Gouden Winters oktober 2012 - Inter-antiquariaat Mefferdt & De Jonge
Gouden Winters oktober 2012 - Inter-antiquariaat Mefferdt & De Jonge
Gouden Winters oktober 2012 - Inter-antiquariaat Mefferdt & De Jonge
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Gouden Winters
INTER-ANTIQUARIAAT
Mefferdt & De Jonge
DE OUDE PASTORIE
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge
Bernard Zweerskade 18
1077 TZ Amsterdam
T: 020 - 664 08 41
M: 06 - 53 73 74 22
E: interantiquariaat@chello.nl
www.inter-antiquariaat.nl
-----
De Oude Pastorie
Grachtweg 2
2161 HN Lisse
T: 0252-422405
E: info@deoudepastorie.com
www.deoudepastorie.com
Gouden Winters - oktober 2012
GOUDEN WINTERS
Voor u ligt de catalogus behorende bij de verkoopexpositie Gouden Winters, met 17 de - begin 20 ste eeuwse prenten en tekeningen van winterse
gezichten vol ijsvermaak. De expositie wordt gehouden in De Oude Pastorie, Grachtweg 2 te Lisse, 4 t/m 7 oktober 2012.
Schaatsers jong en oud, kolfspelers, priksleetjes en rijk versierde arresleeën, vrolijke vrijages en valpartijen, koek-en-zopie aan de kant, kermissen vol
vertier, maar ook transport over het ijs en andere winterse activiteiten. Een grote variatie, die een onderhoudende en informatieve kijk geeft op het
leven tijdens het koudste seizoen in vroegere eeuwen.
De Lage Landen kenden vele vinnig koude winters. Kou die “deur vel en vleesch passeerde”. Binnenwateren en rivieren konden potdicht gevroren
zijn en tot maart met een dikke ijskorst bedekt. Havens zaten dicht. De Zuiderzee werd met sledes en wagens overgestoken. Soms zwierven wolven
rond op zoek naar prooi. De prijzen voor etenswaren stegen tijdens de winterperiode tot onwaarschijnlijke hoogte. Er was gebrek aan turf, hout en
kolen en vooral aan vers water. Werk was moeilijk te vinden. Er stierven heel wat mensen van de kou. Ellende overheerste.
Toch ligt de winter ligt veel Nederlanders na aan het hart. De gedachte aan ijs en schaatsen alleen al doet het sneller slaan. Vroeger even goed als
tegenwoordig.
Van de ruige realiteit tijdens grillige winters is op ijsgezichten doorgaans weinig te zien. Het koperspubliek wilde geen ellende en ook geen al te
realistische weergave van borrelende scheuren, windwakken en viezigheid op het ijs. Men vroeg om een idyllisch plaatje.
Wij hebben maar liefst zesenveertig taferelen van Gouden Winters bijeen weten te brengen. Er is getracht ze in chronologische volgorde op te nemen.
Niet op vervaardigingsdatum, maar geplaatst in volgorde van de periode die ze weergeven.
Deze expositie speelt in op de vraag naar houvast in onze economisch onzekere tijden. Al eeuwen lang herkent men in ijsgezichten die goede oude
tijd en wordt een brug geslagen naar een (ver)heerlijk(t) verleden.
Komt dat zien!
Robert-Jan de Jonge
Inter-Antiquariaat Mefferdt & De Jonge
1. “HYEMS” (WINTER) – naar David Vinckboons
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets van de hand van Simon Wynhoutsz Frisius naar
het ontwerp van David Vinckboons en uitgegeven
als serie van vier seizoenen door Henricus Hondius
in 1618. Afm. 38,2 x 50,2 cm.
Op de bevroren gracht bij een kasteel heeft zich een
grote groep elegant geklede lieden verzameld. De
ijsbaan vormde dikwijls een ontmoetingsplaats voor
de society. De dames en heren wandelen over het ijs,
een enkeling schaatst, een groepje speelt kolf en
twee heren laten zich vervoeren in een pronkerige,
als zwaan vormgegeven, arreslee. Wanneer het ijs er
lag “kieremierde het van herenzonen en –dochters,
gemengd onder burgers en armen”. De afbeelding
straalt het speelse plezier van een winterdag op het
ijs uit. De voorstelling is omlijst met kale bomen vol
sierlijke takken en twijgen.
Het tafereel is waarschijnlijk aan de fantasie van
Vinckboons ontsproten, maar het kasteel links op de
ets heeft echt bestaan. Het was het Château de
Verneuil, ten noordoosten van Parijs.
Vinckboons (1576 - ca. 1633) was een zeer succesvol
schilder in de traditie van Pieter en Jan Brueghel. Hij
ontwikkelde een nieuwe schilderstijl: landschappen,
die met dieren en figuren werden verlevendigd.
De prentkunstenaar Frisius (1580-1629) was geboren
in de Friese stad Harlingen en ontving zijn scholing
waarschijnlijk in Amsterdam. In 1598 vestigde de
jonge Frisius zich in Parijs, waar hij zich specialiseerde
in het na graveren van gekalligrafeerde letters in
koper. Vanaf 1611 werkte Frisius in Den Haag.
Gouden Winters - oktober 2012
2. EENDENVANGERS – naar Arent Arentsz. (genaamd Cabel)
IJsgezicht met eendenvangers.
Ets vervaardigd rond
1890 door Willem Steelink
naar het ontwerp van Arent
Arentsz. (gen. Cabel). Later
met de hand gekleurd. Afm.
(afb.) 18,6 x 24,7 cm.
Bij de voorstelling van
Arentsz. gaat het om het
weidse open en oer-
Hollandse winterlandschap,
om de sfeer van de koude
winterdag. Mensen vervoeren
goederen per handslee
over het ijs, terwijl op de
ijsvlakte schaatsers en
kolfspelers zich amuseren
en aan de kant een eendenvanger
uitrust bij zijn buit.
Arentsz. (ca. 1585–1631)
schilderde voornamelijk
taferelen van wijd uitgestrekte
rivier- en oevergezichten
en zomerse en
winterse landschappen, De
figuren, vaak vissers,
visverkopers en jagers, zijn
meestal geheel op de
voorgrond geplaatst tegen
een centraal geplaatste
horizon.
3. DORPSGEZICHT MET KOLFERS – naar Esaias van der Velde
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets vervaardigd rond 1890 door
Willem Steelink naar het
schilderij van Esaias van de
Velde uit 1626. Later met de
hand gekleurd. Afm. (afb.) 19,2
x 24 cm.
Winterse voorstellingen met een
dik pak sneeuw en bevroren
vaarten en rivieren vol ijsplezier
waren altijd al geliefd. De oude
meesters schilderden ze graag
en hun populariteit weerspiegelt
zich in de grote aantallen
prenten die naar hun schilderijen
en ontwerpen zijn
gemaakt. Tot in de 19e eeuw
grepen graveurs terug op
voorbeelden van voorheen, ook
in Frankrijk, Duitsland en
Engeland.
Van de Velde (1591 -1630)
behoorde tot de groep
Haarlemse kunstenaars die de
Hollandse landschapschilderkunst
baanbrekend vernieuwde.
Vanuit de directe observatie van
de natuur probeert hij zonder
idealisering van de vorm of
thema’s de alledaagse
werkelijkheid weer te geven.
Gouden Winters - oktober 2012
4. DE SCHIE BIJ DELFT – naar Aert van der Neer
Kopergravure vervaardigd door
meester graveur Jacques
Philippe le Bas naar een
schilderij van (winter/)
landschapschilder Aert van der
Neer. Ca. 1780 tegelijkertijd
uitgegeven te Amsterdam en
Parijs door Pierre Fouquet en
François Basan. Afm. (afb.) 33,7 x
44,3 cm.. Later met de hand
gekleurd.
