STAMBOOM-BEPPE-HILTJE-DE-BRUIN

More documents

Recommendations

Info

219=kind van 438+439 VIII.219 BOLTIE, Fokjen Jans, geb. Dokkum, ged. 27-10-1700 a Antje Harmens, geb. 1726, ged. 06-01-1726 Dokkum (zie 109) b Janke Harmens, geb. 1726, ged. 02-10-1726 Dokkum c Grietie Harmens, geb. 1730, ged. 01-02-1730 Dokkum d Lieukien Harmens, geb. 1730, ged. 01-02-1730 Dokkum 232+233=ouders van 116 232=kind van 464+465 VIII.232 ABRAHAMS, Jan, ged. Twijzel/Kooten 24-08-1655, tr. Drogeham 19-10-1684 VIII.233 ALBERTS, Martsen a Antje, ged. 07-05-1686 in Drogeham/Harkema Opeinde b Jets, ged. 06-11-1687 in Drogeham/Harkema Opeinde c Wytske, ged. 14-04-1689 in Drogeham/Harkema Opeinde d niet genoemd, ged. 28-09-1690 in Drogeham/Harkema Opeinde e Siouk, ged. 25-12-1691 in Drogeham/Harkema Opeinde f niet genoemd, ged. 21-02-1692 in Drogeham/Harkema Opeinde g Rins, ged. 29-10-1693 in Drogeham/Harkema Opeinde h Abraham, ged. 24-01-1697 in Drogeham/Harkema Opeinde (zie 116) 236+237=ouders van 118 236=kind van 472+473 VIII.236 FOKKES, Hillebrand geb. Roodkerk 1685, ged. vóór 1728, ondertr. Akkerwoude 24-02-1709, tr. Roodkerk 10-03-1709, ovl. 07-12-1738 in De Lune 237=kind van 474+475 VIII.237 HEDMANS, Baukje, geb. Akkerwoude 1687, ovl. Kollum 27-02-1741 a HILLEBRANDS, Fokke, geb. Kollum 1711 (zie 118) 240+241=ouders van 120 240=kind van 480+481 VIII.240 HALBES, Waatse geb. ± 1700 in Kooten, Koopman 1749, tr. ± 1726, ovl. Twijzel na 1774 Spec. koh. Cooten nr. 29 1765. Waatse staat op de lidmatenlijst van 1758. Hij leefde een kleine 70 jaar bij de kerk te Kootstertille tot 1767. Zijn 9 kinderen liet hij in de oude kerk - tot 1878 op 't kerkhof dopen. Evenals zijn vader in 1749 Een Coopman van redelijke staat genoemd. Hij staat op de lidmatenlijst van 1758. Zijn vrouw niet, misschien toen reeds overleden. Gezien de namen van het nageslacht heette ze misschien Maijke Sijmens. In 1767 ging Waatse wonen te Twijzel en in het Speciekohier van 1774 wordt vermeld: Waatse Halbes publieq gealimenteerd in een arme huis. Quotisatiekohieren 1749: Waatse Halbes, Kooten. Coopman. Gezin volw: 3 en kind: 1. Aanslag: 24-6-0. Bron: Achtkarspelen, fol. 78. 241=kind van 482+483 VIII.241 GERRITS (Posthumus), Nieske, ged. Oostermeer 03-01-1706 a Aaltje Waatses geb. 1726 in Kooten b Symen Waatses geb. 1727 in Kooten c Jenke Waatses geb. 1729 in Kooten d Halbe Waatses geb. 1732 in Kooten e Gerryt Waatzes geb. 1733 in Kooten (zie 120) f Tjitske Waatses geb. 1736 in Kooten g Hylke Waatses geb. 1738 in Kooten h Trijntje Waatses geb. 1741 in Kooten i Jeltje Waatses geb. 1743 in Kooten 242+243=ouders van 121 VIII.242 HENDRIKS, Pytter Quotisatiekohieren 1749: Pytter Hendriks, Westergeest. Sobere arbeider. Gezin volw: 2 en kind: 3 Aanslag: 11-13-0. Bron: Kollumerland, fol. 10 VIII.243 BERENDS, Aukje, arbeidster (ntv) a Hendrik Pytters geb. 1740 in Oudwoude b Baukjen Pytters geb. 1744 in Oudwoude (zie 121) c Barber Pytters geb. 1757 in Westergeest 244+245=ouders van 122 244=kind van 488+489 VIII.244 MARCKS, Sierk, geb. Westergeest ±1706, Huisman, ovl. ald. 1794 18
Artikel "van der Land" Jierb. 1980 door Auke de Vries: Sierk Marks, geboren ±1706 was huisman te Westergeest en getrouwd met Martje Lijkles, ged. febr. 1710 te Kollumerzwaag, dr. v. Lijkle Harmens. Zij laten te Westergeest 7 kinderen dopen. Broer Harmen overleed 28-6-1794, zijn vrouw in 1782. Op 25-11- 1794 verdelen de 5 broers de erfenis, 6672 cg. 9 st. 4 p. De zuster IJtje wordt hierbij niet genoemd, waaruit moet worden opgemaakt dat zij voordien kinderloos overleed. In 1735 vinden wij Sierk Marks op het reëelkohier als 1/3 eigenaar van Westergeest nr. 20 en als gebruiker van nr. 13 aldaar. In 1765 is hij eigenaar en gebruiker van een huis met 79 pdm. land te Westergeest, de nrs. 18 en 26, huurwaarde 116 cg. In 1794 is hij dit nog, maar de huurwaarde is gestegen tot 211 cg. 9 st. Op 7-5-1765 is hij 599 cg. 19 st. schuldig; deze schuld werd gedelgd 5-12-1786. Op 21-5-1772 is hij 300 cg. schuldig. Een aantekening over aflossing ontbreekt. Op 15-5-1773 is hij opnieuw 300 cg. schuldig, deze zijn afgelost 4-5-1790. Op 7-6-1781 tekent hij een schuldbekentenis, groot 1000 cg. Op 26-11-1782 wordt hij veroordeeld tot boete en schadevergoeding van 2 x 24 goudgulden terzake van "verbale injurie", Heine Keimpes, huisman onder Zwaagwesteinde, door Sierk Marks huisman op 't Veen o/ Westergeest, "op den 22 aug. 1782 op de publieke Heereweg aangedaan", door Heine uit te schelden voor schelm en gauwdief. 