Download - Compassion in Islam

DOOR UM SADJAAD
In de Naam van Allaah, de Meest Barmhartige, de Meest Genadevolle
Alle lof en dank is aan Allaah, de Heer van de hemelen en de aarde en alles wat bestaat.
De Heer van het universum, Die de beste beloning geeft aan degenen die Hem vrezen
en groot verlies aan de overtreders. We prijzen Hem en smeken Hem om Zijn hulp en vergeving.
We zoeken toevlucht bij Hem tegen het slechte in onszelf en het slechte in onze daden.
Degene die door Allaah is geleid kan door niemand misleid worden en degene die misleid is door
Allaah kan door niemand geleid worden. Ik getuig dat niemand het recht heeft om aanbeden te
worden, behalve Allaah Alleen. Verder getuig ik dat Muhammad -salla-llaahu ‘alaihi wa-sallam-
Zijn ware Profeet en Boodschapper is, de leider van de Boodschappers en leidraad van de gelovigen.
Wij plaatsen al het vertrouwen in Allaah Alleen, Allaah is voldoende voor ons en Hij is de beste
Helper. Er is geen kracht om het slechte te weerstaan behalve via Allaah, noch enige kracht om goed
te doen behalve via Hem Alleen. Moge Allaah Zijn vrede en zegeningen aan de laatste Profeet
Muhammad schenken en aan zijn nobele en pure familie en aan al zijn nobele metgezellen en
degenen die zijn voetstappen volgen tot aan de Dag des Oordeels.
Allaah, de Verhevene zegt in soerah Aal-‘Imraan 3: 102:
“O jullie die geloven, vrees Allaah vol ware godsvrees voor Hem,
en sterf niet anders dan als moslims.”
En in soerah An-Nisaa’ 4: 1:
“O mensen, vrees jullie Heer Die jullie uit een enkele ziel schiep.
En Die daaruit zijn echtgenote schiep en uit hen beiden vele mannen en vrouwen deed voort
1

komen. En vrees Allaah in Wiens naam jullie elkaar (om hulp) vragen.
En onderhoud de familiebanden. Voorwaar, Allaah is de Waker over jullie.”
“O jullie die geloven! Vrees Allaah en spreek (altijd) de waarheid.
Hij zal jullie aansporen tot het verrichten van goede daden en jullie zonden vergeven.
En wie Allaah en Zijn Boodschapper gehoorzaamt; waarlijk, die heeft een geweldige triomf
behaald.”
Soerah Al-Ahzaab 33: 70-71.
De meest waarachtige spraak is die van Allaahs Boek (de Qur’aan) en de beste leiding is die van
Muhammad -salla-llaahu ‘alaihi wa-sallam-. Het ergste kwaad bestaat uit toevoegingen en iedere
toevoeging (in religie) is een bid’ah en iedere bid’ah is een misleiding en iedere misleiding en iedere
vorm van misleiding is in het vuur.
Onze missie: zuivering en welgemanierdheid
Het juiste islamitische geloof en de juiste islamitische daden dienen van Allaahs Boek en de soennah
van Zijn Boodschapper af te stammen en dienen geleid te worden door de kennis en het begrip
van de sahaabah. (de metgezellen van de Profeet) Dit is het duidelijke pad van leiding dat Allaah voor
de mensen heeft geschetst en dat leidt naar hun onmiddellijke en fundamentele succes en geluk.
Helaas zijn de meeste moslims in verschillende mate van dit prachtige pad weg gegaan.
Dus dient ieder serieus werk om de islaam weer onder de moslims tot leven te brengen twee
elementen te bevatten:
1) Zuivering: het proces om dit pad van belemmeringen en onduidelijkheden te zuiveren en
mensen er naar toe te leiden.
2) Welgemanierdheid: het regelmatige, aanhoudende proces van mensen leren hoe op dit pad
te leven en eraan trouw te blijven en zich aan haar bevelen te houden.
Deze twee elementen waren centraal in de Profeets missie. In soerah Ad-Djumu’ah 62: 2 staat:
“Hij is Degene Die bij degenen die ongeletterd zijn een Boodschapper uit hun midden zond,
die hun Zijn verzen voordroeg, en die hen reinigde, en die hun het Boek en de Wijsheid onderwees,
terwijl zij daarvoor in duidelijke dwaling verkeerden.”
Hierdoor realiseren we ons de noodzaak om aan het Nederlands sprekende publiek verantwoorde
schrijfwerken aan te bieden die het begrip van de islaam verbeteren. Het presenteren hiervan omvat
twee aspecten:
2

1) Gezuiverde islamitische leerstellingen.
2) Praktische leidraad om ze toe te passen.
Waarlijk, dit is de missie die we aannemen en dit schrijfwerk is een nederige stap in die richting.
1) Zuivering
Zuivering (of ‘tasfiyah’) is vereist met betrekking tot onze bronnen van islamitische kennis,
ons geloof en onze praktijken.
a. Het zuiveren van onze bronnen van kennis
Overleveringen die vals aan de Profeet of zijn metgezellen zijn toegeschreven mogen niet als
bronnen van kennis of basis voor daden worden gebruikt. In feite behoren dit soort overleveringen
tot de voornaamste oorzaken van het afwijken van de ware islaam. Daarom is het zuiveren van onze
kennis van de zwakke en bedachte overleveringen een essentiele taak die volledig in onze studie en
ons onderwijs moet worden opgenomen. Rasuulullaah prees degenen die er naar streven om de
islamitische kennis te zuiveren toen hij zei:
“Deze kennis zal door de betrouwbare individuen van iedere generatie worden gedragen.
Zij zullen er de wijzigingen van de extremisten, de leugens van de leugenaren en de verkeerde
interpretaties van de arrogante uit weg halen.”
Al-Baihaaqie, Ibn ‘Adiyy en anderen, overgeleverd door Abu Hurairah, Ibn Mas’ud en andere
metgezellen. Hasan verklaard door shaikh al-Albaanie. (‘Mishkaat ul-masaabih’ nr. 239)
b. Ons geloof zuiveren
Het geloof van vele moslims is besmet met de misverstanden die van filosofische argumenten komen
en onislamitische meningen. Daarom vraagt het nodige zuiveringsproces het zuiveren van ons geloof
zodat het alleen gebaseerd is op betrouwbare teksten van de Qur’aan en de soennah en schoon is
van iedere vorm van shirk (iets of iemand naast Allaah plaatsen). Zo was het geloof van de sahaabah
welke Allaah heeft geprezen in soerah Al-Baqarah 2: 137:
“Als zij dan geloven in het gelijke van waarin jullie geloven, dan volgen zij waarlijk de leiding.”
c. Onze daden zuiveren
3

Veel moslims mengen hun religieuze praktijken en daden van aanbidding met bid’ahs (toevoegingen)
die niet door Allaah of Zijn Boodschapper zijn goed gekeurd. Daarom is er een enorme
inspanning nodig om de daden van aanbidding van de moslims zo te zuiveren dat ze zich aanpassen
met betrouwbare teksten van de Qur’aan en de soennah, met het begrip en het praktiseren van de
sahaabah en het verwerpen van bid’ahs. Dit is het enige acceptabele pad van leiding,
zoals Allaah in soerah An-Nisaa’ 4: 115 zegt:
“En wie de Boodschapper tegenwerkt nadat de leiding hem duidelijk is geworden
en een andere weg volgt dan die van de gelovigen: Wij laten hem (gaan naar) waarheen hij zich
afgekeerd had en Wij zullen hem in de Hel binnen leiden. En dat is de slechtste bestemming!”
2) Welgemanierdheid
Welgemanierdheid (of ‘tarbiyyah’) is om ons geloof en onze daden op zuivere kennis te vestigen.
Tarbiyyah gaat hand in hand met zuiveren.
a. Ware volgelingen van de eerste drie generaties metgezellen worden.
De bovenstaande discussie over het zuiveren van ons geloof en onze daden, dient te worden
uitgebreid met het opvoeden van onszelf en onze gemeenschap volgens de zuivere leringen,
waarbij we ernaar dienen te streven om ware volgelingen te worden van onze grote salaf;
de sahaabah. In soerah At-Tawbah 9: 100 zegt Allaah:
“En de allereerste (moslims) van de muhaadjiroen (emigranten vanuit Madinah) en de Ansaar
(bewoners van Madinah die de muhaadjiroen hielpen) en degenen die hen volgden in goede
daden: Allaah heeft welbehagen met hen en zij hebben welbehagen met Hem.
Hij heeft voor hen Tuinen (in het Paradijs) bereid waar onder door de rivieren stromen,
zij zijn daarin eeuwig levenden. Dat is de geweldige overwinning.”
De sahaabah waren de vrome mensen die door Allaah werden gekozen om Zijn Profeet te
vergezellen. Dus zij verlieten de valse religie van hun voorvaders en vereenzelvigden zichzelf met de
Profeet, leerden direct van hem en vestigden met hem de eerste en beste islamitische gemeenschap
en droegen zijn leerstellingen nauwkeurig en volledig over aan andere mensen. Wanneer de moslims
de sahaabah tot hun ware rolmodellen maken, zullen zij geneigd zijn om de waarheid onpartijdig te
gaan zoeken en niet langer eigenwijs vast te houden aan vooringenomen sektes en wetscholen.
b. Het uitnodigen naar de zuivere religie
Een essentieel deel van het proces van welgemanierdheid is alle mensen -zowel moslims als nietmoslims-
uit te nodigen naar de pure en onvervalste religie. Dit dient te gebeuren door goede
voorbeelden te laten zien, onszelf met goede manieren te bekleden en waardevolle, effectieve en
4

vriendelijke benaderingen te bewerkstellingen, welke van belang zijn vanwege de boodschap die we
dragen. Allaah zegt in soerah Aal-‘Imraan 3: 104:
“En laat er uit jullie een groep voort komen die uitnodigt tot het goede en oproept tot
deugdelijkheid en (die) het verwerpelijke verbiedt, en zij zijn degenen die welslagend zijn.”
Hierbij helpen is een plicht voor iedere moslim volgens zijn/haar beste vermogen,
zoals Allaah in soerah Al-Maa’idah 5: 2 beveelt:
“Ondersteun elkaar bij het goede (‘al birr’) en taqwaa’ en help elkaar niet in zonde en
overtreding.”
Dit is de enige weg om Allaahs acceptatie te verkrijgen en geluk en succes te bereiken.
Allaah zegt in soerah Al-‘Asr 103: 1-3:
“Bij de tijd. Voorwaar, de mens lijdt zeker verlies. Behalve degenen die geloven en goede daden
verrichten en elkaar aansporen tot de Waarheid en elkaar aansporen tot geduld.”
En dit is de manier om te midden van de gelovigen een ware en eerlijke compassie te vestigen die
een sterke, verenigende oorzaak ten grondslag heeft. Allaah zegt in soerah Aal-‘Imraan 3: 103:
“En houdt jullie allen stevig vast aan het touw (de godsdienst) van Allaah en wees niet verdeeld.”
c. De islamitische oplossing presenteren
Uitnodigen naar de waarheid houdt het vinden van realistische islamitische oplossingen voor
veelomvattende problemen in. Er is geen twijfel dat Allaahs leiding de enige allesomvattende weg is
voor het oplossen van problemen van de mensen zowel op individueel als maatschappelijk niveau.
Allaah zegt in soerah Al-Maa’idah 5: 49:
“En oordeel (O Muhammad ) onder hen met wat Allaah neer gezonden heeft en volg niet hun
begeerten.”
Waarlijk, we zoeken Allaahs leiding en hulp en we smeken Hem om ons in staat te laten zijn om
onszelf en onze gemeenschappen te zuiveren en op te voeden op een manier die Hem het meest
tevreden stelt. Aamien.
5

Inleiding:
Aangezien een van de voorwaarden om het gebed te kunnen verrichten de rituele wassing is,
dienen wij deze eerst te behandelen. Het is een (triest) feit dat vele moslims de wudhuu’ en de ghusl
niet op de correcte wijze verrichten. Wij dienen dit onderwerp in de islaam goed te bestuderen,
want de Profeet Muhammad heeft gezegd:
“Reinheid is de helft van iemaan.”
Muslim (1/203)
Vijf handelingen behoren tot ‘de fitrah’
Aan de wudhuu’ gaan andere handelingen vooraf om het lichaam zo zuiver mogelijk te laten zijn.
Dit wordt ‘al-fitrah’ genoemd. Abu Hurairah heeft overgeleverd dat de Profeet heeft
gezegd:
“De fitrah bestaat uit vijf (of: vijf behoren tot de fitrah): de besnijdenis, het scheren van het
schaamhaar, knippen van de nagels, plukken van het okselhaar en het (bij)knippen van de snor.”
Sahieh Muslim, kitaab al haid
En in een andere overlevering van ‘Aa’ishah heeft de Boodschapper van Allaah gezegd:
“Tien behoren tot de fitrah: het (bij)knippen van de snor, laten groeien van de baard, gebruiken
van siwaak,* opsnuiven van water door de neus, knippen van de nagels, wassen van de knokkels,
plukken van het okselhaar, scheren van het schaamhaar en het wassen van de scheidingswegen
met water.”
Sahieh Muslim, kitaab al haid
*De Profeet reinigde zijn tanden met de miswaak voordat hij wudhuu’ verrichtte, voordat hij bad,
voor het reciteren van de Qur’aan, bij het binnentreden van het huis, en bij het ’s nachts opstaan
voor gebed.
Anas ibn Maalik heeft overgeleverd:
“Er is voor ons een tijdslimiet vastgesteld voor het bijknippen van de snor, knippen van de nagels,
plukken van het okselhaar en het scheren van het schaamhaar. Wij mochten het niet langer dan
veertig nachten laten groeien.”
Sahieh Muslim, kitaab al haid
Reinheid (‘tahaarah’)
6

‘Tahaarah’ betekent reinheid en zuiverheid. Er wordt met betrekking tot dit gezegd dat een persoon
‘tatahhara’ heeft (zichzelf gereinigd) en dus ‘mutatahhir’(gereinigd) is en ‘muttahir’
(iemand die zichzelf heeft gereinigd). ‘At tahoer’ is water.
Tha’lab zei: “At-tahoer is water dat op zichzelf puur is en dat andere dingen zuivert.”
Er wordt gezegd: “Die en die is tahir met kleding” als het vrij is van vuil. De geleerden van tafsier
(Qur’aanuitleg) hebben gezegd dat de tahaarah in de Qur’aan uit dertien soorten bestaat, zoals:
‘Het verrichten van ghusl aan einde van menstruatie’, zoals in soerah Al-Baqarah 2: 222 staat evenals
‘De geslachtsdelen met water wassen en jezelf reinigen van alle soorten onreinheden’,
zoals in soerah Al-Anfaal 8: 11 staat. ‘Vrij van alle soorten vervuilingen zijn’, zoals in soerah
Al-Baqarah 2: 25 staat. ‘Mannen die wegblijven van seksuele relaties met andere mannen’,
zoals in soerah An-Naml 27: 56 staat. ‘Reiniging van zonden’, zoals in soerah Bara’ah 9: 103 staat.
‘Reiniging van afgoden’, zoals in soerah Al-Baqarah 2: 125 staat. ‘Zuivering van partners met Allaah
ascosieëren’, zoals in soerah ‘Abasa 80: 14 staat. Dat wat ‘halaal’ is, zoals in soerah Hoed 11: 78
staat. ‘Reiniging van het hart van twijfel en wantrouwen’, zoals in soerah Al-Baqarah 2: 232 staat.
‘Korter maken’, zoals in soerah Al-Muddaththir 74: 4 staat. ‘Reinigen van zonden’, zoals in soerah
Aal-‘Imraan 3: 42 staat.
‘An-nadjaasaat’ rituele onreinheden
‘An-nadjaasaat’ (onreinheden) is het meervoud van ‘nadjaasah’, wat datgene inhoudt wat mensen
als onrein beschouwen en waartegen zij zichzelf en hun kleren beschermen.
Oorspronkelijk zijn alle zaken rein en toegestaan. Wie anders beweert, moet hiervoor met bewijs
komen. Als hij dit bewijs niet kan leveren, of met onvoldoende bewijs komt, dan moeten we
gewoonweg terugkeren naar de oorsprong en dit laten. Dus nogmaals, het is niet toegestaan om iets
tot onrein te verklaren, alleen met bewijs.
1.(Mensen)urine
Het is overgeleverd door Anas dat een bedoeïen in de moskee urineerde, waarna een groep
mensen opstond (om hen te tegen te houden). De Boodschapper van Allaah zei:
“Laat hem en onderbreek hem niet!” Nadat de bedoeïen klaar was met urineren, vroeg hij om een
emmer water en goot het erover.
Al-Bukhaarie en Muslim
2. (Mensen)ontlasting
Abu Hurairah overlevert dat de Profeet zei: “Als één van jullie met zijn sandalen door
‘al-adhaa’* loopt, dan wordt dit gereinigd door de aarde.”
Sahieh Sunan Abi Daawuud
* ‘Al-adhaa’ is alles wat de mens schaadt; onreinheden of viezigheden of iets anders.
In deze overlevering wordt er duidelijk onreinheid mee bedoeld.
7