Over Aert van der Neer schrijft
het Nieuw Nederlandsch
Biografisch Woordenboek (1933):
“Van der Neer (1603-1677) was
beroemd om zijn maanlandschappen
en wintergezichten. Niet alleen wat
betreft de belichting, maar ook wat
betreft perspectief toonde Van der
Neer zijn eigenaardige persoonlijkheid.
Zijn schilderijen hebben een
breed voorgrondsplan, meestal
verlevendigd door visschers of jagers.
Van der Neer is realistisch in de
keuze zijner vlakke landschappen met
diepen horizon, zoals ook Arent
Arentsz., doch stemming is er door
het licht. Gewoonlijk laat hij het
water, kanaal of rivier, waarvan de
beide oevers te zien zijn, naar den
achtergrond vloeien. Naar den
achtergrond toe, wordt de compositie
verdeeld waarvan het silhouet
miniatuurachtig en spits is.”
5. “TEMS FROID ET NEIGEUX” – naar Aert van der Neer
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Kopergravure uitgegeven eind 18 e -
eeuw door François Basan, naar een
voorbeeld van Aert van der Neer.
Later met de hand gekleurd. Afm.
(afb.) 32,8 x 43,5 cm.
In de 17 e en 18 e eeuw nam het kolfspel
sterk in populariteit toe. Meestal werd
het spel op dagelijkse schoenen
gespeeld temidden van het op het ijs
aanwezige andere publiek. Soms
maakte men gebruik van een kolfstok
met een verzwaard en verbreed
ondereind, niet langer dan onze
huidige golfclub, dan weer reikte de
stok tot borsthoogte en was het
boveneind met fluweel of ander
materiaal bekleed. Eenvoudiger
lieden en jongens behielpen zich met
een tak die enigszins de vorm van een
kolfstok had. Soms staat er naast de
spelers een kruikje, waarvan de
geestrijke inhoud telkens diegene die
een rake slag had geslagen tot nog
betere prestaties aanmoedigde.
Lastige kledij hingen de spelers om
een paal in het ijs. Soms ging het er
om wie het verste kon slaan of om een
paal te raken. De puntentelling werd
bijgehouden op de binnenkant van de
hoed of werd met een mes op een
takje gekerfd. Het balletje was
gemaakt van leer en gevuld met
veren.
Gouden Winters - oktober 2012
6. “PETIT VILLAGE PRES D’AMSTERDAM” – naar Aert van der Neer
Ets vervaardigd ca. 1775 te Parijs
door François Basan naar een
voorbeeld van Aert van der Neer.
Later met de hand gekleurd. Afm.
(afb.) 20 x 29,7 cm.
Amsterdammers schaatsten graag
buiten, weg uit de drukte en de
stank van hun stad. Zolang
Amstel en IJ niet dicht lagen,
waren ze aangewezen op de
weteringen. De Boerenwetering,
die vanaf de Heiligewegspoort
richting de Kalfjeslaan en
Amstelveen liep, was de
bekendste. Daarover kluchten
schrijver Bernardus Mourik in
1752: “ Ik kwam aan de Wetring
myn Schaatsen aan te binden,/ en
keek voor eerst of ik de Kalvieslaan
kon vinden./ Van daar zo reed ik na
het Dorp van Amstelveen,/ En doe
zetten ik de Koers op Oudekerk
heen.”
Schaatsenrijden was nooit zonder
gevaar, maar meestal waren er
behulpzame omstanders die
voorzichtig naar een drenkeling
toe kropen en een lijn toewierpen.
Vanaf de 17 e -eeuw gebruikte men
ook al ladders om een luid
roepende ongelukkige op het
droge te helpen. Maar toch: “er is
geen ijs, of ’t kost menschevleys”.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets van de hand van David Deuchar (1743 – 1808), naar een ets van Adriaen
van Ostade (1610 - 1648). Uit het album “A collection of etchings after the most
eminent masters of the Dutch and Flemish schools…”, uitgegeven in 1803 te
Edinburgh. Afm. (papier): 12,2 x 8,8 cm.
Boeren waren ’s winters veelvuldig op het ijs te vinden. Niet verwonderlijk,
het vee stond op stal en verder was er – behalve het weven van wollen en
linnen stoffen als bijverdienste – niet veel op de boerderij te doen.
Elke schaatsenrijder die zich op lange afstanden begaf, voorzag zichzelf van
een stok of ijshaak . “’t Is verwonderens waert te sien, hoe de Boeren op hare
schouders lange stocken draghen; doch dit doense daerom, op datse, indien sij in een
sloot vielen, of in een open gat, sij haer door dese stocken dies eerder weder redden
kennen”, meldt Jean Nicolas de Parival in de twee helft van de 17 e -eeuw in
zijn “Les Delices De La Hollande”.
Van Adriaen van Ostade zijn een 50-tal etsen bekend, gedateerd van 1647 tot
1678.
Adriaen van Ostade’s werken geven gewoonlijk voorstellingen uit het boeren
leven weer. Evenals zijn 10 jaar jongere broer Isaac registreerde hij het losse,
vrije leven van de boerenstanden in een tijd dat de hogere standen weinig om
hen gaven en dat het godsdienstige leven afnam. Pieter Brueghel was hen
daarin 100 jaar eerder reeds voorgegaan. Adriaen van Ostade geeft het stille
boerenleven weer en vertelt het verhaal van hun dagelijks bestaan.
7. BOER OP DE SCHAATS – naar Adriaen van Ostade
Gouden Winters - oktober 2012
8. DORPSGEZICHT – naar Isaac van Ostade
Aquatint naar vervaardigd
ca. 1790-1795 door Cornelis
Apostool naar een
schilderij van Isaac van
Ostade (1621–1649). later
met de hand gekleurd.
Afm. (afb.): 18,4 x 26,3 cm.
Landschappen van Isaac
Van Ostade zijn veelal in de
omgeving van Haarlem. Ze
stralen rust uit. Steeds
schildert hij er dezelfde
figuren. In zijn korte leven
was Isaac van Ostade
productief, er zijn ongeveer
100 schilderijen van hem
bekend.
Voor Cornelis Apostool
(1762-1844) was het
beoefenen van kunst geen
hoofdzaak. Hij was eerder
kenner en ambassadeur, hij
werd benoemd tot eerste
directeur van het
Koninklijk Museum, het
latere Rijksmuseum te
Amsterdam.
Provenance: prent komt uit de
collectie van de Amerikaanse
historieschilder Robert Walter
Weir (1803-1889).
Verzamelaarstempel verso.
9. AAN DE RIVIER – naar Isaac van Ostade
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Kopergravure vervaardigd
door Louis Garreau
(actief ca. 1770-1811) naar
een tekening van Jacques
François Swebach, die
op zijn beurt een schilderij
van Isaac van
Ostade reproduceerde.
Later met de hand
gekleurd. Afm. 24,5 x
35,3 cm.
Deze voorstelling van
Isaac van Ostade toont de
gemoedelijke sfeer in een
dorp van bijna vier
eeuwen terug. Sommige
figuren schaatsen, andere
binden de ijzers onder,
kinderen spelen met prik-
en duwsledes, iemand
inspecteert de kwaliteit
van het ijs. Een paard
trekt z’n last de oever op.
Verderop liggen schepen
in ijs te wachten op de
dooi.
Isaac van Ostade maakte
meerdere taferelen met
dit landschap. Op een
daarvan is de bebouwing
op palen een herberg.
Gouden Winters - oktober 2012
10. “LA HOLLANDOISE SUR LES PATINS” EN “LE HOLLANDOIS SUR LA GLACE” – naar Cornelis
Dusart
Etsen met aquatint vervaardigd rond
1700 te Amsterdam door Jacob Gole
(ca. 1660 – 1737) naar Cornelis Dusart
(1660-1704). Later met de hand gekleurd.
