Toyota TNS350 - PZ49X-00334-NL - TNS350 - Dutch - mode d'emploi
Toyota TNS350 - PZ49X-00334-NL - TNS350 - Dutch - mode d'emploi
Toyota TNS350 - PZ49X-00334-NL - TNS350 - Dutch - mode d'emploi
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>TNS350</strong><br />
Instructieboekje
Inleiding<br />
Dank u voor uw aankoop van dit navigatiesysteem. Gelieve deze handleiding aandachtig<br />
te lezen voor een goed gebruik. Houd deze handleiding altijd bij u in uw<br />
voertuig.<br />
Dit navigatiesysteem is een van de technologisch meest geavanceerde voertuigaccessoires<br />
die ooit werden ontwikkeld. Het systeem ontvangt satellietsignalen van het GPS (Global<br />
Positioning System) dat beheerd wordt door het Ministerie van Defensie van de V.S. Aan<br />
de hand van deze signalen en andere voertuigsensoren toont het systeem uw huidige<br />
positie en helpt u bij het lokaliseren van een gewenste bestemming.<br />
Het navigatiesysteem is ontworpen voor het selecteren van efficiënte routes vanaf uw<br />
huidige startlocatie tot aan uw bestemming. Het systeem is ook ontworpen om u op een<br />
efficiënte manier naar een bestemming te loodsen waarmee u niet vertrouwd bent. Het<br />
kaartenbestand is gebaseerd op AISIN AW-kaarten die op hun beurt hun informatie halen<br />
uit NAVTEQ-kaarten. De berekende routes zijn soms niet de kortste, noch die met de<br />
minste verkeershinder. Uw eigen persoonlijke kennis over de plaatselijke toestand of een<br />
zelf gevonden kortere weg kunnen soms sneller zijn dan de berekende routes.<br />
De database van het navigatiesysteem bevat ongeveer 40 POI-categorieën waaruit<br />
u gemakkelijk bestemmingen zoals restaurants en hotels kunt selecteren. Als een<br />
bestemming niet in de database voorkomt, kunt u de straat of een groot kruispunt in de<br />
buurt ervan invoeren en het systeem zal er u naartoe brengen.<br />
Het systeem zal zowel een visuele kaart als audio-instructies geven. De gesproken<br />
instructies geven de resterende afstand aan en de afslagrichting wanneer u een kruising<br />
of afslag nadert. Deze gesproken instructies helpen u om uw ogen op de weg te houden.<br />
Ze zijn zo ingesteld dat er voldoende tijd overblijft om te kunnen manoeuvreren, van<br />
rijstrook te veranderen of te vertragen.<br />
Bestel bijgewerkte kaarten rechtstreeks via<br />
http://my.toyota.eu<br />
TNS 350 1
Wees er echter van bewust dat alle huidige navigatiesystemen bepaalde beperkingen<br />
hebben die hun vermogen om optimaal te presteren kunnen beïnvloeden. De<br />
nauwkeurigheid van de positie van de auto hangt af van de satelliettoestand, de<br />
configuratie van de weg, de staat van het voertuig of andere omstandigheden. Voor<br />
meer informatie over de beperkingen van het systeem, zie pagina's 248 en 249.<br />
TOYOTA MOTOR CORPORATION<br />
2 TNS 350
Belangrijke informatie over<br />
deze handleiding<br />
Om veiligheidsredenen zijn in deze handleiding<br />
elementen die bijzondere aandacht<br />
vergen als volgt weergegeven:<br />
Veiligheidsinstructie<br />
OPGELET<br />
U krijgt informatie over wat u al dan<br />
niet mag doen om het gevaar voor<br />
verwondingen voor uzelf en anderen<br />
te vermijden.<br />
OPMERKING<br />
Dit is een waarschuwing voor alles<br />
wat schade kan toebrengen aan de<br />
auto of aan de uitrusting als de waarschuwing<br />
wordt genegeerd. U krijgt<br />
informatie over wat u al dan niet mag<br />
doen om het risico op beschadiging<br />
aan uw voertuig en aan de uitrusting<br />
te vermijden of te minimaliseren.<br />
INFORMATIE<br />
Dit geeft bijkomende informatie.<br />
Uitzicht en specificaties kunnen zonder<br />
voorafgaande kennisgeving worden aangepast.<br />
Alle rechten voorbehouden. Niets<br />
uit deze publicatie mag worden gereproduceerd<br />
zonder voorafgaande schriftelijke<br />
toestemming van <strong>Toyota</strong> Motor Europe.<br />
Om dit systeem zo veilig mogelijk te gebruiken,<br />
moet u altijd de volgende veiligheidstips<br />
in acht nemen.<br />
Dit systeem is bedoeld als hulp bij het bereiken<br />
van een bestemming en indien het<br />
goed wordt gebruikt, zal dit u daar effectief<br />
bij helpen. Enkel de bestuurder is verantwoordelijk<br />
voor een veilig gebruik van de<br />
auto en voor de veiligheid van de passagiers.<br />
Gebruik geen enkele functie van dit systeem<br />
als u erdoor verstrooid raakt en de<br />
veiligheid tijdens het rijden in gevaar komt.<br />
De eerste prioriteit bij het rijden moet<br />
steeds een veilig gebruik van de auto zijn.<br />
Houd u tijdens het rijden aan alle verkeersregels.<br />
Voordat u dit systeem gaat gebruiken,<br />
moet u eerst leren hoe het werkt en goed<br />
vertrouwd zijn met alle functies. Lees de<br />
volledige handleiding van het navigatiesysteem<br />
zodat u het systeem goed begrijpt.<br />
Laat anderen dit systeem pas gebruiken<br />
nadat ze zelf de instructies in deze<br />
handleiding gelezen en begrepen hebben.<br />
TNS 350 3
OPGELET<br />
● Wees uiterst oplettend bij het bedienen<br />
van het navigatiesysteem<br />
terwijl u rijdt. Onvoldoende aandacht<br />
voor de weg, het verkeer of<br />
de weersomstandigheden kunnen<br />
tot een ongeval leiden.<br />
● Houd u tijdens het rijden altijd aan<br />
de verkeersregels en houd steeds<br />
rekening met de verkeerssituatie.<br />
Als een verkeersbord is gewijzigd,<br />
kan de routebegeleiding verkeerde<br />
informatie geven, zoals de rijrichting<br />
in een eenrichtingsstraat.<br />
Luister tijdens het rijden zoveel mogelijk<br />
naar de gesproken instructies en bekijk het<br />
scherm kort en alleen wanneer dit veilig is.<br />
Vertrouw echter niet blindelings op de gesproken<br />
aanwijzingen. Gebruik ze enkel<br />
als hulpmiddel. Als het systeem de huidige<br />
positie van de auto niet juist kan bepalen,<br />
bestaat de kans dat de gesproken aanwijzingen<br />
onjuist of te laat zijn of helemaal<br />
niet worden gegeven.<br />
De gegevens in het systeem kunnen soms<br />
onvolledig zijn. Verkeerssituaties, inclusief<br />
rijbeperkingen (verbod om links af te slaan,<br />
afgesloten straten, enz.), veranderen<br />
vaak. Kijk daarom, voordat u een instructie<br />
van het systeem volgt, of dit veilig kan gebeuren<br />
en in overeenstemming is met de<br />
verkeersregels.<br />
Dit systeem kan u niet waarschuwen voor<br />
zaken als de veiligheid van een bepaald<br />
gebied, de toestand van wegen of de beschikbaarheid<br />
van hulpdiensten. Rijd niet<br />
in een gebied als u niet zeker weet dat dit<br />
veilig is. Onder geen enkele voorwaarde<br />
kan dit systeem het persoonlijke oordeel<br />
van de bestuurder vervangen.<br />
Gebruik dit systeem alleen op plaatsen<br />
waar dit wettelijk is toegestaan. In sommige<br />
landen/streken kunnen wetten gelden<br />
die het gebruik van video- en navigatieschermen<br />
naast de bestuurder verbieden.<br />
4 TNS 350
Inhoudsopgave<br />
Uw navigatiesysteem —<br />
— Navigatiesysteem functie-index.................................. 10<br />
— Snel aan de slag........................................................... 12<br />
— "MENU"-scherm........................................................... 14<br />
— "Bestemming"-scherm................................................ 15<br />
— "Instelling"-scherm...................................................... 17<br />
— "Instellen"-scherm....................................................... 18<br />
1 Basisfuncties<br />
<br />
Beginscherm...................................................................................... 22<br />
Bediening aanraakscherm.................................................................. 24<br />
Bediening via bedieningsknoppen op het aanraakscherm................. 26<br />
Letters en cijfers invoeren/Werken met het Lijst-scherm................... 26<br />
Bediening van het kaartscherm...................................................... 31<br />
Weergave huidige positie................................................................ 31<br />
Scherm scrollfunctie (aanraakmodus/éénvingerverschuiving)........ 32<br />
Schermen omwisselen.................................................................... 36<br />
Schaal van de kaart........................................................................ 39<br />
Oriëntatie en configuratie van de kaart wijzigen............................. 40<br />
Voorbeeld van de bediening van het navigatiesysteem............... 41<br />
De route begeleiden........................................................................ 41<br />
Thuis registreren............................................................................. 43<br />
Korte<br />
handleiding<br />
1<br />
2<br />
3<br />
4<br />
5<br />
6<br />
7<br />
8<br />
Index<br />
TNS 350 5
2 Bestemming zoeken<br />
Bestemming zoeken......................................................................... 46<br />
Het zoekgebied selecteren............................................................. 46<br />
Thuis als bestemming zoeken........................................................ 49<br />
Bestemming zoeken via Sneltoegang............................................. 49<br />
Bestemming zoeken via "Adres"..................................................... 50<br />
Bestemming zoeken via "POI*"....................................................... 54<br />
Bestemming zoeken via "Vorige"....................................................<br />
58 Bestemming zoeken via "USB-bestemming".................................. 58<br />
Bestemming zoeken via "Geheugen"............................................. 60<br />
Bestemming zoeken via "Kaart"...................................................... 61<br />
Bestemming zoeken via "POI* bij cursor"....................................... 61<br />
Bestemming zoeken via "Kruispunt"............................................... 64<br />
Bestemming zoeken via "Coördinaten"........................................... 65<br />
Bestemming zoeken via "Tel. nummer".......................................... 66<br />
Bestemming zoeken via "Postcode UK"......................................... 66<br />
De routebegeleiding starten............................................................... 67<br />
3 Routebegeleiding<br />
Routebegeleidingsscherm.................................................................. 72<br />
Typische gesproken instructies.......................................................... 75<br />
Afstand en tijd tot bestemming........................................................... 77<br />
Overzicht route................................................................................... 78<br />
De bestemming instellen en wissen............................................... 79<br />
Bestemmingen toevoegen.............................................................. 79<br />
Bestemmingen herschikken............................................................ 80<br />
Bestemmingen wissen.................................................................... 81<br />
De route instellen............................................................................. 82<br />
Zoekcriterium.................................................................................. 82<br />
Omleiding instellen.......................................................................... 83<br />
Wegvoorkeur................................................................................... 84<br />
Kaart instellen................................................................................... 85<br />
POI*-symbolen weergeven............................................................. 85<br />
Routetracé...................................................................................... 88<br />
*: Point of Interest (POI - Interessepunt)<br />
6 TNS 350
4 Geavanceerde functies<br />
<br />
De begeleiding onderbreken en hervatten......................................... 90<br />
Volume............................................................................................... 91<br />
Geheugen.......................................................................................... 92<br />
Geheugenpunten registreren.......................................................... 93<br />
Geheugenpunten bewerken............................................................ 94<br />
Geheugenpunten wissen................................................................ 98<br />
Thuis registreren............................................................................. 99<br />
Thuis wissen................................................................................... 100<br />
Te vermijden gebieden registreren.................................................. 100<br />
Te vermijden gebieden bewerken................................................... 101<br />
Te vermijden gebieden wissen........................................................ 104<br />
Vorige punten wissen...................................................................... 104<br />
Instellen.............................................................................................. 105<br />
RDS-TMC (Radio Data System Traffic Message Channel)................ 115<br />
5 Andere functies<br />
Onderhoudsinformatie..................................................................... 124<br />
Instelling onderhoudsinformatie...................................................... 124<br />
Dealer instellen............................................................................... 126<br />
Kalender met memo's...................................................................... 128<br />
Een memo toevoegen..................................................................... 130<br />
Een memo bewerken...................................................................... 131<br />
Memolijst......................................................................................... 131<br />
Handenvrij systeem (voor mobiele telefoon)................................. 133<br />
Een Bluetooth ® telefoon invoeren................................................... 136<br />
Bellen met de Bluetooth ® telefoon.................................................. 140<br />
Gesprekken ontvangen op de Bluetooth ® telefoon......................... 144<br />
Spreken via de Bluetooth ® telefoon................................................ 145<br />
De instellingen van de Bluetooth ® telefoon wijzigen....................... 147<br />
Een Bluetooth ® telefoon instellen.................................................... 171<br />
Het scherm aanpassen...................................................................... 178<br />
Scherminstelling................................................................................. 178<br />
Instellen van het biepgeluid................................................................ 181<br />
Een taal kiezen................................................................................... 181<br />
Fotoviewer.......................................................................................... 182<br />
TNS 350 7
6 Audiosysteem<br />
Snel aan de slag................................................................................. 188<br />
Uw audiosysteem gebruiken........................................................... 189<br />
Beginselen...................................................................................... 189<br />
Het scherm instellen....................................................................... 195<br />
Bediening van de radio................................................................... 197<br />
Bediening van Bluetooth ® audiosysteem........................................ 201<br />
Bediening van een iPod.................................................................. 216<br />
Bediening van SD/USB-speler........................................................ 226<br />
Bediening via AUX-uitgang............................................................. 234<br />
Afstandsbediening van het audiosysteem.................................... 236<br />
Schakelaars op het stuurwiel.......................................................... 236<br />
Tips voor het bedienen van het audiosysteem................................... 237<br />
7 Optionele functies<br />
Achteruitrijcamera.............................................................................. 244<br />
Beeld achteruitrijcamera..................................................................... 245<br />
8 Bijlage<br />
Beperkingen van het navigatiesysteem.............................................. 248<br />
Informatie en updates kaartdatabase............................................. 250<br />
Versie van de database en bereik<br />
SD geheugenkaart bevestigen........................................................ 251<br />
De SD geheugenkaart met kaartinformatie wijzigen....................... 251<br />
INDEX................................................................................. 253<br />
8 TNS 350
TNS 350 9
Uw navigatiesysteem —<br />
— Navigatiesysteem functie-index<br />
<br />
Kaarten weergeven<br />
Pagina<br />
Het kaartscherm bekijken 12<br />
De huidige voertuigpositie weergeven 31<br />
De omgevingskaart van de huidige positie bekijken 32<br />
De schaal wijzigen 39<br />
De oriëntatie en configuratie van de kaart wijzigen 40<br />
POI's* weergeven 85<br />
De geschatte reistijd naar/aankomsttijd op bestemming<br />
weergeven<br />
77<br />
Het scherm met dubbele kaart selecteren 36<br />
De verkeersinformatie (RDS-TMC) weergeven 115<br />
De bestemming zoeken<br />
Pagina<br />
De bestemming zoeken (via Thuis, POI*, Tel. nummer, enz.) 46<br />
Land wijzigen 46<br />
Werken met de kaartlocatie van de gewenste bestemming 67<br />
<br />
Voor u de routebegeleiding start<br />
Pagina<br />
De bestemming instellen 67<br />
Alternatieve routes bekijken 67<br />
De routebegeleiding starten 67<br />
Voor of tijdens de routebegeleiding<br />
Pagina<br />
De route bekijken 67<br />
Bestemmingen toevoegen 79<br />
De route bewerken 82<br />
De geschatte reistijd naar/aankomsttijd op bestemming<br />
weergeven<br />
77<br />
*: Point of Interest (POI - Interessepunt)<br />
10 TNS 350
Tijdens de routebegeleiding<br />
Pagina<br />
De routebegeleiding onderbreken 90<br />
Het volume van de routebegeleiding instellen 91<br />
De bestemming wissen 81<br />
De volledige routekaart tonen 78<br />
<br />
Geheugenpunten<br />
Pagina<br />
Geheugenpunten registreren 93<br />
Symbolen markeren op de kaart 92<br />
Informatie<br />
Pagina<br />
Onderhoud van het voertuig weergeven 124<br />
De kalender weergeven 128<br />
Handenvrij systeem (voor mobiele telefoon)<br />
Pagina<br />
Resetten van Bluetooth ® 136<br />
Bellen met de Bluetooth ® telefoon 140<br />
Een oproep ontvangen op de Bluetooth ® telefoon 144<br />
TNS 350 11
——<br />
Snel aan de slag<br />
1 Kaartsymbool "noorden bovenaan",<br />
"bestemming bovenaan" of 2.5D<br />
Dit symbool geeft aan dat op de kaart het<br />
noorden of de bestemming zich bovenaan<br />
bevindt, of dat de kaart in 2.5D wordt weergegeven.<br />
Door dit symbool aan te raken<br />
worden de oriëntatie en configuratie van<br />
de kaart gewijzigd..................................40<br />
2 Schaalweergave<br />
Deze aanduiding geeft de schaal van de<br />
kaart weer............................................. 39<br />
3 "GPS"-markering<br />
(Global Positioning System)<br />
Telkens uw voertuig GPS-signalen ontvangt,<br />
verschijnt deze markering.........248<br />
4 RDS−TMC markering<br />
Deze markering wordt weergegeven wanneer<br />
RDS−TMC-informatie wordt ontvangen.......................................................115<br />
5 Grensbegeleiding<br />
Wanneer het voertuig een grens oversteekt,<br />
wordt de nationale vlag van dat<br />
land getoond.<br />
6 "MAP"-knop<br />
Druk deze knop in om een gesproken instructie<br />
te herhalen, om de aanraakmodus/<br />
éénvingerverschuiving te verlaten, de begeleiding<br />
te starten en de huidige positie<br />
weer te geven..................................31, 75<br />
7 "MENU"-knop<br />
Druk deze knop in om het "MENU"-scherm<br />
weer te geven........................................14<br />
12 TNS 350
8 "Markeren"-schakelaar<br />
Raak deze schakelaar aan om de positie<br />
van de cursor als een geheugenpunt te registreren.................................................33<br />
9 "Route"-schakelaar<br />
Raak deze schakelaar aan om de route te<br />
bewerken........................................ 78, 82<br />
10 Schaalbalk<br />
Om de schaal van de kaart te vergroten of<br />
te verkleinen moet u de balk met uw vinger<br />
naar links of rechts bewegen. Wanneer<br />
de aanraakmodus is geselecteerd,<br />
wordt de schakelaar weergegeven als<br />
of , en kan de schaal van de kaart<br />
worden gewijzigd door een van beide aan<br />
te raken..................................................39<br />
11 "Uit"-schakelaar<br />
Raak deze schakelaar aan om een breder<br />
zicht te krijgen. Sommige schakelaars op<br />
het scherm worden niet weergegeven. Zij<br />
verschijnen opnieuw bij het aanraken van<br />
de "Aan" schakelaar.<br />
12 Kaartconfiguratieschakelaar<br />
Raak deze schakelaar aan om de scrollmodus<br />
te wijzigen, het routetracé op te<br />
slaan, POI-symbolen weer te geven of<br />
de kaartconfiguratie te wijzigen..............36<br />
13 Afstand en tijd tot bestemming<br />
Toont de afstand, de geschatte reistijd tot<br />
aan bestemming en de geraamde aankomsttijd<br />
op de bestemming..................77<br />
TNS 350 13
——"MENU"-scherm<br />
Op het "MENU"-scherm kunt u zoeken naar een bestemming, verschillende functies<br />
gebruiken en instellingen aanpassen, zoals hieronder weergegeven.<br />
1 "Bestemming"<br />
Raak deze schakelaar aan om het menu<br />
"Bestemming" weer te geven.....15, 41, 46<br />
2 "Begeleiding onderbr." en "Begeleiding<br />
hervatten"<br />
Onderbreekt of hervat de begeleiding....90<br />
3 "Instelling"<br />
Raak deze schakelaar aan om het menu<br />
"Instelling" weer te geven...............17, 105<br />
4 "Toestel verwijderen"<br />
Raak deze schakelaar aan om de SD geheugenkaart<br />
of de USB-geheugenstick uit<br />
het systeem te verwijderen<br />
.......................59, 182, 218, 227, 228, 251<br />
5 "Fotoviewer"<br />
Raak deze schakelaar aan om foto's op de<br />
SD geheugenkaart of op de USB-geheugenstick<br />
weer te geven, of om de afbeelding<br />
te selecteren die bij het opstarten van<br />
het systeem wordt weergegeven.........182<br />
6 "Telefoon"<br />
Raak deze schakelaar aan om het menu<br />
"Telefoon" weer te geven.............140, 147<br />
7 "Informatie"<br />
Raak deze schakelaar aan om de versie<br />
van de kaartgegevens te controleren, het<br />
onderhoud in te stellen of een kalender te<br />
gebruiken.......................23, 124, 128, 251<br />
8 "Verkeer"<br />
Stelt verkeersinformatie in...................115<br />
14 TNS 350
——"Bestemming"-scherm<br />
Op het scherm "Bestemming" kunt u een bestemming zoeken. Om het "Bestemming"-<br />
scherm weer te geven, drukt u op de “MENU” -knop en raakt u "Bestemming".<br />
1 "Adres"<br />
Een straatnaam en een huisnummer kunnen<br />
worden ingevoerd m.b.v. de invoertoetsen...................................................50<br />
2 "POI"<br />
Selecteer een van de vele POI's (Points of<br />
Interest) die al opgeslagen zitten in de database<br />
van het systeem.........................54<br />
3 "Vorige"<br />
Een bestemming kan worden geselecteerd<br />
uit elk van de laatste 100 eerder ingestelde<br />
bestemmingen en vanaf het vorige startpunt........................................................58<br />
4 "Geheugen"<br />
De locatie kan worden geselecteerd uit<br />
de geregistreerde "Geheugenpunten".<br />
(Om geheugenpunten te registreren, zie<br />
"— Geheugenpunten registreren" op pagina<br />
93.).................................................60<br />
5 "USB-bestemming"<br />
Een bestemming kan worden geselecteerd<br />
uit de POI-informatie die op de USB-geheugenstick<br />
is opgeslagen.....................58<br />
6 "Online zoeken"<br />
Deze functie is momenteel niet beschikbaar.<br />
TNS 350 15
7 "Kaart"<br />
Een bestemming kan worden geselecteerd<br />
door de locatie op de weergegeven kaart<br />
aan te raken...........................................61<br />
8 "POI bij cursor"<br />
Vanuit de POI-categorie kan een bestemming<br />
worden geselecteerd. ...................61<br />
9 "Kruispunt"<br />
De namen van twee elkaar kruisende straten<br />
kunnen worden ingevoerd. Dat is handig<br />
wanneer u enkel de buurt en niet het<br />
specifieke adres kent.............................64<br />
10 "Postcode UK"<br />
Bestemmingen in het V.K. kunnen worden<br />
opgezocht via de postcode....................66<br />
11 Aanraakknop zoekgebied<br />
Om het zoekgebied te veranderen, raakt u<br />
deze knop aan. .....................................46<br />
12 Sneltoegang-aanraaktoets<br />
Een van de 5 vooraf ingestelde bestemmingen<br />
kan worden geselecteerd door<br />
het scherm rechtstreeks aan te raken. Om<br />
deze functie te kunnen gebruiken moet<br />
voor elk geheugenpunt de "Sneltoegang"<br />
worden ingesteld. (Om een "Sneltoegang"<br />
te registreren, zie “ — "Geheugenpunten<br />
bewerken" op pagina 94.)......................49<br />
13 Thuisknop<br />
Een persoonlijk thuisadres kan worden geselecteerd<br />
zonder het adres telkens weer<br />
in te moeten voeren. Om deze functie te<br />
kunnen gebruiken moet u "Thuis" als geheugenpunt<br />
instellen. (Om "Thuis" te registreren,<br />
zie "— Thuis registreren" op pagina<br />
99.).................................................49<br />
14 "Telefoonnr."<br />
Een bestemming kan worden ingevoerd<br />
via het telefoonnummer. ........................66<br />
15 "Coördinaten"<br />
Een bestemming kan worden ingesteld<br />
door de breedte en de lengte als coördinaten<br />
op te geven. ....................................65<br />
16 TNS 350
— “Instelling” scherm<br />
Met het "Instelling"-scherm kunt u effectief gebruik maken van uw navigatiesysteem. Om<br />
het "Instelling"-scherm weer te geven, drukt u op de “MENU” knop en raakt u "Instelling".<br />
1 "Navigatie"<br />
Activeert verschillende instellingen van het<br />
navigatiesysteem...........................18, 105<br />
2 "Algemeen"<br />
Schakelt de automatische overgang in en<br />
uit, en bepaalt de kleur van de schakelaars.....................................................178<br />
3 "Bluetooth"<br />
Voor alle instellingen van het Bluetooth<br />
audiosysteem en het handenvrij systeem<br />
.....................................136, 171, 205, 211<br />
4 "Bieptoon uit"<br />
Schakelt het biepgeluid in en uit..........181<br />
5 "Volume"<br />
Stelt het volume van de gesproken instructies<br />
in..............................................91<br />
6 "Taal"<br />
Stelt de taal in die voor het systeem wordt<br />
gebruikt................................................181<br />
7 "Geheugen"<br />
Maakt wijzigingen mogelijk aan "Geheugenpunten",<br />
"Thuis" en "Te vermijden gebieden".<br />
Maakt het mogelijk om het vorige<br />
punt te wissen........................................92<br />
TNS 350 17
——"Instellen"-scherm<br />
De items die worden weergegeven op het "Instellen"-scherm kunnen worden ingesteld. Om het "Instellen"-<br />
scherm weer te geven, drukt u op de “MENU” knop en raakt u "Instelling" en "Navigatie" aan.<br />
1 "Afstand"<br />
De afstandseenheden "km" of "mijl" kunnen<br />
worden geselecteerd.....................105<br />
2 "Geschatte reistijd"<br />
Op het routebegeleidingsscherm kunnen<br />
de reistijd en de tijd van aankomst op de<br />
bestemming worden weergegeven......106<br />
3 "Snelheidscamera"<br />
Aan- en uitschakelen van een waarschuwingssignaal<br />
(symbool en biepgeluid)<br />
wanneer u een snelheidscamera nadert....<br />
107<br />
4 "Snelheidsbeperking"<br />
Aan- en uitschakelen van de weergave<br />
van de wettelijke snelheidsbeperking op<br />
het navigatiescherm.............................108<br />
5 "POI-iconen tonen"<br />
U kunt 6 symbolen selecteren die worden<br />
weergegeven op het eerste scherm van<br />
"POI's tonen"........................................108<br />
6 "3D oriëntatiepunt"<br />
Aan- en uitschakelen van de weergave<br />
van 3D oriëntatiepunten.......................109<br />
18 TNS 350
7 "Verkeersmelding"<br />
Informatie over tijdelijke beperkingen kan<br />
worden geselecteerd............................110<br />
8 "Tijdzone"<br />
De gewenste tijdzone kan worden geselecteerd................................................110<br />
9 "Stembegeleiding in alle modi"<br />
De stembegeleiding kan in alle modi worden<br />
ingesteld........................................ 111<br />
10 "Automatische stembegeleiding"<br />
De automatische stembegeleiding kan<br />
worden ingesteld..................................112<br />
11 "Pop-upbericht"<br />
De weergave van pop-upberichten kan<br />
"Aan" of "Uit" worden gezet...............112<br />
12 "IJking"<br />
Om de markering van de huidige voertuigpositie<br />
met de hand aan te passen of een<br />
foutieve berekening na een bandenwissel<br />
te corrigeren.........................................113<br />
13 "Standaard"<br />
Deze knop op het aanraakscherm zet het<br />
systeem terug in oorspronkelijke toestand<br />
.............................................................105<br />
TNS 350 19
20 TNS 350
BASISFUNCTIES<br />
Sectie 1<br />
BASISFUNCTIES<br />
Basisinformatie voor u het toestel gebruikt<br />
●●Beginscherm................................................................................................ 22<br />
●●Bediening aanraakscherm........................................................................... 24<br />
●●Bediening via bedieningsknoppen op het aanraakscherm.......................... 26<br />
●●Letters en cijfers invoeren/Werken met het Lijst-scherm............................. 26<br />
●●Bediening van het kaartscherm............................................................... 31<br />
Weergave huidige positie....................................................................... 31<br />
Scherm scrollfunctie (aanraakmodus/éénvingerverschuiving)............... 32<br />
Schermen omwisselen........................................................................... 36<br />
Schaal van de kaart............................................................................... 39<br />
Oriëntatie en configuratie van de kaart wijzigen.................................... 40<br />
●●Voorbeeld van de bediening van het navigatiesysteem........................ 41<br />
De route begeleiden............................................................................... 41<br />
Thuis registeren..................................................................................... 43<br />
1<br />
TNS 350 21
BASISFUNCTIES<br />
Beginscherm<br />
Na enkele seconden zal het scherm<br />
"WAARSCHUWING" worden weergegeven.<br />
Auto's met "Smart entry and start"-systeem—<br />
Wanneer de "ENGINE START STOP"-<br />
schakelaar op "ACCESSORY" of "IG-<br />
NITION ON" staat, zal het beginscherm<br />
worden weergegeven en zal het systeem<br />
opstarten.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-systeem—<br />
Wanneer de contactsleutel op ACC of ON<br />
staat, zal het beginscherm worden weergegeven<br />
en zal het systeem opstarten.<br />
De achtergrond op het beginscherm kan<br />
worden gewijzigd naar een willekeurige<br />
afbeelding. (Zie "Fotoviewer" op pagina<br />
182.)<br />
Lees en volg de instructies.<br />
Door "Kaart tonen" op het scherm aan<br />
te raken, zal het kaartscherm worden<br />
weergegeven.<br />
OPGELET<br />
Wanneer het voertuig wordt gestopt<br />
terwijl de motor draait, moet u<br />
steeds uit veiligheidsoverwegingen<br />
de handrem opzetten.<br />
22 TNS 350
BASISFUNCTIES<br />
● Onderhoudsinformatie<br />
Dit systeem meldt u wanneer bepaalde<br />
onderdelen of componenten moeten worden<br />
vervangen en toont informatie over de<br />
dealer (indien die is geregistreerd) op het<br />
scherm.<br />
Wanneer de auto een vooraf ingestelde rijafstand<br />
bereikt of de ingestelde datum voor<br />
preventief onderhoud zal het "Informatie"-<br />
scherm worden weergegeven wanneer het<br />
navigatiesysteem in werking is.<br />
● Memo-informatie<br />
Dit systeem waarschuwt over een memoinvoer.<br />
Op de opgegeven datum verschijnt<br />
de memo-informatie op het beeldscherm<br />
wanneer het navigatiesysteem in werking<br />
is. Het scherm met de memo-informatie<br />
wordt weergegeven telkens als het systeem<br />
wordt ingeschakeld.<br />
1<br />
Om dit scherm uit te schakelen, moet u<br />
"Deze boodschap niet meer tonen" aanraken.<br />
Dit scherm verdwijnt als het een<br />
aantal seconden niet wordt aangeraakt.<br />
Om te voorkomen dat dit informatiescherm<br />
nog eens verschijnt, moet u "Deze boodschap<br />
niet meer tonen" aanraken.<br />
Om "Onderhoudsinformatie" te registreren,<br />
zie "Onderhoudsinformatie" op pagina<br />
124.<br />
De memo's voor de huidige dag kunnen<br />
worden bekeken door "Memo" aan te<br />
raken. (zie “ — Een memo bewerken" op<br />
pagina 131).<br />
Om dit scherm uit te schakelen, moet<br />
u "Boodschap niet meer tonen" aanraken.<br />
Dit scherm verdwijnt als het een<br />
aantal seconden niet wordt aangeraakt.<br />
Om te voorkomen dat dit informatiescherm<br />
nog eens verschijnt, moet u "Boodschap<br />
niet meer tonen" aanraken.<br />
Om memo-informatie te registreren, zie<br />
"Kalender met memo" op pagina 128.<br />
TNS 350 23
BASISFUNCTIES<br />
Bediening aanraakscherm<br />
Bij dit systeem heeft u de keuze tussen<br />
twee scrolltypes voor bedieningsmodus:<br />
slidemodus en aanraakmodus. Voor details<br />
van de scrollfunctie voor kaarten, zie “ —<br />
Scherm scrollfunctie (aanraakmodus/<br />
éénvingerverschuiving)" op pagina 32.<br />
Om beschadiging van het scherm te<br />
voorkomen moet u de aanraakknoppen<br />
op het scherm lichtjes met de vinger<br />
aanraken.<br />
Gebruik enkel uw vinger om het scherm<br />
aan te raken; gebruik hiervoor geen<br />
andere voorwerpen.<br />
● Bediening in slide-modus<br />
Wanneer het systeem voor de eerste keer<br />
wordt opgestart, is de slide-modus geselecteerd.<br />
VERSCHUIVEN<br />
1. Raak .<br />
2. Raak "Slide" of "Drukken" onder<br />
"Scrolltype" aan om het scrolltype te<br />
selecteren.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer een 2.5D-kaart wordt getoond,<br />
kan het systeem niet worden<br />
overgeschakeld naar slide-modus.<br />
Wanneer u een punt op het scherm aanraakt<br />
en uw vinger verschuift, zal het<br />
scherm continu scrollen in de richting<br />
waarin u uw vinger hebt verschoven. Het<br />
scherm stopt na een paar seconden automatisch<br />
met scrollen. U kunt het scrollen<br />
ook stoppen door het scrollende scherm<br />
aan te raken. Hoeveel het scherm verder<br />
scrollt, wordt bepaald door de snelheid<br />
waarmee u uw vinger verschuift.<br />
Deze functie kan worden gebruikt op het<br />
kaartscherm en op bepaalde lijstschermen.<br />
24 TNS 350
SLEPEN<br />
BASISFUNCTIES<br />
● Bediening in aanraakmodus<br />
Wijzig de instelling van het scrolltype om<br />
deze modus te kunnen gebruiken. (Zie<br />
"Bediening aanraakscherm" op pagina 24.)<br />
In aanraakmodus is aanraken de enige<br />
vorm van bediening.<br />
Wanneer een knop op het aanraakscherm<br />
wordt aangeraakt, klinkt een biepgeluid als<br />
de knop niet is uitgeschakeld.<br />
1<br />
Wanneer u een punt op het scherm aanraakt<br />
en sleept met uw vinger, zal het punt<br />
de beweging van uw vinger volgen.<br />
Deze functie kan worden gebruikt op het<br />
kaartscherm en op bepaalde lijstschermen.<br />
AANRAKEN<br />
Raak de gewenste knop op het aanraakscherm<br />
aan om die te selecteren. Wanneer<br />
u de kaart op het kaartscherm aanraakt,<br />
gebeurt er niets.<br />
TNS 350 25
BASISFUNCTIES<br />
Bediening via bedieningsknoppen<br />
op het aanraakscherm<br />
Dit systeem wordt hoofdzakelijk bediend via<br />
de aanraakknoppen op het scherm.<br />
Om beschadiging van het scherm te voorkomen<br />
moet u de aanraakknoppen op het<br />
scherm lichtjes met de vinger aanraken.<br />
Wanneer een aanraakknop op het scherm<br />
wordt aangeraakt, klinkt een biepgeluid.<br />
Gebruik enkel uw vinger om het scherm<br />
aan te raken; gebruik hiervoor geen andere<br />
voorwerpen.<br />
Letters en cijfers invoeren/<br />
Werken met het Lijst-scherm<br />
Bij het zoeken naar een adres of een naam<br />
of bij het invoeren van een memo kunnen<br />
letters en cijfers worden ingevoerd via het<br />
aanraakscherm.<br />
INFORMATIE<br />
● Wanneer het systeem niet reageert<br />
op een aanraking, neem dan uw vinger<br />
van het scherm weg en raak het<br />
daarna opnieuw aan.<br />
● Knoppen die donkerder worden<br />
weergegeven, kunnen niet worden<br />
bediend.<br />
● Verwijder vingerafdrukken met een<br />
zacht doekje. Gebruik geen chemische<br />
producten om het scherm te<br />
reinigen.<br />
● Het weergegeven scherm kan donkerder<br />
worden en bewegende beelden<br />
kunnen lichtjes worden vervormd<br />
wanneer het scherm koud is.<br />
● Onder extreem koude omstandigheden<br />
wordt de kaart mogelijk niet<br />
weergegeven en worden de gegevens<br />
die door de gebruiker werden<br />
ingevoerd, mogelijk gewist. Het kan<br />
ook meer moeite kosten om knoppen<br />
op het aanraakscherm in te<br />
drukken.<br />
● Wanneer u naar het scherm kijkt<br />
door bijv. een gepolariseerde zonnebril,<br />
kan het scherm donkerder<br />
lijken en moeilijker te zien zijn. In dat<br />
geval kunt u de scherminstellingen<br />
wijzigen onder "'Scherm" of uw zonnebril<br />
afzetten.<br />
Voer letters in door de alfabettoetsen aan<br />
te raken.<br />
:Bij het aanraken van deze knop<br />
wordt één letter gewist. Wanneer u<br />
deze knop ingedrukt houdt, worden<br />
steeds meer letters gewist.<br />
Op bepaalde invoerschermen voor letters<br />
kunnen kleine letters of hoofdletters worden<br />
ingevoerd.<br />
: Om hoofdletters in te voeren.<br />
: Om kleine letters in te voeren.<br />
26 TNS 350
Hiermee kunt u de symbolen wijzigen die<br />
moeten worden ingevoerd op het invoerscherm<br />
voor cijfers en symbolen.<br />
BASISFUNCTIES<br />
● Karaktertype wijzigen<br />
1<br />
Raak .<br />
:Wanneer u deze knop aanraakt,<br />
worden andere symbolen getoond.<br />
Raak "Latijns", "Umlaut", "0-9-%", "Cyrillisch"<br />
of "Grieks" aan.<br />
"Latijns”: voor het invoeren van alfanumerieke<br />
karakters.<br />
"Umlaut”: om accenten toe te voegen aan<br />
letters van het alfabet.<br />
“0-9-%”: voor het invoeren van cijfers en<br />
symbolen.<br />
"Cyrillisch”: voor het invoeren van Russische<br />
karakters.<br />
"Grieks": voor het invoeren van Griekse<br />
karakters.<br />
INFORMATIE<br />
Sommige karaktertypes kunnen niet<br />
worden geselecteerd, afhankelijk van<br />
het land en de taal.<br />
TNS 350 27
BASISFUNCTIES<br />
● Lay-out van het toetsenbord wijzigen<br />
LAY-OUT TYPE TOETSENBORD<br />
Raak .<br />
“ABCDE” type<br />
Raak "ABCDE", "QWERTY" of<br />
"AZERTY" aan om de lay-out van het<br />
toetsenbord te wijzigen.<br />
“QWERTY” type<br />
“AZERTY” type<br />
INFORMATIE<br />
De lay-out van het toetsenbord kan<br />
enkel worden gewijzigd wanneer "Latijns"<br />
is geselecteerd als karaktertype.<br />
28 TNS 350
● Lijst weergeven<br />
BASISFUNCTIES<br />
● Werken met het "Lijst"-scherm<br />
Wanneer een lijst wordt weergegeven,<br />
moet u deze verschuiven of slepen, of de<br />
aanraakknop indrukken om in de lijst te<br />
scrollen.<br />
1<br />
Om naar een adres of een naam te<br />
zoeken, raakt u "Lijst" aan. Alle items uit<br />
