Rockwell Collins takes 0ff - Nevi
Rockwell Collins takes 0ff - Nevi
Rockwell Collins takes 0ff - Nevi
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
pag.: 1 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
De professionalisering van facilitaire inkoop (deel 1)<br />
Bron: Facility Management Magazine, oktober 2001<br />
Auteur(s): N. Lemmens<br />
In het juninummer van dit Magazine werd de FMN Researchagenda geïntroduceerd.<br />
In het septembernummer volgde een toelichting op het eerste thema van de agenda:<br />
de organisatorische inrichting van facilitaire voorzieningen. Het tweede thema van<br />
de Researchagenda heeft betrekking op de professionalisering van facilitaire inkoop.<br />
Dit onderwerp valt uiteen in twee subthema’s: de ontwikkeling van inkoop en<br />
aanbestedingsmethoden en in de tweede plaats de organisatorische voorwaarden<br />
waaraan moet zijn voldaan om voordelen op het gebied van facilitaire inkoop te<br />
realiseren. Dit artikel gaat in op de ontwikkeling van inkoop- en<br />
aanbestedingsmethoden. Deel 2 zal worden gewijd aan de organisatorische<br />
voorwaarden.<br />
Toenemende belangstelling voor (facilitaire) inkoop<br />
Organisaties zowel in het commerciële bedrijfsleven als in de non-profitsector staan<br />
voortdurend onder druk om hun prestaties te verbeteren. Er is geen sector te bedenken die<br />
hierop echt een uitzondering vormt. Bijna altijd richten die inspanningen zich in eerste<br />
aanleg op het primaire proces. Nu valt er altijd te verbeteren, maar ook in dit opzicht doet<br />
zich vroeg of laat de wet van de afnemende meeropbrengsten gelden. Het gevolg is dan<br />
ook dat de aandacht langzamerhand ook is komen te liggen op de zogenaamde facilitaire<br />
processen.<br />
De toenemende belangstelling voor niet-productiegebonden inkoop is daar één van de<br />
symptomen van. De discussie over thema’s als ‘make or buy’ en’ maincontracting’ van<br />
facilitaire diensten en producten een tweede.<br />
Tegelijkertijd moet worden geconstateerd dat inkoop als vakgebied nog in de<br />
kinderschoenen staat. Zo stelt Van Weele, hoogleraar Inkoopmanagement in Eindhoven1:<br />
‘We zitten met het inkoopvak wetenschappelijk gezien nog duidelijk in de pioniersfase.<br />
Terminologische discussies, nog niet onderbouwde empirische modellen, veel<br />
hypothesen. Er is een body of knowledge, maar wel vol aannames. Dat betekent dat er nog<br />
veel te grasduinen valt in dit vak.’<br />
Het weinige aan concepten en theorievorming dat het inkoopvak te bieden heeft,<br />
concentreert zich vooral op de productiegebonden inkoop. Facilitaire inkoop heeft echter<br />
een aantal bijzondere kenmerken en wijkt daarin af van die productiegebonden inkoop<br />
(kader 1).
pag.: 2 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
Kader 1<br />
‘Uitgedrukt in termen van de verkoopomzet blijkt het percentage aan NPR (niet-productgerelateerde<br />
inkoop) in de periode 1990 - 1995 in de werkende industrie gemiddeld tussen de 10<br />
en 20% te liggen, in de handel tussen de 10 en 15%, en in dienstverlenende en<br />
overheidsorganisaties zelfs tussen de 10 en 40%.<br />
Bron: J.W. Ederveen, Corporate Director Purchasing and Logistics, Philips Medical Systems in: ‘Niet-Product<br />
Gerelateerde Inkoop, vergeten bron voor margeverbetering’, Tijdschrift voor Inkoop en Logistiek, nummer 5, mei<br />
1998.<br />
De facilitaire inkoop wordt door versnippering gekenmerkt (kader 2). Veel personen<br />
plaatsen grote aantallen kleine orders bij grote aantallen leveranciers. Dat kost veel tijd en<br />
gebeurt veelal onprofessioneel.<br />
Kader 2<br />
• grondstoffen directie<br />
• computers, software financiën en administratie, ICT<br />
• leasecontracten directie<br />
• advertenties, relatiegeschenken marketing/verkoop<br />
• kantinebenodigdheden huishoudelijke dienst<br />
• reizen administratie<br />
• licenties directeur R&D<br />
• boeken, tijdschriften secretariaat, bibliotheek<br />
• tijdelijk personeel personeelszaken<br />
• schoonmaakartikelen huishoudelijke dienst<br />
