeliks te<br />
ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>.<br />
Tot steun van dwaalleer of onchristelike han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> beroep<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> zich op<br />
schriftuurplaats<strong>en</strong>, die uit hun verband gerukt zijn, ja, m<strong>en</strong> haalt soms slechts <strong>de</strong> helft van<br />
e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel vers aan om zijn punt te bewijz<strong>en</strong>, wanneer het overige <strong>de</strong>el zou aanton<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
betek<strong>en</strong>is geheel <strong>en</strong> al het teg<strong>en</strong>overgestel<strong>de</strong> is. Listig als <strong>de</strong> slang verschuilt m<strong>en</strong> zich<br />
achter onsam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong><strong>de</strong> gezegd<strong>en</strong>, sam<strong>en</strong>geraapt om aan <strong>de</strong> vleselike begeert<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>.<br />
Aldus verdraai<strong>en</strong> vel<strong>en</strong> op- zettelik Gods woord. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>dige verbeelding<br />
hebb<strong>en</strong>, nem<strong>en</strong> <strong>de</strong> beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> symbol<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift, <strong>en</strong> legg<strong>en</strong> ze uit naar hun<br />
wijze van d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r veel acht te slaan op het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Bijbel, dat hij zichzelf<br />
verklaart; <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> dan hun grillige voorstelling<strong>en</strong> als bijbelleer uit.<br />
Wanneer m<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schrift on<strong>de</strong>rzoekt zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> bidd<strong>en</strong><strong>de</strong>, e<strong>en</strong>voudige, <strong>en</strong> voor lering<br />
vatbare geest, miss<strong>en</strong> <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>- likste <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudigste ev<strong>en</strong> goed als <strong>de</strong> moelikste tekst<strong>en</strong><br />
hun ware betek<strong>en</strong>is. De pauselike lei<strong>de</strong>rs kiez<strong>en</strong> zulke ge<strong>de</strong>elt<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> Schrift als het best<br />
voor hun doel geschikt zijn, legg<strong>en</strong> die uit naar het hun het meest past, <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> ze op die<br />
wijze aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, aan wie ze daarbij het recht ontzegg<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Bijbel te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> daarin vervatte heilige waarhed<strong>en</strong> voor zichzelv<strong>en</strong> te verstaan. De gehele Bijbel<br />
behoort aan het volk gegev<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, juist zoals die daar geschrev<strong>en</strong> staat. Het zou beter<br />
voor h<strong>en</strong> zijn om in het geheel ge<strong>en</strong> bijbelon<strong>de</strong>rricht te hebb<strong>en</strong>, dan dat <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong><br />
Schrift zo schan<strong>de</strong>lik verkeerd wordt uitgelegd.<br />
De Bijbel is bedoeld om e<strong>en</strong> gids te zijn voor all<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> wil van hun Schepper w<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. God gaf <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s het vaste woord van <strong>de</strong> profetie; <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>en</strong> zelfs Christus<br />
in eig<strong>en</strong> persoon kwam<strong>en</strong> om aan Daniël <strong>en</strong> Johannes <strong>de</strong> ding<strong>en</strong> te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, welke binn<strong>en</strong><br />
kort moet<strong>en</strong> plaats hebb<strong>en</strong>. Die belangrijke zak<strong>en</strong>, welke tot onze zaligheid di<strong>en</strong><strong>en</strong>, zijn niet<br />
verborg<strong>en</strong> gelat<strong>en</strong>. Ze zijn niet op zulk e<strong>en</strong> wijze geop<strong>en</strong>baard, dat ze <strong>de</strong> eerlike navorser<br />
van <strong>de</strong> waarheid zoud<strong>en</strong> verwarr<strong>en</strong> of misleid<strong>en</strong>. De Heer zegt bij mon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> profeet<br />
Habakuk: “Schrijf het gezicht, <strong>en</strong> stel het dui<strong>de</strong>lik op tafel<strong>en</strong>, . . . opdat daarin leze die<br />
voorbijloopt.” Gods Woord is dui<strong>de</strong>lik voor all<strong>en</strong>, die het met e<strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>d hart<br />
on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re waarlik eerlike ziel zal tot het licht van <strong>de</strong> waarheid kom<strong>en</strong>. “Het licht<br />
is voor <strong>de</strong> rechtvaardige gezaaid.” En ge<strong>en</strong> kerk kan in heiligheid to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij <strong>de</strong> led<strong>en</strong><br />
ervan ernstig naar waarheid zoek<strong>en</strong> als naar verborg<strong>en</strong> schatt<strong>en</strong>.<br />
Door <strong>de</strong> kreet van Vrijzinnigheid word<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verblind voor <strong>de</strong> aanslag<strong>en</strong> van hun<br />
we<strong>de</strong>rpartij, die aldoor rustig arbeidt aan <strong>de</strong> bereiking van zijn doel. Naarmate hij erin slaagt,<br />
m<strong>en</strong>selike verzinsel<strong>en</strong> <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> Bijbel te lat<strong>en</strong> innem<strong>en</strong>, wordt Gods wet op zij<strong>de</strong><br />
gezet, <strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> in <strong>de</strong> slaveboei <strong>de</strong>r zon<strong>de</strong>, terwijl ze bewer<strong>en</strong>, vrij te zijn. Voor<br />
vel<strong>en</strong> zijn wet<strong>en</strong>schappelike nasporing<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vloek geword<strong>en</strong>. God heeft toegelat<strong>en</strong>, dat er<br />
e<strong>en</strong> vloed van licht over <strong>de</strong> wereld is uitgestort door <strong>de</strong> ont<strong>de</strong>kking<strong>en</strong> op het gebied van<br />
wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> kunst; maar zelfs <strong>de</strong> grootste geest<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> tot verwarring in hun pog<strong>en</strong> om<br />
367
<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rlinge verhouding van wet<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring te door-grond<strong>en</strong>, zo ze niet door<br />
het woord van God in hun on<strong>de</strong>rzoek word<strong>en</strong> geleid.<br />
M<strong>en</strong>selike k<strong>en</strong>nis zowel van stoffelike als van geestelike ding<strong>en</strong> is e<strong>en</strong>zijdig <strong>en</strong><br />
onvolmaakt; daarom zijn er vel<strong>en</strong> niet in staat om hun inzicht<strong>en</strong> over <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap te<br />
rijm<strong>en</strong> met verklaring<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Schrift. Vel<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> blote theorieën <strong>en</strong> gissing<strong>en</strong> als<br />
wet<strong>en</strong>schappelike feit<strong>en</strong> aan, <strong>en</strong> d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat Gods woord beproefd kan word<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
leerstelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> “wet<strong>en</strong>schap, die valselik zo g<strong>en</strong>oemd wordt.” De Schepper <strong>en</strong> Zijn<br />
werk<strong>en</strong> gaan hun begrip te bov<strong>en</strong>; <strong>en</strong> omdat ze die niet volg<strong>en</strong>s natuurlike wett<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
verklar<strong>en</strong>, wordt <strong>de</strong> bijbelgeschied<strong>en</strong>is als onbetrouwbaar beschouwd. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke <strong>de</strong><br />
betrouwbaarheid van <strong>de</strong> oorkond<strong>en</strong> van het Ou<strong>de</strong> <strong>en</strong> Nieuwe Testam<strong>en</strong>t betwijfel<strong>en</strong>, gaan<br />
maar al te dikwels e<strong>en</strong> stap ver<strong>de</strong>r, beginn<strong>en</strong> te twijfel<strong>en</strong> aan het bestaan van God, <strong>en</strong><br />
schrijv<strong>en</strong> oneindige macht aan <strong>de</strong> natuur toe. Daar ze hun anker hebb<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> glipp<strong>en</strong>,<br />
zwalk<strong>en</strong> ze rond tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> rots<strong>en</strong> van het ongeloof.<br />
Aldus dwal<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong> van het geloof af, <strong>en</strong> word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> duivel verleid. De m<strong>en</strong>s<br />
heeft getracht, wijzer te zijn dan zijn Schepper; <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike wijsbegeerte heeft geheim<strong>en</strong>,<br />
welke <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> 2Ps. 97:11; 11 Tim. 6:20, door nimmer geop<strong>en</strong>baard zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, pog<strong>en</strong><br />
uit te vors<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verklar<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> slechts wild<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> verstaan wat<br />
God van Zichzelf <strong>en</strong> Zijn raadsbesluit<strong>en</strong> heeft bek<strong>en</strong>d gemaakt, zoud<strong>en</strong> ze zoveel van <strong>de</strong><br />
heerlikheid, <strong>de</strong> majesteit, <strong>en</strong> <strong>de</strong> macht van Jehova aanschouw<strong>en</strong>, dat ze hun eig<strong>en</strong> nietigheid<br />
leerd<strong>en</strong> beseff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tevred<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn met hetge<strong>en</strong> t<strong>en</strong> nutte van h<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
geop<strong>en</strong>baard is.<br />
De slimste van Satans bedriegelike omleiding<strong>en</strong> is, dat hij <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s aanhoud<strong>en</strong>d doet<br />
zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> giss<strong>en</strong> naar hetge<strong>en</strong> God niet bek<strong>en</strong>d gemaakt heeft, <strong>en</strong> dat niet in Zijn<br />
voornem<strong>en</strong> ligt dat door ons verstaan zal word<strong>en</strong>. Op die wijze verloor Lucifer zijn plaats in<br />
<strong>de</strong> Hemel. Hij werd onte- vred<strong>en</strong>, omdat al <strong>de</strong> geheim<strong>en</strong> van Gods raad hem niet werd<strong>en</strong><br />
toevertrouwd, <strong>en</strong> hij sloeg volstrekt ge<strong>en</strong> acht meer op hetge<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard was betreff<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
zijn eig<strong>en</strong> werk in <strong>de</strong> verhev<strong>en</strong> plaats, welke hem was toegewez<strong>en</strong>. Door gelijke<br />
ontevred<strong>en</strong>heid bij <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die on<strong>de</strong>r zijn bevel stond<strong>en</strong>, op te wekk<strong>en</strong>, veroorzaakte hij<br />
hun val. Nu tracht hij <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geest te lat<strong>en</strong> doordring<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er<br />
h<strong>en</strong> toe te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, ook <strong>de</strong> direkte bevel<strong>en</strong> Gods te minacht<strong>en</strong>.<br />
Zij, die ongewillig zijn om <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like, scherpe waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel aan te nem<strong>en</strong>,<br />
zoek<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d naar schoonklink<strong>en</strong><strong>de</strong> fabel<strong>en</strong>, welke het gewet<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Hoe min<strong>de</strong>r geestelik, zelfverlooch<strong>en</strong><strong>en</strong>d, <strong>en</strong> verootmoedig<strong>en</strong>d <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> zijn, die<br />
gepredikt word<strong>en</strong>, <strong>de</strong>s te meer vall<strong>en</strong> ze in <strong>de</strong> gunst. Zulke person<strong>en</strong> verlag<strong>en</strong> hun<br />
verstan<strong>de</strong>like vermog<strong>en</strong>s om hun vleselike lust<strong>en</strong> te di<strong>en</strong><strong>en</strong>. Te wijs in eig<strong>en</strong> og<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
Schrift met verslag<strong>en</strong>heid van ziel, <strong>en</strong> ernstig gebed om God<strong>de</strong>like leiding te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>,<br />
hebb<strong>en</strong> ze niets om zich teg<strong>en</strong> dwaling<strong>en</strong> te beveilig<strong>en</strong>. Satan is gereed om aan <strong>de</strong> w<strong>en</strong>s van<br />
het hart te voldo<strong>en</strong>, <strong>en</strong> weet het zo te schikk<strong>en</strong>, dat zijn drogred<strong>en</strong><strong>en</strong> in <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong><br />
368
waarheid ontvang<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Aldus was het, dat het pausdom zijn macht verkreeg over <strong>de</strong><br />
hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> hetzelf<strong>de</strong> pad door <strong>de</strong> waarheid te<br />
verwerp<strong>en</strong>, omdat die kruisdrag<strong>en</strong> met zich br<strong>en</strong>gt. Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke het on<strong>de</strong>rzoek van<br />
Gods woord verwaarloz<strong>en</strong> uit gemakzucht <strong>en</strong> politiek, om niet van <strong>de</strong> wereld te verschill<strong>en</strong>,<br />
zull<strong>en</strong> aan zichzelv<strong>en</strong> overgelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> schan<strong>de</strong>like ketterij voor godsdi<strong>en</strong>stige<br />
waarheid aannem<strong>en</strong>.<br />
Ie<strong>de</strong>re d<strong>en</strong>kbare vorm van dwaling zal aanvaard word<strong>en</strong> door h<strong>en</strong>, die met opzet <strong>de</strong><br />
waarheid verwerp<strong>en</strong>. Wie met afschuw op <strong>de</strong> <strong>en</strong>e vorm van bedrog neerziet, zal gere<strong>de</strong>lik in<br />
e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re vall<strong>en</strong>. De apostel Paulus, van e<strong>en</strong> klasse sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>, die “<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> <strong>de</strong>r waarheid<br />
niet aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, om zalig te word<strong>en</strong>,” zegt: “Daarom zal God hun z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
kracht <strong>de</strong>r dwaling, dat ze <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, opdat ze all<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong>, die<br />
<strong>de</strong> waarheid niet geloofd hebb<strong>en</strong>, maar e<strong>en</strong> welbehag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gehad in <strong>de</strong><br />
ongerechtigheid.” Met zulk e<strong>en</strong> waarschuwing v——r ons, past het ons, op onze hoe<strong>de</strong> te<br />
zijn met betrekking tot <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong>, die we aannem<strong>en</strong>. Tot <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> grote<br />
bedrieger het best me<strong>de</strong> slaagt, behor<strong>en</strong> <strong>de</strong> bedriegelike lering<strong>en</strong> <strong>en</strong> leug<strong>en</strong>achtige won<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
van het Spiritualisme. Vermond als e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel <strong>de</strong>s lichts, spreidt hij zijn nett<strong>en</strong> waar die het<br />
minst ver-moed word<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> Gods Boek maar wild<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> met<br />
ernstig gebed, om het te mog<strong>en</strong> verstaan, zoud<strong>en</strong> ze niet in het duister gelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
ge<strong>en</strong> valse leerstelling<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>. Maar omdat ze <strong>de</strong> waarheid verwerp<strong>en</strong>, vall<strong>en</strong> ze t<strong>en</strong><br />
prooi aan bedrog.<br />
E<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>re gevaarlike dwaling is <strong>de</strong> leer, die <strong>de</strong> Godheid van Christus ontk<strong>en</strong>t, <strong>en</strong><br />
beweert dat Hij niet bestond v——r Zijn verschijn<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze wereld. Deze theorie wordt<br />
gunstig ontvang<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> grote klasse die belijdt in <strong>de</strong> Bijbel te gelov<strong>en</strong>; <strong>en</strong> toch spreekt<br />
hij <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>likste verklaring<strong>en</strong> van onze Heiland betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> Zijn verhouding tot <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r,<br />
Zijn God<strong>de</strong>lik karakter, <strong>en</strong> Zijn voorbestaan direkt teg<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> kan er zelfs het oor niet aan<br />
l<strong>en</strong><strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> meest ongegron<strong>de</strong> verdraaiing van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>. Het verlaagt niet alle<strong>en</strong> ‘s<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> opvatting van het werk van <strong>de</strong> verlossing, maar on<strong>de</strong>rmijnt het geloof in <strong>de</strong> Bijbel<br />
als e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van God. Terwijl dit <strong>de</strong>ze theorie <strong>de</strong>s te gevaarliker maakt, maakt het het<br />
ook moeiliker om hem te we<strong>de</strong>rlegg<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift, die<br />
door ingeving geschrev<strong>en</strong> is, verwerp<strong>en</strong>, wat <strong>de</strong> Godheid van Christus betreft, heeft het ge<strong>en</strong><br />
zin, het punt met h<strong>en</strong> te besprek<strong>en</strong>, want ge<strong>en</strong> bewijsgrond, hoe afdo<strong>en</strong>d ook, zou h<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> overtuig<strong>en</strong>. “De natuurlike m<strong>en</strong>s begrijpt niet <strong>de</strong> ding<strong>en</strong>, die <strong>de</strong>s Geestes Gods zijn;<br />
want ze zijn hem dwaasheid; <strong>en</strong> hij kan ze niet verstaan, omdat ze geestelik on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>.” Niemand, die in die 12 Thess. 2:10-12. 21 Kor. 2:14. dwaalleer gelooft, kan e<strong>en</strong><br />
waar begrip hebb<strong>en</strong> van het karakter of <strong>de</strong> z<strong>en</strong>ding van Christus, of van het grote plan Gods<br />
voor <strong>de</strong> verlossing van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s.<br />
Nog e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re sluwe <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rfelike dwaling is het zich snel verspreid<strong>en</strong><strong>de</strong> geloof, dat<br />
<strong>de</strong> Satan niet als persoonlik wez<strong>en</strong> bestaat; dat <strong>de</strong> naam slechts gebruikt wordt in <strong>de</strong> Schrift<br />
om <strong>de</strong> kwa<strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> begeert<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voor te stell<strong>en</strong>. De leer, die zo algeme<strong>en</strong><br />
369
van <strong>de</strong> volkskansels weerklinkt, dat <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus Zijn kom<strong>en</strong> is tot ie<strong>de</strong>r<br />
m<strong>en</strong>s bij <strong>de</strong> dood, is e<strong>en</strong> toeleg om <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van Zijn persoonlike komst op<br />
<strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels af te trekk<strong>en</strong>. Jar<strong>en</strong> lang reeds heeft Satan gezegd: “Ziet, hij is in <strong>de</strong><br />
binn<strong>en</strong>kamer<strong>en</strong>;” <strong>en</strong> vele ziel<strong>en</strong> zijn verlor<strong>en</strong> gegaan door dit bedrog aan te nem<strong>en</strong>.<br />
Dan ook weer leert <strong>de</strong> wereldse wijsheid, dat bidd<strong>en</strong> niet noodzakelik is. De mann<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap bewer<strong>en</strong>, dat er ge<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik antwoord op het gebed zijn kan; dat dit e<strong>en</strong><br />
wetsverkrachting, e<strong>en</strong> won<strong>de</strong>r zou zijn, <strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> bestaan. Het heelal, zegg<strong>en</strong><br />
ze, wordt door vaste wett<strong>en</strong> beheerst, <strong>en</strong> God-zelf doet niets dat met die wett<strong>en</strong> in strijd is.<br />
Aldus stell<strong>en</strong> ze God voor als door Zijn eig<strong>en</strong> wett<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong>,— alsof <strong>de</strong> werking van<br />
God<strong>de</strong>like wett<strong>en</strong> <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like vrijheid zou kunn<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>sluit<strong>en</strong>. Zulke leer is in strijd met<br />
wat <strong>de</strong> Schrift zegt. Werd<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> won-<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gedaan door Christus <strong>en</strong> Zijn apostel<strong>en</strong>?<br />
Dezelf<strong>de</strong> me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> Heiland leeft hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage nog, <strong>en</strong> is nog ev<strong>en</strong> gewillig om het<br />
gebed <strong>de</strong>s geloofs te verhor<strong>en</strong>, als to<strong>en</strong> Hij zichtbaar on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> rondwan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>. Het<br />
natuur- like werkt sam<strong>en</strong> met het bov<strong>en</strong>natuurlike. Het is e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van Gods plan, ons in<br />
antwoord op het gelovig gebed datg<strong>en</strong>e toe te staan, dat Hij ons niet zou sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong><br />
we er niet aldus om vroeg<strong>en</strong>.<br />
Ontelbaar zijn <strong>de</strong> dwaallering<strong>en</strong> <strong>en</strong> grillige d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong>, welke in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong>heid aangetroff<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het is onmogelik om <strong>de</strong> kwa<strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> te schatt<strong>en</strong> van<br />
het wegnem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bak<strong>en</strong>s, die Gods woord gesteld heeft. Weinig<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die<br />
dat wag<strong>en</strong>, houd<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> eerste verworp<strong>en</strong> waarheid op. De meest<strong>en</strong> gaan ver<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> stell<strong>en</strong><br />
het <strong>en</strong>e beginsel van <strong>de</strong> waarheid na het an<strong>de</strong>re ter zij<strong>de</strong>, totdat ze wez<strong>en</strong>like ongelovig<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. De dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> algeme<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> godgeleerdheid hebb<strong>en</strong> m<strong>en</strong>ig e<strong>en</strong> ziel<br />
tot twijfelzucht gedrev<strong>en</strong>, die an<strong>de</strong>rs wellicht in <strong>de</strong> Schrift zou hebb<strong>en</strong> geloofd. Het is zo<br />
iemand onmogelik, leerstelling<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>,die zijn gevoel<strong>en</strong>s over rechtvaardigheid,<br />
barmhartigheid, <strong>en</strong> milddadigheid geweld aando<strong>en</strong>; <strong>en</strong> daar <strong>de</strong>ze als <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> Bijbel<br />
voorgesteld word<strong>en</strong>, weigert hij hem als Gods woord aan te nem<strong>en</strong>.<br />
Dit is juist het doel, dat Satan zoekt te bereik<strong>en</strong>. Hij verlangt niets zozeer als het<br />
vertrouw<strong>en</strong> op God <strong>en</strong> Zijn woord te niet te do<strong>en</strong>. Satan staat aan het hoofd van het grote<br />
leger van twijfelaars, <strong>en</strong> gebruikt al zijn macht, om ziel<strong>en</strong> in zijn gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te lokk<strong>en</strong>.<br />
Twijfel<strong>en</strong> komt in <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>. Er is e<strong>en</strong> grote klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die Gods woord met<br />
wantrouw<strong>en</strong> aanziet, <strong>en</strong> dat om <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> red<strong>en</strong> als ze het <strong>de</strong> Schrijver ervan do<strong>en</strong> — omdat<br />
het <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> bestraft <strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>elt. Zij, die onwillig zijn om te do<strong>en</strong> wat het vraagt,<br />
tracht<strong>en</strong> het gezag ervan omver te werp<strong>en</strong>. Ze lez<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel, of luister<strong>en</strong> naar zijn leer,<br />
zoals die van <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> kansel wordt gepredikt, e<strong>en</strong>voudig om aanmerking<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> op<br />
<strong>de</strong> Schrift of <strong>de</strong> preek. Niet weinig<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ongelovig<strong>en</strong>, om zich weg<strong>en</strong>s plichtverzuim te<br />
rechtvaardig<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verontschuldig<strong>en</strong>. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> twijfelzuchtige beginsel<strong>en</strong> aan uit<br />
trots of traagheid. Te veel op hun gemak gesteld om zich te on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> door iets te do<strong>en</strong>,<br />
dat eer waardig is, <strong>en</strong> dat inspanning vraagt, of zelfverlooch<strong>en</strong>ing eist, strev<strong>en</strong> ze ernaar om<br />
zich <strong>de</strong> naam te verwerv<strong>en</strong> van biezon<strong>de</strong>re wijsheid te bezitt<strong>en</strong> door <strong>de</strong> Bijbel te kritiser<strong>en</strong>.<br />
370
Er is veel, dat het eindige m<strong>en</strong>severstand, hetwelk niet door God<strong>de</strong>like wijsheid wordt<br />
verlicht, niet bij machte is te verstaan; daardoor vind<strong>en</strong> ze aanleiding tot kritiek. Vel<strong>en</strong><br />
schijn<strong>en</strong> te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat het e<strong>en</strong> <strong>de</strong>ugd is om zich aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van ongeloof, twijfelzucht, <strong>en</strong><br />
god<strong>de</strong>loosheid te stell<strong>en</strong>. Maar m<strong>en</strong> zal bevind<strong>en</strong>, dat zulke person<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> schijn van<br />
oprechtheid door zelfvertrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> trots gedrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> schepp<strong>en</strong> er behag<strong>en</strong> in,<br />
iets in <strong>de</strong> Schrift te vind<strong>en</strong> om het verstand van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> te verwarr<strong>en</strong>. In het eerst kritiser<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> kant, e<strong>en</strong>voudig uit lust om te strijd<strong>en</strong>. Ze<br />
beseff<strong>en</strong> niet, dat ze zich, aldus in <strong>de</strong> strikk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vogelvanger verwikkel<strong>en</strong>. Maar daar<br />
ze op<strong>en</strong>lik aan hun ongeloof uitdrukking hebb<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, gevoel<strong>en</strong> ze, dat ze hun<br />
ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> stelling moet<strong>en</strong> handhav<strong>en</strong>. Op die wijze ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> ze zich met <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> van het Paradijs voor zich toe. God heeft in Zijn woord g<strong>en</strong>oegzaam<br />
bewijs gegev<strong>en</strong> van het God<strong>de</strong>lik karakter ervan. De grote waarhed<strong>en</strong>, welke op onze<br />
verlossing betrekking hebb<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik voorgesteld. Met <strong>de</strong> hulp van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e<br />
Geest, die beloofd is aan all<strong>en</strong>, die hem in oprechtheid zoek<strong>en</strong>, kan e<strong>en</strong> iegelik die<br />
waarhed<strong>en</strong> voor zichzelf verstaan. God heeft <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterk fondam<strong>en</strong>t gegev<strong>en</strong>,<br />
waarop ze hun geloof kunn<strong>en</strong> grond<strong>en</strong>.<br />
Toch is het eindige verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s niet toereik<strong>en</strong>d om <strong>de</strong> plann<strong>en</strong> <strong>en</strong> bedoeling<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> Oneindige t<strong>en</strong> volle te verstaan. We kunn<strong>en</strong> God nimmer ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> door<br />
on<strong>de</strong>rzoek. We moet<strong>en</strong> niet tracht<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> aanmatig<strong>en</strong><strong>de</strong> hand het gordijn weg te<br />
schuiv<strong>en</strong>, waarachter Hij Zijn majesteit verbergt. De apostel roept uit: “Hoe ondoorgron<strong>de</strong>lik<br />
zijn Zijn oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> onnaspeurlik Zijn weg<strong>en</strong>!” We kunn<strong>en</strong> Zijn han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong><br />
met ons, <strong>en</strong> <strong>de</strong> beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hem dring<strong>en</strong>, in zo verre verstaan, dat wij gr<strong>en</strong>zeloze<br />
lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> barmhartigheid kunn<strong>en</strong> ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, verbond<strong>en</strong> met oneindige macht. Onze Va<strong>de</strong>r<br />
in <strong>de</strong> hemel regelt alles in wijsheid <strong>en</strong> gerechtigheid, <strong>en</strong> we moet<strong>en</strong> niet ontevred<strong>en</strong> of<br />
wantrouw<strong>en</strong>d zijn, maar ons in eerbiedige on<strong>de</strong>rwerping buig<strong>en</strong>. Hij zal ons zoveel van Zijn<br />
voornem<strong>en</strong>s op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> als ons goed is te wet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor wat daarbov<strong>en</strong> gaat, moet<strong>en</strong> we<br />
vertrouw<strong>en</strong> op <strong>de</strong> Hand, die almachtig, <strong>en</strong> het Hart, dat vol lief<strong>de</strong> is.<br />
Terwijl God ruimschoots bewijs gegev<strong>en</strong> heeft om te gelov<strong>en</strong>, neemt Hij nimmer alle<br />
verontschuldiging voor onge- loof weg. All<strong>en</strong>, die aanknopingspunt<strong>en</strong> voor twijfel zoek<strong>en</strong>,<br />
zull<strong>en</strong> ze vind<strong>en</strong>. En zij, die Gods woord weiger<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> te gehoorzam<strong>en</strong>, voordat<br />
ie<strong>de</strong>re teg<strong>en</strong>werping uit <strong>de</strong> weg geruimd is, <strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid tot twijfel<strong>en</strong> meer<br />
overblijft, zull<strong>en</strong> nooit tot het licht kom<strong>en</strong>. Wantrouw<strong>en</strong> aan God is <strong>de</strong> natuurlike uitkomst<br />
van het hart, dat niet we<strong>de</strong>rgebor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met zichzelf in strijd is. Maar geloof wordt door <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e Geest gewerkt, <strong>en</strong> kan slechts bloei<strong>en</strong> naarmate het gekoesterd wordt. Niemand kan<br />
sterk in het geloof word<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> vastberad<strong>en</strong> poging daartoe te do<strong>en</strong>. Het ongeloof<br />
neemt toe in kracht, naar mate het aangemoedigd wordt; <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, in plaats van<br />
<strong>de</strong> bewijz<strong>en</strong> te bepeinz<strong>en</strong>, welke God tot schra- ging van hun geloof gegev<strong>en</strong> heeft, aan<br />
wantrouw<strong>en</strong> toegev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uitvlucht<strong>en</strong> zoek<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> ze onvervind<strong>en</strong>, dat hun twijfeling<strong>en</strong><br />
hoe langer hoe meer bevestigd word<strong>en</strong>.<br />
371
Maar zij, die aan Gods beloft<strong>en</strong> twijfel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verzekering<strong>en</strong> van Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
wantrouw<strong>en</strong>, onter<strong>en</strong> Hem; <strong>en</strong> in plaats van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot Christus te trekk<strong>en</strong>, leidt hun<br />
invloed h<strong>en</strong> van Hem af. Ze zijn onvruchtbare bom<strong>en</strong>, die hun donkere takk<strong>en</strong> ver<br />
uitstrekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, terwijl ze het zonlicht van an<strong>de</strong>re plant<strong>en</strong> wegker<strong>en</strong>, die do<strong>en</strong> kwijn<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
sterv<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kou<strong>de</strong> van hun schaduw. Het lev<strong>en</strong>swerk van die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zal immer teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
blijv<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>. Ze zaai<strong>en</strong> zad<strong>en</strong> van twijfel <strong>en</strong> ongeloof, die e<strong>en</strong> zekere oogst zull<strong>en</strong><br />
opbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Er is slechts één weg op<strong>en</strong> voor h<strong>en</strong>, die in oprechtheid w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van twijfel<br />
bevrijd te word<strong>en</strong>. Laat h<strong>en</strong> in plaats van ding<strong>en</strong>, die ze niet verstaan, te betwijfel<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
uitvlucht<strong>en</strong> te zoek<strong>en</strong>, acht gev<strong>en</strong> op het licht, hetwelk h<strong>en</strong> reeds beschijnt, <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong><br />
groter licht ontvang<strong>en</strong>. Laat h<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re plicht vervull<strong>en</strong>, die voor hun verstand dui<strong>de</strong>lik is<br />
gemaakt, <strong>en</strong> ze zull<strong>en</strong> in staat gesteld word<strong>en</strong> om die, over welke ze tans in twijfel verker<strong>en</strong>,<br />
te begrijp<strong>en</strong> <strong>en</strong> te volvoer<strong>en</strong>.<br />
Satan kan e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>beeld gev<strong>en</strong>, dat zo nauwkeurig op <strong>de</strong> waarheid gelijkt, dat het<br />
dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> bedriegt, welke gewillig zijn om bedrog<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zelfverlooch<strong>en</strong>ing <strong>en</strong><br />
opoffering, welke door <strong>de</strong> waarheid geëist word<strong>en</strong>, w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te vermijd<strong>en</strong>; maar het is hem<br />
onmogelik om één ziel on<strong>de</strong>r zijn macht te houd<strong>en</strong>, die eerlik <strong>en</strong> tot elke prijs <strong>de</strong> waar-heid<br />
w<strong>en</strong>st te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Christus is <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong> het “licht, hetwelk verlicht e<strong>en</strong> iegelik<br />
m<strong>en</strong>s, kom<strong>en</strong><strong>de</strong> in <strong>de</strong> wereld.” De Geest <strong>de</strong>r waarheid is uitgezond<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in alle<br />
waarheid te leid<strong>en</strong>. En op gezag van Gods Zoon wordt er verklaard: “Zoekt, <strong>en</strong> ge zult<br />
vind<strong>en</strong>.” “Zo iemand wil Zijn wil do<strong>en</strong>, die zal van <strong>de</strong>ze leer bek<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, of hij uit God is.”<br />
De volgeling<strong>en</strong> van Christus wet<strong>en</strong> weinig van <strong>de</strong> aanslag<strong>en</strong>, welke Satan <strong>en</strong> zijn heir<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> smed<strong>en</strong>. Maar Hij, die in <strong>de</strong> hemel troont, zal op <strong>de</strong>ze listige aanslag<strong>en</strong> beslag<br />
legg<strong>en</strong> om Zijn verborg<strong>en</strong> bedoeling<strong>en</strong> t<strong>en</strong> uitvoer te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De Heer laat toe dat Zijn volk<br />
aan dè vuurproef van verleiding on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong> wordt, niet omdat Hij in hun nood <strong>en</strong><br />
beproeving behag<strong>en</strong> schept, maar omdat die proef t<strong>en</strong> slotte tot hun overwinning nodig is.<br />
H<strong>en</strong> voor verleiding te beveilig<strong>en</strong> zou niet bestaanbaar zijn met Zijn eig<strong>en</strong> heerlikheid; want<br />
het doel van <strong>de</strong> beproeving is juist om h<strong>en</strong> in staat te stell<strong>en</strong>, al <strong>de</strong> verlokking<strong>en</strong> van het<br />
kwaad te weerstaan.<br />
Noch boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, noch duivel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> Gods werk verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, of Zijn<br />
teg<strong>en</strong>woordigheid van Zijn volk wegnem<strong>en</strong>, Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong>z<strong>en</strong> met ootmoedige <strong>en</strong> verbrok<strong>en</strong><br />
hart<strong>en</strong> hun zond<strong>en</strong> belijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> aflegg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich in het geloof Zijn beloft<strong>en</strong> will<strong>en</strong><br />
toeëig<strong>en</strong><strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re verleiding, ie<strong>de</strong>re teg<strong>en</strong>strijdige invloed, hetzij op<strong>en</strong>lik of in het geheim,<br />
kan met goed gevolg we<strong>de</strong>rstaan word<strong>en</strong>, “niet door kracht, noch door geweld, maar door<br />
Mijn Geest, zegt <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong>r heirschar<strong>en</strong>.”<br />
“De og<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> zijn over <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn or<strong>en</strong> tot hun gebed. . . . En wie<br />
is het, die u kwaad do<strong>en</strong> zal, indi<strong>en</strong> ge navolgers zijt van het goe<strong>de</strong>?” To<strong>en</strong> Bileam, door<br />
beloft<strong>en</strong> van grote beloning<strong>en</strong> verlokt, Israël trachtte te bezwer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door aan <strong>de</strong> Heer<br />
offerand<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, vloek over Zijn volk zocht in te roep<strong>en</strong>, verbood <strong>de</strong> Geest Gods het<br />
372
kwaad, dat hij w<strong>en</strong>ste uit te sprek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd Bileam ge- dwong<strong>en</strong> om uit te roep<strong>en</strong>: “Wat<br />
zal ik vloek<strong>en</strong>, die God niet vloekt? <strong>en</strong> wat zal ik scheld<strong>en</strong>, waar <strong>de</strong> Heer niet Scheldt?”<br />
“Mijn ziel sterve <strong>de</strong> dood <strong>de</strong>r oprecht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> mijn uiterste zij gelijk het zijne!” To<strong>en</strong> er<br />
an<strong>de</strong>rmaal geofferd was, verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze profeet: “Zie, ik heb ontvang<strong>en</strong> te<br />
zeg<strong>en</strong><strong>en</strong>; <strong>de</strong>wijl Hij zeg<strong>en</strong>t, zo zal ik het niet ker<strong>en</strong>. Hij schouwt niet aan <strong>de</strong> ongerechtigheid<br />
in Jakob; ook ziet Hij niet aan <strong>de</strong> boosheid in Israël. De Heer, zijn God, is met hem, <strong>en</strong> het<br />
geklank van <strong>de</strong> Koning is bij hem.” “Want er is ge<strong>en</strong> toverij teg<strong>en</strong> Jakob, noch waarzeggerij<br />
teg<strong>en</strong> Israël. Te <strong>de</strong>zer tijd zal van Jakob gezegd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van Israël, wat God gewrocht<br />
heeft.” Nog e<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> maal werd<strong>en</strong> er altar<strong>en</strong> opgericht, <strong>en</strong> opnieuw trachtte Bileam e<strong>en</strong><br />
vloek te verkrijg<strong>en</strong>. Maar door <strong>de</strong> onwillige lipp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profeet verklaar<strong>de</strong> Gods Geest <strong>de</strong><br />
voorspoed van Zijn verkor<strong>en</strong> volk, <strong>en</strong> bestrafte <strong>de</strong> dwaasheid van hun vijand<strong>en</strong>: “Zo wie u<br />
zeg<strong>en</strong>t, die zij gezeg<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> vervloekt, wie u vervloekt!”<br />
To<strong>en</strong>tertijd was het volk van Israël aan God getrouw; <strong>en</strong> zo lang ze Zijn wet blev<strong>en</strong><br />
gehoorzam<strong>en</strong>, vermocht ge<strong>en</strong> macht van aar<strong>de</strong> of hel iets teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> vloek, die<br />
Bileam niet teg<strong>en</strong> Gods volk had mog<strong>en</strong> uitsprek<strong>en</strong>, vermocht hij ein<strong>de</strong>lik over h<strong>en</strong> te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> door h<strong>en</strong> tot zon<strong>de</strong> te verleid<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> ze Gods gebod<strong>en</strong> overtrad<strong>en</strong>, scheidd<strong>en</strong> ze<br />
zich van Hem af, <strong>en</strong> gaf God h<strong>en</strong> over, dat ze <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> vernieler gevoel<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>.<br />
Satan weet zeer goed, dat <strong>de</strong> zwakste ziel, die in Christus blijft, zich met<strong>en</strong> kan met <strong>de</strong><br />
legerschar<strong>en</strong> <strong>de</strong>r duisternis, <strong>en</strong> dat hij, indi<strong>en</strong> hij zich op<strong>en</strong>lik zou op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong>gegaan<br />
<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rstaan zou word<strong>en</strong>. Daarom tracht hij <strong>de</strong> strij<strong>de</strong>rs van het kruis uit hun sterke vesting<br />
te lokk<strong>en</strong>, terwijl hij met zijn macht in hin<strong>de</strong>rlaag ligt, gereed om e<strong>en</strong> iegelik, die zich op<br />
zijn grond waagt, om te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. We kunn<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> veilig zijn in ootmoedig vertrouw<strong>en</strong> op<br />
God, <strong>en</strong> gehoorzaamheid aan al Zijn gebod<strong>en</strong>.<br />
Niemand is e<strong>en</strong> dag of uur veilig zon<strong>de</strong>r gebed. Voor- namelik behor<strong>en</strong> we <strong>de</strong> Heer te<br />
smek<strong>en</strong> om wijsheid om Zijn woord te verstaan. Daar word<strong>en</strong> <strong>de</strong> list<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verlei<strong>de</strong>r in<br />
geop<strong>en</strong>baard, <strong>en</strong> <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>, waardoor hij met goed gevolg we<strong>de</strong>rstaan kan<br />
word<strong>en</strong>. Satan is geslep<strong>en</strong> in het aanhal<strong>en</strong> van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift, <strong>en</strong> geeft zijn eig<strong>en</strong><br />
verklaring aan tekst<strong>en</strong>, waardoor hij hoopt ons te kunn<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> struikel<strong>en</strong>. We behor<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Bijbel met e<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rig hart te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarbij nimmer onze af- hankelikheid van<br />
God uit het oog te verliez<strong>en</strong>. Voortdur<strong>en</strong>d wak<strong>en</strong><strong>de</strong> teg<strong>en</strong> Satans aanslag<strong>en</strong>, behor<strong>en</strong> we<br />
zon<strong>de</strong>r ophoud<strong>en</strong> in het geloof.<br />
373
Hoofdstuk 33 — Het Eerste Grote Bedrog<br />
Bij het eerste begin van <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>sheid stel<strong>de</strong> <strong>de</strong> Satan zich reeds te<br />
werk om ons geslacht te bedrieg<strong>en</strong>. Hij, die oproer gesticht had in <strong>de</strong> hemel, w<strong>en</strong>ste er <strong>de</strong><br />
aardbewoners toe te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, zich met hem te verbind<strong>en</strong> in <strong>de</strong> strijd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Godsregering.<br />
Adam <strong>en</strong> Eva war<strong>en</strong> volmaakt gelukkig geweest in gehoorzaamheid aan <strong>de</strong> wet Gods, <strong>en</strong> dit<br />
feit was e<strong>en</strong> gedurig getuig<strong>en</strong>is teg<strong>en</strong> Satans bewering in <strong>de</strong> hemel, dat Gods wet drukk<strong>en</strong>d,<br />
<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het welzijn van Zijn schepsel<strong>en</strong> was. Ook werd Satans ijverzucht opgewekt, to<strong>en</strong><br />
hij <strong>de</strong> schone woonplaats aanschouw<strong>de</strong>, die voor het zon<strong>de</strong>loze m<strong>en</strong>sepaar in gereedheid<br />
was gebracht. Hij besloot, hun val teweeg te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, opdat hij, na h<strong>en</strong> van God gescheid<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r zijn eig<strong>en</strong> macht gebracht te hebb<strong>en</strong>, bezit zou erlang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> hier zijn<br />
koninkrijk zou kunn<strong>en</strong> opricht<strong>en</strong>, in oppositie teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Allerhoogste.<br />
Had Satan zich in zijn ware karakter vertoond, hij zou da<strong>de</strong>lik afgewez<strong>en</strong> zijn, want<br />
Adam <strong>en</strong> Eva war<strong>en</strong> gewaarschuwd teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze gevaarlike vijand; maar hij <strong>de</strong>ed zijn werk in<br />
het donker, verberg<strong>en</strong><strong>de</strong> wat hij voorhad, om zeker<strong>de</strong>r te zijn dat hij zijn doel bereik<strong>en</strong> zou.<br />
Zich van <strong>de</strong> slang als tuss<strong>en</strong>persoon bedi<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong>, welk dier to<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aan- trekkelik uiterlik<br />
had, sprak hij aldus tot Eva: “Is het ook, dat God gezegd heeft: Gijlied<strong>en</strong> zult niet et<strong>en</strong> van<br />
alle boom van <strong>de</strong>ze hof?” Indi<strong>en</strong> Eva niet met <strong>de</strong> verlei<strong>de</strong>r gered<strong>en</strong>eerd had, zo zou ze<br />
veilig geweest zijn; maar ze waag<strong>de</strong> zich met hem in e<strong>en</strong> gesprek, <strong>en</strong> werd het slachtoffer<br />
van zijn list. Op diezelf<strong>de</strong> wijze word<strong>en</strong> er nog vel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> val gelokt. Ze twijfel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> over <strong>de</strong> eis<strong>en</strong>, die God hun stelt, <strong>en</strong> in ste<strong>de</strong> van <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods te gehoorzam<strong>en</strong>,<br />
nem<strong>en</strong> ze m<strong>en</strong>selike theorieën aan, die niet an<strong>de</strong>rs zijn dan <strong>de</strong> vermom<strong>de</strong> strikk<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
duivel.<br />
“De vrouw zei tot <strong>de</strong> slang: van <strong>de</strong> vrucht van <strong>de</strong> bom<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze hof zull<strong>en</strong> we et<strong>en</strong>;<br />
maar van <strong>de</strong> vrucht van <strong>de</strong> boom die in het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hof is, heeft God gezegd: Gij zult<br />
van die niet et<strong>en</strong>, noch die aanroer<strong>en</strong>, opdat ge niet sterft. To<strong>en</strong> zei <strong>de</strong> slang tot <strong>de</strong> vrouw:<br />
Gijlied<strong>en</strong> zult <strong>de</strong> dood niet sterv<strong>en</strong>; maar God weet, dat t<strong>en</strong> dage als ge daarvan eet, zo<br />
zull<strong>en</strong> uw og<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge zult als God wez<strong>en</strong>, k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong> het goed <strong>en</strong> het<br />
kwaad.” Hij betuig<strong>de</strong>, dat ze Go<strong>de</strong> gelijk zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, groter wijsheid dan tevor<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> bezitt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> hogere staat van bestaan zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> opklimm<strong>en</strong>. Eva<br />
bezweek voor <strong>de</strong> verleiding, <strong>en</strong> door haar invloed werd ook Adam tot zon<strong>de</strong> gebracht. Ze<br />
nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> slang aan, dat God niet me<strong>en</strong><strong>de</strong>, wat Hij gezegd had; ze<br />
wantrouwd<strong>en</strong> hun Schepper, <strong>en</strong> beeldd<strong>en</strong> zich in, dat Hij hun in hun vrijheid te kort <strong>de</strong>ed, <strong>en</strong><br />
dat ze hogere wijsheid <strong>en</strong> e<strong>en</strong> verhev<strong>en</strong>er stelling zoud<strong>en</strong> verkrijg<strong>en</strong> door Zijn wet te<br />
overtred<strong>en</strong>.<br />
Maar wat bevond Adam na zijn zon<strong>de</strong> <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is te zijn van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>: “T<strong>en</strong> dage<br />
als ge daarvan eet, zult ge <strong>de</strong> dood sterv<strong>en</strong>?” Bevond hij, dat ze betek<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, wat Satan hem<br />
had wijs gemaakt, dat hij tot e<strong>en</strong> hogere staat van bestaan zou opklimm<strong>en</strong>? Dan was er<br />
374
in<strong>de</strong>rdaad veel te winn<strong>en</strong> door <strong>de</strong> overtreding, <strong>en</strong> was Satan bewez<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> weldo<strong>en</strong>er van het<br />
m<strong>en</strong>segeslacht te zijn. Doch Adam bevond, dat dit ge<strong>en</strong>szins <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like<br />
uitdrukking was. God had verklaard, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, als straf voor zijn zon<strong>de</strong>, terugker<strong>en</strong> zou<br />
tot <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, waaruit hij g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> was: “Stof zijt ge, <strong>en</strong> tot stof zult ge we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong>.” Satans<br />
woord<strong>en</strong>, “Uw og<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d wor- d<strong>en</strong>,” werd<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> in die zin waar te<br />
zijn, dat, nadat Adam <strong>en</strong> Eva God ongehoorzaam war<strong>en</strong> geword<strong>en</strong>, hun og<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d<br />
werd<strong>en</strong> voor hun dwaasheid; dat ze het kwaad k<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> bittere vrucht van overtreding<br />
proefd<strong>en</strong>.<br />
In het midd<strong>en</strong> van Ed<strong>en</strong> groei<strong>de</strong> <strong>de</strong> boom <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, <strong>de</strong> vrucht<strong>en</strong> waarvan <strong>de</strong> kracht<br />
hadd<strong>en</strong>, het lev<strong>en</strong> te verl<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Was Adam aan God gehoorzaam geblev<strong>en</strong>, zo zou hij<br />
voortdur<strong>en</strong>d vrije toegang tot <strong>de</strong>ze boom hebb<strong>en</strong> gehad, <strong>en</strong> eeuwig geleefd hebb<strong>en</strong>. Maar<br />
to<strong>en</strong> hij zondig<strong>de</strong>, werd hem het gebruik van <strong>de</strong> vrucht van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>sboom ontzegd, <strong>en</strong> werd<br />
hij aan <strong>de</strong> dood on<strong>de</strong>rworp<strong>en</strong>. Het God<strong>de</strong>lik woord: “Stof zijt ge, <strong>en</strong> tot stof zult ge<br />
we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong>,” wijst he<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> algeheel ophoud<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong>.<br />
De onsterfelikheid, welke <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s beloofd was, op voorwaar<strong>de</strong> van gehoorzaamheid,<br />
heeft hij door overtreding verbeurd. Adam kon niet op zijn nakomeling<strong>en</strong> overdrag<strong>en</strong>, wat<br />
hijzelf niet bezat; <strong>en</strong> er zou ge<strong>en</strong> hoop geweest zijn voor het gevall<strong>en</strong> m<strong>en</strong>segeslacht, had<br />
God niet door het offer van Zijn Zoon <strong>de</strong> onsterfelikheid binn<strong>en</strong> hun bereik gebracht.<br />
Terwijl “<strong>de</strong> dood tot alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> doorgegaan is, in welke all<strong>en</strong> gezondigd hebb<strong>en</strong>,” heeft<br />
Christus “het lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> onver<strong>de</strong>rfelikheid aan het licht gebracht door het evangelie.” En<br />
alle<strong>en</strong> door Christus is <strong>de</strong> onsterfelikheid te verkrijg<strong>en</strong>. Jezus heeft gezegd: “Die in <strong>de</strong> Zoon<br />
gelooft, die heeft het eeuwige lev<strong>en</strong>; maar die <strong>de</strong> Zoon ongehoorzaam is, die zal het lev<strong>en</strong><br />
niet zi<strong>en</strong>.” Ie<strong>de</strong>re m<strong>en</strong>s kan <strong>de</strong>ze onberek<strong>en</strong>bare zeg<strong>en</strong> <strong>de</strong>elachtig word<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> hij aan <strong>de</strong><br />
voorwaard<strong>en</strong> wil voldo<strong>en</strong>. All<strong>en</strong> “die met volharding in goeddo<strong>en</strong>, heerlikheid, <strong>en</strong> eer, <strong>en</strong><br />
onver<strong>de</strong>rfelikheid zoek<strong>en</strong>,” zull<strong>en</strong> “het eeuwige lev<strong>en</strong>” ontvang<strong>en</strong>.<br />
De <strong>en</strong>ige, die Adam het lev<strong>en</strong> beloof<strong>de</strong> door ongehoorzaamheid, was <strong>de</strong> grote verlei<strong>de</strong>r.<br />
En <strong>de</strong> verklaring van <strong>de</strong> slang aan Eva in het paradijs,—“Gijlied<strong>en</strong> zult <strong>de</strong> dood niet<br />
sterv<strong>en</strong>”,— was <strong>de</strong> eerste preek, die ooit over <strong>de</strong> onsterfelikheid van <strong>de</strong> ziel gehoud<strong>en</strong> is.<br />
Toch eerklinkt die verklaring, welke uitsluit<strong>en</strong>d op het gezag van Satan berust, van <strong>de</strong><br />
preekstoel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> wordt door <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> gretig<br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, als onze eerste ou<strong>de</strong>rs die ontving<strong>en</strong>. De woord<strong>en</strong> Gods: “De ziel, die zondigt,<br />
die zal sterv<strong>en</strong>,“ word<strong>en</strong> verklaard als te betek<strong>en</strong><strong>en</strong>: De ziel, die zondigt, die zal niet sterv<strong>en</strong>,<br />
maar eeuwig lev<strong>en</strong>. Wij kunn<strong>en</strong> niet dan verwon<strong>de</strong>rd staan over <strong>de</strong> vreemdsoortige<br />
verblinding, welke <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Satan zo licht doet gelov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> zo<br />
ongelovig maakt t<strong>en</strong> opzichte van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> Gods. Had <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s na zijn val vrije toegang<br />
gehad tot <strong>de</strong> boom <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, hij zou eeuwig hebb<strong>en</strong> geleefd, <strong>en</strong> met hem zou <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> tot<br />
in eeuwigheid bestaan hebb<strong>en</strong>. Doch cherubim on e<strong>en</strong> vlammig lemmer van e<strong>en</strong> zwaard<br />
bewaard<strong>en</strong> “<strong>de</strong> weg van <strong>de</strong> boom <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s,“2 <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele van het geslacht van Adam<br />
375
heeft die slagboom mog<strong>en</strong> overschrijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> et<strong>en</strong> van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>gev<strong>en</strong><strong>de</strong> vrucht.<br />
Di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge bestaat er ge<strong>en</strong> onsterfelike zondaar.<br />
Na <strong>de</strong> val echter beval Satan zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, buit<strong>en</strong>gewone poging<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>, om het<br />
geloof aan <strong>de</strong> natuurlike onster- felikheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in te scherp<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, na <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot<br />
die dwaling te hebb<strong>en</strong> overgehaald, er h<strong>en</strong> toe te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, daaruit te besluit<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
zondaar eeuwig in ell<strong>en</strong><strong>de</strong> voortlev<strong>en</strong> zou. Nu stelt <strong>de</strong> vorst dor duisternis door zijn<br />
handlangers God voor als e<strong>en</strong> wraakzuchtige tiran, verkondig<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat Hij all<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hel<br />
werpt, in wie Hij ge<strong>en</strong> behag<strong>en</strong> heeft, on h<strong>en</strong> daar eeuwig Zijn toorn doet gevoel<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dat,<br />
terwijl ze onuitsprekelike smart<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het onuitblusselik vuur ligg<strong>en</strong> te krimp<strong>en</strong>,<br />
hun Schepper met voldo<strong>en</strong>ing op h<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rblikt.<br />
Aldus bekleedt <strong>de</strong> aartsvijand <strong>de</strong> Schepper <strong>en</strong> Weldo<strong>en</strong>er van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>sheid met zijn<br />
eig<strong>en</strong> hoedanighed<strong>en</strong>. Wreedheid is uit <strong>de</strong> duivel. God is lief<strong>de</strong>; <strong>en</strong> alles, wat Hij schiep, was<br />
rein, heilig <strong>en</strong> liefelik, tot op <strong>de</strong> tijd, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste grote opstan<strong>de</strong>ling <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> invoer<strong>de</strong>.<br />
Satan zelf is <strong>de</strong> vijand, die <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s eerst tot zon<strong>de</strong> verleidt, <strong>en</strong> hem daarna vernietigt, als hij<br />
kan; <strong>en</strong> wanneer hij zich van zijn slachtoffer verzekerd heeft, dan verheugt hij zich over het<br />
ver<strong>de</strong>rf, dat hij heeft teweeggebracht. Stond het aan hem, hij zou het gehele m<strong>en</strong>segeslacht<br />
in zijn net trekk<strong>en</strong>. En was het niet door <strong>de</strong> tuss<strong>en</strong>komst van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like macht, ge<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>kele zoon of dochter Adams zou ontkom<strong>en</strong>.<br />
Ook nog in <strong>de</strong>ze tijd zoekt Satan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> t<strong>en</strong> val te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, gelijk hij het ons eerste<br />
ou<strong>de</strong>rpaar <strong>de</strong>ed, door hun vertrouw<strong>en</strong> in hun Schepper te schokk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> tot twijfeling te<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> wijsheid van Zijn bestuur <strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardigheid van Zijn wett<strong>en</strong>.<br />
Satan <strong>en</strong> zijn bod<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> God voor als nog erger dan zijzelv<strong>en</strong> zijn, om alzo hun eig<strong>en</strong><br />
boosheid <strong>en</strong> opstand te rechtvaardig<strong>en</strong>. De grote bedrieger beproeft, <strong>de</strong> gruwelike wreedheid<br />
van zijn eig<strong>en</strong> karakter op onze hemelse Va<strong>de</strong>r te schuiv<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> het te lat<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>,<br />
als was hij groteliks verongelijkt geword<strong>en</strong> door zijn uitsluiting uit <strong>de</strong> hemel, omdat hij zich<br />
niet wil<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong> aan zulk e<strong>en</strong> onrechtvaardige heerser. Hij stelt <strong>de</strong> wereld <strong>de</strong> vrijheid<br />
voor og<strong>en</strong>, welke die on<strong>de</strong>r zijn weldadig bestuur kan g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>, in teg<strong>en</strong>stelling van het<br />
slavejuk, hem door <strong>de</strong> har<strong>de</strong> bevel<strong>en</strong> van Jehova opgelegd. Aldus gelukt het hem, ziel<strong>en</strong> van<br />
hun getrouwheid aan God af te trekk<strong>en</strong>.<br />
Hoe terugstot<strong>en</strong>d voor alle gevoel van lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>en</strong> zelfs voor onze<br />
rechtvaardigheidszin is <strong>de</strong> leerstelling, dat <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze dod<strong>en</strong> met vuur <strong>en</strong> sulfer in e<strong>en</strong><br />
eeuwigbran- d<strong>en</strong><strong>de</strong> hel gepijnigd word<strong>en</strong>; dat ze, weg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> kortstondig<br />
lev<strong>en</strong> op aar<strong>de</strong>, smart<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>, zolang God zal bestaan. Toch is <strong>de</strong>ze leer in wij<strong>de</strong><br />
kring verkondigd, <strong>en</strong> maakt tot op hed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el uit van vele Chris- telike<br />
geloofsbelijd<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> geleer<strong>de</strong> doktor in <strong>de</strong> godgeleerdheid heeft gezegd: “Het gezicht<br />
van <strong>de</strong> hellesmart<strong>en</strong> zal <strong>de</strong> gelukzaligheid van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> eeuwiglik verhog<strong>en</strong>. Wanneer ze<br />
an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van gelijke natuur, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong> gebor<strong>en</strong>, in zulke ell<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
zi<strong>en</strong> gedompeld, <strong>en</strong> zichzelv<strong>en</strong> zo hoog bevoorrecht, zal het h<strong>en</strong> do<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>, hoe<br />
376
gelukkig ze zijn.” E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r heeft <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong> ge bruikt: “Terwijl het vonnis van<br />
verdoem<strong>en</strong>is tot in eeuwigheid voltrokk<strong>en</strong> wordt aan <strong>de</strong> vat<strong>en</strong> <strong>de</strong>s toorns, zal <strong>de</strong> rook van<br />
hun pijniging eeuwiglik opstijg<strong>en</strong> voor het aangezicht van <strong>de</strong> vat<strong>en</strong> <strong>de</strong>r barmhartigheid, die<br />
in ste<strong>de</strong> van partij te kiez<strong>en</strong> voor die ell<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong>, zegg<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>: Am<strong>en</strong>, Halleluja! looft <strong>de</strong><br />
Heer!<br />
Waar wordt in <strong>de</strong> blad<strong>en</strong> van het Woord van God zulke leer aangetroff<strong>en</strong>? Zull<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verlost<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel dood zijn voor alle gevoel van erbarming <strong>en</strong> me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs voor<br />
gevoel<strong>en</strong>s van gewone m<strong>en</strong>selikheid ? Moet<strong>en</strong> die verruild word<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
onverschilligheid van <strong>de</strong> stoïcijn, of <strong>de</strong> wreedheid van <strong>de</strong> barbaar?—Ne<strong>en</strong>, ne<strong>en</strong>; dat is niet<br />
