25.07.2013 Views

Milieuparagraaf Westrand - Gemeente Roosendaal

Milieuparagraaf Westrand - Gemeente Roosendaal

Milieuparagraaf Westrand - Gemeente Roosendaal

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

MILIEUPARAGRAAF<br />

BESTEMMINGSPLAN<br />

WESTRAND<br />

ROOSENDAAL<br />

1


MILIEUPARAGRAAF<br />

BESTEMMINGSPLAN<br />

WESTRAND<br />

ROOSENDAAL<br />

Opdrachtgever: <strong>Gemeente</strong> <strong>Roosendaal</strong><br />

Mevrouw C. Pfaff<br />

Uitvoering: Regionale Milieudienst West-Brabant/ OMWB<br />

Postbus 16 Postbus 75<br />

4700 AA ROOSENDAAL 5000 AB TILBURG<br />

Opgesteld door: Marianne Mesman<br />

Collegiale toets: Wim van Broekhoven/ Jos van Mierlo<br />

Datum rapport: 21 november 2011<br />

(met aanvulling bestemmingswijziging Wennekerlocatie<br />

januari 2013)<br />

Dit advies is gebaseerd op de geldende wet- en regelgeving. Indien u het advies niet direct<br />

gebruikt, dient u er rekening mee te houden dat wet- en regelgeving aan verandering onderhevig<br />

zijn en het advies naar verloop van tijd mogelijk (op onderdelen) niet meer correct<br />

is. Bij twijfel hierover kunt u met ons contact opnemen, zodat wij u kunnen adviseren over<br />

de bruikbaarheid van het advies.<br />

2


Inhoudsopgave<br />

1 Inleiding ........................................................................................................... 4<br />

2 Bedrijven en milieuzonering ................................................................................ 6<br />

3 Geur ............................................................................................................... 10<br />

4 Luchtkwaliteit .................................................................................................. 11<br />

5 Geluid............................................................................................................. 13<br />

6 Externe veiligheid ............................................................................................ 17<br />

7 Bodem ............................................................................................................ 23<br />

8 Flora en fauna ................................................................................................. 26<br />

9 Mer ................................................................................................................ 28<br />

Bijlagen<br />

3


1 Inleiding<br />

De gemeente <strong>Roosendaal</strong> heeft de RMD gevraagd een milieuparagraaf op te stellen voor het<br />

nieuwe bestemmingsplan <strong>Westrand</strong>. Het plangebied is weergegeven op onderstaande<br />

kaartuitsnede. De <strong>Westrand</strong> is gelegen in de oksel van de A17 en de A58. Aan de oostzijde<br />

wordt het plangebied begrensd door de doorgaande spoorlijnen richting Zeeland en Antwerpen<br />

en aan de noordzijde door het gebied Stadsoevers en bedrijventerrein Borchwerf. In<br />

<strong>Westrand</strong> komen voornamelijk woonfuncties voor, afgewisseld met onder meer maatschappelijke<br />

functies en een wijkwinkelcentrum. Ook de Kade maakt deel uit van het plangebied.<br />

Bestemmingsplan <strong>Westrand</strong> is in hoofdzaak een conserverend bestemmingsplan. Nieuwe<br />

bestemmingen zijn voorzien voor het Permekeplein en de locatie Wenneker.<br />

Het Permekeplein, een voormalig buurtwinkelcentrum met daarboven woningen, krijgt een<br />

woonbestemming. In dit kader wordt opgemerkt dat de locatie van de Drum- en showband<br />

<strong>Roosendaal</strong> aan het Permekeplein herbestemd wordt. Met de drum- en showband is in het<br />

onderzoek derhalve geen rekening gehouden.<br />

De vigerende bestemming van de locatie Wenneker is Bedrijfsdoeleinden. Binnen deze bestemming<br />

zijn bedrijven in de milieucategorieën 1, 2 en 3 toegestaan alsmede maximaal<br />

één bedrijfswoning per bedrijf. In de nieuwe situatie komt er een gemengde bestemming op<br />

de locatie te liggen. Naast bedrijvigheid in maximaal milieucategorie 3.2 worden toegestaan:<br />

- kleinschalige kantoren/kantooreenheden, dat wil zeggen < 1.500 m 2 bvo;<br />

- maatschappelijke functies, met uitzondering van functies voor minder zelfredzame<br />

personen;<br />

- sportschoolachtige functies;<br />

- evenementen, zowel besloten als publieksgericht (publieksgericht maximaal circa 6<br />

per jaar).<br />

Horeca is mogelijk mits ondergeschikt aan de hoofdfunctie.<br />

4


De locatie wordt inwaarts gezoneerd zodat de afstanden tussen de activiteiten en de bestaande<br />

woningen in de omgeving acceptabel zijn. In de huidige situatie bevindt er zich één<br />

bedrijfswoning op het perceel. In de nieuwe situatie worden geen gevoelige functies (woningen<br />

of bedrijfswoningen) toegelaten, ook niet de bestaande bedrijfswoning.<br />

Specifiek voor het onderdeel bedrijven en milieuzonering zijn de volgende acties uitgevoerd:<br />

- bekeken is welke milieucategorie mogelijk is binnen de bedrijfsbestemming van het<br />

Hertoghsterrein;<br />

- onderzoek heeft plaatsgevonden naar de voormalige Kwik-Fitlocatie aan de Jac Vosstraat.<br />

Hierbij is de vraag beantwoord of en zo ja welke vormen van maatschappelijke<br />

functies, dienstverlening en kantoren op basis van de VNG-richtlijnen uitgesloten, dan<br />

wel verantwoord zijn.<br />

5


2 Bedrijven en milieuzonering<br />

2.1 Inleiding<br />

Milieuzonering is het aanbrengen van een noodzakelijke ruimtelijke scheiding tussen milieubelastende<br />

en milieugevoelige functies ter bescherming of vergroting van de kwaliteit van<br />

de leefomgeving. Milieuzonering beperkt zich in het algemeen tot de milieuaspecten met<br />

een ruimtelijke dimensie: geur, stof, geluid en gevaar.<br />

Voor een verantwoorde inpassing van bedrijvigheid in haar fysieke omgeving of van gevoelige<br />

functies nabij bedrijven, heeft de VNG van de publicatie „Bedrijven en milieuzonering‟ in<br />

2009 een geheel herziene uitgave opgesteld. Deze publicatie is geraadpleegd ten behoeve<br />

van de paragraaf bedrijven en milieuzonering.<br />

Toelichting<br />

In de VNG-publicatie is een richtafstandenlijst opgenomen in relatie tot het omgevingstype<br />

rustige woonwijk. In deze lijst zijn bedrijven op grond van hun potentiële milieubelasting<br />

ingedeeld in zes categorieën. In de tabel zijn de milieucategorieën en richtafstanden uit de<br />

VNG-publicatie overgenomen.<br />

Tabel: Milieucategorieën en richtafstanden<br />

Milieucategorie Richtafstanden tot omgevingstype ‘rustige woonwijk’ in meters<br />

1 10<br />

2 30<br />

3.1 50<br />

3.2 100<br />

4.1 200<br />

4.2 300<br />

5.1 500<br />

5.2 700<br />

5.3 1000<br />

6 1500<br />

De richtafstand geldt tussen enerzijds de grens van de bestemming die bedrijven (of andere<br />

milieubelastende functies) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een<br />

woning (of andere milieugevoelige functie) die volgens het (bestemmings)plan of via vergunningvrij<br />

bouwen mogelijk is.<br />

2.2 Omgevingstype<br />

Het omgevingstype „gemengd gebied‟ is van toepassing op de bebouwingsstrook langs de<br />

Burgemeester Freijterslaan, de Jan Vermeerlaan, de Hulsdonksestraat de Badhuisstraat en<br />

de rijkswegen. Voor de Kade is uitgegaan van functiemenging. Dit heeft te maken met het<br />

gegeven, dat de milieubelastende en de milieugevoelige functies op korte afstand van elkaar<br />

voorkomen. Voor het overige deel van het plangebied is uitgegaan van het omgevingstype<br />

rustige woonwijk.<br />

2.3 Bestaande bedrijven<br />

Bestemmingsplan <strong>Westrand</strong> is, uitgezonderd de locaties Permekeplein en Wenneker, conserverend<br />

van aard waarbij de huidige functies worden vastgelegd.<br />

In bijlage 1 zijn de milieurelevante bedrijfsactiviteiten binnen het plangebied weergegeven.<br />

Uit de bedrijvenlijst blijkt dat de aanwezige bedrijfsactiviteiten voor het merendeel onder<br />

milieucategorie 1 en 2 vallen. Uitzonderingen vormen: ATA Aardappelhandel (Hulsdonksestraat<br />

40) en Gebroeders Deijkers Bouwgroep (Sint Theresiastraat 21C), zij vallen in milieucategorie<br />

3.1. De bedrijven Christiaan Liebau B.V. (Burgemeester Freijterslaan 45), Timmerfabriek<br />

Van Loon (Wouwseweg 23) en Lacombe Interieurbouw (Wouwseweg 150) vallen<br />

in milieucategorie 3.2.<br />

6


Toelichting<br />

De bedrijven opgenomen in bijlage 1 zijn ten tijde van de verlening van de milieuvergunning/omgevingsvergunning<br />

voor het aspect milieu of de behandeling van de melding in het<br />

kader van de algemene maatregel van bestuur ingevolge artikel 8.40 Wet milieubeheer<br />

getoetst aan de fysieke bestaande situatie waarbij per milieuaspect een afweging is gemaakt<br />

met het oog op de omgeving.<br />

Bij vergunningplichtige bedrijven in het kader van milieu is de milieubelasting op basis<br />

daarvan door middel van voorschriften begrensd. Bij meldingsplichtige bedrijven zijn eventueel,<br />

naast de algemeen geldende voorschriften, maatwerkvoorschriften gesteld.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

De bedrijvenlijst is samengesteld op basis van gegevens in het inrichtingeninformatiesysteem<br />

van de RMD. Indien een bedrijf wel voorkomt in het register van de<br />

Kamer van Koophandel, maar uit de gevelkenmerken blijkt dat er geen sprake is van een<br />

bedrijf maar van een woning, is ervan uitgegaan dat er geen sprake is van een bedrijf en<br />

is het bedrijf dan ook niet op genomen in de bijlage. De bedrijvenlijst is samengesteld in<br />

november 2011 met gebruikmaking van SBI 2008 en de VNG-publicatie Bedrijven en<br />

milieuzonering (uitgave 2009).<br />

2.4 Nieuwe bedrijven<br />

Vestiging van nieuwe bedrijven in het plangebied zal slechts mogelijk zijn indien de beoogde<br />

bedrijfsactiviteiten daar milieuhygiënisch acceptabel zijn. Daartoe is in het bestemmingsplan<br />

vastgelegd welke milieucategorie toelaatbaar is. Vervolgens zullen de betreffende<br />

bedrijven moeten voldoen aan de milieuvoorschriften die verbonden zijn aan het Besluit<br />

algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) of aan de eigen omgevingsvergunning.<br />

2.5 Permekeplein<br />

Vanuit het oogpunt van bedrijven en milieuzonering is er geen bezwaar tegen de realisatie<br />

van woningen op de locatie Permekeplein.<br />

2.6 Wenneker<br />

Wenneker heeft op de locatie aan de Badhuisstraat een destilleerderij gehad. Dit type bedrijvigheid<br />

valt onder SBI-code 2008: 110101 in milieucategorie 4.2. De omgeving kan<br />

gekwalificeerd worden als gemengd gebied.<br />

Bij herinvulling van het Wennekerterrein kunnen op basis van inwaartse zonering activiteiten<br />

tot maximaal milieucategorie 3.2 worden toegelaten. Dit is mogelijk omdat er geen<br />

nieuwe (bedrijfs)woningen worden toegestaan en de bestaande bedrijfswoning verdwijnt.<br />

Milieucategorie 3.2 is toelaatbaar op het noordoostelijk deel van de locatie. Milieucategorie<br />

3.1 is toelaatbaar in de strook langs de Vliet en ten zuiden van het vlak met categorie 3.2.<br />

Op de zuidpunt van het perceel is maximaal milieucategorie 2 mogelijk, tot op een afstand<br />

van 10 meter van de naastgelegen woning aan de Badhuisstraat 32. Binnen 10 meter van<br />

deze woning is slechts milieucategorie 1 acceptabel. Door toepassing van het principe van<br />

inwaartse zonering wordt er voldoende afstand gecreëerd tussen milieubelastende activiteiten<br />

en milieugevoelige functies in de omgeving.<br />

7


2.7 Bedrijfsbestemming Hertoghsterrein<br />

Bekeken is welke milieucategorieën mogelijk zijn binnen de bedrijfsbestemming van de<br />

locatie Hertoghsterrein. Op grond van het vigerende bestemmingsplan West 2 is maximaal<br />

categorie 3 toegestaan.<br />

Carrosseriebedrijf Hertoghs heeft op deze locatie vrachtwagencarrosserieën gebouwd. Dit<br />

soort bedrijvigheid valt onder SBI-code 2008: 29.201 in milieucategorie 4.1. De omgeving<br />

is te typeren als gemengd gebied.<br />

De woonbestemming op de percelen Wouwseweg 184 en 184A beperkt de mogelijkheden<br />

ten aanzien van de toelaatbare milieucategorie sterk. Indien het Hertoghsterrein opnieuw<br />

zou worden ingevuld met bedrijven, kunnen op basis van inwaartse zonering bedrijven in<br />

maximaal milieucategorie 3.1 worden toegelaten. Milieucategorie 3.1 is mogelijk op een<br />

strook van 30 meter breed aan de westzijde van het perceel. Echter, dit betreft een ondergeschikt<br />

deel van het terrein. Het is daarom reëler om uit te gaan van milieucategorie 2.<br />

