Gemeentelijke gronduitgifteprijzen; snel omhoog en maar langzaam omlaag?!
Gemeentelijke gronduitgifteprijzen; snel omhoog en maar langzaam omlaag?!
Gemeentelijke gronduitgifteprijzen; snel omhoog en maar langzaam omlaag?!
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Geme<strong>en</strong>telijke</strong><br />
<strong>gronduitgifteprijz<strong>en</strong></strong>;<br />
<strong>snel</strong> <strong>omhoog</strong> <strong>en</strong> <strong>maar</strong><br />
<strong>langzaam</strong> <strong>omlaag</strong>?!<br />
in B&G 2013 nummer 1 betoogt Friso de Zeeuw dat de grond(uitgifte)prijz<strong>en</strong> minimaal<br />
30 proc<strong>en</strong>t (<strong>maar</strong> vaak aanzi<strong>en</strong>lijk meer) zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> dal<strong>en</strong>. Het gaat dan om de<br />
uitgifteprijz<strong>en</strong> voor bouwrijpe kavels t<strong>en</strong> behoeve van woningbouw. Dit gelet op de<br />
vrij-op-naam-prijsdaling van woning<strong>en</strong> van ruim 15 proc<strong>en</strong>t sinds 2008 <strong>en</strong> de residuele<br />
methodiek voor grondprijsberek<strong>en</strong>ing. Alle<strong>en</strong> op die manier prijst e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>telijk<br />
grondbedrijf zich weer de markt in. Waarom verlag<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> dan niet op grote<br />
schaal hun grondprijz<strong>en</strong>? in dit artikel zes argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit de praktijk met e<strong>en</strong> beetje<br />
theoretische achtergrond.<br />
Door Maurice Sch<strong>en</strong>k <strong>en</strong> Frank t<strong>en</strong> Have*<br />
34
Van 1985 tot 2008 zijn de woningprijz<strong>en</strong><br />
vier<strong>en</strong>half keer over de kop gegaan <strong>en</strong> de<br />
grondprijz<strong>en</strong> zev<strong>en</strong> keer (zie “Financiële<br />
effect<strong>en</strong> crisis bij geme<strong>en</strong>telijke grondbedrijv<strong>en</strong>”,<br />
september 2010). De vrij-opnaam-prijz<strong>en</strong><br />
zijn inmiddels landelijk sinds<br />
2008 flink gezakt. Ook de stichtingskost<strong>en</strong><br />
(bouwkost<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijkom<strong>en</strong>de kost<strong>en</strong>) staan<br />
door de marktontwikkeling<strong>en</strong> onder druk<br />
door de margevermindering <strong>en</strong> faalkost<strong>en</strong>reductie.<br />
Dal<strong>en</strong> de grondprijz<strong>en</strong> nu ook<br />
sinds 2008? Daar is nog weinig landelijke,<br />
feitelijke informatie over beschikbaar. Naar<br />
onze m<strong>en</strong>ing, mede gebaseerd op vele<br />
incid<strong>en</strong>tele waarneming<strong>en</strong>, nog slechts<br />
met mate <strong>en</strong> <strong>langzaam</strong>, omdat hier voor<br />
geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> onder andere sprake is van e<strong>en</strong><br />
‘prisoners dilemma’.<br />
Ev<strong>en</strong>wichtsprijs<br />
Eerst e<strong>en</strong> stukje theoretische achtergrond.<br />
Gedacht kan word<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> ‘invisible<br />
hand’ die op de vastgoedmarkt vraag <strong>en</strong><br />
aanbod als vanzelf op elkaar afstemt.<br />
Wanneer vraag <strong>en</strong> aanbod e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wicht<br />
bereik<strong>en</strong>, ontstaat e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wichtsprijs. En<br />
daarvan afgeleid e<strong>en</strong> nieuwe grondprijs.<br />
Voor vastgoed is er e<strong>en</strong> probleem. Het<br />