<strong>de</strong> leer van het Boek van God. Zij, die inzicht<strong>en</strong> voorstaan als in <strong>de</strong> bov<strong>en</strong>aangehaal<strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong> uitgedrukt, mog<strong>en</strong> geleer<strong>de</strong> <strong>en</strong> zelfs rechtschap<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> zijn; maar ze zijn<br />
misleid door <strong>de</strong> drogred<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> Satan. Hij laat h<strong>en</strong> sterke uitdrukking<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Schrift in<br />
e<strong>en</strong> verkeerd licht opnem<strong>en</strong>, door aan <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong> schijn van bitterheid <strong>en</strong><br />
kwaadaardigheid te gev<strong>en</strong>, die hemzelf k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, doch niet onze Schepper. “Zo<br />
waarachtig als Ik leef, spreekt <strong>de</strong> Heer Heer, zo Ik lust heb in <strong>de</strong> dood van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze!<br />
maar daarin heb ik lust, dat <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze zich bekere van zijn weg <strong>en</strong> leve. Bekeert u,<br />
bekeert u van uw boze weg<strong>en</strong>, want waarom zoudt ge sterv<strong>en</strong>, o huis Israels?”<br />
Wat baat zou er voor God in zijn, indi<strong>en</strong> we toegav<strong>en</strong>, dat Hij behag<strong>en</strong> schept in het<br />
aanschouw<strong>en</strong> van nimmer-ein- dig<strong>en</strong><strong>de</strong> marteling<strong>en</strong>; dat Hij zich vermaakt over het kerm<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> schreeuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> vloek<strong>en</strong> van <strong>de</strong> lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> schepsel<strong>en</strong>, die Hij in <strong>de</strong> hellevlamm<strong>en</strong> houdt?<br />
Zoud<strong>en</strong> die schrikkelike ton<strong>en</strong> muziek kunn<strong>en</strong> zijn in het oor van <strong>de</strong> Oneindige Lief<strong>de</strong>? M<strong>en</strong><br />
beweert, dat <strong>de</strong> straf van eeuwige ell<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> Gods haat aan het licht zal<br />
stell<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> als e<strong>en</strong> kwaad, dat <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> or<strong>de</strong> van het heelal verstoort. O,<br />
schrikkelike godslastering! Als was Gods haat teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>de</strong> red<strong>en</strong>, waarom Hij <strong>de</strong><br />
zon<strong>de</strong> laat voortbestaan. Want, volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong>ze godgeleerd<strong>en</strong>, maakt <strong>de</strong><br />
aanhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> pijniging zon<strong>de</strong>r hoop op g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> <strong>de</strong> ongelukkige slachtoffers kwaadaardig, <strong>en</strong><br />
wordt <strong>de</strong> last van hun schuld nog immer verzwaard door het uit<strong>en</strong> van hun woe<strong>de</strong> in<br />
vervloeking<strong>en</strong> <strong>en</strong> godslastering. Gods glorie wordt niet verhoogd door <strong>de</strong> verl<strong>en</strong>ging van<br />
gedurig aangroei<strong>en</strong><strong>de</strong> zond<strong>en</strong> <strong>de</strong> ein<strong>de</strong>loze eeuw<strong>en</strong> door!<br />
Het ligt buit<strong>en</strong> het vermog<strong>en</strong> van het m<strong>en</strong>selik verstand, het kwaad te berek<strong>en</strong><strong>en</strong>, dat<br />
door <strong>de</strong> dwaalleer van <strong>de</strong> eeuwige pijniging is gewrocht. De godsdi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> Bijbel, vol<br />
lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> goedheid, <strong>en</strong> overvloei<strong>en</strong><strong>de</strong> van me<strong>de</strong>dog<strong>en</strong>, wordt door bijgeloof verduisterd <strong>en</strong><br />
met schrik omkleed. Wanneer we in aanmerking nem<strong>en</strong>, met wat valse kleur<strong>en</strong> Satan het<br />
karakter Gods heeft geschil<strong>de</strong>rd, kunn<strong>en</strong> we er ons dan over verwon<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, dat onze<br />
g<strong>en</strong>adige Schepper wordt gevreesd, als e<strong>en</strong> schrikbeeld beschouwd, <strong>en</strong> zelfs gehaat? De<br />
terugstotèn<strong>de</strong> voorstelling<strong>en</strong> van God, waarme<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rwijs van <strong>de</strong> kansel <strong>de</strong> wereld<br />
heeft vervuld, hebb<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, ja miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> twijfelaars <strong>en</strong> ongelovig<strong>en</strong> gemaakt.<br />
377
De theorie van <strong>de</strong> eeuwige pijniging is e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> valse leerstelling<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> wijn van<br />
<strong>de</strong> gruwel<strong>en</strong> van Babylon sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>, waarvan het alle natieën drink<strong>en</strong> laat. Dat er<br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Christus kunn<strong>en</strong> zijn, die <strong>de</strong>ze ketterij aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
kansel af verkondig<strong>en</strong>, is in<strong>de</strong>rdaad onverstaanbaar. Ze hebb<strong>en</strong> hem, ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong> valse<br />
Sabbat, van Rome. Wel is waar is hij door grote <strong>en</strong> goe<strong>de</strong> mann<strong>en</strong> verkondigd; maar die<br />
hebb<strong>en</strong> niet het licht op dit punt gehad, dat wij ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Zij war<strong>en</strong> slechts<br />
verantwoor<strong>de</strong>lik voor het licht, dat in hun tijd sche<strong>en</strong>; wij staan verantwoor<strong>de</strong>lik voor dat,<br />
hetwelk onze dag verlicht. Indi<strong>en</strong> we ons van het getuig<strong>en</strong>is van Gods woord afker<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
valse leerstelling<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong>, omdat onze va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> die geleerd hebb<strong>en</strong>, vall<strong>en</strong> we on<strong>de</strong>r het<br />
oor<strong>de</strong>el, dat over Babylon uitgesprok<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> drink<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wijn van zijn gruwel<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> grote klasse van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, wier gevoel opkomt teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> eeuwige<br />
pijniging, wordt tot <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>overge- 1 Op<strong>en</strong>b. 14:8; 17:2. stel<strong>de</strong> dwaling gedrev<strong>en</strong>. Ze zi<strong>en</strong><br />
in, dat <strong>de</strong> Schrift God voorstelt als e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> vol lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> barmhartigheid, <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> niet<br />
aannem<strong>en</strong>, dat Hij Zijn schepsel<strong>en</strong> naar het vuur van e<strong>en</strong> eeuwig brand<strong>en</strong><strong>de</strong> hel zal<br />
verwijz<strong>en</strong>. Aan- nem<strong>en</strong><strong>de</strong> echter, dat <strong>de</strong> ziel van nature onsterfelik is, zi<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re<br />
uitweg dan te besluit<strong>en</strong>, dat het ganse m<strong>en</strong>sdom t<strong>en</strong> laatste zalig zal word<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong><br />
beschouw<strong>en</strong> <strong>de</strong> be-dreiging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel als e<strong>en</strong>voudig bedoeld, om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s door schrik<br />
tot gehoorzaamheid te dring<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet om letterlik vervuld te word<strong>en</strong>. Aldus kan <strong>de</strong> zondaar<br />
in zelfzuchtig g<strong>en</strong>ot lev<strong>en</strong>, <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> Gods in <strong>de</strong> wind slaan, <strong>en</strong> toch verwacht<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> laatste in<br />
gunst aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Zulk e<strong>en</strong> leer, die alles in Gods barmhartigheid zoekt, <strong>en</strong> Zijn<br />
rechtvaardigheid wegcijfert, is het vleselike hart aang<strong>en</strong>aam, <strong>en</strong> stijft <strong>de</strong> zondar<strong>en</strong> in hun<br />
god<strong>de</strong>loosheid.<br />
Om aan te ton<strong>en</strong>, hoe <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in zaligheid voor ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Schrift<br />
verdraai<strong>en</strong> om hun zielver<strong>de</strong>r- v<strong>en</strong><strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong> staan<strong>de</strong> te houd<strong>en</strong>, behoeft m<strong>en</strong> slechts<br />
hun eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> aan te hal<strong>en</strong>. Bij <strong>de</strong> begraf<strong>en</strong>is van e<strong>en</strong> ongodsdi<strong>en</strong>stige jonge man, die<br />
plotseling door e<strong>en</strong> ongeluk aan zijn ein<strong>de</strong> gekom<strong>en</strong> was, koos e<strong>en</strong> Universalisties predikant<br />
tot tekst <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> David: “Hij had zich getroost over<br />
Ammon, dat hij dood was.”<br />
“Dikwels vraagt m<strong>en</strong>,” zei <strong>de</strong> spreker, “wat het lot zijn zal van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> wereld in<br />
zon<strong>de</strong> verlat<strong>en</strong>, misschi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> staat van dronk<strong>en</strong>schap sterv<strong>en</strong>, sterv<strong>en</strong> als met <strong>de</strong><br />
scharlak<strong>en</strong> vlekk<strong>en</strong> van hun misdaad nog aan hun gewaad klev<strong>en</strong>d, of als <strong>de</strong>ze jonge man<br />
omkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> nooit <strong>en</strong>ige belijd<strong>en</strong>is gedaan hebb<strong>en</strong> van, of bevinding gehad hebb<strong>en</strong> over<br />
godsdi<strong>en</strong>st. We stell<strong>en</strong> ons tevred<strong>en</strong> met was <strong>de</strong> Schrift zegt; dat antwoord moet het vreselik<br />
probleem oploss<strong>en</strong>. Ammon was e<strong>en</strong> groot zondaar, hij toon<strong>de</strong> ge<strong>en</strong> berouw, 12 Sam. 13:30.<br />
werd dronk<strong>en</strong> gemaakt, <strong>en</strong> gedood terwijl hij beschonk<strong>en</strong> was. David was e<strong>en</strong> profeet <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong>; hij moet gewet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> of het goed of slecht zou staan met Ammon in <strong>de</strong>toekom<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
wereld. Wat war<strong>en</strong> <strong>de</strong> uiting<strong>en</strong> van zijn hart? ‘De ziel van <strong>de</strong> koning David<br />
verlang<strong>de</strong> zeer naar Absalom uit te trekk<strong>en</strong>; want hij had zich getroost over Ammon, dat hij<br />
dood was.’<br />
378
“En wat moet<strong>en</strong> we uit <strong>de</strong>ze woord<strong>en</strong> afleid<strong>en</strong>? Is het niet dit, dat eeuwige straf ge<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>el uitmaakte van zijn godsdi<strong>en</strong>stig geloof? Dat mak<strong>en</strong> wij eruit op; <strong>en</strong> hier ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong> we<br />
e<strong>en</strong> heerlik bewijs t<strong>en</strong> gunste van <strong>de</strong> aantrekke- liker, verlichter <strong>en</strong> weldadiger stelling van<br />
algem<strong>en</strong>e reinheid <strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e vre<strong>de</strong> in het eind. Hij troostte zich, daar zijn zoon dood was.<br />
En waarom? Omdat zijn profetiese blik e<strong>en</strong> heerlike toekomst aanschouw<strong>de</strong>, <strong>en</strong> zag, dat zijn<br />
zoon buit<strong>en</strong> het bereik van alle verleiding, verlost van <strong>de</strong> slavernij, <strong>en</strong> gereinigd van <strong>de</strong><br />
besmetting van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> na g<strong>en</strong>oegzaam geheiligd <strong>en</strong> verlicht te zijn geword<strong>en</strong>, toegang<br />
verkreg<strong>en</strong> had tot <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van opgevar<strong>en</strong> <strong>en</strong> jubel<strong>en</strong><strong>de</strong> geest<strong>en</strong>. Zijn <strong>en</strong>ige troost was,<br />
dat zijn gelief<strong>de</strong> zoon, verlost uit <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige staat van zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> lijd<strong>en</strong>, daarhe<strong>en</strong><br />
gegaan was, waar <strong>de</strong> zuiverste a<strong>de</strong>m van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest zijn duistere ziel bea<strong>de</strong>m<strong>en</strong> zou;<br />
waar zijn verstand zich zou ontvouw<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> wijsheid <strong>de</strong>s hemels, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zoete <strong>en</strong><br />
verhev<strong>en</strong>e vreug<strong>de</strong> van onsterfelike lief<strong>de</strong>, <strong>en</strong> hij aldus door heiliging van zijn natuur<br />
toebereid zou word<strong>en</strong> om <strong>de</strong> rust <strong>en</strong> <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> hemelse erf<strong>en</strong>is te kunn<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>.<br />
“In <strong>de</strong> uitdrukking van <strong>de</strong>ze gedacht<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> we het verstaan te hebb<strong>en</strong>, dat we<br />
gelov<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> hemelse zaligheid van niets afhangt, dat we in dit lev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>;<br />
ev<strong>en</strong>min van e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordige veran<strong>de</strong>ring van het hart, of van het teg<strong>en</strong>woordig geloof,<br />
of <strong>en</strong>ige teg<strong>en</strong>woordige godsdi<strong>en</strong>stige belijd<strong>en</strong>is.” Aldus herhaalt <strong>de</strong> zog<strong>en</strong>aam<strong>de</strong><br />
di<strong>en</strong>stknecht van Christus <strong>de</strong> leug<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> slang in Ed<strong>en</strong> uitsprak:—“Gijlied<strong>en</strong> zult <strong>de</strong><br />
dood niet sterv<strong>en</strong>.” “T<strong>en</strong> dage als gij daarvan eet, zo zull<strong>en</strong> uw og<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<br />
zult als God wez<strong>en</strong>.” Hij verklaart dat <strong>de</strong> diepst gezonk<strong>en</strong> zondar<strong>en</strong> — <strong>de</strong> moor d<strong>en</strong>aar, <strong>de</strong><br />
dief, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoereer<strong>de</strong>r,— na <strong>de</strong> dood geschikt gemaakt zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om ein<strong>de</strong>loze<br />
zaligheid te beërv<strong>en</strong>.<br />
En waarop grondt <strong>de</strong>ze verdraaier van <strong>de</strong> Schrift zijn gevolgtrekking<strong>en</strong> ?— Op e<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong>kele zinsne<strong>de</strong>, waarin David zijn on<strong>de</strong>rwerping uitdrukt aan <strong>de</strong> beschikking van <strong>de</strong><br />
Voorzi<strong>en</strong>igheid. Zijn ziel “verlang<strong>de</strong> zeer om naar Absalom uit te trekk<strong>en</strong>; want hij had zich<br />
getroost over Ammon, dat hij dood was.” De tijd had <strong>de</strong> hevigheidvan zijn verdriet verzacht,<br />
<strong>en</strong> zijn gedacht<strong>en</strong> w<strong>en</strong>dd<strong>en</strong> zich van <strong>de</strong> do<strong>de</strong> zoon naar <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong>, die e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>willige<br />
balling was door vrees voor <strong>de</strong> rechtvaardige straf op zijn misdaad. En daarin wordt het<br />
getuig<strong>en</strong>is gezocht dat Ammon, die zich aan bloedschan<strong>de</strong> <strong>en</strong> dronk<strong>en</strong>schap had schuldig<br />
gemaakt, bij zijn dood on- mid<strong>de</strong>llik werd overgebracht naar het land van gelukzaligheid,<br />
om daar gereinigd te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorbereid op <strong>de</strong> omgang met zon<strong>de</strong>loze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>!<br />
In<strong>de</strong>rdaad e<strong>en</strong> aantrekkelike fabel, wel berek<strong>en</strong>d om het vleselik hart te behag<strong>en</strong>! Dit is<br />
Satans eig<strong>en</strong> leer, <strong>en</strong> hij doet krachtdadig werk. Moet het ons verwon<strong>de</strong>r<strong>en</strong> dat <strong>de</strong><br />
god<strong>de</strong>loosheid bij zulk on<strong>de</strong>rwijs to<strong>en</strong>eemt?<br />
De weg, die <strong>de</strong>ze éne valse leraar bewan<strong>de</strong>lt, is e<strong>en</strong> voorbeeld van die van vele an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> paar woord<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> Schrift, waarvan <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is in <strong>de</strong> meeste gevall<strong>en</strong> juist het<br />
teg<strong>en</strong>overgestel<strong>de</strong> zou blijk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> uitleg, die eraan gegev<strong>en</strong> wordt, word<strong>en</strong> uit hun<br />
verband g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong>rgelijke afgescheid<strong>en</strong> zinsned<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verdraaid <strong>en</strong> gebruikt om<br />
leerstelling<strong>en</strong> te bewijz<strong>en</strong>, die ge<strong>en</strong> grond hebb<strong>en</strong> in het woord van God. Het aangehaal<strong>de</strong><br />
379
ewijs, dat <strong>de</strong> dronk<strong>en</strong> Ammon in <strong>de</strong> hemel is, is e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige afleiding, onmid<strong>de</strong>llik in<br />
teg<strong>en</strong>spraak met <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like <strong>en</strong> stellige verklaring van <strong>de</strong> Schrift, dat ge<strong>en</strong> dronkaard het<br />
koninkrijk Gods zal beërv<strong>en</strong>.1 Op die wijze verker<strong>en</strong> twijfelaars, ongelovig<strong>en</strong> <strong>en</strong> spotters <strong>de</strong><br />
waarheid in leug<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn door hun valse red<strong>en</strong>ering<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in<br />
slaap gesust in <strong>de</strong> wieg van vleselike gerustheid.<br />
Indi<strong>en</strong> het waar was, dat <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> direkt naar <strong>de</strong> hemel ging<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ure<br />
van hun ontbinding. zo zoud<strong>en</strong> we het recht hebb<strong>en</strong> om <strong>de</strong> dood bov<strong>en</strong> het lev<strong>en</strong> te<br />
verkiez<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> zijn er door dit geloof toe gebracht, om e<strong>en</strong> eind aan hun bestaan te mak<strong>en</strong>.<br />
Overmand door moeite, verbijstering <strong>en</strong> teleurstelling schijnt het e<strong>en</strong> lichte zaak, <strong>de</strong> dunne<br />
lev<strong>en</strong>sdraad af te snijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op te stijg<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> gelukzaligheid van <strong>de</strong> onvergankelike<br />
wereld. God heeft in Zijn woord bepaal<strong>de</strong> aanwijzing<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>, dat Hij <strong>de</strong> overtre<strong>de</strong>rs van<br />
Zijn wet straff<strong>en</strong> zal. Zij, die zich vlei<strong>en</strong>, dat Hij 1 Kor. 6:10. te barmhartig is om straf te<br />
oef<strong>en</strong><strong>en</strong> over <strong>de</strong> zondaar, hebb<strong>en</strong> slechts naar het kruis van Golgotha te zi<strong>en</strong>. De dood van<br />
<strong>de</strong> vlekkeloze Zoon van God getuigt dat “<strong>de</strong> bezoldiging van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> <strong>de</strong> dood is,” <strong>en</strong> dat<br />
op ie<strong>de</strong>re sch<strong>en</strong>ding van Gods wet rechtvaardige straf moet volg<strong>en</strong>. Christus, <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>loze,<br />
werd tot zon<strong>de</strong> gemaakt voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Hij droeg <strong>de</strong> schuld van <strong>de</strong> overtreding, <strong>en</strong> verdroeg<br />
het verberg<strong>en</strong> van Zijns Va<strong>de</strong>rs aangezicht, totdat Zijn hart gebrok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn lev<strong>en</strong><br />
vernietigd was. Dit gehele offer werd gebracht, opdat zondar<strong>en</strong> gered zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Op ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re wijze kon <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s van <strong>de</strong> straf op <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> word<strong>en</strong> bevrijd. En<br />
ie<strong>de</strong>re ziel, die weigert <strong>de</strong>el te hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> verzo<strong>en</strong>ing, welke tot zulk e<strong>en</strong> prijs is<br />
aangebracht, moet in eig<strong>en</strong> persoon <strong>de</strong> schuld <strong>en</strong> straf van <strong>de</strong> overtreding drag<strong>en</strong>.<br />
Laat ons nagaan, wat <strong>de</strong> Bijbel ver<strong>de</strong>r leert aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
onboetvaardig<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Universalist als heilige, gelukzalige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel plaatst. “Ik<br />
zal aan <strong>de</strong> dorstig<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> fontein van het water <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s voor niet.” Deze belofte<br />
is alle<strong>en</strong> voor h<strong>en</strong>, die dorst<strong>en</strong>. Niemand dan hij, die behoefte gevoelt aan het water <strong>de</strong>s<br />
lev<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> het t<strong>en</strong> koste van alle an<strong>de</strong>re ding<strong>en</strong> zoekt, zal het ontvang<strong>en</strong>. “Die overwint, zal<br />
alles beërv<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ik zal hem e<strong>en</strong> God zijn, <strong>en</strong> hij zal Mij e<strong>en</strong> zoon zijn.” Ook hier word<strong>en</strong><br />
voorwaard<strong>en</strong> gesteld. T<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> alles te beërv<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> we <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> we<strong>de</strong>rstaan <strong>en</strong><br />
overwinn<strong>en</strong>.<br />
De Heer verklaart bij mon<strong>de</strong> van <strong>de</strong> profeet Jesaja: “Zeg aan <strong>de</strong> rechtvaardige, dat het<br />
hem welgaan zal.” “Wee <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze, het zal hem kwalik gaan! want <strong>de</strong> vergelding van<br />
zijn hand<strong>en</strong> zal hem geschied<strong>en</strong>.” “Hoewel e<strong>en</strong> zondaar hon<strong>de</strong>rd maal kwaad doet,” zegt <strong>de</strong><br />
Prediker, “<strong>en</strong> God hem <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gt, zo weet ik toch, dat het die zal welgaan die God<br />
vrez<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze zal het niet welgaan.” En Paulus betuigt, dat <strong>de</strong> zondaar<br />
“zichzelf toorn verga<strong>de</strong>rt als e<strong>en</strong> schat in <strong>de</strong> dag van <strong>de</strong> toorn <strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van het<br />
rechtvaardig oor<strong>de</strong>el Gods, welke e<strong>en</strong> iegelik vergeld<strong>en</strong> zal naar zijn werk<strong>en</strong>;” “verdrukking<br />
<strong>en</strong> b<strong>en</strong>auwdheid over alle ziel van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, die het kwa<strong>de</strong> doet.”<br />
380
“Ge<strong>en</strong> hoereer<strong>de</strong>r of onreine, of gierigaard, die e<strong>en</strong> af- go<strong>de</strong>di<strong>en</strong>aar is, heeft erf<strong>en</strong>is in<br />
het koninkrijk van Christus <strong>en</strong> van God.” “Jaagt <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> na met all<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> heiligmaking,<br />
zon<strong>de</strong>r welke niemand <strong>de</strong> Heer zi<strong>en</strong> zal.” “Zalig zijn zij, die Zijn gebod<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, opdat hun<br />
macht zij aan <strong>de</strong> boom <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> ze door <strong>de</strong> poort<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> ingaan in <strong>de</strong> stad. Maar<br />
buit<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zijn <strong>de</strong> hond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> tov<strong>en</strong>aars, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hoereer<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> <strong>de</strong> doodslagers, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>aars, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> iegelik, die <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> liefheeft <strong>en</strong> doet.” God heeft aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
e<strong>en</strong> verklaring geschonk<strong>en</strong> van Zijn karakter, <strong>en</strong> van <strong>de</strong> wijze, waarop Hij met <strong>de</strong> zon<strong>de</strong><br />
han<strong>de</strong>lt. “Heer, Heer, God, barmhartig <strong>en</strong> g<strong>en</strong>adig, lankmoedig <strong>en</strong> groot van weldadigheid<br />
<strong>en</strong> waarheid! Die <strong>de</strong> weldadigheid bewaart aan vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> ongerechtigheid, <strong>en</strong><br />
overtreding, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong> vergeeft, die <strong>de</strong> schuldige ge<strong>en</strong>szins onschuldig houdt.” “Hij ver<strong>de</strong>lgt<br />
alle god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>.” “De overtre<strong>de</strong>rs word<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>lgd; het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong><br />
wordt uitgeroeid.” De macht <strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like regering word<strong>en</strong> in werking<br />
gesteld om opstand te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>; toch zull<strong>en</strong> alle op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> straff<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
gerechtigheid volkom<strong>en</strong> bestaanbaar zijn met het karakter Gods als e<strong>en</strong> barmhartig,<br />
lankmoedig <strong>en</strong> weldadig wez<strong>en</strong>. God verkracht niemands wil of oor<strong>de</strong>el. Hij schept ge<strong>en</strong><br />
behag<strong>en</strong> in slaafse gehoorzaamheid. Hij wil, dat <strong>de</strong> schep- sel<strong>en</strong> van Zijn hand<strong>en</strong> Hem<br />
zull<strong>en</strong> liefhebb<strong>en</strong>, omdat Hij hun lief<strong>de</strong> waardig is. Hij wil door h<strong>en</strong> gehoorzaamd word<strong>en</strong>,<br />
omdat ze Zijn wijsheid, rechtvaardigheid <strong>en</strong> weldadigheid met verstand op prijs stell<strong>en</strong>. En<br />
all<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong> waar begrip hebb<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze hoedanighed<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> Hem liefhebb<strong>en</strong>, omdat<br />
bewon<strong>de</strong>ring van Zijn eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> h<strong>en</strong> tot Hem trekt.<br />
De beginsel<strong>en</strong> van vri<strong>en</strong><strong>de</strong>likheid, barmhartigheid <strong>en</strong> lief<strong>de</strong>, door onze Heiland geleerd<br />
<strong>en</strong> in Zijn lev<strong>en</strong> t<strong>en</strong> toon gespreid, zijn e<strong>en</strong> afbeeldsel van <strong>de</strong> wil <strong>en</strong> het karakter van God.<br />
Christus verklaar<strong>de</strong> dat Hij niets leer<strong>de</strong>, dan wat Hij van Zijn Va<strong>de</strong>r had ontvang<strong>en</strong>. De<br />
beginsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like regering zijn in volkom<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>stemming met het<br />
voorschrift van <strong>de</strong> Heiland: “Hebt uw vijand<strong>en</strong> lief.” God oef<strong>en</strong>t rechtvaardige straf over <strong>de</strong><br />
god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> van het heelal, <strong>en</strong> zelfs t<strong>en</strong> goe<strong>de</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hij met Zijn<br />
oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> bezoekt. Hij zou h<strong>en</strong> gelukkig mak<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> Hij het kon volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> van<br />
Zijn bestuur, <strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardigheid van Zijn karakter. Hij omringt h<strong>en</strong> met <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />
Zijn lief<strong>de</strong>; Hij <strong>de</strong>elt hun <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van Zijn wet me<strong>de</strong>, <strong>en</strong> gaat h<strong>en</strong> na met aanbieding<strong>en</strong> van<br />
Zijn barmhartigheid; doch ze veracht<strong>en</strong> Zijn lief<strong>de</strong>, do<strong>en</strong> Zijn wet te niet, <strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong> Zijn<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>. Terwijl ze voortdur<strong>en</strong>d Zijn gav<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, onter<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> Gever; ze hat<strong>en</strong> God,<br />
omdat ze wet<strong>en</strong>, dat Hij hun zond<strong>en</strong> verfoeit. De Heer is lankmoedig over hun<br />
verkeerdhed<strong>en</strong>; maar het besliss<strong>en</strong><strong>de</strong> uur moet ein<strong>de</strong>lik kom<strong>en</strong>, wanneer hun lot bepaald zal<br />
word<strong>en</strong>. Zal Hij die opstan<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> dan met ket<strong>en</strong><strong>en</strong> aan Zich verbind<strong>en</strong>? Zal Hij h<strong>en</strong><br />
dwing<strong>en</strong>, Zijn wil te do<strong>en</strong>?<br />
Zij, die Satan tot hun lei<strong>de</strong>r gekoz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r Zijn macht hebb<strong>en</strong> gestaan, zijn<br />
niet bereid om in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>-woordigheid Gods te verschijn<strong>en</strong>. Trots, bedrog, losbandigheid,<br />
wreedheid hebb<strong>en</strong> zich met hun karakter sam<strong>en</strong>gewev<strong>en</strong>. Kunn<strong>en</strong> zij <strong>de</strong> hemel binn<strong>en</strong>gaan,<br />
om eeuwiglik te won<strong>en</strong> met <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die ze op aar<strong>de</strong> veracht <strong>en</strong> gehaat hebb<strong>en</strong> ? De<br />
381
waarheid zal e<strong>en</strong> leug<strong>en</strong>aar nimmer aanstaan; ne<strong>de</strong>righeid voldoet niet aan eig<strong>en</strong>dunk <strong>en</strong><br />
trots; reinheid is voor <strong>de</strong> verdorv<strong>en</strong>e niet aannemelik; belangeloze lief<strong>de</strong> heeft voor <strong>de</strong><br />
eig<strong>en</strong>zuchtige ge<strong>en</strong> aantrekkelikheid. Welke bron van g<strong>en</strong>ot zou <strong>de</strong> hemel aan <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong><br />
kunn<strong>en</strong> aanbied<strong>en</strong>, die gans <strong>en</strong> al verdiept zijn in hun aardse <strong>en</strong> zelfzuchtige belang<strong>en</strong>?<br />
Zoud<strong>en</strong> zij, die e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> doorgebracht hebb<strong>en</strong> in opstand teg<strong>en</strong> God, plotseling in <strong>de</strong><br />
hemel kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> overgeplaatst, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verhev<strong>en</strong>, heilige staat van volmaaktheid<br />
aanschouw<strong>en</strong>, die daar eeuwig heerst,— elke ziel van lief<strong>de</strong> vol; ie<strong>de</strong>r gelaat stral<strong>en</strong>d van<br />
vreug<strong>de</strong>; beziel<strong>en</strong><strong>de</strong> ton<strong>en</strong> van welklink<strong>en</strong><strong>de</strong> lie<strong>de</strong>r<strong>en</strong> opstijg<strong>en</strong>d tot eer van God <strong>en</strong> van het<br />
Lam, <strong>en</strong> onafgebrok<strong>en</strong> lichtstrom<strong>en</strong> neerdal<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> verlost<strong>en</strong> van het aangezicht<br />
Desg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> troon zit,— zoud<strong>en</strong> zij, wier hart<strong>en</strong> vervuld zijn van haat teg<strong>en</strong> God <strong>en</strong><br />
waarheid <strong>en</strong> heiligheid, zich kunn<strong>en</strong> m<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met <strong>de</strong> hemelse schar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met hun<br />
loflie<strong>de</strong>r<strong>en</strong> instemm<strong>en</strong>? Zoud<strong>en</strong> zij <strong>de</strong> heerlikheid Gods <strong>en</strong> van het Lam kunn<strong>en</strong><br />
verdrag<strong>en</strong> ?— Gewis ne<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> proeftijd van jar<strong>en</strong> is hun toegestaan om e<strong>en</strong> karakter te<br />
kunn<strong>en</strong> verkrijg<strong>en</strong>, dat voor <strong>de</strong> hemel past; maar ze hebb<strong>en</strong> hun geest niet aan <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot<br />
reinheid gew<strong>en</strong>d; ze hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> sprake <strong>de</strong>s hemels niet geleerd, <strong>en</strong> nu is het te laat. E<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><br />
van opstand teg<strong>en</strong> God heeft h<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> hemel ongeschikt gemaakt. Zijn reinheid,<br />
heiligheid <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> zoud<strong>en</strong> h<strong>en</strong> folter<strong>en</strong>; <strong>de</strong> heerlikheid Gods zou hun e<strong>en</strong> verter<strong>en</strong>d vuur<br />
wez<strong>en</strong>. Ze zoud<strong>en</strong> die heilige plaats w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te ontvlucht<strong>en</strong>. Ze zoud<strong>en</strong> naar vernietiging<br />
verlang<strong>en</strong>, om verborg<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> van het aangezicht van Hem, die stierf om h<strong>en</strong> te<br />
verloss<strong>en</strong>. Het lot van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> wordt door hun eig<strong>en</strong> keus bepaald. Hun uitsluiting uit<br />
<strong>de</strong> hemel is vrijwillig van hun kant, <strong>en</strong> rechtvaardig <strong>en</strong> barmhartig aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> Gods.<br />
Gelijk <strong>de</strong> water<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zondvloed, zo verkondigt het vuur van <strong>de</strong> grote dag Gods<br />
oor<strong>de</strong>el, dat <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> on- g<strong>en</strong>eeslik zijn. Ze hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> lust, om zich aan hemels<br />
gezag te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> hun wilskracht geoef<strong>en</strong>d in opstand; <strong>en</strong> wanneer het ein<strong>de</strong><br />
van het lev<strong>en</strong> dáár is, is het te laat om <strong>de</strong> richting van hun gedacht<strong>en</strong> te veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>,— te laat<br />
om van overtreding te kom<strong>en</strong> tot gehoorzaamheid, van haat tot lief<strong>de</strong>. Door het lev<strong>en</strong> van<br />
Kaïn, <strong>de</strong> moord<strong>en</strong>aar, te spar<strong>en</strong>, gaf God aan <strong>de</strong> wereld e<strong>en</strong> voorbeeld van wat het gevolg<br />
zou wez<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zondaar het lev<strong>en</strong> te verl<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hem voort te lat<strong>en</strong> gaan op <strong>de</strong> baan van<br />
teugelloze verkeerdhed<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> invloed van Kaïns on<strong>de</strong>rwijs <strong>en</strong> voorbeeld werd<strong>en</strong> er e<strong>en</strong><br />
m<strong>en</strong>igte van zijn nakomeling<strong>en</strong> tot zon<strong>de</strong> geleid, totdat “<strong>de</strong> boosheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
m<strong>en</strong>igvuldig was op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>,” <strong>en</strong> “al het gedichtsel van <strong>de</strong> gedacht<strong>en</strong> van zijn hart te all<strong>en</strong><br />
dage alle<strong>en</strong>lik boos was.” “De aar<strong>de</strong> was verdorv<strong>en</strong> voor Gods aangezicht; <strong>en</strong> <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> was<br />
vervuld met wrevel.”<br />
Uit g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> over <strong>de</strong> wereld vernietig<strong>de</strong> <strong>de</strong> Heer <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze aardbewoners in Noachs<br />
tijd. Uit barmhartigheid <strong>de</strong>ed Hij <strong>de</strong> boze inwoners van Sodom weg. Door Satans<br />
bedriegelike macht verwerv<strong>en</strong> zich <strong>de</strong> werkers <strong>de</strong>r ongerech- tigheid me<strong>de</strong>gevoel <strong>en</strong><br />
bewon<strong>de</strong>ring, <strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> op die wijze voortdur<strong>en</strong>d an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot opstand. Z— was het in <strong>de</strong><br />
dag<strong>en</strong> van Kaïn <strong>en</strong> Noach, <strong>en</strong> t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> van Abraham <strong>en</strong> Lot; <strong>en</strong> z— is het ook in onze tijd.<br />
Het is uit barmhartigheid over het heelal, dat God in het eind vernietig<strong>en</strong> zal, die Zijn<br />
382
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> verwerp<strong>en</strong>. “De bezoldiging van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> is <strong>de</strong> dood; maar <strong>de</strong> ge- na<strong>de</strong>gift Gods is<br />
het eeuwige lev<strong>en</strong> door Jezus Christus, onze Heer.” Terwijl het lev<strong>en</strong> het erf<strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />
rechtvaardig<strong>en</strong> is, is <strong>de</strong> dood het <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>. Mozes verklaar<strong>de</strong> aan Israël: “Ik<br />
heb u hed<strong>en</strong> voorgesteld het lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> het goe<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dood <strong>en</strong> het kwa<strong>de</strong>.” De dood,<br />
waarop <strong>de</strong>ze schriftuurplaats<strong>en</strong> he<strong>en</strong>wijz<strong>en</strong>, is niet die, welke aan Adam werd aangekondigd,<br />
want alle m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong> <strong>de</strong> straf van zijn overtreding. Het is “<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> dood,” die<br />
teg<strong>en</strong>over het eeuwige lev<strong>en</strong> wordt gesteld.<br />
Als gevolg van Adams zon<strong>de</strong> is <strong>de</strong> dood tot het gehele m<strong>en</strong>segeslacht doorgegaan. All<strong>en</strong><br />
tezam<strong>en</strong> gaan ze t<strong>en</strong> grave. En t<strong>en</strong> gevolge van <strong>de</strong> bepaling<strong>en</strong> van het heilsplan zull<strong>en</strong> all<strong>en</strong><br />
we<strong>de</strong>r uit hun grav<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voortgebracht. “Er zal e<strong>en</strong> opstanding van <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>,<br />
bei<strong>de</strong> van <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> <strong>en</strong> van <strong>de</strong> onrechtvaardig<strong>en</strong>;” “want gelijkerwijs ze all<strong>en</strong> in<br />
Adam sterv<strong>en</strong>, alzo zull<strong>en</strong> ze ook in Christus all<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>d gemaakt word<strong>en</strong>.” Maar er wordt<br />
on<strong>de</strong>rscheid gemaakt tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> twee klass<strong>en</strong>, die uit <strong>de</strong> grav<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voortgebracht.<br />
“All<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong> grav<strong>en</strong> zijn, zull<strong>en</strong> Zijn stem hor<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> uitgaan, die het goe<strong>de</strong><br />
gedaan hebb<strong>en</strong>, tot <strong>de</strong> opstanding van het lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die het kwa<strong>de</strong> gedaan hebb<strong>en</strong>, tot <strong>de</strong>.<br />
opstanding van <strong>de</strong> verdoem<strong>en</strong>is.” Zij, die “waardig geacht” zijn om <strong>de</strong>el te hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
opstanding van het lev<strong>en</strong>, zijn “zalig <strong>en</strong> heilig.” “Over <strong>de</strong>z<strong>en</strong> heeft <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> dood ge<strong>en</strong><br />
macht.”<br />
Maar zij, die zich niet door berouw <strong>en</strong> geloof van vergiff<strong>en</strong>is verzekerd hebb<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> straf van hun overtreding,—“<strong>de</strong> bezoldiging van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>,“—drag<strong>en</strong>. Ze lijd<strong>en</strong> straf,<br />
verschill<strong>en</strong>d in duur <strong>en</strong> hevigheid, “naar hun werk<strong>en</strong>,” maar die t<strong>en</strong> slotte op <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> dood<br />
uitloopt. Daar het Go<strong>de</strong> in Zijn rechtvaardigheid <strong>en</strong> barmhartigheid onmogelik is om <strong>de</strong><br />
zondaar in zijn zond<strong>en</strong> te redd<strong>en</strong>, ontneemt Hij hem het bestaan, dat zijn overtreding<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> verbeurd, <strong>en</strong> dat hij zich onwaardig betoond heeft. E<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> schrijvers<br />
zegt: “Nog e<strong>en</strong> weinig, <strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze zal er niet zijn, <strong>en</strong> ge zult acht nem<strong>en</strong> op zijn plaats,<br />
maar hij zal er niet wez<strong>en</strong>.” En e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r verklaart: “Ze zull<strong>en</strong> zijn, alsof ze er niet geweest<br />
war<strong>en</strong>.” Met schan<strong>de</strong> be<strong>de</strong>kt verzink<strong>en</strong> ze in hopeloze, eeuwige vergetelheid.<br />
Aldus zal er e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> gemaakt word<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, met al het wee <strong>en</strong> <strong>de</strong> verwoesting,<br />
die eruit ontstaan zijn. De psalmist zegt: “Gij hebt <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> verdaan, hun naam<br />
uitge<strong>de</strong>lgd tot in eeuwigheid <strong>en</strong> altoos. O vijand, zijn <strong>de</strong> verwoesting<strong>en</strong> in eeuwigheid?”<br />
Wanneer Johannes in <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring vooruitblikt op <strong>de</strong> eeuwige staat, hoort hij van het<br />
ganse heelal e<strong>en</strong> lofzang oprijz<strong>en</strong>, waarin ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele wanklank zich m<strong>en</strong>gt. Hij hoor<strong>de</strong><br />
ie<strong>de</strong>r schepsel in <strong>de</strong> hemel <strong>en</strong> op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> Go<strong>de</strong> heerlikheid toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dan zull<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong><br />
verlor<strong>en</strong> ziel<strong>en</strong> zijn, die God laster<strong>en</strong>, terwijl ze gefolterd word<strong>en</strong> door nimmer eindig<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
pijniging; ge<strong>en</strong> ell<strong>en</strong>dige wez<strong>en</strong>s in <strong>de</strong> hel zull<strong>en</strong> hun gekerm m<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met <strong>de</strong> lie<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> gezaligd<strong>en</strong>.<br />
Op <strong>de</strong> dwaling van <strong>de</strong> natuurlike onsterfelikheid als grondslag berust <strong>de</strong> leer van het<br />
bewustzijn in <strong>de</strong> dood,— welke leer, ev<strong>en</strong> als die van <strong>de</strong> eeuwigheid van <strong>de</strong> straf, teg<strong>en</strong> het<br />
383
on<strong>de</strong>rwijs van <strong>de</strong> Schrift, <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> re<strong>de</strong>, <strong>en</strong> ons m<strong>en</strong>selik gevoel ingaat. Volg<strong>en</strong>s het<br />
algeme<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> geloof drag<strong>en</strong> <strong>de</strong> verlost<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel k<strong>en</strong>nis aan alles, wat op<br />
aar<strong>de</strong> plaats heeft, <strong>en</strong> in het biezon<strong>de</strong>r aan het lev<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die ze achtergelat<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong>. Maar hoe zou het e<strong>en</strong> bron van geluk voor <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>, op <strong>de</strong> hoogte te<br />
blijv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> moeite van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, getuig<strong>en</strong> te zijn van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong>, die hun eig<strong>en</strong><br />
dierbar<strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> al <strong>de</strong> verdrietelikhed<strong>en</strong>, teleurstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> angst<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong><br />
te zi<strong>en</strong> doorstaan? Hoeveel van <strong>de</strong> zaligheid <strong>de</strong>s hemels zou er g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die om hun vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op aar<strong>de</strong> rondzwev<strong>en</strong>? En hoe schrik- kelik teg<strong>en</strong>strijdig is<br />
het geloof, dat zodra <strong>de</strong> a<strong>de</strong>m het lichaam verlaat, <strong>de</strong> ziel van <strong>de</strong> onbekeer<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> helse<br />
vlamm<strong>en</strong> verwez<strong>en</strong> wordt! In welk e<strong>en</strong> afgrond van angst moet<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> gedompeld<br />
word<strong>en</strong>, die hun vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> onvoorbereid t<strong>en</strong> grave zi<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> eeuwigheid van zon<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
smart tegemoet! Vel<strong>en</strong> zijn er, welke <strong>de</strong>ze folter<strong>en</strong><strong>de</strong> gedachte tot waanzin gedrev<strong>en</strong> heeft.<br />
Wat zegt <strong>de</strong> Schrift aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze ding<strong>en</strong>? David verklaart, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in <strong>de</strong> dood<br />
ge<strong>en</strong> bewustzijn heeft. “Zijn geest gaat uit; hij keert we<strong>de</strong>r tot zijn aar<strong>de</strong>, te diezelf<strong>de</strong> dage<br />
vergaan zijn aanslag<strong>en</strong> (gedacht<strong>en</strong>).” Salomo geeft hetzelf<strong>de</strong> getuig<strong>en</strong>is: “De lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
wet<strong>en</strong>, dat ze sterv<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> niet met al.” “Ook is alre<strong>de</strong> hun lief<strong>de</strong>,<br />
ook hun haat, ook hun nijdigheid vergaan ; <strong>en</strong> ze hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>de</strong>el meer in <strong>de</strong>ze eeuw in<br />
alles, wat on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zon geschiedt.” “Er is ge<strong>en</strong> werk, noch verzinning, noch wet<strong>en</strong>schap,<br />
noch wijsheid in het graf, daar gij h<strong>en</strong><strong>en</strong>gaat.”<br />
To<strong>en</strong> Hiskia’s lev<strong>en</strong> vijfti<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gd was als antwoord op zijn gebed, bracht <strong>de</strong><br />
dankbare koning Go<strong>de</strong> e<strong>en</strong> dankoffer voor Zijn grote barmhartigheid. In dit lied spreekt hij<br />
<strong>de</strong> red<strong>en</strong> uit, waarom hij zich alzo verheugt: “Het graf zal U niet lov<strong>en</strong>, <strong>de</strong> dood zal U niet<br />
prijz<strong>en</strong>; die in <strong>de</strong> kuil ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> op Uw waarheid niet hop<strong>en</strong>. De lev<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong><br />
lev<strong>en</strong><strong>de</strong>, die zal U lov<strong>en</strong>, gelijk ik hed<strong>en</strong> doe.” De godgeleerdheid, die algeme<strong>en</strong> bijval vindt,<br />
plaatst <strong>de</strong> rechtvaardige dod<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel, ingegaan tot <strong>de</strong> gelukzaligheid, <strong>en</strong> God met<br />
onsterfelike tong lov<strong>en</strong><strong>de</strong>; doch Hiskia kon ge<strong>en</strong> zodanig heerlik vooruitzicht in <strong>de</strong> dood<br />
ontwar<strong>en</strong>. Met zijn woord<strong>en</strong> stemt het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> psalmist overe<strong>en</strong>: “In <strong>de</strong> dood is<br />
van U ge<strong>en</strong> gedacht<strong>en</strong>is; wie zal U lov<strong>en</strong> in het graf?” “De dod<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer niet prijz<strong>en</strong>,<br />
noch die in <strong>de</strong> stilte ne<strong>de</strong>rgedaald zijn.”<br />
Petrus verklaar<strong>de</strong> op <strong>de</strong> Pinksterdag, dat <strong>de</strong> patriarch David “bei<strong>de</strong> gestorv<strong>en</strong> is <strong>en</strong><br />
begrav<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn graf is on<strong>de</strong>r ons tot op <strong>de</strong>ze dag.” “Want David is niet opgevar<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
hemel<strong>en</strong>.” Het feit, dat David in het graf vertoeft tot <strong>de</strong> dag van <strong>de</strong> opstanding, bewijst, dat<br />
<strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> niet bij <strong>de</strong> dood naar <strong>de</strong> hemel gaan. Het is alle<strong>en</strong> door <strong>de</strong> opstanding, <strong>en</strong><br />
kracht<strong>en</strong>s het feit, dat Christus is opgestaan, dat David t<strong>en</strong> laatste aan <strong>de</strong> rechterhand Gods<br />
zitt<strong>en</strong> kan.<br />
En Paulus zegt: “Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> niet opgewekt word<strong>en</strong>, zo is ook Christus niet<br />
opgewekt. En indi<strong>en</strong> Christus niet opgewekt is, zo is ook uw geloof tevergeefs, zo zijt ge<br />
nog in uw zond<strong>en</strong>. Zo zijn dan ook verlor<strong>en</strong>, die in Christus ontslap<strong>en</strong> zijn.” Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
384
echtvaardig<strong>en</strong> vier duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> lang onmid<strong>de</strong>llik bij <strong>de</strong> dood-naar <strong>de</strong> hemel war<strong>en</strong> gegaan,<br />
hoe zou Paulus hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>, dat, indi<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> opstanding was, “<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
verlor<strong>en</strong> zijn, die in Christus zijn ontslap<strong>en</strong>?” Er zou dan toch ge<strong>en</strong> opstanding nodig wez<strong>en</strong>.<br />
Tyndale, <strong>de</strong> martelaar, sprek<strong>en</strong><strong>de</strong> over <strong>de</strong> staat van <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>, verklaar<strong>de</strong>: “Ik belijd op<strong>en</strong>lik,<br />
dat ik er niet van overtuigd b<strong>en</strong>, dat zij alreeds in <strong>de</strong> volle heerlikheid zijn, waar Christus in<br />
is, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verkor<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> Gods in zijn. Ook is het ge<strong>en</strong> artikel van mijn geloof; want indi<strong>en</strong><br />
dit zo was, dan kan ik niet an<strong>de</strong>rs dan inzi<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> prediking van <strong>de</strong> opstanding van het<br />
vlees e<strong>en</strong> ij<strong>de</strong>l iets zou zijn.<br />
Het is e<strong>en</strong> onwe<strong>de</strong>rsprekelik feit, dat <strong>de</strong> hoop op eeuwige gelukzaligheid bij <strong>de</strong> dood tot<br />
grote veronachtzaming geleid heeft van <strong>de</strong> bijbelse leer aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> opstanding. Deze<br />
neiging werd door Dr. Adam Clarke opgemerkt, die gezegd heeft: “De leer van <strong>de</strong><br />
opstanding schijnt bij <strong>de</strong> eerste Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> van veel groter gewicht geacht geweest te zijn,<br />
dan nu! Hoe kan dat-wez<strong>en</strong>? De apostel<strong>en</strong> drukt<strong>en</strong> die leer gedurig op <strong>de</strong> hart<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wekt<strong>en</strong><br />
er <strong>de</strong> volgers Gods door op tot ijver, gehoorzaamheid <strong>en</strong> blijmoedigheid. En hun opvolgers<br />
in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige tijd mak<strong>en</strong> er slechts zeld<strong>en</strong> melding van! Gelijk <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> predikt<strong>en</strong>,<br />
zo geloofd<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerste Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>; gelijk wij predik<strong>en</strong>, zo gelov<strong>en</strong> onze hoor<strong>de</strong>rs. Er is ge<strong>en</strong><br />
leerstelling in het evangelie, waar meer gewicht aan wordt gehecht; <strong>en</strong> er is ge<strong>en</strong> leerstelling<br />
in <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige wijze van prediking, waar min<strong>de</strong>r aandacht aan geschonk<strong>en</strong> wordt!”<br />
Dit heeft voortgeduurd totdat <strong>de</strong> heerlike waarheid van <strong>de</strong> opstanding bijna geheel <strong>en</strong> al<br />
verduisterd is geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Christelike wereld die uit het oog heeft verlor<strong>en</strong>. Aldus zegt<br />
e<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stig schrijver van naam in zijn aanmerking<strong>en</strong> over <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Paulus in 1<br />
Thess. 4:13-18: “Als e<strong>en</strong> bron van wez<strong>en</strong>like troost neemt <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> zalige<br />
onsterfelikheid bij ons <strong>de</strong> plaats in van alle onzekere stelling<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. Bij ons sterv<strong>en</strong> komt <strong>de</strong> Heer voor ons. Dat is het, waar we op moet<strong>en</strong> wacht<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> waarvoor we moet<strong>en</strong> wak<strong>en</strong>. De dod<strong>en</strong> zijn reeds tot heerlikheid ingegaan. Zij wacht<strong>en</strong><br />
niet op <strong>de</strong> bazuin, om het oor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gelukzaligheid te ontvang<strong>en</strong>.”<br />
Maar to<strong>en</strong> Hij op het punt stond van Zijn discipel<strong>en</strong> te verlat<strong>en</strong>, zei Jezus niet tot h<strong>en</strong>, dat<br />
ze spoedig tot Hem zoud<strong>en</strong> gaan. “Ik ga he<strong>en</strong> om u plaats te bereid<strong>en</strong>,” sprak Hij. “En<br />
wanneer Ik he<strong>en</strong> zal gegaan zijn, <strong>en</strong> u plaats zal bereid hebb<strong>en</strong>, zo kome Ik we<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> zal u<br />
tot Mij nem<strong>en</strong>.” En Paulus <strong>de</strong>elt ons daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> me<strong>de</strong>, dat “<strong>de</strong> Heer zelf met e<strong>en</strong> geroep,<br />
met <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong> archangel <strong>en</strong> met <strong>de</strong> bazuin van God zal ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel; <strong>en</strong><br />
die in Christus gestorv<strong>en</strong> zijn, zull<strong>en</strong> eerst opstaan; daarna wij, die lev<strong>en</strong>d overgeblev<strong>en</strong> zijn,<br />
zull<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> met h<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Heer tegemoet, in <strong>de</strong> lucht; <strong>en</strong><br />
alzo zull<strong>en</strong> we altijd met <strong>de</strong> Heer wez<strong>en</strong>.” En hij voegt erbij: “Vertroost elkan<strong>de</strong>r met <strong>de</strong>ze<br />
woord<strong>en</strong>.” Hoe groot e<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>stelling tuss<strong>en</strong> die troostwoord<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> hierbov<strong>en</strong><br />
aangehaal<strong>de</strong> van <strong>de</strong> Universalistiese predikant. Deze troostte <strong>de</strong> rouwdrag<strong>en</strong><strong>de</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> met<br />
<strong>de</strong> verzekering dat, hoe zondig <strong>de</strong> gestorv<strong>en</strong>e ook mocht geweest zijn, hij on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
385
zou opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, wanneer hij hier b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> <strong>de</strong> a<strong>de</strong>m uitblies. Paulus verwijst zijn<br />
broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> boei<strong>en</strong> van het graf zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
verbrok<strong>en</strong>, <strong>en</strong> “die in Christus gestorv<strong>en</strong> zijn”, opgewekt zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> t<strong>en</strong> eeuwig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>.<br />
Alvor<strong>en</strong>s iemand <strong>de</strong> woning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gezaligd<strong>en</strong> kan binn<strong>en</strong>gaan, moet ie<strong>de</strong>rs zaak<br />
on<strong>de</strong>rzocht, <strong>en</strong> zijn karakter met zijn dad<strong>en</strong> v——r <strong>de</strong> rechtbank Gods beproefd word<strong>en</strong>.<br />
All<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> geoor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> beloond<br />
naar hun werk<strong>en</strong>. Dit oor<strong>de</strong>el grijpt niet bij <strong>de</strong> dood plaats. Let op <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Paulus:<br />
“Hij heeft e<strong>en</strong> dag gesteld, op welke Hij <strong>de</strong> aardbo<strong>de</strong>m rechtvaardiglik zal oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> door<br />
e<strong>en</strong> man, die Hij daartoe verord<strong>en</strong>d heeft, verzekering daarvan do<strong>en</strong><strong>de</strong> aan all<strong>en</strong>, <strong>de</strong>wijl 1Joh.<br />
14:2, 3; 21 Thess. 4:16-18. Hij Hem uit <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> opgewekt heeft.” Hier heeft <strong>de</strong> apostel in<br />
dui<strong>de</strong>like bewoording<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong>, dat er e<strong>en</strong> bepaal<strong>de</strong>, to<strong>en</strong> nog toekomstige tijd was<br />
vastgesteld voor het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> wereld.<br />
Judas verwijst naar datzelf<strong>de</strong> tijdperk: “De <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die hun beginsel niet bewaard<br />
hebb<strong>en</strong>, maar hun eig<strong>en</strong> woon- ste<strong>de</strong> verlat<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, heeft Hij tot het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> grote<br />
dag met eeuwige band<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> duisternis bewaard.” En we<strong>de</strong>rom haalt hij <strong>de</strong> woord<strong>en</strong><br />
van H<strong>en</strong>och aan: “Ziet, <strong>de</strong> Heer is gekom<strong>en</strong> (is aan het kom<strong>en</strong>) met Zijn vele duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
heilig<strong>en</strong> om gericht te houd<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> all<strong>en</strong>.” Johannes verklaart: “Ik zag <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>, klein <strong>en</strong><br />
groot, staan<strong>de</strong> voor God; <strong>en</strong> <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d;” “<strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> geoor<strong>de</strong>eld<br />
uit hetge<strong>en</strong> in <strong>de</strong> boek<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> was. “<br />
Doch indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> alreeds <strong>de</strong> gelukzaligheid van <strong>de</strong> hemel smak<strong>en</strong>, of an<strong>de</strong>rs alreeds<br />
smart<strong>en</strong> lijd<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hel, wat heeft dan het toekom<strong>en</strong><strong>de</strong> oor<strong>de</strong>el te<br />
betek<strong>en</strong><strong>en</strong>? Het on<strong>de</strong>rwijs van Gods woord op <strong>de</strong>ze belangrijke punt<strong>en</strong> is duister, noch<br />
verward; e<strong>en</strong> gewoon verstand kan het begrijp<strong>en</strong>. Maar welk eerlik hart kan wijsheid of<br />
rechtvaardigheid zi<strong>en</strong> in <strong>de</strong> algeme<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> leer? Zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>, nadat hun<br />
geval in het gericht on<strong>de</strong>rzocht is, het goedkeur<strong>en</strong><strong>de</strong> getuig<strong>en</strong>is hor<strong>en</strong>: “Wel, gij goe<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
getrouwe di<strong>en</strong>stknecht,” “ga in tot <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong> van uw Heer,“ wanneer ze wellicht eeuw<strong>en</strong><br />
lang reeds in Zijn teg<strong>en</strong>woordigheid verblijf hebb<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>? Word<strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> uit<br />
<strong>de</strong> plaats <strong>de</strong>r pijniging opgeroep<strong>en</strong>, om het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> Rechter van <strong>de</strong> ganse aar<strong>de</strong> te<br />
vernem<strong>en</strong>: “Gaat weg van Mij, gij vervloekt<strong>en</strong>, in het eeuwige vuur?” O, wat plechtige<br />
spotternij! wat schan<strong>de</strong>like beschuldiging van Gods wijsheid <strong>en</strong> rechtvaardigheid!<br />
De theorie van <strong>de</strong> onsterfelikheid van <strong>de</strong> ziel was e<strong>en</strong> van die valse leerstelling<strong>en</strong>, welke<br />
Rome van het heid<strong>en</strong>dom overnam, <strong>en</strong> met <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid sam<strong>en</strong>vlocht.<br />
Martin Luther plaatste die leer on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> “ontelbare won<strong>de</strong>rhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse mesthoop<br />
van bisschoppelike verord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.” Over <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Salomo in Prediker sprek<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
waar het heet, dat <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> niet met al wet<strong>en</strong>, zegt <strong>de</strong> hervormer: “E<strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r bewijs, dat <strong>de</strong><br />
dod<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> . . . bewustzijn hebb<strong>en</strong>. Er is daar,” zegt hij, “ge<strong>en</strong> plicht, ge<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schap,<br />
ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis, ge<strong>en</strong> wijsheid. Salomo is van oor<strong>de</strong>el dat <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> slap<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het geheel<br />
386
niets voel<strong>en</strong>. Want <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> daar, <strong>en</strong> berek<strong>en</strong><strong>en</strong> dag<strong>en</strong> noch jar<strong>en</strong>; maar wanneer ze<br />
opgewekt zord<strong>en</strong>, zal het hun zijn, als hadd<strong>en</strong> ze slechts e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik geslap<strong>en</strong>.”<br />
Nerg<strong>en</strong>s wordt in <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Schrift <strong>de</strong> verklaring gevond<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> hun<br />
