Gemeente kom uit uw tent! - Op kamp
Gemeente kom uit uw tent! - Op kamp
Gemeente kom uit uw tent! - Op kamp
- No tags were found...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 1 > 20<br />
JTO-2011-08-01-visienota jeugdtoerisme<br />
<strong>Gemeente</strong> <strong>kom</strong> <strong>uit</strong> <strong>uw</strong><br />
<strong>tent</strong>!<br />
Maak werk van lokaal<br />
jeugdtoerismebeleid
1 Wat is jeugdtoerisme? .............................................................................................................. 3<br />
1.1 Organisatoren van jeugdtoerisme in groepsverband ......................................... 3<br />
1.2 Vlaanderen als voornaamste bestemming ......................................................... 4<br />
2 Socio-economisch belang van jeugdtoerisme ........................................................................... 5<br />
2.1 Maatschappelijke meerwaarde .......................................................................... 5<br />
2.2 Economische meerwaarde ................................................................................. 5<br />
3 Huidige markt ............................................................................................................................ 6<br />
4 Toe<strong>kom</strong>stige markt ................................................................................................................. 10<br />
4.1 Vereisten voor het toe<strong>kom</strong>stig aanbod van jeugdverblijfplaatsen .................. 10<br />
4.1.1 Diverse verblijfplaatsen .................................................................................. 10<br />
Jeugdverblijfcentra ................................................................................................... 11<br />
Kampterreinen .......................................................................................................... 11<br />
4.1.2 Voldoende verblijfplaatsen ....................................................................... 11<br />
Mogelijke initiatiefnemers ........................................................................................ 12<br />
4.1.3 Kwaliteitsvolle verblijfplaatsen ................................................................. 12<br />
4.1.4 Betaalbaarheid .......................................................................................... 12<br />
4.1.5 Bereikbaarheid .......................................................................................... 13<br />
5 Vereisten voor de omgeving van jeugdverblijfplaatsen ........................................................... 13<br />
5.1 Speelruimte ....................................................................................................... 13<br />
5.2 Sportruimte ....................................................................................................... 14<br />
5.3 Kampvuurplaatsen ............................................................................................ 14<br />
5.4 Verkeersveiligheid ............................................................................................ 15<br />
5.5 Kind- en jeugdvriendelijke recreatiemogelijkheden ......................................... 15<br />
6 <strong>Gemeente</strong>lijke omkadering en ondersteuning voor het Jeugdtoerisme .................................. 15<br />
6.1 Ondersteuning van bezoekende organisatoren ............................................... 15<br />
6.1.1 Gastvrij onthaal door lokale overheid ...................................................... 15<br />
6.1.2 Transparante regelgeving en beperkte administratieve lasten ................ 16<br />
6.2 Omkaderen van jeugdgroepen <strong>uit</strong> eigen gemeente ......................................... 16<br />
6.2.1 Financiële ondersteuning ......................................................................... 16<br />
6.2.2 Logistieke ondersteuning .......................................................................... 17<br />
6.3 Omkadering en ondersteuning van <strong>uit</strong>baters van jeugdverblijven .................. 17<br />
6.3.1 Afval .......................................................................................................... 17<br />
6.3.2 Stedenbo<strong>uw</strong>kundige vergunningen .......................................................... 18<br />
6.3.3 Brandveiligheidsattesten .......................................................................... 18<br />
7 Samengevat: onze dromen ..................................................................................................... 18<br />
8 Wie is wie? .............................................................................................................................. 19<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 2 > 20
Geef jeugdtoerisme een plaats in <strong>uw</strong> beleid!<br />
Tips voor het ontwikkelen van een jeugdtoeristisch beleid.<br />
Datum: 1 augustus 2011<br />
Doel: Deze visienota is geschreven door de vertegenwoordigers van gebruikers en eigenaars van<br />
de Vlaamse jeugdverblijfscentra. Van<strong>uit</strong> het Platform Jeugdtoerisme (Steunpunt Jeugd). We willen<br />
hiermee een houvast bieden aan lokale beleidsmakers, beleids<strong>uit</strong>voerders en jeugdwerkers die<br />
werk willen maken van de verdere ontwikkeling van het jeugdtoerisme in Vlaanderen. Deze nota<br />
geeft richting aan strategische beleidsplannen of in projecten opneembare doelstellingen. De<br />
hieraan gekoppelde acties dienen een meerwaarde te zijn voor jeugdgroepen die aan<br />
jeugdtoerisme doen.<br />
Deze nota baseert zich onder meer op het Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme 1 van Steunpunt<br />
Jeugd (SPJ) en het Centrum voor Jeugdtoerisme (CJT) dat in 2010 de behoeften van<br />
jeugdgroepen binnen de sectoren jeugdwerk, sport, onderwijs en welzijn inzake jeugdtoerisme<br />
onderzocht.<br />
In het eerste hoofdstuk geven we een inleiding op wat jeugdtoerisme nu juist is en wie er allemaal<br />
deel van <strong>uit</strong> maakt. Het socio-economische belang van deze vorm van toerisme bespreken we in<br />
hoofdstuk twee. Daarna beschrijven we de Vlaamse Jeugdtoeristische markt. In het vierde<br />
hoofdstuk hebben we het over de toe<strong>kom</strong>stige markt. Dat de omgeving een belangrijke factor is in<br />
het jeugdtoerisme tonen we aan in hoofdstuk vijf. Hoe je als gemeente <strong>uit</strong>baters en organisators<br />
van jeugd<strong>kamp</strong>en kan ondersteunen duiden we in het zesde hoofdstuk. In het zevende hoofdstuk<br />
schetsen we onze ideale jeugdtoeristische omgeving. Ten slotte stellen we de belangrijkste spelers<br />
binnen het jeugdtoerisme voor.<br />
1 Wat is jeugdtoerisme?<br />
Naar schatting ruim een half miljoen Vlaamse kinderen en jongeren doen sinds jaar en dag aan<br />
jeugdtoerisme. Zij nemen vakantie en verplaatsen zich individueel en in (georganiseerd)<br />
groepsverband. De georganiseerde verplaatsingen onder educatieve begeleiding van vrijwilligers<br />
of beroepskrachten gebeuren op verschillende momenten doorheen het jaar. Ze nemen de vorm<br />
aan van een meerdaags verblijf, weg van huis, en bewust weg <strong>uit</strong> de dagelijkse omgeving.<br />
Als het woord jeugdtoerisme valt, denken we automatisch aan zomer<strong>kamp</strong>en van<br />
jeugdbewegingen, vakanties georganiseerd door ziekenfondsen, bos- of zeeklassen enzovoort. Het<br />
gaat immers even goed om weekendjes doorheen het jaar. Het jeugdtoerisme in Vlaanderen dekt<br />
een ruime lading: er is een grote diversiteit aan jeugdtoeristische initiatieven, organisatoren en<br />
beweegredenen. Het jeugdtoerisme als meerdaags groepsgebeuren is veelal op ontspanning<br />
gericht, soms op vorming, op integratie, op groepsvorming, op exploratie,… maar meestal op een<br />
combinatie van deze factoren. In dit hoofdstuk lees je wie de jeugdige toeristen zijn. Wat willen ze<br />
en wat is voor handen? Ook staan we stil bij de pedagogische en economische waarde van<br />
jeugdtoerisme.<br />
1.1 Organisatoren van jeugdtoerisme in groepsverband<br />
Lokale jeugd- en jongerenbewegingen zijn de meest opvallende organisatoren van<br />
jeugdtoeristische activiteiten.<br />
Elk jaar organiseren duizenden jonge vrijwilligers van jeugdverenigingen zoals Chiro, KLJ, scouts,<br />
KSJ-KSA-VKSJ… <strong>kamp</strong>en en weekends. Het zomer<strong>kamp</strong> is vaak hét hoogtepunt in hun werking.<br />
Kinderen en jongeren kijken er maandenlang naar <strong>uit</strong>. De herinneringen leveren uren gespreksstof<br />
op, zelfs jaren later nog. Het <strong>kamp</strong> organiseren zij bijna steeds in de zomer, met half juli tot half<br />
augustus als piekperiode. Een <strong>kamp</strong> duurt vijf tot veertien dagen. De grootte van een <strong>kamp</strong> hangt<br />
1 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). Aan het onderzoek namen 853 jeugdgroepen deel. De<br />
verwerking van de gegevens van het onderzoek werd in 2011 afgerond.<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 3 > 20
af van de samenstelling van de groep en de traditie: alle leden samen, per leeftijdsgroep of met<br />
enkele leeftijdsgroepen samen. Weekends voor kinderen/jongeren en leidingweekends voor de<br />
ploeg van animatoren organiseren zij het hele jaar door, maar in december en januari is het wat<br />
kalmer 2 . Ook in september, mei en juni trekken groepen minder op weekend.<br />
Landelijke en provinciale koepels van deze jeugd- en jongerenbewegingen organiseren<br />
meerdaagse kadervormingscursussen voor lokale jeugdwerkers, meestal in de<br />
schoolvakantieperiodes. De duur is sterk afhankelijk van de aard van de cursus.<br />
Naast de jeugdbewegingen zijn er ook andere vormen van landelijk, provinciaal en lokaal<br />
jeugdwerk zoals mutualiteitorganisaties, vakantieorganisaties en jeugdhuizen. Deze vrijwillige en<br />
professionele jeugdwerkers organiseren evengoed vakanties en weekends, maar het gaat dan<br />
eerder om themavakanties, inleefweekends en <strong>uit</strong>wisselingen. En ook andere verenigingen zoals<br />
jeugdkoor, jeugdfanfare, jeugdharmonie… gaan op meerdaags verblijf.<br />
Het jeugdwerk alleen is al goed voor meer dan de helft van alle overnachtingen in de<br />
Vlaamse jeugdverblijven 3 .<br />
