03.04.2025 Views

2025 04 05 Sonate Marathon - Tamara Stefanovich

Transform your PDFs into Flipbooks and boost your revenue!

Leverage SEO-optimized Flipbooks, powerful backlinks, and multimedia content to professionally showcase your products and significantly increase your reach.

Za 5 apr 2025

Grote Zaal

Concert I: 17.00 – 18.00 uur

Concert II: 19.00 – 20.00 uur

Concert III: 21.00 – 22.00 uur

Serie Piano

Sonate Marathon

Tamara Stefanovich

Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale

programmaboekje is een extra service

ter voorbereiding op het concert. Het is

uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie

tijdens het concert te raadplegen via je mobiele

telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de

andere concertbezoekers.

Bij voorbaat dank.


Inleiding

Waarom de sonate zo’n succes werd

Door Roeland Hazendonk

Sonates worden sinds het begin van de 18e eeuw gecomponeerd en in al die eeuwen zijn

er tienduizenden geschreven. Een sonatemarathon is dus altijd een kwestie van kiezen.

Tamara Stefanovich zet in deze marathon sonates van de eerste sonatecomponisten

tegenover sonates uit de 20e eeuw.

Haar keuze reikt van het avontuur van het

begin van de nieuwe muzikale vorm tot en

met de eeuw waarin het originele concept

sonate steeds verder uit het componeren

verdween. De muzikale opvattingen van de

laatste generatie componisten – en van hun

luisteraars – zijn zo veranderd dat er in onze

21e eeuw niet veel sonates meer worden

gecomponeerd.

Iets dat klinkt

Dat de sonate drie eeuwen lang

een dominant genre in de westerse

muziekgeschiedenis was, komt omdat het

concept zo flexibel is. Het woord sonate

komt van het Latijnse ‘sonare’ dat ‘klinken’

betekent. Een sonate is niets meer dan ‘iets

dat klinkt’. Die definitie is zo ruim dat ook het

geluid van een auto die voorbij rijdt er onder

valt, maar zo simpel is het niet. In de muziek

zijn er altijd ongeschreven regels en volgens

die conventies is de sonate de tegenhanger

van de cantate. Een cantate (van het

Latijnse ‘cantare’ dat zingen betekent) wordt

gezongen en een sonate is instrumentaal. De

sonate is ook een tegenpool van de symfonie

die voor een orkest is gedacht (‘sinfonia’

verwijst naar muziek waarin instrumenten

samenklinken). Bij die conventies voegt

zich de belangrijkste reden voor het succes

van het genre: de sonate is een concept

zonder buitenmuzikale betekenis. Het

gaat over tijdloze abstracties als melodie,

thema’s, harmonie, structuur en drama; over

contrast dat in de net ontluikende ‘klassieke’

componeerstijl zo enorm belangrijk werd.

Een sonate was aanvankelijk een stuk

voor één instrument en als dat geen

klavierinstrument was, was het één

instrument met begeleiding van een piano.

De eerste sonates zijn eendelig en de nadruk

ligt op dramatische contrasten, veroorzaakt

door veranderingen in de harmonie

– een passage in een andere toonsoort

bijvoorbeeld – en in karakter/tempo van de

muziek.

Uitvinder

Domenico Scarlatti geldt als de uitvinder

van de sonate die bij hem bestaat uit één

deel met twee secties. In de eerste helft

beweegt het naar een andere toonsoort en

in de tweede helft keert de muziek weer naar

de eerste toonsoort terug. Die harmonische

structuur – een eenvoudige boog met een

dramatisch middelpunt waarna een omslag

volgt – is de basis van de sonate. Doordat de

2


belangrijkste melodieën (de thema’s) worden

herhaald, kun je perfect volgen hoe de

vorm van het stuk van A naar B beweegt en

weer terug. Je weet steeds waar je vandaan

kwam en dus waar je bent, ook als dat in een

andere toonsoort is. Dat geeft een idee van

richting aan de muziek dat een bepalend

onderdeel is van het succes van het concept

sonate. Na Scarlatti groeide de sonate al snel

uit tot een meerdelig stuk waarvan de delen

met elkaar contrasteren – een uitbreiding

van het idee van contrast tussen de secties

van Scarlatti’s sonates.

Vorm en drama

In alle verdere evoluties van de sonate gaat

het uiteindelijk steeds maar over vorm

en drama en dat is een zeer rekbare mal

waarin je allerlei emoties kwijt kunt. Veel

flexibeler dan bijvoorbeeld een solostuk

als een ballade, waarin altijd iets zangerigs

moet zitten en dat altijd als achtergrond

heeft dat het een ongezongen tekst

uitdrukt. Veel ruimer ook dan een nocturne,

die altijd een geheimzinnig nachtelijke,

meditatieve sfeer heeft die het beeld van

zo’n nacht bij de luisteraar wil oproepen.

Een sonate drukt niets anders uit dan al die

prachtige melodieën, al dat drama en al die

opwindende muzikale contrasten die erin

zitten.

Het kan zeer emotioneel geladen muziek zijn

– denk maar aan Beethovens sonates – maar

die emotie blijft onbenoemd en is dus door

musici en luisteraars zelf in te vullen. Een

deel in de vorm van een treurmars (zoals

bij Chopin en Beethoven) of een Lied ohne

Worte als adagio (bij Mendelssohn) kan heel

goed passen in de ruimhartige sonate, maar

binnen een sonate wordt een treurmars dan

eerder een manier van structureren dan dat

het écht de dood laat meelopen.

De structuur van de sonate

staat los van de inhoud,

maar maakt elke inhoud

mogelijk.

De kracht van de sonate is dat het genre

nooit stijl- of tijdgebonden was, omdat het

idee van de sonate een idee van structuur

is (hoe het stuk in elkaar zit) dat los van

de inhoud staat, maar dat wél elke inhoud

mogelijk maakt. Pas in deze eeuw wankelt

dat concept, omdat muziek voor luisteraars

en componisten niet meer zoals in al die

eeuwen waarin de sonate floreerde, een

wonderlijk luchtkasteel is dat uit niets anders

bestaat dan klank.

In plaats van een abstracte fantasie zonder

specifieke betekenis is muziek vandaag

veel meer een uitdrukking van iets anders

dan muziek. Muziek gaat veel minder

over muzikale concepten als een melodie,

een samenklank, vorm, structuur of het

dramatisch verloop, maar draait meer om de

boodschap die ze uitdraagt – en die heeft

niets te maken met hoe ze in elkaar zit. Maar

juist het vormidee, de manier waarop de

muziek in elkaar zit, is de essentie van het

concept sonate.

