PuurNatuur NR. 52 (1) Februari 2010 - IVN-Roden
PuurNatuur NR. 52 (1) Februari 2010 - IVN-Roden
PuurNatuur NR. 52 (1) Februari 2010 - IVN-Roden
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>IVN</strong> RODEN<br />
<strong>NR</strong>. <strong>52</strong> (1) FEBRUARI <strong>2010</strong><br />
VERENIGING VOOR NATUUR- EN MILIEUEDUCATIE
Colofon<br />
Samenstelling bestuur<br />
Voorzitter:<br />
Cees Koelewijn<br />
Secretaris:<br />
Immy Boonstra<br />
Penningmeester:<br />
Felix van Dooren<br />
Lid:<br />
Riekje Fijlstra<br />
Redactieadres:<br />
A. Schweitzerplantsoen 50<br />
9301 HC <strong>Roden</strong><br />
Emailadres:<br />
ivnroden@hetnet.nl<br />
Website:<br />
www.ivn-roden.nl<br />
Betaalrekeningen:<br />
1726564 voor leden<br />
1097507 voor donateurs<br />
t.n.v. <strong>IVN</strong> afd. RODEN<br />
Turfringen <strong>52</strong><br />
9321 AZ Peize<br />
050 5032955<br />
Dtp:<br />
Roy Imandikromo<br />
Oplage:<br />
550 exemplaren<br />
Kopij volgend <strong>PuurNatuur</strong><br />
inleveren voor 8 augustus <strong>2010</strong><br />
verschijnt tweemaal per jaar<br />
1<br />
3<br />
5<br />
7<br />
10<br />
12<br />
18<br />
21<br />
23<br />
In memoriam<br />
Lieuwe Strikwerda<br />
Je hebt jagers en jagers<br />
Bob Portegies<br />
Strand is meer dan zand<br />
Gerard Janssen<br />
Buiten Spelen<br />
Dea Smith<br />
Verslag van de jeugdgroep<br />
Dea Smith<br />
De Onlanden<br />
Wim van Boekel<br />
Hoe gaat het eigenlijk met de Eekhoorn?<br />
Aaldrik Pot<br />
Floralia<br />
Immy Boonstra<br />
Nacht van de Nacht<br />
Gerard Borren<br />
Nieuws van de Webgroep<br />
Jannie Mulder<br />
De teruggang de Argusvlinder<br />
Minko van der Veen<br />
Wasplaten<br />
Cees Koelewijn<br />
IJsvogel in de tuin!<br />
Machteld Robat<br />
Sneeuwkristallen, een wonder van schoonheid<br />
Lieuwe Strikwerda<br />
Composteercursus 2009 te Peize<br />
Gerard Borren<br />
Een natuurgidsencursus in <strong>Roden</strong>?<br />
Lieuwe Strikwerda<br />
<strong>PuurNatuur</strong>-lezing in maart<br />
Felix van Dooren<br />
Activiteitenpagina <strong>2010</strong><br />
2<br />
4<br />
6<br />
9<br />
11<br />
16<br />
20<br />
22<br />
24
In memoriam<br />
Bob Portegies<br />
* 20 september 1931<br />
† 24 december 2009<br />
Vogelaar in hart en nieren<br />
De dag voor Kerst is onze oud-voorzitter Bob Portegies<br />
overleden. Op 29 december hebben we afscheid van<br />
hem moeten nemen. Bob was een vogelaar in hart en<br />
nieren. En wie zo geïnteresseerd is in het wel en wee<br />
van vogels, heeft ook grote belangstelling voor de<br />
leefomstandigheden van deze gevleugelde vrienden. Als<br />
hun levensvoorwaarden dreigen te verslechteren moet<br />
je aan de bel trekken. Dat deed Bob dan ook. Zoals hij<br />
voor mensen in de bres sprong als hen onrecht werd<br />
aangedaan, zo deed hij dat ook voor de vogelwereld.<br />
Met die houding meldde hij zich in 1974 aan bij de<br />
Natuurwacht in <strong>Roden</strong>. Je moest toen nog wel voor een<br />
ballotagecommissie verschijnen, wilde je lid worden.<br />
Natuurlijk werd Bob toegelaten.<br />
Toen er in 1988 een nieuwe voorzitter werd gezocht<br />
bleek Bob bereid die taak op zich te nemen. Daar heeft<br />
hij enorm veel energie in gestoken. In de periode dat<br />
Bob voorzitter was heeft hij er voor gezorgd dat er voor<br />
veel onderwerpen aandacht kwam. Regelmatig schreef<br />
hij een artikel in het Contactorgaan over de manier<br />
waarop je in de winter de vogels kon verwennen met<br />
voeren, alleen bij echt winterweer dus. Uit een ander<br />
artikel dat Bob in 1995 schreef over de jacht blijkt dat<br />
hij een nogal kritische houding had tegenover jagers,<br />
met name tegenover stroperij en ‘roofvogelvergifters’.<br />
En als hij de beleving van het jachtinstinct van jagers<br />
vergelijkt met dat van <strong>IVN</strong>-ers, dan kiest hij duidelijk<br />
voor de <strong>IVN</strong>-er: een perfect shot is veel mooier dan<br />
een perfect schot (zie hierna het artikel dat hij over de<br />
jacht schreef). Bob vertelde graag over de ‘jacht’ op de<br />
Boommarter om te ontdekken of en waar die in Drenthe<br />
voorkwam. Hij had graag gezien dat de Boommarter<br />
zich ook in het Mensingebos zou gaan vestigen, maar<br />
dat heeft hij niet mogen meemaken.<br />
De natuurwerkdagen gingen hem ook aan het hart. Dat<br />
was nog eens een manier om samen al doende van de<br />
natuur te genieten. Zo hadden in 1992 het <strong>IVN</strong>-district<br />
Drenthe, de Stichting Landschapsbeheer Drenthe en<br />
Staatsbosbeheer een project: ‘Drentse beken beter<br />
bekeken’. In het kader daarvan werden in het beekdal<br />
van het Lieversediep greppels opgeschoond om het<br />
kwelwater weer meer ruimte te geven. Bob heeft nog<br />
wel meegemaakt hoe dit beekdal weer nieuwe kansen<br />
krijgt zich te ontwikkelen tot een natuurgebied van de<br />
eerste orde door de herinrichting hiervan. Hij zorgde er<br />
ook voor dat de Natuurwacht <strong>Roden</strong>, die in 1961 al als<br />
<strong>IVN</strong>-afdeling bij het landelijk <strong>IVN</strong> was ingeschreven, de<br />
naam Natuurwacht liet vervallen. Dat kostte echt wel<br />
enige moeite, maar was nodig omdat dit voorwaarde<br />
was om aangesloten te kunnen blijven bij deze landelijke<br />
organisatie en te kunnen profi teren van de bekendheid<br />
van deze professionele organisatie. Bob leidde vol<br />
enthousiasme de ledenvergaderingen, waarin hij ook<br />
menig bijzondere waarneming kon melden. Bob en Paula<br />
gingen altijd met tent of caravan naar natuurgebieden<br />
waar je vogels kon observeren. Dan heb je ook wat te<br />
melden. Zo wist hij zijn kennis en enthousiasme voor<br />
vogels goed over te brengen bij de leden van de<br />
vogelwerkgroep, waar hij ook jarenlang coördinator van<br />
was. En als het milieu bedreigd werd trok hij aan de bel<br />
en activeerde hij de planologiewerkgroep om hier iets<br />
tegen te doen. Zo zorgde hij er voor dat de <strong>IVN</strong>-afdeling<br />
<strong>Roden</strong> op alle terreinen een actieve afdeling werd. Met<br />
zijn hobby voor fotografi e heeft hij menig <strong>IVN</strong>-lid<br />
enthousiast gemaakt voor natuurfotografi e.<br />
Bob is van 1988 tot 1995 voorzitter van onze afdeling<br />
geweest. Daarna bleef hij actief lid, vooral in de<br />
vogelwerkgroep. Hoe vaak is men niet samen naar het<br />
Lauwersmeergebied en naar de eilanden geweest om<br />
vogels te kijken. Tot het laatst toe genoot Bob van de<br />
vogels in de bosrand en in de tuin in de Postemastraat.<br />
We zullen Bob missen met zijn grote liefde voor de<br />
natuur en zijn karakteristieke manier van leidinggeven.<br />
- 1 -<br />
Lieuwe Strikwerda
Je hebt jagers en jagers<br />
Jacht bestaat vanaf dat er leven is op onze planeet.<br />
Dieren jagen op dieren, mensen jagen op dieren en…<br />
dieren jagen op mensen. De Havik en de Snoek jagen<br />
om te (over)leven; dit gold en geldt ook voor de mens,<br />
zoals bijvoorbeeld de Eskimo’s. Met de opkomst van de<br />
dierenindustrie verviel de noodzaak om te jagen. Nadat<br />
vrijwel alle bisons in de USA waren uitgemoord kwam<br />
een succesvolle vleesindustrie op gang. En… er zullen<br />
vast nog wel plekjes op onze aardbol voorkomen, waar<br />
dieren proberen mensen te grazen te nemen.<br />
De jacht als overlevingstechniek is dus allang voltooid<br />
verleden tijd. Daarvoor in de plaats kwam de jacht<br />
(voor de sport) als gelegitimeerd alternatief met goed<br />
bedachte alibi’s om aan te tonen, dat het doden van<br />
dieren (anders dan in de slachthuizen) gerechtvaardigd<br />
en verantwoord is. Bijvoorbeeld: walvisjacht ten behoeve<br />
van de wetenschap en beheersjacht in het belang van<br />
het instandhouden van een gezonde fauna.<br />
Door bepaalde viervoeters en vogels te bestempelen<br />
tot ‘schadelijk wild’ wordt ‘afschot’ noodzakelijk en dus<br />
verantwoord. Maar, omdat in ons overbevolkte landje<br />
per defi nitie weinig ruimte overblijft voor ‘schadelijk<br />
wild’, moeten kunstgrepen worden bedacht voor het<br />
kunnen bevredigen van het jachtinstinct waarmee<br />
kennelijk ieder mens behept is. Daarvan voorbeelden<br />
genoeg: viskwekerijen ten behoeve van de hengelsport,<br />
fazanten die worden gefokt ten behoeve van de<br />
jacht, het bijvoeren van wilde zwijnen, waardoor er<br />
onnatuurlijk veel voorkomen met als gevolg schade en<br />
dus… gelegitimeerde afschot.<br />
Immy Boonstra - 2 -<br />
In Nederland is sprake van georganiseerde en ongeorganiseerde<br />
jacht, stroperij dus. De georganiseerde<br />
jager is aangesloten bij Wildbeheereenheden (WBE’s)<br />