beloning of <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> hun straf bij <strong>de</strong> dood erlang<strong>en</strong>. De patriarch<strong>en</strong> <strong>en</strong> profet<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> zodanige verzekering achtergelat<strong>en</strong>. Christus <strong>en</strong> Zijn apostel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> er zelfs<br />
niet op gedoeld. De Bijbel leert dui<strong>de</strong>lik, dat <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> niet rechtuit naar <strong>de</strong> hemel gaan. Ze<br />
word<strong>en</strong> voorgesteld als slap<strong>en</strong><strong>de</strong> tot <strong>de</strong> op- standingsdag.2 Diezelf<strong>de</strong> dag, wanneer <strong>de</strong><br />
zilver<strong>en</strong> koord ontket<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> <strong>de</strong> guld<strong>en</strong> schaal in stukk<strong>en</strong> gestot<strong>en</strong> wordt, vergaan <strong>de</strong><br />
gedacht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Zij, die in <strong>de</strong> groeve ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong>, gaan in <strong>de</strong> stilte. Ze wet<strong>en</strong> van<br />
niets, dat on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zon geschiedt. Zalige rust voor <strong>de</strong> vermoei<strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>! De tijd,<br />
hetzij hij lang zij of kort, is voor h<strong>en</strong> slechts e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik. Ze slap<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> bazuin Gods<br />
wekt h<strong>en</strong> op tot e<strong>en</strong> heerlike onsterfelikheid. “Want <strong>de</strong> bazuin zal slaan, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
onver<strong>de</strong>rfelik opgewekt word<strong>en</strong>...En wanneer dit ver<strong>de</strong>rfelike zal onver<strong>de</strong>rfelikheid<br />
aangedaan hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dit sterfelike zal onsterfelikheid aangedaan hebb<strong>en</strong>, alsdan zal het<br />
woord geschied<strong>en</strong>, dat ge-schrev<strong>en</strong> is: De dood is verslond<strong>en</strong> tot overwinning.” Terwijl ze<br />
uit hun diepe slaap word<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong>, beginn<strong>en</strong> ze te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> juist van het punt af, waar ze<br />
opgehoud<strong>en</strong> zijn. Hun laatste gevoel was <strong>de</strong> smart van <strong>de</strong> dood, hun laatste gedachte, dat ze<br />
t<strong>en</strong> prooi werd<strong>en</strong> aan het geweld van het graf. Wanneer ze uit <strong>de</strong> groeve te voorschijn tred<strong>en</strong>,<br />
zal hun eerste blij<strong>de</strong> gedachte in <strong>de</strong> zegekreet weerklink<strong>en</strong>: “Dood, waar is uw prikkel? Graf,<br />
waar is uw overwinning?”<br />
387
Hoofdstuk 34 — Kunn<strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> met ons prat<strong>en</strong>?<br />
De bedi<strong>en</strong>ing van heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, zoals die in <strong>de</strong> Schrift wordt geleerd, is e<strong>en</strong> hoogst<br />
troostvolle <strong>en</strong> kostbare waarheid voor ie<strong>de</strong>re volgeling van Christus. Doch <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong><br />
Bijbel op dit punt is verduisterd <strong>en</strong> verdraaid geword<strong>en</strong> door <strong>de</strong> dwaling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> algeme<strong>en</strong><br />
aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> theologie. De leerstelling van <strong>de</strong> natuurlike onsterfelikheid, oorspron- kelik aan<br />
<strong>de</strong> heid<strong>en</strong>se wijsbegeerte ontle<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> duisternis van <strong>de</strong> grote afval in het Christelike<br />
geloof opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, heeft <strong>de</strong> waarheid vervang<strong>en</strong>, welke zo dui<strong>de</strong>lik in <strong>de</strong> Schrift aan het<br />
licht wordt gebracht: “De dod<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> niet met al.” Schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn begonn<strong>en</strong> te<br />
gelov<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> <strong>de</strong> “gedi<strong>en</strong>stige geest<strong>en</strong>” zijn, “die tot di<strong>en</strong>st<br />
uitgezond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, om <strong>de</strong>rg<strong>en</strong><strong>en</strong> wil, die <strong>de</strong> zaligheid beërv<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>.” En dat<br />
nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> het bewijs in <strong>de</strong> Schrift omtr<strong>en</strong>t het bestaan van <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong><br />
hun verhouding tot <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, v——r <strong>de</strong> dood van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel m<strong>en</strong>selik<br />
wez<strong>en</strong>.<br />
De leer van het bewustzijn van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in <strong>de</strong> dood, <strong>en</strong> voornamelik het geloof, dat <strong>de</strong><br />
geest<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> terugkom<strong>en</strong> om <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te di<strong>en</strong><strong>en</strong>, heeft <strong>de</strong> weg gebaand voor het<br />
hed<strong>en</strong>daagse Spiritualisme. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordigheid van God <strong>en</strong> <strong>de</strong> heilige<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> toegelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met k<strong>en</strong>nis word<strong>en</strong> bevoorrecht, verre te bov<strong>en</strong>gaan<strong>de</strong> wat ze<br />
bezet<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, waarom zoud<strong>en</strong> ze dan niet naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> terugker<strong>en</strong> om <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te<br />
verlicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rwijz<strong>en</strong>? Indi<strong>en</strong>, zoals door populaire godgeleerd<strong>en</strong> ge- predikt wordt,<br />
<strong>de</strong> geest<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> om hun vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op aar<strong>de</strong> he<strong>en</strong>zwev<strong>en</strong>, waarom zou het hun dan<br />
niet vrijstaan zich met h<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>, om h<strong>en</strong> te waarschuw<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> kwaad, of te<br />
troost<strong>en</strong> in verdriet? Hoe kunn<strong>en</strong> zij, die gelov<strong>en</strong> in het bewustzijn van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in <strong>de</strong> dood,<br />
verwerp<strong>en</strong> wat als God<strong>de</strong>lik licht tot h<strong>en</strong> komt, door verheerlikte geest<strong>en</strong> me<strong>de</strong>ge<strong>de</strong>eld ?<br />
Hier is e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l van geme<strong>en</strong>schapsoef<strong>en</strong>ing, dat als heilig beschouwd wordt, <strong>en</strong> waardoor<br />
Satan zijn doeleind<strong>en</strong> weet te bereik<strong>en</strong>. De gevall<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die zijn wil do<strong>en</strong>, verschijn<strong>en</strong><br />
als boodschappers uit <strong>de</strong> geestewereld.<br />
De vorst van het kwaad br<strong>en</strong>gt het verstand van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r zijn betover<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
invloed, voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong>, h<strong>en</strong> in geme<strong>en</strong>schap met <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>. Hij heeft <strong>de</strong> macht om<br />
<strong>de</strong> uiterlike gedaante van hun overled<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> verschijn<strong>en</strong>. De<br />
nagemaakte gelijk<strong>en</strong>is is volmaakt; <strong>de</strong> bek<strong>en</strong><strong>de</strong> blik, <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>, <strong>de</strong> toon word<strong>en</strong> met<br />
verbaz<strong>en</strong><strong>de</strong> nauwkeurigheid weergegev<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zich troost<strong>en</strong> met <strong>de</strong> verzekering, dat<br />
hun geliefd<strong>en</strong> <strong>de</strong> zaligheid <strong>de</strong>s hemels g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r op gevaar bedacht te zijn, l<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
ze het oor aan “verleid<strong>en</strong><strong>de</strong> geest<strong>en</strong> <strong>en</strong> lering<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong>.”<br />
Wanneer ze e<strong>en</strong>maal hebb<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik terugkom<strong>en</strong> om zich<br />
met h<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>, laat Satan dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> verschijn<strong>en</strong>, welke onvoorbereid in het graf<br />
zijn gedaald. Ze bewer<strong>en</strong> gelukkig te zijn in <strong>de</strong> hemel, <strong>en</strong> daar zelfs hoge plaats<strong>en</strong> in te<br />
nem<strong>en</strong>; <strong>en</strong> op die wijze wordt <strong>de</strong> dwaling, dat er ge<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rscheid gemaakt wordt tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
388
echtvaardig<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>, algeme<strong>en</strong> gepredikt. De voorgew<strong>en</strong><strong>de</strong> bezoekers uit <strong>de</strong><br />
geestewereld man<strong>en</strong> somtijds tot omzichtigheid, <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> waarschuwing<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong>igmaal<br />
juist blijk<strong>en</strong> te zijn. Nadat op die wijze het vertrouw<strong>en</strong> dan gewonn<strong>en</strong> is, kom<strong>en</strong> ze met<br />
lering<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> dag, die het geloof in <strong>de</strong> Schrift direkt on<strong>de</strong>rmijn<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schijn van <strong>de</strong><br />
diepste belangstelling in het welzijn van hun vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> op aar<strong>de</strong> do<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> gevaarlikste<br />
dwaling<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> hand.<br />
Het feit, dat ze sommige waarhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aangev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> bij wijl<strong>en</strong> in staat zijn om<br />
toekomstige gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> te voorspell<strong>en</strong>, geeft aan hun gezegd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> schijn van<br />
betrouwbaarheid; <strong>en</strong> hun valse leer wordt door <strong>de</strong> schar<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> gere<strong>de</strong>lik aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
ev<strong>en</strong> onbepaald geloofd, als bevatte hij <strong>de</strong> heiligste waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel. De wet Gods<br />
wordt op zij<strong>de</strong> gesteld, <strong>de</strong> Geest <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> veracht, <strong>en</strong> het bloed <strong>de</strong>s verbonds als e<strong>en</strong><br />
onheilige zaak beschouwd. De geest<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>de</strong> Godheid van Christus, <strong>en</strong> plaats<strong>en</strong><br />
zelfs <strong>de</strong> Schepper op gelijke lijn met zichzelv<strong>en</strong>. Aldus zet <strong>de</strong> grote opstan<strong>de</strong>ling on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong><br />
nieuwe vermomming zijn krijg teg<strong>en</strong> God nog steeds voort, welke krijg in <strong>de</strong> hemel e<strong>en</strong><br />
aanvang nam, <strong>en</strong> bijna zes duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> lang op aar<strong>de</strong> heeft gewoed.<br />
Vel<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> te verklar<strong>en</strong>, door ze geheel <strong>en</strong> al aan<br />
bedrog <strong>en</strong> kunstgrep<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kant van het medium toe te schrijv<strong>en</strong>. Maar terwijl het waar is,<br />
dat bedriegerij<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igmaal doorgegaan zijn voor echte op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong>, is het ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s waar,<br />
dat e<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>- natuurlike kracht zich opvall<strong>en</strong>d heeft geop<strong>en</strong>baard. Het geheimzinnige<br />
klopp<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong> het hed<strong>en</strong>daagse Spiritualisme begon, was niet het gevolg van<br />
m<strong>en</strong>selike bedriegerij of list, maar bepaald het werk van boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die aldus e<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
best gelukte zielver<strong>de</strong>rv<strong>en</strong><strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong> invoerd<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verstrikt word<strong>en</strong> door dit<br />
geloof, dat het Spiritualisme e<strong>en</strong>voudig e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike leug<strong>en</strong> is; want, wanneer ze met<br />
op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>, die ze niet an<strong>de</strong>rs dan als bov<strong>en</strong>natuurlik kunn<strong>en</strong> beschouw<strong>en</strong>,<br />
zull<strong>en</strong> ze bedrog<strong>en</strong> staan, <strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om die aan te nem<strong>en</strong> als <strong>de</strong> grote kracht<br />
Gods.<br />
Deze person<strong>en</strong> slaan ge<strong>en</strong> acht op het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong>,<br />
die gedaan zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door Satan <strong>en</strong> zijn me<strong>de</strong>g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>. Het was door <strong>de</strong> hulp van Satan,<br />
dat <strong>de</strong> tov<strong>en</strong>aars van Faraö in staat war<strong>en</strong> om Gods werk te do<strong>en</strong>. Paulus getuigt, dat er v—<br />
—r <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst van Christus gelijksoortige op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> van sata- niese kracht zijn<br />
zull<strong>en</strong>. De we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> moet voorafgegaan word<strong>en</strong> door “<strong>de</strong> werking van <strong>de</strong><br />
Satan in alle kracht, <strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r leug<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in alle verleiding <strong>de</strong>r<br />
onrechtvaardigheid.” En <strong>de</strong> apostel Johannes verklaart, <strong>de</strong> won<strong>de</strong>rdo<strong>en</strong><strong>de</strong> macht<br />
beschrijv<strong>en</strong><strong>de</strong>, die in het laatste <strong>de</strong>r dag<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard zal word<strong>en</strong>: “En het doet grote<br />
tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, zodat het ook vuur uit <strong>de</strong> hemel doet afkom<strong>en</strong> op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
verleidt <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong> door te tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, die aan hetzelve te do<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong><br />
zijn.” Hier word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige bedriegerij<strong>en</strong> voorspeld. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, welke Satans handlangers macht hebb<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>, niet door die, welke ze<br />
voorgev<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>.<br />
389
De vorst <strong>de</strong>r duisternis, die reeds zo lang al <strong>de</strong> kracht van zijn grote geest bepaald heeft<br />
tot het werk van bedrieg<strong>en</strong>, richt zijn verleiding<strong>en</strong> z— in, dat ze voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van allerlei<br />
klass<strong>en</strong> <strong>en</strong> allerlei omstandighed<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>. Aan person<strong>en</strong> van opvoeding <strong>en</strong> beschaving<br />
toont hij <strong>de</strong> meer verfijn<strong>de</strong> <strong>en</strong> verstan<strong>de</strong>like zij<strong>de</strong> van het Spiritualisme, <strong>en</strong> slaagt er aldus in<br />
om vel<strong>en</strong> in zijn strikk<strong>en</strong> te vang<strong>en</strong>. De wijsheid, welke het Spiritualisme me<strong>de</strong><strong>de</strong>elt, is die,<br />
welke door <strong>de</strong> apostel Jakobus beschrev<strong>en</strong> wordt als die “niet van bov<strong>en</strong> afkomt, 12 Thess.<br />
2:9, 10; 2Op<strong>en</strong>b. 13:13, 14. maar aards is, natuurlik, duivels.” Dit verbergt <strong>de</strong> grote<br />
bedrieger echter, wanneer be<strong>de</strong>kking hem beter past. Hij, die in <strong>de</strong> woestijn van <strong>de</strong><br />
verzoeking aan Christus kon verschijn<strong>en</strong>, met <strong>de</strong> glans van <strong>de</strong> hemelse serafs bekleed,<br />
vertoont zich aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> op <strong>de</strong> aantrekkelikste wijze als e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel <strong>de</strong>s lichts. Hij doet<br />
e<strong>en</strong> beroep op het verstand door voorlegging van verhev<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>; hij bekoort <strong>de</strong><br />
verbeelding met betover<strong>en</strong><strong>de</strong> tonel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> maakt zich van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>eg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> meester door<br />
welsprek<strong>en</strong><strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> van lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> milddadigheid. Hij wekt <strong>de</strong> verbeelding op tot e<strong>en</strong><br />
hoge vlucht, <strong>en</strong> br<strong>en</strong>gt er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe, zich z— te verheff<strong>en</strong> op eig<strong>en</strong> wijsheid, dat ze in<br />
hun hart <strong>de</strong> Eeuwige veracht<strong>en</strong>. Dat machtige wez<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Verlosser van <strong>de</strong> wereld op e<strong>en</strong><br />
zeer hoge berg kon voer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hem al <strong>de</strong> koninkrijk<strong>en</strong> met hun heerlikheid kon ton<strong>en</strong>, zal<br />
door zijn verleiding<strong>en</strong> <strong>de</strong> zinn<strong>en</strong> verwarr<strong>en</strong> van all<strong>en</strong>, die niet door God<strong>de</strong>like macht word<strong>en</strong><br />
beschut.<br />
Satan verleidt <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tans, gelijk hij Eva in het paradijs bedroog, door vleierij, door<br />
e<strong>en</strong> verlang<strong>en</strong> aan te wakker<strong>en</strong> om verbod<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis te verkrijg<strong>en</strong>, door lust tot<br />
zelfverheffing op te wekk<strong>en</strong>. Het koester<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze euvels veroorzaakte zijn val, <strong>en</strong> door<br />
hetzelf<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l tracht hij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgang van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s te bewerk<strong>en</strong>. “Gij zult als God wez<strong>en</strong>,”<br />
zegt hij, “k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong> het goed <strong>en</strong> het kwaad.” Het Spiritualisme leert, “dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s het<br />
schepsel van voortuit- gang is; dat het zijn bestemming van zijn geboorte aan, <strong>en</strong> tot in<br />
eeuwigheid is, op te klimm<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> Godheid.” En we<strong>de</strong>rom: “Ie<strong>de</strong>re geest zal zichzelf<br />
oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> an-<strong>de</strong>r.” “Het oor<strong>de</strong>el zal goed zijn, omdat het e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> oor<strong>de</strong>el is. . . .<br />
De troon is binn<strong>en</strong> in u.” E<strong>en</strong> Spiritua- listies leraar sprak, to<strong>en</strong> het “geestelik bewustzijn” in<br />
hem ontwaakte: “Mijn me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> war<strong>en</strong> alle ongevall<strong>en</strong> half-god<strong>en</strong>.”<br />
En e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r verklaart: “Ie<strong>de</strong>r rechtvaardig <strong>en</strong> volmaakt wez<strong>en</strong> is Christus.” Aldus heeft<br />
Satan in <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> gerechtigheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> volmaaktheid van <strong>de</strong> eeuwige God, het ware<br />
voorwerp van aanbidding, in <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> volmaakte rechtvaardigheid van Zijn wet, <strong>de</strong><br />
ware standaard van m<strong>en</strong>selike ontwikkeling, <strong>de</strong> zondige <strong>en</strong> dwaalzieke natuur van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
zelf gesteld als het <strong>en</strong>ige voorwerp van verering, <strong>de</strong> <strong>en</strong>ige standaard van oor<strong>de</strong>el, of maatstaf<br />
van karakter. Dit is vooruit-gang, niet naar omhoog, maar naar omlaag.<br />
Het is e<strong>en</strong> wet zowel van <strong>de</strong> verstan<strong>de</strong>like als <strong>de</strong> geeste- like natuur, dat we veran<strong>de</strong>rd<br />
word<strong>en</strong> door aanschouw<strong>en</strong>. De geest schikt zich van lieverle<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>,<br />
waarme<strong>de</strong> m<strong>en</strong> hem laat bezig zijn. Hij lost zich op in hetge<strong>en</strong> hij gewoon is lief te hebb<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> te er<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s kan nimmer hoger klimm<strong>en</strong> dan zijn standaard van reinheid, of<br />
goedheid, of waarheid gesteld is. Indi<strong>en</strong> het eig<strong>en</strong> ik zijn hoogste i<strong>de</strong>aal is, zal hij nooit tot<br />
390
iets verhev<strong>en</strong>ers gerak<strong>en</strong>. Hij zal eer<strong>de</strong>r gedurig lager <strong>en</strong> lager zink<strong>en</strong>. De g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods<br />
alle<strong>en</strong> heeft macht om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s te verhog<strong>en</strong>. Aan zichzelf overgelat<strong>en</strong>, moet zijn pad<br />
onvermij<strong>de</strong>lik naar omlaag voer<strong>en</strong>.<br />
Aan dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die aan hun lust<strong>en</strong> toegev<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> ge- notzuchtig<strong>en</strong> <strong>en</strong> zinnelik<strong>en</strong>, doet<br />
het Spiritualisme zich voor on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> min<strong>de</strong>r sluwe vermomming dan aan <strong>de</strong> meer<br />
beschaafd<strong>en</strong> <strong>en</strong> verstandig<strong>en</strong>; zij vind<strong>en</strong> in <strong>de</strong> grovere vorm<strong>en</strong> wat met hun neiging<strong>en</strong><br />
overe<strong>en</strong>stemt. De Satan bespiedt ie<strong>de</strong>r tek<strong>en</strong> van zwakheid in <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike natuur; hij let op<br />
<strong>de</strong> zond<strong>en</strong>, die elke<strong>en</strong> g<strong>en</strong>eigd is te do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> draagt er dan zorg voor, dat er ge<strong>en</strong> gebrek is<br />
aan geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> om aan <strong>de</strong>ze neiging tot kwaad toe te gev<strong>en</strong>. Hij verleidt <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot<br />
overdaad in wat op zichzelf g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> gewettigd is, <strong>en</strong> laat h<strong>en</strong> door onmatigheid hun<br />
lichamelike, geestelike, <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>like kracht verzwakk<strong>en</strong>. Hij heeft duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in het ver<strong>de</strong>rf<br />
gestort, <strong>en</strong> doet het nog steeds, door toegev<strong>en</strong> aan hun hartstocht<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gehele m<strong>en</strong>selike<br />
natuur verdier- lik<strong>en</strong>.<br />
En om zijn werk te voltooi<strong>en</strong>, verklaart hij door <strong>de</strong> geest<strong>en</strong>, dat “ware k<strong>en</strong>nis <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<br />
bov<strong>en</strong> alle wet stelt;” dat “wat ook bestaat, goed is;” <strong>en</strong> dat “God niet veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> kan;” <strong>en</strong><br />
dat “alle zond<strong>en</strong>, die gedaan word<strong>en</strong>, onschuldig zijn.” Wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aldus tot het<br />
geloof gebracht word<strong>en</strong>, dat begeerte <strong>de</strong> hoogste wet, dat vrijheid losbandigheid, is, <strong>en</strong> dat<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s alle<strong>en</strong> verantwoor<strong>de</strong>lik is aan zichzelf, wie kan er zich dan over verwon<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, dat<br />
verdorv<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> loszinnigheid aan alle kant<strong>en</strong> <strong>de</strong> overhand nem<strong>en</strong>? Schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
nem<strong>en</strong> begerig e<strong>en</strong> leer aan, die h<strong>en</strong> vrij laat om te do<strong>en</strong>, wat hun vleselik hart hun ingeeft.<br />
De teugels <strong>de</strong>r zelfbeheersing, die <strong>de</strong> lust<strong>en</strong> bind<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> losgelat<strong>en</strong>; <strong>de</strong> kracht<strong>en</strong> van<br />
verstand <strong>en</strong> ziel word<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rgeschikt gemaakt aan <strong>de</strong> dierlike neiging<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Satan sleept<br />
triomfer<strong>en</strong>d duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> in zijn net, die belijd<strong>en</strong>, volgeling<strong>en</strong> van Christus te zijn.<br />
Toch behoeft niemand bedrog<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> leug<strong>en</strong>achtige bewering<strong>en</strong> van het<br />
Spiritualisme. God heeft aan <strong>de</strong> wereld voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> licht geschonk<strong>en</strong> om ons in staat te<br />
stell<strong>en</strong>, <strong>de</strong> valstrik te ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>. Gelijk reeds aangetoond is, is <strong>de</strong> theorie, welke het<br />
fondam<strong>en</strong>t van het Spiritualisme uitmaakt, in strijd met <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>likste verklaring<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Schrift. De Bijbel zegt dat <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> niet met al wet<strong>en</strong>, dat hun gedacht<strong>en</strong> vergaan zijn; dat<br />
ze ge<strong>en</strong> <strong>de</strong>el hebb<strong>en</strong> aan iets, dat on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zon geschiedt; dat ze niets wet<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong><br />
of het verdriet van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hun op aar<strong>de</strong> het liefst geweest zijn.<br />
Ver<strong>de</strong>r heeft God alle voorgegev<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schap met <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> van afgestorv<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
verbod<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> tijd van <strong>de</strong> Hebreën bestond er e<strong>en</strong> klasse van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die ev<strong>en</strong>als <strong>de</strong><br />
hed<strong>en</strong>daagse Spiritualist<strong>en</strong> beweerd<strong>en</strong>, dat ze geme<strong>en</strong>schap hield<strong>en</strong> met <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong><br />
“waarzegg<strong>en</strong><strong>de</strong> geest<strong>en</strong>”, zoals <strong>de</strong>ze bezoekers uit an<strong>de</strong>re wereld<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd werd<strong>en</strong>,<br />
word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Bijbel verklaard te zijn <strong>de</strong> “geest<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong>.” Met waarzegg<strong>en</strong><strong>de</strong> geest<strong>en</strong><br />
te do<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, werd e<strong>en</strong> gruwel voor <strong>de</strong> Heer g<strong>en</strong>oemd, <strong>en</strong> was plechtig verbod<strong>en</strong> op<br />
straffe <strong>de</strong>s doods.21 Het woord toverij alle<strong>en</strong> wekt reeds verachting op in onze tijd. De<br />
bewering dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich met boze geest<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>, wordt aangezi<strong>en</strong> voor<br />
391
e<strong>en</strong> fabel uit <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong>. Maar het Spiritualisme, dat zijn bekeerling<strong>en</strong> bij<br />
hon<strong>de</strong>rdduiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, ja, bij miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> telt, dat zich e<strong>en</strong> weg gebaand heeft tot<br />
wet<strong>en</strong>schappelike kring<strong>en</strong>, dat tot <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> doorgedrong<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> ge-vond<strong>en</strong> heeft<br />
bij wetgev<strong>en</strong><strong>de</strong> licham<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs aan <strong>de</strong> hov<strong>en</strong> van koning<strong>en</strong> — <strong>de</strong>ze ontzaglike verleiding<br />
is slechts e<strong>en</strong> herleving in e<strong>en</strong> nieuwe vorm van <strong>de</strong> toverij, die van ouds veroor<strong>de</strong>eld <strong>en</strong><br />
verbod<strong>en</strong> werd.<br />
Indi<strong>en</strong> er al ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r bewijs was van het wez<strong>en</strong>like karakter van het Spiritualisme,<br />
behoor<strong>de</strong> het g<strong>en</strong>oeg te zijn voor <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> verschil mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />
gerechtigheid <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>, tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste <strong>en</strong> reinste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong> van Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
verdorv<strong>en</strong>ste di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> van Satan. Door <strong>de</strong> laagste m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voor te stell<strong>en</strong> als in <strong>de</strong><br />
hemel zijn<strong>de</strong>, <strong>en</strong> daar hoge plaats<strong>en</strong> bekled<strong>en</strong><strong>de</strong>, zegt Satan tot <strong>de</strong> wereld: “Het doet er niets<br />
toe, hoe slecht ge zijt; het komt er niet op aan, of ge in God <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel gelooft, of niet<br />
gelooft.<br />
Leeft zoals het u behaagt; <strong>de</strong> hemel is uw tehuis.” De Spiritualistiese leraars verklar<strong>en</strong> in<br />
werkelik- heid: “Al wie Kwaad doet, is goed in <strong>de</strong> og<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij heeft lust aan <strong>de</strong><br />
zodanig<strong>en</strong>; of, Waar is <strong>de</strong> God van het oor<strong>de</strong>el?” Gods woord zegt: “Wee aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die<br />
het kwa<strong>de</strong> goed het<strong>en</strong> <strong>en</strong> het goe<strong>de</strong> kwaad; die duisternis tot licht stell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> licht tot<br />
duisternis.” M<strong>en</strong> laat <strong>de</strong> apostel<strong>en</strong>, door <strong>de</strong>ze leug<strong>en</strong>achtige geest<strong>en</strong> verpersoonlikt,<br />
teg<strong>en</strong>sprek<strong>en</strong>, wat ze door ingeving van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest geschrev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> ze op<br />
aar<strong>de</strong> war<strong>en</strong>. Ze ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like oorsprong van <strong>de</strong> Bijbel, brek<strong>en</strong> aldus het<br />
fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> hoop van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong> aan stukk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dov<strong>en</strong> het licht uit, dat <strong>de</strong> weg naar<br />
<strong>de</strong> hemel op<strong>en</strong>baart. Satan doet <strong>de</strong> wereld gelov<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Bijbel slechts e<strong>en</strong> verdichtsel is,<br />
of altans e<strong>en</strong> boek, dat geschikt was voor het m<strong>en</strong>sdom in zijn kindsheid, maar dat nu licht<br />
geacht, of als verou<strong>de</strong>rd ter zij<strong>de</strong> gelegd behoort te word<strong>en</strong>. En om <strong>de</strong> plaats van Gods<br />
woord in te nem<strong>en</strong>, sch<strong>en</strong>kt hij op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geest<strong>en</strong>.<br />
Hier is e<strong>en</strong> kanaal van invloed, dat geheel <strong>en</strong> al on<strong>de</strong>r zijn macht staat; door dit mid<strong>de</strong>l<br />
kan hij <strong>de</strong> wereld lat<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, wat hij wil. Het Boek, dat hem <strong>en</strong> zijn volgeling<strong>en</strong> zal<br />
veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, stelt hij in <strong>de</strong> schaduw, juist waar hij het hebb<strong>en</strong> wil; <strong>de</strong> Heiland van <strong>de</strong> wereld<br />
maakt hij uit niet meer te zijn dan e<strong>en</strong> gewoon m<strong>en</strong>s. En gelijk <strong>de</strong> Romeinse wacht, die het<br />
graf van Jezus bewaakte, het leug<strong>en</strong>achtig gerucht verspreid<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong><br />
ou<strong>de</strong>rling<strong>en</strong> hun in <strong>de</strong> mond hadd<strong>en</strong> gelegd om Zijn opstanding te looch<strong>en</strong><strong>en</strong>, zo tracht<strong>en</strong> zij,<br />
die in op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> van geest<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, het te do<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, alsof er niets<br />
won<strong>de</strong>rdadigs was in <strong>de</strong> omstandighed<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong> van onze Heiland. Na op die wijze<br />
getracht te hebb<strong>en</strong>, Jezus op <strong>de</strong> achtergrond te plaats<strong>en</strong>, vestig<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> aandacht op hun<br />
eig<strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>, dat die <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> van Christus verre te bov<strong>en</strong> gaan. Het is<br />
waar, dat het Spiritualisme tans zijn vorm aan het veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong> is, <strong>en</strong> met verberging van<br />
<strong>en</strong>kele van zijn meer afstotelike karaktertrekk<strong>en</strong> zich on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> Christelike schijn voordoet.<br />
Maar zijn uitsprak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kansel <strong>en</strong> uit <strong>de</strong> dagbladpers heeft het publiek bijna vijftig<br />
392
jar<strong>en</strong> v——r zich gehad, <strong>en</strong> daarin ligt zijn wez<strong>en</strong>like karakter geop<strong>en</strong>baard. Wat daarin<br />
geleerd is, kan niet ontk<strong>en</strong>d of verborg<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Zelfs in zijn teg<strong>en</strong>woordige vorm, verre van meer verdraagzaamheid waardig te zijn dan<br />
vroeger, is het in<strong>de</strong>rdaad gevaarliker, omdat het bedrog fijner is. Terwijl het vroeger<br />
Christus <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel verwierp, geeft het nu voor, die bei<strong>de</strong> aan te nem<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> Bijbel<br />
wordt verklaard op e<strong>en</strong> wijze, waarin het onwe<strong>de</strong>rgebor<strong>en</strong> hart behag<strong>en</strong> schept ; terwijl aan<br />
<strong>de</strong> ernstige hoofdwaarhed<strong>en</strong> ervan alle kracht ontnom<strong>en</strong> wordt. M<strong>en</strong> han<strong>de</strong>lt over <strong>de</strong> lief<strong>de</strong><br />
als <strong>de</strong> voornaamste karaktertrek Gods, maar verlaagt die tot e<strong>en</strong> zwakke overgevoeligheid,<br />
welke weinig on<strong>de</strong>rscheid maakt tuss<strong>en</strong> goed <strong>en</strong> kwaad. Gods rechtvaardigheid, Zijn<br />
veroor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>de</strong> eis van Zijn heilige wet, word<strong>en</strong> alle achter- gehoud<strong>en</strong>. Aan<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wordt geleerd, <strong>de</strong> Ti<strong>en</strong> Gebod<strong>en</strong> te beschouw<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> do<strong>de</strong> letter. Aang<strong>en</strong>ame,<br />
betover<strong>en</strong><strong>de</strong> fabel<strong>en</strong> boei<strong>en</strong> <strong>de</strong> zinn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> leid<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot verwerping van <strong>de</strong> Bijbel als<br />
het fondam<strong>en</strong>t van hun geloof. Christus wordt ev<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lik verlooch<strong>en</strong>d als vroeger; maar<br />
Satan heeft <strong>de</strong> og<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> z— verblind, dat het bedrog niet wordt ont<strong>de</strong>kt.<br />
Slechts weinig<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> juist begrip van <strong>de</strong> verleid<strong>en</strong><strong>de</strong> kracht van het Spiritualisme,<br />
<strong>en</strong> het gevaar van on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> invloed ervan te vall<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> er zich alle<strong>en</strong> me<strong>de</strong> af om<br />
hun nieuwsgierigheid te bevredig<strong>en</strong>. Ze gelov<strong>en</strong> er niet wez<strong>en</strong>lik in, <strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> met<br />
ontzetting terugschrikk<strong>en</strong> voor het d<strong>en</strong>kbeeld van zich aan <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> over te<br />
gev<strong>en</strong>. Maar ze wag<strong>en</strong> zich op verbod<strong>en</strong> grond, <strong>en</strong> <strong>de</strong> machtige verwoester oef<strong>en</strong>t zijn<br />
kracht over h<strong>en</strong> uit teg<strong>en</strong> hun wil. Laat h<strong>en</strong> er e<strong>en</strong>maal toe gebracht word<strong>en</strong> om hun<br />
verstand aan zijn leiding te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij houdt h<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>. Het is hun onmogelik<br />
om in eig<strong>en</strong> kracht zich los te rukk<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> omstr<strong>en</strong>gel<strong>en</strong><strong>de</strong>, verlokk<strong>en</strong><strong>de</strong> betovering. Alle<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> kracht Gods, in antwoord op het ernstig gebed <strong>de</strong>s geloofs geschonk<strong>en</strong>, kan <strong>de</strong>ze<br />
verstrikte ziel<strong>en</strong> redd<strong>en</strong>.<br />
Al dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke aan zondige karaktertrekk<strong>en</strong> toegev<strong>en</strong>, of moedwillig e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
zon<strong>de</strong> koester<strong>en</strong>, roep<strong>en</strong> <strong>de</strong> verleiding<strong>en</strong> van Satan over zich in. Ze scheid<strong>en</strong> zich van God<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> wak<strong>en</strong><strong>de</strong> zorg van Zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>; wanneer <strong>de</strong> boze met zijn verleiding<strong>en</strong> tot h<strong>en</strong> komt,<br />
vind<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> bescherming, <strong>en</strong> vall<strong>en</strong> hem gemakkelik t<strong>en</strong> prooi. Zij, die zich aldus aan<br />
zijn macht overgev<strong>en</strong>, beseff<strong>en</strong> weinig, waar hun han<strong>de</strong>lwijze h<strong>en</strong> toe voer<strong>en</strong> zal. Na hun<br />
on<strong>de</strong>rgang bewerkt te hebb<strong>en</strong>, zal <strong>de</strong> verlei<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> als zijn handlangers om<br />
an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> in het ver<strong>de</strong>rf te lokk<strong>en</strong>.<br />
De profeet Jesaja zegt: “Wanneer ze dan tot ulied<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>: Vraagt <strong>de</strong><br />
waarzeggers <strong>en</strong> duivelskunst<strong>en</strong>aars, die daar piep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> binn<strong>en</strong>smonds mompel<strong>en</strong>, zo zegt:<br />
Zal niet e<strong>en</strong> volk zijn God vrag<strong>en</strong>? Zal m<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> lev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong>? tot <strong>de</strong> wet<br />
<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong>is! zo ze niet sprek<strong>en</strong> naar dit woord, het zal zijn, dat ze ge<strong>en</strong> dageraad<br />
(licht) zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.” Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gewillig geweest war<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarheid aan te<br />
nem<strong>en</strong>, zo dui<strong>de</strong>lik in <strong>de</strong> Schrift verklaard, aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> natuur van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>,<br />
ze zoud<strong>en</strong> in <strong>de</strong> bewering<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> van het Spiritualisme <strong>de</strong> werking van Satan<br />
393
gezi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, in alle kracht <strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r leug<strong>en</strong>. Maar liever dan <strong>de</strong><br />
vrijheid op te gev<strong>en</strong>, die aan het vleselik hart zo aang<strong>en</strong>aam is, <strong>en</strong> <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> vaarwel te<br />
zegg<strong>en</strong>, die ze liefhebb<strong>en</strong>, sluit<strong>en</strong> schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hun og<strong>en</strong> voor het licht, ‘<strong>en</strong> gaan<br />
recht door, zon<strong>de</strong>r op waarschuwing<strong>en</strong> te lett<strong>en</strong>, terwijl Satan zijn strikk<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> spant, <strong>en</strong><br />
ze hem t<strong>en</strong> prooi word<strong>en</strong>. “Daarvoor, dat ze <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> waarheid niet aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong>, om zalig te word<strong>en</strong>, zal God hun z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kracht <strong>de</strong>r dwaling, dat ze <strong>de</strong> leug<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>.”<br />
Dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> leer van het Spiritualisme stell<strong>en</strong>, vall<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan, maar Satan <strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> strijd begonn<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> overhed<strong>en</strong>,<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> macht<strong>en</strong>, teg<strong>en</strong> boze geest<strong>en</strong> in hoge plaats<strong>en</strong>. Satan zal ge<strong>en</strong> voet van zijn grond<br />
opgev<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij hij terug- gedrev<strong>en</strong> wordt door <strong>de</strong> macht van hemelse boodschappers. Gods<br />
volk behoor<strong>de</strong> in staat te zijn, hem te ontmoet<strong>en</strong>, gelijk onze Zaligmaker <strong>de</strong>ed, met <strong>de</strong><br />
woord<strong>en</strong>: “Er staat geschrev<strong>en</strong>.” Satan kan nu <strong>de</strong> Schrift ev<strong>en</strong> goed aanhal<strong>en</strong> als in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong><br />
van Christus, <strong>en</strong> zal <strong>de</strong> leer ervan verdraai<strong>en</strong> om zijn bedriegerij<strong>en</strong> te stav<strong>en</strong>. Wie in <strong>de</strong>ze<br />
tijd van gevaar staan<strong>de</strong> w<strong>en</strong>st te blijv<strong>en</strong>, moet voor zichzelf het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong><br />
verstaan. Vel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> het hoofd moet<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> aan geest<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong>, die gelief<strong>de</strong><br />
betrekking<strong>en</strong> of vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong> voorstell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gevaarlikste ketterij<strong>en</strong> verkondig<strong>en</strong>. Deze<br />
bezoekers zull<strong>en</strong> ons te<strong>de</strong>rst me<strong>de</strong>gevoel gaan<strong>de</strong> mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> do<strong>en</strong> om wat ze<br />
voorw<strong>en</strong>d<strong>en</strong> 1Jes. 8:19, 20 ; 22 Thess. 2:10, 11. te stav<strong>en</strong>. We moet<strong>en</strong> klaar staan om h<strong>en</strong> te<br />
ontmoet<strong>en</strong> met <strong>de</strong> bijbelse waarheid, dat <strong>de</strong> dod<strong>en</strong> niet met al wet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat zij, die aldus<br />
verschijn<strong>en</strong>, geest<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong> zijn.<br />
Vlak v——r ons ligt “<strong>de</strong> ure <strong>de</strong>r verzoeking, die over <strong>de</strong> gehele wereld kom<strong>en</strong> zal, om te<br />
verzoek<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>.” Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, wier geloof niet hecht gegrond staat op het<br />
woord Gods, zull<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong> <strong>en</strong> overwonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Satan “werkt in alle verleiding <strong>de</strong>r<br />
onrechtvaardigheid,” om macht over <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong>r m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te erlang<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zijn<br />
bedriegerij<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> steeds to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Doch hij kan zijn doel alle<strong>en</strong> dan bereik<strong>en</strong>, wanneer<br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich vrijwillig aan zijn verleiding<strong>en</strong> overgev<strong>en</strong>. Zij, die ernstig naar k<strong>en</strong>nis van<br />
<strong>de</strong> waarheid zoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun ziel<strong>en</strong> door gehoorzaamheid tracht<strong>en</strong> te reinig<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong>, zich<br />
aldus naar hun beste vermog<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> strijd toebereid<strong>en</strong><strong>de</strong>, e<strong>en</strong> zekere bescherming vind<strong>en</strong><br />
in <strong>de</strong> God <strong>de</strong>r waarheid. “Omdat gij het woord van Mijn lijdzaamheid bewaard hebt, zo zal<br />
Ik ook u be-war<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ure <strong>de</strong>r verzoeking,“ heeft <strong>de</strong> Heiland beloofd. Hij zal eer<strong>de</strong>r ie<strong>de</strong>re<br />
<strong>en</strong>gel uit <strong>de</strong> hemel z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om Zijn volk te bescherm<strong>en</strong>, dan dat Hij één ziel, die op Hem<br />
vertrouwt, door Satan zou lat<strong>en</strong> overwinn<strong>en</strong>.<br />
De profeet Jesaja toont <strong>de</strong> vreselike misleiding aan, die over <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> zal,<br />
<strong>en</strong> waardoor ze zich veilig zull<strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> Gods: “We hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verbond<br />
met <strong>de</strong> dood gemaakt, <strong>en</strong> met <strong>de</strong> hel hebb<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> voorzichtig verdrag gemaakt; wanneer<br />
<strong>de</strong> overvloei<strong>en</strong><strong>de</strong> gesel doortrekk<strong>en</strong> zal, zal hij tot ons niet kom<strong>en</strong>; want we hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
leug<strong>en</strong> ons tot e<strong>en</strong> toevlucht gesteld, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> valsheid hebb<strong>en</strong> we ons verborg<strong>en</strong>.” On<strong>de</strong>r<br />
<strong>de</strong> klasse, welke hier omschrev<strong>en</strong> wordt, zijn zij begrep<strong>en</strong>, die zich in hun stijfhoofdige<br />
394
onboetvaardigheid troost<strong>en</strong> met <strong>de</strong> verzekering, dat er ge<strong>en</strong> straf is voor <strong>de</strong> zondaar; dat <strong>de</strong><br />
gehele m<strong>en</strong>sheid, hoe verdorv<strong>en</strong> ook, <strong>de</strong> hemel zal binn<strong>en</strong>gaan, <strong>en</strong> aan <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> Gods<br />
gelijk word<strong>en</strong>. Maar nog beslister mak<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong> verbond met <strong>de</strong> dood <strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorzichtig<br />
verdrag met <strong>de</strong> hel, die <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> Hemel geop<strong>en</strong>baard heeft tot<br />
bescherming van <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ure van het gevaar, <strong>en</strong> die zich van <strong>de</strong> toevlucht<br />
<strong>de</strong>r leug<strong>en</strong> bedi<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke Satan in plaats daarvan aanbiedt,— <strong>de</strong> misleid<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
voorw<strong>en</strong>dsel<strong>en</strong> van het Spiritualisme.<br />
Onuitsprekelik verwon<strong>de</strong>rlik is <strong>de</strong> blindheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van dit geslacht. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
verwerp<strong>en</strong> Gods woord als onwaardig om er geloof aan te slaan, <strong>en</strong> nem<strong>en</strong> met gretig<br />
vertrouw<strong>en</strong> <strong>de</strong> bedriegerij<strong>en</strong> van Satan aan. Twijfelaars <strong>en</strong> spotters veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
bijgelovigheid van h<strong>en</strong>, die strijd<strong>en</strong> voor het geloof van <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
vermak<strong>en</strong> zich met <strong>de</strong> plechtige verklaring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift belachelik te mak<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
Christus, het verlossingsplan, <strong>en</strong> <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rvergelding, welke h<strong>en</strong> treff<strong>en</strong> zal, die <strong>de</strong> waarheid<br />
verwerp<strong>en</strong>. Ze gev<strong>en</strong> voor, diep me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong> te gevoel<strong>en</strong> met gemoe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die zo bekromp<strong>en</strong>,<br />
zwak <strong>en</strong> bijgelovig zijn, dat ze <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> Gods erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> vereist<strong>en</strong> van Zijn wet<br />
gehoorzam<strong>en</strong>. Ze legg<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> grote verzekering aan <strong>de</strong> dag, alsof ze waarlik e<strong>en</strong> verbond<br />
met <strong>de</strong> dood, <strong>en</strong> met <strong>de</strong> hel e<strong>en</strong> voorzichtig verdrag gemaakt hadd<strong>en</strong> — of ze e<strong>en</strong> onoverkomelike,<br />
ondoordringbare beschutting tuss<strong>en</strong> zichzelv<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> wraak Gods hadd<strong>en</strong><br />
opgetrokk<strong>en</strong>. Niets kan hun vrees gaan<strong>de</strong> mak<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> zich z— volkom<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
verlei<strong>de</strong>r overgegev<strong>en</strong>, zich z— nauw met hem verbond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn z— <strong>de</strong>gelik doordrong<strong>en</strong><br />
van zijn geest,dat ze macht noch lust hebb<strong>en</strong> om zich uit zijn strikk<strong>en</strong> los te rukk<strong>en</strong>.<br />
Satan heeft zich lange tijd voorbereid op zijn laatste poging om <strong>de</strong> wereld te verleid<strong>en</strong>.<br />
Het fondam<strong>en</strong>t van zijn werk werd gelegd met <strong>de</strong> verzekering, die in het paradijs aan Eva<br />
gegev<strong>en</strong> werd: “Gijlied<strong>en</strong> zult <strong>de</strong> dood niet sterv<strong>en</strong>.” “T<strong>en</strong> dage als ge daarvan eet, zo zull<strong>en</strong><br />
uw og<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge zult als God wez<strong>en</strong>, k<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong> het goed <strong>en</strong> het kwaad.”<br />
Langzamerhand heeft hij <strong>de</strong> weg gebaand voor zijn meesterstuk van misleiding, door <strong>de</strong> ontwikkeling<br />
van het Spiritualisme. De volkom<strong>en</strong> uitwerking van zijn plann<strong>en</strong> heeft hij nog<br />
niet bereikt; maar hij zal er toe kom<strong>en</strong> in het allerlaatste van <strong>de</strong> tijd. De profeet zegt: “En ik<br />
zag . . . drie onreine geest<strong>en</strong> gaan, aan vors<strong>en</strong> gelijk; het zijn geest<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze<br />
do<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke uitgaan tot <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele wereld, om die te<br />
verga<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> krijg van die grote dag van <strong>de</strong> almachtige God.” Behalve <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in<br />
<strong>de</strong> kracht Gods door geloof aan Zijn woord word<strong>en</strong> staan<strong>de</strong> gehoud<strong>en</strong>, zal <strong>de</strong> gehele wereld<br />
in <strong>de</strong> gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze misleiding opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> word<strong>en</strong> snel in e<strong>en</strong><br />
noodlottige zekerheid gesust, waaruit ze eerst zull<strong>en</strong> ontwak<strong>en</strong> door het uitgiet<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
toorn Gods.<br />
De Heer God zegt: “En Ik zal het gericht stell<strong>en</strong> naar het richtsnoer, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gerechtigheid<br />
naar het paslood; <strong>en</strong> <strong>de</strong> hagel zal <strong>de</strong> toevlucht van <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> wegvag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> water<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> schuilplaats overlop<strong>en</strong>. En ulie<strong>de</strong>r verbond met <strong>de</strong> dood zal te niet word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> uw<br />
395
voorzichtig verdrag met <strong>de</strong> hel zal niet bestaan; wanneer <strong>de</strong> overvloei<strong>en</strong><strong>de</strong> gesel doortrekk<strong>en</strong><br />
zal, dan zult gijlied<strong>en</strong> van <strong>de</strong>zelve vertred<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.”<br />
396
Hoofdstuk 35 — Gewet<strong>en</strong>svrijheid<br />
Het Romanisme wordt tans door <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> veel gunstiger beschouwd dan in vorige<br />
jar<strong>en</strong>. In die land<strong>en</strong>, waar het Katholicisme ge<strong>en</strong> overweg<strong>en</strong><strong>de</strong> invloed heeft, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
pausgezind<strong>en</strong> op vre<strong>de</strong>liev<strong>en</strong><strong>de</strong> wijze macht zoek<strong>en</strong> te verkrijg<strong>en</strong>, heerst er to<strong>en</strong>em<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
onverschilligheid aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> leerstelling<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> hervorm<strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pauselike<br />
priesterregering scheid<strong>en</strong>; <strong>de</strong> m<strong>en</strong>ing wint veld, dat we toch eig<strong>en</strong>lik op punt<strong>en</strong> van<br />
gewicht niet zo zeer verschill<strong>en</strong> als wel veron<strong>de</strong>rsteld is geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> weinig<br />
toegeeflikheid van onze kant ons tot e<strong>en</strong> betere verstandhouding met Rome zal br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Er<br />
was e<strong>en</strong>maal e<strong>en</strong> tijd, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> <strong>de</strong> vrijheid van het gewet<strong>en</strong>, die zo duur gekocht<br />
is, op hoger prijs steld<strong>en</strong>. Ze leerd<strong>en</strong> hun kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> het pausdom verafschuw<strong>en</strong>, <strong>en</strong> geloofd<strong>en</strong>,<br />
dat het ontrouw aan God zou zijn, om e<strong>en</strong>sgezindheid met Rome te zoek<strong>en</strong>. Maar hoe zeer<br />
verschill<strong>en</strong>d zijn <strong>de</strong> gevoel<strong>en</strong>s, waaraan tans uitdrukking gegev<strong>en</strong> wordt.<br />
De ver<strong>de</strong>digers van het pausdom verklar<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> kerk verongelijkt is, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Protestantse wereld is g<strong>en</strong>eigd om <strong>de</strong> verklaring aan te nem<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong>, dat het<br />
onrechtvaardig is om <strong>de</strong> kerk van <strong>de</strong>ze tijd te beoor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> afschuwelikhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
dwaashed<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong> regering ervan gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> van onwet<strong>en</strong>dheid <strong>en</strong> duisternis<br />
hebb<strong>en</strong> gek<strong>en</strong>merkt. Ze verontschuldig<strong>en</strong> <strong>de</strong> gruwelike wreedheid ervan als het gevolg van<br />
<strong>de</strong> barbaarsheid van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> pleit<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> hed<strong>en</strong>daagse beschaving <strong>de</strong><br />
gevoel<strong>en</strong>s ervan gewijzigd heeft. Hebb<strong>en</strong> die person<strong>en</strong> <strong>de</strong> aanspraak op onfeilbaarheid<br />
verget<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong>ze trotse macht acht hon<strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> lang gemaakt heeft? Verre van <strong>de</strong>ze<br />
aanspraak opgegev<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, is hij in <strong>de</strong> neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw met groter beslistheid dan<br />
ooit bevestigd. Wanneer Rome beweert, dat het “nooit gedwaald heeft, <strong>en</strong>, naar luid van <strong>de</strong><br />
Schrift, nimmer kan dwal<strong>en</strong>,“ hoe kan het dan <strong>de</strong> beginsel<strong>en</strong> looch<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zijn<br />
han<strong>de</strong>lwijze in vervlog<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> heeft bestuurd?<br />
De pauselike kerk zal zijn aanspraak op onfeilbaarheid nimmer lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>. Al wat hij<br />
gedaan heeft tot vervolging van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zijn leerstelling<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong>, oor<strong>de</strong>elt hij goed<br />
geweest te zijn; <strong>en</strong> zou hij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> maatregel<strong>en</strong> niet weer toepass<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> geleg<strong>en</strong>heid<br />
er zich toe voor<strong>de</strong>ed? Laat <strong>de</strong> band<strong>en</strong>, die wereldlike regering<strong>en</strong> hem nu aanlegg<strong>en</strong>,<br />
wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Rome weer tot zijn vroegere macht hersteld word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> spoedig zal er e<strong>en</strong><br />
herleving van zijn tirannie <strong>en</strong> vervolging zijn. E<strong>en</strong> welbek<strong>en</strong>d schrijver spreekt over <strong>de</strong><br />
houding van <strong>de</strong> pauselike priesterheerschappij, wat vrijheid van gewet<strong>en</strong> betreft, <strong>en</strong> over <strong>de</strong><br />
gevar<strong>en</strong>, welke in het biezon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> bedreig<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge van het<br />
welslag<strong>en</strong> van zijn politiek, aldus:—<br />
“Vel<strong>en</strong> zijn g<strong>en</strong>eigd om alle vrees voor het Rooms Katholicisme in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong><br />
toe te schrijv<strong>en</strong> aan bijge-lovigheid of kin<strong>de</strong>rachtigheid. De zodanig<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> niets in het<br />
karakter <strong>en</strong> <strong>de</strong> houding van het Romanisme, dat zich teg<strong>en</strong> onze vrije instelling<strong>en</strong> kant, <strong>en</strong><br />
bespeur<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ongunstige voortek<strong>en</strong><strong>en</strong> in <strong>de</strong> groei ervan. Laat ons daarom eerst <strong>en</strong>ige van<br />
397
<strong>de</strong> grondregels van ons goevernem<strong>en</strong>t met die van <strong>de</strong> Katholieke Kerk vergelijk<strong>en</strong>. “De<br />
grondwet van <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> waarborgt vrijheid van gewet<strong>en</strong>. Niets is dierbaar<strong>de</strong>r, of<br />
staat vaster gegrond. Paus Pius IX zegt in zijn Z<strong>en</strong>dbrief van 15 Augustus 1854: ‘De dwaze<br />
<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> lering<strong>en</strong> of wei razernij<strong>en</strong> ter ver<strong>de</strong>diging van gewet<strong>en</strong>svrijheid zijn e<strong>en</strong> uiterst<br />
ver<strong>de</strong>rflike dwaling — e<strong>en</strong> pest, die bov<strong>en</strong> alle an<strong>de</strong>re het meest te vrez<strong>en</strong> is in e<strong>en</strong> staat.’<br />
Dezelf<strong>de</strong> paus sprak in zijn Z<strong>en</strong>dbrief van 8 Desember 1864 <strong>de</strong> banvloek uit over ‘die zich<br />
vrijheid van gewet<strong>en</strong> <strong>en</strong> van godsdi<strong>en</strong>stige eredi<strong>en</strong>st aanmatig<strong>en</strong>,’ <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s over ‘al<br />
<strong>de</strong>zulk<strong>en</strong>, die bewer<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Kerk ge<strong>en</strong> geweld mag gebruik<strong>en</strong>.’<br />
“De vreedzame toon, die Rome in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> aanslaat, betek<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong><br />
veran<strong>de</strong>ring van hart. Rome is verdraagzaam, waar het hulpeloos is. Bisschop O’Connor<br />
zegt: ‘Godsdi<strong>en</strong>stvrijheid wordt e<strong>en</strong>voudig verdrag<strong>en</strong>, totdat het teg<strong>en</strong>overgestel<strong>de</strong><br />
uitvoerbaar is, zon<strong>de</strong>r gevaar voor <strong>de</strong> Katholieke wereld!’ . . . De aartsbisschop van St.<br />
Louis zei e<strong>en</strong>maal: ‘Ketterij <strong>en</strong> ongeloof zijn misdad<strong>en</strong>; <strong>en</strong> in Christelike land<strong>en</strong>, als Italië<br />
<strong>en</strong> Spanje, bij voorbeeld, waar het gehele volk Katholiek is, <strong>en</strong> waar <strong>de</strong> Katholieke<br />
godsdi<strong>en</strong>st e<strong>en</strong> noodw<strong>en</strong>dig <strong>de</strong>el uitmaakt van <strong>de</strong> landswet, word<strong>en</strong> ze als an<strong>de</strong>re misdad<strong>en</strong><br />
gestraft.’ . . .<br />
“Ie<strong>de</strong>re kardinaal, aartsbisschop <strong>en</strong> bisschop in <strong>de</strong> Katholieke Kerk legt e<strong>en</strong> eed van<br />
trouw aan <strong>de</strong> paus af, waarin <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> woord<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>: ‘Ketters, scheurmakers, <strong>en</strong><br />
opstan<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> onze gemel<strong>de</strong> heer (<strong>de</strong> paus), of zijn voornoem<strong>de</strong> opvolgers, zal ik<br />