3


Programma

Sonate Marathon I

Tamara Stefanovich

Tamara Stefanovich piano

Serie Piano

Za 5 apr 2025

Grote Zaal

17.00 - 18.00 uur

ca. 60 minuten zonder pauze

Johann Sebastian Bach (1685 - 1750)

Sonate in a BWV 965

(1705, naar Sonate nr. 1 van Jan Adam Reincken)

1. Adagio

2. Fuga

3. Adagio

4. Allemande

5. Courante

6. Sarabande

7. Gigue

Antonio Soler (1729 - 1783)

Sonate in g nr. 87

Ferruccio Busoni (1866 - 1924)

Sonatina seconda BV259 (1912)

Domenico Scarlatti (1685 - 1757)

Sonate in c K. 158

Sonate in G K. 13

Carl Philipp Emanuel Bach (1714 - 1788)

Sonate in g Wq. 65/17 (1746)

1. Allegro-Adagio-Allegro

2. Adagio

3. Allegro assai

Charles Ives (1874 - 1954)

Three-Page Sonata (1949)

Allegro moderato — Andante — Adagio — Allegro - March

Time — Più mosso — Allegro - March Time — Più mosso

Staat je mobiele telefoon al uit?

Dank je wel.

4


Toelichting

Johann Sebastian Bach

Sonate in a BWV 965

Hoe flexibel het genre van de sonate is,

bewijst Johann Sebastian Bachs Sonate

BWV 965. Bachs sonate draagt die naam,

maar heeft geen band met de nieuwe

muzikale vorm die Scarlatti uitvond.

Het stuk is bovendien geen Bach maar

een bewerking voor klavecimbel van een

orkestwerk van de Hamburgse organist

Jan Adam Reincken, die in Deventer werd

geboren. Bach bewonderde hem zeer en

bewerkte zijn sonate waarschijnlijk in 1705.

Bach kopieerde zijn hele carrière muziek die

hem interesseerde. Dat deed hij deels om

het origineel in een andere bezetting (of als

solostuk) te kunnen spelen en deels om zich

een stijl van een ander eigen te maken en dat

tijdens het kopiëren al naar zijn eigen idioom

om te buigen. Deze sonate is een suite: een

verzameling dansen met een fuga in het begin,

en hoewel het een fantastisch stuk is vol

contrast zoals dat ook in een sonate voorkomt,

is het in de vorm ouderwetse barokmuziek.

Antonio Soler

Sonate in g nr. 87

In Madrid werd Antonio Soler de leraar van

de infante (de kroonprins) Don Gabriel en

waarschijnlijk schreef hij al zijn sonates –

misschien wel tweehonderd – voor hem.

Soler werd als priester gewijd op z’n

drieëntwintigste en werkte in het Escorial

klooster nabij Madrid. Zijn muziek verschilt

niet echt van die van Scarlatti, maar de Sonate

in g combineert toch wel heel eigen een

onthechte perfectie met de melancholieke

cante jondo uit de flamencomuziek.

Ferrucio Busoni

Sonatina Seconda

Ferrucio Busoni’s Tweede sonatine is

beknopt, maar enorm in de reikwijdte van

wat er in gebeurt.

In de eerste twee decennia van de 20e eeuw

heerste er avontuur in de Europese kunsten.

Op de Eerste Wereldoorlog volgde een

herschikking van de Europese landkaart en

een ingrijpende omwenteling in het sociale

en culturele leven. Heel even werd het leven

wild gevierd en was er ruimte voor artistiek

experiment – met de depressie van de jaren

30 en het daaruit voortvloeiende Duitse en

Italiaanse fascisme was dat afgelopen.

In Busoni’s Sonatine is de oude meerdelige

sonatevorm nog steeds aanwezig, maar de

tonaliteit die die zo lang gestuurd had, staat

ernstig onder druk. Het begint in de stijl van

een romantische Liszt en explodeert dan in

iets dat neigt naar de atonale hyperexpressie

van Schönberg. In de extreme contrasten en

de grootse dramatische spanningsboog is

dit een sonate, maar het is ook muziek die

in zijn fantastische grilligheid de bijl aan de

5


Toelichting

wortel zet van de zekerheden van het oudere

muziekconcept waarin die sonate bloeide.

Domenico Scarlatti

Sonate in c K. 158 / Sonate in G K. 13

Tussen 1733 en 1757 componeerde Domenico

Scarlatti in Madrid 555 sonates voor de

Spaanse koningin Maria Barbara, bedoeld om

zelf te spelen op het klavecimbel in een stille

kamer.

De attractie van Scarlatti’s steeds in

dezelfde eendelig vorm gegoten sonates

is de fantasie waarmee hij zijn eenvoudige

raamwerk vult met een onwaarschijnlijk

grote rijkdom aan verschillende muzikale

emoties. Zijn themaatjes kunnen blikkeren

alsof de Spaanse zon erop schijnt, maar ook

de bezonken droeve toon krijgen die in de

Spaanse flamencomuziek is te horen – die

dan weer voortkomt uit de invloed van de

donkere Arabische muziek op de flamenco. De

twee sonates van vanavond illustreren zowel

dat zonlicht (Sonate K. 13) als de melancholie

(Sonate K. 158) waarin Scarlatti excelleerde.

Carl Philipp Emanuel Bach

Sonate in g Wq. 65/17

De snel van karkater verschietende sonate

van Carl Philipp Emanuel Bach is een

prachtig voorbeeld van het avontuur dat in

zijn muziek heerst.

Deze muziek was in 1746 nieuw door het

loslaten van de oude suite en door de

driedelige vorm met een complex en hybride

eerste deel waarin de nieuwe klassieke

stijl met contrasterende thema’s wordt

gecombineerd met de oude fantasia – een vrij

genre dat meer thuishoort in de muziek van

de aan Carl Philipp Emanuel voorafgaande

generatie componisten. De fantasia-gedeelten

hebben geen strak ritme en waaieren als

klankwolken alle kanten op. De meer klassieke

secties hebben strak geprofileerde thema’s,

maar de uitwerking daarvan is grillig, geladen

en beweeglijk. Het tweede deel blikt weer een

beetje terug – het is een galante sarabande

waarbij je je de dansparen kunt voorstellen –

maar de harmonieën zijn ook in dit langzame

deel vreemd verrassend. De finale is een ruig

allegro vol chromatische invoegingen (noten

die niet in de toonsoort thuishoren).

Charles Ives

Three-Page Sonata

Waar Carl Philipp Emanuel Bachs sonate

een zoektocht is naar een nieuwe muzikale

stijl, is Charles Ives’ Three Page Sonata een

anarchistische stuk dat zich van stijl niets

aantrekt – hoewel je ook kunt horen dat Ives

alle vernieuwing van het begin van de vorige

eeuw kende.

