(VGM) in GMS/MODFLOW - Vrije Universiteit Brussel
(VGM) in GMS/MODFLOW - Vrije Universiteit Brussel
(VGM) in GMS/MODFLOW - Vrije Universiteit Brussel
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Onderzoeksopdracht voor het<br />
M<strong>in</strong>isterie van de Vlaamse Gemeenschap<br />
Departement Leefmilieu en Infrastructuur<br />
Adm<strong>in</strong>istratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer<br />
AMINAL, afdel<strong>in</strong>g Water<br />
V<br />
G<br />
M<br />
laams<br />
rondwater<br />
odel<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen ten behoeve van<br />
het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong><br />
<strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Het Maasmodel<br />
Deelrapport 1: Basisgegevens en conceptueel model<br />
16 juni 2004<br />
Opdrachthouder:<br />
<strong>Vrije</strong> <strong>Universiteit</strong> <strong>Brussel</strong><br />
Vakgroep Hydrologie en Waterbouwkunde<br />
ir. J. Severyns, Drs. O. Batelaan, Prof. dr. ir. F. De Smedt
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Inhoudstabel<br />
1 INLEIDING..........................................................................................................8<br />
1.1 DE ONTWIKKELING VAN HET VLAAMS GRONDWATER MODEL (<strong>VGM</strong>) ..........8<br />
1.2 ONTWIKKELING VAN REGIONALE MODELLEN TEN BEHOEVE VAN HET VLAAMS<br />
GRONDWATER MODEL (<strong>VGM</strong>) IN <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong> - PERCEEL 2: HET<br />
MAASSYSTEEM .........................................................................................................11<br />
2 BESCHRIJVING STUDIEGEBIED................................................................12<br />
2.1 SITUERING ....................................................................................................12<br />
2.2 GEOLOGISCHE OPBOUW ................................................................................14<br />
2.2.1 Beschrijv<strong>in</strong>g .........................................................................................14<br />
2.2.2 Geologische profielen ..........................................................................17<br />
2.3 HYDROGRAFIE ..............................................................................................24<br />
2.4 DRAINAGE ....................................................................................................27<br />
2.5 STIJGHOOGTEMETINGEN ...............................................................................36<br />
2.5.1 Analyse van de tijdreeksen ..........................................................................36<br />
2.5.2 Analyse van de tijdreeksen van verschillende filters op eenzelfde<br />
locatie…………….................................................................................................53<br />
2.5.3 Stijghoogtekaarten voor het jaar 2000 ................................................56<br />
2.6 GRONDWATERWINNINGEN 2000 ...................................................................66<br />
2.7 HYDRAULISCHE PARAMETERS.......................................................................77<br />
3 OPBOUW VAN HET GRONDWATERMODEL ..........................................83<br />
3.1 CONCEPTUEEL MODEL ..................................................................................83<br />
3.2 SOFTWARE....................................................................................................85<br />
Referenties<br />
Bijlage A<br />
Bijlage B<br />
Bijlage C<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Lijst met figuren<br />
Figuur 1.1: Overzicht van de <strong>VGM</strong>-Omgev<strong>in</strong>g......................................................................... 8<br />
Figuur 1.2: Begrenz<strong>in</strong>g van de grondwatersystemen <strong>in</strong> Vlaanderen....................................... 11<br />
Figuur 2.1: Situer<strong>in</strong>g van het Maassysteem en het model- of onderzoeksgebied.................... 13<br />
Figuur 2.2: Modelgebied Maasssyteem - Ligg<strong>in</strong>g van de profielen........................................ 18<br />
Figuur 2.3: Modelgebied Maassysteem - Profiel 1.................................................................. 19<br />
Figuur 2.4: Modelgebied Maassysteem - Profiel 2.................................................................. 20<br />
Figuur 2.5: Modelgebied Maassysteem - Profiel 3.................................................................. 21<br />
Figuur 2.6: Modelgebied Maassysteem - Profiel 4.................................................................. 22<br />
Figuur 2.7: Modelgebied Maassysteem - Profiel 5.................................................................. 23<br />
Figuur 2.8: Overzicht van de bevaarbare waterlopen en kanalen en waterlopen van 1 ste en 2 de<br />
categorie <strong>in</strong> het studiegebied........................................................................................... 26<br />
Figuur 2.9: (a) Dwarsdoorsnede door een cel (i,j,k) met illustratie van de stijghoogte verlies<br />
bij convergerende strom<strong>in</strong>g naar een dra<strong>in</strong> (naar McDonald & Harbaugh 1988). (b)<br />
Weergave van strom<strong>in</strong>g, QD, <strong>in</strong> een dra<strong>in</strong> als functie van de stijghoogte, h, <strong>in</strong> een cel<br />
waarbij d de hoogte van de dra<strong>in</strong> is en CD de conductantie (naar McDonald & Harbaugh<br />
1988)............................................................................................................................... 27<br />
Figuur 2.10: Concept van een DRAIN of SEEPAGE (a), <strong>in</strong>termediair (b) en<br />
grondwatervoed<strong>in</strong>g (c) cel. QS en RA zijn respectivelijk de grondwaterkwel of seepage<br />
flux en volume grondwatervoed<strong>in</strong>gsflux. ....................................................................... 29<br />
Figuur 2.11: Dra<strong>in</strong>agediepte van het grondwater voor het Maasmodel op basis van de<br />
Belgische bodemkaart en de Nederlandse grondwatertrappenkaart. .............................. 35<br />
Figuur 2.12: Typische voorbeelden van stijghoogtetijdreeksen met corresponderende klasse.<br />
........................................................................................................................................ 43<br />
Figuur 2.13: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Quartair (HCOV-hoofdeenheid 0100) volgens<br />
de tijdreeksklasse. ........................................................................................................... 48<br />
Figuur 2.14: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 0200) volgens<br />
de tijdreeksklasse. ........................................................................................................... 49<br />
Figuur 2.15: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 0400) volgens<br />
de tijdreeksklasse. ........................................................................................................... 50<br />
Figuur 2.16: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 1000) volgens<br />
de tijdreeksklasse. ........................................................................................................... 51<br />
Figuur 2.17: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 1100) volgens<br />
de tijdreeksklasse. ........................................................................................................... 52<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
3
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.18: Typische voorbeeld van stijghoogteverschillen tussen filters van eenzelfde<br />
peilput. ............................................................................................................................ 55<br />
Figuur 2.19: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0100. ........................................... 57<br />
Figuur 2.20: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0160, 0163................................... 58<br />
Figuur 2.21: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0170, 0171, 0173......................... 59<br />
Figuur 2.22: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0211. ........................................... 60<br />
Figuur 2.23: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0213. ........................................... 61<br />
Figuur 2.24: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0215. ........................................... 62<br />
Figuur 2.25: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0232, 0234................................... 63<br />
Figuur 2.26: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0250, 0252, 0253, 0254............... 64<br />
Figuur 2.27: Geïnterpoleerde stijghoogtekaart voor het Quartair HCOV-hoofdeenheid 0100<br />
(Maassysteem en Centraal Kempisch Systeem samen). ................................................. 65<br />
Figuur 2.28: Geïnterpoleerde stijghoogtekaart voor het Tertiair HCOV-hoofdeenheid 0200<br />
(Maassysteem en Centraal Kempisch Systeem samen). ................................................. 65<br />
Figuur 2.29: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_0100, 0171,<br />
0173. ............................................................................................................................... 67<br />
Figuur 2.30: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_0210, 0230,<br />
0240, 0250. ..................................................................................................................... 68<br />
Figuur 2.31: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_0400........ 69<br />
Figuur 2.32: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_1000........ 70<br />
Figuur 2.33: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_1100........ 71<br />
Figuur 2.34: Ingeschat en effectief Q versus vergund debiet. ................................................. 72<br />
Figuur 2.35: Ingeschat en effectief Q per aquifer (HCOV)..................................................... 73<br />
Figuur 2.36: Ingeschat en effectief Q voor een vergund Q < 30000 m³/j en ≥ 30000 m³/j. .... 76<br />
Figuur 2.37: Ingeschat en effectief Q per aquifer (HCOV) voor een vergund Q < 30000 m³/j.<br />
........................................................................................................................................ 76<br />
Figuur 2.38: Ingeschat en effectief Q per aquifer (HCOV) voor een vergund Q ≥ 30000 m³/j.<br />
........................................................................................................................................ 77<br />
Figuur 2.39: Ruimtelijke verdel<strong>in</strong>g van de K- en KD-waarden <strong>in</strong> het Maasmodel:<br />
HCOV_0100, 0171, 0173. .............................................................................................. 80<br />
Figuur 2.40: Ruimtelijke verdel<strong>in</strong>g van de K-waarden <strong>in</strong> het Maasmodel: HCOV_0210, 0213,<br />
0214. ............................................................................................................................... 81<br />
Figuur 2.41: Ruimtelijke verdel<strong>in</strong>g van de K-waarden <strong>in</strong> het Maasmodel: HCOV_0215, 0232,<br />
0240, 0252, 0253. ........................................................................................................... 82<br />
Figuur 3.1: Pr<strong>in</strong>cipe van de opbouw van de modellagen overeenkomstig de werkelijke<br />
opbouw van de grondlagen; <strong>in</strong> grijs worden de zones aangeven met een kle<strong>in</strong>e dikte, een<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
4
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
one<strong>in</strong>dig kle<strong>in</strong>e horizontale doorlatendheid en een one<strong>in</strong>dig grote verticale<br />
doorlatendheid. ............................................................................................................... 84<br />
Figuur 3.2: Wijze waarop een breuk <strong>in</strong> het model gesimuleerd wordt; <strong>in</strong> het gearceerd zijn de<br />
aquitards aangegeven en <strong>in</strong> het grijs de rekencellen met een one<strong>in</strong>dig grote verticale<br />
doorlatendheid; de dikke zware lijn stelt een wand voor................................................ 84<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
5
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Lijst met tabellen<br />
Tabel 2.1: Natuurlijke dra<strong>in</strong>ageklassen (Van Ranst & Sys, 2000).......................................... 31<br />
Tabel 2.2: De gemiddeld hoogste, laagste en voorjaarsgrondwaterstand voor zand-gronden<br />
afgeleid uit de dra<strong>in</strong>ageklasse (Stuurman et al., 2002). .................................................. 32<br />
Tabel 2.3: De gemiddeld hoogste, laagste en voorjaarsgrondwaterstand voor leem- en<br />
kleigronden afgeleid uit de dra<strong>in</strong>ageklasse (Stuurman et al., 2002). .............................. 32<br />
Tabel 2.4: Overzicht van het aantal filters per grondlaag (HCOV-code)................................ 36<br />
Tabel 2.5: Overzicht van de honderd grootste abrupte verander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de opgemeten<br />
stijghoogtes, met vermeld<strong>in</strong>g van het nummer van de peilput en de filter, en het jaar van<br />
voorkomen en grootte van de sprong.............................................................................. 38<br />
Tabel 2.6: Overzicht van de putfilters met een stijgende of dalende trend <strong>in</strong> absolute waarde<br />
groter dan 0,05 m per jaar; <strong>in</strong> de tabel wordt ook de correlatie coëfficiënt r gegeven <strong>in</strong> de<br />
laatste kolom................................................................................................................... 40<br />
Tabel 2.7: Overzicht van het aantal putfilters en percentage van het totaal aantal, <strong>in</strong>gedeeld<br />
volgens de verschillende kenmerken van de tijdreeksen. ............................................... 41<br />
Tabel 2.8: Overzicht van de putten, filters, HCOV-code, waargenomen seizoenale<br />
schommel<strong>in</strong>g, maximale abrupte variatie en trend, en de overeenkomstige klasse........ 44<br />
Tabel 2.9: Overzicht van twee opeenvolgende filters <strong>in</strong> dezelfde peilput, de overeenkomstige<br />
HCOV codes van de aquifers waar<strong>in</strong> de filters zich bev<strong>in</strong>den, het gemiddeld verschil <strong>in</strong><br />
stijghoogte en berekende excentriciteit van deze waarde. .............................................. 53<br />
Tabel 2.10: Vergund Q per aquifer (HCOV)........................................................................... 72<br />
Tabel 2.11: Verhoud<strong>in</strong>g <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund Q. ...................................... 72<br />
Tabel 2.12: Ingeschat en effectief Q tesamen met <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund<br />
debiet per aquifer (HCOV). ............................................................................................ 74<br />
Tabel 2.13: Ingeschat en effectief Q tesamen met <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund Q<br />
voor vergund Q < 30000 m³/j en ≥ 30000 m³/j............................................................... 74<br />
Tabel 2.14: Ingeschat en effectief Q tesamen met <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund Q<br />
voor vergund Q < 30000 m³/j en ≥ 30000 m³/j en per aquifer (HCOV)......................... 75<br />
Tabel 2.15: K-waarden overeenkomstig Viaene et al. (1997) {a}, Van Autenboer et al. (1993)<br />
{b}, Van Autenboer et al. (1996) {c}, Van Autenboer et al. (1997) {d}, De Smedt &<br />
Loy {e} (1991), Van Rooijen {f} (1991), Buffel et al. {g} (2001), Ingenieursbureau<br />
Oranjewoud {h} (1996), Royal Haskon<strong>in</strong>g {i} (MER Grensmaas, 2003). Tabel A:<br />
Belgische zijde, Tabel B: Nederlandse zijde. ................................................................. 78<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
6
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Bijlagen<br />
Tabel A: Locatie (x,y) van de peilputten <strong>in</strong> het Maasmodel (Vlaamse zijde).<br />
Tabel B: Peilputten <strong>in</strong> het Maasmodel (Vlaamse zijde) met m<strong>in</strong>der dan acht met<strong>in</strong>gen voor het<br />
jaar 2000.<br />
Tabel C: Locatie (x,y) van de grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het Maasmodel (Vlaamse zijde).<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
7
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
1 Inleid<strong>in</strong>g<br />
1.1 De ontwikkel<strong>in</strong>g van het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>)<br />
Het algemene doel van het <strong>VGM</strong> is een zo compleet mogelijk <strong>in</strong>zicht te verschaffen<br />
betreffende het grondwatersysteem van de Vlaamse ondergrond. Het <strong>VGM</strong> zal een globale<br />
werkomgev<strong>in</strong>g creëren waarb<strong>in</strong>nen alle mogelijke hydrogeologische gegevensverwerk<strong>in</strong>g en<br />
modelstudies kunnen worden gecoörd<strong>in</strong>eerd gekoppeld en geoptimaliseerd. Op deze wijze<br />
wordt een geïntegreerd <strong>in</strong>strument ter ondersteun<strong>in</strong>g van het grondwaterbeleid ontwikkeld.<br />
Een algemeen overzicht van de <strong>VGM</strong>-omgev<strong>in</strong>g zoals deze nu <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g is wordt<br />
gegeven <strong>in</strong> (Figuur 1.1). Hieronder zal een korte historiek van de verschillende stappen <strong>in</strong> de<br />
ontwikkel<strong>in</strong>g van het <strong>VGM</strong> gegeven worden. Stappen 1 t.e.m. 5 zijn nagenoeg afgerond en de<br />
andere stappen zijn <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g. Stap 6 betreft het huidige project.<br />
Figuur 1.1: Overzicht van de <strong>VGM</strong>-Omgev<strong>in</strong>g 1 .<br />
1 Figuur en tekst overgenomen uit projectbestek (nr. WAT/L 2003 S 0013 X)<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
8
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
STAP 1: ontwikkel<strong>in</strong>g van het concept van het <strong>VGM</strong><br />
In deze fase is een basisarchitectuur van het <strong>VGM</strong> ontstaan (Meyus et al., 2000b).<br />
Het <strong>VGM</strong> is een omgev<strong>in</strong>g waar<strong>in</strong> gebiedsdekkende verwerkte basisgegevens,<br />
zoals hydrogeologische opbouw, grondwatervoed<strong>in</strong>g, hydraulische parameters, e.d.<br />
zich bev<strong>in</strong>den. Naast deze basisgegevens zal het <strong>VGM</strong> ook een aantal regionale<br />
modellen bevatten waar<strong>in</strong> de grondwaterstrom<strong>in</strong>g gebiedsdekkend berekend wordt.<br />
Daarnaast behoren een aantal afgeleide subregionale en lokale modellen tot de<br />
<strong>VGM</strong> omgev<strong>in</strong>g.<br />
De ontwikkel<strong>in</strong>g van een set van gebiedsdekkende gebruiksklare basisgegevens is<br />
de belangrijkste peiler om op flexibele en doeltreffende wijze tot grondwatermodeller<strong>in</strong>g<br />
op verschillende schalen te kunnen overgaan.<br />
STAP 2: ontwikkel<strong>in</strong>g van de Hydrogeologische Coder<strong>in</strong>g van de Ondergrond<br />
van Vlaanderen (HCOV)<br />
Eén van de eerste stappen <strong>in</strong> de echte ontwikkel<strong>in</strong>g van het <strong>VGM</strong> was het opstellen<br />
van de HCOV. Een gebiedsdekkende hydrostratigrafische <strong>in</strong>del<strong>in</strong>g van de Vlaamse<br />
ondergrond werd <strong>in</strong> samenspraak met alle betrokken <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen opgesteld<br />
(Meyus et al., 2000a; Meyus et al., 2000c).<br />
STAP 3: hydrogeologische detailstudie van de ondergrond van Vlaanderen<br />
Voor elk van de HCOV-eenheden bepaald <strong>in</strong> STAP 2 werden kaarten opgesteld<br />
met het voorkomen, de diepte van de basis en de dikte van deze lagen. Het<br />
resultaat vormt een driedimensionale atlas van de hydrostratigrafische<br />
onderverdel<strong>in</strong>g van de ondergrond <strong>in</strong> Vlaanderen (Meyus et al., 2004).<br />
STAP 4: ontwikkel<strong>in</strong>g van een lokaal axi-symmetrisch grondwatermodel<br />
Op de karter<strong>in</strong>g uit STAP 3 is de ontwikkel<strong>in</strong>g van het lokaal axi-symmetrisch<br />
grondwatermodel geënt. De geologische opbouw wordt automatisch uit de<br />
karter<strong>in</strong>g afgeleid. Dit type model laat toe om de <strong>in</strong>vloed van één enkele en een<br />
comb<strong>in</strong>atie van grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> te schatten en zal gebruikt worden bij de<br />
adviesverlen<strong>in</strong>g bij de vergunn<strong>in</strong>gaanvraag voor het w<strong>in</strong>nen van grondwater.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
9
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
STAP 5: ontwikkel<strong>in</strong>g van een Vlaams Grondwatervoed<strong>in</strong>gsmodel<br />
In deze stap wordt de grondwatervoed<strong>in</strong>g gemodelleerd met de WetSpass-code,<br />
ontwikkeld aan de Vakgroep Hydrologie en Waterbouwkunde van de VUB<br />
(Batelaan & De Smedt, 2001). Hierbij wordt reken<strong>in</strong>g gehouden met de topografie,<br />
de bodem, het landgebruik, de neerslag en de temperatuur. De gemiddelde<br />
jaarlijkse grondwatervoed<strong>in</strong>g wordt met dit model met een rastergrootte van 50 bij<br />
50 meter berekend.<br />
STAP 6: ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen (huidig project)<br />
In deze stap worden een aantal regionale modellen opgesteld die moeten toelaten<br />
de impact van beleidsbesliss<strong>in</strong>gen te voorspellen en te ondersteunen. In<br />
Vlaanderen worden zes verschillende grondwatersystemen onderscheiden. Elk<br />
systeem zal op regionale basis gemodelleerd worden.<br />
Voor de Sokkel is reeds een regionaal model ontwikkeld, de andere modellen zijn<br />
<strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g. Het Centraal Vlaams Model wordt ontwikkeld b<strong>in</strong>nen AMINAL,<br />
afdel<strong>in</strong>g Water, terwijl het Centraal Kempisch Model, het Maasmodel en het<br />
Brulandkrijtmodel worden uitbesteed. Het complexe Kust- en Poldersysteem zal <strong>in</strong><br />
een latere fase ontwikkeld worden.<br />
STAP 7: ontwikkel<strong>in</strong>g van subregionale en lokale grondwatermodellen<br />
Ten behoeve van de visievorm<strong>in</strong>g rond land<strong>in</strong>richt<strong>in</strong>gsprojecten,<br />
waterw<strong>in</strong>gebieden, grondwaterafhankelijke natuurgebieden, gewestplanwijzig<strong>in</strong>gen,<br />
kan het noodzakelijk zijn grondwatermodellen op een gedetailleerder<br />
niveau te ontwikkelen dan de regionale modellen. Deze subregionale modellen<br />
kunnen ontwikkeld worden op basis van de resultaten van de regionale modellen.<br />
STAP 8: ontwikkel<strong>in</strong>g van tijdsafhankelijke modellen<br />
De modellen uit STAP 6 zijn stationaire modellen. Op termijn zal AMINAL,<br />
afdel<strong>in</strong>g Water overgaan tot het niet-stationair modelleren van de<br />
grondwaterstrom<strong>in</strong>g. Dit vergt echter nog vergaande <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>g met betrekk<strong>in</strong>g tot<br />
gegevensverzamel<strong>in</strong>g (vnl. tijdsreeksen van opgepompte debieten).<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
10
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
1.2 Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen ten behoeve van het Vlaams<br />
Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong> - Perceel 2: Het<br />
Maassysteem<br />
Voorliggend document betreft het rapport van Deelopdracht 1 van de “Ontwikkel<strong>in</strong>g van<br />
regionale modellen ten behoeve van het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>)”, deelgebied<br />
Maassysteem. Het Maassysteem is één van de zes grondwatersystemen waar<strong>in</strong> de ondergrond<br />
van Vlaanderen is onderverdeeld. De andere systemen zijn het Brulandkrijtsysteem, het<br />
Centraal Kempisch Systeem, het Centraal Vlaams Systeem, het Kust- en Poldersysteem en het<br />
Sokkelsysteem (Figuur 1.2). De onderverdel<strong>in</strong>g van Vlaanderens ondergrond <strong>in</strong> zes<br />
grondwatersystemen is gebaseerd op de HCOV-karter<strong>in</strong>g (zie stappenplan ontwikkel<strong>in</strong>g<br />
<strong>VGM</strong>, Figuur 1.1).<br />
Figuur 1.2: Begrenz<strong>in</strong>g van de grondwatersystemen <strong>in</strong> Vlaanderen.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
11<br />
Kust- en Poldersysteem<br />
Centraal Kempisch Systeem<br />
Maassysteem<br />
Centraal Vlaams Systeem<br />
Brulandkrijt<br />
Sokkelsysteem<br />
De huidige studie vormt de volgende stap <strong>in</strong> de ontwikkel<strong>in</strong>g van het <strong>VGM</strong>, na de<br />
ontwikkel<strong>in</strong>g van het concept van het <strong>VGM</strong>, de ontwikkel<strong>in</strong>g van de HCOV, de<br />
hydrogeologische detailstudie van de ondergrond <strong>in</strong> Vlaanderen, de ontwikkel<strong>in</strong>g van een<br />
lokaal-axisymmetrisch grondwatermodel en de ontwikkel<strong>in</strong>g van een Vlaams<br />
grondwatervoed<strong>in</strong>gsmodel. De verschillende grondwatersystemen worden afzonderlijk<br />
gemodelleerd <strong>in</strong> <strong>MODFLOW</strong> (Modular Groundwater Flow), met <strong>GMS</strong> (Groundwater<br />
Modell<strong>in</strong>g System) als pre- en post-processor. De resultaten van de regionale modeller<strong>in</strong>g<br />
dienen als basis voor de ontwikkel<strong>in</strong>g van meer gedetailleerde subregionale en lokale<br />
grondwatermodellen, alsook <strong>in</strong> een latere fase van tijdsafhankelijke modellen.<br />
Deelopdracht 1 van de huidige studie “Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen ten behoeve van<br />
het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>)” bestaat uit het verzamelen en analyseren van de<br />
basisgegevens, en het opstellen van het modelconcept. De hierna volgende Deelopdrachten 2<br />
en 3 omvatten respectievelijk de uitvoer<strong>in</strong>g van de grondwatermodeller<strong>in</strong>g en de beschrijv<strong>in</strong>g
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
en analyse van de modelresultaten. De drie deelopdrachten worden uitgevoerd <strong>in</strong> opdracht<br />
van het Vlaams Gewest, AMINAL – afdel<strong>in</strong>g Water.<br />
2 Beschrijv<strong>in</strong>g studiegebied<br />
2.1 Situer<strong>in</strong>g<br />
Het stroomgebied van de Maas heeft een totale oppervlakte van ongeveer 36.000 km² en<br />
strekt zich uit over Frankrijk, Luxemburg, Duitsland, België en Nederland.Het Vlaamse deel<br />
van stroomgebied, het Maasbekken genoemd, beslaat een oppervlakte van 1596 km² en komt<br />
overeen met 4,8% van de totale oppervlakte van het stroomgebied. De Maas vormt tussen<br />
Lanaken (Smeermaas) en K<strong>in</strong>rooi (Kessenich) over een lengte van circa 47 km, de natuurlijke<br />
grens tussen België (Vlaanderen) en Nederland.<br />
Het Vlaamse deel van het Maasbekken bestaat uit drie geografisch gescheiden gebieden. Het<br />
grootste deel is gesitueerd <strong>in</strong> de prov<strong>in</strong>cie Limburg (excl. Voeren), daarbuiten bev<strong>in</strong>dt zich<br />
nog een deel <strong>in</strong> de prov<strong>in</strong>cie Antwerpen en <strong>in</strong> Voeren.<br />
Het model- of onderzoeksgebied <strong>in</strong> deze studie omvat het Belgisch Limburgse deel van het<br />
Maasbekken (excl. Voeren), ten noorden van daar waar de Boomse klei dagzoomt<br />
(ondoorlatende basis van het grondwatermodel) tussen Mopert<strong>in</strong>gen en Maasmechelen, en<br />
een gedeelte van de Nederlandse prov<strong>in</strong>cie Zuid-Limburg. De modelbegrenz<strong>in</strong>g valt niet<br />
volledig samen met de systeemgrens (Figuur 2.1). De reden hiervoor is dat de systeemgrenzen<br />
gedeeltelijk door de gewestgrenzen zijn bepaald, terwijl fysische grenzen noodzakelijk zijn<br />
als randvoorwaarden voor het grondwatermodel.<br />
Het Vlaamse deel van het onderzoeksgebied omvat gedeeltelijk of volledig de volgende<br />
gemeenten: As, Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Genk, Hamont-Achel, Hechtel-Eksel,<br />
Houthalen-Helchteren, K<strong>in</strong>rooi, Lanaken, Lommel, Maaseik, Maasmechelen, Meeuwen-<br />
Gruitrode, Neerpelt, Opglabbeek, Overpelt, Peer en Zutendaal.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
12
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
v y<br />
x<br />
f<br />
PIHHHH<br />
u<br />
PHHHHH<br />
rEi<br />
€<br />
f<br />
wEq<br />
w——<br />
PHHHHH<br />
r—Er<br />
r—Ee<br />
q<br />
y—˜˜<br />
e<br />
hEƒ<br />
w——<br />
IVHHHH ——<br />
IVHHHH<br />
v——<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
PVHHHH<br />
PVHHHH<br />
Figuur 2.1: Situer<strong>in</strong>g van het Maassysteem en het model- of onderzoeksgebied.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
q<br />
x<br />
†2…2f<br />
13
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.2 Geologische opbouw<br />
2.2.1 Beschrijv<strong>in</strong>g<br />
In het Vlaamse gedeelte van het Maasbekken kunnen drie belangrijke geomorofologische<br />
eenheden onderscheiden worden: de laagterrassen en alluviale vlakte van de Maas, de vlakte<br />
van Bocholt en het Kempisch plateau ook wel het hoofdterras van de Maas genoemd.<br />
Het Kempisch plateau daalt van 100 m <strong>in</strong> het zuiden, waar het begrensd wordt door het<br />
Albertkanaal, tot 60 m <strong>in</strong> het noorden, waar het van de lager gelegen gebieden wordt<br />
gescheiden door een 30 à 40 m hoge steilrand. De vlakte van Bocholt ligt op een hoogte van<br />
50 tot 30 m en strekt zich uit ten noorden van de Feldbissbreuk, tussen Neeroeteren, Bree en<br />
Bocholt. Het betreft <strong>in</strong> wezen het hoofdterras dat langs de breuk is afgeschoven. In het gebied<br />
met de laagterrassen, tussen Lanaken en Maaseik, en de alluviale vlakte van de Maas, daalt<br />
het topografisch peil van 50 m <strong>in</strong> het zuiden tot 30 m <strong>in</strong> het noorden.<br />
Belangrijk voor de hydrogeologische schematisatie zijn de breuken <strong>in</strong> het studiegebied. Drie<br />
breuken hebben tot <strong>in</strong> het Quartair gewerkt, met name de Heerlerheidebreuk, de<br />
Feldbissbreuk en de breuk van Elen. De breuken delen het studiegebied <strong>in</strong> drie delen: een<br />
gebied ten noorden van de breuken overeenkomend met de vlakte van Bocholt en de<br />
Roerdalslenk, een opheff<strong>in</strong>gsgebied ten zuiden van de breuken ter hoogte van het Kempisch<br />
Plateau en een overgangsgebied tussen de breuken. In het gebied ten zuiden van de breuken<br />
komen door de afschuiv<strong>in</strong>g oude formaties ondieper voor dan <strong>in</strong> het noordelijke gebied.<br />
Voor de hierna volgende geologische beschrijv<strong>in</strong>g werd een beroep gedaan op de<br />
Toelicht<strong>in</strong>gen bij de Geologische Kaart van het Kaartblad 18-10 - Maaseik (Sels et al., 2001)<br />
en het Kaartblad 26 - Rekem (Buffel et al., 2001).<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
14
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Tertiair<br />
De Kiezeloölietformatie (HCOV-0210), ten noorden van het breuksysteem, bestaat<br />
achtereenvolgens (van jong naar oud) uit het lid van Jagersborg (HCOV-0211), de Brunssum<br />
I klei (HCOV-0212), het zand van Pey (HCOV-0213), de Brunssum II klei (HCOV-0214) en<br />
het zand van Waubach (HCOV-0215). Het lid van Jagersborg is opgebouwd uit fijne tot grove,<br />
asgroene zanden met mogelijk wat kleiige en lignietachtige <strong>in</strong>tercalaties. De onderliggende<br />
Brunssum I klei bestaat uit een afwissel<strong>in</strong>g van lignietrijke klei en lignietlagen, met plaatselijk<br />
fijnzandige laagjes en wortelresten. Het zand van Pey bev<strong>in</strong>dt zich tussen de Brunssum I en<br />
Brunssum II klei en is opgebouwd uit een matig, grof grijs, plaatselijk ligniethoudend zand,<br />
met hier en daar klei-<strong>in</strong>tercalaties van 2 à 3 m dik <strong>in</strong> het midden. De Brunssum II klei is een<br />
zware compact klei met bru<strong>in</strong>kool<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>gen. Ze bevat slechts sporadisch fijnzandige<br />
laagjes van ger<strong>in</strong>ge dikte en is homogener dan de Brunssum I klei. Het zand van Waubach is<br />
het onderste lid van de Kiezeloölietformatie en bestaat uit grijswitte, gr<strong>in</strong>drijke grofzandige<br />
en kwartsrijke afzett<strong>in</strong>gen. De diktes van de verschillende leden van de Kiezeloölietformatie<br />
variëren sterk: lid van Jagersborg: 20-90 m, Brunssum I klei: 12-60 m, zand van Pey: 10-90 m,<br />
Brunssum II klei: 10-50 m en zand van Waubach: 10-120 m. De totale dikte van de formatie<br />
is echter vrijwel constant.<br />
Ten zuiden van het breuksysteem, op het Kempisch plateau dagzomen van zuid naar noord<br />
achtereenvolgens de formaties van Eigenbilzen (HCOV-0256), Voort (HCOV-0254),<br />
Bolderberg (HCOV-0253), Diest (HCOV-0252), Kasterlee (HCOV-0242), en Mol (HCOV-<br />
0232). Deze <strong>in</strong> hoofdzaak zandige formaties rusten op de kleiige zanden en klei van het<br />
Boven Rupeliaan. De zanden van Mol zijn grove, meestal opvallend witte, zanden die vrijwel<br />
uitsluitend uit kwarts bestaan. De dikte van deze formatie varieert van 10 tot 100 m en neemt<br />
toe <strong>in</strong> westelijke richt<strong>in</strong>g. De formatie van Kasterlee bestaat uit een vrij goed gesorteerd, licht<br />
glauconiethoudend, grijsgroen zand en aan de basis kan gr<strong>in</strong>d teruggevonden worden. De<br />
formatie van Diest wordt gevormd door slecht gesorteerde, glauconietrijke, halfgrove zanden<br />
met talrijke wormgangen. De formatie van Bolderberg bestaat uit fijne, zeer goed gesorteerde,<br />
micarijke zanden met vrijwel geen glauconiet. Deze formatie wordt opgedeeld <strong>in</strong> drie leden,<br />
met name het lid van Houthalen, het lid van Genk en het lid van Opitter. Het lid van<br />
Houthalen dagzoomt tussen Eigenbilzen en Leut, ten noorden van de breuk van Vroenhoven,<br />
en bestaat uit glauconietrijk en micahoudend, bru<strong>in</strong>groen tot zwartgroen kleiig fijn zand met<br />
grote schelpen en vistanden. Het lid van Genk is opgebouwd uit twee pakketten die van elkaar<br />
gescheiden worden door het gr<strong>in</strong>d van Opgrimbie. Het bovenste pakket bestaat uit witte, zeer<br />
zuivere, middelmatige tot grofkorrelige zanden en aan de top is het zand licht<br />
glauconiethoudend. Het onderste pakket is opgebouwd uit fijne en middelgrove, gelige tot<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
15
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
asgrijze zanden, met vaal grove glimmers en lignietlaagjes. Het lid van Opitter bestaat uit<br />
micarijke, fijne, zeer goed gesorteerde zanden. Het is het jongste lid van de formatie van<br />
Bolderberg en dagzoomt ter hoogte van Opitter. De formatie van Voort bestaat uit groenzwart<br />
tot groenbru<strong>in</strong>, zeer glauconietrijk, kleiig zand, dat zeer rijk is aan fossielen en<br />
schelpfragmenten. De dikte kan oplopen tot meer dan 70 m en ten noorden van de breuk van<br />
Elen, <strong>in</strong> de slenk, zelfs tot 300 m. De formatie van Eigenbilzen bestaat uit grijs tot grijsgroen,<br />
kleiig fijn zand met een beetje glimmers en we<strong>in</strong>ig tot geen fossielen, de basis is kleiig. Ze<br />
dagzoomt tussen Leut en Eigenbilzen, aan de rand van het Kempisch plateau waar de dikte<br />
gemiddeld 5 m bedraagt. Elders varieert de dikte over het algemeen tussen de 30 en 50 m.De<br />
formatie van Boom (HCOV-0300) vormt de ondoorlatende basis van het grondwatermodel.<br />
Ze bestaat voornamelijk uit grijze, fijne, mica- en zandhoudende klei, is lichtjes kalkhoudend<br />
en bevat organisch materiaal, pyriet en kalknodulen die <strong>in</strong> welbepaalde horizonten b<strong>in</strong>nen de<br />
klei voorkomen. De top van de laag helt vrij steil af <strong>in</strong> noordelijke richt<strong>in</strong>g en de dikte van het<br />
bovenliggende watervoerende pakket neemt dus ook toe <strong>in</strong> deze richt<strong>in</strong>g. De gemiddelde<br />
dikte bedraagt 30 m, <strong>in</strong> de slenk zijn er aanwijz<strong>in</strong>gen dat de dikte er 100 m bedraagt. De<br />
formatie van Boom dagzoomt tussen Mopert<strong>in</strong>gen en Maasmechelen.<br />
Quartair<br />
Het Quartair op het Kempisch plateau bestaat uit Maas- en Rijnafzett<strong>in</strong>gen en is gemiddeld<br />
tussen de 7 en 15 m dik. Diktes van 1 tot 4 m worden teruggevonden op de steilere hell<strong>in</strong>gen<br />
van het Kempisch plateau (hell<strong>in</strong>gsmateriaal). Van oost naar west dagzomen<br />
achtereenvolgens de Zutendaal gr<strong>in</strong>den (Maasafzett<strong>in</strong>g), de W<strong>in</strong>terslag zanden (Maasafzett<strong>in</strong>g)<br />
en de Lommel zanden (Maas- en Rijnafzett<strong>in</strong>gen). In deze zand- en gr<strong>in</strong>dhoudende fluvatiele<br />
afzett<strong>in</strong>gen komen soms dikke leemlenzen voor. Dekzanden van 1 tot 2 m dikte bedekken het<br />
hoofdterras. De dikte van het Quartair neemt toe <strong>in</strong> noordelijke richt<strong>in</strong>g met een sprong<br />
langsheen de Feldbissbreuk. In de vlakte van Bocholt bestaat het Quartaire pakket uit de<br />
zanden van Bocholt (Maas- en Rijnafzett<strong>in</strong>gen) en de dekzanden van Wildert, met een dikte<br />
van over het algemeen 10 tot 22 m. In de Maasvallei wordt het Quartair gevormd door<br />
gr<strong>in</strong>den, dekzanden en alluviale lemen, en de dikte varieert tussen de 10 en 22 m. Ten zuiden<br />
van de Feldbissbreuk bestaan de alluviale afzett<strong>in</strong>gen (10-12 m dik) uit een deklaag van<br />
gemiddeld 1 tot 2 m dik, opgebouwd uit leem en klei met daaronder gr<strong>in</strong>d. Ten noorden van<br />
de Feldbissbreuk is het gr<strong>in</strong>dpakket circa 20 m dik.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
16
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.2.2 Geologische profielen<br />
Er werden vijf profielen uitgewerkt voor het Maasmodel, Figuur 2.2 geeft de ligg<strong>in</strong>g van de<br />
vijf profielen. De basissen van de verschillende HCOV-lagen werden met behulp van de<br />
ArcView extensie ‘profile extractor’ uit de HCOV arcview database geëxtraheerd.<br />
Vervolgens werden ze via MS-Excel overgebracht naar Coreldraw. In Coreldraw werden de<br />
profielen opgebouwd uit een tekst-, legenda-, lijn-, arcer<strong>in</strong>g- en opvull<strong>in</strong>gslaag (Figuren 2.3-<br />
2.7) Profiel 1 en 2 (Fig. 2.3 en 2.4) zijn W-O georiënteerd en zijn respectievelijk 47,5 en 37,5<br />
km lang. Profiel 3, 4 en 5 zijn m<strong>in</strong> of meer Z-N georiënteerd (Fig. 2.5-2.7) en zijn<br />
respectievelijk 37 km, 45 km en 62 km lang. Alle vijf profielen gaan <strong>in</strong> de diepte tot en met<br />
HCOV-0300 (Formatie van Boom). De maximale diepte van de profielen gaat tot meer dan -<br />
1300 mTAW. De neerwaartse sprong, met ongeveer 800 m, van de Formatie Boom ten<br />
gevolge van de breukwerk<strong>in</strong>g is zeer duidelijk waar te nemen.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
17
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.2: Modelgebied Maasssyteem - Ligg<strong>in</strong>g van de profielen.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
18
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.3: Modelgebied Maassysteem - Profiel 1.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
19
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.4: Modelgebied Maassysteem - Profiel 2.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
20
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.5: Modelgebied Maassysteem - Profiel 3.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
21
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.6: Modelgebied Maassysteem - Profiel 4.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
22
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.7: Modelgebied Maassysteem - Profiel 5.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
23
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.3 Hydrografie<br />
De Gemeenschappelijke Maas vormt over een lengte van 42,5 km de oostelijke modelgrens.<br />
De belangrijkste zijrivieren van de Maas aan Vlaamse zijde van het studiegebied zijn de<br />
Bosbeek en de Abeek (waterlopen van 1 ste categorie), verder monden aan Vlaamse zijde ook<br />
nog de Ziepbeek, de Kikbeek, de Vrietselbeek, de Kogbeek en de Zanderbeek (waterlopen<br />
van 2 de categorie) uit <strong>in</strong> de Maas. De belangrijkste rivieren die via Nederland <strong>in</strong> de Maas<br />
uitmonden zijn de Itterbeek, de Loss<strong>in</strong>g, de Dommel en de Warmbeek. Het gebied wordt aan<br />
Vlaamse zijde doorsneden door de Zuid-Willemsvaart (tussen Lanaken en Lozen) en het<br />
Kanaal Bocholt- Herentals (tussen Lozen en Lommel).<br />
Het traject waarover de Maas de natuurlijke grens vormt tussen België en Nederland (tussen<br />
Smeermaas en Kessenich) - de Grensmaas of Gemeenschappelijke Maas genoemd - is<br />
ongestuwd, maar iets stroomafwaarts te Borgharen (Nl) en stroomopwaarts net over de<br />
Vlaams-Nederlandse grens te L<strong>in</strong>ne bev<strong>in</strong>den zich twee stuwen op de Maas. De <strong>in</strong>vloed van<br />
de stuw van L<strong>in</strong>ne reikt stroomafwaarts tot <strong>in</strong> Maaseik (rivierkilometer). Op de Zuid-<br />
Willemsvaart, ter hoogte van Bocholt en Lozen, bev<strong>in</strong>den zich twee sluizen. De <strong>in</strong>strom<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />
het wachtbekken op de Dommel gebeurt via een verdeelwerk, waarbij het water van de<br />
Dommel via een toevoergracht afgeleid wordt naar de Oude Dommel. Op de Oude Dommel is<br />
een dwarsdijk met stuw gebouwd. Ter hoogte van K<strong>in</strong>rooi bev<strong>in</strong>dt zich een verdeelwerk<br />
tussen de Abeek en de Itterbeek, en te Neeroeteren bestaat er een verdeelwerk tussen de<br />
Bosbeek en de Witbeek. Op de Witbeek ter hoogte van Geist<strong>in</strong>gen bev<strong>in</strong>dt zich een<br />
verdeelwerk dat water kan afleiden naar de Gemeenschappelijke Maas.<br />
De waterlopen zullen <strong>in</strong> het grondwatermodel worden opgenomen als RIVER-units. Hiertoe<br />
werd voor de bevaarbare waterlopen, kanalen en onbevaarbare waterlopen van 1 ste en 2 de<br />
categorie (Figuur 2.8) een <strong>in</strong>schatt<strong>in</strong>g gemaakt van het langdurig gemiddeld waterpeil, het<br />
bodempeil, de breedte en de hydraulische geleidbaarheid. Hierbij werd een regel van 1<br />
waarde om de 500 m gehanteerd, met uitzonder<strong>in</strong>g voor de kanalen en de bevaarbare<br />
waterlopen zonder grote verander<strong>in</strong>gen waarvoor geen gegevens beschikbaar zijn. De<br />
gegevens werden geïnventariseerd onder de vorm van shapefiles.<br />
In wat volgt wordt een overzicht gegeven voor de waterlopen aan Vlaamse zijde. Onder de<br />
categorie bevaarbare waterlopen valt enkel de Maas. Voor gegevens omtrent waterpeil van de<br />
Maas werd een beroep gedaan op de resultaten van de Effectenanalyse van het<br />
Natuurontwikkel<strong>in</strong>gsplan voor het Grensmaasgebied (De Smedt et al. , 1998). In het kader<br />
van laatstgenoemde studie werd een hydraulische modeller<strong>in</strong>g van de Gemeenschappelijke<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
24
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Maas uitgevoerd met behulp van SCALDIS (Mwanuzi, 1998). Het SCALDIS-model werd<br />
oorspronkelijk ontwikkeld voor de Schelde en nadien aangepast voor de Grensmaas <strong>in</strong> het<br />
kader van de Effectenanalyse (De Smedt et al., 1998). SCALDIS is een tweedimensionaal<br />
numeriek model, dat gebaseerd is op het e<strong>in</strong>dige volume concept. Het zomerbed werd hierbij<br />
