02.05.2013 Views

BEGROTINGSMAATREGELEN - De Muynck & Partners

BEGROTINGSMAATREGELEN - De Muynck & Partners

BEGROTINGSMAATREGELEN - De Muynck & Partners

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>BEGROTINGSMAATREGELEN</strong><br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA<br />

Beke 185 – 9950 Waarschoot<br />

Tel 09/3724242<br />

Fax 09/3724141<br />

info@demuynck-partners.be<br />

www.demuynck-partners.be<br />

Sprekers Koen <strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & Wim <strong>De</strong> Roo<br />

Donderdag 26/01/2012 – 02/02/2012


Inhoudstafel<br />

I. Roerende inkomsten (spreker: Koen <strong>De</strong> <strong>Muynck</strong>)<br />

II. Opheffing bankgeheim (spreker: Wim <strong>De</strong> Roo)<br />

III. Voordelen van alle aard (spreker: Koen <strong>De</strong> <strong>Muynck</strong>)<br />

IV. BTW op werkelijk gebruik (spreker: Wim <strong>De</strong> Roo)<br />

V. Andere begrotingsmaatregelen (spreker Wim <strong>De</strong> Roo)<br />

VI. Bijzondere aanslag 309 % (spreker Koen <strong>De</strong> <strong>Muynck</strong>)<br />

VII. Besluit seminarie begrotingsmaatregelen<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 1


I. ROERENDE INKOMSTEN (op financiële producten)<br />

Roerende voorheffing: 5 tarieven<br />

0 % Op de eerste 1.830,00 € op een gewoon spaarboekje (per persoon).<br />

10 % Op de liquidatiebonus en scheidingsaandeel.<br />

15 % Op de intresten boven 1.830,00 € op een gewoon spaarboekje.<br />

Op de staatsbon uitgegeven op 24/11/2011 en waarop ingeschreven tussen 24/11 en<br />

02/12/2011 (<strong>De</strong> staatsbon Leterme).<br />

21 % Op andere intresten dan deze op een spaarboekje.<br />

Op dividenden welke voorheen à 15 % werden onderworpen (KB15 + oprichting<br />

01/01/1994.<br />

Op inkoop-boni (bij inkoop van eigen aandelen door de vennootschap.<br />

(Dus stijging van 40 %)<br />

25 % Op intresten welke voorheen reeds à 25 % werden belast (Beveks zonder omdeling).<br />

Op dividenden welke voorheen à 25 % werden onderworpen.<br />

Bijkomende heffing 4 % op roerende inkomsten boven 20.000,00 € (per persoon)<br />

Dit is een nieuwe belasting welke geheven wordt op de intresten en dividenden die onderworpen zijn<br />

aan de roerende voorheffing van 21 %. (Waardoor het tarief desgevallend 25 % wordt of een stijging<br />

van 67 %)<br />

Berekeningsbasis van de grens van 20.000,00 € roerende intresten.<br />

Uit de 15 % rij (hierboven): de intresten boven 1.830,00 € op een gewoon spaarboekje.<br />

Uit de 21 % rij (hierboven): de andere intresten dan deze van een gewoon spaarboekje<br />

de dividenden<br />

Uit de 25 % rij (hierboven): de intresten<br />

de dividenden<br />

Voorbeeld<br />

Intrest uit het gewone spaarboek:<br />

2,5 % op 123.200,00 = 3.080,00 à 0 % - 1.830,00 = à 15 %: 1.250,00 basis<br />

Intrest op rekening courant vennootschap<br />

8,5 % op 225.000,00 = à 21 %: 19.125,00 basis<br />

Totale basis: 1.250,00 +19.125,00 = 20.375,00 dus boven de grens van 20.000,00.<br />

Op 375,00 € van de 19.125,00 € intrest op rekening-courant wordt 4 % bijkomende heffing<br />

toegepast.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 2


<strong>De</strong> basis wordt berekend per persoon, maar met inachtname van het huwelijksvermogensrecht.<br />

Voorbeeld<br />

Echtpaar: 39.000,00 € intresten en dividenden uit gemeenschappelijk vermogen: geen bijkomende<br />

heffing (lager dan 2 x 20.000,00)<br />

Echtpaar: man 10.000,00 €; vrouw 30.000,00 €: de vrouw zal bijkomende heffing betalen op<br />

10.000,00 €.<br />

Oefeningen: is de 20.000,00-grens overschreden en zoja met hoeveel?<br />

Is er bijkomende heffing en zoja op welk bedrag?<br />

1) Ontvangen intrest spaarboek 0 % 1.830,00<br />

Ontvangen intrest spaarboek 15 % 7.000,00<br />

Dividend van uw vennootschap 21 % 18.000,00<br />

OPLOSSING<br />

Basis: 7.000,00 + 18.000,00 = 25.000,00<br />

Bijkomende heffing op 5.000,00 van de 18.000,00 dividend<br />

2) Ontvangen intrest spaarboek 0 % 1.830,00<br />

Ontvangen intrest spaarboek 15 % 19.000,00<br />

Dividend van uw vennootschap 21 % 1.000,00<br />

Dividend van <strong>De</strong>xia 25 % 2.000,00<br />

OPLOSSING<br />

Basis: 19.000,00 + 1.000,00 + 2.000,00 = 22.000,00<br />

Bijkomende heffing op 2.000,00 maar beperkt op 1.000,00 (inkomsten à 21 %)<br />

3) Ontvangen intrest spaarboek 0 % 1.830,00<br />

Ontvangen intrest spaarboek 15 % 2.000,00<br />

Ontvangen intrest staatsbon 15 % 19.000,00<br />

Dividend van uw vennootschap 21 % 5.000,00<br />

Dividend van Ter Beke 25 % 16.000,00<br />

OPLOSSING<br />

Basis: 2.000,00 + 5.000,00 + 16.000,00 = 23.000,00<br />

Bijkomende heffing op 3.000,00 (deel van inkomsten à 21 % blijft buiten schot)<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 3


Wijze van inning van de roerende voorheffing en bijkomende heffing:<br />

Tot en met 2011: roerende inkomsten waarop roerende voorheffing was ingehouden door de<br />

uitbetalende instelling (uw bank, uw vennootschap) worden niet in de belastingaangifte opgenomen.<br />

<strong>De</strong> roerende voorheffing was ook de definitieve belasting. (Bevrijdende roerende voorheffing)<br />

Vanaf 2012: veralgemeende aangifteplicht:<br />

<strong>De</strong> roerende voorheffing van 10 – 15 – 21 of 25 % wordt ingehouden aan de bron, de bijkomende<br />

heffing van 4 % op de inkomsten van 21 % niet, omdat men bij de uitbetaling niet weet of de grens<br />

van 20.000,00 € wordt bereikt. <strong>De</strong> verschuldigdheid van de bijkomende heffing van 4 % zal moeten<br />

blijken uit de aangifte in de personenbelasting.<br />

Alle roerende inkomsten, niet alleen van dividenden en intresten, maar ook van de niet-financiële<br />

producten zoals lijfrenten, auteursrechten en verhuring van roerende goederen, dienen voortaan te<br />

worden aangegeven in de belastingaangifte personenbelasting.<br />

Uitzondering: indien u aan de bank toelating geeft om op alle intresten en dividenden welke vallen<br />

onder 21 % roerende voorheffing, onmiddellijk aan de bron 4 % bijkomende heffing in te houden.<br />

(Zonder te berekenen of men de grens van 20.000,00 € overschrijdt en met inhouding op elke euro<br />

en niet alleen op deze boven 20.000,00 €)<br />

Vanaf 2012: meldplicht:<br />

<strong>De</strong> bank of een andere schuldenaar van de roerende voorheffing, uw vennootschap bijvoorbeeld,<br />

dient aan een speciaal meldpunt bij de Nationale Bank de identiteit van de genieter en de gegevens<br />

(aard en bedrag)van alle roerende inkomsten onderworpen aan 10 %, 15 %, 21 % en 25 % mee te<br />

delen. Enkel de roerende inkomsten onderworpen à 0 % (de eerste 1.830,00 € op een gewoon<br />

spaarboekje) ontsnappen aan de meldingsplicht.<br />

Het meldpunt bij de Nationale Bank houdt de stand van uw roerende inkomsten bij en geeft, van<br />

zodra de grens van 20.000,00 € overschreden wordt, de gegevens spontaan door aan de fiscus.<br />

Indien de gegevens niet spontaan worden meegedeeld omdat bv. de grens van 20.000,00 € niet<br />

bereikt is, kan de fiscus de gegevens toch opvragen aan de Nationale Bank, maar enkel voor<br />

toepassing van de bijkomende heffing.<br />

Uitzondering: indien u aan de bank toelating geeft om op alle intresten en dividenden welke vallen<br />

onder 21 % roerende voorheffing, onmiddellijk aan de bron 4 % bijkomende heffing in te houden,<br />

vanaf de eerste euro, dus zonder rekening te houden met de grens van 20.000,00€.<br />

<strong>De</strong> teveel ingehouden bijkomende heffing kan dan teruggevraagd worden via de aangifte in de<br />

personenbelasting, maar dan maakt u natuurlijk ook uw roerend vermogen bekend.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 4


II. OPHEFFING BANKGEHEIM<br />

<strong>De</strong> overheden zijn, vooral sinds 09/11 overal in de westerse wereld druk doende om zwartgeld en<br />

witwasoperaties te bestrijden, via bijzondere maatregelen:<br />

- de afschaffing van de aandelen aan toonder, vooral bedoeld om het vermijden van<br />

successierechten onmogelijk te maken,<br />

- de witwaswetgeving met meldingsplicht voor o.a. bankiers, notarissen, advocaten, de normen<br />

voor accountants, enz.,<br />

- de Europese spaarrichtlijn met automatische gegevensuitwisseling of een zware inhouding aan<br />

de bron, zoals Luxemburg waar nu 35 % voorheffing wordt ingehouden.<br />

Afschaffing van het bankgeheim vanaf 01 juli 2011.<br />

Tot 30/06/2011 kon de administratie van de inkomstenbelastingen geen info opvragen bij de<br />

