- Page 1 and 2: Overpeinzingen Marcus Aurelius Anto
- Page 3 and 4: marcus aurelius antoninus overpeinz
- Page 5 and 6: inhoud Woord vooraf bij deze vertal
- Page 7 and 8: Woord vooraf bij deze vertaling Bij
- Page 9 and 10: filosofie uit India is frappant. Oo
- Page 11 and 12: deze werd opgevolgd door Aurelius A
- Page 13 and 14: ‘Degene die de aandacht niet rich
- Page 15 and 16: oek een 1. Van mijn grootvader Veru
- Page 17 and 18: mij verre te houden van gekunsteld
- Page 19 and 20: ophef wist hij iemand te prijzen en
- Page 21 and 22: zijn vrienden niet in het ongewisse
- Page 23 and 24: Bijvalsbetuigingen en alle vleierij
- Page 25 and 26: op de onmogelijkste uren. De zucht
- Page 27 and 28: men als staatshoofd in het openbare
- Page 29 and 30: geneesmiddelen getoond tegen bijvoo
- Page 31 and 32: de boven- en ondertanden. Daarom is
- Page 33 and 34: tot uw verlichting, hij verloren ga
- Page 35 and 36: onbewuste beperking te hebben afgew
- Page 37 and 38: eschouwt en deze door het ondersche
- Page 39 and 40: 15. Wees u ervan bewust, dat alles
- Page 41 and 42: welke dat ook is - als de mens zelf
- Page 43 and 44: omdat praktisch inzicht en het volg
- Page 45: veroorzaakten de dood van Democritu
- Page 49 and 50: Socrates het uitdrukte - en wanneer
- Page 51 and 52: het stuk uit is, het toneel verlaat
- Page 53 and 54: Zeg daarom in alle omstandigheden b
- Page 55 and 56: 16. Lichaam, ziel en intelligentie:
- Page 57 and 58: oek vier 1. Dat wat binnen in ons h
- Page 59 and 60: hoeveel bewijzen er zijn dat het he
- Page 61 and 62: element voortkomt, ook de adem uit
- Page 63 and 64: 12. Wees steeds tot twee dingen ber
- Page 65 and 66: spoedig zullen sterven, en dat dit
- Page 67 and 68: dier tot voedsel dienen. Hoe groot
- Page 69 and 70: wees eenvoudig en oprecht. Handelt
- Page 71 and 72: 32. Ge kunt u, bij wijze van spreke
- Page 73 and 74: 35. Kortstondig is het bestaan van
- Page 75 and 76: 41. Epictetus heeft gezegd, ‘Ge z
- Page 77 and 78: 48. Houd voortdurend in gedachten h
- Page 79 and 80: 50. Een heel gewoon, maar toch doel
- Page 81 and 82: aankomt, doet ge niet meer dan nodi
- Page 83 and 84: welgezind, onafhankelijk, matig, we
- Page 85 and 86: 7. Een gebed van de Atheners luidde
- Page 87 and 88: wezen afzonderlijk overkomt, de oor
- Page 89 and 90: de moeite waarmee iemand het met zi
- Page 91 and 92: evenmin als zij uit het niet ontsto
- Page 93 and 94: estemming ligt op de plaats waarhee
- Page 95 and 96: 22. Wat de gemeenschap niet deert,
- Page 97 and 98:
28. Ge wordt toch niet boos op iema
- Page 99 and 100:
32. Hoe komt het dat onkundige en o
- Page 101 and 102:
36. Laat u niet volledig in beslag
- Page 103 and 104:
4. Alles wat zich aan ons voordoet,
- Page 105 and 106:
weer terug te vallen op uw innerlij
- Page 107 and 108:
Maar wie eerbied heeft voor de rede
- Page 109 and 110:
opvoeders en leraren zich getrooste
- Page 111 and 112:
21. Indien iemand mij kan aantonen
- Page 113 and 114:
zekere zin niet toe. Zij worden er
- Page 115 and 116:
aan de hand deed. Hoe godvrezend hi
- Page 117 and 118:
andere onaangename dingen zoals doo
- Page 119 and 120:
meer voordoen als wij alleen die di
- Page 121 and 122:
staken waarmee wij telkens weer erk
- Page 123 and 124:
48. Wanneer ge uzelf in een goede s
- Page 125 and 126:
de veiligheid van de opvarenden en