de database die aan het criterium voldoen,<br />
worden opgesomd, zelfs wanneer het<br />
ingevoerde adres of naam onvolledig is.<br />
Als het aantal resultaten vier of minder is,<br />
wordt de lijst weergegeven zonder "Lijst"<br />
aan te raken.<br />
WERKEN MET SLIDE-MODUS<br />
INFORMATIE<br />
Het aantal items dat aan de criteria<br />
voldoet, wordt rechts op het scherm<br />
getoond. Wanneer het aantal items<br />
dat aan de criteria voldoet hoger is<br />
dan 9.999, verschijnt "<br />
Verschuiven<br />
Wanneer u een punt op het scherm aanraakt<br />
en uw vinger verschuift, zal het<br />
scherm continu scrollen in de richting<br />
waarin u uw vinger hebt verschoven. Het<br />
scherm stopt na een paar seconden automatisch<br />
met scrollen. U kunt het scrollen<br />
ook stoppen door het scrollende scherm<br />
aan te raken. Hoeveel het scherm verder<br />
scrollt, wordt bepaald door de snelheid<br />
waarmee u uw vinger verschuift.<br />
Slepen<br />
Wanneer u een punt op het scherm aanraakt<br />
en sleept met uw vinger, zal het punt<br />
de beweging van uw vinger volgen.<br />
TNS 350 29
BASISFUNCTIES<br />
Een knop aanraken<br />
De volgende aanraakknoppen zijn beschikbaar:<br />
<br />
<br />
Om naar de volgende of vorige pagina<br />
te gaan.<br />
● Sorteren<br />
De volgorde van een lijst die op het<br />
scherm wordt weergegeven, kan worden<br />
gewijzigd.<br />
TYPE A<br />
<br />
<br />
Om één item per keer naar boven<br />
of naar beneden te scrollen.<br />
Dit staat voor een weergegeven<br />
schermpositie.<br />
<br />
<br />
Wanneer rechts van de naam<br />
van het item staat, dan is de volledige<br />
naam te lang om op het<br />
scherm te worden weergegeven.<br />
Raak aan om naar het volgende<br />
deel van de naam te gaan.<br />
Raak aan om naar het begin<br />
van de naam te gaan.<br />
1. Raak "Sorteer op" aan.<br />
WERKEN MET AANRAAKMODUS<br />
Via een aanraakknop kunt u door de lijst<br />
scrollen. De functie van elke knop is dezelfde<br />
als in slide-modus.<br />
INFORMATIE<br />
Zelfs wanneer de slide-modus actief<br />
is, kunnen bepaalde schermen niet<br />
worden bediend door verschuiven of<br />
slepen.<br />
2. Selecteer de gewenste sorteercriteria.<br />
De sorteercriteria zijn de volgende:<br />
"Afstand": om te sorteren volgens de afstand<br />
vanaf uw huidige locatie.<br />
"Datum": om te sorteren op datum.<br />
"Categorie": om te sorteren op categorie.<br />
"Icoon": om te sorteren in volgorde van<br />
iconen.<br />
"Naam": om te sorteren op naam.<br />
"Eigenschap": om te sorteren op eigenschap.<br />
30 TNS 350
TYPE B<br />
BASISFUNCTIES<br />
Bediening van het<br />
kaartscherm —<br />
— Weergave huidige positie<br />
Bij het opstarten van het navigatiesysteem<br />
wordt eerst de huidige positie getoond.<br />
Dit scherm toont de huidige positie van de<br />
auto en een kaart van de omgeving.<br />
1<br />
"Sort. op afstand": om te sorteren volgens<br />
de afstand vanaf de huidige locatie van het<br />
voertuig. De afstand tussen de huidige<br />
positie van het voertuig en de bestemming<br />
wordt rechts van de naam weergegeven.<br />
"Sort. op naam": om alfabetisch te sorteren<br />
op naam.<br />
De markering van de huidige positie van<br />
de auto ( 1 ) verschijnt in het midden of ond<br />
e r a a n in het midden van het kaartscherm.<br />
Onderaan het scherm zal een straatnaam<br />
verschijnen, afhankelijk van de schaal van<br />
de kaart ( 2 ).<br />
Door te drukken op de knop "MAP" kunt u<br />
op elk moment vanuit elk scherm terugkeren<br />
naar dit kaartscherm met de weergave<br />
van de huidige positie.<br />
De huidige positie wordt automatisch aangepast<br />
als de auto GPS-signalen (Global<br />
Positioning System) ontvangt. Wanneer<br />
de huidige positie niet correct is, wordt dit<br />
automatisch gecorrigeerd nadat de auto<br />
GPS-signalen heeft ontvangen.<br />
INFORMATIE<br />
● Het is mogelijk dat na ontkoppeling<br />
van de accu of bij een nieuw<br />
voertuig de huidige positie van het<br />
voertuig niet correct is. Zodra het<br />
systeem GPS-signalen ontvangt,<br />
wordt de correcte positie weergegeven.<br />
● Om de huidige positie met de hand<br />
te corrigeren, zie pagina 113.<br />
TNS 350 31
BASISFUNCTIES<br />
— Scherm scrollfunctie<br />
(aanraakmodus/<br />
éénvingerverschuiving)<br />
Wanneer u in slide-modus een punt op de<br />
kaart met uw vinger aanraakt en sleept, volgt<br />
het punt de beweging van uw vinger en wordt<br />
dit weergegeven door de cursor ( 1 ).<br />
Wanneer u in aanraakmodus een punt op de<br />
kaart aanraakt, beweegt dit punt naar het<br />
midden van het scherm en wordt dit weergegeven<br />
door de cursor ( 1 ).<br />
3<br />
2<br />
1<br />
Nadat het scherm verschoven is, blijft de<br />
gekozen locatie midden op het scherm<br />
staan tot een andere functie wordt<br />
geactiveerd. De markering van de huidige<br />
voertuigpositie blijft bewegen langs de<br />
huidige route en kan van het scherm<br />
verdwijnen. Wanneer u de knop "MAP"<br />
indrukt, wordt de markering van de huidige<br />
voertuigpositie opnieuw op het midden<br />
van het scherm weergegeven. De kaart<br />
beweegt nu naarmate het voertuig de<br />
aangewezen route volgt.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer de scrollfunctie wordt gebruikt,<br />
kan de markering van de huidige<br />
voertuigpositie van het scherm<br />
verdwijnen. Scroll opnieuw om de<br />
kaart te bewegen of druk op de<br />
"MAP"-knop om terug te keren naar<br />
de kaart met de huidige voertuigpositie.<br />
Gebruik de scrollfunctie om het gewenste<br />
punt naar het midden van het scherm te<br />
brengen, wanneer u een punt op de kaart wilt<br />
bekijken dat verschilt van de huidige positie<br />
van de auto.<br />
Wanneer u in slide-modus een punt op de<br />
kaart met uw vinger aanraakt en verschuift,<br />
zal de kaart continu scrollen in de richting<br />
waarin u uw vinger verschuift. De kaart stopt<br />
na een paar seconden automatisch met scrollen.<br />
U kunt het scrollen ook stoppen door het<br />
scrollende scherm aan te raken. Hoeveel het<br />
scherm verder scrollt, wordt bepaald door de<br />
snelheid waarmee u uw vinger verschuift.<br />
Wanneer u in aanraakmodus het scherm<br />
aanraakt en uw vinger op het scherm houdt,<br />
zal de kaart continu scrollen tot u uw vinger<br />
optilt.<br />
Een straatnaam, plaatsnaam, enz. op het<br />
aangeraakte punt wordt weergegeven,<br />
afhankelijk van de schaal van de kaart ( 2 ).<br />
De afstand vanaf de huidige positie naar<br />
¤wordt ook getoond ( 3 ).<br />
32 TNS 350
● Positie van de cursor als bestemming<br />
instellen<br />
Een specifiek punt op de kaart kan als<br />
bestemming worden ingesteld met de<br />
scrollfunctie.<br />
BASISFUNCTIES<br />
● Positie van de cursor registreren als<br />
geheugenpunt<br />
De registratie van een geheugenpunt vergemakkelijkt<br />
de toegang tot een specifiek<br />
punt.<br />
1<br />
Raak "Enter ” aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé. (Zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67.)<br />
Wanneer er al een bestemming is<br />
ingesteld, worden "Toevoegen aan ” en<br />
"Vervangen ” weergegeven.<br />
"Toevoegen aan ”: om een bestemming<br />
toe te voegen.<br />
"Vervangen ”: om de huidige<br />
bestemmingen te wissen en een nieuwe in<br />
te stellen.<br />
Raak "Mark." aan.<br />
Wanneer u "Mark."aanraakt, verschijnt het<br />
volgende scherm gedurende een paar seconden.<br />
Daarna keert het kaartscherm terug.<br />
Het geregistreerde punt wordt door het<br />
symbool op de kaart weergegeven.<br />
Om het icoon of de naam te wijzigen, zie "—<br />
Geheugenpunten bewerken" op pagina 94.<br />
U kunt max. 106 geheugenpunten registreren.<br />
Wanneer u probeert om meer dan 106<br />
geheugenpunten te registreren, verschijnt<br />
een vraag om bevestiging.<br />
TNS 350 33
BASISFUNCTIES<br />
● Informatie tonen over de icoon<br />
waarop een cursor staat<br />
Om informatie weer te geven over een<br />
icoon, zet u de cursor erop.<br />
POI-INFORMATIE<br />
Wanneer de cursor is ingesteld op een<br />
POI-icoon, worden de naam en "Info" bovenaan<br />
het scherm weergegeven.<br />
Raak "Info" aan.<br />
Informatie zoals de naam, het adres, de<br />
positie en het telefoonnummer worden<br />
weergegeven.<br />
Door "Enter ” aan te raken wordt de<br />
positie van de cursor als bestemming ingesteld.<br />
34 TNS 350
Wanneer er al een bestemming is ingesteld,<br />
worden "Toevoegen aan ” en<br />
"Vervangen ” weergegeven.<br />
"Toevoegen aan ”: om een bestemming<br />
toe te voegen.<br />
"Vervangen ”: om de huidige bestemmingen<br />
te wissen en een nieuwe in te stellen.<br />
Om dit POI als geheugenpunt in te stellen,<br />
raakt u "Mark." aan. (Zie " — Geheugenpunten<br />
registreren" op pagina 93.)<br />
Door aan te raken, kan het opgeslagen<br />
telefoonnummer worden gebeld.<br />
INFORMATIE<br />
Het gewenste POI kan op het kaartscherm<br />
worden weergegeven. (Zie<br />
"— POI's weergeven" op pagina 85.)<br />
BASISFUNCTIES<br />
GEHEUGENPUNTINFORMATIE<br />
Wanneer de cursor is ingesteld op een<br />
geheugenpunt-icoon, worden de naam en<br />
"Info" bovenaan het scherm weergegeven.<br />
Raak "Info" aan.<br />
1<br />
Informatie zoals de naam, het adres, de positie<br />
en het telefoonnummer worden weergegeven.<br />
Door "Enter ” aan te raken wordt de positie<br />
van de cursor als bestemming ingesteld.<br />
Wanneer er al een bestemming is ingesteld,<br />
worden "Toevoegen aan ” en "Vervangen<br />
” weergegeven.<br />
"Toevoegen aan ”: om een bestemming<br />
toe te voegen.<br />
"Vervangen ”: om de huidige bestemmingen<br />
te wissen en een nieuwe in te stellen.<br />
Om dit geheugenpunt te wijzigen, raakt u<br />
"Bewerken" aan. (Zie " — Geheugenpunten<br />
bewerken" op pagina 94.)<br />
Om een geheugenpunt te wissen, raakt u<br />
"Wissen" aan.<br />
Door aan te raken, kan het opgeslagen<br />
telefoonnummer worden gebeld.<br />
TNS 350 35
BASISFUNCTIES<br />
BESTEMMINGSINFORMATIE<br />
Wanneer de cursor is ingesteld op een<br />
bestemmingsicoon, worden de naam en<br />
"Info" bovenaan het scherm weergegeven.<br />
— Schermen omwisselen<br />
U hebt de keuze uit een hele reeks<br />
schermconfiguraties.<br />
Raak "Info" aan.<br />
1. Raak deze knop aan om het volgende<br />
scherm weer te geven.<br />
Informatie zoals de naam, het adres, de<br />
positie en het telefoonnummer worden<br />
weergegeven.<br />
2. Raak een van de volgende<br />
knoppen aan om de gewenste<br />
schermconfiguratie te selecteren.<br />
Om de bestemming te wissen, raakt u<br />
"Wissen" aan. Door aan te raken, kan<br />
het opgeslagen telefoonnummer worden<br />
gebeld.<br />
36 TNS 350
Afhankelijk van de omstandigheden kunnen<br />
bepaalde knoppen voor kaartconfiguratie<br />
worden geselecteerd.<br />
: Om het scherm met de enkelvoudige<br />
kaart weer te geven (zie pagina<br />
37).<br />
: Om het scherm met de dubbele<br />
kaart weer te geven (zie pagina<br />
38).<br />
: Om het scherm in kompasmodus<br />
weer te geven.<br />
: Om het scherm met audio-informatie<br />
modus weer te geven (zie<br />
pagina 39).<br />
: Om het scherm met de lijst afslagen<br />
weer te geven. (zie pagina 74).<br />
: Om het scherm met informatie over<br />
autosnelwegen weer te geven.<br />
: Om het begeleidingsscherm voor<br />
kruispunten of het begeleidingsscherm<br />
voor autosnelwegen weer<br />
te geven (zie pagina 73).<br />
: Om het scherm met de pijlen weer<br />
te geven (zie pagina 74).<br />
BASISFUNCTIES<br />
● Kaartconfiguraties<br />
ENKELVOUDIGE KAART<br />
Een kaart kan worden weergegeven op het<br />
volledige scherm.<br />
Wanneer een ander scherm wordt weergegeven,<br />
kunt u overschakelen naar het<br />
scherm met de enkelvoudige kaart door<br />
aan te raken.<br />
Op het scherm hierboven wordt de enkelvoudige<br />
kaart weergegeven.<br />
1<br />
TNS 350 37
BASISFUNCTIES<br />
DUBBELE KAART<br />
Een kaart kan in twee gesplitst worden<br />
weergegeven.<br />
Wanneer een ander scherm wordt weergegeven,<br />
kunt u overschakelen naar het<br />
scherm met de dubbele kaart door<br />
aan te raken.<br />
KOMPASMODUS<br />
De huidige voertuigpositie wordt aangegeven<br />
met een kompas, niet met een kaart.<br />
Wanneer een ander scherm wordt weergegeven,<br />
kunt u overschakelen naar het<br />
scherm met kompasmodus door aan<br />
te raken.<br />
Op het scherm hierboven wordt de dubbele<br />
kaart weergegeven. De kaart links is de<br />
hoofdkaart.<br />
De kaart rechts kan worden bewerkt door<br />
een bepaald punt op de rechterkaart aan<br />
te raken.<br />
Informatie over de bestemming en de<br />
huidige positie en een kompas worden op<br />
het scherm weergegeven.<br />
De bestemmingspijl wijst in de richting<br />
van de bestemming. Tijdens het rijden<br />
moet u rekening houden met de lengte- en<br />
breedtecoördinaten en met het kompas<br />
om ervoor te zorgen dat uw voertuig in de<br />
richting van de bestemming rijdt.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer het voertuig het bereik van<br />
het systeem verlaat, verandert het begeleidingsscherm<br />
in het kompasmodusscherm.<br />
Op dit scherm kunnen de volgende procedures<br />
worden uitgevoerd:<br />
1. De schaal van de kaart wijzigen<br />
2. De POI-iconen weergeven<br />
3. Verkeersinformatie tonen<br />
(zie pagina 115)<br />
4. De oriëntatie van de kaart wijzigen<br />
Raak" OK" aan wanneer u klaar bent<br />
met bewerken.<br />
Op het scherm wordt opnieuw de dubbele<br />
kaart weergegeven.<br />
38 TNS 350
AUDIO-INFORMATIE MODUS<br />
Dit is een standaard kaartscherm.<br />
Wanneer een ander scherm wordt weergegeven,<br />
kunt u overschakelen naar het<br />
scherm met audio-informatie modus door<br />
aan te raken.<br />
— Schaal van de kaart<br />
BASISFUNCTIES<br />
De schaal van de kaart wijzigen verschilt<br />
tussen slide- en aanraakmodus.<br />
● Bediening in slide-modus<br />
1<br />
Hierboven wordt het scherm met audioinformatie<br />
modus weergegeven.<br />
Om over te schakelen naar het scherm met<br />
de audioregeling moet u het het schermgedeelte<br />
met audio-informatie rechts op het<br />
scherm aanraken. (Zie "● Weergeven van<br />
scherm met audioregeling" op pagina 192)<br />
Om de schaal van de kaart te wijzigen,<br />
moet u de schaalbalk naar links of rechts<br />
verschuiven of slepen. De schaal van de<br />
kaart wordt traploos aangepast. Om de<br />
schaal nog verder te vergroten of te verkleinen,<br />
moet u deze procedure herhalen.<br />
Wanneer verschijnt, kunt u de schaal<br />
van de kaart wijzigen zodat de volledige<br />
route naar de volgende bestemming wordt<br />
getoond. Hiervoor moet u de knop op het<br />
aanraakscherm aanraken.<br />
De schaal van de kaart wordt weergegeven<br />
onder het symbool dat aangeeft dat het<br />
noorden of de bestemming zich bovenaan<br />
bevindt. Dit symbool staat bovenaan links<br />
op het scherm.<br />
INFORMATIE<br />
De schaal van de kaart kan niet verder<br />
worden vergroot bij het bereiken van<br />
de maximale kaartschaal (500 km of<br />
300 mijl). De schaal kan niet verder<br />
worden verkleind bij het bereiken van<br />
de minimale schaal (50 m of 50 yard).<br />
TNS 350 39
BASISFUNCTIES<br />
● Bediening in aanraakmodus<br />
— Oriëntatie en configuratie<br />
van de kaart wijzigen<br />
Raak of aan om de schaal<br />
van de kaartweergave te wijzigen. De<br />
schaalbalk en schaalweergave onderaan<br />
het scherm geven het schaalmenu weer.<br />
Het bereik van de schaal gaat van 50 m<br />
(50 yard) tot 500 km (300 mijl).<br />
Raak of aan tot de balk normaal<br />
wijzigt. Door de knop blijvend aan te raken,<br />
verandert de schaalbalk geleidelijk.<br />
De schaal van de kaartweergave kan worden<br />
gewijzigd door de schaalbalk rechtstreeks<br />
aan te raken.<br />
Wanneer verschijnt, kunt u de schaal<br />
van de kaart wijzigen zodat de volledige<br />
route naar de volgende bestemming wordt<br />
getoond. Hiervoor moet u de knop op het<br />
aanraakscherm aanraken.<br />
De schaal van de kaart wordt weergegeven<br />
onder het symbool dat aangeeft dat het<br />
noorden of de bestemming zich bovenaan<br />
bevindt, of dat de kaart in 2.5D wordt<br />
weergegeven. Dit symbool staat bovenaan<br />
links op het scherm.<br />
INFORMATIE<br />
Bij het bereiken van de maximale<br />
kaartschaal van 500 km of 300 mijl,<br />
wordt # niet weergegeven. Bij het<br />
bereiken van de maximale kaartschaal<br />
van 500 km of 300 mijl, wordt # niet<br />
weergegeven.<br />
Scherm noorden bovenaan<br />
Scherm bestemming bovenaan<br />
2.5D kaart<br />
Door het oriëntatiesymbool bovenaan<br />
links op het scherm aan te raken, wordt<br />
de oriëntatie van de kaart gewijzigd van<br />
"noorden bovenaan" in "bestemming<br />
bovenaan", en de configuratie van 2D naar<br />
2.5D.<br />
40 TNS 350
Symbool noorden bovenaan<br />
Ongeacht de rijrichting van het voertuig is<br />
het noorden altijd naar boven gericht.<br />
Symbool bestemming bovenaan<br />
De rijrichting van het voertuig is altijd naar<br />
boven. Een rode pijl geeft het noorden aan.<br />
Symbool 2.5D-kaart<br />
Het scherm wordt weergegeven in 2.5D<br />
met "bestemming bovenaan" oriëntatie.<br />
INFORMATIE<br />
Een 2.5D-kaart kan niet worden weergegeven<br />
in slide-modus. Wanneer<br />
een 2.5D-kaart wordt getoond, kan<br />
het scrolltype bovendien niet worden<br />
overgeschakeld naar slide-modus.<br />
BASISFUNCTIES<br />
Voorbeeld van de bediening<br />
van het navigatiesysteem —<br />
— De route begeleiden<br />
Begeleiding naar een bestemming gebeurt<br />
door het opgeven van de bestemming via<br />
het "POI".<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
1<br />
3. Raak "POI" aan.<br />
INFORMATIE<br />
Het is mogelijk om de route te wijzigen<br />
(zie "De routebegeleiding starten"<br />
op pagina 67).<br />
TNS 350 41
BASISFUNCTIES<br />
4. Voer de naam van de bestemming in.<br />
Telkens u een lettertoets aanraakt, verkleint<br />
de selectie.<br />
Letters die niet gekozen kunnen worden<br />
in de database, worden donkerder weergegeven.<br />
Wanneer er vier of minder records in de<br />
database zitten, worden die in een lijst<br />
weergegeven.<br />
Zelfs als de ingevoerde naam onvolledig<br />
is, wordt de lijst weergegeven door "Lijst"<br />
aan te raken.<br />
5. Selecteer de bestemming uit de<br />
weergegeven lijst.<br />
6. Raak "Enter" aan.<br />
Het systeem begint naar de route te zoeken<br />
en toont de aanbevolen routes.<br />
7. Raak "Geleiden" aan.<br />
De routebegeleiding start.<br />
De begeleiding gebeurt zowel via het<br />
scherm als via de stem. (Zie "Routebegeleidingsscherm"<br />
en "Typische gesproken<br />
instructies" op pagina's 72 en 75.)<br />
INFORMATION<br />
It is possible to change the route.<br />
(See “Starting route guidance” on<br />
page 67.)<br />
42 TNS 350
— Thuis registreren<br />
De thuisknop op het scherm "Bestemming"<br />
kan enkel worden gebruikt wanneer uw<br />
thuisadres werd geregistreerd. (Zie "<br />
— Thuis als bestemming opzoeken" op<br />
pagina 49.)<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
BASISFUNCTIES<br />
1<br />
5. Raak "Adres" aan.<br />
2. Raak "Instelling" aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan.<br />
6. Voer de straatnaam in.<br />
Telkens u een lettertoets aanraakt, verkleint<br />
de selectie.<br />
Letters die niet gekozen kunnen worden<br />
in de database, worden donkerder weergegeven.<br />
Wanneer er vier of minder records in de<br />
database zitten, worden die in een lijst<br />
weergegeven.<br />
Zelfs wanneer de ingevoerde naam onvolledig<br />
is, wordt de lijst weergegeven door<br />
"Lijst" aan te raken.<br />
4. Raak "Vastleggen" aan.<br />
7. Selecteer de straatnaam uit de<br />
weergegeven lijst.<br />
TNS 350 43
BASISFUNCTIES<br />
8. Voer het huisnummer in.<br />
De voor "Thuis" geregistreerde informatie<br />
wordt getoond.<br />
Het icoontje, de sneltoegang, de naam, de<br />
plaats en het telefoonnummer kunnen worden<br />
gewijzigd. (Zie " — Geheugenpunten<br />
bewerken" op pagina 94.)<br />
9. Raak "Enter" aan.<br />
De registratie van "Thuis" is voltooid en het<br />
scherm met de "Geheugenpunten" wordt<br />
weergegeven.<br />
44 TNS 350
BESTEMMING ZOEKEN<br />
Sectie 2<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
●●Bestemming zoeken.................................................................................. 46<br />
Het zoekgebied selecteren.................................................................... 46<br />
Thuis als bestemming zoeken............................................................... 49<br />
Bestemming zoeken via Sneltoegang.................................................... 49<br />
Bestemming zoeken via "Adres"............................................................ 50<br />
Bestemming zoeken via "POI*".............................................................. 54<br />
58 Bestemming zoeken via "Vorige"...........................................................<br />
Bestemming zoeken via "USB-bestemming"......................................... 58<br />
Bestemming zoeken via "Geheugen".................................................... 60<br />
Bestemming zoeken via "Kaart"............................................................. 61<br />
Bestemming zoeken via "POI* bij cursor".............................................. 61<br />
Bestemming zoeken via "Kruispunt"...................................................... 64<br />
Bestemming zoeken via "Coördinaten".................................................. 65<br />
Bestemming zoeken via "Tel. nummer"................................................. 66<br />
Bestemming zoeken via "Postcode UK"................................................ 66<br />
●●De routebegeleiding starten..................................................................... 67<br />
2<br />
*: Point of Interest (POI - Interessepunt)<br />
TNS 350 45
BESTEMMING ZOEKEN<br />
Bestemming zoeken—<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
— Het zoekgebied selecteren<br />
HET ZOEKGEBIED SELECTEREN OP<br />
HET BESTEMMINGSSCHERM<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
U kunt een van de 12 (13 wanneer "UK"<br />
werd geselecteerd) verschillende manieren<br />
gebruiken om uw bestemming te zoeken<br />
(zie pagina's 49 tot en met 66).<br />
INFORMATIE<br />
Bij het zoeken naar de bestemming<br />
kan de aanraaktoets mogelijk traag<br />
reageren.<br />
3. Raak de knop van het zoekgebied<br />
aan op het scherm "Bestemming"<br />
om een kaart van Europa weer te<br />
geven.<br />
Het zoekgebied hangt af van de SDgeheugenkaart<br />
die in het navigatiesysteem<br />
is geïnstalleerd (voor informatie en<br />
updates over de kaartdatabase, zie "Informatie<br />
en updates kaartdatabase" op pagina<br />
250).<br />
46 TNS 350
BESTEMMING ZOEKEN<br />
HET ZOEKGEBIED SELECTEREN OP<br />
HET INVOERSCHERM<br />
Wijzig het zoekgebied om een bestemming<br />
op te geven vanuit een ander gebied<br />
met "Adres", "POI", "Kruispunt" of "Tel.<br />
nummer".<br />
4. Raak de knop van het land aan om<br />
een zoekgebied te selecteren.<br />
5. Raak "OK" aan om terug te keren<br />
naar het scherm "Bestemming".<br />
2<br />
1. Raak de knop van het zoekgebied<br />
aan op het invoerscherm om een<br />
kaart van Europa weer te geven.<br />
Het zoekgebied hangt af van de SDgeheugenkaart<br />
die in het navigatiesysteem<br />
is geïnstalleerd (voor informatie en<br />
updates over de kaartdatabase, zie "Informatie<br />
en updates kaartdatabase" op pagina<br />
250).<br />
2. Raak de knop van het land aan om<br />
een zoekgebied te selecteren.<br />
3. Raak "OK" aan om terug te keren<br />
naar het vorige scherm.<br />
TNS 350 47
BESTEMMING ZOEKEN<br />
Formaat Europa<br />
Knop Landen<br />
"A" Oostenrijk * 1<br />
"AND" Andorra<br />
"B" België<br />
"BG" Bulgarije<br />
"CH" Zwitserland * 1<br />
"CZ" Tsjechië<br />
"D" Duitsland<br />
"DK" Denemarken<br />
"E" Spanje * 2<br />
"EST" Estland<br />
"F" Frankrijk * 3<br />
"FIN" Finland<br />
"FL" Liechtenstein<br />
"GR" Griekenland<br />
"H" Hongarije<br />
"HR" Kroatië<br />
"I" Italië * 4<br />
"IRL" Ierland<br />
"L" Luxemburg<br />
"LT" Litouwen<br />
"LV" Letland<br />
"MC" Monaco<br />
"N" Noorwegen<br />
"<strong>NL</strong>" Nederland<br />
"P" Portugal<br />
"PL" Polen<br />
"RO" Roemenië<br />
"RSM" San Marino<br />
"RU" Kaliningrad (Rusland)<br />
"S" Zweden<br />
"SK" Slowakije<br />
"SLO" Slovenië<br />
"TUR" Turkije<br />
"UK" Verenigd Koninkrijk<br />
"V" Vaticaanstad<br />
* 1 : met inbegrip van Liechtenstein<br />
* 2 : met inbegrip van Andorra<br />
* 3 : met inbegrip van Andorra en Monaco<br />
* 4 : met inbegrip van San Marino en<br />
Vaticaanstad<br />
Formaat Rusland<br />
Knop<br />
"RU"<br />
Landen<br />
Rusland<br />
48 TNS 350
— Thuis als bestemming<br />
zoeken<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
Sneltoegang<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak de knop "Thuis" op het scherm<br />
"Bestemming" aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart voor "Thuis" en het voorkeurstracé<br />
(zie "De routebegeleiding starten" op<br />
pagina 67).<br />
Om deze functie te kunnen gebruiken<br />
moet u "Thuis" als geheugenpunt instellen<br />
(om "Thuis" te registreren, zie pagina's 43<br />
en 99).<br />
3. Raak één van de sneltoegangsknoppen<br />
aan op het scherm "Bestemming".<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van het sneltoegangspunt en<br />
het voorkeurstracé (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
Om deze functie te kunnen gebruiken<br />
moet u "Sneltoegang" als geheugenpunt<br />
instellen (om "Sneltoegang" te registreren,<br />
zie pagina 96).<br />
TNS 350 49
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"Adres"<br />
Er zijn twee mogelijke manieren om een<br />
bestemming via "adres" in te voeren.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "Adres" aan op het scherm<br />
"Bestemming".<br />
(a) Een straatnaam invoeren.<br />
1. Voer de straatnaam in.<br />
2. Raak de knop van de gewenste<br />
straatnaam aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé. (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
Wanneer de straatnaam in meer dan één<br />
plaats voorkomt, wordt op het scherm de<br />
lijst met plaatsnamen getoond.<br />
50 TNS 350
(b) Een stad selecteren<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
3. Selecteer de gewenste plaatsnaam,<br />
of voer de plaatsnaam in.<br />
"Naam invoeren": de lijst kan verder<br />
worden gereduceerd door de plaatsnaam<br />
in te voeren.<br />
Raak "Stad" aan.<br />
2<br />
4. Voer het huisnummer in.<br />
Wanneer de lijst met huisnummers op het<br />
scherm verschijnt, kan een bereik worden<br />
geselecteerd.<br />
Er zijn vier mogelijke manieren om te<br />
zoeken per stad.<br />
1. Stad invoeren<br />
2. Selecteren uit de 5 dichtstbijzijnde steden<br />
3. De postcode invoeren<br />
4. Selecteren uit de laatste 5 steden<br />
INFORMATIE<br />
● Om het zoekgebied te wijzigen,<br />
raakt u "Zone doorzoeken" aan.<br />
● Om de stadsinstelling te annuleren,<br />
raakt u "Alle steden" aan.<br />
Wanneer de straatnaam in meer dan één<br />
plaats voorkomt, wordt op het scherm de<br />
lijst met plaatsnamen getoond.<br />
TNS 350 51
BESTEMMING ZOEKEN<br />
DE STAD INVOEREN<br />
1. Raak "Stad invoeren" aan.<br />
SELECTEREN UIT DE DICHTSTE 5<br />
STEDEN<br />
1. Raak "5 dichtstbijzijnde steden" aan.<br />
2. Voer de plaatsnaam in.<br />
2. Raak de knop van de gewenste<br />
plaatsnaam in de weergegeven lijst<br />
aan.<br />
Het scherm verandert in het scherm voor<br />
het invoeren van een straatnaam. Na het<br />
invoeren van een straatnaam kan een<br />
scherm verschijnen waar u het huisnummer<br />
of een stratenplan kunt invoeren.<br />
3. Raak de knop van de gewenste<br />
plaatsnaam in de weergegeven lijst<br />
aan.<br />
: Om de geselecteerde bestemming en<br />
het voorkeurstracé weer te geven (zie "De<br />
routebegeleiding starten" op pagina 67).<br />
Op het display verschijnt nu een scherm<br />
waar de straatnaam kan worden ingevoerd.<br />
Na het invoeren van een straatnaam<br />
kan een scherm verschijnen waar<br />
u het huisnummer of een stratenplan kunt<br />
invoeren.<br />
52 TNS 350
DE POSTCODE INVOEREN<br />
1. Raak "Postcode invoeren" aan.<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
SELECTEREN UIT DE LAATSTE 5<br />
STEDEN<br />
2<br />
2. Voer de postcode in.<br />
3. Raak de knop van de gewenste postcode<br />
in de weergegeven lijst aan.<br />
Het scherm verandert in het scherm voor<br />
het invoeren van een straatnaam. Na het<br />
invoeren van een straatnaam kan een<br />
scherm verschijnen waar u het huisnummer<br />
of een stratenplan kunt invoeren.<br />
Raak de knop van de gewenste plaatsnaam<br />
aan.<br />
Als het navigatiesysteem nog nooit werd<br />
gebruikt, zullen geen steden worden weergegeven<br />
op het scherm.<br />
Op het display verschijnt nu een scherm<br />
waar de straatnaam kan worden ingevoerd.<br />
Na het invoeren van een straatnaam<br />
kan een scherm verschijnen waar<br />
u het huisnummer of een stratenplan kunt<br />
invoeren.<br />
TNS 350 53
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"POI"<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "POI" aan op het scherm "Bestemming".<br />
4. Voer de naam van het POI in.<br />
Raak de knop van de gewenste<br />
bestemming aan.<br />
Wanneer dezelfde naam in meer dan een<br />
stad voorkomt, kan met "Stad" en "Categorie"<br />
gemakkelijk een zoekbewerking<br />
worden uitgevoerd. (zie "(a) Een stad selecteren"<br />
op pagina 55 en "(b) Uit de categorieën<br />
selecteren" op pagina 57.)<br />
INFORMATIE<br />
Het gewenste POI kan op het kaartscherm<br />
worden weergegeven (zie<br />
"— POI's weergeven" op pagina 85).<br />
5. Raak de knop van de gewenste bestemming<br />
aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé. (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
Wanneer u de naam van een specifiek POI<br />
invoert en er zijn twee of meer plaatsen<br />
met dezelfde naam, wordt het lijstscherm<br />
weergegeven.<br />
54 TNS 350
(a) Een stad selecteren<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
DE STAD INVOEREN<br />
1. Raak "Stad invoeren" aan.<br />
Raak "Stad" aan.<br />
2. Voer de plaatsnaam in.<br />
2<br />
Er zijn vier mogelijke manieren om te<br />
zoeken per stand.<br />
1. Stad invoeren<br />
2. Selecteren uit de 5 dichtstbijzijnde steden<br />
3. De postcode invoeren<br />
4. Selecteren uit de laatste 5 steden<br />
INFORMATIE<br />
● Om het zoekgebied te wijzigen,<br />
raakt u "Zone doorzoeken" aan.<br />
● Om de stadsinstelling te annuleren,<br />
raakt u "Alle steden" aan.<br />
3. Raak de knop van de gewenste<br />
plaatsnaam in de weergegeven lijst<br />
aan.<br />
TNS 350 55
BESTEMMING ZOEKEN<br />
SELECTEREN UIT DE 5 DICHTSTBIJZIJNDE<br />
1. Raak "5 dichtstbijz. steden" aan.<br />
DE POSTCODE INVOEREN<br />
1. Raak "Postcode invoeren" aan.<br />
2. Raak de knop van de gewenste<br />
plaatsnaam aan.<br />
2. Voer de postcode in.<br />
3. Raak de knop van de gewenste postcode<br />
in de weergegeven lijst aan.<br />
56 TNS 350
SELECTEREN UIT DE LAATSTE 5<br />
STEDEN<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
(b) Uit de categorieën selecteren<br />
2<br />
Raak de knop van de gewenste plaatsnaam<br />
aan.<br />
Als het navigatiesysteem nog nooit<br />
werd gebruikt, zullen geen steden worden<br />
weergegeven op het scherm.<br />
Raak "Categorie" aan.<br />
Wanneer de gewenste POI-categorie op<br />
het scherm staat, raakt u de naam aan om<br />
een gedetailleerde lijst van de POI-categorie<br />
te zien.<br />
Wanneer de gewenste POI-categorie niet<br />
op het scherm staat, raakt u "Lijst alle<br />
categorieën" aan om alle POI-categorieën<br />
weer te geven.<br />
Door de gewenste categorie aan te raken,<br />
wordt de lijst met POI-namen of het invoerscherm<br />
voor POI-namen weergegeven.<br />
TNS 350 57
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"Vorige"<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "Vorige" aan op het scherm<br />
"Bestemming".<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"USB-bestemming"<br />
Met de knop "USB-bestemming" kunt u<br />
informatie over POI's lezen en weergeven<br />
die van een specifieke website werd gedownload<br />
en op een USB-geheugenstick<br />
werd opgeslagen.<br />
Met de weergegeven POI-informatie kunt u<br />
een bestemming instellen, geheugenpunten<br />
registreren en een telefoongesprek voeren.<br />
Om de POI-informatie te downloaden,<br />
moet u naar het volgende URL-adres gaan<br />
en de instructies op de website opvolgen.<br />
URL:http://my.toyota.eu<br />
Het vorige startpunt en max. 100 vooraf<br />
ingestelde bestemmingen worden op het<br />
scherm weergegeven.<br />
4. Raak de knop van de gewenste<br />
bestemming aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé. (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
INFORMATIE<br />
De lijst van vorige bestemmingen kan<br />
worden gewist (zie " — Vorige punten<br />
wissen" op pagina 104).<br />
(a) Een USB-geheugenstick aansluiten<br />
of verwijderen<br />
● Plaatsen van een USB-geheugenstick<br />
Open de afscherming en sluit de USBgeheugenkaart<br />
aan op de poort.<br />
INFORMATIE<br />
● Enkel bestanden in de folder<br />
"TOYOTA" en de rootfolder kunnen<br />
worden weergegeven.<br />
001.bmp<br />
002.jpg<br />
TOYOTA<br />
003.bmp<br />
004.jpg<br />
Map 1<br />
005.bmp<br />
006.jpg<br />
Niet<br />
weergegeven<br />
● Tot 100 POI's op de USB-geheugenstick<br />
kunnen worden weergegeven.<br />
58 TNS 350
● Verwijderen van een USB-geheugenstick<br />
Druk op de "MENU"-knop<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
(b) POI selecteren<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
2<br />
2. Raak "Toestel verwijderen" aan.<br />
3. Raak "USB-bestemming" aan.<br />
3. Raak "USB" aan.<br />
4. Verwijder de USB-geheugenstick.<br />
Een USB-geheugenstick kan nu worden<br />
geplaatst.<br />
4. Raak de knop van het gewenste item<br />
aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé. (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
Wanneer u “Alles opslaan” aanraakt,<br />
worden alle POI's in de lijst geregistreerd<br />
als geheugenpunten. Er wordt een speciaal<br />
icoontje weergegeven in de lijst met<br />
geregistreerde geheugenpunten.<br />
TNS 350 59
BESTEMMING ZOEKEN<br />
● Gedetailleerde informatie over USBbestemmingen<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"Geheugen"<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Bestemming".<br />
Raak "Info" aan.<br />
Informatie zoals de naam, het adres, de<br />
positie en het telefoonnummer worden<br />
weergegeven.<br />
Door “Enter ” aan te raken wordt het<br />
weergegeven punt ingesteld als bestemming.<br />
Wanneer er al een bestemming is ingesteld,<br />
worden "Toevoegen aan ” en<br />
"Vervangen ” weergegeven.<br />
"Toevoegen aan ”: om een bestemming<br />
toe te voegen.<br />
"Vervangen ”: om de huidige bestemmingen<br />
te wissen en een nieuwe in te stellen.<br />
Door “Opslaan" aan te raken wordt het<br />
weergegeven punt geregistreerd als geheugenpunt.<br />
Er wordt een speciaal icoontje<br />
weergegeven in de lijst met geregistreerde<br />
geheugenpunten.<br />
Door aan te raken, kan het opgeslagen<br />
telefoonnummer worden gebeld.<br />
Om uw lijst met geregistreerde geheugenpunten<br />
weer te geven (om geheugenpunten<br />
te registreren of bewerken, zie "Geheugen"<br />
op pagina 92).<br />
4. Raak de knop van het gewenste geheugenpunt<br />
aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé. (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
60 TNS 350
— Bestemming zoeken via<br />
"Kaart"<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "Kaart" aan op de tweede pagina<br />
op het scherm "Bestemming".<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"POI bij cursor"<br />
De bestemming kan worden ingesteld<br />
door het zoekpunt en de POI-categorie te<br />
selecteren.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "POI bij cursor" aan op de<br />
tweede pagina op het scherm "Bestemming".<br />
2<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart die werd weergegeven voordat<br />
de bestemming en het voorkeurstracé werden<br />
ingevoerd (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
4. Stel het zoekpunt in via de volgende<br />
werkwijze:<br />
1. Voer het stadscentrum in<br />
2. Stel de huidige positie in als zoekpunt<br />
3. Stel het zoekpunt in via het kaartscherm<br />
4. Stel het zoekpunt in vanuit een bestemming<br />
Het is mogelijk om de namen van POI's<br />
weer te geven die zich binnen een straal<br />
van 30 km (20 mijl) van het gekozen zoekpunt<br />
bevinden.<br />
TNS 350 61
BESTEMMING ZOEKEN<br />
HET STADSCENTRUM INVOEREN<br />
1. Raak "Voer stadscentrum in" aan.<br />
DE HUIDIGE POSITIE ALS ZOEKPUNT<br />
INSTELLEN<br />
Raak "Huidige positie" aan.<br />
Het zoekpunt wordt ingesteld op de huidige<br />
positie, en het scherm "POI bij cursor"<br />
wordt weergegeven.<br />
HET ZOEKPUNT INSTELLEN VIA HET<br />
KAARTSCHERM<br />
1. Raak "Kaart" aan.<br />
2. Voer de naam van het stadscentrum<br />
in.<br />
3. Raak de knop van het gewenste<br />
stadscentrum aan.<br />
Door een pijl aan te raken die naar het<br />
gewenste punt wijst, scrollt de kaart in die<br />
richting. Het scrollen stopt wanneer u de<br />
pijl loslaat.<br />
2. Raak "Enter" aan.<br />
Het zoekpunt wordt ingesteld en het scherm<br />
"POI bij cursor" wordt weergegeven.<br />
Door een pijl aan te raken die naar het<br />
gewenste punt wijst, scrollt de kaart in die<br />
richting. Het scrollen stopt wanneer u de<br />
pijl loslaat.<br />
4. Raak "Enter" aan.<br />
Het zoekpunt wordt ingesteld en het scherm<br />
"POI bij cursor" wordt weergegeven.<br />
62 TNS 350
HET ZOEKPUNT VANAF BESTEMMIN-<br />
GEN INSTELLEN<br />
1. Raak de bestemmingsknoppen onderaan<br />
op het scherm aan.<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
● Om POI's nabij het zoekpunt te<br />
zoeken<br />
Wanneer het zoekpunt is ingesteld, wordt<br />
het scherm "POI bij cursor" weergegeven.<br />
2<br />
Door een pijl aan te raken die naar het<br />
gewenste punt wijst, scrollt de kaart in die<br />
richting. Het scrollen stopt wanneer u de<br />
pijl loslaat.<br />
2. Raak "Enter" aan.<br />
Het zoekpunt wordt ingesteld en het scherm<br />
"POI bij cursor" wordt weergegeven.<br />
Selecteer de gewenste POI-categorieën.<br />
"Lijst": Wanneer de gewenste POI-categorieën<br />
al werden geselecteerd, wordt een<br />
lijst van POI's uit de gekozen categorieën<br />
weergegeven.<br />
Het icoontje van de geselecteerde categorie<br />
verschijnt bovenaan links op het<br />
scherm.<br />
Wanneer de gewenste POI-categorie niet<br />
op het scherm staat, raakt u "Lijst alle categorieën"<br />
aan om alle POI-categorieën<br />
weer te geven.<br />
Selecteer de gewenste POI-categorieën<br />
uit de lijst en raak "OK" aan.<br />
Het icoontje van de geselecteerde categorie<br />
verschijnt bovenaan links op het<br />
scherm.<br />
TNS 350 63
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"Kruispunt"<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "Kruispunt" aan op de tweede<br />
pagina op het scherm "Bestemming".<br />
"Kies categorie":om terug te keren naar<br />
het keuzescherm voor POI-categorieën.<br />
"Lijst tonen": om de lijst met POI's in de<br />
geselecteerde categorieën weer te geven.<br />
4. Voer de naam in van de twee kruisende<br />
straten die het dichtst bij de<br />
bestemming liggen.<br />
Door de knop van het gewenste item aan<br />
te raken, verandert het scherm en worden<br />