met al mijn vermog<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong> <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>staan.’” Het is waar, dat er ware Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn in<br />
<strong>de</strong> Rooms Katholieke Kerk. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> behor<strong>en</strong> ertoe, die God di<strong>en</strong><strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s het beste<br />
licht, dat ze bezitt<strong>en</strong>. Hun wordt ge<strong>en</strong> toegang tot Zijn woord gegund, <strong>en</strong> dus kunn<strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
waarheid niet on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> nooit het verschil gezi<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
hartedi<strong>en</strong>st <strong>en</strong> e<strong>en</strong> stelsel van <strong>en</strong>kel vorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> ceremonieën. God ziet met me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
te<strong>de</strong>rheid op <strong>de</strong>ze ziel<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>r, die opgevoed zijn in e<strong>en</strong> geloof, dat misleid<strong>en</strong>d <strong>en</strong><br />
onbevredig<strong>en</strong>d is. Hij zal stral<strong>en</strong> licht do<strong>en</strong> dring<strong>en</strong> door <strong>de</strong> dichte duisternis, welke h<strong>en</strong><br />
omringt. Hij zal <strong>de</strong> waarheid, gelijk die in Jezus is, aan h<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zich<br />
nog aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van Zijn volk stell<strong>en</strong>.<br />
Het Romanisme echter is, als e<strong>en</strong> stelsel, tans niet meer in overe<strong>en</strong>stemming met het<br />
evangelie van Christus, dan in <strong>de</strong> vroegere tijdperk<strong>en</strong> van zijn geschied<strong>en</strong>is. De Protestantse<br />
kerk<strong>en</strong> verker<strong>en</strong> in grote duisternis, an<strong>de</strong>rs zoud<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>. De bedoeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> wijze van werk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Roomse Kerk zijn verreik<strong>en</strong>d.<br />
Hij gebruikt allerlei plann<strong>en</strong> om zijn invloed uit te breid<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn macht te vergrot<strong>en</strong>, t<strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong> zich voor te bereid<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> zware <strong>en</strong> hardnekkige strijd om <strong>de</strong> heerschappij over <strong>de</strong><br />
wereld te herwinn<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vervolging we<strong>de</strong>r in te voer<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alles ongedaan te mak<strong>en</strong>, wat het<br />
Protestantisme gedaan heeft. Het Katholicisme wint aan alle zijd<strong>en</strong> veld. M<strong>en</strong> be-hoeft<br />
slechts het to<strong>en</strong>em<strong>en</strong><strong>de</strong> aantal van zijn kerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> kapell<strong>en</strong> in Protestantse land<strong>en</strong> na te gaan.<br />
M<strong>en</strong> behoeft er slechts op te lett<strong>en</strong>, hoe zeer zijn hogere schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> semi- narieën in<br />
<strong>Amerika</strong> in <strong>de</strong> gunst staan, <strong>en</strong> hoe algeme<strong>en</strong> ze door Protestant<strong>en</strong> bezocht word<strong>en</strong>. M<strong>en</strong><br />
398
ehoeft slechts <strong>de</strong> groei van het Spiritualisme in Engeland op te lett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoe vel<strong>en</strong> er tot <strong>de</strong><br />
gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Katholiek<strong>en</strong> overgaan. Deze ding<strong>en</strong> behoord<strong>en</strong> <strong>de</strong> bezorgdheid op te<br />
wekk<strong>en</strong> van all<strong>en</strong>, die prijs stell<strong>en</strong> op <strong>de</strong> zuivere beginsel<strong>en</strong> van het evangelie.<br />
De Protestant<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> zich met het pausdom ingelat<strong>en</strong> <strong>en</strong> het begunstigd; ze hebb<strong>en</strong><br />
overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> <strong>en</strong> to<strong>en</strong>a<strong>de</strong>ring betoond, welke <strong>de</strong> pauselik<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> verwon<strong>de</strong>rd<br />
zijn geweest te zi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> verstaan. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> <strong>de</strong> og<strong>en</strong> voor het<br />
ware karakter van het Romanisme, <strong>en</strong> <strong>de</strong> gevar<strong>en</strong>, die van zijn oppermacht te ducht<strong>en</strong> zijn.<br />
Het volk moet wakker geschud word<strong>en</strong> om <strong>de</strong> vooruitgang van <strong>de</strong>ze allergevaarlikste vijand<br />
van <strong>de</strong> burgerlike <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige vrijheid te weerstaan.<br />
Vele Protestant<strong>en</strong> verbeeld<strong>en</strong> zich, dat <strong>de</strong> Katholieke godsdi<strong>en</strong>st niet aantrekkelik is, <strong>en</strong><br />
dat die wijze van eredi<strong>en</strong>st alle<strong>en</strong> bestaat uit vervel<strong>en</strong><strong>de</strong> ceremonieën zon<strong>de</strong>r betek<strong>en</strong>is.<br />
Hierin vergiss<strong>en</strong> ze zich. Het Romanisme grondt zich wel op misleiding, maar is ge<strong>en</strong> grof<br />
of stot<strong>en</strong>d bedrog. De eredi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> Roomse Kerk is uiterst indrukwekk<strong>en</strong>d. De vertoning<br />
van pracht <strong>en</strong> plechtige kerkelike gebruik<strong>en</strong> boeit <strong>de</strong> zinn<strong>en</strong> van het volk, <strong>en</strong> br<strong>en</strong>gt <strong>de</strong> stem<br />
van re<strong>de</strong> <strong>en</strong> gewet<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong>. Het oog wordt bekoord. Prachtige kerk<strong>en</strong>,<br />
indrukwekk<strong>en</strong><strong>de</strong> optocht<strong>en</strong>, goud<strong>en</strong> altar<strong>en</strong>, juwel<strong>en</strong> relikwiekastjes, uitgezochte<br />
schil<strong>de</strong>rij<strong>en</strong> <strong>en</strong> fijn beeldwerk bekor<strong>en</strong> het schoonheidsgevoel. Ook het oor wordt gestreeld.<br />
De muziek is onovertroff<strong>en</strong>. De zwell<strong>en</strong><strong>de</strong> ton<strong>en</strong> van het volle orgel, sam<strong>en</strong>smelt<strong>en</strong>d met <strong>de</strong><br />
melodie van vele stemm<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> hoge koepels <strong>en</strong> zuilegalerij<strong>en</strong> van <strong>de</strong> grootse kathedral<strong>en</strong><br />
vervull<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> niet an<strong>de</strong>rs dan het hart aangrijp<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> gevoel van ontzag <strong>en</strong> eerbied.<br />
Deze uitw<strong>en</strong>dige pracht, praal <strong>en</strong> ceremonie, die slechts <strong>de</strong> spot drijft met <strong>de</strong> verlang<strong>en</strong>s<br />
van e<strong>en</strong> ziel, die moe<strong>de</strong> is van <strong>de</strong> last van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, is e<strong>en</strong> bewijs van inw<strong>en</strong>dig ver<strong>de</strong>rf. De<br />
godsdi<strong>en</strong>st van Christus behoeft zodanige bekoring<strong>en</strong> niet tot aanbeveling. In het licht, dat<br />
van het kruis afschijnt, vertoont zich het ware Christ<strong>en</strong>dom z— rein <strong>en</strong> liefelik, dat ge<strong>en</strong><br />
uitw<strong>en</strong>dige versiering<strong>en</strong> <strong>de</strong> wez<strong>en</strong>like waar<strong>de</strong> ervan kunn<strong>en</strong> verhog<strong>en</strong>. Het is <strong>de</strong> schoonheid<br />
<strong>de</strong>r heiligheid, e<strong>en</strong> zachtmoedige <strong>en</strong> stille geest, die waar<strong>de</strong> heeft bij God. Schitter<strong>en</strong><strong>de</strong> stijl<br />
is niet noodzakelik e<strong>en</strong> waarborg van reine <strong>en</strong> hoge gedacht<strong>en</strong>. Verhev<strong>en</strong> opvatting van<br />
kunst <strong>en</strong> fijne beschaving van <strong>de</strong> smaak kom<strong>en</strong> dikwels voor bij h<strong>en</strong>, die aards <strong>en</strong> zinnelik<br />
zijn. Ze word<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igmaal door Satan gebruikt om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> behoeft<strong>en</strong> van hun ziel te<br />
do<strong>en</strong> verget<strong>en</strong>, het toekomstige, eeuwige lev<strong>en</strong> uit het oog te do<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong>, zich te do<strong>en</strong><br />
afker<strong>en</strong> van hun oneindige Helper, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> slechts voor <strong>de</strong>ze wereld te do<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>st, die in uiterlikhed<strong>en</strong> bestaat, is aantrek- kelik voor het onwe<strong>de</strong>rgebor<strong>en</strong><br />
hart. De pracht <strong>en</strong> ceremonie van <strong>de</strong> Katholieke eredi<strong>en</strong>st heeft e<strong>en</strong> wegslep<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
betover<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, waardoor vel<strong>en</strong> verleid word<strong>en</strong>; ze beginn<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomse Kerk te<br />
beschouw<strong>en</strong> als <strong>de</strong> eig<strong>en</strong>like hemelpoort. Alle<strong>en</strong> zij, die hun voet<strong>en</strong> onbeweeglik geplaatst<br />
hebb<strong>en</strong> op het fondam<strong>en</strong>t van <strong>de</strong> waarheid, <strong>en</strong> wier hart<strong>en</strong> vernieuwd zijn door Gods Geest,<br />
zijn teg<strong>en</strong> zijn invloed bestand. Dui- z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die Christus niet bij on<strong>de</strong>rvinding k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />
399
zull<strong>en</strong> er toe geleid word<strong>en</strong>, uiterlike vorm<strong>en</strong> van godzaligheid zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kracht te<br />
aanvaard<strong>en</strong>. Zulk e<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>st is juist, wat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igte verlangt.<br />
De aanspraak van <strong>de</strong> kerk op het recht om vergiff<strong>en</strong>is van zon<strong>de</strong> te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, doet <strong>de</strong><br />
Roomsgezin<strong>de</strong> vrijheid gevoel<strong>en</strong> om te zondig<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> instelling van <strong>de</strong> biecht, zon<strong>de</strong>r<br />
welke ge<strong>en</strong> vergeving door <strong>de</strong> kerk toegestaan wordt, strekt er ev<strong>en</strong>zeer toe, om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in<br />
het kwaad te stijv<strong>en</strong>. Wie voor e<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s ne<strong>de</strong>rknielt, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> biecht <strong>de</strong> geheime<br />
gedacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlegging<strong>en</strong> van zijn hart op<strong>en</strong>legt, verlaagt zijn m<strong>en</strong>selikheid, <strong>en</strong> onteert<br />
ie<strong>de</strong>re e<strong>de</strong>le drijfveer van zijn ziel. Door <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van zijn lev<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> priester,— e<strong>en</strong><br />
dwal<strong>en</strong><strong>de</strong>, zondige sterveling, <strong>en</strong> maar ai te dikwels iemand, door wijn <strong>en</strong> losbandigheid<br />
verlaagd,— op<strong>en</strong> te legg<strong>en</strong>, valt zijn standaard van karakter, <strong>en</strong> wordt hij di<strong>en</strong>t<strong>en</strong>gevolge<br />
verontreinigd. Zijn voorstelling van God wordt verne<strong>de</strong>rd tot <strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> gevall<strong>en</strong><br />
m<strong>en</strong>sheid; want <strong>de</strong> priester staat daar als e<strong>en</strong> verteg<strong>en</strong>woordiger Gods. Dit verlag<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
belijd<strong>en</strong>is do<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s aan m<strong>en</strong>s is <strong>de</strong> geheime bron, waaruit veel van het kwaad<br />
voortgevloeid is, dat <strong>de</strong> wereld verontreinigt, <strong>en</strong> toebereidt voor zijn on<strong>de</strong>rgang. En toch is<br />
het aang<strong>en</strong>amer voor hem, die gaarne aan zichzelf toegeeft, aan e<strong>en</strong> me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s zijn schuld<br />
te belijd<strong>en</strong>, dan <strong>de</strong> ziel op<strong>en</strong> te legg<strong>en</strong> voor God. Het ligt in <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike aard, liever boete<br />
te do<strong>en</strong>, dan zon<strong>de</strong> te verzak<strong>en</strong>; het is ge- makkeliker om het vlees te pijnig<strong>en</strong> met zakk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
netel<strong>en</strong> <strong>en</strong> smart<strong>en</strong><strong>de</strong> ket<strong>en</strong><strong>en</strong>, dan vleselike lust<strong>en</strong> te kruisig<strong>en</strong>. Zwaar is het juk, dat het<br />
vleselike hart gewillig draagt, liever dan zich te buig<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het juk van Christus.<br />
Er bestaat e<strong>en</strong> treff<strong>en</strong><strong>de</strong> gelijk<strong>en</strong>is tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> Kerk van Rome <strong>en</strong> <strong>de</strong> Joodse kerk t<strong>en</strong> tij<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> eerste komst van Christus. Terwijl <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> heimelik ie<strong>de</strong>r beginsel van Gods wet<br />
vertrad<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> ze uiterlik stipt in het nakom<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> ervan, <strong>en</strong><br />
verzwaard<strong>en</strong> <strong>de</strong> wet met bepaling<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong>, die gehoorzaamheid pijnlik <strong>en</strong> lastig<br />
maakt<strong>en</strong>. Gelijk <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> beled<strong>en</strong>, <strong>de</strong> wet te er<strong>en</strong>, zo bewer<strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomsgezind<strong>en</strong>, dat ze<br />
het kruis eerbiedig<strong>en</strong>. Ze verhog<strong>en</strong> het symbool van het lijd<strong>en</strong> van Christus, terwijl ze in hun<br />
lev<strong>en</strong> Hem verlooch<strong>en</strong><strong>en</strong>, die door dat symbool wordt voorgesteld.<br />
De Pauselik<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> kruis<strong>en</strong> op hun kerk<strong>en</strong>, hun altar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Overal ziet<br />
m<strong>en</strong> het tek<strong>en</strong> van het kruis. Overal wordt het uiterlik geëerd <strong>en</strong> in waar<strong>de</strong> gehoud<strong>en</strong>. Maar<br />
wat Christus geleerd heeft, wordt begrav<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> massa overlevering<strong>en</strong>, die niets<br />
betek<strong>en</strong><strong>en</strong>, valse verklaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge eis<strong>en</strong>. De woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Heiland betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
bijgelovige Jod<strong>en</strong> zijn met nog meer kracht van toepassing op <strong>de</strong> Roomse leidslied<strong>en</strong>:<br />
“Want ze bind<strong>en</strong> last<strong>en</strong>, die zwaar zijn <strong>en</strong> kwalik om te drag<strong>en</strong>, <strong>en</strong> legg<strong>en</strong> ze op <strong>de</strong><br />
schou<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; maar ze will<strong>en</strong> die met hun vinger niet verroer<strong>en</strong>.” Bekommer<strong>de</strong><br />
ziel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in voortdur<strong>en</strong><strong>de</strong> angst gehoud<strong>en</strong>, vrez<strong>en</strong><strong>de</strong> voor <strong>de</strong> toorn van e<strong>en</strong> beledig<strong>de</strong><br />
God, terwijl vele van <strong>de</strong> hoge geestelik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk in weel<strong>de</strong> <strong>en</strong> zinsg<strong>en</strong>ot lev<strong>en</strong>.<br />
De di<strong>en</strong>st van beeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> relikwieën, het aanroep<strong>en</strong> van heilig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> verheffing van <strong>de</strong><br />
paus, zijn instelling<strong>en</strong> van Satan, om <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> af te trekk<strong>en</strong> van God <strong>en</strong> Zijn<br />
Zoon. Om hun on<strong>de</strong>rgang te bewerk<strong>en</strong>, tracht hij hun aandacht af te trekk<strong>en</strong> van Hem, door<br />
400
Wie alle<strong>en</strong> zij zaligheid kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>. Hij bepaalt h<strong>en</strong> bij allerlei voorwerp<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong><br />
plaats gesteld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van Hem, die gezegd heeft: “Komt herwaarts tot Mij, all<strong>en</strong>,<br />
die vermoeid <strong>en</strong> belast zijt, <strong>en</strong> Ik zal u ruste gev<strong>en</strong>.”<br />
Satan tracht voortdur<strong>en</strong>d e<strong>en</strong> verkeer<strong>de</strong> voorstelling te gev<strong>en</strong> van Gods karakter, van <strong>de</strong><br />
aard van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> van wat er wez<strong>en</strong>lik op het spel staat in <strong>de</strong> grote strijd. Zijn valse<br />
red<strong>en</strong>ering vermin<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> verplichting, die <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet oplegt, <strong>en</strong> geeft <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
vrijheid om te zondig<strong>en</strong>. Tegelijkertijd leidt hij er h<strong>en</strong> toe om valse opvatting<strong>en</strong> van God te<br />
koester<strong>en</strong>, zodat ze Hem eer<strong>de</strong>r met angst <strong>en</strong> haat beschouw<strong>en</strong>, dan met lief<strong>de</strong>. De<br />
wreedheid van zijn eig<strong>en</strong> karakter wordt aan <strong>de</strong> Schepper toegeschrev<strong>en</strong>; belichaamt zich in<br />
godsdi<strong>en</strong>stige stelsels, <strong>en</strong> vindt uitdrukking in wijz<strong>en</strong> van aanbidding. Op die manier wordt<br />
het verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verblind, <strong>en</strong> verzekert Satan zich van h<strong>en</strong> als zijn handlangers<br />
om krijg te voer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> God. Door verdraai<strong>de</strong> opvatting<strong>en</strong> van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like<br />
eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> zijn heid<strong>en</strong>se volk<strong>en</strong> ertoe gebracht, te gelov<strong>en</strong>, dat er m<strong>en</strong>seoffers nodig<br />
war<strong>en</strong> om zich van <strong>de</strong> gunst van <strong>de</strong> Godheid te verzeker<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vreselike wreedhed<strong>en</strong> zijn er<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> van afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>st gepleegd.<br />
De Rooms Katholieke Kerk, die <strong>de</strong> vorm<strong>en</strong> van heid<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> Christ<strong>en</strong>dom verbindt, <strong>en</strong><br />
die, gelijk het heid<strong>en</strong>dom, het karakter van God verkeerd voorstelt, heeft zijn toevlucht<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong>, welke niet min<strong>de</strong>r wreed <strong>en</strong> af- stotelik zijn. In <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van<br />
Rome’s overheersing had m<strong>en</strong> martelwerktuig<strong>en</strong> om instemming met zijn leerstelling<strong>en</strong> af<br />
te dwing<strong>en</strong>. Daar stond <strong>de</strong> brandstapel voor h<strong>en</strong>, die niet aan zijn eis<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>. Er<br />
werd gemoord op e<strong>en</strong> schaal, die nooit bek<strong>en</strong>d zal word<strong>en</strong>, totdat het oor<strong>de</strong>el het zal<br />
op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>. Hoge geestelik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk, in di<strong>en</strong>st van Satan, hun meester, maakt<strong>en</strong> er hun<br />
studie van, mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> uit te vind<strong>en</strong>, waardoor <strong>de</strong> grootst mogelike foltering kon veroorzaakt<br />
word<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> te mak<strong>en</strong> aan het lev<strong>en</strong> van hun slachtoffer. Het helse werk werd<br />
in veel gevall<strong>en</strong> herhaald, tot <strong>de</strong> uiterste gr<strong>en</strong>s van het m<strong>en</strong>selik weerstandsvermog<strong>en</strong> was<br />
bereikt, tot <strong>de</strong> natuur <strong>de</strong> kamp opgaf, <strong>en</strong> <strong>de</strong> lij<strong>de</strong>r <strong>de</strong> dood verwelkom<strong>de</strong> als e<strong>en</strong> liefelike<br />
verlossing.<br />
Zodanig was het lot van h<strong>en</strong>, die zich teg<strong>en</strong> Rome steld<strong>en</strong>. Voor zijn aanhangers had het<br />
geseltucht, knag<strong>en</strong><strong>de</strong> honger, <strong>en</strong> lichaamskastijding in alle d<strong>en</strong>kbare, walgelike vorm<strong>en</strong>. Om<br />
zich van <strong>de</strong> gunst van <strong>de</strong> Hemel te verzeker<strong>en</strong>, verkrachtt<strong>en</strong> <strong>de</strong> boeteling<strong>en</strong> Gods wett<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> van <strong>de</strong> natuur te overtred<strong>en</strong>. H<strong>en</strong> werd geleerd, <strong>de</strong> band<strong>en</strong> te verbrek<strong>en</strong>,<br />
welke Hij gelegd had om het verblijf van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s op aar<strong>de</strong> te zeg<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> te vervrolik<strong>en</strong>. Het<br />
kerkhof bergt miljo<strong>en</strong><strong>en</strong> slachtoffers, die hun lev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> doorgebracht in e<strong>en</strong> ij<strong>de</strong>l pog<strong>en</strong><br />
om hun natuurlik gevoel t<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r te br<strong>en</strong>- g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re gedachte <strong>en</strong> opwelling van<br />
me<strong>de</strong>gevoel voor hun me<strong>de</strong>m<strong>en</strong>s als Go<strong>de</strong> onwelgevallig te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> we <strong>de</strong><br />
vastberad<strong>en</strong> wreedheid van Satan w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te verstaan, die hij gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> hon<strong>de</strong>rd<strong>en</strong> van jar<strong>en</strong><br />
aan <strong>de</strong> dag gelegd heeft, <strong>en</strong> dat niet on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>, welke nooit van God gehoord hebb<strong>en</strong>, maar<br />
in het midd<strong>en</strong> <strong>en</strong> door <strong>de</strong> gehele uitgestrektheid van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid, zo behoev<strong>en</strong> we<br />
slechts acht te gev<strong>en</strong> op <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van het Romanisme. Door dit ontzaglike stelsel van<br />
401
edrog bereikt <strong>de</strong> vorst van het kwaad zijn doel om God te onter<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s ell<strong>en</strong><strong>de</strong> aan<br />
te do<strong>en</strong>. En wanneer we zi<strong>en</strong>, hoe hij er in slaagt om zich te vermomm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn werk door<br />
<strong>de</strong> voorgangers van <strong>de</strong> kerk te lat<strong>en</strong> verricht<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> we beter verstaan, waarom hij zo<br />
vijandig teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel is. Als dat boek gelez<strong>en</strong> wordt, wordt <strong>de</strong> barmhartigheid <strong>en</strong> lief<strong>de</strong><br />
Gods geop<strong>en</strong>baard, <strong>en</strong> wordt het <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s dui<strong>de</strong>lik, dat het hem ge<strong>en</strong> van die zware last<strong>en</strong><br />
oplegt. Al wat hij vraagt, is e<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> ver-slag<strong>en</strong> hart, e<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rige, gehoorzame<br />
geest.<br />
Christus stel<strong>de</strong> door Zijn lev<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> voorbeeld, dat mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrouw<strong>en</strong> zich in kloosters<br />
moet<strong>en</strong> opsluit<strong>en</strong> om geschikt gemaakt te word<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> hemel. Hij leert nerg<strong>en</strong>s, dat<br />
lief<strong>de</strong> <strong>en</strong> me<strong>de</strong>gevoel moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdrukt. Het hart van <strong>de</strong> Heiland vloei<strong>de</strong> over van<br />
lief<strong>de</strong>. Hoe dichter <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>like volmaaktheid nabij komt,<strong>de</strong>s te fijner wordt zijn<br />
opmerkingsgave, <strong>de</strong>s te scherper zijn bewustzijn van zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong>s te dieper zijn<br />
me<strong>de</strong>gevoel voor <strong>de</strong> bedroefd<strong>en</strong>. De Paus beweert <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r van Christus te zijn; maar<br />
hoe kan zijn karakter met dat van onze Heiland vergelek<strong>en</strong> word<strong>en</strong>? Heeft m<strong>en</strong> ooit gezi<strong>en</strong>,<br />
dat Christus m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> kerker of <strong>de</strong> pijnbank verwees, omdat ze Hem ge<strong>en</strong> eer<br />
betoond<strong>en</strong> als Koning <strong>de</strong>s hemels? Hoor<strong>de</strong> m<strong>en</strong> Zijn stem dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> ter dood veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>,<br />
welke Hem niet aannam<strong>en</strong>? To<strong>en</strong> Hij door <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> Samaritaans dorp beledigd<br />
werd, werd <strong>de</strong> apostel Johannes met verontwaardiging vervuld <strong>en</strong> vroeg: “Heer, wilt Gij, dat<br />
we zegg<strong>en</strong>, dat er vuur van <strong>de</strong> hemel zal ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong>z<strong>en</strong> verslind<strong>en</strong>, gelijk ook Elias<br />
gedaan heeft?” Jezus zag met me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong> op Zijn discipel ne<strong>de</strong>r, <strong>en</strong> bestrafte zijn har<strong>de</strong><br />
geest, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “De Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> is niet gekom<strong>en</strong> om <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te<br />
ver<strong>de</strong>rv<strong>en</strong>, maar om te behoud<strong>en</strong>.” Hoe verschill<strong>en</strong>d is <strong>de</strong> geest, welke Christus aan <strong>de</strong> dag<br />
leg<strong>de</strong>, van die van Zijn zog<strong>en</strong>aam<strong>de</strong> plaatsbekle<strong>de</strong>r.<br />
De Roomse Kerk doet zich tans in e<strong>en</strong> gunstig licht aan <strong>de</strong> wereld voor, <strong>en</strong> <strong>de</strong>kt zijn lijst<br />
van gruwelike wreedhed<strong>en</strong> met verontschuldiging<strong>en</strong> toe. Hij heeft zich in kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong> getooid,<br />
die op Christus gelijk<strong>en</strong>; toch is hij onveran<strong>de</strong>rd. Ie<strong>de</strong>r beginsel van het pausdom, dat in<br />
vervlog<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> bestaan heeft, bestaat hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage nog. De leerstelling<strong>en</strong>, die in <strong>de</strong><br />
donkerste eeuw<strong>en</strong> ontworp<strong>en</strong> zijn, word<strong>en</strong> nog steeds gehuldigd. Laat niemand zich<br />
bedrieg<strong>en</strong>. Het pausdom, waaraan Protestant<strong>en</strong> tans zo gere<strong>de</strong>lik eer bewijz<strong>en</strong>, is hetzelf<strong>de</strong>,<br />
dat <strong>de</strong> wereld beheerste in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hervorming, to<strong>en</strong> mann<strong>en</strong> Gods op gevaar van<br />
hun lev<strong>en</strong> af opstond<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loosheid ervan aan <strong>de</strong> kaak te stell<strong>en</strong>. Het op<strong>en</strong>baart<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> trots <strong>en</strong> onbeschaam<strong>de</strong> aanmatiging, waardoor het zich van tevor<strong>en</strong> bov<strong>en</strong><br />
koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> vorst<strong>en</strong> verhief, <strong>en</strong> zich <strong>de</strong> recht<strong>en</strong> Gods durf<strong>de</strong> toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Zijn geest is tans<br />
niet min<strong>de</strong>r wreed <strong>en</strong> <strong>de</strong>spoties, dan to<strong>en</strong> het <strong>de</strong> vrijheid van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vertrad, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
heilig<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Allerhoogste dood<strong>de</strong>.<br />
Het pausdom is juist, wat <strong>de</strong> profetie verklaard heeft dat het zijn zou: <strong>de</strong> afval van <strong>de</strong><br />
laatste dag<strong>en</strong>.2 Het maakt e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van zijn gedragslijn uit, dat karakter aan te nem<strong>en</strong>,<br />
waardoor het ‘t best zijn doel bereik<strong>en</strong> kan; toch verbergt het on<strong>de</strong>r het veran<strong>de</strong>rlike<br />
voorkom<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kameleon on-veran<strong>de</strong>rlik het gif van <strong>de</strong> slang. “We zijn niet gehoud<strong>en</strong><br />
402
om trouw <strong>en</strong> beloft<strong>en</strong> aan ketters na te kom<strong>en</strong>,“3 verklaart het. Zal <strong>de</strong>ze macht, wi<strong>en</strong>s<br />
oorkon<strong>de</strong> van duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> in het bloed van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> is, tans als e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van<br />
<strong>de</strong> kerk van Christus word<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>d? Het is niet zon<strong>de</strong>r red<strong>en</strong>, dat er in Protestantse land<strong>en</strong><br />
beweerd wordt, dat het Katholicisme tans min<strong>de</strong>r van het Protestantisme verschilt dan in<br />
vroegere tijd<strong>en</strong>. Er heeft e<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>ring plaats gehad; maar <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring ligt niet bij het<br />
pausdom. Het Katholicisme gelijkt ongetwijfeld veel op het Protestantisme van onze tijd,<br />
omdat het Protestantisme se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hervormers zo zeer ontaard is. Terwijl <strong>de</strong><br />
Protestantse kerk<strong>en</strong> <strong>de</strong> gunst van <strong>de</strong> wereld gezocht hebb<strong>en</strong>, heeft e<strong>en</strong> valse lief<strong>de</strong> hun og<strong>en</strong><br />
verblind. Ze zi<strong>en</strong> niet in, dat het niet recht is, goed te gelov<strong>en</strong> van alle kwaad; <strong>en</strong> als<br />
onvermij<strong>de</strong>lik gevolg zull<strong>en</strong> ze ein<strong>de</strong>lik kwaad d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van alle goed. In plaats van het<br />
geloof,dat e<strong>en</strong>maal aan <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> overgegev<strong>en</strong> is,te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>, verontschuldig<strong>en</strong> ze zich<br />
nu als het ware bij <strong>de</strong> Roomse kerk weg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> lief<strong>de</strong>loze opinie, die ze over hem gekoesterd<br />
hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> vergiff<strong>en</strong>is voor hun onverdraagzaamheid. 22 Thess. 2:3, 4; 3 L<strong>en</strong>fant,<br />
“History of the Council of Constance, ” Deel I, p. 516 (ed. 1728).<br />
E<strong>en</strong> grote klasse, zelfs van h<strong>en</strong>, die het Romanisme niet gunstig gezind zijn, ducht<br />
weinig gevaar van zijn macht <strong>en</strong> invloed. Vel<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> verstan<strong>de</strong>like <strong>en</strong> ze<strong>de</strong>like<br />
duisternis, welke er tijd<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong> heerste, <strong>de</strong> verspreiding van zijn leer,<br />
bijgeloof <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rdrukking in <strong>de</strong> hand heeft gewerkt; <strong>en</strong> dat <strong>de</strong> grotere verstan<strong>de</strong>like<br />
ontwikkeling van <strong>de</strong> nieuwere tijd, <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e verspreiding van <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
to<strong>en</strong>em<strong>en</strong><strong>de</strong> vrijzinnigheid in godsdi<strong>en</strong>stzak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> herleving van onverdraagzaamheid <strong>en</strong><br />
tirannie onmogelik mak<strong>en</strong>. Er wordt gespot met <strong>de</strong> gedachte, dat er in <strong>de</strong>ze verlichte eeuw<br />
zulk e<strong>en</strong> staat van zak<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> bestaan. Het is waar, dat dit geslacht, door veel licht,<br />
zowel verstan<strong>de</strong>lik, ze<strong>de</strong>lik, als godsdi<strong>en</strong>stig wordt bestraald. Er is licht van <strong>de</strong> hemel af<br />
over <strong>de</strong> wereld uitgegot<strong>en</strong> door <strong>de</strong> geop<strong>en</strong><strong>de</strong> bladzijd<strong>en</strong> van Gods heilig woord. Maar m<strong>en</strong><br />
behoor<strong>de</strong> niet te verget<strong>en</strong>, dat hoe groter het licht, dat geschonk<strong>en</strong> wordt, <strong>de</strong>s te groter <strong>de</strong><br />
duisternis is in h<strong>en</strong>, die het verdraai<strong>en</strong> of verwerp<strong>en</strong>.<br />
E<strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>d on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Bijbel zou <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> het ware karakter van het<br />
pausdom ton<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, het te verafschuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> te vlied<strong>en</strong>; maar vel<strong>en</strong> zijn zo wijs in<br />
eig<strong>en</strong> oog, dat ze ge<strong>en</strong> behoefte gevoel<strong>en</strong> om God in ootmoed te zoek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alzo in <strong>de</strong><br />
waarheid geleid te word<strong>en</strong>. Ofschoon ze zich op hun verlichting beroem<strong>en</strong>, zijn ze onwet<strong>en</strong>d,<br />
zowel wat <strong>de</strong> schrift<strong>en</strong> als <strong>de</strong> kracht Gods aangaat. Ze moet<strong>en</strong> het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re mid<strong>de</strong>l<br />
hebb<strong>en</strong> om hun gewet<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ze zoek<strong>en</strong> dat mid<strong>de</strong>l, dat minst geestelik<br />
<strong>en</strong> verne<strong>de</strong>r<strong>en</strong>d is. Wat ze w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l om God te verget<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat toch zal kunn<strong>en</strong><br />
doorgaan voor e<strong>en</strong> mid<strong>de</strong>l om aan Hem te ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Het Pausdom is wel berek<strong>en</strong>d om in <strong>de</strong><br />
behoeft<strong>en</strong> van zulke m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te voorzi<strong>en</strong>. Het biedt juist het ware aan twee klass<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>sheid, die bijna <strong>de</strong> gehele wereld in zich sluit<strong>en</strong> — <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke door hun verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die in hun zond<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zalig te word<strong>en</strong>. Hier ligt het geheim van zijn macht.<br />
E<strong>en</strong> tijd van grote verstan<strong>de</strong>like duisternis heeft zich bevor<strong>de</strong>rlik betoond aan het<br />
welslag<strong>en</strong> van het pausdom. Wat nu nog blijk<strong>en</strong> zal, is, dat e<strong>en</strong> tijd van groot, ver- stan<strong>de</strong>lik<br />
403
licht ev<strong>en</strong> bevor<strong>de</strong>rlik is aan zijn welslag<strong>en</strong>. In vervlog<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r<br />
Gods woord <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> <strong>de</strong> k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> waarheid leefd<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> hun og<strong>en</strong> geblinddoekt, <strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> er duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> verstrikt, omdat ze het net niet zag<strong>en</strong>, dat voor hun voet gespann<strong>en</strong><br />
was. In het teg<strong>en</strong>woordige geslacht zijn er vel<strong>en</strong>, wier og<strong>en</strong> verblind word<strong>en</strong> door het<br />
schitter<strong>en</strong>d licht van m<strong>en</strong>selike beschouwing<strong>en</strong>, “valselik g<strong>en</strong>aam<strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap;” ze<br />
merk<strong>en</strong> het net niet op, <strong>en</strong> lop<strong>en</strong> er ev<strong>en</strong> gere<strong>de</strong>lik in, als war<strong>en</strong> ze geblinddoekt. Het was<br />
Gods doel, dat <strong>de</strong> verstan<strong>de</strong>like vermog<strong>en</strong>s van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s beschouwd zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />
gift van zijn schepper, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> waarheid <strong>en</strong> gerechtigheid zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
gebruikt; maar wanneer trots <strong>en</strong> eerzucht gekoesterd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong><br />
theorieën bov<strong>en</strong> Gods woord stell<strong>en</strong>, kan verlichting meer kwaad do<strong>en</strong> dan onwet<strong>en</strong>dheid.<br />
Aldus zal <strong>de</strong> valse wet<strong>en</strong>schap van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>woordige tijd, die het geloof in <strong>de</strong> Bijbel<br />
on<strong>de</strong>rmijnt, zich ev<strong>en</strong> voor<strong>de</strong>lig bewijz<strong>en</strong> tot bereiding van <strong>de</strong> weg voor <strong>de</strong> aanname van het<br />
pausdom met zijn aantrekkelike vorm<strong>en</strong>, als het onthoud<strong>en</strong> van k<strong>en</strong>nis <strong>de</strong> weg baan<strong>de</strong> voor<br />
Zijn verheffing in <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> beweging<strong>en</strong>, welke tans in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> gang zijn, om<br />
staatson<strong>de</strong>rsteuning te verkrijg<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk, volg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Protestant<strong>en</strong> <strong>de</strong> voetstapp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong>. Ne<strong>en</strong>, nog meer, ze op<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur voor<br />
het pausdom om in het Protestantse <strong>Amerika</strong> het oppergezag te herwinn<strong>en</strong>, dat het in <strong>de</strong><br />
Ou<strong>de</strong> wereld verlor<strong>en</strong> heeft. En wat <strong>de</strong>ze beweging van nog meer gewicht maakt, is het feit,<br />
dat gedwong<strong>en</strong> Zondagviering het voornaamste doel is, dat m<strong>en</strong> zich voorstelt,— e<strong>en</strong><br />
gebruik, dat zijn oorsprong in Rome gehad heeft, <strong>en</strong> hetwelk Rome aangeeft als e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong><br />
van zijn gezag. Het is <strong>de</strong> geest van het pausdom,— <strong>de</strong> geest van gelijkvormigheid aan<br />
wereldse gebruik<strong>en</strong>, <strong>de</strong> eerbied voor m<strong>en</strong>selike overlevering<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods,—<br />
die <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong> heeft doortrokk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er ze toe leidt, om <strong>de</strong> Zondag te verheff<strong>en</strong>,<br />
gelijk het pausdom dat van tevor<strong>en</strong> gedaan heeft.<br />
Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> lezer <strong>de</strong> werktuig<strong>en</strong> w<strong>en</strong>st te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, welke in <strong>de</strong> strijd, die spoedig te kom<strong>en</strong><br />
staat, gebruikt zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, behoeft hij slechts na te gaan, wat <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is opgetek<strong>en</strong>d<br />
heeft aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die Rome in vervlog<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> voor hetzelf<strong>de</strong> doel heeft<br />
aangew<strong>en</strong>d. Indi<strong>en</strong> hij w<strong>en</strong>st te wet<strong>en</strong>, hoe pausgezind<strong>en</strong> <strong>en</strong> Protestant<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>igd met h<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die hun leerstelling<strong>en</strong> verwerp<strong>en</strong>, laat hem dan lett<strong>en</strong> op <strong>de</strong> geest, die Rome<br />
geop<strong>en</strong>baard heeft teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> Sabbat <strong>en</strong> <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digers daarvan. Koninklike edikt<strong>en</strong>,<br />
algem<strong>en</strong>e verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> <strong>en</strong> kerkelike instelling<strong>en</strong>, door <strong>de</strong> wereldlike macht gesteund,<br />
vormd<strong>en</strong> <strong>de</strong> lad<strong>de</strong>r, waarlangs het heid<strong>en</strong>se feest zijn ereplaats in <strong>de</strong> Christelike wereld<br />
bereikt heeft. De eerste publieke maatregel, waardoor het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag<br />
verplicht<strong>en</strong>d werd gesteld, was <strong>de</strong> wet, door Konstantijn uitgevaardigd.1 Dit edikt eiste, dat<br />
<strong>de</strong> ste<strong>de</strong>ling<strong>en</strong> op “<strong>de</strong> eerbiedwaardige dag van <strong>de</strong> zon” zoud<strong>en</strong> rust<strong>en</strong>, maar stond<br />
landlied<strong>en</strong> toe, hun veldarbeid voort te zett<strong>en</strong>. Ofschoon het in werkelikheid e<strong>en</strong> heid<strong>en</strong>se<br />
wet was, werd hij door <strong>de</strong> keizer van kracht gemaakt, nadat hij in naam het Christ<strong>en</strong>dom<br />
had aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
404
Daar het koninklike bevelschrift niet voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> plaats van het God<strong>de</strong>lik gezag bleek<br />
in te nem<strong>en</strong>, kwam Eusebius, e<strong>en</strong> bisschop, die <strong>de</strong> gunst van vorst<strong>en</strong> zocht, <strong>en</strong> die <strong>de</strong><br />
biezon<strong>de</strong>re vri<strong>en</strong>d <strong>en</strong> vleier van Konstantijn was, met <strong>de</strong> bewering voor <strong>de</strong> dag, dat Christus<br />
<strong>de</strong> Sabbat op <strong>de</strong> Zondag had overgezet. Ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele tekst uit <strong>de</strong> Schrift werd aangegev<strong>en</strong><br />
om <strong>de</strong> nieuwe leer te bewijz<strong>en</strong>. Eusebius erk<strong>en</strong>t er onbewust zelf <strong>de</strong> valsheid van, <strong>en</strong> wijst<br />
op <strong>de</strong> ware bewerkers van <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring. “Alle ding<strong>en</strong>,” zegt hij, “die op <strong>de</strong> Sabbat gedaan<br />
moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, die hebb<strong>en</strong> wij op <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> overgebracht.” Doch hoe ongegrond<br />
het ook was, toch had het argum<strong>en</strong>t voor <strong>de</strong> Zondag <strong>de</strong> uitwerking, dat het <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
aanmoedig<strong>de</strong> tot het vertred<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Sabbat <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. Al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die door <strong>de</strong> wereld<br />
w<strong>en</strong>st<strong>en</strong> geëerd te word<strong>en</strong>, nam<strong>en</strong> <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e feestdag aan. Naarmate het pausdom vaster<br />
voet kreeg, werd het werk van <strong>de</strong> Zondagsverheffing voortgezet.<br />
E<strong>en</strong> tijd lang hield<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zich met veldarbeid bezig, wanneer ze niet naar <strong>de</strong> kerk<br />
ging<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag nog als <strong>de</strong> Sabbat beschouwd. Doch langzamerhand kwam<br />
er veran<strong>de</strong>ring. Aan h<strong>en</strong>, die heilige ambt<strong>en</strong> bekleedd<strong>en</strong>, werd verbod<strong>en</strong> op Zondag e<strong>en</strong><br />
vonnis uit te sprek<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> burgerlik twistgeding. Spoedig daarna werd aan alle person<strong>en</strong>,<br />
van welke rang ook, gebod<strong>en</strong>, zich van gewone arbeid te onthoud<strong>en</strong>, op straffe van e<strong>en</strong><br />
boete voor vrij<strong>en</strong>, <strong>en</strong> slag<strong>en</strong> voor di<strong>en</strong>stbar<strong>en</strong>. Later werd er beslot<strong>en</strong>, dat rijk<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />
gestraft word<strong>en</strong> met het verlies van <strong>de</strong> helft van hun bezitting<strong>en</strong>; <strong>en</strong> ein<strong>de</strong>lik, dat ze slav<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt, 1321 n. C.; zie Aanhangsel; 1Cox, R.,“Sabbath Laws and Sabbath<br />
Duties,” p. 538 (ed. 1853). indi<strong>en</strong> ze halsstarrig blev<strong>en</strong>. De lagere klass<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>slang<br />
verbann<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Ook bedi<strong>en</strong><strong>de</strong> zich m<strong>en</strong> van won<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r meer wordt er verhaald, dat terwijl e<strong>en</strong><br />
landman, die zijn akker op Zondag ging ploeg<strong>en</strong>, zijn ploeg met e<strong>en</strong> ijzer schoonmaakte, het<br />
ijzer aan zijn hand bleef vastklev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hij het twee jar<strong>en</strong> lang met zich moest ronddrag<strong>en</strong>,<br />
“tot zijn zeer grote pijn <strong>en</strong> schan<strong>de</strong>.” Later gaf <strong>de</strong> paus last, dat <strong>de</strong> priesters van <strong>de</strong><br />
geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>de</strong> Zofidagsch<strong>en</strong>dcrs zoud<strong>en</strong> verman<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van h<strong>en</strong> verlang<strong>en</strong>, dat zij naar <strong>de</strong><br />
kerk zoud<strong>en</strong> gaan <strong>en</strong> hun gebed<strong>en</strong> waarnem<strong>en</strong>, opdat ze niet het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re grote onheil<br />
over zich- zelv<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun bur<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> geestelike raad voer<strong>de</strong> <strong>de</strong> bewijsgrond<br />
aan, waarvan se<strong>de</strong>rt zo algeme<strong>en</strong> gebruik is gemaakt, zelfs, door Protestant<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong><br />
Zondag <strong>de</strong> Sabbat moet zijn, omdat er m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> door <strong>de</strong> bliksem getroff<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, terwijl ze<br />
op Zondag werkt<strong>en</strong>. “Het is dui<strong>de</strong>lik,” zeid<strong>en</strong> <strong>de</strong> prelat<strong>en</strong>, “hoe groot Gods misnoeg<strong>en</strong> was<br />
over hun verwaarlozing van <strong>de</strong>ze dag.” To<strong>en</strong> werd er e<strong>en</strong> beroep gedaan op priesters <strong>en</strong><br />
predikant<strong>en</strong>, koning<strong>en</strong> <strong>en</strong> prins<strong>en</strong>, <strong>en</strong> alle getrouw<strong>en</strong>, “om hun uiterste poging<strong>en</strong> in het werk<br />
te stell<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> dag we<strong>de</strong>r in zijn ereplaats te herstell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hem in <strong>de</strong> toekomst vromer te<br />
do<strong>en</strong> vier<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> naam van het Christ<strong>en</strong>dom.”<br />
Daar <strong>de</strong> <strong>de</strong>kret<strong>en</strong> van <strong>de</strong> raadsverga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> onvoldo<strong>en</strong><strong>de</strong> blek<strong>en</strong>, werd <strong>de</strong> wereldlike<br />
overheid verzocht, e<strong>en</strong> edikt uit te vaardig<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van het volk met schrik zou<br />
vervull<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> dwing<strong>en</strong> om zich van Zondagsarbeid te onthoud<strong>en</strong>. Op e<strong>en</strong> syno<strong>de</strong>, die te<br />
Rome bije<strong>en</strong>kwam, werd<strong>en</strong> alle vorige besluit<strong>en</strong> opnieuw <strong>en</strong> met grotere kracht <strong>en</strong><br />
405
plechtigheid bevestigd. Ook werd<strong>en</strong> ze opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geestelike wet, <strong>en</strong> voor bijna <strong>de</strong><br />
gehele Christ<strong>en</strong>heid door <strong>de</strong> wereldlike overhed<strong>en</strong> verplicht<strong>en</strong>d gesteld. Toch bracht het<br />
gebrek aan schriftuurlik gezag voor <strong>de</strong> Zondag niet weinig verleg<strong>en</strong>heid te weeg. De<br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> betwijfeld<strong>en</strong> het recht van hun lerar<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> besliste verklaring van Jehova “<strong>de</strong><br />
zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag is <strong>de</strong> Sabbat <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> uws Gods” ter zij<strong>de</strong> te stell<strong>en</strong> t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> dag van <strong>de</strong><br />
zon te heilig<strong>en</strong>. Om het gemis aan bewijs in <strong>de</strong> Bijbel goed te mak<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> er an<strong>de</strong>re<br />
toevlucht<strong>en</strong> nodig. E<strong>en</strong> ijverig voorstan<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Zondag, die teg<strong>en</strong> het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
twaalf<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van Engeland bezocht, werd door getrouwe getuig<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
waarheid teg<strong>en</strong>gestaan; <strong>en</strong> zijn poging<strong>en</strong> war<strong>en</strong> z— vruchteloos, dat hij <strong>en</strong>ige tijd het land<br />
verliet, <strong>en</strong> op mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> peins<strong>de</strong> om zijn leer kracht bij te zett<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> hij terugkeer<strong>de</strong>, was het ontbrek<strong>en</strong><strong>de</strong> verschaft, <strong>en</strong> het werk, dat hij daarna <strong>de</strong>ed,<br />
gelukte hem beter. Hij bracht e<strong>en</strong> geschrift met zich me<strong>de</strong>, dat van God-zelf gezegd werd te<br />
kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het vereiste gebod voor het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag bevatte, met vreselike<br />
bedreiging<strong>en</strong> om <strong>de</strong> onge- hoorzam<strong>en</strong> schrik aan te jag<strong>en</strong>. Dit kostbare dokum<strong>en</strong>t — e<strong>en</strong><br />
ev<strong>en</strong> laag namaaksel als <strong>de</strong> instelling, die het moest on<strong>de</strong>rsteun<strong>en</strong> — werd gezegd uit <strong>de</strong><br />
hemel gevall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> te Jeruzalem gevond<strong>en</strong> te zijn, <strong>en</strong> wel op het altaar van <strong>de</strong> heilige<br />
Simeon, op Golgotha. Maar in werkelikheid was het pauselik paleis te Rome <strong>de</strong> bron,<br />
waaruit het voortkwam. Bedriegerij<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervalsing<strong>en</strong> om <strong>de</strong> macht <strong>en</strong> <strong>de</strong> bloei van <strong>de</strong> kerk<br />
te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, zijn te all<strong>en</strong> tij<strong>de</strong> door <strong>de</strong> pauselike priesterschap gewettigd.<br />
Het geschrift verbood alle werk van <strong>de</strong> neg<strong>en</strong><strong>de</strong> ure, d. i. drie uur, op Zaterdag namiddag,<br />
tot zonsopgang op Maandag; <strong>en</strong> het gezag ervan werd verklaard door vele won<strong>de</strong>rtek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
bevestigd te zijn. Er werd gezegd, dat person<strong>en</strong>, die na het vastgestel<strong>de</strong> uur gewerkt hadd<strong>en</strong>,<br />
door verlamming getroff<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> mol<strong>en</strong>aar, die geprobeerd had zijn kor<strong>en</strong> te mal<strong>en</strong>,<br />
had e<strong>en</strong> stroom bloed zi<strong>en</strong> vloei<strong>en</strong> in plaats van meel, <strong>en</strong> het mol<strong>en</strong>rad was gaan stilstaan,<br />
hoewel er e<strong>en</strong> sterke stroom water was. E<strong>en</strong> vrouw, die <strong>de</strong>eg in <strong>de</strong> ov<strong>en</strong> had gezet, vond het<br />
ongebakk<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> ze het er uit nam, ofschoon <strong>de</strong> ov<strong>en</strong> zeer heet was. E<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re, die op het<br />
neg<strong>en</strong><strong>de</strong> uur het <strong>de</strong>eg klaar had om te bakk<strong>en</strong>, maar die besloot het tot Maandag te lat<strong>en</strong><br />
overstaan,bevond <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> dag,dat het in brod<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>rd, <strong>en</strong> door God<strong>de</strong>like kracht<br />
gebakk<strong>en</strong> was. E<strong>en</strong> man, die na <strong>de</strong> neg<strong>en</strong><strong>de</strong> ure op Zaterdag brood had gebakk<strong>en</strong>, zag er<br />
bloed uit kom<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> hij het <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> morg<strong>en</strong> brak. Door <strong>de</strong>rgelijke bespot- telike <strong>en</strong><br />
bijgelovige verdichtsel<strong>en</strong> trachtt<strong>en</strong> <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> Zondag <strong>de</strong> heiligheid ervan vast<br />
te stell<strong>en</strong>.<br />
In Schotland, ev<strong>en</strong>als in Engeland, werd er groter ontzag voor <strong>de</strong> Zondag bewerkt door<br />
er e<strong>en</strong> <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> Sabbat aan te verbind<strong>en</strong>. Maar <strong>de</strong> tijd, die m<strong>en</strong> eiste, dat hij gevierd<br />
zou word<strong>en</strong>, was verschill<strong>en</strong>d. E<strong>en</strong> edikt van <strong>de</strong> koning van Schotland verklaar<strong>de</strong>, dat<br />
“Zaterdag, van twaalf uur op <strong>de</strong> middag af, heilig gerek<strong>en</strong>d moest word<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> dat niemand,<br />
van die tijd af tot Maandagmorg<strong>en</strong> toe, zich bezig mocht houd<strong>en</strong> met wereldse zak<strong>en</strong>. Doch<br />
nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> al <strong>de</strong> poging<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> heiligheid van <strong>de</strong> Zondag vast te stell<strong>en</strong>, erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> pausgezind<strong>en</strong> zelv<strong>en</strong> in het op<strong>en</strong>baar het God<strong>de</strong>lik gezag van <strong>de</strong> Sabbat, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike<br />
406
oorsprong van <strong>de</strong> instelling, die zijn plaats had ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw verklaar<strong>de</strong><br />
e<strong>en</strong> pau- selik koncilie dui<strong>de</strong>lik: “Laat alle Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> eraan d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag<br />
door God geheiligd is, <strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> door <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong>, maar door<br />
alle an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die belijd<strong>en</strong> God te di<strong>en</strong><strong>en</strong>; ofschoon wij, Christ<strong>en</strong><strong>en</strong>, hun Sabbat in <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> veran<strong>de</strong>rd hebb<strong>en</strong>.” Zij, die <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet veran<strong>de</strong>rd<strong>en</strong>, wist<strong>en</strong> goed, wat ze<br />
<strong>de</strong>d<strong>en</strong>. Ze plaatst<strong>en</strong> zich met beslistheid bov<strong>en</strong> God.<br />
E<strong>en</strong> treff<strong>en</strong>d voorbeeld van <strong>de</strong> wijze, waarop Rome <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> behan<strong>de</strong>lt, die er in<br />
gevoel<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>, werd gegev<strong>en</strong> door <strong>de</strong> lange <strong>en</strong> bloedige vervolging van <strong>de</strong><br />
Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong>, sommig<strong>en</strong> van wie <strong>de</strong> Sabbat hield<strong>en</strong>. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op gelijke wijze geled<strong>en</strong><br />
voor hun trouw aan het vier<strong>de</strong> gebod. Vooral is <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van Ethiopië<br />
<strong>en</strong> Abyssinië betek<strong>en</strong>isvol. Te midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> don-kerheid van <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuw<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> in Midd<strong>en</strong>-Afrika uit het oog verlor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door <strong>de</strong> wereld verget<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal<br />
eeuw<strong>en</strong> lang g<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> ze vrijheid in <strong>de</strong> uitoef<strong>en</strong>ing van hun geloof. Maar ein<strong>de</strong>lik hoor<strong>de</strong><br />
Rome van hun bestaan, <strong>en</strong> al spoedig werd <strong>de</strong> keizer van Abyssinië verlokt om <strong>de</strong> paus als<br />
ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r van Christus te erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Ver- volg<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong> ook an<strong>de</strong>re ding<strong>en</strong> toegegev<strong>en</strong>.<br />
Er werd e<strong>en</strong> edikt uitgevaardigd, waarin het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Sabbat op <strong>de</strong> str<strong>en</strong>gste straff<strong>en</strong><br />
verbod<strong>en</strong> werd. De pauselike tirannie werd echter spoedig zulk e<strong>en</strong> ondragelik juk, dat <strong>de</strong><br />
Abyssiniërs beslot<strong>en</strong>, het van hun schou<strong>de</strong>rs af te schudd<strong>en</strong>. Na e<strong>en</strong> vreselike strijd werd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> Rooms<strong>en</strong> uit hun landpal<strong>en</strong> verbann<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd het ou<strong>de</strong> geloof we<strong>de</strong>r hersteld. De<br />
kerk<strong>en</strong> verheugd<strong>en</strong> zich in hun vrijheid, <strong>en</strong> vergat<strong>en</strong> nimmer <strong>de</strong> les, die ze geleerd hadd<strong>en</strong><br />
aangaan<strong>de</strong> het bedrog, het fanatisme, <strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>spotiese macht van Rome. Zij steld<strong>en</strong> zich<br />
tevred<strong>en</strong> met in hun e<strong>en</strong>zaam rijk onbek<strong>en</strong>d te blijv<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> overige Christ<strong>en</strong>heid.<br />
De kerk<strong>en</strong> van Afrika hield<strong>en</strong> <strong>de</strong> sabbat, zoals die door <strong>de</strong> pauselike kerk gehoud<strong>en</strong> werd<br />
v——r zijn algehele afval. Terwijl ze <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag heiligd<strong>en</strong> uit gehoorzaamheid aan het<br />
gebod van God, onthield<strong>en</strong> ze zich van werk in overe<strong>en</strong>stemming met het gebruik van <strong>de</strong><br />
kerk. To<strong>en</strong> het <strong>de</strong> hoogste macht in hand<strong>en</strong> kreeg, had Rome <strong>de</strong> sabbat Gods vertred<strong>en</strong> om<br />
zijn eig<strong>en</strong> dag te verhog<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> van Afrika, die bijna duiz<strong>en</strong>d jar<strong>en</strong> lang<br />
verborg<strong>en</strong> geblev<strong>en</strong> war<strong>en</strong>, <strong>de</strong>eld<strong>en</strong> niet in <strong>de</strong>ze afval. To<strong>en</strong> ze on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heerschappij van<br />
Rome verviel<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> ze gedwong<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ware Sabbat op zij<strong>de</strong> te stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> valse te<br />
er<strong>en</strong>; maar zodra ze hun onafhankelikheid herwonn<strong>en</strong>, keerd<strong>en</strong> ze tot <strong>de</strong> gehoorzaamheid<br />
van het vier<strong>de</strong> gebod terug.<br />
Deze oorkond<strong>en</strong> van het verled<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> vijandschap van Rome teg<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ware Sabbat <strong>en</strong> <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs ervan, zowel als <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> welke het aanw<strong>en</strong>dt om zijn<br />
eig<strong>en</strong>gemaakte instelling te do<strong>en</strong> er<strong>en</strong>. Gods woord leert, dat die tonel<strong>en</strong> zich zull<strong>en</strong><br />
herhal<strong>en</strong>, wanneer paus- gezind<strong>en</strong> <strong>en</strong> Protestant<strong>en</strong> zich ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Zondag te verhog<strong>en</strong>.<br />
De profetie van Op<strong>en</strong>baring 13 zegt, dat <strong>de</strong> macht, die door het beest met lamshoorn<strong>en</strong><br />
voorgesteld wordt, maakt, dat “<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> die daarin won<strong>en</strong>,” het pausdom zull<strong>en</strong><br />
aanbidd<strong>en</strong> — aldaar aangegev<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het beeld van het beest “gelijk e<strong>en</strong> par<strong>de</strong>l.” Het beest<br />
met twee hoorn<strong>en</strong> moet ook zegg<strong>en</strong> “tot <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>, dat ze het beest<br />
407
e<strong>en</strong> beeld zoud<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>;” <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>r moet het gebied<strong>en</strong>, dat aan “klein<strong>en</strong> <strong>en</strong> grot<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
rijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrij<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>,” gegev<strong>en</strong> wordt “het merktek<strong>en</strong> van het beest.”<br />
Er is aangetoond, dat <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> <strong>de</strong> macht zijn, welke voorgesteld wordt door het<br />
beest met <strong>de</strong> hoorn<strong>en</strong> gelijk e<strong>en</strong> lam, <strong>en</strong> dat <strong>de</strong>ze profetie vervuld zal word<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong><br />
Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> het vier<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag, dat Rome beweert <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re erk<strong>en</strong>t<strong>en</strong>is van<br />