Ives maakte altijd volstrekt persoonlijk

muziek. In zijn oeuvre komt van alles voorbij

van Bach tot Schönberg en Mahler en van de

psalmen uit de kerk uit zijn New England tot

6


Toelichting

aan de dorpsfanfares met die kenmerkende

Amerikaanse marsen. Ives schuift dat in

elkaar in een intuïtieve aaneenschakeling van

ideeën die veel minder doordacht is dan de

structuurgerichte sonate. Deze sonate begint

als Schönbergs atonale muziek waarin Ives

zijn voorliefde voor harde dissonanten laat

horen en ingewikkelde ritmes over elkaar

gelegd worden. Daarna volgt een als een

geheimzinnige nachtmuziek voorbijdrijvend

andante dat eerder klinkt als Mahler gefilterd

door Ives’ muzikale fantasie. Het laatste deel

is een grandioos ontsporende mars waarin

het lijkt of elk lid van de fanfare een eigen

opvatting van de melodie en het tempo van

de muziek heeft. Bij elkaar opgeteld leidt dat

in deze op drie partituurbladen uitgeschreven

sonate – vandaar de titel – tot een volstrekt

origineel werk dat met nieuwe oren naar oude

én nieuwe muziekconcepten laat luisteren.

Roeland Hazendonk

7


Programma

Sonate Marathon II

Tamara Stefanovich

Tamara Stefanovich piano

Serie Piano

Za 5 apr 2025

Grote Zaal

19.00 - 20.00 uur

ca. 60 minuten zonder pauze

Domenico Scarlatti (1685 - 1757)

Sonate in C K. 406

Béla Bartók (1881 - 1945)

Pianosonate Sz. 80

1. Allegro moderato

2. Sostenuto e pesante

3. Allegro molto

Domenico Scarlatti

Sonate in g K. 450

Hanns Eisler (1898 - 1962)

Pianosonate nr. 1 op. 1 (1924)

1. Allegro

2. Intermezzo. Andante con moto

3. Finale. Allegro

Antonio Soler (1729 - 1783)

Sonate in Des nr. 110

Paul Hindemith (1895 - 1963)

Pianosonate in Bes nr. 3 (1936)

1. Ruhig bewegt

2. Sehr lebhaft

3. Mäßig schnell

4. Fuge. Lebhaft

Staat je mobiele telefoon al uit?

Dank je wel.

8


Toelichting

Domenico Scarlatti

Sonate in C K. 406 / Sonate in g K. 450

In de twee sonates op dit programma bouwt

Domenico Scarlatti een spannend verhaal met

heel eenvoudige motieven – een toonlader,

een gebroken drieklank, of een trillertje.

In de als eerste gespeelde Sonate in C zijn het

de fantastische harmonische wendingen die

het begin van de tweede sectie ineens een

grote dramatische lading geven. Zoals vaker

bij Scarlatti hebben subtiele veranderingen

aan een motiefje of in de harmonie een ferme

impact op het verhaal. Het is alsof er in die paar

maten plots allerlei schaduwen over de muziek

vallen. Net zo kenmerkend is de snelheid

waarmee dat gebeurt. Het is zo voorbij en na de

spannende ontregeling draait de muziek terug

naar de openingsmaten als een kat die na een

paar wilde sprongen zich behaaglijk uitstrekt in

de zon. In de Sonate in g, die na de daverende

sonate van Bartók klinkt, zetten trotse statige

flamencoritmes de toon.

Béla Bartók

Pianosonate Sz. 80

In tegenstelling tot de intieme muziek op de

vierkante centimeter van Scarlatti staat Béla

Bartóks sonate met het ruige grootschalige

gebaar. Maar er is ook een overeenkomst:

waar in Scarlatti’s sonates invloeden van de

Spaanse flamencomuziek zijn te horen, is

Bartóks sonate bijna geheel opgebouwd met

motieven en ritmes uit de volksmuziek van

Roemenië en zijn geboorteland Hongarije.

Bartóks sonate houdt vast aan de meerdelige

vorm en aan de voor het genre typerende

dramatische lijn die er zit in de manier waarop

verschillende secties binnen een deel elkaar

opeenvolgen. Contrasten tussen secties zijn

er als vanouds, maar de melodieën en de kleur

van de harmonieën is nieuw – of eigenlijk heel

oud, want een afspiegeling van volksmuziek

die er al veel eerder was dan de oudste

sonates. Het klinkt allemaal zo anders dan

eerst omdat de gekende tonale samenklanken

worden losgelaten. De hoekige motieven zijn

anders dan tonale thema’s en die beukende

onregelmatige ritmes van het eerste deel

zijn ook ongekend in de klassieke sonates

van vóór deze van Bartók. In het middendeel,

dat zowel hevig dissonant is als geladen

met een heftige expressie, raakt het aan de

atonaliteit van Schönberg, maar het is veel

minder abstract dan bij de Weense modernist.

Al die eenvoudige melodieën en die strak

gearticuleerde ritmes zijn meteen te volgen, en

al is deze muziek een beetje ruig, ze sleept je

ook meteen mee.

Hanns Eisler

Pianosonate op. 1

De van begint tot einde staalhard atonale

Sonate op. 1 van Arnold Schönbergs leerling

Hanns Eisler is voor wat betreft de vorm

nauwelijks nog een sonate te noemen.

9


Toelichting

Er is nog wel een verdeling in twee secties

waarvan de eerste wordt herhaald, maar

omdat er geen direct herkenbare thema’s

zijn en er constant wat nieuws gebeurt, is

die indeling meer theoretisch dan dat je die

echt hoort. Deze sonate heeft bovendien

geen harmonische ankers meer die een

beetje houvast geven. Het is een rusteloze

aaneenschakeling van korte frases die vaak

extreem contrasteren met de frase ervoor of

erna.

Dat dit strak geordende muziek is zoals

dat hoort bij een sonate, blijft toch ook te

horen. Al die korte frases delen het stuk heel

overzichtelijk op in behapbare korte blokken.

Er is ook net als in een oude sonate vaak

een verband tussen die blokjes. Er zijn geen

duidelijke thema’s en er is geen harmonische

op- en afbouwende spanningsboog, maar

het is toch een geweldig coherent stuk dat

contrasterende blokken ijzersterk tegen

over elkaar zet in een zeer dramatische

structuur. Een abstracte, puur vanuit

de muziek gedachte vorm, maar ook

muziek met een extreem opwindend

vitaal gebaar dat ondanks zijn moderniteit

ouderwets opwindend is als een stormende

Beethovensonate.

Antonio Soler

Sonate in Des nr. 110

Na het geweld van Eisler is de kalme Sonate

in Des van Antonio Soler een wonder van

onthechte schoonheid.

Solers muziek lijkt ook hier op die van

Scarlatti, maar er zit een wondermooie

rust en een verzoenende empathie in die

eigen is aan Solers bijzondere muzikale

persoonlijkheid. Er is een eenvoudig

themaatje dat meteen raakt en meteen ook

verrassend als een piepkleine canon in beide

handen klinkt. Allemaal heel evenwichtig,

terwijl het toch ongrijpbaar schimmig door

nauw verwante toonsoorten schiet en het

als bij Franz Schubert van majeur naar

mineur verkleurt. Maar het is de ernstige

verstilling, de rust en compassie die Soler

net als Schubert aan zijn noten weet mee te

geven die deze muziek zo diep menselijk en

ontroerend maakt.

