Voorjaar 2003: thema Wandelen en waanzin - Nemo
Voorjaar 2003: thema Wandelen en waanzin - Nemo
Voorjaar 2003: thema Wandelen en waanzin - Nemo
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Nescio,<br />
Nescio,<br />
<strong>Wandel<strong>en</strong></strong><br />
<strong>waanzin</strong><br />
Nescio, wandelaar, hemelbestormer, schrijver, kantoorklerk<br />
De meeste m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> J.H.F. Grönloh (1882-<br />
1961) als de schrijver Nescio, die zeer beknopt <strong>en</strong><br />
kernachtig e<strong>en</strong> beeld weet te schets<strong>en</strong> van de<br />
doelloosheid van het m<strong>en</strong>selijk verlang<strong>en</strong>. Zijn<br />
manier van schrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn gevoel voor ironie<br />
war<strong>en</strong> voor die tijd (eerste helft 20e eeuw) uniek,<br />
hetge<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met de beperkte omvang van zijn<br />
oeuvre, ertoe zal hebb<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong> dat hij nooit<br />
grote bek<strong>en</strong>dheid heeft verkreg<strong>en</strong>. Nescio richtte<br />
zich geheel op de ontdekking van Nederland.<br />
Sterker nog: niet alle<strong>en</strong> hijzelf wandelde ontzaglijk<br />
veel, ook de person<strong>en</strong> uit zijn verhal<strong>en</strong> vull<strong>en</strong> het<br />
grootste deel van de dag met wandel<strong>en</strong> <strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong><br />
van de natuur..<br />
De schrijver liet het niet bij literaire uiting<strong>en</strong>.<br />
Intuïtief voelde hij aan dat natuurbeleving, politiek<br />
<strong>en</strong> kunst met elkaar te mak<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong>. Multatuli <strong>en</strong><br />
Frederik van Eed<strong>en</strong> war<strong>en</strong> de grote voorbeeld<strong>en</strong><br />
van de jonge Grönloh. In de natuur beleef je de<br />
waarheid <strong>en</strong> schoonheid die door de<br />
maatschappelijke misstand<strong>en</strong> bedorv<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Dus<br />
de boodschap was: terug naar de natuur <strong>en</strong> de<br />
wereld verbeter<strong>en</strong>! Politicus <strong>en</strong> kunst<strong>en</strong>aar stred<strong>en</strong><br />
sam<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> betere wereld. Grönloh ver<strong>en</strong>igde<br />
beid<strong>en</strong> <strong>en</strong> ging nog verder. Hij werd voor korte tijd<br />
wereldhervormer <strong>en</strong> hemel-bestormer.<br />
Hij associeerde zich met de kolonie-beweging<br />
Wald<strong>en</strong> van Frederik van Eed<strong>en</strong>, was er e<strong>en</strong> tijdje<br />
boekhouder <strong>en</strong> redactielid van de Pionier. Ook was<br />
hij oprichter van e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> kolonie (Tames), die na<br />
e<strong>en</strong> paar jaar ter ziele ging.<br />
E<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> lang teerde hij op idealistische periode<br />
door in zijn verhal<strong>en</strong> die tijd te vereeuwig<strong>en</strong>.<br />
Grönloh werd gebor<strong>en</strong> in de Amsterdamse<br />
Dapperbuurt in 1882. Vanaf 1891 houdt hij e<strong>en</strong><br />
dagboek bij met wandelaantek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Vanaf 1898<br />
schrijft hij verhal<strong>en</strong>. Intuss<strong>en</strong> werkt hij als<br />
kantoorklerk bij diverse handelshuiz<strong>en</strong>. Zijn<br />
schrijversloopbaan begint met de Uitvreter in 1909.<br />
Dan volgt de tijd van de Titaantjes 1912-1917 <strong>en</strong><br />
Dichtertje 1917-1922. Deze verhal<strong>en</strong> verschijn<strong>en</strong><br />
in 1918 bij de Bois. Tuss<strong>en</strong> 1922 <strong>en</strong> 1937 schrijft<br />