de plaats op de kaart van de geselecteerde<br />
bestemming en het voorkeurstracé<br />
weergegeven (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
De richtingspijlen van de POI's worden enkel<br />
weergegeven wanneer de huidige positie<br />
is ingesteld als zoekpunt.<br />
"Op route": wanneer de indicator oplicht<br />
bij het aanraken van deze knop, wordt de<br />
lijst weergegeven van de gezochte items<br />
op de route.<br />
5. Raak de knop van het gewenste item<br />
aan.<br />
Na het invoeren van twee elkaar kruisende<br />
straten, verandert het scherm en wordt de<br />
plaats op de kaart getoond van de gekozen<br />
bestemming en het voorkeurstracé<br />
(zie "De routebegeleiding starten" op pagina<br />
67).<br />
64 TNS 350
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"Coördinaten"<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "Coördinaten" aan op de<br />
tweede pagina op het scherm<br />
"Bestemming".<br />
2<br />
Wanneer de straten elkaar op meer dan<br />
één plaats kruisen, verandert het scherm<br />
en verschijnt het menu om de plaatsnaam<br />
te selecteren waar de straten elkaar kruisen.<br />
Selecteer de stad, de plaats op de<br />
kaart van de gekozen bestemming en het<br />
voorkeurstracé (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
4. Voer de breedte en de lengte in.<br />
5. Wanneer u klaar bent met invoeren,<br />
raakt u "OK" aan.<br />
Door de knop van het gewenste punt aan<br />
te raken, verandert het scherm en worden<br />
de plaats op de kaart van de geselecteerde<br />
bestemming en het voorkeurstracé<br />
weergegeven (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
TNS 350 65
BESTEMMING ZOEKEN<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"Telefoonnr."<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm.".<br />
3. Raak "Telefoonnr." aan op de tweede<br />
pagina op het scherm "Bestemming".<br />
— Bestemming zoeken via<br />
"Postcode UK"<br />
Zoeken via postcode is enkel beschikbaar<br />
wanneer "UK" is ingesteld als zoekgebied.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Druk op "Bestemm."<br />
3. Raak "Postcode UK" aan op de tweede<br />
pagina op het scherm "Bestemming".<br />
4. Voer een telefoonnummer in.<br />
5. Na het invoeren van een telefoonnummer<br />
raakt u "OK" aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
Wanneer er meer dan één plaats is met<br />
hetzelfde nummer, verschijnt het volgende<br />
scherm.<br />
4. Voer de postcode in en raak "Lijst"<br />
aan.<br />
5. Raak de gewenste code aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé. (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
INFORMATIE<br />
Om een geheugenpunt als bestemming<br />
in te stellen via het telefoonnummer,<br />
moet het nummer vooraf<br />
zijn geregistreerd (zie pagina 98).<br />
66 TNS 350
BESTEMMING ZOEKEN<br />
De routebegeleiding starten<br />
Na het invoeren van de bestemming verandert<br />
het scherm en wordt de plaats op<br />
de kaart getoond van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé.<br />
2<br />
1<br />
3<br />
4<br />
2<br />
1 Huidige positie<br />
2 Bestemming<br />
1. Door een pijl aan te raken die naar<br />
het gewenste punt wijst, scrollt de<br />
kaart in die richting.<br />
Het scrollen stopt wanneer u de pijl loslaat.<br />
2. Raak "Enter" aan.<br />
Het systeem begint te zoeken naar de route<br />
en toont de aanbevolen routes.<br />
Wanneer er al een bestemming is ingesteld,<br />
worden "Toevoegen aan ” en<br />
"Vervangen ” weergegeven.<br />
"Toevoegen aan ”: om een bestemming<br />
toe te voegen.<br />
"Vervangen ”: om de huidige bestemmingen<br />
te wissen en een nieuwe in te stellen.<br />
"Wegvoorkeur": om het voorkeurstracé<br />
te wijzigen (zie pagina 68).<br />
"Info": wanneer deze knop bovenaan<br />
op het scherm wordt weergegeven, raakt<br />
u deze aan om items te bekijken zoals<br />
naam, adres en telefoonnummer.<br />
3 Type route en afstand<br />
4 Afstand van de hele route<br />
3. Om de routebegeleiding te starten,<br />
raakt u "Begeleiden" aan.<br />
"3 routes": om de gewenste route uit drie<br />
mogelijke routes te selecteren (zie pagina<br />
68).<br />
"Route": om de route te wijzigen (zie pagina's<br />
79 en 82).<br />
TNS 350 67
BESTEMMING ZOEKEN<br />
INFORMATIE<br />
● De routebegeleiding kan onderbroken<br />
of hervat worden (zie "De<br />
routebegeleiding onderbreken of<br />
hervatten" op pagina 90).<br />
● Als u "Geleiden" aanraakt tot u<br />
een biepgeluid hoort, zal de demomodus<br />
starten. Druk op de knop<br />
"MAP" om de demomodus te beëindigen.<br />
● De route voor de terugrit kan verschillen<br />
van de heenrit.<br />
● De routebegeleiding naar de bestemming<br />
is misschien niet de<br />
kortste route of een route zonder<br />
verkeersproblemen.<br />
● De routebegeleiding is mogelijk<br />
niet beschikbaar wanneer er geen<br />
weggegevens zijn voor de opgegeven<br />
plaats.<br />
● Bij het instellen van een bestemming<br />
op een kaart met een schaal<br />
groter dan 0,5 mijl (1 km), wijzigt<br />
de schaal automatisch naar 0,5<br />
mijl (500 m). Stel de bestemming<br />
opnieuw in.<br />
● Wanneer u een bestemming invoert,<br />
wordt de weg die het dichtst<br />
bij het gekozen punt ligt als bestemming<br />
ingesteld.<br />
OPGELET<br />
Houd u tijdens het rijden steeds aan<br />
de verkeersregels en houd steeds rekening<br />
met de verkeerssituatie. Wanneer<br />
een verkeersbord is gewijzigd,<br />
kan de routebegeleiding verkeerde<br />
informatie geven.<br />
● Om de route te wijzigen voor u de<br />
begeleiding start<br />
WEGVOORKEUR<br />
1. U kunt de wegvoorkeur veranderen<br />
door "Wegvoorkeur" aan te raken.<br />
2. Selecteer de gewenste wegvoorkeur<br />
door de knop op het scherm aan te raken.<br />
Bij het zoeken naar een route zal het systeem<br />
de niet-geselecteerde routes vermijden.<br />
3. Raak "OK" aan nadat u de gewenste<br />
wegvoorkeur heeft geselecteerd.<br />
INFORMATIE<br />
● Zelfs als de indicator "Autosnelweg<br />
toelaten" donkerder is weergegeven,<br />
is het in sommige gevallen onvermijdelijk<br />
dat de route toch via een autosnelweg<br />
loopt.<br />
● Wanneer de berekende route een trip<br />
met de ferry inhoudt, toont de routebegeleiding<br />
een zeeroute. Na uw reis<br />
met de ferry kan de huidige voertuigpositie<br />
verkeerd zijn. Wanneer het systeem<br />
opnieuw GPS-signalen ontvangt,<br />
wordt dit automatisch gecorrigeerd.<br />
68 TNS 350
KEUZE 3 ROUTES<br />
BESTEMMING ZOEKEN<br />
1. Om de gewenste route uit drie<br />
mogelijke routes te selecteren, raakt<br />
u "3 routes" aan.<br />
1 Tijd nodig voor de hele trip<br />
2 Afstand van de hele trip<br />
3 Tolweg<br />
4 Autosnelweg<br />
5 Ferry<br />
6 Autotrein<br />
2<br />
2. Raak "Snel1", "Snel2" of "Kort" aan<br />
om de gewenste route te kiezen.<br />
"Snel1": aanbevolen route.<br />
Deze route wordt aangegeven met een<br />
lichtblauwe lijn.<br />
"Snel2": Alternatieve route.<br />
Deze route wordt aangegeven met een<br />
paarse lijn.<br />
"Kort": de route met de kortste afstand tot<br />
de bestemming.<br />
Deze route wordt aangegeven met een<br />
groene lijn.<br />
"Info": om de volgende informatie over elk<br />
van de 3 routes te tonen.<br />
TNS 350 69
BESTEMMING ZOEKEN<br />
70 TNS 350
ROUTEBEGELEIDING<br />
Sectie 3<br />
ROUTEBEGELEIDING<br />
●●Routebegeleidingsscherm........................................................................... 72<br />
●●Typische gesproken instructies................................................................... 75<br />
●●Afstand en tijd tot bestemming.................................................................... 77<br />
●●Overzicht route............................................................................................ 78<br />
●●De bestemming instellen en wissen........................................................ 79<br />
Bestemmingen toevoegen..................................................................... 79<br />
Bestemmingen herschikken................................................................... 80<br />
Bestemmingen wissen........................................................................... 81<br />
●●De route instellen...................................................................................... 82<br />
Zoekcriterium......................................................................................... 82<br />
Omleiding instellen................................................................................. 83<br />
Wegvoorkeur.......................................................................................... 84<br />
●●Kaart instellen............................................................................................ 85<br />
POI*-symbolen weergeven.................................................................... 85<br />
Routetraject............................................................................................ 88<br />
3<br />
*: Point of Interest (POI - Interessepunt)<br />
TNS 350 71
ROUTEBEGELEIDING<br />
Routebegeleidingsscherm<br />
Tijdens de routebegeleiding kunnen verschillende<br />
types begeleidingsschermen<br />
worden weergegeven, afhankelijk van de<br />
omstandigheden.<br />
● Scherm lay-out<br />
1<br />
● Tijdens het rijden op de autosnelweg<br />
Tijdens het rijden op de autosnelweg wordt<br />
op dit scherm de afstand tot het volgende<br />
knooppunt en uitrit of tot POI's in de buurt<br />
van de uitrit weergegeven.<br />
2<br />
3<br />
4 5<br />
1<br />
3<br />
2<br />
4<br />
1 Huidige positie<br />
1 Afstand tot de volgende afslag en<br />
pijl die de richting van de afslag aangeeft<br />
2 Naam huidige straat<br />
3 Afstand en reis-/aankomsttijd tot de<br />
bestemming<br />
4 Huidige positie<br />
5 Begeleidingsroute<br />
INFORMATIE<br />
● Wanneer het voertuig de begeleidingsroute<br />
verlaat, wordt de route<br />
opnieuw gezocht.<br />
● Van sommige gebieden werden de<br />
wegen niet volledig in onze database<br />
gedigitaliseerd. Daarom kan<br />
de routebegeleiding soms een<br />
weg kiezen waarop eigenlijk niet<br />
zou mogen worden gereden.<br />
● Wanneer u op uw bestemming<br />
aankomt, verschijnt de naam van<br />
de bestemming bovenaan op het<br />
scherm. Door "Uit" aan te raken,<br />
verdwijnt alle informatie van het<br />
scherm.<br />
2 POI's in de buurt van de uitrit of uitritnummer<br />
en naam van het knooppunt<br />
3 Afstand van de huidige positie tot<br />
de uitrit of het knooppunt<br />
4 Naam huidige straat<br />
<br />
:<br />
: Om te scrollen naar verder gelegen<br />
knooppunten of uitritten.<br />
: Om te scrollen naar dichterbij<br />
gelegen knooppunten of uitritten.<br />
: Om te scrollen naar de drie dichtstbij<br />
gelegen knooppunten of uitritten.<br />
72 TNS 350
ROUTEBEGELEIDING<br />
● Bij het naderen van een uitrit of een<br />
knooppunt<br />
Wanneer het voertuig een uitrit of een<br />
knooppunt nadert, wordt het begeleidingsscherm<br />
voor de autosnelweg weergegeven.<br />
1<br />
● Bij het naderen van een kruispunt<br />
Wanneer het voertuig een kruispunt nadert,<br />
wordt het begeleidingsscherm voor<br />
kruispunten weergegeven.<br />
1<br />
4<br />
3<br />
3<br />
2<br />
3<br />
1 Naam weg/gebied<br />
2 Afstand van de huidige positie tot<br />
de uitrit of het knooppunt<br />
3 Huidige positie<br />
: Het begeleidingsscherm voor de<br />
autosnelweg verdwijnt en het kaartscherm<br />
verschijnt. Wanneer u aanraakt of de<br />
knop "MAP" indrukt, verschijnt het begeleidingsscherm<br />
voor de autosnelweg opnieuw.<br />
2<br />
1 Naam volgende straat<br />
2 Afstand tot het kruispunt<br />
3 Huidige positie<br />
4 Rijstrookbegeleiding<br />
: Het begeleidingsscherm voor kruispunten<br />
verdwijnt en het kaartscherm verschijnt.<br />
Wanneer u aanraakt of de<br />
knop "MAP" indrukt, verschijnt het begeleidingsscherm<br />
voor kruispunten opnieuw.<br />
TNS 350 73
ROUTEBEGELEIDING<br />
● Andere schermen<br />
LIJST MET AFSLAGEN<br />
Op dit scherm kan de lijst met afslagen op<br />
de begeleidingsroute worden bekeken.<br />
Door aan te raken tijdens de begeleiding<br />
wordt de lijst met afslagen getoond.<br />
1<br />
PIJLENSCHERM<br />
Op dit scherm kan informatie over de<br />
volgende afslagen op de begeleidingsroute<br />
worden bekeken.<br />
Door aan te raken tijdens de begeleiding<br />
wordt het pijlenscherm getoond.<br />
2<br />
3<br />
1<br />
2<br />
4<br />
3<br />
4<br />
1 Naam volgende straat of naam bestemming<br />
2 Afslagrichting<br />
3 Afstand tot de volgende afslag<br />
4 Naam huidige straat<br />
1 Nummer van de uitrit, straatnaam<br />
met nummer of naam van de volgende<br />
straat<br />
2 Afslagrichting<br />
3 Afstand tot de volgende afslag<br />
4 Naam huidige straat<br />
74 TNS 350
Typische gesproken<br />
instructies<br />
ROUTEBEGELEIDING<br />
4.2 mijl<br />
0.25<br />
mijl<br />
3<br />
1 "Gedurende 4 mijlen deze weg volgen."<br />
2 "Een kwart mijl verder bij de rotonde<br />
naar links, neem de derde afrit."<br />
3 "Dadelijk afrit."<br />
INFORMATIE<br />
Zelfs wanneer een straat en een autosnelweg<br />
een vergelijkbare configuratie<br />
hebben, zullen gesproken instructies<br />
op een ander moment worden<br />
gegeven.<br />
De volgende instructie zal gesproken worden<br />
weergegeven wanneer het navigatiesysteem<br />
wil aangeven dat de volgende<br />
actie rechtsomkeer maken is.<br />
1 "Een halve mijl verder keren."<br />
2 "Dadelijk keren."<br />
TNS 350 75
ROUTEBEGELEIDING<br />
Bern<br />
1 "U nadert uw bestemming."<br />
Of<br />
"De routebegeleiding zal verderop beëindigd<br />
worden."<br />
2 ""U bent op uw bestemming aangekomen.<br />
De routebegeleiding wordt nu beëindigd."<br />
Of<br />
"Uw bestemming is nabij. De routebegeleiding<br />
wordt nu beëindigd."<br />
1 "Een mijl verder rechts houden."<br />
2 "Rechts houden, dan rechts houden,<br />
richting BERN."<br />
INFORMATIE<br />
● Gesproken instructies kunnen te<br />
vroeg of te laat komen.<br />
● Wanneer het systeem de huidige<br />
positie niet correct kan bepalen,<br />
hoort u misschien geen gesproken<br />
instructies of ziet u misschien<br />
geen vergrote weergave van het<br />
kruispunt op het scherm.<br />
● Wanneer u geen gesproken instructies<br />
hoort, druk dan op de<br />
knop "MAP" om ze te horen.<br />
● Om het volume van de gesproken<br />
instructies in te stellen, zie "Volume"<br />
op pagina 91.<br />
76 TNS 350
Afstand en tijd tot<br />
bestemming<br />
ROUTEBEGELEIDING<br />
De route met inbegrip van IPD-wegen<br />
IPD (in process data)-wegen zijn wegen<br />
die nog niet volledig zijn gedigitaliseerd in<br />
onze database. Hun geometrie, naam en<br />
administratieve codering zijn echter wel<br />
bekend.<br />
Nadat een route werd berekend, zal het<br />
systeem de gebruiker melden of er al dan<br />
niet IPD-wegen in de route zijn opgenomen.<br />
Het gedeelte van de route met IPD-wegen<br />
is lichtblauw gekleurd.<br />
1 "Het is mogelijk dat niet alle verkeersregels<br />
gekend zijn op weg naar de bestemming."<br />
(startpunt)<br />
2 "Een kwart mijl verder naar links."<br />
3 "Volgende straat naar links. Leef alle<br />
verkeersregels na."<br />
4 Zone met IPD-wegen<br />
OPGELET<br />
Houd u steeds aan alle verkeersregels<br />
en houd steeds rekening met de<br />
verkeerssituatie, vooral wanneer u op<br />
IPD-wegen rijdt. De routebegeleiding<br />
kan u verkeerde informatie geven, zoals<br />
de rijrichting in een eenrichtingsstraat.<br />
.<br />
Wanneer het voertuig zich op de begeleidingsroute<br />
bevindt, worden de afstand<br />
en de geschatte reis-/aankomsttijd tot de<br />
bestemming weergegeven. Wanneer het<br />
voertuig zich niet op de begeleidingsroute<br />
bevindt, worden de afstand en de richting<br />
van de bestemming weergegeven.<br />
Tijdens het rijden op de begeleidingsroute<br />
en wanneer meer dan één bestemming is<br />
ingesteld, worden de afstand en de geschatte<br />
reis-/aankomsttijd vanaf de huidige<br />
positie tot elke bestemming weergegeven.<br />
1. Raak deze knop aan om het volgende<br />
scherm weer te geven.<br />
2. Raak de cijfertoets aan om de gewenste<br />
bestemming weer te geven.<br />
3<br />
TNS 350 77
ROUTEBEGELEIDING<br />
De afstand, de geschatte reistijd en de<br />
geschatte aankomsttijd vanaf de huidige<br />
positie tot aan de gekozen bestemming<br />
worden weergegeven.<br />
Overzicht route<br />
De geschatte aankomsttijd wordt<br />
weergegeven.<br />
1. Raak "Route" aan.<br />
Om over te schakelen naar de<br />
geschatte aankomsttijd.<br />
<br />
Wordt weergegeven wanneer u<br />
de begeleidingsroute verlaat. De<br />
richting van de bestemming wordt<br />
aangegeven door een pijl.<br />
2. Raak "Route-overzicht" aan.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer het voertuig zich op de<br />
begeleidingsroute bevindt, wordt de<br />
afstand via de route weergegeven.<br />
De reis- en aankomsttijd worden<br />
berekend op basis van de ingestelde<br />
snelheidsinformatie van de auto (zie<br />
pagina 106). Wanneer het voertuig zich<br />
echter niet op de begeleidingsroute<br />
bevindt, is de weergegeven afstand<br />
de afstand in vogelvlucht tussen de<br />
huidige positie en de bestemming.<br />
De volledige route van de huidige positie<br />
tot de bestemming wordt weergegeven.<br />
"Begeleiden": om de routebegeleiding<br />
te starten.<br />
"Route": om de route te wijzigen (zie<br />
pagina's 79 en 82).<br />
"Routeplan": Op het volgende scherm<br />
wordt de lijst met wegen tot de bestemming<br />
weergegeven.<br />
78 TNS 350
ROUTEBEGELEIDING<br />
De bestemming instellen en<br />
wissen —<br />
— Bestemmingen toevoegen<br />
Bestemmingen kunnen worden toegevoegd<br />
en opnieuw gezocht voor de route.<br />
U kunt door de lijst met wegen scrollen<br />
door of . aan te raken. Het is mogelijk<br />
dat niet alle straatnamen op de route<br />
in de lijst worden weergegeven. Wanneer<br />
een weg van naam verandert zonder dat u<br />
moet afslaan (bijv. een straat die door twee<br />
of meer steden loopt), zal de naamsverandering<br />
niet op de lijst te zien zijn. De straatnamen<br />
worden weergegeven in chronologische<br />
volgorde vanaf het startpunt, met<br />
de afstand tot de volgende afslag.<br />
1. Raak "Route" aan.<br />
3<br />
Raak "Kaart" aan op het scherm "Routeplan".<br />
Het punt dat u kiest wordt op het kaartscherm<br />
weergegeven.<br />
2. Raak "Toev." van een bestemming aan.<br />
3. Voer een extra bestemming in op dezelfde<br />
manier als de vorige bestemming<br />
(zie "Bestemming zoeken" op pagina<br />
46).<br />
4. Raak de gewenste knop "Toev." aan<br />
om de volgorde van aankomst van<br />
de extra bestemming te bepalen.<br />
TNS 350 79
ROUTEBEGELEIDING<br />
— Bestemmingen<br />
herschikken<br />
Wanneer u meer dan één bestemming<br />
heeft ingesteld, kunt u de volgorde van<br />
aankomst op de bestemmingen wijzigen.<br />
4. Raak "OK" aan nadat u de bestemmingen<br />
heeft geselecteerd.<br />
Het systeem zoekt opnieuw naar de begeleidingsroute<br />
en geeft de volledige<br />
route weer. Zelfs wanneer "OK" niet werd<br />
aangeraakt, wordt de volledige route automatisch<br />
weergegeven binnen een paar<br />
seconden nadat de volgorde werd vastgelegd.<br />
1. Raak "Route" aan.<br />
2. Raak "Herschik" bestemmingen aan.<br />
3. Selecteer de bestemmingen in volgorde<br />
van aankomst door de knop<br />
met de bestemming aan te raken.<br />
De nieuwe aankomstvolgorde wordt rechts<br />
op het scherm weergegeven.<br />
Door "Opnieuw" aan te raken wordt elke<br />
geselecteerde volgorde geannuleerd.<br />
80 TNS 350
— Bestemmingen wissen<br />
Een ingestelde bestemming kan worden<br />
gewist.<br />
1. Raak "Route" aan.<br />
ROUTEBEGELEIDING<br />
4. Om de bestemming(en) te wissen,<br />
raakt u "Ja" aan.<br />
Wanneer u "Ja" aanraakt, kan dit niet<br />
meer ongedaan worden gemaakt.<br />
Wanneer u "Nee" aanraakt, keert u terug<br />
naar het vorige scherm.<br />
5. Wanneer u meer dan één bestemming<br />
heeft ingesteld, raakt u "OK"<br />
aan nadat u de bestemmingen heeft<br />
gewist.<br />
Het systeem zoekt opnieuw naar de begeleidingsroute<br />
en geeft de volledige route<br />
weer.<br />
3<br />
2. Raak "Wissen" van een bestemming<br />
aan.<br />
Wanneer meer dan één bestemming werd<br />
ingesteld, wordt de lijst op het scherm<br />
weergegeven.<br />
3. Raak de bestemming aan die u wilt<br />
wissen.<br />
"Alles wissen": om alle bestemmingen op<br />
de lijst te wissen.<br />
Er verschijnt een bericht om de vraag tot<br />
wissen te bevestigen.<br />
TNS 350 81
ROUTEBEGELEIDING<br />
De route instellen —<br />
— Zoekcriterium<br />
U kunt de zoekcriteria voor de weg naar de<br />
bestemming aangeven.<br />
1. Raak "Route" aan.<br />
De volledige route van het startpunt tot de<br />
bestemming wordt weergegeven.<br />
"Geleiden": om de routebegeleiding te<br />
starten.<br />
"Route": om de route te wijzigen (zie<br />
pagina's 79 en 82).<br />
2. Raak "Zoekcriter." aan.<br />
3. Raak "Snel", "Snel1", "Snel2" of<br />
"Kort" aan gevolgd door "OK".<br />
82 TNS 350
— Omleiding instellen<br />
Tijdens de routebegeleiding kunt u<br />
de route wijzigen om een deel van de<br />
route met verkeersopstoppingen door<br />
wegwerkzaamheden, een ongeval, enz.<br />
te vermijden.<br />
ROUTEBEGELEIDING<br />
1. Raak "Route" aan.<br />
2. Raak "Omleiding" aan.<br />
3. Selecteer de knop hieronder aan<br />
om de gewenste afstand van de<br />
omleiding te selecteren.<br />
"1 km (mijl)", "3 km (mijl)" of "5 km<br />
(mijl)": raak één van deze knoppen aan<br />
om het omleidingsproces te starten. Na de<br />
omleiding keert het systeem terug naar de<br />
oorspronkelijke begeleidingsroute.<br />
"Hele route": door deze knop aan te raken<br />
berekent het systeem een volledig nieuwe<br />
route naar de bestemming.<br />
"Om verkeer heen": wanneer u deze<br />
knop aanraakt, zoekt het systeem naar de<br />
route op basis van ontvangen informatie<br />
over verkeersopstoppingen.<br />
3<br />
TNS 350 83
ROUTEBEGELEIDING<br />
— Wegvoorkeur<br />
U kunt een aantal omstandigheden opgeven<br />
die het systeem moet gebruiken om de<br />
route naar de bestemming te bepalen.<br />
Deze afbeelding toont een voorbeeld hoe<br />
het systeem u rond een verkeersopstopping<br />
zal leiden.<br />
1 Deze positie geeft de plaats aan van<br />
een verkeersopstopping door wegwerkzaamheden<br />
of door een ongeval.<br />
2 Deze route geeft de omleiding aan die<br />
door het systeem wordt voorgesteld.<br />
INFORMATIE<br />
● Wanneer u op een autosnelweg<br />
rijdt, kunt u voor de omleiding een<br />
afstand van 5, 15 of 25 km (mijl)<br />
selecteren.<br />
● Het kan gebeuren dat het systeem<br />
niet in staat is om een omleiding<br />
te berekenen op basis van de gekozen<br />
afstand en de beschikbare<br />
wegen in de omgeving.<br />
1. Raak "Route" aan.<br />
2. Raak "Wegvoorkeur" aan om de<br />
voorwaarden voor de route naar de<br />
bestemming te wijzigen.<br />
3. Selecteer de gewenste wegvoorkeur<br />
door de knop op het scherm aan te<br />
raken.<br />
Bij het zoeken naar een route zal het systeem<br />
de niet-geselecteerde routes vermijden.<br />
4. Raak "OK" aan nadat u de gewenste<br />
wegvoorkeur heeft geselecteerd.<br />
84 TNS 350
Weergave op kaart —<br />
— POI's weergeven<br />
POI's zoals benzinestations en restaurants<br />
kunnen op het kaartscherm worden weergegeven.<br />
U kunt ook hun locatie instellen<br />
als bestemming en ze gebruiken voor routebegeleiding.<br />
ROUTEBEGELEIDING<br />
● POI's selecteren die u wilt weergeven<br />
Max. 5 categorieën icoontjes kunnen op<br />
het scherm worden weergegeven.<br />
3<br />
1. Raak .<br />
2. Raak "POI-iconen tonen" aan om<br />
een bepaald type POI op het scherm<br />
weer te geven.<br />
Raak de gewenste POI-categorie aan<br />
om POI-symbolen op het kaartscherm<br />
weer te geven.<br />
Door de gewenste POI-categorie te<br />
selecteren en daarna "OK" aan te raken,<br />
worden de geselecteerde POI-icoontjes op<br />
het kaartscherm weergegeven.<br />
Om de POI-icoontjes op het kaartscherm<br />
uit te schakelen, raakt u "Wissen" aan.<br />
"Andere POI's": wanneer het gewenste<br />
POI niet kan worden gevonden op het<br />
scherm met de beperkte keuze, raakt u<br />
deze knop aan. Op het scherm wordt dan<br />
de volledige POI-lijst weergegeven.<br />
"Lijst nabije POI's": bij het zoeken<br />
naar het dichtstbijzijnde POI selecteert<br />
u de gewenste categorie en raakt u de<br />
bijbehorende knop aan. Het systeem zal<br />
een lijst tonen van de punten binnen een<br />
straal van 30 km (20 mijl) (zie pagina 87).<br />
Een scherm met een beperkte keuze aan<br />
POI's wordt weergegeven (om de weergegeven<br />
POI's te wijzigen, zie pagina 108).<br />
TNS 350 85
ROUTEBEGELEIDING<br />
Raak "Andere POI's" aan op het scherm<br />
"POI-iconen tonen".<br />
Wanneer een POI-categorie wordt gekozen<br />
uit de beperkte lijst of uit de volledige lijst,<br />
worden op het scherm symbolen van deze<br />
locaties op het kaartscherm weergegeven.<br />
Selecteer de gewenste POI-categorieën.<br />
Het icoon van de geselecteerde categorie<br />
verschijnt bovenaan links op het scherm.<br />
Door de gewenste POI-categorie te<br />
selecteren en daarna "OK" aan te raken,<br />
worden de geselecteerde POI-icoontjes op<br />
het kaartscherm weergegeven.<br />
Wanneer de gewenste POI-categorie niet<br />
op het scherm staat, raakt u "Lijst alle<br />
categorieën" aan om alle POI-categorieën<br />
weer te geven.<br />
Selecteer de gewenste POI-categorieën<br />
uit de lijst.<br />
Het icoon van de geselecteerde categorie<br />
verschijnt bovenaan links op het scherm.<br />
Door de gewenste POI-categorie te selecteren<br />
en daarna "OK" aan te raken, worden<br />
de geselecteerde POI-icoontjes op het<br />
kaartscherm weergegeven.<br />
Om terug te keren naar het keuzescherm<br />
voor POI-categorieën, raakt u "Meer" aan.<br />
86 TNS 350
● Om de plaatselijke POI-lijst weer te<br />
geven<br />
POI's die binnen een straal van 30 km (20<br />
mijl) van de huidige positie liggen, worden<br />
voor de gekozen categorieën opgesomd.<br />
ROUTEBEGELEIDING<br />
● Om een POI als bestemming in te<br />
stellen<br />
U kunt op het kaartscherm één van de<br />
POI-icoontjes als bestemming kiezen en<br />
voor de routebegeleiding gebruiken.<br />
1. Scroll de kaart zodat het POI-icoontje<br />
dat u als bestemming wilt instellen<br />
zich op het midden van het scherm<br />
bevindt waar het samenvalt met de<br />
cursor .<br />
¤<br />
3<br />
1. Raak "Lijst nabije POI's" aan op het<br />
scherm "POI-iconen tonen".<br />
2. Raak de knop van het gewenste POI<br />
aan.<br />
De geselecteerde POI's worden op het<br />
kaartscherm weergegeven.<br />
"Op route": wanneer de indicator oplicht<br />
bij het aanraken van deze knop, wordt de<br />
lijst weergegeven van de gezochte items<br />
op de route.<br />
Nu wordt de afstand van de huidige positie<br />
op het scherm weergegeven. Deze afstand<br />
wordt gemeten in een rechte lijn vanaf de<br />
huidige positie van het voertuig tot de POI.<br />
2. Wanneer het gewenste POI samenvalt<br />
met de cursor, raakt u "Enter ”<br />
aan.<br />
Het scherm verandert en toont de plaats<br />
op de kaart van de gekozen bestemming<br />
en het voorkeurstracé (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
TNS 350 87
ROUTEBEGELEIDING<br />
— Routetracé<br />
Het is mogelijk om een reisroute tot max.<br />
200 km (124 mijl) op te slaan en de route<br />
opnieuw op het display te overlopen.<br />
INFORMATIE<br />
Deze functie is beschikbaar op de<br />
detailkaart met kleinere schaal dan<br />
50 km (30 mijl).<br />
"Opnemen": om het opnemen van het<br />
routetracé te starten.<br />
"Stoppen": om het opnemen van het<br />
routetracé te stoppen.<br />
Wanneer u "Stoppen" aanraakt, wordt<br />
het volgende scherm weergegeven.<br />
Raak<br />
aan.<br />
Door "Ja" aan te raken, stopt het opnemen<br />
en blijft het routetracé op het scherm staan.<br />
Door "Nee" aan te raken, stopt het opnemen<br />
en wordt het routetracé gewist.<br />
88 TNS 350
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
Sectie 4<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
Beschrijvingen van functies voor efficiënter gebruik<br />
●●De begeleiding onderbreken en hervatten.................................................. 90<br />
●●Volume......................................................................................................... 91<br />
●●Geheugen................................................................................................... 92<br />
Geheugenpunten registreren................................................................. 93<br />
Geheugenpunten bewerken................................................................... 94<br />
Geheugenpunten wissen....................................................................... 98<br />
Thuis registeren..................................................................................... 99<br />
Thuis wissen........................................................................................ 100<br />
Te vermijden gebieden registreren....................................................... 100<br />
Te vermijden gebieden bewerken........................................................ 101<br />
Te vermijden gebieden wissen............................................................. 104<br />
Vorige punten wissen........................................................................... 104<br />
●●Instellen..................................................................................................... 105<br />
●●RDS-TMC (Radio Data System Traffic Message Channel)........................115<br />
4<br />
TNS 350 89
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
De begeleiding onderbreken<br />
en hervatten<br />
● Om de begeleiding te onderbreken<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
● Om de begeleiding te hervatten<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Begeleiding onderbr." aan.<br />
INFORMATIE<br />
Zonder routebegeleiding kan "Begeleiding<br />
onderbr." niet worden gebruikt.<br />
2. Raak "Hervat begeleiding" aan.<br />
Op het scherm wordt opnieuw de kaart met<br />
de huidige positie getoond, met routebegeleiding.<br />
Op het scherm wordt opnieuw de kaart met<br />
de huidige positie getoond, zonder routebegeleiding.<br />
90 TNS 350
Volume<br />
Het volume van de gesproken instructies<br />
kan worden aangepast of uitgeschakeld.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Navigatie" aan.<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
INFORMATIE<br />
Tijdens de routebegeleiding blijft de<br />
gesproken begeleiding doorgaan,<br />
ook wanneer u van het navigatiescherm<br />
overgaat op andere schermen.<br />
"Adaptieve volumeregeling": Door<br />
"Adaptieve volumeregeling" in te schakelen<br />
wordt het volume automatisch verhoogd<br />
wanneer de auto sneller rijdt dan 80 km/u<br />
(50 mijl/u).<br />
Om "Adaptieve volumeregeling" in te schakelen<br />
raakt u de knop op het scherm aan.<br />
De indicator licht op.<br />
4<br />
3. Raak "Volume" aan.<br />
U kunt het volume aanpassen door de knop<br />
voor het gewenste niveau aan te raken.<br />
Wanneer u de gesproken instructies niet<br />
nodig hebt, raakt u "Uit" aan om de functie<br />
uit te schakelen.<br />
Wanneer u een nummer of "Uit" selecteert,<br />
wordt dat verlicht weergegeven.<br />
4. Raak "OK" aan om uw selectie te<br />
bevestigen.<br />
TNS 350 91
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
Geheugen —<br />
Punten of gebieden op de kaart kunnen<br />
worden geregistreerd.<br />
De geregistreerde punten kunnen worden<br />
gebruikt op het scherm "Bestemming"<br />
(zie " — Thuis als bestemming zoeken"<br />
op pagina 49 of " — Bestemming zoeken<br />
via Sneltoegang" op pagina 49 en " — Bestemming<br />
zoeken via Geheugen" op pagina<br />
60.)<br />
Geregistreerde gebieden worden vermeden<br />
bij het uitstippelen van de route.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Navigatie" aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan.<br />
9<br />
1<br />
10 5<br />
8<br />
4<br />
Op dit scherm zijn de volgende acties<br />
mogelijk:<br />
1 Geheugenpunten registreren<br />
(zie " — Geheugenpunten registreren"<br />
op pagina 93)<br />
2 Geheugenpunten bewerken<br />
(zie " — Geheugenpunten bewerken"<br />
op pagina 94)<br />
3 Geheugenpunten wissen<br />
(zie " — Geheugenpunten wissen" op<br />
pagina 98)<br />
4 Thuis registreren of wissen<br />
(zie " — Thuis registreren" op pagina 99<br />
of " — Thuis wissen" op pagina 100)<br />
5 Registreren van te vermijden gebieden<br />
(zie " — Registreren van te vermijden<br />
gebieden" op pagina 100)<br />
6 Te vermijden gebieden bewerken<br />
(zie " — Te vermijden gebieden bewerken"<br />
op pagina 101)<br />
7 Te vermijden gebieden wissen<br />
(zie " — Te vermijden gebieden wissen"<br />
op pagina 104)<br />
8 Vorige punten wissen<br />
(zie " — Vorige punten wissen" op pagina<br />
104).<br />
9 Aantal overblijvende geheugenpunten<br />
10 Aantal overblijvende te vermijden<br />
gebieden<br />
2<br />
6<br />
3<br />
7<br />
92 TNS 350
— Geheugenpunten<br />
registreren<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
4. Raak "Vastleggen" aan.<br />
6. Raak "OK" aan.<br />
Om geregistreerde informatie te wijzigen,<br />
zie “ — "Geheugenpunten bewerken" op<br />
pagina 94.<br />
INFORMATIE<br />
U kunt max. 106 geheugenpunten registreren.<br />
4<br />
5. Voer de locatie op dezelfde manier in<br />
als bij het opzoeken van een bestemming<br />
(zie "Bestemming zoeken" op pagina<br />
46).<br />
Nadat het registreren van het geheugenpunt<br />
is beëindigd, wordt het scherm "Geheugenpunten"<br />
weergegeven.<br />
TNS 350 93
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
— Geheugenpunten<br />
bewerken<br />
Icoon, attribuut, naam, locatie en/of telefoonnummer<br />
van een geregistreerd geheugenpunt<br />
kunnen worden bewerkt.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het<br />
scherm "Instelling".<br />
4. Raak "Bewerken" aan.<br />
5. Raak de knop van het gewenste geheugenpunt<br />
aan.<br />
6. Raak de knop aan die u wilt bewerken.<br />
"Icoon": om iconen te selecteren die op<br />
de kaart moeten worden weergegeven (zie<br />
pagina 95).<br />
"Sneltoegang": om een attribuut in te<br />
stellen. Geheugenpunten met ingesteld attribuut<br />
kunnen worden gebruikt voor "Sneltoegang"<br />
of als "Thuis"-knop (zie pagina<br />
96).<br />
"Naam": om de naam van geheugenpunten<br />
te bewerken. De namen kunnen op de<br />
kaart worden weergegeven (zie pagina<br />
97).<br />
"Locatie": om informatie over de locatie te<br />
bewerken (zie pagina 97).<br />
"Telefoonnr.": om telefoonnummers te<br />
bewerken (zie pagina 98).<br />
7. Raak "OK" aan.<br />
94 TNS 350
● Om "Icoon" te wijzigen<br />
1. Raak "Icoon" aan op het scherm<br />
"Geheugenpunten".<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
GELUIDSICONEN<br />
Wanneer het voertuig het geheugenpunt<br />
nadert, weerklinkt het gekozen geluid.<br />
1. Raak "Met geluid" aan op het scherm<br />
"Icoon wijzigen".<br />
2. Raak het gewenste icoon aan.<br />
Ga naar de volgende pagina door "Pagina<br />
1", "Pagina 2" of "Met geluid" aan te raken..<br />
2. Raak het gewenste geluidsicoon<br />
aan.<br />
Het volgende scherm verschijnt wanneer<br />
"Bel (met richting)" wordt geselecteerd.<br />
4<br />
Raak of aan om de richting in te<br />
stellen. Raak "Enter" aan.<br />
De bel weerklinkt enkel wanneer het voertuig<br />
dit punt nadert in de ingestelde richting.<br />
TNS 350 95
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Om "Sneltoegang" te wijzigen<br />
Het is mogelijk om de attributen van de<br />
sneltoegangspunten te wijzigen. Geheugenpunten<br />
met ingesteld attribuut kunnen<br />
worden gebruikt voor "Sneltoegang" of als<br />
"Thuis"-knop (zie " — Thuis als bestemming<br />
zoeken" op pagina 49 en " — Bestemming<br />
zoeken via Sneltoegang" op<br />
pagina 49.)<br />
1. Raak "Sneltoegang" aan op het<br />
scherm "Geheugenpunten".<br />
"Sneltoegang" WISSEN<br />
1. Raak "Wissen" aan.<br />
2. Raak het gewenste attribuut aan.<br />
Een geregistreerd attribuut kan worden<br />
vervangen.<br />
2. Om het attribuut te wissen, raakt u<br />
"Ja" aan. Om terug te keren naar<br />
het vorige scherm, kiest u "Nee" of<br />
.<br />
3. Om het attribuut te vervangen, raakt<br />
u "Ja" aan. Om terug te keren naar<br />
het vorige scherm, kiest u "Nee" of<br />
.<br />
INFORMATIE<br />
Eén "Thuis"-locatie en vijf "Sneltoegangen"<br />
kunnen worden ingesteld.<br />
96 TNS 350
● Om "Naam" te wijzigen<br />
1. Raak "Naam" aan op het scherm<br />
"Geheugenpunten".<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Om "Locatie" te wijzigen<br />
1. Raak "Locatie" aan op het scherm<br />
"Geheugenpunten".<br />
2. Voer de naam in met de alfanumerieke<br />
toetsen.<br />
Tot 24 tekens kunnen worden ingevoerd.<br />
3. Raak "OK" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
NAMEN VAN GEHEUGENPUNTEN<br />
WEERGEVEN<br />
De naam van een geheugenpunt dat op<br />
de kaart kan worden weergegeven, kan<br />
worden ingesteld.<br />
2. Raak de acht richtingspijlen aan<br />
om de cursor<br />
punt op de kaart te bewegen.<br />
¤<br />
naar het gewenste<br />
3. Raak "Enter" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
4<br />
Om de naam weer te geven, raakt u<br />
"Aan" aan op het scherm "Geheugenpunten".<br />
Om de naam niet weer te geven,<br />
raakt u "Uit" aan.<br />
TNS 350 97
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Om "Telefoonnr." (telefoonnummer)<br />
te wijzigen<br />
1. Raak "Telefoonnr." aan op het<br />
scherm "Geheugenpunten".<br />
— Geheugenpunten wissen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
2. Voer het nummer in met de cijfertoetsen.<br />
3. Raak "OK" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
4. Raak "Wissen" aan.<br />
5. Raak de knop aan die u wilt wissen.<br />
"Wis alle": om alle geheugenpunten in het<br />
systeem te wissen.<br />
6. Om het geheugenpunt te wissen,<br />
raakt u "Ja" aan.<br />
Om het wissen te annuleren, raakt u<br />
"Nee" aan.<br />
98 TNS 350
— Thuis registreren<br />
Als thuis is geregistreerd, kan die informatie<br />
worden opgeroepen met de "Thuis"-<br />
knop op het scherm "Bestemming" (zie<br />
" — Thuis als bestemming opzoeken" op<br />
pagina 49).<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
Nadat het registreren van "Thuis" is beëindigd,<br />
wordt het scherm "Geheugenpunten"<br />
weergegeven.<br />
6. Raak "OK" aan.<br />
Om geregistreerde informatie te bewerken,<br />
zie “ — "Geheugenpunten bewerken" op<br />
pagina 94.<br />
4<br />
4. Raak "Vastleggen" aan.<br />
5. Voer de locatie op dezelfde manier in<br />
als bij het opzoeken van een bestemming<br />
(zie "Bestemming zoeken" op pagina<br />
46).<br />
TNS 350 99
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
— Thuis wissen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
— Registeren van te<br />
vermijden gebieden<br />
Gebieden die u wilt vermijden omwille van<br />
verkeersopstoppingen, wegwerkzaamheden<br />
of andere redenen kunnen als te vermijden<br />
gebieden worden geregistreerd.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
4. Raak "Wissen" aan.<br />
5. Om Thuis te wissen, raakt u "Ja"<br />
aan. Om het wissen te annuleren,<br />
raakt u "Nee" aan.<br />
4. Raak "Vastleggen" aan.<br />
5. Voer de locatie op dezelfde manier in<br />
als bij het opzoeken van een bestemming,<br />
of geef de kaart weer van het<br />
te vermijden gebied (zie "Bestemming<br />
zoeken" op pagina 46).<br />
100 TNS 350
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