Belgische bank, behalve na het indienen van een bezwaarschrift.<br />

Het registratiekantoor kon wel een bankonderzoek doen (onderzoek successieaangifte),<br />

de BTW- administratie kon evenzeer een bankonderzoek doen (om niet aangegeven omzet te<br />

achterhalen).<br />

<strong>De</strong> administratie van de inkomstenbelasting mocht wel Buitenlandse rekeningen opvragen, indien zij<br />

daar kennis van had.<br />

Ingeval van een strafonderzoek (parket) kunnen steeds alle rekeningen en inlichtingen worden<br />

opgevraagd aan de bank.<br />

<strong>De</strong> fiscus kon enkel rekeninguittreksels van uw beroepsrekeningen opvragen bij u zelf, niet deze van<br />

uw private rekeningen.<br />

Nieuwe regeling vanaf 01 juli 2011.<br />

<strong>De</strong> fiscus mag bij de bank alle inlichtingen vragen:<br />

a) indien er één of meer aanwijzingen zijn van belastingontduiking.<br />

Aanwijzingen zijn (niet limitatief):<br />

- het gebruik van valse facturen;<br />

- het aanhouden van een niet gemelde buitenlandse rekening;<br />

- discordantie tussen de factuur bij de leverancier en deze bij de klant;<br />

- zwartwerk (uitgevoerde werken welke niet in de boekhouding zijn opgenomen);<br />

- zwarte leveringen (leveringen niet in de boekhouding opgenomen);<br />

- door werknemer ondertekende documenten waaruit een hogere vergoeding blijkt<br />

dan uit de boekhouding van de werkgever;<br />

- vaststellingen waarbij de aankopen en verkopen niet corresponderen met de<br />

voorraadwijzigingen tijdens dezelfde periode (onderschatting inventaris);<br />

- vaststelling dat een bankrekeningnummer op documenten wordt vermeld die niet<br />

terug te vinden is in de boekhouding;<br />

- belangrijke discrepantie waarvoor de belastingplichtige geen uitleg kan geven<br />

tussen de uiterlijke tekenen van welstand of het uitgavenpatroon en de gekende<br />

inkomsten.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 5


) indien zij een indiciaire taxatie voorbereidt.<br />

Een indiciair onderzoek (of een onderzoek tekenen en indiciën) gaat na of de bij de fiscus<br />

gekende uitgaven, verantwoord worden door bij de fiscus gekende inkomsten.<br />

<strong>De</strong> indiciaire taxatie is een bewijsmiddel dat de fiscus reeds heel lang heeft maar waar zij niet<br />

bij machte was om het onderzoek volledig te voeren gezien er geen mogelijkheid was de<br />

private bankrekeningen te onderzoeken. (Artikel 341 wib)<br />

c) bij een vraag om bijstand uit het buitenland, in het kader van een dubbelbelastingverdrag,<br />

een overeenkomst met een ander land tot uitwisseling van informatie of van de Europese<br />

bijstandsrichtlijn.<br />

Aangezien de fiscus steeds en bij alle belastingplichtigen een indiciair onderzoek mag voeren, kan zij<br />

m.i. over alle belastingplichtigen inlichtingen vragen bij de bank, ook al is er geen aanwijzing tot<br />

belastingontduiking, noch een vraag om inlichtingen uit het buitenland.<br />

Anderzijds wil men blijkbaar een ongecontroleerde heksenjacht vermijden. Daarom werd een<br />

procedure uitgeschreven die de belastingplichtige nog enigszins beschermt.<br />

1. Vraag om inlichtingen aan de belastingplichtige: de belastingplichtige heeft dan zelf de kans<br />

om te antwoorden, de rekeningen voor te leggen, enz. U heeft 1 maand tijd om te<br />

antwoorden. <strong>De</strong> controleur moet in zijn vraag duidelijk vermelden dat hij bij onvoldoende<br />

antwoord zinnens is om het bankgeheim te doorbreken.<br />

2. Indien u niet of naar zijn oordeel niet voldoende antwoord verstrekt op zijn vragen, dient de<br />

controleur toelating te vragen aan de gewestelijke directeur om de vragen aan de bank te<br />

mogen stellen. <strong>De</strong>ze directeur of zijn aangestelde, moet nagaan of de voorwaarden (a, b of c<br />

hierboven) vervuld zijn.<br />

3. <strong>De</strong> controleur richt een vraag aan het centraal aanspreekpunt bij de Nationale Bank.<br />

Bij dit centraal aanspreekpunt dienen alle banken de identiteit, de nummers van hun<br />

rekeningen en van hun contracten, van al hun klanten mee te delen en dit per 01 juli 2011.<br />

4. Eens de controleur de lijst van alle bankrekeningen heeft ontvangen, mag hij een verzoek<br />

richten aan de banken zelf (om de uittreksels of de stand van de rekeningen op te vragen).<br />

5. Tezelfdertijd als de vraag aan de bank, dient de controleur ook de belastingplichtige<br />

nogmaals in kennis te stellen van de vraag aan de bank, behoudens indien de rechten<br />

van de schatkist in gevaar zouden zijn.<br />

Bij de Nationale Bank zijn al uw bankrekeningen bij alle mogelijke Belgische banken gekend.<br />

Indien u niet afziet van de meldingsplicht bij de aangifte van de roerende inkomsten, zijn al de<br />

inkomsten waarvoor de meldingsplicht geldt eveneens gekend bij de Nationale Bank.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 6


Via het centraal aanspreekpunt zijn alle bankrekeningen van alle Belgen gekend bij de Nationale<br />

Bank.<br />

Via het meldpunt van de roerende inkomsten zijn de roerende inkomsten ook gekend bij de<br />

Nationale Bank.<br />

Enkel de standen van uw bankrekeningen zijn nog niet automatisch gekend, maar deze kunnen<br />

opgevraagd worden.<br />

Een geheim is geheim, een beetje geheim bestaat niet, naar mijn aanvoelen is het bankgeheim dus<br />

afgeschaft.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 7


III. VOORDELEN VAN ALLE AARD<br />

Wat is een voordeel van alle aard en welk regime ondergaat een voordeel van alle aard?<br />

Een voordeel van alle aard is een bezoldiging, een loon dat u ontvangt in natura. Er wordt geen geld<br />

uitbetaald, maar men krijgt gratis of tegen een vergoeding die de werkelijke kost niet dekt,<br />

bedrijfsmiddelen van de vennootschap ter beschikking voor privaat gebruik.<br />

Voorbeelden:<br />

- gratis gebruik van een GSM van de vennootschap;<br />

- een lage, niet marktconforme huur betalen voor het bewonen van een villa van de<br />

vennootschap;<br />

- de elektriciteit en de verwarming van uw private woning wordt door de vennootschap<br />

betaald;<br />

- u gebruikt geld van de vennootschap voor private doeleinden (rekening-courant).<br />

Daar een voordeel van alle aard gelijk is aan een loon, dient daarover sociale bijdragen te worden<br />

betaald: 22 %. <strong>De</strong> sociale bijdrage is op haar beurt een fiscaal aftrekbare kost. Op het saldo, 78 %,<br />

dient u belasting te betalen volgens het tarief van uw hoogste schijf.<br />

We berekenen dit gemakshalve op 50 % of 78 x 50 % is 39.<br />

Op een voordeel van alle aard (= waarde) betaalt u 22 + 39 = 61 %.<br />

A. GRATIS WOONST in woning eigendom van de vennootschap, in woning waarvan de<br />

vennootschap het vruchtgebruik heeft en/of gehuurd door de vennootschap.<br />

Het voordeel van alle aard wordt berekend op het kadastraal inkomen dat overeenstemt met het<br />

voor gratis bewoning gebruikt gedeelte van het gebouw, ongeacht de waarde van het gebouw of<br />

ongeacht de door de vennootschap betaalde huurprijs.<br />

Kadastraal inkomen < 745: KI x index x 100/60 x 1,25 blijft ongewijzigd<br />

Kadastraal inkomen > 745: KI x index x 100/60 x 3,80 (tot en met 2011 x2)<br />

Voorbeeld: u bent blote eigenaar van een appartement aan zee waarvan uw vennootschap<br />

het vruchtgebruik heeft en dat u als zaakvoerder gratis mag gebruiken, één slaapkamer heeft<br />

u effectief ingericht als bureel, waar u in het weekend rustig werkt voor uw bedrijf.<br />

KI = 1.800,00 - beroepsdeel 20 % - deel voor private bewoning 80 %<br />

1.800,00 x 80 % x 1,6349 x 100/60 x 3,80 = 14.910,00 € (voorheen: 7.847,00 €)<br />

Effectieve kost: 14.910.00 x 61 % = 9.095.00 €.<br />

Stel dat de vennootschap deze woning huurt voor 1.000,00 € per maand (permanente<br />

verhuring), dan is de aftrekbare kost bij de vennootschap: 12.000,00 €, terwijl de<br />

zaakvoerder belast wordt op 14.910,00 €.<br />

Voor de forfaitair vastgestelde voordelen van alle aard op gratis woonst heeft de werkelijke kost<br />

geen invloed op de waarde van het voordeel van alle aard.<br />

Indien de woonst bovendien bemeubeld werd door de vennootschap, verhoogt het voordeel met<br />

2/3. (Ongeacht de kostprijs van deze bemeubeling)<br />

Zelfde voorbeeld: 1.800,00 x 80 % x 1,6349 x 100/60 x 3,8 x 5/3 = 24.850,00 €<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 8


ONDERHOUDS-HERSTELLINGSKOSTEN AAN EEN TER BESCHIKKING GESTELDE WOONST<br />

<strong>De</strong> onderhoud- en herstellingswerken die normaliter ten laste zijn van de huurder van het gebouw<br />

(lees: die volgens het burgerlijk wetboek ten laste vallen van de huurder), zijn niet inbegrepen in het<br />

hierboven bepaalde voordeel.<br />

<strong>De</strong> werkelijke waarde van deze werken is een bijkomend voordeel van alle aard.<br />

B. GRATIS ELEKTRICITEIT en VERWARMING<br />

Het voordeel van alle aard is verschillend naargelang de genieter een leidinggevende of bedrijfsleider<br />

is, dan wel een andere werknemer.<br />

Bedrijfsleiders<br />

- Verwarming: 1.820,00 € per jaar (in 2011: 1.640,00 €)<br />

→ Werkelijke kostprijs 61 %: 1.110,00 €<br />

- Elektriciteit: 910,00 per jaar (in 2011: 820,00 €) (andere dan verwarming)<br />

→ Werkelijke kostprijs 61 %: 555,00 €<br />

<strong>De</strong> verwarming en elektriciteit door de vennootschap laten betalen is interessant van zodra de<br />

vennootschap 1.110,00 €, respectievelijk 555,00 € euro belasting bespaart, of voor een factuur voor<br />

het private deel boven 3.265,00 € voor verwarming en 1.635,00 € voor elektriciteit, op jaarbasis.<br />