Deze categorie is haalbaar tot op 10 meter van de gevels van woningen (rekening houdend<br />

met bouwmogelijkheden binnen het bestemmingsplan en via vergunningvrij bouwen). Binnen<br />

de gestelde 10 meter is maximaal categorie 1 toelaatbaar.<br />

2.8 Kwik-Fitlocatie<br />

Bekeken is of, en zo ja welke, vormen van maatschappelijke functies, dienstverlening en<br />

kantoren op basis van de VNG-richtlijnen uitgesloten, dan wel verantwoord zijn.<br />

Het Kwik-Fitterrein is geheel omsloten door woonbebouwing en een kantoorgebouw. De<br />

woningen gelegen aan de Burgemeester Freijterslaan behoren tot omgevingstype gemengd<br />

gebied. De woningen ten noorden en oosten van de Kwik-Fitlocatie zijn te beschouwen als<br />

behorend tot omgevingstype rustige woonwijk. Hiervan uitgaande is milieucategorie 1 toelaatbaar.<br />

De volgende activiteiten vallen bijvoorbeeld in milieucategorie 1:<br />

kappersbedrijven, schoonheidsinstituten, uitvaartcentra, bibliotheken, musea, ateliers, kantoren,<br />

banken, verzekeringswezen, makelaarskantoren, computerservicebureaus, openbaar<br />

bestuur, consultatiebureaus, artsenpraktijken, reisbureaus, detailhandel (uitgezonderd<br />

bouwmarkten, tuincentra, hypermarkten), hotels, restaurants, cafetaria‟s, snackbars en<br />

café‟s.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

De woningen ten noorden en oosten van de Kwik-Fitlocatie behoren onzes inziens eerder<br />

tot het omgevingstype rustige woonwijk dan tot een gemengd gebied. Maar de ervaring<br />

leert dat er lang niet altijd een scherpe grens te trekken is tussen beide omgevingstypes.<br />

In dit geval kunnen er argumenten zijn om de grens van omgevingstype gemengd gebied<br />

ruimer te nemen. Dit heeft alles te maken met het omgevingsklimaat dat de gemeente<br />

ter plaatse nastreeft. Het is aan de gemeente om hierin keuzes te maken. Uiteraard dient<br />

er sprake te zijn van een deugdelijke motivering. Indien alle woningen rondom de herontwikkelingslocatie<br />

Kwik-Fit tot omgevingstype gemengd gebied behoren, is milieucategorie<br />

2 toelaatbaar.<br />

Voorbeelden van functies die tot milieucategorie 2 behoren zijn: kerken, kinderopvang,<br />

onderwijs, buurthuizen, clubhuizen, dansscholen, bowlingcentra, amusementshallen,<br />

fitnesscentra en sauna-baden.<br />

2.9 Conclusie<br />

Het bestemmingsplan heeft een in hoofdzaak conserverend karakter. In de bedrijvenlijst<br />

zijn de aanwezige bedrijven opgenomen. Vestiging van nieuwe bedrijven in het plangebied<br />

zal slechts mogelijk zijn indien de beoogde bedrijfsactiviteiten daar milieuhygiënisch acceptabel<br />

zijn.<br />

Vanuit de optiek bedrijven en milieuzonering is er geen belemmering voor de realisatie van<br />

woningen op de locatie Permekeplein.<br />

8


Het Wennekerterrein leent zich goed voor inwaartse zonering. Op deze wijze wordt er voldoende<br />

afstand gecreëerd tot woningen in de directe omgeving.<br />

In tegenstelling tot de locatie Wenneker, biedt het Hertoghsterrein beperkte mogelijkheden<br />

tot inwaartse zonering. Op het overgrote deel van het terrein is milieucategorie 2 haalbaar.<br />

Het Kwik-Fitterrein biedt, uitgaande van het omgevingstype „rustige woonwijk‟, slechts<br />

ruimte voor bedrijfsactiviteiten in milieucategorie 1.<br />

9


3 Geur<br />

3.1 Inleiding<br />

Er is geen plaatselijk geurbeleid van toepassing. Voor de beoordeling van de geursituatie<br />

wordt in voorkomende gevallen gebruik gemaakt van de hindersystematiek geur uit de Nederlandse<br />

emissierichtlijn lucht (NeR).<br />

Ondernemingen hebben te maken met milieuvoorschriften. Deze zijn gebaseerd op de Wet<br />

milieubeheer en staan in algemene milieuregels zoals het Besluit algemene regels voor inrichtingen<br />

milieubeheer (Activiteitenbesluit) of in een omgevingsvergunning voor het oprichten<br />

of veranderen van een milieu-inrichting.<br />

3.2 Bestaande bedrijven<br />

Er zijn geen bestaande bedrijven te noemen, die in het plangebied aanleiding geven tot<br />

klachten over geurhinder. Voor de bestaande bedrijven wordt verwezen naar de bedrijvenlijst<br />

die opgenomen is in bijlage 1.<br />

Ten noorden en ten noordoosten van het plangebied bevinden zich bedrijven: een afvalverwerkingsbedrijf<br />

aan de Potendreef en diverse bedrijven op het bedrijventerrein Borchwerfwest.<br />

De geurinvloed van deze bedrijven kan tot in het plangebied reiken, maar met behulp<br />

van het instrumentarium van de Wet milieubeheer wordt erop toegezien dat het hinderniveau<br />

acceptabel is.<br />

Bestaande bedrijven in en om het plangebied zullen moeten voldoen aan de genoemde<br />

milieuvoorschriften, zodat de geurhinder die een bestaand bedrijf veroorzaakt bij naburige<br />

bedrijven of woningen een acceptabel niveau heeft. Uitbreiding van bestaande bedrijven in<br />

het plangebied zal slechts mogelijk zijn indien de beoogde bedrijfsactiviteiten daar milieuhygiënisch,<br />

onder andere qua geur, acceptabel zijn. Een bedrijf dat uitbreidt zal moeten<br />

voldoen aan de bepalingen in het bestemmingsplan en aan de milieuvoorschriften die verbonden<br />

zijn aan het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit)<br />

of aan de eigen omgevingsvergunning voor de activiteit milieu.<br />

3.3 Nieuwe bedrijven<br />

Vestiging van nieuwe bedrijven in en om het plangebied zal slechts mogelijk zijn indien de<br />

beoogde bedrijfsactiviteiten daar milieuhygiënisch, onder andere qua geur, acceptabel zijn.<br />

Nieuwe bedrijven moeten voldoen aan de bepalingen in het bestemmingsplan en aan de<br />

milieuvoorschriften die verbonden zijn aan het Besluit algemene regels voor inrichtingen<br />

milieubeheer of aan de eigen omgevingsvergunning voor de activiteit milieu.<br />

3.4 Permekeplein<br />

De beoogde ontwikkelingslocatie Permekeplein bevindt zich niet binnen de geurcontour van<br />

een bestaand bedrijf en zal –gelet op de geldende bestemmingsplannen– niet in een geurcontour<br />

komen te liggen. Op het gebied van geur van bedrijven (industrie, veehouderij) is<br />

dan ook geen knelpunt te verwachten.<br />

3.5 Wenneker<br />

De beoogde ontwikkelingslocatie Wenneker bevindt zich niet binnen de geurcontour van een<br />

bestaand bedrijf en zal –gelet op de geldende bestemmingsplannen– niet in een geurcontour<br />

komen te liggen. Op het gebied van geur van bedrijven (industrie, veehouderij) is dan<br />

ook geen knelpunt te verwachten. Door toepassing van inwaartse zonering wordt voldoende<br />

afstand gecreëerd tot naburige woningen.<br />

3.6 Conclusie<br />

Bovenstaande betekent dat ter plaatse van de ontwikkelingslocaties Permekeplein en Wenneker<br />

naar verwachting geen geurhinder zal optreden als gevolg van bedrijven in de omgeving.<br />

Verder zijn er geen bedrijven in of in de omgeving van het plangebied waarvan de<br />

invloed met betrekking tot geur tot belemmeringen leidt in het plangebied. Knelpunten met<br />

betrekking tot geur zijn niet te verwachten. Het aspect geur levert geen beletsel of beperking<br />

op voor het bestemmingsplan.<br />

10


4 Luchtkwaliteit<br />

4.1 Inleiding<br />

Het wettelijk kader voor de luchtkwaliteit is gegeven in:<br />

de Wet tot wijziging van de Wet milieubeheer (luchtkwaliteitseisen), hierna te noemen<br />

de Wm;<br />

het „Besluit niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)‟, hierna te noemen<br />

het Besluit nibm;<br />

de „Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)‟, hierna te noemen<br />

de Regeling nibm;<br />

de „Regeling projectsaldering luchtkwaliteit 2007‟;<br />

de „Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007‟;<br />

het „Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen)‟.<br />

Voor de kwaliteit van de buitenlucht gelden de in bijlage 2 van de Wm opgenomen grenswaarden<br />

voor zwaveldioxide, stikstofdioxide (NO 2), stikstofoxiden, zwevende deeltjes<br />

(PM 10), lood, koolmonoxide en benzeen.<br />

Een besluit om een ruimtelijke ontwikkeling toe te staan betreft de uitoefening van een<br />

bevoegdheid als bedoeld in artikel 5.16, tweede lid, van de Wm die gevolgen kan hebben<br />

voor de luchtkwaliteit. In artikel 5.16 Wm is voorts geregeld dat in bepaalde categorieën<br />

van gevallen, die niet in betekenende mate bijdragen aan de verslechtering van de luchtkwaliteit,<br />

geen directe toetsing aan de grenswaarden hoeft plaats te vinden.<br />

Toelichting<br />

De grenswaarden van de genoemde stoffen zijn reeds ingegaan, met één uitzondering: voor<br />

stikstofdioxide (NO 2) gaat de grenswaarde in op 1 januari 2015. Voor de kleinere fractie van<br />

de zwevende deeltjes, die met PM 2,5 wordt aangeduid, zal de grenswaarde (een jaargemiddelde<br />

concentratie van 25 µg/m 3 ) op 1 januari 2015 ingaan. Tot 1 januari 2015 blijft het<br />

toetsen aan die grenswaarde buiten beschouwing bij de uitoefening van een bevoegdheid of<br />

toepassing van een wettelijk voorschrift (zie Wm artikel 5.16, lid 2 een opsomming van<br />

deze bevoegdheden en wettelijke voorschriften). Dit is ongeacht of een besluit van vóór 1<br />

januari 2015 ook na de genoemde datum gevolgen voor de luchtkwaliteit heeft of kan hebben<br />

(zie Wm bijlage 2 voorschrift 4.4, lid 2).<br />

In artikel 5.16 Wm is geregeld dat in bepaalde categorieën van gevallen, die niet in betekenende<br />

mate bijdragen aan de verslechtering van de luchtkwaliteit, geen directe toetsing aan<br />

de grenswaarden hoeft plaats te vinden. In het ‘Besluit niet in betekenende mate bijdragen<br />

(luchtkwaliteitseisen)’ en de ‘Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)’<br />

zijn deze categorieën van gevallen aangewezen. Zo kan een woningbouwlocatie onder<br />

de in deze regelgeving aangewezen categorieën vallen, namelijk indien een dergelijke<br />

locatie, in geval van één ontsluitingsweg, netto niet meer dan 1.500 woningen omvat. En<br />

een kantoorlocatie indien deze, in geval van één ontsluitingsweg, niet meer dan 100.000 m 2<br />

bruto vloeroppervlak omvat.<br />

4.2 Toetsing grenswaarden<br />

In dit geval gaat het om een conserverend bestemmingsplan, de locaties Permekeplein en<br />

Wenneker daarvan uitgezonderd. Het is aannemelijk dat de concentratie van stoffen in de<br />

buitenlucht als gevolg van het conserverende deel van het plan per saldo gelijk blijft. Toetsing<br />

aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit is hiervoor derhalve niet aan de orde.<br />

4.3 Permekeplein<br />

Het aantal woningen dat op de locatie Permekeplein ontwikkeld zal worden is veel kleiner<br />

dan 1.500. De ontwikkeling zal niet in betekenende mate bijdragen aan de verslechtering<br />

van de luchtkwaliteit. In een dergelijk geval is nader onderzoek naar de concentratie van<br />

luchtverontreinigende stoffen en toetsing aan de luchtkwaliteitsgrenswaarden niet nodig.<br />

11


4.4 Wenneker<br />

De locatie Wenneker krijgt een gemengde bestemming. De exacte invulling van de locatie is<br />

vooralsnog niet bekend en evenmin is er duidelijkheid over het toekomstige aantal motorvoertuigbewegingen.<br />

Gezien de beperkte omvang van het perceel is de verwachting dat de<br />

ontwikkeling niet in betekenende mate bijdraagt aan de verslechtering van de luchtkwaliteit.<br />

Indien er bijvoorbeeld sprake is van een volledige kantoorinvulling, dan zal het te realiseren<br />

bruto kantoorvloeroppervlak veel kleiner zijn dan 100.000 m 2 , de niet in betekenende<br />

mate grens bij één ontsluitingsweg.<br />

4.5 Concentratie luchtverontreinigende stoffen<br />

Om een indruk te krijgen van de luchtkwaliteit in het plangebied, is gebruik gemaakt van de<br />

monitoringstool van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Daarin zijn gegevens over<br />

de concentraties luchtverontreinigende stoffen opgenomen.<br />

De concentraties langs de drukste wegen in en direct langs het plangebied <strong>Westrand</strong> voor<br />

de stoffen NO 2 (stikstofdioxide) en PM 10 (fijnstof) zijn relatief laag, aanzienlijk lager dan de<br />

grenswaarden, zodat luchtkwaliteitsknelpunten niet te verwachten zijn.<br />

Toelichting<br />

In de tabellen wordt voor NO 2 en PM 10 inzicht gegeven in de concentraties in 2015 en 2020.<br />