3. Al-madhiey
‘Al-madhiey’ (voorvocht) is een witte dunne plakkerige substantie die vrijkomt bij lustgevoelens.
Het vrijkomen ervan kan onopgemerkt gebeuren. Dit geldt voor zowel de man als de vrouw.
Al-madiey is onrein en daarom beval de Profeet om het geslachtsdeel te wassen bij het
vrijkomen van deze substantie. ‘Alie heeft verhaald:
“Ik was een man die erg last had van het vrijkomen van al-madiey.
En ik schaamde mij om de Profeet hierover te vragen vanwege (mijn huwelijk met) zijn dochter.
Ik vroeg Miqdaad bin al-Aswad om de Profeet hierover te vragen. De Profeet zei:
“Hij dient zijn geslachtsdeel te wassen en vervolgens al-wudhuu’ te verrichten.”
Al-Bukhaarie en Muslim
4. Al-wadhiey
‘Al-wadhiey’ is een witte, dikke substantie die na het urineren vrijkomt. Al-wadiey is onrein.
Ibn ‘Abbaas verhaalt: “Al-maniey, al-wadhiey en al-madhiey, wat betreft al-maniey (zaad),
dit vereist al-ghusl. En wat betreft al-wadhiey en al-madhiey; was je geslachtsdeel of je ‘madhaakier’
(testikels) en verricht de wudhuu’ zoals je die verricht voor het gebed!”
Sahieh Suunan Abi Daawuud
5. Uitwerpselen van dieren wiens vlees niet is toegestaan
‘Abdullaah vertelde: “Toen de Profeet zijn behoefte wilde doen, vroeg hij
(aan ‘Abdullaah): “Breng mij drie stenen!” Ik vond hem twee stenen en een (opgedroogde)
uitwerpsel van een ezel. Hij nam de twee stenen aan en gooide het uitwerpsel weg en zei:
“Het is onrein!”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
6. Menstruatie
Asmaa’ bint Abu Bakr heeft overgeleverd: “Er kwam een vrouw naar de Profeet en zei:
“Een van ons vrouwen, haar kleding raakt vervuild door menstruatiebloed. Wat moet zij doen?
Hij zei: “Krab het weg, wring het vervolgens uit met water en besprenkel het (met water),
daarna kan ze ermee bidden.”
Al-Bukhaarie en Muslim
7. Hondenspeeksel
Abu Hurairah heeft verhaald: “De Profeet zei: “Het reinigen van iemands servies als een
hond ervan heeft gelikt, geschiedt door het (servies) zeven maal te wassen waarvan de eerste met
aarde.”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
8

8. Dode dieren
Onder dode dieren wordt verstaan alle dieren die niet volgens de rituele slachting om het leven zijn
gekomen. Dit op basis van de uitspraak van de Profeet: “Wanneer ‘al-Ilhaab’* wordt gelooid,
dan is die hiermee gereinigd.”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
* ‘Al-Ilhaab’ is de huid van dode dieren. Alle dode dieren zijn onrein met uitzondering van:
a) Dode vissen en sprinkhanen.
Dit op basis van de overlevering van Ibn ‘Umar waarin hij zei: “De Boodschapper zei:
“Twee dode (dieren) en twee bloeden (bloedorganen) zijn voor ons toegestaan; wat de twee doden
betreft, dit zijn de vissen en de sprinkhanen. En wat de twee bloeden betreft, dit zijn de lever en de
milt.”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
b) Dode dieren die geen bloedsomloop kennen
Voorbeelden hiervan zijn: vliegen, mieren, bijen en soortgelijke dieren. Abu Hurairah heeft
verhaald dat de Boodschapper zei: “Als de vlieg in iemands drinken valt, dompel hem dan
helemaal onder en gooi hem vervolgens weg. Want in één van zijn vleugels zitten ziekte(kiemen)
en in de andere het geneesmiddel.” *
Sahieh Al-Bukhaarie
c) Botten, horens, nagels, haren en veren van dode dieren
Al de bovengenoemde zaken zijn rein. Dit op basis van de oorspronkelijke reinheid van alle zaken.
Daarnaast overleverde Al-Bukhaarie, dat Az-Zuhrie over de botten van dode dieren (zoals het ivoor
van olifanten) zei: “Ik heb mensen meegemaakt die tot de vroegere geleerden behoorden die hun
haar hiermee kamden en hun ‘doehn’ (smeersel) in plaatsten. Zij hadden hier geen bezwaar tegen.”
Hamaad zei: “Er is geen bezwaar tegen (het gebruiken van) veren van dode dieren.”
*Het is een medisch feit dat een vlieg ziektekiemen met zich meedraagt zoals de Profeet meer
dan veertienhonderd jaar geleden bekend maakte. Terwijl men destijds weinig kennis had over
moderne geneeskunde. Recentelijk zijn er experimenten uitgevoerd die duiden op de aanwezigheid
van ziektekiemen en de antilichamen hiervoor in het lichaam van de vlieg. Het blijkt dat als een vlieg
een vloeistof raakt, de ziektekiemen vrijkomen. De vlieg moet ondergedompeld worden zodat de
antilichamen vrijkomen. De antilichamen neutraliseren dan de ziektekiemen.
Allaah heeft ons ingelicht over onreinheden en over de wijze waarop deze onreinheden gereinigd
kunnen worden. Het is aan ons om Zijn woorden op te volgen en Zijn bevelen na te leven.
Waar ghusl wordt genoemd voor het wegnemen van onreinheden totdat de kleur, geur en smaak
9

ervan zijn verdwenen, moet ghusl gevolgd worden. En waar het gieten van water, het besprenkelen
van water, het wegkrabben, het wegvegen over de grond of simpelweg het lopen over reine grond
wordt genoemd (om te reinigen), dan dienen deze reinigingsmethodes opgevolgd te worden.
En weet dat water oorspronkelijk geschikt is voor het verwijderen van onreinheden.
Dit op basis van de uitspraak van de Profeet: “Het water is rein en wordt door niets
verontreinigd.” (‘Al-Irwaa’ van shaikh al-Albaanie)
Reinigingsmethodes zoals die door de islamitische rechtsregels zijn vastgesteld
1. Het reinigen van de huid van dode dieren door het looien
Ibn ‘Abbaas heeft overgeleverd: “Ik hoorde de Boodschapper zeggen:
“Als de huid van dode dieren wordt gelooid, dan is die hiermee gereinigd.”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
2. Het reinigen van servies als een hond daarvan heeft gelikt
Abu Hurairah heeft verhaald: “De Profeet zei: “Het reinigen van iemands servies als een
hond daarvan heeft gelikt, geschiedt door het (servies) zeven maal te wassen waarvan de eerste
met aarde.”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
3. Het reinigen van kleding wanneer dit vervuild raakt met menstruatiebloed
Asmaa bint Abu Bakr heeft overgeleverd: “Er kwam een vrouw naar de Profeet en zei:
“Een van onze vrouwen, haar kleding raakt vervuild door menstruatiebloed. Wat moet zij doen?”
Hij zei: “Krab het weg, wring het vervolgens uit met water en besprenkel het (met water),
daarna kan ze ermee bidden.”
Al-Bukhaarie en Muslim
Als er na deze handelingen nog bloedsporen zichtbaar blijven, dan is dit niet bezwaarlijk,
want Abu Hurairah heeft overgeleverd dat Khawlah bint Yasaar zei:
“O Boodschapper van Allaah! Ik bezit slechts één kledingstuk, en ik draag het tijdens mijn
menstruatie, (wat moet ik doen)?” Hij zei: “Nadat je weer rein bent (doordat je menstruatieperiode
erop zit en je ghusl hebt verricht) was de plek met het bloedspoor, en bidt er vervolgens mee.”
Zij zei: “O Boodschapper van Allaah! Wat nou als het bloedspoor niet helemaal verdwijnt?”
Hij zei: “(Het wassen met) Water is voldoende en kijk niet om naar overgebleven sporen.”
Sahieh Sunan Abi Daawuud
4. Het reinigen van de onderkant van vrouwenkleding
10

De moeder van een zoon van Ibraahiem bin Abder-Rahmaan bin ‘Awf vroeg Um Salamah,
de vrouw van de Profeet: “Ik ben een vrouw die lange kleding draagt, (en dit over de grond
laat slepen) en ik loop door onreine plaatsen (wat moet ik doen)?” Um Salamah vertelde:
“De Profeet zei: “Het wordt gereinigd door de grond waarop zij daarna loopt.”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
5. Het reinigen van kleding wanneer dit vervuild raakt met de urine van een zuigeling
Abu Samh, de bediende van de Profeet, overleverde dat de Profeet zei:
“De urine van een meisjeszuigeling wordt weggewassen. (het reinigen van kleding wat hiermee in
aanraking is gekomen, gebeurt door het te wassen) En de urine van een jongenszuigeling wordt
verwijderd door het (kledingstuk) te besprenkelen.”
Sahieh Sunan An-Nasaa’ie
6. Het reinigen van kleding van al-madhie
Sahl bin Hunaif zei: “Ik ondervond erg veel last en moeite van al-madhie, ik verrichtte
veelvoudig ghusl en ik bracht dit ter sprake bij de Boodschapper, waarna hij zei:
“Het verrichten van al-wudhuu’ volstaat hiervoor.” Ik zei: “O Boodschapper van Allaah!
Hoe zit het met mijn kleding die hiermee in aanraking komt?” Hij zei: “Het volstaat jou om een
hand vol water te nemen en je kleding, op de besmeurde plek, hiermee te besprenkelen.”
Sahieh Sunan Ibn Maadjah
7. Het reinigen van de onderkant van schoeisel
Abu Sa’ied heeft overgeleverd dat de Profeet zei: “Als één van jullie naar de moskee komt,
dan moet hij zijn schoeisel omkeren en er naar kijken. Als hij iets onreins ziet, dan moet hij het over
de grond weg wrijven en er vervolgens mee bidden.”
Sahieh Sunan Abi Daawuud
8. Het reinigen van de grond
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat een bedoeïen opstond en vervolgens in de moskee
urineerde waarop de mensen hem wilden grijpen. De Profeet zei tegen hen:
“Laat hem! En giet over zijn urine een emmer water. Jullie zijn gestuurd om (zaken) te
vergemakkelijken en jullie zijn niet gestuurd om (zaken) te compliceren.”
Al-Bukhaarie en Muslim
11

De Profeet beviel om een emmer water over de urine te gieten om zo snel mogelijk de
onreinheid te verwijderen.
De ‘istindjaa’ (het wassen van de geslachtsdelen)
Er zijn nog steeds heel veel moslims die hun geslachtsdelen niet wassen op de wc.
Het was een van de eerste dingen die ik leerde toen ik moslim werd en een van de eerste dingen die
me waren opgevallen toen ik voor het eerst in contact met moslims kwam.
De fles met water in het toilet vond ik een logische manier van jezelf schoonhouden, die ik gelijk
accepteerde omdat ik het nooit schoon had gevonden hoe wij thuis alleen papier gebruikten.
We hebben net in de hadieth gelezen dat de istindjaa tot de fitrah behoort in de hadieth van
‘Aa’ishah waarin de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Tien behoren tot de fitrah: …….het wassen van de scheidingswegen met water.”
Sahieh Muslim, kitaab al haid
Omdat islaam alles omvat en ons alles leert: hoe we volgens de soennah slapen, eten, naar de w.c.
gaan enz. staken de joden hier de gek mee aan, zoals uit een hadieth overgeleverd door
‘Abdur-Rahmaan ibn Zayd blijkt, waarin de joden tegen de sahaabie (metgezel) Salmaan
al-Faarsie zeiden:
“Jullie Profeet leert jullie alles, zelfs hoe je je behoefte moet doen.”
Salmaan zei:
“Waarlijk! Hij verbiedt ons om in de richting van de qiblah (Makkah) te zitten als we dat
doen.”
Sahieh Muslim, Abu Daawuud en At-Tirmidhie
Dit geldt alleen wanneer er tussen degene die zijn behoefte doet en de qiblah geen afscheiding zit,
zoals blijkt uit de hadieth van Marwaan al-Afsar, die zei:
“Ik zag hoe ‘Abdullaah ibn ‘Umar zijn ruidier liet liggen en vervolgens richting de qiblah
urineerde. Ik zei tegen hem: “O Abu ‘Abdur-Rahmaan, is dit niet verboden?”
Hij zei: “Jawel, voorzeker het is slechts verboden om dit in al-fadaa’ (een verlaten plek) te doen,
maar als er tussen jou en de qiblah een afscheiding is, is het niet erg.”
Abu Daawuud, hasan verklaard door shaikh al-Albaanie
12

Het doen van een behoefte houdt het uitscheiden van urine en/of ontlasting in.
Iemand die zijn behoefte wil gaan doen dient teksten met de naam van Allaah te verwijderen.
Anas ibn Maalik heeft gezegd:
“De Boodschapper van Allaah droeg een ring waarin gegraveerd stond:
“Muhammad is de Boodschapper van Allaah. Als hij het toilet binnen trad legde hij hem neer.”
Al-Baihaaqie, Al-Haakim, Sahieh verklaard door beide iemaams
Bescherming vragen tegen de shayaatien van onder de djinn wanneer je je behoefte gaat doen
Als je de plaats binnen gaat waar je je behoefte zult gaan doen zeg je:
“Allaahoemma ‘innie a‘udhu bika min al-khubthi wal khabaa’ith”
(“O Allaah, ik zoek toevlucht bij U tegen de slechte mannelijke en vrouwelijke satans.”)
Dit zeg je omdat de ongelovige djinns ervan houden om op onreine plekken zoals toiletten,
vuilnisbelten en afgelegen plekken te leven, zoals blijkt uit de hadieth van Zayd ibn Arqam
waarin de Profeet zei:
“Deze plekken worden vaak bezocht door de djinn en shayaatien. Dus wanneer iemand onder jullie
daar heen gaat dient hij te zeggen: “O Allaah, ik zoek toevlucht bij U tegen de slechte mannelijke
en vrouwelijke djinns.”
Abu Daawuud, An-Nasaa’ie en Ibn Maadjah, in: ‘kitaab at-tahaarah’ en Ahmad ibn Hanbal in zijn
Musnad (4/ 369)
Waheed Abdus Salaam Baly zei in zijn boek ‘How to protect yourself from jinn & shaytaan’:
“Deze hadieth schoot mij te binnen toen ik een gesprek had met een moslim djinn.
Ik vroeg hem: “Leven jullie op afvalplekken?” Hij antwoordde: “Nee.” Ik zei toen tegen hem:
“Maar er werd overgeleverd dat jullie djinn ook in afvalplekken en toiletten verblijven.”
Hij antwoordde: “Ja, maar dat is exclusief voor de ongelovige djinn, want zij geven de voorkeur aan
onreine, smerige plekken.”
Het is ook authentiek overgeleverd door Sa’ied ibn Mansur dat de Boodschapper van Allaah
voor dat hij zijn kleding verwijderde of zijn behoefte ging doen, zei:
“Bismillaah (in de Naam van Allaah)…”
Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
13

Je spreekt dus eerst de Naam van Allaah uit en zegt dan de du’aa, zodat je naaktheid beschermd is
tegen degenen die jij niet kan zien. ‘Alie heeft overgeleverd dat de Profeet heeft gezegd:
“De bedekking tussen de djinn en de ‘awrah* van de zoon van Aadam als hij het toilet
binnentreedt, is dat hij zegt: “Bismillaah.”
Ibn Maadjah, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
*De ‘awrah is je naaktheid die niemand dient te zien. Je gaat daarna met je linkervoet naar binnen.
Wanneer je klaar bent treed je met je rechtervoet naar buiten en zegt:
“Ghrufraanaka”
(Ik smeek U om) “Uw vergeving”)
Dit is gebaseerd op de hadieth van ‘Aa’ishah, die heeft overgeleverd:
“Wanneer de Profeet uit het toilet trad, zei hij: “Ghrufraanak.”
Ahmad, Abu Daawud, At-Tirmidhie, Ibn Maadjah, Al-Haakim, Sahieh verklaard door Abu Haatim en
shaikh al-Albaanie
Sommige geleerden zeggen dat de Profeet om vergeving vroeg omdat hij gedurende het
ontlasten Allaah niet kon gedenken en hij dat als tekortkoming beschouwde.
Alle andere smeekbedes die zijn overgeleverd over het uittreden van het toilet zijn da’ief (zwak)
verklaard. Het bewijs dat het verboden is om te spreken tijdens het urineren en/of ontlasten vinden
we in de hadieth van Djaabir ibn ‘Abdullaah die heeft overgeleverd dat de Boodschapper van
Allaah zei:
“Voorwaar, wanneer twee mannen uitscheiden, laat ieder van hen zich voor zijn vriend verstoppen
en laat hun beiden niet spreken. Voorwaar, dit toornt Allaah.”
Ahmad, Sahieh verklaard door iemaam ibn As-Sakan, ibn al-Qattaan en shaikh al-Albaanie
Deze hadieth bewijst ook dat het verplicht is jezelf voor anderen te verbergen tijdens het doen van je
behoefte. ‘Aa’ishah heeft overgeleverd in een hadieth verzameld door Abu Daawuud en
sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie, dat de Profeet heeft gezegd:
“Al wie ontlasting wil uitscheiden, laat hem zichzelf bedekken.”
Anas ibn Maalik heeft hierover gezegd:
14