Jeugdsportclubs en sportverenigingen met een jeugdwerking organiseren stages en<br />
sportweken. Hierin besteden zij aandacht aan teamspirit en schaven zij de techniek en conditie van<br />
de kinderen en jongeren bij.<br />
Scholen organiseren bos-, zee-, stads-of plattelandsklassen en laten kinderen en jongeren op<br />
deze meerdaagse <strong>uit</strong>stappen kennis maken met een andere omgeving. Middelbare -en<br />
hogescholen gaan vaak op een bezinningsweekend of op een meerdaagse stage.<br />
Ten slotte organiseren ook instellingen voor bijzondere jeugdzorg en MPI’s ( Medisch<br />
Pedagogische Instelling) jeugdtoeristische activiteiten.<br />
Hieronder maken we een <strong>uit</strong>splitsing van het aandeel van elke soort jeugdgroep en de locatie van<br />
hun verblijf.<br />
*Tabel 1. Procentuele verdeling van meerdaagse verblijven in 2009, <strong>uit</strong>gesplitst volgens soort jeugdgroep en locatie<br />
van het verblijf. Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.9<br />
1.2 Vlaanderen als voornaamste bestemming<br />
Voor weekends en vormingscursussen blijven de jeugdgroepen liefst in Vlaanderen, zodat ze voor<br />
zulke korte verblijven geen al te grote afstanden moeten afleggen. Groepen zijn voor hun<br />
zomer<strong>kamp</strong> doorgaans op zoek naar groene speelruimte, bossen, een <strong>kamp</strong>vuurplaats, …<br />
Wallonië is eerder in trek bij oudere groepen en voor <strong>tent</strong>en<strong>kamp</strong>en. Jeugdgroepen gaan soms ook<br />
op b<strong>uit</strong>enlands <strong>kamp</strong>. In tabel 1 valt op dat scholen en sportclubs met een jeugdwerking het meeste<br />
naar het b<strong>uit</strong>enland trekken.<br />
2 Bron, Toerisme Vlaanderen (2011).<br />
3 Bron, Toerisme Vlaanderen<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 4 > 20<br />
Oost-Vlaanderen<br />
West-Vlaanderen<br />
Vlaams-Brabant<br />
Lokaal jeugdwerk 12 % 16 % 6 % 20 % 28 % 0 % 13 % 5 % 100%<br />
Provinciaal/landelijk<br />
jeugdwerk<br />
Limburg<br />
Antwerpen<br />
16 % 19 % 13 % 12 % 13 % 2 % 17 % 8 % 100%<br />
Onderwijs 8 % 41 % 1 % 4 % 15 % 0 % 10 % 21 % 100%<br />
Sportclubs met<br />
jeugdwerking<br />
10 % 16 % 5 % 14 % 12 % 1 % 15 % 27 % 100%<br />
Bijzondere jeugdzorg 10 % 27 % 3 % 6 % 10 % 0 % 30 % 14 % 100%<br />
MPI‟s 9 % 32 % 6 % 16 % 5 % 1 % 22 % 9 % 100%<br />
Brussels Gewest<br />
Wallonië<br />
B<strong>uit</strong>enland<br />
Totaal
In de provincies Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant verblijven groepen het minst omdat het<br />
verblijfsaanbod er beperkt is en de omgeving er zich minder toe leent (minder bos, zee, ruimte). De<br />
gegevens van het Belgische aanbod aan jeugdverblijfcentra, en <strong>kamp</strong>terreinen kan men<br />
raadplegen op www.op<strong>kamp</strong>.be.<br />
2 Socio-economisch belang van jeugdtoerisme<br />
2.1 Maatschappelijke meerwaarde<br />
Vakantieparticipatie draagt bij tot het welzijn van kinderen en jongeren: het is belangrijk voor hun<br />
sociaal-emotionele, fysieke, en verstandelijke ontwikkeling. Al spelend doen ze op meerdaagse<br />
verblijven een grote bagage aan vaardigheden en kennis op: samenwerken in groep, organiseren<br />
van activiteiten, leren omgaan met regels en wetten. Het is een „leerschool voor het leven‟.<br />
Jeugdtoerisme is een sociale vorm van vrije tijd en belangrijk voor het (leren) aangaan van sociale<br />
contacten. Samen eten, slapen en leven met dezelfde klok versterkt het gevoel van<br />
“ondergedompeld worden” in de groep, in het proces, in de leerstof, in het spel… In groep<br />
verblijven vergroot het aantal leerkansen en stimuleert de sociale vaardigheden. <strong>Op</strong> <strong>kamp</strong> met de<br />
jeugdbeweging worden banden voor het leven gesmeed en doen kinderen en jongeren zeer<br />
intense ervaringen op.<br />
Er op <strong>uit</strong> trekken in een nie<strong>uw</strong>e omgeving draagt bij tot het ontwikkelen van waarden als openheid<br />
en de wil tot confrontatie. Jeugdtoerisme is meer dan kilometers afleggen. In de eerste plaats gaat<br />
het over het overbruggen van afstanden. Zich van<strong>uit</strong> de veilige thuishaven wagen in het avontuur<br />
van de ontmoeting met de ander en het andere veronderstelt het relativeren van haastige en<br />
gemakkelijke vooroordelen. Dat zijn belangrijke waarden die de motor zijn van een democratie en<br />
een verdraagzame samenleving 4 . Kinderen en jongeren moeten gestimuleerd worden om hun<br />
kunstmatige grenzen te overschrijden. Zij verdienen daarom de nodige (groene) ruimte om er op <strong>uit</strong><br />
te trekken.<br />
Veel kinderen en jongeren leven vandaag in een verstedelijkte omgeving. Kampen, weekends en<br />
andere jeugdtoeristische activiteiten vinden vaak plaats in een groene ruimte. Het biedt kinderen en<br />
jongeren het broodnodige direct contact met de natuur. Dat is nodig voor hun eigen ontwikkeling,<br />
gezondheid en fysieke conditie, maar ook voor de ontwikkeling van hun natuur- en<br />
milieubewustzijn. 5 6 In de visienota Spelen in het groen 7 gaan we hier <strong>uit</strong>gebreid op in. Anderzijds is<br />
een weekendverblijf in een grootstedelijke context als Brussel, Antwerpen, Gent,… ook een manier<br />
om kinderen en jongeren (<strong>uit</strong> plattelandsgemeenten) te laten kennismaken met een – voor hen op<br />
het eerste zicht – misschien beangstigende omgeving. Meertaligheid en een culturele mix zijn<br />
enkele elementen die van de stad een educatieve <strong>uit</strong>daging maken.<br />
2.2 Economische meerwaarde<br />
Jeugdgroepen die er meerdaags op <strong>uit</strong> trekken zijn een<br />
interessant economisch segment. Het jeugdtoerisme<br />
genereert elk jaar ongeveer 3 miljoen overnachtingen 8 in<br />
Vlaanderen. Dat is meer dan 10 % van het totale aantal<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 5 > 20<br />
“Het jeugdtoerisme genereert elk<br />
jaar ongeveer 3 miljoen<br />
overnachtingen in Vlaanderen. Dat<br />
is meer dan 10 % van het totale<br />
aantal toeristische overnachtingen.”<br />
toeristische overnachtingen in deze regio. Het aantal slaapplaatsen in erkende, principieel erkende 9<br />
en niet-erkende 10 jeugdverblijfcentra en hostels bedraagt ongeveer 38 000. <strong>Op</strong> basis van<br />
bovenstaande cijfers kunnen we stellen dat de jaarlijkse omzet in de Vlaamse jeugdverblijfcentra<br />
4<br />
MICHEL, 2003<br />
5<br />
Netwerkdocument Platform Ruimte voor Jeugd (2005), Nederland.<br />
6<br />
Literatuurstudie <strong>uit</strong> het onderzoek m.b.t. de relatie tussen (on)beschikbaarheid van bespeelbare ruimte, de mate van<br />
b<strong>uit</strong>en spelen en de gevolgen daarvan op de fysieke, sociale, psychische en emotionele ontwikkeling van de Vlaamse<br />
kinderen en jongeren, door Kind & Samenleving i.o.v. de Vlaamse Overheid (2008)<br />
7<br />
Steunpunt Jeugd: http://www.steunpuntjeugd.be/uploads/documents/2011_03_08_Visie_speleningroen.pdf<br />
8<br />
Bron CJT en Toerisme Vlaanderen 2011.<br />
9<br />
Een principieel erkend jeugdverblijf is een jeugdverblijf dat op basis van bo<strong>uw</strong>plannen voorlopig een erkenning heeft<br />
gekregen.<br />
10<br />
Niet-erkende jeugdverblijfcentra worden niet gecontroleerd op hygiëne, veiligheid en <strong>uit</strong>rustingsniveau. Dat wil niet<br />
zeggen dat deze jeugdverblijven per definitie onhygiënisch of onveilig zijn, wel dat er geen controle plaatsvond door<br />
Toerisme Vlaanderen en dat er vaak geen brandveiligheidsattest is.
ongeveer 60 miljoen euro bedraagt 11 . Dat bedrag omvat de overnachtingprijs en eventueel de prijs<br />
voor de maaltijden als het jeugdverblijfcentrum die aanbiedt. Omdat het verhuren van <strong>kamp</strong>weides<br />
een dynamisch en moeilijk te kwantificeren gegeven is, zijn het aantal overnachtingen op<br />
<strong>kamp</strong>weides niet meegerekend in die cijfers. Dus het totale aantal overnachtingen en omzet ligt<br />
nog een pak hoger.<br />
Reken je de indirecte omzet mee, dan zit je boven 100 miljoen euro 12 . Jeugdgroepen besteden<br />
middelen aan het organiseren van meerdaagse initiatieven (aan onder andere transport, voeding<br />
en spelmateriaal). Uit onderzoek 13 blijkt dat de privé-autocar in 39 % van de gevallen het<br />
vervoersmiddel is voor de verplaatsing van de deelnemers naar de verblijfplaats. Niet alleen de<br />
autocarsector, ook de detailhandel <strong>uit</strong> de omgeving van de vestigingsplaatsen van jeugdgroepen en<br />
in de <strong>kamp</strong>plaatsgemeenten halen omzet <strong>uit</strong> het jeugdtoerisme. Uit onderzoek 14 blijkt dat 63% van<br />
de jeugdgroepen die kiezen voor een zelfkookformule, een deel van de aankopen doen in de<br />
gastgemeente. In de omgeving van hun verblijfplaats maken ze gebruik van recreatiemogelijkheden<br />
en horecafaciliteiten. Kinderen en jongeren vormen in bepaalde gemeenten en regio‟s een groot<br />
aandeel van het totaal aantal bezoekers.<br />
Elk jaar vinden voor meer dan 15 miljoen 15 euro infrastructuurwerken plaats in de verschillende<br />
jeugdverblijfcentra. Het jeugdtoerisme draait voor een groot deel op vrijwilligers, maar stelt<br />
daarnaast ongeveer 500 mensen te werk (vooral in jeugdverblijfcentra waar maaltijden worden<br />
aangeboden) 16 . Jeugdtoerisme draagt dus bij tot de Vlaamse economie en werkgelegenheid.<br />
Tenslotte maken jonge toeristen deel <strong>uit</strong> van het bezoekerspo<strong>tent</strong>ieel voor de toe<strong>kom</strong>st. Tijdens<br />
een <strong>kamp</strong> of schoolreis leren zij, en onrechtstreeks ook hun ouders, de troeven van een regio<br />
kennen. Daardoor zullen zij later makkelijker opnie<strong>uw</strong> de regio bezoeken. De tevreden jonge toerist<br />
van vandaag is een po<strong>tent</strong>iële (en meer kapitaalkrachtige) toerist voor morgen!<br />
3 Huidige markt<br />
Het aandeel van de jeugdverblijven is twee op de tien 17 van alle toeristische inrichtingen in het<br />
Vlaamse gewest. Door Toerisme Vlaanderen erkende jeugdverblijfcentra zijn aan de doelgroep<br />
aangepast. Het zijn veilige verblijfsaccommodaties met overnachtingsmogelijkheid, bestaande <strong>uit</strong><br />
een of meer gebo<strong>uw</strong>en die een eenheid vormen en die hoofdzakelijk ter beschikking staan van de<br />
jeugd voor vormende en ontspannende activiteiten. Hetzij individueel, hetzij in verenigingsverband.<br />