bestaande aanbod (ruim 7 miljo<strong>en</strong> woning<strong>en</strong>)<br />
is statisch <strong>en</strong> kan zich niet <strong>snel</strong> voeg<strong>en</strong><br />
naar e<strong>en</strong> veranderde vraag. reductie<br />
van het nieuwe planaanbod heeft e<strong>en</strong><br />
lange ‘remweg’ gezi<strong>en</strong> alle sted<strong>en</strong>bouwkundige<br />
procedures <strong>en</strong> reeds gedane<br />
investering<strong>en</strong>. Met name het reducer<strong>en</strong><br />
van planaanbod van private partij<strong>en</strong>, dat al<br />
vastligt in bestemmingsplann<strong>en</strong> of zelfs in<br />
bouwaanvrag<strong>en</strong>, kan niet op korte termijn<br />
zonder risico’s van juridische problem<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> mogelijke financiële schade. E<strong>en</strong> daling<br />
van de vraag leidt dan in eerste instantie<br />
direct tot e<strong>en</strong> prijsdaling <strong>en</strong> pas op langere<br />
termijn, na aanpassing<strong>en</strong> in het aanbod,<br />
tot <strong>en</strong>ig prijsherstel. Dit is weergegev<strong>en</strong><br />
in figuur 1.<br />
Zuiver rationeel handel<strong>en</strong>d zou m<strong>en</strong> op<br />
basis van deze theorie direct de huidige<br />
prijsdaling in het vastgoed herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
daarop de grondprijs aanpass<strong>en</strong>. Gemiddeld<br />
g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in ieder geval voor bijvoorbeeld<br />
de categorie dure woning<strong>en</strong> of kantor<strong>en</strong>.<br />
En dan nog e<strong>en</strong>s versterkt door de<br />
hefboomwerking op de grondprijs, veroorzaakt<br />
door het residueel rek<strong>en</strong><strong>en</strong>. in de<br />
praktijk wordt echter vaak aansluiting<br />
gezocht bij e<strong>en</strong> langjarig gemiddelde uit<br />
het verled<strong>en</strong>; het bevriez<strong>en</strong> van de grondprijz<strong>en</strong>.<br />
Waarmee dan beoogd wordt<br />
de prijsaanpassing, die zich op lange termijn<br />
naar verwachting weer zal voordo<strong>en</strong>,<br />
op dit mom<strong>en</strong>t al als uitgangspunt te<br />
nem<strong>en</strong>. Dan wordt niet goed ingespeeld<br />
op de lagere prijz<strong>en</strong> in de huidige markt <strong>en</strong><br />
dat remt dus de uitgifte.<br />
Nieuwbouw<br />
Maar is het wel zo dat de algem<strong>en</strong>e prijsdaling<br />
in het (bestaande) vastgoed direct<br />
z’n effect heeft op nieuwbouw? Kan e<strong>en</strong><br />
aantrekkelijke nieuwe woning niet e<strong>en</strong><br />
meerwaarde verteg<strong>en</strong>woordig<strong>en</strong> voor de<br />
consum<strong>en</strong>t, zodat aanpassing<strong>en</strong> van de<br />
grondprijs minder noodzakelijk zijn? Daarbij<br />
is niet alle<strong>en</strong> te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de kwaliteit<br />
van de woning (zowel bouwkundig als<br />
architectonisch) <strong>maar</strong> ook aan duurzaamheid,<br />
ligging, nabijheid van voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />
etc. Waar in het verled<strong>en</strong> nieuwbouw<br />
soms net iets goedkoper was dan bestaande<br />
bouw (in verband met additionele<br />
investering<strong>en</strong> in de woningstoffering, tuin,<br />
etc.), zou het kunn<strong>en</strong> zijn dat nieuwbouw<br />
inmiddels iets duurder is geword<strong>en</strong> dan<br />
bestaande bouw, waar echter wel financiele<br />
voordel<strong>en</strong> in (toekomstig) onderhoud<br />