• onderhoudsmaterialen technische dienst<br />
Facilitaire inkoop vindt meestal plaats zonder goede specificaties. Van<br />
pakketstandaardisatie is doorgaans geen sprake.<br />
Rationalisatie van deze inkoop is vaak lastiger dan bij de productgerelateerde inkoop. Men<br />
is sterk afhankelijk van de subjectieve voorkeuren van soms grote aantallen<br />
eindgebruikers. Dat maakt categorisatie en standaardisatie moeilijk. Betrouwbare<br />
informatie ontbreekt meestal. Voeg daar bij dat de facilitaire inkoop vaak geen<br />
managementprioriteit heeft, en de problematiek is geschilderd.<br />
Kader 3<br />
‘In totaal worden 7 categorieën herkend, waarbinnen 33 sub-categorieën zijn te onderscheiden. Per<br />
sub-categorie kunnen ook weer een veelheid aan verschillende product/marktcombinaties worden<br />
gedefinieerd, waardoor het aantal te benoemen NPR-deelmarkten kan oplopen tot circa 150.’<br />
Bron: J.W. Ederveen
pag.: 3 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
Kader 4<br />
• grote aantallen kleine orders<br />
• groot aantal leveranciers<br />
• veel niet gestandaardiseerde artikelen<br />
• vaak geen goede specificaties<br />
• inkoop gebeurt vaak door niet-professionals<br />
• betrokkenheid van veel mensen<br />
• moeilijk te categoriseren en te standaardiseren<br />
• afhankelijkheid van subjectieve voorkeuren van eindgebruikers<br />
• gaat om veel geld<br />
• tijdrovende activiteit<br />
• geen 'core business'<br />
• geen managementprioriteit<br />
Onderwerpen<br />
De bijzondere kenmerken van facilitaire inkoop maken dat speciale aandacht nodig is ten<br />
minste voor de ontwikkeling van:<br />
• methoden voor categorisering en standaardisatie van inkooppakketten (goederen en<br />
diensten),<br />
• inkoopbeleid voor de verschillende categorieën van in te kopen goederen en diensten,<br />
• methoden van behoeftespecificatie,<br />
• professionele aanbestedingsmethoden,<br />
• professioneel contractbeheer.<br />
Categorisering en standaardisatie<br />
De facilitaire inkoop bestaat uit een zeer heterogeen geheel aan goederen en diensten,<br />
zoals onder meer blijkt uit de indeling die door Philips is gebruikt ten behoeve van het<br />
programma OCOO (Other Costs of Organization), een programma uit de jaren negentig<br />
waarmee Philips forse besparingen beoogde te realiseren op de niet-productiegebonden<br />
inkoop (kader 5).
pag.: 4 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
Kader 5. Indeling van niet-productiegebonden inkoop van Philips<br />
1 Accommodatie<br />
- schoonmaak,<br />
- catering,<br />
- beveiliging,<br />
- huur,<br />
- onderhoud gebouwen,<br />
- energie.<br />
2 Personeel<br />
- reis-/verblijfkosten,<br />
- sociaal en medisch,<br />
- tijdelijke arbeid,<br />
- kleding,<br />
- beschermingsmateriaal,<br />
- training en cursussen.<br />
3 Marketing en verkoop<br />
- media,<br />
- documentatie,<br />
- sponsorships,<br />
- tentoonstellingen,<br />
- promotiemateriaal,<br />
- commissies.<br />
4 Distributie<br />
- transport,<br />
- opslag,<br />
- douane en invoerrechten.<br />
5 Automatisering/communicatie<br />
- IT H/Q + S/W,<br />
- IT services,<br />
- communicatie.<br />
6 Kantoorgerelateerd<br />
- repro,<br />
- kantoormiddelen<br />
(excl. automatisering),<br />
- drukwerk,<br />
- kantoor-/schrijfbehoeften.<br />
7 Professionele diensten<br />
- verzekeringen,<br />
- juridisch,<br />
- kosten audits,<br />
- consultancy,<br />
De ontwikkeling van specifiek inkoopbeleid<br />
Verschillende in te kopen goederen of diensten vragen om een verschillende<br />
inkoopbenadering. Een handvat voor de ontwikkeling van zo’n gedifferentieerde<br />
benadering is de bekende portfoliomatrix van Kraljic2, die vier algemene inkoopcategorieën<br />
onderscheidt die elk om een specifiek inkoopbeleid vragen (figuur 1). Voor strategische<br />
producten zullen partnerships worden ontwikkeld met zogenaamde ‘best-in-class’<br />
leveranciers, op basis van langdurige samenwerking. Hefboomproducten zullen worden<br />