— Te vermijden gebieden<br />
bewerken<br />
De naam, locatie en/of omvang van een<br />
geregistreerd gebied kan worden bewerkt.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
6. Raak de acht richtingspijlen aan<br />
om de cursor<br />
punt op de kaart te bewegen.<br />
7. Raak "Enter" aan.<br />
¤<br />
naar het gewenste<br />
4<br />
4. Raak "Bewerken" aan.<br />
8. Raak of aan om de omvang<br />
van het te vermijden gebied te wijzigen.<br />
9. Raak "OK" aan.<br />
INFORMATIE<br />
● Wanneer een bestemming wordt ingevoerd<br />
in het te vermijden gebied<br />
of wanneer de routeberekening<br />
niet mogelijk is zonder door het<br />
te vermijden gebied te rijden, kan<br />
een route worden weergegeven die<br />
door het te vermijden gebied loopt.<br />
● Er kunnen tot 10 locaties worden<br />
geregistreerd als te vermijden punten/gebieden.<br />
Wanneer er al 10 locaties<br />
zijn geregistreerd, verschijnt<br />
het volgende bericht: "Kan geen<br />
extra punten vastleggen. Voer de<br />
bewerking opnieuw uit na wissen<br />
van onnodige punten.".<br />
5. Raak de knop van het gewenste<br />
gebied aan.<br />
TNS 350 101
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Om "Naam" te wijzigen<br />
1. Raak "Naam" aan op het scherm "Te<br />
vermijden gebied wijzigen".<br />
6. Raak de knop aan die u wilt bewerken.<br />
"Naam": om de naam van het te vermijden<br />
gebied te bewerken. De namen kunnen op<br />
de kaart worden weergegeven (zie pagina<br />
102).<br />
"Locatie": Om de locatie van het gebied<br />
te bewerken (zie pagina 103).<br />
"Omv. gebied": Om de omvang van het<br />
gebied te bewerken (zie pagina 103).<br />
"Actief": om de functie "Te vermijden<br />
gebied" in en uit te schakelen. Om de<br />
functie in te schakelen raakt u "Aan"<br />
aan op het scherm "Te vermijden gebied<br />
wijzigen". Om de functie uit te schakelen<br />
raakt u "Uit" aan op het scherm "Te<br />
vermijden gebied wijzigen".<br />
7. Raak "OK" aan.<br />
2. Voer de naam in met de alfanumerieke<br />
toetsen.<br />
Tot 24 tekens kunnen worden ingevoerd.<br />
3. Raak "OK" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
NAMEN VAN TE VERMIJDEN GEBIEDEN<br />
WEERGEVEN<br />
De naam van een te vermijden gebied dat<br />
op de kaart kan worden weergegeven, kan<br />
worden ingesteld.<br />
Om de naam weer te geven, raakt u<br />
"Aan" aan op het scherm "Te vermijden<br />
gebied wijzigen". Om de naam niet weer<br />
te geven, raakt u "Uit" aan.<br />
102 TNS 350
● Om "Locatie" te wijzigen<br />
1. Raak "Locatie" aan op het scherm<br />
"Te vermijden gebied wijzigen".<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Om "Omvang gebied" te wijzigen<br />
1. Raak "Omv. gebied" aan op het<br />
scherm "Te vermijden gebied wijzigen".<br />
2. Raak de acht richtingspijlen aan om<br />
de cursor<br />
op de kaart te bewegen.<br />
¤<br />
naar het gewenste punt<br />
3. Raak "Enter" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
2. Raak of aan om de omvang<br />
van het te vermijden gebied te<br />
wijzigen.<br />
3. Raak "OK" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
4<br />
TNS 350 103
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
— Te vermijden gebieden<br />
wissen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
— Vorige punten wissen<br />
De vorige bestemming kan worden gewist.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Geheugen" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
4. Raak "Wissen" aan.<br />
4. Raak "Vorige punten wissen" aan.<br />
5. Raak de knop aan die u wilt wissen.<br />
"Alles wissen": om alle geregistreerde<br />
te vermijden gebieden in het systeem te<br />
wissen.<br />
6. Om het gebied te wissen, raakt u "Ja"<br />
aan. Om het wissen te annuleren,<br />
raakt u "Nee" aan.<br />
5. Raak de knop aan die u wilt wissen.<br />
"Wis alle": om alle vorige punten in het<br />
systeem te wissen.<br />
6. Om het punt te wissen, raakt u "Ja"<br />
aan. Om het wissen te annuleren,<br />
raakt u "Nee" aan.<br />
104 TNS 350
Instellen<br />
De items die worden weergegeven op het<br />
"Instellen"-scherm kunnen worden ingesteld.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Eenheid van afstand<br />
De eenheid van afstand kan worden gewijzigd.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
2. Raak "Instellen" aan.<br />
4<br />
3. Raak "Navigatie" aan.<br />
4. Raak "km" of "mijl" aan naast "Afstand"<br />
om de eenheid van afstand te<br />
kiezen.<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
INFORMATIE<br />
Deze functie is enkel beschikbaar in<br />
het Engels. Om de taal te wijzigen, zie<br />
"Taal kiezen" op pagina 181.<br />
4. Raak de items aan die u wilt instellen.<br />
5. Raak "OK" aan op het scherm.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
INFORMATIE<br />
Om alle ingestelde items te resetten,<br />
raakt u "Standaard" aan.<br />
TNS 350 105
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Geschatte reistijd<br />
De snelheid die wordt gebruikt voor de<br />
berekening van de geschatte reis- en<br />
aankomsttijd kan worden ingesteld.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
INFORMATIE<br />
● De weergegeven tijd tot de bestemming<br />
is de geschatte rijtijd die<br />
is berekend op basis van de geselecteerde<br />
snelheden en de huidige<br />
positie op de begeleidingsroute.<br />
● Die tijd die op het scherm wordt<br />
weergegeven, kan flink variëren<br />
afhankelijk van de vorderingen<br />
die u op de route maakt. De reistijd<br />
kan worden beïnvloed door<br />
verkeersopstoppingen, wegwerkzaamheden,<br />
enz.<br />
● Er kan tot 99 uur 59 minuten worden<br />
weergegeven.<br />
4. Raak "Snelheid wijzigen" naast<br />
"Geschatte reistijd" aan.<br />
5. Raak of aan om de gemiddelde<br />
voertuigsnelheid in te stellen<br />
voor "Stedelijke weg", "Landweg"<br />
en "Autosnelweg"<br />
Om de standaardsnelheden in te stellen,<br />
raakt u "Standaard" aan.<br />
6. Wanneer het instellen van de<br />
gewenste snelheden is beëindigd,<br />
raakt u "OK" aan.<br />
106 TNS 350
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Waarschuwing snelheidscamera<br />
Wanneer u een snelheidscamera nadert,<br />
wordt een waarschuwing gegeven met een<br />
biepgeluid en een icoon. De wettelijk toegelaten<br />
snelheid op de weg waar u op rijdt,<br />
wordt samen met een icoon weergegeven.<br />
Het tijdstip van de waarschuwing varieert<br />
van straat tot straat.<br />
1<br />
2<br />
INFORMATIE<br />
● Deze functie kan niet worden gebruikt<br />
in landen waar het vrijgeven<br />
van informatie over snelheidscamera's<br />
bij wet verboden is.<br />
● De versie van de gegevens over de<br />
snelheidscamera wordt weergegeven<br />
op het "Kaart SD" scherm Om<br />
het "Kaart SD" scherm te kunnen<br />
weergeven, zie " — Versie van de<br />
database en bereik van de SD geheugenkaart<br />
bevestigen" op pagina<br />
251.<br />
4<br />
1 Icoon "Snelheidscamera"<br />
2 Wettelijke snelheidslimiet op de huidige<br />
weg<br />
Om de "Snelheidscamera"-modus in te<br />
schakelen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
4. Raak "Aan" aan naast "Snelheidscamera".<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
TNS 350 107
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Waarschuwing snelheidsbeperking<br />
De wettelijke snelheidsbeperking op de<br />
weg waar u op rijdt, wordt weergegeven.<br />
1 Wettelijke snelheidsbeperking op de<br />
huidige weg<br />
Om de "Snelheidsbeperking"-modus in te<br />
schakelen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
1<br />
● POI categorie wijzigen<br />
(POI iconen weergeven)<br />
Maak een keuze uit de 6 iconen die worden<br />
weergegeven op het eerste scherm van<br />
"POI-iconen tonen" om de instelling van de<br />
weer te geven iconen op het kaartscherm<br />
te vergemakkelijken.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna aan om pagina 2 van het<br />
scherm"Instelling" weer te geven.<br />
<br />
4. Raak "Categorie wijz." aan naast<br />
"POI's tonen".<br />
4. Raak "Aan" aan naast "Snelheidsbeperking".<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
INFORMATIE<br />
Afhankelijk van de weg waarop u<br />
rijdt, wordt de wettelijke snelheidsbeperking<br />
mogelijk niet weergegeven.<br />
108 TNS 350
5. Raak de categorieknop aan die u wilt<br />
wijzigen.<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● 3D oriëntatiepunt<br />
Wanneer de functie "3D oriëntatiepunt" is<br />
ingeschakeld, geeft het systeem het 3D<br />
oriëntatiepunt weer op de kaart.<br />
Om de "3D oriëntatiepunt"-modus in te<br />
schakelen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna aan om pagina 2 van het<br />
scherm"Instelling" weer te geven.<br />
<br />
4<br />
6. Raak de categorieknop aan die wordt<br />
weergegeven op het eerste scherm<br />
van "POI's tonen".<br />
7. Raak "OK" aan.<br />
4. Raak "Aan" naast "3D oriëntatiepunt"<br />
aan.<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
TNS 350 109
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Verkeersmelding<br />
Wanneer de functie "Verkeersmelding" is<br />
ingeschakeld, waarschuwt het systeem u<br />
voor problemen met het verkeer of met het<br />
weer.<br />
Om de "Verkeersmelding"-modus in te<br />
schakelen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna aan om pagina 2 van het<br />
scherm"Instelling" weer te geven.<br />
<br />
● Tijdzone<br />
De tijdzone kan worden gewijzigd.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna aan om pagina 2 van het<br />
scherm "Instelling" weer te geven.<br />
<br />
4. Raak "Wijzigen" aan naast "Tijdzone".<br />
Het scherm "Tijdzone wijzigen" wordt<br />
weergegeven.<br />
4. Raak "Aan" naast "Verkeersmelding"<br />
aan.<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
5. Raak de gewenste tijdzone aan.<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
"Andere": U kunt de tijdzone manueel<br />
instellen.<br />
110 TNS 350
6. Wanneer u "Andere" aanraakt, moet<br />
u de tijdzonde instellen met ▲▼;<br />
kies daarna .<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Stembegeleiding in alle modi<br />
Wanneer de functie "Stembegeleiding in<br />
alle modi" is ingeschakeld, is de stembegeleiding<br />
actief in alle modi.<br />
Wanneer de functie "Stembegeleiding in<br />
alle modi" is uitgeschakeld zijn de gesproken<br />
instructies niet actief tijdens het gebruik<br />
van het audiosysteem.<br />
Om de functie "Stembegeleiding in alle<br />
modi" in te schakelen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna twee keer aan om pagina<br />
3 van het scherm "Instelling" weer te<br />
geven.<br />
<br />
4<br />
7. Raak "Aan" aan naast "Zomertijd"<br />
om op zomertijd over te gaan. Raak<br />
"Uit" aan om te annuleren.<br />
8. Raak "OK" aan.<br />
4. Raak "Aan" aan naast "Stembegeleiding<br />
in alle modi".<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
TNS 350 111
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Automatische stembegeleiding<br />
Wanneer de functie "Automatische stembegeleiding"<br />
is ingeschakeld, kunnen de<br />
gesproken instructies automatisch worden<br />
beluisterd.<br />
Wanneer de functie "Automatische stembegeleiding"<br />
is uitgeschakeld, kunnen de<br />
gesproken instructies enkel worden beluisterd<br />
wanneer de knop "MAP" is ingedrukt.<br />
Om de "Automatische stembegeleiding"-<br />
modus in te schakelen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna twee keer aan om pagina<br />
3 van het scherm"Instelling" weer te geven.<br />
<br />
● Pop-upbericht<br />
Wanneer de functie "Pop-upbericht" is<br />
ingeschakeld, worden pop-upberichten<br />
weergegeven.<br />
Om de functie "Pop-upbericht" in te schakelen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna twee keer aan om pagina<br />
3 van het scherm"Instelling" weer te geven.<br />
<br />
4. Raak "Aan" aan naast "Automatische<br />
stembegeleiding".<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
4. Raak "Aan" aan naast "Popupbericht".<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
112 TNS 350
Wanneer de functie "Pop-upbericht" is<br />
uitgeschakeld, kunnen volgende berichten<br />
niet worden weergegeven.<br />
Dit bericht verschijnt wanneer het systeem<br />
zich in POI-modus bevindt en de schaal<br />
van de kaart 1 km (0,5 mijl) of groter is.<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
● Huidige positie/ijking bandenvervanging<br />
De markering van de huidige voertuigpositie<br />
kan manueel worden aangepast. Een foute<br />
berekening van de afstand die te wijten is<br />
aan een bandenwissel kan ook worden<br />
gecorrigeerd.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Navigatie" aan op het scherm<br />
"Instelling".<br />
Raak daarna twee keer aan om pagina<br />
3 van het scherm"Instelling" weer te geven.<br />
<br />
4<br />
Het bericht wordt weergegeven wanneer<br />
de kaart wordt overgeschakeld naar<br />
schermmodus met dubbele kaart.<br />
4. Raak "Aanpassen" aan naast "IJking".<br />
5. Raak de gewenste knop aan.<br />
INFORMATIE<br />
Voor extra informatie over de nauwkeurigheid<br />
van de huidige voertuigpositie,<br />
zie "Beperkingen van het navigatiesysteem"<br />
op pagina 248.<br />
TNS 350 113
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
IJKING POSITIE/RICHTING<br />
Tijdens het rijden wordt de huidige voertuigpositie<br />
automatisch gecorrigeerd door<br />
GPS-signalen. Wanneer de GPS-ontvangst<br />
plaatselijk slecht is, kunt u de huidige<br />
voertuigpositie manueel instellen.<br />
1. Raak "Positie/Richting" aan.<br />
4. Raak of aan om de richting<br />
van de markering van de huidige<br />
voertuigpositie in te stellen.<br />
5. Raak "Enter" aan.<br />
Het kaartscherm wordt weergegeven.<br />
2. Raak de acht richtingspijlen aan<br />
om de cursor<br />
punt op de kaart te bewegen.<br />
3. Raak "Enter" aan.<br />
¤<br />
naar het gewenste<br />
114 TNS 350
IJKING NA BANDENVERVANGING<br />
De functie "IJking na bandenvervanging"<br />
moet worden gebruikt wanneer de banden<br />
werden vervangen. Deze functie corrigeert<br />
de foutieve berekening die te wijten is<br />
aan het verschil in omtrek tussen de oude<br />
en de nieuwe banden. Wanneer deze<br />
procedure niet wordt uitgevoerd nadat<br />
de banden werden vervangen, kan de<br />
huidige voertuigpositie verkeerd worden<br />
weergegeven.<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
RDS−TMC<br />
(Radio Data System Traffic<br />
Message Channel)<br />
Dit systeem is uitgerust met een functie<br />
waarmee u de verkeersinformatie kunt<br />
ontvangen van de RDS-TMC zender op<br />
basis van FM multiple broadcasting. Het<br />
helpt de bestuurder om gebieden met files<br />
te vermijden. Het helpt ook de verkeersdoorstroming<br />
en de veiligheid op de weg<br />
te verbeteren.<br />
4<br />
Om de procedure voor het ijken van<br />
de afstand uit te voeren, raakt u<br />
"Bandenvervanging" aan op het scherm<br />
"IJking".<br />
Het bijbehorende bericht verschijnt en de<br />
snelle afstandsijking wordt automatisch<br />
gestart. Een paar seconden later wordt het<br />
kaartscherm weergegeven.<br />
TNS 350 115
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
(a) Verkeersinformatie tonen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop om het<br />
"MENU"-scherm weer te geven; raak<br />
"Verkeer" aan.<br />
3<br />
1<br />
2<br />
Op het kaartscherm<br />
2. Raak "Verkeersinfo tonen" aan.<br />
3<br />
1<br />
2<br />
1<br />
Op het scherm "Autosnelweg"<br />
3. Selecteer het gewenste item door de<br />
knop op het scherm aan te raken.<br />
Om alle iconen te selecteren of om te<br />
resetten, raakt u "Alles aan" of "Alles uit"<br />
aan en drukt u daarna op "OK".<br />
116 TNS 350
1 Icoon verkeersinfo<br />
Iconen worden op de kaart weergegeven.<br />
Om informatie weer te geven, raakt u het<br />
bijbehorende icoon op het scherm aan.<br />
2 Verkeersinfo-pijl<br />
Het systeem gebruikt TMC-informatie om<br />
pijlen weer te geven op de route. De kleur<br />
van de pijl verwijst naar specifieke informatie<br />
over de toestand van de weg.<br />
"Rood" geeft aan dat er stilstaand verkeer<br />
is.<br />
"Oranje" geeft aan dat er een verkeersopstopping<br />
is.<br />
"Blauw" geeft aan dat de weg is afgesloten,<br />
dat er een ongeval is gebeurd, enz.<br />
3 Verkeersinfo-indicator<br />
De indicator gaat branden wanneer TMCinformatie<br />
werd ontvangen.<br />
Wanneer veiligheidsinformatie wordt ontvangen,<br />
verandert de indicator in een aanraaktoets.<br />
: Ontvangst<br />
: Ontvangst veiligheidsinformatie<br />
: Ontvangst veiligheidsinformatie<br />
met betrekking tot de route<br />
(aanraakschakelaar)<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
(b) Automatisch verkeer vermijden<br />
Het systeem gebruikt de verkeersinfo om<br />
automatisch een nieuwe route te berekenen.<br />
Wanneer het systeem een nieuwe route<br />
berekent, verschijnt een melding om de<br />
nieuwe route te bevestigen op het scherm.<br />
Wanneer u "Ja" aanraakt, wijzigt het systeem<br />
de begeleidingsroute naar de nieuwe<br />
route. Raak "Nee" aan om het vorige<br />
scherm te houden.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop om het<br />
"MENU"-scherm weer te geven; raak<br />
"Verkeer" aan.<br />
4<br />
2. Raak "Files autom. vermijden" aan.<br />
TNS 350 117
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
INFORMATIE<br />
● Verkeersproblemen kunnen plots<br />
optreden. De verkeersinfo kan<br />
daarom soms niet overeenkomen<br />
met de reële omstandigheden. Het<br />
is ook mogelijk dat er geen voorkeursroutes<br />
beschikbaar zijn die<br />
u rond de verkeersopstopping leiden.<br />
In die gevallen kan het navigatiesysteem<br />
de verkeersopstopping<br />
niet vermijden, en/of is de<br />
nieuwe route niet de meest wenselijke.<br />
● Wanneer "Verkeersinfo" donkerder<br />
wordt weergegeven, zijn de<br />
functies "Files autom. vermijden"<br />
en "Stembegeleiding" niet beschikbaar.<br />
(c) Verkeersinfo stembegeleiding<br />
Het systeem is voorzien van verkeersinfo<br />
stembegeleiding. Wanneer zich bepaalde<br />
verkeersproblemen voordoen op de begeleidingsroute<br />
zal het systeem u via gesproken<br />
instructies begeleiden.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop om het<br />
"MENU"-scherm weer te geven; raak<br />
"Verkeer" aan.<br />
2. Raak "Stembegeleiding" aan.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer "Verkeersinfo" donkerder<br />
wordt weergegeven, zijn de functies<br />
"Files autom. vermijden" en "Stembegeleiding"<br />
niet beschikbaar.<br />
118 TNS 350
(d) Veranderen van gebied<br />
Het systeem verandert automatisch van<br />
gebied volgens de huidige positie van het<br />
voertuig.<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
(e) De RDS-TMC zender selecteren<br />
Het systeem selecteert automatisch een<br />
zender die verkeersinfo doorstuurt op basis<br />
van de signaalsterkte. Het is ook mogelijk<br />
om manueel een RDS-TMC zender<br />
te kiezen.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop om het<br />
"MENU"-scherm weer te geven; raak<br />
"Verkeer" aan.<br />
4<br />
2. Raak "Handm." aan om het scherm<br />
RDS-TMC "Station" weer te geven.<br />
Om de zender te kiezen, raakt u de knop<br />
van de overeenkomstige zender op het<br />
scherm aan. Op het display verschijnt het<br />
vorige scherm, waarop de gekozen zender<br />
wordt weergegeven.<br />
Raak "Zoeken" aan om opnieuw naar<br />
RDS-TMC zenders te zoeken.<br />
TNS 350 119
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
(f) Verkeersinfo<br />
Wanneer u de cursor plaatst op een icoon<br />
met verkeersinfo, verschijnt informatie en<br />
"Info" bovenaan op het scherm.<br />
(g) Verkeer op de route<br />
1. Druk op de "MENU"-knop om het<br />
"MENU"-scherm weer te geven; raak<br />
"Verkeer" aan.<br />
1. Raak "Info" aan op de balk om het<br />
scherm "Verkeersinfo" te tonen.<br />
2. Raak "Verkeer op de route" aan om<br />
het scherm "Verkeer op de route"<br />
weer te geven.<br />
Om gedetailleerde informatie weer te<br />
geven, raakt u "Details" aan..<br />
Verkeersinfo m.b.t. de begeleidingsroute<br />
wordt op het scherm weergegeven.<br />
Om de kaart of gedetailleerde informatie<br />
weer te geven, raakt u "Kaart" of "Details"<br />
aan.<br />
120 TNS 350
KAART<br />
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
(h) Alle verkeersinfo<br />
1. Druk op de "MENU"-knop om het<br />
"MENU"-scherm weer te geven; raak<br />
"Verkeer" aan.<br />
De kaart rond het verkeersprobleem<br />
wordt weergegeven. De soorten verkeersproblemen<br />
worden bovenaan op<br />
het scherm weergegeven.<br />
DETAIL VERKEERSINFO<br />
2. Raak "Alle verkeersinfo" aan om het<br />
scherm "Alle verkeersinfo" weer te<br />
geven.<br />
4<br />
Gedetailleerde info over de verkeershinder<br />
wordt weergegeven.<br />
3. Raak de gewenste naam van de weg<br />
in de lijst aan.<br />
TNS 350 121
GEAVANCEERDE FUNCTIES<br />
4. Alle verkeersinfo die het systeem<br />
ontvangt van een RDS-TMC zender<br />
wordt weergegeven, ongeacht of die<br />
van belang is voor de begeleidingsroute.<br />
5. Raak "Kaart" of "Details" aan. (zie<br />
"(g) Verkeer op de route" op pagina<br />
120)<br />
122 TNS 350
ANDERE FUNCTIES<br />
Sectie 5<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
●●Onderhoudsinformatie............................................................................ 124<br />
Instelling onderhoudsinformatie........................................................... 124<br />
Dealer instellen.................................................................................... 126<br />
●●Kalender met memo's............................................................................. 128<br />
Een memo toevoegen.......................................................................... 130<br />
Een memo bewerken........................................................................... 131<br />
Memolijst.............................................................................................. 131<br />
●●Handenvrij systeem (voor mobiele telefoon)........................................ 133<br />
Een Bluetooth ® telefoon invoeren........................................................ 136<br />
Bellen met de Bluetooth ® telefoon....................................................... 140<br />
Gesprekken ontvangen op de Bluetooth ® telefoon.............................. 144<br />
Spreken via de Bluetooth ® telefoon..................................................... 145<br />
De instellingen van de Bluetooth ® telefoon wijzigen............................ 147<br />
Een Bluetooth ® telefoon instellen......................................................... 171<br />
●●Het scherm aanpassen.............................................................................. 178<br />
●●Scherminstelling........................................................................................ 178<br />
●●Instellen van het biepgeluid....................................................................... 181<br />
●●Een taal kiezen.......................................................................................... 181<br />
●●Fotoviewer................................................................................................. 182<br />
5<br />
TNS 350 123
ANDERE FUNCTIES<br />
Onderhoudsinformatie —<br />
— Instelling<br />
onderhoudsinformatie<br />
Wanneer het navigatiesysteem wordt ingeschakeld,<br />
geeft het "Informatie"-scherm<br />
aan wanneer het tijd is om bepaalde onderdelen<br />
te vervangen (zie pagina 23).<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Informatie" aan.<br />
3. Raak "Onderhoud" aan.<br />
4. Raak de gewenste knop aan.<br />
Voor details over elke aanraaktoets, zie<br />
"INFORMATIE ITEMS" op pagina 125.<br />
"Alles wissen": om alle voorwaarden die<br />
werden ingevoerd te annuleren.<br />
"Alles resetten": om het item waarvoor<br />
aan een voorwaarde werd voldaan, te resetten.<br />
"Dealer instellen": om informatie over de<br />
dealer te registreren of te bewerken (zie "<br />
— Dealer instellen" op pagina 126.)<br />
Wanneer "Aan" werd geselecteerd, geeft<br />
het systeem informatie over het onderhoud<br />
via het "Informatie"-scherm en via<br />
het stemgeluid wanneer het systeem wordt<br />
ingeschakeld (zie pagina 23).<br />
Door "Uit" te selecteren wordt het<br />
"Informatie"-scherm uitgeschakeld.<br />
Wanneer de auto toe is aan een onderhoudsbeurt<br />
wijzigt de kleur van de aanraaktoets<br />
op het scherm naar oranje.<br />
124 TNS 350
INFORMATIE ITEMS<br />
"ENGINE OIL": Vervang de motorolie<br />
"OIL FILTER": Vervang de oliefilter van de<br />
motor<br />
"ROTATION": Vervang de banden van<br />
plaats<br />
"TYRE": Vervang de banden<br />
"BATTERY": Vervang de accu<br />
"BRAKE PAD": Vervang de remvoeringen<br />
"WIPER": Vervang de ruitenwisserbladen<br />
"LLC": Vervang de motorkoelvloeistof<br />
"BRAKE OIL": Vervang de remvloeistof<br />
"ATF": Vervang de ATF (automatische<br />
transmissievloeistof)<br />
"SERVICE": Preventief onderhoud<br />
"AIR FILTER": Vervang de luchtfilter<br />
"PERSONAL": Nieuwe informatie-items<br />
kunnen afzonderlijk worden aangemaakt<br />
vanuit de voorziene items.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
5. Voorwaarden invoeren<br />
"Datum": de datum van het volgende<br />
onderhoud kan worden ingevoerd.<br />
"Afstand": De rijafstand tot het volgende<br />
onderhoud kan worden ingevoerd.<br />
"Wissen": om datum en afstand te<br />
annuleren.<br />
"Resetten": om datum en afstand te<br />
resetten.<br />
6. Raak "OK" aan.<br />
Op het scherm wordt opnieuw het scherm<br />
"Onderhoud" weergegeven.<br />
INFORMATIE<br />
● Voor informatie over preventief<br />
onderhoud, zie het "Serviceboekje<br />
van <strong>Toyota</strong>" of het "Garantieboekje<br />
van <strong>Toyota</strong>".<br />
● Afhankelijk van de rijomstandigheden<br />
of de toestand op de weg<br />
kunnen de huidige datum en afstand<br />
verschillen van de datum en<br />
afstand die in het systeem zijn opgeslagen.<br />
5<br />
TNS 350 125
ANDERE FUNCTIES<br />
— Dealer instellen<br />
Het is mogelijk om een dealer in het systeem<br />
te registreren. Wanneer de gegevens<br />
van de dealer zijn geregistreerd, is routebegeleiding<br />
naar de dealer mogelijk.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Informatie" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Onderhoud" aan op het<br />
scherm "Informatie".<br />
4. Raak "Dealer instellen" aan op het<br />
scherm "Onderhoud".<br />
5. Wanneer de dealer niet is geregistreerd,<br />
voer dan de locatie van de<br />
dealer op dezelfde manier in als bij<br />
het zoeken van een bestemming (zie<br />
"Bestemming zoeken" op pagina 46).<br />
Wanneer de registratie bij "Dealer instellen"<br />
beëindigd is, wordt het scherm weergegeven<br />
waarop u de dealergegevens<br />
kunt bewerken.<br />
6. Raak de knop aan die u wilt bewerken.<br />
"Dealer": om de naam van een dealer in<br />
te voeren (zie pagina 127).<br />
"Contact": om de naam van een medewerker<br />
bij de dealer in te voeren (zie pagina<br />
127).<br />
"Locatie": om een locatie in te stellen (zie<br />
pagina 127).<br />
"Telefoonnr.": om een telefoonnummer in<br />
te stellen (zie pagina 128).<br />
"Dealer wissen": om de informatie over<br />
de dealer op het scherm te wissen.<br />
"Enter ”: Om de weergegeven dealer<br />
als bestemming in te stellen (zie "De routebegeleiding<br />
starten" op pagina 67).<br />
126 TNS 350
● Om "Dealer" of "Contact" te bewerken<br />
1. Raak "Dealer" of "Contact" aan op<br />
het scherm "Dealer instellen".<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● Om "Locatie" te bewerken<br />
1. Raak "Locatie" aan op het scherm<br />
"Dealer instellen".<br />
2. Voer de naam in met de alfanumerieke<br />
toetsen.<br />
Tot 24 tekens kunnen worden ingevoerd.<br />
3. Raak "OK" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
2. Raak de acht richtingspijlen aan<br />
om de cursor<br />
punt op de kaart te bewegen.<br />
¤<br />
naar het gewenste<br />
3. Raak "Enter" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
5<br />
TNS 350 127
ANDERE FUNCTIES<br />
● Om "Telefoonnr." te bewerken<br />
1. Raak "Telefoonnr." aan op het<br />
scherm "Dealer instellen".<br />
Kalender met memo's —<br />
Het is mogelijk om memo's in te voeren<br />
voor speciale data op de kalender. Het<br />
systeem informeert u over de ingevoerde<br />
memo wanneer het systeem wordt ingeschakeld<br />
(zie pagina 23).<br />
Memo's kunnen ook worden gebruikt<br />
voor routebegeleiding wanneer het memo<br />
werd geregistreerd met informatie over de<br />
locatie.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Voer het nummer in met de cijfertoetsen.<br />
3. Raak "OK" aan.<br />
Het vorige scherm wordt weergegeven.<br />
2. Raak "Informatie" aan.<br />
3. Raak "Kalender" aan.<br />
128 TNS 350
ANDERE FUNCTIES<br />
Op dit scherm wordt de huidige datum geel<br />
verlicht weergegeven.<br />
M of M : om de maand te wijzigen.<br />
Y of Y : om het jaar te wijzigen.<br />
"Vandaag": om de huidige maandkalender<br />
te tonen (wanneer een andere maand<br />
wordt weergegeven).<br />
"Lijst": om de lijst met geregistreerde<br />
memo's weer te geven (zie " — Memolijst"<br />
op pagina 131.)<br />
Door een datumknop aan te raken op het<br />
scherm "Kalender" verschijnt het "Memo"-<br />
scherm.<br />
<br />
<br />
Memo's kunnen worden bewerkt door de<br />
lijstknop aan te raken (zie “ — Een memo<br />
bewerken" op pagina 131).<br />
"Voeg memo toe": om een memo toe te<br />
voegen (zie “ — Een memo toevoegen" op<br />
pagina 130).<br />
"Markeren ◦”: om de kleur van de markering<br />
naast de datum te wijzigen. Om<br />
de standaardkleur voor de markering in<br />
te stellen, raakt u "Wissen" aan op het<br />
scherm "Kleur markering".<br />
"Datum ◦”: om de kleur van de datum te<br />
wijzigen. Om de standaardkleur voor de<br />
datum in te stellen, raakt u "Wissen" aan<br />
op het scherm "Kleur datum".<br />
"Vorige dag": om naar het "Memo"-<br />
scherm van de vorige dag te gaan.<br />
"Vandaag": om naar het "Memo"-scherm<br />
van de huidige dag te gaan.<br />
"Vlgnde dag": om naar het "Memo"-<br />
scherm van de volgende dag te gaan.<br />
5<br />
TNS 350 129
ANDERE FUNCTIES<br />
— Een memo toevoegen<br />
Wanneer een memo is toegevoegd, meldt<br />
het systeem bij het opstarten op de memodag<br />
dat er voor die dag een memo werd<br />
ingevoerd (zie pagina 23).<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Informatie" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Kalender" aan op het scherm<br />
"Informatie".<br />
4. Raak de datum aan waarvoor u een<br />
memo wilt toevoegen op het scherm<br />
"Kalender".<br />
7. Voer de tekst in met de toetsen.<br />
Tot 24 tekens kunnen worden ingevoerd.<br />
Raak na het invoeren van de tekst "OK"<br />
aan onderaan rechts op het scherm.<br />
5. Raak "Voeg memo toe" aan.<br />
Tot 100 memo's kunnen worden toegevoegd.<br />
8. Bij het registreren van informatie op<br />
het memo raakt u "Locatie" aan.<br />
Er verschijnt een scherm dat lijkt op het<br />
scherm voor het zoeken naar een bestemming.<br />
Zoek op dezelfde manier als voor<br />
een bestemming (zie "Bestemming zoeken"<br />
op pagina 46).<br />
6. Raak "Memo" aan.<br />
130 TNS 350
— Een memo bewerken<br />
Een geregistreerde memo kan worden<br />
bewerkt.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Informatie" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Kalender" aan op het scherm<br />
"Informatie".<br />
4. Raak de dag aan waarvoor u een<br />
memo wilt bewerken op het scherm<br />
"Kalender".<br />
— Memolijst<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
Het is mogelijk om een memolijst weer te<br />
geven door een zoekcriterium in te stellen.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Informatie" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
3. Raak "Kalender" aan op het scherm<br />
"Informatie".<br />
4. Raak "Lijst" aan op het scherm "Kalender".<br />
5<br />
5. Raak het memo aan dat u wilt bewerken.<br />
6. Raak het item aan dat u wilt bewerken.<br />
"Memo": om een memo te bewerken (zie “<br />
— Een memo toevoegen" op pagina 130).<br />
"Locatie": om de geregistreerde locatie te<br />
wijzigen (zie “ — Een memo toevoegen"<br />
op pagina 130).<br />
"Enter ”: om de geregistreerde locatie<br />
als bestemming in te stellen (zie "De<br />
routebegeleiding starten" op pagina 67).<br />
"Wissen": om het memo te wissen.<br />
5. Raak het gewenste zoekcriterium<br />
aan om een memolijst weer te geven.<br />
"Deze week": om de memolijst voor deze<br />
week te tonen.<br />
"Deze maand": om de memolijst voor<br />
deze maand te tonen.<br />
"Toekomst": om de lijst met memo's voor<br />
de toekomst te tonen.<br />
"Verleden": om de lijst met voorbije memo's<br />
te tonen.<br />
"Alle": om de lijst met alle memo's te tonen.<br />
"Periode": om de memolijst voor een bepaalde<br />
periode te tonen (zie pagina 132).<br />
TNS 350 131
ANDERE FUNCTIES<br />
● Om de memo's voor een bepaalde<br />
periode te tonen.<br />
1. Raak "Periode" aan op het scherm<br />
"Zoeken in lijst".<br />
6. Om een memo te wissen en/of te<br />
bewerken, raakt u de gewenste memoknop<br />
aan.<br />
"Alles wissen": om alle weergegeven<br />
memo's te wissen.<br />
Op het scherm wordt een bericht getoond.<br />
7. Om te wissen, raakt u "Ja" aan. Om<br />
het wissen te annuleren, raakt u<br />
"Nee" aan.<br />
2. Voer de periode in met de<br />
cijfertoetsen.<br />
De zoekperiode kan worden ingesteld van<br />
1 januari 2011 tot en met 31 december<br />
2030.<br />
3. Raak "OK" aan nadat u de periode<br />
heeft ingesteld.<br />
De "Memolijst" wordt weergegeven.<br />
132 TNS 350
Handenvrij systeem<br />
(voor mobiele telefoon) —<br />
Het handenvrije systeem zorgt ervoor<br />
dat u kunt telefoneren of opgebeld<br />
worden zonder het stuur los te laten<br />
door de verbinding tot stand te brengen<br />
via uw mobiele telefoon.<br />
Dit systeem ondersteunt Bluetooth ® .<br />
Bluetooth ® is een draadloos datasysteem<br />
waarbij u kunt bellen zonder dat uw<br />
mobiele telefoon is verbonden met een<br />
kabel of op een houder is geplaatst.<br />
Wanneer uw mobiele telefoon Bluetooth ®<br />
niet ondersteunt, kan dit systeem niet worden<br />
gebruikt.<br />
OPGELET<br />
Gebruik een mobiele telefoon of<br />
sluit een Bluetooth ® -telefoon enkel<br />
aan wanneer dat veilig en wettelijk<br />
toegelaten is.telefoon enkel aan<br />
wanneer dat veilig en wettelijk<br />
toegelaten is.<br />
OPMERKING<br />
Laat uw mobiele telefoon niet achter<br />
in de wagen. De binnentemperatuur<br />
kan hoog oplopen en de telefoon<br />
beschadigen.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
INFORMATIE<br />
● Het is mogelijk dat het systeem in<br />
de volgende omstandigheden niet<br />
werkt.<br />
● De mobiele telefoon is uitgeschakeld.<br />
● De huidige positie bevindt zich<br />
buiten het communicatiegebied.<br />
● De mobiele telefoon is niet verbonden.<br />
● De batterij van de mobiele telefoon<br />
is leeg.<br />
● Wanneer Bluetooth ® -toestellen<br />
worden gebruikt voor handenvrij<br />
telefoneren en gelijktijdig ook<br />
voor Bluetooth ® -audioverbindingen,<br />
kan het volgende gebeuren:<br />
● De Bluetooth ® -verbinding kan<br />
worden verbroken.<br />
● Het geluid van de draagbare<br />
speler kan worden vervormd.<br />
● Zelfs wanneer u een mobiele telefoon<br />
gebruikt die zowel handenvrij<br />
bellen als Bluetooth ® -<br />
audioverbindingen ondersteunt,<br />
kan een gelijktijdige verbinding in<br />
sommige gevallen niet mogelijk<br />
zijn.<br />
5<br />
TNS 350 133
ANDERE FUNCTIES<br />
Door de telefoonschakelaar hierboven<br />
in te drukken, kunt u een oproep ontvangen<br />
of beëindigen zonder het stuur<br />
los te laten.<br />
Afhankelijk van het <strong>mode</strong>l of de klasse zijn<br />
bepaalde schakelaars op het stuur mogelijk<br />
niet beschikbaar.<br />
INFORMATIE<br />
Afhankelijk van het <strong>mode</strong>l en de klasse<br />
is een "Stemherkenning"-schakelaar<br />
beschikbaar. Het navigatiesysteem<br />
ondersteunt deze functie niet.<br />
► Microfoon<br />
U kunt de microfoon hierboven gebruiken<br />
wanneer u via de telefoon spreekt.<br />
De stem van uw gesprekspartner wordt via<br />
de luidspreker aan bestuurderszijde weergegeven.<br />
Wanneer de stem van uw gesprekspartner<br />
wordt weergegeven, wordt<br />
het volume van het audiosysteem of van<br />
de gesproken begeleiding onderdrukt.<br />
INFORMATIE<br />
● Wanneer u belt, moeten u en uw gesprekspartner<br />
afwisselend spreken.<br />
Wanneer u tegelijk praat, verstaat u<br />
elkaar mogelijk niet (dit is niet te wijten<br />
aan een slechte werking).<br />
● Houd het volume van de stemontvangst<br />
laag. Anders krijgt u echo.<br />
Spreek duidelijk in de microfoon<br />
wanneer u belt.<br />
● In de volgende situaties hoort uw gesprekspartner<br />
u misschien niet:<br />
● Tijdens het rijden op een onverharde<br />
weg (veel storende geluiden).<br />
● Bij het rijden op een hoge snelheid.<br />
● Bij rijden met open venster(s).<br />
● Wanneer de blazers van de airco<br />
naar de microfoon zijn gedraaid.<br />
● Wanneer de ventilator van de airco<br />
veel lawaai maakt.<br />
● Wanneer er een probleem is met<br />
het mobiele telefoonnetwerk.<br />
134 TNS 350
ANDERE FUNCTIES<br />
4 Geeft het ontvangstniveau aan.<br />
1 Geeft de toestand van de Bluetooth ®<br />
verbinding aan.<br />
"Blauw" geeft aan dat er een uitstekende<br />
verbinding is met Bluetooth ® .<br />
"Geel" geeft aan dat er een slechte verbinding<br />
is met Bluetooth ® , wat mogelijk kan<br />
leiden tot een verminderde stemkwaliteit.<br />
: Geen verbinding met Bluetooth ® .<br />
2 Geeft de oplaadstand van de batterij<br />
weer.<br />
Te slecht<br />
Uitstekend<br />
Het ontvangstniveau komt niet altijd<br />
overeen met dat van uw mobiele telefoon.<br />
INFORMATIE<br />
Dit systeem ondersteunt de volgende<br />
functies:<br />
● HFP (Hands Free Profile =<br />
handenvrij profiel), versie 1.5<br />
● OPP (Object Push Profile), versie<br />
1.1<br />
Wanneer uw mobiele telefoon<br />
HFP niet ondersteunt, kunt u de<br />
Bluetooth ® -telefoon niet invoeren en<br />
geen gebruik maken van de OPPfunctie.<br />
5<br />
Leeg<br />
Vol<br />
Dit wordt niet weergegeven wanneer<br />
Bluetooth ® niet is aangesloten.<br />
De resterende lading komt niet steeds<br />
overeen met die van uw mobiele telefoon.<br />
Dit systeem heeft namelijk geen oplaadfunctie.<br />
3 Geeft het ontvangstgebied aan.<br />
"Rm" verschijnt bij ontvangst in een<br />
roaming-gebied.<br />
"Ho" verschijnt bij ontvangst in het<br />
thuisgebied.<br />
TNS 350 135
ANDERE FUNCTIES<br />
In het display is een antenne voor de<br />
Bluetooth ® -verbinding ingebouwd.<br />
De aanduiding van de Bluetooth ® -<br />
verbinding kan geel worden en het is<br />
mogelijk dat het systeem niet werkt<br />
wanneer u de Bluetooth ® -telefoon in de<br />
volgende situaties gebruikt:<br />
● Uw mobiele telefoon is "onzichtbaar"<br />
voor het display (achter de stoel, in het<br />
handschoenvakje of in een opbergvakje).<br />
● Uw mobiele telefoon komt in contact<br />
met metalen voorwerpen of wordt door<br />
metaal afgeschermd.<br />
Laat de Bluetooth ® -telefoon liggen op een<br />
plaats waar de aanduiding "Blauw" verschijnt.<br />
— Een Bluetooth ® -telefoon<br />
invoeren<br />
Om het handenvrije systeem te kunnen<br />
gebruiken moet u uw telefoon in het<br />
systeem invoeren. Nadat u uw telefoon<br />
heeft geregistreerd, kunt u handenvrij<br />
bellen.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" aan om het scherm<br />