<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergielast<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over staan.<br />
Prijs<br />
P<br />
P3<br />
P2<br />
P1<br />
Ah<br />
V1<br />
V<br />
Akort<br />
Alang<br />
Hoeveelheid gevraagde <strong>en</strong><br />
aangebod<strong>en</strong> e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />
Figuur 1 Aanpassing van het aanbod verdeeld<br />
naar drie tijdvakk<strong>en</strong> (bron: Harvey<br />
& Jowsey, 2006. p.45, bewerking auteurs)<br />
toelichting:<br />
Het aanbod van vastgoed kan op korte<br />
termijn niet aangepast word<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />
verandering in de vraag. De prijs van vastgoed<br />
schiet daarom eerst <strong>omlaag</strong> als de<br />
vraag afneemt <strong>en</strong> zal op langere termijn<br />
stijg<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> nieuw ev<strong>en</strong>wicht. Ah =<br />
huidig aanbod, Akort = aanbod op korte<br />
termijn <strong>en</strong> Alang = aanbod op lange termijn.<br />
Bij e<strong>en</strong> afname in de vraag V, naar V1 zal de<br />
prijs beweg<strong>en</strong> van p, via p1 <strong>en</strong> p2 naar p3.<br />
B&G MAArt/April 2013 35
<strong>Geme<strong>en</strong>telijke</strong> <strong>gronduitgifteprijz<strong>en</strong></strong><br />
Vanuit de consum<strong>en</strong>t gered<strong>en</strong>eerd: die kan<br />
slechts e<strong>en</strong> maximaal bedrag financier<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> voor dat maximale bedrag krijgt hij<br />
door bijvoorbeeld de 21 proc<strong>en</strong>t btw bij<br />
nieuwbouw minder woning dan bij<br />
bestaande bouw, met slechts 2 proc<strong>en</strong>t<br />
overdrachtsbelasting. De vraag is of <strong>en</strong> in<br />
hoeverre de consum<strong>en</strong>t zich bij de aanschaf<br />
van de woning laat leid<strong>en</strong> door de<br />
‘life-cycle costs’ (dus de toekomstige<br />
onderhouds- <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergielast<strong>en</strong> meerek<strong>en</strong>t).<br />
De grondprijs is<br />
uiteindelijk onderhevig<br />
aan de prijsontwikkeling<br />
in de bestaande bouw.<br />
los daarvan is het ook nog de vraag of <strong>en</strong><br />
in hoeverre financiers dat do<strong>en</strong>. Dat e<strong>en</strong><br />
woning iets duurder is in de aanschaf met<br />
structureel lagere <strong>en</strong>ergielast<strong>en</strong> telt bij de<br />
financieringsverstrekking nog niet erg<br />
mee. Dus al zou de consum<strong>en</strong>t daar al wel<br />
rek<strong>en</strong>ing mee houd<strong>en</strong>, in zijn financieringsmogelijkhed<strong>en</strong><br />
telt dat niet direct mee.<br />
Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> heeft de prijsontwikkeling van<br />
de bestaande voorraad, door zijn <strong>en</strong>orme<br />
omvang t<strong>en</strong> opzichte van de nieuwbouw<br />
(jaarlijks minder dan 1 proc<strong>en</strong>t toevoeging<br />
door nieuwbouw aan de bestaande voorraad),<br />
e<strong>en</strong> dominante invloed op de prijsvorming,<br />
ook van nieuwbouw. Daarmee is<br />
ook de grondprijs uiteindelijk hoe dan ook<br />
onderhevig aan de prijsontwikkeling in de<br />
Vraag naar huiz<strong>en</strong> (bepaald<br />
door inkom<strong>en</strong>, smaak etc).<br />
Het Geme<strong>en</strong>tefonds, zo’n 17 miljard euro op jaarbasis, wordt<br />
verdeeld aan de hand van zog<strong>en</strong>aamde objectieve verdeelmaatstav<strong>en</strong><br />
die zijn vastgelegd in de Financiële Verhoudingswet<br />