“Wanneer de Profeet zijn behoefte wilde doen, trok hij zijn kleding niet omhoog,
totdat hij de grond naderde.”
Abu Daawuud, At-Tirmidhie, Ad-Daarimie, Al-Baihaaqie, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie in:
‘As-Silsilah as-Sahiehah’ nr: 1071
“Totdat hij de grond naderde” houdt het zitten in hurkzit in, zoals het in vele islamitische landen
wordt gedaan waar men zijn behoefte op die manier doet. Het is voor de man sterk aanbevolen om
zittend te urineren en het is afkeurenswaardig voor hem om dit staand te doen.
‘Aa’ishah heeft overgeleverd:
“Al wie jullie vertelt dat de Profeet staand urineerde, voorwaar, geloof hem niet.
Hij urineerde slechts zittend.”
At-Tirmidhie, Ibn Maadjah, Ahmad, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Anas heeft overgeleverd:
“Wanneer de Boodschapper van Allaah zijn behoefte ging doen, gingen ik en een andere
jongen van onder ons met water achter hem aan.”
Sahieh Al-Bukhaarie (151)
Het reinigen van de geslachtsdelen dient alleen met de linkerhand te gebeuren, zoals blijkt uit de
overlevering waarin Abu Qataadah heeft overgeleverd: “De Profeet zei:
“Wanneer iemand van jullie urineert dient hij zijn geslachtsdeel niet met zijn rechterhand vast te
houden noch zijn geslachtsdelen met zijn rechterhand te reinigen. En onder het drinken dient men
niet in het drinkglas te ademen.”
Sahieh Al-Bukhaarie (154)
De man dient zijn geslachtsdeel ook drie keer leeg te schudden, zoals blijkt uit de zwakke hadieth van
‘Iesaa ibn Yazaad die van zijn vader overleverde: “De Boodschapper van Allaah zei:
“Voorwaar, wanneer iemand onder jullie urineert, laat hem dan zijn mannelijke geslachtsorgaan
drie keer lichtelijk leegschudden.”
Ibn Maadjah, da’ief verklaard door shaikh al-Albaanie
15

Hoewel de isnaad (overleveringsketen van deze hadieth da’ief is, zijn er andere ahaadieth die de
inhoud van deze hadieth bevestigen. Abu Hurairah heeft overgeleverd dat de Boodschapper van
Allaah zei:
“Voorwaar, reinig jullie van urine, voorzeker, de meest voorkomende bestraffing in het graf is
daarvoor. “
Ad-Daaraqutnie, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
‘Al-miyaah’ (water)
Al het water dat uit de hemel en uit de grond komt is zuiver, rein. In soerah Al-Furqaan 25: 48 staat:
“En Wij zenden rein water (‘maa’an tahoera’) uit de hemel neer.”
En de Profeet heeft over zeewater gezegd:
“Het water ervan is rein en haar dode schepselen zijn halaal (om te eten).”
Ibn Maadjah, Abu Daawuud e.a
En hij zei over water uit een put:
“Waarlijk, het water ervan is rein en niets kan het onrein maken.”
Abu Daawuud, At-Tirmidhie en anderen
Zelfs als onreine dingen in water vallen wordt het niet onrein, tenzij het water er zo erg door
veranderd dat het niet langer water te noemen is. Het bewijs hiervoor is de hadieth van Abu Sa’ied
al-Khudrie waarin hij zei:
“Er werd gezegd: “O Boodschapper van Allaah! Mogen wij wudhuu’ maken uit de put van
Budhaa’ah, ondanks het feit dat menstruatiebloed, dode honden en ander vuil erin worden
gegooid?” Hij zei: “Water is rein en niets kan het onrein maken.”
Abu Daawuud, At-Tirmidhie en anderen
Het blijft rein zelfs als bepaalde andere reine ingrediënten worden toegevoegd, zolang als het als
water wordt beschreven, wat bewezen wordt door de overlevering over de vrouw die het lichaam
van haar dochter voorbereidde (voor begrafenis):
“Was haar drie of vijf keer, of meer dan dat als je het nodig vindt, met water en ‘sidr’
(aromatische bladeren van de lotusboom).En voeg bij de laatste keer ‘kaafoer’ (kamfor) toe of iets
16

soortgelijks.”
Sahiehain
De wudhuu’ (de kleine rituele wassing) en de waarde van wudhuu’
De wudhuu’ is een rituele staat die en heel belangrijke positie heeft die velen onderschatten.
Als je de waarde van wudhuu’ weet dan wil je altijd in de staat van wudhuu’ zijn, zowel gedurende de
dag als wanneer je gaat slapen. ‘Umar heeft overgeleverd dat de Profeet zei:
“Wanneer iemand met tahaarah gaat slapen zal een engel in zijn dekens blijven.
Wanneer hij ’s nachts wakker wordt zegt de engel: “O Allaah, vergeef Uw dienaar want hij sliep
met tahaarah.” (reinheid, dus wudhuu’)
Ibn Hibbaan en At-Tabaraanie. Sahieh verklaard door al-Albaanie.
‘As-Sahiehah’ nr: 2539 en ‘Sahieh ut-Targhib wat-Tarhib’ nr: 597, 599
Het is ook overgeleverd in de Musnad van Abu Hurairah dat de Profeet zei:
“Degene die op de salaah wacht is als een ruiter die zijn paard aanmoedigt op het pad van Allaah
ondanks zijn honger. De engelen sturen zegeningen naar hem zolang hij zijn wudhuu’ niet
verbreekt of vertrekt en hij is in de staat van de grotere ribaat.”
Overgeleverd door Ahmad (2/352). Shaikh Ahmad Shaakir zei in zijn commentaar op de Musnad dat
de hadieth sahieh is (12/256)
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat de Profeet zei:
“De engelen bidden voor ieder van jullie zolang hij op zijn gebedsplek is en zijn wudhuu’ niet
verbreekt. Zij zeggen: “O Allaah, vergeef hem, heb rahmah voor hem, zolang hij op de salaah
wacht. Niets houdt hem tegen om naar zijn familie terug te keren behalve de salaah.”
Al-Bukhaarie (2/142) en Muslim (1/459)
De wudhuu’ is ook heel belangrijke voorwaarde voor het gebed. Als de wudhuu’ niet correct wordt
verricht is het gebed niet geldig. Het is een reiniging voor zowel het lichaam als de ziel.
De Qur’aan heeft duidelijk gemaakt dat het verrichten van wudhuu’ zonden kan uitwissen.
Allaah zegt in soerah Al-Maa’idah 5: 6:
“O jullie die geloven! Wanneer jullie je voorbereiden op de salaah, wast dan jullie gezichten en
jullie handen tot de ellebogen en wrijft over jullie hoofden en wast jullie voeten tot de enkels.
Indien jullie djunub (in seksuele onreine staat) zijn, reinigt jullie dan.
En indien jullie ziek zijn, of op reis, of als een van jullie van het toilet is gekomen, of jullie hebben
jullie vrouwen aangeraakt (gemeenschap gehad) en jullie vinden dan geen water;
17

verricht dan tayammoem met schone aarde. En wrijft ermee over jullie gezichten en jullie handen.
Allaah wil het jullie niet moeilijk maken, maar Hij wil jullie reinigen, zodat Hij Zijn genieting voor
jullie vervolmaakt. Hopelijk zullen jullie dankbaar zijn.”
Dus Zijn uitspraak “Hij wil jullie reinigen” houdt zuiveren van het lichaam met water in en zuiveren
van het hart van zonden en deze vervolmaking van Zijn gunst vindt plaats wanneer iemands zonden
zijn verwijderd en vergeven. De volledige zegeningen kunnen niet verkregen worden, behalve
wanneer iemands zonden worden uitgewist. Er zijn vele teksten van Rasuulullaah die zeggen dat
wudhuu’ zonden uitwist, zoals in de hadieth verzameld door Muslim waarbij ‘Uthmaan wudhuu’
verrichtte en zei:
“Ik zag de Profeet wudhuu’ maken zoals ik mijn wudhuu’ maakte, toen zei hij:
“Degene die wudhuu’ maakt op deze manier zal zijn zonden vergeven hebben.
De salaah en het lopen naar de masdjid zal een toegevoegde beloning zijn.”
Muslim (1/207)
In Sahieh Muslim staat dat hij zei:
“Degene die wudhuu’ maakt en een goede wudhuu’ maakt, zijn zonden zullen zijn lichaam verlaten
totdat ze zelfs van onder zijn vingernagels zullen weg gaan.”
Muslim (1/216)
Iemaam Muslim heeft ook overgeleverd van Abu Hurairah dat de Profeet zei:
“Wanneer de moslim of mu’min wudhuu’ maakt en zijn gezicht wast, zal iedere zonde waar hij met
zijn ogen naar keek van zijn gezicht worden weggewassen met het water of met de laatste druppel
water. Wanneer hij zijn voeten wast, zal iedere zonde waar zijn voeten naar toe liepen worden
weggewassen met het water of met de laatste druppel van het water totdat hij er puur van zonden
gezuiverd uit komt.”
Muslim (1/210)
Hij heeft ook overgeleverd van ‘Amr ibn ‘Abbasah dat de Profeet zei:
“Niemand van jullie maakt wudhuu’ door zijn mond te spoelen en water in en uit te snuiven,
zonder dat de zonden die zijn gezicht, zijn mond en zijn neusgaten verrichten af vallen.
Wanneer hij vervolgens zijn gezicht wast zoals Allaah hem heeft bevolen, vallen de zonden samen
met het water van zijn gezicht aan het einde van zijn baard. Wanneer hij vervolgens zijn
onderarmen wast tot aan de ellebogen, vallen de zonden van zijn armen met het water van zijn
vingertoppen af. Wanneer hij vervolgens zijn hoofd veegt, vallen de zonden van zijn hoofd samen
18

met het water van zijn haarpunten af. Wanneer hij vervolgens zijn voeten tot aan de enkels wast,
vallen de zonden van zijn voeten samen met het water van zijn tenen af.
Wanneer hij vervolgens staat te bidden en Allaah prijst, Hem verheerlijkt en looft met datgene wat
Hem toekomt en zijn hart geheel aan Allaah wijdt zullen zijn zonden hem verlaten,
hem zo achterlatend als hij was op de dag dat zijn moeder van hem beviel.”
Deel van een lange hadieth van Muslim (1/570)
In de Musnad en de Sahieh van Ibn Hibbaan ‘Uqbah ibn Amir is overgeleverd dat de Profeet
zei:
“Twee personen van mijn ummah: degene die ’s nachts opstaat en zichzelf geneest totdat hij zuiver
is en op hem zijn knopen dus maakt hij wudhuu’. Dus wanneer hij zijn hand wast, ontknoopt zich
een knoop. Wanneer hij zijn gezicht wast, ontknoopt zich een knoop. Wanneer hij zijn hoofd veegt,
ontknoopt zich een knoop. Wanneer hij zijn voeten wast, ontknoopt zich een knoop.
De Heer zegt dan tegen degenen achter het gordijn: Kijk naar Mijn dienaar die zichzelf geneest en
Mij vraagt. Waar Mijn dienaar om vraagt, dat is voor hem….” tot aan het einde van de hadieth.
Overgeleverd door Ahmad (4/201) en Ibn Hibbaan (168)
Shaikh Muqbil Al-Waadi’ie zei dat de hadieth sahieh is (‘Sahieh Al-Musnad’: 952)
Er zijn vele andere ahaadieth die dezelfde betekenis hebben, maar wat we genoemd hebben is
voldoende en aan Allaah behoort alle lof en dankbaarheid. Er zijn ook andere ahaadieth die de
beloningen van het maken van wudhuu’ aantonen en dit is iets dat bij het schoon wissen van zonden
komt. In Sahieh Muslim is overgeleverd van ‘Umar dat de Profeet zei:
“De zeven poorten van het Paradijs gaan open voor degene die wudhuu’maakt en zijn wudhuu’
goed maakt en dan zegt: “Ash-hadu allaa ilaaha ilaa’llaah wa anna Muhammadan ‘abdahu wa
rasuuluhu en hij kan binnentreden door welke hij wenst.”
Muslim (1/209)
We zien dat het goed verrichten van de wudhuu’ extra wordt benadrukt.
Al-Bazzaar heeft overgeleverd in zijn Musnad van ‘Uthmaan:
“De vroegere en toekomstige zonden zullen vergeven zijn van degene die de wudhuu’ verricht
en dit op de juiste manier doet.”
De isnaad van deze hadieth is acceptabel. Abi Aasim heeft deze hadieth van ‘Uthmaan ook
overgeleverd maar met een andere isnaad. Overgeleverd door Al-Bazzaar (262).
Al-Mundhirie zei de isnaad is hasan in At-Targhieb (1/103). Al-Haythamie zei:
de overleveraars zijn betrouwbaar en de hadieth is hasan inshaa’Allaah. (1/237)
19

Hoe verricht men de wudhuu’?
We dienen te bestuderen hoe we de wudhuu’ op de correcte wijze volgens de soennah dienen te
verrichten. Ontelbaar veel moslims hebben de wudhuu’ via via geleerd en hebben er nooit bij stil
gestaan of hun wudhuu’ wel precies op de manier is waarop de Profeet het verrichtte.
Daarom zei de Profeet in een hadieth overgeleverd door Abu Maalik Al-‘Ash’aarie:
“Wudhuu’ op de juiste manier verrichten is de helft van iemaan.”
Verzameld door An-Nasaa’ie (5/5) en Ibn Maadjah (280) en het is sahieh
De geleerden hebben gezegd dat het een aanbevolen zaak is om de tanden met een siwaak te
reinigen. De siwaak is een tak die als tandenborstel wordt gebruikt. Deze tak komt o.a. van een boom
genaamd ‘al-Araak.’ Het is aanbevolen de siwaak te gebruiken voordat men het gebed gaat
verrichten zoals blijkt uit de woorden van Hudhayfah ibn al-Yamaanie die zei:
“Wanneer Rasuulullaah ’s nachts het (vrijwillige) gebed verrichtte, reinigde hij (borstelend) zijn
mond met de siwaak.”
Hadieth sahieh uit de Sahiehain
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat Rasuulullaah heeft gezegd:
“Waarlijk, als ik mijn volk (daarmee) geen last liet dragen, had ik ze (het gebruik van) de siwaak bij
elke wassing verplicht.”
Iemaam Maalik, Ahmad, An-Nasaa’ie e.a. Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Voordat men de wudhuu´ verricht dient men de intentie hiervoor in zichzelf op te wekken dat hij de
wudhuu’ als daad van aanbidding wil gaan verrichten. Vervolgens dient hij ‘de tasmiyah’ te
verrichten, dat wil zeggen het uitspreken van ´Bismillaah´.
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat Rasuulullaah heeft gezegd:
20