Erkende jeugdverblijfcentra zijn opgedeeld in vier types: A, B, C en hostels. Elk type voldoet aan<br />
een aantal minimumvoorwaarden. Om een erkenning te krijgen moet men voldoen aan o.a. de<br />
algemene hygiëne-, comfort en veiligheidsnormen, zich richten op de doelgroep,… zoals deze in<br />
het decreet Toerisme voor allen 18 staan beschreven. Deze opdeling heeft ook te maken met het<br />
<strong>uit</strong>rustingsniveau (aanwezigheid van bedden, douches, daglokalen …). Hostels richten zich op<br />
jonge individuele reizigers terwijl jeugdverblijfcentra zich op groepen focussen.<br />
Jeugdverblijfcentrum type A<br />
Eenvoudig jeugdverblijf met<br />
basiscomfort<br />
Geen bedden<br />
Geen ingerichte keuken<br />
Geen douches<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 6 > 20<br />
Jeugdverblijfcentrum type B<br />
Bedden aanwezig<br />
Ingerichte keuken (meestal zelfkook)<br />
Minimaal 1 toilet per 15 personen<br />
Minimaal 2 douches<br />
Geen extra daglokalen<br />
Minimaal 1 toilet per 15 personen<br />
Belangrijkste doelgroep: jeugdbeweging,<br />
Geen extra daglokalen<br />
speelpleinwerking, sportclubs, andere<br />
Belangrijkste doelgroep:<br />
jeugdverenigingen, scholen<br />
jeugdbeweging, speelpleinwerking,<br />
11<br />
Actieplan<br />
sportclubs,<br />
Jeugdverblijfcentra,<br />
andere jeugdverenigingen<br />
Vlaamse overheid (2010). p6.<br />
12<br />
Actieplan Jeugdverblijfcentra, Vlaamse overheid (2010). p6.<br />
13<br />
Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.19<br />
14<br />
Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.26<br />
15<br />
Actieplan Jeugdverblijfcentra, Vlaamse overheid (2010). p6.<br />
16<br />
CJT, 2008<br />
17<br />
Cijfers Toerisme Vlaanderen, 2011<br />
18<br />
Decreet “Toerisme voor allen.” http://www.steunpuntjeugd.be/uploads/documents/10_2008_brochure_TVA.pdf
Jeugdverblijfcentrum type C<br />
Bedden met dekens en hoofdkussens<br />
Ingerichte keuken of volpensionmogelijkheid<br />
Minimaal 1 toilet per 15 personen<br />
Minimaal 1 douche per 20 personen<br />
Extra daglokalen<br />
Andere doelgroepen: families, socio-cultureel<br />
vormingswerk<br />
Het jeugdverblijf als favoriete verblijfplaats<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 7 > 20<br />
Jeugdverblijf type hostel<br />
verblijven die vooral gericht zijn op individuele<br />
jonge reizigers<br />
Bedden met dekens en hoofdkussens per bed<br />
Minimaal 1 douche per 20 personen<br />
Veelal individuele jonge toeristen<br />
Beveiligde bagageruimte<br />
Internet steeds ter beschikking (ook<br />
draadloos)<br />
Receptie met toeristische info en meertalig<br />
onthaal<br />
Een keuken en/of daglokalen zijn niet vereist<br />
De diverse doelgroepen binnen het jeugdtoerisme vragen ieder een specifieke accommodatie.<br />
Jeugdgroepen kiezen voor een verblijfsplaats die aangepast is aan de groepsgrootte, het budget en<br />
de aard van het initiatief.<br />
Uit onderzoek 19 is gebleken dat quasi alle groepen de huurprijs als zeer belangrijk bestempelen bij<br />
de keuze van hun verblijfplaats. Maar hét belangrijkste criterium voor de keuze van een<br />
verblijfplaats voor het zomer<strong>kamp</strong> is voor een jeugdvereniging de beschikbare periode. Deze<br />
groepen wijken zelden af van hun traditionele <strong>kamp</strong>data.<br />
De traditie van de groep speelt ook een belangrijke rol. Als een groep de traditie heeft om op <strong>kamp</strong><br />
of weekend te gaan op een eenvoudige <strong>kamp</strong>plaats, dan zullen zij daar niet vlug van afwijken.<br />
Bovendien hechten de jeugdgroepen van<strong>uit</strong> pedagogisch oogpunt er belang aan dat leden vanaf<br />
een bepaalde leeftijd leren omgaan met de natuurelementen. Als een jeugdgroep gewoon is om te<br />
<strong>kamp</strong>eren, is dat een belangrijk criterium bij de zoektocht naar een <strong>kamp</strong>plaats. Hetzelfde is van<br />
toepassing op de mogelijkheid om zelf te koken.<br />
Meestal overnachten de oudste leeftijdsgroepen van een jeugdbeweging die verblijven in een<br />
jeugdverblijf in <strong>tent</strong>en op het domein zelf. Vaak <strong>uit</strong> overtuiging, maar soms ook <strong>uit</strong> noodzaak.<br />
Bijvoorbeeld omdat de groep te groot is voor het aantal beschikbare slaapplaatsen binnen. Het<br />
beschikbaar stellen van een terrein voor het plaatsen van extra <strong>tent</strong>en is een troef voor een<br />
verblijfplaats. Vooral de combinatie gebo<strong>uw</strong> met ruimte voor <strong>tent</strong>en is gegeerd en groepen met<br />
meer dan 70 deelnemers moeten al lang op voorhand een locatie zoeken.<br />
Ongeveer de helft van jeugdgroepen in de categorie jeugdbeweging verblijft tijdens het zomer<strong>kamp</strong><br />
deels in een gebo<strong>uw</strong> en deels in <strong>tent</strong>en. Voor weekends met leden gaan jeugdgroepen in veel<br />
gevallen op zoek naar dezelfde faciliteiten als voor een <strong>kamp</strong>.<br />
Groepen <strong>uit</strong> het jeugdwerk verblijven tijdens hun zomer<strong>kamp</strong> het liefst exclusief op een<br />
<strong>kamp</strong>terrein. De groep stampt er een tijdelijk primitief dorp <strong>uit</strong> de grond met hout, to<strong>uw</strong>en en zeilen.<br />
Scholen kiezen meestal voor het comfortabele type C<br />
jeugdverblijf zodat ze dan gebruik kunnen maken van de<br />
maaltijdservice. Voor hen is brandveiligheid het belangrijkste<br />
criterium voor de keuze van hun verblijf. Voor jeugdgroepen<br />
<strong>uit</strong> de categorie sportclubs is het nogal logisch dat de<br />
aanwezigheid van sportinfrastructuur een belangrijke rol speelt<br />
bij de keuze voor een bepaald jeugdverblijf.<br />
“Hét belangrijkste criterium<br />
voor de keuze van een<br />
<strong>kamp</strong>plaats is de beschikbare<br />
periode. Groepen wijken<br />
zelden af van hun traditionele<br />
<strong>kamp</strong>data.”<br />
De grootste concentratie van jeugdverblijfscentra is te vinden in Limburg en Antwerpen. Ook West-<br />
Vlaanderen heeft een relatief groot aanbod, met een hoge concentratie aan de Kust. Hier vindt men<br />
voornamelijk type C verblijven. Antwerpen scoort duidelijk het hoogst in het “basic” aanbod van<br />
type A en niet-erkende verblijven. 37 % van deze eenvoudige jeugdverblijven is gelegen in de<br />
provincie Antwerpen. Limburg scoort dan weer opvallend hoog bij type B (40 % van het Vlaamse<br />
aanbod), waardoor er meer dan in de provincie Antwerpen het hele jaar door verhuurd wordt. In<br />
19 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.54
Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant is het aanbod beperkt. Er is ook minder natuurlijke<br />
speelruimte (bossen of zee).<br />
In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is het aanbod van Nederlandstalige <strong>uit</strong>baters heel beperkt.<br />
Er zijn enkele jeugdherbergen en één jeugdverblijf type C, maar een volledig gebrek aan type A en<br />
B-verblijven ondanks de vraag van verschillende jeugdgroepen. Het tekort aan jeugdverblijven in<br />
Brussel vertaalt zich <strong>uit</strong>eraard ook in de cijfers. Slechts 1% van de meerdaagse overnachtingen<br />
door jeugdgroepen vond plaats in Brussel.<br />
De nood is gesignaleerd en VGC jeugd heeft dan ook in het jeugdbeleidsplan 2011-2015<br />
opgenomen dat zij de mogelijkheid voor een bij<strong>kom</strong>end jeugdverblijfcentrum zullen onderzoeken.<br />
Tot op heden (2011) zijn hieromtrent nog geen initiatieven ondernomen.<br />
Type Antw. Limb. O-Vl. Vl.-Br. W-Vl. Brussel TOTAAL<br />
A 47 27 28 21 11 0 134<br />
B 33 56 11 7 30 0 137<br />
C 36 29 18 9 50 1 143<br />
Hostel 2 2 5 2 7 1 19<br />
Pr. erk. 9<br />
Niet erk. 10<br />
*Tabel 2. Aantal jeugdverblijven per provincie en volgens type. Cijfers van het CJT en Toerisme Vlaanderen, 2011<br />
In tabel 3 stellen geven we de capaciteit weer van de Vlaamse en Brusselse jeugdverblijven in het<br />
aantal slaapplaatsen. <strong>Op</strong>vallend is dat West-Vlaanderen 42 % van de bedden in type C en hostel<br />
voor haar rekening neemt. Deze zijn voornamelijk geconcentreerd aan de kust.<br />
Antw. Limb. O-Vl. Vl.-Br. W-Vl. Brussel TOTAAL<br />
A 2 500 1 877 1 440 1 030 500 0 7 347<br />
B 1 657 3 804 613 379 1 489 0 7 942<br />
C 3 046 2 314 1 029 831 5 415 79 12 714<br />
Hostel 171 194 509 158 686 60 1 778<br />
Pr. erk. 851 225 387 565 308 0 2 336<br />
Niet erk. 2 100 1 544 1 027 675 195 135 5 676<br />
TOTAAL 10 325 9 958 5 005 3 638 8 593 274 37 793<br />
*Tabel 3. Aantal slaapplaatsen per provincie en volgens type. Cijfers af<strong>kom</strong>stig van Toerisme Vlaanderen, 2011<br />
Uit onderzoek 20 blijkt dat er voor scholen voldoende aanbod is, want zij ondervinden amper<br />
problemen om een geschikte locatie te vinden. Scholen kiezen vooral voor type C-verblijven en hun<br />
aantal is groot genoeg om de vraag te dekken. En dat terwijl een op de drie jeugdgroepen wel<br />
moeilijkheden ondervindt om een verblijf te vinden. Zij kiezen dan weer voornamelijk voor<br />
eenvoudige verblijven zoals types A en B. Momenteel heerst er een tekort aan dit type<br />
jeugdverblijven voor groepen van meer dan 100 personen die een <strong>kamp</strong>plaats (eventueel een<br />
combinatie van gebo<strong>uw</strong>en met <strong>tent</strong>engrond) zoeken. Voornamelijk tijdens de piekperiode van half<br />
juli t.e.m. half augustus is het aanbod onvoldoende. Toch kunnen we stellen dat de bestaande<br />
capaciteit aan jeugdverblijfcentra globaal gezien volstaat om de huidige vraag op te vangen. In de<br />
nabije toe<strong>kom</strong>st dreigt echter een tekort. De vergrijzing van <strong>uit</strong>baters en het afhaken van<br />
<strong>uit</strong>baters door strenger wordende reglementering en administratieve last zijn hiervan de<br />
20 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.53<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 8 > 20<br />
13 3 7 9 6 0 38<br />
41 26 22 13 4 1 107<br />
TOTAAL 172 143 91 61 108 3 578
voornaamste oorzaken. Als gevolg hiervan kan in de zomervakantie overbevraging optreden van<br />
vooral eenvoudige, doch kwalitatieve centra.<br />
Het hele jaar door is er een vraag naar weekendplaatsen, voornamelijk in december en januari valt<br />