(FVW, artikel 8). Het fonds groeit of krimpt mee met de nettorijksuitgav<strong>en</strong>.<br />
Het rijk stelt over ieder uitkeringsjaar de algem<strong>en</strong>e<br />
uitkering aan de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vast. Daartoe wordt het voor de<br />
algem<strong>en</strong>e uitkering<strong>en</strong> beschikbare bedrag onder de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
verdeeld naar rato van de uitkeringsbases (art. 10 FVW).<br />
Vervolg<strong>en</strong>s wordt e<strong>en</strong> correctie toegepast die is gebaseerd op de<br />
belastingcapaciteit van de geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ter zake van de onroer<strong>en</strong>de<br />
zaakbelasting<strong>en</strong> (OZB). in 2012 is -/- 0,000963 vastgesteld als<br />
gewicht voor de verdeling van de algem<strong>en</strong>e uitkering (‘waarde<br />
woning<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aar’). Dit betek<strong>en</strong>t dat wanneer de WOZ-waarde<br />
van woning<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te met 40 miljo<strong>en</strong> euro groeit,<br />
bijvoorbeeld door nieuwbouw, deze geme<strong>en</strong>te 38.520 euro<br />
36<br />
bestaande bouw. Figuur 2 maakt duidelijk<br />
hoe dit zit.<br />
Overig<strong>en</strong>s k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>staande economische<br />
b<strong>en</strong>adering<strong>en</strong> nog wel de nodige<br />
beperking<strong>en</strong>. De vastgoedmarkt is e<strong>en</strong><br />
markt in recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de waarde van die<br />
recht<strong>en</strong> wordt in grote mate bepaald door<br />
de overheid. D<strong>en</strong>k aan bestemmingsplanregels,<br />
bouwregelgeving of de hiervoor<br />
g<strong>en</strong>oemde fiscale regimes. prijsontwikkeling<br />
in het vastgoed is sterk afhankelijk van<br />
deze regels <strong>en</strong> hoe die zich ontwikkel<strong>en</strong> is<br />
afhankelijk van politieke voorkeur<strong>en</strong>. Die<br />
lat<strong>en</strong> zich niet zo makkelijk voorspell<strong>en</strong>.<br />
Zeld<strong>en</strong> verlaging grondprijs<br />
Wat wij wel voorspell<strong>en</strong> is dat geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
slechts <strong>langzaam</strong> <strong>en</strong> in beperkte mate tot<br />
Vraag<br />
Prijs van huiz<strong>en</strong> bepaalt het<br />
aantal huiz<strong>en</strong> dat winstgev<strong>en</strong>d<br />
gebouwd kan word<strong>en</strong><br />
Bepaalt de vraag naar, <strong>en</strong><br />
prijz<strong>en</strong> van bouwgrond.<br />
Competitie tuss<strong>en</strong><br />
ontwikkelaars zorgt ervoor dat<br />
iedere excessieve winst terecht<br />
komt bij verkopers van ruwe<br />
grond <strong>en</strong>/of bouwgrond in de<br />
vorm van hogere grondprijz<strong>en</strong>.<br />
Bestaand huiz<strong>en</strong>aanbod<br />
Aanbod<br />
Netto jaarlijkse<br />
toevoeging<br />
nieuwbouwwoning<strong>en</strong><br />
Figuur 2 Dominante invloed van de bestaande<br />
voorraad vastgoed op de prijsvorming van<br />
vastgoed <strong>en</strong> grond. (bron: Harvey & Jowsey,<br />
2006. pag.47, bewerking auteurs)<br />
aanpassing van de grondprijs zull<strong>en</strong> overgaan,<br />
ondanks dat daarvoor g<strong>en</strong>oeg aanleiding<br />
lijkt te bestaan. Daarvoor zi<strong>en</strong> wij<br />
zes praktische overweging<strong>en</strong> die daarbij<br />
e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>.<br />
Als eerste argum<strong>en</strong>t geldt dat verlaging<br />