“Er is geen wudhuu’ voor degene die de Naam van Allaah niet ervoor gedenkt.”
Hasan, deze hadieth is overgeleverd door iemaam Ahmad en is da’ief verklaard door iemaam Ahmad,
Al-Bukhaarie en Abu Ishaaq al-Huwaynie, maar hasan verklaard door al-Albaanie
(‘Irwaa’ al-ghaliel’ hadiethnr. 81)
Met het gedenken van Allaah wordt het uitspreken van `Bismillaah´ bedoeld, wat een voorwaarde is
van de wudhuu´ omdat de hadieth hasan is verklaard. Sommige geleerden zeggen dat dit slechts is
aanbevolen en in het algemeen geldt voor iedere nobele zaak die je verricht.
Hoe vaak kan men de wudhuu’ verrichten?
De wudhuu’ kan men een, twee of drie keer verrichten. Ibn ‘Abbaas heeft overgeleverd:
“De Profeet verrichtte wudhuu’ door de lichaamsdelen alleen een keer te wassen.”
Sahieh Al-Bukhaarie (157)
‘Abdullaah ibn Zayd heeft overgeleverd:
“De Profeet verrichtte wudhuu’ door de lichaamsdelen alleen twee keer te wassen.”
Sahieh Al-Bukhaarie (158)
‘Abdullaah ibn Zayd heeft overgeleverd:
“Rasuulullaah kwam eens naar ons en wij brachten water voor hem in een koperen pot.
Hij verrichtte wudhuu’. Hij waste zijn gezicht drie keer en zijn onderarmen tot aan de ellebogen
twee keer, vervolgens ging hij licht met zijn (natte) handen over het hoofd van voren naar het
achterste gedeelte en bracht ze opnieuw naar voren en waste zijn voeten (tot aan de enkels).”
Sahieh Al-Bukhaarie (197)
Vaker dan drie keer is echter niet toegestaan. De Profeet zei:
“Voorwaar, wie dat meer (dan drie keer) doet is onredelijk en overschrijdt (de grenzen) en is
onrechtvaardig.”
An-Nasaa’ie, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
De volgorde van de wudhuu’
21

De volgorde van de wudhuu’ staat in de volgende ahaadieth beschreven, en de stappen moeten
achter elkaar worden uitgevoerd, zonder lange tussenpozen:
Humraan, de bevrijde slaaf van ‘Uthmaan ibn ‘Affaan, heeft overgeleverd dat ‘Uthmaan
om water vroeg, vervolgens waste hij zijn beide handen (tot de polsen) drie keer.
Daarna spoelde hij zijn mond, snoof in en uit, vervolgens waste hij zijn gezicht drie keer.
Vervolgens waste hij zijn rechterhand tot aan zijn elleboog drie keer, vervolgens waste hij zijn
linkerhand op dezelfde manier. Vervolgens wreef hij over zijn hoofd.
Vervolgens waste hij zijn rechtervoet tot aan de enkel drie keer.
Vervolgens waste hij zijn linkervoet op dezelfde manier, vervolgens zei hij:
“Ik zag de Boodschapper van Allaah op de manier waarop ik de wassing heb verricht de
wassing verrichten.”
Sahiehain
En in een andere hadieth van al-Miqdaam ibn Ma’d-Yakrib staat dat hij zei:
“Er werd water naar de Boodschapper van Allaah gebracht, waarna hij de wudhuu’ verrichtte.
Hij waste zijn beide handen (tot de polsen) drie keer en waste zijn gezicht drie keer.
Vervolgens waste hij zijn beide armen drie keer. Vervolgens spoelde hij (zijn mond) en snoof
(met zijn neus) drie keer in. Vervolgens wreef hij over zijn hoofd en de binnen en buitenkant van
zijn oren.”
Abu Daawuud, iemaam Ahmad, Sahieh verklaard door Ash-Shawkaanie en shaikh al-Albaanie
Iemaam Ahmad voegde toe: “En hij waste zijn beide voeten drie keer.”
De verplichte onderdelen van de wudhuu’ zijn:
Intentie in het hart. Het gezicht een keer wassen, inclusief het spoelen van de mond en neus.
Het een keer wassen van de handen en armen tot en met de ellebogen. Het een keer vegen over het
hele hoofd, inclusief de oren. Het een keer wassen van de voeten tot en met de enkels.
De mustah’ab (aanbevolen) onderdelen van de wudhuu’ zijn:
‘Bismillaah’ zeggen. De handen, mond, neus en gezicht 1, 2 of 3 keer wassen. De rechter en linker
onderarm vanaf de vingertoppen tot en met de ellebogen 1, 2 of 3 keer wassen. (dus de handen
weer meenemen; dit is verplicht!) Het hoofd een keer vegen en de oren ook een keer, wat met
hetzelfde water mag. Je stopt je wijsvinger in je oren om de oorschelp van binnen te wassen en veegt
met je duimen over de achterkant van je oren. De voeten 1, 2 of 3 keer wassen tot en met de enkels
en vooral de hiel goed doen.
22

De Profeet begon bij alles wat hij deed altijd met rechts, zoals blijkt uit de hadieth van ‘Aa’ishah:
“De Profeet had de gewoonte om aan de rechterkant te beginnen bij het aantrekken van
schoenen, zijn haar kammen en zichzelf schoonmaken of wassen en bij het doen van al het
andere.”
Sahieh Al-Bukhaarie (168)
Het wassen van de handen is ook het wassen tussen de vingers
Wanneer je je handen wast dien je tussen de vingers te wassen, zoals we lezen in de hadieth van
Laqiet ibn Sabirah die heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Verricht de wassing (goed) en was tussen je vingers en overdrijf bij het insnuiven (van water)
behalve als je vastende bent.”
Abu Daawuud, At-Tirmidhie, An-Nasaa’ie, Ibn Maadjah, Sahieh verklaard door iemaam Ibn
Khuzaymah
De Profeet heeft gezegd:
“Als je de wassing verricht, was dan tussen de (vingers van je) handen en de (tenen van je) voeten.”
At-Tirmidhie, Hasan-sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
De neus apart wassen of tegelijk met de mond met hetzelfde water wassen
In een overlevering van Humraan staat dat hij het snuiten alleen met zijn linkerhand deed:
“Hij spoelde zijn mond en snoof in en snoot (vervolgens het water uit) met zijn linkerhand.
Hij deed dat drie keer.”
Abu Daawuud heeft overgeleverd dat de Profeet heeft gezegd:
“En overdrijf bij het insnuiven, behalve wanneer men vast.”
23

Abu Hurairah heeft overgeleverd dat Rasuulullaah heeft gezegd:
“Wanneer iemand van jullie ontwaakt, dient hij zijn neus drie keer met water te reinigen.
Voorwaar, shaytaan overnacht in de binnenkant van zijn neus.”
Sahiehain
Het wassen van de mond en neus mag ook tegelijkertijd gedaan worden.
De bewijzen hiervoor vinden we in de volgende drie ahaadieth:
‘Alie ibn Abie Taalib heeft overgeleverd:
“Dat de Profeet zijn mond spoelde en zijn neus snoof. Dat deed hij drie keer uit een handpalm.”
Al-Bukhaarie
En een andere hadieth van ‘Alie:
“Vervolgens spoelde hij (zijn mond) en snoot uit. Dat deed hij drie keer. Hij spoelde en snoot uit met
de handpalm waarmee hij het water schepte.”
Abu Daawuud, An-Nasaa’ie, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
En ‘Abdullaah ibn Zayd zei:
“Hij dompelde zijn hand in het gerei, spoelde vervolgens zijn mond, snoof in en uit.
Dat deed hij drie keer, met drie scheppen water.”
Al-Bukhaarie
De baard wassen
Mannen zijn verplicht om met hun vingers door hun baarden te strijken, omdat de baard bij het
gezicht hoort. Dit blijkt uit de uitspraak van Anas ibn Maalik die heeft overgeleverd:
“Wanneer Rasuulullaah de wudhuu’ verrichtte nam hij een handpalm vol water, stak het
onder zijn onderkaak en streek daarmee zijn baard en zei: “Zo heeft mijn Heer mij bevolen te
24

doen.”
Abu Daawuud. Sahieh verklaard door al-Albaanie
‘Uthmaan heeft overgeleverd:
“Voorwaar, de Profeet streek (met zijn vingers) door zijn baard terwijl hij de wassing
verrichtte.”
At-Tirmidhie, Abu Daawuud, Sahieh verklaard door Ibn Khuzaymah en shaikh al-Albaanie
Voorbij de ellebogen wassen
Men dient bij het verrichten van de wudhuu’ tot voorbij de ellebogen te gaan, zoals in een hadieth
die door Waa’il ibn Hidjr is verhaald staat:
“En hij waste zijn armen totdat hij voorbij zijn elleboog ging.”
Iemaam Al-Bazzaar en iemaam At-Tabaraanie
En Djaabir ibn ‘Abdullaah heeft overgeleverd:
“Hij draaide met zijn hand het water over zijn elleboog.”
Iemaam Ad-Daaraqutnie
In een hadieth van Tha’labah ibn ‘Ubaad die zijn vader aan hem overleverde staat:
“Vervolgens waste hij zijn armen totdat het water over zijn ellebogen stroomde.”
Iemaam At-Tahaawie en At-Tabaraanie
25

De plekken van de wudhuu’ zullen licht stralen in het hiernamaals
Dit is vanwege de lichtgevende effecten die de wudhuu’ in het hiernamaals zullen hebben.
Abu Hurairah heeft overgeleverd in een hadieth uit Sahieh Muslim dat de Profeet zei:
“Voorwaar, degene die zijn stippeling en vlekken groter kan maken dient dit te doen.”
In Sahieh Muslim staat dat Abu Hurairah heeft overgeleverd dat de Profeet zei:
“Jullie zullen allemaal stralende, witte gezichten hebben op de Dag des Oordeels vanwege jullie
sporen van wudhuu’.”
Muslim (1/216)
In de overlevering van Al-Bukhaarie staat:
“Waarlijk, mijn ummah zal op de Dag des Oordeels onderscheiden worden door hun witte
stralende gezichten van de sporen van wudhuu’.”
Al-Bukhaarie (1/235)
Muslim overleverde van Abu Hurairah dat de Profeet zei:
“De versiering van een mu’min zal zo ver als zijn wudhuu’ reiken.”
Muslim (1/219)
Abu Hurairah verrichtte de wudhuu’:
“Hij waste zijn hand totdat hij aan zijn bovenarm begon en waste zijn voet totdat hij aan zijn kuit
begon. Vervolgens zei hij: “Zo heb ik de Boodschapper van Allaah de wudhuu’ zien verrichten.”
Sahiehain
Abu Hurairah heeft overgeleverd in een hadieth uit de Sahiehain:
“Ik heb de Boodschapper van Allaah horen zeggen:
“Voorzeker, mijn volk zal in het hiernamaals wit gestippeld zijn op hun hoofden en wit gestippeld
op hun handen en voeten door de sporen van de wudhuu’. Voorwaar, wie zijn stippeling groter kan
maken, laat hem dat doen.”
Het wrijven over het hoofd en het wassen van de oren
26

Het wrijven over het hoofd kan op verschillende manieren worden uitgevoerd, zoals uit de ahaadieth
blijkt, namelijk van voren naar achteren en weer terug en andersom:
‘Abdullaah ibn Zayd ibn ‘Aasim heeft gezegd:
“En Rasuulullaah wreef over zijn hoofd; hij ging met zijn handen naar voren en weer terug.”
Sahiehain
En in een andere uitspraak bij de twee iemaams:
“Hij begon met de voorkant van zijn hoofd en ging met zijn handen tot aan zijn achterhoofd,
vervolgens keerde hij met zijn beide handen terug naar de plaats waar hij begon.”
‘Abdullaah ibn Zayd heeft gezegd:
“Hij veegde met ander water dan het water waarmee hij over zijn hoofd wreef over zijn oren.”
Overgeleverd door Ad-Daaraqutnie en Al-Haakim, Sahieh verklaard door Al-Baihaaqie
Men mag dus volgens deze ahaadieth zowel met nieuw water als met hetzelfde water de oren
reinigen. Wat de manier van het wassen van de oren betreft heeft ‘Abdullaah ibn ‘Umar gezegd:
“Vervolgens wreef hij over zijn hoofd en liet zijn beide wijsvingers in zijn oren gaan en wreef
met zijn beide duimen over de achterkant van zijn oren.”
Overgeleverd door Abu Daawuud en An-Nasaa’ie, Sahieh verklaard door Ibn Khuzaymah
De oren worden slechts een keer gewassen. ‘Alie ibn Abie Taalib heeft wat betreft het wassen
van het hoofd overgeleverd:
“En hij veegde een keer over zijn hoofd.”
Abu Daawuud, At-Tirmidhie en An-Nasaa’ie. Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
27

Het wassen van het hoofd is niet echt wassen, maar eerder het met natte handen erover heen
wrijven. In de hadieth van ‘Alie ibn Abie Taalib staat dat hij heeft gezegd:
“En hij veegde over zijn hoofd en het druppelde niet en waste vervolgens zijn voeten drie keer.”
Abu Daawuud, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
De manier van het wassen van de voeten
Het is aanbevolen om met de pink tussen de tenen te wassen, zoals blijkt uit de hadieth van iemaam
At-Tirmidhie die heeft overgeleverd van Al-Mustawrid ibn Shaddaad:
“Ik zag Rasuulullaah terwijl hij de wassing verrichtte; hij wreef met zijn pink tussen zijn tenen.”
Abu Daawuud en At-Tirmidhie, sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Over sokken heen wrijven na er moet wudhuu’ in te zijn gegaan
Wanneer we met wudhuu’ in onze sokken zijn gegaan kunnen we bij een volgende wudhuu’ erover
heen wrijven. Dit blijkt uit een hadieth overgeleverd door Al-Mughierah ibn Shu’bah die zei:
“Ik was met de Profeet, hij verrichtte de wudhuu’ vervolgens bukte ik om zijn sokken uit te
trekken. Hij zei: “Laat ze. Ik heb ze aangetrokken terwijl mijn voeten rein waren.”
Vervolgens veegde hij erover.”
Sahiehain
Hij overleverde ook:
“Wij vroegen Rasuulullaah: “Mag iemand onder ons over zijn sokken wrijven?”
Hij zei: “Ja, als hij ze terwijl ze rein waren erin deed.”
Sahiehain
‘Als’ wijst op een voorwaarde. Dus wanneer men zonder wudhuu’ de sokken aantrekt mag men er
later niet over heen wrijven. Hij overleverde ook:
“Dat Rasuulullaah de wassing verrichtte en vervolgens over zijn sokken en schoenen veegde.”
At-Tirmidhie, Abu Daawuud, Ibn Maadjah. Sahieh verklaard door al-Albaanie
28

Al-Hasan Al-Basrie zei:
“Zeventig metgezellen van Rasuulullaah vertelden mij dat de Profeet over zijn sokken veegde.”
Athar overgeleverd door Abu Shaybah. Sahieh verklaard door al-Albaanie
Het is een daad die aanbevolen is, want in de hadieth van al-Mughierah ibn Shu’bah staat:
“Ik was de Profeet op reis. Hij deed zijn behoefte en verrichtte vervolgens de wassing en
veegde over zijn sokken. Ik zei: “O Rasuulullaah, bent u niet iets vergeten?” Hij zei:
“Integendeel, jij bent het vergeten. Dit is wat mijn Heer mij heeft aanbevolen.”
Ahmad en zestig andere geleerden hebben het overgeleverd. Sahieh verklaard door al-Albaanie
Men veegt slechts over de bovenkant van de sok en niet de onderkant, zoals blijkt uit de uitspraak
van ‘Alie ibn Abie Taalib:
“Als de godsdienst op de mening van de mensen gebaseerd was, dan was het noodzakelijker om
onder de sok te vegen dan erop. Voorwaar, ik heb Rasuulullaah gezien terwijl hij over de
bovenkant van zijn sokken veegde.”
Abu Daawuud. Hasan verklaard door al-Albaanie
Hij zei ook:
“De Profeet stelde drie dagen met hun nachten voor de reiziger vast en een dag en een nacht
voor de verblijvende.”
Sahieh Muslim
Shaikh ul-islaam Ibn Taymiyyah en shaikh al-Albaanie zijn van mening dat een reiziger de sokken ook
langer dan drie dagen mag aan houden mocht het te zwaar zijn om de sokken uit te doen.
Wanneer men de sokken uittrekt dient men opnieuw met wudhuu’ in de sokken te gaan.
‘Umar ibn al-Khattaab en Anas ibn Maalik hebben overgeleverd dat de Profeet zei:
“Als iemand van jullie de wassing verricht en vervolgens zijn sokken aantrekt, voorwaar, laat hem
over zijn sokken vegen en ermee bidden en laat hem ze niet uittrekken als hij wil, behalve voor een
djanaabah.”
Ad-Daaraqutnie en Al-Haakim. Sahieh verklaard door Al-Haakim en al-Albaanie
Vegen over de hoofdbedekking mag ook
29

