Van de redactie - Boekencentrum
Van de redactie - Boekencentrum
Van de redactie - Boekencentrum
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
oecumenisch leesrooster<br />
10<br />
19 juni 2011<br />
Trinitatis<br />
Zondag van <strong>de</strong> heilige Drie-eenheid<br />
kleur: wit (of rood)<br />
Gemeenschappelijk Leesrooster<br />
ot: Exodus 34,4-9<br />
ap: Psalm 150<br />
(ep: 2 Korintiërs 13,11-13)<br />
ev: Matteüs 28,16-20<br />
zl: Tussentijds 17<br />
Oud-Katholiek Kerkboek<br />
int: ant: naar Tobit 12,6<br />
ps: Psalm 8.2<br />
ot: Exodus 34,4-9<br />
ap: Psalm 150<br />
ep: 2 Korintiërs 13,11-13<br />
hv: Psalm 145,10-12<br />
ev: Matteüs 28,16-20<br />
Romeins Missaal<br />
int: ‘Gezegend zij God <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r...’<br />
ot: Exodus 34,4b-6.8-9<br />
ap: Daniël 3,52-55<br />
ep: 2 Korintiërs 13,11-13<br />
hv: Openbaring 1,8<br />
ev: Johannes 3,16-18<br />
Luthers Dienstboek<br />
int: ant: naar Tobit 12,7<br />
ps: Psalm 8,2.4-5<br />
LB Psalm 8:1,6<br />
ot: Jesaja 6,1-8(9-13)<br />
gr: LB Psalm 13:1,8,9<br />
ep: Romeinen 11,33-36<br />
hv: Psalm 150,2<br />
ev: Johannes 3,1-15<br />
zl: Gezang 253<br />
Bij <strong>de</strong> dag<br />
De dans van <strong>de</strong> Drie-eenheid<br />
Op <strong>de</strong> zondag van <strong>de</strong> Drie-eenheid zou ik ook<br />
wel drie Schriftlezingen willen. Als je die drie<br />
samen hoort, ervaar ik dat er binnen <strong>de</strong> Driein-Een<br />
veel ‘beweging’ is: ‘Va<strong>de</strong>r – Zoon – Geest’<br />
en ‘genadig, barmhartig, lankmoedig…’ – al die<br />
namen laten zien wat er in God zelf ‘omgaat’, en<br />
daarmee wordt <strong>de</strong> grote verschei<strong>de</strong>nheid aangegeven<br />
van hoe <strong>de</strong> Eeuwige met <strong>de</strong> mensen<br />
omgaat.<br />
<strong>Van</strong> het verhaal over Mozes in Exodus zeggen <strong>de</strong><br />
rabbijnen: Als het niet in <strong>de</strong> Schrift stond, had<br />
het nooit zo verteld mogen wor<strong>de</strong>n. Want wat<br />
hier staat, is zo onvoorstelbaar, en ongeloofl ijk.<br />
Op aandringen van Mozes roept <strong>de</strong> Eeuwige zijn<br />
eigen Naam. Niet eenmaal, maar <strong>de</strong>rtienmaal.<br />
In een explosie van grote heilige namen geeft<br />
God zichzelf prijs. Hoe is het zo gekomen?<br />
Israël had geen vertrouwen meer, niet in God,<br />
niet in Mozes. Ze blijven steken in het zand. Alle<br />
mooie (tien) woor<strong>de</strong>n ten spijt – het volk wil een<br />
an<strong>de</strong>re, concretere god. Het wordt een stier kalf<br />
van (hun eigen) goud, dat zal hen jong en sterk<br />
en dartel ver<strong>de</strong>r lei<strong>de</strong>n. God voelt zich verra<strong>de</strong>n.<br />
Mozes loopt zich het vuur uit <strong>de</strong> sandalen als<br />
‘mediator’, heen en weer gaat hij tussen God<br />
en <strong>de</strong> mensen. Goed, zegt God op het laatst,<br />
Ik zal met mijn volk meegaan. Na <strong>de</strong>ze zware<br />
on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>lin gen met God komt bij Mozes<br />
het verlangen op om God te ‘zíén’. Niet dus uit<br />
een mystiek en vroom gemoed, maar om een<br />
noodzakelijke, hel<strong>de</strong> re aanwezigheid van ‘Ikzal-er-zijn’.<br />
‘Doe mij uw heerlijkheid zien,’ vraagt<br />
Mozes. God gaat daar voorzichtig op in, want<br />
‘geen mens zal God zien en leven…’. In een wolk<br />
komt <strong>de</strong> Eeuwige, ‘in het voorbijgaan’. God is<br />
alleen op <strong>de</strong> rug te zien. Je zou God hier kunnen<br />
zien als een rabbijn, als voorganger in <strong>de</strong> synagoge,<br />
in een gebedsmantel gehuld, uitroepend<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>rtien namen. Hij staat daar alleen, vooraan,<br />
wij zien hem op <strong>de</strong> rug. Hij gaat ons voor in het<br />
bid<strong>de</strong>n, in het aanroe pen van God. God op <strong>de</strong><br />
rug gezien, betekent dat wij nooit bij voorbaat<br />
God kunnen benoemen en kennen. Het betekent<br />
ook dat God ons altijd vooruit is. Hij heeft<br />
al gedaan wat wij nog moeten doen. Heeft niet<br />
<strong>de</strong> rabbi van Nazaret ook zo geleefd en gedaan<br />
en gesproken – voor <strong>de</strong> mensen uit, en hun<br />
gevraagd: Volg Mij? Matteüs levert ons zijn laatste<br />
woor<strong>de</strong>n over: ‘Ik ben met jullie, alle dagen…’<br />
Daar klinkt ook <strong>de</strong> Godsnaam in door: IK BEN<br />