"Instelling" weer te geven.<br />
Bluetooth is een handelsmerk dat eigendom<br />
is van Bluetooth SIG, Inc.<br />
Wanneer uw auto van eigenaar<br />
verandert:<br />
Heel wat persoonlijke gegevens zijn<br />
geregistreerd wanneer u het handenvrije<br />
systeem gebruikt. Wanneer uw auto<br />
van eigenaar wisselt, moet u eerst uw<br />
gegevens resetten (zie "(c) Persoonlijke<br />
gegevens wissen" op pagina 180).<br />
Wanneer u reset, zal de vorige status nooit<br />
terugkomen. Het resetten moet daarom<br />
zorgvuldig gebeuren.<br />
De volgende gegevens in het systeem<br />
kunnen worden gereset:<br />
● Telefoonboekgegevens<br />
● Gebelde nummers en ontvangen<br />
gesprekken<br />
● Snelkiezen<br />
● Bluetooth ® -telefoongegevens<br />
● Veiligheidscode<br />
136 TNS 350<br />
3. Raak "Bluetooth" aan om het scherm<br />
"Bluetooth* instellingen" weer te<br />
geven.<br />
4. Raak "Telefoon aansluiten" aan.
ANDERE FUNCTIES<br />
5. Raak "Registreren" aan om uw mobiele<br />
telefoon op het systeem aan te<br />
sluiten.<br />
Wanneer dit scherm wordt weergegeven,<br />
volgt u de instructies op het scherm en probeert<br />
u opnieuw.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
5<br />
6. Wanneer dit scherm wordt weergegeven,<br />
moet u het wachtwoord op<br />
het scherm in de telefoon invoeren.<br />
Raadpleeg de handleiding van uw mobiele<br />
telefoon voor de bediening van de telefoon.<br />
Om te annuleren raakt u "Annuleren"<br />
aan.<br />
7. Wanneer de verbinding tot stand<br />
is gebracht, wordt dit scherm<br />
weergegeven.<br />
Wanneer u dezelfde telefoon gebruikt,<br />
hoeft u die niet opnieuw in te voeren.<br />
TNS 350 137
ANDERE FUNCTIES<br />
● Een Bluetooth ® -telefoon aansluiten<br />
AUTOMATISCH<br />
Wanneer u uw telefoon registreert, wordt<br />
de functie "automatisch verbinding maken"<br />
ingeschakeld. Laat het systeem<br />
steeds in deze modus staan en zorg ervoor<br />
dat er steeds verbinding kan worden<br />
gemaakt met de Bluetooth ® -telefoon.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer de contactsleutel op "ACC"<br />
of op "AAN" staat, wordt de geselecteerde<br />
Bluetooth-telefoon automatisch<br />
verbonden. Wanneer de geselecteerde<br />
Bluetooth-telefoon niet kan worden gevonden,<br />
wordt automatisch verbinding<br />
gemaakt met de volgende geregistreerde<br />
Bluetooth-telefoon. Daarna worden<br />
de verbindingsresultaten op het scherm<br />
weergegeven.<br />
Dit scherm verschijnt wanneer de<br />
Bluetooth ® -telefoon voor het eerst wordt<br />
aangesloten nadat de contactsleutel op<br />
"ACC" of "ON" werd gezet.<br />
Auto's met "Smart entry and start"-systeem—<br />
Wanneer de "ENGINE START/STOP"-<br />
schakelaar op "ACCESSORY" of "IG-<br />
NITION ON" staat, wordt de geselecteerde<br />
Bluetooth-telefoon automatisch<br />
verbonden. Wanneer de geselecteerde<br />
Bluetooth-telefoon niet kan worden gevonden,<br />
wordt automatisch verbinding<br />
gemaakt met de volgende geregistreerde<br />
Bluetooth-telefoon. Daarna worden de<br />
verbindingsresultaten op het scherm<br />
weergegeven.<br />
Dit scherm verschijnt wanneer de Bluetooth ®<br />
-telefoon voor het eerst wordt aangesloten<br />
nadat de "ENGINE START STOP"-schakelaar<br />
in de stand "ACCESSORY" of "IGNI-<br />
TION ON"-modus werd gezet.<br />
138 TNS 350
MANUEEL<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
Wanneer de Bluetooth ® -verbinding is<br />
uitgeschakeld of wanneer de automatische<br />
Bluetooth ® -verbinding is mislukt,<br />
moet u de Bluetooth ® manueel aansluiten.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
4. Raak "Verbinden" aan nadat u de<br />
Bluetooth ® -verbinding op de telefoon<br />
heeft geactiveerd. Er wordt verbinding<br />
gemaakt met de Bluetoothtelefoon<br />
die laatst was verbonden.<br />
5<br />
2. Raak "Telefoon" aan.<br />
5. Wanneer de verbinding tot stand is<br />
gebracht, wordt dit scherm weergegeven.<br />
U kunt nu de Bluetooth ® -telefoon gebruiken.<br />
3. Raak "Instellingen" aan.<br />
TNS 350 139
ANDERE FUNCTIES<br />
● De Bluetooth ® -telefoon opnieuw<br />
aansluiten<br />
Auto's met "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer de Bluetooth ® -telefoon wordt<br />
ontkoppeld bij slechte ontvangst van<br />
het Bluetooth ® -netwerk terwijl de<br />
"ENGINE START STOP"-schakelaar op<br />
"ACCESSORY" of "IGNITION ON" staat,<br />
zal het systeem automatisch opnieuw<br />
verbinding maken met de Bluetooth ® -<br />
telefoon. In dat geval worden de<br />
verbindingsresultaten niet op het<br />
scherm weergegeven.<br />
Wanneer de Bluetooth ® opzettelijk werd<br />
ontkoppeld, bijv. door uw mobiele telefoon<br />
uit te schakelen, wordt deze procedure niet<br />
uitgevoerd. In dat geval moet u uw telefoon<br />
opnieuw als volgt aansluiten:<br />
● Selecteer de Bluetooth ® -telefoon<br />
opnieuw.<br />
● Voer de Bluetooth ® -telefoon in.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer de Bluetooth ® -telefoon wordt<br />
ontkoppeld bij slechte ontvangst van<br />
het Bluetooth ® -netwerk wanneer de<br />
contactsleutel op "ACC" of "ON" staat,<br />
zal het systeem automatisch opnieuw<br />
verbinding maken met de Bluetooth ® -<br />
telefoon. In dat geval worden de<br />
verbindingsresultaten niet op het<br />
scherm weergegeven.<br />
Wanneer de Bluetooth ® opzettelijk werd<br />
ontkoppeld, bijv. door uw mobiele telefoon<br />
uit te schakelen, wordt deze procedure niet<br />
uitgevoerd. In dat geval moet u uw telefoon<br />
opnieuw als volgt aansluiten:<br />
● Selecteer de Bluetooth ® -telefoon<br />
opnieuw.<br />
● Voer de Bluetooth ® -telefoon in.<br />
— Bellen met de Bluetooth ®<br />
-telefoon<br />
Nadat u de Bluetooth ® -telefoon heeft<br />
ingevoerd, kunt u handenvrij bellen.<br />
Hieronder worden 6 manieren beschreven<br />
om te bellen.<br />
● Door het nummer te kiezen<br />
U kunt bellen door het telefoonnummer<br />
in te voeren.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Telefoon" aan.<br />
3. Raak de gewenste toetsen aan om<br />
het telefoonnummer in te voeren.<br />
Telkens u ◄aanraakt, wordt een ingevoerd<br />
cijfer gewist.<br />
Wanneer u aanraakt, wordt het<br />
nummer ingevoerd dat u het laatst heeft<br />
gebeld.<br />
Raak aan of druk op op het stuur.<br />
140 TNS 350
● Via het telefoonboek<br />
U kunt bellen d.m.v. gegevens uit het<br />
telefoonboek die vanuit uw mobiele telefoon<br />
werden overgenomen.<br />
Het systeem heeft één telefoonboek. U<br />
kunt er tot 1000 nummers in opslaan.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● Via gebelde nummers<br />
U kunt bellen via de door u gebelde<br />
nummers. Het systeem onthoudt max. 5<br />
gebelde nummers. Als er meer zijn dan<br />
5 wordt het oudste nummer gewist.<br />
1. Raak "Telefoonboek" aan om het<br />
scherm "Telefoonboek" weer te geven.<br />
1. Raak "Log" aan om het scherm "Gebelde<br />
nummers" weer te geven.<br />
5<br />
2. Selecteer het gewenste nummer uit<br />
de lijst.<br />
Raak aan of druk op op het stuur.<br />
TNS 350 141
ANDERE FUNCTIES<br />
● Via ontvangen gesprekken<br />
U kunt bellen via de ontvangen gesprekken.<br />
Wanneer u een gesprek ontvangt,<br />
onthoudt het systeem max. 5 nummers.<br />
Als er meer zijn dan 5 wordt het oudste<br />
nummer gewist.<br />
● Wanneer u belt via het telefoonboek<br />
wordt de naam weergegeven (als die is<br />
geregistreerd).<br />
● Wanneer u voortdurend hetzelfde nummer<br />
opbelt, wordt alleen het nieuwste<br />
nummer geregistreerd.<br />
2. Selecteer het gewenste nummer uit<br />
de lijst.<br />
1. Raak "Log" aan om het scherm<br />
"Gebelde nummers" weer te geven.<br />
Raak aan of druk op op het stuur.<br />
2. Raak "Ontvangen gesprekken" aan<br />
om het scherm "Ontvangen gesprekken"<br />
weer te geven.<br />
142 TNS 350
ANDERE FUNCTIES<br />
● Door snelkiezen<br />
U kunt bellen naar een geregistreerd<br />
telefoonnummer dat u selecteert uit het<br />
telefoonboek, uit de gebelde nummers<br />
of uit de ontvangen gesprekken (zie "(a)<br />
Het snelkiezen registreren" op pagina<br />
147 om de gewenste snelkeuzenummers<br />
te registreren).<br />
● Wanneer u opgebeld wordt door een<br />
telefoonnummer dat in het telefoonboek<br />
is geregistreerd, worden de naam en<br />
het nummer weergegeven.<br />
● Ook ontvangen gesprekken die u niet<br />
beantwoordt, worden door het systeem<br />
onthouden; links van het nummer<br />
wordt "Abs." weergegeven (absent =<br />
afwezig).<br />
● Ook ontvangen gesprekken die u<br />
weigert, worden door het systeem<br />
onthouden; links van het nummer wordt<br />
" " weergegeven.<br />
● "Onzichtbare" telefoonnummers zoals<br />
vanuit een openbare telefooncel worden<br />
niet in het geheugen opgeslagen.<br />
3. Selecteer het gewenste nummer uit<br />
de lijst.<br />
1. Raak "Snelkiezen" aan om het<br />
scherm "Snelkiezen" weer te geven.<br />
5<br />
2. Raak het nummer aan dat u wilt bellen.<br />
U kunt van pagina veranderen door<br />
"Snelkiezen 2" of "Snelkiezen 3" aan te<br />
raken.<br />
Raak aan of druk op op het stuur.<br />
● Het is mogelijk dat internationale verbindingen<br />
niet tot stand kunnen worden<br />
gebracht, afhankelijk van uw mobiele<br />
telefoon.<br />
TNS 350 143
ANDERE FUNCTIES<br />
● Door een POI op te bellen<br />
— Gesprekken ontvangen op<br />
de Bluetooth ® -telefoon<br />
U kunt bellen door aan te raken<br />
wanneer dit wordt weergegeven op het<br />
scherm van het navigatiesysteem (zie<br />
pagina 34 voor details). U kunt dit ook<br />
doen op het scherm "Details USB-bestemming"<br />
(zie pagina 60 voor details).<br />
Wanneer u een gesprek ontvangt, wordt<br />
dit scherm weergegeven en weerklinkt<br />
een geluid. Raak aan of druk op<br />
op het stuur om het telefoongesprek te<br />
beantwoorden.<br />
Om het gesprek te beëindigen:<br />
Raak aan of druk opnieuw op<br />
op het stuur.<br />
Om een gesprek te weigeren:<br />
Raak aan en houd het ingedrukt.<br />
Om het volume van het ontvangen gesprek<br />
in te stellen:<br />
Raak “–” of “+” aan of gebruik de<br />
volumeschakelaar op het stuur.<br />
Het is mogelijk dat bij een internationaal<br />
gesprek de naam van uw gesprekspartner<br />
niet correct wordt weergegeven, afhankelijk<br />
van uw mobiele telefoon.<br />
144 TNS 350
— Spreken via de Bluetooth ® -<br />
telefoon<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
Wanneer u via de telefoon spreekt,<br />
wordt dit scherm weergegeven. De<br />
handelingen hieronder kunnen op het<br />
scherm worden uitgevoerd.<br />
Om het volume van de stem van uw<br />
gesprekspartner in te stellen:<br />
Raak “–” of “+” aan of gebruik de<br />
volumeschakelaar op het stuur.<br />
Om het gesprek te beëindigen:<br />
Raak aan of druk op op het<br />
stuur.<br />
Om uw stem te dempen:<br />
Selecteer "Dempen".<br />
Om een sleutel in te voeren:<br />
Selecteer “0-9”.<br />
Om een oproep door te sturen:<br />
Selecteer "Doorsturen".<br />
Wanneer u overschakelt van uw mobiele<br />
telefoon naar handenvrij bellen wordt het<br />
scherm voor handenvrij bellen weergegeven<br />
zodat u de bediening via het scherm<br />
kunt gebruiken.<br />
De manier waarop het doorsturen gebeurt,<br />
hangt af van uw mobiele telefoon.<br />
Raadpleeg de handleiding van uw mobiele<br />
telefoon voor de bediening van de telefoon.<br />
Raak de gewenste cijfers aan om het<br />
nummer in te voeren.<br />
Om het gesprek te beëindigen:<br />
Raak aan of druk op op het<br />
stuur.<br />
5<br />
TNS 350 145
ANDERE FUNCTIES<br />
● Een beltoon sturen via snelkeuzebeltoon<br />
U kunt een beltoon sturen via de snelkeuzebeltoon<br />
(voor het registreren van<br />
de snelkeuzebeltoon, zie "(b) De snelkeuzebeltoon<br />
registreren" op pagina<br />
149).<br />
Wanneer het continu beltoonsignaal is<br />
geregistreerd in een telefoonboek, verschijnt<br />
dit scherm (wanneer het niet is<br />
geregistreerd, verschijnen "Sturen" en<br />
"Stop" niet).<br />
Bevestig het nummer op het scherm en<br />
raak "Sturen" aan. Het nummer voor het<br />
merkteken wordt verstuurd.<br />
Wanneer u "Stop"aanraakt, wordt deze<br />
functie geannuleerd en verschijnt een normaal<br />
beltoonscherm.<br />
Om het gesprek te beëindigen:<br />
Raak aan of druk op op het<br />
stuur.<br />
Het continu beltoonsignaal bestaat uit<br />
een merkteken (p of w) en het nummer<br />
volgend op het telefoonnummer<br />
(bijv. 056133w0123p#1)<br />
U kunt deze functie gebruiken wanneer<br />
u een antwoordapparaat wilt bedienen of<br />
een telefoonservice wilt gebruiken, bijvoorbeeld<br />
in een bank. U kunt het telefoonnummer<br />
en het codenummer in het telefoonboek<br />
registreren.<br />
1. Raak "Snelkeuzebeltoon" aan.<br />
2. Raak de gewenste knop aan om een<br />
beltoon te versturen.<br />
146 TNS 350
— De instellingen van de<br />
Bluetooth ® -telefoon<br />
wijzigen<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
(a) Het snelkiezen registreren<br />
U kunt het gewenste telefoonnummer<br />
registreren aan de hand van het telefoonboek,<br />
de gebelde nummers en de<br />
ontvangen gesprekken. U kunt tot 17<br />
snelkiesnummers registreren.<br />
De 6de invoer is het snelkiesnummer voor<br />
opnieuw kiezen.<br />
Raak "Instellingen" aan om het scherm<br />
"Instellingen" weer te geven.<br />
1. Raak "Snelkiezen" aan om het<br />
scherm "Instellingen snelkeuze"<br />
weer te geven.<br />
5<br />
U kunt de instellingen van de telefoon<br />
wijzigen.<br />
2. Raak "Registreren" naast "Snelkiezen"<br />
aan.<br />
3. Selecteer de gegevens die u wilt registreren.<br />
TNS 350 147
ANDERE FUNCTIES<br />
● Snelkeuzegegevens individueel wissen<br />
U kunt de gegevens van de snelkeuzenummers<br />
"01" tot "17" individueel wissen.<br />
U kunt ze ook alle 17 tegelijk wissen.<br />
4. Raak het gewenste telefoonnummer<br />
aan.<br />
1. Raak "Wissen" naast "Snelkiezen"<br />
aan.<br />
5. Raak de toets aan waaronder u de<br />
gegevens wilt registreren.<br />
Het laatst gebelde nummer wordt geregistreerd<br />
onder het 6de nummer (snel opnieuw<br />
kiezen).<br />
2. Raak de toets aan waarvan u de<br />
gegevens wilt wissen.<br />
Dit scherm wordt weergegeven wanneer<br />
u een toets selecteert waaronder<br />
al gegevens zijn geregistreerd.<br />
6. Raak "Ja" aan wanneer u de oude<br />
gegevens wilt overschrijven.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
148 TNS 350
● Alle snelkeuzenummers wissen<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
(b) De snelkeuzebeltoon registreren<br />
U kunt het gewenste beltoonnummer<br />
registreren. U kunt tot 6 beltoonnummers<br />
registreren.<br />
1. Raak "Wis alles" naast "Snelkiezen"<br />
aan.<br />
1. Raak "Registreren" onder "Snelkeuzebeltoon"<br />
aan.<br />
5<br />
2. Raak "Ja" aan.<br />
2. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam in te voeren.<br />
3. Voer het nummer in en raak "OK"<br />
aan.<br />
TNS 350 149
ANDERE FUNCTIES<br />
● De snelkeuzebeltoon bewerken<br />
U kunt de gegevens van de snelkeuzebeltoon<br />
bewerken.<br />
4. Raak de toets aan waaronder u de<br />
gegevens wilt registreren.<br />
1. Raak "Bewerken" onder "Snelkeuzebeltoon"<br />
aan.<br />
Dit scherm wordt weergegeven wanneer<br />
u een toets selecteert waaronder<br />
al gegevens zijn geregistreerd.<br />
5. Raak "Ja" aan wanneer u de oude<br />
gegevens wilt overschrijven.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer u vaak een groep belsignalen<br />
gebruikt, kunt u deze groep registreren<br />
als een snelkeuzebeltoonnummer<br />
zodat u het tijdens gesprekken<br />
met één druk op de knop kunt bedienen.<br />
2. Raak de toets aan waarvan u de<br />
gegevens wilt bewerken.<br />
150 TNS 350
ANDERE FUNCTIES<br />
● De snelkeuzebeltoon individueel<br />
wissen<br />
U kunt de gegevens van de snelkeuzebeltonen<br />
"1" tot "6" individueel wissen.<br />
U kunt ze ook alle 6 tegelijk wissen.<br />
3. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam in te voeren.<br />
1. Raak "Wissen" onder<br />
"Snelkeuzebeltoon" aan.<br />
5<br />
4. Voer het nummer in en raak "OK"<br />
aan.<br />
2. Raak de toets aan waarvan u de gegevens<br />
wilt wissen.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
TNS 350 151
ANDERE FUNCTIES<br />
● Alle snelkeuzebeltonen wissen<br />
(c) Het volume instellen<br />
1. Raak "Wis alles" onder "Snelkeuzebeltoon"<br />
aan.<br />
1. Raak "Volume" aan om het scherm<br />
"Volume-instellingen" weer te geven.<br />
2. Raak "Ja" aan.<br />
2. Raak "-" of "+" aan om het "Gespreksvolume"<br />
of het "Beltoonvolume"<br />
in te stellen.<br />
"Gespreksvolume". . Het stemvolume van<br />
uw gesprekspartner<br />
instellen.<br />
"Beltoonvolume" . . . Het beltoonvolume<br />
instellen.<br />
152 TNS 350
● Automatische volume-instellingen<br />
voor hoge snelheid<br />
U kunt het volume met één niveau verhogen<br />
wanneer de snelheid meer dan<br />
80 km/u (50 mijl/u) bedraagt (wanneer<br />
de snelheid onder 70 km/u (43 mijl/u)<br />
daalt, keert het systeem terug naar het<br />
vorige volume).<br />
Door "Adaptieve volumeregeling"aan te<br />
raken, kunt u deze functie in- of uitschakelen.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● De instellingen resetten<br />
U kunt de instellingen resetten.<br />
Raak "Std." aan.<br />
5<br />
Raak "Ja" aan.<br />
TNS 350 153
ANDERE FUNCTIES<br />
(d) Het scherm instellen<br />
1. Raak "Scherm" aan om het scherm<br />
met de "Scherminstellingen" weer te<br />
geven.<br />
2. Stel de gewenste waarden voor het<br />
scherm in en raak "OK" aan.<br />
● Weergave ontvangst gesprek<br />
U kunt bepalen hoe een ontvangen gesprek<br />
op het scherm wordt weergegeven.<br />
Raak "Vol" of "Icoon" aan.<br />
"Vol"-modus. . . . . . . Bij een inkomend<br />
gesprek wordt het<br />
handenvrij-scherm<br />
weergegeven en<br />
kunt u dit bedienen.<br />
"Icoon"-modus . . . . Het bericht wordt<br />
bovenaan op het<br />
scherm weergegeven.<br />
U kunt enkel de<br />
schakelaar op het<br />
stuur bedienen.<br />
154 TNS 350
● Automatisch beantwoorden<br />
Bij een inkomend gesprek wordt op<br />
het display automatisch het gespreksscherm<br />
weergegeven en kunt u beginnen<br />
bellen (zonder een enkele knop aan<br />
te raken) na de vooraf ingestelde tijd.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● De Bluetooth ® -verbindingsstatus bij<br />
het opstarten<br />
Raak "Aan" aan naast "Auto beantw."<br />
en "-" of "+" om de wachttijd voor<br />
automatisch beantwoorden in te stellen<br />
tussen 1 en 60 seconden.<br />
Auto's met "Smart entry and start"-systeem—<br />
Wanneer de "ENGINE START STOP"-<br />
schakelaar op "ACCESSORY" of "IGNI-<br />
TION ON" staat en de Bluetooth ® -verbinding<br />
automatisch tot stand wordt<br />
gebracht, wordt de verbindingsstatus<br />
weergegeven.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer de contactsleutel op "ACC"<br />
of "ON" staat en de Bluetooth ® -verbinding<br />
automatisch tot stand wordt<br />
gebracht, wordt de verbindingsstatus<br />
weergegeven.<br />
5<br />
Raak "Aan" of "Uit" aan naast "Toon<br />
Bluetooth*-verbindingsstatus bij contact<br />
aan".<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
TNS 350 155
ANDERE FUNCTIES<br />
● De instellingen resetten<br />
U kunt de instellingen resetten.<br />
(e) Het telefoonboek instellen<br />
U kunt telefoonnummers in het telefoonboek<br />
registreren.<br />
Raak "Std." aan.<br />
Raak "Tel. boek" aan om het scherm<br />
"Telefoonboekbeheer" weer te geven.<br />
Raak "Ja" aan.<br />
U kunt het telefoonboek instellen.<br />
156 TNS 350
● Een telefoonnummer overdragen<br />
U kunt de telefoonnummers in uw<br />
Bluetooth ® -telefoon overdragen naar het<br />
systeem. Tot 1000 persoonsgegevens<br />
(met max. 2 nummers per persoon)<br />
kunnen in het telefoonboek worden<br />
geregistreerd.<br />
U moet de gegevens overdragen terwijl de<br />
motor draait.<br />
1. Raak "Gegevens verzenden" aan om<br />
het scherm "Selecteer groep" weer<br />
te geven.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
4. De gegevens uit het telefoonboek<br />
naar het systeem overdragen via de<br />
Bluetooth ® -telefoon.<br />
Dit scherm wordt weergegeven tijdens de<br />
overdracht. Om deze functie te annuleren,<br />
selecteert u "Annuleren". Wanneer de<br />
overdracht wordt onderbroken, kunnen de<br />
tot dan toe overgedragen telefoonboekgegevens<br />
in het systeem worden opgeslagen.<br />
5<br />
2. Selecteer de groep waarnaar u wilt<br />
overdragen.<br />
5. Wanneer de overdracht is beëindigd,<br />
wordt dit scherm weergegeven.<br />
3. Raak "Overschrijven" of "Toevoegen"<br />
aan.<br />
Wanneer dit scherm wordt weergegeven,<br />
moet u de opnieuw proberen de<br />
overdracht uit te voeren.<br />
TNS 350 157
ANDERE FUNCTIES<br />
● De gegevens in het telefoonboek<br />
registreren<br />
U kunt de gegevens in het telefoonboek<br />
registreren.<br />
● De naam bewerken<br />
Wanneer u de naam niet invoert, wordt<br />
het nummer weergegeven.<br />
1. Raak "Registreren" onder "Telefoonboek"<br />
aan.<br />
1. Raak "Naam" aan.<br />
2. Raak de gewenste knop aan om het<br />
telefoonboek te bewerken.<br />
2. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam in te voeren.<br />
3. Wanneer u klaar bent met bewerken,<br />
raakt u "OK" aan.<br />
158 TNS 350
● Het telefoonnummer bewerken<br />
U kunt het telefoonnummer afzonderlijk<br />
registreren in "TEL1" en "TEL2".<br />
Er kunnen tot 2 nummers per persoon<br />
worden geregistreerd.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● Een groep selecteren<br />
Voor elke persoon kunt u een groep instellen<br />
(bijvoorbeeld: "Familie", "Vrienden",<br />
"Kantoor",...). Het is daarna eenvoudiger<br />
om die persoon op te zoeken<br />
op het groepsscherm.<br />
U kunt "Geen groep" of "Groep 01" tot<br />
"Groep 19" selecteren.<br />
"Geen groep" wordt weergegeven als u<br />
de groep niet instelt.<br />
1. Raak "TEL1" of "TEL2" aan.<br />
1. Raak "Groep" aan.<br />
5<br />
2. Voer het nummer in en raak "OK"<br />
aan.<br />
2. Selecteer de gewenste groep.<br />
3. Selecteer het gewenste icoon.<br />
TNS 350 159
ANDERE FUNCTIES<br />
● Gegevens aan het telefoonboek<br />
toevoegen<br />
U kunt gegevens aan het telefoonboek<br />
toevoegen.<br />
● De gegevens bewerken<br />
U kunt de geregistreerde gegevens bewerken.<br />
1. Raak "Toevoegen" aan.<br />
1. Raak "Bewerk" aan.<br />
2. Selecteer de gegevens die u wilt<br />
toevoegen aan de loggegevens.<br />
2. Selecteer de gegevens die u wilt<br />
bewerken.<br />
3. Bevestig de toegevoegde gegevens<br />
op het scherm en raak "OK" aan.<br />
160 TNS 350
ANDERE FUNCTIES<br />
● Gegevens wissen<br />
U kunt gegevens wissen.<br />
Wanneer uw auto van eigenaar wisselt,<br />
moet u alle gegevens in het systeem<br />
wissen.<br />
3. Raak de gewenste knop aan.<br />
Wanneer u klaar bent met bewerken,<br />
selecteert u "OK".<br />
1. Raak "Wissen" onder "Telefoonboek"<br />
aan.<br />
5<br />
Ook wanneer u "Bewerk" aanraakt op<br />
dit scherm, kunt u de gegevens bewerken.<br />
2. Raak de gewenste knop aan.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
TNS 350 161
ANDERE FUNCTIES<br />
U kunt gegevens ook als volgt wissen.<br />
1. Raak "Telefoonboek" aan.<br />
4. Raak "Ja" aan.<br />
2. Selecteer de gewenste gegevens.<br />
3. Raak "Wissen" aan.<br />
162 TNS 350
● Alle telefoongegevens wissen<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
3. Wanneer u "Groepsgegevens" selecteert,<br />
wordt het scherm "Selecteer<br />
groep" weergegeven.<br />
1. Raak "Wis alles" onder "Telefoonboek"<br />
aan.<br />
4. Selecteer de gewenste groep.<br />
5<br />
2. Selecteer de wismethode.<br />
"Groepsgegevens"<br />
. . . . . . . . .om alle telefoongegevens in<br />
een groep te wissen.<br />
"Alle contactgegevens"<br />
. . . . . . . . .om alle telefoongegevens te<br />
wissen<br />
5. Raak "Ja" aan.<br />
TNS 350 163
ANDERE FUNCTIES<br />
U kunt gegevens ook als volgt wissen.<br />
● Een groepsnaam registreren<br />
U kunt 20 groepen registreren. "Geen<br />
groep", "Groep 01" - "Groep 19" wordt<br />
standaard opgeslagen.<br />
U kunt "Groep 01" - "Groep 19" wijzigen<br />
in de gewenste namen.<br />
1. Raak "Telefoonboek" aan.<br />
1. Raak "Registreren" naast "Groepsnaam"<br />
aan.<br />
2. Raak "Alles wissen" aan.<br />
2. Selecteer de groep die u wilt registreren.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
3. Wanneer u klaar bent met bewerken,<br />
raakt u "OK" aan.<br />
164 TNS 350
● Een groepsicoon selecteren<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● Een groepsnaam bewerken<br />
1. Raak "Icoon" aan.<br />
1. Raak "Naam" aan.<br />
5<br />
2. Selecteer het gewenste icoon.<br />
2. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam in te voeren.<br />
TNS 350 165
ANDERE FUNCTIES<br />
● Een groepsnaam wissen<br />
U kunt de groepsnamen afzonderlijk of<br />
allemaal tegelijk wissen. Wanneer u een<br />
groepsnaam wist, zal die groep terugkeren<br />
naar de standaardinstelling (met<br />
uitzondering van "Geen groep").<br />
● Alle groepsnamen wissen<br />
1. Raak "Wis alles" naast "Groepsnaam"<br />
aan.<br />
1. Raak "Wissen" naast "Groepsnaam"<br />
aan.<br />
2. Raak "Ja" aan.<br />
2. Selecteer de groep waarvan u de<br />
naam wilt wissen.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
166 TNS 350
● De loggegevens wissen<br />
U kunt de loggegevens afzonderlijk of<br />
allemaal tegelijk wissen.<br />
Wanneer uw auto van eigenaar wisselt,<br />
moet u alle gegevens in het systeem<br />
wissen.<br />
AFZONDERLIJK<br />
ALLEMAAL TEGELIJK<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
1. Raak "Alles wissen" aan op het<br />
scherm "Gebelde nummers" of "Ontvangen<br />
gesprekken".<br />
1. Raak "Wissen" aan op het scherm<br />
"Loggegevens".<br />
5<br />
2. Raak "Ja" aan.<br />
2. Raak "Ja" aan.<br />
TNS 350 167
ANDERE FUNCTIES<br />
(f) De beveiliging instellen<br />
Wanneer u de beveiliging instelt, kunt u<br />
voorkomen dat anderen sommige functies<br />
van het handenvrije systeem gebruiken.<br />
Dit is nuttig wanneer u bijvoorbeeld<br />
uw wagen achterlaat bij een hotel<br />
of wanneer u niet wilt dat anderen de<br />
door u geregistreerde gegevens zien.<br />
Wanneer u de veiligheid instelt of ontgrendelt,<br />
moet u de beveiligingscode invoeren.<br />
Zorg ervoor dat u de standaardcode wijzigt<br />
wanneer u de beveiliging voor het eerst<br />
gebruikt.<br />
● De beveiligingscode wijzigen<br />
De beveiligingscode bestaat uit 4 cijfers<br />
en is standaard ingesteld op "0000".<br />
Verander deze in een nieuwe code die<br />
voor anderen moeilijk te achterhalen is.<br />
Wanneer u de beveiligingscode wijzigt,<br />
vergeet dan de nieuwe code niet. De dealers<br />
kunnen de veiligheid niet ontgrendelen<br />
wanneer u de code vergeet.<br />
Wanneer u de veiligheidscode vergeet,<br />
moet u uw persoonlijke gegevens resetten.<br />
Door uw persoonlijke gegevens te<br />
resetten, worden niet enkel de gegevens<br />
in het telefoonboek, maar ook de geheugenpunten<br />
in het navigatiesysteem, enz.<br />
gewist (zie "● De beveiligingscode resetten"<br />
op pagina 170).<br />
1. Raak "Vergrendel tel. boek" aan.<br />
2. Raak "Wijzigen" aan.<br />
168 TNS 350
3. Voer de huidige code in en raak "OK"<br />
aan.<br />
Telkens u ◄aanraakt, wordt een ingevoerd<br />
cijfer gewist.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● Telefoonboek vergrendelen<br />
Met de telefoonboekvergrendeling kunt<br />
u de volgende functies vergrendelen.<br />
● Weergave van het telefoonboekscherm<br />
en de overdracht, de registratie, het bewerken<br />
en wissen van telefoonboekgegevens.<br />
● Weergave van het snelkeuzescherm,<br />
registreren en wissen van snelkeuzegegevens<br />
en het snelkiezen zelf.<br />
● Weergave van de naam van de gesprekspartner<br />
bij alle gesprekken.<br />
● Weergave van het scherm met gebelde<br />
nummers en het scherm met ontvangen<br />
gesprekken, wissen van gebelde nummers<br />
en ontvangen gesprekken.<br />
● Weergave van het scherm met telefooninformatie.<br />
● Wijzigen van de beveiligingscode.<br />
5<br />
4. Voer de nieuwe code in en raak "OK"<br />
aan.<br />
5. Raak "Ja" aan.<br />
TNS 350 169
ANDERE FUNCTIES<br />
● De beveiligingscode resetten<br />
U kunt de instellingen resetten.<br />
1. Raak "Aan" aan.<br />
1. Raak "Std." aan.<br />
2. Voer de beveiligingscode in en raak<br />
"OK" aan.<br />
2. Voer de beveiligingscode in en raak<br />
"OK" aan.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
170 TNS 350
— Een Bluetooth ® -telefoon<br />
instellen<br />
● Een Bluetooth ® -telefoon selecteren<br />
Wanneer u meer dan één Bluetooth ® -<br />
telefoon registreert, moet u een favoriet<br />
toestel kiezen.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
U kunt de Bluetooth ® -telefoon selecteren<br />
uit max. 6 telefoons.<br />
"Leeg" wordt weergegeven wanneer u nog<br />
geen Bluetooth ® -telefoon heeft geregistreerd.<br />
Het Bluetooth ® -logo wordt weergegeven<br />
wanneer u een telefoon kiest.<br />
2. Raak "Instelling" aan om het scherm<br />
"Instelling" weer te geven.<br />
Hoewel u max. 4 Bluetooth ® -telefoons in het<br />
systeem kunt registreren, kunt u slechts met<br />
één Bluetooth ® -telefoon tegelijk werken.<br />
5<br />
3. Raak "Bluetooth" aan om het scherm<br />
"Bluetooth ® -instellingen" weer te geven.<br />
5. Raak "OK" aan.<br />
4. Raak "Telefoon selecteren" aan om<br />
het scherm "Telefoon selecteren"<br />
weer te geven.<br />
Wanneer het bericht wordt weergegeven<br />
dat de verbinding tot stand werd gebracht,<br />
kunt u de Bluetooth ® -telefoon gebruiken.<br />
TNS 350 171
ANDERE FUNCTIES<br />
Wanneer een andere Bluetooth ® -telefoon<br />
probeert verbinding te maken, wordt dit<br />
scherm weergegeven:<br />
Raak "Ja" of "Nee" aan.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
● Bluetooth ® informatie weergeven<br />
U kunt de informatie van de Bluetooth ® -<br />
telefoon op het systeem weergeven of<br />
instellen.<br />
"Toestelnaam":<br />
. . . . . . . . .De naam van de Bluetooth ® -telefoon<br />
die op het scherm wordt<br />
weergegeven. U kunt die wijzigen<br />
in een naam naar keuze.<br />
"Adres Bluetooth*-toestel"<br />
. . . . . . . . .Het specifieke adres voor het<br />
systeem. U kunt dit niet wijzigen.<br />
1. Selecteer de gewenste telefoon en<br />
raak "Informatie" aan.<br />
2. Wanneer u klaar bent met bewerken,<br />
drukt u op .<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
172 TNS 350
● Een toestelnaam wijzigen<br />
U kunt de naam van een toestel wijzigen.<br />
Wanneer u de toestelnaam wijzigt,<br />
wordt de geregistreerde naam in uw<br />
mobiele telefoon niet gewijzigd.<br />
1. Raak "Wijzigen" aan.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● De Bluetooth ® -instellingen wijzigen<br />
U kunt het scherm en de instellingen van<br />
de Bluetooth ® -informatie op het systeem<br />
wijzigen.<br />
Op het informatiescherm worden volgende<br />
gegevens getoond:<br />
"Toestelnaam":<br />
. . . . . . . . .De naam in het Bluetooth ® -netwerk.<br />
U kunt dit wijzigen.<br />
"Wachtwoord"<br />
. . . . . . . . .Het wachtwoord voor het registreren<br />
van uw mobiele telefoon<br />
in het systeem. U kunt dit wijzigen<br />
in een getal met 4 tot 8 cijfers.<br />
"Toesteladres"<br />
. . . . . . . . .Het specifieke adres voor het<br />
systeem. U kunt dit niet wijzigen.<br />
Wanneer u twee Bluetooth ® -telefoons<br />
met dezelfde toestelnaam<br />
of wachtwoord heeft geregistreerd<br />
en u kunt de ene niet onderscheiden<br />
van de andere, geef<br />
ze dan hier op.<br />
5<br />
2. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam van het toestel<br />
in te voeren.<br />
TNS 350 173
ANDERE FUNCTIES<br />
Wanneer u de toestelnaam of het wachtwoord<br />
wijzigt, moet u het volgende<br />
doen:<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
5. Raak "Wijzigen" of "Toestelnaam" of<br />
"Wachtwoord" aan.<br />
2. Raak "Instelling" aan om het scherm<br />
"Instelling" weer te geven.<br />
3. Raak "Bluetooth" aan om het scherm<br />
"Bluetooth-instellingen" weer te<br />
geven.<br />
6. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam van het toestel<br />
in te voeren.<br />
U kunt tot 20 tekens invoeren.<br />
4. Raak "Telefoon aansluiten" aan.<br />
7. Voer een wachtwoord in met 4 tot 8<br />
cijfers.<br />
Wanneer u ◄ aanraakt, wordt het ingevoerde<br />
nummer gewist.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
174 TNS 350
● De Bluetooth ® -instellingen resetten<br />
U kunt de instellingen resetten.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
● Een Bluetooth ® -telefoon verwijderen<br />
1. Raak "Std." aan.<br />
1. Raak "Wissen" aan naast "Bluetoothtelefoon".<br />
5<br />
2. Raak "Ja" aan.<br />
2. Selecteer de telefoon die u wilt<br />
wissen en raak "OK" aan.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
TNS 350 175
ANDERE FUNCTIES<br />
● De informatie weergeven van de<br />
Bluetooth ® -telefoon die u wist<br />
U kunt de informatie van de Bluetooth ® -<br />
telefoon weergeven voor u die wist om<br />
ervoor te zorgen dat u de juiste telefoon<br />
wist.<br />
1. Selecteer de telefoon waarvan u de<br />
informatie wilt weergeven.<br />
2. Wanneer u klaar bent met bewerken,<br />
drukt u op .<br />
176 TNS 350
ANDERE FUNCTIES<br />
DECLARATION OF CONFORMITY<br />
Directive 1999/5/EC(R&TTE)<br />
Manufacturer or<br />
Authorized representative<br />
Address<br />
: AISIN AW CORPORATION<br />
: 6-18 Harayama, Oka-cho, Okazaki, Aichi, Japan<br />
We declare on our sole responsibility, that the following product :<br />
- Kind of equipment : Car Navigation System<br />
- Type-designation : EA10T01<br />
is compliance with the essential requirement of §3 of the R&TTE.<br />
-Health and safety requirements pursuant to §3(1)a :<br />
Applied Standard(s) or other means of providing conformity:<br />
EN 60950-1:2006 + A11: 2009<br />
5<br />
-Protection requirements concerning EMC §3(1)b:<br />
Applied Standard(s) or other means of providing conformity:<br />
EN 300 440-1 V1.5.1: 2001-09 EN 300 440-2 V1.3.1: 2009-03<br />
EN 301 489-1 V1.8.1: 2008-04 EN 301 489-3 V1.4.1: 2002-08<br />
EN 301 489-17 V2.1.1: 2009-05<br />
EN 300 328 V1.7.1: 2006-10<br />
-Measures for the effective use of the Radio frequency spectrum §3(2):<br />
Applied Standard(s) or other means of providing conformity:<br />
EN 55013:2001+A1: 2003+A2: 2006<br />
EN55020: 2007<br />
CE Marking ;<br />
Japan 11.2010<br />
Place and date of issue<br />
TNS 350 177
ANDERE FUNCTIES<br />
Het scherm instellen<br />
De helderheid van het scherm kan worden<br />
aangepast aan de helderheid van de omgeving.<br />
U kunt het scherm ook uitschakelen. Om<br />
het scherm in te stellen, zie "● Helderheid<br />
instellen" op pagina 195.<br />
Scherm instellen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer het scherm wordt ingesteld<br />
wanneer het navigatiescherm wordt<br />
weergegeven, wordt het scherm voor<br />
audiofunctie ook ingesteld.<br />
2. Raak "Instelling" aan.<br />
3. Raak "Algemeen" aan.<br />
178 TNS 350
(a) Automatische omschakeling<br />
U kunt een functie selecteren waarbij u<br />
vanaf het audioscherm automatisch naar<br />
het navigatiescherm terugkeert.<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
(b) Kleur wijzigen<br />
U kunt de kleur van de knoppen op het<br />
aanraakscherm wijzigen.<br />
Selecteer "Aan" of "Uit".<br />
"Aan": 20 seconden na het einde van<br />
het werken met het audioscherm wordt<br />
automatisch het navigatiescherm opnieuw<br />
weergegeven.<br />
"Uit": Het audioscherm blijft weergegeven.<br />
Selecteer "Blauw" of "Oranje".<br />
5<br />
TNS 350 179
ANDERE FUNCTIES<br />
(c) Persoonlijke gegevens wissen<br />
De volgende persoonlijke gegevens kunnen<br />
worden gewist of opnieuw in standaardinstellingen<br />
worden gezet.<br />
● Onderhoudstoestand<br />
● Instelling onderhoudsinformatie<br />
"uit"<br />
● Geheugenpunten<br />
● Te vermijden gebieden<br />
● Vorige punten<br />
● Routetracé<br />
● Telefoonboekgegevens<br />
● Gebelde nummers en ontvangen<br />
gesprekken<br />
● Snelkiezen<br />
● Bluetooth ® -telefoongegevens<br />
● Veiligheidscode<br />
● Het opstartscherm aanpassen<br />
1. Raak "Gebruikersgegevens wissen"<br />
aan.<br />
Het scherm "Gebruikersgegevens wissen"<br />
wordt weergegeven.<br />
2. Raak "Wissen" aan.<br />
Het bevestigingsscherm "Alle gebruikersgegevens<br />
wissen" wordt weergegeven.<br />
3. Raak "Ja" aan.<br />
180 TNS 350
Instellen van het biepgeluid<br />