Paul Hindemith

Pianosonate nr. 3

Paul Hindemiths Derde pianosonate

verwijst naar de tijd dat het genre zijn

hoogste toppen bereikte in de laatste zes

pianosonates die Beethoven componeerde:

sonates waarin vorm en inhoud perfect in

balans zijn en ontzagwekkende structuren

een even ontzagwekkende emotionele

lading krijgen.

Het is muziek waarin abstractie samengaat

met een niet goed in woorden uit te drukken

betekenis. (Voor Beethoven had muziek

een morele waarde, was ze een uitdrukking

van iets dat hoger reikt dan de menselijk

staat.) Hindemith blikte terug in een periode

toen boven Europa de donkere wolk van

10


Toelichting

het gedachtengoed van Hitler en Mussolini

hing. Hij voelde een enorme dreiging en

was somber over hoe het verder moest.

Ook met de muziek waarin geen dominante

stijl meer heerste zoals een eeuw eerder en

waarin vrijwel alle oude muzikale waarden

ofwel werden ondergraven ofwel verwrongen

voortleefden. Deze sonate – in dezelfde

toonsoort als Beethovens beroemde

Hammerklaviersonate – is een groots

monument voor die oude waarden, maar ook

een stuk dat probeert te ontsnappen aan een

muzikale toekomst waar Hindemith – ooit

een vernieuwer – niet veel in zag. Het is een

bijzonder stuk waarin vooral mildheid heerst

en dat de oude sonate voor even een nieuwe

leven geeft in een merkwaardige verruimde

vorm van tonaliteit. Poëtische muziek,

onopgesmukt en trefzeker in de onderkoelde

precisie van zijn formulering.

Roeland Hazendonk

11


Programma

Sonate Marathon III

Tamara Stefanovich

Tamara Stefanovich piano

Serie Piano

Za 5 apr 2025

Grote Zaal

21.00 - 22.00 uur

ca. 60 minuten zonder pauze

Antonio Soler (1729 - 1783)

Sonate in g

Aleksandr Skrjabin (1872 - 1915)

Sonate nr. 9 op. 68 ‘Zwarte mis’ (1913)

Domenico Scarlatti (1685 - 1757)

Sonate in g K. 8 (1738)

Dmitri Sjostakovitsj (1906 - 1975)

Pianosonate in C nr. 1 op. 12 (1926)

Domenico Scarlatti

Sonate in b K. 87

Leoš Janáček (1854 - 1928)

Pianosonate 1.X.1905 in es (1905)

1. Předtucha (voorgevoel)

2. Smrt (dood)

Galina Oestvolskaja (1919 - 2006)

Pianosonate nr. 6 (1988)

12


Toelichting

Ook in de laatste aflevering van de Sonate Marathon is er een fors contrast tussen de

18e-eeuwse sonates van Antonio Soler en Domenico Scarlatti en de 20e-eeuwse werken waar

ze tussen zijn geplaatst. De confrontatie tussen oud en nieuw illustreert indringend hoe ver

verwijderd de wereld van de oude meesters is van het componeren in de vorige eeuw en hoe

ingrijpend de 20e-eeuwse (muziek)cultuur verschilt van die van Soler en Scarlatti.

Antonio Soler / Domenico

Scarlatti

Sonate in g / Sonate K. 8

Soler en Scarlatti wijdden een leven

aan één genre dat ze nadat de eerste

vorm gevonden was, niet ingrijpend

vernieuwden. Ze schreven verstilde muziek

die over het detail van de invulling van een

eenvoudig concept gaat; over wat muzikale

fantasie vermag.

De meeste sonates van Soler en Scarlatti

werden nooit uitgegeven en omdat hun

muziek zo onveranderlijk van vorm en

inhoud bleef, lukt het niet meer hun stukken

te dateren. Om diezelfde reden is het ook

niet goed te horen of Scarlatti dan wel

Soler de componist is van zo’n grandioos

miniatuurtje. Het heeft er alle schijn van

dat het deze componisten ook niet om

originaliteit of artistieke competitie ging.

Hun muziek is allemaal even mooi en hoewel

vol van verschillende muzikale emoties, kun

je niet aan hun noten afhoren wie ze waren,

laat staan of ze gelukkig of ongelukkig

waren. Van padre Soler werd verteld dat

hij het gelukkigst was in zijn kloostercel, in

stilte vervuld van zijn muziek – en van zijn

geloof.

Het werk van Soler en Scarlatti is zeer

persoonlijk alsof er iemand met zachte

dwingende stem iets prachtigs aan je vertelt,

maar wat de muziek vertelt, is niets anders

dan wat in de klank ervan leeft. Beiden

hebben nooit iets over de bedoeling van hun

muziek gemeld.

Aleksandr Skrjabin

Sonate nr. 9

De Negende sonate van Aleksandr Skrjabin

heet nog wel sonate, maar is veel minder

een puur muzikale constructie dan de

muziek van zijn voorgangers uit de barok.

De bijnaam van het werk ‘zwarte mis’ geeft

al aan dat het niet alleen om wat er klinkt

gaat, maar ook om wat Skrjabin daarmee

wilde zeggen.

Als alle 20e-eeuwse componisten moest hij

een weg vinden in een muzikale wereld waarin

van alles naast elkaar bestond en de tonaliteit

niet meer vanzelfsprekend was. Skrjabin wilde

een nieuwe, extatische muziek maken waarin

een totale eenwording van de mens werd

verklankt – een globaal orgasme in verhitte

gedachten van de componist. Deze sonate

zweeft los van de tonale harmonieën als een

groots opbouwende klankwolk naar zijn einde.

13


Toelichting

Dmitri Sjostakovitsj

Pianosonate nr. 1

Dmitri Sjostakovitsj’ muziek is altijd

geladen met een emotie die als een

persoonlijke ontboezeming voelt – en alleen

daarom al ver verwijderd is van de wereld

van Soler en Scarlatti – maar er is ook altijd

een sterk constructivisme in te horen.

Sjostakovitsj hield van de koele abstractie

van Bachs fuga’s en van de strak

gecontroleerde vormen van Beethoven.

In deze vroege Eerste sonate was zijn

persoonlijke leven nog niet zo gruwelijk

onder druk gezet door de Stalinistische

cultuuropvatting, die alles wat een beetje

complex en genuanceerd was afdeed als

ontaard en vijandig ten opzichte van de

eenvoudige Russische arbeider. Sjostakovitsj’

sonate is in structuur en contrast traditioneel,

maar het is ook een stuk met een gedurfde

dissonante kwaliteit, die optimistisch op

een vitale muzikale toekomst preludeert en

een idee van vernieuwing en voortuitgang

omarmt dat twee eeuwen eerder ongekend

was – en dat in Stalins Rusland snel vervloog.