Al-Mughierah ibn Shu’bah heeft overgeleverd “dat terwijl de Profeet de wudhuu’ verrichtte
hij over zijn voorhoofd en tulband en zijn sokken veegde.”
Sahieh Muslim
Deze hadieth bewijst dat het toegestaan is om over de hoofdbedekking te vegen, maar er is hierbij
geen voorwaarde zoals bij het vegen over de sokken. Het vegen over de sokken mag zowel tijdens
het reizen als tijdens het thuis verblijven. Voor degenen die thuis blijven een dag en een nacht en
voor reizigers drie dagen en drie nachten. Het wordt ongeldig bij het uit doen van de sokken,
djanaabah of haid, (seksueel onrein zijn of menstruatie) of als de periode van een dag en nacht of
drie dagen en drie nachten verstreken is of als de sok geen sok meer is door slijtage of iets dergelijks.
Weinig water gebruiken
Bij het verrichten van de wudhuu’ mogen we geen water verspillen, zoals blijkt uit vers 27 van soerah
Al-Israa’:
“Voorwaar, de verkwisters zijn de broeders van de shayaatien.”
‘Aa’ishah en Djaabir hebben overgeleverd:
“De Profeet verrichtte de kleine wassing met de hoeveelheid van al-mudd (twee handenvol) de
grote wassing met de hoeveelheid van as-saa’ (vier keer de hoeveelheid van al-mudd).”
Abu Daawuud, Ibn Maadjah, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Na het drinken van melk spoelde de Profeet zijn mond. Ibn ‘Abbaas heeft overgeleverd:
“Rasuulullaah dronk melk, spoelde zijn mond en zei: “Het bevat vet.”
Sahieh Al-Bukhaarie (211)
Na de wudhuu’ zegt men de shahaadah en du’aa
Voor degene die de volgende du’aa verricht nadat hij de wudhuu’ correct heeft verricht,
zullen nadat hij uit de dood is opgewekt acht poorten van het Paradijs worden geopend:
‘Umar heeft overgeleverd: “Rasuulullaah heeft gezegd:
“Wie van jullie de wudhuu’ volledig verricht en daarna het volgende zegt:
“Ash-hadu allaa-ilaaha illaa‘llaah, wahdahu laa sharieka lah, wa ash-hadu anna Muhammadan
‘abduhu wa rasuuluh” voor hem zullen de acht deuren van het Paradijs worden geopend en hij mag
via een van deze deuren binnen treden.”
At-Tirmidhie. Sahieh verklaard door al-Albaanie
30

Iedere dienaar heeft de behoefte om tot de gereinigden (van zonden) te behoren;
In een uitspraak van iemaam Muslim lezen we:
“Allahoemma-dj’alnie minat-tawaabiena wa-dj’alnie, mina-l-mutatahhirien.”
(“O Allaah, maak mij behoren tot degenen die berouw tonen en degenen die zich reinigen.”)
Sahieh Muslim
Abu Sa’ied Al-Khudrie heeft overgeleverd:
“Voor degene die de wudhuu’ verricht en vervolgens zegt: “Subhaanak Allaahoemma wa bihamdik.
Ashadu an laa ilaaha ilaa ant, astaghfiroeka wa atuubu ‘alaik.” (“Heilig bent U, O Allaah en alle lof
komt U toe. Ik getuig dat er geen andere god is dan U en ik vraag U om vergeving en keer me in
berouw tot U.”) wordt het in een boek geschreven en vervolgens wordt daar een stempel mee
gemaakt die tot de Dag der Opstanding niet zal worden verbroken.”
An-Nasaa’ie, Al-Haakim, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
We mogen geen andere smeekbedes tijdens of na de wudhuu’ verrichten, want de Profeet heeft
dat niet overgeleverd. Dus dit zijn de drie du’aa’s die je na de wudhuu’ uitspreekt.
Het is geen probleem om de du’aa’s in de badkamer uit te spreken als daar geen toilet in zit.
Dit lezen we in Sahieh Al-Bukhaarie (the book of wudhuu’ hoofdstuk 36. Het reciteren van de
Qur’aan of andere ada’eea (meervoud van du’aa) maken na hadath): Mansur heeft Ibraahiem
horen zeggen:
“Het is niet erg om iets in badkamers (zonder toiletten) te reciteren en om brieven te schrijven
zonder wudhuu’.”
We zien dat het binnen treden van de islaam zonden uitwist en dat het dagelijks leven daarna uit
allerlei handelingen bestaat die ons de kans geven om onze zonden uit te wissen.
Dit is vanwege het feit dat de mens en djinn als zondaren zijn geschapen.
Alleen de engelen gehoorzamen en vrezen Allaah voortdurend.
Allaah is Al-Hakiem, de Wijze Die vanuit Zijn Wijsheid de mens als zondaar heeft geschapen.
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat Rasuulullaah zei:
"Bij Degene in Wiens Hand mijn leven is, wanneer jullie geen zonden zouden begaan,
zou Allaah jullie uit het bestaan weg vegen en voor jullie in de plaats andere mensen scheppen die
zonden zouden begaan en vergeving aan Allaah zouden vragen en Hij zou hen vergeven."
Sahieh Muslim deel 4 nr: 6622 van de Engelse vertaling
Zayn al-‘Aabidien ‘Alie ibn al-Husayn ibn ‘Alie ibn Abie Taalib heeft gezegd:
31

“Berouw toont men slechts door goede daden te verrichten en de zonde op te geven.
Berouw toont men niet door middel van woorden.”
(Uit: ‘Berouw’ van Iemaam Abu Bakr ibn Abid-Doenya)
Wat verbreekt de wudhuu?
Slaap kan de wudhuu’ verbreken, bijvoorbeeld als de slaap zo diep is dat men niets meer weet.
Een lichte slaap waardoor het hoofd naar voren gaat hangen bederft de wudhuu’ niet, zoals blijkt uit
de hadieth van Anas die heeft overgeleverd:
“De metgezellen van de Boodschapper van Allaah wachtten op het gebed van ‘ishaa totdat
hun hoofden (door slaap) naar voren bogen. Vervolgens verrichtten zij het gebed zonder dat zij de
wudhuu’ verrichtten.”
Abu Daawuud, Ad-Daaraqutnie, Sahieh verklaard door iemaam Muslim
Als men zittend slaapt wordt de wudhuu’ niet verbroken en zolang men zich tijdens de slaap bewust
is van wat er rondom hem gebeurt ook niet. Er is overgeleverd:
“Ik zag hoe de metgezellen van de Profeet voor de salaah werden opgewekt.
Ik hoorde zelfs gesnurk van een onder hen. Zij stonden op en verrichtten het gebed,
maar verrichtten geen wudhuu’.”
Overgeleverd door Muslim, Abu Daawuud, At-Tirmidhie en iemaam As-Shaafi’ie.
Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
De wudhuu’ wordt verbroken door ‘hadath’
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat Rasuulullaah zei:
“De salaat (het gebed) van een persoon die hadath doet (urineert, zichzelf ontlast of een wind laat)
wordt niet geaccepteerd totdat hij de wudhuu’ verricht (herhaalt).”
Iemand van Hadaramout vroeg Abu Hurairah: “Wat is hadath?” Abu Hurairah antwoordde:
“Hadath betekent het passeren van wind uit de anus.”
Sahieh Al-Bukhaarie (135)
Abu Hurairah heeft overgeleverd: Allaahs Boodschapper zei:
“Iemand wordt beschouwd als in gebed zolang hij op het gebed wacht in de moskee en zolang hij
geen hadath doet.” Een niet-Arabische man vroeg: “O Abu Hurairah! Wat is hadath?”
Ik antwoordde: “Het is het passeren van wind (uit de anus).”
Sahieh Al-Bukhaarie (176)
32

De gedachte die in je hoofd komt en de twijfel is de ‘waswaas’ die de shaytaan veroorzaakt, zoals
blijkt uit de hadieth van ‘Abdullaah ibn ‘Abbaas die heeft verhaald dat de Boodschapper van Allaah
heeft gezegd:
“De shaytaan komt tot iemand van jullie tijdens zijn gebed en blaast in zijn achterste,
waardoor hij zich verbeeld dat hij uitgescheiden heeft. Als men dit ondervindt, dient men niet uit de
salaah te treden totdat men een geluid hoort of een geur ruikt.”
Al-Bazzaar en in de Sahiehain staat de originele hadieth van ‘Abdullaah ibn Zayd en bij iemaam
Muslim de overlevering van Abu Hurairah
‘Abbaad bin Tamiem heeft overgeleverd:
“Mijn oom vroeg de Boodschapper van Allaah over de persoon die dacht dat hij tijdens zijn
gebed een wind liet. Allaahs Boodschapper antwoordde: “Hij dient zijn gebed niet te verlaten
tenzij hij een geluid hoort of iets ruikt.”
Sahieh Al-Bukhaarie (137)
‘Amr bin ‘Aamir heeft overgeleverd: “Anas zei:
“De Profeet verrichtte voor ieder gebed wudhuu’.” Ik vroeg Anas: “Wat deden jullie?”
Anas antwoordde: “Wij baden met dezelfde wudhuu’ tot we het braken met hadath.”
Sahieh Al-Bukhaarie (214)
De wudhuu’ wordt ongeldig verklaard als men een plek vergeet te wassen
Anas ibn Maalik heeft verhaald:
“De Profeet zag een man die op zijn voeten een plek ter grootte van een nagel niet bereikt had
met water. De Profeet zei: “Ga terug en verricht de wassing goed.”
Abu Daawuud, Sahieh verklaard door al-Albaanie
De wudhuu’ wordt verbroken wanneer voorvocht (‘al-madhiey’ genoemd) of witte vloed uit het
geslachtsdeel komt
Veel vrouwen verliezen voortdurend vocht of een soort slijm en dienen daarom hierna wudhuu’ te
verrichten. Voor mannen geldt hetzelfde, zij verliezen een doorzichtig vocht dat uit het
geslachtsorgaan van de man vrijkomt, wanneer hij aan iets denkt wat hem opwindt.
‘Alie heeft overgeleverd:
33

“Ik was iemand die veelvuldig last had van het vloeien van voorvocht. Ik schaamde mij echter
(als schoonzoon) om de Profeet hierover te vragen, vanwege de positie van zijn dochter.
Daarom droeg ik Al-Miqdaad Ibn Al-Aswad op om het hem te vragen. Hij antwoordde:
“Hij dient zijn geslachtsdeel te wassen en wudhuu’ te verrichten.”
Sahieh Muslim (146)
En in een hadieth verzameld door Al-Bukhaarie en Muslim heeft Abu Hurairah overgeleverd dat
Rasuulullaah heeft gezegd:
“Voorwaar, Allaah accepteert geen gebed van iemand onder jullie wanneer hij iets uitscheidt,
totdat hij de wassing verricht.”
De wudhuu’ wordt verbroken door ‘al-istihaadah’
Sommige vrouwen krijgen vaginale bloedingen, die anders zijn dan hun menstruatie,
zij dienen istindjaa en wudhuu’ te verrichten, zoals blijkt uit de hadieth van ‘Aa’ishah, die zei:
“Faatimah de dochter van Abie Hubaysh kwam naar de Profeet en zei: “O Boodschapper van
Allaah, ik ben een vrouw die bloedingen (‘istihaadah’) krijgt, waardoor ik niet rein wordt.
Moet ik de salaah verlaten” Hij zei: “Nee, voorzeker, dat is slechts een ader.
Het is geen menstruatie. Voorwaar, wanneer jouw menstruatie begint, verlaat dan de salaah en
wanneer het eindigt, was dan het bloed van je af en verricht vervolgens de salaah.”
Sahiehain
En in een uitspraak bij iemaam Al-Bukhaarie: “Verricht vervolgens wudhuu’ voor elk gebed.”
Bij ‘al-istihaadah’ hoeft een vrouw geen ghusl te verrichten, want ‘Aa’ishah heeft overgeleverd
dat Faatima bint Hubaysh de istihaadah kreeg. De Profeet zei daarop tegen haar:
“Voorzeker, het menstruatiebloed is zwart bloed dat herkend wordt.
Voorwaar als dat het is, onthoud je dan van de salaah, maar als het het andere is,
voorwaar, verricht de wudhuu’ en bidt.”
Abu Daawuud, An-Nasaa’ie, Ibn Hibbaan en Al-Haakim, Hasan verklaard door al-Albaanie
Zelfs al loopt het istihaadahbloed uit de vrouw terwijl zij bidt, dan dient zij gewoon door te bidden,
zoals ‘Aa’ishah heeft overgeleverd:
34

“Een van de vrouwen van de Profeet verrichtte ‘itikaaf *met hem en zag de geel en roodheid.
Soms legden wij zelfs de emmer onder haar terwijl zij bad.”
Abu Daawuud, Ibn Maadjah, Sahieh verklaard door al-Albaanie
*itikaaf is een aanbidding waarbij men zich hiervoor afzondert in de moskee voor minstens een dag.
Vrouwen mogen met deze bloedingen bidden en/of vasten omdat we in de Sahiehain de uitspraak
vinden: “Voorzeker, dat is slechts een ader en geen haid (menstuatiebloed).”
Istihaadahbloed is dus rein en anders van kleur en geur dan menstruatiebloed.
Het is een ziekte welke door de shaytaan wordt veroorzaakt zoals we kunnen lezen in de hadieth van
Asmaa’ bint ‘Umays die zei:
“Ik vroeg de Profeet: “O Boodschapper van Allaah, voorzeker, Faatimah bint abie Hubaysh
krijgt sinds toen en toen istihaadah, waardoor ze niet gebeden heeft.”
De Boodschapper van Allaah zei: “Alhamdulillaah, dit komt door de shaytaan, Laat haar op een
wasketel zitten, voorwaar, als zij geelheid in het water ziet, laat haar dan voor al dohr en al-asr
een ghusl verrichten en voor al-maghreb en al-‘ishaa’ een ghusl verrichten en voor al-fadjr een
ghusl verrichten en laat haar daartussen wudhuu’ verrichten.”
Abu Daawuud, Sahieh verklaard door Al-Albaanie
Deze hadieth bewijst dat het aanbevolen is om bij elke twee gebeden de ghusl te verrichten.
Het verrichten van de wudhuu’ voor elke salaah is echter een verplichting voor de vrouw die
istihaadah heeft. Wanneer een vrouw het soort bloed niet kan onderscheiden (dus menstruatiebloed
van istihaadahbloed) dient zij zes of zeven dagen aan te houden als menstruatieperiode,
hierna begint de periode van al istihaadah. Veel vrouwen weten niet wanneer zij rein zijn en weer
kunnen gaan bidden en/of vasten. De hadieth van Um ‘Atiyyah laat ons weten:
“Wij beschouwden al-kudrah en as-sufrah na at-tuhr niet als iets.”
Al-Bukhaarie, Abu Daawuud, Sahieh verklaard door Al-Bukhaarie en shaikh al-Albaanie
‘Al-kudrah’ betekent in het Arabisch: donker rood, en is een slijm dat gemengd is met bloed dat uit
de vagina komt. ‘As-sufrah’ is een vaginaal vocht dat roestgeel van kleur is.
‘At-tuhr’ betekent in het Arabisch de reinheid en is het witte slijm dat de vagina afscheidt na het
beëindigen van de menstruatie. At-tuhr is dus een van de kenmerken van het beëindigen van de
menstruatie. De hadieth laat zien dat de kudrah of de sufrah na de tuhr niet als menstruatie telt.
De wudhuu’ wordt verbroken wanneer men het geslachtsorgaan met lustgevoelens aangeraakt
35

Talq ibn ‘Alie heeft overgeleverd dat een man zei:
“Ik heb mijn geslachtsorgaan aangeraakt” of hij zei: “Als een man zijn geslachtsorgaan tijdens de
salaah aanraakt, is hij dan verplicht (opnieuw) wudhuu’ te verrichten?” De Profeet zei:
“Nee, voorzeker, het is slechts een deel van jou.”
Abu Daawuud, An-Nasaa’ie, At-Tirmidhie en Ibn Maadjah, Sahieh verklaard door Ibn Hibbaan en
shaikh al-Albaanie
Busrah bint Safwaan heeft verhaald dat de Profeet heeft gezegd:
“Voorwaar, wie zijn geslachtsorgaan aanraakt, laat hem de wudhuu’ verrichten.”
Abu Daawuud, An-Nasaa’ie, At-Tirmidhie, Ibn Maadjah, Sahieh verklaard door At-Tirmidhie en
Ibn Hibbaan, Al-Bukhaarie heeft gezegd: “Deze hadieth is de meest authentieke in dit onderwerp.”
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Als iemand van jullie met zijn hand naar zijn geslachtsdeel gaat, zonder dat er een bedekking
tussen is, is de wudhuu’ voor hem verplicht.”
An-Nasaa’ie, Sahieh verklaard door Al-Haakim, Ibn ‘Abd al-Bar en shaikh al-Albaanie
Nadat de geleerden alle ahaadieth over dit onderwerp met elkaar verzoend hebben, zijn zij tot het
oordeel gekomen dat het aanraken van het geslachtsorgaan de wudhuu’ niet ongeldig maakt,
maar dat de wudhuu’ wel ongeldig wordt wanneer dit met lustgevoelens gepaard gaat.
Het kussen en aanraken van de vrouw verbreekt de wudhuu’ echter niet.
De wudhuu’ wordt verbroken na het eten van kamelen (dromedaris) vlees
Het is verplicht om (opnieuw) wudhuu’ te verrichten na het eten van kamelenvlees, zoals blijkt uit de
hadieth van Djaabir ibn Samurah, die zei:
“Een man vroeg de Profeet: “Moet ik de wudhuu’ verrichten na het eten van lamsvlees?”
Hij zei: “Als je wilt.” Hij zei: “Moet ik de wudhuu’ verrichten na het eten van kamelenvlees?”
Hij zei: “Ja.”
Sahieh Muslim
Het is niet verplicht om wudhuu’ te verrichten voordat men de Qur’aan aanraakt
36