én gehouden aan regels en afspraken. Het hoofddoel<br />
blijft natuurlijk jagen maar daarnaast verplichten de<br />
WBE’s zich tot actief natuurbehoud. Via sociale controle<br />
binnen de WBE’s probeert men eventuele uitwassen te<br />
voorkomen en zonodig te bestraffen. Deze organisatievorm<br />
én de zware kritische druk vanuit de bevolking<br />
bewerkstelligen, dat ongelimiteerd geknal eigenlijk<br />
alleen voor rekening komt van misdadige schietgrage<br />
individuen. De K.N.J.V. (Koninklijke Nederlandse Jagers<br />
Vereniging) doet er dus alles aan, om de jacht in zo goed<br />
mogelijke banen te leiden.<br />
Hoewel, als je sommige artikelen in hun jagersblad<br />
leest, lijkt het wel of jagen wordt verheven tot kunst.<br />
Voor een tegenstander van jacht, als sport met alle<br />
daarbij komende spanningen en sensaties, zijn dergelijke<br />
artikelen onvoorstelbaar,<br />
Dan zie ik toch liever dat het kennelijk aanwezige<br />
jachtinstinct, dus ook bij <strong>IVN</strong>-ers, wordt gesublimeerd<br />
(dus omgezet) in het jagen op vogels met kijker en/<br />
of telescoop, terwijl soms een bandrecorder met<br />
vogelgeluiden moet helpen bij het lokken van vogels.<br />
Ik denk, dat jagers en vogelaars ongeveer op dezelfde<br />
manier genieten van bijvoorbeeld de zang van de<br />
Spotvogel, het miauwend zweven van de Buizerd of<br />
de duizenden ganzen die hier ’s winters verblijven.<br />
Maar hiermee houdt de vergelijking wel op want de<br />
vogelaar kent geen fl uitjes en lokeenden om de trekker<br />
te kunnen overhalen. Toch nog een parallel tussen<br />
jager en vogelaar, namelijk de fascinatie; voor de<br />
één het perfecte schot en voor de ander de jacht op<br />
zoveel mogelijk waargenomen soorten. Soms worden<br />
kilometers verslindende afstanden afgelegd om een<br />
bepaalde exoot in de lens te krijgen.<br />
Ik heb het meest op met de recreërende vogelaar.<br />
Als hobby zeer aanbevolen!<br />
Bob Portegies<br />
Uit: Contactorgaan nr. 37 januari 1995
Strand is meer dan zand<br />
(inleiding t.b.v. de <strong>PuurNatuur</strong>-lezing op 3 maart <strong>2010</strong>;<br />
zie aankondiging elders in dit blad)<br />
Het strand is een levend ecosysteem met belangrijke<br />
functies zoals die van biologisch fi lter van zeewater<br />
en voedselbank voor strandvogels en jonge platvissen.<br />
Als onderdeel van het kustecosysteem vormt het de<br />
verbindende schakel tussen zee en land. Het uit zee<br />
afkomstige zeewier, dat zich op de vloedlijn verzamelt,<br />
vormt de basis voor de embryonale duinen. Hoewel het<br />
strand door velen als een soortenarme woestijn wordt<br />
gezien, leven er in het verborgene toch tal van dieren.<br />
Bacteriën en microscopisch kleine algen leven tussen de<br />
zandkorrels. Evenals tal van soorten microfauna, zoals<br />
Arnold Paul<br />
- 3 -<br />
springstaarten en kreeftachtigen. Strandvlooien,<br />
garnalen en jonge platvisjes gaan dagelijks met het<br />
getij op en neer. Kortom, wanneer je oog hebt voor<br />
de verborgen schoonheid van het strandleven is<br />
er, vooral ‘s nachts, meer te beleven dan je zo zou<br />
denken wanneer je rustig op je badlaken op het<br />
strand ligt. Door veel menselijke activiteiten die<br />
met recreatie en kustverdediging te maken hebben,<br />
denk aan zandsuppleties, staat de natuurfunctie van<br />
het strand echter onder grote druk. De uitdaging<br />
voor de komende jaren is om de ontwikkelingen<br />
in de menselijke activiteiten, mede in het licht<br />
van klimaatverandering, in samenhang met de<br />
natuurwaarden van het strand tot een duurzame<br />
ontwikkeling te maken, opdat generaties na ons ook<br />
zullen kunnen zeggen: ‘strand is meer dan zand’.<br />
In de <strong>PuurNatuur</strong>-lezing<br />
zal in meer detail ingegaan<br />
worden op wat de<br />
ecologische plaats en betekenis<br />
is van het strand<br />
voor het kustecosysteem.<br />
Daarbij komt ook het<br />
strand als verbindende<br />
schakel tussen zee en land<br />
aan de orde. Verschillende<br />
dieren, planten en andere<br />
organismen die je op het<br />
strand en in de strandzone<br />
kunt tegenkomen,<br />
zullen de revue passeren.<br />
Als aansprekend voorbeeld<br />
wordt hier alvast<br />
verwezen naar bijgaande<br />
foto van de Strandvlo<br />
(Talitrus saltator).<br />
Gerard Janssen
Buiten spelen<br />
Wanneer heeft uw (klein)kind voor het laatst buiten<br />
gespeeld? Nee, ik bedoel niet op straat voetballen,<br />
maar echt in de natuur. Lekker boompje klimmen<br />
in het bos, slootje springen of je verstoppen in de<br />
struiken. Misschien in de zomer tijdens de vakantie,<br />
zwemmen in een meer of rollen in het gras. Kinderen,<br />
in de stad en in het dorp, spelen veel minder buiten<br />
dan twintig jaar geleden en dat is jammer. Wat de<br />
oorzaak daarvan is weten we denk ik wel. De computer<br />
en de tv, meer bebouwing, en een grotere enge<br />
buitenwereld. Uit onderzoek is gebleken dat buiten, in<br />
de natuur spelen, goed is voor de ontwikkeling van<br />
een kind. Het krijgt een betere motoriek, heeft meer<br />
uithoudingsvermogen en doorzettingsvermogen en<br />
kan zich beter concentreren. Ook voor de gezondheid<br />
is het goed. Je krijgt weerstand buiten, en hebt minder<br />
snel last van overgewicht. Als u denkt aan uw eigen<br />
schooltijd, wat herinnert u zich dan? Het is toch<br />
jammer dat je geen herinneringen hebt aan de geur<br />
van de kamperfoelie. Hoe het voelt om een kikker in de<br />
hand te hebben en je vriendinnetje te laten schrikken<br />
met zo’n wegspringende kikker. Weet u nog, hoe het<br />
was om kikkervisjes te vangen, een mol te aaien of<br />
madeliefjes te plukken voor een ketting? Natuurlijk<br />
kan en gebeurt het nu ook nog, maar minder en<br />
daarom moeten we het stimuleren. Dat kan op school,<br />
door kinderen met de biologieles naar buiten te laten<br />
gaan in plaats van een tv-programma te laten zien. In<br />
<strong>Roden</strong> heb je de kanovijver, een prachtige afwisselende<br />
locatie waar je een geweldig NME-terrein van kan<br />
maken. Er is water, bos en ruigte. Er zijn paddenstoelen<br />
in de herfst, bloemen in het voorjaar en in de zomer.<br />
Het hele jaar bomen om te bestuderen. En wat is er<br />
leuker dan op een mooie zomerse middag, de natuur te<br />
onderzoeken en later een duik te nemen in het water.<br />
Veel is er niet voor nodig. Een loopplank het water in,<br />
met een vlonder. Een ronde plek met boomstammen<br />
om te zitten voor een verhaal. Wat ruigte voor de<br />
vlinders van de vlindertuin. Het <strong>IVN</strong> heeft en verzorgt<br />
- 4 -<br />
graag lesbrieven voor de scholen. In de tussentijd is<br />
uw (klein)kind van de bovenbouw welkom bij de<br />
jeugdgroep, als het echt iets wil weten over de natuur.<br />
Er is de scouting voor de spelers en natuurlijk kunt u<br />
samen met uw (klein)kind meehelpen op 7 november<br />
meehelpen op de Natuurwerkdag. Lekker werken in de<br />
natuur. Dat levert een gezonde kleur, een leuke dag,<br />
veel energie en een goede herinnering op. Stimuleert<br />
u het buiten spelen, dan zal ik niet meer mopperen als<br />
mijn zoon alweer thuiskomt met een spijkerbroek vol<br />
groene vlekken en alweer een gat (ja mam, ik kon het<br />
echt niet helpen) erin.<br />
Oproep voor de jeugd<br />
Dea Smith<br />
Ben je tussen de acht en twaalf jaar en zit je in groep vijf tot<br />
en met acht van de basisschool dan willen wij je uitnodigen<br />
om mee te doen met de natuurclub, iedere tweede<br />
woensdag van de maand van 13.45 uur tot 15.45 uur.<br />
Plaats: de kinderboerderij bij Mensinge.<br />
Wat we daar doen?<br />
Struinen in het bos, Speurtochten, Leren over planten en dieren,<br />
Spelletjes, Knutselenen nog veel meer…<br />
Wat kost het?<br />
Slechts 15 euro per seizoen.<br />
Je bent welkom!<br />
Angelien Coco Martin Yvonne Jansen<br />
Dea Smith (5013986) Jaap Stuiver
Verslag van de jeugdgroep<br />
seizoen 2009/<strong>2010</strong><br />
In september beginnen we met een nieuwe groep jonge<br />
kinderen, met een ontdekkingstocht in het bos. We staan stil<br />
bij de vergroeide beuken in het bos. Op de heide zoeken we<br />
naar verschillende bomen en vangen kleine kikkertjes. Ook<br />
boompje klimmen hoort erbij. We onderzoeken verder hoe dik<br />
de dikke boom wel is.<br />
Oktober is de paddenstoelenmaand. We leren over schimmeldraden,<br />
plaatjes en buisjes. We onderzoeken verschillende<br />
groepen paddenstoelen en gaan vervolgens op zoek. We vinden<br />
gelukkig heel veel verschillende soorten. Als je de tijd neemt en<br />
rustig kijkt zie je ontzettend veel.<br />
November is de maand van de boswachter. Jaap Kloosterhuis<br />