U kunt het biepgeluid uitschakelen.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
Een taal kiezen<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
De taal van de knoppen en pop-upberichten<br />
op het scherm en van de stembegeleiding<br />
kan worden gewijzigd.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Instelling" aan.<br />
2. Raak "Instelling" aan.<br />
5<br />
3. Raak "Bieptoon uit" aan.<br />
"Bieptoon uit" wordt verlicht weergegeven.<br />
Om de bieptoon in te schakelen, raakt u<br />
"Bieptoon uit" opnieuw aan.<br />
3. Raak "Taal" aan.<br />
4. Raak de gewenste knop aan.<br />
De geselecteerde taal wordt nu op het<br />
scherm weergegeven.<br />
TNS 350 181
ANDERE FUNCTIES<br />
Fotoviewer<br />
Met de fotoviewer kunt u JPEG- en BMPafbeeldingen<br />
die op een SD-geheugenkaart<br />
of een USB-geheugenstick zijn opgeslagen,<br />
op het scherm weergeven. Met deze functie<br />
kunt u ook een afbeelding selecteren die bij<br />
het opstarten van het systeem wordt weergegeven.<br />
(a) Aansluiten en verwijderen van een SDgeheugenkaart<br />
/ USB-geheugenstick<br />
● Aansluiten van een SD-geheugenkaart<br />
/ USB-geheugenstick<br />
Verwijder de SD-geheugenkaart voor u een<br />
andere SD-geheugenkaart plaatst. Voor details,<br />
zie pagina 182. Wanneer de SD-geheugenkaart<br />
met kaartinformatie wordt verwijderd,<br />
kan het navigatiesysteem niet worden<br />
gebruikt.<br />
Plaats een SD-geheugenkaart of open<br />
● Verwijderen van een SD-geheugenkaart<br />
/ USB-geheugenstick<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Toestel verwijderen" aan.<br />
3. Raak "SD" of "USB" aan.<br />
de afscherming en sluit een USBgeheugenstick<br />
aan op de poort.<br />
Nadat de SD-geheugenkaart is geplaatst of<br />
de USB-geheugenstick is aangesloten, wordt<br />
deze automatisch geladen.<br />
INFORMATIE<br />
● Afbeeldingsbestanden die kunnen<br />
worden weergegeven, moeten 5 Mb<br />
of kleiner zijn.<br />
● Met één enkele SD-geheugenkaart of<br />
USB-geheugenstick kunnen tot 255<br />
mappen of tot 999 bestanden worden<br />
weergegeven.<br />
182 TNS 350
(b) Afbeeldingen weergeven<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
4. Verwijder de SD-geheugenkaart door<br />
er lichtjes op te drukken, of neem de<br />
USB-geheugenstick weg.<br />
Een andere SD-geheugenkaart / USBgeheugenstick<br />
kan dan worden geplaatst.<br />
2. Raak "Fotoviewer" op het "MENU"-<br />
scherm aan.<br />
5<br />
3. Raak "SD" of "USB" aan.<br />
4. Raak de gewenste map aan.<br />
TNS 350 183
ANDERE FUNCTIES<br />
5. Raak het gewenste bestand aan.<br />
“◄”: Raak deze knop aan om de vorige<br />
afbeelding weer te geven.<br />
“►”: Raak deze knop aan om de volgende<br />
afbeelding weer te geven.<br />
"Verberg": Raak deze knop aan om<br />
een breder zicht te krijgen. Sommige<br />
knoppen op het scherm worden nu niet<br />
weergegeven. Zij verschijnen opnieuw bij<br />
het aanraken van het scherm.<br />
"Draai": Raak deze knop aan om de<br />
weergegeven afbeelding te draaien. De<br />
afbeelding wordt 90° met de wijzers van<br />
de klok mee gedraaid telkens u deze knop<br />
aanraakt.<br />
"Diashow": Raak deze knop aan om<br />
afbeeldingen in een diashow weer te<br />
geven.<br />
"Select.": Met deze knop kunt u de<br />
afbeelding die op dat moment op het<br />
scherm wordt weergegeven, selecteren<br />
als afbeelding voor het opstartscherm van<br />
het systeem. Die afbeelding wordt dan<br />
automatisch weergegeven wanneer het<br />
systeem wordt opgestart.<br />
INFORMATIE<br />
● Tijdens weergave van een SD-geheugenkaart<br />
wordt "SD" donkerder<br />
weergegeven.<br />
● Tijdens weergave van een USBgeheugenstick<br />
wordt "USB" donkerder<br />
weergegeven.<br />
● Uit veiligheidsoverwegingen zijn<br />
sommige functies slechts beperkt<br />
beschikbaar tijdens het rijden.<br />
● Wanneer de functie "Verberg"<br />
actief is, worden de knoppen opnieuw<br />
op het scherm weergegeven<br />
door het scherm aan te raken.<br />
● Wanneer een diashow actief is,<br />
wordt deze gestopt door het<br />
scherm aan te raken.<br />
● De weergavetijd van de afbeeldingen<br />
tijdens een diashow kan variëren,<br />
afhankelijk van de grootte van<br />
het afbeeldingsbestand.<br />
● Nadat u een SD-geheugenkaart of<br />
een USB-geheugenstick heeft aangesloten,<br />
kan het enige tijd duren<br />
voor een lijst wordt weergegeven.<br />
Dit hangt af van het aantal bestanden<br />
dat op de kaart of stick is opgeslagen.<br />
184 TNS 350
(c) Een afbeelding instellen voor het<br />
opstartscherm<br />
ANDERE FUNCTIES<br />
(d) De instellingen voor het openingsscherm<br />
wijzigen<br />
1. Raak "Select." aan.<br />
1. Raak de gewenste knop aan naast<br />
"Openen fotoselectie".<br />
"Std.": stelt de standaardafbeelding in als<br />
openingsafbeelding.<br />
"Selectie": stelt een geregistreerde<br />
afbeelding in als openingsafbeelding.<br />
"Preview": geeft de openingsafbeelding<br />
weer.<br />
5<br />
2. Om de afbeelding in te stellen voor<br />
het openingsscherm raakt u "Ja"<br />
aan.<br />
Om de selectie te annuleren, raakt u<br />
"Nee" aan.<br />
TNS 350 185
ANDERE FUNCTIES<br />
186 TNS 350
AUDIOSYSTEEM<br />
Sectie 6<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
●●Snel aan de slag........................................................................................ 188<br />
●●Uw audiosysteem gebruiken.................................................................. 189<br />
Beginselen........................................................................................... 189<br />
Het scherm instellen............................................................................ 195<br />
Bediening van de radio........................................................................ 197<br />
Bediening van een Bluetooth ® audiosysteem...................................... 201<br />
Bediening van een iPod....................................................................... 216<br />
Bediening van SD/USB-speler............................................................. 226<br />
Bediening via AUX-uitgang.................................................................. 234<br />
●●Afstandsbediening van het audiosysteem............................................ 236<br />
Schakelaars op het stuurwiel............................................................... 236<br />
●●Tips voor het bedienen van het audiosysteem.......................................... 237<br />
6<br />
TNS 350 187
AUDIOSYSTEEM<br />
Snel aan de slag<br />
1 Gleuf voor SD-geheugenkaart<br />
Plaats een SD-geheugenkaart voor de<br />
SD-speler in deze gleuf. Voor details,<br />
zie pagina 226.<br />
2 "PWR"-knop<br />
Druk op deze knop om het<br />
audiosysteem aan en uit te schakelen.<br />
Voor details, zie pagina 190.<br />
3 "SOURCE"-knop<br />
Druk op deze knop om het scherm<br />
voor audioselectie weer te geven. Voor<br />
details, zie pagina 190.<br />
4 "+" of "-" knop<br />
Druk op “+” of “-” om het volume aan<br />
te passen. Voor details, zie pagina 190.<br />
5 “ " of " "-knop<br />
Druk op de “ ” of de “ ” -knop om<br />
naar een vorige of volgende frequentie,<br />
track of bestand te gaan.<br />
Houd de “ ” of de “ ” -toets<br />
ingedrukt om een zender omhoog of<br />
omlaag te zoeken.<br />
Voor details, zie pagina's 198, 210, 221<br />
en 230.<br />
6 USB-poort<br />
Plaats een USB-geheugenstick of de<br />
kabel van de iPod in deze poort voor<br />
een USB-speler of een iPod. Voor<br />
details, zie pagina 217 en 227.<br />
188 TNS 350
7 AUX-poort<br />
Om een draagbare audiospeler of een<br />
iPod Video aan te sluiten, moet u de<br />
draagbare audiospeler of de mini-jack<br />
van de optionele iPod Video-kabel op<br />
deze poort aansluiten. Voor details, zie<br />
pagina 217 en 234.<br />
8 Scherm met functietoetsen<br />
Raak de weergegeven knoppen aan<br />
om de radio, de Bluetooth ® -audio,<br />
iPod, SD/USB-speler of AUX te bedienen.<br />
Voor details, zie pagina 192.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
Uw audiosysteem gebruiken —<br />
— Beginselen<br />
Auto's met "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Uw audiosysteem werkt wanneer de<br />
"ENGINE START STOP"-schakelaar op<br />
"ACCESSORY" of "IGNITION ON" staat.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Uw audiosysteem werkt wanneer de<br />
contactsleutel op "ACC" of "ON" staat.<br />
OPMERKING<br />
Om te vermijden dat de accu ontlaadt,<br />
mag u het audiosysteem niet langer<br />
ingeschakeld laten dan nodig wanneer<br />
de motor niet draait.<br />
6<br />
TNS 350 189
AUDIOSYSTEEM<br />
● Het systeem aan- en uitschakelen,<br />
en het volume regelen<br />
● Overschakelen tussen functies<br />
"PWR"-knop: Druk op deze knop om het<br />
audiosysteem aan en uit te schakelen. Het<br />
systeem wordt ingeschakeld in de laatst<br />
gebruikte modus.<br />
"+" of "-" knop: Druk op deze knop om<br />
het volume aan te passen.<br />
1. Druk op de "SOURCE"-knop.<br />
2. Raak de knop van de gewenste modus<br />
aan. Het systeem wordt overgeschakeld<br />
naar de geselecteerde modus.<br />
Raak deze knoppen aan wanneer u wilt<br />
overschakelen van de ene modus naar<br />
een andere.<br />
Overschakelen naar DAB, CDCH, Bluetooth<br />
® -audio, iPod, SD, USB of AUX is<br />
enkel mogelijk wanneer deze zijn aangesloten.<br />
190 TNS 350
AUDIOSYSTEEM<br />
6<br />
TNS 350 191
AUDIOSYSTEEM<br />
De knoppen voor radio, Bluetooth ® -<br />
audio, iPod, SD/USB-speler en AUXbediening<br />
worden weergegeven op het<br />
scherm met functieknoppen wanneer u de<br />
audioregelmodus heeft geselecteerd.<br />
Raak ze lichtjes en direct op het scherm<br />
aan.<br />
De gekozen knop wordt verlicht weergegeven.<br />
● Weergave van het audioregelscherm<br />
IN AUDIO-INFORMATIE MODUS<br />
INFORMATIE<br />
● Wanneer het systeem niet reageert<br />
op een aanraking, neem dan uw<br />
vinger van het scherm weg en raak<br />
het daarna opnieuw aan.<br />
● Knoppen die op het scherm donkerder<br />
worden weergegeven, kunnen<br />
niet worden bediend.<br />
● Vingerafdrukken op het scherm<br />
kunt u verwijderen met een zacht<br />
doekje.<br />
Raak het audio-informatiescherm aan om<br />
de aanraakknop voor het audiosysteem<br />
(audioregelmodus) weer te geven.<br />
U kunt de functie activeren die u van het<br />
audioscherm automatisch terugbrengt naar<br />
het vorige scherm. Zie "(a) Automatische<br />
omschakeling" op pagina 179 voor details.<br />
IN ELKE ANDERE MODUS DAN AUDIO-<br />
INFORMATIEMODUS<br />
Druk op de "SOURCE" -knop en raak de<br />
gewenste knop aan om de aanraakknop<br />
voor het audiosysteem (audioregelmodus)<br />
weer te geven.<br />
U kunt de functie activeren die u van het<br />
audioscherm automatisch terugbrengt naar<br />
het vorige scherm. Zie "(a) Automatische<br />
omschakeling" op pagina 179 voor details.<br />
192 TNS 350
● Toonregeling en balans<br />
Toonregeling<br />
De geluidskwaliteit wordt grotendeels bepaald<br />
door de instellingen van hoge, midden-<br />
en lage tonen. Het is zelfs zo dat<br />
verschillende muziekstijlen en praatprogramma's<br />
gewoonlijk beter klinken met<br />
verschillende instellingen van hoge, midden-<br />
en lage tonen.<br />
Balans<br />
Een goede balans tussen de linker- en<br />
rechterstereokanalen en tussen de geluidsniveaus<br />
voor en achter is ook belangrijk.<br />
Houd er rekening mee dat bij het beluisteren<br />
van een stereo-opname of -uitzending,<br />
het wijzigen van de rechts/links-balans tot<br />
gevolg heeft dat het volume van één groep<br />
klanken zal toenemen en van een andere<br />
groep zal afnemen.<br />
1. Weergave van het audioregelscherm<br />
Zie "● Weergeven van scherm met audioregeling"<br />
op pagina 192.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
3. Raak de gewenste knop aan.<br />
"Hoge tonen" "+" of "-": instellen van de<br />
hoge tonen.<br />
"Middentonen" "+" of "-": instellen van<br />
de middentonen.<br />
"Bas" "+" of "-": instellen van de lage tonen.<br />
"Voor" of "Achter": instellen van de geluidsbalans<br />
tussen voorste en achterste<br />
luidsprekers.<br />
"L" of "R": instellen van de geluidsbalans<br />
tussen de linker- en rechterluidsprekers.<br />
4. Raak "OK" aan.<br />
De toon kan voor elke modus (zoals AM,<br />
FM en Bluetooth ® -audio) worden ingesteld.<br />
6<br />
2. Raak "Geluid" aan.<br />
TNS 350 193
AUDIOSYSTEEM<br />
● DSP-regeling<br />
U kunt de instellingen van de automatische<br />
geluidssterkteregeling wijzigen.<br />
1. Ga naar het audioregelscherm.<br />
Zie "● Weergeven van scherm met<br />
audioregeling" op pagina 192.<br />
2. Raak "DSP" aan.<br />
● DAB-systeem (Digital Audio<br />
Broadcast)<br />
Wanneer een optioneel DAB-systeem<br />
werd geïnstalleerd, kan DAB worden<br />
gebruikt. Druk op de "SOURCE" -knop<br />
en raak daarna "DAB" aan om de DABmodus<br />
te selecteren. Voor details, zie de<br />
handleiding van de DAB-tuner.<br />
● Cd-wisselaar<br />
Wanneer een optionele cd-wisselaar<br />
is geïnstalleerd, kunnen cd's continu<br />
worden afgespeeld zonder ze te moeten<br />
wisselen. Druk op de "SOURCE" -knop en<br />
raak daarna "CDCH" aan om de CDCHmodus<br />
te selecteren. Voor details, zie de<br />
handleiding van de cd-wisselaar.<br />
● iPod Videokabel<br />
U kunt iPod video's bekijken door uw iPod<br />
aan te sluiten m.b.v. de optionele iPod<br />
Videokabel. Voor details, zie pagina 217.<br />
Automatische geluidssterkteregeling<br />
(ASL):<br />
Wanneer het audiogeluid moeilijk te horen<br />
is door rij- of windgeluid, of andere storende<br />
geluiden, raakt u "Hoog", "Mid" of<br />
"Laag" aan. Het systeem optimaliseert de<br />
geluidssterkte en de toonregeling volgens<br />
het geluidsniveau.<br />
Wanneer het systeem is ingeschakeld<br />
wordt het ingestelde volume op het scherm<br />
weergegeven.<br />
Om het systeem uit te schakelen, selecteert<br />
u "Off".<br />
194 TNS 350
— Het scherm instellen<br />
U kunt de helderheid, het contrast en de<br />
kleur van het scherm aanpassen. U kunt<br />
het display ook uitschakelen en het scherm<br />
in dag- of nachtmodus overschakelen.<br />
● Regelen van de helderheid<br />
De helderheid van het scherm kan worden<br />
aangepast in functie van de helderheid van<br />
de omgeving. Het scherm kan ook worden<br />
uitgeschakeld.<br />
1. Druk op de "SOURCE"-knop.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
3. Selecteer de gewenste knop voor<br />
het regelen van de helderheid.<br />
"Helderheid" "+": maakt het scherm<br />
lichter.<br />
"Helderheid" "-": maakt het scherm<br />
donkerder.<br />
4. Raak "OK" aan nadat u de helderheid<br />
van het scherm heeft ingesteld.<br />
Het scherm wordt uitgeschakeld wanneer<br />
u "Scherm uit" aanraakt.<br />
Om het scherm opnieuw in te schakelen,<br />
moet u op een willekeurige knop (bijv.<br />
"MENU") indrukken. Het gekozen scherm<br />
wordt weergegeven.<br />
6<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer u gedurende 20 seconden<br />
geen enkele toets aanraakt op het<br />
"Scherm"-display, wordt het vorige<br />
scherm weergegeven.<br />
2. Raak "Scherm" aan.<br />
TNS 350 195
AUDIOSYSTEEM<br />
● Instellen van contrast en kleur<br />
Het contrast en de kleur van het scherm<br />
kunnen worden aangepast wanneer een<br />
iPod Video wordt afgespeeld.<br />
1. Druk op de "SOURCE"-knop om het<br />
"Bron"-scherm weer te geven; raak<br />
"Scherm" aan.<br />
● Overschakelen tussen dag- en<br />
nachtmodus<br />
Afhankelijk van de stand van de lichtschakelaar<br />
wijzigt het scherm in dag- of in<br />
nachtmodus.<br />
2. Selecteer de gewenste knop voor<br />
het regelen van het contrast en de<br />
kleur.<br />
"Kleur" "G": versterkt de groene kleur van<br />
het scherm.<br />
"Kleur" "R": versterkt de rode kleur van<br />
het scherm.<br />
"Contrast" "+": verhoogt het contrast op<br />
het scherm.<br />
"Contrast" "-": verlaagt het contrast op<br />
het scherm.<br />
3. Raak "OK" aan nadat u de helderheid<br />
van het scherm heeft ingesteld.<br />
Het scherm wordt uitgeschakeld wanneer<br />
u "Scherm uit" aanraakt.<br />
Om het scherm opnieuw in te schakelen,<br />
moet u op een willekeurige knop (bijv.<br />
“MENU”) indrukken. Het gekozen scherm<br />
wordt weergegeven.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer u gedurende 20 seconden<br />
geen enkele toets aanraakt op het<br />
"Scherm"-display, wordt het vorige<br />
scherm weergegeven.<br />
Raak "Dagmodus" aan op het scherm<br />
voor het instellen van de helderheid om<br />
het scherm in dagmodus weer te geven,<br />
zelfs wanneer de lichten aan zijn.<br />
Wanneer het scherm in dagmodus is<br />
ingesteld met de lichtschakelaar aan, wordt<br />
deze toestand in het systeem opgeslagen,<br />
zelfs wanneer de motor niet draait.<br />
196 TNS 350
— Bediening van de radio<br />
● Naar de radio luisteren<br />
1. Druk op de "SOURCE"-knop.<br />
● Een zender opslaan<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
2. Raak deze knoppen aan om een AMof<br />
FM-zender te kiezen.<br />
Het systeem wordt overgeschakeld op<br />
AM- of FM-modus.<br />
Wanneer uw auto is uitgerust met een<br />
systeem voor ontvangst van digitale<br />
audiozenders, druk dan op de "SOURCE"-<br />
knop en raak "DAB"aan om het systeem<br />
over te schakelen naar DAB-modus.<br />
Uw radio schakelt automatisch over<br />
naar stereo-ontvangst wanneer een<br />
stereo-uitzending wordt ontvangen. In<br />
dat geval verschijnt "ST" op het scherm.<br />
Wanneer het signaal te zwak wordt, zal<br />
de kanaalscheiding automatisch worden<br />
verminderd om te verhinderen dat het<br />
zwakke signaal ruis gaat veroorzaken.<br />
Wanneer de ontvangst erg zwak wordt, zal<br />
de radio overschakelen van stereo naar<br />
mono-ontvangst. In dat geval verdwijnt<br />
"ST" van het scherm.<br />
1. Stem af op de gewenste zender.<br />
2. Raak één van de kanaalkeuzeknoppen<br />
(1 — 6) aan en houd deze ingedrukt<br />
tot u een biepgeluid hoort.<br />
Hierdoor wordt de zender onder die kanaalkeuzeknop<br />
opgeslagen; de zenderfrequentie<br />
verschijnt op de knop.<br />
In elke radiomodus kunnen max. 6 stations<br />
worden opgeslagen. Om een opgeslagen<br />
zender te vervangen door een andere<br />
moet u dezelfde procedure volgen.<br />
Het geheugen met opgeslagen zenders<br />
wordt gewist wanneer de stroomtoevoer<br />
wordt onderbroken door een losgekoppelde<br />
accu of een gesprongen zekering.<br />
6<br />
TNS 350 197
AUDIOSYSTEEM<br />
● Een zender kiezen<br />
Stem op één van de volgende manieren af<br />
op de gewenste zender.<br />
Afstemmen op een geprogrammeerde<br />
zender: Raak de kanaalkeuzeknop (1 —<br />
6) aan van de gewenste zender. De knop<br />
op het scherm wordt verlicht weergegeven<br />
en de zenderfrequentie wordt op het<br />
scherm weergegeven.<br />
Frequentieregeling: Druk op de “<br />
” -knop om de frequentie te verhogen en<br />
op de “ ”-knop om de frequentie te<br />
verlagen.<br />
Automatisch zoeken: Druk op de “<br />
” of “ ”-knop en houd deze ingedrukt.<br />
De radio zoekt nu naar de zender met de<br />
volgende hogere of lagere frequentie, en<br />
stopt wanneer deze is gevonden. Telkens<br />
u op de knop drukt, wordt de volgende<br />
beschikbare zender weergegeven.<br />
● De zenderlijst weergeven<br />
Raak "Zenderlijst" aan om de lijst met<br />
beschikbare FM-zenders weer te geven.<br />
Wanneer er geen FM-zenders in de lijst<br />
voorkomen, kunt u niet van zender veranderen.<br />
De frequentie die actief was voor u<br />
"Zenderlijst" gebruikte, blijft behouden.<br />
198 TNS 350
● RDS (Radio Data System)<br />
AF (alternatieve frequentie):<br />
een zender met goede ontvangst wordt<br />
automatisch gekozen wanneer de huidige<br />
ontvangst slechter wordt.<br />
Telkens u "AF" aanraakt, wijzigt dit als<br />
volgt:<br />
AF-AAN, REG-UIT modus: "AF" verschijnt<br />
op het scherm. Om over te schakelen naar<br />
de zender met een goede ontvangst binnen<br />
hetzelfde RDS-netwerk. Op die manier kunnen<br />
zenders in een grote regio worden gevolgd.<br />
AF-AAN, REG-AAN modus: "AF" en "REG"<br />
verschijnen op het scherm. Om over te<br />
schakelen naar een zender binnen hetzelfde<br />
lokale programmanetwerk.<br />
AF-UIT, REG-UIT modus: De AF-functie is<br />
uitgeschakeld.<br />
TA-functie (Traffic Announcement):<br />
Druk op de "SOURCE"-knop en raak "TA"<br />
aan.<br />
De tuner zal automatisch een zender zoeken<br />
die regelmatig verkeersinformatie uitzendt.<br />
Wanneer de verkeersinformatie op die zender<br />
wordt uitgezonden, schakelt het systeem automatisch<br />
naar die zender over.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
Bij FM-ontvangst:<br />
Druk op de "SOURCE" -knop en raak "TA"<br />
aan de radio in TP-modus (Traffic Program)<br />
over te schakelen. "TP" wordt op het scherm<br />
weergegeven. Wanneer het signaal van de<br />
T¨P-zender niet wordt ontvangen, begint "TP"<br />
te knipperen.<br />
In TP-modus begint de radio een TP-station te<br />
zoeken. Wanneer de radio een TP-zender vindt,<br />
verschijnt de programmanaam op het scherm.<br />
Wanneer het signaal van een TA-zender<br />
wordt ontvangen, wordt de radio automatisch<br />
overgeschakeld naar de verkeersinformatie.<br />
Zodra de verkeersinformatie eindigt, wordt<br />
de oorspronkelijke functie hernomen. In AFmodus<br />
zoekt de radio naar een TP-zender door<br />
gebruik te maken van de AF-lijst.<br />
Druk op de "SOURCE" -knop en raak "TA"<br />
opnieuw aan om de radio over te schakelen<br />
naar TA-modus. Op het scherm verschijnt "TA"<br />
en de radio dempt het volume van de FMzender.<br />
In TA-modus begint de radio te zoeken naar<br />
een TP-zender. De radio speelt enkel wanneer<br />
een TA-zender wordt ontvangen. Wanneer<br />
een TP-zender wordt ontvangen, verschijnt de<br />
programmanaam op het scherm. In AF-modus<br />
zoekt de radio naar een TP¨-station door<br />
gebruik te maken van de AF-lijst.<br />
Terwijl de radio naar een TP-zender zoekt, wordt<br />
"TP ZOEKEN" op het scherm weergegeven.<br />
Wanneer de radio geen TP-zenders kan vinden,<br />
verschijnt gedurende 2 seconden "NIETS" op<br />
het scherm, daarna zoekt het systeem opnieuw<br />
naar een TP-zender.<br />
Wanneer het TP-signaal gedurende 20<br />
seconden wegvalt nadat de TP-modus werd<br />
ingesteld, zoekt de radio automatisch naar een<br />
andere TP-zender.<br />
TNS 350 199<br />
6
AUDIOSYSTEEM<br />
EON (Enhanced Other Network) systeem —<br />
Wanneer de RDS-zender (met EON-data)<br />
waar u naar luistert geen verkeersinformatie<br />
uitzendt in de TA-modus, schakelt de radio<br />
automatisch over naar een programma met<br />
verkeersinformatie, aan de hand van de EON<br />
AF-lijst. Na afloop van de verkeersinformatie<br />
keert de radio automatisch terug naar het oorspronkelijke<br />
programma. Een biepgeluid geeft<br />
aan wanneer deze functie start en stopt.<br />
Bij het luisteren naar het audiosysteem<br />
in een andere modus: Wanneer "TA" wordt<br />
aangeraakt in een andere audiomodus, wordt<br />
een zender gezocht die verkeersinformatie<br />
uitzendt. Op het scherm verschijnt "TA".<br />
Wanneer de verkeersinformatie begint, wordt<br />
de audiomodus onderbroken en wordt de<br />
verkeersinformatie automatisch uitgezonden.<br />
Zodra de verkeersinformatie eindigt, wordt de<br />
oorspronkelijke functie hernomen.<br />
"TA VOL" (geluidssterkte voor verkeersinformatie):<br />
het volumeniveau bij het ontvangen<br />
van verkeersinformatie wordt opgeslagen.<br />
Wanneer de volgende keer verkeersinformatie<br />
(TA) wordt ontvangen, vergelijkt het<br />
systeem het volume voor de "TA"-ontvangst<br />
met het opgeslagen TA-volume en selecteert<br />
automatisch het luidste van de twee. Het volumebereik<br />
waarmee verkeersinformatie wordt<br />
doorgegeven is echter beperkt: wanneer het<br />
eerst ontvangen volume onder het minimum<br />
ligt, dan wordt het minimum gebruikt.<br />
200 TNS 350<br />
"ALARM" (zenden van alarmberichten)<br />
Dit type berichten waarschuwt nationale of<br />
lokale nooddiensten. Alarmberichten kunt u<br />
niet uitschakelen. Alarmberichten zullen altijd<br />
worden weergegeven, zelfs wanneer de RDSmodus<br />
is uitgeschakeld. Op het scherm verschijnt<br />
"ALARM" wanneer een alarmbericht<br />
wordt uitgezonden. Tijdens deze meldingen<br />
gebruikt de radio het TA-volume. Wanneer<br />
een alarmbericht wordt uitgezonden op de<br />
radiozender waarop u bent afgestemd of op<br />
een verwante radiozender, zult u die melding<br />
horen, zelfs wanneer het volume gedempt is<br />
of wanneer een andere audiomodus actief<br />
is. Wanneer de radio overschakelt naar een<br />
verwante zender voor een alarmbericht, keert<br />
hij terug naar naar de oorspronkelijke zender<br />
op het einde van het alarmbericht. Wanneer<br />
een andere audiomodus actief is, wordt de<br />
weergave gestopt voor het alarmbericht; op<br />
het einde van het alarmbericht wordt de weergave<br />
hervat.<br />
De volgende keer dat "TA" wordt ontvangen,<br />
vergelijkt het systeem het volume voor<br />
de "TA"-ontvangst met het opgeslagen TAvolume<br />
en selecteert automatisch het luidste<br />
van de twee. Het volumebereik waarmee verkeersinformatie<br />
wordt doorgegeven is echter<br />
beperkt: wanneer het eerst ontvangen volume<br />
onder het minimum ligt, dan wordt het minimum<br />
gebruikt.<br />
U kunt het volume onafhankelijk van het<br />
opgeslagen TA-volume instellen tijdens de<br />
ontvangst van verkeersinformatie.<br />
De ontvangst van verkeersinformatie<br />
kan worden geannuleerd door RDS uit te<br />
schakelen of door de "TA"-knop op het "Bron"-<br />
scherm opnieuw aan te raken.
—Bediening van een<br />
Bluetooth ® -audiosysteem<br />
Het Bluetooth ® -audiosysteem laat gebruikers<br />
via draadloze communicatie<br />
toe om muziek te beluisteren van een<br />
draagbare speler via de luidsprekers in<br />
de wagen.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
Bluetooth is een handelsmerk dat eigendom<br />
is van Bluetooth SIG. Inc.<br />
Dit systeem ondersteunt Bluetooth ® ,<br />
een draadloos datasysteem dat zonder<br />
kabels muziek kan weergeven van een<br />
draagbare speler.<br />
Wanneer uw draagbare speler<br />
geen Bluetooth ® ondersteunt, zal<br />
het Bluetooth ® -audiosysteem niet<br />
functioneren.<br />
INFORMATIE<br />
Draagbare spelers moeten beantwoorden<br />
aan de volgende specificaties<br />
om aangesloten te worden op het<br />
Bluetooth ® -audiosysteem. Houd er<br />
echter rekening mee op dat sommige<br />
functies beperkt kunnen zijn, afhankelijk<br />
van het type draagbare speler.<br />
● Bluetooth ® -specificaties:<br />
Versie: 2.0 + EDR of hoger<br />
● Volgende profielen:<br />
▪ A2DP (Geavanceerd Audio-distributieprofiel)<br />
versie 1.2<br />
▪ AVRCP (Audio/Video Afstandsbediening-profiel)<br />
versie 1.3 of hoger<br />
OPGELET<br />
Gebruik een draagbare speler of sluit<br />
Bluetooth ® -audio enkel aan wanneer<br />
dat veilig en wettelijk toegelaten is.<br />
OPMERKING<br />
Laat uw draagbare speler niet achter<br />
in de wagen. Vooral hoge temperaturen<br />
in de wagen kunnen de draagbare<br />
speler beschadigen.<br />
6<br />
TNS 350 201
AUDIOSYSTEEM<br />
INFORMATIE<br />
● Het is mogelijk dat het systeem in<br />
de volgende omstandigheden niet<br />
werkt.<br />
● De draagbare speler is uitgeschakeld.<br />
● De draagbare speler is niet verbonden.<br />
● De batterij van de draagbare<br />
speler is leeg.<br />
● Afhankelijk van de draagbare speler<br />
die met het systeem is verbonden,<br />
kunnen bepaalde functies niet<br />
beschikbaar zijn.<br />
● Wanneer Bluetooth ® -toestellen<br />
worden gebruikt voor handenvrij<br />
telefoneren en gelijktijdig ook voor<br />
Bluetooth ® -audioverbindingen,<br />
kan het volgende gebeuren:<br />
● De Bluetooth ® -verbinding kan<br />
worden verbroken.<br />
● Het geluid van de draagbare<br />
speler kan worden vervormd.<br />
● Zelfs wanneer u een mobiele telefoon<br />
gebruikt die zowel handenvrij<br />
bellen als Bluetooth ® -audioverbindingen<br />
ondersteunt, kan een gelijktijdige<br />
verbinding in sommige gevallen<br />
niet mogelijk zijn.<br />
1 2<br />
1 Geeft de status van de Bluetooth ® -<br />
verbinding aan.<br />
"Blauw" geeft aan dat er een uitstekende<br />
verbinding is met Bluetooth ® .<br />
"Geel" geeft aan dat er een slechte verbinding<br />
is met Bluetooth ® , wat mogelijk kan<br />
leiden tot een verminderde audiokwaliteit.<br />
: Geen verbinding met Bluetooth ® .<br />
2 Geeft de oplaadstand van de batterij<br />
weer.<br />
Leeg<br />
Vol<br />
Dit wordt niet weergegeven wanneer er<br />
geen Bluetooth ® -verbinding is.<br />
De resterende lading komt niet steeds<br />
overeen met die van uw draagbare speler.<br />
Dit systeem heeft namelijk geen oplaadfunctie.<br />
202 TNS 350
AUDIOSYSTEEM<br />
In het display is een antenne voor de<br />
Bluetooth ® -verbinding ingebouwd. De<br />
aanduiding van de Bluetooth ® -verbinding<br />
kan geel worden en het is mogelijk<br />
dat het systeem niet werkt wanneer u<br />
de Bluetooth ® -draagbare speler in de<br />
volgende situaties gebruikt:<br />
● Uw draagbare speler is "onzichtbaar"<br />
voor het display (achter de stoel, in het<br />
handschoenvakje of in een opbergvakje).<br />
● Uw draagbare speler komt in contact<br />
met metalen voorwerpen of wordt door<br />
metaal afgeschermd.<br />
Laat de Bluetooth ® -draagbare speler liggen<br />
op een plaats waar de aanduiding<br />
"Blauw" verschijnt.<br />
De informatie van de draagbare speler<br />
wordt geregistreerd wanneer het Bluetooth ® -<br />
audiosysteem wordt aangesloten. Verwijder<br />
uw draagbare speler wanneer uw auto van<br />
eigenaar wisselt (zie "● Een draagbare<br />
speler verwijderen" op pagina 215).<br />
6<br />
TNS 350 203
AUDIOSYSTEEM<br />
DECLARATION OF CONFORMITY<br />
Directive 1999/5/EC(R&TTE)<br />
Manufacturer or<br />
Authorized representative<br />
Address<br />
: AISIN AW CORPORATION<br />
: 6-18 Harayama, Oka-cho, Okazaki, Aichi, Japan<br />
We declare on our sole responsibility, that the following product :<br />
- Kind of equipment : Car Navigation System<br />
- Type-designation : EA10T01<br />
is compliance with the essential requirement of §3 of the R&TTE.<br />
-Health and safety requirements pursuant to §3(1)a :<br />
Applied Standard(s) or other means of providing conformity:<br />
EN 60950-1:2006 + A11: 2009<br />
-Protection requirements concerning EMC §3(1)b:<br />
Applied Standard(s) or other means of providing conformity:<br />
EN 300 440-1 V1.5.1: 2001-09 EN 300 440-2 V1.3.1: 2009-03<br />
EN 301 489-1 V1.8.1: 2008-04 EN 301 489-3 V1.4.1: 2002-08<br />
EN 301 489-17 V2.1.1: 2009-05<br />
EN 300 328 V1.7.1: 2006-10<br />
-Measures for the effective use of the Radio frequency spectrum §3(2):<br />
Applied Standard(s) or other means of providing conformity:<br />
EN 55013:2001+A1: 2003+A2: 2006<br />
EN55020: 2007<br />
CE Marking ;<br />
Japan 11.2010<br />
Place and date of issue<br />
204 TNS 350
(a) Een Bluetooth ® -audiospeler invoeren<br />
Om het Bluetooth ® -audiosysteem te<br />
gebruiken, moet u eerst uw draagbare<br />
speler in het systeem invoeren. Nadat<br />
de draagbare speler is geregistreerd,<br />
kunt u uw muziek beluisteren op het audiosysteem<br />
van uw wagen.<br />
Maximaal twee draagbare spelers kunnen<br />
worden geregistreerd.<br />
Raadpleeg de handleiding van uw draagbare<br />
speler voor de bediening.<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
4. Raak "Audio aansluiten" aan.<br />
2. Raak "Instelling" aan.<br />
5. Raak "Registreren" aan om uw<br />
draagbare speler op het systeem<br />
aan te sluiten.<br />
6<br />
3. Raak "Bluetooth" aan om het scherm<br />
"Bluetooth-instelling" weer te geven.<br />
6. Wanneer dit scherm wordt weergegeven,<br />
moet u het wachtwoord op<br />
het scherm in de draagbare speler<br />
invoeren.<br />
Raadpleeg de handleiding van uw<br />
draagbare speler voor de bediening van<br />
de speler.<br />
Om te annuleren selecteert u "Annul.".<br />
TNS 350 205
AUDIOSYSTEEM<br />
7. Wanneer de verbinding tot stand is<br />
gebracht, wordt dit scherm weergegeven.<br />
Wanneer u dezelfde draagbare speler<br />
gebruikt, hoeft u die niet opnieuw in te<br />
voeren.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
Wanneer dit scherm wordt weergegeven,<br />
volgt u de instructies op het scherm en<br />
probeert u opnieuw om de verbinding te<br />
maken.<br />
INFORMATIE<br />
● Het wachtwoord wordt gebruikt<br />
om de draagbare speler in het<br />
audiosysteem van uw wagen<br />
te registreren. U kunt een<br />
wachtwoord naar keuze nemen<br />
(zie "(c) De Bluetooth ® -audioinstellingen<br />
aanpassen" op pagina<br />
211).<br />
● Bij draagbare spelers waar<br />
geen wachtwoord kan worden<br />
ingevoerd, zoals spelers zonder<br />
bedieningselementen, moet het<br />
wachtwoord van het audiosysteem<br />
worden gewijzigd in dat van de<br />
draagbare speler (zie "(c) De<br />
Bluetooth ® -audio-instellingen<br />
aanpassen" op pagina 211).<br />
● Raadpleeg de handleiding van de<br />
draagbare speler voor informatie<br />
over het wachtwoord van de<br />
draagbare speler.<br />
206 TNS 350
● Een draagbare speler aansluiten<br />
De draagbare speler kan automatisch of<br />
manueel op het audiosysteem worden<br />
aangesloten.<br />
AUTOMATISCH<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer de contactsleutel op "ACC"<br />
of "ON" staat, wordt de geselecteerde<br />
Bluetooth ® draagbare speler automatisch<br />
verbonden; de verbindingsstatus wordt<br />
op het scherm weergegeven.<br />
Dit scherm verschijnt wanneer de<br />
Bluetooth ® -draagbare speler voor het eerst<br />
wordt aangesloten nadat de contactsleutel<br />
op "ACC" of "ON" werd gezet.<br />
MANUEEL<br />
Wanneer u uw draagbare speler registreert,<br />
wordt de functie "automatisch<br />
verbinding maken" ingeschakeld. Laat<br />
het systeem steeds in deze modus<br />
staan en zorg ervoor dat er steeds verbinding<br />
kan worden gemaakt met de<br />
Bluetooth ® -draagbare speler.<br />
Wanneer de automatische Bluetooth ® -<br />
verbinding is uitgeschakeld, moet u<br />
Bluetooth ® manueel aansluiten.<br />
6<br />
Auto's met "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer de "ENGINE START STOP"-<br />
schakelaar op "ACCESSORY" of "IGNI-<br />
TION ON" staat, wordt de geselecteerde<br />
Bluetooth ® draagbare speler automatisch<br />
verbonden; de verbindingsstatus<br />
wordt op het scherm weergegeven.<br />
Dit scherm verschijnt wanneer de<br />
Bluetooth ® -draagbare speler voor<br />
het eerst wordt aangesloten nadat de<br />
"ENGINE START STOP"-schakelaar in de<br />
stand "ACCESSORY" of "IGNITION ON"-<br />
modus werd gezet.<br />
Raak "Verbinden" aan nadat u de<br />
Bluetooth ® -aansluiting op de draagbare<br />
speler heeft geactiveerd.<br />
TNS 350 207
AUDIOSYSTEEM<br />
Wanneer de verbinding tot stand is<br />
gebracht, wordt dit scherm weergegeven.<br />
U kunt nu de Bluetooth ® draagbare speler<br />
gebruiken.<br />
Vanaf de draagbare speler<br />
Bij het tot stand brengen van een verbinding<br />
vanaf de draagbare speler, bedient u<br />
de draagbare speler zelf om de verbinding<br />
te maken.<br />
Om een verbinding te maken met de<br />
draagbare speler, verschijnt eerst dit<br />
"Bluetooth*-audio aansluiten" scherm.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
INFORMATIE<br />
Automatische Bluetooth ® -verbinding<br />
kan bij bepaalde draagbare spelers<br />
niet beschikbaar zijn; die spelers<br />
moeten manueel worden verbonden.<br />
● De Bluetooth ® -audiospeler opnieuw<br />
verbinden<br />
Auto's met "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer het Bluetooth ® -audiosysteem<br />
wordt ontkoppeld bij slechte ontvangst<br />
van het Bluetooth ® -netwerk terwijl de<br />
"ENGINE START STOP"-schakelaar op<br />
"ACCESSORY" of "IGNITION ON" staat,<br />
zal het systeem automatisch opnieuw<br />
verbinding maken met de Bluetooth ® -<br />
audiospeler. In dat geval worden de<br />
verbindingsresultaten niet op het<br />
scherm weergegeven.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer het Bluetooth ® -audiosysteem<br />
wordt ontkoppeld bij slechte ontvangst<br />
van het Bluetooth ® -netwerk wanneer<br />
de contactsleutel op "ACC" of "ON"<br />
staat, zal het systeem automatisch<br />
opnieuw verbinding maken met de<br />
Bluetooth ® -audiospeler. In dat geval<br />
worden de verbindingsresultaten niet<br />
op het scherm weergegeven.<br />
Wanneer Bluetooth ® opzettelijk werd ontkoppeld,<br />
