Download hier de volledige catalogus - Autovak

LASTECHNIEK
284 |
Lastechniek van A tot Z.
AC
Engelse afkorting voor alternating current =
wisselstroom. Elektrode- en TIG-lassen kan
met gelijk- en wisselstroom uitgevoerd worden.
TIG-aluminium-lassen moet met wisselstroom
uitgevoerd worden.
ANALOGE STROOMBRON
Een stroombron die via weerstanden geregeld
wordt. Werd vroeger bij dure industriële
installaties gebruikt. Wordt tegenwoordig
wegens de complexiteit en de inflexibiliteit
steeds minder gebruikt.
ANTI-STICK-REGELING
In het geval van het vastplakken van de
elektrode aan het werkstuk wordt de lasstroom
uitgeschakeld. De elektrode gloeit
niet uit en kan makkelijk van het werkstuk
loskomen.
ARC-FORCE-REGELING
Het lasvermogen wordt bij het elektrodelassen
zo constant mogelijk op de ingestelde
waarde gehouden. De lichtboog brandt stabiel
(ook bij moeilijke elektroden of posities).
Voordeel: het lasresultaat is gelijkmatiger.
BALANCE-REGELING
TIG-wisselstroom-lassen. Door het verschuiven
van de verhouding van negatieve
spanning t.o.v. positieve spanning wordt
meer of minder inbranding in het werkstuk
bereikt. In tegenstelling tot de inbranding
wordt de wolfram-elektrode telkens heter
of kouder.
BLIND VERMOGEN
Door een toestel uit het stroomnet
opgenomen vermogen, dat niet in
lasvermogen omgezet wordt.
DC
Engelse afkorting voor direct current =
gelijkstroom. MIG/MAG-lassen wordt bijv.
met gelijkstroom uitgevoerd.
DIGITALE STROOMBRON
Door een micoprocessor gestuurde
stroombron.
DIODE
Elektronische component (halfgeleider).
Zet wisselstroom enkelzijdig door een
blokkerend effect in gelijkstroom om.
SMOORSPOEL
Een gewikkelde koperspoel met ijzerkern.
Dient als energiereservoir. Zorgt voor een
rustige en spatarme lichtboog, waardoor een
optimaal lasresultaat bereikt wordt. Zie ook
inductiespoel.
INSCHAKELDUUR
Theoretische waarde voor de belastbaarheid
van een lasapparaat. Wordt volgens de norm
op 10 min. berekend en in % aangegeven.
(bijv. 40% ID = 4 min. bij max. vermogen
lassen, 6 min. pauze). Het toestel wordt niet
te warm, omdat het thermisch uitschakelt.
FORMEERGAS
Stikstof resp. stikstof met max. 50% waterstof.
Dient ter bescherming van de grondlaag
(tegenzijden) van lasnaden tegen oxidatie
bij het lassen van hooggelegeerd staal.
De corrosiebestendigheid wordt behouden.
GASNASTROOMTIJD
Instelbare tijd waarin na het lassen nog
gas stroomt. Dient ter bescherming van de
gloeiende wolfram-elektrode en van het
lasmateriaal tegen atmosferische invloeden.
GELIJKRICHTER
Schakeling van meerdere dioden. Zet
wisselstroom meerzijdig door een
blokkerend effect in gelijkstroom om.
HOOGFREQUENTIE-ONTSTEKING
Ontsteekt de lichtboog bij het TIG-lassen
zonder het werkstuk aan te raken. Door een
hoogspanningsimpuls wordt het luchttraject
tussen het werkstuk en de wolfram-naald
elektrisch geleidend (geïoniseerd).
HOT-START
Ontstekingshulp voor de ontsteking van
de lichtboog van een staafelektrode bij het
elektrodelassen. Door een kortstondige
verhoging van de lasstroom ontsteekt de
lichtboog onmiddellijk stabiel.
INDUCTIESPOEL
Een met koperdraad gewikkelde spoel.
Werkt als een energiebuffer en dient voor
het optimaliseren van de lasstroom. Zie ook
smoorspoel.
ISOLATIEKLASSE
Geeft aan hoe heet de isolatie van de
transformator mag worden zonder schade
op te lopen. De temperatuur wordt door
een thermoschakelaar bewaakt.
Bijv. F = 155°C.
CONTACTONTSTEKING
Ook aanloopontsteking genoemd. Voor de
ontsteking van de lichtboog moet bij het
TIG-lassen het werkstuk met de wolframelektrode
aangeraakt worden. Nadeel is dat
de wolfram-elektrode snel aan het werkstuk
plakt, waardoor de elektrode beschadigd
wordt, de lichtboog instabiel wordt.
KOELTYPE
Soort toestelkoeling. F = vreemde koeling
(met ventilator) S = zelfkoeling (zonder ventilator).
KORTE LICHTBOOG
Een MIG/MAG-lichtboog in het laagste
lasstroombereik (lassen van dunne plaat/
grondlaag) met een fijndruppelige
overgang in de kortsluiting gebruik
makende van menggassen of kooldioxide.
LANGE LICHTBOOG
MIG/MAG-lichtbogen met grofdruppelige
overgangen (niet kortsluitvrij) gebruik
makende van menggassen of
kooldioxide. Voor lasnaden bij grotere
werkstukdiktes.
LIFT-ARC-ONTSTEKING
Aanloopontsteking bij het TIG-lassen met
een minimale stroom. Pas na de ontsteking
van de lichtboog wordt de ingestelde lasstroom
vrijgegeven. Voordeel is een lichte
ontsteking zonder dat de wolfram-elektrode
aan het werkstuk plakt en hierdoor een
stabiele lichtboog.