Werknemer<br />

- Verwarming: 820,00 € per jaar<br />

- Elektriciteit: 410,00 € per jaar<br />

C. AUTOFISCALITEIT VOERTUIGEN<br />

<strong>De</strong> nieuwe regels zijn van toepassing op volgende voertuigen:<br />

- personenwagens;<br />

- wagens voor dubbel gebruik;<br />

- minibussen en (onechte) lichte vrachtwagens (artikel 4§3 wetboek met inkomstenbelasting<br />

gelijkgestelde belastingen)<br />

<strong>De</strong> nieuwe regels zijn NIET van toepassing op:<br />

- motorfietsen;<br />

- kampeerwagens;<br />

- lichte vrachtwagens;<br />

- vrachtwagens met een laadvermogen > 3,5 ton.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 9


Echte lichte vrachtwagens is elk voertuig opgevat en gebouwd voor het vervoer van zaken en<br />

waarvan de maximaal toegelaten massa 3.500 kg niet overschrijdt:<br />

- bestaande uit een volledig van de laadruimte afgesloten enkele cabine die ten hoogste 2<br />

zitplaatsen mag bevatten, deze van de bestuurder niet inbegrepen en een open laadbak;<br />

- bestaande uit een volledig van de laadruimte afgesloten dubbele cabine die ten hoogste 6<br />

zitplaatsen telt, deze van de bestuurder niet inbegrepen en een open laadbak;<br />

- gelijktijdig bestaande uit een passagiersruimte die ten hoogste 2 zitplaatsen mag bevatten, deze<br />

van de bestuurder niet inbegrepen en een daarvan afgesloten laadruimte waarvan de afstand<br />

tussen elk punt van de scheidingswand achter de zitplaatsen en de binnenkant van de achterzijde<br />

van de laadruimte, gemeten in langsrichting op een hoogte van 20 cm boven de laadvloer, steeds<br />

minstens 50 % dient te bedragen van de lengte van de wielbasis. <strong>De</strong> laadruimte moet bovendien<br />

over haar gehele oppervlakte bestaan uit een van het koetswerk deel uitmakende, vaste of<br />

duurzaam bevestigde, horizontale laadvloer zonder verankeringpunten voor extra banken, zetels<br />

of veiligheidsgordels.<br />

- gelijktijdig bestaande uit een passagiersruimte die ten hoogste 6 zitplaatsen mag bevatten, deze<br />

van de bestuurder niet inbegrepen en een daarvan volledig afgesloten laadruimte waarvan de<br />

afstand tussen elk punt van de scheidingswand achter de laatste rij zitplaatsen en de binnenkant<br />

van de achterzijde van de laadruimte, gemeten in de langsrichting van het voertuig op een<br />

hoogte van 20 cm boven de laadvloer, steeds minimum 50 % dient te bedragen van de lengte van<br />

de wielbasis. <strong>De</strong>ze laadruimte moet bovendien over haar hele oppervlakte bestaan uit een van<br />

het koetswerk deel uitmakende, vaste of duurzaam bevestigde, horizontale laadvloer zonder<br />

verankeringplaatsen voor extra banken, zetels of veiligheidsgordels.<br />

Voordelen van alle aard voor de gebruiker van de wagen<br />

(bestuurder, zaakvoerder, vennoot, werknemer van de vennootschap)<br />

Tot en met 2011:<br />

Het voordeel van alle aard (= een bezoldiging/loon in natura) werd bepaald op basis van enerzijds<br />

een forfaitair bepaald aantal privaat verreden kilometers en anderzijds de co2-uitstoot van de<br />

wagen.<br />

Aantal km:<br />

5.000 km indien de woonplaats < 25 km enkel van de vaste plaats van tewerkstelling.<br />

7.500 km indien de afstand > 25 km bedroeg.<br />

Co2-uitstoot:<br />

0,00237 per gram voor dieselwagens;<br />

0,00216 per gram voor benzinewagens.<br />

Voorbeeld<br />

Auto 50.000,00 €, co2-uitstoot 170 gram<br />

Voordeel van alle aard<br />

5.000 km x 170 gram x 0,00237 = 2.014,50 €<br />

7.500 km x 170 gram x 0,00237= 3.021,75 €<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 10


2012:<br />

Het private aantal km speelt geen enkele rol.<br />

<strong>De</strong> parameters zijn: de nieuwwaarde, de co2-uitstoot en de ouderdom van het voertuig.<br />

Onder nieuwwaarde wordt verstaan: de catalogusprijs voor particulieren bij de 1 ste inschrijving van<br />

het voertuig, met inbegrip van opties en BTW, zonder aftrek van kortingen.<br />

Noot: bij de op 30/01/2012 ingediende tekst bij de Raad van State wordt een onderscheid gemaakt in<br />

definitie van nieuwwaarde tussen nieuwe wagens en tweedehandswagens.<br />

Nieuwe wagens: de gefactureerde prijs, verhoogd met opties en BTW en zonder rekening te houden<br />

met afgetrokken kortingen.<br />

Tweedehandswagens en leasing: de catalogusprijs voor particulieren bij de 1 ste inschrijving van het<br />

voertuig.<br />

<strong>De</strong> ministerraad van 17 februari 2012 heeft beslist om ook voor de nieuwe wagens “de catalogusprijs<br />

bij eerste inschrijving door een particulier” als definitie van cataloguswaarde te nemen.<br />

Er is dus geen onderscheid meer inzake de definitie tussen nieuwe wagens en tweedehandse<br />

wagens. Ook zou nu enkel de werkelijk betaalde BTW in aanmerking worden genomen, de betaalde<br />

prijs, inclusief BTW, dient dus enkel te worden verhoogd met de kortingen, maar niet nog eens met<br />

de BTW op die kortingen.<br />

Bij leasingwagens kent de leasingnemer niet noodzakelijk de prijs waartegen de leasingmaatschappij<br />

de wagen heeft aangekocht. Normaliter zal de nieuwwaarde gelijk zijn aan de catalogusprijs bij de<br />

eerste inschrijving aan particulier, verhoogd met BTW. (Onder voorbehoud van meer duidelijkheid<br />

door de overheid)<br />

<strong>De</strong> tweede parameter is de co2-uitstoot.<br />

Bij een dieselwagen is het basisvoordeel 5,5 % van de nieuwwaarde bij een uitstoot van 95 gram.<br />

Bij een benzinewagen is het basisvoordeel eveneens 5,5 % van de nieuwwaardewaarde, maar<br />

ditmaal bij een uitstoot van 115 gram.<br />

Per gram uitstoot boven deze basiscriteria van 95 gram, respectievelijk 115 gram, verhoogt het<br />

voordeel met 0,1 % tot wanneer het voordeel maximum 18 % is.<br />

Bij een dieselwagen wordt dit maximum bereikt bij een uitstoot van 220 gram.<br />

(220 – 95 = 125 gram surplus of 12,5 % te verhogen met 5,5 basis = 18 %)<br />

Bij een benzinewagen bereiken we dit maximum bij 240 gram.<br />

Anderzijds wordt bij een lagere uitstoot dan 95, respectievelijk 115 gram, het percentage verlaagd<br />

met 0,1 % met een minimum van 4 %. Dit wordt bereikt bij een uitstoot van 80 gram voor<br />

dieselwagens en 100 gram bij benzinewagens. Het voordeel van alle aard zelf mag nooit lager zijn<br />

dan 1.200,00 €.<br />

<strong>De</strong> derde parameter is de ouderdom van het voertuig.<br />

Het voordeel van alle aard wordt voor 100 % toegepast gedurende het volledige 1 ste jaar (12<br />

maanden) en daarna met 6 % per volledig jaar verminderd tot het voordeel wordt berekend op 70 %<br />

van de nieuwwaarde. Daarna daalt het voordeel niet meer.<br />

<strong>De</strong> bodem van 70 % wordt bereikt wanneer de wagen de volle 5 jaar (60 maanden) oud is.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 11


Verdeling van het voordeel van alle aard<br />

Het voordeel van alle aard voor personenwagens dient deels door de gebruiker te worden betaald en<br />

deels door de vennootschap werkgever.<br />

<strong>De</strong> gebruiker, zijnde de zaakvoerder, vennoot of werknemer dient 6/7 van het voordeel aan te geven.<br />

<strong>De</strong> vennootschap op haar beurt 17 % van deze 6/7.<br />

Het voordeel bedraagt in totaal dus iets meer dan 7/7.<br />

Voordeel van alle aard voor de gebruiker – formule<br />

Gedurende het 1 ste jaar (12 maanden)<br />

Formule: VAA = nieuwwaarde x {5,5 + ((co2-uitstoot – 95)*0,1)} % x 6/7 voor dieselwagens<br />

VAA = nieuwwaarde x {5,5 +((co2-uitstoot – 115)*0,1)} % x 6/7 voor benzinewagens<br />

Gedurende het 2 de (13-24 maanden)<br />

Formule: VAA = nieuwwaarde x {5,5 + ((co2-uitstoot – 95)*0,1)}% x 6/7 x 94% voor dieselwagens<br />

VAA = nieuwwaarde x {5,5 + ((co2-uitstoot – 115)*0,1)}% x 6/7 x 94% voor benzinewagens<br />

Gedurende het 6 de jaar en later (meer dan 60 maanden)<br />

Formule: VAA = nieuwwaarde x {5,5 + ((co2-uitstoot – 95)*0,1)}% x 6/7 x 70% voor dieselwagens<br />

Formule: VAA = nieuwwaarde x {5,5 + ((co2-uitstoot – 115)*0,1%)} x 6/7 x 70% voor benzinewagens<br />

Verworpen belastbare uitgave voor de vennootschap<br />

Formule: VAA x 17 %<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 12


Voorbeelden: berekening voordeel voor de gebruiker:<br />

Nieuwe wagen: nieuwwaarde 60.000,00 € - co2-uitstoot 175 gram diesel<br />

VAA = 60.000,00 x {5,5+((175 – 95)*0,1)}% x 6/7<br />

60.000,00 x 13,5 % x 6/7 = 6.942,86 €<br />

Werkelijk aan de overheid te betalen: 6.942,86 x 61 % = 4.235,00 €<br />

Het 2 de jaar is het voordeel: 6.526,29 €<br />

Het 3 de jaar is het voordeel: 6.109,72 €<br />

Het 4 de jaar is het voordeel: 5.693,15 €<br />

Het 5 de jaar is het voordeel: 5.276,57 €<br />

Vanaf het 6 de jaar: stabiel op 4.859,60 €<br />

Voorbeelden: verworpen uitgaven voor de vennootschap waarop STEEDS belasting moet<br />

worden betaald:<br />

- het 1 ste jaar: 6.942,86 x 17 % = 1.180,00 à 34 % belasting = 401,00 €<br />

- het 2 de jaar: 6.526,29 x 17 % = 1.109,00 à 34 % belasting = 377,00 €<br />

- het 6 de jaar: 4.849,60 x 17 % = 826,00 à 34 % belasting = 281,00 €<br />

Aftrekbare autokosten in de vennootschap die de personenwagen ter beschikking stelt.<br />

