11.01.2013 Views

Begeleiding van de Zwangerschap - Stichting Prenatale Screening ...

Begeleiding van de Zwangerschap - Stichting Prenatale Screening ...

Begeleiding van de Zwangerschap - Stichting Prenatale Screening ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Begeleiding van de

Zwangerschap

Katia Bilardo


Besluitvorming:

wel of niet continueren van de

zwangerschap

Objective, niet directive counseling


http://www.youtube.com/watch?v=IrZ1itQsb3k


Adviesrapport Stichting Down's syndroom

Het onderstaande artikel verschijnt binnenkort in het jaarverslag

van de Groningse wetenschapswinkels

Communicatie Stichting Down’s syndroom doorgelicht

Down+Up

Tijdschrift van de

Stichting Down Syndroom


Redenen voor ouders

met een eerder DS kind

om af te zien van PS

1) Moeite hebben met abortus op een in beginsel gewenst kind

2) Het feit dat (nog) een kind met Downsyndroom

welkom is

Deze twee motieven spelen een grotere rol naar mate

• het Downsyndroom kind jonger is

de leeftijd van de moeder hoger is

de moeder een godsdienstige overtuiging heeft

• en/of de moeder hoog opgeleid is.


Ouders van DS kinderen

“80% van de ouders aangaf geen behoefte te hebben aan

“positieve” informatie over Downsyndroom. Ze willen graag

reële informatie, zowel positief als negatief.”

Echer in een interview benadrukt de voorzitter van de SDS er

echter bewust voor te kiezen om positieve informatie te geven.

Op dit punt legt de de stichting dus de informatiebehoefte van

de ouders naast zich neer".


“Aldus de SDS:

Nu de overheid een breed aanbod op de prenatale

screening op Downsyndroom organiseert, ligt er een

even grote inspanningsverplichting bij de overheid

om mensen te helpen bij de keuze of ze willen

weten of de vrucht Downsyndroom heeft en als dat

zo is, of ze al dan niet de zwangerschap willen

uitdragen. Goede informatie over wat

Downsyndroom betekent is daarbij onontbeerlijk"

Meten dus met twee maten: het SDS hoeft geen goede

informatie te geven, maar de overheid moet dat wel doen


Mensenrechtelijk kader van

prenatale screening

Juridisch promotieonderzoek aan de Universiteit van Leiden over

screening op Downsyndroom (Van Os & Hendriks, 2010). Centraal

staat daarbij de vraag of de overheid voldoende haar

mensenrechtelijke verplichtingen nakomt bij het standaard

beschikbaar stellen van prenatale screening.

Als blijkt dat de vrucht Downsyndroom heeft, in zo‟n 90 procent van

de gevallen (Korenromp, 2006) kiest de vrouw voor een „selectieve‟

abortus op grond van handicap. Deze vorm van discriminatie is in

diverse mensenrechtenverdragen verboden.


Tegenover gesteld argument

Het recht op privacy, autonomie,

zelfbeschikking van de vrouw telt

daarentegen zeer zwaar: alleen de vrouw

mag bepalen of zij, binnen de grenzen van

de Wet op de Zwangerschapsafbreking,

een kind met Downsyndroom wilt


Begeleiding van de

Zwangerschap

1)Voordat TRI 13,18 risico‟s werden bepaald


Casus 1 (2009)

Vrouw 36 jaar G2 P1

Combitest bij 12 weken (11+3 weken):

NT 1,5mm

Papp-A Mom 0,2

Vrije B HCG Mom 0,3

Down risico 1: 500 = niet verhoogd!

Verwezen obv lage MoMs


Echoscopisch onderzoek bij

• Biometrie op P 10

• SUA

20 weken

• Normale art. uterina Doppler

• Verder geen duidelijke afwijkingen

• Retour eerste lijn


30 weken opname ivm IUGR

• Groei < P 10

• Normaal vruchtwater

• UA AEDF

• Bij 36 weken SC:

� Baby ♀ geboortegewicht 2050 gr.