van de grondprijz<strong>en</strong> niet leidt tot direct<br />
aantrekk<strong>en</strong> van de bouwproductie. E<strong>en</strong><br />
grondprijsverlaging van circa 10 proc<strong>en</strong>t<br />
leidt, in e<strong>en</strong> zuiver residuele berek<strong>en</strong>ing,<br />
immers slechts tot e<strong>en</strong> circa 2 tot 3 proc<strong>en</strong>t<br />
lagere woningprijs. Daarmee wordt<br />
die woning niet ope<strong>en</strong>s verkocht. We zi<strong>en</strong><br />
dat geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich eerder richt<strong>en</strong> op<br />
financieringsarrangem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om de vraag<br />
te stimuler<strong>en</strong> (erfpacht, startersl<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>)<br />
dan de grondprijs hiervoor als instrum<strong>en</strong>t<br />
te gebruik<strong>en</strong>.<br />
Als tweede argum<strong>en</strong>t kunn<strong>en</strong> we noem<strong>en</strong><br />
dat het op voorhand verlag<strong>en</strong> van de<br />
grondprijz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> deel van de onderhandelingsruimte<br />
naar bouwers/ontwikkelaars<br />
wegneemt. Verlaging kan e<strong>en</strong> uitkomst<br />
zijn, <strong>en</strong> is dat in de praktijk ook absoluut in<br />
project<strong>en</strong>, <strong>maar</strong> wordt niet op voorhand al<br />
formeel <strong>en</strong> op<strong>en</strong>baar gecommuniceerd.<br />
Geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> will<strong>en</strong> immers druk houd<strong>en</strong><br />
op de bouwers/ontwikkelaars om (ook) de<br />
stichtingskost<strong>en</strong> (verder) te reducer<strong>en</strong>.<br />
t<strong>en</strong> derde ontbreekt het aan e<strong>en</strong> regionale<br />
regie over grondprijz<strong>en</strong> <strong>en</strong> grondprijssystematiek,<br />
waardoor de angst bestaat dat<br />
als er één geme<strong>en</strong>te k<strong>en</strong>baar maakt zijn<br />
grondprijz<strong>en</strong> te verlag<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> regionale<br />
minder uit het Geme<strong>en</strong>tefonds ontvangt op jaarbasis.<br />
Daarteg<strong>en</strong>over staat dan de door de geme<strong>en</strong>te te ontvang<strong>en</strong> extra<br />
OZB-opbr<strong>en</strong>gst die afhankelijk is van het door de geme<strong>en</strong>te zelf<br />
vastgestelde tarief. Uitgaande van de OZB voor woning<strong>en</strong>,<br />
gemiddeld tarief 2012 van 0,10752 proc<strong>en</strong>t (bron COElO 2012 p. 8)<br />
zou e<strong>en</strong> verhoogde WOZ-waarde van 40 miljo<strong>en</strong> euro zorg<strong>en</strong> voor<br />
43.008 euro extra OZB-inkomst<strong>en</strong>. per saldo dus <strong>maar</strong> zo’n 4.488<br />
euro extra inkomst<strong>en</strong> op 40 miljo<strong>en</strong> euro extra WOZ-waarde. Dit<br />
levert dus nauwelijks e<strong>en</strong> financiële prikkel om het effect van<br />
lagere grondprijz<strong>en</strong> te comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>. En geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> OZB<br />
voor woning<strong>en</strong> van minder dan circa 0,09 proc<strong>en</strong>t (e<strong>en</strong> lager tarief<br />
dan het rek<strong>en</strong>tarief) legg<strong>en</strong> zelfs toe op nieuwbouw. Overig<strong>en</strong>s is<br />
het wel zo dat er nog e<strong>en</strong> effect op de uitkeringsfactor is door het<br />
effect van meer inwoners <strong>en</strong> meer woning<strong>en</strong>.