zijn opperheerschappij te zijn, verplicht<strong>en</strong>d zal mak<strong>en</strong>.<br />
Doch in <strong>de</strong>ze huldiging van het pausdom zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> staan.<br />
De invloed van Rome in <strong>de</strong> land<strong>en</strong>, die e<strong>en</strong>s zijn heerschappij erk<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, is nog lang niet<br />
vernietigd. De profetie voorspelt e<strong>en</strong> herstelling van zijn macht. “En ik zag e<strong>en</strong> van zijn<br />
hoofd<strong>en</strong> als tot <strong>de</strong> dood gewond, <strong>en</strong> zijn do<strong>de</strong>like won<strong>de</strong> werd g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong><br />
verwon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> zich achter het beest.” Het toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van <strong>de</strong> do<strong>de</strong>like won<strong>de</strong> wijst op <strong>de</strong> val<br />
van het pausdom in 1798. Hierna, zegt <strong>de</strong> profeet, “werd zijn do<strong>de</strong>like won<strong>de</strong> g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong> verwon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> zich achter het beest.” Paulus zegt dui<strong>de</strong>lik, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s <strong>de</strong>r<br />
zon<strong>de</strong> zal blijv<strong>en</strong> voortbestaan tot <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rkomst <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. Tot het uiterste van <strong>de</strong> tijd zal<br />
hij zijn verleidingswerk voortzett<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> Zi<strong>en</strong>er verklaart, alsme<strong>de</strong> op het pausdom<br />
doel<strong>en</strong><strong>de</strong>: “All<strong>en</strong>, die op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> won<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> het aanbidd<strong>en</strong>, welker nam<strong>en</strong> niet zijn<br />
geschrev<strong>en</strong> in het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s.” Zowel in <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> als in <strong>de</strong> Nieuwe wereld zal er hul<strong>de</strong><br />
aan het pausdom bewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> eer, welke zal word<strong>en</strong> toegek<strong>en</strong>d aan <strong>de</strong><br />
Zondagsinstelling, die alle<strong>en</strong> op het gezag van <strong>de</strong> Roomse Kerk berust.<br />
Meer dan vijftig jar<strong>en</strong> lang hebb<strong>en</strong> zij, die in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> <strong>de</strong> profetieën<br />
bestu<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, dit getuig<strong>en</strong>is aan <strong>de</strong> wereld verkondigd. In <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, die tans plaats<br />
grijp<strong>en</strong>, ziet m<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> vervulling van <strong>de</strong> voorspelling met snelheid na<strong>de</strong>rt. Bij Protestantse<br />
lerar<strong>en</strong> vindt m<strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> bewering van God<strong>de</strong>lik gezag voor het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Zondag,<br />
<strong>en</strong> hetzelf<strong>de</strong> gebrek aan bewijs uit <strong>de</strong> Schrift, als bij <strong>de</strong> pauselike lei<strong>de</strong>rs, die won<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
verzonn<strong>en</strong> om <strong>de</strong> plaats in te nem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bevel van God. De bewering, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
door. Gods oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> bezocht word<strong>en</strong>, omdat ze <strong>de</strong> Zondagsabbat brek<strong>en</strong>, zal herhaald<br />
word<strong>en</strong>; m<strong>en</strong> begint er reeds van te hor<strong>en</strong>. Ook wint e<strong>en</strong> beweging om het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Zondag verplicht<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>, snel veld.<br />
De Roomse Kerk is merkwaardig in zijn sluwheid <strong>en</strong> geslep<strong>en</strong>heid. Hij kan giss<strong>en</strong>, wat<br />
er gebeur<strong>en</strong> zal. Hij wacht zijn tijd af, daar hij ziet, dat <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong> hem hul<strong>de</strong><br />
bewijz<strong>en</strong> door <strong>de</strong> valse sabbat aan te nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> plann<strong>en</strong> beram<strong>en</strong> om die verplicht<strong>en</strong>d te<br />
mak<strong>en</strong> door juist <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die hijzelf in vervlog<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong> heeft gebruikt. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
die het licht van <strong>de</strong> waarheid verwerp<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> er nog toe kom<strong>en</strong>, <strong>de</strong> hulp in te roep<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong>ze macht, die zichzelf onfeilbaar noemt, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> e<strong>en</strong> instelling te verhog<strong>en</strong>, die door<br />
hem is ontstaan. Het valt niet moeilik te berek<strong>en</strong><strong>en</strong>, hoe gere<strong>de</strong>lik hij <strong>de</strong> Protestant<strong>en</strong> in dit<br />
werk zal te hulp kom<strong>en</strong>. Wie verstaan beter dan <strong>de</strong> pauselike leidslied<strong>en</strong>, hoe er gehan<strong>de</strong>ld<br />
moet word<strong>en</strong> met h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> kerk ongehoorzaam zijn? De Rooms Katholieke Kerk vormt<br />
met al zijn vertakking<strong>en</strong> door <strong>de</strong> gehele wereld één grote organisatie on<strong>de</strong>r het beheer van<br />
<strong>de</strong> pauselike stoel, met het doel, zijn belang<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Aan zijn miljo<strong>en</strong><strong>en</strong><br />
408
avondmaalgangers in ie<strong>de</strong>r land op aar<strong>de</strong> wordt geleerd, dat ze zich verbond<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
rek<strong>en</strong><strong>en</strong> om gehoorzaamheid aan <strong>de</strong> paus te bewijz<strong>en</strong>. Wat hun nationaliteit of hun regering<br />
ook wez<strong>en</strong> mag, ze moet<strong>en</strong> het gezag van <strong>de</strong> kerk acht<strong>en</strong> als bov<strong>en</strong> alle an<strong>de</strong>r staan<strong>de</strong>.<br />
Ofschoon ze <strong>de</strong> eed mog<strong>en</strong> aflegg<strong>en</strong> van getrouwheid aan <strong>de</strong> staat, zo ligt daarachter toch <strong>de</strong><br />
eed van gehoorzaamheid aan Rome, die h<strong>en</strong> van ie<strong>de</strong>re belofte vrijstelt, welke scha<strong>de</strong>lik aan<br />
Rome’s belang<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong> zijn.<br />
De geschied<strong>en</strong>is gewaagt van Rome’s sluwe <strong>en</strong> aanhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> poging<strong>en</strong> om zich in te<br />
dring<strong>en</strong> in <strong>de</strong> aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van natieën; <strong>en</strong> om, wanneer het vaste voet gekreg<strong>en</strong> heeft,<br />
zijn eig<strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, zelfs al br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> die vorst<strong>en</strong> <strong>en</strong> volk tot on<strong>de</strong>rgang. In<br />
het jaar 1204 dwong Paus Innoc<strong>en</strong>tius III. van Peter II., koning van Arragon, <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
buit<strong>en</strong>gewone eed af: “Ik, Peter, koning van <strong>de</strong> Arragoniërs, belijd <strong>en</strong> beloof, immer<br />
getrouw <strong>en</strong> gehoorzaam te zull<strong>en</strong> zijn aan mijn heer, Paus Innoc<strong>en</strong>tius, zijn Katholieke<br />
opvolgers, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Roomse Kerk, <strong>en</strong> getrouwelik mijn koninkrijk in gehoorzaamheid aan hem<br />
te houd<strong>en</strong>, het Katholieke geloof te ver<strong>de</strong>dig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ketterse laaghed<strong>en</strong> te vervolg<strong>en</strong>.” Dit<br />
stemt overe<strong>en</strong> met <strong>de</strong> aansprak<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> Roomse opperpriester, dat<br />
“het wettig voor hem is om keizers af te zett<strong>en</strong>,” <strong>en</strong> dat “hij on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> ontheff<strong>en</strong> kan van<br />
hun getrouwheid aan onrechtvaardige heersers.”<br />
En wat niet verget<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>, is, dat Rome er roem op draagt, dat het nooit<br />
veran<strong>de</strong>rt. De beginsel<strong>en</strong> van Gregorius VII. <strong>en</strong> Innoc<strong>en</strong>tius III. zijn nog steeds <strong>de</strong><br />
beginsel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Rooms Katholieke Kerk. En had hij slechts <strong>de</strong> macht, hij zou ze tans met<br />
ev<strong>en</strong>veel kracht in werking stell<strong>en</strong> als in vorige eeuw<strong>en</strong>. De Protestant<strong>en</strong> beseff<strong>en</strong> weinig<br />
wat ze do<strong>en</strong>, wanneer ze hulp van Rome d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> Zondag te handhav<strong>en</strong>.<br />
Terwijl zij hun aandacht wijd<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> bereiking van hun doel, streeft Rome ernaar om zijn<br />
macht opnieuw te vestig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn verlor<strong>en</strong> opperheerschappij te herstell<strong>en</strong>. Laat het<br />
beginsel maar eerst erk<strong>en</strong>d zijn in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> kerk <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> staat<br />
mag aanw<strong>en</strong>d<strong>en</strong> of beheers<strong>en</strong>; dat godsdi<strong>en</strong>stige gebruik<strong>en</strong> door wereldlike wett<strong>en</strong><br />
verplicht<strong>en</strong>d mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gemaakt; met één woord, dat het gezag van kerk <strong>en</strong> staat het<br />
gewet<strong>en</strong> plicht<strong>en</strong> moet voorschrijv<strong>en</strong>,— <strong>en</strong> <strong>de</strong> triomf van Rome in dit land zal verzekerd<br />
zijn.<br />
Gods woord heeft gewaarschuwd teg<strong>en</strong> het na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> gevaar; wordt die waarschuwing<br />
in <strong>de</strong> wind geslag<strong>en</strong>, dan zal <strong>de</strong> Protestantse wereld zi<strong>en</strong>, wat Rome’s plann<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>lik zijn;<br />
maar dan zal het te laat zijn om aan <strong>de</strong> valstrik te ontkom<strong>en</strong>. Zijn macht groeit in stilte aan.<br />
Zijn leerstelling<strong>en</strong> oef<strong>en</strong><strong>en</strong> invloed uit in raadzal<strong>en</strong>, in kerk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Het richt zijn hoge, hechte gebouw<strong>en</strong> op, in <strong>de</strong> geheime schuilhoek<strong>en</strong> waarvan zijn<br />
vroegere vervolging<strong>en</strong> voortgezet zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Heimelik, <strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r verd<strong>en</strong>king op zich te<br />
lad<strong>en</strong>, versterkt het zijn macht om zijn eig<strong>en</strong> plann<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> gelukk<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> tijd zal<br />
gekom<strong>en</strong> zijn, dat het zijn slag kan slaan. Al wat het begeert, is ruimte om zijn werk te do<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> die is het bezig te krijg<strong>en</strong>. We zull<strong>en</strong> spoedig zi<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>, wat <strong>de</strong> bedoeling is van<br />
409
het Roomse elem<strong>en</strong>t. All<strong>en</strong>, die Gods woord gelov<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehoorzam<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> zich daardoor<br />
verwijt <strong>en</strong> vervolging op <strong>de</strong> hals hal<strong>en</strong>.<br />
410
Hoofdstuk 36 — De Na<strong>de</strong>r<strong>en</strong><strong>de</strong> Strijd<br />
Se<strong>de</strong>rt het begin van <strong>de</strong> grote strijd in <strong>de</strong> hemel is het Satans toeleg geweest, <strong>de</strong> wet<br />
Gods te niet te do<strong>en</strong>. Om dit t<strong>en</strong> uitvoer te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, stond hij teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Schepper op; <strong>en</strong><br />
ofschoon hij uit <strong>de</strong> hemel geworp<strong>en</strong> werd, heeft hij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> strijd op aar<strong>de</strong> voortgezet.<br />
M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te bedrieg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> aldus tot overtreding van Gods wet te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, is het doel,<br />
waarnaar hij volhard<strong>en</strong>d heeft gestreefd. Hetzij dit doel bereikt wordt door <strong>de</strong> wet in zijn<br />
geheel op zij<strong>de</strong> te zett<strong>en</strong>, of door e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> ervan te niet te do<strong>en</strong>, <strong>de</strong> uitkomst<br />
zal t<strong>en</strong> slotte <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zijn. Wie “in één punt” overtreedt, bewijst daardoor, dat hij <strong>de</strong> gehele<br />
wet veracht; zijn invloed <strong>en</strong> voorbeeld zijn aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> ongerechtigheid; hij wordt<br />
“schuldig aan alle.”<br />
In zijn zoek<strong>en</strong> om <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like inzetting<strong>en</strong> in verachting te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> heeft Satan <strong>de</strong><br />
leerstelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel ver-draaid, <strong>en</strong> op die wijze zijn er dwaling<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>gd met het<br />
geloof van duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Schrift belijd<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>. Het eind van <strong>de</strong> grote strijd<br />
tuss<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> dwaling is niet an<strong>de</strong>rs dan het laatste toneel in <strong>de</strong> langdurige twist over<br />
<strong>de</strong> wet Gods. Deze strijd is hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage aan het beginn<strong>en</strong> — e<strong>en</strong> strijd tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> wett<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van Jehova, tuss<strong>en</strong> <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>st van <strong>de</strong> Bijbel <strong>en</strong> die<br />
van fabel<strong>en</strong> <strong>en</strong> overlevering<strong>en</strong>.<br />
De kracht<strong>en</strong>, welke zich in <strong>de</strong>ze strijd zull<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> waarheid <strong>en</strong> gerechtigheid,<br />
zijn reeds ijverig aan het werk. Gods heilig woord, dat in ons bezit is gekom<strong>en</strong> t<strong>en</strong> koste van<br />
zoveel lijd<strong>en</strong> <strong>en</strong> bloed, wordt slechts van weinig waar<strong>de</strong> geacht. De Bijbel is binn<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>rs<br />
bereik, maar er zijn er slechts weinig<strong>en</strong>, die hem wez<strong>en</strong>lik aannem<strong>en</strong> als gids voor het lev<strong>en</strong>.<br />
Er heerst ongeloof tot op e<strong>en</strong> schrikbar<strong>en</strong><strong>de</strong> hoogte, <strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wereld, maar ook in<br />
<strong>de</strong> kerk. Vel<strong>en</strong> zijn zo ver gekom<strong>en</strong>, dat ze leerstelling<strong>en</strong> ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> ware pilar<strong>en</strong> van<br />
het Christelik geloof vorm<strong>en</strong>. De grote feit<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schepping, gelijk die door <strong>de</strong> mann<strong>en</strong><br />
Gods on<strong>de</strong>r ingeving aangegev<strong>en</strong> zijn, <strong>de</strong> val van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, het zo<strong>en</strong>offer, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
onveran<strong>de</strong>rlikheid van <strong>de</strong> wet Gods, word<strong>en</strong> in<strong>de</strong>rdaad, hetzij geheel of ge<strong>de</strong>eltelik, door<br />
e<strong>en</strong> groot <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> belijd<strong>en</strong><strong>de</strong> Christelike wereld verworp<strong>en</strong>.<br />
Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die zich op hun wijsheid <strong>en</strong> onafhankelikheid verheff<strong>en</strong>, beschouw<strong>en</strong> het als<br />
e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> van zwak-heid, onvoorwaar<strong>de</strong>lik geloof aan <strong>de</strong> Bijbel te hecht<strong>en</strong>; ze acht<strong>en</strong> het<br />
e<strong>en</strong> bewijs van groter tal<strong>en</strong>t <strong>en</strong> geleerdheid om aan <strong>de</strong> Schrift te torn<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> belangrijkste<br />
waarhed<strong>en</strong> ervan te vergeestelik<strong>en</strong> <strong>en</strong> weg te red<strong>en</strong>er<strong>en</strong>. Veel predikant<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> hun<br />
hoor<strong>de</strong>rs, <strong>en</strong> veel professor<strong>en</strong> <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwijzers hun stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> wet Gods veran<strong>de</strong>rd of<br />
weggedaan is; <strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> vereist<strong>en</strong> ervan nog geldig zijn, <strong>en</strong> letterlik<br />
gehoorzaamd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> spot <strong>en</strong> verachting waardig geacht.<br />
Door <strong>de</strong> waarheid te verwerp<strong>en</strong>, verwerp<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> Hem, die <strong>de</strong> waarheid heeft<br />
geop<strong>en</strong>baard. Door Gods wet te vertred<strong>en</strong>, ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> ze het gezag van <strong>de</strong> <strong>Wet</strong>gever. Het is<br />
411
ev<strong>en</strong> gemakkelik om e<strong>en</strong> afgod te mak<strong>en</strong> van valse leerstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> theorieën, als e<strong>en</strong> afgod<br />
te vervaardig<strong>en</strong> uit hout of ste<strong>en</strong>. Door Gods eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> verkeerd voor te stell<strong>en</strong>, br<strong>en</strong>gt<br />
Satan er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe, zich e<strong>en</strong> vals begrip van God te vorm<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />
filosofiese afgod in <strong>de</strong> plaats van Jehova op <strong>de</strong> troon; terwijl <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong> God, zoals Hij zich<br />
in Zijn Woord, in Christus, <strong>en</strong> in <strong>de</strong> werk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> schepping op<strong>en</strong>baart, slechts door<br />
weinig<strong>en</strong> wordt aangebed<strong>en</strong>. Duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> vergod<strong>en</strong> <strong>de</strong> natuur, terwijl ze toch <strong>de</strong> God van <strong>de</strong><br />
natuur ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Ofschoon on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re vorm bestaat er in <strong>de</strong> Christelike wereld van<br />
hed<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>like afgo<strong>de</strong>rij, als on<strong>de</strong>r oud-Israël in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Elia. De god van vele<br />
zog<strong>en</strong>aam<strong>de</strong> wijze mann<strong>en</strong>, van filosof<strong>en</strong>, dichters, staatkundig<strong>en</strong>, dagbladschrijvers,— <strong>de</strong><br />
god van <strong>de</strong> beschaaf<strong>de</strong> kring<strong>en</strong>, die met <strong>de</strong> mo<strong>de</strong> me<strong>de</strong>gaan, <strong>de</strong> god van Veel hogere<br />
schol<strong>en</strong> <strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong>, ja zelfs van sommige theologiese inrichting<strong>en</strong>, is weinig beter dan<br />
Baäl, <strong>de</strong> zonnegod van <strong>de</strong> Ph<strong>en</strong>iciërs.<br />
Ge<strong>en</strong> dwaling, die <strong>de</strong> Christelike wereld aannem<strong>en</strong> kan, kant zich stouter teg<strong>en</strong> het gezag<br />
van <strong>de</strong> Hemel; ge<strong>en</strong> is er meer bepaald in teg<strong>en</strong>stelling met hetge<strong>en</strong> <strong>de</strong> re<strong>de</strong> ingeeft; ge<strong>en</strong><br />
ver<strong>de</strong>rfeliker in zijn uitwerking, dan <strong>de</strong> leer, die in onze nieuwere tijd zo snel veld wint, dat<br />
Gods wet niet langer bind<strong>en</strong>d is voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s. Ie<strong>de</strong>r volk heeft zijn wett<strong>en</strong>, die eerbied <strong>en</strong><br />
gehoorzaamheid eis<strong>en</strong>; ge<strong>en</strong> regering zou zon<strong>de</strong>r die kunn<strong>en</strong> bestaan; hoe kan m<strong>en</strong> zich dan<br />
ind<strong>en</strong>k<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Schepper van hemel <strong>en</strong> aar<strong>de</strong> ge<strong>en</strong> wet heeft om <strong>de</strong> wez<strong>en</strong>s, die Hij heeft<br />
geschap<strong>en</strong>, naar te reger<strong>en</strong>? Veron<strong>de</strong>rsteld, dat predikers van naam in het op<strong>en</strong>baar zoud<strong>en</strong><br />
ler<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> wett<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s welke hun land geregeerd wordt, <strong>en</strong> die <strong>de</strong> recht<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
burgers bescherm<strong>en</strong>, niet verplicht<strong>en</strong>d war<strong>en</strong>,— dat ze <strong>de</strong> vrijhed<strong>en</strong> van het volk beperkt<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> daarom niet gehoorzaamd behoord<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>; hoe lang zoud<strong>en</strong> zulke mann<strong>en</strong> op <strong>de</strong><br />
kansel geduld word<strong>en</strong> ? Maar is het e<strong>en</strong> grotere overtreding, <strong>de</strong> wett<strong>en</strong> van stat<strong>en</strong> <strong>en</strong> volk<strong>en</strong><br />
te minacht<strong>en</strong>, dan die God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> te vertred<strong>en</strong>, welke t<strong>en</strong> grondslag ligg<strong>en</strong> aan<br />
alle regering?<br />
Veel eer<strong>de</strong>r zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> natieën hun wett<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> af- schaff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het volk lat<strong>en</strong> do<strong>en</strong><br />
wat het begeert, dan dat <strong>de</strong> Heerser van het heelal Zijn wet zou kunn<strong>en</strong> vernietig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
wereld zon<strong>de</strong>r standaard lat<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s welke <strong>de</strong> schuldig<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gehoorzam<strong>en</strong> gerechtvaardigd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Wil m<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> wat het gevolg is van het<br />
vernietigd verklar<strong>en</strong> van Gods wet? De proef is g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Vreselik war<strong>en</strong> <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong>, die<br />
zich in Frankrijk afspeeld<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> het atheïsme <strong>de</strong> macht in hand<strong>en</strong> kreeg. To<strong>en</strong> werd aan <strong>de</strong><br />
wereld getoond, dat het omverwerp<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gr<strong>en</strong>s- pal<strong>en</strong>, die God heeft gesteld, het<br />
aannem<strong>en</strong> van <strong>de</strong> heerschappij van <strong>de</strong> wreedste tirann<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t. Wanneer <strong>de</strong> standaard<br />
van recht ter zij<strong>de</strong> wordt gesteld, staat <strong>de</strong> weg voor <strong>de</strong> vorst van het kwaad op<strong>en</strong>, om zijn<br />
macht op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> te vestig<strong>en</strong>.<br />
Waar <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong>, houdt zon<strong>de</strong> op, zondig te schijn<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> gerechtigheid, be- geerlik te zijn. Wie weiger<strong>en</strong>, zich aan Gods heerschappij te<br />
on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, zijn geheel <strong>en</strong> al ongeschikt om zichzelv<strong>en</strong> te beheers<strong>en</strong>. Door hun<br />
ver<strong>de</strong>rfelike lering<strong>en</strong> wordt <strong>de</strong> geest van opstand ingeplant in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
412
jongelied<strong>en</strong>, die van nature ge<strong>en</strong> gezag will<strong>en</strong> duld<strong>en</strong>; <strong>en</strong> het gevolg is e<strong>en</strong> tuchteloze,<br />
losbandige toestand van <strong>de</strong> maatschappij. Terwijl schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> spott<strong>en</strong> met <strong>de</strong><br />
lichtgelovigheid van h<strong>en</strong>, die gehoorzaam zijn aan Gods eis<strong>en</strong>, nem<strong>en</strong> ze gretig <strong>de</strong><br />
begoocheling<strong>en</strong> van Satan aan. Ze vier<strong>en</strong> <strong>de</strong> vrije teugel aan hun wellust, <strong>en</strong> bedrijv<strong>en</strong> die<br />
zond<strong>en</strong>, welke oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over <strong>de</strong> heid<strong>en</strong><strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gebracht.<br />
Zij, die <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>, <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods licht te acht<strong>en</strong>, zaai<strong>en</strong> ongehoorzaamheid, <strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> ongehoorzaamheid oogst<strong>en</strong>. Laat <strong>de</strong> weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, die <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet<br />
uitoef<strong>en</strong>t, geheel <strong>en</strong> al op zij<strong>de</strong> gezet word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er zal al spoedig ev<strong>en</strong>min acht word<strong>en</strong><br />
geslag<strong>en</strong> op m<strong>en</strong>selike wett<strong>en</strong>. Omdat God oneerlike han<strong>de</strong>ling<strong>en</strong>, beger<strong>en</strong>, lieg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
bedrieg<strong>en</strong> verbiedt, zijn <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gereed. Zijn wett<strong>en</strong> te vertred<strong>en</strong>, als zijn<strong>de</strong> e<strong>en</strong><br />
struikelblok voor hun aardse welvaart ; maar het gevolg van het afschaff<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze<br />
voorschrift<strong>en</strong> is erger, dan ze zich kunn<strong>en</strong> ind<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> wet niet bind<strong>en</strong>d was,<br />
waarom zou iemand dan bevreesd zijn, hem te overtred<strong>en</strong>? Eig<strong>en</strong>dom zou niet langer veilig<br />
zijn. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zich met geweld meester mak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bezitting<strong>en</strong> van hun naast<strong>en</strong>;<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> sterkste man zou <strong>de</strong> rijkste word<strong>en</strong>. Het lev<strong>en</strong> zelf zou niet meer word<strong>en</strong> geacht. De<br />
huweliksgelofte zou niet langer als e<strong>en</strong> heilig bolwerk bestaan om het huisgezin te<br />
bescherm<strong>en</strong>. Wie er <strong>de</strong> macht toe had, <strong>en</strong> het w<strong>en</strong>ste, zou <strong>de</strong> vrouw van zijn buurman met<br />
geweld kunn<strong>en</strong> nem<strong>en</strong>. Het vijf<strong>de</strong> gebod zou met het vier<strong>de</strong> word<strong>en</strong> afgeschaft. Kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
zoud<strong>en</strong> er niet voor terugschrikk<strong>en</strong>, hun ou<strong>de</strong>rs het lev<strong>en</strong> te b<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ze door dat te<br />
do<strong>en</strong> <strong>de</strong> begeerte van hun bedorv<strong>en</strong> hart<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> bevredig<strong>en</strong>. De beschaaf<strong>de</strong> wereld zou<br />
e<strong>en</strong> b<strong>en</strong><strong>de</strong> rovers <strong>en</strong> moord<strong>en</strong>aars word<strong>en</strong>; <strong>en</strong> vre<strong>de</strong>, rust, <strong>en</strong> geluk zoud<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
gebann<strong>en</strong> zijn.<br />
Reeds heeft <strong>de</strong> leer, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> onthev<strong>en</strong> zijn van <strong>de</strong> gehoorzaamheid aan wat God<br />
eist, <strong>de</strong> kracht van ze<strong>de</strong>like verplichting verzwakt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> sluiz<strong>en</strong> <strong>de</strong>r ongerechtigheid over <strong>de</strong><br />
wereld op<strong>en</strong>gezet. Ban<strong>de</strong>loosheid, uitspatting <strong>en</strong> be<strong>de</strong>rf stort<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> watervloed op ons<br />
neer. In het huisgezin doet Satan zijn werk. Zijn banier wappert zelfs in belijd<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
Christelike gezinn<strong>en</strong>. Er bestaat nijd, kwaadd<strong>en</strong>- k<strong>en</strong>dheid, schijnheiligheid, vervreemding,<br />
ijverzucht, strijd, verzaking van heilige plicht<strong>en</strong>, toegev<strong>en</strong> aan wellust. Het gehele stelsel<br />
van godsdi<strong>en</strong>stige grondregels <strong>en</strong> leerstelling<strong>en</strong>, die het fondam<strong>en</strong>t <strong>en</strong> geraamte van het<br />
maatschappelike lev<strong>en</strong> behor<strong>en</strong> te vorm<strong>en</strong>, schijnt e<strong>en</strong> wankel<strong>en</strong><strong>de</strong> massa te zijn, gereed om<br />
in te stort<strong>en</strong>. Aan <strong>de</strong> laagste boosdo<strong>en</strong>ers word<strong>en</strong> m<strong>en</strong>igmaal gift<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
oplett<strong>en</strong>dheid bewez<strong>en</strong>, wanneer ze t<strong>en</strong> gevolge van hun overtreding<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is<br />
geworp<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, alsof hun e<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ijd<strong>en</strong>swaardige on<strong>de</strong>rscheiding bewez<strong>en</strong> was. Hun<br />
karakter <strong>en</strong> misdad<strong>en</strong> word<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d gesteld. De pers maakt <strong>de</strong> stuit<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
biezon<strong>de</strong>rhed<strong>en</strong> van misdad<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar, <strong>en</strong> leidt daardoor an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> op tot <strong>de</strong> beoef<strong>en</strong>ing van<br />
bedriegerij<strong>en</strong>, roof <strong>en</strong> moord; <strong>en</strong> Satan verlustigt zich in het welslag<strong>en</strong> van zijn helse<br />
plann<strong>en</strong>. De zwijmel <strong>de</strong>r ontucht, <strong>de</strong> lichtzinnige wijze, waarop m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> maakt aan<br />
het lev<strong>en</strong>, het vreselike to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> van onmatigheid <strong>en</strong> ongerechtigheid van ie<strong>de</strong>re aard <strong>en</strong><br />
413
graad, behoord<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die God vrez<strong>en</strong>, op te wekk<strong>en</strong> om te vrag<strong>en</strong> wat er gedaan kan<br />
word<strong>en</strong> t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> vloed van het kwaad te stuit<strong>en</strong>.<br />
De gerechtshov<strong>en</strong> zijn bedorv<strong>en</strong>. Heersers word<strong>en</strong> gedrev<strong>en</strong> door winstbejag <strong>en</strong> lief<strong>de</strong><br />
tot zinnelik g<strong>en</strong>ot. Onmatigheid heeft <strong>de</strong> vermog<strong>en</strong>s van vel<strong>en</strong> b<strong>en</strong>eveld, zodat Satan bijna<br />
volkom<strong>en</strong> macht over h<strong>en</strong> heeft. De mann<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet gaan met kuiperij<strong>en</strong> om, word<strong>en</strong><br />
omgekocht <strong>en</strong> verleid. Dronk<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> brasserij, hartstocht, nijd, <strong>en</strong> allerlei oneerlikheid<br />
ton<strong>en</strong> zich on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> landswett<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>. “De gerechtigheid staat van verre; want<br />
<strong>de</strong> waarheid struikelt op <strong>de</strong> straat, <strong>en</strong> wat recht is, kan er niet doorgaan.<br />
De ongerechtigheid <strong>en</strong> geestelike duisternis, welke on<strong>de</strong>r het oppergezag van Rome<br />
heerst<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> <strong>de</strong> onvermij<strong>de</strong>like gevolg<strong>en</strong> van het on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>; maar<br />
waar moet <strong>de</strong> oorzaak gevond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van het algem<strong>en</strong>e ongeloof, het verwerp<strong>en</strong> van<br />
Gods wet, <strong>en</strong> het daaruit voortspruit<strong>en</strong><strong>de</strong> be<strong>de</strong>rf, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> volle glans van het licht van het<br />
evangelie in e<strong>en</strong> eeuw van godsdi<strong>en</strong>stvrijheid? Nu Satan <strong>de</strong> wereld niet langer on<strong>de</strong>r zijn<br />
heerschappij kan houd<strong>en</strong> door on<strong>de</strong>rdrukking van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong>, neemt hij <strong>de</strong> toevlucht tot<br />
an<strong>de</strong>re mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, om hetzelf<strong>de</strong> doel te bereik<strong>en</strong>. Het geloof in <strong>de</strong> Bijbel weg te nem<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t<br />
zijn plann<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> goed als het on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel zelf. Door <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wijs te<br />
mak<strong>en</strong>, dat Gods wet niet bind<strong>en</strong>d is, leidt hij h<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> doeltreff<strong>en</strong>d tot overtred<strong>en</strong>, als<br />
war<strong>en</strong> ze geheel <strong>en</strong> al onwet<strong>en</strong>d aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van die wet.<br />
En nu, ev<strong>en</strong>als in vroegere eeuw<strong>en</strong>, gebruikt hij <strong>de</strong> kerk om zijn plann<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.<br />
De bestaan<strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige organisaties hebb<strong>en</strong> geweigerd, te luister<strong>en</strong> naar waarhed<strong>en</strong>,<br />
welke niet in <strong>de</strong> smaak vall<strong>en</strong>, maar die in <strong>de</strong> Schrift dui<strong>de</strong>lik aan het licht word<strong>en</strong> gebracht;<br />
<strong>en</strong> door die te bestrijd<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> ze uitlegging<strong>en</strong> aanvaard <strong>en</strong> stelling<strong>en</strong> ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
zad<strong>en</strong> van twijfel wijd <strong>en</strong> zijd hebb<strong>en</strong> verspreid. Zich vastklemm<strong>en</strong><strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Roomse<br />
dwaling van natuurlike onsterfelikheid <strong>en</strong> het bewustzijn van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in <strong>de</strong> dood, hebb<strong>en</strong> ze<br />
het <strong>en</strong>igste verworp<strong>en</strong>, dat h<strong>en</strong> had kunn<strong>en</strong> beveilig<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> begoocheling<strong>en</strong> van het<br />
Spiritisme. De leer van <strong>de</strong> eeuwige straf heeft er vel<strong>en</strong> toe gebracht, niet langer in <strong>de</strong> Bijbel<br />
te gelov<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van het vier<strong>de</strong> gebod <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voorgehoud<strong>en</strong>, zi<strong>en</strong><br />
ze in, dat het vier<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag als Sabbat bevol<strong>en</strong> wordt; maar als <strong>en</strong>ige uitweg om<br />
zich te ontheff<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> plicht, welke ze niet will<strong>en</strong> nakom<strong>en</strong>, wordt door vele lerar<strong>en</strong>, die<br />
ze zich gekoz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, verklaard, dat <strong>de</strong> wet Gods niet langer bind<strong>en</strong>d is. Aldus verwerp<strong>en</strong><br />
ze <strong>de</strong> wet <strong>en</strong> <strong>de</strong> Sabbat bei<strong>de</strong>. Naarmate het werk van <strong>de</strong> Sabbatshervorming zich uitbreidt,<br />
zal <strong>de</strong>ze verwerping van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van het vier<strong>de</strong> gebod te<br />
ontduik<strong>en</strong>, zo goed als algeme<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De lering<strong>en</strong> van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige leidslied<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur geop<strong>en</strong>d voor ongeloof, voor Spiritualisme, <strong>en</strong> voor verachting van Gods<br />
heilige wet; <strong>en</strong> op die leidslied<strong>en</strong> rust e<strong>en</strong> vreselike verantwoor<strong>de</strong>likheid voor <strong>de</strong><br />
ongerechtigheid, welke er in <strong>de</strong> Christelike wereld heerst.<br />
Toch is het juist <strong>de</strong>ze klasse, die beweert, dat het zich snel uitbreid<strong>en</strong><strong>de</strong> be<strong>de</strong>rf<br />
grot<strong>en</strong><strong>de</strong>els moet toegeschrev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> ontheiliging van <strong>de</strong> zog<strong>en</strong>aam<strong>de</strong><br />
414
“Christelike Sabbat,” <strong>en</strong> dat het verplicht<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> van Zondagsviering <strong>de</strong><br />
maatschappelike zed<strong>en</strong> zeer zou verheff<strong>en</strong>. Voornamelik in <strong>Amerika</strong> wordt dit aangevoerd,<br />
waar <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> ware Sabbat het meest algeme<strong>en</strong> gepredikt is. Hier wordt het afschaffingswerk,<br />
e<strong>en</strong> van <strong>de</strong> voornaamste <strong>en</strong> belangrijkste van alle ze<strong>de</strong>like hervorming<strong>en</strong>,<br />
dikwels verbond<strong>en</strong> met <strong>de</strong> Zon- dagsbeweging, <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs van laatstg<strong>en</strong>oem<strong>de</strong><br />
voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat ze arbeid<strong>en</strong> tot bevor<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> hoogste belang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> maatschappij;<br />
<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke weiger<strong>en</strong> zich met h<strong>en</strong> te verbind<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> uitgemaakt als vijand<strong>en</strong><br />
van afschaffing <strong>en</strong> hervorming. Maar het feit, dat e<strong>en</strong> beweging tot staving van e<strong>en</strong> dwaling<br />
verbond<strong>en</strong> is met e<strong>en</strong> werk, dat op zichzelf goed is, is ge<strong>en</strong> bewijsgrond t<strong>en</strong> gunste van <strong>de</strong><br />
dwaling.<br />
We mog<strong>en</strong> gift onzichtbaar mak<strong>en</strong> door het met gezond voedsel te verm<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, maar we<br />
kunn<strong>en</strong> <strong>de</strong> natuur ervan niet veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Integ<strong>en</strong><strong>de</strong>el, het wordt ge- vaarliker, daar het dan<br />
eer<strong>de</strong>r onverhoeds g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> wordt. Het is e<strong>en</strong> van Satans kunstgrep<strong>en</strong> om <strong>de</strong> leug<strong>en</strong> met<br />
zoveel waarheid sam<strong>en</strong> te vlecht<strong>en</strong>, dat hij aannemelik wordt. De lei<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong><br />
Zondagsbeweging mog<strong>en</strong> hervorming<strong>en</strong> voorstaan, die nodig zijn voor het volk, grondregels,<br />
die in over-e<strong>en</strong>stemming zijn met <strong>de</strong> Bijbel; doch Gods di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> gem<strong>en</strong>e<br />
zaak met h<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, zo lang er nev<strong>en</strong>s <strong>de</strong>ze regels iets gevraagd wordt, dat teg<strong>en</strong> Zijn wet<br />
strijdt.<br />
Niets kan h<strong>en</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> in het op zij<strong>de</strong> steil<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods ter wille van<br />
<strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Satan zal <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in zijn strikk<strong>en</strong> vang<strong>en</strong> door <strong>de</strong> twee<br />
grote dwaling<strong>en</strong>, <strong>de</strong> onsterfelikheid van <strong>de</strong> ziel <strong>en</strong> Zondags-heiliging. Terwijl <strong>de</strong> eerste het<br />
fondam<strong>en</strong>t voor het Spiritisme legt, schept <strong>de</strong> laatste e<strong>en</strong> band van sympathie met Rome. De<br />
Protestant<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> eerst<strong>en</strong> zijn om <strong>de</strong> klove te <strong>de</strong>mp<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
hand van het Spiritisme aan te grijp<strong>en</strong>; ze zull<strong>en</strong> zich over <strong>de</strong> afgrond he<strong>en</strong> buig<strong>en</strong> om <strong>de</strong><br />
hand van <strong>de</strong> Roomse macht te drukk<strong>en</strong>; <strong>en</strong> het land zal on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> invloed van dit drievoudige<br />
verbond Rome’s voetstapp<strong>en</strong> drukk<strong>en</strong> in het vertred<strong>en</strong> van <strong>de</strong> recht<strong>en</strong> van het gewet<strong>en</strong>.<br />
Naarmate het Spiritualisme het hed<strong>en</strong>daagse Christ<strong>en</strong>dom in naam getrouwer navolgt,<br />
heeft het meer macht om te verleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verstrikk<strong>en</strong>. Satan zelf is bekeerd volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordig heers<strong>en</strong><strong>de</strong> or<strong>de</strong> van zak<strong>en</strong>. Hij zal verschijn<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vorm van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel <strong>de</strong>s<br />
lichts. Door mid<strong>de</strong>l van het Spiritualisme zull<strong>en</strong> er won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gewrocht, ziek<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
vele onmisk<strong>en</strong>bare tek<strong>en</strong><strong>en</strong> gedaan word<strong>en</strong>. En wanneer <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> voorgev<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
Bijbel te gelov<strong>en</strong>, <strong>en</strong> achting zull<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> instelling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk, zal hun werk<br />
word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>baring van God<strong>de</strong>like kracht.<br />
De scheidingslinie tuss<strong>en</strong> belijd<strong>en</strong><strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> is tans bijna niet te<br />
on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>. De led<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk hebb<strong>en</strong> lief, wat <strong>de</strong> wereld liefheeft, <strong>en</strong> zijn bereid,<br />
zich met wereldling<strong>en</strong> te verbind<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Satan is beslot<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> tot één lichaam te verzamel<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> alzo zijn zaak te versterk<strong>en</strong> door all<strong>en</strong> te dring<strong>en</strong>, zich in <strong>de</strong> gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van het<br />
Spiritualisme te stell<strong>en</strong>. Pausgezind<strong>en</strong>, die zich op won- <strong>de</strong>r<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> zeker tek<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
415
ware kerk verheff<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> gere<strong>de</strong>lik bedrog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door <strong>de</strong>ze bov<strong>en</strong>natuurlike macht;<br />
<strong>en</strong> Protestant<strong>en</strong>, die het schild van <strong>de</strong> waarheid hebb<strong>en</strong> weg-geworp<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s<br />
word<strong>en</strong> misleid. Pausgezind<strong>en</strong>, Protestant<strong>en</strong> <strong>en</strong> wereldling<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> all<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> <strong>de</strong> vorm<br />
van godzaligheid zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kracht ervan aannem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in dit verbond e<strong>en</strong> grote beweging<br />
erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> tot bekering van <strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> het begin van het langverwachte duiz<strong>en</strong>djarige rijk.<br />
Door het Spiritualisme verschijnt Satan als e<strong>en</strong> weldo<strong>en</strong>er van het m<strong>en</strong>segeslacht, <strong>de</strong><br />
ziekt<strong>en</strong> van het volk g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong> e<strong>en</strong> nieuw <strong>en</strong> verhev<strong>en</strong>er stelsel van<br />
godsdi<strong>en</strong>stig geloof aan <strong>de</strong> hand te do<strong>en</strong>; maar tegelijkertijd is hij als e<strong>en</strong> verwoester<br />
werkzaam. Zijn verleiding<strong>en</strong> stort<strong>en</strong> schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in het ver<strong>de</strong>rf. Onmatigheid<br />
onttroont <strong>de</strong> re<strong>de</strong>; zinnelik toegev<strong>en</strong> aan hartstocht, strijd <strong>en</strong> bloedvergieting zijn er het<br />
gevolg van. Satan schept behag<strong>en</strong> in oorlog, omdat die <strong>de</strong> laagste hartstocht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ziel<br />
opwekt, <strong>en</strong> drijft dan zijn slachtoffers, in zon<strong>de</strong> <strong>en</strong> bloed gedompeld, <strong>de</strong> eeuwigheid in. Het<br />
is zijn oogmerk, <strong>de</strong> volker<strong>en</strong> aan te zett<strong>en</strong> tot oorlog teg<strong>en</strong> elkan<strong>de</strong>r; want aldus kan hij <strong>de</strong><br />
hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aftrekk<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vereiste voorbereiding om te staan in <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong>.<br />
Satan werkt ev<strong>en</strong>zeer door <strong>de</strong> elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, om zijn oogst van onvoorberei<strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> in te<br />
zamel<strong>en</strong>. Hij heeft <strong>de</strong> geheim<strong>en</strong> van <strong>de</strong> laboratoriums van <strong>de</strong> natuur on<strong>de</strong>rzocht, <strong>en</strong> doet zijn<br />
uiterste best om <strong>de</strong> elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te beheers<strong>en</strong>, voor zover God hem dit toelaat. Met welk e<strong>en</strong><br />
snelheid werd<strong>en</strong> kudd<strong>en</strong> groot <strong>en</strong> klein vee, di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>, huiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> weggevaagd,<br />
to<strong>en</strong> het hem vergund werd, Job te bezoek<strong>en</strong>; het <strong>en</strong>e ongeluk volg<strong>de</strong> als in e<strong>en</strong> oogw<strong>en</strong>k op<br />
het an<strong>de</strong>re. God is het, die Zijn schepsel<strong>en</strong> behoedt, <strong>en</strong> h<strong>en</strong> beschut teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong><br />
vernieler. Maar <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>wereld heeft verachting betoond van <strong>de</strong> wet van Jehova; <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
Heer zal juist do<strong>en</strong>, wat Hij gezegd heeft, dat geschied<strong>en</strong> zou: — Hij zal Zijn zeg<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> terugtrekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn bescherm<strong>en</strong><strong>de</strong> zorg wegnem<strong>en</strong> van h<strong>en</strong>, die teg<strong>en</strong> Zijn<br />
wet zijn opgestaan, <strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> ler<strong>en</strong> <strong>en</strong> dwing<strong>en</strong>, hetzelf<strong>de</strong> te do<strong>en</strong>. Satan heeft all<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r<br />
zich, die niet biezon<strong>de</strong>r door God word<strong>en</strong> bewaakt. Hij zal sommig<strong>en</strong> begunstig<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
voorspoedig mak<strong>en</strong>, om zijn eig<strong>en</strong> plann<strong>en</strong> te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>en</strong> over an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zal hij moeite<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> do<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, dat het God is, die h<strong>en</strong> bezoekt.<br />
Terwijl hij zich aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> voordoet als <strong>de</strong> grote heelmeester, die al hun krankhed<strong>en</strong><br />
kan g<strong>en</strong>ez<strong>en</strong>, zal hij ziekte <strong>en</strong> onheil over h<strong>en</strong> uitstort<strong>en</strong>, totdat dichtbevolkte sted<strong>en</strong> tot<br />
on<strong>de</strong>rgang <strong>en</strong> verwoesting word<strong>en</strong> gebracht. Reeds nu is hij aan het werk. Satan oef<strong>en</strong>t zijn<br />
macht uit in ongelukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> ramp<strong>en</strong> op zee <strong>en</strong> op het land, in grote brand<strong>en</strong>, hevige<br />
wervelwind<strong>en</strong> <strong>en</strong> vreselike hagelstorm<strong>en</strong>, in orkan<strong>en</strong>, overstroming<strong>en</strong>, cyklon<strong>en</strong>,<br />
vloedgolv<strong>en</strong> <strong>en</strong> aarbeving<strong>en</strong> op allerlei plaats<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in duiz<strong>en</strong><strong>de</strong>rlei vorm<strong>en</strong>. Hij verteert <strong>de</strong><br />
rijp<strong>en</strong><strong>de</strong> oogst, <strong>en</strong> hongersnood <strong>en</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong> volg<strong>en</strong>. Hij besmet <strong>de</strong> lucht met do<strong>de</strong>lik gift, <strong>en</strong><br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> sterv<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> pest. Deze bezoeking<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d meer voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
noodlot tiger word<strong>en</strong>. Verwoesting zal kom<strong>en</strong> over m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> beest. “Het land treurt, het<br />
verwelkt,” “<strong>de</strong> hoogst<strong>en</strong>. . . . kwijn<strong>en</strong>. Want het land is bevlekt weg<strong>en</strong>s zijn inwoners; want<br />
ze overtred<strong>en</strong> <strong>de</strong> wett<strong>en</strong>, ze veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong> <strong>de</strong> inzetting<strong>en</strong>, ze vernietig<strong>en</strong> het eeuwig verbond.”<br />
416
En dan zal <strong>de</strong> grote bedrieger <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> do<strong>en</strong> gelov<strong>en</strong>, dat zij, die God di<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>de</strong>ze<br />
onheil<strong>en</strong> veroorzak<strong>en</strong>. De klasse, die het misnoeg<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Hemel heeft uitgelokt, zal al hun<br />
moeite toeschrijv<strong>en</strong> aan h<strong>en</strong>, wier gehoorzaamheid aan Gods gebod<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d<br />
verwijt is voor <strong>de</strong> overtre<strong>de</strong>rs. Er zal gezegd word<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> God beledig<strong>en</strong> door<br />
ontheiliging van <strong>de</strong> Zondagsabbat; dat <strong>de</strong>ze zon<strong>de</strong> onheil<strong>en</strong> veroorzaakt heeft, die niet<br />
zull<strong>en</strong> ophoud<strong>en</strong>, tot <strong>de</strong> Zondagsviering stipt verplicht<strong>en</strong>d gemaakt wordt; <strong>en</strong> dat <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
die <strong>de</strong> eis<strong>en</strong> van het vier<strong>de</strong> gebod predik<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op die wijze <strong>de</strong> eerbied voor <strong>de</strong> Zondag te<br />
niet do<strong>en</strong>, <strong>de</strong> be- roer<strong>de</strong>rs van het volk zijn, <strong>en</strong> herstelling tot <strong>de</strong> gunst van God <strong>en</strong> tij<strong>de</strong>like<br />
welvaart onmogelik mak<strong>en</strong>. Aldus zal <strong>de</strong> aanklacht, van ouds teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht Gods<br />
ingebracht, herhaald word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat om ev<strong>en</strong> welgegron<strong>de</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong>. “En het geschied<strong>de</strong>, als<br />
Achab Elia zag, dat Achab tot hem zei: Zijt gij die beroer<strong>de</strong>r in Israël ? To<strong>en</strong> zei hij: Ik heb<br />
Israël niet beroerd, maar gij <strong>en</strong> uw va<strong>de</strong>rs huis, daarme<strong>de</strong>, dat gijlied<strong>en</strong> <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong> hebt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Baäls nagevolgd zijt.” Wanneer <strong>de</strong> volkswoe<strong>de</strong> door valse<br />
aanklacht<strong>en</strong> zal opgewekt zijn, zull<strong>en</strong> ze met Gods gezant<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> wijze han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, zeer<br />
veel gelijk<strong>en</strong>d op die, waarop het afvallige Israël met Elia han<strong>de</strong>l<strong>de</strong>.<br />
De won<strong>de</strong>rwerk<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, door het Spiritualisme geop<strong>en</strong>baard, zal zijn invloed do<strong>en</strong><br />
geld<strong>en</strong> over <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die God verkiez<strong>en</strong> te gehoorzam<strong>en</strong> in plaats van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />
Me<strong>de</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> van <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>, dat God h<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong> heeft om h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong><br />
Zondag verwerp<strong>en</strong>, van hun dwaling te overtuig<strong>en</strong>, door hun on<strong>de</strong>r het oog te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, dat<br />
<strong>de</strong> wett<strong>en</strong> van <strong>de</strong> staat ev<strong>en</strong> goed moet<strong>en</strong> gehoorzaamd word<strong>en</strong> als <strong>de</strong> wet Gods. Ze zull<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> grote zondigheid van <strong>de</strong> wereld betreur<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> betuiging<strong>en</strong> van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stleraars<br />
steun<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> ontaar<strong>de</strong> staat van zed<strong>en</strong> veroorzaakt wordt door Jes. 24:4, 5; 1 Kon. 18:17,<br />
18. Zondagsontheiliging. Groot zal <strong>de</strong> verontwaardiging zijn, opgewekt teg<strong>en</strong> al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>,<br />
die hun getuig<strong>en</strong>is weiger<strong>en</strong> aan te nem<strong>en</strong>.<br />
De politiek, die Satan in <strong>de</strong>ze laatste strijd met Gods volk volgt, is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>, waarvan hij<br />
zich bedi<strong>en</strong><strong>de</strong> aan het begin van <strong>de</strong> grote strijd in <strong>de</strong> hemel. Hij gaf to<strong>en</strong> voor, te tracht<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
best<strong>en</strong>digheid van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like regering te bevor<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, terwijl hij in het geheim alle<br />
poging<strong>en</strong> in het werk stel<strong>de</strong> om <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgang ervan te verkrijg<strong>en</strong>. En juist dat werk, dat hij<br />
aldus poog<strong>de</strong> tot stand te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, leg<strong>de</strong> hij aan <strong>de</strong> trouwe <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laste. Dezelf<strong>de</strong><br />
bedriegelike politiek heeft <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Roomse Kerk gek<strong>en</strong>merkt. Die heeft<br />
immer voorgegev<strong>en</strong> te han<strong>de</strong>l<strong>en</strong> als ste<strong>de</strong>hou<strong>de</strong>r <strong>de</strong>s Hemels, <strong>en</strong> <strong>de</strong>sniettemin getracht zich<br />
bov<strong>en</strong> God te verheff<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn wet te veran<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> regering van Rome werd<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> dood on<strong>de</strong>rging<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge van hun trouw aan het evangelie, als<br />
boosdi<strong>en</strong>ers gebrandmerkt; ze werd<strong>en</strong> verklaard, bondg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> van Satan te zijn; <strong>en</strong> alle<br />
d<strong>en</strong>kbare mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in het werk gesteld om blaam op h<strong>en</strong> te werp<strong>en</strong>, opdat ze in <strong>de</strong><br />
og<strong>en</strong> van het volk, <strong>en</strong> zelfs in hun eig<strong>en</strong>, <strong>de</strong> ergste misdadigers zoud<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong>. Nu zal het<br />
ev<strong>en</strong>zo zijn. Terwijl Satan tracht, dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> uit te roei<strong>en</strong>, die Gods wet er<strong>en</strong>, zal hij h<strong>en</strong> do<strong>en</strong><br />
beschuldig<strong>en</strong> als wetverbrekers, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die God onter<strong>en</strong>, <strong>en</strong> oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over <strong>de</strong> wereld<br />
br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
417
God oef<strong>en</strong>t nimmer dwang uit over <strong>de</strong> wil, of het gewet<strong>en</strong> ; maar Satan neemt gedurig <strong>de</strong><br />
toevlucht — om heer-schappij te krijg<strong>en</strong> over <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die hij op ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re wijze<br />
verleid<strong>en</strong> kan — tot dwang door wreedheid. Hij tracht door vrees of geweld het gewet<strong>en</strong> te<br />
beheers<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zichzelf hul<strong>de</strong> te verzeker<strong>en</strong>. Om dit t<strong>en</strong> uitvoer te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> werkt hij door<br />
godsdi<strong>en</strong>stige <strong>en</strong> wereldlike overhed<strong>en</strong> bei<strong>de</strong>, <strong>en</strong> beweegt h<strong>en</strong> tot het oplegg<strong>en</strong> van<br />
m<strong>en</strong>selike wett<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>stelling van <strong>de</strong> wet van God. Zij, die <strong>de</strong> Sabbat van <strong>de</strong> Bijbel<br />
heilig<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> gebrandmerkt word<strong>en</strong> als vijand<strong>en</strong> van wet <strong>en</strong> or<strong>de</strong>, als <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>like<br />
beperking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> maatschappij afbrek<strong>en</strong><strong>de</strong>, daardoor regeringloosheid <strong>en</strong> be<strong>de</strong>rf<br />
veroorzak<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> Gods oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> inroep<strong>en</strong><strong>de</strong>. Hun gemoedsbezwar<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
stijfhoofdigheid, hardnekkigheid, <strong>en</strong> verachting van <strong>de</strong> overheid g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>. Ze zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> beschuldigd van afkerigheid van <strong>de</strong> regering. Predikant<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> verplichting van<br />
<strong>de</strong> God<strong>de</strong>like wet ontk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kansel af <strong>de</strong> plicht op <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> bind<strong>en</strong> van<br />
gehoorzaamheid te bewijz<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> wereldlike overhed<strong>en</strong>, als door God verord<strong>en</strong>d. In raad<strong>en</strong><br />
gerechtszal<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> zak<strong>en</strong> van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> houd<strong>en</strong>, verkeerd word<strong>en</strong><br />
voorgesteld, <strong>en</strong> zijzelv<strong>en</strong> veroor<strong>de</strong>eld. Hun woord<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vals licht gesteld, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
ongunstigste verklaring aan hun beweegred<strong>en</strong><strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Wanneer <strong>de</strong> Protestantse kerk<strong>en</strong> <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like, schrif- tuurlike bewijsgrond<strong>en</strong> ter<br />
ver<strong>de</strong>diging van Gods wet verwerp<strong>en</strong>, zal het hun begeerte zijn, h<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>,<br />
wier geloof ze niet door <strong>de</strong> Bijbel kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> wankel<strong>en</strong>. Ofschoon ze hun eig<strong>en</strong> og<strong>en</strong> voor<br />
het feit sluit<strong>en</strong>, slaan ze tans e<strong>en</strong> weg in, welke leid<strong>en</strong> zal tot <strong>de</strong> vervolging van h<strong>en</strong>, die<br />
volg<strong>en</strong>s hun gewet<strong>en</strong> weiger<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>, wat <strong>de</strong> rest van <strong>de</strong> Christelik? wereld doet, <strong>de</strong> eis<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> pause- like Sabbat erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong><strong>de</strong>. De waardigheidsbekle<strong>de</strong>rs in kerk <strong>en</strong> staat zull<strong>en</strong> zich<br />
ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> om alle klass<strong>en</strong> om te kop<strong>en</strong>, te beweg<strong>en</strong>, of te dwing<strong>en</strong>, <strong>de</strong> Zondag te vier<strong>en</strong>. Het<br />
gemis aan God<strong>de</strong>lik gezag zal vergoed word<strong>en</strong> door drukk<strong>en</strong><strong>de</strong> wetsverord<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />
Staatkundig be<strong>de</strong>rf is bezig, <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> tot het recht <strong>en</strong> het ontzag voor <strong>de</strong> waarheid te niet<br />
te do<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zelfs in het vrije <strong>Amerika</strong> zull<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> wetgevers toegev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong><br />
algem<strong>en</strong>e eis van het volk om e<strong>en</strong> wet voor het verplicht<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> van Zondagsviering, t<strong>en</strong><br />
ein<strong>de</strong> zich aldus van <strong>de</strong> volksgunst te verzeker<strong>en</strong>. De vrijheid van gewet<strong>en</strong>, waarvoor zulke<br />