Afm. (prent) elk: 25,5 x 18 cm.
Onder de prenten wordt uitgelegd, bij
de vrouw: “On vas tu cher Gilot je sens
rompre la glace,/ Si je m’enfoce au moins
que je t’embrasse.” En bij de man: “Ca la
pipe a la main, venez, chers camarades,/
Bravons le froid, et faisons cent
gambades.”
Bernardino de Mendoça, Spaans
geschiedschrijver ten tijden van de
Opstand vertelde met ontzag over de
rapheid van de Hollandse schaatsers:
Zij hebben platte, houten schoenen aan
de voeten die met een over de wreef
lopende riem vastzitten. Aan de zool
van dit schoeisel zit een stuk metaal,
zo dik als een pink, dat van voren in
een krul oploopt zoals de Turkse
pantoffels. Op dit schoeisel gaan zijn
vlug over het ijs en bewegen daarbij
hun voeten met een zekere regelmaat.
Zij staan er zo vast op dat zelfs
boerenvrouwen en meisjes er zich snel
op voortbewegen met manden eieren
of andere zaken op hun hoofd. Zij
hebben een ongelofelijk vlugge vaart,
vooral als de wind tegen hun achterste
blaast, want er is geen paard dat hen
kan bijhouden.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Tekening in pen en gewassen inkt van de hand van Gerrit Grasdorp. Afm (papier) 21,2 x 35 cm. Van Grasdorp is weinig meer bekend dan dat hij
gedoopt is in 1659 en in armoede in 1716 is gestorven. Hij stamt uit een Zwolse kunstenaarsfamilie en moet van zijn 17 jaar oudere halfbroer Jan les
hebben gehad. Van Gerrit zijn gezichten op Zwolle en enkele ijsscénes bekend. Er bevinden zich tekeningen van Gerrit in het Overijssels Museum,
Rijksprentenkabinet en Atlas van Stolk.
De ijsbaan was het rendez-vous der gelieven. Een minnaar met zijn lief, hand in hand, ver verwijderd van de voortrazende menigte. Even laten ze elkaar
los. De verliefde jongeling laat met kunstige zwenkingen zijn bekwaamheid blijken en terwijl zij hem zachtjes voortzwevend volgt, trekt hij met scherpe
schaats de naam van zijn beminde in het ijs.
11. HET ZWARTE WATER BIJ ZWOLLE – Gerrit Grasdorp
Gouden Winters - oktober 2012
12. “JANVIER. DIVERTISSEMENTS SUR LA GLACE” – Jean Mariette
Kopergravure vervaardigd
eind 17 e – begin 18e eeuw
door Jean Mariette. Later
met de hand gekleurd.
Afm. (afb.): 19 x 26,2 cm.
Dat ook buitenlanders
ijsgezichten maakten toont
deze Franse prent, met
daarin de vaste elementen
naar Nederlands
voorbeeld: schaatsers,
sledes, kinderen met
kolfstok (een geliefd
cadeau met Sinterklaas) op
spiegelend ijs. Men heeft
plezier en moet lachen om
een dienster die haar
melkkan heeft laten vallen.
Jean Mariette (1660 – 1742)
stamt uit een bekend Parijs
geslacht van graveurs,
boekverkopers en prent- en
tekeningenhandelaren.
Toen een jaar de dood van
zijn zoon in 1775 besloten
werd de collectie te
verkopen, zaten daarin niet
minder 20.000 tekeningen.
13. AANGENAME VERPOZING TIJDENS DE HOLLANDSE WINTERS – naar Franz de Paula Ferg
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Kopergravure vervaardigd door
Carl Conti naar het ontwerp van
Franz de Paula Ferg, uitgegeven te
Wenen tussen 1786-1795. Later met
de hand gekleurd. Afm. (afm.): 26 x
30,3 cm.
Later in de 17 e -eeuw en gedurende
de 18 e -eeuw, parallel aan het
opkomend standsbesef in de
Republiek, wordt het ijsvermaak
meer en meer het privilege van het
gewone volk. Op deze prent lijkt de
gegoede burgerij vooral als
toeschouwer aan de waterkant te
staan. Een groepje dames en heren
neemt het tafereel in ogenschouw.
Men ontmoet elkaar en neemt
ogenschijnlijk de laatste nieuwtjes
door.
Bij de koek-en-zopie tent in de
achtergrond hangt een krans uit: er
wordt brandewijn geschonken.
De Paula Ferg (1689–1740) maakte
met name portretten van het
dagelijks leven, veelal markt- en
dorpsscènes.
Gouden Winters - oktober 2012
14. “WINTER” – naar Nicolas Lancret
Mezzotint vervaardigd door
Jean Simon (1675-1754) naar
Nicolas Lancret, 1e helft 18e
eeuw. Later met de hand
gekleurd. Afm. (prent) 25,4 x
35,5 cm.
De liefde die loskwam wanneer
het eenmaal winter was, moet
in groot contrast hebben
gestaan met de hevigheid van
de kou in de toenmalige
winters.
Bij het onderbinden van de
schaatsen aan “tengere voetjes”
bloeide “gemakkelijk genegenheid
op wanneer de jongeling
dikwijls den schaatsstrik
verschikte om ’t gezicht van die
lieve voetjes te hebben.”
Hier echter heeft de beminde
dame geen oog voor de
jongeling die haar de schaatsen
onderbindt, maar voor de fiere
knaap op het ijs.
Nicolas Lancret (1690-1742)
was een beroemde Parijse
rococo schilder, bekend om zijn
genretaferelen
15. “DIVERTIMENTI DEGLI OLLANDESI IN TEMPO DEL GIACCO” – Giuseppe Filosi
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Kopergravure vervaardigd
door Giuseppe Filosi, later
met de hand gekleurd. Afm.
(afb.) ca. 15,2 x 21,3 cm.
De prent komt oorspronkelijk
uit het boek van Thomas
Salmon “Lo Stato Presente di
Tutti i Paesi e Popoli del Mondo”
(de huidige situatie van ’s
werelds landen en volkeren)
uitgegeven tussen 1738-1748.
Bijpassend bij het type boek
waaruit de gravure komt, is dit
wintergezicht een aaneenschakeling
van kleine taferelen,
visuele evergreens, onmiddellijk
herkenbaar: koek-enzopie
tenten, iemand die z’n
schaatsen onderbindt, een
schaatser met reddingsstok,
een schaatsend koppel, een
tochtje in de arreslede, een kind
met prikslee, sneeuwballen
gooiende kinderen, vaten
voorstgeduwd op en slede, vier
tandem schaatsende figuren.
Gouden Winters - oktober 2012
Later met de hand gekleurde ets
naar een tekening van Tileman van
der Horst. Gedrukt van
verschillende koperen platen.
Uitgegeven door Pieter Schenk
(1746?). Afm. (prent) 63 x 91 cm.
Op de Amstel, gezien naar de
Weesperzijde, vaart (getrokken
door 40 paarden) onder veel
belangstelling de ijsbreker voorbij.
De ijsbreker was een gezamenlijke
onderneming van de Amsterdamse
bierbrouwers. Het ijs moest worden
opengebroken voor waterschuiten
die vers water haalden uit
de Vecht bij Weesp. Op die manier
konden zij ook in de winter verzekerd
zijn van een regelmatige aanvoer.
Dit gebeurde vooral zodat men niet
met lede ogen zou moeten aanzien
dat Rotterdamse concurrenten grif
hun bier aan de man brachten. Het
in 1696 gebouwde schip is nog tot
1860 beschikbaar gebleven voor de
watervoorziening. Op de
afgebeelde plek aan de Amstel
staat tegenwoordig Muziekcentrum
De IJsbreker.