In deze tabellen zijn de resultaten voor PM 10 weergegeven inclusief de zeezout-aftrek voor<br />

fijnstof (voor de gemeente <strong>Roosendaal</strong> bedraagt deze aftrek 4 ug/m 3 voor het jaargemiddelde<br />

van PM 10 en 6 dagen voor het etmaalgemiddelde van PM 10). In bijlage 2 zijn de figuren<br />

uit de monitoringstool terug te vinden. In de onderste rij van de tabellen zijn de grenswaarden<br />

vermeld.<br />

Tabel: Concentraties 2015 <strong>Westrand</strong><br />

Locatie NO2 jaargem.<br />

µg/m 3<br />

PM10 jaargem.<br />

µg/m 3<br />

PM10 etmaalgemiddelde<br />

aantal dagen per jaar*<br />

A17 < 37 < 30 < 35<br />

A58 < 37 < 30 < 35<br />

Burgemeester Freijterslaan < 37 < 30 < 35<br />

Hulsdonksestraat < 37 < 30 < 35<br />

Jan Vermeerlaan < 37 < 30 < 35<br />

grenswaarden 40,0 40,0 35<br />

Tabel: Concentraties 2020 <strong>Westrand</strong><br />

Locatie NO2 jaargem.<br />

µg/m 3<br />

PM10 jaargem.<br />

µg/m 3<br />

PM10 etmaalgemiddelde<br />

aantal dagen per jaar*<br />

A17 < 37 < 30 < 35<br />

A58 < 37 < 30 < 35<br />

Burgemeester Freijterslaan < 37 < 30 < 35<br />

Hulsdonksestraat < 37 < 30 < 35<br />

Jan Vermeerlaan < 37 < 30 < 35<br />

grenswaarden 40,0 40,0 35<br />

* hier is het aantal dagen per jaar vermeld, waarop de etmaalgemiddelde concentratie<br />

van PM10 groter is dan 50 µg/m 3 .<br />

4.6 Conclusie<br />

Het aspect luchtkwaliteit levert geen beletsel of beperking op voor het bestemmingsplan.<br />

Noch voor het conserverende deel, noch voor de ontwikkelingen Permekeplein en Wennekerlocatie.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Indien in het plangebied toch ruimtelijke ontwikkelingen worden mogelijk gemaakt die<br />

gevolgen hebben voor de luchtkwaliteit, zal conform de daarvoor geldende landelijke regels<br />

een onderzoek naar de luchtkwaliteit moeten worden uitgevoerd.<br />

12


5 Geluid<br />

5.1 Inleiding<br />

In de Wet geluidhinder (Wgh) is bepaald dat voor locaties in het bestemmingsplan waar<br />

woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen kunnen worden gerealiseerd, de geluidbelasting<br />

wordt onderzocht binnen de zones behorende bij verkeerswegen, spoorwegen<br />

en industrieterreinen. Het bestemmingsplan <strong>Westrand</strong> is conserverend van karakter uitgezonderd<br />

de locatie Permekeplein, waar woningen geprojecteerd zijn, en de locatie Wenneker<br />

die een gemengde bestemming krijgt.<br />

Onderzoek naar de geluidbelasting op de ontwikkellocatie Permekeplein ten gevolge van<br />

wegverkeerslawaai is uitgevoerd en opgenomen in bijlage 3 (akoestisch onderzoek<br />

11090331 d.d. november 2011). Deze bijlage bevat tevens de berekening van de geluidbelasting<br />

ten gevolge van de verkeersaantrekkende werking van de ontwikkeling op de locatie<br />

Wenneker.<br />

5.2 Bedrijven<br />

5.2.1 Bestaande bedrijven<br />

Voor de in het plangebied gelegen inrichtingen in de zin van de Wet algemene bepalingen<br />

omgevingsrecht (Wabo) gelden de geluidvoorschriften, verbonden aan de Wabo-vergunning<br />

voor het aspect milieu of de algemene maatregel van bestuur ingevolge artikel 8.40 Wet<br />

milieubeheer. In deze voorschriften worden maxima gesteld aan de geluidniveaus die een<br />

inrichting (bedrijf) mag veroorzaken, ter plaatse van de gevel van geluidgevoelige bestemmingen<br />

van derden, dan wel ter plaatse van vastgestelde referentiepunten. Zo wordt geluidhinder<br />

voorkomen.<br />

5.2.2 Wenneker<br />

Ten aanzien van het aspect geluid wordt er voor de locatie Wenneker van uitgegaan dat er<br />

geen geluidgevoelige functies mogelijk worden gemaakt en dat de locatie inwaarts gezoneerd<br />

wordt op grond van de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering en uitgaande van<br />

omgevingstype „gemengd gebied‟.<br />

Onduidelijk is, of ten behoeve van toekomstige ontwikkelingen één of meerdere Wabovergunningen<br />

voor de activiteit milieu gaan gelden, dan wel of er sprake zal zijn van nieuw<br />

te vestigen inrichtingen die onder een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) gaan vallen.<br />

Omdat thans nog geen aanvraag voor een vergunning ingevolge de Wabo aangevraagd is<br />

dan wel een melding in het kader van een AMvB verricht is, kan op voorhand niets concreets<br />

ten aanzien van de milieu-invloed van de planontwikkeling op de omgeving gesteld<br />

worden. Feit is wel dat de nieuw te vestigen bedrijven zodanig in het gebied „ingepast‟ dienen<br />

te worden dat de milieu-invloed op de omgeving zodanig is, dat voldaan wordt aan de<br />

milieucriteria (richtwaarden) die voor de omgeving moeten gelden.<br />

Ten behoeve van een eventuele vergunningaanvraag in het kader van de Wet milieubeheer<br />

dan wel een melding in het kader van een AMvB, dienen alle geluidrelevante onderdelen<br />

van de nieuw te vestigen inrichtingen door middel van een rapportage van een akoestisch<br />

onderzoek in beeld gebracht te worden. Dus ook bijvoorbeeld het (sluiten van portieren op<br />

het) parkeerterrein. Uit deze rapportage blijkt, hoe de bedrijven ingericht dienen te worden<br />

zodat ter plaatse van de geluigevoelige omgeving voldaan wordt aan de voor die omgeving<br />

geldende richtwaarden.<br />

Omdat de vergunningssituatie van de bedrijven binnen het plangebied nog niet duidelijk is,<br />

kan niet met zekerheid gesteld worden of de verkeersaantrekkende werking voor één of<br />

meerdere inrichtingen beoordeeld dient te worden (of dit akoestisch relevant is). Daarnaast<br />

is nog niet duidelijk of en hoeveel parkeerplaatsen onderdeel gaan uitmaken van de inrichting(en).<br />

Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat verkeer van en naar het plangebied ontsluit<br />

via de in- en uitrit naast de woning Badhuisstraat 32. Om de voorkeursgrenswaarde van 50<br />

13


dB(A) etmaalwaarde op deze woning niet te overschrijden kunnen in deze situatie maximaal<br />

de volgende in de tabel opgenomen aantallen motorvoertuigen per etmaalperiode de woning<br />

passeren:<br />

Tabel: Aantallen motorvoertuigen<br />

Dagperiode Avondperiode Nachtperiode<br />

07.00-19.00 uur 19.00-23.00 uur 23.00-07.00 uur<br />

Lichte motorvoertuigen 48 8 12<br />

Middelzware motorvoertuigen 6 1 0<br />

Zware motorvoertuigen 3 0 0<br />

De berekeningen die hieraan ten grondslag liggen zijn opgenomen in bijlage 3 van dit rapport.<br />

5.3 Industrielawaai<br />

In de gemeente <strong>Roosendaal</strong> bevindt zich het ingevolge de Wet geluidhinder gezoneerde<br />

industrieterrein Borchwerf-Stationsgebied. Het plangebied is voor een klein gedeelte binnen<br />

de vastgestelde zonegrens van dit industrieterrein gelegen. De locatie Permekeplein en de<br />

locatie Wenneker bevinden zich daarentegen buiten de vastgestelde zonegrens. Derhalve is<br />

geen akoestisch onderzoek naar de geluidbelasting ten gevolge van industrielawaai uitgevoerd.<br />

Toelichting<br />

Een gezoneerd industrieterrein is een industrieterrein of een gedeelte daarvan, waarop zich<br />

bedrijven bevinden of worden toegestaan die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken.<br />

Het gaat om de bedrijven die zijn aangewezen in het derde lid van artikel 2.1 van<br />

het Besluit omgevingsrecht (Bor). Rondom een gezoneerd industrieterrein wordt een gebied<br />

aangewezen waarbuiten het geluidniveau ten gevolge van de activiteiten van alle bedrijven<br />

op het industrieterrein de 50 dB(A) niet mag overschrijden. De 50 dB(A)-contour vormt de<br />

grens van dit gebied.<br />

De 55 dB(A)-contour geeft de grens aan tot waar in principe gevoelige objecten kunnen<br />

worden gerealiseerd binnen de geluidzone, maar buiten het gezoneerde industrieterrein.<br />

Indien de gevelbelasting als gevolg van activiteiten op het gezoneerde industrieterrein meer<br />

bedraagt dan 50 dB(A), maar maximaal 55 dB(A), dan is voor realisatie van een geluidgevoelige<br />

bestemming een ontheffing nodig. Deze ontheffing wordt door burgemeester en<br />

wethouders verleend. Verleende hogere waarden worden ingeschreven in het Kadaster.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Indien in de toekomst binnen het plangebied alsnog de realisatie van geluidgevoelige<br />

bestemmingen mogelijk gemaakt wordt en deze bestemmingen een grotere bouwhoogte<br />

hebben dan 5 meter, dan bestaat de mogelijkheid dat de geluidbelasting vanwege het<br />

gezoneerde industrieterrein ter plaatse van deze nieuwbouw meer dan 50 dB(A) etmaalwaarde<br />

bedraagt. Omdat in de Wet geluidhinder expliciet gesteld is dat buiten de vastgestelde<br />

zone de geluidbelasting niet meer dan 50 dB(A) etmaalwaarde mag bedragen,<br />

dient in dergelijke gevallen een onderzoek uitgevoerd te worden naar de grootte van de<br />

geluidbelasting. Indien de geluidbelasting meer dan 50 dB(A) bedraagt, dan kan de geluidgevoelige<br />

bestemming niet zondermeer gerealiseerd worden.<br />

5.4 Wegverkeerslawaai<br />

Voor het conserverende deel van het bestemmingsplan is de invloed van het wegverkeer<br />

voor de al aanwezige geluidgevoelige functies niet van belang. Voor deze functies is de situatie<br />

namelijk niet gewijzigd. Nieuwe woningen of andere geluidgevoelige functies in het<br />

plangebied worden niet toegestaan.<br />

- Permekeplein<br />

De ontwikkellocatie Permekeplein bevindt zich binnen de zone van een aantal bestaande<br />

wegen. Ingevolge de Wet geluidhinder dient onderzoek uitgevoerd te worden naar de te<br />

verwachten geluidbelasting vanwege wegverkeerslawaai. De resultaten van het uitgevoerde<br />

14


onderzoek zijn opgenomen in bijlage 3 van dit rapport. Uit het onderzoek is gebleken dat<br />

voor wegverkeerslawaai de voorkeursgrenswaarde van 48 dB (L den) door de rijksweg A17<br />

wordt overschreden op de locatie Permekeplein. De maximale grenswaarde van 53 dB voor<br />

rijkswegen wordt niet overschreden. Omdat de exacte indeling van de bouwblokken nog<br />

niet bekend is, is niet nagegaan welke maatregelen getroffen zouden kunnen worden om<br />

ter plaatse zoveel mogelijk aan de voorkeursgrenswaarden te voldoen.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Na het bepalen van de bouwblokken kan een uitspraak gedaan worden over de te treffen<br />

maatregelen en de vraag of er hogere waarden verleend dienen te worden en zo ja, welke<br />

hogere waarden.<br />

- Wenneker<br />

De ontwikkellocatie Wenneker voorziet niet in de ontwikkeling van nieuwe woningen of andere<br />

geluidgevoelige functies. Derhalve is voor deze ontwikkellocatie geen akoestisch onderzoek<br />

naar de geluidbelasting ten gevolge van wegverkeerslawaai uitgevoerd<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Indien in de toekomst binnen het plangebied de mogelijkheid gecreëerd wordt om woningen<br />

dan wel andere geluidgevoelige bestemmingen te realiseren, dan dient er binnen<br />

de wettelijke zones rondom wegen, op basis van de Wet geluidhinder, nader onderzoek<br />

plaats te vinden. Voor wegen waarop een snelheidsregime van meer dan 30 km/uur van<br />

toepassing is, geldt afhankelijk van de voorgeschreven maximum snelheid een bepaalde<br />

zonebreedte, uiteenlopend van 200 tot 600 meter. Voor wegen met een toegestane<br />

maximum snelheid van 30 km/uur geldt dat deze wegen ingevolge de Wet geluidhinder<br />

geen zone hebben en is akoestisch onderzoek formeel niet nodig. Echter, volgens een<br />

uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (d.d. 3 september<br />

2003 nr. 200203751/1) is het toch noodzakelijk de geluidbelasting in beeld te brengen<br />

en te motiveren waarom een eventuele overschrijding van de voorkeursgrenswaarde<br />

toelaatbaar wordt geacht.<br />

Ten behoeve van het nader onderzoek zal ter plaatse van de projecties de geluidbelasting<br />

vanwege de relevante verkeerswegen bepaald dienen te worden. Wordt als gevolg<br />

van een gezoneerde weg de voorkeursgrenswaarde overschreden, dan is een geluidgevoelige<br />

bestemming alleen mogelijk als daar ontheffing voor wordt verleend. Ontheffingen<br />

moeten worden aangevraagd bij het college van burgemeester en wethouders. Verleende<br />

hogere waarden worden ingeschreven in het Kadaster.<br />

5.5 Spoorweglawaai<br />

Een gedeelte van het plangebied is gelegen binnen de zones van de spoorlijn <strong>Roosendaal</strong>-<br />

Vlissingen (trajectnummers 645, 646, 660) en <strong>Roosendaal</strong>-Essen (traject 670) met zonebreedtes<br />

van resp. 700 meter, 500 meter, 500 meter en 600 meter.<br />

De ontwikkellocatie Permekeplein is gelegen buiten de zones van genoemde spoortrajecten.<br />