vertelt over dierensporen. Er zijn niet alleen prenten te vinden,<br />
maar ook vraatsporen, poepsporen, schuursporen enz. Het is<br />
slecht weer, maar wij bikkels gaan toch op pad. We vinden<br />
onder andere schuursporen van reeën en sterrenschot. Dit is<br />
het braaksel van reigers of vossen nadat ze vrouwtjeskikkers<br />
hebben gegeten.<br />
In december verwachten we slecht weer en hebben een<br />
binnenprogramma over de grotere zoogdieren in ons land<br />
zoals de vos, de das, de ree en het edelhert. Ook de bunzing<br />
en de steenmarter komen aan bod. Jaap en Angelien hebben<br />
prachtige opgezette dieren kunnen lenen. Jaap heeft een<br />
nieuwe hobby en heeft geweldig mooie schedels meegenomen.<br />
Met een PowerPoint-quiz en korte stukjes fi lm leren we veel<br />
over deze dieren.<br />
Dea Smith<br />
- 5 -
De Onlanden<br />
De dikke laag sneeuw die deze winter voor de Kerstmis<br />
over De Onlanden lag, zorgde ervoor dat de meeste vogels<br />
vertrokken waren. Des te leuker om eens te gaan kijken wat<br />
er nog wél aanwezig is.<br />
Veel was het niet en de blijvers hadden duidelijk moeite om<br />
iets eetbaars te vinden. In één van de weinige sloten die<br />
niet bevroren waren zaten een stuk of tien Watersnippen<br />
bij elkaar. Bij nadere inspectie bleek dat er ook nog<br />
twee Bokjes tussen zaten. Deze vogeltjes lijken sterk op<br />
de Watersnip, maar ze zijn wat kleiner en hebben een<br />
duidelijk kortere snavel. Een Bokje zien is altijd lastig, want<br />
ze zijn goed gecamoufl eerd en vliegen meestal pas weg<br />
als je bijna op ze staat. Wie weet hoeveel Bokjes ik in de<br />
afgelopen jaren al nietsvermoedend voorbij gelopen ben.<br />
Bij het Leekstermeer vond ik in de sneeuw onder een struik<br />
wat staart- en vleugelveertjes die me niet direct bekend<br />
voor kwamen. Ze waren lichtbruin van kleur en hadden<br />
een zangvogel-formaat. Hier was duidelijk een bijzonder<br />
vogeltje geplukt door een Sperwer. De veertjes bleken van<br />
Jan Duker/ktbc.nl<br />
- 6 -<br />
een Baardman afkomstig te zijn. Het was de eerste<br />
keer dat ik deze vogel (of wat er van over was) bij<br />
het Leekstermeer kon noteren. De Baardman is een<br />
verwant van de mezen en leeft in familiegroepen in<br />
grote rietvelden. Hij komt in het Lauwersmeer veel<br />
voor, maar bij het Leekstermeer is het een bijzondere<br />
verschijning. Enig speurwerk op internet en in de<br />
boeken toonde aan dat er bij het Leekstermeer in de<br />
afgelopen decennia slechts vier keer Baardmannen<br />
gemeld zijn. Er zijn in 1996, 2003, 2004 en in het<br />
afgelopen jaar vogels gezien. Altijd kleine groepjes<br />
van 2 tot 7 vogels en altijd in het najaar. Baardmannen<br />
zijn meestal honkvast, maar in sommige jaren kunnen<br />
ze ineens gaan uitzwermen. Mogelijk gebeurt dit<br />
als de populatie op een bepaalde plek te groot is<br />
geworden. Blijkbaar was dat het afgelopen jaar ook<br />
weer het geval, want in oktober en november 2009<br />
werd er een groepje van maximaal 7 Baardmannen<br />
gemeld bij het Leekstermeer (bron: waarneming.nl).<br />
De vogel die ik vond is er mogelijk één uit dit groepje<br />
geweest.<br />
Wim van Boekel,<br />
WetlandWacht Leekstermeergebied
Hoe gaat het eigenlijk met de Eekhoorn?<br />
Zoogdieren tellen voor de nieuwe atlas<br />
In 2008 is het startschot gegeven voor het landelijke<br />
Zoogdieratlas-project. De bedoeling is om op termijn met<br />
een nieuwe gedrukte versie te komen die de Atlas van de<br />
Nederlandse zoogdieren uit 1992 moet vervangen. Maar<br />
zoals dat gaat met zoveel soortgroepen, er zijn nog heel<br />
veel witte gebieden, ook in Noordenveld. Hoe gaat het<br />
bijvoorbeeld met de Eekhoorn?<br />
Wat mij de laatste jaren opvalt, hoewel ik dat niet<br />
wetenschappelijk kan onderbouwen, is dat ik steeds<br />
minder eekhoorns tegenkom in het bos. Als ik ze al zie dan<br />
is dat meestal in de buurt van bebouwing. In Mensinge<br />
bijvoorbeeld weet ik nog twee plekken waar nesten en<br />
afgeknaagde sparrenkegels te vinden zijn, maar het beestje<br />
zelf zie ik meestal niet. Bij Winsinghof zie ik echter geregeld<br />
zo’n rode pluimstaart in de buurt van een voedertafel.<br />
Ook van andere natuurliefhebbers hoor ik dat ze wel<br />
eekhoorns zien, maar vooral in de buurt van bebouwing.<br />
Nu is het bekend dat de eekhoornpopulatie in de jaren<br />
zestig en zeventig van de vorige eeuw een behoorlijke<br />
knauw heeft gekregen van een ziekte. Na die ziekte heeft<br />
wel herstel plaatsgevonden, maar lang niet overal. Toch<br />
lijkt de populatie de laatste jaren redelijk stabiel Maar<br />
hoe het echt met de Eekhoorn is gesteld, blijft onderzeker<br />
(Telganger okt. 2009, Zoogdiervereniging). Omdat er maar<br />
heel weinig vaste plots zijn waar jaar in jaar uit op dezelfde<br />
wijze eekhoorns worden geteld. Voor het atlasproject is<br />
echter vooral de verspreiding van belang. Waar zijn nog<br />
eekhoorns te vinden en is het zo dat de kilometerhokken<br />
waar ze vroeger niet voorkwamen, nu ineens wel opduiken?<br />
Je staat er vaak niet bij stil om elke eekhoorn die je ziet ook<br />
op waarneming.nl of telmee.nl te zetten. Maar juist ook de<br />
waarnemingen van meer algemene soorten zijn van belang.<br />
Bovendien is het helaas maar al te vaak zo dat algemene<br />
soorten minder algemeen worden. Door zoveel mogelijk<br />
gegevens te verzamelen worden trends veel sneller duidelijk.<br />
- 7 -<br />
Aaldrik Pot
Wild zwijn<br />
Een ander leuk zoogdier is het Wild zwijn. In Nederland<br />
wordt het voorkomen van Sus scrofa alleen gedoogd<br />
op de Veluwe en in het Limburgse natuurgebied de<br />
Meinweg. Elders is het animalis non grata. Dit heeft<br />
vooral te maken met de schade die de varkens toebrengen<br />
aan de landbouwgewassen. Ook kunnen er, net als met<br />
reeën, vervelende aanrijdingen plaatsvinden. Ze duiken<br />
echter ook steeds vaker op in andere natuurterreinen,<br />
zoals in Midden-Drenthe. Het wilde varken is van groot<br />
belang voor een natuurlijke bosontwikkeling. Door<br />
zijn wroetgedrag ontstaan open plekken waar tal van<br />
planten en dieren weer van profi teren. Maar ook is het<br />
natuurlijk gewoon een mooi beest om te zien en is een<br />
toevallige ontmoeting met een Wild zwijn onmiskenbaar<br />
van toegevoegde waarde. Kortom, het beest verdient<br />
best wat meer ruimte. De Zoogdiervereniging heeft<br />
<strong>2010</strong> daarom uitgeroepen tot Jaar van het Wild zwijn.<br />
De club wil met overheden en terreinbeheerders om de<br />
tafel om te bespreken welke maatregelen nodig zijn om<br />
- 8 -<br />
meer gebieden voor wilde zwijnen open te stellen.<br />
En zo zijn er nog heel veel andere zoogdieren waarvan het<br />
heel interessant is om er meer over te weten te komen.<br />
Hoe gaat het met het Konijn? Komen ze de aanslag door<br />
virusziektes als VHS en Myxomatose te boven? En waar<br />
duiken ze dan weer op? Is het waar dat het zo slecht<br />
gaat met de Haas zoals je op verjaardagsfeestjes vaak<br />
hoort? Breidt de Das zijn leefgebied nog steeds verder<br />
uit? Een jaar of vier geleden werd voor het eerst in<br />
veertig jaar weer een bewoonde burcht in Noordenveld<br />
gevonden. Aan de oostrand van de gemeente zitten nu<br />
drie bewoonde burchten? En als we het over exoten<br />
hebben, krijgt de Wasbeerhond voet aan de grond in<br />
Nederland of blijft het bij incidentele waarnemingen?<br />
Kortom, er zijn heel veel vragen die alleen beantwoord<br />
kunnen worden als we als natuurliefhebbers zoveel<br />
mogelijk waarnemingen doorgeven. Je moet er wat<br />
moeite voor doen, maar het is van grote waarde!<br />
Aaldrik Pot<br />
Jan Duker/ktbc.nl
Floralia<br />
De plantenwerkgroep inventariseert, zoals u misschien<br />
weet, voor de Florakartering Drenthe. Dit project loopt<br />
nog 3 jaar en er staan nog 6 kilometerhokken voor ons<br />
gereserveerd. Het plan is, zoals we de afgelopen jaren<br />
ook hebben gedaan, per jaar 2 hokken weg te werken.<br />
We hebben hokken met bos, water, landbouwgrond en<br />
de nodige bermen natuurlijk. Afgelopen jaar hebben<br />
we bovendien voor Natuurmonumenten een aantal<br />
ingezaaide roggeveldjes onderzocht op de daarin<br />
voorkomende planten. Een grasje dat voor mij toen nog<br />
alleen als naam bekend was kwam er veelvuldig in voor,<br />
namelijk Slofhak. Gekke naam, wie bedenkt nou zoiets!<br />
Het grasje heeft wel wat van het bekendere Reukgras,<br />
de bloeiwijze is wat losser. Korenbloemen stonden<br />
er ook volop en natuurlijk klaprozen en de bekende<br />
kamillesoorten. Dat we tijdens zo’n ronde ook op andere<br />