<strong>in</strong>gedeeld <strong>in</strong> rekencellen van 200 m <strong>in</strong> longitud<strong>in</strong>ale richt<strong>in</strong>g en een breedte overeenkomend<br />
met de maximale omvang van het zomerbed. Voor deze huidige studie worden de<br />
modelresultaten voor een typisch gemiddelde jaarlijkse afvoer van 350 m 3 /s beschouwd. Voor<br />
gegevens omtrent bodempeil en breedte werd een beroep gedaan op de opgemeten<br />
dwarsprofielen van de rivierbedd<strong>in</strong>g <strong>in</strong> 1995, beschikbaar om de 100 m. Op de Zuid-<br />
Willemsvaart zijn vijf limnigrafen aanwezig en op het Kanaal Bocholt-Herentals is er één<br />
limnigraaf <strong>in</strong> het studiegebied. Voor gegevens omtrent diepgang, en <strong>in</strong>dien beschikbaar ook<br />
breedte, werd een beroep gedaan op de Dienst voor de B<strong>in</strong>nenvaart (www.b<strong>in</strong>nenvaart.be).<br />
Het bodempeil werd <strong>in</strong>geschat op basis van de diepgang: (waterpeil – diepgang – 0,5 m).<br />
Indien geen gegevens beschikbaar waren, werd de kanaalbreedte afgeleid op basis van het<br />
DHM (Digitaal Hoogte Model van Vlaanderen 2004). Het DHM is nog <strong>in</strong> opbouw en er werd<br />
gestart van de ruwe bestanden (puntgegevens). De ruwe bestanden werden samengevoegd en<br />
omgezet naar een grid met celgrootte 5 x 5 m.<br />
Voorts zijn er aan Vlaamse zijde limnigrafen aanwezig op de Abeek, de Bosbeek, de Dommel,<br />
de Warmbeek en de Witbeek. De langdurig gemiddelde waterpeilen van deze meetposten<br />
worden weergegeven <strong>in</strong> Tabel. Gezien het echter telkens slechts één meetpost per<br />
respectievelijke waterloop betreft, is er geen <strong>in</strong>terpolatie mogelijk. Het waterpeil werd dan<br />
ook voornamelijk afgeleid op basis van het DHM. Voor de overige waterlopen werd het<br />
waterpeil ook afgeleid op basis van het DHM, waarbij voor de waterlopen van 1 ste categorie<br />
een regel van (DHM – 1 m) gehanteerd werd en voor de waterlopen van 2 de categorie een<br />
regel van (DHM – 0,9 m). Wat het bodempeil en de breedte betreft, zijn voor een aantal<br />
waterlopen van 2 de categorie dwarsprofielen beschikbaar (Prov<strong>in</strong>cie Limburg). Waar geen<br />
gegevens beschikbaar zijn, werd voor het bodempeil een standaardafmet<strong>in</strong>g van (DHM – 2,3<br />
m) gebruikt voor de waterlopen van 1 ste categorie en (DHM – 1,5 m) voor de waterlopen van<br />
de 2 de categorie. Voor de breedte werden standaardafmet<strong>in</strong>gen van respectievelijk 10 m en 4<br />
m gebruikt voor de waterlopen van 1 ste en 2 de categorie.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
25
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
PVHHHH<br />
PVHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
g—2—<br />
f——˜——<br />
I2—<br />
P2—<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
Figuur 2.8: Overzicht van de bevaarbare waterlopen en kanalen en waterlopen van 1 ste en 2 de categorie <strong>in</strong> het studiegebied.<br />
x<br />
26
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.4 Dra<strong>in</strong>age<br />
Voor het te ontwikkelen grondwatermodel <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>-<strong>MODFLOW</strong> is ook een randvoorwaarde<br />
nodig aan de top van het hydrogeologisch systeem. Traditioneel kan <strong>in</strong> <strong>MODFLOW</strong> geen<br />
randvoorwaarde worden gedef<strong>in</strong>ieerd voor de top van de bovenste laag, wel zijn er<br />
mogelijkheden om <strong>in</strong>teractie te def<strong>in</strong>iëren tussen het grondwatersysteem en rivieren of<br />
landbouwkundige dra<strong>in</strong>age pijpen. Voor de grondwateruitstrom<strong>in</strong>g uit het model <strong>in</strong><br />
kwelgebieden, kle<strong>in</strong>ere waterlopen, grachten en naar het verbruik door de vegetatie zijn deze<br />
rivierrandvoorwaarden echter niet geschikt. Voor deze gevallen kan de <strong>MODFLOW</strong> DRAIN<br />
conditie gebruikt worden.<br />
Het DRAIN pakket (McDonald & Harbaugh 1988) is ontworpen om de de effecten van<br />
landbouwkundige dra<strong>in</strong>s te kunnen simuleren. Een dwarsdoorsnede door een DRAIN cel<br />
(Figure 2.9) toont het concept van een DRAIN cel <strong>in</strong> een model. McDonald en Harbaugh<br />
(1988) verklaren het concept als volgt: er wordt aangenomen dat de dra<strong>in</strong> maar gedeeltelijk<br />
volloopt, zodanig dat de stijghoogte <strong>in</strong> de dra<strong>in</strong> ongeveer gelijk is aan de mediane hoogte van<br />
de dra<strong>in</strong>, i j k<br />
d , , [L]. De stijghoogte, h i j,<br />
k<br />
, [L], berekend door het model voor de cel (i,j,k) is<br />
eigenlijk de gemiddelde waarde voor de cel en wordt verondersteld de effectieve waarde te<br />
zijn die op enige afstand van de dra<strong>in</strong> heerst. De hoogteligg<strong>in</strong>g van de dra<strong>in</strong>, i,<br />
j k , geldt<br />
alleen local, b<strong>in</strong>nen de dra<strong>in</strong>, maar karakteriseert niet de cel als geheel.<br />
Figuur 2.9: (a) Dwarsdoorsnede door een cel (i,j,k) met illustratie van de stijghoogte<br />
verlies bij convergerende strom<strong>in</strong>g naar een dra<strong>in</strong> (naar McDonald & Harbaugh 1988).<br />
(b) Weergave van strom<strong>in</strong>g, QD, <strong>in</strong> een dra<strong>in</strong> als functie van de stijghoogte, h, <strong>in</strong> een cel<br />
waarbij d de hoogte van de dra<strong>in</strong> is en CD de conductantie (naar McDonald &<br />
Harbaugh 1988).<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
d ,<br />
27
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
De dra<strong>in</strong> verwijdert water uit de watervoerende laag aan een snelheid die proportioneel is met<br />
het verschil tussen de stijghoogte <strong>in</strong> de watervoerende laag en de hoogteligg<strong>in</strong>g van de dra<strong>in</strong>.<br />
De dra<strong>in</strong>age duurt voort zo lang als de stijghoogte <strong>in</strong> de watervoerende laag hoger is als de<br />
ligg<strong>in</strong>g van de dra<strong>in</strong>, de dra<strong>in</strong>age stopt als de stijghoogte zakt beneden de dra<strong>in</strong>age hoogte. De<br />
functioner<strong>in</strong>g van het DRAIN pakket wordt beschreven door de volgende vergelijk<strong>in</strong>gen<br />
(McDonald & Harbaugh 1988):<br />
QD i,<br />
j,<br />
k = CDi,<br />
j,<br />
k ( hi,<br />
j,<br />
k - di,<br />
j,<br />
k ) voor h i j,<br />
k di<br />
, j,<br />
k<br />
QD i,<br />
j,<br />
k = 0 voor h i j,<br />
k di<br />
, j,<br />
k<br />
waarbij i j k<br />
, > (1)<br />
, ≤ (2)<br />
QD , , [L 3 /T] de kwel volume flux is van de cel (i,j,k) naar de dra<strong>in</strong>, h i j,<br />
k<br />
d ,<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
28<br />
, [L] de<br />
berekende stijghoogte <strong>in</strong> de cel (i,j,k) is, en i,<br />
j k [L] de hoogteligg<strong>in</strong>g van de dra<strong>in</strong> is. De<br />
CD ,<br />
coefficient i,<br />
j k [L 2 /T] is een samengestelde conductantie die alle stijghoogteverliezen<br />
beschrijft tussen de dra<strong>in</strong> en de regio van de cel (i,j,k) <strong>in</strong> welke de stijghoogte i,<br />
j k<br />
verondersteld wordt te heersen (Figuur 2.9 - 1a). Deze samengestelde dra<strong>in</strong> conductantie<br />
wordt toegevoegd aan de conductantie berekend door het Block-Centered Flow (BCF) (of<br />
LPF) pakket, hetgeen bepaald wordt uit de horizontale en verticale weerstand tussen het<br />
centrum (node) van de dra<strong>in</strong> cel en de centra van de omliggende cellen. De gesommeerde<br />
DRAIN en BCF conductanties def<strong>in</strong>ieren daarom de totale weerstand tegen strom<strong>in</strong>g naar de<br />
<strong>MODFLOW</strong> dra<strong>in</strong> cel. De stijghoogteverliezen tussen de dra<strong>in</strong> en zijn buurcellen worden<br />
veroorzaakt door convergerende strom<strong>in</strong>g naar de dra<strong>in</strong> toe, door strom<strong>in</strong>g door het<br />
opvulmateriaal rondom de dra<strong>in</strong> en door de strom<strong>in</strong>g door de gleuven van de dra<strong>in</strong> zelf<br />
(McDonald & Harbaugh 1988). Figuur 2.9 - 1b toont een grafiek van QD versus h, zoals dit<br />
volgt uit vergelijk<strong>in</strong>g 1.<br />
Een probleem met het DRAIN pakket is dat het veelal de convergentie van het model niet ten<br />
goede komt en/of dat de berekende grondwaterstand meer dan gewenst boven het dra<strong>in</strong><br />
niveau uitstijgt. Om dit probleem te verhelpen ontwikkelde Batelaan & De Smedt (2004) een<br />
nieuw <strong>MODFLOW</strong> pakket SEEPAGE. De betekenis van SEEPAGE is dat men een absolute<br />
bovenrand aan het grondwatersysteem kan opleggen. Grondwater dat tot dit niveau stijgt treed<br />
vrij en zonder weerstand uit het model. Uit SEEPAGE kan net als ook uit DRAIN bepaald<br />
worden of een cel grondwatervoedend, <strong>in</strong>termediair of kwellend is. Figuur 2.10 toont het<br />
onderscheid tussen deze cellen.<br />
h ,
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.10: Concept van een DRAIN of SEEPAGE (a), <strong>in</strong>termediair (b) en<br />
grondwatervoed<strong>in</strong>g (c) cel. QS en RA zijn respectivelijk de grondwaterkwel of seepage<br />
flux en volume grondwatervoed<strong>in</strong>gsflux.<br />
In <strong>GMS</strong> is het SEEPAGE pakket niet opgenomen en zal men dus het DRAIN pakket moeten<br />
gebruiken voor de specificatie van de bovenrandvoorwaarde <strong>in</strong> cellen waar kwel optreedt.<br />
Aangezien men niet op voorhand kan weten welke cellen kwellen en welke niet, zal men<br />
gemakkelijkheidhalve alle cellen van het modelgebied <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie als DRAIN cel<br />
def<strong>in</strong>iëren. In de cellen die uite<strong>in</strong>delijk niet zullen kwellen zal de opgelegde bovenrandvoorwaarde<br />
geen enkele functie hebben. Het komt er dus op aan een geschikte<br />
bovengrens te def<strong>in</strong>iëren boven de welke aangenomen mag worden dat het grondwater via de<br />
wortels van de planten of via een oppervlakkig waterlopennetwerk het model verlaat. In<br />
vroegere studies werd veelal de aanname gemaakt dat het dra<strong>in</strong>age niveau zich 0.25 tot 1 m<br />
onder het topografisch oppervlak bevond. Deze dra<strong>in</strong>agediepte werd dan opgelegd aan alle<br />
cellen van het modelgebied.<br />
In deze studie wordt getracht om een ruimtelijke variatie <strong>in</strong> het dra<strong>in</strong>age niveau aan te<br />
brengen op basis van de karakteristieken van de bodemkaart. Het Belgische<br />
bodemclassificatiesysteem is morfogenetisch en een typisch nationaal systeem, dat opgesteld<br />
werd uitsluitend <strong>in</strong> functie van de Belgische gronden. De basiseenheid is de bodemserie. Deze<br />
wordt bepaald door de grondsoort (= aard van het moedermateriaal, = textuur), de natuurlijke<br />
dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g (= dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gstoestand, = natuurlijke dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklasse) en de horizontenopeenvolg<strong>in</strong>g<br />
(= profielontwikkel<strong>in</strong>g) (Van Ranst & Sys, 2000).<br />
De voornaamste karter<strong>in</strong>gseenheid van het morfogenetisch bodemclassificatiesysteem dat<br />
door het C.V.B. werd uitgewerkt is de bodemserie. Op de bodemkaart wordt iedere<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
29
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
bodemserie voorgesteld door een formule van drie letters die betrekk<strong>in</strong>g hebben op de drie<br />
hoofdkenmerken van het bodemprofiel: de grondsoort of textuur, de natuurlijke dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g en<br />
de profielontwikkel<strong>in</strong>g of horizontenopeenvolg<strong>in</strong>g (Van Ranst & Sys, 2000).<br />
De formule geeft volgende elementen aan :<br />
• de grondsoort (textuur van het bovenste deel van het bodemprofiel), door een hoofdletter<br />
(A . . , L . . , enz.),<br />
• de natuurlijke dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklasse, door een kle<strong>in</strong>e letter <strong>in</strong> eerste positie na de hoofdletter (<br />
. a . , . b . , enz.),<br />
• de horizontenopeenvolg<strong>in</strong>g, door een kle<strong>in</strong>e letter <strong>in</strong> tweede positie na de hoofdletter ( . .a ,<br />
. . b , . . c , enz.).<br />
De dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gstoestand van een bodem hangt af van de diepte van het grondwater, de<br />
permeabiliteit van de oppervlakkige laag, het voorkomen op wisselende diepte van een we<strong>in</strong>ig<br />
doorlatende ondergrond, de diepte van de bodem en de topografische omstandigheden. De<br />
wisselwerk<strong>in</strong>g tussen deze verschillende factoren bepaalt de dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklasse van de bodem.<br />
Deze wordt beoordeeld naar sommige morfologische bodemkenmerken, nl. de gley en<br />
reductieverschijnselen. Het gedeelte van het profiel dat afwisselend verzadigd is met water en<br />
uitdroogt, vertoont roestvlekken (gleyverschijnselen). Deze zone die voortdurend met water<br />
verzadigd is heeft een blauw- of grijsachtige kleur (reductiehorizont). De aanwezigheid van<br />
een reductiehorizont <strong>in</strong> de ondergrond van gegleyifieerde profielen wijst op een permanente<br />
grondwatertafel; zijn afwezigheid op een tijdelijke stuwwatertafel. Men onderscheidt 9<br />
natuurlijke dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen, die met hun symbool en hun morfologische kenmerken <strong>in</strong><br />
Tabel 2.1 aangegeven zijn (Van Ranst & Sys, 2000).<br />
De morfologische def<strong>in</strong>itie van de dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen hangt af van de textuur van het<br />
materiaal; we onderscheiden twee grote groepen : deze van de zware texturen (A . . , L . . , E.<br />
. , U . . , G . .) en deze van de lichte texturen (Z . . , S . . , P . . ). De hieronder volgende<br />
def<strong>in</strong>ities van de dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen worden gegeven door de zware texturen na (1) en voor de<br />
lichte texturen na (2).<br />
. a . (2) zeer droge gronden,<br />
. b . (2) droge gronden,<br />
. c . (1) zwak gleyige gronden,<br />
(2) matig droge gronden,<br />
. d . (1) matig gleyige gronden,<br />
(2) matig natte gronden,<br />
. e . (1) sterk gleyige gronden met reductiehorizont,<br />
(2) natte gronden,<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
30
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
. f . (1) zeer sterk gleyige gronden met reductiehorizont,<br />
(2) zeer natte gronden,<br />
. g . (1) gereduceerde gronden,<br />
(2) uiterst natte gronden,<br />
. h . (1) sterk gleyige gronden,<br />
(2) natte gronden met relatief hoge ligg<strong>in</strong>g,<br />
. i . (1) zeer sterk gleyige gronden,<br />
(2) zeer natte gronden met relatief hoge ligg<strong>in</strong>g.<br />
Tabel 2.1: Natuurlijke dra<strong>in</strong>ageklassen (Van Ranst & Sys, 2000).<br />
Dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklasse Diepte <strong>in</strong> cm op de welke beg<strong>in</strong>nen<br />
dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsgraad de gleyverschijnselen <strong>in</strong> de reductiehorizont <strong>in</strong> de<br />
de volgende materialen volgende materialen<br />
symbool lemig zandig lemig zandig<br />
kleiig<br />
kleiig<br />
. a . te sterke dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g - >120 - -<br />
. b .gunstige dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g - 90-120 - -<br />
. c .matige dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g >80 60-90 - -<br />
. d .onvoldoende dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g 50-80 40-60 - -<br />
. e .matig slechte dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g (*) 20-50 20-40 > 80 > 100<br />
. f . slechte dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g (*) 0-20 40-80 50-100<br />
. g .zeer slechte dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g (*) 0 0 < 40 < 50<br />
. h .matig slechte dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g (**) 20-50 20-40 - -<br />
. i . slechte dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g (**) 0-20 - -<br />
(*) Hydromorfe gronden met permanente grondwatertafel en reductiehorizont.<br />
(**) Hydromorfe gronden met tijdelijke stuwwatertafel en zonder reductiehorizont.<br />
In gevallen waar de bodems zeer sterke variaties vertonen, is het soms nodig complexe<br />
eenheden <strong>in</strong> te voeren, bestaande uit gronden ontwikkeld op verschillende moedermaterialen,<br />
met verschillende dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen en/of verschillende profielontwikkel<strong>in</strong>gen. Soms is het<br />
ook nodig <strong>in</strong> de karter<strong>in</strong>gseenheid dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen te groeperen. Hiervoor gebruikt men<br />
hoofdletters, die onmiddellijk na het symbool voor het moedermateriaal geplaatst worden. De<br />
volgende symbolen worden doorgaans gebruikt (Van Ranst & Sys, 2000):<br />
. B . dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen . a . + . b .<br />
. D . dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen . c . + . d .<br />
. F . dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen . e . + . f .<br />
. I . dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen . h . + . i .<br />
. H . dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen . g . + . h .<br />
. A . dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen . a. + . b . + . c . + . d .<br />
. G . dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gsklassen . e . + . f . + . g . + . h . + . i .<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
31
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
In Stuurman et al. (2002) wordt op basis van de bovenstaande tabel voor de diepte van de<br />
gleyverschijnselen van de verschillende textuurklassen gemiddeld hoogste (GHG), Laagste<br />
(GLG) en Voorjaarsgrondwaterstand (GVG) afgeleid voor zowel de lichte, zandige bodems<br />
(Tabel 2.2) als ook voor de zware texturen, leem en klei (Tabel 2.3).<br />
Tabel 2.2: De gemiddeld hoogste, laagste en voorjaarsgrondwaterstand voor zandgronden<br />
afgeleid uit de dra<strong>in</strong>ageklasse (Stuurman et al., 2002).<br />
Dra<strong>in</strong>er<strong>in</strong>gs-<br />
klasse<br />
Def<strong>in</strong>itie Gemiddelde grondwaterstand<br />
Roest Reductie GHG GLG GVG<br />
a - - 150 240 173<br />
b 90-125 100 200 125<br />
c 60-90 70 160 93<br />
d 40-60 40 130 63<br />
h 20-40 20 140 49<br />
i 0-20 10 120 37<br />
e 20-40 >80 15 100 37<br />
f 0-20 40-80 5 65 22<br />
g - 40 - 40 240 85<br />
B >90 - 100 240 133<br />
D 40-90 - 40 160 69<br />
I
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
d 50-80 50 130 71<br />
h 30-50 20 140 49<br />
i 0-30 10 120 37<br />
e 30-50 >80 15 100 37<br />
f 0-30 40-80 5 65 22<br />
g - 50 - 50 - -<br />
B - - - - -<br />
D 50-125 - 50 - -<br />
I
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Voorgesteld wordt om deze kaart voor het gebruik <strong>in</strong> het grondwatermodel voor de DRAIN<br />
parametrisatie aan te passen. Gedacht wordt om <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie <strong>in</strong> de zones zonder<br />
dra<strong>in</strong>age klasse de dra<strong>in</strong>agediepte te zetten op 5 cm om de bereken<strong>in</strong>g van de<br />
grondwaterstand zo m<strong>in</strong> mogelijk te beknotten. De te gebruiken ruimtelijke resolutie van 250<br />
m voor de modelcellen maakt zo wie zo dat de nauwkeurigheid van de berekende<br />
grondwaterstand nabij het landoppervlak zeer beperkt wordt door deze resolutie. De<br />
topografie is daarom op zich al een redelijk goede maat voor de dra<strong>in</strong>agediepte. Wel wordt<br />
voorgesteld de dra<strong>in</strong>agediepte niet dieper te zetten dan de worteldiepte die gebruikt wordt<br />
voor de vegetatiebeschrijv<strong>in</strong>g <strong>in</strong> WetSpass en die beschikbaar is uit de <strong>VGM</strong> studie naar de<br />
grondwatervoed<strong>in</strong>g van Vlaanderen (Meyus et al., 2004). Indien men de dra<strong>in</strong>agediepte niet<br />
beperkt tot de worteldiepte kan men kwelzones berekenen waarbij de voorkomende vegetatie<br />
toch niet <strong>in</strong> staat zou zijn om aan het grondwater te komen. Dit zouden dan ecologisch niet<br />
relevante ‘kwelgebieden’ zijn en daarmee <strong>in</strong> tegenstell<strong>in</strong>g tot het gangbare idee dat kwelwater<br />
over het algemeen ter beschikk<strong>in</strong>g staat aan de vegetatie. Ten slotte wordt voorgesteld om <strong>in</strong><br />
het model de gevoeligheid van de dra<strong>in</strong>agediepte te onderzoeken met betrekk<strong>in</strong>g tot de<br />
globale fout tussen de gemeten en berekende stijghoogtes en een vergelijk<strong>in</strong>g te maken tussen<br />
de berekende kweloppervlaktes <strong>in</strong> dit model en <strong>in</strong> vorige modellen (bijvoorbeeld<br />
Ecosysteemvisie studie voor de Abeek).<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
34
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Figuur 2.11: Dra<strong>in</strong>agediepte van het grondwater voor het Maasmodel op basis van de Belgische bodemkaart en de Nederlandse<br />
grondwatertrappenkaart.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
35
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.5 Stijghoogtemet<strong>in</strong>gen<br />
2.5.1 Analyse van de tijdreeksen<br />
Het gegevensbestand heeft betrekk<strong>in</strong>g op 512 filters verdeeld over 397 peilputten. Een<br />
overzicht van de grondlagen (HCOV-code) en het aantal putfilters <strong>in</strong> elke laag wordt gegeven<br />
<strong>in</strong> Tabel 2.4.<br />
Tabel 2.4: Overzicht van het aantal filters per grondlaag (HCOV-code).<br />
HCOV Aantal filters<br />
0000 91<br />
0100 39<br />
0140 6<br />
0160 2<br />
0163 4<br />
0170 104<br />
0171 11<br />
0173 27<br />
0200 2<br />
0211 17<br />
0213 15<br />
0214 1<br />