Leoš Janáček

Pianosonate 1.X.1905

Leoš Janáčeks Pianosonate 1.X.1905 heeft

het unieke eigen karakter dat al zijn werk

heeft meegekregen. Dat zit hem in de

melodie waarin hij het ritme en de kleine

toonbuigingen van de Tsjechische taal

probeerde te vangen.

Elke taal heeft een eigen ritmiek en iedereen

maakt kleine toonhoogteverschillen in de

lettergrepen die elke taal een eigen klank

geeft. Janáček bouwde met zijn nieuwe

taalmelodieën muziek vol onregelmatige

frasen in plaats van de gebruikelijke

regelmatige thema’s. De harmonieën volgen

al die kleine wendingen en breken daardoor

vaak uit de tonaliteit. Het is muziek met een

bewust afwijkende, persoonlijke kwaliteit én

muziek die past in het zoeken naar nieuwe

wegen in zijn dagen. Tegelijkertijd is de vorm

van deze sonate, die nooit werd afgemaakt en

in twee delen bleef steken, ouderwets als die

van een romantische sonate. Deze sonate is

een in memoriam voor een op straat gedode

demonstrant. Als dat er niet bij wordt verteld,

hoor je dat niet, maar Janáček vermeldde

het nadrukkelijk, en ook dat past in de het

balanceren tussen traditie en vernieuwing

van de klassieke muziekcultuur rond 1900.

Galina Oestvolskaja

Pianosonate nr. 6

Galina Oestvolskaja vond dat haar muziek

niets met die van welke andere componist

dan ook te maken had en haar Zesde

pianosonate klinkt daar wel naar.

Het stuk is een extreem harde afwisseling

van snoeiharde clusters – soms met de

14


Toelichting

volledige onderarm uit de piano te rammen

– en kale rudimentaire melodielijnen, waarin

de toonhoogten steeds stapsgewijs in

halve of hele tonen omhoog en naar omlaag

bewegen. Alles gaat in een eenvormig ritme

van uitsluitend dezelfde kwartnoten (de tellen

in de maat van de muziek). Toch staat er

boven dit geweld espressisimo (zo expressief

mogelijk) en vond de componiste dit lyrische

muziek. Muziek van een vrouw die haar

leven ascetisch met uitsluitend haar muziek

alleen in een klein flatje in Sint-Petersburg

eindigde in zelfgekozen isolement. Anders

dan padre Soler in zijn kloostercel, maar

wél met eenzelfde toewijding. Muziek

drukte voor haar een mystieke waarheid

uit. Wat die waarheid inhoudt, omschreef ze

niet, maar wie de muziek hoort, hoort een

ontzagwekkende vitale kracht – en een hoop

woede.

de muzikale inhoud en de structuur betreft

nog steeds in het concept sonate.

Roeland Hazendonk

Oestvolskaja’s sonate is ondanks de

persoonlijke uitdrukking van een verbeten,

obsessieve, abstractie – de onbenoemde

waarheid die er voor de componiste in

besloten is – ook een strak geconstrueerd

werk. Muziek met een duidelijke lijn en

een aangrijpend dramatisch verstillen

vlak voordat het aan het einde verder

richting afgrond davert. Heel overdacht

in de timing van wanneer wat gebeurt,

extreem dramatisch en vol onderhuidse

verbanden – in de gewelddadige clusters zit

dezelfde melodische lijn verborgen als in de

eenstemmige passages. Allemaal volstrekt

anders dan hoe het begon bij Scarlatti en

Soler, maar afgezien van Oestvolskaja’s hang

naar buitenmuzikale betekenis, past het wat

15


Biografieën

Componisten

(alfabetisch)

Carl Philipp Emanuel Bach

(1714 - 1788) werd van

alle Bachzonen de meest

invloedrijke componist. Hij

kreeg in 1738 een aanstelling

in Berlijn als hofmusicus

in dienst van Frederik I

van Pruisen. Hij zocht in

Berlijn aansluiting bij de

‘maandagclub’ bestaande

uit filosofen, schrijvers

en musici, die wekelijks

bij elkaar kwamen. De

gesprekken vormden voor

hem een aanmoediging tot

artistieke experimenten. Zo

speelde hij een belangrijke

rol in het creëren van de

nieuwe stijl ‘empfindsame

Stil’. In 1767 vertrok hij

naar Hamburg waar hij

kapelmeester werd van de

16

vijf hoofdkerken, maar waar

hij ook vele belangrijke

wereldlijke werken schreef.

Beroemd werd hij met zijn

pianomethode Versuch über

die wahre Art das Clavier

zu spielen, waarmee hij een

enorme invloed uitoefende

op latere generaties

waaronder Mozart en

Beethoven.

Johann Sebastian

Bach (1685 - 1750) was

afkomstig uit een oud

muzikantengeslacht van

organisten, cantors en

stadsmuzikanten. Als

jongen leerde hij viool en

orgel spelen en hij zong

in het kerkkoor van zijn

geboorteplaats Eisenach. Op

negenjarige leeftijd verloor

hij zijn beide ouders en zijn

oudste broer ontfermde

zich over hem. Van hem

leerde hij klavier spelen en

op zijn zeventiende begon

zijn leven als professional

waarbij de aanstellingen

elkaar in vrij snel tempo

opvolgden: Weimar, Arnstadt,

Mühlhausen, Köthen en

tenslotte Leipzig. Terwijl

in Köthen de nadruk lag

op de wereldlijke muziek,

was Bach vanaf 1722 in

Leipzig als cantor van de

Thomaskirche gefocust op

de kerkmuziek volgens de

Lutherse liturgie. De vele

partituren die bewaard zijn

gebleven vormen nog altijd

een enorme inspiratie en

deze muziek is voor velen ‘de

maatstaf’.

Béla Bartók (1881 - 1945)

werd geboren in het

Hongaarse Nagyszentmiklós.

Hij kreeg zijn eerste

pianolessen van zijn moeder


Biografieën

en in 1899 begon hij zijn

studie compositie en piano

aan de Muziekacademie

van Boedapest. Bartók

ontwikkelde zich in eerste

instantie als begenadigd

pianist en nam in 1907

het docentschap aan de

Muziekacademie van zijn

leraar István Thoman over.

Als componist begon zijn

ontwikkeling pas echt

toen hij in 1905 componist

Zoltán Kodály ontmoette.

De twee gingen op

ontdekking naar de ware

Hongaarse volksmuziek,

maakten er een omvangrijke

etnomusicologische studie

van en de muzikale taal

van Bartók veranderde

snel. Bij het uitbreken van

de Tweede Wereldoorlog

emigreerde Bartók naar

de Verenigde Staten. Daar

schreef hij ondanks een

zware tijd – zowel financieel

als fysiek – belangwekkende

werken waaronder zijn Derde

pianoconcert. In september

1945 stierf hij aan een vorm

van leukemie.