Derhalve is geen akoestisch onderzoek naar de geluidbelasting ten gevolge van spoorweglawaai<br />

uitgevoerd.<br />

De locatie Wenneker is gelegen binnen de zone van de spoorlijnen <strong>Roosendaal</strong>-Vlissingen<br />

en <strong>Roosendaal</strong>-Essen. Er is geen sprake van de ontwikkeling van nieuwe woningen of andere<br />

geluidgevoelige functies. Derhalve is voor deze locatie geen akoestisch onderzoek naar<br />

de geluidbelasting ten gevolge van spoorweglawaai verricht.<br />

15


Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Indien in de toekomst binnen het plangebied toch de mogelijkheid gecreëerd wordt om<br />

woningen dan wel andere geluidgevoelige bestemmingen te realiseren, dient er binnen<br />

de wettelijke zones rondom spoorwegen, op basis van de Wet geluidhinder, nader onderzoek<br />

plaats te vinden. Ten behoeve van het nader onderzoek zal ter plaatse van de geprojecteerde<br />

geluidgevoelige objecten de geluidbelasting vanwege de relevante spoortrajecten<br />

bepaald dienen te worden. Wordt ten gevolge van een spoortraject de voorkeursgrenswaarde<br />

overschreden, dan is een geluidgevoelige bestemming alleen mogelijk als<br />

daar ontheffing voor wordt verleend. Ontheffingen moeten worden aangevraagd bij het<br />

college van burgemeester en wethouders. Verleende hogere waarden worden ingeschreven<br />

in het Kadaster.<br />

5.6 Conclusie<br />

Het bestemmingsplan is grotendeels conserverend van karakter. Binnen het conserverende<br />

deel van het plangebied worden geen nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen voorzien. Hier is de<br />

invloed van wegverkeer, railverkeer en industrie voor de al aanwezige geluidgevoelige functies<br />

niet van belang.<br />

Ten behoeve van de ontwikkeling van woningen op de locatie Permekeplein is akoestisch<br />

onderzoek uitgevoerd naar wegverkeerslawaai. Uit de rekenresultaten is gebleken dat ten<br />

gevolge van de A17 de van toepassing zijnde voorkeursgrenswaarde op de gekozen immissiepunten<br />

wordt overschreden. Dit betekent dat ook de voorkeursgrenswaarde op de uiteindelijk<br />

gekozen bouwblokken ten gevolge van de A17 overschreden zal worden. Omdat de<br />

exacte indeling van het plangebied nog niet bekend is, is niet onderzocht welke maatregelen<br />

getroffen dienen te worden om ter plaatse aan de voorkeursgrenswaarden te kunnen<br />

voldoen.<br />

Nog niet exact bekend is, welke ontwikkelingen er op de locatie Wenneker gaan plaatsvinden.<br />

De geluidbelasting naar de omgeving van nieuw te vestigen inrichtingen is derhalve<br />

niet bepaald. Uitgangspunt is wel dat geen geluidgevoelige functies mogelijk worden gemaakt.<br />

Er zijn berekeningen uitgevoerd naar de geluidbelasting ten gevolge van de verkeersaantrekkende<br />

werking. Hieruit blijkt dat een beperkt aantal motorvoertuigen de locatie<br />

kan bezoeken indien de in- en uitrit gesitueerd wordt naast de woning Badhuisstraat 32.<br />

16


6 Externe veiligheid<br />

6.1 Inleiding<br />

Externe veiligheid richt zich op het beheersen van activiteiten die een risico voor de omgeving<br />

kunnen opleveren, zoals milieurisico‟s, transportrisico‟s en risico‟s die kunnen optreden<br />

bij de productie, het vervoer en de opslag van gevaarlijke stoffen in inrichtingen. Bij de<br />

(her)inrichting van een gebied bepaalt de externe veiligheidssituatie mede de ruimtelijke<br />

mogelijkheden.<br />

In het kader van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) gelezen in samenhang met de regels<br />

omtrent externe veiligheid is onderzocht of er sprake is van aanwezigheid van risicobronnen<br />

in de nabijheid van de locatie waarop het Wro besluit betrekking heeft. Mede op basis van<br />

dit onderzoek zijn het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR), en eventuele<br />

toename hiervan, bepaald.<br />

6.2.1 Toetsingskader Bevi-bedrijven<br />

Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) is gericht aan het bevoegd gezag inzake de<br />

Wet milieubeheer en de Wet ruimtelijke ordening en heeft onder meer tot doel om bij nieuwe<br />

situaties toetsing aan de risiconormen te waarborgen. In de Regeling externe veiligheid<br />

inrichtingen (Revi) zijn o.a. standaardafstanden opgenomen waarbij wordt voldaan aan de<br />

grenswaarden van het plaatsgebonden risico.<br />

Het Bevi is van toepassing op vergunningplichtige risicovolle bedrijven en de nabijgelegen al<br />

dan niet geprojecteerde (beperkt) kwetsbare objecten. In artikel 2, lid 1 van het Bevi is<br />

opgesomd wat wordt verstaan onder risicovolle bedrijven. Voor de toepassing van het Bevi,<br />

wordt een nieuw ruimtelijk besluit gezien als een nieuwe situatie.<br />

6.2.2 Aanwezige Bevi-bedrijven<br />

Om te bepalen of er in de directe omgeving van het plangebied bedrijven zijn gelegen<br />

waarop het Bevi van toepassing is, zijn het Register risicosituaties gevaarlijke stoffen<br />

(RRGS) 1 en de professionele risicokaart 2 geraadpleegd. Hieruit blijkt dat het plangebied<br />

binnen het invloedsgebied van het Spooremplacement <strong>Roosendaal</strong> ligt.<br />

Met betrekking tot het spoorwegemplacement is de gemeente <strong>Roosendaal</strong> het bevoegd<br />

gezag. Het plangebied grenst aan de inrichtingsgrens van het emplacement <strong>Roosendaal</strong>.<br />

Prorail beschikt over een omgevingsvergunning (voor de activiteit milieu, voorheen Wm)<br />

voor het in werking hebben van een spoorwegemplacement in <strong>Roosendaal</strong>. De vigerende<br />

vergunning is destijds verleend door het toenmalig bevoegd gezag, de Provincie Noord Brabant.<br />

Inmiddels is deze bevoegdheid overgegaan naar de gemeente <strong>Roosendaal</strong>. Uit meerdere<br />

uitspraken van de Raad van State blijkt dat een aantal bedrijfsprocessen<br />

–rangeerhandelingen binnen emplacementen- die voorheen als vergunningplichtig werden<br />

aangemerkt thans niet meer vergunningplichtig zijn.<br />

Uit intern onderzoek van Prorail blijkt dat vervoerders geen behoefte hebben om binnen het<br />

emplacement <strong>Roosendaal</strong> vergunningplichtige activiteiten uit te voeren, waaronder het<br />

beladen en samenstellen/splitsen van treinen met EV-relevante gevaarlijke stoffen. Wel zal<br />

het proces “kopmaken” van treinen beladen met EV-relevante gevaarlijke stoffen blijven<br />

voorkomen vanwege vervoer op het spoortraject Sloehaven/België. Daarnaast zal naar<br />

verwachting incidenteel worden loc gewisseld op het emplacement.<br />

Gevolg van bovenstaande is dat op het emplacement <strong>Roosendaal</strong> in zijn geheel geen vergunningplichtige<br />

activiteiten in het kader van externe veiligheid plaatsvinden. De rangeerhandelingen<br />

(kopmaken) met treinen beladen met gevaarlijke stoffen binnen emplacement<br />

<strong>Roosendaal</strong> vallen volledig onder het begrip doorgaand treinverkeer. Prorail heeft een aan-<br />

1 Het RRGS is een centraal landelijk register met gegevens over risicosituaties die in Nederland<br />

bestaan rond het gebruik, de opslag en het vervoer van gevaarlijke stoffen.<br />

2 De professionele risicokaart laat onder andere zien waar risicobronnen liggen.<br />

17


vraag voor een revisievergunning in voorbereiding waarin de genoemde activiteiten buiten<br />

beschouwing worden gelaten. Vooruitlopend hierop is op 7 januari 2013 door Prorail een<br />

verzoek tot het gedeeltelijk intrekken van de vergunning ingediend. Dit verzoek, waarop<br />

naar alle waarschijnlijkheid zo spoedig mogelijk positief beschikt zal worden, is in behandeling<br />

bij het bevoegd gezag.<br />

Ondanks dat het emplacement <strong>Roosendaal</strong> onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen<br />

(Bevi) valt, is er geen sprake meer van een risicovolle inrichting. Dit betekent dat de<br />

plaatsgebonden risicocontouren van 10 -6 van het emplacement vervallen en dat er geen<br />

beperkingen vanuit de Wro zijn voor het ruimtegebruik binnen het plangebied.<br />

Omdat het plangebied binnen het invloedsgebied van een Bevi-bedrijf ligt, is op grond van<br />

artikel 13 van het Bevi, een kwalitatieve verantwoording van het groepsrisico opgenomen.<br />

Hiertoe is advies gevraagd aan de Regionale Brandweer inzake de hoogte van het groepsrisico<br />

en de aspecten met betrekking tot de rampenbestrijding, zelfredzaamheid en hulpverlening.<br />

PM<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Naast de toetsing van de grens- en richtwaarden van het plaatsgebonden risico is in artikel<br />

13 van het Bevi de verantwoordingsplicht groepsrisico opgenomen. Ten behoeve van<br />

het bestemmingsplan dient formeel het groepsrisico verantwoord te worden, omdat het<br />

spooremplacement <strong>Roosendaal</strong> een aangewezen Bevi-inrichting is. Hiertoe moet (op grond<br />

van artikel 13, lid 3 van het Bevi) advies worden gevraagd aan de Veiligheidsregio inzake<br />

de hoogte van het groepsrisico en de aspecten met betrekking tot de rampenbestrijding,<br />

zelfredzaamheid en hulpverlening.<br />

Op basis van het nog te verkrijgen advies van de Veiligheidsregio en op basis van de<br />

uitgevoerde onderzoeken externe veiligheid wordt geadviseerd een verdere invulling te<br />

geven aan de verantwoordingsplicht met betrekking tot het groepsrisico. Hierbij kan<br />

gebruik worden gemaakt van de Handreiking verantwoordingsplicht groepsrisico (versie<br />

november 2007) en het Supplement op de Handreiking 'Verantwoorden bij een ruimtelijk<br />

besluit (januari 2011).<br />

6.3.1 Toetsingskader transport<br />

Beoordeling van de risico‟s veroorzaakt door het vervoer van gevaarlijke stoffen over het<br />

spoor, water en weg dient plaats te vinden aan de hand van de circulaire Risiconormering<br />

vervoer gevaarlijke stoffen, 31 juli 2012, waarin grens- en richtwaarden voor het plaatsgebonden<br />

risico en richtlijnen voor de toepassing van de rekenmethodiek en de verantwoording<br />

van het groepsrisico zijn opgenomen.<br />

Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen langs transportassen die deel uitmaken van het Basisnet<br />

Weg, Water en/of Spoor kan de berekening van het plaatsgebonden risico achterwege<br />

blijven. Hiervoor gelden namelijk de afstanden die in bijlage 2, 3 en 4 van de circulaire<br />

zijn opgenomen. Op deze afstanden mag het plaatsgebonden risico vanwege het vervoer<br />

van gevaarlijke stoffen niet meer bedragen dan 10 -6 per jaar.<br />

Op het moment dat het Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt) in werking treedt<br />

(naar verwachting medio 2013) moet voor sommige transportassen rekening worden gehouden<br />

met het Plasbrandaandachtsgebied (PAG). Het PAG is het gebied tot 30 meter van<br />

de transportas waarin, bij de realisering van (beperkt) kwetsbare objecten, rekening dient<br />

te worden gehouden met de effecten van een plasbrand. Voor bijvoorbeeld de Rijksweg<br />

wordt de 30 meter voor het PAG gemeten vanaf de rechterrand van de rechterrijstrook. In<br />

het toekomstige Bevt is beschreven aan welke voorwaarden het bouwen in een PAG moet<br />

voldoen.<br />

Indien binnen het invloedsgebied van een transportas nieuwe ontwikkelingen zijn voorzien<br />

en er een overschrijding van de oriënterende waarde van het groepsrisico of een significante<br />

stijging van het groepsrisico optreedt, dient bij de vaststelling van het ruimtelijke besluit,<br />

het groepsrisico te worden verantwoord. Volgens de circulaire Risiconormering vervoer ge-<br />

18


vaarlijke stoffen gelden geen beperkingen voor het ruimtegebruik voor het gebied dat verder<br />

ligt dan 200 m van de transportas.<br />

Ten aanzien van de verantwoording dient niet alleen het invloedsgebied van de maatgevende<br />

vervoersklasse (GF3: brandbaar gas) voor het groepsrisico te worden beschouwd, maar<br />

ook de effectafstand die wordt gegenereerd door overige stoffen die over de transportas<br />

worden vervoerd. Zodoende kan het invloedsgebied verder reiken dan 200 meter. Indien<br />

dat het geval is en het invloedsgebied reikt tot over het plangebied, moeten wel maatregelen<br />

worden overwogen, bijvoorbeeld in het kader van zelfredzaamheid.<br />

Op 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) in werking getreden.<br />

Het Bevb regelt onder meer de externe veiligheidsaspecten van buisleidingen. Het<br />

externe veiligheidsbeleid voor buisleidingen is daarmee in lijn gebracht met het beleid voor<br />

inrichtingen en voor vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, water en spoor<br />

6.3.2 Beoordeling transport<br />

Om te bepalen of er in de directe omgeving van het plangebied risicorelevante transportassen<br />

zijn gelegen is de professionele risicokaart geraadpleegd. De onderstaande transportassen<br />

zijn beoordeeld.<br />

- Vaarwegen<br />

Het plangebied is op meer dan 200 meter en buiten het invloedsgebied gelegen van een<br />

vaarweg waarover transport van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Gelet hierop zijn risicoberekeningen<br />

niet noodzakelijk en gelden er geen beperkingen voor het ruimtegebruik binnen<br />

het plangebied.<br />

- Spoorwegen<br />

Het plangebied ligt binnen 200 meter van de spoorlijnen Bergen op Zoom – <strong>Roosendaal</strong> en<br />