grote opoffering<strong>en</strong> gemaakt zijn, zal niet langer geëerbiedigd word<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> strijd, die<br />
spoedig uitbrek<strong>en</strong> moet, zull<strong>en</strong> we <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van <strong>de</strong> profeet bewaarheid zi<strong>en</strong>: “De draak<br />
vergrim<strong>de</strong> op <strong>de</strong> vrouw, <strong>en</strong> ging he<strong>en</strong> om krijg te voer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> overig<strong>en</strong> van haar zaad,<br />
die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods bewar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het getuig<strong>en</strong>is van Jezus Christus hebb<strong>en</strong>.”<br />
418
Hoofdstuk 37 — De Schrift<strong>en</strong> e<strong>en</strong> Bron van Veiligheid<br />
“Tot <strong>de</strong> wet <strong>en</strong> tot <strong>de</strong> getuig<strong>en</strong>is! zo ze niet sprek<strong>en</strong> naar dit woord, het zal zijn, dat ze<br />
ge<strong>en</strong> dageraad (licht) zull<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.” Gods volk wordt op <strong>de</strong> Schrift gewez<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />
beveiliging teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> invloed van valse leraars <strong>en</strong> <strong>de</strong> verleid<strong>en</strong><strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> geest<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
duisternis. Satan gebruikt alle mogelike mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> om <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, <strong>de</strong><br />
Schrift<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>; omdat <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like uitsprak<strong>en</strong> ervan zijn bedriegerij<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>.<br />
Bij ie<strong>de</strong>re herleving van Gods werk wordt <strong>de</strong> vorst van het kwaad tot vuriger ijver aangezet;<br />
tans spant hij zijn uiterste kracht<strong>en</strong> in voor e<strong>en</strong> laatste strijd teg<strong>en</strong> Christus <strong>en</strong> Zijn<br />
volgeling<strong>en</strong>. De laatste, grote verleiding zal binn<strong>en</strong> kort over ons kom<strong>en</strong>. De antichrist zal<br />
zijn won<strong>de</strong>rdad<strong>en</strong> voor onze og<strong>en</strong> verricht<strong>en</strong>. Z— volkom<strong>en</strong> zal het teg<strong>en</strong>beeld op het ware<br />
gelijk<strong>en</strong>, dat het onmogelik zal zijn, er tuss<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>, dan door mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong><br />
<strong>Heilig</strong>e Schrift. Aan wat <strong>de</strong> Schrift zegt moet ie<strong>de</strong>re verklaring <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r won<strong>de</strong>r getoetst<br />
word<strong>en</strong>.<br />
Zij, die al <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods tracht<strong>en</strong> te gehoorzam<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gewerkt <strong>en</strong> bespot<br />
word<strong>en</strong>. Ze kunn<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> in God staan<strong>de</strong> blijv<strong>en</strong>. Om <strong>de</strong> beproeving, die v——r h<strong>en</strong> ligt, te<br />
verdrag<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> wil van God verstaan, zoals die in Zijn woord is geop<strong>en</strong>baard; ze<br />
kunn<strong>en</strong> Hem dan alle<strong>en</strong> er<strong>en</strong>, wanneer ze het rechte begrip hebb<strong>en</strong> van Zijn karakter, Zijn<br />
regering <strong>en</strong> doeleind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in overe<strong>en</strong>stemming daarme<strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Niemand behalve zij,<br />
die hun verstand versterkt hebb<strong>en</strong> met <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel, zal staan<strong>de</strong> blijv<strong>en</strong><br />
gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> laatste, grote strijd. Ie<strong>de</strong>re ziel moet voor zichzelf <strong>de</strong> proef doorstaan: Zal ik<br />
God meer gehoorzam<strong>en</strong> dan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ? Het besliss<strong>en</strong><strong>de</strong> uur staat tans v——r <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur. Zijn<br />
onze voet<strong>en</strong> geplant op <strong>de</strong> rots van Gods onveran<strong>de</strong>rlik Woord? Zijn we bereid om pal te<br />
staan ter ver<strong>de</strong>diging van <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods <strong>en</strong> het geloof van Jezus?<br />
V——r Zijn kruisiging verklaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> Heiland aan Zijn discipel<strong>en</strong>, dat Hij ter dood<br />
gebracht moest word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we<strong>de</strong>r uit het graf zou opstaan; <strong>en</strong> er war<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
teg<strong>en</strong>woordig om Zijn woord<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hoofd<strong>en</strong> <strong>en</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in te pr<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Maar<br />
<strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> uit naar tij<strong>de</strong>like verlossing van het Romeinse juk, <strong>en</strong> kond<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
gedachte niet verdrag<strong>en</strong>, dat Hij, op Wie al hun verwachting<strong>en</strong> gebouwd war<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />
sma<strong>de</strong>like dood zou sterv<strong>en</strong>. De woord<strong>en</strong>, welke ze zich nodig moest<strong>en</strong> herinner<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />
uit hun hart<strong>en</strong> gebann<strong>en</strong>; <strong>en</strong> to<strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd van beproeving aanbrak, vond die h<strong>en</strong> onvoorbereid.<br />
Jezus’ dood maakte ev<strong>en</strong> volkom<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> aan hun verwachting<strong>en</strong>, alsof Hij h<strong>en</strong> niet van<br />
tevor<strong>en</strong> gewaarschuwd had. Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze wordt <strong>de</strong> toekomst v——r ons op<strong>en</strong>gelegd in<br />
<strong>de</strong> profetieën, <strong>en</strong> dat wel ev<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik, als hij aan <strong>de</strong> discipel<strong>en</strong> door <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van<br />
Christus werd geop<strong>en</strong>baard. De gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in verband met het sluit<strong>en</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>tijd<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> voorbereiding op <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid word<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik aangewez<strong>en</strong>. Toch hebb<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> niet meer begrip van <strong>de</strong>ze belangrijke waarhed<strong>en</strong>, dan of ze<br />
419
nooit war<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard. Satan waakt om ie<strong>de</strong>re indruk weg te nem<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> wijs zou<br />
kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> tot zaligheid; <strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid zal h<strong>en</strong> onvoorbereid vind<strong>en</strong>.<br />
Wanneer God <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zulke gewichtige boodschapp<strong>en</strong> z<strong>en</strong>dt, dat die gezegd word<strong>en</strong><br />
verkondigd te word<strong>en</strong> door heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong>, die in het midd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> hemel vlieg<strong>en</strong>,<br />
verlangt Hij van elk e<strong>en</strong>, die gezond verstand ontvang<strong>en</strong> heeft, dat hij er acht op zal gev<strong>en</strong>.<br />
De vreselike oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die over <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van het beest <strong>en</strong> zijn beeld uitgesprok<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />
behoord<strong>en</strong> er ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> toe te leid<strong>en</strong>, <strong>de</strong> profetieën ijverig te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> te<br />
ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, wat het merktek<strong>en</strong> van het beest is, <strong>en</strong> hoe m<strong>en</strong> het ontvang<strong>en</strong> ervan kan ontgaan.<br />
Maar <strong>de</strong> grote m<strong>en</strong>igte van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> keert het oor af van <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>r waarheid, <strong>en</strong><br />
w<strong>en</strong>dt zich tot fabel<strong>en</strong>. De apostel Paulus zegt, zi<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong>: “Want er zal e<strong>en</strong><br />
tijd zijn, wanneer ze <strong>de</strong> gezon<strong>de</strong> leer niet zull<strong>en</strong> verdrag<strong>en</strong>.” Die tijd is nu geheel <strong>en</strong> al daar.<br />
Schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn er, die ge<strong>en</strong> bijbelse waarheid w<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, omdat die <strong>de</strong> begeert<strong>en</strong> van<br />
het zondige hart, dat <strong>de</strong> wereld liefheeft, teg<strong>en</strong>gaat, <strong>en</strong> Satan voorziet h<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
misleiding<strong>en</strong>, die ze liefhebb<strong>en</strong>.<br />
Maar God wil e<strong>en</strong> volk op aar<strong>de</strong> hebb<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Bijbel, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel alle<strong>en</strong>, zal<br />
handhav<strong>en</strong> als standaard van alle leerstelling<strong>en</strong>, <strong>en</strong> grondslag van alle hervorming<strong>en</strong>. De<br />
m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van geleer<strong>de</strong> mann<strong>en</strong>, <strong>de</strong> gevolgtrekking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap, <strong>de</strong><br />
geloofsbelijd<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> of besluit<strong>en</strong> van geestelike koncilies, ev<strong>en</strong> talrijk <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>zeer in<br />
teg<strong>en</strong>spraak met elkan<strong>de</strong>r, als <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong>, welke ze verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong>, <strong>de</strong> stem <strong>de</strong>r<br />
meer<strong>de</strong>rheid,— ge<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze zak<strong>en</strong> behoort beschouwd te word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> bewijs v——r of<br />
teg<strong>en</strong> punt<strong>en</strong> van godsdi<strong>en</strong>stige overtuiging. V——r we e<strong>en</strong> leerstelling of voorschrift<br />
aannem<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik “alzo spreekt <strong>de</strong> Heer” eis<strong>en</strong> om het te steun<strong>en</strong>.<br />
Satan tracht onophou<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> aandacht op <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s in plaats van op God te vestig<strong>en</strong>. Hij<br />
leidt er <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toe om op bisschopp<strong>en</strong>, predikant<strong>en</strong> <strong>en</strong> theologiese professor<strong>en</strong> te zi<strong>en</strong><br />
als hun gids<strong>en</strong>, in plaats van <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, om voor zichzelv<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong>, wat<br />
hun plicht is. Dan kan hij, door <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze lei<strong>de</strong>rs te beheers<strong>en</strong>, invloed op <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>igte uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> naar zijn wil. To<strong>en</strong> Christus kwam om <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s te sprek<strong>en</strong>,<br />
hoor<strong>de</strong> het gewone volk Hem gaarne; <strong>en</strong> vel<strong>en</strong>, zelfs on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> overst<strong>en</strong>,<br />
geloofd<strong>en</strong> in Hem. Maar <strong>de</strong> voor- naamst<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> voorgangers van het volk<br />
war<strong>en</strong> vast beslot<strong>en</strong> om Zijn leer te veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verwerp<strong>en</strong>. Ofschoon al hun poging<strong>en</strong><br />
om beschuldiging<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Hem te vind<strong>en</strong>, verij<strong>de</strong>ld werd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze huns ondanks <strong>de</strong> invloed<br />
moest<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong> van <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like macht <strong>en</strong> wijsheid, die zich aan Zijn woord<strong>en</strong> paar<strong>de</strong>,<br />
blev<strong>en</strong> ze toch bij hun vooroor<strong>de</strong>el; ze verwierp<strong>en</strong> <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>likste bewijz<strong>en</strong> dat Hij <strong>de</strong><br />
Messias was, om niet gedwong<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>, Zijn discipel<strong>en</strong> te zijn. Deze teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs van<br />
Jezus war<strong>en</strong> mann<strong>en</strong>, welke het volk van kindsbe<strong>en</strong> aan geleerd had te eerbiedig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor<br />
wier gezag het gewoon geweest was, zich onvoorwaar<strong>de</strong>lik te buig<strong>en</strong>. “Hoe komt het,”<br />
vroeg<strong>en</strong> ze, “dat onze overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> schriftgeleerd<strong>en</strong> niet in Jezus gelov<strong>en</strong>? Zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze<br />
vrome mann<strong>en</strong> Hem niet aannem<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> Hij <strong>de</strong> Christus was?” Het was <strong>de</strong> invloed van<br />
zulke leraars, die er het Joodse volk toe bracht, hun Verlosser te verwerp<strong>en</strong>.<br />
420
De geest, die <strong>de</strong>ze priesters <strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> beziel<strong>de</strong>, op<strong>en</strong>baart zich nog in vel<strong>en</strong>, die zich<br />
op grote vroomheid lat<strong>en</strong> voorstaan. Ze weiger<strong>en</strong> om het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift<br />
aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re waarhed<strong>en</strong> voor <strong>de</strong>ze tijd te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Ze wijz<strong>en</strong> op hun eig<strong>en</strong><br />
aantal, rijkdom, <strong>en</strong> volksgunst, <strong>en</strong> zi<strong>en</strong> met verachting ne<strong>de</strong>r op <strong>de</strong> voorstan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong><br />
waarheid als klein in getal, arm, <strong>en</strong> niet in <strong>de</strong> gunst staan<strong>de</strong>, <strong>en</strong> die e<strong>en</strong> geloof hebb<strong>en</strong>, dat<br />
h<strong>en</strong> van <strong>de</strong> wereld scheidt. Christus voorzag, dat <strong>de</strong> onbehoorlike aanmatiging van gezag,<br />
die <strong>de</strong> schriftgeleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> Farizeën zich voroorloofd<strong>en</strong>, niet zou ophoud<strong>en</strong> met <strong>de</strong><br />
verstrooiing van <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong>. Hij had e<strong>en</strong> profeties inzicht in het werk van <strong>de</strong> verhoging van<br />
m<strong>en</strong>selik gezag over het gewet<strong>en</strong>, dat door al <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong> he<strong>en</strong> zulk e<strong>en</strong> schrikkelike vloek<br />
voor <strong>de</strong> kerk geweest is. En Zijn vreselike veroor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> Schriftgeleerd<strong>en</strong> <strong>en</strong> Farizeën,<br />
<strong>en</strong> Zijn waarschuwing<strong>en</strong> aan het volk om die blin<strong>de</strong> leidslied<strong>en</strong> niet te volg<strong>en</strong>, staan<br />
opgetek<strong>en</strong>d als e<strong>en</strong> vermaning voor <strong>de</strong> volg<strong>en</strong><strong>de</strong> geslacht<strong>en</strong>.<br />
De Roomse Kerk behoudt aan <strong>de</strong> geestelikheid het recht voor van <strong>de</strong> Schrift te verklar<strong>en</strong>.<br />
Op grond dat geestelik<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> bevoegd zijn om Gods woord uit te legg<strong>en</strong>, wordt het aan<br />
het gewone volk onthoud<strong>en</strong>. Ofschoon <strong>de</strong> Hervorming <strong>de</strong> Bijbel aan all<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> heeft,<br />
toch verhin<strong>de</strong>rt ditzelf<strong>de</strong> beginsel, dat door Rome is gehandhaafd, schar<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in<br />
Protestantse kerk<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Bijbel voor zichzelv<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Hun wordt geleerd om <strong>de</strong><br />
leer, die erin vervat is, aan te nem<strong>en</strong>, gelijk <strong>de</strong> kerk die uitlegt; <strong>en</strong> er zijn duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die<br />
niets durv<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, hoe dui<strong>de</strong>lik het ook in <strong>de</strong> Schrift wordt geop<strong>en</strong>baard, dat in<br />
teg<strong>en</strong>stelling met hun geloofsbelijd<strong>en</strong>is, of <strong>de</strong> gevestig<strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> kerk is.<br />
Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> Bijbel vol is van waarschuwing<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> valse leraars, zijn er vel<strong>en</strong><br />
bereid om hun ziel<strong>en</strong> op die wijze aan <strong>de</strong> zorg van <strong>de</strong> geestelikheid toe te vertrouw<strong>en</strong>. Er<br />
zijn hed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> dage duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> belij<strong>de</strong>rs, die ge<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re red<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
geloofspunt<strong>en</strong>, welke ze belijd<strong>en</strong>, dan dat ze aldus door hun godsdi<strong>en</strong>stige voorgangers<br />
on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong> zijn. Ze gaan hetge<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heiland geleerd heeft bijna onopgemerkt voorbij, <strong>en</strong><br />
stell<strong>en</strong> onvoorwaar<strong>de</strong>lik vertrouw<strong>en</strong> in <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van predikant<strong>en</strong>. Maar zijn predikant<strong>en</strong><br />
dan onfeilbaar? Hoe kunn<strong>en</strong> we onze ziel<strong>en</strong> aan hun leiding toevertrouw<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij we uit<br />
Gods woord wet<strong>en</strong>, dat ze lichtdragers zijn? Gebrek aan ze<strong>de</strong>like moed om af te wijk<strong>en</strong> van<br />
het spoor, dat <strong>de</strong> wereld gebaand heeft, leidt er vel<strong>en</strong> toe, te volg<strong>en</strong> in <strong>de</strong> voetstapp<strong>en</strong> van<br />
geleerd<strong>en</strong>; <strong>en</strong> door hun weerzin om voor zichzelv<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, rak<strong>en</strong> ze hopeloos<br />
verward in <strong>de</strong> ket<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong>r dwaling. Ze zi<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> waarheid voor <strong>de</strong>ze tijd in <strong>de</strong> Bijbel<br />
dui<strong>de</strong>lik aan het licht wordt gebracht, <strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest zich<br />
aan <strong>de</strong> verkondiging ervan paart; toch lat<strong>en</strong> ze zich door <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stand van <strong>de</strong> geestelikheid<br />
van het licht afker<strong>en</strong>. Ofschoon re<strong>de</strong> <strong>en</strong> gewet<strong>en</strong> overtuigd zijn, durv<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze mislei<strong>de</strong> ziel<strong>en</strong><br />
niet verschill<strong>en</strong>d van <strong>de</strong> predikant d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong> oor<strong>de</strong>el <strong>en</strong> eeuwige belang<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> opgeofferd aan het ongeloof, <strong>de</strong> trots, <strong>en</strong> het vooroor<strong>de</strong>el van e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>r.<br />
Talrijk zijn <strong>de</strong> weg<strong>en</strong>, waarlangs Satan werkt, om zijn gevang<strong>en</strong><strong>en</strong> door m<strong>en</strong>selike<br />
invloed te bind<strong>en</strong>. Hij verzekert zich van e<strong>en</strong> grote m<strong>en</strong>igte, door h<strong>en</strong> met <strong>de</strong> zijd<strong>en</strong><br />
lief<strong>de</strong>koord<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong> te verbind<strong>en</strong>, die vijand<strong>en</strong> zijn van het kruis van Christus. Wat<br />
421
<strong>de</strong>ze band<strong>en</strong> ook zijn mog<strong>en</strong>, ou<strong>de</strong>rmin, kin<strong>de</strong>rlief<strong>de</strong>, huweliks- of maatschappelike<br />
betrekking<strong>en</strong>, <strong>de</strong> uitkomst is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>; <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> waarheid oef<strong>en</strong><strong>en</strong> hun gezag<br />
uit over het gewet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong>, die on<strong>de</strong>r hun macht staan, bezitt<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> moed of<br />
onafhankelikheid g<strong>en</strong>oeg, om hun eig<strong>en</strong> overtuiging van plicht te gehoorzam<strong>en</strong>.<br />
De waarheid <strong>en</strong> <strong>de</strong> heerlikheid Gods kunn<strong>en</strong> niet gescheid<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; het is ons<br />
onmogelik, met <strong>de</strong> Bijbel binn<strong>en</strong> ons bereik, God te er<strong>en</strong> door verkeer<strong>de</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong><br />
bewer<strong>en</strong>, dat het er niet op aan komt, wat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s gelooft, zo lang zijn lev<strong>en</strong>swijze maar<br />
goed is. Doch het lev<strong>en</strong> vormt zich door het geloof. Indi<strong>en</strong> er licht <strong>en</strong> waarheid binn<strong>en</strong> ons<br />
bereik ligg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we nalat<strong>en</strong>, gebruik te mak<strong>en</strong> van het voorrecht van ze te hor<strong>en</strong> <strong>en</strong> te zi<strong>en</strong>,<br />
do<strong>en</strong> we niet an<strong>de</strong>rs dan ze verwerp<strong>en</strong>; we verkiez<strong>en</strong> <strong>de</strong> duisternis bov<strong>en</strong> het licht.<br />
“Er is e<strong>en</strong> weg, die iemand recht schijnt; maar het laatste van die zijn weg<strong>en</strong> <strong>de</strong>s doods.”<br />
Onwet<strong>en</strong>dheid is ge<strong>en</strong> verontschuldiging voor dwaling of zon<strong>de</strong>, wanneer m<strong>en</strong> alle<br />
geleg<strong>en</strong>heid heeft om Gods wil te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Iemand is op reis, <strong>en</strong> komt aan e<strong>en</strong> plaats, waar<br />
on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>e weg<strong>en</strong> uit elkan<strong>de</strong>r gaan, <strong>en</strong> er is e<strong>en</strong> wegwijzer, die aantoont, waarhe<strong>en</strong> elk<br />
van die weg<strong>en</strong> leidt. Indi<strong>en</strong> hij ge<strong>en</strong> acht slaat op <strong>de</strong> wegwijzer, <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudig het pad inslaat,<br />
dat hem het rechte toeschijnt, zal hij met al zijn oprechtheid waarschijnlik bevind<strong>en</strong>, dat hij<br />
dwaalt.<br />
God heeft ons Zijn woord gegev<strong>en</strong>, opdat we met <strong>de</strong> leer ervan bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voor<br />
onszelv<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>, wat Hij van ons verlangt. To<strong>en</strong> <strong>de</strong> wetgeleer<strong>de</strong> tot Jezus<br />
kwam met <strong>de</strong> vraag: “Wat zal ik do<strong>en</strong>, opdat ik het eeuwige lev<strong>en</strong> beërve?” verwees <strong>de</strong><br />
Heiland hem naar <strong>de</strong> Schrift, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Wat staat er geschrev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> wet? hoe leest ge?”<br />
Onwet<strong>en</strong>dheid zal jong noch oud veront schuldig<strong>en</strong>, noch h<strong>en</strong> ontheff<strong>en</strong> van <strong>de</strong> straf, die <strong>de</strong><br />
overtreding van Gods wet na zich sleept; wijl er e<strong>en</strong> getrouwe voorstelling van die wet, <strong>en</strong><br />
van zijn grondregels <strong>en</strong> vereist<strong>en</strong> in hun hand<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> wordt. Het is niet g<strong>en</strong>oeg om<br />
goe<strong>de</strong> voornem<strong>en</strong>s te hebb<strong>en</strong>; het is niet g<strong>en</strong>oeg om te do<strong>en</strong>, wat <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> goed acht<strong>en</strong>, of<br />
wat <strong>de</strong> predikant goed noemt. De zaligheid van <strong>de</strong> ziel staat op het spel, <strong>en</strong> m<strong>en</strong> behoort <strong>de</strong><br />
Schrift voor zichzelf te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>. Hoe sterk iemands overtuiging<strong>en</strong> ook zijn mog<strong>en</strong>, hoe<br />
zeer hij ook vertrouwt, dat <strong>de</strong> predikant weet, wat <strong>de</strong> waarheid is, dat is ge<strong>en</strong> fondam<strong>en</strong>t<br />
voor hem. Hij heeft e<strong>en</strong> kaart, die elk tek<strong>en</strong> op <strong>de</strong> reis naar <strong>de</strong> hemel aangeeft, <strong>en</strong> hij behoeft<br />
naar niets te giss<strong>en</strong>.<br />
Het is <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong> hoogste plicht van ie<strong>de</strong>r re<strong>de</strong>lik wez<strong>en</strong>, uit <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> te ler<strong>en</strong> wat<br />
waarheid is, <strong>en</strong> dan in het licht te wan<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> aan te moedig<strong>en</strong> om zijn voorbeeld<br />
te volg<strong>en</strong>. We behor<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel dageliks ijverig te on<strong>de</strong>rzoek<strong>en</strong>, ie<strong>de</strong>re gedachte<br />
overweg<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> schriftuurplaats met schriftuurplaats vergelijk<strong>en</strong>d. Met hulp van Bov<strong>en</strong><br />
moet<strong>en</strong> we zelfstandige opinies vorm<strong>en</strong>, daar we ons persoonlik voor God zull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
verantwoord<strong>en</strong>. De waarhed<strong>en</strong>, welke in <strong>de</strong> Bijbel het dui<strong>de</strong>likst word<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard, zijn<br />
in twijfel <strong>en</strong> duisternis gehuld door geleerd<strong>en</strong>, die, voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong> grote wijsheid te bezitt<strong>en</strong>,<br />
ler<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>e, geheime <strong>en</strong> geestelike betek<strong>en</strong>is hebb<strong>en</strong>, welke niet<br />
422
dui<strong>de</strong>lik is uit <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>, die gebruikt zijn. Die mann<strong>en</strong> zijn valse leraars. Het was van<br />
zulk e<strong>en</strong> klasse dat Jezus verklaar<strong>de</strong>: “Gij weet <strong>de</strong> Schrift<strong>en</strong> niet, noch <strong>de</strong> kracht Gods.” De<br />
bijbeltaal behoort uitgelegd te word<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s zijn klaarblijkelike betek<strong>en</strong>is, t<strong>en</strong>zij er e<strong>en</strong><br />
symbool of beeld gebruikt is. Christus heeft <strong>de</strong> belofte gegev<strong>en</strong>: “Zo iemand wil Zijn wil<br />
do<strong>en</strong>, die zal van <strong>de</strong>ze leer bek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (zal daaromtr<strong>en</strong>t dui<strong>de</strong>lik- heid hebb<strong>en</strong>).”<br />
Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel maar wild<strong>en</strong> nem<strong>en</strong>, zoals m<strong>en</strong> hem leest, <strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> valse<br />
leraars war<strong>en</strong> om hun verstand te misleid<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verbijster<strong>en</strong>, er zou e<strong>en</strong> werk gedaan<br />
kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, dat <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> verblijd<strong>en</strong> zou, <strong>en</strong> dat dui z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> bij duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die nu in<br />
dwaling omdol<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> schaapskooi van Christus zou br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. We behor<strong>en</strong> al <strong>de</strong> kracht van<br />
ons verstand in te spann<strong>en</strong> bij het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Schrift, <strong>en</strong> onze bevatting te scherp<strong>en</strong>,<br />
t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> <strong>de</strong> verborg<strong>en</strong> ding<strong>en</strong> Gods te verstaan, zo verre dit voor sterveling<strong>en</strong> mogelik is:<br />
tegelijkertijd niet verget<strong>en</strong><strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> leerzaamheid <strong>en</strong> on<strong>de</strong>rwerping van e<strong>en</strong> kind <strong>de</strong> ware<br />
geest is van hem, die ler<strong>en</strong> wil. Geestelike moeilikhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> nooit door <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong> te bov<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, die m<strong>en</strong> gebruikt bij het naspeur<strong>en</strong> van filosofiese<br />
vraagstukk<strong>en</strong>. We behor<strong>en</strong> ons niet tot het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> Bijbel te begev<strong>en</strong> met dat<br />
zelfvertrouw<strong>en</strong>, waarme<strong>de</strong> zo vel<strong>en</strong> het rijk van <strong>de</strong> wet<strong>en</strong>schap binn<strong>en</strong>gaan, maar met e<strong>en</strong><br />
bidd<strong>en</strong><strong>de</strong> afhankelikheid van God, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> oprechte begeerte om Zijn wil te ler<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>.<br />
Wij moet<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rige <strong>en</strong> leerzame geest kom<strong>en</strong>, om k<strong>en</strong>nis te verkrijg<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
grote “IK BEN, Die Ik zijn zal.” An<strong>de</strong>rs zull<strong>en</strong> boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> ons verstand verblind<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
onze hart<strong>en</strong> z— verhard<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> waarheid ge<strong>en</strong> indruk op ons maakt.<br />
M<strong>en</strong>ig ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> Schrift, dat door geleerd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>heid g<strong>en</strong>oemd, of als<br />
onbelangrijk ter zij<strong>de</strong> gesteld wordt, is vol troost <strong>en</strong> lering voor iemand, die on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong> is<br />
in <strong>de</strong> school van Christus. Eén red<strong>en</strong>, waarom veel godgeleerd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>liker begrip<br />
hebb<strong>en</strong> van Gods woord, is, dat ze hun og<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> voor waarhed<strong>en</strong>, die ze niet in<br />
beoef<strong>en</strong>ing w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het verstaan van <strong>de</strong> bijbelse waarheid hangt niet zozeer af<br />
van <strong>de</strong> kracht van verstand, die aan het on<strong>de</strong>rzoek besteed wordt, als van <strong>de</strong> oprechtheid van<br />
<strong>de</strong> bedoeling, <strong>en</strong> het ernstig verlang<strong>en</strong> naar gerechtigheid.<br />
De Bijbel behoort niet zon<strong>de</strong>r gebed on<strong>de</strong>rzocht te word<strong>en</strong>. De <strong>Heilig</strong>e Geest alle<strong>en</strong> kan<br />
ons het gewicht do<strong>en</strong> gevoel<strong>en</strong> van die ding<strong>en</strong>, welke gemakkelik te verstaan zijn, of ons<br />
verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, waarhed<strong>en</strong> te verdraai<strong>en</strong>, die zich moeilik lat<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong>. Het is het werk van<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> hemel, het hart voor te bereid<strong>en</strong>, om alzo het woord Gods te verstaan, dat we<br />
bekoord word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> schoonheid, vermaand door <strong>de</strong> waarschuwing<strong>en</strong>, of bezield <strong>en</strong><br />
versterkt door <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong> ervan. We behor<strong>en</strong> <strong>de</strong> be<strong>de</strong> van <strong>de</strong> psalmist tot <strong>de</strong> onze te mak<strong>en</strong>:<br />
“Ont<strong>de</strong>k mijn og<strong>en</strong>, dat ik aanschouwe <strong>de</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van Uw wet.” Verzoeking<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong><br />
dikwels onweerstaanbaar, omdat hij, die verleid wordt, door traagheid in bidd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
schrifton<strong>de</strong>rzoek zich Gods beloft<strong>en</strong> niet da<strong>de</strong>lik herinnert, <strong>en</strong> Satan daarom niet ontmoet<strong>en</strong><br />
kan met <strong>de</strong> wap<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> Schrift. Doch <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> omring<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die gewillig zijn om<br />
on<strong>de</strong>rwez<strong>en</strong> te wo d<strong>en</strong> in God<strong>de</strong>like zak<strong>en</strong>; <strong>en</strong> in <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> van grote nood zull<strong>en</strong> die hun<br />
423
juist <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong>, waaraan ze behoefte hebb<strong>en</strong>, voor <strong>de</strong> geest br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Aldus: “als <strong>de</strong><br />
vijand zal kom<strong>en</strong> gelijk e<strong>en</strong> stroom, zal <strong>de</strong> Geest <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> <strong>de</strong> banier teg<strong>en</strong> hem op-richt<strong>en</strong>.”<br />
Jezus beloof<strong>de</strong> Zijn discipel<strong>en</strong>: “De Trooster, <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest, welke <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r z<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
zal in Mijn naam, die zal u alles ler<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal u indachtig mak<strong>en</strong> alles, wat Ik u gezegd heb.”<br />
Maar Christus’ on<strong>de</strong>rwijs moet van tevor<strong>en</strong> in het hart opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zijn, zal <strong>de</strong> Geest Gods<br />
het ons indachtig kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> in <strong>de</strong> tijd van het gevaar. Ik heb “Uw re<strong>de</strong> in mijn hart<br />
verborg<strong>en</strong>,” zei David, “opdat ik teg<strong>en</strong> U niet zondig<strong>en</strong> zou.” All<strong>en</strong>, die hun eeuwige<br />
belang<strong>en</strong> op prijs stell<strong>en</strong>, behor<strong>en</strong> te wak<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> aanvall<strong>en</strong> van twijfel. De grondvest<strong>en</strong><br />
zelfs van <strong>de</strong> waarheid zull<strong>en</strong> aangevall<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Het is onmogelik om buit<strong>en</strong> het bereik te<br />
blijv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> spot <strong>en</strong> <strong>de</strong> drogred<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>de</strong> valse <strong>en</strong> ver<strong>de</strong>rfelke lering<strong>en</strong> van het hed<strong>en</strong>daagse<br />
ongeloof. Satan maakt zijn verleiding<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>d voor alle klass<strong>en</strong>. Hij valt <strong>de</strong> ongeleerd<strong>en</strong><br />
aan met scherts <strong>en</strong> e<strong>en</strong> spotlach, terwijl hij <strong>de</strong> welopgevoed<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>treedt met<br />
wet<strong>en</strong>schappelike teg<strong>en</strong>werping<strong>en</strong> <strong>en</strong> filosofiese red<strong>en</strong>ering<strong>en</strong>, bei<strong>de</strong> berek<strong>en</strong>d om<br />
wantrouw<strong>en</strong> of verd<strong>en</strong>king van <strong>de</strong> Schrift lev<strong>en</strong>dig te mak<strong>en</strong>. Jongelied<strong>en</strong> zelfs van luttele<br />
on<strong>de</strong>rvinding matig<strong>en</strong> zich het recht aan om te twijfel<strong>en</strong> aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> grondregels van het<br />
Christ<strong>en</strong>dom. En dit ongeloof van <strong>de</strong> jeugd, oppervlakkig als het is, heeft toch zijn invloed.<br />
Vel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> er aldus toe gebracht om te spott<strong>en</strong> met het geloof van hun va<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, of <strong>de</strong><br />
geest <strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> te veracht<strong>en</strong>. M<strong>en</strong>ig lev<strong>en</strong>, dat e<strong>en</strong> eer voor God <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> voor <strong>de</strong><br />
wereld beloof<strong>de</strong> te zijn, is door <strong>de</strong> a<strong>de</strong>m van het ongeloof vergiftigd. All<strong>en</strong> die vertrouw<strong>en</strong><br />
op <strong>de</strong> poch<strong>en</strong><strong>de</strong> gevolgtrekking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike re<strong>de</strong>, <strong>en</strong> zich inbeeld<strong>en</strong>, dat ze<br />
God<strong>de</strong>like verborg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tot <strong>de</strong> waarheid kom<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r behulp van<br />
<strong>de</strong> wijsheid Gods, word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> strik van Satan gevang<strong>en</strong>.<br />
Wij lev<strong>en</strong> in het ernstigste tijdperk van <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong>ze wereld. Het lot van <strong>de</strong><br />
wemel<strong>en</strong><strong>de</strong> m<strong>en</strong>seschar<strong>en</strong> op aar<strong>de</strong> zal spoedig beslist zijn. Ons eig<strong>en</strong> toekomstige welzijn,<br />
zowel als <strong>de</strong> zaligheid van an<strong>de</strong>re ziel<strong>en</strong>, hangt af van <strong>de</strong> koers, die we in <strong>de</strong>ze tijd volg<strong>en</strong>.<br />
Wij hebb<strong>en</strong> er behoefte aan, door <strong>de</strong> Geest <strong>de</strong>r waarheid geleid te word<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re volgeling<br />
van Christus behoort ernstig te vrag<strong>en</strong>: “Heer, wat wilt Gij, dat ik do<strong>en</strong> zal?” Het is nodig,<br />
dat dat we ons voor <strong>de</strong> Heer verootmoedig<strong>en</strong> met vast<strong>en</strong> <strong>en</strong> bidd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> veel over Zijn woord<br />
peinz<strong>en</strong>, voornamelik over <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong> van het oor<strong>de</strong>el. We behor<strong>en</strong> nu naar e<strong>en</strong> diepe <strong>en</strong><br />
lev<strong>en</strong>dige on<strong>de</strong>rvinding te strev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> ding<strong>en</strong> Gods. Ge<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik valt er te verliez<strong>en</strong>.<br />
Gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van het grootste gewicht grijp<strong>en</strong> aan alle zijd<strong>en</strong> om ons he<strong>en</strong> plaats; we<br />
staan op het betover<strong>de</strong> gebied van Satan. Slaapt niet, schildwacht<strong>en</strong> Gods! <strong>de</strong> vijand beloert<br />
u van nabij, gereed om u ie<strong>de</strong>r og<strong>en</strong>blik te bespring<strong>en</strong>, <strong>en</strong> u tot zijn prooi te mak<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong><br />
ge verslapt of slaperig wordt.<br />
Vel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> misleid, wat hun ware toestand voor God betreft. Ze het<strong>en</strong> zich gelukkig<br />
om <strong>de</strong> verkeer<strong>de</strong> dad<strong>en</strong>, die ze niet bedrijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verget<strong>en</strong> <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> <strong>en</strong> e<strong>de</strong>le dad<strong>en</strong> op te<br />
somm<strong>en</strong>, die God van h<strong>en</strong> verlangt, maar die ze nagelat<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> te do<strong>en</strong>. Het is niet<br />
g<strong>en</strong>oeg, dat ze bom<strong>en</strong> van <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> planting zijn. Ze moet<strong>en</strong> aan Zijn verwachting voldo<strong>en</strong><br />
door vrucht<strong>en</strong> te drag<strong>en</strong>. Hij houdt h<strong>en</strong> aan- sprakelik voor hun tekortkoming<strong>en</strong> in het<br />
424
verricht<strong>en</strong> van al het goe<strong>de</strong>, dat ze, door Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> gesterkt, hadd<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. In <strong>de</strong><br />
boek<strong>en</strong> <strong>de</strong>s hemels staan ze opgetek<strong>en</strong>d als onnuttiglik <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> beslaan<strong>de</strong>. Toch is zelfs <strong>de</strong><br />
zaak van <strong>de</strong>ze klasse nog niet volkom<strong>en</strong> hopeloos. Het hart <strong>de</strong>r lankmoedige lief<strong>de</strong> pleit nog<br />
steeds met <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Gods barmhartigheid geminacht, <strong>en</strong> Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> misbruikt hebb<strong>en</strong>.<br />
“Daarom zegt Hij: Ontwaakt, gij, die slaapt! <strong>en</strong> staat op uit <strong>de</strong> dod<strong>en</strong>; <strong>en</strong> Christus zal over u<br />
licht<strong>en</strong>. Ziet dan, hoe ge voorzichtiglik wan<strong>de</strong>lt, <strong>de</strong> tijd uitkop<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong>wijl <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> boos<br />
zijn.”<br />
Wanneer <strong>de</strong> tijd van toetsing kom<strong>en</strong> zal, zull<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die Gods woord tot hun leefregel<br />
gemaakt hebb<strong>en</strong>, op<strong>en</strong>baar word<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> zomer is er ge<strong>en</strong> merkbaar verschil tuss<strong>en</strong> altijd<br />
gro<strong>en</strong>e <strong>en</strong> an<strong>de</strong>re bom<strong>en</strong>; maar wanneer <strong>de</strong> rukwind<strong>en</strong> van <strong>de</strong> winter waai<strong>en</strong>, blijv<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
altijd gro<strong>en</strong>e onveran<strong>de</strong>rd, terwijl an<strong>de</strong>re bom<strong>en</strong> van hun bla<strong>de</strong>r<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beroofd. Ev<strong>en</strong>zo<br />
kan <strong>de</strong> belij<strong>de</strong>r, wi<strong>en</strong>s hart vals is, nu misschi<strong>en</strong> niet on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ware<br />
Christ<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> tijd is zeer nabij, wanneer het verschil uitkom<strong>en</strong> zal. Laat er teg<strong>en</strong>stand<br />
ontstaan, lat<strong>en</strong> bijgelovigheid <strong>en</strong> onverdraagzaamheid weer <strong>de</strong> bov<strong>en</strong>toon voer<strong>en</strong>, laat<br />
vervolging weer losbarst<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> halfhartig<strong>en</strong> <strong>en</strong> schijnheilig<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> wankel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het<br />
geloof opgev<strong>en</strong> maar <strong>de</strong> ware Christ<strong>en</strong> zal pal staan als e<strong>en</strong> rots, met sterker geloof <strong>en</strong><br />
lev<strong>en</strong>diger hoop dan in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van voorspoed. De psalmist zegt: “Uw getuig<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> zijn<br />
mijn betrachting.” “Uit Uw bevel<strong>en</strong> krijg ik verstand, daarom haat ik alle leug<strong>en</strong>pad<strong>en</strong>.”<br />
“Welgelukzalig is <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, die wijsheid vindt.” “Want hij zal zijn als e<strong>en</strong> boom, die aan het<br />
water geplant is, <strong>en</strong> zijn wortel<strong>en</strong> uitschiet aan e<strong>en</strong> rivier, <strong>en</strong> gevoelt het niet, wanneer er e<strong>en</strong><br />
hitte komt, maar zijn loof blijft gro<strong>en</strong>; <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> jaar van droogte zorgt hij niet, <strong>en</strong> houdt niet<br />
op van vrucht te drag<strong>en</strong>.”<br />
425
Hoofdstuk 38 — De Laatste Waarschuwing<br />
“En na <strong>de</strong>ze zag ik e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re <strong>en</strong>gel afkom<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> hemel, hebb<strong>en</strong><strong>de</strong> grote macht, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
aar<strong>de</strong> is verlicht geword<strong>en</strong> van zijn heerlikheid; <strong>en</strong> hij riep krachtiglik met e<strong>en</strong> grote stem,<br />
zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>, Zij is gevall<strong>en</strong>, zij is gevall<strong>en</strong>, het grote Babylon, <strong>en</strong> is geword<strong>en</strong> e<strong>en</strong> woonste<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>r duivel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bewaarplaats van alle onreine geest<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bewaarplaats van alle<br />
onrein <strong>en</strong> hatelik gevogelte.” “En ik hoor<strong>de</strong> e<strong>en</strong> an<strong>de</strong>re stem uit <strong>de</strong> hemel, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: Gaat<br />
uit van haar, mijn volk! opdat ge aan haar zond<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schap hebt, <strong>en</strong> opdat ge van<br />
haar plag<strong>en</strong> niet ontvangt.”<br />
Deze tekst wijst he<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> tijd, wanneer <strong>de</strong> aankondiging van <strong>de</strong> val van Babylon,<br />
gelijk die door <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel van Op<strong>en</strong>baring 14 gedaan is, herhaald zal word<strong>en</strong>, met<br />
ver<strong>de</strong>re vermelding van het be<strong>de</strong>rf, dat, se<strong>de</strong>rt die boodschap voor het eerst in <strong>de</strong> zomer van<br />
1844 gegev<strong>en</strong> werd, binn<strong>en</strong>geslop<strong>en</strong> is in <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> kerkg<strong>en</strong>ootschapp<strong>en</strong>, waaruit<br />
Babylon bestaat. Hier wordt e<strong>en</strong> vreselike toestand van <strong>de</strong> godsdi<strong>en</strong>stige wereld beschrev<strong>en</strong>.<br />
Met ie<strong>de</strong>re verwerping van <strong>de</strong> waarheid zal het verstand van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> meer verduisterd, <strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> hun hart<strong>en</strong> meer verhard word<strong>en</strong>, totdat ze verstrikt zull<strong>en</strong> zijn in <strong>de</strong><br />
onverschrokk<strong>en</strong>heid van het ongeloof. Ondanks <strong>de</strong> waarschuwing<strong>en</strong>, die God gegev<strong>en</strong> heeft,<br />
zull<strong>en</strong> ze voortgaan met één van <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ti<strong>en</strong> gebod<strong>en</strong> te vertred<strong>en</strong>, totdat ze<br />
ertoe kom<strong>en</strong> om h<strong>en</strong>, die het heilig houd<strong>en</strong>, te vervolg<strong>en</strong>.<br />
De verachting, waaraan Zijn woord <strong>en</strong> Zijn volk blootstaan, doet Christus schan<strong>de</strong> aan.<br />
Hoe meer <strong>de</strong> lering<strong>en</strong> van het Spiritualisme door <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, wordt <strong>de</strong><br />
weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, waaron<strong>de</strong>r het vleselike hart staat, wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige<br />
belijd<strong>en</strong>is zal e<strong>en</strong> mantel word<strong>en</strong> ter be<strong>de</strong>kking van <strong>de</strong> laagste ongerechtighed<strong>en</strong>. Geloof in<br />
spiritualistiese op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> op<strong>en</strong>t <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur voor verleid<strong>en</strong><strong>de</strong> geest<strong>en</strong> <strong>en</strong> lering<strong>en</strong> <strong>de</strong>r<br />
duivel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> aldus zal <strong>de</strong> invloed van boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> kerk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gevoeld.<br />
Er wordt op <strong>de</strong> tijd, welke <strong>de</strong>ze profetie aan het licht br<strong>en</strong>gt, van Babylon gezegd: “Haar<br />
zond<strong>en</strong> zijn <strong>de</strong> e<strong>en</strong> op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re gevolgd tot <strong>de</strong> hemel toe, <strong>en</strong> God is aan haar<br />
ongerechtighed<strong>en</strong> gedachtig geweest.” Ze heeft <strong>de</strong> mate van haar schuld vol gemaakt, <strong>en</strong><br />
verwoesting zal haar snellik overkom<strong>en</strong>. Maar God heeft nog e<strong>en</strong> volk in Babylon; <strong>en</strong><br />
voordat Zijn oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> erover uitgegot<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze getrouw<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />
uitgeroep<strong>en</strong>, opdat ze “aan haar zond<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schap hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> opdat ze van haar<br />
plag<strong>en</strong> niet ontvang<strong>en</strong>. ” Vandaar <strong>de</strong> beweging, afgebeeld door <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, die uit <strong>de</strong> hemel<br />
komt, <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> met zijn heerlikheid verlicht, <strong>en</strong>, met sterke stem krachtig roep<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>de</strong><br />
zond<strong>en</strong> van Babylon verkondigt. In verband met zijn boodschap wordt <strong>de</strong> kreet vernom<strong>en</strong>:<br />
“Gaat uit van haar, mijn volk.” Deze aankondiging<strong>en</strong>, sam<strong>en</strong> gaan<strong>de</strong> met <strong>de</strong> boodschap van<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, mak<strong>en</strong> <strong>de</strong> laatste boodschap uit, die aan <strong>de</strong> aardbewoners gegev<strong>en</strong> zal<br />
word<strong>en</strong>.<br />
426
Schrikkelik is <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is, waartoe <strong>de</strong> wereld moet word<strong>en</strong> gebracht. De macht<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, verbond<strong>en</strong> om krijg te voer<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods, zull<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bevel<br />
uitvaardig<strong>en</strong>, dat all<strong>en</strong>, “klein<strong>en</strong> <strong>en</strong> grot<strong>en</strong>, rijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vrij<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong>,“ zich moet<strong>en</strong> schikk<strong>en</strong> naar <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk door het houd<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> valse Sabbat. Aan al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die weiger<strong>en</strong> zich te on<strong>de</strong>rwerp<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> burgerlike<br />
straff<strong>en</strong> opgelegd word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte zal er word<strong>en</strong> verklaard, dat ze <strong>de</strong>s doods schuldig<br />
zijn. Aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kant eist <strong>de</strong> wet Gods, die <strong>de</strong> rustdag van <strong>de</strong> Schepper bind<strong>en</strong>d maakt,<br />
gehoorzaamheid, <strong>en</strong> bedreigt met toorn al <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> voorschrift<strong>en</strong> ervan overtred<strong>en</strong>.<br />
Wie met het oog op <strong>de</strong> uitkomst, die hem aldus dui<strong>de</strong>lik voorgesteld is, Gods wet zal<br />
blijv<strong>en</strong> vertred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selike inzetting gehoorzam<strong>en</strong>, ontvangt het merktek<strong>en</strong> van het<br />
beest; hij neemt het tek<strong>en</strong> aan van trouw aan <strong>de</strong> macht, welke hij verkiest te gehoorzam<strong>en</strong> in<br />
<strong>de</strong> plaats van God. De waarschuwing van <strong>de</strong> hemel luidt: “Indi<strong>en</strong> iemand het beest aanbidt<br />
<strong>en</strong> zijn beeld, <strong>en</strong> ontvangt het merktek<strong>en</strong> aan zijn voorhoofd of aan zijn hand, die zal ook<br />
drink<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> wijn van <strong>de</strong> toorn Gods, die ongem<strong>en</strong>gd ingeschonk<strong>en</strong> wordt in <strong>de</strong> drinkbeker<br />
van Zijn toorn.”<br />
Maar niemand zal <strong>de</strong> toorn Gods moet<strong>en</strong> verdur<strong>en</strong>, v——rdat <strong>de</strong> waarheid aan zijn<br />
verstand <strong>en</strong> gewet<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verworp<strong>en</strong> is. Er zijn er vel<strong>en</strong>, die nimmer<br />
geleg<strong>en</strong>heid gehad hebb<strong>en</strong> om <strong>de</strong> biezon<strong>de</strong>re waarhed<strong>en</strong> voor <strong>de</strong>ze tijd te hor<strong>en</strong>. De<br />
verplichting van het vier<strong>de</strong> gebod is hun nooit in het ware licht voorgesteld. Hij, die in ie<strong>de</strong>r<br />
hart leest, <strong>en</strong> ie<strong>de</strong>re beweegred<strong>en</strong> proeft, zal niemand, die <strong>de</strong> waarheid begeert te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />
lat<strong>en</strong> bedrog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t <strong>de</strong> betek<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> strijd. Het <strong>de</strong>kreet zal <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet<br />
blin<strong>de</strong>lings treff<strong>en</strong>. Ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong> zal voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> licht hebb<strong>en</strong> om met bewustheid zijn besluit te<br />
nem<strong>en</strong>.<br />
De Sabbat zal <strong>de</strong> grote toets van getrouwheid zijn, want hij vormt het punt <strong>de</strong>r waarheid,<br />
waarover in het biezon<strong>de</strong>r gestred<strong>en</strong> wordt. Wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze laatste toets hebb<strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rgaan, dan zal <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rscheidingslijn word<strong>en</strong> getrokk<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> h<strong>en</strong>, die God di<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
h<strong>en</strong>, die Hem niet di<strong>en</strong><strong>en</strong>. Gelijk het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> valse Sabbat, in on<strong>de</strong>rwerping aan <strong>de</strong><br />
wet van <strong>de</strong> staat, <strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>stelling met het vier<strong>de</strong> gebod, e<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>t<strong>en</strong>is van trouw zal zijn<br />
aan e<strong>en</strong> macht, die in opstand is teg<strong>en</strong> God, zo is het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> ware Sabbat, in<br />
gehoorzaamheid aan Gods wet, e<strong>en</strong> bewijs van trouw aan <strong>de</strong> Schepper. Terwijl <strong>de</strong> <strong>en</strong>e klasse<br />
het merktek<strong>en</strong> van het beest ontvangt, door het tek<strong>en</strong> van on<strong>de</strong>r-werping aan aardse macht<strong>en</strong><br />
aan te nem<strong>en</strong>, ontvangt <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re het zegel Gods, door het tek<strong>en</strong> van trouw aan het<br />
God<strong>de</strong>lik gezag te verkiez<strong>en</strong>.<br />
Tot hiertoe zijn zij, die <strong>de</strong> waarhed<strong>en</strong> van <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel predikt<strong>en</strong>,<br />
m<strong>en</strong>igmaal e<strong>en</strong>voudig als rustverstoor<strong>de</strong>rs aangezi<strong>en</strong>. Hun voorspelling<strong>en</strong>, dat godsdi<strong>en</strong>stige<br />
onverdraagzaamheid <strong>de</strong> overhand zou krijg<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Ver<strong>en</strong>ig<strong>de</strong> Stat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kerk <strong>en</strong> staat zich<br />
zoud<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> om <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> te vervolg<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods bewar<strong>en</strong>, zijn ongegrond<br />
<strong>en</strong> bespottelik g<strong>en</strong>oemd. Er is in goed vertrouw<strong>en</strong> gezegd, dat <strong>Amerika</strong> nooit iets an<strong>de</strong>rs zou<br />
427
word<strong>en</strong> dan het geweest is, <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>diger van godsdi<strong>en</strong>stvrijheid. Doch wanneer <strong>de</strong> vraag<br />
van verplichte Zondagsviering algeme<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> bezighoudt, ziet m<strong>en</strong> <strong>de</strong> gebeurt<strong>en</strong>is,<br />
waaraan zo lang getwijfeld <strong>en</strong> waaraan ge<strong>en</strong> geloof geslag<strong>en</strong> is, na<strong>de</strong>rkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zal <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>r<strong>de</strong> boodschap e<strong>en</strong> uitwerking hebb<strong>en</strong>, die hij tevor<strong>en</strong> niet hebb<strong>en</strong> kon.<br />
In ie<strong>de</strong>r geslacht heeft God Zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong> om <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> te bestraff<strong>en</strong>,<br />
zowel in <strong>de</strong> wereld als in <strong>de</strong> kerk. Maar <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> beger<strong>en</strong> zachte ding<strong>en</strong> te hor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
reine, onopgesmukte waarheid is niet aannemelik. Vele hervormers beslot<strong>en</strong> bij het begin<br />
van hun werk, grote voorzichtigheid te gebruik<strong>en</strong> in het aanvall<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van kerk<br />
<strong>en</strong> volk. Ze hoopt<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> leer van <strong>de</strong> Bijbel terug te leid<strong>en</strong> door het voorbeeld<br />
van e<strong>en</strong> rein, Christelik lev<strong>en</strong>. Doch <strong>de</strong> Geest Gods kwam over h<strong>en</strong> als over Elia, die<br />
bewog<strong>en</strong> werd, om <strong>de</strong> zond<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> god<strong>de</strong>loze koning <strong>en</strong> e<strong>en</strong> afvallig volk te bestraff<strong>en</strong>;<br />
ze kond<strong>en</strong> zich niet weerhoud<strong>en</strong> van <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>like uitsprak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Bijbel te predik<strong>en</strong>,—<br />
leerstelling<strong>en</strong>, welke ze geaarzeld hadd<strong>en</strong> aan het licht te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ze werd<strong>en</strong> gedrong<strong>en</strong>,<br />
met ijver <strong>de</strong> waarheid te verkondig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het gevaar, dat <strong>de</strong> ziel<strong>en</strong> bedreig<strong>de</strong>. De woord<strong>en</strong>,<br />
welke <strong>de</strong> Heer hun gaf, sprak<strong>en</strong> ze, onbevreesd voor <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />
g<strong>en</strong>oodzaakt, <strong>de</strong> waarschuwing aan te hor<strong>en</strong>.<br />
Op gelijke wijze zal <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel verkondigd word<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong><br />
tijd komt, dat die met <strong>de</strong> grootste kracht weerklink<strong>en</strong> zal, zal <strong>de</strong> Heer werk<strong>en</strong> door<br />
e<strong>en</strong>voudige werktuig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> <strong>de</strong>rg<strong>en</strong><strong>en</strong> leid<strong>en</strong>, die zich aan Zijn di<strong>en</strong>st toewijd<strong>en</strong>. De<br />
arbei<strong>de</strong>rs zull<strong>en</strong> meer geschikt gemaakt word<strong>en</strong> door <strong>de</strong> zalving van Zijn Geest dan door<br />
opleiding aan letterkundige inrichting<strong>en</strong>. Mann<strong>en</strong> van geloof <strong>en</strong> gebed zull<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> om met heilige ijver voorwaarts te gaan, <strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> te sprek<strong>en</strong>, welke God hun<br />
geeft. De zond<strong>en</strong> van Babylon zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard.<br />
De vreselike uitkomst van het verplicht<strong>en</strong>d mak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> gebruik<strong>en</strong> van <strong>de</strong> kerk door<br />
burgerlik gezag, <strong>de</strong> krachtige inwerking van het Spiritualisme, <strong>de</strong> trapsgewijze maar snelle<br />
vooruitgang van <strong>de</strong> pauselike macht,— dit alles zal word<strong>en</strong> ontmaskerd. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
door <strong>de</strong>ze plechtige waarschuwing<strong>en</strong> bewog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Dui-z<strong>en</strong>d<strong>en</strong> <strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, die zulke<br />
woord<strong>en</strong> nooit gehoord hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> luister<strong>en</strong>. Met verbazing zull<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> verklaring<strong>en</strong><br />
hor<strong>en</strong>, dat Babylon, <strong>de</strong> kerk, gevall<strong>en</strong> is t<strong>en</strong> gevolge van dwaalleer <strong>en</strong> zond<strong>en</strong> <strong>en</strong> van het<br />
verwerp<strong>en</strong> van do waarheid, haar uit <strong>de</strong> Hemel toegezond<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> naar hun<br />
vorige leraars gaan zull<strong>en</strong> met <strong>de</strong> dring<strong>en</strong><strong>de</strong> vraag: Zijn die ding<strong>en</strong> alzo? zull<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
predikant<strong>en</strong> fabel<strong>en</strong> opdiss<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zachte ding<strong>en</strong> voorspell<strong>en</strong>, om hun vrees te still<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het<br />
ontwaakte gewet<strong>en</strong> tot rust te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Maar daar vel<strong>en</strong> weiger<strong>en</strong> zull<strong>en</strong>, tevred<strong>en</strong> te zijn<br />
met het gezag van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> alle<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> dui<strong>de</strong>lik “Aldus spreekt <strong>de</strong> Heer” verlang<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> geestelike volkslei<strong>de</strong>rs, gelijk <strong>de</strong> Farizeën van ouds, met toorn vervuld word<strong>en</strong>, omdat<br />
hun gezag in twijfel wordt getrokk<strong>en</strong>; zull<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> boodschap uit <strong>de</strong> duivel is; <strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> schar<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> liefhebb<strong>en</strong>, ophits<strong>en</strong> om <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zulke ding<strong>en</strong><br />