16. “WINTER VREUGDE OPDEN AMSTEL EN ‘T GAAN DER YSBREEKERS EN DER WATERSCHUITEN ” – Tileman van der Horst
17. STADSE DRUKTE – Hendrik Meijer
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Tekening van Hendrik Meijer (ook wel
Hendrick de Meyer) (1737 -1793) in pen en
zwarte inkt, grijs gewassen, over zwart
potlood. Afm. 21 x 32,5 cm. Gesigneerd
linksonder en gedateerd 1764.
De tekening is topografisch niet goed te
duiden. Op het eerste gezicht lijkt men de
Amsterdam te herkennen: de Oude Kerk,
een scheepswerf, een veerhuisje met er
naast een hijskraan, twee ophaalbruggen
en grote pakhuizen met Hollandse gevels.
De manier waarop deze elementen zijn
samengebracht echter, komen niet overeen
met het Amsterdamse stadsbeeld.
In de weken of maanden dat de winter de
alledaagse activiteiten op het water
stilzette en het ijs het domein van sport,
spel en vertier werd, verplaatsten ook
markthandelaren hun nering naar deze
vlakte. In koek-en-zopie tenten werden
versnapering verkocht, maar ook andere
producten die in de smaak van de
verpozende menigte konden vallen.
Volgens Immerzeel (1842) zijn Meijer’s
“ordonnanties rijk en geestig, en zijne
stoffaadje allerliefst van teekening en altijd in
overvloed aangebragt. Zijne goede teekeningen
worden door de onbevooroordeelde liefhebbers
geschat en bewaard.”
Gouden Winters - oktober 2012
18. “LES PLAISIRS DE L’HIVER” – naar Jean-Baptiste Pillement
Kopergravure van Pierre Charles
Canot, naar een tekening van Jean-
Baptiste Pillement. Uitgegeven te
Londen in 1759. Later met de hand
gekleurd. Afm. 38,1 x 49,8 cm.
Canot (1710 — 1777), van origine
Fransman, was lid van de Britse
Incorporated Society of Artists, en
werd gekozen tot associated engraver
toen de titel in 1770 werd ingevoerd
door Londense Royal Academy.
Canot stelde z’n werk tentoon in de
Society of Artists, de Free Society en
de Royal Academy. Als vakbekwaam
kunstenaar zette hij van
befaamde schilders een groot aantal
werken in de plaat.
Pillement (1728 –1808) was een Franse
schilder en ontwerper bekend om zijn
prachtige en gedetailleerde landschappen,
maar wiens stempel op de
geschiedenis met name kwam door de
gravures naar zijn tekeningen en de
invloed die daarvan uitging op de
verspreiding van de Rococo in
Europa. Pillement was een - voor zijn
tijd ongebruikelijk – zeer bereisd man
en woonde en werkte tussen 1754-1763
in Londen. Daar speelde hij met groot
succes in op de smaak van het Engelse
publiek dat zijn landschappen zeer
waardeerde. Uit die tijd stamt ook
deze gravure.
19. WINTERLANDSCHAP– naar Jean Baptiste Pillement
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Tekening met pen, grijs
gewassen inkt en
waterverf vervaardigd
door John Atkinson naar
Jean Baptiste Nicolas
Pillement, gesigneerd en
gedateerd 1776 rechtsonder.
Afm. 32 x 43 cm.
Tijdens zijn verblijf in
Londen tussen 1754 en
1763 speelde Pillement in
op de waardering die het
publiek had voor
schilderijen van
landschappen. Hij werd
daarbij o.a. geïnspireerd
door het werk van de
Hollandse 17e-eeuwse
landschapschilder
Nicolaes Berchem.
De hier getoonde
tekening, onstaan naar het
ontwerp van Pillement,
kent dan ook de bekende
Hollandse elementen van
het wintergezicht: de
kinderen, de keuvelende
groepjes mensen op het ijs,
de duwslede, de koek-enzopie
tent met vlag in top.
Gouden Winters - oktober 2012
20. “OOSTELIJK GEZICHT DER STAD ROTTERDAM EN DER MAAZE, MET IJSVERMAAK
OP DEEZE RIVIER, 24 JANUARI 1763” – Paulus Constantijn la Fargue
Ets vervaardigd door Paulus Constantijn la
Fargue, uitgegeven in 1763 door P.G. van
Balen, te ’s Gravenhage. Later met de hand
gekleurd. Afm. (prent): 42,5 x 64,7 cm.
Als het ijs sterk genoeg was dan vertoonden
zich ook deftige luyden aan het volk.
Arresleden, koetsen en speelwagens kwamen
onder het belgerinkel van de dampende
paarden over de dikke ijskorst aangegleden en
–gereden. Er wordt hier een historisch
moment weergegeven: de latere stadhouder
Willem V (1748-1806) rijdt in zijn door zes
paarden getrokken koets met uitgebreid
gevolg over de bevroren rivier. Het is een met
alle details weergegeven drukte een
formidabele prent en topografisch interessant
door het gezicht op de stad vanaf het ijs.
We zien Rotterdam: het Oude Hoofd met
Oude Hoofdpoort en achterzijde van de
huizen aan het Haringvliet; aan het einde
daarvan zijn de Admiraliteitswerf aan het
Boerengat en de molens op het Bosland en
langs de Oostzeedijk zichtbaar.
Paulus Constantijn la Fargue (1732–1782)
stamt uit een Nederlands geslacht van
kunstenaars, van vijf kinderen was hij de
meest begaafde. Paulus Constantijn heeft
zowel geschilderd en getekend, als geëtst. In
de eerste plaats waren dat nauwkeurig
uitgewerkte stads– en dorpsgezichten, maar
daarnaast ook actuele gebeurtenissen,
landschappen, portretten, en genretaferelen.
21. “VILLAGE PRES D’ANVERS” – naar Franz Edmund Weirotter
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets vervaardigd door landschapsetser
en -schilder Franz Edmund
Weirotter, uitgegeven door François
Basan te Parijs in 1775. Afm. (afb.)
23,7 x 36,7 cm.
Weirotter (1733-1771) krijgt zijn
opleiding in Innsbruck, Wenen,
Regensburg, Mainz en uiteindelijk in
Parijs waar hij in 1759 de Duitse
graveur Johann Georg Wille tegenkomt.
Bij Wille, die zeer succesvol is
in Frankrijk, leert Weirotter graveren.
In zijn vroege jaren volgt hij de uit
Italië afkomstige pseudo Hollandse
stijl.
Hij blijft in Parijs tot 1763, vanwaar
hij naar Rome vertrekt. In 1765 keert
hij weer terug naar Parijs, om
vervolgens in 1767 in Wenen tekenleraar
te worden aan de Academie.
Daar overlijdt hij aan een oogkwaal
op 41 jarige leeftijd.
Ondanks zijn korte leven liet hij een
imposant oeuvre van 288 etsen na.
Vrijwel allemaal landschapsvoorstellingen.
Kort na zijn dood worden
218 van zijn etsplaten gekocht door
de Parijse uitgever Basan & Poignant,
die in 1775 de platen in een kleine
oplage herdrukt.
Gouden Winters - oktober 2012
Kopergravure vervaardigd door Henry Roberts naar een schilderij van Charles André
(gen. Carle) van Loo (1705-1765). Uitgegeven rond 1782 als onderdeel van Millar's New
Complete & Universal System of Geographyca.. Later met de hand gekleurd. Afm. (prent):
28,5 x 17,1 cm
De prent bevat alle elementen die zo kenmerkend zijn voor ijsvermaak: de schaatsers, de
sledes, het kolfspel, de koek-en-zopie tenten, ze behoren tot een wereld waar met plezier
naar gekeken moet zijn. Bijna 250 jaar geleden en nu nog steeds. Ook vandaag de dag
beleven wij het plezier van de herkenning. Een voorstelling met ijsplezier heeft een
universele waarde die niet alleen in vroeger tijd betekenis had, maar die tot op de dag
van vandaag haar geldigheid heeft behouden.