Allaah zegt in soerah Al-Waaqiyah 56: 77-79 dat de Qur’aan bewaakt wordt in een paneel
(‘kitaabin maknoen’)
“En voorwaar, dit is zeker de nobele Qur’aan. In een boek Maknoen.
Dat niemand aanraakt, behalve de mutahharoen (gereinigden).”
“En voorwaar, dit is zeker de nobele Qur’aan.” betekent:
“Waarlijk, deze Qur’aan die was geopenbaard aan Muhammad is een Glorierijk Boek.”
“In een Boek Maknoen.” betekent: “Glorierijk in een Glorierijk, goed bewaakt, geëerd Boek.”
Ibn Djarier heeft overgeleverd dat Ismaa’iel bin Muusaa zei dat Shaarik heeft overgeleverd van
Hakiem, dat is Ibn Djubayr, van Saa’id bin Djubayr, van Ibn ‘Abbaas dat hij zei over:
“Dat niemand aanraakt, behalve de mutahharoen (gereinigden).” dat de mutahharoen betekent:
“De engelen.”
At-Tabarie 23: 150
Degenen die het bewaken zijn de engelen (‘de mutahharoen’) die gereinigd zijn en blijven.
Mensen zijn zondaren en worden daar dus niet mee bedoeld. Dit leidt ons tot het feit dat er geen
bewijs is dat het verplicht is om jezelf te reinigen voordat je de Qur’aan pakt of reciteert.
Daden waarbij wudhuu’ gewenst is
Het noemen van Allaah’s Naam
Het is overgeleverd door Muhaadjir ibn Qunfud dat hij de Profeet groette terwijl hij
wudhuu’ maakte, maar de Profeet beantwoordde zijn groet niet terug tot hij zijn wudhuu’ had
afgemaakt, waarna hij antwoordde. Toen zei hij: “Niets hield mij tegen om jou te antwoorden
behalve dat ik het haat om Allaah’s Naam te noemen zonder dat ik in een staat van reinheid ben.”
Abu Daawuud en Ibn Maadjah
Slaap
Al-Baraa’ ibn ‘Aazib heeft overgeleverd dat Allaah’s Boodschapper zei:
“Wanneer je naar bed gaat, verricht wudhuu’, lig op je rechterzij (en verricht du’aa.”
Sahiehain
37

Wanneer een moslim dit doet, zal hij omringd zijn door engelen die gedurende de nacht in zijn
gezelschap verblijven, Allaah smekend om vergeving voor hem. ‘Umar heeft overgeleverd dat de
Profeet zei:
“Wanneer iemand met tahaarah gaat slapen zal een engel in zijn dekens blijven. Wanneer hij ’s
nachts wakker wordt zegt de engel: “O Allaah, vergeef Uw dienaar want hij sliep met tahaarah.”
Ibn Hibbaan en At-Tabaraanie. Sahieh verklaard door al-Albaanie.
(‘As-Sahiehah’ nr: 2539 en ‘Sahieh ut-Targhib wat-Tarhib’ nr: 597, 599.)
Djunuub zijn
Als iemand wil eten, drinken, slapen of opnieuw seksuele omgang wil hebben dient hij opnieuw
wudhuu’ te verrichten volgens de hadieth van ‘Aa’ ishah die zei: “Wanneer de Profeet
djunuub was en wilde eten of slapen, maakte hij wudhuu’ zoals voor het gebed.”
Muslim, An-Nasaa’ie en Abu Daawuud
Men krijgt meer energie wanneer men na gemeenschap wudhuu’ verricht en verder wil gaan,
want na een orgasme treedt er vermoeidheid op in het hele lichaam.
Abu Sa’ied al-Khudrie heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Als iemand van jullie gemeenschap met zijn echtgenote heeft gehad en dit vervolgens wil
herhalen, laat hij dan wudhuu’ verrichten.”
Sahieh Muslim, kitaab al-ghusl
Na het laten van een wind
Buraydah zei: “De Boodschapper van Allaah stond op een ochtend op en riep Bilaal
en zei tegen hem: “O Bilaal! Door wat trad jij het Paradijs eerder binnen dan mij?
Gister trad ik (tijdens de Mi’raadj; de hemelreis) het Paradijs binnen en hoorde ik jouw voetstappen
voor mij.” Bilaal antwoordde: “O Boodschapper van Allaah! Ik maak nooit de Adhaan zonder
twee rak’ah te bidden en wanneer ik wind laat, verricht ik daarna wudhuu’.”
De Boodschapper van Allaah zei: “Het is vanwege dit.”
At-Tirmidhie
Na overgeven
Ma’daan ibn Abi Talhah heeft overgeleverd van Abu Ad-Dardaa’ dat de Boodschapper van
Allaah overgaf en vervolgens zijn vasten brak en wudhuu’ maakte. (Hij zei:)
“Ik ontmoette Thawbaan in de Damascus moskee en benoemde dit bij hem en hij zei:
38

“Het is waar; ik goot het water voor hem.”
At-Tirmidhie en Abu Daawuud (in Abu Daawuuds versie staat niet ‘en maakte wudhuu’)
Het is aanbevolen om wudhuu’ hebben tijdens het dragen van een dode
Het is aanbevolen om tijdens het dragen van een dode wudhuu’ te hebben en na de dodenwassing
mag men de ghusl verrichten of dat nalaten, want de metgezellen deden beiden, zoals blijkt uit de
hadieth van Abu Hurairah die zei: “De Profeet heeft gezegd:
“Voorwaar, degene die een dode wast dient de ghusl te verrichten en wie hem draagt de
wudhuu’.”
Ahmad, Abu Daawuud, At-Tirmidie, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie en At-Tirmidhie
Ibn ‘Umar zei:
"Na het wassen van een dode (in de tijd van de Profeet) namen sommigen van ons een bad en
anderen niet."
Ad-Daaraqutnie en al-Khatib in: ‘At-Taarikh’. Sahieh verklaard door al-Haafidh ibn Haadjar en
al-Albaanie. (‘Ahkaam ul-Djanaa’iz’ 72)
Daden die wudhuu’ vereisen
Er zijn alleen twee situaties waarbij wudhuu’ verplicht is; bij het gebed en bij het rondgaan
(‘de tawaaf’) om de Ka’bah. De Profeet zei: “Salaah wordt niet geaccepteerd zonder reiniging.”
Muslim en At-Tirmidhie
Ibn ‘Abbaas heeft overgeleverd dat de Profeet zei:
“Tawaaf rondom het Huis (van Allaah) is een vorm van gebed, behalve dat Allaah er praten in
heeft toegestaan.”
At-Tirmidhie, Daaraqutnie en anderen
De ghusl (de gehele wassing van het hele lichaam)
Men is verplicht om de ghusl te verrichten na de menstruatieperiode (‘haid’ genoemd) en na de
postnatale bloeding (‘nifaas’ genoemd). Na seksuele gemeenschap, een orgasme of als de twee
geslachtsdelen elkaar hebben geraakt.
Het is aanbevolen om voor het vrijdaggebed en de ‘Iedgebeden en op de Dag van ‘Arafah en na de
dodewassing en na het bekeren tot de islaam en na bewusteloos geweest te zijn en na al-hidjaamah
39

(het tappen van bloed uit het lichaam om schadelijk bloed te verwijderen) de ghusl te verrichten.
Evenals na het begraven van een dode en in het geval van een vrouw die bloedt tussen haar
menstruatie in. (‘al-istihaadah’ genoemd) Ook maakte de Profeet ghusl voordat hij hadj of ‘umrah
verrichtte en voordat hij Makkah binnentrad.
Het verrichten van de ghusl bij het binnen treden van de islaam
In het verhaal van de bekering van Thumamah ibn Uthaal heeft Abu Hurairah overgeleverd:
“Vervolgens beval de Profeet hem de ghusl te verrichten.”
‘Abdur-Razzaaq As-San’aanie in zijn boek: ‘Al-Musannaf.’ De hadieth komt uit de Sahiehain
Qays ibn ‘Aasim heeft overgeleverd:
“Ik kwam naar de Boodschapper van Allaah om de islaam binnen te treden.
Hij beval mij om met water en sidr de ghusl te verrichten.”
Abu Daawuud, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Het verrichten van de ghusl na het binnentreden is volgens de meeste geleerden aanbevolen en niet
verplicht omdat de Profeet dit niet iedere bekeerling opdroeg.
Het verrichten van de ghusl voor het vrijdaggebed
Abu Sa’ied al-Khudrie heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Het verrichten van de ghusl van de vrijdag is verplicht voor elke moslim vanaf zijn puberteit.”
Al-Bukhaarie, Muslim, Abu Daawuud, At-Tirmidhie, An-Nasaa’ie, Ibn Maadjah en Maalik,
Sahieh verklaard door iemaam Al-Bukhaarie en iemaam Muslim
‘Aa’ishah heeft overgeleverd:
“De mensen vertrokken naar het vrijdaggebed vanuit hun huizen en de heuvels.
Zij werden door stuifzand geraakt en zweetten, waardoor er een (slechte) geur bij hen vandaan
kwam. De Profeet ontmoette een van hen terwijl hij erg stonk.
De Profeet zei toen: “Het zou goed zijn als jullie jezelf voor deze dag reinigen.”
Sahiehain
40

Ibn al-Qayyim zegt dat de ghusl op vrijdag verplicht is, Ibn Taymiyyah zegt dat het slechts aanbevolen
is. Het juiste oordeel is dat het bij een slechte lichaamsgeur verplicht is en wanneer men schoon is
is het slechts aanbevolen. Samurah ibn Djundub heeft gezegd dat de Profeet heeft gezegd:
“Al wie op vrijdag de wudhuu’ verricht, voorwaar, dat is voldoende. En al wie de ghusl verricht,
voorwaar, de ghusl is beter.”
Ahmad, Abu Daawuud, At-Tirmidhie, An-Nasaa’ie en Ibn Maadjah, Sahieh verklaard door shaikh al-
Albaanie
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Al wie wudhuu’ juist verricht en vervolgens naar het vrijdaggebed komt en luistert en zwijgt,
voorzeker, Allaah zal zijn zonden tot de volgende vrijdag vergeven, en nog drie dagen extra.”
Deel van een hadieth van Sahieh Muslim en At-Tirmidhie en Abu Daawuud, Sahieh verklaard door
shaikh al-Albaanie
Bij seksuele omgang is de ghusl verplicht wanneer de geslachtsdelen elkaar aanraken
Abu Musaa heeft overgeleverd:
“Een groep van de muhaadjiroen en de Ansaar verschilden daarover van mening.
De Ansaar zeiden: “De wassing is alleen verplicht na een (zaad) lozing.” De muhaadjirooen zeiden:
“Nee, geslachtsgemeenschap alleen maakt de wassing ook verplicht.” Abu Musaa zei toen:
“Ik zal voor jullie met een bevredigend antwoord komen. Ik stond op, vroeg toestemming om
Aa’ishah te spreken en ik kreeg toestemming. Ik vroeg haar: “O moeder (van de gelovigen),
ik wil u iets vragen, maar ik schaam me voor u.” Zij antwoordde: “Schaam je niet om mij iets te
vragen wat je je moeder die jou heeft gebaard ook zou vragen. Ik ben immers ook jouw moeder.”
Ik vroeg: “Wat maakt de wassing verplicht?”Zij antwoordde: “Je bent bij een expert terecht
gekomen. De Boodschapper van Allaah heeft gezegd: “Als hij tussen haar vier ledematen zit
en het (ene besneden) geslachtsdeel het (andere besneden) geslachtsdeel raakt, is de wassing
verplicht geworden.”
Sahieh Muslim (154)
Iemaam Ash-Shaafi’ie heeft gezegd: “De ontmoeting van de twee khitaans (besneden geslachtsdelen)
betekent niet dat ze elkaar slechts aanraken. Het betekent dat de eikel van de man in de vagina moet
verdwijnen.”
41

De volgende overlevering is het bewijs hiervan: ‘Amr ibn Shu’ayb heeft van zijn vader
overgeleverd die het van zijn vader heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft
gezegd:
“Voorwaar, als de twee khitaans (besneden geslachtsdelen) elkaar ontmoeten en de eikel
verdwijnt, wordt de ghusl verplicht.”
Ibn Maadjah, sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
De ghusl wordt verplicht bij gemeenschap, ook al is er geen orgasme of zaadlozing geweest
Djaabir ibn ‘Abdullaah heeft overgeleverd van Umm Kulthoem van Aa’ishah,
de echtgenote van de Profeet dat zij heeft gezegd:
“Een man vroeg eens aan de Boodschapper van Allaah over een man die
geslachtsgemeenschap met zijn echtgenote heeft maar niet klaarkomt; moeten zij dan de wassing
verrichten? De Boodschapper van Allaah antwoordde, in het bijzijn van ‘Aa’ishah:
“Dat overkomt mij en haar ook en wij verrichten de wassing.”
Sahieh Muslim (155)
Abu Hurairah heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Als (de man) tussen haar vier shi’aab (handen en voeten, of benen en dijen) zit en heftig met haar
bezig is, wordt de ghusl verplicht.”
Sahiehain en Al-Baihaaqie, An-Nasaa’ie en iemaam Ahmad
Iemaam Muslim voegde toe: “Ook al heeft hij niets vrij laten komen.”
De ghusl wordt verplicht na een natte droom of zaadlozing
Abu Sa’ied al-Khudrie heeft overgeleverd: “De Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Het water is wegens water.”
Sahiehain
Ishaaq ibn Abi Talhah heeft overgeleverd van Anas dat hij heeft gezegd:
“Umm Sulaym, de oma van Ishaaq, kwam naar de Boodschapper van Allaah en vroeg hem,
waar Aa’ishah bij was: “O Boodschapper van Allaah, een vrouw droomt in haar slaap wat een man
42

ook droomt en zij maakt dan mee wat een man ook mee maakt (een natte droom).”
Hierop zei ‘Aa’ishah: “O Umm Sulaym, je hebt de vrouwen te schande gemaakt, moge stof aan
jouw rechterhand kleven.” Hierop zei de Profeet tegen Aa’ishah: “Nee, moge stof aan jouw
rechterhand kleven. O Umm Sulaym, ze moet de wassing verrichten als ze dat (en natte droom)
mee maakt.”
Sahieh Muslim (156)
Zowel een man als een vrouw verliest ‘al-maanie’. Dit is een substantie die vrij komt na een orgasme.
Bij een man is dit een dikke, witte vloeistof en bij een vrouw is dit dun en geel.
Dit kan ook onbewust vrij komen in de slaap door een erotische droom, ook al heeft de dromer zelf
misschien geen genot of orgasme ervaren. Als diegene bij het wakker worden sporen van maanie’
ziet is de ghusl verplicht, anders niet.
Wudhuu’ verrichten na seksuele gemeenschap
‘Aa’ishah heeft overgeleverd:
“De Boodschapper van Allaah had wanneer hij wilde slapen of eten wanneer hij djunub was om
wudhuu’ te verrichten zoals de wudhuu’ voor het gebed.”
Sahieh Muslim, kitaab al-ghusl
Wanneer iemand djunub is en zonder wudhuu’ gaat slapen komen de engelen niet bij hem.
De Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“De engelen betreden geen huis waarin er een hond is, een afbeelding of een persoon in staat van
onreinheid (al djanaabah).”
Abu Daawuud
‘Abdullaah ibn Abi Qays heeft overgeleverd:
“Ik vroeg ‘Aa’ishah over het witr gebed van de Boodschapper van Allaah en hij noemde de
overlevering waarin hij zei:
“Hoe deed hij het als hij zich in staat van djanaabah bevond? Verrichtte hij de wassing voordat hij
ging slapen of sliep hij voordat hij de wassing verrichtte?” Zij antwoordde:
“Hij deed dit beide. Soms verrichtte hij de wassing en ging daarna slapen, maar soms verrichtte hij
wudhuu’ en ging daarna slapen.” Ik zei: “Alle lof komt Allaah toe Die deze zaak gemakkelijk heeft
gemaakt.”
Sahieh Muslim, kitaab al-ghusl
43