hij niets, raakt hij carrière <strong>en</strong> raakt hij t<strong>en</strong>slotte<br />
ernstig overspann<strong>en</strong>. Tuss<strong>en</strong> 1937 <strong>en</strong> 1947 volgt<br />
het latere werk: Insula Dei, Fullesies <strong>en</strong> vanaf 1946<br />
het Natuurdagboek. M<strong>en</strong>e Tekel verschijnt in 1946.<br />
Het laatste werk volgt in 1953-1955: Dagboek van<br />
e<strong>en</strong> lid van e<strong>en</strong> schoolbestuur, Waarschuwing <strong>en</strong><br />
nog steeds het Natuurdagboek. De verzamelbundel<br />
Bov<strong>en</strong> het dal verschijnt mei 1961. Nescio overleed<br />
op 25-7-1961. In 1996 verschijnt eindelijk het<br />
Verzameld Werk, verzorgd door Lineke Frerichs.<br />
uit: Dichtertje<br />
“E<strong>en</strong> groot dichter zijn <strong>en</strong> dan te vall<strong>en</strong>. Maar er<br />
kwam nooit wat van, want als je e<strong>en</strong> dichtertje b<strong>en</strong>t,<br />
dan lop<strong>en</strong> de mooiste meisjes altijd aan d<strong>en</strong><br />
overkant van de gracht. En zoo werd z'n hele lev<strong>en</strong><br />
één gedicht, wat ook vervel<strong>en</strong>d wordt.”<br />
uit: De uitvreter<br />
“Op e<strong>en</strong> zomermorg<strong>en</strong> om half vijf, to<strong>en</strong> de zon<br />
prachtig opkwam, is hij van de Waalbrug gestapt.<br />
De wachter kreeg hem te laat in de gat<strong>en</strong>. 'Maak je<br />
niet druk, ouwe jong<strong>en</strong>,' had Japi gezegd, <strong>en</strong> to<strong>en</strong><br />
was i er afgestapt met zijn gezicht naar het Noord-<br />
Oost<strong>en</strong>. Spring<strong>en</strong> kon je het niet noem<strong>en</strong>, had de<br />
man gezegd, hij was er afgestapt.”<br />
<strong>Nemo</strong> Nieuwsbrief nr 33 pagina 5<br />
omslag-illustratie<br />
1 e druk Dichtertje 1918<br />
uit: Titaantjes<br />
“Jong<strong>en</strong>s war<strong>en</strong> we - maar aardige jong<strong>en</strong>s. Al zeg ik 't zelf. We zijn nu<br />
veel wijzer, stakkerig wijs zijn we, behalve Bavinck, die mal geword<strong>en</strong> is.<br />
Wat hebb<strong>en</strong> we al niet will<strong>en</strong> opknapp<strong>en</strong>. We zoud<strong>en</strong> hun wel e<strong>en</strong>s lat<strong>en</strong><br />
zi<strong>en</strong> hoe 't moest.”<br />
uit: Dichtertje<br />
“'O God,' d<strong>en</strong>kt i, 'als er nu e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> wonder gebeurde, als nu e<strong>en</strong>s ine<strong>en</strong>s<br />
van al die vrouw<strong>en</strong> al de kleer<strong>en</strong> afviel<strong>en</strong>?' E<strong>en</strong> dichtertje dat d<strong>en</strong> <strong>waanzin</strong><br />
nabij is d<strong>en</strong>kt rare ding<strong>en</strong>. U <strong>en</strong> ik lezer d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> nooit zoo iets. En mijn<br />
lezeress<strong>en</strong>... heilige onschuld, ik moet er niet aan d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>.”<br />
uit: Najaar<br />
“Ook had hij vrij will<strong>en</strong> zijn, ge<strong>en</strong> baantje, ge<strong>en</strong> zak<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> gezin, ge<strong>en</strong><br />
vrind<strong>en</strong>, altijd vrij, van aangezicht tot aangezicht met God. Maar die van<br />
God is vervuld gaat aan zijn gruwelijke oneindigheid t<strong>en</strong> gronde. En dit is<br />
het ergste van alles. Dat wij sterv<strong>en</strong> aan het verlang<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet anders<br />
kunn<strong>en</strong>. Tartarin in Tarascon “Ri<strong>en</strong>, toujours ri<strong>en</strong>”. - Iets moet er wez<strong>en</strong>. Iets<br />
is er nog te zegg<strong>en</strong>. iets is er dat sterker is dan de gruwelijkheid der<br />
oneindigheid <strong>en</strong> der eeuwigheid Gods. Iets had hij verzuimd, er was iets dat<br />
hij inhal<strong>en</strong> moest.”