<strong>Roosendaal</strong> - Essen. Gelet hierop zijn het plaatsgebonden risico en het groepsrisico beschouwd.<br />

Uit bijlage 4 van de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen blijkt<br />

dat voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor wordt voldaan aan de veiligheidsafstanden.<br />

Derhalve gelden er geen beperkingen voor het ruimtegebruik binnen het<br />

plangebied.<br />

Omdat het groepsrisico boven de oriënterende waarde ligt, is een verantwoording van het<br />

groepsrisico opgesteld. Ten behoeve van de aspecten met betrekking tot de rampenbestrijding,<br />

zelfredzaamheid en hulpverlening is door de gemeente advies gevraagd aan de Regionale<br />

Brandweer. PM<br />

Over de beoogde ontwikkeling van de locatie Wenneker wordt het volgende opgemerkt.<br />

Voor het spoortraject <strong>Roosendaal</strong> - Essen geldt, op grond van bijlage 4 van de circulaire<br />

Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, dat ter hoogte van de ontwikkeling sprake is<br />

van een maximaal plaatsgebonden risico van 16 meter. Omdat de ontwikkeling op ongeveer<br />

ca 25 meter van het spoortraject ligt, en dus buiten de veiligheidszone, hoeven er geen<br />

beperkingen te worden gesteld aan het ruimtegebruik binnen het plangebied.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Op basis van het Eindrapport werkgroep spoor, d.d. 20-09-2011, is vastgesteld dat ter<br />

hoogte van het plangebied sprake is van een PAG-zone van 30 meter. Omdat de ontwikkeling<br />

op een afstand van ongeveer 22 meter ligt van het spoortraject <strong>Roosendaal</strong> – Essen,<br />

betekent dit dat de gemeente in de toekomst rekening moet houden met bouwkundige eisen<br />

die voortvloeien uit het Bevt (zoals opgenomen in het Bouwbesluit 2012).<br />

Op basis van de vervoersaantallen uit bijlage 4 van de circulaire is de hoogte van het<br />

groepsrisico berekend met het rekenprogramma RBM-II (V2.2). Uitgangspunt voor de berekening<br />

is dat voor de huidige situatie is uitgegaan van de populatiedata uit het nationale<br />

populatiebestand. Voor de populatiedata van de ontwikkelingen van de Wennekerlocatie is<br />

uitgegaan van een maximumscenario. Dit betekent: een personendichtheid van 160 p/ha<br />

(bedrijven dagdienst) aangevuld met een zestal publieksgerichte evenementen. Hierbij is<br />

19


uitgaande van een aanwezigheid van 500 personen (3 uur in de dagperiode en 3 uur in de<br />

nacht periode). Uit de berekeningen blijkt dat het maximale groepsrisico ter hoogte van de<br />

Wennekerlocatie in de huidige situatie 1.6 x de oriënterende waarde (OW) bedraagt (zie<br />

bijlage 5). Uit een aanvullende groepsrisicoberekening, waarin de toekomstige ontwikkeling<br />

van de Wennekerlocatie is meegenomen, blijkt dat het maximaal berekende groepsrisico<br />

niet wijzigt (bijlage 5).<br />

Ten aanzien van het spoortraject Bergen op Zoom – <strong>Roosendaal</strong> is op grond van bijlage 4<br />

van de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, als ook op grond van in het<br />

verleden opgestelde risicoanalyses, vastgesteld dat er geen sprake is van een plaatsgebonden<br />

risico van 10 -6 en dat het groepsrisico kleiner is dan 1 x de oriënterende waarde. Op<br />

basis van bovengenoemde beschouwing van het spoortraject Bergen op Zoom – <strong>Roosendaal</strong><br />

hoeven er geen beperkingen te worden gesteld aan het ruimtegebruik binnen het plangebied.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Vanwege de ligging binnen het invloedsgebied van het spoor wordt geadviseerd om op<br />

grond van artikel 4.3 van de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, 31 juli<br />

2012, de veiligheidsregio in de gelegenheid te stellen advies uit te brengen over de planning<br />

en invulling van eventueel te nemen veiligheidsverhogende maatregelen. Dit omdat<br />

het plangebied ligt binnen het invloedsgebied van het spoortraject Bergen op Zoom –<br />

<strong>Roosendaal</strong> en <strong>Roosendaal</strong> – Essen.<br />

Op basis van het (nog te verkrijgen) advies van de Regionale Brandweer en op basis van<br />

de uitgevoerde onderzoeken externe veiligheid wordt geadviseerd een verdere invulling te<br />

geven aan de verantwoordingsplicht met betrekking tot het groepsrisico.<br />

- Autowegen<br />

De westzijde van het plangebied grenst aan de A17 (wegvak B99) en de zuidzijde aan de<br />

A58 (wegvak B3). Gelet hierop zijn het plaatsgebonden en het groepsrisico beschouwd. Op<br />

grond van bijlage 2 van de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen blijkt dat<br />

het plaatsgebonden risico van 10 -6 per jaar van de A17 over het plangebied ligt. Omdat<br />

binnen deze zone geen bebouwing wordt toegelaten, wordt voldaan aan de veiligheidsafstanden<br />

uit de circulaire.<br />

Het groepsrisico ligt onder de oriënterende waarde. Het bestemmingsplan leidt niet tot een<br />

significante toename van het groepsrisico. Derhalve is een beperkte groepsrisicoverantwoording<br />

opgenomen. Hiertoe is advies gevraagd aan de Regionale Brandweer inzake de<br />

hoogte van het groepsrisico en de aspecten met betrekking tot de rampenbestrijding, zelfredzaamheid<br />

en hulpverlening. PM<br />

In de toekomst zal voor de A17 en A58 sprake zijn van een PAG-zone (plasbrandaandachtsgebied)<br />

van 30 meter. Binnen het plangebied ligt geen bestaande bebouwing binnen<br />

deze afstand en het bestemmingsplan laat evenmin nieuwe bebouwing toe binnen de PAGzone.<br />

Dit aspect is derhalve niet aan de orde.<br />

Toelichting<br />

Bijlage 2 van de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen geeft aan dat voor<br />

het wegvak B3 (knooppunt de Stok-afrit 24 <strong>Roosendaal</strong>) de veiligheidszone 0 meter bedraagt.<br />

Het plaatsgebonden risico van 10 -6 per jaar van de rijksweg A58 ligt niet binnen het<br />

plangebied. Voor het wegvak B99 (knooppunt de Stok-afslag 21 <strong>Roosendaal</strong> Noord) geldt<br />

een veiligheidszone van 19 meter. Deze veiligheidsafstand komt overeen met een (maximaal)<br />

plaatsgebonden risico van 10 -6 per jaar. De grens van het plangebied is gelegen binnen<br />

deze veiligheidsafstand, maar binnen de veiligheidsafstand wordt geen bebouwing toegelaten.<br />

Daarmee wordt voldaan aan de veiligheidsafstanden uit de circulaire.<br />

Om te bepalen wat het maximale groepsrisico ten opzichte van de oriënterende waarde is,<br />

is een risicoberekening uitgevoerd middels het rekenprogramma RBM-II. Omdat het een<br />

overwegend conserverend plan betreft, volstaat één risicoberekening (Basisnet vervoercijfers).<br />

Uit de groepsrisicoberekening blijkt dat het maximale groepsrisico ten opzichte van de<br />

20


oriënterende waarde 0.2 bedraagt. De resultaten van de risicoberekeningen zijn opgenomen<br />

in bijlage 5. Omdat het groepsrisico onder de oriënterende waarde is gelegen en de toename<br />

van het groepsrisico niet meer bedraagt dan 10% (dit omdat het een conserverend plan<br />

betreft), volstaat een beperkte verantwoording.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Geadviseerd wordt om op grond van artikel 4.3 van de circulaire Risiconormering vervoer<br />

gevaarlijke stoffen, 31 juli 2012, de veiligheidsregio in de gelegenheid te stellen advies uit<br />

te brengen over de planning en invulling van eventueel te nemen veiligheidsverhogende<br />

maatregelen. Dit omdat het plangebied is gelegen binnen het invloedsgebied van de Rijksweg<br />

A58 en A17.<br />

Op basis van het (nog te verkrijgen) advies van de Regionale Brandweer en op basis van<br />

de uitgevoerde onderzoeken externe veiligheid wordt geadviseerd een verdere invulling te<br />

geven aan de verantwoordingsplicht met betrekking tot het groepsrisico.<br />

- Buisleidingen<br />

Uit de door de leidingexploitant (Gasunie) aangeleverde leidingdata blijkt dat binnen het<br />

plangebied een tweetal hogedruk aardgasleidingen is gelegen. Deze leidingen zijn in de<br />

tabel weergegeven. De leidingen hebben geen plaatsgebonden risicocontour van 10 -6 per<br />

jaar. Het maximale groepsrisico ten opzichte van de oriënterende waarde is voor beide leidingen<br />

lager dan 0.1 x de oriënterende waarde.<br />

Omdat het groepsrisico onder de 0.1 x oriënterende waarde is gelegen en de toename niet<br />

meer bedraagt dan 10% (dit omdat het een conserverend plan betreft), volstaat een beperkte<br />

verantwoording. Hiertoe is advies gevraagd aan de Regionale Brandweer. PM<br />

Tabel: Leidinggegevens<br />

Eigenaar Leidingnaam Diameter<br />

N.V. Nederlandse<br />

Gasunie<br />

N.V. Nederlandse<br />

Gasunie<br />

[mm]<br />

Druk<br />

[bar]<br />

PR 10 -6 Max. GR<br />

t.o.v. OW<br />

Z-529-03 273.10 40.00 NEE 0.017 60<br />

Z-529-05 219.10 40.00 NEE 0.017 50<br />

100%<br />

letaliteit<br />

(m)<br />

Toelichting<br />

In de tabel zijn de relevante resultaten uit de risicoberekening (bijlage 5) vermeld. Per buisleiding<br />

is aangegeven of deze een plaatsgebonden risicocontour heeft van 10 -6 per jaar en<br />

of er sprake is van een groepsrisico. Hierbij is tevens de hoogte van het groepsrisico vermeld<br />

ten opzichte van de oriënterende waarde.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Met buisleidingen worden, in dit advies, transportleidingen voor het vervoer van gevaarlijke<br />

stoffen bedoeld. Bij distributieleidingen voor bijvoorbeeld aardgas en andere leidingen<br />

waarop EV wet- en regelgeving niet van toepassing is, dient enkel de zakelijk-rechtstrook in<br />

acht te worden genomen.<br />

In verband met de bescherming en het beheer van de leiding, dient de belemmeringenstrook<br />

van alle leidingen als zodanig te worden bestemd in de betreffende bestemmingsplannen.<br />

De belemmeringenstrook bedraagt tenminste 5 meter aan weerszijden van een<br />

leiding, gemeten vanuit het hart van de buisleiding. Binnen deze afstand is in beginsel geen<br />

bebouwing toegestaan. Hierop geldt een uitzondering voor hogedruk aardgasleidingen met<br />

een druk tot 40 bar. Hiervoor geldt een belemmeringenstrook van tenminste 4 meter aan<br />

weerszijden van een leiding.<br />

21


6.4 Conclusie<br />

Het plangebied is gelegen binnen het invloedsgebied van een Bevi-inrichting. Ondanks dat<br />

het emplacement <strong>Roosendaal</strong> onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) valt, is<br />

niet langer sprake van een risicovolle inrichting. Dit betekent dat de plaatsgebonden risicocontour<br />

van 10 -6 van het emplacement vervalt en dat er geen beperkingen zijn voor het<br />

ruimtegebruik binnen het plangebied. Verantwoording van het groepsrisico is noodzakelijk<br />

aangezien het emplacement momenteel nog is aangewezen op grond van het Bevi.<br />

Ten aanzien van het vervoer van gevaarlijke stoffen is geconcludeerd dat er geen risicorelevante<br />

vaarwegen in of in de nabijheid van het plangebied zijn gelegen.<br />

Uit de risicoanalyse blijkt dat voor dat het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg en<br />

het spoor wordt voldaan aan de veiligheidsafstanden, derhalve hoeven er geen beperkingen<br />

te worden gesteld aan het ruimtegebruik binnen het plangebied. Wel is er als gevolg van<br />

het transport van gevaarlijke stoffen over het spoortraject <strong>Roosendaal</strong> - Essen naar de toekomst<br />

toe sprake van een groepsrisico dat boven de oriënterende waarde ligt. Door de<br />

ontwikkeling van de Wennekerlocatie wijzigt het maximaal berekende groepsrisico echter<br />

niet.<br />

Met betrekking tot de twee aanwezige buisleidingen kan worden geconcludeerd dat er geen<br />

plaatsgebonden risico van 10 -6 per jaar is. Het groepsrisico ligt onder de oriënterende waarde<br />

een neemt niet significant toe. Het invloedsgebied van de buisleidingen valt binnen het<br />

plangebied.<br />

Opmerking t.b.v. gemeente<br />

Vanwege de ligging van het plangebied binnen het invloedsgebied (scenario explosie/brand<br />

en toxisch) van het spoor, de A17, de A58 en de hogedruk aardgasleiding<br />

wordt geadviseerd om het bestuur van de veiligheidsregio in de gelegenheid te stellen<br />

om in verband met het groepsrisico advies uit te brengen over de mogelijkheden tot<br />

voorbereiding van bestrijding en beperking van de omvang van een ramp en over de<br />

zelfredzaamheid van personen in het invloedsgebied.<br />

22


7 Bodem<br />

7.1 Inleiding<br />

Het bestemmingsplan bevat een beschrijving van de bodemkwaliteit binnen het plangebied,<br />

zowel de algemene bodemkwaliteit als lokale bodemverontreinigingen. De reden hiervoor is<br />

dat de bodemkwaliteit moet (kunnen) voldoen aan de in het plan beoogde functies.<br />

