Het Land van Bremmer - Vereniging Oud Oegstgeest
Het Land van Bremmer - Vereniging Oud Oegstgeest
Het Land van Bremmer - Vereniging Oud Oegstgeest
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2 8<br />
D o o r F r e e k Lu gt<br />
?<br />
Waar? Of niet waar?<br />
De Oogentroostbloem<br />
<strong>Het</strong> is natuurlijk helemaal waar dat er in ons onvolprezen<br />
Gemeentearchief maar één stuk is te<br />
vinden met betrekking tot de <strong>Oegstgeest</strong>er rederijkersvereniging<br />
‘De Oogentroostbloem’. In de vorige aflevering<br />
<strong>van</strong> dit tijdschrift kon u daarover lezen. Maar<br />
dankzij bronnen uit andere archieven valt er nog iets meer<br />
over te vertellen.<br />
Om te beginnen de naam. Vrijwel alle rederijkerskamers<br />
hadden een bloemennaam, bloemen speelden vaak ook een<br />
rol in hun gedichten. De Ogentroostbloem is gewoon een<br />
bloemsoort die nu nog bestaat, in diverse varianten (zie<br />
afbeeldingen). <strong>Het</strong> extract er<strong>van</strong> werd en wordt geacht<br />
geschikt te zijn voor het bestrijden <strong>van</strong> oogklachten.<br />
Vandaar.<br />
De geschiedenis <strong>van</strong> ‘De Oogentroostbloem’ kan in het kort<br />
als volgt worden weergegeven.<br />
In 1615 wordt de kamer gedoopt in Kethel (bij Schiedam).<br />
Factor is dan een zekere P. <strong>van</strong> Burghersdijck. De factor is<br />
de tekstschrijver en culturele aanjager <strong>van</strong> het gezelschap.<br />
Burghersdijck hoeft geen <strong>Oegstgeest</strong>enaar te zijn geweest:<br />
factores wisselden regelmatig <strong>van</strong> kamer. In 1616 neemt<br />
men deel aan een wedstrijd in Leiderdorp en de auteur <strong>van</strong><br />
de <strong>Oegstgeest</strong>er inbreng is Burghersdijck.<br />
In 1617 meent de kamer niet zonder vaandel te kunnen,<br />
maar zo’n ding is kostbaar. De kamer wendt zich daarom<br />
tot de ambachtsheer <strong>van</strong> <strong>Oegstgeest</strong>, zijnde de burgemeesters<br />
<strong>van</strong> Leiden, die op 25 juli 1617 subsidie geven voor een<br />
vendel ‘daerinne gestelt ’t wapen <strong>van</strong> dese stede Leijden, d’welcke<br />
d’heerlickheijt <strong>van</strong> <strong>Oegstgeest</strong> es toecomende’ Al op 1 augustus is<br />
Jan Simonsz. Haardekamp klaar met het vaandel, waarvoor<br />
hij aan de burgemeesters <strong>van</strong> Leiden in rekening brengt<br />
‘een somme <strong>van</strong> drieëntwintich gulden, acht stuvers in voldoeninge<br />
<strong>van</strong> ’t geene by hem es verdient ofte aen stoffen gelevert voor het<br />
maken <strong>van</strong> het vendel der rethorijckers tot <strong>Oegstgeest</strong>’.<br />
In 1638 neemt ‘De Oogentroostbloem’ deel aan een<br />
wedstrijd in Noordwijk met het gedicht ‘Mey’s Eer-wensch.<br />
Mey-Ghesangh, ghesonghen by de broeders der Ooghen-Troost-<br />
Blom.’ Auteur is deze keer Klaas Jansz. <strong>van</strong> Harne. In 1641<br />
gaan ze naar een wedstrijd in Rijnsburg en in 1642 wordt<br />
de wagen <strong>van</strong> de kamer gesignaleerd bij Den Deijl. In 1648<br />
ont<strong>van</strong>gen ze nog een uitnodiging voor een feest in Bleiswijk,<br />
waar ze echter niet komen opdagen.<br />
In 1682 wordt de inventaris <strong>van</strong> de opgeslagen goederen<br />
<strong>van</strong> de kamer opgemaakt waarover Carla de Glopper in de<br />
vorige ‘Over <strong>Oegstgeest</strong>’ schreef. De kamer lijkt opgeheven<br />
te zijn.<br />
Maar in 1726 is de Feniks weer uit zijn as herrezen. Dan<br />
organiseert ‘De Oogentroostbloem’ een wedstrijd in <strong>Oegstgeest</strong>,<br />
en wel in ‘Herberg De Rood leeu’. <strong>Oegstgeest</strong>enaren<br />
kennen dit etablissement nog. De deelnemers worden<br />
uitgenodigd een stuk te schrijven en voor te dragen met als<br />
thema:<br />
Zegt redenaars wat vorst wierd <strong>van</strong> ’t gezigt ontbloot,<br />
Die eerst zijn zoon moest voor zijn ogen zien gedood?<br />
Sindsdien is er over ‘De Oogentroostbloem’ niets meer<br />
vernomen. Vermeldenswaard is echter nog een procesverbaal,<br />
opgemaakt door de secretaris <strong>van</strong> Wassenaar<br />
inzake een ongeval in 1642 waarbij de wagen <strong>van</strong> de rederijkers<br />
betrokken was. <strong>Het</strong> speelde zich af op de weg bij<br />
Den Deijl, waar de hoofdweg <strong>van</strong> Amsterdam naar Den<br />
De Euphrasia stricta, Stijve ogentroost. De Odontites luteus, Gele ogentroost. De Odontites vernus, Rode ogentroost.