In de vennootschap zelf zijn de autokosten niet volledig als fiscale kost aftrekbaar:<br />

- brandstofkosten: zijn 75 % aftrekbaar (zie verder);<br />

- andere kosten zoals afschrijvingen, onderhoud, verzekering, taks, zijn aftrekbaar in functie van<br />

de co2-uitstoot en de soort brandstof;<br />

- intresten op financiering van de wagen zijn 100 % aftrekbaar<br />

co2-uitstoot diesel co2-uitstoot benzine<br />

aftrek<br />

%<br />

205g of geen gegevens 50%<br />

beschikbaar beschikbaar<br />

<strong>De</strong> beperking geldt echter niet voor het gedeelte dat door de gebruiker als voordeel van alle aard<br />

wordt belast. 30 % van het voordeel wordt geacht de brandstof te zijn.<br />

Brandstofkosten zijn 75 % aftrekbaar, behalve het gedeelte dat overeenstemt met 30 % van het<br />

voordeel van alle aard welke 100 % aftrekbaar is.<br />

Andere autokosten zijn aftrekbaar in functie van de co2-uitstoot, behalve het gedeelte dat<br />

overeenstemt met 70 % van het voordeel van alle aard.<br />

M.a.w. hoe hoger het voordeel van alle aard, hoe lager de beperking van de autokosten in de<br />

vennootschap.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 13


Voorbeeld zie 1 ste voorbeeld hierboven<br />

Catalogusprijs 60.000,00 - co2-uitstoot 175 gram diesel, voordeel van alle aard: 6.943,00 €<br />

Beperking autokosten 40 % (uitstoot 175gr) 25 % (brandstof) Totaal<br />

Kosten<br />

- afschrijvingen 12.000,00<br />

- verkeersbelasting 300,00<br />

- verzekering 700,00<br />

- onderhoud en banden 2.000,00<br />

- brandstof 2.000,00<br />

Totaal geboekte kosten 15.000,00 2.000,00<br />

Beperking 6.000,00 500,00 6.500,00<br />

Beperking (overdracht) 6.500,00<br />

Vermindering beperking:<br />

Voordeel van alle aard: 6.943,00 x 70 % x 40 %( op kosten behalve brandstof) - 1.944,00<br />

6.943,00 x 30 % x 25 % (op brandstofkosten) - 521,00<br />

Totale beperking: 4.035,00<br />

Werkelijk fiscaal aftrekbaar in de vennootschap: 15.000,00 + 2.000,00-4.035,00 = 12.965,00 €<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 14


Vluchtwegen<br />

<strong>De</strong> auto privaat aankopen blijft in vele gevallen duurder dan de wagen door de vennootschap te<br />

laten aankopen, er rekening mee houdend dat u om de wagen privaat te kopen geld uit de<br />

vennootschap moet halen (via hoger loon of dividend). Indien de vennootschap BTW-plichtig is, zal<br />

het nog in meer gevallen aangewezen zijn de wagen in de vennootschap te kopen.<br />

Indien u de wagen privaat aankoopt, kan u een forfaitaire vergoeding aanrekenen (0,3352 €/km)<br />

of een hogere vergoeding indien u bewijst dat de werkelijke km kost hoger is.<br />

<strong>De</strong> wagen voor alle gereden kilometer verhuren, zou betekenen dat u geen eigen private km heeft en<br />

uw privaat gebruik ook door de vennootschap wordt betaald.<br />

In dat geval riskeert u toch te worden belast op een voordeel van alle aard.<br />

<strong>De</strong> wagen tweedehands verkopen aan een andere vennootschap (bv. uw managementvennootschap<br />

verkoopt de wagen aan uw werkmaatschappij): vanaf dan geldt als nieuwwaarde de catalogusprijs bij<br />

1 ste inschrijving aan een particulier, de nieuwwaarde zal dan wellicht zonder opties zijn (onder<br />

voorbehoud). Opgelet echter voor de nieuwe anti-misbruikwet.<br />

<strong>De</strong> wagen huren, waarbij de 1 ste betaling een hoog bedrag is, dan een aantal maanden een normaal<br />

bedrag om deze wagen na iets meer dan één jaar dan aan te kopen aan een optieprijs.<br />

Ook in dit geval blijft de nieuwwaarde ongewijzigd en zal het voordeel van alle aard niet wijzigen.<br />

<strong>De</strong> wagen leasen en bij einde leasingcontract de optie lichten: de optieprijs is geen nieuwwaarde.<br />

Het voordeel van alle aard kan daardoor niet verminderd worden.<br />

In ieder geval: de netto-aankoopprijs laten factureren zonder vermelding van enige korting.<br />

Voorbeeld:<br />

Aankoopfactuur wagen vermeldt: 60.000,00 – 5.000,00 korting = te betalen 55.000,00 €<br />

Voordeel wordt berekend op 60.000,00 €<br />

Aankoopfactuur wagen vermeldt: 55.000,00 zonder korting: te betalen 55.000,00 €<br />

Voordeel wordt berekend op 55.000,00 €<br />

(onder voorbehoud dat de formules voorgelegd aan de Raad van State behouden blijven)<br />

Bovenstaande tekst houdt rekening met de reparatiewetgeving welke op heden naar de Raad van<br />

State is. Mogelijks volgt nog meer reparatiewetgeving.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 15


IV. BTW OP WERKELIJK GEBRUIK<br />

1. Situering<br />

<strong>De</strong> BTW-regels op het vlak van de aftrek van de BTW op investeringen (bedrijfsmiddelen) is sinds kort<br />

gewijzigd.<br />

Om goed te begrijpen waarover dit gaat, is het van belang te weten dat deze wijziging betrekking<br />

heeft op investeringen, die op het ogenblik van de aankoop minstens gedeeltelijk niet voor de<br />

eigenlijke economische activiteit worden gebruikt.<br />

In de praktijk gaat het over:<br />

1. eenmanszaken waarbij bepaalde investeringen deels voor het beroep bestemd zijn en deels<br />

een private bestemming hebben;<br />

2. vennootschappen die het gebruik van bepaalde investeringen ook (gratis) toelaten voor haar<br />

personeelsleden en haar bedrijfsleiders.<br />

Zeer concreet gaat het over gebouwen waarvan een gedeelte privé bewoond worden, gaat het over<br />

personenwagens die ook privé gebruikt worden, computers, …. Maar het moet gaan over<br />

investeringen of bedrijfsmiddelen, die volgens de BTW-wetgeving, dus minstens een waarde van<br />

250,00 euro vertegenwoordigen.<br />

2. Regeling tot 31/12/2010<br />

In principe is de BTW op aankoop van bedrijfsmiddelen, of meer bepaald investeringen<br />

(gebouwen,machines en uitrusting, hardware, rollend materiaal, meubilair, enz.) voor een<br />

BTW-plichtige aftrekbaar, vooreerst omdat deze investeringen door een vennootschap gedaan altijd<br />

geacht worden in het bedrijfsvermogen te zijn opgenomen en omdat een vennootschap in principe<br />

geen private uitgaven heeft.<br />

Enkel voor personenwagens werd de aftrek ingevolge een andere wettelijke regel beperkt tot 50 %.<br />

Bij de aankoop van een bedrijfsmiddel was er in principe dus een volledig recht op aftrek (artikel<br />

45§1). Indien bleek dat een (deel van het) bedrijfsmiddel niet voor de eigenlijke beroepsactiviteit<br />

werd gebruikt of dus voor private doeleinden werd bestemd, werd dit beschouwd als een verkoop<br />

(“gelijkgestelde dienst”) waarover dus ook BTW verschuldigd was.<br />

Samengevat dus:<br />

1. volledige aftrek van de BTW bij de aankoop van de bestelwagen;<br />

2. indien de bestelwagen voor 10 % ook privaat werd gebruikt, dan moest daar jaarlijks een<br />

voordeel van alle aard voor vastgesteld worden, waarin een stuk BTW zat dat herzien moest<br />

worden.<br />

Het voorbeeld van de bestelwagen geldt ook voor onroerende investeringen, bedrijfsgebouwen met<br />

appartement bijvoorbeeld.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 16


In een spraakmakend arrest van het Europees Hof van Justitie, het arrest SEELING, is zeer<br />

uitdrukkelijk beslist dat een onderneming bij het bouwen van een onroerend goed dat zowel een<br />

beroepsmatige, als private bestemming had, de keuze had om ofwel:<br />

1. van bij de aanvang de aftrek van de BTW te beperken tot uitsluitend het beroepsgedeelte<br />

of<br />

2. meteen de volledige BTW af te trekken en jaarlijks een correctie te doen in functie van het<br />

privaat gebruik.<br />

In deze 2 de hypothese betekent dit dat een vennootschap die een magazijn bouwt met een<br />

appartement de BTW op de totaliteit van de bouwwerkzaamheden kan aftrekken. Dus zowel op het<br />

magazijn als op het appartement dat privé door de zaakvoerder zal worden bewoond.<br />

Eens de bouwwerkzaamheden klaar zijn, en de gebouwen in gebruik worden genomen, dan moest<br />

nagegaan worden in welke verhouding het magazijn en het appartement stonden (bijvoorbeeld<br />

50/50) en daarna moest jaarlijks in functie van het privaat gebruik een gedeelte BTW gecorrigeerd<br />

worden.<br />

Op een totale investering van bijvoorbeeld 500.000,00 euro, die voor de helft ook voor private<br />

doeleinden bestemd was, moest de overheid onmiddellijk de aftrek toestaan van 105.000,00 EUR<br />

(aan 21 %) en zou zij pas over de loop van de komende jaren de BTW recupereren over het privaat<br />

gedeelte.<br />

Dat in dergelijke situaties de overheid veel BTW misloopt, heeft er voor gezorgd dat men eerst op<br />