0215 22<br />
0230 5<br />
0232 53<br />
0234 4<br />
0250 14<br />
0252 44<br />
0253 17<br />
0254 5<br />
0400 2<br />
0430 2<br />
0435 1<br />
1000 1<br />
1014 1<br />
1030 2<br />
1031 1<br />
1100 7<br />
1110 6<br />
1111 2<br />
1112 4<br />
Het gegevensbestand bevat 63.120 met<strong>in</strong>gen van de diepte gemeten vanaf een<br />
referentieniveau van de peilput tot aan de stijghoogte van het grondwater opgemeten <strong>in</strong> de<br />
verschillende filters. Nader onderzoek toont aan dat voor 16.944 van deze met<strong>in</strong>gen de<br />
omzett<strong>in</strong>g van de diepte tot het grondwater naar absolute stijghoogte <strong>in</strong> mTAW ontbreekt.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
36
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Deze gegevens werden uit het bestand verwijderd. Verder zijn er 3981 meetgegevens met een<br />
foutvermeld<strong>in</strong>g; deze werden eveneens verwijderd uit het bestand. Hierna blijven er 42.195<br />
meetgegevens over, ofwel 67% van het orig<strong>in</strong>eel bestand; deze hebben betrekk<strong>in</strong>g op 460<br />
filters, dit is 90% van het orig<strong>in</strong>eel aantal. Verder onderzoek toont aan dat er nog enkele<br />
fouten voorkomen. Het betreft voornamelijk een omwissel<strong>in</strong>g van de diepte tot de<br />
grondwaterstand opgemeten <strong>in</strong> de peilput met de omzett<strong>in</strong>g naar absolute hoogte van de<br />
stijghoogte. Dergelijke fouten werden verbeterd <strong>in</strong>geval van peilput 7-0042. Dergelijke fouten<br />
komen ook overvloedig voor <strong>in</strong> de data met betrekk<strong>in</strong>g tot peilputten 7-0427, 7-0038, 7-0428;<br />
gezien het groot aantal foutieve gegevens werden deze uit het databestand verwijderd. Hierna<br />
blijven er nog 41.914 meetgegevens over.<br />
Het onderzoek van de variatie <strong>in</strong> de tijd van met<strong>in</strong>gen wordt beperkt tot de meetreeksen die<br />
ten m<strong>in</strong>ste 10 jaar omvatten met voor elk jaar ten m<strong>in</strong>ste 8 waarnem<strong>in</strong>gen. Dit reduceert het<br />
gegevensbestand drastisch tot 122 filters. De meetreeksen van deze filters werden onderzocht<br />
naar drie kenmerken: abrupte variaties (plotsel<strong>in</strong>ge externe beïnvloed<strong>in</strong>g), trends (extern<br />
lange termijn effect) en seizoenale schommel<strong>in</strong>gen (natuurlijk effect). Hierbij werden de<br />
volgende criteria gebruikt om dergelijke fenomenen te detecteren:<br />
• Meer dan 4 m verschil <strong>in</strong> stijghoogte over een termijn van 1 jaar voor een abrupte<br />
variatie door externe beïnvloed<strong>in</strong>g.<br />
• Gemiddeld meer dan 0,05 m verschil per jaar <strong>in</strong> absolute waarde van de stijghoogte voor<br />
een trend, wat wijst op een persistente dal<strong>in</strong>g of stijg<strong>in</strong>g <strong>in</strong> waargenomen stijghoogte.<br />
• Meer dan 1 m gemiddeld verschil <strong>in</strong> stijghoogte over een periode van één jaar voor een<br />
seizoenale <strong>in</strong>vloed.<br />
De abrupte verander<strong>in</strong>gen te wijten aan externe factoren werden geclassificeerd per grootte,<br />
met vermeld<strong>in</strong>g van het nummer van de peilput en filter, en het jaar van voorkomen en<br />
grootte van de sprong. Het betreft 124 abrupte verander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de stijghoogte, verdeeld over<br />
slechts 18 putfilters. Tabel 2.5 geeft de 50 grootste sprongen die vastgesteld werden. De<br />
volledige tabel is bijgeleverd bij de studie <strong>in</strong> de vorm van een Access bestand. Het is duidelijk<br />
dat bij de meeste putfilters er meer dan één abrupte verander<strong>in</strong>g optreedt wat waarschijnlijk<br />
wijst op het af en aan zetten van pompputten <strong>in</strong> de onmiddellijke nabijheid van de peilputten.<br />
Het is evenwel niet uit te sluiten dat dergelijke fenomenen ook te maken hebben met foutief<br />
<strong>in</strong>gegeven meetwaarden <strong>in</strong> het databestand.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
37
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Tabel 2.5: Overzicht van de honderd grootste abrupte verander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de opgemeten<br />
stijghoogtes, met vermeld<strong>in</strong>g van het nummer van de peilput en de filter, en het jaar van<br />
voorkomen en grootte van de sprong.<br />
Putcode Filter Jaar Verschil (m)<br />
7-0494 1 2002 24,20<br />
7-0494 1 2001 24,00<br />
7-0493 1 2000 23,50<br />
7-0492 1 2000 22,40<br />
7-0494 1 2000 21,79<br />
7-0493 1 2001 19,10<br />
7-0386 1 2001 18,18<br />
7-0493 1 2002 17,80<br />
7-0495 1 2002 17,10<br />
7-0496 1 2002 16,20<br />
7-0496 1 2001 15,70<br />
7-0495 1 2001 15,60<br />
7-0386 1 2002 15,15<br />
7-0486 1 2002 14,68<br />
7-0495 1 2000 14,20<br />
7-0496 1 2000 13,96<br />
7-0395 1 2002 11,16<br />
7-0383 1 2001 11,04<br />
7-0385 1 2001 10,60<br />
7-0371 1 2002 10,40<br />
7-0370 1 1989 10,29<br />
7-0383 1 2002 10,27<br />
7-0371 1 2000 10,13<br />
7-0384 1 2002 10,07<br />
7-0394 1 2002 9,92<br />
7-0372 1 2002 9,87<br />
7-0371 1 2001 9,66<br />
7-0370 1 1988 9,63<br />
7-0370 1 1994 9,59<br />
7-0370 1 1991 9,36<br />
7-0372 1 2001 9,25<br />
7-0372 1 2000 9,10<br />
7-0370 1 1990 9,05<br />
7-0374 1 2002 9,04<br />
7-0494 1 1991 8,91<br />
7-0376 1 2002 8,86<br />
7-0374 1 2001 8,71<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
38
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Putcode Filter Jaar Verschil (m)<br />
7-0230 1 1993 8,61<br />
7-0370 1 2000 8,59<br />
7-0370 1 2002 8,51<br />
7-0370 1 1992 8,48<br />
7-0376 1 2001 8,46<br />
7-0376 1 2000 8,25<br />
7-0374 1 2000 8,22<br />
7-0370 1 1993 8,15<br />
7-0375 1 2002 8,10<br />
7-0373 1 2001 7,98<br />
7-0375 1 2001 7,95<br />
7-0373 1 2002 7,91<br />
7-0389 1 2002 7,81<br />
7-0385 1 2002 7,81<br />
Bij de bepal<strong>in</strong>g van de trend worden alle putfilters met een abrupte verander<strong>in</strong>g van de<br />
stijghoogte geweerd, omdat we geïnteresseerd zijn <strong>in</strong> monotone variaties van de stijghoogte <strong>in</strong><br />
de tijd. Van de overblijvende putfilters werden de trend als volgt bepaald; eerst werden voor<br />
alle jaren met meer dan 8 met<strong>in</strong>gen het gemiddelde per jaar bepaald. Daarna werd de trend<br />
berekend als de hell<strong>in</strong>g van beste regressielijn doorheen deze punten, met uiteraard als<br />
voorwaarde dat er meer dan 10 jaren ter beschikk<strong>in</strong>g zijn. Door deze werkwijze vermijden we<br />
dat de trend beïnvloed wordt door de meetfrequentie. Ook werd de correlatie coëfficiënt<br />
berekend, waardoor het mogelijk is de statistische significantie van de geschatte trendwaarde<br />
na te gaan. Tabel 2.6 geeft een overzicht van de bekomen resultaten geklasseerd volgend<br />
trendwaarde, met als voorwaarde dat de absolute waarde groter is dan 0,05 m/j. Het betreft 41<br />
putfilters met een dalende trend en 11 peilfilters met een stijgende trend. Merk op dat de<br />
meeste van deze trends ook statistisch gezien significant zijn. Om de relatie leggen naar de<br />
grondlagen wordt ook de HCOV code gegeven; evenwel is er geen duidelijke relatie met de<br />
grondlaag vast te stellen, tenzij dat vooral bij de diepe lagen onder de Boomse klei (HCOV<br />
codes 1000 en 1100) er dalende trends vastgesteld worden. Als resultaat van deze analyse<br />
blijkt ook dat er <strong>in</strong> 64 peilfilters geen dalende of stijgende trend aanwezig is.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
39
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Tabel 2.6: Overzicht van de putfilters met een stijgende of dalende trend <strong>in</strong> absolute<br />
waarde groter dan 0,05 m per jaar; <strong>in</strong> de tabel wordt ook de correlatie coëfficiënt r<br />
gegeven <strong>in</strong> de laatste kolom.<br />
Putcode Filter HCOV Trend (m/j) r<br />
7-0492 1 1112 -1,074 -0,94<br />
7-0034 1 1100 -0,384 -0,96<br />
7-0494 1 1112 -0,337 -0,34<br />
7-0035 1 1031 -0,324 -0,97<br />
7-0125 1 0253 -0,315 -0,96<br />
7-0214 1 1100 -0,266 -0,41<br />
7-0186 3 0215 -0,252 -0,88<br />
7-0186 4 0215 -0,252 -0,88<br />
7-0186 5 0252 -0,252 -0,88<br />
7-0268 1 1100 -0,230 -0,76<br />
7-0186 2 0213 -0,227 -0,87<br />
7-0141 1 0100 -0,201 -0,82<br />
7-0252 1 0232 -0,164 -0,76<br />
7-0370 1 0252 -0,143 -0,40<br />
7-0134 1 0160 -0,122 -0,53<br />
7-0202 2 0234 -0,120 -0,78<br />
7-0202 3 0252 -0,110 -0,80<br />
7-0323 3 0435 -0,100 -1,00<br />
7-0326 3 0254 -0,097 -1,00<br />
7-0493 1 1112 -0,088 -0,13<br />
7-0210 1 0100 -0,088 -0,49<br />
7-0201 1 0170 -0,087 -0,59<br />
7-0201 2 0234 -0,086 -0,59<br />
7-0201 3 0234 -0,084 -0,59<br />
7-0091 1 0170 -0,082 -0,70<br />
7-0221 1 0232 -0,078 -0,47<br />
7-0140 1 0170 -0,074 -0,34<br />
7-0168 1 0232 -0,069 -0,70<br />
7-0251 1 0232 -0,068 -0,72<br />
7-0132 1 0160 -0,067 -0,56<br />
7-0259 1 0232 -0,066 -0,77<br />
7-0231 1 0170 -0,063 -0,67<br />
7-0236 1 1110 -0,062 -0,26<br />
7-0326 1 0252 -0,061 -0,75<br />
7-0110 1 0170 -0,059 -0,49<br />
7-0181 1 0171 -0,059 -0,71<br />
7-0136 1 0170 -0,056 -0,58<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
40
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
7-0325 2 0232 -0,053 -0,72<br />
7-0201 4 0252 -0,053 -0,55<br />
7-0036 1 1014 -0,052 -0,80<br />
7-0111 1 0170 -0,051 -0,77<br />
1-0501 5 0254 0,056 0,67<br />
7-0436 1 0170 0,059 0,93<br />
7-0486 1 1110 0,061 0,17<br />
7-0481 1 0253 0,071 0,34<br />
7-0437 1 0170 0,076 0,96<br />
7-0324 2 0252 0,086 0,76<br />
7-0439 1 0170 0,162 0,93<br />
7-0482 1 0253 0,179 0,64<br />
7-0372 1 0252 0,190 0,42<br />
7-0495 1 1112 0,196 0,37<br />
7-0496 1 1111 0,345 0,56<br />
Voor de bepal<strong>in</strong>g van de seizoenale schommel<strong>in</strong>gen gaan we als volgt te werk. Voor alle<br />
putfilters en alle jaren met meer dan 8 met<strong>in</strong>gen waar er geen abrupte verander<strong>in</strong>g werd<br />
vastgesteld wordt het verschil tussen de m<strong>in</strong>imale en maximale opgemeten stijghoogte<br />
bepaald; daarna berekenen we het gemiddeld verschil over een periode van ten m<strong>in</strong>ste 10 jaar.<br />
De bekomen waarden zijn begrepen tussen 0,22 m en 2,97 m. Het blijkt dat voor 36 putfilters<br />
de gemiddelde seizoenale schommel<strong>in</strong>g meer dan 1 m bedraagt.<br />
Een globaal overzicht van alle putfilters <strong>in</strong>gedeeld volgens de verschillende kenmerken,<br />
abrupte verander<strong>in</strong>g, trend en seizoenale schommel<strong>in</strong>g wordt gegeven <strong>in</strong> Tabel 2.7. Bij deze<br />
<strong>in</strong>del<strong>in</strong>g gaan we als volgt te werk. Eerst wordt nagegaan of er abrupte verander<strong>in</strong>gen zijn<br />
voorgekomen, pas daarna wordt gekeken naar de trend; tenslotte wordt nagegaan of er een<br />
significante seizoenale schommel<strong>in</strong>g aanwezig is.<br />
Tabel 2.7: Overzicht van het aantal putfilters en percentage van het totaal aantal,<br />
<strong>in</strong>gedeeld volgens de verschillende kenmerken van de tijdreeksen.<br />
Seizoenale schommel<strong>in</strong>g<br />
ja neen<br />
Totaal<br />
Abrupte variatie 13 (11%) 5 (4%) 18 (15%)<br />
Dalende trend 11 (10%) 25 (20%) 36 (30%)<br />
Geen trend 12 (10%) 52 (42%) 64 (52%)<br />
Stijgende trend 1 (1%) 3 (2%) 4 (3%)<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
41
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Om een volledig overzicht te bekomen van alle tijdsvariaties verdelen we de putfilter <strong>in</strong> 8<br />
klassen, met respectievelijk volgende kenmerken:<br />
• klasse 1: putfilters met een stijgende trend en seizoenale <strong>in</strong>vloed;<br />
• klasse 2: putfilters met een stijgende trend en we<strong>in</strong>ig seizoenale <strong>in</strong>vloed;<br />
• klasse 3: putfilters zonder trend met een seizoenale <strong>in</strong>vloed;<br />
• klasse 4: putfilters zonder trend en we<strong>in</strong>ig seizoenale <strong>in</strong>vloed;<br />
• klasse 5: putfilters met een dalende trend en seizoenale <strong>in</strong>vloed;<br />
• klasse 6: putfilters met een dalende trend en we<strong>in</strong>ig seizoenale <strong>in</strong>vloed;<br />
• klasse 7: putfilters met abrupte verander<strong>in</strong>gen en seizoenale <strong>in</strong>vloed;<br />
• klasse 8: putfilters met abrupte verander<strong>in</strong>gen en we<strong>in</strong>ig seizoenale <strong>in</strong>vloed.<br />
Typische voorbeelden van dergelijke putfilters worden gegeven <strong>in</strong> Fig. 2.12. Men bemerkt<br />
duidelijk <strong>in</strong> deze grafieken het verschil <strong>in</strong> seizoenale schommel<strong>in</strong>gen, de verschillende trends<br />
en abrupte variaties. Merk ook op dat er meestal verschillende abrupte variaties voorkomen <strong>in</strong><br />
een meetreeks die beïnvloed wordt door externe omstandigheden (klasse 7 of 8).<br />
In Tabel 2.8 wordt een volledig overzicht gegeven van alle putten, filters en HCOV code van<br />
de overeenkomstige grondlaag, de waargenomen seizoenale schommel<strong>in</strong>g, maximale abrupte<br />
variatie en maximale abrupte variatie trend, en de overeenkomstige klasse. Een grafische<br />
voorstell<strong>in</strong>g van alle onderzochte tijdreeksen van stijghoogten <strong>in</strong> iedere putfilter is bijgevoegd<br />
bij de studie <strong>in</strong> de vorm van een access rapport.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
42
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
33<br />
32<br />
31<br />
30<br />
29<br />
28<br />
27<br />
1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
43<br />
42<br />
41<br />
40<br />
40<br />
35<br />
30<br />
FILTNR 1 HCOV: 1100<br />
25<br />
1960 1980 2000<br />
55<br />
50<br />
45<br />
40<br />
35<br />
30<br />
PUTCODE 7-0439 PUTCODE 7-0324<br />
FILTNR 1 HCOV: 0170<br />
40<br />
FILTNR 2 HCOV: 0252<br />
PUTCODE 7-0034<br />
PUTCODE 7-O493<br />
FILTNR 1 HCOV: 1112<br />
25<br />
1980 1990 2000<br />
30<br />
1960 1980 2000<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
39.5<br />
38.5<br />
37.5<br />
37<br />
1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
PUTCODE 7-0170 PUTCODE 7-0195<br />
FILTNR 1 HCOV: 0170<br />
FILTNR 1 HCOV: 0234<br />
45.5<br />
39<br />
1980 1985 1990 1995 2000 2005<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
Stijghoogte (mTAW)<br />
39<br />
38<br />
45<br />
44.5<br />
44<br />
1985 1990 1995 2000<br />
42<br />
40<br />
38<br />
36<br />
34<br />
32<br />
72<br />
70<br />
68<br />
66<br />
64<br />
PUTCODE 7-0035<br />
FILTNR 1 HCOV: 1031<br />
PUTCODE 7-0480<br />
FILTNR 1 HCOV: 0253<br />
62<br />
1975 2000<br />
Figuur 2.12: Typische voorbeelden van stijghoogtetijdreeksen met corresponderende<br />
klasse.<br />
43
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Tabel 2.8: Overzicht van de putten, filters, HCOV-code, waargenomen seizoenale<br />
schommel<strong>in</strong>g, maximale abrupte variatie en trend, en de overeenkomstige klasse.<br />
Putcode<br />
Filter<br />
HCOV<br />
Seizoenale<br />
variatie<br />
(m)<br />
Maximale<br />
abrupte<br />
variatie (m)<br />
Trend<br />
(m/j)<br />
1-0405 1 0100 0,54 0,95 0,01 4<br />
1-0405 2 0252 0,66 1,33 -0,01 4<br />
1-0405 3 0254 0,62 1,20 0,00 4<br />
1-0405 4 0250 0,48 1,28 -0,01 4<br />
1-0501 1 0100 0,86 1,65 0,00 4<br />
1-0501 2 0100 0,86 1,53 -0,01 4<br />
1-0501 3 0232 0,82 1,42 -0,01 4<br />
1-0501 4 0252 0,67 1,31 -0,01 4<br />
1-0501 5 0254 0,93 2,13 0,06 2<br />
7-0003 1 1030 0,77 1,19 -0,03 4<br />
7-0026 1 0252 0,46 0,80 0,02 4<br />
7-0034 1 1100 1,74 3,58 -0,38 5<br />
7-0035 1 1031 0,57 1,36 -0,32 6<br />
7-0036 1 1014 1,13 1,67 -0,05 5<br />
7-0056 1 0252 0,89 1,81 0,00 4<br />
7-0091 1 0170 0,82 1,30 -0,08 6<br />
7-0095 1 0232 0,56 1,17 -0,02 4<br />
7-0101 1 0170 0,91 2,03 -0,04 4<br />
7-0110 1 0170 1,12 2,81 -0,06 5<br />
7-0111 1 0170 1,17 1,85 -0,05 5<br />
7-0112 1 0170 1,14 1,54 -0,02 3<br />
7-0118 1 0170 1,73 2,80 -0,04 3<br />
7-0125 1 0253 0,44 0,86 -0,32 6<br />
7-0132 1 0160 0,53 0,77 -0,07 6<br />
7-0134 1 0160 0,87 1,30 -0,12 6<br />
7-0136 1 0170 1,93 3,45 -0,06 5<br />
7-0140 1 0170 0,87 1,38 -0,07 6<br />
7-0141 1 0100 0,68 1,37 -0,20 6<br />
7-0168 1 0232 0,92 3,52 -0,07 6<br />
7-0170 1 0170 1,39 2,79 -0,01 3<br />
7-0172 1 0100 0,52 1,10 0,01 4<br />
7-0172 2 0100 0,46 0,70 0,01 4<br />
7-0172 3 0100 0,44 0,67 0,02 4<br />
7-0172 4 0232 0,44 0,65 0,02 4<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
Klasse<br />
7-0172 5 0232 0,49 1,05 0,02 4<br />
44
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Putcode<br />
Filter<br />
HCOV<br />
Seizoenale<br />
variatie<br />
(m)<br />
Maximale<br />
abrupte<br />
variatie (m)<br />
Trend<br />
(m/j)<br />
7-0181 1 0171 0,93 3,11 -0,06 6<br />
7-0186 1 0232 2,64 4,55 -0,01 7<br />
7-0186 2 0213 0,66 1,02 -0,23 6<br />
7-0186 3 0215 0,60 0,96 -0,25 6<br />
7-0186 4 0215 0,60 0,97 -0,25 6<br />
7-0186 5 0252 0,59 0,97 -0,25 6<br />
7-0195 1 0232 0,83 1,07 -0,01 4<br />
7-0195 2 0252 0,57 0,75 -0,01 4<br />
7-0201 1 0170 0,59 0,89 -0,09 6<br />
7-0201 2 0234 0,59 0,91 -0,09 6<br />
7-0201 3 0234 0,59 0,90 -0,08 6<br />
7-0201 4 0252 0,61 1,33 -0,05 6<br />
7-0202 2 0234 0,77 1,33 -0,12 6<br />
7-0202 3 0252 0,74 1,36 -0,11 6<br />
7-0210 1 0100 1,15 2,33 -0,09 5<br />
7-0210 2 0250 1,08 1,77 -0,04 3<br />
7-0211 1 0200 0,61 0,94 -0,01 4<br />
7-0211 2 0250 0,62 0,93 -0,01 4<br />
7-0214 1 1100 1,41 1,94 -0,27 5<br />
7-0216 1 0171 0,68 1,83 -0,02 4<br />
7-0217 1 0232 1,01 3,63 -0,01 3<br />
7-0221 1 0232 1,54 2,64 -0,08 5<br />
7-0224 1 0170 1,10 1,65 -0,04 3<br />
7-0225 1 0171 0,49 1,12 -0,02 4<br />
7-0226 1 0100 1,56 3,60 -0,01 3<br />
7-0227 1 0171 0,97 7,37 -0,04 8<br />
7-0228 1 0171 0,83 1,49 -0,02 4<br />
7-0229 1 0170 1,05 2,17 0,00 3<br />
7-0230 1 0170 1,12 8,61 -0,04 7<br />
7-0231 1 0170 1,16 2,16 -0,06 5<br />
7-0232 1 0171 0,68 1,58 -0,01 4<br />
7-0235 1 0232 0,83 2,58 0,01 4<br />
7-0236 1 1110 1,73 5,30 -0,06 7<br />
7-0237 1 0171 0,81 2,20 -0,02 4<br />
7-0238 1 0232 0,93 2,54 0,00 4<br />
7-0239 1 0232 0,80 5,21 -0,01 8<br />
7-0240 1 0170 1,29 2,16 -0,01 3<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
Klasse<br />
7-0242 1 0171 0,85 2,40 -0,03 4<br />
45
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Putcode<br />
Filter<br />
HCOV<br />
Seizoenale<br />
variatie<br />
(m)<br />
Maximale<br />
abrupte<br />
variatie (m)<br />
Trend<br />
(m/j)<br />
7-0243 1 0171 0,71 1,00 -0,05 4<br />
7-0244 1 0100 0,87 1,69 -0,01 4<br />
7-0245 1 0232 0,68 2,37 0,00 4<br />
7-0246 1 0252 0,84 2,74 0,03 4<br />
7-0247 1 0170 1,22 2,17 -0,03 3<br />
7-0248 1 0170 1,12 1,68 -0,03 3<br />
7-0250 1 0171 0,88 1,24 -0,01 4<br />
7-0251 1 0232 0,94 2,83 -0,07 6<br />
7-0252 1 0232 1,27 2,87 -0,16 5<br />
7-0259 1 0232 0,83 1,64 -0,07 6<br />
7-0260 1 0232 0,73 1,42 -0,01 4<br />
7-0261 1 0171 0,82 1,26 -0,01 4<br />
7-0263 1 0163 0,80 1,63 -0,02 4<br />
7-0264 1 0163 0,45 0,85 -0,01 4<br />
7-0268 1 1100 1,14 2,82 -0,23 5<br />
7-0270 1 0163 0,61 1,30 0,01 4<br />
7-0271 1 0163 0,60 1,45 0,01 4<br />
7-0272 2 0213 0,73 1,51 -0,02 4<br />
7-0272 3 0252 0,76 1,36 0,00 4<br />
7-0272 4 0252 0,74 1,37 0,00 4<br />
7-0323 1 0232 0,51 0,92 -0,01 4<br />
7-0323 2 0232 0,47 0,91 -0,01 4<br />
7-0323 3 0435 0,22 0,45 -0,10 6<br />
7-0324 1 0234 0,40 0,70 0,01 4<br />
7-0324 2 0252 0,47 1,16 0,09 2<br />
7-0324 3 0254 0,36 1,03 0,02 4<br />
7-0325 1 0232 0,83 2,74 -0,02 4<br />
7-0325 2 0232 0,83 1,67 -0,05 6<br />
7-0326 1 0252 0,80 1,54 -0,06 6<br />
7-0326 2 0252 0,32 0,57 -0,03 4<br />
7-0326 3 0254 0,26 0,65 -0,10 6<br />
7-0370 1 0252 1,75 10,29 -0,14 7<br />
7-0372 1 0252 1,59 9,87 0,19 7<br />
7-0434 1 0170 0,76 1,44 0,04 4<br />
7-0435 1 0170 0,68 1,15 0,04 4<br />
7-0436 1 0170 0,80 5,76 0,06 8<br />
7-0437 1 0170 0,62 1,35 0,08 2<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
Klasse<br />
7-0438 1 0170 1,51 3,68 -0,04 3<br />
46
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Putcode<br />
Filter<br />
HCOV<br />
Seizoenale<br />
variatie<br />
(m)<br />
Maximale<br />
abrupte<br />
variatie (m)<br />
Trend<br />
(m/j)<br />
7-0439 1 0170 1,58 3,29 0,16 1<br />
7-0479 1 0253 0,96 7,22 0,05 8<br />
7-0480 1 0253 0,87 7,62 -0,01 8<br />
7-0481 1 0253 1,10 7,44 0,07 7<br />
7-0482 1 0253 1,07 7,08 0,18 7<br />
7-0486 1 1110 1,75 14,68 0,06 7<br />
7-0492 1 1112 2,36 22,40 -1,07 7<br />
7-0493 1 1112 2,65 23,50 -0,09 7<br />
7-0494 1 1112 2,60 24,20 -0,34 7<br />
7-0495 1 1112 2,97 17,10 0,20 7<br />
7-0496 1 1111 2,80 16,20 0,35 7<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
Klasse<br />
Om de ruimtelijke variatie na te gaan worden de onderzochte putfilters en de bekomen codes<br />
planmatig weergegeven op kaart. Hierbij werden de filters gegroepeerd volgens HCOVhoofdeenheid.<br />
Deze worden gegeven <strong>in</strong> Figuren 2.13 t.e.m. 2.17. Het blijkt evenwel dat er<br />
geen duidelijke ruimtelijke patronen merkbaar zijn; de filters vertonen een afwissel<strong>in</strong>g van<br />
dalende, stijgende en neutrale trends, met al dan niet een seizoenale beïnvloed<strong>in</strong>g, zij het<br />
evenwel dat de filters met abrupte verander<strong>in</strong>gen geconcentreerd zijn rondom de<br />
grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen.<br />
47
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
5<br />
5<br />
5 x<br />
5 5<br />
5<br />
6<br />
55<br />
PPHHHH<br />
6<br />
6<br />
PPHHHH<br />
5<br />
x<br />
5 5 55<br />
5 5<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
5<br />
555<br />
6<br />
PRHHHH<br />
6<br />
PRHHHH<br />
5<br />
5x<br />
566<br />
6<br />
6<br />
5<br />
5<br />
6<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
I<br />
P<br />
Q<br />
R<br />
S<br />
T<br />
U<br />
V<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
6 C2D2——<br />
6<br />
5<br />
5<br />
6<br />
x<br />
6<br />
x<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
†2…2f<br />
C2<br />
a2D2——<br />
a2<br />
E2D2——<br />
E2<br />
e˜D2——<br />
e˜<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HIHH<br />
Figuur 2.13: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Quartair (HCOV-hoofdeenheid 0100) volgens de tijdreeksklasse.<br />
x<br />
48
