Welk spreekwoord of gezegde vind je in het bijbelgedeelte:

2 e lezing: Jesaja 11: 1-10
Iemand zal er geboren worden uit het oude volk,
een mens van God, wijs en sterk,
een mens met liefde en begrip.
Hij draagt de Eeuwige in zijn hart,
en ziet méér dan de buitenkant.
Als hij komt, dan leven de wolf en het lam,
de panter en het bokje
vreedzaam bij elkaar.
Een kalf en een leeuw grazen samen,
net als de koe en de beer en hun jongen;
de leeuw eet samen met de stier.
Kleine kinderen spelen bij de slangen.
Niemand zal een ander nog kwaad doen,
omdat Gods liefde overal op aarde is.
Zingen: Wat al eeuwen is verteld
(melodie: Midden in de winternacht)
Wat al eeuwen is verteld, waarvan wij ook dromen
wat door velen is voorspeld, gaat dat nog eens komen
Wanneer eindigt toch de nacht, komt de tijd door ons verwacht
breekt het licht zich baan, vangt de vrede aan?
God wanneer, ja wanneer, gaan de tijden keren
en zult U regeren?
Wanneer komt de dood niet meer, telkens tussenbeide,
liggen leeuw en bokje neer, aan elkanders zijde
Spelen kind’ren met een slang, is geen mens en dier meer bang
wordt het leven waar, voor en met elkaar?
God wanneer, ja wanneer, gaan de tijden keren
en zult U regeren?
3 e lezing: Lucas 2: 1-7
In die tijd kondigde keizer Augustus een decreet af dat alle
inwoners van het rijk zich moesten laten inschrijven.
Deze eerste volkstelling vond plaats tijdens het bewind van
Quirinius over Syrië.
Iedereen ging op weg om zich te laten inschrijven, ieder naar
de plaats waar hij vandaan kwam.
Jozef ging van de stad Nazaret in Galilea naar Judea, naar de
stad van David die Betlehem heet, aangezien hij van David
4