de verhuur wat stil. Ook in september, mei en juni is het wat kalmer, maar dan wordt dit voor de<br />
meer <strong>uit</strong>geruste jeugdverblijven gedeeltelijk opgevangen door verhuur aan niet-jeugdverenigingen.<br />
Vormingscursussen vinden voornamelijk plaats in de schoolvakanties. Om ook overbevraging in<br />
deze vakantieperiodes te voor<strong>kom</strong>en is actie noodzakelijk.<br />
Nochtans is het wettelijk kader om een jeugdlokaal als verblijfplaats te verhuren soepel. Het<br />
logiedecreet 21 stelt het volgende. Wanneer men minder dan 60 dagen per jaar een<br />
jeugdbeweginglokaal verhuurt, dan heeft men geen vergunning of erkenning in kader van<br />
„Toerisme voor allen‟ nodig om er een ander jeugdbeweginggroep te laten logeren. De <strong>uit</strong>bater is<br />
wel verplicht de burgemeester hiervan schriftelijk op de hoogte te brengen wanneer de locatie<br />
wordt verhuurd. Hierdoor mogen jeugdlokalen, zonder al te veel rompslomp, worden gebruikt als<br />
jeugdverblijf.<br />
Door de vergrijzing van de<br />
<strong>uit</strong>baters en overregulering<br />
dreigt er een tekort aan<br />
<strong>kamp</strong>plaatsen in de<br />
piekperiodes.<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 9 > 20<br />
<strong>Op</strong> de portaalsite voor <strong>kamp</strong>plaatsen in België www.op<strong>kamp</strong>.be<br />
worden vrij weinig Vlaamse <strong>kamp</strong>terreinen (zonder gebo<strong>uw</strong>en) te<br />
huur aangeboden. Nochtans mag er op elk stuk weide worden<br />
ge<strong>kamp</strong>eerd. Het logiedecreet 22 bepaalt dat <strong>kamp</strong>terreinen<br />
maximaal 75 kalenderdagen per jaar zonder vergunning verhuurd<br />
kunnen worden aan georganiseerde groepen. Daarnaast bepaalt<br />
het decreet op de ruimtelijke ordening 23 dat <strong>kamp</strong>eren als recreatief medegebruik toegelaten kan<br />
worden in alle bestemmingszones als dat de bestemming niet in het gedrang brengt. Ook is geen<br />
(stedenbo<strong>uw</strong>kundige) vergunning nodig om gedurende 90 dagen per jaar <strong>tent</strong>en op een terrein te<br />
plaatsen. Een eigenaar moet de gemeente wel melden wanneer er een <strong>kamp</strong> plaatsvindt op zijn<br />
weide en moet zich schikken naar het gemeentelijk politiereglement (als dat van toepassing is). Het<br />
verbaast dan ook niet dat groepen die geen gebo<strong>uw</strong>en nodig hebben op eigen initiatief zoeken naar<br />
een weide van een boer of een <strong>kamp</strong>plaats op een militair domein. Dat laatste valt echter moeilijk<br />
te kwantificeren.<br />
Stedenbo<strong>uw</strong> en ruimtelijke ordening<br />
Heel wat jeugdverblijfcentra <strong>kamp</strong>en met stedenbo<strong>uw</strong>kundige problemen, waardoor hun toe<strong>kom</strong>st<br />
onzeker is. Deze gebo<strong>uw</strong>en liggen zonevreemd en/of hebben problemen met hun<br />
stedenbo<strong>uw</strong>kundige vergunning. Bijvoorbeeld dat het gebo<strong>uw</strong> niet (hoofdzakelijk) vergund is of dat<br />
de functie (nl. jeugdverblijf) niet vergund is.<br />
Jeugdverblijfcentra worden als zone-eigen bescho<strong>uw</strong>d als ze gelegen zijn in woongebied of<br />
recreatiegebied of gebied voor verblijfsrecreatie, tenzij bepalingen <strong>uit</strong> een geldend BPA of RUP het<br />
anders voorschrijven. In 2008 werd in opdracht van Toerisme Vlaanderen een <strong>uit</strong>gebreide<br />
inventaris gemaakt van de stedenbo<strong>uw</strong>kundige toestand van alle bestaande jeugdverblijfcentra. In<br />
2011 werd deze lijst nog eens geüpdatet.<br />
In orde met stedenbo<strong>uw</strong>kundige<br />
vergunning<br />
Niet in orde met<br />
stedenbo<strong>uw</strong>kundige vergunning<br />
Aantal verblijven % Aantal verblijven %<br />
Zone-eigen 119 24 150 31<br />
Zonevreemd 91 19 98 20<br />
Gedeeltelijk zonevreemd 7 1 22 5<br />
*Tabel 4. Stedenbo<strong>uw</strong>kundige toestand van alle Vlaamse Jeugdverblijfcentra. Cijfers van Toerisme Vlaanderen, 2011<br />
Uit de tabel kunnen we besl<strong>uit</strong>en dat slechts 24% van alle jeugdverblijven volledig in orde is op vlak<br />
van zonering en stedenbo<strong>uw</strong>kundige vergunningen, 35% ligt (gedeeltelijk) zonevreemd.<br />
21 Decreet van 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies [zoals gewijzigd bij<br />
het decreet van 23 december 2010, art.3]<br />
http://iv.vlaanderen.be/nlapps/data/docattachments/20101223_logiesdecreet.pdf<br />
22 Decreet van 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies [zoals gewijzigd bij<br />
23 Vlaamse codex ruimtelijke ordening, Titel 4. Vergunningenbeleid, art. 4.2.1.<br />
http://www2.vlaanderen.be/ruimtelijk/wetgeving/codex/codex.pdf
<strong>Op</strong> basis van de inventarisatie werden de voorbije jaren een aantal wijzigingen doorgevoerd in de<br />
Vlaamse regelgeving rond ruimtelijke ordening. De belangrijkste zijn:<br />
- Het functiewijzingsbesl<strong>uit</strong> 24 laat onder bepaalde voorwaarden de functie jeugdverblijf toe in<br />
agrarisch gebied.<br />
- Het wijzigingsdecreet op de ruimtelijke ordening 25 laat onder bepaalde voorwaarden toe dat<br />
zonevreemde jeugdverblijven worden <strong>uit</strong>gebreid omwille van “infrastructurele” noden.<br />
- Correct vergunde gebo<strong>uw</strong>en kunnen op basis van “recreatief medegebruik” gedurende<br />
maximaal 90 dagen per jaar worden ingezet als jeugdverblijf.<br />
Mochten er jeugdverblijven verdwijnen omwille van<br />
stedebo<strong>uw</strong>kundige reden dan zou dat een slechte zaak zijn<br />
voor de jeugdgroepen. We vragen dan ook actie van lokale<br />
besturen. Een gemeente is immers, in de meeste gevallen, het<br />
aangewezen niveau om planningsinitiatieven te nemen. Het<br />
ruimtelijk afwegingskader dat in 2011 door de provincie Oost-<br />
“Een belangrijk aandachtspunt<br />
bij het ontwikkelen van<br />
jeugdtoeristisch beleid is de<br />
inspraak van kinderen en<br />
jongeren.”<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 10 > 20<br />
“De gemeente is het<br />
aangewezen niveau voor het<br />
oplossen van<br />
stedenbo<strong>uw</strong>kundige<br />
problemen van<br />
jeugdverblijven.”<br />
Vlaanderen werd opgesteld, is in dit verband een goede indicator. De gemeente Maaseik heeft in<br />
2010 een soortgelijk afwegingskader <strong>uit</strong>getest en met succes.<br />
4 Toe<strong>kom</strong>stige markt<br />
Het garanderen en verder <strong>uit</strong>bo<strong>uw</strong>en van jeugdtoerisme in Vlaanderen kan op verschillende<br />
manieren gebeuren. Een goed jeugdtoeristisch beleid maakt werk van goede<br />
jeugdverblijfinfrastructuur, maar ook van het aanbod van de gewenste omgevingsfactoren en<br />
mogelijkheden. Er moet ook voldoende aandacht gaan naar de bekendmaking en <strong>uit</strong>rusting van<br />
<strong>kamp</strong>eerweides zodat jeugdgroepen op een vlotte manier een geschikte gekozen verblijfplaats<br />
kunnen vinden.<br />
Jeugdtoerisme is een beleidsoverschrijdende materie. We<br />
zien vooral raakpunten met de beleidsdomeinen Jeugd,<br />
Toerisme, Ruimtelijke ordening, Natuur en Milieu. Voor het<br />
<strong>uit</strong>bo<strong>uw</strong>en van een coherent jeugdtoerismebeleid is het<br />
nodig dat deze verschillende beleidssectoren op de<br />
verschillende bestuursniveaus afstemmen met elkaar. En dat<br />
zeker in gemeenten, regio‟s en provincies met jeugdtoeristisch po<strong>tent</strong>ieel.<br />
Een belangrijk aandachtspunt bij het ontwikkelen van jeugdtoeristisch beleid is de inspraak van<br />
kinderen en jongeren.<br />
In dit hoofdstuk schetsen we onze visie op een kwalitatief jeugdtoerismebeleid. Eerst belichten we<br />
de vereisten voor de infrastructuur van een goed jeugdverblijf, nadien richten we ons op de<br />
omgeving ervan.<br />
4.1 Vereisten voor het toe<strong>kom</strong>stig aanbod van jeugdverblijfplaatsen<br />
4.1.1 Diverse verblijfplaatsen<br />
Zo divers het landschap van jeugdtoeristische initiatieven is, zo verscheiden moet ook het aanbod<br />
aan verblijfsplaatsen zijn. Jeugdgroepen kiezen voor een verblijfsplaats aangepast aan de<br />
doelgroep, de groepsgrootte, het budget en het doel en de aard van het initiatief. Een <strong>kamp</strong> met<br />
kinderen veronderstelt een compleet ander onder<strong>kom</strong>en dan een opleidingscursus voor<br />
jeugdwerkers. Initiatieven voor kinderen en jongeren met een fysieke handicap vereisen dan weer<br />
aangepaste infrastructuur.<br />
24 Bepaling van de toelaatbare functiewijzigingen voor gebo<strong>uw</strong>en, gelegen b<strong>uit</strong>en de<br />
geëigende bestemmingszone. http://reflex.raadvst-consetat.be/reflex/pdf/Mbbs/2007/07/23/106098.pdf<br />
25 Wijzigingsdecreet op de ruimtelijke ordening. http://www.ruimtelijkeordening.be/Default.aspx?tabid=14015
Jeugdverblijfcentra<br />
Lokale jeugdwerkinitiatieven gaan voor hun meerdaagse initiatieven op zoek naar betaalbare<br />
infrastructuur en opteren in de meeste gevallen voor eenvoud. Ook de mogelijkheid tot zelfkook is<br />
vooral voor jeugdwerkgroepen een belangrijke vereiste. Erkende jeugdverblijfcentra van het type A<br />
en B worden dan ook het meest voor <strong>kamp</strong>en en weekends geboekt. Dat aanbod moet dus<br />
minstens gegarandeerd blijven.<br />
Het meer comfortabele type C jeugdverblijf kan vooral rekenen op de interesse van scholen,<br />
sportclubs en vormingsinitiatieven van jeugdwerkorganisaties. Deze jeugdverblijven worden te<br />
weinig in zelfkook aangeboden en als er dan toch een mogelijkheid is tot zelfkook zijn er zelden<br />
voldoende daglokalen (bijvoorbeeld voor diverse workshops en vormingssessies).<br />
Ook op het vlak van toegankelijkheid zijn er nog tekort<strong>kom</strong>ingen, zo is het voor MPI‟s niet altijd<br />
gemakkelijk om een toegankelijk jeugdverblijf te vinden voor een meerdaags verblijf. Deze<br />
jeugdverblijven dienen ook extra aandacht te besteden aan de communicatie over hun<br />
infrastructuur, gezien de (bege)leiding van deze kinderen en jongeren met meer zaken moet<br />
rekening houden. Ten slotte is er een beperkt aanbod aan toegankelijke jeugdverblijven met een<br />
kleine capaciteit in zelfkook.<br />
“De gemeente kan een<br />
belangrijke rol spelen om het<br />
aanbod te blijven garanderen.”<br />
“Het is belangrijk dat<br />
gemeentes het <strong>kamp</strong>eren<br />
niet te veel bemoeilijken<br />