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
5<br />
5<br />
x5 x 5 5<br />
56<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
6<br />
5<br />
6<br />
PPHHHH<br />
5<br />
5<br />
5<br />
PPHHHH<br />
66 6<br />
5<br />
6<br />
5<br />
xx xx<br />
6<br />
PRHHHH<br />
5<br />
PRHHHH<br />
6<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
I<br />
P<br />
Q<br />
R<br />
S<br />
T<br />
U<br />
V<br />
6<br />
5<br />
5<br />
6<br />
x<br />
6<br />
x<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
†2…2f<br />
6 C2D2——<br />
C2<br />
a2D2——<br />
a2<br />
E2D2——<br />
E2<br />
e˜D2——<br />
e˜<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPHH<br />
Figuur 2.14: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 0200) volgens de tijdreeksklasse.<br />
x<br />
49
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
6<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
I<br />
P<br />
Q<br />
R<br />
S<br />
T<br />
U<br />
V<br />
6<br />
5<br />
5<br />
6<br />
x<br />
6<br />
x<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
†2…2f<br />
6 C2D2——<br />
C2<br />
a2D2——<br />
a2<br />
E2D2——<br />
E2<br />
e˜D2——<br />
e˜<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HRHH<br />
Figuur 2.15: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 0400) volgens de tijdreeksklasse.<br />
x<br />
50
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
6<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
5<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
I<br />
P<br />
Q<br />
R<br />
S<br />
T<br />
U<br />
V<br />
6<br />
5<br />
5<br />
6<br />
x<br />
6<br />
x<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
†2…2f<br />
6 C2D2——<br />
C2<br />
a2D2——<br />
a2<br />
E2D2——<br />
E2<br />
e˜D2——<br />
e˜<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•IHHH<br />
Figuur 2.16: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 1000) volgens de tijdreeksklasse.<br />
x<br />
51
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
6<br />
6<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
x<br />
6<br />
x xx<br />
x<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
PPHHHH<br />
PHHHHH<br />
IVHHHH<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
6<br />
5<br />
5<br />
6<br />
x<br />
6<br />
x<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
†2…2f<br />
6 C2D2——<br />
C2<br />
a2D2——<br />
a2<br />
E2D2——<br />
E2<br />
e˜D2——<br />
e˜<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•IIHH<br />
Figuur 2.17: Weergave van de putfilters <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV-hoofdeenheid 1100) volgens de tijdreeksklasse.<br />
I<br />
P<br />
Q<br />
R<br />
S<br />
T<br />
U<br />
V<br />
x<br />
52
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.5.2 Analyse van de tijdreeksen van verschillende filters op eenzelfde locatie<br />
De verschillen tussen de waargenomen stijghoogte van het grondwater <strong>in</strong> peilputten met<br />
verschillende filters werd geanalyseerd volgens dezelfde pr<strong>in</strong>cipes als hiervoor; d.w.z. dat<br />
alleen maar tijdreeksen <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g werden genomen van m<strong>in</strong>sten 10 jaar en m<strong>in</strong>stens 8<br />
met<strong>in</strong>gen per jaar.<br />
Hierbij werd als volgt te werk gegaan. Eerst werden de gemiddelde waarden van de<br />
stijghoogte per jaar berekend, daarna de verschillen tussen de verschillende filters en ten<br />
slotte het gemiddeld verschil over de ganse meetperiode. Om na te gaan of er variaties <strong>in</strong> de<br />
tijd optreden en het verschil wel significant is, werd ook de standaard afwijk<strong>in</strong>g van de<br />
jaarlijkse verschillen bepaald. Hiermee werd dan de excentriciteit berekend, dit is de absolute<br />
gemiddelde waarde gedeeld door de standaard afwijk<strong>in</strong>g. De excentriciteit geeft weer <strong>in</strong><br />
welke mate een bepaalde waarde afwijkt van nul (<strong>in</strong> dit geval geen verschil <strong>in</strong> stijghoogte<br />
tussen de filters). Het bekomen waarde van het gemiddeld verschil <strong>in</strong> stijghoogte kan als<br />
significant worden beschouwd met een betrouwbaarheid van 95% <strong>in</strong>dien de excentriciteit<br />
meer dan 1,96 bedraagt.<br />
De meeste putten van het databestand hebben slechts één filter; daarnaast zijn er evenwel<br />
putten met meerdere filters, <strong>in</strong> sommige gevallen tot maximaal 5 filters. In het totaal zijn er 31<br />
comb<strong>in</strong>aties van twee opeenvolgende filters <strong>in</strong> dezelfde put. De bekomen resultaten van de<br />
verschillen tussen de stijghoogtes opgemeten <strong>in</strong> deze filters worden weergegeven <strong>in</strong> Tabel 2.9,<br />
geklasseerd volgens grootte van het verschil.<br />
Tabel 2.9: Overzicht van twee opeenvolgende filters <strong>in</strong> dezelfde peilput, de<br />
overeenkomstige HCOV codes van de aquifers waar<strong>in</strong> de filters zich bev<strong>in</strong>den, het<br />
gemiddeld verschil <strong>in</strong> stijghoogte en berekende excentriciteit van deze waarde.<br />
Putcode Filter 1 Filter 2 HCOV 1 HCOV 2 Verschil (m) Excentriciteit<br />
7-0186 1 2 0232 0213 -1,49 1,45<br />
1-0501 4 5 0252 0254 -1,35 2,37<br />
7-0324 1 2 0234 0252 -0,38 0,73<br />
7-0324 2 3 0252 0254 -0,32 0,48<br />
7-0172 4 5 0232 0232 -0,24 5,36<br />
7-0172 2 3 0100 0100 -0,08 2,43<br />
1-0405 2 3 0252 0254 -0,04 1,70<br />
7-0172 3 4 0100 0232 -0,02 3,73<br />
7-0272 3 4 0252 0252 -0,01 0,27<br />
7-0211 1 2 0200 0250 0,00 0,02<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
53
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Putcode Filter 1 Filter 2 HCOV 1 HCOV 2 Verschil (m) Excentriciteit<br />
7-0172 1 2 0100 0100 0,00 0,16<br />
7-0186 3 4 0215 0215 0,01 5,74<br />
7-0272 2 3 0213 0252 0,01 0,21<br />
7-0201 1 2 0170 0234 0,03 3,12<br />
7-0186 4 5 0215 0252 0,04 12,02<br />
7-0186 2 3 0213 0215 0,05 0,42<br />
7-0201 2 3 0234 0234 0,09 5,92<br />
1-0405 1 2 0100 0252 0,18 1,47<br />
7-0195 1 2 0232 0252 0,18 4,17<br />
7-0323 1 2 0232 0232 0,32 5,79<br />
1-0405 3 4 0254 0250 0,60 6,09<br />
1-0501 3 4 0232 0252 0,61 10,74<br />
7-0202 2 3 0234 0252 0,76 11,10<br />
1-0501 1 2 0100 0100 0,86 7,22<br />
7-0326 1 2 0252 0252 1,02 3,92<br />
1-0501 2 3 0100 0232 1,26 16,57<br />
7-0201 3 4 0234 0252 1,28 6,20<br />
7-0325 1 2 0232 0232 1,47 6,09<br />
7-0210 1 2 0100 0250 3,56 16,90<br />
7-0326 2 3 0252 0254 13,91 28,60<br />
7-0323 2 3 0232 0435 16,60 27,38<br />
Uit deze resultaten lijkt dat het merendeel van deze verschillen <strong>in</strong> absolute waarde kle<strong>in</strong>er zijn<br />
dan 0,5 m. In slechts 2 gevallen wordt er een negatief verschil vastgesteld groter dan 0,5 m <strong>in</strong><br />
absolute waarde, wat wijst op een mogelijk belangrijke opwaartse strom<strong>in</strong>g, en <strong>in</strong> 11 gevallen<br />
een positief verschil groter dan 0,5 m, wat wijst op een mogelijk belangrijke neerwaartse<br />
strom<strong>in</strong>g. Al deze verschillen zijn statistisch significant. In een geval betreft het filters die<br />
respectievelijk boven en onder de Boomse kleilaag (HCOV 0300) gepositioneerd zijn. Enkele<br />
andere gevallen duiden op verschillen tussen Quartaire en tertiaire grondlagen. Echter voor de<br />
meeste gevallen is de reden voor het peilverschil niet meteen duidelijk.<br />
Als typisch voorbeeld wordt <strong>in</strong> Figuur 2.18 de stijghoogte tijdreeksen gegeven opgemeten <strong>in</strong><br />
peilput 7-0201 welke 4 filters omvat, waarvan filters 1 gesitueerd is <strong>in</strong> het Quartair (HCOV<br />
0170), filters 2 en 3 <strong>in</strong> het Tertiair (HCOV 0234) en filter 4 eveneens <strong>in</strong> het Tertiair maar <strong>in</strong><br />
een diepere laag (HCOV 0252). Voor de eerste 3 filters is er we<strong>in</strong>ig verschil <strong>in</strong> gemiddelde<br />
stijghoogte met de diepe, maar de gemiddelde stijghoogte van de vierde filter is merkelijk<br />
lager dan de voorgaande.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
54
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Stijghoogte (mTaW)<br />
58.5<br />
58<br />
57.5<br />
57<br />
56.5<br />
56<br />
55.5<br />
PUTCODE 7-0201<br />
Filter 1<br />
Filter 2<br />
Filter 3<br />
Filter 4<br />
55<br />
1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000<br />
Figuur 2.18: Typische voorbeeld van stijghoogteverschillen tussen filters van eenzelfde<br />
peilput.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
55
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.5.3 Stijghoogtekaarten voor het jaar 2000<br />
Stijghoogtekaarten voor het jaar 2000 werden opgemaakt per voorkomende aquifer. Aan<br />
Vlaamse zijde van het studiegebied zijn er 330 peilputten, zie Bijlage A voor de locaties (x,y)<br />
van de peilputten. Het betreft peilputten van zeven meetnetten:<br />
• meetnet 0: peilputten waarvan oorsprong of beheerder onbekend<br />
• meetnet 1: peilputten van AMINAL – Afd. Water met meetreeksen van voldoende<br />
kwaliteit<br />
• meetnet 2: peilputten van AMINAL – Afd. Water met meetreeksen van onzekere<br />
kwaliteit<br />
• meetnet 3: peilputten van AMINAL – Afd. Water gebruikt voor tijdelijke projecten<br />
• meetnet 4: peilputten van andere Vlaamse en Belgische overheden of <strong>in</strong>stanties<br />
• meetnet 5: peilputten van dr<strong>in</strong>kwatermaatschappijen<br />
• meetnet 6: peilputten van privé-bedrijven<br />
• meetnet 7: grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gsputten<br />
Van de 330 zijn er 125 peilputten die een meetreeks hebben voor het jaar 2000. Voor het<br />
opstellen van de stijghoogtekaarten werd de gemiddelde grondwaterstand voor het jaar 2000<br />
berekend voor de peilputten met m<strong>in</strong>stens acht met<strong>in</strong>gen. Deze gemiddelde waarden zullen<br />
gebruikt voor de calibratie van het grondwatermodel. Het gemiddelde van peilputten met<br />
m<strong>in</strong>der dan acht met<strong>in</strong>gen wordt niet als representatief beschouwd. Van de 125 peilputten zijn<br />
er 26 met m<strong>in</strong>der dan acht met<strong>in</strong>gen voor het jaar 2000, zie Bijlage B voor een lijst van de<br />
betreffende peilputten. Figuren 2.19 t.e.m. 2.26 geeft een overzicht van de peilputten per<br />
aquifer, met een label met de gemiddelde waarde en voor ieder meetnet een ander symbool.<br />
Om <strong>in</strong>zicht te krijgen <strong>in</strong> het grondwatersysteem en het strom<strong>in</strong>gspatroon werden de<br />
grondwaterstanden voor de HCOV-hoofdeenheden 0100 en 0200 geïnterpoleerd met behulp<br />
van krig<strong>in</strong>g. De <strong>in</strong>terpolatie gebeurde met Golden Software Surfer 8. Voor de cont<strong>in</strong>uïteit<br />
werd de <strong>in</strong>terpolatie gedaan voor het Maassysteem en het Centraal Kempisch Systeem samen<br />
(Figuren 2.27 en 2.28). De globale grondwaterstrom<strong>in</strong>g is gericht vanaf het Kempisch plateau<br />
naar de lager gelegen vlakte van Bocholt en de alluviale vlakte. In het Maasbekken daalt de<br />
grondwaterstand van zo’n 65 mTAW aan de waterscheid<strong>in</strong>gskam op het Kempisch Plateau tot<br />
25 mTAW <strong>in</strong> het noordelijk deel van de alluviale vlakte.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
56
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
5<br />
QVFPV<br />
5<br />
QHFUV<br />
RPFPV<br />
RIFQU<br />
7 6RHFVT<br />
RRFWR<br />
5<br />
RPFUW<br />
QUFIR<br />
5<br />
5<br />
6 QUFIS<br />
RRFTT 5RRFSR<br />
RHFQR<br />
RRFSQ<br />
6<br />
QVFWT<br />
5<br />
UHFUT<br />
5<br />
TPFHS<br />
5<br />
RHFIQ<br />
6<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HIHH<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
UPFUQ<br />
5<br />
URFUU<br />
5<br />
QRFWR<br />
5<br />
QSFQS<br />
5<br />
QRFHW<br />
5 5<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.19: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0100.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HIHHX22I<br />
7 rgy†•HIHHX22R<br />
6 rgy†•HIHHX22S<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HIHH<br />
x<br />
†2…2f<br />
57
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
USFPV<br />
TUFTQ<br />
UVFSUUPFII<br />
6 66 5<br />
IWHHHH UIFHS<br />
IWHHHH<br />
8 TWFIW<br />
IWHHHH<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HITHD2HITQ<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.20: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0160, 0163.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5<br />
8<br />
6<br />
rgy†•HITHX22I<br />
rgy†•HITHX22P<br />
rgy†•HITQX22S<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HITH<br />
x<br />
†2…2f<br />
58
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
55 5 5 55 5 55<br />
RIFSQ RIFTP<br />
RPFSPRIFRT<br />
6 6 RIFQW66<br />
6 6<br />
RIFTQ6 RHFPR<br />
PIHHHH RPFWS<br />
PIHHHH<br />
5<br />
SUFTS<br />
RHFTSRHFQU<br />
UTFRH<br />
5<br />
UQFSV<br />
5<br />
UIFRS<br />
PWFVI 5 5<br />
5 PUFRV<br />
QHFIS 5<br />
QPFSP 6 5<br />
66PWFVI5 6 6QHFPS<br />
5<br />
QIFWP<br />
QHFIS<br />
QWFHV66<br />
QWFPQ<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HIUHD2HIUID2HIUQ<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
QWFHT<br />
PRHHHH<br />
5<br />
6<br />
6 666<br />
6 6<br />
5<br />
6 6<br />
6 9999<br />
99 9<br />
96 6<br />
666<br />
6 6 666<br />
66 6<br />
6 66<br />
QSFPP<br />
QIFPQ<br />
QPFRHQIFUR<br />
QIFSQ<br />
QIFRI<br />
QIFQI QIFIP<br />
QHFQW QPFHV<br />
RHFSI QQFPT<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
8<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.21: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0170, 0171, 0173.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HIUHX22I<br />
8 rgy†•HIUHX22P<br />
6 rgy†•HIUHX22S<br />
9 rgy†•HIUHX22U<br />
5 rgy†•HIUIX22S<br />
6 rgy†•HIUQX22S<br />
9 rgy†•HIUQX22U<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HIUH<br />
x<br />
†2…2f<br />
59
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
QWFIH<br />
5<br />
666 5<br />
QSFIU<br />
PWFWV6 PWFWI<br />
6 PRFUW 5<br />
PWFWV<br />
QWFIV<br />
QUFRT<br />
PHHHHH QIFVQ<br />
PHHHHH<br />
IWHHHH<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HPII<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
QUFWV<br />
5<br />
5<br />
QSFHI<br />
QVFWW<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRFTU 5<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
QHFVS<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.22: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0211.<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HPIIX22I<br />
6 rgy†•HPIIX22S<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPIH<br />
x<br />
†2…2f<br />
60
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
IWHHHH<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HPIQ<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
5<br />
PSFHH<br />
5<br />
QVFUW<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
QVFHH<br />
5<br />
QQFIH<br />
5<br />
PRHHHH<br />
PWFIH<br />
QHFRQ 5<br />
66 5<br />
PVFVR 6PVFTW<br />
6<br />
QHFPS<br />
5<br />
PVFWV<br />
QHFSU<br />
QIFQS<br />
PWFUV<br />
PWFUS PWFTV<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.23: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0213.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HPIQX22I<br />
6 rgy†•HPIQX22S<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPIH<br />
x<br />
†2…2f<br />
61
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
PUFWQ<br />
5<br />
5<br />
QUFVS<br />
5<br />
5 6<br />
6<br />
88 5<br />
5<br />
8<br />
PVFVR<br />
QHFHU<br />
PVFWV<br />
QHFIQ<br />
PWFHV 668<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HPIS<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.24: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0215.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HPISX22I<br />
6 rgy†•HPISX22S<br />
8 rgy†•HPISX22U<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPIH<br />
x<br />
†2…2f<br />
62
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HPQPD2HPQR<br />
IWHHHH PHHHHH PIHHHH PPHHHH PQHHHH PRHHHH PSHHHH PTHHHH PUHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH 2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
5<br />
QHFRS<br />
QUFUI<br />
RHFHT7<br />
7 QWFQH<br />
7 6 666 6 66RPFHW<br />
7 6 RPFTP6<br />
5 5<br />
5<br />
6<br />
RPFUV<br />
QUFQH<br />
QUFWT RQFIT QUFSU<br />
RRFUR RQFUIRPFUI5<br />
QVFWH69 RQFRU<br />
5<br />
6 696<br />
QWFVR QWFHR<br />
RQFRT<br />
RRFRV RHFQT<br />
QVFVR<br />
QVFRV<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
RRFUP<br />
5<br />
5SUFSI<br />
SUFTP<br />
5TPFHS<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
QWFHS<br />
5<br />
PWFUI<br />
QIFHS<br />
5<br />
5<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
IWHHHH PHHHHH PIHHHH PPHHHH PQHHHH PRHHHH PSHHHH PTHHHH PUHHHH<br />
Figuur 2.25: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0232, 0234.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HPQPX22I<br />
7 rgy†•HPQPX22R<br />
6 rgy†•HPQPX22S<br />
9 rgy†•HPQPX22U<br />
5 rgy†•HPQRX22I<br />
7 rgy†•HPQRX22R<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPQH<br />
x<br />
†2…2f<br />
63
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
q22——2PHHHX2rgy†•HPSHD2HPSPD2HPSQD2HPSR<br />
IWHHHH PHHHHH PIHHHH PPHHHH PQHHHH PRHHHH PSHHHH PTHHHH PUHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH 2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
5<br />
7 7<br />
7 99999999<br />
6<br />
76<br />
6 5 6 6<br />
5<br />
9699 9<br />
9<br />
QVFIH<br />
QUFSS5<br />
QVFIT<br />
PIFUQ<br />
RIFIT QTFSV<br />
QWFRH<br />
QVFQW QVFIW QUFRU RHFRQ<br />
QWFIW<br />
QWFTT<br />
QWFPQ<br />
RQFPR RIFUW QWFHH<br />
PQFRV<br />
PWFTI QVFSS<br />
QVFVQ<br />
QIFUW<br />
PVFPH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
5RRFSP<br />
5STFIR<br />
5TIFPU<br />
5TUFIP<br />
PVFHW<br />
5<br />
5<br />
QUFQR<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
5<br />
59<br />
9<br />
USFHI<br />
5<br />
5<br />
5 TVFRH<br />
QHFII<br />
URFUW 5STFTQ<br />
QIFIP<br />
SHFUI 5<br />
5 5<br />
TRFTP<br />
5<br />
5<br />
TSFRQ UIFHP<br />
UHFRW<br />
UHFIQ<br />
QSFQP<br />
UQFPP<br />
UIFIS<br />
5TVFIV<br />
5UWFHH<br />
5PWFHH<br />
5QQFWU<br />
PVFWW<br />
PVFWV 5<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
IWHHHH PHHHHH PIHHHH PPHHHH PQHHHH PRHHHH PSHHHH PTHHHH PUHHHH<br />
Figuur 2.26: Stijghoogtekaart voor het jaar 2000: HCOV_0250, 0252, 0253, 0254.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HPSHX22I<br />
rgy†•HPSHX22P<br />
9 rgy†•HPSHX22U<br />
5 rgy†•HPSPX22I<br />
7 rgy†•HPSPX22R<br />
6 rgy†•HPSPX22S<br />
9 rgy†•HPSPX22U<br />
5 rgy†•HPSQX22I<br />
9 rgy†•HPSQX22U<br />
5 rgy†•HPSRX22I<br />
7 rgy†•HPSRX22R<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPSH<br />
x<br />
†2…2f<br />
64
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
180000 200000 220000 240000<br />
140000 160000 180000 200000 220000 240000 260000<br />
Figuur 2.27: Geïnterpoleerde stijghoogtekaart voor het Quartair HCOV-hoofdeenheid<br />
0100 (Maassysteem en Centraal Kempisch Systeem samen).<br />
180000 200000 220000 240000<br />
Centraal Kempisch Systeem<br />
Centraal Kempisch Systeem<br />
Maassyteem<br />
Maassyteem<br />
140000 160000 180000 200000 220000 240000 260000<br />
Figuur 2.28: Geïnterpoleerde stijghoogtekaart voor het Tertiair HCOV-hoofdeenheid<br />
0200 (Maassysteem en Centraal Kempisch Systeem samen).<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
65
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
2.6 Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen 2000<br />
Aan Vlaamse zijde van het studiegebied bev<strong>in</strong>den zich 1135 w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen, zie Bijlage C voor de<br />
locaties (x,y) van de grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen. Figuren 2.29 t.e.m. 2.33 tonen de locaties van de<br />
vergunde grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen per aquifer, met een geclassificeerde legende volgens grootte<br />
van de w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen en met de kleurcode van de betreffende HCOV-hoofdeenheid.<br />
Bij de grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen kan een onderscheid gemaakt worden tussen vergund debiet,<br />
‘effectief onttrokken’ debiet en ‘<strong>in</strong>geschat onttrokken’ debiet. Indien gekend wordt <strong>in</strong> de<br />
grondwatermodeller<strong>in</strong>g met het effectief onttrokken debiet gerekend, <strong>in</strong> het andere geval<br />
wordt met het <strong>in</strong>geschat debiet gerekend. Het totale vergunde debiet voor het jaar 2000<br />
bedraagt 61.239.746 m³. Tabel 2.10 geeft het vergund debiet per aquifer, gebaseerd op de<br />
<strong>in</strong>del<strong>in</strong>g van de grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen per HCOV. De meeste van de w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen bev<strong>in</strong>den zich<br />
<strong>in</strong> de 0100, met name 671 t.o.v. 457 <strong>in</strong> de 0200, echter de totale vergunde debieten zijn<br />
gelijkaardig en het is zelfs nog iets hoger <strong>in</strong> de 0200, met name 30.557.189 m³/j t.o.v.<br />
30.549.883 m³/j voor de 0100. Voor 716 w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen is een effectief onttrokken debiet<br />
beschikbaar (Tabel 2.11). Het totale effectief onttrokken debiet bedraagt 32.483.676 m³/j, d.i.<br />
53% van het vergunde debiet. Voor de overige 419 w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen is enkel een <strong>in</strong>geschat<br />
onttrokken debiet beschikbaar. Het totale <strong>in</strong>geschat debiet is 1.409.589 m³/j en komt overeen<br />
met 2,3% van het totale vergunde debiet (Tabel 2.11). Figuur 2.34 geeft een onderverdel<strong>in</strong>g<br />
van het vergunde debiet voor het totale <strong>in</strong>geschat debiet en het totale effectief debiet. Figuur<br />
2.35 en Tabel 2.12 geven een overzicht van de verhoud<strong>in</strong>g <strong>in</strong>geschat/vergund debiet en<br />
effectief/vergund debiet per aquifer. Hetzelfde werd nog eens over gedaan uitgaande van een<br />