Europees vlak en vervolgens ook in de Belgische wetgeving de regels heeft aangepast.<br />

Dit brengt ons bij de nieuwe regels.<br />

3. In principe vanaf 01/01/2011<br />

<strong>De</strong> BTW op bedrijfsmiddelen of investeringen waarvan bij de aankoop reeds vast staat dat er een<br />

gemengd gebruik (gedeeltelijk privaat) zal zijn, mag slechts worden afgetrokken ten bedrage van het<br />

geschatte werkelijk gebruik voor beroepsdoeleinden.<br />

Dus voor gemengd gebruikte bedrijfsmiddelen mag de BTW slechts ten dele worden afgetrokken.<br />

Als gevolg van de beperkte aftrek op het ogenblik van de aankoop, dient er niet jaarlijks een correctie<br />

te gebeuren op het zogenaamd privaat gebruik, of het voordeel in natura.<br />

<strong>De</strong> enige correctie die zich nadien nog kan stellen is wanneer het geschatte privaat gebruik blijkt te<br />

verschillen van het werkelijk privaat gebruik. In dat geval dient jaarlijks nog een herziening te<br />

gebeuren, hetzij in het voordeel van de staat of de BTW-plichtige, al naargelang het privaat gebruik<br />

hoger dan wel lager was dan de schatting.<br />

Indien in de loop van het jaar het percentage beroepsgebruik wijzigt, dient éénmaal per jaar wel een<br />

herziening van de oorspronkelijke aftrek te gebeuren.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 17


4. Timing<br />

<strong>De</strong> administratie heeft de instructies i.v.m. deze wetswijziging slechts gepubliceerd op 20/10/2011,<br />

om deze te laten toepassen met terugwerkende kracht vanaf 01/01/2011.<br />

Het IAB, het beroepsinstituut van accountants en belastingconsulenten, heeft onmiddellijk<br />

geprotesteerd omwille van de praktische, zelfs onmogelijk op te lossen moeilijkheden die een<br />

invoering met terugwerkende kracht met zich bracht.<br />

<strong>De</strong> administratie heeft dan beslist om de maatregel voorlopig op te schorten tot zij een werkbaar<br />

instrument zou meedelen. Op 23 december 2011 heeft zij dan meegedeeld dat de regeling toch met<br />

terugwerkende kracht van toepassing is op de onroerende bedrijfsmiddelen.<br />

Het vaststellen van de verhouding tussen privaat en beroepsgebruik is immers stabiel doorheen de<br />

tijd en, is betrekkelijk eenvoudig vast te stellen.<br />

Voor de andere bedrijfsmiddelen en de eraan gekoppelde diensten (die voor herziening vatbaar zijn)<br />

wordt de regeling uitgesteld tot 01/01/2012, tenzij uitdrukkelijk voor de toepassing van de nieuwe<br />

regeling zou gekozen worden. Maar daarover ontbreken nog steeds de juiste instructies.<br />

5. Praktische gevolgen van de toepassing van de nieuwe regels<br />

5.1. Op welke situaties heeft de regelgeving betrekking:<br />

- privaat gebruik van onroerende goederen (appartement – villa – … );<br />

- privaat gebruik van personenwagens (incl. kilometers woon-werk);<br />

- privaat gebruik van GSM – computer – … (meer dan 250,00 EUR);<br />

- andere (bestelwagen – zitgrasmaaier – …).<br />

5.2. Kalenderjaar 2011<br />

Nog slechts enkel van toepassing op investeringen die in de loop van 2011 gedaan zijn in<br />

onroerende goederen die gedeeltelijk ook een private bestemming hebben.<br />

Voor alle andere bedrijfsmiddelen (personenwagens, labtop, GSM, …) geldt voor 2011 nog de<br />

oude regeling en zal de BTW op het voordeel in natura moeten geregulariseerd worden via een<br />

herziening in de aangifte. Er is dus voor dit jaar nog een parallel tussen de BTW-regels en de<br />

regels inzake directe belastingen.<br />

Voor de aanwezigen onder u, die de BTW-aangifte door ons laten opmaken, is dit in beginsel<br />

reeds gebeurd bij de BTW-aangifte over het 4 de kwartaal van 2011.<br />

5.3. Kalenderjaar 2012<br />

<strong>De</strong> nieuwe regeling is van toepassing op alle bedrijfsmiddelen of investeringen zonder<br />

onderscheid, tenminste voor zover zij in 2012 zijn/worden aangekocht en van meet af aan ook<br />

een gedeeltelijke private bestemming krijgen.<br />

Het betreft hier dus in 2012 aangekochte personenwagens, telefoons, computers, …<br />

Voor voormelde investeringen zal men verplicht worden om:<br />

1. bij de aankoop een inschatting te doen van het privaat gebruik;<br />

2. in de loop van het jaar de nodige inspanningen te doen om het werkelijk privaat gebruik op<br />

te volgen (bewijslast bij de belastingplichtige !);<br />

3. GEEN BTW te rekenen op de voordelen in natura, maar wel begin 2013 via herziening een<br />

correctie te doen op de oorspronkelijke aftrek in functie van het werkelijk privaat gebruik,<br />

voor zover er een verschil is met het geschatte privaat gebruik.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 18


5.4. Concrete voorbeelden<br />

1. Personenwagens.<br />

<strong>De</strong> BTW op een personenwagen is maximaal aftrekbaar ten belope van het beroepsgebruik met<br />

een absoluut maximum van 50 %.<br />

Voorbeeld<br />

Een vennootschap koopt in 2012 voor een werfleider een personenwagen (50.000,00 +<br />

10.500,00 BTW) welke deze ook privaat mag gebruiken. Het gemiddeld gebruik wordt, onder<br />

toezicht van de administratie vastgesteld als volgt: 15.000 km woon-werkverkeer, 7.000 km echt<br />

privégebruik door gezin, 8.000 km in zijn functie als werfleider.<br />

Beroepsgebruik: 8.000/30.000 = 27 %<br />

Aftrekbare BTW bij aankoop wagen: 27 % i.p.v. 50 %.<br />

Aftrekbare BTW op alle onderhoudskosten, brandstof, enz.: eveneens beperkt tot 27 %.<br />

In 2013 wordt vastgesteld (werven verder van het bedrijf verwijderd, minder taxichauffeur voor<br />

de kinderen, enz.) dat het beroepsgebruik nu 40 % bedraagt.<br />

We kunnen nu voor één jaar een beetje meer BTW terugvragen als volgt:<br />

((10.500,00 x 40 %) – (10.500,00 x 27 %)) /5 = 273,00 €.<br />

Wanneer een auto ter beschikking wordt gesteld aan een personeelslid, of nog bijvoorbeeld de<br />

echtgenote van de zaakvoerder, met binnendienst, wordt helemaal geen BTW meer afgetrokken,<br />

noch op de aankoop, noch op de kosten.<br />

Het is wel logisch dat in deze gevallen geen BTW moet worden betaald op het voordeel van alle<br />

aard wegens het gratis gebruik van deze voertuigen.<br />

<strong>De</strong> gebruiker betaalt een vergoeding aan de vennootschap voor het privaat gebruik<br />

Indien de gebruiker een vergoeding betaalt voor het privaat gebruik, wordt dit beschouwd als<br />

een verhuurdienst. Dit betekent dat de nieuwe regels hier niet van toepassing zijn vermits de<br />

personenwagen enerzijds voor de economische activiteit gebruikt wordt en voor wat de<br />

zogenaamde private kilometers verhuurd wordt, wat ook een economische activiteit is.<br />

<strong>De</strong> wagen is m.a.w. van meet af aan 100 % economisch gebruikt.<br />

Merk wel op dat indien een vergoeding wordt gevraagd, deze vergoeding zal moeten<br />

overeenstemmen met de “normale maatstaf”.<br />

Tip: wanneer blijkt dat u als zaakvoerder en/of uw partner met de wagens van de vennootschap<br />

minder dan 50 % echte beroepskm aflegt, kan het aangewezen zijn (bij zeer bescheiden privaat<br />

gebruik) dat u een vergoeding betaalt aan uw vennootschap, in welk geval de 50 % aftrek<br />

mogelijk blijft.<br />

<strong>De</strong> vennootschap huurt een voertuig voor de zaakvoerder<br />

In dit geval is er geen sprake van een “bedrijfsmiddel” van de vennootschap en geldt de<br />

bovenstaande regeling niet. <strong>De</strong> BTW is aftrekbaar volgens het werkelijk gebruik in het jaar zelf.<br />

Voorbeeld<br />

Hernemen we het geval van onze werfleider: de huur en eventueel zelf gedragen kosten voor de<br />

wagen zijn slechts aftrekbaar voor 27 % van de betaalde BTW.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 19


Verkoop van personenwagens waarvan de aftrek beperkt is tot maximaal 50 %<br />

Ook voor deze categorie wordt abstractie gemaakt van het begrip “bedrijfsvermogen” en dient<br />

bij verkoop enkel BTW te worden betaald over 50 %.<br />

Voorbeeld 1<br />

Aankoop personenwagen in 2012: 50.000,00 + 10.500,00 BTW.<br />

Afgetrokken BTW 50 %.<br />

Verkoop in 2014 van deze wagen: 30.000,00 exclusief BTW.<br />

<strong>De</strong> koper betaalt aan de vennootschap 30.000,00 + 3.150,00 (BTW op 15.000,00).<br />

<strong>De</strong> vennootschap stort door aan de staat: 3.150,00 euro.<br />

Bovendien is bijkomend nog een correctie mogelijk in het voordeel van de onderneming indien<br />

de oorspronkelijke aftrek bij de aankoop lager was dan 50 %. Gezien bij verkoop de BTW op de<br />

helft van de verkoopprijs moet worden berekend, mag ook de aankoop ervan voor de helft<br />

worden afgetrokken, weliswaar voor de resterende van de 5 voorziene jaren waarvoor de wagen<br />

is geïnvesteerd.<br />

Voorbeeld 2<br />

Zelfde voorbeeld, maar de afgetrokken BTW is nu 27 % (onze werfleider).<br />

<strong>De</strong> koper betaalt 3.150,00 BTW, maar die moeten we doorstorten aan de staat.<br />

Oorspronkelijk afgetrokken BTW: 10.500,00 x 27 % = 2.835,00<br />

Na 2 jaar wordt dit een voor verkoop bestemd goed waarop 50 % BTW aftrekbaar is.<br />

