Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Uitleg<br />
3<br />
4<br />
Doorgeefverhaal<br />
In een doorgeefverhaal voegt iedere speler steeds iets toe<br />
aan het verhaal. Het begint met wie, dan waar, dan hoe<br />
en dan wat.<br />
Dat wordt een grappig verhaal!<br />
Een doorgeefverhaal schrijf je met een groepje van vier.<br />
Ieder heeft een pen en een blaadje papier.<br />
Schrijf samen een doorgeefverhaal.<br />
1 Ga met drie <strong>maat</strong>jes bij elkaar zitten. Ieder beschrijft<br />
bovenaan zijn blaadje een persoon. Dat is de wie.<br />
Voorbeeld: Het huppelende meisje.<br />
2 Vouw allemaal de wie-zin om en geef het papier door.<br />
3 Nu schrijft iedereen een waar-zin <strong>op</strong>. Voorbeeld: in de<br />
drukke winkel. Dan vouwt ieder zijn blaadje weer om<br />
en geeft dat door.<br />
4 Dan de wat-en hoe-zin. Daarin staat hoe de wie-figuur praat.<br />
Voorbeeld: roept lachend. Dan weer vouwen en doorgeven.<br />
5 Als laatste komt de uitroep van de wie-figuur.<br />
Voorbeeld: Waar is hier de nooduitgang?<br />
Lees het verhaal voor.<br />
Iedereen heeft nu zijn eigen blaadje weer terug.<br />
Vouw de blaadjes <strong>op</strong>en en lees om de beurt het verhaal voor.<br />
Let goed <strong>op</strong> hoe je de uitroep moet zeggen!<br />
Wat kan ik? Ik kan twee taalspelletjes spelen.<br />
Ben je klaar? Kies Werkboek bladzijde 89 of pluswerk of computer.<br />
Groep 6 – Thema 6 Vrij – Week 4<br />
45<br />
© Noordhoff Uitgevers bv