� Dysmorfe kenmerken, 1 nier

� Diagnose trisomie 18

NND na 10 maanden van “hell” aldus de ouders


• Vrouw 39 jaar G6 P0

• Geen PS of PD

• Bij SEO: SUA

Casus 2 (2010)

CHD? � Verwijzing UMCG


• Groei onder P10

• SUA

GUO

• Normale art. uterina Doppler

• Hoofd aardbei vorm, CPC

• Hart: VSD, R>L kamer, nodulen op AV kleppen

Verdenking Tri 18

Moeder wenst geen AP ( bang voor miskraam)


Vervolg echo (32 weken)

• Groei onder P10

• UA AEDF

• Normaal – Ruim vruchtwater

• Hart: VSD, R>L kamer, nodulen op AV kleppen

Moeder wenst nogsteeds geen AP ondanks counseling

dat zij een hoge risico loopt op “ onnodige “ SC


Pt. nog zwanger……….


Cijfers anno 2008:

. Vlokkentest of vruchtwateronderzoek i.v.m.

leeftijd > 36 jaar < 25%

. Combinatietest 95%


Zwangerschapsafbrekingen

in Nederland


Publicatie Medisch Contact Nr. 07 - 15 februari 2010

Late abortus neemt toe

In 2008 lieten 276 vrouwen tussen de 20ste en de 24ste week hun zwangerschap

afbreken, ( IGZ) Dit is tweemaal zoveel als in 2006 en lijkt een gevolg te zijn van de

invoering in 2007 van de SEO. De reden voor afbreking van de zwangerschap wordt

echter nergens officieel geregistreerd.

Kinderarts E. Verhagen van het UMC Groningen ziet een verband met het feit dat er in

2007 en 2008 geen meldingen zijn gedaan van actieve levensbeëindiging van

pasgeborenen. Sinds de invoering van de 20-wekenecho is het aantal gevallen van

ernstige aangeboren afwijkingen enorm afgenomen.‟

Verhagen zegt dat het SEO vooral het werk van kinderartsen heeft

vereenvoudigd,.„Ouders staan nog altijd voor een moeilijke keuze. Dat moeders de

keuze kunnen maken om de zwangerschap af te laten breken naar aanleiding van de

20-wekenecho, vind ik hun goed recht.‟

De ChristenUnie pleit voor een 24-wekenecho in plaats van een 20-wekenecho naar

aanleiding van cijfers van de IGZ . Een alternatief zou volgens de ChristenUnie zijn om

de abortustermijn naar 18 weken in te perken.

Naar aanleiding van eerdere signalen over het gestegen aantal late abortussen hebben

Ouders Verenigingen een meldpunt geopend om ervaringen met de 20-wekenecho te

peilen. Bij deze drie organisaties bestaat het vermoeden dat de voorlichting over de

echo niet goed is en dat dit tot overhaaste beslissingen van ouders kan leiden.


Onderzoeksteam:

Prof. Dr. J. van den Bout, psycholoog

Dr. J.A.M. Hunfeld, psycholoog

Dr. M.J. Korenromp, verloskundige

Dr. E.J.H. Mulder, bioloog

Dr. G.C.M.L. Page-Christiaens, gynaecoloog

Prof. Dr. G.H.A. Visser, gynaecoloog


Deelnemende ziekenhuizen:

Almere Flevo Zhs

Amsterdam AMC

Arnhem Rijnstate Zhs

Veldhoven Maxima MC

Enschede Med. Spectrum Twente

Groningen UMC

Maastricht AZM

Utrecht UMC

Zwolle Isala Klinieken


Onderzoeksmethode:

Schriftelijke enquêtes

Gestandariseerde specifieke vragen

Gevalideerde vragenlijsten

Retrospectief: afbreking 2 tot 7 jaar geleden

Prospectief: 4, 8 en 14 maanden na opname


Patienten:

Aantal deelnemende ouders 733

Aantal zwangerschapsafbrekingen 415

Respons vrouwen 77%

Respons mannen 55%


Enquete: 350 vragen

1. Inventarisatie sociale/demografische

en obstetrische gegevens

2. Specifieke vragen over de afbreking:

zoals schuldgevoel, twijfel en spijt

3. Vragen over zelfredzaamheid:

General Self Efficacy Scale (=GSE)


ouw

op basis van

eigen beslissing


Uitkomstmaten ( ) = gevalideerde vragenlijsten

Psychisch disfunctioneren (SCL90)