Teneinde te bepalen of de bodemkwaliteit geschikt is, is een vijftal bronnen geraadpleegd:<br />

1. Bodeminformatiesysteem <strong>Roosendaal</strong>;<br />

2. Bodemkwaliteitskaart <strong>Roosendaal</strong>;<br />

3. Historisch Bodembestand (HBB2) <strong>Roosendaal</strong>;<br />

4. Tankenbestand <strong>Roosendaal</strong>;<br />

5. Het Bodemloket.<br />

De resultaten zijn als volgt.<br />

7.2 Algemene bodemkwaliteit<br />

De algemene bodemkwaliteit binnen het plangebied <strong>Westrand</strong> is geschikt voor de beoogde<br />

functies: de bodem is in de meeste gevallen niet tot licht verontreinigd.<br />

Toelichting<br />

In 2003 heeft er binnen de hele wijk <strong>Westrand</strong> een bodemonderzoek plaatsgevonden ten<br />

behoeve van het opstellen van een Bodemkwaliteitskaart (bodemonderzoek door AquaTerra,<br />

rapport AT10.2003.554WES, d.d. 28 oktober 2003). Uit het onderzoek blijkt dat de bodem<br />

van de wijk tot 2,0 meter beneden maaiveld (m-mv) in het algemeen niet tot licht is<br />

verontreinigd. Op een enkele plaats is een matige of sterke verontreiniging aangetoond<br />

(bron 1). Op basis van de resultaten van het bodemonderzoek is de bodem van de wijk<br />

<strong>Westrand</strong> op de Bodemkwaliteitskaart betiteld als ‘schone grond’ (bron 2)<br />

Andere bodemonderzoeken, uitgevoerd op onverdachte locaties binnen de wijk, bevestigen<br />

dat beeld van de bodemkwaliteit: in het algemeen is de bodem niet tot licht verontreinigd<br />

(bron 1). De veelal lichte verontreinigingen die worden aangetoond op onverdachte terreindelen,<br />

zijn vaak te relateren aan bijmengingen met bodemvreemd materiaal in de bodem,<br />

zoals puin- en kooldeeltjes. In door mensen bewoonde gebieden zijn door jarenlang gebruik<br />

van de grond, dergelijke bijmengingen met bodemvreemd materiaal geen onbekend verschijnsel.<br />

In het grondwater kunnen verhoogde gehaltes aan zware metalen voorkomen, die worden<br />

beschouwd als verhoogde achtergrondconcentraties (bron 1). Van nature aanwezige verhoogde<br />

gehaltes aan zware metalen zijn in de regio West-Brabant geen onbekend verschijnsel.<br />

7.3 Verdachte locaties<br />

Binnen het plangebied bevinden zich locaties die verdacht zijn op het voorkomen van bodemverontreiniging<br />

als gevolg van (voormalige) bodembedreigende activiteiten. Sterke<br />

bodemverontreinigingen zullen op enig moment gesaneerd moeten worden. Veelal is dat op<br />

een natuurlijk moment, zoals bij herontwikkeling.<br />

Toelichting<br />

Bekend is dat er binnen de wijk <strong>Westrand</strong> in het verleden diverse bodembedreigende activiteiten<br />

hebben plaatsgevonden. Hierbij moet worden gedacht aan garagewerkplaatsen, smederijen,<br />

benzinestations, ondergrondse olietanks e.d. (bron 3 en 4). De locaties met dergelijke<br />

(voormalige) activiteiten worden gezien als verdachte locaties. Deze locaties zijn verdacht<br />

op het voorkomen van bodemverontreiniging als gevolg van de (voormalige) activiteiten.<br />

Middels bodemonderzoek kan nagegaan worden of op deze locaties daadwerkelijk<br />

sprake is van bodemverontreiniging. Sterke bodemverontreinigingen zullen op enig moment<br />

gesaneerd moeten worden. Veelal is dat op zogenaamde natuurlijke momenten, zoals bij<br />

herontwikkeling van de locatie.<br />

23


Binnen de <strong>Westrand</strong> zijn bodemverontreinigingen aangetoond als gevolg van voormalige<br />

bodembedreigende (bedrijfs)activiteiten. Op diverse verontreinigde locaties is bodemsanering<br />

uitgevoerd of is bodemsanering in uitvoering (bron 1 en 5). Ook zijn er locaties waar<br />

nog nader bodemonderzoek uitgevoerd moet worden naar de omvang van de verontreiniging.<br />

7.4 Maatwerk bij herontwikkeling<br />

Bij toekomstige herinrichtingsplannen binnen de wijk is in veel gevallen maatwerk noodzakelijk.<br />

Bij het aanvragen van een omgevingsvergunning voor het aspect bouwen dient verkennend<br />

bodemonderzoek uitgevoerd te worden.<br />

Toelichting<br />

Gericht bodemonderzoek zal moeten uitwijzen of de bodemkwaliteit op een bepaalde locatie<br />

geschikt is voor het beoogde gebruik of dat er bodemsaneringsmaatregelen noodzakelijk<br />

zijn. Hierbij zal moeten worden nagegaan of er op de locatie verdachte terreindelen aanwezig<br />

zijn (geweest), of er een recent bodemonderzoek is uitgevoerd en of er al voldoende<br />

bodeminformatie over de locatie beschikbaar is. Indien blijkt dat er onvoldoende bodeminformatie<br />

bekend is dient een nieuw bodemonderzoek uitgevoerd te worden, rekening houdend<br />

met de potentieel verdachte locaties.<br />

7.5 Permekeplein<br />

Bij herontwikkeling zal, in het kader van de aanvraag van een omgevingsvergunning voor<br />

de activiteit bouwen, een verkennend bodemonderzoek naar de actuele bodemkwaliteit<br />

uitgevoerd moeten worden. Overigens zal de bodemkwaliteit van de locatie Permekeplein<br />

naar verwachting geen belemmering vormen voor de beoogde herontwikkeling.<br />

Toelichting<br />

De locatie Permekeplein 5a staat in het Historisch Bodembestand (bron 2) geregistreerd als<br />

wasserij (nat wasserij). Uit historisch onderzoek is gebleken dat in het verleden op de locatie<br />

een wasserij is vergund. Hierbij is ook chemisch gereinigd met Per.<br />

Onderstaande bodemonderzoeken in 2008 en 2010 hebben op de locatie een lichte verontreiniging<br />

met per in de bodem aangetoond. Op grond van de onderzoeken is er geen aanleiding<br />

te veronderstellen dat er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging.<br />

- Verkennend bodemonderzoek Permekeplein 1-8, 12 e.o. te <strong>Roosendaal</strong>, Wematech,<br />

kenmerk VBB-50080409, 6 oktober 2008;<br />

- Oriënterend onderzoek Permekeplein 5-5a <strong>Roosendaal</strong>, Tritium, kenmerk 1010/119/SJ,<br />

13 december 2010.<br />

In het tankenbestand (bron 4) staat voor de locatie Permekeplein 5 een ondergrondse<br />

brandstoftank geregistreerd, met daarbij de vermelding dat het onduidelijk is of de tank<br />

werkelijk ooit is geplaatst. Ook is er informatie waaruit blijkt dat het zou gaan om een opslagtank<br />

geplaatst in een betonnen kelder. Tijdens bodemonderzoek in 2008 is een bodemverontreiniging<br />

met oliecomponenten aangetoond, die mogelijk te relateren is aan de opslagtank.<br />

Het lijkt er op dat de bodemkwaliteit van het gebied Permekeplein geen belemmering zal<br />

vormen bij de beoogde ontwikkeling van woningen. Bij toekomstige herontwikkeling/bouwactiviteiten<br />

(aanvraag omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen) zal een<br />

verkennend bodemonderzoek naar de actuele bodemkwaliteit van de ontwikkelingslocatie<br />

uitgevoerd moeten worden, rekening houdend met verdachte locaties en historische informatie.<br />

7.6 Wenneker<br />

Gezien de activiteiten die op de locatie hebben plaatsgevonden en gezien het feit dat een<br />

gedeelte van het bestaande gebouw zich op de gedempte Molenbeek bevindt, is bodemverontreiniging<br />

niet uit te sluiten. Bij herinrichting van de locatie kan het nodig zijn om, in<br />

verband met de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen, een<br />

verkennend bodemonderzoek te verrichten.<br />

24


7.7 Conclusie<br />

Ten behoeve van het bestemmingsplan is de bodemkwaliteit in voldoende mate beschreven.<br />

De algemene bodemkwaliteit binnen de wijk <strong>Westrand</strong> vormt geen belemmering voor de<br />

beoogde bestemmingsplanwijziging. Nader onderzoek is, in het kader van het bestemmingsplan,<br />

niet nodig. Bij herontwikkeling of herinrichting dient bij de aanvraag omgevingsvergunning<br />

een verkennend bodemonderzoek plaats te vinden. Dit geldt bijvoorbeeld<br />

voor herontwikkeling van het Permekeplein.<br />

25


8 Flora en fauna<br />

8.1 Inleiding<br />

In een bestemmingsplan worden de beschermde natuurwaarden planologisch-juridisch veiliggesteld<br />

en wordt de nieuwe ruimtelijke ontwikkeling getoetst aan de aanwezige natuurwaarden.<br />

Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in soort- en gebiedsbescherming. Soortbescherming<br />

is geregeld in de Flora- en faunawet. Voor alle bestemmingsplannen geldt dat<br />

onderzoek moet worden uitgevoerd naar mogelijk beschermde plant- en diersoorten en de<br />

effecten van een ruimtelijke ingreep hierop. Gebiedsbescherming is geregeld via de Natuurbeschermingswet<br />

en de Wet ruimtelijke ordening. Vergelijkbaar met het onderzoek naar<br />

beschermde soorten, geldt voor alle bestemmingsplannen dat onderzoek moet worden uitgevoerd<br />

naar mogelijke gebiedsbescherming in of nabij het plangebied. Ook dienen eventuele<br />

effecten van een ruimtelijke ingreep op beschermde gebieden in kaart te worden gebracht.<br />

8.2 Gebiedsbescherming<br />

Het gebied maakt geen deel uit van de ecologische structuur en is niet beschermd onder de<br />

Natuurbeschermingswet.<br />

8.3 Natuurwaarden<br />

Het plangebied bestaat grotendeels uit woningen die in de meeste gevallen voorzien zijn<br />

van achtertuinen. Aan de randen zijn enkele galerijflats gelegen. Binnen de straten zijn<br />

veelal bomen aanwezig. Met name in het westelijk deel van de wijk, langs de A17, komen<br />

forse groenstructuren voor waarin oude zomereiken en esdoorns aanwezig zijn.<br />

8.3.1 Planten<br />

Beschermde planten zijn niet aangetroffen tijdens het veldbezoek. Binnen de geraadpleegde<br />

bronnen wordt van de beschermde planten daslook, tongvaren, akkerklokje, rapunzelklokje,<br />

wilde gagel, wilde marjolein, gewone vogelmelk en koningsvaren aangegeven dat ze binnen<br />

het gebied <strong>Westrand</strong> zijn aangetroffen. Dit gebied is echter naar het noordwesten groter<br />

dan het bestemmingsplangebied. Voor de niet onderstreepte soorten geldt een vrijstelling in<br />

het kader van ruimtelijke ontwikkelingen. Voor de onderstreepte soorten geldt dat ontheffing<br />

nodig is, dan wel dat gewerkt dient te worden volgens een goedgekeurde gedragscode.<br />

Van deze soorten is een aantal planten ontsnapt uit tuinen of in tuinen aangetroffen waarmee<br />

de planten niet langer beschermd zijn. Het gaat hierbij om wilde marjolein, daslook en<br />

wilde gagel. Waar de resterende strikter beschermde zijn aangetroffen is niet precies bekend.<br />

Van deze soorten is tongvaren tijdens de periode waarin het veldbezoek heeft plaatsgevonden<br />

nog goed herkenbaar. Deze soort is tijdens het veldbezoek niet aangetroffen.<br />

Tongvaren is een soort die op kademuren net buiten het bestemmingsplangebied zou kunnen<br />

voorkomen. Akkerklokje en rapunzelklokje zijn soorten van ruderale terreinen zoals<br />

braakliggende delen en spoorwegbermen.<br />

8.3.2 Zoogdieren<br />

Binnen het gebied kunnen diverse soorten zoogdieren voorkomen. Uit de beschikbare bronnen<br />

zijn de soorten gewone dwergvleermuis, laatvlieger, rosse vleermuis en gewone grootoorvleermuis<br />

bekend. Dit betreft alle strikt beschermde soorten. Op basis van het habitat<br />

dan wel de geringe afstanden die ze afleggen wordt verwacht dat gewone dwergvleermuis,<br />

gewone grootoorvleermuis en laatvlieger binnen het gebied verblijven. Deze soorten verblijven<br />

alle in gebouwen. De rosse vleermuis verblijft in dikke bomen en kan grote afstanden<br />

afleggen. Gezien het beperkte aanbod aan geschikte bomen is er een gerede kans dat<br />

deze soort buiten de wijk verblijft, al kan een verblijf in de wijk niet geheel uitgesloten worden.<br />

Met name het bosje ten noorden van de Engelselaan lijkt hiervoor geschikt te zijn.<br />

Op basis van de aanwezige habitats worden ook de algemene soorten bosmuis, bosspitsmuis,<br />

huisspitsmuis, rosse woelmuis en veldmuis verwacht.<br />

8.3.3. Vogels<br />

Binnen de geraadpleegde bronnen zijn uit het plangebied waarnemingen van de broedvogelsoorten<br />

kauw, waterhoen, meerkoet, scholekster, witte kwikstaart, winterkoning, heggenmus,<br />

roodborst, zwarte roodstaart, merel, grote lijster, spotvogel, vink, gierzwaluw,<br />

26


huismus, bonte vliegenvanger, grauwe vliegenvanger, pimpelmees en koolmees bekend.<br />

