Van Buren Huidenhandel BV Faillissementsnummer - Alderse Baas ...

18370
FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 29 Datum: 31 mei 2012
Gegevens onderneming : Van Buren Huidenhandel BV
Faillissementsnummer : F 03-96
Datum uitspraak : 23 mei 2003
Curator : mr. J.H. van der Meulen
Rechter-Commissaris : mevrouw mr. M. Jansen
Activiteiten onderneming : Het zouten van en de handel in runderhuiden en alles wat
hiermee verband houdt.
Omzetgegevens : ± € 13.000.000,-- op jaarbasis
Personeel gemiddeld aantal : 31
Verslagperiode : 24 februari 2012 tot en met 23 mei 2012
Bestede uren in verslagperiode : 44 uur en 59 minuten
Bestede uren totaal : 351 uur en 24 minuten
De tijdsbesteding gedurende de verslagperiode is weergegeven op het aangehecht overzicht
uit het geautomatiseerd tijdschrijfsysteem (productie 1).
Een gespecificeerd overzicht van de tijdsbesteding naar tijdschrijfgroepen wordt aangehecht
(productie 2). Hierop is voorts de totaal in het faillissement bestede tijd zichtbaar.
1. Inventarisatie
Afgewikkeld; zie paragraaf 1 verslag nummer 7.
2. Personeel
Afgewikkeld; zie paragraaf 2 verslag nummer 7.
3. Activa
Alles afgewikkeld; zie hoofdstuk 3 kwartaal verslag nummer 8 en de overige verslagen
waarnaar verwezen wordt.
4. Debiteuren
zie kwartaalverslag nummer 7
Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en
mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid.
Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen

5. Bank/Zekerheden
zie kwartaalverslag nummer 7
6. Doorstart/voortzetten
zie kwartaalverslag nummer 7
7. Rechtmatigheid
Verwezen wordt naar paragraaf 7 van het voorafgaand verslag, nummer 28. De tekst
van deze paragraaf wordt hier herhaald, in cursief.
(Citaat):
Verwezen wordt naar paragraaf 7 van het voorafgaand verslag, nummer 27. Tijdens de
verslagperiode is onderhandeld over het navolgende.
De posities van crediteuren in het faillissement zijn als volgt:
* boedelvorderingen:
Nationale Nederlanden € 12.095,39
* Preferente vorderingen:
(voornamelijk) fiscus - 412.636,--
* Concurrente vorderingen: - 20.972.143,50
waarvan:
- NMB Heller € 15.500.000,--
- overige crediteuren - 5.472.143,50
NMB Heller (thans: NHO) heeft van de totale concurrente schuldpositie ± 75% te
vorderen.
NHO heeft de accountant, althans diens kantoor, aansprakelijk gesteld voor de schade
welke NHO stelt geleden te hebben als gevolg van het feit dat genoemde accountant
niet met de zorgvuldigheid, welke van een beroepsbeoefenaar (accountant) verwacht
mag worden, te werk is gegaan bij de controle van de jaarrekeningen Van Buren
Huidenhandel BV over de jaren 1998 t/m 2001. NHO stelt, dat de accountant, bij een
zorgvuldige taakuitoefening welke rechtens van haar verlangd mocht worden, de fraude
welke bij Van Buren Huidenhandel BV werd gepleegd ontdekt zou hebben. Genoemde
accountant zou dan –reeds in 1999- de opdracht hebben moeten teruggeven waarna
NMB Heller, gealarmeerd zijnde, de financiering (factoring) beëindigd zou hebben. Dan
Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en
mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid.
Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen

zou de schade, welke thans ontstaan is als gevolg van de onverhaalbare vordering,
voorkomen zijn.
NHO heeft tegen de betrokken accountant een tuchtrechtelijke procedure gevoerd. De
ter zake aan de accountant gerichte klacht is in alle onderdelen gegrond bevonden.
NHO heeft met de betrokken accountant (diens kantoor) een minnelijke schikking
getroffen ter zake van deze schade, althans: daartoe zijn (al dan niet voorwaardelijke)
afspraken gemaakt.
Tijdens de verslagperiode is tussen curator en NHO nagegaan of de boedel deelgenoot
kan worden in deze (al dan niet voorwaardelijke) regeling.
Op dit punt zijn, ondanks uitvoerige beschouwingen en ampel beraad, geen resultaten
geboekt.
De curator meent op grond van de zogenaamde Peeters q.q./Gatzen-jurisprudentie
evenzeer een aanspraak te hebben jegens de accountant, althans diens kantoor.
Immers:
Er is sprake van verhaalsbenadeling. Die verhaalsbenadeling is veroorzaakt door Van
Buren Huidenhandel BV. De benadeling bestaat hieruit, dat tegenover derden (de
crediteuren) de schijn gewekt is dat Van Buren een solvabele onderneming is terwijl in
feite, als gevolg van het doen ontstaan van een vordering van de factormaatschappij
(NMB Heller) jegens Van Buren wegens fraude, sprake was van een passief wat het
actief vele malen overtrof.
Daar waar zonder deze fraude sprake was van voor verhaal vatbare vorderingen, was
het verhaal daarna niet meer mogelijk.
De accountant is op onrechtmatige wijze bij deze verhaalsbenadeling betrokken. Hij
heeft, door haar controletaak onnauwkeurig uit te oefenen, de schijn van solvabiliteit
geautoriseerd. De crediteuren van Van Buren Huidenhandel kregen hierdoor eens te
meer vertrouwen met een solvabele partner zaken te doen. De gepubliceerde
jaarstukken, welke van een controlemerk zijn voorzien, gaven het op het punt van de
solvabiliteit een geheel onjuist beeld. Hierdoor zijn de zakenpartners op het verkeerde
been gezet.
Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en
mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid.
Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen

De accountant heeft inbreuk gemaakt op de op hem rustende zorgplicht. Die zorgplicht
strekt tot bescherming van een onbeperkte groep derden. Dit in de relevante
jurisprudentie (het Vie d’Or arrest) duidelijk tot uitdrukking gebracht.
(Ook) aan de causaliteitseis is voldaan. Zou de accountant zorgvuldig hebben
gehandeld, dan zou hij de fraude reeds in het jaar 1999 hebben ontdekt. Dan zou hij de
opdracht hebben teruggegeven. Dan zou ook de financiering zijn beëindigd. Dit zou
zonder twijfel gevolgen hebben gehad voor de continuïteit van Van Buren. De
crediteuren/opdrachtnemers zouden hun relatie met Van Buren hebben beëindigd c.q.
de leveringen hebben gestaakt. De vorderingen van de crediteuren dateren alle van na
het jaar 1999.
Het bezwaar wat tegen het bestaan van de Peeters q.q./Gatzen-vordering wordt
aangevoerd is, dat deze vordering (hoewel afgewikkeld via de boedel) niet toebehoort
aan de boedel. De curator zou dus, (hetgeen hij feitelijk wel gedaan heeft) de verjaring
van de vordering niet ‘als curator’ hebben kunnen stuiten.
De te verwachten obstakels hangen dan ook met name samen met de aard van de
Peeters q.q./Gatzen-vordering.
De curator is thans doende een dagvaarding op te stellen tegen de accountant. In het
komend kwartaalverslag zal hierover verder verslag gedaan worden.
(einde citaat)
Tijdens de verslagperiode heeft de curator een concept dagvaarding gereed gemaakt. Voorts
is verder onderhandeld.
De onderhandelingen zijn erop uitgekomen dat aanvullend voldaan wordt een bedrag groot
€ 600.000,-- tegen kwijting. NHO trekt haar vordering in het faillissement in.
De overeenkomst moet nog geformaliseerd worden. Dit zal de komende week plaatsvinden.
Daarna kan het faillissement worden afgewikkeld. Er is ruimte voor uitkering aan concurrente
crediteuren. Er zal dus eerst een verificatievergadering worden gehouden.
Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en
mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid.
Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen

8. Crediteuren
8.1 Boedelvorderingen : € 12.095,39
8.2 Pref. vord. van de fiscus : € 385.018,--
8.3 Pref. vord. van het UWV : nog niet opgegeven
8.4 Andere pref. crediteuren : € 27.645,--
8.5 Aantal concurrente crediteuren : 86
8.6 Bedrag concurrente crediteuren : € 20.972.143,50
8.7 Verwachte wijze van afwikkeling : uitdeling na verificatievergadering
9. Overig
9.1 Termijn afwikkeling faill. :
Gedurende het jaar 2012 zal het faillissement worden afgewikkeld.
9.2 Plan van aanpak :
Verificatievergadering, opstelling uitdelingslijst.
9.3 Volgend verslag : 23 augustus 2012
bijlagen:
J.H. van der Meulen,
curator.
1. overzicht tijdsbesteding verslagperiode;
2. tijdsregistratie per tijdschrijfgroepen;
3. tussentijds financieel verslag;
4. boedelmutatieformulier.
Het faillissementsverslag bevat een weergave van feiten welke de curator kenbaar zijn geworden en, voor zoveel nodig en
mogelijk, diens voorlopig oordeel daarover. De curator aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de juistheid of volledigheid.
Niemand kan aan de inhoud van het verslag enig recht ontlenen