door allerhande<br />
reglementen op te stellen.”<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 11 > 20<br />
Alle jeugdverblijven echter verplichten om hun infrastructuur<br />
toegankelijk te maken zou niet te rechtvaardigen kosten met<br />
zich mee brengen. Want het totale marktaandeel van de MPI‟s<br />
in de jeugdtoeristische sector is klein.<br />
Een gemeentelijke overheid kan een belangrijke rol spelen om het aanbod te blijven garanderen. In<br />
sommige gemeentelijke jeugdcentra werden jeugdlogies ondergebracht. <strong>Op</strong> andere plaatsen<br />
kregen oude OCMW-gebo<strong>uw</strong>en, gemeentescholen, deelgemeentehuizen, militaire kazernes en<br />
kloosters een logiesfunctie. <strong>Op</strong> deze manier blijven de gebo<strong>uw</strong>en gemeentelijke eigendom en<br />
kunnen ze een aanvulling zijn op eventuele andere functies.<br />
Kampterreinen<br />
Veel jeugdgroepen kiezen expliciet voor een <strong>tent</strong>en<strong>kamp</strong>. De criteria waaraan het <strong>kamp</strong>terrein moet<br />
voldoen hangen af van de tradities van de groep. Sommige kiezen voor een terrein met<br />
voorzieningen zoals water en elektriciteit, terwijl andere juist geen enkele voorziening willen. Voor<br />
een <strong>tent</strong>en<strong>kamp</strong> trekken de meeste groepen naar de Ardennen, waar zij <strong>uit</strong>gestrekte bossen, een<br />
ruime <strong>kamp</strong>eerweide, een beek enz. opzoeken. Vlaamse <strong>kamp</strong>terreinen moeten dus aantrekkelijk<br />
genoeg zijn om hiermee te kunnen concurreren. Zoals we hierboven al hebben aangetoond, is er<br />
een tekort aan gebo<strong>uw</strong>en met bijhorende <strong>tent</strong>engrond voor grote groepen. Er is dus een duidelijke<br />
nood aan <strong>kamp</strong>huizen met ruimte rondom. Enerzijds om in<br />
piekperiodes <strong>tent</strong>en bij te kunnen zetten, maar anderzijds ook als<br />
speelruimte voor de groepen.<br />
Het is belangrijk dat gemeentes het <strong>kamp</strong>eren – onder meer op<br />
weides van particulieren en landbo<strong>uw</strong>ers – niet verder<br />
bemoeilijken door allerhande reglementen op te stellen.<br />
Het aanbieden van <strong>kamp</strong>eerplaatsen voor <strong>tent</strong>en<strong>kamp</strong>en moet zelfs gestimuleerd worden. In<br />
Vlaanderen en zeker aan de kust. Jeugdgroepen kunnen er op een te beperkt aantal <strong>kamp</strong>terreinen<br />
terecht. Vlaanderen beschikt nochtans over voldoende terreinen op interessante locaties om deze<br />
vorm van groeps<strong>kamp</strong>eren tijdens de zomermaanden mogelijk te maken. Zoals we hierboven al<br />
hebben vermeld, is het wat (Vlaamse) regelgeving betreft vrij eenvoudig om een weide als<br />
<strong>kamp</strong>terrein te verhuren. Deze regelgeving mag niet worden verstrengd (door bijvoorbeeld<br />
bij<strong>kom</strong>ende gemeentelijke reglementen).<br />
4.1.2 Voldoende verblijfplaatsen<br />
Er moet, zoals eerder aangehaald, minstens gestreefd worden naar het behoud van de huidige<br />
capaciteit (en dit zeker voor de jeugdverblijven type A en B) en nie<strong>uw</strong>e initiatieven moeten<br />
gestimuleerd worden. Vooral om tijdens de piekperiodes een voldoende groot aanbod te kunnen<br />
garanderen. Om het tekort aan verblijfplaatsen tijdens deze periodes op te vangen moet men op
zoek gaan naar creatieve oplossingen. Zoals we hierboven al hebben aangehaald is de<br />
mogelijkheid om <strong>tent</strong>en te kunnen bijzetten een makkelijke oplossing om de capaciteit te vergroten.<br />
Mogelijke initiatiefnemers<br />
Het ontwikkelen van jeugdlogies kan op initiatief van particulieren, het jeugdwerk, de gemeentelijke<br />
overheid enzovoort. Er moet dringend werk gemaakt worden van de aantrekkelijkheid van de<br />
jeugdtoeristische functie voor een eigendom. Diverse ruimten in privé-eigendom kunnen<br />
omgevormd worden tot jeugdlogies, bijvoorbeeld oude boerderijen, vroegere industriële panden en<br />
andere gebo<strong>uw</strong>en in een groene, rustige omgeving.<br />
Sommige jeugdorganisaties bezitten zelf lokalen die ruimtelijk aantrekkelijk gelegen zijn. Deze<br />
lokalen gebruiken zij in de zomervakantie – wanneer de vraag zeer groot is - niet of na<strong>uw</strong>elijks voor<br />
hun eigen werking. Een gedeelde functie (jeugdlokaal-jeugdlogies) benut de ruimte optimaler. Het<br />
is belangrijk dat groepen bij de bo<strong>uw</strong> of verbo<strong>uw</strong>ing van een jeugdlokaal overwegen of het vandaag<br />
of in de toe<strong>kom</strong>st ook als jeugdverblijf kan functioneren. <strong>Gemeente</strong>n kunnen groepen hierover<br />
“Een gedeelde<br />
functie (jeugdlokaaljeugdlogies)<br />
benut de<br />
ruimte optimaler.”<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 12 > 20<br />
informeren en hen mee ondersteunen zowel qua<br />
organisatie/administratie als financieel. Als gemeente kan je groepen<br />
met (ver)bo<strong>uw</strong>plannen doorverwijzen naar CJT of Toerisme<br />
Vlaanderen (contactgegevens vind je achteraan de nota).<br />
Jeugdgroepen verwerven door verhuur bovendien zelf in<strong>kom</strong>sten om<br />
hun lokalen te onderhouden. Belangrijk aandachtspunt hierbij is dat het verhuren van lokalen veel<br />
tijd en energie kost. Een groep moet dus zelf kunnen beslissen of ze daar als ploeg de draagkracht<br />
voor hebben!<br />
4.1.3 Kwaliteitsvolle verblijfplaatsen<br />
Erkende jeugdverblijfcentra krijgen een label (type A, B, C of Hostel), daardoor weet de gebruiker<br />
dat hij zich aan een bepaalde kwaliteitsnorm mag verwachten. Eén van de voorwaarden om erkend<br />
te worden is het behalen van een brandveiligheidattest. Sinds 2003 voldoen alle erkende<br />
jeugdverblijven aan de brandveiligheidsnormen zoals die bepaald zijn in het decreet Toerisme voor<br />
Allen 26 .<br />
De Vlaamse overheid heeft tijdens het jeugdbeleidsplan 2011-2013 hard ingezet op brandveiligheid<br />
in jeugdlokalen. Daardoor is er hier ook een grote inhaalbeweging gebeurd. Het is dan ook<br />
overbodig dat de plaatselijke brandweer nog extra eisen stelt. Dat zorgt niet alleen voor extra<br />
kosten die doorgerekend worden aan de jeugdgroepen, het betekent ook oneerlijke concurrentie<br />
omdat deze meerkosten in naburige gemeentes niet worden gevraagd.<br />
Toch willen we ook benadrukken dat niet-erkende jeugdverblijven niet per definitie onveilig zijn. Het<br />
is een bewuste keuze van de sector en het Vlaamse beleid om de erkenning niet verplicht te<br />
maken. Dat is enkel het geval voor jeugdbeweginglokalen die minder dan 60 dagen per jaar worden<br />
verhuurd. Omwille van de in haalbeweging die er is gebeurd op het vlak van brandveiligheid in deze<br />
lokalen <strong>kom</strong>en de meeste onder hen nu in aanmerking om een type A-verblijf te worden. We willen<br />
hen echter niet verplichten om een kwaliteitslabel te halen. Want aan zo‟n label zijn er een aantal<br />
administratieve verplichtingen verbonden. Zo moeten de jeugdgroepen die een lokaal verhuren ook<br />
statistieken doorgeven, is er elke drie jaar een controle door Toerisme Vlaanderen,… Door deze<br />
extra taken is het niet ondenkbaar dat jeugdgroepen hun lokaal niet meer zouden verhuren.<br />
Hierdoor zouden de goedkoopste jeugdverblijven verdwijnen. Dat neemt niet weg dat ook we ook<br />
van deze <strong>uit</strong>baters een aantal zaken verwachten: hoe eenvoudig de inrichting van de voorziening<br />
ook is, veiligheid en hygiëne moeten overal gewaarborgd worden. Occasioneel overnachten in<br />
jeugdlokalen moet overal mogelijk blijven.<br />
4.1.4 Betaalbaarheid<br />
De prijs van een jeugdverblijf is na de periode het belangrijkste criterium voor een jeugdgroep om<br />
een bepaalde locatie te huren. Het budget van georganiseerde jeugdgroepen is beperkt dus<br />
moeten de prijzen binnen de perken blijven. Sommige gemeenten leggen extra maatregelen op aan<br />
eigenaars, ze vragen soms om meer brandveiligheid of toegankelijkheid. Hierboven hebben we al<br />
26 http://www.steunpuntjeugd.be/uploads/documents/Decreettoerismevoorallen.pdf
aangetoond dat deze extra maatregelen vaak overbodig zijn. Het enige resultaat is dat men de<br />
<strong>uit</strong>bater meer kosten laat maken. Die kosten worden quasi steeds doorgerekend waardoor de prijs<br />
van de jeugdverblijven stijgt. Het is aangewezen dat gemeentes hiermee rekening houden.<br />
Daarnaast wordt het jeugdgroepen in sommige<br />
gemeenten moeilijker gemaakt om op <strong>kamp</strong> te gaan door<br />
hen te belasten. De zogenoemde toeris<strong>tent</strong>aks is een<br />
doorn in het oog van jeugdgroepen die een betaalbaar<br />
verblijf willen aanbieden aan kinderen en jongeren. Veel<br />
organisaties houden hun prijzen bewust laag en hebben<br />
“Het verder aanplanten en<br />
toegankelijk maken van bossen of<br />
inrichten van speelruimte in de<br />
buurt van jeugdverblijfplaatsen is<br />
een belangrijk actiepunt.”<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 13 > 20<br />
“De zogenoemde toeris<strong>tent</strong>aks is<br />
een doorn in het oog van<br />
jeugdgroepen die een betaalbaar<br />
verblijf willen aanbieden aan<br />
kinderen en jongeren.”<br />
zelfs prijzen op maat zodat iedereen de kans heeft om van een <strong>kamp</strong> of weekend te kunnen<br />
genieten. Het spreekt voor zich dat we de toeris<strong>tent</strong>aks voor sociaal jeugdtoerisme dan ook willen<br />
zien verdwijnen.<br />
4.1.5 Bereikbaarheid<br />
Jeugdtoeristische initiatieven houden niet <strong>uit</strong>sl<strong>uit</strong>end het verblijf en de (aangeboden) activiteiten in.<br />
Ook het verplaatsen, het reizen zit mee in de beleving van het meerdaags verblijf, naast tochten en<br />
dag<strong>uit</strong>stappen in de omgeving van het verblijfcentrum. Veilige (fiets-en wandel)routes rondom<br />
de verblijfplaats zijn dan ook voor heel wat initiatieven een belangrijk criterium voor de<br />
keuze van de locatie.<br />
Jeugdgroepen gaan voor de verplaatsing naar de verblijfplaats en voor dagrecreatie tijdens het<br />
verblijf ook op zoek naar betaalbaar vervoer. Door te zorgen voor een goedkoper groepstarief en<br />
goedkopere prijzen voor groepsreservaties stimuleer je jeugdgroepen om het openbaar vervoer te<br />
gebruiken. Ook moet het mogelijk blijven om als groep met de belbus aan een goedkoper tarief te<br />