verkondig<strong>en</strong>, te hon<strong>en</strong> <strong>en</strong> te vervolg<strong>en</strong>.<br />
428
Naarmate <strong>de</strong> strijd zich naar nieuwe veld<strong>en</strong> uitstrekt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
bepaald word<strong>en</strong> bij Gods vertred<strong>en</strong> wet, ontwaakt Satans ijver. De kracht, die zich aan <strong>de</strong><br />
boodschap paart, zal <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die er zich teg<strong>en</strong> verzett<strong>en</strong>, slechts tot razernij drijv<strong>en</strong>. De<br />
geestelikheid zal bijna bov<strong>en</strong>m<strong>en</strong>selike poging<strong>en</strong> in het werk stell<strong>en</strong> om het licht uit te<br />
sluit<strong>en</strong>, zodat het niet op hun geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> schijn<strong>en</strong> zal. Door alle mid<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die hun t<strong>en</strong><br />
di<strong>en</strong>ste staan, zull<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> bespreking van <strong>de</strong>ze strijdvrag<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong> te on<strong>de</strong>rdrukk<strong>en</strong>. De<br />
kerk zal e<strong>en</strong> beroep do<strong>en</strong> op <strong>de</strong> sterke arm van <strong>de</strong> wereldlike macht, <strong>en</strong> Katholiek<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
Protestant<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zich tot dat werk ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> beweging voor verplichte<br />
Zondagsviering meer op<strong>en</strong>lik <strong>en</strong> beslist wordt, zal <strong>de</strong> wet op h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> houd<strong>en</strong>,<br />
word<strong>en</strong> toegepast. Ze zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bedreigd met boet<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>isstraf, <strong>en</strong> aan<br />
sommig<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> invloedrijke betrekking<strong>en</strong>, aan an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> beloning<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor<strong>de</strong>l<strong>en</strong><br />
aangebod<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, om h<strong>en</strong> te beweg<strong>en</strong>, hun geloof te verzak<strong>en</strong>. Maar hun standvastig<br />
antwoord zal zijn: “Toont ons onze dwaling uit het woord van God,“—<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> pleitgrond,<br />
waarop Luther zich on<strong>de</strong>r gelijke omstandighed<strong>en</strong> stel<strong>de</strong>. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die voor <strong>de</strong> rechtbank<strong>en</strong><br />
gedaagd word<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid met kracht handhav<strong>en</strong>, <strong>en</strong> sommig<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> aanhor<strong>en</strong>,<br />
zull<strong>en</strong> tot het besluit kom<strong>en</strong> om al <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods te houd<strong>en</strong>. Aldus zal er licht aan<br />
duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> opgaan, die an<strong>de</strong>rs niets van <strong>de</strong>ze waarhed<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong>.<br />
Stipte gehoorzaamheid aan Gods woord zal als rebellie behan<strong>de</strong>ld word<strong>en</strong>. Door Satan<br />
verblind, zal <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>r hardheid <strong>en</strong> gestr<strong>en</strong>gheid uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> teg<strong>en</strong> het gelovige kind; <strong>de</strong><br />
huisheer of huisvrouw zal <strong>de</strong> bedi<strong>en</strong><strong>de</strong>, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> houdt, verdrukk<strong>en</strong>. De lief<strong>de</strong> zal<br />
vervreemd<strong>en</strong>; kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> onterfd, <strong>en</strong> uit hun tehuis verdrev<strong>en</strong>. De woord<strong>en</strong> van<br />
Paulus zull<strong>en</strong> letterlik vervuld word<strong>en</strong>: “All<strong>en</strong>, die godzaliglik will<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> in Christus<br />
Jezus, die zull<strong>en</strong> vervolgd word<strong>en</strong>.” Wanneer <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digers van <strong>de</strong> waarheid weiger<strong>en</strong> om<br />
<strong>de</strong> Zondagsabbat te er<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> in 2 Tim. 3:12. <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is<br />
geworp<strong>en</strong>, an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> verbann<strong>en</strong>, <strong>en</strong> we<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> als slav<strong>en</strong> behan<strong>de</strong>ld word<strong>en</strong>. Aan <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>selike wijsheid schijnt dit alles tans onmogelik toe; maar als <strong>de</strong> weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> Geest<br />
van God van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gewek<strong>en</strong> zal zijn, <strong>en</strong> ze on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> heerschappij van Satan staan<br />
zull<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong> haat, zull<strong>en</strong> er vreem<strong>de</strong> ding<strong>en</strong> gebeur<strong>en</strong>. Het hart<br />
kan zeer wreed word<strong>en</strong>, als <strong>de</strong> vreze <strong>en</strong> lief<strong>de</strong> Gods eruit verwij<strong>de</strong>rd zijn.<br />
Wanneer <strong>de</strong> storm na<strong>de</strong>rt, zal er e<strong>en</strong> grote klasse van h<strong>en</strong>, die beled<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
boodschap van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel te gelov<strong>en</strong>, maar niet geheiligd zijn door <strong>de</strong> gehoorzaamheid<br />
<strong>de</strong>r waarheid, hun plaats opgev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> overgaan tot <strong>de</strong> gele<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>partij. Door<br />
zich met <strong>de</strong> wereld te verbind<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn geest <strong>de</strong>elachtig te word<strong>en</strong>, zijn ze er toe gekom<strong>en</strong>,<br />
om <strong>de</strong> zak<strong>en</strong> in bijna hetzelf<strong>de</strong> licht te beschou-w<strong>en</strong>; <strong>en</strong> wanneer ze getoetst word<strong>en</strong>, zijn ze<br />
bereid om <strong>de</strong> gemakkelike, populaire weg te kiez<strong>en</strong>. Mann<strong>en</strong> van tal<strong>en</strong>t <strong>en</strong> die zich<br />
aang<strong>en</strong>aam wet<strong>en</strong> voor te do<strong>en</strong>, welke zich e<strong>en</strong>maal in <strong>de</strong> waarheid verheugd hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong><br />
hun gav<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>, om ziel<strong>en</strong> te bedrieg<strong>en</strong> <strong>en</strong> te misleid<strong>en</strong>. Ze word<strong>en</strong> <strong>de</strong> bitterste<br />
vijand<strong>en</strong> van hun vroegere broe<strong>de</strong>r<strong>en</strong>. Wanneer Sabbathou<strong>de</strong>rs voor <strong>de</strong> gerechtshov<strong>en</strong><br />
gebracht word<strong>en</strong>, om verantwoording van hun geloof te do<strong>en</strong>, zijn <strong>de</strong>ze afvallig<strong>en</strong> Satans<br />
429
krachtigste me<strong>de</strong>helpers, om h<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> verkeerd licht te stell<strong>en</strong> <strong>en</strong> te beschuldig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> om<br />
door valse gerucht<strong>en</strong> <strong>en</strong> toespeling<strong>en</strong> <strong>de</strong> overheid teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> op te zett<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong>ze tijd van vervolging zal het geloof van <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> op <strong>de</strong> proef<br />
gesteld word<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarschuwing met getrouwheid gegev<strong>en</strong>, alle<strong>en</strong> zi<strong>en</strong><strong>de</strong> op<br />
God <strong>en</strong> op Zijn woord. Gods Geest heeft, door hun hart<strong>en</strong> te bewerk<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> te<br />
sprek<strong>en</strong>. Aangevuurd door heilige ijver, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> machtige invloed van God<strong>de</strong>like<br />
drijfver<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> ze hun plicht vervuld, zon<strong>de</strong>r koel te berek<strong>en</strong><strong>en</strong>, wat <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> zijn<br />
zoud<strong>en</strong> van het sprek<strong>en</strong> tot het volk van het woord, dat <strong>de</strong> Heer hun gegev<strong>en</strong> had. Ze hebb<strong>en</strong><br />
met hun tij<strong>de</strong>like belang<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong>, noch ook hun goe<strong>de</strong> naam of lev<strong>en</strong><br />
tracht<strong>en</strong> te behoud<strong>en</strong>. Toch, wanneer <strong>de</strong> storm van teg<strong>en</strong>stand <strong>en</strong> verwijt over h<strong>en</strong> losbarst,<br />
zull<strong>en</strong> er sommig<strong>en</strong>, door ontzetting overstelpt, uitroep<strong>en</strong>: “Indi<strong>en</strong> we <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> van onze<br />
woord<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>, we zoud<strong>en</strong> ons stil gehoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.” Ze zijn omringd<br />
door moeilikhed<strong>en</strong>. Satan valt h<strong>en</strong> aan met hevige verleiding<strong>en</strong>. Het werk, dat ze op zich<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, schijnt veel meer dan ze kunn<strong>en</strong> t<strong>en</strong> uit voer br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ze word<strong>en</strong> met<br />
on<strong>de</strong>rgang bedreigd. De geestdrift, die h<strong>en</strong> beziel<strong>de</strong>, is verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>; toch kunn<strong>en</strong> ze niet terug.<br />
Dan vlucht<strong>en</strong> ze, in het gevoel van hun volkom<strong>en</strong> hulpeloosheid, tot <strong>de</strong> Almachtige om<br />
kracht. Ze herinner<strong>en</strong> zich, dat <strong>de</strong> woord<strong>en</strong>, welke ze gesprok<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, niet <strong>de</strong> hunne<br />
war<strong>en</strong>, maar <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> van Hem, die hun gelast had <strong>de</strong> waarschuwing te gev<strong>en</strong>. God had<br />
hun <strong>de</strong> waarheid in het hart gelegd, <strong>en</strong> ze kond<strong>en</strong> niet nalat<strong>en</strong> die te verkondig<strong>en</strong>.<br />
Mann<strong>en</strong> Gods in vervlog<strong>en</strong> eeuw<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> beproeving<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvond<strong>en</strong>.<br />
Wycliffe, Huss, Luther, Tyndale, Baxter, Wesley drong<strong>en</strong> erop aan dat alle leer aan <strong>de</strong><br />
Bijbel moest getoetst word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verklaard<strong>en</strong>, dat ze alles zoud<strong>en</strong> opgev<strong>en</strong>, wat daarin<br />
veroor<strong>de</strong>eld werd. Teg<strong>en</strong> die mann<strong>en</strong> woed<strong>de</strong> <strong>de</strong> vervolging met meedog<strong>en</strong>loze woe<strong>de</strong>; toch<br />
liet<strong>en</strong> ze niet af, <strong>de</strong> waarheid te verkondig<strong>en</strong>. Verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> tijd-perk<strong>en</strong> in <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is<br />
van <strong>de</strong> kerk hebb<strong>en</strong> zich alle door <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> <strong>en</strong>e of an<strong>de</strong>re biezon<strong>de</strong>re<br />
waarheid gek<strong>en</strong>merkt, pass<strong>en</strong>d voor <strong>de</strong> behoeft<strong>en</strong> van Gods volk in die tijd. Ie<strong>de</strong>re nieuwe<br />
waarheid heeft zich door haat <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>werking he<strong>en</strong> e<strong>en</strong> weg gebaand, <strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die zich<br />
in het licht ervan verheugd<strong>en</strong>, zijn verzocht <strong>en</strong> beproefd geword<strong>en</strong>. De Heer geeft e<strong>en</strong><br />
biezon<strong>de</strong>re waarheid aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> geval van nood. Wie zou durv<strong>en</strong> weiger<strong>en</strong>, die<br />
bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>? Hij gebiedt Zijn knecht<strong>en</strong>, <strong>de</strong> laatste uitnodiging van Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> aan <strong>de</strong><br />
wereld te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Zij kunn<strong>en</strong> niet stil blijv<strong>en</strong>, dan op gevaar af van hun ziel<strong>en</strong> te verliez<strong>en</strong>.<br />
De gezant<strong>en</strong> van Christus hebb<strong>en</strong> niets met gevolg<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. Ze moet<strong>en</strong> hun plicht do<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> <strong>de</strong> gevolg<strong>en</strong> aan God over.<br />
Wanneer <strong>de</strong> vervolging heviger wordt, word<strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> Gods opnieuw ontsteld;<br />
want het schijnt hun toe, alsof zij <strong>de</strong> krisis hebb<strong>en</strong> veroorzaakt. Doch hun gewet<strong>en</strong> <strong>en</strong> Gods<br />
woord verzeker<strong>en</strong> hun, dat hun wijze van han<strong>de</strong>l<strong>en</strong> goed is; <strong>en</strong> hoewel <strong>de</strong> beproeving<strong>en</strong><br />
aanhoud<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> ze gesterkt om ze te drag<strong>en</strong>. De strijd komt al na<strong>de</strong>r <strong>en</strong> wordt al<br />
zwaar<strong>de</strong>r, maar hun geloof <strong>en</strong> moed nem<strong>en</strong> toe met <strong>de</strong> aangroei<strong>en</strong><strong>de</strong> nood. Hun getuig<strong>en</strong>is is:<br />
“We durv<strong>en</strong> niet aan Gods woord torn<strong>en</strong> door Zijn heilige wet te ver<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het <strong>en</strong>e <strong>de</strong>el<br />
430
nodig <strong>en</strong> het an<strong>de</strong>re onnodig te noem<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> gunst van <strong>de</strong> wereld te verwerv<strong>en</strong>. De Heer,<br />
Die we di<strong>en</strong><strong>en</strong>, is machtig om ons te verloss<strong>en</strong>. Christus heeft <strong>de</strong> macht<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
overwonn<strong>en</strong>; zull<strong>en</strong> wij dan e<strong>en</strong> wereld vrez<strong>en</strong>, waarover <strong>de</strong> zege reeds behaald is?”<br />
Vervolging in zijn on<strong>de</strong>rscheid<strong>en</strong>e vorm<strong>en</strong> is <strong>de</strong> ontwikkeling van e<strong>en</strong> beginsel, dat<br />
bestaan zal, zo lang Satan bestaat, <strong>en</strong> het Christ<strong>en</strong>dom lev<strong>en</strong>skracht heeft. Niemand kan God<br />
di<strong>en</strong><strong>en</strong>, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> teg<strong>en</strong>kanting van het heir <strong>de</strong>r duisternis teg<strong>en</strong> zich gaan<strong>de</strong> te mak<strong>en</strong>. Boze<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> hem aanvall<strong>en</strong>, verontrust dat zijn invloed <strong>de</strong> prooi aan hun hand<strong>en</strong><br />
ontnem<strong>en</strong> zal. Boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zich, door zijn voorbeeld bestraft, met h<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>, om<br />
te tracht<strong>en</strong> hem door aantrekkelike verleiding<strong>en</strong> van God te scheid<strong>en</strong>. En wanneer die niet<br />
gelukk<strong>en</strong>, wordt er dwang gebruikt om het gewet<strong>en</strong> te verkracht<strong>en</strong>.<br />
Maar zo lang Jezus <strong>de</strong> voorspraak voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s blijft in het heiligdom daarbov<strong>en</strong>, wordt<br />
<strong>de</strong> weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest door <strong>de</strong> overheid zowel als het volk gevoeld.<br />
Hij beheerst nog tot op zekere hoogte <strong>de</strong> landswett<strong>en</strong>. War<strong>en</strong> die wett<strong>en</strong> er niet, <strong>de</strong> toestand<br />
van <strong>de</strong> wereld zou veel erger zijn dan hij nu is. Terwijl vel<strong>en</strong> van onze overheidsperson<strong>en</strong><br />
ijverige handlangers van Satan zijn, heeft God ook Zijn werktuig<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> voormann<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> natie. De vijand beweegt zijn di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> om maatregel<strong>en</strong> voor te stell<strong>en</strong>, die<br />
Gods werk zeer in <strong>de</strong> weg zoud<strong>en</strong> staan, maar staatsmann<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Heer vrez<strong>en</strong>, word<strong>en</strong><br />
door heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> gedrev<strong>en</strong>, om zodanige voorstell<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> te staan met argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, die<br />
niet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rlegd. Aldus zull<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele mann<strong>en</strong> e<strong>en</strong> machtige stroom van het<br />
kwaad in toom houd<strong>en</strong>. De teg<strong>en</strong>stand van <strong>de</strong> vijand<strong>en</strong> van <strong>de</strong> waarheid zal teg<strong>en</strong>gehoud<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel zijn werk kan volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> laatste<br />
waarschuwing gegev<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong>, zal dat werk <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong>ze voorgangers trekk<strong>en</strong>,<br />
door wie <strong>de</strong> Heer nu werkt, <strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r h<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> hem aannem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> door <strong>de</strong> tijd<br />
van b<strong>en</strong>auwdheid he<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van het volk van God staan.<br />
De <strong>en</strong>gel, die <strong>de</strong>elneemt aan <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel, moet <strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong> met<br />
zijn heerlikheid verlicht<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> werk, dat zich over <strong>de</strong> ganse wereld zal uitstrekk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van<br />
ongewone kracht zal zijn, wordt hier voorspeld. De Adv<strong>en</strong>t-beweging van 1840-44 was e<strong>en</strong><br />
heerlike op<strong>en</strong>baring van <strong>de</strong> kracht Gods; <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> eerste <strong>en</strong>gel werd naar ie<strong>de</strong>r<br />
z<strong>en</strong>dingstation op aar<strong>de</strong> gezond<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in sommige land<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> godsdi<strong>en</strong>stige<br />
belangstelling aan <strong>de</strong> dag gelegd, gelijk m<strong>en</strong> er nerg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> had waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong><br />
Hervorming van <strong>de</strong> zesti<strong>en</strong><strong>de</strong> eeuw; maar <strong>de</strong> machtige beweging bij <strong>de</strong> laatste<br />
waarschuwing van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel zal dit alles overtreff<strong>en</strong>.<br />
Het werk zal op <strong>de</strong> Pinksterdag gelijk<strong>en</strong>. Gelijk <strong>de</strong> “vroege reg<strong>en</strong>” gegev<strong>en</strong> werd bij <strong>de</strong><br />
uitstorting van <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e Geest aan het begin van het evangeliewerk, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> het kostbare<br />
zaad te do<strong>en</strong> uitspruit<strong>en</strong>, zo zal <strong>de</strong> “spa<strong>de</strong> reg<strong>en</strong>” bij het ein<strong>de</strong> word<strong>en</strong> geschonk<strong>en</strong>, om <strong>de</strong><br />
oogst te lat<strong>en</strong> rijp<strong>en</strong>. “Dan zull<strong>en</strong> wij k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>; we zull<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong> om <strong>de</strong> Heer te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>;<br />
Zijn uitgang is bereid als <strong>de</strong> dageraad, <strong>en</strong> Hij zal tot ons kom<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> reg<strong>en</strong>, als <strong>de</strong> spa<strong>de</strong><br />
reg<strong>en</strong> <strong>en</strong> vroege reg<strong>en</strong> van het land.” “En gij, kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van Zion! verheugt u <strong>en</strong> zijt blij<strong>de</strong> in<br />
431
<strong>de</strong> Heer, uw God, want Hij zal u gev<strong>en</strong> die leraar <strong>de</strong>r gerechtigheid; <strong>en</strong> Hij zal voor u <strong>de</strong><br />
reg<strong>en</strong> do<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong>, <strong>de</strong> vroege <strong>en</strong> <strong>de</strong> spa<strong>de</strong> reg<strong>en</strong>.” “En het zal zijn in <strong>de</strong> laatste dag<strong>en</strong>,<br />
zegt God, Ik zal uitstort<strong>en</strong> van Mijn Geest op alle vlees.” “En het zal zijn, dat e<strong>en</strong> iegelik,<br />
die <strong>de</strong> naam <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> zal aanroep<strong>en</strong>, zalig zal word<strong>en</strong>.”<br />
Het grote werk van het evangelie zal niet sluit<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> geringer op<strong>en</strong>baring van Gods<br />
macht, dan die het begin ervan heeft gek<strong>en</strong>merkt. De profetieën, welke vervuld zijn door <strong>de</strong><br />
uitstorting van <strong>de</strong> vroege reg<strong>en</strong> bij <strong>de</strong> aanvang van <strong>de</strong> evangelieverkondiging, zull<strong>en</strong><br />
we<strong>de</strong>rom vervuld word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> spa<strong>de</strong> reg<strong>en</strong> aan het ein<strong>de</strong> ervan. Hier zijn “<strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
verkoeling,” waarnaar <strong>de</strong> apostel Petrus uitzag, to<strong>en</strong> hij zei: “Betert u dan, <strong>en</strong> bekeert u,<br />
opdat uw zond<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> uitgewist word<strong>en</strong>, wanneer <strong>de</strong> tijd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> verkoeling zull<strong>en</strong><br />
gekom<strong>en</strong> zijn van het aangezicht <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Hij gezond<strong>en</strong> zal hebb<strong>en</strong> Jezus.”<br />
De di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> Gods zull<strong>en</strong> zich van plaats tot plaats haast<strong>en</strong>, om met aangezicht<strong>en</strong>,<br />
verlicht <strong>en</strong> blink<strong>en</strong>d van heilige toewijding, <strong>de</strong> boodschap uit <strong>de</strong> hemel te verkondig<strong>en</strong>. De<br />
waarschuwing zal door duiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> stemm<strong>en</strong> over <strong>de</strong> gehele aar<strong>de</strong> gegev<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />
Won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> gewrocht, <strong>de</strong> ziek<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> geheeld word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> won<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> gelovig<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>. Satan zal ook met leug<strong>en</strong>achtige won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs<br />
vuur van <strong>de</strong> hemel voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> do<strong>en</strong> ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong>. Aldus zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> aardbewoners tot<br />
beslissing word<strong>en</strong> gebracht.<br />
De boodschap zal niet zo zeer door argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als wel door e<strong>en</strong> diepe overtuiging van<br />
Gods Geest verspreid word<strong>en</strong>. De bewijsgrond<strong>en</strong> zijn reeds tevor<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. Het zaad is<br />
gezaaid, <strong>en</strong> zal nu opschiet<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrucht<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>. De geschrift<strong>en</strong>, die door z<strong>en</strong><strong>de</strong>ling<strong>en</strong> zijn<br />
verspreid, hebb<strong>en</strong> hun invloed uitgeoef<strong>en</strong>d; toch war<strong>en</strong> er vel<strong>en</strong>, wier hart getroff<strong>en</strong> was,<br />
verhin<strong>de</strong>rd geword<strong>en</strong> om <strong>de</strong> waarheid t<strong>en</strong> volle te verstaan, of om te gehoorzam<strong>en</strong>. Tans<br />
dring<strong>en</strong> <strong>de</strong> lichtstral<strong>en</strong> overal door, <strong>de</strong> waarheid wordt in al zijn hel<strong>de</strong>rheid ingezi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
oprechte kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> Gods verbrek<strong>en</strong> <strong>de</strong> band<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> gekluisterd hebb<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>.<br />
Familieband<strong>en</strong> <strong>en</strong> kerkgeme<strong>en</strong>schap zijn machteloos om h<strong>en</strong> nu teg<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>. De<br />
waarheid is hun bov<strong>en</strong> alles kostbaar. Nietteg<strong>en</strong>staan<strong>de</strong> alles wat zich teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> waarheid<br />
verbond<strong>en</strong> heeft, stelt zich e<strong>en</strong> groot aantal aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>.<br />
432
Hoofdstuk 39 — “Anarchie Ontket<strong>en</strong>d”<br />
“En te dier tijd zal Michaël opstaan, die grote vorst, die voor <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van uw volk<br />
staat, als het zulk e<strong>en</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid zijn zal, als er niet geweest is, sinds dat er e<strong>en</strong><br />
volk geweest is, tot op die tijd toe; <strong>en</strong> te dier tijd zal uw volk verlost word<strong>en</strong>, al wie<br />
gevond<strong>en</strong> wordt geschrev<strong>en</strong> te zijn in het boek.” Wanneer <strong>de</strong> boodschap van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<br />
sluit, pleit <strong>de</strong> barmhartigheid niet langer voor <strong>de</strong> schuldige bewoners van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Het werk<br />
van Gods volk is geëindigd. Ze hebb<strong>en</strong> “<strong>de</strong> spa<strong>de</strong> reg<strong>en</strong>”, “<strong>de</strong> verkoeling van het aangezicht<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>,” ontvang<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn bereid voor <strong>de</strong> ure van beproeving, die aanstaan<strong>de</strong> is.<br />
Engel<strong>en</strong> haast<strong>en</strong> zich in <strong>de</strong> hemel he<strong>en</strong> <strong>en</strong> we<strong>de</strong>r. E<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel, van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> terugker<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
verklaart dat zijn werk afgedaan is; <strong>de</strong> wereld is voor het laatst getoetst, <strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die zich<br />
getrouw betoond hebb<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like voorschrift<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> “het zegel van <strong>de</strong> lev<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
God” ontvang<strong>en</strong>. Dan heeft Jezus’ mid-<strong>de</strong>laarschap in het heiligdom daarbov<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>.<br />
Hij heft Zijn hand<strong>en</strong> op, <strong>en</strong> spreekt met lui<strong>de</strong>r stem: “Het is volbracht;” <strong>en</strong> al <strong>de</strong><br />
<strong>en</strong>gelschar<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> hun kron<strong>en</strong> af, terwijl Hij <strong>de</strong> plechtige aankondiging doet: “Die onrecht<br />
doet, dat hij nog onrecht doe; <strong>en</strong> die vuil is, dat hij nog vuil wor<strong>de</strong>; <strong>en</strong> die rechtvaardig is,<br />
dat hij nog gerechtvaardigd wor<strong>de</strong>; <strong>en</strong> die heilig is, dat hij nog geheiligd wor<strong>de</strong>.” Ie<strong>de</strong>r<br />
geval is beslist voor lev<strong>en</strong> of dood. Christus heeft verzo<strong>en</strong>ing voor Zijn volk gedaan, <strong>en</strong> hun<br />
zond<strong>en</strong> uitgewist. Het getal van Zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> is volledig; “het koninkrijk, <strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
heerschappij <strong>en</strong> <strong>de</strong> grootheid van het koninkrijk on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> ganse hemel,” staan gegev<strong>en</strong> te<br />
word<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> <strong>de</strong>r zaligheid, <strong>en</strong> Jezus moet heers<strong>en</strong> als Koning <strong>de</strong>r koning<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
Heer <strong>de</strong>r her<strong>en</strong>.<br />
Wanneer Hij het heiligdom verlaat, be<strong>de</strong>kt duisternis <strong>de</strong> aardbewoners. In die<br />
schrikkelike tijd moet<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>laar voor Gods aangezicht lev<strong>en</strong>.<br />
De weerhoud<strong>en</strong><strong>de</strong> macht, die <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> beheerst heeft, wordt wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Satan<br />
heeft vol gezag over die onboetvaardig geblev<strong>en</strong> zijn tot het ein<strong>de</strong> toe. Gods<br />
lankmoedigheid is t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>. De wereld heeft Zijn g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> verworp<strong>en</strong>,Zijn lief<strong>de</strong> veracht,<strong>en</strong><br />
Zijn wet met voet<strong>en</strong> getred<strong>en</strong>. De god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> gr<strong>en</strong>slijn van hun proeftijd<br />
overschred<strong>en</strong>; Gods Geest, halsstarrig weerstaan, is ein<strong>de</strong>lik gewek<strong>en</strong>. Onbeschermd door<br />
<strong>de</strong> God<strong>de</strong>like g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>, on<strong>de</strong>rvind<strong>en</strong> ze ev<strong>en</strong>min bescherming van <strong>de</strong> boze. Satan zal alsdan<br />
e<strong>en</strong> laatste grote b<strong>en</strong>auwdheid over <strong>de</strong> aardbewoners br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> Gods <strong>de</strong><br />
ruwe wind<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>selike hartstocht niet langer in bedwang houd<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> al <strong>de</strong><br />
elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van strijd losgelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De gehele wereld zal in e<strong>en</strong> verwoesting word<strong>en</strong><br />
gedompeld, vreseliker dan die, welke over Jeruzalem van ouds gekom<strong>en</strong> is.<br />
Eén <strong>en</strong>kele <strong>en</strong>gel sloeg al <strong>de</strong> eerstgebor<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> Egypt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervul<strong>de</strong> het land<br />
met rouwklage. To<strong>en</strong> David teg<strong>en</strong> God zondig<strong>de</strong>, door het volk te tell<strong>en</strong>, veroorzaakte één<br />
<strong>en</strong>gel dat ijselike ver<strong>de</strong>rf, waardoor zijn zon<strong>de</strong> bestraft werd. Dezelf<strong>de</strong> verniel<strong>en</strong><strong>de</strong> macht,<br />
door heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> uitgeoef<strong>en</strong>d, wanneer God het gebiedt, zal door boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
433
uitgeoef<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>, wanneer Hij het toelaat. Er zijn kracht<strong>en</strong>, nu gereed, die slechts op<br />
God<strong>de</strong>like toestemming wacht<strong>en</strong>, om overal he<strong>en</strong> verwoesting te verspreid<strong>en</strong>. Deg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die<br />
<strong>de</strong> wet van God er<strong>en</strong>, zijn beschuldigd geword<strong>en</strong> van oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over <strong>de</strong> wereld te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> beschouwd word<strong>en</strong>, <strong>de</strong> oorzaak te zijn van <strong>de</strong> vreselike schokking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> natuur,<br />
<strong>en</strong> <strong>de</strong> strijd <strong>en</strong> bloedstorting on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> met wee vervull<strong>en</strong>. De kracht,<br />
waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> laatste waarschuwing gepaard gaat, heeft <strong>de</strong> woe<strong>de</strong> van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong><br />
opgewekt; hun toorn is ontstok<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> all<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> boodschap ontvang<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Satan<br />
zal in nog heviger graad <strong>de</strong> geest van haat <strong>en</strong> vervolging do<strong>en</strong> ontwak<strong>en</strong>.<br />
To<strong>en</strong> Gods teg<strong>en</strong>woordigheid t<strong>en</strong> laatste van het Joodse volk wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd, war<strong>en</strong><br />
<strong>de</strong> priesters <strong>en</strong> het volk er zich niet van bewust. Ofschoon Satan over h<strong>en</strong> heerste, <strong>en</strong> ze door<br />
<strong>de</strong> afschuwelikste <strong>en</strong> boosaardigste hartstocht<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> aangezet, beschouwd<strong>en</strong> ze zich nog<br />
altijd als <strong>de</strong> uit-verkor<strong>en</strong><strong>en</strong> Gods. De di<strong>en</strong>st in <strong>de</strong> tempel werd voortgezet; offerand<strong>en</strong><br />
werd<strong>en</strong> gebracht op zijn bezoe<strong>de</strong>l<strong>de</strong> altar<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dageliks werd <strong>de</strong> God<strong>de</strong>like zeg<strong>en</strong><br />
afgesmeekt over e<strong>en</strong> volk, dat zich schuldig gemaakt had aan het bloed van Gods gelief<strong>de</strong><br />
Zoon, <strong>en</strong> dat Zijn di<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> apostel<strong>en</strong> zocht te dod<strong>en</strong>. Aldus ook, wanneer het<br />
onherroepelike besluit van het heiligdom aangekondigd, <strong>en</strong> het lot van <strong>de</strong> wereld voor altijd<br />
vastgesteld is, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> aardbewoners er ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis aan drag<strong>en</strong>. De godsdi<strong>en</strong>stvorm<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> volk, van hetwelk <strong>de</strong> Geest Gods voor goed gewek<strong>en</strong><br />
is; <strong>en</strong> <strong>de</strong> sataniese ijver, waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> vorst van het kwaad h<strong>en</strong> beziel<strong>en</strong> zal tot uitwerking<br />
van zijn boze plann<strong>en</strong>, zal <strong>de</strong> schijn drag<strong>en</strong> van ijver voor God.<br />
Daar <strong>de</strong> Sabbat het grote punt van ver<strong>de</strong>eldheid on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid geword<strong>en</strong> is, <strong>en</strong><br />
godsdi<strong>en</strong>stige <strong>en</strong> wereldlike macht<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gespann<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> om het houd<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
Zondag verplicht<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>, zal <strong>de</strong> voortdur<strong>en</strong><strong>de</strong> weigering van e<strong>en</strong> kleine min<strong>de</strong>rheid<br />
om aan <strong>de</strong> algem<strong>en</strong>e eis te voldo<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> tot voorwerp<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van verfoeiing bij ie<strong>de</strong>re<strong>en</strong>.<br />
M<strong>en</strong> zal er op aandring<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> weinig<strong>en</strong>, die zich teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> instelling van <strong>de</strong> kerk <strong>en</strong> wet<br />
van <strong>de</strong> staat kant<strong>en</strong>, niet behor<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> geduld; dat het beter is, dat zij lijd<strong>en</strong>, dan dat<br />
gehele volk<strong>en</strong> in verwarring <strong>en</strong> wetteloosheid gedompeld word<strong>en</strong>. Hetzelf<strong>de</strong> argum<strong>en</strong>t werd<br />
achtti<strong>en</strong> hon <strong>de</strong>rd jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Christus door <strong>de</strong> “overst<strong>en</strong> van het volk” aangevoerd.<br />
“Het is ons nut,” zei <strong>de</strong> sluwe Kajafas, “dat één m<strong>en</strong>s sterve voor het volk, <strong>en</strong> niet het gehele<br />
volk verlor<strong>en</strong> ga.” Deze bewijsgrond zal als besliss<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong>, <strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte zal<br />
er e<strong>en</strong> gebod uitgevaardigd word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Sabbat van het vier<strong>de</strong> gebod<br />
heilig<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> schuldig verklar<strong>en</strong><strong>de</strong> aan <strong>de</strong> zwaarste straf, <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vrijheid gev<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
h<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> zekere tijd ter dood te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het Romanisme in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> wereld, <strong>en</strong> het<br />
afvallige Protestantisme in <strong>de</strong> nieuwe, zull<strong>en</strong> éénzelf<strong>de</strong> weg inslaan met betrekking tot<br />
<strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die al <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> Gods on<strong>de</strong>rhoud<strong>en</strong>.<br />
Het volk Gods zal alsdan in die tonel<strong>en</strong> van droefheid <strong>en</strong> nood gestort word<strong>en</strong>, welke<br />
door <strong>de</strong> profeet als <strong>de</strong> tijd van Jakobs b<strong>en</strong>auwdheid word<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong>. “Want zo zegt <strong>de</strong><br />
Heer: We hor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stem van verschrikking, daar is vrees <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vre<strong>de</strong>. . . . Alle<br />
aangezicht<strong>en</strong> zijn veran<strong>de</strong>rd in bleekheid. O wee, want die is z— groot, dat zijns gelijke niet<br />
434
geweest is, <strong>en</strong> het is e<strong>en</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid voor Jakob, toch zal hij daaruit verlost<br />
word<strong>en</strong>.” De nacht, die Jakob in angst doorbracht, to<strong>en</strong> hij in het gebed worstel<strong>de</strong> om<br />
verlossing uit Ezau’s hand, is e<strong>en</strong> beeld van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding van Gods volk in <strong>de</strong> tijd van<br />
b<strong>en</strong>auwd-heid. Weg<strong>en</strong>s het gepleeg<strong>de</strong> bedrog ter verkrijging van <strong>de</strong> zeg<strong>en</strong> van zijn va<strong>de</strong>r,<br />
die voor Ezau bestemd was, was Jakob voor zijn lev<strong>en</strong> gevlucht, verschrikt door <strong>de</strong><br />
gevaarlike bedreiging<strong>en</strong> van zijn broe<strong>de</strong>r. Na jar<strong>en</strong> lang in ballingschap doorgebracht te<br />
hebb<strong>en</strong>, had hij zich op Gods bevel op reis begev<strong>en</strong>, om met zijn vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>,<br />
kudd<strong>en</strong> <strong>en</strong> vee naar zijn geboorteland terug te ker<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> hij <strong>de</strong> gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van het land<br />
bereikte, werd hij met schrik vervuld door tijding<strong>en</strong> van Ezau’s komst aan het hoofd van e<strong>en</strong><br />
b<strong>en</strong><strong>de</strong> krijgslied<strong>en</strong>, ongetwijfeld beslot<strong>en</strong> om wraak te oef<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />
Jakobs gezelschap, ongewap<strong>en</strong>d <strong>en</strong> weerloos, sche<strong>en</strong> op het punt van <strong>de</strong> hulpeloze<br />
slachtoffers te word<strong>en</strong> van geweld <strong>en</strong> moord. Bij <strong>de</strong> last van angst <strong>en</strong> vrees voeg<strong>de</strong> zich het<br />
verpletter<strong>en</strong>d gewicht van zelfverwijt; want het was zijn eig<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>, die dit gevaar over<br />
hem had gebracht. Zijn <strong>en</strong>ige hoop was op <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods; zijn <strong>en</strong>ige bescherming moest<br />
het gebed zijn. Toch liet hij niets ongedaan van zijn eig<strong>en</strong> kant, om voor het onrecht aan zijn<br />
broe<strong>de</strong>r te boet<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het dreig<strong>en</strong><strong>de</strong> gevaar af te wer<strong>en</strong>. Zo ook behor<strong>en</strong> <strong>de</strong> volgeling<strong>en</strong> van<br />
Christus bij het na<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid alle poging<strong>en</strong> aan te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong> om zich<br />
in e<strong>en</strong> behoorlik daglicht voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong>, vooroor<strong>de</strong>el te ontwap<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> het<br />
gevaar zoek<strong>en</strong> af te w<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, dat vrijheid van gewet<strong>en</strong> bedreigt.<br />
Na zijn familie weggezond<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>, opdat die ge<strong>en</strong> getuige zou zijn van zijn nood,<br />
blijft Jakob alle<strong>en</strong> om v——r God te pleit<strong>en</strong>. Hij belijdt zijn zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> erk<strong>en</strong>t met<br />
dankbaarheid <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> Gods aan hem bewez<strong>en</strong>, terwijl hij in diepe ootmoed melding<br />
maakt van het verbond, met zijn va<strong>de</strong>r<strong>en</strong> gemaakt, <strong>en</strong> <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong> aan hemzelf geschonk<strong>en</strong><br />
in het nachtgezicht te Bethel, <strong>en</strong> in het land van zijn ballingschap. Het keerpunt in zijn lev<strong>en</strong><br />
is gekom<strong>en</strong>; alles staat op het spel. In <strong>de</strong> duisternis <strong>en</strong> e<strong>en</strong>zaamheid houdt hij aan met<br />
bidd<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich voor God te verootmoedig<strong>en</strong>. Plotseling wordt er e<strong>en</strong> hand op zijn schou<strong>de</strong>r<br />
gelegd. Hij me<strong>en</strong>t, dat het e<strong>en</strong> vijand is, die hem het lev<strong>en</strong> zoekt te b<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met al <strong>de</strong><br />
kracht, die <strong>de</strong> wanhoop sch<strong>en</strong>kt, worstelt hij met zijn teg<strong>en</strong>partij. Bij het aanbrek<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
dag op<strong>en</strong>baart <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>ling zijn bov<strong>en</strong>natuurlike kracht; door zijn aanraking schijnt <strong>de</strong><br />
sterke man verlamd, <strong>en</strong> als e<strong>en</strong> hulpeloze, w<strong>en</strong><strong>en</strong><strong>de</strong> smekeling valt hij zijn geheimzinnige<br />
teg<strong>en</strong>partij<strong>de</strong>r om <strong>de</strong> hals.<br />
Jakob weet nu, dat het <strong>de</strong> Engel <strong>de</strong>s verbonds is, met wie hij gestred<strong>en</strong> heeft. Schoon<br />
kreupel <strong>en</strong> in zware pijn, geeft hij zijn doel niet op. Lang heeft hij verleg<strong>en</strong>heid, wroeging<br />
<strong>en</strong> droefheid weg<strong>en</strong>s zijn zon<strong>de</strong> verduurd; nu moet hij <strong>de</strong> verzekering hebb<strong>en</strong>, dat die<br />
vergev<strong>en</strong> is. De God<strong>de</strong>like bezoeker schijnt op het punt, hem te verlat<strong>en</strong>; doch Jakob klemt<br />
zich aan hem vast, <strong>en</strong> smeekt om e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong>. De <strong>en</strong>gel pleit: “Laat me gaan; want <strong>de</strong><br />
dageraad is opgegaan;” doch <strong>de</strong> patriarch roept uit: “Ik zal u niet lat<strong>en</strong> gaan, t<strong>en</strong>zij dat ge me<br />
zeg<strong>en</strong>t.” Welk e<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>, welk e<strong>en</strong> standvastigheid <strong>en</strong> volharding word<strong>en</strong> hier t<strong>en</strong> toon<br />
gespreid! Was dit e<strong>en</strong> trotse, aanmatig<strong>en</strong><strong>de</strong> eis geweest, Jakob zou og<strong>en</strong>blikkelik vernietigd<br />
435
zijn geword<strong>en</strong>; maar wat zich hier toon<strong>de</strong>, was <strong>de</strong> vrijmoedigheid van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s, die zijn<br />
zwakheid <strong>en</strong> onwaardigheid belijdt, <strong>en</strong> toch op <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> vertrouwt van e<strong>en</strong> God, die Zijn<br />
verbond gestand doet.<br />
“Hij gedroeg zich vorstelik teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> Engel <strong>en</strong> overmocht hem.” Door verne<strong>de</strong>ring,<br />
berouw <strong>en</strong> overgave van zichzelf overwon <strong>de</strong>ze zondige, dwal<strong>en</strong><strong>de</strong> sterveling <strong>de</strong> Majesteit<br />
<strong>de</strong>s hemels. Met bev<strong>en</strong><strong>de</strong> hand had hij <strong>de</strong> beloft<strong>en</strong> Gods aangegrep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het hart van<br />
Oneindige Lief<strong>de</strong> kon het pleit<strong>en</strong> van <strong>de</strong> zondaar niet afwijz<strong>en</strong>. Als e<strong>en</strong> bewijs van zijn<br />
overwinning, <strong>en</strong> tot aanmoediging van an<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, om zijn voorbeeld na te volg<strong>en</strong>, werd zijn<br />
naam veran<strong>de</strong>rd van e<strong>en</strong>, die hem aan zijn zon<strong>de</strong> herinner<strong>de</strong>, in e<strong>en</strong>, die aan zijn zegepraal<br />
liet d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. En het feit, dat Jakob bij God overmacht had, was e<strong>en</strong> verzekering, dat hij ook<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s bestand zou zijn. Hij vrees<strong>de</strong> niet langer voor <strong>de</strong> toorn van zijn broe<strong>de</strong>r, want<br />
<strong>de</strong> Heer was zijn bescherming.<br />
Satan had Jakob voor <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> Gods beschuldigd, <strong>en</strong> het recht geëist om hem te<br />
vernietig<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s zijn zon<strong>de</strong>; hij had Ezau aangepord om teg<strong>en</strong> hem op te trekk<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> die lange nacht van strijd trachtte Satan <strong>de</strong> patriarch on<strong>de</strong>r het gevoel van zijn<br />
schuld te houd<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> hem te ontmoedig<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn steun<strong>en</strong> op God te verij<strong>de</strong>l<strong>en</strong>. Jakob<br />
werd bijna tot wanhoop gedrev<strong>en</strong>; doch hij wist, dat hij zon<strong>de</strong>r hulp van Bov<strong>en</strong> moest<br />
vergaan. Hij had zich in oprechtheid van zijn grote zon<strong>de</strong> bekeerd, <strong>en</strong> <strong>de</strong>ed e<strong>en</strong> beroep op<br />
Gods g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>. Hij wil<strong>de</strong> zich niet van zijn doel lat<strong>en</strong> afbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, doch hield <strong>de</strong> Engel vast, <strong>en</strong><br />
liet niet af te bidd<strong>en</strong> met ernstige, hartverscheur<strong>en</strong><strong>de</strong> kret<strong>en</strong>, totdat hij overwon.<br />
Ev<strong>en</strong>als Satan Ezau aanzette, om teg<strong>en</strong> Jakob op te trekk<strong>en</strong>, zo zal hij <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong><br />
aanporr<strong>en</strong>, om Gods volk in <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid te ver<strong>de</strong>lg<strong>en</strong>. En ev<strong>en</strong>als hij Jakob<br />
beschuldig<strong>de</strong>, zal hij zijn beschuldiging<strong>en</strong> inbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Gods volk. Hij telt <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong>ze wereld als zijn on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong>; doch het kleine getal van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong><br />
Gods bewar<strong>en</strong>, we<strong>de</strong>rstaat zijn opperheerschappij. Kon hij h<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> verdo<strong>en</strong>, zijn<br />
overwinning zou volkom<strong>en</strong> zijn. Hij ziet h<strong>en</strong> door heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> beschermd, <strong>en</strong> leidt<br />
daaruit af, dat hun zond<strong>en</strong> vergev<strong>en</strong> zijn; doch hij weet niet, dat hun zak<strong>en</strong> in het heiligdom<br />
daarbov<strong>en</strong> zijn beslist. Hij bezit e<strong>en</strong> nauwkeurige k<strong>en</strong>nis van <strong>de</strong> zond<strong>en</strong>, waartoe hij h<strong>en</strong><br />
heeft verleid, <strong>en</strong> legt die aan God voor in het overdrev<strong>en</strong>ste licht, dit volk voorstell<strong>en</strong><strong>de</strong>,<br />
alsof ze het verlies van Gods gunst ev<strong>en</strong>zeer verdi<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong> als hijzelf. Hij verklaart, dat<br />
<strong>de</strong> Heer in rechtvaardigheid hun zond<strong>en</strong> niet kan vergev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> toch hem <strong>en</strong> zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
ver<strong>de</strong>lg<strong>en</strong>. Hij maakt aanspraak op h<strong>en</strong> als zijn prooi, <strong>en</strong> eist, dat ze in zijn hand<strong>en</strong> zull<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> overgegev<strong>en</strong> om vernietigd te word<strong>en</strong>.<br />
Terwijl Satan het volk van God beschuldigt van wege hun zond<strong>en</strong>, laat <strong>de</strong> Heer hem toe,<br />
h<strong>en</strong> tot het uiterste te beproev<strong>en</strong>. Hun vertrouw<strong>en</strong> op God, hun geloof <strong>en</strong> standvastigheid<br />
zull<strong>en</strong> zwaar beproefd word<strong>en</strong>. Terwijl ze in gedachte het verled<strong>en</strong> nagaan, ontzinkt hun <strong>de</strong><br />
hoop; want in hun gehele lev<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> ze slechts weinig dat goed is. Ze zijn zich t<strong>en</strong> volle van<br />
hun zwakheid <strong>en</strong> onwaardigheid bewust. Satan tracht h<strong>en</strong> met <strong>de</strong> gedachte te verschrikk<strong>en</strong>,<br />
436
dat hun zaak hopeloos staat, <strong>en</strong> <strong>de</strong> smet van hun verontreiniging nooit uitgewist zal word<strong>en</strong>.<br />
Hij hoopt hun geloof zo te kunn<strong>en</strong> schokk<strong>en</strong>, dat ze aan zijn verzoeking<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> toegev<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> hun getrouwheid aan God lat<strong>en</strong> var<strong>en</strong>.<br />
Ofschoon Gods volk omringd zal zijn door vijand<strong>en</strong>, die er op uit zijn, h<strong>en</strong> te vernietig<strong>en</strong>,<br />
toch is <strong>de</strong> angst, die ze uitstaan, ge<strong>en</strong> vrees voor vervolging terwille van <strong>de</strong> waarheid; ze<br />
vrez<strong>en</strong>, dat ze ge<strong>en</strong> berouw hebb<strong>en</strong> gehad over elke zon<strong>de</strong>, <strong>en</strong> dat ze door het <strong>en</strong>e of an<strong>de</strong>re<br />
gebrek in zichzelv<strong>en</strong> <strong>de</strong> vervulling onmogelik zull<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van <strong>de</strong> belofte van <strong>de</strong> Heiland:<br />
“Ik zal u bewar<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> ure <strong>de</strong>r verzoeking, die over <strong>de</strong> gehele wereld kom<strong>en</strong> zal.” Indi<strong>en</strong><br />
ze <strong>de</strong> verzekering van vergiff<strong>en</strong>is kond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, ze zoud<strong>en</strong> niet terug<strong>de</strong>inz<strong>en</strong> voor<br />
marteling of dood; maar zoud<strong>en</strong> ze onwaardig bewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun lev<strong>en</strong> verliez<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />
gevolge van tekortkoming<strong>en</strong> in hun eig<strong>en</strong> karakter, zo zou Gods heilige naam word<strong>en</strong><br />
gelasterd.<br />
Aan alle kant<strong>en</strong> hor<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> sam<strong>en</strong>zwering<strong>en</strong> tot verraad, <strong>en</strong> aanschouw<strong>en</strong> werkelike<br />
opstand; <strong>en</strong> in hun binn<strong>en</strong>ste wordt e<strong>en</strong> innige begeerte <strong>en</strong> ernstig zielsverlang<strong>en</strong> opgewekt,<br />
dat <strong>de</strong>ze grote afval t<strong>en</strong> ein<strong>de</strong> kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loos- heid van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> ophoud<strong>en</strong>,<br />
zal. Doch terwijl ze met God pleit<strong>en</strong> om <strong>de</strong> opstand teg<strong>en</strong> te gaan, is het met e<strong>en</strong> klaar<br />
bewustzijn van zelfverwijt, dat zijzelv<strong>en</strong> niet meer kracht hebb<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> machtige vloed<br />
van het kwaad weerstand te bied<strong>en</strong> <strong>en</strong> terug te dring<strong>en</strong>. Ze gevoel<strong>en</strong> dat, hadd<strong>en</strong> ze altijd al<br />
hun vermog<strong>en</strong> in <strong>de</strong> di<strong>en</strong>st van Christus besteed, <strong>en</strong> war<strong>en</strong> ze van kracht tot kracht<br />
voortgegaan, Satans strijdmacht<strong>en</strong> min<strong>de</strong>r teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>.<br />
Ze kastijd<strong>en</strong> hun ziel<strong>en</strong> voor God, Hem herinner<strong>en</strong><strong>de</strong> aan hun berouw over <strong>de</strong> vele<br />
zond<strong>en</strong> van het verled<strong>en</strong>, <strong>en</strong> pleit<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> belofte van <strong>de</strong> Heiland: “Laat hem Mijn sterkte<br />
aangrijp<strong>en</strong>, dat hij vre<strong>de</strong> met Mij make, <strong>en</strong> hij zal vre<strong>de</strong> met Mij mak<strong>en</strong>.” Hun geloof faalt<br />
niet, omdat hun gebed<strong>en</strong> niet onmid<strong>de</strong>llik word<strong>en</strong> beantwoord. Al hebb<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> grootste<br />
angst, vrees <strong>en</strong> ell<strong>en</strong><strong>de</strong> uit te staan, toch houd<strong>en</strong> hun gebed<strong>en</strong> niet op. Ze grijp<strong>en</strong> <strong>de</strong> kracht<br />
Gods aan, gelijk Jakob <strong>de</strong> Engel aangreep, <strong>en</strong> <strong>de</strong> taal van hun ziel<strong>en</strong> is: “Ik zal u niet lat<strong>en</strong><br />
gaan, t<strong>en</strong>zij dat ge me zeg<strong>en</strong>t.”<br />
Had Jakob niet van tevor<strong>en</strong> berouw gehad over <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> van het geboorterecht door<br />
bedrog te hebb<strong>en</strong> bekom<strong>en</strong>, God zou zijn gebed niet verhoord, noch in g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> zijn lev<strong>en</strong><br />
gespaard hebb<strong>en</strong>. Aldus ook in <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid, als Gods volk onbeled<strong>en</strong> zond<strong>en</strong><br />
had, die v——r h<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> opkom<strong>en</strong>, terwijl zij door vrees <strong>en</strong> angst word<strong>en</strong> gefolterd, ze<br />
zoud<strong>en</strong> overweldigd word<strong>en</strong>; wanhoop zou hun geloof te niet do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze zoud<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />
vrijmoedigheid hebb<strong>en</strong> om bij God om verlossing te pleit<strong>en</strong>. Doch terwijl ze on<strong>de</strong>r diepe<br />
indruk van hun onwaardigheid verker<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> ze ge<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong> kwaad te op<strong>en</strong>bar<strong>en</strong>.<br />
Hun zond<strong>en</strong> zijn tevor<strong>en</strong> in het oor<strong>de</strong>el gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitgewist; <strong>en</strong> ze kunn<strong>en</strong> ze zich niet<br />
herinner<strong>en</strong>.<br />
Satan br<strong>en</strong>gt er vel<strong>en</strong> toe, te gelov<strong>en</strong>, dat God hun ontrouw in <strong>de</strong> kleinere zak<strong>en</strong> van het<br />
lev<strong>en</strong> over het hoofd zal zi<strong>en</strong>; doch <strong>de</strong> Heer toont in Zijn behan<strong>de</strong>ling van Jakob, dat Hij het<br />
437
kwaad op g<strong>en</strong>erlei wijze billik<strong>en</strong> of verdrag<strong>en</strong> zal. All<strong>en</strong>, die hun zond<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong> te<br />
verontschuldig<strong>en</strong> of te be<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ze onbeled<strong>en</strong> <strong>en</strong> onvergev<strong>en</strong> in <strong>de</strong> hemel op <strong>de</strong> boek<strong>en</strong><br />
lat<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> door Satan overwonn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hoe verhev<strong>en</strong>er hun ambt <strong>en</strong> eerwaardiger <strong>de</strong><br />
positie is, die ze bekled<strong>en</strong>, <strong>de</strong>s te griev<strong>en</strong>d er is hun weg in Gods oog, <strong>en</strong> <strong>de</strong>s te zeker<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
overwinning van hun grote teg<strong>en</strong>stan<strong>de</strong>r. Zij, die hun voorbereiding op <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong><br />
uitstell<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> die noch in <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid, noch daarna bekom<strong>en</strong>. De zaak van<br />
al <strong>de</strong> zodanig<strong>en</strong> is hopeloos.<br />
Die naamchrist<strong>en</strong><strong>en</strong>, welke onvoorbereid <strong>de</strong> laatste vrese- like strijd teg<strong>en</strong>gaan, zull<strong>en</strong> in<br />
hun wanhoop hun zond<strong>en</strong> met uitdrukking<strong>en</strong> van <strong>de</strong> bitterste zielsangst belijd<strong>en</strong>, terwijl<br />
god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> zich over hun ell<strong>en</strong><strong>de</strong> vrolik mak<strong>en</strong>. Die belijd<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> zijn van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> aard als<br />
die van Ezau of Judas, welke h<strong>en</strong> het gevolg van <strong>de</strong> overtreding do<strong>en</strong> betreur<strong>en</strong>, doch niet <strong>de</strong><br />
schuld. Ze gevoel<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ware verslag<strong>en</strong>heid over of afkeer van het kwaad. Ze erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong><br />
hun zon<strong>de</strong> uit vrees voor straf; doch, gelijk Faraö van ouds, zoud<strong>en</strong> ze hun uitdag<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
houding teg<strong>en</strong>over <strong>de</strong> Heiland weer aannem<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> wegg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>.<br />
Jakobs geschied<strong>en</strong>is is ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> verzekering, dat God <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong>, die bedrog<strong>en</strong>, verzocht<br />
<strong>en</strong> tot zon<strong>de</strong> verleid zijn, doch die in waar berouw tot Hem zijn teruggekeerd, niet uitwerp<strong>en</strong><br />
zal. Terwijl Satan <strong>de</strong>ze klasse tracht te ver<strong>de</strong>lg<strong>en</strong>, zal God Zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, om h<strong>en</strong> in<br />
die tijd van groot gevaar te vertroost<strong>en</strong> <strong>en</strong> te bescherm<strong>en</strong>.<br />
De aanvechting<strong>en</strong> van Satan zijn hevig <strong>en</strong> beslist, zijn begooche- ling<strong>en</strong> vreselik; maar<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> oog is over Zijn volk, <strong>en</strong> Zijn oor luistert naar hun geroep. Hun droef<strong>en</strong>is is groot;<br />
<strong>de</strong> vlamm<strong>en</strong> van het vuur schijn<strong>en</strong> op het punt van h<strong>en</strong> te verter<strong>en</strong>; maar <strong>de</strong> Louteraar zal<br />
h<strong>en</strong> voortbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> als goud, beproefd kom<strong>en</strong><strong>de</strong> uit het vuur. Gods lief<strong>de</strong> tot Zijn kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
gedur<strong>en</strong><strong>de</strong> het tijdperk van hun zwaarste beproeving is ev<strong>en</strong> sterk <strong>en</strong> te<strong>de</strong>r als in <strong>de</strong> dag<strong>en</strong><br />
van hun grootste voorspoed; maar het is nodig, dat ze in <strong>de</strong> vurige ov<strong>en</strong> geworp<strong>en</strong> word<strong>en</strong>;<br />
hun aardsgezindheid moet word<strong>en</strong> verteerd, zodat het beeld van Christus volkom<strong>en</strong><br />
weerkaatst zal word<strong>en</strong>.<br />
Het tijdperk van ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> angst, dat v——r ons ligt, zal e<strong>en</strong> geloof vereis<strong>en</strong>, dat<br />
vermoeidheid, vertraging <strong>en</strong> honger verdur<strong>en</strong> kan,— e<strong>en</strong> geloof, dat niet verflauw<strong>en</strong> zal, al<br />
wordt het zwaar beproefd. Aan all<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> proeftijd gegev<strong>en</strong>, om zich op die tijd voor<br />
te bereid<strong>en</strong>. Jakob overwon, omdat hij volhard<strong>en</strong>d <strong>en</strong> beslist was. Zijn overwinning is e<strong>en</strong><br />
bewijs van <strong>de</strong> kracht van het aanhoud<strong>en</strong>d gebed. All<strong>en</strong>, die Gods beloft<strong>en</strong> aangrijp<strong>en</strong>, gelijk<br />
hij het <strong>de</strong>ed, <strong>en</strong> ernstig volhard<strong>en</strong> als hij, zull<strong>en</strong> slag<strong>en</strong>, gelijk hij slaag<strong>de</strong>. Zij, die onwillig<br />
zijn het eig<strong>en</strong> ik te verlooch<strong>en</strong><strong>en</strong>, met God te worstel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> lang <strong>en</strong> ernstig om Zijn zeg<strong>en</strong> te<br />
bidd<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> die niet <strong>de</strong>elachtig word<strong>en</strong>. Met God te worstel<strong>en</strong> — hoe weinig<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> wat<br />
het is! Hoe weinig<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ooit hun ziel<strong>en</strong> tot God lat<strong>en</strong> uitgaan met ernstig beger<strong>en</strong>, tot<br />
alle kracht<strong>en</strong> tot op het uiterste ingespann<strong>en</strong> zijn. Wanneer <strong>de</strong> golv<strong>en</strong> van wanhoop, die ge<strong>en</strong><br />
woord<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>, over <strong>de</strong> smekeling he<strong>en</strong>gaan, hoe weinig<strong>en</strong> klemm<strong>en</strong> zich dan<br />
met e<strong>en</strong> onwrikbaar geloof vast aan <strong>de</strong> belofte Gods.<br />
438
Zij, die nu slechts weinig geloof oef<strong>en</strong><strong>en</strong>, staan in het grootste gevaar van on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