onderverdel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> vergund debiet groter dan of gelijk aan 30.000 m³/jaar en kle<strong>in</strong>er dan<br />
30.000 m³/jaar (Tabellen 2.13 & 2.14 en Figuren 2.36 t.e.m. 2.38). Wat de w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met<br />
vergunde debieten kle<strong>in</strong>er dan 30.000 m³ betreft, wordt 69% effectief onttrokken en 20,6%<br />
<strong>in</strong>geschat onttrokken, voor de w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met vergunde debieten gelijk aan of groter dan<br />
30.000 m³ is dit respectievelijk 54,7% en 0,7%.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
66
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
q—X2rgy†•HIHHD2HIUID2HIUQ<br />
5 5<br />
55<br />
5 5 5 5<br />
5 5<br />
5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
55<br />
5 55<br />
5 5<br />
5 5<br />
555<br />
5 5<br />
5 5 5<br />
5<br />
PPHHHH 55<br />
PPHHHH<br />
5 5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
55<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5 5<br />
5 5 5 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
55<br />
5<br />
5 5 5<br />
5 5 5 5 5 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5 5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
55<br />
5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5 5 5<br />
5 5 55<br />
5 5<br />
5 55<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
55<br />
5<br />
5 5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 5<br />
5 5 5 5 5 5 5 55 5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5 5<br />
5 5 5<br />
5<br />
PIHHHH 5 5 5<br />
5<br />
55<br />
55 5<br />
PIHHHH<br />
5 5 5<br />
5 5 55 5 7<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5 5 7 5 5 5 5<br />
5 5<br />
5 55<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
55<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 5<br />
5<br />
5 55 5<br />
5<br />
5<br />
55<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5 55<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 5 5 5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5 55<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 55<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5 5 5 5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5 55<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
55<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5 5 55<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 5 55<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
55<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5 5 5<br />
5<br />
55<br />
5 5<br />
55<br />
5<br />
5 5<br />
5 5<br />
5<br />
8<br />
8<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 55<br />
5 5<br />
5 5 5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5 55 5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5<br />
PHHHHH 5<br />
5 5 5<br />
55<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 5 55<br />
5<br />
5 5 5<br />
5 5 5<br />
55<br />
5<br />
5 5<br />
5 5 5<br />
5 5 5<br />
5 5 5<br />
5<br />
PHHHHH<br />
5<br />
6<br />
5 5 555<br />
5 55<br />
IWHHHH<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
†2…2f<br />
7 rgy†•HIUQX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
7 rgy†•HIUQX2QHH2`2†2 2`2QHHH2G<br />
8 rgy†•HIUIX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
8 rgy†•HIUIX2QHH2`2†2 2`2QHHH2G<br />
6 rgy†•HIUHX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
rgy†•HIHHX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
5 rgy†•HIHHX2QHH2`2†2 2`2QHHH2G<br />
5<br />
5 rgy†•HIHHX2†2 2b2QHHHH2G<br />
5 rgy†•HIHHX2†2 2`2QHH2G<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•IIHH<br />
x<br />
Figuur 2.29: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_0100, 0171, 0173.<br />
67
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
PPHHHH 55 5<br />
PPHHHH<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5 55 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
55 5 555<br />
5<br />
5 55<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
55 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5 5<br />
5 55 5<br />
5 5<br />
5<br />
5 55 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
555<br />
5 5<br />
5<br />
5 5 5<br />
5<br />
5<br />
5<br />
5 5<br />
5<br />
5<br />
5 6 6<br />
6 6 6 5<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6 6 6 66<br />
66 6 6 6 6 6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6 5<br />
6<br />
5<br />
6 6<br />
6 5<br />
6 6 5<br />
5<br />
6 5<br />
66<br />
6 6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6 6<br />
6 6 6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6 6<br />
6 6 6<br />
6<br />
6 6<br />
6<br />
6<br />
6 6<br />
66<br />
6<br />
6 6<br />
6<br />
6 66 6<br />
6 6 6 6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6 6<br />
6<br />
6<br />
6 6<br />
6<br />
6<br />
6 6 6 6<br />
666 6<br />
6<br />
6<br />
6 6 6<br />
6 6<br />
6<br />
6<br />
666<br />
6<br />
8 8<br />
8 8<br />
8<br />
6 8<br />
68<br />
8 8<br />
8 8<br />
6<br />
6<br />
6<br />
6 8 8<br />
6 86<br />
6 8<br />
6 6<br />
8<br />
PIHHHH 66<br />
6 8<br />
8 6<br />
6 8<br />
PIHHHH<br />
8<br />
6 6 6 6 6<br />
6 68<br />
88<br />
8<br />
6<br />
7 66<br />
6<br />
8 6 66<br />
8<br />
6 8<br />
8 68<br />
8 8 86<br />
8<br />
6 6<br />
6<br />
PHHHHH 8<br />
8<br />
8<br />
666<br />
8<br />
8<br />
66<br />
8<br />
8 8<br />
8<br />
8<br />
PHHHHH<br />
8 8<br />
8<br />
8 8 8 8<br />
8 88<br />
8<br />
8 888<br />
8<br />
888<br />
8<br />
8 8 8<br />
8 8 8<br />
8 8<br />
8 8<br />
8 8<br />
IWHHHH 88<br />
IWHHHH<br />
IVHHHH 8<br />
IVHHHH<br />
IWHHHH<br />
q—X2rgy†•HPIHD2HPQHD2HPRHD2HPSH<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
5<br />
PQHHHH<br />
8<br />
PRHHHH<br />
8<br />
8 8<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
88<br />
PRHHHH<br />
888<br />
8<br />
8<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
8<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
†2…2f<br />
8 rgy†•HPSHX2†2 2b2QHHHH2G<br />
8 rgy†•HPSHX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
8 rgy†•HPSHX2QHH2`2†2 2`2QHHH2G<br />
8 rgy†•HPSHX2†2 2`2QHH2G<br />
7 rgy†•HPRHX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
7 rgy†•HPRHX2QHH2`2†2 2`2QHHH2G<br />
6 rgy†•HPQHX2†2 2b2QHHHH2G<br />
6 rgy†•HPQHX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
6 rgy†•HPQHX2QHH22`2†2 2`2QHHH2G<br />
6 rgy†•HPQHX2†2 2`2QHH2G<br />
5 rgy†•HPIHX2†2 2b2QHHHH2G<br />
5 rgy†•HPIHX2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
5 rgy†•HPIHX2QHH2`2†2 2`2QHHH2G<br />
5 rgy†•HPIHX2†2 2`2QHH2G<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPHH<br />
x<br />
Figuur 2.30: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_0210, 0230, 0240, 0250.<br />
68
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
6<br />
6<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IWHHHH<br />
q—X2rgy†•HRHH<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.31: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_0400.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
6 QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HRHH<br />
x<br />
†2…2f<br />
69
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
5<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IWHHHH<br />
q—X2rgy†•IHHH<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.32: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_1000.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5<br />
†2…2f<br />
2QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•IHHH<br />
x<br />
70
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
IWHHHH 5<br />
IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
5<br />
IWHHHH<br />
q—X2rgy†•IIHH<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
5<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Figuur 2.33: Grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het studiegebied (Vlaamse zijde): HCOV_1100.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
†2…2f<br />
5 †2 2b2QHHHH2G<br />
5 QHHH2`2†2 2`2QHHHH2G<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•IIHH<br />
x<br />
71
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Q [m 3 ]<br />
60000000<br />
50000000<br />
40000000<br />
30000000<br />
20000000<br />
10000000<br />
Tabel 2.10: Vergund Q per aquifer (HCOV).<br />
HCOV Aantal grondwaterw<strong>in</strong><strong>in</strong>gen Vergund Q [m³]<br />
niet onderverdeelde 0100 665 30529983<br />
0170 1 3500<br />
0171 2 9800<br />
0173 3 6600<br />
0210 152 3615313<br />
0230 193 7010098<br />
0240 2 17800<br />
0250 110 19913978<br />
0400 2 36550<br />
1000 1 22356<br />
1100 4 73768<br />
Totaal: 1135 61239746<br />
Tabel 2.11: Verhoud<strong>in</strong>g <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund Q.<br />
Tot. aantal gw.w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met <strong>in</strong>geschat Q Tot. <strong>in</strong>geschat Q [m³] Ingeschat Q/vergund Q [%]<br />
419 1409589 2,3<br />
Tot. aantal gw.w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met effectief Q Tot. effectief Q [m³] Effectief Q/vergund Q [%]<br />
0<br />
716 32483676 53,0<br />
Ingeschat Q en effectief Q versus vergund Q<br />
Ingeschat Q [m³] Effectief Q [m³]<br />
totaal 1409589 32483676<br />
vergund Q 2137916 59101830<br />
Figuur 2.34: Ingeschat en effectief Q versus vergund debiet.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
72
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Q [m³]<br />
4000000<br />
3500000<br />
3000000<br />
2500000<br />
2000000<br />
1500000<br />
1000000<br />
500000<br />
0<br />
Ingeschat Q en effectief Q per aquifer<br />
niet onderverdeelde<br />
0100<br />
0170<br />
0171<br />
0173<br />
0210<br />
0230<br />
HCOV<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
0240<br />
0250<br />
Q [m ³]<br />
10000000<br />
0400<br />
Vervolg van HCOV 0100 en HCOV 0250<br />
20000000<br />
1000<br />
0<br />
niet<br />
onderverdeelde<br />
0100<br />
Ingeschat Q [m³]<br />
Effectief Q [m³]<br />
Figuur 2.35: Ingeschat en effectief Q per aquifer (HCOV).<br />
1100<br />
0250<br />
HCOV<br />
73
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Tabel 2.12: Ingeschat en effectief Q tesamen met <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund debiet per aquifer (HCOV).<br />
HCOV Aantal gw.w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met <strong>in</strong>geschat Q Ingeschat Q [m³] Ingeschat Q/vergund Q [%] Aantal gw.w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met eff. Q Effectief Q [m³] Eff. Q/vergund Q [%] Totaal vergund Q [m³]<br />
niet onderverdeelde 0100 261 571429 1,9 404 18359210 60,1 30529983<br />
0170 0 1 338 9,7 3500<br />
0171 0 2 2306 23,5 9800<br />
0173 1 1398 21,2 2 7900 119,7 6600<br />
0210 46 171268 4,7 106 776224 21,5 3615313<br />
0230 66 281057 4,0 127 426992 6,1 7010098<br />
0240 1 745 4,2 0 17800<br />
0250 39 341892 1,7 71 12859903 64,6 19913978<br />
0400 1 14901 40,8 1 1033 2,8 36550<br />
1000 1 13038 58,3 0 22356<br />
1100 3 13861 18,8 1 49770 67,5 73768<br />
Tabel 2.13: Ingeschat en effectief Q tesamen met <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund Q voor vergund Q < 30000 m³/j en ≥ 30000 m³/j.<br />
Vergund Q [m³] Aantal gw.w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met <strong>in</strong>geschat Q Ingeschat Q [m³] Ingeschat Q/vergund Q [%] Aantal gw.w<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen met eff. Q Effectief Q [m³] Eff. Q/vergund Q [%] Totaal vergund Q [m³]<br />
< 30000 409 995899 20,6 675 3332230 69,0 4827371<br />
>= 30000 10 413690 0,7 41 30871340 54,7 56412375<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
74
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Tabel 2.14: Ingeschat en effectief Q tesamen met <strong>in</strong>geschat/vergund en effectief/vergund Q voor vergund Q < 30000 m³/j en ≥ 30000 m³/j en per<br />
aquifer (HCOV).<br />
Vergund Q [m³] HCOV Aantal gw.w. met <strong>in</strong>geschat Q Ingeschat Q [m³] Ingeschat Q/vergund Q [%] Aantal gw.w. met eff. Q Effectief Q [m³] Eff. Q/vergund Q [%] Tot. vergund Q [m³]<br />
< 30000 niet onderverdeelde 0100 259 506168 22,1 392 1569523<br />
68,6<br />
2288433<br />
0170 0 1 3500<br />
100,0<br />
3500<br />
0171 0 2 9800<br />
100,0<br />
9800<br />
0173 1 1398 21,2 2 5100<br />
77,3<br />
6600<br />
0210 44 130818 14,5 100 695042<br />
77,1<br />
901963<br />
0230 61 166158 16,9 121 724248<br />
73,7<br />
982523<br />
0240 1 745 4,2 1 17000<br />
95,5<br />
17800<br />
0250 38 148812 27,9 55 297017<br />
55,6<br />
534078<br />
0400 1 14901 40,8 1 11000<br />
30,1<br />
36550<br />
1000 1 13038 58,3 0 22356<br />
1100 3 13861 58,3 0 23768<br />
Vergund Q [m³] HCOV Aantal gw.w. met eff. Q Ingeschat Q [m³] Ingeschat Q/vergund Q [%] Aantal gw.w. met eff. Q Effectief Q [m³] Eff. Q/vergund Q [%] Tot. vergund Q[m³]<br />
>= 30000 niet onderverdeelde 0100 2 65261 0,2 12 17538674 62,1 28241550<br />
0170 0 0<br />
0171 0 0<br />
0173 0 0<br />
0210 2 40450 1,5 6 486157 17,9 2713350<br />
0230 5 114899 1,9 6 196199 3,3 6027575<br />
0240 0 0<br />
0250 1 193080 1,0 16 12600540 65,0 19379900<br />
0400 0 0<br />
1000 0 0<br />
1100 0 1 49770 99,5 50000<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
75
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Q [m 3 ]<br />
60000000<br />
50000000<br />
40000000<br />
30000000<br />
20000000<br />
10000000<br />
0<br />
Ingeschat Q en effectief Q voor vergund Q < 30000 m³ en >= 30000 m 3<br />
Ingeschat Q [m³]<br />
Effectief Q [m³]<br />
Totaal vergund Q [m³]<br />
Vergund Q < 30000 m³ Vergund Q >= 30000 m³<br />
Figuur 2.36: Ingeschat en effectief Q voor een vergund Q < 30000 m³/j en ≥ 30000 m³/j.<br />
Q [m³]<br />
1600000<br />
1400000<br />
1200000<br />
1000000<br />
800000<br />
600000<br />
400000<br />
200000<br />
0<br />
Ingeschat Q en effectief Q per aquifer voor vergund Q < 30000 m³<br />
niet onderverdeelde<br />
0100<br />
0170<br />
0171<br />
0173<br />
0210<br />
0230<br />
HCOV<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
0240<br />
0250<br />
0400<br />
1000<br />
Ingeschat Q [m³]<br />
Effectief Q [m³]<br />
Figuur 2.37: Ingeschat en effectief Q per aquifer (HCOV) voor een vergund Q < 30000<br />
m³/j.<br />
1100<br />
76
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Q [m³]<br />
18000000<br />
16000000<br />
14000000<br />
12000000<br />
10000000<br />
8000000<br />
6000000<br />
4000000<br />
2000000<br />
0<br />
Ingeschat en effectief Q voor vergund Q >= 30000 m³<br />
niet onderverdeelde<br />
0100<br />
0170<br />
0171<br />
0173<br />
0210<br />
0230<br />
HCOV<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
0240<br />
0250<br />
0400<br />
1000<br />
Ingeschat Q [m³]<br />
Effectief Q [m³]<br />
Figuur 2.38: Ingeschat en effectief Q per aquifer (HCOV) voor een vergund Q ≥ 30000<br />
m³/j.<br />
2.7 Hydraulische parameters<br />
Bij de <strong>in</strong>ventarisatie van de hydraulische parameters (geleidbaarheid, porositeit, berg<strong>in</strong>g,<br />
weerstand) werd een onderscheid gemaakt tussen puntparameters en regioparameters.<br />
Puntparameters zijn parameters uit pompproeven en bevatten x- en y-coörd<strong>in</strong>aat,<br />
regioparameters zijn algemener en gelden voor een bepaalde geologische formatie of regio.<br />
Onder laatstgenoemde vallen parameters uit modelstudies of geologische beschrijv<strong>in</strong>gen.<br />
De puntparameter-database omvat <strong>in</strong> hoofdzaak de gegevens die eerder geïnventariseerd<br />
werden <strong>in</strong> het kader van de HCOV-karter<strong>in</strong>g en de resultaten uit de pompproeven van de<br />
VMW en de PIPDA <strong>in</strong> het studiegebied. Het betreft voornamelijk waarden voor de<br />
horizontale geleidbaarheid Kh [m/d] en/of transmissiviteit KD [m²/d], en een aantal waarden<br />
voor de berg<strong>in</strong>gscoëfficiënt S [-] en weerstand [d/m]. Gegevens omtrent anisotropie,<br />
hydraulische weerstand [d], porositeit [%], specifieke elastische berg<strong>in</strong>g [1/m] en vertikale<br />
geleidbaarheid [m/d] konden niet gevonden worden. Een volledig overzicht van de<br />
verzamelde gegevens van puntparameters met referenties kunnen teruggevonden worden <strong>in</strong><br />
Bijlage. Figuren 2.39 t.e.m. 2.41 geven een overzicht van de ruimtelijke verdel<strong>in</strong>g van de<br />
beschikbare gegevens van de Kh- of KD-waarden per voorkomende aquifer. Figuur 2.39 geeft<br />
1100<br />
77
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
de beschikbare puntwaarden voor de hoofdeenheid HCOV_0100 (Quartair aquifersysteem) en<br />
de basiseenheden HCOV_0171 (Afzett<strong>in</strong>gen Hoofdterras) en HCOV_0173 (Afzett<strong>in</strong>gen<br />
Maasvlakte) weer. Figuur 2.40 geeft een overzicht van de puntwaarden voor de subeenheid<br />
HCOV_0210 (Kiezeloölietformatie) en de basiseenheden HCOV_0213 (Zand van Pey) en<br />
HCOV_0214 (Brunssum II klei). Figuur 2.41 geeft een overzicht van de beschikbare<br />
puntparameters voor de subeenheden HCOV_0215 (Zand van Waubach), HCOV_0232 (Zand<br />
van Mol), HCOV_0240 (Pliocene kleiige laag), HCOV-0252 (Zand van Diest) en<br />
HCOV_0253 (Zand van Bolderberg). De (arbitraire) <strong>in</strong>del<strong>in</strong>g van de sub- en basiseenheden<br />
van de 0200 over twee figuren was noodzakelijk om het geheel te kunnen visualiseren, gezien<br />
onder meer de puntparameters voor 0213 en 0215 dezelfde locaties betreffen (resultaten uit<br />
eenzelfde pompproef). De respectievelijke sub- en basiseenheden worden voorgesteld met de<br />
kleurcode van de betreffende HCOV-hoofdeenheid, maar met een verschillende symbool.<br />
In Tabel 2.15 wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste regioparameters (K- of KDwaarden)<br />
voor de verschillende geologische formaties zoals teruggevonden <strong>in</strong> de literatuur,<br />
tesamen met de referenties.<br />
Tabel 2.15: K-waarden overeenkomstig Viaene et al. (1997) {a}, Van Autenboer et al.<br />
(1993) {b}, Van Autenboer et al. (1996) {c}, Van Autenboer et al. (1997) {d}, De Smedt &<br />
Loy {e} (1991), Van Rooijen {f} (1991), Buffel et al. {g} (2001), Ingenieursbureau<br />
Oranjewoud {h} (1996), Royal Haskon<strong>in</strong>g {i} (MER Grensmaas, 2003). Tabel A:<br />
Belgische zijde, Tabel B: Nederlandse zijde.<br />
A.<br />
Lithostratigrafie HCOV-code Kh [m/d] KD [m²/d]<br />
Maasgr<strong>in</strong>den 0100-0170 83-150 {b}<br />
100-200{c}<br />
173-1296 {e}<br />
50-1250 {f}<br />
10³-10 4 {c}<br />
Zand van Pey 0213 200-500{i}<br />
Zand van Waubach 0215 40-80{f} 300-600{i}<br />
Formatie van Mol 0232 8-24 {b}<br />
8,6-35 {e}<br />
Formatie van Kasterlee 0234-0242 7 {b}<br />
Formatie van Diest 0252 5-15 {b}<br />
6-14 {c}<br />
8,6-17,3{e}<br />
200-1000 {c}<br />
300 {i}<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
78
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Formatie van Bolderberg 0253 2-15 {b}<br />
10-15{c}<br />
10-20 {g}<br />
Formatie van Voort 0254 3 {b}<br />
0,0001-0,00001 {c}<br />
B.<br />
Lithostratigrafie HCOV-code KD [m²/d]<br />
Nuenengroep 0100-0150 100{a}<br />
Formatie van Veghel en Sterksel 0171-0172 3000 {h}<br />
2700{a}<br />
10³-15.10³{i}<br />
100-500 {c}<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
79
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
5haQII<br />
IWHHHH 5<br />
IIRU<br />
66 6ISSR<br />
IWHHHH<br />
IRVTFI<br />
TVTFW<br />
WVS IQHQFT<br />
IWHHHH<br />
r—2——X2rgy†•HIHHD2HIUID2HIUQ<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
PIHHHH PIHHHH<br />
PHHHHH PHHHHH<br />
PQHHHH<br />
haSQSPFR<br />
PRHHHH<br />
SVFQ<br />
7TRFT<br />
PRHHHH<br />
PSTHRIIR WSHFR RSPFU<br />
PQQPFV<br />
TQIFT<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HIHHX2h2‘G“<br />
7 rgy†•HIUIX22‘G“<br />
6 rgy†•HIUQX22‘G“<br />
Figuur 2.39: Ruimtelijke verdel<strong>in</strong>g van de K- en KD-waarden <strong>in</strong> het Maasmodel: HCOV_0100, 0171, 0173.<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HIHH<br />
x<br />
†2…2f<br />
80
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
PIHHHH<br />
6<br />
PIHHHH<br />
PQFQ<br />
5<br />
7<br />
PT<br />
PS<br />
7<br />
HFHHQR HFHHIS<br />
HFHHPT6<br />
HFHIHP<br />
7<br />
7<br />
QUFV<br />
PHHHHH UFU<br />
PHHHHH<br />
IWHHHH<br />
r—2——X2rgy†•HPIHD2HPIQD2HPIR<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
IWHHHH IWHHHH<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
7TFV<br />
PRHHHH<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
5 rgy†•HPIHX22‘G“<br />
7 rgy†•HPIQX22‘G“<br />
6 rgy†•HPIRX22‘G“<br />
Figuur 2.40: Ruimtelijke verdel<strong>in</strong>g van de K-waarden <strong>in</strong> het Maasmodel: HCOV_0210, 0213, 0214.<br />
x<br />
†2…2f<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPIH<br />
81
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
IWHHHH<br />
WFR<br />
S 7…7…7… 7… 7…7…7…7… 7…<br />
7… 7… WFU UFU<br />
haIIQP5ƒ<br />
IRFI<br />
haSQHFR haWUP95ƒ9<br />
5ƒ5ƒ 9WFT<br />
IHFI<br />
haIQVT<br />
PIHHHH 8<br />
PIHHHH<br />
7… 8<br />
88<br />
8<br />
88<br />
8RU<br />
PHFU QVFQ<br />
RVRSFS<br />
RVFR8<br />
RUFS<br />
RPFQ 88 RI<br />
QQFW<br />
RTFI<br />
PHHHHH QR<br />
PHHHHH<br />
8<br />
IWHHHH IHFR 6„6„<br />
TRUFU IQSUFS<br />
6„6„6„6„6„<br />
IWHHHH<br />
6„ 6„6„6„6„6„ PHFR IPVWFV<br />
IHIFS THRU WTIFU<br />
IWHHHH<br />
r—2——X2rgy†•HPISD2HPQPD2HPRHD2HPSPD2HPSQ<br />
PHHHHH<br />
PHHHHH<br />
PIHHHH<br />
PIHHHH<br />
PPHHHH<br />
PPHHHH<br />
PQHHHH<br />
PQHHHH PQHHHH<br />
PPHHHH PPHHHH<br />
IIFV<br />
IHRFS<br />
QWFW<br />
IVHHHH IVHHHH<br />
IUHHHH IUHHHH<br />
PQHHHH<br />
PRHHHH<br />
PRHHHH<br />
PVFQ<br />
PSHHHH<br />
PSHHHH<br />
PTHHHH<br />
PTHHHH<br />
PUHHHH<br />
PUHHHH<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
2222222y2—2—22F˜FF2<br />
2†——2q—2w22qwƒGwyhpvy‡22<br />
wF2—22†——2q—2<br />
2222222222222222e—2eF2‡—<br />
8 rgy†•HPISX22‘G“<br />
6„ 7…<br />
9<br />
5ƒ<br />
rgy†•HPQPX22‘G“<br />
rgy†•HPRHX22‘G“<br />
rgy†•HPSPX22‘G“<br />
rgy†•HPSQX22‘G“<br />
w˜2w——<br />
w——<br />
†2rgy†•HPHH<br />
Figuur 2.41: Ruimtelijke verdel<strong>in</strong>g van de K-waarden <strong>in</strong> het Maasmodel: HCOV_0215, 0232, 0240, 0252, 0253.<br />
x<br />
†2…2f<br />
82
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
3 Opbouw van het grondwatermodel<br />