De ouders van de

Italiaanse componist en

pianist Ferruccio Busoni

(1866 - 1924) waren allebei

beroepsmusici. Hij kreeg

al vroeg pianoles van zijn

moeder, maar was in menig

opzicht autodidact omdat

hij nooit van een ‘erkend’

grootmeester pianoles

heeft gehad. Op achtjarige

leeftijd trad Busoni voor het

eerst openbaar op en hij

ontwikkelde zich tot een zeer

goede concertpianist.

Toen hij 22 was werd hij

benoemd tot pianoleraar

aan het conservatorium

van Helsinki. Daarna gaf hij

nog les in Moskou, Boston,

Berlijn en Wenen en werd

in 1913 directeur van het

conservatorium in Bologna.

Hij legde zich steeds meer

toe op het componeren en

hij schreef opera’s, pianoen

orkestwerken. In 1907

schreef hij theoretisch

geschrift Entwurf

einer neuen Ästhetik

der Tonkunst, dat veel

componisten beïnvloedde,

waaronder Arnold Schönberg

en Luigi Dallapiccola.

De Duits-Oostenrijkse

componist Hanns Eisler

(1898 - 1962) studeerde

vanaf 1919 tot 1924 bij

Arnold Schönberg en

maakte in zijn vroege werken

gebruik van Schönbergs

twaalftoonstechniek. Onder

invloed van Marxistische

sympathieën begon Eisler

meer geëngageerde muziek

te schrijven en jazz- en

cabaretinvloeden toe te

laten. Hij raakte goed

bevriend met Bertolt Brecht

en ging net als Brecht

gedurende de Tweede

Wereldoorlog in ballingschap

in de Verenigde Staten. In

1948 werd hij vanwege zijn

politieke opvattingen het

land uitgezet en keerde hij

17


Biografieën

terug naar Duitsland. Daar

componeerde hij onder

andere het Oost-Duitse

volkslied.

Na zijn conservatoriumstudie

voorzag de Duitse componist

Paul Hindemith (1895 -

1963) in zijn onderhoud met

het spelen in het orkest

van een kuuroord. In 1915

werd hij concertmeester

in de Opera van Frankfurt.

Zes jaar later brak hij

met het Amar-Hindemith

Kwartet door als componist

en altviolist tijdens de

eerste Donaueschinger

Musiktage. Als componist

is Hindemith veelzijdig. Hij

schreef voor ongewone

instrumenten, zoals een

sonate voor contrabas,

werken voor Trautonium

(een vroeg elektronisch

instrument) en een trio

18

voor altviool, heckelfoon

(een dubbelriet) en piano.

Daarnaast schreef hij

zogeheten Gebrauchsmusik

– muziek met een sociale of

politieke boodschap, soms

bedoeld om door amateurs

gespeeld te worden. Tot zijn

bekendste werken hoort

de opera Mathis der Maler

uit 1935, over een schilder

uit de renaissance die zich

tegen de gevestigde orde

keert. Nazi-Duitsland was

daar niet blij mee. Hij vertrok

in 1938 naar Zwitserland,

emigreerde twee jaar later

naar de Verenigde Staten,

maar keerde in 1953 terug

naar Europa.

Charles Ives (1874-1954)

groeide als ‘parttime’

componist uit tot een van de

belangrijkste Amerikaanse

stemmen van de 20e eeuw.

Overdag werkte hij als

verzekeringsagent en ’s

avonds componeerde hij.

Ives studeerde aan Yale bij

de Amerikaanse componist

Horatio Parker, maar zijn

onorthodoxe houding

jegens de muziek en de

muziekgeschiedenis had

hij van zijn vader. Deze

stimuleerde hem om alle

muziek te gebruiken die

hij om zich heen hoorde en

spoorde hem aan nieuwe

technieken te onderzoeken.

Ives was de eerste

Amerikaanse componist

die op grote schaal werkte

met het laten klinken van

meerdere toonsoorten

tegelijk, met polyritmiek en

met een mozaïek van citaten.

Voor zijn publiek was hij te

complex. Het duurde tot

de jaren 30 eer zijn werk

dankzij de inspanning van

collega’s als Lou Harrison en

Henry Cowell daadwerkelijk

uitgevoerd werd. In 1947

kreeg hij de Pulitzer Prize

voor zijn Derde symfonie.

De Tsjechische componist

Leoš Janáček (1854 - 1928)

is internationaal beschouwd

een laatbloeier. Lange tijd

was Janáček slechts een

plaatselijke grootheid in Brno


Biografieën

die de regionale volksmuziek

bestudeerde, een gedegen

studie maakte van de

klankrijkdom en inflecties

van de Tsjechische taal en

af en toe een compositie

afleverde waarin deze

zaken tot uiting kwamen.

Ook had hij een orgelschool

die snel uitgroeide tot

een heus conservatorium

waar Janáček compositie

doceerde.

In 1904 schreef hij de opera

Jenůfa en na de uitvoering

van dit werk in 1915 in

Praag werd ook de rest van

Europa wakker en groeide

Janáček uit tot een van de

belangrijkste componisten

van zijn land. In 1916 kwam

hij de veel jongere Kamila

Stösslová tegen. Zij werd

de laatste twaalf jaren

van zijn leven zijn muze

en vormde de inspiratie

voor belangwekkende

werken als Sinfonietta, de

Glagolitische Mis en De Zaak

Makropoulos.

foto: Leendert Jansen

De Russische componiste

Galina Oestvolskaja (1919 -

2006) werd geboren in

Sint-Petersburg en stond

al snel bekend als een

buitensporig muzikaal talent.

In de tijd dat ze aan het

conservatorium van haar

geboortestad studeerde

(van 1939 tot en met 1947),

liet haar compositiedocent

Dmitri Sjostakovitsj zich

tegen zijn gewoonte zeer

lovend over zijn leerlinge

uit: ‘Ik ben ervan overtuigd

dat de muziek van G.I.

Oestvolskaja wereldwijd

erkenning zal vinden,

gewaardeerd door allen

die de waarheid in muziek

van het grootste belang

vinden.’ Hoewel ze later zelf

aan het Conservatorium

van Sint- Petersburg

doceerde, leidde ze een

zeer teruggetrokken leven

en kwam die wereldwijde

erkenning slechts

mondjesmaat tot stand. Tot

de val van de Sovjet-Unie

werden haar compromisloze

werken nauwelijks

uitgevoerd. Pas in de jaren

negentig werden haar

eigenzinnige composities en

massieve klankblokken mede

dankzij de inspanningen van

Reinbert de Leeuw vooral

in Nederland opgepakt. Ze

werd een graag geziene gast

in Nederland, wat onder

andere resulteerde in twee

internationaal geroemde

documentaires over haar

werk van Cherry Duyns en

Reinbert de Leeuw en van

Josée Voortmans.

