GENERATIE XV kwartieren 16384 - 32767 - Jacobs-Schumacher

24446 Joost Rutg(a)ertsz. *, ovl. na 8 febr. 1521 (sent. Gr.Raad
820.49), impliciet voor 19 sept. 1531 (RA in Gelderland,
archief van het kasteel Rosendael, nr. 860, fol. 85v-87v);
tr.
24447 Maritgen, ovl. na 19 sept. 1531 (RA in Gelderland, archief
van het kasteel Rosendael, nr. 860, fol. 85v-87v).
* Vermoedelijk vader van kw. 12223.
Jan Jansz. van Ackersdijck, een zoon van kw. 12223 (GA
Leidschendam-Voorburg, voormalige gemeente Stompwijk,
rechterlijk archief, nr. 1, fol. 18-19, 19v), zal naar Jan
Joostenz., brouwer / Jan Joostenz. van Ackersdijck zijn
vernoemd. Jan Joostenz. wordt te Delft op 9 aug. 1546
toegelaten als brouwer tegen het tarief van ingeboren
poorters (GA Delft, oud-archief, eerste afdeling: 1246-1795,
nr. 404, fol. 183). Jan Joostenz., brouwer / Jan Joostenz.
van Ackersdijck en diens zoon Gerrit Jansz. Delff voeren
hetzelfde wapen als kw. 48892 en 97784.
Kw. 6111 zal naar kw. 97785 zijn vernoemd.
Chronologische lijsten van de geëxtendeerde sententiën [dl.
1, 1966: en procesbundels (dossiers)] berustende in het
archief van de Grote Raad van Mechelen, dl. 2, 1971, p. 245
P.C.M. Schölvinck, Die van Delff ende die van Delflant voor
de Grote Raad 1471-1577. Processen uit het archief van de
Grote Raad (Parlement) van Mechelen met betrekking tot
instellingen en bewoners van Delft en Delfland, 1986, p.
121, 242