245=kind van 490+491 VIII.245 LYCKELES, Martje, geb. Kollumerzwaag 1710, ovl. Westergeest 1782 a Mark Sierks van der Kooy geb. 1732 in Westergeest (zie 122) b Lykele Sierks geb. 1737 in Westergeest c Jacob Sierks van der Veen geb. 1739 in Westergeest d Rudmer Sierks van der Veen geb. 1742 in Westergeest e Harmen Sierks geb. 1745 in Westergeest f Klaas Sierks van der Veer geb. 1746 in Westergeest g Ytje Sierks geb. 1751 in Westergeest 246+247=ouders van 123 246=kind van 492+493 VIII.246 LYCKELES, Rinse, ged. Kollumerzwaag 1709 VIII.247 NN a Griettje, ged. Oudwoude/Westergeest 01-05-1735 b Aaltje Rinses, ged. 1737 (zie 123) 248+249=ouders van 124 http://www.bosma-familie.nl/verzameling/Master%20Elle/index.html VIII.248 CLAZES, Andries, boer, herbergier te Schuilenburg onder Eastermar, tr. Eastermar 05-05-1726. 1744: In de 'Omschrijvinghe van Familiën', van overheidswege opgemaakt in verband met herziening van het belastingstelsel, wordt Andrys Klaases genoemd als hoofd van een gezin bestaande uit 5 personen en geschat op een 'contributie' van 3 gulden per jaar. 1749: In de 'Optekeninge der Familien en Perzonen' (Het 'Quotisatiekohier)' wordt Andrys Klazes vermeld als herbergier, met de kwalificatie 'redelijk welgestelt'. In zijn gezin bevinden zich 4 personen ouder dan 12 jaar en 1 persoon jonger dan 12 jaar. Zijn aanslag in deze quotisatie wordt dan gesteld op ruim 44 gulden. 1750: Het boek 'Wandelingen van mijnen oud-oom' door H. van Rollema beschrijft een wandeling die de hoofdpersoon Hotze Piebes Wiekstra in 1750 door Tietjerksteradeel maakt. Daarin komt de volgende passage voor: 'Langs eenen overal met kaphout en hier en daar met opgaande boomen beplanten rijweg kwam hij, na eene kleine wandeling, bij de herberg SCHUILENBURG, gelegen aan het Kolonelsdiep. … Eenige oogenblikken bleef onze wandelaar staan om het ruime uitzigt over het Bergumer meer, waarop zich hier en daar een zeilend schip vertoonde, te genieten, en trad vervolgens de herberg binnen om zijn pijpje aan te steken, in de hoop van bij den kastelein ANDRIES KLAZES het een of ander voor zijne aantekeningen op te doen; doch deze wist hem niets anders te zeggen, dan dat zijne woning met het daarbij behorende Verlaat of Sluis het eigendom van de Provincie was, en door hem gepacht werd, en dat hij nogal veel nering had van de schippers en schuitevoerders die hier aanlegden, waarom hij dan ook een winkel van allerhande waren bij zijne herberg hield'. 19
Page 1 and 2: STAMBOOM HILTJE DE BRUIN GENERATIE
Page 3 and 4: IV.15 NOORDMAN, Ytje Marks, geb. We
Page 5 and 6: a Trijntje Kool, geb. Dokkum 13-03-
Page 7 and 8: VI.48 VI.49 VI.50 VI.51 VI.52 VI.53
Page 9 and 10: Tresoar, nadere toegang 13.113, nr.
Page 11 and 12: 70+71=ouders van 35 70=kind van 140
Page 13 and 14: VII.108 WERF, Isaac Jacobs van der,
Page 15 and 16: Oostermeer 125=kind van 250+251 VII
Page 17: opgeschreven..., verder verklaart h
Page 21 and 22: a Klaas Wietzes (zie 136) 274+275=2
Page 23 and 24: IX.464 IX.465 464+465=ouders van 23
Page 25 and 26: GENERATIE 10 500+501=ouders van 250
Page 27 and 28: wijlen haar zoon Rodmer Fockes (zij
Page 29 and 30: 962+963=ouders van 481 X.962 ROMKES
Page 31 and 32: 1635 met haar neef Jarich Egberts (
Page 33 and 34: 1902+1903=ouders van 951 XI.1902 MI
Page 35 and 36: a Ids Hessels geb. ± 1610 (zie 174
Page 37 and 38: XIII.6146 XIII.6147 6146+6147=ouder

STAMBOOM-BEPPE-HILTJE-DE-BRUIN

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?