benaderd met een brede concurrentiestelling en nadruk op prijs, gepaard gaand met<br />
voortdurend markt- en leveranciersonderzoek. Bij de knelpuntproducten zal veel aandacht<br />
uitgaan naar het maken van goede afspraken om de beschikbaarheid zeker te stellen.<br />
Hoog<br />
Invloed op<br />
financieel<br />
resultaat<br />
Laag<br />
Hefboomproducten<br />
Routineproducten<br />
Toeleveringsrisico<br />
Strategische<br />
Producten<br />
Knelpuntproducten<br />
Laag Hoog<br />
figuur 1: portfoliomatrix van Kraljic
pag.: 5 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
Ten slotte zal bij de routineproducten de nadruk liggen op vermindering van administratieve<br />
en logistieke complexiteit. Toepassing van systems contracting3, de corporate purchasing<br />
card en internettechnologie kan hier grote voordelen opleveren.<br />
Voorbeeld: schoonmaakdiensten en de inkoopportfoliomatrix<br />
Schoonmaakdiensten die in stabiele, relatief hoge frequenties worden uitgevoerd<br />
(bijvoorbeeld het dagelijks onderhoud van kantoren) zijn te beschouwen als laagwaardige<br />
bulkproducten, met inkooptechnisch gezien veel overeenkomsten met routineproducten.<br />
Hierbij is sprake van rechtstreekse herhalingsaankoop (zoals bij gas, water, elektriciteit of<br />
bij kantoorartikelen). Systems contracting ligt daarom voor de hand.<br />
Hetzelfde geldt voor specialistische werkzaamheden die in stabiele frequenties worden<br />
uitgevoerd. Bij een aantal zeer gespecialiseerde schoonmaakdiensten zijn de<br />
uitvoeringsfrequenties onregelmatig. Hierbij is sprake van zogenaamde gewijzigde<br />
herhalingsaankoop (zoals bij de inkoop van bedrijfsauto’s of koeriersdiensten). Soms is de<br />
uitvoering zelfs volstrekt onvoorspelbaar (brand- en roetreiniging).<br />
In bepaalde gevallen is er ook sprake van een aanzienlijke logistieke complexiteit, zoals<br />
bijvoorbeeld bij het schoonmaakonderhoud van grote vakantiebungalowparken. Hier past<br />
daarom meer een benadering zoals bij knelpuntproducten.<br />
Slechts in een enkel geval zullen schoonmaakdiensten van strategisch belang zijn.<br />
Bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van een nieuw procédé waarbij hygiëne een kritieke, maar<br />
vooralsnog onbekende factor is, of in gevallen waarbij schoonmaakwerkzaamheden grote<br />
bedrijfsrisico’s met zich mee brengen. In verreweg de meeste gevallen kunnen<br />
schoonmaakdiensten worden geplaatst in de categorie van de knelpunt of in die van de<br />
routineproducten. De moderne inkoper van schoonmaakdiensten moet daarom meer een<br />
voorwaardenscheppende, faciliterende rol spelen. Bij ‘bulkschoonmaak’ in vaste<br />
frequenties past een systems-contractingbenadering. Bij onregelmatige en logistiek<br />
complexe werkzaamheden is de aandacht vooral gericht op het garanderen van de<br />
beschikbaarheid door de ontwikkeling van adequate logistieke systeemdelen in het<br />
contract.<br />
Behoeftespecificatie<br />
Bij de productiegebonden inkoop in de industrie is de behoeftespecificatie van in te kopen<br />
grondstoffen, materialen en onderdelen vaak een technische kwestie. De specificaties<br />
worden als het ware opgelegd door het ontwerp en de gebruikte technologie.<br />
Bij grote delen van de facilitaire inkoop ligt dat totaal anders. Zeker bij grote organisaties<br />
die uit verschillende onderdelen bestaan, kan het lastig zijn een goed overzicht te krijgen<br />
van de spreiding in de lokale behoefte van de verschillende onderdelen. Vaak is bij de<br />
behoeftespecificatie inbreng van vertegenwoordigers van die organisatieonderdelen<br />
onontbeerlijk.<br />
Aanbestedingsmethoden<br />
In veel gevallen blinken traditionele aanbestedingsmethoden niet bepaald uit voor wat<br />
betreft transparantie. Behoeftespecificatie en leverancierselectie zijn vaak niet gemakkelijk.<br />
Ook bij de rijksoverheid is de afgelopen jaren het besef gegroeid dat inkoop een<br />
verwaarloosd gebied is. Sedert enkele jaren werkt zij dan ook aan het professionaliseren<br />
van haar inkoop- en aanbestedingsbeleid.