3.1 Conceptueel model<br />
Het modelgebied is verticaal beperkt tot de Quartaire en Tertiaire grondlagen en onderaan<br />
begrensd door de Boomse kleilaag. Horizontaal omvat het studiegebied een oppervlakte van<br />
maximaal 3000 km 2 afhankelijk van de grootte van de rechthoek waarmee we het<br />
studiegebied omvatten en het gedeelte dat <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g genomen wordt over de grens <strong>in</strong><br />
Nederland. Hierbij moet <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g worden genomen dat <strong>in</strong> het Vlaamse gedeelte van het<br />
studiegebied de randvoorwaarden duidelijk voor de hand liggen, namelijk rivieren met gekend<br />
waterniveau of grondwaterscheid<strong>in</strong>gslijnen, zoals de waterscheid<strong>in</strong>gslijn tussen het Scheldeen<br />
Maasbekken. Voor het gedeelte <strong>in</strong> Nederland zijn er evenwel geen duidelijke<br />
randvoorwaarden te v<strong>in</strong>den. Er wordt daarom voorgesteld het Nederlandse deel zoveel<br />
mogelijk te beperken, ook om het model zoveel mogelijk onafhankelijk te maken van<br />
Nederlandse gegevens en verander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de toekomst. Evenwel moeten de belangrijke<br />
Nederlandse grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen nabij de grens wel <strong>in</strong> het model opgenomen worden om de<br />
<strong>in</strong>vloed op het grondwater <strong>in</strong> Vlaanderen te kunnen <strong>in</strong>schatten.<br />
Gezien de numerieke stabiliteit van het model en de huidige capaciteit van de hardware lijkt<br />
het aangewezen om de totale grootte van het model te beperken tot m<strong>in</strong>der dan enkele<br />
honderdduizend rekencellen. Er wordt daarom voorgesteld om horizontaal de celgrootte te<br />
beperken tot 250 m bij 250 m en verticaal het aantal lagen tot 6, wat een totaal aantal<br />
rekencellen zal geven van ongeveer 288.000.<br />
Omdat het aantal rekenlagen beperkt is moet voor de verticale <strong>in</strong>del<strong>in</strong>g van het model <strong>in</strong> lagen<br />
de verschillende grondlagen gegroepeerd worden <strong>in</strong> relevante hoofdeenheden of aquifers.<br />
Hierbij gaan we uit van de praktische overweg<strong>in</strong>g dat aquifers en aquitards volledig moeten<br />
overeenkomen met welbepaalde modellagen. Dergelijk werkwijze zal toelaten om het<br />
overzetten van de grondkarakteristieken naar modellagen te vergemakkelijken en achteraf<br />
modelresultaten eenvoudig om te zetten naar de corresponderende relevante grondlagen. Dit<br />
houdt <strong>in</strong> dat de modellagen en de corresponderende grondlagen gedef<strong>in</strong>ieerd worden over het<br />
ganse studiegebied. Op de plaatsen waar bepaalde grondlagen niet meer voorkomen moeten<br />
dan gepaste maatregelen worden genomen <strong>in</strong> de overeenkomstige modellaag. Dit kan<br />
eenvoudig verwezenlijkt worden door de modellaag op deze plaatsen zeer dun te maken,<br />
bijvoorbeeld 1 cm met gepaste hydraulische eigenschappen, namelijk een horizontale<br />
doorlatendheid gelijk aan nul om de verh<strong>in</strong>deren dat deze laag nog grondwatervoerend zou<br />
zijn, maar wel een zeer grote verticale doorlatendheid, waardoor de verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g verzekerd<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
83
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
wordt van een bovenliggende naar een onderliggende rekenlaag. Deze werkwijze zal geen<br />
<strong>in</strong>vloed hebben op de numerieke nauwkeurigheid van het model, maar mogelijk wel op de<br />
stabiliteit <strong>in</strong> geval van droogvallende lagen. Dit laatste is evenwel niet zeker en kan<br />
waarschijnlijk onder controle worden gehouden. Het pr<strong>in</strong>cipe van deze werkwijze wordt<br />
schematisch weergegeven <strong>in</strong> Figuur 3.1.<br />
Werkelijke opbouw<br />
Laag 1<br />
Laag 2<br />
Laag 3<br />
Modelopbouw<br />
Figuur 3.1: Pr<strong>in</strong>cipe van de opbouw van de modellagen overeenkomstig de werkelijke<br />
opbouw van de grondlagen; <strong>in</strong> grijs worden de zones aangeven met een kle<strong>in</strong>e dikte, een<br />
one<strong>in</strong>dig kle<strong>in</strong>e horizontale doorlatendheid en een one<strong>in</strong>dig grote verticale<br />
doorlatendheid.<br />
Breuken <strong>in</strong> de grondlagen zullen <strong>in</strong> het model worden opgevangen door enerzijds<br />
ondoorlatende wanden die de cont<strong>in</strong>uïteit van een laag onderbreken en rekencellen met<br />
one<strong>in</strong>dige verticale doorlatendheid die de verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g tussen bepaalde lagen verwezenlijken.<br />
Het pr<strong>in</strong>cipe wordt verduidelijkt <strong>in</strong> Figuur 3.2.<br />
Werkelijke opbouw Modelopbouw<br />
Laag 1<br />
Laag 2<br />
Laag 3<br />
Figuur 3.2: Wijze waarop een breuk <strong>in</strong> het model gesimuleerd wordt; <strong>in</strong> het gearceerd<br />
zijn de aquitards aangegeven en <strong>in</strong> het grijs de rekencellen met een one<strong>in</strong>dig grote<br />
verticale doorlatendheid; de dikke zware lijn stelt een wand voor.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
84
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Voor het samenvoegen van de grondlagen tot grotere eenheden stellen we het volgende<br />
schema voor:<br />
• Modellaag 1: alle Quartaire lagen (HCOV 0100)<br />
• Modellaag 2: afzett<strong>in</strong>gen ten noorden van de Feldbiss-breukzone (HCOV 210)<br />
• Modellaag 3: klei-zand-complex van de Kempen (HCOV 0220)<br />
• Modellaag 4: Pleistoceen en Plioceen aquifer (HCOV 0230)<br />
• Modellaag 5: Pliocene kleiïge laag (HCOV 0240)<br />
• Modellaag 6: Mioceen aquifersysteem (HCOV 0250)<br />
Een stationaire (‘steady state’) grondwatermodeller<strong>in</strong>g wordt uitgevoerd. Een stationaire<br />
modeller<strong>in</strong>g heeft betrekk<strong>in</strong>g op een gemiddelde toestand. Op basis hiervan kunnen de<br />
gemiddelde jaarlijkse grondwaterstand of grondwaterstandsdiepte, en de kwellocaties en de<br />
kwel<strong>in</strong>tensiteiten bepaald worden.<br />
3.2 Software<br />
De grondwatermodeller<strong>in</strong>g gebeurt met behulp van <strong>GMS</strong> 5.0 (Groundwater Modell<strong>in</strong>g<br />
System) (Brigham Young University – Utah, USA, 2003).<br />
De orig<strong>in</strong>ele versie van <strong>MODFLOW</strong>, ter beschikk<strong>in</strong>g gesteld door de U.S. Geological Survey,<br />
bevat enkel het rekenprogramma zonder enige grafische uitvoermogelijkheden. S<strong>in</strong>ds een<br />
aantal jaren worden een reeks (commerciële) meer gebruiksvriendelijke implementaties<br />
aangeboden, met een <strong>in</strong>teractieve omgev<strong>in</strong>g met pre- en post-processoren. Eén van de meest<br />
uitgebreide en ontwikkelde geïntegreerde pakketten voor grondwatermodeller<strong>in</strong>g is <strong>GMS</strong>.<br />
<strong>GMS</strong> <strong>in</strong>tegreert <strong>MODFLOW</strong>, MODPATH, FEMWATER, MT3DMS, SEAM3D,<br />
SEEP2D, UTCHEM en PEST. De huidige versie 5.0 werkt met <strong>MODFLOW</strong>-2000<br />
(Harbaugh & McDonald, 2000).<br />
De grondwatermodeller<strong>in</strong>g wordt uitgevoerd met behulp van <strong>MODFLOW</strong> 2000 (MODular<br />
groundwater FLOW model). <strong>MODFLOW</strong> is ontwikkeld door de U.S. Geological Survey<br />
(McDonald & Harbaugh, 1988; McDonald & Harbaugh, 2000) en is wereldwijd één van de<br />
meest gebruikte grondwatermodellen. <strong>MODFLOW</strong> is een driedimensionaal e<strong>in</strong>dige<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
85
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
verschillen grondwatermodel, dat opgebouwd is uit afzonderlijke modules die elk een<br />
onderdeel van de hydrologische processen (o.a. onttrekk<strong>in</strong>gen, grondwatervoed<strong>in</strong>g, dra<strong>in</strong>age,<br />
rivieren, ...) beschrijven en elk <strong>in</strong>staan voor een bepaald onderdeel van de <strong>in</strong>voer en uitvoer<br />
van het model.<br />
De grondwaterstrom<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>MODFLOW</strong> wordt beschreven met de volgende<br />
differentiaalvergelijk<strong>in</strong>g:<br />
∂ ⎛<br />
⎜ K x<br />
∂x<br />
⎝<br />
∂h<br />
⎞<br />
⎟<br />
∂x<br />
⎠<br />
+<br />
∂ ⎛<br />
⎜ K y<br />
∂y<br />
⎝<br />
∂h<br />
⎞<br />
⎟<br />
∂y<br />
⎠<br />
⎛<br />
+ ⎜ K z<br />
⎝<br />
∂h<br />
⎞<br />
⎟<br />
∂z<br />
⎠<br />
± W = S<br />
∂h<br />
∂t<br />
waarbij x, y en z de ruimtelijke coörd<strong>in</strong>aten zijn [L], t de tijd [T], h de te berekenen<br />
grondwaterpotentiaal [L], Kx, Ky en Kz de drie componenten van de hydraulische<br />
geleidbaarheid [L/T], W de externe bronnen en/of afvoeren [L/T], en S de berg<strong>in</strong>gscoëfficiënt<br />
[-].<br />
De grondwaterstrom<strong>in</strong>gsvergelijk<strong>in</strong>g wordt opgelost met een e<strong>in</strong>dige differentie benader<strong>in</strong>g<br />
door het modelgebied op te delen <strong>in</strong> rekencellen met een grootte die afhankelijk is van de<br />
gewenste nauwkeurigheid of van de rekencapaciteit. De vergelijk<strong>in</strong>gen worden iteratief<br />
opgelost (Anderson & Woessner, 1992). Verschillende oploss<strong>in</strong>gsmethoden (‘solvers’) zijn<br />
beschikbaar voor de numerieke oploss<strong>in</strong>g van de differentiaalvergelijk<strong>in</strong>gen.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
86
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Referenties<br />
Anderson, M.P. en W.W. Woessner, 1992. Applied Groundwater Model<strong>in</strong>g. Academic Press,<br />
Inc., San Diego, California, USA, 381 p.<br />
Batelaan, O. en F. De Smedt, 2001. WetSpass: a flexible, GIS based, distributed recharge<br />
methodology for regional groundwater modell<strong>in</strong>g. In: Gehrels, H., Peters, J., Hoehn, E.,<br />
Jensen, K., Leibundgut, C., Griffioen, J., Webb, B. and Zaadnoordijk, W-J. (Eds.). Impact of<br />
Human Activity on Groundwater Dynamics, IAHS Publ. No. 269: 11-17.<br />
Batelaan, O. and De Smedt, F., 2004, SEEPAGE, a new <strong>MODFLOW</strong> DRAIN Package.<br />
Accepted for publication <strong>in</strong> Ground Water, vol. 42.<br />
Brigham Young University, Utah, USA, Environmental Model<strong>in</strong>g Research Laboratory, 2003:<br />
<strong>GMS</strong> 5.0 Tutorials.<br />
Buffel, Ph., Claes, S., Gullentops, F. (2001). Toelicht<strong>in</strong>gen bij de geologische kaart van<br />
België – Kaartblad 26 Rekem. Vlaams Gewest, Belgische Geologische Dienst en Afdel<strong>in</strong>g<br />
Natuurlijke Rijkdommen en Energie, 56 p.<br />
De Smedt, P. & Loy, W. (1986). Hydrogeologie van de Limburgse Maasvallei. Het<br />
hydrologisch systeem <strong>in</strong> het grensgebied Luik-Maasbracht - rapporten en nota’s no. 15 van de<br />
CHO-TNO, p. 9-20.<br />
De Smedt, F., Mwanuzi, F., Wang, Z. (1998). Effectenanalyse van het Natuurontwikkel<strong>in</strong>gsplan<br />
voor het Grensmaasgebied. E<strong>in</strong>drapport - Deel 2: rivierkundig onderzoek.<br />
Studie <strong>in</strong> opdracht van het M<strong>in</strong>isterie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Leefmilieu<br />
en Infrastructuur, AMINAL - Afdel<strong>in</strong>g Natuur en AWZ - Afdel<strong>in</strong>g Maas en Albertkanaal, en<br />
<strong>in</strong> onderaannem<strong>in</strong>g van Belgroma n.v., 71 pp + bijlagen.<br />
Doherty (1996). Groundwater data utilities. Queensland Department of Natural Resources.<br />
Harbaugh, A.W. & McDonald, M.G. (2000). <strong>MODFLOW</strong>-2000, the U.S. Geological Survey<br />
modular groundwater model – User guide to modularization concepts and the grondwater<br />
flow process. Open-File Report 00-92, USGS, Reston, Virg<strong>in</strong>ia, 121 p.<br />
Ingenieursbureau Oranjewoud (1996). Hydrologisch onderzoek ontgr<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gsplas Grote Hegge,<br />
studie <strong>in</strong> opdracht van de Prov<strong>in</strong>cie Limburg (Nl), 35 p. + bijlagen.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
87
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Loy, W., Hammenecker, J. & Lag, P. (1991). Hydro-geologische karakteristieken van de Peyen<br />
Waubachformaties <strong>in</strong> Belgisch noord-oost Limburg. Het hydrologisch onderzoek <strong>in</strong> het<br />
grensgebied Luik-Maasbracht - rapporten en nota’s no. 26 van de CHO-TNO, p. 57-68.<br />
McDonald, M. G. and A. W. Harbaugh. 1988. A modular three-dimensional f<strong>in</strong>ite-difference<br />
ground-water flow model. Vol. Techniques of Water-Resources Investigations, book 6, chap.<br />
A1. U.S. Geological Survey, Reston, Virg<strong>in</strong>ia. 586 p.<br />
Meyus, Y., O. Batelaan en F. De Smedt, 2000c. Concept Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>),<br />
Technisch concept van het <strong>VGM</strong>, Deelrapport 1, Hydrogeologische Coder<strong>in</strong>g van de<br />
Ondergrond van Vlaanderen (HCOV): Rapport <strong>in</strong> opdracht van AMINAL, afdel<strong>in</strong>g Water,<br />
<strong>Brussel</strong>, 57 pag.<br />
Meyus, Y., J. Cools, S.Y. Zeleke, O. Batelaan en F. De Smedt, 2004a. Hydrogeologische<br />
detailstudie van de ondergrond <strong>in</strong> Vlaanderen: E<strong>in</strong>drapport. Rapport <strong>in</strong> opdracht van<br />
AMINAL, afdel<strong>in</strong>g Water, <strong>Brussel</strong>, (rapport <strong>in</strong> voorbereid<strong>in</strong>g).<br />
Meyus, Y., D. De Smet, F. De Smedt, K. Walraevens, O. Batelaan en M. Van Camp, 2000a.<br />
Hydrogeologische<br />
http://www.wel.be.<br />
coder<strong>in</strong>g van de ondergrond <strong>in</strong> Vlaanderen. @wel 8 - water.<br />
Meyus, Y., T. Van Daele, O. Batelaan en F. De Smedt, 2000b. Concept Vlaams Grondwater<br />
Model (<strong>VGM</strong>): E<strong>in</strong>drapport. Rapport <strong>in</strong> opdracht van AMINAL, afdel<strong>in</strong>g Water, <strong>Brussel</strong>,<br />
90 pag.<br />
Meyus, Y., S.T. Woldeamlak, O. Batelaan en F. De Smedt, 2004b. Opbouw van een Vlaams<br />
Grondwatervoed<strong>in</strong>gsmodel: E<strong>in</strong>drapport. Rapport <strong>in</strong> opdracht van AMINAL, afdel<strong>in</strong>g Water,<br />
<strong>Brussel</strong>, (rapport <strong>in</strong> voorbereid<strong>in</strong>g).<br />
M<strong>in</strong>isterie van de Vlaamse Gemeenschap – AMINAL (1992). Grondwaterkwaliteit <strong>in</strong><br />
Limburg, 114 pp.<br />
Mwanuzi, F. (1998). Modell<strong>in</strong>g of toxic pollutant transport <strong>in</strong> an estuar<strong>in</strong>e environment. PhD,<br />
Laboratory of Hydrology, <strong>Vrije</strong> <strong>Universiteit</strong> <strong>Brussel</strong>, 211 pp.<br />
Royal Haskon<strong>in</strong>g (2003). MER Grensmaas 2003 - Achtergronddocument 3: Grondwater,<br />
studie <strong>in</strong> opdracht van De Maaswerken en de Prov<strong>in</strong>cie Limburg (Nl), 79 p. + bijlagen.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
88
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Sels, O., Claes, S., Gullentops, F. (2001). Toelicht<strong>in</strong>gen bij de geologische kaart van Belgie –<br />
Kaartblad 18-10 Maaseik. Vlaams Gewest, Belgische Geologische Dienst en Afdel<strong>in</strong>g<br />
Natuurlijke Rijkdommen en Energie, 50 p.<br />
Stuurman, R.J., Dierckx, J. and Runhaar, H. (2002). Uitwerk<strong>in</strong>g van de methodiek voor de<br />
bepal<strong>in</strong>g van de gewenste grondwatersituatie voor natuur <strong>in</strong> poltentieel natte gebieden <strong>in</strong><br />
Vlaanderen. NITG 02-xxx-B, TNO, Delft.<br />
Van Autenboer, T., Cammaer, C., Fobbe, B. (1993). Het grondwater <strong>in</strong> het Maasbekken<br />
(Noord- en Oost-Limburg) - Inventarisatie van beschikbare gegegevens, LUC, Toegepaste<br />
Geologie, 14 p. + bijlagen.<br />
Van Autenboer, T., Cammaer, C., Poelmans, E. (1996). Mijnverzakk<strong>in</strong>gen en het freatische<br />
grondwater (voorlopig rapport), LUC, Toegepaste Geologie, 38 p. + bijlagen.<br />
Van Autenboer, T., Cammaer, C., Poelmans, E. (1997). Voed<strong>in</strong>gsgebied waterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>g As -<br />
basisgegevens voor een grondige hydrogeologische evaluatie, LUC, Toegepaste Geologie, 40<br />
p. + bijlagen.<br />
Van Ranst, E. and Sys, C. (2000). Eenduidige legende voor de digitale bodemkaart van<br />
Vlaanderen (Schaal 1:20 000), Laboratorium voor Bodemkunde, <strong>Universiteit</strong> Gent, Gent.<br />
Van Rooijen, P. (1986). Het hydrogeologisch systeem van het stroomgebied van de Maas<br />
tussen Visé en Maasbracht. Het hydrologisch systeem <strong>in</strong> het grensgebied Luik-Maasbracht -<br />
rapporten en nota’s no. 15 van de CHO-TNO, p. 37-50.<br />
Viaene, P., Vlieghe, C., De Smedt, P. (1997). Ontwikkel<strong>in</strong>g van praktijkgerichte modellen<br />
voor watervoerende lagen, SVW, PIDPA en VMW, 141 p.<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
89
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Bijlage A<br />
Tabel A: Locatie (x,y) van de peilputten <strong>in</strong> het Maasmodel (Vlaamse zijde).<br />
Putcode X-Lambert Y-Lambert Putcode X-Lambert Y-Lambert<br />
7-0026 219510 210580 7-0290 247891 203061<br />
7-0028 215750 216460 7-0292 246029 200414<br />
7-0031 228000 216480 7-0293 246052 200406<br />
7-0033 246160 205220 7-0294 246207 188387<br />
7-0038 229514 220782 7-0295 247198 190024<br />
7-0053 250350 203000 7-0296 246111 186738<br />
7-0054 225350 208740 7-0297 247622 188119<br />
7-0058 223470 203420 7-0298 247655 188079<br />
7-0059 221020 208900 7-0299 246959 188702<br />
7-0060 229060 202020 7-0300 246925 188702<br />
7-0061 226610 203310 7-0301 246221 187315<br />
7-0062 231000 213070 7-0302 247448 188775<br />
7-0063 231690 218120 7-0303 246378 199901<br />
7-0064 228810 217020 7-0304 245974 200386<br />
7-0065 229360 204730 7-0305 246066 200349<br />
7-0066 224210 217510 7-0306 242552 180807<br />
7-0075 228950 206230 7-0307 242556 180853<br />
7-0076 222190 202270 7-0308 246204 188580<br />
7-0077 225700 200250 7-0309 245979 186811<br />
7-0078 233300 210750 7-0310 244632 186956<br />
7-0079 239830 194970 7-0311 247577 188429<br />
7-0081 234860 194260 7-0312 246364 189827<br />
7-0082 235760 193140 7-0313 247020 188726<br />
7-0083 236790 194780 7-0314 246737 189243<br />
7-0085 238050 180370 7-0315 247573 190013<br />
7-0088 240530 180140 7-0316 246538 189397<br />
7-0091 241085 184170 7-0317 246410 188262<br />
7-0092 235080 197920 7-0318 246871 189162<br />
7-0093 240170 197540 7-0319 247024 189018<br />
7-0095 240920 200910 7-0320 247153 188600<br />
7-0096 233900 194230 7-0321 246907 188690<br />
7-0097 247850 195400 7-0322 245567 189854<br />
7-0098 235260 188360 7-0325 212425 217790<br />
7-0099 237580 191080 7-0326 212426 217790<br />
7-0100 244840 195640 7-0340 236820 181175<br />
7-0101 249971 203209 7-0341 236825 181175<br />
7-0102 247500 194900 7-0342 250510 200945<br />
7-0103 252250 205200 7-0343 250510 200940<br />
7-0104 239570 184195 7-0345 232660 194640<br />
7-0105 243790 194800 7-0346 234085 194595<br />
7-0106 245080 193570 7-0347 238350 194480<br />
7-0107 247200 193600 7-0349 234550 189180<br />
7-0108 246750 193800 7-0350 233945 189330<br />
7-0109 247150 194950 7-0351 241160 192405<br />
7-0110 247400 203655 7-0352 243910 192395<br />
7-0111 251850 204925 7-0353 238885 201030<br />
7-0112 244080 203780 7-0354 245505 204900<br />
7-0113 251100 200400 7-0355 241670 203290<br />
7-0114 235280 190560 7-0356 233600 209350<br />
7-0115 237380 192200 7-0357 238095 210180<br />
7-0116 237840 193070 7-0358 238100 210180<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
90
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
7-0117 238270 193660 7-0359 246935 194670<br />
7-0118 250370 201575 7-0360 247250 193560<br />
7-0119 236230 191820 7-0361 251365 204540<br />
7-0120 247500 193400 7-0362 251845 205350<br />
7-0121 242690 189240 7-0365 227140 196675<br />
7-0122 238740 196290 7-0366 236030 195710<br />
7-0123 239150 195590 7-0367 234551 189181<br />
7-0124 234360 189730 7-0370 212831 216101<br />
7-0125 237755 184400 7-0371 213277 216294<br />
7-0130 248050 193700 7-0372 213731 216503<br />
7-0132 233485 188505 7-0373 214208 216609<br />
7-0134 231650 191115 7-0374 214708 216619<br />
7-0135 241100 191500 7-0375 215209 216620<br />
7-0136 246950 194330 7-0376 215699 216496<br />
7-0137 239810 190325 7-0377 216195 216350<br />
7-0138 243510 197585 7-0378 216664 216197<br />
7-0139 245905 197990 7-0379 217137 216040<br />
7-0140 231045 193605 7-0381 214637 214650<br />
7-0142 247400 194300 7-0382 216989 217077<br />
7-0143 247750 194300 7-0383 226138 212320<br />
7-0144 248200 194200 7-0384 226201 212853<br />
7-0145 230450 216700 7-0385 226478 212532<br />
7-0147 248300 194800 7-0386 225176 211992<br />
7-0149 246920 191420 7-0387 226309 212417<br />
7-0150 246919 188888 7-0388 226823 212765<br />
7-0151 245310 188510 7-0389 226168 213270<br />
7-0152 245317 188514 7-0390 226129 213564<br />
7-0153 236180 180880 7-0391 226176 212665<br />
7-0155 244520 188510 7-0392 225237 213347<br />
7-0156 229120 215620 7-0393 227390 213406<br />
7-0157 242400 191610 7-0394 237426 203127<br />
7-0158 245160 194700 7-0395 237747 202960<br />
7-0159 246420 192360 7-0396 237455 203044<br />
7-0165 223530 210880 7-0397 237961 203422<br />
7-0166 215320 216420 7-0398 238545 202797<br />
7-0167 215700 216500 7-0399 237583 203846<br />
7-0168 215728 216517 7-0400 237467 202720<br />
7-0169 226870 212700 7-0401 246316 199183<br />
7-0170 226836 212716 7-0402 245652 200537<br />
7-0172 222643 215646 7-0403 245617 201441<br />
7-0173 230670 216230 7-0404 245765 201812<br />
7-0174 219775 214740 7-0405 245766 201813<br />
7-0176 220730 213030 7-0406 246749 201996<br />
7-0177 226790 218770 7-0407 247523 202122<br />
7-0180 215380 217000 7-0408 247238 201470<br />
7-0181 215371 216995 7-0409 247457 201077<br />
7-0182 219660 211846 7-0410 247742 200600<br />
7-0183 219652 211846 7-0411 246656 200950<br />
7-0184 215620 214330 7-0412 246699 201335<br />
7-0185 215620 217380 7-0413 247169 201600<br />