Te herzien en extra aftrekbaar: (5.250,00 – 2.835,00) = 2.415,00 x 3/5 = 1.449,00 euro.<br />

Voor wat de personenwagens betreft, is het duidelijk dat dit systeem een ganse administratie zal<br />

vergen, een boekhouding van de verreden km en bovendien de jaarlijkse berekening van de<br />

herziening, de verrekening van al die herzieningen bij de verkoop.<br />

Het is wellicht vanuit dit bewustzijn dat de BTW-administratie de invoering met 1 jaar heeft<br />

uitgesteld, bovendien met de aankondiging dat er een ADDENDUM aan de huidige regels ging<br />

toegevoegd worden, eventueel naar één of ander forfaitair systeem toe.<br />

Dit addendum is er tot op vandaag nog steeds niet.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 20


2. Andere<br />

Zoals al gezegd gelden de regels ook voor labtops, GSM’s e.a. voor zover de kostprijs meer dan<br />

250,00 euro bedraagt.<br />

Daar komt nog bij dat voor de voordelen in natura voor gratis internet, verwarming en<br />

elektriciteit de nieuwe regels voorzien in een beperking van de aftrek in functie van het privaat<br />

gebruik, los van de door directe belastingen forfaitaire ramingen van deze voordelen.<br />

In het kader van het aangekondigde addendum verwacht men dat bij wijze van ‘tolerantie’ en in<br />

het kader van de vereenvoudiging, het corrigeren van de BTW nog steeds mogelijk zal geënt<br />

worden op de voordelen zoals ze in directe belastingen zijn vastgesteld.<br />

Het zal u niet verwonderen dat bij één en ander druk gelobbyd wordt door de accountants<br />

en boekhouders via hun beroepsinstituten.<br />

Samenvatting<br />

Nieuw systeem:<br />

1. gemengde investering vanaf 2012 (onroerende goederen vanaf 2011) aftrek van BTW in<br />

functie van werkelijk gebruik (max. 50 % voor personenwagens)<br />

2. geen herziening bij voordelen in natura;<br />

3. wel herziening bij wijziging van werkelijk gebruik (over 5 jaar of 15 jaar).<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 21


V. ANDERE <strong>BEGROTINGSMAATREGELEN</strong><br />

TAKS OP OMZETTING EFFECTEN AAN TOONDER<br />

Er bestond reeds wetgeving die de verplichting oplegt om aandelen aan toonder om te zetten in<br />

aandelen op naam of om ze op een effectenrekening in te schrijven, de zogenaamde<br />

dematerialisatie.<br />

Voor deze omzetting voorzag de oorspronkelijke wetgeving in een termijn die afloopt op<br />

31/12/2013.<br />

<strong>De</strong> nieuwe wetgeving heeft aan deze termijn niets verandert, maar verbindt wel een “fiscale sanctie”<br />

aan alle omzettingen die pas in 2012 en 2013 plaatsvinden.<br />

Op de omzettingen die in 2012 gebeuren is een taks van 1 % verschuldigd.<br />

Op de omzettingen die in 2013 gebeuren is een taks van 2 % verschuldigd.<br />

We zijn er in geslaagd om voor alle klanten die dit wensten, nog de omzetting te doen in 2011 zodat<br />

we deze taks hebben kunnen vermijden.<br />

NOTIONELE INTREST<br />

<strong>De</strong> notionele intrest is een fictieve intrest, die afgezien van een aantal correcties wordt berekend op<br />

het eigen vermogen van de vennootschap. <strong>De</strong>ze interest wordt dus niet geboekt in de boekhouding<br />

en evenmin betaald, maar wordt bij de berekening van de vennootschapsbelasting als een aftrekpost<br />

beschouwd.<br />

<strong>De</strong>ze maatregel is er gekomen om de vennootschappen aan te moedigen de winsten in de<br />

vennootschap te behouden en zo een sterker eigen vermogen te creëren.<br />

M.a.w. hoe meer eigen vermogen, hoe meer notionele interestaftrek.<br />

Aan deze regels moeten 2 aanpassingen aangebracht worden:<br />

1. <strong>De</strong> verlaging van het tarief (Is reeds goedgekeurd)<br />

Voor de KMO-vennootschappen wordt het maximumtarief van deze fictieve intrest 3,5 % van het<br />

eigen vermogen (na mogelijke correcties). (In 2010 was dit 4,3 %, in 2011 3,925 %)<br />

Voorbeeld<br />

Vennootschap met een kapitaal van 20.000,00 € en opgebouwde reserves en overgedragen<br />

winsten van 180.000,00 €, dus een eigen vermogen van 200.000,00 €.<br />

<strong>De</strong> vennootschap heeft een belastbaar resultaat van 30.000,00 €.<br />

<strong>De</strong> notionele intrest bedraagt 200.000,00 x 3,5 % = 7.000,00 €.<br />

<strong>De</strong> vennootschap ziet haar belastbare basis verminderen met 7.000,00 €.<br />

Dit leidt tot een werkelijke jaarlijkse besparing: 7.000,00 x 34 % vennootschapsbelasting =<br />

2.380,00 €.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 22


2. Beperking van de overdraagbaarheid (Nog goed te keuren – aangekondigd)<br />

Indien u in een bepaald jaar niet voldoende winst heeft, dan mocht de niet gebruikte notionele<br />

intrest overgedragen worden naar de zeven volgende jaren.<br />

Aan deze overdracht worden 2 wijziging aangekondigd:<br />

- de nieuwe notionele interest vanaf het aanslagjaar 2013 dient verrekend te worden op het<br />

belastbaar resultaat van aanslagjaar 2013. Indien een stuk van die notionele interest niet<br />

verrekend kan worden, is deze verloren.<br />

- indien er een bestaande “voorraad” is van notionele interest van de aanslagjaren van 2012<br />

en daarvoor, is deze in beginsel in de toekomst nog wel verrekenbaar, maar middels een<br />

gecompliceerd verrekensysteem. Tot 1.000.000,00 EUR heeft deze verrekening echter geen<br />

concreet effect.<br />

MEERWAARDEN OP AANDELEN (Nog goed te keuren – aangekondigd)<br />

Wanneer de vennootschap haar overtollige geldmiddelen voor korte tijd, minder dan één jaar, belegt<br />

in aandelen i.p.v. bv. een spaarboek, worden de meerwaarden die daarop worden gerealiseerd<br />

belast, weliswaar niet aan het normale tarief van 34 %, doch aan 25 %.<br />

Tot en met 2011 waren deze meerwaarden vrijgesteld van belasting.<br />

Eventuele verliezen op die korte termijn beleggingen zijn niet aftrekbaar.<br />

PENSIOENVORMING (Nog goed te keuren – aangekondigd)<br />

1. Groepsverzekering en de Individuele Pensioentoezegging (IPT) waarbij premies betaald<br />

worden aan verzekeringsmaatschappijen.<br />

Men kan een aanvullend pensioen boven het wettelijke pensioen opbouwen via voor de<br />

vennootschap aftrekbare premies. <strong>De</strong>ze opbouw mocht er niet voor zorgen dat het wettelijk<br />

pensioen verhoogd met het aanvullend pensioen meer bedraagt dan 80 % van de laatste<br />

regelmatige brutojaarbezoldiging. (Pensioenkapitaal dient voor deze 80 %-grens omgerekend<br />

te worden naar een jaarrente)<br />

Voor deze extra-legale pensioenvorming zijn 2 maatregelen in het onmiddellijke vooruitzicht<br />

gesteld:<br />

o men zal aan voormelde 80 %-grens een plafond stellen dat afhankelijk gesteld wordt<br />

van het hoogste overheidspensioen;<br />

o de eindbelasting van het pensioenkapitaal zal worden opgetrokken van 20 % op de<br />

leeftijd van 60, afbouwend tot 10 % op de leeftijd van 65 (terwijl het nu 16,5 % van<br />

de leeftijd van 60 tot 64 en 10 % bij de leeftijd van 65).<br />

2. Interne pensioenbelofte (geen premies, niet via een verzekeringsmaatschappij)<br />

In dit systeem werden geen premies betaald, maar werden door jaarlijkse voorzieningen<br />

kosten voor pensioenopbouw in de kosten opgenomen, waardoor de geldmiddelen in de<br />

vennootschap bleven en konden gebruikt worden als werkkapitaal.<br />

Er werd alleen door de vennootschap beloofd om bij pensionering aan de zaakvoerder een<br />

som als aanvullend pensioen uit te keren.<br />

Op dit systeem was de verzekeringstaks (4,4 %) niet verschuldigd.<br />

<strong>De</strong>ze mogelijkheid wordt geschrapt en de vennootschappen worden verplicht om de interne<br />

pensioenbelofte om te zetten in een individuele pensioentoezegging (groepsverzekering) bij<br />

een maatschappij. (Verzekeringstaks, en beheerskosten voor de maatschappij).<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 23


<strong>De</strong> bestaande interne pensioenbeloftes dienen binnen 3 jaar te worden omgezet in een<br />

individuele pensioentoezegging (IPT), de taks zou voor deze omzetting 1,75 % bedragen<br />

i.p.v. 4,4 %.<br />

<strong>De</strong> gevolgen voor de liquiditeitspositie van ondernemingen met een reeds lang lopende<br />

interne pensioenbelofte (lees een zaakvoerder die abraham heeft gezien) zijn niet te<br />

onderschatten.<br />

Alle hoop is nog niet verloren, men ziet nu blijkbaar wel in dat dit de meest onredelijke<br />

maatregel uit het hele gamma is. Er zou een mildering komen in die zin dat in de toekomst<br />

geen bijkomende interne pensioenbelofte meer kan worden aangegaan, maar dat de<br />

bestaande opgebouwde reserves toch in de vennootschap zouden mogen blijven (onder<br />

voorbehoud).<br />

Het blijft hier dus wachten op meer duidelijkheid.<br />

THIN CAPITALISATION (<strong>De</strong>bt/equity ratio) (Nog goed te keuren – aangekondigd)<br />

Wanneer leningen in een groep van de ene vennootschap aan de andere worden toegestaan, zullen<br />

de intresten die daarop worden betaald niet meer aftrekbaar zijn in de betalende vennootschap<br />

indien de leningen welke zij van andere leden van de groep heeft, hoger is dan 5 maal het eigen<br />

vermogen.<br />

<strong>De</strong> intresten zullen steeds belastbaar zijn bij de vennootschap van de groep die de lening heeft<br />

toegestaan.<br />

SCHIJNZELFSTANDIGHEID (Nog goed te keuren – aangekondigd)<br />

Tot heden: partijen mogen vrij overeenkomen wat zij willen, maar moeten zich wel naar deze<br />

overeenkomst gedragen. <strong>De</strong> sociale inspectie heeft de bewijslast van schijnzelfstandigheid.<br />