reizen. Bovendien heeft het nemen van het openbaar vervoer ook een grote educatieve waarde<br />
voor de kinderen. <strong>Gemeente</strong>s kunnen pleiten voor haltes in de buurt van jeugdverblijven.<br />
5 Vereisten voor de omgeving van jeugdverblijfplaatsen<br />
Uit onderzoek 27 blijkt dat zowat alle jeugdgroepen aangeven dat de omgeving één van de<br />
belangrijkste criteria is bij de keuze van een verblijfsplaats. Het gaat daarbij niet enkel om de streek<br />
of regio, maar ook meer specifiek over de aanwezigheid van bepaalde mogelijkheden in de<br />
onmiddellijke buurt van het jeugdverblijf. In wat volgt bespreken we de specifieke<br />
omgevingsaspecten die een grote aantrekkingskracht <strong>uit</strong>oefenen op jeugdtoeristen. Het<br />
ontwikkelen van nie<strong>uw</strong>e jeugdverblijfinfrastructuur kan hiervan niet worden losgekoppeld.<br />
5.1 Speelruimte<br />
In het ideale geval is er vlakbij jeugdverblijfplaatsen een diversiteit aan (groene) speelruimte te<br />
vinden: toegankelijke bossen, een groen pleintje, een speelweide enzovoort.<br />
Vele jeugdtoeristische activiteiten spelen zich immers<br />
b<strong>uit</strong>en af. Jeugdgroepen verstaan onder groene<br />
speelruimte in de eerste plaats een toegankelijke<br />
speelweide in de directe omgeving van de <strong>kamp</strong>plaats.<br />
Onderzoek 28 wees <strong>uit</strong> dat maar liefst 71% van de<br />
jeugdgroepen dat als een belangrijk criterium bescho<strong>uw</strong>t.<br />
Hoe groter deze speelterreinen, hoe beter. Wanneer<br />
verschillende leeftijdgroepen samen verblijven op één plaats, willen zij spelen zonder elkaar te<br />
hinderen.<br />
Een ander belangrijk criterium voor jeugdgroepen bij de keuze van een verblijfplaats is een<br />
(speel)bos op het domein of in de buurt van de verblijfplaats. Zo geeft 62% 29 van de jeugdgroepen<br />
aan dat ze tijdens hun verblijf in het bos hebben gespeeld, voor het lokale jeugdwerk is een bosspel<br />
27 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.54<br />
28 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.40<br />
29 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.29
zelfs een absolute must. Voor vele kinderen is dit het enige moment in het jaar dat ze in zo‟n na<strong>uw</strong><br />
contact staan met de natuur. Het verder aanplanten en toegankelijk maken van bossen of inrichten<br />
van speelruimte in de buurt van jeugdverblijfplaatsen is een belangrijk actiepunt.<br />
Het spelen in bos en natuur is te sterk gereglementeerd in Vlaanderen. Bossen en natuurgebieden<br />
zijn enkel op paden toegankelijk en vrij spelen mag enkel binnen speelzones. Ook b<strong>uit</strong>en de<br />
bossen zien we een trend om kinderen en jongeren steeds meer en meer te isoleren en de functie<br />
spelen te beperken binnen de zogenaamde speelreservaatjes (al dan niet omheind), hiermee<br />
bedoelen we locaties die specifiek voor spelen zijn bedoeld en/of ingericht. Hierbij verwijzen we<br />
graag nog eens naar de visienota spelen in het groen 30 .<br />
Ten slotte is ook natte speelruimte, een beek of rivier, in de buurt van een verblijfplaats belangrijk.<br />
Vooral jeugdgroepen die op <strong>tent</strong>en<strong>kamp</strong> gaan en groepen <strong>uit</strong> de bijzondere jeugdzorg geven aan<br />
dat dit een grote meerwaarde is.<br />
5.2 Sportruimte<br />
Voor jeugdgroepen binnen sportclubs zijn de meest begeerde verblijfplaatsen <strong>uit</strong>eraard diegene<br />
met beschikbare sportruimte op het terrein of in de onmiddellijke omgeving. Jeugdgroepen <strong>uit</strong> de<br />
sportsector maken in grote mate gebruik van sportfaciliteiten in de buurt van de verblijfplaats.<br />
Welke soort faciliteiten hiervoor noodzakelijk zijn hangt af van sporttak tot sporttak. Ook voor het<br />
jeugdwerk en scholen kan de aanwezigheid van sportruimte een factor zijn die de locatie<br />
opwaardeert.<br />
5.3 Kampvuurplaatsen<br />
Ook de mogelijkheid tot een <strong>kamp</strong>vuur is een belangrijk omgevingselement. Het overgrote deel<br />
(65%) 31 van de jeugdgroepen <strong>uit</strong> de jeugdwerksector maakten een <strong>kamp</strong>vuur tijdens hun verblijf.<br />
Het is dan ook logisch dat volgens onderzoek 32 67% van het lokale jeugdwerk het belangrijk tot<br />
heel belangrijk vindt dat er een mogelijkheid is om vuur te maken.<br />
We pleiten voor de afschaffing van het algemeen verbod op vuur maken op minder dan 100 meter<br />
van bos, vegetatie of bebo<strong>uw</strong>ing. Dit algemeen verbod werd meer dan een ee<strong>uw</strong> geleden<br />
ingevoerd via het Veldwetboek. In Vlaanderen is dit echter een hoogst onrealistische regel, die<br />
bovendien ondergraven wordt door allerhande latere wetgeving (bv machtigingen voor <strong>kamp</strong>vuren<br />
via Bosdecreet). Lokale besturen schermen soms met dit algemeen verbod om <strong>kamp</strong>vuren te<br />
verbieden of te verstrengen<br />
“we pleiten voor<br />
de afschaffing<br />
van het<br />
algemeen<br />
verbod op vuur<br />
maken”<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 14 > 20<br />
Nu is het Agentschap Natuur en Bos (ANB) bevoegd voor het machtigen van<br />
<strong>kamp</strong>vuren op minder dan 100 meter van bossen en natuurgebieden, en de<br />
lokale brandweer voor andere <strong>kamp</strong>vuren. Het spreekt voor zich dat dit een<br />
extra administratieve last is voor jeugdgroepen. Bovendien blijkt <strong>uit</strong> de<br />
praktijk dat deze procedure niet gevolgd wordt. Daarom stellen we voor<br />
om de aanvraag (machtiging ANB of toestemming brandweer) af te<br />
schaffen voor kleine <strong>kamp</strong>vuurtjes, zoals een kookvuur of een vuurtje<br />
wanneer men per leeftijdsgroep apart zit. Onder een klein <strong>kamp</strong>vuurtje verstaan we een vuurtje<br />
van enkele houtblokken groot. We denken dat het nemen van elementaire voorzorgsprincipes voor<br />
het maken van <strong>kamp</strong>vuren veel belangrijker is dan de verplichting om een papier in orde te<br />
brengen. We kunnen ons pleidooi ook staven met een rondvraag die we hebben gedaan bij het<br />
ANB. In de provincies Oost-en West-Vlaanderen heeft men (tot en met zomer 2010) nooit een<br />
aanvraag voor een machtiging van een <strong>kamp</strong>vuur gekregen of gegeven. Het ANB in die provincies<br />
zag hier ook niet meteen een probleem in. Nochtans vinden 41% van alle meerdaagse verblijven in<br />
die provincies plaats. Het ANB kon zich voor heel het Vlaams gewest ook geen enkele bosbrand of<br />
brand in een natuurgebied herinneren, die te wijten was aan een <strong>kamp</strong>vuur van een jeugdgroep.<br />
Bij het maken van een <strong>kamp</strong>vuur moet het gezond verstand en de verantwoordelijkheidszin van de<br />
(bege)leiding centraal staan. Jeugdbewegingsgroepen worden door hun nationale koepels goed<br />
geïnformeerd en gesensibiliseerd over de gevaren van vuur.<br />
30 Steunpunt Jeugd: http://www.steunpuntjeugd.be/uploads/documents/2011_03_08_Visie_speleningroen.pdf<br />
31 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.27<br />
32 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.27
Voor een groot <strong>kamp</strong>vuur, zoals dat traditioneel het geval is bij een laatste <strong>kamp</strong>avond, zou de<br />
brandweer voordien wel op de hoogte moeten worden gebracht. Zo vermijdt men dat<br />
brandweerwagens voor niets <strong>uit</strong>rukken.<br />
Voor meer informatie en beleidsaanbevelingen met betrekking tot <strong>kamp</strong>vuren verwijzen we naar<br />
het Dossier Kampvuur van Steunpunt Jeugd.<br />
5.4 Verkeersveiligheid<br />
Uit onderzoek 33 blijkt dat groepen druk verkeer in de buurt van de verblijfplaats als hinderlijk<br />
ervaren. Naast de ligging in het groen, is het voor een goede omgevingskwaliteit belangrijk dat de<br />
omgeving rondom de verblijfplaats veilig, kindvriendelijk en verkeersarm is. De verkeersveiligheid<br />
bij de toegang van een jeugdverblijfplaats kan vaak beter. Het hoeft niet te verbazen dat deze<br />
omgevingskwaliteit zowel belangrijk is voor een <strong>kamp</strong> als<br />
voor een weekend, een klasverblijf, een cursus,… Lokale<br />
besturen moeten werk maken van een goed netwerk aan<br />
trage wegen en veilige routes tussen de verblijfplaatsen<br />
en de trekpleisters in de buurt. Dergelijke maatregelen<br />
<strong>kom</strong>en <strong>uit</strong>eraard ook de eigen inwoners ten goede.<br />
5.5 Kind- en jeugdvriendelijke recreatiemogelijkheden<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 15 > 20<br />
“Een goed netwerk aan trage<br />
wegen en veilige routes voorzien<br />
tussen de verblijfplaatsen en het<br />
speelweefsel voor jeugdgroepen is<br />
ideaal.”<br />
Natuur en bos en de daarmee hand in hand gaande rust en/of recreatieve mogelijkheden zijn<br />
sterke aantrekkingspolen. Ook toeristische trekpleisters, een groot recreatiedomein, zwemvijver of<br />
attractiepark kunnen een meerwaarde betekenen, maar zijn niet onontbeerlijk<br />
Vaak bezoeken jeugdgroepen tijdens hun meerdaags verblijf een zwembad, volgens onderzoek 34<br />
gebruiken 58% van de ondervraagden een zwemgelegenheid. Het bezoek aan een<br />
binnenzwembad staat vaak op het regenprogramma van diverse types vakanties en <strong>kamp</strong>en voor<br />
kinderen en jongeren. Jeugdgroepen gebruiken in iets mindere mate wandel- en fietsroutes, het<br />
gebruik hiervan ligt op 49%.<br />
Voornamelijk scholen interesseren zich - in het kader van themaklassen - voor een aangepast<br />
educatief-cultureel aanbod: educatieve pakketten, educatieve fietstochten, bos- en natuurleerpaden<br />
enzovoort. Van deze doelgroep zegt 57% van de ondervraagden dat ze er gebruik van maken.<br />
Hier liggen voor lokale overheden mogelijkheden om een toeristische verankering te maken.<br />
Naargelang de diverse jeugdtoeristische doelgroepen zal er meer of minder gebruik gemaakt<br />
worden van het plaatselijke recreatieve aanbod. <strong>Gemeente</strong>n kunnen dat aanbod aantrekkelijker<br />
maken voor jeugdtoeristen door ervoor te zorgen dat het soepel en betaalbaar is. Zo kunnen<br />
gemeenten jeugdgroepvriendelijke tarieven opstellen voor faciliteiten zoals een zwembad of<br />
museum.<br />
6 <strong>Gemeente</strong>lijke omkadering en ondersteuning voor het<br />