leuke dingen stuiten ziet u op de foto’s, een met een<br />
wildmengsel ingezaaide akker was prachtig om te zien<br />
en natuurlijk behoorlijk fotogeniek.<br />
Cees Koelewijn<br />
Zonnebloem in een met wildmengsel ingezaaide akker<br />
Even verder waren een aantal stoere mannen bezig op<br />
ouderwetse manier handmatig de Natuurmonumentse<br />
rogge te oogsten en op oppers te zetten. Het was hard<br />
werken en de buitentemperatuur was ook niet bepaald<br />
minnetjes! We kregen alle gelegenheid om de heren en<br />
hun werk op de foto te zetten. Dit tafereel zie je niet<br />
vaak meer en gelukkig voor de boeren hoeft het ook<br />
niet meer zo.<br />
Immy Boonstra<br />
Stoere mannen zetten de rogge op oppers<br />
U ziet dus dat er tijdens zo’n inventarisatie van alles<br />
te beleven valt, alle reden om eens mee te gaan zou ik<br />
zeggen. U kunt te zijner tijd op de website (www.ivnroden.nl)<br />
de data vinden waarop we het veld in gaan en<br />
natuurlijk ook waar en hoe laat we starten!<br />
- 9 -<br />
Immy Boonstra
Nacht van de Nacht<br />
Ondanks slechte weersvoorspelling verzamelden zich<br />
op 25 oktober een groep groep van circa tachtig oude en<br />
jonge mensen en kinderen op de parkeerplaats bij de<br />
Winsinghhof bij Mensinghe. En dat allemaal om mee<br />
te doen aan de Nacht van de Nacht-wandeling met kans kans<br />
op op moddervoeten moddervoeten en een nat pak. Voor Voor de de gelegenheid<br />
had de gemeente Noordenveld de buitenverlichting van<br />
de Catharinakerk en het gemeentehuis uit gedaan, maar<br />
daar bleef het dan ook bij.<br />
Gelukkig drong, behalve strooilicht hoofdzakelijk van de<br />
stad Groningen, weinig licht door in het Mensinghebos.<br />
De drie groepen schuifelden, begeleid door (niet altijd<br />
even) ervaren gidsen, omzichtig door het struweel. Om<br />
een oude knoestige boom werd een hand-in-hand kring<br />
gevormd en simultaan het verhaal van deze woudreus<br />
verteld. Opmerkelijk is de fantasie van veel deelnemers ,<br />
maar ook indrukwekkend wat zo’n boom in zijn lange<br />
leven al kan hebben meegemaakt. Het determineren<br />
van nachtgeluiden verliep niet vlekkeloos. Was de ‘piep’<br />
nu van een vleermuis, een gewone muis of misschien<br />
een Bosuil? Ook het herkennen van ‘geuren’ was niet<br />
gemakkelijk; een stevige paardenvijg gaat nog, maar wie<br />
weet hoe Bonenkruid, Heermoes of een uilenbal in het<br />
- 10 -<br />
donker ruikt? Afi jn, na enige omzwervingen<br />
belandden uiteindelijk alle groepen bij de<br />
grote ven waar het door Lieuwe Strikwerda<br />
geschreven ‘Alle sterren willen gezien worden’<br />
werd uitgebeeld. De sterrenbeelden Steenbok,<br />
Draak, Waterman en Zwaan maken in dit<br />
verhaal groot bezwaar dat Orion in opdracht van<br />
de mensheid de nachthemel vervuilt waardoor de<br />
pracht van hun verschijning verfl auwt en verdwijnt.<br />
Gelukkig komt alles goed en Orion wordt weer geketend<br />
aan het zwerk.<br />
Helaas is de werkelijkheid anders beaamden veel bezoekers<br />
na afl oop onder het genot van warme chocolademelk.<br />
Onze nachtelijke hemel wordt steeds meer vervuild door<br />
de overdadige nachtverlichting (Nederland is een van de<br />
meest verlichte landen ter wereld!) waardoor de pracht<br />
van de sterrenhemel maar ook het nachtleven van plant<br />
en dier gehinderd wordt. Zelfs de mens, de vervuiler<br />
zelf, ondervindt hinder en gaat meer en meer lijden aan<br />
slapeloosheird en stress. Bovendien kost het veel energie<br />
met alle vervuiling van dien. De overheid is zich van de<br />
ernst van de zaak bewust, maar is laks in het nemen van<br />
maatregelen. dat is ook moeilijk met zo’n verwend volkje<br />
als we zijn. Maar de deelnemers van De Nacht van de<br />
Nacht gaan het vanaf nu anders, beter doen.<br />
Gerard Borren
Nieuws van de Webgroep<br />
Wanneer u ‘onze website’ bezoekt middels het internetadres<br />
www.ivnroden.nl, krijgt u op uw beeldscherm vanaf begin<br />
januari, de hiernaast staande pagina te zien. Op deze<br />
pagina wordt duidelijk vermeld dat we verhuisd zijn naar<br />
een ander adres.<br />
Vorig jaar hebben we veel tijd besteed aan het vernieuwen<br />
van de website. Dit was nodig omdat de leverancier van de<br />
door ons gebruikte software ‘Web!Pro’ gestopt is met de<br />
ondersteuning van deze software waardoor we genoodzaakt<br />
waren uit te kijken naar een ander programma. Dat is<br />
gelukt en met het programma ‘Studio Webdesign’ werd en<br />
wordt hard gewerkt de site opnieuw gestalte te geven. Met<br />
het veranderen van de software zijn we ook overgestapt<br />
naar een andere provider. Daar zijn we erg blij mee want<br />
deze provider geeft ons veel meer ruimte om de website<br />
nog meer uit te bouwen tot een interactieve, makkelijke en<br />
gebruiksvriendelijke site.<br />
Met het veranderen van de provider waren we echter genoodzaakt het internetadres te veranderen. Gelukkig kon<br />
dit volstaan met de toevoeging van slechts een streepje waardoor het adres goed herkenbaar blijft. Het nieuwe<br />
adres is dus www.ivn-roden.nl en wanneer u dit adres opent en de website toevoegt aan uw favorieten of plaatst<br />
op uw bureaublad, kunt u in het vervolg met slechts één muisklik ‘onze website’ makkelijk bezoeken.<br />
Er is dus erg veel werk verzet het afgelopen jaar voornamelijk door Hanny Schoenmaker en Felix van Dooren. Als<br />
coördinator van de werkgroep ben ik er trots op dat we met zo’n klein groepje (3) een website kunnen laten zien<br />
van deze kwaliteit. Wanneer u het leuk vindt achter de computer te zitten en belangstelling heeft of nieuwsgierig<br />
bent naar het bouwen en onderhouden van ‘onze website’ dan kunt u dat laten weten via de contactpagina van de<br />
website. Gewoon even bellen kan natuurlijk ook.<br />
- 11 -<br />
Jannie Mulder
De teruggang de Argusvlinder<br />
Waarschijnlijk zullen weinig lezers direct een beeld hebben bij de Argusvlinder (Lasiommata megera). En dat terwijl<br />
in alle vlindergidsen staat dat deze fraai gekleurde en getekende vlinder ‘algemeen’ voorkomt. Weliswaar niet direct<br />
in onze tuinen, maar wel in wegbermen en schralere graslanden. Het ligt helaas niet aan uw opmerkzaamheid, de<br />
vlinder wordt de laatste jaren in Drenthe nauwelijks nog gezien.<br />
Laten we eens wat beter naar de Argusvlinder kijken. De Argusvlinder behoort tot de groep van de ‘zandoogjes’<br />
(Satyridae), met bekende namen als Bruin zandoogje, Oranje zandoogje, Bont zandoogje, Koevinkje en Hooibeestje.<br />
Soorten waarmee de Argusvlinder gemeen heeft dat het allemaal ‘gras-vlindersoorten’ zijn. Dat ‘zandoogjes’ heeft<br />
betrekking op de oogvlekken die de vlinders hebben op de onderzijde van hun achtervleugels en bij de punten<br />
van de onder- en bovenzijde van hun voorvleugels. De functie van deze ‘oogjes’ is predatoren (vooral vogels) op<br />
een dwaalspoor te brengen. Ze zien de oogvlekken voor de kop van de vlinder aan en proberen dáár de vlinder te<br />
pakken. Gehavend, maar nog levend, kan zo de vlinder aan zijn belager ontsnappen.<br />
Hoe ziet de Argusvlinder er uit? De grondkleur is<br />
oranje met, vooral op de bovenzijde, bruine lijnen<br />
en vlakken, naast uiteraard de eerder genoemde<br />
‘ogen’. Deze ogen zijn feitelijk zwarte vlekken met<br />
middenin een witte stip. De onderzijde van de<br />
achtervleugels hebben een afwijkende tekening<br />
en kleur, meer grijsbruin met scherpe, dichter bij<br />
elkaar lopende fi jnere lijntjes. Het geheel doet iets<br />
gemarmerd aan. Het verschil in tekening tussen<br />
man en vrouw is de veel bredere bruine zigzag band<br />
midden over de bovenzijde van de voorvleugel<br />
van de mannetjes. Deze zogenaamde geurstreep<br />
vinden we bij meer mannelijke zandoogjes.<br />
Komen we wat zuidelijker in Europa dan komen<br />
we daar een vlinder tegen die erg veel op de<br />
Argusvlinder lijkt: de Rotsvlinder. De leefgebieden<br />
van de verschillende zandoogjes zijn min of<br />
meer dezelfde: wat drogere, niet te voedselrijke,<br />
bloemrijke graslanden. Ook wegbermen, sloten<br />
en taluds die dit type vegetatie hebben vormen<br />
een aantrekkelijk leefgebied. Uiteraard zijn er<br />
accentverschillen, zo zal bijvoorbeeld het Bont<br />
zandoogje en het Koevinkje de aanwezigheid<br />
van houtwallen met bomen en struiken op prijsstellen. De vliegtijd van de Argusvlinder is vanaf eind april tot<br />
wel in oktober, verdeeld over twee en soms zelfs drie generaties. De meeste vlinders zijn te zien in augustus. De<br />
Argusvlinder is een mobiele vlinder die gemakkelijk grotere afstanden kan afl eggen en ook zwerfgedrag vertoont.<br />