Domenico Scarlatti (1685 -

1757), zoon van Alessandro

Scarlatti, is in hetzelfde

jaar geboren als Johann

Sebastian Bach en Georg

Friedrich Händel. Over

zijn leven is echter veel

minder bekend. Op 16-jarige

leeftijd werd Domenico

Scarlatti benoemd tot

19


Biografieën

componist en organist

van de koninklijke kapel in

Napels. In 1703 debuteerde

hij met zijn eerste opera’s

en rond 1708 werd hij

assistentkapelmeester van

zijn vader in de Santa Maria

Maggiore in Rome.

In 1719 vertrok hij naar

Portugal, waar hij de

prinses Maria Barbara,

dochter van koning Juan

klavecimbellessen gaf. Maar

liefst dertig jaar lang bleef hij

haar trouw als hofmusicus;

ook toen zij trouwde en

koningin werd van Spanje.

In 1738 werd hij door koning

Juan tot ridder benoemd en

Scarlatti droeg de Essercizi

per gravicembalo aan hem

op. Een fors deel van zijn

oeuvre is waarschijnlijk

verloren gegaan bij de

grote aardbeving van 1755,

20

waarbij Lissabon zwaar werd

getroffen. Ruim 90 procent

van het achterhaalde werk

bestaat uit klaviersonates.

Dmitri Sjostakovitsj (1906 -

1975) werd in Leningrad

(Sint-Petersburg) geboren

als zoon van muzikaal zeer

begaafde ouders. Al op

elfjarige leeftijd begon hij

met componeren. Zijn Eerste

Symfonie (1926) bracht

hem veel aanzien, en in de

jaren dertig leek het hem

erg voor de wind te gaan.

Tijdens het regime van Stalin

kwam daar van de een op

de andere dag verandering

in: Sjostakovitsj’ muziek was

‘formalistisch’. Zijn werk werd

afgekeurd omdat het geen

herkenbare en toegankelijke

muziek was en daardoor

ongeschikt voor de massa.

Sjostakovitsj werd openlijk

uitgeroepen tot ‘Vijand des

Volks’, wat meestal de dood

of strafkamp tot gevolg

had. Maar Stalin bepaalde

tevens dat de componist

niet gearresteerd mocht

worden. Nog verschillende

keren heeft Sjostakovitsj

zich tijdens zijn leven

bedreigd gevoeld door de

overheid, toch werd hij

steeds gerehabiliteerd en

kreeg hij bovendien talrijke

officiële onderscheidingen.

Ondanks alle moeilijkheden

heeft Sjostakovitsj een groot

oeuvre nagelaten met onder

meer vijftien symfonieën,

vijftien strijkkwartetten en

muziek voor toneel en film.

De Russische componist en

pianist Aleksandr Skrjabin

(1872 - 1915) werd geboren in

een aristocratische familie.

Al op vijfjarige leeftijd bleek


Biografieën

hij een groot muzikaal talent

te hebben, ook al kreeg hij

pas vanaf zijn elfde serieus

pianoles. Hij studeerde

piano en compositie aan

het Conservatorium van

Moskou. Toen hij in 1892 zou

afstuderen werd hij door een

conflict niet toegelaten tot

het compositie-examen en

verliet hij het conservatorium

zonder diploma. Hij bouwde

een goede praktijk op als

componist en concertpianist.

Hij was van 1892 tot

1902 pianodocent aan

het Conservatorium van

Moskou en leefde daarna

als freelancecomponist en

-pianist. Zijn composities

lagen in eerste instantie

in de lijn van Chopin, maar

in het eerste decennium

van de 20e eeuw raakte

hij in de ban van het

mystieke gedachtengoed.

Zijn composities werden

atonaler en mysterieuzer.

Zijn ‘Gesamtkunstwerk’

Mysterium moest de

kroon op zijn werk worden;

door zijn dood door een

bloedvergiftiging bleef het

onvoltooid.

Antonio Soler (1729 – 1783)

was een Spaanse componist

en priester uit de late barok-

en vroege klassieke periode.

Hij werd geboren in Olot,

Catalonië, en trad op jonge

leeftijd toe tot het klooster

van Montserrat, waar hij zijn

muzikale opleiding kreeg.

Later werd hij monnik in

het klooster van El Escorial,

waar hij werkte als organist

en kapelmeester. Soler was

een veelzijdig componist

en schreef kerkmuziek,

kamermuziek en symfonieën,

maar hij is vooral bekend

om zijn klaviersonates, die

vaak worden vergeleken met

die van Domenico Scarlatti.

Zijn muziek combineert

barokke virtuositeit met

vroege klassieke elementen

en Spaanse invloeden. Naast

componist was Soler ook

een theoreticus; hij schreef

verhandelingen over muziek,

waaronder Llave de la

modulación. Zijn werk had

invloed op latere Spaanse

componisten en blijft

een belangrijk onderdeel

van het klavecimbel- en

pianorepertoire. Soler stierf

in 1783 in El Escorial.

21


Biografieën

Uitvoerende

Tamara Stefanovich

Piano

Tamara Stefanovich gaf

op haar zevende haar

eerste recital en was

op haar dertiende de

jongste studente ooit aan

de Universiteit in haar

geboorteplaats Belgrado.

Naast piano studeerde ze

psychologie en sociologie.

Ze zette haar pianostudie

voort aan het Curtis Institute

en daarna in Keulen bij

Pierre-Laurent Aimard. Daar

groeide ze uit tot diens

sterleerling en protegé. Ze

treedt veelvuldig met hem

op als duopartner en met

vermaarde symfonieorkesten

wereldwijd. Tamara

Stefanovich wordt

wereldwijd geprezen om haar

virtuositeit en meeslepende

recitalprogramma’s, zowel

als soliste als kamermusicus.

Ze werkte samen met

toonaangevende orkesten

zoals The Cleveland

Orchestra, Chicago

Symphony Orchestra,

London Symphony

Orchestra en de Deutsche

Kammerphilharmonie

Bremen. Ze trad op

in vooraanstaande

concertzalen zoals Suntory

Hall Tokyo en Wigmore Hall

Londen en op festivals als

La Roque d’Anthéron en

de Salzburger Festspiele.

Stefanovich heeft een

breed repertoire, van Bach

tot hedendaagse muziek,

en werkt nauw samen met

componisten als Pierre

Boulez en György Kurtág.

Haar discografie omvat

bekroonde opnames,

waaronder Kurtágs Quasi

una fantasia en Bartóks

Dubbelconcert met

Pierre-Laurent Aimard

en de London Symphony

Orchestra, genomineerd voor

een Grammy. Naast haar

concertcarrière is ze actief

in educatieve projecten aan

het Barbican Centre en de

Kölner Philharmonie.

