Systeemhandboek 1+n-Techniek - Siedle

1 1+n-Techniek
Systeembeschrijving
Aderbesparend
1+n-Systeem
Opbouw
Het aderbesparende 1+n-Systeem is
gebaseerd op een installatie met een
gemeenschappelijke ader en een
oproepader "n" voor ieder toestel,
die de beltoets op de huisdeur direct
met iedere intercom verbindt. Met
deze beide aders worden alle
functies gerealiseerd, dus bellen,
spreken, deur openen en schakelfuncties.
Zonder verdere accessoires
kunnen tot maximaal 8 deurstations
parallel gebruikt worden.
Op iedere intercom kan een etageoproeptoets
worden aangesloten,
waarmee direct aan de woningdeur
gebeld kan worden. De aansturing
van de deuropener geschiedt altijd
voor het deurstation, waaraan
gebeld werd. Binnen het 1+n-
Systeem staat een spraakverbinding
ter beschikking; met extra controllers
kan het aantal spraakverbindingen
verhoogd worden.
In de schema's ligt de gemeenschappelijke
ader op klem 1 en de
oproepaders "n" op klem 7. Beide
aders dienen in dezelfde kabel
gevoerd te worden. Klem 7 wordt in
ruststand via de toetsenmodule met
gelijkspanning verzorgd. Zolang de
beltoets gedrukt wordt, stijgt de
spanning tot de volle waarde.
Voor de basisfuncties bellen,
spreken, deur openen is geen
programmering vereist.
Aderbesparend 1+n-Systeem met
video-overdracht
Opbouw
Het 1+n-Systeem kan met video
gecombineerd worden. De
overdracht van het videosignaal
geschiedt via een in de handel
verkrijgbare coaxkabel 75 Ohm.
Het deurstation wordt met een
camera aangevuld, de intercoms
hebben een ingebouwde kleurenmonitor.
In iedere intercom met kleurenmonitor
is een videoverdeler ingebouwd,
waarmee het videosignaal
van apparaat naar apparaat kan
worden doorgelust. Met de juiste
videoverdelers is natuurlijk ook een
stervormige installatie mogelijk.
Iedere intercom met kleurenmonitor
moet met een gelijkspanning
verzorgd worden. Deze voeding
overneemt een centrale Videonetvoeding
in de hoofdverdeling.
Na een deuroproep stuurt de
deurluidspreker via een stuurleiding
de cameramodule aan. De monitor
in de intercom schakelt zich aan, het
beeld van de bezoeker is te zien.
2 Veiligheidsrichtlijnen
Gevaar
Inbouw, montage en
onderhoudswerkzaamheden aan
electrische apparaten mogen
uitsluitend door een elektrovakman
worden uitgevoerd.
Bij het niet opletten bestaat het
gevaar op zware schade aan de
gezondheid of levensgevaar
door electrische schokken.
• Bij het werken aan het apparaat
dienen de aanwijzingen voor de
netvrijschakeling te worden
nageleefd.
• De norm DIN EN 60065 dient te
worden nageleefd!
Bij het maken van de electronische
verbinding dienen de vereisten van
VDE 0805 resp. EN 60950 te worden
nageleefd.
• In de gebouwinstallatie moet een
alpolige netschakelaar met een
contactopening van tenminste 3 mm
beschikbaar te zijn.
• Er dient op gelet te worden, dat
de aansluitplaats in de gebouweninstallatie
met max. 16 A is
afgezekerd.
• Bij de planning van grotere
(complexere) installaties dient met
de benodigde verdelerplaats voor de
schakelbordinbouwapparaten bij de
planning van de verdeler rekening te
worden gehouden.
• Spanningen van buitenaf >30 V
AC/DC mogen niet in de intercoms
worden ingevoerd.
Apparaten met 230 V aansluiting
Volgens DIN VDE 0100 deel 410,
uittreksel 411.1.3 dient op het
behoud van de zekere scheiding
tussen busleidingen en netspanning
te worden gelet; d.w.z. 1+n-aders
en netaders mogen elkaar niet
raken! De kabel van de 1+n-leiding
(beschermende laagspanning)
slechts zo lang afmantelen, dat deze
aangesloten kan worden.
3