Op zoek gaan naar geschikte(re) leefgebieden moet dan ook voor de soort geen probleem zijn.<br />
- 12 -
Zonaanbidder<br />
De Argusvlinder is een echte zonaanbidder, in het Engels is zijn naam dan ook veelzeggend Wall. Hij houdt ervan<br />
om op muren en stenen, die door de zon zijn opgewarmd, te gaan zitten. Zo weet ik nog precies het moment en de<br />
plek waarop ik mijn eerste Argusvlinder zag. Hij vloog plotseling op vanaf een grote witte steen aan het fi etspad<br />
langs het Leekstermeer toen ik passeerde. Ik weet nog dat ik toen mijn videocamera ben gaan halen om de vlinder<br />
te fi lmen. En inderdaad bleek hij nog op precies dezelfde steen aanwezig.<br />
Dat plotseling voor je opvliegen, is een kenmerkend gedrag van territoriale mannetjes. Zij reageren op elke beweging<br />
in hun territorium door er op af te vliegen. Is het een ander mannetje dan wordt deze net zo lang achtervolgt<br />
tot hij uit het territorium is verjaagd. Ook verderop in de Bolmert trof ik die dag op Kattenstaart foeragerende<br />
argusvlinders aan. Maar ik heb het dan wel over tien jaar geleden.<br />
Men heeft ontdekt dat afhankelijk van de temperatuur en windsterkte de mannetjes verschillende strategieën hebben<br />
om vrouwtjes op te sporen. Bij koudere weersomstandigheden en/of veel wind kiezen ze vaker voor observeren van<br />
de omgeving vanuit een vaste uitkijkpost. Zijn de weersomstandigheden beter dan patrouilleren de mannetjes<br />
vooral door hun territorium. De emancipatie is<br />
bij deze soort overigens wel zover gevorderd dat<br />
vrouwtjes niet lijdzaam blijven wachten op een<br />
mannetje maar zelf actief op zoek gaan.<br />
De paring vindt vaak plaats op de grond, waarbij<br />
eerst een korte hofmakerij plaats vindt. Ook dat<br />
schouwspel heb ik op video kunnen vastleggen.<br />
Op een zandpad langs het natuurgebied de Bieuw<br />
had ik net scherp gesteld op een vrouwtje dat<br />
daar heerlijk in de zon zat. Opeens zag ik in mijn<br />
zoeker een tweede Argusvlinder, een mannetje,<br />
het beeld binnenvliegen en op korte afstand van<br />
haar op de grond neerstrijken. Direct ging hij met<br />
gespreide en trillende vleugels op haar toe lopen<br />
en om haar heen draaien. Toch moeten ze zich met<br />
mijn aanwezigheid niet helemaal op hun gemak<br />
hebben gevoeld, ze kozen er helaas voor het spel<br />
elders voort te zetten. Ik zag die dag daar, het was<br />
10 augustus 2001, maar liefst 15 argusvlinders!<br />
Heeft een vrouwtje eenmaal gepaard dan zal ze<br />
een minder opvallend gedrag vertonen om niet<br />
steeds door mannetjes te worden achtervolgd. Ze<br />
gaat op zoek naar een geschikte waardplant om<br />
haar eitjes op af te zetten. Lang zal ze niet hoeven<br />
te zoeken, haar rupsen zijn niet erg kieskeurig. Kropaar, Beemdgras, Ruwe smele, Kweek, Rood zwenkgras smaken<br />
allemaal goed. Het vrouwtje heeft daarbij een voorkeur voor graspollen die in een meer open vegetatie staan, dus<br />
stukken met kale grond zijn belangrijk.<br />
- 13 -
Al na een paar weken komt uit het eitje de rups en begint direct van de grassen te eten. Voor de eerste generatie<br />
geldt dat ze na ongeveer 9-10 weken vlinder zijn. Voor de tweede generatie ligt het anders. Deze rupsen moeten het<br />
in het najaar met veel minder eiwitrijk gras doen en groeien daarom maar langzaam. Ze zullen als half volwassen<br />
rups de winter moeten zien te overleven en pas in het volgende voorjaar kunnen ze zich verpoppen tot vlinder.<br />
Sterke achteruitgang<br />
Ik begon mijn verhaal met te zeggen dat de Argusvlinder tot voor kort een algemeen voorkomende soort was in<br />
onze regio. In de dagvlinderatlas van zowel Friesland als Drenthe lees je nog dat de soort in bijna elk kilometerhok<br />
gezien kan worden. Anno <strong>2010</strong> is de situatie dat de soort in verreweg de meeste kilometerhokken ontbreekt! Ik<br />
zou geen soort weten waarvan de neergang zich zo snel heeft voltrokken. Dat het hier niet om een regionaal<br />
verschijnsel gaat is wel duidelijk. In grote delen van Europa zien we dezelfde trend. Opvallend daarbij is dat er ook<br />
plekken zijn waar de soort zich redelijk tot goed weet te handhaven. In Nederland zijn dat de kuststreek (duinen) en<br />
ook in een meer stedelijke omgeving gaat het veel minder slecht met de soort. Maar met name de graslanden laten<br />
een ontluisterende teloorgang zien (zie bijgaande grafi ek van de Vlinderstichting). Als ik naar de waarnemingen in<br />
onze provincie kijk, dan kregen we (Vlinderwerkgroep Drenthe) 36 waarnemingen in 2007 en 20 in 2008. Voor 2009<br />
zal het zeker nog veel lager uitvallen en denk ik dat we zeker onder de tien blijven. Zelf zag ik mijn laatste ‘Drentse’<br />
Argusvlinder in 2005 bij het Steenbergerveld.<br />
Wat kan de reden zijn van zo’n sterke<br />
teruggang? Natuurlijk valt dan al<br />
gauw het woord ‘klimaatsverandering’.<br />
Maar waarom is de teruggang dan zo<br />
habitatafhankelijk? Dat onze graslanden<br />
steeds meer monoculturen zijn geworden<br />
zal de vlinder geen goed hebben gedaan,<br />
maar lijkt niet een afdoende reden.<br />
Men zou het idee kunnen hebben<br />
dat de klimaatveranderingen juist<br />
positief zouden moeten uitpakken<br />
voor vlinders. Inderdaad geldt dat ook<br />
voor bepaalde soorten. Maar juist voor<br />
soorten die als rups overwinteren ligt<br />
dat complexer, zoals dat al eens in het<br />
blad Vlinders van de Vlinderstichting is<br />
behandeld. In het vroege voorjaar zijn<br />
de jonge rupsen vooral aangewezen op<br />
de stralingswarmte van de zon. In een<br />
omgeving die snel warmte van de zon<br />
kan opnemen en vasthouden lukt dat<br />
goed.<br />
- 14 -
Verspreiding Argusvlinder naar uurhok (5x5 km) over de perioden 2000 t/m 2003 en 2006 t/m 2009. (Bron: Telmee.nl)<br />
Dat zal dan met name gelden voor kalere stukken grond,<br />
met dood materiaal en een meer zanderige bodem. Hier<br />
kan door de zon een geschikt microklimaat ontstaan<br />
waardoor de jonge rupsen in het vroege voorjaar<br />
sneller op de noodzakelijke lichaamstemperatuur van<br />
rond de dertig graden kunnen komen. Pas dan worden<br />
ze actief en gaan op zoek naar voedsel. Voor veel van<br />
onze graslanden geldt tegenwoordig dat al heel vroeg<br />
in het voorjaar de groei van de grassen start en zich al<br />
snel een gesloten grasmat ontwikkelt met nauwelijks<br />
nog open kale plekken. De stijgende temperaturen en<br />
de nog steeds veel te grote stikstofneerslag uit de lucht<br />
zijn hier debet aan. In de graslanden zal veel minder snel<br />
een geschikt microklimaat ontstaan omdat er minder<br />
kale plekken zijn en bovendien door verdamping,<br />
en dus warmteonttrekking, de temperaturen lokaal<br />
lager blijven. Daar komt nog eens bij dat naarmate<br />
de rupsen later tot ontwikkeling komen de kans om<br />
bijvoorbeeld geparasiteerd te worden door sluipwespen<br />
toeneemt, omdat de larven van deze soort het juist<br />
moeten hebben van de luchttemperatuur en niet van<br />
de stralingswarmte van de zon (hun witte cocons<br />
refl ecteren juist het zonlicht). Wat ook precies het<br />
complex aan factoren is dat de sterke teruggang van<br />
de Argusvlinder bewerkstelligt, als het zo door gaat dan<br />
moeten we er vanuit gaan dat over niet al te lange tijd<br />
de Argusvlinder uit Drenthe is verdwenen.<br />
- 15 -<br />
Minko van der Veen
Wasplaten<br />
Met de Paddestoelenwerkgroep <strong>IVN</strong> <strong>Roden</strong> komen we<br />
vanwege het inventarisatiewerk in nogal wat gebieden.<br />
Soms zijn dat voor het publiek gesloten terreinen en<br />
dan dient er een ontheffi ng te worden aangevraagd. Zo<br />
bezochten we het afgelopen jaar het Fochteloërveen<br />
en daarbij werd de restrictie gesteld dat ons gezelschap<br />
uit niet meer dan vier personen mocht bestaan. Zo’n<br />
afspraak houdt verband met de kwetsbaarheid van het<br />
gebied, al kun je je afvragen of dat medio november daar<br />
nog wel van toepassing was. Het weer was bar en boos<br />
en vanwege de regen was het spekglad in het gebied. Zo<br />
glad zelfs dat iemand van ons gezelschap hard onderuit<br />
ging, overigens zonder lichamelijke gevolgen.<br />
Heel wat beter troffen we het toen we eens in de buurt van<br />
het Elsburger Onlanden aan het inventariseren waren.<br />
Dat gebied ligt ten westen van het Paterswoldsemeer en<br />
wordt grotendeels beheerd door Natuurmonumenten. De<br />
parel van het Elsburger Onlanden is de plas, ontstaan na<br />
vervening, met moerasbos eromheen. Het is in eigendom<br />
van een stichting die daar een paar vakantiehuisjes<br />
heeft staan die aan een select gezelschap worden<br />