pag.: 6 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
Eén van de middelen die het kabinet hierbij inzet, is het project Innovatief Aanbesteden4.<br />
Daarbij worden adviezen gegeven voor de verbetering van inkoop- en aanbestedingsprocedures<br />
binnen de mogelijkheden van de voor de overheidsaanbesteders geldende<br />
Europese regelgeving.<br />
Contractbeheer<br />
Contractbeheer is er niet alleen op gericht om te controleren of de leverancier zich aan<br />
gemaakte afspraken houdt. De opdrachtgever wil bijvoorbeeld daarnaast ook dat zijn<br />
leveranciers zich voortdurend verbeteren en hij wil weten in hoeverre er sprake is van<br />
marktconformiteit. Transparantie en toetsbaarheid van de werkwijze van de leverancier zijn<br />
daarbij buitengewoon belangrijk. Op dat gebied valt in de praktijk nog veel te verbeteren.<br />
Professioneel contractbeheer wordt nog belangrijker, naarmate inkoop op basis van<br />
‘maincontracting’ meer voorkomt.<br />
Voorbeeld: inkoop van schoonmaakdiensten<br />
De inkoop van schoonmaakdiensten lijkt op het eerste gezicht een simpele zaak. Immers,<br />
wat is er zo moeilijk aan het opstellen van bestekken waarin wordt omschreven welke<br />
schoonmaakwerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd - desnoods tot in de kleinste<br />
details? Wat is er op tegen hier diverse aanbieders in concurrentie op te laten bieden, om<br />
vervolgens via een kwaliteitsmeetsysteem een eenvoudige malusregeling toe te passen?<br />
Dan is het probleem toch opgelost?<br />
In relatief eenvoudig schoon te houden objecten is dat inderdaad betrekkelijk simpel. Dit<br />
wordt echter anders in situaties waarin sprake is van een zekere complexiteit. Die<br />
complexiteit kan verschillende oorzaken hebben:<br />
• het is lang niet altijd mogelijk de feitelijke kwaliteitsbehoefte te beschrijven aan de hand<br />
van een handelingenbestek,<br />
• grote schoonmaakprojecten zijn veelal buitengewoon dynamisch, waardoor ook de<br />
vervuilingsgraad, en dus de schoonmaakbehoefte in de loop van de tijd sterk kan<br />
variëren,<br />
• het harmoniseren van de technische kwaliteitseisen met eisen ten aanzien van<br />
belevingskwaliteit en de financiële eisen is vaak gemakkelijker gezegd dan gedaan,<br />
• het is niet altijd gemakkelijk het gewenste resultaat (de gewenste kwaliteit) eenduidig te<br />
specificeren; het ene project is het andere niet, en bovendien heeft de ene<br />
opdrachtgever een andere visie op inkoop en contractering dan de andere; sommige<br />
opdrachtgevers willen zeer vergaande inspraak in de manier waarop de leverancier zijn<br />
diensten levert, anderen zijn daarentegen voornamelijk geïnteresseerd in het resultaat.<br />
Bestudering van de (grote) offerteaanvragen van de afgelopen jaren leidt tot de conclusie<br />
dat opdrachtgevers de schoonmaakbedrijven bij voorkeur resultaatgericht willen<br />
‘afrekenen’. Dat ligt overigens ook in lijn met marktonderzoeken die uitwijzen dat<br />
opdrachtgevers van leveranciers verwachten dat deze ‘zorgen wegnemen’. Dat is een<br />
andere uitdrukking voor ‘resultaatgericht contracteren’.<br />
De praktijk van de grote schoonmaakaanbestedingen van de afgelopen jaren wijst echter<br />
uit dat schoonmaakdiensten tegenwoordig vrijwel in alle gevallen inspanningsgericht<br />
worden aanbesteed op basis van handelingenbestekken. Daarbij wordt aangegeven welke<br />
handelingen in welke frequenties dienen te worden uitgevoerd en dat soms zeer<br />
gedetailleerd. Tegelijkertijd wordt doorgaans een vereist kwaliteitsniveau aangegeven,<br />
waarvan de specificatie op verschillende manieren kan plaatsvinden. Aan dat vereiste<br />
kwaliteitsniveau wordt dan een malusregeling gekoppeld. Gunning vindt plaats op grond<br />
van een keuze uit uitgebrachte offertes, die zijn gebaseerd op calculaties op basis van het<br />
door de opdrachtgever gemaakte bestek.
