dagvaarding schriftelijke rol na 1 september 2008 _25_07_08
dagvaarding schriftelijke rol na 1 september 2008 _25_07_08
dagvaarding schriftelijke rol na 1 september 2008 _25_07_08
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
HEDEN,<br />
de<br />
TEN VERZOEKE VAN 1) :<br />
A. X., woo<strong>na</strong>chtig te Lutjebroek, te dezer zake domicilie kiezende te (1004 LT)<br />
Amsterdam, aan Par<strong>na</strong>ssusweg nrs. 1, ten kantore van , van welk<br />
kantoor de aldaar gevestigde 2) advocaat mr haar/hem in dit geding zal<br />
vertegenwoordigen 3) , met kennisgeving aan het hier<strong>na</strong> te noemen gerecht, dat hij/zij bij<br />
deze ten behoeve van de procedure domicilie kiest 4) te Capelle aan den IJssel aan de<br />
Cypresbaan 16-20 ten kantore van Van Swaaij Advokaten B.V., en dat hij/zij via dat<br />
kantoor op het elektronische adres acces@<strong>rol</strong>provider.nl bereikbaar is 5) ;<br />
HEB IK,<br />
GEDAGVAARD:<br />
B. Z., woo<strong>na</strong>chtig te (2901 AA) Capelle aan den IJssel, aan de , mitsdien<br />
aldaar mijn exploot doende, sprekende met en afschrift dezes latende aan: 6)<br />
OM:<br />
op woensdag, de vijfentwintigste (<strong>25</strong> e ) <strong>september</strong> tweeduizendacht (<strong>20<strong>08</strong></strong>), uiterlijk om<br />
tien uur (10.00 uur) des voormiddags, 7) vertegenwoordigd door een advocaat 8) , te verschijnen<br />
voor de rechtbank Rotterdam 9) , aldaar gevestigd aan het Wilhelmi<strong>na</strong>plein nrs. 100/1<strong>25</strong> 10) , in<br />
het met dit exploot ingeleide rechtsgeding, door met i<strong>na</strong>chtneming van de krachtens de wet en<br />
het Landelijk Uniform Rolreglement gestelde formaliteiten aan de rechtbank mede te delen<br />
door tussenkomst van welke in Nederland gevestigde advocaat hij ten deze zal procederen,<br />
onder vermelding van het feitelijke 11) en elektronische 12) adres waarop deze advocaat ten<br />
behoeve van deze procedure bereikbaar zal zijn;
TENEINDE:<br />
te antwoorden op de <strong>na</strong>volgende conclusie en eis:<br />
1. ***<br />
2. ***<br />
Bekende weren van gedaagde:<br />
3.<br />
Weerlegging van deze weren:<br />
4.<br />
Bewijsmiddelen en getuigen 13)<br />
MITSDIEN:<br />
Het de rechtbank moge behagen bij vonnis, waar mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:<br />
********<br />
Voorts heb ik, deurwaarder, in deze alles gelijk bovenstaand handelende, aan de<br />
gedaagde aangezegd: 14)<br />
1. dat, indien gedaagde niet op of voor het in dit exploot vermelde tijdstip,<br />
vertegenwoordigd door een advocaat in het geding verschijnt, en de<br />
voorgeschreven formaliteiten in acht zijn genomen, de rechter de eis bij verstek<br />
zal toewijzen, tenzij deze hem onrechtmatig of ongegrond voorkomt;<br />
2. dat, indien er meerdere gedaagden zijn en tenminste een van de gedaagden op de<br />
voorgeschreven wijze in het geding verschijnt en ten aanzien van de niet<br />
verschenen gedaagden de voorgeschreven formaliteiten en termijnen in acht zijn<br />
genomen, tegen de niet in het geding verschenen gedaagden verstek zal worden<br />
verleend en tussen de eisende partij en de deugdelijk verschenen gedaagde zal<br />