verhuurd. Het leek ons een zeer interessant gebied<br />
om te onderzoeken, maar daar was wel toestemming<br />
voor nodig. Daartoe zetten we ons geheime wapen in,<br />
luisterend naar de naam Ab Neutel. Ab zegt van zichzelf<br />
dat hij een innemend gezicht heeft en met een goed<br />
verhaal erbij lukt het hem (bijna) altijd voor de groep<br />
toegang te regelen, zo ook hier. Voor enkele mensen die<br />
daar voor een vakantie verbleven was het een mooie<br />
gelegenheid met ons op te trekken.<br />
Eén van die mensen vertoefde met zijn partner in een<br />
opvallend verblijf, het logeerhuis, waarover hij kon<br />
zeggen dat het ontworpen was door de Rotterdamse<br />
architect Joost Boks en dat het was gebouwd in 1937.<br />
Boks was een navolger van het functionalisme, een<br />
stijl waarvan Louis Sullivan uit Chicago (1924) als de<br />
grondlegger wordt gezien. Het functionalisme is een<br />
stroming in de architectuur die inhoudt dat constructie<br />
- 16 -<br />
en uiterlijk bepaald moeten worden door de functie<br />
van het gebouw. Schoonheid is daarbij geen doel,<br />
maar is gelegen in zijn functie. Dat wordt wel nader<br />
omschreven als: Form Follows Function. Overigens staat<br />
ten noorden van Norg een recreatiewoning in dezelfde<br />
stijl en die is in 1933 gebouwd naar een ontwerp van<br />
architect E. Rozema. Enkele bekendere navolgers waren<br />
Le Corbusier en Gerrit Rietveld. Voor dat opmerkelijke<br />
logeerhuis lag een mooi schraal gazonnetje waar wij de<br />
Trechterwasplaat ontdekten. Voor mij was dat de eerste<br />
keer dat ik dit mooi gekleurde zwammetje zag en dat<br />
gold tevens voor de meeste werkgroepleden. Een mooie<br />
vondst dus die een dag op zich al goedmaakt al vonden<br />
we daar meer fraai spul.<br />
Wasplaten kunnen zich hoe dan ook op mijn grote<br />
belangstelling rekenen en dat heeft mede te maken<br />
met de vaak felle kleuren die ze hebben; ze zijn daarom<br />
zeer fotogeniek. Daarnaast zijn de milieus waarin ze<br />
groeien overwegend schraal en daarom noem ik ze<br />
wel eens de orchideeën onder de paddenstoelen. Er<br />
zijn trouwens wel meer overeenkomsten; wellicht een<br />
mooi onderwerp voor de volgende <strong>PuurNatuur</strong>. Tijdens<br />
een fl ora-inventarisatie bij de Osbroeksweg afgelopen<br />
zomer voorspelde Eef Arnolds dat we daar in de schrale<br />
Cees Koelewijn Logeerhuis Elsburger onland
hooilanden enkele soorten konden tegenkomen. Het<br />
was eind juni en dan verwacht je aan paddenstoelen<br />
nog niet veel aan te treffen. Maar alle drie voorspelde<br />
wasplaten vonden we daar inderdaad, waaronder het<br />
Broos vuurzwammetje.<br />
‘Prachtkleuren in Friesland’<br />
Later in het jaar, het was al eind november, waren we na<br />
een uitnodiging met de Paddestoelenwerkgroep Drenthe<br />
op bezoek in de Rotstergaasterwallen bij Heerenveen. In<br />
de column ‘puur natuur’ in de Krant heb ik daarover<br />
toen nog geschreven onder de kop Prachtkleuren in<br />
Friesland. Daar was de in Nederland nog niet eerder<br />
waargenomen Rozerode wasplaat ontdekt door enkele<br />
Friese mycologen die ons deze dag hebben rondgeleid.<br />
Deze soort vonden we toen niet, maar wel tien andere<br />
wasplaten, zoals de Gele-, Oranje-, Pracht-, Ridder-,<br />
Kabouter- en Slijmwasplaat. Met al die andere die<br />
je daar aan kunt treffen kun je hier spreken van een<br />
heus wasplatenparadijs. Die middag vonden we in één<br />
kilometerhok maar liefst 53 soorten paddenstoelen,<br />
waarvan er 20 op de nieuwe Rode Lijst (2008) staan. Uit<br />
informatie van één van de Friese mycologen bleek dat<br />
het terrein er al eeuwenlang ongestoord bij ligt en op<br />
de juiste wijze wordt beheerd.<br />
Met onze Friese vrienden hebben we afgesproken dit<br />
jaar in een andere maand nog eens langs te komen.<br />
Ongetwijfeld zal dat zeker nog een aantal verrassende<br />
vondsten opleveren. Overigens zijn we dit jaar ook elders<br />
in Friesland actief. Dat heeft te maken met een verzoek<br />
van Natuurmonumenten om de Slotplaats in Bakkeveen<br />
mycologisch op de kaart te zetten. Om hier een goed beeld<br />
van te krijgen zal het afwisselende gebied zeker vijf keer<br />
worden bezocht, waaronder een keer omstreeks april -<br />
mei. De excursies van onze paddestoelenwerkgroep<br />
mogen zich verheugen op steeds meer belangstelling<br />
en, net als de excursies van de andere werkgroepen,<br />
mag iedereen daaraan deelnemen. De datum van de<br />
voorjaarsexcursie naar de Slotplaats hangt af van de<br />
weersomstandigheden, want u weet dat paddenstoelen<br />
het best gedijen bij vochtige omstandigheden. Daarom<br />
wordt daarover ad hoc een beslissing genomen die via<br />
de website wordt bekendgemaakt. Overigens zal de<br />
website komend jaar interactief door de werkgroepleden<br />
worden gebruikt voor aankondigingen, verslagen met<br />
foto’s, probleemgevallen en nagekomen berichten. Dat<br />
is dan allemaal te volgen, maar nog veel mooier is het<br />
om gewoon eens mee te doen aan een excursie.<br />
Oranje wasplaat Prachtwasplaat<br />
- 17 -<br />
Cees Koelewijn
IJsvogel in de tuin!<br />
‘Een ijsvogeltje in de tuin!’, riepen we de eerste paar keer dat we hem bij de vijver zagen. Al gauw zeiden we ‘het<br />
ijsvogeltje is er weer’, en nu noemen we hem ons ijsvogeltje. Elke dag kunnen we hem meerdere keren bezig zien.<br />
Soms komt hij alleen om te badderen. Met zo’n wasbeurt is hij al gauw tien minuten bezig. Hij duikt vanaf één van<br />
de wat grotere keien langs de vijverrand het water in, keert meteen weer terug naar zijn steen en dan begint het<br />
grote poetsen. Hij strekt een vleugeltje zijwaarts uit en begint er verwoed in te pikken, duikt dan weer het water<br />
in, en daarna krijgt de andere vleugel een beurt. Regelmatig schudt hij al het water uit zijn veren.<br />
Maar dan is hij nog lang niet klaar, want deze handelingen worden eindeloos herhaald. Rug, borst en staart worden<br />
ook onder handen genomen: hij draait daarbij zijn kopje in de meest wonderlijke bochten om overal maar bij te<br />
kunnen. Na het bad zit hij dan nog geruime tijd bewegingloos op zijn steen uit te rusten of na te genieten. Maar de<br />
grootste aantrekkelijkheid van onze vijver voor hem is natuurlijk het grote aantal kleinere visjes dat er rondzwemt.<br />
Al heel veel van die visjes, Goudelritsen, zijn door zijn keelgat gegleden. Nu zorgen elritsen voor ontstellend veel<br />
nageslacht (konijnen zijn er niks bij), maar ik stond toch vaak met gemengde gevoelens te kijken hoe er weer één<br />
van mijn visjes, dwars in de snavel van de ijsvogel, met een ferme klap op de steen zijn rug werd gebroken om<br />
vervolgens in de vogelmaag te verdwijnen. En daarna weer één, en nog één, en de volgende, enzovoort… Eén keer<br />
kon ik het niet langer aanzien en ben ik naar buiten gelopen, zo van ‘ga nu maar even ergens anders vissen’. Wie<br />
had ooit gedacht dat ik nog eens een IJsvogel zou verjagen!<br />
IJsvogel op Zwanenbloem<br />
Tijdens de visvangst vliegt het vogeltje, soms onder het slaken van een schelle kreet, als een felblauwe schicht in<br />
alle richtingen over het wateroppervlak. Het lijkt er vaak meer op alsof hij afgeschoten wordt; snel als een pijl<br />
schiet hij heen en weer van de ene uitvalbasis naar de andere. Eén van zijn favoriete plekken is de Zwanebloem.<br />
Kun je je iets voorstellen dat romantischer is dan een IJsvogel op een bloeiende Zwanenbloem?<br />
Op een dag zagen we twéé blauwe fl itsen. Ons ijsvogeltje kreeg bezoek, maar leek er niet erg van gecharmeerd<br />
te zijn. De nieuwkomer leek iets groter, de roodbruine borst iets donkerder van kleur en hij gedroeg zich als een<br />
macho. Wild, en luid krijsend, scheerde hij over het water, vlak boven het oppervlak, dook dan heel ondiep onder,<br />
kwam direct weer boven en ging meteen door met dit imponerende gedrag. Hij maakte de ene ‘touch and go’ na de<br />
andere waarbij hij soms bij het bovenkomen al meteen een hoek van negentig graden maakte en zo zelfs golfslag<br />
veroorzaakte. Een wóesteling was het. Ons vogeltje zat het stilletjes vanaf de zijkant gade te slaan en bemoeide<br />
zich niet met de indringer.<br />
Dit alles stond, en sta ik, met enige opwinding vanuit de woonkamer te bekijken, met het fototoestel op de<br />
telescoop in de aanslag. Hoewel ik al heel veel foto’s gemaakt heb, wil ik nog steeds proberen die éne te maken,<br />
die met een visje in de snavel. Mijn man ziet het allemaal wat meewarig maar niet onwelwillend aan. Soms is hij<br />
behulpzaam en zegt ‘hij zit er weer’.<br />
Op een dag komt hij de kamer binnen en zegt droogjes: ‘Er zit een IJsvogel in de studeerkamer’.<br />