Het is echter nog beter om de ghusl in plaats van de wudhuu’ te verrichten, zoals blijkt uit de
overlevering van Abu Raafie’ die heeft overgeleverd:
“Dat de Profeet op een dag langs al zijn vrouwen ging en de ghusl bij elke vrouw verrichtte.
Ik vroeg hem: “Is het niet mogelijk dat je er slechts een ghusl van maakt?”
De Boodschapper van Allaah antwoordde: “Dit is schoner, beter, reiner.”
Abu Daawuud, Ibn Maadjah, Hasan verklaard door shaikh al-Albaanie
Wie geen wudhuu’ en ook geen ghusl verricht na seksuele gemeenschap kan ook tayammoem
verrichten voor het slapen gaan
‘Aa’ishah heeft overgeleverd: “Wanneer de Profeet met enkele van zijn vrouwen
geslachtsgemeenschap had en hij lui werd om op te staan, sloeg hij met zijn hand tegen de muur
en verrichtte de tayammoem.”
At-Tabaraanie, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Slapen zonder wudhuu’ of ghusl of tayammoem is ook toegestaan bij djanaabah
‘Umar ibn al-Khattaab heeft gezegd: “Ik vroeg de Boodschapper van Allaah:
“Mag iemand onder ons slapen terwijl hij djunub is?” Hij zei: “Ja en als hij wil mag hij ook de
wudhuu’ verrichten.”
Iemaam ibn Khuzaymah, Ibn Hibbaan en iemaam Muslim, Sahieh verklaard door al-Albaanie
‘Abdullaah ibn ‘Abbaas heeft verhaald:
“De Boodschapper van Allaah trad uit het toilet, vervolgens werd hem eten aangeboden.
De metgezellen vroegen: “Moeten we u geen water brengen?”
Hij zei: “Voorzeker, ik ben slechts verplicht de wudhuu’ te verrichten, wanneer ik mezelf voor de
salaah voorbereid.”
Abu Daawuud, iemaam An-Nasaa’ie en At-Tirmidhie, sahieh verklaard door al-Albaanie
Het aanraken en reciteren van de Qur’aan tijdens de djanaabah
Abu Hurairah heeft overgeleverd:
“De Boodschapper van Allaah trof me in een van de straten van Madinah terwijl ik djunub
was. Vervolgens ontweek ik hem, ging ghusl verrichten en kwam weer terug.
De Profeet vroeg mij: “O Abu Hurairah, waar was je?” Ik zei: “Ik was djunub en wou niet met u
zitten terwijl ik mij niet in een reine staat bevond.” De Profeet zei toen:
44

“SubhaanAllaah, voorwaar, de moslim wordt niet onrein.”
Sahiehain
Alle ahaadieth waarin het wordt verboden om de Qur’aan an te raken of te reciteren in een
djanaabahsituatie zijn zwak verklaard door shaikh al-Albaanie. De hadieth van Abu Hurairah
evenals de overlevering van ‘Aa’ishah bewijzen dat een moslim in alle situatie’s Allaah mag
gedenken, de Qur’aan mag reciteren en mag aanraken. ‘Aa’ishah heeft in een hadieth in de
Sahiehain gezegd:
“De Boodschapper van Allaah gedacht Allaah in alle situaties.”
Het is echter aanbevolen om de wudhuu’ of tayammoem te verrichten van te voren en dit is de
mening van shaikh al-Albaanie.
Hoe wordt de ghusl verricht?
Bij de ghusl maakt men eerst de niyah (intentie) in het hart en spreekt dan de tasmiyyah uit
(‘Bismillaah’). Vervolgens wast men drie keer de handen en daarna de genitaliën.
Dan verricht men de volledige ghusl en wast men het hoofd drie keer goed tot aan de haarwortels.
Vervolgens veegt men water over het gehele lichaam, waarbij iedere plek nat dient te worden.
‘Aa’ishah heeft overgeleverd:
“Wanneer Rasuulullaah vanwege seksuele gemeenschap baadde, waste hij eerst zijn handen,
goot vervolgens met zijn rechterhand water over zijn linkerhand en waste zijn geslachtsdelen.
Vervolgens verrichtte hij wudhuu’ zoals voor het gebed wordt gedaan.
Daarna nam hij wat water en plaatste en bewoog zijn vingers door de wortels van zijn haar.
En wanneer hij vond dat deze genoeg doordrenkt waren, goot hij drie handen vol over zijn hoofd
en goot vervolgens water over zijn lichaam en waste daarna zijn voeten.”
Sahieh Muslim (616) Kitaab al-haid
Maimunah heeft verhaald:
“De Boodschapper van Allaah verrichtte zijn wudhuu’ voor de salaah maar waste zijn voeten
niet. Vervolgens waste hij zijn geslachtsorgaan van de vuiligheid erop. Vervolgens goot hij een
grote hoeveelheid water over zich heen. Vervolgens waste hij zijn voeten. Dat was zijn ghusl voor
de djanaabah.”
Sahieh Al-Bukhaarie
45

‘Aa’ishah zei:
“Het was zo dat wanneer iemand van ons door djanaabah werd getroffen zij drie keer met haar
hand over haar hoofd ging. Vervolgens goot ze aan de rechterhelft (van haar lichaam) water over
haar hand en daarna over haar hand aan de linkerhelft.”
Sahieh Al-Bukhaarie
‘Aa’ishah heeft verhaald: “Wanneer de Boodschapper van Allaah een bad nam vanwege
seksuele gemeenschap vroeg hij om een vat en nam er een handvol water uit en waste eerst de
rechterkant van zijn hoofd, dan links, en nam dan een handvol (water) en goot het over zijn hoofd.”
Sahieh Muslim (623)
‘Aa’ishah heeft overgeleverd dat Asmaa de Profeet vroeg over de wassing na de
menstruatie. Hij antwoordde:
“Elke vrouw onder jullie neemt dan water en sidr (lotus) bladeren en reinigt zichzelf grondig.
Vervolgens giet zij (water) op haar hoofd en wrijft het goed, totdat zij haar haarwortels bereikt.
Daarna giet zij water over zich heen. Vervolgens neemt zij een stukje ( met musk) geparfumeerde
katoen, waarmee zij zichzelf reinigt.” Asmaa vroeg: “Hoe moet ik mij daarmee reinigen?”
Hij antwoordde: “SubhaanAllaah! Reinig jezelf ermee.” Hierop fluisterde ‘Aa’ishah (tegen haar):
“Reinig de bloedvlekken.” Zij vroeg hem ook over de wassing na djanaabah en hij antwoordde:
“Zij neemt water en verricht complete (grondige) wudhuu’. Daarna giet ze (water) op haar hoofd
en wrijft het, totdat zij haar haarwortels bereikt. Daarna giet zij water over zich heen.”
Hierop zei ‘Aa’ishah: “Wat goed zijn de vrouwen van de Ansaar! Schaamte weerhield hen er niet
van om kennis op te doen over hun religie.”
Sahieh Muslim, kitaab al haid
Maimunah, de echtgenote van de Profeet heeft overgeleverd dat zij heeft gezegd:
“Ik zette water dicht bij de Boodschapper neer zodat hij zich kon wassen vanwege djanaabah
(seksueel onreine staat). Hij waste zijn handen twee of drie keer. Daarna dompelde hij zijn hand in
de emmer en goot ermee over zijn geslachtsdeel, welke hij met zijn linkerhand waste.
Vervolgens sloeg hij met zijn linkerhand op de grond en wreef die hard (over de grond).
Daarna verrichtte hij zijn wudhuu’ (die hij gewoonlijk verrichtte) voor het gebed.
Vervolgens goot hij drie keer water over zijn hoofd. Elke handvol is net zoveel als zijn twee
handpalmen (kunnen bevatten). Daarna waste hij zijn gehele lichaam en vervolgens ging hij opzij
van die plek en waste zijn voeten. Toen ik hem daarna een handdoek aanreikte, weigerde hij deze.”
Sahieh Muslim (Nederlandse versie: 157) Sahieh Muslim (Engelse versie: 620) Kitaab al-haid
46

Djaabir bin ‘Abdullaah heeft verhaald:
“Wanneer de Boodschapper van Allaah een bad nam vanwege seksuele gemeenschap goot hij
drie handenvol water over zijn hoofd. Hasan bin Muhammad zei tegen hem (de overleveraar):
“Mijn haar is dik.” Djaabir merkte op: “Ik zei tegen hem: “O zoon van mijn broeder, het haar van
Rasuulullaah was dikker dan jouw haar en fijner dan de jouwe.”
Sahieh Muslim (642)
Umm Salamah heeft overgeleverd:
“Ik zei: Rasuulullaah, ik ben een vrouw die dicht gevlochten haar op mijn hoofd heeft,
dien ik het los te maken als ik ga baden vanwege seksuele gemeenschap? Hij zei:
“Nee, het is voldoende voor jou om drie handen vol water over je hoofd te gooien en dan water
over jezelf te gieten en je zult gereinigd zijn.”
Sahieh Muslim (643)
Bij menstruatie is het echter verplicht voor de vrouw die ghusl verricht om haar haren los te maken,
omdat menstruatie alleen een keer per maand plaats vindt, terwijl de djanaabah wel dagelijks kan
plaats vinden. ‘Aa’ishah heeft verhaald:
“De Profeet zei tegen haar terwijl zij menstrueerde: “Maak je haren los en verricht de ghusl.”
Abu Daawuud, An-Nasaa’ie, Ibn Hibbaan en iemaam Ahmad, Sahieh verklaard door al-Albaanie
Alle ahaadieth over de ghusl bewijzen dat men slechts water over zijn gehele lichaam moet gieten en
het niet hoeft te wassen, behalve het hoofd! Het is verplicht om met de handen de haarwortels nat
te maken en het water dient verder het gehele lichaam te bereiken. Het is aanbevolen om rechts te
beginnen en links te eindigen. De hadieth van ‘Aa’ishah bewijst de meest volmaakte ghusl van de
Profeet. De hadieth van Maimunah bewijst dat de Profeet soms zijn voeten niet tijdens
de ghusl waste, maar wel aan het einde ervan. De hadieth van Um Salamah bewijst dat een
vrouw haar vlechten niet hoeft los te maken tijdens de ghusl na seksuele omgang.
Het binnentreden van de menstruerende vrouw of een djunub in de moskee
Er is geen betrouwbaar bewijs dat zegt dat een menstruerende vrouw een moskee niet mag binnen
treden. ‘Aa’ishah heeft overgeleverd: “De Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Ik sta het binnentreden van de moskee niet toe aan een menstruerende of een djunub.”
Da’ief verklaard door al-Albaanie, overgeleverd door Abu Daawuud en Ibn Khuzaymah
47

Er is een andere hadieth die sahieh is overgeleverd door iemaam Muslim waarin ‘Aa’ishah heeft
verhaald:
“De Profeet zei een keer tegen mij: “Geef me al-khumrah (het kleed) aan van de kleed.”
Ik zei: “Ik menstrueer.” Hij zei: “Voorzeker, jouw menstruatie bevindt zich niet op jouw hand.”
Deze hadieth bewijst dat een menstruerende vrouw de moskee mag binnen treden en de Qur’aan
mag reciteren en vastpakken. De Profeet zegt duidelijk dat haar menstruatie niets te maken heeft
met wat zij aanraakt of waar zij loopt. Shaikh al-Albaanie en andere geleerden zijn tot dit oordel
gekomen.
Het aanraken en reciteren van de Qur’aan tijdens de djanaabah
Abu Hurairah heeft overgeleverd:
“De Boodschapper van Allaah trof me in een van de straten van Madinah terwijl ik djunub
was. Vervolgens ontweek ik hem, ging ghusl verrichten en kwam weer terug.
De Profeet vroeg mij: “O Abu Hurairah, waar was je?” Ik zei: “Ik was djunub en wou niet met u
zitten terwijl ik mij niet in een reine staat bevond.” De Profeet zei toen:
“SubhaanAllaah, voorwaar, de moslim wordt niet onrein.”
Sahiehain
Alle ahaadieth waarin het wordt verboden om de Qur’aan aan te raken of te reciteren in een
djanaabahsituatie zijn zwak verklaard door shaikh al-Albaanie. De hadieth van Abu Hurairah
evenals de overlevering van ‘Aa’ishah bewijzen dat een moslim in alle situaties Allaah mag
gedenken, de Qur’aan mag reciteren en mag aanraken.’Aa’ishah heeft in een hadieth in de
Sahiehain gezegd:
“De Boodschapper van Allaah gedacht Allaah in alle situaties.”
Het is echter aanbevolen om de wudhuu’ of tayammoem te verrichten van te voren en dit is de
mening van shaikh al-Albaanie.
Het gezamenlijk baden van man en vrouw
In islaam is het geen probleem wanneer de man en zijn vrouw samen douchen en dus elkaar bloot
zien; dat blijkt uit de volgende overleveringen: ‘Aa’ishah heeft overgeleverd:
48

“Ik baadde samen met Rasuulullaah met een enkel vat water dat tussen ons stond,
zodat onze handen er samen in botsten. Hij had de gewoonte me op te jagen zodat ik zei:
“Laat wat voor mij!”
Ze voegde eraan toe: “Wij bevonden ons in een staat van djanaabah.” (d.w.z: na seksuele omgang)
Verzameld door Al-Bukhaarie en Muslim
Alleen de echtgenoten mogen samen douchen, anderen niet
Mu’aawiyah Ibn Haidah heeft overgeleverd:
“Ik zei: “O Rasuulullaah, wat van onze naaktheid is toegestaan en op welke moeten we
passen?” De Profeet antwoordde: “Bewaak je naaktheid, behalve voor je vrouw of degenen
die je rechterhand bezitten.” (dus is het toegestaan voor beide echtgenoten naar elkaar te kijken;
ook naar elkaars geslachtsdelen.) Hij zei: “O Rasuulullaah, hoe zit het als mensen met elkaar
zijn?” De Profeet antwoordde: “Als je er zeker van kunt zijn dat niemand ooit je naaktheid ziet,
doe dat dan.”Hij zei: “O Rasuulullaah, hoe zit het met iemand die alleen is?”
De Profeet antwoordde: “Allaah verdient jouw schaamte meer dan de mensen.”
Verzameld door Ahmad, Abu Daawuud, At-Tirmidhie en anderen
Abu Sa’ied al-Khudrie heeft overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah heeft gezegd:
“Laat een man niet kijken naar de schaamdelen van een (andere) man en een vrouw niet kijken
naar de schaamdelen van een (andere) vrouw. Laat een man niet met een (andere) man onder een
bedekking liggen en laat een vrouw niet met een (andere) vrouw onder en bedekking liggen.”
Sahieh Muslim, het boek van de ghusl (161 Nederlandse versie)
En tot slot; de dodewassing
Umm ‘Atiyyah heeft overgeleverd dat Rasuulullaah binnen kwam terwijl zij (en andere
vrouwen) zijn dochter Zaynab wasten. Hij bevool hen:
“Was haar drie, vijf, zeven of meer keren als jullie dat nodig vinden, gebruik water en sidr
(lotusbladeren). Begin met haar rechterkant en de plaatsen van wudhuu’ van haar lichaam."
Zij vroeg hem: “Een oneven aantal keren?” Hij antwoordde: “Ja, en doe er de laatste keer wat
‘kaafoer’ (kamfor) bij. Laat mij weten wanneer jullie klaar zijn.” Ze wasten haar zoals hij bevolen
had, maakten haar haar los, wasten het, verdeelden het in drie vlechten (twee aan de zij kanten en
een in het midden) en deden het achter het hoofd. Toen ze klaar waren lieten ze het hem weten;
hij gaf hen zijn idhaar en zei: “Wikkel haar in.”
Muslim, Al-Bukhaarie en anderen
49