7-0186 247762 196520 7-0414 247496 202250<br />
7-0190 216000 217380 7-0415 247969 203077<br />
7-0192 239220 195470 7-0416 246984 188896<br />
7-0196 241196 184135 7-0417 247013 188853<br />
7-0201 221861 205400 7-0418 247012 188807<br />
7-0202 226779 202850 7-0419 247009 188759<br />
7-0216 213294 216328 7-0420 247009 188712<br />
7-0217 213308 216305 7-0421 247007 188667<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
91
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
7-0220 215642 216511 7-0422 247009 188737<br />
7-0221 226183 212325 7-0423 247011 188785<br />
7-0222 225575 211942 7-0424 246967 188911<br />
7-0223 231440 192070 7-0425 246949 188925<br />
7-0224 227496 212782 7-0426 244338 187736<br />
7-0225 215133 216293 7-0427 244311 187836<br />
7-0226 226482 212510 7-0428 244305 187875<br />
7-0227 215516 217371 7-0429 244325 187911<br />
7-0228 212944 217111 7-0430 244332 187949<br />
7-0229 226163 212551 7-0431 244324 187979<br />
7-0230 226194 213765 7-0432 244330 188012<br />
7-0231 226340 212402 7-0433 244336 188045<br />
7-0232 213801 216505 7-0434 244291 187740<br />
7-0235 216200 216356 7-0435 244286 187789<br />
7-0237 213095 216700 7-0436 244235 187651<br />
7-0238 212855 216125 7-0437 244229 187779<br />
7-0239 214213 216620 7-0438 244566 187684<br />
7-0240 226268 211619 7-0439 244570 187748<br />
7-0242 215046 216097 7-0440 244420 187533<br />
7-0243 215008 215642 7-0441 244657 187843<br />
7-0244 224901 211982 7-0442 245207 187956<br />
7-0245 214715 216631 7-0443 244536 188137<br />
7-0246 220045 215116 7-0444 244368 188224<br />
7-0247 226242 211806 7-0445 247034 188634<br />
7-0248 226162 213278 7-0446 244104 187842<br />
7-0250 217431 216858 7-0447 245771 188040<br />
7-0251 215638 216507 7-0448 246254 188246<br />
7-0252 215755 216510 7-0449 246140 188312<br />
7-0253 247972 203097 7-0450 246190 188500<br />
7-0254 247970 203088 7-0451 246122 188439<br />
7-0255 247965 203132 7-0452 245925 188531<br />
7-0256 247965 203132 7-0453 246209 188792<br />
7-0257 247795 203055 7-0454 246087 189001<br />
7-0258 247836 203024 7-0455 245632 188965<br />
7-0259 215733 216567 7-0456 246511 188940<br />
7-0260 217081 216009 7-0457 246698 188479<br />
7-0261 217246 216375 7-0458 247004 188424<br />
7-0262 234838 189328 7-0459 247243 188367<br />
7-0263 235011 189787 7-0460 247068 188765<br />
7-0264 234316 189101 7-0461 246877 188918<br />
7-0270 235345 190192 7-0462 247114 188885<br />
7-0271 235722 190528 7-0463 247273 188836<br />
7-0272 227728 213921 7-0464 246964 188947<br />
7-0274 247049 188263 7-0465 247336 189014<br />
7-0275 246905 188937 7-0466 247060 189099<br />
7-0276 247163 188774 7-0467 247409 189255<br />
7-0278 215191 216623 7-0468 247182 189307<br />
7-0279 247769 188391 7-0469 247210 189478<br />
7-0280 247775 188348 7-0470 244267 188066<br />
7-0281 247998 188503 7-0471 244209 187865<br />
7-0282 246552 190498 7-0472 246925 188865<br />
7-0284 246246 186964 7-0473 246955 188743<br />
7-0285 248021 202956 7-0479 234657 189218<br />
7-0287 247836 203024 7-0480 234962 189382<br />
7-0288 247893 203072 7-0481 235195 190083<br />
7-0289 247891 203061 7-0482 235491 190193<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
92
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Bijlage B<br />
Tabel B: Peilputten <strong>in</strong> het Maasmodel (Vlaamse zijde) met m<strong>in</strong>der dan acht met<strong>in</strong>gen<br />
voor het jaar 2000.<br />
Putcode<br />
7-0150<br />
7-0228<br />
7-0232<br />
7-0237<br />
7-0262<br />
7-0313<br />
7-0354<br />
7-0390<br />
7-0395<br />
7-0401<br />
7-0402<br />
7-0403<br />
7-0404<br />
7-0405<br />
7-0406<br />
7-0407<br />
7-0408<br />
7-0409<br />
7-0410<br />
7-0411<br />
7-0412<br />
7-0413<br />
7-0414<br />
7-0415<br />
7-0472<br />
7-0473<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
93
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
Bijlage C<br />
Tabel C: Locatie (x,y) van de grondwaterw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het Maasmodel (Vlaamse zijde).<br />
X-Lambert Y-Lambert X-Lambert Y-Lambert X-Lambert Y-Lambert X-Lambert Y-Lambert<br />
236612 209413 238510 188720 245355 205137 229134 197307<br />
243209 183054 232240 204304 248004 206205 240941 203617<br />
243911 189944 238842 202794 224178 209071 238360 204617<br />
243908 189997 229523 204483 250341 201782 225413 197230<br />
247140 192310 247220 208140 237577 200163 233847 211110<br />
234678 199980 234799 206694 245540 203713 238972 204332<br />
225493 218258 235272 205990 235287 205970 221870 199448<br />
230880 217760 229240 215500 246350 191330 237927 207624<br />
247338 199925 221831 213337 244457 207987 244186 183083<br />
230487 206165 220911 212445 230836 195939 243748 185853<br />
237671 206253 235727 207472 251111 204382 231761 207765<br />
237712 206296 222774 200494 228734 204147 240487 204217<br />
235924 191871 227960 200760 237446 206651 225070 211410<br />
228660 198940 239430 201490 220714 213349 236590 209600<br />
235447 212168 239460 201520 237564 202695 233881 197343<br />
227736 196171 239307 204075 231389 213793 247281 205317<br />
234587 208225 231539 199874 236329 202291 223788 203929<br />
226611 212569 234753 204737 237479 202812 223698 203882<br />
226676 212524 231601 199769 237374 205862 223552 200605<br />
226088 211388 229634 196635 245200 193508 223037 198208<br />
231400 195330 235319 197360 238680 209588 234261 199797<br />
230049 196922 227819 204741 237013 180082 219360 214050<br />
231740 197330 233016 193458 231841 200046 227320 219923<br />
227178 195247 241404 183420 244293 208194 247819 204302<br />
230033 196912 235362 201723 245877 203572 225112 210918<br />
230986 200578 247923 201218 248800 196500 237778 191370<br />
244848 202296 233017 208994 248143 196093 222040 204789<br />
220312 212824 234627 197779 244139 200948 224270 199840<br />
224626 214122 229419 203611 231065 203105 223627 216624<br />
245320 194070 233872 202640 235606 194337 226416 201223<br />
243536 182513 239426 209814 243557 183206 226375 201225<br />
251000 204120 229741 206726 237630 198240 216460 213860<br />
250990 203870 232582 203733 227091 197650 231138 202208<br />
232411 192638 226840 215020 227035 197571 238385 202905<br />
229381 200842 249671 203741 244507 184052 239858 208525<br />
224290 204111 241350 202300 233694 210458 241430 198670<br />
230380 217549 249227 203345 240663 201101 247510 205850<br />
223308 209048 238094 204152 228090 215622 222160 202238<br />
223734 208978 226102 213373 228415 215130 228939 201948<br />
227606 214401 244697 208630 227600 200719 228817 202195<br />
237076 207329 225325 201768 227637 200709 228594 202207<br />
225875 213748 225694 200267 244989 195391 227943 200745<br />
233887 210828 235359 196689 231917 217895 235779 200437<br />
226088 210974 238752 203963 236861 200095 229349 204707<br />
229263 215566 234567 194151 236580 199612 229393 204286<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
94
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
238640 177700 239421 208093 236649 199557 238562 178501<br />
236501 210731 246664 204038 244680 201750 235270 204130<br />
236505 210721 230483 216691 249930 205158 229718 214879<br />
230256 217060 228085 216076 229150 209407 229379 215129<br />
229296 203620 227137 220056 243778 204846 231775 202929<br />
227055 213171 227133 220049 241878 202863 236590 207391<br />
234552 204789 240656 186048 234345 209759 243760 186736<br />
242592 201693 231620 217850 229362 210054 237012 180348<br />
248340 197740 232338 208215 236527 208419 231423 206505<br />
248293 197472 228978 206208 235643 209869 237266 204770<br />
246820 198020 234932 204924 238050 180400 236280 191599<br />
248357 197461 246795 183199 242208 203466 245490 203080<br />
234558 208370 234140 201210 250064 201120 228031 199611<br />
227524 220439 230745 211737 226264 214508 239314 210725<br />
227900 212475 226670 213261 235291 197248 243853 207234<br />
244846 188165 229588 203437 232553 204646 249100 201470<br />
244771 188195 226513 197370 234910 206142 228646 209085<br />
228314 196158 233528 205281 247878 200429 250350 199930<br />
232087 217398 228125 201502 221458 212162 234412 193861<br />
231325 214840 229621 206992 239083 203825 242385 200175<br />
247670 201020 229557 207006 223777 214667 232924 210065<br />
230644 212743 225981 210959 246552 195451 224400 196888<br />
230905 213060 249699 205339 245061 194165 234592 192869<br />
230700 213261 248331 206857 236955 203376 226637 217108<br />
246620 196420 234629 212235 247465 190261 244162 190059<br />
216780 213290 234703 212070 244910 186615 225276 211257<br />
247300 202650 235029 212455 228763 198653 221742 212673<br />
228810 213606 233717 211521 247557 208978 227221 219827<br />
226113 199493 233060 212780 241765 201702 227500 220301<br />
221336 210562 226483 207992 244322 201679 230740 217430<br />
221303 210621 225881 207192 243859 193267 220975 213393<br />
237476 208693 226721 208154 244488 191997 220323 214819<br />
223276 214933 240493 202126 244897 193333 252067 199381<br />
223254 202415 236046 204396 236505 199500 246903 203456<br />
234990 206115 246050 189910 231505 217702 244610 205170<br />
244270 190489 230337 217029 231503 217717 238796 203955<br />
229383 208829 230342 216992 235070 208529 247777 200449<br />
238600 187980 245800 189890 224942 201505 230931 213939<br />
247000 188190 228024 215890 222159 211921 149146 241867<br />
226832 198024 228052 215650 222954 212384 241810 202810<br />
216038 214509 247370 200720 233725 202798 242100 203590<br />
236698 208232 232833 193365 237225 205890 248021 201692<br />
231421 206248 228723 206623 229942 215411 234020 206840<br />
243390 200350 243737 198973 230759 217996 229329 196721<br />
230487 196307 243725 199004 235168 204997 229309 196639<br />
224247 201931 249960 199330 224253 196506 226264 218613<br />
234208 204582 250148 205052 235624 187407 238245 203269<br />
238876 203391 233059 203776 246732 198204 246986 188860<br />
243799 189661 248940 200730 228709 207045 225194 212028<br />
243749 189739 247070 196030 228557 205327 237407 203125<br />
227398 214519 229142 215608 228552 205318 230000 215710<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
95
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
226781 210015 234761 203162 226002 198070 247392 201445<br />
240755 204351 235134 198191 227296 204667 222083 213066<br />
244350 208310 235164 198183 223456 207816 246174 200427<br />
228972 202029 217657 216343 221410 206846 246174 200427<br />
229841 206951 249470 206000 221410 206846 223923 214594<br />
246850 200555 228272 212109 221389 206833 227389 213112<br />
243345 182927 248280 202660 229731 210243 214480 214080<br />
235594 209188 246930 207922 230604 196558 223458 214322<br />
234358 210604 243778 207204 234506 200080 225844 212117<br />
230370 216650 243730 196270 231476 198481 228102 215120<br />
248125 204853 236267 199393 237214 199830 232456 206942<br />
248278 205158 235705 210211 237861 200607 240186 201252<br />
228800 201953 235139 208957 237462 197871 226912 203367<br />
229437 202740 249028 196294 231129 196191 224099 202902<br />
229721 205333 227960 221570 234564 200118 247800 199740<br />
232531 207721 247113 208443 230659 201710 241680 199590<br />
234905 202000 247062 208755 249936 197419 251000 205210<br />
233546 204257 247108 205717 249949 197391 251650 205750<br />
235790 205343 248143 206019 242202 200951 218461 211093<br />
242736 193286 244590 207252 246167 199484 221597 217810<br />
228144 214389 246080 209292 246998 201585 223128 201670<br />
226133 199656 246177 206490 247000 201584 223136 201657<br />
219826 212578 244560 209100 242437 200652 224115 210293<br />
223161 215604 232298 192487 228781 213179 224073 210291<br />
230396 215661 249884 200129 239014 196104 224411 200527<br />
229660 219130 226727 203665 219806 217048 224244 203191<br />
240848 204353 226690 205261 219874 217215 225018 203963<br />
247210 200090 238640 203020 248997 200849 228996 211238<br />
242080 202000 231326 192790 230309 203159 228933 211270<br />
229663 209246 226039 208052 234390 200314 231687 218340<br />
228274 208712 232536 204605 232928 201450 234653 207381<br />
235587 209420 225117 202287 229046 199751 235055 195522<br />
245350 208980 227993 196519 231212 202456 234944 196237<br />
234481 200713 229658 206970 237587 200095 232278 195241<br />
224615 217357 234030 208214 238327 196110 233546 195620<br />
248070 207750 234030 208214 232960 201345 233363 195038<br />
247509 208908 237190 207024 228475 216657 239213 205483<br />
241537 199566 231131 206911 227511 220736 250950 203724<br />
249768 196974 231121 206899 231983 218003 220959 212224<br />
249801 198319 240210 204130 230019 215393 237582 202887<br />
249874 196981 241317 201661 230079 215408 228740 203203<br />
246250 183640 218046 215333 230534 214797 228781 203202<br />
222940 200710 221827 213230 230912 216224 231601 192252<br />
224087 203006 224210 217510 230282 216799 232254 206690<br />
231604 218023 224575 218161 231920 218210 232365 207043<br />
231700 218860 226170 216977 231665 218777 223408 212456<br />
229470 216180 224840 218130 230993 217736 222034 213291<br />
230000 219105 247040 208930 227271 217461 220438 212198<br />
223205 215808 234133 211519 226619 217128 223533 210546<br />
229528 209173 230636 210798 229838 216474 221923 208177<br />
246860 207630 239154 205397 230046 215917 223534 210619<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
96
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
248191 198679 231870 214674 231779 218415 222956 211748<br />
225200 198656 234320 193820 231760 218417 233850 198300<br />
229231 212688 245080 208180 248101 197097 249140 200770<br />
229211 212662 215217 216690 250106 195802 246231 189210<br />
230530 213790 223282 215783 248144 197072 246589 188580<br />
233136 209013 244276 203643 245087 188631 242745 189423<br />
238050 200168 243990 203790 246514 191446 227178 195183<br />
233753 203456 236260 207170 245873 191263 235349 201249<br />
246740 202430 225698 207687 246827 195056 237050 204020<br />
245372 208880 233279 199149 246638 193989 229060 200090<br />
246898 209142 223899 216871 244573 193217 235553 211295<br />
227183 196814 240130 204090 246793 191944 235490 211220<br />
225885 202878 233150 196870 247082 192514 236381 210488<br />
228734 201997 234672 209469 246960 192616 236404 210545<br />
228767 201972 237237 210077 246299 190092 234856 209152<br />
242740 193325 246940 198940 237218 201973 221200 216510<br />
220817 213409 226591 203299 237072 202759 233251 200243<br />
249910 197060 247010 199240 235392 206535 232985 199335<br />
250200 204010 232690 215440 240103 204968 245319 209015<br />
247340 201980 238888 205604 240882 201347 244142 208169<br />
247330 201880 216670 211500 240818 201398 233342 206153<br />
247001 201313 238930 205570 240550 204917 228954 210784<br />
246806 201877 231780 217950 238511 203089 231570 199065<br />
230574 208349 241940 205710 241045 203693 230544 214565<br />
226451 203511 241580 205480 237356 206643 220404 212904<br />
227606 204204 248975 199622 240655 202246 223431 210034<br />
227794 204353 248613 197763 241575 205514 223443 210014<br />
227353 203587 240773 199370 239915 204471 221330 213119<br />
234931 197724 241060 201110 232574 207013 233447 188425<br />
221029 208903 230104 202910 235474 201805 242624 184372<br />
242940 193413 227634 215136 241429 203121 233289 208493<br />
237500 203510 227849 214277 235169 208435 240500 200973<br />
227443 215002 223999 214629 235172 208492 236465 199417<br />
230900 218493 217870 215470 233860 207884 231516 201907<br />
246563 195791 225122 209705 233178 208808 244830 186451<br />
217027 210470 215130 214597 231289 209082 247367 195810<br />
224531 217565 215013 215225 231269 209664 223756 208664<br />
224565 217550 234333 197489 233210 208025 221212 211408<br />
246900 203820 225175 214794 224118 213526 244248 204956<br />
225247 211023 228356 212323 227348 198994 220755 212946<br />
231177 197273 227665 215147 227281 198939 246784 201356<br />
232032 203737 225871 212401 230001 203603 214706 216620<br />
237389 192137 232966 209196 223790 200599 234985 189781<br />
242870 190330 237750 209014 223131 202732 231960 198507<br />
236199 208428 224524 217946 224013 200032 249499 201331<br />
232730 192600 224780 217870 226473 208330 229035 209704<br />
244769 208303 223029 201480 227650 203786 229015 209743<br />
245750 208556 223131 203231 226663 199806 224783 216631<br />
234590 194314 229300 212950 227505 195373 224823 216674<br />
229457 211726 229301 212899 227044 208162 224544 217041<br />
247450 207630 227157 213205 223873 217211 224707 218777<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
97
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
237042 207350 226059 210934 226482 203503 235313 209610<br />
232264 204285 227795 214974 231357 205808 233171 210702<br />
216810 212380 230050 213590 228332 201375 246515 186860<br />
216018 217094 230482 213643 226706 199726 246673 182672<br />
234361 211501 225576 210465 225792 200213 227207 219812<br />
241395 203967 224910 209218 223801 201064 225323 198024<br />
234500 209363 225561 211145 239968 200549 242032 190407<br />
220140 216040 230246 213479 231694 218651 246808 208790<br />
225326 207224 227683 213523 226897 196497 242254 205120<br />
226512 209266 229386 213365 243430 197940 235865 202313<br />
236934 199653 226468 215546 239250 205330 234743 202523<br />
235790 207495 226448 215501 224606 218235 226485 211871<br />
235321 209838 246588 203943 224566 218257 226072 209358<br />
220510 215340 228351 212984 226888 214809 234548 210936<br />
220564 215475 225827 210686 225117 218206 248024 199932<br />
227093 196535 227293 212864 234777 210340 247800 199220<br />
242855 204368 224980 216001 236168 208642 246678 197749<br />
242899 204276 224950 216037 243077 190458 245082 203423<br />
226427 200771 225119 215724 235719 193035 232130 215950<br />
231775 197266 225232 214411 235840 192249 250584 205900<br />
247003 206681 227526 214532 248390 198620 229062 204021<br />
233059 192873 227691 214548 247860 198770 232906 198940<br />
240540 183471 227141 212009 249260 200750 231594 199637<br />
239775 200760 227116 211924 249150 198620 221923 212820<br />
244830 209090 227475 213844 247830 200540 231870 190940<br />
236772 209260 226882 212886 246680 200950 247396 205451<br />
235734 209341 228036 211855 247910 208450 244282 205559<br />
222945 211863 227698 211898 223043 206747 244292 205518<br />
223000 211800 234860 197962 224211 215884 244642 208141<br />
223826 199509 236529 199466 223674 216402 244629 208195<br />
224136 207413 230494 197472 224169 215940 243470 208500<br />
223878 200681 241737 204450 229203 203747 243910 208510<br />
227783 203015 245032 204553 227195 196773 243581 208526<br />
230438 204080 246800 201878 241227 201553 243639 208387<br />
242553 199687 238510 188430 241275 201574 248142 205819<br />
242484 199808 228777 209014 231211 213963 250560 205265<br />
227540 203139 234582 209391 233565 202920 244338 205219<br />
227541 203035 233340 193023 230841 206982 245854 207255<br />
240310 204123 229182 206304 234159 198800 247844 204155<br />
242815 203266 229886 205792 229000 196334 245879 208851<br />
226450 200399 231480 206510 232568 208413 245508 209100<br />
229060 201992 231539 208197 230440 213780 246575 204024<br />
232655 207685 224754 201954 225047 216017 247468 207757<br />
223558 203423 231506 209609 237402 206089 247396 208126<br />
231256 196539 231308 209353 233069 196793 243510 207550<br />
237593 203632 230800 210560 233077 196844 250483 202757<br />
229228 209513 232820 210380 229015 202008 231410 209334<br />
224470 204570 234718 209469 226253 197728 238499 209418<br />
234948 205957 236476 209364 225748 196377 228295 208719<br />
229174 213299 227097 197658 237724 210436 229294 210458<br />
229376 209285 227097 197658 246800 188561 222861 200574<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
98
Am<strong>in</strong>al – Afdel<strong>in</strong>g Water Bestek nr. L 2003 S 0013 X<br />
246040 209430 235497 208788 248515 206402 224054 201731<br />
246120 183566 235564 209015 234370 192800 238134 208857<br />
234088 204021 230636 196894 236336 198951 237811 208650<br />
234092 204008 228906 198407 233314 196969 239232 209569<br />
239317 209116 228947 212436 231252 196992 225351 208735<br />
236778 210880 231030 203300 227630 215430 243474 193328<br />
229807 196801 243950 189720 243585 194229 223477 212871<br />
235981 207644 236625 199586 249769 198076 233379 203753<br />
234475 207907 237685 198968 227154 213843 229003 205904<br />
227400 218400 241800 201470 232560 207120 236918 210907<br />
231522 218793 230613 196399 233621 206678 233272 204373<br />
234191 202315 230495 196366 238057 204983 226296 199971<br />
241056 182007 231287 197698 241717 201530 228987 206196<br />
236761 194685 227464 195303 228959 198208 232515 217852<br />
247830 205600 225290 203875 238121 200583 234050 188730<br />
236921 193495 216677 213682 229012 198232 223771 203883<br />
234717 209595 245609 208795 232915 201872 236674 199432<br />
228539 205499 245520 208451 238314 196282 243110 189770<br />
236199 201959 245515 208839 228875 197796 249288 202313<br />
237127 204601 233868 207195 234007 198786 231167 206580<br />
231891 200162 225489 205193 231831 215540 234470 200100<br />
230950 198380 224349 203883 236598 188318 222382 210960<br />
228140 198523 225625 204846 239053 202521 244924 186880<br />
236036 199292 233417 192610 234379 207734 245548 188331<br />
238102 198575 220112 212722 236541 198791 233362 192613<br />
235952 199286 234554 197661 246733 182788 247443 199901<br />
233444 197083 238560 203060 236455 188266 226061 219676<br />
233972 197964 226677 210350 227200 206330 228203 205026<br />
234145 197558 220899 212589 222850 199340 229493 206872<br />
228725 206811 246877 183051 224650 202380 229412 208959<br />
249390 204220 245984 183503 227837 201431 237052 208786<br />
247022 202615 237116 208499 233695 208170 235418 190679<br />
221366 213334 246726 202165 231052 206869 244293 187744<br />
240942 201947 224250 204875 231005 206873 244566 187771<br />
225301 198299 224212 204860 233506 207737<br />
Ontwikkel<strong>in</strong>g van regionale modellen t.b.v. het Vlaams Grondwater Model (<strong>VGM</strong>) <strong>in</strong> <strong>GMS</strong>/<strong>MODFLOW</strong><br />
Perceel 2: Maasmodel<br />
99