ace-to-the-bottom kan optred<strong>en</strong>. Op dit<br />
mom<strong>en</strong>t onderzoek<strong>en</strong> wij, mede in<br />
opdracht van het Actieteam regionaal<br />
Grondbeleid, e<strong>en</strong> aantal regio’s om te<br />
constater<strong>en</strong> of <strong>en</strong> in hoeverre er sprake is<br />
van regionale afstemming, zowel in programmering<br />
<strong>en</strong> planning als prijsvorming.<br />
Belangrijke notie daarbij is dat geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />
veel vaker veronderstell<strong>en</strong> dat er sprake is<br />
van e<strong>en</strong> regionale woningmarkt <strong>en</strong> regionale<br />
concurr<strong>en</strong>tie dan in werkelijkheid het<br />
geval is.<br />
Daarnaast ontbrek<strong>en</strong> financiële prikkels bij<br />
geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> verminderde grondopbr<strong>en</strong>gst<br />
kan comp<strong>en</strong>ser<strong>en</strong>. Zo bestaat in<br />
het buit<strong>en</strong>land het instrum<strong>en</strong>t van tax<br />
increm<strong>en</strong>t Financing, waarbij de additionele<br />
toekomstige opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> uit lokale<br />
belasting<strong>en</strong> (OZB, parker<strong>en</strong>, etc.) door de<br />
nieuwe gebiedsontwikkeling<strong>en</strong>, word<strong>en</strong><br />
ingezet als dekkingsmiddel voor tekort<strong>en</strong><br />
in de business case. in de Nederlandse verhouding<strong>en</strong><br />
is dat überhaupt ge<strong>en</strong> optie,<br />
omdat het leeuw<strong>en</strong>deel van de extra OZBopbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong><br />
wordt afgeroomd via het<br />
Geme<strong>en</strong>tefonds. Overig<strong>en</strong>s blijft het ook<br />
zonder die afroming de vraag of dit soort<br />
toekomstige opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> al kan word<strong>en</strong><br />
ingerek<strong>en</strong>d in de business case <strong>en</strong> of deze<br />
Verlaging van de<br />
grondprijz<strong>en</strong> leidt niet<br />
direct tot aantrekk<strong>en</strong><br />
van de bouwproductie.<br />
E<strong>en</strong> bouwproject in leidsch<strong>en</strong>dam (c<strong>en</strong>trumproject) kwam door de krimp<strong>en</strong>de<br />
woningmarkt onder druk te staan. Daardoor verlaagde het publiek-private<br />
sam<strong>en</strong>werkingsverband (geme<strong>en</strong>te plus consortium van ontwikkelaars) de eerder<br />
overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> verkoopprijs van de grond <strong>en</strong> schold ook bepaalde bedrag<strong>en</strong><br />
kwijt voor het consortium. Deze maatregel<strong>en</strong> leverd<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de Europese<br />
Commissie e<strong>en</strong> duidelijk voordeel op voor het consortium, iets wat onder normale<br />
omstandighed<strong>en</strong> nooit had gekund, aldus Brussel. Zo nam de geme<strong>en</strong>te het<br />
risico van e<strong>en</strong> krimp<strong>en</strong>de woningmarkt over, terwijl het consortium dit risico<br />
had moet<strong>en</strong> drag<strong>en</strong>, me<strong>en</strong>t de commissie. Daarbij komt dat leidsch<strong>en</strong>dam ‘ge<strong>en</strong><br />
stedelijk achterstandsgebied is dat te lijd<strong>en</strong> heeft van marktfal<strong>en</strong>’. Sterker nog,<br />
er war<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de commissie ook nog andere gegadigd<strong>en</strong> om het project uit te<br />
voer<strong>en</strong>. ‘De steun was dus niet nodig om het project gerealiseerd te krijg<strong>en</strong>.’ Het<br />
consortium zal de ontvang<strong>en</strong> 6,9 miljo<strong>en</strong> euro met r<strong>en</strong>te moet<strong>en</strong> terugbetal<strong>en</strong>,<br />
aldus Brussel.<br />
opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> niet veeleer nodig zijn voor<br />
de structurele beheerkost<strong>en</strong> van het op<strong>en</strong>bare<br />
gebied.<br />
Als vijfde argum<strong>en</strong>t geldt dat e<strong>en</strong> ‘officiële’<br />
neerwaartse bijstelling van de grondprijz<strong>en</strong><br />