pag.: 7 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
Vaak wordt in offerteaanvragen vermeld dat het bestek moet worden gezien als leidraad.<br />
Daarmee erkent de opdrachtgever dat het verband tussen bestek en gespecificeerd<br />
resultaat niet hard en eenduidig is. Strikt genomen dient een bestek in zulke gevallen meer<br />
als selectiemiddel dan als werkvoorschrift. Het biedt het schoonmaakbedrijf een garantie<br />
dat met een correcte uitvoering van het bestek het vereiste kwaliteitsniveau ook<br />
daadwerkelijk zal worden bereikt. Daartoe zijn in de praktijk zulke statische bestekken<br />
ontoereikend.<br />
De dynamiek in schoonmaakprojecten (gebouwmutaties, variatie in bezettings- en<br />
vervuilingsgraad) is groot.<br />
Het is dan ook niet verwonderlijk dat momenteel binnen de Vereniging Schoonmaak<br />
Research VSR een discussie wordt gevoerd over de vraag hoe deze problematiek opnieuw<br />
kan worden bezien. Daarbij gaat het om een herbezinning op het proces dat bestaat uit de<br />
volgende stappen:<br />
(1) Besluit tot heraanbesteding door opdrachtgever<br />
In veel gevallen valt zo’n besluit niet vanwege ontevredenheid met de prestaties met de<br />
zittende leverancier(s). Meestal wil de opdrachtgever het bestaande contract toetsen op<br />
marktconformiteit en de zittende leverancier ‘scherp houden’. Het is zeer de vraag of er<br />
geen andere, veel minder kostbare methoden zijn om hetzelfde te bereiken.<br />
(2) Behoeftespecificatie<br />
Eén van de onderwerpen die hierbij aan de orde zijn, is een behoeftespecificatie op basis<br />
van functionele eisen. Zo’n specificatie is nodig bij resultaatgericht aanbesteden.<br />
(3) Inrichting aanbestedingsproces<br />
Recentelijk hebben enkele opdrachtgevers grote schoonmaakaanbestedingstrajecten<br />
ingericht op een andere manier dan te doen gebruikelijk.<br />
Via een zogenaamd kwalitatief aanbestedingstraject vond gunning plaats, waarna met de<br />
geselecteerde leverancier over de kwantitatieve elementen van het contract werd<br />
onderhandeld.<br />
(4) Offertevorming door aanbieders<br />
In een eerder artikel in dit magazine is uitgebreid ingegaan op de problemen rond calculatie<br />
en offertevorming door schoonmaakbedrijven.<br />
(5) Gunning<br />
(6) Contractbeheer<br />
Vervolg<br />
In grote lijnen is hiermee het eerste subthema van het onderwerp de professionalisering<br />
van facilitaire inkoop beschreven. Het tweede deel van het artikel zal worden gewijd aan<br />
het tweede subthema: de organisatorische voorwaarden waaraan moet zijn voldaan om<br />
facilitaire inkoop te professionaliseren.
pag.: 8 van 8<br />
code: SPE-FAC-art-004-bl<br />
Eindnoten:<br />
(1) Koks L. (1997). Marketeers zijn spenders. Tijdschrift voor Marketing, juni.<br />
(2) Lemmens N.G.R. (1999). Grasduinen in de schoonmaak - Inkoop van<br />
schoonmaakdiensten en de professionalisering van het inkoopvak. Facility Management<br />
Magazine, maart 1999.<br />
(3) Lemmens N.G.R. (1997). Systems contracting van schoonmaakdiensten. Facility<br />
Management Magazine, december.<br />
(4) Lemmens N.G.R. & Nillessen, M. (2000). Vakantie op de Bahama’s - Mogelijkheden en<br />
beperkingen van de Europese aanbestedingsregelgeving. FMM Jaarbijlage.<br />
(5) Lemmens N.G.R. & Zeegers, J. (1999). Beter ongeveer goed dan precies verkeerd -<br />
Kwantitatieve specificatie van schoonmaakdiensten. Facility Management Magazine, juni.