Over de Nederlanders schrijft een 18 e -eeuwse reiziger, dat die anders langzame en
onbuigzame schepselen in de winter plotseling een en al levendigheid vertonen. Lomp
en log zijn ze, maar zodra hun voeten het ijsvlak raken, blijken ze “snel als een
bliksemstraal en zo licht als een vogel.”
22. “NATIVES OF HOLLAND, WITH THEIR DIVERSIONS DURING THE WINTER
SEASON” – naar Carle van Loo
23. “GEZICHT VAN DE HAARLEMMER-POORT, OP DE BUITEN-SINGEL TE ZIEN, TE
AMSTERDAM” – naar Herman Schouten
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets met gravure, gemaakt naar een
tekening van Herman Schouten. Afm
(prent) ca. 27 x 35 cm. De prent komt
uit de Atlas van Pierre Fouquet jr
uitgegeven ca. 1783. Met daarin ruim
100 afbeeldingen van de “wydvermaarde
koopstad Amsterdam. Alle
naar het leeven Getekend.”
Kunstverkoper Pierre Fouquet liet van
1760 tot 1783 door bekende
Amsterdamse tekenaars de stad in
beeld brengen. De prenten kregen een
opschrift in het Nederlands en het
Frans en werden los of in series
verkocht.
De Haarlemmerpoort (ontworpen
door Hendrick de Keyser, gesloopt en
vervangen door de huidige poort in
1837) was in de 17 e eeuw het westelijk
uitvalpunt van Amsterdam. Bij de
poort was een gebied helemaal
ingericht voor handel en transport en
allerlei bedrijvigheid die daarmee
samenhangt, zoals een wagenplein en
hoefsmederijen. Je kon er ook met de
comfortabele trekschuit over de
Haarlemmertrekvaart. Maar ’s winters
niet. Op het ijs is het een drukte van
belang. Er wordt naar hartelust
geschaatst, arresledes, duwsledes,
priksledes, kinderen, paartjes, koeken-zopie,
al het mooie van de Kleine
IJstijd.
Gouden Winters - oktober 2012
24. “WINTER-GEZICHT OP DE CINGEL VOOR DE LUTHERSCHE OUDE KERK” – naar Herman
Schouten
Ets met gravure. Uitgegeven door
Pierre Fouquet jr naar een tekening
van Herman Schouten ca. 1769. Later
met de hand gekleurd. Afm (prent)
ca. 27,2 x 36,1 cm.
Voordat de Amsterdamse
bierbrouwers overeenstemming
hadden bereikt over een te
financieren ijsbreker, mislukte het
doorijzen voor een schuit met vers
water vaak. Sommige gierige
Amsterdamse brouwers gebruikten
daarom bedorven, uit ijs gesmolten
water waar soms nog een hond of kat
ingevroren zat, wat de kwaliteit van
het bier niet bevorderde.
Toen er wel een ijsbreker op de
Amstel voer, werd het drinkwater bij
aankomst in de stad gekeurd en
overgeheveld naar een soort
zolderschuiten om het water over de
grachten naar de brouwerijen te
vervoeren. Hier zien we hoe een door
mensen getrokken waterschuit door
een vaargeul wordt geloodst, die
men bezig is uit te hakken en te
zagen. Om een losse ijsplaat met
behulp van ijshaken onder de ijsvloer
te kunnen duwen, gingen twee
mannen op de rand ervan staan,
zodat deze aan één kant iets zonk.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets met gravure, gemaakt naar
een tekening van Herman
Schouten. Afm (prent) ca. 27 x
35 cm. Later met de hand
gekleurd.
IJsvermaak aan het Open
Havenfront bij de ingang van
het Singel en de Haringpakkerstoren,
gezien vanaf de
Droogbak. Links de Nieuwe
Stadsherberg. Ook deze prent
komt uit de Atlas van Pierre
Fouquet jr, maar hier in
heruitgave door E. Maaskamp
uit 1805.
De veelgeroemde
Haringpakkerstoren bij de
ingang van het Singel en de
Haarlemmersluis werd in 1829
gesloopt. Links van de toren zie
je enkele huizen van de
Haringpakkerij. De toren was in
de middeleeuwen op deze plek
gebouwd als afsluiting van de
stadsmuur. De spits op de toren
is er in de zeventiende eeuw
opgezet door stadsbouwmeester
Hendrick de Keyser.
25. “WINTER-GEZICHT, AAN HET Y-KANT, BIJ DE HARING PACKERS TOREN TE ZIEN, TOT AMSTERDAM” – naar Herman Schouten
Gouden Winters - oktober 2012
26. “AMSTERDAM AAN DEN AMSTEL 1762” – naar Paulus van Liender
Ets met gravure vervaardigd
door Paulus van Liender,
uitgegeven door Pierre
Fouquet jr.“ Uitgegeven ca.
1780. Later met de hand
gekleurd.
Wintergezicht van de
Amsteldijk ter hoogte van de
tegenwoordige Tweede Jan
Steenstraat in de richting van
de stad. Van links naar rechts
zien we herberg De Beerebijt,
de Oudekerkstoren, de
Hogesluis (thans Stadhouderskade),
De Rasphuismolen,
molen De Bul en het torentje
van de Weesperpoort.
Wandelen was een populair
tijdverdrijf in de 17de en 18de
eeuw. In Amsterdam waren de
Amsteloevers een geliefd
landschap. In de winter kon
men er het ijsvermaak
gadeslaan. Vanzelfsprekend
kon men daar terecht in talloze
uitspanningen. De Beerebijt
(vernoemd naar de gevechten
tussen beren en honden die er
tot in de 17 e -eeuw plaatsvonden)
was een van de bekendste.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
27. “A PERSPECTIVE VIEW ON THE EAST SIDE OF THE HAGUE WITH THE WINTER DEVERSIONS THEIR ETC.” – John June
Kopergravure
vervaardigd door
John June,
uitgegeven door
Laurie & Whittle in
1794. Later met de
hand gekleurd. Afm.
(afb.): 23,7 x 39 cm.
June (actief 1740-
1770), de graveur die
met name voor
uitgevers werkte,
maakte deze
voorstelling in de
zeer strenge winter
van 1763.
Komende vanuit
Delft zien we vanaf
de bevroren vaart ’s-
Gravenhage aan de
horizon liggen.
Keurige lieden
zwieren ontspannen
over het ijs, met
arresledes wordt
gepronkt, men doet
zich tegoed aan koek
en warme zopie.
Gouden Winters - oktober 2012
28. “WINTER AMUSEMENTS IN HOLLAND” – naar John June
Kopergravure naar het
ontwerp van John June (zie
nr. 27 in deze catalogus),
uitgegeven 1778/79 als
onderdeel van Charles
Theodore Middleton’s New
and Complete System of
Geography. Later met de
hand gekleurd. Afm. (prent)
19,1 x 29,7 cm.
Zodra het ijs sterk genoeg
was rezen koek-en-zopie
tenten voorzien van een
vrolijk wapperende driekleur
als paddestoelen uit de
grond. Bij deze rustplaatsen,
kon de schaatser even
uitblazen, zijn schaatsriem
wat vaster binden of zijn
‘ijsliefje’ trakteren. Men
verkocht er naast warm bier,
vaak ook andere dranken
zoals brandewijn, cognac en
anijs- of chocolademelk.