– met jullie. Maar ja, zeggen <strong>de</strong> achterblijvers:<br />
Zal Hij er zijn? Hoe dan? Want Hij is weg uit <strong>de</strong>ze<br />
wereld, het is hemelvaart geweest, wij zien Hem<br />
als het ware ook op <strong>de</strong> rug. Maar <strong>de</strong> leerlingen<br />
wor<strong>de</strong>n erop uitgestuurd, <strong>de</strong> wereld in, om <strong>de</strong><br />
mensen te winnen voor <strong>de</strong> zaak van God. Leg op<br />
hen <strong>de</strong> Naam van God, zegt Jezus: ‘Va<strong>de</strong>r, Zoon,<br />
Geest’, zoals bij <strong>de</strong> doop. Zo gaat die Naam voor<br />
ons uit. God gaat voorop, <strong>de</strong> mens gaat in dat<br />
spoor. En die correspon<strong>de</strong>ren weer met <strong>de</strong> drie<br />
uit 2 Korintiërs 13: Va<strong>de</strong>r – oorsprong, grond,<br />
‘geloof’. Zoon – <strong>de</strong> mens die ‘lief<strong>de</strong>’ is. Geest –<br />
wind, beweging, ‘hoop’.<br />
Naast <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> lie<strong>de</strong>ren (T 17 en Ps. 150)<br />
<strong>de</strong>nk ik aan Huub Oosterhuis’ ‘Ere wie ere toekomt’<br />
(VLB, p. 254 e.v. – met twee melodieën)<br />
waar <strong>de</strong> drie zo wor<strong>de</strong>n benoemd: Va<strong>de</strong>r, Zoon,<br />
Geest – ‘bron, water, stroming’ en ook: ‘eerste<br />
begin, weg en volharding van <strong>de</strong> lief<strong>de</strong>’.<br />
En aan een lied waarin <strong>de</strong> beweging binnen <strong>de</strong><br />
Drie tot een dans wordt: ‘Dance of the Trinity’ –<br />
uit het Scottish Hymnal in een (proef)vertaling<br />
van Sytze <strong>de</strong> Vries: Dans mee met Va<strong>de</strong>r, Zoon en<br />
Geest / kom binnen in hun kring / dat wervelen<strong>de</strong><br />
samenspel / van ver voor ons begin. De wereld<br />
van vandaag is ons vanouds al toegedacht / als<br />
dansvloer waar <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> leidt / en waar <strong>de</strong> hoop<br />
ons wacht. Een eerbiedige én vrolijke polonaise<br />
door <strong>de</strong> kerk zou een antwoord kunnen zijn. Tenminste,<br />
zo voel ik, écht.<br />
Geertien Morsink<br />
Bij Matteüs 28,16-20<br />
Afscheid, maar niet voor altijd<br />
Juffrouw Janna neemt vandaag afscheid<br />
van school. Straks begint het grote feest.<br />
Groep zes heeft al wekenlang aan <strong>de</strong> voorbereidingen<br />
gewerkt. Heel stiekem, <strong>de</strong> juf<br />
mocht niets merken. Er is geld ingezameld<br />
voor een groot ca<strong>de</strong>au. De bus kon gelukkig<br />
in groep acht staan, daar komt <strong>de</strong> juf<br />
toch nooit.<br />
Oud-leerlingen zijn uitgenodigd: ie<strong>de</strong>reen<br />
was altijd dol op juf Janna. Er komen<br />
er vast veel. De kin<strong>de</strong>ren van groep zes<br />
hebben een toneelstuk ingestu<strong>de</strong>erd.<br />
Steeds in groepjes, als <strong>de</strong> juf dacht dat ze<br />
in het documentatiecentrum waren. En<br />
op <strong>de</strong> vrije dagen van <strong>de</strong> juf was er dan<br />
ein<strong>de</strong>lijk tijd om met z’n allen te oefenen.<br />
Moeilijk was het niet om een toneelstuk te<br />
verzinnen voor juf Janna. Juf Janna is zo’n<br />
gekke juf, daar kun je wel grapjes over<br />
maken. Eigenlijk heeft ze raar haar, met<br />
die plukken die alle kanten op staan. Ze<br />
loopt een beetje krom. Haar kleding hangt<br />
altijd raar om haar heen. Maar wat was ze<br />
een geweldige juf.<br />
Kevin weet niet zo goed wat hij er vandaag<br />
van moet vin<strong>de</strong>n. De hele school is<br />
versierd. Ie<strong>de</strong>reen is druk bezig. Het is<br />
een vrolijke boel. Maar Kevin is eigenlijk<br />
verdrietig. Straks is juf Janna er niet meer.<br />
Wie geeft hem dan ’s morgens een duw<br />
tegen zijn schou<strong>de</strong>r? Wie weet er dan op<br />
school nog van zijn broertje? Wie brengt<br />
er dan soms opeens een grote schaal met<br />
walnoten mee, om voor alle kin<strong>de</strong>ren walnoten<br />
te kraken? En wie kan er zo mooi<br />
vertellen? Opeens staat juf Janna achter<br />
hem. ‘Hé, Kevin,’ zegt ze. ‘Je weet het, hè!<br />
Als ik er niet meer ben, moet jij zorgen dat<br />
het gezellig is in <strong>de</strong> klas. En als je zin hebt<br />
om nog eens bij te kletsen, kom je bij mij<br />
thuis een kop warme chocomel drinken.’<br />
Karin van <strong>de</strong>n Broeke<br />
DE EERSTE DAG zomer 2011<br />
Met <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong> kerk kerk