Taakplan Gemeente - Oude Kerk Gemeente Zoetermeer
Taakplan Gemeente - Oude Kerk Gemeente Zoetermeer
Taakplan Gemeente - Oude Kerk Gemeente Zoetermeer
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
TAAKPLAN OUDEKERKGEMEENTE 19-03-2001; gewijzigd (H6) 18 maart 2004<br />
geruisloos "uit beeld verdwijnen".<br />
- het element van "samen gemeente zijn" nadrukkelijk doen<br />
uitkomen door de wijze waarop de voorbeden plaatsvinden. Van<br />
groot belang blijft het bij name noemen van gemeenteleden in<br />
bijzondere zorgen of vreugden. Ook het voorbedenboek heeft<br />
hierbij een gemeenschapsbevorderende rol. Waardevol is ook<br />
het in de afkondigingen kort noemen van zaken die het gevoel<br />
van de gemeente als "huisgezin" versterken, zoals jeugd-,<br />
kring- en verenigingswerk. Een goede wisselwerking tussen<br />
deze "cel-vormen" van gemeente-zijn en de zondagse<br />
kerkdienst is heilzaam voor de gemeenschapszin. Ook in de<br />
prediking dient het belang van "samen gemeente zijn"<br />
geregeld benadrukt te worden.<br />
- meer plaats geven aan de samenzang, aangezien dit element<br />
van de kerkdienst bij uitstek het gevoel van saamhorigheid<br />
versterkt. In bijzondere zin kan gedacht worden aan het in<br />
een zekere regelmaat houden van zangdiensten (zie verder<br />
onder 4.2.3), in meer algemene zin aan het, mits kritisch<br />
gewogen, verbreden van het liederenrepertoire met<br />
aansprekende liederen voor verschillende leeftijdsgroepen.<br />
In het bijzonder zouden enkele van deze liederen, te<br />
beginnen met één ochtenddienst per maand, voor de dienst<br />
gezongen kunnen worden. Daarnaast zou het een goede zaak<br />
zijn wanneer uit het reeds gebruikte "Liedboek voor de<br />
<strong>Kerk</strong>en" meer liederen worden benut en zo nodig, eventueel<br />
met hulp van de cantorij, worden aangeleerd.<br />
- het overwegen of bij de invulling van het preekrooster er<br />
meer vertrouwde gezichten op de kansel kunnen staan. De<br />
nieuwe situatie met een bijstand in het pastoraat biedt<br />
daartoe wellicht mogelijkheden. Wanneer naast de<br />
wijkpredikant (4/5 maal per maand) ook de bijstand in het<br />
pastoraat twee of drie keer per maand in de <strong>Oude</strong> <strong>Kerk</strong> zou<br />
voorgaan, draagt dat positief bij aan de herkenbaarheid en<br />
daarmee aan de gemeenschapszin in onze gemeente. Dit geldt<br />
ook ten aanzien van het reeds nu geregeld voorgaan van<br />
enkele <strong>Zoetermeer</strong>se predikanten in de <strong>Oude</strong> <strong>Kerk</strong>. Bovendien<br />
is dit punt van belang als we een aantal kerkdiensten een<br />
meer specifieke invulling zouden willen geven (zie 4.2.3).<br />
Bij een beperkter aantal gastvoorgangers kan men zich dan<br />
vooral richten op die predikers die we graag eens in onze<br />
kerk zouden willen horen.<br />
- bij de geregelde Avondmaalsviering het gemeenschapsaspect<br />
benadrukken. Dit kan nog explicieter gebeuren in diensten<br />
van voorbereiding en dankzegging, die niet bij enkelvoudige<br />
Avondmaalsdiensten, maar wel op en rond complete<br />
Avondmaalszondagen plaatsvinden.<br />
4.2.3. DE AVONDDIENST ALS DIENST MET EEN EIGEN GEZICHT<br />
Een al jaren bestaand probleem betreft de teruglopende<br />
belangstelling voor de avonddienst. Hoewel het kerkbezoek 's<br />
avonds in het algemeen het houden van een tweede dienst<br />
zonder meer nog rechtvaardigt, noopt de merkbare daling van<br />
kerkgangers in de avonddienst tot nadere bezinning. Nog