- Page 127 and 128:
vee, speergevechten, een bot aan jo
- Page 129 and 130:
10. Spoedig verdwijnt elk deeltje m
- Page 131 and 132:
Het onderscheidingsvermogen is zich
- Page 133 and 134:
23. Als uit was kneedt de universel
- Page 135 and 136:
voor u ligt en verdeel ze in oorzak
- Page 137 and 138:
38. ‘Het heeft geen zin te toorne
- Page 139 and 140:
47. Zie toe hoe de sterren rondgaan
- Page 141 and 142:
54. Als godvruchtig mens hebt ge ov
- Page 143 and 144:
enutten. Gij kunt er immers goed ge
- Page 145 and 146:
Bedenk ook dat veel onaangename gev
- Page 147 and 148:
al wordt deze klei, die u als een d
- Page 149 and 150:
75. De natuur van het heelal ontvin
- Page 151 and 152:
slecht voor hem tenzij het het tege
- Page 153 and 154:
in haar mogelijkheden. Die wereld i
- Page 155 and 156:
verbazen wannneer hij dienovereenko
- Page 157 and 158:
eensgezind, sterker nog, niemand is
- Page 159 and 160:
iedere voorkeur of afkeer komt van
- Page 161 and 162:
van zijt, hebt ge uzelf ervan afges
- Page 163 and 164:
dat zelfbeheersing of matigheid str
- Page 165 and 166:
46. Alles wat de mens overkomt is m
- Page 167 and 168:
50. ‘Deze augurk is bitter’, ze
- Page 169 and 170:
53. Zoekt gij de lof van iemand die
- Page 171 and 172:
niet heftig of geforceerd zijn. De
- Page 173 and 174:
geeft wat hem toekomt, omdat zij de
- Page 175 and 176:
heeft overwogen, dient gij de dood
- Page 177 and 178:
voorkeur voor gelijkgezinden, zelfs
- Page 179 and 180:
14. Alles om ons heen is voor ons h
- Page 181 and 182:
leven van de gemeenschap te vervolm
- Page 183 and 184:
29. De oorzaak van het universum is
- Page 185 and 186:
geboorte slechts wordt geëvenaard
- Page 187 and 188:
verwilderd, huichelachtig en een ku
- Page 189 and 190:
onmogelijke. Zo iemand is immers ee
- Page 191 and 192:
oek tien 1. O ziel, wanneer zult ge
- Page 193 and 194:
6. Of er nu afzonderlijke atomen zi
- Page 195 and 196:
niet wat door de moederschoot is vo
- Page 197 and 198:
9. Huichelarij, twist, lafheid, kop
- Page 199 and 200:
uw gang. Staat het u niet duidelijk
- Page 201 and 202:
19. Wat stellen wezens die eten, sl
- Page 203 and 204:
levert een kind af; hoe is het moge
- Page 205 and 206:
Vanuit die gedachte moet ge al het
- Page 207 and 208:
Alle levende organismen worden zelf
- Page 209 and 210:
36. Niemand ontkomt eraan dat er bi
- Page 211 and 212:
oek elf 1. Het ligt in de aard van
- Page 213 and 214:
3. Hoe groot is de kwaliteit van ee
- Page 215 and 216:
noemen. Diogenes heeft dat voor een
- Page 217 and 218:
10. ‘De natuur is de leermeestere
- Page 219 and 220:
14. De mensen maken elkaar complime
- Page 221 and 222:
18. Ten eerste. Hoe is mijn verhoud
- Page 223 and 224:
Ten achtste. Onze woede of smart br
- Page 225 and 226:
sterfelijke lichaam zwicht en buigt
- Page 227 and 228:
24. De Spartanen gaven hun gasten b
- Page 229 and 230:
Of is het soms verkeerd te spreken
- Page 231 and 232:
oek twaalf 1. Al wat ge langs een o
- Page 233 and 234:
Op deze wijze leeft de zuivere gees
- Page 235 and 236:
veronachtzamen en evenmin enig onre
- Page 237 and 238:
dat ge in die golven onder leiding
- Page 239 and 240:
22. Alles bestaat in uw verbeelding
- Page 241 and 242:
25. Werp uw meningen overboord, dan
- Page 243 and 244:
29. De verlossing in het leven best
- Page 245 and 246:
overige, of het nu wel of niet van