‘Ja hoor’.<br />
‘Nee echt’<br />
‘Jaaa’<br />
‘Echt’<br />
- 18 -
Machteld Robat<br />
Het beestje was intussen het washok in gescharreld en probeerde door een dichte deur naar buiten te komen<br />
(terwijl de deur er tegenover wagenwijd openstond).<br />
Heel voorzichtig en langzaam sloop ik naar de dichte deur; het vogeltje bleef zitten. Op het moment dat ik, o zo<br />
voorzichtig, mijn hand op de deurknop legde schoot ie weg, richting open deur. Helaas miste hij de deur, en vloog<br />
met een enorme knal tegen de lange smalle ruit ernaast. Even was er veel blauw gefl adder in het washok en toen<br />
verdween hij in de tien centimeter smalle ruimte tussen buitenmuur en droogtrommel, onbereikbaar voor onze<br />
behulpzame handen. Daar moest ie maar tot rust komen vonden we. Een uur later gingen we kijken; hij zat er nog.<br />
En anderhalf uur later nog! In de veronderstelling dat hij daar dood zou gaan, bedachten we een reddingsplan.<br />
We hebben een heel smal schoffeltje op een lange steel. Die schoffel zetten we achter tegen de muur en lieten<br />
die toen heel voorzichtig, stevig tegen de muur aan drukkend, zakken tot op de grond, en dus achter het vogeltje.<br />
Voorzichtig trokken we de schoffel naar ons toe tot we het vogeltje pakken konden. En daar stond mijn man met<br />
in zijn dichtgevouwen handen een klein ijsvogeltje, het kopje kwam er net bovenuit, grote ogen keken ons aan.<br />
Wat nu! Om hem rustig (dachten we) te kunnen bekijken zetten we hem in de brede zinken dakgoot op borsthoogte.<br />
We kregen niet eens de tijd om te zien of hij ergens gewond was geraakt. Zodra hij neergezet was krabbelde hij even<br />
met zijn nageltjes over het zink en schoot er als een speer vandoor. Weg!<br />
De volgende dag heb ik nog gezocht of er misschien ergens een dood ijsvogeltje in de tuin lag. Maar ik vond niets.<br />
Korte tijd later zagen we weer elke dag een ijsvogeltje; óns ijsvogeltje, dat weten we zeker.<br />
- 19 -<br />
Machteld Robat
Sneeuwkristallen, een wonder van schoonheid<br />
De weermannen en weervrouwen worden in de decembermaand<br />
voortdurend aan de kop gezeurd om een<br />
witte kerst. Krijgt men die, zoals afgelopen december,<br />
is het een en al klaagzang over vervoerproblemen, vuile<br />
wegen en besneeuwde parkings bij de supermarkt, enzovoort.<br />
Zagen de mensen ineens niet meer hoe prachtig<br />
die sneeuw was? Als je namelijk wat nauwkeuriger gaat<br />
kijken naar die dikke droge sneeuwvlokken ontdek je<br />
hoe ze zijn opgebouwd. Denk je in, een sneeuwvlok van<br />
4 centimeter doorsnee bestaat al uit 10.000 sneeuwkristallen,<br />
of zo je wilt ijskristallen. Je verwondert je<br />
nog meer als je de grote vormenrijkdom van sneeuwkristallen<br />
ziet. De eerste fotograaf, die deze variatie aan<br />
kristalvormen op de gevoelige plaat vastlegde was in<br />
1885 de Amerikaan Wilson A. Bentley. Op die foto’s zie<br />
je dat bijna alle kristallen 6-puntig of 6-hoekig zijn. Hoe<br />
ontstaat dat eigenlijk? Onderzoekers als Charles Knight<br />
leggen het als volgt uit: In koude vrieslucht kristalliseert<br />
waterdamp rond heel kleine stofdeeltjes, of zoutkristallen,<br />
die in de lucht zweven. Dat gebeurt tussen -0º C en<br />
-20º C. Bij -0º C tot -3º C ontstaan er 6-hoekige plaatjes.<br />
Bij -3º C tot -5º C vormen zich naaldjes. Bij -8º C tot<br />
-12º C weer 6-hoekige plaatjes en tussen -2º C en -16º C<br />
- 20 -<br />
ontstaan ineens heel mooie samengestelde kristalvormen.<br />
Bij deze temperatuur is de lucht heel erg droog.<br />
Dan snellen de waterdampmoleculen van onderkoelde<br />
waterdruppels naar die genoemde stofdeeltjes, waar ze<br />
mooie vaste vormen aannemen. En als ze op weg naar<br />
de aarde botsen met andere sneeuwvlokken groeien ze<br />
uit tot prachtige kristallen. De kristallen in de vorm van<br />
scherpe naaldjes kunnen ook pijn doen aan je gezicht.<br />
Dat schijnt aan de polen bij een temperatuur van -50º<br />
C heel naar te zijn. In de vaste vormen van water is niet<br />
zo veel leven mogelijk. De vloeibare vorm van water<br />
doet pas echt leven ontstaan. Denk aan de oceanen, die<br />
vol creatieve levensvormen zitten, zelfs in de diepste<br />
lagen van het zeewater. Je blijft je verwonderen, dat<br />
juist onze planeet onder zodanige condities ronddraait<br />
om de zon, dat van die leven brengende vorm van<br />
water zoveel op de aarde te vinden is en blijft bestaan.<br />
Al zal men op Mars water vinden, de uitbarsting van<br />
leven zoals op onze planeet voorkomt vind je er niet.<br />
Ik heb daarom geen behoefte aan een reisje naar Mars<br />
of de maan. Dan liever volgende keer een witte kerst.<br />
Lieuwe Strikwerda
Composteercursus 2009 te Peize<br />
‘GFT scheiden is helemaal niet beter voor het milieu’.<br />
‘Gescheiden inzamelen en composteren heeft een milieueffect dat vergelijkbaar<br />
is met afvoeren en verbranden van normaal huisvuil. Voor het milieu maakt<br />
het dus niet uit of GFT-afval gescheiden wordt aangeleverd’. Aldus sommige<br />
milieupessimisten.<br />
Deze stelling zou waar zijn als groenafval verbrand of gestort zou worden.<br />
Centraal verwerken tot compost levert al een aanzienlijke milieuwinst en een<br />
goed bijproduct op, maar zelf composteren is het allerbeste voor het milieu. Als<br />
je bedenkt dat ruim 50% van alle huishoudelijk afval GFT is, dan kan een kind<br />
begrijpen dat dit enorm scheelt in de transportkosten. Bovendien voorkomt het<br />
verlies aan waardevol organisch materiaal. En dat laatste blijken steeds meer<br />
mensen door te hebben. Zo was ook de composteercursus van 14 november<br />
2009 te Peize vol bezet (46 deelnemers).<br />
We ontdekten dat composteren niet alleen leuk, maar ook zeer nuttig is en de<br />
kwaliteit van de tuingrond sterk verbetert. Na enige tijd worden de planten<br />
gezonder, is de vochtregulerende werking van de grond verbeterd en blijkt de plant in staat zelf ziekte en vraat<br />
beter te kunnen bestrijden in plaats van geholpen te moeten worden door enge insecticiden en gifmengseltjes.<br />
De gemeente Noordenveld is zich bewust van alle voordelen die het composteren door de individuele burger<br />
oplevert en subsidieert dan ook graag de benodigde compostvaten en betaalt bovendien de koffi e tijdens de cursus.<br />
Het boekje ‘composteren moet je leren’ (te verkrijgen bij werkgroep Milieu) had bij nader inzien ‘composteren is<br />
niet moeilijk’ moeten heten. Immers; het composteerproces is volstrekt natuurlijk en bestond al ver voor de mens<br />
dit aardrijk betrad.<br />
Waarom dan deze cursus?<br />
Wel, omdat de mens de vreemde eigenschap bezit overal een puinhoop van te kunnen maken.<br />
Om je heen kijkend lijkt het soms wel of de natuur onze vijand in plaats van onze vriend en bondgenoot is. Met<br />
allerlei gifstoffen en een scala aan moorddadige machines wordt de natuur te lijf gegaan. Daarbij wordt waardevol<br />
materiaal vernietigd en verbrand en dat helaas niet alleen in ons land. Zo is het in grote delen van straatarm Afrika<br />
nog steeds de gewoonte graslanden af te branden bij regenverwachting in plaats van dit materiaal te composteren.<br />
Tot overmaat van ramp wordt dan van het schaarse geld ook nog eens kunstmest gekocht om het verlies aan<br />
voedingsstoffen goed te maken.<br />
Cruciaal bij het compostproces is de regenworm.<br />
“Slechts weinig andere dieren hebben een zo grote betekenis voor de geschiedenis van de aarde als dit zo eenvoudig<br />
georganiseerd wezen." (Charles Darwin)<br />
- 21 -
Al gravend door de aardkorst verorberen zij door bacteriën reeds halfverteerd organisch materiaal zoals half vergane<br />
blaadjes, zaden, micro-organismen en resten van allerlei dieren en scheiden een grote hoeveelheid uitwerpselen uit,<br />
de feitelijke compost.<br />
Dit goed verteerde materiaal is luchtig van samenstelling en voedzaam voor planten. De grond wordt beduidend<br />
beter van structuur, kruimelig en sterk vochtregulerend. Precies wat elke boer en tuinier zich wenst.<br />
Mulching<br />
Een prima manier om (moeilijk composteerbaar) organisch materiaal zoals gras, blad, houtsnippers, stro en dergelijke<br />
te verwerken is middels ‘mulching’. Deze methode om de grond met stro ( Engels: Mulch) te bedekken werd vooral<br />
toegepast in de tropen om de bodem tegen uitdrogen en erosie te beschermen.<br />
Voordelen van mulchen:<br />
- Veel gewassen, o.a. bladgroenten en kool gedijen uitstekend.<br />
- De bodem blijft vochtig en slaat niet dicht door regen.<br />
- Sproeien tijdens droogte wordt overbodig.<br />
- Het bodemleven ontwikkelt zich uitstekend.<br />
- De grond wordt humusrijk en gaat als het ware ‘ademen’.<br />
