niveau 4 - ICT Almelo

De BPV-bedrijfsmentor
De BPV-mentor fungeert als praktijkopleider. Over het algemeen is het een ervaren medewerker die in overleg met
de deelnemer en BPV-docent het werken en de leerdoelen probeert te combineren. De mentor is betrokken bij de
beoordeling van de prestaties van de BPV-deelnemer zowel voor wat betreft opdrachten, als algemene aspecten van
werkhouding, omgaan met personeel, klanten etc.
De bedrijfsmentor verzorgt verder:
• het sollicitatie- c.q. het kennismakingsgesprek;
• de introductie/ rondleiding;
• informatie rond gedragsregels, kledingcodes e.d. die gelden voor het personeel;
• programma voor de deelnemer afgestemd op uitvoeren van de BPV-opdrachten en het behalen van
de vormingsdoelen.
• evaluatiegesprekken met de deelnemer en BPV-docent;
• assistentie bij oplossen van ontstane problemen;
• verslag uitbrengen van de voortgang, en in overleg met de BPV-docent maken van een
eindbeoordeling opgrond van uitvoering van BPV-opdrachten, werkhouding, en een eventueel
BPV-verslag.
De BPV–overeenkomst
De BPV-overeenkomst wordt schriftelijk gesloten tussen de onderwijsstelling, het BPV-bedrijf, en de deelnemer.
In de BPV-overeenkomst zijn bepalingen opgenomen over:
• de duur van de overeenkomst;
• de omvang van de BPV-periode;
• de begeleiding van de deelnemer;
• de gevallen waarin de overeenkomst voortijdig kan worden ontbonden;
• de wijze waarop de overeenkomst voortijdig kan worden ontbonden.
De deelnemer voert tijdens de BPV werkzaamheden en BPV-opdrachten uit. De BPV-docent kan in samenwerking
met BPV-coördinatie en bedrijfsmentor vervangende opdrachten formuleren en laten uitvoeren, als bepaalde beschreven
opdrachten niet in het bedrijf uitgevoerd kunnen worden. Aan het eind van de BPV-periode vindt in het
bedrijf een beoordelingsgesprek plaats (deelnemer, bedrijfsmentor en BPV-docent). Tijdens het gesprek vindt een
terugkoppeling plaats naar de wijze waarop de deelnemer heeft voldaan aan de praktische vaardigheden en opdrachten
(Proeven van Bekwaamheid danwel de Afstudeeropdracht). Op de beoordelings-/ evaluatie-formulieren
kunnen kwalificaties gegeven worden voor de houdingsaspecten en de uitvoering van de werkzaamheden.( eventueel
BPV-verslag) Op grond van voorgaande aspecten in het eindgesprek geeft de BPV-docent het eindoordeel.
Aan de praktijk is niet voldaan als:
- Eén of meerdere Proeven van Bekwaamheid of de afstudeeropdracht met een onvoldoende is/zijn
beoordeeld;
- Het eindbeoordelingsformulier van de BPV met een onvoldoende is beoordeeld.
- De BPV-uit houdingsaspecten blijkt dat de deelnemer nog niet geschikt is voor de gekozen kwalificatie.
7.2 DE VERWACHTINGEN TEN AANZIEN VAN HET BPV-BEDRIJF
Van het BPV-bedrijf wordt verwacht, dat het de deelnemer in de gelegenheid stelt inzicht te verkrijgen in die werkzaamheden
die specifiek zijn voor de opleiding van de deelnemer. Het is gewenst dat het bedrijf een ervaren en deskundig
medewerker aanwijst als mentor. Tijdens de BPV kan de deelnemer zich met alle vragen en problemen wenden
tot deze mentor. De mentor bepaalt, in overleg met de BPV-docent, de opdrachten die uitgevoerd moeten worden
m.b.t. de Proeve(n) van Bekwaamheid of de afstudeeropdracht. De praktijkdocent van het ICT College zal regelmatig
contact onderhouden met de mentor en de BPV-deelnemer. Indien zich bijzonderheden voordoen kan de
mentor zelf het initiatief nemen om één of meer extra afspraken te maken met de praktijkdocent.
7.3 BPV-OPDRACHTEN.
Voor inzage in de BPV-opdrachten wordt verwezen naar het speciale BPV-werkboek. Dit werkboek wordt uitgereikt
aan betrokken leerlingen en alle medewerkers van de ICT afdeling. Het werkboek ligt voor een ieder ter inzage
bij de teamcoördinator en BPV-coördinator.
Studiegids ICT Almelo Cohort 2012 Niveau 2, 3 en 4 37