flinke financiële consequ<strong>en</strong>ties kan hebb<strong>en</strong>.<br />
in onze rapportage over de financiële<br />
effect<strong>en</strong> van de vastgoedcrisis (Update<br />
2012) hebb<strong>en</strong> we aangegev<strong>en</strong> dat er nog<br />
circa 33 miljard euro aan nog te realiser<strong>en</strong><br />
grondopbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>telijke<br />
grondexploitaties is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />
verlaging van de grondprijs zou ceteris<br />
paribus e<strong>en</strong> financieel effect kunn<strong>en</strong><br />
hebb<strong>en</strong> van <strong>en</strong>ige miljard<strong>en</strong>. Niet iedere<br />
geme<strong>en</strong>te kan dat individuele effect<br />
drag<strong>en</strong> vanuit reserves of andere financiele<br />
buffers. Daarom wordt vaak wel in de<br />
risicoparagraaf rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met het<br />
mogelijke effect van lagere grondprijz<strong>en</strong>,<br />
<strong>maar</strong> wordt dit niet op voorhand al als<br />
uitgangspunt in het grondprijsbeleid <strong>en</strong><br />
de grondexploitaties opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />
tot slot nog het argum<strong>en</strong>t van de staatssteun<br />
bij verlaging van de grondprijs richting<br />
bijvoorbeeld projectontwikkelaars of<br />
woningcorporaties. Vaak wordt het argum<strong>en</strong>t<br />
van staatssteun weggewuifd als<br />
koudwatervrees. rec<strong>en</strong>t is er echter e<strong>en</strong><br />
uitspraak van de Europese Commissie (23<br />
januari 2013) dat e<strong>en</strong> grondprijsverlaging<br />
door e<strong>en</strong> publiek-private sam<strong>en</strong>werking<br />
(waarin de geme<strong>en</strong>te participeert) aan<br />
e<strong>en</strong> consortium van ontwikkelaars in e<strong>en</strong><br />
specifiek project gezi<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> als<br />
staatssteun <strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> bedrag van 6,9<br />
miljo<strong>en</strong> euro moet word<strong>en</strong> teruggevorderd.<br />
Dat laat uiteraard onverlet dat bij<br />
e<strong>en</strong> g<strong>en</strong>erieke verlaging van de grondprijs<br />
dit argum<strong>en</strong>t niet kan geld<strong>en</strong>.<br />
Zes red<strong>en</strong><strong>en</strong> die verklar<strong>en</strong> waardoor de<br />
grondprijz<strong>en</strong> op dit mom<strong>en</strong>t niet <strong>snel</strong>ler<br />
dal<strong>en</strong>. Dat deze prijz<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />
dal<strong>en</strong> lijkt evid<strong>en</strong>t, naarmate de vrij-opnaam-prijz<strong>en</strong><br />
blijv<strong>en</strong> zakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> we de<br />
kwaliteit van de woning<strong>en</strong> will<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />
moet<strong>en</strong> handhav<strong>en</strong>. Er is immers sprake<br />
van communicer<strong>en</strong>de vat<strong>en</strong>. Dat deze<br />
daling mondjesmaat <strong>en</strong> met <strong>en</strong>ige<br />
teg<strong>en</strong>zin plaatsvindt, is ge<strong>en</strong> verrassing.<br />
toch zou ook hier wellicht e<strong>en</strong> korte<br />
schrik beter zijn dan e<strong>en</strong> lange twijfel.<br />
* De auteurs zijn werkzaam bij Deloitte real<br />
Estate Advisory<br />
Literatuur<br />
Harvey, J. & Jowsey, E. (2006), Urban land<br />
Economics. Hampshire (UK), New York<br />
(USA) : palgrave Macmillan (zesde druk, 1e<br />
druk uit 1981).<br />
Allers M.A. & Hoeb<strong>en</strong>, C. (2012). Kerngegev<strong>en</strong>s<br />
belasting<strong>en</strong> grote geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Groning<strong>en</strong>:<br />
rijksuniversiteit, C<strong>en</strong>trum voor Onderzoek<br />
van de Economie van de lagere<br />
Overhed<strong>en</strong> (COElO).<br />
Deloitte real Estate Advisory, (2010), Financiële<br />
effect<strong>en</strong> crisis bij geme<strong>en</strong>telijke grondbedrijv<strong>en</strong>.<br />
Onderzoek in opdracht van de<br />
ministeries van BZK, i&M <strong>en</strong> de VNG. idem<br />
update 2011 <strong>en</strong> 2012.<br />
B&G MAArt/April 2013 37