worden voortgeprocedeerd en dat alsdan tussen alle partijen een vonnis wordt<br />
gewezen, dat ten aanzien van alle gedaagden als een vonnis op tegenspraak wordt<br />
beschouwd.<br />
De kosten dezes bedragen voor mij, deurwaarder €<br />
pag. 2
1) Artikel 45 Rv<br />
2) Zie artikel 12 lid 3 Advocatenwet<br />
3) Artikel 111 lid 2 onder c. Rv.<br />
4 ) Zie artikel 79 lid 2 Rv; slechts bij advocaat procederen. “Zij worden geacht tot aan het eindvonnis bij de<br />
gestelde advocaat woonplaats te hebben gekozen, tenzij zij hebben verklaard een andere woonplaats te hebben<br />
gekozen.”<br />
5 ) Artikel 33 lid 1Rv; kennisgeving elektronische weg (facultatief geformuleerd). Zie ook de minister in de nota<br />
<strong>na</strong>ar aanleiding van het verslag, Kammerstukken TK 2006-20<strong>07</strong>, 3<strong>08</strong>15 nr. 7, blz. 10.<br />
6) Artikel 45 Rv<br />
7) Artikel 111 lid 2 sub f. Rv eist alleen vermelding van een uur, indien de <strong>rol</strong>behandeling op een terechtzitting<br />
plaatsvindt. Dat is bij een elektronische <strong>rol</strong>afhandeling niet het geval. Echter is in artikel 2 van het Besluit Orde<br />
van Dienst Gerechten (tekstplaatsing in Stbl. bij beschikking van 29 juli 2004, Stbl. 2004/385) bepaald dat “Voor<br />
burgerlijke zaken die met een <strong>dagvaarding</strong> worden ingeleid, in het reglement de dag en het uur van de<br />
<strong>rol</strong>behandeling opgenomen.” Artikel 111 Rv staat niet in de weg aan opnemen van een “<strong>rol</strong>tijdstip” bij reglement.<br />
Het nieuwe LURR (<strong>08</strong>0613) introduceert in art. 1.3 de term “inlevertijdstip”. Vraag is echter of dat hetzelfde is<br />
als het begrip “uur van de <strong>rol</strong>behandeling” van artikel 2 BOvDG. Wij nemen aan dat de opstellers van het<br />
reglement deze bepaling voor ogen hadden bij de vaststelling van de tekst van art. 1.3 LURR (; nieuw).<br />
8) Artikel 111 lid 2 onder h. Rv vertegenwoordiging door een advocaat.<br />
9) Artikel 82 derde lid Rv. maakt voor het wisselen van de processtukken in procedures die bij <strong>dagvaarding</strong><br />
worden ingeleid een fundamenteel onderscheid tussen een <strong>rol</strong> die tijdens een terechtzitting wordt afgewikkeld en<br />
een <strong>rol</strong>behandeling die niet op een terechtzitting, maar schriftelijk plaatsvindt. Als het gerecht kiest voor een<br />
<strong>schriftelijke</strong> elektronische <strong>rol</strong>afdoening, wordt er niet meer tegen een terechtzitting gedagvaard. De fictie van de<br />
<strong>schriftelijke</strong> <strong>rol</strong>zitting vind geen steun in de wet.<br />
10) Artikel 111 lid 2 onder e. Rv. (vermelding van de rechter die van de zaak kennis neemt, onder vermelding<br />
van het adres van het gerecht of de nevenzittingsplaats, althans het adres waar de stukken kunnen worden<br />
ingediend, als dat niet de nevenzittingsplaats is.)<br />
11) Stellen, zie artikel 128 lid 1 Rv (op de eerste <strong>rol</strong>datum mededelen van de <strong>na</strong>am en kantooradres van de voor<br />
gedaagde optredende advocaat)<br />
12) Artikel 33 lid 1 Rv (kennisgeven van elektronische bereikbaarheid.<br />
13) Artikel 111 lid 3.<br />
14) Artikel 111 lid 2 onder i. en j.<br />
pag. 3