Jeugdtoerisme<br />
6.1 Ondersteuning van bezoekende organisatoren<br />
<strong>Op</strong> welke manier kan je zorgen voor een jeugdvriendelijk verblijfsklimaat? Noodzakelijk is om<br />
het jeugdtoerisme op diverse vlakken (beter) te ondersteunen. De behoeftepeiling van CJT en SPJ<br />
bij een diversiteit aan jeugdgroepen geeft een algemeen beeld. Bij jeugdtoeristen nagaan wat ze<br />
willen en of ze tevreden zijn over hun bezoek levert specifiekere informatie op.<br />
6.1.1 Gastvrij onthaal door lokale overheid<br />
Jeugdgroepen weten graag voldoende op voorhand welke faciliteiten aanwezig zijn in de gemeente<br />
of regio waar ze naartoe trekken. Zij zien de aanlevering van deze informatie via een brochure en<br />
33 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.41<br />
34 Doelgroepenonderzoek Jeugdtoerisme, SPJ & CJT (2011). p.27
website als een belangrijke service. Een aanspreekpunt in een gemeente is voor hen niet echt een<br />
meerwaarde. Het liefst van al ontvangen jeugdgroepen een gemeentelijke infomap via de <strong>uit</strong>bater.<br />
Hierdoor besparen zowel de jeugdgroep als de gemeente tijd en moeite. Verschillende<br />
gemeentelijke diensten werken er best samen aan. In veel gemeenten wordt hiervan al werk<br />
gemaakt. Vaak wordt de volgende informatie aan jeugdgroepen gecommuniceerd:<br />
De contactgegevens van een aanspreekpersoon in de gemeente<br />
Nuttige adressen en telefoonnummers (dokters, buurtwinkels, …)<br />
Gegevens over het openbaar vervoer in de buurt: verbindingsmogelijkheden en reistijden<br />
Een beknopte beschrijving van bezienswaardigheden<br />
en recreatiemogelijkheden (een speelbos,<br />
kinderboerderij, zwembad, …) met vermelding van<br />
de openingsuren. Kortingen voor jeugdgroepen<br />
bieden hen een mooie financiële ondersteuning<br />
Een omschrijving van de aangeboden logistieke<br />
ondersteuning zoals de gemeentelijke <strong>uit</strong>leendienst<br />
en een containerpark<br />
Eventuele plaatselijke reglementering<br />
Een (staf)kaart / fietsroutenetwerkkaart<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 16 > 20<br />
“Alle overheidsniveaus moeten werk<br />
maken van meer tolerantie voor<br />
spelende kinderen. Net zoals<br />
organisaties aan hun leden vragen om<br />
respect te betonen voor mens, dier en<br />
natuur in hun omgeving.”<br />
Het bevorderen van een positief verblijfsklimaat en het wederzijds respect tussen verblijvende<br />
groepen en de buurt is een belangrijk actiepunt. Niet enkel <strong>uit</strong>baters en de jeugdgroepen zelf<br />
kunnen acties ondernemen om problemen als omgevingshinder (dag- en nachtlawaai) van de<br />
<strong>kamp</strong>erende groepen of de buurt te voor<strong>kom</strong>en. Alle overheidsniveaus moeten werk maken van<br />
meer tolerantie voor spelende kinderen. Net zoals organisaties aan hun deelnemers vragen om<br />
respect te betonen voor mens, dier en natuur in hun omgeving.<br />
6.1.2 Transparante regelgeving en beperkte administratieve lasten<br />
De tijdsgeest legt meer en meer nadruk op bescherming en veiligheid van kinderen, bossen,<br />
dieren, open ruimte, ... Verschillende overheden en diverse beleidsdomeinen trachten hierop in te<br />
spelen en stellen met de beste bedoelingen reglementen op. Dat leidt tot een steeds langer<br />
wordende lijst van regels en beperkingen waardoor een meerdaags verblijf een niet te<br />
onderschatten organisatietalent vereist en de spontaneïteit van jeugdgroepen beknot.<br />
In de toe<strong>kom</strong>st is minder restrictieve regelgeving nodig. Eerder de verantwoordelijkheidszin van de<br />
begeleiders moet centraal staan. Bij het opmaken<br />
of bijsturen van reglementen moet er aandacht zijn<br />
voor de implicaties ervan op het organiseren van<br />
meerdaagse initiatieven met overnachting. Goede<br />
regelgeving ontstaat met lokale inspraak van<br />
jongeren. Ze is zinvol, toepasbaar,<br />
communiceerbaar, controleerbaar en aanpasbaar.<br />
6.2 Omkaderen van jeugdgroepen <strong>uit</strong> eigen gemeente<br />
“In de toe<strong>kom</strong>st is er minder<br />
restrictieve regelgeving nodig. Eerder<br />
de verantwoordelijkheidszin van de<br />
begeleiders moet centraal staan.”<br />
Hieronder geven we enkele voorbeelden van ondersteunende maatregelen, die tot stand <strong>kom</strong>en<br />
op basis van lokale participatie. De plaatselijke jeugd die er jaarlijks op <strong>uit</strong> trekt is<br />
ervaringsdeskundige op vlak van jeugdtoerisme, als beleidsmaker ga je best actief bij hen te rade.<br />
.<br />
6.2.1 Financiële ondersteuning<br />
<strong>Op</strong> meerdaags verblijf gaan zorgt voor behoorlijk wat kosten. De<br />
huurkosten van <strong>kamp</strong>plaatsen stijgen. Een gemeentebestuur kan<br />
ervoor opteren om een bij<strong>kom</strong>ende subsidie te voorzien voor<br />
bijvoorbeeld weekends. Ook het vervoer maakt een groot deel van<br />
de kosten <strong>uit</strong>. <strong>Gemeente</strong>besturen kunnen zelf vervoer<br />
organiseren voor hun plaatselijke groepen of kunnen<br />
“<strong>Gemeente</strong>n kunnen<br />
groepen die moeite doen<br />
om milieuvriendelijk op<br />
<strong>kamp</strong> te gaan bijstaan<br />
en/of belonen.”
(gedeeltelijk) de <strong>uit</strong>gaven voor dit vervoer op zich nemen om de kosten voor de jeugdverenigingen<br />
te drukken. Bijvoorbeeld kan het gebruik van de gemeentelijke schoolbus (al dan niet met<br />
chauffeur) jeugdverenigingen heel wat kosten besparen. Beter voor het milieu is dat de gemeente<br />
het fietsvervoer en het openbaar vervoer richting <strong>kamp</strong>plaats stimuleert en dan ook financieel<br />
ondersteunt. Zo zou een gemeente groepen die voor milieuvriendelijk <strong>kamp</strong>vervoer kiezen een<br />
hogere subsidie kunnen geven.<br />
<strong>Gemeente</strong>n kunnen jeugdgroepen die moeite doen om milieuvriendelijk op <strong>kamp</strong> te gaan bijstaan<br />
en/of belonen. De jeugddienst kan hiervoor samenwerken met de milieudienst en/of<br />
duurzaamheidsambtenaar. Door bijvoorbeeld een wedstrijd <strong>uit</strong> te schrijven onder de groepen met<br />
de vraag om zo duurzaam mogelijk op <strong>kamp</strong> te gaan. De winnaar wordt dan <strong>uit</strong>eraard beloond!<br />
Waartoe groepen ten slotte ook gestimuleerd kunnen worden zijn internationale projecten waarbij<br />
<strong>uit</strong>wisselingen / contacten mogelijk zijn. Interessant voor de oudste leeftijdsgroepen die naar het<br />
b<strong>uit</strong>enland willen trekken voor een niet-traditioneel <strong>kamp</strong>. Het coördinatie- en subsidiëringorgaan bij<br />
<strong>uit</strong>stek voor internationaal jongerenwerk is vzw Jint.<br />
6.2.2 Logistieke ondersteuning<br />
Provinciale en gemeentelijke <strong>uit</strong>leendiensten (de jeugddienst, de technische dienst, de<br />
sportdienst of de dienst feestelijkheden, …). bezitten heel wat materiaal dat bruikbaar is op <strong>kamp</strong>.<br />
Plaatselijke jeugdverenigingen, scholen en sportclubs zijn gebaat bij voorrangsmaatregelen en<br />
voordeeltarieven. De jeugddienst kan zorgen voor de coördinatie via een sl<strong>uit</strong>end <strong>uit</strong>leensysteem;<br />
de technische dienst kan indien nodig zorgen voor het transport. Misschien kan het aanbod wel<br />
worden <strong>uit</strong>gebreid in het kader van de organisatie van meerdaagse verblijven? Hierbij kan gedacht<br />
worden aan tafels, herbruikbare bekers, technisch materiaal (licht en geluid, projectiemateriaal, film<br />
& videomateriaal), fluovestjes, new games, volksspelen, gevulde koffers (poppenkast-, spel-, sport-<br />
, muziek- of circuskoffers) en (party)<strong>tent</strong>en. Een gemeente of provincie kan bijvoorbeeld een<br />
BLOSO-sportkoffer aankopen die mee kan op <strong>kamp</strong> of bibkoffers laten samenstellen door de<br />
plaatselijke bibliotheek; leuk als jeugd<strong>kamp</strong>bibliotheek bij regenweer. De lokale materiaalnoden<br />
kunnen bevraagd worden op de jeugdraad. Let wel: een goede <strong>uit</strong>leendienst heeft niet enkel nuttig<br />
materiaal, maar is ook open op uren waarop het voor vrijwilligers haalbaar is het materiaal af te<br />
halen.<br />
Voor het vervoer van het <strong>kamp</strong>materiaal kunnen gemeentebesturen de gemeentelijke<br />
vrachtwagen (al dan niet met chauffeur en verzekering) ter beschikking stellen van het jeugdwerk.<br />
Indien dit niet mogelijk is, kan er gezorgd worden voor een financiële compensatie. Het opstellen<br />
van een reglement betreffende het <strong>kamp</strong>vervoer is hierbij onontbeerlijk en dit om conflicten te<br />
vermijden.<br />
6.3 Omkadering en ondersteuning van <strong>uit</strong>baters van jeugdverblijven<br />
<strong>Op</strong> Vlaams niveau wordt Centrum voor Jeugdtoerisme vzw gesubsidieerd om <strong>uit</strong>baters van<br />
jeugdverblijven te ondersteunen. Uitbaters kunnen bij CJT terecht met allerhande vragen, ze<br />
kunnen een website raadplegen, ze ontvangen een tijdschrift en kunnen deelnemen aan een aantal<br />
vormingsmomenten.<br />
Toch kunnen ook de gemeentes heel wat doen voor de <strong>uit</strong>baters van jeugdverblijven, gelegen op<br />
hun grondgebied. We geven hieronder enkele voorbeelden.<br />
6.3.1 Afval<br />
In heel wat gemeenten wordt afval van jeugdverblijfcentra niet behandeld als huishoudelijk afval en<br />
dus ook niet gratis opgehaald. Daarom moeten jeugdverblijfcentra voor de afvalophaling vaak<br />
beroep doen commerciële bedrijven. Dat zorgt er meestal voor dat er weinig gesorteerd wordt<br />
omdat gesorteerde ophaling duurder is dan het werken met één afvalcontainer voor alle<br />
afvalfracties. Niet alleen op ecologisch, maar ook op pedagogisch vlak is dit een gemiste kans.<br />
Kinderen wordt thuis, op school en in het jeugdwerk aangeleerd om te sorteren, maar in het<br />
jeugdverblijfcentrum merken ze dat alles op één hoop wordt gegooid.<br />
Volgens OVAM kunnen kleinere jeugdverblijfcentra jaarlijks<br />
104 zakken van 60 liter laten behandelen als huishoudelijk<br />
afval. De manier waarop dit gebeurt, kan verschillen van<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 17 > 20<br />
“<strong>Gemeente</strong>s kunnen<br />
jeugdverblijfcentra bijstaan door<br />
een betaalbaar systeem van<br />
afvalophaling aan te bieden.”