Deze hadieth is heel erg van belang omdat het ons aanwijzingen geeft voor de dodewassing;
we maken eruit op dat we:
- het lichaam een oneven aantal keren wassen,
- wat het materiaal is waarmee we het water mengen om het lichaam schoon te maken,
- de reeks wassingen,
- de parfum die in de laatste wassing gebruikt wordt,
- hoe we het haar moeten doen,
- dat we het lichaam moeten inwikkelen.
Tayammoem
Tayammoem is de reiniging met aarde wanneer er geen water beschikbaar is.
Hierbij neemt men eerst de intentie aan dat men met deze handeling zichzelf wil reinigen van kleine
of grote onreinheid. Zeg: “Bismillaah” (In de naam van Allaah). Het is toegestaan tayammoem te
verrichten met zuivere aarde of iets anders wat zijn oorsprong vindt in aarde zoals zand, gesteente
en keitjes, rotsen. Het hoeft dus geen specifieke soort aarde of zand te zijn, gebaseerd op de
verklaring van Allaah: in soerah An-Nisaa’ 4: 43:
“Verricht dan tayammoem met zuivere aarde.”
En Hudhayfah ibn al-Yamaan heeft overgeleverd dat de Profeet heeft gezegd:
“En ons is haar zand als reiniging gegeven als we geen water kunnen vinden.”
Sahieh Muslim
Uit deze hadieth blijkt dat tayammoem is toegestaan als vervanging voor wudhuu’ of ghusl,
hetzij thuis of op reis wanneer er geen water is. Zoals ook blijkt uit een andere hadieth waarin de
Profeet heeft gezegd:
“Stof is een middel tot zuivering voor de gelovige wanneer hij geen water kan vinden
zelfs wanneer dit voor de periode van tien jaar zou moeten zijn.”
At-Tirmidhie
Shaikh al-Albaanie en vele andere geleerden zijn tot het oordeel gekomen dat men door middel van
stenen tayammoem kan verrichten. De Profeet heeft zelfs door middel van een muur de
tayammoem verricht zoals we voorheen hebben gezien. Het mag ook wanneer men ziek of gewond is
en vreest dat water de ziekte zal verergeren, of het herstel zal doen vertragen of wanneer het water
erg koud is en de mogelijkheid bestaat dat iemand hier schade door zal ondervinden.
Dit heeft als voorwaarde dat men niet in staat is het water te verwarmen, zelfs wanneer er voor
betaald moet worden, en wanneer het moeilijk is om naar de badkamer te gaan.
50

Ook wanneer water dichtbij is, maar men vreest voor zijn leven, eer of bezit, of scheiding van zijn
metgezellen. Of wanneer een vijand een barrière vormt tussen hem en het water, hetzij dit een mens
of ander obstakel betreft, of wanneer hij gevangen is genomen, of wanneer men het niet uit een put
kan halen bij gebrek aan hulpmiddelen zoals een emmer en een touw. In al deze gevallen is de
aanwezigheid van water niet anders dan de afwezigheid hiervan. Op dezelfde wijze is het zo dat
wanneer men vreest ergens onterecht van te worden beschuldigd als gevolg van ghusl,
dan is tayammoem toegestaan. Wanneer men nog wat water heeft maar het op dat moment of later
nodig heeft om te drinken. Of wanneer men een dier hiervan wil laten drinken, zelfs aan een hond
die niet bijt. Of wanneer het moet worden gebruikt bij het bereiden van deeg, of tijdens het koken,
of om daarmee nadjaasah (onreinheid) weg te wassen, of als reiniging wat noodzakelijk is voor het
lichaam, kleding of de plaats van gebed; in al deze gevallen kan tayammoem worden verricht en het
nog beschikbare water worden gebruikt voor andere doeleinden.
‘Abdullaah ibn ‘Abbaas heeft uitgelegd over het vers “En indien jullie ziek zijn of op reis”:
“Als een man (door de strijd) sneeën heeft op de weg van Allaah en (daardoor) ontstekingen
(krijgt) en daardoor bang is te sterven als hij zich wast, voorwaar, hij dient tayammoem te
verrichten.”
Ad-Daaraqutnie, Al-Haakim en Ibn Khuzaymah, Sahieh verklaard door iemaam Ibn Khuzaymah
‘Amr ibn al-‘Aas heeft overgeleverd:
“Ik kreeg op een koude nacht tijdens de strijd van ‘Dhaatus-Salaasil’ een zaadlozing.
Ik werd bang dat ik zou sterven als ik de ghusl zou verrichten. Ik verrichtte tayammoem en leidde
vervolgens mijn vrienden in het ochtendgebed. Vervolgens vertelden zij dat aan de Profeet.
Hij zei: “O ‘Amr, heb jij je vrienden in het gebed geleid terwijl jij djunub was?”
Ik vertelde hem toen wat mij had onthouden om de ghusl te verrichten en zei:
“Ik hoorde dat Allaah zegt: “Dood jullie zelf niet. Voorwaar, Allaah heeft rahmah met jullie.”
(4: 29) Vervolgens lachte de Profeet en zei niets.”
Abu Daawuud, Sahieh verklaard door al-Albaanie
Djaabir ibn ‘Abdullaah heeft overgeleverd:
“Wij gingen op reis. Een man onder ons werd door een steen getroffen waardoor hij op zijn hoofd
een diepe wond opliep. Later kreeg hij een zaadlozing en vroeg zijn vrienden:
“Denken jullie dat ik tayammoem mag verrichten?” Zij antwoordden:
“Wij zien geen reden hiervoor zolang jij in staat bent om water te gebruiken.”
Hij waste zich daarna en overleed. Toen wij naar de Profeet terug gingen en hem het verhaal
werd verteld zei hij: “Zij hebben hem vermoord! Moge Allaah hen vermoorden.
Waarom vroegen zij niet als zij niet wisten. De genezing voor de onwetende is het stellen van
vragen. Voorzeker, het volstond hem om de tayammoem te verrichten.” (en op zijn wond een lap te
wikkelen, waarna hij vervolgens erop veegt en daarna de rest van zijn lichaam wast)
Abu Daawuud, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
51

Het bewijs van hoe de tayammoem verricht dient te worden is de volgende hadieth waarin Shaqieq
heeft overgeleverd:
“Ik zat eens met ‘Abdullaah en met Abu Musaa, toen Abu Musaa zei:
“O Abu ‘Abdir-Rahmaan, als een man djunuub is en een maand lang geen water vindt, wat moet
hij dan doen voor zijn gebed?” ‘Abdullaah antwoordde: “Hij mag geen tayammoem verrichten,
ook al vindt hij een maand lang geen water.” Abu Musaa vroeg: “Wat doen we dan met het vers
uit soerah Al-Maa’idah?” (“….en jullie vinden geen water, verricht dan tayammoem met reine
aarde…” 5: 6) Hierop zei ‘Abdullaah: “Als de mensen met dit vers worden vrij gelaten, zullen zij zelfs
tayammoem met aarde verrichten als zij het water koud vinden.” Abu Musaa’ zei toen tegen
‘Abdullaah: “Heb je de uitspraak van ‘Ammaar niet gehoord (waarin hij zegt:)
“De Boodschapper van Allaah zond mij voor een opdracht. Ik raakte djunuub, maar vond geen
water. Daarom rolde ik mij in de aarde net zoals een dier dat doet.
Toen ik bij de Profeet terugkeerde vertelde ik hem over dit voorval. Hij antwoordde:
“Het was genoeg geweest als je met je handen zo had gedaan.”
En hij sloeg een keer met zijn handen op de aarde. Vervolgens veegde hij met links over rechts,
over de rug van zijn beide handen en over zijn gezicht.” Hierop zei ‘Abdullaah:
“Heb je niet gezien dat ‘Omar niet overtuigd was van de uitspraak van ‘Ammaar?”
Sahieh Muslim, kitaab al-ghusl
‘Aa’ishah heeft overgeleverd dat zij heeft gezegd:
“Wij reisden mee met de Boodschapper van Allaah tijdens een van zijn reizen.
Toen wij in Al-Baydaa’ of Dhaat Al-Djaysh aankwamen, brak mijn halsketting.
Daarom bleven de Boodschapper van Allaah en de mensen die met hem waren daar om hem te
zoeken. Er was geen water op die plek en de mensen hadden ook geen water bij zich.
De mensen kwamen toen naar Abu Bakr toe en zeiden: “Zie je niet wat (jouw dochter)
‘Aa’ishah heeft gedaan? Zij heeft de Boodschapper van Allaah en de mensen met hem hier
gelaten, terwijl er geen water is hier en zij geen water bij zich hebben.” Hierop kwam Abu Bakr
terwijl de Boodschapper van Allaah zijn hoofd op mijn bovenbeen had gelegd en in slaap was
gevallen. Hij (Abu Bakr) zei: “Je hebt de Boodschapper van Allaah en de mensen opgehouden,
terwijl hier geen water is en zij geen water bij zich hebben.” ‘Aa’ishah zei:
“Abu Bakr heeft mij verwijten gemaakt en wat Allaah wenst aan woorden tegen mij gezegd.
Hij begon ook met zijn hand tegen mijn zij te duwen. Het enige wat mij tegenhield om te bewegen
was dat de Boodschapper van Allaah op mijn bovenbeen lag. De Boodschapper van Allaah
sliep totdat de ochtend aanbrak, terwijl er geen water was. Hierop zond Allaah het vers van
tayammoem neer en de mensen verrichtten tayammoem. Hierop zei Usayd ibn Al-Hudhair,
die een van de vooraanstaanden was: “O familie van Abu Bakr, dit is niet jullie eerste zegening.”
‘Aa’ishah zei: “Toen wij de kameel die ik bereed lieten opstaan, vonden wij de halsketting
eronder.”
Sahieh Muslim, kitaab al-ghusl
52

Tijdens dit voorval verrichtten de metgezellen het gebed zonder wudhuu’ toen zij geen water tot hun
beschikking hadden, wat op dat moment het enige toegestane middel tot reiniging was voor hen in
die tijd. Toen zij de Profeet hierover informeerden, maakte hij geen bezwaar over wat zij hadden
gedaan, en hij liet hen ook niet het gebed opnieuw verrichten.
Iemaam Nawaawie zei: “Deze mening is gebaseerd op het sterkste bewijs.”
Bij tayammoem slaat men dus de handpalmen tegen de aarde, blaast vervolgens op de handpalmen,
en veegt de handpalmen daarna en daarna veegt men de beide handen, waarna men over het
gezicht veegt. ‘Abdullaah ibn ‘Umar heeft in een hadieth van Ad-Daaraqutnie en al-Haakim
overgeleverd dat Rasuulullaah heeft gezegd:
“De tayammoem is twee slagen; een slag voor het gezicht en een slag voor de handen tot aan de
ellebogen.”
Deze hadieth is da’ief verklaard door shaikh al-Albaanie en vele andere geleerden en wordt daarom
niet als bewijs genomen. De handen zijn voldoende, het is bij tayammoem niet toegestaan om ook
over de onderarmen te wrijven.
In een andere hadieth zei ‘Aa’ishah:
“Het fadjrgebed was een keer vertraagd en er werd naar water gezocht (voor wudhuu’) maar het
werd niet gevonden. Daarop werd de Goddelijke Openbaring over tayammoem geopenbaard.”
Sahieh Al-Bukhaarie hoofdstuk 31, hadieth 168
Deze openbaringen over tayammoem vinden wij in soerah Al-Maa’idah 5: 6:
“O jullie die geloven! Wanneer jullie je voorbereiden op de salaah, wast dan jullie gezichten en
jullie handen tot de ellebogen en wrijft over jullie hoofden en wast jullie voeten tot de enkels.
Indien jullie djunub (in seksuele onreine staat) zijn, reinigt jullie dan.
En indien jullie ziek zijn, of op reis, of als een van jullie van het toilet is gekomen, of jullie hebben
jullie vrouwen aangeraakt (gemeenschap gehad) en jullie vinden dan geen water;
verricht dan tayammoem met schone aarde. En wrijft ermee over jullie gezichten en jullie handen.
Allaah wil het jullie niet moeilijk maken, maar Hij wil jullie reinigen, zodat Hij Zijn genieting voor
jullie vervolmaakt. Hopelijk zullen jullie dankbaar zijn.”
En in soerah An-Nisaa’ 4: 43:
“En als jullie ziek zijn of op reis zijn of één van jullie komt van afzondering (het toilet,
of jullie hebben vrouwen aangeraakt (door seksuele gemeenschap te hebben gehad),
en jullie vinden geen water; verricht dan tayammoem met zuivere aarde en veeg daarmee jullie
gezicht en handen af (tayammoem). Waarlijk, Allaah is de meest Vergevensgezinde, Genadevolle.”
53

Factoren die tayammoem ongedaan maken
Alles wat wudhuu’ ongedaan maakt, maakt ook tayammoem ongedaan aangezien het een
vervanging hiervoor is. De aanwezigheid van water maakt dit ook ongedaan voor diegenen die
tayammoem hebben verricht vanwege de afwezigheid van water. En voor diegenen die niet in staat
waren water te gebruiken vanwege een andere reden; wanneer deze reden niet meer van toepassing
is en men weer in staat is water te gebruiken, wordt de tayammoem die men eerder had verricht
ongedaan en ongeldig. Echter wanneer men salaah heeft verricht met tayammoem, en daarna water
vond of opnieuw de mogelijkheid kreeg het te gebruiken; in dit geval is het geen vereiste de salaah
opnieuw te verrichten, zelfs wanneer er nog tijd beschikbaar is om dit te doen.
Abu Hurairah heeft overgeleverd:
“De sa’ied is de wudhuu’ van de moslim als hij geen water vindt, al duurt het tien jaar.
Voorwaar, als hij water vindt, laat hem Allaah vrezen door het water zijn huid te laten aanraken.”
Al-Bazzaar, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Deze hadieth bewijst dat de voorwaarde van de tayammoem is dat men geen water vindt en dat de
tayammoem niet mer geldig is zodra men water vindt. Shaikh al-Albaanie en andere geleerden
hebben gezegd dat wanneer men met tayammoem het gebed binnentreedt en er tijdens het gebed
water beschikbaar wordt men zijn gebed moet stoppen, de wudhuu’ moet verrichten en vervolgens
zijn gebed moet af maken waar hij gestopt is. Het gebed van degene die met tayammoem zijn gebed
binnentreedt en het afmaakt ook al is er ondertussen water beschikbaar geworden is echter wel
geldig, zoals blijkt uit de overlevering die Abu Sa’ied al-Khudrie heeft verhaald:
“Er gingen twee mannen op reis. De gebedstijd brak aan terwijl zij geen water bij zich hadden.
Zij verrichtten tayammoem door middel van sa’ied, waarna zij baden. Vervolgens vonden zij water
binnen de tijd. Een van hen verrichtte het gebed opnieuw met wudhuu’ terwijl de ander het niet
opnieuw verrichtte. Vervolgens kwamen zij naar de Boodschapper van Allaah en vertelden dat aan
hem. Hij zei tegen degene die het niet opnieuw verrichtte: “Jij hebt de soennah getroffen en jouw
gebed volstaat.” En hij zei tegen de ander: “Voor jou twee maal de beloning.”
Abu Daawuud, Ad-Daarimie, An-Nasaa’ie, Sahieh verklaard door shaikh al-Albaanie
Het is echter beter dat men wudhuu’ verricht vanwege de uitspraak “jij hebt de soennah getroffen”
evenals “voor jou twee maal de beloning.”
“Jouw gebed volstaat” betekent dat het voldoende is.
Lieve moslims, reinig jullie op deze betrouwbare manier en laat dit niet los. Verricht de wudhuu’ als
je wakker wordt en voordat je gaat slapen. Waardeer deze reiniging die ons beschermt en waardoor
wij engelen naar ons toe halen en shayaatien af weren. Al-Baihaaqie heeft overgeleverd van Al-
Awzaa’ie dat hij tegen een van zijn metgezellen zei:
54

“Als een hadieth van Rasuulullaah tot jou komt pas dan op om iets anders dan dat te zeggen
aangezien Rasuulullaah iemand was die de boodschap van Allaah duidelijk maakte.”
En Al-Baihaaqie overleverde van de onderscheiden iemaam Sufyaan Ath-Thawrie dat hij zei:
“Het volledige van kennis is kennis van de overleveringen.”
En Abu Haniefah zei:
“Wanneer een hadieth van Rasuulullaah komt dan is het geaccepteerd van het hoofd en de ogen
(compleet en totaal).”
En hij zei ook:
“Als ik iets zeg en een hadieth van Rasuulullaah komt met iets eraan tegenovergesteld,
gooi mijn uitspraak dan tegen de muur.”
En Al-Baihaaqie overleverde van Az-Zuhrie dat hij zei:
“Zij die aan onze geleerden vooraf gingen waren gewend te zeggen:
“Vast houden aan de soennah is redding.”
Red jullie zelf daarom en red degenen van wie jullie houden en van wie jullie niet houden door voor
hen te wensen wat je voor jezelf wenst, met andere woorden: leer hen de wudhuu’ en de ghusl
volgens de betrouwbare soennah en ga daarna verder met het onderwijzen van de salaah.
Ik smeek Allaah om dit werk tot een van de zaken te laten behoren
die mijn weegschaal zwaarder zullen maken met goede daden
en dat dit werk tot een van mijn ‘sadaqaat djaariyah’ mogen behoren,
wanneer ik straks in mijn graf lig.
Ik vraag Allaah om al onze daden zuiver voor Zijn Aangezicht te maken,
overeenkomstig aan Zijn welbehagen, aamien.
Soebh’aanaka ‘llaahoemma wa bieh’amdieka,
Ash-hadoe allaa iellaha iellaa ant,
Astaghfieroeka wa atoeboe ielayk.
55