macht van sataniese begoocheling<strong>en</strong> te vall<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het gebod te gehoorzam<strong>en</strong>, dat het<br />
gewet<strong>en</strong> aan hand<strong>en</strong> zal legg<strong>en</strong>. En zelfs wanneer ze <strong>de</strong> toets doorstaan, zull<strong>en</strong> zij in dieper<br />
ell<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>en</strong> angst gedompeld word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid, omdat ze er nooit e<strong>en</strong><br />
gewoonte van gemaakt hebb<strong>en</strong>, God te vertrouw<strong>en</strong>. De less<strong>en</strong> van geloof, die ze<br />
verwaarloosd hebb<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> ze on<strong>de</strong>r e<strong>en</strong> schrikkelike drang van ontmoediging moet<strong>en</strong><br />
ler<strong>en</strong>.<br />
Wij moet<strong>en</strong> tans met God in k<strong>en</strong>nis kom<strong>en</strong>, door Zijn beloft<strong>en</strong> op <strong>de</strong> proef te stell<strong>en</strong>. De<br />
<strong>en</strong>gel<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> aantek<strong>en</strong>ing van elk gebed, dat ernstig <strong>en</strong> oprecht is. We moet<strong>en</strong> liever<br />
zelfzuchtige g<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong>s nalat<strong>en</strong>, dan onze geme<strong>en</strong>schap met God te verwaarloz<strong>en</strong>. De<br />
bitterste armoe<strong>de</strong>, <strong>de</strong> grootste zelfverlooch<strong>en</strong>ing, met Zijn goedkeuring, is beter dan rijkdom,<br />
eer, gemak <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>dschap zon<strong>de</strong>r die. We moet<strong>en</strong> tijd nem<strong>en</strong> om te bidd<strong>en</strong>. Als we ons<br />
gemoed door wereldse belang<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> innem<strong>en</strong>, zou het kunn<strong>en</strong> gebeur<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Heer ons<br />
tijd gaf door ons onze goud<strong>en</strong> afgod<strong>en</strong>, onze huiz<strong>en</strong> of vruchtbare land<strong>en</strong> te ontnem<strong>en</strong>.<br />
De jong<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> niet tot zon<strong>de</strong> verleid word<strong>en</strong>, als ze weigerd<strong>en</strong>, elke weg in te slaan,<br />
behalve die, op welke ze Gods zeg<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> afbidd<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> boodschappers, die <strong>de</strong><br />
laatste ernstige waarschuwing aan <strong>de</strong> wereld br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, om Gods zeg<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> smek<strong>en</strong>, niet<br />
op e<strong>en</strong> kou<strong>de</strong>, lusteloze, trage wijze, maar vuriglik <strong>en</strong> in het geloof, gelijk Jakob het <strong>de</strong>ed, ze<br />
zoud<strong>en</strong> veel plaats<strong>en</strong> vind<strong>en</strong>, waar ze zegg<strong>en</strong> kond<strong>en</strong>: “Ik heb God gezi<strong>en</strong> van aangezicht tot<br />
aangezicht, <strong>en</strong> mijn ziel is gered geweest.” De Hemel zou h<strong>en</strong> als vorst<strong>en</strong> rek<strong>en</strong><strong>en</strong>, die<br />
macht hebb<strong>en</strong> om bij God <strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s te overwinn<strong>en</strong>.<br />
“De tijd van b<strong>en</strong>auwdheid, zoals er nog nooit geweest is,” zal spoedig over ons kom<strong>en</strong>;<br />
we zull<strong>en</strong> e<strong>en</strong> on<strong>de</strong>rvinding behoev<strong>en</strong>, die we tans niet bezitt<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vel<strong>en</strong> zijn te traag, om<br />
zich die te verwerv<strong>en</strong>. Het is dikwels het geval, dat <strong>de</strong> voorsmaak van moeite groter is dan<br />
<strong>de</strong> werkelikheid; maar dat is niet alzo met <strong>de</strong> krisis, die v——r ons ligt. De lev<strong>en</strong>digste<br />
voorstelling kan <strong>de</strong> omvang van het godsgericht niet bevatt<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> tijd van beproeving<br />
moet elke ziel op zichzelf v— —r God staan. Ofschoon Noach, Daniël <strong>en</strong> Job in het land<br />
zoud<strong>en</strong> zijn, “zo waarachtig als Ik leef, spreekt <strong>de</strong> Heer Heer, zo ze e<strong>en</strong> zoon, of zo ze e<strong>en</strong><br />
dochter zoud<strong>en</strong> bevrijd<strong>en</strong>! ze zoud<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> hun ziel door hun gerechtigheid bevrijd<strong>en</strong>.”<br />
Tans, terwijl onze grote Hogepriester nog bezig is om verzo<strong>en</strong>ing voor ons te do<strong>en</strong>,<br />
behor<strong>en</strong> wij er naar te strev<strong>en</strong>, volmaakt te word<strong>en</strong> in Christus. De Heiland kon er zelfs niet<br />
door e<strong>en</strong> gedachte toe gebracht word<strong>en</strong>, aan <strong>de</strong> kracht van <strong>de</strong> verzoeking toe te gev<strong>en</strong>. Satan<br />
vindt in <strong>de</strong> hart<strong>en</strong> van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> het e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re punt, waar hij e<strong>en</strong> steun voor zijn voet<br />
krijg<strong>en</strong> kan; <strong>de</strong> e<strong>en</strong> of an<strong>de</strong>re zondige begeerte wordt gekoesterd, door welke zijn<br />
verzoeking<strong>en</strong> vat op h<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. Maar Christus verklaar<strong>de</strong> van Zichzelf: “De overste van<br />
<strong>de</strong>ze wereld komt, <strong>en</strong> heeft aan Mij niets.” Satan kon niets in <strong>de</strong> Zoon van God vind<strong>en</strong>, dat<br />
hem geleg<strong>en</strong>heid bood om <strong>de</strong> overwinning te behal<strong>en</strong>. Hij had <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> van Zijn Va<strong>de</strong>r<br />
bewaard, <strong>en</strong> in Hem was er ge<strong>en</strong> zon<strong>de</strong>, die Satan tot zijn voor<strong>de</strong>el kon gebruik<strong>en</strong>. Dit is <strong>de</strong><br />
439
toestand, waarin dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, welke staan<strong>de</strong> zull<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> in <strong>de</strong> tijd<br />
van b<strong>en</strong>auwdheid.<br />
Het is in dit lev<strong>en</strong>, dat wij ons van <strong>de</strong> zon<strong>de</strong> moet<strong>en</strong> losmak<strong>en</strong> door het geloof in het<br />
zo<strong>en</strong>bloed van Christus. Onze dierbare Heiland nodigt ons uit om ons met Hem te verbind<strong>en</strong>;<br />
onze zwakheid met Zijn kracht, onze onkun<strong>de</strong> met Zijn wijsheid, onze onwaardigheid met<br />
Zijn verdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> één te mak<strong>en</strong>. Gods voorzi<strong>en</strong>igheid is <strong>de</strong> school, waarin wij <strong>de</strong><br />
zachtmoedigheid <strong>en</strong> ne<strong>de</strong>righeid van Jezus moet<strong>en</strong> ler<strong>en</strong>. De Heer stelt ons gedurig voor,<br />
niet die weg, welke wij zoud<strong>en</strong> verkiez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die ons gemakkeliker <strong>en</strong> aang<strong>en</strong>amer schijnt,<br />
maar <strong>de</strong> ware doeleind<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong>. Het staat aan ons om met <strong>de</strong> werktuig<strong>en</strong>, welke <strong>de</strong><br />
Hemel gebruikt, sam<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>, tot vorming van onze karakters naar het God<strong>de</strong>like<br />
voorbeeld. Niemand kan dit werk nalat<strong>en</strong> of uitstell<strong>en</strong>, dan op het vreselikste gevaar af van<br />
zijn ziel te verliez<strong>en</strong>.<br />
De apostel Johannes hoor<strong>de</strong> in e<strong>en</strong> visio<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lui<strong>de</strong> stem in <strong>de</strong> hemel, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Wee<br />
aan <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> zee bewon<strong>en</strong>; want <strong>de</strong> duivel is tot u afgekom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> heeft<br />
grote toorn, wet<strong>en</strong><strong>de</strong> dat hij e<strong>en</strong> kleine tijd heeft.” Vre- selik zijn <strong>de</strong> tonel<strong>en</strong>, die aanleiding<br />
gev<strong>en</strong> tot <strong>de</strong>ze uitroep van <strong>de</strong> hemelse stem. De toorn van Satan vermeer<strong>de</strong>rt naarmate zijn<br />
tijd kort wordt, <strong>en</strong> zijn werk van bedrog <strong>en</strong> vernietiging zal tot het hoogste punt gebracht<br />
word<strong>en</strong> in <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid.<br />
Schrikkelike tonel<strong>en</strong> van bov<strong>en</strong>natuurlike aard zull<strong>en</strong> weldra in <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard<br />
word<strong>en</strong>, als bewijs van <strong>de</strong> macht van won<strong>de</strong>rwerk<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>mon<strong>en</strong>. De geest<strong>en</strong> van duivel<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> uitgaan tot <strong>de</strong> koning<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>en</strong> tot <strong>de</strong> gehele wereld, om h<strong>en</strong> door bedrog te<br />
bind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er bij h<strong>en</strong> op aan te dring<strong>en</strong>, zich met Satan te ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong> in zijn laatste strijd<br />
teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> heerschappij <strong>de</strong>s hemels. Door <strong>de</strong>ze zijn handlangers zull<strong>en</strong> overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
on<strong>de</strong>rdan<strong>en</strong> tegelijk word<strong>en</strong> verleid. Er zull<strong>en</strong> person<strong>en</strong> opstaan, voorgev<strong>en</strong><strong>de</strong> Christuszelf<br />
te zijn, <strong>en</strong> aanspraak mak<strong>en</strong><strong>de</strong> op <strong>de</strong> titel <strong>en</strong> <strong>de</strong> eredi<strong>en</strong>st, welke <strong>de</strong> Verlosser van <strong>de</strong> wereld<br />
toekom<strong>en</strong>. Ze zull<strong>en</strong> grote won<strong>de</strong>r<strong>en</strong> van gezondmaking verricht<strong>en</strong>, <strong>en</strong> voorgev<strong>en</strong>,<br />
op<strong>en</strong>baring<strong>en</strong> uit <strong>de</strong> hemel te bezitt<strong>en</strong>, die het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Schrift we<strong>de</strong>rsprek<strong>en</strong>.<br />
Het alles overtreff<strong>en</strong><strong>de</strong> toneel in dit grote drama van bedrog zal wez<strong>en</strong>, dat Satan in<br />
persoon Christus-zelf zal voorstell<strong>en</strong>. De kerk heeft reeds lang betuigd, naar <strong>de</strong> komst van<br />
<strong>de</strong> Zaligmaker uit te zi<strong>en</strong> als het toppunt van zijn hoop. Nu zal <strong>de</strong> grote bedrieger het do<strong>en</strong><br />
voorkom<strong>en</strong>, alsof Christus gekom<strong>en</strong> was. In verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong>l<strong>en</strong> van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zal Satan zich<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> vol majesteit <strong>en</strong> van verblind<strong>en</strong><strong>de</strong> glans, gelijk<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
op <strong>de</strong> beschrijving van <strong>de</strong> Zoon van God, door Johannes in <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring gegev<strong>en</strong>. De<br />
heerlikheid, die hem omringt, gaat alles te bov<strong>en</strong>, wat m<strong>en</strong>seog<strong>en</strong> ooit hebb<strong>en</strong> aanschouwd.<br />
De triomfkreet “Christus is gekom<strong>en</strong>!<br />
Christus is gekom<strong>en</strong> !” weerklinkt door het luchtruim. De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werp<strong>en</strong> zich in<br />
aanbidding voor hem ter ne<strong>de</strong>r, als hij <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> opheft <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong> over h<strong>en</strong> uitspreekt,<br />
gelijk Christus Zijn discipel<strong>en</strong> zeg<strong>en</strong><strong>de</strong>, to<strong>en</strong> Hij op aar<strong>de</strong> was Zijn stem is zacht <strong>en</strong> ge<strong>de</strong>mpt,<br />
440
doch welluid<strong>en</strong>d vol. Op vri<strong>en</strong><strong>de</strong>like, me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> toon predikt hij sommige van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
g<strong>en</strong>a-<strong>de</strong>volle, hemelse waarhed<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> Heiland uitte; hij heelt <strong>de</strong> ziekt<strong>en</strong> on<strong>de</strong>r het volk,<br />
<strong>en</strong> in Zijn aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> karakter van Christus maakt hij aanspraak op <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong><br />
Sabbat in <strong>de</strong> Zondag, <strong>en</strong> beveelt all<strong>en</strong>, <strong>de</strong> dag te heilig<strong>en</strong>, die hij heeft gezeg<strong>en</strong>d. Hij<br />
verklaart, dat <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die volhoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> zev<strong>en</strong><strong>de</strong> dag te vier<strong>en</strong>, zijn naam laster<strong>en</strong>, door te<br />
weiger<strong>en</strong> naar zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> te luister<strong>en</strong>, die hij met licht <strong>en</strong> waarheid tot h<strong>en</strong> gezond<strong>en</strong> heeft.<br />
Dat is <strong>de</strong> sterke, bijna overmeester<strong>en</strong><strong>de</strong> begoocheling. Gelijk <strong>de</strong> Samaritan<strong>en</strong>, die door<br />
Simon <strong>de</strong> Tov<strong>en</strong>aar bedrog<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, gev<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong>, van <strong>de</strong> geringst<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> grootst<strong>en</strong>,<br />
aan <strong>de</strong>ze toverij<strong>en</strong> gehoor, zegg<strong>en</strong><strong>de</strong>: “Deze is <strong>de</strong> grote kracht Gods.”<br />
Maar het volk Gods zal niet misleid word<strong>en</strong>. De lering<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze valse Christus zijn<br />
niet overe<strong>en</strong>komstig <strong>de</strong> Schrift. Zijn zeg<strong>en</strong> wordt uitgesprok<strong>en</strong> over <strong>de</strong> aanbid<strong>de</strong>rs van het<br />
beest <strong>en</strong> zijn beeld — <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> klasse, waarop volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> Bijbel Gods ongem<strong>en</strong>g<strong>de</strong> toorn<br />
zal word<strong>en</strong> uitgestort. Dan ook wordt het Satan niet toegestaan, <strong>de</strong> wijze van Christus’<br />
komst na te do<strong>en</strong>. De Heiland heeft Zijn volk gewaarschuwd teg<strong>en</strong> bedrog op dit punt, <strong>en</strong><br />
dui<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> wijze van Zijn twee<strong>de</strong> komst voorzegd. “Daar zull<strong>en</strong> valse Christuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> valse<br />
profet<strong>en</strong> opstaan, <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> grote tek<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> won<strong>de</strong>rhed<strong>en</strong> do<strong>en</strong>, alzo dat ze (indi<strong>en</strong> het mogelik<br />
was) ook <strong>de</strong> uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> verleid<strong>en</strong>. . . . Zo ze dan tot u zull<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong>: Zie,<br />
hij is in <strong>de</strong> woestijn, gaat niet uit; zie hij is in <strong>de</strong> binn<strong>en</strong>kamer, gelooft het niet. Want gelijk<br />
<strong>de</strong> bliksem uitgaat van het oost<strong>en</strong> <strong>en</strong> schijnt tot het west<strong>en</strong>, alzo zal ook <strong>de</strong> toekomst van <strong>de</strong><br />
Zoon <strong>de</strong>s m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>.” Er is ge<strong>en</strong> mogelikheid om <strong>de</strong>ze komst na te boots<strong>en</strong>. Hij zal<br />
overal bek<strong>en</strong>d zijn — <strong>en</strong> door <strong>de</strong> gehele wereld word<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
Alle<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong>, die ijverige on<strong>de</strong>rzoekers van <strong>de</strong> Schrift zijn geweest, <strong>en</strong> <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> <strong>de</strong>r<br />
waarheid hebb<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> beschermd word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> machtige begoocheling,<br />
die <strong>de</strong> wereld in beslag neemt. Door het getuig<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> Bijbel zull<strong>en</strong> <strong>de</strong>z<strong>en</strong> <strong>de</strong> bedrieger<br />
in zijn vermomming ont<strong>de</strong>kk<strong>en</strong>. De proeftijd zal tot all<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> zifting van <strong>de</strong><br />
verzoeking zal <strong>de</strong> ware Christ<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>. Staat het volk van God tans reeds z—<br />
vast op Zijn woord gefon<strong>de</strong>erd, dat ze niet zoud<strong>en</strong> toegev<strong>en</strong> aan het getuig<strong>en</strong>is van hun<br />
zintuig<strong>en</strong>? Zull<strong>en</strong> ze in zulk e<strong>en</strong> krisis zich aan <strong>de</strong> Bijbel <strong>en</strong> <strong>de</strong> Bijbel alle<strong>en</strong> vastklemm<strong>en</strong>?<br />
Satan zal, indi<strong>en</strong> mogelik, h<strong>en</strong> verhin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> voorbereiding <strong>de</strong>elachtig te word<strong>en</strong>,<br />
voldo<strong>en</strong><strong>de</strong> om in die dag staan<strong>de</strong> te blijv<strong>en</strong>. Hij zal <strong>de</strong> zak<strong>en</strong> z— schikk<strong>en</strong> dat hun pad wordt<br />
toegemuurd, dat ze door aardse schatt<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verstrikt; hij zal hun e<strong>en</strong> zware,<br />
vermoei<strong>en</strong><strong>de</strong> last te drag<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>, opdat hun hart<strong>en</strong> bezwaard mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door <strong>de</strong><br />
zorg<strong>en</strong> van dit lev<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>r beproeving als e<strong>en</strong> dief over h<strong>en</strong> kome.<br />
Daar het <strong>de</strong>kreet, door <strong>de</strong> verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> vorst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong>heid teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> hou<strong>de</strong>rs<br />
van <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> uitgevaardigd, <strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong> regering intrekk<strong>en</strong> zal, <strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />
overgev<strong>en</strong> aan <strong>de</strong>zulk<strong>en</strong>, die h<strong>en</strong> w<strong>en</strong>s<strong>en</strong> te verdo<strong>en</strong>, zal het volk van God uit <strong>de</strong> sted<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
dorp<strong>en</strong> vlucht<strong>en</strong>, zich tot gezelschapp<strong>en</strong> ver<strong>en</strong>ig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> schuilplaats zoek<strong>en</strong> in <strong>de</strong> meest<br />
verlat<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong>zame plaats<strong>en</strong>. Vel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> e<strong>en</strong> toevluchtsoord vind<strong>en</strong> in <strong>de</strong> spelonk<strong>en</strong> van<br />
<strong>de</strong> berg<strong>en</strong>. Gelijk <strong>de</strong> Christ<strong>en</strong><strong>en</strong> in <strong>de</strong> vallei<strong>en</strong> van Piedmont, zull<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> hoge plaats<strong>en</strong> van<br />
441
<strong>de</strong> aar<strong>de</strong> tot hun heiligdom mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> God dank<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> “sterk<strong>en</strong> <strong>de</strong>r rots<strong>en</strong>.” Vel<strong>en</strong><br />
echter uit alle natieën <strong>en</strong> alle klass<strong>en</strong>, hog<strong>en</strong> <strong>en</strong> lag<strong>en</strong>, rijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> arm<strong>en</strong>, blank<strong>en</strong> <strong>en</strong> zwart<strong>en</strong>,<br />
zull<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> onrechtvaardigste <strong>en</strong> wreedste slavernij veroor<strong>de</strong>eld word<strong>en</strong>. De bemind<strong>en</strong> <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> jammer- like dag<strong>en</strong> doorbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, met ket<strong>en</strong><strong>en</strong> geboeid, achter<br />
gevang<strong>en</strong>istralies geslot<strong>en</strong>, gevonnisd om te word<strong>en</strong> gedood, sommig<strong>en</strong> schijnbaar verlat<strong>en</strong><br />
om in donkere <strong>en</strong> akelige kerkerhol<strong>en</strong> van honger om te kom<strong>en</strong>. Ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selik oor staat<br />
op<strong>en</strong> voor hun gekerm; ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sehand is gereed om h<strong>en</strong> te help<strong>en</strong>.<br />
Zal <strong>de</strong> Heer Zijn volk in die ure van beproeving verget<strong>en</strong>? Heeft Hij <strong>de</strong> getrouwe Noach<br />
verget<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> <strong>de</strong> oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> <strong>de</strong> wereld troff<strong>en</strong> door <strong>de</strong> vloed? Heeft Hij Lot verget<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> het<br />
vuur van <strong>de</strong> hemel ne<strong>de</strong>rkwam om <strong>de</strong> sted<strong>en</strong> van <strong>de</strong> vlakte te verter<strong>en</strong>? Heeft Hij<br />
Jozefverget<strong>en</strong>, door afgo<strong>de</strong>di<strong>en</strong>aars in Egypte omringd? Heeft Hij Elia verget<strong>en</strong>, to<strong>en</strong><br />
Izebels eed hem dreig<strong>de</strong> met het lot van <strong>de</strong> Baälspriesters ? Heeft Hij Jeremia verget<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
donkere <strong>en</strong> sombere put van zijn gevang<strong>en</strong>huis ? Heeft Hij <strong>de</strong> drie jongeling<strong>en</strong> in <strong>de</strong> vurige<br />
ov<strong>en</strong> verget<strong>en</strong>, of Daniël in <strong>de</strong> leeuwekuil?<br />
“Doch Zion zegt: De Heer heeft mij verlat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer heeft mij verget<strong>en</strong>. Kan ook<br />
e<strong>en</strong> vrouw haar zuigeling verget<strong>en</strong>, dat ze zich niet ontferm<strong>en</strong> zou over <strong>de</strong> zoon van haar<br />
schoot? Ofschoon <strong>de</strong>ze vergat<strong>en</strong>, zo zal Ik u toch niet verget<strong>en</strong>. Zie Ik heb u in <strong>de</strong> bei<strong>de</strong><br />
handpalm<strong>en</strong> gegraveerd.” De Heer <strong>de</strong>r heirschar<strong>en</strong> zegt: “Die ulied<strong>en</strong> aanraakt, die raakt<br />
Zijn oogappel aan.” Vijand<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> h<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is werp<strong>en</strong>, toch kunn<strong>en</strong> <strong>de</strong> mur<strong>en</strong><br />
van <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>is <strong>de</strong> geme<strong>en</strong>schap tuss<strong>en</strong> hun ziel<strong>en</strong> <strong>en</strong> Christus niet afsnijd<strong>en</strong>. Hij, die al<br />
hun zwakheid ziet, <strong>en</strong> al hun beproeving<strong>en</strong> k<strong>en</strong>t, staat bov<strong>en</strong> alle aardse macht<strong>en</strong>; <strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong> tot h<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in e<strong>en</strong>zame kerkers, <strong>en</strong> hun licht <strong>en</strong> vre<strong>de</strong> uit <strong>de</strong> hemel br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De<br />
gevang<strong>en</strong>is zal als e<strong>en</strong> paleis zijn, want <strong>de</strong> held<strong>en</strong> <strong>de</strong>s geloofs won<strong>en</strong> daar, <strong>en</strong> <strong>de</strong> sombere<br />
mur<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verlicht word<strong>en</strong> door hemelse glans, gelijk in <strong>de</strong> kerker te Filippi, to<strong>en</strong> Paulus<br />
<strong>en</strong> Silas te mid<strong>de</strong>rnacht bad<strong>en</strong> <strong>en</strong> loflie<strong>de</strong>r<strong>en</strong> zong<strong>en</strong>.<br />
Gods oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> treff<strong>en</strong>, die tracht<strong>en</strong> Gods volk te verdrukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />
ver<strong>de</strong>lg<strong>en</strong>. Zijn grote lankmoe-digheid over <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> verstout h<strong>en</strong> in hun overtreding;<br />
doch hun straf is niet min<strong>de</strong>r zeker <strong>en</strong> vreselik, omdat die lang is uitgesteld. “De Heer zal<br />
zich opmak<strong>en</strong>, gelijk op <strong>de</strong> berg Perazim; Hij zal beroerd zijn, gelijk in het dal van Gibeon,<br />
om Zijn werk te do<strong>en</strong>, Zijn werk zal vreemd zijn; <strong>en</strong> om Zijn daad te do<strong>en</strong>, Zijn daad zal<br />
vreemd zijn.” Voor onze g<strong>en</strong>adige God is <strong>de</strong> daad van strafoef<strong>en</strong>ing e<strong>en</strong> vreem<strong>de</strong> daad. “Zo<br />
waarachtig als Ik leef, spreekt <strong>de</strong> Heer, Heer, zo Ik lust heb in <strong>de</strong> dood van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loze.”<br />
De Heer is “barmhartig <strong>en</strong> g<strong>en</strong>adig, lankmoedig <strong>en</strong> groot van weldadigheid <strong>en</strong> waarheid, . . .<br />
die <strong>de</strong> ongerechtigheid <strong>en</strong> overtreding <strong>en</strong> zon<strong>de</strong> vergeeft.” Toch zal Hij “ge<strong>en</strong>szins <strong>de</strong><br />
schuldige onschuldig houd<strong>en</strong>.” “De Heer is lankmoedig, doch van grote kracht, <strong>en</strong> Hij houdt<br />
<strong>de</strong> schuldige ge<strong>en</strong>szins onschuldig.”<br />
Door vreselike ding<strong>en</strong> in gerechtigheid zal Hij het gezag van Zijn vertred<strong>en</strong> wet<br />
handhav<strong>en</strong>. De gestr<strong>en</strong>gheid van <strong>de</strong> vergelding, die <strong>de</strong> overtre<strong>de</strong>r wacht, laat zich<br />
442
eoor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> naar ‘s Her<strong>en</strong> huivering om het recht uit te voer<strong>en</strong>. Het volk, dat Hij zo lang<br />
verdraagt, <strong>en</strong> dat Hij niet slaan zal, totdat het <strong>de</strong> mate van zijn ongerechtigheid in Gods<br />
schatting gevuld heeft, zal ein<strong>de</strong>lik <strong>de</strong> beker <strong>de</strong>r wraak drink<strong>en</strong>, waar ge<strong>en</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> me<strong>de</strong><br />
wordt gem<strong>en</strong>gd. Wanneer Christus Zijn voorbidding in het heiligdom staakt, zal <strong>de</strong><br />
ongem<strong>en</strong>g<strong>de</strong> wraak, waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong> bedreigd word<strong>en</strong>, die het beest <strong>en</strong> zijn beeld<br />
aanbidd<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn merktek<strong>en</strong> ontvang<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> uitgestort. De plag<strong>en</strong> van Egypte, to<strong>en</strong> God<br />
op het punt stond Israël te verloss<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> in aard gelijk aan die vreseliker <strong>en</strong> uitgebrei<strong>de</strong>r<br />
oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, die juist v——r <strong>de</strong> laatste verlossing van het volk van God over <strong>de</strong> wereld kom<strong>en</strong><br />
zull<strong>en</strong>. Deze schrikkelike strafgericht<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong><strong>de</strong>, zegt <strong>de</strong> Zi<strong>en</strong>er in <strong>de</strong> Op<strong>en</strong>baring: “Er<br />
werd e<strong>en</strong> kwaad <strong>en</strong> boos gezweer aan <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, die het merktek<strong>en</strong> van het beest hadd<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> die zijn beeld aanbad<strong>en</strong>.” De zee “werd bloed als van e<strong>en</strong> do<strong>de</strong>; <strong>en</strong> alle lev<strong>en</strong><strong>de</strong> ziel is<br />
gestorv<strong>en</strong> in <strong>de</strong> zee.”<br />
En “<strong>de</strong> rivier<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>de</strong> fontein<strong>en</strong> van <strong>de</strong> water<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bloed.” Hoe vreselik die<br />
kastijding<strong>en</strong> ook zijn mog<strong>en</strong>, Gods oor<strong>de</strong>el is volkom<strong>en</strong> rechtvaardig. De <strong>en</strong>gel Gods<br />
verklaart, “Gij zijt rechtvaardig, Heer! . . . dat Gij dit geoor<strong>de</strong>eld hebt; <strong>de</strong>wijl ze het bloed<br />
van <strong>de</strong> heilig<strong>en</strong> <strong>en</strong> van <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> vergot<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>, zo hebt Gij hun ook bloed te drink<strong>en</strong><br />
gegev<strong>en</strong>; want ze zijn het waardig.” Door het volk van God ter dood te veroor<strong>de</strong>l<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong><br />
ze ev<strong>en</strong> stellig <strong>de</strong> schuld van hun bloed over zich gebracht, alsof het door hun hand<strong>en</strong><br />
vergot<strong>en</strong> was geword<strong>en</strong>. Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze verklaar<strong>de</strong> Christus <strong>de</strong> Jod<strong>en</strong> van Zijn tijd<br />
schuldig aan al het bloed van <strong>de</strong> heilige mann<strong>en</strong>, dat vergot<strong>en</strong> was se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> van Abel;<br />
want ze war<strong>en</strong> met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> geest bezield, <strong>en</strong> zocht<strong>en</strong> hetzelf<strong>de</strong> werk te do<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong>ze<br />
moord<strong>en</strong>aars van <strong>de</strong> profet<strong>en</strong> gedaan hadd<strong>en</strong>.<br />
In <strong>de</strong> plaag, die volgt, wordt aan <strong>de</strong> zon macht gegev<strong>en</strong> om “<strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> door vuur te<br />
verhitt<strong>en</strong>. En <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> verhit met grote hitte.” De profet<strong>en</strong> beschrijv<strong>en</strong> <strong>de</strong> toestand<br />
van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> in die jammerlike tijd aldus: “Het land treurt; . . . want <strong>de</strong> oogst van het veld is<br />
vergaan.” “Alle bom<strong>en</strong> van het veld zijn verdord; want <strong>de</strong> vrolikheid is verdord van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>sekin<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.” “De gran<strong>en</strong> zijn on<strong>de</strong>r hun kluit<strong>en</strong> verrot, <strong>de</strong> schathuiz<strong>en</strong> zijn verwoest.”<br />
“O hoe zucht het vee! <strong>de</strong> run<strong>de</strong>rkudd<strong>en</strong> zijn bedwelmd, want ze hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> wei<strong>de</strong>. ... De<br />
waterstrom<strong>en</strong> zijn uitgedroogd, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vuur heeft <strong>de</strong> weid<strong>en</strong> van <strong>de</strong> woestijn verteerd.”<br />
“Maar <strong>de</strong> gezang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> tempel zull<strong>en</strong> te di<strong>en</strong> dage huil<strong>en</strong>, spreekt <strong>de</strong> Heer Heer; vele<br />
do<strong>de</strong> licham<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> er zijn in alle plaats<strong>en</strong>; m<strong>en</strong> zal ze stilzwijg<strong>en</strong>d wegwerp<strong>en</strong>.”<br />
Deze plag<strong>en</strong> zijn niet algeme<strong>en</strong>, an<strong>de</strong>rs zoud<strong>en</strong> <strong>de</strong> aardbewoners geheel <strong>en</strong> al afgesned<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong>. Echter zull<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> vreselikste geseling<strong>en</strong> zijn, die <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> ooit hebb<strong>en</strong><br />
aanschouwd. Al <strong>de</strong> oor<strong>de</strong>l<strong>en</strong> over <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s v——r het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> proeftijd zijn met g<strong>en</strong>a<strong>de</strong><br />
gem<strong>en</strong>gd geweest. Het pleit<strong>en</strong><strong>de</strong> bloed van Christus heeft <strong>de</strong> zondaar beschermd teg<strong>en</strong> het<br />
ontvang<strong>en</strong> van <strong>de</strong> volle mate van zijn schuld; maar in het laatste oor<strong>de</strong>el wordt toorn<br />
uitgestort zon<strong>de</strong>r g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>. In die dag zull<strong>en</strong> er m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> zijn, die <strong>de</strong> bescherming van Gods<br />
g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> beger<strong>en</strong>, welke ze zo lang veracht hebb<strong>en</strong>. “Ziet <strong>de</strong> dag<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, spreekt <strong>de</strong> Heer,<br />
dat Ik e<strong>en</strong> honger in het land zal z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>; niet e<strong>en</strong> honger naar brood, noch dorst naar water,<br />
443
maar om te hor<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>. En ze zull<strong>en</strong> zwerv<strong>en</strong> van zee tot zee, <strong>en</strong> van het<br />
noord<strong>en</strong> tot het oost<strong>en</strong>; ze zull<strong>en</strong> omlop<strong>en</strong> om het woord <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> te zoek<strong>en</strong>, maar zull<strong>en</strong><br />
het niet vind<strong>en</strong>.”<br />
Het volk van God zal niet vrij zijn van lijd<strong>en</strong>; maar terwijl ze vervolgd <strong>en</strong> b<strong>en</strong>auwd<br />
word<strong>en</strong>, terwijl ze gebrek verdur<strong>en</strong> <strong>en</strong> honger lijd<strong>en</strong>, zal God h<strong>en</strong> niet lat<strong>en</strong> vergaan. Die<br />
God, die voor Elia zorg<strong>de</strong>, zal niet één van Zijn zelfopoffer<strong>en</strong><strong>de</strong> kin<strong>de</strong>r<strong>en</strong> voorbijgaan. Hij,<br />
die <strong>de</strong> har<strong>en</strong> van bun hoofd telt, zal voor h<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in tijd<strong>en</strong> van hongersnood zull<strong>en</strong> ze<br />
verzadigd word<strong>en</strong>. Terwijl <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> van honger <strong>en</strong> pest omkom<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> <strong>de</strong><br />
rechtvaardig<strong>en</strong> bescherm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in hun behoeft<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>. Voor hem, die “in gerechtigheid<br />
wan<strong>de</strong>lt,” is <strong>de</strong> belofte: “Zijn brood wordt hem gegev<strong>en</strong>, zijn water<strong>en</strong> zijn gewis.” “Wanneer<br />
<strong>de</strong> ell<strong>en</strong>dig<strong>en</strong> <strong>en</strong> nooddruftig<strong>en</strong> water zoek<strong>en</strong>, maar er is ge<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun tong van dorst<br />
versmacht, zal Ik, <strong>de</strong> Heer, h<strong>en</strong> verhor<strong>en</strong>, Ik, <strong>de</strong> God Israëls, zal h<strong>en</strong> niet verlat<strong>en</strong>.”<br />
“Alhoewel <strong>de</strong> vijgeboom niet bloei<strong>en</strong> zal, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vrucht aan <strong>de</strong> wijnstok zijn zal, dat het<br />
werk van <strong>de</strong> olijfboom lieg<strong>en</strong> zal, <strong>en</strong> <strong>de</strong> veld<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> spijze voortbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, dat m<strong>en</strong> <strong>de</strong> kud<strong>de</strong><br />
uit <strong>de</strong> kooi afscheur<strong>en</strong> zal, <strong>en</strong> dat er ge<strong>en</strong> rund in <strong>de</strong> stalling<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> zal;” nochtans zull<strong>en</strong><br />
zij, die Hem vrez<strong>en</strong>, “van vreug<strong>de</strong> opspring<strong>en</strong> in <strong>de</strong> Heer, <strong>en</strong> zich verheug<strong>en</strong> in <strong>de</strong> God van<br />
hun heil.”<br />
“De Heer is uw bewaar<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> Heer is uw schaduw aan uw rechterhand. De zon zal u <strong>de</strong>s<br />
daags niet stek<strong>en</strong>, noch <strong>de</strong> maan <strong>de</strong>s nachts. De Heer zal u bewar<strong>en</strong> van alle kwaad; uw ziel<br />
zal Hij bewar<strong>en</strong>.”<br />
“Hij zal u redd<strong>en</strong> van <strong>de</strong> strik van <strong>de</strong> vogelvanger, van <strong>de</strong> zeer ver<strong>de</strong>rfelike pestil<strong>en</strong>tie.<br />
Hij zal u <strong>de</strong>kk<strong>en</strong> met Zijn vlerk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> on<strong>de</strong>r Zijn vleugel<strong>en</strong> zult ge betrouw<strong>en</strong>; Zijn waarheid<br />
is e<strong>en</strong> rondas <strong>en</strong> beukelaar. Ge zult niet vrez<strong>en</strong> voor <strong>de</strong> schrik van <strong>de</strong> nacht, voor <strong>de</strong> pijl, die<br />
<strong>de</strong>s daags vliegt; voor <strong>de</strong> pestil<strong>en</strong>tie, die in <strong>de</strong> donkerheid wan<strong>de</strong>lt; voor het ver<strong>de</strong>rf, dat op<br />
<strong>de</strong> middag verwoest. Aan uw zijd<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> er duiz<strong>en</strong>d vall<strong>en</strong> <strong>en</strong> ti<strong>en</strong> duiz<strong>en</strong>d aan uw<br />
rechterhand; tot u zal het niet g<strong>en</strong>ak<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong>lik zult ge het met uw og<strong>en</strong> aanschouw<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />
ge zult <strong>de</strong> vergelding van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>. Want Gij, Heer! zijt mijn Toevlucht! De<br />
Allerhoogste hebt ge gesteld tot uw vertrek; u zal ge<strong>en</strong> kwaad we<strong>de</strong>rvar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> plage zal<br />
uw t<strong>en</strong>t na<strong>de</strong>r<strong>en</strong>.”<br />
Desniettemin zal het <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> toeschijn<strong>en</strong>, alsof het volk Gods hun getuig<strong>en</strong>is binn<strong>en</strong><br />
kort met hun bloed zal moet<strong>en</strong> bezegel<strong>en</strong>, gelijk <strong>de</strong> martelar<strong>en</strong> dat v——r h<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />
gedaan. Zijzelv<strong>en</strong> beginn<strong>en</strong> te vrez<strong>en</strong>, dat <strong>de</strong> Heer h<strong>en</strong> verlat<strong>en</strong> heeft, <strong>en</strong> ze in <strong>de</strong> hand<strong>en</strong> van<br />
hun vijand<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>. Het is e<strong>en</strong> tijd van vreselike angst. Dag <strong>en</strong> nacht roep<strong>en</strong> ze tot<br />
God om verlossing. De god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> zich vrolik, <strong>en</strong> <strong>de</strong> spott<strong>en</strong><strong>de</strong> uitroep wordt<br />
gehoord: “Waar is nu uw geloof? Waarom verlost God u niet uit onze hand<strong>en</strong>, indi<strong>en</strong> ge<br />
waarlik Zijn volk zijt?”—Doch <strong>de</strong> wacht<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ged<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan Jezus, sterv<strong>en</strong><strong>de</strong> op het kruis<br />
van Golgotha, <strong>en</strong> <strong>de</strong> overpriesters <strong>en</strong> overhed<strong>en</strong>, spott<strong>en</strong><strong>de</strong> uitroep<strong>en</strong>d: “An<strong>de</strong>r<strong>en</strong> heeft Hij<br />
verlost, Hij kan Zichzelf niet verloss<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> Hij <strong>de</strong> Koning van Israël is, dat Hij nu<br />
444
afkome van het kruis, <strong>en</strong> we zull<strong>en</strong> Hem gelov<strong>en</strong>.” Gelijk Jakob worstel<strong>en</strong> all<strong>en</strong> met God.<br />
Hun aangezicht<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> hun inw<strong>en</strong>dige strijd. Bleekheid is op het gelaat van e<strong>en</strong> ie<strong>de</strong>r te<br />
lez<strong>en</strong>. Toch houd<strong>en</strong> ze aan met ernstig smek<strong>en</strong>.<br />
Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> hemelse visio<strong>en</strong><strong>en</strong> kond<strong>en</strong> ontwar<strong>en</strong>, ze zoud<strong>en</strong> groep<strong>en</strong> <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
aanschouw<strong>en</strong>, uitnem<strong>en</strong>d in kracht, als wachters gesteld rondom h<strong>en</strong>, die het woord van<br />
Christus’ lijdzaamheid bewaard hebb<strong>en</strong>. Met me<strong>de</strong>lijd<strong>en</strong><strong>de</strong> te<strong>de</strong>rheid zijn die <strong>en</strong>gel<strong>en</strong><br />
getuig<strong>en</strong> geweest van hun ell<strong>en</strong><strong>de</strong>, <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> naar hun gebed<strong>en</strong> geluisterd. Ze wacht<strong>en</strong> op<br />
het woord van hun Gebie<strong>de</strong>r om h<strong>en</strong> uit het gevaar weg te rukk<strong>en</strong>. Maar ze moet<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong><br />
wijl verbeid<strong>en</strong>. Het volk Gods moet <strong>de</strong> beker drink<strong>en</strong>, <strong>en</strong> met <strong>de</strong> doop gedoopt word<strong>en</strong>. Het<br />
uitstel zelf, zo pijnlik voor h<strong>en</strong>, is het beste antwoord op hun bed<strong>en</strong>. Terwijl ze tracht<strong>en</strong> om<br />
gelovig te wacht<strong>en</strong>, totdat <strong>de</strong> Heer werk<strong>en</strong> zal, word<strong>en</strong> ze er toe gebracht, geloof, hoop <strong>en</strong><br />
geduld te beoef<strong>en</strong><strong>en</strong>, die ze te weinig in beoef<strong>en</strong>ing gebracht hebb<strong>en</strong> bij hun godsdi<strong>en</strong>stige<br />
on<strong>de</strong>rvinding. Echter zal ter wille van <strong>de</strong> uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>de</strong> tijd van b<strong>en</strong>auwdheid word<strong>en</strong><br />
verkort. “Zal God dan ge<strong>en</strong> recht do<strong>en</strong> aan Zijn uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong>, die dag <strong>en</strong> nacht tot Hem<br />
roep<strong>en</strong>? .... Ik zeg u, dat Hij hun haastelik recht do<strong>en</strong> zal.” Het ein<strong>de</strong> zal spoediger kom<strong>en</strong><br />
dan m<strong>en</strong> verwacht. Het kor<strong>en</strong> zal word<strong>en</strong> ingezameld <strong>en</strong> in schov<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong> voor Gods<br />
voorraadschuur, <strong>en</strong> het onkruid in bun<strong>de</strong>l<strong>en</strong> voor het vuur <strong>de</strong>r vernietiging.<br />
De hemelse wachters, aan hun plicht getrouw, houd<strong>en</strong> steeds <strong>de</strong> wacht. Ofschoon e<strong>en</strong><br />
algem<strong>en</strong>e afkondiging <strong>de</strong> tijd vastgesteld heeft, waarop <strong>de</strong> hou<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> gebod<strong>en</strong> ter dood<br />
gebracht mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> hun vijand<strong>en</strong> in sommige gevall<strong>en</strong> het gebod vooruitlop<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> nog v——r <strong>de</strong> be-stem<strong>de</strong> tijd tracht<strong>en</strong>, h<strong>en</strong> van het lev<strong>en</strong> te berov<strong>en</strong>. Doch niemand kan<br />
door <strong>de</strong> machtige beschermers he<strong>en</strong>dring<strong>en</strong>, die rondom ie<strong>de</strong>re getrouwe ziel geschaard<br />
staan. Sommig<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangevall<strong>en</strong> op hun vlucht uit <strong>de</strong> sted<strong>en</strong> <strong>en</strong> dorp<strong>en</strong>; doch <strong>de</strong><br />
zwaard<strong>en</strong>, die teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgehev<strong>en</strong>, brek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> krachteloos als stro. An<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />
word<strong>en</strong> door <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> in <strong>de</strong> gedaante van krijgslied<strong>en</strong> beschermd.<br />
In alle eeuw<strong>en</strong> heeft God door mid<strong>de</strong>l van heilige <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> tot hulp <strong>en</strong> verlossing van Zijn<br />
volk gewerkt. Hemelse wez<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> werkzaam aan<strong>de</strong>el g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aan <strong>de</strong> zak<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Ze zijn versch<strong>en</strong><strong>en</strong> in kle<strong>de</strong>r<strong>en</strong>, die als <strong>de</strong> bliksem blonk<strong>en</strong>; ze zijn als m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
gekom<strong>en</strong>, in het gewaad van reizigers. Engel<strong>en</strong> zijn in m<strong>en</strong>selike gedaante aan godsmann<strong>en</strong><br />
versch<strong>en</strong><strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> op <strong>de</strong> middag on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> eikebom<strong>en</strong> gerust, alsof ze vermoeid<br />
war<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> gastvrijheid van huisgezinn<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> zich als gids<strong>en</strong><br />
voorgedaan aan reizigers in het donker. Ze hebb<strong>en</strong> met hun eig<strong>en</strong> hand<strong>en</strong> het vuur op het<br />
altaar ontstok<strong>en</strong>. Ze hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van gevang<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> <strong>de</strong> di<strong>en</strong>stknecht<strong>en</strong> <strong>de</strong>s<br />
Her<strong>en</strong> in vrijheid gesteld. Met <strong>de</strong> gehele wap<strong>en</strong>rusting <strong>de</strong>s hemels toegerust, kwam<strong>en</strong> ze <strong>de</strong><br />
ste<strong>en</strong> van het graf van <strong>de</strong> Heiland afw<strong>en</strong>tel<strong>en</strong>.<br />
Engel<strong>en</strong> zijn dikwels in m<strong>en</strong>selike gedaante in <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> van <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong>,<br />
<strong>en</strong> bezoek<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>zeer <strong>de</strong> bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> van <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>, gelijk als to<strong>en</strong> ze naar Sodom<br />
ging<strong>en</strong>, om <strong>de</strong> dad<strong>en</strong> van <strong>de</strong> inwoners op te tek<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong> te bepal<strong>en</strong> of ze <strong>de</strong> gr<strong>en</strong>s van Gods<br />
445
verdraagzaamheid overschred<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. De Heer schept behag<strong>en</strong> in g<strong>en</strong>a<strong>de</strong>; <strong>en</strong> ter wille<br />
van <strong>en</strong>ige weinig<strong>en</strong>, die Hem waarlik di<strong>en</strong><strong>en</strong>, houdt Hij onheil<strong>en</strong> terug, <strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gt <strong>de</strong> vre<strong>de</strong><br />
van m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong>. Weinig bevroed<strong>en</strong> <strong>de</strong> zondar<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> God, dat ze hun eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong><br />
verschuldigd zijn aan die weinige getrouw<strong>en</strong>, die ze met zoveel behag<strong>en</strong> bespott<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
verdrukk<strong>en</strong>.<br />
Hoewel <strong>de</strong> overst<strong>en</strong> van <strong>de</strong>ze wereld het niet wet<strong>en</strong>, zijn <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> dikwels <strong>de</strong><br />
woordvoer<strong>de</strong>rs in hun verga<strong>de</strong>ring<strong>en</strong> geweest. M<strong>en</strong>seog<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op h<strong>en</strong> gestaard;<br />
m<strong>en</strong>seor<strong>en</strong> naar hun vermaning<strong>en</strong> geluisterd, m<strong>en</strong>selipp<strong>en</strong> hun w<strong>en</strong>k<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gesprok<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
hun raadgeving<strong>en</strong> bespot, m<strong>en</strong>sehand<strong>en</strong> h<strong>en</strong> met belediging <strong>en</strong> smaad ontvang<strong>en</strong>. In <strong>de</strong><br />
raadzaal <strong>en</strong> het rechthuis hebb<strong>en</strong> <strong>de</strong>ze hemelse boodschappers volle bek<strong>en</strong>dheid aan <strong>de</strong> dag<br />
gelegd met <strong>de</strong> geschied<strong>en</strong>is van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>; ze hebb<strong>en</strong> zich in staat betoond, <strong>de</strong> zaak van <strong>de</strong><br />
verdrukt<strong>en</strong> beter te kunn<strong>en</strong> bepleit<strong>en</strong> dan hun bekwaamste <strong>en</strong> welspre-k<strong>en</strong>dste ver<strong>de</strong>digers.<br />
Ze hebb<strong>en</strong> plann<strong>en</strong> verij<strong>de</strong>ld <strong>en</strong> kwad<strong>en</strong> gekeerd, die het werk Gods zeer zoud<strong>en</strong> vertraagd,<br />
<strong>en</strong> Zijn volk zwaar lijd<strong>en</strong> veroorzaakt hebb<strong>en</strong>. In <strong>de</strong> ure van gevaar <strong>en</strong> nood “legert <strong>de</strong> <strong>en</strong>gel<br />
<strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> zich rondom <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die Hem vrez<strong>en</strong>, <strong>en</strong> rukt h<strong>en</strong> uit.”<br />
Met sterk verlang<strong>en</strong> wacht Gods volk op <strong>de</strong> tek<strong>en</strong><strong>en</strong> van <strong>de</strong> komst van hun Koning. Als<br />
aan <strong>de</strong> wachters wordt gevraagd: “Wachter! wat is er van <strong>de</strong> nacht?” wordt het antwoord<br />
zon<strong>de</strong>r weifeling gegev<strong>en</strong>: ” ‘De morg<strong>en</strong>stond is gekom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het is nog nacht.’ Er schijnt<br />
licht op <strong>de</strong> wolk<strong>en</strong> bov<strong>en</strong> <strong>de</strong> kruin<strong>en</strong> van <strong>de</strong> berg<strong>en</strong>. Spoedig zal zijn heerlikheid<br />
geop<strong>en</strong>baard word<strong>en</strong>. De Zon <strong>de</strong>r Gerechtigheid is op het punt van door te brek<strong>en</strong>. De<br />
morg<strong>en</strong>stond <strong>en</strong> <strong>de</strong> nacht zijn bei<strong>de</strong> op hand<strong>en</strong> — het begin van e<strong>en</strong> ein<strong>de</strong>loze dag voor <strong>de</strong><br />
rechtvaardig<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het ne<strong>de</strong>rdal<strong>en</strong> van <strong>de</strong> eeuwige nacht voor <strong>de</strong> god<strong>de</strong>loz<strong>en</strong>.” Terwijl <strong>de</strong><br />
worstel<strong>en</strong>d<strong>en</strong> hun bed<strong>en</strong> dring<strong>en</strong>d aan God voorlegg<strong>en</strong>, schijnt het gordijn, dat h<strong>en</strong> van het<br />
onzichtbare scheidt, bijna weggeschov<strong>en</strong>. De hemel<strong>en</strong> gloei<strong>en</strong> van het kriek<strong>en</strong> van <strong>de</strong><br />
eeuwige dag, <strong>en</strong> als <strong>de</strong> melodie van <strong>en</strong>gel- zang<strong>en</strong> treff<strong>en</strong> <strong>de</strong> woord<strong>en</strong> het oor: “Houdt u vast<br />
aan uw getrouwheid. Er komt hulp.„ Christus, <strong>de</strong> almachtige overwinnaar, toont aan Zijn<br />
vermoei<strong>de</strong> krijgsknecht<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kroon van eeuwige heerlikheid; <strong>en</strong> Zijn stem wordt door <strong>de</strong><br />
op<strong>en</strong> poort<strong>en</strong> vernom<strong>en</strong>: “Ziet, Ik b<strong>en</strong> met ulied<strong>en</strong>. Vreest niet. Ik b<strong>en</strong> met al uw smart<strong>en</strong><br />
bek<strong>en</strong>d; Ik heb uw last<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong>. Gij strijdt niet teg<strong>en</strong> onbeproef<strong>de</strong> vijand<strong>en</strong>. Ik heb <strong>de</strong><br />
strijd om uw<strong>en</strong>twil gestred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in Mijn naam zijt ge meer dan overwinnaars.”<br />
De dierbare Heiland zal hulp z<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, juist wanneer we die behoev<strong>en</strong>. Het pad naar <strong>de</strong><br />
hemel is door Zijn voetstapp<strong>en</strong> gewijd. Elke doorn, die onze voet<strong>en</strong> verwondt, heeft <strong>de</strong><br />
Zijne gewond. Ie<strong>de</strong>r kruis, dat wij geroep<strong>en</strong> word<strong>en</strong> te drag<strong>en</strong>, heeft Hij v——r ons<br />
gedrag<strong>en</strong>. De Heer laat worsteling<strong>en</strong> toe, om <strong>de</strong> ziel op vre<strong>de</strong> voor te bereid<strong>en</strong>. De tijd van<br />
b<strong>en</strong>auwdheid is e<strong>en</strong> vreselike bezoeking voor het volk van God; doch het is <strong>de</strong> tijd voor elke<br />
ware gelovige om omhoog te zi<strong>en</strong>; <strong>en</strong> door het geloof kan hij <strong>de</strong> boog <strong>de</strong>r belofte<br />
aanschouw<strong>en</strong>, die hem omgeeft. “Alzo zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> vrijgekocht<strong>en</strong> <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong> we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />
met gejuich tot Zion kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wez<strong>en</strong>; vreug<strong>de</strong> <strong>en</strong><br />
blijdschap zull<strong>en</strong> ze aangrijp<strong>en</strong>, treuring <strong>en</strong> zuchting zull<strong>en</strong> wegvlied<strong>en</strong>. Ik, Ik b<strong>en</strong> het, die u<br />
446
troost; wie zijt gij, dat ge vreest voor <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s, die sterv<strong>en</strong> zal? <strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sekind, dat<br />
hooi word<strong>en</strong> zal? En vergeet <strong>de</strong> Heer, die u gemaakt heeft ... <strong>en</strong> vreest geduriglik <strong>de</strong> ganse<br />
dag, van wege <strong>de</strong> grimmigheid van <strong>de</strong> b<strong>en</strong>auwer, wanneer hij zich bereidt om te ver<strong>de</strong>rv<strong>en</strong>?<br />
Waar is dan <strong>de</strong> grimmigheid van <strong>de</strong> b<strong>en</strong>auwer? De omzwerv<strong>en</strong><strong>de</strong> gevang<strong>en</strong>e zal haastiglik<br />
losgelat<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hij zal in <strong>de</strong> kuil niet sterv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zijn brood zal hem niet ontbrek<strong>en</strong>.<br />
Want Ik b<strong>en</strong> <strong>de</strong> Heer, uw God, die <strong>de</strong> zee klieft, dat zijn golv<strong>en</strong> bruis<strong>en</strong>! Heer <strong>de</strong>r<br />
heirschar<strong>en</strong> is Zijn naam. En Ik leg Mijn woord<strong>en</strong> in uw mond, <strong>en</strong> be<strong>de</strong>k u on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
schaduw van Mijn hand.”<br />
“Daarom hoort nu dit, gij bedrukt<strong>en</strong>! <strong>en</strong> gij dronk<strong>en</strong><strong>en</strong>, maar niet van wijn! Alzo zegt <strong>de</strong><br />
Heer, <strong>de</strong> Heer <strong>en</strong> uw God, die <strong>de</strong> zaak van Zijn volk twist<strong>en</strong> zal: Zie, ik neem <strong>de</strong> beker <strong>de</strong>r<br />
zwijmeling van uw hand, <strong>de</strong> droesem van <strong>de</strong> beker van Mijn grimmigheid, ge zult die<br />
voortaan niet meer drink<strong>en</strong>. Maar Ik zal hem aan die, die u bedroefd hebb<strong>en</strong>, in <strong>de</strong> hand<br />
zett<strong>en</strong>, die tot uw ziel zeid<strong>en</strong>: Buig u ne<strong>de</strong>r, dat we over u gaan; <strong>en</strong> ge leg<strong>de</strong>t uw rug ne<strong>de</strong>r<br />
als aar<strong>de</strong>, <strong>en</strong> als e<strong>en</strong> straat voor <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die daarover gaan.” Gods oog, <strong>de</strong> eeuw<strong>en</strong><br />
overzi<strong>en</strong><strong>de</strong>, heeft zich gevestigd op <strong>de</strong> krisis, die Zijn volk tegemoet gaat, wanneer aardse<br />
mach-t<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> geschaard zull<strong>en</strong> staan. Gelijk <strong>de</strong> gevang<strong>en</strong> balling zull<strong>en</strong> ze in vreze<br />
<strong>de</strong>s doods zijn door gebrek of door geweld. Doch <strong>de</strong> <strong>Heilig</strong>e, die <strong>de</strong> Ro<strong>de</strong> zee voor Israël<br />
gekliefd heeft, zal Zijn almacht ton<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hun gevang<strong>en</strong>schap ker<strong>en</strong>. “En ze zull<strong>en</strong>, zegt <strong>de</strong><br />
Heer <strong>de</strong>r Heirschar<strong>en</strong>, te di<strong>en</strong> dage, die Ik mak<strong>en</strong> zal, Mij e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>dom zijn; <strong>en</strong> Ik zal h<strong>en</strong><br />
verschon<strong>en</strong>, gelijk e<strong>en</strong> man zijn zoon verschoont, die hem di<strong>en</strong>t.”<br />
Indi<strong>en</strong> het bloed van Christus’ getrouwe getuig<strong>en</strong> in <strong>de</strong>ze tijd vergot<strong>en</strong> werd, zou het niet,<br />
gelijk het bloed van <strong>de</strong> martelar<strong>en</strong>, als zaad zijn om e<strong>en</strong> oogst voor God voort te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Hun getrouwheid zou ge<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is zijn, dat an<strong>de</strong>r<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> waarheid kon leid<strong>en</strong>; want het<br />
verhar<strong>de</strong> hart heeft <strong>de</strong> golv<strong>en</strong> van <strong>de</strong> g<strong>en</strong>a<strong>de</strong> teruggeslag<strong>en</strong>, tot ze niet meer we<strong>de</strong>rker<strong>en</strong>.<br />
Indi<strong>en</strong> <strong>de</strong> rechtvaardig<strong>en</strong> nu aan hun vijand<strong>en</strong> t<strong>en</strong> prooi gelat<strong>en</strong> werd<strong>en</strong>, zou dat e<strong>en</strong><br />
overwinning betek<strong>en</strong><strong>en</strong> voor <strong>de</strong> vorst <strong>de</strong>r duisternis. De psalmist zegt: “Hij versteekt me in<br />
Zijn hut, t<strong>en</strong> dage van het kwaad; Hij verbergt me in het verborg<strong>en</strong>e van Zijn t<strong>en</strong>t.” Christus<br />
heeft gezegd: “Ga h<strong>en</strong><strong>en</strong>, mijn volk! ga in uw binn<strong>en</strong>ste kamers, <strong>en</strong> sluit uw <strong>de</strong>ur<strong>en</strong> na u toe;<br />
verberg u als e<strong>en</strong> kleine og<strong>en</strong>blik, totdat <strong>de</strong> gramschap overga. Want ziet, <strong>de</strong> Heer zal uit<br />
Zijn plaats uitgaan, om <strong>de</strong> ongerechtigheid van <strong>de</strong> inwoners van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> over h<strong>en</strong> te<br />
bezoek<strong>en</strong>.” Heerlik zal <strong>de</strong> verlossing zijn van <strong>de</strong>g<strong>en</strong><strong>en</strong>, die geduldig op Zijn komst hebb<strong>en</strong><br />
gewacht, <strong>en</strong> wier nam<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> zijn in het boek <strong>de</strong>s lev<strong>en</strong>s.<br />
447
Hoofdstuk 40 — Grote bevrijding<br />
Wanneer <strong>de</strong> bescherming van <strong>de</strong> m<strong>en</strong>selike wett<strong>en</strong> onttrokk<strong>en</strong> wordt aan h<strong>en</strong>, die <strong>de</strong> wet<br />
Gods er<strong>en</strong>, zal er in verschill<strong>en</strong><strong>de</strong> land<strong>en</strong> gelijktijdig e<strong>en</strong> beweging ontstaan om h<strong>en</strong> uit te<br />
roei<strong>en</strong>. Wanneer <strong>de</strong> tijd na<strong>de</strong>rt, die in het <strong>de</strong>kreet is vastgesteld, zull<strong>en</strong> <strong>de</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />
sam<strong>en</strong>spann<strong>en</strong> om <strong>de</strong> gehate sekte te slaan, die <strong>de</strong> stem van verschil <strong>en</strong> vermaning<br />
volkom<strong>en</strong> tot zwijg<strong>en</strong> zal br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />
Gods volk — sommig<strong>en</strong> in kerkercell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> sommig<strong>en</strong> in e<strong>en</strong>zame schuilplaats<strong>en</strong> in <strong>de</strong><br />
woud<strong>en</strong> <strong>en</strong> berg<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong> — pleit<strong>en</strong> nog om God<strong>de</strong>like bescherming, terwijl b<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />
gewap<strong>en</strong><strong>de</strong> mann<strong>en</strong>, door schar<strong>en</strong> van boze <strong>en</strong>gel<strong>en</strong> aangepord, zich overal voorbereid<strong>en</strong><br />
om h<strong>en</strong> te dod<strong>en</strong>. Maar dan juist, in <strong>de</strong> ure van <strong>de</strong> grootste nood, zal <strong>de</strong> God van Israël<br />
tuss<strong>en</strong>bei<strong>de</strong> tred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> Zijn uitverkor<strong>en</strong><strong>en</strong> verloss<strong>en</strong>. De Heer zegt: “Er zal e<strong>en</strong> lofzang bij<br />
ulied<strong>en</strong> zijn, gelijk in <strong>de</strong> nacht wanneer het feest geheiligd wordt; <strong>en</strong> blijdschap van hart,<br />
gelijk van e<strong>en</strong> die . . . wan<strong>de</strong>lt, om te kom<strong>en</strong> tot <strong>de</strong> berg <strong>de</strong>s Her<strong>en</strong>, tot <strong>de</strong> Rotsste<strong>en</strong> van<br />
Israël. En <strong>de</strong> Heer zal Zijn heerlike stem do<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rlating van Zijn arm do<strong>en</strong><br />
zi<strong>en</strong>, met grimmigheid van toorn, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vlam van verter<strong>en</strong>d vuur, stral<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vloed, <strong>en</strong><br />
hagelst<strong>en</strong><strong>en</strong>.”<br />
Met triomfkret<strong>en</strong>, spotred<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> verw<strong>en</strong>sing<strong>en</strong> staan schar<strong>en</strong> boze m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> gereed om<br />
zich op hun prooi te werp<strong>en</strong>; plotseling valt er e<strong>en</strong> dichte duisternis, zwarter dan het donker<br />
van <strong>de</strong> nacht, op <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Dan omspant e<strong>en</strong> reg<strong>en</strong>boog, licht<strong>en</strong>d met <strong>de</strong> heerlikheid van <strong>de</strong><br />
troon Gods, <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> schijnt ie<strong>de</strong>r bidd<strong>en</strong>d gezelschap te omsluit<strong>en</strong>. De woed<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
m<strong>en</strong>igt<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik tot staan gebracht. Hun spott<strong>en</strong><strong>de</strong> kret<strong>en</strong> sterv<strong>en</strong> weg. De<br />
voorwerp<strong>en</strong> van hun moorddadige woe<strong>de</strong> zijn verget<strong>en</strong>. Met angstige voorgevoel<strong>en</strong>s star<strong>en</strong><br />
ze op het symbool van Gods verbond, <strong>en</strong> verlang<strong>en</strong> naar bschutting teg<strong>en</strong> <strong>de</strong> verblind<strong>en</strong><strong>de</strong><br />
glans ervan.<br />
Gods volk hoort e<strong>en</strong> stem, dui<strong>de</strong>lik <strong>en</strong> welluid<strong>en</strong>d, die zegt: “Ziet naar bov<strong>en</strong>;” <strong>en</strong> hun<br />
og<strong>en</strong> opheff<strong>en</strong><strong>de</strong> naar <strong>de</strong> hemel<strong>en</strong>, aanschouw<strong>en</strong> ze <strong>de</strong> boog <strong>de</strong>r belofte. De zwarte,<br />