22


Biografieën

foto: Sihoo Kim

23


Verwacht

Serie Piano

Vr 9 mei 2025

Grote Zaal

20.15 uur

Sonata

Paul Lewis

Sonata luidt de even zakelijke als eenvoudige titel van

het nieuwe pianosolowerk van Thomas Larcher. Maar

eenvoudig of zakelijk is Larchers muziek nooit, zeker niet

wanneer ze vertolkt wordt door de Britse meesterpianist

en Beethoven-specialist Paul Lewis. The Times noemde

Larchers communicatieve en meeslepende muziek ooit

‘een van de wonderen van deze eeuw’. Lewis speelt naast

Larcher ook klassieke sonates van Beethoven en Schubert

én de dromerige, weemoedige Drie intermezzi van Brahms.

Paul Lewis, de zoon van een dokwerker uit Liverpool, werd

als achtjarige gegrepen door de muziek van Beethoven. De

legendarische Oostenrijkse pianist Alfred Brendel – een

landgenoot van Larcher – is zijn grote inspirator, mentor en

leermeester. Van Brendel leerde Lewis dat je op de eerste

plaats musicus bent en dan pas pianist. Lewis bracht al

eerder werk voor piano solo van Larcher in première. Over

zijn debuut in het Muziekgebouw schreef NRC in 2017: ‘Een

knap staaltje pianistiek op het scherpst van de snede.’

Programma: Ludwig van Beethoven Pianosonate op. 10 nr. 1

Thomas Larcher Sonata (Nederlandse première) / Johannes

Brahms 3 Intermezzi op. 117 / Franz Schubert Pianosonate

nr. 21 D960

Paul Lewis

foto: Kaupo Kikkas

24


Seizoen 2025-2026

Serie Piano

De piano heeft oneindig veel mogelijkheden. Van intiem fluisterend tot euforisch groots.

Aanstormende klavierleeuwen en beroemde meesters brengen een eindeloze wereld van

muziek, vol verrassende en vertrouwde composities.

za 4 okt / 20.15 uur

Schumann en Brahms

Dmytro Choni

vr 31 okt / 19.30 uur

Preludes en fuga’s van Sjostakovitsj

Alexander Melnikov

wo 3 dec / 20.15 uur

Schubert en Kurtág

Leif Ove Andsnes + Bertrand Chamayou

za 7 feb / 20.15 uur

Etudes toen en nu

Antonii Baryshevskyi

zo 1 mrt /20.15 uur

De late Brahms

Piotr Anderszewski

za 4 apr / 20.15 uur

Liszt en Debussy

Saskia Giorgini

vr 24 apr / 20.15 uur

Bachs Goldbergvariaties als nieuw

Fazıl Say

za 30 mei / 20.15 uur

Impromptus van Schubert

Imogen Cooper

Bekijk het gehele nieuwe seizoen

op muziekgebouw.nl.

25


Verwacht

April

Kijk Muziek

zo 6 apr

13.30 uur

Muziekfabriek (6+)

Calefax

13.30 + 15.30 uur

Kleine Zaal

Naar het bos (2+)

Dianto Reed Quintet

wo 9 apr / 20.15 uur

De stem van de spiritualiteit

Amsterdams Andalusisch

Orkest

do 10 apr / 12.30 uur

Lunchconcert

i.s.m. de Sweelinck Academie

do 10 apr / 20.15 uur

Schönberg & Padding

New European Ensemble +

Maria Milstein

vr 11 apr / 13.30 + 15.30 uur

Kleine Zaal

Curiosa (6-18 maanden)

Theater de Spiegel

vr 11 apr / 20.15 uur

Melike Şahin

za 12 apr / 09.30, 11.30 +

14.00 uur / Kleine Zaal

Curiosa (6-18 maanden)

Theater de Spiegel

za 12 apr / 19.00 uur

Matthäus Passion

Nederlandse

Bachvereniging

zo 13 apr / 20.15 uur

Passie van Shishani

Pynarello + Shishani

wo 16 apr / 20.15 uur

Path of Miracles

Tenebrae

do 17 apr / 12.30 uur

CvA-sax

Lunchconcert i.s.m.

Conservatorium van

Amsterdam

do 17 apr / 20.15 uur

De Passio van Arvo Pärt

Vox Clamantis

vr 18 apr / 20.15 uur

Oficio de Tinieblas

van Victoria

Cantoría

SoundLAB Workshop

Maak je eigen muziek met de

wonderlijkste instrumenten.

Voor kinderen (7+) met

volwassenen in de Atriumzaal

om 13.00 uur op verschillende

zondagen. Kaartjes via

muziekgebouw.nl/soundlab

WannaSwing

Op de kade voor het

Muziekgebouw staat de

interactieve muziekinstallatie

WannaSwing van theatermaakster

Caecilia Thunissen

en scenograaf Jan Boiten. Acht

schommels sturen composities

aan van hedendaagse

componisten als Joey Roukens,

Mayke Nas en Rob Zuidam.

Zie voor meer informatie

muziekgebouw.nl/wannaswing

Huil van de Wolff

Elke 22e van de maand

klinkt om 20.00 uur het

geluidsmonument Huil van

de Wolff van Martijn Padding

ter herinnering aan oprichter

van het Muziekgebouw

Jan Wolff (1941 - 2012).

muziekgebouw. nl/

huilvandewolff

Geheimtips

Bijzondere concerten

die je niet mag missen.

muziekgebouw.nl/geheimtips

26


Foto: Erik van Gurp

Op de hoogte blijven?

Mis geen enkel concert en schrijf je

in voor onze nieuwsbrief! Scan de

QR-code of ga naar muziekgebouw.

nl/nieuwsbrief. Of volg ons via

Facebook, LinkedIn of Instagram.

Dudok aan ‘t IJ

Kom voor of na het concert eten

in Dudok aan ‘t IJ. Reserveren:

020 788 2090 of dudokaanhetij.nl.

Rondom het concert

- Na aanvang van het concert heb je

geen toegang meer tot de zaal.

- Zet je mobiele telefoon uit voor

aanvang van het concert.

- Het maken van beeld- of

geluidsopnamen in de zaal alleen

met schriftelijke toestemming.

- Algemene Bezoekersvoorwaarden

zijn na te lezen op muziekgebouw.nl

Bij de prijs inbegrepen

Reserveringskosten zijn bij de

kaartprijs inbegrepen.

Ook een drankje, tenzij anders

vermeld op je concertkaartje.

Word Vriend

Inkomsten uit kaartverkoop dekken

ten dele onze kosten.

Word vriend: met jouw steun

kunnen we concerten op het

hoogste niveau blijven organiseren.

Meer informatie:

muziekgebouw.nl/wordvriend

Dank!

Wij kunnen niet zonder de steun van

onze vaste subsidiënten en Vrienden

van het Muziekgebouw. Wij zijn hen

daarvoor zeer erkentelijk.

Druk binnenwerk

druk & printservice

27


Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!