bijv. door uw draagbare speler uit<br />
te schakelen, wordt deze procedure niet<br />
uitgevoerd. In dat geval moet u uw draagbare<br />
speler opnieuw als volgt aansluiten:<br />
● Selecteer de draagbare speler opnieuw.<br />
● Voer de draagbare speler in.<br />
208 TNS 350
(b) Een Bluetooth ® -audiospeler bedienen<br />
● Bluetooth ® -audio afspelen<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
Druk op de "SOURCE"-knop en raak<br />
"BT" aan.<br />
Het systeem wordt overgeschakeld<br />
naar de Bluetooth ® -audiomodus.<br />
Om het audioregelscherm weer te geven,<br />
zie "● Weergeven van scherm met<br />
audioregeling" op pagina 192.<br />
Raak "►" aan om het afspelen te starten.<br />
Raak " " aan om de muziek te pauzeren.<br />
6<br />
Afhankelijk van de draagbare speler<br />
die met het systeem is verbonden, zijn<br />
functies zoals de weergave van de naam<br />
van de uitvoerder of bepaalde knoppen die<br />
hier worden weergegeven, mogelijk niet<br />
beschikbaar.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
TNS 350 209
AUDIOSYSTEEM<br />
● Een gewenst nummer selecteren<br />
● Een gewenst album selecteren<br />
“ " of " "-knop: gebruik deze<br />
knoppen voor rechtstreekse toegang<br />
tot het gewenste nummer.<br />
Druk op de “ ” of “ ” -knop en herhaal<br />
tot het gewenste nummer op het<br />
scherm verschijnt. Wanneer u de knop loslaat,<br />
begint de speler het gekozen nummer<br />
vanaf het begin te spelen.<br />
Snel vooruit:<br />
Druk op de “ ” -knop en houd die<br />
ingedrukt om snel vooruit te spoelen.<br />
Wanneer u de knop loslaat, zal de speler<br />
verder gaan met spelen vanaf dat punt.<br />
Achteruit:<br />
Druk op de “ ” -knop en houd die<br />
ingedrukt om achteruit te zoeken. Wanneer<br />
u de knop loslaat, zal de speler opnieuw<br />
beginnen met afspelen.<br />
"ALBUM▲": Raak deze knop aan om<br />
het volgende album te kiezen.<br />
"ALBUM▼": Raak deze knop aan om<br />
het vorige album te kiezen.<br />
210 TNS 350
● Andere functies<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
(c) De Bluetooth ® -audio-instellingen<br />
aanpassen<br />
● Een draagbare speler selecteren<br />
Wanneer u een tweede draagbare speler<br />
registreert, kunt u één van beide selecteren<br />
om te verbinden met het systeem.<br />
"RPT":<br />
Gebruik deze functie om het nummer dat<br />
u nu beluistert, automatisch opnieuw te<br />
spelen.<br />
Een nummer herhalen —<br />
Terwijl het nummer speelt, raakt u kort<br />
"RPT" aan.<br />
Op het scherm verschijnt "RPT". Wanneer<br />
het nummer is afgelopen, zal de speler het<br />
automatisch opnieuw spelen. Om te annuleren<br />
raakt u "RPT" nog eens aan.<br />
"RAND": Gebruik deze functie om nummers<br />
op het album dat u momenteel beluistert,<br />
automatisch in willekeurige volgorde<br />
af te spelen.<br />
Terwijl een nummer speelt, raakt u<br />
"RAND" kort aan.<br />
Op het scherm verschijnt "RAND". Het<br />
systeem kiest een nummer op het album<br />
dat u momenteel beluistert. Om te annuleren<br />
raakt u "RAND" nog eens aan.<br />
INFORMATIE<br />
Afhankelijk van de draagbare speler<br />
die met het systeem is verbonden,<br />
kunnen bepaalde functies niet beschikbaar<br />
zijn.<br />
1. Raak "Draagbare speler sel." aan<br />
om het scherm "Selecteer draagbare<br />
speler" weer te geven.<br />
U kunt uit maximaal twee Bluetooth ®<br />
draagbare spelers kiezen.<br />
"Leeg" wordt weergegeven wanneer u nog<br />
geen Bluetooth ® draagbare speler heeft<br />
geregistreerd. Het Bluetooth ® -logo wo0rdt<br />
weergegeven wanneer u een draagbare<br />
speler kiest.<br />
2. Selecteer de gewenste draagbare<br />
speler en raak "OK" aan.<br />
Hoewel u twee draagbare spelers in het<br />
systeem kunt registreren, kunt u maar één<br />
draagbare speler tegelijk gebruiken.<br />
6<br />
TNS 350 211
AUDIOSYSTEEM<br />
● Informatie over de draagbare speler<br />
weergeven<br />
U kunt de informatie over de draagbare<br />
speler op het systeem weergeven.<br />
"Toestelnaam":<br />
. . . . . . . . . De naam van de Bluetooth ®<br />
draagbare speler die op het<br />
scherm wordt weergegeven. U<br />
kunt die wijzigen in een naam<br />
naar keuze.<br />
"Adres Bluetooth*-toestel"<br />
. . . . . . . . . Het specifieke adres voor het<br />
systeem. U kunt dit niet wijzigen.<br />
"Verbindingsmethode"<br />
. . . . . . . . . De verbindingsmethode kan<br />
worden overgeschakeld van<br />
"Van voertuig" naar "Van<br />
draagbare speler".<br />
● Een toestelnaam wijzigen<br />
U kunt de naam van een toestel wijzigen.<br />
Wanneer u de toestelnaam wijzigt,<br />
wordt de geregistreerde naam in uw<br />
draagbare speler niet gewijzigd.<br />
1. Raak "Bewerken" aan.<br />
1. Selecteer de gewenste draagbare<br />
speler en raak "Informatie draagbare<br />
speler" aan.<br />
2. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam van het toestel<br />
in te voeren en raak daarna "OK"<br />
aan.<br />
2. Wanneer u klaar bent met bewerken,<br />
drukt u op .<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
212 TNS 350
● De verbindingsmethode wijzigen<br />
De verbindingsmethode kan worden<br />
geselecteerd.<br />
Van voertuig: Sluit het audiosysteem<br />
aan op de draagbare speler.<br />
Van draagbare speler: Sluit de draagbare<br />
speler aan op het audiosysteem.<br />
Selecteer de gewenste verbindingsmethode<br />
"Van voertuig" of "Van draagbare<br />
speler" en raak daarna "OK" aan.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer de verbindingsmethode is<br />
ingesteld op "Van draagbare speler"<br />
kan "Auto Bluetooth*-verbinding" (zie<br />
pagina 207) niet worden geselecteerd.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
● De Bluetooth ® -audio-instellingen<br />
weergeven<br />
U kunt de Bluetooth ® -audio-informatie<br />
op het systeem weergeven.<br />
"Toestelnaam":<br />
. . . . . . . . .De naam in het Bluetooth ® -netwerk.<br />
U kunt dit wijzigen.<br />
"Wachtwoord"<br />
. . . . . . . . .Het wachtwoord voor het registreren<br />
van uw draagbare audiospeler<br />
in het systeem. U kunt dit<br />
wijzigen in een getal met 4 tot 8<br />
cijfers.<br />
"Toesteladres"<br />
. . . . . . . . .Het specifieke adres voor het<br />
systeem. U kunt dit niet wijzigen.<br />
Wanneer u twee Bluetooth ®<br />
draagbare spelers met dezelfde<br />
toestelnaam of wachtwoord<br />
heeft geregistreerd en u kunt de<br />
ene niet onderscheiden van de<br />
andere, geef ze dan hier op.<br />
6<br />
TNS 350 213
AUDIOSYSTEEM<br />
● De toestelnaam of het wachtwoord<br />
wijzigen<br />
1. Raak "Audio aansluiten" aan.<br />
4. Voer een wachtwoord in met 4 tot<br />
8 cijfers. Wanneer u "◄aanraakt,<br />
wordt het ingevoerde nummer gewist.<br />
2. Raak "Bewerken" of "Toestelnaam"<br />
of "Wachtwoord" aan.<br />
3. Gebruik het toetsenbord op het<br />
scherm om de naam van het toestel<br />
in te voeren.<br />
U kunt tot 20 tekens invoeren.<br />
214 TNS 350
● De Bluetooth ® -audio-instellingen resetten<br />
U kunt de instellingen resetten.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
● Een draagbare speler verwijderen<br />
1. Raak "Audio aansluiten" aan.<br />
1. Raak "Standaard" aan.<br />
2. Raak "Ja" aan.<br />
2. Raak "Verwijderen" aan naast<br />
"Bluetooth-instellingen".<br />
6<br />
3. Selecteer de draagbare speler die u<br />
wilt verwijderen en raak "OK" aan.<br />
TNS 350 215
AUDIOSYSTEEM<br />
4. Raak "Ja" aan.<br />
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk<br />
van Bluetooth SIG. Inc.<br />
— Bediening van een iPod<br />
iPod muziek- en videobestanden kunnen<br />
worden weergegeven door uw iPod op het<br />
audiosysteem aan te sluiten. Wanneer u<br />
de dock-connector naar USB-kabel of de<br />
optionele iPod Videokabel gebruikt, is het<br />
ook mogelijk om nummers te selecteren uit<br />
de afspeellijst en de shuffle-modus in het<br />
audiosysteem wijzigen.<br />
Dit systeem ondersteunt enkel een iPod<br />
met dock-connectorpoort.<br />
U heeft de optionele iPod Videokabel<br />
nodig om de iPod videofunctie te kunnen<br />
gebruiken.<br />
Voor details, zie de handleiding van uw<br />
iPod.<br />
216 TNS 350
(a) Uw iPod verbinden of ontkoppelen<br />
● Uw iPod verbinden<br />
WANNEER DE APPLE DOCK-<br />
CONNECTOR NAAR USB KABEL<br />
WORDT GEBRUIKT<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
WANNEER DE OPTIONELE iPod<br />
VIDEOKABEL WORDT GEBRUIKT<br />
Dock-connectorpoort<br />
Dock-connectorpoort<br />
Dock-connector<br />
Dock-connector<br />
Optionele iPod Videokabel<br />
Apple dock-connector naar USB-kabel<br />
Open de afscherming en sluit uw iPod<br />
aan met de dock-connector.<br />
Ontkoppel alle iPod-toebehoren die op de<br />
iPod zijn aangesloten.<br />
Zodra de iPod is verbonden, wordt die<br />
automatisch ingeschakeld.<br />
Open de afscherming en sluit uw iPod<br />
aan met de dock-connector.<br />
Ontkoppel alle iPod-toebehoren die op de<br />
iPod zijn aangesloten.<br />
Zodra de iPod is verbonden, wordt die<br />
automatisch ingeschakeld.<br />
INFORMATIE<br />
Voor de optionele iPod videokabel<br />
moet u contact opnemen met een erkende<br />
<strong>Toyota</strong>-dealer of garage, met<br />
een distributeur van auto-onderdelen<br />
of een andere geschoolde professional.<br />
6<br />
TNS 350 217
AUDIOSYSTEEM<br />
● Uw iPod ontkoppelen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
Dock-connector<br />
2. Raak "Toestel verwijderen" aan.<br />
Wanneer de optionele iPod Videokabel<br />
wordt gebruikt, moet u op de zijkanten van<br />
de dock-connector drukken, in de richting<br />
van de pijlen zoals hierboven aangegeven,<br />
om uw iPod te ontkoppelen.<br />
3. Raak "USB" aan.<br />
4. Ontkoppel uw iPod.<br />
218 TNS 350
OPMERKING<br />
● Houd er rekening mee dat geen compensatie<br />
kan worden toegestaan voor<br />
verloren gegevens, zelfs wanneer<br />
gegevens op een iPod verloren gaan<br />
wanneer die met het audiosysteem was<br />
verbonden.<br />
● De iPod kan worden vervormd, verkleurd<br />
of beschadigd door de hitte bij<br />
langdurige blootstelling aan rechtstreeks<br />
zonlicht. Bewaar de iPod buiten<br />
rechtstreeks zonlicht wanneer u hem<br />
niet gebruikt.<br />
● Bevestig de iPod stevig wanneer u hem<br />
met het systeem gebruikt. Laat de iPod<br />
niet op de vloer van uw wagen vallen<br />
waar hij onder de pedalen kan geblokkeerd<br />
raken.<br />
● U kunt storend geluid horen wanneer<br />
u het toestel ontkoppelt terwijl de iPod<br />
speelt.<br />
INFORMATIE<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
● Controleer of uw iPod ondersteund<br />
wordt door het audiosysteem. Zie "●<br />
Ondersteunde iPods" (pagina 225)<br />
voor een lijst van ondersteunde iPods.<br />
● Het systeem schakelt niet automatisch<br />
naar de iPod-modus wanneer de<br />
iPod met het audiosysteem wordt<br />
verbonden.<br />
● “<strong>Toyota</strong>" verschijnt op de iPod<br />
wanneer die met het audiosysteem is<br />
verbonden. Houd er rekening mee dat<br />
u uw iPod niet kunt bedienen zolang<br />
"<strong>Toyota</strong>" op het scherm staat.<br />
● Auto's met "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Zolang de "ENGINE START STOP"-<br />
schakelaar op "ACCESSORY" of<br />
"IGNITION ON" staat, wordt de batterij<br />
van de aangesloten iPod opgeladen.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Zolang de contactsleutel in de stand<br />
"ACC" of "ON" staat, wordt de batterij<br />
van de aangesloten iPod opgeladen.<br />
● De volgorde van de nummers in de<br />
playlist die wordt weergegeven op het<br />
audiosysteem kan verschillen van die<br />
op uw iPod wanneer die is verbonden<br />
met het systeem.<br />
● Wanneer uw iPod onbruikbaar wordt,<br />
moet u hem ontkoppelen, resetten en<br />
opnieuw aansluiten. Raadpleeg de<br />
handleiding van uw iPod voor details<br />
over resetten.<br />
● Wanneer de iPod met het audiosysteem<br />
is verbonden, kan de iPod zelf niet<br />
worden in- of uitgeschakeld.<br />
● Auto's met "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
De aangesloten iPod wordt<br />
uitgeschakeld ongeveer twee minuten<br />
nadat de schakelaar "ENGINE START<br />
STOP" werd uitgeschakeld.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
De aangesloten iPod wordt<br />
uitgeschakeld ongeveer twee minuten<br />
nadat de contactsleutel in "LOCK"-<br />
positie werd gedraaid.<br />
6<br />
TNS 350 219
AUDIOSYSTEEM<br />
(b) Uw iPod bedienen<br />
● Bestanden op uw iPod afspelen<br />
MUZIEKBESTANDEN BELUISTEREN<br />
Druk op de "SOURCE"-knop en raak<br />
"iPod" aan.<br />
Het systeem wordt overgeschakeld<br />
naar iPod-modus.<br />
Om het audioregelscherm weer te geven,<br />
zie "● Weergeven van scherm met<br />
audioregeling" op pagina 192.<br />
Raak "►" aan en de muziek begint te<br />
spelen.<br />
Raak " " aan om de muziek te pauzeren.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer een muziekbestand afbeeldingsgegevens<br />
bevat, wordt de afbeelding<br />
weergegeven.<br />
EEN VIDEOBESTAND BEKIJKEN<br />
Om het audioregelscherm weer te geven,<br />
zie "● Weergeven van scherm met<br />
audioregeling" op pagina 192.<br />
Raak "►" aan en de video begint te spelen.<br />
Raak " " aan om de video te pauzeren.<br />
Raak "VOLLEDIG SCHERM" aan om de<br />
video af te spelen op het volledig scherm.<br />
220 TNS 350
INFORMATIE<br />
● Afhankelijk van het aantal<br />
muziek-/videobestanden dat op<br />
uw iPod is opgeslagen en van de<br />
softwareversie, kan het gebeuren<br />
dat het systeem niet onmiddellijk<br />
reageert of niet goed werkt<br />
wanneer u de iPod bedient op het<br />
scherm.<br />
● "OK to disconnect" (OK om te<br />
ontkoppelen) wordt op de iPod<br />
weergegeven. Om uw iPod te<br />
beschermen, raden we echter<br />
aan om de dock-connector<br />
niet te ontkoppelen tijdens de<br />
muziekweergave.<br />
● Auto's met "Smart entry and start"-<br />
systeem—<br />
Wanneer het systeem niet goed<br />
functioneert, ontkoppel dan uw<br />
iPod van de dock-connector<br />
en schakel de "ENGINE START<br />
STOP"-schakelaar uit. Schakel<br />
de iPod uit en daarna opnieuw<br />
aan. Zet de "ENGINE START<br />
STOP"-schakelaar opnieuw op<br />
"ACCESSORY" of "IGNITION ON"<br />
en sluit de iPod opnieuw aan op de<br />
dock-connector.<br />
Auto's zonder "Smart entry and<br />
start"-systeem—<br />
Wanneer het systeem niet goed<br />
functioneert, ontkoppel dan uw<br />
iPod van de dock-connector en<br />
draai de contactsleutel in de stand<br />
"Uit". Schakel de iPod uit en daarna<br />
opnieuw aan. Zet de contactsleutel<br />
opnieuw in de stand "ACC" of<br />
"ON" en sluit de iPod opnieuw aan<br />
op de dock-connector.<br />
● U kunt de iPod Equalizer niet<br />
gebruiken. We raden u aan om de<br />
iPod Equalizer uit te schakelen<br />
voor u de iPod aansluit op dit<br />
systeem.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
● Een gewenst muziek- of videobestand<br />
selecteren<br />
“ ” of “ ” -knop/"►►" of "◄◄”:<br />
deze knoppen worden gebruikt voor<br />
rechtstreekse toegang tot een gewenst<br />
nummer. Druk op de “ ” of “ ” -knop<br />
of raak "►►" of "◄◄" aan tot het gewenste<br />
nummer op het scherm verschijnt. Wanneer<br />
het gewenste nummer is gekozen, geeft<br />
de speler het geselecteerde nummer weer<br />
vanaf het begin.<br />
Snel vooruit: Druk op de “ ” -knop<br />
of blijf "►►" aanraken om snel vooruit te<br />
spoelen. Wanneer u de knop loslaat, zal<br />
de speler verder gaan met spelen vanaf<br />
dat punt.<br />
Achteruit: Druk op de “ ” -knop of blijf<br />
"◄◄" aanraken om achteruit te zoeken.<br />
Wanneer u de knop loslaat, zal de speler<br />
opnieuw beginnen spelen.<br />
6<br />
TNS 350 221
AUDIOSYSTEEM<br />
● Zoeken naar een gewenst bestand<br />
vanuit het menu<br />
Het gewenste muziek- of videobestand<br />
kan worden gezocht via de playlist in het<br />
menu.<br />
ZOEKEN NAAR EEN MUZIEKBESTAND<br />
"TRACKLIJST":<br />
Wanneer u "TRACKLIJST" aanraakt,<br />
wordt de lijst met bestanden weergegeven<br />
die de muziek- of videobestanden bevat<br />
die momenteel worden afgespeeld.<br />
Het muziek- of videobestand dat momenteel<br />
wordt afgespeeld, wordt bovenaan<br />
weergegeven.<br />
Raak een muziek- of videobestand aan om<br />
het weer te geven.<br />
1. Raak "Muziekmenu" aan.<br />
2. Raak de gewenste modus aan op het<br />
"Muziekmenu"-scherm.<br />
Raak "TOP" aan om terug te keren naar<br />
het scherm voor de bediening van de iPod.<br />
Het scherm dat wordt weergegeven bij<br />
stap “4.” wordt weergegeven wanneer<br />
"Songs" wordt geselecteerd.<br />
222 TNS 350
AUDIOSYSTEEM<br />
ZOEKEN NAAR EEN VIDEOBESTAND<br />
3. Raak de gewenste lijst aan op het<br />
"Moduslijst"-scherm.<br />
Raak "Play" aan om het eerste muziekbestand<br />
in de geselecteerde lijst af te spelen.<br />
Raak "ALLE" aan om alle weergegeven<br />
lijsten te selecteren.<br />
1. Raak "Videomenu" aan.<br />
Raak aan om naar het hoger niveau<br />
terug te keren.<br />
2. Raak de gewenste modus aan op het<br />
"Videomenu"-scherm.<br />
Raak "TOP" aan om terug te keren naar<br />
het scherm voor de bediening van de iPod.<br />
6<br />
4. Raak de bijbehorende knop op het<br />
scherm aan om het muziekbestand<br />
te selecteren dat u wilt afspelen.<br />
Begin de weergave.<br />
TNS 350 223
AUDIOSYSTEEM<br />
● Andere functies<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer uw iPod wordt ontkoppeld<br />
wanneer "RPT" of "SHUFFLE" actief<br />
is, wordt de iPod overgeschakeld naar<br />
herhaalde of willekeurige volgorde.<br />
3. Raak de gewenste modus aan op het<br />
scherm "Videoafspeellijst".<br />
Raak "Play" aan om het eerste<br />
videobestand in de geselecteerde lijst af<br />
te spelen.<br />
Raak aan om naar het hoger niveau<br />
terug te keren.<br />
4. Raak de bijbehorende knop op het<br />
scherm aan om het videobestand te<br />
selecteren dat u wilt afspelen.<br />
Begin de weergave.<br />
"RPT": Herhaalt de weergave van het<br />
huidige nummer.<br />
Wanneer het huidige nummer is afgelopen,<br />
wordt de weergave automatisch opnieuw<br />
vanaf het begin van het nummer gestart.<br />
Raak "RPT" nogmaals aan om te<br />
annuleren.<br />
Nummers uit de huidige playlist in<br />
willekeurige volgorde beluisteren—<br />
Raak "SHUFFLE" kort aan.<br />
Het systeem selecteert een muziek- of videobestand<br />
uit de playlist waar u momenteel<br />
naar luistert. Om deze functie te annuleren,<br />
raakt u "SHUFFLE" nog eens aan.<br />
Albums in willekeurige volgorde<br />
beluisteren —<br />
Raak "SHUFFLE" aan en houd het<br />
ingedrukt tot "ALBUM RAND" op het<br />
scherm wordt weergegeven.<br />
Albums kunnen in willekeurige volgorde<br />
worden beluisterd. Muziekbestanden in<br />
albums worden echter vanaf het eerste<br />
muziekbestand weergegeven.<br />
Om te annuleren raakt u de knop<br />
"SHUFFLE" nog eens aan.<br />
224 TNS 350
● Ondersteunde iPods<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
De volgende iPods en iPhones zijn getest. Afhankelijk van de toestand van de iPod of<br />
iPhone kan het gebeuren dat het audiosysteem niet goed werkt.<br />
Model<br />
Softwareversie<br />
iPod met video 1.3<br />
iPod classic 1.1.2<br />
iPod classic ('08, '09) 2.0.4<br />
iPod nano 1ste generatie 1.3.1<br />
iPod nano 2de generatie 1.1.3<br />
iPod nano 3de generatie 1.1.3<br />
iPod nano 4de generatie 1.0.4<br />
iPod nano 5de generatie 1.0.2<br />
iPod touch 1ste generatie (Ser.1.0) 1.1.5<br />
iPod touch 1ste generatie (Ser.2.0) 2.2.1<br />
iPod touch 1ste generatie (Ser.3.0) 3.1.3<br />
iPod touch 2de generatie 4.0<br />
iPod touch 3de generatie 4.0<br />
iPhone 3.1.3<br />
iPhone 3G 4.0.1<br />
iPhone 3GS 4.0.1<br />
6<br />
INFORMATIE<br />
● iPod is een handelsmerk van Apple Inc., geregistreerd in de Verenigde Staten<br />
en in andere landen.<br />
● iPhone is een handelsmerk van Apple Inc.<br />
● Het gebruik van iPods is toegestaan voor het kopiëren en weergeven van<br />
materiaal dat niet auteursrechterlijk is beschermd of materiaal waarvoor<br />
wettelijk kopiëren en weergeven is toegestaan voor persoonlijk gebruik door<br />
individuen. Inbreuk op het copyright is bij wet verboden.<br />
●<br />
"Made for iPod" en "Made for iPhone" betekent dat elektronische toebehoren<br />
speciaal zijn ontworpen om te worden aangesloten op respectievelijk een iPod<br />
of een iPhone, en dat de ontwerper bevestigt dat deze producten voldoen aan<br />
de eisen van Apple.<br />
● Apple is niet verantwoordelijk voor de bediening van dit systeem of voor het<br />
beantwoorden van het systeem aan veiligheidseisen en wettelijke normen.<br />
● Bij iPhones met een upgrade naar iOS 4 of hoger werken sommige functies<br />
mogelijk niet correct.<br />
TNS 350 225
AUDIOSYSTEEM<br />
— Bediening van een SD-/<br />
USB-speler<br />
De SD/USB-speler kan bestanden op<br />
een SD-geheugenkaart en een USBgeheugenstick<br />
weergeven.<br />
Sommige SD-geheugenkaarten en USBgeheugensticks<br />
werken mogelijk niet<br />
correct.<br />
Voor geschikte SD-geheugenkaarten en<br />
USB-geheugensticks voor dit systeem, zie<br />
"Tips voor het bedienen van het audiosysteem"<br />
op pagina 237.<br />
(a) Een SD-geheugenkaart plaatsen of<br />
verwijderen<br />
● Een SD-geheugenkaart plaatsen<br />
Verwijder de SD-geheugenkaart met kaartinformatie<br />
voor u een andere SD-geheugenkaart<br />
plaatst. Voor details, zie pagina<br />
227. Wanneer de SD-geheugenkaart met<br />
kaartinformatie wordt verwijderd, kan het<br />
navigatiesysteem niet worden gebruikt.<br />
OPGELET<br />
OPMERKING<br />
Breng geen vreemde voorwerpen in de<br />
poort; dit kan de SD-geheugenkaart,<br />
de USB-geheugenstick of de terminals<br />
beschadigen.<br />
Plaats een SD-geheugenkaart<br />
Nadat de SD-geheugenkaart is geplaatst,<br />
wordt deze automatisch geladen.<br />
226 TNS 350
● Een SD-geheugenkaart verwijderen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
(b) Een USB-geheugenstick aansluiten<br />
of verwijderen<br />
● Plaatsen van een USB-geheugenstick<br />
2. Raak "Toestel verwijderen" aan.<br />
3. Raak "SD" aan.<br />
4. Druk lichtjes op de SD-geheugenkaart<br />
om deze te verwijderen.<br />
De SD-geheugenkaart wordt uitgeworpen.<br />
Een andere SD-geheugenkaart kan nu<br />
worden geplaatst.<br />
Open de afscherming en sluit de USBgeheugenkaart<br />
aan op de poort.<br />
Nadat de USB-geheugenstick is geplaatst,<br />
wordt deze automatisch geladen.<br />
OPMERKING<br />
● Laat uw USB-geheugenstick niet<br />
achter in de wagen. Vooral hoge<br />
temperaturen in de wagen kunnen<br />
de USB-geheugenstick beschadigen.<br />
● Druk niet op de USB-geheugenstick<br />
en gebruik geen geweld bij<br />
het aansluiten van de USB-geheugenstick,<br />
omdat dit de stick of de<br />
terminal kan beschadigen.<br />
6<br />
TNS 350 227
AUDIOSYSTEEM<br />
● Verwijderen van een USB-geheugenstick<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
(c) Een SD-geheugenkaart / USBgeheugenstick<br />
weergeven<br />
2. Raak "Toestel verwijderen" aan.<br />
Druk op de "SOURCE"-knop en raak "SD"<br />
of "USB" aan als de SD-geheugenkaart<br />
of de USB-geheugenstick al in de SD/<br />
USB-speler zijn geladen.<br />
Het systeem wordt overgeschakeld naar<br />
de SD- of USB-modus.<br />
3. Raak "USB" aan.<br />
4. Verwijder de USB-geheugenstick.<br />
Een USB-geheugenstick kan nu worden<br />
geplaatst.<br />
228 TNS 350
(d) Een SD-geheugenkaart / USB-geheugenstick<br />
bedienen<br />
● Een SD-geheugenkaart / USB-geheugenstick<br />
weergeven<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
● Een gewenste map selecteren<br />
"FOLDER▲": Raak deze knop aan om<br />
naar de volgende map te gaan.<br />
"FOLDER▼": Raak deze knop aan om<br />
naar de vorige map te gaan.<br />
"FOLDER LIST": De gewenste map kan<br />
worden geselecteerd uit een lijst.<br />
Raak "FOLDER LIST" aan. De mappenlijst<br />
wordt weergegeven.<br />
Om het audioregelscherm weer te geven,<br />
zie "● Weergeven van scherm met<br />
audioregeling" op pagina 192.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer een muziekbestand afbeeldingsgegevens<br />
bevat, wordt de afbeelding<br />
weergegeven.<br />
Raak het gewenste mapnummer aan. De<br />
SD/USB-speler zal het eerste bestand van<br />
de geselecteerde map afspelen.<br />
"Bestand": De bestandslijst wordt<br />
weergegeven.<br />
"Detail": Details van het afgespeelde<br />
bestand worden weergegeven.<br />
6<br />
TNS 350 229
AUDIOSYSTEEM<br />
● Een gewenst bestand selecteren<br />
“ " of “ ” -knop: gebruik deze<br />
knoppen voor rechtstreekse toegang tot<br />
het gewenste bestand.<br />
Druk op de “ ” of “ ” -knop en herhaal<br />
tot het gewenste bestand op het<br />
scherm verschijnt. Wanneer u de knop loslaat,<br />
begint de SD-/USB-speler het gekozen<br />
bestand vanaf het begin te spelen.<br />
Wanneer "RAND" of "FLD.RPT" actief is,<br />
verschijnt het bestandsnummer in de map<br />
waar u momenteel naar luistert.<br />
Snel vooruit: Druk op de “ ” knop en<br />
houd deze ingedrukt om de SD-geheugenkaart/USB-geheugenstick<br />
snel vooruit te<br />
spoelen. Wanneer u de knop loslaat, zal<br />
de SD-/USB-speler verder gaan met spelen<br />
vanaf dat punt.<br />
Achteruit: Druk op de “ ” knop en<br />
houd deze ingedrukt om de SDgeheugenkaart/USB-geheugenstick<br />
achteruit te spoelen. Wanneer u de knop<br />
loslaat, zal de SD/USB-speler opnieuw<br />
beginnen met afspelen.<br />
"Bestand":<br />
Het gewenste bestand kan worden geselecteerd<br />
uit een lijst.<br />
Raak "Bestand" aan. De bestandslijst<br />
wordt weergegeven.<br />
230 TNS 350
AUDIOSYSTEEM<br />
● Naar een gewenst bestand zoeken<br />
Raak het gewenste bestandsnummer<br />
aan. De SD-/USB-speler zal het geselecteerde<br />
bestand vanaf het begin afspelen.<br />
"Map": De mappenlijst wordt weergegeven.<br />
"Detail": Details van het afgespeelde<br />
bestand worden weergegeven.<br />
Raak kort "SCAN" aan tijdens de<br />
weergave van de SD-geheugenkaart/<br />
USB-geheugenstick.<br />
Op het scherm verschijnt "SCAN". De<br />
SD-/USB-speler zal gedurende 10<br />
seconden het volgende bestand in de<br />
map weergeven, en dan verder scannen.<br />
Om een bestand te selecteren, raakt u<br />
"SCAN" nog eens aan. Wanneer de SD/<br />
USB-speler het einde van de map bereikt,<br />
begint het scannen opnieuw bij bestand 1.<br />
Wanneer alle bestanden zijn gescand, gaat<br />
de speler weer over op normale weergave.<br />
6<br />
TNS 350 231
AUDIOSYSTEEM<br />
● Naar een gewenste map zoeken<br />
● Andere functies<br />
Raak tijdens de weergave van de SDgeheugenkaart/USB-geheugenstick<br />
"SCAN" aan en houd dit ingedrukt tot<br />
"FLD.SCAN" op het scherm verschijnt.<br />
Het nummer aan het begin van elke map<br />
wordt gedurende 10 seconden afgespeeld.<br />
Om te blijven luisteren naar de map van<br />
uw keuze, raakt u "SCAN" nog eens aan.<br />
Wanneer alle mappen zijn gescand, gaat<br />
de speler weer over op normale weergave.<br />
"RPT":<br />
Gebruik deze functie voor het automatisch<br />
herhalen van het bestand of de map waar<br />
u momenteel naar luistert.<br />
Een bestand herhalen —<br />
Terwijl het bestand wordt afgespeeld,<br />
raakt u kort "RPT" aan.<br />
Op het scherm verschijnt "RPT". Wanneer<br />
het bestand is afgespeeld, gaat de SD/<br />
USB-speler automatisch terug naar het<br />
begin van het bestand en speelt het<br />
opnieuw af. Om deze functie te annuleren,<br />
raakt u "RPT" nog eens aan.<br />
Een map herhalen —<br />
Tijdens de weergave van de map raakt<br />
u "RPT" aan en houdt dit ingedrukt tot<br />
"FLD.RPT" op het scherm verschijnt.<br />
Wanneer de map is afgespeeld, gaat de<br />
SD/USB-speler automatisch terug naar het<br />
begin van de map en speelt die opnieuw<br />
af. Om deze functie te annuleren, raakt u<br />
"RPT" nog eens aan.<br />
232 TNS 350
"RAND": Gebruik deze functie voor het automatisch<br />
en willekeurig kiezen van de map of de<br />
SD-geheugenkaart/USB-geheugenstick waar u<br />
momenteel naar luistert.<br />
De bestanden in één map in willekeurige<br />
volgorde weergeven —<br />
Raak tijdens weergave van de SD-geheugenkaart/USB-geheugenstick<br />
kort "RAND"<br />
aan.<br />
Op het scherm verschijnt "RAND". Het systeem<br />
kiest een bestand in de map die u momenteel<br />
beluistert. Om deze functie te annuleren, raakt<br />
u "RAND" nog eens aan.<br />
De bestanden in alle mappen op één SDgeheugenkaart/USB-geheugenstick<br />
in willekeurige<br />
volgorde weergeven —<br />
Raak tijdens weergave van de SD-geheugenkaart/USB-geheugenstick<br />
"RAND" aan<br />
en houdt dit ingedrukt tot "FLD.RAND" op<br />
het scherm verschijnt.<br />
Het systeem selecteert een bestand uit alle<br />
mappen. Om te annuleren raakt u de knop nog<br />
eens aan.<br />
Wanneer een bestand wordt overgeslagen of<br />
het systeem niet functioneert, raakt u "RAND"<br />
aan om te resetten.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
(e) Wanneer uw speler niet goed functioneert<br />
Wanneer uw speler niet goed functioneert, worden<br />
op uw audiosysteem de volgende meldingen<br />
weergegeven:<br />
Wanneer "Geen SD-kaart" of "USB-geheugen<br />
niet aangesloten" op het scherm verschijnt:<br />
dit geeft aan dat er geen SD-geheugenkaart<br />
of USB-geheugenstick in de SD-/<br />
USB-speler zit.<br />
Wanneer "Controleer aub SD-kaart" of "Controleer<br />
aub USB-geheugen" op het scherm<br />
verschijnt: deze melding verschijnt wanneer<br />
de SD-geheugenkaart/USB-geheugenstick beschadigd<br />
is. Vervang de SD-geheugenkaart/<br />
USB-geheugenstick door een kaart/stick die<br />
wel functioneert. Wanneer een SD-geheugenkaart<br />
werd geplaatst of een USB-geheugenstick<br />
werd aangesloten die niet kan worden afgespeeld,<br />
wordt "Controleer aub de SD-kaart"<br />
of "Controleer aub het USB-geheugen" op het<br />
scherm weergegeven. Voor geschikte SD-geheugenkaarten<br />
of USB-geheugensticks voor<br />
deze speler, zie "Tips voor het bedienen van<br />
het audiosysteem" op pagina 237.<br />
Wanneer "Geen SD-kaart" of "USB-geheugen<br />
niet aangesloten" op het scherm verschijnt:<br />
dit kan te wijten zijn aan de volgende<br />
oorzaken:<br />
● Een interne storing van het systeem. Verwijder<br />
de SD-geheugenkaart of de USBgeheugenstick.<br />
● Geeft aan dat de speler inwendig te warm<br />
kan zijn wegens een te hoge omgevingstemperatuur.<br />
Verwijder de SD-geheugenkaart<br />
of de USB-geheugenstick uit de speler<br />
zodat deze kan afkoelen.<br />
Wanneer "Geen afspeelbare muziekgegevens<br />
op SD-kaart" of "Geen afspeelbare<br />
muziekgegevens op USB-geheugen" op<br />
het scherm verschijnt: geeft aan dat de SDgeheugenkaart/USB-geheugenstick<br />
geen afspeelbare<br />
gegevens bevat.<br />
Wanneer de storing niet kon worden verholpen:<br />
Ga met uw auto naar een erkende <strong>Toyota</strong>dealer<br />
of garage of neem contact op met een<br />
distributeur van auto-onderdelen of een andere<br />
vakman.<br />
TNS 350 233<br />
6
AUDIOSYSTEEM<br />
— Bediening via AUX-uitgang<br />
Muziek opgeslagen op in de handel<br />
verkrijgbare draagbare audiotoestellen kan<br />
worden weergegeven door deze toestellen<br />
op het audiosysteem aan te sluiten.<br />
Bij het gebruik van draagbare audiotoestellen<br />
moet u de bijbehorende instructiehandleiding<br />
aandachtig lezen en ervoor<br />
zorgen dat het toestel volledig compatibel<br />
is voor u het gebruikt.<br />
(a) Draagbare audiotoestellen verbinden<br />
(ontkoppelen)<br />
OPGELET<br />
● Raadpleeg de handleiding van de<br />
wagen voor details over het opblazen<br />
van de SRS-airbag.<br />
● Leg het draagbare audiotoestel op<br />
een plaats die niet hindert bij het<br />
rijden, om te voorkomen dat het de<br />
bestuurder afleidt en tot verkeersongevallen<br />
leidt.<br />
Zorg ervoor dat het draagbare audiotoestel<br />
is UITgeschakeld.<br />
Zorg ervoor dat de audiomodus is ingesteld<br />
op een andere modus dan AUX, of<br />
dat het audiosysteem is UITgeschakeld.<br />
Open de afdekking en sluit de<br />
audiospeler aan op de AUX-poort of<br />
ontkoppel de speler.<br />
OPMERKING<br />
● Zorg ervoor dat uw handen niet<br />
vast komen te zitten in de AUXpoort.<br />
● Bedien, ontkoppel en sluit het<br />
draagbare audiotoestel niet aan<br />
terwijl u rijdt.<br />
● Bewaar draagbare audiotoestellen<br />
buiten rechtstreeks zonlicht wanneer<br />
u die niet gebruikt.<br />
234 TNS 350
INFORMATIE<br />
● Aansluiten en ontkoppelen van<br />
draagbare audiotoestellen in AUXmodus<br />
kan leiden tot vervorming<br />
en schade aan de luidsprekers.<br />
Zet het audiosysteem altijd uit of<br />
schakel over op een andere modus<br />
voor u een draagbaar audiotoestel<br />
aansluit of ontkoppelt.<br />
● De voeding overschakelen van<br />
draagbare audiotoestellen in AUXmodus<br />
kan leiden tot vervorming en<br />
schade aan de luidsprekers. Zet het<br />
audiosysteem altijd uit of schakel<br />
over op een andere modus voor<br />
u de voeding van een draagbaar<br />
audiotoestel overschakelt.<br />
● Houd er rekening mee dat het<br />
volume afhankelijk is van het<br />
aangesloten toestel, omwille van<br />
verschillen in uitgangsspanning.<br />
● Wanneer het volume wordt<br />
aangepast in AUX-modus, kan dit<br />
worden opgeslagen als het AUXmodus<br />
volume. Dit opgeslagen<br />
volume keert terug naar het<br />
standaardvolume wanneer het<br />
draagbare audiotoestel wordt<br />
ontkoppeld.<br />
● Bij gebruik van een draagbaar<br />
audiotoestel dat is aangesloten op<br />
de vermogensuitgang of op een<br />
sigarettenaansteker van de auto,<br />
kan lawaai te horen zijn tijdens de<br />
weergave.<br />
Wanneer dit het geval is, gebruik<br />
dan de voeding (accu) van het<br />
draagbare audiotoestel zelf.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
(b) Een draagbaar audiotoestel bedienen<br />
1. Schakel het draagbare audiotoestel<br />
in en start de muziekweergave.<br />
Raadpleeg de handleiding van het draagbare<br />
audiotoestel voor details over de bediening.<br />
2. Druk op de "SOURCE"-knop en<br />
raak "AUX" aan. Het systeem wordt<br />
overgeschakeld naar AUX-modus.<br />
De audio van de draagbare speler wordt<br />
weergegeven via de luidsprekers.<br />
6<br />
TNS 350 235
AUDIOSYSTEEM<br />
Afstandsbediening van het<br />
audiosysteem —<br />
— Schakelaars op het stuurwiel<br />
236 TNS 350<br />
E6101S<br />
Sommige functies van het audiosysteem kunnen<br />
worden ingesteld via de schakelaars op<br />
het stuur.<br />
Afhankelijk van het <strong>mode</strong>l of de klasse zijn<br />
schakelaars op het stuur mogelijk niet beschikbaar.<br />
Details over specifieke schakelaars, bedieningselementen<br />
en functies worden hieronder<br />
beschreven.<br />
1 Volumeknoppen<br />
2 “ ” “ "-schakelaars<br />
3 "MODE"-schakelaar<br />
1 Volumeknop<br />
Druk op de “+” -kant om het volume te verhogen.<br />
Het volume blijft toenemen zolang de<br />
schakelaar wordt ingedrukt.<br />
Druk op de “-” -kant om het volume te verlagen.<br />
Het volume blijft afnemen zolang de<br />
schakelaar wordt ingedrukt.<br />
2 “ ” “ "-schakelaars<br />
Radio<br />
Om een vooraf ingestelde zender te selecteren:<br />
Druk op de “ ” of “ ” -knop en laat hem<br />
snel weer los. Doe dit opnieuw om de volgende<br />
zender te kiezen.<br />
Om een zender te zoeken:<br />
Druk op de “ ” of “ ” -knop en houd hem<br />
ingedrukt tot u een biepgeluid hoort. Doe dit<br />
opnieuw om de volgende zender te zoeken.<br />
Wanneer u op “ ” of “ ” drukt in zoekmodus,<br />
stopt het zoeken.<br />
Bluetooth ® -audio, SD-/USB-speler en iPod<br />
Gebruik deze knop om naar een volgend of<br />
vorig nummer of bestand te gaan.<br />
Om een gewenst nummer of bestand te kiezen:<br />
Druk op de “ ” of “ ” -knop en laat deze<br />
snel weer los wanneer het gewenste nummer<br />
of bestand wordt weergegeven. Wanneer<br />
u wilt terugkeren naar het begin van het huidige<br />
nummer of bestand, druk dan eenmaal snel<br />
op de “ ” -knop.<br />
SD-geheugenkaart en USB-geheugenstick<br />
Om een gewenste map te selecteren:<br />
Druk op de “ ” of “ ” -kant van de schakelaar<br />
en houd deze ingedrukt tot u een biepgeluid<br />
hoort. Herhaal dit tot de map die u wilt<br />
beluisteren wordt weergegeven.<br />
3 "MODE"-schakelaar<br />
Telkens u op "MODE" drukt, verandert het<br />
systeem van audiomodus.<br />
Om het audiosysteem in te schakelen, drukt u<br />
op de "MODE" -knop.<br />
Om het audiosysteem uit te schakelen, drukt u<br />
op de "MODE" -knop en houd deze ingedrukt<br />
tot u een biepgeluid hoort.