Posttraumatische stress symptomen (PTSS)

Post partum depressie (EPDS)

Problematische rouw (ICG)

Spijt van het besluit (-)


Definitie verstoorde verwerking

Langdurige verstoring van het welbevinden waardoor

mensen niet goed de draad van het leven weer op

kunnen pakken

J. van den Bout


• Rouw:

• Missen

• Zoekgedrag

• Niet kunnen geloven

• Preoccupatie met verlies

• Depressie:

• Apathie

• Slapeloosheid

• eenzaamheid

• Posttraumatische stress:

• Vermijding

• Ongewild alsmaar mee bezig zijn (= intrusie)

• Gespannenheid / angst


Symptomen van posttraumatische stress

Herbeleving van het trauma

opdringende onaangename herinneringen, nachtmerries,

plotseling handelen of voelen alsof het trauma opnieuw ondergaan

wordt (dissociatie), heftige psychische of lichamelijke reactie op

iets wat doet denken aan het trauma.

Vermijding

vermijden van het denken aan het trauma, vermijden van alles dat

doet denken aan het trauma, geheugenverlies voor het trauma of

een deel ervan.

Verhoogde waakzaamheid

slecht slapen, prikkelbaarheid, concentratieproblemen, overmatige

waakzaamheid, heftige schrikreacties.


Posttraumatische stress

symptomen

Post partum depressie

Psychisch disfunctioneren

Problematische Rouw


Uitkomsten korte termijn vrouwen ♂

4 - 8 - 15 maanden na de afbreking

• Spijt van besluit 2%

• Geen pathologie > 40%

• Post traumatische klachten overheersen

(na 4 maanden 46% vrouwen boven de grens voor pathologie)

• Daarvan 1/3 langdurig klachten


Uitkomsten lange termijn

2-7 jaar na de afbreking

• Merendeel ouders verwerken dit goed

• Posttraumatische klachten overheersen

(17-20% van de vrouwen boven de grens van pathologie)

• Ook mannen vertonen langdurige klachten

• Spijt van het besluit < 3%


Significante risicofactoren voor

problematische verwerking

op volgorde van belangrijkheid

• Weinig zelfredzaamheid (GSE test)

• Weinig steun van de partner

• Ernstige twijfel bij de besluitvorming

• Het hebben van een religie

• Gevorderde zwangerschapsduur

• Lager opleidingsniveau

• Ondervonden druk bij besluitvorming


Perceived pressure at decision making

4 months

post TOP

2-7 years

post TOP

from Society from Medical

Staff

217 women 6% 5%

196 women 7% 7%


Reproductive decision-making following

TOP

PND testing

again

No new pregancy

because of TOP

4 months

post TOP 217 women 93% 6%

2-7 years

post TOP 196 women 96% 8%


Belangrijk voor de praktijk

• Beide partners counselen

• Voorlichten over de periode na afbreken: depressieve

gevoelens en rouwgevoelens zijn normaal

• Vinger aan de pols/lage drempel extra controles

• Voorlichten lotgenotengroepen


Grootste risico:

ernstige verwerkingsproblematiek in de eerste

periode na de afbreking


Psychologische hulp

1. Bij grote twijfel in de besluitfase

2. Bij ernstige psychologische klachten

tijdens de nacontroles

3. Bij hulpvraag van de patient zelf

4. Toekomst? Bij lage score op de zelfredzaamheid

vragenlijst (GSE)


Iedereen psychologische hulp

Hulp uit voorzorg:

nut nooit bewezen

Is wel soms nadelig

gebleken

Schut 2005 et al.

Stroebe 2005 et al.

aanbieden?


www.sczb.nl


Afbreken bij

downsyndroom

(N = 71 vrouwen)


‘Ik was in verwachting

van een andere verwachting’


Verwerkings effecten mbt P Screening?