- Onkruidgroei wordt belemmerd indien de laag dik genoeg is.<br />
- Het probleem van waar met het gazongras te blijven is opgelost.<br />
Een natuurgidsencursus in <strong>Roden</strong>?<br />
Ja, dat hopen we wel. Als deze Puur Natuur bij u in de bus valt, hopen we zeker te weten of zich voldoende cursisten<br />
hebben aangemeld. Er moeten zich ten minste 25 mensen hebben ingeschreven. Anders kan het fi nancieel niet uit.<br />
Onze afdeling zit te springen om nieuw kader voor de gidsenwerkgroep, maar ook voor andere werkgroepen kan<br />
het nieuwe enthousiaste leden opleveren. Ook <strong>IVN</strong>-afdelingen in de regio zouden er hun voordeel mee kunnen<br />
doen. Daarom vestig ik hier uw aandacht op onze doelstelling om een natuurgidsencursus te kunnen starten. Hebt<br />
u zelf interesse kijk dan eens op de website van onze <strong>IVN</strong>-afdeling www.ivn-roden.nl. Het kan ook zijn, dat u in<br />
uw kennissenkring of familie iemand weet, die veel belangstelling heeft voor de natuur en daar ook wel actief bij<br />
betrokken wil zijn. Attendeer hem of haar op deze unieke kans. Er worden maar weinig natuurgidsencursussen<br />
gegeven omdat het een hele opgave is voor een afdeling zoiets te organiseren.<br />
Onze ervaring is dat als iemand bezig is met de cursus, ook al moet je er wel de tijd voor hebben, het enthousiasme<br />
bij elke bijeenkomst groeit. De vijftien excursies, die in de cursus verweven zijn, zijn daar vooral debet aan. Je leert je<br />
omgeving bekijken door de ogen van deskundige natuurliefhebbers. Dus meld u aan of werf een cursuslid voor ons.<br />
- 22 -<br />
Gerard Borren<br />
Lieuwe Strikwerda
<strong>PuurNatuur</strong>-lezing in maart<br />
In het eerste kwartaal van <strong>2010</strong> staat weer een traditionele <strong>PuurNatuur</strong>-avond gepland met als activiteit een lezing<br />
voor leden donateurs en algemeen publiek. Het onderwerp van de lezing (in de vorm van een PowerPoint-Presentatie)<br />
is: ‘Strand is meer dan zand’. De lezing wordt gegeven door een van onze eigen leden, Gerard Janssen. Dat de lezing<br />
van Gerard juist over ‘strand’ gaat is eigenlijk op zich niet zo vreemd, want in ‘specialistische kringen’ wordt hij alom<br />
geroemd om zijn deskundigheid op dat gebied. Hij houdt zich namelijk als één van de weinigen in de wereld bezig<br />
met de natuur van het strand en de brandingzone. Om die reden wordt hij in ons land ook wel de ‘strandprofessor’<br />
genoemd.<br />
Gerard is geboren in 1953 in Amsterdam. Tijdens zijn opleiding Biologie aan de Universiteit van Amsterdam deed<br />
hij o.a. ervaring op bij het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee, bij het Zoölogisch Instituut Artis en de<br />
Wageningen Universiteit. Na deze opleiding is hij gepromoveerd aan de VU Amsterdam op een onderwerp over de<br />
erfelijkheid van levensgeschiedeniskenmerken bij bosbewonende insecten. Gerard was vele jaren in verschillende<br />
functies werkzaam bij het Rijksinstituut voor Kust en Zee. Hij was enkele jaren hoofd van de afdeling biologisch<br />
onderzoek Waddenzee. Hij was betrokken bij projecten over de gaswinning in de Waddenzee, de Afsluitdijk, mossel-<br />
en kokkelvisserij, windmolenparken op zee. Thans is hij parttime aangesteld bij de VU Amsterdam als bijzonder<br />
hoogleraar Ecologie van de Zandige Kust en het Waddengebied. Daarnaast is hij werkzaam als ecologisch adviseur<br />
bij de Waterdienst van Rijkswaterstaat, waar hij onder meer adviseert over het opstellen van het beheerplan Natura<br />
2000 voor de Noordzee-kustzone en het Waddengebied. Prof. Dr. Gerard Janssen is lid van enkele (internationale)<br />
commissies, waaronder de Internationale Raad voor Zeeonderzoek.<br />
Op deze plaats wil ik de lezer graag verwijzen naar het inleidend artikel van Gerard Janssen elders in deze <strong>PuurNatuur</strong>,<br />
met als titel: ‘Strand is meer dan zand’.<br />
De <strong>PuurNatuur</strong>-lezing wordt gehouden op woensdag 3 maart <strong>2010</strong>, zaal ‘De Deel’ aan de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
Aanvang: 19.30 uur (einde ca. 22.00 uur).<br />
Iedereen is van harte welkom, de toegang is vrij.<br />
Graag tot ziens!<br />
Felix van Dooren<br />
- 23 -
Activiteitenpagina <strong>2010</strong><br />
13 februari 10.30 uur<br />
Vasaliswandeling, wandeling<br />
met gedichten.<br />
Vertrek parking de Borgen aan<br />
de Woldzoom te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
20 februari 9.00 uur<br />
Vogelexcursie naar het Lauwersmeer.<br />
Vertrek vanaf de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
3 maart 19.30 uur<br />
<strong>PuurNatuur</strong>-lezing: ‘Strand is meer dan<br />
zand’, door Gerard Janssen (zie elders in<br />
dit blad). De Deel aan de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
7 maart 11.00 tot 16.00 uur<br />
HDL-fi etstocht o.l.v. <strong>IVN</strong>-gidsen.<br />
Kleibosch en omgeving,<br />
i.h.k.v. ‘Have en Goed’.<br />
Opgave noodzakelijk tel: 0592 3135<strong>52</strong>.<br />
•<br />
17 maart 19.30 uur<br />
Maand-fi etstocht.<br />
Werkgroepavond van de Vogelwerkgroep.<br />
Onder anderen vogelgeluiden van het<br />
Mensingebos door Minte Mulder.<br />
Volkstuinvereniging Vrije Tuinders<br />
tegen over de Gamma.<br />
•<br />
20 maart 10.00 – 12.00 uur<br />
Cursus Biologisch Tuinieren.<br />
Volkstuinvereniging Vrije Tuinders<br />
tegen over de Gamma.<br />
27 maart 8.00 uur<br />
Vogelexcursie Mensingebos en<br />
eerste telling van de broedvogels.<br />
Vertrek vanaf de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
14 april 19.30 uur<br />
Werkgroepavond van de Vogelwerkgroep.<br />
Voorbereiding excursie<br />
Lauwersmeer, onderwerp Steltlopers<br />
door Jannie Mulder e.a.<br />
Volkstuinvereniging Vrije Tuinders<br />
tegen over de Gamma.<br />
•<br />
23 april 10.00 uur<br />
Excursie met de Paddestoelenwerkgroep<br />
naar de Slotplaats te Bakkeveen.<br />
Vertrek vanaf de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
27 april 19. 00 uur<br />
Avondexcursie met de Vogelwerkgroep<br />
naar het Fochteloërveen.<br />
Onder voorbehoud vanwege<br />
weersomstandigheden.<br />
Zie aankondiging op website.<br />
Vertrek vanaf de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
13 mei 6.00 uur<br />
Traditionele dauwtrapwandeling<br />
op Hemelvaartsdag.<br />
Voor vertrek zie www.ivn-roden.nl.<br />
•<br />
22 mei 14.00 uur.<br />
De gidsenwerkgroep heeft een<br />
Natuurganzenbordspel georganiseerd<br />
voor kinderen en ouders.<br />
Voor vertrekpunt zie www.ivn-roden.nl.<br />
- 24 -<br />
29 mei 8.00 uur<br />
De vogelwerkgroep maakt rondje<br />
Lauwersmeer.<br />
Vertrek vanaf de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
16 juni 19.00 uur<br />
Avondexcursie met de Vogelwerkgroep<br />
naar de Kollumerwaard.<br />
Vertrek vanaf de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
4 september 8.00 uur<br />
Met de Vogelwerkgroep naar<br />
Schiermonnikoog.<br />
Vertrek vanaf de Brink te <strong>Roden</strong>.<br />
•<br />
15 september 20.00 uur<br />
Cursus Biologisch Tuinieren<br />
(i.s.m. <strong>IVN</strong>-Norg).<br />
Café Zwanenburg te Norg.<br />
•<br />
23 september 19.30 uur<br />
Werkgroepavond van de<br />
Vogelwerkgroep.<br />
Programma nog niet bekend.<br />
Volkstuinvereniging Vrije Tuinders<br />
tegen over de Gamma.
Contacten<br />
Werkgroep<br />
Amfibieën en reptielen<br />
Aaldrik Pot<br />
0592 614687<br />
<strong>PuurNatuur</strong><br />
Jannie Mulder & Aaldrik Pot<br />
050 5010740<br />
Flora<br />
Immy Boonstra<br />
050 5015577<br />
Gidsen<br />
Lieuwe Strikwerda<br />
050 5019649<br />
Informatie over:<br />
Uilen<br />
Koen Vogt<br />
050 5014559<br />
Zoogdieren<br />
Aaldrik Pot<br />
06 51453305<br />
<strong>PuurNatuur</strong>-avonden<br />
Felix van Dooren<br />
050 5032955<br />
Jeugd<br />
Dea Smith<br />
050 5013986<br />
Milieu<br />
Gerard Borren<br />
050 5015009<br />
Paddestoelen<br />
Cees Koelewijn<br />
050 5010740<br />
Planologie<br />
Henk van Zon<br />
0592 656337<br />
Natuurwerkdag<br />
Ed Nijhof<br />
050 5019606<br />
WetlandWacht Leekstermeer<br />
Wim van Boekel<br />
050 5567406<br />
Steenbergerloop<br />
Lieuwe Strikwerda<br />
050 5019649<br />
Vleermuizen<br />
Marjan van Oosten<br />
050 3144605<br />
Vlinders en libellen<br />
Minko van der Veen<br />
050 5015<strong>52</strong>0<br />
Vlindertuin<br />
André Vermeer<br />
050 5015365<br />
Secretariaat:<br />
Zijpendaal 86<br />
9301 WH <strong>Roden</strong><br />
050 5015577<br />
www.dekrant-info.nl<br />
Vogels<br />
Eric Dusseljee<br />
050 5010024<br />
Koen ten Cate<br />
050 5715985<br />
Website<br />
Jannie Mulder<br />
050 5010740