Tips voor het bedienen van<br />
het audiosysteem<br />
OPMERKING<br />
Om een goede werking van het<br />
audiosysteem te garanderen:<br />
● Let erop dat er geen vloeistof op<br />
het audiosysteem wordt gemorst.<br />
● Het gebruik van een mobiele<br />
telefoon in of in de buurt van de<br />
wagen kan ruis veroorzaken in de<br />
luidsprekers van het audiosysteem.<br />
Dit duidt echter niet op een storing.<br />
Radio-ontvangst<br />
Een probleem met de radio-ontvangst betekent<br />
gewoonlijk niet dat er een probleem is met uw<br />
radio - het is enkel het gevolg van omstandigheden<br />
buiten uw auto.<br />
Gebouwen en een terrein in de buurt kunnen<br />
bijvoorbeeld de FM-ontvangst hinderen. Elektrische<br />
leidingen of telefoondraden kunnen AMsignalen<br />
storen. En uiteraard hebben radiosignalen<br />
een beperkt bereik; hoe verder u van een<br />
zender bent, hoe zwakker het signaal zal zijn.<br />
Bovendien veranderen de ontvangstomstandigheden<br />
voortdurend terwijl u rijdt.<br />
Hieronder vindt u een overzicht van vaak voorkomende<br />
ontvangstproblemen waarbij er waarschijnlijk<br />
geen probleem is met uw radio:<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
FM<br />
Verzwakkende en verlopende zenders —<br />
Over het algemeen ligt het reële bereik van FM<br />
op ongeveer 40 km (25 mijl). Zodra u buiten dit<br />
bereik komt, kan verzwakking of verloop van<br />
het signaal optreden. Dit neemt toe met de afstand<br />
tot de radiozender. Dit gaat vaak gepaard<br />
met vervorming.<br />
Multipad — FM-signalen worden weerkaatst<br />
zodat het mogelijk is dat twee signalen gelijktijdig<br />
uw antenne bereiken. Wanneer dat gebeurt,<br />
zullen de signalen elkaar opheffen en een tijdelijke<br />
jengel (flutter) of verlies van ontvangst<br />
teweegbrengen.<br />
Atmosferische storingen en flutter (jengel)<br />
— Dit doet zich voor wanneer signalen worden<br />
geblokkeerd door gebouwen, bomen of andere<br />
grote voorwerpen. Door het basniveau te verhogen<br />
kunnen de effecten van atmosferische<br />
storing en flutter (jengel) worden beperkt.<br />
Omschakelen tussen zenders — Wanneer<br />
het FM-signaal van de zender waar u naar luistert,<br />
wordt onderbroken of verzwakt, en er geen<br />
andere sterke zender in de buurt is op de FMband,<br />
kan uw radio afstemmen op de tweede<br />
zender totdat het originele signaal opnieuw kan<br />
worden ontvangen.<br />
AM<br />
Verzwakking — AM-signalen worden door de<br />
bovenste lagen van de atmosfeer weerkaatst<br />
— vooral 's nachts. Deze weerkaatste signalen<br />
kunnen interfereren met de rechtstreeks van de<br />
radiozender ontvangen signalen, waardoor de<br />
ontvangst afwisselend sterk en zwak kan zijn.<br />
Interferentie van de zender — Wanneer de<br />
frequenties van een weerkaatst signaal en van<br />
een rechtstreeks van de zender ontvangen<br />
signaal erg dicht bij elkaar liggen, kunnen ze<br />
interfereren met elkaar waardoor de uitzending<br />
moeilijk te beluisteren is.<br />
Atmosferische storingen — AM wordt gemakkelijk<br />
beïnvloed door externe elektrische<br />
storingsbronnen zoals hoogspanningsleidingen,<br />
bliksem of elektrische motoren. Dit leidt tot<br />
atmosferische storingen.<br />
TNS 350 237<br />
6
AUDIOSYSTEEM<br />
MP3/WMA/AAC-bestanden<br />
● MP3 (MPEG Audio Layer 3), WMA (Windows<br />
Media Audio) en AAC (Advanced Audio Coding)<br />
zijn audio-compressienormen.<br />
● De SD-/USB-speler kan MP3-, WMA- en<br />
AAC-bestanden op een SD-geheugenkaart<br />
en een USB-geheugenstick afspelen.<br />
● Wanneer u een naam geeft aan een MP3-<br />
of een WMA-bestand, moet u de juiste bestandsextensie<br />
(.mp3 of .wma) toevoegen.<br />
● Wanneer u een naam geeft aan een AACbestand,<br />
moet u de juiste bestandsextensie<br />
(.m4a) toevoegen.<br />
● De SD-/USB-speler speelt bestanden met<br />
.mp3-, .wma- of .m4a-bestandsextensies<br />
af als MP3-, WMA-, of AAC-bestanden. Om<br />
ruis en fouten bij de weergave te voorkomen,<br />
moet u de correcte bestandsextensies gebruiken.<br />
● MP3-bestanden zijn compatibel met ID3 Tag<br />
formaten versie 1.0, versie 1,1, versie 2.2 en<br />
versie 2.3. Het systeem kan de naam van de<br />
map, de bestandsnaam, enz. niet in andere<br />
formaten tonen.<br />
● WMA-bestanden kunnen een WMA-tag bevatten<br />
die op dezelfde manier wordt gebruikt<br />
als een ID3-tag. WMA-tags bevatten informatie<br />
zoals de titel van het nummer en de naam<br />
van de uitvoerder.<br />
● Bij AAC-bestanden heeft u de mogelijkheid<br />
om tekstinformatie (de zogenaamde iTunestag)<br />
toe te voegen waarmee u de titel van het<br />
nummer en van het album kunt weergeven.<br />
● De 'emphasis'-functie is enkel beschikbaar<br />
bij het weergeven van MP3/WMA-bestanden<br />
die zijn opgenomen op 32, 44,1 en 48 kHz.<br />
(Het systeem kan MP3-bestanden afspelen<br />
met sampling-frequenties van 15, 22,05 en<br />
24 kHz. De emphasis-functie is echter niet<br />
beschikbaar voor bestanden die op die frequenties<br />
zijn opgenomen.)<br />
● De geluidskwaliteit van MP3-/WMA--bestanden<br />
verbetert over het algemeen bij hogere<br />
bitsnelheden. Om een redelijke kwaliteit van<br />
het geluidsniveau te bereiken, worden SDgeheugenkaarten<br />
en USB-geheugensticks<br />
aanbevolen met een opnamekwaliteit van minimaal<br />
128 kbps.<br />
Afspeelbare bitsnelheden<br />
MP3-bestanden<br />
MPEG1 LAYER3—64 tot 320 kbps<br />
MPEG2 LSF LAYER3—64 tot 160 kbps<br />
WMA bestanden:<br />
versie 7, 8 CBR—48 tot 192 kbps<br />
versie 9 CBR—48 tot 320 kbps<br />
AAC-bestanden:<br />
MPEG4 AAC—VBR (Variable Bit Rate)<br />
● De m3u-playlists zijn niet compatibel met de<br />
audiospeler.<br />
● MP3- (MP3 interactief) en MP3PRO-formaten<br />
zijn niet compatibel met de audiospeler.<br />
● De SD-/USB-speler is compatibel met VBR<br />
(Variable Bit Rate).<br />
● HE-AAC (SBR-formaat)-bestanden worden<br />
door dit systeem niet ondersteund. Wanneer<br />
ze op dit systeem worden afgespeeld, kan<br />
de geluidskwaliteit lager zijn.<br />
● Enkel AAC-bestanden die met iTunes<br />
(versie 9.0.2.25) werden gemaakt, kunnen<br />
op dit systeem kunnen worden afgespeeld;<br />
9.0.2.25). AAC-bestanden die met andere<br />
software dan iTunes werden gemaakt,<br />
kunnen niet normaal worden afgespeeld.<br />
● Bij de weergave van bestanden die zijn<br />
opgeslagen als VBR (Variable Bit Rate)-<br />
bestanden, wordt de afspeeltijd niet correct<br />
weergegeven bij snel vooruit of achteruit<br />
spoelen.<br />
● Het is niet mogelijk om mappen te controleren<br />
die geen MP3-/WMA-bestanden bevatten.<br />
● MP3-/WMA-/AAC-bestanden in mappen tot<br />
8 niveaus diep kunnen worden afgespeeld.<br />
Het starten van de weergave kan echter<br />
worden vertraagd bij het gebruik van een SDgeheugenkaart<br />
of een USB-geheugenstick<br />
die talrijke mappenniveaus bevat. Daarom<br />
raden wij SD-geheugenkaarten en USBgeheugensticks<br />
aan met niet meer dan twee<br />
mappenniveaus.<br />
● Het is mogelijk om tot 255 mappen of 3999<br />
bestanden op één SD-geheugenkaart en<br />
USB-geheugenstick af te spelen.<br />
238 TNS 350
001.mp3<br />
002.wma<br />
Map 1<br />
003.mp3<br />
Map 2<br />
004.mp3<br />
005.wma<br />
Map 3<br />
006.m4a<br />
● De afspeelvolgorde van de SD-geheugenkaart<br />
en de USB-geheugenstick<br />
met de hierboven weergegeven structuur<br />
is als volgt:<br />
001.mp3 002.wma... 006.m4a<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
Bestanden op een USB-geheugenstick/<br />
SD-geheugenkaart<br />
Wanneer er veel andere bestanden zijn<br />
dan MP3-, WMA- of AAC-bestanden op de<br />
USB-geheugenstick/SD-geheugenkaart,<br />
dan kan het een tijdje duren om een MP3-,<br />
WMA- of AAC-bestand te zoeken, waardoor<br />
de vlotte werking van het systeem negatief<br />
beïnvloed kan worden. (Het verdient<br />
aanbeveling geen andere bestanden dan<br />
.mp3, .wma of .m4a op deze gegevensdragers<br />
op te slaan.)<br />
USB-geheugensticks met externe voeding<br />
Auto's met "Smart entry and start"-systeem<br />
—<br />
USB-geheugensticks met externe voeding<br />
zoals USB-audiotoestellen worden mogelijk<br />
niet altijd correct herkend, zelfs als de<br />
"ENGINE START STOP"-schakelaar in de<br />
stand "ACCESSORY" of "IGNITION ON"<br />
wordt gezet. In dat geval moet u de "EN-<br />
GINE START STOP"-schakelaar opnieuw<br />
in de stand "ACCESSORY" of "IGNITION<br />
ON" zetten, of de USB-geheugenstick verwijderen<br />
en opnieuw aansluiten.<br />
Auto's zonder "Smart entry and start"<br />
systeem —<br />
USB-geheugensticks met externe voeding<br />
zoals USB-audiotoestellen worden mogelijk<br />
niet altijd correct herkend, zelfs wanneer<br />
de contactsleutel in de stand "ACC"<br />
of "ON" staat. In dat geval moet u de contactsleutel<br />
opnieuw op "ACC" of "ON" zetten,<br />
of de USB-geheugenstick verwijderen<br />
en opnieuw aansluiten.<br />
6<br />
TNS 350 239
AUDIOSYSTEEM<br />
USB-geheugensticks<br />
De volgende USB-geheugensticks zijn getest. Afhankelijk van de omstandigheden kan<br />
het gebeuren dat de USB-geheugenstick niet goed werkt.<br />
Model Fabrikant Serienummer Capaciteit<br />
Flash Voyager GT 16GB Corsair CMFUSB2.0-16GBGT 16GB<br />
Flash Drive 2GB C400 Emtec EKMMD2GC400 2GB<br />
Flash Drive 16GB C250 Emtec EKMMD16GC250 16GB<br />
Swivel Flash Drive 16GB Imation 26654 16GB<br />
Nano Flash Drive 8GB Imation 27103 8GB<br />
DataTraveler Generation2 16GB Kingston DTIG2/16GB 16GB<br />
JumpDrive Retrax 16GB Lexar LJDRX16GASBNA 16GB<br />
Attache 2GB<br />
PNY<br />
Technologies<br />
8E80-0009 2GB<br />
Cruzer 16GB SanDisk SDCZ36-016G-E11 16GB<br />
Excellence 16 GB Sony USM16GL 16GB<br />
Microvault (USM-N) Sony USM16GN 16GB<br />
TO-ZP-08GGIN-C 8GB Toshiba<br />
TO-ZP-08GGIN-C<br />
8GB<br />
8GB<br />
JetFlash V10 8GB Transcend 201061-2998 8GB<br />
Store 'n' Go Verbatim 96317 16GB<br />
240 TNS 350
TERMINOLOGIE<br />
ID3-tag—<br />
Dit is een methode om informatie m.b.t.<br />
een nummer aan een MP3-bestand toe<br />
te voegen. Die geïntegreerde informatie<br />
kan bestaan uit de titel van het nummer,<br />
de naam van de uitvoerder, de titel van<br />
het album, het muziekgenre, het jaar dat<br />
het album werd uitgebracht, commentaar<br />
en andere gegevens. De inhoud kan<br />
vrij worden bewerkt met software met<br />
bewerkingsfuncties voor ID3-tags. Hoewel<br />
het aantal tekens van de tags beperkt is,<br />
kan die informatie tijdens het weergeven<br />
van het nummer worden bekeken.<br />
WMA-tag—<br />
WMA-bestanden kunnen een WMA-tag<br />
bevatten die op dezelfde manier wordt<br />
gebruikt als een ID3-tag. WMA-tags<br />
bevatten informatie zoals de titel van het<br />
nummer en de naam van de uitvoerder.<br />
iTunes-tag—<br />
Bij AAC-bestanden heeft u de mogelijkheid<br />
om tekstinformatie (de zogenaamde<br />
iTunes-tag) toe te voegen waarmee u de<br />
titel van het nummer en van het album kunt<br />
weergeven. iTunes-tags moeten worden<br />
ingevoerd m.b.v. Apple iTunes.<br />
m3u—<br />
Playlists die werden gemaakt met<br />
"WINAMP"-software hebben de<br />
bestandsextensie .m3u voor playlists.<br />
AUDIOSYSTEEM<br />
MP3—<br />
MP3 is een norm voor het comprimeren<br />
van audiobestanden die werd vastgelegd<br />
door een werkgroep (MPEG) van de ISO<br />
(Internationale normalisatie-organisatie).<br />
MP3 comprimeert audiogegevens tot ze<br />
gereduceerd zijn tot ongeveer 1/10de van<br />
de omvang op conventionele schijven.<br />
WMA—<br />
WMA (Windows Media Audio) is een<br />
formaat voor audio-compressie dat<br />
werd ontwikkeld door Microsoft. Het<br />
comprimeert bestanden nog sterker dan<br />
MP3-bestanden. De decodeerformaten<br />
voor WMA-bestanden zijn versie 7, 8, en 9.<br />
AAC—<br />
AAC (Advanced Audio Coding) is een norm<br />
voor het comprimeren van audiobestanden<br />
die werd vastgelegd door een werkgroep<br />
(MPEG) van de ISO (Internationale<br />
normalisatie-organisatie).<br />
AAC-bestanden zijn nog sterker<br />
gecomprimeerd dan MP3-bestanden,<br />
maar de geluidskwaliteit is nagenoeg<br />
dezelfde als die van MP3-bestanden.<br />
Het AAC-bestandsformaat dat door dit<br />
systeem wordt ondersteund is het MPEG4<br />
AAC-formaat. Apple iTunes is vereist om<br />
MPEG4 AAC-bestanden te creëren.<br />
6<br />
TNS 350 241
AUDIOSYSTEEM<br />
242 TNS 350
OPTIONELE FUNCTIES<br />
Sectie 7<br />
OPTIONELE FUNCTIES<br />
●●Achteruitrijcamera...................................................................................... 244<br />
●●Beeld achteruitrijcamera............................................................................ 245<br />
7<br />
TNS 350 243
OPTIONELE FUNCTIES<br />
Achteruitrijcamera<br />
Wanneer de optionele achteruitrijcamera<br />
is geïnstalleerd, kan het beeld van deze<br />
camera worden weergegeven op het<br />
scherm.<br />
OPGELET<br />
● Gebruik de achteruitrijcamera niet<br />
in de volgende situaties:<br />
Op bevroren, gladde of ondergesneeuwde<br />
wegen<br />
● Wanneer de koffer openstaat<br />
● Wanneer u sneeuwkettingen gebruikt<br />
of een reservewiel heeft gemonteerd<br />
● Op een helling of een oneven weg<br />
● Wanneer de buitentemperatuur<br />
laag is, kan het beeld donker<br />
worden of moeilijk zichtbaar zijn.<br />
Vooral bewegende voorwerpen<br />
worden in dat geval vervormd of<br />
zelfs helemaal niet weergegeven.<br />
De bestuurder moet steeds visueel<br />
controleren of de omgeving rond<br />
het voertuig veilig is.<br />
OPMERKING<br />
● De camera is waterdicht. Probeer de<br />
unit niet te demonteren, uit elkaar te<br />
halen of opnieuw te configureren.<br />
Wanneer u dat wel doet, functioneert<br />
de achteruitrijcamera mogelijk niet<br />
meer correct.<br />
● Wanneer u hard wrijft over de cameraafdekking<br />
of wanneer u die met een<br />
harde borstel of schuurspons reinigt,<br />
kan dit leiden tot krassen waardoor<br />
de beeldkwaliteit slechter wordt.<br />
● De camera-afdekking is gemaakt van<br />
kunststof.<br />
Gebruik geen organisch oplosmiddel,<br />
wax voor de carrosserie, olieverwijderaar,<br />
glascoating, enz. Wanneer de<br />
afdekking toch in contact is gekomen<br />
met een van deze producten, moet u<br />
dit onmiddellijk wegvegen.<br />
● Warm water op de achteruitrijcamera<br />
gieten om die te ontdooien bij koud<br />
weer kan leiden tot drastische temperatuurwijzigingen<br />
waardoor een normaal<br />
gebruik onmogelijk kan worden.<br />
● De achteruitrijcamera functioneert<br />
mogelijk niet correct wanneer de camera<br />
beschadigd is door bijv. een<br />
inslag. Ga onmiddellijk met uw auto<br />
naar een erkende <strong>Toyota</strong>-dealer of garage<br />
of neem contact op met een distributeur<br />
van auto-onderdelen of een<br />
andere vakman om de auto te laten<br />
nakijken.<br />
● De reële positie en afstand van<br />
mensen of voorwerpen kan variëren,<br />
afhankelijk van de kenmerken van de<br />
cameralens.<br />
● Stel de camera niet bloot aan hevige<br />
schokken door erop te slaan of door<br />
het tegen andere voorwerpen aan te<br />
laten botsen. De achteruitrijcamera<br />
functioneert mogelijk niet correct<br />
wanneer de plaats van de camera of<br />
de montagehoek niet correct zijn.<br />
244 TNS 350
● Stel de unit niet langdurig bloot aan<br />
rechtstreeks zonlicht. Anders kan<br />
een ingebrand beeld het resultaat<br />
zijn.<br />
● De weergegeven afbeeldingen<br />
zijn enkel voorbeelden. Wat u op<br />
het scherm ziet, hangt af van het<br />
<strong>mode</strong>l van het voertuig.<br />
● Zodra het voertuig in achteruit<br />
wordt geschakeld, wordt een<br />
gedeelte van het scherm wit,<br />
waarna het beeld geleidelijk<br />
stabiliseert.<br />
● Een verticale witte band verschijnt<br />
bij rechtstreekse lichtinval van de<br />
zon, van koplampen of van een<br />
andere sterke lichtbron. Dit is het<br />
zogenaamde "smear-effect".<br />
● Wanneer de unit al lange tijd in<br />
gebruik is, kunnen witte krassen<br />
en verticale lijnen verschijnen bij<br />
hoge temperaturen, afhankelijk<br />
van de kenmerken van de CCD.<br />
● Het fluorescerende licht van het 50<br />
Hz voedingsbereik kan flikkeringen<br />
op het scherm veroorzaken. Dit<br />
is niet te wijten aan een slechte<br />
werking.<br />
● Omdat de achteruitrijcamera<br />
gebruikmaakt van een speciale<br />
lens, kunnen het beeld en de<br />
afstand die u op het scherm ziet,<br />
verschillen van de reële toestand<br />
en afstand.<br />
OPTIONELE FUNCTIES<br />
Beeld achteruitrijcamera<br />
Schakel de wagen in achteruit.<br />
● Het beeld van de achteruitrijcamera<br />
verschijnt op het scherm.<br />
● Wanneer u uit achteruit schakelt, keert<br />
het display terug naar het scherm dat<br />
werd getoond voor de achteruitrijcamera<br />
werd geactiveerd (navigatie, audio,<br />
geen scherm, enz.).<br />
7<br />
TNS 350 245
OPTIONELE FUNCTIES<br />
OPMERKING<br />
● Het bereik van het beeld kan verschillen,<br />
afhankelijk van het voertuig en<br />
de omstandigheden.<br />
● Het bereik van de camera is beperkt.<br />
Obstakels aan de uiteinden van de<br />
bumper en onder de bumper zijn niet<br />
zichtbaar.<br />
● De kleur van voorwerpen op het<br />
scherm kan verschillen van de kleur<br />
in werkelijkheid.<br />
● De helderheid en het contrast kunnen<br />
worden ingesteld.<br />
● Afhankelijk van het voertuig is de<br />
achterste geleiding links en rechts<br />
niet uitgelijnd. Dit is niet te wijten aan<br />
een slechte werking.<br />
In de volgende situaties kan het beeld op<br />
het scherm moeilijk zichtbaar zijn. Dit is<br />
niet te wijten aan een slechte werking.<br />
● In donkere omstandigheden (bijv.<br />
's nachts)<br />
● Wanneer de temperatuur in de<br />
buurt van de camera hoog of laag<br />
is<br />
● Wanneer er zich regendruppels op<br />
de cameralens bevinden, of wanneer<br />
de luchtvochtigheid hoog is<br />
(bij regen)<br />
● Wanneer er zich vreemde voorwerpen<br />
op of in de buurt van de<br />
camera bevinden (bijv. modder)<br />
● Bij rechtstreekse lichtinval van de<br />
zon of van koplampen<br />
● Wanneer een punt met hoge helderheid<br />
op de camera valt (zoals<br />
de reflectie van de zon op de carrosserie),<br />
kan zich het zogenaamde<br />
"smear-effect" voordoen. Dit<br />
is een typisch fenomeen bij CCDcamera's.<br />
[Schermweergave]<br />
Punt met hoge helderheid<br />
"Smear-effect": Een fenomeen waarbij een verticale<br />
lijn verschijnt van een punt met<br />
hoge helderheid dat op de camera<br />
valt (zoals de reflectie van de zon<br />
op de carrosserie).<br />
246 TNS 350
BIJLAGE<br />
Sectie 8<br />
BIJLAGE<br />
●●Beperkingen van het navigatiesysteem..................................................... 248<br />
●●Informatie en updates kaartdatabase.................................................... 250<br />
Versie van de database en bereik<br />
SD geheugenkaart bevestigen............................................................. 251<br />
De SD geheugenkaart met kaartinformatie wijzigen............................ 251<br />
8<br />
TNS 350 247
BIJLAGE<br />
Beperkingen van het<br />
navigatiesysteem<br />
Dit navigatiesysteem berekent de huidige<br />
positie van het voertuig met behulp<br />
van satellietsignalen, verschillende<br />
voertuigsignalen, kaartgegevens, enz.<br />
Toch is het mogelijk dat de positie niet<br />
nauwkeurig wordt weergegeven. Dit<br />
kan te wijten zijn aan de toestand van<br />
de satelliet, de configuratie van de weg,<br />
de toestand van het voertuig of andere<br />
omstandigheden.<br />
Het Global Positioning System (GPS), ontwikkeld<br />
en beheerd door het Amerikaanse<br />
ministerie van Defensie, geeft de huidige<br />
positie van de auto nauwkeurig weer en<br />
gebruikt hiervoor normaal gezien 4 of meer<br />
satellieten en in sommige gevallen 3 satellieten.<br />
Het GPS-systeem heeft een zekere<br />
mate van onnauwkeurigheid. Hoewel<br />
deze meestal door het navigatiesysteem<br />
wordt gecompenseerd, zijn af en toe positiefouten<br />
tot 100 m te verwachten. Over<br />
het algemeen worden positiefouten binnen<br />
enkele seconden gecorrigeerd.<br />
Telkens uw voertuig GPS-signalen ontvangt,<br />
wordt de "GPS"-markering weergegeven<br />
bovenaan links op het scherm.<br />
Het GPS-signaal kan door obstakels worden<br />
belemmerd, waardoor de positie van<br />
het voertuig verkeerd op de kaart wordt<br />
weergegeven. Tunnels, hoge gebouwen,<br />
vrachtwagens of zelfs de aanwezigheid<br />
van voorwerpen op het dashboard kunnen<br />
GPS-signalen belemmeren.<br />
Ten gevolge van reparaties of verbeteringen<br />
aan GPS-satellieten is het mogelijk<br />
dat deze tijdelijk geen signalen uitzenden.<br />
Ook wanneer het navigatiesysteem sterke<br />
GPS-signalen ontvangt, kan in sommige<br />
gevallen de positie van het voertuig onnauwkeurig<br />
worden weergegeven of kan<br />
de routebegeleiding onjuist zijn.<br />
OPMERKING<br />
Getinte ruiten kunnen GPS-signalen<br />
belemmeren. De meest getinte<br />
ruiten bevatten metaal, waardoor de<br />
ontvangst van GPS-signalen wordt<br />
verstoord. Wij raden het gebruik van<br />
getinte ruiten af voor auto’s die zijn<br />
uitgerust met een navigatiesysteem.<br />
248 TNS 350
(a) In de volgende gevallen wordt mogelijk<br />
de huidige positie van het voertuig niet<br />
nauwkeurig weergegeven:<br />
● Bij het rijden op een weg na een Y-splitsing<br />
waarvan de vertakkingen onder een kleine<br />
hoek lopen.<br />
● Bij het rijden op een slingerende weg.<br />
● Bij het rijden op een gladde weg, bijv. op<br />
zand, grind, sneeuw.<br />
● Bij het rijden op een lange, rechte weg.<br />
● Wanneer een autosnelweg en een gewone<br />
straat evenwijdig lopen.<br />
● Na een verplaatsing met een veerboot of<br />
autotrein.<br />
● Bij het zoeken van een lange route tijdens<br />
rijden op hoge snelheid.<br />
● Bij het rijden zonder de huidige positie correct<br />
te hebben geijkt.<br />
● Na een herhaalde richtingsverandering<br />
door vooruit en achteruit te rijden, of bij het<br />
draaien op een draaischijf in een parkeergebouw.<br />
● Bij het verlaten van een overdekte parkeerplaats<br />
of een parkeergarage.<br />
● Wanneer een bagagedrager op het dak<br />
werd gemonteerd.<br />
● Bij het rijden met gemonteerde sneeuwkettingen.<br />
● Wanneer de banden zijn versleten.<br />
● Na het vervangen van één of meerdere<br />
banden.<br />
● Bij het gebruik van banden die kleiner of<br />
groter zijn dan de fabrieksspecificaties.<br />
● Wanneer de bandenspanning van één van<br />
de vier banden verkeerd is.<br />
INFORMATIE<br />
Wanneer uw voertuig geen GPS-signalen<br />
kan ontvangen, kunt u de huidige<br />
positie manueel invoeren. Voor<br />
informatie over het invoeren van de<br />
huidige positie (ijken), zie pagina 113.<br />
BIJLAGE<br />
(b) In de volgende gevallen kan de routebegeleiding<br />
niet correct zijn:<br />
● Bij het afslaan op een kruispunt dat niet<br />
overeenkomt met de instructies van de begeleiding.<br />
● Wanneer u meer dan één bestemming invoert<br />
maar één ervan overslaat, leidt het<br />
systeem u terug naar de bestemming op<br />
de vorige route.<br />
● Bij het afslaan op een kruispunt waarvoor<br />
geen begeleiding mogelijk is.<br />
● Bij het passeren van een kruispunt waarvoor<br />
geen begeleiding mogelijk is.<br />
● Tijdens het automatisch herberekenen van<br />
de route is het mogelijk dat de routebegeleiding<br />
voor de volgende afslag naar rechts<br />
of links nog niet beschikbaar is.<br />
● Bij het rijden met hoge snelheid kan het<br />
relatief lang duren om de route automatisch<br />
opnieuw te berekenen. Bij de automatische<br />
herberekening kan een omweg<br />
worden getoond.<br />
● Na het automatisch herberekenen kan het<br />
zijn dat de route toch niet is gewijzigd.<br />
● Het is mogelijk dat wordt gevraagd om<br />
rechtsomkeer te maken, hoewel dit niet<br />
nodig is.<br />
● Een plaats kan meer dan één naam hebben;<br />
het systeem zal één of meer namen<br />
vermelden.<br />
● Het kan zijn dat sommige routes niet gezocht<br />
kunnen worden.<br />
● Wanneer de route naar uw bestemming via<br />
grindwegen, onverharde wegen of paden<br />
loopt, kan het zijn dat de routebegeleiding<br />
niet wordt getoond.<br />
● Uw bestemming kan aan de overkant van<br />
de straat worden getoond.<br />
● Wanneer de toegang voor voertuigen tot<br />
een deel van de route op bepaalde momenten<br />
omwille van het weer of andere<br />
redenen verboden is.<br />
● De weg- en kaartgegevens die zijn opgeslagen<br />
in uw navigatiesysteem kunnen onvolledig<br />
of verouderd zijn.<br />
TNS 350 249<br />
8
BIJLAGE<br />
Na het vervangen van een band moet<br />
u de procedure uitvoeren die onder<br />
"IJKING NA BANDENVERVANGING" is<br />
beschreven (zie pagina 115).<br />
Dit navigatiesysteem maakt gebruik van het<br />
aantal omwentelingen van de wielen; het<br />
gaat uit van de door de fabriek opgegeven<br />
bandengegevens voor uw voertuig.<br />
Het monteren van banden die groter<br />
of kleiner zijn dan de originele banden<br />
kan resulteren in een onnauwkeurige<br />
weergave van de positie van het voertuig.<br />
De bandenspanning beïnvloedt ook de<br />
diameter van de banden - zorg dus voor<br />
een correcte bandenspanning van alle vier<br />
de banden.<br />
Informatie en updates<br />
kaartdatabase —<br />
Om u zo nauwkeurig mogelijke kaartinformatie<br />
te kunnen geven, verzamelen<br />
wij voortdurend informatie, bijv. over wegwerkzaamheden,<br />
en controleren wij de<br />
toestand ter plaatse. Namen van wegen<br />
of straten, van voorzieningen en informatie<br />
over snelheidscamera's en snelheidsbeperkingen<br />
kunnen echter veranderen. Op<br />
sommige plaatsen kunnen wegwerkzaamheden<br />
worden uitgevoerd. Om die reden<br />
kan de informatie over sommige gebieden<br />
in dit systeem verschillen van de werkelijke<br />
toestand.<br />
De kaartendatabase wordt normaal twee keer<br />
per jaar bijgewerkt. Kijk op http://my.toyota.eu of<br />
neem contact op met een erkende <strong>Toyota</strong>dealer<br />
of garage, met een distributeur van<br />
auto-onderdelen of een geschoolde vakman<br />
voor meer informatie over de beschikbaarheid<br />
en prijs van een update.<br />
Om het bereik van de SD-geheugenkaart<br />
te bevestigen, zie de afzonderlijke handleiding<br />
voor SD-geheugenkaarten of " — De<br />
databaseversie en het dekkingsgebied van<br />
de SD-geheugenkaart bevestigen" op pagina<br />
251.<br />
INFORMATIE<br />
Probeer geen audiobestanden of andere<br />
gegevensbestanden op de SDgeheugenkaart<br />
met kaartinformatie<br />
op te slaan.<br />
250 TNS 350
— Versie van de database en<br />
bereik SD geheugenkaart<br />
bevestigen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
BIJLAGE<br />
— De SD geheugenkaart met<br />
kaartinformatie wijzigen<br />
1. Druk op de "MENU"-knop<br />
2. Raak "Informatie" aan.<br />
2. Raak "Toestel verwijderen" aan.<br />
3. Raak "Kaart data" aan.<br />
3. Raak "SD" aan.<br />
8<br />
Bevestig de databaseversie op dit scherm.<br />
Om de dekking van de SD-geheugenkaart<br />
te tonen, selecteert u "Dekkingsgebied".<br />
Bevestig het dekkingsgebied op het scherm.<br />
Neem contact http://my.toyota.eu op met een<br />
erkende <strong>Toyota</strong>-dealer of garage, met een verdeler<br />
van auto-onderdelen of een andere geschoolde<br />
vakman voor meer informatie over<br />
de beschikbaarheid van een recentere versie.<br />
TNS 350 251
BIJLAGE<br />
4. Druk lichtjes op de SD-geheugenkaart<br />
met kaartinformatie om deze te<br />
verwijderen.<br />
5. Plaats de nieuwe SD geheugenkaart<br />
met kaartinformatie.<br />
De kaartendatabase wordt normaal twee<br />
keer per jaar bijgewerkt.<br />
Kijk op my.toyota.eu of neem contact<br />
http://my.toyota.eu op met een erkende<br />
<strong>Toyota</strong>-dealer of garage, met een distributeur<br />
van auto-onderdelen of een andere<br />
geschoolde vakman voor meer informatie<br />
over de beschikbaarheid en prijs van een<br />
update.<br />
252 TNS 350
INDEX<br />
INDEX<br />
Voor de werking van het navigatiesysteem, zie ook "Navigatiesysteem<br />
functie-index" op pagina 10.<br />
TNS 350 253
INDEX<br />
Getallen/Symbolen<br />
+, - knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 188,190<br />
2.5D-kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40<br />
3 routes-selectie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .69<br />
3D oriëntatiepunt . . . . . . . . . . . . . . . . 18,109<br />
A<br />
AAC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 238,241<br />
Aanraakknop zoekgebied . . . . . . . .15,46,47<br />
Aanraakmodus . . . . . . . . . . . . . . . .25,30,40<br />
Adaptieve volumeregeling . . . . . . . . . 91,153<br />
Adresknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
Afstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18<br />
Afstand en tijd tot bestemming . . . . . . 12,77<br />
Afstandsbediening van<br />
het audiosysteem . . . . . . . . . . . . . . . . .236<br />
Alfabettoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26<br />
Alle groepsnamen wissen . . . . . . . . . . . .166<br />
Alle snelkeuzebeltonen wissen . . . . . . . .152<br />
Alle snelkeuzenummers wissen . . . . . . .149<br />
Alle telefoongegevens wissen . . . . . . . . .163<br />
Alle verkeersinfo . . . . . . . . . . . . . . . . . . .121<br />
ASL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .194<br />
Audio-informatie modus. . . . . . . . . . . . . . .39<br />
Automatisch beantwoorden . . . . . . . . . . .155<br />
Automatisch omschakeling . . . . . . . . . . .179<br />
Automatisch verkeer vermijden . . . . . . . .117<br />
Automatische geluidssterkteregeling . . . .194<br />
Automatische stembegeleiding . . . . . 18,112<br />
Automatische volume-instellingen<br />
voor hoge snelheid. . . . . . . . . . . . . . . .153<br />
AUX poort . . . . . . . . . . . . . . . . .188,217,234<br />
B<br />
BAS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .193<br />
Bediening aanraakscherm . . . . . . . . . . . . .24<br />
Bediening in aanraakmodus . . . . . .25,30,40<br />
Bediening in slide-modus . . . . . . . .24,29,39<br />
Bediening van de radio . . . . . . . . . . . . . .197<br />
Bediening van het kaartscherm . . . . . . . . .31<br />
Bediening van SD/USB-speler . . . . . . . .226<br />
Bediening via AUX-uitgang . . . . . . . . . . .234<br />
"Begeleiding hervatten"-knop . . . . . . . . . .14<br />
"Begeleiding onderbreken"-knop . . . . . . . .14<br />
Begeleidingsscherm<br />
voor de autosnelweg . . . . . . . . . . . . 36,73<br />
Begeleidingsscherm<br />
voor kruispunten . . . . . . . . . . . . . . . 36,73<br />
Beginscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22<br />
Bellen met de Bluetooth ® -telefoon . . . . .140<br />
Bellen via gebelde nummers . . . . . . . . . .141<br />
Bellen via nummer kiezen . . . . . . . . . . . .140<br />
Bellen via ontvangen gesprekken . . . . . .142<br />
Bellen via POI . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .144<br />
Bellen via snelkiezen . . . . . . . . . . . . . . . .143<br />
Bellen via telefoonboek . . . . . . . . . . . . . .141<br />
Beperkingen van<br />
het navigatiesysteem . . . . . . . . . . . . . .248<br />
Bestemming bovenaan . . . . . . . . . . . . 12,40<br />
Bestemming zoeken . . . . . . . . . . . . . . . . .46<br />
Bestemming zoeken via<br />
"POI bij cursor" . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .61<br />
Bestemming zoeken<br />
66. via "Postcode UK" . . . . . . . . . . . . . . . .<br />
Bestemming zoeken<br />
via "USB-bestemming" . . . . . . . . . . . . .58<br />
Bestemming zoeken via "Adres" . . . . . . . .50<br />
Bestemming zoeken<br />
via "Coördinaten" . . . . . . . . . . . . . . . . . .65<br />
Bestemming zoeken via "Geheugen" . . . .60<br />
Bestemming zoeken via "Kaart" . . . . . . . .61<br />
Bestemming zoeken via "Kruispunt" . . . . .64<br />
Bestemming zoeken via "POI" . . . . . . . . . .54<br />
Bestemming zoeken via "Tel. nummer" . . .66<br />
Bestemming zoeken via "Vorige" . . . . . . . .58<br />
Bestemming zoeken via sneltoegang . . . .49<br />
Bestemmingen herschikken . . . . . . . . . . .80<br />
Bestemmingen toevoegen . . . . . . . . . . . . .79<br />
Bestemmingen wissen. . . . . . . . . . . . . . . .81<br />
Bestemmingsinformatie . . . . . . . . . . . . . . .36<br />
Bestemmingsscherm . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
Bluetooth ® . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 133,201<br />
Bluetooth ® -audio afspelen . . . . . . . . . . .209<br />
Bluetooth ® -audiosysteem . . . . . . . . . . . .201<br />
Bluetooth ® -informatie . . . . . . . . . . . . . . .172<br />
C<br />
Categorieën . . . . . . . . . . . . . . . . 57,63,85,86<br />
Coördinatenknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
Cursorpositie als bestemming . . . . . . . . . .33<br />
Cursorpositie als geheugenpunt . . . . . . . .33<br />
254 TNS 350
D<br />
DAB . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 194,197<br />
Databaseversie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .251<br />
De begeleiding hervatten. . . . . . . . . . . . . .90<br />
De begeleiding onderbreken . . . . . . . . . . .90<br />
De begeleiding onderbreken<br />
en hervatten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .90<br />
De bestemming instellen en wissen . . . . .79<br />
De beveiligingscode resetten . . . . . . . . .170<br />
De beveiligingscode wijzigen. . . . . . . . . .168<br />
De Bluetooth ® instellingen<br />
resetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 175,215<br />
De Bluetooth ® instellingen<br />
wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 173,211<br />
De gegevens bewerken . . . . . . . . . . . . . .160<br />
De instellingen van de<br />
Bluetooth ® -telefoon wijzigen . . . . . . . .147<br />
De loggegevens wissen. . . . . . . . . . . . . .167<br />
De naam bewerken . . . . . . . . . . . . . . . . .158<br />
De RDS-TMC zender selecteren . . . . . . .119<br />
De route begeleiden . . . . . . . . . . . . . . . . .41<br />
De route instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .82<br />
De route wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .68<br />
De routebegeleiding starten . . . . . . . . . . .67<br />
De SD geheugenkaart<br />
met kaartinformatie wijzigen . . . . . . . .251<br />
De snelkeuzebeltoon bewerken . . . . . . .150<br />
De snelkeuzebeltoon<br />
individueel wissen . . . . . . . . . . . . . . . .151<br />
De snelkeuzebeltoon registreren . . . . . . .149<br />
De zenderlijst weergeven . . . . . . . . . . . .198<br />
Dealer instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .126<br />
"Dealer" of "Contact" bewerken . . . . . . . .127<br />
Dekking SD-geheugenkaart . . . . . . . . . .251<br />
Dichtste 5 steden . . . . . . . . . . . . . . . . . 52,56<br />
Draagbare audiotoestellen<br />
verbinden (ontkoppelen) . . . . . . . . . . .234<br />
DSP-regeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .194<br />
Dubbele kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38<br />
INDEX<br />
E<br />
Een beltoon sturen<br />
via snelkeuzebeltoon . . . . . . . . . . . . . .146<br />
Een Bluetooth ® -audiospeler<br />
bedienen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .209<br />
Een Bluetooth ® -audiospeler<br />
invoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .205<br />
Een Bluetooth ® -telefoon aansluiten . . . .138<br />
Een Bluetooth ® -telefoon instellen . . . . . .171<br />
Een Bluetooth ® -telefoon invoeren . . . . . .136<br />
Een Bluetooth ® -telefoon wissen . . . . . . .175<br />
Een draagbare audiospeler bedienen . . .235<br />
Een draagbare speler aansluiten. . . . . . .207<br />
Een draagbare speler verwijderen. . . . . .215<br />
Een gewenst album selecteren . . . . . . . .210<br />
Een gewenst bestand selecteren . . . . . .230<br />
Een gewenst muziek- of<br />
videobestand selecteren . . . . . . . . . . .221<br />
Een gewenst nummer selecteren . . . . . .210<br />
Een gewenste map selecteren . . . . . . . .229<br />
Een groep selecteren . . . . . . . . . . . . . . .159<br />
Een groepsicoon selecteren . . . . . . . . . .165<br />
Een groepsnaam bewerken. . . . . . . . . . .165<br />
Een groepsnaam registreren . . . . . . . . . .164<br />
Een groepsnaam wissen . . . . . . . . . . . . .166<br />
Een memo bewerken. . . . . . . . . . . . . . . .131<br />
Een memo toevoegen . . . . . . . . . . . . . . .130<br />
Een SD-geheugenkaart plaatsen of<br />
verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .226<br />
Een SD-geheugenkaart / USBgeheugenstick<br />
afspelen . . . . . . . . . . . .228<br />
Een SD-geheugenkaart / USBgeheugenstick<br />
bedienen . . . . . . . . . . .229<br />
Een taal kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .181<br />
Een telefoonnummer overdragen . . . . . .157<br />
Een toestelnaam wijzigen . . . . . . . . 173,212<br />
Een USB-geheugenstick<br />
aansluiten of verwijderen . . . . . . . . 58,227<br />
Een zender kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . .198<br />
Een zender opslaan. . . . . . . . . . . . . . . . .197<br />
Eenheid van afstand . . . . . . . . . . . . . . . .105<br />
Eenvingerverschuiving . . . . . . . . . . . . . . .32<br />
Enkelvoudige kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . .37<br />
F<br />
FOLDER LIST-knop. . . . . . . . . . . . . . . . .229<br />
TNS 350 255
INDEX<br />
G<br />
Gebied wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .119<br />
Gebruikersgegevens wissen . . . . . . . . . .180<br />
Gegevens aan het telefoonboek<br />
toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .160<br />
Gegevens verzenden . . . . . . . . . . . . . . .157<br />
Gegevens wissen . . . . . . . . . . . . . . . . . .161<br />
Geheugen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92<br />
Geheugenknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15,17<br />
Geheugenpunten bewerken . . . . . . . . . . .94<br />
Geheugenpunten registreren. . . . . . . . . . .93<br />
Geheugenpunten wissen . . . . . . . . . . . . . .98<br />
Geluidsiconen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .95<br />
Geschatte aankomsttijd . . . . . . . . . . . . . . .77<br />
Geschatte reistijd . . . . . . . . . . . . . .18,77,106<br />
Gesprekken ontvangen<br />
op de Bluetooth ® -telefoon . . . . . . . . . .144<br />
Getallen en symbolen . . . . . . . . . . . . . . . .27<br />
Gleuf voor SD-geheugenkaart . . . . . . . . .188<br />
GPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .248<br />
GPS-markering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />
Grensbegeleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />
Informatie geheugenpunt. . . . . . . . . . . . . .35<br />
Informatie items . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .125<br />
Informatie over het icoon . . . . . . . . . . . . . .34<br />
Informatiescherm autosnelweg . . . . . . 36,72<br />
Instelknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14<br />
Instellen onderhoudsinformatie . . . . . . . .124<br />
Instellen van het biepgeluid . . . . . . . . . . .181<br />
Instelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .105<br />
Instelscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18<br />
iPod bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .216<br />
K<br />
Kaartconfiguratieschakelaar . . . . . . . . . . .12<br />
Kaartinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85<br />
Kaartknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12,15,31<br />
Kalender met memo's . . . . . . . . . . . . . . .128<br />
Kleur knoppen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .179<br />
Knop "Lijst alle categorieën" . . . . . .57,63,85<br />
Knop telefoonnummer . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
Kompasmodus. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38<br />
Kruispuntknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
H<br />
Handenvrij systeem . . . . . . . . . . . . . . . . .133<br />
Helderheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 178,195<br />
Het scherm instellen . . . . . . . . . . . . 178,195<br />
Het snelkiezen registreren . . . . . . . . . . . .147<br />
Het systeem in- en uitschakelen . . . . . . .190<br />
Het telefoonboek instellen . . . . . . . . . . . .156<br />
Het telefoonnummer bewerken . . . . . . . .159<br />
Het zoekgebied selecteren . . . . . . . . . . . .46<br />
HFP (handenvrij profiel) . . . . . . . . . . . . . .135<br />
Hoge tonen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .193<br />
Huidige positie als zoekpunt . . . . . . . . . . .62<br />
Huidige positie/ijking<br />
bandenvervanging . . . . . . . . . . . . . . . .113<br />
Huisnummer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43,50<br />
I<br />
Icoon verkeersinfo . . . . . . . . . . . . . . . . . .116<br />
"Icoon" wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .95<br />
IJking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18,113<br />
IJking bandenvervanging. . . . . . . . . . . . .115<br />
IJking positie/richting . . . . . . . . . . . . . . . .114<br />
Informatie en updates<br />
kaartdatabase . . . . . . . . . . . . . . . . . . .250<br />
L<br />
Laatste 5 steden . . . . . . . . . . . . . . . . . 53,57<br />
Lay-out toetsenbord. . . . . . . . . . . . . . . . . .28<br />
Letters en cijfers invoeren . . . . . . . . . . . . .26<br />
Lijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29<br />
"Locatie" bewerken . . . . . . . . . . . . . . . . .127<br />
"Locatie" wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . 97,103<br />
M<br />
"Markeren"-schakelaar . . . . . . . . . . . . . . .12<br />
Memo informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23<br />
Memo's voor een bepaalde periode . . . .132<br />
Memolijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .131<br />
MENU knop . . . . . . . . . . . . . . . . 12,15,17,18<br />
Menuscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14<br />
Microfoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .134<br />
Middentonen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 193,194<br />
Mobiele telefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . .133<br />
MP3/WMA/AAC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .238<br />
256 TNS 350
N<br />
Naam geheugenpunt . . . . . . . . . . . . . . . . .97<br />
"Naam" wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . 97,102<br />
Naar de radio luisteren . . . . . . . . . . . . . .197<br />
Naar een gewenst bestand zoeken . . . . .231<br />
Namen van te vermijden gebieden . . . . .102<br />
Noorden bovenaan . . . . . . . . . . . . . . . 12,40<br />
O<br />
Omleiding instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . .83<br />
"Omvang gebied" wijzigen . . . . . . . . . . . .103<br />
Onderhoudsinformatie . . . . . . . . . . . . 23,124<br />
OPP (Object Push Profile) . . . . . . . . . . . .135<br />
"Op route"-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63,87<br />
Oriëntatie en configuratie<br />
van de kaart wijzigen . . . . . . . . . . . . . . .40<br />
Overzicht route . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .78<br />
P<br />
Pijlenscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36,74<br />
Plaatselijke POI-lijst . . . . . . . . . . . . . . . . . .87<br />
Plaatsnaam . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52,55<br />
POI als bestemming . . . . . . . . . . . . . . . . .87<br />
POI-categorie wijzigen. . . . . . . . . . . . . . .108<br />
POI-informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34<br />
POI-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
"POI bij cursor"-knop . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
POI-symbolen weergeven . . . . . . .18,85,108<br />
POI's nabij zoekpunt . . . . . . . . . . . . . . . . .63<br />
Pop-upbericht . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18,112<br />
Postcode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53,56<br />
Postcode VK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
PWR-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 188,190<br />
R<br />
Radio data system . . . . . . . . . . . . . . . . . .199<br />
Radio data system traffic<br />
message channel . . . . . . . . . . . . . . . . .115<br />
RAND-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 211,232<br />
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .199<br />
RDS-TMC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .115<br />
RDS-TMC markering . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />
"Route"-schakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />
Routetracé . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .88<br />
RPT-knop. . . . . . . . . . . . . . . . . .211,224,232<br />
INDEX<br />
S<br />
Schaal van de kaart . . . . . . . . . . . . . . . . . .39<br />
Schaalbalk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />
Schakelaars op het stuurwiel. . . . . . . . . .236<br />
Scherm "lijst afslagen" . . . . . . . . . . .36,74,79<br />
Scherm audio-informatie modus . . . . . . . .36<br />
Scherm enkelvoudige kaart . . . . . . . . . . . .36<br />
Scherm geheugenpunt . . . . . . . . . . . . . . .93<br />
Scherm kompasmodus . . . . . . . . . . . . . . .36<br />
Scherm met dubbele kaart . . . . . . . . . . . .36<br />
Scherm met functietoetsen . . . . . . . . . . .188<br />
Scherm routebegeleiding. . . . . . . . . . . . . .72<br />
Scherm scrollfunctie . . . . . . . . . . . . . . . . .32<br />
Scherm uit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .195<br />
Scherm WAARSCHUWING . . . . . . . . . . .22<br />
Schermen omwisselen . . . . . . . . . . . . . . .36<br />
Scherminstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17<br />
Scherminstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . .178<br />
SLEPEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25,29<br />
Slide-modus. . . . . . . . . . . . . . . . . . .24,29,39<br />
Snelheidscamera . . . . . . . . . . . . . . . . 18,107<br />
Snelheidslimiet . . . . . . . . . . . . . . . . . 18,108<br />
Snelheidstoon . . . . . . . . . . . . . . . . . 146,149<br />
Snelkeuzegegevens<br />
individueel wissen . . . . . . . . . . . . . . . .148<br />
Snelkiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 143,147<br />
"Sneltoegang" wijzigen . . . . . . . . . . . . . . .96<br />
"Sneltoegang" wissen . . . . . . . . . . . . . . . .96<br />
Sneltoegang-aanraaktoets . . . . . . . . . . . .15<br />
Sorteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30<br />
Spreken via de Bluetooth ® -telefoon . . . .145<br />
Stadscentrum . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .62<br />
Standaardinstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />
18,105,153,156,170,175,215<br />
Stembegeleiding in alle modi. . . . . . . 18,111<br />
Straatnaam . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .72<br />
Symbool bestemming bovenaan . . . . . 12,40<br />
Symbool noorden bovenaan . . . . . . . . 12,40<br />
TNS 350 257
INDEX<br />
T<br />
TA-knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .199<br />
Te vermijden gebieden . . . . . . .100,101,104<br />
Te vermijden gebieden bewerken . . . . . .101<br />
Te vermijden gebieden registreren . . . . .100<br />
Te vermijden gebieden wissen . . . . . . . .104<br />
Te zoeken stad . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51,55<br />
Telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .156<br />
Telefoonboek vergrendelen . . . . . . . . . . .169<br />
Telefoonboekgegevens registreren . . . . .158<br />
Telefoonschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . .134<br />
"Telefoonnr." bewerken . . . . . . . . . . . . . .128<br />
"Telefoonnr." wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . .98<br />
Thuis . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .43,99,100<br />
Thuis als bestemming zoeken . . . . . . . . . .49<br />
Thuis registeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43,99<br />
Thuis wissen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .100<br />
Thuisknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
Tijdzone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18,110<br />
Toonregeling en balans . . . . . . . . . . . . . .193<br />
TRACKLIJST-knop . . . . . . . . . . . . . . . . .221<br />
Typische gesproken instructies . . . . . . . . .75<br />
U<br />
Uitschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />
USB-poort . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .188<br />
Uw iPod bedienen . . . . . . . . . . . . . . . . . .220<br />
Uw iPod verbinden of ontkoppelen . . . . .217<br />
V<br />
Veiligheidscode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .168<br />
Verkeer op route . . . . . . . . . . . . . . . . . . .120<br />
Verkeersinfo stembegeleiding . . . . . . . . .118<br />
Verkeersinfo-indicator . . . . . . . . . . . . . . .116<br />
Verkeersinfo-pijl . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .116<br />
Verkeersinformatie . . . . . . . . . . . . . . . . .120<br />
Verkeersinformatie weergeven . . . . . . . .116<br />
Verkeersknop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14<br />
Verkeersmelding . . . . . . . . . . . . . . . . 18,110<br />
VERSCHUIVEN. . . . . . . . . . . . . . . . . . 24,29<br />
Volume. . . . . . . . . . 91,144,145,152,190,236<br />
Volumeknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .17<br />
Vorige knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15<br />
Vorige punten wissen . . . . . . . . . . . . . . .104<br />
W<br />
Weer te geven POI's . . . . . . . . . . . . . . . . .85<br />
Weergave huidige positie . . . . . . . . . . . . .31<br />
Weergave ontvangst gesprek . . . . . . . . .154<br />
Wegvoorkeur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68,84<br />
Werken met het "Lijst"-scherm . . . . . . . . .26<br />
Z<br />
Zoeken naar een gewenst<br />
bestand vanuit het menu . . . . . . . . . . .222<br />
Zoekpunt uit bestemmingen . . . . . . . . . . .63<br />
Zoekpunt via kaartscherm . . . . . . . . . . . . .62<br />
Zoekvoorwaarde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .82<br />
258 TNS 350
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>DE<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>RU<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>DA<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>EL<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>FR<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>PL<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>IT<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>HU<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>ES<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>CS<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>PT<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>SK<br />
<strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong><strong>NL</strong><br />
Publication no. AOM 001 369-0<br />
Printed <strong>PZ49X</strong><strong>00334</strong>RO<br />
in UK (January 2011)