Veelvuldig staan ze
afgebeeld, soms niet meer
dan een bank naast een
ingepakte pot heet bier met
daaronder een vuurtje.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
29. “YSVERMAAK OP DE RIVIER DE MAZE VOOR DE STAD ROTTERDAM ZOALS HET ZICH VERTOOND
HEEFT IN HET BEGIN VAN HET JAAR 1776” – Robert Muys
Kopergravure
vervaardigd door Robert
Muys (1742-1825) in
1776, uitgegeven door A.
Bothall en Ary Vis. Later
met de hand gekleurd.
Afm. 32 x 48 cm.
Weids gezicht op een
optocht van sledes op de
bevroren Nieuwe Maas
gezien vanaf de
Oostmaalslaan.
De rijken tonen hun
status door middel van
met fraai snij- en
schilderwerk versierde
arresleden, getrokken
door paarden gestoken
in van belletjes rinkelend
tuig en met pluim op het
hoofd.
De winter van 1776 was
in de Republiek der
Verenigde Provinciën
buitengewoon koud. In
Rotterdam daalde de
temperatuur op 29
januari tot -20,4°C. Alle
grote rivieren lagen deze
winter dicht.
Gouden Winters - oktober 2012
30. “WINTER GEZIGT OP DE BUYTEN AMSTEL, TOT AMSTELDAM” – naar Peter Blanckert
Kopergravure vervaardigd
door Georg Gottfried
Winckler naar het ontwerp
van Peter Blanckert,
uitgegeven te Augsburg
door Georg Bathalsar Probst
tweede helft 18 e eeuw. In
de tijd met de hand
gekleurd. Afm. (prent): 31,7
x 43,2 cm.
Ook deze zgn. opticaprent
geeft niet het grimmige van
het jaargetijde weer, maar
eerder het vertier en de
ijspret op een bevroren
rivier de Amstel. Jong en
oud is op de schaats. Een
enkeling gaat onderuit,
anderen rusten even of
binden de gladde ijzers
vaster aan. Bij een koek-enzopie
tent wappert vrolijk
de vlag in top en wordt
chocolademelk en warm
bier geserveerd. Per slee
maakt men pleziertochtjes.
Met arreseleden wordt
gepronkt.
31. “GEZICHT VAN ‘T IJSVERMAAK OP DE RIVIER DE MAAS VOORDE STAD
ROTTERDAM IN DE MAAND JANUARY 1784” – naar Theodorus de Roode
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Proefdruk voor een kopergravure door
Matthias de Sallieth naar het ontwerp van
Theodorus de Roode (1736-1793), uitgegeven
in 1784 te Rotterdam door J. de Leeuw & J.
Krap. Afm. (afbeelding): 32,8 x 63,2 cm. Later
met de hand gekleurd
Gezicht naar het westen met rechts Het Oude
Hoofd, in het midden De Boompjes.
Op de Maas werden kermesses d’hiver
georganiseerd. Je vond er vuurvreters,
buitelaars, dansers en danseressen op
schaatsen, een Egyptische piramide –
acrobaten die een menselijke toren van
familieleden bouwden. Je kon er versnaperingen
kopen bij de oliekoek- en wafelkramen
die broederlijk naast de koek-en-zopie tenten
en de manden- en visverkopers stonden. Je
kon een lotje trekken uit de verloting of kocht
een kleine zilveren snuisterij als aandenken.
Zeer gezien waren altijd de koorddansers, die
wonderlijk opgetooid hun toeren op een
gespannen touw vertoonden. Voor ware en
vermeende klachten kon men terecht bij de
kwakzalver. Die liet zich door zijn knecht op
een slee naar het mensengewemel duwen,
pakte daar zijn spullen uit en bracht
vervolgens in een komisch verhaspeld taaltje
zijn smeersels, poeders en pillen aan de man.
Ook toonde hij zich vaak een bekwaam
tanden- en kiezentrekker, verkocht hij
middelen om deze te onderhouden en kon hij
haren even welig laten groeien als likdoorns
en wratten doen verwijderen.
Gouden Winters - oktober 2012
32. BUITEN DE MUREN – naar Jacob Cats
Ets vervaardigd door Izaak Jansz.
De Wit naar een tekening van
Jacob Cats, ca. 1800. Later met de
hand gekleurd. Afm. (afb.) 12,8 x
17,7 cm.
Cats (1741-1799) had in Amsterdam
een eigen behangelsfabriek.
Toen de vraag naar beschilderd
behang in de jaren 1780 afnam,
legde hij zich meer toe op de tekenkunst
en maakte zeer levendige
stadsgezichten en landschappen.
Op de voorgrond overleggen twee
vissers waar veel vis zit, misschien
is er reeds een bijt gehakt. Een man
bindt zijn schaatsen onder om met
zijn duwslede snel over het ijs te
kunnen gaan. Een ander duwt een
zwaar vat. Even verderop een
handslede vol hout. De vracht is zo
zwaar dat ze een zeil hebben bijgezet.
(Al observeerde een buitenlander
ook: een Hollandsche man kan
zonder zich te vermoeien, gedurende
enige mijlen een slee
voorttrekken die beladen is met
zijn vrouw, kind, 150 kg boter en
even zoveel kaas.)
Rechts een elegantere bakslee
voortgetrokken door een paard.
Links wordt stro met paard en
wagen over het ijs vervoerd.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Kopergravure vervaardigd door Reinier Vinkeles ca. 1790. Later met de hand gekleurd.
Afm. (afb.): 13,3 x 7,7 cm.
Een Marokkaanse gezant in Den Haag die zijn meester in het verre Afrika een indruk wilde
geven van het winterplezier hier te lande berichtte in de 18 e -eeuw: “Verbeeld u dat in zekere
tijd van het jaar, die men hier winter noemt, al het water wordt overdekt met een koek, precies als
kandijsuiker, maar niet zo zoet. Dan komt er een menigte mensen op die koek staan; zij binden onder
elke voet een glad ijzertje en gaan lopen, zó snel dat een struisvogel eerder buiten adem zou raken dan
hen bijhouden. Ja ik heb er twee om het hardst zien lopen, van wie er één in hetzelfde ogenblik waarop
hij startte ook al aan het eind van de baan was, en de ander, die het won, nog een halve minuut
vroeger.” “Als het waar is, is het wonderlijk”, zo luidde het koninklijk antwoord: “Maar ik geloof
er geen zier van.”
33. SCHAATSERS OP DE STADSVEST – Reinier Vinkeles
Gouden Winters - oktober 2012
34. WINTERVERMAAK – Gerrit Groenewegen (toegeschr.)
Tekening met pen en
gewassen inkt, toegeschreven
aan Gerrit
Groenewegen. Verso
geannoteerd “G.
Groenewegen 1800”. Afm.:
(papier) 26,1 x 36,3 cm.
Waar mensen in achterbuurten
in lompen liepen te
kleumen, zaten de handen
van de welgestelden warm
verstopt in rijkelijk met
bont versierde moffen.
Vaak zat daarin ook nog
een mofkruikje om ze extra
lang op temperatuur te
houden. Speciale buikwarmers,
ook wel ‘koetsierskruiken’,
konden om het
middel worden gegespt. Ze
werden gevuld met hete
olie of zand, want water
koelde te snel af en bevroor.
Zo was het wel uit te houden
achterop de bok van
een arrenslee.
Groenewegen (1754-1826),
een Rotterdamse schilder,
tekenaar en etser staat met
name bekend om z’n
scheeps- en havengezichten.
35. HET SNEEUWT – Gaston Maréchaux
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Sjabloongeleurde
steendrukken
vervaardigd rond 1920
door Gaston
Maréchaux. In de plaat
gesigneerd. Afm. (afb.):
34,6 x 23,5 cm.
Op Hollandse wintervoorstellingen
is het
weer bijna altijd
betoverend mooi. Geen
striemende winden of
hevige neerslag op gure
donkere dagen. De
Fransman Maréchaux
toont zijn Gouden
Winters met
dwarrelende
sneeuwvlokken.