Kortere zwangerschapsduur +

Lethale afwijking +

Down syndroom / andere afw. +

Positief Geen verschil Negatief

Jongere leeftijd +

Lagere opleiding +


schaamte

11% (18%) *

twijfel bij

besluitvorming

38% (ns)

opluchting

60% (ns)

belang kind

100%

Redenen

Gevoelens

Na TOP

belang

ouders

62% (99%) ***

217 vrouwen, 4 maanden meting

( ) = Down Syndroom

* p


Voornaamste motivaties belang ouders

Down syndroom N = 72 vrouwen

één of meer vragen met ja beantwoord: 99%

ik vond de belasting voor mijzelf te groot 64%

ik wilde geen gehandicapt kind 63%

ik dacht dat ik er ongelukkig van zou worden 61%


Voornaamste motivaties m.b.t. belang kind

Downsyndroom N=72 vrouwen

één of meer vragen met ja beantwoord: 100%

het kind zou nooit zelfstandig kunnen zijn 92%

ik vond de aandoening te ernstig 90%

ik vond de belasting voor het kind te groot 83%

ik maakte me zorgen voor na mijn dood 82%


Twijfel over besluit afbreken

Downsyndroom N = 71 vrouwen

35% geen enkele twijfel

44% enige twijfel

21% veel twijfel


Redenen van twijfel besluitvorming bij

Downsyndroom

• mijn verstand en gevoel waren met elkaar in strijd 49%

• ik had het gevoel een kind te doden 43%

• mijn partner en ik waren het niet eens 38%

de diagnose was onzeker 14%

• ik kon de gevolgen niet overzien 14%

• ik voelde me overrompeld 13%

• het is in strijd met mijn geloofsovertuiging 7%

• ik wist te weinig van de gevonden afwijking 6%

• angst voor de ingreep (pijn, complicaties) 6%

• ik twijfelde aan de diagnose 3%


Afbreken van een zwangerschap

ivm syndroom van Down:

géén verhoogd risico op problematische

verwerking


Psychologische gevolgen

zwangerschapsafbreking

op foetale indicatie:

Grote impact

maar weinig spijt


Tevredenheid over de zorgverleners

Hulpverlener Tevreden Ontevreden

Geneticus 88% 0%

Gynaecoloog 88% 2%

Verpleegkundige 88% 5%

Maatsch. werk 88% 7%

Huisarts 74% 11%

Verloskundige 71% 12%

Geestelijk raadsm/v 58% 22%


“ Ik zou het lastig vinden om te horen dat

iemand vanwege Downsyndroom een

abortus ondergaat in mijn omgeving. Ik

krijg er nu al kippenvel van. Maar aan de

andere kant kan ik me ook voorstellen

dat die mensen een heel ander leven voor

ogen hadden. Dat hadden wij ook. Ja, je

moet je ontzettend aanpassen aan die

nieuwe situatie. Maar het loopt zoals het

loopt.” (Moeder van zoon (4) met Downsyndroom)


“Ik vind het heel jammer dat mensen de

zwangerschap afbreken terwijl ze niet

goed geïnformeerd zijn. Toch denk ik dat

dat gebeurt. Sommige mensen hebben

echt heel achterhaalde ideeën over Downsyndroom.

Ouders van DS kinderen kunnen een rol

daarin spelen. Je moet dan wel reëel zijn, over de

andere gezondheidsproblemen, bijvoorbeeld”

(Moeder van dochter (2) met Downsyndroom)


“Het is een persoonlijke keuze. Ik respecteer

het echt als andere mensen een andere

keuze maken. Als het niet goed voelt,

moet je het niet doen. En dat is dan ook

goed. Dat kan ik accepteren. Ik heb daar

geen missie in. Wel vind ik dat mensen

echt betere voorlichting moeten krijgen,

zodat ze veel beter gefundeerd kunnen

kiezen. Dan is elke keuze goed” (Moeder

van zoon (1) met Downsyndroom)


“Dat hele circus van de screening heeft

ons gewoon heel erg geholpen om stap

voor stap tot een positieve beslissing te

komen. Je kunt niet een theoretisch besluit

nemen. Pas als je in de situatie zelf

bent, weet je wat je moet doen.” (Moeder

van zoon (2) met Downsyndroom)


“Verdriet na verlies is te vergelijken met het

beeld van een schaduw. Het begeleidt

mensen hun hele verdere leven, zoals

iemands schaduw hem overal vergezelt.

Soms levensgroot, soms nauwelijks zichtbaar,

maar hij is er altijd.”

Manou Keirse

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!