Plan: bepalen van criteria van economische afhankelijkheid. Indien meerder criteria van toepassing<br />

zijn, zal een weerlegbaar vermoeden van bestaan van een band van ondergeschiktheid worden<br />

vastgesteld. <strong>De</strong> betrokkene moet dan bewijzen dat er geen ondergeschiktheid is.<br />

Hier moet dus het moeilijke bewijs geleverd worden dat u iets niet heeft gedaan.<br />

<strong>De</strong>ze nieuwe regels zouden tot stand komen na overleg met de beroepssectoren.<br />

<strong>De</strong> Horeca zou eerst aan de beurt komen (met de zelfstandige koks in een restaurant) en daarna de<br />

bouw. (Onder voorbehoud)<br />

KASREGISTER HORECA (Nog goed te keuren – aangekondigd)<br />

In het vanaf 2013 verplicht en geijkt kasregister, zullen ook de werknemers moeten geregistreerd<br />

worden met het begin- en einduur.<br />

Bij controle door de sociale inspectie kunnen alleen de via het kasregister geregistreerde<br />

werknemers in de zaak actief zijn.<br />

Anderzijds, zoekt men naar een mogelijkheid om een speciaal statuut voor gelegenheidsarbeiders in<br />

de horeca te creëren, waarbij voor een maximaal aantal uren per jaar, als bijberoep in de horeca kan<br />

gewerkt worden.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 24


CASHTRANSACTIES – 5.000,00 euro (Aangekondigd)<br />

Op basis van de reeds bestaande fameuze “antiwitwaswetgeving” (11 januari 1993), mag een<br />

handelaar geen contante ontvangsten aanvaarden van 15.000,00 euro of meer.<br />

<strong>De</strong>ze betalingen dienen via overschrijvingen verricht te worden.<br />

<strong>De</strong> staatssecretaris van fraudebestrijding heeft inmiddels in zijn beleidsnota duidelijk gemaakt dat hij<br />

dit bedrag in 2013 wil verlagen tot 5.000,00 EUR tot zelfs 3.000,00 EUR in 2014.<br />

Bovendien blijkt uit de huidige regels dat voorschotten op transacties die voormelde drempels<br />

overschrijden, eveneens onder dit verbod vallen. Zo zou in 2013 ook het voorschot van 600,00 euro<br />

op een prestatie van in totaal 6.000,00 euro, via de bank moeten verlopen.<br />

Van de kant van de belangenverenigingen van ondernemers en zelfstandigen wordt vooral voor wat<br />

deze voorschotten betreft om meer “uitleg” gevraagd.<br />

ANTI–RECHTSMISBRUIKBEPALING (Nog goed te keuren – aangekondigd)<br />

Er is in onze fiscale wetgeving reeds een bepaling opgenomen waarbij belastingcontroleurs een<br />

bepaalde juridische akten naast zich neer konden leggen, indien zij een andere juridische situatie in<br />

de plaats konden stellen (herkwalificatie) en indien de door de belastingplichtige gekozen juridische<br />

akten enkel tot een fiscaal voordeel aanleiding geven. (Voorbeeld vruchtgebruik versus huur)<br />

In de rechtspraak heeft men de draagwijdte van deze bepaling zeer strikt geïnterpreteerd, zodat deze<br />

regel zo goed als niet kon toegepast worden.<br />

Nu heeft men zeer expliciet aangekondigd dat men dat wetsartikel concreet zal herschrijven waarbij<br />

het de belastingcontroleurs een stuk gemakkelijker gaat gemaakt worden om tot een zogenaamde<br />

herkwalificatie te komen.<br />

Dus ook op dit vlak mag men verwachten dat de middelen van de controleurs bij een controle in de<br />

loop van 2012 zullen opgevoerd worden.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 25


VI. BIJZONDERE AANSLAG VAN 309 %<br />

Bijzondere aanslag van 309 % op niet aangegeven voordelen van alle aard en private kosten in de<br />

vennootschap. (Ook wel aanslag op de geheime commissielonen genoemd)<br />

Theorie<br />

Een reeds lang bestaand artikel 219 van het wetboek inkomstenbelasting bepaalt dat 309 % belasting<br />

moet worden betaald over voordelen van alle aard welke niet op een “fiche 281” zijn vermeld.<br />

<strong>De</strong>ze fiche is noodzakelijk om de genieter van het voordeel, meestal de zaakvoerder en<br />

personeelsleden van de vennootschap, te kennen en te kunnen belasten.<br />

Merk op dat een voordeel van alle aard, dat weliswaar door de vennootschap is gedragen en betaald,<br />

niet belastbaar is als het wordt doorgerekend aan de zaakvoerder.<br />

Inderdaad is het voordeel dan verkocht en heeft de zaakvoerder het niet gratis verkregen.<br />

Het boeken van het voordeel van alle aard op de rekening-courant van de zaakvoerder staat gelijk<br />

met een verkoop. Er is weliswaar geen betaling, maar er is wel een schuldaangroei aan of een<br />

vermindering van de vordering op uw vennootschap.<br />

Praktijk<br />

Tot vorige zomer werd dit artikel steevast omzeild.<br />

Indien een niet aangegeven voordeel aan het licht kwam tijdens een belastingcontrole werd als volgt<br />

gehandeld:<br />

- ofwel werd nog vlug een fiche opgemaakt, wanneer men de zaakvoerder nog kon belasten<br />

en deze dat ook wou; (Kostprijs 22 % sociale bijdrage en 50 % belasting op het saldo)<br />

- ofwel werd het voordeel geboekt op de rekening-courant, in de gevallen waarin de<br />

zaakvoerder niet meer kon worden belast (verjaring), dan wel niet persoonlijk wou belast<br />

worden of nog wanneer de zaakvoerder een groot tegoed had op zijn vennootschap.<br />

(Kostprijs 34 % vennootschapsbelasting)<br />

<strong>De</strong>ze praktijk was algemeen aanvaard, maar was natuurlijk aanleiding tot menig gokje: “indien er<br />

geen fiscale controle plaats vindt, zijn de voordelen afgetrokken als kost in de vennootschap en word<br />

ik als zaakvoerder er niet op belast”.<br />

Bij een controle is er nog geen man overboord:<br />

- ofwel laat de zaakvoerder zich belasten via een fiche 281;<br />

- ofwel betaalt de vennootschap de belasting door boeking op rekening-courant.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 26


Enkel nog de theorie toepassen<br />

Tijdens de zomer van 2011 (instructie van 27 juli) heeft het Hoofdbestuur aan de ambtenaren laten<br />

weten dat de gangbare praktijk niet meer kon en dat de 309 % belasting zonder nuances moest<br />

worden toegepast. Bovendien liet het Hoofdbestuur weten dat de ambtenaren zelf streng zouden<br />

gecontroleerd worden of zij hun werk wel goed deden en de instructie toepasten.<br />

Het IAB, beroepsinstituut van de accountants, heeft dan zware druk uitgeoefend om dit standpunt te<br />

milderen en zeker voor het verleden een blinde toepassing van deze instructie niet uit te oefenen.<br />

Een vast gebruik werd immers zonder boe of ba opzij geschoven en zou aanleiding geven tot<br />

ontelbare betwistingen.<br />

Men had begrip voor onze opmerkingen en heeft enerzijds een overgangsperiode ingebouwd waarin<br />

de bijzondere aanslag van 309 % kan worden vermeden en bovendien een versoepeling gecreëerd in<br />

welke gevallen geen bijzondere aanslag kan worden gevestigd.<br />

Het onderstaande geldt enkel wanneer geen fiches zijn opgemaakt.<br />

Overgangsperiode: tot en met 30 juni 2012<br />

Er is een verschillende behandeling tijdens deze periode naargelang de aard van het voordeel en het<br />

tijdstip wanneer dit voordeel aan het licht komt.<br />

A. <strong>De</strong> forfaitair bepaalde voordelen van alle aard en de voordelen voor GSM die aan het licht<br />

komen bij een vóór 01/07/2012 aangevatte controle.<br />

Zijnde:<br />

o gratis woonst;<br />

o verwarming en elektriciteit;<br />

o personenwagen;<br />

o dienstbode, hovenier, chauffeur<br />

o GSM<br />

Bijzondere aanslag van 309 % enkel wanneer de genieter niet meer kan worden belast.<br />

M.a.w. de oude praktijk waarbij nog vlug een fiche wordt gemaakt en de zaakvoerder wordt<br />

belast kan nog. Boeking op rekening-courant kan niet meer.<br />

B. <strong>De</strong> niet forfaitair bepaalde voordelen van alle aard (alle private kosten) en de forfaitair<br />

bepaalde voordelen van alle aard en voordeel GSM die niet aan het licht gekomen zijn<br />

tijdens een vóór 01/07/2012 aangevatte controle.<br />

<strong>De</strong>ze categorie ontsnappen enkel aan de bijzondere aanslag van 309 % mits deze<br />

spontaan worden aangegeven bij uw controleur in de personenbelasting en dan belast<br />

worden aan de gewone tarieven: 22 % sociale bijdragen en 50 % belasting op het saldo.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 27


Moeilijke oefening – U zal moeten beslissen over:<br />

a) ik neem geen risico, laat de accountant mijn boekhouding uitvlooien op private kosten<br />

en voordelen en deel deze mee aan mijn controleur personenbelasting.<br />

OF<br />

b) Ik neem een risico voor wat betreft de forfaitair geraamde voordelen en GSM en als ik<br />

geen controle krijg vóór 01/07/2012 laat ik deze en alle andere voordelen en private<br />

kosten rechtzetten door mijn accountant.<br />

OF<br />

c) Ik neem het risico en deel niets mee aan mijn controleur personenbelasting, als er<br />

controle komt, wacht ik af en zal ik dan de accountant vragen de bedragen te<br />

bediscuteren en proberen de aanslag zo laag mogelijk te houden.<br />

OF<br />

d) Ik ga wel één en ander regulariseren bij mijn controleur personenbelasting maar ook niet<br />

overdrijven. Als ik mijn goede wil heb getoond, laat men mij misschien gerust.<br />