Gouden Winters - oktober 2012
36. WINTERLANDSCHAP – Pieter de Goeije (toegeschr.)
Tekening met aquarelverf
toegeschreven aan Pieter de
Goeje (1779-1859). Afm. (papier):
34 x 44,7 cm.
In de 19 e -eeuw wordt nostalgisch
naar de winters van de eeuwen
daarvoor gekeken. Strenge
winters waren er nog wel, nog
steeds werd er veelvuldig
geschaatst, maar dat wat rond
1500 begon als Kleine IJstijd, liep
ten einde.
De Goeje woonde en werkte in
Amsterdam tot 1839, daarna in
Haarlem. Hij was leerling van
zijn vader (die behangselschilder
was te Enkhuizen) tot 1810, van
Hermanus Numan en van P.G.
van Os. De Goeje werd in 1826
lid van de Koninklijke Academie
te Amsterdam, in 1830 verkreeg
hij een medaille voor de beste
tekening van ‘Felix Meritis’.
37. “DE MAAS VOOR ROTTERDAM IN 1838” – naar Carel Christiaan Anthony Last
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Steendruk vervaardigd in 1838 door
Simon de Visser naar een tekening
van Carel Christiaan Anthony Last
(1808-1876). Later met de hand
gekleurd. Afm. (afb.): 19,7 x 29 cm.
Hoewel in de 18e en 19e eeuw bijna
elk jaar wel ijs op de Maas lag, waren
winters waarin men zich langdurig
kon vermaken op het ijs, zeldzaam.
Dit gebeurde in de jaren 1776, 1784
(waarvan prenten elders in de
catalogus getuigen), 1838 - deze prent
– en nog eens in 1855 (zie nr. 39). De
aanblik van de Maas was er dan een
van arresleden, tentjes, kramen,
schaatsenrijders, wandelaars en zelfs
harddraverijen.
Het schaatsenrijden op de bevroren
Maas moet voor de Rotterdamse
gemeenschap geweldig geweest zijn.
Midden 19e eeuw werd dat als volgt
verwoord: “Zij doet ons dankbaar
getuigen: het ijsvermaak op de Maas,
door velen gewenscht; afwisselend en kort
van duur; vrolijk genoten; voor onzen
landaard berekend; gul en open gesmaakt;
door allerlei menschen waargenomen;
toonbeeld voor het persoonlijk, gezellig,
maatschappelijk leven; spiegel van
zelfkennis; wijs en liefderijk verleend, was
een goede gave van Hem, Die een
welgevallen heeft in de schuldeloze
blijmoedigheid Zijner kinderen”.
Gouden Winters - oktober 2012
38. KERMIS OP HET IJS – Henry Ritter
Steendruk vervaardigd
door Henry
Ritter, uitgegeven
rond 1850 te Düsseldorf
door het Lithographisches
Institut
von Arnz & Co. Later
met de hand gekleurd.
Afm. 28 x 38,8 cm.
Regelmatig werden
kermissen op het ijs
gevierd waarbij
“elkeen op de been
geraakte en de dagen
te kort, de nachten
voor vermaeckelijckheden
waren”. Ze
werden bezocht door
een bont allerlei van
kermisklanten. “Men
trof er Polen met hun
dansende beren,
Walen met rarekieken,
poppenkastbazen,
marskramers, doedelzakblazers,liedjeszangers,
waarzeggers,
kaartlegsters en planeetlezers
en daartussendoor
de gauwdieven,
de vechters en de
bedelaars.”
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Kleurenlithografie uit
1855 vervaardigd door
G.J. Bos naar het
ontwerp van Pieter
Willem Marinus Trap
(1821-1905), uit G. van
Reyns “Het IJsvermaak op
de Maas te Rotterdam in
Februarij, 1855”. Afm.
(afb.) 17 x 23,2 cm.
Werd er in de 16de
eeuw al om het hardst
gereden, echte
schaatswedstrijden
dateren van veel later.
Maar nu verdwenen is
een vermaak dat in de
19de eeuw veelvuldig
werd beoefend en veel
publiek trok:
harddraverijen waar
door een paard
getrokken arresleden
om de eer streden. Hier
is te zien hoe tijdens dit
spektakel langs de
Willemskade in
Rotterdam twee partijen
elkaar om de eer en prijs
betwistten.
39. “GEZICHT OP DE HARDDRAVERIJ MET PAARD EN NARRESLEDE, LANGS DE WILLEMSKADE” – naar Pieter Willem Marinus Trap
Gouden Winters - oktober 2012
40. “LE ROKIN A AMSTERDAM” – Carl Johan Billmark
Lithografie vervaardigd
rond 1859
door Carl Johan
Billmark. Afm. 18,5
x 28,3 cm. Later met
de hand gekleurd.
Billmark 1804 -1870,
was een Zweedse
lithograaf en tekenaar,
voornamelijk
actief in Parijs.
Op een nog ongedempt
Rokin liggen
de schepen vast in
het ijs. Amsterdammers
“vliegen voort
op hun snijdende
schaatsen, draaien
in een kring rond en
oefenen zich op
duizend verschillende
wijzen, terwijl
zij de vlugste paarden
in hun loop
voorbijsnellen”. Aldus
een buitenlandse
reiziger.
41. “BATAVIA” – Johan Barthold Jongkind
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets van de hand van Johan Barthold
Jongkind gedrukt in 1869, 2 e staat (van II), uit
de bundel “Sonnets et Eaux-Fortes”, uitgegeven
door Alphonse Lemerre met daarin
sonnetten en 42 etsen van vooraanstaande
schilders. Gedrukt in een oplage van 350
exemplaren. Afm 12,8 x 19,8 cm.
Jongkind (1819 – 1891) had zijn eigen stijl
vervolmaakt rond 1860. Hij heeft het ‘zware’
realisme achter zich gelaten, maar is nog niet
zo lichtzinnig als het impressionisme. Hij
schetste en aquarelleerde in de open lucht en
trachtte exact dat vast te leggen wat er voor
hem afspeelde. Meestal lag daarbij de nadruk
op de sfeer rondom een te schilderen object,
in plaats van op het object zelf. Gedreven
door financiële noodzaak maakte Jongkind
toen ook het leeuwendeel van zijn etswerk.
Etsen bood immers de mogelijkheid met één
afbeelding meermaals iets te verdienen.
In de bundel luidde de eerste strofe van het
sonnet bij de ets van Jongkind: “La Hollande
me plait; j'adore en ses laideurs/ Autant qu'en ses
beautés, sous un ciel monotone, Ce pays terne et
froid comme une fin d'automne/ Rayé de canaux
verts aux calmes profondeurs.” (Ik hou van
Holland; ik hou van haar lelijkheden/
Evenals van haar schoonheden, onder een
monotone hemel, /Dit saaie en koude land
als laat in de herfst/ Lijnen van groene
kanalen diepe rust geven.)
Provenance: collectie E.D. Forgues (Lugt 743a)
Gouden Winters - oktober 2012
42. WINTERVERMAAK – Frédéric Théodore Lix
Tekening met potlood, pen en waterverf
van de hand van Frédéric Théodore Lix
(1830-1897). Gesigneerd “F. Lix”
linksonder. Afm.: 15 x 19 cm.
Lix staat bekend om zijn boekillustraties en
tekende voor verschillende Franse tijdschriften
zoals Le Magazin Pittoresque en
L’Illustration. Hij werd beloond met een 3e
prijs op de Parijse Salon van 1880 en kreeg
een bronzen medaille voor zijn werk tijdens
de wereldtentoonstelling van 1889.