Van deze soorten zijn (de nestplaatsen van) huismus en gierzwaluw jaarrond beschermd.<br />

Tijdens een bezoek zijn diverse soorten vogels van stad en park gezien dan wel gehoord<br />

zoals kauw, ekster, merel, huismus, koolmees, winterkoning, spreeuw en meerkoet. Grote<br />

delen van het gebied zijn geschikt voor de jaarrond beschermde soorten huismus en gierzwaluw.<br />

Huismussen werden door het gehele gebied gehoord met de hoogste dichtheden<br />

rond de Jan Sluijtersstraat. Op basis van bronnen lijkt met name het noorden van het gebied<br />

belangrijk voor de gierzwaluw.<br />

8.3.4 Amfibieën, vissen en ongewervelden<br />

Het plangebied is geschikt voor algemene amfibieën als gewone pad, bruine kikker en kleine<br />

watersalamander. Ook is een waarneming van alpenwatersalamander bekend. Deze<br />

soorten zullen zich met name ophouden in tuinen vanwege het goeddeels ontbreken van<br />

geschikte voortplantingsplaatsen in de openbare ruimte. Beschermde soorten vissen en<br />

ongewervelden worden op grond van de aanwezige habitats niet binnen het plangebied<br />

verwacht.<br />

8.4 Permekeplein<br />

De bebouwing aan het Permekeplein is gesloopt, wat rest is een steenvlakte. Op basis van<br />

de Flora- en faunawet is er geen bezwaar om hier een wooncomplex te realiseren.<br />

8.5 Wenneker<br />

De herontwikkelingsplannen voor de Wennekerlocatie zijn nog niet bekend. Mocht het zo<br />

zijn dat (delen van| de bestaande bebouwing gesloopt worden, dan is nader onderzoek naar<br />

de aanwezigheid van vleermuizen en mussen nodig.<br />

8.6 Conclusie<br />

Deze paragraaf geeft een algemene beschrijving van de natuurwaarden van het bestemmingsplangebied.<br />

Ingegaan is op de aanwezige habitats, de aanwezige soorten en hun<br />

eventuele beschermingsstatus. Het bestemmingsplan is in hoofdzaak conserverend van<br />

aard. Het Permekeplein krijgt een woonbestemming. Ingevolge de Flora- en faunawet is er<br />

geen bezwaar om hier woningen te realiseren. Indien bebouwing op de Wennekerlocatie<br />

gesloopt wordt, is nader onderzoek naar vleermuizen en mussen nodig.<br />

Vervolgonderzoek naar flora en fauna is niet aan de orde. Ontheffing van de Natuurbeschermingswet<br />

1998 of vergunning in het kader van planologische bescherming van de<br />

Ecologische Hoofdstructuur evenmin.<br />

Toelichting<br />

Bovenstaande beschrijving van de natuurwaarden in het plangebied is tot stand gekomen<br />

naar aanleiding van een veldbezoek dat heeft plaatsgevonden op 1 november 2011. Daarnaast<br />

zijn de volgende bronnen geraadpleegd:<br />

- Brouwer, T., M. Dorenbosch, R. van Eekelen, J. Spier 2010. Vissenatlas Noord-Brabant.<br />

Profiel Uitgeverij Bedum;<br />

- Bult, H., W.Poelmans, H.Sierdsema, R.M.Teixeira 2007. Atlas van de West-Brabantse<br />

broedvogels. NPN Media Breda;<br />

- Delft, J.J.C.W. van & W. Schuitema (red.): Werkatlas amfibieën en reptielen in Noord-<br />

Brabant. Pag.:23-25. RAVON Noord-Brabant, Tilburg / Stichting RAVON, Nijmegen;<br />

- www.waarneming.nl dd. 01-11-11;<br />

- www.zoogdieratlas.nl dd. 01-11-11.<br />

27


9 Mer<br />

9.1 Inleiding<br />

De m.e.r.-regelgeving is erop gericht het milieu een volwaardige plaats in besluitvormingsprocessen<br />

te geven. Besluitvorming over ruimtelijke plannen vraagt altijd om een integrale<br />

afweging. In bepaalde gevallen is echter de verplichting opgelegd om de milieugevolgen<br />

van een voorgenomen activiteit alsmede alternatieven hiervoor en mogelijke maatregelen,<br />

te beschrijven. In deze paragraaf is getoetst of sprake is van een m.e.r.-<br />

(beoordelings)plicht.<br />

9.2 Mer-toetsing<br />

Het op te stellen bestemmingsplan is in de eerste plaats bedoeld als actualisatie (conserverend<br />

bestemmingsplan). De mogelijke wijzigingen die zullen plaatsvinden zijn:<br />

- het Permekeplein, waar een voormalig buurtwinkelcentrum met daarboven woningen,<br />

een woonfunctie krijgt;<br />

- de locatie Wenneker die een gemengde bestemming krijgt, de vigerende bestemming<br />

is bedrijfsdoeleinden;<br />

- op de locaties Kwik-Fit, Wenneker en het Hertoghsterrein zullen mogelijk andere bedrijven<br />

(activiteiten) worden gevestigd.<br />

Sprake is van een ontwerp bestemmingsplan.<br />

Een m.e.r.-toetsing op basis van de beschikbare gegevens levert het volgende resultaat op.<br />

1. In de directe nabijheid van het plangebied is geen Natura-2000 gebied gelegen. Een<br />

passende beoordeling op basis van artikel 19f van de Natuurbeschermingswet 1998<br />

voor de realisering van bepaalde “projecten” binnen het bestemmingsplan is dan ook<br />

niet nodig. Er bestaat aldus geen m.e.r.-plicht op basis van artikel 7.2a van de Wet milieubeheer.<br />

2. Binnen de bestemming “Bedrijf” van het bestemmingsplan worden geen specifieke activiteiten<br />

genoemd uit kolom 1 van onderdeel C of D van de bijlage van het Besluit milieu-effectrapportage<br />

of activiteiten die de drempel overschrijden, zoals bij diverse activiteiten<br />

is omschreven in kolom 2. Daarnaast is er geen sprake van een wijziging van industrieterreinen<br />

boven de drempel van 75 hectare.<br />

De nieuwe bestemming „Gemengd-1” ter plaatse van de locatie Wenneker maakt ontwikkelingen<br />

mogelijk die betrekking hebben op activiteiten genoemd onder D. 11.2<br />

(stedelijke ontwikkelingen) en D. 11.3 (aanleg/wijziging industrieterrein) van de bijlage<br />

behorende bij het Besluit milieueffrectrapportage. De omvang van de toegestane activiteiten<br />

ligt onder de drempelwaarden. Dit betekent dat er geen sprake is van een zogenaamd<br />

kaderstellend plan waarvoor een milieu-effectrapport moet worden opgesteld op<br />

basis van artikel 7.2, tweede lid van de Wet milieubeheer. Wel dient op basis van artikel<br />

2, vijfde lid onder b van het Besluit milieueffectrapportage, een vormvrije m.e.r.beoordeling<br />

te worden uitgevoerd.<br />

Op grond van het vorenstaande is een vormvrije m.e.r.-beoordeling uitgevoerd naar de<br />

ontwikkeling op de locatie Wenneker. Deze beoordeling is opgenomen in bijlage 5 van<br />

dit rapport.<br />

9.3 Conclusie<br />

Uit de vormvrije m.e.r.-beoordeling blijkt, dat de omvang van het project Wenneker ruim<br />

onder de drempelwaarden ligt en er geen sprake is van cumulatie met andere projecten. De<br />

ontwikkeling brengt geen belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu met zich mee. Geconcludeerd<br />

is dat er geen noodzaak bestaat tot het uitvoeren van een m.e.r.-beoordeling.<br />

28


BIJLAGE 1<br />

Bedrijven en milieuzonering<br />

29


Overzicht van activiteiten, voor zover milieurelevant, binnen het bestemmingsplan <strong>Westrand</strong><br />

Dit overzicht behoort bij het RMD-advies van november 2011 met betrekking tot het bestemmingsplan <strong>Westrand</strong> in <strong>Roosendaal</strong> en moet dan ook<br />

in samenhang daarmee worden gebruikt.<br />

Bedrijf Adres Nr. Bedrijfsomschrijving SBI<br />

Leeg Badhuisstraat 18 Voorheen Wenneker c.a.<br />

? Boulevard Antverpia 6-8 Te koop woonhuis met bedrijfsruimte<br />

Liebau Boulevard Antverpia 10 Handel in auto‟s en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven 451 2<br />

De Blokwei Boulevard Antverpia 9A Scholen voor basis- en algemeen voortgezet onderwijs 852 2<br />

Scouting Fridtjof Nansengroep Boulevard Antverpia 9A Buurt- en clubhuizen 94991A 2<br />

De Kameleon G. Ter Borchstraat 51 Scholen voor basis- en algemeen voortgezet onderwijs 852 2<br />

SDW Dagcentrum De Plataan G. Ter Borchstraat 53 Artsenpraktijken, klinieken en dagverblijven 8623 1<br />

Leeg Ettingstraat 3 Voorheen winkel<br />

OrthoMedic BV Ettingstraat 4 Consultatiebureaus 8691, 1<br />

Vergunst Ettingstraat 18D Handel in auto‟s en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven 451 2<br />

Switch Ettingstraat 18B Meubelstoffeerbedrijven 9524.2 1<br />

Christiaan Liebau B.V. Burg. Freijterslaan 45 Handel in vrachtauto‟s (incl. import en reparatie) 451 3.2<br />

Shell Express Burg. Freijterslaan 336 Benzineservicestations: zonder LPG 473.3 2<br />

Miele Keukengalerie Hulsdonksestraat 3 Bouwmarkten, tuincentra, hypermarkten 4752 2<br />

De Herenknipperij Hulsdonksestraat 5 Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten 9602 1<br />

Liebau Watersport Hulsdonksestraat 7 Handel in auto‟s en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven 451 2<br />

Mobilo‟s Hulsdonksestraat 13 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Quartel Modelbouw B.V. Hulsdonksestraat 21 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

A.T.A. Testers Aardappelhandel Hulsdonksestraat 40 Grth in ruwe tabak, groente, fruit en consumptie-ardappelen 4631 3.1<br />

Brood- en banketbakkerij G. Croonen Hulsdonksestraat 54 Detailhandel brood en banket met bakken voor eigen winkel 4724 1<br />

J. van Loon Rijwielhandel Hulsdonksestraat 66 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Care 4 nails Kade 5 Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten 9602 1<br />

Belle and Beauty Kade 7 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Woninginrichting Gommeren Kade 11 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Ristorante Pizzeria Il Borsalino Kade 14 Restaurants, cafetaria‟s snackbars ijssalons 561 1<br />

Sonja Haar- en huidverzorging Kade 16 Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten 9602 1<br />

30<br />

ROcat.


Bedrijf Adres Nr. Bedrijfsomschrijving SBI<br />

Chateau Bar Kade 19 Cafés, bars 563.1 1<br />

O.L.V. van Altijddurende Bijstand Kade 21 Kerkgebouwen e.d. 9491 2<br />

Het Kadehuis Kade 24 Cafés, bars 563.1 1<br />

Van den Brand Kade 27 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Vos zitcomfort Kade 28 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Ravalo Kade 30 Meubelstoffeerbedrijven 9524.2 1<br />

Bob van Dijk Kade 33 Verhuur en handel in onroerend goed 68A 1<br />

Luxe Bakkerij Nagelkerke Kade 35 Detailhandel brood en banket met bakken voor eigen winkel 4724 1<br />

Leeg Kade 36 Winkel<br />

GePe lijstenmakerij Kade 38 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Pannekoeken Carrousel Kade 39 Restaurants, cafetaria‟s snackbars ijssalons 561 1<br />

Autoshop Incar Electronics Kade 40 Handel in auto- en motorfietsonderdelen en - accessoires 453 2<br />

Polar Bear Kade 41 Restaurants, cafetaria‟s snackbars ijssalons 561 1<br />

Erato Kade 45 Cafés, bars 563.1 1<br />

Partycentrum De Distel Kade 46A Cafés, bars 563.1 1<br />

Leeg Kade 47 Voorheen installatiebedrijf<br />

Hotel De Klomp Kade 48 Hotels en pensions met keuken, conferentieoorden 5510 1<br />

Timmers Medizorg Kade 51 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Bloodline Tattoo Kade 59 Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten 9602 1<br />

De Veestallen Kade 65 Cafés, bars 563.1 1<br />

Electrowinkel van Broekhoven Kade 66 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

La Nostalgia Kade 69 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Schepers Hengelsport V.O.F. Kade 70 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Café De Kaaij Kade 74 Cafés, bars 563.1 1<br />

Muziekcentrum Van Gorp Kade 87 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Het Driespan, De Berkenhof, De Fakkel Van Gochlaan 8 Scholen voor basis- en algemeen voortgezet onderwijs 852 2<br />

RK Basisschool De Appel Van Gochlaan 9a Scholen voor basis- en algemeen voortgezet onderwijs 852 2<br />

Rimaco Electronica Shop b.v. Rembrandtgalerij 1 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Emre Kapsalon Rembrandtgalerij 2 Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten 9602 1<br />

31<br />

ROcat.