OF<br />

e) Variaties op de hierboven genoemde mogelijkheden.<br />

Bij uw beslissing dient u er rekening mee te houden dat u voor 2011 de voordelen gewoon in uw<br />

rekening-courant kan boeken of een tijdige fiche opmaken en u laten belasten in de<br />

personenbelasting. <strong>De</strong> regularisatie dient in elk geval te gebeuren voor 2009 en 2010.<br />

Maar mogelijks poogt men het feit dat u een bekentenis aflegt door de private kosten voor 2 jaar te<br />

regulariseren, uit te leggen als een vermoeden van fraude waardoor men de verjaringstermijn kan<br />

verlengen tot 7 jaar en dan zijn we weg voor bijkomend de jaren 2008, 2007, 2006 en 2005.<br />

Regeling na de overgangsperiode (dus vanaf 01/07/2012)<br />

Artikel 219 van het wetboek wordt onverminderd toegepast.<br />

Alle voordelen van alle aard waarvoor geen fiche 281 is opgemaakt, worden onderworpen aan de<br />

aanslag van 309 %.<br />

Uitgezonderd:<br />

- goede trouw wanneer het een vergetelheid betreft (zal wellicht afhangen van de aard en<br />

hoegrootheid van het voordeel);<br />

- het uitzonderlijk karakter van het niet opmaken van de fiches (voor van alles zijn fiches<br />

opgemaakt en u heeft één private kost over het hoofd gezien);<br />

- het relatieve belang van de overtreding (u voldoet voor het overige correct aan alle fiscale<br />

verplichtingen).<br />

<strong>De</strong>ze uitzonderingen zijn een subjectief oordeel door de controleur, eerder verzachtende<br />

omstandigheden en afhankelijk van de goodwill van de controlerende ambtenaar.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 28


Regeling inzake de sociale voordelen<br />

Ook voor de sociale voordelen (geschenken aan personeel, ed.), de maaltijd- sport/cultuur- en<br />

ecocheques, kan de bijzondere aanslag achterwege blijven, indien het niet indienen van een fiche het<br />

gevolg is van interpretatieverschillen.<br />

Voorbeeld<br />

<strong>De</strong> vennootschap geeft aan de personeelsleden ter gelegenheid van de geboorte een<br />

geschenk van 120,00 €. <strong>De</strong> controleur vindt dat erover en aanvaardt slechts 50,00 € als<br />

sociaal voordeel. Het saldo van 70,00 € zal niet belast worden aan de bijzondere aanslag voor<br />

zover de genieter nog kan belast worden op die 70,00 € in de personenbelasting.<br />

Hoe wordt de bijzondere aanslag berekend?<br />

<strong>De</strong> bijzonder aanslag van 309 % is in tegenstelling tot de gewone belastingaanslagen een fiscaal<br />

aftrekbare kost. <strong>De</strong> werkelijke kost voor de vennootschap bedraagt 269,94 %.<br />

Voorbeeld<br />

Een hovenier heeft uw privétuin onderhouden gedurende het ganse jaar, de factuur is<br />

geboekt in de vennootschap: 10.000,00 €. Dit voordeel is niet aangegeven op een fiche281,<br />

noch geboekt tijdens het boekjaar op uw rekening-courant.<br />

<strong>De</strong> werkelijke toestand komt aan het licht tijdens een controle, er is immers geen tuin rond<br />

uw bedrijfsgebouw.<br />

<strong>De</strong> aanslag wordt berekend als volgt: 10.000,00 x 309 % = 30.900,00 € belasting.<br />

<strong>De</strong> kost van de hovenier wordt afgetrokken in de vennootschapsbelasting.<br />

Besparing: 10.000,00 x 34 % = 3.400,00 €.<br />

In het jaar waarin de aanslag wordt betaald, wordt 30.900,00 € eveneens een aftrekbare<br />

kost, waarop 34 % wordt bespaard of 10.506,00 €.<br />

Totale belasting: 30.900,00 – 3.400,00 – 10.506,00 = 16.994,00 + 10.000,00 voor de hovenier.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 29


ALTERNATIEF<br />

Private kosten voortaan zelf betalen middels een bijkomende bezoldiging<br />

U neemt dan een hoger loon op uit de vennootschap waarop 22 % sociale bijdrage en op het saldo<br />

50 à 54 % belasting wordt betaald. Fiscale en sociale kostprijs 61 % tot 64 %.<br />

<strong>De</strong> extra bezoldiging dient 257 % tot 278,72 % te zijn van de gedane kost.<br />

Om uw hovenier privaat 10.000,00 € te betalen, dient u zichzelf een loon uit te keren van<br />

27.872,00 €. Daarover wordt 22 % sociale bijdrage betaald, zijnde 6.132,00 € en op het saldo<br />

(27.872,00 – 6.132,00) 54 % belasting of 11.740,00 €.<br />

Blijft netto over: 27.872,00 – (6.132,00 + 11.740,00) = 10.000,00 €<br />

<strong>De</strong> totale kostprijs om een private uitgave te doen middels extra loon is 279 % van de kost.<br />

In ons voorbeeld: 27.872,00 voor een uitgave van 10.000,00 €<br />

Of<br />

Indien de vennootschap 100,00 ter beschikking heeft, kan een uitgave van 35,84 worden<br />

gedaan<br />

Private kosten voortaan zelf betalen middels een dividend<br />

Een dividend is geen fiscaal aftrekbare kost in de vennootschap, doch een verdeling van de winst.<br />

Het dividend is netto 79 % of 75 % van het brutobedrag.<br />

Op een dividend dient geen sociale bijdrage te worden betaald, noch personenbelasting.<br />

<strong>De</strong> vennootschap heeft om een private kost via dividend te betalen een belastbare winst van 202 %<br />

van de kost nodig bij 25 % RV en 192 % van de kost bij 21 % RV .<br />

(Voorheen, bij een roerende voorheffing van 15 % bedroeg de kost 178,25 %)<br />

Voorbeeld<br />

Winst 20.202,00 € waarop vennootschapsbelasting 34 % = 6.869,00 €<br />

Nettowinst uitkeerbaar als dividend: 20.202,00 – 6.869,00 = 13.333,00 € bruto dividend<br />

Roerende voorheffing op bruto dividend: 25 % = 13.333,00 x 25 % = 3.333,00 €<br />

Netto dividend om de hovenier te betalen: 13.333,00 – 3.333,00 = 10.000,00 €<br />

Of<br />

Indien de vennootschap 100,00 ter beschikking heeft, kan een uitgave van respectievelijk<br />

52,00 (bij RV van 21 %) of 49,50 (bij RV van 21 % + bijkomende heffing van 4 % of RV van<br />

25 %)<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 30


<strong>De</strong> private kost als extra loon aangeven via een fiche<br />

In dit geval wordt de betaalde kost een brutoloon waarop sociale bijdrage en personenbelasting<br />

verschuldigd zijn. <strong>De</strong> vennootschap betaalt de private uitgave en betaalt ook de sociale bijdrage (in<br />

principe 3 jaar later).<br />

<strong>De</strong> personenbelasting is 54 % op de private uitgave (en niet op 78 % van de private uitgave).<br />

<strong>De</strong> personenbelasting is een extra uitgave welke niet met inkomsten uit de vennootschap wordt<br />

betaald.<br />

<strong>De</strong> totale kost bedraagt 134,5 % van de uitgave.<br />

Voorbeeld<br />

<strong>De</strong> vennootschap betaalt de hovenier 10.000,00 € en trekt dit als onkost af, waarop zij<br />

3.400,00 € belasting spaart, nettokost = 6.600,00 €.<br />

<strong>De</strong> vennootschap maakt correct een fiche op.<br />

<strong>De</strong> vennootschap betaalt ook de sociale bijdrage van 22 % op 10.000,00 € en trekt die fiscaal<br />

af.<br />

Kostprijs: 2.200,00 x 66 % = 1.450,00 €<br />

<strong>De</strong> zaakvoerder betaalt 54 % belasting op 10.000,00 € of 5.400,00 €<br />

<strong>De</strong> vennootschap betaalt ook de 5.400,00 € belasting en maakt een fiche op.<br />

Totale kostprijs hovenier: 10.000,00 – 3.400,00 + 1.450,00 + 5.400,00 = 13.450,00 €<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 31


VII. BESLUIT SEMINARIE <strong>BEGROTINGSMAATREGELEN</strong><br />

<strong>De</strong> tarieven in de personenbelasting uit inkomsten op arbeid blijven ongewijzigd.<br />

<strong>De</strong> roerende inkomsten worden zwaarder belast door invoering van een nieuw tarief van 21 %,<br />

het uitvinden van een bijkomende heffing op de roerende inkomsten uit grote vermogens.<br />

Bovendien wordt de controle op deze inkomsten verscherpt.<br />

Het bankgeheim is nagenoeg volledig uitgehold.<br />

<strong>De</strong> kaderleden en (management)vennootschappen worden geviseerd door:<br />

- een verhoging van de voordelen van alle aard;<br />

- vooral een verhoging van de fiscale kost van personenwagens;<br />

- het vermijden van aftrekbare BTW op privé gebruik van wagens en andere gemengd<br />

gebruikte bedrijfsmiddelen;<br />

- strengere aanpak van constructies welke fiscaal geïnspireerd zijn.<br />

Een afstraffing van het gebruik om private kosten door de vennootschap te laten betalen.<br />

<strong>De</strong>ze nieuwe regels zullen leiden tot het verzwaren van de administratieve werkzaamheden, zowel<br />

voor de vennootschappen zelf, als voor de accountant.<br />

Er zullen wel altijd achter-wc-raampjes gevonden worden, de achterpoortjes is men zinnens vlug te<br />

sluiten.<br />

Een andere ingesteldheid zal nodig zijn over de wijze waarop we met onze vennootschap omgaan,<br />

met een striktere scheiding tussen het professionele- en privaatleven.<br />

WARE RIJKDOM ZIT IN HET BEPERKEN VAN UW BEHOEFTEN<br />

Wij besteden de grootste zorg aan de teksten die wij publiek maken. Niettegenstaande dat kunnen wij geen aansprakelijkheid aanvaarden<br />

voor de volstrekte juistheid en de volledigheid van de teksten die al naargelang het geval ook een opinie kunnen inhouden. Voor<br />

gepersonaliseerd advies kunt u met ons (kantoor) contact nemen.<br />

<strong>De</strong> <strong>Muynck</strong> & <strong>Partners</strong> BVovvBVBA - Studieavond begrotingsmaatregelen 26/01/2012 & 02/02/2012 32

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!