In zijn Camera Obscura (1840) verhaalt
Hildebrand over sneeuwpret: “Daar stijgt de
vrolijkheid ten top en het kleine grut glijdt,
scharrelt, en zwiert, en draait door elkander, en
valt op een hoop en poeiert elkaar met
sneeuw…”
Dichter en tijdgenoot J.P. Heije zong:
Sneeuw bedekt de landen,/ Wascht de kille
handen/ Dat ze tintlend branden,/ Kneedt den
sneeuwbal vast;/ Krachtig de arm geheven:/ Ha!
Dat is een leven,/ Dat aan jongens past!
Op de voorstelling van Lix voeren kameraadjes
een compleet sneeuwballengevecht
uit. Geen treffender indruk van zo’n
speelse, maar met vurigheid gestreden
confrontatie dan deze tekening, waar zelfs
tromgeroffel niet ontbreekt en de
overwinnaars de vlag hijsen.
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Kleurenlithografie uit 1894 ontworpen door Jules Chéret. Gesigneerd in de druk
rechtsonder. Gedrukt door Chéret’s drukkerij Chaix. Dit blad is een verkleining van
het in de straten van Parijs hangende affiche en verscheen als bijlage van Le Courier
Français. Afm. 54,4 x 36,7 cm.
Jules Roques, de eigenaar van Le Courier Français, was een van de grootste
aanhangers van het werk van Chéret. Op een gegeven moment huurde Roques het
enorme gordijn van het Theatre des Ambassadeurs, een van de grootste
muziekhallen in Paris, en behing dit van boven tot onder met affiches van Chéret,
met daarboven de naam van zijn blad. Ook gaf hij regelmatig affiches uit als
bijlagen van zijn Courier Français, kleiner van formaat maar van de zelfde kwaliteit.
De geneugten van Parijs zijn nergens zo evident als in de affiches gemaakt voor het
Palais de Glace. Chéret ontwierp het ene meesterwerk na het andere voor hét ijs
paleis van de Belle Epoque. Op dit affiche zien we een van zijn statuesque
“Chérettes” over het ijs zwieren, de toeschouwer kan weinig anders doen dan haar
bewonderen.
In 1894 opent het Palais de Glace haar deuren aan de Champs Elysées. Behalve voor
de ijsbaan, gaat men er naar toe om te zien en gezien te worden. Het wordt theplace-to-be
in Parijs. Ook in Brussel, Wenen, Londen en elders in Europa worden
dergelijke schaatspaleizen geopend.
In de 20 e eeuw verliest het Palais de Glace gaandeweg haar aantrekkingskracht en
moet in 1980 sluiten. Anno 2008 is in het monumentale gebouw het Théatre du
Rond-Point gevestigd.
43. “PALAIS DE GLACE” – Jules Cheret
Gouden Winters - oktober 2012
Tekening van de hand van Jan Sluijters, ontwerp voor een illustratie bij het
verhaal “Hedwigs St. Nicolaasfeest” door Tine van Berken, voor het eerst verschenen
in 1897. Rechtsonder gesigneerd. Onder de tekening geannoteerd met “Hedwigs St.
Nicolaasfeest II”. Dit is de tweede (en laatste) illustratie bij Tine van Berken’s
verhaal dat afzonderlijk én in diverse bundels bij H.J.W. Becht is verschenen. Afm.
26 x 18 cm.
Hedwigs vaders is gestorven toen Hedwig nog heel klein was. Nu moet haar
moeder de kost verdienen door kleding te maken voor rijke lui. Hedwig moet de
kleding bezorgen. Ze is wat hooghartig en weigert daardoor alle fooitjes. Zij kan
nu geen cadeautje voor moeder kopen met sinterklaas. Het is een moeilijke tijd,
maar voor alles komt een oplossing, zelfs voor de armoede. De afgebeelde
personen zijn de dertienjarige Hedwig en haar grootvader.
Jan Sluijters (1881-1957) behoort tot de belangrijkste vertegenwoordigers van het
Nederlandse Modernisme van de eerste helft van de twintigste eeuw. Maar hij was
ook een technisch zeer kundig tekenaar die, vooral in zijn jonge jaren, als
‘broodillustrator’ vele boeken van sfeervolle plaatjes voorzag.
44. HEDWIG OP HET IJS – Jan Sluijters
45. “GRAND PATINAGE AU BOIS - VALSEURS” – Pierre Louis Gatier
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
Ets met aquatint gemaakt in 1908
door Pierre Louis Gatier. Met
potlood gesigneerd, gedateerd en
betiteld. Uitgegeven in een oplage
van 50 stuks. Afm.: 34,8 x 49,4 cm.
Tijdens de Belle Epoque trok Tout
Paris in de winter naar het Bois de
Boulogne. Men kon er schaatsen in
stijl. De New York Times berichtte:
“During the Summer season the
promenade of the fashionable world is
the Bois de Boulogne, the Chanps
Elysées having been given up to the
carriageless million. But no one would
have ever dreamed, perhaps, that the
wood was to become, in the dead of
Winter, a place as of much attraction as
in the heat of Summer. In the centre of
the wood the two artificial lakes which
have an extent of nearly a mile, are now
covered with a firm sheet of ice, and on
it may be seen thousands of skaters of
both sexes. To the Parisians this is a
novel scene, and you can well imagine
that the Bois at once became the centre
of attraction.”
Gatier (1878-1944) verwierf
bekendheid met z’n marine
schilderijen en werd daarnaast
gevierd om z’n scènes van de
Parijse nachtclubs en society.
Gouden Winters - oktober 2012
46. FRÄULEIN ANNA AUF DEM EIS – Kurt Werth
Tekening met pen en aquarel van de hand van Kurt
Werth, ontwerp voor een illustratie in het satirische
tijdschrift “Fliegende Blätter” van 28 januari 1937.
Gesigneerd rechtsonder. Afm. (papier): 18,3 x 18,3
cm.
Het bijschrijft van de illustratie in “Fliegende Blätter”
luidde: “Es ist mir lästig, so bewundrend angestarrt zu
werden.” “Meinen Sie mich, Fräulein Anna, oder die
Leute dort?” (“Ik vind het lastig zo bewonderend
aangestaard te worden.” “Bedoelt u mij Fräulein
Anna, of die mensen daar?”)
Werth (1896-1983) studeerde vanaf 1913 aan de
Königliche Akademie für graphische Künste und
Buchgewerbe in Leipzig totdat hij het leger in moest.
Na twee jaar dienstplicht keerde hij terug naar de
academie en leerde er nieuwe grafische technieken,
die hij uitprobeerde voor illustraties van literaire
werken. Na zijn afstuderen verhuisde Werth naar
München om er voor verschillende tijdschriften te
werken. “Fliegende Blätter” is daar een van.
Met de toenemende macht van Hitler werden de
satirische tijdschriften opgedoekt. (De laatste
“Fliegende Blätter” verscheen in september 1944.)
Werth’s vrouw, die joods was, mocht niet meer
werken. In de 1939 emigreerden ze naar de
Verenigde Staten, waar Werth werk vond als
illustrator van een wekelijkse column in de New
York Times magazine. Tot zijn dood in 1983
illustreerde hij daarnaast een groot aantal
kinderboeken.
Gebruikte literatuur:
A.M. Meijerman, “hollandse winters” (1967).
Evert van Straaten, “Koud tot op het bot - De verbeelding
van de winter in de zestiende en zeventiende eeuw in de
Nederlanden” (1977).
Pieter Roelofs et al., “Hendrick Avercamp - De meester van
het ijsgezicht” (2009).
Niko Mulder en Jos Pronk, “Acht eeuwen schaatsen in en
om Amsterdam” (2011).
INTER-ANTIQUARIAAT Mefferdt & De Jonge bij De Oude Pastorie
NB: de in deze catalogus opgenomen stukken vindt u in hoge
resolutie afgebeeld op de website www.inter-antiquariaat.nl
Gouden Winters - oktober 2012