Bedrijf Adres Nr. Bedrijfsomschrijving SBI<br />

Slijterij ‟t Rembrandtje Rembrandtgalerij 4 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Donmez Market Rembrandtgalerij 8 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Slagerij Gijssel Rembrandtgalerij 10 Detailhandel vlees, wild, gevogelte, met roken, koken en bakken 4722 1<br />

Salon Sanne Rembrandtgalerij 10A Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten 9602 1<br />

Apotheek <strong>Westrand</strong> Rembrandtgalerij 12 Apotheken en drogisterijen 4773 1<br />

Peking Rembrandtgalerij 97 Restaurants, cafetaria‟s snackbars ijssalons 561 1<br />

Cafetaria de Lange Rembrandtgalerij 99 Restaurants, cafetaria‟s snackbars ijssalons 561 1<br />

Café, Blue Sky Rembrandtgalerij 101<br />

103-<br />

Cafés, bars 563.1 1<br />

M. Houtekamer Rembrandtgalerij 109 Supermarkten, warenhuizen 471 1<br />

VOF Bloemsierkunst Jan Hagenaars Rembrandtgalerij 125 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Drogisterij Horsten Rembrandtgalerij 127 Apotheken en drogisterijen 4774<br />

96013<br />

1<br />

Wassalon Rembrandt Rembrandtgalerij 129 Wasserettes en wassalons<br />

.B 1<br />

Bakkerij NAZ Rembrandtgalerij 133 Detailhandel brood en banket met bakken voor eigen winkel 4724 1<br />

Pala Tapijtcentrum Rembrandtgalerij 139 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Domino Jan Sluijtersstraat 2 Kinderopvang 8891 2<br />

Rijsdijk Tweewielers VOF Turfberg 12 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Snackbar Polleke Jan Vermeerlaan 78 Restaurants, cafetaria‟s snackbars ijssalons 561 1<br />

Sportcentrum <strong>Roosendaal</strong> Jan Vermeerlaan 115 Sportscholen, gymnastieklokalen 931F 2<br />

Kringloop West Jac. Vosstraat 6 Detailhandel voor zover n.e.g. 47A 1<br />

Gebr. Deijkers, Bouwgroep St. Theresiastr 21C Aannemersbedrijven met werkplaats: b.o. > 1.000 m² 41.2 3.1<br />

Speeltuin De Kade St. Theresiastr ong Kinderboerderijen 91041 2<br />

Kruiskerk St. Lucasplein 1 Kerkgebouwen e.d. 9491 2<br />

Huisartsenpraktijk <strong>Westrand</strong> St. Lucasplein 2 Artsenpraktijken, klinieken en dagverblijven 8621 1<br />

Fysiotherapie de <strong>Westrand</strong> St. Lucasplein 2B Artsenpraktijken, klinieken en dagverblijven 8621 1<br />

Wijkhuis West St. Lucasplein 3 Buurt- en clubhuizen 94991A 2<br />

32<br />

ROcat.


Inrichting Adres nr. bedrijfs-omschrijving SBI<br />

Fa. Adan, installatiebedrijf Wouwseweg 11 Aannemersbedrijven met wekplaats: b.o.


BIJLAGE 2<br />

Luchtkwaliteit<br />

34


Informatie over de luchtkwaliteit (concentraties NO 2 en PM 10) in 2015, 2020, uit de Monitoringstool<br />

Concentratie NO 2 in 2015<br />

35


Concentratie PM 10 in 2015<br />

36


Concentratie NO 2 in 2020<br />

37


Concentratie PM 10 in 2020<br />

38


BIJLAGE 3<br />

Akoestisch onderzoek<br />

39


BIJLAGE 4<br />

Externe veiligheid<br />

41


BIJLAGE 5<br />

Vormvrije m.e.r.-beoordeling<br />

77


25 januari 2013<br />

Vormvrije m.e.r.-beoordeling ontwikkeling Wennekerlocatie<br />

Het nieuwe bestemmingsplan <strong>Westrand</strong> is kaderstellend voor de ontwikkeling van de locatie<br />

Wenneker, gelegen op de hoek Badhuisstraat/Burgemeester Freijterslaan in <strong>Roosendaal</strong>. De<br />

vigerende bestemming van „Wenneker‟ is bedrijfsdoeleinden. Binnen deze bestemming zijn<br />

bedrijven in de milieucategorieën 1,2 en 3 toegestaan alsmede maximaal één bedrijfswoning<br />

per bedrijf. In de nieuwe situatie komt er een gemengde bestemming op het perceel te<br />

liggen. Naast bedrijvigheid in maximaal milieucategorie 3.2 worden kleinschalige kantoren,<br />

maatschappelijke functies, sportschoolachtige functies en evenementen toegestaan. Horeca<br />

is mogelijk mits ondergeschikt aan de hoofdfunctie(s). Bedrijfswoningen worden in de<br />

nieuwe situatie niet meer toegelaten. Ook de bestaande bedrijfswoning verdwijnt.<br />

Aangezien de ontwikkeling activiteiten betreft die voorkomen op de D-lijst van het Besluit<br />

milieueffectrapportage (D. 11.2 stedelijke ontwikkelingen dan wel D. 11.3 aanleg/wijziging<br />

industrieterrein) en de omvang de drempelwaarden niet overschrijdt, dient een vormvrije<br />

m.e.r.-beoordeling uitgevoerd te worden.<br />

Inleiding<br />

In een vormvrije m.e.r. moet aandacht worden besteed aan alle criteria die zijn opgenomen<br />

in bijlage III behorende bij de Europese richtlijn 'betreffende de milieubeoordeling van bepaalde<br />

openbare en particuliere projecten'. Enkele factoren die in bijlage III worden genoemd<br />

zijn de kenmerken van het project, de plaats van het project en de kenmerken van<br />

het potentiële effect.<br />

Beoordeling<br />

Hieronder wordt voor het project Wenneker ingegaan op de selectiecriteria uit bijlage III<br />

behorende bij de Europese richtlijn 'betreffende de milieubeoordeling van bepaalde openbare<br />

en particuliere projecten'.<br />

Kenmerken van het project<br />

De locatie „Wenneker‟ ligt op de hoek Badhuisstraat/Burgemeester Freijterslaan in <strong>Roosendaal</strong>.<br />

Het perceel heeft een omvang van circa 1,2 hectare. De omvang ligt daarmee ruim<br />

onder de drempelwaarden behorende bij de toegestane activiteiten stedelijke ontwikkelingen<br />

en aanleg/wijziging industrieterrein.<br />

Het nieuwe bestemmingsplan <strong>Westrand</strong> is kaderstellend voor de beoogde ontwikkeling van<br />

de locatie Wenneker. In de nieuwe situatie komt er een gemengde bestemming op de locatie<br />

te liggen. Naast bedrijvigheid in maximaal milieucategorie 3.2 worden toegestaan:<br />

- kleinschalige kantoren/kantooreenheden, dat wil zeggen < 1.500 m 2 bvo;<br />

- maatschappelijke functies, met uitzondering van functies voor minder zelfredzame<br />

personen;<br />

- sportschoolachtige functies;<br />

- evenementen, zowel besloten als publieksgericht (publieksgericht maximaal circa 6<br />

per jaar).<br />

Horeca is mogelijk mits ondergeschikt aan de hoofdfunctie. Bedrijfswoningen worden in de<br />

nieuwe situatie niet meer toegestaan. Ook de bestaande bedrijfswoning verdwijnt.<br />

Om hinder van milieubelastende activiteiten te voorkomen wordt de locatie inwaarts gezoneerd,<br />

zodat de afstanden tussen de activiteiten en bestaande woningen acceptabel zijn. Er<br />

is geen sprake van een directe cumulatie met ander projecten.<br />

Plaats van het project<br />

De locatie Wenneker ligt direct tegen het centrum van <strong>Roosendaal</strong> aan, in een stedelijke<br />

omgeving en in het invloedsgebied van de spoorlijnen richting Zeeland en België en de Burgemeester<br />

Freijterslaan. Direct achter de locatie (zuid- en westzijde) ligt de Molenbeek. Op<br />

het perceel staat de bebouwing waarin de destilleerderij Wenneker was gevestigd. Het perceel<br />

ligt niet in een beschermingszone voor de winning van grondwater en op circa 7 km<br />

van het dichtstbijzijnde Natura 2000-gebied De Brabantse Wal. Zowel in de huidige als in<br />

de toekomstige situatie is er sprake van bedrijvigheid op de locatie.<br />

78


In het kader van het bestemmingsplan is onderzoek gedaan naar de aspecten flora & fauna,<br />

archeologie en cultuurhistorie, bodemkwaliteit, water, externe veiligheid, geluidhinder,<br />

luchtkwaliteit en invloeden/effecten van bedrijven.<br />

Flora en fauna<br />

Aangezien het plangebied niet is gelegen in, of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied,<br />

hoeft er geen vergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet te worden aangevraagd.<br />

Mocht het zo zijn dat (delen van) de bestaande bebouwing worden gesloopt, dan is nader<br />

onderzoek naar de aanwezigheid van vleermuizen en mussen nodig.<br />

Archeologie en cultuurhistorie<br />

Ten zuiden van de locatie Wenneker bevindt zich het gebied Badhuisstraat/Boulevard Antverpia<br />

dat wordt aangemerkt als een gebied van bijzondere historische (steden)bouwkunde.<br />

Het betreft een langs de spoorlijn ontwikkelde reeks woonhuizen, enkele herenhuizen en<br />

een badhuis. Alle zijn gebouwd in opdracht van de verzekeringsmaatschappij Antverpia. De<br />

ontwikkelingen op de locatie Wenneker tasten de cultuurhistorische waarden van het gebied<br />

Badhuisstraat/Boulevard Antverpia niet aan.<br />

De Wennekerlocatie heeft een lage archeologische verwachtingswaarde. Afhankelijk van de<br />

oppervlakte en verstoringsdiepte zijn grondverstorende activiteiten enkel toegestaan indien<br />

eerst een archeologisch onderzoek plaatsvindt. Daarmee wordt voorkomen dat eventuele<br />

archeologische waarden verloren gaan.<br />

Bodemkwaliteit<br />

Gezien de activiteiten die op de locatie Wenneker hebben plaatsgevonden en gezien het feit<br />

dat een gedeelte van het bestaande gebouw zich op de gedempte Molenbeek bevindt, is<br />

bodemverontreiniging niet uit te sluiten. Bij eventuele nieuwbouw op de locatie wordt, in<br />

het kader van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen, een verkennend bodemonderzoek<br />

uitgevoerd.<br />

Water<br />

In de huidige situatie is de locatie grotendeels verhard. De nieuwe situatie levert geen negatieve<br />

effecten op voor de waterhuishouding en de waterkwaliteit.<br />

Externe veiligheid<br />

Het perceel ligt in het invloedsgebied van de Bevi-inrichting spoorwegemplacement<br />

<strong>Roosendaal</strong>. Het plaatsgebonden risico van 10 -6 per jaar levert geen beperking op ten aanzien<br />

van de nieuwe situatie op de locatie Wenneker. De nieuwe situatie heeft geen invloed<br />

op de hoogte van het groepsrisico vanwege het spooremplacement.<br />

Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor wordt voldaan aan de veiligheidsafstand,<br />

derhalve hoeven er geen beperkingen te worden gesteld aan het ruimtegebruik binnen<br />

het plangebied. De nieuwe situatie heeft geen invloed op de hoogte van het groepsrisico<br />

als gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen over het spoor.<br />

Het proces van de groepsrisicoverantwoording wordt op het moment doorlopen.<br />

Geluidhinder<br />

In de nieuwe situatie worden geen geluidgevoelige functies toegestaan. Op basis van inwaartse<br />

zonering worden activiteiten tot maximaal milieucategorie 3.2 toegelaten op de<br />

locatie Wenneker. Door de inwaartse zonering wordt hinder op omliggende milieugevoelige<br />

functies voorkomen.<br />

Luchtkwaliteit<br />

Een verkeersaantrekkende werking van 1500 voertuigbewegingen (weekdaggemiddelde),<br />

waarvan 12 vrachtwagenbewegingen, draagt niet in betekenende mate bij aan de verslechtering<br />

van de luchtkwaliteit (zie onderstaand). Gezien de beperkte omvang van de locatie<br />

„Wenneker‟ is de verkeersaantrekkende werking per weekdag van de nieuwe situatie naar<br />

verwachting aanzienlijk lager, waardoor het plan niet in betekende mate bijdraagt aan de<br />

verslechtering van de luchtkwaliteit.<br />

79


Worst-case berekening voor de bijdrage van het extra verkeer als gevolg van een plan op<br />

de luchtkwaliteit<br />

Extra verkeer als gevolg van het plan<br />

Maximale bijdrage extra verkeer<br />

Extra voertuigbewegingen (weekdaggemiddelde)<br />

1500<br />

Aandeel vrachtverkeer 0,8%<br />

NO 2 in μg/m 3 1,19<br />

PM 10 in μg/m 3 0,39<br />

Grens voor "Niet In Betekenende Mate" in μg/m 3 1,2<br />

De bijdrage van het extra verkeer is niet in betekenende mate;<br />

geen nader onderzoek nodig<br />

Invloeden/effecten bedrijven<br />

In de nieuwe situatie kunnen op basis van inwaartse zonering activiteiten tot maximaal<br />

milieucategorie 3.2 worden toegelaten. Dit is mogelijk omdat er geen (bedrijfs)woningen<br />

worden toegestaan. In dat geval is milieucategorie 3.2 toelaatbaar op het noordoostelijk<br />

deel van de locatie. Milieucategorie 3.1 is toelaatbaar in de strook langs de Vliet en ten<br />

zuiden van het vlak met categorie 3.2. Op de zuidpunt van het perceel is maximaal milieucategorie<br />

2 mogelijk, tot op een afstand van 10 meter van de naastgelegen woning aan de<br />

Badhuisstraat 32. Binnen 10 meter van deze woning is slechts milieucategorie 1 acceptabel.<br />

Door toepassing van het principe van inwaartse zonering wordt er voldoende afstand gecreëerd<br />

tussen milieubelastende activiteiten en milieugevoelige functies.<br />

Kenmerken van het potentiële effect<br />

Potentiële negatieve effecten vanwege het project op de omgeving, zoals aangegeven onder<br />

de bedoelde selectiecriteria, zijn niet te verwachten.<br />

Conclusie<br />

De omvang van het project zit ruim onder de drempelwaarde en er is geen sprake van cumulatie<br />

met andere projecten. Bovendien blijkt dat de ontwikkeling geen aanzienlijke milieueffecten<br />

heeft. Er is geen noodzaak tot het uitvoeren van een m.e.r.-beoordeling, als<br />

bedoeld in artikel 7.2 1 e lid aanhef en onder b van de Wet milieubeheer.<br />

80

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!