gemeente tot gemeente: anderskleurige zakken, DIFTAR-systeem …<br />
<strong>Gemeente</strong>s kunnen jeugdverblijfcentra bijstaan door een betaalbaar systeem van (gesorteerde)<br />
afvalophaling aan te bieden. Zoniet dreigen deze kosten doorgerekend te worden aan de<br />
jeugdgroepen. Daarnaast is het ook belangrijk dat <strong>uit</strong>baters van jeugdverblijfcentra (en eventueel<br />
verblijvende jeugdgroepen) toegang hebben tot het gemeentelijk containerpark.<br />
6.3.2 Stedenbo<strong>uw</strong>kundige vergunningen<br />
Zoals we beschreven in hoofdstuk drie, zijn er in heel wat jeugdverbljifcentra problemen met<br />
ruimtelijke ordening of stedenbo<strong>uw</strong>kundige vergunningen. Het Vlaamse actieplan voor de<br />
jeugdverblijfcentra 35 stimuleert de <strong>uit</strong>baters om zich in orde te stellen. In de meeste gevallen is de<br />
gemeente het aangewezen niveau om een functiewijziging toe te staan, de stedenbo<strong>uw</strong>kundige<br />
vergunning te realiseren of de bestemming te wijzigen.<br />
De precieze bepalingen die gelden voor de <strong>uit</strong>bating van een jeugdverblijfcentrum, zijn vaak<br />
moeilijk terug te vinden en te begrijpen voor de meeste <strong>uit</strong>baters, daarom is het bijzonder zinvol dat<br />
gemeentes <strong>uit</strong>baters hierbij kunnen helpen.<br />
6.3.3 Brandveiligheidsattesten<br />
Om de vijf jaar dienen de erkende jeugdverblijfcentra hun brandveiligheidsattest te vernie<strong>uw</strong>en.<br />
Zoniet verliezen ze hun erkenning bij Toerisme Vlaanderen.<br />
Omdat het brandveiligheidsattest moet ondertekend worden door de burgemeester, is een vlotte<br />
samenwerking met de gemeente belangrijk. Soms verliezen jeugdverblijfcentra (tijdelijk) hun<br />
erkenning omdat het attest niet tijdig vernie<strong>uw</strong>d geraakt. Reden hiervoor is in een aantal gevallen<br />
het feit dat het bezoek van de brandweer te lang op zich laat wachten. Dit moeten we <strong>uit</strong>eraard<br />
proberen vermijden, want op die manier kunnen jeugdverblijfcentra Vlaamse subsidies kwijtspelen.<br />
7 Samengevat: onze dromen<br />
Als we van Vlaanderen en Brussel een ideale jeugdtoeristische omgeving willen maken, ziet die er<br />
volgens ons zo <strong>uit</strong>:<br />
- Er is een divers en voldoende groot aanbod van jeugdverblijfplaatsen.<br />
- Jeugdgroepen vinden zonder problemen een plek aangepast aan hun noden, tradities,<br />
budget en periode.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n nemen initiatief om gemeentelijke gebo<strong>uw</strong>en (mede) te gebruiken voor<br />
jeugdlogies.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n stellen geen bij<strong>kom</strong>ende reglementen op voor het <strong>uit</strong>baten van<br />
<strong>kamp</strong>eerterreinen en stimuleren landbo<strong>uw</strong>ers zelfs om hun weiden te verhuren aan<br />
<strong>kamp</strong>erende jeugdgroepen.<br />
- Initiatiefnemers voor het <strong>uit</strong>baten van een jeugdverblijf of <strong>kamp</strong>eerterrein worden<br />
gestimuleerd en geïnformeerd.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n zoeken naar een oplossing voor de stedenbo<strong>uw</strong>kundige problemen waarmee<br />
jeugdverblijven te <strong>kamp</strong>en hebben.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n bo<strong>uw</strong>en een coherent jeugdtoerismebeleid <strong>uit</strong> met inspraak van kinderen en<br />
jongeren.<br />
- De plaatselijke brandweer legt geen extra eisen op aan het plaatselijke<br />
jeugdverblijfcentrum.<br />
- Ook de gemeente stelt geen extra regels op voor het <strong>uit</strong>baten van of verblijven in een<br />
jeugdverblijfcentrum/<strong>kamp</strong>eerterrein.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n schaffen de toeris<strong>tent</strong>aks af voor jeugdgroepen.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n pleiten voor haltes van openbaar vervoer in de buurt van<br />
jeugdverblijfplaatsten.<br />
35 Actieplan Jeugdverblijfcentra, Vlaamse overheid (2010).<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 18 > 20
- Er is aandacht voor de (groene) omgeving van jeugdverblijven.<br />
- In de omgeving van jeugdverblijven zijn tal van mogelijke speelmogelijkheden zoals een<br />
vrij toegankelijk bos, natte speelruimte, sportgelegenheden, …<br />
- Het aanvragen van toelating om een <strong>kamp</strong>vuur te maken, wordt afgeschaft. Het nemen<br />
van elementaire voorzorgsprincipes is wel verplicht.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n zorgen voor een verkeersveilige omgeving van jeugdverblijven.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n maken de recreatiemogelijkheden voor jeugdtoeristen aantrekkelijk.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n zorgen voor een gastvrij onthaal voor bezoekende jeugdgroepen en voorzien<br />
een gemeentelijke infomap met allerlei nuttige en toeristische informatie via de<br />
<strong>kamp</strong>eigenaar. Een digitale versie ervan op de site van de gemeente kan ook.<br />
- Spelende kinderen zijn geen overlast! <strong>Gemeente</strong>n stimuleren mee de tolerantie ten<br />
opzichte van spelende kinderen.<br />
- We dromen van minder restrictieve regelgeving op alle niveaus. De<br />
verantwoordelijkheidszin van de begeleiders moet centraal staan.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n hebben aandacht voor de gevolgen van regelgeving voor de meerdaagse<br />
verblijven in hun gemeenten.<br />
- Jeugdgroepen worden door hun eigen gemeente financieel en logistiek ondersteund voor<br />
hun meerdaagse verblijven.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n belonen groepen die moeite doen om milieuvriendelijk op <strong>kamp</strong> te gaan.<br />
- <strong>Gemeente</strong>n staan jeugdverblijven bij op vlak van afvalbeheer door een betaalbaar<br />
systeem van (gesorteerde) afvalophaling aan te bieden.<br />
8 Wie is wie?<br />
In het jeugdtoeristische landschap in Vlaanderen spelen verschillende actoren een rol, maar wie<br />
doet nu precies wat?<br />
Toerisme Vlaanderen<br />
Het Decreet Toerisme voor Allen maakt werk van een kwaliteitsvol en betaalbaar aanbod aan<br />
jeugdverblijven in Vlaanderen. Streefdoelen zijn het behoud van de capaciteit en de diversiteit<br />
binnen de sector van de jeugdverblijven en bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit van de<br />
bestaande verblijven. Sinds 2004 ondersteunt Toerisme<br />
Vlaanderen de sector van de jeugdverblijven van<strong>uit</strong> dit Decreet.<br />
Toerisme Vlaanderen staat in voor de kwaliteitsopvolging via het<br />
verlenen van een erkenning aan jeugdverblijven die voldoen aan<br />
normen op vlak van kwaliteit en brandveiligheid. Er is tevens<br />
een labelingssysteem voor jeugdverblijven zodat<br />
jongerengroepen snel het geschikte verblijf kunnen vinden.<br />
Jeugdverblijven waar minimum 70% van de overnachtingen voor rekening <strong>kom</strong>t van personen<br />
jonger dan 26 jaar, kunnen een label als jeugdverblijfcentrum type A, B of C behalen.<br />
Jeugdverblijven waar minimum 50% van de overnachtingen voor rekening <strong>kom</strong>t van personen<br />
jonger dan 26 jaar en die zich voornamelijk richten op individuele jongeren, kunnen een label als<br />
hostel behalen.<br />
Erkende jeugdverblijven kunnen bovendien ook subsidies aanvragen voor moderniserings-,<br />
toegankelijkheids- en brandveiligheidswerken en zelfs voor nie<strong>uw</strong>bo<strong>uw</strong>. De subsidie die kan<br />
toegekend worden bedraagt maximum 40 % van de totale kosten.<br />
Meer informatie over de criteria voor erkenning en subsidie kan je vinden in de brochure<br />
„Verblijfcentra Toerisme voor Allen – een wegwijzer om erkenning en subsidie te verkrijgen‟ of via<br />
www.toerismevlaanderen.be/toerismevoorallen.<br />
Toerisme Vlaanderen ondersteunt de opmaak van strategische beleidsplannen toerisme. Voor de<br />
jeugdtoeristische sector zou het veel kunnen betekenen de aandacht bij de Vlaamse regio‟s en<br />
(clusters van) gemeenten met jeugdtoeristisch belang te vestigen op jeugdverblijfsaccommodatie.<br />
Voor het Brussels gewest speelt „Onthaal en Promotie Brussel‟ een belangrijke rol. In de huidige<br />
strategische beleidsplannen maken beleidsmakers slechts minimaal werk van jeugdtoerisme. In<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 19 > 20<br />
Toerisme Vlaanderen<br />
Grasmarkt 61<br />
1000 Brussel<br />
tel. 02 504 03 00<br />
www.toerismevlaanderen.be
samenspraak met bovenstaande actoren kunnen ook concrete projecten in functie van het<br />
jeugdtoerisme ontwikkeld worden. Subsidiëring van Toerisme Vlaanderen kan daarvoor de drempel<br />
verlagen.<br />
Afdeling Jeugd<br />
De Afdeling Jeugd van de Vlaamse overheid wil een impuls<br />
geven aan alle personen en verenigingen die inspanningen<br />
leveren om de capaciteit en diversiteit van de<br />
jeugdtoeristische infrastructuur te bevorderen. Daarom<br />
subsidieert ze de jeugdverblijfcentra en hostels. Deze centra<br />
stellen een aangepaste en veilige verblijfsaccommodatie ter<br />
beschikking van kinderen en jongeren voor de ontplooiing van hun vormende en ontspannende<br />
activiteiten, hetzij individueel, hetzij in verenigingsverband. Daarnaast beheren zij ook de<br />
Uitleendienst Kampeermateriaal (ULDK), waar verenigingen goedkoop <strong>tent</strong>en kunnen huren voor<br />
hun meerdaagse verblijven.<br />
Centrum voor Jeugdtoerisme vzw<br />
CJT Ondersteuning maakt deel <strong>uit</strong> van Centrum voor Jeugdtoerisme vzw (CJT), net zoals CJT<br />
Boekingscentrale en CJT Verblijfcentra. Met deze drie actiedomeinen wil CJT gepaste<br />
verblijfsmogelijkheden aanbieden aan jeugd in groepsverband.<br />
Particulieren of verenigingen die een gebo<strong>uw</strong> verhuren of willen verhuren aan jeugdgroepen,<br />
kunnen bij CJT Ondersteuning terecht. Zij krijgen advies, vorming en begeleiding omtrent<br />
erkenning, subsidies en alles wat <strong>kom</strong>t kijken bij het <strong>uit</strong>baten van een jeugdverblijf.<br />
CJT Ondersteuning verspreidt informatie naar de <strong>uit</strong>baters van jeugdverblijven via het tijdschrift<br />
HuisWerk en de website www.cjt.be/ondersteuning. De<br />
website www.jeugdverblijven.be bevat ongeveer 600<br />
jeugdverblijfcentra en wordt onderhouden door CJT.<br />
Daarnaast verdedigt CJT Ondersteuning de belangen van<br />
de sector bij de overheid en andere instanties. Dit gebeurt<br />
door vertegenwoordigingswerk bij o.a. Toerisme<br />
Vlaanderen, de Afdeling Jeugd en de provincies.<br />
Steunpunt Jeugd<br />
Steunpunt Jeugd heeft de ambitie om kinderen en jongeren en hun<br />
organisaties te versterken in onze samenleving. <strong>Op</strong> vlak van<br />
jeugdtoerisme – of zeg maar op <strong>kamp</strong> gaan – ondersteunt<br />
Steunpunt Jeugd de jeugdorganisaties, organiseert overleg,<br />
informeert, maakt producten en diensten zoals bijvoorbeeld de<br />
website www.op<strong>kamp</strong>.be, de campagne www.respectop<strong>kamp</strong>.be,<br />
enzovoort.<br />
Samen met de Vlaamse Jeugdraad ijvert Steunpunt Jeugd voor jeugd(werk)vriendelijkere<br />
regelgeving en beleid. <strong>Op</strong> tal van vlakken, maar zeker ook op het vlak van jeugdtoerisme.<br />
VGC<br />
De Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) is de basis en draaischijf voor de Vlaamse<br />
gemeenschap in het Brusselse hoofdstedelijke gewest en voor diegenen die bij haar aansl<strong>uit</strong>ing<br />
zoeken. De VGC is in Brussel bevoegd voor culturele, onderwijs- en persoonsgebonden<br />
aangelegenheden (welzijn en gezondheid). Bijgevolg nemen zij ook het jeugdbeleid op zich. Het<br />
doel van dit jeugdbeleid bestaat erin maximaal kansen en mogelijkheden te bieden aan Brusselse<br />
kinderen en jongeren en dit op alle levensterreinen en op alle plaatsen waar zij zich in de stad<br />
bevinden en bewegen. In de beleidsperiode (2011-2015) wil het mee vorm geven aan het Brussels<br />
jeugdtoerisme door de mogelijkheid van een laagdrempelig jeugdverblijfcentrum te onderzoeken.<br />
Visienota Jeugdtoerisme I 30-08-2011 I pagina 20 > 20<br />
Afdeling Jeugd<br />
Arenbergstraat 9<br />
1000 Brussel<br />
tel. 02 553 41 30<br />
www.vlaanderen.be/jeugdbeleid<br />
Centrum voor Jeugdtoerisme vzw<br />
Bergstraat 16<br />
9820 Merelbeke<br />
tel. 09 210 57 70<br />
www.cjt.be<br />
Steunpunt Jeugd<br />
Arenbergstraat 1d<br />
1000 Brussel<br />
tel. 02 551 13 50<br />
www.steunpuntjeugd.be